28 AUGUSTUS 1922
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN
Economisc
*
h~Statistische
Beri*chten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
7E JAARGANG
WOENSDAG 23 AUGUSTUS 1922
No.
347
INHOUD
Blz.
DE NEDERLANDSCHE BANK EN DE BANKEN IN NEDERLAND.. 732
Het tekort bij de Nederlandsche Spoorwegen II (Slot) door
Jhr. J.
A.
van jiretschrnar van Veen …………..
735 Werkloosheidszorg en Werkloosheidsverzekering in Zwit-
serland door Mr. R:
A.
Fockema …. … ………..
737
De Geldelijke Uitkomsten van het Staa•tsspoorweg (S.S.).-
bedrijf in Indië IV (Slot) door
3.
A.
Reitsma ……..
738
Londensche Correspondentie ………………………
739
De
Rijksmiddelen …………………………….
740
AANTEEKENINGEN:
–
–
Het haven- en kadegeld te Rotterdam ……………
741 De economische gesteldheid van Tsjechoslowakije
1
..
741
BOEXAANKONDIGING:
J. Smid: Landbouw en Democratie, bespr. door
Dr.
E;
van Welderen Baron Rengers ……………….
743
MAANDCIJFERS:
Overzicht der Rijksmiddelen ………………….744
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
………….
744-750
Geldkoersen.
Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.
Goederenhandel.
– Bankstaten.
Verkeerswezen.
INSTITUUT
VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J.
Brtiins.
Assistent-Redacteur voor het weekblad: D. J.
Wanaink.
Secretariaat: Piëter de Hooghweg 12e, Rotterdam.
Aangeteelcende stuk ken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telefoon Nr. 8000. Postchèque- en girorelcening
Rotterdam No. 8408.
22 AUGUSTUS.
De geldruimte duurde de afgeloopen week onver-
minderd voort; privaat-disconto liep van 2
3
/
4
tot 234
pOt. terug. Ook eau-gelden waren ruim aangeboden
tegen circa 134 h 1% pOt. De nteering voor gélden
op pro1onâtie varieerde tusschen de 134 en 2 pOt.
t
*
S
Bij de gisteren .geheuiden insolirij ving op
f
60 mil-
li-oen soha’tkis’tpapier werd in botaaJ
ingeschreven:
waan’van toegewezen:
3-mnds. prom.
f
60.640.000
f
50.210.000 h
f
992,67
6- ,)
,,
,, 6.730.000 ,, 2.690.000 h ,, 985,83
scha’bldsthilj.
,, 28.575.000 ,, 6.595.000 h 1014,31
Totaal ….
f
95.945.000
f
59.495.000
gevende een rendement van ca. 27/g, 2
13
/1s
en pl.m.
3
1
/io
pOt.
*
*
Wint de balans van De NederJan1dehe Bank aangaat,
valt deze week onder het hoofd ,,Birmenil-aiidsche Wis-
sels” een verdere teruggang to oonstateeren; deze
post daalde van
f
190,5 mill. -tot
f
185,1 mijL, hetgeen
snn vermindering der credieteischen, doet het hedirijfa-
leven aan de Bank gesteld, zal zijn toe te soh-rijven,
faar het bedirag aan reclitjstjreeks bij de -Bank onder:
gebracht sch-atkistp’npier onverandewd
,
bleef op
f
35
miii. De ibe1leeningen liepen terug van
f
104,9 miU. ‘tot
f
98,5 miii., welke teruggang hlijkens Idegeggeven epe-
ifieaJtie in hoo’fdiaak op rekeniing van -aflosing van
goeclerenbeie’eiiingen hij de Hoocftlban’k
is
te otell
,
eaa.
In totaal beliep de rvarmindering der crddiietetischen
an pea-ticnJaeren -ruim
f
11,5 tni.iIl.
De Diverse Rekeningen -onder het Actief vertoonen
een vermiinidering van ruim
f
3 mali.;
j
dlaax ,,Pap-ier
op
het Buibteiilajnd” ongewijzigd’ hleef, ligt ide veran
d.evs’telling voor de hianid, dat voor ongeveer het bedrag
dezer vei-minider-inig (diohlars door ‘de Bank zijn age-
geven.
De stand van het renteloos ‘voorschot ‘aan het Rijk
bleef vrijwel onveTandend op
f
14,1 miii., terwijl de.
oorraa1d Munt en i,Luntmateriaa1 een kleine etij’gieg
ian omtrent
f
200.000 aanwijet.
Onder den -in.vi’oed’ der vertminiderde cedieiteisehen
liep het -bedrag der ‘uitstaande bankbiljetten terug van
f
970,6 miii. .tot
f
958,1 miii., terwijl de rekening.
courant salidri een vernniniciering ‘van. omstreeks
f 2 miii.
vertoon’en; het lbeschikbaar metaalealdo steeg van
f410,4 miii. tot
f
413,6 miii.
S
*
*
Op de wisselmarkt trok de verdere daling van de
Mark zeer de aandacht. Toen bekend werd, dat de
conferentie te Londen uit elkaar was gegaan, zonder
dat men tot overeenstemming was gekomen, werden
de -Marken wederom allerwegen aangeboden. De koers
‘kwam ‘op 19; gistern’waJs er echter een flinke vraag,
zoodat de koers tot 22
3
/
4
kon verbeteren. Met de
Marken was natuurlijk ook de koers der beide francs-
deviezen aan een daling onderhevig, hoewel niet in
die mate als de Marken-noteering. Ook hier was het
slof
beter: 20,55 na’20,30 en 19,5234 na 19,25.
Ook valt de groote vraag naar Tsjecho-Kronen te
vermelden; de rijzing ging echter gepaard met scher-
pe fluctuaties; na 7,80 werd voor 7,15 afgedaan; slot
pl.m. 8,—. –
Vooral de eerste dagen der week was er een leven-
dige handel.
* * *
Op de termijnmarkt werden vooral Marken op leve-
ring aangeboden; plaatsing was echter heel moeilijk,
daar contante saldi zeer schaarsch zijn. Per maand
wordt ech vergoeding van
3/4
cent gevraagd, wat met
den huidigen koers op meer dan 40 pOt. per jaar
uitkomt. Ponden op tel
–
mijn waren iets minder aan-
geboden
732
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
23 Augustus 1922
LONDEN, 19 AUGUSTUS 1922.
Gedurende de afgeloopen week deed’ zich aan de
geldmarkt een aanzienlijke schaarschte gevoelen. Op
Maandag, Dinsdag en Woensdag bleken telkens de
beschikbare fondsen ontoereikend voor de behoeften
en dientengevolge vonden op die dagen opnamen
plaats bij de Bank of England voor een week á
34 pOt.
• Hernieuwing van daggeld vond plaats tegen
1Y2-2
pOt., terwijl nieuw geld 2-3 pOt. deed; hernieuwing
van 7-d. geld geschiedde tegen 1 V2 pOt., terwijl nieuwe
leeningen voor dezen termijn 2 pOt, noteerden.
In verband hiermede was ook de stemming aan de
disconto markt aanmerkelijk vaster. 2-, 3- en 4-mds.-
bankaccepten deden 2Y2-
5
/s pOt., 6-maande idem
noteerden 2%-
3
%
pOt.
DE NEDERLANDSCHE BANK EN DE
BANKEN IN NEDERLAND.
Een medewerker achrijft:
In dit opstel wil ik in groote tirekiken enkele ven
de anoeilijkheden beschrijrven rwaarv1oor de banken ‘bij
ons ‘te lande ziek ‘zagen geplaartist in de la,a’bstte jaren en
de liourding van De Nede1andsohe Ban!k hiertegen-
uver.
Ik versta hier onder het
iegrip
ba
n
ke
n
diie crediet-
instellingen, die hij het verstre1ckdn ‘van creclieten zich
plegen te beperken tot Handel en Industrie: ‘Boeren-
1eenibanken, Middenstande.Orediebanken SpaaDban-
ken, Hypo’theekbaniken en andere gespecialiseerde ban-
ken schakel ik nu uit, oolc al om mijne heschouiwingen
binnen enge grenzen te hou;den.
Eerst-bedoelde banken ‘kunnen idie credieten ge:ven:
lo. uit eigen ‘middelen, (kapitaal en reserven);
2o. uit middelen va.n derden, en wel:
deposito’s en •rekening-co’uranitisaldj;
door disconteering en accepiteerinig.
•Die eigen middelen nu ‘zijn – omdat zij ter uit-
sluitende ‘besehikld’ng ‘v’an de bank staan – ‘de steun
en staf van haar bedrijf; niemand idan ‘zij zelf kan ze
haar afnemen. W,ajnneer zij ze maar vesistandig beheert,
kan zij er onder alle ‘omstandigheden op ‘rekenen; dat
heeft dan cxk gemaakt dat de banken in de iperiode,
voorafgaande aan idie ‘welke ‘ik hier ibehandel, de eigen
middelen krachtig hebben vergroot.
De afkeer van het groote publiek in clie vorige
periode van obligaties en ‘zijn voorliefde voor, aan-
dooien hdbben die kap i’taalsuitbreidingen, -die soms wel
wat snel elkaar opvoigden, zeer vergemakkelijkt.
Maar toen kwam de ommekeer. Het pulbliek rwendde
ziclh weder ‘naar zijn, oude liefde, naar de vaste rente
dragende obligatie en wendde ‘zich af van ‘het aandeel.
Onigelu’ldcigerwij’ze waren ‘de inieuwgeëmitteerde ‘aan-
doelen lang nog niet alle in ‘muurviaste beleggers-
portefeuilles opgdborgen; ze waren, ‘zooals men dat in
beursjargon pleegt te noemen, nog niet definitief ge-
classee’rd, ja er bingen nog ibedragen boven de markt,
en ‘liet publiek van die aandoelen, zooals boven reedb
gezegd, opnieuw in liefde ontbranjd voor de obl’i,gatie,
trachtte aan Idie liefde te voldoen ‘door zijne aandee-
len ‘te verkoopen om ‘vroor de opbrengst obligaties te
knopen.
Het ijs w’aar dat het zakenleven niet meer fioreerde
en dat onze banken, ‘zou nauw met ‘het zakenleven ver-
bonden, ‘ook minder gunstige resultaten ‘zouden boeken,
maar die overwegingen plegen weinig invloed uit te
oefenen iop de iboweeglijkiheiid’ eener solide
‘beleggers-
portefeuille. In het geval dat ons hier bezig houdt
hebben zij die beweeglijkheiid sterk bevorderd.
Verkoop van bankaandeelen zette op groote sdhaal
in en dat wat in normale omstandiiigheden – een groot
âandleelenikapitaa’l – voor een bank een kracht is,
dreigde in. dit geval een gevaar te worden, ‘omdat daar-
door des te meer aa.ncleelen-materjaal ter markt kan
komen zonder evenzeer toenemende vraag.
De koers der verschillende hankaamdeeleji (trouwens
dat deden de koersen ‘der meeste anidere soorten ‘van
aandelen) begon terug ‘te loopen.
Nu is de koers harer aandleelen de gervioedi,ge plek,
de Ac’hiiles’pees voor elke bank, die gelden van ,derdn
onder zich heeft. Want die derden, die lh’u,nne gelden
aan de bank toevertrcou,wden, kunnen liht ongerust
worden, wanneer zij den ‘koersval zien en hunne gelden
terugnemen, en juist uit die gelden van derden moe-
ten d:e ‘banken voornamelijk h’aire rwinsten malken.
Vooral ‘kient dit, ‘wanneer de ‘beers beneden pairi
zakt.
Zo’o ‘kwam ‘menigeen in de ;baniowerel’d voor de ‘vraag
te staan: m!oet ik den ‘koers mij netr aandeelen steunen,
dat wil dus zeggen ze ‘direct of indirect opkoopen en
daardoor den koersval ‘tegenhouden, opdat mijne reke
ni’nghoud]ers en mijne dep’osanten ‘niet schuw ‘worden
en hun geld van mij weghalen? Maar doet de bank
dat, dan vermindert zij ‘hare eigen middelen, en die
zijn juist, zooals ik het hierboven uitdrukte: idesteun
en de staf van
e
lk hankbedeij’f, idie rzij dan zichzelf
zonde anena’en. Of moet zij d’en koers harer aancieelen
maar laten vallen, 1daarc16oT de gelden van d’er,d:en zien
weglopen en haar bedrijf voor langen
tijd
kreupol
gemaakt zien?
Op rd’jt dilemima is in dit geval, ‘wanT cle daling van
do ‘koersen van ,ban’kaasidieelen ‘algemeen miaatschappe
ljke oorzaken had, het principi’eele iantwoocrd te ‘geven:
Een bank ‘mag ‘haar eigen ‘aandeelen niet in’koopen, en
dat is ‘dan ‘ook de houding geweest van De Nederland-
sdb,e Bank.
Zij heeft disconteering van wissels geweigerd,
ml
dien haar niet ‘de toezegging word gegeven, ‘dat men
in dozen volgens hare opvatting rzoude handelen, of-
schoon zij ten volle besefte hoe moeilijk ‘hetd’ilemma
was. Daartegenover stond echter ha,re toezegging van
disconto-hulp, ruimer ‘dan zij ‘anders zoudb geven, in-
dien hare ‘p’ri’n,ci,pieele houding die noodzakelijk niocht
maken.
Bij het uitzetten van haire middelen ‘moet een bank,
zoowel indien het hare eigen. ‘middelen ‘zijn als indien
‘het de middelen van derden
zijn,
natuurlijk
gelijke
voorzichtigheid ibetrachiten, imaar ‘zij ‘ken hare ‘eigen
milddiele’n, theoretisch gesproken, op eiken termijn, hoe
lang ook, uitzetten, mits de uitzetting maar winst-
gevend’ ‘is. In werkelijkheid streven onze :groo’tiban.ken
er echter naar de gelden, die ‘zij aan dn koopman,
aan den industrieel uitleenen, binnen bekwamen ter-
mijn terug te krijgen. Onder de geliefdste uitzettin-
gen van die soort behooren de seizoencredieten, dat
wil dus zeggen credieten waarvan door den klant ge-
durende een bepaalden tijd van het jaar gebruik wordt
gemaakt: na afloop van dat seizoen keeren de uitge-
leende gelden naar de bank terug. Het hangt af van
de kunde van den klant, dat zulk een crediet zonder
stoornis verloopt. Hij ‘koopt er
bijv.
goederen ‘voor, om.
die ôf in denzeifden toestand, èf bewerkt weder te
verkoopen: in dit laatste geval betaalt hij er ook Zijne
werklieden mede uit. Als voorbeelden van zulke ere-
dieten kunnen genoemd worden credieten tot aankoop
van artikelen, ‘voor den St. Nicoi’aas, welke zender
verdere bewerking door ‘den detaillist worden rvierkocht
of voor voorjaarsstoffen, waaruit de kleedermaker
kleedingstukken voor ‘zijn klanten ‘vervakdigt en zoo
het laken ‘dat hij in sloeg, bewerkt wder verkoopt.
Vergist de man zich in zijne berekeningen, looperi
de
prijzen
anders dan hij heeft gecaiculeerd, dan kan het voor hem een verlies worden en in erge gevallen
voor de bank een strop.
Onze banken plegen echter hun klanten uit jaren-lange relatie goed te kennen en nieuwe klanten niet
dan na zorgvuldig onderzoek credieten te geven. Die
soort credieten plegen dan ook tot de minst risquante
credieten te behooren. Wanneer echter totaal onvoor-ziene gebeurtenissen intreden, dan kan ook het mooi-
23 Augustus 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
733
ste
seizoencrcdiet slecht worden. Inkrimping van
werktijden, verhooging van bonen, onvoorziene sta-
‘kingen in eigen bedrijf, daartegenover elders bijoor-
beeld in het buitenland, ui’tzestitin,g
vnu
ïworiktijdien, ver-
Jaging van ‘looauen, geregelden gang ‘van hot bedrijf,
onvoorziene sluiting van het buitenlandsche afzetge-
bied, maatregelen van bescherming aldaar genomen,
kunnen dé knapste berekeningen in de war sturen ee
het bewegelijke seizoencrediet voor de bank tot een
bevroren crediet maken, dat, om weer eens in bank-
jargon te spreken, als lood in hare boeken ligt.
Als men het economisch gebeuren hier te lande
gadeslaat, moet men wel tot de gevolgtrekking komen
dat er vele van die bevroren credieten zullen zijn.
Nu is echter een bank er niet mede af met te zeg-
gen, ik geef mijn klant geen nieuw crediet voordat hij zijn bevroren crediet heeft afgedekt. Want eer-
stens plegen onze banken tegenover tioiBve eliënteele
niet zoo straf op te treden. Integendeel zij voelen zeer
duidelijk een moreele verplichting den klant in zijn
moeibijken tijd te bradhten er doorheen te helpen en
er in het algemeen belang toe mede te werken, dat
de fabriek, dat de werkplaats, dat
de
arbeiders met
hun patroon aan het werk blijven; dat ook het be-
drijf
zooveel
mogelijk
in gang blijve om straks, wan-
neer de conjuctuur ounslaat, weder te kiiiunen mcde-.
doen.
Zij
geven dus een verder crediet natuurlijk voor
zooverre de soliditeit van hun eigen instelling daar-
door niet in het gedrang raakt.
De Nederlandsche Bank moedigt thans crediethulp
in deze richting aan, door zich bereid te verklaren,
voor zooverre dit strookt met de door haar te loopen
risico’s, dengelijke credieten voor de bank, Il
die et
aangaat, liquide te maken door &isconteeri’ng ‘van het
daartegen gecreëerde papier, dat anders, omdat het
loopt tegen een bevroren crediet, niet discontabel zou-
de zijn.
Afgescheiden van de moreele zijde, die, ik herhaal
liet,
bij
onze banken zwaar pleegt te wegen, is het
tweedens ook hun belang den klant, indien
hij
be-
kwaam
en
goed is, op de been
te
houden en zoo zoo-
wel het doode crediet later weder realisabel
te
maken
en bovendien een goeden klant te behouden.
Het industnieele crediet dat onze banken, groot en
klein, (en de kleine banken hebben daarbij wel eens
vergeten dat zij klein waren) in
de
latere jaren op-
gebouwd hebben, pleegt menigmaal gebruikt te wor-
den tot verdere uitbreiding van zaken: het bouwen
of uitbreiden van fabrieks-complexen, het uitbreiden
of verbeteren van de outillage, het opkoopen van
andere bedrijven. Het ging dan gemeenlijk in het ge-
waad van de Naamlooze Venootschap.
Dergelijke credieten kunnen door den credietuemer
zelden uit
zijne
winiten binnen niet al te langen tijd
worden afgelost; de bank pleegt ze gewoonlijk tot een
bepaalde hoogte te laten oploopen, totdat het ge-
schikte oogenblik
is
aangebroken, de schuld te del-
gen door eene uitgifte op
de
openbare markt van aan-
doelen of obligatiën.
Reeds geruimen tijd leent zich de Nederlandsche
beleggingsmarkt niet meer voor dit soort van emis-
sies, vandaar dat de New Yorksche markt thans een
enkele maal daarvoor is opgezocht.
Het is niet
onwaarschijnlijk
dat ook dergelijke ere-
dieten door onze banken zijn gegeven, die noodge-
dwongen blijven doorloopen, totdat de tijden voor een publieke emissie
rijp
zullen
zijn.
Moeilijkheden behoeven dergelijke credieten aan
onze groote banken,
die
ze alleen uit eigen middelen
plegen te geven
en
waarvan de aanzienlijke frescryon
een niet gering deel uitmaken,
niet
op te leveren; ze
zullen hen er eèhter toe brengen – en dit ligt
ge-
heel en al in de
lijn
van hun voorzichtig bankbeheer
– geen verdere industrieele credieten, dan indien
dringend noodig te verstrekken.
Waar dit wèl dringend noodig bleek te zijn heeft
de
Nederlandsche
Bank
zich bereid verklaard, wis-
sels uit hoofde van dit soort credieten gemaakt, te
disconteeren, ofschoon
zij
ze in gewone omstandig-
heden om pnincipieele redenen
voor
wisseitrekking
ongeschikt zoude achten.
Het spreekt echter vanzelf, dat credieten in on-
gezonden
tijd
ontstaan, en die alleen in ongezonde
tijden kunnen bestaan, hierop geen aanspraak kunnen
maken.
Ik zal thans afstappen van de wijze, waarop de
banken hunne eigen middelen plegen
te ibeloggen
en
de
moeilijkheden,
welke. de tegonwoordige toestanden
hun hierbij brengen. De materie is bijlange na niet
uitgeput, maar grootere uitvoerigheicl zonde in dit
weekblad niet juist zijn.
Even nog echter een woord over een nieuw soort
crediet, waarvoor onze banken ‘zijn komen te staan,
dank zij de Nedenlandsche belastiugpolitiek.
De lieflijk klinkende leuze ,,belasting naar draag-
kracht” had haar triomftocht in de politiek begon-
uen;
men
‘vpoeg er niet meer in de eerste plaats naar
of eene belasting was in hot algemeen belang en eco-
nomisch juist, maar nam tot principe – zooals het
minzaam en onverbboemder gezegd werd – ,,het daar
te halen waar het zat”; onverschillig of het daar
eene nuttige of onmiztte econom.ische functie ver-
ricktte.
Voor die leuze was de oorlogswiustbelasting een
trouvaille; en of die belasting nu eerst jaren later
werd ingevorderd, of die wjnst intusschen
in
verlies
was verkeerd, of zij door vergrootiug van
de
zaak, of
op
andere rwijze in het bdrjf il’liquiide
was
vastgezet,
dat waren vragen waarmede men zich het hoofd niet
brak.
Zooals bekend gaat het er niet alleen bij de oor-
logswinstbelastiugen maar ook bij de inkomstenbelas-
tingen om reusachtige bedragen, en voor den maar
eenigszins commercieel ontwikkelden men sch mag het
eveneens ais bekend worden vrondersteld, dat gecal-
culeerde en ook werkelijk verkregen winsten daarom
nog niet in contanten
op
chafel Liggen. Toch moest de
beiastingschuldige zijn gecalculeerde winst, zijn ge-
calculeerde inkomsten in contanten voldoen.
De eenigen die hier, indien het om eenigszins
groote bedragen ging, helpen konden, dat waren dc
banken en de bankiers. Op zich zelf is het een zeer
vicieus systeem belastingpenningen zich door crediet-
neming te verschaffen, en de credietgevers zullen het
ook wel contre-coerur hebben
gedaan en op
spoeclirge
hoewel geleidelijke aanortisaliie flaeiblben aangeds’ongen;
maar de belasting-wetgever is streng en ho-t bedrijf
moet toch rvooritgaan. Zoo heeft de beiasting-wetgever
gedwongen tot een
ongezonde
enddietgeving.
