30 SEPTEMBER 1925.
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Econo
,
misch–Stat
‘
i*stische
Beri”chten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
10E JAARGANG
WOENSDAG 30 SEPTEMBER 1925
No. 509
INHOUD.
Blz.
REORGANISATIE VAN DEN .H000EN RAAD VAN ARBEID
door
Prof. Jr. I. P. de Vooys …………………..846
Tegen het verbindendverklaren van Collectieve Arbeids-
overeenkomsten door
Mr. P. W. J. H. Gort vanderLinden 847
Bedenkelijke Prinzipienreiterei door
Mr. M. W. F. Treub 849
Het onderzoek naar den Belastingdruk op de inheemsche
bevolking van Nederlandsch-Indië II door
Jr. E. P.
Wellenstein ………………………………….851
De Sinaasappelencuituur van Suriname door
Mr. 0. E.
G. Graaf van Limburg Stirum ………………..853
B
IJITENLANDSCHE MEDEWERKING:
Naar den vierden winter van werkloosheid door
Dr.
T. E. Gregory …………………………855
Het rapport van de Volknbondsdeskundigen over
Oostenrijk II (Slot) door
Dr. R. Kerschagi …….856
AANTEEKENING:
De Indische hoogovenplannen; het verkooksings.
vraagstuk………………………………..
857
MAANDCIJFERS: Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank …………
859
– Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam ……….
859
R,6um6 uit het ,,Monthly Bulletin of Statistics”..
859
Handelsbeweging over de maand Augustus
1925.. – 860
Productie der Steenkolen-, Bruinkolen- en Zoutmijnen
860
Postchèque en Girodienst……………………
860
STATISTIEKEN EN OvERZICHTEN….
861-868
Geidkoersen.
I
Bankstaten.
Goederenhandel.
Wisselkoersen.
I
Effectenbeurzen.
Verkeerswezen.
INSTITUUT VOÖR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
Wd. Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Ter p8tra.
ECONOMISCR-STATISTJSCjiE BERICHTEN
6014MISSJE VAN AD VIES.
J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. von Lennep; Prof. Dr. E.
Moresco; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rengers; Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerde leden: Prof. Mr. D. van Blom;
Prof. Mr. H. R. Ribbius.
Redacteur-Secretaris: D. J. Wansink.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408.
Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie von abonnementen en adver-
tenhies: Nijgh t van Ditnlar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhage.
29
SEPTEMBER
1925.
De geichnarkt bleef de afgeloopen week ruim. Het
aanbod vnn geld nam echter niet toe en zoowel de
disconto- als de prolongatierente bleven vrijwel onver-
anderd, met eerder een neiging tot stijgen. Particulier
disconto was in het begin der week zoo nu en dan
voor 3% en 3/s pOt. te plaatsen, later moest in den
regel 3% pOt. worden toegestaan. De prolongatie-
rente noteerde Maandag en Dinsdag 2% pOt.; de -cve-
rige dagen -werd 2% pOt. genoteerd.
* *
*
S
Bij de insdhrijving op het schatkistpapier werd in
totaal ingeschreven voor
f
80.666.000. Toegewezen
}v.er:den
f
21.20.000 dri-einaands-promessen voor
f
991,50 of
35/
pOt.,
f
21.220.000 zesmaands-promes-
sen voor
f
982,50 &f 3% pOt. en
f
15.488.000 biljet-
ten voor
f
1002,50 of 3% pOt.
* *
0*
De weekstaat van De Nederlandsche Bank vertoon-t
een idaling in den post binneniaia•dsche wissels met on-
geveer
f
2 millioen. De post buiten’laxrdsch papier
veranderde weinig en is slechts 1% ton hooger dan de
vorige week. Beleeniugen daarentegen liepen met
f
5
millioen omihoo,g, terwijl de voorschotten aan het Rijk
met ongeveer
f
3 millioen stegen. In den m’etaalvoor-
raad der Bank
iS
geen wijziging van beteekenis te
constateeren. De diverse rekeningen liepen met
f
1,2
millioen omhoog.
O
Mede ten gevolge van de wijzigingen in de actief-
posten steeg de biljettencircalatie met
f
8,4 millioen,
terwijl het bedrag aan uitstaande a
s
si
g
.
na
ti
es
met 1
ton d-aalde. De rekenin:gcour.ant_saldi van anderen lie-
pen met
.f
3 millioen terug.
Ook deze week werd geen schatki-stpapier direct bij
de Bank geplaatst. Het beschikbaar
me
t
aa
l
sa
ld
o
stelde
zich 8 ton. lagei; het dekkingspercentage bedraagt
ruim 48.
* *
*
De wissel-markt was wederom Vrij stil. Londen was
nogal aangeboden en liep tot circa 12,05 terug; in de
ov
er
i
ge
goudwissels kwam niet veel verandering.
Parijs ën België waren flauw. Vooral België liep vrij
sterk ‘terug, toen de slechte resultaten bekénd werden
van de inschrijving op de Fransche goudieening; ge-
opend op 10,95 werd aan het einde der week voor
10,85 veihan.deld. De meeste belangstelling was weder
voor Oslo. De nieuwe stijging aan het einde der vo-
rige weëk ging reeds spoedig geheel verloren en de
stemming bleef tot Vrijdagochtend zeer flauw. Nadat
voor 49,50 was afgedaan trad een herstel in tot 50,60,
uaar de nieuwe week opende weder zeer flauw en
bracht den -koers tijdelijk zelfs tot 49,20 terug, Kopen-
hagen was eveneens sterk aangeboden; de daling was
echter lang niet zoo groot en de omzetten waren veel
geringer.
LONDEN,
28
SEPTEMBER
1925.
De geldpositie bleef gemakkelijk gedurende de af-
g&ioper week. Het bericht, dat dé regeering de in-
schrijving opeiastelde op eene verdere partij 3% pOt.
Oniversie-Leenin.g, en wel voor £:40.000.000, bracht de
gemoederen in de Oitr momenteel wat in beweging,
doch de stemming bleef gemakkelijk.
Disconto, na in den aanvang van de week zwak ge-
weest te zijn, was later zeer beslist vaster en de week
5
bot op 3%-3% met zaken op
:3I
pOt. voor prima
bânkaccepten.
De wisselkoersen op New York en Amsterdam
s
l
u
i
ten zeer vast op resp. 4,84% en 12,04%—%.
846
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
REORGANISATIE VAN DEN HOOGEN
RAAD
VAN
ARBEID.
Overmatig is de belangstelling niet, noch ook het
enthousiasme. Het onderwerp is echter aan de orde, en
men moet zijn oordeel vormen. Wat zal een der z.g.
,,wetenschappelijke leden” van den’ Hoogen Raad van Arbeid nog verder daartoe kunnen bijdragen?
1)
Waar
in het uitgebrachte advies wordt aanbevolen om de instelling van ‘den Hoogen Raad van Arbeid in een
wet te regelen, ‘zou men gevoegelijk kunnen wachten
tot een wetsontwerp is ingediend. Een enkele opmer-
king zij echter na die van de heeren De Bruyn en
Stork
2)
rvog gemaakt. En dan als ,,wetensoh’appelijk
lid”. De ervaringen der werknemers- en werkgevers-
leden ‘mogen niet opwekkerid zijn; die van de derde
der groepen waaruit de Hooge Raad is opgbouwd,
waren longetwijfeld teleurstellend. Gelukkig echter
niet voor allen ontmoedigend. Voor enkelen, en niet
de minsten, wel. Zij namen ontslag, bleven weg van de
vergaderingen of namen geen deel aan de discussies.
De publieke opinie – voor zoover blijken ui
de t dag-
bladen – nèch de eigenlijke vertegenwoordigers in
‘t college, waren over de ,,wetenschappel.ijke leden!’ tevreden. Laat ze weg; ontneeznt hun het stem n,.cht
of kiest anderen, waren de toonaaj.den, waarin d’ie ontevredenheid tot uiting kwam. Daar
het
voorstel
aan de regeering desondanks de groep der wete;-
schappelijke leden handhaaft, en met medewerking
van hen is tot stand gekomen, past een toelichting.
Door de aanduiding ,,wetenschappelijk” ‘heeft men
een bijzondere soort onpartijdighei’d willen uitdruk-
ken, nl. een zich lôshouden of losmaken van de ziens
,
–
wijzen der werkgevers en werknemers, en wel door de onderwerpen, die in den Hoogen Raad van Arbeid aa
de orde komen, te bestudieereu, zooals een geleerde d’at
doet. Kan ‘dat? zal menigeen vragen. En wanneè
men daarop ontkennend antwoordt, omdat het gein
natuurwetenschap, maar maatschappij-kennis betreft,
zou “daaruit vanzelfsprekend volgen, ‘dat de same-
stelling vaii den Hoogen Raad foutief is. Neemt mô
echter een oogenblik aan, dat de wetenschappelijke
leden steeds met hunne sympathie hetzij aan de zijde
van ‘de werknemers of aan die ‘der werkgevers etaani,
dan ‘blijft toch – laat ik zeggen ‘de ‘groote kans – dat
zij invloed uitoefenen op ‘het peil der argumenten en
der discussies, en ‘dat zij ‘d’oor hun ‘bijzondere kennis en critisch vermogen de waarde van de uiit te brengen
adviezen ‘verhoogen. Vanwege hun veronderstelde
partijdigheid zou er ‘dan echter veel te zeggen zijn
voor ‘het denkbeeld – afkomstig van ‘het N.V.V. –
om de eene helft •der wetenschappelijke leden door
de werknemers-, de andere helft door de werkgevers-
organisaties te doen aanwijzen. Het is echter onjuist
om zoo’n partijdigheid aan te nemen. De regeering
zal er bij de aanwijzing der wetenschappelijke leden
op moeten letten, dat alleen zij gekozen worden, wier
oordeel hoog genoeg staat. Maatstaf daarvoor ware,
dat de regeering zelve prijs stelt op het vernemen
van dat oordeel, prijs stelt tevens hierop, dat het
oordeel ter kennis komt van de vertegenwoôr’digers
der werkgevers en werknemers, alvorens deze hun
opinie vormen en stem uitbrengen. Het zou er met
ons land treurig uitzien, indien niet een aantal van
dergelijke personen te vinden ware, ‘of indien men
hen tot zwijgen dwoiig. Afgezien van dit persoonlijk element, dat de erken-
ning of ontkenning insluit der waarde van indivi-
dueel inzicht en karakter in ons staatsleven, is er een
objectieve reden om in een college als de Hooge Raa:d
van Arbeid, naast de vertegenwoordigers van werk-
gevers en werknemers, een derde groep aan te wijzen.
De onderwerpen, die daar aan de orde komen raken
niet uitsluitend de belangen van werkgevers en werk-
nemers. De verbruikers, het publiek, het algemeen
Zie art. in de ,,E.-S. B.” van
11
Maart
1925.
[Resp. op
p. 749
in het No.. van
2
Sept. en
p. 798
‘in
het
No.
van
16
Sept.
11.
– Red.]
belang, of hoe men ‘het ook wil aanduiden, zijn er ten
zeerste bij betrokken. Theotetisch is dat niet te ont-
kennen, maar practisch wil men er vaak geen reke-
ning mee houden. Dit is niet alleen verkeerd, maat
ook ‘dom. Elke poging tot – laten wij zeggen – pu-
bliekrechteljke bedrjfsor.gan.isati e, elk begin eener
organische vertegenwoordiging van het bedrijfsleven zal noodzakelijk lamgeslagen worden, indien er geen rekening gehouden wordt met de
on.derschildcing aan
het algemeen belang.
Dat ‘desondanks altijd weer in
den na-oorlogstijd gestreefd wordt om daaTaan te ont-
komen, berust op d’e onberedeneerde overheerschiin.g
van verschillende va’lsche axioma’s. In analogie met
het bekende gezegde: ‘du c’hoc des opinions jai.11it la
vérité, schijnt men, in strijd met alle ervaringen, te
willen vasthouden aan “t geloof, ‘dat du choc des forces
jaillit. . . . le progrès. Compromis-stilstand, vernieti-
ging en chaos in staa’bs- en
bedrijfsleven
zijn echter de
gevolgen van ‘het uitlokken van botsingen in den
belangenstrijd; in waarheid reactieinplaats van voor-
uitgang.
Een ander vaisch axioma zou men kunnen uitdruk-
ken door het oude ‘gezegde: ,,met het ambt komt het
verstand”, waarvoor de Duitschers de woorden: ,,vom
Fachkenntnisse ungetrübt” gebruikten. De uitspraak
eener meerderheid, die het ,,vertrouwen” uitdrukt
in haar vertegenwoordiger, is meer een mandaat om
te vechten tdau om te besturen. Verouderde wijsheid
schijnt het, om tussch’en die beide, en tusschen de
voor bei’de vereischte bekwaamlhieden onderscheid ‘te
maken.
Om – zon’der volledig te willen zijn – met een
derde valsc’h axioma te besluiten, ziet men een vol-
strekte geldigheid opei’schen voor de opvatting, dat
demokratie is het dienen van de wenschen der slech-
ter gesi.tueerden in de maatschappij, waarmee nbch
het prdbleem van een practische organisatie eener
voiksregeering, nèch ook de taak •der verheffin’g en
doelmatige verdeeling der ‘volkswelvaart is ‘gediend.
Nieuwe staatsorganen, zooals de Hooge Raad van
Arbeid er een bedoelt te zijn, die demokratisch inge-
richt moeten worden, dat is
uit het volk getrokken,
en die tevens meer recht en welvaart
in
het volk moe-
ten ‘bevorderen, kunnen niet geschapen worden, en
kunnen zich niet ontwikkelen op den basis van een directen strijd tussc’heu belangengroepen, ‘die men
door aantal en stemrecht nauwkeurig gelijk gemaakte
kansen geeft – a fair trial.
Een maatschappij, die aan zoo’n misverstand lijdt,
gelijkt op een vroegere, die het duel onmisbaar achtte.
Wanneer bovendien zoo’n staatsorgaan
uitsluitend
adviseerend is,
1)
dient de samenstelling en de ‘werk-
wijze ook
uitsluitend
te
zijn
ingericht om dat advies
zoo goed mogelijk te maken. Breedheid en volledigheid
van fei’tenkennis moet gepaard gaan met diepte van
in,zicht in ‘den samenhang:
Dat is de hoofdzaak. Bijzaak – ofschoon niet zon-
der beteekenis – is de vraag naar de gevoeligheid
der maatschappeljlce organisaties over het aantal, den
aard en ‘de bevoegdheden der aan ‘hen toegekende
vertegenwoordigers.
Voor een nieuw staatsorgaan als de Hooge Raa’d van Arbeid is ‘de samenstelling van groote waarde,
niet echter quantitatief, naar aantal stemmen, en bij-
gevolge naar de macht op het nemen van beslissin-
gen, maar qualitatief naar de veel’soortige bekwaam-
lieden, die zullen ‘moeten samenwerken.. All(ereerst
voor ‘de ‘directe taak om ‘goed werk te ‘leveren. Daar-
naast echter voor, de in.d’irecte taak, om zioh.zelve een
geestelijk gezag te veroveren, en voor de uitspraken
en adviezen een goede reputatie te vesti’gen.
1)
Dit kan voorloopig niet anders omdat zoo’n college
nôch voor een besturende, nôch voor een’ wetgevende, nôch ook
voor een rechtsprekende taak, naast de daarvoor be-
staande staatsorganen een plaats vindt, o.f wel door meer-
dere geschiktheid op overdracht van die taak aanspraak
kan maken.
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
847
Het aan de regeering uitgebrachte reorganisatie-
advies vraagt eigenlijk slechts één ding voor den
nieuwen Hoogen Raad van Arbeid: vrijheid van be-
weging. Dat is weinig, indien er toch geen leven in
‘t nieuwe college komt, d.w.z. idien het slechts een
praatcollege is, en reeds lang bekende meenin:gen
schriftelijk rangschikt en herhaalt. Het is veel, indien
de staat werkelijk behoefte heeft aan een nieuw verte-.
genw.00rdigend orgaan, en indien dit in dat orgaan
zelf blijkt door een nieuwen geest. van sciheppend, re-
gelend, ordenend optr.eden, zij het in adviezen, maa.r
dan in een gezag opeisohende raa’dgevin’g. De erva-
ring van vijf jaren stemt sceptisch. Evenzoo •de wen-
schen, die geuit worden, en die men zou ku.nnen op-
vatten als een verlangen naar meer in,vl’ocicl op wet-
geving en bestiuiir van belangengroepen; meer in-
vlocid dan zij in de geldende •staatsregeling kunnen
verkrijgen; meei’ invloed dus dan de tegenwooidige
en volledige ‘democratie ‘toestaat. Eischen stellen, in-
plaats van offers brengen, aldus zou men dezen geest
kunnen karakteriseeren.
Des te meer reden is er om de gevraagde vrijheid
zoo min mogelijk vooraf te beperken.
Nôch door den steun van wetenschappelijke leden
uit te sluiten, nôch door een strakke innerlijke orga-
riisatie in ‘vier ‘groepen dwingend op te leggen, zoo-
als de heer Stork nog eens bepleit, nôch ook door de
financiën •te beperken tot wat de Staatbegrooting
ervoor zal toestaan.
Ten opzichte van dit laatste punt wijkt het advies
van den Hoogen Raad af van dat wat de commissie
voorstelde. Dat de organisaties van werkgevers en
werknemers zelve bijdragen tot de kosten ‘had tweeër-
lei zin. Allereerst een practische, om de vele organi-
saties, die bij de regeering dingen naar vertegenwoor-
diging op de proef te stellen, of het ernst is met
hun wil tot medewerking. Betaalt de staat alles, dan
reist de vertegenwoordiger met vergoeding van alle
kosten aan reis, verblijf en tijdverlies naar Den Haag.
Een voor groote organisaties betrekkelijk gering offer
vergemakkelijkt om lauwe belangstellenden, die niet
in ‘t college lhuisho’oren, ook te kunnen, dwe.ren.
Van grooter beteekenis – is echter, dat d’e Hooge
Raad van Arbeid, wanneer hij zich wil ontwikkelen
en vrij ‘bewegen, zich ook onafhankelijk kan gedragen
en gevoelen, doordat desnoods voor eigen financiën
kan worden gezorgd. Vergelijking met het parlement,
dat zijn eigen begrooting .regelt, kan daarom niet
opgaan. Trouwens elke vergelijking met het parle-
ment vah heden is scheef. Een goede vergelijking zou
alleen mogelijk zijn met een parlement in wording,
dat zich zijn weg te zoeken had. Een vertegenwoor-
digend orgaan is in wezen aangewezen oi zelfstan-
digheid, in tegenstelling tot een regeeringsofgaan
dat;’ondergeschikt en ingeschakeld, scherp omschre-
ven ‘wordt ingericht en bestuurd.
De oude vertegenwoordigen’de colleges, die de par-
lementen yer-den’, zooals wij ze thans kennen, streden
voor hun vrj’heid en voor hun gezag, door zware
offers van hunne leden. Offers die gaarne gebracht
werden door den geest,’ die hen bezielde, in “t gevoel
van de taak, die zij hadden te verrichten.
.Van zoo iets is natuurlijk
bij
den Hoogen Raad
van Arbeid geen sprake. Maar wel geldt, dat niet de
uiterlijke vormen ‘der instelling, maar de innerlijke
geest van .’t nieuwe college beslissen zal over de
vraag, of het reden van bestaan heeft.
