Ga direct naar de content

Jrg. 1, editie 28

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juli 12 1916

12 JULI 1916
Economisch~Statistische
Berichten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIIN EN VERKEER

1
1E
JAARCANG

WOENSDAG 12 JULI 1916

No. 28
1

INHOUD

BIz.
EËNÎGË CIJFERS BÉTREFFENOE ONZE SPOORWEG-MAAT-
SCHAPPIJEN

………………………………
421
Index-cijfers
………………………………..
422
De

distributie onzer

groenten

………………….
423
Gelijke verdeeling van lasten bij beschikbaarstelling voor
het

binnenland
……………………………
424
Centralisatie van den handel in Duitschland
……….
426
Aanteekeningen bij de Statistieken:
V.
De Nederlandsche Bank
…………………
426
BOEKAANHONDIGING

…………………………..
428
REGEERINGSMAATRECEL.EN OP HANDELSGEBIED
…………
429
MAANDCIJFERS:
Inklaringen op Amsterdam en Rotterdam
……….
430
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
………………
430-439
Geidkoersen.
Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.
Goederenhandel.
1
Bankstaten.
Verkeerswezen,

Bijdragen en mededeelin gen den inhoud betreffende,
alsmede gegevens voor de
afdeeling
,,Statistielcen en
Overzichten” gelieve men ie zenden aan het secretariaat,
Geldersche Kade 21
b,
Rotterdam,
telefoon No. 10685.

Abonnernentsprijs franco p. p. in Nederland f 10,—,
buitenland en koloniën f 12,— per jaar. Losse
nummers 25 cents.

Advertentiën f 0,35 per regel. Plaatsing bij abonne-
ment volgens tarief.

Mededeelingev, betreffende abonnementen en adver-
tentiën richte men tot Nijgh & van Ditmar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, Den Haag.

11 JULI 1916.

r valt niet veel verandering te berichten omtrent

de geldmarkt gedurende de afgeloopen berichtsweek.

Particulier disconto noteerde
2
tot
234
pOt.; op den

laatsten beursdag waren wissels zelfs voor 1
7
/s pOt. te

plaatsen. De omzetten zijn uiterst gering, hetgeen ook

blijkt uit de prolongatie-rente, waarvoor Woensdag

in het geheel geen noteering tot stand kon komen. De

overige dagen
234-3-2%
pOt.

De wisselmarkt was eveneens stil. Nu ook Engeland

weder nienwe bepalingen heeft gemaakt tot beperking

en bemoeilijking van den wisselhandel, zullen de om-

zetten nog wel verder inkrimpen en zal men met

steeds meer moeite aanbod van of vraag naar buiten-

landsche betaalmiddelen kunnen bevredigen.
‘1

In den ioop der vorige week is, onder den naam

Distributiewet
1916,
een ontwerp bij de Staten-

Generaal ingediend, ,,tot vaststelling van bepalingen

in het belang van de volksvoeding en van een doel-

matige distributië van goederen”, waardoor de

oplossing van het zoo urgente vraagstuk der distri-

butie-politiek thans in handen is gelegd van het

parlement en op een krachtige ,
1
levensmidde en-

poiitik Wordt aangestuurd.

EENIGE CIJFERS BETREFFENDE ONZE

SPOORWEG-MAATSCHAPPIJEN.

De abnormale tijden, die wij beleven, spiegelen zich
ook af in de verslagen der beide groote Spoorweg-
maatschappijen over
1915.
Niettegenstaande de belemmering van haar inter-
nationaal verkeer, ondanks dure brandstoffen en
hooge personeelkosten alsmede tegenvallers zooals die
wegens koersverliezen, waarop in No.
14
van dit tijd-
schrift werd gewezen (voor de S.S.
blijkt
dit verlies
plm.
f 500.000,
voor de H.S. pim.
f 750.000
te bedra-gen) zijn de bedrijfsresultaten der beide groote Spoor-
wegmaatschapijen zoo gunstig als sedert
1890,
het jaar
waarin de huidige spoorwegovereenkomsten
zijn
afge-
sloten, niet is voorgekomen; alleen het zeer gunstige jaar
1913
maakt hierop, wat betreft de Hollandsche
IJzeren Spoorweg-Maatschappij, wier resultaten over
1915
niet zoo schitterend zijn als die van de Maat-
schappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, eene
uitzondering.
De bruto-ontvangsten (voor de S.S. neerkomende
op
f66.08Y2,
voor de H.S. op
f 59.63
per dag K.M.) bedragen voor de beide Maatschappijen gezamenlijk
pim.
f 80
millioen.
Ter beoordeeling van dit
cijfer
zij in herinnering
gebracht, dat de Staatscommissie voor het spoorweg-
beleid, die in Mei
1911
haar rapport uitbracht, de ge-
zamenlijke bruto’s van de Staatsspoor en de Holland-
sche Spoor voor
1918
schatte op pim.
f 7134
millioen,
daarbij voor de jaren
1908-1918
eene gelijke stijging

aannemende als van
1898-1908
plaats vond, en bij de
slechts subsidiair geuite onderstelling van progres-

sieve stijging voor het jaar
1918
kwam tot
f 80
mii-
lioen,.juist het cijfer mitsdien, dat thans
3
jaren eer-
der reeds is bereikt.
Niet alleen de bruto’s, ook het saldo, dat aan de
Maatschappijen ten goede komt, is, evenals het winst-

aandeel, dat door haar aan den Staat wordt uitge-
keerd, over
1915
hooger dan in eenig jaar sedert
1890
(wat de H.S. betreft het jaar
1913
alleen uitgezon-
derd).
Daarbij is de reserve in
1915
vermeerderd bij de
Eollandsche Spoor met
f 617.139,
bij de Staatsspoor
met het enorm bedrag van
f 2.401.047.
Dit laatste cij-
fer spreekt te meer, indien men bedenkt, dat zoo-
als door de bovenbedoelde Staatscommissie werd ge-
constateerd, de reserve bij de Maatschappij tot Exploi-
tatie van Staatsspoorwegen in het tijdperk
1891-
1909
bij een dividend van gemiddeld
3,86
pOt. ver-
minderde met
f 6.277.

Deze bedrijfsresultaten zouden bij oppervlakkige
beschouwing zeker op merkwaardige wijze de som-
bere voorspellingen van bovenbedoelde Staatscommis-
sie beschamen en zouden alleszins de vraag wettigen,
welke in een vorig nummer van dit tijdschrift werd
gesteld, of de extra-heffing, waartoe de Nederlandsche
Spoorwegmaatschappien onlangs door de Regeering

werden gemachligd, wel voldoende gemotiveerd is.
Bij nadere beschouwing der verslagen komen echter
de bovengenoemde cijfers in een ander licht.
In de eerste plaats treft de buitengewoon groote
stijging van het reizigersvervoer en de opbrengst

422

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juli 1916

daarvan; bij de Staatsspoor buy, steeg die opbrengst met
26,54
pOt. tegenover het uiterst gunstige jaar
1913
en dat, niettegenstaande’ het anders zoo belang-

rijke internationaal reizigersverkeer, meer speciaal het

transietverkeer nagenoeg geheel stilstond.
1)
Al staat
daartegenover, dat het binnenlandsch reizigersverkeer

zeer levendig was en ook, vooral door het niet-uitge-

ven van vacantiekaarten, zeer loonend, daarmede is de

bedoelde buitengewone stijging
niet opgehelderd; de

verklaring daarvan is te vinden in het bijzonder groot
vervoer van militaire verlofgangers;
blijkens
het ver-
slag van de
Roll.
IJzeren Spoorweg-Maatschappij be-
droeg de opbrengst van het vervoer der op crediet ver-

voerde verlofgangers alleen reeds bijna
f 3 millioen;

voor de Staatsspoor is dat
cijfer
uiteraard nog aan-

merkelijk hooger en wel op ongeveer het dubbele van
laatstgenoemd bedrag te becijferen;

De bewering is dan ook niet te gewaagd, dat het in
hoofdzaak hieraan is te, danken, dat de Maatschap-

pijen niet aan een zoo goeden afnemer als dén Staat

eene rekening hebben behoeven aan te bieden inge-
volge de bekende garantie-overeenkomst van April

1915,
zooals over
1914
noodig bleek, toen de Staats-

spoor bijpassing van
f 2.719.755,
de Hollandsche Spoor
van
f 1.765.330
moest vorderen.

Ook bij de trouwens veel mindere toeneming van
de opbrengst van het goederenvervoer (tegenover
1913

bij
S.S.
2,29
pOt. bij H.S.
1,63
pOt.) spelen buiten-
gewone factoren een rol.

De
aanmerkelijke
achteruitgang in het buiten-

landsch goederenverkeer (aanmerkelijk uiteraard

vooral in het verkeer met België en iFrankrjk en in
het transietverkeer) werd ruimschoots opgewogen door

de toename in binnenlandsch goederenverkeer; voor
de Staatsspoor, aan wie bijv. de omstandigheid, dat de
Limburgsche kolen nagenoeg uitsluitend naar Neder-
landsche bestemmingen verzonden werden, bedroeg die

vermeerdering tegenover het jaar
1913
ruim
f 5
mii-

lioen. Aangenomen mag worden dat de Spoorwegmaat-
schappijen in’
1915
heel wat gunstiger stonden dan in

normale jaren tegenover hare concurrente, de binnen-
schipperij, die vermoedelijk veel met gebrek aan per-soneel en hooge exploitatiekosten zal hebben te wor-

stelen gehad.
Dat speciaal de opbrengst van het ijl- en bestelgoe-
derenverkeer grootelijks is gestegen zal mede wel
hieraan zijn te danken, dat tengevolge van de buiten-
gewone tij dsomstandigheden, met. uitvoer- en andere. verboden, veelal aan spoedige verzending zeer groote
waarde werd gehecht.
Ook de omstandigheid, dat een andere concurrentie
(het vervoer via Antweipen, Bremen en Hamburg)
thans is uitgeschakeld, mag geacht worden een gunsti-
gen invloed te hebben uitgeoefend, ook daardoor, dat
het betreffende vervoer thans tegen meer loonende
prijzen kon geschieden. *
De bespreking in hoeverre op bovengenoemde facto-
ren ook voor het loopende jaar mag worden gerekend
en de bovenbedoelde vraag omtrent de extra-heffing
bevestigend mag worden beantwoord, moge tot een
volgend nummer worden uitgesteld.
s
H

INDEX-CIJFERS,

t

Voor’het eerst gedurende den oorlog vertoonen de
index-cijfers van The Economist thans een algemeene
daling; weliswaar gaf ook Juni
1915
eenige vermin-
dering te zien, maar het verschil was toen veel gerin-
ger en werd slechts door drie der vijf artikelengroepen
veroorzaakt,
terwijl
weefstoff en en mineralen van een
belangrijke
stijging
blijk gaven. Thans echter vertoo-
nen alle rubrieken een lager
cijfer
en al is het ver-

1)
De opbrengst van het reizigersvervoer van de N.B.D.S.
(Boxtei-Wesei), die het voornamelijk van dat reizigers-
transietverkeer moet hebben, bedroeg dan ook in 1915 juist

%
(pim.
f
221.000) van die opbrengst over 1913 (Pim.

f
663.000).

schil.
bij
enkele niet groot, bij andere is de achteruit-
gang zon belangrijk, dat het.totale verhoudingscijfer met niet minder dan
7,5
is verminderd, tegen een da-
ling van
3,5
in Juni
1915.

Data
Granen

vleeseli

An.
dere
00e-
dings-

en ge-
notm.

Grond.
stoffen
tcxtel jndis
trie.

Dolf-.
stoffen.

Diver-
50fl:
oliën,
hont,
rubber,
enE.

Totaal

Alge-
meen
index-
cijfer

Basis (gemidd.
1901-5)
. –
500 300 500 400
500
2200
100,0
1Januari1914
563 355
642
491
572
2623
119,2
1 April
560 350
1
/
626
2
12
493
567 2597
118,0
1

Juli

,,
565
1
/
345 616
471’12
551
2549
115,9
E’indeJuli

,,
579
352
61612
464
1
/2
553
2565
116,6
Aug. ,,
641
369
626 474 588
2698
122,6
Sept. ,,
646 405
611’12
472
1
11
645
2780
126,4
Oct

,,
656
1
/2
400
1
12
560 458
657
2732
124,2
Nov. ,,
683
407
1
/2
512 473
68412
2760
125,5
Dec.

,,
714 414
1
/2
509
476
686’12
2800
127,3
Jan.1915
786
413
535
521
748
3003
136,5
Febr.,,
845
411
‘552
1
12
561
1
/2
761
3131
142,3
Mrt.

,,
840 427 597 644
797
3305
150,2
April,,
847
439
1
/2
594
1
/2
630
816
3327
151,2
,,

Mei

,,
893 437
583
600′ 814
3327 151,2
Juni ,,
818
428 601
624
779
3250
147,7
Juli

,,
838
1
2
44011,

603 625
774
3281
149,1
Aug. ,,
841
438
1
/2
628
610’12
778
3296
149,8
Sept. ,,
809
1
12
470/2
667 619
1
12
769
1
12
3336
151,6
Oct.,,
834
443
1
12
681
631
1
12
781
3371 153,2
Nov. ,,
871
1
/2
444 691 667
1
/2
826
3500
159,1
Dec.

,,
897
446
731
711’/2
848
1
1
2
3634
165,1
Jan.1916
94692
465 782
1
12
76112
884’12
3840
174,5
Febr.,,
983
520
1
12
805112

801
1
12
897112

4008
182,2
Mrt. ,,
949’12
503 796
1
11
851 913
4013
182,4
April,,
970
1
12
511
794
1
/2
895
1019
4190
190,5
Mei
1024 529
805
942
1019
4319
199,0
Juni
989 520
794
895
1015
4213
191,5

De grootste daling vertoont het cijfer voor de dell-

stoffengroep, tengêvolge van den .grooten achteruit-

gang der koper- en tinprijzen. Het roode metaal, dat

op half Mei nog ruim £ 140 noteerde, was in de laat-
ste dagen van Juni tot £
98
gevallen, een daling dus
van
30
pOt. in ruim een maand. Ook de andere ,,minor
metals” geven
belangrijke
prijsverminderingen, te
zien; daarentegen is ijzer iets gestegen; De kolenprj-
zen zijn, door eenige meerdere productie, een weinig

afgebrokkeld.
Ook voor de groep ,,granen en vleesch” is het cijfer
aanzienlijk lager; waren aardappelen niet tot nieuwe
recordprijzen gestegen, dan was het cijfer voor deze

rubriek nog lager geweest. In onze wekelijksche over-
zichten van de graanmarkten is bij herhaling gespro-
ken van de groote aanvoeren, die tot een belangrijke
daling van alle graanprijzen hebben geleid. De
vleeschprjzen vertoonen een geringen achteruitgang;
rijst bleef vrijwel onveranderd.
Onder de’ ,,andere voedings- en genotmiddelen” is
alleen een daling van den theeprjs belangrijk; boter
is iets duurder, de overige artikelen nagenoeg onge-
wijzigd.

Ook voor de weefstoffen is de daling niet groot.
Katoen is vrijwel op hetzelfde niveau gebleven, ter.
wijl de wolprjzen iets gestegen zijn; daarentegen zijn.
zijde, hennep en jute gedaald. De o’ogstberichten der
beide laatstgenoemde gewassen zijn zeer gunstig en
tengevôlge van ruime aanvoeren behoeft er voor
schaarschte niet te worden gevreesd.
In de laatste rubriek staat een stijging der petro-
leumprjzen tegenover dalingen in de noteeringen
van oliën, oliezaden n rubber.

Een nadere beschouwing der cijfers doet ons de
buitengewone verheffing zien, welke de prijsstand sinds

het uitbreken van den oorlog heeft ondergaan. Daar-
bij zinkt in het niet de verheffing der prijzen sinds
1896,
welke reeds aanleiding gaf tot het ontwerpen
van bepaalde plannen ten’ einde een voortdurende stijging der prijzen te keeren. De totale verheffing

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

423

van het prijsniveau tusschen de jaren 1896 en 1914,

dus over 18 jaren, bedroeg 39,3 pOt. en is dus, hoe
groot ook op zichzelf, gering vergeleken bij die gedu-

rende de nog niet ten volle twee jaren sinds het begin

van den oorlog, in welken tijd de stijging zelfs 72 pOt.
heeft bedragen.
Welke de oorzaken zijn, die tot deze merkwaardige

prijsstijging aanleiding hebben gegeven, valt niet aan-

stonds uit te maken. Zeker is het, dat er een belang-
rijke wijziging heeft plaatsgevonden tusschen goede-
renaanhod en goederenvraag, waarbij dan in het mid-
den kan worden gelaten, in hoeverre de prijsstijging

met een papiergeldinfiatie in verband is te brengen,

of dat slechts van een vermindering van aanbod
sprake is. Dat ook dc enorme verheffing der vracht-
prijzen een belangrijk deel der prijsstijging voor hare
rekening heeft, is duidelijk. Zoo is b.v. de
prijs
voor
vervoer van graan tusschen de Vereenigde Staten en
Engeland, welke v66r den oorlog circa 2 sh. per

quarter bedroeg, in den loop van dit jaar zelfs tot
17 sh. 6 d. gestegen of met bijna 900 pOt.

Hoe belangrijk het aandeel is, hetwelk de vrachten
hebben in deze prijsstijging, blijkt vooral, wanneer
men naast de index-cijfers, berekend uit de Engelsche
noteeringen, die stelt, welke zijn afgeleid uit de prij-
zen, die gelden in het land van productie zelf, b.v.

de Vereenigde Staten. Weliswaar is vergelijking van
index-cijfers, die niet uit dezelfde gegevens zijn samen-
gesteld, steeds onzuiver, maar al te groot zijn de ver-
schillen toch niet, vooral wanneer men die cijfers
kiest, die het meest met elkander overeenstemmen.

Van de
talrijke
index-cijfers, die in de Vereenigde
Staten worden gepubliceerd, komen die au de firma
R. G. Dun & Co. het meest overeen met de gegevens
van The Economist. Het aantal artikelen is bij Dun’s
opgaven grooter en eenigszins anders gerangschikt, ter-
vijl ook enkele afgewerkte industrie-producten zijn
opgenomen, maar over het algemeen hebben de opga-
ven op dezelfde goederen betrekking. Stelt men nu de
cijfers voor 1 Juli 1914 uit beide opgaven op 100 en
herleidt men alle getallen in die verhouding, dan
vindt men de onderstaande cijfers. Daarbij heeft men
echter rekening te houden met de veranderde ver-
houding, door de abnormale wisselkoersen veroor-
zaakt, om welke reden aan onderstaande opgaaf een
kolom is toegevoegd, aangevende de tot de heerschen-
de wisselkoersen op basis der muntpariteit tusschen
dollar en pond herleide
index-cijfers
voor Amerika.

Herleici
cijfer voor

Engeland Amerika Amerika

Eind Juli

1914..

101

101

101
Augustus 1914..

106

106

102
September 1914..

109

103

100
October

1914..

107

104

103
November 1914..

108

104

103
December 1914. .

110

104

104
Januari

1915..

118

105

105
Februari 1915. .

123

104

105
Maart

1915..

130

105

107
April

1915..

131

106

108
Mei

1915..

131

105

107
Juni

1915..

128

104

106
Juli

1915..

129

104

106
Augustus 1915..

129

104

110
September 1915. .

131

106

109
October

1915..

132

109

114
November 19t5. .

137

111

114
December 1915..

142

115

118
Januari

1916..

150

119

121
Februari 1916. .

157

119

121
Maart

1916..

157

122

125
April

1916..

164

122

125
Mei

1916..

