21 DE(JE]IBER .1032
.4UTEURS’REV/IT VOORBEHOUDEN.
Econom
‘
i s,
C
–
h~Statstische
Beriéhten
–
ALGEMEEN, WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
17
F
JAAHUANO
WOENSDAG 21 DECEMBER 1932
Nt,. 886
tjVSTIï’UUT VOOR ECONOMISCHE GESCBRIFTEN.
illgemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr. G. M.. Verrijn Stuart.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D.
van Blom;
J. van Hasselt; Jhr. Mr.. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandela; Prof. Dr. N. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. 11. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rangers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis;
Str. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart. Redacteur-Secreta’ris: 1),. H. l!. R. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de Rooch.weg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.
Abonnementsprijs voor het weeklad franco P. P. in
Nederland f 20,. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Econoncisrh-S’tatistisc/c
Kwartaalbericht 75 cents. Leden ee donateurs ‘con het
institunt ontvangen het weel,blad en het Kwartaatbcru’ht
qrotts.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor soo-
var daaromtrent niet anders wordt beslist.
Ao.ngeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaetwg.
–
BERICHT.
In verband met, de
as,
feestdagen zal het volgend
nummer OP Ddnclerclag 29 December verschijnen.
20
DECEMBER
1932.
In de noteeriu.gen van particulier disconto, prolongatie
en caligeld kwam ook deze week geen verandering. De
rente, waartoe schatkistpapier verhandeld werd, was op-
nieuw nog iets lager. Vooral kortloopeicd was gezocht; (kin-
en t)vee-maands papier was voor pCt. onder te brengen.
* *
*
De Minister van Financiën ‘stelt de inschrijving open
0
sehatkistpapier op i)onderclag
22
December as. Aangeboden
worden veder drie- en zes-maands promessen en jam-biljet-
ten tot een totaal bedrag vail slechts
J
:30 millioen.
* *
*
Blijkens den weekstaat van Dc Neclerlandsche Bank nam
cle post binnenlandsche wissels deze week met
f 453.000
af;
cle beleeningeu .vrmeerderden daarentegen met
f 65.000.
De
post papier op het buitenland bleef op gelijke hoogte; de
cli verse rekeningen onder activa vei-.tooiieti geen vijzigi ng
van betcekenis.
De goudvoorraad steeg met een gering bedrag, terwijl cle
zilvervoorraacl
f 834.000
grooter is clan cle vorige week.
Onder de passi’a der Bank vertoont de biljettencircula-
tie een inkrimping van bijna
f 10
millioeu. De rekening-courant-saldi namen met ongeveer gelijk bedrag toe, welke
stijging voor
f9,3
rn’i.11ioen voor rekening kwam van het
tegoed van s Rijks schatkist; dc saldi van anderen ver-
ineerdercten met ruim
f 788.000.
Het beschikbaar metaalsaldo
bedraagt
f 753.000
meer clan verleden week. Het dekkiugs-
percentage bleef onveranderd op nagenoeg
83
pCt. staan.
* *
*
Liet voornaamste punt, dat deze week in het overzicht
der wisselkoersen gememoreerd dient te worden, is wel cle
vaste houding, waarvan het Pond heeft blijk gegeven. Van
8.12 is
cle koers geleidelijk tot
8.26
opgeloopen. Dollars .gin-
gen aanvankelijk wat terug, ul. van
2.4893
tot
24880,
vaar-
op Zaterdag een verbetering intraci en tenslotte weder een
noteering van
2.4905
werd bereikt. De $/ noteering liep
vali
3.26%, op 3.31%
terug. Gezocht waren de Marken, die
van
59.20. op 59.2534
kwamen. Fransclte ii’raiccs lagen eerst
aangelio:leii; zij zakten van
9.7134
tot
9.70% iii,
waarop
een verbetering tot
9.72%
volgde. :l3elgas onverandrcl rond
(le
34.46.
Zwitsersche Francs vooral gisteren flink gezocht:
47.87-47.96.
Lires rond de
12.74;
Peseta’s noteeren ook
nog steeds 20.30. Het Noorden vat beter: Kopenhagen
42.80, Oslo 42.50.
en Stockholm
45.—.
Finsche Marken lioo-
ger
3.62. T. T.
Batavia noteert nu 100. Yen zijn ce .53%.
Caiiadce.clie Dollars gezocht:
2.18.
Ponden
01)
ccii en drie maanden noteerden resp.
cii
34
c. cléport ; Dollars op deze termijnen 20 en 50 punten
disagio.
Dc handel in goud was cle afgeloopen week nogal leven-
clig; ‘baren deden f 1.649.50, Eagles
2.49,
Sovereigus 1.2.11.
In Slarken baukpapier ging heel weinig om; gisterc’n was
ereenige vraag. De koers is ce.
59.20.
-.
..
LONDEN,
19
DECEM.11.E1{ 1932.
– De iuvlued van de betalingen door liet Guvcrnement bij
den aanvang valt deze maand, begon cle vorige week merk-
baar, te minderen. De onttrekkingcu voor Kerstmis zijn nu
in vollen gang en zullen ook deze week nog een verdere ver-
mindering van de ,,bauk baianees” te weeg brengen. Geld
is dus beter bruikbaar op cle markt. Over eenige dagen zul-
len cle gebruikelijke leeningen van de Bank van .11ngeland aan cle markt voor het einde vait het jaar het gelclkivaiitum
weder verruimen.
De veel besproken betal’iug in goud aan Amerika op
15
December is gearrangeerd en cle Minister van Financiën
heeft daarover een verklarende toespraak gehouden, waarin
hij o.a. als zijn verwachting uitsprak, dat het wisseldis-
conto (niet liet officiëele bankdisconto, zooals liet verkeer-
clelijk werd g(“citeerd) zou aantrekken. De markt heeft
daar onmiddellijk op gereageerd door de il’iscontokoersen
belangrijk 01) te zetten. Dc inschrijving voor de schatkist-
prouuiesseli
01)
Vrijdag had zelfs tegen een hooger cijfer
plitts dan verwacht vercl, nl. geniicldelcl een fractie boven
1i/ pCt. Bankaccepteu vorcleit 1% pOt. genoteerd.
Waar het plan schijnt te bestaan om dezelfde monetaire
politiek te vervolgen, waardoor citis cle geldruimte zal blij-
ven voortduren, zal het zeer cle vraag zijn of deze hoogere
cliscotitokoersen, na ket einde van liet jaar, zich zullen
kunnen handhaven, daar deze prijzen ongetwijfeld een niet
onbelangrijke vraag voor buitenlanclsche rekening tenge-
volge zullen hebben.
Het heeft eenige verw’ouclering gewekt, dat de Minister
van Financiën in zijn toespraak mededeelde, dat de fidi-
ciaire bankbiljettencirculatie voorloopig althans geen ver-
hooging zal ondergaan. Door de betaling in goud aan Ame-
rika, clie eau vermindering van éveiivecl goud in het ,,Issue
IDepar’tment” van cle Bank beteekent, zal nu het nog niet
in omloop gebrachte bankbiljettenkwaaituim (de z.g. reserve
van liet ,,Bainking Departmcnt” van (Ie Bddk van Engè-
land) met een gelijk bedrag verminderen, waardoör het dek-
kingspercentage tegenover de gezamenlijke verplichtingen
der Bank een vrij groote vermindering zal ondergaan. Waar
echter de Bank van cle verplichte goudafgifte ontheven is,
zal een en ander, vermoed men, geen indruk van betee:
kenis maken. –
Sterling steeg in vaarcle tegenover cle goudvaluta’s. Slot
heden 3.3l
5
/ voor Dollars en
9.26
voor Guldens
1012
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21 December 1932
MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE
VOOR DE RIJNVAART.
VERSIAG VAN DE ZITTING VAN NOVEMBER 1932.
De Centrale Commissie voor de Rijnvaart heeft van 10
tot 19 November 1932 te Straatsburg haar herfstzitting ge-
houden, onder voorzitterschap van Sir John Balclwin, die
den heer Jean Gout, Voorzitter der Commissie, om gezond-
heidsredenen verhinderd, verving.
i)e Commissie heeft haar werkzaamheden betreffende de
herziening van de Overeenkomst van Mannheim voortgezet
en in cle eerste lezing beëindigd; zij heeft zitting gehouden
als Rechtbank voor hooger beroep en vier von irissen gewezen
in rcchtsgedingen, betrekking hebbende op dc Rijnvaart. Voorts heeft zij de volgende besluiten genomen:
Wijzilgingen van het Rijnvaartpolitie-
r e g 1 e m e n t.
Scheepvaart tasschen Bazel en Manen.
Par. 22, cijfer 1 wordt als volgt gelezen:
,Tusschen Bazel en Neuenburg is cle vaart verboden bij
een waterstand van meer dan 4.65 M. aan de prilschaal
te B.heinfelden. Tusschen Neueuburg en Straatsburg is de
vaart verboden bij een waterstand van meer dan 4.20 M.
aan de peilschaal te Breisach. Tusscheu Straatsburg en Lau-
terhurg is de stoomvaart verboden bij een wraterstanci van meer dan 5 M. aan cle peilschaal, te Straatsburg. Tusschen Lauterburg en Maxau is de Stoomvaart verboden, wanneer cle waterstand van 7 M. aan cle peilscliaal te Maxau (merk
ITT volgens cijfer 2 en 3) bereikt of overschreden is.”
Deze bepaling treedt in werking met ingang van 1
Januari 1933.
Breedte en lengte der vlotten.
.Pai’. 32, cijfer 2, wordt als volgt gelezen
De breedte der vlotten mag niet meer bedragen clan:
20 M. op het laterale kanaal van dcii Rijn (vak van. Ru-
ningen tot Kembs),
63 M. tussehen Manriheim en Millingen,
47 M. beneden Millingen, behalve tussehen cle splitsing
van den Neder-Rijn en den IJsel cenerzijds en Vreeswijk
anderzijds, waar zij niet meer mag bedragen dan 28 M.
De lengte der vlotte,i, de roeren niet medegerekend, mag
niet meer bedragen dan 220 M., behalve op het laterale
kanaal van den Rijn (vak vair Huningen tot Kembs) en op
het riviervak tussclien cle splitsing van den Neder-lTijii en
•
den IJsel eenerzijds en Vreeswijk anderzijds, waar zij niet
meer mag bedragen dan 160 M.”
Deze bepaling treedt met ingang van T Mei 1933 in
verki ig.
G elij.kwaarclige water stand.
De Centrale Commissie besluit, dat het nieuwe Gi. W.
(vergelijkingsviak) zal worden afgeleid uit de voor het tijd-
vak 1906/1930 bepaalde overeenkomstige afvoeren aan de
voornaamste peilschalen; daarvoor worden gekozen de af-voeren, welke, in dat tijdvak gedurende gemiddeld twintig
ijsvrije dagen per jaar niet bereikt zijn. Als Gl. W. aan
elke peilschaal wordt aangenomen de waterstand, clie in
het tijdvak 192611930 bij deze afvoeren optrad.
Het GI. W. aan de verschillende peilschalen is derhalve
als volgt:
Waldshut
……….
164
Oberlahnsteiii
…….
139
Bazel
………….
37
Coblen
…………
116
Breisach
………..
80
Anciernach
………
129
Rhinau
…………
237
Iainr
.
……………
102
Straatsburg
……..
148
Keulen
………….
61
?t[axau
………….
316
Dusselcloiï
………
20
Spiers
………….
215
Ruhrort
………..-
64
Mannheim
………
184
Rees
……………-
9
Worms
………….
–
86
Ernmerik
………..
18
Kostheim
……….
65
Lobith
………….
910
Mainz
………….
17
Hulhuizen
………
849
Biebrich
………..
64
Pannerden
………
845
J3ingen
………….
103
Nijmegen
………..
691
Treehtingshausen
99
Tiel
……………
336
Caub
…………..
108
Verbetering
van
den Rijn .tusschen
Straatsburg
cii
J3azei.
]3lijkens medecleeling van cle
Frausche Coin.niissarissen is
de stand der werken bij Kembs
als volgt:
Ten aanzien van den
stuw
is het eenige waterhouwkun-
INHOUD:
Blz.
Mededeelingen van de Centrale Commissie voor de Rijn-
vaart……………………………………
1012
STEUN OF STREVEN NAAR AUTARKIE?
door
Prof. Dr. N.
J
.Polak …………………………………..
1013
De internationale botermarkt door
H. J. Frietema ..
1014
Kan Nederland overgaan tot de staking van de rente-
bijschrijving aan het muntfonds? door
J.
van Ettinger
met Naschrift door
Prof. Dr. 0. A. Verrijn Staart..
1015
De Rijksmiddelen over November 1932 …. ………… 1017
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING:
De economische toestand van Duitschland door
Dr.
Cari Kramer ……………………………
1018
Wie zou gebaat zijn bij een Amerikaansch invoer-
rechtop Philippijnsche suiker? door
L. A. fi. Peters
1020
Schatting van de wereidsuikerproductie in 1932133.
Wereldverbruik, in- enuitvoer van suikerin 1931/32
door
Dr. Gvstav Mikusch ………………….
1021
AANTEEKENINGEN:
Statistiek betreffende de hypotheekrente
……..1023
BOEKAANKONDIQINOEN:
Prof. Dr. M. Palyi en Dr. P. Quittner : Handwörter
buch des Bankwesens ……………………
1024
MAANDCIJFERS:
Emissies in November 1932
………………..1024
Overzicht der Rijksmiddelen ………………..
1025
STATISVIEKEN EN OVERZICHTEN
.. .. …….. ..
1025-1030
Geidkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten. – Goederenhandel
dige werk, dat nog moet worden uitgevoerd, cle bouw van den drempel in de derde opening, gerekend van den linker oever, tussehen de voltooide damwanden. Vaur de mecha-
nische cii electrische inrichting moeten de schuiven en de
heren dezer opening nog worden gemonteerd. De oeverbe-
kleed ingen zijn bijna voltooid, evenals cle afwateringskana-
len. De inrichtingen voor waterafvoer op cle beide oevers
zijn voltooid, met uitzondering vals de mechanische en dec-ti-isehe installahies van cle pompatations.
Het kanaal en de sluizen zijn geheel voltooid.
Vaut de krachteentrale is het bouwwerk beëindigd, even-
als de twee eerste groepen turbines; de montage der drie
andere groepen is in uitvoering. De electrische installaties
zijn bijna voltooid.
Het kanaal is
01)
1
Mei 1932 voo!’ de scheepvaart geopeuucl
de opstuwing is op 1 Juli begonnen; op 23 Auguatus werd cle voorloopige stand van 240
iÏ. +
N.N. bereikt. In het
begin van ])ecomber 1932 wordt hiermede voortgegaan tot het definitieve stuwpeil is bereikt.
De twee eerste groepen turbines van de kraehtcentrale
ZJfl
01)
1 October in dienst gesteld.
Blijkens medledleeling van den Zwitserseheuj Comniissaris
werd met de uormalisabiewerken van den Rijn geregeld
vooi-tgcgaan en werd het programma voor het tweede jaar
door de bouwcommissie goedgekeurd. :Daiik zij clan lagen
waterstand van (en Rijn heeft men kun nen begin nen met
het•af’ erken der kribben en met hçt bouwen van enkele
strekdanunen, welke werkzaamheden niet iii liet program.
ma van liet eerste jaar ivaren opgenomen.
01)
enkele ge-
nornialiseerde gedeelten kan een verbetering van het vaar-
water worden waargenomen.
Datum van cle volgende zitting.
De volgende zittiug zal beginnen
01)
Vrijdag 21 April 1933
te 16 uur 30.
21 December 1932
ECONÖMISCH-ST’ATISTÏSCHE BERICHTEN
1013
STEUN EN STREVEN NAAR AUTARKIE?
IDe ‘l’arwewet komt op de derde versnelling. Het
verplichte percèntage binnenlM.Iche tarwe is van het
aanvankelijk bedrag van 20 ree1s tot het wettelijk
maximun van -9,5 opgevoerd; thans is een wetsontwerp
ingediend om dat maximum tot 40 te verhoogen. Een
prijsverhooging van cle te veriialen binnenlandsche
tarwe heeft intusschen plaats gevonden.
V66r het tot stand komen. der Tarwewet is van
menige zijde gewezen op het gevaar van overmatige
tarweproductie als gevolg van den steunmaatregel. Sc1r••er clezes uitte zich in dit weekblad (jaargang
1930 ‘blz. 1021) als volgt: ,,De prjszetting voor bin-nenlandsche tarwe op tamelijk hoog niveau zal, zoo
lang do teelt van andere gewassen niet zeer lucratief
is gew’orclen, prikkelen tot sterk verhoogden u:i.tzaai in
het komende oogstjaar. Dit wekt een drang op de Re-
geering om het te gebieden quotum binnenlandsche
tarwe te verhoogen.” Zoo is het inderdaad gegaan. De
oogst 1932 wordt volgens de Memorie van Toelichting
op het ontwerp tot verhoog.ing van het wettelijk maxi-
mum-percentage geschat op 380.000 ton, meer dan
twee maal zooveel als véSr de Tarwewet jaarlijks in
ons land werd voortgebracht. Het met tarwe bezaaide
areaal is tot dusverre met pim. 80 pOt, vermeerderd.
Thans volgt cle verhooging van het maalpercentage
tot het dubbele van het oorspronkelijke.
Of het ook in het voornemen ligt, den prijs van de
te vernaalen binnenlandsche tarwe op te voeren, is uit
de Memorie van Toelichting niet na te gaan. Welis-
waar wil de Minister den ,,uitbetalingsprjs” van
f
10.30 op
f
12.— per 100 KG-. brengen, maar door de
verhoog.i.ng
van het percentage vervalt grootendeels de
uitkeering voor cle tarwe, die niet voor verplichte ver-
maling in aanmerking komt. Het is dus niet onmoge-
lijk, dat ondanks de verhooging van den ,,uitbetalings-
prijs”, dien de boer ontvangt, de door de maalindus-
trie te betalen prijs ongewijzigd blijft.
.Dezen prijs ongewijzigd aannrnend, kunnen wij den
primairen invloed van de verhooging van het maal-
percentage op den prijs van bloem en brood gemakke-
lijk schatten. Do meelfabrikanten brachten geru.imen
tijd volgens hun verkoopcontracten aan hun afnemers
een opslag van 10 cent per 100 KG. bloem in rdke-
ning voor ieder percent inheemsche tarwe, dat zij in
hun product moesten verwerken. Deze opslag is, in
verband met de verhooging van den richtprijs in
Augustus 1932, op 15 cent per percent gebracht. Bij
het thans voorgeschreven percentage inheemsche tarwe
bedraagt deze opslag dus 25 X 15 cent =
f
3,75 ‘per
100 KG. bloem, correspondeerend met 2. it 2i4 cent per
brood van
S
ons. Wordt het verplichte percentage bin-
nenlandsche tarwe op 40 gebracht met onveranderden
richtprijs, dan zal die opslag 40 X 15 cent
= f 6,-
per 100 i(G. bloem moeten bedragen, hetgeen neer-
komt op ongeveer 4 cent per brood. De verhooging
van het percentage zal dus, afgezien van eventueele
verandering van den tarweprijs, een nieuwe verhoo-
ging van den brooclprijs met ii’ 2 cent tengevolge
hebben.
Taarschijnlijk
zal cle verhooging van het maalper-
cen’tage nog een secundaire verhooging ‘van de bloem-
en broodprijzen veroorzaker. 1-let gebruik van zachte
:inheemsche tarwe bij de bloernlbereiding maakt het
-bijmengen van zeer goede kwaliteiten harde tarwe
noodzakelijk. De buitengewone hoedanigheid van den
ihheemschen oogst 1932 temperde deze noodzaakwel-
iswaar, maar zelfs al kon men telkenjare op, zulk eén
prima oogst rekenen, dan zou een percentage van 40
toch de vereischto kwaliteit van de complementaire
harde tarwesoorten aanzienlijk opvoeren. Te meer zal
dat het geval zijn, als cie hoedanigheid van den oogst
in eenig volgend jaar minder is. liet gebruik van die
zeer goede kwalite:iten voor bijmenging zal uiteraard
den kostprijs van het product ‘verhoogen.
De consument zal dus wel weer ten minste 2 cent
per brood hebben te betalen voor de overschakeling
op de ‘derde ‘versnelling. Bij een verbruik van 15 broo den per week, in een arbeidersgez.in met eenige kinde-
ren in vollen wasdom niet overmatig geschat, ‘betee-
kent dit 2 pOt. van het wekelijksch bedrag van den
werkloozensteuri, boven eenzelfde bedrag, dat thans
reeds in den broodprjs is begrepen. Gelulckig is de
Minister, blijkens de Memorie van Toelichting, zich
bewust, dat men zeer voorzichtig moet zijn met het
leggen van eenige meerdere lasten op de consumenten.
Niettemin stelt hij een-, regeling -voor, waardoor h:ij
kan verhinderen, dat de consument, door ci it armoede
aan de witheict van het brood – wat lagere eischen te
stellen, die lasten zou trachten te ontgaan. Althans
zal die verlaging van de eischen, die versobering, die
vergrijzing van h’et brood niet door ,,uitmaling” van
de tarwe mogen worden bewerkstelligd.
‘V’ellicht zal de verbruiker op andere w’ijze den op-
gelegden last van zich afwentelen: hij zal, zooals hij
reecli gedaan heeft, zijn ‘broodverbruik beperken, waar-
toe de lage prijzen van aardappelen en peulvruchten
hem mede zullen prikkelen. Beperking van het ‘brood-
verbruik doet dan weer aandrang ontstaan tot verdere
verhooging va:n liet maalpercentage-, een aandrang, die
wellicht 66k door verdere uitbreiding van dle tarwe-
teelt wordt bevorderd. Verclere verhooging van het
maalpercentage leid-t dan tot meerdere bijmenging van
extra-goede harde tarwe, tot verdere prijsverhooging
van het brood, tot verdere afneming van het verbruik, tot vernieuwclen aandrang om, het maalpercentage te
verhoogen, enzoovoort, in exponen-t-iëel tempo.
Maar laat ons afzien van deze consequentie en ons
hepakn tot het directe gevolg van den vooi gestelden
maatregel, de verhooging van den broodpr.ijs. Aôht de
Regeering het inderdaad gerechtvaardigd, boven cle
reeds opgelegde lasten voor tarwe-, zuivel- en anderen
agrarischen steun, cle lijdende stadsbevolking nu 6p-
nieuw te bezwaren ten bate van de ‘boeren? Is er dan
geen aanleiding om na te gaan, of het penningske van
de arme wèduwe of den no’oddruftigen werklooze niet ten ‘bate -komt van iemand met veel grooter draag- en
weerstandskracht dan hij, die het offerde, bezit?
WT
or
dt liet niet tijd om, evenals bij i’ele w’erkloozen
geschiedt, den steun afhankelijk te stellen van geble-
ken nooddruft en om, gelijk bij handel, industrie en
vervoerbedrijf het geval is, ook van de.0 vermogenden
boer te verlangen, dat hij -cle verliezen van zijn bedrijf
zelf draagt? Den onvermogenden, clen met ‘hypotheek
o’eibelasten landb’ouwer betale men den richtprijs,
den ‘boer, die onbezwaard land, ef fec-ten, welvarende
verwanten heeft, koope men zijn tarw’e ‘oor den
marktprijs, al dan niet met een geringen toeslag, af.
Den burgemeester en den inspecteur der directe ‘be-
lastingen zou men dan met de ,individueele prijszetting
voor cle irigezamelcie tarve kunnen belasten. Indien
steun aan den noodlijdencien landbouw de-drijfveer
van het onderhavige wetsontwerp is, steun, dl’ie mccle
wordt opgebracht door werkloozen, cl oor d eelhebbers
– en werkzamen in noodlijdende bedrijven, – door rente-
trekkers, clie zwaar hebben verloren, clan mag cle eisch
worden gestelcl, dat die steun beperkt ‘blijft tot hen,
die inderdaad noodlijdend zijn.