9 Sept. 1925.
1. P.
DE
V0OYS.
TEGEN HET VERBINDEND VERKLAREN VAN
COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMSTEN.
Nu binnankort Commissie XII van den H’oogen
Raad van Arbeid prae-advies zal moeten uitbrengen
over een voorontwerp van wet op het verbi-n-deridver-
klaren van collectieve arbeidsovereenkomsten, meen
ik. goed ‘te d’oen ‘in dit -bi-ad aan dit destijds reeds
‘eel besproken onderwerp nog enkele beschouwingen
te wijden.
Met een verwijzing naar al die artikelen en al die
vlugscihrif’ten van een paar jaar her, toen aus land
werd opgesohrikt, door een ander prae-‘advies van die-
zelfde Commissie XII, kan niet worden volstaan bij
een wettelijke regeling, die eene zolo verre strekking
heeft als deze. Die strekking is voor een ‘deel van onze
bevolking over-duidelijk: het zal dit -ontwerp sten-
rien als een eersten stap op den weg der socialisatie,
een eersten voorpo’st veroverd in ‘den strij:d tegen het
z.g. kapitalismo. Troelstra dui’d-de hierop toen hij zijn
partijgenooten zijn politieke nalatenschap aldus ken-
gc,hetste: ,,De strijd van de 4emocratie is nu gekomen
op -het punt, dat ze moet doordringen in het bedrjfs-
‘leven. – Wat we h-wn-s bezig zijn te doen is de aantas-
tin’g van het kapitalisme in zij kern. De arbeiders-
klasse moet, nu het algemeen kiesrecht en haar andere
machtsmiddelen -gebruiken direct in -het front tegen
het kapi’Vali,sme. Zo’ovor zijn wij gekomen, dat nu elke
stap het karakter draagt van -den eindstrijd voor ‘het
socialisme.” Dat -de heer Troel’st’ra sao redenieert is
van hem begrijpelijk; en-begrijpelijk is ‘het echter, -dat
een andei deel on-zei bevolking, hetwel-k heel anders
çleizkt dan ‘hij, deze gevolgen niet schijnt in te zien, en
do verbi’nden’diverklai’ing verdedigt als een door het
becl-rif-sleven’ ge,wenschte en op zichzelf billijke rege-
ling d
–
er arbeidsvoorwaarden
Dat het Nèderiarn-dsche bedrijfsleven de veiibinde-nd-
erklaring zou w’enschen meen ik pertinent te mogén
ontkennen. Reeds het feit alleen, dat in den. Ho-ogen
Raad van Arbeid ‘de verteeuwoor-di-gers der Neder-
ian-dscihe Maatschappij- voor Nijverheid en Handel,
van de Vereen,igin-g van Nedetland-scihe Werkgevers,
de Vereen.igin’g tot beh-artiigi-n-g van de belangen der
‘Limbiirgsche Mijnin-duistrie en de Scheepva’artver-
een igi’riigen Noord en Zuid tegen hot beginsel der ver-
biindendverrkiarin-g ‘stemden, doet zien, dat een zeer
belangrijk deel der nijverheid deze wettelijke regeling
niet wenscht. Wel is waar bestaat er een commissie
uit
de
werkgeverskringen ter bevordering van een
wettelijke regeling voor -de verbindondverklarin.g der
collectieve – arbeidsovereenkomsten, maar ‘het woordje
,de”
werkt ‘hier misleidend. En wanneer men, de sa-
-mensitel’l’ing der commissie ‘nagaat, blijkt swlva omne
reverenti-a dat men hier zeker niet te -doen heeft
inet
wat men zou kunnen ‘noemen de bedrijven, waaraan
Nederland zijn industriëel’en roem te -danken heeft.
Het ,heeft dien roem ‘te -dan-ken aan bedrijven – en ik noem er slechts enkele – -als de katoenind-ustrie,
de chemische industrie, de metaadindustrie en zoo-
vele andere, groot geworden door -de energie der daar-
in werkzame mannen. Nu heeft de geschiedenis het
nene thekel
reeds op -den wand geschreven voor deze
bedrijven in ‘hetgeen er geschied is -in een ander
-groot ‘bedrijf, de diam-a’ntnijverhei-d. Daar heeft gedu-
vende een reeks van jaren practi-sch het verbinden-d-
yerklaren eener collectieve arbeidovereenkomjst be-
taan: want geen onderneming onitkwam aan de alge-
nCen -geldende regelingen. Het resultaat is geweest,
dat -de Antwerp’scihe -diamantindustrie een ‘condurren.t
van beteekenis werd. En dat wi-1 heel wat zeggen, warn-
neer men in oogeosschouw -neemt -de overheerschen-de
positie, -die Amsterdam eertijds in het diam-antvak
inn em. – –
– Met dit voorbeeld voor oogen mag onze Regeerin-g
zicih
wel driemaal -bedenken,, voor zij ‘het verbinden-d-
verklaren in h-aar programma opneemt. Trouwens ik
kan geen enkelen grond vinden, voor het – in-grijpen
der overhei’d. Reeds het samenkoppelen van verbin-
den-dverklaren en collectieve arbeidsovereenkomst is,
een, om een meer en meer. -gebruilkelijken term over
té – nemen, juridisch monatrum. Een collectieve ar-
beidsorvereenkomst- is nog steeds v66r alles een over-
enkomst, een zaak van civiel recht, behee’rsch’t door
db algemeene beginselen v-an de contracteinleer. Een
van de meest fun,damen!t.eele principes van het con-
tractenrecht, niet – alleen in ons 1-and, maar voor – zoo-
ver mij. ‘bekend over de geheele ‘beschaafde wereld, is
848
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
bij ons neergelegd in artikel 1376 B.W. Overeenkom-
sten zijn alleen van kiacht tussohen de hanidelende partijen. Hoe zou het ook anders? Wanneer gij met
uw dienstbolde afspreekt, dat gij haar dertig gulden
per maand en vrije wasch’ zult geven, zou dan uw
buurman door de
wet
uit; deze overeenkomst gedwon-
gen •kumnei worden Zijne ‘dienstbode ook vrije wasch
en dertig gulden per maand te geven? Gij acht dit
absurd. Welnu, niet anders doet men bij het verbin-
denclverklaren van. collectieve arbeidsovereenkomsten.
Mijnheer X, die zijn goede reden heeft om geen loon
uit te betalen over de R.K. feestdagen, waarop zijn
arbeider niet werkt, zal door een overeenkomst;, waar-
aan hij part noch deel heeft, gedwongen worden ‘zulks
toch te doen. Het klinkt fantastisch, maar deze onge-
hoorde vrjbeidsbeperking wordt met een handom-
draaien veridedigd. De collectieve arbeidso’vereen-komst, ‘tot nu toe zuiver burgerlijk recht, wordt; in-
geënt met wat publiekrechteljke smetstof. Zij wordt
plots d’e basis voor een verordening. Een merkwaar-
dige verordening, want hare sanctie is even plotse-
ling wêer zuiver burgerrechtelijk. Handelt men in
strijd met de verbmndondver.ld•aarde en dus verorde-
ning geworden collectieve arbeidsovereenkomst, dan
ondergaat men geen straf, neen, uw eigen overeen-
komst wordt nietig en in strijd met wat u overeen-
kwaamt, neemt de overheid aan, dat gij wildet, wat
gij juist niet wildet.
Nog sterker; iemand, die aan uw overeenkomst part noch deel had, b.v. de arbei’dersvakvereeniging, krijgt
een actie tot schadevergioeding uit een andere over-
eenkomst, waaraan gij part noch deel had.t.
Men noemt dit een op zichzelf billijke regeling der
aribei:dsvoor.waaiiden. Het billijke, dat na het voor-
gaande, nu niet bepaald direct in het oog springt,
zou hem dan hierin zitten, dat de patroons, die bui-
ten een collectief arbeidscontract blijven, een voor-
sprong op hun concurrenten verkrijgen door hande-
lingen, die uit een sociaal oogpunt afkeuring verdie-
nen. Zij zouden, zoo heet het dan, behoorlijke verhou-dingen tusschen werkgevers en arbeiders belemmeren
of orunogelij.k maken. Men kan er natuurlijk lang over
twisten, welke handelingen uit een sociaal oogpunt
afkeuring verdienen en wan-neei er behoorlijke ver-
houidirngen tusschen werkgevers en arbeiders bestaan.
Ik denk daar heb mijne van, de heer Trioelatra het
zijne en gij het uwe. Maar slechts twee zaken zijn hier
van belang. De eerste is, dat ik absoluut ontken, als
zonde zender meer het buiten een collectief contract
blijven een onsocia’le handeling beteekenen. En de
tweede – en veel belangrijker —zaak is, dat het sub-
jectieve oordeel over wat men behoorlijk of onbehoor-
lijk noemt, niet een grondslag voor den wetgever op-levert, om in ‘te grijpen in de burgerlijke verhoudiin-
gen.
Ik zal hier nu niet verder ‘ingaan op staatsrechte-
ljke theorieën, wanneer de wetgever dan wel mag
ingrijpen in de ‘burgerlike verhoudingen, maar wil
ermede volstaan er op te wijaen, dat een rechtsgrond
voor de groots aantasting van de persoonlijke vrijheid,
die het verbindenciverklaren van collectieve arbeids-
overeenkomsten oplevert, m.i. niet nawijsbaar is. Daar-
bij moet men er zich wel rekenschap van geven, dat de
bonen en andere arbeidsvoorwaarden van een collec-
tief arbeidscontract geenszins kunnen worden be-
schouwd al’s min imumloonen’, minimumaiibeidsvoor-
waarden, in dezen zin opgevat, dat beneden die voor-waarden de arbeider geen menschwaardig bestaan zou
genieten of zoo men een andere uitdrukking wil, dat
beneden die bonen en andere arbeidsvoorwaarden van
een ,,aweating system” zou”kuinnen wonden gesproken.
Men moet derhalve hij een onderzoek naar den recthta-
grond voor een esrentueel overheidsingrijpen een scherp
onderscheid maken tuaschen een minimumloonw’et en
een wet regelende de verbindendverklaring van geza-
menlijke arbeidsovereenkomsten. Zulk een wet kan als
een löonwet worden bezien, is in zeker opzicht een
loonwet; het is echter zonder twijfel geen minimum-
loonwet, neen het is een loonwet, die de bonen vast-
stelt op een hooger niveau dan het minimum. Dit
inzicht komt trouwens ook tot ‘uiting in de in vele
opzichten zoo merkwaardige passage uit de Menzorie
van Toelichting, dat ,,hoe meer de collectieve overeen-
komst werd dienstbaar gemaakt aan de verbetering
‘der arbeidsvoorwaarden, des te grooter de verleiding
voor de minder sociaal voelende patroon’s werd, om
hunne ondernemingen staande te houden en uit te
breiden door concurrentie van de arbeidsvoorwaar-
den.” Bij het verbindend’verklaren grijpt de overheid
in, niet om een einde te ‘maken aan erkende misstan-
den op ‘maatschappelijk gebied, maar om het boronpeil
en de arbeidsvoorwaarden op een niveau te houden,
dat menigmaal verre boven het minimum, hoe ruim
dan ook opgevat, is gelegen.
Men wil het verbindendverklaren wel eens verde-
digen als zou daardoor de eerste stap worden gezet
op den weg van de door allen gewensch’te ‘decentra-
lisatie van de sociale wetgeving. ,,Een stap” – aldus
de Memorie van Toelichting – ,,wor’dt gezet in de
richting om de vaststelling van voorschriften op het
gebied der a’rbei’dsbeschermirng, diie op grond van’ den
aard der daarbij betrokken belangen in een bedrijf
algemeen behooren te gelden, zooveel ‘mogelijk, te doen
geschieden door belanghebbenden in het
bedrijf.”
De-
centralisatie van sociale wetgeving, beter nog ver-
andering van systeem dier ‘wetgeving, wordt wel door
ieder denkend mensch gewensdht;, die wel eens ge-
tracht heeft kennis te nemten van wat er nu eigenlijk
staat in ons Werktijdenbesluit. Maar de decentt,ralisa-
tie, ‘die hier wordt voorgestaan, ‘brengt slechts tyran-
nie van bedrjfsgenoot over bedrjfsgenoot,verstar-
ring of vertrusting onzer industrie. Daarbij moet men
dan wel rekening honden met het feit, dat de S. D.
A. P., welke die vertr.ustin.g als het ware op haar
programma heeft’ staan, de verbindendverklaring als
middel wil aa’ngrjpen, omdat zij in een ‘toenemende
bedrjfsconcentratie een vereenivouidiging in het over-
nemen van het bedrijf door den Staat ziet.
Wil men inderdaad tot decentralisatie der sociale
wetgeving komen, tdan zou ‘het mij het liefste zijn,
indien men die wetten in deren zin vervormde, dat
– om mt Leo XIII te ‘spreken de maatregelen
van staat.s’wege niet verder ingsrjpien i’n de burgerlijke
verhoudingen ‘dan tot wegneming van het kwaad, tot
verwijdering van het ‘gevaar onontbeerlijk is. Maar
ik vrees, dat dit practisch gesproken vooralsnog otn-
mogelijk is, al vertrouw ik, dat het gezond verstand
van dit richtsnoer op ‘d’en ‘duuT wel bij ons volk zal
doorbreken. Uitgaande derhalve van ‘de gedachte, dat
wij voorloopig nog wel wetten als de Arheidsiwet 1919
zullen behouden, zonde ik de decentralisatie liever
zoeken in een richting, welke naar mijne overtuiging
met behoud valn, het rechtsgoed der i’ndirviduele vrij-
heid zonde medewerken aan den socialen vrede. Men
zoude naar mijne meening uitbreiding kunnen geven
aan het beginsel, .dat nu reeds neergelegd is in art.
28, zevende lid der Arbeidswet. Maar men zoude moe-
diger dien weg op moeten ‘gaan ‘dan dit al te schuh-
ter begtia. Het accoord, op grond waarvan afwijking
der wettelijke bepalingen. kan ‘worden toegestaan of
wetskracht krjgende regelingen ter uit’oering der
wettelijke voorschriften
voor de bij het accoord betrok-
ken.en
kunnen worden uitgevaardigd, moet kunnen
plaats vinden voor een groep van ondernemingen
tuaschen de organisaties van werkgevers en arbeiders
en voor een bepaalde onderneming tuaschen d’en weik-
gever en een
‘behoorlijke
vert;genwoordiging uit het
personeel.
De verbinden’d’verklaring van zulke regelingen uit-
strekken tot ide niet
bij
het .accoord betrokkenen, is
geen ‘integreerend :bestanddeeb der decentralisatie.
Integendeel, bij onze sociale wetten, welke een goede
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
849
decentralisatie iehou•den, ontbreekt :jliiJst die verhiin-
den’dverklaning. Men denke hier slecJiits aan de par-
tieele ‘decentralisatie bij cle industrieele ongevallen-
wet en rio volledige decentralisatie bij de Land- en
Tui’irboawrongovallen.wet.
Zoo kom ‘ik tot het slot van deze, naar ik vermeen,
opibouwende cri.tiek op het
v
oo
r
ont
n
erp van wet tot
‘het venbindendwerklaren van collectieve arbidsover-
eenko’m’sten. Product van Duitschen bodem gaat het in
tegen onzen volksaard, die den overiheidsdwang slechts
ongaarne draagt, wanneer deze niet absoluut nood-
zakelijk is.
P. W. J. R. C0RT VAN DER LINDEN.
Den Haag, 22 September 1925.
BEDENKELIJKE PRINZIPIEN.REITEEEJ.
Wie in de Indische Buitengewesten eenige onder-
neming wil beginnen, staat overal voor de moeilijk-heid, dat de bevolking er te schaarsch is om de ver-
eischte arbeidskrachten te kunnen leveren. In dit
opzicht is er tusschen Java en de andere eilanden
van iden Ardiipal eën scherpe ‘tegenstelling. Op Java
lieerscht overbevolking, op de andere eilanden hevol-
kingsschaarschte.
Op het hoofd-, hoewel lang niet het grootste, eiland
z
van one oost zijn er werkkrachten te over. Elders
zijn er daar werkkrachten tekort. Voor zoover dus
arbeiders uit Java naar Sumatra of Borneo, om
alleen te spreken van de eilanden, die thans voor
exploitatie ‘het meest in aartmerking komen, worden
geworven, snijdt het mes ‘van twee kanten. De onder-
nemers worden erdoor aan de noodige arbeidskrach-
ten geholpen en een deel dergenen, die thuis geen
werk meer kunnen vinden, krijgt op die wijze elders
een middel van hestaan. Gezien uit het oogpunt van het bevolkingsvraagstuk heeft de verhuizing van op
Java overtollige arbeidskrachten vooral dan een uit-
nemenden kant, wanneer de Javaansche werkman, die
naar. Sumatra of Borneo trekt, er zich met zijn gézin
vestigt of daar huwt en zich een gezin vormt.
Zoowel voor ‘den betrokkene zelf en uijn gezin als
voor het algemeen belan.g is dat zoeken
–
van arbeid
in de Buitengewesten in ‘zijn gevolgen het oordee-
ligst, wanneer het leidt tot blijrveide vestiging daar,
waar de bevolking te dun is in verhouding tot de
werkgelegenheid en waar er dus ook’voor de toekomst.
vooruitzicht is’ op werk en loon. Het ligt dan ook in de rede, .dat -men het vraagstuk der ‘koeliewerving
voor de Buiten gewesten telkens in verband brengt
met dat der kolonisal-ie. Waar deze is te bereiken, is zij – onder de zoo aanstonds te vermelden voorwaar-de – een vrijwel onvermengd voordeel.
Intusschen kolonisatie kan ‘men niet dwingen. De
arbeider zelf, ‘die naar elders trekt, omdat hij thuis
geen loonend werk kan vinden, heeft daarbij ‘het eer-stco en het hoogste woord mee te spreken. Bevalt het
hem. in zijn nieuwe omgeving niet, dam zal hij
,
er
niet blijven, maar als hij daartoe ‘vrij is, na korteren
of langeren tijd, naar zijn Javaanschen kampong
terugkeoren. De Javaan nu, is zeer gehecht aan zijn
gboortegroncl. Wanneer hij ‘z66 ver van zijn land is,
dat hij niet het gevoel ‘heeft, naar huis te kunnen
terugkeeren, als zijn verlangen hem te sterk wordt,
zal hij er zich slechts bij uitzondering blijvend willen
vestigen. Vandaar ‘dat de kolonisatie van Javanen
het best slaagt of – misschien is het beter te zeggen:
– ‘de minste moeilijkheden oplevert, in ‘de streken,
die het dic’htst bij het moedereiland zijn gelegen.
Bij elke kolonisatie is het ‘begin steeds’ het moei-
ljkst, en dit geldt wel zeer in het bijzonder, wanneer
men met proeven van kolonisatie van Javanen heeft
te doen. Is er ergens in een der Buitengewesten reeds
een eenigszins ‘beteekenende Javaansche bevolking ge-.
vesti’gd, ‘dan gevoelt de nieuweling er zic’h gemak-
kelijker en spoediger thuis en is de kans, dat zijn
,,Heimweh” hem te sterk zal worden, minder groot.