Laat ik het hienbovenstaande ten slotte nog eens
van een anderen kant belichten.
Het goheele Neder]andsche zakenleven droeg voor
den oorlog een wel sterk nationaal, maar toch ook
voor een niet gering gedeelte internationaal karakter.
Gedurende den oorlog werd het zakenleven noodge-
dwongen welhaast uitsluitend nationaal en was
de
buitenlan dsche concurrentie uitgeschakeld. Toen kwam de vrede en het Noderlandsche zakenleven
kreeg daardoor de gelegenheid zich sterk te ontwik-
kelen. Wel, ons volk is niet voor niets eeuwen lang
op vreemde markten thuis en het greep de beide
schoone gelegenheden: eerst zonder concurrentie op
de eigen markt en toen met geringe concurrentie op
do internationale markt, met groote geestdrift aan.
Achterna gezien misschien met te veel geestdrift.
Men wilde
een
nieuw terrein veroveren en dacht dat nieuw veroverde terrein, wanneer men er maar eerst
vast wortel had geschoten, tegen eiken nieuwen bin-
nenkomer te kunnen ‘ behouden.
Dat alles verei;schte natuurlijk groote ikapitalen en
credieten.
Men had echter gerekend op jangcren tijd om het
veroverde terrein te bevestigen, dan
in
werkelijkheid
734
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
23 Augustus 1922
werd gegeven en, wel de ergste onvoorziene factor,
men had niet gerekend op de valuta-misère.
Zoo bleken ten slotte er zaken te zijn ontstaan, die
èf te sterk waren uitgebreid èf in gewbne tijden geen
reden van bestaan meer hadden.
Dat soort zaken dient natuurlijk èf wel zeil te min-
deren, èf wel geheel en al te verdwijnen en het zoude
van onze banken en bankiers onverstandig zijn, indien
zij niet in deze richting zouden hebben gestuurd.
Het spreekt wel rvainaelf, da,t wnar in dergelijke ge-
vallen de hulp der Nederlandsche Bank wordt inge-
roepen, om toch te blijven doorgaan als tot dusverre,
zij dit heeft moeten weigeren.
Van den anderen kant echter moet er voor worden
gewaakt, dat door de algemeene malaise, die thans
ontegenzeggelijk ook hier te lande heerscht, aan be-
drijven die in gewone tijden alle reden van bestaan
hebben, aan levensvatbare zaken dus, credieten wor-
den onttrokken, zonder welke
zij
niet kunnen bestaan.
In [het algemeen gesrpreken mag [wel gezegd [worden,
dat onze banken en onze bankiers in beide gevallen
de door mij hier gegeren opvatting deelen: izij weten
dat ook hier de Nederlandsche Bank achter hen staat.
Men
krijgt
den indruk, dat de oud-gevestigde In-
stituten hier te lande, door hunne voorzichtige reser-
ven-vorming tot het volgen dezer, als juist aangeven,
politiek goed in staat zijn.
De middelen van derden, welke ter beschikking der
banken taan, en ik heb [hierbij het eeg op liunine depo-
sito’s en rekeningcourant saldo’s, hebben in de hier
behandelde periode onze banken eveneens voor moei-
lijke vragen gesteld. In het algemeen moet een bankier er rekening mede.
houden, dat de gelden, die derden hem hebben toe-
vertrouwd, ieder oogenblik kunnen worden teru gge-
vraagd; hij vergoedt er rente over en moet ze dus ook
rentegevenid beleggen en tegen en iets hoegere rente,
dan hij zelf vergoedt, maar dan toc[h z66, dat ook hij
zijne jbelegging ieder oogenblik in geld kan onnzetten.
Dat is dus de grondstelling: rekening-courant saldi
en depositi kunnen ieder oogenblik worden terugge-vraagd. Maar er zijn verzachtende omstandigheden:
niet alle deposito’s zijn direct opvraagbaar; er zijn er,
die op langeren termijn worden gegeven, soms wel op
een jaar vast of opvragens; bovendien worden nooit
alle gelden tegelijk ‘opgevraagd; ierr is een soort van
eigener Bestand, een deal dier gelden dat, [hoe gek
het ook moge loopen, nog altijd achter blijft. Van den
anderen kant is het echter ook niet tegen te spreken,
dat een bankier, die terdege bgrjpt dat het vertrti-
wen een teer plantje is, wanneer zijne klanten hem
gelden ter onmiddellijke terugbetaling komen terug-
vragen, die ‘zij ‘hem op langen termijn toevertrori.twden,
ze toch maar onmiddellijk erugbetaa1t, ‘uit ‘vrees ‘ian
zijn eigen crediet te schaden.
Summa summarum moeten die gelden van derden
zoo liquide mogelijk worden belegd en de meest
liquide manier is belegging in wissels. Hij kan die
wissels in de open markt koopen of wissels van Zijne
dlienteele van ‘hen ldisoontee’ren, eventueel [haar pro
messen laten teekenen. In alle die gevallen moet hij
echter zeker zijn, dat ‘hij dit .’han[delsp:apjer
hij
de Ne-
d±land)s.che Bank kan ‘herdisconteeren. De Nederland’-
scihe Bank hezft voor dit diseontabel zijn zekere alge-
meene en een aantal speciale regelen gesteld, aood’at de
bankier altijd wei weeit., welk deel van zijn vioo’rraad aan
wissels en handelspapier, indien
zij
overigens goed
zijn, hij ‘de cireu.l’atiehank ‘kafl wordIen gebracht.
De bankier kan dus die gelden van derden aan zijne
klanten uitleenen, indien
hij
er maar discontabel pa-
pier voor krijgt. 3a,
hij
kan die derden-gelden zelfs
uitleenen tegen bancabel onderpand (fondsen en cee-
len beleenbaar hij de circulatiebank), maar dat geeft
grootere bezwaren, waarop ik echter hier nog niet be-
hoef in te gaan.
Nu zijn aan onze banken, al weder door den oorlog,
ongewoon groote sommen á deposito en in rekening-
courant toevertrouwd geworden; gedeeltelijk vond dat
zijn oorzaak in ‘het feit, dat ‘verscheidene menschen
hunne voorraden hadden uitverkocht en èf geen kans
zagen èf geen moed hadden die weder aan te vullen,
en de tegen die voorraden ontvangen contanten liever
naar een bank brachten, om ze althans eenigszins
rentegevend te maken; gedeeltelijk ook, omdat buiten-
landers hunne gelden naar hier overbrachten (de
vlucht voor de Mank, ide Kioion en den Franc) . Wij
weten allen dat Duitschiand milliarden aan Marken
aan de Nederlanders heeft verkocht; een niet gering
gedeelte van de daartegen verkregen goede Holland-
sche Guldens is hier gebleven en tijdelijk aan onze
banken in rekening-courant toevertrouwd); ook op
andere wijzen zijn buitenlandsche
kapitalen
naar hier
overgebracht.
De Banken hebben die honderden millioenen, die
hun op deze wijze werden toevertrouwd, natuurlijk
rentegevend moeten uitzetten, dus op [hun beurt ere-
dieten gegeven.
Die welkome intocht van buitenlandsche gelden is
echter na betrnkkeJijk korten rtij.d gevolgd dio’or een uit-
tocht. Verscheiden buitenlandsche, voornamelijk Duit-
sche Banken hebben zich en meerendeels in Amster-
dam gevestigd en die buitenlandsche gelden voor het
grootste gedeelte tot zich getrokken. Het pleit voor
de kracht en de goede beleggingspolitiek onzer banken
dat deze vele millioenen in een kort
tijdsbestek,
zon-
der eenige schokken in het credietwezen te veroor-
zaken., zijn terugbetaald.
Helaas heeft oek op tdit terrein, ‘het terrein der
derden-gelden, de Staat der Nederlanden aan het
Nederlandsche credietwezen
moeilijkheden
veroor-
zaakt.
Ditmaal door
zijn
ongebreidelde uitgifte van schat-histbiljetten en schatkistpromessen, waartoe de Staat
zijn toevlucht heeft moeten nemen, door de onrust-
harende ‘uitzetting zijner uitgaven.
In 1913 was er een oogenblik van in het geheel geen
vlottende schuld, en nu? Ik zal maar geen
cijfer
noe-
men, ‘want morgen is dat cijfer al weder ‘aichterhaald,
door een nog hooger cijfer.
Nu is het gedurende een wereldoorloig, waardoor het
zakenleven ook in een neutraal land gedeeltelijk en
gedwongen stil ligt, en daardoor gelden uit die zaken
tijdelijk Vrij komen, geen bezwaar, ja
natuurlijk,
dat
de Staat voor zijne sterk vermeerderde uitgaven, die
niet ojnlmidde,llijk doior een vaste leening kunnen ïwor-
den gedekt, beslag op die werkelooze gelden legt, door
uitgifte van schatkistpapier.
Is echter de oorlog voorbij en tracht het zakenleven
weder tot
zijn
gewone banen terug te keeren, dan be-
hooren die gelden weder vrij te komen. De Regeering
heeft echter nog erger gedaan;
zij
laat maar steeds
de vlottende schuld hooger gaan en ook de vaste
schuld en was dan genoodzaakt een steeds hoogere
rente te geven, ook voor haar kort loopend papier,
liefst zelfs boven het disconto van de Nederlandsche Bank. Door die zeer aanlokkeljke rente heeft zij gel-
den onttrokken aan bedrijven, welke reeds jaren daar-
op waren gebouwd en die daarop op hun beurt ge-
noodzaakt waren credieten aan handel en nijverheid
verleend, terug te nemen.
Ook aan deze moeilijkheid, aan onze banken bereid,
moet door hen het hoofd worden geboden. .
Van den anderen kant is het voor credietinstellin-
gen, aan welke groote bedragen aan vreemde gelden
blijven toeiver.teouwd’, winstgevend en solide, ciie
vreemde gelden te beleggen in schaitldstpwpier. Maar daardoor worden tevens die gelden onthouden
aan legitieme credietbehoeften, en heeft de bank niet
meer den prikkel, wegen diie beter zjn voor de
volkswelvaart op te zoeken, om die gelden rendabel te
maken.
Het is te hopen, dat onze volksvertegenwoordiging
tot de overtuiging zal komen, welk een geweldig na-
deel de schuldenmakerij van den Staat toebrengt, ook
23 Augustus 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
735
op de hierboven geschetste manier aan nijverheid en
Isanciel, waarvan hij dan toch -uiteindelijk aijne inkom-
sten moet hebben.
Gaat de Staat zoo door, dan worden ten slotte alle
gelden van derden bij de banken weggezogen, en zul-
len deze op hun beurt zeil moeten minderen, dat wil
zeggen, bedrijven die zonder crediethulp niet kunnèn
bestaan, toch die hulp ontnemen, laat staan dat zij
zich zouden kunnen uitbreiden of nieuwe zich kunnen
vestigen.
Ik zal echter op dit punt niet verder ingaan, want
het was met dit opstel, zooals ik reeds in den aanhef
zeide, alleen mijn doel aan te geven enkele van de
moeilijkheden, rwelke de tegenwoordige tijden aan onze
banken hebben gebracht, de actie van de Nederland-
sche Bank en de gemeenschappelijke bekamping dier
moeilijidieden.
Amsterdam, 9 Augustus 1922.
HET TEKORT BIJ DE NEDERLANDSCHE
SPOORWEGEN.
II. (Slot).
De vraag, waarvoor men zich dus nu geplaatst r.et, is
of wellicht door ‘veriaginig van de prijzen het ‘vervoer
in voldoende mia-te zal toenemen, dart ‘toch die opbrengst
vormeerdert en de hoogere kosten die het tvermeerdeid
vervoer medbreng’t, die hoogere opbrengst niet te
niet aail doen. Een categorisch anrüwoord op die vraag kan niet vorden gegeven.. Men heeft rekening te ,horu-
d’en met ‘verminderde koopkracht der bevolking, diwin-
gen.die tot bespari.’nig op alle uitgeven; met slapte in
den h’anjdell en de riij vorheid, die de behoefte aan g.oe-
derenivervoer doet verminderen. Daardoor bestaat ge-
vaar dat ook bij verliaginig ‘van dien prijs, het product
van den spoorweg toch niet in vokloende mate zou
worden ‘verkocht en de verlaging zelfs een iverimin,die-
ring ‘van opbrengst zou teweegibren,gen. Alen becleinike, dat om jde,oplyrengst
gelijk
te houldan ‘bij een rverlaging
van Lv. 10 pOt., ,hert vervoer met 11,1 .pct. moet toe-
nemen; en als men. – eenigszins willekeurig maar
zeker niet te hoog – aanneemt, diat de mindere op-
brengst 33 pat. aan kosten modebrengt, dan moet het
vervoer ongeveer 17 pOt. meer wo’r’den ‘om gelijk resul-
taat ite beTe-iken. Voorwaar een niet geringe ‘toename,
en dan is nog niets verkregen voor ‘vermindering van
het tek
or
t!
Het ijs in tuissehen de -taak der bodrijfsleaidri
–
ng om op
alle omsrbanclighedfen naurwlcttend ‘toe te zien en van
elke gelogeniheid geibruiik te maken als liet door tariecfs-
wijziging mogelijk is cle opbrengst te .vermeerderen.
Zonder dat dit in ‘t oog valt geschiedt zulks voort-
durend ten aa.n,zien van liet goeclerenvetr}voerr door helt
maken ‘van, speciale -tianiven ‘voor bepaalde vervoeren,
drie anders 6f niet tot stand zouden komen, 6f langs
andere wegen aoudèn worden beleid. Daarbij kan niet
allerlei omstandigheden worden rakeiiioig gehouden,
zoowel ten ‘aanzien ‘van aard en hoeveelheid van het
te vervoeren goedi als ‘van cle min oif -meer toevallige
gelegenheid om aoinder vel kosten een zeker vervoer
aan. -te nemen ‘bv. gelbruik maken ‘van ledig ‘terug-
gaand materieel, aanvulling van laadruimte, een ge-
regelde loop van treinen of wa;gena zonder veel mand-
purlajtie, enz.
–
Bij het goederenvervoer is, naast een alge-
meen tarief, liet ispecia.li-seeten mogelijk en kunnen
niet
-voordeel bepaalde ‘verrvoercontr.acteu tegen lagere
prijzen ‘tot s’tanrd komen; bij het roizigersvervoer heeft
men zich te houjdsen aan een algemeen tarief dat ,roor
iederen afgelegden kilometer hetzelfde is. Wel Icomen
daarop afwijicingen voor, zooals we die gekend heb-
ben rvoor ibuurbverkeex, verkeer op guooten afstand’, ge-
zelschapsbiljetten e.a., maar deze gelden dan voor
een_ieder ouder gelijke otmstandigheden en voor het ge-
lieele net. Dergelijke bijzondere tarieven dienen uit-
sluitend om het verkeer te stimuleeren. Gedurende en
na den oorlog zijn ze meerondeels verdwenen, ômdat de tijdsomstandigheden de ontwikkeling van het vér-
keer in den weg stonden en de exploitatiekosten niet
werden vergoed.
Niet altijd hc4bben zulke bijzode tarieen een
rationeelen grondslag. De commercieele gedachte dat
bij levering van groote hoeveelheden met een lageren
prijs ‘per eenheid kan rwnrden vlstaan is bij -de spoor-wegen niet altijd
juist. De eenheid is hier de afstands-
kilo,meft,er en daarmede zijn
in
‘
olgen-,een en gemid-
del,d ‘de kosten ‘van verweer e)vienTed’ig. Lk zeg in ‘t al-
gemeen; wanneer b.’v. tu’sschen Aimisterjd’aim en Gronin-
gen twee plaatsen in een coniip6 rv.00rrüdiurend’ onbezet
zijn gebleven, idanhad1den daarop ‘twee reizigers nage-noeg zonder kosten kaninen rworden ‘vervoerd; :traar in
‘alle treinen is gemiddeld een zeker rperreentaige onbe-
zet, omdat gerekend moet worden op ti.jdelijken of
plaa-tseuijlcen -toeloop en de -opbrengst der ‘vervoerde
reizigers moet de kosten van die ‘lech-ge plaatsen dek-
ken. Er zijn inog meer factoren, die de
evenr
efn
igi
h
ei
jd
vorsetoren, i’k ‘laat die hier buiten bespreking. Bij tarief-
im’aatregelen, die werkeersonrb
–
wïkkeling beoog’en, wordt
echter veelal de tilie’otr-ie ter zijde gesteld ien liet gevolg
daarrivan is, d’a-t men eig-eniaarid:ige tegenstrjdkg’heden
te zien krijgt: verlaging ‘voor’ groonte afstanden, d’.i.
voor een groente hoeveelheid- eeenbedbn; ‘verlaging vo:orr
buurtverkeer, di. voor een kleine hoeveelheid. Toch
hebben heide maatregelen ‘reden ‘van bestaan om het publiek, dat anders wellicht thuis zou blijven, mobiel
-te ‘maken en ‘de treinen -te ‘vruflen. In die richting ‘heb-
ben sterk -gewerkt de ‘vroegere vaaarntidkaernten, goed-.
koo,pe rondrei’zen of ‘uitstapjels’, speciale rviaicaaitiekdiar-
tea, enz. Dergelijke inrajatregelen treffen echter geen
doel in tijden ‘van depressie, ‘wanneer on’tispamnin’gs-
-verkeer gering is en men -des slechts een geschenk
zou geven -aan ‘het vervoer, dat, tegen gewoon taTief,
toch -zoi hebben plaats gelh.aid’.
Een ander ‘middel om -het verikeer te stinruleeren
bestond in den -verkoop van -een groot -aantal kilome-
ters of bepaalde reizen tegelijk, met of zoindbr redac-
tie, in dein vorm ‘vani kilometer- en oouiponboekjes.
Daarbij rekent -men dan -op de irnenscheljke eigen-
schap, dat gemakkelijker uit een voorrandi ‘wordt ge-
put ‘dan ‘dat het cla,gelij,ksch gebruik moet iworden Çbe-
taaild.
Naarmate de economische toestand eich herstelt of
stabiliseert aal het mogelijk zijn ‘van -die bijzondere
tarieven in den vroegeron of in nieuiw’en ‘vorm ‘weder –
partij te trekken; waar -alle kosten op een Ihooger
rt-iweaiu staan, zal ook liet -peil ‘dier ‘tarieven zich daar-
naar tmoetenrichten. Het terrein van ‘de koopkracht van het geld of de talgemeene, -duurte aal ik bier echter niet betreden. De wederinvoering ‘van vacantieka,arten voor
onbeperkte afstanden in deren normen,
in
een stap
in
de hierbedoeide ‘richting; de prijzen zijn !v.00r de drie
klassen resp.
f
10,—,
f 7,50
en f 5,—
tegen
f 4,—,
f
3,— en
f
2,— v66r den tooTlog of 23″2
m
a
al zon -hoog.
Ook hebben cie rz.g. ,,goedkoo-pe treinen” 2e en 3e
‘Idasse
–
voor 6éznklagruitstapjes, iruinine injtr&de /weer ge-
daan met nog lagere prijzen. Bij liet normale tarief
van 6Y2,
4/8
en 3Y cent per kilometer [geven de [viacaur-
tiekaairte’n feitelijk gratis vervoer op ‘afstanden boven
154
kilometer, ‘evenals ‘vroeger de kiloimeterkaarten ‘dit
d
e
d:
enj
hoven 200 KM. Het Tesuiltaait zal een aainiwij-
zing kunnen zijn of
in
-die richting ‘kans worden voort-
gegaan; bijzoindere faciliteiten hobben slechts d’an dia
als er zeodanig geibruik ‘van wordt gemaakt, dat de
opbrengst ‘de extra kosten overtreft en !het is nIet ge-
makkelijk ‘dit vast ite s-tellen. Bijzondere ibari’eiEmaat
regelen ten aanzien van ‘het reizigers’venvoer høbhen
boven-dien ;dikwijls liet nadeel, dart zij de gelegenheid
tot ontduiking bevorderen en dan een sciherpere en
meer ingeiwuiikkeide eoin’trôle noodig maken, ook met
vermeerdering van iardimdni’stratieven. omslag.
Voorts ‘moet niet ‘uit het oog -worden venioron, dat
ho’oge spoo,rwegtaTie’ven weliswaar deel -uitmaiken vnu
hooge kosten ‘van het
lejvrenspeil,
-maar -dat ials de ‘ver-
lag ing zich niet axfsipiegelt in een betere rvorhoruid±ng
tussclien ontvangsten en uitgaven! van het bedrijf,
men het tekort op zijn belastingbiljet blijft terug-
736
ECONOMISCH-STATISTISCH-F, BRICHTEN
23 Augustus 1922
vinden. Het zou dan islelchts een ver.pina’ts’iing viaIia
lasten eijn, waaraan de biiiijkhei,d, ontb’reekt en het
is .dei’ha’lve gdboden met de grootste omtziehtigheid te
werk te gaan.
In liet voorgaa.nde is herhaaldelijk epraike geweest
van de kosten va’n een vervoer; dit overeioht ou niet
volledig zijn indlien ook ‘van &t begrip niet een nadere
‘toeicii’ting werd gegeven.
De kostprijs is niet dezelfde voor personen- en
goederenvervoer, niet dezelfde op alle lijnen, niet
dezelfde voor alle treinen, ze is zelfs verschillend
in verschillende perioden van het jaar, m.a.w. een
algemeene kostprijs voor een bepaald soort vervoer
bestaat niet.
Rente van aanlegkapitaal en van het voorhanden
rollend ma,teriaal, huur vlan speorwegen aijn factoren
die onafhankelijk zijn van het gebruik dat van een
lijn wordt gemaakt. Dit tgeïlldt ook vooir de kosten
van wegbewaking, onderhoud van gebouwen, voor-
pleinen, toegangs- en overwegen, enz. Per eenheid,
dat is de treinkilometer, of beter nog de askilometer,
worden se dus lager bij uitgebreider dienst. Andere
rubrieken zijn evenredig met het aantal askilometers,
bijv. steenkolen en smeermiddelen en onderhoud van
het materieel.
Weer andere nemen wel toe of af met de frequentie
van het treinverkeer, maar
zijn
daaraan niet steeds
evenrd.ig;
dikwijls
maakt ibij’v. de dienstregeling het
mogelijk met hetzelfde locomotief- en treinpersoneel
belangrijk meer kilometers te
rijden
dan in andere.