172

121

123

De steeds vermeerderde spanning tusschen de En-
gelsche en de Amerikaansche prijsstijging wordt waar-
schijnlijk in hoofdzaak door de hooge transportkos-

ten veroorzaakt; reeds
bij
het begin van den oorlog
hebben deze blijkbaar hun invloed doen gelden, toen

nog slechts wegens het groote risico, later vooral ook

door het gebrek aan scheepsruimte. In den allerlaat-
sten tijd zal de schaarschte aan verschillende benoo-
digdheden aan deze
zijde
der Oceaan, een schaarschte,

ook alweer voor een niet gering deel aan het gebrek
aan scheepsruimte te wijten, tot de buitengewone stij

ging der Engelsche cijfers hebben medegewerkt.

lntusschen is het een merkwaardig verschijnsel, dat

in Amerika toch nog een prijsstijging van ruim 20

pOt. is waar te nemen, terwijl de hooge zeevrachten

hier juist drukkend op de prijzen moesten werken, het
streven naar bezuiniging en de verminderde koop-

kracht in tal van landen de vraag moesten doen afne-
men en het afsluiten van een groot Oentraal-Euro-
peesch afzetgebied ook niet zonder invloed kan zijn. Weliswaar is van verschillende artikelen, vooral van
metalen, het verbruik sterk toegenomen – de dell-
stoffengroep geeft onder de
cijfers
van Dun ook de
grootste stijging te zien – maar van verschillende
andere goederen is dat niet het geval en toch doet de
stijging zich over de geheele linie voor. Ook in Ame-
rika schijnen dus oorzaken van algemeenen aard bij de
prijsstijging een belangrijke rol te spelen.

DE DISTRIBUTIE ONZER GROENTEN.

141
Men schrijft ons:

Ten tweeden male tijdens den oorlog hebben we een
groenten-crisis doorleefd. Den eersten keer geschiedde
dit in Augustus 1914, toen onder den invloed van het

plotseling ontbreken van transportmateriaal op de
aanvoerplaatsen de’ groenten onverkoopbaar waren en
op groote schaal als waardeloos werden weggeworpen.
Dit laatste heeft in de beide voorgaande weken, met
name wat de bloemkool betreft, eveneens plaats gevon-
den. Dat het ditmaal hiertoe kwam, vond zijn aanlei-

ding in een voorafgaande groote duurte der groenten, waardoor de Regeering zich genoopt zag, den uitvoer
aanvankelijk in zijn geheel te verbieden en later
slechts een beperkten uitvoer toe te staan, totdat on-geveer over de geheele linie hier te lande de groente
tegen billijke prijzen verkrijgbaar zou zijn. Tot dat
doel werden ook maximumprijzen voor den kleinhan-
dcl vastgesteld, die den groentenhandel als leiddraad
zouden kunnen dienen, wat deze
bij
inkoop had te be-
steden.

Vat men de resultaten samen, door het complex van
regeeringsmaatregelen behaald, dan kan men vast-
stellen, dat ten aanzien der vroege aardappelen (ook
deze zijn tot de groenten te rekenen) het doel bereikt
is. Zoo werd te Grootebroek, de hoofdmarkt voor
vroege aardappelen, op 5 Juli j.l. per 35 K.G. voor
Schotsche Muizen niet meer dan
f
1.75 besteed, een in
verband met de zeer gestegen productiekosten z66 lage
prijs, dat, niettegenstaande het voor uitvoer bestemde
percentage ca.
f 1
meer opbracht, de totale opbrengst
niet in staat was, de productiekosten te dekken. Het
eigenaardige geval deed zich hierbij voor, dat de ex-
port-Muizen op alle markten vrijwel dezelfde prijzen

golden, en het voor het binnen]and bestemde ge-
deelte op verschillende plaatseri zeei afvijkeride
prijzen opbracht.
Valt hieruit reeds af te leiden, dat er aan de distri-
butie door den binnenlandschen handel iets hapert,
te meer wordt men gedwongen, deze conclusie te aan-
vaarden, zoo men er op let, wat ten aanzien van andere
groenten plaats had of nog heeft. Een zeer frappant
voorbeeld bieden de doperwten: terwijl op 20 Juni de
doperwten te Roelofarendsveen
f
16 per 100 K.G. op-
bi-achten, golden ze op denzelfden dag te Venlo
f
1.70
k f
1.90, d. van den prijs, die op den overeenkom-
stigen datum in 1914 (dus v66r den oorlog) op diverse
veilingen werd gemaakt en niet eens voldoende is om
de plukkosten te betalen. Het gevolg van een en ander
was, dat eenerzijds de groenteboeren te Amsterdam
protesteerden, omdat zij niet tegen maximumprijs

424

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juli 1916

konden verkoopen, terwijl anderzijds de Limburgsche
telers klaagden, dat zij door het uitvoerverbod te gron-

de werden gericht. Voor le soort bloemkool deed zich

nog op 4 Juli het geval voor, dat van twee vlak bij elkaar

gelegen plaatsen als Delft en Loosduinen de prijs op

de veiling in de laatste plaats 100 pOt. hooger was
dan te Delft, t.w.
f 5,50
tegen
f 2,70.
Dat dit geen

toevallige omstandigheid was, blijkt wel hieruit, dat

den volgenden dag zich hetzelfdevoordeed; toen toch
waren de prijzen resp.
f 7,60
en
f
4,10. De veronder-
stelling, dat de Loosduinsche kwaliteit zooveel beter is

dan de Delftsche gaat niet op, daar de buitenlandsche
prijzen op beide veilingen op
5
Juli vrij wel, gelijk

stonden, terwijl den dag te voren Delft zelfs aanmer-

kelijk hooger noteerde. De oorzaak van dit verschijn-

sel zal wel moeten worden gezocht in een onvoldoend
georiënteerd
zijn
van den binnenlandschen handel;
Loosduinexi heeft ook in normale
tijden
beteekenis
voor de binnen.landsche markt, terwijl Delft vooral een

exportmarkt is. Uit sleur blijft de binnenlandsche’
grossier zich te Loosduinen voorzien.

En hier hebben we ook de verklaring, hoe het moge-

lijk is, dat op de eene plaats de consument klaagt, dat

niettegenstaande de beperking van den uitvoer er geen
groenten tegen maximumprijzen te verkrijgen
zijn,
ter-

wijl op een andere plaats de teler klaagt, dat hij som-

mige voor het binnenland te reserveeren groenten als
onverkoopbaar op de mestvaalt moet werpen: onze

tuinbouw is voortreffelijk georganiseerd, waar het’.

geldt den afzet der producten naar het buitenland,
doch heeft zich nimmer bezig gehouden met de orga-

nisatie van de distributie in het binnenland. Het bin-

nenland krijgt over het geheel
zijn
groenten op de-

zelfde wijze als veertig i vijftig jaar geleden; elke
plaats heeft haar voorziening uit de naaste omgeving,
door tuinders, die zelf distribueeren, of door grossiers,.
die op de tuinen of markten aankoopen en aan den

kleinhandel verkoopen. Al naar gelang de teelt gelukt

of mislukt ziet men in een normaal jaar in de onder-‘
scheidene hoofdplaatsen, waar geen export-veilingen

bestaan en dus alleen voor binnenlandsch gebruik ge-
teeld wordt, de meest varieerende groentenprijzen.

Met een verouderd en gebrekkig systeem van voorzie-
ning hebben de gemeenten jaar op jaar genoegen ge-

nomen, als ware met een richtige distributie geen al-
gemeen belang gemoeid. Letterlijk geen enkele ge-
meente heeft er eenig besef van, welke en hoeveel
groenten voor normaal gebruik noodig zijn. Voor

plaatsen als Rotterdam en Den Haag, gelegen in het
centrum der meest overvloedige cultuur, was dat niet
zoo erg; hier kon de handelaar zich ten allen tijde in

normale jaren voldoende, groenten tegen exportprijzen

verschaffen, al bekwam het publiek ze niet altijd te-
gen billijken prijs, iets wat trouwens voor het grootste
deel de schuld van het publiek zelf is, omdat dit den
groenteman – liefst een met paard en wagen – op
een bepaald uur aan de deur wenscht, waardoor het
aantal distribuanten tot beschamende hoogte- wordt
opgedreven. In steden van de meeste andere provin-
cies echter kon het publiek, ook al was het aantal
distribuanten matig, slechts dan tegen normale prij-

zen groenten bekomen, als de groententeelt in de om-
geving slaagde, was dit niet het geval, dan had men
èf geen groenten; èf betaalde ze overmatig duur, om-
dat nôch gemeente, nôch distribuant er aan dacht, de
groenten te doen aanvoeren uit Noord- en Zuid-Hol-
land, waar men overvloed had. En het zijn deze plaat-sen, welke door het beperkte uitvoerverbod ook thans

nog niet gebaat worden, en zulks doordat de distributie
van den, over het- geheele land gerekend, ongetwijfeld

overvloedig gereserveerden voorraad, niet deugt.

Bestaat in zoodanige gemeente een veiling, dan
brengt het voor het binnenland bestemde percentage
er evenveel op als de
50
pOt., die naar het buitenland mogen, doch soms niet eens gaan, omdat men aan de
volle 100 ‘pOt. niet eens genoeg heeft. Een voor schrift,
dat hij overschrijding der maximumprijzen het percen-

tage voor uitvoer moèt wordèn verminderd totdat de
rnaximumprijzen niet overschreden worden, zou daar

geen baat brengen, omdat trots het geoorloofd zijn
van
50
pOt. export die export niet eens plaats vindt.
Maximumprijzen zijn bestemd. er
een doode letter te
blijven, tenzij van elders, waar overvloed en lage prij-
zen
zijn,
wordt aangevoerd. Evenwel blijft die aan-
voer achterwege; omdat noch handel noch gemeente er

op is ingericht, dien ter hand te nemen en trou-
wens, dank
zij
jarenlange nalatigheid in de zorg voor een goede distributie niet eens weet, wat en hoeveel

noodig is en van waar en hoe men het verkrijgen kan.

Dupe daarvan zijn de telers in de exporthoeken, die

de 50 pOt., welke zij voor het binnenland
1
metea
reserveereri, niet kwijt kunnen.

GELIJKE VERDEELING VAN LASTEN BIJ

BESCHIKBAARSTELLING VOOR HET

BINNENLAND.

Een medewerker schrijft ons:

Grau, lieber Freund, ist alle Theoriè. Als men van
eenig artikel niet nauwkeurig de productie, maar wel

het binnenlandsch verbruik kent, dan is theoretisch

de oplossing, dat men eerst het voor binnenlandsch

verbruik benoodigde reserveert en dan voor de even-

tueel overblijvende rest den uitvoer toestaat. Zoo’n

geval doet zich voor
bij
de zeevisch, waarvan dezer

dagen de uitvoer verboden werd. De vangsten en dus

ook de aanvoeren wisselen dagelijks en vooruit is nooit

te zeggen, of de aanvoer op een bepaalden dag vol-

doende zijn zal om tevoorzien in de behoefte aan.de
binnenlandsche vraag. Wel weet men, doordien nage-

noeg alle bestellingen van ‘de ‘beschikbaar gestelde
,soorten loopen via een centraal bureau, hoeveel voor
eigen gebruik noodig is. Vanzelf schijnt dus de weg
aangewezen, hoe te handelen en dat te meer, daar de

aanvoer ook
vrijwel
gecentraliseerd is: te Ijmuiden.
Desniettegenstaande heeft de minister voor den
uitvoer van zeevisch een regeling getroffen, die vier-

kant van het hier aangegeven beginsel afwijkt. De
exporteur wordt n.l. niet verplicht, een elken dag na-
der op te geven hoeveelheid te reserveeren, doch be-

hoeft slechts een bepaald percentage in verhouding
tot zijn uitvoer beschikbaar te stellen. Daardoor ont-

staat de kans, dat op dagen van geringen aanvoer het
beschikbaar te stellen gedeelte op verre na niet in de
vraag voorzien kan, terwijl op dagen van grooten aan-
voer en geringe vraag men eenvoudig geen weg weet
met’ de gereserveerde visch. Natuurlijk kan de minis-
ter dit gevolg niet willen en hij heeft het dan ook niet
gewild. Er is n.l. de keus gelaten tusschen de beschik-
baarstel1ing in natura of de storting van een bepaalde
som gelds per uit te voeren gewicht, uit welke som op
de open markt de voor binnenlandsch verbruik benoo-
digde hoeveelheid visch kan worden betaald. Verge-lijkt men de voorwaarden, in beide gevallen gesteld,

dan wordt het duidelijk, dat de minister het er op
aanstuurt, dat de exporteur aan storting van geld de
voorkeur zal geven. De exporteur toch van 100 K.G.
schelvisch, die aan beschikbaarstelling in natura de
voorkeur geeft, moet
50
K.G. visch leveren voor
f 8,

die op de open markt gemakkelijk
f 25 á f 30 op-

brengt. Zijn winstderving is dus
f 17 á f 22.
Bij beta-

ling in geld daarentegen kan hij volstaan met 4 et. te
storten voor elke brutogewichtshoeveelheid van
1 K.G.; netto wordt dat ongeveer 6 ct. In’dit geval is
de winstderving voor den exporteur op de
150
K.G.

die hij bezit, slechts
f 9.
En dus zal de exporteur van
zelf de voorkeur geven aan de zooveel goedkoopere en
ook gemakkeljkere wijze van betaling in geld.

***

In plaats dus van de zoo rationeel en eenvoudig
schijneude wijze van reserveeren van bepaalde hoe-
veelheden is er een ingewikkelde en gekunstelde uit-
voerregeling, die ternauwernood aan de beschuldiging
ontsnapt,- dat met behulp van haar verkapte. consent-

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

425

rechten geheven worden, iets waartoe de minister

geen bevoegdheid bezit.

Het spreekt wel van zelf, dat dit slechts is kun-

nen geschieden op grond van dit motief, dat de schijn-

baar irrationeele regeling zoowel rechtvaardiger is

dan de schijnbaar rationeele en dat zij tevens beter het

doel bereikt: beschikbaarstelling van voldoende visch

voor volksvoeding. Dat motief is ook geheel juist.

Onze zeevisch is ook in normale tijden hoofdzake-

lijk voor export bestemd en het ligt derhalve voor de

hand, dat de aanvoer ten onzent zooveel mogelijk zoo-

danig geregeld is, dat de visch in het buitenland aan-
komt op een tijdstip, waarop er het meest vraag naar

is. In verband hiermee zijn de aanvoeren gering op
Donderdag en Vrijdag: de dagen, waarop ten onzent

het meest vraag naar visch bestaat. Omdat de visscher-
man gaarne ‘s Zondags thuis is, zijn de aanvoeren bui-
tcngewoon groot op Zaterdag, een voor onze op
schoonmaken beluste huismoeders allerongeschiktste

dag om visch te bereiden.
Bij
reserveeren van visch al
naar de vraag voor het binnenland zou men dus na-

tuurlijkerwijze deze onbillijkheid begaan, dat de man,

die Donderdag visch aanvoert nagenoeg alles voor

binnenlandsch gebruik – d. i. tegen lagen prijs –
moet afstaan, terwijl de man, die op Zaterdag zijn
visch aan de markt brengt, nagenoeg geen winstder-

ving heeft. Het ligt voor de hand, dat, om dit euvel
te ontgaan, de aanvoeren zooveel mogelijk geconcen-
treerd zouden worden op één dag – en liefst den
Zaterdag, waarop het Nederlandsche volk geen visch eet en er dus weinig gereserveerd behoeft te worden.
Het gevolg zou zijn, dat het Nederlandsche volk de
heele week zonder visch zou zitten.

Er zijn echter visschers, die het bedrijf niet zoo-
danig kunnen inrichten, dat
zij
alleen Zaterdag thuis
komen, n.l. de kustvisschers, haast allen ,,kleine men-
schen” en het zouden dus voornamelijk deze personen
zijn, die getroffen worden, indien het beginsel van
reserveeren-al-naar-de-vraag werd doorgevoerd. Dit

zou te onbillijker zijn, omdat de visch, die zij aanvoe-
ren, niet de geweldige prijsstijging heeft ondergaan,
die voor zeevisch in het algemeen valt op te merken.
Een groot percentage der vangsten toch van kustvis-
schers bestaat uit ,,platvisch” (schol en bot), welke
Duitschland momenteel weinig vraagt, omdat het zoo groot gebrek aan bakolie heeft. En het is juist weer de

platvisch, die in Holland bij voorkeur gegeten wordt. Kunnen in het algemeen dus de kustvissehers zich nu
reeds niet verheugen in groote oorlogswinsten – hun
toestand zou zeker niet benijdbaar worden, indien het beginsel van visch-reserveeren- al-naar-de-vraag was doorgevoerd geworden; immers zouden voornamelijk
zij het zijn, op wie de last, Nederland van goedkoope
visch te voorzien, zou komen te rusten. Daarentegen
zouden de vangers van ,,rondvisch” zoo goed als vrij
uitgaan, en onder hen het meest de z.g. IJslandvaar-
ders, die juist de grootste oorlogswinsten behalen. De
IJsiandvaarders brengen haast uitsluitend groote
soorten rondvisch aan, en daar deze twee á drie we-
ken in ijs zijn bewaard gebleven, is— al is de visch
uitstekend voor sonsumptie geschikt – het uiterlijk
zoodanig, dat de Nederlander, daaraan niet gewend,
er stellig den neus voor zou ophalen en de visch voor
bedorven verklaren. Het is waar: de IJslandvaarders
brengen ook zoutevisch aan, die hier gaarne gecon-
sumeerd wordt, en dus zou men de IJslandvaarders
toch in zooverre kunnen treffen, dat de door hen aan-
gevoerde zoutevisch voor het binnenland gereserveerd
werd. Maar ook dit is weer theorie. De IJslandvaar-
der maakt thans zoutevisch, omdat de prijs er van
buitengewoon hoog is, en zelfs thans gaat hij er liefst
niet toe over, wijl het aanvoeren van versche visch
bij slot van rekening toch nog voordeeliger is. Bij in-
voering der verplichting, zoutevisch in natura voor
lagen prijs af te staan, zou het gevolg zijn, dat alleen
versche visch werd aangevoerd, en dit zou te eer het
geval zijn, omdat de IJsiandsche stormen ook nu reeds

het vaak onmogelijk maken, zoutevisch te vervaardi-gen. Met een beroep op het gure weer
tijdens
de reis
zou elk IJsiandvaarder zich kunnen veroutschuldigen
voor de nalatigheid, geen zoutevisch gemaakt te heb-
ben.

De beschikbaarstelling in natura zou derhalve het
sterkst de kleine luyden treffen, die thans reeds het

minst van den oorlogstoestand profiteeren, en niet

hen, die de groote oorlogswinsten maken en ook in

normale tijden het kapitaalkrachtigst zijn. En voor

zoover deze laatsten nog getroffen worden, zou naar

verhouding de zwaarste druk komen te rusten op de

menschen, die, vaak met levensgevaar, er voor zorgen,
dat er visch komt: n.l. de bemanning. Die bemanning

toch vaart op ,,deel”, d.w.z. zij ontvangt naast de vaste

gage een evenredig deel der besomming. Reserveeren
van visch in natura verlaagt uiteraard de besomming,

wat voor een matroos vaak zou neerkomen op winst-derving van
f
20 ?
f
30 per week. En, krachtens het
boven uiteengezette, zou ook hier weer de bemanning,
die het meest ontvangt – van de IJslandvaarders –

het minst bijdragen. Een gevaar van de beschikbaar-
stelling in natura zou ook zijn, dat de gage der be-

manning op de schepen, die door de beschikbaarstel-
ling het meest getroffen worden, zoodanig daalde, dat
zij niet meer een voldoend tegenwicht vormde tegen het levensgevaar, waaraan de bemanning in dezen oorlogs-
tijd ontegenzeglijk bloot staat. Allicht zou dan ook
de bemanning weigeren uit te varen, hetgeen er weer
toe zou leiden, dat we heelemaal geen visch ontvan-
gen voor binnenlandsch gebruik.