Of is de drijfveer wellicht een geheel andere? De
Minister stelt voor, de Tarwewet, die in 1.934 zou ver-
vallen, te doen voortduren tot October 1.937. Een
noodmaatregel, die afhankelijk is van een zeer varinlbe-
le markt, verlengt men pas op liet laatste oogen-blik
voor korten tijd om bij gebleken noodzaak opnieuw tot
verlenging over te gaan. Immers, verlenging is een-
voudiger te bereiken dan tij sschentij dshe buitenwer-
kingstelling. 1-let lijkt er’clus op, dat de Regeerhg de
cci threicling van liet tarwe’-areaal voor eenige jaren wil
hestendi gun, misschien zelfs verder bevorderen. De
Regeering is zich natuurlijk bewust van de gevaren
van prijsverhoogencle maatregelen voor de exportbe-
drijven, de scheepvaart, liet overladingsbecirijf,’ ed.
Wmtar zij niëttemin dezen maatregel, voör vier obgst-
jaren, bevordert, moet men zich afvragen, of zij wel-
1014
ECONOMISCH-STATISTISÇHE BERICHTEN
21 December 1932
licht naar autarkie gaat neigen. indien dit zoo is, dan
spele zij open kaart, dan kome zij niet met steunwetje
op steunwetje in het nieuwe vaarwater, maar dan
leicle zij de maatregelen af uit een te voren getrokken
hoofdlijn en dan bespreke zij haar voornemens eerst
prirccipiëel
met de Staten-Generaal. Daar heef t het
Necleriandsche volk recht op. P.
DE INTERNAflONALE BOTERMARKT.
Afgezien van cle kortstondige schommelingen, welke
een gevolg zijn van het feit, dat het artikel niet duur-
zaam is, was v66r den oorlog het prijsverloop van
boter opmerkelijk regelmatig, wat duidelijk ‘blijkt uit
onderstaande grafische voorstelling, welke aangeeft
den gemiddelden prijs van 1 KG. prima kwaliteit Ne-
derlandsche boter volgens de Leeuwarder Commissie-
noteering in de jaren 1901 tot 1910.
2,, golaen
p
K.G.
1.50
050
1901 1902 2903 100
1
, 1905 1906 2907 1908 1009 1910
Het feit .dat het prijsverloop regelmatig is geweest,
is een bewijs ervan, dat de verhouding tussehen boter
–
1)rOCluCtie en -consumptie in cle jaren vSSr den oorlog
buitengewoon constant is geweest. Dit houdt niet in, dat de productie van boter in deze periode niet sterk
is gestegen! Zonder eenigen twijfel is de totale wereld-
productie van boter in cle laatste 50 jaren geleidelijk
enorm toegenomen en wel als gevolg van de meer in-
tensieve productie – hooger vetgehalte der melk,
meer melk per koe en meer koeien per oppervlakte-
eenheid – eenerzijcls en van de verbeteringen in liet
internationaal transportwezen anderzijds In Dene-
marken bedroeg cle gemiddelde hoteropbrengst per
koe per jaar in 1864: 36.5 KG., in 1887: 52.7 KG. en
in 1908: 99.9 KG. boter. In de periode 1.900/04 be-
clröcg cle jaarlijksche uitvoer van bote.r in Australië en Nieuw-Zeeland samen 13.4 millioenj KG., terwijl
in 1931 de üitvoer van, deze landen iets meer bedroeg
dan het tienvoudige, nl. 135 millioen 1(G.
Da t n i ettegenstaancie deze geweldige produetietoe-
name de hoterpri,jzen zich niet alleen hebben. kunnen
handhaven, maar zelfs geleidelijk zijn gestegen, moet
worden toegeschreven aan de bevolkingsaanwas en
aan de toename van cle koopkracht in de consumptie-
gebied en.
.De oorlog bracht hooge boterp.rijzen, s’eIkc
PilS
na
1.920 zijn begonnen te dalen. in cie periode 1920/25
daalden cle prijzen, vooral tengevolge va:n de inflatie
in Midden-Europa, snel, echter bleef nadien het. prijs-
peil nog belangrijk hoven dat van
v66r
den oorlog,
zooals ‘blijkt ut het feit, dai cle Friesche Coöperatieve
Zuivel Export Vpreeiaiging te Leeuwarden gemiddeld
per KG. boter uitbetaalcie in:
1000f01 1910111 1919116 1920/21 1929126 1926127 1927/28 1928129 1929130
fl.13 fl..29 fl.8O f295 f2.23 fl..94 f2.07 f207 fl.94
Hierbij client men echter niet over het hoofd te zien,
dat na den oorlog de waarde van den waardemeter,
den Gulden, tot aan 1930, belangrijk kleiner was dan
v66r den oorlog, wat blijkt uit het algemeen index
cijfer. Drukt men zoowel de.n boterpnijs als het alge-
meen indexcijfer gedurende de laatste 10 jareii uit in
den boterprijs en het algemeen iiidexcijfer i.J de
periode 1901/1.0, zooals is gedaan in nevenstaande
grafiek, dan kan onmiddellijk worden vastgesteld dat,
wanneer men den invloed vi de waardedaling van
het ruilmiddel na den oorlog elimineert, de boterprjs
na den oorlog weinig hooger was dan
vSSr
den oorlog.
Het zijn verschillende factoren geweest, welke ertoe
hebben geleid, dat in hetrelelijk korten tijd de ‘boter-
prijs is gedaald tot een peil, dat zonder eenige over-
drijvisig catastrophaal. kan worden genoemd. ].n on-
derstaand grafiekje is aangegeven de hoterprijs per
KG., volgens de Leeuw’arder Commissienoteering in
de volgende kwartalen:
p,. K.G.
250
1.50
923 192
1
,
1925 1926
1927 1928 1929 1030
5031
1
932.
Gewezen moet worden op de prijsdaling van prac-
tisch alle artikelen, met andere woorden op de stij-
ging van de waarde van het ruilmiddel. Denkt men
zich den toestand waarbij, in guldens uitgedrukt, de
boterprijs constant blijft, doch waarbij, tengevolge van welke omstandigheden ook, de waarde van den gulden
stijgt, dan zou in wezen do reëele waarde uitgedrukt
in de hoeveelheid goederen en diensten, welke nien
in ruil voor een bepaalde hoeveelheid boter zou kun-
nen ontvangen, zijn toegenomen. Deze waardestijging
zou dan een gevolg kunnen zijn van een afgenomen
productie, een toegenomen vraag of van voorraadver-
schuivingen.
Gewezen moet worden op de industriëele crisis,
welke zich openbaarce in een ongekende. mate van
werkloosheid en koopkrachtvermi nderi.ng in de indus-
triëele gebieden, met het gevolg, dat de geproduceerde
hoeveelheid boter slechts kon worden geplaatst bil
claleiide prijzen. Waar verreweg het grootste gedeelte
der door de productiegehi eden uitgevoerde hoeveel-
heid boter wordt opgenomen door Engeland en
Duitschland, ligt het voor de hand, dat het feit, dat
juist deze landen te kampen hebben met een onge-
kende inkrimping van het nationale productie-appa-
raat onmiddellijk een funesten invloed heeft uitge-
oefend op de vraag naar hotr en dus op het prijs-
verloop.
In dit verband is het interessant na te gaan, hoc het
prijsverloop van boter in cle Ver. Staten is geweest
gedurende de laatste jaren. In dit land, waar meer
clan 50 pCt. van de totale wereldprocluctie aan boter
wordt geproduceerd, is de consumptie van dit artikel
zoodanig, dat geen boter wordt uitgevoerd, terwijl
de vrijwel prohihitieve rechten practisch ook den in-
voer van boter beperken tot hoeveelheden, welke voor ons doel kunnen worden verwaarloosd. In onderstaand over’zichtje is opgenomen de totale boterproductie per
– aIe,,,een ndexcjfer
botorpr’js
222__
200
250 ._.L..
….. – –
100
50
1925
192′, 2925 1926 1927
1928
1929 1930 1951 2932
21 December 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1015
kwartaal in millioenen lbs. en de gemiddelde prijs in
dollarcents per lhs. volgens de beursnoteering in
New-York. Duidelijk blijkt cle enorme prijsdaling,
welke vrijwel uitsluitend moet worden toegeschreven
aan cle afgenomen koopkracht:
Vereenigde Staten.
Jloterprocluetie
Boterprijzen
itt
miii. lOs.
in clollarcents per lbs.
1928 1929 1930 1931 1932
1928 1929 1930 1931 1932
ie kwartaal .
300
314 319 349 364
49 43 37
29 23
449 497 434 530 506
45 44 35 24 19
31′
,,
. 443 461 416 413
47 44 38
29 20
4e
. 286 317 322 354
50 43 36 32
Gewezen moet worden op een derde oorzaak, waar-
door de boterprijzen vooral in ons land zijn gedaald tot
een ontstellend laag peil. Bedoeld wordt de waarde-daling van het ruilmiddel in die gebieden, welke het
leeuwenaancleel hebben in de wereldproductie (Nieuw-
Zeeland, Australië, Denemarken en andere landen) en
in, het land, hetwelk verreweg cle meeste boter impor-
toert (Engeland). Ons land is hierdoor geworden het land, waarvan de munteenheid plotseling duur is ge-
worden, zoodat wij onze goederen op de door inflatie
sterk beheerschte wereldmarkt slechts kunnen plaat-
sen tegen lagere goudprijzen. In goud uitgedrukt, is
de koopkracht van den Engelschen importeur alleen
door de inflatie plotseling met ongeveer
30
pOt. ver-
minderd. hoeveel die koopkracht is gedaald doordat
het .inclustriëele prod uctie-apparaat slechts gedeeltelijk
is belast, is minder nauwkeurig vast to stellen.
liet is misschien niet overbodig vast te stellen, dat
op dit oogenblik geen teekenen erop wijzen, dat een
herstel van den boterprijs spoedig kan worden’ ver-
wacht, doordat cle wercldproductie belangrijk wordt in-
gekrompen. liet feit, dat van de totale rundveestapel
der geheele wereld vermoedelijk slechts 15 pOt. wordt
gehouden voor de melkproductie, demonstreert dui-
delijk, dat het aanbod van boter op de wereldmarkt
behoorlijk elastisch is, w’aar1)ij komt dat, landbouw-
technisch gesproken, omvorming van weiland in bouw-
land mogelijk is voor een groot gebied. Deze elasti-
citei t van cle boterproductie blijkt echter illusoir, zoo-
lang ook de veeprijzen en de prijzen der landbouw-
voortbreiigselen in even sterke mate verliesgevend
zijn als die dor zuivelproducten. De thans beschikbare
gegevens wijzen niet erop, dat de boterproductie wordt
ingekrompen.
Tenslotte moet in de vierde plaats worden gewezen op de invoerhelemmeringen, welke Duitschland, Bel-
gië, Frankrijk, Groot-Brittannië, Zwitserland, Tsje-
cho-Slowakije en tal van minder belangrijke landen
hebben toegepast. Deze belemmeringen zijn voor ons
land, dat ongeveer de helf t van. de jaarlijks
85.000.000
KG. geproduceerde boter placht te exporteeren, een-voudig funest. En ‘bovendien: invoerrechten van
60,
70 en
90
cent per KG-. (in Duitschland, Frankrijk en
Zwitserland) hebben, evenals dit geldt voor contin-
genteering van den invoer, slechts tot gevolg, dat in
de betreffende landen de consumptie sterk terug-
loopt en dat hierdoor de ,,vrije wei’eldmarkt”, voor
zooverro hiervan nog sprake is, geheel wordt ont-
wricht met het gevolg, dat ook daar weer reconstruc-
tiemaatregelen worden genomen.
De lage boterprijzen hebben in ons land de consump-
tie sterk doen toenemen, zoodat het exportsaldo be-
langrijk kleiner is geworden. Nadat het prijspeil in
het binnenland echter kunstmatig is verhoogd – op
dit oogenblik is bij een internationalen boterprijs van
75
cent per KG. de binnenlndsche
accijns
85
cent
per KG. – is echter de consumptie weer terug-
geloopen. Aangezien niet een belangrijke produc-
tievermindering is te verwachten, staat de Neder-
lancische ‘boterproducent dus voor de moeilijkheid jaar-
lijks ruim 40.000.000 KG. boter te exporteeren. Nie-
mand is er die hem kan mededeelen, waar hij deze
boter moet plaatsen, of liever: ieder weet, dat dit
onmogelijk is. De regeering heeft hem geholpen door
een nieuw afzetgebied voor hem te creëeren:de mar-
garine-industrie, terwijl in verband met bepaalde re-
,geeringsgaranties •dezen zomer een groot gedeelte van
cle boterproductie in de koelhuizen is geplaatst, zoodat
de uitvoer van Nederiandsche boter gedurende de
maanden April tot en met September bedroeg in ton-
nen bruto in:
1927
1928
1929
1930
1931
1932
29.207
27.367
28.383
24.540
19.718
8.727
Dank zij cle Crisis-Zuivelwt, waarvan de uitvoering
aan cle gestelde verwachtingen beantwoordt, zij het
dan ook, dat door de inmiddels voortgezette prijs-
daling op de internationale botcrmarkt den door
den Minister genoemden riehtprijs voor de melk ver-
inoedelijk niet zal blijken te kunnen worden gereali-
seerd, zijn de gevolgen van de ineenstorting van de
markt voor zuivelproducten niet zon ruïneus voor dan
Nederlandschen ‘boer als het geval zou zijn geweest
zonder dee Crisiswet. Dat de toestand van de inter-
nationale botermarkt intusschen zeer zorgwekkend is,
behoeft geen betoog, gezien de voortdurend afnemen-
de koopkracht, de daling van het Pond en de steeds
grooter wordende invoerbelemmeringen. In de laatste
weken verhoogde Duitschland de invoerrechten tot
75 Mark per 100 KG. boter en verhoogde Engeland
het invoerrecht voor de ,,foreign butter” tot
35
pOt.
der waarde, terwijl de invoer van ,,empire hutter”
vrij is.
Zoolang de invoerbelemmeringen niet worden weg-
genomen, de koopkracht niet sterk toeneemt, de pro-cluctie niet wordt ingekrompen en de .irtternat.idnaic
markt niet onderhevig is aan de gevolgen’van inflatie,
zal de Nederlandsche boer zich moeten instellen op
zeer lage prijzen. De vraag, op welke wijze een aan-
passing zal moeten geschieden, – een vraag, welke in-
tusschen reeds in hoofclartikelen in de Standaard en
Nieuwe Rotterdamsche Courant is gesteld – zal in
de allernaaste toekomst blijken te zijn de belangrijk-
ste en tevens de moeilijkste vraag, waar tegenover (Ie
Nederlandsche boer zich sedert vele jaren zag gesteld.
H. J. FRIETEMA.
KAN NEDERLAND OVERGAAN TOT DE STAKING VAN
DE RENTEBIJSCHRIJVING AAN HET MLJNTFONDS?
De Heer J. van Ettinger schrijft ons:
In zijn artikel ,,De Nikkeikwestie”, opgenomen in
,,Economi•sch-Statistische Berichten” van 0 November
1932
spreekt Prof. 0. A. Verrijn Stuart (te wen-
schelijkheid uit, dat Nederland het door 1eder-
landsch-lnclië gegeven voorbeeld tot staking van de
rentebijschrijving aan liet Muntfonds zal volgen.
Deze wenseh heeft bij de behandeling van de Rijks-begrooting voor
1933
in cle Staten-Generaal een ho-
pleiter gevonden in het Tweede Kamerlid Dr. J3iere-
ma. Naar aanleiding van cle door genoemden heer ge-
stelde vraag heeft de Minister van Financiën toege-
zegd de kwestie nopens de al dan niet voortzetting van de bijschrijv ing der renten aan het Muntfonds
in overweging te zullen nemen.
1)
Zonder nu op de uitkomsten van de toegezegde
overweging vooruit te loopen, verdient het aanbeve-
ling eens na te gaan of de positie van liet Nederland-
sche Muntfonds ten opzichte van het te loopen risico
gunstigbr is dan de positie van het Indische fonds,
wat door Prof. Verrijn Stuart blijkbaar verondersteld
wordt.
Volgens de raming van ‘s Rijks Mun tmeester
2)
be-
droeg de nominale waarde van de Nederlandsche cir-
culatie op 1 Januari
1932 f 1.46.087.000.
Trekt men
hier de metaalwaarde der munten af, dan blijft er
een verschil over van rond
f 116.900.000.
Aannemende dat voor de dekking vatl..het verschil
tussehen de nominale en de reëele waarde van de
munt met hetzelfde percentage genoegen wordt ge-
Handelingen Tweede Kamer, zitting 1932-1933, biadiz.
409.
Blz. 25 van het Muntversiag over 1931.
1016
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21 December 1932
iionien als voor Indië is vastgesteld, ‘) t.w. 70 pOt.,
dan zal (te waarde van het Ned.erlandsche Muntfoncls
minstens j 81.830.000 moeten beloopeh.
De waarde van het Nederlancische Muutfoncis op liet einde van 1931 – cle effecten getitxeercl volgens
cle waarde op de Amsterdamsehe beurs opden- laatsten
beursdag in dat jaar – bedtoeg rond [69.100
.
000
2
).
Ui.t het bovenstaande .valt af te leiden; dat het Ne-
derlancische Muntfonds zelfs geen 70 pOt. dekking
kan geven voor het verschil tusschen de nominale cii
de – reëele waarde van cle Nederlancische circulatie
alleen, terwijl bovendien nog dekking gevorderd word(
voor het verschil tusschen cle nominale en de reëele
waarde vai de ten behoeve van het Rijk aangemaakte,
maar naar Nederlandsch-Inclië verzonden -teeken-
munt.
2)
Nederlanclsch-Indië toch is alleen aanspra-
kelijk voor de voor zijne rekening vervaardigde munt.
Tot en met ultimo December 1931 is in Neder-
1anc!eh-Ïndië ingetrokken grove zilveren munt tot
een nominaal bedragvan
f
81.838.084. Hiervan is een
bedrag ad
f
18.300.000 teekenmunt, welke gedurende
liet tijdvak van 1 Januari 191.3 tot en« met ultimo
December 1.919 voor rekening van Nederlandsch-lncli.ë
is aangemaakt. De rest of
f
63.538.084 is derhalve in
opdracht van Nederland vervaarci igcl. Het verschil
tussclieu cle nominale en cie reëele waarde (gehalte
945 duizendste) van bedoelde teekenmunt of rond
[48.180.000 moet dus door het Nederlandsche Munt-
fonds worden vergoed.
liet bedrag van
f
25.000.000, hetwelk cle Staats-
commissie voor het Mu:otwezen van 1921 blijkens blad-
zijde 60 van haar rapport toereikend achtte voor de
vergoeding aan Nederlandsch-Indiö, blijkt dus op
verre na n:iet voldoende te zijn.
De schatting van
f 0.000.000
door Prof. De Jong
in zijn artikelen in ,,De Telegraaf” van 20 en 21
October 1932 stemt daarentegen vrijwel overeen niet
de bovenvermelde beekeningen.
Daar de intrekking van de grove zilveren munt
over 1932 is voortgezet en ook over de eerstvolgende
jaren hiermede zal moeten worden voortgegaan, hoe-
wel met sterk iii. omvang afndmende uitkomsten, tal
de door het Rijk aan Nederlanclsch-Indië bij even-
tueele algeheele intrekking van (le zilveren mdnt-
circulatie te betalen vergoeding nog eenigszins stijgen.
Afgezien echter van d:ie stijging had Nederland
op 1 Januari 1.932 dekking te verleenen voor een
totaal bedrag van f
81.830.000 +
j
48.180.000 =
j 1.30.6:1.0.000.
Daar cle waarde van liet Neclerlandsche Muntfonds
op genoemcien datum slechts
f
69.700.000 bedroeg en
in deze ongunstige verhouding tot heden geen ver-
andering van beteekenis is gekomen, kan, naar mijne
meening, van staking der rentehijschrijving voorals-
nog geen sprake zijn.
Zelfs al zou men de aangenomen dekkingsveriiou-
cli ng va ci 70 pOt. te hoog vinden, kan . men niet tot
cccie andere conclusie komen. Immers na aftrek van
cle eventueel aan Necl.erlandsch-Tndië uit te keëren
vergoeding kan het restant van het Nederlancische
Mïintfonds slechts dekking opleveren voor rond 17
pOt. vail liet verschil tusschen nominale en reöele
waarde d.er circulatie. Met cciie de±gelijke deklciiig
kan evenwel mijna inziens geen genoegen worden
genomen.
N a
s c h r i f t. Gaarne maak . ik gebruik van cle
mij gebodén gelegenheid, om op de beschouwingen
van den heer Van Ettinger terstond te antwoorden. Ik
Wet van S Juli
1932,
Neclerlancisch Staatsblacl No.
343.
Zie voor (le samenstelling valt het Nederl.anctsche Munt-
îoncls op 1 Januari
1932
het Miintverslag over het jaar
1931,
hlaclz. 28.
.
.
Verg. artikel
4
vati cle Indische Muntwet
1912.
(Ne-
derlaucisch Staatsbiad
1929,
.
No.
196,
juntto Nederlandsch
Staatsbiaci
1932,
No.
343).
zal mij daarbij ertoe bepalen, mijn bezwaren uiteen
te zetten tegen cle gedachte, clie van zijn stuk de
achtergrond vormt. Het zou mij niet name te ver
voeren, i ndien ik wi lcle ingaan op dle ‘raag der ver-
deeling van baten en lasten uit de bestaandle geldl-
regeling voortvloeiende tusschen Nederland en Ned.-
Indië: lIc deel de opvatting van mijn geachten be-
strijdier, als zou Nederland voor liet verschil in w’aar-
cle van het metaal en van, liet geld oolc voor NecI.-
Indië, behalve voor wat betref t de aan.muntingen in
opdracht van indië zelf geschied, veran.twoordlelij Ic
zijn niet, en merk in dit verband slechts op dat dan
ook, indien liet eens tot dle vervanging van het zilver-
door nikkel-geld komt, aan Nederland in gelijke mate
de bezuiniging met deze vervanging te bereiken ten goede zou komen. Van mijn standpunt zou, als men
in Indië, met zijn zooveel grooter zilvercircnlatie, de
bijschrijving van de rente bij het Muntfonds stopzette,
Nederland ii plus forte raison daartoe mogen be-
sluiten.
De grondgedachte va:n het betoog van den heer v.
E. is deze, dat cie Muntfondsen moeten dienen voor
cle vorming van de tegenwaarde (zij het dan niet voor
cle volle 100 pOt.) van liet verschil tusschen intrin-
s.ieke en nominale waarde van het teeken- en pasgeld,
liet laatte met inbegrip van het brons- en nikkelgeld,
van.ons geldstelsel. Zooals ik in mijn in ,,De Economist”
gepubliceerde Nota hij liet schrijven van cle meerder-
hieicl der Nilckelcommissie betoogde, is liet karakter
der Muntfondsen een principiëel ander. Zij zijn eerst
in 1.912 ingesteld, om te voorkomen, dat cle toen ge-
schapen mogelijkheci om zilveren teekengeld te mun-
ten ook uit aangekocht zilver, er ooit toe zou kunnen
voeren, dat van deze mogelijkheid gebruik zou worden
gemaakt met het doel, de daarmede verkregen winsten aan de gewope middelen van den fiscus toe te voegen.