Hieruit voijjgtt, dat één trein meer, in het eene gev’al
nagenoeg alleen de kosten .an steenkolen en smeer-
middelen medebrengt, terwijl in ‘een anider gev’al ‘het
indienstatellen van een extra stel louonao’tied- en trein-
personeel uioodig is en aeLfs iriitbreiiding vsxn stations-
en bewakingspersoneel vereisoht [woiuidt als de dienst-
‘duur lap het ibaanvak er ‘voor moet woeden ‘verlengd.
Ornkeerd ken één trein iminder soms een belangrijke
besparing te weeg brengen.
In ‘t algemeen kan wel gezegd worden, dat bij een
grooter aantal treinen de kosten per eeniheid dalen; toch is dit geen reden ‘om de diensti-egelinig ‘uit te
hreiiden als er geen volcioetide verkeer is, d’aae’ dan
toch de kosten in aibsoluten zin toenemen.
Op een dirijk betze’tte lijn ‘met god gevulde treinen,
d.i. een lijn met groote ‘verkeerdichthieid eis
hiv.
Aimster’dam—Rotterdnin, zullen ‘de kosten per eenheid
laag en de opbrengst hoog, .d.,wz. de expioitatieeoëf-
ficiën.t gunstig zijn, terwijl op een
lijn
met zwak ver-
keer als ‘b.rv. Vhissingsn—Roosenidaal de kosten per
eenheid aanzienlijk liooger ‘moeten nijn en, selfe bij een geljke bezetting lcler treinen, het ‘overschot veel
geringer.
Een goed beleid brengt mede, dat iedere
lijn
het
aantal reizigerstreinen heeft, die het verkeer ver-
eischt, niet meer en niet minder. Dit neemt niet weg
dat er lijnen zijn, waar men door het verkeer geheel
stop te zetten een aanzienlijk verlies zou ontgaan.
Hiertegen verzetten zich echter de concessiebepalin-
gen; de taak der spoorwegen is nu eenmaal de ex-•
ploitatie van een geheel net, waarvan de wiristgeven-
de lijnen, de kosten der andere moeten goedmaken.
Ware de H.13.S.M. gebleven binnen hare oude gren-
zen, de lijn Amsterdam-Rotterdam, dan zou zij waar-schijnlijk een lderr rijkste maatschsppijen van Euroza
zijn en toch hare tarieven laag kunnen houden; thans
moet de voordeelige exploitatie van deze
lijn
de Maat-
schappijen in staat stellen
op
andere lijnen een idienst
te onderhouden, diie ivoldoet aan de maatschappelijke
‘behoeften van de streek. Men is alzoe gedwongen
slechts ‘rekening te houden met een gemiddeld
1
resul-
taat.
De jaarvers]agen der maatschappijen geven tal van
bijzonderheden van opbrengsten en kosten, het is
echter niet mogelijk ‘daaruit de uitkomsten ‘per eenheid
op ‘de ‘afzonderlijke lijnen ‘af iiie scheiden; men rvinfilt er
slechts to’t’aien en gemi’ddelden voor het geheele net en
niet d’sjaauit o.a. dat de exp,ioitntie-ooëfflciënst
is ge-
stegen van ruim 70 püt. in 1913 tot bijna 100 pOt.
in 1921; hieronder zijn niet begrepen de z.g. vaste lasten, die zijn gestegen van rond
f
16.000.000 tot
ruim
f
33.000.000. Met een door ervaring geoefend
gdbruik van oord1eelkun’dig voor bepaalde doeleinden
verzamelde cijfers en gegevens, kan de bedrijfsleiding
zich voldoende rekenschap geven van de kosten die
een plaatselijke ‘uitbreiding van de dienstregeling
medebrengt; en evenzeer wat daarop kan worden be-
spaard, zonder aan de eischen van het verkeer tekort
te doen. Men zou dit kunnen noemen de economie van
de dienstregeling. Bij de samenstelling hiervan is te
letten zoowel op een productief gebruik van perso-
neel en materieel, als op ‘de verkeerbehoeften van de
streek. Het valt te betwijfelen of, bij de aandacht, die
hieraan bij voortduring wordt geschonken, vooral nu.
ten gevolge van de fusie concentratie
van,
liet verkeer
mogelijk is en geen ‘treinen voor concurrentie-doel-
einden meer nood’i,g sijn, nio,g besparingen van be-
teekenis zouden zijn te verkrijgen. Stellig zullen duér-
uit de vereischte millioenen niet worden gevonden.
En zoo koffit men steeds weer terug tot het uit-
gangspunt dat de besparing in hoofdzaak moet wor-
den gevonden op de personeeluitgaven. Dit komt
overeen met wat zich in alle takken van nijverheid,
den landbouw en den handel openibaart en. waarvan het
resultaat moet ‘zijn dat het levensonderhoud voor het
geheele volk goedkooper wordt, ook voor het spoor-
svegpers’oneel. Even o’nibi’Uijlk als liet daiaironn nou zijn
het spoorwegpersoneel van loonsverlaging vrij te
stellen, zou het zijn als men die verlaging gepaard
aan verruiming van arbeidstijd niet ook toepaste op
personeel werkzaam in andere openbare diensten en
de administratie van Rijk, Provincie en Gemeente,
dat in de laaîtste jaren een nvereenk’oimlsti’ge op,vo’er van het loonpeil ton deel viell.
Door looinsivierlaging en meer werk tast mendie
duurte in ‘den wortel aan en moelten alle ben’oodigd-
heden goedkeo,peïr worden, waarvan ten eiotte Lagere
tarieven weer het gevolg nullen kunnen zijn.. Het
lagere loon behoeft dan geen vermindering van. ‘dan
levensstandaard te zijn, al izal snee zich aanvankelijk
eenig’e ‘opoffering moeten getroosten. Waar men inzet
een eirkelgang van oorzaak en gevolg te doen heeft,
is liet onvermijdelijk den cirkel ergens aan te tasten
en ligt het voor de hand, dat men dit doet op ‘hot
pun,t, waar een on’regelm’ahti,glh’eid ‘in, den sainienhang kan wo’r’den, aangetoond.
Bij ‘de beoordeellînig çvaai anne spoorwegen vergete
men niet dat ‘tot 1914 ‘het spoonweg’wezen zich gedtu-
rende drie kwart eeuw
gaandeweg
had opgebouwd en
ontwikkeld tot wat het utoen was. Reuzensproeigen zijn
‘daarbij niet gemaakt; in al ‘dien tijd is er feitehjk
niets gebeurd, ‘wat in het uiterlijk aanzien en iii liet
systeem een in ‘t oogvaMeaud’e ommekeer te rweeg
bracht. Wel werden gretig d’e nieuwe mididelen aanige-
wend, die de techniek ‘telkens aan ‘de ‘hand ideed, em
verbeteringen aan te brengen en helt geheel ‘op te voe-
ren tot liet snel, regelmatig, ‘veilig en goedkoop ver-
voermididbl, izocgals we ‘het v66r den oorlog hebben ge-
‘kend. De oorlog bracht ‘aan ‘het spoonweglbddlrijf een
gewelidigen slag toe, die weliswaar het rweakb’nig als
zoodauiig ongeschonden liet in zijn oude ‘volkomen-
hield, mani’ de eoon’oimische verhoudingen, ‘waaronder
het moet fworden gdhaiuteei’,d geheel veraniderde. Het
puiblidk sniak’t than.s nnar herstel van den ‘wroesgernn
toeetjanld; maar evenals op ‘ander igebied, noekt men
ook hier nog naar de middelen om dit herstel te be-
vorderen.
De geheeJle samenleving, nog ‘in het ‘bezit ven die
o’uidle beschavizigsvoirmien, de oude schatten ‘viaal weten-
schap en tkuust, en ‘van alles waaraan ‘het leven zich
gelhecht had, tracht nog steeds zich in den oddien
toestanid staande te hotuden, terwijl helt economisch
venvial, tijdelijk achter een .sehijuzwelvaart iverboirgen,
ons tzich heen grijpt en do geivnilgen der orisis zich
23 Augustus 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
737
meer en mesT voltredken. Zal niet te eeniger tijd
blijken, dait heit eivexirwicht n’ijmimer
op
het niveau van
hetgeen wij hbbenj gehad, zal
wmden tezugge’vond’enl
Alom wodt versobering gepredikt, doch ‘tegelijk wordit
verlangd, meer gold uitgeven ra de rekeningen dier
bedrijven tenid te ma1ke, ook die lder spOOTwegen.
Duidt dit niet op de uoodiakelijkheid eener nieuwe
oiünteering? Er izou dan rwelliciht een nieuw maat-
schappelijdc evenwicht kunnen ‘ofltstaau op een ander
peil, wai
r
hij we ionsveel van wat we thans aJis onimis-
haar ‘beschouwen, zullen hebben te onbzoggen.
Wat hiervan zij, in het proces dat ve doorm’aken,
ullen ‘dea’poorwegen hun rol hebhe’t ‘te spelen en het
innige v’erbajud tussehen hun’ bedirijf enJ ‘het maat-
schappelijk beistaajn der ivodkeren, idïwingt de beidrijfs-
leiding elk syirpitoo’m in de verdere ontwikkeling
van tIen .economischen toestand nauwlettend gade te
sllaJalrL en haar gedragslijn d’aarnaar te bepalen.
Deze beachouwinig paet kwalijk in de nuchtere uit-
eenzettingen in dit opebel; toch hdb ik gemeend haar
niet achterwege te imogen laten, ‘md’at zij cle aan-
dacht rvestigt op het door zicht en. cle inspanning, die
van ‘de ep’o,orçwegdïrectie wonden
gevergdl,
nu zij zich
hij ‘de violvoermng rvan haar taak voor geheel nieuwe
problemen ziet geplaatst.
VMr
KRETSCHMAR.
H’ilversum, 1 Augustus 1922.
WERKLOOSHEID1SZORG EN WERKLOOS-
IIEIDS VERZEKERING IN ZWITSERLAND.
le.
mijne brochure over de Wericloosheid weidde ik
een hoofdstuk aan Zwitserland, er op ‘wij zonde dat
men in het ibehanide]kle geen juiste omschrijving
van Zwitseirs’ehe toestjan’den moest zien, tomdiat die ge-
gevens ‘te onvolledig waren. Toch ‘werd betoogd, dat
– zelfs hij die onvolledigheijd’ – een blik op
Zwitser-
land van ‘waarde moest ‘zijn wegens de bijzondere ibe-
teekenis van aangehaalde wettelijke ‘voonschsiften en
instructies’ van d’en Bondsraad. –
Nu word ik voortdurend aaingevla.11eu over hetgeen
ik schreef ton ‘aanzien ‘van Zwitser’laindi, ‘waarbij ten onrechte wordt gezegd, dat
ik
Zwitsetlanó sonde heb-beu gequalidiceerd als ‘het ‘land ,,waar men zoo geluk-
kig is de werkloosheidisiverzakering niet ‘te kennen”.
Doch laat ons niet ingaan op al ‘deze aanivalien en ons bepalen tot snedMeeling van een en swider, liet-
welk ‘verdient geweten te vierden.
Met wewkloozenverzekeTing wns men in Zwitserland
langer en ‘beter bakenid dan in ons Ndieirianjcl. Men
‘had zelfs reeds misilulote proeven genomen met ver-
plichte verzekering (o.a. St. 0-allen).
In den ioorlog
,
‘heeft men ‘bij de web ‘van 19 Decem-
ber 1917 een ei’ediet van f’rs. 225;000 verleend ‘om aan
de bestaande ‘wer
1
kloozenkasson daarmee 25 pOt, te
betalen en de uitikeeningen ‘aan werlrlo’ozen verstrekt
over d’e jaren 1915 en 1916.
Over de volgende jaren werd de subsidie verstrekt
uit het fonds de c’hôm’age van 24 Maart 1917, welk
fonds door zijn algemeene bestemming mede tot dit
doel kon worden gebruikt. Voor 1921 werd daartoe
uit dit f ouds besteed ongeveer fr. 1.800.000, uad’at het
percentage was venhoogd tot 33Y
3
pOt.
Het bedoelde fonds raakte uitgeput en daarom werd
bij de Wet van 30 Juni 1922 bepaald, dat uit de ge-
wone middelen de
331/3
pOt. zal worden betaald, ter-
wijl kan den Bondsraad ‘is. opgedragen de ‘voorwaarden
vast te stellen, waaraan de kassen moeten voldoen.
Nu we deze voorwaarden niet kennen, noch den
aard der bestaande kassen, blijven we ook hier weder
slechts beschikken over onvolledige gegevens.
H.et bevenstaa,nde doet toch ‘reeds zien de groots
tegenstelling tussehen Nederland en Zwitserland. Bij
ons kregen de werkloezenkassen door de nioediregeling
Trub (22 Augustus 1914) vrijwel oibeperkte beschik-
king over ‘de e.taatsigelden en terecht schrijft ‘de ‘heen W. F. Detiger (Dè Vrangstukken .dea” Arjbe’idbmarkt,
bi. 85): ,,Het verzekeringsbeginsel was onder de nood-
regeling zoek.”
Ooit later onder het W. B. 1017 en onder de Nood-
wet 1919 kon men van het verze]ceringsbeginsel dik-
wijls weinig bemerken. En hierbij komt de groots
tegenstelling ten aanzien van Zwitserlahd uit. Daar
is de verstrekte toelage werkelijk een aanmoedigi.ng
en steun
bij
de eigen zorg van de betrokken personcu.
Het is deze beperking, die de Zwitsersche Borids-
raad er bij zijn besluit van 1019 toebracht bij de daar
aangegeven maatregelen , den steun aan de verzke-
ring uit te sluiten. En in antwoord op de van zekere
zijde uitgecefenden drang ‘om de verzekering geheel
op den voorgrond rte stellen, ‘verklaarde de Bondsraad,
dat bij de toen vereischte uit]ceeningen de verzekering
een valsche naatrt zoude
zijn.
De verzekering moest
haar eigen karakter en haar eigen terrein behouden.
Ofschoon ik het bestaan der verzekering in mijn
brochure had erkend, hch ik eerst thans door de publi-
caties van Fe’uille féd&rale suisse van 7 Juni 1922
e.v. beschikking gekregen over meerdere, toch nog oia-
volledige, gegevens.
We mogen
blijven
wijzen op de volstrekt verschil-
lende houding van Nederland en Zwitserland ten
aanzien van de werkloosheidsverzekering.
Bij
ons is
deze – zoosls Detiger toegeeft (bl. 78) – door
de vakvereeniging voornamelijk ter hand genomen als
‘belangrijk hulpmiddel in den l’oonstrijd. Men ‘heeft
van staatswege de arbeiders stelselmatig gedreven
naar dc organisaties met werkloosheidskassen. Wari-
neer men in dien strijd zoo sterk partij koos, zoo is
dat, naar liet schijnt, gegaan., zonder dat de ‘vol’kav’er-
tegenwoordiging zich van de zaak rekenschap gaf. In
Zwitserland was men waakzamer.
En nu beschouw ik Zwitserland niet als een utopia.
Wel echter meen ik, dat van. Zwitserland voor ons
veel valt te leeren, vooral op het gebied van de werk-
loozenzorg. Daarom wil ik hier nog eens met nadruk
op een en ander de aandacht vestigen, mede met het
oog op zeker streven om de aandacht daarvan af te
leiden.
In, Zwitserlan’d (29 Oct. 1.919) is als voorwaarde
voor steun gesteld
,,la.
gêne”, ‘men moet verkeeren in
behoeftige omstandigheden. Ten onzen.t wordt hij Ide
steun.rege,linig van ‘zij,de van Biamenl’an’dsche Zaken
in toenemende mate het Zwitsersche vooiibeeldL
ge-
volgd door liet rdkenen met dan factor ,,beh’oefte”.
Echter oog niet in voldoende consequentie.
Aan ,,Ar$beid?’ blijft
men
o.a. verklaren: ,,De factor
,,behoefte” ‘is aan het begrip verzekering ‘vreemd”,
daarmee steeds de ‘zaak verkeerd ‘stl’lende, omdat het
niet hetredft ,,’het begrip verzekeirimig”, doch ,,Iiet be-
grip steun aan de verzekering”.
De heer Detiger (bi. 114), schaart ‘zich hierbij ge-
heel iaan mijne zijde, wanneer hij erkent, ‘dat Imet den
factor ,,bdhoefte” bij steun aan de verzekering re’ke-
Ring moet worden gehouden.
Of en in hoeven men in Zwitserland liet voorop-
gestelde’ beginsel bij dien steun aan ‘de verzekering in
do p’ractijk handhaaft, daaromtrent ‘ontbreken ‘voor-
loopig alle gegevens.
Laat, ons ‘luisteren naar de ‘volgende woorden uit de
circulaire van 6 Juni 1.922 van het Dop. fdéral cle
l’con,omie ipublique. ,,Enfiiu n’ons .signalons encore
“otire ‘attention ‘l’ar’ticle 2 de eet .arr&té (29 Oct. 1919)
qui dispose, q’ue, en bas de chôm’nuge hahituel dans
uire profession, l’orsqu’il s’agi’t done d’urnc profession
cii i.l y a en de tent tiem’ps et oii ii y aura en:core
l’a.veni’r
des
arrêts de travai’l inter’mittent – din-
téress6 iie peru’t ibénéficier de l’assistance que s’ii lui
est néceissaire de travailler ‘hors de s’a ‘profession pen-
dart la période de dhôm’age professionnel et s’i’l ne
pelu.t trouver nn rt,r,avail cle ce genre.”
Van rverschfflend’e cautoins kwamen berichten, dat
tegen dit voio
,
r:schrif t was getzondigd. Daarom wordt
gewezen ‘op den plicht van alle publieke organen om
tegen m’inb’rniken te waken.
738
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
23 Augustus 1922
In verband hiermee wijs ik op de tot de bouwvak-
arbeiders behoorende grondverkers, die een hoog
werkloosheidarisico hebben. Tot cle. gz’ondjwarkers be-
hoeren de zoogenaanide ,,p olderjongens”, kraciivige
mannen, die in korten tijd veel werk verriohten en
daarom
004k
een hoog loon ‘veildiienen. Zij wanen rvan
ouds een paar ‘win’termaanclen werkloos, zij gaven het
djaidelijk vooibeeId van ,,ohômage hnbituel dans ‘uxie
pr.ofessien”. In de rwiuteimaanden leedden nij van
het in den zomer overvordiende ed zij genoten ook
wel Ibij de winkeliers eenig wl gemo’tiveerd ere1diet
met het oog op de volgende zomer verdiens’te.
Wanneer men nn deze munscheu in den normalen
tijd van werkloosheid bijspringt, zoo ondermijnt men
hun gevoel van verantwoordelijkheid en verkwist
r,ôodeloos het geld der belastingschuldigen. Tegen zoo
ietS ‘waakt in Zwitserland ‘het Dép. féd. de l’éconoimie
publique. Wat doet echter in Nederland het Dep. van
Arbeid? En is er geen aanleiding tot waakzaamheid?
Men enderrzoeke het eens te H.aitrtem en elders, in de
plaatsen waar de polderjongens bij groepen gevestigd
zijn.
In Zwitserland dreef de waakzaamheid ook tot het
maken van een stradbep•a’ling voor het geval van on-
juiste opgaven, ter verkrijging van uitkeeriug. Ter-
wijl fraude ten onzent van allerlei zijde wordt gecon-
stateer;d (Detiger) bleef men volstrekt werkeloos,
ofschoon men zeer wel wist, dat men onder het be-
perkte begrip ,,oplichting” de meeste gevallen niet
zoude kunnen brengen. Zoo valt op het besproken ter-
rein van Zwitserland veel te leeren, ook al is het geen
Utopia. Ik noemde slechts een paar sprrelcende voor-
beelden. Er is echter veel meer.
R. A. FOCKEMA.
DE GELDELIJKE UITKOMSTEN VAN HET
1STAATSSPO ORWEG (S.S.)-BED.RIJF IN INDIE.
IV. (Slot).
Het in de voorgaande nummers gepubliceerde
artikel was reeds aan de redactie der Econ.-Stat.
BeT. verzonden, ‘been cle n’ujmimerS van 1 en 8 Maart
1922 van dit orgaan in Indië aankwamen. Waar de
heer Oaspersz in die nummers zijn vroeger ingenomen
sbanidJpnnt verdedigde tegenover de daarop door den Directeur van Gouvernementsbedrijven in de najaars-
zitting van den Volksraad uitgeoefende critiek, be-
stond er voor mij geen reden de jdjoor
,
mij g egeven uit-
eenzetting, welke geheel op zichzelf stond, te herzien.
Aan mijn artikel heb ik dan ook heel weinig toe te
voegen. Alleen dit:
De heer Oaspersz
schrijft,
dat men het thans wil
doen voorkomen, of de tariefsverhoogingen achter-
wege gebleven zijn uit overwegingen van sociaal-eco-
nomischen aard. ,,Zoover is
destijds
heusch niet ge-
dacht”, aldus de geachte schrijver, zonder zweem van
bewijs.
Nu toonde ik in het 3de deel van mijn artikel reeds
aan, dat reeds in 1916 tariefsverhoogingen beraamd
werden. En dat vel degelijk sociaal-economische over-
wegingen daarbij golden,
blijkt
uit de volgende aan- –
baling uit den brief van den
bedrijfsleider,
den heer
Damme, aan de chefs der afdeelingen van Vervoer en
Handelszaken. Na erop gewezen te hebben, dat vracht-
verhoogingen niet n’iir nichts dir nichts
kunnen wor-
den ingevoerd, dat deze groote gevaren door vermin-
dering van het vervoer kunnen opleveren, gevaren, welke met name genoemd worden en welke aan de staatshuishoudirig meer nadeel kunnen berokkenen
dan de vrachtverhoogingen, op andere trajecten ver-
kregen, voordeel brengen, vervolgt het toenmalig
hoofd der S.S.:
,,Voor alles dient de ‘vnacbtverhooging zoodanig te aiiu,
,,dnt de weinig kapitaa.lkr&e.htige en een gering weerstaads-
,,vermogen ibezittende inlander
•
daarvan zoo min moge-
,jlijk
nadeel ondervindt.”
Ook het door mij aangehaalde advies der Commis-
sie in zake de Landbouwnijverheid weerlegt de bewe-
ring van den heer Oaspersz, dat aan factoren van
sociaal-economischen aard in de crisisjaren niet ge-
dacht zou
zijn,
wel voldoende.
Het middel door den heer Caspersz in September
1921 aan de hand gedaan om de inkomten irler S.S.
op te voeren, was onjuist èn uit sociaal-economisch èn
uit bedrjfsoogpunt. In tijden van malaise, bij sterk
dalende trafiek voert men niet straffeloos tariefsver-
hoogingen in, vooral niet als tengevolge van het ver-
minderde vervoer plotseling een overvloed van mate-
rieel en ook van personeel beschikbaar is. Dan is het
tijd om na te gaan of men niet door vrachtsverlaging
kan krijgen, wat door vrachtverhooging zeker niet te
bereiken is; of
dit
bij de S.S. is nagegaan, daarvan
ben ik onkundig.