Deze uit de practijk voortvloeiende motieven zijn het blijkbaar geweest, die den minister hebben doen
besluiten, geen beschikbaarstelling van visch in natura
te eischen, doch een geidsom, waaruit visch zou kun-

nen worden aangekocht. Die geidsom wordt geëischt
van alle visch, die geëxporteerd wordt, dus ook van
tarbot, tong, groote kabeljauw – visehsoorten, die
niet gezegd kunnen worden in aanmerking te komen
voor volksvoedsel en die men dus niet beschikbaar had
kunnen doen stellen. Daardoor worden de lasten ver-
deeld over het geheele bedrijf, is er niet meer één
categorie, die bovenmatig en één, die nagenoeg niet
getroffen wordt. Het bedrijf is als eenheid beschouwd;
de lasten zijn verdeeld over allen gezamenlijk, ieder
draagt bij naar verhouding.
Men zou kunnen zeggen, dat doordien een uniform
consentrecht – sit venia verbo – geheven wordt, de
lasten toch naar verhouding het zwaarst blijven druk-
ken op hen, die platvisch aanvoeren, welke naar verhou-
ding het minst in prijs is gestegen, en dus een variee-
rend recht voorkeur verdiend had. Theoretisch is dit
laatste juist, maar in de practijk is een varieerend
recht onuitvoerbaar, omdat het berekenen der rechten
voor elke zending, het afgeven van gecompliceerde
consenten en de contrôle der douaneambtenaren –
deze zouden n.l. voor elke kist moeten nagaan of
daarin van elke vischsoort niet meer dan het daar-
voor op het consent aangegeven gewicht aanwezig is –
– zooveel tijd zou vorderen, dat de visch niet op tijd
de plaats harer bestemming bereiken zou. Bovendien
kan in de practijk aan het bezwaar voor een groot
deel tegemoet worden gekomen. De groote inkooper
voor binnenlandsch gebruik is het Oentraal Bureau en
dit kan dus een prijsregelenden invloed ook in op-
waartsche richting voor enkele soorten uitoefenen, zoo
zulks noodig mocht zijn, iets wat allerminst zeker is,
daar toch de kans bestaat, dat het consentrecht uitslui-
tend door den buitenlandschen kooper betaald wordt
en de tot dusver geldende prijzen gehandhaafd blijven.
Omtrent de opbrengsten van het consentrecht valt
uiteraard niets met zekerheid te zeggen. In normale
jaren blijft circa een derde der aangevoerde versche
zeevisch hier in het land, de rest, over de jaren 19121
1914 gemiddeld 25 millioen K.G., wordt geëxporteerd.
Het verdwijnen van een groot deel der Engelsche en

426

:

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juli 1916

Düitsche visschersvloot uit dd vaâit heeft tot gootë

vermeerdering van vangst – door dé Nèderlahdsche

vloöt geleid. Dit, en het in verband met de duurte

verminderd binnenlandsch verbruik, heéft den export

zeer doen toenemen en in de eerst& 5 maanden van

1916 voeidén we dan ook dubbel zoovéel uit als in

dezelfde periode van 1914, t.w. 22.677 ton tegen

11.536 ton; Door den grooteren aankoop uit de geldén

van het consentrecht zal het percentage van export
allicht verminderen, zoodat er pei maand gemiddeld

vermoedelijk niet meer dan 3500 ton zullén uitgevoerd

worden, wat een opbrengst aan consentrecht van ca.

2Y millioen per jaar vertegenwoordigt. Uit dit bedrag
wordt, als gezegd, op de open markt visch gekocht en

tegen de veel lagere, door den minister vastgestelde

maximumprijzen beschikbaar gesteld.

Ook voor de haring is eenzelfde consentrecht inge-

voerd, wat neerkomt op ca;
f
6 per ton en bij den te

verwachten export van 500.000 ton 3 millioen ople-

vert. Doordien voor deharing dezelfde regeling geldt
als voor de versche zeevisch, komt te meer uit, dat de

minister de zeevisscherj als één bedrijf heeft be-

schouwd en over dit bedrijf als eenheid de lasten van

de vischvoorziening verdeeld heeft, met voorbijzien der

vraag, of de haringvisscherij nu niet misschien .00k
bijdraagt in de kosten aan de voorziening van versche

zeevisch of omgekeerd.
Het zou wel belaugwekkend zijn na te gaan, in hoe-

verre voor andere bedrijven een soortgelijke regeling

en dus verdeeling van lâsten over de gezamenlijke

producenten van verwante artikelen
mogelijk en wen-
schelijk i.

CENTRALISATIE VAN DEN HANDEL IN

J)UITSCHLAND.

Bij besluit van den Bondsraad is eenigen tijd geleden

de handel in geweven en gebreide goederen in het

Duitsche Rijk nader geregeld en beperkt. De bedoeling
van dit besluit is zoowel distributie als consumtie
dezer goederen zoodanig te regelen, dat ook bij een

langen duur van den oorlog de aanwezige voorraad
toereikeiïd is en er van bedoelde goederen voldoende
voorhanden zal zijn, als aaiistonds na den oorlog mii-
lioenen mannen weer als burgers in de maatschappij

terugkeeren. De met het oog daarop in het leven ge-roepen Rijksbekloedingsdienst zal niet tot een inbe-
slagneming der in het Rijk voorhanden voorraden
overgaan, doch meent het verbruik voldoende te kun-

nen regelen door vanaf Augustus a.s. den verkoop
der bedoelde goederen in den kleinhandel te contin-
genteeren, zoodat slechts tegen afgifte van bepaalde
kaarten zal mogen worden verkocht. Ten einde den

zoogenaamden kettinghandel_tegen te gaan, is voorts
bepaald, dat fabrikanten en groothandelaren
slcchts aan die afnemers mogen le’eren, mt wie zij
reeds v66r 1 Mei van dit jaar in voortdurende rela-
tie hebben gestaan en dat geen fabricatie zal worden
toegelaten, indien de fabrikant niet in het bezit is
van een schriftelijke bestelling, waarin aantal en
prijs van elk der te leveren goederen zijn aangegeven.
Ten einde een overzicht te
verkrijgen
van den om-
vang van den voorraad, die in het Rijk aanwezig is,
is elke verkooper tot onmiddellijke inventarisatie der
in .zijn bezit zijnde goederen verplicht. Na deze in-
ventarisatie mag tot 1 Augustus a.s. niet meer dan
voor een waarde van 20 pOt. der voorradige goederen
worden verkocht. Na

genoemden datum zal verkoop
slechts mogen plaats hebben op vertoon eener kaart, welke de verbruiker op verzoek kan bekomen, nadat
hij het bestaan eener behoefte aan het door hem ver-
langde goed naar genoegen zal hebben aangetoond.
Eenige dagen na de bovengenoemde bekendmaking
is vnn*ege den Rijkskanselier een
lijst
gepubliceerd,

aangevend die goederen, waarop de bedoelde bepa-
lingen niet toepasselijk zijn en welke evenmin onder
den inventarisatieplicht zijn begrepen. De bepalingen,
welke ten, doel hebben den kettinghandel tegen te

gaa, zijn echter ook op deze
vrije
goederen toe-
passelijk.

Het schijnt, dat de verordening eenige hardheid
met zich medebrengt en menige zaak in de nood-

zakelijkheid zal brengen, haar deuren ‘te sluiten. En

zelfs in dat geval brengt de bepaling, dat tot

1 Augustus niet meer dan 20 pOt. van den goederen-

voorraad mag worden verkocht, den betrokkene ook
bij de liquidatie zijner zaak in groote moeilijkheden.

Eigenaardig is ook de bepaling, dat.00k verkoopen
tengevolge van faillissement aan de beperkende voor-
waarden der verordening
zijn
onderworpen.

AANTEEKENINOEN BIJ DE STATISTIEKEN.

V. DE NEDERLA,NDSCHE BANK.

De rij der wekelijksche bankataten wordt geopend.

door den weekstaat der Nederlandsche -Bank, gevolgd
door een reeks van vergelijkende cijfers, op dien

weekstaat betrekking hebbende.

i)e Nederlandsche Bank, welke thans haar 103e
boekjaar is ingetreden, dankt haar ontstaan aan een
der eerste Regeeringsdaden van Konihg Willem I.

Opgericht bij Souverein Besluit van 25 Maart 1814

ving zij hare werkzaamheden aan op 1. April 1814.
Tot het midden der vorige eeuw bleef haar positie
evenwel bescheiden: in het circulatiewezen van
het land speelden. haai biljetten – in totaalbedrag
dikwerf overschreden doof de som der rekening-cou-
rantsaldi – een geringe rol; als crediet-instelling

was hai-e positie evenmin belangrijk en vrijwel uitslui-

tend tot Amsterdam beperkt. De verandering komt

ook hier omstreeks het jaar 1850, sedert bezegeld
door de wet van 22 December 1863, op welke wet met
enkele wijzigingen – het thans geldende statuut der
Bank in hoofdzaak berust.
Opgericht en ghandhaafd als zuiver private on
derneming, waarop de staat slechts door een Konink-

lijk commissaris, door het recht van benoeming van
een deel der bestuurdeen en door de periodieke ver-
lenging van het octrooi’ invloed kan oefenen, moet

aan haar de dubbele lof worden gegeven, dat zij eener-
zijds steeds haar zelfstandigheid tegenover den staat
volkomen heeft weten te bewaren, anderzijds, niette-
genstaande haar emissierecht aan geen andere grens
dan
%
metaaldekking gebonden was, steeds gebleven
is binnen de perken, welke een hoed bankbeleid be-
hoeft. Dit laatste heeft to meer beteekenis, waar de
samenstelling van haren metaalvoorraad langen tijd,
een bedenkelijke zwakte vertoonde, gevolg onzer munt-
politiek, die juist, toen in de 70er jaren de waaide-
daling van het zi.lver inzette, ons land, en de bank in

de eerste plaats, stelde voor het probleem van een met
dit metaal volstrekt oververzadigd muutstelsel. Reeds
in ons nummer van 15 Maart, waarheen wij verwijzen,
gaven wij een staatj, waaruit blijkt, hoezeer in dit op-
zicht de positie zich gewijzigd heeft. De economische
vooruitgang van Indië, gevoegd bij een krachtige poli-

tiek van Regeering en Javasche bank, heeft het over-
tollige zilver – en ten slotte meer dan dat – naar
onze overzeesche bezittingen-doen afvloeien, zoodat in
de laatste jaren zelfs nieuwe zilveraanmuntingen
moesten worden overwogen. Gelijk bekend bevatte de
metaalvoorraad dci- Nederlandsche Bank bij het begin
van den oorlog slechts 8 millioen aan’ zilver tegen
ruim 160 millioen aan goud.

De credietverl eenin g der Nederl an dsche Bank wijkt
in zooverre van het meerendeel der overige circulatie-
banken af, dat de beleening, met name de beleening,
van effecten, een naar verhouding zeer groote rol

speelt: zelfs doet het zich herhaaldelijk voor, dat het
totaalcijfer der beleeningen dat der disconto’s over-
treft. Wij wijzen op het verschijnsel zonder er dieper
op in te gaan. Ongetwijfeld hangt het samen met de
structuur van onze geldmarkt en de in vele opzichten
niet onverdeeld toe te juichen wijze, waarop een groot
deel van het liquide kapitaal hier te lande emplooi
pleegt te vinden.- Intisschen is het – de tegenwoor-

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

427

dige bankpresident wees er uitvoerig op in zijn ver-
slag over het boekjaar 1913-1914 – niet geheel juist,

de beide wijzen van credietverleening te scherp tegen-
over elkander te stellen.

Een tweede eigenaardigheid, die bij vergelijking

van de cijfers der Nederlandsche Bank met die van
bui.teniandsche centrale bankinstellingen onmiddellijk

in het oog. springt, is – voor den oorlog – de uiterst
geringe omvang der rekening-courantsaldi vergeleken

met dien der bankbiljetten, een bewijs, eene aanwij-
zing althans, hoezeer ons betalingswezen bij dat van
andere landen achterstaat. Voor de bank bregt dit
feit op zich zelf allerminst uitluitend nadeelen mede.

In het begin van den oorlog moge dit mede oorzaak

zijn geweest, dat de Nederlandsche Bank, met wie
iedere hankbiljettenbezittende Nederlander in directe
relatie staat,.zelve den vollen stoot te verduren had,
aan den anderen kant is door den bestaanden toestand,
die haar bankbiljetten uitsluitend meester van het ter-

rein maakt, haar positie, ook als centraal crediet-

lichaam des te krachtiger. Van ecu ontwikkelings-

phase, waarin ook het particuliere bankwezen in het
betalingsverkeer een groote rol speelt – iets waar-

over thans in Duitsehland een strijd in vollen gang

is, welke in Engeland door den aard der dingen
reeds 1aug ten nadeele der centrale bank is beslist –

is hier te lande nauwelijks een begin te bespeuren.
Evenwel, de oorlog heeft vraagstukken als deze
eenigszins op den achtergrond gebracht en de aan-
dacht in de eerste plaats geconcentreerd op de ver-
anderingen, die de verschillende groepen van cijfers
in de opeenvolgende reeks van weekstaten hebben on-
dergaan. Deze bewegingen, die inderdaad uiterst
merkwaardig zijn, zijn op bijgevoegde graphieken in
beeld gebracht. Tot toelichting dezer graphieken moge
nog het volgende strekken, waarbij wij intusschen den-
gene, die méér dan enkele hoofdtrekken van het beeld
wenscht te kennen, nadrukkelijk verwijzen naar de
beide sedert het uitbreken van den oorlog uitgebrachte
jaarverslagen der bank. Met name het eerste dezer
verslagen is hoogst belangwekkend.

Men herinnert zich, hoe in de eerste dagen der oor-
logscrisis, toen het contante verkeer overal tot ver-
meerderde liquiditeit noodzaakte en de voorzorg en de

angst een algemeen streven naar buitengewone liqui-

diteit in het leven riepen, allerwegen bij de Neder-
landsche Bank om crediet werd aangeklopt. De wissel-

portefeuille werd in twee weken tijds meer dan ver-
dubbeld (zij steeg van 68 tot 175 millioen). Ook het

bedrag aan beleeningen op 8 Augustus (140 millioen)

bedroeg meer dan het dubbele van twee weken te

voren (62 millioen), niettegenstaande de Bank met
het verstrekken van

voorschotten zeer terughoudend
was, ten einde te voorkomen, dat ‘door de beurssluiting

geblokkeerde prolongatieposten met Bankgeld zouden
worden afgelost en dientengevolge de niet strikt nood-zakelijke credietverleening der Centrale Bank nog zou worden vermeerderd.

Het spreekt vanzelf, dat de vergrooting van het
opereerend kapitaal
bij
een nagenoeg onveranderden
metaa].voorraad – de weggehaalde zilvervoorraad was,
gelijk gezegd, gering en het goudbezit werd door het
uitvoerverbod’ beschermd – samenging met een enor-

me toename van de opeischbare schuld, in het bijzon-
der van de bankbiljettencirculatie. Ten einde de aan-
vragen om bankbiljetten – voor het publiek het

eenige liquide bezit
bij
het ‘vrijwel ontbreken van
cheque- of giroverkeer – eenigermate te beperken,
werd tijdelijk van het provenu van nieuwgesloten be-
leeningen slechts de helft in bankbiljetten uitbetaald,
terwijl de andere helft in rekening-courant werd ge-

crediteerd; de toeneming der rekening-courantsaldi in
den eersten tijd van den oorlog was daarvan het ge-
volg.
De uitbreiding der opeischbare schuld nam steeds
grootere afmetingen aan, toen tengevolge van. dè ab-
normale wisselkoersen voortdurend groote posten goud
ons land en uit den aard der zaak de kelders der Bank
binnenkwamen. Niet slechts de bankbilj ettenomloop
vermeerderde aanzienlijk, maar ook de rekening-cou-rantsaldi namen enorm toe, thans zonder kunstmatige
oorzaak, maar door de overgroote geldruimte, die
Metaalvoorraad en opeischbare schuld der Nederlandsche Bank.

1914

1915

1916

i
r

bb.

.

‘.

E

.

.
(1)
0 Z

o

n

-, –

(
fl
0
Z

aanwas

dom

EEW

MENEER

..iii u.0
uui …uu- iiuuuuu…uuua

Millioenen
Guldens

750
700
650

600
550

500

450

400

350
300

250
200

150

• 100

50

0

– 50

Metaalvoorraad…………Opeischbare schuld.—– Beschikbaar metaalsaldoo.oe idem op basis van
2
1s
inetaaldekking.

428

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

– 12 juli 1916

Opereerend kapitaal der Nederlandiche Bank.

.1914

1915

1916

..

.

.d

.
-,

(1)0

Z

-.

(1)0

Z

r

iu•uiu••usm.uu.-ui

iu•i•uuu::ïiiiai

Milloenen
Guldens

400

350
300
250

200

150

iOO

50

Disconto’s………….Dzscontos en Beleeningen
…….
.Schatkistpro,nessen rechtstreeks bij Ned. Bank.

vooral aan den dag kwam in den overvloed aan kasmid-
delen bij de banken. De groote vermeerdering van den

goudvoorraad had tengevolge, dat de metaaldekking,
die sedert 1 Augustus 1914 volgens Kon. Besluit van

dien datum slechts
3/5
der opeischbare schuld behoefde

te bedragen, half December van dat jaar weer de vroe-
ger vodreschreven verhouding van % had bereikt.
De zoozeer vermeerderde opeischbare schuld kromp

maar weinig in, toen het Rijk in Februari 1915 zijn
v
]
o
tt
en
d:
e
schuld consolideerde door de 5 pOt. Staats-

leening groot
f
275 millioen. Het vooruitzicht der ge-

dwongen leening deed tal van vermogenden, die niet
over vlottende middelen hadden te beschikken, aan de
leening deelnemen met geld, door bijzondere beleening
bij de Nederlandsche Bank opgenomen. Dit feit, als-

mede de bepalingen omtrent herbeleening van geblok-

keerde prolongaties bij de heropening der effeëten-beurzen, deed de beleeningen bij de Bank zoo sterk
toenémen, dat niettegènstaande de aflossing van de in disconto genomen schatkistpromessen het opereerend
kapitaal vermeerderde.
De geldruimte, die tot kort daarna een aanvang

nam, deed echter de uitzettingen der Bank snel ver-
minderen, waarbij, afgezien van de Rijksschatkist-
promessen, de disconteeringen in de beide groote han-

deissteden tot bijna niets zijn gereduceerd. Op bijgaande
graphieken komt deze vermindering van het operee-
rend kapitaal scherp naar voren, op het eene door de
dalende lijn, op het andere door de verminderde span-
ning tusschen metaalvoorraad en opeischbare schuld.
Voor een belangrijk deel bestond in den laatsten tijd
voor het einde van het boekjaar 1915116 de porte-
feuille der Bank uit schatkistpapier, gelijk eveneens
in de graphische. voorstelling duideliJkde zien is.

BOEKAANKONDIGING.W”

Dit. E. Bosse. Norwegens Volkswirtschaf
vom Ausgang der Hansaperiode bis

zur Gegenwart.
2 din. 458 en 783 blz.

Jena, Fischer 1916.

Het lijvige geschrift, welks titel hierboven
meid staat, vormt hèt 22e deel van de Probleme der
Weltwirtschaft, uitgegeven door het Kieler Institut

±ür Seeverkehr und Weltwirtschaft. De beide deelen,
die den lezer niet eerbied vervullen voor de outzaglijke

hoeveelheid materiaal, historisch en van dezen tijd,

door den schrijver verwerkt, geven een samenvattend
beeld van de ontwikkeling en den huidigen toestand

van het economisch leven van Noorwegen. Handel,
nijverheid, bankwezen, scheepvaart, visseherj, land-
en boschbouw worden alle aan een even uitvoerige als
gedocumenteerde bespreking onderworpen, waarbij telkens de groei van het heden uit vroegere toestan-
den wordt aangetoond. Naast dit alles bevat het werk

een uitvoerig overzicht van de van overheidswege ge-


voerde politiek ten opzichte van handel en
bedrijf
en

van de eigen huishouding en financiën des rijks.
Het eerste deel behandelt de opkomst van Noorwe-

gen tot aan het begin der 19e éeuw. De schrijver vangt
zijne beschouwingen aan met een-bespreking van het

,,t.ijdperk van den ongebonden handel”, volgend op het
verval der Hanze: Van langen duur is deze ongebon-
denheid niet geweest. Ook in Noorwegen, toenmaals
met Denemarken vereenigd, kreeg het mercantilisme

weldra vasten voet. In het midden der 17e eeuw be-
gint voor Noorwegen een periode van voortschrjdend

regeeringsingrij pen, een periode waarin niettegen-
staande den druk der Engelsche navigatie-acte en de
tegenwerking der rijksregeering, die Noorwegen

eenigszins als wingeest beschouwde – Dë.nemark
verzehrt was. Norwegen verdient – de economische

structuur van het land zeer aan stevigheid won. De 783 bladzijden van het tweede deel zijn geheel

gewijd aan de ontwikkeling van Noorwegen in de afge-
loopen eeuw en den economischen toestand gedurende
de periode tot voor den huidigen oorlog.