Zoolang inimes teekenmunt met onbeperkte kwijtings-
kracht bestaat, zou eene uitbreiding van het zil-
vergeld, met groot vokdeel voor cle schatkist, maar
ten koste van de waarde-stabiliteit van cle.n gulcten,
altijd mogelijk zijli. Van 1875-1.912, toen :toch ook
reeds belangrijk verschil bestond tusschen metaal- en
nominale waarde van liet zilvergeld., hebben wij
Muntfondlsèn niet gehad, omdat door liet voorschrift,
dat nieuw teekengelci enkel uit liet metaal van in-
getrokken munten mocht wordlen geslagen, de moge-
lijkheid van willekeurige uitbreiding der ziv0rcircu-
latie ‘as cii tg-eschakeld.
Mijne opvatting van het karakter dier Muntfonclsen vond steun in cle ai tikelen door Prof. Van Gijn in liet
Alg. I-Ïaodisblacl van. 13 en 1.4 September aan deze
zaak géwijd. Deze steun was ‘an te meer waarde, om-
dat de ivetten vnmi 1912, waarbij de Muntfo.ndsen
werden ingesteldl, tot stand kwamen toen de schrijver nog Thesaur.ier-OeneraaF i’as, en dus van alle bijzon-
derheden van hare word i dgsgescliieden.i s vol konien
0
cle hoogte. Zooals de. heer v. G. schreef,, beschikt elIc
dr .’Muntfon.clsen thans over, een bediag, dat .50 pOt.
hooger is dan het totaal der winsten’ sedeit 1912 op
de aanmunting van zilvergeld. gemaakt. In deze om-
stancli.gheden is dan ook terecht de vergrooting ‘an
liet Indische Muntfonds door ien’tebijschrjving ge-
staakt, en kan hetzelfde’ hier zonder eenig -bezwaar
geicltiëden. –
De bescliouwi ng van den -heer. v. E. gaat uit van
de gedachte, dat de Staat hij voorbaat behoort gedekt ‘te zijn tegen een risicb, dat slechts werkelijkheid Ican
vorde, alá ons teelcen- en.pasgeld ooit geheel, of voor zeg 70 pOt., uit het verkeer zout-worden uitgestooten.
Deze mogelijkheidi mag echter volkomen- ondenkbaar
worden genoemd. Eerder is liet te verwachten, dat,
ondanlct toenemend giro-verkeer, de hog steeds aan-
‘zien-lijke toeneming onzér bevolking–de behoefte aan
iuilhiiddelen i’ah kleine waarde zal doen groeien. De
hëer . G: sprak
–
in zijn genoemd artikel van liet ge-
vaar zih aak. koud water té bianden. Naar mijne op
ihttin is h6t aan vaardén der betaling, ten laste onzer
21 December 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE ‘BERICHTEN
1017
gewone uitgaven; van eene jaarlijksche: premie van
thans reeds meet danf3,5 millioen voor de erzeke-
ring der gemeenschap tegen dit risico nidt,eu zeker
thans niet, te verdedigen!
Jiet eenig motief, door den heer v. E. trouwens niet
genoemd, om de rentehijschrijving voort te zetten, dat
zonde kunnen worden aangevoerd, is dat, als de ‘vin-
sten uit aanmaak van zilvergeld uit aangekocht me-
taal verkregen in het Muntfonds vloeien, maar de
ren te door het Fonds gekweekt in de schatkist wordt
teruggeboelct, dc mogelijkheid daf de Staat uit winst-
hcjag tot ceneov errnatige uitbreiding der zilvercir-
culatic zou kunnen •beslui tea, zij het clan niet bewuste
verkrachting van het doel van dit fonds, opnieuw
zon kunnen ontstaan. Dat deze mogelijkheid werkelijk-
hei (1 zoude worden is zeker weinig waarschijnlijk.
Maar vil men haar principiöel uitschakelen, dan is
liet afdoende middel de verandering van ons teeken-
in pasgeid, met een kwijtingskracht van ten hoogste
stel f100, waardoor het Muntfonds zou kunnen wor-
den gelikwideerd. Op dit punt ga ik overigens, na
wat ik daarover reeds schreef, thans niet nader in.
Ik herhaal dat, inclieii men in het karakter van ons
Muntfonds niet eene principiëele verandering gaat
brengen, waarvoor geenerlei motief bestaat, er ook
voor ons land alle reden is om tot de bezuiniging van
ruim
f
3,5 miilioen, welke door stopzetten van de
rentebijschrijvi ng kan wotden verkregen, thans te be-
sluiten.
A. VERRIJN STUART.
DE RIJKSMIDDELEN OVER NOVEMBER 1932.
De maand October vormde in cle rij van dalende
rnaandopbrengsten een uitzondering, dank zij de om-
stancligheid, dat de invoerrechten door bijzondere
oorzakén een accres van niet minder dan f 8.011.000
vertoonen. De Novnmbermaand geeft echter weer een
geheel ander beeld te zien. De gewone middelen brach-
ten f 32.995.700 op tegen f42.273.500 in November
1031 en bleven derhalve f 9.277.800 bij de ontvang-
sten van dezelfde maand van het vorige jaar ten ach-ter. Ook de raming werd niet gehaald (nadeelig ver-
schil
f
1.855.000). En cie daling was ook thans weer
aan vrijwel alle middelen toe te schrijven; eene uit-
zondering maakten alleen de invoerrechten en de zout-
accijns. Voor cie maand November is een ;oxitva.pgst
van nog geen f33 millioen dan ook .ongekencLlaag.
Men moet tot de oorlogsjaren teruggaan, om een der-gelijke lage opbrengst aan te tref f en.
De totaal-ontvangst over de eerste elf maanden van
het jaar beliep
f
366.957.000, d.i. f42.658.200 minder
dan clie over hetzelfde tijdvak van het vorige jaar
en f 10.400.800 beneden het evenredig deel der za-
ming. Laat men de grondbelastingen de personeele
belasting om de bekende redenen buiten beschouwing,
dan bedragen de bedoelde nadeelige verschillen resp.
f
30.231.800 en f 16.506.300.
De grondhelasting gaf ditmaal weer een niet onbe-
langrijk decres te zien (van f 112.500). Voor een deel
vindt deze daling haar verklaring in het feit, dat
onder de inkomsten van November 1931 begrepen
varen aandeelen in de kwade posten over vôrige be-
lastingjaren ingevolge art. XI der wet van 14 Juni
1930 (Staatsblad No. 245). De teruggang over de af-
geloopen maanden van het jaar steeg tot
f
3.709.700,
waai-vau intussche ruim
f
2.740.000 op s-ekening
komt van de maand Januari, omdat de oude diest-
Jaren in het begin van 1931. nog geheel aan ‘s Rijks
middelen ten goede kwamen.
Een bijzonder stericen terugsiag ondervond cle in:
komstenbelasting, die in de afgeloopen iiaand een
daling van niet minder dan f3.603.500 vertoonde.
Het nieuwe belastingjaar met zijn lagere kohierbe-
dragen oefent een funesten invloed op denloop van
dit middel uit. Van den teruggang over de erste elf
maanden ad
f
11112.400 komt iets meer dan: de helft
op rekeniig van’ht nieuwe belastingjaar (1 032/1.938),
hoewel dit nog maar f17.289.500 heeft opgebracht
tegen f50.568.800 ontvangsten uit het voorlaatste be-
lastingjaar. De gemiddelde maandraming werd in
Novbmber jl. met f 1.250.000 overtroffen, hetgeen
voor de voorlaatste fliaandl van het jaar niet bijster
gunstig moet worden geacht. Gerekend over elf maan-
den werd de raming met
f
877.800 overschreden en
daar December ook tot de gunstige maanden behoort,
kan nu al met zekerheid worden aangen:omen, dat
liet voor 1.032 ge:raamde opbreugstcijfer wei zal wor-
den gehaald.
Ook de vermogensbelasting lie]) belangrijk terug
(niet
.f
627.000, d.i. met meer dan een derde). Ook
hier is de invloed van het nieuwe beiasti.ngjaar merk-
baar. Over elf maanden zijn de ontvangsten niet
f
1.937.400 verminderd. Met betre’kking tot de raming
ontstond een achterstand van f 1.401.400, die in cle
laatste maand van het jaar wel niet geheel zal kunnen
worden ingehaald.
Teleurstellend was weer liet opbrengstcijfer der
dividend- en tantièmebelasting. De teruggang beliep
ditmaal f 411.100, terwijl over elf maanden een daliog
is te constateeren van f 3.678.700. lIet is niet waar-
schijnlijk, dat het voor 1932 geraamde bedrag zal bin-
nenkomen, al brachten cle eerste elf maanden op het evenredig deel dier ram.ing ook een voorsprong van
f160.500.
Na het topeijfer van f13.659.500, door de invoer-
rechten in October jl. opgebracht, daalden de ont-vangsten uit deze heffing thans weer tot een meer
normaal peil. De niiddelenstaat vetmeidt voor de af-
gèloopen maand een bate van
f
5.542.300 of
f
031.500
meer dah over November 1931. Door de hooge ont-
vangsten, die in ded loop van liet jaar werden gé-
boekt, heef t hét tijd’ak Januari t/in. November ‘een
surplus opgeleverd iin.
f
19.244.500 boven de ont-
vangsten van dezelfde maanden van 1031 en van
f
20.857.300 boven liet evenredig deel der raming.
Deze laatste vergelijking is echter onzuiver, daar na
de indiening van de Middelenwet het tarief van in-
i voerrechten eenige malen is verhoogd en de benzine-
belasting is ingevoerd, zonder dat deze wettelijke
maatregelen in cle ramhig tot uitdrukking zijn ge-
bracht. Alleen de eerste tariefsverhooging en de aan.-
vankelijke benzinebelasting hadden al
f
20 millioen
moeten opbrengen. liet is duidelijic, dat de invoer-
rechten, uit dit oogpunt beschouwd, niet aan de vez-
w’acht.ingen hebben voldaan, liet statistiekrecht gaf
opnieuw een vermindering te zien (van f46.000). Dit
middel demonstreert telkens weer, hoezeer onze bui-
tenlandsche handel is afgenomen, zoowel in omvang
als in waarde.
Op den. zou taccijns na liepen alle
accijnzen
in op-
brengst terug. liet zout gaf
f
52.600 meer, welke 5tij-
ging verband kan houden met meerder gebruik van
het artikel in bacorizouterijeu. De overige accijnzen
brokkelden alle in meotdere of mindere ufate af. On-
getwijfeld heef t men hier met een crisisverschijn.sel
te doen. De algemee.n heerschende malaise doet de
koopkracht verminderen. Aangeteekend zij’ hierbij nog
dat de daling van den suikeraccijns slechts aan cle om-
standigheid is toe te schrijven, dat de maand Novem-
ber ditmaal vier verschijudagen van den credietter-mijn telde tegen vijf in 1931. Ook de tahaksaccijns
bracht minder in de schaticist (verlaging f 278.100),
vermoedelijk tengevolge van de daling der kleinhair,
delsirijzen, in het bijzonder van sigaretten. De goede
dagen zijn voor dit middel blijkbaar voorbij. Gerekend
over elf maanden heeft alleen de zoutaccijns de ramin.g
overschreden en tevens meer opgeleverd .dan in de-
zelfde periode van 1931. Bij den wijnaccijns en den
suikeraeeijns valt slechts een surplus ten opzichte
van de ontvangst van het vorige jâar t& constateerex
De overige middelen zijn in ieder opzicht bij de vei
wa.ehting ten achter gebleven.
Dé belasting op gouden en zilveren werken gf
1018
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21 December 1932
f6.500 minder; over elf maanden bedroeg de vermin-
dering
f
163.300; ook hierin heeft men een symptoom
van den achteruitgang der volkswelvaart te zien.
De zegelrech-ten brachten ongeveer evenveel op als
in de gelijknamige maand van 1931 (slechts
f
12.100
minder). De beursbélasting bracht
f
2.400 meer op.
Daarentegen liepen de registratierechten opnieuw
belangrijk terug (niet
f
284.000). Gerekend over elf
maanden hebben de zegel- en de registratierechten
resp.
f
5.613.000 en
f
3.994.900 minder opgeleverd,
terwijl in vergelijking met de raming tekorten
ontstonden van onderscheidenlijk
f
1.141.300 en
f
4.335.900. Deze
–
cijfers spreken voor zichzelf.
Op de successierechten oefent cle crisis thans een
onrustbarenden invloed uit. De ontvangsten van de
afgeloojen maand bleven
f
698.600
–
bij die van No-
vember 1931. ten achter. Over de eerste elf maanden
bedroeg cie daling in totaal
f
9.471.200. Met het oog
op den langen crecliettermijn, die iij dit middel wordt
-toegestaan, moet nog een verdere teruggang worden
verwacht.
De domeinen gaven door de lagere pachtprijzen
f
88.500 minder, terwijl de loodsgelden een verlaging
aanwezen van
,f
38.600. Ook bij deze heffing schijnt
cle daling maar niet tot stilstand te kunnen komen.
De inkomsten van het ,,Leeningf-onds” daalden van
f
5.572.000 tot
f
5.255.200. De zegelrechten van -bui-
tenlandschè effecten brachten
f
136.700 -meer op dan
in November-1931, hetgeen verband houdt met de
jongste wijziging der Zegelwet.
Voor het ,,Gemeentefonds” beliepen de inkomsten
in de afgeloopen maand
f
8.687.300, waarvan
f
8.085.800 gemeentefondshelasting. In totaal werd
tot dusver ten bate van gemeld fonds ontvangen
f
75.198.600, waarvan
f
69.832.600 gemeentefondsbe-
lasting. In cle eerste elf maanden van 1931 bracht
laatstgenoemde belasting nog niet meer dan
f
20.491.500 op.
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
DE ECONOMISCHE TOESTAND VAN DUITSCHLAND.
(De stand van de industriëele conjunctuur).
Dr. Ciari Krhmer te Berlijn schrijft ons:
In aansluiting op onze vorige beschouwing over de ontwikkeling van het geld- en credietwezen
1),
zullen
wij thans den loop van, de iridustriëele conjunctuur in
Duitschland sedert de credietcni-sis van Juni 1.931 be-
handelen. De afzonderlijke phasen van deze ontwik-
keling worden het beste getypeerd door den door het
Institut für Konjunkturforschung ‘berekenden index
van reagibele goederenprijzen, die steeds een zeer ge-
voelige barometer is gebleken te zijn. (Zie hiervoor
(Ie tabel op blz. 1019).
Deze index toont van Juli 1931. tot Juni 1932 een
voortdurende daling, die slechts tweemaal onderbro-
ken werd, hetgeen toe
–
te schrijven was aan aankoopen
1)
Zie
Economisch–Statistische. Berichten van
14
Dec. ji
voor hamsterdoeleinden in den zomer van 1931 en aan
bepaalde speculatieve reacties op de discussies over
een mogelijke devalvatie van de Reichsmark in den – herfst van hetzelfde jaar. Daarna keert de beweging
om; de betreffende index stijgt van Juni 1932 tot
midden October maandelijks met meerdere percenten
en bereikt ongeveer den stand van het vorige jaar.
Daarop volgt weder een aanzienlijke daling, ciie zich
tot op heden voortzet.
Volgens deze ontwikkeling moet men dus drie
perioden onderscheiden. De eerste periode werd be-
paald door overwegend ongunstige factoren, waar-
tegenover andere verschijnselen, clie het – economisch
leven hadden kunnen cloe:n opleven, niet opwogen.
Allereerst is cle terugslag van cle credietcrisis zelf te
noemen. Tengevolge van cle beperkingen in de uitbe-
taling van de tegoeden van banken en spaarbanken,
evenals tengevolge van werkelijke of dreigende crediet-
o1)zegginen, stond het bedrijfsleven voor de nood-
zalceljkheid van een versterk-ten verkoop van voor-
raden, evenals voor een nieuwe noodzaalc van ont-
slag van arbeidskrachten. Het geven van nieuwe op-
cl rechten bereikte een no in i-mum.
Nauwelijks waren de eerst6 maatregelen tegen cle
croclietcrisis in wericing getreden, of de clepreciatie
van het Engelsche Pond schiep een nieuwe verwar-
ring; de afzetmogelijkheden van Duitschland op cle
wereldmarkt, die tot dusverre aan vele bedrijfstakken
een welkome compensatie voor den verminderden af-
zet in het binnenland hadden geboden, werden zeer
ongunstig. Tegelijkertijd verlamde de ondernemings-
lust door de geldpolitieke debatten, die zich naar aan-
leiding van de daling van het Engelsche Pond ont-
sponnen en door de ongunstige ontwiklceling van de
positie van de Reichsbank. Hierbij voegden zich de terugsiagen van cle crisis in de openbare financiën,
clie tot een verdere vermindering van opdrachten aan
het bedrijfsleven leidde en tenslotte nieuwe maatrege-
len noodzakelijk maak
–
te.
Deze werden neergelegd in de groote noodverorde-
ning van December 1931, die, naast sterke bezuini-
gingen en belastingverhoogingen, een algemeene ver-
mindering met 10 püt. van de bonen evenals een
verlaging van den rentestand voor bi nnenlandschc
schulden op langen termijn met zich bracht. Dienten-
gevolge werd cle vermindering van de afzetmogelijk-
heden in het binnenland als uitvloeisel van cle clefla-tie nog verscherpt. De wintermaanden stonden in het teeken van deze ingrijpende verordening; tegelijker- –
tijd verslapte met het oog op de vooruitzichten van
de politieke verkiezingen van dit voorjaar iedere
ondernemi ngslust. Ook na deze verkiezingen bleef
de politieke toestand onzeker, vooral tengevolge van de wankele positie van het kahinet-Brüning. Eerst na
den val van dit kabinet en het optreden van Von
Papen werd de toestand rustiger en von cie overtui-
ging veld, dat voor de naaste toekomst geen onaan-
gename verrassingen meer te verwachten waren.
De geweldige afmeting, die de teruggang van cle
Index van de industriëele productie (1928= lOO)
Totaal
1
Productiemiddelen
Werkzame werkn. Werkloozen van de Dagelijksche wa-
in milhaan het einde vakvereenigingen gonverlâdingen v. d.
ie-
van de maand
in percenten
Reichsbahn (1000)
1931132
1
1932
1
1931132
1
1932
1
1931132
1:.
1932
1
1931132
1
1932
1
1931132
– 1932
1
1931132
1
1932
74,4
56,6
69,4
48,9
‘
83,0
70,1
15,25 12,78
32,2
46,4
115,2
99,3
],7
53,1
66,3 44,5
81,1
-.
68,1
15,02
12,76
33,8
–
46,9 111,5
96,9
Augustus
67,5 52,3
61,3 42,6
78,2
69,3
14,62
12,76
36,5
47,1
108,9
96,3
Juni
………
Juli
………..
September
….
67,0
–
56,1
59,0
45,1
80,9
75,3
14,37
12,83
37,6
46,5 116,3
103,8
64,2 80,9 53,7 48,3
82,5 82,9
13,98
12,9.1
39,4
45,5
125,4
110,9
October
…….
November
. . .
64,0 53,2
82,7
–
13,43 42,2
122,0
December
..
59,4
48,5
78,4
–
12,44
–
45,9
97,3
Januari
1932.
52,9
40,8
74,0
12,08 47,6 89,6
Februari 1932.
55,2
43,1
76,3
11,93
47,9
93,4
Maart
1932.
56,8
–
44,0
–
78,0
–
–
11,97
48,0
–
98,4
–
April
1932.
56,5
–
46,7
–
73,5
12,53
–
47,0
98,5
Mei
1932.
60,0
52,4
73,1
12,74 40,2
101,1
21 December 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1019
conjunctuur in deze periode heeft aangenomen, komt
in alle gegevens tot uittng. Het aantal werkzame
verknerners lie]) van 15.25 millioen op het einde van
Juni 1931 terug tot 1.2.75 millioen
0])
het einde van
Mei 1932, terwijl het percentage werkloozen opxler
cle leden van de vakvereenigingeii steeg van 32.2 tot
46.2. Volgens speciale ‘berekeningen bedroeg het aan-
tal werkloozen in het midden van 1032 meer dan
7 niillioen me.nschen, waarvan slechts 4,5 millioen
openbaren steun genoten. in overeenstemming hier-
mede was de achteruitgang van de industriëele pro-
ciuctie van 74.4 pOt. (1928 = 100) tot 52.3 pOt., die
zich tamelijk gelijkmatig over cle industrieën van pro-
cl uctiemi ciclelen en van consumptiegoederen u itstrekt.
Verdere bijzonderheden blijken uit het volgende
overzicht, waarin alle belangrijke indices, zooals de
wagonverladingen van de Reichsbahn, de omzet vol-
gens de betalingen. in het postchècueverkeer, de uit-voer en de niassakoopkracht op grond van de bijdra-
gen aan cle werkiooshei dsverzeker.i ugen, zijn opge-
nomen.
Indien de beide laatste indices betrouwbaar zijn,
dan is de afzet van het bedrijfsleven in het buiten-
land in de periode van midden. 1031. tot midden 1032
met rond 43 pOt., in het binnenland met 29 pOt, af-
genomen. Dit beteekent een verdere verscherping van
de algemeene prijsdaling, die bijzonder duidelijk uit
de ontwikkeling van den index van groothandelsprij-
zen voor induntriëele fahrikaten blijkt. De prijsindex
van productiemiddelen, clie in November 102.8 met
138.6 zijn hoogste punt i)ereikt had, daalde van 130.9
in Juli 1931 tot 11.8.2 in Juni 1932. De prjsindex van
i ndustriëele consumptiemi d.d
dcii
geeft dezelfde be-
weging zelfs nog scherper weer; hij verminderde
tegenover den hoogsten stand, die in November 1028
met 176.1 werd bereikt, van 1.41.1 in Juli 1031 tot
1.1.7.3 in Juni 1.032. De daling in een jaar was dus
even groot als in de Periode van einde 1028 tot mid-
den 1931.
Tegen het einde van cle eerste helft van 1032 be-
gon de invloed van de krachten, die tot dusverre voor
de verscherping van de depressie verantwoordelijk
waren geweest, af te nemen. De politieke verhoudin-
gen waren na de verkiezipgen in het voorjaar en met
het optreden van het kabinet-Von Papen eenigszins tot
rust gelcomen. De toestand van de staatsfinanciën
bleef weliswaar nog zeer ‘bedenkelijk, maar niettemin
voor een consoliclatie door een politiek van kleine
middelen vatbaar. Zoo bracht de noodverordening
van Juni 1032 geen maatregelen, clie in de kringen
van ondernemers oi erustigen tegenstand zijn ge-
stuit; de maatregelen werden veeleer op kosten van
het inkomen uit loon genomen.
Van bijzondere beteekenis was echter de algemeene
overtuiging, dat de creclietcrisis, zoowel in liet bin-
nenlandsche bankwezen als oolc in het verkeer met het
‘buitenland, als overwonnen kon worden beschouwd en
dat goede verschijnselen van een consolideering van
het geld- en crecli.etwezen waren waar te nemen, welke
cle Reichsbank en (le banken van den dwang van eeh
sterlce credietcontracti e onthi even.
De deflat’ie had echter niet slechts in een econo-
misch, maar vooral ook in psychologisch opzicht haar
grenzen bereikt. :De onrust en ellende van de massa
was zoover gevorderd, dat geen enkele regeering zich
meer kon onttrekken aan de noodzaak van een actieve
conjunctuurpolitiek, zij het slechts door werkver-
schaffing van de
zijde
van de publiekrechteljke licha-
men, zij het door een
‘belangrijke
ontlasting van het
particuliere bedrijfsleven. De regeering Von Papen
gebruikte. ‘beide middelen, hoewel het zwaartepunt bij
het tweede lag. Met ‘behulp van de Reichsbank werden
aanzienlijke bedragen
bijeengebracht
om door ee.ii uit-
breiding van de investeeringen van de Overheid
0])
liet gebied van den woningbouw, van den wegenaan-
leg en van het verkeerswezen een verderen teruggang
van de bedrijvigheid te vermijden. –
Belangrijker nog dan de werkverschaffi ngsprojec-ten, d.ie bovendien slechts langzaam werden doorge-
voerd, was de poging tot ontlasting van het bedrijfs-
leven, die in het bekende Von Papen-plan tot uitvoe-
ring kwam. De grondgedachte’bestaat daarin de ere-
clietwaardigheicl en cle rentabiliteit van het particu-
liere bedrijftieven te verhoogen door de uitgifte van
helastingbonnen, die voor cle betaling van belastingen
in latere jaren Icunnen worden gebruikt of reeds
thans kunnen worden verkocht, verclisconteerd of be-
leend. Dit plan werd in de kringen van de Duitsche
ondernemers goed beoordeeld, maar door de arbeiders
scherp afgelceurd.
