14
i)ECJi’MBER 1921
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Economisch-Statistische
Benchten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL NIJVERHEID.
FINANCIËN EN VERKEER
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
6E JAARGANG
WOENSDAG 14 DECEMBER
1921
No. 311
INHOUD
BIz.
BESTELLINGEN VAN DEN STAAT IN HET BUITENLAND
door
Prof. Mr. Ant. van Gijn …………………….
1077
Bedrijfsorganisatie door
J.
Ratt ………………..
1080
Maatschappelijke Bedrijfsorganisatie door
31v.
Dr. A.
A.
Van Rhijn
(met naschrift door
Prof. Mr. II. W. C. Bor-
dcwijk) ………………………………….
1082
Het Statuut van Tanger door
.1[r. .
J.
D. van lÇctwic/,
1e
rschuur…………………… …………..
1085
De -Bcter- en Kaaswet door
G.
J.
Blink …………..10S6
Londensche Correspondentie
……………………1086
Indéx-cijfers …………………………………
1087
AANTEEKENINGEN
De weekstaat der Reichsbank ………………..1088
BOEKAANKONDIGING:
Dr. J. A. Nederbragt: Proeve eener Theorie der Eco-
nomie naar Christelijke belijdenis, bespr. door
Prof.
M
r. D. van
I3lom, ……………………….
1088
Svenska Handelsbanken
1871-1 921.
Denkschrift der
Handelsbank …………………………..
1090
MAANDCIJFERS:
Emissies in November 1921
………………….1090
Giro-omzet bij de Nederlandsche-Bank …………
1091
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
…..
.. …..
1091-10Ç8
Geldkoersen.
Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.
Goederenhandel.
Bankstateo.
Verkeerswezen.
INSTITUUT
VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
Algenseert Secretaris: Mr. G. W. J. Bruins.
Assistent-Redacte’ar voor het ‘weekblad:
D. J.
Wansini,.
Secretariaat: Pieter de Hooghweg 122, Rotterdam.
Aan geteelcende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 87.
Telef. Nr. 3000. Telegr.adres: Economisch Instituut.
Postchtique en girorekening’Rotterdam No. 8408.
Abonnementsprijs voor het weekblad francop. p.
in Nederland
f
20,—. Buitenland en
Koloniër&
f 25,-
per jaar. Losse nummers 50 cents.
Leden en donateurs van het Instifu’ut ontvaa gen
het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, leden ere donateurs kosteloos,
voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.
Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonne-
nient volgens tarief. Administratie van abonnementen
en advertenties: Nijgh & van Ditmar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, ‘s- Gravenhage.
12 DECE,’1BER 1.921.
To den toestand
van
de geidmarkt ‘kwam ‘weinig
.ve randeririg. liet aanbod vait geld is wel ‘iets grociter
geworden, maar toch nog niet vai’i dien om
ang, dat
een beduidende daling der rente kan i’ntredcn. Parti
.iulier disconto noteerde meestal 4′ pOt,. De prolon-
gatierente noteerde tusselien 33’• cr1
4
pOt.
*
*
*
De vissel.IuaJkt
i ii
wederom vOst voor de wisscl.
op dc vroegere Europeesche oorlogvoerenden en daar-
ntegen flauw of s-tationnair voor dollars en cle wisseli
p de vroegere nc’ut’ralen. 1-let vermoeden, dat eindelijk
een ‘stemming doorbreekt, die een ‘wijziging van do
vredesvoorwaarden ‘als uiteindelijk gevolg zou kunnen
hebben, doet een vaste stemming ontstaan niet alleen
voor marken, maar ook voor ponden en franes. Voor
ponden ‘kwam deze week ook nog ‘de gunstige afwik-
keling van de lersche quaost.ie den -toestand heïnvioe-
den. zoodat de koers in -nog geen 14 dagen van ca.
i 1,18 tot 11,60, koers van heden, kon verbeteren. Dol;
lars nog steeds flauw, lieden aan liet slot ca. 2,75 ver-
krij
g
baar.
LONIDEN, 1.0 DECEMBER 1.921.
Gelijk de. week tevoren was ook gedurende de af-
geloopen week de geldmarkt uitermate min. 11cr-
iieuwmg van -d.aggeld vond plaats tegen 8-33 pOt..
en nieuw geld kon niet me0r dan 2X
,
pOt. bodingon,
terwijl veelal in den namiddag zelfs deze koers niet
nieer gemaakt kon worden. 7-daags geld deed-meestal
3- pOt., -doch ‘ook weiden sommige posten ‘tegen 3
pOt.. afgesloten.
De geringe opname bij de Bank of England kon op
Maandag gemakkelijk worden terugbetaald.
De discontomarkt stond mede in het teeken van dc
geldruim’te en de disconto’s -varen iets lager. De waar-
schijnlijkheid van verlaging van het New Yor-ksche
herdjseonto en -do mogelijkheid -van een wijziging vaii
de Bankrate in -overeenkomstigen ‘zin worden hier
druk besproken.
Diseonto’s:
2-mods. bankaccepten 3
iOt.
,, –
,,
,,
3
5
116—%
pOt.
3
°
/
is
pOt.
6
pOt.
BESTELLINGEN VAN DEN STAAT
–
IN HET BUITENLAND.
Terwijl de beginselen
VCI1
den vrijen han-del overal
waar men -niet onder den invloed van speciale pi’odu-
ceuteuhelangen is, hoogtij vieren- – wij herinneren aan het vredesverdrag van ‘Versailles en meer nog
aan de financieele conferentie te- -Brussel, waar •de volstrekte uoodakel ij kheid ‘ve ii algemeenen vrijen
handel met algemeene stemmen werd uit-gesproken –
)iebhen diezelfde beginselen het -zwaar te verduren, daar -waar het hoogste twoord ïá aan hen, die de be-
langen van bepaalde groepen vereenzelvigen met die
van het algemeen. ‘Dc oorlog, de daling van de waarde
van het goud tc-genovc.i- de gocdereu, cii wederom
1078
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 December 1921
van bijna alle papieren- en zilvergeld ter wereld tegen-
over het goud, de ontzettende lasten aan één land
opgelegd ten behoeve van rzijn ex-vijanden, de ‘reus-achtige vergissing over de geheele wereld, dat na den
oorlog een tijdperk van ongekende welvaart ‘kon
kumen en de daarop opgebouwde
,,lboorn”,
die op zijn
beurt het dwaae geloof in den icegenrij’ken invloed van
den oorlog op ‘de welvaart weer versterkte, zij hebben
alle te samen een ongdkencle stoornis in de wereld-
verhoudingen op het gebied der productie gebracht,
die de ondernemers, troetelkinderen der for-tuin ge-
durende een reeks van jaren ‘met stijgende prijzen,
scherp doet ondervinden, •dat de schijnbaar zoo mooie medaille een erg leelijke •tegenzij’de heeft.’)
Door de meeste ondernemers wordt e geheel iiici-
denteele en tijdelijke omstandigheid, dat do meest be-
dorven valuta’s in het land, waar se gelding hebben,
niet zob sterk in waarde zijn gedaald als daar buiten,
voor de hoof.dizakelijke oorzaak van de gekeerde for-
tuin aangerziesi. Men drlampt izich oog altijd ‘vast aan
de meenung, dat nu de oorlog uit is ook alle econo-
inische gevolg’en dii.arvan verdwenen zijn; men wil
de volstrekte onjuistheid van de nicenung, dat de
jaren 1919 en 1.920 in werielijldieid – en niet slechts
in schijn – jaren van groeten opbloei waren, nog niet
erkennen, omdat zulks tevens de erkentenis noude in-
houden, dat do welvaart in de gansche beschaafde
wereld een ongeëvenaard.en’ knauw gekregen heeft en
dat men daarmede, hoe ,,verdrietig” het ook in enkele
hoe ,,bepaald onaangenaam” het in vele en hoe ,,buitou-
gewoon pijnlijk” het in verreweg de meeste geval-
len moge
sijn,
rekeniin’g zal hebben te houden,
door le inrichting van zijn levenswijze. Is het onder die om-
standigheden niet begrijpelijk, dat izelfs wjb in de
laatste jaren do zwaarste eritiek” hebben geuit op
vadertje Staat, die meende alles te kun een, maar
vooral bleek te kunnen in de war sturen, thans liet
oog richten naar d’ieuzelf’den uni.ver.seel-redder ten einde bijstand te verkrijgen, liefst om te voorkomen,
dat de in den ooHog en daarna verkregen extra-win-
sten wederom wegv’locien, maar in ‘eik geval om te
voorkomen, dat men in ‘slechteren doen gerake, clan
véér den oorlog; en tint hij die pogingen het van ouds
beproefde systeem wordt gevolgd, &m het .groepsbe-, lang als algemeen belang voor te stellen? Zelfs op een
Vrij’handelseong’res, waac’ mer. anders van ‘tegenstan-
ders geen (ja te weinig) last pleegt te hebben, drong
do stem door, dat— ,,alle vrije handel goed en wel”
nu
toch de Staat ‘de ‘benarde producenten moest bij-
springen, door ‘de inlandsche markt uitsluitend ioor
inlandsche producenten te i’eserveeren. En ware het
‘niet, dat strijd ‘tegen wat geheel ten onrecht.e ‘dunip-
ing genoemd wordt, door middel vhr invoei’reehtcn
bij eenig nadenken, practiséh onmogelijk ‘blijkt, ik
geloof, dat op het aangaan ‘çan sulk een
strijd
reeds
met veel meer klem soude zijn aangedrongen. Nu
blijft er voor do producenten, clie, met sterk opge.
voerde bonen, sterk ingekrompen’ mbeidstij’d en sterk
in. welvaart achteruitgaande klanten in de verlegen-
heid zitten, niets anders over dan to eischcn, dat
althans cle Staat nog van hun veel to ‘dure producten
blijvo afnemen en, nelfs als ‘hij een zaak in het buiten-
laad vcrgolijkenderwijice bijna. te geef ‘kan krijgen, zili
in het binnenland blij ve voorzien.. ‘En wie .dat •eisclien.,
kunnen rekenen op, cle sympathie ‘van nietweinigen,
die, als het om iirvoerrecliten, ging, clie alle ‘vbrbrui-
‘) Slechts
in
cle ‘landen ‘waar mcii zööver op ‘liet hellend
vlak vnu het gelclbed.ei’t is voortgegleden, dat er geen
‘hou-
den vloer aan is ‘en men nu .aidoor si:iellcr ‘al.glij.clt, zijn
de ondernemers nog iii Zondagsteiinn’ing, ‘stijgen Jinine
ge1clinkonss.ten nog sterker ‘clan het geld in waarde daalt,
En ‘het menselidoni, voor zoover het 5iit eerder iziet da,i
zijn neus lang is, zegt ‘(lat liet liii die landen ,,goed gaat”,
ofsoh,00u
al wie niet onrlei”ncmer, looiiabeic1er .o’l ex-nijl-
lioiin’air is, zijn gezin ternauwernood meer kan tvoeden ee
met selirik zijn ‘laatste jasje kaal zziet
worden, izijn laatste overhensden ‘ziet ‘slijten, zijn laatste tafeflkleodeii in ‘devies-
mantels ziet ‘veramleren, ene. eimz.
– kei’s zouden belasten ‘ten bate van eenigo prod’ueenten,
,riet
de zijde van de producenten zouden kiezen.
De oorzaak van deze ve:rschillend.e opvatting van
tw’ee vormen van proteetie, is als ik ‘wel iiie ‘drieledig.
Vooreerst zien velen nog steeds over het hoofd, dat
wat de Staat betaalt, ‘evengoed uit de zakken ‘der ver-,
bruikers komt als wat zij allen in’di’,rid’ueel betaJen.
Nog altijd treft men in ruimen kring diê mystieke
opvatting “aan, die o.a. ten grondslag ligt aan den toorn van Kamerleden met St. Nieolaasnei,gingen
tegen schriele (1) ministers van Financiën, die wèl
weten, dat, al moge dan St. N.icolaas’ ‘zijn giften van de
sterren kunnen plukken, ‘s Rijks schatkist ‘die gave
niet hoef t.
Ten tweede meent ‘men veelal, ‘dat, ‘moge het dwin-
gen van den gewoneu verbruiker tot aankoop in het
binnenland er wellicht somtijds -toe leiden; dat hij
in liet geheel niet koopt (‘zoodat d’e producent toch niet gëbaa’t is) nooiets bij den St.aat niet te vreenen
is. En ten ‘d’erde meent men, dat als de producten
duur ‘werden., doordat de Staat zelf v’er’lioogingen der
u urloonen -doo’rvoer.d e, wat ongetwijfeld’ het geval was
door ‘de invoering van den S uren dag, diezelfde Staat nu niet zeggen mg: ,,nrnde tengevolge ‘van
mijn ‘eigen -maatregelen is liet in het ‘buitenlan.d goed-
koop.er, ik voorzie mijzelf dus aldaar”. –
– Over het eerste argument kunnen wij heenstappen,
vermelding is voldoende. Wat het tweede .argunient
aangaat, ‘voor de eneening, dat de Staat bvat hij-een-maal pleegt te ‘kooipen, ook blijft koopen, hoezeer de
prijs stijgt, is langen ‘tijd red’en ‘geweest, maar zij, ‘die
bv. het genoegen hebben veel voor het Rijk te mogen
drukken, w’eten toch thans -zeer wel, dat ei- niet slechts
op vele ‘bmireeien allerlei andere machines tot vermenig-
vuldiging gebruikt worden doch, dat er ook zeer
drastische ‘maatregelen zijn genomen in den vorm van
het ‘beperken of doen vervallen van vele publicaties,
ten einde ‘te ‘bezuini’geh.
Eindelijk het ‘derde argument; er pleit inderdaad wi wat voor de redeneering: een Rege’ering, die in
de nieening verkeert, dat zij de utirloonen willekeurig
verhoogen kan, want dat liet bedrag van het loon
niet hoofdzakelijk van economische doch van mac,hts-
factoren afhangt, staat op een theoretisch . economi-
schen ‘grondslag, w’aarm’edo de opvatting, dat elkeen
het s-echt (en wie geld van, cenderen, beheert, zelfs de
plicht) heeft zich te voorzien ‘waar de prijzen het
laagst zijn, kwalijk te vei-eenigen valt.
Eerstgenoemde meening ‘behoort thuis hij de veel
voorkomende leer, dat het van minder belang is, dat
de zaken ‘duurder woren, want ‘dat elkeen immers
w’at hij meer betalen moet, weder cep anderen kan ver-
halen, die ‘op hunne beurt weer meer inkomen
hebben, wijl hun medehurgers ‘meer betalen kunnen
ens. Deze algemeene afwentelungsleer is met betrek-
king tot de belastingen d’oor ‘Minister de Vriès met
zooveel woorden verkondigd kort na zijn ‘optreden en
is vermoedelijk ook van grooten int’loed geweest oji
zijn financieele politiek, ‘die i.n het teeken stond van
een zeer ‘sterke uitbrei’di ng ‘der uitgaven, met nanne
‘die voor personeel, en een zeer sterke verhoogin’g der
belastingen.
Scheen
eëhter die opvatting in een tijd
van stijgende .’geidprijzen niet onjuist, toen die -tijd.
voorbij was, moest de onh.oucibaarheid ‘wel scherp aan
liet licht ‘treden en heL Kabinet ‘durfde’ .daji ‘ook d’e
consequenties niet aan en liet Mr. de Vries gaan,
terwijl in zijn. plaats ‘werd gesteld iemand van wien
‘bekend was, dat’ hij zich op den plat,ten ‘grond van
liet economisch mogelijke pleegt t.e bewegen en dus
zeker inziet, dat, geen machtwooi’d van den Staat aan
de bevolking meer inkomen kan bezorgen dan voort-
vloeit nit de productie en ‘dus ‘ook niet zonder ‘schade
‘ooe- anderen het ‘deel van sonimigen in ‘liet nationaal
inkomen kunstmatig kan verhoogen. De nieuwe mi-
nister ‘heeft ‘ten-stond ‘krachtig ,,’bezuinigen” geblazen;
het wachtevoord is iiie
.
er geworden: do uitgaven (die
i nimQn’s slechts gedekt kunnen worden ‘door -het he-
.dra,g van het ‘inkomen, ‘waarover de_ingezetenen naar
1
14 December 1921,
ECONOMISCH-STATISTISCHE ‘BERICHTEN
1.079
ij
eigeil wenaclien kun nou ‘beschikken, te verminderen)
zuo
laag mogelijk houden; geen kunstmatigo
OpvOC-
.i ng’ van ‘cle inkomsten van bepaalde groepen, welke
i nimers sleclits tijdelijk mogelijk is en p kosten van
anderen. En hiervan is het logisch gevolg, dat de ge-
meenschap, dat wat zij behoeft om collectieve belioef-
ten van de bevolking ‘te ibevredigen. uiioot aanschaf-‘
feii idiar waar het het goedkoopst .te krijgen is. Wan-
neer de Staat drukwerk in liet buitenland kan krijgen
voor
f 30.000,
dat liet binnenland niet rwenscht te,
leveren voor minder dan
f 50.000,
of, watcneer, zoo-
als ook reeds voorgekomen schijnt, -in het ibuitenland
voor even goede zaken minder dan een vierde van
den -prijs wordt gevraagd, idan ware het een o.rigeoor-
loodel)evoordeeling – om niet te spreken van be-
deeling – van ‘de betrokken inlandche leveranciers
op kosten van hunne iiieddburgers, ‘om de levrantie
aan ‘hen op te ‘dragen. De klacht, dat er anders werk-
gelegenheid vervalt, is alleen juist, voor zoover cle
betrokken industrie ‘betreft, en ‘voor zoover zeker is,
dat de Staat niet genoopt ioude.uijn ‘van ide geheele
leverantie af te vien als die r,it onder
f 50.000
te
krijgen ware. Voor den geheelen Nederlandschen pro-
ducentenkring is het in geen geval juist. Als de Staat
een ‘bedrag van
f 50.000
kan bes-te-don, ‘da,n zullen al
cladelijk cle bespaarde
f 20.000
tot bevrodiging van
anlere .behoeften ‘kunnen dienen, welke in laatste in-
stantie slechts door arbeid kan geschieden.’ En’ de
f 30.000,
‘die roogenaam,d naar het buitenland gaan?
Ze moeten worden gebruikt om Duitsch hetaaliiic1del
te koopen, hetçij marken-vorderingen, die ontstaan
doordat Duitschers hier iets laten vervaardigen, het-
zij Duit-self geld of geldvorderingen, die reeds sedert
oenigen tijd in het bezit ‘zijn van Hollanders, die re
va.s’thieiden, in de hoop er te eeniger
tijd
meer goe-
deren voor in Duitsclia’n.d te kunnen koopen d’a.n
thans. De Nedcrla.ndsche ver’kooper ‘van did marken
zegt dan als het ware een crediet, dat hij tot dusver
aan Dui tschland gaf, o’p, en besteed t de “teruggekre-
gen gelden om ‘zich hier goederen te verschaffen, ‘die
hier geproduceerd -worden en langs dien ‘weg zal er
weder vooi’ gelijk bedrag meer aan w’erk komer.’ De
drukkerijen zullen daarvan niet p:rofi.tecren mis-
schien, maar voor een Minister zijn – al zouden de
drukkers dat gaarne vien – de -dr ukkersbela.ngen niet
hetzelfde als het algemeen belang. De volle
f 50.000
komen altijd tot hun i’echt in dien ‘zin, d.at er in het
binnenland voor gewerkt wordt. ‘Worden ze echter
gebruikt om er -duur drukwerk mede te betalen, dan
komt een onevenredig deel ‘van wat uit aller beurs
sUinit, ten goede aan een kleine groep, ‘die ‘voor haar
diensten meer eischt, dan ze hun ‘medeh’nrg-&rs waard
zijn. Zeer duidelijk is ‘dat ‘liet geval wanneer een pro.
ducenteugroep een goed gesloten organisatie heeft
gemaakt met liet doel de consumenten flink te doen
bloeden en de prijzen z65 bepaald heeft, dat ook de
achterlijks’te bedrijven kunnen rondkomen en de niet
achterlijke natuurlijk groote winst maken.
Maar het geldt toch ook ‘waar een ‘zoo stevige orga-
riisatie niet ‘bestaat en, w’aar ‘de veikge’ers inzien,
dat de geldloonen hij de dalende prijzen der procluc-‘
tea naar beneden moeten, doch -de a.rbe.iders ‘strijden
voor behoud der geldloonen (di. voor feitelijke stij-
ging ‘der reëele bonen), De concurrentie, welke in -den volksmond door de
lage ‘valuta ‘moeilijk is, is eiulks in werkelijkheid door
de ongelijkheid der reëele 1-oonen in iin-dere landen
(met name in l)uitschland) en luer. In Duitschlan’d
‘is er voortdurende -neiging tot daling van de reësle
bonen ten gevolge van de afneming van de koop-
kracht ‘van het geld; sterke geldloonverhoogi,ngen
zijn daar nioodig om lit i’eëele loon niet te sterk te
laten -dalen; hier daarentegen zijn geidloonveria’gin-
gen noodig, om het .reëelc loon niet te laten stijgen.
Het s-preekt vanzelf, dat ‘tegenhouden van sterke
geldioonverhoogingen gemakkelijker-is dan het in-
voeren van gel’dloonverlag.in-gen ‘en dat er,. zo:olang
de eerste niet verkregen zijn, een relatief ‘laag reëel
loon en zoolan-g’ dc tweede niet ‘zijn ingevoerd een
relatief hoog reëel loon en! gelden.
Konden wij le’ov ertuiging hebben, -dat, indien er
i
ii
–
Duitsch’la,nd een stabie}e toestand ware i ngetreden, de
i’cëele bonen in eeni-g hddrijf ten on,zent houdbaar zou-
den zijn, clan zoude er w’eliicht reden zijrc om ‘te o-vei’we-
gen, of. wij -de goedkoope aanbiedingen, -die gevolg zijn
van het niet stabiel zijn ‘van de toestanden elders,
misschien maar beter tijdelijk ‘zouden ‘weigeren om
niet onze producenten te, riepen tot aanpassingen.
(door liet zoeken van andere bezigheid), welke altijd
verlies -medebrengen en die- bij aventueele:n terugkeer
van een sta-hielen toestand elders weer onnoodig zou-
den blijken. Hot roude in dat geval ook n-ooit om
gr-oote verschillen tusschen de ‘binne.nlanclscho en
buitenlan-cische prijzen kun-non gaan. Maar er i,s voor
die -bvcrtu.iging nog volstrekt geen -grond. De reöele
loo-non zijn hier li-ooger ‘opgevoerd dan elders (en zeker
dan, houdbaar is), -doordat onze maatschappij een haal’
jaar in’ een koortstoestancl heeft verkeerd, die ten
onrechte voor-gezonde en blij vende ‘welvaart werd
aangezien. En op het oogenblik, toen menigeen reeds
.da;araan ‘begon te twjfelen, heeft de w’e-tgever
ii
og
een schepje
e.r
op gedaan, -door een ‘loorteren arbei-ds-
dag
i
n
‘te voeren, dien niemand wenscihte dan bij -ge-
lijk-blijvend da-gloon (wat -dïis feitelijk gelijk stond
met -een -vei’hooging der uurl-oonen). Op kosten ‘van
de ge’heele natie, doc-r het koopen van zeer dure pro-
ducten, terwijl men veel goedk’oo-peie kan ‘krijgen, ‘dien kunstmatigen ‘toestand in liet leven ‘te houden,
ware niets -dan verlengen van hetgeen op den
,
duur
toch onhoudbaar is. –
Bij -dit alles komt nog, -dat maar in neer weinig ge-
vallen de geheele vervaardiging der goederen uit de
eenvoudigste grondstoffen hier ite lande geschiedt,
‘en ‘dat -de R-egeai’ing
15
pOt. meer gevende voor het-
geen dooi’ een biuinenla,ndsehe firma wordt aange-
bodeia, allicht een neer ]iooge commissie aan dien
‘levei’anci,ei’geeft
–
voor de halffabrikaten door
11cm
goedkoop uit Duitschiand verkregen, terwijl er per
saldo slechts -wiiiig a-rbuid aan de zaa.k ‘hier te lande
w ondit verricht. – – –
Het is wel,licht practisc,h, als de Eegeèri.ng niet liet
onderste uit de ‘Ican wil hbhen, ‘wat betreft den prijs
ep over een verschil van een percent of.
5
‘heenstapt
(ingeval inderdaad de 1-everantie voor -een ‘belangrijk
deel hier te lande-wordt uitge.voerd) terwijl er na-
tuurlijk rekeniiig mede is ‘te houdej, dat op ‘bestel-
lingen hier te lande meer verhaal is-. ‘) Maar men
make zich’ geen illusies, ‘dat uien door in ‘het binnen-
land duurder te ‘koopen in.de.i-d,”icl. de werkloosheid vi’mindert. 1-let gaat ook hier -:weer om wat
men ziet
(en waar de belanghebbende – leverancier -niet een
meewari-gen blik op
zijn
arbeiders naar verwijst) en
wat
m.ei’c
niet
,z’iet; Door
–
veel gemeenschapsgeld te ge-bruiken o-ni sommige categorieën op kosten van and-e-
re te be’voordeelen, ‘brengt de Regeering ons volk
in steeds gCootere moeilijkheden, waarvan het gevolg
is, dat het nog verder -den weg opgaat van, ,,leven
boven. zijn inkomen” niet de n’oo
–
d]ottiige gevolgen van,
dien.
-‘
– – De redeneering, dat men hetgeen men meer betaalt
vbor- de leveranties, ‘bespaart op de werk-loosheidtoe-
thagen is almede een gevolg van een zeer beperkten
Mik; ‘men bespaart slechts ‘op -de ééne wer’kloosheids-
bijdrage, doch maakt Lie andere n-o’odzalkelijk en mocht
een enkele ‘maal dit laatste .niet duidelijk blijken -hij
nadere ‘hestu-deei’ing van ‘de zaak, dan sluit men z.icli
iii eik geval op .in een circulus viciosus. Laat men de
zaak haar gewonen gang gaan, ‘dan komt ze het eerste
weer in liet rechte spoor; Dui
–
tschlan-ds p’roductieve
kracht is verre van onuitputtelijk; tegenover binnen-
land-sche prijzen, -die op geen wijze kunstmatig hoog
1)
Feitelijk staat di-t buiten cle kwistie, want een
leveran-ti’e, waarop
wè1
.veiJiaal is en -een waarep dit lin iniiidere maté Jiet geval is, staan niet gelijk,
inoeteii i
dtis
voor den opdraoht
i
gev-er.-onge1ijke ‘waarde ‘hebben en wet-
tigen op aichzelf eenig prij-sverschil.