Na het verbreken van den band met Denemarken is
het land gestadig en krachtig vooruitgegaan, ook al
ontkwam het niet aan de schokken, waaraan het eco-
nomisch leven van Europa in de afgeloopen eeuw
heeft blootgestaan. Aan de ontwikkeling hadden in
de eerste plaats de scheepvaart, de houthandel en de
zeevisscherij deel, later ook de eigen nijverheid: Voor-
al de eerste helft der 70cr en de tweede helft der 90cr jaren waren perioden van grooten vooruitgang, sedert

in vele opzichten door de jaren 1905—’06 geëvenaard.
Enkele cijfers nopens Noorwegen’s buitenlandschen

handel kunnen dit aantoonen:

Totaal invoer

Totaal uitvoer
in

in

.

in

in
1000K.G. 1000Kron. 1000K.G. 1000Kron.

1876_1880* 1.016.355

156.123

1.338.564

103.368

1891_1895* 2.054.930

211.176

2.163.038

132.444

1896_1900* 2.720.677

281.051

2.742.368

161.430

1901_1905* 3.656.975

294.949

1.561.067

189.997
1906

4.802.800

343.524

5.259.591

245.922
1907

4.836.347

385.708

4.702.397

253.100
1908

5.272.201

376.129

4.658.420

240.076
1909

5.392.004

386.816

4.742.465

264.326
1910

6.098.523

420.288

5.745.973

309.730
1911

6.853.750

495.749

4.709.311

325.406
*
jaa’rgemiddelde.

Bij deze cijfers valt op te merken, dat de ontwikke-
ling van den uitvoer, genomen naar de waarde, een
geheel ander beeld vertoont dan genomen naar het ge-
wicht, een gunstig verschijnsel vo.orzoover het samen-

hangt met het feit, dat onder de uitgevoerde goederen
de grondstoffen een geringer plaats zijn gaan inne-
men. Omgekeerd maakten van de ingevoerde goederen
in 187 6—’80 eindproducten naar de waarde nog ruim

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

429

75 püt. uit, in deze eeuw is dit percentage beneden de
50 gedaald.

Omtrent de ontwikkeling van scheepvaart en

scheepsbouw, beide voor Noorwegen van zoo groote

beteekenis, bevat het geschrift uitvoerige mededeelin-
gen. Wij zullen ons van overneming onthouden. Uit

een staatje, opgenomen in ons nr. van 9 Februari is

onzen lezers bekend, hoezeer in aantal tonnen per

hoofd van bevolking Noorwegen alle andere landen
overtreft.

De schrijver eindigt zijn arbeid met het geven

van een belangwekkend overzicht van de handels-

politieke verhouding van Noorwegen tot het buiten-
land. De bestaande tractaten worden aan eene be-

schouwing onderworpen en ten slotte wordt uitvoerig
ingegaan op de ontwikkeling der wetgeving op dit
gebied. Vooral deze laatste beschouwingen hebben
waarde voor hem, die begeerig is te weten, waarom

zoovele, ook kleine, staten in de laatste decenniën zich
van den vrijhandel hebben afgewend.

In de voor den groei der vrijhandelsgedachte zoo
belangrijke 60er jaren was ook Noorwegen bewust den

weg naar vrjhandel opgegaan. Reeds 1854 bracht een

herziening van het tarief in deze richting, een nieuw
tractaat, door Noorwegen en Zweden gezamenlijk in

1865 met Frankrijk gesloten, vormde een verdere be-
langrijke stap. Zelfs kwam eene in 1874 ingestelde
commissie met een voorstel, dat meer tot den volledi-
gen vrjhandel naderde, dan de in Engeland en Neder-

land geldende wettelijke bepalingen. Het hoogtepunt
was intusschen bereikt. Het ontwerp werd niet tot

wet verheven en eene periode brak aan, waarin het
vraagstuk door opeenvolgende commissies in studie
werd genomen.

De 80er jaren, die een langdurige periode brachten
van malaise en prijsdaling, welke beide in omstandig-

heden buiten het land hun oorzaak vonden, nam de
protectionistische strooming in kracht toe, waarbij de
zwakke eigen industrie en de landbouw hand in hand
gingen. Van grooten invloed was voorts de houding
van Zweden, welk land in 1895 na zijn overgang naar

het protectionisme het Zwischenreichsgesetz van 1874,
dat wederkeerig aan de eigen producten van beide lan-
den vrijen invoer verzekerde, opzegde.

Het zou evenwel nog tot 1905 duren eer Noorwegen
na een lange voorbereiding, waaromtrent het geschrift

uitvoerige mededeelingen bevat, doch zonder veel prin-
cipieelen strijd, definitief tot het protectionisme over-
ging. Wat ten slotte de drijvende oorzaken waren is niet
met enkele woorden te zeggen. Een streven naar betere
verhouding tusschen in- en uitvoer, verzet tegen
dumping, ondersteuning van eigen nijverheid vorm-den de voornaamste factoren, die den weg effenden.

Over de werking van het nieuwe stelsel meent de
schrijver nog geen oordeel te kunnen geven. Stem-
men, die een terugkeer tot den vrijen handel wen-
schen, ontbreken niet; de schrijver acht deze echter
weinig krachtig en meent aan de pogingen, die inge-
steld worden om te komen tot beschermende rechten
ook op agrarisch gebied, meer kans op welslagen te
mogen geven.

De schrijver, zelf een Noor, verontschuldigt zich in
zijn voorbericht, dat zijn werk zoodanigen omvang

heeft aangenomen. Zijn doel, aan een kleinere meer
overzichtelijke volksgemeenschap het dynamische
groeiproces, dat ons economisch leven kenmerkt, te
demonstreeren, noopte hem tot uitvoerigheid. Wij
kunnen hem hiervoor slechts dankbaar zijn. Zijn werk-
wij ze heeft er toe geleid, dat thans een massa gege-
vens te onzer beschikking staat, samengevat en ge-

groepeerd op een wijze, die voortdurend het kenmerk
draagt van groote nauwgezetheid en onpartijdige we-
dergave.

Het is een merkwaardig verschijnsel, dat in het
tweede jaar van den wereldoorlog een dergelijk werk

in een der in den krijg betrokken landen het licht ziet.
Een verblijdend verschijnsel tevens, omdat wij hierin

een
bewijs
mogen zien, dat de objectieve wetenschap-
pelijke zin, die onmisbaar is, wil na den oorlog de
breuk ook op dit gebied weder geheeld kunnen wor-
den, niet is verdwenen. B.

In een werkje getiteld: H istor ischgege-

vens over de leen.ingen en bui-
tengewone heffingen tijdens de
huidige crisis vermeldt Mr. H. J. de Lange

de verschillende leeningen en heffingen, die sedert

1798 hier te lande hebben plaats gevonden. De ,,don

gratuit” blijkt ouder te zijn dan de leening; de staats-

regeling van 1798 bevatte zelfs een artikel (209),

dat buitengewone heffing voorschreef ingeval bui-
tengewone uitgaven noodzakelijk waren.
Buitengewone heffingen zijn elfmaal voorgeko-men, éénmaal in 1815, de overige tien keeren tus-schen 1798 en 1805. Verder werd driemaal (twee-

maal in 1832, alsmede in 1844) een vrijwillige lee-
ning uitgeschreven met een ,,stok achter de deur”
in den vorm eener buitengewone heffing. De stok
eener gedwongen leening werd behalve in 1914 en

1916 ook in 1831 gereed gehouden. Gedwongen lee-
ningen zonder voorafgaande poging tot plaatsing

bij vrijwillige geldschieters kent onze geschiedenis
er
vijf:
in 1798, 1800, 1815, 1830 en 1831.
De hoogste buitengewone hefingen uit den Fran-
schen tijd bedroegen 3 pOt. van het vermogen en
10 pOt. van het inkomen.

Zooals ook in vorige jaren heeft de heer P. v a n
W ij k te ‘s-Gravenhage een overzicht samengesteld

van de Bedrijfsresultaten van Ne-
derlandsche Hypotheekbanken over
1915. Het blijkt, dat het bedrag der uitstaande
pandbrieven bij de in het binnenland werkende hy-
pctheekbanken in dat jaar met
bijna
13Y2 millioen
gulden is toegenomen tegen 12 millioen in 1914.

Bij de in het buitenland werkende hypotheekbanken
bedroeg de toeneming in 1915 slechts 5 millioen
tegen ruim 12 milioen in 1914,
bij
de scheepsver-
bandmaatschappijen resp. 3 ton en ruim 4 millioen.
Bij de in het binnenland werkende hypotheekban-
ken kwamen in 1915 162 executies voor, bij de in
het buitenland werkende 73,
bij
de scheepshypotheek-

banken 4. Het bezit aan ingekochte onderpanden be-

droeg
bij
de in het binnenland werkende hypotheek-
banken X pOt. van den pandbrievenomloop en 2 pOt.
van het geplaatste aandeelenkapitaal; bij de in het
buitenland werkende waren deze percentages 4 en

17, bij de scheepsverbandmaatschappijen
1/
40
en
1I10•

REQEERINGSMAATREGELEN OP
HANDELSGEBIED.

Aankoop van granen door de Regee-
r i n g. Blijkens mededeeling van het Rijksgraanbu.

reau, wordt ernstig overwogen om behalve rogge,
ook alle te velde staande tarwe, gerst en haver voor
Rijksrekening te doen aankoopen, tegen prijzen, die
verband houden met den door het Rijk te besteden
prijs voor de rogge.

Rogge-oogst 1916. In verband met het voor-
nemen tot aankoop van den geheelen rogge-oogst
1916 voor Rijksrekening, zullen door de verschillende
provinciale graancommissies controleurs worden be-noemd, die, in overleg met de burgemeesters of zelf-
standig, de van de boeren ontvangen opgaven moeten
controleeren, ten einde te voorkomen, dat rogge wordt
achtergehouden.

Verbod t o t verwerken van in-
1 a n d s c h g r a a n. De regeering heeft aan de bran-
derijen en distilleerderijen te Rotterdam en Schiedam verboden om voortaan inlandsch graan te verwerken.
Bij overtreding van dit verbod hebben de burge-

/

430

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

.

12 Juli 1916

meesters het recht, de aanwezige voorraden inlandsch
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
graan inbeslag te nemen.

Het verbod zou gegrond zijn op het feit, dat de
branders

den

laatsten tijd voornamelijk inlandsch
N.B.

beteekent: Cijfers nog niet ontvange.

graan bezigden voor het maken van spiritus. Dit pro-
GELDKOERSEN.

duet was daardoor N.
0.
T-vrij en kon dus ook naar
Duitschiand vrij uitgevoerd worden. Voor branderijen,
I.

BANKDISCONTO’S.

8 Juli
1916
20
Juli
1914
die zoowel buitenlandsch als inlandsch graan ver-

werkten was echter de contrôle zeer moeilijk en blijk-
baar bestond in verband met een en ander gevaar voor

Disc. Wissels.
4’/2 sedert 1Juli’15
3
1
/2sedert23 Mrt. ’14
bêlemmering van den Nederlandschen graanaanvoer
Necl.
Bel.Binn.Eff.
{Vrsch.iuR.C.
4’12

1

’15
4

23

’14
van overzee.
Ba nk
,,

,,
5
1
12

19Aug.’14
5

,,

23

,,

’14
Bank of England..
Deutsche Reichsbk.
5

8

,,

’14
5

23 Dec. ’14
3

,,

29 Jan. ’14
4

5
Febr.’14

MAANDCIJFERS.

Banque de France.
5

20Aug.’14
3
2
12

.,,

29Jan. ’14

INKLARINGEN
OP
AMSTERDAM.
Oosteur. Hong. Bk.
5

10Apr.’15
4

,,

12 Mrt. ’14
Russische Staatsbk.
6

27 Juli ’14
5

1 Apr. ’14
Juni 1916.

Juni 1915.
Landen
Nat. Bank v.Denem.
5

,,

10

,,

’15
5

6 Febr.’14
Aantal

Tonnen

Aantal

Tonnen
van herkomst,
Zweedsche Rijksbk.
4’12

,,

1Mei ’16
4
8
11

,,

6

’14
schepen,

netto.

schepen.

netto. ZwitserscheNat.Bk.
4
2
18

,,

2Jan.’15
3I2

,,

19

,,

’14
Engeland…………..54

38.378

64

46.438
Bank van Italië..
512

,,

9Nov.’14
5

,,

9Mei

’14
Zweden

…………..12

10.160

757
13
Noorwegen …………8

3.944
Feder. Res. Bk. N.Y.
Javasche Bank….
3-5 ,,

4Febr.’15
312

,,

1Aug.’09

3
1
11

,,

1Aug.’09
Denemarken

……….1

477

3

1.432

Frankrijk

…………1

674

3

4.416

8

6 940
Portugal …………..-

}
___________
II.
OPEN
MARKT.

Amsterdam
Spanje …………….

1

1.311
Italië

1

837

2

2.427
Londen
Berlijn
Parijs
N. York
Part.
Prolon’
…………….
Griekenland

1

1.340

.

1

1.277
Dato
1

Part.
Part.
1
Part.
Cail-
……….
Ned.-Indië

…………3

12.123

8

39.526
disconto
gatie
disconto
disconto
disc.
money

7

Juli

’16
118-2
1
18
2’14
58182
314-418

44
1
12
Noord-Amerika ……..3

8.200

2

3.508
Zuid-Amerika (Oostkust)

3

7.704

9

32.805
3-7

’16
,,
118-2’14
212-3
5’112
314

418

3-4″I2
(Westkust)

1

5.495

•-


26-30 J. ’16
2.
8
18
2’12-3
5
8
182
3
8
14.4
8
18

2h123114
West-Indische eilanden..

2

3.218
19-24

’16
,,
114-2
2-14
5
8
182.
2
18
314418

2
1
12-3
Nederlandsche havens ..

15

11.105

9

8.736

Totaal handelsschepcu

104

101.748

129

164.480
5-9 Juli’15
2
3
14
2/4-3O
4
T

r

‘r


1Is-4-i
Vissehersvaartuigen ….30

3.198

17

1.997
6-11 Juli’14
’32/4
3
1
14-4
1

/-2 /8
2-2 /a
28/
4

2
1
123
Totaal ……

134

104.946

146

166.477
20-24Ju1.’14
3
hI
s
8I
io

2
114214

2
1/4_8/4

2 l/8_l/2
281
4

1 /g-2
1
/1
Onderscheiding der handelsschepen naar de nationaliteit:

rercentage
Juni 1916
Aantal
Tonnen
vandetotale
schepen.
netto.
tonneniaat.
Neclerlandsche
71
79.969 78,6
Britsche …………
9
6.080
6,0
Zweeclsche ……….
11
7.984
7,9
Noorsche

……….
10
4.277
4,2
Deensche
3
3.438
3,3

104
101.748
100

INKLARINGEN
OP
ROTTERDAM.

Juni
1916.
Juni
1915.
Landen
Aantal
Tonnen

Aantal
Tonnen
van herkomst.

schepen.
netto.

schepen,
netto.
Engeland…………..
151
86.699
188
109.889
Frankrijk

…………
21
7.114
10
5.237
Zweden

…………..
16
7.692
22
19.536
Noorwegen …………
5
6.094
19
27.444
Afrika …………….
5
4.611
7
6.983
Noord-Amerika ……..
37
107.636
34
117.392
Indië (Engeisch)


1
2.818
,,

(Nederlandsch)
4
13.937
3
10.633
Nederland

………..


1
122
Spanje …………….
1
351
-.
Italië

…………….
2
3.097


Griekenland

……….
– –
2
2.267
Zuid-Amerika

……..
25
49.521
10
19.399
Binnenl. plaatsen ……
15
2.702
8
5.686
Nieuw gebouwd ……..
1
279
1
555

Totaal……
283
289.733
306
327.961

Onderscheiding naar de nationaliteit:.
Percenta.ge

Juni 1916
Aautal
Tonnen
vandetotale
schepen.
netto.
tonnenmaat.
Nederlandsche
164
187.021
64,6
Britsche …………,
61.
36.336
12,5
Noorsche

………..
29
19.174
6,7
Zweedsche ……….
10
5.027
1,7
Belgische

……….
14
36.354
12,5
Grieksche

……….
1

351 0,1
Deensche

……….
3
2.748
1,0
Amerikaansche
1
2.722
0,9
283

289.733

100

8)
Noteeringen van de Ver. v. d. Effectenhandel en de
Prolongatievereeniging door elkander.

WISSELKOERSEN.

T. KOERSEN IN NEDERLAND.
Voor Londen, Berlijn en Parijs worden voorloopig ook de
dageljksche noteeringen te Amsterdam opgenomen. De dage-
ljksche koersen op New York, de laagste en hoogste der
week en de Zaterdagsche noteeringen zijn aan particuliere
opgaven ontleend.

Data

1
Londen
1
l3erlijn
1
Parijs
1
New York
3 Juli

1916

..
11.48’/4
43.65
40.82’12
2.41
4

,,

1916

. .
11.50
2
/
2

43.52’12
40.90
2.41
1
/4
5

1916

..
11.50
1
/
43.45 40.90
2.41
6

1916

..
11.49
1
/4
43.60
40.90
2.40/4
7

1916

..
11.49
8
14
43.6792
40.87’/2
2.4018
8

1916

..
11.50
43.67’12
40.90
2.41

Laagste der week
11.47
1
12
43.3712
40.75
2.40
1
1
8

Hoogste

,,

,, –
11.50
43.80 40.95
2.41
1
12
1

Juli

1916

. .
11.48
8
/8
43.72
2
18
40.85
2.41’18
24 Juni 1916

..
11.48
1
/4
43.30
40.80
2.40’14
Muntpariteit

..
12.1018
59.26
48.-
2.4814

1 Zwitser. 1
Data

1

Weenen
1
Kopen-
1
Stoet.
t
Batavia
hag6n

llol,n

telegrafisch

8 Juli

1916
45.55 30.30
69.-
69.12
1
/2
98
8
18.
7
18
Laagste d.
w.
45.50
30.-
69.-
69.-

Hoogste
,,

,,
45.70
30.40 69.90 69.60

1
Jdli

1916
45.60 30.40
69.80′
69.80
98-’12
24 Juni 1916
45.50
30.-
68.80
69.-
98-‘/2
Muntpariteit
48.-
50.41
66.67
66.67
100

OVERZICHT.

De wisselmarkt was kalm en met weinig omzetten. De
koersen waren over het algemeen.stationair. Londen, Parijs,.
Zwitserland en New-York bijna onveranderd en tamelijk

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

431

vast. Berlijn en Weenen wederom sterk schommelend en
steeds belangrijk onder Berljnsche pariteit. Alleen Skandinavie
dalend, hoofdzakelijk op aanbod uit Duitschiand en circa
1
0
/0
lager sluitend dan de vorige week.

II. KOERSEN TE NEW YORK.

Cable
Zicht
Zicht
Zicht
r at
0
Londen
Parijs
Berlijn
Aonsterd.
(in

,
(in frs.
(in Cents
(in cents
per £)
P. ,)
P. Rm. 4)
pe.-

gold.)