Aan al deze factoren is het toe te schrijven, dat
de conjunctuur sedert het midden van dit jaar niet
ongunstiger is geworden. Indien men de belangrijk-
ste indices voor de periode van het midden van het
jaar, die in cle beide tabellen zijn weergegeven, met
clie voor cle periode van midden 1931 tot midden 1932
vergelijkt, dan is de
belangrijkste
indruk die van een
stabilisatie van de conjunctuur op haar huidig diep-
tepunt. Zoowel de afzet in het buitenland, die uit cle
uitvoercijfers bljict, als ook de binnenlandsche koop-
kracht, wier ontwikkeling uit de cijfers betreffende.
de toeslagen op het loon ten gunste van cle werkloo-
zenverzekering is af te lezen, zijn in de laatste maan-den nauwelijks veranderd. De prijsdaling duurt welis-
waar nog voort, doch het tempo ervan is vertraagd.
Tot een gunstiger oordeel kan men komen, in-
dien men zich zonder verdere analyse tot de ontwik-
keling van cle productie en van de arbeidsmarkt be-])erkt. Immers, liet aantal werkloozen in de vakver-
eenigingen, dat met 47.1 pOt, in Augustus van dit
jaar. het hoogtepunt heeft bereikt, is tot 45.5 pOt. in
October gedaald, terwijl het in 1931. sterk is gestegen.
Postcheque-
1
Uitvoer in
1
De bijdr. van
j
bonen ten beh.
1
Prijsindex van fabrikaten (1913
=
100)
1
__________________________________
Index van de
reagibele
verkeer in
(MilI, R.M.)
Millioenen
R.M.
v.d. werkloos- heidsverzeker.
1
goederen
1
prijzen
Totaal
1
Productie-
1
t
Consumptie-
–
(Mill.R.M.)’)
middelen
goede ren (1913 =100)
1
931132
1932
1
1931
1
32
19321
1931/32
1932
1
1931132
1
1932
1
1931132
1
1932
1,1931132
1
19
3
2
1
5114
4309
747
454
119,2
85,1
136,7
117,7 130,9 118,2 141,1
117,3
65,2
45,1
Juli
…………..
4811
4194
827
431
105,6
84,8
136,3
116,9 130,7
118,1
140,6
116,0 68,2 45,3
5317
4082
803
428
126,5
86,0
135,8
115,8 130,7
117,7
139,7 114,3
63,5
48,6
Juni
…………….
September ……….
4878
..
4090
835
444
119,1
84,9
134,6
115,2
130,5
117,1
137,8
113,8
56,8
54,0
Augustus
………..
5421
.
4261
879
482 117,9
83,5
133,4
114,7
130,2 116,9 135,8
113,0
57,1
54,1
October
………….
November ………..
4737
749
475
104,9
132,1
114,2
129,3 116,4
134,2
112,5
57,9
63,0
December
………..
4892
78
103,2
1
130,4
127,7
132,4
55,8
51,52)
Januari
1932 ……
4702
542
‘
95,8
.
125,2
122,9
126,9
53,0
Februari
1932 ……
4212 538
,.
88,3
122,2 120,3
123,6
51,7
Maart
1932
……
4373
527
82,7
120,7
119,7
121,5
50,0
April
1932 …….
4587
481
82,4
119,7 119,5
119,9
48,8
Mei
1932 …….
4191 447
83,7
118,8 118,8
118,8 47,7
De heffing van het loon oedraagt.
6
0
1
o
. Vermenigvuldigt men de bovengenoemde cijfers met
15,8,
dan krijgt men on-
geveer het bedrag van het totale looninkomen van het grootste deel van de nog werkzame arbeiders.
Midden December.
1020
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21 Decefrtber 1932
liet aantal werkzame werknemers is van Juni tot Oc-
tober van dit jaar met rond 130.000 toegenomen, ter-
wijl het in dezelfde periode van het vorige jaar met
ruim 11.25 millioen daalde. De index voor cle totale
productie steeg van 5913 tot 60.9 en wel die voor de
voortbrenging van productiemiddelen van 42.6 tot
48.3, die voor de voortbrenging van consumptiemid-
delen zelfs van 68.1 tot 32.9; hij stijgt daarmede zelfs
voor de eerste maal hoven den s-tand van het vorige
jaar. –
De conclusie, dat niet slechts een stabilisatie, maar
zelfs een wezenlijke verbetering van de conjunctuur
s ingetreden, is niet zonder meer gerecht’aardigd.
In de eerste plaats moet een vergelijking met het
voorjaar gemakkelijk tot een verkeerde conclusie lei-den, omdat het voorjaar orn bijzondere redenen in het
teeken van een scherpen conj u.nctuurdruk stond,
waarin normale seizoensinvloeden hun werking niet
konden doen gevoelen. Vergelijkt men daarentegen
de ontwikkeling sedert midden 1932 met een normaal
jaar, dan blijkt, dat cle toename van cle productie en
van de bedrijvigheid voor een deel aan seizoeusinvloe-
den is toe te schrijven.
Bovendien spelen ook verschillen in de afzonder-
lijke bedrijven een groote rol. Zoo was bv. de stijging
van cle productie van kolen en ijzer veel grooter dan
de normale sei zoens-beweging. Betrekkelijk gunstig
ontwikkelde zich ook de afzet van bouwmaterialen
(cement) en van kunstmeststoffen. Ook de katoenin-
dustrie gaf aanmerkelijk hoogere productiecijfers te zien. Daarentegen was de ontwikkeling in de eigen-
lijke industrie van fabrikaten rustiger, hoewel in geen
geval meer zoo ongunstig als in cle eerste helft van dit jaar. De procluctiestijgi.ng is overigens voor het
grootste deel daaruit te verklaren, dat handel en in-dustrie langzamerhand ertoe zijn overgegaan, in de
verwachting van een komende opleving, hun zeer
beperkte voorraden weder aan te vullen.
Het verschijnsel van het overwinnen van het con-
janctureele dieptepunt in de. periode van Juli tot
October 1.932 kan dus niet worden geloochend. Sedert-
dien is op enkele gebieden een teiugslag ingetreden,
welke in de beschikhaie cijfers nog niet tot uiting komt. Deze terugslag, die uit de beweging van de
reagihele goeçlerenpiijzen blijkt, is hoofdzakelijk te
verlclaren uit de tot het optreden van het kabinet
Schleicher bestaande onzekerheid over den economisch-
politieken koe-•rs van de volgende maanden; hij zal
waarschijnlijk spoedig overwonnen worder. Aan den
anderen kant zullen ‘echter seizoensfactoreu in de
volgende maanden in den zin van een verhooging van
de- werkloosheidscijfers en van een daling van de pro-
-ductie hun invloed doen glden. Eerst in het komen-de voorjaar zal blijken, of de tijd voor een overwin-
ning van de depressie reeds gekomen is en of de ver-
wachting van de ondernemers op een stijging van den
afzet waarheid wordt. Op een behandeling van deze
vragen zuilen wij iii een voigcnd ‘artikel térugkomen.
WIE ZOU GEBAAT ZIJN BIJ EEN AMERIKAANSCH
INVÔERRECHT OP PHILIPPIJNSCHE SUIKER?
be 1ier L. A. 11. Peters, Nedi1cdsch Landbouw-
Atittch5 fe Washiigton schrijft ons:
Welke de vemoeclelijke gevolgeic zouden zijn ‘van de –
heffing vati een invoerrecht door de ‘Vereenigde Sta-
ten op suiker dr Philip,pijnen ‘bespreekt TR. I. Noweli
in een artikel in het ,J’ourna1 of Farm Economics”
van October 1932.
De Amerikaansche landbouwers,., voorzoover zij be-
lang hebben bij suiker en olie (phiiitaardige en dier-
lijke), hebben de onafhankelijkhid der Philip1iijnen
0])
hun program van actie staan, niet om ideëele en
ethische redenen, doch om aisdona invoerrechten te
gaan heffen op de landbouivprclucten, welke, thans
i’rij kunnen worden ingevoerd uit dez buitenbezi-t-
tung. De landbouwers verwachten, door toepassing der invoerrechten op deze producten een beteren prijs voor
hun eigen voortbrengselen. Nowell gaat na, of de prijs
van suiker inderdaad zou stijgen in cle Vereenigde
Staten.’
Minder clan een vierde -deel van cle in de Vereenig-
de Staten geconsumeerde suiker is geproduceerd op
het vasteland der Unie. Gedurende cie jaren 1917-1922
verzorgde de con ti nentale productie van hiet- en riet-
suiker gemiddeld 23.4 pOt. van het verbruik; cle
buitenbezittingen leverden 23.0
–
pOt., Cuha 50.3 pOt.
en het overige bu itenlanci 3.3 POt. In de tien
jaren na den oorlog verminderde liet aandeel der
continentai.e productie, doch in 1931 was dit aan-
leel weer op het vroegere peil gekomen. De invoer ui’t
de bui tenbezi ttingen is voortdurend toegenomen, ”oor-
al echter dle invoer uit de Philippijne. In Hawaï,
Puerto -Rico en de Virgin islandis is de grens der
productie-uitbreiding vrijwel bereikt, doch
0])
de Phi-
lippijnen, waar nog groote oppervlakten voor suiker-
,rietcultuur beschikbaar zijn, is dit nog niet het, geval.
Gedurende de jaren 192411928 leverde Cuba gemici-
deld 54.1 pOt. van het verbruik in de Vereenigde
Staten, doch nadien is dit aandeel verminderd, totdat
het in 1931 slechts 37.2 pOt. bedroeg. De uitvoer
‘van Cuba naar de •Vereenigde Staten is ook afgeno-
men in verhouding tot den totalen uitvoer uit Ouha;
gedurende ‘de jaren 1924f1928 was 19.2 pOt. van
Cuba’s export bestemd voor de Vereenigde Staten, in
1931 was dit -percentage gedaald tot 76.5.
Aangezien suiker gemakkelijk kan worden be-
waard en vervoerd, is de suikerprijs over de geheele
wereld ‘vrijwel gelijk, met inachtneming van tarieven
en vrachtkosten; Cuba is cle voornaamste producent en
exporteur van suiker en Ouba verscheept naar ver-
schillende belangrijke markten, zoodat de- prijs f.o.h.
Bavana wel als basis voor den wereldprijs van suiker
kan gelden. –
Door cle Smoot-Hawley Tariefwet van 1930 werd
het invoerrecht op suiker van 96 graden vastgesteld
op $ 2.50 per 100 lbs.; op grond van het Reciproci-
teitsverdrag van 1903 geniet Cuba eene reductie van
20 pOt., zoodat liet invoerrecht op Cu’baansche
suiker $ 2.00 per -100 lbs bedraagt. Aangezien Cuba
bereid en in staat is, om al de suiker aan dle Ver-
eenigde Sta-ten te leveren, die :noodig is om de procluc-
tie van continent -en buitenbezittingen aan te vullen,
maakt die $ 2.00 de eigenlijke bescherming uit. De
kosten van beschermende invoerrechten worden ge-
voonlijk ten deele door de vreemde producenten en
ten deele door de inheemsche cosurnenten gedragen.
De verdeeling van deze kosten hangt af van de ver-
houding tusschen de elas-ticiteit van het aanbod eener-
zijds en de elasticiteit van de vraag anderzijds. In het
onderhavige geval is herhaaldelijk aangetoond, dat
de iniroerrechten zoo goed als geheel komen ten laste
der consumenten. Wanneer deze invoerrechten ten
‘ol1e voor rekening van den verbruiker kwamen, zou
liet Amerikaansche volk in 1931 een ‘bedrag van 250
millioen Dollar betaald hebben op grond van het
suikertarief. Van deze 250 millioen werden er 98 in
dle Schatkist gestort in dien vorm van betaalde invoer-
rechten, terwijl cie resteerencie 1,52 millioen ten goede
kwamen aan de suikerproducenten binnen de tarief-
muren. Van deze subsidie ontvingen -cle inheemsche bietsuikèrprodnceuten 50 milhoen Dollar, de rietsui-
.
–
keri-roducen-ten in Louisiana en Floricla 8 millioen,
dlid-U1 Uaivaï 36 millioen, die in Puerto Rico 28 mii-
lioen en die in de Philippijnen 30 millioen. –
De gevolgen van een invoerrecht op suiker der
Philippijnen zouden voor een gröo.t deel afhangen van
de hoogte van dit invoerrecht; aangezien men de Phi-
lippijnen kwalijk’ slechter zou kunnen behandelen ‘dan
Ouba,- kunnen wij gemakshalve’, een in-voerrecht van
$ 2.00 aannemen. .Cuba zou dan een vrachtvoordcel
hebben van. 11 d.é. per 100 lbs. naar havens aan den
Atlantischen -Oceaan. Het gevolg van dit invoerrecht
21 December 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1021
zou zijn, dat de invoer uit de Philippijnen vermoede-
lijk wei niet geheel en al zou worden stopgezet, maar
toch zeer aanzienlijk ingekrompen. Op de basis der
huidige (Juli 1932) suikerprijzen zou cle productie in.
cle Philippijnen waarschijnlijk worden verminderd, zij
liet niet in aanzienlijke mate. Uitbreiding der produc-
tie zou voorloopig zeker onmogelijk zijn. 1-1e-t inkomen
der Ph iii ppijnsche producenten, land ei gen aren en arbeiders, zou belangrijk worden gekort. De vermin-
(lering van den invoer uit cle Philippijnen zou ge-
paard gaan met eene daarmede
vrijwel
gelijkstaande
toename van den invoer uit Ouba. Van de suiker der
Philippijnen zou een grooter gedeelte dan thans ver-kocht worden op de markten in het Oosten. Hierdoor
zou vermoedelijk een grooter gedeelte der Javaproduc-
tie op cle Britschie en Europeesche markten gebracht
moeten worden, hetgeen zonder bezwaar mogelijk zou
zijn, aangezie.n Ouba minder suiker naar deze mark-
ten zou verschepen en meer naar de Vereenide Sta-ten, om aldaar de suiker der Phi.lippijnen te vervan-
gen. Het totale volunien van den internationalen sui-
kerhandel zou dus practisch geen verandering onder-
gaan en vermoedelijk zou minder uitgegeven worden
aan transportkosteiDe inkomsten der Amerikaan-
sche Schatkist zouden op de basis van den invoer van
1931 verhoogd worden met 30 millioen Dollar per jaar.
In de Vereenigde Staten zelf zou do suikerprijs niet beïnvloed woiden, want deze zou evenals voorheen bepaald worden door den prijs te Havana, vermeer-
derd met vrachtkosten en tarief. Cuba zou echter
maatregelen kunnen nemen, 6rn. den suikerprijs met
ongeveer 50 cents per 100 lhs. te doen Stijgen in de
Vereenigde Staten.
Zoolang Ouba mecr suiker produceert dan noodig is,
om de productie in de Vereenigde Staten en in de
buitenbezittingen der Vereenigde Staten aan te vul-
len, moet Cuba voor het overschot eene markt vinden
buiten de Vereeiaigde Staten. Tengevolge van de con-
currentie tusschen de verschillende Oubaansche sui-
kerproclucenten is clo prijs, die gemaakt wordt voor suiker, die naar de Vereenigd Staten wordt geëxpor-
teerd en waar Ouba feitelijk een preferen tie geniet
boven andere vreemde sui kerprod ucenten, niet hooger
dan de prijs, die op andere markten wordt verkregen.
i,T
anneer
Ouha echter den uitvoer van suiker naar
de Vereenigde Staten ging beperken, dan zou liet mo-
gelijk zijn, den prijs te New-York ongeveer 50 cents
per 100 lbs. boven den 1:.Iavanaprijs te brengen; deze
50 cents .is het tariefvoordeel, da-t Oubaansche suiker
geniet ‘boven andere ingevoerde suiker. Om dit plan
van prjsverhooging te kunnen uitvoeren, zou door Ouba- een monopolie voor de naar de Vereenigde
Staten uit te voeren suiker ingesteld moeten worden.
De ,,Nationai Sugar Planters Association of Ouba”
heeft een dergelijk plan reeds verscheidene jaren in
beraad. De voornaamste reden, dat een dergelijk plan tot heden
–
niet is uitgevoerd, is gelegen in de vrees, dat
door cle prijzen te verhoogen, uitbreiding der produc-
tie i.n de Philippijnen zou worden bevorderd, waardoor
het doel der restrictie zou worden verijdeld. In de
laatste tien jaren heeft Ouba zijn aandeel in de Ame-
rikaasche suikormarkt zien vcrmincleren ten hate van
de Pliilippijnen en een invoerrecht op Philippijneu-
suiker zou deze bedreiging van den Cubaanschen afzet
wegnemen en zou Cuba in staat stellen door een sui-
ker-export-monopolie de prijzen in de Vereenigde Sta-
ten te verhoogen. De verhoogde prijs zou misschien
gepaard gaan met een geringe inkrimping van, het
verbruik in cle Vereenigde Staten en van een geringe
uitbreiding der productie op het vasteland der Ver-
eenigde Staten. Deze gevolgen zouden echter gering
zijn in vergelijking met het voordeel, dat Cuba zou
winnen door belasting van cle suiker der Philippijnen.
Een bepaalde, minder radicale, groep in het Con-
gres der Vereenigcle Sta-ten, zou den vrijen invoer
van suiker cii t cle Philippijnen willen, beperken’ tot
eeir bepaalde hoeveelheid, van b.ijv. 500.000 tot 600.000
ton. Wat betrf t de inheemsche producenten zou deze
beperking evenveel invloed hebben op den suikerprjs
als een invoerrecht op suiker der Philippijnen en
voor Cuba zou evenzeer de mogelijkheid bestaan zijn
preferen-tiëel recht in een hoogeren prijs om te zetten,
als bij heffing van het invoerrecht op Philippijnen-
suiker, aangezien de bedrei.ging van uitbreiding der
productie der Philippijnen ook dan niet meer zou
bestaan.
Eene contingenteering van den vrijen invoer zou
voor de Philippijneii minder ‘bezwaarlijk zijn dan een
1
invoerrecht; de Philippijnen zoudendeelen in het
on-
middellijke voordeel van eene prijsverhooging door de
Cubanen. De producente in de Vereenigde Staten
en in de buitenbezittingen zouden natuurlijk oôk het
– voordeel hebben van een dergelijke – prijsverhooging,
ten koste van den Amerikaanschen verbruiker. De
Schatkist zou -bij contingenteering van den vrijen in-
voer weinig baat hebben in vergelijking met een ver-
hoogd inkomen van $ 30 millioen in het geval een in-
voerrecht werd gelegd op allen invoer uit de Philip-
pijnen.
SCHATTING VAN DE WERELDSUIKERPRODUCTIE IN
1932133. WERELDVERBRUIK, IN- EN UITVOER VAN
–
SUIKER IN 1931132.
Dr. Gustav Mikusch te Weenen -schrijft ons:
De wereldsuikerproductie bestaat hoofdzakelijk,
zooals algemeen bekend, uit biet- en rietsuiker. Palm-en maïssuiker zijn van weinig belang en worden daar-
om zelden in de suikerstatistieken opgenomen.
De bietsuikercampagne is voor het grootste gedeel-
te in Europa en Amerika ten einde. Er is alleen nog
één duister punt: de productie van de Sovjet-Unie,
waarover, ondanks liet gevorderde seizoen, nog altijd
geen betrouwbare schatting bestaat.
Voor Europa, afgezien van de Sovjet-Unie, rekenen
1
wij niet een suikeropbrengst van 5.413.000 metr. ton-
nen ruw suikerwaarde tegenover 5.990.000 en
– 3.648.000 tonnen in de beide vorige campagnes, terwijl
in onze eerste schatting
1)
een productie van 5.397.000
tonnen was verwacht. Een vergelijking der
cijfers
in
(ie volgende tabel niet de vroeger gepubliceerde ge-
gevens
1)
toont, dat het resultaat van de campagne in Centraal-Europa tegenviel, terwijl bijzonder in Ne-
derland, Italië en Scandinavië de opbrengst de ver-
wachting overtrof. –
Voor de Sovjet-Unie konden wij in No. 8701) geen schatting geven, alleen maar een op de resultaten yan
vroegere campagnes opgebouwde berekening, die
2.000.000 tonnen gaf. Ook op het oogenblik bestaat er,
zooals reeds gezegd, geen.’ ast aanlcnoopingspiint voor
een schatting. Natuurlijk kan ‘bij een schatting in het
algemeen, ondanlcs de grootst mogelijke nauwkeurig-
heid, geen verantwoordeljidheid voor de juistheid dier
cijfers worden aanvaard, maar voor Rusland moet er
nog bijzonder den nadruk op worden gelegd, dat het
cijfer min of meer willekeurig moet zijn. De productie van bietsuiker in de niet-Europeesche
landen zal vermoedelijk 1.350.000 tonnen bedragen
tegenover 1.279.000 tonnen en 1.301.000 tonnen in
1931f’32 en 1930/’31.
De- suikeropbrengst van Java 1931 is bij den wereld-
oogst van 1.931/’32 en cie productie 1932 bij dien van 1932[’33 gerekend. In een statistiek, diie niet alleen de
productie, maar ook verbruik en citvoer omvat, is dit
wel niet anders mogelijk, daar liet verbruik en de uit-
voer gedurende de periode van April 1.931 tot Maart
1932 toch niet anders dlan ‘bij het oogstjaar 1931/’32
kunnen worden gerekend. Wanneer echter alleen de
prodiuctie in aanmerk:ing komt, dan kan heel goed cle
productie van Java, die in 1e periode van April tot
November 1.931 werd voortgebracht, – ook iii den we-
relcloogst 1.9 30’/’31. worden opgenomen.
1)
Zie EconomischStatistische. Beric1iter
,vimn 31 Aug. jL
1022
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21
December
1932
Raming van de werelsi.cikerproiiuctie
in 1.000 metrieke tons ruwsuikerwaarde.
Raming
Productie
1932/’ 33 1931/’32 1930/’31
A. Bieten:
Europa:
Duitschland …………….1.075
1.595
2.547
Dantzig ……………….20
22
38
Tsjechoslowakije ………..630
814
1.143
Oostenrijk ……………..164
163
150
Hongarije ……………..105
125
234
Frankrijk ………………
910
874
1.205
België …………… . ……
245
205
283
Nederland ………………240
172
296
Polen ………………….420
493
782
Denemarken ……………187
122
168
Zweden ……………….231
144
187
Italië …………………322
363
415
Spanje ………………….238
402
322
Joegoslavië ……………..73
86
103
Roemenië ………………..64
48
182
Bulgarije ……………….27
26
58
Engeland ………… . ……
.360
284
479
Ierland ……… ………..26
6
26
Overig Europa (Zwitserland,
Letland, Lithauen, Euro.
peesch Turkije, Azoren).
76
46
30.
Europa (zonder Sovjet-Rusl.)
5.413
5.990
8.648
Sovjet-Rusland …………1.080
1.493
1.979
Totaal Europa ………..6.493
7.483
10.627
Amerika:
Vereenigde Staten ……….1.240
1.175
1.217
Canada, Argentinië ………58
59
49
Totaal Amerika ……….
1.298 1.234 1.266
c.
Australië:
Victoria (Maffra) ………..
6
6
4
d.
Azië°
Japan (Hokkaido) ……….
27
27
24
Turkije (Anatolië) ……….
