12 AUGUSTU$ 1936
AUTEURSRECHT VOORBEHÖUDEN.
Economisch~Statstsche
Beri*chtén
ALGEMEEN
WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART
UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT
21E JAARGANG
WOENSDAG 12 AUGUSTUS 1936
No. 1078
COMMISSIE VAN REDACTIE:
P. Liettinck; N. J. Polak; J. Tinbergen; F. de Vries en
H. M. fi. A. van der Valk (Redacteur-Secretaris).
Assistent-Redacteur: L. R.
W.
Soutendijk.
Redactie-adres. Pieter de Floochweg 122, Rctterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigepluztweg.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.
4dvertenties voorpagina f 0,50 per regel. Andere pagi-
na’s f 0,40 per regel. Plaatsing bij abonnement volgen8
tarief. Administratie van abonnementen en advertenties:
LVijgh t van Ditmar NV., Uitgevers, Rotterdam, Am-
sterdam, ‘s-Gravenhage. Postchèque- en giro-rekening
Wo. 145192.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 16,—. Abonnementsprijs Economisch-Statis-
tisch Maandbericht f 5,— per jaar. Beide organen samen
f 20,— per jaar. Buitenland en Koloniën resp. f 18,—,
f 6,— en f 23,— per jaar. Losse nummers 50 cent. Dona-
teurs en leden van het Nederlandsch Economisch instituut
ontvangen het weekblad en het Maan4bericht gratis en
genieten een reductie op de verdere publicaties.
INHOUD.
Blz.
EXTRATERRITORIALE AUTARK1E
door.
Mr. W. F. ‘Lich-
tenauer …………………………………..578
Rusland’s nieuw staatscrediet door
J. H. Cohen Stuart 579
Een wettelijke grondslag voor de economische statis-
tiek door Mr. E. W. van Dans van Isselt…………581
De toestand op de graanmarkten door
A. P. Schitthuis 581
AANTEEKEN INGEN:
Kapitaal- en invoerbehoeften van Palestina …….
583
De zichtbare suikervoorraden in de wereld ……
584
INGEZONDEN STUKKEN:
Het tariefprobleem bij het stedelijk vervoerbedrijf
door
Ir. J. M. 1. Reitsma
met Naschrift door
Ir.
W. B. I. Hofman…………………………584
ONTVANGEN BOEKEN …………………………..
586
Statistieken:
Groothandeisprijzen
……………………………..
. 586-587
Geldkoersen-Wisselkoersen-Bar.kstaten
………….
584, 585, 588
ROT1ERDAM, 10 AUGUSTUS.
In den laatsten tijd heeft de Nederiandsche Re-
geering eenige belangrijke besluiten genomen.
De voorstellen tot wijziging van de Grondwet zijn
door de Regeering, met eenige afwijkingen van het
rapport van de staatscommissie, o.a. betreffende de
beperking van de drukpersvrijheid, bij de Staten-Ge-
neraal ingediend.
De ontwikkeling op internationaal politiek gebied
is de reden, dat, volgens een bericht uit de NRC.,
de militaire weerbaarheid van Nederland en Neder-
landsch-Indië verder zal worden versterkt. Voor Ne-
derland zullen speciale grenstroepen worden inge-
voerd, welke, boven de sterkte van het veldieger
komend, onze paraatheid zullen vergrooten. In Indië
zal de vloot versterkt worden.
De bezorgdheid over de aftapping van Maaswater
is voor de Regeering aanleiding geweest dit vraag-
stuk atn het oordeel van het Permanente Hof van
Internationale Justitie te onderwerpen.
De toenemende erkenning van de beteekenis van
zoo volledig mogelijke gegevens betreffende het be-
drijfsleven heeft, geleid tot de ‘indiening van een
wetsontwerp,’ volgens hetwelk het verstrekken van
inlichtingen voor dit doel verplicht wordt gesteld.
Dr. Schacht heeft in een Amerikaansch blad het
herstel van de internationale economische betrekkin-
gen een voorwaarde voor een internationale stabili-
satie genoemd. Ook de nieuwe president van de Ban-
que de France heeft zijn meening, die eenigszins
tegengesteld is aan die van zijn bekenden collega,
over dit probleem doen hooren. Zijn uitlatingen heb-
ben tot eenig misverstand aanleiding gegeven, doch
schijnen erop neer te komen, dat, volgens zijn meening,
een ,,alignemeut monétaire” onmisbaar is om tot meer normale economische wereldtoestanden te komen.
Hoéwel de internationale handelsbetrekkingen nog
veel te wenschen overlaten en zelfs in vele gevallen
slechter worden, zijn er toch ook verbeteringen in te
bespeuren. Duitschland heeft met Lithauen een ver-
drag gesloten, waarin o.a. de handelsbetrekkingen ge-
regeld worden. De Poolsch-Nederlandsche betrekkin-
gen zullen, na het bezoek van eenige ministers over en weer, worden uitgebreid. Vermeldenswaard is de
transactie inzake den verkoop van een zeer aanzienlijk
quantum haring aan Rusland; deze levering is door
het gemeenschappelijk optreden van de reeders moge-
lijk geworden.
De aandrang in verschillende landen, om een
van de beide partijen in den Spaanschen burgeroor-
log te’ helpen met leveranties, geld en zelfs man-
schappen,
schijnt
sterker te worden, niettegenstaande
de regeeringen zich alle in zekere wate accoord heb-
ben verklaard met het Fransche voorstel van niet-
inmenging. In Griekenland is een dictatuur tot stand
gekomen en een dreigende communistische actie on-
derdrukt. De actie en plannen van, communisten in
andere landen nemen volgens verschillende berichten
toe (o.m. in Zuid-Amerika en Frankrijk).
578
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Augustus 1936
EXTRATERRITORIALE AUTARKIE.
Een bekend oudheidkenner heeft dezer dagen in de
Nieuwe Rotterdamsche Courant herinnerd aan de
uitspraak van een 0-rieksen beeldhouwer, die van zijn
voorgangers getuigde, dat zij de mensen hadden ge-
maakt zoals zij
waren,
terwijl hij zelf hen maakte
zoals zij
gezien
werden te zijn,
t)
De eerstbedoelde
kunstenaars plachten elk detail met de grootste zorg-
vuldigheid weer te geven, zonder daarin een sprankje
van de geestelijke waarde van de afgebeelden te doen
doorschijnen. Zo is ook de arbeid van dengeen, die
statistieken
verzamelt.
De hier sprekend ingevoerde
beitelaar daarentegen bekommerde zich minder om
elke wrat en iedere huidplooi, doch herschiep in
steen wat aan leven sprak uit den nagebootsten mens.
Zo behoort het op zichzelf dorre statistische gegeven
door hen, die het
raadplegen,
gelezen en verstaan te worden, met begrip voor wat daarin schuilt. • Het lijkt mij nuttig op laatstbedoelde wijze enkele
onderdelen van de gegevens omtrent het vervoer over
Rotterdam te doen spreken. De in 1936 gedurende de
maanden vddr de Antwerpse havenstaking in verge-
lijking met het overeenkomstige tijdvak van 1935
waarneembare toeneming van het vervoer over onze
haven berust op verschillende oorzaken, welke wij
duidelijk moeten onderscheiden, willen wij, andere
uitspraak van klassieke wijsheid, onszelf kennen naar
behoort.
Minister Gelissen heeft op 11 Maart 1936 in de
Eerste Kamer uitgesproken, dat de Nederlandse
havens als geheel sedert 1932 een deel van de ver-
betering van de wereldhandel in een toeneming van
het vervoer hebben verkregen. Men kan ook op min-
der zonnige zijden van de zaak wijzen door te her-
inneren aan de Duitse herbewapening als oorzaak
van toenemende ertsvervoeren, op het Abessijnse con
flict als oorzaak van aanwas van kolentransporten.
Doch zeker niet minder verdient de aandacht een
derde oorzaak of oorzakencomplex: het Duitse stre-
ven naar autarkie, waardoor in stijgende mate uit-
wisseling ontstaat van goederen tussen Zuidwest en
Noordoost Duitsland, welke vervoeren blijkbaar het
doelmatigst kunnen plaats vinden over vreemd ge-
bied, langs de Rijn, via Rotterdam, over zee of om-
gekeerd. De autarkie manifesteert zich hier extra-
territoriaal.
Het verschijnsel was reeds bekend ten aanzien van
de granen. Zien wij naar de cijfers over het tijdvak
Januari/Mei, voor zover betreft alle
granen,
behalve
mais:
Rijnopwaarts door-geyoerd via Rotterdam.
Duits graan Niet-Duits graan
1935 ………………….236.763ton
203.812ton
1936
………………..409.661 ,,
86.731 ,,
Hier heeft de actieve doorvoerhandel in graan wel zeer duidelijk plaats gemaakt voor passief doorlaten
van Duits-Duits vervoer. De toeneming der totaalcij-
fers heeft daarom niet die verbljdende betekenis,
welke daarin zou zijn gelegen zondèr dit verschijn-
sel van economische verschuiving. Immers de Ne-
derlandse graanhandel heeft met deze vervoeren niets uitstaande en ook de andere takken van volksbestaan,
die door de doorvoer van. transatlantische granen
werden gebaat, verdienen weinig of niets aan de
grote hoeveelheden Duits Oostzeegraan, die onze ri-
vieren naar Duitsland passeren. Natuurlijk is elke
i) Ik veroorloof mij een afwijking van dé vertaling door
den bedoelden oudheidkundige van de woorden ,,quales
vlderentur esse”, waarvan hij maakt: ,,zooals zij lijken te
zijn”, terwijl ik de voorkeur geef aan: ,,zoa.ls zij gezien
werden te zijn”. . De w.erkwoordvorm ,,viderentur” mag
vaak het best vertaald kunnen worden door ,,leken”, daar-
om blijft dit woord toch een passiefvorm van ht werk
woord ,,zian”. ,,Lijken” geeft nu eenmaal in di-t verband
een indruk van onwezenlijkheid, terwijl in het onderhavige
geval juist de indruk wezenlijker iis dan de materiële
werkelijkheid.
fractie van een ei beter dan de lege dop, maar de
achteruitgang van de Nederlandse graanmarkt, welke
uit de gegeven cijfers zo ontstellend duidelijk spreekt,
is toch wel heel droevig.
Minder bekend is, dat hetzelfde verschijnsel zich
ook ten aanzien van andere vervoeren manifesteert.
Zo vertoont de doorvoer van Duitse
natuursteen
e.d.
Rijnafwaarts met bestemming naar de Duitse zee-
havens in de eerste vijf maanden des jaars het vol-
gende beeld:
Naar Duitsland
Naar elders
-doorgevoerd:
doorgevoerd:
1935
………….. . …..
&29ton
±1.lOOton
1936
……………….. ± 95.000 ,,
±
400 ,,
Hier zien wij dus een nieuw vervoer opkomen,
•waarvoor de haven van Rotterdam een zuiver pas-
sieve rol speelt en dat dus bij de beoordeling van de
betekenis van de havenstatistiek met een zekere re-
serve moet worden beschouwd.
Ook andere Rijnafwaarts doorgevoerde artikelen
bewegen zich meer en meer in Duits-Duitse richting.
In de eerste vijf maanden van 1935 werd b.v. pl.m.
21.000 ton Duitse
kunstmest
langs de
Rijn
over Rot-
terdam naar de Duitse zeehavens vervoerd. In het-
zelfde tijdvak van 1936 is deze Duits-Duitse doorvoer
tot pl.m. 92.000 ton gestegen. Voor Duitse
metaal-
product
en
i)
bedragen de overeenkomstige hoeveelhe-
den onderscheideiilijk pl.m. 27.000 en pl.rn. 62.000 ton.
In allerlei categorieën ontstaat dus een nieuw soort
vervoer, dat naar de omvang vroeger geleden verlie-
zen ten dele goedmaakt, doch dat veel minder econo-
mische waarde voor de havenstad en haar bedrijfs-
leven heeft dan veel wat verloren is gegaan. M.a.w. daalt de kwaliteit van het vervoer en het zou onjuist
zijn voorbij te zien, dat de haven niet uitsluitend een
plaats voor overlading mag zijn, doch er mede naar
moet streven zich tot handelscentrum te ontwikkelen.
Op het eerste gezicht doet het vreemd aan, dat
Duitsland op deze wijze extraterritoriaal autarkisch
is, terwijl door ,,Seehafenausnahmetarife” ed. wordt
getracht het werkelijk internationale vervoer van
Amsterdam en Rotterdam af te trekken en over
Duitse zeehavens langs Duitse binnenverbindings-
wegen te leiden.
Toch is het gebeurde bij nader beschouwen ver-
klaarbaar. De werkelijke kosten van vervoer van de
besproken goederen van Zuidwest naar Noordoost
Duitsland en omgekeerd zijn klaarblijkelijk het laagst
bij het gebruiken van de weg over Nederland (water-
vervoer). Het laden en lossen geschiedt in beide ge-
vallen in Duitsland en de zee- en binnenvervoerders
zijn allicht Duitsers. De overlading vindt wel buiten Duitsland plaats, doch die zou men bij vervoer door
Duitsland daar toch ook niet hebben. Wat voor nut
heeft het dan, ook van zuiver Duits standpunt, om
het vervoer zelf geheel binnen de eigen grenzen te
doen plaats vinden? Verplaatsen van geld van vest-
zak naar broekzak kost onnodig energie.
Voor de echte buitenlandse transporten ligt de
zaak anders. Daar kan allerlei arbeid op vreemde-
lingen worden gewonnen ten bate van Duitse onder-
nemingen en arbeiders, waartoe men meent zich het
nadeel van het volgen van een verkeersweg, die
niet
de meest economische is, te moeten getroosten, zij
het tot schade van andere Duitse belangen. Of te
dien aanzien niet te ver wordt gegaan; ook van zuiver
Duits standpunt bezien, is een tweede vraag, die ik
in dit verband ter zijde laat.