8

Juli

1916

..
4.76.40
5.90/a
73e18 4121
8

Laagsted. week..
4.76.40
5.90214
73’18
41
2
18
Hoogste,,

,,

..
4.76.50
5.91
73
1
18
4l/io
1

Juli

1916

..
4.76.40
5.91
721
41/,o
24 Juni

1916

..
4.76.40
5.91’14
74014
4111
Muntpariteit ….
4.86.67
6.181/
4

95114 401118

III. KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP

LONDEN.

Plaatsen en
Landen Noteerings-
eenheden
23 Juni
1916
30
Ju,,i
1916

Week
1-7 Juli

LaagstelHoogsse

7 Juli
1916
_______

Alexandrië.
.
Piast. p.
£
97
1
12
97 ‘/,
97 ‘/,
97’12 97
1
12
B. Aires
1)
. .
d.p.gd.pes.
48
02
122
481,o
48
20/,,

48 “/,o
48
22
120
Calcutta
. . . .
sh/d.p.rup.
114
1
18
114
2
/22
114
1/4’18
114’I10
Hongkong ..
id. p.
$
211
1
18
21111
4

210
3
18
211 211
Lissabon.. ..
d. p.escudo
35
35
34/.,
352/
s

3511
4

Madrid

. . . .
Peset. P.
£
23.50
23.47
1/

23.40
23.50
23.45
Montevideo’)
d. p. peso
53114
53
8
/10
53
1
18
53’18
53
1
/8
Montreal….
$
per
£
4.78
4.78’14
4.78
4.79 4.78’12
Petrograd

. .
R. p.
£
10
1551
4

15514
154’14
155%
154814
R.d.Janeiro’)
d.p. milr.
121io
121,o
12/16
12”/,o
12116
Lires p.
£
30.25
30.37
1/

30.35 30.40
30.35
Shanghai

. .
sh/d p. tael
2111 ‘/
2111
1
12
29
3
14
2111
2/9’4
Rome

…….

Singapore

. .
id. p.
$
214
8
182
214
5
1,2 214
5
18
214
5
19
214′,,
Valparaiso
1)

cl.p.pap.p.
9
8
182
9
2
11e
9
3
116
9
3
18
918
Yokohama
.
sh/d.p. yen
2/1’/s
2/1’/,
211
1
1
211
1
18
211/

‘) Noteeringen op 90 dagen.

GOUD EN ZILVER.

GOUDBEWEGING BIJ DE BANK OF ENGLAND.

Week van 29 Juni—S Juli 1916.

(In duizenden p.st.)

NEDERLANDSCHE BANK.

VERKORTE BALANS OP 8 JULI 1916

Activa.

Binnenl.Wis-( H.-bk.
f

16.519.891,48
sels, Prom.,

B.-bk.
549.373,32
enz. in disc.
1
Ag.sch.
14.620.147,36
1/

f

31.689.412,16112
Papier o. h. Buitenl. in
disconto

……………………..
.-
Idem eigen portef..
f

8.015.216,-
Af: Verkocht maar voor de bk. nog niet afgel.

Beleeningen
IH.-bk.
8.015.216,—

mcl. vrch.
27.8l1.29o;13
B.-bk.
in re
3.308.644,21
.-crt.1 Ag.sch.
op

onderp.’.
41.548.877 20

f
72.668.811,54

OpEffecten

……
/
69.616.811,54
Op Goederen en Spec.
3.052.000-
2
,

72.668.811,54

Voorschotten ah. Rijk
…………….
,,

12.496.195,41

Munt en Muntmateriaal
Munt., Goud

……
f
67.949.410,-
Muntmat. Goud.. ..
,,507.166.825,88

f575.116.235,88
Munt, Zilver, enz..
9.246.390,72
Muntmat. Zilver

584.362.626,60
Effecten
Bel. v.h.Res.fonds.
.
/

5.153.332,62V2
id. van
l/
v.
h. kapit.
3.986.590,75
9.139.923,37 ’12
Geb. en Meub. der Bank
…………….
rekeningen

………………
54.604.626,06

f
774376.811,15

Passiva.

Kapitaal
……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds

…………………….
5.155.090,93 ‘/2
Bankbiljetten

in omloop
……………
in omloop …………
,,
.2.476.465,48
Rekening-Courant saldo’s:
Van het Rijk ……
/


Van anderen
…… .,,
88.853.115,50
,,
88.853.115,50
Diverse rekeningen

………………
,,
1.923.719,23’12
In.
Baren …………..1056
Sovereigus ……….-
Vreemde munt


Koloniën …………40
Diversen …………-
Per saldo uitgevloeid ..

1096

Uit.
Continent

……….
103
Koloniën …………

U.S.A.

…………
6
Zuid-Amerika ………

Baren en diversen….

Per saldo ingevloeid..
988

1096

f
774.376.811,15

Beschikbaar metaalsaldo …………..
f
434.025.648,87
Op de basis ‘van
‘/,
melaaldekking ……
,, 284.566.048,67
Minder bedrag aan bankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is ..,, 2.170 .128.240,-

ZILVER.

De afgeloopen week vertoonde een voortdurende afbrok-
keling van den zilverprijs, vooral tengevolge van het ont-
breken van Indische kooporders en voorts door eenig aanbod
van Chineesche zoowel als van Amerikaansche zijde. De
groote voorraad te Londen, die thans ongeveer 10 millioen
ounces bedraagt,. heeft ook de speculatieve koopers van de
markt gehouden.
Toch blijft de grondstemming, vooral met het oog op de onverminderd voortdurende muntbehoeften, vast. Naar de
firma Samuel Montagu & Co. uit New York verneemt, worden
in Mexico groote hoeveelheden zilvermunten door de bevol-
king vastgehouden en verdwijnt daar in steeds toenemende
mate liet zilvergeld uit de circulatie, iets vat ook niet
zonder invloed kan blijven op de wereldmarkt voor het metaal.

Noteering te Londen.

te New York.

7 Juli

1916 ……..29’/e

62
30 Juni 1916 …….’. 31

65
9 Juli

1915 ………22
8
/4

47
7
18
10 Juli

1914 …….. 25″liG

55
7
18
20 Juli

1914 ……..24″/j

54’18

Bij vergelijking met den vorigen weekstaat blijken de volgende
verschillen:
Meer
.

Minder
Disconto’s
5.642.353,17
1/
Buitenlandsche wissels..
116.820,-
Beleeningen
1:816.774,99
Goud

………………
1.885.515,22
Zilver

………………
288.434,62

Bankbiljetten:
826.930,-
Part. Rek.-Crt. saldo’s
12.791.700,92
1
/2

N.B. Uit de bekendmaking van den Minister van Financiën
blijkt, dat uitstonden op:

1
Juli
1916
8
Juli
1916

Aan schatkistpromessen
f 67.020.000,—
/

62.130.000,—.
waarvan rechtstreeks bij
de Ned. Bank geplaatst
.
17.400.000,—
12.500.000,-
Aan schatkistbiljetten
43.822.000,—
43.822.000,-
Aan zilverbons

……..
.
,,
14.127.984,—
,,

15.162.434,-

432

ECONOMISCH-STATIStISCHE BERICHTEN

1

12 Juli 1916

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden guldens.)

Data
Goud
Zilver
B

k
bi

tt

en

Andere
opeischbare
schulden

8

Juli

1916*..
..
575.116
9.246
655.968 91.330
1

,,

1916

.. . .
573.231
8.958
656.795
82.9148)

24

Juni

19
.
16*..
..
552.026
8.407
630.911
93.8882)

17

,,

1916

….
548.614
7.615 639.001
84.802
10

,,

1916

….
546.323
6.715
642.005
74.904
3

;,

1916

.. ..
542.893
5.947
645.484
64.648
27

Mei

1916

.. ..
540.030
4.486
636.983 57.970
20

,,

1916

….
538.286 2.304 635.156 54.470
13

,,

1916*
….
535.804
1.925
644.037 46.453
6

,,

1916*
….
532.877
1.797
664.373
98.044
1
)
29

April 1916

….
529.896
1.873
681.864
76.688
22

1916

….
528.602
1.541
651.675 92.819
15

,,

1916

.. ..
523.023
1.727
654.425 86.346

10

Juli

1915

….
367.690
1.803
504.356 38.052
11

Juni

1914

. . ..
160.122
7.852
321.015
7.013

25

Juli

1914

….
162.114 8.228
310.437
6.198

‘) Waarvan Rek.-Crt. saldo van
het
Rijk
f
34.492.000,-

2)

19.810.000,-‘

8)

3.677.000,-.

Data

.

Disconto’s

Belee- Beschsk.
baar
Dek.
kings-
Hier-jan

Totaal Schatkist.
nin gen
Metaal. percen.
pro,nessen saldo
togo rechtstreeks

8 Juli 1916
31.689
12.500
72.669
434.026
78
1

,,

1916*
37.332
17.400
74.486
433.380
79
24Juni
1916*

42.314 22.400
80.094
414.639
78
17

1916
40.156
20.400 74.521
410.638
77
10

,,

1916
39.834
19.400
71.858
408.830
7
3

,,

1916
31.992
11.300
72.186
405.991
77
27 Mei 1916
27.694
6.300
69.185 404.748
78 20

1916
29.644
7.300
‘70.584
401.893
78
13

1916*
30.859
8.000 78.817
398.116
77
6

,,

1916e
101.267
79.000
90.295
381.418
70
29April1916
100.679
79.000 79.128 379.285
70
22

,,

1916
94.275
73.000
74.023
380.477
71
15

,,

1916
95.662 74.000 74.018 375.835
71

10 Juli 1915
70.770 31.500 107.164
259.329
.

68
11 Juli 1914
75.656
14.300 65.561
36.596
1
)
51

25 Juli

1914
67.947 14.300
61.686
43.5211)

54

1)
Op de basis van
215
metaaldekking. *) De 4
0
10
Staats-
leening 1916
werd
van 1 tot 8 Mei, de 5
0
/0
Ned. Ind. leening
tusschen 23 Juni en 1 Juli nagenoeg volgestort.

JAVASCHE BANK.

OVERZICHT DER VOORNAAi1STE POSTEN.
(In duizenden Guldens.)

Data
Goud
Zilver
Bank

b&ljetten

Andere
opeischb.
schulden

6

Mei

1916 …….
42.256 32.792
145.569
27.858
29

Apr. 1916 …….
42.058
33.403 142.868
29.851
48.221
33.335
143.034
28.121
49.343
33.399
143.021
28.416
22

1916 …….
15

,,

1916 …….

28.940
29.891 112.328
13.657
8

Mei

1915 …….
23.857 29.070 111.423
10.791
9

Mei

1914 ……..

25

Juli

1914 …….
22.057 31.907 110.172 12.634

Da
t
a
Dis.
conto’s
buite
~~
‘isse

N..Ind.
etc.alboor

ls,

Belee-
ni,zqen-
Diverse

ree

1
ningen

Beschik.
baar
,netaal-
saldo

Dek-
kings.
fercen-
tage

6
Mei
1916
6.298
28.322 48.954
19.178 40.961
43
29Apr.1916
6.214
22.628 43.138 30.082
40.917
44
22

,;

1916
6.288
16.719
41.818 29.505 47.325
48
15

1916
6.330 17.233 41.327
28.858
48.455
48

8 Mei 1915
5.566
5.835
54.741
5.022 33.929
46
9 Mei 1914
5.741
11.089
46.185
2.699
4.425
43

25 Juli 1914
7.259 6.395
47.934
2.228
4.842
2
)
44

Sluitpost der activa.
Op de basis van
2
4
riietaaldekking.

SURINAAMSCHE BANK.

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden guldens.)

Data Metaal
Circulatie
Andere
opeischb.
schulden
Disconto’s
Div. reke.
ningen

3

Juni

1916..
731
1.034
817
944
862
27

Mei

1916..
737
934
875 915
832
20

,,

1916..
719
933
841
921
801
13

,,

1916..
721
951 828
932
776

5

Juni

1915..
1.086 1.172
1.93
848 882
6

Juni

1914..
642
1.162
374
726
228

25

Juli1914….
645 1.100 560
735
396

‘)
Sluitpost der activa

BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.

Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht gegeven
van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

I.
BANK OF
ENGLAND.

WEEKSTAAT VAN 5 JULI 1916.

ISSUE DEPARTMENT.

Notesissued.. £ 76.772.510

Governm.Debt

11.015.100
Othersecurities,,

7.434.900
Gold coin and
bullion ……58.322.510

£ 76.772.510 1

£ 76.772.510

BANKING DEPARTMENT.

Capital……£
14.553.000
Government
Rest ………
,
3.260.758
securities
..

£
42.187.454

Public deposits,,
58.949.045
Othersecurities,,
95.806.787
Other deposits,,
103.606.994
Notes ……..
,,
40.406.325
Seven-day and
.
Gold and silver
other bills..,,
30.026
coin

……..
1.999.257

£ 180.399.823
1

£
180.399.823

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN

Onderstaand overzicht bevat tevens de cij.fers der door de
Regeering uitgegeven currency notes van 1 £ en 10 sh. met
het bedrag der gouddekking en der tot dekking aangewezen
Government securities. De publicatie dezer cijfers geschiedt
sedert 26 Augustus 1914.

(In duizenden p. st.)

Currency Notes.
Data

Metaal kirrulatie
‘~~
Bedrog 1 Goudd.
IGov.
Sec.

5 Juli 1916

60.322

36.366

123.817 28.500 91.730

28 Juni 1916 61.380

35.899

122.099 28.500 88.158
21

,,

1916

61.708

35.215

121.480 28.500

85.189

14

,,

1916

61.578

35.355

120.551 28.500

84.720

7 Juli 1915 53.264

35.073

48.059 28.500

10.138

8 Juli 1914 39.600

29.531

22 Juli 1914

40.184

29.317 ……..
. …………..

Data
Gov.
Sec.
Other
Sec.
Public
Depos.
Other
Depos.
_______

Re-
serve

Dek.
kings-
percen-
tage
i)

5 Juli 1916
42.187
95.807
58.949
103.607
42.406
26
1
/
28Juni1916
42.187
87.313
49.279
106.371
43.930
28%
21

1916
42.187 73.383
51.200
91.549
44.943
31V2
14

,,

1916
42.187
70.703 52:264 87.541
44.672
31
1
/2

7Juli1915
51.043
137.918
67.899
139.859
36.641
16
1
10
8 Juli 1914
11.005
34.832
12.580
43.788 28.519
50
5
/a

22 Juli 1914
11.005
33.633
13.735
42.185
29.297
5218

8)
.
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.

/

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

433

II. DEUTSCHE REICHSBANK.

STAAT VAN 7 JULI 1916.

De biljetten zijn sedert den oorlog niet inwisselbaar.

Metalibestand …………………..Mk. 2.495.605.000
davon Goldbestand …………….

2.465.730.000
Reichs- uud Darlehenskassenscheine..

336.621.000
Noten anderer Banken …………..

9.631.000
Wechsel ……………………….

6.326.792.000
Lombardforderungen …………….

12.237.000
Effekten ……………………….

52.848.000
SonstigeAktiva ………………..

372.127.000

Grundkapital ……………………,,

180.000.000
Reservefonds ……………………

85.471.000
Notenumlauf ……………………

7.088.608.000
Sonstige tiiglich fiillige Verbindlichkeiten

1.994.662.000
Sonstige Passiva ………………..

257.120.000

OVERZICHT VAN DE VOORNAAJVISTE PÔSTEN.

Onderstaand overzicht bevat tevens het cijfer der uitgegeven
Darlehenskassenscheine. De Scheine, welke niet in kas zijn
bij de Reichsbank, circuleeren grootendeels onder het publiek.
De Darlehenskassen zijn ingesteld op 11 Augustus 1914.

(In duizenden Mark)

Data

Mtaal

Daarvan 1 Kas ren. 1 Circu.
1
,gs.
Goud

scheine

latio

1
prcen
Itaoe’)
7 Juli 1916
2.495.605
2.465.730
336.621
7.088.608
40
30 Juni 1916
2.496.782
2:465.662 629.280 7.240.532
43
23

,,

1916
2.500.057
2.465.174
334.790 6.634.143
43 15

,,

1916
2.501.005
2.464.934
281.831
6.636.519
42

7 Juli 1915
2.435.811
2.390.931
251.071
5.603.615
48
7 Juli 1914
1.625.839 1.311.094 50.795
2.192.302
79

23 Juli 1914
1
1.691
.
398
1
1
.
356
.
857
1

65.4791 1.890.8951 93
1)
Dekking der circulatie door metaal en Kassenscheine.

Data
Wissels
Rek. Crt.

11

DarlehenskassenscJ,cine

Totaal
In kas bij
uit ge
de Rcichs.
1

geven
bonk

7 Juli

1916
6.326.792
1.994.662
1.727.500
302.900
30 Juni 1916
6.610.212 2.370.717 2.039.900 596.000
23

,,

1916
6.124.826
2.358.033
1.604.100
291.400
15

,,

1916
5.783.848
1.828.551
1.542.000
238.700

7 Juli

1915
4.880.410
1.737.563 1.012.000 222.000
7 Juli

1914
973.583 837.170

23 Juli

1914
750.892
943.964

III. BANQUE DE FRANCE.

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
De: met * geteekende posten komen eerst sedert 28 Jan. 1915
in den weekstaat voor. De biljetten zijn sedert den oorlog niet
inwisselbaar.
(In duizenden francs.)

Data
Goud
Zilver

Te goed
in het bui-
ten/and

Wissels

Uitge.
stelde
wissels

6 Juli 1916
4.789.701
343.949
645.860 410.764 668.395
29 Juni 1910
4.763.257
343.954
709.432 447.897
1.468.819
22

1916
4.756.919
345.603
628.670 389.706
1.473.229
15

1916
4.750.509 348.782 620.300 392.233 1.488.585

8 Juli 1915
3.944.987
369.159
782.899 261.065 2.208.976
7 Juli 1914
4.057.680 638.880

1.790.760

23 juli 1914
14.104.390
639.620

1.541.080

…….

* Buitgew.

Bank.

Rek. Crt. Rek. Crt.
Dato

Be/cening voorsch.
Particu.

old. Staat

biljetten

heren

Staat

6Juli 1916 1.214.369 8.100.000 16.046.211 2123.192

42.087
29Juni1916 1.206.031 7.900.000 15.866.000 2.272.643

38.277
22 ,, 1916 1.227.876 7.800.000 15.734.907 2.054.492

32.030
15 ,, 1916 1.219.307 7.800.000 15.746.680 2.048.342

53.561

8 Juli 1915 614.966 6.200.000 12.328.240 2.383.909

67.101
9Juli 1914 746.740
.
. …… .6.051.150 982.680 249.690

23Juli 1914 769.400

5.911.910 942.570 400.590

IV.
RUSSISCHE STAATSBANK.

OVERZICHT DER VOORNÂAMSTE POSTEN.
De post ,,Schatkistbiljetten” komt eerst sedert 14 November
1914 n. st. in den weekstaat voor. De biljetten zijn niet in-
wisselbaar.
(In millioenen Roebel).

1
Te goed 1 Zilver Schatkist.’
Data
fl.
st
.

Goud

uh bui.

en
Circulatie
1

tenland
1
Pasmunt biljetten
1

29 Juni 1916..
1.540
1.589
74,7
3.795 6.443
21

,,

1916..
1.538 1.494
73
3.843
6.410
14

,,

1918..
1.540
1.494
73
3.679
6.380
6

,,

1910..
1.540
1,409
68
3.637 6.340

29 Juni
1915..
1.577
109
56
1.549
3.583
29 Juni
1914..
1.596
169
73
….
1.628

21 Juli
1914..
1.601
144
74
..

..
1.634

Data n. St.
Wissels
Voor.
schatten
Of’
:
Effecten

Andere
voor.
schotten

Rei.
Co:ira,it
Parti.
1

culieren

1
Rek.
1 Courant
Staat

29 Juni 1916..
352
554
222 1.108
456
21

,,

1916..
347 620
155
1.143
448
14

,,

1916..
347
686
160
1.101
264
6

,,

1916..
342
679
157
1.101
204

6 Juli

1915..
409 576 208
1.109
347
29 Juni 1914..
402
108
252
580
448

21

Juli

1914..
393
121
243
596
503

V. SOCI9T9 GÉNRALE DE BELGIQUE.

Van de Nationale Bank van België, die haar goudvoorraad
naar Londen heeft overgebracht, zijn sedert 6 Augustus 1914
geen weekstaten openbaar gemaakt.
De Soci6té G6nérale is einde 1914 met de functie van
circulatiebank belast.
De bankbiljetten zijn niet inwisselbaar.