12 10
6
Korea, Mandsjoerije, Perzië
7
2
1
Totaal Azië …………..
46
39
31
Bietsuikerproductie ………
.
7.843 8.762 11.928
B. Riet:
Europa:
Spanje ………………..22
21
22
Noord-Amerika:
Louisiana en Florida ……..205
166
194
Portorico ………………850
900
710
Hawaï ………………..940
933
905
Maagdeneilanden ………..5
4
2
Cuba …………………2.050
2.678
3.214
Britsch-West-Indië ………300
.
292
219
Martinique en Guadeloupe
66
67
61
Santo Domingo und Haiti
447
459
390
Mexico ………………..23.5
246
293
Midden.Ainerika ………..116
127
152
Zuid-Amerika:
Britsch-Guyana …………130
128
130
Nederlandsch.Guyana …….
20
21
22
Argentinië’) ……………338
346
382
Brazilië ……………….930
975
937
Peru’) ………………..380
402
391
Overig Zuid-Amerika
76
89
73
Totaal Amerika ……….7.088
7.833
8.075
Azië:
Britsch-Indië …………..4.400
4.264
3.531
Java ………………….
2.7702)
3.004
3.171
Japan en Formosa ……….947
1.154
932
Philippinen …………….1.100
1.000
795
Overig Azië …………….270
270
230
Totaal Azië …………..9.487
9.692
8.659
Afrika:
Egypte………………..150
147
122
Mauritius………………248
167
. 225
Réunion……………….52
43
50
lInie van Zuid-Afrika …….320
296
357
Overig Afrika …………..161
127
132
Totaal Afrika …………931
780
886
‘) Suiker tel quel.
2)
De Java-suikerproductie voor het
jaar 1933 zal 1.400.000ton ruwwaarde bedragen.
d.
Australië:
Queensland en Nieuw Zuid-
Wales……………….
552 610
545
Fidji………………….
140
73 93
Totaal Australië ……….
692 683 638
Rietsuikerproductie ………
18.220
19.009
18.280
Wereldsuikerproductie ……
26.063
27.771
30:208
Gezien het feit, dat Java in 1933 vermoedelijk
1.400.000 tonnen zal produ.ceeren, veranderen bij de laatstgenoemde methode, clie de productie van 1.933
bij den oogst 1932/33 rekent, 1932 in 1931/32, 1931 in 1930/’31 enz., de cijfers als volgt: productie 1932/
’33 24.693.000 tonnen, 1931./’32 27.537.000 tonnen en
1930/’31 30.041.000 tonnen.
Dein methode geeft en vermindering der suiker-
opbrengst van het oogstjaar 1931/’32 op dat van 1932/
’33 van 10.33 pOt., terwijl volgens de door mij gewoon-
lijk gebruikte cijfers de productie met 6.15 pOt. zou
zijn afgenomen.
Deze vermindering is door daling van de op-
brengst in de suikeruitvoerende of wel hun be-
hoefte door eigen productie delende landen veroor-
zaakt. De suikeruitvoerende of zichzelf verzorgende
landen zullen vermoedelijk 9.716.000 + 3.566:000 ton-
nen tegenover 11.383.000 + 4.273.000 tonnen in 1931/
’32 voortbrengen, terwijl de suikerinvoerende landen
een vermeerdering der productie (12.781.000 tegen-
over 12.115.000 tonnen) doen verwachten. De uitvoer-
landen staan tegenover deze ontwikkeling machteloos.
Geen technische vooruitgang, geen goedkoope produc-
tie, geen commerciëele schranderheid kan verhinde-
ren, dat de tot nu toe suikerinvoerende landen er
naar streven zich onafhankelijk te maken en hun in-
dustrie door hooge tolmuren te beschermen.
Wat de suikerbeweging (verbruik, invoer en uit-
voer) in de campagne 1931/’32 betreft, staat een pro-
ductie van 27.771.000 tonnen tegénover een verbruik
van 26.920.000 tonnen. De hoop, dat verleden jaar
productie en consumptie tegen elkaar zouden opwe-
gen, heeft zich niet vervuld, want de opbrengst was
grooter en het verbruik minder dan oorspronkelijk
werd verwacht. Dus voor 1931/32 heeft een nieuwe
vermeerdering van de voorraden plaats gevonden.
Hoe groot deze voorraden zijn, laat zich niet juist
vaststellen, maar men kan wel met eenige zekerheid
aannemen, dat de voorraden op het oogenblik ruim
7.6 millioen tonnen hooger zijn dan normaal. In de
landen, waar een regelmatige contrôle op de. voor-
raden bestaat, bedragen deze thans 6.9 millioen ton-
nen tegen ruim 1.4 millioen normaal.
1-let trekt in de onderstaande tabel misschiën de
aandacht, dat de geheele invoer in 1 931/’32 grooter
was dan de geheele uitvoer, wat onlogisch schijnt. Niettemin kan in een bepaalde campagne zulk een
verschijnsel voorkomen, want de periode van twaalf maanden, die als campagnejaar wordt beschouwd, is
in de verschillende landen niet gelijk. Bovendien ver-
toonen zich verschuivingen tusschen de campagne van
uitvoer en die van invoer tengevolge van den transport-
duur en het is dus heel goed mogelijk, dat in een
campagne de invoer gedeeltelijk uit den uitvoer van
de afgeloopen campagne wordt verzorgd. Natuurlijk
mag zich in een goed samengestelde statistiek dit
verschijnsel niet onbeperkt herhalen.
Wat zijn nu de vooruitzichten voor de situatie in de
campagne 1932/’33? Zal de productie nog een keer
de consumptie overtreffen of zal eindelijk een ver-mindering van de surplusvoorraden plaats vinden?
Dat hangt er van af, hoe zich de feitelijke suiker-
opbrengt tot de schatting verhoudt en hoe het ver-
bruik zich ontwikkelt. Ondanks cle grootste zorgvuldigheid hij de uitwer-
king van, een schatting, kan het resultaat gemakke-
lijk. een paar honderdduizend of zelfs een millioen
tonnen grooter of kleiner dan de schatting zijn. Wan-
21 December 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1023
Wereldstikerverbrui/c. In- en Uitvoer van Suikert)
in 1.000 metrieke tons ruwsujkerwaarde.
Verbruik
Invoer
Uitvoer
1931/ 1930/ 1931/ 1930/ 1931/ 1930/
’32
’31
’32
’31
’32
’31
Europa:
Duitschiand
1.492 1.690
Tsj.-Slowakije 396
401
Oostenrijk
.
200
195
Hongarije
.
93 114
Zwitserland
183 183
Frankrijk..
1.018 1.089
België
232
227
Nederland
.
325
319
Groot-Britt.
2.184
2.268
Polen
332 372
Sovj..Rusl.C)
1.600a)
1.650
,1
)
Denemarken
197
193
Zweden
265
267
Italië
336
369
Spanje..
315 297
Overig
Eur.C)
822 880
Totaal Eur.
9.990 10.514
Azië:
China en
Hongkong
1
))
720a)b)
905′
)
)
Britsch-Indië
4.950
4.549
Japan en
Formosa
935
905
57
265
93 250
Java
….
..302
395d) –
–
1.629 2.144(1)
Philippijnene)
45)
40)
la)b) Ib) 950a)b) 757b)
Overig Azië
526a)b) 557b)a)
541a)b)
573a)b)
65a)b) 67a)b)
Totaal Azië
7.478
7.351 1.812
2.711
2.792
3.271
Afrika:
Egypte….
125
94
5)
9
5fl)
4
Unie
v.
Zuid-
Afrika .. 170)
173
5fl)
5
145
175
Mauritius..
12
11
–
–
160)
210)
Overig Mr.
366)’
)
) 386b)
326a)’
)
) 351′
)
)
135a)b) 1571))
TotaalAfrika
673
664 336
365 445
546
Amerika:
Ver. Staten
5.918
6.064
Hawaï
20
20
Portorico en
2.885
3.174
59
75
Maagden-
eilanden
50
50
Cuba
150a)b) 152b)
–
–
2.603a)b)2.769b)
Canada en
New-
Foundiland
444a)b)
466′
)
)
419a)b) 441′))
7a)b)
8′))
Britsoh W.
Indië en
Guyana
44fl)’))
44′
)
)
5fl)’))
5′
)
)
388a)b) 303b)
FranschW.-
Indië
5,1)
5fl)
–
–
62fl)b)
55fl)’))
Haïti en San
Domingo
28
29
–
–
437)b) 337′
)
)
Mexico…
200
211
–
–
50)
27
Overig Mid-
den Ame-
rika
.
96)’
)
)
96b)
la)’))
1′
)
)
33a)b)
38a)b)
Argentinië)
345
385
–
5
–
4
Brazilië
840)
850)
–
–
40a)b)
lib)
Peru)
59
61
–
–
356
339
Overig Zuid-
Amerika
204a)’))
222a)b)
124a)b) 153a)b)
25a)b)
25a)b)
Totaal Arner. 8.403 8.655 3.434 3.779 4.060 3.991
Australië: Australië
(Vasteland) 315a)b) 322′)) –
–
300a)b) 225a)b)
Overig Austr.
61a)b) 67b)
58a)b) 63b)
66)’
)
) 69b)
Totaal Austr. 376
389
58
63
366
294
Wereld…. 26.920 27.573 9.495 10.288 9.430 10.413
‘) Zonder de donkere suiker der kleine molens in Azië en
Zuid-Amerika.
–
fi)
Geschat; ‘))Kalenderjaar 1932 en 1931;
C)
Inci. het
Aziatische gebied van Sovjet-Rusland en Turkije;
Cl)
De cam-
pagne 1930/’31 heeft alleen betrekking op 11 maanden (Mei!
Maart); ) Exel. de op de Phi.lippijuen verbruikte Mosco-
vadensuiker;
f)
Suiker tel quel; Kalenderjaar 1931, resp. 1930.
neei- een afwijking naar boven plaats heeft, en mis-
schien tegelijkertijd de ontwikkeling van het ver-
bruik tegenvalt, kan het makkelijk gebeuren, dat de
productie grooter is dan de consumptie.
Voorzoovei- men tot nu toe kan beoorcleelen, vcr-toont zich in de statistisch regelmatig gecontroleerde
landen in het algemeen een teruggang van het ver-bruik, welke echter niet zoo sterk is als die van het
oogstjaar 1930/31 op dat van 1931/’32. De berichten
uit de niet gecontroleerde landen zijn verschillend.
Uit sommige landen wordt een zeer sterke bezuiniging
in het suikerverbruik vermeld, terwijl in een paar
landen, ondanks de malaise, een vermeerdering der
consumptie valt waar te nemen.
Een gunstiger verhouding tussehen opbrengst en
verbruik zou natuurlijk een vermindering van de
voorraden tot gevolg moeten hebben. Toch is een
teruggang der statistisch gecontroleerde surplusvoor-
raden nauwelijks te verwachten, voor dat de sterke
inkrimping der productie in den oogst 1933 op Java
en Cuba ook in d voorraden van deze landen tot
uiting komt.
Nadruk verboden.
AANTEEKENINGEN.
Statistiek betreffende de hypotheekrente.
De ontwikkeling van de rente op korten en langen
termijn vormt zonder twijfel een belangrijk onderdeel
van de conjunctuurbeweging. Volgens sommige econo-
misten is de ontwikkeling van de rente op langen
termijn zelfs een van de belangrijkste oorzaken van de
veranderingen in het economisch leven. Hoe men het
verband ook wil leggen, een feit is het, dat verande-
ringen in de conjunctuur met veranderingen in de
rente gepaard gaan.
Van belang is in dit opzicht, dat ook •de marge
tusschen de rente op korten en langen termijn aan
schommelingen onderhevig is. Hiervoor zijn verschil-
lende oorzaken aan te wijzen. De vraag naar kapitaal
kan toenemen, waardoor de rente op langen termijn zal
stijgen, indien er geen grooter aanbod van kapitaal
plaats vindt. Verder kan het aanbod van kapitaal af-
nemen tengevolge van wantrouwen in beleggingen op langen termijn. De laatstgenoemde factor doet zich vôoral in tijden
van crisis voor en is ook thans duidelijk waarneem-
baar. Terwijl de rente voor geld op korten termijn op
verschillende internationale centra tot een ongekend
laagtepunt is gedaald, is van een sterke verlaging
van de rente op langen termijn nog in het geheel
geen sprake. Hieibij moet men echter niet uit het oog
verliezen, dat de fluctuaties van de rente op langen
tel-mijn veel geringer zijn dan die van de rente op
korten termijn. Bovendien heeft de rente voor kort
crediet hij cle dalende renteheweging in het algemeen
de leiding in dien zin, dat deze eerst daalt en pas
geruimen tijd
later de rente voor geld op langen ter-
mijn. Bij een stijgenden rentestand neemt men ge-
wodnljk dezelfde volgorde waar.
Uit het voorgaande blijkt reeds, dat het van groote
beteekenis is de ontwikkeling van den rentestand
nauwkeurig te volgen. De rentestand op korten ter-
mijn levert in het algemeen geen moeilijkheden op.
In de meeste landen bestaan goede statistieken over
de ontwikkeling van het particulier disconto en de
callrente. Ditzelfde is niet het geval met de rente
voor lang crediet.
Bij het onderzoek naar de ontwikkeling van deze
rente stuit men in het algemeen op de moeilijkheid,
dat hiervoor geen volkomen betrouwbare maat-
staf is te vinden. Meestal neemt men hiervoor
het rendement van eersteklas obligaties. Ook voor
de kapitaalrente in Nederland was men tot het einde
van het vorige jaar op een op deze wijze berekend ge-
geven aangewezen. Het Centraal Bureau voor de Sta-
tistiek vermeldde in zijn Maandschrift deze rende-
meutscijfers, maar heeft de publicatie hiervan aan
het einde van 1931 gestaakt. Zoodoende is men in ons
20
17
119
431
– – 505 570
18 68 – –
– –
57 84
178
178
1
–
386
357
306
312
71
36
58
74
179
90
38
54
2.251 1.872
281
134
– – 242 299
46
41
129
304
63
36
1
1
99 86 – –
5
6
9
10
539
583
21
38
3.855 3.370 1.767 2.311
500fl)’)) 725′))
– h) –
b)
713 1.147
55fl)
53
1024
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21 December 1932
land
op
het oogenhlik van elk
direct
gègeven betref-
fende de
kap
i taalrente verstoken.
Afgezien van het feit, dat een rendernentscijfer van
obligaties voor ons land ontbreekt, meenen wij, dat
een dergelijk cijfer, geen zuiver beeld van
de kapitaal-
rente geeft, vooral niet
in
tijden, zooals wij, thans
beleven.
In cie eerste plaats rijst hier
de
moeilijkheid, welke
obligaties voor een rendementsberekening moe-
ten worden gebruikt. Nog niet lang geleden beschouw-
de men de’staatsobiigaties
als
het
summum
van vei-
ligheici. De koersontwikkeling van
deze
obligaties
werd uitsluitend beheersciit door economische fac-
toren. In de rente
was
geen risicopremie verdiscon-
teerd, zooals dit bij industiiëele en spoorwegobliga-
ties het geval is.
-.
De sterke schommelingen, welke liet rendement van
prima Nederlandsche obligaties in de periode
van
Oct. 1931 tot Sept. 1932 heeft vertoond, hebben doen
zien, dat op liet oogenbli k, n east zo i
ver economische
factoren, ook
andere
factoren invloed uitoefenen op hetrendement, zoociat liet als maatstaf voor de rente
op langen termijn niet geheel bruilcbaar meer is.
Daarnaast zijn echter nog andere bezwaren aan
dezen
maatstaf
verbonden. Berekent men het
juiste
rendemeit ijan énkele staatsobligat.ies, dan, blijken er vaak fusschen de verschillende types groote verschil-
len te bestaan, die te verlclaren zijn uit ongelijke af-
lossingsvoorwaarden. Tot welke verschillen dit kan
leiden, moge blijken uit het rendement van twee Ne-
dérlandsche staatsobligaties op twee willekeurige data
in dit jaar.
5% 1919
43.%
1917
2
Febr.
1932 ……..4.00
4.78
10
.Mei
1932 ………
3.40
4.60
Op 10 Mei bedroeg dus het verschil in rendement
tusschen een 5 en 4Y2 pOt. Nederlandsche staatsobli-
gatie
meer da.re
één procent.
Teneinde op dit gebied tot een betere voorlichting
te kunnen bijdragen, zullen wij vanaf lieden regel-
matig maandelijks publiceeren de rente van eerste
klas hypotheken, welke
in de voorafgaande maand op
enicele notariskantoren hier te lapde zijn afgesloten.
Voor dit doel hebben wij de welwillende medewerking
verkregen van een aantal notarissen in een zevental
steden in ohs land.
–
• Een dergelijk gegeven lijkt ons een betere maatstaf
voor de kapitaalrente dan het rendement van obli-
gaties. De ontwikkeling van de rente op cle hypotheek-
markt is bovendien heel wat rustiger clan die, welke
berekend wordt uit de koersontwikkeling van obliga-
ties op de beurs, waar allerlei politieke en andere
markttechnische factoren een grooten invloed
qit-
oc,fenen en daardoor het juiste heeld van cle kapitaal-markt kan vertroebelen.
De door bovengenoemde notarissen verstrekte op-
gaven betreffende de rente
van
hypotheken luiden
als volgt: (Nadruk
verlöden.)
Hypotheekrente in Nederla id in
1932
Maand
~
steAr’dnán1
l
Arnheiii
i
–
Gro-
ningen
DenHaag
Volle
eigen-
t
dom
Middel-
burg
Rotter-
dam
Zwolle
Jan.
5
5.23
5.
5.-
Febr.
–
5
5.25
51
5.13 Mrt.
5
5.19
51
5.40
April
5
5.18
5
.
.5.20
Mei
. .
5
5.— 51
5 34.
Juni
.
5
5 03
51
5.40.
Juli…
.
5
5.25
51
5.50
Aug.
.
–
51
5.25
5
5.43
Sept.
5
5-25
5
6.50
Oct…
5
5.18
5..
5.08
Nov.
.
51)
5
52)
.5.17
5.23
5
5.20
5′
‘) Onder de op deze rentebasis afgesloten hypotheken be.
vonden zich er twee, op erfpacht.
2)
Dze rente lietrelt hypotheken met een derde- over.
waarde; een instelling daar
ter
plaatse, welke slechts
50
sj
van de geschatte waarde geeft, belegde in Nov. tegen ij
BOEKAANKONDIGINGEN.
Handwörterbur.h des Ban1wesens.
Her-
ausgegeben von
Prof.
Dr.
M. Palyi und
Dr.
P. Quittner (Berlin 1933. Verlag von
Julius Springer. Prijs R.M. 46; geb.
R.M. 48.80).
.De verschijning van dit boek
kan.in alle opzichten
worden toegejuicht. Immers, tot dusverre ontbrak een
bruikbaar wooi’eieiiboe]c voor vaku itclruk]cirigen van
het bankwezen
en.
voor liet gehcele gebied
van
het
credietwezen.
Bovendien
is door cle n.a-ooriogsche ont-
wikkeling van lt
bankwezen,
zoowel nationaal als
internationaal, een groot aantal nieuwe uitdrukkin.-
gen ontstaan, die
nog
niet altijd scherp geformuleerd
zijn. In deze leemte is door dit
boek
op voortreffelijke’
wijze voorzien.
–
Hoewel liet een woordenboek is,
wordt
toch aan cle
hoofdproblemen van liet bankwezen in belcuopte be-
schouwingen aandacht geschonken. Van belang is
vooral, dat achter -de belangrijkste onderwerpen een
Eter u
ati3ve ‘ookonit. Mede door de medewer-
king van buitenlandsche deskundigen (voor ons land
Dr. S. G. Binnerts en Dr. F. 11. Repelius), is de bank-
litteratuur met een waardevol en tevens betrouwbaar
werk veirijkt.
MAANDCIJFERS.
EMÏSSÏES IN NOVEMBER 1032.
Prov. en Genieentel. Leeningen
zij ode
Aredertand
Prov. Noord.jjollaucj
f
10.000.000 43′
%
obi.
t
100
%
……………….
f
10.000.000
–
Geni.
-dr
nhem
f
1.100.000
44
%
-obi. t 99
% ……..
1.089.000
Geni
Ede
f
1.000.000 5
%
olil. t 98
% ………….. ..
–
930.000
Bank- eer Oredietinstellingen
zijnde:
:Vederla,nd
Obliçnetiën:
N.V. Bank voor Nederland-
sehe
Gemeenten
f
2.500.000
43% obl. t 984
%
Spoorweg-Maatschappijen
zijnde
Frankrijk
Obliya.tiën:
Spoorweg.Mij. Paris—Lyon
—M6cliterranée
f
15.000.000
44
%
obl. t 97>
% ……
f14.625.000
f
29.156.500,-
Boven cli en
f
10.870.000,— 3
ni.
Sc:hatkistprouiessen
5.
f
993,63
8.130.000,—
6
,,
,,
. ,,
,, ,,
998,10 en
27.000.000,
—
SdhatkistbiljetteiL
1.020,95.
VoOrts werd in de.afgeloopen niaand ‘hier te lande de in-
schrij ving opengesteld op een beperkt bedrag:
Oertif. van 10 gew. iiand. z. n. w. National Steel Corpo-
ration
Ii
$.24% per
aandeel
(introductie).
Em%ssies in.
1932.
Obligatidn
Aandeelen
Totaal
Januari
…
f
8.642.218,75′
f275.000,—
f
8.917.218,75
Februari
..,,
15.508.375,—
–
15.508.375,-
Maart
…….
77.785.127,50
–
77.785.127,50
April
…….
4.383.000,—
–
4.383.000,-
Mei
……
..
1.107.243,75
–
–
1.107.243,75
Juni.
……
..122.674.856,25
– –
122.674.856,25
Juli
……
,.
4.494.000,—
,,
450.000,—
,,
4.944.000,—.
Augustus
..,,
12.054.375,—
–
,,
12.054.375,-
September
.
20.900.361,—
–
20.900.361,–
October
..
122.172.775,—
–
,,
122.172.775,-
November
.
.,29. 156.500,—
–
29.156.500,-
f
418.878.832,25
f
725.000,—
f
419.603.832,25
f
12.060.000,-
2.462.500,—
f
2.462.500
i4625.000,-
21 December
1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1025
OVERZICHT DER RIJKSMIDDELEN
(In Guldens)
ov
3
rn er
Sedert
Januari
1932
Overeen-
komstige
periode
1931
Directe belastin gen
–
369.864
5.283.667
9.033.361
Personeele belasting
1)
–
202.194
8.828.942
Inkomstenbelasting
7.500.255
69627.758
80.740.182
Vermogensbelasting
1.207.726 11.431.942
3.369.302
Dividend- en tantdme
621.104 5.542.270
13.910.528 17.589.239
Grondbelasting ………..
Invoerrechten
76.498.959
57.254.454
181.768
1.947.305
2.890.968
belasting
………..
4cc?jnzen
194.583
615.862
.
2.034.083
1.913.061
.
6.128.303
7.963.235
38.742
L899.190
1.878.573
2.587.353 29.217.805
83.946.330
Statistiekreeht
…………..
957.294
10.503.270 13.118.256 4.431.690
48.236.127.
48.037.032
Zout
…………………
Wijn
………………….
Gedistilleerd
……….
1.853.976
24.246.617 26.672.260
Geslacht
……………..
Bier
…………………
Suiker
…………….
Belasting op gouden
en
zilveren werken
81.082
652.791
816.056
Tabak
………………
Indirecte belastin gen.
2
1.457.627
8
15.500.33
1173.258
Zegelrechten ……….
Registratierecbten
. .
777.159
.4i1.086
1.3.408.979
Successierechten
……
3.769.501
32.837.598
.