1080
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14
December 1921
worden gehouden, zal liet maar niet altijd goedkoopere
aanbiedingen kunnen (blijven stellen.
Duizénden hebben reeds ondervoncien, dat goed-
koope prijenoteeringen van Duitschiand nog geen
goedkoope
en tijdige
leveranties zijn. De sterk ver-
minderde Duitsche productie, idie ook voor eigen land
werkt, kan niet op den duur in eeft nonmenswaardig
deel van de behoeften van alle landen met betere
valuta voomien. Eenige industrie in Engeland en ons land ondervindt dan ook reeds, dat ‘het met ‘de Duit-
‘sche concurrenti& zoo erg niet is als het een oogen-
blik scheen, en dat het birinenlandsch product niet
gemist kan worden.
AN: VAN GUN.
BEDRIJFS 0E GANISA TIE?
Niet zonder aarzeling zal de bestuurder eener vak-vereeniging .eich mengch in de discussie over de be-drijfsorganisatie, al is de zaak voor hem mer interes-sant, omdat vooral de laatste maanden veel reden tot
scepticisme is geboden;
Ook de discussie na de praeadviezen van onlangs
in de vergadering der Vereeniging voor de Staathuis-
houdikunde en de Statistiek wijst er op, dat ‘de heele
bedrijfsorganisatie, economisch of maatschappelijk
meer schijn dan wezen, meer leuze dan realiteit is.
En het artikel van Prof. Bordewijk in de IDe. iSt.
Berichten van 2 November komt dat nog eens dui-
delijk manifesteeren.
Een ernstige vakorganisatie, die in haar bedrijf
beteekenis heeft, beschouwt als haar voornaamste
taak een z’oodanigen invloed in het bedrijf uit te oefe-
nen, dat het levenspeil harèr leden ‘verhoogd wordt.
Ik bedoel dit laatste in den meest uitgebreiden zinen
rersta daaronder niet alleen het opvoeren van het
loon, het verbeteren van de voorwaarden, waaronder
voorts gewerkt wordt, sociale ‘voorziening e.d., maar
ook minder materieele aangelegenheden, in het ‘bij-
zonder het tegengaan van liet vernielen der arbeids
vreugde.
De medezeggenschap der arbeiders is veelal aa.nge-
prezen, juist ook, omdat men van dit medezeggen-
schap een intenser ‘medeleven der arrbeiders met de
onderneming, waarin zij werkzaam waren, verwachtte.
Het medezeggenschap – of als men zoo ver niet w’ilde
gaan – de voorlichting betreffende bedrijfsresulta-ten, het zetten van prijzen en het •resei-veeren van
kapitaal voor afschrijving en uitbreiding, werd aan-
gewend om tegemoet te komen aan den drang ‘der ar-
beiders om zich te vei1heffen boven het peil• van ma-
chinedeel, om te voldoen aan den drang naar een
menschwaardig bestaan ook in nietmaterieelen zin.
Maar datzelfde medezeggenschap of het prototype
daarvan is nu goed, gelijk Prof. Bordewijk op pag.
953 van de E. S. Berichten schrijft, oiQi de arbeiders
te verzoenen met een eventueele loonsverlaging. Iii
hoeverre nu bij de bestaande collectieve contracten in
de typografie sprake is van medezeggenschap der
arbeiders, kunnen wij ter zijde laten, omdat men niet
deze contracteiï, maar een paar stelsels, welke nog
slechts op papier staan, in diacussie heeft gebracht.
De ondervinding •van den laatsten tijd is echter, dat
de ondernemers en zelfs de goed georganiseerde gr-
pen, verschillende middelen aanwenden om tot boos-‘verl agfng te. komen, welke precies het tegendeel van bed rijfsorganisati.o, met of zonder medezeggenschap der arbeiders, ziin.
De sigarenfabrikanten deden het onbehouwen, de
metaalibond doet het autoritair en al zullen de onder-
nemers in de typografie vermoedelijk het ‘voorbeeld
der sigarenfa.brika,nten niet volgen, zij zullen te zijner
tijd ook wel een middel vinden, om wanneer de be-
ruchte bedrijfsc’onjunctuur het noodig ‘maakt naar
hun meening, met of zonder economische of maat-
schappelijke bedrijfsorganisatie hun wil dooi te netten.
Leerzaam zal hierbij zijn het verloop van de onder-
handelingen tusschen de R. K. metaal-industrieelen
en de arbeidersbonden.
ik ben niet ongovoelig voor ]iet erkennen dor vak-organisatie, maar liet wordt meer dan tijd, dat tegen-
over het getheoretiseer over bedrijfsorganisatie de
nuchtere realiteit gesteld wordt, gelijk zulks van naar
wetenschappelijke behandeling strevende economen
als Prof. Bordewijk kan worden verwacht.
Reeds eerder heb ik mij op practische overwegin-
gen nadrukkelijk verklaard tegen ‘de economische be-
drij:Esorganisatie, zooals deze door Prof. Veraart is ten
doop gehouden. ‘) in nog sterkere mate gelden de be-zwaren tegen ‘hetgeen thans Mr. van Rhijn als maat-
schappelijke bedrijfsorganisatie aanbied t.
WTa
nnee
r
men als vakvereenigingsleider gaat onder-
handelen met de ondernemers ter verbetering der loon-
en arbeidsvoor
,
waarden – want verder is men ten
onkent nog niet! – dan ‘doet men dat niet, omdat het
zoo leuk is, eenig medeizeggenachap bij de ‘vaststelling
daarvan te ‘hehben, maar dan tracht mee, met de
machtspositie achter. de deur, zoo gunstig mogelijke
bepalingen te bedingen.
Verder is nog geen enkele vakorganisatie in ons
land! Ook niet de typografenbon’den! Want alle ‘dis-cussie over liet zetten van het tarief i.n de typografie
kan men terugbrengen tot een mortiiveering ‘van de
hoegrootheid of hoekleiniheid der loonenen alle maat-
regelen, welke deze bedrijfsorganisatie medebrengt,
hebben geen andere beteekenis dan de handhaving
dier bonen te garandeeren Ten spijt, van alle franje,
welke men er voor wil hangen, ‘het is inderdaad niets
meer!
Men kan zich echter wel voorstellen hoe de be-
drijfsorganisatie-Veraart en Van R’hijni verder de
wereld in kwam.
Als men immers na veel onderhandelingen, na de
talloone moeilijke voorbereidingen een collectieve
overeenkomst ‘heeft tot stand gebracht, dan is men
van ‘zijn taak geheel vervuld; dan droomt ien allicht
van nieuwe mogelij.1eden en gaat, wat men in zijn
bedrijf heeft opgebouwd, u.itidenken :tot een stelsel.
En als ‘men dan, gebaseerd op dn eigen aard van
h&t goed gekende bedrijf, een werkelijk goede overeen-
komst heeft opgebouwd, dan ‘gaat men aan die ovei-
eenkomst een wijder strekking toekennen, vergeet, dat
die overeenkomst de resultante is van de krachten,
die in een bepaald bedrijf werken en komt tot een
phanta,sie, vaaraan nochtans zekere reöeie basis niet
kan worden ontzegd.
Maar, wanneer men ald’us de grenzen van het eigen bedrijf verlaat en zich wendt tot de gemeenschap, dan
komen de politici en economen er op af en ontspint
zich een discussie, welke ten slotte de verdienste heeft,
dat ‘men het over enkele algeimeenheden eens of on-
eens wordt, waardoor de publieke aandacht op de be-
drijfsorganisatie gevestigd en – het zij zonder om-
wegen erkend – de idee van erkeftning der vakorga
;
nisatie verbreid wordt, wat nog lang niet in alle be-
drijven het geval is.
Wanneer men de staa’lkaart van uiteenloopendé
meeningen over de bedrijfsorganisatie oversohouwt,
dan kan men slechts verwonderd, zijn over de tallooz afdwalingen., welke ‘men constateert, over den ijdelen
‘schijn, waarmede men de ‘begeerte der ar9)eidende klas-
sen denkt te stillen.
Het is aardig voor een .Vakvereenigingsbesbuurder,
w’anneer hem de ‘boeked worden ‘voor- en opengelegd,
hij kan liet desnoods als goede propaganda gebruiken,
om de macht der ‘vakbeweging te demonstreeren, maar
men moet er geen al te groote waarde aan hechten.
De tijd is lang vobr’bij, dat de gezel den patroon op
zijn woord gelooven moet en wanneer tegenover elkan-
der staan twee sterke, machten: werkgevers én wei’k-
nemers, dan zullen ‘de eersten als practici tea slotte
van, zelf bereid zijn hun beweringen door bewijzen te
staven en aan de arbeidersleiders hun boeken open te
leggen. .
Daar zit
immeiu
niets verschrikkelijks in, nôch
‘)
Rondom het 11oonvraagstuk 1920.
14 December
1921
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
WE
minder een aantasten van de klassieke ondernemers-vrijheid, nu de naamlooze vennootschappen van be-
teekenis zelfs uit reclame hun financieele positie pia-
bliceeren.
Ook het medezeggenschap in de prijspolitiek, zooals
deze in de typografie gekend wordt, moet men niet
generaliseeren. Hoe wil men bv. in de textielnijver-heid of in de confectie-nijveriheid een prij.spolitiek
voeren, gebaseerd op een stelsel, als dat van Veraart
of Van Rhijn? Hoe zal men daar handelen ten opzich-
te van ibedrijven die voor export en bedrijven, die voor
het eigen land produceer.en?
Opvoering van den verkoopprijs voor den export kun
loffelijk zijn, wanneer men ten minste tegen de hui-
tenlandsche industrie kan concurreeren, maar voor
de op het binnenland aangewezen industrie geldt het
omgekeerde.
Hoe zal men in andere bedrijven, waar het directe
loon een buitengewoon gering percentage van den
verkoopprijs uitmaakt, een prijspolitiek voeren? Stelt
men nich voor, b.v. in de koopvaardij de vrachten te
kunnen baseeren op eenige loonpolitiek?
Gaarne geef ik toe, dat jvan werkgeverszijde de loon-
kosten, ook waar zij slechts een bescheiden rol spelen,
gebruikt worden als argument ibij hun pogingen om
hun productiekosten te drukken, Imaar wij kunnen het
eens zijn, dat het loon, zonder meer, slechts in enkele
bedrijven een basis biedt voôr prijspolitiek en zeker,
dat een systeem van dergelijke prijszettiug niet kan
worden gegeneraliseerd tot een stelsel van bedrijfs-
Organisatie.
De meening van Mr.
‘v.
Rhijn, dat reeds sprake is
van bedrijfsorganisatie, zoodra beide partijen een
collectieve arbeidsovereenkomst hebben gesloten, is
misschien geen sophisme, dan toch wel li
,
eel naïef.
Ook het medezeggenschap over de prijspolitiek, zooals
deze in de typografie arzelend wordt betracht en in
het stelsel Van Rhijn een wezenlijk bestanddeel heet uit te maken, maakt nog geen bedrijfsorganisatie uit,
noch het sluiten van het bedrijf, zooals deeconomische
bedrijfsorganisatie dat kent.
Men heeft het noodig geoordeeld de gevolgen van
al te vage concurrentie eeni
g
ermate te bantelen
en raakte daarbij, gelijk Prof. Bordewijk terecht op-
merkt van de economie los en midden in de ebhiek.
Men gaat redeneeren geleid door een bepaalde levens-
bescihouwing en raakt dan de realiteit kwijt, waarop
nu eenmaal anderen, geleid door andere of heelemaal
geen leveiisbeschoizwing ook en vaak meer invloed uit-
oefenen.
Doch de beste critiek op dit soort bedrijfsorganisa-
tie is aan te geven, waarin dan wel de positieve be-
drijfsordening ‘zal bestaan.
*
*
*
Niet door de beperking van de productie, maar door
haar opvoering zal het bestaan der arbeidende klasse
worden verruimd.
Het is een fictie, dat men, het bedrijfsluiten.d en
het aantal ondernemers en arbeiders beperkend, het
bestaan dier arbeiders kan verruimen. Dat moge in
eerste instantie voor de typografie ‘zoo schijnen, om-
standig is de funeste werking van dit systeem aange-
toond, wanneer het b.v. werd toegepast op de produc-
tie der voornaamste levensmiddelen. De verbetering
zal dus moeten worden gevonden in de productie-
methode. Reeds heeft de uitbreiding der machinale
productie, de normalisat.ie in de massa-industrie, het
vereenvoudigen van den machinalcu aanmaak de
capaciteit van talloo.ze ondernemingen geweldig opge-
voerd.
Aan deze verbeterde productie-methoden moet de
aandacht worden gewijd. Het is inirners een steeds
terugkeerend bezwaar van de ondernemers, dat de ver-
ruiming van het bestaan der arbeiders gaat ten koste
van de rentabiliteit der ondernemingen. Reeds lang
gelooft men in arbeiderskringen niet meer aan hdt
sprookje
van
de ondernemersw-inst. Natuurlijk beseft
men nog, dat de ondernemerswinst veelal te hoog is,
vooral dat de enorme bedragen, welke in de laatste
jaren aan de aandeelheuders van verschillende groote
ondernemingen zijn uitgekeerd, de grens van het
normale veeltijds overschreden, doch men weet ook
zeer goed, dat veel van deze bovenmatige winst weer
in den vorm van nieuw kapitaal aan de ondernemin-
gen ten goede komt.
Het bezwaar geldt niet zoozeer tegen de groote
winst in goede tijden, dan ‘wel tegen de werkloosheid
en loondru’k, zoodra de productie minder loonend
wordt.
De arbeiders beseffen, dat zij middels hun vakbon
den langzaam aan een ruimer plaats gaan innemen
aan den maatschappelijken disch. Daarbij zijn goede
bedrijfsresultaten gunstige factoren. Keert de con-
junctuur, dan rijzen de moeilijkheden plotseling alom
op en blijkt de fout in •de bediijfsorganisatie, welkq
hun bestaan niet waarborgde. Het is volkomen waar,
dat de arbeiders niets hebben aan hooge bonen op
papier en werkloosheid in kwijnende bedrijven in de
practijk. Daarbij helpt sluiting der bedrijven niets, in-
tegendeel werkt juist in ongunstige richting. De
arbeiders zijn dan ook inderdaad geïnteresseerd bij de
bestaansmogeljkheid der onderneming, waarin zij
werkzaam zijn, omdat van. de levenskansen der onder-
neming de handhaving van het loonpeil der arbeiders
afhangt.
De socialisatie is hiervan ongetwijfeld de conse-
quentie, omdat zij immers doelbewust streeft naar de
vermaatschappeljking der bedrijven. Maar al ‘be-
schouwt men de socialisatie al schoone, maar nog
verre muziek, toch moet men zich van arbeiderszijde
plaatsen op het standpunt, dat het bedrijf niet uit-
sluitend op de ‘belangstelling van den ondernemer,
maar evengoed op de belangstelling van •de arbeiders
aanspraak maken kan.
En dan is de eenige logische gedachtengang deze, dat de arbeideis precies op dezelfde wijze zich gaan interesseeren voor de bedrijven als de ondernemers.
Deze laatsten vragen naar het verband tusschen kost-
prijs en ondernemerswinst, de arbeiders vragen naar
kostprijs en loon. Dus toch loon als basis van prijs-politiek? In geenen deele! Want de ondernemer, al-
thans de moderne; gaat de samenstelling van den
kostprijs na, hij tracht deze zoo lang mogelijk te hou-
den en zijn omzet te vergrooten (wanneer geen sprake
is van trust of kartel). Vooral het moderne grootbe-
drijf streeft naar goedkooper productie en ook de ar-beider ‘zal dit streven hebben te steunen.
Dit wordt dan een voortzetting van de wetenschap..
pelike bedrijfsorganisatie, met een tweeledig doel,
omdat nu eeneiaal twee partijen samenwerken. De on
dernemers zullen hun deel: de•ondernemerswinst wil-
len opvöeren, de arbeiders hun deel: ‘het loon. Dat is
dus geen bedrijfsorganisatie naar buiten, maar be-
drijfsoganisatie naar binnen!
Hoe nauwkeuriger ‘men zich rekenschap geeft vah
de huidige crisis, des te meer komt men tot de con-
clusie, dat de ongunstige positie van verschillende be-
drijven, eerder aan gebrekkige structuur, dan aan
economische verschijnselen van algemeenen aard is te
wijten. Hoe komt het b.v., dat ondanks de valuta-
moéilijkheden Nederlandsohe bruggen-construeteurs
afzetgebied in Oostenrijk vinden?
En vooral, wanneer de ontegenzeglijk ernstige ver-
storing der maatschappelijke verhoudingen, wederom
is hersteld, zal met temeer klem kunnen worden ge-
vergd, dat de bedrijven zich organiseeren naar binnen.
Dit is bovendien een kwestie van buitengewoon be-
lang voor .de toekomst. Of de Nederlandsche koop-vaardij b.v. zich op den duur zal kunnen handhaven
hangt af van haar exploitatie, is dus een interne be-
drijfsaangelegenheid. Het is voor de arbeiders in dit bedrijf werkzaam van eminent ‘belang of dit bedrijf
gezond is van samenstelling en of de exploitatie ren-
dabel kan zijn. Do bestudeering van deze ibedrjfsorga-
nisatie biedt weliswaar geen ruimte voor rweidsche
1082
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 December 1921
bespiegelingen, maar moet, dunkt mij, vooral ook v’aor
de arbeiders van groot practisch nut zijn.
De wensch, den laatsten tijd zoo heftig in groot-
werkgeverskrin’gen geuit, om een intenser productie,
kan beter vervuld worden door een wetenschappelijke
interne bedrijfsorganisat.ie
, dan door verlenging van
den arbeidsduur, welke zonder uitbreiding der pro-ductie niets anders beteekent dan deels loonsverla-
ging, deels werkloosheid. Men zal de arbeiders kunnen
winnen voor deze intenser productie, niet. wanneer
men hun een cynwezenlijke economische of maatschap-
pelijke .bedrijfsorganisatie voorhoudt, maar wanneer
men door opvoering der productie, ‘vereenvoudiging
der productiemeFhode en dus verlaging ‘van den ver-
koopprijs der producten ook langs deren weg het be-
staan der arbeiders verruimt en op peil houdt. Men
beseft in arbeiderskringen steeds levendiger, dat men
niet buiten het bedrijf moet worden gehouden, maar
de ondervinding zal ons straks wel leeren, dat het
papieren medezeggenschap van thans ons niet redden
zal uit het moeras; slechts een productie inderdaad
gebaseerd op het gemeenschappelijk fbelang van alle
betrokkenen zal maatschappelijke bevredigi.ng
brengen.
J. RATT.
MAA T’SCHAPPELIJKE BEDRIJF’S-
ORGANISATIE.
1)
Er is een onmiskenbare tcgenste]ling van ‘belangen
tusschen producent en consument, welke hierin be-
staat, dat de producent zoo duur mogelijk wil ver-
koopen en de consument zoo goedkoop mogelijk wil
koopen. Wanneer men de tegenstelling tusschen deze
beide, bij de maatschappelijke productie belangheb-
benden, wil trachten te overbruggen, dan moet men
organen scheppen, waarin dc conflicteerende machten
worden vereenigd, om gezamenlijk een basis voör
samenwerking te vinden. Het ‘wds van deze gedach-
tengang uitgaande, dat wij in de ,,Sociale Voorzorg”
van September het standpunt verdedigden, dat de
producent, van wie.n bij voortduring blijkt, dat hij
een bedrijf uitoefent, dat hem een absoluut onmensch-
waardig bestaan verschaft, het zedelijk recht heeft,
een minimumprijstarief in te voeren, dat hem een
redelijk bestaan geeft, zonder dat de consument daar-
tegen bezwaren zal kunnen inbrengen.
In de Economisch-St. Bar. van 2 November merkt
Prof. Bordewijk daartegen op, dat wij daarbij het
economische terrein hebben verlaten en op ethisch
terrein
zijn
aangeland. Wij geven zulks gaarne toe,
want wij stelden zekere ethische normen en bewogen
ons dus op het terrein van ‘het ,,zoo behooren”, ter-
wijl de economie alleen causaliteit vaststelt, zich der-
halve bepaalt tot het ,,rzoo zijn”. Maar wij voegen hier-
aan onmiddellijk toe, dat elkeen, •die een zeker maat-
schappelijk stelsel verdedigt, ‘zich mede op het ter-rein der normen beweegt, omdat de levensbeschou-
*ing hier een overwege.den invloed doet gelden. Prof.
Bordewijk doet daf even goed als ieder ander, van-
neer
hij
het stelsel der ,,vrje concurrentie” verde-
digt. Want
bij
die vrije concurrentie wordt niet alleen
aan hoedaniheden, die met de natuur gegeven zijn
(verschil in aanleg, euz.), de vrije loop gelaten. Neen,
ook toestanden, die een gevolg zijn van menscheljke
instellingen (b.v. het erfrecht), worden daarbij in
stand gehouden. En wie die menschelijke instellingen
niet wil veranderen, doet zulks, omdat zij aan de do’or
hem gestelde normen ‘voldoen. Volgens de aanhangers
der Vrije concurrentie geeft dit stelsel derhalve een
ieder, wat hem toekomt. Naar onze meening daaren-
tegen is dit slecht’s juist, voor zoover de vrije con-
currentie niet tot een on’menschwaardig bèstaau van
den producent aanleiding geeft; in dit geval is b.v.
een tarief gerechtvaardigd. Daarbij geven
wij
gaarne
toe, dat de formule ,,menschwaardig bestaan” rekbaar
is. Maar zij is zeer wel
bij
een verdere uiteenzetting,
1)
Naar aanleiding van het artikel ivan Prof. Bordewijk
in het nummer van
2
November.
welke intuaschen hier te veel plaats zou vergen, nader
te omlijnen. In ieder geval is het veel ‘beter, de ethische
problemen, die bij deze aangelegenheid zoo nauw zijn betrokken, uitdrukkelijk aan te wijzen, dan zich in een
,,wolk van ethica” te huilen en te doen, alsof men
alleen op zuiver economische basis staat. Daardoor
kweekt men een onoplosbare ‘verwarring tusschen
economie en ethiek, ‘waardoor beide worden geschaad.
Wordt nu het ethische peil van den consument door
ons te hoog aangeslagen? Prof. Bordewijk meent, dat
zulks het geval is. De eenige verwachting evenwel,
die wij van het ethische peil van den verbruiker
koesteren, is deze, .dat hij een productie; welke den
ondernemer en arbeider bij voortduring slechts een
hongerloon geeft, zal veroordeelen. Men behoeft toch
waarlijk niet van een zoo ,,verheven” mentaliteit te
zijn, om zulks te doen! En dat. het maatschappelijk
leven dit ethische peil heeft bereikt, blijkt duidelijk
uit het feit, da’t maatregelen tegen huisin’dustrie e.d.
tegenwoordig algemeene instemming vinden, hoewel
cle verbruikers door ‘die maatregelen ongetwijfeld heel
wat meer moeten betalen.
Het komt ons voor, dat het bij een bespreking van
de ‘bedrijfsorganisatie noodakelijk is, om de verschil-
lende stelsels, die op dit ‘gebied zijn ontwikkeld, goed
uit elkander te houden. Met name geldt dit voor de
Economische Bedrijfsorganisatie van Prof. Veraart
en de Maatschappelijke ‘Bedrijfsorganisatie. Voor de prijspoliti’ek evenwel acht Prof. Bordewijk
tusschen deze beide geen onderscheid aanwezig. Zulks
is ,,graue Theorie”. Met het gevolg, dat een systeem,
dat stelselmatige ‘opvoering der prijstarieven en con-
sequent daaruit volgende sluiting van het bedrijf ten
doel heeft, door hem wordt gelijkgesteld met een
systeem, .dat in de eerste plaats die prijstarieven ‘be-
schouwt als een noodzakelijk kwaad om gezondere
finantieele toestanden in het bedrijf te verkrijgen en
bovendien den verbruikers gelegenheid geeft te con-
‘troleeren, dat’ de basis der zeer matige winstmarge
niet wordt verlaten.
1)
Van een gelijkstelling van zoo. ‘tegenstrijdige op
vattingon kan de theorie niet anders ‘dan de ua’deelige
gevolgen ondervinden. Zulks komt reeds tot uiting in
hot artikel van den schrijver zelf, wanneer hij op-
merkt, dat zonder een prjstarief steed veel meer
technische verbeteringen zullen worden ingevoerd. Dit
is alleen juist, wanneer een tarief wordt vhstgesteld
in een bedrijf, dat behoorlijk rendeert. Heeft men met
een kwijnend bedrijf te doen, dan zal juist het ‘tarief,
door de daaruit voortvloeiende finantieele verbete-
ring, pas technische verbeteringen mogelijk maken.
Want in een bedrijf, dat economisch in het moeras zit,
steekt het publiek geen geld en verdient de onder-
nemer niet voldoende voor het aanbrengen van een
veel betere outilleering.
Het feit, dat het verschil tu.sschen de E. B. en de
M. B. door Prof. Bordewijk werd verwaarloosd, trof
ons te meer, omdat de geachte schrijver zoo bezorgd is
voor het belang van den verbruiker en .de M. B. een
erustige poging doet, om den verbruiker medezeggen-
schap in de prijspolitiek der bedrijven te geven.’ Het
1)
Blijkens het verslag rvan de l
aa
t
s
t
e
Jaarvergadering van
cle Yereeniging voor de Staathuishoudkunde en de Statis-
tiek in de ,,Nieuwe Rotter.damsohe Courant”, beklaagde
Prof. Veraart er zich over, dat zijn ,,prijspolitiek is ge-
caricaturiseerd tot een stelsel van krankzinnige uitbuitiu’g
als vooral Mr. van Rhijn in Sociale Voorzorg heeft, ge-
daan”,
ik
kan naar aanleiding daarvan álechts opmerken,
dat op pag. 569 van mijn genoemd artikel een beschrijving
van de prijspolitiek der Economische Bedrijfsorganisatie
voorkonit, welke zich uitsluitend en alleen baseert op
citaten uit de ,,Vraagstukken”. Waar Prof. Veraart der-
halve op die citaten voornoemde qualificatie ‘toepast, daar
blijkt hieruit alleen de noodzakelijkheid, dat de inhoud ‘van
die citaten door hem aan een grondigd herziening wordt
onderworpen. Eet boekdrukkersbedrijf, twaarwan telkens
wordt beweerd, dat het de in de citaten genoemde prijs-
politiek. heeft doorgevoerd, zou daarmede buitengewoon zijn
gebaat!
