Ga direct naar de content

Concurrerend, veilig, duurzaam

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juni 17 1992

Concurrerend, veilig, duurzaam
Concurrerend, veilig en duurzaam – dat zijn de trefwoorden voor het Nederlandse landbouwbeleid in
de jaren negentig. Verschillende ontwikkelingen
dwingen ons in die richting. Ten eerste de Uruguayronde. Willen we die succesvol afsluiten – ik hoop
dat het lukt, al heb ik er een hard hoofd in of dat
nog in de loop van dit jaar zal zijn – dan moeten
alle deelnemende landen hun landbouwsector meer
in overeenstemming met de markt brengen. Voortzetting van de huidige protectie valt niet langer te
garanderen. Er zijn trouwens ook volop interne redenen waarom de landbouwsector meer concurrerend moet worden. In de afgelopen tien jaar is de
EG over de grens van zelfvoorziening heengeschoten. De voortdurend toenemende produktie heeft
ernstige problemen veroorzaakt in de vorm van
zware budgettaire lasten, groeiende overschotten en
spanningen in de handelsbetrekkingen. Dat kan zo
niet langer doorgaan.
Om die redenen heeft EG-commissaris MacSharry
voorstellen gedaan voor een hervorming van het Europese landbouwbeleid. Doel is de uitgavenstijging
te beheersen en de prijzen meer in lijn te brengen
met de realiteit van de markt, onder voorwaarde
van inkomensstabiliteit voor de boeren. Een ander
doel van de hervormingsvoorstellen is meer aandacht te schenken aan de milieu-aspecten van het
gemeenschappelijke landbouwbeleid. De huidige
marktreguleringen bevorderen de intensivering van
de produktie die ten koste kan gaan van het milieu.
Daarom heeft de Commissie een aantal flankerende
maatregelen voorgesteld, die bedoeld zijn om het
milieu, de natuur en het landschap te sparen en bebossing te bevorderen. Het hele pakket is, met een
aantal belangrijke wijzigingen, geaccepteerd tijdens
de Landbouwraad in mei.
Een tweede hoofdlijn is dat we ons er steeds meer
van bewust zijn geworden dat onze natuurlijke omgeving grenzen stelt aan het gebruik van natuurlijke
hulpbronnen, aan watwe produceren, hoeveelvse
produceren en boewe het produceren. Lucht, water
en bodem zijn verontreinigd; ecosystemen en plante- en diersoorten worden bedreigd. Dat is natuurlijk niet alleen de schuld van de landbouw. Verkeer,
Industrie en toerisme dragen ieder hun steentje bij.
Maar het punt is dat de landbouw niet alleen vervuiling veroorzaakt, maar er ook door wordt getroffen.
De luchtverontreiniging schaadt de gewassen en het
vee. Zware metalen worden in de gewassen opgenomen en kunnen een gevaar opleveren voor de gezondheid van de consument. Het is dus in het directe belang van de sector om lets aan de milieuproblemen te doen.
Het derde punt is dat er meer aandacht ontstaat
voor een Veilige’ landbouw. Ik doel daarbij op de
kwaliteit van produkten gezien vanuit de consument. Die krijgt steeds meer oog, niet alleen voor
hoe produkten er uit zien, maar ook hoe ze zijn geproduceerd. Het gaat daarbij om zaken als het gebruik van bestrijdingsmiddelen en andere inputs in
het produktieproces. Er is een groeiende zorg dat

ESB17-6-1992

residuen hiervan in het voedsel achterblijven. Natuurlijk zijn er normen
op dit gebied, maar normen alleen
zijn niet voldoende; het niveau van
de residuen moet zo ver worden teruggedrongen als maar mogelijk is.
Daarnaast bedoel ik met veiligheid
ook dat het produktieproces geen
schade toebrengt aan het milieu en
aan de gezondheid van degenen
die in de landbouw werkzaam zijn.
Meer in het algemeen vraagt de
markt om een landbouw die beter
dan tot nu toe weet in te spelen op
maatschappelijke behoeften. De
aandacht moet niet langer gericht
zijn op meer produceren, maar op
beter produceren. Dat vereist kwaliteit in de breedste zin van het woord. Daaronder vallen ook zaken als het dierlijk welzijn. Er is een groeiende vraag naar produkten die zijn voortgebracht
onder goede omstandigheden voor het dier. Aspecten als diervriendelijkheid en onschadelijkheid voor
het milieu moeten een integraal onderdeel gaan vormen van het kwaliteitsbeleid in de landbouw.
De vergrote aandacht voor kwaliteit vereist het ontwikkelen van nieuwe plannings- en produktiemethoden, waarbij de nadruk komt te liggen op kwaliteitszorg die alle schakels van de produktieketen
omvat: total quality insurance. Produkten die aan
speciale kwaliteitseisen voldoen, zullen zich door
middel van een keurmerk kunnen gaan onderscheiden van andere produkten. De verantwoordelijkheid voor de kwaliteitsbewaking zal in hoofdzaak
bij het bedrijfsleven zelf liggen. De rol van de overheid ligt vooral in het scheppen van voorwaarden
en het verschaffen van faciliteiten voor de totstandkoming van het beleid.
Onderzoek, voorlichting en ontwikkeling zijn in dit
verband van groot belang. De agrarische sector in
Nederland is van oudsher sterk op dit punt. Ook nu
zijn de inspanningen op dit terrein van het grootste
belang om ervoor te zorgen dat land- en tuinbouw
schoner, efficienter en meer in overeenstemming
met welzijn en milieu gaan produceren. De R&Dactiviteiten concentreren zich op dit moment onder
meer op geintegreerde plantaardige produktiesystemen, geintegreerde gewasbeschermingsmethoden,
maar ook op geavanceerde verwerkings- en distributiemethoden voor agrarische grondstoffen. Ook aan
non-food toepassingen voor agrarische grondstoffen (agrificatie) zal de nodige aandacht worden besteed.
Het is duidelijk dat de Europese en de Nederlandse
landbouw in de komende jaren voor grote uitdagingen staan. Maar gezien het aanpassings- en innovatievermogen dat de agrarische sector in ons land in
het verleden steeds aan de dag heeft gelegd, ben ik
ervan overtuigd dat ook de omschakeling naar een
meer concurrerende, veilige en duurzame produktie
met succes zal worden volbracht.

P. Bukman

Auteur