De arbeidsmarkt is dan ook nog nooit zo krap geweest en die krapte houdt zichzelf in stand. Wellicht is het daarom zaak om het marktmechanisme een handje te helpen, en mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt te verleiden om zich te laten omscholen, zodat ze later beter betalend werk – waaraan er structureel een tekort is – kunnen accepteren.
In het laatste kwartaal van 2021 is de spanning op de arbeidsmarkt verder opgelopen. Sluit het arbeidsaanbod nog wel aan op de vraag? Een analyse van het historische verloop van de werkloosheid, de vacatures en het arbeidsaanbod.
De vraag naar technici die nodig zijn voor het verduurzamen van de gebouwde omgeving is groot, terwijl het aanbod ervan krap is. Die schaarste aan vaklui kan mogelijk de verduurzaming van de gebouwde omgeving stagneren.
Door het V-vormig herstel van de economie is de krapte op de arbeidsmarkt opnieuw manifest. De personeelstekorten worden nu ook de achilleshiel van het nieuwe kabinet. Hoe kunnen we de krapte op de arbeidsmarkt aanpakken?
Het tekort aan personeel in verschillende sectoren lijkt de arbeidsmarkt op te breken. Sommige economen pleiten voor een hogere arbeidsparticipatie. Maar is meer werken wel de oplossing?
Jongeren die een vervolgopleiding kiezen wordt vaak een opleiding aanbevolen die toegang geeft tot een werkveld waar nu veel vacatures zijn. Dat is niet per se een verstandige aanbeveling, want de ene krapte op de arbeidsmarkt is de andere niet.
In mijn dissertatie beargumenteer ik dat we kritisch moeten kijken naar hoe vluchtelingen op een gelijkwaardige manier kunnen deelnemen aan de arbeidsmarkt.
Op 24 maart is het eerste seizoen van de Nieuwe Economenpodcast gestart. In deze podcast spreken Yrla van de Ven, Sarah van Hugte en Elisa de Weerd wekelijks met een jonge econoom over diens onderzoek.
Vanaf 2010 wordt de opbouw van vermogen voor pensioen en lijfrenten in besloten vennootschappen (bv’s) geregistreerd bij de belastingaangifte. Sindsdien zijn er twee wetten ingevoerd die de opbouw van pensioen en lijfrenten beperken. De afgenomen omvang van de pensioenopbouw en lijfrenten sindsdien suggereert dat de wetten effect sorteren.
De bestedingen van huishoudens zijn in het eerste jaar van de coronacrisis substantieel achtergebleven bij hun inkomens. Terwijl het inkomen hoger lag dan in 2015, waren de bestedingen lager.