Wie blijvende kolonisatie als algemeen resultaat van
het werven van koelies voor een der Buiten,gewesten
verwacht, ‘komt bedrogen uit.
Indien de emigratie in ‘den regel spontaan ge-
schiedde, zou het vaarschijnlijk anders zijn, maar
spontane ‘verlating van zijn land ‘om elders werk te
‘zoeken, komt bij den Javaan niet of sleehts bij hooge
uitzondering voor. Als arbeidskracht voor de Buiten-
gewesten wordt hij
geworven.
Reeds ‘dit enkele feit,
maakt de voorwaarde, waarop ik ‘zoo even doelde, toen
ik sprak van het voordeel der kolonisatie, nog ‘drin-gender. De arbeidei’ die niet spontaan zijn land ver-
laat, maar geworven wordt om een zekeren tijd elders
dienst te doen, en die eenmaal zich daartoe verbon-
den hebbende, uiteraard verplicht is zijIn verbintenis
na te komen, heeft er recht op, .dat -de overheid
waaict tegen misbruik bij de werving zelve en niet
minder tegen slechte of ook maar minder goede be-
handeling, wanneer hij op de plaats zijner besteni-
ming is aangekomen. Welnu, ‘die plicht wordt door
het Indische Gouvernement niet alleen in beginsel
erkend, doch het ‘heeft dozen dooi zijn koelie-ordon-
nanties en ‘het toezicht op .de uitvoering ervan ‘door
de arbeidsinspectie ook nagekomen.
De arbeider, die zich tot het ‘verrichten van eenig
werk heeft verbonden, heeft intusscheu – al schijnt
het tegenwoordig haast vermetel eraan te ‘herinneren
niet alleen rechten, maar ook plichten, en wel in
de eerste plaats den plicht den arbei’d, waartoe hij
zich verbond, gedurende den tijd waarvoor hij zich
verbond, behoorlijk na te komen. Ook hiervoor zor-
gen ‘de koelie-ordonnanties.
Het ware te wenschen, dat men de nakoming der
contracten, welke de koelies sluiten, ‘door bloot civiel-
techtelijke san.cties voldoende kon verzekeren. Dit is
echter niet het geval en ‘het is niet te verwon’deren,
dat ‘het er aldus mede is gesteld. Gezeten werklieden laten zich ook op Xavh niet aaniverven voor het ver-
richten van arbeid ‘buiten hun land. De meeste con
tract-koelies zijn, wanneer zij aankomen, zoo al niet werkschuw, dan toch niet aan geregelden arbeid ge-
woon. Zij moeten daartoe worden opgevoed, en zij zouden voor een groot deel voor die épvoeding be-
danken, indien zij niet verplicht waren er zich aan
te onderwerpen. Weigeren ‘zij om het hun opgedragen
werk te verrichten, dan kunnen zij door ‘de ‘overheid
wegens die weigering worden gestraft.
Ziedaar, zonder in bijzonderheden te treden, het
karakter en het doel der zoo veel gesmade ,,poenale a’nctie”. Deze is in verband met ‘het ‘beschavi’ngs-
peil ‘van ‘de groote ‘meerderheid der contract-koelies
niet te missen. Haar werking is bovendien in hoofd-
zaak preventief. Moest er veel van worden gébruik
gemaakt, dan zou zij ‘haar doel missen, want de onder-
nemer, die zich de kosten getroost van arbeiders van
buiten te doen aanwerven, is er niet mede gediend,
wanneer deze, an’ders dan ‘bij hooge uitzondering, in
plaats
–
van voor hem te werken, strafarbeid verrich-
ten aan openbare, wegen.
Het is mijn bedoeling niet, hier in een uitvoerige
beschouwing te treden over ‘de voor- en nadeelen der poenale sanctie op de ‘naleving der arbeidscontracten
van koelies in de Indische B’uitengewesten. Daartoe is trouwens thans geen aanleiding. Aan het niet juist
van’ diep economisch inzicht getuigend voornemen
van den ‘vorigen Land’voogd om de poenale sanctie
onder meer af te schaffen en aan die afschaffing
hij ‘den aanvang van 1926 een begin van uitvoering té geven, werd door den heer ‘Fock geen gevolg ge-
geven, en zoowel ‘de Vollc’sraad als de Staten-Generaal
hebben ‘zich ‘hij het behoud van dat middel tot ver-
±kering van de naleving der koeliecontracten ‘van de
zijde der arbeiders ‘aangesloten.
Intusschen hebben ‘de ‘beraadslagingen in Volks-
rltad en Kamers ertoe aanleiding gegeven, dat beslo-
t’en werd, zonder aan het behoud ‘van de poenale sanc-
t’îe te tornen, de koelie-ordonnanties elke 5 jaar te
herzien. In verband daarmede werd voor het belang-
rijkste hier in aanmerking’ komende gewest, wat de
1
85.0
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
toepassing der strafrechtelijke sanctie betreft, name-
lijk voor de Oostkust van Sumatra, een commissie
van deskundigen ingesteld, die tot taak kreeg, de
arbeidstoestanden ter plaatse te bestucieeren en aan
het Gouvernement van advies te dienen over wensch-
lijk voorkorneade wijzigingen in de ‘koelie-ordonnan-
tie.
Het eerste deel van deze beslissing is niet geheel
zonder hedenking. Opdat de buitengeweste’n in exploi-
tatie komen, voor zoover dit niet reeds het geval is,
en in 1dit opzicht is er nog heel wat te doen, hhben
zij, die er hun kapitaal en hun energie wagen, zeker-
heid noodig, niet slechts voor het heden en de aller-naaste toeko.st •doch voor een reeks van jaren, om-
trent het zich kunnen verschaffen en behouden van de vereischte aibeidskrachten. Men is wel eens ge-
neigd hierin alleen een on’dern.emersbelang te zien,
doch een dergelijke ‘beoordeeling van cle ‘zaak getuigt
van ko’rtzichtiheid. Ongetwijfeld heeft •hij, die zijn
kapitaal eenmaal in een Indische onderneming heeft
gestdken, er belang bij, dat hij deze rendabel kan
maken. Ondernemers werken evenmin als anderen pour le roi de Prusse of uit algemeenen mensehen-
min.
Zij.
die het anders voorstellen zijn ôf ‘huichelaars
ôf zij deugen niet als ondernemers, en men doet voor-
zichtig huA zijn geld niet toe te vertrouwen.
Maar dit is slechts één kant van ‘de kwestie. Indien
er geen ondernemers gevonden worden, •die er hun
kapitaal – natuurlijk met een redelijke kans op
winst – aan wagen om de natuurlijke rijkdommen
van den Indischen. Archipel in exploitatie, ‘d.w.z. tot
waarde, te brengen, blijven deze lbraak liggen, en is
het’ nadeel niet alleen en zelfs niet in de eerste plaats voor dengene, die er anders goede zaken had kunnen
maken, maar nog meer ‘voor hen, die er anders werk
hadden kunnen vinden, en wol het meest voor de
verbruikers ‘der producten, die’hadden kunnen wor-
den gewonnen en alsdan niet gewonnen worden. Ook
hier is het voor den rogeorder, die zijn roeping be-
grijpt; noodig, dat hij niet alleen de meest nahijlig-
gende gevolgen van zijn handelen of nalaten ziet,
doch niet minder de meer verwijderde en vaak veel
gewichtiger consequenties ervan beseft.
Welnu, wanneer men aan hen, die erover denken
hun kapitaal in Indië aan te leggen, niet do zeker-
heid geeft, dat zij ook in het ver-volg rekenen kun-
nen op het vinden der noodige arbeidskrachten, zul-
len zij er licht toe komen, •het in andere landen, waar
de regeeringen wat meer getuigenis afleggen van
economischen. zin, te beleggen. Geschiedt dit, dan blijkt ‘men zijn doel te hebben voorbijgeschoten en
heeft men het kind met het ‘badwater weggegooid.
Een zekerheid voor niet langer dan vijf jaar is geen
zekerheid. Men. had daarom ‘heel wat verstandiger
gedaan geen periodieke herziening der koelie-ordon-.na’nties voor te schrijven, en, toen men toch eenmaal
een permanente commissie instelde, clie zich. op de
hoogte zou houden van de toestanden en ‘het Gouver-
nement zou adviseeren omtrent venscheljke of noo-
dige veranderingen in de wettelijke regeling der
koelie-overeenkomsten, de herziening ervan te doen
afhangen van de adviezen, welke die commissie te
dien aanzien geven zou. Wilde men zoo ver niet gaan,
dan had men een langeren termijn voor ‘de periodieke
herziening moeten stellen dan ‘men deed. Le mieux
est souvent i’ennemi. du hien.
Maar men heeft de vijfjaarljksche herziening nu
eenmaal aangenomen en men zal moeten afwachten
in ‘hoever mei -daarmede al dan niet juist heeft ge-zien en gehandeld. Men zou meenen, dat de in link-
sche richting georiënteerdo leden iran den Volksraad
– gegeven het feit, dat zij van de afschaffing van
de poenaie sanctie vooreerst en in afzienharen tijd
hebben af te zien – overigens niet de wijze, waarop
gewacht werd voor een geregeld toezicht op de wer-
king der koelie-ordonnanties tevreden zouden zijn.
Tot op zekere hoogte is dat ook het geval. Maar in
den Voiksraad ‘werd van ‘die zijde bezwaar gemaakt
tegen de samenstelling der commissie. Indien ‘het een
bezwaar had gegolden betreffende bepaalde daarin
opgenomen personen, zou ik geen aanleiding hebben
gehad erover te
schrijven.
Men deed echter meer of
minder principieele bedenkingen hooren. De bewuste
commissie werd samengesteld uit ambtenaren van het
Binnenlandsch Bestuur en van de Arbeidsinspectie
en voorts ui.t vertegenwoordigers van de ter Oqstkust
van Sumatra werkende ondernemingen.
Hiertegen werd in den Volksraad een tweetal be-
zwaren geopperd. In de eerste plaats meende men,
dat ook assistenten in de commissie behoorden zitting
te hebben. Terecht werd ‘deze eisch van regeerings-wege afgewezen. De ‘bedoeling bij de instelling der
commissie was, dat er een permanent college van des-
kundigen zou zijn, waariu belanghebbenden zitting
zouden hebben, en dat aan ‘het Gouvernement ‘of zijn
organen hetzij op verzoek, ‘hetzij uit eigen beweging,
zou kunnen rapporteeren over wenschelijke of noo-
dige wijzigingen in. de vigeerende koelie-or’donnantie
voor do Oostkust. Nu spreekt het wel vanzelf, dat een assistent, niet bij voorbaat als deskundige in deze ma-
terie is te wraken, maar niet minder juist is het, dat
aan een vertegenwoordiger van de assistenten-organi-
satie
als zoodanig
geen plaats ma’g worden ingeruimd.
Do aard van het college zou daardoor worden gmvij-
zigd. Van een commissie, welke alleen ove’r feitelijke
toestanden ondefzoekingen heeft te doen, voor zoover
zij dit noodig acht of ‘het haar wordt opgedragen, zou zij een sociaal-politiek orgaan van het Gouvernement
worden. Hetgeen niet in de bedoeling lag.
Natuurlijk zal niemand aan den Volksraad het
recht ontzeggen, ‘hiertegen op te komen; maar dan hadden de leden, die er bezwaar tegen hadden, niet möeten aandringen op ‘wijziging of aanvulling van
de
samenstelling
der commissie doch zich moeten kan-
ten tegen haar
aard
en
bedoeling..
De zaak waarom het hier gaat, is niet alleen van
belang voor ‘koelietoestanden en koelie-ordonn an tie;
zij is van veel wijder bete,elçenis. Zoowel in Indië als
hier en elders wordt deskundigheid ‘maar al te veel
met politiek inzicht verward of althans vermengd.
Dit kan niet zijn in het belang der zaken, waarover een commissie van deskundigen advies heeft uit te
brengen. Zoodra men aan zulk een college een poli-
tieke tint geeft, wordt – dit leert de ervaring –
de doek-un di.g!heid harer led:en door hun politiek in-zich of hun politieken ‘hartstocht overschaduwd.
De politiek dringt zich in onzen tijd al’veel te ‘veel
binnen in dingen, waar zij niet thuis hoort. Er is
voor een goede behandeling van zaken heel wat meer
aanleiding haar iii haar indringersneigingen te Ibrei
delen dan haar daarin te steunen. Nu men ter zake
van de koelie-ordonnantie ter Ooitkust van Sumatra
een permanente commissie instelde, diè tot taak lcreèg
de Indische Regeorig van de feitelijke toestanden,
waarmede die ordonnantie ‘heeft te maken, op cle
hoogte te houden, ‘was het goed gezien de politiek er
buiten te houden. Zij, die aandonge.n
01)
verandö-
ring te deze. aanzien, bewezen noch aan dle koelies
noch aan de organisaties noch aan ‘het algemeen be-
lang een dienst.
Dat werknemersorga.nisaties worden ‘gekend in za-
ken, die ‘de belangen ‘harer eigen leden raken, wordt
tegon’woordi.g wel algemeen als juist en noodzakelijk
erlcend. Daarbuiten hebben zij als ‘zooclanig niet te reden. Niet alleen voor den schoenmaker is het ge-
raden zich hij ‘zijn leest te houden. In vakvereeni-
gtngskringeu is de neiging om de’ien goeden raad in
den wind te slaan, al. ‘veel te sterk ontwikkeld. ‘De
Indische Regeerin’g verdient een woord ‘van waardee-
ring, dat zij zic’h niet ertoe liet verleiden ter wille
van het verkrijgen van een goédkoope populariteit, die voor de Indische samenleving op den ‘duur ook
in immaterieel opzicht wel eens ver van goedkoop zou. kunnen worden, aan die averechtsahe neiging
voedsel te géven.
Het tweede bezwchr, dat iii dein Vblksraad tegen
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
851
de samenstelling der commissie werd te berde ge-
bracht, was principieel van heel ‘wat meer waarde.
Men drong erop aan, dat daarin ook de koelies zelf
zouden zijn vertegenwoordigd. De Regeering zeide dt
reeds toe ten aanzien van de Javaansche koelies. Niet
ten onrechte vond een der Ohineesche leden van den
Volksraad ‘daarin aanleiding, dit odk te vragen voor
zijn landgenooten, die ter Oostkust werken. Gegeven
het feit, dat er speciaal in de tabaksondernemingen
een aantal ‘Ohineesche koelies werkzaam is, was dit verlangen eèn logisch gevolg van de toezegging van
•het Gouvernement op het stuk der vertegenwoordi-
ging hunner Javaansche ‘broeders.
Om misverstand te voorkomen, laat ik aan hetgeen
ik tegen het denkbeeld van een
vertegenwoordiging
der koelies in de commissie aanvoer, ‘de opmerking
vooraf gaan, dat evenmin als een assistent
als des-
kwn.dige
‘behoeft te zijn uitgesloten, dit ‘het geval
behoft te wezen met een ontwikkeld Javaan of Chi-
nees, die van de abeidstoestanden ter Oostkust van
Sumatra op de hoogte is. Kan men zulke personen ter plaatse vinden, dan verdient het ook mi.
aan
b
e
–
veling hen in de commissie op te nemen. Het ver-
trouwen in de onpartijdigheid harer adviezen kan er
door worden verhoogd. Doch dit raakt de zaak niet
waarom het ‘hier gaat.
In ‘beginsel is er zeker alles voor te zeggen, dat in
een ooniniissie, welke over koelietoestan’den heeft te
rapportreeren, ook één of meer veztegen.woordigers de-
zer werknemers, zitting ‘hebben. Maar dit beginsel is
alleen voor practische toepassing vatbaar, wanneer
de omstandigheden zulk een vertegenwoordiging mo-
gelijk maken. Dit nu, is in casu ni het ‘geva.l. Zoo
wel het beschavingspeil der koelies ‘ads het feit, dat
velen hunner trekvogeis zijn, die na aflôop va.n hi.m
contract tnaar hun land terugkeeren, sluit een wer-
kelijke vertegenwoordiging dezer arbeiders in de be-
w’uste commissie en in elk college uit. Waarschijnlijk zal .er wel hier en daar een enkeling
zijn te vinden, ‘die ver genoeg boven zijn medearbei-
ders uitsteekt om eenigszins onpartijdige adviezen
over de zaak waarom het gaat te kunnen geven, maar
het ligt voor de hand, dat dezulken, juist omdat zij
op een ‘hooger trap staan, niet het vertrouwen hun-
iler lotgenooten zullen hebben, tenware zij zich als
politieke leiders hebben opgeworpen, die misstanden
zoeken
en ze zoo noodig zinhzelven en anderen sug-
gereeren. Lieden van het laatste slag zijn in een
commissie, welke deskundige en onpartijdige advie-
zen heeft uit te brengen, al ‘heel slecht op hun plaats.
En zij die niet het vertrouwen hunner ‘makkers heb-
ben, kunnen niet als ‘hun vertegenwoordigers worden
aangemerkt.
Tegen het opnemen van één of meer koelies in de
commissie ‘bestaat voorts nog een ander bezwaar.
Werkt hij, die zijn medearbeiders heet te vertegen-
woordigen, in een onderneming, waar de behandeling
goed is, dan zal hij onwillekeurig, de toestanden, die
hij bij ervaring kent, als algemeen heerschen’d aan-
merken. Is hij daarentegen werkzaam op een land,
waar enkele minder gewenschte toestanden heerschen,
dan zal hij geneigd zijn, deze als algemeen aanwezig
te zien. Het generaliseeren kmt algemeen voor,
maar ‘hoe minder ontwikkeld men is, ‘hoe meer gevaar
men loopt, zich eraan over te geven. Een algemeenen
kijk op de zaken, die de commissie heeft te behande-
len, kan ook de ‘beste onder’ de koelies nauwelijks
hebben. Waar dit zoo is, forceere men niet.
Natuurlijk zal de commissie hebben te rapportee-
ren ook als er op ‘bepaalde landen toestanden voor-
komen, die verbetering eiischen. Daarom zal zij tel-
kens, wanneer er aanleiding itoe is, verschillende
werklieden uit der;gelijke landen moeten ‘hooren, om
van ‘den feitelijken toestand op de ‘hoogte te komen.
De a’ainavezighe.id van een koelin in baar midden zal
haar daarbij weinig of niet kunnen helpen.
Voor een vertegenwoordiging van een bepaalde
groep van personen is het een eerste vereisc’hte, dat
deze ervoor rijp is, haar eigen vertegenwoordigers
aan te wijzen. Met zulk een rjpheid te fingeeren,
komt men geen stap ‘verder. Een der grootste geva-
ren, waaraan de Indische maatschappij ‘blootstaat, is
juist het opereeren met dergelijke ficties. Er zijn
daarvan ‘ook op een ander en meer algemeen gebied
voorbeelden, die tot voorzichtigheid manen.
Het is altijd en overal een bedenkelijke zwakheid
ter wille van het voorkomen of bezweren eener niet
gefundeerde oppositie, toe te geven aan ,,Prinzipien-
reiterei”.
TREUB.
HET ONDERZOEK NAAR DEN BELASTING-
DRUK OP DE INHEEMSCHE BEVOLKING VAN
NEDERLANDSCH-INDIË.
II.
De ‘vorige maal werd er reeds de aandac1hit op geves-
ti’gd, dat in Nederlandseh-I’n’dië de laudoen’te ouver-
breekbaar is salmengeweven met de inkomstenbelasting.
