Ga direct naar de content

Harde landing VS, wie zal het zeggen?

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 2 2001

Harde landing VS, wie zal het zeggen?
Aute ur(s ):
DNB (auteur)
Deze rub riek wordt maandelijks samengesteld door Niek Nahuis, Maarten van Rooij en Ad Stokman van de Nederlandsche Bank.
Ve rs che ne n in:
ESB, 86e jaargang, nr. 4293, pagina 113, 2 februari 2001 (datum)
Rubrie k :
DNB-indicator
Tre fw oord(e n):
conjunctuur

Negatieve berichten over de Amerikaanse economie stapelen zich op. Ook de Amerikaanse yieldcurve wijst op slecht weer, maar deze
heeft recentelijk wel aan betrouwbaarheid ingeboet.
De rentetermijnstructuur in de VS staat bekend als een betrouwbare leidende indicator voor economische activiteit. In het verleden gaf
een afvlakking van de yieldcurve vaak een vroegtijdig signaal af van een terugval in de economische groei. Sinds 1975 ging een sterke
omkering van de yieldcurve zelfs steeds vooraf aan een krimp van de economie. Van een omgekeerde of inverse yieldcurve is sprake
wanneer de rente op de kapitaalmarkt (de lange rente) onder de rente op de geldmarkt (de korte rente) ligt. figuur 1 illustreert deze
empirische wetmatigheid voor een tijdbestek van ruim drie decennia 1. Hierin is het écart van de lange en korte Amerikaanse rente
een jaar vooruitgeschoven ten opzichte van de reële bbp-groei 2.

Figuur 1. Bbp-groei en rentetermijnstructuur VS
Een beslagen bol?
Wat vertelt de huidige stand van de Amerikaanse yieldcurve ons? Vanaf het tweede kwartaal van vorig jaar is sprake van een
omgekeerde rentestructuur in de vs. Gezien de ervaring zou dit een duidelijk signaal zijn dat de Amerikaanse economie dit jaar in een
recessie terechtkomt. Enige terughoudendheid bij deze conclusie is op zijn plaats, omdat de yield-spread ook in de afgelopen jaren reeds
duidde op een inzakkende groei die vervolgens uitbleef. De ‘kristallen’ bol van de rentermijnstructuur is derhalve enigszins beslagen
geraakt. Hiervoor zijn zowel een aantal bijzondere omstandigheden (kapitaalvlucht in kwalitatief betere vermogenstitels ten tijde van de
Azië-crisis) als structurele veranderingen (zoals de ‘nieuwe economie’ en de Amerikaanse begrotingsoverschotten) verantwoordelijk. Los
van de rentetermijnstructuur zijn er op dit moment duidelijke aanwijzingen dat de Amerikaanse economie sterk aan kracht gaat inboeten.
Zo is de belangrijke Amerikaanse National Association of Purchasing Managers (NAPM)-index van inkoopmanagers in de industrie in
december afgenomen tot het laagste niveau sinds 1991, terwijl ook het consumentenvertrouwen substantieël is gedaald. Tegen deze
achtergrond heeft het FED op 3 januari jongstleden het Federal Open Market Committee (FOMC), tussen twee reguliere vergaderingen
in, de rente met vijftig basispunten verlaagd.
Bbp-groei indicator duidt op scherpe vertraging
Ook de op de Bank ontwikkelde bpp-groei-indicator voor de VS, die is samengesteld uit een groot aantal leidende indicatoren – reële en
financiële – indiceert dat de groei in de VS flink zal gaan teruglopen: van een gerealiseerde groei van 5,3 procent in het derde kwartaal van
2000 (jaar op jaar) tot een voorspelde groei van 1,5 procent in het derde kwartaal van dit jaar. De gemiddelde reële groei voor de eerste
drie kwartalen van dit jaar tezamen zou volgens deze indicator op 2,3 procent uitkomen in vergelijking tot de eerste drie kwartalen van
2000. Eerdere voorspellingen voor de VS waren beduidend positiever, doch afgaand op de uitspraken van Alan Greenspan in de
Amerikaanse Senaat van 25 januari jongstleden is een economische groei van rond twee procent voor dit jaar misschien nog wel te
optimistisch. Tegen deze achtergrond is er genoeg reden om aan te nemen dat ook de groei elders in de wereld in een lagere versnelling

zal overgaan dan tot voor kort werd voorzien. Wat betreft Nederland duidt de DNB-conjunctuur-indicator, die ditmaal vooruitblikt tot en
met juni van dit jaar (figuur 2) op een afzwakking van de groei tot een trendmatig niveau en bevestigt daarmee dit beeld

Figuur 2. DNB-conjunctuurindicator

1 Zie ook A.C. Mollerus, Een recessie in Europa?, ESB, 8 december 2000, blz. 1008-1010.
2 Voor een theoretische onderbouwing van deze samenhang zie bijvoorbeeld A.C.J. Stokman, Rentestructuur in theorie en praktijk,
Maandschrift Economie, 1991, blz 114-129 en J.M. Berk, The preparation of monetary policy: essays on a multi-model approach,
Kluwer, 2000, blz. 25-28.

Copyright © 2001 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteur