Deze maand is de redactie van ESB uitgebreid met Rutger Schilpzand, die bijna klaar is met zijn promotieonderzoek naar de langetermijndeterminanten van economische groei. Naast zijn nieuwe functie bij ESB is Rutger postdoctoraal onderzoeker aan de Universiteit Utrecht.
Waar gaat je proefschrift precies over?
“Het idee bestaat dat de economische groei van een land, ofwel de groei van het bruto binnenlands product, al heel lang geleden is bepaald. Denk bijvoorbeeld aan het werk van Acemoglu. Hij toonde aan dat de wijze van kolonisatie nu nog steeds een belangrijke determinant is voor economische groei. Maar er zijn meer ideeën over de fundamenten van groei. Zoals het moment dat de ploeg als landbouwwerktuig geïntroduceerd werd, of een meer controversieel concept als de optimale genetische samenstelling van de bevolking. Hoe dan ook is het idee dat landen lang geleden de economische loterij hebben gewonnen of verloren. De winnaars blijven winnaars; de verliezers blijven verliezers.
In mijn proefschrift onderzoek ik in hoeverre de economische prestaties van landen inderdaad zo sterk vastliggen. Dat doe ik, door te kijken naar economische schokken: ik laat zien dat landen die tijdelijk beter presteren dan hun voorspelde langetermijngroeipatroon na zo’n schok slechter presteren dan landen die tijdelijk onder hun voorspelde groeipatroon zaten. Die tendens terug naar het voorspelde groeipatroon suggereert dat langetermijndeterminanten erg hardnekkig zijn.
Toch is het mogelijk dat landen structureel afwijken van de loterijuitslagen, toon ik eveneens in mijn proefschrift. Zo staat het negatieve groeieffect dat samenhangt met de genetische afstand tot de Verenigde Staten niet in de sterren geschreven: door hoger onderwijs te stimuleren kunnen landen met een grote genetische afstand de negatieve groeieffecten ervan tenietdoen.”
Wat vind je zo interessant aan economische groei?
“Mij gaat het eigenlijk primair om de welvaartsgroei. Ik verwacht dat de bbp-maatstaf langzaamaan vervangen zal worden door alternatieven die de welvaart in bredere zin meten. Uiteindelijk gaan we naar een toekomst toe waarbij economische groei synoniem wordt aan groei van de welvaart.
Hoe de welvaart tot stand komt, vind ik een fascinerend fenomeen. In mijn proefschrift laat ik ook zien dat huishoudens in de ‘verliezende landen’ toch welvarender worden doordat ze, ook bij een gelijkblijvend inkomen, over meer duurzame consumptiegoederen beschikken, zoals een tv of een mobiele telefoon die hen van informatie voorziet. Met die duurzame consumptiegoederen in het huishouden, nemen ook hun mogelijkheden toe: ze zorgen voor een ‘redelijke levensstandaard’ waarin er meer ruimte is voor bijvoorbeeld onderwijs en vrije tijd. Zo ontstaat er een wisselwerking die leidt tot een gezonder en langer leven. Met zo’n ‘redelijke levensstandaard’ blijkt de mens dus veel meer potentie te hebben om welvaart voor zichzelf te creëren.”
Waar houd je je mee bezig als postdoc?
“Databeschikbaarheid is voor mij zeer belangrijk voor gedegen onderzoek. Daarom begeleid ik het zogeheten FIRMBACKBONE-project, waarin additionele bedrijfsgegevens aan de bestaande registers van de Kamer van Koophandel worden gekoppeld. Het doel is een open en brede dataset voor wetenschappers en uiterlijk volgend jaar ook voor studenten. Momenteel koppelen we het werkgelegenheidsregister van LISA aan onze dataset; in de toekomst volgen andere.”
Je bent ook betrokken bij een kunstinstelling in Nijmegen: wat doe je daar?
“Op dit moment geven wij kunstenaars de ruimte om hun kunstactiviteiten verder uit te bouwen. Dit doen wij door exposities en performances te organiseren en zo een dynamische artistieke gemeenschap te bevorderen.”
En nu komt ESB daarbij.
“Ja, ESB is de plek om middenin het maatschappelijke debat te stappen. Daar heb ik veel zin, en ik verwacht dat het ook mijn academische werk verrijkt.”
Auteur
Categorieën