De heer Oaspersz raadt aan het slot van zijn jong-
ste artikel de instelling van een Raad van Bijstand
aan. Van zulk een college gaat een groote preventieve
werking uit, zegt de heer Caspersz. Dit wil dus zeg-
gen, dat de heer Caspersz vooropstelt, dat de voor-
stellen der bedrijfsleiding als regel ondoordacht of
verkeerd zijn.
Werkt een dergelijke commissie ook op goede voor-
stellen niet preventief? Of zal
zij
daar ,,stuwend”
functioneeren? Wat verstaat men voorts onder ,,ver-
keerde” en ,,goede” voorstellen? Zooals zij volgens
normale begrippen zijn, of wel zooals zij jaren later in
crisistijden bezien moeten worden? Zeer beslist zegt
de heer Caspersz, dat zoo’n college een werk als de
electrificatie Batavia-Buitenzorg gekeerd zou hebben.
Misschien heeft de heer 0. gelijk; een andere ‘vraag is
of het resultaat over eenige jaren niet als dom en
]ortzichtig uitgekreten zou zijn geworden. Men kan
toch niet aannemen, dat een dergelijk college otnfeil-
baar is en over waarzeggend vermogen beschikt.
Regeeren en zaken leiden zou dan al heel gemakkelijk
wezen. Een moeilijkheid van practischen aard is nog,
dat mogen in Holland bekwame krachten te vinden
zijn, in ‘Indië suiks niet het geval is; inrannein, die ide
algemeene ontwikkeling hebben om zitting in zoo’n
college te nemen,
zijn
altijd reeds met hun eigen en
ander werk overladen. Een dergelijke Raad zal daar-
door ondeskundig zijn en de bedrijfsleiding raakt
daardoor opgescheept met ondeskundige betweters of
ondeskundige jabroers; dillettaritisme zal hoogtij gaan
vieren.
Bovendien komt er een schakel meer in het toch al
stroeve raderwerk, met gevolg/ dat het bedrijf nog
moeilijker zal zijn te leiden, dan het nu als is.
De heer Caspersz haalt, om zijn advies kracht bij
te zetten, een geheel
denkbeeldig
geval van de z.i.
goede
werking van zoo’n Raad van Bijstand aan, ik
wil daartegenover stellen een
reëel
geval van de
slechte
werking – in de oogen van den heer Caspersz
zelf, die de tariefspolitiek der S.S. als de oorzaak der
z.i. slechte financieele uitkomsten beschouwt. Een
soort Raad van Bijstand op tariefgebied bezat men
reeds in 1916 en wie ‘was het, ‘die de door de (bëd’rjfs-‘
leiding voorgestelde en breed gemotiveerde tarief s-
verhooging ontried’i Het antwoord kan men in mijn
artikel vinden.
Neen, ok bij ‘cie instelling van een Raad ‘van Bij-
stand zal men geen baat vinden. Die krijgt men alleen
door een doelmatige oigandSsa’tie – een éénhoefdig be-
stuur, verdeelirg van het net in overzichtelijke groe-pen – en beperking van de bemoeienis ook als straks weer betere tijden aanbreken. Waar uitbreiding noo-
dig is, gesëhiede dit in gematigd ltempe lop de wijne
als dit vroeger plaats had.
In deze tijden, waarin staatsbedrijven kraken –
evengoed als de particuliere -, waarin de tegenstan-
ders van staatsexploitatie hun pijlen tegen dat stel-
sel richten en een leus gevonden hebben, welke door
de groote menigte gretig aanvaard ‘woedt,
is
ihet geen
dankbaar werk de handschoen voor dat stelsel op te
nemen. Het wil mij voorkomen, dat men voor de be-
oordeeling van een stelsel niet aan een bepaalde en-
sisperiode moet blijven hangen, doch zich op een
23 Augustus 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
739
hooger standpunt moet plaatsen en ook moet rekenen
met het feit, dat straks weer normale toestanden
zullen intreden. Argumenten van icilen heer Oas’peraz,
dat
ambtelijke
leiders onvoldoende letten op de gelde-
]ijke uitkomsten, omdat de prikkel ontbreekt om
daaraan veel aandacht te schenken, worden door het
groote publiek toegejuicht. Dat
plichts gevoel
een
factoT s, wellce ‘meespreekt, daarver woidt gez.we-
gen; bij de Staatsspoorwegen werd harder gewerkt,
dan waar ook in het particuliere leven, en mannen
als Maarschalk, Derx, Kenipees, Ruijs, van SbipTiaan
Luisoi’u’s, Woijerman, Asselberga en Dam!me, om maar
eenigen te noemen, gaven zich geheel aan hun taak,
welke mede bestond in behartiging der geldmiddelen;
daarnaast liiartigden zij eveneens ide andere aan
hen toeveTItjrionlrwde belangen d.w.z. zij zorgden, dat
de sociaaa-econoiminche factoren hdhoorlijk ‘bot hun
recEt kiwaiman. Dat de geldelijke aangelogenihdden ho-
hoorlijk verzorgd; twerden, wijist ook de praotijk uit; in
dit opzicht moge it ook vnrwijen nanr ide jweelolaclit
van een ,ander Inldiiseh trainvwegnzain, nog geen -nier
jaar geleden, die het rsoi]gende els n w•or:d, iorp een
door heim gestelde vaaag, deed dru!kiken:
,,Men •maJg het tu twijfel trekken, doh het is aan
,,geen twijel onderhevig, dat cle spoorïweg – (d.i. de S.S.)
,,a.nibten’aren in hun al te grooten ijver voor de belrarti-
,,ging der hun toevertrouwde belangen, de grens san liet
,,beh000ljke en betaimelijke overschreden.” En van ,,a’l te
,,sterk sprekende ndgociante neigingen in regeorizigbureux.”
,,Effen is slim treffen”, zegt een oud spreekwoord.
Wie door den één te négociant geoordeeld wordt,
wordt door den ander als te ambtelijk op
zij
gescho-
ven. Een stelsel is op
dergelijke
argumenten niet te
veroordeelen, noch te verdedigen.
De eerste jaren zal de critiek nog wel doorgaan en
daar is op zichzelve veel voor te zeggen. Opbouwende
crjtiek, nooails itroruiwene ook de heer Oaspersz groo-
‘benideels geleverd heeft, zelfs ‘al is deze naar ianderer
inzichten niet altijd juist of billijk, opent de oogen
voor gemaakte fouten, spoort aan om naar verbete-
ring te streven. Dat deze dadelijk zal intreden, kan
niemand verwachten. Eenmaal getroffen maatregelen
kan men in een groote organisatie niet ongestraft
c}adeijk stop zetten zonder groote schade voor de
toekomist te veroorzaken.
Aan het slot van mijn artikel vermeldde ik reeds,
dat men naar mijne meening op den goeden weg was.
De rtij’d’ zal leeren of dit juist gezien
is;
veel aal er
van afhangen of Indië in het algemeen al of niet
spoedig den tijd van inzinking te boven komt.
S. A. REITSMA.
Bandoeng.
LONDENSCHE CORRESPONDENTIE.
De n’nslu1c1dng der Londensche Con-
ferentie ‘n,ieuwe pl.nen voor interna-
t,ionale cre&iete’n; dollorkoers en kolen-
verschepi’wgen; plccwnsnd voor een Im-
peril Conference.
One Londensche correspondent ischrijlt ons, dcl.
19 Aug. 1922:
It will not be necessary for me to state that the
eveut which has overshadowed all others during the
past seiven idays ijs t iii e b r e a k ‘do
w u
o f t ho
L o ii d o n 0 o n f e r e
11
c e. This event which came
with almost dramatic suddenes on Monday evening
was as is known biought about by the failure of
this country and France to agree as to the exact
treatment to be adopted in respect of the German
mines and forests and it seems highly probable that
with a little more goodwill on both sides an agree-
ment could have been reached on this subject. The
question which presented itself to the thinking public
of this country, as probably of all others, was what
action France was likely to take. While it was agreed
on all sides that >á rupture with our Allies would be
most unfortunate, widely different views were ex-
pressed as to the probability of such an event. The
,Times” still harping on the Balfour Note seemed to
be of the opinion that the issue of this ultimatum
on the eve of the conference was responsible for its
failure and might even lead to a definite rupture
while the Manchester Guardian adopting a less .ma
terialistic standpoint firmly declared that there could
iie no question of a dissolution of the entente which
was built on the mutual respect of the two nations
fr one another, though it adniirbteid the possible des-
appearance of the formula by which this feeling had
come to be represented. Gradually throughout the
wreek the fear of an open breech has been weakened
and now despite the semi-inspired utterances of a
section of the Paris Press and their repetition in our
papers the view is gaining ground that a way out
will be contrived by the Reparations Oommission. As
one resuit of the announcement in last night’s papers
that some four days will have to elapse before the
decisions of this body can be reached the subject has
now lost sotnie ‘of ita promin’ence in. the Press, thougth
it is still the chief preoccupatiôn of the financial and
commercial community. It is significant of the atti-
tude of the nations at the moment that Mr. Lloyd
George’s suggestion that the points in dispute should
be referred to the League of Nations for settlement
was bluntly refused by M. Poincaré. A settlement of
the questions of reparations and international in-
debtedness is desired and it is desirêd at once. The
somewhat lengthy procedure of the League is too
slow for those who would have the problem solved –
by force – in the course of a week: in a word the
compulsory cooling off period which is perhaps the
mamn streng-th of the League is now to ho evoiided..
Financial opinion in this country is dear that a
settlement by the Oommission is the best that can be
hoped for and does not see what France can hope
to gain bythe occupation of the Ruhr. 1 have several
times had it put to me within the last few days,
and sometimes from the most un-expected quarters,
that such a course would only involve expense beyond
any sum, expressed in gold values, which could be
extracted from a recalcitrant and disorganised Ger-
inany. Further this does not take account of the pos-
sible political resuits in that country. Already the
f all in the value of the mark, to wihicli 1 sihail refer
in more detail later, tlireatens to raise in Germatny
certain political questions in an acute form and it is
quito certain that the’ social upheaval and consequent
economic disorganisation which will inevitably
fodilow the cornipilete collap.se of the Gernian exehange,
will far exceed both in degree and in kind anything
that has so far been witnessed in Austria.
Some of the less optimistic people are inclined to
the beljef that France will in fact take these drastic
steps but even so there is every reason to believe that
the intelligence of the Freuch people will soon make
it dear to them that nothing is to be gained by such
an action.
T’o ‘billet au
iarmy,of ‘occujpaition upon a country in
order to force it to pay an indemuity to which it has
agreed and which it is within its immediate capacity
to pay is one thing and thougli in the long run it is
even bad business it may certainly hasten the pay-ment of the indemnity. It is however quite another
matter to invade a country with a view to extracting
by force a payment ‘beyond its economic rezources
and if this iess’on can be learnt without the complete
collapse of Oentral Europe it may well be that a
rupture would be cheap at the price.
As ‘is not iinnatural one result of the fa.ilure
of the conference has been a new erop of
s uggesrtions f.or th’e s’olutio:n ‘of the
double –
problem hy sa.rne comp.aratively simple
expedient. Whi’le niotsit iof these are rtheoretically sound
they presuppose ‘a degree of coperation between the
nations 9 Europe smid Anierica and a lonig-period
740
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
23 Augustus 1922
poiurt of view, rvbiich to onr miskrtune we are at
present far from attaining. The erost ‘recent of these
and 1 beliieve the mest COMPTehenisive is that put
forward fby a writer in. today’s’ ,,Bankinig and Oom-
merciai Review” of the ,,Statis’t”. This providies for
an internationaI boan by the more properous coun-
tries to the needy ones for the Ipurpose of bala1neing
their budgets. Adivances are to ho anade as iand when
required and in exchanige the Governarenta concerned
are to pro
–
eide and execute schemes of financiaa
‘reform cailculated to rastore equijliib’rium ‘botween
revenue eind epenkliture in ra perioci of .frm tlhree to
five years with extensiena ‘where necessary. The
featuie of the scheme is that
–
thes oredits are not
to ho placed at the diisposal of «ho Governjments bor-
owug for use wiithin tiheir own herders, hut are to
ho eimiployecl for purciheise of oodt and sertvioes eibread
at a frate of exohange idetermined once and for all
at the moment of the first advunce. It is aiso .provided
that foroijgn our reucies shell (be accepted ixt «ho sairne
raites and it is hoped «hua to stabilise the rates of
eccJiange. The w’riter pointis out that thoiagh this of
itself iwull not seciure a constant interirail purcJiaising
power .o’f the currency this’ will in fiact ibe provided
by the eperation iof the laws of supply and deimand’,
since e rise in prices 1will attiract goede to the country
in rwhieh it taken place, hecaiuse the iiniporter will jbe
paid at the fixed rate. This in f act means ia reiversion
te the gold standarif as far as fereiign traide is con-
cerneid but only for the Poorrr’oiwing counrtries that
is to nay for these whose currencies are at the moment
in the worst state. iSubieot to the great difficulty of
pui-suading the wealthy to fteud amd the inidigent to
borrew on s.uch te.rms the plan is en the wihole
exeelient.
The foreign exehange market bas of
course been much disturbed by the failure of the
Conference and possibly stili more by the anxiety
which has followed it. The franc exehanges have
suffered but now have made slight recoveries. Some
measure ‘of the effect upoin Geriman credit and the
estimated hopes of reconstruction for that country
may be gathered from the fact that at yesterday’s
highest quotation of 5610 to the pound sterling the
value of the mark in Londen was only three eigths of that rwhen 1 last wrote. It is not to be supposed
that the internal value has fallen as rapidly but there
can be littie douht that all trade must have been
severely hampered. The continued rise of prices in
America and their level course here have done much
to counteract the usual seasonal movement in the
dllar exdhange, while the greatly âucreased
1
coal
shipments to which 1 referred last week have caused
it to move in our favour the highest point touchcd
being 4,49 dollars to the pound sterling. No figure of
shipments is available but the opinion generally
held, «Kat this week’s oixtput would show a cousidecr-
abie increase, has been fully justified. The figures
given by the Board of Trade are 5.121.600 tons as
compared with 4.989.100 tons last week and with
3.623.200 tons for the correspondiug week last year.
With the exception of the week ended April 29th,
when 5.160.100 tons were raised, this is the highest
reached this year, though the output of oadh of the
last three weeks in February and the first week in
lVllarch run it very elose, the amount in each case
being over five miflion tons. The settiement of the
American strike in so far as it concerns the bitu-
minous mines and the probahility of ‘a very early agree-
ment in the anthracite mines will however shortly
close this market, thoog,h it is rot impvobeible ‘bhat
corisiderable quantities will be required for another
week or two. Meanwhile the refusal of the trimmers
and teemers on the Tyne to working a third shift has
led to very considerable congestion in that area with
the result that most of the collieries in the district
are periodicaly idla because Liie railway eom.panies
are unable to un-bad any more coal at the docks.
At a meeting held last month of the Association of
British Ohambers of Commerce a resolution was un-
animously passed in favour of calling, at an early
date an Imperial Conference representing
the seif-governing domiuions, the British Govern-
ment and the conimercial and industrial communities
with the object of concerting further measures to
meet the requirements of the present situation. The
majn subjects to be considered if the conference is
convened will be the opeuing up of new areas and
the extension of the activities within the Empire
with the object of providing employment for part
of what must be regarded in existing conditions as
our surplus population. Werk which has already been
achieved on these lines is the development of large
tohacco- and sigargr’owing industrien and the seardh
for new cotton lands to replace the supplies which
the ravages of the boil weevil and the growth of the
internal demand make it impossible for the United
States to continue to provide in sufficieut quaritities
to satisfy the Lancashire industry.
DE RIJKSMIDDELEN.
In dit nummer traft men aan het gb’ruikelijdce
overzicht van de opbrengst dier Rijksmiddelen over ide
maand Juli 1922, vergeleken met de orvereenikomstige
cijfers van Juli 1921.
‘De oorlogswinal- en verdedigingthelas:tingen bracih-
ten tot dusver in totaal op
f
1.077.247.973, waarvan
f
774.000.2.15 op raikening bomit van eerstgenoemde
heffing.
Met inbegrip van de opeenten ton ‘behoeve ‘van het
leeningfonjdis – behalve die op don suiknraoeijns,
welke geen veivwaninig van belastingdruk imedaibra cli-
ten – is in ‘totaal eene som van
f
1.345.333.579 ont-
vangen uit ‘beleistinghaffing, die haren grond vindt
in do buitengewone omstandigheden.
De gewone middelen .boachten in de a±geloopen
maand
f
41.323.732 op tegen
f
39.238.158 in Juli
1921 en vertoonen mitsdien een ilooraitgang van
f
2.085.574. De totale ‘opbrengst in ide afgeloopen
maand overtrof do raiming met een bedrag Man
f
5.523.649.
De ophrengst over de eerste eeven maanden van
1922 ‘oventrof de opbrengst over de overeei.komstige
maanden van 1921 met een bedrag van
f
4.114.537,
terwij’lde rami!ng met een bedrag van
f
7.765.375 werd overschreden.
In vergelijking met Juli 1921 vertoonden in Juli
1922 vooral do inkomstenbelasting, de isuikeraccijna,
de geslachtsaccijuis, de successierechten, die reciliten op
dn invoer en de locaisgelden een hooger opbrengst-
cijfer. Daarentegen brachten minder op de overige
directe belastingen, de wijn.., gedistilleerd-, zout- en
bicraccijn,s, ide zegel- en registratierechten en de
statistieilcroth’ten.
Van de directe belastingen vloeide deze maand
alleen van de inkomstenhelasting een bedrag ‘van
f
12.144.864 in de schatkist, aizoo een hedrag van
f
1.264.080 neer dan over Juli 1,921. De torveirige
directe belastingen vertoonden over de geheele lijn
eene inzinking. Zoo bracht de groindibelasting
f
31.427 minder op, de peirsoneele belasting
f
306.338;
de dividend- en rbantièmebelaszinig
f
160.647 en de
veriogensbeilasting
f
404:721.
Lagere schatting van meubilair en moteririjtaigen
is oorzaalk, dat de personeele belasting terugliep; de
tijds omstandigheden weerspiegelen zich het diuide-
lijkst in cie cijfers ider dividend- en tautièmebeiasting,
die gedurende de laatste maanden aanzienlijk beneden
die ‘van het vorig jaar ‘bleiven.
De auikeraccijns, die do ‘vorige maand met een
bedrag van t 72.836 toenam, wijst deze maand een
vooruitgang aan van
f
784.184, wellicht een gvoig
van het feit, dat de hade1 zich ‘van voorraden voor-
ziet, nu de suikerprijs stijgende is.
23 Augustus 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
741
Eene bijzondere reden voor de geringe mindere op-
brengst van den wijn
–
accijns
(f
444)
is niet op (te
geven.
Wat den gedistilleerdaccijns betreft, kan opgemerkt
worden, dat er veel geruchten van fraude loopen. Ge-
zien de mindere opbrengst over deze maand –
f
450.918 – schijnen deze geruchten wel gegrond te
zijn.
De bioraccijns leverde voor de schatkist
f
38.943
minder op dan Juli 1921, een gevolg van de omstan-
digheid, dat het koude weder in dezen zomer het bier-
verbruik niet bevordert.
Voor de mindere opbrengst van den zoutaccijns
(f
3.877) is geen bepaalde reden aan te wijzen.
De geslachtsaccijns, die de vorige maand van
f
901.516 op
f
800.490 terugliep, bracht deze maand
f
102.065 meer op. Deze hoogere opbrengst is waar-
schijnlijk een gevolg van de hoog-ere v1eechprijzen van den laatsten tijd.
Ondanks de op 1 Maart ii. in werking getreden
weinige overgangen van vast goed deden de registratie-over de afgeloopen maand
f
212.329 minder op, welke
vermindering in verband staat met den gedi’ukten
toestand in handel en nijverheid. De geringere op-
brengst van de beursbelasting,
f
214.643 tegen
f
321.256 over Juli 1921,
wijst
er op, dat op de beurs
weinig omgaat.
De geringe bedrijvigheid op emissiegebied en de
weinige overgangen van -vast goed deden ide registratie-
rechten van
f
2.395.858 tot
f
1.804.377 verminderen.
De invoerrechten brachten deze maand
f
5.666 meer
op; da-aTentegen liepen de statistieikredb.ten met een bedrag van
f
59.458 achteruit. Bepaalde redenen zijn
hiervoor niet op to geven.
Waarschijnlijk onder den invloed van het hoogere
tarief brachten de successierechten deze maand
f
1.300.444 op. Toch bleef de bate uit dit middel een
vrij belangrijk bedrag beneden de ramiroig
(f
595.811).
Ten aanzien van de loodsgelden valt een vooruit-
gang van
f
45.714 te boeken.
De tabaksbelasting leverde deze maand voor de
schatkist een bedrag van
f
812.890 op (de vorige
maand bedroeg de opbrengst
f
1.097.392).
Over het geheel genomen vertoont deze maandstaat
een gunstig beeld. Het totaalopbrengstcijfer
f
41.323.762 wordt alleen -overtroffen d’oor de op-
breugst over Juli 1920
(f
44.201.616) en ideepbr-en
4
gst over ?s[ei 1922
(f
42.485.801).
AANTEEKENINGEN.
Het haven- en kadegeld te Rotter-
dam. –
Gelijk bekend heeft de Kamer van Koop-
handel en Fabrieken -voor Rio’tteiidam op 12 Aug. dl.
een adree tot B. en W. dier gemeente gericht, waar-
in zij meent dit College ernstig te moeten waârschu-
ven voor de nadeelige gevolgen voor de haven van
Rotterdam, indien de Gemeente de begin 1920 met
100 pOt. verhoogde kadegelden en ook de andere bui-
tengewoon hooge kosten voor- schepen zou blijven
handhaven.
Een verbetering van de positie van onze haven
tegenover concurreerende havens, aldus de Kamer,
is niet alleen te vinden in verlaging van arbeids-
bonen, ook niet in verdere offers of verliezen van
werkgeverszijde, waarvan er reeds zijn, die met onder-
gang bedreigd worden; wil Rotterdam tegenover con-
curreerende havens hare positie trachten terug te
winnen en in het algemeen niet nog verder achter-
uitgaan, dan is het geboden, dat de Gemeente er in
begisel toe hesluite, desnoods gelijke -tarieven, als in
die havens gelden, te berekenen. Ter sidstruetde van haar betoog legt de K.aimer dan dè volgende berekeningen over:
S:S. ,,NIJKERK”.