Een eerste verband wordt gelegd door de omstandig-heid, dat ,,i’n,komsten uit gronden, vallende ouder de
werking der landrente-ordonn•a’n’tie”, van inkomsten-
belasting zijn vri.gesteld. Verder bevat de inkomsten-
belasting de bepaling, dat van groodinkomsten op ‘de
Buitengew’esten niet geheven wordt volgen’s ‘het alge-
meene progressieve tarief, doch volgens een uniform
recht van 4 pOt. Deze bepaling geeft wel een groot
verschil voor de ‘belasting op ‘de Buitengewesten, ten
opzichte van die op Java en Madoera. Terwijl ‘toch
voor laatstgenoemde eilanden ‘de heffing varieert van
5 tot 15 pOt. van, de bruto-opbrengst en de gemiddelde
heffing op 10 pOt. mag worden aangenomen, is die
heffing op de Buitengewesten .4 pOt., of minder dan
de helft. De tegenstelling tussdhen bijv. ‘den ,,fieren”
Minangkalbaue.r en den meer onderworpen Javaan is
zoodoende •al heel schril. Deze tegenstelling spreekt
uit een economisch oogpunt alweer ‘des te sterker,
wijl J’av’a reed’s alle kenteekenen van lan’dhonger ver-
toont, terwijl op de Buitengewesten een uitgestrokt
areaal zelfs ‘nog steeds aan den meest uitmergelenden
roofbou.w wordt prijsgegeven. Bovenidion is nog uit
het beschikbare statistische materiaal ‘te conciudeeren,
dat niet de ‘heffing in de buitengewesten veelal be-
neden de voorgeschreven vier procent gebleven wordt.
Wat deze inkomstenbelasting verder betreft, dient
vermeld, dat zij – behalve voor de’grorudinkornsten
op de Buitengeweste.ti – geheven wordt volgens een
progressief tarief. Een bestaansminimum is daarbij
aangenomen van
f
120
‘s jaars.
Van
f
120 wordt
f
1,20
geheven; verder verto’ont de heffing een gelijkmatige progressio tot een ‘maximum van 25 pOt. voor de ge-
deelten van het inkomen, boven
f 180.000 ‘s
jaars. Het bovengenoemde heffingspercentage van 4 pOt. voor
inkomsten uit gron’dbezit geldt voor inkomsten van
anderen aard eerst
bij
in.komensdeelen van
f 3600
tot
f
5400 ‘ jaars. Van deze inkomstenbelasting worden
tegenwoordig opcenten geheven van eiken jaarlijk-
schen aanslag boven pl.m.
f 11.
Zij komt verder ge-
heel overeen met die, van de andere bevolldngsgroe-
pen geheven; zij onderscheidt zich daarvan echter in
zooverre, dat de aanslag zelf voor de i’nheemschen met
aanmerkelijk minder waarborgen van juistheid is om-
geven. Daar verder het schatten van inkomens in ‘de
i’nheemsche wereld uitermate hezwarend is, terwijl
bovendien het economische leven van die i.n,heemsehen
in menig opzicht nog het karakter van een producten-
huishouding draagt, kan men zich ,nopens de juiste werking van deze heffing geen al te groote illusiën
maken. Dit is dubbel te betreuren, wijl juist deze hef-fing een van de weiinige is, welke gedurende de laat-
‘ste jaren het economisch gebeuren althans heeft ge-
volgd en ten opzichte daarvan geen ongebreidelde
drükverzwaring aanwijst. De inkomsten toch, uit de inkomstenbelasting van de inheemschen verkregen,
‘hebben vo]gens de cijfers in de Koloniale Verslagen,
bedragen:
852
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
Aanslagen, gemiddeld Jaren
Totale aanslagen
per hoofd
Java en
Buiten-
Java en
Buiten-
Madoera
gewesten
Madoera
gewesten 1920
f
3.066.328,—
f
6.789.323,—
f 4,05
f
4,29
1921
3.649.223,—
7.942.230,—
,, 4,24
,, 4,23
1922
4.582.066,—
9.061.518,—
,, 4,88
114,49
1923
3.865.033,—
9.140.533,_
,, 4,11
)14,51
Deze cij
1
fers wijzen teveiis uit, hoe voor Java en
Madoera cle ibeteekenis van cle in komistenbelasting tegenover de landrente relatieif gering is.
* *.
*
Van de verdere
zg.
directe lahdbo1astingen, dient
als een der voornaamste het ioofdgeld ite worden ge-
noemd, welke
heffing:
echter beter in verbainid met
de idesadiensten in beschouwing wordt genomen. Ver-
der is van de .zg. directe belastingen nog te wijzen
op de personeele, wel]ce sinds 1920 ook van de iniheem-
scho bevolking wordt geheven en wel naar een zestal
grondslagen, t.w. huurwaar.de
der woonhuizen, waarde
van het meiïbilair, getal paarden, en ‘getal en soort
van rijwielen, rijtuigen automobielen en autoletten.
Voor de toepassing van deze bepalingen worden ecu-
ter door het uitvoerende gezag minima van huur-
waarde gesteld, waar beneden geen belasting word t geheven, zoodat. deze drukverzwaring in hoofdzaak
de, naar inheemsdho begrippen, meer gegoeden treft.
Van het jaar 1.923 dateert verder de .inl’andsche ver-
pondin.g, welke slechts in enkele steden of stadsge-
deelten wordt geheven en wel naar een maatstaf van
Y/ pOt. van de jaarlijksche huurwaarde, en welke
heffing – hoewel haar opbrengst van geringe betee-
kenis is – bij voortduring tot vele en luide klachten
aanleiding heeft gegeven. Begrijpelijk is deze tegen-
stand wel, wijl het hier voornamelijk gaat om een hef-
fing van de bevolking van eigen huizen en erven,
wolken men naar aanzien en ligging wel een zekere
livarwaarde kan toekennen, doch waarvan. ten sterk-
ste moet worden betwijfeld, of bij
1
overheersohisag van
huu.r in stede van eigendom of bezit, de aangenomen
hu.urwaarde wel verkregen zou kunnen worden.
* *
*
Van de zg. indirecte heffingen. zijn de invoerrech-
ten cie belangrijkste; de totale opibrengst van die rech-
ten steeg vainf 32.8 millioen in 1919 tot
f
59.3 mii-
lioen in 1924, zonder dat de binnengevoer.c[e hoeveel-
heid goederen een evenredige vermeerdering aan –
wees. Hier staat men voor de groote in’oeilij!kheiid, dat
het uitermate bezwaarlijk, zon niet onmogelijk is om
aan te geven, welk aandeel van deze heffing door de
inheemsche bevolking wordt gedragen; tot een zekere
evenredighei.d in de drukverhouding als door boven-
genoemde cijfers weergegeven, mag echter wel beslo-
ten worden, zoodat dus ook-uit dozen hoofde tot een
aanmerkelijke vermeerdering van druk gedurende. de laatste jaren, moet worden geconcludeerd.
Hetzelfde geldt nopens de accijnzen., t.w. die op ge-
distilleerd, ‘petroleum, enz. ]ucifers en tabaic, waar-
van de gezamnljke opbrengst gestegen is van
f
13.3
millioen in 1919 tot
f
24.9 millioen in 1924. Van deze
accijzen moet men aannemen, dat ‘de accijns op pe-
troleum, enz. in 1924 ‘t 16.5 mil’lioen oplhrongcn.dc,
grootendoels, en de accijns op lucifers ad
f
7.8 mii-
lioen in genoemd jaar, geheel, door de inheernsclhe
hevolicing wordt gedragen. –
De overige Lanclshelastin.gen, behalve dien, het
hoofclgel,cl, zoowel de zg. dirécte als de indirecte, kun-
nen in dit overzicht buiten beschouwing blijven.
Slechts valt er op te wijzen, dat debelastingverzwa-
ring over de gehee1e linie, zooals Nederlandsch-Indië
die gedurende de laatste jaren heeft ondergaan, -den
stimulans tot afwenteling in hooge .mate moet heb-
ben geprikkeld. Dat die afwenteling voor een oneven-
redig -gedeelte drukt op he’t economisch minst kradh-
tige gedeelte der bevolking, spreekt dermate vanzelf,
dat het overbodig ijs, daarover nog in uitvoerige be-
schouwingen te treden.
* *
*
Tot de overige bronnen van inicomsten voor den
Lan-rio behooren inog die uit de monopoli6n en ‘hedrj-
ven. Wat ‘het opiummonop.olie aangaat mag gelukkig
aangenomen worden, dat de iniheem’sehe bevolkifg slechts voo:r een klein gedeelte bij de inkomsten uit
dat monopolie is betrokken. In verband met de krach-
– tige gehruiksbeperking van de laatste jaren mag ver-
der zeker worden geconcludeerd, dat iedere andere
vorm van verkoop aan de inheemsche bevolking meer
welvaart zou onttrekken dan de tegeniw.00rdige. Het
opium-monopolie heeft ‘daarom voor ‘deze beschouwin-
gen als object van belastingheffing geen beteekeni s.
Een nagenoeg a,naloge conclusie kan getrokken wor-
den nopens den verkoop van het zout. Tenzij men wil
aannemen, dat door den opzet en de uitvoering van
het betreffende Staatsbedrijf de ‘kosprjzen van idit
artikel noodeloos zwaar omihoog zijn gedrukt, ican
slechts een gedeelte van de in’koinsteni, met hot zout-
monopolie verworven, als een belasting worden aan-
gemerkt. Economisch spreekt echter in sterke mate
de omstandigheid, dat door ‘het monopolie aan aan-
nierkelijke gedeelten van de bevolking een gemakke-lijk object van hoofd- of bijver.dienste wordt onthou-
den.
Wat -de pa’ndhuizeu bet?ef t, staat
m
:
en
voor een zeer
bijzonder geval. Bezwaar] ij’k kan worden aangenomen,
dat de bevolking op andere wijze haar behoeften aan
klein crediet goedkooper en zekerder zou kunnen vol-
doen, dan bij ‘s Lands pandihuisdienst. Anderzijds, is
er echter op te wijzen, dat de laatste tariefwijzi.ging
van.
Icorten tijd geleden tot niet anders is ‘terug te
voeren, dan tot de financieele eischen, welke men ge-
meend hoeft zonder bezwaar aan ‘den Pandhuisdiest
te mogen stellen. Met het vorige, lagere tarief kon-
den toch alle kosten van dien dienst volledig worden
bestreden. T-let monopolie brengt daarom in zeker op-
zicht een belasting in den waren zin ides woords. Waar nu in vele gevallen het pandihui.s -voor de economisdh
zwaksten de eenige maikt is voor de geld.behoeften.
aan productief crediet, heeft de laatste verhooging
van de pandhuistarieven. zeker een hoogst onge-
wenschte zijde.
Door de gouvernementsbedrij’ven worden de inkom-
sten van ‘de inheemsche bevolking op tweeërlei wijze
beïnvloed. Voor zoover de ‘deficitten van ‘die bedrijven
uit belastin’gpizeningen moeten worden bestreden,
werkt de invloed van die bedrijven in de hoogte der
belastingen na. Als zoodanig is de drukverzwaring
der laatste jaren zeker voor een aanmerkelijk gedeel-
te op de deficitten van sommige staatabedrijvea.terug
te voeren. Van moer’ ‘directen invloed is verder de hoogte van de retri:butiën, waarbij ‘de tarieven der
Staatsspoo’r- en tramwegen wel liet meest spreken.
Beschouwt men de daarbij gevolgde tariefpolitiek, de
verhoogin.g van verschillende tarieven gedurende de
laatste jaren, dan kan niet anders worden verklaard,
dan dat die tariefpolitiek achter de economische con-
junctuur is komen aan1hinken. Zoo’doende is het eco
nornische leven juist getroffen in tijden, dat de veer-kracht het minste was, zonder ‘dat van de t’genover-
gestelde werking in. den ‘tijd van het hooge prjsni-
veau, ook maar eenige blijvende weiiking ten goede is overgebleven.. Verder wettigen de tegenwoor dige be-
drijfsresultaten voorshands allerminst de verwachting,
dat de tarieven een vorderen val van idat prijsniveau.
zouden •ku.n non vol gen, zonder hoogst o’ngewenschte-
financieele resultaten.
* *
*
Bij de heffingen van de gewesten en gemeenten
staat men voor een zoodanig samenstel van de meest
uiteenloopende heffingsvo•rm’en, dat een schêmati soli
overzicht daarvan niet mogelijk is. De in deze tot mi
toe gevolgde methode bracht de grootst
mogelj
1
ke ver-
scheidenheid. Toen toch in het begin van deze eeuw
overgegaan werd tot het in het leven roepen van die
gewesten en gemeenten, is voor deze locale ressorten
30
September
1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
853
geen bep aal cl ibela’sti oggebied afgebakend. Alen zon-
derde voor de locale ressorten een deel der algemeene
middelen af, liet – onder nadere goedkeuring van
den Gouverneur-Generaal – in cie ‘keuze der hef-
fingen nagenoeg alle vrijheid en gaf verder aan die
locale ressorten een verderen toeslag uit ‘s Land.s mud-
delen en wei van dezelfde grootte, als zij, door eigen
middelen opbrachten. Toen nu, in verband met het
ongunstige beloop van ‘s Lands financiën, deze laat-
ste toeslag moest worden beperkt en ingekrompen’,
toonden de locale financiën daarvan uiteraard den
terugs’lag. Aan den financieelen nood van die res-
sor’ten werd ten deele tegemoet gekomen door meer-
•dere belastingheffing, waarvan, wederom een zeker
gedeelte op de schouders der inheemschen is gelegd.
Men vindt bij die heffingen door de locale ressor-ten de meest verschillende vormen,; waanbij ‘de zg.
ve.rmakelijhheidsbelastin’gen zeer geliefd zijn als pci-
Iers van het locale welzijn. Van grooter belang en in
haar nawerking minder onschuldig zijn echter andere
heffingen, als straatbeljasti.ngen, met oppervlakte van
woonerven als maatstaf, voertuigibelastingen ed. De
tot nu ‘toe gevolgde methode om de locale ressorten
in deze zooveel mogelijk vrijheid te laten, bracht toch
mede, dat men voor een zelfde object, waarvoor in
vroegere jaren de enkele heffing reeds rijkelijk hoog
werd geacht, thans zonder meer dubbel en driedubbel
laat betalen, zonder zich er voldoende rekenschap van
te geven, wat zo’odanigè ‘dubbele ‘of driedubbele hef-
fing voor de eigenaren van dat object beteekent. Be-
halve dit bezwaar komt dan nog – vooral in grootere
gemeenten – een zucht tot reglementeering van pro-
ductie en van verkoop, tot het aan banden leggen van
gewoonten en werkwijzen der iniheemsohen, zonder er
rekening mede te houden, h’oe heftig die reglemen-
teering in dat primitieve ‘gebemen eigenlijk wel in-
grijpt. Ook van dze ,,verdi’eping en verbreeding” van
de zorgen van de Overheid, krijgt de Javaan aanmer-
kelijk meer ‘te dragen .dn de bewoner van de Buiten-
gewesten, al is zijn draagkracht in alle opzichten
minder.
* *
*
Zooals hiervoren reeds werd opgemerkt, wordt het
hoof’dgeld het beste in verband met de desadiensten
in beschouwing genomen.. Dat hoofdgeld toch, gel-
dende voor Java en M.ad’oera, is ontstaan uit •de hee-
rend’iensten, waarvan in vroegere jaren ide diensten
voor de desa niet anders dan een onderdeel vormden.
Teiwjl nu voor Java en Ma’doera de heerendieusten voor het Gouverinement langs den weg van afkoop door het hoofidgeld zijn vervangen, zijn zij voor de
Buitengewesten nog onverzwakt gehandhaafd.
De hoofdgeld,regelingen voor Java en Madoera da-‘
teeren uit het begin van deze eeuw; hoofdigel’dplichtig
is hij, clie ‘heerendienstpliohtig is waarbij zich dan
de uit een ‘bela.stiinigoogpunt bijzondere eigenaardig-
heid voordoet, ‘dat – aansluitende aan vroegere hee-
rendienstregelingen – deze belastingplicht zeer uit-
eenl’oopen’d is geregeld. Bovendien is een groote vrij.-
gevigheid betracht ten opzichte van “hen, die men
euphemistisch ,,hoofden” ,zou kunnen noemen en
waardoor een aanmerkelijk gedeelte van de meest wel-
gestelde groep var de ‘bevolking van ‘het hoofdgel’d
is vrj’geitel’d.
De hoofdgeld(heevendienst)vegeingen kan men nu
gevoegeljk ‘tot twee hoofdgroepen terugbrengen en
wel ten eerste idie, waarbij alle werlcbare mannen
h’oofd’geld’plichtig zijn; in de tweede plaats ‘die, waar-
bij ‘de h’oafdgeldplicht verbondeni is aan het grondbe-
zit. Een verder kenmerkend onderdeel der regeling
is, dat voor elke residentie het per hoofdgeldplichti’ge
op te brengen bedrag uiteenloopt, een aansluiting dus
weer van de ‘belastingheffing aan een algemeen wel-
vaai’Lspeil, welk welvaartspeil echter, evenmin als bij
de landrente, gebaseerd is ‘op een behoorlijk bewerkt
statistisch materiaal. Verder
is
nog vrijheid gegeven
aah de desa tot repartitie, di. een egeling, ‘ waarbij
de desa het in totaal d’oor haar hoofdgeldpiichtigen
op te brengen bedrag, naar zelf te stellen regelen, over
rjereu en armeren vendeelt. Bedenkt men ‘nu, dat
desadienntplicht en heerendienstplioht in hoofdzaak
samenvallen, dan ziet men hier dus op Java voor een
zQer ‘belangrijk onderdeel van belastingdruk, nog
typeerende overblijfselen van feodale regelingen. Vrij-
‘dom van belasting voor een bovendrijvende groep;
verder in vele gevallen alle belasting gelegd op liet
gro’ndhezit, slechts in enkele gevallen – bij’ bepaal’de vormen van reparti’t.i’e – reken ing houdende met het
:iadividueeie w’elvaartspeil.
De in deze thans nog bestaande toestand is ook van
uit een historisch oogpunt bezien wel zeer kenmer-
kend. In zijn ,,Priangan” beschrijft toch De Haan,
hoe reeds in de achttiende eeuw ‘het gr’oad,bezit in
menig opzicht zoodanig werd overbelast, ‘dat men al-
gemeen ‘h’et verschijnsel kon waarnemen, dat de grond-
bezitter afstand deed van zijn grondbezit, om zich
als ,,mompang” onder ‘de jurisdictie van een ander
hoofd te stellen, waar hij er op kon rekenen met
graagte te worden ontvangen, om de plaats in te ne-
men van hen, wien de belastingen te zwaar waren
geworden. Bij dat nieuwe hoofd kon ‘dan ‘op aanmer-
kelijk betere voorwaarden grond ter bebouwing wor-
den verkregen. Ongeveer een eeuw later, in ‘de jaren
vdôr 1900, Itoen het besef ‘doordrong, ‘dat de bestaande
heere.ndicnstregelingeu, liever het spel met de hecren-
diensten, niet langer kon wonden gehandhaafd, ver-
neemt men van verschillende zijden, dat de lasten op
het grondibezit gelegd z66 zwaar zijn geworden, dat
herhaaldelijk deelgerec.htigdeu in commu,nale gemeen-
schappen hun aandeel idaarin prijsgeven, om van de
daaraan verbonden belastingplicht vrij te komen.