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden francs.)

Metaal De/een. Ee/een. Binn.

R k
n t

mcl.

van

van

wissels Circu.

Ct
o °

buitenl. buitenl. prom. d.

en

latie.

:
saldi

r’ordcr. f’rovinc. beleen.

saldi.

29 Juni 1916 261.685 66.807 480.000 61.342 718.325 147.938
22 ,,

1916 263.421 67.147 480.000 62.786 714.364 154.213
17 ,,

foio
263.882 66.897 4-80.000 60.291 717.394 148.860
8 ,,

1916 247.902 66.228 480.000 60.062 701.763 147.819

1 Juli 1915 75.433 12.804 280.000 41.226 300.397 111.246

VI. VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.

U. S. FEDERAL RESERVE BANKS

In woking getreden op 16 November 1914.

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden dollars.)

Data
Goud
Zilver
Wissels
1
Deposito’s
Circu.

°
Dekkings.
Percen.
tagei)

9Juni’16
3
6
.628
18.055
78.343
518.358
9.323
71
2

,,

’16
346.377
13.855
73.387
510.422
9.243
69
26 Mei ’16
337.139
21.972
73.073 520.811
9.438
66
19

,,

’16
326.608
17.697
71.995 503.497
9.754
66

11 Juni
,
i5i 246.231 44.632136.0071 299.653 112.0981

83

1)
Gouddekking van deposito’s en circulatié na aftrek van
de posten tussehen de banken onderling.

1.

434

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juli !9
16

NEW YORK ASSOCIATED BANKS AND TRUST

COMPANIES.

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN

(Gemiddelden in duizenden dollars.)

Reserve.

1
en

Data
Eigen

Bij Fed.

Elders

disconto’s

Bezit

1 Res. Bank Igedeponierd

8 Juli 1916
.. 1
400.340
1
155.170
1
58.640
1 3.282.420

1

,, 1916 ..

451.330

159.010

59.180

3.289.200

24 Juni1916 ..

445.900

160.860

59.710

3.299.130

17

,, 1916 ..

423.080

159.020

60.190

3.324.700

10 Juli
1915

..
423.830
125.850
35.630
2.548.160

11

Juli
1914

. .

450.2101)


2.089.310

25 Juli
1914

..
467.880′)

‘)
2.057.570

Doposito’s
Surplus
Data

Circa jatie

Dadclijk
1

Op

Reset ve
opvraagbaar j termijn

8 Juli 1916..

31.560

3.200.180

178.360

64.110

1

,, 1916..

31.590

3.262.410

175.590

138.570

24 Juni 1916..

31.660

3.267.640

176.730

104.450

17

.. 1916..

31.560

3.271.430

177.450

80.010

10 Juli 1915..

37.900

2.495.960

133 .90f

154.070

11 Juli 1914..

41.620

1.963.130

1)

7.580

25 Juli 1914..

41.730

1.958.320′)

1)

26.170

‘) Op deze data werden reserve en deposito’s beide ongesplitst

opgegeven.

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 7 Juli 1916.
Dc geldiuimte ten onzent blijft buitengewoon groot; .een
verdere belangrijke toeneming van den goudvoorraad bij de
Nederlandsche Bank ging gepaard met een aanzien-
lijke inkrimping der beleeningen. De geringe spanning
van de geldkoersen, door de voorbereiding voor de half-
jaarwisseling veroorzaakt, behoort al weer tot het verleden.
Het vrijkomen van de coupongelden werkt thans de geld-
ruimte nog meer in de hand. De gemiddelde prolongatie-
koers, die over het eerste halfjaar van 1915 4,6666 pCt.
bédroeg, laat zich over de eerste zes maanden van dit jaar
op 2,815 pCt. berekenen. Zoowel officieele als particuliere lichamen beijveren zich voortdurend, zich deze geldruimte
voor hun kapitaalbehoeften ton nutte te maken. De eerste
week van de nieuwe. maand is nauwelijks verstreken en
reeds tellen wij, onmiddellijk na cle belangrijke zes millioen
leening der stad Rotterdam, vijf nieuwe emissies, en het
succes dat allen nieuwdn uitgifteiLten deel valt, doet voorzien,
dat deze stroom nog wel eenigen tijd zal blijven vloeien.
Niettegenstaande dit voortdurende aanbod van nieuwe
beleggingsfondsen blijft de markt voor de Nederlandsche
staatsfondsen
een zeer vast voorkomen behouden en stegen o.a. 3 pCt. Certificaten en Integralea onderscheidenlijk 1
5
1zo

en 1
11
116
pCt.
De markt voor buitenlandsche staatsfondsen had echter
een doodsch aanzien. Toch kon het koerspeil zich over het
algemeen Vrij flink herstellen. Blijkbaar treedt thans de
meening naar voren, dat de kracht, waarmede van weers-kanten gestreden wordt, het tijdstip van de eindbeslissing

dic1zteibij moet brengen.
Russen waren zeer vast. Bulgaren daarentegen in’ reactie:
de tabaksleening daalde van 73% tot 68% pCt. Ook Portu-
geesche staat$obligatiën waren zwak, wegens de bekende
betalingsmoeilijkheden. De 3 pCt. Amortisabele Schuld rea-
geerde van 41 tot 37 (slot 373/
4
pCt.). 5 pCt. Mexicanen,

eerst verder van 54
15
/z6
tot 50¼ gedaald, herstelden zich
vervolgens tot 52 pCt., nu de zwaarste wolken boven deze
woelige republiek voorloopig weer voorbij zijn gedreyen.

30 Juni 5 juli 7 Juli
Rijzingof

5 % Ned. Werk. Schuld 102
1
18 102’/4 102’12 +
I8

3
0/
Ned. Werk. Schuld

72
1
1,, 73/jfl
741/4

+ 1
5
/je
2
1
12 % Ned. Werk. Schuld 62
15
/10
64 6418 +
1’V,o
5 °/o Oost-Indië ……..100 V4. 10012 100
15/t, +

loo
5 °/o Bulgarije 1902 . . 73’/ 68’/ 68’lz _
5’14’

5.
O/
Oostenrijk 1868 ..

45

46

46

+ 1

30 Juni S Juli 7 Juli
Rij:ingof

3
Olo
Portug. 3e serie…’

41

37

. 3721
4

– 311
4

411
2
°Io Iwangor.Dombrowa 66

68

68/4 + 2/4

4
0/
Rusland Nicolaï

62

621,9 62’/,
+ 7/

4
Olo
Rusl. geconsol. 1880

56

55
‘/a

5614 + 214 4 % Rusl. Zuidwest ….

5418 ‘ 57

58’12 + 3
7
18
4 °/o Orel Griasi 1889 .

. 51/

58’12

51’12

– 114

4 ok Rusland bij Hope

. 64
5
/io 66

65’l16 + 214
4
0/
Bagdad 2e serie

51’12

542/s

54218

+ 2
1
1a

5 °/o Mexico ………… . 21
1
18

20
1
12

20’12


BIo

Op de
locale
markt ging, het over het algemeen kalm toe.
Van
industriëcle
soorten maakten Centrale Guano’s een
koersbuiteling van 177Ytot 157% pCt. Zeer .vast waren
daarentegen aandeelen Hbllandsche Draad- en Kabelfabriek:
169%

218 pCt. en Nederlandsche Kabelfabriek: 233-
259 pCt.
Cuitnur fondsen
waren vast, bij weinig handel. Vooral
Poerworedjo’s ‘genoten belangstelling en verbeterden ca.
7 pCt. Watoetoelis Poppok gingen van 480 naar 500.
De willige beweging in
mijnbouwfondsen,
èerst geheel tot stilstand gekomen, maakte in de afgelocipen week voor een
reactie plaats. Preferente Ketahoens liepen van 56 tot 48%
pCt. terug; Redjang Lebongs van 189% tot 176% pCt.
AlleenAequators waren iets vaster, terwijl Swansea’s kunst-
matig werden opgezet van 25% tot 30% pCt. In de petroleumafdeeling was de belangstelling voor de’
hoofdsoorten: Koninklijke en Geconsolideerde, matig. Daar-
entegen deden de bevredigende Juni-cijfers der Internatio-
nale Rumeensche, Zuid Perlak, Perlak en Orion eenige viaag
naar deze fondsen ontstaan. Vooral Orions waren goed ge-
zocht, mede op een bericht, dat de productie aan Smeer-olie voor den vorderen duur van den oorlog tot loonende
prijzen naar het buitenland is verkocht., Trouwens ook
andere Rumeensche ondernemingen schijnen thans gunstige
prijzen voor hun producten te kunnen bedingen. Zoo stegen
aandeelen Internatoniale Rumeeusche in de afgeloopen

week van 93 tot 117% pCt.
Ook de Juni-productiecijfers van onze
rsobbermatscicap-
pijen
geven grootendeels reden tot tevredenheid, zoodat het
koerspeil in’enkele gevallenl zeer aanmerkelijk verder kon verbeteren. Sumatra Rubbers wonnen 10 punten; Indische
Rubber 20, Oost Java 343% enz.
In de
scheepvaartafdeeling
viel een algemeene neiging ,tot
winstnemen te bespeuren; waardoor over de geheele linie
een soms aanmerkelijke koersreactie plaats had. Bijzonder
dringend was het aanbod evenwel niet. De grootste verliezen
kregen aandeelen Holland-Amerika-Lijn, Nievelt Goudriaan,
Stoomvaart Mij. Oostzee en Bothnia’s te boeken.
Tabak/een
stonden onder den invloed van de bijzonder
gunstige taxaties, die, als steeds, door de inschrijving nog
verre overtroffen werden. IDe willige stemming bleef tot het
slot, – dat op de hoogste koersen was van de week, – ge-
liandhaafd. Opvallend groot was de koersrjzing voor Deli-
Mij.: 29 pCt., Senebah 18 pCt. en Medans 10% pCt., ter-
wijl ook tal van andere soorten flinke pnijsverbeteringen te
zien geven.
Van
diversen
buitenland bginnen Peruvians zich gedeel-
telijk van hun jongste koersverlies te herstellen, daar de
oneenigheid met de Peruaansche regeering nopens het win-
nen van guano zwakker werd af geteekend dan noodzakelijk
was.
In buitenlandsche
hypotheekwaarden
hadden eenige koers-
variaties van beteekenis plaats. . Zoo stegen 4 pCt. pand-brieven Hongaarsch Boden Credit van 62
1
/
2
tot 66 pCt.,
doch liepen 4% pCt. pandbrieven Moskouer Agrar Bank van
7I91

tr.’
694
nr.t..
tpri,p.

30Juni
5Juli
7 Juli
Rijzingof

Amsterdamsche Bank ……
174’/
174
174


112

Koloniale. Bank

……….
140
13921
4

139

— 1

Ned.-Ind. Handel Mij. resc..
177
1
18
176
176


1
1
/8

Centrale Guanofabriek
. . .
177
1
1
155
157’1


20

HolI. Draad en Kabelfabr.
169
1
12
186
215

+
45
1
1

Insulinde Oliefabr………
220
242
230’14
+

10114

Wester

Suiker ………….
189
184
184


5

Vorstenlanclen …………
220’/z
221/4
222
1
12
+
2

Handelsve.reen.A’dam ……
379

368’/
380V2
+
l’l,

Javasche Cultuur …… . ….
335 338
340

+
5 –

Panggoonredjo Cult . ……
254
247
1
12
245


9

Redjang.Lebong ……….
189’/2
180
176’12

13

Gecousolideerde

……….
220’/o
22021
4

219’1


1
,
18

Perlak

………………
44
46’/a
48’14
+
4114

Sumatra Palembang ……
227*
232 233

+
19’/2

Orion …. .. …………..
88’/
89


9114

3
1
14

Indische’Rubbr ……….
154′
190
174

+ 20

Kali Telepak

…………
185
192 193’14

+.8’/4
Kendeng Lemboe ………..
245
256 253
VI
+
8112

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

435

30 Juni S Juli 7 juli Rijzingof

Oost Java Rubber ……..256

287

2901
4
+
34814
Holland-Amerika-Lijn

405

398I4
394 – 11
Java-China-Japan-Lijn …. 166’1

163
1
12 162

– 4
1
1
Nievelt Goudriaan ……..870

880

860

– 10
Oostzee ……. . … . ……

3601/2

357

350

– 10
1
1
2

A’dam Dcli …………..2.40

251

255
2
12 + 15
1
12
Arendsburg Tabak Mij.. … 760

700

719
2
12 – 40’12
Dcli Mij. …………….

536

554

565

+ 29
Senembah …………….515

527

533

+ 18 Amsterdam Thee. ………

72
2
/
2

69

70

– 2
1
13
Banjoevangi …………88

90

95

+ 7
ex. div.

Anrerikaansche
fondsen, aanvankelijk verwaarloosd, kre-
gen later een vast voorkomen, zoowel wegens de gepubli-
ceerde zeer gunstige spoorwegontvaugsten als op de nieuwe
recordcijfers betreffende de industrie, die, nu de kans op
een oorlog met Mexico eenigszins geweken is, beter tot hun
recht komen. Vooral omtrent de Steel verluiden weer hoogst
bevredigende berichten. Zoo zou over het tweede kwartaal
van 1916 een ontvangstcijfer zijn geboekt van pim.
$ 80.000.000 tegen $ 6034 millioen over het eerste
kwartaal en $ 28 millioen over het Zcle kwartaal van
1915. Door sommigen wordt op grond van deze cijfers de uit-
keering van een extra-dividend verwacht, doch de Steel-
directie is, zooals bekend, met haar dividendpolitiek zeer
conservatief.
De ten slotte ingetreden lichte opwaartsche beweging ging
evenwel niet met groote omzetten gepaard, daar door den
stijgenden geldkoers de speculatiezucht geremd wordt. Ver-
moedelijk bestaat er voorloopig geen uitzicht op een ont.
spanning van de geidkoersen in de Unie, daar ondanks de
eischen voor de oogstbeweging en verdere kredietvraag uit
het binnenland, de Vereenigde Staten, die sedert het uit-
breken van den oorlog reeds $ 996.500.000 aan het buiten-
land verstrekt hebben, voortgaan Frankrijk, Engeland, Rus-
land en Italië met kredieten bij te staan.

30 Juni
5 Juli
7 Juli

American Beet Sugar
86
1
12
86
88
+
1 ‘/
American Car
&
Foundry
56151
i

57
56I16

1
18
Anaconda Copper

……
168’/2
169
1
116169’/2
+
1
Ceutral Leather

……..
59
3
/4
58
59
2
12
Cities

Service

……….
325
357
357
+
32
Dominion Steel

……..
54’/jo
53
52

Gulf States Steel
94314
92/
9431
4


Marconi Wireless……..
82
8914
8818
+
61
Ene

………………
36
1
/
26

36/8
36/io
-4-

i/
Illinois

Central

……..
102
98 ’12
98

4
Southern Pacific……..
94
95l1
96
+
2
Southern Railway ……
20’/2
23
22/
4

+
2’/4
Union

Pacific ……….
135
114

136/
4

136 1/2
+
12/4
Intern. Mcrc. Mar ……. 24/
2418
24
11
1
+
214
Intern.

Merc.

Mar. pref.

8921
4

89
1
18
8914
+
’13
Int. Merc. Mar. obl. cert
961
98’/6
97’/16
+

/io

Hoewel van den afloop van het Fransch-Engelsch of fen-
sief natuurlijk nog niets te voorspellen valt, hebben de resul-
taten, tot nog toe bereikt, de L o n d e n 5e h e beurs blijk-
baar reeds aangenaam gestemd: Consols stegen van 60
5
/8
tot 61y
8
pCt. Intusschen kunnen ook de verbeterde schat-
kistontvangsten, die £ 21.385.062 meer bedragen dan over
hetzelfde tijdvak van het vorig jaar, alsmede de algeheele
afschaffing van minimumprijzen, het hunne tot de aange.
namere beurshouding hebben bijgedragen.

Evenals te Londen, was ook te P a r ij s het staatsfonds
vast gestemd. 3 pCt. Fransche Rente verbeterde van 62,40
tot 63,30. De verhooging van het halfjaarsdividend door de Banque de France: fr. 120 tegen fr. 90, maakte een goeden
indruk op de markt.
De behoefte aan geld blijft echter bijzonder groot. De
voorschotten, door de Fransche Bank aan den Staat ver-
strekt, stijgen iedere week en zijn deze week zelfs met
fr. 200.000.000 vermeerderd. Naar het schijnt is echter bin-
nenkort uit New ‘York weer een krediet van $ 100 m’illioen
te verwachten.

Aan de beurs te B e r lij n mogen de koersen thans nog
slechts fluisterend bekend gemaakt worden. Er bestaat wel geen straf voor leden, die zich aan dit verzoek niet houden, doch er dreigen wel strMfere bepalingen. Van eenig animo
kan onder deze omstandigheden geen sprake zijn. Toch
schijnt de beurshouding thans aan de Spree, voor zoover
uit de sobere berichten in Duitsche couranten valt op te
maken, niet ongunstig te zijn.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

T a r w e. In de afgeloopen week was de stemming in de
meeste markten vast. In Noord-Amerika waren de oogstbe-
richten over het algemeen gunstig en ook de dorschresul-
taten waren tot nu toe tevredenstellend. De boeren zijn
evenwel niet dringend aan de markt, daar, zelfs al wordt
de oogst grooter geschat dan een maand geleden, de totale
opbrengst toch op zijn allerhoogst middelmatig genoemd
kan worden. Chicago sluit op 10 Juli op $ 1,08 tegen
$ 1,01% een week geleden. Tengevolge van gebrek aan
vrachtruimte was ook deze week de markt in Argentinië
kalm en brokkelden de prijzen eenigszins af.
In Europa heerscht over het algemeen goede vraag, niet-
tegenstaande de verschepingen bij voortduring groot zijn en
de voorraden in Engeland wederom zijn toegenomen. Van
1 Juni-1 Juli vermeerderclen aldaar de voorraden in de
havens van 2.500.000 tot 3.000.000 quarters. Ofschoon de
vrachten niet merkbaar gestegen zijn, is de indruk toch vrij
algemeen, dat men spoedig een rijzing tegemoet kan zien en
deze meening had een tamelijk leveudigen omzet op de
graanmarkten tengevolge. Van de verschepingen van tarwe
was betrekkelijk weinig voor Engeland bestemd; bijna
34
werd verscheept naar het Continent, voornamelijk naar
Frankrijk, Italië en Holland.

M a ïs Een scherpe reactie heeft plaats gehad in de afge-loopen week in de zoo gedeprecieerde Engelsche markten
Reeds verschillende weken wezen wij er op, dat de verlaging
in Engeland verre beneden de pariteit van de exportlanden
was voortgezet, zoodat gedurende geruimen tijd geen nieuwe
zaken mogelijk waren. Tamelijk levendige vraag voor Ierland
en wederom matige verschepingen veroorzaakten een vaste
stemming en de prijzen gingen sprongsgewijze omhoog. Tot
de hoogere prijzen kwamen vooral veel zaken met Noord-
Amerika tot stand. Ook werden verschillende ladingen La-
platamaïs gehandeld, doch de meeste zullen niet naar Enge-
land, doch naar Frankrijk gedirigeerd worden. Ook de Noord-Amerikaansche markt voor mais is vooral
voor spoedige posities gestegen. De oogstberichten zijn
over
het algemeen gunstig, ofschoon in enkele districten over te
groote hitte wordt geklaagd. De voorraden van den ouden oogst zijn evenwel niet bijzonder groot en de prijzen ver-
den daardoor gemakkelijk beïnvloed door cle exportvraag.
De prijzen in Laplata bleven in de ufgeloopen week vrijwel
onveranderd.