Hamburg:
• Havengeld Mk. 0,26 per Me., netto Mk. 1332,20
Aanlegplaats Kai-Gebuehren
Mk. 84,- per verwerkte ton lading Mk. 29253,70
Rotterdam:
Havengeld …………………….
f
981,78
Zonder
vaste ligplaats so’u rnoetien rworden betaald
voor het gebruik van een
–
kade met loods:
a. liggende ‘langs een loods op cle Handeister-
reinen begrensd door de Rosest-raiat, Bin-nenspoor-
weg en K-ouingsihaven gedurende 7 -dagen
126 X 7 X
f
0,50 ……………….
f
441,-
b.
dito op Handeister-reinen daarbuiten
126 X 7 X
f
0,60 ……………….
f
529,20
S.S. ,,STREEFKERK”.
Hamburg:
Havengeld Mk. 0,26 per Me., netto Mk. 2815,50
Aanlegpiaats Kai-Gebuehren
Mk. 84,- p. verwerkte ton lading Mk. 144476,60
Rotterdam:
‘Havengeld …………………….
f
1050,24
Zonder
vaste ligplaats zou moeten worden betaald
voor het gbr’aik ivan een ‘kade inzet loods:
a.
liggende langs een loods op de Hanid’alster-
rein-en begrensd door de Rose.straat, Biiiinenspoor-
weg en Koninigshaven gedurende 7 dagen
127 X 7 X f0,50 ……………….
f
444,50
b.
dito op de Rain’delsterreinen daarbuiten
127 X 7 X f 0,60 ………………..f 533,40
Het bezit van vaste ligplaats maakt de kosten voor
een geregelde lijn belangrijk [hooger in verband
met de huurprijzen, die de Gemeente voor kade-
terreinen verlangt.
S.S. , ROEPAT”.
Antwerpen:
Ravengeld ………………….Frs. 2716,50
(F-rs. 0,30 per -ton Moorsom)
–
Aanlegp-laats: een vast -recht per loods van Frs.
13000,- per 3 maanden.
Rotterdam:
Havengejd …………………….
f
1284,18
Zonder
vaste ligplaats ‘zou moeten ‘worden betaald voor -het gebTuik ‘van een loods met kade:
a,. liggende langs een Joods op de Handelster-
rei-nen begrensd door de Rosestraat, den Binnen-
spoorweg en de Koningsih-aven igeidurende 7 dag-en
135 X 7 X
f
0,50 ………………..
f
472,50
b.
-dito op de Han’delsterrein-en daarbuiten
135 X 7 X
f
0,60 ……………….
f
567,-
S.S. ,,BOVENKERK”.
Antwerpen:
Haven-geld ………………….Frs. 1341,60
(Fr’s. 0,30 per ton Moorsom).
Rotterdam:
Haven-geld. ……………………. f
1006,08
Zonder
-vaste ligplaats aou moeten worden betaald
voor het gebruik van -ecn kade met loods:
liggende langs een loods op de Handelster-
rein-en begrensd door de Rosestrnait, den Binnen-
spoorweg en de Koni-ngshaven gedurende 7 dagen
127 X 7 X f0,50 ………………..
f
444,50
dito op de Handelsterrei-nen. daar-buiten
127 X 7 X f 0,60 …. . ……………
f
533,40
Het bezit -van vaste ligplaats maakt de kosten
voor een geregelde lijn belangrijk hooger -in ver-
band met de huurprijzen, die de Gemeente voor
kadeterrein verlangt.
De economische gesteldheidvar&Tsje-
ch oslo
-wak ij e 1. – Van
de uitden oorlog-ontstane
nieuwe staten is Tsjechoslowakije een der rijkste. Het
schijnt meer dan de meeste andere tot een snelle
ontwikkeling voorbestemd te zijn, speciaal op het ge-
bied van industrie en landbouw. De bevolking van
Tsjechoslowakije is geschoold en ijverig. Het herstel
van de financiën is in dit land reeds veel verder
gevorderd dan in de overige staten van Centraal-
Europa.
742
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
23
Augustus 1922
Evenals Zwitserland, bezit ook Tsjechoslowakije
geen directen toegang tot de zee. Evenwel zijn haar
belangrijkste rivieren (Donau, Elbe, Moldau) door de
vredesverdragen geïnternationaliseerd.
Tsjechoslowakije beslaat een opervlakte van ruim
142.000 KM.
2
; deze komt dus oixgeNee,T overeen met
de grootte van Engeiand’, Wales inbogrcpen.
De bevolking bedroeg in Februari 1921 ruim 13
millioen zielen, d.w.z. de bevolkingsdichtheid was
97 per KM.2.
Waar reeds vroeger het tegenwoordige Tsjecho-
slowakije het voornaamste industriegebied van de
oude Oostenrijksch-Hongaarsche monarchie vormde
en het grootste deel van den export opleverde, ver-
wondert het ons niet, dat dit karakter van export-
gebied te
zijn,
nog sterker naar voren is gekomen, nu
het tot een zelfstandige staat geworden is. Hoe be-
langiijk de plaats was, die het Tsjechische gedeelte van Oostenrijk-Hongarije innam, kan blijken uit de
volgende cijfers: het besloeg 25 püt. van de geheele
oppervlakte en 38 pOt. van den bebouwden grond en
omvatte ruim 35 püt. der bevolking, terwijl het 50
pOt. van de korenoogsten, en ruim 80 püt. van de
totale steenkool- en bruinkoolproductie opleverde;
het spoorwegnet, op dit gebied gelegen, was 48 pOt.
van het geheel.
De voornaamste centra van Tsjechoslowakije zijn
Praag, Brno (Brünn) en Morasoka Ostrava; het
laatste is het middelpunt van de kolenmijnen en
ijzerindustrie. In het maandbericht van den Schwei-
erischen Bankverein
ov
er
Tsechosiowakije, waaraan
een en ander is ot1eenId, worden verivolgens ook nog
de andere belangrijkste plaatsen opgesomd.
Hoe sterk de landbouw er is ontwikkeld, blijkt uit
de statistische gegevens, vervat in het Jaarboek 1921
van het internationaal Landbouw-Instituut te Rome,
welke mededeelen, dat ruim 95 pOt. van de opper-
vlakte, die 14.048.000 HA. bedraagt, bebouwbare
grond is.
Daarvan is echter in 1921 slechts een klein ge-
deelte nl. bijna 6 millioen HA. bebouwd, aldus ver-
deeld: 3 millioen HA. voor koren, ongeveer 200.000
HA. voor peu]vrucihten en rasplanten, ruim 200.000
HA. voor den verbouw vlan suikerbieten, ruim
600.000 HA. voor aaTdappelen, 1.200.000 HA.
vOOT
voed-ingmniddolen, 58.000 HA. ‘voor producten voor .de
]andbouwindustrie en 32.000 HA. voor groententeelt.
Ina 1920 besdoegen de bosscilien met 4.660.000 HA.,
34,7 pOt. van het totale productieve oppervlak.
Natuurlijk heeft de oorlog den landbouw erg achter-
uit doen gaan, doch in 1921 was mep bijna weer op
het punt van v66r den oorlog gekomen.
Hoewel 3 ufiuIlioen HA. voor ko’renbouw wordt aan-
gewend, is de opbrengst hiervan toch nog niet toe-
rcikend voor de behoeften van de bevolking en moet
er
tamelijk
veel meel en koren worden ingevoerd. De
invoer van meel en koren bedroeg in 100 KG.:
1919
1920
1921
meel
….
689.774
355.306 2.717.242
koren
..
2.811.249 8.191.216 5.496.432
Over ide verdeeling ‘van den gron!d nog het volgende.
V66r den oorlog omvabte het grootgr:ondbeait in het Tsjechische gebied pit.m. 20 pOt., in Slowakije rielfs 28 ‘pOt. van den bodjem. Een der eerste maatregelen
van de regeering van het nieuwe land is dan ook ge-
weest de z.g. ,,Bodenreform”. De principieele stap
werd gedaan door de wet van 19 April 1919, die later
in verschillende nadere wetten -ten uitvoer is gelegd.
Deze ,,Bodenreform”. beoogt in de eerste plaats een
betere verdeeling van den grond en in de tweede
plaats de nationalisatie van goederen van buitenlan-
ders. De volgende
cijfers
toonen aan, van welke betec-
kenis deze hervorming voor het land is. In Bohemen alleen bezaten v66r de veran!derinlg 705.000 grond-
eigenaren minder dan 5 HA., samen 12 pOt. van het
totaal aan grondbezit, terwijl aan de grootgrondbe-
zitters, ten getale van ongeveer 1500, 37 pOt. toebe-hoorde. In
Slowakije
bestond een irog sterkere wan-
verhouding: hier was slechts 5.7 pOt. kleingrôndhe-
zit, tegen 55 pOt. groo’tgr.onadbetzit. Slechts een 2.5-tal
grootgrondbezitters hadden samen een eigendom van
1.115.000 HA., dus gemiddeld 45.000 HA. per persoon.
Er werd een speciaal bureau voor grondiverdeeling
opgericht, belast met de contrôle v•and;e u,itvioezring
en de nakomirsgeu van de ‘wettelijke ‘voorschriften. De
nieuwe grondeigenaren moeten voor hun land den ge-
‘mid’deljdeu
‘prijs
over de jaren 1913-1915 ibetalen,
Alle landgoederen, die bestonden uit meer dan 150
HA. bouwland of meer dan 250 HA. anderen grond
(bosch, weiden,
vijvers
enz.) werden onteigend. Een
grondcrediet-organisatie maakt voor onbemiddelden,
die gaarne land zouden koopen, den aankoop van ont-
eigenden grond mogelijk; ook kunnen zij het eerst
korten tijd
in pacht verkrijgen.
Wat practisch de beteekenis van de ,,Bodenreform”
is blijkt hieruit, dat de Tsjechosiowaaksche Republiek
op een grondopperv1ak van mum 14 miljoen HA.
door de onteigening rond 4.300.000 HA. heeft Vrij-gemaakt, bestaande uit 1.300.000 HA. bouwland en
3,000.000 HA. bosch en weiden. De ‘hervorniing betreft
dus in de eerste plaats den boschbouw, waarin het
grootgrondbezit overheerschend was. Deze bosschen
zuilen dii de toekomst een der belaingrjkste bronnen
van inkomsten voor (dien staat kunnen ‘worden.
Bohemen was het belangrijkste industriegebied van
het voormalige keizerrijk Oostenrijk en leverde in-
•diartijd meer dan drie vierden van heltïgeen Oostenrijk
uitvoerde. Een bijzonder groote plaats nam het spe-
ciaal in op het gebied van de suikerindustrie (92
pOt.), de kolenaproduetie (80 pOt.), die katoeninacbus-
trio (80 pOt.) en de woiindustrie (90 pOt.), de ijzer-
industrie
(15
pOt.) én de machineindustrie (60 pOt.).
De glasfabricage, porseleinfabricage, bierbrouwe-
rijen en moutfabrieken van het oude Oostenrijk wa-
ren bijna uitsluitend geconcentreerd in het huidige
Tsjechoslowakije.
Daar Tsjechoslowakije afgestoten ligt van de zee
en al zijn grondstoffen van het buitenland betrekken
moet, zijn vooral de veredelende industrieën tot ont-
wikkeling gekomen.
Gerekend naar het aantal personen, dat er in werk-
zaam is, staat de textielindustrie, waarin meer dan
een half millioen aribsiciezis werkzaam zijn, aan de apits.
in de mijnen werken ongeveer 300.000 arbeiders, in
de glas- en de aardewerkfabricage meer dan 150.000
en in de leerindustrie ongeveer 100.000.
Al produceerde in het voormalige keizer-koninkrijk
Tsjechoslowakije de meeste steenkolen, toch is het
hieraan, niet bijzonder rijk, zelfs al ‘telt men het
Tesdheiaer bekken, dat thans drie vierden van de ‘totaal-
opbrengst levert, mede. Sedert 1913 is het met de
kolenproductie aldus gesteld:
1913
1919
1920
1921
–
In tonnen van
1000
IÇG,
Steenkolen
15.914.768 11.539.162 11.130.846 11.600.000
Bruinkolen
21.686.102 16.884.366 19.695.504 21.100.000
De rijkste kolengebieden liggen
bij
Ostrava-Karvima,
Kiadn’o, Pilsen, Falknov en kLast TöpJiirtiz (die laatste
twee leveren speciaal bruinkool). In 1920 werk-ten
in de droleniuidjustrie 126.500 mijnwerkers, nl. 74.800 in
236 stcenikolenmijnen en 51.700 in 159 bruinikoeigroe-
ven. Het vredesverdrag van St. Germain verplicht
Tsjechoslowakije, om een naar verhouding zeer groo-
te kolenihoe’veeilheid – ongeveer een vierde van zijn
totaalopbrengst – aan Oostenrijk en Polen te leve-ren, zoodiat het nog verplicht is, zelf in te voeren.
Daartegenover staat dat de bruinkoolontginningen
veel meer opleveren, dan het land voor eigen gebruik
noodig heeft; daarom is het dan ook in staat om een
gedeelte van
zijn
tekort op de steenkool, te dekken
door den uitvoer naar Duitschland van aanzienlijke
hoeveelheden bruinkool.
23 Augustus 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE’ BERICHTEN
743
Sinds kort koestert men groote verwachtingen
van de tot snu toe weinig ontgonnen ptr,oien.erveiden
van Slowakije; de meeste velden staan onder Fran-
sche en Amerikaansche contrôle (o.a. van de Standard
Oil Cy). Den ’22en Fuli 1919 werd een ivèrstrekkend
on’bwerp tot bevordering der eiec’brificatie vau het
land, door gebrnik te maken van de hestaaide water-
krachten, aangenen.
In de oude monarchie leverde Tsjechoslowakije
meer dan de helft van de ijzerproductie. Vooral in
Slowakije bevat de grond zeer veel ijzererts. In 1920
werd 1.100.000 ton rüw ijzer geproduceerd en 912.976
ton staal, ul. 163.644 Bessemer- en Thomasstaal en
792.194 ton Martinstaal.
Naast deze rijkdomnen rvanj den bodem heeft
TsjeehosIoivakije nog rijke antirnouium-, ‘tin-, koper-,
mangaan-, kobalt- en nikkelmijnen, terwijl het ten
slotte ongeveer het wereldmonopolie voor radium
heeft.
Ofschoon in het land geen buitengewoon groote
hoeveelheid ijzererts gevonden wordt, is er toch een
tamelijk belangrijke machine-industrie, die ver boven
eigen behoeften produceert. Sommige ondernemingen
bezitten een wereidvermaardheid. Bij de Skodafabrie-
ken, thans Tsjechisch geworden, heeft, naar men weet
Schneid•er te Oreusot door aarukoop van aandeelen
zich sterk geïnteresseerd.
Aan de sedert 1919 ter hand genomen systemati-
sche aanwending der waterkrachten voor krachtop–
wekking, hebben meerdere ta1ken van industrie een
belangrijke verhooging van productie te danken.
Naast de reeds eerder vermelde glas-, porselein- en
kristalindijs’trie, ‘textiel-, linnen- en katoennijverheid,
moeten nog de hennep-, qij,de- en lederindusrbie ge-
noemd worden en de wereldberoemde handschoenen-
fabrieken, alsmede de chemische fabrieken, 650 in
getal.
De door den landbouw in het leven geroepen indus-
trieën
zijn
vooral de ook reeds genoemde suikerfabrie-
ken, bierbrouwerijen en moutfabnieken. De voornaam-
ste plaats hieronder nemen de suikerfabrieken in, die
vôôr den oorlog vier vijden
1
rvan de Oostenrijkscïh-Hon-
gaarsche suiker produceerden en 15 pOt. van de we-
reldproductie.
Volgens mededeelingen van het ministerie van
Financiën, telde het land in 19181:19 een 164 fabrie-
ken en 11 raffinaderijen, met een gezamenlijke jaar-
lijksche productie van 12.963.626.000 KG. netto.
In de jaren 1913/14 was de productie van geheel Cis-
leibhamië aldus ‘over de versdhillende deelen ‘van Tsje-
ehosbawakije verdeeld: Bohemen 59,6 pOt., Miihren
34,1 pOt., Silezië 1,6 pOt., samen 95,3 pOt. (in
1909/10, 93,8 pOt.).
De volgende cijfers geven een overzicht van de ont-
wikkeling van de opbrengst van ruwe suiker in Tsje-
chos’iowakije sedert 1918/19:
1918119
1919120
1920121
1921122
in 100 1KG. April/Oct.
Bohemen …..3.772.003 3.033.768 3.991.507 4.026.844
MiLhren
……
2.013.118 1.469.755 2.360.617 1.982.583
Silezië
……..
122.337 67.277 109.392 65.527
Slowakije ..
329.976
503.366
710.879
517.536
6.237.444 5.044.166 7.172.359 6.592.490
Vanaf het begin van den oorlog werd de suiker-
industrie aan een zeer strenge controle onderworpen.
Do Staat had den suikeruitvoer gemonopoliseerd en
wel door alles te centralineeren bij de Tsjeclhoslo-
waa’ksche Ma atscisaippij voor Suik’erijitivoer te Praag.
Deze alleen mocht aan het buitenland verkoopen;
haar contracten echter behoefden de goedkeuring van
den ‘Minister van Fin.anciën. De ‘suikerfaibrieken kre
–
gen voor de uitgevoerde suiker den binnenlandschen
maximumprijs. Het verschil tusschen dezen prijs en de
in het buitenland werkelijk verkregen opbrengst ver-
rviel ‘aan den staat. Een kort geteden tot stand gekomen
verordening van het ministerie van handel bepaalt,
dat de suikeruitvoer 1 October 1922 weer vrij wordt.
Den lGen A’o,gus’tius is in Pa-aag ide suikei’beurs her-
opend.
Wat hop-verbouw betreft, neemt Tsjecho-Slowakije
in vergelijking met andere landen in verhouding tot
de oppervlakte, de eerste plaats in, zoowel wat kwa-
liteit els quantiteit aangaat; absoluut genomen is het
de vierde verbouwer.
De brouwerijen te Pilsen en Praag en de mout-
fabrieken van Tsjechoslowakije (er waren in. 1920
135 fabrieken), die voor den uitvoer een zeer belang-
rijke plaats innemen, hebben aan de productie van
hop en gerst hun bloei te danken.
De 625 brouwerijen zijn over het heele land ver-
spreid. De moutfabrieken leverden in 1921 meer dan
800 miljoen KG. mout.
Alcoholstokerijen vindt men vooral in streken, waar
veel koren en aardappelen verbouwd worden. De meer
dan 1000 fabrieken verbranden jaarlijks ruim
1.200.000 HL.: Tsjechoslowakije is dan ook de
grootste alcoholproducent van Europa.
Wat ten slotte de boschrjkdom van het land be-
treft, deze wordt met groot beleid beheerd. De staat
zelf bezit 1.750.000 acres bosch.
Een grooten natuurnijkdom bezit het land in zijn
minerale en warme geneeskrachtige bronnen, waarvan
die te Karlsbad, Marienbad en Frarizensbad en de
radiumbron te Joachimstal de bekendste zijn.
BOEKAANKONDIGING.
,,L and bouw en Democratie”,
door
J. Smid. – Rotterdam, MCMXXII.
De bekwame referendanis bij het departement van
Landbouw, die de kunst verstaat, gegevens, juist en
volledig, over den Nederlandschen landbouw te ver-
strekken in leesbaren vorm, heeft het zijn plicht
geacht
zijn
,,maatschappij beschouwing” saam te vat
ten in een 114
bladzijden
druks. Het boekje is onder
boven staanden titel verschenen
bij
Nijgh & Van Dit-
mar en voert als ondertitel: ,,Het Streven der Demo-
cratie getoetst aan den Landbouw”. Beter nog had er
mi. kunnen staan: ,,Voorspiegelingen en Mogelijk-
heden”, want ‘s heeren Smid’s voornaamste bekom-
mernis is, dat de democratie in haar zucht tot beha-
gen, genoodzaakt is veel in uitzicht te stellen, dat
onmogelijk
verwezenlijkt
kan worden.
De
schrijver
wijst erop, dat de zoo ver van de
natuur afstaande stedelingen den strijd om welvaart
te zeer zien als een
strijd
tusschen groepen menschen,
terwijl, en dat wordt in het werk scherp aangetoond,
het in de eerste plaats is een
strijd
van den mensch
met de natuur, welke laatste zich niet maar steeds
meerdere hectoliters graan en grondstoffen af laat
dwingen, ook niet na aanwending van meer arbeid
en gebruik van meer hulpmiddelen.
Laat men toch, zoo betoogt de schrijver, den men-
schen in de steden niet diets maken, dat het nog
zooveel beter kan worden, dat onze welvaart nog aan-
merkelijk kan worden verhoogd, laat men liever bij
hen aankweeken het verantwoordelijkheidsbesef, bij
landbouwers veel sterker aanwezig.
Een drietal hoofdstukken besteedt de schrijver aan
een poging om de gedachtensfeer te
beschrijven,
waar-
in de menschen moeten worden gebracht, hoofdstuk-
ken die, al naar gelang van het standpunt van den
lezer, zeer verschillend zullen worden gewaardeerd.
Daaraan vooraf gaat een uiteenzetting over landbouw-
productie in verband met het loonraagstuk en het-
geen de
schrijver
daarover zegt, zou men gaarne ge-
lezen willen hebben door hen, die tijden van sterk
verhoogde welvaart meenen te mogen voorspellen.
E. v. W. R.
ONTVANGEN:
–
Het Pachtrecht
door Ir. 0. Nobel; gedrukt bij de
N.V. Drukkerij en Uitgevers-Maatschappij ,,De
Vlijt”, Arnhem—Doetinchem.
744
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
23 Augustus 1922
MAANDCIJFERS.
1
OPEN MARKT.
OVERZIORT DER RIJKSMIDDELEN.
(In Guldens).
Juli
1922
Scdert
1 Januari
1922
Overeen-
kômitige
penodt 1921
Directe
bela8tin
gen.
Grondbelasting
…….
2.719.887
10.824.387
8.587.862
Personeele belasting
2J50.329
7.136.392
8.167.671
Inkomstenbelasting
12.145.324
78.699.312 71.009.772
1.707.510
7.045.464
13.439.498
Verinogensbelasting
587.818
10.178.603
10.054.693
Dividend- en tantième-
Accijnzen.
belasting …………
4.340.181
23.947.515 21.458.596
51.092
1.313.277
1.000.991
4.652.175
34.377.664
32.613.717
122.833
797.687
856.170
439.511
2.384.994
2.129.140
Geslacht.