14 December 1921
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1083
is een bekend feit, dat ons economish leven op het
oogeablik met prijsregelingen is overdekt. De belang-
hebbenden zijn er in het algemeen in ons land zeer
geheimzinnig mede, maar daarom oefenen die prijs-
bepalingen nog wel hun invloed uit. En nu is het
noodzakelijk, dat een middel wordt gevonden, om te
voorkomen, dat de verbruiker geheel aan de willekeur
van den voortbrenger woedt overgeleverd. Prof. Bor-
dewijk evenwel gaat op die noodzakelijkheid niet in,
maar ‘betoogt, dat de vrije concurrentie- de meeste
waarborgen voor den verbruiker oplevert.. Maar waar
wij die Vrije concurrentie aan ‘alle kanten zien ver-
([wijnen, daar heeft een
dergelijk
betoog nog slechts
academische waarde. Het gaat er om, een bescher-
ming voor den verbruiker te vind-en, welke zich aan-
past bij de ontwikkeling tot organisatie en prijsre’ge-
ling, welke zich met onweerstaanbaren ‘drang baan
breekt en de vrije concurrentie gaat vervangen.
Ook op een ander punt wil Prof. Bor.dewijk geen
onderscheid ma.ken tussehen de E. B. en de M. B.,
nl. -bij de sluiting van het bedrijf.
Wij meenen, -dat het niet moeilijk is aan te toonen, dat de consequentie der ibedrijfssluitin-g bij de M. B.
niet -bestaat, Wanneer een tarief wordt ingevoerd, dat
slechts een zeer matige winstmarge openlaat, dan is
er geen enkele aanleiding om te veronderstellen, dat
talrijke ondernemers zich ineens gedrongen zullen ge-
voelen zich in dit bedrijf te vestigen. Dit euvel zal
zich wel voordoen, wanneer een hoog opgevobrde winst-
marge lokt. Dan ‘sullen de nieuwe ondernemers zich
verdringen om ook in -den ,,buit” te deelen en dan
komt onmiddellijk de vraag van de ,bedrijfsslu-itiag
aap de orde. Ook hier-blijk-t weder, dat het diepgaande
verschil, dat er ‘tusschen E. B. en
M. B.
bestaat, niet
door ons kunstmatig is geschapen, maar logisch voort-
vloeit uit de geheel afwijkende beginselen, waarvan
beide stelsels uitgaan. –
• De geheele kwestie der bedrjfsslui-ting is o.i. oven-
-gens in zekeren zin -slechts een van theoretisch
belang. Wij althans
zijn
overtuigd, dat geen enkel or-
ganisatie zich -de mac,htsmi-ddelen zal kunnen ver-ze-
keren om de ondernemers en arbeiders, welke door de
bednijfssluiting zouden worden uLt-gesloten, te verhin-
deren
buiten
de organisatie om, hun bedrijf uit ‘te
oefenen.
Van zeer veel belang is het vraagstuk wanneer bij
een loonsverhooging het punt is bereikt, waarop vraag
en aanbod op de arbeidsmarkt niet langer met elkaar
in evenwicht zij te ‘brengen en dus werkloosheid moet
ontstaan., – –
Het is bekend, dat het gewone theoretische schema
op dit punt aldus wordt opgebouwd: er is in elk be-
drijf een zeker aantal g’-rensondernemingen; vorden
dc bonen verhoogd, dan kunnen de grensonderemin-gen hun bedrijf niet langer voortzetten, maar moeten
sluiten; dientengevolge worden de werknemers, die
in de grensondernemingen arbeide, ‘werk-loos. Nu
zullen wij de laatste zijn om de waar-de van dit schema
gering te schatten. Maar er moet toch- wel op won-den
gewezen, dat, daarbij van tal van omstandigheden is
geabstraheerd. In .de -theorie kan men •veelal niet an-
ders doen, wil -de duidelijkheid der redeneering geen
schade lijden. Wanneer het dan evenwel op pr-actische
toepassing aankomt, dan dient men zich die lacunes
wel zeer goed bewust te zijn.
Naar -onze meening heeft Prof. Bordewijk dit uit
het oog verloren, toen hij de door ons genoemde ge-
vallen bestreed, waarbij wij loonsverhooging mogelijk
achten
zonder
dat het equatiepnnt vah vaag en aan-
bod-wordt overschreden.
Bestrijding ontmoette al dadelijk onze opmerking,
dat het best kan zijn, dat de grensonderneirnin-gen nog
niet tot het maximum zijn gegaan, wat zij aan loon
kunnen -betalen, en dat ook in een dergelijk geval een
loonsverhooging niet- tot sluiting der grensonde-rne-
mingen -behoeft te leiden. Prof. Bordewijk acht de
mogelijkheid van een dergelijk geval niet aanwezig, omdat ,,het begrip ,,grens” medebrengt, dat elke ver’
ineerdering van productiekosten den ondergang van
de grensond-ernemingen tot gevolg heeft.” Wij willen
niet ontkennen, dat
wij
misschien beter hadden ge-
daan, in plaats van grensonderneming, van
minst
rendee-rende
onderneming te spreken, maar dit is
slechts een kwestie van naam. Waar het hier op aan-
komt is dit, dat het ‘bij een goede conjunctuur (en
juist ‘dan hoort men het -meest van loonsv-erhooging), telkens zal voorkomen, dat ook de- -minst rendeerende ondernemingen niet zoover -me-t de productie zijn ge-
gaan, dat elke loonaverhooging hun -rentabiliteit doet
verkeeren in verlies. Gebrek aan juist inzicht in-de
economische verhoudingen, langen tijd van voor-be-
reiding voor uitbreidingen, enz., ‘zijn evenzooveel fac-
toi’en, die het aanpassingsproces -tegenwerken. – Het theoretische -schema blijkt hier in de practijk te grof.
Maar ook als wij aannemen, dat de grenson-derne-
mingen in dit geval wel verdwijnen, dan nog be-
hoeft geen werkeloosheid te ontstaan. Het kan b.v.
zeer goed zijn, dat de concurrenten der grenson-derne-
mers het af zetgebied der verdwenen gneusonderne-
mingen weten te ‘verkrijgen. Deze concurrenten moe-
ten daarvoor hun ‘zaken uitbreiden en zullen de ver-
keloorze arbeiders in dienst nemen. Dan ontstaat al-,
,veer geen werkeloosheid. –
Wij noemden in het artikel in de Sociale Voor-
zorg nog een andere mogelijkheid, dat -loonsverho’o-
ging ,niet tot werkeloosheid. leidt, door erop te wij-
zen, dat de grensonderne-mers, die door -de loonsver-
hooging worden getroffen, dikwijls in de hoop op
betere tijden toch zullen blijven produceeren, ook al
lijden zij verlies, o.a. -omdat
zij
niet gemakkelijk een
plaats in een ander bedrijf zullen vinden en omdat
liquidatie met groote verliezen gepaard ‘gaat. Prof.
Bordewijk stemt dit- toe, maar voeSt erbij, dat, zoo
de -hoop op -betere tijden wa-t, erg lang onvervuld mocht
blijven, het bankroet -der grensondernemingen toch
weer mede op de hoofden der arbeiders zou neer-
lomen. Naar onze meening evemvel
i5
ook hier geen
‘verk-elqosheid noodzakelijk. Wanneer ‘de -grensonder-
nemingen failliet gaan, dan worden zij ‘voor een
prikje verkocht. De niéuwe eigenaar koopt dus onder
zeer gunstige omstandigheden en dat brengt mede,
dat hij ‘mèt de loo-n-sverhooging erin zal kunnen sla-
gen de overgenomen grensonderneming weder renda-
-hel te maken. Dan ‘blijft het aantal -ondernemingen
in-tact en ontstaat evenmin werkeloosheid.
– Ten slot-te moeten wij nog eenige oogen’blikken -stil-
staan -bij den wensch van prof. Bordewijk om aan de
arbeiders inzage in het winstcijfer te verschaffen.
‘-Het is wel zeer te -betreuren, dat de geachte schrij-
ve]. zich ‘thans niet ‘uitspreekt, of, hij die inzage
berijfsgewijze
dan wel
ondernemi-n-gsge’wijze
wil
doorvoerefl. Naar onze medning is deze aangelegen-
heid alleen -bedrijfsgewijze te -regelen, omdat de model-
ohdemnemingen anders de trekossen worden voor
economisch fatale loonsverboogingen in minder goed
gsitueerde ondernemingen en -omdat anders recht-
streeks wordt ingegaan tegen het historische proces
van organisatie van het -bedrijf. –
Wanneer men aan de leiders – der vak’vereenigin-
gén bednijfsgewijze inzage geeft van de financieele
resultaten ‘van h-et bedrijf, dan zal deze inzage zich
o.i. ontwikkelen to-t een overleg, -hetwelk zich ook
over de pnijspolitiek ‘zal uitstrekken. Dit wordt door
Prof. Bordewijk bes-t-reden, -maar -daarbij miskent -hij
o.i. den practischen gang van zaken, welke zich voor-
doet-, wanneer de leiders van patroons en arbeiders
over loonsverhooging onderhandelen. Van arbeiders-
zijde word-t dan eerst gesproken over de mogelijkheid,
dat een loonsverhooging van de winst wordt afgeno– men en wanneer dat niet blijkt te gaan, over de -me- –
gelijkheid het
–
meerdere bomi in een prijsverhooging
te vinden Nemen wij nu – eens aan,’ dat, overeenkom-
stig de wensch van Prof. Bordewijk, -de winstcijfers
van een zeker aan-tal -ondernemingen in het bedrijf aan
de arheidersleiders worden overgelegd. Dan is men
nog geen stap verder gekomen, omdat het winstresul-
1084
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 December 1921
taat absoluut afhangt van de wijze, waarop de balans
is opgemaakt. Vragen of er niet opzettelijk veel is ge-
reserveerd, of er niet extra is afgeschreven en nog
zooveel andere, zullen dan onmiddellijk aan de orde
moeten komen. Wil het geheele inzagegeven niet ont-
aarden in een schijnvertooning, welke slechts kwaad
bloed zet, dan zullen ook daarover besprekingen moe-
ten zijn toegestaan. En wanneer blijkt, dat de winst
geen loonsverhooging toestaat, dan aal de vraag
wor-
den behandeld, ‘of de prijzen niet kunnen woTden ver-
hoogd. Dezelfde reden, welke tot een bespreking der
winstcijfers aanleiding gaf, zal er ook toe leiden dat
overleg inzake de prjspolitiek wordt gepleegd.
.Wanneer dit tbedrijfsgewijze geschiedt is hiertegen
geen ‘bezwaar, om:dat dan ‘de belangen van alle onder-
nemingen, die bij de prijspolitiek van het bedrijf ‘zijn
betrokken, tot hun recht kunnen komen. Op deze wijie
zullen de ar’beidersleiders in de gelegenheid zijn om
de functie van den ondernemer te leeren verstaan.
Mr. VAN RHIJN.
Amsterdam, November 1921.
N a s c h r i f t. – Gaarne maak i’k nog even van de mij welwillend door de Redactie verleende gelegen-
heid gebruik tot het aanbrengen van enkele kanttee-
ningen op de betehouwingen van den heer
Van
Rhijn.
De wederzijdsche standpunten zijn te aeer tegen-
over gesteld, dan dat het mogelijk -zou zijn tot een
compromis te komen. De geachte schrijver legt alleen
nadruk op den toestand van het ,,bedrijf”, welke toe-
stand volgens hem gekenmerkt is door ondernemers
met ,,een absoluut onmensch.waardig bestaan”, – ter-
wijl ik meen te moeten opkomen voor een zoo ruim
mogelijke productie, in het belang “van de afnemers,
die dragers zijn van den eisch der algemeene behoefte..
‘bevrediging, waarop de pr’oductie is gericht en welke,
uit het oogpunt eener sociale rechtvaardiging, haar
geloofsbrief uitmaakt. In mijn •oog “wordt het wel-
‘aartsbèlang der volkshuishouding geschaad door
kunstmatige zelfbescherming van een ‘bedrijf, welk
daii ‘ook, langs den weg van een minimüm-prjstarief,
d.i. dooT middel van kartelleering. Het hoogste nut,
uit de aanwezige productieve energie te verkrijgen,
wordt aldus gemist. De ondernemingen, die om in.
trinsieke en blijvende redenen den concurrentiestrijd
niet kunnen volhouden, moeten in het algeiccen iie-
lang verdwijnen, opdat de aldus vrijkomende ‘energie
zich een wèi en een méér ‘loonend emplooi kan ver-
schaffen. Wie anders oordeelt, .miskeut het belang der algemeene welvaart, die hij onderschik’t aan dat eener
groep. Bedrijfsor.ganisatie, onverschillig welk bijvoig-
lijk naamwooi’d haar siert, beduidt niets anders dan
protectie; waartegen ieder, die den stxijd.’tegen het algemeake welvaartstekort wil voeren, zich schrap•
heeft te zetten..
Het is merkwaardig, dat de schrijver meent, ,iat
ik
‘mij zou gehuld hébben in ,,een wolk van ethiek” en
tot een ,,onoplosbare verwarring tusschen economie en
ethiek” zou hebben bijgedragen. Wie mijn betoog om-
trent de zeer bijzondere eischen, ‘welke ‘bedrijfsorgani-
satie door haar prjsverhoogend tarief aan de ‘afne-
mers stelt, •nog eens wil overlezen, aal dadelijk ‘on’twa-
ren, ‘dat ik niets anders heb gezegd dan dat de econo-
mische belangentegenstelling, welke ook de heer Van
Rhij’n erkent, en ‘die het tegendeel is van economische solidariteit, op grond van ethische normen ‘zou moeten
plaats maken voor een ethisch solidarisme. Het onge-
lukkige is echter, dat degenen, die aan ‘de afnemers
zulk een eisch stellen, de direct-belanghebbenden 2ijii,
die, “zelf striet commercieel ‘blijvend, van hun weder-
partij een on-commercieelé gedraging als de bij uit-sluiting ethische verlangen. Wie verwart nu causale
economie en ethiek, hij, die een protectionitisehe be-
drijfspolitiek traeht aannemelijk te maken ‘door een
ethische om.kleeding of hij, ‘die voor den consument denzeifden maatstaf als voor den producent opeischt
en noodzakelijk acht,’ waardoor
beider
goed recht ‘om
de voordeelgste markt op te zoken ‘boven twijfel
wordt gesteld?
Dat ik, ‘met
mijn
‘pleidooi voor ‘vrije concurrentie,
mij op het terrein van -zedeljke normen ‘zou bewegen,
‘ontken ik ten stelligste. Ook, dat de aanhan’gers van
dit ,,stelsel” zouden ‘meenen, dat dit aan ieder geeft
wat hem ,,toekomt”. Meent dé heer v. Rhijn in trouwe,
dat zij en ik, ‘blind voor de lessen der geschiedenis,
nog op het laisser-faire standpunt staan? Laten wij
toch blijven op den ‘bodem der
econom.ische
realiteit!
De heer v. Rhijn en zijn geestverwanten willen een
‘be’teren
eco’nomischea
toestand der bedrijven; daartoe
in •de eerste en voornaamste plaats moet de ‘bedrijfs-
vrede ‘worden verzekerd, wijl de strijd tusschên arbeid
en ‘kapitaal de ‘bedrijven met uitputting en erlam-
ming bedreigt; anderen, tot wie ik behoor, achten het
aangeprezen middel erger dan de kwaal, wijl de strijd
– let wel: de
economische
strijd der tegengestelde be-
langen – wordt ‘verplaatst en verscherpt, terwijl de
productie het kind van de rekening wordt. Concur-
rentie wordt in dit ,,stelsei” beter geoordeeld op den
puur causaal-economischen grond, dat de beschikbare,
steeds ‘beperkt aanwezige energie door het spel van
vraag en aanbod, van de vrije prijsvorming onder de
leiding eener vrije vertering tot haar hoogste rende-
ment voor de volkswelvaart ‘wordt opgevoerd. Men-schelijke instellingen, zooals het erfrecht, waarop de
schrijver wijst, vallen hierbij uitsluitend onder een
economisch
licht, in casu ‘het belang eener intensieve
kapitaalvorming door particulieren. Het erfrecht heeft
ook een ethischen kant, doch deze valt buiten het
kader. En het zal den schrijver inderdaad niet moge-
lijk blijken, wanneer hij ‘objectief mijn zienswijze wil
nagaan, in mijn betoog argumenta
–
ties aan te treffen
met bestanddeelen edner gecamoufleerde of geïmpli-
ceerde ethiek. Doch juist degeen, die den proteus van
het mensehwardig bestaan voor zijn stelling niet káp
missen, heeft op het ‘beslissende punt aan de economie
den rug gekeerd.
Dat een betoog over vrije concurrentie nog ,,slechts”
academische waarde zou hebben, geef ik ‘wederom niet
toe. Wat ik zie gebeuren is dit: dat concurrentie lang-
zaam maar zeker weer terrein zal winnen. Dat wij haar aan alle kanten ‘zien verdwijnen, is niet juist.
Onze nijverheid ,,zucht” ‘onder ‘de concurrentie van het buitenland. Zij aal, om staande te blijven, de ‘be-
kens moeten verzetten en het peil harer productiekos-
ten moeten herzien. De muurtjes en walletjes van
prjstarjeiven en collectieve contracten zullen het tegen
de economische causaliteit afleggen. Hoe eer, hoe
beter, want •de algemeene welvaart heeft voor haak
herstel niet economische zelfgenoegzaamhejd ‘binnen
Chineesche muren, doch groeiend en strevend ruilver
keer van noode. –
– Met het punt der gelijkstelling van M. B. met E. B.
zal ik besluiten. Mijn uitspraak, dat het “tarief alleen
te handhaven is door het bedrijf factisch ‘te sluiten,
en dat, zoo men het bedrijf openlaat, het tarief niet
kan worden gehandhaafd, heeft de schrijver niet weer-
legd. Dit is échter het ‘cardinale punt, waarop M. B.
zich zoo gunstig Van E. B. weet te ond’crscheiden.
Waarlijk, een ‘goede waarde- en prijstheorie ‘bezit nog
wei eenige andere dan ,,aeadesche” ‘beteekenis bij
de beoordeeuing van maatschappelijke verschijnselen in
de practijk! Het gaat niet om ,,talrijke ondernemers,
die zich in eens gedrongen zullen gevoelen zich in dit
‘bedrijf te vestigen”. Het gaat om een
tendens.
Reeds
de ééne nieuweling is niet ‘welkom, doordien het tarief
dwingt, dat hij zal
deelen
in het
bestaande
debiet, Jet-
welk alleen de ongeoorloofd verklaarde prijsverlaging
zou kunnen vergrooten. De redeneering is uiterst een-uoudig, zij is ‘ook ‘zeer practisch en ontsteekt een hel-
der licht omtrent de beweerde tegenstelling tussehen E. B. en M. B.
Laat men om opportunistische of privaat-bedrijfs-
huishoudkundige redenen streven naar ,,economische”
of ,,maat.sehappelijke” ‘bedrijfsorganisatie. Maar laat
14 December 1921
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1085
men haar niet sieren met ‘de emblemata der algemeene
economie, noch ook met die der ethiek, naardien deze
beide, elk op haar gebied, rte goed zijn om voor ‘kartel-
belangen te worden gespannen.
H. W. C. BORDEWIJK.
Groningen, 11 Dec. 1921.
HET STATUUT VAN TANGER.
In de 19e eeuw zagen de Sultans van Marokko npg ongaarne de vestiging van Europeanen in ‘hun gebied
en dus gaven zij er de voorkeur aan, dat ook de ibij
hen geaccreditoercle diplomatieke vertegenwoordigers
van vreemde mogendheden aan de kust woonden in
plaats van in hun in het binnenland gelegen residen-
ties. De buitenlandsche vertegenwoordigers van hun
kant achtten door zulk een regeling hun persoonlijke
veiligheid het beste verzekerd enzoo werd •dan ‘Tan-
ge.r, van oudsher de meest Europeesche stad van Ma-
roicko, van den beginne af aan de zetel van het corps diplomatique, die zij tot heden toe is gebleven.
De Sultan en het Maghzen zetelen thans, evenals
de Fransche Resident-Generaal, die tevens Minister
van Buitenlandsche Zaken van Zijn Cherifijnsche
Majesteit is, gewoonlijk te Rabat., doch zijn te Tanger
vertegenwoordigd door een gevolmachtigde, den Naïb,
in de officieelestukken van het Maghzen ,,’naïd
sidna”, den ,,vertegenw•oordiger van onzen Meester”
genoemd, die in het algemeen, vooral voor tal van
minder gewichtige aangelegenheden, de spreekbuis
van het Maghzen i. De vestiging •van een aantal
Europeanen in het Arabische milieu maakte uit den
aard der zaak het initiatief wakker tot verkrijging van
betere hygiënische toestanden dan daar plegen te
heerschen en zoo con.stitueerde zich reeds in 1792 het
corps diplomatique tot een lichaam, dat zich het ‘be-
stuur toekende over zekere aan de in ‘Marokko verte-
genwoordigde ogendheden gemeene belangen. Tot
de landen, die van den eersten aanvang af daaraan
deelnamen behoorden Nederland, Engeland, Portugal,
Zweden, Denemarken en Venetië, terwijl Spanje zich
pas een jaar, de Vereenigde Staten van Amerika en
Frankrijk pas 5 jaar later d’aa’rbij aansloten. Deze
vergadering was de kiem van den tegeuwoordigen
,,conseil sanitaire”, die, formeel erkend door den Sul-
tan, belast is ,,te waken” voor de openbare gezond-
heid aan de kust van het rijk, de voor dat ‘doel noodige
reglementen te maken en maatregelen te nemen. De
,,conseil sanitaire” bestaat thans nog uit de te Tanger
gevestigde hoofden van missies van de mogendheden,
die diplomatieke betroickingen met Marokko onder-
houden en wordt in elk der andere kustplaatsen ver-
tegenwoordigd door een vergadering van de consuls
dier landen.
In Tanger heeft het ‘betrekkelijk groote aantal daar
woonachtige Europeanen tot nog een andere actie
geleid, dic, in den aanvang van geringe beteekenis,
meer en meer den vorm van een soort gemeentebe-
stuur heeft aangenomen. Bij verschillende gelegenhe-
den, vooiai in 1833 en 1856, waren de leden van de
verschillende Europeesche kolonies reeds bijeengeko-
men om maatregelen te nemen voor de reinheid en
gezondheid van de stad en in 1860 werden uit vrijwil
lige bijdragen eenige straten geplaveid ‘tot ten slotte
een aantal Europeesche ingezetenen in 1870 den stoot
gaf tot het oprichten van een permanente commis-
sie, die zich oorspronkelijk uitsluitend de stads-reini-
ging ten doel stelde. Het corps diplomatique interes
seerde zich voor de zaak en wist een firman te ver-
krijgen van Sultan Moeley Hassan, waarbij de ,,con-
seil sanitaire” werd belast met het onderhoud van
de straten, de rioleering, den aanvoer van water en
den gezondheidsdienst van Tanger. ‘ De cou’seil droeg’
terstond zijn bevoegctheden over aan de commissie
die den naam aannam van ,,Comimission d’hygiène”.
Deze is samengesteld uit een vertegenwoordiger van
elk der negen te Tanger gevestigde ‘diplomatieke
agentschappen, een dor den Sulfan benoemden Ma-
rokkaan, ‘die tevens ‘voorzitter is (den Naïb), tweè door
de ‘plaatselijke overheid benoemde Marokkanen, een door den Opperrabijn aangewezen Israëliet en ‘uit 12
leden, die elk jaar worden gekozen uit de jaarlijks
minsténs 10 .pesetas ‘bijdragende ingezetenen niet dien
verstande, dat niet meer dan 4 leden van één nationa-
liteit mogen worden verkozen. De commissie benoemt
haar eigen ambtenaren en heeft in den loop der jaren
de haar opgedragen taak op eigen initiatief tot eooveel
andere zaken uitgebreid, dat zij langzamerhand inder-
daad de beteekenis van een soort gemeentebestuur
heeft gekregen. Haar inkomsten bestaan uit vrijwil-
lige bijdragen, de abat’toirrechten, een belasting op
de huurwaarde van vast goed, landingstolrechten, en
een subsidie van het Maghzen.
Reeds aan de overeenkomst van Madrid tot regeling
van het ,,recht van bescherming”, den 30en Maart
1881 tussçhen 12 Europeesche staten (waaronder Na-
deiland) en Marokko gesloten, werd ôp grond vande
bijzondere positie van de stad een ,,règiement de Tan-
ger” toegeyoegd. Het Fransoh-Spaansche ,,accord”
van 3 Oct. 1904 erkent die bijzondere positie eveneens
doör ‘te bepalen, Idat de stad Tanger zal “behouden
,,le caractère special, que lui .donnent la ‘présence du corps diplomatique et sea ‘institutions municipales et sanitaires”. Ook in de acte van Algécira’s van 7 April
1906 vindt in hoofdstuk IV (art. 61), handelende over
de belastingen in Marokko, het te Tangerbestaande
régime incidenteel erkenning, terwijl art. 1 van het
,,traité dé protectorat”, den 30en Maart 1912 tus-
schen Frankrijk en• Marokko gesloten, uitdrukkelijk
bepaalt, dat ,,la viiie de Tauger gardera le caractère
spécial, qui lui a été reconnu et qui déterminera son,
organisation municipale”.