2.308.849
Dorneinen, wegen en
455.903 3.705.198 4.127.357
9.563
62.9.564
631.366
vaarten
……………
2taatsloterj
…………..
342.350
3.099.6961
3.914.152
Ioods gelden
………….
Totaal-Generaal.,
32.995.672
366.957.011
409.615.207
1)
Met injang v. h. belastingjaar 1931 wordt de personeele
bel, geheven ten bate v. d. gem., zoodat cle in clezen staat
vermelde bedragen uitsluitend vroegere belastingjare be.
treffen.
)
ITicro,,der begrepen
f
262.013 wegens zegelrecht
van nota’s van makelaars en commissionnairs in effecten,
ena. (Beursbel.).
3)
I(1. f3.021.098.
4)
f
3.672.802.
HEFFINGEN VOOR HET LEENINGFONDS 1914.
Verdedigingsbelasting
1.093.101
11.750.684
15.790.871
Opcent en:
292.411
4.173.992 4.500.403
Grondbelasti ug ……….
Personeele belasting
.
–
32.992 1.123.261
Inkomstenbelasting
1.505.611
13.759.374
15.827.641
Vermogensbelasting
.
666.072 6.291.016 7.303.926
Dividend- en tanti8me.
204.965
4.590.474
5.804.449
belasting
………..
Invoerr. Zuidvruchten
47.583
692.648
–
Accijns op Wijn
26.384
956.330
375.714
Gedistilleerd
258.735 2.921.780 3.394.633
Suiker
442.534
2.721.689
–
Tabaksacc. op sigaretten
539.180
4.910.942
1.240.151
Zegelrecht van buitl.eff
178.643
1.021.125
854.911
Totaal ..
..
5.255.219
53.23.046
56.215.960
HEFFINGEN VOOR HET WEGENFONDS.
Wegenbelasting ……..
j
694.4011
12.249.3241
11.554.214
Rijwielbelasting
17.710
97088
6.915.935
Totaal ………..72.111 19.228.412 .18.470.149
INKOMSTEN TEN BATE VAN HET ,,GEMEENTEFONDS”
Gemeentefondsbelasting. 8.085.820 69.832.646 20.491.467
Opcenten Vermogensbel.
601.465
5.365.9561 1.439.941
Totaal ………..8.687.285 75.198.602 21.031 408
SPLITSING VAN DE OPBRENGST DER GROND-, IN.
KOMSTEN- EN VERMOGENSBELASTING
SEDERT 1 JANUARI 1931.
Diens t jaren
Grond-
belasting
!nkomsten-
belasting
Vermogens-
belasting
1929130
–
1
366.061 60.229
1930131
17.643
1.403.432
229.24Ï
1931132
635.602
1
50.568.767
8.535.30
1932133
4.580.422
17.289.498
2.607.242
Lotalen
5.233.667 69.627.758 11.431.942
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
GELDKO]
N.B.
beteekent: Cijfer
BANKDISC Disc. Wissels.
Ned
Be1.Binn.E
ff
.
2
1
1
9
Apr.’32
Bk
1Vrsch.
3
19Apr.’82
inR.C.
3
19Apr.’82
Athene ……….
9
3Dec.’32
Batavia……….
4110 Mrt.’30
Belgrado
……..
7120 Juli ’31
Berlijn
……….
4
22Sept.’32
Boekarest……..
7
3 Mrt.’32
Brussel ……….
313 Jan.’32
Budapest ……..
4117
Oct.’32
Calcutta
……..
4
7
Jvii ’32
Dautzig
……..
4
12Juli’32
ifelsingiors ……
6119
Apr.’32
Kopenhagen
….
312 Oct. ’32,
OPEN MARKT.
1932
1931
1930
914
17
Dec.
2
1
17
5/
10
28 Nov.(
/24
ee.
14119
15120
~2
~
O
Dec.
Dec.
3Dec.
Dec. Dec.
uli
Amseerdam
Partic.disc.
1/4_1′
‘Ie’/a
1
1412
‘I’!
1-2
I’jae-‘ja
3
118
–
118
Prolong.
1
1 1
1
1
1
5
116-2
211
4
8/
4
Daggeld.
..
1
;
3
-I
1121
1141
1
13’1
3
1
I2_5
1
1
142
1
3
/’-2 Partic.disc.
1
1
j4’1
7
1-I1
314-1
15/
j
4I1/
4
5
3
14-6
21-112
4114.314
BerL(j,
Daggeld…
41(5.51(4
4
1
18
–
5
1
14
4
1
/853!8
41g518
7-8
1
1
3-6
1
12
–
Maandeld
4!3-5′(2
41(51J,
41(
3
_51(
3
4
1
/5l/a
6-7
–
–
Part, disc.
37j
3
7
I8
318
37j
7
4
I4-I8
2ij!,
Waren-
wechsel.
4.1/
4
4.1
1
4
41
1
4
41
1
4
7
51
1
4
_5
1
5
–
Ne,o York
Dageld
1)
l-lji
1114
1114
111
4
21(33(4
2-31
4
I14-2
1
12
Part,c.disc.
113
‘ja
/a_h/
S
is
3Lf
2
–
1)
Koers van 16 Dec. en daaraan voorafgaande weken t/na. Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.
Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel Batavie
York,
,)
*,)
) 1)
13 Dec.
1932
2.48718
8.10
59.20
9.711
34.46
99
14
,,
1932
2.48is,
8.15
59.21
9.71
34.44
99%
15
,,
1932 2.487/
s
8.21
59.22
9.71
34.46
99%
16
,,
1932
2.487/
8
8.21%
59.24
9.711
34.46
993%
17
,,
1932
2.491/,
8.23%
59.25
9.711
34
.
46
1
100
1
1
8
19
,,
1932
2.4911
1
0
8.25
59.26
9.721
1
34.47
100’1
Laagste d.wl)
2.48%
8.08%
59.15
9.701
34.40
99%
Hoogste d.wl)
2.491,
8.27
59.28
9.721
34.50
1001/
8
12 Dec.
1932
2.49
8.15
59.20
9.711
5 Dec. 1932
2.48
7
1
8
7.913i
59.14
9.721
34.45
1
99%
Muntpariteit
2.4878
12.1071
59.263
9.747 34.592, 100
Data
JrLid
Weenen
Praag
Bo:ka-
1
Milaan
Madrid
13 Dec.
1932
47.85%
–
7.38
1.48
12.731 20.29
14
1932
47.85
–
7.38 1.48
12.72
20.28
15
1932
47.85
–
7.37-
1
1.48
12.73
20.28
16
1932
47.87%
–
1.48
12.74
20.29
17
,,
1932
41.90
–
7.38
1.48
–
–
19
1932
47.9734
–
7.38
1.48
12.75
20.29
Laagste d.wl)
47.80
–
7.35
1.421
12.671 20.15
Hoogste d.w’)
47.979
35.25 7.40
1.521
12.78
20.40
12 Dec.
1932
47.8731
-.
7.38
1.48
12.74
20.30
5 Dec.
1932
47.84%
-‘
737
1.48
12.601
2
0.
2
71
Muntpariteit
48.1
35.007
7.371
1.4881
13.094 48.52
D t
a Stock- holm
,1
Kopen_I
hagen8.)
So
Hel-
g
Buenos-
Airesl)
Mon-
treall)
13 Dec.
1932
44.35
41.90
41.90
3.571
65
2.14
14
,,
1932
44.45 42.25 42.05 3.571
65
2.16
15
,,
1932
44.80
42.55 42.30 b.571
65
2.16
16
,,
1932
44.80
42.60 42.40
3.60
65
2.1.7
17
1932
43.90 42.75
42.60
3.60
65
2.15
19
1932
45.10 42.80 42.55
3.60
65
2.18
Laagste d.w1)
43.90
41.70
41.45
3.50
–
2.12
Hoogste d.w1)
45.25
43.05
42.75.
3.65
65
2.19
12 Doc.
1932
44.45
42.20
42._
65
2.13%.
5 Dec.
1932
43.50
41.35 40.90
3.471
–
2.11
Muntpariteit
66.671
66.671
66.671.
6.266
95%
2.4878
8)
Noteering te Amsterdam.
8*)
Not, te Rotterdam,
1)
Part. opgave.
lia het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
RSEN.
nog niet ontvangen.
)NTO’S.
Lissabon
….
Ok
4
Apr.’32
Londen ……2
30Juni’32
Madrid ……61
8Juli’31
t.-YorkF.R.B.
2
1
23Juni’32
Oslo ……..
4 1 Spt. ’32
Parijs ……21 9
Oct.’87
Praag
26 Spt. ’32
Pretoria …..5
8Oct. ’32
Rome……..5
2 Mei ’32
Stockholm
..
31
1 Spt. ’82
Tokio
.. .
.4.38 17
Aug.’32
Weenen ……6
23 Aug.’32
Warschau ..
.
. 6
20Oct. ’32
Zwits. Nat.Bk. 2
22Jan.
1
31
1026
ËCONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21 December 1932
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
D a
Londen
($
per.4)
Parijs
($
P.
lOOfr.)
Berlijn
($p.
100 Mk.)
Amsterdam
($p.
100 gld.)
13
Dec.
1932
3,27
27
1
32
3,9031
23,79% 40,18
14
1932
3,28
7
18
3,90
1
1
8
23,79%
40,18%
15
1932
3,2911
,
3,90s
23,’0
40,19
16
1932 3,3071
t
3,90
5
1
5
23,80
40,18%
17
1932
3,3151
5
3,9051
8
23,80
40,17%
19
1932
3,3171
5
3,905,
23,79%
40,1534
21
Dec.
1931
3,39
3
,
9371,
6
.23,72%
40,2634
Muntpariteit
4,86
3,90518
1
23.81%
4031,
KOERSEN TE LONDEN.
Plaatsen en Noteerings-‘
3
Dec.
10
Dec.
12117
Dec.
’32
17
Dec.
Landen
eenheden
1
1932
1932
1
LaagstelHoo
p,.q
ie
i
1932
Alexandrië.
.
Piast. p. £
9734
‘ïTï’
97
9751
97%
Dr. p.
590
592% 570 630 615
Bangkok….
Sh.p.tical
1
1
10
1
1
10
1
1
10
1/10k
1/10k
Athene …….
Budapest
…
Pen. p. £
1834
18%
17%
20
19
Buenos
Aires
d. p.$
44s/
43
8
42
11
,
42’t,,
Calcutta.
. . .
Sh. p. rup.
1,6
13
1
11681
8
116
5
1,
1167182
I16
11
1
Constantin.. Piast.p.
660
670
680 685
685
Hongkong
..
Sh. p.
$
11371
8
114
113%
1/4%
1/3%
Sh. p. yen
11331
1/3
5
1
1/3i1
11331
8
113*I
Lissabon….
Escu. p. £
1053%
107%
107
110
109
1
1
8
Mexico
….
$per,
9.75
10.-
9.75
10.40
10.15
Montevideo
.
d.per
30
30 28 32
30
Montreal
…
$
per £
3.76%
3.785
3.78
3.80%
3.773%
Kobe
…….
Rio d. Janeiro
d. per Mii.
5%
5%
5%
59/,
581
8
Shanghai
. . .
Sh. p. tael
1/8
5
1/
56
119551
56
117
71
8
11911
1f8
5
1,
Singapore
..
id. p.
$
213291
33
213291
33
2/3is
214
2/3
29
1
82
Valparaiso
3).
$
per £
–
– –
–
–
Warschau
..
Zi. p. £
2
28
7
/
8
28%
30
2934 5)90 dg.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
5)
Londen’)
N.Yorks)
Londen
13 Dec.
1932..
175,
1
25s1
13
Dec.
1932…..12615
14
,,
1932…
17
,
1
8
25’/
14
1932….
12516 15
,,
1932..
171j,
25
5
/
8
15
,,
1932..
..
125131
16
1932..
18
2511.
16
1932….
12419+
17
1932.
17
251/
8
17
1932….
1
2
417+
19
,,
1932..
17
25%
19
,,
1932….
123
1
134
21
Dec.
1931..
20
7
1
56
1
30
4
21 Dec.
1931….
12211
27 Juli
1914..
24iI1
1
59
27 Juli
1914….
841103%
1)
in pence p.oz.stand.
2)
Foreign
silver
in $c. p.oz. line.
3)
in sh. p.oz.fine
STAND VAN
‘
RIJKS KAS
Vorderingen.
1
7 Dec.
1932
1
15 Dec. 1932
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
derlandsche
Bank
……….
…. . …
1
5.145.672,11
f
15.176.582,67
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,
68.481,04
787.869,46
Voorsch.
op uit.
Nov. (resp. Oct.’32) aan
de gem. verst, op v. haard. de Rijks-
adm.
te heffen
gem. ink. bel,
en
opc.
op de Riikslnk. bel
…………….
..
3.290.708,71
3.222.355,60
Voorsch. op uit. Nov. (resp. Oct.) ’32 aan
de gem. verstr. op aan haar uit te
..
keeren hoofds. der pers. bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der gem.
……
fondsbel., alsmede opc. op die belas
tingen en op de vermogensbelasting
–
–
Voorschotten aan Ned.-Indie
………
219.641.848,19
,,22l.607.684,04
Id. aan
Suriname
…………………
…
…13.259.2,4,23
,,
13.260.462,97
d. aan
Curaçao
…………. ………….
7.528.999,94
,,
7.530.225,94
(
asvord. weg. credietverst. alh. buitesil
.,
104.239.881,04
,,
103975.931,76
Saldoderpostrek.v. Rjkscomptabe1en
Vord. op het Alg. Burg. Pensioenfonds’)
,,
27.774.163,64
–
30.647.272,16
–
,,
15.380.449,84
Id. op andere Staatsbedrijven
1)
………
15.495.487,89
Verstr t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan gemeenten (saldo)……
35.037.67618
34.580.376,18
V_er Pl
1_ch_t Ing e_n.
Voorschot door de Ned. Bank ilig. art. 16 van haar octrooi verstrekt
–
–
Schuld a/d Bank v. Ned. Gemeenten
–
–
Schatkistbiljetten in Omloop ………
f339.541.000,-
f339.541.000,-
Schatkistpromessen in
omloop
…….
116.800.000,-
1
16.750.000,-
1.653.950,-
Schuld op uit. Nov. (reap. Oct.) ’32 aan de
gemeenten enz
……………..
..
…
4.248.375,57
.
,,
2.034.805,08
Zilverbons in omloop ………………..1.658.732,50
…
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)
,,
750.280,67
1.226.932,88
….
Id. aan het Staatsbedrijfd.P.,T.enî.’)
,,
88.622.428,54
,,
88.561.567,71
Id. aan andere Staatsbedrijven’)
…..
…….111.435,18
,,
120.635,18
Id. aan diverse instellingen’) …………15.507.481,18
,,
23.488.888,18
‘) In rekg.-crt. met ‘s Rijk$ Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE
SCHULD.
17 D e c
–
~
_
1932
10 Dec. 1932
Vorderingen :
Betaalmiddelen in ‘s Lands kas
–
f
62.295.000,-
–
273.000,- .
–
–
waaronder Muntbiljetten……………..
Verplichtingen:
Saldo Javasche Bank
…..
………………
Voorschot’s Rijks kas e. a. Rijksinstell
1221.795.000,-
,,222.578.000,-
Schatkistpromessen ………………
…3.050.000,-
,,
3.050.000,-
Schatkistbiljetten
………………..
..7.265.000,-
7.265.000,-
2.070.000,-
,,
2.070.000,-
Muntbiljetten in omloop ……….
…….
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds
,,
488.000,
488.000,-
Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank
,,
943.000,-
,,
1.015.000,-
Voorschot van de Javasche Bank
….
..
,
4.761.000,-
3.622.000,-
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 19 DecemLer 1932
Activa.
Binneni. Wis.f Hfdbk.
f
32.471.073,26
sels,Prorii.,’ Bijbnk.
,,
389.903,28
enz.in
disc.Ag.sch.
,,
6.532.968,32 39.393.944,80
Papier o. h. Buitenl. Ïdito
……
Idem eigen portef..
f
71.320.621,-
Af :Verkochtsnaar voor
de bk.nognietafgel.
–
71.320.621,
–
Beleeningen
Hfdbk.
f
24877.113,21
in
rek.-crt
Bijbuk.
,,
5.336.084,96
.
op onderr.
Ag.sch.
,
43.526.810,05
t
73.740.008,82
Op Effecten ……
(
72.500.818,23
Op.Goederen en Spec.
,,
1.239.190,59 73.740.008,82
Voorschotten a. ii. Rijk …………….
,,
–
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
98.198.190,-
Muntinat., Goud
..
934.439.970,30
(1.032.638.160,30
Munt, Zilver, euz..
,»
22.895.599,70
Muntniat., Zilver.;
–
1.055.533.760,_
1
)
Belegging
i/
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds
…………………….
,
20.161.854,29
Gebouwen en Meub. der Bank ……..
,,
5.000.000,_
Diverse
rekeningen ………………
..
15.206.348,59
Staatd.Nederl.(Wetv.27151 32,S.No. 221)
,,
19.331.195,17
Passiva
–
f
1.299.687.732,73
Kapitaal ……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds ……………………
,,
3.000.000,-
Bijzondere
reserve
………………
,,
5.000.000,-
Pensioetifouds
………………….
,,
8.225.203,89
Bankbiljetten in omloop …………..
,,
951.558.140,-
Bankassignatiën in omloop ……….
..
261.413,05
Rek..Cour.
5
Het Rijk
(
16.600.940,34
saldo’s:
Anderen
,,
291.831.676;9’Z
,,
308.432.617,26
,
Diverse rekeningen …………….
f
1.299.687.732,73
Beschikbaar nietaalsaldo ………….
f
553798,74
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is.
,,
1.377.384.495,-
1)
Waarvan
in
hel buitenland
f
3.020.302,58.
Voornaamste posten in duizenden
aiildens.
Data
Goud
Circulatle
Andere
opeischb.
Beschikb.
Metaal-
Dek-
kings
Munt
1
Muntmat,
schulden
saldo’)
perc.
19 Dec. ’32
98198 934.440 951.558 308.694
550.9-4
83
12
’32
98198
934.431
961.479
298.376
550.200
83
5
.,
’32
98198
934.384
981.448
278.959 549.002
83
28 Nov. ’32
98198 934.384 966.853
301.857
545.199
83
21
’32
98196
934.384
902.909
293.524
549.324
84
14
’32
98196
934.384
971.027
286.312
547.925
83
21 Dec. ’31
97.691
800.871
1012.307
207.895 438.136
76
25 Juli
’14
65.703
96.410
310.437
6.198
43.521
54
Totaal
Schatsist-
B ee-
•
e
Papier
Diverse
Data
bedrag
I
promessen
I
g
het
1
reke-
disconto’s
ree/it
streeks
buitenl.
ninsen
2)
19 Dec.
1932
39.394
–
73.740
71.321 15.206
12
,,
1932
39.847
–
73.075
71.321
15.2
.
57
5
,,
1932
40.413
–
74.870
71.321
14.9t4
28 Nov.
1932
38.047
–
73.581
71.321 14.828
21
1932
38.175
–
74.116 71.336
15.044
14
,,
1932
39.362
–
74.933
71.336
14.931
21 Dec.
1931
81.126
–
111.614 86.905 31.497
25 Juli
1914
67.947
–
61.686
20.188
509
5)
Sedert den
bankstaat
van 4
Jan. 1929
op de basis
van
2/
metaal-
dekking.
2)
Onder
de activa.
Voorn’inmste
CURAÇAOSCHE
nnsien in
,1,,i7en,lpn
BANK.
rniIdnv
Data
______________ Metaal Circu-
1
latle
Dis-
conto’s
sc
,
io
tt
en
l’er
5
e
aan de
1
reke-
Divers8
reke-
ningen’
1 November 1932
4.744
5.048
172
141
675
96
1 Octobel’
1932
4.746
5.066
183 85
737
95
1 Septeiber1932
4.748 5.012
183
21
735
85
1 Augustus 1932
4.873
5.301
183
133
809
109
t Juli
‘
.
1932
4.857
5.272
194
87
865
143
1 Juni
1932
4.839 5.246
199
1
27
893
122
1 November 1931
4.550
4.927 237
37
1.212
517
‘
OIUII5J. MCI IIÇIIVU.
01U1151. UCr 53d551V5.
.
21 December 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1027
JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. Desamengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn_telegrafi8ch ontvangen.
Andere
Beschikb
Data
Goud
Zilver
Circulat ie
‘opeischb.
metaal-
schulden
saldo
17Dec. 1932
–
14.500
_____
207.900 32.370
53.392
10
,,
1932
150.130
212.270
30.530 53.010
3
1932
149.940
209.060
32.400
53.356
19Nov.1932
211.029
30.032 53.841
104.457
1
45.807
12
,,
1932
104.450
45.904
214.920
29.678 52.514
5
,,
1932
101.939 48.503 218.251
28.695
50.463
29Oct. 1932
104.680
1
46.338
213.723
33.394
52.151
19Dec. 1931
121.183 45.838
233.617
27.470
62.586
20
,,
1930
138.913 39.308
258.012
42.763
58.711
25 Juli 1914′
22.057
31.907 110.172 12.634 4.842
Data
_________________
N.-Ind.
bef aaib.
1
Dis-
1
1
conto’s
1
1
1
Belee-
ningen
1
rekeiverse
–
1
ni
Dngen’)
1
percen
–
–
kings-
tage
17 Dec. 1932
18.960
58.860
26.560
62
10
,,
1932
19.190
63.880
23.210
62
3
,,
1932
18.810
60.790
25.490
62
19Nov.1932
18.324
8.791
39.733
23.963′
62
12
1932
18.275
8.828
1
39.576
30.980
61
5
,,
1932
18.502
8.843
39.531 1
32.928
61
29 Oct. 1932
18.747
8.908
40.048
31.631
61
19 Dec. 1931
4.727
8.870
41.568
35.488
64
2(1
,,
1930
33.249
8.811
1
40.958
1
43.706
60
25Juli1914
6.395
7.259
75.541
2.228
44
1)
Sluitpost activa.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.
1
Bankbilf.
Other Securities
Data
Metaal
1
in
1
BankbilJ.
un Banking
Disc.and Securitu
l
1
circulatie
1
Devartm.
Advances
14 Dec. 1932
140 305
372.256
42.166
11.740
18.048
7
,,
1932
140.389
365.662
48.760
11.807
17.725
30 Nov. 1932
140.418
358.843
55.579
11.867
18.274 23
1932
140.426
357.847 56.575
11.958
18.021
16
1932
140.452
359.397 55.025
11.795
17.478
9
,,
1932
140.443
361.210
53.212
11.799
17.787
16 Dec.
1931
121.428
363.534
32.180
12.872 34.209
22 Juli
1914
40.164 29.317
33.633
Data
1
Gov.
Sec.
Public
.1.
Depos.
O7/Tbposits
Other.
Bankers IAccountsj
1
1
Reserve1
1
Dek-
kings-
oerc.
1)
4 Dec. ’32
74.249
8.537
1
86.291
34.368
43.049
3351
7
,,
’32
85.844
8.522
104.252
34.454
49.727
33
23
13
1
30Nov.’32
88.872
10.147
i
90.532
37.064 56.575
41
23
,,
’32
68.582
26.531
78.082
33.742 57.578
41
19
1
,
16
,,
’32
68.563
20.447 82.500
33.198
56.055
41
5
/53
9
.
,,
’32
68.053 20.428
79.858
33.857
54.233
40
13
1
32
16Dec. ’31
61.466
12.027
73.338
38.179 32.894
26
19
/
32
22Juli ’14
11.005
14.736
42.185 29.297
52
1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten
‘r
millioenen 1 ranes.
Data
Goud
1
Zilver! ITe goedl
in het
Wis-
Waarv.
ophef
Belee-
I
.
I
R
enteloos
voorschot
buitenl.
sels
‘buitenl.J
ningen
2.5521
v.d. Staat
9 Dec.’3283.344
1.344′
3.1554.3241
1.616
1
3.200
2
‘3283.359
1.329!