…………
838.714 5.325.214
6.831.254
812.890
1.910.281
–
Belast, op speelkaarten
2.665
44.086
44.624
Indirecte belasting’n.
Suiker
…………….
11.576.782
210.335.562
12.077.300
Wijn ………………
Gedistilleerd
……….
Registratierechten
1.804.377
11.929.086
20.826.210
Zout ………………
3.570.856
23.826.083
17.956.883
Zegelrechten
………
2.878.881
22.139.886 21.222.906
Bier
………………
Gouden en zilveren
werken
Tabak
…………….
68.552
..
515.460
483.861
Belasting
………….
Essaailoon
78
637
548
Successierechten ……..
fnvoerrechten
…………
268.207
1.945.195 2.205.579
.
28.820
353.981
260.803
Domeinen
…………
1.108.998
1.079.708
Stati8tiekrecht
……….
9.055 417.363 414.653
Mijnen
……………..
67.065
Jacht er
,
visscherj.
….
135.255
..
194.600
206.080
Btaat8loierj
…………
gelden.
……….
244.877
..
1.614.231
1.322.902
.41.323.732
..
258.365.958
254.251.421
Totaal ……….
OPOENTEN VOOR HETLEENINGFONDS
1914.
Juli
Sederl
Overeen-
1922
1 Januari
komaf ige 1922
periode 1921
Directe bela8tin
J6t8.
Grondbelasting
544.634 2.169.445
1.722045
Personeele belasting
388.899
1.402.017
1.633.726
Inkomstenbelasting
3.688.468 22.576.058
19.920.306
Vermogensbelasting
98.913
2.494.486
2.506.013
Dividend- en tantième
563.478 2.325.003
4.435.034
Acnzen.
cij
868.036
4789.503
4.291.719
belasting …………
Wijn
..
…………….
262.655
200.198
Gedist. (binn-enbuitl.)
.65.217
3.437.766
3261.372
Suiker
…………….
Indirecte bela8tin gen.
.10.218
Zegelrecht van buitieff
23.794 70.175
133.745
6.651.657
39.527.108 38.104.158
Totaal
BELASTINGEN IN VERBAND MET DE BUITEN-
GEWONE OMSTANDIGHEDEN.
ju, 19
Sedert
1 Januari 1922
Verdedigingsbelasting In ….
180.767
3.056691
Verdedigingsbelasting Ib-….
904.696
10.621.295
Verdedigingebelaating II
–
3.695.168 22.358.304
4.780.631
36.036.290
Oorlogswinstbelasting
1.093.023
4)
27.711.005
1)
Hierondër begrepen-
f
214644
wtgens
zegelrecht van
nota’s van makelaars en
comseissionneirs in effecten, enz.
(Beursbelasting.).
idem
(
1.350.019.
)
Idem
f
2.097.292.
4)
Juli 1921
f
6.199.054.
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
N d
(
Disc. Wissels 4
18Juli ’22
Zweeds.R.ksbk 5
10Mrt.’22
Bk .Bel.Binn.Eff.4
18Juli
’22 Bk. v. Noorw.. 5
17Aug.’22
tVrsch.inR.C. 5
18Juli ’22
Zwits. Nat. Bk. 34
2Mrt. ’22
Bk. van Engeland 3 13Juli
’22 Belg.Nat.Bk.5-54 19Mei
’21
Duitiche Rijksbk. – 6
28Juli ’22
Bank v. Spanje
54.18 Mei ’22
Bk. van Frankrijk 5
11 Mrt. ’22
Bank v. Italië 6
20 Mei ’20
Oostenr. Hong. Bk. 7
30Nov.’21
F. Ree. Bk. N.Y. 4
21 Juni’22
Nat. Bk. v. Denem. 5
25Apr.
1
21
Javaiche Bank
34
1Aug.
1
09
Dato
Amsterdam
Londen
Part.
Cali
disconto
1
Berlijn
Part.
P
Pa
N. York
Part.
t
Prolon-
gatte
disconto
disconto
dis
monej.,
19
Aug. ’22
–
2
1)
21
4-
/
–
1)
14-19 A. ’22
–
I11
4
-2
1
1
211-1
41′
–
331
7-12 A. ’22
2
3
/_
7
1
2.112
2_31
46/
–
3
1
1
5’/
31 J.-5.A.’22
2
7
1
7
3
1
1
2/-.3/
4
1
f8
214
IØ
–
15-20 A. ’21
–
3
1
1
4
_4
3
/
4
4
2
)
4
–
1
/
8
4…
2
/
g
–
5-6
16 21 A. ’20
–
3
1
!
2
_4
1
1
4
l6;5-/3
4_81
–
6-9
2024Ju1i’14
3
1
1
9
_aj
io
211_1
21[_8/
2h19
t/
2
281
4
511
2
_.711
2
1)
Notecrig van 18 Augustus.
WISSELKOERSEN
WISSELMARKT.
Ook voor deze week
was•
de grootste belangstellingweder
op
,
de marken gevestigd. Door de
miislukkin.g
-der eonf e-
eentje werd het aanbod weder overwegend en ging het
aanvankelijk ‘behaaLde avans weder gekeel ‘verloren. Zater-
dag dl. werd er zeits rvoor 0,19 afgedaan; slot 0,2.2%. De
marken hebben natuurlijk de ‘franken mede getrokken;
er werden koersen -van 20,30 en 19,25 bereikt. Ook hier
was het slot wat beter: 20,55 en 19,52%. Zwitsersdhe
francs iets luier (49,10-48,95). In pond.en steilling ‘was
weinig variatie, ca. 11,49%. DoLlars nog steeds in kleine
posten van de bekende zijde aangeboden; van 2,57% -kwam
de koers op 2,56%. Scan4inaivische devtiezen, met weinig
variatie, eerder wat vaster: 67,50-68, 55,40-55,55, 44,45-
44,65. Spanje -veel beter; de koers ]owasn op 40,10. Italië
oiroa 11,60, met kleine schommelingen. Het aanbod van
Oosten-rjksehe kronen was wederom groet; heden werden
ze voor 32% cent per kr. 10.000 aan,ge.boden.
Een groote ‘vraag was er ‘voor Tsecho-kr.onen; de koers
liep op
tot 7,80, daalde daarna plotseling tot 7,15, om daar-
na even snel weder tot en. 8,- te stijgen. Buenos-Aires
1 tauwer op 93
3
/s. Indië daarentegen vaster; 98% geld.
De handel in Roemeensche Lei gaat weder lanen; de on-
langs bereikte -koers van
2%,
moest weder plaats asaken voer een noteering van 1,95 (eerder nominaal!).
KOERSEN IN NEDERLAND.
Data
Londen
)
Parijs
*)
Berlijn
5)
Weenen
)
Brussel
)
New
Y
or
k*)
14 Aug. 1922..
11:49
20874
0.314
0.005k
19.80
2.57+ B
r
15
1922..
11.494
20.45
0.25
0.0044
19.37
1
/
257+
16
1922..
11.49g
20.524 0.254
0.004
1.42
1
/
2.57
1
1
2
17
1922..
1
l.50-
20.324
0.25
0.004
19.32
1
/
2
2.57
18
1922..
11.50
20.474
0. 211
0.004
1947
1
/2
2.56
1
/
l
19
,,
1922..
–
–
–
–
–
–
Laagsted.
w. 1)
11.49
20.274
0.194
0.00k
19.25
2.56
Hoogste,,
,, ‘)
11.504
21
-10
0.384
0.004
20.-
2.58
11
Aug. 1922
11.484
20.774 0.294 0.005
19.73
2.571
4
,,
1922—
11.52
21.25
0.334
0.0054
20.05
2.59
lvluntpariteit..
12.10
48.-
59.26
50.41
48.-
2.48
5) Noteering te Amsterdam.
*5)
Noteering te Rotterdam.
t) Particuliere opgave.
D °°
Stock-
holm)
Kopen-
hagen
5
)
Chrts.
ttanfa
5
)
Zwitser-
land)
Spanje
1)
Batavta
1)
tdegrajisch
14 Aug. 1922
67.774
55.60
44.60
49.05
39.85
98
1
/
2
15
1922
67.80
55.60
44.70
49.10
40.-
98
1
1
2
16
,,
1922
67.90
55.40
44.80
49.124
40.05
98
1
/
17
1922.
68.-
55.65 44.80
49.-
40.10
98
1
/2
18
1922
67.95
55.40
44.60
48.95 40.10
98
1
/2
19
1922
-.
–
–
–
40.05
9812
L’ste d
w.’)
67.45 55.25 44.35
48.80
39.80 9812
B’ste
,,
,.
)
68.10 55.75
44.90
49.10
40.20
98
1
1
11
Aug. 1922
67.60
5560
4450
49.05
39952
98-981
4
,,
1922
67.70
55.75
44.10 49.25
40.05e
961_97 Muntpariteit
66.67
66.67
66.67
48.-
48.-
100
°1 Notecring té Amsterdam. ‘) Particuliere opgave.
0) Noteering van 12 Augustus.
5)
Idem van 5 Augustus.
23 Augustus 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
745
KOERSEN TE NEW YORK.
D°
CableLond.
1
Zicht Parijs
1
Zicht Berlijn
1Zicht Amiterd.
(in
perE)
(incts.p.frs.)
(in ci.
P. Mrk)
(in
ds.
P.
gld.)
19 Aug.
1922
4.48.–
7.96 0.08 38.95
Laagste d. week
4.46.37
7.92
0.08
38.80
Hoogste
,,
4.49.-
8.03
0.10 39.03
12 Aug.
1922
4.46.50
8.18
0.13
38.80
5
,,
1922
4.46.-
8.20
0.13
38.70
lil:nutpariteit .
4.86.67
5.18’f
95114
40t1
KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN
Plaatsen en
Landen
Noteerings.
eenheden
5 Aug.
1922
12Aug.
14-19
1922
Laagste
9716!
9716/
Aug. ’22
Hoogste
9716/81
119 Aug.
1
1922
97161
1441,1,
Alexandrië..
Piast. p. £
97161
•B. Aires’)..
d. p. $
447/s
Calcutta
..
. .
8h. p. rup.
113
11
1
113
11
/
16
11318
113
28
1
,
32
1/31
Hongkong ..
id. p. $
217
1
/
315
216
1
1
2
217114
217
LiBsabon
..
. .
d. per Mii.
3
1h
1
371
35/
9
315/
6
328/33
Madrid
….
Peset.p.£
28.71
28.74
28.55
28.75 28.641
‘Montevideo’
d. per $
44
11
,
43
1
1
2
4214
4411
3
4311
4
Montreal….
$ per £
4.46112
4.47114 4.46
4.49
1
1
2
4.48f
‘R.d.Janeiro.
d. per Mii.
7
13/8
2
7
5
1
714
7
11
1
71
4
Lires .p. £
9611
971/
98
19
/,
3
Shanghai….
5h. p. tael
315
8
18
315
314
1
1
2
316
1
1
315°1
Rome
…….
Singapore
..
id. p. $.
2/3/
33
214
2/3
1
5
j
15
2/4’l,,
2131
33
‘Valparaiso..
pesop.
32.60 32.60
32.10
1211
32.60 32.10
Yokohama . .
Sh. p. yen
2111
25
/
3
,
2/1′
9
/
2/1
26
/
3
,2/1
21
/
38
•
Koersen der voorafgaande
dagen.
‘1
Telegrafisch
tranefert.
NOTEEPJNG VAN ZILVER.
Noteering te Londen
te
New York
19 Aug. 1922
341
691
12
12
,,
1922
…
341
68/
5
,,
1922
…
3511
20 Aug. 1921
.
38
1
1,
21 Aug. 1920
……63
10181
4
20 Juli
1914
..
24111
5411
NEDERLANDSÇHE BANK.
Verkorte Balans op 21 Augustus 1922. Activa. Binnenl.Wis-“H.-bk.
f
84.662.375,3011,
sels,Prom.,IB.-bk.
,, 37.930.893,12
–
enz. in disc.
Ag.sch. ,, 62.535.836,-
185.129.I04,421/
Papier o. h. Buiteul. in disconto
–
Idem eigen portel..
f
81.875.107,-
Af :Verkochtmaar voor
debk.nognietafgel.’
81.875.107,-
Beleeningen
H.-bk.
f 25.362.971,63″,
mcl.
vrsch.
in rek.-crt.
B..bk.
..
6.587.998,97
1
/,
{
op onderp.
Ag.sch. ,. 66.635.850.57
f
98.586.821,18
Op Effecten
……f 85.421.569,63
Op Goederen en Spec.,, 13.165.251,55
98.586.821,18
Voorschotten a. h. Rijk ..
..
14.171.435,10
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
56.238.850,-
Muntxnat., Goud .. ,,549.7 15.947,01
(605.954.797,01
Munt, Zilver,
enz.
•
8.717.435,59
Muntmat., Zilver ..
–
614.672.232.60
5.573.320,37
1
1
8
3.892.600,371/, ,
9.465.920,75
Geb. enMeub. der Bank…………….
4.522.000,-
Diverse rekeningen ……………..
27,825.755,701,
f1.036.248.376,76
Passiva.
Kapitaal
….
………………..
(
20.000.000,-
Reservefonds
…………..
,,
5.660.599,75
Bijzondere reserve ………………
1.675.581,33
Bankbiljetten in omloop
……….
958.172.865,-
Bankassignatiën in omloop
1
1.537.946,56
Rek.-Cour. ‘ Het Rijk
f
–
saldo’s:
J Anderen ,,
41.559.691,3111
3
41.559691,31
1
1
2
Diverse
rekeningen ………………..7.641 .692,80
1
1,
(1.036.248.376,76
NED. BANK 21 Aug. 1922
(vervolg).
Beschikbaar inetaalsaldo …………..
f
413.677.51 50l ‘/
Op de baai8•van ‘Is metaaldekking….
,,
213.423.414,44
Minder bedragaanbankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is.. ,,
2.068.387.575,07
1
/,
Verschillen m. d. vorig. weekst.:
Meer
Mmde,
Disconto’s
5.380.895,43
1
1
2
Buiteniandsche wissels
43.807,-
Beleeningen
6.396.057,77
Goud
…………….-
–
Zilver …………….188.668,10’/,
Bankbiljetten
12.499.295,-
Part. Rek.-Crt. paido’p
1.976.688,6311
3
Voornaamste posten in duiz,enden
guldens.
Data
Goud
Zllcser
Bank
biljetten
AdeT
opeischbore
schulden
21
Aug.
1922 ……
605.955
8.717
958.173
43.098
14
1922 ……
605.955
8.529
970.672 45.634
7
1922 ……
605.955 8.239
981.568
37.864
31
Juli
1922 ……
605.955
8.156
988.449
36.825
24
,,
1922
605.955
8.020
976.325
75.857
605.969
10.681
993.146
53.758
22 Aug.
1921 ……
23 Aug. 1920..
636.339
16.214
1.008.041
109.570
25 Juli
1914
162.114
8.228
310.437 6.198
Data
Totaal
bedrag
disconto’s
Han
Schatkist-
promessen rechtstreeks
– –
1
Belee.
1
ningen
1
Beschik.
baar
Metaal.
saldo
l
1
kings.
1
percen.
1
tage
21 Aug. 1922
185.129
35.000
98.587
413.678
60
14
1922
190.510
35.000
104.983
410.482
60
7
1922
199.273
34.000
102.046
409.567
60
31
Juli 1922
169.530
6.000
132.879
408.316
60
24
,,
1922
215.686
55.000
116.200
402.798
58
22 Aug. 1921
223.122
70.700
152.855
406.528
59
23 Aug. 19201
95.259
11.000
308.176 428.235
58
25 Juli
19141
67.947
14.300
61,686
43.5211)
75
1) Op de baeie van
t/s
metaaldekking.
Uit 1e bekendmaking van den M i n is t e r v a n F i n a n-
c i ë ii blijkt, Klat uitston
1
21
Aug. 1922
4an
schatkistpromessen
f332.460.000,-.
f341 ,160.000,-
waarv. direct bij Ned. Bk J. 35.000.000,-
,, 35.000.000,-
Aan schatkistbiljetten
,,230,967,000.-
,,230.866.000,-
Aan zilverbons
…….. …29.843.738,-
,, 29.014.246,_.
Onder de vlottende schuld is begrepen:
Voorsch. aan de Koloniën
,,264.063.000,-
265.764.000,-
Voorschot aan Gemeenten
30
Juni
31
Juli
voor door Rijk voor hen ‘ ,, 49.737.202,-
49.737.202,- te heffen luk. belasting)
14
Aug.
21
Aug.
Tegoed v.d. Postch. & G.dst ,, 54.585.577,-
,, 54.602.057,-
..JAVASCHE MANK.
Voornaamste posten in luizenden guldens. De samengetrok-
ken cijters der iaatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
Data
Goud
Ztloer
B
k.
lij
ett
Cfl
an
Andere
opetschb.
Bejchikb.
metaal.
schulden
saldo
12Aug.1922
197.750
275.500 96.000
123.450
5
,,
1922
200.000 268.500
91.000
128.100
29 Juli1922
200.250 266.500
85.000
129.950
15Juli1922
151.286
5202
269381
78.862
134.199
8
1922
152.321
49.051
270.272
60.281
135.962
1
1922
148.994
48.723
265.049
83.330
128.739
13Aug.1921
207.875
19.741
306.536
144.401
137.890
14Aug.1920
206.660
6.445
344.491
209.969
102.351
25Juli 1914
22.057
31.907
110.172
12.634
4.842′
Wissels,
Voor.
iverse
Dek.
ala
Dis.
buiten
Belee-
schotten
e
kings-
contds
N..!nd. etaa raar
ningen
aan het
ouu.nem.
nin
)
gen
percen.
lage
12Au9.1922
–
186.500
26.500′
‘
53
5
1922
,;
178.000
20.600′
”
56
29Juli1922
169.100
17.000′
*”
57
15Juli1922
–
25.384
58
–
33.425
21.275
95.673
8
1922 33.401 20.291
79.923 5.743
24.123
61
1
1922
33.261
22.808 78.827 20.315
22.870
57
13Aug.1921
37.187
24.147 104.726
34.198
31.327
50
14Aug.1920
28.385 24.114
183.082
96.132
17.232
38
25 Juli 1914
7.259
6.395
47.934 6.446
2.228
44
t)
Sluitpoet
actit’a.
1)
Beu,
21
metaaldekking.
t) Credittaldo.
Effecten
Bel.v. h. Res.fonds..
f
id. van
‘1
v.h.kapit.
746
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
23 Augustus 1922
Voornaamste posten
DE SURINAAMSCHE
Circulatie
in duizenden
BANK.
Andere
opeischb.
guldens.
–
Data
Metaal
Disconto
Div. reke-
schulden
n
i
ngen
1)
8 Juli
1922….
1.407
2.156
764
1.144
1.111
1
,,
1922
..
1.543
2.014
764
1.052
1.164
24Juni1922…..
1.514
1.977
658
1.036
1.170
17
1922
..
1.472
2.164
662
1.044
1.233
10
1922,…
1.588
2.081
773
1.047 1.152
3
1922
..
1.604
2.163 833
1.051
1.129
9Juli
1921
. .,
1.124
2.110
1.121
2.021
197
10 Juli 1920
. ..
1.072
2144
940
1.687
201
25 Juli
1914
…
645 1.100
560
735
396
1)
Sluitpost der activa.
BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder
bijvoegin.g
der Currency
Notes,
in duizenden
pond
sterling.
Data
Metaal
Circulatie Currency
Notes.
Bedrag
298.927
Coudd.
27.000
Gov.
Sec.
256.745
16 Aug. 1922
127.408
124.361
9
1922
127.400 125.542
302.095
27.000
259.903
2
1922
127.400 125.774
299.730 27.000
257.343
26 Juli
1922
127.404 124.758
296.447 27.000 253.995
19
1922 127.402
124.256
297.611
27.000
255.488
12
1922
127,901
124.249
298.635 27.500
257.411
17 Aug. 1921
128.407
126.235
323.241
28.500
287.071
18 Aug. 1920
123.081
124.845
358.412
28.500 327.809
22 Juli
1914
40.164
29.317
–
–
–
Data
Gov.
Sec.
Other
Sec.
Public
Depos.
Other
Depos.
j,5e,0e
k,ngs
perc.
1
16Aug.’22
42.629
79.618 14.169 111.588
21.596
17,17
9
’22
43,033 76.450
16.239 104.500
20.308
16,8
2
,.
’22
44.280
76.980
15.356
107.970
20.075
16,21
26Juli ’22
46.505
72.243
14.297
107.576
21.096
17,3C
19
’22
46.740 76.216 22.175
104.467
21.596
17,01
12
’22
47.104
73.663
12.612
112.375
22.102
17,61
17 Aug.’21
57.740
79.525
17.285 122.547
20.622
14,71
18Aug.’20
58.508
76.117
16.115 117.135
16.687
12,5C
22Juli ’14
11.005
33.633
13.735
42.185
29.297
5218
1)
Verhouding tusschen i(eserve en L)eposits.
DUITSCHE RIJKSBANK.
Voc.rnansn.ste
posten, ouder bijvoeging der
Da.dehens.
kassenscheine, in duizenden Mark.
Data
Metaal
Daarvan
Circulatie
kss.
perc.
1)
14 Aug. ’22
1.026.623
1.004.858
16.598.678
205.275.372
8
7
,,
’22
1.025.949
1.004.859 13.339.704 198.463.679
7
28 Juli
’22
1.024.850 1.004.860 13.083.023 189.794.722
7
21
’22 r.025.330
1.004.859
9.351.163
177.027.024
6
14
’22
1.024.326
1.004.859
10.789.974
175.437.418
7 7
’22
1.024.476
1.004.859
14.281.874 172.736.686
8
15 Aug. ’21
1.106.173
1.091.551
3.452.186
77.396.140
6
15 Aug. ’20
1.098.535
1.091.674
17.964.366
56.461.863
34
23 Juli
’14
1.691.398
1.356.857 65.479 1.890.895
93
1)
Dekking der circulatic door
metaal en
Kassenscheine,
Data
Wissel3
Rek. Cr1.
1
Darlehenskassensc/,etne
7′,taal
In kas hij de
uitgegeven
29.224.800
Reichsbank
16.583.400
14 Aug. 1922
230.704.072 44.056.158
7
,,
1922
220.375.517
36.758.781
26.469.700
13.325.100
28 Juli
1922
215.980.298
39.976.216 25.422.500
13.067.900
21
1922
203.026.231
35.603.336 20.724.900 9.336.900
14
1922
201.126.658
36.275.656
22.301.400
10.774.100
7
1922
189.949.556
31
7
531.010 25.221.100
14.264.400
15 Aug. 1921
79.982.870
12.884.299 11.613.300
3.373.800
15 Aug. 1920
44.550.576
15.572.929
31.233.500
17.920.800
23 Juli
1914
750.892
943.964
–
–
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste
posten in duizenden franes.