Zo staan wij dus voor hetzelfde vooruitzicht, dat
omstreeks 1830, toen de eerste Rijnvaartacte de recht-
streekse doorvoer in Rijnzeeverkeer scheen te begun-
stigen, als omstreeks 1909, toen de voorgenomen ver-
betering • van de Waal tt dezelfde uitkomst scheen
t)
T.w. plaatijner, wo. blik in bladen, stroken, strippen
of band; profielijzer en -staal, banclijzer en -staal; spoor-
staiven en andere n.a.g. delen van bovenbouwmatei’iaa.l
voor spoor- en tra.mwegen, draagbaar spoor en delen;
n.a.g. metalen, metaallegeringen en fabrikaten daarvan.
– e
‘.t.
•-
12 Augustus 1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
579
te zullen leiden, vele Rotterdammers benauwde: ver-
vanging van eigen activiteit door het aanschouwen
van anderer activiteit ten onzent.
Er is echter één verschil: destijds hadden wij zelf
invloed op de beslissing, waarvan wij het pro en con-
tra konden afwegen, terwijl deze nu buiten onze he-inoeienis valt. En een tweede overweging is, dat het
geringe voordeel, dat de passieve doorvoer voor ons medebrengt, zelfs nog kan verdwijnen als Duitsland
zijn kanalenstelsel uitbreidt en verbetert. Wij moeten deze zaken helder zien en nauwkeurig
peilen. Rechtstreeks invloed uitoefenen op de gang
van zaken kunnen wij niet. Wij moeten aanvaarden
wat daardoor aan kwaad en goed wordt medege-
bracht. Doch wij moeten er zeker niet de ogen voor
sluiten. Zulks zou te licht leiden tot verkeerde be-
oordeling van onze positie in het verkeerswezen, tot
overschatting van onze mqgelijkheden, tot ondérschat-
ting dus van onze moeilijkheden, tot miskenning
daardoor van de zorg, waarmede het Nederlandse
volk zijn zeehavens, bron van pnzichtbare uitvoeren,
heeft te omringen. Niet wat zij naar uiterlijke ver-
schijnselen zijn, doch wat zij voor ons in wezen be-
tekenen, daarvan moeten wij ons steeds koelbioedig
rekenschap geven. Beheersen vereist begrijpen van
de problemen. Mr. W. F.
LftiHTENAUER.
RUSLAND’S NIEUW STAATSCREDIET.
De crediet-overeenkomst, die dezer dagen tot stand
is gekomen tusschen Engelsche en Russische regee-
ringsinstanties – het Engelsche Export Oredits
Guarantee Department en de Sowjet-Handelsdelega-
tie te Londen – beteekent een belangrijke princi-
pieele en practische stap vooruit op den weg van het
nieuwe Russische staatscrediet, dat de Sowjets in
den langen
1001)
der jaren hebben zoeken op te
bouwen.
Zooals bekend, voorziet de overeenkomst in de uit-
gifte van 5′ pOt. obligaties der Sowjet-regeeriug
met een looptijd’ van 5 jaar en tot een totaal bedrag
van £ 10.000.000, te garandeeren door genoemd En-
geisch regeeringsdepartement. Dit, departement ont-
vangt de obligaties van de Sowjet-Handelsdelegatie
te Londen, al naar gelang deze betalingen heeft te
doen voor in Engeland gemaakte bestellingen; voor
het nominale bedrag dier obligaties, minus de rente,
wordt de bankrekening der I-landelsdelegatie gecre-
diteerd, zoodat deze haar inkoopen contant kan be-
talen, terwijl de obligaties in de open markt worden
geplaatst, waar zij, naar men verwacht – dank zij
de Engelsche regeeringsgarantie – een agio van 16
è. 17 pOt. zullen doen, dat als risico-premie aan het
E.O.G. Department ten goede komt. Een voorstel van
Engelsche zijde, om deze premie te doen strekken
ten bate van Engelsche houders van obligaties der
tsaristische regeering, is door Moskou geweigerd.
Hoewel dus in wezen een exportcrediet – aange-
zien het provenu der obligaties uitsluitend tot be-
taling van Russische bestellingen bij de Engelsche
industrie mag worden aangewend -, draagt de trans-
actie toch het karakter van een leening op korten
termijn aan de Sowjet-regeering, in de open markt
geplaatst en niet – als tot dusver het geval was bij
exportcredieten-aan Rusland – van eencrediet, door
particuliere firma’s aan de Sowjet-regeering ver-
leend (al dan niet met een gedeeltelijke garantie van
cle eigen regeering) tegen Sowjet-wissels, die slechts
tegen exorbitant disconto konden worden onderge-
braclit. Met dit laatste soort credieten is het nu wel,
blijkens herhaalde officieele verklaringen uit Mos-
kou, voorgoed gedaan.
Het Engelsche crediet is niet het eerste van dien
aard, dat Moskou heeft aangegaan. Tsjecho-Slovakije
en Duitschiand zijn reeds meer dan een jaar geleden
met soortgelijke transacties voorgegaan. Maar dat nu
ook Engeland, de belangrijkste geld- en kapitaal-
markt en een van de grootste onbevredigde crediteu-
ren van het oude Rusland, er in heeft toegestemd
zijn officieele sanctie en garantie te verleenen aan
een 5-jarige ongedekte verplichting der Sowjet-regee-
ring is voor Moskou ongetwijfeld een groot moreel
succes en, zooals gezegd, een belangrijke stap verder
op den weg, die uiteindelijk – wanneer eanmaal ook
de kwestie der tsaristische schulden zal zijn geregeld
– moet leiden tot de volledige rehabilitatie van het
Russische staatscrediet op de internationale geld- en
kapitaalmarkt.
* *
*
Van Nederlandsch standpunt bezien, doet deze
transactie tweeërlei vraag rijzen.
In de eerste plaats: Is een dergelijke credietver-
leening aan Rusland ook van Nederlandsche zijde
mogelijk en gewenscht, ter bevordering van onzen
handel met Rusland? Zoo ja – hoe zcu daardoor de
positie worden van onze houders van oude Russische
fondsen?
Op de eerste vraâg moet het antwoord vermoede-
lijk luiden, dat, zoolang onze Regeering de Moskou-
sche niet formeel erkend heeft, openlijke regeerings-
transacties als deze niet mogelijk zijn. Of een cie-
dietregeling van dien aard noodig of gewenscht zon
zijn, is iets anders. Tot dusver is noch de ontsteute-
nis van officieele betrekkingen, noch de moeilijkheid
der credietverleening een overwegend bezwaar, ge-
bleken voor de ontwikkeling van onzen handel met
Rusland. Vooral de laatste paar jaren is deze belang-
rijk toegenomen en de financiering leverde weinig
moeilijkheden op, omdat de betaling meestal op kor-
ten termijn of zelfs contant geschiedde. Men mag
echter wel aannemen, dat de coulance, door Moskou in deze betoond, ten doel had de totstandkoming van
meer normale officieele betrekkingen te vergemakke-lijken, en het is daarom te betwijfelen, of onze export
zich op dezelfde bevredigende wijze zal blijven ont-
wikkelen, indien onze Regeering in haar afwijzend
standpunt volhardt.
Er is te meer aanleiding, alsdan een inzinking van
onzen export te vreezen, nu blijkens recente uitlatin-
gen van den Volkscommissaris voor Buitenlandschen Handel, Rosengoltz, met de naderende voltooiing van
het tweede 5-jarenplan en de ingetreden verbete-
ring van de Russische betalingsbalans, een funda-
menteele wijziging in de handelspolitieke doelstel-
ling en in de handelsrnethoden der Sowjets haar be-
slag heeft gekregen.
Zooals bekend, is het export-overschot van de laat-
ste 3 jaren aangewend om de importcredieten van
het eerste 5-jarenplan af te lossen; niettemin ver-
toonde de betalingsbalans over 1935 reeds een over-
schot van 150 millioen goudroebels en voortaan, aldus
Rosengoltz, zou primair doel der Russische handels-
politiek – o.a. met het oog op de onzekere interna-
tionale situatie – zijn het aankweeken van zoo groot mogelijke goud- en valutareserves. Daartoe zouden
importen tot het allernoodigste (grondstoffen en
onmisbare halffabrikaten) béperkt en als regel con-
tant betaald worden uit het exportprovenu, doch alle
verdere importen van niet dringend benoodigde ka-
pitaal- of consumptiegoederen zouden afhankelijk
worden gemaakt van de verkrjging van leeningen of
credieten op langen termijn (ten minste 5 jaren), die geen rechtstreeksch obligo van de Sowjet-regeering
tegenover particuliere firma’s scheppen – dus van
het genre als de te Londen gesloten overeenkomst.
Het lijkt wel vrij zeker, dat verreweg het grootste
deel van onzen export tot deze laatste categorie
behoort.
Nu is het wel waar, dat de recente verbetering
van onzen export naar Rusland ook tot zekere hoogte
te danken is aan aandrang van Nederlandsche zijde
om meer evenwicht te brengen in de onderlinge han-
delsbalans (nog in 1932 verhield zich onze uitvoer
naar tot onzen invoer uit Rusland als 1 : 7; in. 1935
als 1 : 2,
terwijl
met Nederlandsch-Indiö mee in- en
580
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12
Augustus 1936
uitvoer zoowat gebalanceerd zijn) en ditzelfde bil-
lijkheidsargument zal zeker ook in de toekomst zijn
kracht behouden, voor zoover althans onze Regeering
bereid zal worden gevonden het door bedreiging met
iniportbeperkingen te steunen.
Ongetwijfeld is de Nederlandsche markt voor som-
mige Russische producten – ik noem slechts hout
en granen – van eenig belang, hoewel al niet meer
van zoo groot belang als nog enkele jaren geleden.
Importbeperkingen onzerzijds, gevoegd bij credietfa-
ciliteiten en andere coulante maatregelen in Enge-
land en België, weldra ook in Frankrijk, zouden ech-
ter kunnen leiden tot verschuivingen in den Russi-
schen handel tot ons nadeel.
Er is nog een andere wijziging in de Russische
handelspolitiek, of, juister gezegd, in de handels-
methode, die onze aandacht verdient. Vermoedelijk
met hetzelfde doel, dat haar in haar nieuwe handels-
politiek voor oogen staat – ni. sparen en/of kweeken
van valuta-reserves – is de Sowjet-regeering reeds
sinds verleden jaar bezig, haar eens zoo omvangrijk
srsteem van eigen handeisvertegenwoordiging in het
buitenland tot een minimum te reduceeren, commer-cieele onderhandelingen zooveel mogelijk naar Mos-
kou over te brengen, en zoodoende buitenlandsche
belanghebbenden te noodzaken naar Rusland te ko-men, of er hun vaste vertegenwoordigers aan te stel-
len. Een aantal firma’s is tot dit laatste reeds over-
gegaan en vermoedelijk zal dit op den duur de een-
voudigste en – bij geregelde zaken van eenigen om-
vang – de goedkoopste manier blijken. Behalve de
winst aan deviezen brengt deze nieuwe methodiek
voor de Sowjets het voordeel mede, dat de te Moskou
afgesloten contracten niet vallen onder buitenland-
sche doch onder Russische jurisdictie. Een aantal
landen, die met de Sowjets officieele betrekkingen
onderhouden, hebben speciale arbitrage-conventies ge-
sloten tot regeling van eventueele disputen. Sinds
eenigen tijd bestaat echter •te Moskou een speciale
arbitrage-commissie voor den buitenlandschen han-
del, aan welke ook buitenlandsche belanghebbenden
worden uitgenoodigd hun belangen toe te vertrou-
uren, en op den duur zal het wel in de bedoeling
liggen, dit laatste zooveel mogelijk verplichtend te
maken.
Het behoeft wel geen betoog, dat, wanneer inder-
daad de verdere ontwikkeling van den Russischen
huitenlandschen handel in deze richting gaat, de lan-
den, die geen officieele betrekkingen met Moskou on-
derhouden, sterk in het nadeel komen, aangezien
hun handelsvertegenwoordigers verstoken zijn van
elken steun van hun eigen regeering. Zeer zeker
zullen zij aarzelen, zich te vestigen in of langjarige
engagementen. aan te gaan met een land, waar zij
zich zonder diplomatieken of consulairen steun
weten.
Mag uit het voorgaande de conclusie worden ge-
trokken, dat de aanknooping van normale diploma-
tieke en juridische betrekkingen met het Sowjet-
régime in het belang zou zijn van onzen handel met,
en vooral van onzen export naar, de Sowjet-Unie –
het politieke aspect der zaak laat ik geheel buiten
beschouwing – en dat alsdan, vroeg of laat, een
crediet-overeenkomst als de Engelsche ook onzer-
zijds onder de oogen zou moeten worden gezien, dan
komen wij tot de tweede hierboven gestelde vraag: Hoe zou daardoor de positie worden van onze hou-
ders van oude Russische fondsen?
Ik vrees, dat hierop geen ander antwoord moge-
lijk is dan: Niet beter dan zij thans is, maar zeker
ook niet slechter, omdat zij wel nauwelijks slechter
kon zijn. De oude crediteuren en hun regeeriugen
hebben, naar mijn overtuiging, de gunstige gelegen-
heid van Genua en Den Haag in 1922 laten voorbij-gaan, toen, met wat meer goeden wil en wat minder
politieke kortziehtigheid, een redelijk compromis
alleszins mogelijk ware geweest. De Russen hadden
zich in beginsel bereid verklaard, de v66r-oorlogsche
schulden te erkennen door ze op nader overeen te
komen wijze te herfundeeren, mits nieuwe credieten –
ten bedrage van ruim 3 milliard goudroebels, te ver-
deelen over 3 jaren – voor de economische recon-structie van het land beschikbaar werden gesteld.
Over het bedrag, de hestemmingswijze, de contrôle
en alle verdere modaliteiten ware nader te praten ge-
weest, maar de niet-Russische commissie
wilde
er in
het geheel niet over praten. De regeeringen, aldus
haar standpunt, konden zelf geen leeningen verstrek-
ken of deze door haar garantie mogelijk maken; de
Sowjet-regeering moest zelf het vertrouwen van den belegger terugwinnuen door de oude schulden te er-
kennen. Maar toen tenslotte Litvinoff, de voorzitter
der Sowjet-delegatie, aanbood om die erkenning bij
zijn regeering aan te bevelen ook zônder dat aan-
stonds nieuwe credieten in uitzicht werden gesteld,
indien zulks de voortzetting der onderhandelingen
zou vergemakkelijken,, kwam daarop geen ander ant-
woord, dan dat men in zoodanige aanbeveling geen
basis voor verdere onderhandelingen kon zien. Daar-op is de Haagsche conferentie uiteengegaan.