G e r s t. Tengevolge van de vaste stemming van rnaïs
werden ook de viachtprijzeii voor gerst verhoogd, zonder
evenwel tot levendige zaken aanleiding te geven. Niettegen-
staande de aanvoeren in Juni in Engeland slechts matig
waren zijn cle voorraden in dc havens tamelijk sterk toege-
nomen, wat op een kleine consumptievraag wijst.

H a v e r. Wederom hadden de verschepingen voorname-
lijk plaats naar Frankrijk en Italië. De oogstberichten zijn
tamelijk gunstig, evenwel wordt nog steeds naar meer zon
verlangd. De prijzen voor alle soorten haver verbeterden
in Engeland, met meer attentie dan in langen tijd was
waargeuomen.

L ij n za a d. De berichten betreffende den nieuwen oogst
van Noord-Amerika zijn niet bijzonder gunstig en de prij-
zen aldaar zijn gestegen, waardoor dit land wederom als
kooper in Laplata is opgetreden. Engeland blijft zich bijna
uitsluitend beperken tot Indisch zaad, zoodat de export
van Laplata niet veel meer dan Noord-Amerika en het
Continent omvat, waarvan dc grootste hoeveelheden nog
naar Holland worden verscheept. De markt was afwisselend
vast en flauw in Engeland, maar in Zuid-Amerika is de
stemming zeer vast. Van den grooten voorraad lijnzaad in
Buenos Aires is bijna niets aan de markt, daar hij voor
Amerikaansche rekening wordt vastgehouden. De aanstaande
oogst in Noord-Amerika zal een zeer beslissenden invloed
op het verdere verloop der wereldprijzen uitoefenen.

Markten in Nederland.

In ons laatste bericht schreven wij abusievelijk, dat het
vrachtcontract tusschen de reeders en de Nederiandsche
Regeeriug voor 200.000 tons per maand tot stand gekomen
zou zijn. Achteraf is ons gebleken, dat op het laatste oogen-blik de onderhandelingen zijn afgesprongen, zoodat behalve
de oude overeenkomst. die bij de nieuwe geannuleerd zou
worden, geen contract bestaat. De Regeering gaat voort
te voorzien in de noodige stoomvaartruimte door den sche-
pen permissie tot uitvaren te weigeren, tenzij zij varen voor
de Nederlandsche Regeering tot een door haar vastgesteld
cijfer.

n

436

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juli 1916

De toevoer van t a r w e was in de afgel.00pen week zeer
ruim; de prijs bleef onveranderd.

M al s. Voor de Juli-distributie werd door de Regeering
45 pOt. van de aangevraagde hoeveelheden toegewezen, welk
cijfer hooger was dan men algemeen verwaçhtte. De aan-
voeren van mais zijn nu grooter dan eenigen tijd geleden
en in Augustus zal men dan ook een minstens even groote
distributie tegemoet kunnen zien.

Van gerst, haver en lij nkoeken waren de aanvoe-
ren slechts zeer gering en nog steeds had geen distributie
van deze artikelen plaats. Waarschijnlijk zal er spoedig nog
eenig 1 ij n z a a d aangeboden worden. De verhouding tus-
schen grondstof en producten is er voor de fabrikanten niet gunstiger op geworden, ofschoon de prijzen der lijnkoeken
zeer hoog zijn. De vraag voor olie is evenwel sinds eenigen
tijd zeer teleurstellend.

Noteeringen.

Chicago

1

Bue.os Aires

Data

Tarwe Mais

Haver Tarwe Mais
1
Liin.
Juli
1
Juli

1
Juli

Juli
1
Juli

Juli

10 Juli 1916
108
7811
4

40
1
/2
7,8)
4,202)
11,8521

3

,,

1916
101
8
/8
75 381/
8

7,20 4,25 11,90

10 Juli 1915
108/a
761
477/
s

12,75
4,90 11,10

10 Juli 1914
7814
69ij8
38’Ia
9,02
5,252)
13,502)

20 Juli 1914
821)
5681
a
l)
3611s
1)
9,402)
5,382)
13,702)

1)
per Dec.
2)
per Sept.
8)
noteering 6 Juli

Loco-prijzen te Rotterdam/Amsterdam.

Soorten.

110 Juli
1
3Juli
1

Soorten.

1
10Juli
t 31u4

Tarwe …….368
1
) 368

Haver 38 lb.white
Rogge No. 2

clipped ……
..18,10 18,10
– Western .. nom. norn.. Lijnkoeken. Nd.
MaIs LaPlata 265
1
) 255

Amer. van La
Gerst 46 lb.

Plata-zaad

nom. nom.
feeding…. nom. nom. LijnzaadLaPlata 513,- 513,-

1)
Regeeringsprijs.

AANVOEREN in tons van 1.000 kilo’s.

Rotterdam

A,nsterda,,l

Artikelen

3•10 Juli

Sedert

3-10 Juli

Sedert
1916

1 Jan. ’16

1916

1 Jan.
1
16

23.331
767.524

10.823
(waarvan voor de Bel-
gium Relief Comm.)
4.391
394.382

– –
16.641



7.977

503
MaIs

………………
13. 737
223.271 8.048 79.103

Rogge

………………

(waarvan voor de Bel-

Tarwe

……………

gium Relief Comm.)

46.697
– – –
53.135

4.549

Boekweit

…………….


23.110

4.218 2.300 55.701

32.995

Gerst ……………….

..
85.826

5.435

Haver

……………..
Lijnzaad

………….

1.903 11.925


Lijnkoeken

………..325
Tarwemeel

………..
(waarvan voor de Bel-
gium Relief Comm.)

1.261

METALEN.

IJZER EN
STAAL.

Bij gebrek aan nieuws uit Engeland is het vrijwel on-
mogelijk, een overzicht te geven van de bewegingen der
markt sedert ons laatste verslag. De weinige berichten, die
ons echter bereikten,, wijzen er op, dat het ruwe metaal,
zooals ijzererts en cokes, voortdurend in prijs stijgt, tenge-
volge van de dringende en steeds toenemende vraag. Dit is
een factor, waarmede de fabrieken voortaan ernstig rekening
zulleh moeten houden in hunne calculaties en er bestaat
geen twijfel, dat de prijzen voor ijzer- en staalproducten
binnenkort, in overeenstemming hiermede, verhoogd zullen
worden.
De overeenkomst tusschen het Gouvernement en de fabrieken
met betrekking tot de maximum-prijzen voor ruw-ijzer liep
in het laatst van Juni ten einde en het blijkt, dat thans
onderhandelingen gevoerd worden om een nieuw tarief vast
te stellen voor deze soort ijzer, waarbij met de veranderde
condities rekening zal gehouden worden. Deze maatregel
betreft natuurlijk alleen de binnenlandsche behoefte.

KOPER.

Statistiek van Henry R. Merton
&
Co. Ltd.

30 Juni 15Juni 31 Mei 30 ‘Juni.

1916.

1916.

1916.

l

915.
1914.
1913
Voorraad

ton

ton

ton

ton
ton
ton
in

Engeland en
in Frankrijk ..

7.603

6.459

6.662

27.293
20.464
22.092
Zeilend v. Chili

2.225

1.500

3.000

1.325
1.650
1.350
Id.vanAustralië 4.000

4.300

4.100

4.300 3.550
4.700

Totaal ..

13.828 12.259 13.762

32.918 25.664
28.142

Fijn Koper
te Rotterdam

1.150

1.150

1.150

1.150
3.050
4.700
Id. te Hamburg

2.867

2.867

2.867

*2.867
3.477
3.441
Id.. te Bremen.

1.106 *1.106
0
1.106

1.106 1.080
1.913

Totaal ..

18.951 17.382 18.885

38.041 33.271
38.196

Prijs van Stan-

£

£

£

£
£ £
daardKoperp.t. 103.101- 119.-!-

122.-I-
81.151- 60.51-
63.12’6
*
Als op 31 Juli 1914, sedert wanneer geen opgaven zijn ontvangen; thans waarschijnlijk nihil.

Loco-Noteeringen te Londen:

1
IJzer

1
Data

1
Clev.

Koper
ard

Tin

Lood

Zink
Stand
!1o.3

7 Juli 1916..
nom.
91.-/-
173.-/-
27.17/6
30 Juni1916..
nom.
103.10/- 173.15!-
28.15/-
9 Juli 1915..
67.61-
77.12/6
171.15/-
.24.15/-
100.-/-
10

Juli 1914..
51.41-
61.716
146.1216
19.10/-
21.101-
20 Juli 1914..
5114
61.-!-
145.151-
19.-1-

1
21.101-

STEENKOLEN.

De handelaars klagen voortdurend over het gebrek aan
evenredige aanvoeren doch daar de grootere afnemers thans
hun orders plaatsen voor den winter, inplaats van zooals
verleden jaar te wachten tot laat in het seizoen, zal de
druk gedurende de komende maanden aanmerkelijk minder
zijn en de handelaars daardoor beter in staat worden
gesteld, aan de gewone vraag voor den winter te voldoen.
Arbeidersmoeilijkheden treden echter nog sterk op den
voorgrond.

PETROLEUM.

(Ontleend aan den ,,Petroleum Review”.)

Londen, 30 Juni 1916. Smeeroliën. Sedert ons laatste bericht zijn de prijzen

bepaald gedaald; nu wordt genoteerd voor:


American pale ……….£ 21
American rad ….. . … .£ 23
Amer. gefiltr. cylinderolie £ 21 10 s.
Benzine. Sterke vraag, doch onveranderde prijzen.
No. 1 …………2s. 10d.
No. 2 …………2 s. 9

per gallon.
No. 3 …………2s.

8d.J
Alle merken zijn in Schotland en Ierland 1 d. per gallon
duurder.
Stookolie en vethoudende oliën zijn zeer schaarsch. Geen
officieele noteeringen.
Terpentijn. Amerikaansche
Loco…………38 s. 9 d.
Juli/Augustus

39 s.
Sept./December . 39 s. 7
1
12 d.
Paraffine. Geen verandering heeft plaats gehad èn de
prijzen zijn nominaal gebleven per lb.
Smeltpunt

140° …… 6 d.
130-132°. ….. 5’/4d.
125-128° …… 4/,d.
118-120° ……

4’/2d.
Geraffineerde petroleum. De markt blijft vast tegen
vorige prijzen.
Water White ……1 s. 1 d.
Standard White …. 1 s.
2e destillaat
……..ll’/a
d.

Live r Pool, 29 Juni 1916.
Petroleumproducten vinden vasten verkoop en Amen-
kaansche worden 11 d. tot 1 s. per gallon genoteerd. Geen
Russische olie aan de. markt.
Benzine wordt voor den kleinhandel 2 s. 10 d. per gallon
genoteerd. Leveringen volgen echter moeielijk.

Bakou, 29 Juni 1916. De markt voor ruwe olie blijft vast en de noteering is
45 kopeken per poed.

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

437

New York, 29 Juni 1916.

Op de jongste veiling te Melbourne bestond zeer levendige
Geraffineerd in kisten 11,50 c.

vraag voor de eerste soorten. Merinos zijn vergeleken bij Standard White in vaten 8,95 c. per gallon.

einde Maart 20 . 25
O/
in prjs gestegen, fijne erossbreds
Credit Balances ……2,60 e.)

zijn 15
0
1 vooruitgegaan, terwijl de overige kwaliteiten on
Pennsylvanian Crude $ 2,60 per vat.

veranderd zijn gebleven.

-.

KATOEN.

NOTEERINGEN VOOR LOCO-KATOEN.

(Middling Uplands.)

7Juli’16
I30Juni”16I23Juni’161
7Juli’15
1
7Juli’14

New York ….
Liverp6ol

..
13,10e
8,04d
13,15e
8,16d

13,30e
1

9,20e

8,29d

5,21d
13,25e
7,33d

Ontvangsten in, en uitvoeren van Amerikaansehe havens.

(In duizendtallen balen:)

1
Aug.
’15
Overeenkomstiqe perioden
tot

7Juli’16
1914.’15

1913..14

Ontvangsten Gulf-Havens..
4915 6990 6556
Atlant.Havens
2556 3632
4031
Uitvoer naar Gr. Brittannië
2663
3756 3405
‘t Vasteland.
2465 3938 5100
Japan ete…
481 492
376

Voorraden in duizericltallen
7
Juli’16
7Juli15
7Juli’14

725
812 338
Binnenland …………..
415
487
146
Amerik. havens …………

157
244
122
New York

…………….
.
196
169
70
New Orleuns ………….
Liverpool

……………
639
1693
915

Marktberieht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,
Manchester dd. 28 Juni 1916.

Amerikaansche katoen is in prijs slechts weinig veranderd,
nietteenstaande hevige manipulaties aan de Amerikaansche
markten, voornamelijk door den toestand in Mexico. Ten
slotte was de markt wat kalmer en waren de prijzen in
Liverpool 10 punten lager dan een week geleden. Oogst-
berichten spreken elkaar eenigszins tegen, ofschoon deze
over het algemeen vrij gunstig luiden en vooral de stand in Texas goed schijnt te zijn. In Liverpool is de toestand
vat gunstiger, doordat vrij groote partijen zeilende zijn en
men dus, vat voorraden betreft, wat oriafhankelijker van
Amerika wordt, terwijl ook vrachten flauwer worden en
men dus ook weer verschillende voorradige partijen uit
New York heeft kunnen koopen. De totale consumptie tot
nu toe is ongeveer 160.000 balen minder dan verleden jaar
en belangrijk minder, dan de drie vorige jaren, zoodat het
nieuwe seizoen waarschijnlijk zal beginnen met een Vrij grooten voorraad katoen en goede kans op een meer dan
middelmatigen oogst. Egyptische katoen blijft zeer duur en
voorraden zijn schaarsch. Ofschoon de berichten omtrent
den nieuwen oogst gunstig luiden, kan men daaromtrent
niets met zekerheid zeggen, vÖOr de kritieke maanden
Augustus ea September voorbij zijn.
Amerikaansche garens blijven kalm, doch zeer vast in
prijs en sommige spinners vragen zelfs
11
d. meer dan een
week geleden. Naar de nummers 20-40 bestaat de meeste vraag en het is dikwijls moeilijk levering te krijgen. Over
het algemeen wordt de productie goed geplaatst en zijn de
voorraden gering. Getwijnde garens, vooral in de lagere
nummers, zijn zeer vast en ook Egyptische bundels blijven
goed gevraagd. In Bolton wordt met de thans vigeerende
abnormaal hooge prijzen de vraag iets minder. Amerikaansche
bundelgarens in de nummers 16-24 zijn moeilijk te ver-
koopen; waarschijnlijk door, vreemde concurrentie op de
exportmarkten.
Naar nianufacturen bestaat vrij veel vraag, maar de zeer
hooge kostprijzen maken de zaken hoe langer hoe moeilijker.
De verkoopprijzen in het Verre Oosten, hoewel stéeds vooruit’.
gaande, zijn nog belangrijk beneden de tegenwoordige kost-
prijzen, zoodat vele inkoopen speculatief zijn. Voor China
is weer iets gedaan, doch nog niet van veel belang. Fancies worden goed gevraagd en fabrikanten, vooral van de betere
kwaliteiten, zijn goed bêzet. Het binnenland blijft druk en de fabrikanten zijn alle met hun leveringen ten achter.

WOL

De markt te Bradford vertoont meer levendigheid, voor
erossbreds zoowel als voor merinos. De prijzen geven weinig
verandering te zien.

Noteeringen te Bradford:

64
Colonial corded
Data

l
average
56 50
1

46

1

40

52
391141
33
1

2811
25112
7

Juli

1916

………
30

Juni 1916

.
…….
1

51
3911
2
1
33
1

28’1i
25
1
12
7

Juli

1915

………
45 36
33 29 25
1
12

SUIKER.

Aan onze Bie ts u ik er markt veroorzaakte dekkings-
vraag voor ouden oogst een zeei vaste stemming met koopers
tot
f
34,— en verkoopers tot
f
36,—. Voor nieuwen oogst
Oct./Dec.-levering was de stemming kalm en de omzet be-
perkt. De markt sloot prijshoudend op
f
26
1
/t. De voorraad
suiker in Holland op 15 Juni was 23.684 tons tegen 61.445
tons in 1915 en 50.614 tons in 1914.
De berichten over de té velde staande bieten uit alle
landen blijven gunstig luiden.

In Enge lan d blijven de officieele verkoopprijzen nog
steeds gehandhaafd, alhoewel de prjsbasis lager is clan in
Amerika. De totale importen vaiï suiker in Groot-Brittannië
gedurende de eerste helft van dit jaar bedroegen in ver-
gelijking met dezelfde periode van het vorig jaar:
vermeer-
1916

1915

dering
Ruwe suiker……570.100

502.356

67.744 tons
Geraff. suiker .. . – 261.168

236.752

24.416

Tezamen 831.268

739.108

92.160 tons

Op Java is gedurende de afgeloojen week weer meer
te doen geweest.. Er vonden verdere niet onbelangrijke her-
verkoopen plaats van spoedig leverbare suikers tot
f
13
1
12
voor Superieur,
f
12u12 voor No. 16 en h. en
f
1221
4
voor
No. 12-14. Ook voor suiker uit oogst 1917 bestond veer
wat belangstelling, echter nog uitsluitend van de zijde van
Chineesche speculanten, die voor No. 16 en h.
f
ll/t
en f 1121
4
betaalden. De Europeesche export-firma’s blijven tea
opzichte van den volgenden oogst hun gereserveerde houding
handhaven, daar men over het algemeen van oordeel schijnt
te zijn, dat de politieke gebeurtenissen gedurende de eerst-
volgende maand een overwegenden invloed zullen hebben op
den loop der suikerprjzen voor oogst 1917.
De berichten over ‘het rendement der Java-fabrieken zijn
verblijdend. De maalresultten per 1 Juli van 91 fabrieken
tonnen reeds een vooruitgang tegen verleden jaar van
ruim ’13 0/s,

In Amerika werd de noteering van spot-centrifugals teruggebracht van 6.40 c. tot 6.27 c., waarop de markt
prijshoudend bleef. De omzet was van weinig beteekenis
wegens de feestdagen in verband met independenceday.
Verdere verkoopen naar Engeland vonden niet plaats.

Op Cuba bedroegen de ontvangsten tot en met 2 Juli:

Afgeloopen week .. ..

25.950

18300

21.000 tons
Totaal sedert 1 Dec. 2.843.189 2.324.074 2.362.828
Werkende Fabrieken.

15

14

9

NOTEERINGEN. –

1
Londen

Data
Amsterdam
per
Tates
White

A
,ncrtc.
New York
96%
AUGUStUS
Ci bes
Ja,,as
Gra,&t.
lated
Cent rif
129.
No. 1
fob.

7 Juli 1916….
f
26
47/1
2/2

2016
31:6
6,27
30 Juni 1916. . . .
27V
47/1
1
/2
2016
31:6
6,40
7 Juli 1915…
22
‘/o
311-
20
1


4,89
7 Juli 1914….
ll/s
181-
– –
3,35

RUBBER.

De markt voor Plantage-soorten was in het begin der
afgeloopen week flauw gestemd en de prijzen liepen terug
tot 212
1
12 voor prima Crepe. Daarna trad een reactie in, de
prijzen herstelden zich en de slotnoteeringen zijn nog iets
honger dan het begin der week.
De markt voor Para-soorten blijft prijshoudend en notee-
ringen liepen ca. 214 d. op.

438

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juli 1916

Slot deze week.
Slot vorige week.

Prima Hevea Crepe

loco
214’/
loco

214
Aug./Sept.

2/41
Juli/Dec.

215
Oct./Dec.
215114
Jan/Juni
214
8
14
Jan/Juni

214
1
14
Sn

oked gleets

11

9

12 d.
minder
11
d. minder
Hard cure fine Para …… …..
2/8’/4
218

KOFFIE.