Data
Goud
Waarvan
in het
Buitenland
ZIlver
Te goed
in het
Buitenland
Buit.gew.
000rsch.
a/d. Staat
16Aug.’22
5.530.714
1.948.367
285.577
577.975
23.500.000
9
’22
5.530.590
1.948.367
285.409 577.892
23.000.000
‘2
,,
122
5.530.360
1.948.367
285.355
578,015
23.400.000
26 Juli’22
5.530.149
1.948.367
285.255
577.890
23.500.000
18Aug.’21
5.521.869
1.948.3671
276.193 624.082
24.900.000
19Aug.’20
5.590.036
1.978.278
254.202 651.333
25.800.000
23Juli’14
4.104.390
–
639.620
–
–
W’iisel.
Uitge.
stelde
Wtssds
2dec.’
1
Bankbil.
1
jtva
Rek. Cr1.
Parti.
1
calteren
Rek.
Cr1.
1
Staat
1.952.196
34.700
2.154.871
36.221.34012.229.497
58.547 1.994.057
34.926
2.174.583
3
6
.4
4
9.87812.210.643
73.665
2.517.259
35.042 2.139.106
36.399.294
2.357.561
25.115
cr
2.103.237
35.453
2.154.527
36.049.939 2.352.183
79.900
0
2.442.623 71.798
2.169.065 36.983.253 2.661.754
44.329
~
1.980.083
1.541.980
~
497.046
1.948.034
37.899.776
3.203.750
129.839
-.
769.400
5.911.910 942.570
400.590
BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE,
Voornaamste posten in -duizenden francs.
Data
Metaal
mcl.
buttenl.
saldi
Be!een.
van
buttenl.
vorder.
Bdeen.
von
prom. d.
provinc.
1
Binn.
J
wissels
1
en
heleen.
t
1
Circu.
1
latie
t
Rek.
1
Cr1.
partic.
17 Aug.’22
333.007 84.653
480.000
586.583
6.427.057
255.736
10
’22
333.246
84.653
480.000
561.516
6.420.837
219.636
3
’22
332.073
84.653
480.000
590.193
6.402.679 321.398
25 Juli
1
22
332.012
84.653
480.000
623.224
6.327.881
256.511
18Aug.’21
324.505
84.653
480.000
770.991
6.173.134
374.349
19 Aug.’20
356.943
84.653
480.000
713.137
5.504.260
1.614.870
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA
FEDERAL RESERVE BANKS..
Voorn.aamste posten in duizenden dollars.
Data
Goudvoorraad
____________
F.R.
Zilver
Noten in
dc.
circu-
Totaal
Dekking
in het
–
bedrag
F. R. Notes
1
buttenl.
latte
2 Aug. 22
3.071.424 2.265.574
–
131.2602.140.121
26 Juli
’22
3.054.531
2.238.763
–
126.967
2.126.809
19
’22
3.045.335
2.236.735
–
123.987
2.132.848
12
’22
3.035.833
2.203.411
–
121.207
2.158.122
3 Aug. ’21
2.552.813
1.714.211
–
151.030
2.536.673
6 Aug. ‘201
1.980.605
1.302.650
111.531
151.139
3.141.861
Data
Wissels
Totaal
Depostto’a
Gestort
Kapitaal
Dek-
ktngs
perc.
1)
Ijek.
ktngs.
pete.
)
2 Aug. ’22
550.296
1.885.023
105.589
76,3
79,6
26 Juli
’22
536.119
1.888.114
105.198
76,1
79,2
19
’22
592.438
1.942.531
105.239 74,7
77,8
12
’22
587.617
1.924.937
105.224
74,4 77,3
3 Aug. ’21
1.647.579
1.705.066
102.372
60,2
63,7
6 Aug.
1
20 2.889.223
2.431.650
1
95.341
39,4 42,4
1)
Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opeischbare schulden:
F. R. Notes en netto deposito.
5)
Verhouding totalen
voovraad
munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ
HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in duizenden dollars.
Data
Aantal
Totaal
uitgezette
Reserve
.
1
Totaal
Waa
rv
an
time
banken
gelden en
beleggmn gen
F.
nks
depostto’s
depostts
26 Juli ’22
794
10.740.272
1.386.457
14.658.059
3.515.379
19
’22
795
10.807.529
1.432.051
14.688.733
3.487.015
12
’22 796
10.839.161
1.438.146
14.783.545
3.476.360
5
’22
796
10.838.372
1.400.669
14.679.673 3.470.561
27Juli ’21
814
11.661.814 1.237.555
13.002.814
2.905.293
30 Juli ’20
814
16.883.715 1.368.659 14.209.175
2.765.852
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.
23 Augustus 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
747
EFFECTENBEURZEN,
Amsterdam, 21 Augustus 1922.
])e mislukkIng van de conferentie te Londen, waar de
kwestie van een moraboriiun ten gunste van Duitschiand in alle richtingen is bestudeerd en besproken, heelt op de
effeotenbeurzen van Groot-Brittannië en van het Oonti-
nent, met uiibzonderin4g van de markten in ida landen van
Centraal-Europa, niet den invloed ‘gehad, dien ‘velen ervan
hadden rversvacht. ‘Wel is cle volle waarde rvau het uiteen-
gaan der oonieventie ‘van Londen op de
‘v
a 1 u t ‘a4markten
tot uiting gekomen. Een geweldige id6báele van den ‘mar-
keu.koers is het eerste gevol.g geweest, iwa’ar;bij zich de
Fraaische franc ten deele heeft aangesloten. ,In Duitsch-
land is een ‘ware rage ontstaan, die izich ‘heef t geuit in
een stormachtig verlangen om ibuitenfandsche .betaalnzid-
delen aan te koopen, ‘waardoor natuurlijk het ziveazi ‘van
het eigen betaalmiddel op uitermate gevoelige wijze is ge-
daald. Deze ‘aankoopen hebben bijna louter op specu.latieve
gronden plaats gehad. laidustnieelen en handelaars hebben
zoo
groot mogelijke voorraden aangelegd, tteneinde thans
reeds voldoende
j
voorbereld te zijn op hun toekomstige im-
porten, reap. betalingshehoeften; particulieren hebben het
restje vertrouwen in de waarde en het toekomstig ver-
loop ‘van
de mark verloren, waarbij nog ‘kwam, dat de nog
steeds bestaande voorschriften tvoor de banken ten aan-
uien
‘van
de irekeninghouders, zeer ‘groote bedragen aan
marken bij particulieren hadden ldroen ophioopen, welke
thans vrij kwamen en werden omgezet in buiten’laadsche
deviezen. Het spreekt ‘vanzelf, dat deze ornstainiclii,ghoden,
te .zaimen genomen, de rtodh reeds onvermijdelijke catas-
trophe in een ‘versneld tempo deden aanrukken. Onder dan
invloed ‘van ida geweldige dreiging heeft het bestuur der
Rijkabank er dan ook reeds bij cle Regeering op aange-
drongen, het bankgeheim weder in te voeren en het is
zeer waarschijnlijk, dat de Regeericng onder den idmrig der omstandigheden aan dit ‘verlangen zal toegeven. Weliswaar
is hiermede natuurlijk geen
dam
gezet aan den ‘eoortchi-
Tanden ‘val ‘van •het Duitsche betaalmiddel, doch één der
oorzaken, die de reactie sterk bevorderden, zou dan in ieder
geval zijn geëlimineerd.
De effectenbeurs te B e r 1 ij in heeft aasivankelijn een zeer kalm ‘verloop gehad. Ondanks de bewegingen op de
deviezen-markten hield zich ida hausse binnen neer enge
gi-enzen. Behoudens een enkele uitzonderiiig bleef de beurs,
als geheel genomen, vrj kalm. Alleen In de laatste dagen
dor ‘ber.ichtsperiode is er wat meer leven en teekening ge-
komen, ‘voornamelijk ouder den ‘invloed van buitenland-sche aankoopen, hoofdzalkdljk in montaanwaarden, dodh
het algemeen niveau is ‘toch ‘lang nit in ‘verhouding tot
de stijging ivan den prijs der ibuilenlaindsche ideviezen om-
hoog gegaan. Rén der al.ler’voornaaimnte oorzaken hiervoor
moet worden gevonden in de situatie op de gcl’danarkt. Het beschikbare kapitaal is uitermate scbaarsch gewor-den, roodat ‘het thans reeds geen uitzondering is, als 20
pOt. rente ivoor industrieele en beurs-voorschotten wordt
verlangd. .. en ook betaald. Deze exorbitante ‘rente is
niet alleen het gevolg van gebrek aan liquide middelen,
doch staat ook iin het allernauwste ‘verband met de daling
van de ‘koopkracht van ide ‘mark. De banken toch gevoe-
len ‘er niet iveel voor ‘leeningen fLe fverstrekken, indien zij
bijna de zekerheid hebben, dat op het moment van terug-
betaling der rvoorschotten, dit zal geschieden tegen een
.gedeprecieerden koers. Het is te begrijpen, dat tegenover
dit irdsioo een equi
–
vaient moet worden gesteld.
Zooals gezegd, is de levendigheid en ook de hausse aan’
de Berljnsche ibeurs in ide laatste lilagen iets toegenomen,
in ‘verband met aankoopen ‘van voraanstaande iaidustrieele
waarden, naar men beweert, veelal ‘voor Hollaindsche
rekening.
Te Londen is ‘de markt gebukt gegaan onder den in-
vloed van de vacantie. Toch is de gronidtoon geenszins
ongeaazianee.rd geweest. De finaneieele kracht lvan Engeland
is na het jongste voorstel-Balfour ten aanzien van de
kwijtschelding der ‘Europeesche schulden ‘wel Izoo sterk
op den ‘voorgrond getreden, dat van gebrek aan vertrou-
wen, zJooals in andere landen op het oogenblik ‘vaak op te
merken fvalt, in het geheel geen sprake is geweest. In die af deelingen dan ook, waar eenige ‘stimulans zich
op
in-
stigatie van het buitenland of ‘van
da
Domiaiions loon doen
gelden, was cle tendens bepaald opgewekt te noemen. In
de eerste plaats iddenen ‘hier Zuid-Afrikaansahe mijaiwaar-
den te worden gememioreerd, die voor Zuid-Afrikaansche
rekening treeds ‘weken lang uit ide markt werden genomen
en welk voorbeeld thans door Groot-Brittannië zeIl iwerd
gevblgid.
Ook te ‘P air ijs is de stemming merkrwaardiigerwijze
uiterst ‘vast gebleven. Het wordt echter meer en ‘meer dal-
–
delijk, dat hier het inflatie-proces een groote ‘rol speelt op de effectenbeurs. ‘Weliswaar staat de Fransehe fraaie niet
in een onverbrekelijk verband met de Duitsche ‘Reicha-
mark, doch een izekere afhankelijkheid ten upzichto van
elkaar hebben deze idaviezen toch wel ‘aan te svijzen. Eierhij
komt, dat de staats-financiën ‘van de Fra’nsdhe Repnbliek
zich In een vrij deploralelen toestand bevinden, iwelke nog
eenigermate ‘wordt gemaskeerd door ‘de groote activiteit in
de Frausche industrie en voornamelijk door de ‘vriend-
sahatpabanden met de Entente. De invloed van de inflatie
echter dringt reeds door en doet zich ‘gevoelen op het
niveau ‘van industrieele fondsen en zelfs ook op dat ‘van
de Fransche Rente. Tot de opgewdkte tendens ‘hahben voorts
ook psychologische overwegingen bijgedragen. In zeer
groote ‘kringen toch van Frankrijk juicht meci de halsatar-
rige politiek van den heer Poiincaré toe, omdat Frankrijk
zich inderdaad in een geheel andere positie bevindt dan
b.v. Engeland. Wij hebben h. t. p. dan ook reeds herhaal-
lelijk ‘in het ilieffit gesteld, ‘dat een eenvoudige veroordee-ling van de Fran.tohe politiek ten aanzien van Duitschiaizd
niet gerechtvaardigd is, indien men iniet alle factoren, die
Frankrijk tot zijn ‘houding ‘brengen, in het geding naaa-
voren schuift. Inmiddels valt het natuurlijk niet te ont-
kennen, dat het Fransche nation’adisme tot
op
dit moment
voor het wereldibestel niet veel ‘voordeel heeft opgeleverd.
Te N e
iv
Yo r k staat men ‘nog steeds vrijwel o’nbewo-
gen tegenover ‘de groote gebeurtenissen van den laatsten
tijd. Het schijnt wel, alsof men zich ‘meer en meer heeft
algekeerd ‘van de Ingewikkelde en treurige Europeesche
toestanden en uitsluitend rekening houdt met de belangen
en vooruitzichten van het eigen land. Tot op zekere hoogte
‘is dit den Vereenigden ‘Staten, als ,,self-supporting”-iatnd,
dan ok goed
mogelijk,
hoewel natuurlijk moet ‘worden af-
‘gewacht, of dit in de toekomst ook het geval zal kunnen
blijven. Voorlopig echter ziet men ida eigen gunstige in-
dustrieele ontwikkeling met ivreugde, .zoodat zelfs de tel-
kens opduikende arbeid,anoeiljkheden niet vermogen een
inziukin,g in Walistreet te ‘doen ontstaam
Te on,z ent is de slappe en onbelangrijke houding van
‘de beurs nog aan de orde van den dag. Eenige beroering
is deze week echter op de belegginigsmarkt gewekt door de scherpe reactie in ‘de obligaties der Hoil’lan.dsche De Lever Zeep Maatschappij, waarvan de ‘rente door de En-
gelsche Vennootschap van denzeifden naam ‘wordt gega-
raudeerd. ‘Op den laatsten dag ‘van ‘de her ichtspericde is,
•ten gevolge
–
van het ingrijpen ‘van belanghebbenden, geen
noteering tot ‘stand gekoïnen; ware dit wel ‘het geval ge-
weest, idan zouden ‘de 7 pCt. dbl. een noteering ‘van ca. 70 pCt. hebben bereikt. Het is niet goed duidelijk, waar-
aan deze theftige teruggang te wijten is. Wel heeft de ‘voor-
naamste ouder-maatschappij van de De Lever Zeep Mij. geweldige verliezen geleden, doch het ‘is bekend, dat de
moeder-vennootschap ‘hienvsn geen ‘f’uneste gevolgen onder-
vindt. Een bewijs te meer hiervoor is, dat de obligatiën
der De Lever Zeep-Mij. te Londen geen ‘druk hoegenaamd
ondergaan. Vermoedelijk iis de reactie dus alleen toe te
schrijven aan de onvolledige wijze, waarop het Hollandsche
publiek te idezen ‘aanzien wor’dt ingelicht, waartoe wellicht
k het ontbreken van ‘de of ficieele noteering het zijne bij-
draagt. d’n een tijd als 4e tegenwoordige, waarin het ver-
trouwen toch reeds zoo spoedig geschokt wordt, is het
te begrijpen dat, ‘bij onvoldoende ‘voorlichting het beleg-
gend publiek zelfs in hun soort goede obligaties van de
hand doet.
14 Aug. 18 Aug. 21 Aug.
°t
Rijzing
5
0f
Ned. W. Seb
1918 871,
87
1
1
8711 –
4
1
1,01
0
1916 88
8
1
16
87/
87814
–
116
4
0/
,,
1916 79
78
9
1
781
6
–
11
1
1
6
31/,
O/
,,
,…….7lh/
71
1
1
8
7111, – 11
4
3
‘
0
/0
,,,,……
6l’/
61
8
1,
61
3
1
+
114
2
1
1,
oi
o
Cert. N. W. S. ……
535/,
53618
535/8
5
0
10
Oost-Indië 1915 .. .. 91
91
1
1
4
911
+ 8/
6
ole
,,
1919 ….
951110
5
116 +
1
1,
4
‘Is
Oostenr Kronenrente 2
–
–
5
6
10
Rusland 1906 ……4
1
/
41/
5
+
11
4
0/o
Rual. bij Hope & Co
4114
471,8
411i9
–
8
/
1
6
411,
0
1 China Gnud 1898
761,
76114
77
+
5
18
4 o/o Japan 1899 ……..651/4
–
–
4
0/t,
Argentinië Buitenl
69
1
1
2
–
–
5
01
Brazilië 1895 ……54
–
–
7
0/
Staatsspoor ……..103
1
/, 103
1021,
–
1
1
2
7
°/o
Amsterdam ……..l02/, 102
1
1
102
15
1i6 +
O
f
je
Temeer lolemt ‘dit, omdat ida betrokken twaailden toch ook,
zij het in een izeer ‘verwijderd verband staan tot een in-
dustrie, die thans ‘wel het minst ‘van alle wordt gefavo-
riseerd. Wij hebben het oog op de Margarine.aijveiiheid,
748
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
23 Augustus 1922
waarvan de voornaamste vertegenwoordiger te onzent, het
Jurgens-concern, wel seer sterk door het algemeen wan-
trouwen ‘wordt gedrukt. Gedurende de achter ons diggende
dagen werd voor alle waarden van de Jurgens-onderne-
ming een nieuw laagte-record bereikt. Overigens was ook
de rest van de iindustrieele markt gedeprimeerd.
Een Vrij scherpe reactie ondergingen aancieelen Gecon-
solideerde Hollandsche Petroleum Mij., hetgeen echter niet
te verwonderen was, na de jongste zensationeele verhef-fing. Aandeelen Orion konden zich goed op peil houden,
terwijl het hoofdfonds iets kon monteeren in verband met
de willige tendens te New York.
&,ikerwaarden
waren aanvankelijk gezocht, ‘dodh liepen terug zonder. eenige aaniwijthare oorzaak. De suikerherich-
ten zijn goed te noemen. Van den oogst 1922 is thans
reeds circa 90 pCt. der voorraden, door de V. 1. S. P. ge-
controleerd, verkocht tot een gemiddelde Van
f
10,30 voor
Muscovados, hetgeen den aangesloten Maatschappijen een
behoorlijke winst laat. Voorts sijn van oogst 1923 reeds
800.000 picols gerealiseerd d
f
13,25 per picol voor supe-
rieur, terwijl onderhandeld wordt over ‘verkoopen d
f
14,—.
Niettemin konden ‘de hoogere ‘koersen zich niet geheel
handhaven.
Rijzing
14 Aug. 18Aug.21 A
ug
)
0
f
Amsterdamsche Bank …. 122
1
12 122
120112 – 2
Koloniale Bank ……….11 ’12
11911
4
118
1
1,
–
1
8
1,
Ned.Handel.Mij.cert.v.aand. 1241
10
1201
12314 –
Rotterd. Bankvereeniging.. 88
1
1
–
–
Amst. Superiosfaatfabriek . 39
1
1
2
39
1
1
38
1
1
2
– 1
Van Berkel’s Patent ……30
35
33
1
12 + 3
1
1
2
Insulinde Oliefabriek ……
2’/,
211
4
21/4 + 118
Jurgens’ Ver. Fabr. pr. aand 481
4
45
4381, – 5
Hollandia Meikproducten .. 139’/
138
1
1
137112 – 2
Philips’ Gloeilampenfabriek 244
249
1
1,
242
1
1
8
– 112
R.
S.
Stokvi, & Zonen …. 578
–
–
Vereenigde Blikfabrieken.. 77
1
1
2
77
1
1
2
77
– 112
Compania Mercantil Argent, 32
33
1
1,
32
Oultuur-Mij. d. Vorsteuland. 151
1
1
2
147
1
1,
148
1
1
2
– 3
Haudelaver. Amsterdam . .. 35111 3441/
2
344112 – 7
Hol!. Transatl. Handelsver. 18
–
–
LAnde Teves & Stokvis …. 73
69
6831, – 41/,
Van Nierop&Co’sllandel-Mij.
11
4
–
–
Tele & Co.’s Handel-Mij….
71
12 –
–
Gecoos. Roll. Petroleum-Mij.
127114
117
117112 – 98/
,
Kou. Petroleum-Mij. …… 4l2’/2
41681,
41712 + 5
Orion Petroleum-Mij.
Afgest. Aand. 38
3581, 36
– 2
Steaua Romana Petroleum
Mij. .. Afgest. Aand,
40112
40
1
1
2
3611
4
—4
1
1
4
Amsterdam-Rubber-Mij. .. 641
4
67
69114 + 4112
Nederl.-Rubber-Mij ……… 40
<42
43
+ 3
Oost-Java-Rubber-Mij. ….
IlO’/8
108
118
+7
71,
Deli-Batavia…………..260
260
256
– 4
Deli-Maatschappij ……..193
1
/2 189
19181, – 211, Senembah-Maatschappij…. 296
1
1
2
288
28511, – 1111
4
Voor
r’ubberwaairden is
eenige verbetering ingetreclen, •in verband met de gepuhliceer.de leverings-contracten van
de Amsterdamsche Ru’bber- en de Ne1erlandsche Rubber
Mij. Naar Verluidt hebben ook andere rubber-ondernemin-
gen (oa. de Padang en de Hessa Rubber Mijen) soort-
gelijke contracten afgesloten. Het extra-voordeel hierbij is,
dat de verkoopprijs berekend wordt per Engelech pond,
terwijl de kostprijs steeds wordt bepaald per Hollandsch
pond, hetgeen ‘voor de ondernemingen een voordeelig ‘ver-
schil van circa 10 pCt. cvorint.
Tabak ken
i
bleven fusteloos en zonder affaire, evenals
scheepvaartwaarden.
14Aug. 18Aug. 21 Aug
Holland-Amerika-Lijn
118 . 112
112
– 6
,,’gem.eig. 102
1
/
2
‘
98
gg
– 3’/
Holland-Gulf-Stoomv.-Mij
35
‘-
–
Hollandsche Stoomboot-Mij. 18
Ç 18
181
12
+
1
12
Java-China-Japan-Lijn … 72
74
1
12
74
1
1,
+ 2
1
1
2
Kon. Hollandsche Lloyd. .. 11
1
1
2
11
10318 – 1118
Kon. Wed. Stoomb.-Mij…..49 11 54
1
1
5
55
+ 6
Koninkl.-Paketvaart Mij. .. 83112
83112
83112
Maatschappij Zeevaart …. 54
53
52
– 2
Nederl. Scheepvaart-‘Unie.. 89
1
1
2
88
1
1
2
89
–
1
/
2
Nievelt Goudriaan ……..105
107
1
1
2
106
+ 1
Rotterdamsche Lloyd …… 114
1
/
a
113
113314 – 81
Stoomv.-Mij.,,Hillegersberg” 60
–
–
,,Nederland” .. 117
11511
4
11611, – 11,
,,Nootdzee” . .. 22
–
–
–
,,Oostzee”…..56
56
55
– 1
De
Amei
–
ikaansche afdeeling
was wel stil, doch ‘zeer ‘vast van toon.
