Meer vijftigplussers aan het werk
Aute ur(s ):
Hendrika Lautenbach en Henk-Jan Dirven
Ve rs che ne n in:
ESB, 90e jaargang, nr. 4462, pagina 263, 3 juni 2005 (datum)
Rubrie k :
Statistiek
Tre fw oord(e n):
Het aantal werkzame vijftigplussers is in de periode 1992-2004 bijna verdubbeld. Het aandeel ouderen in de werkzame beroepsbevolking
steeg van 14 naar ruim 22 procent. Deels komt dat door de vergrijzing; daarnaast hebben ouderen ook vaker een baan.
Verdubbeling aantal werkzame ouderen
figuur 1 figuur 2 figuur 3 Steeds meer ouderen hebben betaald werk. In 2004 waren er bijna 1,6 miljoen vijftigplussers met een baan van
minstens twaalf uur per week. Dat is bijna een verdubbeling ten opzichte van 1992. Inmiddels maken ouderen ruim 22 procent uit van de
werkzame beroepsbevolking van 15-74 jaar.
Figuur 1. Bevolking van 50-74 jaar naar geslacht en arbeidspositie, 1992 en 2004
Figuur 2. Arbeidsdeelname 50-plussers
Figuur 3. Arbeidsduur werkzame beroepsbevolking 50-74 jaar, 2004
De toename van het aantal werkzame ouderen hangt voor een deel samen met de vergrijzing. Tussen 1992 en 2004 nam het aantal
personen van 50-74 jaar toe met ruim negenhonderdduizend tot 4,2 miljoen. Belangrijker was echter de toegenomen arbeidsdeelname van
ouderen. Deze steeg van 25% naar 37%. Tussen 1992 en 2004 is in alle leeftijdsgroepen van ouderen de arbeidsdeelname toegenomen. In
2004 werkte van de 50-54-jarigen 70%. Van de 55-59-jarigen was dat bijna 55 procent. Onder de zestigplussers ligt de arbeidsdeelname
een stuk lager: van de 60-64-jarigen had nog zo’n twintig procent een baan.
De arbeidsdeelname van oudere mannen is nog steeds beduidend hoger dan die van oudere vrouwen. Wel is de arbeidsdeelname bij
oudere vrouwen relatief sterk toegenomen. De sterkste groei vond plaats bij de 50-54-jarigen: een toename van 25 procentpunt. Was in
1992 een op de vier werkende ouderen een vrouw, in 2004 is dat een op de drie.
Arbeidsduur daalt vanaf zestig jaar
Gemiddeld wijkt de arbeidsduur van ouderen nauwelijks af van die van de totale werkzame bevolking. Binnen de groep vijftigplussers
bestaan wel grote verschillen naar leeftijd. Het aandeel ouderen dat in deeltijd werkt, neemt fors toe vanaf zestig jaar.
Ouderen werken naar verhouding vaak als zelfstandige. Was 12% van alle werkzame personen in 2004 een zelfstandige, van de 50-74jarigen was dat 18%. Van de werkzame 65-plussers was zelfs 60% zelfstandig ondernemer. Het gaat daarbij veelal om landbouwers en
winkeliers.
Hendrika Lautenbach en Henk-Jan Dirven
Deze bijdrage is gebaseerd op de uitkomsten in H. Lautenbach en M. Cuijpers (2005) Meer ouderen aan het werk.
Sociaal Economische Trends, 2005-II, Voorburg/Heerlen; CBS
Copyright © 2005 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)