Thans ontwaart men nog steeds een zelfde overbe-
lasting, doch typeeren’d i’s daartegenover hoe, zooal.s
de volgende maal aan te geven, de desa zich, in som-
mige opzichten en nog ‘op bescheiden schaal, vrij heeft
weten te maken van star-bureaucratische regelingen,
welke el’ke mogelijkheid van eoonomischen ‘en staats-
rechtelijicen groei mis’kcnnen.
WELLENSTSIN.
Weltevreden.
(Slot volgt).
DE SINAASAPPELENCULTUU1? VAN
SURINAME.
Nu dit onderwerp bij de behandeling van de Suri-
naamsche begrooting over 1925 in de Tweede Kamer
der Staten-Generaal door ‘de leden
Van Rap pard
en
Deckers
ter sprake is gebracht: en het daardoor nog
meer voor ‘het, voetlicht der algemeene belangstelling
is getreden, mag daarover ‘ook in dit tijdschrift met
een enkel woord worden gehandeld. –
Reeds geduren’de enkele jaren is men in Suri’n’aime
bezig, zich voor te bereiden op de cultuur en den
export van sinaasappelen. De voor den Surinaamschen
lan’dboujw zoo zeer verdienstelijke Professor
Dr. G.
Stahel
heeft ook hierin een werkzaam aandeel geno-
men, door het toepassen van selectie en het ter be-
scihik4cing van belanghebbenden stellen van ‘boomen
van de ‘beste soort. Nu deze zaak zoover is gdkomen,
dat een behoorlijk quantum van goede soort voor ver-
schep ing beschikbaar is, m’oet hierop algemeen de aan-
dacht worden gevestigd, wijl ‘deze cultuur een middel
biedt, om met geringe kosten en weinig risico aan
een ‘belangrijk deel der Surinaamsche ‘bevolking een
behoorlijke bron van inkomsten te verschaffen en
aldus de welvaart in idie streken te bevorderen. Toen
in 1901 en 1908 bleek, dat deze vruchten ook zonder
koelruimte met succes naar Europa konden worden
verscheept, begon men de lekkerste soorten van de
zeer uiteenloopenide zaailings-typen en nieuwe varië-
teiten door occuleeren te vermenigvuldigen. De oor-
log van 1914 bracht ook hierin stagnatie, totdat in
1922 het Landbouw-Proefstation te Paramaribo zich
854
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
met deze cultnu’r ging bemoeien. Uit een .artikel van
de hand van genoeniden
Dr. iStahel
in ,,de In’dische
Mercuur” van 9 Januari 1925 blijkt, dat thans in den
omtrek van Paramaribo ongeveer 5000 vruchtdragen-de sinaasappeliboomen staan, terwijl bij den Cultuur-
tuin aldaar 15.000 plantjes beetelid zijn.
Om aan de concurrentie van Zuid-Afr’ikaansche
sinaasappelen in Europa met goed gevolg weerstand
te kunnen bieden, is het van het allergrootste belang,
CeJi. geheel u’niforne soort te kunnen leveren. De keuze daarvan moet uiteraard aan de deskundigen
worden overgelaten. Een andere belangrijke kwestie
is echter, ervoor te waken, dat alleen deze met zorg
gekozen en gekweekte vrucht op de markt verschijnt
en dat niet naast haar ook nog mindere kwaliteiten
als Surinaanascifie sinaasappelen in den handel wor-
den gebracht en daardoor den naam der werkelijk
goede soort zouden schaden. Vandaar dat het voorstel
van den heer
Vwo, Rap pa,rd,
een moiiopolie voor uit-
voer in het leven te roepen, alle aandacht verdient
en dat het te betreuren is, dat de Minister van Kolo-
niiën blijkens zijn antwoord voor dit monopolie wei-
nig gevoelt. De bezwaren, door deren bewindsman
tegen het ‘voorstel aangevoerd, zijn niet zeer overtui-
geriid. Wanneer de Minister zegt, dat de handel eerst
moet weten,
01)
hoeveel productie hij kan rekenen,
vergeet hij, dat de handel dit inderdaad vernemen
kan, door zich tot het Surinaamjsche Gouvernement
om inlichtingen te wenden. Bovendien worden de lei-
(bing en voorhchting, welke ide Minister den planters
niet zou willen onthouden, hun nu reeds door meer-
genoemden Prof.
iStahel
in ruime mate geschonken.
Het gaat er slechts om, dat men in Suriname ervoor
kan instaan, dat alleen een beproefde soort wordt
verscheept. Dan is spoedig genoeg een toenemende
vraag verzekerd en zal ook de quaestie van het ,,p’ak-
huis” moeten kunnen worden opgelost. Op haar plan-
tage Nawarro te Costa Rica ‘heeft de United Fruit
Company onmiddellijk na aankoop der plantage een
pakhuis laten bouwen en van dat tijdstp af heeft de
plan tage, welke vroeger met verlies werkte, winst
afgeworpen. De verpakking, welke in het pakhuis be-
hoort te geschieden, is een belangrijke factor in dit bedrijf. Het perceMage ,,rot” ‘wordt daardoor aan-
merkelijk verkleind. De kosten, welke aan de oprich-
ting van een pakhuis zijn verbonden en waarvoor de
Minister thans nog op grond van hein verstrekte des-kundige inlichtingen terugscihri’kt, zouden bij toene-
menden afzet zeker gedekt worden. In hoeverre daar-
toe nu reeds zou moeten worden overgegaan, valt
moeilijk te lbeoordeelen. Maar wel staat vast, dat de
quaestie van het monopolie van ‘het uiterste gewicht
in deze zaak is. Daaroln kan daarop niet genoeg wor-
den aangedrongen. De verantwoordelijkheid, welke de
Regeering hierdoor zou aanvaarden, wil mij voorko-
men, gemakkelijk te dragen te zijn. Enkele dezkundi-
gen zullen – voori’oopig althans – voor de te ver-
richten keuring voldoende blijken. Ook thans reeds
belasten zich daarmede Gouvernementsannbtenaren.
Eenig verschil in dit opzicht zou er dus niet ont-
staan; alleen zou de zekerheid van een goed product
op de Europeesche markt geboren zijn. Reeds nu is
de raam ‘van den Surinaanzschen sinaasappel zoo gun-
stig, dat kooplieden Spaansehe en andere sinaasappe-
len onder dien naam verhandelen, om ‘hun waar aldus
aantrekkelijker te maken. Laat men deze zaken toch
van overheidswege eens van den ruimen kent b
ez
i
en
.
Hier is nu inderdaad een middel, dat de welvaart
direct kan bevorderen, een middel, dat Suriname zelf
kan hanteeren en dat weinig of geen geld behoeft te
kosten, idaar door het heffen ‘van een matige retribu-
de per versciheepte vrucht de geringe kosten van con-
trôle kunnen ‘worden goecigemaakt en nog aarzelt men,
tot het aanwenden van dit middel over te gaan. ALs
de Minister van Koloniën bij die’zeltde begrootings-
debatten niet zoo uibdrukkelj’k en ‘herhaaldelijk ver-
klaard had, alle medewerking aan het groot-kapitaal
te willen verleenen, wanneer zich dat in Suriname
mocht interesseeren, zou men haast geneigd zijn, aan
algeheel gebrek aan ‘belangstelling voor dit ‘gebieds-
deel te denken. Van veel belang is het echter reeds,
dat tegenover de ‘zoo hoogst ongehikkijge Jiitlating van’
Minister Coljn in ,,Eigen Haard” ‘van 2 Augustus
1924 nu een even gezahebbe’nde verklaring van zijn
ainbgenoot van Koloniën kan worden gesteld. Dit
verdient althans alle waardeering, maar laat men dan
ook den kloinen landbouw niet verwaarloozen en idank-
baar de gelegenheid aangrij’pen, waaribij Suriname ook
eens iets voor zichzelf kan doen.
Ten slotte mogen hieronder nog eenige cijfers en
gegevens worden verstrekt, welke te vinden zijn in
het onlangs verschenen verslag van de Vereeniging
voor Handel en Nijverheid in Suriname over 1924.
De productie bedroeg volgens officieele gegevens
1.137.232 stuks, waarvan ongeveer 250.000 in 1475
kisten naar Nederland werden verscheept in 5 ‘ver-
schepingen tusschen 12 Augustus en 31 Decemher. Uit
de statistieken valt af te leiden, dat Augustus-Novem-
ber het gunstige seizoen voor export ‘is. De vraag naar
plantenmate.riaal blijft aanhouden, terwijl ook de Hol-
landsche boeren in Suriname zich voor de cultuur
beginnen te interesseeren. Uit de hieronder opgeno-
men statistiek ‘blijkt tevens, hoe noodzakelijk de keu-
ring, is. In No. 494 ‘van dit tijdschrift wordt onder
de rubriek ,,A’anteekeningen” ten aanzien van den
uitvoer van sinaasappelen uit Paramaribo vermeld,
dat deze over het eerste kwartaal van 1925 682.253
KG. bedroeg tegen 27.529 KG. in ‘het overeenkomstige
tijdvak van 1924. Wel een bewijs, dat deze cultuur
mogelijkheden bevat, welke niet mogen worden ver-waarloosd. De inhoud van dit artikel moest uiteraard bciknopt zijn, wijl niet kan worden ingegaan ‘op alle
détails ten aanzien waarvan de rede van den heer
Van Rap pard
in de Tweede Kamer ‘belangrijke gege-
vens bevatte. De bedoeling was slechts, op ‘het groote
belang van deze cultuur te wijzen, te meer nu uit de
behandeling van ‘deze zaak in het Parlement bleek,
dat dit belang in verantwoordelijke kringen nog niet
voldoende wordt beseft.
1)
0. E. G. VAN LIMBURO STIRUM.
Bloemendaal.
i) En dit verband moge nog de aandacht worden geves.
tigd op het inimidklel’s verschenen bulletin
No. 50 van Juli
1925,
uitgegeven door het Departement van Landbouw,
Nijverheid en Handel in Suriname, waarin Professor Stahel
over dit onderwerp nog meel’ belangrijke beschouwingen
houdt en waardevolle gegevens verstrekt. — v. L. S.
Aantal
Aantal Gemiddelde Algemeene
Zuivere
Groote Landbouw
winst na
Kleine Landbouw
Aantal Afgekeurd
Zendingen van Parbo
kisten afgekeurde
opbrengst
per kist
onkosten aftrek pak-
Afgekeurd
1
Aantal
in
1924
verzonden
van Parbo
kisten
in
pCt.
op veiling te
Amsterdam
huiskosten
kit
te Parbo.
â
13,50
I
kisten
te Parbo.
Amsterdam
per kist
verzonden
pCt.
verzonden
pCt.
12
Augustus ………..
240
22
f
8,67
f 2,30
f 1,50
95
7
145
10
September ……….
301
14
,,
10,51
,, 2,29
,,
3,60
200
17
101
14
—
9,—
1,30
,,
4,20
10
23
.!
—
..
–
,,
4,08
,, 0,90 ,, 0,32
‘
5
7
66
8
8
October
………….10
4
December
………..71
31
,,
..
.53
–
,,
3,58
,,0,88
,, 0,80
390
18
463
19
1475
.
775
.
700
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
855
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
NAAR DEN VZ[ERIDEN W]INTER VN WERKLOOSF[ETJ)
Dr. T. E. Gregory te Londen schrijft ons:
Het zou ooge.rijmd zijn te beweren, dat wij ook
maar iets dichter bij een op loss ing onzer i’ndtbstrieele
moeilijkiheclen zijn clan toen ik u cle laatste maal
soli i-eef. Zelfs kan in é&n opzicht gezegd worden, dat
wij eerder slechter af zijin, want de Eerste ‘Minister
heeft, door toe te geven .i ci de kwestie van een tijde-
lijk subsidie aan den steenkoi-enrnijnbouw, een prece-
dent geschapen, hetgeen in een land, waar precedenten
een veel g.rootore rol spelen clan zij logisciherwijs be-
hoeren te doen, een kwestie is van verre strekking,
want indien het won schelijk wordt gevonden £ 1 A 2
milli’oen per maand uit te geven, ten einde de nog
grootere kosten van een indusitrieelen stiijci te vermij-
den, waarom wordt dan hetzelfde beginsel niet ôp de
spoorwegen of op de sciheepvaart, ja, op iedere inidus-
lvie toegepast, waarin de arbeiders zoo sterk zijn ge-
organi seerd, dat een staking, indien zij plaats vi nclt,
liet geheele land in, sterke mate zal ontwrichten?
De eerste u i.twerleiag van de overwinning dor mijn-
werkers, want zij
hebben
ongetwijfeld een groote over-
winning behaald, is de i’errnintderiiig rin beteekenis
van den pohtieken vleugel der arbeidersbeweging en
oen. daarmede mrereenkomztige macilatsverineerdering
van den lrinkervleugel, de semi -coninutoisittisohe groep.
1-let is nataurlijik vol-maakt onge.rij
1
md, den. Britschen
arbeider eenig diepgaand geloof in de deugden van
den Sevjet-regeeriiingsvorm toe te schrijven. Hiervoor
is hij veel te veel het product eener historische wit-
wikkeltiug. Wat waar is, is dat over den kiassenstrijd
hier te lande ve.rdeeling heersciht •tusshen hen, die
gelooven in i ndustrieele actie en de aanihangers van
politieke actie. Het handjevol werkelijke communis-
ten heeft geeai.erlei. invloed, behalve in zooverre het
kan werken met de grootere voordeelen van, het indus-
trieele wapen, want opgemerkt dient te wonden, dat
door -dit op te lienielen, in werkelijkheid ‘de beteekenis
vergroot wordt van dat deel van het apparaat, waarin
de invloed der intellectueel-en, die ‘in de Laibour Party
meer en meer naar voren komen, tiog zeer zwak is.
Het Trade Union congres, waar de jongste strijd is
uitgevochten, vertegenwoordigt de georganiseerde ar-
beiders en is niet liet orgaan van hen, die om de een
of andere reden de economische structuur van liet
land iii socialistiscilien zin wensehen te veranderen.
Indien de iin:lcervleugel het Trade Union congres met
cie Labour Party in conflict ican brengen, kan zij den
invloed der i;nteilectueelen tot een minimum reducee-
ren en telfdertij.d de Labour Party in haar geheel
i’edzwakrkn, aangezien de financiën dezer partij in
hoofdzaak afhangen van ide contnibuties der vakver-
eenigingen. Om deze reden valt -de overwinna’ng der
mijnwerkers op de regeening zeer te betreuren. Zij
heeft het prestige der directe actie verhoogd en het
Trade Union congres aangemoedigd, zich om de lin-
kerzijde te scharen, aangezien deze, alles bijeengeno-
men, op een aanzienlijke winst kan wijzen, die maar
al te zeer contrasteert met de betrekkelijke werkeloos-
held van den politieken vleugel.
1-let is natuurlijk volkomen waar, wat gematigde
leden -der arbeiderspartij zeggen, dart niet de linker-vleugel onrust wekt, doch dat onrust, gevolg van den
econo-miscihen toestand, een lin’kervleuel in het leven
roept. Indien echter een dergelijke afdeeling een-maal
op vellen stoom is, zal het moeilijk zij, zelfs bij ver-
hetening van den induistrieelen toestand, haar invloed
ten goede aan te weniden, aiegens het gevaar, dat onte-
vredenheid om haar zelfs wille zal worden geëxploi-
teesid. Intusscihen is er bij den huidigen stand van
zaken te veel werkelijke rechtvaardiging voor dnxust,
dan dat men zich het hoofd zou breken over hetgeen
staat te gebeuren, wanneer – zoo ooit – de indus-
tnieele toestand weder verbetert.
E
:e kwestie, -die de meeste aandacht schijnt te heb-
beu getrokken is de gelidpolitielc, een resultaat, dat
grootendeels het werk is van den heen Keynes en, in
wat geringeren omvang, van Sir- Jo-siala Stamp. Het
dispuurt gaat thans niet meer over indexcijrfers van
groothandels-prijzen, doch draait om de interpretatie
van de cijfers van ‘de kosten van het leven sonderhouid.
Deze zijn, in goud uitgedrukt, naar wordt beweerd
door de tegenstamiers van Iden terugkeer naar het
go-ud, niet 10 pOt, verhoogd. De eenige wijze, hiervoor
cornipecssatie te vinden, zou een algemeene loonsver-laging met 10 pOt. zijn. Daar de Regeenirug deze niet
aandurft en ook de. Baink -of England niet, word
–
en
wij gedreven tot maatregelen, als beperking van den
kapitaaluitvoer en het leenen van ,,bad Amenican
balances” met het resultaat dat wij zijn overgeleverd
aan den geldprijs in fde Ver-eenigid-e Staten en -het punt
nadert, waarop onze betalingsbalans permanent on –
gunstig, zal zijn.
Keynes gaat dngetwijfeid nog verder en geeft te
kennen, dat het nnet slechts onmogelijk is de loonen
te verlagen, alvorens de kosten van het levensonder-
houd zijn gedaald, doch dat zulks ook ongewnnscht is.
Hij protesteert in ,,The Economic Consequ-ences of
Mi. Churchill” -tegen een maatschappelijke opvat-
ting, clie de arbeideude klasse idergedijke offers zou
opleggen en verooitdeelt den gouden standaard als het
geldstelsel van. den ,,man at the top”, als integneere’nd
bestand’deel van een geheel versleten, economisch ge-
lof. Het
in
d-enh-al.v-e niet moeilijk te begrijpen, waar-
om Keysies en.zijn school zon populair in arbeiders-
kringen zijn gewo:riden; het valt echter wel moeilijk
in te zien, hoe propaganda van dezen aard ons kan, helpen. Keynes’ practische oplossing schijnt te zijn
– aangesieti wij hkit prijsniveau niet kunnen herstel-
len, dat ons tol concurrentie met liet buitenland in
staat zou, s-tellen – de bininenl-audsche hulpbronasen
te ontwikkelen. Is dit inderdaad een oplossing, indien
het werkelijk iiiicomen ‘van he-t land wordt -verminderd
door het handhaven van looesen, die gr-oote aantallen
arbeiders permanent zonder werk laten?
Teg-en-stanider van Key’nes te zijn, sluit echter geens-
zins in ieder opzicht -syntpathie in met de politiek van
de Bank of Eng’land. In het bijzo:nd
–
en wordt op het
embargo op buiten]aindscilao leeningen cnitiek uitge-
oefend. Zelfs moet eraan wonden getwijfeld, -of deze
politiek het gehoopte succes heeft, aangezien van alle kanten wordt beweerd, dat in vrij aa’nzienhijken, om-
vang beleggingen plaats vinden in Amerikaansche
fondsen, gr-ooten.deels als gevolg, naar wond-t gezegid,
van de vrees, dat de Royal Commission on the Coal
Industry het volgende voorjaar er niet in zal slagen
een regeling -tot -stand te brengen en dat een hevige
strijd slechts is uitgesteld.