Het Russische voorstel: de erkenning en herfun-
deering der oude schulden te verbinden aan de ver-strekking van een nieuwe reconstructie-leening (dit
zouden uiteraard exportcredieten geworden zijn, zoo-
als zij later van Duitsche, Engelsche en andere zijde,
meestal met eigen regeeringsgaranties,
zijn
verleend)
was daarmede nog niet geheel van de baan. In de
daarop volgende jaren heeft Moskou meermalen nieu-
ve voorstellen van dien aard gedaan, met name te
Parijs, echter telkens tevergeefs; tenslotte heeft het
in 1928/’29, resoluut het roer gewend en besloten zich-
zelf te helpen door de geweldige inspanning van het
5-jarenplan. De inmiddels ingetreden wereldcrisis
heeft ertoe
bijgedragen,
dat het eene land na het
andere, uit een oogpunt van werkverschaffing, leve-
ringen aan Rusland op crediet is aangegaan, maar
het totaal der aldus gemaakte (inmiddels vrijwel ge-
heel afgeloste) schulden, dat einde 1931 een hoogte-
punt van 1400 millioen goudroebel bereikte, verzinkt in het niet tegen de ontzaggelijke kapitalen aan eigen
productie, besparingen op het volksinkomen en phy-
sieke ontberingen, die het Russische volk in die lut-
tele jaren heeft opgebracht.
Zooals de zaken op het oogenblik staan, lijkt het
Russische schuldenprobleem – ook al met het oog
op de hopeloos verwarde internationale situatie –
verder van zijn oplossing dan ooit. Het Engelsche
geval bewijst, dat er sinds 1922 wel iets veranderd is in de zeggenschap der regeeringen over de kapi-
taalmarkt, en dat – geheel afgezien van mogelijke
politieke motieven – het belang der werkverschaf-
fing begint te domineeren over dat van gedupeerde
crediteuren, te meer nu Rusland al lang niet meer
de eenige, ja misschien niet eens de ergste, zondaar
in dit opzicht is.
Het Russische schuldenprobleein is er één van vele
geworden;
zijn
oplossing zal vermoedelijk nog slechts
in het kader van het geheel mogelijk zijn. Maar in de
tegenwoordige omstandigheden beteekent zulk een al-
gemeene ,,schoonmaak” op het internationale schul-dengebied vermoedelijk een noodzakelijke premisse
voor de monetaire en handelspolitieke ontdooiing der
vastgevroren wereld-economie. Komt het dus een-
maal tot een ernstige poging, op vreedzame wijze
uit de huidige crisis-impasse te geraken, dan zal on-
getwijfeld ook de Russische schuldenkwestie weer
aan de orde komen en het lijkt geenszins onmogelijk,
dat Rusland, dat minstens even sterk den vrede noo-
dig heeft als welk ander land ook, gaarne zal mede-
werken tot een oplossing, die aan de rehabilitatie van zijn eigen staatscrediet slechts ten goede kan
komen.
J. H. COHEN STUART.
12 Augustus 1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
581
EEN WETTELIJKE GRONDSLAG VOOR DE
ECONOMISCHE STATISTIEK.
Dezer dagen diende de Regeering bij de Tweede
Kamer een wetsontwerp in tot het verkrijgen van
juiste economische statistieken. Het toont groote
overeenkomst met de wet tot verkrijging van een
juiste statistiek van voortbrenging en verbruik.
Structuur en redactie zijn grootendeels met elkaar
in overeenstemming. Het ontwerp beoogt feitelijk ook niets anders dan een uitbreiding van de wet op de pro-
ductiestatistiek tot de andere economische statistieken.
De nieuwe regeling is noodig geworden, omdat het
van tijd tot tijd voorkomt, dat personen of instel-
lingen, die over gegevens beschikken, welke onmis-
baar zijn voor het verkrijgen van betrouwbare statis-
tieken, deze niet willen verstrekken, indien de wet
hen niet daartoe verplicht. Het zijn als regel wel
incidenteele weigeringen, maar toch is het aantal of
de beteekenis van de gevallen, waarin de voor een behoorlijk overzicht vereischte gegevens niet ver-
kregen kan worden, doordat een of meer belanghebben-
den weigeren inlichtingen te geven, betrekkelijk groot.
Wordt de samenstelling van productie-indices, om-
zetstatistieken e.d. van algemeen belang geacht, dan
is het ontoelaatbaar, dat een of enkele personen dit
tegenhouden. Volkomen terecht noemt de Regeering
het een belang van de eerste orde, dat de Overheid
zekerheid heeft, dat de gegevens, welke in toenemende
niate voor de kennis van het economische leven nood-
zakelijk zijn, daadwerkelijk en snel verzameld kun-
nen worden. Op welke punten wijkt het ontwerp af
van de bestaande wet op de productiestatistiek?
In de eerste plaats geeft het een uitbreiding van
de garanties om te voorkomen, dat de verzamelde gegevens op zoodanige wijze openbaar zullen ge-
maakt worden, dat daaruit opgaven en inlichtingen
over afzonderlijke personen, ondernemingen of instel-
lingen zouden kunnen blijken, en voor de handhaving
van die garantie een nieuwe strafbepaling. Indivi-
dueele opgaven worden, tenzij de betrokken persoon,
onderneming of instelling daartegen geen bezwaar
heeft, niet gepubliceerd. Een wettelijk vastleggen dus
van een bestaande usance. Verder is, met het oog
op het te respecteeren bankgeheim de tusschenkomst
van De Nederlandsche Bank voorgeschreven. De rege-
ling is aldus, dat de door het Centraal Bureau voor de Statistiek gevraagde opgaven, welke op het ter-
rein van het Nederlandsche bankwezen liggen, door
de banken ingezonden worden bij De Nederlandsche
Bank, die deze totaliseert en de aldus verkregen
totaal-cijfers aan het Centraal Bureau toezendt.
Dat aanneming van het ontwerp de instelling van
vele nieuwe statistieken tengevolge zou hebben, moet
niet verwacht worden. Van de op grond van dit ont-werp te verwerven bevoegdheden – aldus de Memo-
rie van Toelichting – zal niet dan met groote voor-
zichtigheid gebruik dienen te worden gemaakt. Art. 1
biedt daarvoor, door de machtiging van den Minister
te eischen, het hooren van de Centrale Commissie voor de Statistiek voor te schrijven, en ook de uit-
oefening der bevoegdheden onder toezicht van den
Minister te stellen, de noodige waarborgen. Gelijk
bij de productie-statistiek tot dusver steeds is ge-
schied, is het de bedoeling, dat in de daartoe lei-
dende gevallen de wettelijke verplichting niet zal
worden opgelegd, dan nadat organisaties van belang-
hebbenden zijn gehoord; dit laatste dus ook weer
overeenkomstig de bij den Statistischen Dienst be-
staande gewoonte.
De wet op de productiestatistiek van 1917 heeft
uitstekend gewerkt, ofschoon haar strafbepalingen
nooit behoefden te worden toegepast. Deze dienden
slechts als stok achter de deur. Er is alle reden om
te verwachten, dat de nieuwe wet evenmin tot moei-
lijkheden aanleiding zal geven. Wel zal de volledig-
heid van de economische statistiek en de snelheid, waarmede zij tot stand komt, er aanmerkelijk door
winnen. En dit is van groot belang.
v. D. v. I.
DE TOESTAND OP DE GRAANMARKTEN.
Tarwe.
Gewoonlijk zijn gedurende de voorjaars- en de eer-
ste zomermaanden de weersomstandigheden op het
iioordelijk halfrond van grooten invloed op den loop
der -prijzen voor granen en speciaal op die voor tarwe.
Van die weersomstandigheden hangt de ontwikkeling
van het te velde staande gewas af evenals de op-
brengst na het binnenhalen van den oogst. Vandaar
dat geregeld berichten over de vooruitzichten van de
oogsten en schattingen van de opbrengsten in de
voornaamste Europeesche landen, in de Vereenigde
Staten en in Canada worden verspreid. Bij de beoor-
deeling dezer berichten dient men voorzichtig te zijn,
daar vooral die uit particuliere bron vaak overdre-
ven zijn.
In dit jaar gaf tot omstreeks half Juni de toestand
in de voornaamste tarwe produceerende landen reden
tot tevredenheid. Wat Europa betreft, kwamen slechts
uit enkele landen klachten. In Frankrijk werd een
opbrengst verwacht, waarvan in het seizoen 1936/’37
niet voor uitvoer zou kunnen worden verkocht, zoo-
als in vorige jaren tengevolge van overvloedige oog-
sten was geschied.
Uit Spanje, Portugal, Italië en Griekenland waren
de berichten ook niet gunstig, waardoor o.a. Portu-
gal ophield aan de internationale markt van zijn
tarweoverschot van vorige jaren te verkoopen. Uit
Noord-Afrika werd in dit jaar geen belangrijk voor
uitvoér beschikbaar overschot verwacht. Overigens
waren de vooruitzichten gunstig, in Midden- en Oost-
Europa zelfs zeer gunstig.
De officiëele raming van de opbrengst van winter-
tarwe in de Vereenigde Staten op 1 Juni was hooger
dan die op 1 Mei en de particuliere schattingen van
de zomertarwe waren hoog. De gezamenlijke tarwe-
opbrengst in de Vereenigde Staten beloofde toen
grooter te worden dan de eigen behoefte, zoodat het
leek, dat er een klein overschot voor uitvoer beschik-
baar zou zijn.
In de Prairieprovincies van Canada stond de tarwe
er zeer goed voor en particuliere schattingen deden
een aanmerkelijk grootere opbrengst verwachten dan
in het vorige jaar. Geen wonder, dat onder die om-
standigheden de internationale tarwemarkt geen
groote prijsschommeliugen te zien gaf en bij kleine
omzetten de stemming kalm bleef.
Omstreeks half Juni kwam in dezen toestand in
de Vereenigde Staten verandering tengevolge van
droogte en een zeer intense en langdurige hittegolf
in het zomertarwegebied, waardoor ernstige schade
werd veroorzaakt. De 1 Juli-schatting van het Land-
bouwbureau te Washington was dan ook aanmerke-
lijk lager dan het gemiddelde der particuliere schat-
tingen op 1 Juni. Wel werd de opbrengst van win-
tertarwe grooter geraamd dan tevoren, doch die van
winter- en zomertarwe tezamen kleiner dan de eigen oehoefte, zoodat gerekend moet worden op de nood-zakelijkheid van invoer uit Canada. Van den vorigen
oogst is weliswaar nog een overschot aanwezig, doch
de kwaliteit daarvan is over het algemeen slecht en voor een groot gedeelte ongeschikt voor maaldoel-
einden.
De gevolgen van de droogte en de overmatige
warmte in het zomertarwegebied der Vereenigde Sta-
ten lieten niet na van invloed te zijn op de prijzen,
welke aan de termijnmarkt te Chicago in de tweede
helft van Juni flink stegen. Deze verhooging werd
in Canada slechts in beperkte mate gevolgd. Daar
waren de vooruitzichten nog goed en de politiek van
het Canadeesche regeeringsbureau voor tarwe werkte
een prijsstijging niet in de hand. In Canada was na-
melijk, padat de Liberale Partij er bij de laatste ver-
kiezingen de overwinning had behaald, besloten de
groote tarwevoorraden op te ruimen en te trachten
het oogstjaar af te sluiten met niet meer dan nor-
male reserves. Onder de vorige regeering hadden de
bestuurders van het graanbureau geweigerd voor de
582
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Augustus 1936
maakbare internationale prijzen in voldoende mate
voor uitvoer te verkoopen en zoo was men met zeer
groote voorraden blijven zitten. Het doel der tegen-
woordige regeering, om de voorraden door verkoop aan de Europeesche markt tot normale grootte terug
te brengen, moet worden geacht te zijn bereikt. Daarvan is mede de slechte laatste oogst in Argen-
tinië oorzaak geweest. De kleine opbrengst in dat
land was voor de regeering aanleiding den minimum-
prijs voor tarwe te verhoogen tot een peil, waarop
uitvoer naar Europa onmogelijk was en waarvoor al-
leen naar Brazilië kan worden verkocht. Argentijn-
sche concurrentie had dus Canada dit jaar niet te
duchten. Ook van Australië werd niet te veel con-
currenti*e verwacht, daar het een kleiner exportsur-
plus had dan in het vorige jaar.
Deze verwachting is in de eerste maanden van het
jaar niet uitgekomen, daar Australië op zeer ruime schaal naar Europa begon te verschepen; het daar-
door ontste aanbod heeft geruimen tijd een druk-
kenden invloed op de markt gehad. Sedert is die
druk verdwenen en zijn de Australische verschepin-
gen sterk verminderd. Canada is gedurende het ge-
heele voorjaar en den zomer voortgegaan tarwe te
exporteeren; heeft van dagen, dat de stemming vast
was, gebruik gemaakt om zooveel
mogelijk
te verkoo-
pen en niet getracht van zijn positie als grootste
leverancier gebruik te maken om zijn prijzen sterk
te verhoogen.
Tengevolge vaa deze verkooppolitiek en de nog
goede oogstvooruitzichten, stegen te Winnipeg in
Juni de prijzen voor Octobertarwe slechts 4 dollar-
cents per bushel tegen 9 3 dollarcents voor Septeni-
ber te Chicago.
Na Juni zijn de klachten in de Vereenigde Staten
blijven aanhouden en werden de schattingen van de
opbrengst der zomertarwe steeds kleiner. De aanhou-
dende droogte en de te hooge temperaturen veroorzaak-
ten hoe langer hoe meer schade en de koersen te Chi
cago stegen regelmatig, zoodat de September-termijn
nu 29 dollarcents per bushel hooger staat dan op
1 Juni.
Ook in Canada begon men in het begin van Juli
over warmte en droogte te klagen en in den loop
dier maand werd de toestand steeds hachelijker. De
particuliere oogstramingen, welke op 1 Juli nog een
belangrijk grootere opbrengst deden verwachten dan
in het vorige jaar, werden minder optimistisch en
nu is het wel zeker, dat de opbrengst niet den om-
vang van het vorige jaar zal bereiken. Deze berich-
ten hebben ook te Winnipeg een groote prijsstijging
tengevolge gehad, waardoor Octobertarwe nu
bijna
31
dollarcents per bushel hooger staat dan op 1 Juni.
