De ambitie van dit kabinet is om samen met het bedrijfsleven en de kennispartners te komen tot een sterke, vernieuwende en duurzame economie. Een economie die zo sterk en flexibel is dat we in de toekomst ons brood kunnen blijven verdienen, en we tegelijkertijd de gevolgen voor ons klimaat en onze leefomgeving beperken. Een economie waarin alle Nederlanders een fijn leven kunnen hebben, nu en later.
Maar als de maatschappelijke ontwikkelingen van de afgelopen tijd één ding duidelijk hebben gemaakt, dan is dat wel de kwetsbaarheid van onze manier van leven en werken. Want gezondheid, de beschikbaarheid van voldoende zorg, een redelijk inkomen, werk of winstgevende bedrijvigheid zijn niet vanzelfsprekend.
Om ons land klaar te maken voor de toekomst staan we voor drie grote transities. We moeten stappen zetten op het gebied van energiebesparing en nieuwe vormen van energie. We moeten onze digitale economie verder ontwikkelen, waarbij we voorop willen lopen met de ontwikkeling van nieuwe technologieën. En het is noodzakelijk dat grondstoffen hergebruikt worden en afbreekbaar zijn. Forse veranderingen.
Het is mijn overtuiging dat bedrijven en overheid elkaar hierbij nodig hebben. Bedrijven zijn belangrijk voor de economie, welvaart, samenleving en het welzijn. Een sterke en weerbare economie leunt op het lef van ondernemers om in te spelen op nieuwe ontwikkelingen. Om daar geld en energie in te kunnen steken en vervolgens een mooi bedrijf op te zetten met banen voor de toekomst. Als minister van Economische Zaken en Klimaat wil ik daarom Nederland een aantrekkelijk land laten zijn voor ondernemers.
De transities brengen ook kansen met zich mee. Ons land is gewend om zulke kansen op te pakken, om vernieuwend te zijn en onze tanden in nieuwe technieken te zetten. We draaien niet voor niets op verschillende internationale ranglijsten al jaren mee in de top als het gaat om ondernemerschap.
Ondernemers moeten kunnen doen waar ze goed in zijn, en de overheid moet doen wat voor een duurzame economie nuttig en noodzakelijk is. Goed functionerende bedrijven zorgen er, naast werk en inkomen, voor dat werknemers zich gewaardeerd en betrokken voelen en zich verder kunnen ontwikkelen. Ook dragen bedrijven bij aan de grote opgaven van de samenleving en onze welvaart, en hebben ze een maatschappelijke verantwoordelijkheid om de negatieve gevolgen van hun economische activiteiten te beperken. De overheid creëert randvoorwaarden voor een goed ondernemingsklimaat, met zo weinig mogelijk belemmeringen, en met goede kansen voor talentvolle mensen om een bedrijf te starten, te vernieuwen en te doen groeien.
De uitdagingen vragen wel om keuzes. Keuzes over waarop we als overheid samen met het bedrijfsleven extra willen inzetten, en om andere dingen anders te doen.
Het maken van deze keuzes vergt een visie op de toekomst van de economie. Een visie die ik samen met bedrijfsleven, (regionale) overheden en kennisinstellingen de komende maanden ga opstellen en uitwerken. Hierbij streef ik er ook naar om het overheidsbeleid voor ondernemerschap beter te onderbouwen. Er is veel kennis beschikbaar en er wordt veel onderzoek gedaan, maar tegelijk is er nog veel onbekend en zitten er lacunes in de kennis van de overheid. Daarom is recentelijk het Kennisplatform Ondernemerschap opgericht, dat onder meer werkt aan een kennisagenda en een community van kennispartners.
Door wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis te delen, nieuw onderzoek te laten doen en (gericht) meer data te verzamelen, werken we aan een beter onderbouwd ondernemersbeleid. In dit ESB-dossier zijn er een aantal richtinggevende artikelen over het Nederlandse ondernemerschapsklimaat gebundeld, met als doel om het ondernemerschapsbeleid inhoudelijk te voeden. Ik wens u veel leesplezier!
Auteur
Categorieën