Indien intusscihen de inelasticiteit van -de bonen
als gegeven dient te wonden aangenomen, zou het na-
tuurlijk gewenscht zijn geweest, wanneer de Regee-
ring – alvorens tot den gouden standaard terug te
keeren ernstig de mogelijkheid zou hebben overwo-gen, dit te doen op een pariteit van 10 pOt. bmieden
de oude. Het resultaat zou voor het oogenblik een
vermindering onzer moeilijkheden’ zijn geweest, aan-
gezien ‘het geenerlei directe wijziging der bonen, met
zich zou hebben gebracht, zo’olang d-e werel’dp.rijzeu
niet veranderen, doch over langeren termijn bezien
z’ou liet het vraagistixk vrijwel gelaten hebben, zooals
het was. Want gesteld, .dat wij tot den papieren stan-
daard terugkeer-den, waan zouden wij dan aan toe zijn?
De -wisselkoersen zouden z-icih, naar betoogd wordt, aan
het Britsche prijsniveau aanpassen, zoodat, indien
Qnze pnijen stegen, de koersen zouden dalen en de
etrekkehij’ke attractie, in het koopen hier ‘te lande ge-
legen, ongewijzigd zou blijven. Dit is waar, doch is
geen oplossing va-n het vraagstuk; het zou ons slechts
terugvoeren naar den toestand, waarin wij verkeer-
den, voor de gouden standaard’ in April ji. werd her-
steld. Wij hadden toen een aanzienlijke werkloosheid
856
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
e’n howel kan worden betoogd, dat zelfs toen de wis-
seikoersen beïnvloed wer den door de overschatting
van het Pond, blijft het een feit, dat wij ten tijlde, dat
de Bri,tische prijzen en de wisselkoersen in evenrwidht
waren, ook ongeveer een milli’oen werkloo’zen hadden.
Op zijn best genomen zou een terugkeer tot den pa-
pieren standaard ons dus niet veel kunnen helpen.
Natuurlijk zou het verlaten van het goud om andere
redenen fataal zijn, doch zelfs al ;bescfh’ouwen wij ‘het
alleen met het oog op de veirmindering van sociale
onrust, dan nog zouden wij er niet veel mde op-
schieten.
* *
*
De laatste dageu is de geheele toekomst der indus-trie opnieuw naar voren gebracht, als gevolg van een
verzoek aan den Eersten Minister van S’ir G. B. Hun-
ter, hoofd eener groote scheepeboujwersi.rma, om een
Royal Commission, ten einde een onderzoek in te stel-
len naar de geheele toekomst der •industri•é, welke
dezen in’dnsbr.ieel duisterder dan ooit te voren schijnt.
De Regeerin,g heeft dit verzoek afgewezen, overwe-
gende, dat zo:odan’ige commissie slechts zou kunnen
ontdekken ‘wat iedereen reeds lang weet. De discussie,
die naar aanleiding van dit verzoek in d’e pers is ont-
staan, heeft aangetoond, hoe weinig middelen de ver-
schiliende leiders, die om hun oordeel gevraagd zijn,
in werkelijkheid aan de ‘handi kannen doen: in hoofd-
zaak wi’l,men aansturen op bevordering van ‘den’ inter-
imp er i allen handel, hetgeen niet nood,zakelij.k een
groei van den Britsdhen handel in zijn geheel geno-
men met zich ‘behoeft te brengen.
Hoewel het waar is, dat zuik een nieuwe commissie
naar alle waarschijnlijkheid geen remedie voor onze
huidige kiwalen zou kunnen ontdekken, zou zij wellicht
toch iet’s kunnen doen om
de
publieke opinie te beïn
vloeden, die per saldo alles veel te zeer met één saus
overgoten ziet. Niet alle Britsclhe bedrijven verkeeren,.
in depressie en het zou goed zijn, indien ‘dit feit op
meer prominente wijze dan tot’ dusverre onder de aan-
dacht van ‘het publiek werd gebrac’ht.
De uiteindelijke oorzaken van onzen huidigen toe-stand zijn, alles bij elkaar genomen, niet zoo moeilijk
te ontdekken; de zwarigheid ligt slechts ‘in het aan.-
wijzen van de geneesmiddelen.
In de ‘eerste plaats hebben de meesten, hier te lande
het oude voorschrift vergeten, dat men de tering naar
de nering moet zetten. Krachtens de huidige soelalle
opvatitdngen worden de kwesties besproken op grond
van ‘hetgeen ethisch gewensdht is, inplaats van na te
gaan, wat economisch mogelijk is. De klachten van ‘de ,,unshelt’ered trades” pakken het vraagstuk sqechts op-
pervlakkig aan, want d’e ,,sheltered traides” trachten
het denkbeeld van een hocgeren levensstandaard door
te zetten; slechts is het in hun geval gemakkelijker,
langer voort te gaan zonder door economische m,oei-
lij’kheden tot staan gebracht te worden. De waarheid
is, dat met een ‘bevolking, welke een millioen grooter
is dan véér den oorlog, niet allen er beter aan) toe
kunnen zijn, tenzij de productie, meer dan evenredig
stijgt, idoch deze minder aangename waarheid wordt
het gro’ote pulb]iek bijna nooit op eenvoudige en di-
recte wijze voorgezet.
In d’e tweede ‘plaats wordt niet genoeg aandacht ge-
wijid aan het economische natio’nallisme in vreemde
landen. Men zegt altijd, en in zeker opzicht terech’t,
dat het buitenland thans voor zichzelf meer venvaar-
dig.t dan v66r den oor’log. Dit is echter stechts een
voortzetting van ‘hetgeen jaren voor den oerlog reeds
viel waar te nemen en desondanks zette de wereldihan-
del zich toen steeds meer uit. Hetgeen men zich niet
altijd realiseert ii, dat in de na-oorlogsrw’ereld, de over-
mati’ge pogingen tot economische zelf gen oeg7zaamheid
uitloopen op een verlies aan werkelijk inkomen, ge-
volg van ‘het mindere rendement der voortbrengings-
moeite, waardoor de koop
,
kracht van de wereld, in
haar geheel genomen, daalt. Deze fundaenteelè waar-
heid uit de oude vrjliandelsschool wordt in de hiji
dige discussie bijna geheel over hot hoofd gezien, doch
haar beteeken’is springt in het oog. Bijna evenzeer
springt in het oog, ‘dat de ontdekking van de oorza-
ken onzer huidige moeilijkheden tezolfclertij’d niet die
van de middelen om hen te overwinnen met zich
brengt. T. E. Gnaiooav.
HET ‘RAPPORT VAN DE VOLKENBONDS-
DESKUNDIGEN OVER OOSTENRIJK.
II (Slot).
Dr. R. K’ersc’hagl te Weenen schrijft ons:
Wellicht is het vierde hoofdstuk, dat ,,Onderzoek
van eenige interne problemen” tot titel draagt, het
meest interessant. De Oostenrjksehe arbeider, wordt
hier,in opgemerkt, staab kwalitatief on’d’er den Duit-
schen, doch boven dien uit de erfstaten, met uitzon-
‘deritig van Tsjechoslowakije. De arbeidsprestatie na-
dert thans reeds in vele takken van bedrijf de véér-
ooriogsprestatie, waar.bij men weliswaar in aanmer-
king moet nemen, .dat thans de arbeidstijd slechts
acht uur, tegen tien v66r den oorlog bedraagt. Do
bonen staan beneden die in Duitschlan’d en niet veel
boven die in de andere erfstaten. Met betrekking tot
den prijs van den ar’beid virkeert Oostenrijk in onge-
veer denzelfden ‘t,oestalnd als zijn concurrenten. Zou de
werkloosheid verder toenemen, dan zouden de werk-
looshei’d’sondersteuniing, de ongevallen-verzekering,
enz. zeker een zeer erustige en toenemende ‘belasting
beteekenen. Intus.schen dient te worden bedacht, dat
in de meeste Westelijke staten een analoge wetg&ving
de industrieelo productie minstens in denzelfden
omvang belast. Ten aanzien van het personeel is Oos-
tenrijk ech’ter ongetwijfeld door zekere sociaal-poli-
tieke wetten met bettrekldng ‘tot verlof, ‘enz. in vele
opzichten sterker belast ‘dan het buitenland.
De belastingdruk bedraagt volgens een berekening
der deskundigen rond 17,3 pOt. van het volksinko-
men, tegen 16,9 pOt. véér den oorlog. Dit percentage
is, volgens ‘het rapport, wanneer men den hoogen be-
lastingdruk in de Westelijke staten in aanmerking
neemt, niet on’drageijk te noemen. Wel is liet veel
hooger ‘dan in de andere erfstaten. Zoo bedraagt de
belasting per hoofd der bevolking in Oostenrijk 133
goudkronen, in Tsjechoslowakije slechts 115.
Ondanks het feit, .dat de financiën der stad Weenen
in evenwicht zijn, zou ‘het toch voordeelig wozen,
indien zekere belastingen, welke speciaal het vreem-
del ingenverkeer ‘treffen, als kamerbe] asting, verma-
keljkhei.cisbelasting, zonder rekenin.g te houden met
een ev. aanvankelijke mindere opbrengst, verlaagd
zouden worden. Bij de rjksbelasti.ngen iou het wel-
licht zeer doelmatig zijn, indien men, e.venals bij
zekere gemeentebelastingen, van de belasting van de
bruto-qpbrengst systematisch tot een heffing van de
nebto-op’brengst overging.
Een uiterst moeilijk vraagstuk is dat van de huur-
dersbescherming. Een groot ‘deel der bevolking woont
bijna voor niets, waartegenover staat, ‘dat zekere pres-
taties der huurders, die niet onder het verzamelbegrip
,,huur” vallen, als bv. bijdragen tot herstel van het
bui’s, onder omstandigheden zeer aanzienlijk zijn. Te
verwachten valt wel niet, meent het rapport, ‘dat de
huurdersibescherming onmiddellijk kan wor.den opge-
lieven, doch alleen reeds de aankondiging van het
voornemen, . tot normale toestanden ‘op ‘dit ‘gebied
terug te keeren, zou ongetwijfeld een heilzamen in-
vloed op het hypothecaire credietwezen in Oostenrijk
uitoefenen.
In ieder geval valt, allet bijeengen’osien, te zeggen,
dat weliswaar een verzwaring van den hui’digen f is-
calen druk zekér nieb aan te bevelen is, doch dat er
bij den ‘hukligen omvang der lasten niet van kan
word:en gesproken, ‘dat de bestaansmogelijkheid van
Oottetrji dooi fiscalen druk ‘gevaar
ioop’tL
Het laatste hoofdstuk vn het eerste deel ‘draagt
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
857
tot titel: ,,De economische toekomst van Oostenrijk”.
De vraag naar ‘de Ievensvatbaarheid van Oostenrijk
wordt uitdrukkelijk bevestigen.d beantwoord. De voor-
waarden hiertoe zijn., volgens het rapport, bv. eerder
gunstiger dan in Zwitserland en Zwitserland is, ge-
lijk bekend, niet slechte levensvatbaar, doch leeft in
zeer aan zienlijiken welstand. Verdere aanwending der
waterkrachten ie in Oostenrijk op analoge wijze als
in Zwirtserlain!d doorvoer;baar. De stedelijke bevolking
beloopt in verhouding tot de ia’n.dbouwende in Zwit-
seiland een nog gr.00ter percentage dan in Oosten-
rijk. De ondernemers hebben in Oostenrijk groote
voorzichtigheid en een juiste technische vooruit-
ziendheid getoond. De werknemers hebben hun ar-
beidsprestatie zienderoogen vermeerderd. De stabili-
teit van het O.ostenrijksche geldwezen is onvoorwaar
delijk verzekerd. Om nu de leveosvaitbaarhei’d van
Oostenrijk verder te verzekeren, is het volgende on-
voorwaardelijk noodzakelijk: handhaving van een
politiek van onvoorwaardelijke buclgetaiir even-
wicht, voortzetting der reeds begonnen actie tot ver-
1 aging der iind’ustrieele productiekos ten, onvoorwaar-
delijke handhaving der tot stabilisatie der munt ge-voerde politiek. Een bijondere verbetering van den
economischen toestand van Oostenrijk zou verder kun-
nen worden bereikt, wanneer inog meer buitenland-
sche credieten binnen stroomden, die een langdurige
belegging zoeken. V66r alles is het verdwijen van
de .slagboomen tusschen de verschiltende erf.staten
noodig, waardoor zeker de politieke zelfstandigheid dezer staten niet zou worden geraakt, doch dat allen
staten en niet slechte Oostenrijk ten voordeel strek-
ken moet. Ten slotte beveelt het rapport Oostenrijk
nog aan, om evenals het als eerste de stabilisatie van
het geld’wuzen, onbekommerd om de andere erfetaten,
doorgevoerd heeft, ook als eerste alle ‘belemmeringen
van den vrijen har Tel te laten ‘vervallen en op deze wijze met een goed voorbeeld en tot eigen voordeel
de leiding te nemen.
Het tweede ‘deel van ‘het rapport der deskundigen
bevat slechts ‘statistisch materiaal, .dat grooteadeel’s
reeds uit de maandverslagen van den Commissaris-
Generaal, Dr. Zimmerman, en de maand’eljksche pu-
blicaties van het Statistisch Bureau van den Volken-
bond te Genève, bekend is. Wat Cr
‘bijzonder
belang-
rijk en interessant van is, is trouwens in het eerste
deel van het verslag reeds in uittreksel weergegeven.
Het deskundi’genrapport kan in het’ algemeen bij
–
zonder optimistisch en gunsti,g voor Oostenrijk wor-
den genoemd en heeft dan ook ongetwijfeld de Oos-
tenrjksche Regeeriog bij ‘haar onderhandelingen te
Genève over de opheffing der contrôle, acer belang-
rijke diensten bewezen. Tegen een scherpere critik
van ‘d’e ‘daarin neergelegde opvattingen en cijfers
houdt het weliswaar niet in alle opzichten stand.
Bijzonder sterk komt dit aan ‘het licht in de uiteen-
zettingen over den belastingdruk en de z.g. sociale
lasten. Hier treedt ook zeer duidelijk aan het licht,
dat zekere gebreken hun oorzaak vinden in hetgeen
zich reeds te Weenen bij de onderzoekingen der beide
deskundigen heeft getoond, liet feit al., dat Prof.
Riet alles van zijn sterk conservatief en. zuiver eco-
nomisch standpunt bekijkt, terwijl de heer Layton
zeer ver links staande en ‘sterk socialistisch getinte
opvattingen huldigt. Derhalve ziet men in het bijzon-
der in de genoemde gedeelten, doch ook op andere
pagina’s van het rapport, vaak het verschijnsel, dat
in de eerste zinnen de ‘meening uitgesproken wordt,
(naar het schijnt volgens Layton), dat, gegeven de
sociale en sociaal-politieke ei’schen aan zekere toe-
standen niets mag worden veran’derd, terwijl direct
daarop (naar het schijnt volgen’s Eist) er de nadruk
op wordt ‘gelegd, .dat ‘deze toestanden voor het econo-misch leven wel niet vo1’maakt ondraaglijk, maar ‘toch
zeer te betreuren zijn en een zoo spoedig mogelijke
opheffing zeer gewenscht is. Deze tegenstelling in
de ,fiïndamenteele opvattingen blijkt ook bijzonder
un
het gedeelte over de werkloozen ondersteuning, enz.
Onhoudbaar schijnen ook de opmerkingen over de
handelsbalans van Oostenrijk, welke op zeer willekeu-
ri’ge
cijfers
berusten. Alle leidende statistische in-
stanties in Oostenrijk, zoowel al’s van den Volkenibon’d
doen reeds sedert jaren moeite, eeni’gszins onaan-
vechtbaar materiaal over deze kwestie te verkrijgen,
doch hebben tot op ‘lieden nog geen positieve resul-
taten verkregen. Zelfs wanneer men de ‘schattingen
der beide deskuioidi.gen in dit opzicht ook maar eeuigs-
zins zou willen accepteeren, blijft het nog zeer de
vraag, of men de thans Oostenrijk uit zijn bezittin-
gen aan buitenlan’d.sche effecten, vooral uit de erf-
staten, toevloeiende dividenicien en andere inkomcten
op vier- of
vijfhonderd
millioen, goud’kronen per jaar
mag ramen. Dit
cijfer
is ongetwijfeld zeer ‘sterk over-
dreven.
Ten slotte heeft het ‘ook ‘bestrijding gevonden, dat liet geheele rapport er ten slotte op uitloopt, dat door opheffing der het hanideisverkeer tusschen de erfsta-
ten der Oostenrjksch-Hongaar.soh.e monarchie belem-
merende maatregelen en door invoering van een zoo mogelijk volledig vrijihandelstelsel, de economische
moeilijkheden van Oostenrijk zonder meer kunnen
worden opgeheven. Het lijdt geen twijfel, en juist Oos-
tenrijk bespeurt dit het meest, dat door opheffing
of door verlaging der tolbarrières een zekere ont-
spanning der situatie zou ‘ku.nnen worden geschapen.
De moeilijkheden ‘zijn echter nog in een reeks andere
momenten gelegen, van welke slechte de relatieve
overmaat van geestelijken tegenover handenarbeid de
te geringe efficiency van dan Oostenrjkschen land-
bouw wegens ‘sterk kapitaalgebrek en andere ‘naar vo-
ren gebracht. moeten woi’den, welike het deskundigen –
rapport eigenlijk slechts zeer aan de oppervlakte be-
handelt en die, ronduit gezegd, in de rapporten van
Commissaris-Generaal Zimmerman veelal grondiger
behandeld werden.
Hoe dit ook zij, ‘het deskundigenrapport blijft een
interessant document in een lange reeks van .deskun-
digenrapporten over Oosteinrjk, welke in 1918 met
liet bekende memorandum van Sir Williajn Goode be-
gonnen is en waarvan ‘het huidige rapport het zesde
of zevende is. Al kan men oo’k tegenover zijn opti-
misme wellicht het. een en ander aanvoeren, toch laat
zich niet ontkennen, dat het voor de Oosten nijksche
onderhandelaren ‘te Genève op ‘het oogeublik, waarop
deze de opheffing der, speciaal met het ‘oog op de bin-
nenlaindsche politiek als zeer drukkend gevoelde con-trôle, geëisch’t en in wezen ook doorgezet ‘hdhbeu, on-
getwijfeld van aanzienlijke waarde is geweest.
Dr.
R. KERSCIIAGL.
AANTEEKENINGEN.
De Indische hoogovenplannen; het ver-
h.o oh s ings vraag sta Ic.
– Bij de behandeling van de begrooting van Gouvernementsbedrjven in den
Volksraad op Woensdag 8 Juli heeft de Directeur
van Gouvernementsbedrijven over de beproeving van
de verkooksbaarheid der Borneokolen het volgende
medegedeeld:
1)
Na de afhandeling in 1923 van het ontwerp voor het hoog.
oven-bedrijf in denVolksraad, is de heer Van der Waerden nog
eenige maanden in Indië gebleven om zich in de eerste plaats
persoonlijk op de hoogte te stellen van de proeven tot ver-
kooksing van verschillende Indische kolen in de cokesoven-
installatie te Sawah Loento. Hierbij kwam hij tot het resultaat,
dat men sneller goedkooper en beter tot het doel zou kunnen
geraken, indien de cokesproeven in een te Poeloe Laoet op te
richten proefoven zouden kunnen worden uitgevoerd om eerst
bij eenig uitzicht op succes de meer kostbare en tij droovende proeven in den grooteren cokesoven te Sawah Loento te her-
halen. Tijdens zijn daarop gevolgd bezoek aan Poeloe Laoet,
heeft de beer Van der Waerden de zaak ter plaatse en persoonlijk
overlegd met den bedrijfsleider aldaar, den hoofdingenieur
1)
Hand. Volksraad, le gew. zitting
1925, p. 789/790.