Uit het Mailbericht van de Makelaars G. Duuring & Zoon,
(Kolff & Witkamp en Leonard Jacobson & Zonen).

De markt bleef deze week kalm gestemd. Het weinige, dat
in eerste hand werd aangeboden vond koopers, zij het tot
verlaagde prijzen. In deze verhouding werden ook nog eenige opgehouden partijen afgedaan.

Noteeringen en voorraden.

Rio

– t

Santos

Data1

1

1 Wisselkoers

Voorraad
1
Prijs . Voorraad
1
Prijs
1

INo.7

lNo.41

8 Juli 1916

242.000
1
6525
1
905.000

6800

12/2
30 Juni 1916

169.000 6200

811.000 6600

12
1
1a
8 Juli 1915 905.000 4825

581.000 5750

12
1
/
24 Juli 1914 353.000 4900

889.000 5700

16

Ontvangsten.

Rio

1

Santos

Data
Afgeloo pen

Sedert

Afgeloo pen

Sedert
week

1 Juli

,oeek

1 Juli

8 Juli 1916 ..

36.000
1
36.000
1
268.000
1
268.000
8 Juli 1915 ..

52.000

52.000

213.000

213.000

TABAK.’

(UithetMaandberichtder firn1aP.Meerkamp van Embden &Zn.)

Van S u m a t r a werden in Juni twee inschrijvingen te
Amsterdam gehouden, n.l. op 9 Juni van 18,884 pakken
en op 17 Juni van 18,994 pakken. De uitval bleef over het geheel goed, hoewel het aantal
fijne Duitsche partijen belangrijk minder groot was. Beide
inscbrijvingen leverden echter een groot quantum biaddige,
zeemige middeltabak, uitnemend geschikt voor regiedoeleinden,
terwijl ook een vrij groot quautum voor Amerika passende
tabak daarbij voorkwam.
])e stemming voor Amerikaansche merken was zr willig
en alles wat eenigszins voor dit doel in aanmerking kwam
(circa 4000 pakken) werd grif genomen; ook de regie:
koopers waren flink in de markt.
Beide inschrijvingen brachten in doorsneê circa 185 cents op.
Tot nu toe zijn van dezen oogst verkocht 158,342 pakken,
tegen 141,434 pakken uit. Juni verleden jaar; daar de
oogst bovendien circa 15,000 pakken kleiner geraamd is
dan de vôrige, zal het quantum hetwelk dit jaar in den herfst
ten verkoop komt, abnormaal klein zijn.
Van Java werden inschrijvingen gehouden te Amsterdam
van 19 tot 23 Juni en te Rotterdam op 28 Juni.
De Amsterdamsche inschrijvingen omvatten 40,028 pakken,
de Rotterdamsche 26,290 pakken.
De stemming in de Amsterdamsche inschrijvingen was
eenigszins vankelend ; de opbrengstprjzen bleven over het
geheel nog hoog, maar toch had menigeen het gevoel, dat men over het hoogste punt heen was, en eenige kentering
zou kuunen intreden.
Over den afzet in Duitschland, waar men den laatsten
tijd daaraan gewoon geraakt was alles wat aangeboden werd grif te zien accepteeren, werden plotseling van verschillende
zijden klachten gehoord; daarbij komt dat door de hooge
prijzen voor het opnemen der quantums Java geheel andere
kapitalen vereiscbt worden dan in normale omstandighedeü,
hetgeen te meer spreekt omdat marktverkoopen van eenige
beteekenis hoe langer hoe zeldzamer worden.
Het zou dus werkelijk geen. verwondering behoeven te
baren indien eens voor een oogenblik eenige . verflauwing
intrad; voor zoover dat echter al het geval geweest is,
heeft dit niet lang geduurd, want in de Rotterdamsche
inschrijving van 28 Juni was de stemming reeds weder
omgeslagen en de prijzen,, vooral voor de Bezoekje liepen weder zoo hoog als te voren het.geval geweest was

Van dezen oogst zijn tot nu toe verkocht circa 485,000
pakken tegen 284,000 pakken verleden jaar terzeifder tijd;
het thans verkochte kwantum is dus reeds bijnazoo groot
als dat hetweik de geheele vorige oogt geleverd heeft.
Van B o r n e o kwamen in Amsterdam bij’ inschrijving
577 pakken op 9 Juni en 1583 pakken op 17 Juni. Hiervan
was de helft Darvel-tabak, gedeeltelijk zeer mooi goedsoortig
zand- en voetbiad, gedeeltelijk rijpe bruine middeltabak; de
overige partijen bestonden voor het grootste’ deel uit omblacl.
Van Bomen zijn tot nu toe verkocht 4792 pakken, tegen
8275 pakken ultimo Juni 1915.
In Amsterdam werden bovendien nog bij inschrijving
verkocht 5477 balen Braziel, 1334 kisten Seedleaf,
896 balen Venezuela en 65 seroenen Havana, te Rot-
terdam 922 balen Carnt’en.

VETTEN EN OLIËN.

Oleo-Margarine. Aangezien voor vracht van New
York naar Rotterdam $ 2,50 per 100 Arnerikaansche ponden
(ongeveer f15,— per 100 K.G.) verlangd wordt, luiden de
offerten franco wal Rotterdam zeer hoog, namelijk
f
91,-
tot
f
92
1
12 voor le soorten en
f
81,-182,— voor 3e kwaliteiten.
Gif. Engeland wordt daarentegn le soort ad sh. 7019 per
cwt.’ (ongeveer
f
80,— per 100 K.G.) aangeboden, wadirtoe
een paar posten gedaan werden.
01e o- St e a rio e. Noord-Amerikaansche gedaan ad f79,—
franco wal hier inclusief molest. Znid-Amerikaansche wordt
ad
f
77,— c.i.f. Rotterdam inclusief molest geoffreerd.

P rem ier – J u s. Noord-Amerikaansche, fijnste, werd ad
sh. 70,— (ca.
f
79,—) c.i.f. Engeland gedaan.
Zuid-Amerikaansche. Gedaan: franco wal Rotterdam in.
clusief molest: le kwaliteit ad f82,— en f83.—, 2e kwaliteit
ad
f
81′,— en 3e kwaliteit ad f 79,—, terwijl verder nog
op condities c.i.f. Rotterdam, betaling tegen documenten
exclusief molest, 2e kwaliteit ad f76,— afgesloten werd.
Mutton-Premier -Jus gedaan adf 75,— c.i.f.Rotter-
dam inclusief molest.
Neutrallard. De offerten luiden f91,

:- en hooger,
franco wal hier, inclusief molest.
Imitatie-Neutrallard. Mcn offreert ad
f
88’/3
franco wal hier, inclusief molest.
Katoenzaad-Olie. De noteering is: $ 28,70 per
100 K.G. c.i.f. Rotterdam, inclusief Engelsche molestver-
zekering (ca.
f
69,15 op Juli/September-aflading.

Geneutraliseerd Cocosvet nôteert f 76,— voor
Juli/Augustus-levering. -‘
Talk. De vraag voor talk te Londen is aanzienlijk
levéndiger; in de j.l. Woensdag gehouden talkveiling werden
de aangeboden 854 vaten geheel verkocht tot voor alle
soorten 6 d. tot 1/- per Cwt. hoogere prijzen. Buiten de veiling om bleven de afdoeningen echter vrij gering en
werden ook slechts enkele afladingszaken gerapporteerd tot
veel hoogere prijzen.
De aflading van Australië gedurende de maand Juni
bedragen 3755. tons tegen 3300 tons in dezelfde maand van
het vorige jaar. De opgeslagen voorraad te Londén is ge-

durende de maand Juni met 3287 vaten verminderd en
wordt de * bruto-wicht van de voorraad op 1 Juli op
5123 tons geschat.
1916

1915

1914

vaten

vaten

vaten
Voorraad te Londen op 30 Juni

13798 24205 11433
Aangekomen te’Londen in Juni

3900 16781

9633
Afgeleverd te Londen in Juni

7187

12041

6198

Pal mol ie. De laatste week van Juni bedraagt de im-port te Liverpool 2695 vaten, de voorraad te Liverpool
bedraagt op 30 Juni circa 13350 tons, een vermeerdering
gedurende Juni van circa 1750 tons. De stemming der
palmoliemarkt te Liverpool’ was in de afgeloopen maand
over het algemeen zeer flauw, het slot wat vaster.

COPRA.

Er was deze week goede vraag voor copra tot onveranderde
prijzen; de markt slnit hooger, op onderstaande noteeringen.
Ceylon cif. Londen £ 32.12.6 koopers en cif. Marseille
£ 36.— verkoopers.

NOTEERINGEN.

Java f. m. s.

8 Juli
191,6
..

f 401
1

,,
191.6
..,, 40
1
1
8 Juli
1915 ……
31,—N.0.T. enca.f 95,—N.O.T.vrij.
8 Juli
1914 ……
28v/s
20-25 Juli 1914
..,, 281

12 Juli 1916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

439

VERKEERS WEZEN.

BEVRACHTINGEN.

8 Juli 1916. Graanvrachten naar de Entente-landen waren,
tengevolge van schaarschte aan ruimte voor prompte ver-
scheping, belangrijk hooger, vooral van Zuid-Amerika.
Voor kolen naar de Fransche Westkusthavens werd weinig
ruimte aangeboden; de thans geldende maximum-vrachten
zijn oorzaak, dat de reederjen de voorkeur geven aan lading
naar de Middellandsche Zee. Het grootere aanbod van
ruimte in die richting, waarbij nog gevoegd moet worden
de wensch van de reeders om te bevrachten vOör de te
verwachten maximum-vrachten naar de Middellandsche Zee
in werking treden, veroorzaakte een scherpe daling in de
vrachten. Naar verluidt is de Coal Export Commission
voornemens, toestemming te geven om aan neutrale schepen
hoogere vrachten te betalen dan de. vastgestelde maxima,
teneinde zoodoende meer aanbod van ruimte voor de Fransche
Westkusthavens te verkrijgen.

GRAAN.
Data
Petro
grad
Londen!
R’dam

Odessa
Rotte,-
dom

.dtl. Kust
Ver. Staten San Lorenzo

Rotter-
Brstol
Rotte,-
1
Enge.
dam
Kanaal
dom
land

318

Juli

1916


f13,—
819

15113
26 Juni/1 Juli’16


,, 14,—
81-

13718
5110 Juli

1915
– –
716
716
601- 601-
6111

Juli

1914
11 d.
616
213
2111/,

1216 1216
Juli 1914
11 d.
713
111 1114

1111
1/
121-
121-

HOUT.

Cronstadt

Golf van Mexico

Oostk. Holland
1
Engeland Data

Holland Engeland (Pitch-
1
(Pitc/z-
(gezaagd)

1
pine)

318 Juli 1916


26 Juni/1 Juli 1916 ….


5110 Juli 1915 … ….
.—

2

210/-


6/11 Juli 1914 ……

f
.13,4/-

7216

751-
Juli1914 …… .,, 12,—

2416

751-

7716

Graan Petrograd per quartcr von 496 lbs. zwaar, Odessa per Unit,
Ver. Staten per quarter van 480 lbs. zwaar.
Hout gezaagd en pitcllpine, per St. Pet. Standard van 165 kub. vt.,
mijnstutten per vadem van 216 kub. vt.
Overige noteerin gen per ton van 1015 K.G.
ERTS.

1

Bilbao
1

Cartlia.
Grieken-
Poti
Data
Middles.
1

gena Middles-
land
Middles-
Middles.
bro
bro’
bro’ bro’

318

Juli

1916′. …..
19/-
191-
– –
26 Juni11 Juli1916
. . . .
191-
191-


11/-

.

131-


5110

Juli

1915 …….
4/7
1
/2 516
– –
6111

Juli

1914 …….
Juli 1914 …….
4/3
514
1
12
519 816

(IItDIJ

Cardiff

Oostk. Engeland

Data

1
La
1
Rotte,-
1
Cron-
Bar-

Genua

Plata

dam

stadt
deaux

Rivier
1

318

Juni ’16
341-
72/

90/-
26 J./1 Juli ’16
34/-

77/6
95/-
5/10 Juli

’15
fr
18,50
2216
2416
6111 Juli

’14
,,
7,—
711
713
Juli

14
,,
7,—
71-
713

DIVERSEN.

Bombay
Burmah
Vladivo. Chili
ijata
West
West
stoelt
West

Lalpeter)
Europa Europa
West
Europa
(rijst)
Europa

92/6
– –

25 Juni/1 Juli1916
9314


– –
3/8

Juni

1916 …….

5110 Juli

1915
551
– –
651

‘) 6111 Juli

1914
1419


2116
Juli

1914 …….
14/6
1613
1

251-
2213

1)
Per zeilschip.

RIJN VRACHTEN.

Er is geen wijziging van den toestand te vermelden.

VRACHTEN TE ROTTERDAM.

(in Gld. per 2000 K.G.)

1
Erts nr. Ruhrhavensl MleI
Data
1
1
4
lostijdl
alt lostijdl
1

Boven-
Waterstand



gunstig
26 Juni-1 Juli 1916
0,31 0,40

gunstig
3-8 Juli1916 ……….-

5-10 Juli 1915
0,22
1
12
0
,321
12

gunstig
6-11

Juli 1914

……
0,40 0,50
1 ftl,10
gunstig 20-24 Juli 1914
..0,60
0,70
1,05
gunstig

451-
f
6,50


451-

,,6,50


2716 ,,6,— –
411
1
h

313

511
,
12
1416

3/2

5/-

ADVERTENTIËN

Bol! & Dunlop’s Distilleerderij, Rotterdam

OPGERICHT ANNO 1821

Agenten, de Heeren: JACOBSON, VAN DEN BERG & Co., Semarang,

Soerabaya, Batavia, Cheribon
VAN NIE & Co., Medan, Deli
HESTERMAN & Co., Menado
NICHOLAS RATH & Co., New York

J. & J. M. VOORHOEVE

Makelaars in Assurantiin

Anno 1836

ROrFERDAM

De Erven dé Wed. J. van Nelle

ROTTERDAM

Tabaks- en Sigarenfabrieken

Koffiebranderij – Theehandel

VAN RIJN & C

UTRECHT – POSTBUS 40

EENIGE FABRIKANTEN
VANDE UTRECHTSCHE

FIJNE TAFELMOSTERD

Reeders en Cargadoors

GEBR.
VA
N’UDEN
Bevrachtingsagenten

Expediteurs

KOOP en VERKOOP VAN SCHEPEN

ROTTERDAM – AMSTERDAM – ZAANDAM

Telegram-Adres: ,,VANUDEN”

440

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juli 1916

MAANDSTAAT OP 30 JUNI 1916

VAN

DE WISSE.L EN EFFECTENBANK

TE ROTTERDAM.

Aandeelhouders voor 90
0/

deelneming
Kapitaal

…. …………………….
f

2.500.000,-

f
•1.350.000,—
Vennootsch.
,,

8.608.545,39
Deposito in

Als waarborg

f
773.87,
,,

348.272,91
1
/2
Effecten

voor 90%
v/
,,

773.875,—
Vennootsch

Aandeelhouders
2e Serie
Deelneming in Syndicaten …………
,

87.843,36
Deposito in

576
Effecten van Aandeelhouders

………..

Prolongatiën en beleeningen

geven
ge
,,

1.189.000,—
Geld
,,

1.350.000,-
,,

1.235.771,98
Reserverekening

………………..
,,

378.871,55
2e

Serie

……………………….
Kas, Wissels en Coupons

……………

,,

452.339,83

..

Reserve voor te verstrekken Pensioenen

..

Eigen

Fondsen

…………. ………..

Voorschotten op Onderpandof Borgtocht
,,

2.365.615,44 en

Ziekengelden

………………..
,,

92.581,17

id.

voor geaccepteerd

……………

id.

op Consignaties ……….
Fonds voor Pensioenen en Ziekengelden
,,

26249,—

Saldo’s

Bankiers

………………….

Debiteuren in Rekening-Courant ……
.
,,

1.170.907,37
Depositorekening ………………..
,,

5904.528,52
1
12
.27.800,45

,,

433.362,58
Saldo’s

Bankiers

………………..
,,

407.551,17

..

Gebouwen en Safe-Deposit …………..
Deelneming in het Zieken- en Pensioen-

..

Traites geaccepteerd ………………
,,

482J15,88

..

fonds Twèntsche Bankvereeniging c.s
118.830,17
Crediteuren in Rekening-Courant ……
,,7.020.267,19

.. ..

f
18.162.164,48
1
1s

..

f
18d62.164,48
1
/9

DE TWENTSCHE BANKVEREENIG

ING

B. W. BLIJDENSTEIN & Co.

AMSTERDAM, LONDEN, ENSCHEDE, ALMELO.

MAANDSTAAT VAN DE KANTOREN AMSTERDAM.

30 Juni
1916
30 Juni
1915

f

5.906.250,—
f

6.617.187,50

925.000,—
,,

1.177.000
1

549.000,—
,,

354.600,-

567.000,—
,,

274.200,—

«

f

7.947.250,—
f

8.422.987,50

25.325.450,—
,,

24.687.250,-
10.769018,021/2
,,

17.592.712,05
1
/2

30.614.847,27
.
,,

5.147361,72
10.119.014,81
,,

7.712.510,03 ijs
4.483.610,—
,,

11.226.540,-
1.970.857,18
’12
,,

2.917.011,60 ‘i
f
20.324.716,48
f
20.348.109,08

380.000,—
19.944.716,48
,,

3.820.000,-
,,

16.528.109,08

9.109.164,78
,,

16.058.329,81
1.797.998,12
,,

1.782.851,90
974.818,40
,,

1.011.387,77

f
123.056.145,07
f

113.087.051,47 ‘/s

f
1.242.000,—
111993.500,-
2.272.422,50
,,

2.180252,50
4.652.548,71
,,

4.508992,48
2.286.984,96
f

21.453.958,17
,,

2.117.261,59

f

20.800.006,57
182.592,82
,,

159.137,38
,,

24.535.250,—
14.500.828,74
.
,,

23.702650,-
,,

13.476.114,95
1.355.700,—
,,

689.674,73
36.741.587,378/2

,

470.400,-
,.

415.107,16
,,

33.944.481,10
1
/2
6.215.066,48 Vs
,,

2.647.591,22
1
/2
3.579.833,25’/s
2.434.123,25
,,

3.616.159,40

1.422.601,73
,,

12.867.118,66

11

945.530,51
,,

987.705,02’Is

f
123.056.745,07
f
113.087.051,47
1/9

DEBET.

Kapitaal en Reserven te Londen …… Fondsen voor rekg. onzer Twentsche
kantOren gedeponeerd te Londen
Fondsen in Commanditair en Leen-
Depôt, gedeponeerd te Rotterdam.
Aandeelen Wissel- en Effectenbank

f 999.000,— (1915
f
519.000,—)
waarop in geld gestort …………

Fondsen in Commanditair en Leen-
Depôt, gedeponeerd te Amsterdam
Kassa, Wissels en Coupons ……….
Nederl. Staatsleeningen, Schatkistbil-
jetten en Schatkistpromessen ……
Saldo’s bij Bankiers ……………. ..
Prolongatiën gegeven ……………..
Syndicaten en Eigen Fondsen ……..
Credietvereeniging ………………
af: loopende promessen….

Voorschotten tegen Onderpand of Borg-
tocht en Saldo’s Rekeningen Courant
Voorschotten op Consignatiën ……..
Gebouwen en Safe Deposit ……….

Totaal.

CREDIT.
Kapitaal ………………………..
Credietvereeniging……….
Reserven……………………..
Credietvereeniging……….

Zieken- en Pensioenföndsen ……….
Fondsen in Leen-Depôt …………..
Deposito’s ……………………..

11
op prolongatie …………
Saldo te ontvangen en te leveren Fndsen
Saldo’s Rekeningen-Courant
• Credietverg
Saldo Rekeningen met de. Bijkantoren –
Kassiers-Rekeningen …………….
Te betalen Wissels ………………
Diverse Rekeningen. ………. ……….-

Totaal….

Auteur