In het begin van de prijsstijging te Winnipeg
heeft men zich daarover in Europa niet erg ongerust
gemaakt en niet veel tarwe gekocht. Men dacht, dat
de toestand wel mee zou vallen en de vooruitzichten
in Europa waren over het algemeen nog steeds gun-stig. Doch daarin is sedert verandering gekomen. In
West-Europa wordt geklaagd over te veel regen, de
schaarsche berichten uit Rusland spreken over
droogte in verschillende streken. Vooral ten Oosten
van de Wolga, waar veel zomertarwe eu rogge worden
verbouwd, schijnt de toestand slecht te zijn. Rus-land is met graan van den nieuwen oogst niet aan de markt, terwijl anders in dezen tijd van het jaar
bij goede oogstvooruitzichteu reeds geregeld aanbie-
dingen worden gedaan ter verlading in. Augustus en
September. Hieruit mag worden afgeleid, dat Rus-
land in elk geval niet in ruime mate tarwe aan de
West-Europeesche markten zal brengen.
In Duitschland, Midden-Europa en de Donaulan-
den worden grootere oogsten verwacht dan in het
vorige jaar, in Roemenië zal de uitkomst zelfs aan-
merkelijk gunstiger zijn en een belangrijk surplus
voor uitvoer opleveren.
De Europeesche markten zijn onder den indruk
der ongunstige berichten uit Noord-Amerika en Rus-
land en door het vooruitzicht, dat in het volgende
najaar het aanbod van overzeesche tarwe niet over-
vloedig zal zijn, vast geworden. Een flinke vraag
heeft zich ontwikkeld, terwijl tot de stijgende prijzen
groote contracten werden afgesloten.
Voer granen.
Argentinië heeft in dit jaar niet zulk een grooten
maïsoogst gehad als de recordoogst van het vorige
jaar, doch samen met de van den vorigen oogst over-
gebleven voorraden was het uitvoersurplus aan het begin van het Argentijnsche maïsseizoen toch zeer
belangrijk. Men verwachtte dan ook algemeen flauwe
markten, niettegenstaande de Argentijnsche regee-ring de minimumprijzen voor maïs te Buenos Aires
had verhoogd van 4.40 op 5 Pesos en te Rosario van
4.28 op 4.90 Pesos. De verschepingen uit Argentinië
zouden
namelijk
te groot worden voor de vraag in
Europa. Groote verschepingen hebben echter niet
plaats gevonden, voornamelijk omdat ,regen het in
conditie brengen van de mais verhinderde. Een on-
gekend lange periode van slecht weder heeft aan de
kwaliteit van de mais veel kwaad gedaan en een ge-
deelte is ongeschikt geworden om ter verlading te
worden gebracht. Hetgeen naar Europa werd verla-
den vond geregeld koopers, en de vraag was ruim
voldoende voor het aanbod. Schaarsch aanbod van
gerst werkte het verbruik van mais in de hand.
De koersen in Argentinië hebben zich geruimen
tijd ongeveer op de hoogte der minimumprijzen be-wogen totdat zij begin Juli begonnen te stijgen. Het slechte weder was daarvan gedeeltelijk de oorzaak;
verder moet die gezocht worden in de omstandig-
heden, waaronder zich de maïsoogst in de Vereenigde
Staten ontwikkelt. Ook in het maïsgebied heerscht
daar droogte, welke veel schade aan het gewas berok-
kent en doet twijfelen aan de mogelijkheid van een
gemiddelde opbrengst. De koers van Decembermaïs
was te Chicago op 3 Augustus sedert 1 Juni met
bijna 46Y2 dollarcents per bushel gestegen.
Aangezien ook van rogge, gerst en haver zoowel
in de Vereenigde Staten als in Canada de resultaten
slecht zijn, bestaat er groote kans, dat Noord-Amerika
mais uit Argentinië zal moeten importeeren. Deze
mogelijkheid heeft de stemming in Argentinië verder doen verbeteren, zoodat op 3 Augustus Buenos Aires
1.50 Pesos boven den minimumprijs sloot. Europa
heeft de vaste stemming gevolgd en tot de stijgende
prijzen in ruime mate gekocht. Sedert is weder
eenige verlaging ingetreden.
Gerst bleef gedurende den geheelen voorzomer vast, vooral voor spoedige posities, welke slechts
matig werden aangeboden. Korten
tijd
is, toen de
vooruitzichten van den nieuwen oogst nog gunstig
waren, gerst naar Europa verkocht door de Ver-
eenigde Staten en Rusland, doch dat aanbod is spoe-
dig weder opgehouden, toen de oogstberichten slechter
werden. Polen is met gerst van den nieuwen oogst
terughoudend, en uitvoeren van Roemenië worden belemmerd door compensatie- en clearing-eischen
van de invoerende landen. Bovendien zijn de aanvoe-
ren in de aflaadhavens nog beperkt. De oogst in
Roemenië is anders van bevredigenden omvang en zou gedurende de najaarsmaanden flinke uitvoeren
kunnen veroorloven.
In rogge zijn de zaken klein geweest, alleen zijn
gedurende de laatste maanden iets ruimere inkoopen
gedaan, vooral van Poolsche rogge, toen de voorra-
den van den eigen oogst grootendeels waren geruimd.
Nu de nieuwe eigen oogst klaar is en bij gunstig
weder spoedig ter markt zal komen, wordt de invoer
van buitenlandsche rogge slechts in beperkte hoeveel-
heden toegestaan. De geringe vraag naar buitenland-
sche rogge is oorzaak geweest, dat voor rogge de prijs-
stijging gedurende de maand Juli lang niet van
denzelfden omvang is geweest als voor andere graan-
soorten. De opbrengst in Europa buiten Rusland
w
–
ordt iets grooter geraamd dan in het vorige jaar.
A. P. S0HILPHUIS.
11
12 Augustus 1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
583
11
AANTEEKENINGEN.
Kapitaal- en invoerbehoeften van Palestina.
in een van de artikelen van ‘het aan Palestina ge-
wijde nummer van ,,Phe Manchester Guardian Oom-
mercial” worden de perspectieven voor Engeisdhe goe-
deren in Palestina uiteengezet. Wij ontieenen hier-
aan het een en ander om een beeld van den economi-
schen toestand in dat land te geven en de invoermo-
ge’lijkheden van Palestina te belichten.
V56r den oorlog hadden eeuwen van wanbestuur
en verwaarloozin’g het eens zoo welvarende land ver-
anderd in een afgelegen provincie met een dunne
bevolking, wier eenige hoop lag in emigratie. Nadat
het onder beheer van Engeland kwam en het Joodsch
ationaal Tehuis wre
r
d, zijn zoowel de landbouw als
de industrie en de handel van het land gcheel ge-
wij zigd.
Sinds 1920 is de bevolking verdubbeld en de enor-
me verbetering van de levensomstandigheden blijkt
uit de opmerkelijke ‘daling van de zui’gelin’gensterfte,
welke in 1923 184 per 1000 geboorten ‘bedroeg, in
1927 tot 200 steeg en in 1935 tot 131 daalde. De jaar-lijksohe inkomsten van Palestina bedroegen iets meer dan £P.
2
millioen in 1924-’25; in tien jaren waren
zij gestegen tot
bijna
£P. 5Y2′ millioen, terwijl de
schatkist thans over een o’versdhot van ‘bijna £ 7 miii. ‘besdhikt Deze cijfers geven een ontwikkeling te zien,
welke zonder weerga is in de wereld van na den oor-
log en zij zijn nog merkwaardiger, indien men be-
denkt, ‘dat zij vallen in een periode van zeer groote
depressie.
in het licht van deze cijfers is ‘het duidelijk, .dat
Palestina als markt voor buitenlan’d’sche ‘goederen
steeds meer fbeteekenis zal krijgen. De stad Tel-Aviv,
welke een kwart eeuw na haar ‘stidb:binig reeds 150.000
inwoners ‘heeft, is een groot handelscentrum gewor-
den, en haar Levaut Jaarbeurs, waarop duizenden
firma’s van de geheele wereld zijn vertegenwoordigd,
werd de meest ‘belangrijke handelsgeheurtenis in het
gebeele Nabije en Midden-Oosten.
De waarde van den invoer in Palestina voor bi-
nealandsch ‘gobruik bedroeg in 1935 £P. 17.740.000,
een toeneming van £P. 2.600.000 vergeleken ‘bij ‘het
voorafgaande jaar. De haven van Haifa ‘bleek on-
danks verbeteringen reeds onvoldoende, zoodat be-
langrijke nieuwe havenwerken in Jaffa moesten vor-
den aangelegd, terwijl de ‘kortgeleden verleende ver-
gunning tot ‘het maken van ‘havenwerken te Tel-Aviv
gerechtvaardigd is, zooivel ‘door commercieele ‘behoef-
ten als om politieke overwegingen. De te Jaffa ge-
loste tonnage, welke in 1931 151.975 ‘groot was, ‘beliep
in 1935 402.524 ton, terwijl ‘de overeenkomsti’ge cijfers
voor ilaifa 214.893 en 787.307 waren.
Er ‘is alle reden om te verwachten, dat de uit)brei-
ding van den handel zal voortduren en dat ‘de vraag naar invoerartikelen gesta’dig zal blijven toenemen.
Tijdelijke politieke moeilijkheden werden in he’t ver-
leden ‘overwonnen, en zullen weder worden ‘overwon-
nen.
Zoolang het mandaat van kracht blijft – geen
ernstig kenner van den toestand veronderstelt, dat
het in ‘gevaar is -, zullen ‘dè Ibevolkin’gs en de kap-
taal’bronnen van Palestina
‘blijven
toenemen, waar-
door een gestadig stijgende vraag naar goederen zal ontstaan, welke het land niet zelf kan voortbrengen.
in de eerstkomende jaren ‘behoeft niet te worden
verwacht, ‘dat Paleslina in meer ‘dan slechts een
kleine fractie van zijn eigen in’dustrieele ‘behoeften
zal kunnen voorzien. Hoewel zich nieuwe plaatselijke
industrieën ‘ontwikkelen, zijn ‘de ‘bestaande industrie-
en niet in staat aan de vraag te voldoen. De invoer
van grendstoffen en haiffabrikaten voor de industrie
neemt gestadig toe.
De vraag naar invoerartikelen ‘zal waarschijnlijk
gelijken tred houden met ‘de toeneming van ‘de kapi-
taal’bronnen en i.n ‘dit opzidht is de geheele Joodsche
wereld schatplichtig aan Palestina. Een ‘groot ‘ge-
deel’te van het kapitaal wordt naar het land gebracht
d’oor immigranten, waardoor ‘de invoer een groot
overschot ‘boven ‘den uitvoe’r moet vertoouen. Gedu-
rende 1935 ‘hebben zich 6.309 immigranten, met een
bezit van meer ‘dan £ 1.000 in h’et land gevestigd. Een
door het Jewish Agency ingesteld onderzoek toont
aan, ‘dat het gemiddelde kapitaal, ‘dat ‘door ‘deze im-
migranten werd ‘medogebradht, ongeveer £ 2.500 ‘be-
droeg. Bovendien werden groote bedragen uitgegeven
door ‘de twee fondsen van het Agency – het Pales-
tina Opbouwfonds en ‘het Joodshe Nationale Fonds
– alsook ‘door verschillende semi-officieele kolonisa-
tie-instellingen. Tegelijkertijd ‘hebben verschillende
vooraanstaande ondernemingen in het land haar mid-
delen ‘belangrijk ‘doen toenemen. De Palestine Elec-
tric Oorporation, Ltd., welke haar kapitaal met £ 1
mili. tot £ 2.5 mili. verhoogde, is hiervan een mar-
kant ‘voorbeeld.
Het record ‘van ‘deze onderneming werpt een ‘duide-
lijk licht op de ontwikkeling ‘van het land. In 1930
‘bedroeg het aantal verkochte kwu 5.300.000; in 1935
steeg het tot 50.400.000.
Welke vooruitzichten ‘biedt Palestina nu Jor den
Engelschen koopman?
Hij heeft om te beginnen het ‘groote voordeel, dat
Engeisch een van ‘de officieele talen is en dat velen
deze taal spreken. Er worden een Engelsc’h dagblad
en twee Engelsche weekbladen gepubliceerd, als ook
geheel of ten deele Engelsehe ‘han’delstijdschriften.
Bovendien ‘vormen ‘de gevestigde Engelsc.he connec-
ties, met name in bank- en assurantiekringen, en het
verband van de munteenheid met het Pond Sterling
belangrijke factoren ten voordeele van den Engel-
scih’en koopman.
Van niet minder belang zijn de erkenning en waar-
deering van cle kwaliteit van de Engelsche goederen.
De waarde van ‘dezd goodwill mag men niet onder-
schatten. Zij komt vaak tot uiting in den weusch, Pa-lest’ina in •het stelsel van imperiale preferentie op te
nemen. Het ‘is een van de eigenaardige gevolgen van
het mandatenstelsel, dat het Palestina voor alle
practische politieke doeleinden tot het Engelsche Ge-
meenebest doet behooren, doch dat het, wat betreft
AANVOER VAN GRANEN.
(In tons van 1000 kg.)
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen 28
Aug.
Sedert
Overeenk.
218
Aug.
Sedert
Overeenk.
1936 1935 1936
1Jan.
1936
tijdvak
1935
1936
1
Jan.
I936
tijdvak
1935
607.553
540.152
–
8.311 12.492
615.864 552.644
Rogge
…………….
2.974
144.140
125.421
–
1.976
281
146.116
125.702
Tarwe
……………..634
1.267
19.245
.
13.297
–
350
–
19.595
13.297
6aïs ……………….
5.840
441.414
469.580
425
92.345 77.484
533.759
547.064
3.613
188.088
181.856
567
12.807
22.373
200.895 204.229
Boekweit ……………
3.832
58.755 86.808
–
680
1.660
59.435
88.468
850 136.638 119.234
124.154
245.182 260.792
364.416
Gerst
……………..
Haver
……………..
650
33.917
29.093
–
175
–
34.092 29.093
Lijozaad
………………
Lijnkoek ……………..