858
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
Van Wijngaerden, aan wien, geheel in overeenstemming met
den heer Van der Waerden, de leiding der cokesproeven zou
worden opgedragen. Die opdracht is vervolgens ook in dien
zin verleend, dat ingenieur Van Wij ngaerden zich had te ge-
dragen naar de aanwijzingen en inzichten van den heer
Van der Waerden.
Het geheele cokesonderzoek op Poeloe Laoet is dus, zoovel
wat het gevolgde systeem als wat de aanwijzing van het lei-
dende personeel betreft, van den aanvang aan ingericht naar
de persoonlijke inzichten en wenschen van den heer Van der
Waerden. De mijnbouwdienst is bereid geweest zijn volle mede-
werking te verleenen tot het instellen van de cokesproeven,
omdat ook de organen van dien dienst zeer wel de fundamen
teele beteekenis van die proeven, zoowel voor het slagen der
hoogovenplannen als voor het belang der Poeloe Laoetmijnen
inzagen. Ook door het departement werd de noodige mede-
werking tot het een, en ander dadelijk toegezegd en volledig
verleend.
Door het uitblijven van gunstig resultaat rees blijkbaar
twijfel bij ingenieur Van der Weerden of de proeven wel goed
werden verricht en gaf hij aan het toenmaals met verlof in
Europa vertoevende hoofd van den dienst van den mijnbouw,
den ingenieur Hövig, zijn verlangen te kennen, dat te Stagen
alsnog eenige door hem nader aangegeven contrôle-cokes-.
proeven zouden worden genomen en dat ondertusschen kolen-
monsters voor nader onderzoek naar Europa zouden worden
gezonden, verzameld, verpakt en verscheept als door hem aan-
gegeven. Ook aan dezen wensch is dezerzijds zonder voorbe-
houd gevolg gegeven. Het diensthoofd is ter beschikking gesteld
en kort na zijn terugkomst in Indië naar Poeloe Laoet ver-trokken, om zoo volledig mogelijk de verrichte proeven te’
con troleeren en aan de andere wenschen van ingenieur Van
der Waerden uitvoering te doen geven.
Het resultaat van alle proeven hier te lande is een volledige
mislukking geweest en ingenieur Hövig heeft in overeenstem-
ming met de verantwoordelijke deskundigen van den geheelen
mijnbouwdienst als zijn eindoordeel uitgesproken
,,dat met de ons ter beschikking staande hulpmiddelen
uit de Poeloe Laoetkolen en in het algemeen uit de eocenë
Borneokolen geen bruikbare hoogovencokes kan worden
verkregen.”
Uit deze voorhistorie moge afdoende blijken, Mijnheer de
Voorzitter, dat er geen grond aanwezig is voor de in het Aneta-
bericht tot uiting komende ontevredenheid over de mede-
werking van den mij nbouwdienst. Integendeel kan verklaard
worden, dat aan alle wenschen van den heer Van der Waerden
steeds is tegemoet gekomen.
Omtrent de resultaten van de in Europa nader ingestelde
ookesproeven met de onder toezicht van ingenieur Hövig ver-
zonden kolenmonsters, bereikten de Regeering telegrafische.
berichten, respectievelijk van den 2den April en den 7den Mei jongstleden, waarin wel vermeld wordt, dat uit Soen-
goep-stukkool goede cokes zou zijn verkregen, maal- nog niet,
dat hiermede het vraagstuk zou zijn opgelost, zooals het
Anetabericht het wil doen voorkomen. Voorts is twee weken
geleden nog een telegram ontvangen, dat door verschillende
proeven de verkooksbaarheid der Soengoep-kolen is aangetoond
en dus de technische bezwaren tegen het hoogovenbedrijf zijn
opgeheven. De Regeering wacht binnen enkele weken daar-
omtrent nadere berichten.
ONTVANGEN:
jTccchscJi,lagebuch der Nachschlccgewerlce f’ür die Wirt-
scha,ftspraxis.
I:l.era.usgegeben im Aufbrage des
Hamburgischen
–
WeIt-Wirtschafts-Archivs von
V
Dr. Paul Heile. erlag Wirtschaftsdienst,
G. in.
b. H. Hambui-g 36.
De voortdurend toenemende gecoinplieeerdheid der mo-
dern e maatsch appij, cle dientengevolge steeds moeilij kër te
overziene feiten en te beoordeelen vragen, doen, gelijk de
sa.nieiisteller van bovengenoemd werk terecht opmerkt, voor
een ieder clie in politiek of administratie, journalistiek of
practijk van het bedrijfsleven, leideuci werk linef t te ver-
richten, de behoeite aati ,,Nachschiagewerke” toenemen.
Intusschen ii op het gebied dezer werken iangzaanerlia.nd
een dergelijk aantal verschenen, dat men zonder gids tus-
schen al (leze opgetaste kennis een goede kans loopt den
weg kwijt te raken, in plaats van er in te slagen, de voor
een bepaald doel meest bruikbare bron van inlichtingen te
vinden.
Zoo’n gids wil nu Dr. Heils’s ,,Naohschiagebuch der Nach-
1
schlagew’erke fiir die Wirtschaftspra.xis” zijn. Het geeft’
een overzicht van de eerbiedwaardige verzameling ,,Nach-
schlagewerke”, welke in het Hamburgische Welt-Wirt-
schafts-Archiv aanwezig is, in negen hoofdafdeelingen ge-
rangschikt. Eerst komt de algemeene en internctionale
afdeeling, dan een rangsehikking naar de landen der we-
reLd, vervolgens een oeraicht van de werken, die over tal-
boze grondstoffen en eindproclucten aanwezig zijn. Hierop
volgen alres- en beursbandboeken voor afzonderlijke lan-
den en branches, codes, maat-eenheden en omrekeningsta-
bellen van alle soorten, woordenboeken, biografieën en ten
slotte cle rubriek ,,Bibliograf ie en pers”.
Het w’erk heeft twee bijlagen, clie samen. ongeveer de helft van zijn omvang beslaan. De eerste geeft een syste-matisoh en alfabetisch overzicht van de eenige honderd-
tail en dagbladen en tijdschriften uit alle landen der wereld,
ii’elke geregeld bij het Welt-Wirtscha.fts-Arcbiv binnen loo-pen. Het overzicht over de buitenlandsche economische pers
wordt hierdoor zeer vergemakkelijkt.
De tweede bijlage bevat een uitvoerige beschrijving van
het Welt-Wirtsohafts-Archiv, zijn ontstaan en organisatie.
Een nuttig werk heeft Dr. Heile met de samenstelling
i’an dit werk verricht, dat verder de verdienste heeft, ruim
gedrukt en goedkoop te zijn. De prijs bedraagt nI. slechts
Handboek voor de Scheepvaartbela’n.gen in Nederla.nd.
Rotterdam.
TI
de Bont & Zoon. 1925.
Van het in 1917 verschenen ,,Handhoek” heeft thans een
tweede, algeheel herziene en verbeterde Nederlanclsch-Engel-
sche uitgave liet licht gezien, samengesteld door den heer
T. F. den Haak, Adj.-Bibliothecaris van het Scheepvaart-
kundig Instituut en Museum. De ruim 1000 pagina’s welke
het bevat, bevatten om. een Beschrijvin.g der Haventoegan-
gen en Grootscheepvacirtkanaien met opgaaf der haven- en
kaciegelden – Loodswezen – Betouning – Verlichting –
Storrnwaarsohuwingsdienst – Redciingwezen – Qua.rantaine
– Diverse Nvetten – A.anvariagsreglementen – Codes –
(letijen (hoog- en laagwater) en getijseinen – Afstands-
tabel – Geregelde stoomvaartverbindingen met buitenland-
sehe havens – Geregelde stoomvaartverbindingen in het
binnenland – Beurt-, Rijn- en Schelclediiensten – Beitrs-
conditiën – Sleepoonditiën – K..opvaardijv]oot van Neder-
land en Koloniën – Werven – Dokken – Draadlooze tele-
graf ie en stations over de geheele wereld – Lijst van sta-
tions, ‘welke tij.dseinen geven – Olie- en kolenbu’nkerstaitions
ter wereld – Binnenvaartregleme.nten – Departementen –
Veerdiensten – Zeevaart-, Machinisten- en Radiosdholen –
Normalisatie – Scheepselassificatiebureaux – Rijksdiensten
– Diplomatieke en Consulaire ambtenaren in Nederland
en den vreenicle – Aantal paardekrachten Motor- en Tur-
bineschepen – Snelheid der schepen – Statistieken – Ope-
ningstijden bru.ggen – In- en uitklaringen – Vereenigin-
gen en Instellingen op Scheepvaartgebied, enz. enz. en tal
van andere gegevens. Bovendien een uitgebreki Handelsre-
gister (Adressenlijst van in Nederland en Koloniëti geves-
tigde bedrijven bij de Scheepvaart betrokken).
Het werk zal, aldus cle heer Muschart, Rijkshavenmeester
te Rotterdam, in het voorwoord, waarmede hij deze nieuwe
editie inleiclt, door een ieder, die zich op het gebied van
scheepvaart en daarbij betrokken ondernemingen beweegt,
zeker een antwoord geven op vele vragen, (liie zich daarbij
kunnen voordoen. ,,Van alle mogelijke onderwerpen, met
betrekking tot de Buiten(zee)scheepvaart, de Bin.nensdheep-
vaart en de Visseherij vindt men in dit werk alles, wat men
in practijk noodig heeft, uitvoerig behaudeld.’
Denniark 1925.
Pubkiahed hy the Danich Ministry foi
Foeeign Affairs and the Danisli Statisti.cal De-
partment. Oopenihagen 1925. Dyva en Jeppesen’s
Bogtryk.keri.
Van het jaarboekje, ter voorlichting van het buitenland,
dat Denemarken geregeld het licht doet zien, is thans de
jaargang 1925 verschenen. Het bevat de beken.de
hoofdstuk-
ken, die in het algemeen over land en volk, administratie, onderwijs, economische organisatie enz. oriënteeren, ter-
wijl de weg naar meer diepgaande litteratuur wordt gewe-
zen aan hem, die hieraan behoefte mocht gevoelen.
Een register van Deeasche exportfirma’s en -artikelen,
alsmede een index op den geheelen inhoud, besluiten het
werkje.
Oedenkboeic van den Algerneenen Nederlan.dschen
Zuivelbon.d (F.N.Z.),
samengesteld ter gelegen-
heid van het 25-jarig bestaan der Vereeniging
op 20 October 1925.
Arresten over Handels’recht en Burgerlijk Proces-
recht,
verzameld door Mr. H. R. Hoetiinik. Met
een voorwoord van Prof. Mr.
F.
G.
Scheltema.
Haarlem; H. D. Tjeenk Willink & Zo&n.
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
859
De
GC?fleCflte
en
de
volkshuisvesting,
door Ir. A.
Rcport in zake de industrieele tarieven voor elcctri-
Keppier en F. M. Wibaut. No. 2 Bibliotheek voor
citeit, gas en water,
uitgebracht aain het hoofd-
Geme&dtepolitiek. Amsterdam; N.V. ,,Outwikke-
bestuur der Nederi. Maatschappij
voor
Nijver-
lirig”.
. heid en Hanidel.
MAANDCIJFERS.
Rescho.uwir&gen over de Wa&rdeleer
door S. de Wo1ff.
Overdruk uit
de Socialistische Gids
Janrgaug
]
92Fi. N.V. Ontwikkeling; Amsterdam.
GIROOMZETBIJ DE NEDERLANDSCHE
BANK.
Augustus
1925
Augustus
1924 Ve?•slag over den Landbouw in Nederlctr,,d over
192.
___________
Posten_
Bedrag
Posten
Bedrag
No. 3 van de Verslagen en Mededeelingen van
Voor reke-
de Directie van den Landbouw 1925
; •
Departe-
ment van Binnenlandsche Zaken en Landbouw.
ningbouders
48.729
f2.380.060.000
57.416
f
2.081.587.000
‘s-Graverhage 1925
;
Gebr. J.
&
H. van Langen-
waarvan door
huiysen.
.
de H.-bank
–
plaatselijk
36.329
,,2.028.880.000 40.487
,, 1.815.976.000
Verslag van de Werkzaa.mheden over de §aren
1922,
Ter voldoe-
1923
en
192
van den Rijksvoorlichtingsdienst
ning van
ten behoeve van den Vezelhandel en de Vezel-
Rijksbelast.
1.331
,,
15.476.000
7.410
,,
20.259.000
nijverheid te Delft; Jaargang 1925, No. 1 van
de Verslagen en Mededeelingen van de Afdee-
GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM.
ling Hax’del en Nijverheid van het Departement
1
Juli 1925
Juli 1924
van Arbeid, Handel en Nij
“v erheid.
‘s-Graven-
Giro’s (eenzijdige ver-
In
millioenen
1
anta1
0
oeneni
1
Aantal
hage 1925
;
Algemeene Landsdrukkerij.
melding)
Critische beschouwingen in zake den aanteg van een
Girobetalingen aan
verbeterden scheepvaartweg van Am.sterdam naar gemeenteinstellingen
f
72,3
17.303
f93,9
12.970
den Boven-Rijn.
Naar aanleiding v•aia het ver-
0-irobetalingen aan
slag van de Staatscommissie ingesteld bij Ko-
particulieren
11
21,9
67.018
,, 19,2
51.984
ain.kiij’k Besluit i.an 1 Jarniari 1921, No. 39, door
Geldomzet.
Het
Ingenieursbureau
Dwar.s
en
Verhey
te
,,
4,9
6.706
5,3
8.656
Amersfoort. Uitgeg. door de Kanaalvereeui.ging
,,
7,8
30.757
,,
6,9
29261
Gelderselie Vallei”; 1925.
,,De Part.rekeninghouders
,,18,4
1
24.834
2
19,3′
22.518
2
Ontvangsten
……..
Betalingen
……….
Waarvan
rekeningh.
De Konjunctuur
door Mr. Dr. A. Spanjer. ‘s-Gra-
welke gelden voor 1
hebben
venhage;
N.V.
Bokhandel
vJii
W.
P.
van
jaar
vast
gedeponeerd …….
,,
9,4
2.6592
,,
6,6
2.297
2
Stookum
&
Zoon.
1) Gemiddeld saldo te goed.
2)
Einde
der maand.
REStJMË UIT HET MONTHLY BULLETIN OF STATISTIOS (VOLKENBOND).
Maandgemiddelde
1924
1925
1913
1
1923
1
1924
Dec.
I
Jan.
Febr.
I
Maart
April
Mei
Juni
24,336 23,369
22,646
22,341
22,914
21,456
22,849
20,415
20,735
17,864 43,088 49,268
42,278
48,222
53,840
41,878
40,536 37,342
39,561
40,797 3,404 3,978
4,916
5,024 5,392
4,937
5,383
5,020
4,915 3,876
12
Duitschland
2)
….
15,842 5,185
9,902
11,233 11,929
10,535
11,412
10,362
10,437
9,890
869 630 620
590 584
551
618
579
584
518
2,601 3,392
2,634
3,009
3,424
3,266
3,621 3,311
2,978
2,716
(1000
tons)
Frankrijk
2)
434
442 638 665 669
637 689 686
706
703
Productievan Engeland ………..
steenkool
Ver. Staten ………
207
182
234
247
249
246
282 268
275 213
(1000
tons)
Frankrijk
2)
……….
Schepen
op
Engeland ….. ….
1,395 1,297 1,297
1,165
1,094
Productievan Engeland …………
ruw
ijzer
Ver. Staten ……….
148
42
42
42
1
Kwartaals-
J
41
1
Kwartaals.
J
68
229
111 197
197 187 169
België …………….
…1,957
….
125 120 155
155
J
opgave
1
164 opgave
1
213
stapel eind
Ver. Staten ………..
545 324 355
355
405
407
der maand
Frankrijk ………….
(1000
tons)d Italië
……………..
Duitschiand ………..
Import(voor
Engeland 1000
£
9)
54,931
81,473 94,975
119,557
115,623
96,268
100,084
97,948
89,779 100,382 binnenl.
Ver. Stat. 1000
$
147,932
310,981
298,429
320,480 335,447
317,964
375,781
328,890
318,753 326000
13
verbruik)
Frankrijkl000Frs.
5
)
701,778 2724,067
3344,381
4118,454
3172,571 3346,369
3306,700
3050,968 2968,672
2991,243
Italië
1000 Lire
6
303,803
1432,431
1615,599
2495,487 1827,726 2073,231 2586,968
2609,003 2442,720
2704,108
Export (bio-
Engeland 1000
£
9)
43,771
63,938 66,280 69,308
69,051
69,330 70,303
60,877
64,204
58,893
nenlandsche
Ver. Stat. 1000
$
204,024
340,893
374,813
438,650 440,438
364,835
445,533 391,594
362,757
326006
18
producten)
Fraekrijkl000Frs.
8
)
573,351
2536,049
3454,511
4042,067
3562,615 3595,061
3762,244
3557,744 3640,187
3506,534
Italië
1000 Lire
6
209,303 923,802
1192,470
1774,960
1119,280 1403,194
1480,447
1343,176 1438,385
1661,466
Inklaringen Engeland (geladen)
9
)
4,089 4,257 4,614 4,962
4,272
3,818
4,421 4,325
4,525
5,121 (1000
tons)
Ver. Staten
(gel. en ballast)..
4,440
5,527 5,677
5,157
4,456
4,527
5,227
5,434
5,490
–
Frankrijk (geladen)
2,876
3,485
3,548 3,409
3,243
3,021
3,442
3,774
3,942
3,890
Italië(gel.enballast)
1,560
1,182 1,372
1,39910 1,46110
1,461
10
1,46110
–
– –
Wisselkoer-
New York op Londen
100
93.99 90.78
96.49
98.26
98.07
98.15 98.54
99.76 99.87
sen: (jaarl.of
New York op Parijs.
100
31.47
27.10
27.98 27.96
27.36
26.85 26.89
26.76 24.72
maand.gem.)
7
New York op Berlijn
100
–
–
99.92 99.91
9991
99.91 99.91
99.91
99.91
NewYorkopRome..
100
1
23.84
1
22.58
22.30
21.60
1
21.29
21.10
1 21.27
21.08
19.84
1]
Inclusief bruinkool. Vanaf 1919 mci.
Elzas-Lotharingen.
Vanaf
1920
1
pariteit.
Jaariijksch of maanaelijksch
gemiddelde.
8]
Sedert Januari1921
mcl. Elzas-Lotharingen
en het
Saargebied.
2]
Vanaf
1919 zonder
Elzas-
1
geschiedt
1
de waardeering
van den
invoer volgens de opgaven
van
Lotharingen.
Vanaf 1920 zonder
Elzas-Lotharingen
Pfalz. Vanaf
1922
Pooisch
het Saargebied
en
1919
importeurs.
1
9]
Vanaf
Daarvoor was
1
1923 met
zij
gebaseerd
op
officieele waardecijfers.
den handel
van
van
Groot-Brit-
de
Juni
zonder
inclusief
Opper-Slezië.