Art. 7 van het Fransch-Spaansche Marokko-verdrag
van 27 Nov. 1912 bevestigt ten slotte dat: ,,La ville
de Tanger et sa banlieue seront dotées d’un régime
spécial, qui sera déterminé ultérieuremen.t”. De
ondethandelingen, die daarover in 1913—’14 te Ma-
drid plaats vonden tusschen Frankrijk, Spanje en En-
geland, schijnen geheel in de historische lijn tot de
conclusie te hebben geleid, dat de Sultan van Ma-
rokko zijn gezag over Tan’ger zou overdragen aan een
– in wezen reeds bestaande —«internationale ‘mmii-cipaliteit, doch het uitbreken van ‘den grooten oorlog
heeft de formeele uitvoering van de tot ‘stand geko-
nien overeenstemming belet en Frankrijk’s denkbeel-
den over de voor Tanger wenschelijke positie schijnen
zich na den voor har gunstig verloopen krijg, waar-
door o.a. alle Duitsche invloed voor lange jaren uit
Marokko is geécarteerd, radicaal ‘te hebben gewijzigd.
in den loop’van dit jaar heeft de door Frankrijk ge-
protegeerde Cherifijnsche Regeering nu een plan voor
den aanleg van een haven te Tanger openbaar ge-
maakt, waardoor de feitelijke contrôle daarover aan de
Franschen zou wordn gegeven en volgens hetwelk
het Maghzen na 15 jaar de haven van de geconces-
sioneerde maatschappij ‘zou kunnen overnemen. De
uitvoering van die plannen zou een grooten stap terug
beteekenen op den weg naar de internationaliseering
van ‘Tanger, haar vermoedelijk voor goed zelfs onmo-
gelijk maken. Het schijnt, dat de Spaansche Regeering,
die met de Fransche het meest bij Tanger geïnteres-
seerd is, daartegen ‘dan ook terstond geprotesteerd•
heeft en ‘ook de instemming daarmede van sommige
andere mogendheden, op grond van ‘strijd met de acte van Algéciras twijfelachtig is. Intusschen wordt voor-
al aan Franschen kant luidruchtig propaganda ge-
maakt voor het voorkomen van de vestiging van een
,,installation étrangère” in de Tangersche zone en
neemt het Fransch-Spaansche antagonisme steeds
scherper vormen aan, tot groo’tnadeei natuurlijk voor
‘de ontwihkeling van h’et ‘betwiste gebied. Op grond
daarvan wordt thans dan ook van invloedrijke Engel-
sche zijde aangedrongen op formeele regeling ‘van de
quaestie door vaststelling van het statuut van Tanger
in den geest van het niet gepubliceerde Fransch-
Spaansch-Engelsche accoord van 1914, waardoor de
internationale positievan stad en omgeving zou wor-
1086
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14
December 1921
den bevestigd, en zonder eenig voorbehoud met geza-
menijjke krachten aan de ontwikkeling van de veel-
belovende havenstad, die thans het chronische slacht-
offer van ‘tegenstrijdige ambities dreigt ‘te worden,
zou
kunnen worden ‘gewerkt. Naast Frankrijk en
Spanje is Engeland als de bewaker van de straat van
Gibraltar het meest bij het politieke lot vaii zijn
overbuur aan het nauw geïnteresseerd. Bij de Fransch-
Engelscheovereenkomst van S April 1904 over Egypte
en Marokko werd dan ook reeds van Britsche zijde het
niet oprichten van versterkingen of strategische wer-
ken van welken aard ook aan de Marokkaansche zijde
der straat bedongen en zeer waarschijnlijk is Britsche
invloed •ook niet vreemd geweest aan de bovenver-
melde bepaling omtrent het ibeholad van het speciale
karakter van Tanger in het Fransch-Spaansche
accoord van 3 Oct. 1904. Een spoedige oplossing van
de quaestie is voor alle in Marokko geïnteresseerde
landen, waaronder Nederland van oudsher een eer-
volle plaats inneemt, van kroot belang.
Mr.
J.
D.
VAN KErwIcH VERSCHUUR.
Tanger, Nov. 1921.
DE BOTER- EN KAASWET.
Een enkele aanteekening hij de ingezonden stuk-
ken van de heeren Mesdag en Geluk in het vorig num-
mer. In hoofdzaak kan ik verwijzen naaT wat ik reeds
eerder over het onderwerp schreef.
Ons meeningsverschil vloeit voornamelijk voort uit
het feit, .dat zij zich op een geheel ander standpunt
stellen dan ik. Zij beschouwen de zaak vanuit hunne
dagelijksche omgeving, die bestaat uit reeds bij de Botercontrôlestations aangeslotenen. Dat ‘dezen er
geen belang ‘bij hebben en er zich dus niet rwarm voor
zullen maken, dat in de toekomst ook anderen rvan
de Rijks Botermerken profiteeren, is duidelijk. Ik meen echter rekening te moeten houden met het
feit, dat het botermerk niet is een particulier bezit
van een hepaalde groep van personen, doch een
Rijks-
merk.
En daarom gevoel ik, dat de Regeering moet
zorgen, dat een ieder, •die aan redelijRe en zakelijke
voorwaarden voldoet, van die Rijksmerken gebruik
mag maken.
Op het oogenblik buy, mag iemand, die zijdelings
oE rechtstreeks betrokken is bij de bereiding van mar-
garine, doch die tevens een of meer boterfabrieken
heef t, geen Rijksmerken gebruiken voor de door hem
bereide boter. Zakelijk ware het, indien men hem de
noodige waarborgen liet stellen, mat hedrjfsinrich-
ting euz. betreft, opdat eene goede contrôle mogelijk is. Maar neen, hij wordt absoluut uitgesloten, zonder dat dit zin heeft of noodig is. Want allerhande boter-
fabrieken en -fabriekjes, die zich even gemakkelijk of
even moeilijk van niargarine kuneu voorzien, worden
wel tot de contrôle toegelaten. Waar is nu het zake-
lijk verschil? Als ik ‘in Breda een margarinefabriek
heb en in Groningen een boterfabriek, dan mag ik
geen Rijksmerken gebruiken! Maar een boterfabriek
van iemand anders, ‘die naast mijn margarinefabriek
in Breda gelegen is, krijgt wel Rijksmerken!
Het is mij zeer duidelijk, ‘dat de Regeering een der-
gelijk omspringen met Rijksmerken niet kan hand-
haven en dus daarin verandering moest brengen. Het
zal echter wel nutteloos zijn, hierover verder te ‘rede-
twisten met de hoeren Mesdag en Geluk, want zij
gaan klaarblijkelijk uit van de vraag of de thans ‘aan-
geslotenen
bij
de ibotercontrôle belang hebben bij deze
uitbreiding. En zij vergeten, dat de Regeering
even-
goed rekening moet houden met de belangen van
anderen.
Do heer Mesdag herinnert mij er aan, dat de be-
sturen der contrôlestatio’ns uit zeer achtenswaardige
pessouen
zijn
samengesteld. Doordat ik zelf deel uit-
maak van het bestuur van drie boter- en kaascon-‘
trôlestations, was ik hiermede van zeer
nabij
bekend.
Maar evenzeer is het mij bekend, dat zij gebonden
zijn door de bestaande statuten en reglementen en
dat de Regeering zich achter die besturen, hoe ach-
tenswaardig deze overigens ook mogen zijn, niet kan
verschuilen. G. J.
BUNK.
LONDENSCHE CORRESPONDENTIE.
De economische cicvusules in de En-
geisch-lersche
0V
ereenicomst; de gevol-
gen der overeenkomst voor de partij-
• groepeering; de meeningen van Keynes,
Sir Robert Home en Sir Peter Rylands over het schadevergoedingsvraagstuk;
handelsbewe ging over de maand No-
vember; de geidmarkt. –
Onze Londen’sche correspondent schrijft ons d.d.
tO Dec. 1921:
The mest important event of the week Jias been
the announcement of t h e t e r m s
0
± s e t t 1 e me nt
concluded upon by the British and the
1 r i ah D e 1 e g, a tas, now, in terms of ‘the Treaty,
the acknowledged represeutatives of a Provisional
Government. The effect was at once seen in a ris
in the gilt-edged .market, and a general feeling of
renewed optimism, which all the difficulties of the
present moment have not been able to damp. We are
very far from a final •settlement even yet, but as
these are of a political character, 1 may be spared
from commenting ‘upon them.
The Treaty, in so far as it affects economie ‘mat-
ters, is as remarkable in what it doos not state as in
what is expressly mentioned. It provides for an arbi-
tration upon the su’bjec’t of ‘the ‘division of the ‘Nati-
onal Debt, and ‘specifically secures the accessibility,
upon reciprocal terms, of the harbours of the two
co’untries. But the question of fiscal autonomy, one
of the stumbling blocks until the last moment, is not
definitely mentioned at all. The grant of the full
powers of the Dominion of Canada, as determined by
,,law, practice and oonstitutional usage” convoys
these fiscal potvers in the fullest possible sense, how-
over. Ireland will be able ‘to impose protective taxes
against the British ‘manufacturer, will ‘be able to
en’ter into preferential arrangements, if it so desires,
with other countries, and may, by a policy ‘of houn-ties and subsidies, dervelop its own industries in th’e
fullest possible may. The only remaining limitation
upon the powers of the Dominions is that prefereni
tial rates of customs duties accorded to a foreign
power, must at the same time be accorded to the
Kingdom of Great Britain, and this is a limitation
which may at any moment be swept away by the
development of the conception of ,,Dominion Status”.
The fact that such wide powers have been secured to
the Irish Dominion will thus raise some interesting
problems of trade policy and tax practice. What is
lost to British manufacturers in this way, ho’wever,
will be amply repaid by the sett]emen’t of this ques-
tion, which has so long stood in the may of an orderly
evolution of the Irish milieu.
It is too early, perhaps, to consider the full effects of the Treaty upon the wider problems . of Inaperial
and British politics. Nevertheless, it is ‘worth while
to consider these possible effects.
In the first place, the Laat that ‘the po’wers grant-
ed to Ireland ,have ‘been defined by ‘reference to
those granted to one of the Dominions is bound to
raise the question of the precise ‘definition of what
those powers are, and to stimulate the other ‘Domini-
ons to demand the same rights, ‘where there is any
doubt as ‘to whether they now possess them. In this
way the question of Donainion Status, which General
Smuts has been pushing ‘to the front so prominently
in ‘the last few montha, is boutîd to come up for
further treatmeut
In the second place, the ending ef the Irish con-
troversy, is bound to cause a r e ‘al i g n
na
en t of
British’ political p’ar4.ies ‘The Unionists
as such have’ lot ‘their ‘raison d’être. The 4svo-party
14 December 1921
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1087
system is now likely -to -be reintroduced as a result of
one of the old ‘battie cries having disappeared. The
issues which will more rthan ev’er idivide British par-
ties will be those relating to foreign •affairs and to
social policies, two matters which in these days mean
economie differences of opinion. It is already ru-
moured that the Premier intends ‘to form a new
,,National Party”, which will absorb the majority of
the present coalition. This party will represent the
fusion of the middle-class elements. It will stand face
to face with the Labour Party. Within a genera.tion
the Asquithian Liberals, now united more on a per-
sonal than an intellectual basis, and ‘the extreme left
of the Conservatives, which will not enter in-to a
new party, will have disappeared completely. The
first because its folloiwers will have moved either
to the left or the right, the other because its basis,
the maintenance of ascendency of certain claises and
races in the Empire will fail, with the general grant
of self-government, to have any real meaning.
1f the first steps have thus been taken to settie the
Irish cuestion, th e R e p a r a t i o n s 1 s s u e still
remains shrouded in the atmosphere of private con-
versations among statesmen, an ‘atmosphere favour-
able to -the spread of rumour and counterrumour. At
the moment of writing, all is unsettled, except that
yet another conversation is -to be héld between the
Premier ad
M.
Briand. The market, if the crowd of
speculators in marks, can be called such, is still in
an optimistic vein, and the mark i’s stil relatively
high. But this is not the important point. Opinion
is in a state of great cofusion. We may select tbree
atterances to show how difficult it is to get guidance
in these matters.
Mr. J. M. Keynes has come in-to the open against
the two years moratorium. This on the ground that
it set-tles nothing, and because it settles nothing, will
merely lengthen the period of uncertain.ty. What
then, does Mr. Keynes propose? In effect sacrifices
by -the United Kingdom. We are to forego a portion
of what is due to us from the next instalments, and
are further ta be generous oi the question of our
rights to the amounts already paid. Wipe Out the
French debt, reduce our claims ‘to ‘what will be paid
in the future, and remove from the Treaty the demaad
for the payment ‘of pensions and allowances, and you
will have a basis of a reasonable settlement. Thus far
the philosopher of Cambridge. The Chancellor of ‘the Exchequei- on the other hand
has protested against -the payment of reparations in
kind. Such a step would be fatal to the prospeets of
employment in ‘this country. On the moratorium ho would notcommit himself; ,,he •did’not say ‘that we
should approve of the policy”, but, mi the other hand,
it was useless for Germany to plead inability to pay
so long as the railways were working at a loss, so
long as bi-ead was subsidised, and coal was at a lower
price in Germany than It -was in ‘this country.
Sir Peter Rylands of the Federation of British In-
dustries, on the ‘other hand, has been’defending him-
self against the attacks of those -who objected to his
plan of making Germany pay by means of capital im-
proveinents which this country could not afford at
‘the present moment. As he points Out, -this cannot
mean that unemploment in this country would in-
crease, since these ‘works cannot be executed with our
present meaus. On the contrary, by equiping ‘the
country with further capital resources, the Germans
would be increasing our productive power, and thus
improving the chances of employment.
It is still not yet dear whether Dr. Rathenau has
been successful in obtaining any money at all. At the
end of last week it is certain that lie had not been
successful, at the ‘end of this week ‘the position is
more obscure. The probability is that he imay be able
to get money conditionally on a settlement being
arrived at when the two Premiers ‘have met. Biit in
view of the weli-knowu difficulties of the situation,
it is as well not to be bptimistic.
As has already been said, the Irish news has given a much needed stimulus to the Stock Exchange, and
will do something to revive trade also: for the boycot-t
of Belfast firnas by South of Ireland traders has reaot-
ed on this country. T h e trad e r e ‘t u r n s f o r
t h e 1 as t m o n t h ware issued this morning, and
reveal practically no change from the previous months
as far as totals are concerned:
November
’21
compared with October ’21
(000 £stg.)
Imports ……..£
89,3 £ 4,5
muis. rincreaseor
5,0
pOt.
Exporte ………
,
62,9
0,6
1,0
ite-Exports …….
9,8
0,5
decreaseor
5,4
November ’21 compared wit.h November
’20
Im’ports …………..£
55,0
mille. ideerease or
384
pot.
Exports
………….. ..
56,5
,
47,3
Re.Exporte ………… —
3,3
,,
25,1
Eleven Months
of 21
as compared ‘wilih slaven months
’20
Imports ————–£
793,2
‘m,ills. clecrease or
44,1
pOt.
Exports
…………. —
595,1
48,0
Re-Expoi-ts
………. ..
111,9
53,3
The rate of discount for Treasury bills reached a
new low water mark ‘this week: £ 45 mills. were of-
fered for tender, and the average rate only reached
£ 3/8/2 approx., this being a fail of nearly four shul-
lings as compared with last week. The Treasury Note Account shows a sharp rise this week, which ‘may be
due to seasonal demands for money in the retail trade..
The rise of the potmd in terms of the dollar shows no
signs of ceasing, and we may hope
–
to see the panty
rate reached early next year. The market ie already
husy with conjecture as to another fali in the beuk
rate, bt the marke’t has been wrJng so uften with
regar’l to the Bank’s intentions that ‘these ruïne-ure
hou1d not be taken too seriously.
INDEXCIJFERS.
Voor November is in het in’dexeijfer een verdere
daling te constateeren en wel in totaal 130 punten.
Zooals blijkt uit de gebruikelijke – aan ,,The Econo-
mist” ontieende – tabel, hbben alle groepen tot
deae daling medegewerkt; het sterkst evenwel daal-
den -de weefs’toffen.
Andere
Granen voe.
een:
Alge-
Weej
Ddf aiim,
meen
ala
en
ng,.
,
,
ioffen hooi,
0100
index.
Ofee.cli en ge-
nolm.
robi,er,
cijfer
ene.
Basis
(gemidd.
1901-5′ . . 500 300 500 400 500 2200 100,0
1Januari1914 563 355 642 491
572 2623 119,2
1 April
560 3504 6261 493 567 2597 118,0
1 Juli
,,
5651 345
616
4711 ‘551 2549 115,9
1 October ..
646 405 6114 4721 645 2780 126,4
EindeDec.1914 714 4144 509 476 6861 2800 127,3
1915 897 446 731
7114 8484 3634 165,1
1916 1294 553 11241 8241 1112 4908 223,0
, 1917 12861 686 16841 8394 13481 5845′ 263,2
11 1918 1303
7821 18051 816 1337 6094 277,0
1919 1441
4
8814 24424 1145 14531 7364 334,7
Jac.1920 1461
8571 27024 12114 15351 7768 353,1
Febr.,,
1454
8864 29514 12531 1614
1
. 8160 370,9
Mrt. ,, 1508 914 29744 1246 17091 8352 379,6
April,, 14981 908 29381 12321 16544 8232 374,2
Mei ,,
1484 9814 2819 12954 1619 8199 372,7
Juni ,, 1511
9294 2562 1289 15551 7847 356,7
Juli ,,
1499 934 2594 1308 1541 7876 358,0
Aug. ,, 1438 927 2521 13024 15544 7743 352,0 Sept. ,, 1504 928 23624 1311 15391 7645 347,5
Oct.,, 15604 9004 19514 13164 1446 7175 326,1
Nov. ,, 1478 8694 1651 12594 1336 6594 299,7
Dec.. 1344 805 1284 1216 1275 5924 269,3
Jan.1921 1295
1
797 1187 11284 1209 5617 255,3 Febr.,, 11764 771 1038 1053 11374 5176 235,3
Mrt. ,, 1212 727 1030 1003 1125 5097 231,7
April,, 1196 723 1031
936 1043 4929 224,0
Mei ,,
1195 691
996 963 1065 4910 223,2
Juni ,,
1174% 6654 9734 973 10234 4810 218,6
Juli ,, 1165 7074 9584 937 1030 4798 218,1
Aug. ,, 1184 7164 998 9204 1000 4819 219,0
Sept.
11194 688 1258 871
9874 4924 223,8
Oct.
956 685 1171 816 960 4588 208,5
Nov. ,,
951
672 11174 774′ 9434 4458 202,6
1088
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 December 1921
De bewegingen in de gredp granen en vleesch zijn
ongelijk geweest. Vreemde tarwe staat lager, terwijl
binnenlandsche tarwe iets hooger n.oteerrt. Meel toont
weder een aanzienlijke daling, daarentegen is haver
gestegen. Run’der- en schapenvieesch iets lager, ter-
wijl ‘varkensvieesch sterk gestegen is. ‘Van de andere
voedingsmiddelen daalden koffie, sui1ker en.boter iets.
Alle noteeringen in de weefstoffengroep, uitgezon-derd zijde, toonen een daling. De katoenprijzen zijn
nog niet teruggekeerd tot den stand van Augustus,
maar de wolprijzen
zijn,
na hun tijdelijke stijging in
October, weer ‘zooals aan het eind •van September. De
verhoogin.g der zijdeprijzen zet zich nu al eenige
maanden voort. Vlas en hennep zijn onveranderd,
jute weder lager.
In de metalengrep. weegt de geringe stijging ‘van
sommige metalen ruimschoots op. tegen een ver-
•dei’e daling van ijzer en staal. Stalen rails ‘zijn ver-
laagd tot £ 10.-/.. per ton, terwijl de prijs eind Juli
1914 minder dan £ 6.-/- was. IJzeren staven n’oteeren
nu £ 12.61-, en bij het uitbreken van den oorlog
£ 7.-!-. De kolenprijzen
zijn
weder iets lager. In de d-
vrsengroep weren practisch geen veranderingen, be-
halve ‘kleine dalingen voor hout, olie en ‘olie’zaden.
Hieronder vergelijken wij de huidige noteeringen
met die sedert het uitbreken van den oorlog, waarbij
Juli 1914 gelijk 100 gesteld is.
Andere
1
1
1
Granen
1
e_
1
1
1
,en:
Weef-
1
Ddf.
1
oliën,
Data
1
en
ding,-
,
toffen
1.
stoffen
1
hou!, Totaal
vleesch
1
en ge-
1
rubber,
notm..
1
1
enz.
Juli
1914
100
100
100 100
100 100
December
1914
124
117
82
103 124
109
Juni
1918,
220 220
294
186
250
238
December
1918
226 222 293
186
241
236
Juni
1919
231
227
284
202 247
241
December
1919
249
250
396
247 263
287
Maart
1920
261
260 484 269 309 325
Juni
1920
26.1
263 415 278
281
305
December
1920
233 229
209
261
230
231
Maart
1921
209 206
167
216 203
198
Mei
1921
206
196 162
207
192
191
Juni
1921
–
203
188
158
210
185 188
Juli
1921…
202 200
156
201
186
.186
Augustus
1921
205
.
203
162
198 180
188
September 1921
193 195
204
189 178 192
October
1921
166 194 190 176 173 178
November 1921
165 190
181
167 170
174
Granen en vleesch komen dus
het ‘meest
bij de voor-
oorlogsprijzen, terwijl
de
delfstoffen bijna even laag
staan.. Daarentegen •zijn
de andere
voedingsmiddelen
en de weefstoff en
een eind boven het gemiddelde.
Algem.
Gem. pou-
lltr1eid
indcx’cijf.
deiikoera
algemeen
van ,,the
over de
index-
Datum
Econnmist”
alg. mnd.
cijfer;
1
Januari
1914……..
119,2
12,11
3
1
4
119,6
1
Januari
1915……..
127,3
11,78
124,1
1
Januari
1916……..
151,6 11,02 138,3
1
Januari
1917……..
223,0
11,68
215,6
1
Januari
1918……..
263,2
11,06
240,9
1
April
…. ……
266,6
10,395
229,4
1
Juli
,………
277,5
9,37
214,4f
1
October
………..
283,5 9,86
228,1
–
1
Januari
1919……..
277,0
11,19
256,6′
1
April
…………
259,4
11,60
249,1
1 Juli
,
………
293,2
11,70
.
284,0
1
October
..
……..
308,1
11,06
282,1
1
Januari
1920……..
334,7
10,14
281,0
Einde Januari 1920..
353,1
9,83
286,7
Februari
,,’
.,
370,9
8,985.
275,9
Maart
379,6
10,125
318,2
April
,…..
374,2
372,7
10,65 10,655
329,9
328,7
Mei
Juni
,…..
356,7
10,905
.
322,0
Juli
358,0
11,107
329,2
Augustus
……
352,0
11,01
320,8
September ……
347,5
11,21
3225
October
,…..
326,1
11,20
1
1
3
302,49
November
……
299,7
11,37
282,08
December ……
269,3
11,31
252,1
Januari
1921….
255,3
11,37
1
1
240,4
Februari …….
235,3
11,34
220,9
Maart
231,7
11,36
217,9
April
224,0′
11,30
209,5
Mei
2232
11,17
194,8
Juni
,……
218,6
11,341
4
205,3
Juli
218,1
11,42
206,2
Augustus
‘
219,0
11,77
212,5
September,…..
223,8
11,77
218,1
October
…….
208,5
11,59
.
200,0
November ……
202,6
11,35
190,3
AANTEEKENING.
Deweeksta.afd.erReichsbank.-Sin’ds
korten
tijd
overschrijdt de circula.tie.
–
van de Reichs..
bank 100 millioen ma.rk. Gelijk bekend is de ontzag-
lijke aangroeiing van dat cijfer welhaast uitsluitend
een gevolg van ‘het onderbrengen van schatkistpapier
door ‘de regeering bij deze instelling. Het bedrag der
in het ,,Overzicht der voornaamste posten” opgeno-
men wissels omvatte sinds eenigen tijd niet meer .dit
schatkistpapier, doch alleen het bedrag der par’ticu-
liere wissels, door de Reichbank in disconto ge-
nomen.
‘Derhalve geven wij hieronder een opstelling van
de bedragen particuliere en schatkist,wissels, den laat-
sten ‘tijd . in portefeuil.le bij de Reichsbank, alsmede
van hun som, welk laatste cijfer in den v’ervolge in
het overzicht der voornaamste posten weder ‘zal wor-
den vermeld.
Datum. Wissels en
‘ chèques.
Schatkist-
papier.
Totaal.
7
Juni
1921
1.755.969
.
60.415.555
62.171.524
15
1921
1.706.930
67.541.226 69.248.156
23
1921
1.662.354
64.434.431
66.096.785
30
1921
1.565.406
79.607.790 81.173.196
7
Juli
1921
1.494.519
71.126.347 72.620.866
14
1921
1.516.264
76.610.465 78.126.729
21
1921
.,
1.470.787
70.539.327
72.010.114
28
1921
1.135.529
79.981.967
81.117.496
4 Aug.
1921
1.096.443
75.129.862 76.226.305
15 1921
1.003.939 78.978.931
79.982.870
23
1921
1.031.609
.
75.031.147
76.062.756
31
1921
1.002.497
84.043.891
85.046.388
7
Sept.
1921.
– . –
963.069
80.502.996
81.466.065
15 1921
1.035.592
87.040.196 88.075.788
23
982.001
82.613.929
83.595.930
30
.
1921
1.142.218
98.422.137 99.564.355
7
Oct.
1921 …….
1921,,
1.092.490.
89.471.273
‘
90.563.763
15
1921
.
–
1.047.408
94.981.626
.
96.029.034
23
1921
1.416.646
91.271.206 92.687.852
31
1921
881.474
98.704.768 99.586.242
7
Nov.
1921
.
– –
755.207 95.339.603
.
96.094.810
15
1921
.1.323.994 103.725.700 105.049.694
23
1921
1.109.325
100.552.191
.101.661.516
30
1921
1.445.667
114.023.417 115.469.084
BOEKAANIÇONDIG1NG
Proeve eener theorie der economie
naitr chriseljjke belijdenis,
door dr.
J.
•
A. Nederbra.gt
; ‘s Grovenhage 1921,
Drukkerij Voortvaren.
De ,,econosnie naar christelijke ibelijdenis” heeft
in Nederland al een geschiedenis .
Mr. T. de Vries, leerling .der’ Vrije Universiteit,
‘bepleitte reeds in 1904 hare ‘bestaanibaarheid ‘in een
rede voor een Utrechtsch studentengèzelschap, voor
welks gastv’rjheid hij ‘zich te dankbaarder fbetoonde,
waar zij hem, naar iij – verklaarde, aan zijn eigen
Academie, waar hij ‘zijn opleiding genoot en wier be-
ginselen hij liefhad en beleed, ‘nog ‘nooit verleend was.