3.127
1
4.265
1
1.6631
2.596
1
3.200
1
25 Nov.’3283.342
1.3161
2.966
5.150!
1.8851
2100
1
3.200
18
..
‘3283.308
1.3061 2.968
1
4.662!
1.9181
2510
3.200
11
Dec.’3167.994
947115.779
115.1761
8.9841
2.836!
3.200
.23 Juli’14.
4.104
640
–
1.541
.
8
769
–
Bons
v.
d. Diver-
t
Rekg.Courant
Data
zelfsf.
sen’)
Ci
rculatie
amort. k.
1
.
1
ZlfSt
Staaf
Part
i-
1
amort.k.1
culieren
9
Dec.’32
6.621
1
2.132
82.482
203
2.139
22.117
2
,,
’32!
6621
2.389
83.200
1
205
2.1.21.386
25Nov.’321
8.621
t
2.152
81.536
1
773. .2.158
22:969
18
,,
‘321
6.621
1
2.170
81.605
1
1.029
2.231
22.159
11
Dec.’31
5.065
1
2.462
82.650
657.
5.640
24.060
23Juli’141
–
5.912
401
–
943
1)
Sluitpost activa.
.
.
GOEDERENHANDEL.
i.’
GRANEN.
. 20
December 1932.
Gedurende cle afgeloopen week heeft weder ecu daling
der t a r w e-1)1’ij2.11 J)laatS gevonden. Nu op liet Europee-
sche vasteland tegenwoordig zoo weinig cwerzeesche taiwe
vordt gekocht, jscle omvang der Engelsche vraag van nog meer beteekenis voor cle tai’wemarkt dan anders reeds het
geval is en ofschoon ci’ nu en dan in Engeland wel dagen
voorkwamen met vrij groote zaken in Canadeesche en
Australische tarwe, was de omzet toch onbevredigend en
kleiner dan tevoren. Anderzijds kwamen uit Australië zeer gunstige berichten over kwantiteit en kwaliteit der nieuwe
tarwe cii zelfs spreekt men daar van een ,,bumper-crop”.
Wel blijft er in het Verre Oosten vraag naar Austra.lische
tarwe bestaan, doch zij vormt geen voldoend tegenwicht
tegen den geringen omvang der zaken naar het Europeesche
vasteland. Australjë bleef dus de markt drukken evenals ook Argentinië. De oogst wordt daar namvelijks hooger
geraamd dan in het vorige jaar, doch in de eerste plaats
beschouwen velen die raming als te laag en bovendien
vormt het Engelsche invoerrecht van 2- per quarter, dat
voor Canadeesche en Australische tarwe niet geldt, tot nog
toe een erilstige belemmering tegen zaken in Platatarwe
naar Engeland. Dit leidde tot aanmerkelijke prijsdaling in
Argentinië. Ook Canada bleef dringend met tarwe aan de
markt, ondanks de ook daar ingetreden verdere prijsdaling. Op 16 December kwam te Winnipeg de December-termijn,
clie in Augustus nog 60 cents per 60 lbs. i.ioteercle, beneden
de 40 cent. De zeer flauwe marktstemming kwam ook dcii-
delijk tot uiting aan de termijnmarkt te Rotterdam, waar
cle tarweprijs inzakte tot een lager peil dan nog ooit was voorgekomen. In de Ver. Staten werd deze nieuwe terke
prijsdaling niet ten volle gevolgd, omdat het er daar, voor-
namelijk wegens droogte, in sommige streken ongunstig
blijft uitzien voor de wintertarwe. Eenige recctie volgde
op 17 December op de daling der prijzen, doch op den
19den ging clie gedeeltelijk weer teloor en tenslotte stond
Chicago op dien dag 1Y
4
tot 2
3
/8. Winnipeg ruim 4 dollar-
cent per 60 lbs. lager clan op dn 12den. Aan cle Argen.
tijusche termijnmarkten bedroeg de prijsdaling 10 & 15 een-
tavos per 100 KG. In Nederland zal met de voorgestelde wijziging der Tarwewet een einde komen aan het groote
aanbod in de open markt van inheemsche tarwe door de
Tarwe-Ceutrale, waardoor hier meer zaken tot stand
kwamen in Duitsche tarwe.
Voor r o g ge blijft de markt zeer stil. Zaken kwamen
naar Nederland in Poolsche tarwe voor op ëen uitermate
laag prijspeil, cloch voor Bussische blijft de ,kpoplust hier
ondanks de lage prijzen slecht.
M af s was in de afgeloopen week aanvankelijk wat ves-
ter, mede wegens kleine Argentiju.sche verschepingen. In
Nederland warei tevens de aanvoeren klein. Daar echter spoedig weder veel ivaïs van den Donau zon arriveercn, kwam het hier echter nanwelijks tot prijsstijging en ver-
levendiging der zaken en toen in de laatste dagen der week
inderdaad veel Donauniaïs arriveerde en bovendien de ge-heele maLsieiarkt ouder den druk kw’am te verkeeren van
zeer groote verschepingen uit de Donauhavens (w’aarvan cle
helft naar Nederland) rtrad een nieuwe prijsinzinking in,
waardoor Donaumaïs weder te koop kwam .tot de laagste
prijzeui van dit seizoen, die ook in het begin der maand waren voorgckonin. Tot die lage prijzen zijn dc Donau-
lajiclen niet aan de markt, maar voor slechts weinig hooger
geven deze wel Januari-aflading af. In Argentinië ging
cle sedert 10 December ingetredeic verhoogiiig eveneens ver-
loren wegens de geringe Europeesche belangstelling (ook Engeland toonde weinig kooplust meer) en de grootc ver-
schepingen uit de Donauthavens. Noord-Amerika deed aan
cle prijsdaling niet rnee, doch Noord-Amerikaansche maïs
komt reeds sedert eenigen tijd voor export nauwelijks meer
in aaumarkiug. Ook voor maIs is in Argentinië op 17 De-
cember eenig herstel in.getrcden, doch op den 19deu bleef
dat slechts gedeeltelijk behouden, waarna de terinijnmarkten
te Buenos Aires en Rosario in vergelijking met een week
tevoren onveranderd tot 5t centavos per 100 KG. hooger
sloten.
G e r st ontmoet in West-Europa tegenw’oord.ig zeer wei-
nig belangstelling en nu deze week de Donaulancicn en
Rusland wat meer verscheepten, nam de ko1ust nog af.
Oost-Europeesche gerst kwam clan ook week goedkooper
aan cle markt, doch de omzet is zeer gering. Ook Argentinië
was voor verscheping in de eerste maanden van 1933 riji-
hIer en tot lagere prijzeu aalu de markt, hetgeen in het bij-
zonder naar Engeland en Nederland weder tot eenige tians-
achies heeft gelejd.
1028
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21 December 1932
AANVOEREN in tons van 1000 KG.
Artikelen
Rotterdam
.
Amierdarn
Totaal
–
111I7Dec.
Sedert
1
Ovéreenk.
11JI7Dec.
Sedert
Overeenk.
1932
1931
–
1932
Jan.
1932
tijdvak
1931
1932
Jan.
1932
tijdvak
1931
19.751
1.432.233
1.582.651
–
8.060
38.62
1.440.293
1.619.333
14.416
482.4
1
9
473.206
.
405
4.010
1.157
486.429
474.363
Tarwe
……………..
Rogge
……………..
326
25.843
30.986
—
.
244
389
26.087
31.375
Boekweit ………………
Maïs ………………
40. 796
1.383.321
1.414.037
14.922
332.347
302.821
1.71.5.668
1.716.858
462.377
631.154
315
34.304 58.682
496.681
689.836
196.420
253.668
—
4.437
3.675
200.857
257.343
13.510
290.085
192.766 13.224
379.110 440.198 669.195
632.964
Gerst
…………….5.650
Haver
……………..9.236
1.478
87.514
117.401
–
50
.
204
871564
117.605
Lijnzaad
…………..
Lijnkoek
…………
558
23.592
76.315
375
13.391
23.859
36.983
100.174
Tarwemeel
…………
Andere meelsoorten
906
43.829 42.245
107
.12.932
13.163
56.761
55.408
SUIKER.
i)e verschillende suikermarkten verv.ielen gedurende de
afgeloopen week weder in eene flauwe stemming.
In A
in
e r ik a oefenden ver.koopers esnigen druk op de
markt uit en de prijs daalde voor ruwsuiker weder tot
beneden 0.90 dc. c. & Ir. voor Qtibasujker.
Na een vast begin brokkelden cle noteeringen op cle
N e w-Y o r k s c h e termijnmarkt af en bereikten aan het slot het volgende niveau: Dec. 0.65, Jan. 0.67, Mr-t. 0.72,
Mei 0.77 en Juli 0.82, terwijl de laatste noteeririg voor
Spot Centr.ifugals 2.82 bedroeg.
De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver. Staten
bedroegen deze week 22.000 tons, (Ie -ver smeltin.gen 31.000
tons tegen 37.600 tons verleden jaar en de voorraden 123.000
tojis tegen 109.000 tons.
.[n Engeland blijven raffinacleurs een uitçrst voorzieh.
tige politiek volgen, hetgeen hen door de geregelde en
flinke aanvoeren van ruwsuiker vergemakkelijkt wordt. :0e
omzet was ook deze week gering.
Niettegenstaande de vaste tendens voor liet Pond Sterling
zijn de noteeringen op de L o n d e n s c h e termijnmarkt
verder afgebrokkeld en wel in totaal ruim 2 d.
De -laatste
0 u
b a.-statistiek is als volgt:
1932
1931
1930
tons
tons
tons
Productie …….(Raming)
2.602.864
3.122.186
4.671.260
Ontvangsten
………….23.895
24.066
37.703
Totaal
sedert
1/1.
……..
1.622.736
2.046.662
3.759.158
Tersehepirigen
………..
34.867
1
28.223 49.439
Voorraad in aischeepha.vetis
629.862
798.730
724.246
De :Board of Trade Statistiek over November wordt
met
de volgende cijfers beken(1 gemaakt:
1932
1931
1932 1931
to-ns
tons
toiis
tons
Import Bietsuiker …
14
4.266
1.431
:12.250
Rietsuiker
..
.
218.142
160.864
413.895 200.666
Totaal….
218.156
105.130 415.326
272.9-16
Vrijgemaakt voor
–
Consumptie142.048
116.111
209.835
270.731
Export Geraffineerct
.
29.281.
4.282
53.668
14.464
Op J
a v a verkocht cle
V.1.S.P.
nog ca. 4000 tons Supe.
rieur, 1-000 tons
No.
16
&/hooger
cci
1000
tons
bruine
suiker.
STATISTISCH OVERZICH
GRANEN EN ZADEN
ZUIVEL EN EIEREN
MINERALEN
TARWE
ani
0
a
R000E
MAIS
GERST
K.G.
LIJNZAAD
BOTER
.
E
,
AAS
ammer
EIEREN
STEENKOLEN
Westfaalschej
PETROLEUM
No. 2 Canada
loco
La Plata
loco
.
nussisc e
La Plata
per K.G.
Ikmaar Gem. not.
Hollandsche
Mid. Contin.
Cude
–
otter
m1
Amsterdam
R’damlA’dain
R’damfA’dam
loco
otter-
loco
R’damlA’dam
Leeuwar-
der Comm.
.
Fabrieks-
kaas
Eiermijn Roermond
bunkerkolen, ôngezeefd f.o.b.
tiO3 33.90
per 100 K.G.
per 2000 K.G.
p(i00
per 1960 K.G.
Noteering
kI.
erk
P. 100 St.
RTdam(Adarn
plébsm;rl
2)
3)
4)
per
f1.
0
10
f1.
01
f1.
O/
o
f1.
O/
f1;
0
o
f1.
010
f1.
–
Ol
o
11.
01
f1.
01
$
0/
1925
17,20
100,0
13,07
5
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
2,31
100,0-
56,-
100,0
9,18
100,0
10,80
100,0
1.68
100,0
1926 15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
–
77,9
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15 88,8
17,90
165,7 1.89
112,5
1927
14,75
85,8
12,475
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
2,03
87,9
43,30
77,3
7,96
86,7
11,25
104,2
1.30
77,4
1928
13,47
5
78,3
13,15
100.6
226,00
97,7
228,50 96,8
363,00
78,5
2,11
91,3
48,05
85,8
7,99
87,0
10,10
93,5
1.20
71,4
1929 12,25
71,2
10,875
83,2 204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
2,05
88,7
45,40
81,1 8,11
88,3
11,40
105,6
1.23
73,2
1930
9,675
56,3
6,22
5
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4 356,00
77,0
1,66
71,9
38,45
68,7
6,72 73,2
11,35
105,1
1.12
66,7
1931
5,55 32,3
4.55
34,8 84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
1,34
58,0
31,30
–
56,9
5,35 58,3
10,05
93,1
0.58
34,5
Jan.
1930
12,675
73,7 9,35
71,5
149,25
64,5
151,25
64,1
433,75
93,8
2,00
86,6
43,95 78,5
7,55 82,2
11,75
.
108,8
1.21
72,0
Febr.
11;72
5
68,2
8,17
5
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5 398,50
86,2
2,03
87,9
41,15 73,5
6,90
75,2
11,75 108,8
1.11
66,1
Maart
10,90
1 1,17
5
63,4 7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0 390,00
84,3
1,71
74,0
41,25
73,7
5,18 56,4
11,55
–
106,9
1.11
66,1
April
,,
65,0
7,62
5
58,3
180,25
77,8
129,75
55,0
431,00
93,2
1,50
64,9 36,50
65,2
5,16
56,2
11,35
105,1
1.165
69,3
Mei
,,
10,45
60,8
6,55
50,1
148,50
64,1
114,50
48,5
405,00
87,6
1,44
62,3
37,20 66,4
5,30
57,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Juni
10,05
58,4
5,175
39,6
145,50
62,9
103,75
44,0 385,50
83,4
1,54
66,7
37,-
66,1
5,09
55,4
11,35
105,1
1.185
70,5
Juli
9,55
55,5 5,82
5
44,6
157,75
68,1
108,00
45,8
345,75
74,8
1,72
74,5
39,90
71,3
5,99 65,3
11,35
105,1
1.185
70,5
Aug.
,
9,45
54,9 6,30
48,2
146,00
63,1
116,25
49,3
365,00
78,9
1,58
68,4
40,20 71,8
6,03
65,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Sept.
,,
8,40
48,8 5,25
40,2
127,50
55,1
99,00
41,9
318,75
68,9
1,64
71,0 37,55
67,1
7,23 78,8
11,35
105,1
1.185
70,5
Oct.
7,40
43,0
4,62
5
35,4
112,25
48,5 86,00
36,4 281,25 60,8
1,63
70,6
36,90 65,9
8,60 93,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Nov.
7,25
42,2 4,25
32,5
94,50
40,8 82,25
34,9 270,75 58,5
1,58
68,4
36,50
65,2 9,63
104,9
.10,90
100,9
0.85
50,6
Dec.
,,
7,07
0
41,1
4,30
32,9
96,00
41,5
91,00
38,6
247,75
53,6
1,55 67,1
33,50
59,8
7,97
86,8
10,85
100,5
0.85
50,6
Jan.
1931
6,525
37,9
4,-
30,6 84,50
36,5
86,25 36,5
207,50 44,9
1,61
69,7
32,25
57,6
6,63
72,2
10,30
95,4
025
50,6
Febr.
5,775
33,6 3,90
29,8
87,50 37,8
85,75 36,3
206,25
44,6
1,66
71,9
33,80
60.4
6,21
67,6
10,30
95,4 0.85
50,6
Maart
,,
5,625
32,7
4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4
214,00
46,3
.1,47
63,6
35,00
62,5
4,94 53,8
10,30
95,4
0.66
39,3
April
5,90
34,3
4,42
5
33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,15
42,8
1,35
58,4
31,60
56,4
4,20
45,8
10,15
94,0
0.53
31,5
Mei
6,15
35,8
4,975
38,0
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
1,26
54,5
30,85
55,1
4,075
44,4
10,00
92,6
0.53
31,5
Juni
5,75
33,4
5,05
38,6
86,75
37,5
116,50
49,4
191,50
41,4
1,29
55,8
33,50
59,8
4,30
46,8
10,00
92,6
0.345
20,5
–
Juli
5,425
31,5
4,70
35,9
84,25
36,4
115,75
49,0
211,00
45,6
1,32
57,1
37,75
67,4
4,40
47,9
10,00
92,6
0.24
14,3
Aug.
4,975
28,9
4,02
5
30,8 74,50 32,2
119,50
50,6
185,50
–
40,1 1,30
56,3
36,00
64,3
4,98
54,2
10,00
92,6
0.43
5
25,9
Sept.
4,775
27,8
4,27
5
32,7
68,00
29,4 97,00
41,1
164,25
35,5
1,27
55,0 32,25
57,6
5,775
62,9
10,00
92,6
0.56
33,2
Oct.
5,-
29,1 4,475
34,2
68,50
29,6-
94,75
40,1
160,25
34,6
1,24
53,7 26,25
46,9
6,275 68,4 9,90
91,7
0.56
33,2
Nov.
5,825
33,9
5,475
41,9
81,00
35,0
114,50
48,5
169,75
36,7
1,17
50,6 24,75
44,2
7,07
–
77,0 9,90
91,7
0.68
40,4
Dec.
4,92
5
28,6
4,95
37,9
69,25
29,9
111,25
47,1
145,75
31,5
1,18
51,1
21,40
38,2
5,325
58,0
9,90
91,7
0.71
42,3
Jan.
1932
5,05
29,4
5,07
5
38,8
71,25
30,8
114,00
48,3
142,50
30,8
1,16
50,2 25,75
46,0
4,71
51,3 8,25
760
0.71
42,3
-Febr.
»
5,30
30,8
5,075
38,8
74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
1,34
58,0
27,75
49,6
3,79 41,3 8,25 76,3
0.71
42,3
Maart
5,525
32,1
5,80 44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
0,98 42,4
23,65
42,2
3,425
37,3 8,35 -77,3
0.71
42,3
April
5,65
32,7
6,225 47,6 88,75
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2
0,99 42,9
19,60
35,0.
2,775
30,2 8,65
80,1
0.86
51,2
Mei
5,60
32,6 5,30
40,5 78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2
0,82 35,5
19,65
35,1
2,88 31,4
8,30 76,9
0.86
51,2
luni
5,225
30,4
4,15
31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
–
27,8
1,11
48,1
24,25
43,3
3,08 33,5 8,25 76,3
0.86 51,2
Juli
4,90 28,5
4,-
30,6
78,75
34,0
100,25
42,5
129,75
28,1
0,96
41,6
19,55
34,9
3,125
34,0
8,10
75,0
0.86
51,2
Aug.,,
5,20
30,2 4,07
5
31,2
77,50
33,5
98,25
41,6
133,00
28,8
0,76 32,9
17,90
32,0
3,72 40,6 7,80
72,2
0.86
51,2
Sept.
5,47′
31,8 4,20
32,1
78,50 33,9 88,50
37,5
150,75
32,6
0,84
36,4
19,70
35,2
4,64 50,5 7,75 71,8
0.86
1,2
Oct.
5,25
30,5
3,92
5
30,0 74,50
32,2
79,50
33,7
138,25
29,9 .0,82
–
35,5
25,50
45,5
5,73
62,4
7,65 70,8
0.86
51,2
Nov.,,
4,90
28,5
3,90
29,8 71,25
30,8
79,00
33,5
135,2″
29,2
0,81 35,1
26,50
47,3 6,65
72,4 7,40 68,5
0.86
51,2
5 Dec.,,
4,85
28,2
3,80
29,1
68,50
29,6
78,00
33,1
134,00
29,0
0,757
32,5
24,507
43,8
5,45
59,4
7,20
66,7
086
51,2
2
,,
,,
4,95 28,8
–
3,85
29,4 66,00
28,5
77,00
32,6
135,50
29,3
0,73
8
31,6 22,50
8
40,2
5.40
58,8
7,20
66,7
0.86 51,2
9
,,
,,
4,60
26,7
3,75
28,9 66,00 28,5 75,00
31,8
–
135,75
29,4
0,75
0
32,5 4,95
–
53,9
7,20 66,7
0.63
37,5
1)
Men zie voor
de
toel. op
dezen staat
de
nos. van
8 en
15 Aug.
1928 (No.
658 en
659)
pag. 689190
en
709.
2)
Tot
Jan. 1931
Hard
Winter
No.2.
van Jan. 1931 t(t
u IYIOI
iu.0
out
‘
JYLm I3L S’S
flU.
Lulu-aussisdne. )
lot
Jan.
i92ö
Malting; van Jan. 19 tot 9 Febr. 1931 American No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 1932
21 December 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1029
De afsche’pingen vals Java gedurende November bedroe-
gen 147.500 tons tegen 17.5.000 tous verleden jaar.
H i e r t ei a n d e was de stemming eveneens flauw. De
noteeriugen op cle A in s t e r cl a m s c h e termijnmarkt
sloten echter slechts een fractie lager in vergelijking met
cle opening, aangezien er geen sprake was van overwegend
aan bod.
KOFFIE.
in de lustelooze stemming kwaril nog steeds weinig ver-
andering. Dit geldt ‘in het bijzonder voor de verschillende J3raziel-soorten, waarvan de kost- en vrachtaanbiedingen
weliswaar grootendeels onveranderd bleven, doch waarin in
de eerste- zoowel als in de tweede-hand, nog altijd weinig
omgaat. Dc gewone wekelijksehe opgave der verschepingen
en der verkoopen van Rio en van Santos toonen aan, dat
ook in de afgeloopen week de rechtstreeksche importzaken
uit het productieland niet ‘groot zijn geweest. Naar cle Ver-
eenigde Staten kwamen ‘tot verschepiiig slechts 8000 balen
Rio en 68.000 baIn Santos tegen 21.000 halen en 25.000
balen in cle sveek daarvoor, terwijl naar Europa verscheept
werden 32.000 balen Rio en 49.000 balen Santos tegen
44.000 balen en 55.000 balen in de voorafgaande week. De
verkoopen van Sa.ntos naar de Vercenigde Staten bedroegen
65.000 balen tegen 26.000 balen en naar Europa 50.000 balen
tegen 54.000 baden.
Nog altijd wordt de handel verontrust door oucon’troleer-
bare geruchten betreffende Braziliaansche ‘plannen tot ver-
la.ging der uitvoerrechten. Ditmaal heette het wederom, dat
nit Rio naar New-York geseind WaS, dat verwach’t werd
een vermindering van 25 Milreis der rechter, geheven door
den staat Sao. Paulo, en van 20 Milreis der rechten, welke
door de andere staten worden geheven. Rechtstreeks uit
Brazilië werd hieromtrent in Europa niets vernomen, doch
in elk ‘geval blijft de onzekerheid aangaande deze plannen
haar invloed uitoefenen op den ondernemingsiust in de
vei-schillende centra van den Europeeschen en Amerikaan-
schen koffiehandel. Pogingen, in sommige gevallen dooi
i’eflecta,iten aangevencl om bij het afsluiten van import-
zaken te bedingen, dat hij een uventueele vermindei-ing
van het uitvoeri
–
echt alvorens de koffie tot ver.scheping zal zijn gekomen, het verschil op de factnnr vergoed te krijgen,
i’ei-den intussehen, voor zoover is na ‘te gaan, door de B3ia-
z’i’liaansche afladei-s van dc hand gewezen.
