redactioneel
Idolen
D
e wereld laat zich verdelen in zij die weten wie Raffaëla is
en zij die dat niet weten; weet u niet wie Raffaëla is, lees
dan rustig verder.
Het is al weer een paar weken geleden dat de finale van het
televisie-programma Idols door Nederland trok en een spoor
van te hoge telefoonrekeningen achter zich liet. Het programma
is een opgeleukte versie van het beproefde concept van een
talentenjacht, waarin tieners en twintigers de gelegenheid krijgen om de zangtalenten te tonen aan een jury van veertigers en
vijftigers. Onder een mom van ‘eerst het zuur en dan het zoet’,
laat het programma zien dat zangtalenten schaars zijn en dat
de deelnemende helft van Nederland er goed aan doet om de
eigen dunk wat bij te stellen. De andere helft van Nederland
doet zich tegoed aan shaming and blaming en maakt zich op
voor de wekelijkse strijd van de zangfavorieten. In een schijnbaar eindeloze reeks van programma’s wordt elk detail van de
kandidaten en alles wat daaromheen zit uitgemolken ten faveure
van de nieuwsgierigheid van de kijker. Uiteindelijk komen
dertien kandidaten in de arena die in de strijd der decibellen
inspelen op het belgedrag van de kijkers. De wekelijkse afvallers
laten een kleinere groep over waaruit de kijkers moeten kiezen,
zodanig dat in de finale er twee kandidaten overblijven. De winnaar wordt een platencontract voorgehouden en een leven vol
rijkdommen die echte idolen ten deel vallen. En de winnaar van
Idols 2006 is geworden: Raffaëla (spreek uit: Raffa-jella).
Mijn collegae kijken mij meewarig aan als ik blijk geef van
mijn televisie-kijkgedrag en verklaren deze misstap door de
aanwezigheid van tieners in het gezin. Maar Idols biedt meer
dan het oog ziet. Het programma laat een systeem zien waarin
dertien kandidaten strijden om de gunst van de kijker. In
tegenstelling tot de pure variant van de talentenjacht gaat het
bij Idols niet om de daadwerkelijke zangtalenten maar om iets
onbenoembaars, voor het gemak de X-factor genaamd. Deze
X-factor is een combinatie van fysieke eigenschappen van de
Idols-kandidaat en de populariteit van die eigenschappen bij de
kijker dan wel consument. Het is lastig van te voren te bepalen
wie van de kandidaten de X-factor bezit, maar dit blijkt dan
wel uit de telefoontjes en sms’jes die wekelijks (tegen betaling)
worden aangeboden door de kijkers. In een eerste ronde verdelen de stemmen zich over de zangtalenten, die het spectrum
aan menselijke mogelijkheden afdekken (vrouw of man, groot
of klein, etcetera). Na de eerste ronde valt een kandidaat af en
in de tweede ronde is het de vraag aan wie de stemmen van de
afgevallen kandidaat zullen toevallen. In alle waarschijnlijkheid
gaan de stemmen van de afgevallen kandidaat naar een kandidaat die overeenkomsten heeft, maar die in een eerdere ronde
niet de voorkeur van deze groep stemmers genoot. In de derde
en volgende ronden herhaalt dit proces zich en in toenemende
mate beginnen de patronen duidelijk te worden: de stemmen
van de afvallende Serge (jongen) gaan naar de kansloze maar
laatstovergebleven jongen, Harm. De stemmen van de ‘rocker’ Harm gaan in de daaropvolgende ronde naar de eveneens
‘rockende’ Ellen en niet naar de ballad-zingende Floortje of
R&B-Raffaëla, enz. Uiteindelijk leiden de wisselende coalities
van stemmers tot een mengelmoes van compromissen die de
winnares vertegenwoordigt.
Idols is een micromarkt in haar volle dynamiek. De producenten van zangkunsten bieden hun waren aan en onderscheiden zich in verpakking en kleurstellingen. De consumenten
gaan graag de concurrentie aan met andere consumenten door
zich te profileren met de kandidaat van hun keuze. De marktmeester is onverbiddelijk en haalt de minst populaire producent
van de markt. En daarmee wordt letterlijk en figuurlijk de toon
gezet. De paden waarlangs het proces zich voltrekt bieden de
consumenten een beperktere keuze en de overgebleven producenten weten zich gesterkt door de gedachte dat er consumenten zijn te winnen. De Keynesiaanse beauty contest is in volle
gang, waarbij het de consumenten al lang niet meer gaat om de
beste zangeres of zanger, maar waarbij het kopersgedrag wordt
bepaald door wat we verwachten dat anderen zullen doen. De
padafhankelijkheid van het proces schikt de kansen na elke
ronde opnieuw en de uitkomst is niet alleen onzeker maar leidt
ook niet noodzakelijk tot het beste product. Welkom in de
wereld van de showbizz.
De Europese Commissie is een eigen Idols-show begonnen.
De liberalisering in de electriciteitssector maakt eens te meer
duidelijk welke bedrijven de echte talenten zijn en wie zich beter
niet kan wagen aan de schone kunsten. De afvallers weten zich
gesterkt door de gedachte dat hun klanten bij andere bedrijven
terecht kunnen, die in de volgende ronde nieuwe kansen hebben
om door te stoten naar eeuwige roem en winsten. Het overnameÂ
proces van de Europese elektriciteitsbedrijven is nog maar net
begonnen en het is de vraag wie de X-factor heeft. Zijn er in
Nederland nog echte idolen? n
Albert Jolink, hoofdredacteur
a.jolink@sdu.nl
ESB  24-3-2006
123