En nog in hetzelfde jaar kwam dezelfde schrijver
met het eerste deel van zijn ,,Beginselen der Staat-
huishoudkunide”, ‘die
zijn
stelling zouden hebben waar
te maken metterdaad. Beide geschriften ‘kwamen uit
bij T. 0. B. ten Hagen te ‘s Gravenhage.
Zij hebben niet geleid tot benoeming van den
14 December 1921
ECONOMISÇH-STATISTISCHE BERICHTEN
S;.
auteur tot docent aan de Viije Universiteit. Daar
kwam een ander, ‘t.w. Mr. P. A. Diepenhorst, die er
in hetzelfde jaar van De Vries’ geschriften op ,,Calvijn
en de economie” was gepromoveerd, den leerstoel der
staathuishoudkunde bezetten en in het voorjaar van.
1007 vond mr. De Vries in dit feit aanleiding, in
De ,S’ta.nda,ard
bekend te maken, dat hij, om polemiek
rtusschen hen beiden te vermijden, ,,een polemiek, die
•des te onvruchtbaarder ‘zou ‘zijn, naarmate beiderzijds
de beginselen nog minder consequent en onvolledig
waren doorgedacht.”, afzag van de uitgave zijner dee-
len twee en drie. De resultaten van mr. Diepenhorst’s
onderzoek wenschte hij af te wachten. Deze
–
•esutaten
zijn sindsdien in prof. iepenhorst’s drie deden
,,Voor.lezingen •over -de economie”
bij
G. J. A. Ruys
te Utrecht geboekt. 1i’ot polemiek e:rtegen idoor mr. De Vries, die trouwens inmiddels in Noord-Amerika
(ik meen te Chicago) een academishen leerstoel in
een andere faculteit had aanvaard, is het, zoo ik mij
niet vergis, niet meer gekomen.
Op zijn minst dus, zoo meende men, bezat tot nu
Nederland reeds twee proeven eener theorie als thans
dr. Nederbragt aanbiedt. Op zijn minst, want velen
zullen geneigd
zijn,
ook prof. Slotemaker de Bruine’s
,,Christelijk Sociale studiën” (bij denzeifden uitgever
als Diepenhorst’s Voorlezingen verschenen) te rang-
schikken onder dezelfde categorie, al zit in dat mooie
boek weinig economische theorie, terwijl wij dan bo-
vendien nog onze roomsche schrijvers over staathuis-
houdkunde hebben (men •denke -aan Aengenent en
Raaymakers), die, het exclusief gebruik van den -term
,,christeljk” in bepaalde Nederlandsche kringen ten
spijt, toch ook ,,christenen zijn”, ‘zelfs al wordt dit
woord genomen in die beperkte beteekenis, welke buy.
de vrijzinnige protestanten er buiten sluit.
Dr. Nederbrag’t vindt vrijheid, deze voorgangers
over het hoofd te ‘zien. Hij kondigt ‘zich, in
zijn
Voor-
woord, uitdrukkelijk als den eerste aan, die de pging
bestaan ‘zal ,,om tot een behandeling, van Christelijk
standpunt uit, van het geheel der êconomie te komen”.
Zoo uit deze aanmatiging (die met geen rwoord wordt
gemotiveerd) broedertwist voortkomt, worde deze in
den kring der br-oede±’en ‘zelven uitgevochten. Hier is de ,yraa: wat ibrengt het boek den economis-t-zon.der-
adjectief? Het antwoord kan slechts luiden: het
brengt hem niets. En zelfs lijkt de vrees niet denk-
beeldig, dat dr. Nederbragt’s •geloofsgenooten na
lezing van dezelfde meening zullen blijken. Het is
pijnlijk, maar mag niet worden verheeld.
In de meeste hoofdstukken komt de naam God’s .of
komen Sehriftcitaten herhaaldelijk voor; er zijnn er
ook, waar deze uiterlijke christelijkhei’d ontbreekt
(ik noteerde die over de standplaats van het bedrijf,
de arbeidsverdeeling, de ondernemers-, .de coöperatie,
de concentratie). Waar ‘zij aehwezig is, verheldert rij
nergens en ergert ‘zij soms. Dit laatste is het geval
op bi. 21, waar terloops de vraag wordt aangeroerd
of in het geldwozen ‘het goud kan worden gemist
en deze vraag ontkennend wordt beantwoord, wijl
,,deze .onttron,ing van het goud een ontkenning van
de objectieve waarde ‘van het goud, een loochening
van Gods schep-pingsdaad (zou zijn,- die) zuiver prin-
cipieel de Christen niet aanvaai’den (kan)”. Het is ook het geval op -bi. 324, waar over -de statistiek
wordt gehandeld en in haar wordt onderscheiden
,,tiweeërlêi element”: er is een statistiek, ,,die zich
bezighoudt met wat tea -principale is te noemen het
doen Gods” (voorbeeld: -de bevolkingssta-tistiek), en.
daarnaast eene ,,die behandelt hetgeen meer als het
doën der menschen is aan te merken (handel en ver-
keer e.d.)”; de eerste is betrouwibaar: ,,men kan nooit
genoeg het dôen en laten Gods nacijferen om daar-
uit wijsheid te putten”, doch -bij de tweede moet ,,de
grootste voorzichtigheid worden -betracht”.
Bevreemden zou het mij niet, zon menig geloofs-
geûoot van dr. Nederbragt dit economisch en -statjs
tisch .,gebazcl op de -grens der heiiigschennis gelegen
achtte. – – .
Het boek bestaat uit een aantal .ios samenhangende vertoogeii over economische en sociale onderwerpen,
die haast nergens :zich -boven het peil van vlot ge-
schreven populaire journalistiek verheffen. G-rondige -behandeling van fundamenteele economische proble-
men als bijvoorbeeld het ‘waardevraagstuk en het be- –
volkingsprobleem zoekt men er vergeefs, hoewel de
titel -van het boek den lezer daarop recht geeft. –
Het geidvraags-tuk komt, lang -na het geciteerde
van
–
bi. 21, op bi. 244 v. andermaal ter -sprake. Men
v.ind-t daar dit: ,,het wil mij voorkomen, -dat een
theorie der economie naar christelijke belijdenis voor-
al ook hierin haeft te erschillen van de overige
theorieën -der economie, dat ‘zij, -in het algemeen in
overeenstemming met Gods Woord, de -stoffelijke
goederen – terugp-laatsende op de bescheiden piaats,
weike hun toekomt, met name -het gei-d terugdringt
van de geüsurpeerde plaats, welke het zich heeft
– weten te -verwerven in de schatting en in het doen
der menschen”. ‘Om deze reden komt het geld niet
eer dan
–
-op bi. 244 in besprek en wordt de titel ,,ver–keersmiddel” voorbedachteljk eraa-n onthouden, die
van ,,verkeershulpmiddel” eraan toegekend. .Zod
staat, zonder jokken, op bi. 244 -te lezen. –
Nadat dan op d,e voorafgaande 243 –bladzijden
over de, het “stoffelijke verre te boven gaande, on-
stoffelijke waarden der menschheid gehandeld is? Ge
zoudt- het denken, maar u vergissen; ook daar vindt
men, met maar een heel enkele uitzondering, aller-
hande ,,stoffelijke” onderwerpen behandeld, die i-n
boeken over economie nu eenmaal behandeling ple-
gen ‘te vinden. Dit is trouwens geheel in overeen-
stemming met -de definitie van bi. 17, waarin d’e
ecönomie wordt aangeduid als ,,de ‘leer van de
wijze,
waarop de mensch heeft huis te houden niet -de stof-
felijke goederen, a. ter vervulling der taak, door God
hem opgedragen in zake zijn eigen verzorging,
b.
als
‘mede-arbeider Gods aan de volle ontplooiing en ont-wikkeling -der stoffelijke wereld, en
c.
ter verhaas-
ting der voleinding en der wederkomst van Christus”.
Op deze definitie is van allerlei ‘aan te merken, in
de eerste plaats, dat zij de economie -enkel ziet als
normatieve, in het geheel niet als causaal ‘verklareii.de
wetenschap, -wat zij toch is in
–
de eerste plaats. -Reeds
hierom is deze -definitie (in een ‘boek, dat beproeft
een ,,theorie der economie” te geven) fundamenteel foutief, z66 ondoordacht, dat ‘zij volmaakt onbruik-
baar zou zijn, ware het niet, dat zij geschikt is om
den lezer voor verdere ondoordachtheden van meet af op zijn hôede te bren-gen. Want ‘van dezul-ke wemelt
– het boek; ik gaf er enkele staaltjes van.
Doch – waarop – het hier aankomt – -de -definitie
omschrijft dan toch het terrein der economie als dat
der stoffelijke goederen. Misschien -zelf-s dit ten on-
rechte, ik laat dit daar, maar vraag alleen wat zin dan
de uitval tegen het’ geld ‘op bl. 244 behoudt.
Over ‘het wetenschappelijk karakter van het iboek
staat iets in het Voorwoord, op
–
bi. VII v.:
Wat ‘zijn methode -betrof-t, merkt daar -de schrijver
op, niet te hebben ,,getracht, een schijn van weten-
schappelijkheid aan
(zijn)
-boek te geven door er een
verzameling van feitelijke gegevens van te ma-ken”.
,De opmerking is, men -zij christen of niet, onbe-
grijpelijk, naardien het verzamelen van feitelijke ge-
gevens alleen door niemand ,,’we’tenschap” -genoemd
wor-dt.
De schrijver gaat dan verder: hij ,,’beoogdo noch
een wetenschappelijk geschrift, noch een handboek”,
maar wèl: ,,een eigen afgesloten gedachtengeheel te
geven, dat. . . . in zichzelf het getuigenis van waar-
heid of dwaling -draagt”.
Me-t zijn verlof, hij -beoogde’ en beloofde ‘de ,,proeve
eener theorie der economie naar christelijke belijde
nis.” En al kan men ‘zeker ,,afgesloten gedachtenge–
heelen” construeeren, die buiten de wetenschap om-
gaan, ‘z-oodra -deze pretendeeren, een ,,theorie der eco-
nomie” te bieden, geven ‘zij zich uit voor wetenschap
-al betuigt ook de schrijver, ,,’ten volle” zich” ermee
1090
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 December 1921
te kunnen ,,vereenigen”, zoo ,,men ep grond van het
vorenstaande aan (zijn) geschrift het karakter ‘van
wetenschappelijk ‘werk ontzbggen (wil)”.
Het is echter niet ,,op grondvan het vore’ns’taan-
de”, doch op dien van de ruim vierhonderd bladzijden
die daarna komen, dat deze ,,proeve” als volledig mis-
lukt moet worden beschouwd. Een ,,theorie der eco-
nomie” geeft zij niet; ,,christelijke belijdenis” geeft
zij overvloedig; hoe grooter eerbied men voor deze
laatste heeft, des te grôoter ‘wrevel moet •dr. Neder-
bragt’s poging tot zoo gebrekkige koppeling van beide
wekken. D.
VAN BLOM.
Svenska Hanelsbanken 1871-1921.
Denkschrif t der Ha,ndelsbanJc.
Stock
holm 1921.
Op 1 Juli van dit jaar bestond Svenska Handels-
banken vijftig jaar. Ter gelegenheid van ‘dit jubileum
werd in opdracht van Commissarissen door Prof.
Cari Hallendorff een gedenkboek samengesteld, waar-van ‘dezer dagen de e’enigszins verkorte D’uitsche ver-
taling het licht zag. Het boek, dat, met alle verschil-
len,. ‘die voortvloeien uit het ui’teenloopend karakter
der ondernemingen, sterk herinnert aan het gedenk-
boek der firma R. Mees & Zoonen, onderscheidt zich
gunstig van vele andere gedenkboeken. In ‘de eerste
plaats in zooverre het niet een ch’ron’ologische opsom-
min.g is van feiten in de geschiedenis der Bank, doch
steeds getracht is, de hoofdlijnen dezer historie in
verband te brengen met den algemeenen economi-
schen toestand der diverse perioden. En in de tweede
plaats heeft. de samensteller gebruik kunnen maken vafi de notulen van commissarissen-vergaderingen,
zodat hij •hetma’feriaal uit ‘de eerste hand had. Ten
slotte ‘blijkt uit het gedenkschrift, ‘dat met groote
‘openhartigheid van de gebeurtenissefl” in het leven
der bank is melding gmaakt. De beschrijving van de
inwendige, crisis van 1887 is daarvan een voorbeeld.
De bank begon, aldus de inleiding, haar werkzaani-
heden in het begin van een nieuwe periode in he’t
Zweedsche economische leven. Gedurende ‘de voor-
afgegane kwart eeuw waren tengevolge van buiten-
landsche invloeden en de ‘daardoor .jn’het binnenland
te voorschijn geroepen verschijnselen, oude vormen doorbroken en nieuwe toestanden ontstaan; het was
een langzaam losser maken van die banden, die tot
dusverre den on.dernemersgeest binnen nauwkurig
bepaalde grenzen gehouden hadden.
Als hoeksteen dezer ontwikkeling beschouwt men
gewoonlijk de besluiten van den Rijksdag in ide ‘jaren
1844-45, die den gildedwang minder maakten, ten
deele ‘de verordening betreffen’de ‘de bedrijfsvrijheid
van’ 1864, zoowel als den overgang tot een gematigde
politiek van vrijhandel door het handelsverdrag met
Frankrijk in ‘het jaar 1865.
Als gewichtige factoren, ‘die bijgedragen ‘hebben tot
de vorming van het economische leven, is e’enerzijds
aan te nemen het ‘opkomen van. ‘de’ moderne verkeers-
middelen en ‘anderzijds het bekend worden met de
technische vindingen van het buitenland op indus-
trieel gebied. Deze omvorming moest beg’rijpeli,jker-
wijze nieuwe en hoogere eischen aan geidwezen en
credietbeniiddeling stellen’.
Het ontstaan van particuliere banken dateert in
Zweden van ongeveer denzelfden tijd als de hervor-
ming van de Zweedsche Rijksbank (toen nog ,,Bank
der Rijksstanden”), die in de jaren 1828-30 •door
den Rijksdag werd doorgevoerd, en die door de bank-
biljetten-reductie van ‘1834 geordende toestanden op
geldgebied schiep, nadat hier bijna een halve eeiiw
lang een voortdurende verwarring had geheerscht. De
stabiliseering ‘van het muntwezen had onmiddellijk ‘dé
oprichting’ van nieuwe credietinstituten ten gevolge.
In hetzelfde jaar, waarin de Rijksbankwet verscheen,
1830, werd in Ystad de Skânska Privatbanken opge-
richt, die spoedig daarop haar naam in Skânes lins-
kild’a Bank veranderde en die de eerste. in de rij
van de. Zweedsehe particuliere banken op grondslag
van solidaire aansprakelijkheid werd. Deze banken
bezeten een privilege, voor de nitgif te van bankbiljet-ten. ‘En daarop volgende ‘decennia werden. in, ‘de ver-
schillende ‘deelen van het land dergelijke banken op-gericht, zooda’t ongeveer 1870 bijna iedere provincie
of ieder landschap h’aar eigen” particuliere bank bezat;
ook verschillende grootere steden met een meer ont-
wikkeld zakenleven konden zulke aanwijzen. In het
algemeen was ‘dns de werkzaamheid der banken locaal
of regionaal georganiseerd, waarbij in ‘de gewoonlijk
met de grenzen van provincie of lancistreek ‘samen-
vallende gebieden een aantal filialen was opgericht,
da’t het verkeer tusschen de verschillende plaatsen
van het btreffende district en het hoofdkantoor van de
bank onderhield. Dit ‘beeld van algemeene decentra-
lisatie bij provinciale centralisatie past zich geheel
aan den geheelen economischen toestand van Zweden
in dien tijd aan, toen de hoofdisa’d slechts de grootste
van de grootere steden des lands was, zonder verder
een leidende rol van beteekenis te spelen.
Terwijl deze oudere particuliere banken eigenlijk
slechts door
.
,en voor de biljetten-emissie bestonden,
werd met de oprichting van Stockholm’s Enskilda
Bank in het jaar 1856 voor het eerst een poging ge-daan, door het aantrekken van ‘deposito’s op groote
schaal, speciaal van gelden op langen termijn, onge-
bruikt kapitaal te verzamelen en ‘dit, speciaal in den vorm van wisselcrediet, ter beschikking van, het be-‘
drijfsieven te ‘stellen. De groote fin’ancieele crisis van
1857-58 toonde voldoende de ontoereikendheid van
het toenmalige credietwezen aan en gaf aanleiding tot een nieuwe bankwetgeving, welker eerste rsul-
taat van beteekenis de oprichting in 1863 van de
oudste Zweed,sche Bank, in naamtoozen-vennootschaps-
vorm, was, n.1. ‘de Skan’dinaviska Kreditaktiebolaget
te Gothnburg. De beide laatstgenoemde instituten
on’derscheiddén zich van de oudere niet het minst ook
daardoor, dat zij aan hun werkzaamheden minder dan
deze enge locale, grenzen stelden.
De ontwikkeling van het verkee’rswezen en van de
industrie ontuam aan deze p,rovinciaiè grenzen intus-
schen spoedig hun beteekenis, die altijd slechts rela-
tief geweest was. De prQvinciale banken waren, om
aan de hun gestelde eischen te kunnen voldoen, ge-
dwongen, in meer levendige betrekking tot elkaar te treden; in zeer bijzondere mate echter behoefden zij
een meer levendige verbinding met de hoofdstad, waar
zich de leiding der groote ‘ondernemingen met iden in
‘de 1860-er jaren inzettenden overgang tot het ‘moderne
industrieele grootbedrjf ‘was beginnen te concen-
treeren.
Daarmede brak voor de Stockholnasche banken een nieuwe tijd van groei en toenemende be’teekenis voor
het geheele zakenle’en van het land aan. Het gewich-
tige aandeel, d’at Stockholm’s Handelsbank hier’aan
gehad heeft, wordt in het gedenkboek, door tal van
‘statistische tabellen en ‘grafisqhe voorstellingen toe-
gelicht, beschreven.
MAANDCIJFERS.
EMISSIES IN NOVEMBER
1921.
Provinc. en Gemeentelijke leeningen
f
5.733.500,-
zijnde:
Noord-Brabant
f2.000.000,— 6
0
/0
obi.
5.
100’12
o/o.
Leeuwarden 11.000.000,
–
61I
0/
obi.
5.
101
0
/0.
Gewest Preanger Regentschappen.
f2.700.000,— 7
1
/2
0/oobi. 5.100 ‘h
0
/s.
Industrieele Ondernemingen ……..
1.000.000,-
zijnde:
Droogdok Maatoch. ,,TandjorgPriok”
fi,000.000,-..
7
0/0
obi.
5.
100
°Io.
Tramweg-Maatschappijen ………
3.030.000,-
zijnde:
Semarang-Cheribon Stoomtram Mij.
f
3.000.000,—’ 7
0/,
obi.
5.’ 101
Ol
o.
Transporteeren.
.
f
9.763.500,-
14
December
1921
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1091
Transport.
.
f
9.763.500,
–
Diversen
……………………
..1.216.250,
–
zijnde:
Fonclsenhanclel Maatsch. /700.000,-
aand. ft 100
O
l
o.
N
.
V. Technisch Bureau Marijnen
f
250.000,- 7
0/
obl. 9. 102
Ij, 0j•
Solosche Electrieiteits-Maatschuppij
f100.000,- aand. 9. 110
0
/0.
T{our,bouw-enHouthandel Mij..,Padox”
f150.000,- aand. 9. 100
O
l
o.
Totaal
. . . .
f
10.979.750,-
Totaal der emissies in Januari
. .
f
49.295.330,-
Februari
.
,,
29.964.250,-
Maart
. . . .
,,
69.463.000,-
April …..
,
19.416.000,-
Mei ……
,,
36.486.931,25
Juni
….
,,
49.850.500,-
Juli ……
,,
104.801.800
1
–
Augustus..
,,
13.217.000
1
–
September.
,,
10.603,662,50
October
..
,,
63.111.250,-
November.
,,
10.979.750,-
Algemeen Totaal
. .
f
457.189.473,75
Bovendien:
f
67.500.000,- 3/m. Schatkistpromessen 9.
f
987,99
3.810.000,- 61m.
,,
,, ,,
980,-
terwijl voorts ook hier te lande gelegenheid bestond tot
inschrijving op de uitgiften van Russioche Elektrizitaets
Gesellchaft A.G. Mrk. 10.000.000,- aand. 9. 100
o/o
en
Vereenigde Duitsch-Hollandscbe Basa It- en Steenmaatschappij
Mrk. 10.000.000,- 7
0/
obi. 9.100
Ol
o.
GIRO-OMZET BIJ DE NEDERLANDSOHE BANK.
November 1921
November 1920
Posten
Bedrag
Posten
Bedrag
Voor reke- ninghouders 44.242 f1.770.588.000 38.154
f
2.158.583.000
waarvan döor de 11.-bonk
plaatselijk… 20.965 ,,l.410.516.000 16.091
,,
1.686.393.000
Ter voldoe-
ning van
Rijksbelast.
1
1.530
,,
12.595:000 1.403 12.545.000
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B.
**
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
N
d
(Disc. Wissels.
4
+
1Juli ’15
Zweeds.R.ksbk
5
+
19Oct. ’21
Ek Be1.Binn.Ef1. 5
190ct. ’20
Bk.v.Noorw.. 61
6Juli 21
IVrsch.inB.C.
6+
19Oct. ’20
Zwits. Nat. Bk. 4
13Aug.’21
B~k
.
van Engeland 5
3Nov.’21 BeIg.Nat.Bk.5-5
19Mei ’21
Duiteche Rijksbk.
.
5
23Dec. ’14
Bank v. Spanji 6
4Nov.’20
Bk. van Frankrijk
5
+
28Juli ’21
Bank v. Italië.
6
20 Mei
1
20
Oostear. Hong. Bk.
7 30Nov.’21
F.Res.Bk.N.Y.
1
2Nov.’21
Nat. Bk.
v.
Dene.m.
5
1
5Nov.’21
îqvasche
Bank 3
+
1Aug.’09
OPEN MARKT.
Dato
Amsterdam Londen
Port.
Berlijn
Part.
Parijs
1
Part.
N. York
Cdl.
Part.
Prolon.
disconto
1
galie
disconto
disconto
1
disc.
mones)
10
De
–
’21
411
4
33/
35
1
4_51
–
4’1_5
t)
5-10
’21
41!4_3f5
311,4
351_31
4_5
–
4-6
28N-30’21
41141f3
315,
381_71
4_51
–
4-511
21-26
N. ’21
431s
3112-4112
371_4
45/
–
41
12
-5
12
6-lID ’20
331_11
412-6
‘
‘,
!s
:4
4-/
–
6-7
8-13 D. ’19
41/3/
331_5
55/
s
4_51
–
511-12
20.24Ju1t’14
391_31
21
4
-1
4
2
1
1_
3
1
2’/-‘/
2
2
lol
5
1
1
7
1
1
•) Noteering van 9 December 1921.
WISSELKOERSEN.
WISSELMARKT.
Londen
was deze
‘week
doorloopelid goed gezoc1it.
Het
gunstig verloop van de lersche moeilijkheden, gepaard met
de goede berichten uit Washington, deed zoove1 ponden als
1 rancs en marken niet onbelangrijk stijgen. Heden werd
voor 11,60 afgedaan. Voor Parijs en België werd. de stijging
enkele malen onderbroken. De stemming bleef echter vast.
Marken waren in het begin ‘der week eerder aangeboden, maar werden idaarna regelmatig met groote posten uit de
markt
genomen, hoewel het aanbod uit Duitsohland regel-
matig bleef aanhouden. Vooral op de hoogere koersen werd
dit
aanbod weer grooter. Weenen ‘was in sympathie met
Berlijft eveneens iets
vaster. Dollar.s waren de geheele week
flauw. De koers bleef echter vrij stationnair, &Ieen heden
laat werd het aanbod zoo groot, ‘dat een niet onbeduidende
inzinking kon plaats hebben. Skanciivavië iets waster. Zvit-
serland vrijwel onveranderd. Spanje zeer geaocht, 39,25-
40,10.heden. Buenos Aires onveranderd. Ook Indië vrijwel
stationnair.
KOERSEN IN NEDERLAND
D
ala
Londen
0)
Parijs
0)
Berlijn
0)
Weenen
0)
Brussel
*0)
w
Ne
York0)
5 Dec. 1921
11.33
20.55
1.20
0.10
19.811
2.80
6
1921..
11.37
21.10
1.27+
0.10
20.09
2.791
7
1921
11.38
1
21.17+
1.341
0.09120.22
2.78
8
1921
11.40
21.15
1.41
0.10
20.27.1
2.791
9
.:
1921
11.47
21.82.1
1.46
0.10
20.921
2.7911,
10
1921 11.451
21.621
1.50
0.10
–
Laagsted.w.
1)
11.311
20.40
1.17
0.08
19.70
2.771
Hoogste
..
)
11.49
22.-
1.52 0.11
21.-
2.80
1
12
3 Dec. 1921
11.33,
20.45
1.29
i
0.10
19.80
1
2.79k’
26Nov.1921
11.18
19.30 0.96
0.09
l8.52.22.781
Muutpariteit..
12.10
48.-
59.26
50.41
48.-
2.48/,
0)
Noteering
te Amsterdam.
00)
Noteering te Rotterdam.
‘)Particuliere nrgave.
2)
Noteering
van 2 December.
5)
Idem van 25 Nov, mber.
D °
t
°
Stoelt.
holm)
Kopen.
hagen
0
)
Chris.
tiania
0
)
Zwitser.
land
0
)
Spanje
t)
Batavio
t)
telegrafisch
5 Dec. 1921
66.90 52.40 40.40
53.75
39.27+
97
1-
97
+
6
1921
67.10
52.55 40.50
54.-
39.35
9
7
ij
-9
71
7
1921
66.90
52.70
40.40
53.75
39.50
971
97
8
1921
67:-
52.75
40.50
53.90
39.65
97
+-
97
+
9
.,
1921
67.50
52.90
40.70
53.971
39.90
97
+-
97
1
10
1921
67.50 52.95
40.75
54.-
39.85
98
1/
L’ste d. w.’)
66.50
52.10
40.10
53.55
39.10
97′!
EI’ste
,,
..
!