14Aug. 18 Aug. 21
daling
Âmerican Car
&
Foundry
176I,
176
3
1,
180
1
1
8
+
3
3
1
Anaconda Copper
………
109
1
/
4
10981,
110
+
814
Un. States Steel Corp. ….
104
105 105
1
1
2
+
l’/2
Atchison Topeka ……….
108/,
1081
8
109
+
1
18
Southern Pacific……….
97
7
1,
6
96
3/4
981
6
+
1
Union Pacific …………
152/,
–
–
Int. Merc. Marine oriig. Corn.
151
9
–
–
preis.
65L1
–
De
geWmwrkt
bleef ruim;
prolongatie ten slotte 24 pGt.
GOEDERENHANDEL
GRANEN.
Ook in de afgeloopen week waren de werschnpingen vait
tai-we tamelijk klein, maar dit vindt meer zijn oorzaak in
gebrek aan [vraag van de imporitilanden idani ‘wel in gebrek
aan voorraad in de exportlanden. Weliswaar werd zoo-
wel door Engeland als door Italië en nog door eenige
andere landen af en toe gekocht, doch Duitschland blijft
in verband anet de valuta zeer terughoudend. Dit heeft
tot gevolg, dat de prijzen in de exportlanden zeer kalm
zijn. Zoo daalde de Septembertermijn in Chicago tot be-
neden den idollax. In de laatste zes weken is de prijs ca.
20 pCt. gedaald. De stemming in Chicago werd verder be-
invloed door het gunstige weer voor ide zosnertarwe, zoodat
men de opbrengst wederom hooger raamt; hetzelfde geldt
v;oor den tarweoogst -van Canada, zoodat het Noord-Ame-
rikaansohe Continent in ieder geval een zeer belangrijke hoeveelheid voor export zal beschikbaar hebben. Op liet
oogenblik hangt Europa bijna geheel ivan Noord-Amerika
af. Amerika zal tot Januari ‘weinig aan ide tarwevoor-
ziening bijdragen, terwijl ook de verachepingen van Ar-,
gentinië belangrijk ‘verminderd zijn. ho dit laatste land
klaagt men eenigsains over le veel neerslag; overigens
zijn vrijwel overal de weerberichten goed met uitzonde-ring van verschillenide istreken ‘van West-Europa, waar
verleden week het weer inog te nat voor de oogsten ge-
weest is. Zeer seker SaS het warmere en drogere weer
der laatste dagen den oogsten zeer ten goede zijn gekomen. Spraken wij hierboven over iie ‘veel neerslag in Argentinië,
dat nadeelig zou zijn voor den aiitzaai ‘van de nieuwe oog-.
sten, speciaal van tarwe en ilijnzaad, veel nadeeliger nog
is dit weer voor den maisoogat, die nog maar steeds niet
droog genoeg voor export is. Het gevolg hiiervan is, dat
de verschepingen van La Plata neer klein blijiven en dat
er ‘voor ‘die soort mais nog zeer Ihooge prijzen betaald wor-
den, zeer hoog vooral in verhouding ‘tot de Noord-Amen-
kaanische mais, die in de afgeloopen lweek wederom lager
was. Weliswaar rvond in het midden van de [week een
sterke stijging plaats, doch later ‘werd ideze geheel te niet
gedaan. Er was bovendien eenig aanbod van ‘laidiingen
Roemeenselie mals, waarvan ddr naar Engeland, en dén naar Antwerpen gehandeld werden. De vraag voor mais en andere ‘voerartikellen wordt tegengehouden door liet
feit, dat men gelooft, dat de boeren zeer ‘veel van het eigen
te nat geoogste graan ‘aan kun vee zullen opvoeren. De
ge ns t-prijzen oudorgingen wederom eenige verlaging zon-
der veel attentie van den kant van koopers tot zich te
trekken.
In h a v e r ging regelmatig een en ander om, doch ook
hdervoor konden ,cle prijzen naaiiwelijks gehandhaafd wor-den. L ij
11
z a ad was in de afgeloopen week bepaald aan
.den flauwen kat. In Amerika -verwacht men, dat ibe-
trekkelijk spoedig de nieuwe tarieven ‘van invoerrechten
in toepassing zullen worden gebracht, en als gevolg hier-
van wil men geen verdere inkoopen van Jijnzaaid ‘doen.
De zeer urgente vraag voor ‘ljnolie ‘voor onmiddellijke versaheping naar Noord-Amerika fheeft nu ook grooten-
deels opgehonden, daar de meeste Amerikanen het niet
meer wagen nog meer olie te laten komen, nit vrees, dat
zij de hoogere invoerrechten nouden moeten [betalen. M a r k te n
in
N ed er 1 aai d. Tarwe werd regelma-
tig, doch slechts in ‘kleine hoeveelheden gehandeld, voor-namelijk in spoedige posities tot ‘terugloopende prijzen.
Mais was ten gevolge van het tegelijk binnenkomen van
vier booten zeer flauw gestemd en de ‘prijzen rvoor directe
levering liepen scherp terug, soodat zij buiten eenige [ver-
houding waren, met ide pa.niteit van de Noord-Amerikaan-
sdhe offertes.
La Platamais bleef vast gestemd ibij gebrek aan aanbod
en de betrekkelijk weinige koopers moesten volle prijzen
betalen. Op aflading blijven de prijzen nominaal.
In gerst ging een en ander om op Septemlier/Ootober
aflading tot lagere prijzen, doch het totaal van de ver-
koopen was ten slotte niet groot.
23 Atigustus 1922
ECONOMISCli-STATISTISCHE BERICHTEN
‘749
Noteeriagen.
Chicago
Buenos
Agre.,
Data
îanoe
Mais Haver
Tarwe
Mais L(jnzaad
Sept.
1
Sept.
1
Sept. Sept.
Sept.
Sept.
19Aug.’22
99
1
/
59
1
1
1
3011
11,60
7,701)
19,05
12
.,
’22
104e
58
1
1
301
11,95
7,65
19,70
19Aug.’21
1161
521
32
7
/
8
18,45
1)
8,85 21,80
19Aug.’20
258
1401
4
671/
24,
1)
9,60 26,05
19Aug.’19 223’/
183’/
757j
16,90
9,80
38,10
20 ,Juli’14
82
56
3
1
s
36
1
1
.
9.40 5,38
13,70
Locoprjzen te Rotterdam/Amsterdam.
s
,
oo
Cfl
21 Aug.
1922
14Aug.
1922
13,-.-
22Aug.
1921
Tarwe
…………..
j
12,25
17,75
Rogge (No. 2 Western)
1)
10,-
10.10
17,75
Mais
(La Plata)
……
1
)
208,-
208,-
219,-
Gerst (481b.malting)
,,1)
185,-
195,-
293,-
Haver
(38 Ib. white cl,).
,1)
9,30 9,65
14,-
Lijnkoeken (Noord-Amen.
ka van
La Plata-zaad)
1
)
13,25
13,70
18,50
Lijnzaad (La Plata) …. ‘)
405,-
435,-
485,-
1)
per Augustus.
2)
per October.
1)
p. 100 K.G. ‘) p. 2000 K.G.
11
per 1960 K.G.
•) Nr. 2Hard/Red Wititer Wheat.
AANVOEREN in tons van 1000 K.G.
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen.
£3119 Augustus
1
Sedert
1
Overeenk.
II
13/l9AugusisI
Sedert
1
Overeenk.
1922
1Jan. 1922
tijdvak 1921
1922
1
1Jan. 1922
1
tijdvak 1921
1922
1
1921
686.682
849.275
–
26.976
18.405
713.658
867.680
Tarwe ……………..37.863
Rogge ……………..1.952
136.990
95.536
–
–
325 136.990
95.861
9.555
3.603
–
–
500 9.555
4.103
656.325
578.037
–
69.765 52.930
726.090
630.967 97.599
157.784
–
3.597
6.974
101.196
164.758
Boekweit
……………….-.
82.415
53.953
–
50
2.313
82.465
56.266
Ma!e
……………….10.875
Gerst
……………….2.882
105.162
79.755
–
59.992
66.951
165.154
146.706
Haver
……………….1.245
Lijnzaad …………….5.976
48.052
75.813
–
1.547
17.320
49.599
93.133
Lijnkoek …………….810
Tarweineel …………..599
33.416
36.461
–
4.954
1.070
38.370
37.531
Andere meelsoorten
–
6.552
26.188
–
2.615
1.263
9.167
27.451
In haver hestaat eenige vraag -voor Canada 3, die slechts
weinig werd aangeboden. Lijnzaad
was
hier flauw gestemd in veriband met de
verschepin.gen, die naar Holland tamelijk groot waren.
Aanvankelijk was de vraag voor olie goed, doch toen de
prijzen later terugliepen rtrokken de koopers voor ljnsaad
-zich ibijna geheel terug, rvooral oniidat de markt voor
lijnkoeken flauw gestemd is.
SUIKER.
In de afgeloopen week was de weersgesteldheid gunstig
voor de ontwikkeling der bieten in D u :i t s Ch 1 a n d en
Te
j
e ciii o-S low a k y e, hoewel in dit laatste land naar
meer droogte verlangd wordt. Voor deze beide landen
verwacht men eenen goeden su.ikerocgst. In N e d e r lan d
taxeert men den oogst op 270.000 tosis witsuiker tegen
345.000 tans verleden jaar.
De zichitbare voor-raden zijn volgens F. 0. Licht:
1922
1921
1920
tans
ton.s
tons
Duitsohla.nd 1 Juli ……215.158
281.647
182.380
Tsjedho-Slowzkye 1 Juli . .
82.194
206.805
130.949
Frankrijk 1 JuLi ……..60.766
70.266
83.035
Holland 1 Aug . ……….
52.743
26.025
27.673
België 1 Juli …………30.308
60.149
41.695
Engeland 1 Aug . ……..
365.806
357.813
457.886
Totaal in Europa ….
806.975 1.002.707
923.618
V..St. v. N.-A.merika 3 Aug. 233.363
104.558
99.598
Cuba, alle havens, 5 Aug.
590.080 1.372.605
369.571
Totaal …. 1.630.418 2.479.870 1.392.787
In A me r i k a liepen de noteerin.gen voor Spot Cen-
trifugals alsook voor suiker op termijn langzaam terug.
De openings- en slotkoersen der week luiden Spot Centri-
fugals 5,36/5,15; Ootober 3,7113,55; December 3,7913,65; Maart
3,5013,37
en Mei 3,6113,48.
De Cubastatistiek luidt:
1922
1921
1920 toins
tans
tons
Weekontvangsten 12 Aug. 49.630 26.655 25.929
Tot. on.tv
. 1 Jan.-12 Aug. . 3.591.114 3.066.838 3.069.776
Werkende fabrieken 7 4
5
Weekexport 12 Aug. ….
9.565
58.996
32.385
Tot. exp. 1 Jan.-12 Aug. – 3.070.117 1.725.954 3.065.819
Tot. voorraad 12 Aug. .. 548.610 1.358.330
363.115
Op Ja
v
a was de markit kalm doch vast gestemd. De
producenten hebben intusachen zoo goed als den geheelen
oogst verkocht. Het rendement ‘van 155 labrieken per
15 Augustus bedraagt ruim 7 pCt. meer dan verleden jaa.r
op dat tijdstip. De ‘verschepingen in Juli ‘beliepen 240.000
ton.s tegen 196.000 in 1921.
In suikeroogst 1923 kwamen nog eenige afdoeningen tot
stand.
Hier te lande stond de markt behalve onder den
invloed der flauwere stemming in Amerika ook nog onder
dien der dalende mark, in verband waarmede van Duit-
sche tzijde o.a. veel Javasuiker voor dan verkoop werd aan-
geboden. Aangekomen Javasuiker werd ‘verhandeld tot
f
24%1
24
%.
Ook HolI-andsche suiker, nieuwe campagne werd ruim
aangeboden, soodat ten slotte Ootobersuiker, die aanvanke-
lijk tot
f
24% niet te koop was, tot
f
23,- werd -afge-
daan, terwijl Novsmber(Decem.ber eveneens ter-ugl-iep van
f
23% tot 22%122
7
/8, waartoe echter flink wat werd afge-
daan. De markt sloot kalm met afdoeningen ‘van ongeveer
2700 tans.
NOTEERINGEN.
Data Amster.
dam per
Londen
New York
96pCi.
Centrt.
Tates
White Java
f.o.b. per
Amer. Cra.
1 nulatedc.j.f.
Aug.
Cube.,
No.
1
Sepif Oct.
September
jul
–
Sh.
8h.
$cts.
16Aug.’22
f241
5919
2016
24/41 5.25
9
,,
’22
59
!9
2016
251-
5,36
i6 Aug.’21
16Aug.’20,,
,,35.-
63J6
201-
3016
4,86
–
116/-
821-
–
14,50
4Juli
5
14,,1
llh/
32
181-
– –
3,26
KATOEN.
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Belirens & Sons,
Maru’hester,
d.1. 16 Augustus 1922.
Hoewel de oogstvooruitzich.ten gunstig blijven, zijn prij-
zen van Amerikaansche katoen toch zeer vast en indien-
er in zaken slechts meer te doen was zouden -prijzen zeker
ver-der stijgen. Egyptische katoen is vaster, hoewel de
vooruitzichten voor den nieuwen oogst gunstig zijn. De -vr-zag naar garens is slechts van weinig beteekenis en niettegensta
–
ande de vacantieweken in vele districten blijft het toch moeilijk de volle productie te verkoopen.
Prijzen zijn over het algemeen % ‘d per lb leger, maar nu
de spinnerjen in het Oldhainidistrict waarschijnlijk 2
weken zullen stoppen, ‘wordt de drang tot verkoopen wel
wat minder. De weverijen koop
–
en niet meer dan zij abso-
luut noodig hebben en zoolang de arbeidsmoeilijkheden
in Amerika voortduren en de vreemde wisselkoersen zoo sterk fluctueeren is er slechts iweinig vooruitzicht op een
‘verbetering in de ‘vraag. Biedingen van Ln,dië zijn in den
regel volle 5 pCt. lager dan cle vraagprijzen van de Spin-n-ers, terwijl ook voor China slechts weinig omgaat. Van
het Continent komen in het ge.heel geen orders binnen
en -men schijn-t over liet algemeen liever -een -atwadhtende
houding aan te nemen. Egyptische garens -zijn voor de.
gewone kwaliteiten ook goedkooper, fterwijl de vraag naar
de betere soorten al heel gering is. De ‘oplossing van de
Londensche conferentie heeft een ongu-nstige invloed ge-
had op den stand ‘van de doekiniarkt. Men hoopt algemeen op vaste prijzen en op eenige sekerheid oimtrent de moge-
750
ECONOMISCH-ST4TISTISCHE. BERICHTEN
23 Augustus 1922
lijkheid om spoedig weer met rverseliililend’e landen zaken
te hervatten. Er zijn ongetwijfeld meer aanvragen aan de
markt, terwijl ook de groote Oostensdhe markten wel willen
koopen, doch het vertrouwen in de tegenwoordige rvraag
prijsen blij it nog heei gering. Men kon daarom voorloopig
zei er geen groote transacties verwachten, ‘daar men over
het algemeen zeer rvoorzidhtig i, aoodot ‘dan ook elke
.producbiev.e crisis of een fluctuatie, van liet ruwe materiaal in den regel een ongunstigen lisvifoed op den reeds geringen
kooplust uitoefent. Hoewel da markt dan ook zeér kalm’
is meenen wij ‘toch, dat de atemming wel wat meer opti
mistisch is dan de laatste weken het geval geweest is.
9Aug. 16 Aug. Oost. koersen.
8Aug. 15Aug.
Liverpoolnoteeringen.
T.T. op Indië…. 113li 1131
J’.G.F.Sakellaridis 16,75 17,25 T.T. op Hongkong 2161 216
1
/,
G.F. No. 1 Oomra 8,20 8,20 T.T. op Shanghai. 315
314314
Noteering voor Loco-Katoen.
(Middling U1lands).
I9Aug.’22112Aug.’22I
5Aug.’22
19 Aug.’211
19Aug.’20
New
York voor
Middling
..
22,70e
21,05e
21,70e
13,—e
34,25e
New Orleans
voorMiddling
21,88e
21,13e
21,50e
12,—c
32,50e
Liverpool voor
Fy
Middling
13,35d
1
12,60d
13,34d
8,87d
26,70d
Ontvangsten in- en uitvoeren v4In Amerikaansche havens.
(In duizendtallen balen)
1
Aug. ’21
Overcenkomsttge perioden
tot
–
19Aug. 22
1920-21
1
1919-20
Ontvangsten Gulf-Havens..
58
183
70
,,
Atlant.Havens
17
61
16
tlitvoer naar Gr. Brittannië
23
27
35
,,
”t Vasteland.
‘
82
187
68
Japan eto…
5
Voorraden in duizendtallen
1.12 Aug.’22
19 Aug. ’21
20Aug. ’20
Amerik.
havens
………..
–
1334
702
–
1050
749
–
..
152
35
Binnenland…………….
N
ew
York …………….
New
Orleans …………
–
444
209
Liverpool
……………
–
1050
957
Voor de oneneelaten onaven
hebben
wij de
eeaévens
niet ontvangen.
KOFFIE,
(Mededeel’ing van de Makelaars G.. Duuri’ng & Zoon, Kolf 1
& Witkamp, Leona.rd Jacobson & Zon.en en G. Bij dendijk).
Noteeringen en voorraden.
Data
Rio
Sanlos
Wisidkoer,
.1
No.4
Voorraad
P7ij5
No.7
Voorraad
1
1
Prijs
19 Aug. 1922
1.813.000
15.400
2.609.000
19.500
7/33
12
1922
1.825.000
115.400
2.575.000
119.200
5.
1922.
1.815.000
15.450
2.597.000 118.800
7′ 135
19
Aug. 1921
1.435.0001
12.325
3.009.000
15.000
811is
1
Ontvangsten.
Rio
Santo,
Data
Afgdoopen
Sedert
Afgeloo
pen
Sedert
‘week
1 Juli
week
1 Juli
19 Aug. 1922..
71.000 461.000
130.000
865.00
19 Aug. 1921..
.. ..
.102.000
675.000
158.000 1.228.000
COPRA.
De markt was deze week belangrijk flauwer gestemd,
hetgeen hoofdzakelijk te wijten was aan het ophouden van
vraag vanwege consumenten. .
De prijzen in IxïdiW blijven voortdirend ver boven pariteit,
zoodat in het algemeen weinig omging.
De markt sluit op het laagste punt, en wij noteeren voor
Java f.m.s stoomend, en verder, alle posities
f
28,62112
Ned. md. f.m.s.
,,
,,
,, 28,37
1
12
21 Augustus 1922.
RUBBER.
De markt verkeerde de afgeloopen week in een bijzonder
flauwe ‘stemming. Prijzen zijn verder gedaald en bereikten
een niveau, lager dan de tot dusver bekende laagste prijs.
De vraag is uiterst gering, terwijl verkoopers meer neiging
tot afgeven vertoonen.
De slotnoteeringen.op de termijnmarkt zijn:’
einde voorafgaande week:
Prima’ CrêpAugustus.. ..
37
,………..39
,,
September ..
37
,…..
…. 39
»
Oct./Dec. …… 371/t ,……….. 40
Sheets Augustus
38
,………..41
September ..,
38
1
/s …………41
•
,,
Oct./Dec ……. 39
,……….. 42
ij
21 Augustus 1922.
–
VERKEERS WEZEN.
SCHEEPVAART.
GRAAN.’
Petro-
Odea,a
All.
Ve,.
Kuit
Staten
San Lorenzo
Data
grad
Ln
/
a
en
/
Rotte,.
dam
–
Rotte,-
Brisiol
Rotte,-
Enge.
dam
Kanaal
dam
land
14-19 Aug.
1922
– –
11
1
1
2
1
219
231-
231-
7-12
,,
1922
–
–
111′
219
241-
241-
15-20 Aug.
1921
– –
519
519
–
3819
16-21 Aug.
1920
–
–
111-
111-
851-
851-
Juli
1914
11 d.
7/3
1/11
1
/4
1/11
1
14
121-
121-
KOLEN.
Card1ff
1
Ooatk.
Engeland
Data
Bar-
G enua
Port
La
Plata
Rotte,-
Gotl,en.
d
caux
Said
_.i5!
..:….
burg
14-19 Aug. ’22
71-
‘
11110
1313 1513
519
716
7-12
,,
’22
71-
.
1116
1316
1513
.
519
713
15-20 Aug.
’21
–
1616
141-
151-
619
1016
16-2 1 Aug.
1
20 201-
2716
,
27/6
3216
–
Kr. 30
Juli
1914
Ir. 7,—
71-
713 1116
,
312
41-
DIVERSEN.
Bombag
Birma
Vladivo-
Chili
D
West’
Europa
‘
West
Europa
stock
West
West
Europa
(d. w.)
(rijst)
Europa
(salpeter)
14-19 Augustus 1922..
19110
261-
301-
32171
7-12
,,
1922..
‘1913
261- 351-
341-
15-20 Augustus 1921..
,
301-
16-21 Augustus 1920..
601-
1151-
–
1001-
Juli
1914..
1416
1613
251-
2213
1),
Amer. cents p. 100 lbs.
,
Graan Petrograd per quarie, van 496 Ii,,. swaa,, Odessa per unit. Ve,. Staten
oer gua,ter San 480 16,. zwaar.
Overige
noteertngen
per ton van 1015 K.G.
INKLARINGEN.
DELFZIJL..’
–
,
Juli 1922
.
‘
,.
juli 1921
Land
‘
en
van
herkomst
Aantal
N.R.T. Aantal
N.R.T.
schepen schepen
Binnenl. ‘havens
1
215
‘
1
259
Groot-Brittannië
4
.
3:149
1
‘
684
Duitsehland….
6
460
‘
13
1.541
Zweden:
11
2.083
–
–
Denemarken
–
–
3
197
Finland
7
1.432
4
‘
1.458
Rusl.—Witte Zee
1
–
‘828
–
Totaal
30
.
8.167
22
4.139
Nationaliteit
‘
.
Nederlandsehe
‘
14
‘
4.228
9
1.092
Britsche
1
684
1
684
Duitsche
9
1567
11
2.078
1
828
–
–
Zweedsche
5
860
–
Noorsche
……..
Andere ………
–
–
–
‘
1
285
Totaal….
..30
8.167
‘
22
4.139
(A. van Dijk.)