1.078
22.120
12.516
–
5.556 4.104 27.676
16.620
Tarwemeel
………….
Andere meelsoorten
90
19.989
16.879
–
1.076 1.971
21.065
18.850
584
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Augustus 1936
alle commercieele belangen, een vreemd land blijft.
In een wereld van quota’s en economische restricties
bleef Palestina zonder eenige besdherming. Vroeg of
laat zullen de belangen van Palestina een verande-
ring eisahen. Intussehen worden de nationale voor:
deelën van het koopen van de landen, welke de beste
afnemers van Palestina zijn, reeds meer en meer ge-
waardeerd en de beste klant van Palestina is Groot-Brittannië. Het verlangen naar nauwere ‘handelsbe-
trekkingen met Groot-Brittannië begint het karakter
van een populaire beweging te krijgen en d.e Engel-
sche kooplieden moeten niet nalaten hiervan te pro-
fiteeren.
Groot-Brittannië is reeds ‘het grootste invoerlan’d
van Palestina; de waarde van tijn invoer bedroeg in
1935 ‘bijna 18 püt. van den totaien invoer. Er zijn
evenwel nog mogelijkheden voor expansie. T.a.v. alle
soorten machines en motorrijtuigen zijn de Vereenigde
Staten en Duitschiand ernstige concurrenten, ter-
wijl de voordeelen van de markt van katoenen weefsels
bijna geheel naar Japan zijn gegaan. Een ernstige
poging van de Engelsche fabrikanten zal hun even-
wel een groot gedeelte van de zi•oh uitbreiidende markt
kunnen verzekeren.
De Palestijnsohe markt ‘is aparte studie en moeite
ten volle waard. De Japanners ‘bijv. vonden het ‘de
moeite waard om een speciale handelsdelegatie naar
Palestina te 2en’den. Voor alles moeten exporteurs
evehwel ‘bereid zijn grootere credietfaciliteiten aan
hun afnemers te verleenen.
In Palestina bestaat er een
stijgende afzetmoge-
lijlQheid voor bouwmaterialen, landbouw- en indus-
trieele madhines, motorrijtuigen, electrische appa-
raten, sanitair, alle soorten textielproducten, visch
en levensmiddelen. Dit zijn, zoo besluit het artikel,
allemaal goederen, welke Groot-Brittannië kan leve-
ren. De Engelsohe exporteur bezit een groote good-
will in de handelskringen in Palestina. Door moed te
betoonen en zich aan te passen aan de practijk van
zijn concurrenten en aan •de hau’delstraditie van het
land, mag hij verwachten een groot deel te veroveren
vaii de markt, welke jaar op jaar ontstaat door de
grootste kolonisatie-on’derneming van den laatsten tijd.
De zichtbare suikervoorraden in de wereld.
De zichtbare voorraden per 1 Juli
zijn
volgens C. arnikow:
1936 1935
1934
Loes
tons
.
tons
Duitschiand …………..
709.000 694.000
576.000 Tsjecho-Slowakije
……..
213.000
211.000 200.000
Frankrijk …………….
491.000
520.000
327.000
Nederland…………….
189.000
218.000 257.000 België
………………
117.000
105.000
98.000
Hongarije …………….
53.000
48.000 54.000
Polen………………..
178.000 190.000 181.000
U.K. Geïmp. suiker
……
199.000
167.000
297.000
Binneni.
,……..
55.000 88.000 81.000
•
Europa……..
2.204.000
2.241.000 2.071.000
V.S.
Alle havens
……..
426.000
571.000 660.000
Cubaansehe havens
384.000 596.000 740.000
Cuba binnenland……….
1.190.000
1.265.000
1.466.000
Java
………………..
786.000
1.429.000
2.309.000
Totaal…….
4.990.000 6.102.000 7.246.000
INGEZONDEN STUKKEN.
HET TARIEFPROBLEEM BIJ HET STEDELIJK
VERVOERBEDRIJF.
Ir. J. M. I. Reitsma
schrijft
ons:
Aan het slot van .het artikel van Ir. W. B.
I.
Hof-
man rezen bij os eenige bedenkingen en aangezien
dit gedeelte van het stuk niet alleen voor ‘het stede-
lijk vervoerbedrijf van beteekenis is, wenschen wij
onze ‘bezwaren daartegen hier nader te ontwikkelen. De geachte schrijver ‘gaat van ‘twee premissen uit,
waarvan ‘de eerste aanvechtbaar en de tweede geheel
onbewezen is. De eerste onderstelling is, ‘dat ihet ver-
hand tussehen ‘den prijs per 1cm en het aantal ritten
linectir is,
‘hetgeen niet zoo ‘vast staat als de heer
Hofman uit zijn grafische voorstelling wel meent te
mogen opmaken. Met name kunnen zich afwijkingen
voordoen van ‘de redhte lijn PT nabij de eindpunten
P en T en wij meenen ‘dan ook, ‘dat er eerst nog
meerdere punten (in de fi’guu.r voorgesteld door
zwarte stippen) bekend geworden moeten zijn, voor-
dat men tot ‘het recht zijn ‘der curve mag besluiten.
Zooals de punten thans •geteekerrcl zijn, kan men een
naar ‘het assenstelsel toe ‘bolle lijn trekken, die beter
nog bij ‘de zwarte stippen aansluit ‘dan de rechte lijn
PT, hetgeen echter weer niet wil zeggen, ‘dat de
(Vervol9 ria bir, 586.)
STATISTIEKEN.
–
Laatstbekende noteeriugen te Amsterdam en Rotterdam op
3
Augustus
1936
voor
?e.teqrafische
uitbetaling op:
Gulden per
Pari
Koers
disconto
Europa.
Londen *)
£
–
7.381
2
Berlijn
*)
100
Mark
59.26
3
59.231
100 Franc
9,747
9.70.
3
100 Belga
24.90
6
24.84
2
100 Franc
6.22
6
6.201
100
,,
48.-
48.05
2
100 Kronen
–
6.091
3
Brussel
)
……….
100 Schilling
35.01
27.76
3
Parijs *) …….
Luxemburg
………
Zürich
*)
…………
100 Pengö
43.51
29.-
4
100 Lei
1,48
8
1.10
4
100 Leva
1.79
7
1.79
6
Belgrado ……….
100 Dinar
–
3.381
Boekarest
……….
Sofia
………….
Turksch
£
–
1.18
Istanbul ………..
100 ])rachme
.
–
1.39
7
…………
100 Lira
13.09
11.61
q
Madrid
5)
100 Peseta
48.-
20.-
5
Escudo
–
0.061
q
Praag …………..
Weenen
)
…………
Kopenhagen *)
100 Kronen
–
32.95
3
Boedapest
……….
Oslo *)
100
–
37.10
3
Athene
………..
Milaan
………..
100
,,
.-
38.04
21
100
IJsl. Kr,
–
33.40
….
Stockholm
)
…….
100
Zloty
27.90e 27.80
5
Lissabon ………..
Reickjavick
…….
Warschau
………
Kovno (Litauen) ..
100 Lta
.
24.88
24.84
6
Riga (Letland) ….
100 Lat
48.-
48.-
s-e
Tallinn (Estland) ..
100 EstI. Kr,
–
40.50
4
100 Finnmrk.
–
3.25
4
Tjerwonets
29.24′
29.25
Helsingfors
……..
Moskou
………..
(100 Roebel)
Danzig
………..
100
Gulden
27.90
9
27.80
5
Amerika.
New-York
)
$
1.46e
1.44
4
Montreal
……..
Caijad.
$
–
1.44
2
Mexico
……….
Mcx. Dollar
–
0.44
Buenos Aires ……
Peso (papier)
–
0.41
La Paz (Bolivia)
8)
Boliviano
–
–
Rio de Janeiro….
Milreis (pap.)
–
0.08e
31
Peso (papier)
0.15
0.06
6
)
Bogota (Columbia)
8)
Peso
–
0.78e
Valparaiso ………
Quito (Ecuador)
..
Sucre
–
0.14
Lima (Peru)
……
Sol
–
0.37
Montevideo (Urug.)
Peso
–
0.74
Caracas (Venezuela)
Bolivar
..
0,381
Paramaribo
……
.. ..
1.-
San
José (C. Rica)
Colon
–
0.31
Quetzal
–
1.44
Willemstad (Curaç.)
..Gulden
Gulden
..
1.-
1.00e
Guatemala ……….
Managua (Nicar.)
8)
Cordoba
–
–
San Salvador
8)
….
Colon
–
0.591
Aziê.
Rupee
–
0.55k.
3
Batavia
……….
Gulden I.G.
1.-
1.00e
‘
Yen
–
0.431
3.2%
Dollar
–
0.47
Dollar
–
0.441
Singapore
……..
Straits Doil.
1.41
0.861
Calcutta …………
Phil. Peso
–
075
1
Shanghai
……….
Teheran
4)
(Perzië)..
..
..
Pahiavi
–
8.221
Kobe
………….
Baht
–
0.68
Hongkong ……….
?,l anilla
…………
Afrika..
Bangkok ………..
Kaapstad
£
–
1.34
3
Alexandnië ……..
Egypt.
£
–
7.57
Au8trcttie.
Melbourne, Sidney
.
en Brisbane
….
£
–
5901
2
ieuw Zeeland
….
£
–
5.951
a 0ff. 036
vrije markt
0.09.
4)
Munteenheid=Rial (een Kran.)
5)
Nom.
,) Goudpeso.
5)
Milreis Goud.
‘)Not. te A’dam.
0v.
not, part.
opg.
12 Augustus 1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
Ii1
STATISTIEKEN.
,
BANKD1SCONTO’S.
Disc.Wissels. 3 7
Juli ’36
N
d
‘
Lissabon
….
4
5Mei’36
’36
Bel.Binn.Eff. 3
7
Juli
Bk
1Vrsch.inR.C.31
Londen ……2
Si)
Juni’32
7
Juli ’36
Madrid ……5
9Juli ’35
Athene ……….
7
14Oct.’33
N.-York F.R.B.
4
1 Feb.’34
Batavia……….
4
1 Juli’35
Oslo
…….. .42EMei’33
Belgrado
……..
5
lFebr. ’35
Parijs
……3
9
Juli’36
Berlijn
……….
4
22Bept.’32
Praag
……
3
1 Jan.’36
Boekarest ……..
4
15Dec.’34
Pretoria
….
315 Mei’33
Brussel ……….
2
16Mei’35
Rome ……..4
18Mei’36
Boedapest
……
4
28Aug.’35
Stockholm
. .
21
1Dec.’33
Calcutta
……..
3 28Nov.’35
Tokio….
3.285
7Apr.’36
Dantzig……….
5
21 Oct.’35
Weenen …… 3
10Juli’35
Helsingfors ……
4
3 Dec.’34
Warschau….
5
26Oct.’33
Kopenhagen
….
322Aug.’35
Zwits. Nat. Bk. 21
3Mei’35
OPEN MABKT.
1936
1914
8
318
27Juli!
20125
H
A„
o
,.
H
,~g
20124
Aug.
Aug.
1 Aug.
Juli
Juli
A,nsterdam
Partic.
disc.
118-
7
1,6
1
5
I16
–
I16
1
3
j5-
1
18
l6/_13/
41I8
–
I4
515_314
318
–
!1,
Prolong.
–
1h14′
1
12
1
2
j41ij3
1
1
12
4-
1
12
1
2
1
14
–
I4
Londen
Daggd.
. .
112.
‘I,-1
Ia-1
1
121
1
12
–
1
12
–
1
181
4
_2
Partic. disc.
‘la,-‘li,
27
137
9
11
1
7I32_9116
1
132-I16
9
116
6
Jo,
l,-‘j,e
4114_314
Berlijn
Daggeld.
..
2314-3
231
4
311
4
211,_31J,
2
1
12-
7
15
2
7
9
33(
4
4511
4
–
Maandeld
2
7
I8-
15
119
2
7
18
15
116
23(
4
31(
4
2
1
12-
7
18
2
3
143
1
14
4
1
12-6
–
Part, disc.
2
98
27
18
2
7
18
2
7
J9
3
33(
4
29
–
1
1
1
Warenw.
. .
4
–
114
4..11
4
4_11
4
4_1
14
4_11
4
4.11
4
–
New
York
Daggeld
1)
t
1 1 1
1
14
1
114.2
1
13
Partic.dlsc.
21
4
11
4
1/
4
1/4
916
DIi,
–
1)
Koers van
7
Aug. en daaraan voorafgaande weken tfm. Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN iN NEDERLAND.
Da a
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York.
4
Aug. 1936
1.479.8
7.38%
59.24
9.70%
24.84
100%
5
,,
1936
1.47%
7.39%
59.231
9.70%
24.84
100%
6
,,
1936
1.47% 7.39%
59.231 9.70%
24.84
100%
7
,,
1936
1.47%
7.39%
59.231
9.70%
24.84
100%
8
,,
1936
i47K6
7.41%
59.25
9.70%
24.83
100%
1
100%
10
,,
1936
1.47%
7.393/
,
59.25
9.69%
24.82
Laagste
d.w’)
1.47
7.38
59.20
9.69k
24.79
100j
Hoogste
d.wl)
1.47%
7.41%
59.24 9.71%
24.84
100%
Sluutpariteit
1.469 12.1071
59.263
9.747
24.906
100
Data
Jrland
Weenen
Praag
Bo:ka-
Milaan
Madrid
4
Aug. 1936
48.04
–
6.11
1.10
–
–
5
1936
48.05
–
6.10
1.10
–
–
6
1936
48.04
–
6.10
1.10
–
–
7
1936
48.01
–
6.10
1.10
–
–
8
,,
1936
48.02
–
6.09 1.10
–
–
10
,,
1936
48.-.