67.50
53.- 4085
54.10
40-
9771s
3 Dec. 1921
66.75
52.20
40.55
53.60
39.25
98-981
26 Nov. 1921
65.70
51.60
40.-
53.50 38.80
97
1-
97
+
Muntpariteit
66.67
66.67
66.67
48.-
48.-
100
0)
Noteering te Amsterdam.
5)
Particuliere opgave.
Termijnnoteeringen der Valuta-Kas.
Ecarts tusschen termijnnoteering en contanten koers.
(week van 5-9 December 1921.)
Londen.
TJlt. Dec.
Uit. Jan.
Uit. Febr.
Hoogste B Koers
agio
1
1
1, ct.
agio
21 et.
agio
4
cl.
Laagste B
,,
,,
11
..
,,
1
1
1
2
,,
,,
214
Hoogste
L
,,
211
,,
,,
331
4
,, ,,
4
3
:
Laagste L
,,
1
11
4
,,
,,
2
1
1
4
,,
,,
311
t
New-York.
Hoogste B Koers
agio
1
14 at.
Pari
Pan
Laagste B
disagio
1
14
,,
disagio
3
/
8ct.
disagio
1
/
5
et.
Hoogste L.
agio
1/4
,,
agio
11
,,
agio
114
Laagste L
Pari
Pari
Pan
Parijs.
Hoogste B Koers
agio
2
1
/
2
ct.
agio
2
1
1
ct..
0gb
2
1
1
3
ct.
Laagste B
,,
disagio 2
1
1
,,
disagio 21
3
,,
disagio 2’/
2
Hoogste L
,,
agio
5
,,
agio
5
.
agio
5
Laagste L
,,
Pari
Pari
Pan
Brussel
Hoogste B Koers
agio
2
1
1
2
et.
ogio
5
ct.
agio
7
1
/
2
1.
Laagste B
Pari
,,
2112
.,
,,
5
Hoogste L
agio
10
,,
,,
12112
,,
,,
12112
Laagste L
Pan
,,
2
1
1
2
,, ,,
7
1
12
B er
1 ij
fl.
Hoogste B Koersj
PaH
Pari
Pan
Laagste B
,,
Pan
Pan
Pan
Hoogste L
,,
agio
1
cl.
agio
1
ct.
agio
1
et.
Laagste L
,,
Pari Pari
Pan
1092
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 December 1921
KOERSEN TE NEW YORK.
D a
CoMe
Lood.
(In .’t pers)
ZichiParija
(in
do.
p.fj.)
Zicht Berlijn
(In
ci. P.
Mik.)
Zicht Am.,terd.
(in
ci,. P. gId.)
10 Dec. .. 1921
4.14.62
7.81
0.53
36.01
Laagste d. week
4.07.25 7.48
0.44
35.80
Hoogste
,,
,,
4.14.62
7.81
0.57
36.01
3 Dec. ..
1921
4.05.37
7.29 0.46
35.70
26 Nov… 1921
3.9975
6.96 0.35
35.66
rwluritpariteit
4.86.67
5.18
1
1
95’1
401
KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN
Plaatsen en
Londen
NoIccrins.
eenheden
25Nov.
1921
9771
3
Dec
1921
9771I
3-10
Laagste
9771
Dec.
’21
Hoogste
9771
10
Dec.
1921
1
971
Alexandrië..
Piast. p. £
‘B. Aires’). .
d. p. $
4451,
4331
143112
4351
439
1
Calcutta . . . .
5h. p. rup
113
13
116
114
1
1
32
113
1
1
,
1
16
114
1
1
113
1
1
Hongkong ..
id. p. $
2811
4
218
1
1
261
4
2j81
2
2171
Lissabon
..
. .
d. per Mii.
414
418
4
1
1
2
5
43
14
Madrid
….
Peset.p.
28.80 28.90
28.60
28.95
28.65
5
Montevideo’
d. per $
401
4
40
1
1
4
39″
41
40114
Montreal….
$ per £
4.38114
4.4018 4.40
4.48 4.47
1
1
*R,d.Janeiro.
d. p.er Mi!.
7
19
1
3
2
725/32
1
721/32
723135
Rome
…… .
Lires p. £
97.75
94151
921
4
95112
93112
Shanghai….
Sh. p. tael
3
.
95/
s
3/95/s
317
13931,
31751s
Singapore
..
id. p.
$.
2/31
23
213
1
1
213
1
1
2’31
5
Valparaiso
peso p. £
38.70
37.70
38.50
39.50 39.50
Yokohama ..
Sh. p. yen
2,4
13
1
2141 2131
4
2141
2131
S
Koersen der voorafgaande
dagen.
i)
Telegrafisch transferr.
1)
Noteering
van 2 Decen,ber.
NOTEERING VAN ZILVER
Noteering te Londen
te
New York
10 Dec.
1921
35
1
1
651
–
3
,,
1921
37
1
4
67
26 Nov.
.1921
. .
3731
19
,,
1921
3911
.
-6931,
11 Dec.
1920
……
40/5
611
13 Dec.
1919
……
78
1
1
2
131
1
1
20 Juli
1914
……
24l5/i
5411
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte. Balans op 12 December 1921.
Activa.
Binnen!. Wis-f H.-bk.
f156.968.584,37
1
/
5
sels, Prom.,
B.-bk.
; 55.547.352,191 enz. indisc.!.Ag.sch
,, 69.245.185,15
f
281.761.121,72
Papier o. h. Buiten!. in disconto
–
Idem eigen portef.
f
38.617.8
•
73,-
Af:Verkochtmaar voor
debk. nog niet afgel.
38.617.873,-
Beleeningen
t H.-bk.
f
38.607.687,52
mcl. vrsch.
B.bk.
16.864.041,93
in rek.crt.Ag.scfl.
,, 67.061.529,15
op onderp.
fl22.533.258,60
Op Effecten
……/101.948.465,36
Op Goederen en Spec… 20.584.793,24
122.533.258,60
Voorschotten a. h. Rijk
1 1.784.663,0 l’f
Munt en Muntujateriaal
Munt, Goud …. ..
f
56.238.060,-
Muntniat., Goud
..
,,549.730.929,59
1 605.YU.Y8Y,5Y
Munt. Zilver, enz
,,
8.276.479,49
1
1
5
Muntmat., Zilver
614.24
5
. 469 081!
” Effecten
Bel.v. h. Res.fonds..
f
5.344.515,25
.
.
id. van ’15v. h. kapit. ,,
3.892.467,37
1
1
2
Geb. en Meub. dei Bank ……………..,,
3.747.500,-
Diverse rekeningen
.
. …………
….
l8.503.729,54
f1
.100.430.597,58
1
1
*
Pasaiva.
Kapitaal
………
……………..
f
20.000.000,-
Reservefond8
……………………..
5.386.728.62’/
2
Bankbiljetten
in owlop …………….
1.021 .226.160,-
Bankaasignatiën
in omloop…………….
2.434.770,38
Rek.-Cour.
Het Rijk
f
–
saldo’s:
5 Anderen ,,
33.376.255,71 33.376.255,71
Diverse rekeningen …..
……………
18.006.682,87
f
1.100.430.597,58
1
1
5
NED. BANK 12 December 1921
(vervolg).
Beschikbaar metaalsaldo…………..
f
402.097.405,77
1
1
Op de ba8ig van Is metaaldekking …. ..
190.690.068,56’/
5
Minderbedragaanbankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is.. ,,2.010.487.020,-
Verschillen m.d.vorig.weekst.:
Meer
fl4inde,’
Disconto’s
6.000.000.-
Buitenlandsche wissels
39.918,-
Beleeningen
6.644.911,68
Goud …………….
–
–
Zilver …………….133.292,72
Bankbiljetten
13.294.200,-
Part. Rek.-Crt. saldo’s..
4.398.947,84
Voornaamste
.
.posten in duizenden guideno._______
B k
Andere
Dato
Goud
Zilve,
bilu
opei,chbore
–
e en
schulden
12 Dec. 1921 ……
..605.969
8.276 11.021.226
35.811
–
5
,, 1921 ……..605.969
8.143 . 1.034.520
39.255
28 Nov. 1921
605.969-
8.614 1.021.065 32.649
21
1921
605.969
8.695 1.023.996 41.349
14
1921 ……..605.969
8.527 1.039.735
41.185
13 Dec. 1920
636.141 20.552 1.074.396 79.666
13 Die. 1919
637.320
7.268 1.036.953 110.997
25 juli 1914
162.114
8.228
310.437
6.198
Data
Totaal
bedrag
disconto’,
tl,e,oan
1
Schatkist.
promessen
________
1
1
Belee-
1
ningen
)
e,ctllt.
1
baar
1
Metaol.
saldo
1
hing,.
1
percen-
1
lage
2 Dec,
1921
281.761
93.700
122.533
402.c197
58
5
,,
1921
287.332
90.000
129.178
398.617.
57
8 Nov. 1921
278.618 90.000
117.763
403.099
58
1921
290.326
102.500 117.890
400.757
53
.4
,,
1921
312.145
121.000
112.845 397.371
.57
3 Dec.
1920
178.974
40.000
257.423 425.084
57
3 Dec. .1919
157.615
80.500 263.977 414.104
56
5 Juli
19141
67.947
14.300
61.686
43.521′
75
t) Op
de basis van
‘,
metaaldekking.
Uit de bekendmaking van den M i n 1 st er v & n F 1 n a n
o i ë n blijkt, dat uitstonden op:
5Decegiber 1
921
112
December
1921
Aan schatkistpromessen
t 498.090.000,-
1499.190.000,-
waarv. direct bij Net!, Bk
,,-
90.000.000,-
,, 93.700.000,-
Aan schatkistbiljetten .,
,,253.772.000,- ,,256.170.000,-
Aan
zilverbons
…….. …
34.056.365,50
33.185.943,50
Onder de vlottende scbuld is begrvpeti:
Voorsch. aan de Koloniën
,,319.189.000,-
319.727.000,-
Voorschot aan Gemeenter)
3
October
voor door Rijk voor hen ‘
,, 48.363.901,54
te heffen luk. belastingj
5
December
Tegoed v.d. Postch. & G.dst
23.174.349,7811,,
23.284.1 14;98
JAVASCHE..BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.De samengetrokken
cijfers der laatste weken zijn telegraphisch
ontvangen.
Data
Goud
Zilve,
B
k-
1
1,11
ii
e
efl
Andere
opei,chb. Beschikt,.
metaal. ochulden
saldo
3Dec.1921
181.250
286.000
82.000
107.650
.26Nov.1921
188.750
.
282.500
91.000
114.050..
19
,,
1921
.
188.250
288.000 86.000
113.450
5Nov1921
162.096
24.772
291.870
[292.034
91.105
110.102
29Oct. 1921
162.160
24.043
105.746
107.073
22
,,
1921
167.106
23.423 216.153
103.806
110.962
4 Dec. 1920
224.800
9.216.
373.014
160.947
127.379 6 1)ec. 1919
168.542
3.241
309.119
103.820
89.428
25Juli1914
22.057 31.907
110.172 12.634
4.842
ala
Di,.
is 15,015,
biIien 8dec-
Voor.
schotten
Diverse
Liet-
hing,.
l_
conto’,
N.-i’nd.
belao!l’aa,
ningen
.
aan hei
Couv.nem.
ningen
1)
pe,cen.
3Dec.1921
200.500
23.000
***
49
26Nov.1921
201.500
21.800
***
51 19
,,
1921
201.500 22.800
50
5 Nov.1921
290t. 1921
34.972 35.375
20.409 107.11
20.4571125.394
38.922
27.881
6.985
11.543
49
47
22
,,
1921
35.159
20.161
124.312
28.027
10.818
48,j
4 Dec. 1920 29.993
20.113
132.990 82.601
47.590
44
6Dec.1919
15,246
15.431
169.255
–
52.839
42
25Juli 1914
7.2591
6.395
47.9341
6.446 2.228
44
1)
Sluitpost der activa.
2)
Op
de basis von
1
15
metaaldekking.
14 December 1921
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1093
DE SURINAAMSCHE BANK.
:
BANK VAN FRANKRIJK.
.
Voornaainsteposten in duizenden guldene. Voornaamste posten in duizenden france.
Andere
Dlv. reke-
1
Waarvan
1
Te goed
t
BulLgcto.
Data
Metaal
Circulatic
opelschb.
Diaconto’s
‘
)
Data
Goud
in het
Zilver
1
in het
1
voozach.
3chulden
Buitenland
Buitenland
ard. Stoot
5 Nov. 1921
1.516
2.207
857
1.958
265
.
.
8 Dec.’21 5.522.102 1.948.367
279.432
**
24.600.000
29 Oct.
1921
. . .
1.508.
2.074
963
1.931
223
1
,,
’21 5.524.093 1.948.367
279.298 610.346 24.900r.000
22
1921
. . .
1.508
2014
1.008
1.932
217
24Nov.’21 5.524.043 1.948.367
279.072
611.039 24.500.000
8
1921
. .
1.534
2.200
1.082
1.952
341
17
,,
’21 5.524.010 1.948.367
278.860
613.741 24.600.000
1
1921
1.519
2.131
1.263
1.959
218
9 Dec ’20 5.498.063 1.948.3671
265.589
598.210 26.600.000
24 Sept.1921
. . .
1.514
2.031
1.575
1.975
227
647 1.978.278
276.308
836.593 26.100.000
6 Nov. 1920
.
. .
1.055
2.170
649
1.747
440
11 Dec ’19
5.
4.I04.390
577.
23Ju1i’14
–
639.620
–
–
8 Nov.1919….
1.060
1.667
1.114
1.536
465
Uitge-
Belcc-
Bonkhti-
Rek. C,t.
Rek. 25 Juli 1914
645
1.100
560
735
396
.
.
.
1
Sluitpost der activa.
Wissels
ate!de
Wiasda
ning
.
Pont.
jetlen
cullcren
Cr1.
Stoot
.
2.21 6.673
62.339
2.31 4.029 36.666.33812.454.393
62.559
BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.
2.431.726
61265 12.250.519 36.488.84612.625.224
30.165
.
2.287.510
64.117
2.212.134 36.336.2752.508.796
54.301
BANK VAN ENGELAND.
c
2.271.274
64.475 2.242.167 36.719.267 2.429.003
33.958
0
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
3.337.909
418.049
2.163.836 39.920.306i3.836.326 152.881
in duizenden pond sterling.
1.114.619
635.900
1.385.146 37.677.945 3.053. 251
94.195
1.541.980
–
769.400
5.911.9101
942.5701400.590
1
Currencu Notes.
Dato
Metaal
Ctrculatte
BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.
Ii
Bedrog
1
Goudd.
1
Gov.Sec.
7 Dec.
1921
128.434
124.962
1315.714
28.500
278.702
30 Nov. 1921
128.442
125.113 i312.628
28.500
275.609
Voornaamste posten in duizenden trance.
23
,ç
1921
128.438 123.306
1311.687
28.500
274.482
Metaall Beleen.
IBdeen.
1
Binn.
1
Rek.
16
1921
128.433 123.587
313.066
28.500
276.053
Data
mci.
t
van
t
von
J
wissels
t
Ctrcu.
Cr1.
9
1921
128.421
124.403
314.118 28.500 277.008
bulten!. 1
buitenl.
vorder.
1
prom.
t provinc.
d.
en
t
heleen.
t
latie
1
portie.
2
1921
128:418
125.140
1313.655
28.500
276.500
t
1
1
479.332
Dec.’21 322.7211
84.653,480.0001540.17516.265.791
8 Dec.
1920
125.878
130.411
354.298 28.500 323.394
10 Dec.
1919
91.660
88.581
28.500
324.533
24Nov.’21
324
.
9
90F
84
.
653
‘
480
.
000i
550
.
845
,
6
.
127
.
136
275.104
22 Juli
1914
40.164
29.317
–
– –
17
’21 326.292! 84
.
653!480
.
000552
.
3286
.
150
.
362
416.836
10
’21 326.8831 84.653480.000566.9986.158.746
348.016
2 Dec.’20 336.619
84.6531480.000h773.256!5.931
.621 1.015.241
4Dec.’19 346.934! 84.955480.000376.389I4.713.969 1.974.175
Data
t t
Go,,.
Othe,
t
Public
Other
Re.
Dek. kings.
.Sec.
Sec.
Depos.
Depos.
ser,,e
—
pete.
1)
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
7 Dec. ’21
70.064
80.636
11.996
142.743
21.922
14,17
30Nov.’21
51438
82.735
13.749
130.411
21.779
15,11
FEDERAL RESERVE BANKS.
23
,,
’21
50.314
83.572
15.601
124.083
23.582
16,88
Voornaamste posten in duizenden dollars.
–
16
,,
’21
35.726
84.823
20.067
106.038
23.296
18,47
__________________________
F.R.
9
..
’21
37,302
80.834
17.893
105.834
22.468
18,27
Goudvoorraad
Zilver
Notes tn
2
’21
56.944
80.913
16.250
125.652
21.727
15.31
Data
cie.
i
rircu-
Totaal
Deklving
i7T
bedrag
F. R. Notes
buitenl.
latie
8Dec. ’20
80.708
71.280
22.424
126.483
13.916
9,34
____________ –
__
–
142.999
2.389.916
10Dec. ’19
77.205
77.074
20.174
137.694
21.526
13,63
’21
23. Nov. 2.835.229
1.924.288
22 Juli ’14
11.005
33.633
13:735
42.185
29.297
52/
16
,,
’21
2.823.901
1.926.127
–
145.567
2.398.224
9
’21
2.816.299
1.846.326
–
144.484 2.420.831
1)
Verhouding
tueschen Reeerve en Depoeits.
2
’21
2.800.257
1.839.142
–
145.4142.408.122
26 Nov. ’20
2.023.916
1.359.862
70.210 171.364
3.325.629
DUITSCHE RIJKSBANK.
28 Nov. ‘191
2.093.641
1.282.311
135.696
66.0202.852.277
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Darlehens-
.
1
Percent.
kassenscheine, in duizenden Mark.
Data
Wissels
.
.
l
Totaa
Deposito’s
Gestort
t t t
Dek.
kings.
Derc.’)
G
Kapitaal
oud
–
dekking
clrcul.
)
Daarvan
t
Kassen.
t
Ci,cu.
23 Nov. ’21
1.274.567
1.728.497
103.216
72,3
99,3
16
.
’21
1.266.349
1.737.716
103.166
71,8
98,5
Data
Metaal
Goud
scheine
latle
t
kings
tr
,
erc.’)
7 Dec
’21
1.005.750
993.697
3.522.209
102.789.634
4
’21
1.335:652
1.726.865
103.120
71,4
97,3
30 Nov. ’21
1.001.693
993.698j
4.472.583
100.943.632
5
2
’21
1.347.931
1.742.338
103.020
71,0
97,0 23
’21
1.008.000
993.709 5.014.796
96.463.895
6
15
’21
1.009.230
993.710
5.233.273 95.186.123
6
26 Nov. ’20 2.983.133
2.333.042
99.020
44,4
48,9
.7
.’
1.008.890
993.639
4.560.228
92.609.995
6
28 Nov. ’19 2.709.804
2.902.825
87.001
45,5
52,5
31
Oct.
’21
1.007.868
993.631
4.589.992 91.527.679
6
‘)
Verhouding
tuo,.chen, den totalen goudvoorraad, zilver etc., en ce
opeiachbare echulden:
F. R.
Notea en
netto deposito’s.
ij
Na aftrek
7 Dec. ’20
1.098.454 1.091.644
20.524.898 64.684.655
33
van
35 pCt,
der totale
dekkingamiddelen
ale
dekking
voor de netto
6 Dec.
•19
1.112.598 1.091.265
9.926.549
32.460.351
34
.
depositoe.
23 Juli
114
1.691.398k.356.857
65.479
1.890.895
93
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ EET
t)
Dekking
der circulatie door metaal
en
Kaseenecheine.
FED. RES.
ÎELSÈL.
Voornaamste posten in duizenden dollars.
II
Darlehenskassenschelne
Totaal.
t
itaal
‘In
kas bij d
Dato
Wissels
Rek. C,t.
Data
Aantal
uitgezette
Reserve
i
b
de
i
Totaal
Waarvan
time
uitgegeven
Relchs
haak
banken
gelden beleggingen
en
F.
R. banks
I
t
deposito’s
o’eposils
_
7 Dec
1921
109.803.798117.325.757
*5*
1
_________
16 Nov. ’21
807
11.353.212
1
1.269.059113.452.583
3.002.576
30 Nov. 1921 115.469.084
25.313.114
11.829.7001
4.379.900
23
1921
101.661.516
15.440.677
12.122.3001
4.924.800
9
’21
807
11.385.928
1.239.060!
13.421.095
2.982.861
15
1921
105.049.694
20.869.119
12.361.4001
5.144.000
2
’21
808
11.398.359
1
.
247
.
699
1
13
.
423
.
590
2.987.820
7
19211
96.094.810
13.860.368
11.790.8001
4.473.000
26
ct.
’21
809
11.420.993
1.268.844113.238.841
2.965.968
31
Oct..
19211
99.586.242
18.302.663
11.938.4001
4.501.600
19Nov.’20
824
16.793.574
1.343.951113.951.534
2.786.045
7 Dec.
1920
49.979.083
11.561.286
32.878700
1
20.480.500
21 Nov.19
791
13.471.091
1.468.88013.800.118
2.287.897
6 Dec.
1919
1
32.772.612
,,9.688.71 1
23.271.100
1
9.896.700
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
23 Juli
914l
750.892 943.964
–
–
gcgeven van enkele niet wekelijks opgenomen barikstaten.
1094
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 December 1921
EFFECTENBEURZEN.
Amsterdam, 12 December 1921.
De internationale beurzen stonden gedurende de afgeloo-
pen week voortdurend onder den invloed van de besprekin-
gen omtrent de wijzigingen, die eventueel in de betalings-
voorwaarden van Duitschianci gebracht zullen worden.
Vooral te Berlijn was de nawerking van den ,,zwarten Don-derdag” van de vorige, week goed op te merken. Weliswaar
bracht de daaropvolgende beurscla,g, Maandag, eenige flinke
verbeteringen in ihet koerspeil, (de lage stand van vele
fondsen toch lokte kooporders u.it), doch in het verder ver-
loop kon een nieuwe reactie toch niet vermeden worden.
Er dient hier op te worden gewezen, dat de koers-reacties
zich reeds bij matig aanbod
–
rdltroleken. Ook thans weer was
het verloop op de
devieaen-ma.rkt
toonaangevend voor de
houding van de effectenbeurs. Alle valuta’s hadden zeer omvangrijke variaties aan te toonen, dccli de algemeene
richting volgde toch meerendeels een dalende lijn, waar-
door eventueele koopers werden afgeschrikt. Bovendien
spoorde ook de Politieke toestand tot voorzichtigheid aan.
De onderhandelingen tusschen Parijs en Londen zijn in vel-
len gang en vermoedelijk zal hieruit wel een besluit resul-
teeren in de richting van een nieuwe regeling der Duit-
sche betalingsvoorwaarden. Of dit resultaat aan •de ver-
wachtingen van de Duitsche BegeeriiLg zal beantwoorden,
blijft af te wachten. Voorloopig is Frankrijk nog niet af-
gebracht van zijn eisch tot ontvangst der Januari- en Fe-
buari-termijnen der schadeloosstelling en ook in het geval
van een moratorium rvoor de verdere termijnen zal Duitsoh-
land aan rente en aan Prestaties in natura nog zeer groote
lasten hebben op te brengen. Hoe op deze wijze bij steeds
wassende uitgaven een verdere inflatie vermeden zal kun-
nen worden, is nog steeds een vraagstuk, dat door alle eco-nomen en direct belanghebbenden besproken en behandeld
wordt. De laatste Staat van de Rijksbaiïk toonde een ver-
meerdering van de biljetten-circulatie van 4,7 milliard
Mark, waardoor het totaal op rond 101 milliard Mark is
gebracht. Tegelijkertijd heeft de vlottende schuld van
Dnitschland een vermeerdering van 5 milliard Mark aan-
getoond.
Zooals gezegd heeft de effectenbeurs van dezen loop van
zaken sterk den invloed ondervonden.- Het publiek houdt over het algemeen zijn effecteabezit nog intact, eeiisdeels
omdat het sceptisch tegenover het resultaat der Entente
onderhandelingen staat en omdat de meeste aa.nideelen te
sterk gedaald zijn in verhouding tot de reactie van dcii
dollar, auderdeels, omdat uien weet, dat de meeste indu-
strieën een jaar -van on-gekenden voorspoed achter den rug
hebben. Toch breken ook hier reeds andere opinies baan.
De voorziening met grondstoffen, zoowel als de expbrt
lijden sterk on-der de wilde variaties van de valutainarkt;
de kolen-nood en de ongunstige spoorweg-verhoudingen be-
lemmeren een vlotte afwikkeling van zaken
–
en een vlugge
eirculatie der goederen. In ieder geval is het beeld der Bér-
lijnsehe beursin enkele weken tijds sterk veranderd; vah.
een voortdurend vaste markt is zij geworden een nerveus
Centrum van handel, dat ieder oogeablik nieuwe verrassin-
gen kan brengen. De gebeurtenissen bij de filialen MiJn-
chen der Pfiilaische Bank, waar de directeur door -eigen
speculaties het geheele kapitaal der Bank, plus de reserves
en> bovendien nog 140 millioen Mark heef t verloren (welke!
laatste echter gegarandeerd worden door de Deutsche
–
Bankl
via de Rheinische Creditbank) zijn wel den bewijs voor de
onzekerheid, waarin men zich thans bevindt. –
Te Londen is de stemming uit- en- aard der zaak
buitengewoon vast geweest.. De oplossing der -lersche kwes-
tie heeft in de eerste plaats stimuleerend gewerkt, omdat-hiefmede een eeuwenlange veete uit den weg is geruimd
en wijl thans meer aandacht kan worden geschonken aani
de buitenlancisehe politiek. Men meent clan ook in de City
dat thans met -grooter kracht kan worden opgetreden in-1
zake de Duitiche sèhadeloosstelling en dat een modus1
kan worden gevonden, zelfs indien Frankrijk blijft staan op
het standpunt van de ontvangst der eerstvolgende teimij-‘
nen. Bovendien heeft de i
–
uimere. geldrnarkt als gevolg van
de betaling van £ 50 millioen aan dividenden der oorlogs-
leeningen medegewerkt tot een willige tendens. En ten
slotte was de verbetering van den Sterlingkoers oorzaak,
dat men langzamerhand te Londen-het gevoel heeft ver-
kregen •weder op weg te zijn naar meer normale’ verhou-
dingen. Wel zullen nog zeer veel moeilijkheden uit den weg
geruimd moeten worden, doch men is 0-ver het algemeen
sterk optimistisch gestemd-
Ook te P a r ij s heeft een betere stemming baan kunnen
breken. De bespi-ekingen van Minister Loucheur te Londen
schijnen in het nauwste verband, te st-aan met de Duitsche kwestie en de beurs te Parijs heeft aangenomen, dat, welke
maatregelen ook te dien aanzien genomen zullen worden,
met de belangen van Frankrijk voldoende rekening zal
worden gehouden. De Fransche wisselkoers is mede een dui-
delijke indicatie voor deze opvatting. Indien toch Frankrijk
niet zou kunnen rekenen op inkomsten, op contante be-
taling, althans van een deel der Duitsche voi-deringen, Zou.
de Fransche valuta vermoedelijk een heel andere richting
hebben ingeslagen. –
Te N e
w
Y o r k i eveneens een willige stemming over
–
heerschend geweest. Hier was liet echter in de eerste plaats
de uitwerking van de ontwapenings-conferentie, die, al moge
zij dan niet hebben gebracht, wat er oorspronkelijk van yer
–
wacht werd, toch het aauzien van de Vereenigde Staten
aanmerkelijk heeft vergo’-oot. Bovendien zijn de teekenen van een verbetering der economische omstandigheden nog
steeds groeiend. Weliswaar toont de laatste staat der en-
uitgevoerde orders van cle Steeltrust een kleine verminde-
ring aan, doch men verwacht, dat reeds in cle volgende
publicatie deze plaats zal hebben gemaakt voor een toe-
name.