Betreffende de kwaliteit van den loopenden oogst werd
nog eens bericht ontvangen, dat in het bijzonder de nieuwe
Santos-oogst niet mooi uitvalt. Hetzelfde moet worden ge-
zegd van sommige gedeelten van Minas, alwaar cle nieuwe koffie’s ‘niet met de noodige zorg zijn bereid. Teneinde van
de itooge prijzen gedurende de revolutie zooveci mogelijk
te profi’teeren, hebben de planters den afseheep zooveel zij
konden bespoedigd. Voor zoover de koffie reeds vroeger ver-
kocht ‘is met de beschi-ijving van ,,desirable quality” moet
dit tot moeilijkheden aanleiding geven, aangezien (leze be-
schrijving op de thans voor levering beschikbare partijen
(net vail toepassing is.
De Koffie-Raad heeft bekend gemaakt, dat in de afge-
loopen week vernietigd zijn 10.000 halca te Rio, 132.000
-balen te Santos en 6000 baden te Vietoria, tezamen 148.000
balen. i3ovendien is medegedeeld, dat in totaal tot 30 No-
vember vernietigd wareti 3.900.000 baleis te Santos,
1.268.000 balen •te Bio, 502.000 balen te Victoria, 4.987.000
balen in Sao Paulo eci 281.000 balen op andere plaatsen,
tezamen 10.938.000 balen tegen 10.473.000 halen, welke tot
15 November vernietigd waren, waaruit blijkt, dat in de
tweede helft van November vernietigd zijn tezamen 465.000
l al en.
De kost- en vrachtaanbiedingen van Santos zijn op het
oogenblik voor gewoon goed beschreven Superior Santos
op pronipte verschepiug ongeveer $ 11.20 Ir 11.50 per cwt.
en voor dito Prime ongeveer $ 11.40 Ir 11.70, terwijl zij voor
Rio type New-York 7 met beschrijving. prom’pte vei-schc-
ping, zijn $ 9.15 Ir 9.25. ‘
In Nederlandsch-Ind’ië blijft de stemming nog altijd vast
bij zeer gering aanbod. Voor bestemming near enkele Euro-
peesche landen was de vraag naar Robusta ditmaal niet
onbelangrijk, doch naar Nederland werd slechts weinig ver-
kocht. De cif-prijzen in de eerste hand zijn op het oogenblik
ongeveer:
‘AN GROOTHANDELSPRIJZEN’)
‘
METALEN
‘
TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN
ZILVER
IJZER
Cleveland
KOPER TIN
LOOD
KATOEN
WOL
gekamde
WOL
gekamde
KOE-
KALK-
cash Londen
per
Foundry No. 3
Standaard
Locoprijzen
locoprijzen
LOCoprijzen
Middling
locoprijzen
Australische, Australische,
Crossbred Cola-
IIUIDEN
Gaaf, open
SALPETER
Old. per
Standard
f.o.b.
Middlesbrough
Londen
Londen per
Eng. ton
Londen
per Eng. ton
New-York
Merino, 64’s Av.
loco Bradford
nial Carded,
kop
100 KG.
Ounce
per Eng. ton
per Eng. ton
per Ib. per Ib.
SO’s Av. loco 57-61 pnd.
netto
Bradford per Ib.
g
nce
01
Sh.
o/
£
01
£
0
10
£
0
10
$
ets.
Olo
pence
°jo
pence
01
0
f1.
0
10
f1.
01
Is
100,0
731-
100,0
62.116
100,0
261.171-
100,0
36.816
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
28e116
89,3
8616
118,5
58.11- 93,5
290.1716
111,1
31.116
85,3
17,55
75,5
47,25
85,9
24,75
83,9
28,46
82,0
11,61
96,8
25
3
14
83,3
731-
100,0
55.141-
89,7
290.41-
110,8
24.41-
66,4
17,50
75,3
48,50
88,2
26,50 89,8 40,43
116,5 11,48
95,7
26
1
11
81,1
661-
90,4
63.161-
102,8
227.51- 86,8
21.11-
57,8
20,00
86,0
51,50
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
24
7
116
76,2
7016
96,6
75.141-
121,9 203.1516
77,8
23.51-
63,8
19,15
82,4
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
17
13
1i
55,4
671-
91,8
54.131-
88,0
142.51-
54,3
18.116
49,6
13,55
58,3
26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
13
3
j
41,6
551-
75,3
36.51- 58,4
110.11-
42,0
12.11-
33,1
8,60
37,0.
21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
20
15
/,
65,3
7216
99,3
71.916
155,1
174.131-
66,7
21.111-
59,4
17,15
73,8 29,50
53,6
19,25
65,3
26,63
76,7
10,11
84,3
20
1
/
62,6
7216
99,3
71.1216
115,4
174.41-
66,5
21.41-
58,2
15,45
66,4 28,50
51,8
17,75
60,2
24,50
70,6
10,21
85,1
1
9’18
59,5
701-
95,9
68.1916
111,1
165.181-
63,4
18.161-
51,6
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9
69,2
10,21
85,1
1
9
9
1,
61,0
6716
92,5
61.3f-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50,3
16,45
70,8 27,25
49,5
17,25
58,5
24,13
69,5
10,21
85,1
18u110
59,0
67/6
92,5
53.91-
86,1
145.-!-
55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0
28,75
52,3
18,00
61,0
26,25
75,6
10,21
85,1
16
1
/1
50,0
6716
92,5
50.1(6
80,7
136.416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4
27,75
50,5
17,50
59,3
26,63
76,7
10,21
85,1
16
49,9
6716
92,5
48.21- 77,5
134.1716
51,5
18.31-
49,8
13,10
56,3 27,00
49,1
16,75
56,8
24,25 69,9
9,18 76,5
16
3
18
51,0
651-
89,0
47.151- 76,9
135.516
51,7
18.61-
50,2
11,95
51,4 27,25 49,5
16,50
55,9
24,88
71,7
9,28 77,3
16″11
52,0
6316
87,1
46.61- 74,6
132.61-
50,5
17.181-
49,1
11,-
47,3 27,00
49,1
15,75
53,4
26,50
76,4
9,39
78,3
16
1
12
51,5
6316′
87,1
43.-/-
69,3
117.131-
44,9
15.151-
43,2
10,55
45,4
24,50 44,5
14,50
49,2.
26,25
75,6
9,49
79,1
161
51,9
6316
6
87,1 46.816
74,8
113.161-
43,5
15.1816
43,7
10,85
46,7
24,00 43,6
13,00
44,1
25,25
–
72,8
9,70 80,8
16
5
1s
51,9
63166
87,1
47.616
76,2
115.31-
44,0
15.516
41,9 9,95
42,8
22,50 40,9
12,50
42,4
72,0
9,90
82,6
I371
43,2
6016
82,9
45.716
73,1
116.81
44,4
14.16
38,5
10,30
44,3
21,25 38,6
12,00
40,7
24,63 71,0
10,11
84,3
1211
13/i
38,9
5816
5816
80,3 80,3
45.116 45.116
72,6
117.
,
;-16
122.1/
44,7
46,6
13.516 13.316
36,4
10,95
47,1
21,75 39,5
12,00
40,7
22,50 64,8
10,21
85,1
131/
41,8 40,9
58(6 80,3
42.1516
72,6
68,9
113.41-
43,2
12.101-
36,2 34,3
10,90
10,25
46,9
44,1
25,25 24,50 45,9 44,5
14,50 14,50
49,2 49,2
22,25 22,25
64,1 64,1
10,21 10,21
85,1
85,1
12
15
/i
40,3
5816
80,3
39.616
63,4
104.171-
40,0
11.1016
31,6
9,40
40,4
23,50
42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1
01
,
40,1
58/6
80,3
36.616
58,5
106.216
40,5
11.1116
31,8
9,10
39,1
22,00 40,0
12,50
42,4
19,13
55;1
10,21
85,1
13
1
1,
41,2
5816
80,3
34.141-
55,9
112.516
42,9
12.1516
35,1
9,25
39,8
22,25
40,5
12,50
42,4 20,25
58,4
8,26
68,8
12
1
3116
39,9
5816
80,3
32.151-
52,8
114.1916
43,9
11.1916
32,9
7,20
31,0
22,25
40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,-
58,3
130116
41,4
5516
76,0
30.3/6
48,6
111.161-
42,7
11.41- 31,1
6,55
28,2
20,00
36,4
11,00
37,3
18,-
51,9
6,50
–
54,2
131j6
43,0
461-
63,0
28.216
45,3
101.116
38,6
10.9:6
28,8
6,30
27,1
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3
6,65 55,4
14
1
11
45,1
44/6
61,0
27.1916
45,1
102.-!-
39,0
11.51-
30,9
6,40
27,5
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3
6,80
56,7
14
5
116
44,6
4116
56,8
27.616
44,2
98.1716
37,8
10.161-
29,6
6,30
27,1
16,25
29,5
9,00
30,5
—
–
6,95 57,9
I3
7
1
43,2
4116
56,8
27.1416
44,7
98.181
37,8
10.141-
29,4
6,65e
28,6
16,50
30,0 9,00
30,5
11,63
33,5
7,10
59,2
14
43,6
4116
56,8 26.41-
42,2
99.216
37,9
10.51-
28,1
6,90
29,7
16,25
29,5 9,00
30,5
11,75
33,9
‘
7,25 60,4
13
3
1
4
42,8
441-
60,3
24.181-
40,1
96.61- 36,8 9.91-
25,9
6,90
29,7
16,50
30,0
8,75
29,7 10,25
29,5
7,40
61,7
13116
40,9
451-
61,6
23.81- 37,7
84.1516
32,4
8.1616
24,2
6,25
26,9
16,50
30,0
9,00 30,5
9,25
26,7
7,40
61,7
125/8
39,3
44/-
60,3 21.61-
34,3
89.1316
34,2
8.-/-
22,0
5,80
24,9
15,75
28,6
8,25 28,0
8,88
–
25;6
7,40 61,7
125/
8
39,3
441-
60,3
20.1216
33,2
84.9/-
32,3
7.5/-
19,9
5,25
22,6
15,25
27,7
7,75 26,3
9,-
25,9
7,40
61,7
12
3
/8
38,5
42(6
58,2
19.216
30,8
90.1716
34,7
7.316
19,7
5,80
24,9
16,00
29,1
8,50 28,8
9,75
28,1
– –
12
1
.
1
/16
39,9
421-
57,5
22.416
35,8
101.-j-
38,6
7.1716
21,6
7,35
31,6
15,75
28,6
8,25 28,0
12,-
34,6
5,70
47,5
13
40,5
421-
57,5 25.81-
40,9
109.916
41,8
9.1016
26,1
7,75
33,3
16,75
30,5
8,75
29,7
13,75
39,6
5,90
49,2
12
1
/2
38,9
411-
56,2
22.516
35,9
105.1316
40,4
8.71-
22,9
6,50
28,0
15,75
28,6
8,50
28,8
14,-
40,3 1′
6,-
50,0
12
5
/16
38,3
40/-
54,8
21.191-
35,4
104.716-
39,9
8.4/6
22,6
6,15
26,5
15,25
27,7
8,25
28,0
12,-
34,6
1
6,10
50,8
1I
1
6
35,4
38
1
–
52,1
20.151-
33,4
98.11-
37,4
7.916
20,5
5,70
24,5
14,75
10
)
26,8
8,00
10
)
27,1
1
6,20
51,7
111/
4
36,6
39/-
53,4
18.5/-
29,4
99.18/6
38,2
7.5/6
20,0
5,95
25,6
15,00
11
)
27,3
7,75(1)
26,3
1
6,20
51,7
11
9
/1
36,0
3916
54,1
19.161-
31,9
101.131-
38,8
7.1416
21,2
6,10
26,2
1
6,20
51,7
5Sept.
1932
79 K.G.
La Plata.
5)
Tot
jan.
1928
Western
‘
vanaf
Jan.
1928
tot 16
Dec.
1929
American
No.
2. van IS
Dec.
1929
tot 26
Mei
1930
74
1
5
K.G.
Hongaarsehe,,
1J5 K.G. Zuid-Russische.
Van
23 Mei-19
Sept.
1932
No.
3 Canada.
S)Noteering Schotland
59/6.
6
)581
–
.
7
)2 Dec.
6)9
Dec.
9
)16 Dec.
10)
1
Dec.
11)
15
Dec.
–
1030
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
21 December 1932
Palembang Robusta. Decembvi’-verscheping,
18%
et.; Ben.
koelen Robusta, December-verscheping, 20 ct.; Mandheling
Robusta, December-verscheping,
21%
et.; W.Ï.B. faq. Ro-
busta, Deceniber-verseheping,
24
et., alles per %
K.G. cif.
uitgeleverd gewicht, netto contant. Voor dc Benkoelen -Eo-
busta beteekerit dit een verhooging van ongeveer
Y.
et.
eveflals voor Robusta W.T .13.; J?alembang en Mandheliug
bleven oiiverauclerd.
De noteeringen as ci de i{otter
ll
amsche terniijnniarkt lie-
pen onder den invloed vnu de nieuwe geruchten aau.gaancie
een was rschij ilijke verlaging der llrazi•liaau sche uitvoer-
rechten
% et. per % K.G. terug. Bij het opmaken van
dit Overzicht noteert December
Maart
20%,
Mei
197/
en September
18%
et. per
In loco was hier en daar iets meer vraag te bespeuren,
doch bevredigend ken iie afzet nog niet worden genoemd.
De officieele loco-noteeringen bleven onveranderd
32
ct. per
/2
K.G.
voor Superi9r Santos cii
24
et. voor Robusta. De slotuoteeringeii te New-York ive ren
Gemengd contract
Santos contract
(basis Rio No.
7)
(basis Santos No.
4)
Dec. Mrt. Mei Sept. Dec. Mrt. Mei Sept.
19 December $ 5.87 5.60 5.40 5.11
9.21 8.20 7.88 7.55
12 December
6.08 5.95 5.76 5.40 9.56 3.67 8.27 7.90
5. December ,.
5.85 5.67 5.49 5.22
9.19 8.29 7.99 7.68
28 November ., 5.94 5.80 5.60 5.40 9.39 8.52 8.16 7.90
:Rotterdaui.
20
December
1932.
IDe iniddenprijs voor deze veiling bedroeg
27
.2
ets, per
b.K(. in entrepôt. hetgeen 1% ets. lager’ dan de vorige
veiling was.
De Vereenigiuig voor de Thee-cultuur publiceerde nog de
thee.uitvoer van Java gecl urende de maand November. Deze
bedroeg
5.731.000 KG.
(v.j.
6.192.000 liG.).
Gedurende cle
iuiaanden J anuuiri/November werd een hoeveelheid van
57.971.000
KG. uitgevoerd (v.j. 60.252.000 liG.).
Eveneens publiceerde bovengenoemde Vereeuiging cle uit.
voer uit Nederlandseh entrepôt van Ned.-Indisehe thee.
Deze beliep gedurende November
1932 448.000
KG., tegen.
over
583.000
KG. in November
1931.
Voor de periode
Januari/November bedroeg deze uitvoer
6.177.000 1KG.
(v.j.
6.846.000
1KG.).
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Bedrijfsleven en de strijd tegen
de Armoede in Nederland
door Dr. CH. A. VAN MANEN.
Prijs ingenaaid
f3,-.
Gebonden
f
4,75.
Voor leden der Vereeniging en geabon.
neerden op het Weekblad wordt dit werk
beschikbaar gesteld tegen den prijs van
THEE.
De stemming in de laatte Anisterdamsche theeveilirig ve ii
het jaar w’as flauw, terwijl de prijzen van
1-4
ets. lager
il’aren dan in de vorige veiling.
De minste verliezen boekten nog de ordinaire en klein-
gruizige theeëu,
–
terwijl thccën met veel geel prijshoudencl
ivaien. Aanvankelijk werd er zeer veel opgehouden, doch
per saldo bleven slechts ca.
800
ku. onverkocht.
Vervolg STATISTISCH OVERZICHT VAN GROOTHANDELSPRIJZEN.
DIVERSEN
KOLONIALE PRODUCTEN
.
INDEXCIJFERS
VURENHOUT
basis 7″ f.o.b.
RUBBER’)
Standaard
SUIKER KOFFIE
THEE
COPRA
Bruto-
gewicht v. d.
.
0
5
Zweden!
Ribbed Smoked
Witte kristal-
Robusta
Afi. N.-I. theev.
Ned.-lnd. f.m.s.
buit, handel
Finland
Sheets
suiker loco
Locoprijzen
A’dam gem. pr.
per 100 K.O.
Nederland
1925= 100
per standaard loco Londen
R’damlA’dam
Rotterdam
Java- en Suma-
Amsterdam
‘
van 4.672M
3
.
per Ib.
per 100 K.G.
per
lID
K.G.
tratheep.’/2KG.
–
In
Uit
–
2
voej voer
f
o
jo
Sh.
O/
f1.
Ol
o
cts.
O/
cts.
01
f
61
1925
159,75 100
2(11,625
100,0
18,75 100,0
61,375
100,0
84,5
100,0
35,87
5
100,0 100
100
100,0
100,0
1926
153,50
96,1
21-
67,4
17,50
93,3
55,375
90,2 94,25
111,5
34,-
94,8
112
128
93,2
92,9
1927
160,50
100,5
116,375
51,6
19,12′
102,0
46,875
76,4
82,75
97,9
32,62
5
90,9
113 116
95,4
89,5
1928
15150
94,8
-/10,75
30,2
15,85
84,5
49,625 80,9
75,25
89,1
31,875
88,9
118 128
964
87,6
1929
14600
91,4
-/10,25
28,8
13,-
69,3
50,75
82,7
69,25 82,0 27,37
5
76,3
122
132
91,6
82,6
1930
141,59
88,6 -15.875
16,5
9,60
51,2
32
52,1
60,75 71,8 22,62
5
63,1 124
135
75,5
69,4
1931
110,75
69,3
-/3
8,4
8,-
42,7′
25
40,7
42,50
50,3
15,375
42,9
117
136
62,6
57,9
Jan.
1930
147,50
93,9
-/7,375
20,7
11,676
62,3
35 57,0
60,50 71,6
26,87
6
74,9
128
136
84,5
76,9
Febr.
147,50
92,3
–
1
8
22,5
11,40
60,8
35
57,0 58,25 68,9
26,375
73,5
112
126
81,3
75,2
Maart
147,50
92,3
-17,625
21,4
10,70
57,1
35
57,0 62,25
73,7
25,25
70,4
125
131
78,7
74,2
147,50
92,3
-/7,375
20,7
10,55
56,3
35
57,0 59,50 70,4 26,12
5
72,8
115
127
78,7
72,8
iviei
145,00
90,8
-16,875
19,3
9,80
52,3 34,75
56,6
58
68,6 25,50
711
132
132
76,1
72,0
luni
:
145,00
90,8
-16,125
17,2
9,776
52,1
33
53,8
58
68,6
22,876
638
131
133
76,1
70,4
Juli
,,
142,50
89,2
-15,625
15,8
9,275
49,5 31,50
51,3 55,50
65,7
21,75
60,6
138
141
74,2
69,3
Aug.
,
142,50
89,2 -14,875
13,8
8,50
45,3
29,50
48,1
55,25 65,4
20,-
55,7
129
145
73,5
67,9
Sept.
140,00
87,6
-14,125
11,6
7,975
.
42,5
28,25 46,0 59,50 70,4
19,25
53,7
122
126
72,3
65,4
Oct.
132,50
82,9
-/4
11,2
8,625
46,0 29
47,3
66,50
78,7
18,75
52,3
128
152
71,6
64,6
Nov.
130,00
81,4
-14375
12,3
8,75
46,7
29
47,3
68,25
80,8
19,375
54,0
121
139
71,0
63,3
Dec.
130,00
81,4
-14,375
12,3
8,20
43,7
29
47,3
66,75 79,0
19,-
53,0
–
105
,
129
69,0
61,3
Jan.
1931
125.00
78,2
-14,25
11,9
8,20
437
28 45,6
66,25
78,4
18,25
50,9
121
132
67,7
59,2
Febr.,,
125.00
78,2
-13,875
10,9
8,20
43,7
26,25
42,8
53
62,7
18,12
5
50,7
96
121
67,1
59,4
Maart
,, 125,00
78,2 -13,75
10,5
8,30 44,3
25,50
41,5
45
53,3
18,625
51,9
107
140
66,5
59,1
Ap
ril
,,
125,00
78,2
-/3,125
8,8
8,576
45,7
24,75
40,3
43
50,9
17,50
48,8
110
138
65,8
58,4
ei
11
125,00
78,2
-13,125
8,8
8,50 45,3
25
40,7
40,25 47,6
15,375
42,9
114
141
65,8 56,8
Juni
110,00
68,9
-13,125
8,8
8,57
5
45,7
25,75
42,0
39,50
46,7
14,125
39,4
127
133
64,5 56,8
Juli
110,00
68,9
-3
–
8,4
-8,77
5
48,6
27
44,0
38,25 45,3
15,-
41,8
138
153
62,6 55,8
Aug.,,
100,00
62,6
-/2,5
7,0
7,90
42,1
25,50
41,5
38,50
45,6
14,125
39,4
122
142
60,6
55,6
Sept.
100,00
62,6
-12,375
6,7
7,52
5
40,1
23,75
38,7
37,50
44,4
13,37
6
37,3
125 146
58,7
58,1
Oct.,,
100,00
62,6
-/2,375
6,7
7,55 40,3
23
37,5
37,75
44,7
13,25
36,9
119 146
58,7
58,5
Nov.
100,00
62,6
-12,25
6,3
7,15
38,1
23 37,5
37
43,8
13,75
38,3
113
132
58,7
58,8
Dec.,,
82,50
51,6
-12,25
6,3
6,75 36,0 23 37,5
35
41,4
12,75
35,5
115
114
54,8 58,8
lan.
1932
82,50 51,6
-12,125
6,0 7,35
39,2
23
37,5
32
37,9
13,12
6
36,6
103
107
54,2
58,4
1ebr.
82,50
51,6
-12
5,6 7,05
37,6
23
37,5
30
35,5
14,50
40,4
86
111
53,5
59,8
-Maart
70,00
43,8
-11,625
4,6 6,25
33,3
23
37,5
31
36,7
14,75
41,1
87
116
–
52,9
58,3
April
70,00
43,8
-11,5
‘
4,2 5,90
31,5
23
37,5
29,25
34,6
14,-
39,0
89
110
51,6 56,0
Mei
,,
70,00
43,8
-/1,5
4,2
5,626
30,0
23,50
38,3
30,25
35,7
13,25
36,9
89
107
51,0
54,0
Juni
70,00
43,8
-11,375
3,9
6,30 33,6
24
39,1
28,50
33,7
12,375
34,5
101
116
50,3
52,5
Juli
67,50
42,3
-11,375
3,9
6,70
35,7
24
39,1
23,75
28,1
12,376
34,5
100
112
49,0 53,7
Aug.,,
63,00
39,4
-11,75
4,9
6,57
5
35,1
24
39,1
22,75
26,9
12,375
34,5
95
105
48,4
55,3
Sept. –
60,00 37,6
-12,125
6,0
6,525
34,8
25,25
41,1
23,75
28,1
12,75
35,5
96
112
49,0
57,1
–
Oct.
,,
63,50
–
39,7:
-11,75
4,9
6,325
33,7
1
26,50
43,2
28,50
33,7
12,37
5
34,5
104
127
49,7
55,4
Nov.
63,50
39,7
-/1,75
4,9
5,875
31,3
24,50
39,9
30,75
36,4
12,12
5
33,8
101
115
49,7
55,6
5 Dec.,,
63,50
39,7
-11,75
4,9 5,50 29,3
–
24
39,1
28,75
2
)
34,0
11,62
5
32,4
12
,
63,50
39,7
-11,625
4,6
1
5,50
29,3
24
39,1
27,50
3
)
32,5
11,75
32,8
–
19
;,
,,
63,50
39,7
-11,75
4,9
1
5,50
29,3
24
39,1
11,875
33,1
1)
Jaar- en maanagem. alger. op
i/
pence.
2)
.1 Dec. )15 Dec.
N.B. Alle Pondennoteeringen vanaf
21
Sept.
1
31
zijn op goudbasis omgerekend