–
6.10
1.10
–
Laagste d.wi)
48.-
–
6.04
1.05
.-
–
Hoogste d.w
1
)
48.07%
27.80
6.13
7.373
1.15
11.70
–
Muntpariteit
48.003
35.007
1.4881
13.094
48.52
D
a a
Stock-
Kopen-
Oslo
5)
Buenos-
Mon-
holm )
hagen)
forfl)
1
Aires’)
treal
4
Aug. 1936
38.10
32.94
37.121
3.25
41
1.47h
5
,,
1936
38.121
33.-
37.15 3.25
41
1.47%
6
,,
1936
38.15 33.05
37.14
3.26
41% 1.47%
7
,,
1936
38.15 33.05
37.14
3.26
40%
1•4715z
S
,,
1936
38.221
33.10 37.25
3.27
41 V
4
1.47%
10
,,
1936
38.14
33.05
37.20
3.27
41%
1.47%
Laagste
d.w
1
)
38.-
32.84
37.021
3.221
40%
1.47
Hoogste
d.w’)
38.321
33.20 37.35
3.29
41%
1.47%
Miintpariteit
66.671
66.671
66.671
6.266
95%
2.1878
S)
Noteering te Amsterdam. ) Not, te Rotterdam.
1)
Part. opgave.
in ‘t Iste of 2de No. van ieder maand komt een overzicht
voor
van een aantal
niet
wekelijks opgenomen wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
D
a a
t
Londen
($ per £)
Parijs
($ p. lOOfr.)
Berlijn
1$ P. 100 Mk.)
Amsterdam
(3 p. 100 gld.)
4
Aug.
19361
5,01
19
1
33
6,58’%
40,22 67,93
5
,,
1936
5,0127/33
6,59% 40,24 67,92
6
,,
1936
5,01
35
/
33
6,59
40,21
67,93
7
,,
1936
5,0216133
658K5
40,21
67,88
S
1938
5,02% 6,58% 40.24
67,89%
10
,,
1936
5,02%
6,58%,
40,23%
67,93
12 Aug.
1935
4,97%
6,63%
40,45
87,76
Muntpariteit..
4,86
3,90% 23.81%
40%
4
.
KOERSEN TE LONDEN.
Plaatsrn en
Landen
1
Noteerings-
eenheden
1
25Juli
1936
1
Aug.
1936
4I8Aug. 1936
LaagstelHoogstel
8Aug.
1936
Alexandrië..
Piast.
p. £
9734
97%
97%
97%
9734
Athene
….
Dr.
p..+
528 528 528 529 529
Bangkok….
Sh.p.tical
1110.
5
1110.
5
1110k
‘/’°TT
1110
Budapest’)..
Pen. p. £
27
27
26
28 27
BuenosAires
9
p. pesop.
18.15
18.05
17.95
18.15
18.10
Calcutta
. . ..
Sh. p. rup.
1/6%
1/6%
1/6
8
1
32
1
1
65
1
8
2
116%
Constantin..
Piast. p. £
624
625 625 627
627
Hongkong
..
Sh. p.
$
1
1
1
3%
1/219.
1/2%
11334
112%
Sh. p. yen
1/2
1
/
1/2
1
1
32
1/2
1
1
2%
1
21/
33
Kobe
…….
Lissabon….
Escu.p. .B
110% 110%
109%
110%
110%
Mexico
. .. .
$
pet
£
17.90 17.90
17.40 18.40
17.90
Montevideo
8
)
d.perC
24% 24%
24
24%
24%
Montreal
..
$
per £
5.01% 5.01% 5.01%
5.03
5.02%
Riod.Janeiro
d. per Mil.
226/
39
225/
33
2%
2
27
1
32
2
51
/
64
Shanghai
. .
Sli. p.
$
112131
33
1/2
13
/33
1/2%
1129.Ç6
1
1
2
13
1
33
Singapore
. .
id. p.
$
2
1
4
5
1
39
2/4
9
/
33
214%
2/4%
2/4
5
1
39
Valparaiso
5).
$
per £
130 130
130 130
130
Warschau
..
Zi.
p.
£
26%
26%
26%
1
27
1
26%
‘) Offic. not. 6 Juli
16314;
5 Aug. 16718.
2)
Offic. not. IS laten, gem. not.,
welke imp. hebben te betalen,2Juli 17.08.3) Offic. not. 18 Juli
39; 30 Juli
38
15
118;
31Juli
387/s;
1 Aug.
387
/16;
5 Aug.
387/9;
8Aug.
38131
16
.
4)
Id. II Mrt.
1935
4
1
1. 6)90 dg. Vanaf
28Aug. laatste
export” noteering.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
3)
Londen’)
N.Yorkl)
Londen
4
Aug. 1936.. 19%
44%
4 Aug. 1936….
138,4
5
,,
1936..
19y
,
44%
5
,,
1936….
13817
6
,,
1936..
198
44%
6
,,
1936….
1386
7
,,
1936..
19%
44%
7
,,
1936….
138,6
8
,,
1936..
191,
–
8
,,
1936….
13816
10
,,
1936..
19
44%
10
»
1936….
138/51
12 Aug. 1935.
.
30%
67%
12 Aug. 1935….
140/5
27 Juli
1914..
2419.
1
59
27
Juli
1914….
84110%
1)
in pence p. oz. stand.
1)
Foreign silver in $c. p. oz. fine.
3)
in sh. p. oz. fine
STAND VAN
‘
8
RIJKS KAS.
v
order ing e n.
1
31Juli1936
1
7 Aug. 1936
Saldo van ‘s Rijks Schatkist bij De Ne.
1 41.839.994,64
f
47.308.837,11
derlandsche Bank ……………….
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,
840.388,43
1.030.706,14
Voorschotten
op
ultimo
Juni
1936
a(d. geineent. verstr. op a. haar uit te
keeren hoofds. der pers.
bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der gen.
fondsbel., alsmede opc. op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting
5.887.202,10
,,
5.887.202,10
Voorschotten aan Ned.-lndië ………
102.750.033,57
,,
95.625.757,02
Idem aan
Suriname….. ………….
12.271.300,20
12.378.365,62
Kasvord weg. credietverst. alh. buitenl
•
t 16.62l.056,07
,,
116.435 568,52
Daggeldleeningen tegen onderpand
,,
12.500.000,
–
6.500.000,-
Saldo der postrek.v.Rijkscomptabelen
….
28.624.619,40
..
.
31.640.262,28
Vord. op andere Staatsbedrijven’)
5.823.521,69
,
5.113.429,57
Verstr. ten laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan geme(nten (saldo)
,,
38.113.190,80
,,
37.077.006,80
Verplichtingen
Voorschot door De Ned. lank ingev.
art.
16 van
haar octrooi verstrekt
–
–
Schuld a.d.BankvoorNed.Gemeenten
–
–
Schatkistbiljetten in Omloop……….
/
430.964.000,
–
/435.042.000.-
,
96.090.000,-
98.290.000,-
Schatkistpromessen
in Omloop ……..
Zilverbons in omloop
…………….
..1.169.958,-
1.169.643,-
Schuld
up ultimo Juni
1936 aan de
gem. weg. a.
ii.
uit te keereri hoofds.d.
pers. bel., aand. i. d. hoofds. d. grondb.
e. d. gem. fondsb. alam. opc. op die
bel, en op de vermogensbelasting
–
–
,,
834.656,56
875.834,97
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)
•
26.712.246,01
20.724.299,26
Schuld aan Curaçao’) …………….
Id. a. h. Staatsbedr. der
P.T. en T.’)
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)
,,
71549.860,40
–
75.644.335,20
–
Id. aan diverse instellingen’) ………
..l04.093.67l,Sl
104.038.336,51
‘) In rekg.-crt. met’s Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
1
Aug.
1936
1
8 Aug. 1936
Vorderingen:’)
/
6.333.000,-
–
Saldo Jaasche
Bank
……………
Saldo b.
1. Postchèque
–
en Girodienst
289.000,-
f
241.000,-
Verplichtingen: Voorschot’s Rijks kas e.a. Rijksinstell.
,,
99.974.000,
–
.
,,
95.627.000,-
Schatkist promeasen in Omloop …….
4.250.000
–
4.250.000,-
Schatkisibiljetten in Omloop
………
2.000.000,
–
2.000.000,-
Schuld aan het Ned.-lnd. Munttonds.
1.264.000,
–
…
,,
1.264.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Poatspaarbank.
,
805.000,
–
..
739.000,-
Belegde kasmiddelen Zelfbesturen…
880.000,
–
,,
880.000,-
Voorscl,oc van de Javasche Bank
–
,,
50.000,-
5)
Betaalmiddelen in ‘s Lands Kas op 18 Juli
1936
f
50.287.000,-. SURINAAMSCHE BANK.
‘our,iaaw8te
post.erl in duizenden guldens.
Datu
Metaal
Circu-
lat ie
Andere
opelrchb.
schulden
Discont.
Div. reke-
ningen’)
11
Juli
19;56,.
739
1.165
515
608
1.438
4
,.
1936,
.
738
1.198
512 608
1.461
27
Juni
1936,.
759
1.209
461
607
1.417
20
,,
1936.
.
759 996
473
604
1.387
13
,,
1936..
759
1.072
524
605
1.394
1
Juli
1914..
845
1.100
560
735
396
,Iultp. der activa.
STATISTISCH OVERZI
TUINBOUWARTIKELEN
VLEESCH
LIJNZAAD
KOM-
KOMMERS
TOMATEN
VROEGE
AARD- RUND-
VARKEN
La Plata
Ie soort
A
APPELEN
VLEESCH
VLEESC
loco
R’dani/A’dani
per 100 St.
per 100 K.G.
1. 100 K.G.
(versch)
per 100 kg
(versch)
per 100 k
per 1960 kg.
Berkel/
Rodenrijs
Westland
Groote-
broek
Rotterdam
Rotterdai
El.
%
f1.
%
f1.
%
20,-5) 100,0
4,935) 100,0 93,_5) 100,-
GRANEN EN ZADEN
TARWE
Manitoba
R000E
MAIS
GERST
64165 kg
loco
74 kg Bahia
Blanca loco
La Plata
loco
La Plata
Rotterdam(
Amsterdam
R’dam/A’dam
R’dam!A’dam
loco Rotter-
dam/A’dam
per 100 kg.
per lOO kg.
per 2000 kg.
per 2000 kg.
4)
iÏrii
‘f1.
1
%
f1.
1
%
f1.
1
1925 17,20
100
,
0
13,076
1
100
,
0
231,50
1100,0
1236,00
100,0
EI.
77,50
5
)
586
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Augustus 1936
rechte lijn later niet zal kunnen blijken in beginsel
tôdh juist te rijn.
Dodh al stond het bestaan der rechte lijn als een
paal boven water, dan nôg is het niet gemo-tiveerd
om het verband tu’ssdhen opbrengst en prijs per krn
paraboli’sch
te noemen, omdat aan deze bewering de
sti’l’zwijgende premisse ten ‘grondslag ligt, dat de ge-
middelde ritlengte, bij wat voor km prijs 66k, altijd
cor&stan.t ‘zou
zijn. Wij moeten ons veroorloven deze
oniderstelling al’s onbewezen rijn-de te verwerpen. Wij
‘houden het voor veel waarsdhijnlijker, dat de gemid-
delde ritleugte een functie van het tarief (doch al-
weer niet alleen van het tarief, maar ook van fre-
quentie, ‘halte-afstand, e.a.m.) ‘zal zijn. ‘Welke deze
fuucrie is, zal ‘dan nog ‘moeten blijken.
Het is edhter ‘overbodig zich te verdiepen in de
functionale verbanden van het aantal ritten, de ge-
mid’del’de ritlengte of het -totaal aantal persoon.km
met ‘den prijs per km. Het is voldoende empirisch het
verband op te ‘sporen tussehen -de totale bruto-op-
brengst en het tarief, v’oor ‘zoover dit althans onder
de gedurig zich wisselende conjunctuur exact moge-
lijk te achten is. Men ‘zal ‘dan een curve vinden, die haar top (naissdhien wel toppen) heeft 6f ter linker-zijde, 6f -ter rechterzijde van de parab’ool van Patz,
zooals -de door Ir. Hofman geteekende kromme in
de literatuur bekend is. Bevindt -het tarief zich nu
tu’ssch’en deze verschillen-de toppen in, ‘dan zou men, afgaan’de op de parabool, in ‘het eerste geval het tarief
abusief verhoogen en ‘in het tweede geval met ave-
rechtsch gevolg verlagen.
Het doel van deze regelen moge dus zijn groote
voorzichtigheid aan te bevelen bij het gebruik van
cle parabool van Patz, welke bovendien theoretisch
(d.w.z. ex definitie) alleen maar betrekking heeft op
een monopolie-vervoerbedrijf, terwijl het reeds twij-
felachtig is of zij voor het zuivere monopolie-geval
de werkelijkheid wel voldoende nauwkeurig (laat
staan exact) benadert, en die dus zeker haar geldig-
heid en bruikbaarheid geheel verliest op een open
markt, met de scherpst denkbare en alle aan haar
(de parabool) ten grondslag gelegde aannamen door-
kruisende concurrentie.
N a s c h r i f t. De opmerking van den heer Reitsrna,
dat de gemiddelde ritleugte niet constant blijft, ‘is
natuurlijk juist. In het door mij aangehaalde voor-
beeld, waren de gemiddelde ritlengten in den loop
der beschouwde periode echter slechts net enkele
procenten veranderd.
Het spijt mij, dat de beknoptheid van mijn artikel
ten deze tot misverstand aanleiding gaf.
De door mij aangegeven correlatie geldt, in haar
algemeenheid, voor tarief (per kilometer) en de een-
heid van
verbruik
(de passagierskilometer).
Hoe ook het verband daarvan in de nabijheid van
de X-as en de Y-as moge zijn, in het practisch te
hanteeren gebied (nl. in de omgeving van de hoog-ste opbrengst) is deze functie lineair, zooals de uit-
gebreide onderzoekingen van Patz, Miklosi, Lehner
en schrijver dezes beirestigd hebben. De bij deze line-
aire functie behoorende opbrengst is niet de op-
brengst van een aantal ritten, maar van een aantal
passagierskilometers.
Deze opbrengstcurve is dus noodzakeljkerwijze in
haar middengedeelte een parabool en heeft slechts 6éu
top, namelijk bij het halve grenstarief, dus noch
rechts, noch links daarvan. Een meertoppige op-
hrengstcurve kan dan ook, als men zijn tariefstaffels
gescheiden behandelt en niet superponeert, niet op-
treden. Ir.
W. B. I. HOFMAN.
ONTVANGEN BOEKEN.