Te o n z e ii t was het verloop der markt over liet geheel gunstig. Een uitzondering moet hier worden gemaakt voor
inheemsche staatspapieren,- die nog steeds in vrij groote
mate aan
g
eboden bleven. Van de oorzaken van ‘dit aanbod
is in deze ‘rubriek reeds vaak vermelding gemaakt; een uit-
eenzetting op ‘dit oogenblik is derhalve overbodig. Toch schijnt het, alsof op het verlaagde peil iets grooter koop-
lust is ‘ontstaan; de nadeelige verschillen althans zijn iii
cle meest verhandelde staat.spapieren slechts fractioneel.
5 Dec. 8 Dec. 12 Dec.
Ri,:ingof
5
0/
Ned. W. Sch.
1918 871
871
871
1
1
18
112
/
o
,,
,,
,,
1916
831
83
83
1
1
1
2
_
1
118
4
0
/0
,,,,
1916 76″>/,« 7611
761
8
–
i
j
le
3112010 ,,,,,,……
69
67
65112 – 31/
3
0
/0
,………..
57
1
/
4
57
56
– 111
4
2112
0
10
Cert.
N. W.
S.
48
1
1
2
48
1
1
48
5
0/
Oost-Indië 1915 . . .
91
1
1
91
1
1,
91
0
1
10
+
1
116
6
0
/0 –
,,
1919 .. . . 931
-911
4
92
1
I
–
4
0/
Oostenr Krnnenrente
3131
3131i6
31
1
16
–
5
0
/0
Rusland 1906 …….5’/
5
I8
51
1
+
11
4
/o Rusi. bij Hope & Co. Ç6’/
8
6
1
1
61
+ 5/
411
0/
China
Goud
1898 .. 56
60
1
1
64
-f-
8
4
Olo
Japan 1899 ……..597/s
5918
597/s
4
0/t,
Argentinië Buitenl. . 54
5411
5351
– 118
5
0/
Brazilië 1895 ……55
]
/
4
55’/
58
-f 21
4
‘
7
Olo
Staatsspoor …….. 103′
1031
6
1031
–
7
°
/o
Amsterdam ……..1O1/
10114
102114
+ ‘i
De
aindeelenrnar1st
echter had edngeheel ander aa-nziei.
Vel zijn de omzetten nog niet bepaald omvangrijk te noe-
men, doch de grondtoon is beter, geworden. Sterk kwam
dit tot uiting in aandeelen Koninklijke Petroleum Mij. De
uiteenzettingen van den beer Detercling op de jongste alge-meene vergadering hebben weerklank in cle pers gevonden,
waar zij gunstig werden gecommentarieerd. En waar ook
het buitenland rnedehieiji door de algemeen gunstige ten:
clens en derhalve ook door grooter vraag naar de aan-
deden, kon zich te onzent een belangrijke verbetering vol’
trekken. In aansluiting hieraan waren aandeelen Gecon-
solideerde gevraagd, terwijl aaiideeien Orion konden
–
ver-
beteren in verband met de cijfers vaü het jaarverslag, hoe-
wel geen dividend wordt uitgekeerd1′
De
suikerrna-rkt
sloot zich slechts aarzelend bij (leze
richting aan; de stemming was wel ‘vast, doch werd hoofd-
zakelijk .beheerscht door , den beroepsbandel. Het publiek
heeft zich meer tot andere rubrieken gewend, voor zoover
er tenminste sprake kan zijn’. van’ ‘orders uit het. publiek.
Bepaald .ogewekt was de tendens voor .
‘
t9bakswaarden
en voor
o-ubberfondsert.
Voor •de laatste moet (le oorzaak
wei-den -gevonden in de handhaving van het hooger koers-
peil votr- het ruwe product; voor tabakken is de reden in
hoof cizaak. te -zoeken in de – verwa4i1oozing, waaraan deze
rnarktrnbriek in de laatste weken bloot heeft gestoisn, roo-
dat de hoofdsoorten op een veel te laag peil waren ge-
komen – –
Zeer opgewekt waren eenige ‘industrieele soorten, waar-
onder in de eerste plaats aancieelen Philips Gloeilamjzen-
fabrieken gerekend moeten- worden. Tevens waren aandee-
len Compania Mercantil Argentina op hoogere prijzen, ge-
zocht, in ‘verband met betere vooruitzichten, voor cle maat-
schappij. – –
–
5Dec.
8Dec
12D
ee.
R
,
?0f
aling
‘Amsterdainsche Bank
….
146
:
l45’/
2
145113-
–
11
Koloniale Bank ……….
105
108
113114,
+
8’/
4
Ned.Handel-Mij.cert.v.aand
–
130
13011
4
133
3
/
4
+
33/4
Rotterd. Bankvereeniging..
961
1
963
14
–
97
.
+ ”
Amst. Superfosfaatfabriek
.
5011
–
51
51
+
11
14 December 1921
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1095
5
Dec.
8 Dec.
12 Dec.
Rijzngof
Van Berkel’s Patent ……
443/4
45
1
1
2
50
+
‘/
Insulinde Oliefabriek ……
95/
s
97j
Ie
918
Jurgens’ Ver. Fabr. pr. aand.
81
81
80114
-3/4
Hollandia Melkproducten ..
15711
160
155
–
2
1
1
2
Philips’ 0-loeilampenfabriek
221’1
2
229112
258114
+
36’/4
R. S. Stokvis
&
Zonen ….
578
578
578
Vereenigde Bliklabrieken..
67
641
4
.
65112
–
1112
CornpauiaMercantilArgent.
62
62
72
+
10
Cultuur-Mij. d. Vorstenland
1271,
129
135
+
7″,
Handelsver. Amsterdam
.
..
326
1
1
2
323
3371
12
+
11
Hol!. Transat!. Handeisver.
25 25
25
Linde Teves
&
Stokvis ….
78
78112
82
+
4
Van Nierop&Co’sllandel-Mij.
8
9
1
/,
9!4
+
1
1
14
Tel,
&
Co.’s Handel-Mij….
41112 4331
4
43111,
+
2
Gecons. bIl. Petroleum-Mij.
127114
131
3
1,
141
+
13′
Kon. Petroleum-Mij . ……
400
405314
428
3
1
+
283
14
Orion Petroleum-Mij.
Afgest. Aand.
29
29
1
11
,
341
4
+
531
4
Steaua Romana Petroleum
Mij. ..
Afgest. Aand.
38 40
1
1
4
49
+
11
Amsterdam-Rubber-Mij.
..
106
106
1
1
4
109′,
+
3112
Nederl.-Rubber-Mij ……..
62
61
62
1
1
2
‘/,
Oost-Java-Rubber-Mij…..
171’/,
174
3
1
4
1741
4
+
2/
4
Deli-Batavia…………..
282 288
311″
2
+
29’/
2
Deli-Maatschappij
……..
242’/,
244
265
1
1,
+
23
Medan-Tabak-Maatschappij
.
279 279 272
–
7
Senemhah4taatschappij….
344
351
379
±
35
De
scheepvaarirnarkt
kon
zich eveneens uit
haar lethargie
opheffen. Omvangrijke kooporders zijn deze week uitgevoerd
in aanileelen Holland-Amerika
Lijn,
schijnbaar voor
reke-
iiing
v,n
gewoonlijk
goed-ingelichte
zijde.
Hierbij doet
zich het verschijnsel voor van
groote schaarschte
aan ma-
teriaal,
hetgeen
gewoonlijk
wijst
op omva.ngrijke
contra-
inine-posities. Onder deze omstandigheden
zou de
scheep-
vaartmarkt, ook bij een niet algemeen opgewekte
stemming
vermoedelijk een vaste houding
te aanschouwen
hebben ge-
geven.
–
5Dec.
8Dec.
ng.
Holland-Anerika-Lijn
145
152
1
1
2
158
+
13
,,gem.eig
130
139
1
1,
143
+
13
Holland-Gulf-Stoomv.-Mij.
–
95
95
95
Hollandsthe Stoomboot-Mij
43
45
49
+
6
Java-China-Japan-Lijn
9211,
95
102
+
9’/,
Kou. Hollandsche Lloyd.
1811
4
20
21
1
/2
+
3!
4
Kou. Ned. Stoomb.-Mij…..
76/
4
80
1
1
86’f,
-j-
93
14
Koninkl.-Paketvaart Mij.
94 96
1
1
2
95
’12
+
13
12
Maatschappij Zeevaart
65
69
70
+
5
Nederl. Scheepvaart-Unie
100
101
3
1
106
+
6
Nievelt Goudriaan
……..
134
137
140
+
6
Rotterdamsche Lloyd……
128’/,
1341
4
138
+
9’/
Stoomv.-Mij.,,llillegersberg”
52’1,
521
12
521
12
,,Nederland”
152
1
1,
15811,
1621
12
+ 10
,,Noordzee”
.
30
29
29
– 1
,,Oostzee”…..
54
58
65
+ 11
De A,nerikaansche markt
was
uit den
aard der za,k
vast gestemd, met zeer kalmon handel:
Een uitzopdering vormden Marinawaarden, de door het publiek
uit de markt
werden genomen.
5Dec.
8 Dec.
12
Dec.
Rii:ingol
American Car
&
Foundry
..
1601,,
160
1
1,
162
-+ 1
1
/,6
Anacouda Copper
– ….. …
105
105
111
1
1
4
+6’1
4
Un. States Steel Corp…..
95’/,
,
95
95
– 112
Atchison Topeka……….
101 101
100114*
….
Stuthern
Pacific ………..
91′,’,
92
90
–
1
1
/
2
Union
Pacific,
………….
149
149
14411,
–
4l12
Int. Merc. Marine orig
Corn
16
19
1,,
/
4
16′
171,
+1′!,,
prefe
701
8
70
72
+ 1115
*
Ex div.
–
De
geidmarkt
bleef vrij
stabiel;
prolongatie
doorgaans
4
pCt.
GOEDEREN HANDEL.
GRANEN.
12 December 192t.
Gedurende de afgeloopen week heeft cle tarwemarkt gelei-
delijk hare levendige vaste stemming verloren en bij den
aanvang der nieuwe week zou men haar zelfs flauw en stil
kunnen noemen. – Verbetering in de oog5tberichteu behoort
nauwelijks tot de oorzaken dier veranderde stemming. Wel
is in de door de droogte geteisterde gedeelten van de
tarwestreken der Vereenigde Staten eenige legen’ gevallen,
doch voor eene verbetering van beteekenis in die gebieden
is meer regen n’oodig. Nog steeds schijnt de tarwe er daar
werkelijk slecht voor te staan en de grond bevat er zoo
abuormaal weinig vocht, dat slechts ruime neerslag in een
gedeelte van Kansas en Nebraska in het ‘voorjaar, ‘de tarwe
voor groote schade zal kunnen behoeden. Men dient bij dit
alles echter niet te vergeten, dat deze toestand slechts be-
staat in een betrekkelijk klein gedeelte van de Amerikaan-
sohe wintartarwe verboawende staten en in het overige
gobik de oogst er goed voorstaat. De reeds gevallen regen heeft deze week meegewerkt ‘tot de flauwere stcmming te
Chicago. Het resultaat van de fluctuaties aan die markt
tussohen 3 en 10 December is eene verlaging van 2 dollar-
cents per 60 lbs. De overige ‘klachten over droogte en daar-
door minder gunstigen stand ‘der tarwe blijvén vrijwel on-
veranderd voortduren. Deze betreffen vooral Frankrijk en
Italië, doch ook sommige gedeelten van Engeland. Uit
Duitschland luiden de berichten gunstig. Onder de uitvoer-
landen blijft Argentinië steeds uitstekende vooruitzichten
melden en ook Australië klaagt niet ‘verder’ over over-
matige hitte, die echter korten tijd geleden -wel eenige scha-
de schijnt te hebben veroorzaakt. In Britsch-Indië blijven
de vooruitzichten voor (lan nieuwen oogst bevredigend.
Tot ‘de -voornaamste oorzaken voor de gemakkelijker tar-
weinarkt behoort de geringe belangstelling in importlau-
den -tengevolge van cle algemeene overtuiging, dat er meet
tarwe beschikbaar is, dan die landen in dit seizoen noodig
zullen hebben, vooral nu de in Argentinië begonnen tarwc-
oogst zulke uitstekende resultaten belooft. Duitschland
maakt nog steeds geeno aanstalten zijne inkoopen weder te
hervatten. Niet slechts geeft de stand zijner valuta aan-
leiding, zoolang mogelijk met inicoopen te u
–
achten, to
meer daar juist in deze maand een groot gedeelte der ,in-
knopen betaald moet worden, die eenige maanden gele-
den op crediet zijn gekocht, doch bovendien zijn de af le-
veringen aan de Duit.sche regeering van teer bevredigenden
omvang. Vooral is dit het geval sedert de recente stijging
van dan markkoers.. Mais kan nu in Duitsohland uit Noord-
Amerika worden geïmporteerd tot een prijs, die Vrij be-
langrijk lager is dan die, welken de regeering den landboti-
wers betaalt voor de rogge. Voor clezen bestaat ‘dus min-
der aanleiding de rogge als veevoeder te gebruiken. Zij zul-
len liever de rogge aan dc regeeriag afleveren en de goed-
koopere maIs teru,gkoopen. Reeds is in de laatste weken cle
vraag naar mais in Duitschland ‘eel levendiger en na den
rusttijd in de periode van .den sterken val iá den koers dei’ ma-rk, wordt nu weder .cliügelijks mals gekocht. –
Ook Frankrijk treedt nog niet weder als tatwekoopêr op
en ofschoon in Engeland wel geregeld zaken worden ge-
daan, is ook daar de omzet nit groot. Van ‘groot belang
is -tevens, ‘dat ‘de laatste ‘dagen Britsch-Inzl.ië minder sterk
als kooper van Australische tarwe in de markt was. Eenige
partijen waaronder eene aan de Engelsilhe kust aange-
komen zeillading, werden voor Oostenrijk uit de markt
genomen, dat ook in Nederland inlandsche tarwe kocht,
doch de behoefte in Oostenrijk is natuurlijk niet groot ge-
noeg om een overwegenden invloed op de wereldmarkt uit
te oefenen. Deze, verkeert de laatste ‘dagen vooral onder den
druk der nieuwe Argentijnsche en, Australische ôogsten ee
-de te geringe Europeeshe vraag. Hoe onvoldoende clie vraag
naar broodgrao.n is, blijkt ook uit de omstandigheid, dat de
groote Belgische en Fransohe tar
–
wevoorraden te Antwerpen
slechts uiterst langzaam afiiemen en- dat bijvoorbeeld uit
Straatsburg Noord-Amerikaanscherogge, ‘waat-van zich daar
blijkbaar vrij omvangrijke voorraden bevinden, naar liet
buitenland voor re-export wordt aangeboden. Een, gedeelte is naar Oostenrijk verkocht. De tarwemarkt ‘was deze week
vooral flauw in Argentinië, waar vor den ouden oQgst de
pjs 40 tot 70 centavos per 100 K.G., voor den nieuwen
oogst 60 tot 70 centavos, daalde. Slechts in ouden oogst
kwamen enkele zaken naar Europa tot stand, waarbij
echter de ‘vaste vrachtenmarkt een beletsel vormde. Voor
nieuwen ‘oogst Plata-tarwe is cle belangstelling in Europa
uiterst gering.
De ivereklvei’schepingen vnu tarive ivaren in de afge-
loopen week grooter dan in de week te voren. Van de ver-
laden 1.235.000 qrs. kwamen ‘4 van Nootd-Amerika en was
.200.000 qrs. voor niet-Europeesche landen bestemd, hoofd
zakelijk Britsoh-Indië. Interessant daarbij is, dat van het
Europeesche gedelte slechts 200.000 qrs. voor Engeland en
orders werden afgeladen en alleen reeds van cie Noord-
Amerikaansche verschepingen -362.000 qrs. voor Italië be-
stemcl waren. –
Voedergranen, vooral maïs, blijven Vrij vast. De versche-pilI.gea waren deze week klein, vooral van Noord-Amerika,
doch zullen wel spoedig weder toenemen, want dagelijks
komen naar verschillende landen zaken tot stand. ‘Wel-
is-waar koopt Nederland de laatste dagen weinig, doch naar
Engeland is de omzet vrij groot, Duitsch.land ‘treedt weder
1096
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 December 1921
Noteeringen.
.
LocoprijzenteRotterdamlAinsterdam.
Chicago
Buenos Ayres
Soorten
1 2
Dec.
5 Nov.
1
13Dec.
Dato
1921
1921
1
920
Tarwe
1
Maïs
1
Haver
Tarwel
MaTs
1
Lijnzaad
.
Tarwe*
…………..
1
,
Rogge (No. 2 Western) ‘i
13,50 12,25
-___
14,-
12,80
–
26,- 25,-
Dec.
Dec.
1
Dec.
Dec.
Dec.
Dec.
10 D’c.’21
1101
4
48
321
12,10
8,05
17,90
Mais (La Plata)
……
200,- 204,-
280,-
3
,,
21
1 15/3
4871
32
5
1
s
11,50
8,-
17,75
Gerst (48 Ib. malting)
.)
214,- 215,-
380,-
10 Dec.20
177
68
5
1
8
46
118,50′)
9452,
,
j
19,051)
Haver (38 Ib. white cl.). .
‘
j
12,75
13,-
17,50
10
Of
c 19
246
143
1
1
4
1
78′!,
13,452,
6,502
)
23,60 2)
Lijnkoeken (Noord-Amen-
10 Dec 18
2 1
134
1
73
1
1
4
12,10
5,60
1
19
,
151
)
ka van La Plata-zaad
8i
18,-
18,25
20,-
20 Juli 14
82
56
3
1
1
36
1
1,
9,40
5,38
113,70
Lijuzaad (La Plata)…
4)
380,- 380,-
520,-
1
)
per Februari.
2)
per Januari.
1
1
p.
100 K.G.
2)
p. 2000
K.G.
3)
p. 1000 K.G.
4)
per
1960 K.G. *) Nr. 2 HarcljRed
Winter
Wheat.
AANVOEREN in tons van 1000 K.G.
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen.
5110 Dec.
Sedert
Overeenk.
5/10 Dec
Sedert
Overeenk.
1921
1920
1921
1
Jan.
1921
tijdvak
1940
1921
1
Jan.
1921
tijdvak
1920
26.089
1.421.118
67.7.522
7.000 45.592
129.262. 1.466.710
806.784
–
141.584
207.615
–
542
752
142.126
208.367
Boekweit
78
8.931
5.595
–
576
664
9.507
6.259
13.804
950.755
468.814
–
98.390
65.264
1.049.145
534.078
Tarwe ……………..
7.395 241.038
94.215
–
8.749 5.473
249.787 99.688
Rogge ………………
246
69.489 26.300
–
4.285
–
73.774 26.300
&tais
……………..
3.295
146.628
58.634
–
10.241
38.314
256.869
96.948
Gerst
…………….
Haver
……………….
3.832
1
110.851
41.217
200
29.023
4.606
139.874
45823
Lijnzaad
………….
Lijnkoek
…………….
143
53.107 26.712
–
4.549
. –
57.656
26.712
Tarweineel ……………
Andere meelsnorteo..
859
37.646
35.234
–
1.950
100
39.596
35.334
geregeld als kooper op en ook Scandinavië toont meer be-
langstelling. De December-termijn te Chicago daalde
cent per 56 lbs. wegens greot.ere aanvoeren en goed dorsoh-
weier in een gedeelte dci maïsstaten. De Argentijnsche
maïsmarkt was vast, ondanks de prachtige vooruitaicht’en
voor den nieuwen oogst en den geringen kooplust in Europa
voor Argentijnsehe niaïs, die ook dooi de sterk verhoogde
vrachten te duur wordt tegenover Noor.d-Amerik. Wel von-
den enkele stooinende ladingen koopers in Engeland en
Spanje, doch de markt voor La Platamaïs is ook in Enge. land stil, nu men ook daar n1eer en meer Noord-Amen-
kaansche mais schijnt te koopen. Zelfs België, dat an1ers
altijd zijn hart aan La Platamaïs heeft verpaad, kocb.t in
de afgeloopefi week in de Vereenigde Staten. De mais-
prijzen in Argentinië varen op 10 December tegenover
eene week tevoren onveranderd tot 5 centavos per 101) K.G.
Iiooger.
In berichten o’er de effeetei.imarkt a’;indt men den laat-
sten tijd soms mededeelingen omtrent vernietiging van
graan, waardoor dan verhooging wordt gemotiveerd van met graan in verband staande effecten. Dit naar analogie
van dle bekende pogingen tot vermindering der wereld-
voorraden en productie van bijvoorbeeld rubber en suiker.
De vakbladen melden niets over die grasnvernietiging,
en men mag dus de gevplgtrekking maken, dat de berich-ten lonjuist zijn. Miaichien vinden zij hunne aanleiding in de nu en dan voor Argentinië vermelde mogelijkheid, dat
bij prijsdaling der mais, deze wel eens voor brandstof in
aanmerking kon komen. Vernietiging kan men dat echter
allerminst noemen; hoogstens uitbrejding van het verbruik
tengevolge van den loop der kolenprijzen. Zoolang echter
de maIs in Argentinië op de havenplaatsen omstreeks 8 pe-
sos waard is, bestaat voor het gebruik als brandstof zeer
weinig aanleiding. In enkele periodes van den oorlog, toen
kolen zeer duur en mais in Argentinië, wegens verladings-
moeilijkheden zeer goedkoop was, heeft men daar een en-
kelen keer mais als brandstof gebruikt. Speciaal deed dat
de maatschappij, die de electrische rverlichting van Buenos
Aires bezorgt, welke wegens hare Duitsche nationaliteit
geen entente-kolen kon krijgen.
Gerst is stil en nauwelijks prijshoudend, haver vrij vast
met re.gelrnatige doch niet groote vraag. Lijnzaad was deze
ueek vast, door betere vraag in Engeland, waar de olie-
slagers verhoogde belangstelling toonden. De verwachting
van den Argenijnschen oogst blijft over het algemeen goed.
N e d e r land. Nederland kocht deze week weinig tsr-
we. Ook voor mais was de markt minder levendig dan in de
voorafgaande week wegens het zachte weder, dat de vraag
voor onmiddellijk per spoor leverbare partijen deed ophou-
den en wegens ruime aankomsten. De vraag concentreert
zich bijna geheel op Mixedniaïs en La Platamaïs is door
den zooveel hoogeren prijs moeiiijk te plaatsên.
In lijnzaad kwamen weinig zaken tot stand. Wel be.
stond vraag voor spoedige posities, doch daarvoor werd
eene zoo hootge premie gevraagd, dat in de meeste gevallen
de koopers voor den prijs terugdeinsden.
VooT
lijnzaad op
afladin.g bestond weinig attentie.
SUIKER.
De laatste statistiek van den Engeisohen Board of Trade
toont eene verdere belangrijke toename der maandeljksohe
consumptie, die bhans ongeveer 80 pOt. – van de normale
bedraagt.
De statistiek luijdti
November
Januari-November
1921
1920
1921
1920
Import nietsuiker …. 38.505 117.912 725.276 1.118.826
11
biet,,
–
–
–
–
,,
geraffineerd . .41.561
102444.981 119.721
– Totaal …… .80.066 118.014 1.170.257 1.238.547
VoorraadinEntrepôt.. 125.500 311.700
–
–
,,
,,
Raffinader. 25.500 40850
–
–
Aflevering
,,
67.152
45.055 724.877 727.953
Binnenlai,dsch verbruik 125.999
57.153 1.282.231 1.040.317
Tutale export ……..435
3.855
3.430
16.310
De zichtba.re voorraden bedragen volgens F.O. Licht:
1921
1u2n
luie
Duitschiand 1 Oct
504
38.285
143.518 tuijs
Tsjecho Slowakye 1 Oct
28.706
44.165 205.937
Frankrijk 1 Oct……
32.006
78.665
9.073
Nederland 15 Nov
62.945
61.816
39.717
België 15 Nov………49.072
65.733
38.648
Engelano
1
Nov.
..
.. . . 222.038
357.090
324.185
Totaal in Europa 395.271
645.754 761.078 tone
V. S. v. N. A. 17 Nov.
61.300
74.566
27.769
Cuba, alle havéns 4 D. 997.000 243.896
57.434
Totaal ……1.453.571
964.216
846.281
tnr
De su.ikeroogst in Tsjecho-Slowakye is thans Vrij-
wel geëindigd en zal de voor uitvoer beschikbare hoeveel-
heid nog iets grooter zijn dan het laatst geraamd werd,
n.l. 275.000 toas. In de» laatsten tijd werd naast belang-rijke verkoopen naar Engeland en Frankrijk ook het een
en ander naar den Levant verkocht.