Nationalsozialistische Finanzpolitik
door Graf
Schwerin von .Rrosigk, Minister van
Financiën,
No. 41 van de Kieler Vortriige, gehouden in het
Institut für Weltwirtschaft aan de Universiteit
te Kiel. (J
en
l
a
1936; Gustav Fischer. Prijs R.M.
0.80).
Een uiteenzetting over den ‘toestand van
de
opeaare
financiën, waarin
ook
‘gewezen wordt op de gevaren, die
de ‘staatsfinanoiering met zich brengt.
lan.
1936
1
5,45
31,7
t
3,525
1
27,0
56,00
24,2
63,50
27,0
153,50
33,1
47,3
50,87
5
6
?ebr.
5,22
5
30,4
3,40
26,0
55,25
23,9
64,50
27,3
152,50
33,0 43,775
47,1
48,25
6
Maart
•
5,226
30,4
3,50
26,8
59,50
25,7
69,75
29,6
150,00
32,4
45,75
49,2
46,57
5
6
April
,,
5,176
30,1
3,45
26,4
64,00
27,6
70,00
29,7 147,25
31,8 48,50
52,1
45,376
51
Mei
5,126
29,8
3,75
26,6
63,75 27,5
72,25
30,6
147,75
31,9 51,60
55,5
44,30
‘
5
Juni
,,
5,05 29,4
3,45
26,4
66,00
28,5
71,50
30,3
154,00
33,3
—
——————-
54,15
58,2
46,25
juli
5,625
32,7
3,65
27,9
71,75 31,0 74,75
31,7 162,50
35,1
2,49
33,2
7,47
—-
–
—
–
—
–
–
–
—
–
–
–
—-
–
—
–
—
–
–
–
—
–
–
–
37,4
2,06
41,8 57,35 61,7
47,75
6
3 Aug.
6,45
37,5
3,80
29,1
85,50
36,9 84,50
35,8
171,00
37,0
159,70
7
)
58,-_
6
)
62,4
48,25
6
)
10
,,
6,60
38,4
4,10
31,4
80,50
34,8
89,50
37,9
174,00
37,6 64,2
49,50
7
)
g
‘)Men zie voor de toelichting
op
dezen staat de nos.
van
8, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931
en IS Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter
No. 2.
van Jan.
1931
tot 16 Dec. 1929 American
No. 2, van 16Dec. 1929 tot
26 Mei
1930
7415kg Hongaarsche: vanaf 26 Mei 1930 tot
23 Mei 1932 74kg Zuid-Russische:
van 23
Mei
Van 23 Mei-19
Sept. 1932 No. 3.
Van 19 Sept. ’32 tot 24 Juli ’33 62163 kg
Z.-Russ.
Van 24 Juli ’33-7 Oct. ’35
64165 kg La Plata. Van 7 Oct. ’35-18
Mei ’36 621E
Vervolg STATISTISCH OVERZIC
MINERALEN TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN
STEENKOLEN
Westfaalsche!
PETROLEUM
BENZINE
KATOEN
i
WOL
‘
WOL
Hollandsche
Mid. Contin.
Crude
Gulf exp.
_____________ __________
1
gekamde
Australische
gekamde
Australische,
KOE- HUIDEN
KALK
SALPETI
Middling
locoprjzen
1
F. G. F..
1
Sakella-
G. F. No. 1
bunkerkolen,
)ngezeefd f.o.b.
33 t/m 3390
64/66°
acts. per
Merino, 64’s A.
CrossbredColo-
nial Carded,
Gaaf, open
kop
GId. per
100 kg
R’damjA’dam
Bé s.g.
per barrel
U.S. gallon
New-, ork
,
rides
Oonira
Liverpool
loco Bradford
per 1h.
SO’s Av. loco
57-61 pnd.
netto
per 1000 kg.
per Ib.
1
Liverpool
1
Bradford per Ib.
f1.
%
$
%
Scts.
%
$cts.
%
pence
%
pence
%
pence
pence
57
1925
10,80 100,0 1.68 100,0 14,86
100,-
23,25
100,0
29,27 100,-
9,35
100,-
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
Jan.
1936
615
56,9
0.616
36,6
3,39
22,8 7,05
30,3
5,82
19,9
2,91
31,1
19,25
35,0
9,00 30,5
15,-
43,2
5,80
Febr.
615
56,9
0.61
36,3
3,45 23,2
6,80
29,2
5,49
18,8
2,74 29,3
19,25
35,0
9,25
31,4
15,-
43,2 5,85
Maart
,,
6,15 56,9
0.616
36,6
3,47
23,4
6,75
29,0
5,57
19,0
2,79 29,8
19,75
35,9
9,50 32,2
14,25
41,1
5,90
April
620
57,4 0.616
36,6
3,43
23,1
6,90
29,7
5,47
18,7
2,73
29,2
19,75
35,9 9,50 32,2
14,-
40,3 5,95
Mei
6,25
57,9
0.616
36,6
3,43
23,1
6,90
29,7
5,42
18,5
2,67
28,6
20,00
36,4 9,50
32,2
13,75
39,6
6,-
luni
630
58,3
0.616 36,6 3,56
22,6 7,10
30,5
5,43
18,6
3,34
35,7
19,25
35,0
9,25 31,4
13,-
37,5
6,-
juli
6,25
57,9
0.616 36,6
3,25 21,9
7,80
33,5
6,24 21,3 3,60
38,5
19,25
35,0 9,25
31,4
13,-
37,5
6,-
3 Aug.
625
57,9
0.616
36,6 3,25
2
)
21,9
7,55
32,5
6,80
4
)
23,2
3,494)
37,3
19,75
5
) 35,9
9,25
6
) 31,4
6,-
10
,,
,,
6,30
58,3
0,61
5
36,6
3,02’J)
20,3
7,25
31,2
6,-
5)
Jaar- en maandgem.
afger. op
1
l8
pence.
2)1
Aug.
3
)
8 Aug.
4)5
Aug.
6)
6Aug.
6)
4
Aug.
BOUWMATERIALEN
VURENIIOUTI
STEENE N
1
CACAO
basis 7″ f.o.b.
1
Zweden!
1
1
binnenmuur
1
buitenmuur OF. Accra
Finland
1
1
1
per
per standaard
per per 50kg c.i.f.
van 4.672 M.
1
per
1000
stuks
per
1000
stuks!
Nederland
KOLONIALE PRODUCTEN
COPRA
KOFFIE
RUBBER
Standaard
SUIKER
Ned.-Ind.
Robusta
Smoked
Witte kristal-
f. m.
S.
Locoprijzen
Ribbed
Sheets
suiker
loco
per
100
kg
Rotterdam
loco
Londen
R’dam/A’dam
Amsterdam per
1/a
kg.
per Ib. per
100
kg.
INDEXCIJFER
THEE
1
Afi. N.-1. theev.I
A’dam gem. pr.I
Java- en SumaIOI’0m”
trathee p.
1
/2 kg.I
stoffen
Kolo-
nIale
pro.
ducten
12
Augustus
1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
587
Deflation als Mittel der Konjun1cturpoliti1 ‘in Polen
door Prof. Edward Lipinski, directeur van het
Institut für Konjunktur- und Preisforschung te
Warschau.
No. 42
van de Kieler Vortrage, ge-
houden aan het Institut für Weltwirtschaft aan
de Universiteit te Kiel. (J’ena
1936;
Gustav
Fischer. Prijs R.M.
0.80).
Besproken wordt de omvang van de aanpassing, die
in Polen groote afmetingen heeft aangenomen. Prijzen en
kosten van levensonderhoud liggen niet ver boven het
Engelsehe niveau. ])esondanks is de toestand niet verbe-
terd. De prijsschaar tusschen agrarische en industrieele
producten is van groote beteekenis; de maatregelen tot
versnelling van het aanpassingsproces waren erop ge-
rieht deze wa,nverhonding op te heffen en zoo de koop-
kracht van de agrarische bevolking te verbeteren. Polen
worstelt met twee problemen, overbevolng en kapitaalge-
brek. Als eenige mogelijkheid ziet de schrijver de indus-
trinliseering, die vooral agrarisch georiënteerd moet zijn.
Die Industriepolitilc der niederliindischen Regierung
door Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart, Professor
aan de Universiteit te Utrecht.
No. 43
van de
Kieler Vortriige, gehouden aan de Universiteit
te Kiel. (Jena
1936;
Gustav Fischer. Prijs R.M.
1.40).
Na een historisch overzicht van de economische poli-
t,iek, geeft de schrijver een uiteenzetting van den tegen-
woordigen toestand.
Z.’i.
was een aaneensluiting bij het
Pond Sterling de beste politiek geweest, omdat ons land
evenals Engeland dan een economische stabiliteit ten deel
was gevallen. Ook nu nog (de rede ie in Januari van dit
jaar gehouden) beveelt Prof. V. S. een aansluiting bij het
Pond Sterling aan. Als verdere maatregel is credietex-
pansie onder leiding van de centrale bank noodzakelijk.
Daainaast zijn iet-monetaire maatregelen gewenscht, zoo-
als afschrjving van verloren kapitalen, vermindering van
belastingen en loonsverlaging. Deze maatregelen zijn niet
alternatief, doch complementair.
Methoden der Krisenabwehr und der Kor’,’jus1tur-
politik in Franlcreich
door Prof. Dr. Henry
Lau-
fenhurger, lid van het Institut Scientifique de
Recherches Economiques et Sociales, Parijs.
No.
44
van de Kiekr Vortrge, gehouden aan het In-
stitut für Weltwirtschaft aan de Universiteit
te Kiel. (Jena
1936;
Gustav Fischer. Prijs R.M.
1.60).
Schets van de aanpassingspolit.iek in Frankrijk en van
de economische maatregelen, die in de laatste jaren zijn
genomen. De schrijver bespreekt in het kort ook de voor-
stellen tot wijziging van de economische politiek, zooals
credietexpansie, politieke stabiliteit en de beperkte deva-
luatie. In laatste instantie komt het er op aan, wie de
devaluatie zal doorvoeren. Door de linksche partijen door-
gevoerd, zou zij tot gevolgen kunnen leiden, die met
een paniekaehtige gelddepreoiatie gelijk staan. Meer een-
stemmigheid zou een ,,ajustement” vinden, die op inter-
nationale basis rust en thet sluitstuk zou zijn van een
onvoorwaardelijk noodzakelijke deflatie.
Die Auswiricungen staatlicher Massnahrnen auf den
Welthandel
door Dr. F. H. Fentener van Vlis-
singen, President van de Internationale Kamer
van Koophandel te Parijs.
No. 45
van de Kieler Vortrilge, gehouden aan de Universiteit te Kiel.
(J’ena
1936;
Gustav Fischer).
Vrees voor oorlog en toenemende inelasticite’it van ver-
schillende dccle mi van de ‘volikshuis’houding hebben ‘de aan-
passingsmogelijkheden van de wereldhuishoud ing verminderd
en de roep naar ordening versterkt. Voor een internaf,io-
ilale ordening ontbreken ‘niet alleen de dictatoriale be-
voegdiheid, doch ook dc wetenschappelijke gegevens om dit
ideaal practisch door te voeren. De nationale maatregelen,
die in de laatste jaren zijn genomen, hebben aan den we-
reldhaudel zeer veel afbreuk gedaan. Voor een betere inter-
nationale arbeidsverdeeling, zijn vooral twee groepen van
maatregelen noodzakelijk. In de eerste ‘plaats een lang-
zame vermindering van die maatregelen, die ten doel heb-
ben ‘de eigen volkshuishouding te beschermen en verder
een regeling van het internationale geld- en kapitaalver-keer, zoodat de internationale goederenbeweging weder
op een reëele ‘basis kan plaats vinden. Taak van ‘den Staat
is ook de elasticiteit van het economisch leven te bevor-
deren, zoodat het evenwicht tussehen productie en ver-
bruik niet onnoodig verstoord wordt. ])e schrijver meent,
dat een betere verstandhouding in de’ wereld zoowel door
overeenkomsten van het bedrijfsleven zelve, als door over-heidsmaatregelen kan worden bereikt.
G
ROOTHANDELSPRIJZEN’)
(De vo
ll
edige statistiek werd het laatst opgenomen in E.-S.
B.
van
29 Juli 5.1.)
H
ZUIVEL EN EIEREN
METALEN
BOTER
BOTER
p
kg
KAAS
Edammer
EIEREN
–
KOPER
LOOD
1
TIN
1
IJZER
Cleveland
GIETERIJ-
IJZER
ZINK
GOUD ZILVER
cash
per kg
Leeuwar-
Hffing
Alkmaar
Fabrieks-
Gem. not. Elermijn
Standaard
Locoprijzen
Locoprijzen Locoprijzen
1
I’oundry
(Lux III) p.
Locoprijzen Londen
cash
Londen
Londen per
derComm.
Crisis
Zuivel
kaas
Roermond
Londen Londen
per Eng, ton
Londen per
1
Eng, ton
No. 3 f.o.b.
Middlesb.
Eng. t. f.o.b.
per
per ounce
Standard Noteering
Centr
ki. m/merk
p. 100 st.
per Eng. ton
per Eng. ton
Antwerpen
Eng. ton
fine
Ounce
per 50kg.
£
£
%
56,-
9,18 II
62.1(6
36.8/6
261.171- 100,0
100,0 671- 1100,- 136.316 1100,-1 8516
Ln.’36
0,57 24,7
0,95
16,80
30,0
1
4,04
44,01
20.1616
33,5
9.61-
25,5
1125.616 48,01
411- 56,2
3316
50,0
8.1516
124,3
140111
164,8
12
I
37,4
eb.,,
0,61
26,4
0,92
6
17,37
5
31,0
3,375
36,8
21.316
34,1
9.131-
26,5
123.816
47,1
411-
56,2
3316
50,0 9.316 25,4
140110
164,7
11
1
3/1
36,8
Lrt.,
0,46
19,9 1,04
17,70
31,6
2,69
29,3
21.1216
34,8
9.1916 27,3
127.1216
48,7
411-
56,2
3316
50,0
9.131-
26,7
1411-
161,9
1115(16
36,8
pr.
0,44
19,0
1,025
16,825
30,0 2,49
27,1
22.516
35,9
9.141-
26,6
125.171-
48,1
411-
56,2
3316
50,0 9.31-
25,3
140194
164,7
12
1
(
37,7
ei
0,47 20,3
0,99
18,75
33,5
2,52 27,5
22.6(6
36,0
9.916
26,0
123.121-
47,2
41/6
56,8
3316
50,0
8.1816 24,7
140114
163,9
12
3
18
38,5
mi
0,57 24,7
0,89 20,20
36,1
2,69 29,3
22.41-
35,8
9.216
25,1
112.51-
42,9
41/6
1
56,8
3316
50,0
1
8.1416
24,1
1381114
162,5
112
1
116
37,5
iii
,,
0,60
26,0 0,815
19,35
34,6
2,91
31,7
22.151-
36,6
9.14/6
26,7
114.4/6
43,6
4416
61,0
3316
50,0
8.7/-
23,1
138194
162,3
12
37,4
ug.,,
0,60
3
)
26,0
0,80
I8,75)
33,5
3,25
35,4
23.4/6
10
37,4
10-/-
10
27,5
113.-!-
10
43,2
44/6
10
61,0
33/6
10
50,0
8.11/-
10
1
23,6
138/74
15
162,1
1 1
7
(
10
)
37,0
11
0,80 3,30
35,9
23.91-
37,8
10.616
28,3
111.316
42,5
4416
1
61,0
3316
50,0 8.51-
22,8
138154
161,9
11
15
/1
37,2
pt. 193279 K.G. La Plata;
van 26Sept.
1932 tot 5 Febr.
1934 Manitoba No. 2;
van 5F ebr. 1934 tot 6Juli 193580kg
La Plata.
3)
Tot Jan.1920 Western; vanaf Jan. 1928
Oct. 1933 No. 2
Canada.
4)
Tot
Jan. 1928 Malting;
van Jan.
1928
tot 9 Febr.
1931 American
No. 2, van
9 Febr.
1931
tot
23 Mei 1932 6415 K.G. Zuid-Russische.
issische. 5)1928.
6)
1 Aug.
7)
8Aug.
S)
6Aug.
0)
7 Aug.
10)4
Aug.
1
CROOTHANDELSPRIJZEN.
100,-
42(6
cts.
%
Sh.
61,375 100,0
2111,625
%
11.
100,0
1
18,75
% 1
ets.
%
100,0
84,5
1
100,0
1 100.0
1
100.0
in.’36
63,00
1
39,4
1
8,25
53,2
10,-
52,6
141-
32,9
11,125
31,0
13
21,2
-14,125
eb.,,
63,00
39,4
8,-
51,6 9,50 50,0
1413
33,5
10,62
5
29,6
13
21,2
-(4,375
Irt..
64,25
40,2
8,-
51,6
10,25
54,0
14
–
32,9
9,775
27,2
13
21,2
-/4,5
pr.,
65,00
40,7
8,-
51,6
10,25
54,0
1414
33,7 9,725
27,1
13
21,2
-14,5
tei
,,
65,00
40,7
8,-
51,6
10,25
54,0
1513
35,9
9,525
26,6
13
21,2
-14,5
mi,,
68,00
.
42,6
7,75 50,0
10,-
52,6
17/1
40,2 9,90
27,6
13
21,2
-14,5
1h
,,
71,25
44,6
7,-
45,2 9,25
48,7
1711
40,2
10,47
5
29,2
13,12
6
21,4 -14,75
ug.,
72,00
45,1
10,75
30,0
13
21,2
14,6875
6
)
72,00
45,1
10,62
6
29,6
13
21,2
-14,625
Alle Pondennoteeringen
vanaf
21
Sept.
1
31
zijn
op
goudbasls
omgerekend;
de Dollarnoteeringen
var
den Dollar
t.o.v. d.n
Ould.n
verlaagd.
11,6
4,325
23,1
39,50 46,7
35.5 30.9
12,3
4,125
21,3
38,50
45,5
35.6 30.6
12,6
3,925
20,9
37,25
44,1
35.8 29.9
12,6
3,975
21,2
36,50
43,2
35.6
29.8
12,6
3,65
19,5
37
43,8
35.2 29.9
12,6
3,85 20,5
36,50
43,2
35.3
31.0
13,3
3,70
19,7
36,25
42,9
35.9
31.1
13,2
3,625
19,3
36,75
5
)
43,5
36.2
30.8
13,0
3,62
5
19,3
36.2
31,0
af
ZO April
1
33
zijn
In
verhouding van
de
depreclatle
588
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12
Augustus 1936
NEDERLANDSCHE BANK.
•
Verkorte Balans op 10 Augustus
1936.
Activa.
Binnenl.Wis-
f
Hfdbk.
f
23.856.140,93
sels,Prom..
Bijbnk.
,,
550.073,81
enz.indisc.Ag.sch.
,,
2.578.786,03
f
26.985.000,77
Papier o
h. Buiten!, in disconto
……
,,
–
Idem eigen portef.
f
2.184.500,_
Af: Verkochtmaar voor
debk.nognietafgel.
–
2.184.500,-
Beleeningen
mci. vrsch.i lflfdbk.
f
84.492.373,60′)
‘.Bijbnk.
,,
6.481.068,58
in rek.crt.tAgsch
,
34.344.886,22
op onderp.J
f
125.318.328,40
Op Effecten ……
f
120.615.156,041)
OpGoederenenSpec.
,,
4.703.172,36
125.318.328,40)
Voorschotten a. h. Rijk
…… ……..
,,
–
!t[unt, Goud
……f
124.603.215,._..
Muntmat., Goud
..
,,
534.194.669,93
f
658.797.884,93
Munt, Zilver, enz.
,,
21.905.624,87
Muntmat., Zilver.
–
,,
680.703.509,80
2
)
Belegging van kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds
……………………
,,
39.541.272,13
Gebouwen en Meub. der Bank
……..
,,
4.600.000,-
Diverse rekeningen ………………,,
4.675.314,83
Staatd. Nederi. (Wetv.27 5/32, S. No. 221)
,,
11.958.329,12
f
895.966.255,05
Pas8iva,
Kapitaal
……………………….f
20.000.000,-
Reservefonds ……………………
,,
3.105.769,04
Bijzondere
reserve
………………
,,
6.300.000,-
Pensioenfonds
………………….
,,
10.262.279,74
Bankbiljetten in omloop …………..
..
750.283.890,-
Bankassignatiën in omloop
……….
,,
21.175,23
Rek.-Cour.
f
Het Rijk
f
52.959.429,46
saldo’s:
)
Anderen
,,
51.198.150,02 104.157.579,48
Diverse rekeningen ………………
,,
1.835.581,56
f
895.966.255,05
Beschikbaar metaalsaldo
…………f
339.345.268,65
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is
,,
Schatkistpapier, rechtstreeks bij de Bank
848.363.171,63
ondergebracht
………………..
Waarvan aan Nederlandsch-Indjf
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsblad No. 99)……….
f
68.518.450,-
Waarvan in het buitenland ……………… . ……..
.
42.475
1
275,58
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Data
Goud
Circulatie
Andere
opeischb.
schulden
Beschikb.
Metaal-
saldo
Dek-
kings
npr
Munt
1
Muntmat.
10 Aug. 3611246031 534.195 750.2841104.179 339.345 79,7
3
,,
‘3611246031 526.622
771.8081 82.536 1330.829 76
25 Juli ’14J
65.7031
96.410 310.4371 6.1981 43.521 54
1
Totaal 1 Schatkist-
Data
1
bedrag,
1
promessen Belee-
Papier liv
op het
reke-
Idisconto srechtstreeksI ningen
buiten!. 1 ningen
1)
10 Aug. 19361 26.985
1
–
125.318
2.185
4.675
3
,,
19361 29.643
–
1
130.578
2.184
5.171
25 Juli
19141
674947
1
–
61.686 20.188
509
1)
Onder de acilva.
JAVASCHE BANK.
Data
1
Goud
1
Zilver
1
Circulatie opeischb.
1
metaal-
–
schulden
1
saldo
8 Aug.’36
2
)
108120
161.410
22.130 34.704
1
,,
’36
2
)
108.260 157.590
28.310
33.900
11
Juli1936
88.061
1
19.682
160.873
23.684 33.920
4
,,
1936
88.061
20.012
158.936
27.165
33.633
25 Juli 1914
22.057
1
31.907
110.172
12.634
4.842
1
Wissels,
Diverse
Dek-
Data
buiten Dis-
Belee-
reke-
kings-
i
N.-lnd.
conto’s
ningen
ningen
2)
percen
–
betaalb.
lage
8Aug.’36
2
)
2.660
73940
10.430
59
1
,,
1
36
2
)
2.870
75.480
10.870
58
11
Juli 1936
2.582
10.726
58
11.5461
54.5i’
4
,,
1936
2.696
11.376
1
56.732
10.700
58
25 Juli 1914
6.395
7.259
1
75.541
2.228
44
11
Sluitpost activa.
2)
Cijfers
telegrafisch
ontvangen.
BANK VAN ENGELAND.
Bankbilf.
1
Bankbilj.
1.
Other Securities
Data
Metaal in
in Bankingl
Disc.and’Securities
circulatie
1
Departm.
1
Adeances
1
5 Aug. 1936
244.004
454.406
1
48.554
8.938
1
18.472
29 Juli
1936
240.948
448.571
51.370
7.138
19.086
22 Juli
1914
40.184
–
29.317
33.633
1
Gov.
–
Public
Other Deposits
1 1
Dek-
Data
Sec.
Depos.
Bankers
Other
1
Reservel
kings-
Accountsl
perc.
2)
5 Aug. ’36
______________________
1
89.943
17.606
92.668
1
38.518
1
49.5981
33,3
29 Juli ’36
1
96.408
42.292
75.223
1
52.3771
33,3
22 Juli ’14
1
11.005
14.736
42.185
1
29
.
29
71
52
)(WUUIIl5 IIIbCLIIC!I flCCCIVC CII UCiJOSIIS.
BANK VAN FRANKRIJK.
Data
Goud
Zilver1
1
Tegoed’
in h
Wis-
Waarvi
op
het
1
.
1
Belee-
IRenteloos
voorschot
1
buite
e
nI.
sels
buitenll
ningen
Iv.d.
Staat
31Juli ’36
54.942
614
16
4.886
1.2541
6.293
3.200
24
,,
1
36
54.832
634
20 116.978
1.2571
5.646
3.200
3 Juli’14
4.104
640
–
1
1.541
8
1
769
–
Bonsv.d.,,.ve
1Rekg. Courant
Data
zelfst.
amort.
,
sen
1)
Circulatie
_
1
1
Zelfst.
1
Parti-
Staat Iamort.k.I culieren
31Juli
5.708
1
3.104
1
85.892
1
299
1
1.296
1
6.254
,,
‘
’36
24
36
5.708
1
2.433
1
84.544
643
1.298
1
6.313
23 Juli’14
–
1
–
1
5.912
401
–
1
943
.JIULpuSI UCIIVH.
DUITSCHE RIJKSBANK.
Daarvan
t
Deviezen
1
Andere
1
Data
Goud
bij bui-
1
als
goud-
1
wissels
1
Belee-
tent. circ.
dekking
1
en
ningen
banken’)
,
geldende
1
cheques
7 Aug. 1936
72,1
1
24,5 5,2
1
4.512,7
43,6
31 Juli
1936 71,9
1
24,5
5,4
1
4.623,2
66,8
30 Juli
1914
1.356,9
– –
750,9
50,2
Data
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.-
Diverse
ten
Activa’)
latie
Crt.
Passiva
7 Aug. 1936
220,9
1
526,9
1
4.301,0
1
708,6
214,1
31 Juli
1936
220,2
1
573,2
4.470,9
1
787,2
216,3
30 Juli
1914
330,8
1
200,4
1.890,9
1
944,-
40.0
•,
,j,,ue,asi.
‘
W.U.
renteuuansscneine
t I%ug., .31 jUli
resp.
-‘ Ii
miii.
NATIONALE BANK VAN BELGIE
(in
Belga’s).
Goud
-1
1
.c
1
°
I’
1
1
I
1
‘
Rekg. Crt.
Data
1
1
1
.
u
IcsIleI
1
St
1936
1
1
1
1
ldl
1
1
1
6 Aug. 13.7291 52 1.396 75 1 157 1 40 4.488
14
941
30 Juli J3.7361 54 1.413 77 157
40 4.462
32
975
FEDERAL RESERVE BANKS.
Goudvoorraad
Wissels
Data
,,Other
1
Goud-
In her-
1
In de
Totaal
cert
1fl-
cas h”
i
)
disc.
v.
d.
1
open
bedrag
caten’)
member
1
markt
banks
1
gekocht
15Juli’36
8.199,1
1
8.186,5
287,7
2,9
3,1
8
,,
’36
8.119,1
1
8.106,6 271,0
3,3
3,1
Data
Belegd
F.
R.
in u.
,
Notes
1
Totaal
1
1
Goud-
Gestort
1
Dek-
1
Aluem.
L5’ek-
Gov.Sec.j in circu-I
IKapitaall
kings-
1
kings-
latie
1
1
1
perc.i)
1
perc.
4
)
____________
15Juli
”361
2.430,2
1
4.006,0
1
6.730,1
129,8
1
79,0
1
–
8
,,
36e
2.430,2
1
4.040,3
1
6.584,0
131,0
79,0
–
‘,
,..
,
cc ,.c, iu,ceien weruen uuoI uc ncna,sist aan ae sçeserve nanKen
gegeven voor de overname van het goud, toen de $ op 31Jan.’34 van
100 op 5.06 cents werd gedevalueerd.
,,Other Cash” does not include Federal Reserve Notes or a Bank’s
own Federal Reserve
bank
notes.
Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opelschbare
echuiden: F. R. Notes en netto depoalto.
4)
Verhouding totalen vonrrnsd inuntinateriaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.
I-‘ARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
1
Aantal
Dis-
1
conto’s
1
1
Beleg-
rve
1
de
1
I
Totaal
1
Waarvan
Data
Ileenin.
en
1 gingen
depo-
I
sito’s
1
time
1
beleen.
I
banks
deposits
8Juli ‘361
…..
I
8.357
114.105
I
26.975
1
,,
’36i
–
1
8.460
14.159
14.672 4.487
1
26.974
5.011
auln, cu uawarIc ar1 en
ua
oann UT fl09.
land zijn in duizenden,
alle overige
posten In millioenen van
do
be-
treffende valuta.