De markten bleven in de nu afgeloopen ‘week flauw ge-
stemd. Na adoen.ingen van suiker uit den nieuwen oogst
op basis $c. 2,- f.o.b. Cuba, waarvan eene lading naar
Japan geplaatst werd, verlaagden houders van Cubasu.iker
hunnen verkoopprijs verder en kwamen belangrijke trans-
acties tot stand tot $c. 2,- c. & f. New York. Intussohen
werd er besloten om de Regeeringscommissie up 31 )ecem-
ber te ontbinden.
De laatste Ctibastatistiek luidt:
921
1920
1919
Weekontvangat t. 3 Dec. 29.000
10.015
– ton,,
Tot.outv. 1 Dec.-3 Dec. 3.936.000 3.730.077 3.971.776
Weekexport tot 3 Dec. 59.000
.
11.555 15.354
Tot. exp. .1 Jan.-3 Dec. 2.393.740 3.607.207 3.779.856.
Totale voorraad 3 Dec. 968.000 243.896 57.434
14
December
1921
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1097
Te N e w Y o r k bleef de prijs voor Spot Centrifugals on-
veranderd $c. 4,11, .tevijl ide noteeringen op termijn na eene
inzinking zich konden herstellen tot 2,23 voor Januari,
2,24 voor Maart, 2,33 voor Mei en 2,47 voor Juli.
Op J a v a was de stemming eveneens zeer gedrokt. Nieu-
we oogst suiker wordt thans door liand.elaren tot
f 11,50
ek
–
., dus
f 0,50
lager dan liet laatst door do V. J. P. afge-
daan, aangeboden, doch slechts cciie itransactie
van 1000 toas Juni-levering tot stand. De nominale notee-
ring
voor Ready Su.perieur is ongeveer
f
12,— f.o.b.
De Hollands cli e ‘markt was in overeenstemming
met ‘de overzee.sche zwak gestemd en werd aan het einde
der week
f
20,— voor December -levering genoteercL
NOTEERINGEN.
Amvier-
dam per
Londen
New York
96pCt.
–
While Java
Amer. Gra-
Data
loopende
T
ates
Cubev
f.o.b. per
nulated ci.!.
Centri.
Dec.! Jan.
Dec/Fel,.
maand
No. 1
fugal
Sh.
Sh.
Sh.
$cts.
7Dec. ’21
’21
f
191
4
1
54/6
1719
1913
4,11 4,11
30Nov
54,6
18j6
2116
7 Dec’20
–
841–
361–
–
5,32
7 Dec. ’19,,
–
721–
7013
–
7,28
4 Juli ‘l4,,l1
1
/
181–
–
–
3,26
KATOEN.
Noteerjng voor Loco-Katoen.
(Middling Uplands).
12Dec.’21 5Dec.’21 128 Nov. ‘2ij11 Dec.
‘20112
Dec.’19
New York voor
Middling .. 17,70e 17,60c 18,20c 16,25c 38,—c
New Orleans
voor Middling 17,— c 16,75e 17,— e 15,- e 39,50 c
Liverpool voor
Fy Middling ll,35d’) 11,07(1) 12,04
3)
12,92d 26,98d
1)
10 Dec. 192].
) 3 Dce. ’21.
3)
26 Nov. ’21.
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In duizendtallen balen)
1
Aug. ’21
1
Overeenkomstige perioden
tot
10Dec. ’21
1920
1919
Ontvangsten Gulf Havens..
2276 2327
1846
91
Atlant.Havens
838
.629
1375
Uitvoer naar Gr. Brittannië
653
789
1147
‘t Vasteland.
1
1873
1235
1080
Japan ete..
5
Voorraden in duizendtallen
9
Dec. ’21
10Dec.
’20
12 Dec. ’19
Amerik. havens………..1380
1355
1619
Binnenland……………1553
1471
1253
New York …………….104
21
59
New Orleans ………….406
442
457
Liverpool …………….940
904
780
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Bebrens & Sons,
Manchester, d.d. 30 November 1921.
Sedert ons vorig bericht is er nog al aanbod in .&rneri-
kaansc.he katoen geweest, voornamelijk door houders in het Zuiden en hoewel verschillende dekkin,gsaankoope’i
plaats vonden, zijn prijzen ten slotte toch weer iets lager.
Ten gevolge van de sl•edhte berichten uit de industrie,
schijnt er niet veel vrees voor een. sohaarsehte ‘laat in het
seizoen te
zijn,
zoodat verbruikers dan ook maar niet te
lang vooruit ‘koopen. In Lancashire ‘heeft geen georgani-
seerde inkrimping van den werktijd plaats, doch ide totaal-
productie zal zeker niet meer zijn dan de helft van de
normale. Egyptisohe katoen wordt weinig gevrasgcl en
prijzen zijn weer ongeveer 1 d. per ib. lager.
De vraag naar Amerikaansche garens is zeer onregel-
matig en de meeste spinner.s klagen over gebrek aan or-
ders. Er is zoo veel verschil tusschen prijzen onderling,
dat het moeilijk is een correcte basis ite vinden, en er
wordt door verschillende ‘verkoopers togen zeer ‘lage prij-
zen aangeboden. De markt is dan ook verre van opgewekt
en de meeste Spianers lijden groote ‘verliezan. Noteerin-
gen zoowol van Amer’ikaa.nsnhe als van Egyptische ,garens
zijn ongeveer 1 penny per lb. lager. Indië en China zenden
nog al enkele orders, zoowel voor enkele
iets
getwijude
garens, doch voor het Continent gaat slechts zeer weinig om.
Wij zijn geneigd te denken, dat de stemming op de doek-
markt iets beter is dan een week geleden. Weliswaar zijn
er tot nu toe niet heel veel zak-en afgesloten en hebben dc meeste transacties tot verliesgevende prijzen plaats geven.
den, doch er komt werkelijk meer belangstelling. Ook is
er wel wat meer vertrouwen in de tegenwoordige prijzen
en indien er werkelijk wat vraag van het Oosten zou
komen, zouden prijzen waarschijnlijk vrij spoedig stijgen,
daar thans, zoowel spinners als wevers, bijna allen met
verlies werken. De vraag is echter nog niet groot en hoe-
wel China. alsook Indië en veel kleinere markten zonder
voorraden zitten, is er van een algemeenen koplust nog
geen sprake. Of dit werkelijk spoedig het geval zal zijn,
zal ‘hoofciakelij.k afhangen van den loop van katoen- en
ziliverprij aan en ook van de buitenlandsehe w’isslkoersen,
daar vooral deze laatste van zeer ‘veel belang voor cle
markt zijn.
23 Nov. 30
Nov.
Oost. koersen.
23Nov. 29 Nov
Liverpoolnoteeringen.
T.T. op Indië.. .. 114
114
F.G.F.Sakellaridis 21.25 20,50 T.T.opHongkong 2/S’/ 218
1
14
G.F. No. 1 Oomra 7,25 7,00 T.T.opShanghai .3/10+ 3110+
Manchester, d.d. 7 December 1921.
De markt van Amerikaansehe katoen is sedert ons laatste
bericht al ‘heel kalm geweest en prijzen hebben slechts wei-
nig gefluctueerd, totdat liet berioht ‘van de over.eenstem.ming
met Ierland kwam, waarop de markt zeer veel rvaster is
geworden. Een gunstig teeken is ook de grooitere censump.
tie van de spinnerijen, die, behalve in Engeland, in alle
landen, vergeleken met verleden jaar, ‘vrij belangrijk is toe-
genomen. Het kleiner ‘verbruik in Engeland is wel een
bewijs van den slechten toestand van de katoenindust.rie
hier te laude. E.gyptisehe katoen is kalm en prijzen zijn
onveranderd. –
De vraag naar garens is .niet verbeterd en de prijzen
zijn slechter dan sedert geruinien tijd ‘liet geval is geweest.
Fabrikanten hebben weinig orders te ‘plaatsen en dit zal
zeker niet verbeteren voordat de vraag naar nian’ufacturen
wat toeneemt. Voor export gaat nogal ‘wat om, speciaal in
30f32er riniggaren ‘voor Bonibay, terwijl er ook belangstel-
ling ‘bestaat voor 40er Male ‘voor Calcutta en 42/2 voor
China. Van het Continent ‘bestaat weinig belangstelling,
doch voor Holland worden nog eenige orders in cops ge-
plaatst. OvQr het algemeen zijn n.oteeringen
Y
2
d. lager dan
‘verleden week, terwijl d9 ‘daling van Egyptische garens
ongeveer 1 d. is en de vraag bijna geheel ‘heeft opgehou-
den. De vraag naar inslaggarens ‘is iets niinzler slecht idan
‘die naar kettinggarens.
De donkmarkt toont ‘nog weinig.leven en is sedert ver-
leden ‘week bijna niet veranderd. Bovendien zijn zilverprij-
zen weer wat gedaald, waardoor cie koopkracht van ‘de
groote Ooiersnhe markten opnieuw verminderd is. De enkele
zaken, die nog gedaan ii’or.den zijn vrij belangrijk ‘beneden
productiekosten en ‘hoewel enkele fabrikanten dergelijke
orders aannemen, zijn deze toch niet van voldoende betee-
icenis om de in’dutr.ie aan den gang te houden. De politieke
toestand is na ‘de overoensteniming met Ierland ‘belangrijk
verbeterd en hoewel de markt daarvan nog weinig invloed
heeft ondervonden, verwacht men toch wel, dat hierdoor de
bin,nenlaiidsohe vraag weer zal verbeteren.
30Nov. 7
Dec.
Oost.
koersen.
29Nov. 6Dec.
Liverpoolnoteeringen.
T.T.op Indië…. 1/4
113
7/
F.G.F.Sakellaridis 20,50 19,75 T.T. op Hongkong 2/8
1
1
4
21
1/3
G.F. No. 1 Ooznra 7,00 6,75 T.T. op Shanghai. 3110+
317314
KOFFIE,
(Mededeeling van de Makelaars G. Duuring & Zoon, Kolf t
&
Witkamp en Leonard Jacobson
&
Zonen).
Noteeringen en voorraden.
Rio
Santos
Data
..
Prijs
–
Prijs
Wisselkoers
Voorraad
‘No. 7
Voorraad
No. 4
10 Dec.
1921
1.798.000
113.500
2.963.000
18.000
721132
3
,,
1921
1.796.000
13.000
2.885.000
16.800
713/16
26 Nov. 1921
1.813.000 12.800
2.903.000
15.600 8
31,
6
10 Dec
1920
540.000
7.500
2.957.000
9.200
11/
Ontvangsten.
Rio
Santos
Afgeloopen
Data
Sedert
Afgeloopen
1
Sedert
week
1 Juli
week
t Juli
10 Dec. 1921….1 80000 2.067.000
153.000 3.999.000
10 Dec. 1920….1 59.000 1.367.000
225.000
1
5.599.000
1098
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14
December
1921
RUBBER.
Gedurende de afgeloopen week was de markt vrij
kalm. Ofschoon de prijzen nagenoeg onveranderd bleven,
zijn deze toch meer of minder als nominaal te beschouwen,
aangezien er tegen de huidige noteeringen slechts weinig
verkoopers zijn. Amerika blijft in de markt maar voor-
hands nog niet tegen hoogere prijzen.
De slotnoteeringen op de termijnmarkt zijn:
einde voorafgaande week:
Prima Crpe loco ……….
59
c………..60
0.
Jan./Maart …. 60
1
12
…………60
hz
»
April/Juni .. . .
61
1
12
………… 61
1
/2
Smoked Sheets loco ……..
6l/ ,………..6l*/ ,,
Jan.ÎM:aart . . .
61119 ,………..61ij,
April/Juni ….
62
,………..63
12
December
1921
COPRA.
De markt was deze week vast gestemd. Stoomend Ned,-
md. Copra wordt nog steeds ruim aangeboden. Straits Copra
daarentegen bijna in het geheel niet.
De noteeringen zijn:
Java f.m.s., stoomend ………………
f
30,75
NovemberlJan. verscheping. . ,,
31,50
December/Februari
,,
. . ,,
3175 Januari/Maart
,,
. . ,,
32,—
12 December
1921.
HUIDEN.
Bericht van de firma Grisar & Co.
De La Pluta-imarkt is ‘wederom ‘linoger en men verkocht
tot 58 Pesos d’or.
De droge iiuideu’markt is Jeven.cUg. 0ff enten droge ‘Buenos
Aires Asnericanos
20
pCt. desecih.os lu,iiden
91/4
d.
In New York is de markt voor exotische lïuideu zeer
levendig tot liooge prijzen.
lul an cl s clie Ii ui’d ccc: De veilingen in Du.itaah.laad
waren van 25 tot 35 pCt. lager, •cicorclien heden 50 Njk. per
kilo lager nangdboden wordt. Veiling Brussel lager. Uier te lande flauw. De schoncme-
liugen in ‘den niarkenkoers houden ])uitsdhlanid terug
“van
koopen.
Loo ‘i s to f1 e
II:
Qu’e’braciho da hlimosa anteeren iets
lager.
Ka’lfsveilen: Verlaten.
Rotterdam, 10 ])ecmnber
1921.
METALEN.
IJZER EN STAAL.
Maandoverzicht,
30
November 1921.
D u i t s ch la ii d. De niarkttoestaiicl is ‘gedurende ‘de
maand November niet ‘ver vaij idie ‘van October afgeweken.
J)e fabrieken hebben nog steeds buitengewoon veel orders
‘te
boek staati
Cii
nemen ‘siedhts kleinere pdraehiten, liefst voor zwaar profielijzer, aan De prijs ‘voor stafijzer varieert
momenteel van
f
95 tot
f 100
af ‘werk, volgens spëciificatie.
De aanhoudende stakingen hebben de fabrieken aanlei-
ding lgegeven, cia oude goeclikoope contracten te ‘verbreken,
om ‘het nakomen hiervan te ontduiken.’ ,,Fein- tinid Mi.ttel-bleche” worden evenals te voren veel gevraagd en ‘cle leve-
ringiderimijuen zijhi zeer lang. Daarentegen scihiji.ct er bij de
,,Grobbleche” fabrieken behoefte aan werk ‘te bestaan, en
maken deze ‘werken zelf’s tegemoetkonci’ngen.
Vooral in iden laatsten tijd schijnt, ten gevolge van den
zich langzaam hdrst.ellen’den koers der mark, de noteeriui’gin
vreemde valuta ieis hooger te worden, maar aan den ande-
ren ‘kant heeft de Rijkscommiesaris voor iii- ‘en uit,voer,vcr-
gunningen enkele ‘bepalingea geniqaikt, welke een inkrim-
ping van den ijzer-ex’por,t tea doel ‘hebben, daar in ‘Duitsdh-
land zelf niet meer in ide beh’oettd wordt ‘voorzien.
In de buizenfa’bricatic blijft cle markt onveranderd vast.
F r all k r ij k en B ei gi ë. In beide landen is in den
laatsten tijd de tendens zeer vast, daar ‘ten gevolge van
het feit, dat
de
Duitenhe werken veelal te lange icveiitijden
‘vragen, ‘vele bestellingen, diie ander,s in Dcci’tscililand nouclen
zijn on..clergebraeht, deze landen ‘tea deel vallen.
Een aantal nieuwe hoogovens zijn iii beide landen in
werking gesteld, hetgeen echter op cle prijzen zonder in-
‘vloed gcblevën is.
Engeland. Sedert ons laatste ‘bericht heeft zich cle
toestand der markt ‘hier inderdaad veranderd. De Britscihe
werken trachten hhan niet alle hen ten dienste staande
middelen ‘de biunenlandsehe markt weder te veroveren’
Cli
treden zelfs iveder op ‘de wereldmarkt op. Dit geschiedt eh-
ter ‘met ondersteuning door den Staat, wat op den duur tot
verhooging van den levensstandaard .voeren moet en cle
prijzen automatisch ‘wederom zal verhoogen. Daar België
en Frankrijk zich echter niet van de tot nu toe veroverde
markten laten verdringen, ,doen ‘beide landen groote moeite
om, door verlaging der prijs van rctw materiaal, de weder
optredende Erigclsohe concurrentie ‘het ‘hoofd to bieden en
een inzinking van het algemeene prijsniveau zou, ‘hoewel
slechts langzamerhand en met sc’.hommelinigen, hiervan ‘wel ‘liet gevolg ‘kannen zijn.
A m e r ii k a. De ‘economische ‘ver’liou.ddnigeu in Amerika
schijnen zich teverbeteren en de productie wordt thans
weer intensiever.
Loco-Noteeringen te Londen:
Data
Ijzer
lee
Koper
Standard
Tin
Lood
Zink
12 Dec.
1921… acm.
66.1716
171.7/6
25.151-
26.1216
5
,,
1921..
nom.
67.51-
1672/6
25.716
26.51-
28
ov. 1921..
nom.
67,7/6
163.10!-
25.1716
26.716
13 Dec. 1920..
corn.
79.1716
215.51-
24.7/6
28.101-
20 Juli 1914..
51,4
61-1-
145.151-
19.-/-
21.1Q’_
VERKEERS WEZEN.
SCHEEPVAART.
GRAAN.
Petra Odcssa
At?.
Ver.
Kust Staten
San Lorenzo
Data
grad
Londen
‘
Rotte,-
R’dam
dam
Rotte,.
B,i3tol
Rotte,-
Enge-
dom
Kanaal
dam
land
5-10 Dec,
19211
–
–
41-
41-.
276
2716
28
N.-3
D. 1921!
–
–
41- 41-
251-
‘
251-
6-11 Der.
1920
1
–
–
–
–
50-
50/-
8-13 Dec.
1919
1
–
‘
–
–
–
–
–
Juli
1914
lid.
713
1/11
1
/
4
111
1
14
121- 121-
KOLEN.
Ca,dfff
Oostk.
Engdand
Data
Bo,.
I
‘Genua
‘
‘
Port’
Plata
Rotte,. Gothen.
deaux
Satd
Rtole,
dam
burg
5-10Dec. 1921
714
1
1
1216
146
18/6
613
9/
28 ‘–3 Ii. 1921
7/9
1216
1516
191-
61-
819
6-11 Dec. 1920
12,6 201-
15/-
–
–
–
8-13Dc.1919
.-
–
–
–
–
–
Juli
1914
Ir. 7,—
71-
713 1416
312
41-1
DIVERSEN.
Bomboji
Birma
Vlodivo.
‘:Chtlt
D ato
‘
West
West
stock
.
1
West Europa Europa
West
‘
Europa
(d. w.)
(rijst) Europa
(salpeter)
5-10 Dec.
1921..
203
‘
–
351-
389
28 Nov-3 Dec.
1921..
201-
–
351-
3716
6-11
Dec.
1920,.
501-
–
_L
70/-
8-13 Dec.
1919
–
–
–
–
–
Juli
1914..
–
1416
1613
251-
2213
Graan Petrograd per guarter van 496 lbs. zwaar. Odessa per untt. Ver. .Slaten
per qua,ter van 480 Iba. zwaar.
Overige
noteeringen
per ton van 1015 K.G.
RIJN VAART.
Week van 5 tot 12 December 1921.
De scheepvaart van Rotterdam naar de Rulirhavens was
gedurende ‘cle gcheele afgeloopen week wegens ijs ‘en ijsgang
gestremd. Niettemin kwamen eenige ‘bevrachtingen tot
tand en wel iii de eersto dagen der ‘week tegen 3 ‘tot
4
cents
per ton per dag, daarna tegen,
f
1,40 ‘tot
fl,75
per last.
Voor sleep’loo n Rotter’claim—IRu’hrha’vens ‘werden geen no-
toen ngen afgegeven.
Ook cie vaart van ‘de Rulir naar den Bov’enrij’n lag da
het ‘begin en midden der week geheel stil. In de laatste
dagen der week was scheepvaart ive:ler mogelijk, hoewel
‘van zeer geringen omvang, ten gevolge van den lagen wa-
terst.and. Het sleeploon Rcrhr—Maunhcim werd met Mli.
50,— tot 60,— per last i
g
genoteerd.
Voor vracht van exporbkolen Ruhr’havensfRottendani be-
droeg de noteering de laatste dagen ‘der week 50 cents per
ton ‘niet vrij sleepen.
ZoonIs reeds gezegd, was de waterstand niet gunstig;
Caceber Pegel ‘wees einde der week 61 c.M.
f
1.784.700,-
,,
5.850.000,-
5.405.643,14
41.595.120,-
44.663.324.9734
39.110.987,56
17.946.314,8934
300.000,-
12.421.855,-
7.425.188.69
S
62.229.959,4134
1
56. 520.244,-34
1.494.721,92
4.271.445,1234
14 December 1921
1099
DE TWENTSCHE BANK –
AMSTERDAM – ROTTERDAM – ‘s-GRAVENHÂGE – DORDRECHT – UTRECHT – ZAANDAM
Maandstaat op 30. November 1921
DEBET
Aandeelhouders nog te storten 90 pOt. op aandeelen B, waar-
voor
effecten gedeponeerd ……………………….
Deelneming in de firma’s:
B. W. BLIJDENSTEIN
&
Co., te Londen;
B. W. .BLIJDENSTEIN Jr., te Enschede;
LEDEBOER
&
Co., te Almelo,
f
7.400000,—, waarvoor in
geld gestort
waarvoor effecten gedeponeerd
……………………f
1.550.000,-
Deelneming in bevriende Bankinstellingen
f
7.112.943,14
waarvoor in geld gestort
waarvoor effecten gedeponeerd …………………….
..
1.707.300,-
Effecten van Aandeelhouders
gedeponeerd
bij bevriende instellingen
…………….,,
3.000.000,-
ten
eigen
gebruike
…………………………….,,
35.337.820,-
Kassa, Wissels en Coupons
Nederlandsche Schatkistbiljetten en Schatkistpromessen
Saldo’s bij Bankiers:
beschikbaar.voor eigen gebruik ……………………
f
3.762.145,6734
voor rekening van derden ………………………..,, 14.184.169,22
Daggeldleeninen ………………………………….
ProJongatiën gegeven ………………………………
Eigen Effecten en Syndicaten ……………………….
Credietvereeniging
………………………………..
f
76.929.959,4134
Af: loopende Promessen ……………………………..,, 14.700.000,-
Voorschotten tegen Onderpand of Borgtocht en Saldi Rek. Ort.
f
59.850.244,-54
Af: loopende Promessen …………………………….,,
3.330.000
f
–
Voorschotten op Oonsignatiën
Gebouwen
Totaal ……
f
301.219.504,7234
CREDIT
Kapitaal…………………………………………t
35.500.000,-
Reservefonds
…. ……………………………….. ..,,
7.922.057,06
Buitengewone
Reserve …………………………….. ..,
1.000.000,—
Waarborgfonds Oredietvereen iging
……………………
6.571.227,50
Reserve
Credietvereeniging
………………………….
4.232.497,98
f
55.225.782,54
Aandeelhouders voor gedeponeerd als waarborg voor 90 pOt.
storting op aandeelen B:
Effecten
………………………….f
1.763.700,-
Oontanten
……………………….,,
21.000,-
in
Leen-Depôt
Effecten
…………………………,,
39.831.420,-
Contanten
………………………
. .
..
,,
1.134.830,-
Totaal
Effecten
……………………….
,,
41.595.120,-
Totaal
Contanten ……………………….
,,
1.155.830.-
Zieken-
en
Pensioenfonds
……………………………
.
1.422.793,2434
Deposito
‘
s
………………………………………..
,,
47.527.470,6334
Prolongatie
–
Deposito
‘
s
………………………………..
,,
1.314100,-
Saldo te ontvangenen te leveren fondsen………………
,,
868.037,6234
Saldi
Rekeningen
Courant ……………………. …….
t
96.140.465.98
,,
voor gelden in het Buitenland.. ,,
14.184.169,22
Oredietvereeniging
…………,,
6.691.210,11
117.015.845,31
Beleeningen en Daggeld genomen. ………………………
.
,,
550.000,—
De
Nederlandsche
Bank ………………………………
,,
1.368.933,85
Te
betalen
Wissels …………………………………
.
,,
28.15 1.840,74
Diverse
Rekeningen …………………………………
,,
5.023.750,78
Totaal
……
f
301.219.504,7234
14 December 1921
VEREENIGDE CHEMISCHE FABRIEKEN
Telefoon: 3461 en 3508
Hoofdkantoor: Maliebaan No. 81
Telegram-Adres:
»
RODUMA”
UTRECHT
KUNSTMESTSTOFFEN
Fabrieken te: KRALINGSCHEVEER, ZWIJNDRECHT en GRONINGEN
‘Vij vragen Uwe aandacht voor het
Octrooi= en Merkenbiad
Uitgave van de
Vereenigde Octroolbureaux
Ie v. d. Boschstraat 1, Hoek Bezuidenhout, ‘s-GRAVENHAGE
Abonnementsprijs f 5,— per jaar
PROEFNUMMER BESCHIKBAAR
DE GRONINGER BANK
tronin gen, Winsehoten, Stadskanaal, Wildervank, Veendam,
S appenieer, Deifziji, Eminen,
II
oogeveen.
II
oogezand,
Musselkanaal en Ter Apel
(Firma
TiMMERMAN & SASSEN)
Kapitaal /620.000,— Geplaatst
CII
gestort /4.598.000,-
Reserves
1401.498
9
23
VERRICHT
ALLE BANKZAKEN
Belast zich met het incasseeren van wissels op
binnen- en buitenland.
Praé tisch Effectenboek
ter vereenvoudiging van administratie en
ten gebruike voor de vermogensbelasting
Prij8
1
1
9
50
Verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij NIJGH & VAN
D1TMAI’S
UITGEVERS-MAATSCHAPPIJ, Rotterdam.
Productiekostenverrekening
en
Wetenschappelijke Bedrijfsleiding
LEIDDRAAD, voor FABRIKANTEN,
INGENIEURS en ACCOUNTANTS
door
A. E. C. VAN SAARLOOS Accountant.
Alom in den boekhandel verkrijgbaar.
PRIJS
f
3.50.
NIJGH & VAN DITMAR’S UITG. Mij.
–
ROTrERDAM.
Accountantskantoor
James Polak
(Lid Ned. Inst. v. Accountants)
Mauritsweg 13B Rotterdam
Brink.straat 9 Hengelo (0.)
Een polis der
NILLMIJ
van 1859
‘s-G-ravenhage,
1
[eenestraat 1
(ilooldinspecteur)
geeft volledige
zekerheid en rust