8]
Vanaf
1
tannië en
April
Noord.lerland
met
inbegrip
den lerschen
Elzas-Lotharin”en.
4]
Kwartaalcijfers Shipping.
Verminlering tengevolge
of
1
volgens
de
van
Lloyd’s
Register
1
den
buitenlandschen
handel
den lerschen
van
vrijstaat en uitgezonderd
6]
Sedert Januari 1922 nieuwe schatting
op
grond
mijnwerkersstaking.
der
gedeclareerde
1
gemiddelde
op
rond der
kwartaalcijfers.
vrijstaat.
11
1
Reichsmark;
10]
Maandelijksch
1
billioen
waarden.
7]
Waarde der
genoteerde geidsoorten
in
percenten
der
1
papiermark
= 1
,çeichsmark.
12]
Zonder
Saargebied.
031
Voorl.
cijfer.
860
.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
HANDELSBEWEGING OVER DE MAAND AUGUSTUS 1925
•
.
(
Ontleend aan de Statistiek van den In-, Uit- en Doorvoer).
–
(roepen
Invoer
Uitvoer
Saldo Invoer
Saldo Uitvoer
Gewicht
I
Waarde
11
Gewicht
I
Waarde
Gewicht
I
Waarde
Gewicht
I
Waarde
K.G.
Gulden
1.G.
Gulden
K.G.
Gulden
K.G.
Gulden
T Levende dieren
.
731.636 346.590
1.413.966
969.098
–
–
682.330
622.508
II Voedingsmiddelen
voor menscb en dier
en dranken:
onbewerkte en
half bewerkte
166.340.189
32.896.774
149.526.941
35.339.666
16.813.248
–
–
2.442.892
fclbrikaten
….
82.821.309
14.352.437
97.344.636 42.657.192
–
. –
14.523.327
28.304.755
III Onbewerkte en
halfbew. stoffen: v. dierlijke herk
10.162.868 8.363.640
5.332.973 3.041.75
4.829.895
5.321.886
– –
plantaarci.,,
288.522.736
41.187.972 32.572.050
10.969.384
255.950.686 30.218.588
– –
minerale
1.341.389.295
28.041.705
1
712855 137
l
9.097.759
628.534.158
18.943.946
–
–
409.034.940
66.518.568
2
182053.033
2
52.436.864
226.981.907
14.081.704
–
–
V Gouden en zilveren
munt en muntmat
2.189 2.583.773
3.911)
5.120.017
– –
1.730
2.536.244
VI Andere goederen
1.994.684
533.238
14.799.751
19.405.504
–
–
12.805.067
18.872.266
IV Fabrikatn ……..
2.300.999.846
194.824.697
1195902.406
179.037.238
1.105.097.440f
15.787.4911
–
1
–
Totaal ……..
Zonder gouden en zilve-
ren munt en munt-
materiaal (groep V).
.
2.300.997.657
192.240.924
1195898.487 173.917.221
1.105.099.170
18.323.703
–
–
1)
Hieronder zijn niet begrepen
de bunkerkolen
voor
Ned. schepen.
2)
Hieronder
is niet begrepen de bunkerolie voor Ned. schepen
OVERZICHT
van de
waardé van
den In-
en Uit’oer
voor elke
maand van het loopende jaar en de drie
daaraan voorafgaande
jaren, met
uitzondering van gouden
en zilveren
munt en muntmateriaal, in
uldens.
Maanden
Invoer
Uitvoeri)
1922 1923
192f
1925
7–
I
l
1922
1
1923
1
1924
1
1925
Januari
……
152.495.668 173.045.849 177.506.065 210.617.177
86.106.447 91.487.819
116.522.007 139.999.961
152.353.594 162.189.535 185.223.674 196.852.738
84.204.248 94.601.855
125.465.290 136.322.825 180.328.763
..
165.440.620 186.545.160
203.821.859
112.879.875 106.977.347 131.906.705 146.276.635
April ………
167.451.702 169.639.064 189.679.735
193.677.184
92.729.841 97.005.415 136.430.618 144.319.877
Februari
…….
194.080.257
160.129.701
218.738.134
198.100.039 108.423.679 104.128.702
135.517.501
150.490.303
Maart ……….
Mei
………….
Juni
………
150.899.735
..
159.533.444
188.746.940 183.465.518 100.680.880 97.860.255 110.783.833 124.358.145
Juli ……….
..
163.863.700 157.464.022 198.162.017
223.550.747
104.572.575 95.693.919
134.417.411
161.535.085
Augustus …….
..
178.807.927 150.975.066 174.016.738 192.240.924
99.442.892
107.933.082 137.772.584 173.917.221
Tot. Jan./Âug.
1.340.281.346 1.298.417.301 1.518.618.463
1.602.326.186
789.040.437 795.688.394
1.028.815.949 1.177.220.052
September
164.616.506 166.474.283 189.646.172
115.612.131
127.720.569 162.791.232
October …….
186.643.442 192.923.258
218.062.389.
112.003.008 125.848.400 173.486.508
November …..
172.295.111
176.660.045
217.688.984
104.350.396 126.123.548 159.327.318
December …..
..
.. ..
163.762.355 174.750.818
219.516.025
100.225.239
127.839.691
136.235.459
Totaal ….
2.027.598.760 2.009.225.705 2.363.532.033
1.221.231.11 1.303.220.602 1.660.656.466
i)
In den uitvoer zijn niet begrepen de bunkerkolen en de bunkerolie beslemd voor Nederlandsche schepen.
PRODUCTIE DER STEENKOLEN-, BRUIN-
III. Zoutmijnen.
KOLEN- EN ZOtJTMIJNEN.
(Kon. Ned. Zoutindustrie te Boekelo.)
(Gegevens verstrekt, door den Hoofdingenieur der mijnen.)
1 Aug.
1 Sept.
1 Sept.
1
T. Gezamenlijke Steenkolenmijnen.
1925
1925
1924
1 Aug.
1 Sept.
1
1Sept.
Aantal arbeiders……….
99
100
91
1925
1925
1924
Juli1925 Aug. 1925 Aug. 1924
Afgeleverd:
Geraif. zout ……..(ton)
2.542
3.969
4.230
Industriezout
……(
,’, )
42
45
11
Aant. arbeiders bovengronds. ondergronds.
.8.295
22.410
8.239
22.382
8.076
21.580
30.705
30.621
29.656
Totaal
………………
Afvalzout ……….(
)
142
35
40
Aantal normale werkdagen
27
23
27
Juli
Aug. Aug.
1925
1925
1924
Netto productie in tonnen
van 1000 KG.
……….
POSTCHEQUE EN GIRODIENST.
623.620
613.543
499.011
.
Juli 1925
11
Augustus 1925
22.710
23.991
23.861
waarvan kolenslik ………
Aantal normalewerkdagen:
.
26
24
25
_______________
Aantal
Bedrag
Aantal
_______
Bedrag
Aantal rekenin-
gen op ultO.
..
110.175 110.852
Staatsmijnen
..
. .. … ..
Oranje-Nassaumij
…
nen
Overige mijnen
………..
24
27 25 25
22
24
‘Bruinkoolmi’n
II. Bruinkolenmijnen.
Carisbor
g,.
.
Ontv. stortingen.
Uitbet. cheques.
.
Bijschrijvingen
. .
1.034.726
waarvan ingiro
443.067
114.941
71.653.118 42.655.049 339.175.406 266.931.289
355.258
117.122
860.284
63.552.399
45.474597
331.297.773 266.905.241
1Aug.
1 Sept.
1 Sept.
1925
1925
1924
1
Afschrijvingen
. .
waarvan in giro
Gezamenlijk te-
647.511
308.785.167
266.931.289
574949
314.458.282
266.905.241
159
154
185 .
–
Juli1925
Aug. 1925 Aug. 1924
goed op ulto.
.
378.977736
395.789.983
Aantal arbeiders …………
Netto-productie in tonnen.
.
Belegd
63.394.535 63.811.496
17.438
15.535
16.922
Aantal normale werkdagen
27
25
25
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B.
**
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
f
B,
‘
~
‘
I.
C~
in
‘
..
B
Eff
:
4il5Jan.’25
N.Bk.v.Denem.
5j
D
Wsels 4
15Jan.’25
Zwits. Nat. Bk. 4
16 Juli ’23
7Sept.’25
Vrsch. in R.C.
5415
Jan.’25
Zweedsche Rbk
44
21Aug.’25
Javasche Bank
. ..
4420 Oct. ’24
Bank v.Noorw. 5
14Sept.’25
Bank van Engeland
44
6Aug.’25
Bk. v. Tsjecho-
Duitache Rijksbk. 9
26Feb.’25
slowakijë. 7
25Mrt. ’25
Bank v. Frankrijk 6
9Juli’25
N. Bk.v.O’rijk. 9
3Sept.’25
BelgischeNat.Bnk.
5422 Jan.’23
N. Bk.v.Hong. 9
28Mei ’25
Fed.Res.Bank N.Y.
3426Feb.’25
Bank v. Italië. 7
17Juni’25
Bank van Spanje… 5
23Mrt.’23
Z.-Afr.Res.bnk
54
OPEN MARKT.
1925 1924 1923
1914
26 Sept.
21-26
14-19
7-12
22-27
24-29 20-24
Sept. Sept.
Sept.
Sept. Sept.
Juli
Amsierdom
Partic.
disc.
3/8
55I16-I8
331_1/
2
3116/16
41
1014
3
1
18.318
318
–
I16
Proloog.
2
314
211
3
_31
4
2’12-3
1
12
3
1
12
331
4
.4
311
3
.3/
4
211
4
3/
4
Londen Daggeld
. .
2
1
123
1
/
2112_3112
2-311
2
2
1
133314
2311
3
2
1
12-3
1
3
14-2
Partic. disc.
39/6
3112
311
2
_3/
4
331
4
7/
8
3U/
16_314
3.11
4
21/
4
–
31
4
Berlijn
Daggeld
..
8-9
8-10
7
9
1
12
79
–
–
–
Partic. disc.
30.55 d..
.
71/
4
7114
7118_11’4
711_3/
–
–
–
56-90 d..
.
7
7 7
7..1/
–
–
2
1
9-
1
/
Waren-
wechsel.
8
3
14-9
8
1
12-9
8314
8
5
1-9
–
–
–
New York’)
Cail money 51/4
46
1
/4
3
1
/2.51/4
4.511
4
21/
4
5.3/
4
13/
4
-21/
3
Partic.disc.
321
351
31e
3
18
–
14
–
–
–
1)
Cail money-koers v. 25 Sept. en daaraan voorafgaande weken t;m. Vrijd.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.
a a
New
‘Londen
York”)
Berlijn
Par4fs
BrussellBatavia’)
22 Sept.
1925
2.48
15
/
12.064
59.25
11.77
10.89
100% 23
1925
2.48ts/
12.06
59.25
11.79 10.89
1003%
24
1925
2.48
18
/
1
2
.05*
59.23
11.77*
10.87*
1003%
25
19252.483%
12.05*
59.21
11.78
10.86
100%
26
1925
–
1
2
.05*
59.21*
11.77*
1
0.86*
100%
28
1925
2.46
11
/
12.044
59.20
11.76*
10.86
1003%
Laagsted.w.1)
2.4
5/
6
12.04*
59.18
11.75 10.80
10034
Hoogste d.wl)
2.49
1
2
.06* 59.26
11.82
10.97
101
21 Sept. 1925
2.48
7
/
8
12.06* 59.24
11.814
11.-
100%
14
,,
1925
2.48%
12.054
59.21
11.69:J
10.97*
100%
Muntparitéit
2.48% 12.10
59.26
48.-.
48.-
100
*) Noteering te Amsterdam.
9*)
Noteering te Rotterdam.
1)
Particuliere opgave.
Data
SrTd
Weenen
Praag
Boeka-
res
Milaan
Madrid
22 Sept. 1925
48.07%
35.074
7.374
1.224
10.13
35.80
23
,,
1925
48:05 35.10
7.37
1.224
10.14
35.80
24
1925
48.05 35.10
7.374
1.22*
10.16
35.81 25
,,
1925
48.02t/
35.10
7.374
1.22*
10.-
35.80
26
1925
48.05 35.07%
7.374
1.22*
–
–
28
,,
1925
48.023.
3
35.10
7.374
1.22*
10.10
35.80
Laagsted.w.l)
47.98
35.-
7.35 1.174 9.95
35.724
Hoogsted.wl)
48.07% 35.15
7.40
1.274
10.18
36.-
21 Sept. 1925
48.05
35.07% 7.38
1.224
10.24
35.9.24
14
,,
1925
48.05
35.05
7.37 1.224
10.36
36.20
Muntpariteit
48.-
35.-
50.41
48.- 48.- 48.-
‘) Noteering te Amsterdam.
9*)
Noteering te Rotterdam.
‘) Particuliere opgave.
–
Data
Stock-
holm’)
1
Kopen-
‘hagen”)
Oslo’)
sing-
Buenos-
Aires ‘)
Man-
treal
1)
22 Sept. 1925
66.85 60.85
52.674
.6.27
100%
2.48%
23
1925
66.90
60.20 51.40
6.27
1003/
8
2.48%
24
1925
66.90
60.25
51.10
6.274
100%
2.485/
25
,,
1925
66.824
59.90 49.85
6.274
100%
2.48
5
‘8
26
,,
1925
66.80 60.30 51.40
6.274
101
2.48
5
/8
28
1925
66.80
59.95
.
49.75
6.274
100
2.48%
Laagsted.w.’)
66.70 59.60 49.40 6.24
1001/,
2.48%
Hoogste d.wl)
66.90
61.-
53.20
6.30
101%
2.49
21 Sept. 1925
66.824
61.10
53.40
6.27
1005/
8
2.48%
14
,,
1925
66.70
61.-
51.60
6.26
100%
2.48
5
/8
Muntpariteit
66.67 66.67
66.67
48.-
105
2.48%
9)
Noteering te Amsterdam.
“)
Noteering te Rotterdam.
1)
Particuliere opgave.
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
D t
a
IS
Londen
(Sper)
Parijs
($p.JOOfr.)
Berlijn
($p.IOOMk.)($p.lOOgld.)
Amsterdam
22
Sept.
1925
4,84%
4,73
23,80
40,18
23
1925
4,8434
4,73
23,80
40,18
24
1925
4,84%
4,73
23,80
40,19
25
1925
4,74
23,80
40,22
26
1925
4,8434
4,74
23,80
40,21
28
1925
4,84%
4,73
23,80
40,21
15
Sept.
19251
4,84%
4,72
23,80
40,20
Muntpariteit
…,
4,8667
19,30
23,81%
405/
55
KOERSEN TE LONDEN
Plaatsen en
Landen Noteerings-
eenheden
12Sept.
1925
19Sept.
1925
I
Laagste
l
Hoogstel
21126
Sept.
’25
1
26Sept.
1925
A.lexandrië
._
Piast. p. £
9716/
32
9711/32
978/s
97116 9715/,
‘Bangkok….
Sh. p. tical
1/10
5
/6
1/10’/
1110 5
1/105,i
11103/
8
B. Aires’)
…
d. p.
$
459/
1
459.’
32
45%
453%
55
i
Calcutta
… _.
5h. p. rup.
1/68/
162/
1/6
5
/
32
1167/32
1163/
1
Constantin.
.
Piast.p. X
857%
835
855 885
872%
Hongkong
Sh. p.
$
2
/
51
/16
21451
8
214%
2165/
8
2/5
11
/1e
Lissabon
1)
d. per Mii.
2% 2%
231
/
2
33/
04
2%
Mexico
……
.d.
per
$
26
26
25
27
26
Montevideo
1)
d. per
$
49y
4
493/,
49
49%
4934
Montreal
….
$ per
£
4.849/
4
4.85 4.84s,
4.847/
8
4.84k
R.d.Janeirol)
d. per Mii.
623132
69/16
6H
6
31
/
2
61’1
Shanghai
…
Sh. p. tael
3/2%
3/3%
3/2%
3/3%
313
1
/8
Singapore….
id. p.
$
2143/
2143/
214
1
/,
214%
2145/
e
Valparaiso’).
peso p. £
39.60
3
)
39.70 39.50 39.60
39.50
Yokohama
…
5h. p. yen
1/811/
s
,
1/88/
8
1j83/19
1189132
1/8%
• Koersen der voorafgaande dagen.
1)
Telegrafisch transfert.
1)
90
dg.
3)
Noteering van 18 September.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS’)
Londen’)
N.York
2
)
Londen
21 Sept. 1925.
.
33′
72 21
Sept. 1925.
.
84111% 22
1925..
331
71%
22
1925..-
84/11%
23
1925…
33
71%
23
1925..
84/113,6
24
,,
1925
–
3215/
711
24
1925..
84/113,6
25
,,
1925..
3215
7 ly
4
25
1925..
84/11%
26
,,
1925-
338/,
71′,,
26
1925..
–
27 Sept. 1924..
35.
69%
26
Sept. 1924-
92/6
20 Juli
1914..
2415,
5
1
/
8
20 Juli
1914-
84110
1)
in pence p. oz.stand.
2)
Foreign
silver
in 2c. p. oz. fine.
3)
in sh.
p.oz.fine.
STAND VAN
‘a
RIJKS KAS.
Saldo bij Nederi. Bank…
f
–
t
–
Saldo bij betaalmeesters..
,,
3.925.084,24
4.108.943,40
Saldo b. d. Bank v. Ned.
,,
–
»
283.886,07
Voorschotop alt. Aug. 1925
Gemeenten
……… …
aan de gemeenten op
voor haar door Rijk te
heffen gem. ink.bel. en
opcenten op Rijksink.bel.
,,
43.262.061,46
43.262.061,46
Voorsch. aan de koloniën
21.483.356,68
,,
22.425.930,25
Voorsch. a. h. buitenland
,,213.414.152,40 ,,215.030.537,73
Daggeldleeningen
tegen
onderp. v. schatk.papier
,,
2.000.000,-
Voorsch. door de Ned.Bank
Schatkistbilj. in omloop’)
Schatkistprom. in omloop
Waarv. direct bij Ned. Bk.
Zilverbons(met inbegripv.
de bedragen bij de betaal-
meesters in kas)… . … …
Door den Postch.- en Giro.
dienst in ‘s Rijks Schat-
kist gestort ……….
1)
Waarvan
f
37.056.000
verval
NEDERLANDSCH.INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
119 September 1925 1 26
Septemlier
1925
Voorschot uit ‘s Rijks
kas aan N.-I.
… ._ –
.
f
11.291.000,-
f
14.038.000,.-
md. Schatk.prom. in oml.
,,
48.150.000,-
,,
48.150.000,…
Voorsch. Jav.Bk. aan N.-I.
12.466.000,-
7.918.000,-
Muntbiljetten in dmloop.
34.996.000,-
34.890.000,-
Ten voordeele v. N.-I. ge- boekt beleggingsgeld v.
h. N..I.muntfonds……
,
6.161.000,
6.161.000,-
Totaal
… ……..
fll
3
.
064
.
000,
_. flll.lSl.
000,
_.
In ‘s Lands kassen ……
,,
40.851.000,-
,,
–
f
10.390.655,23
f
11.496.214,62
,,143.817.000,_ ,,143.817.000,-
,,109.930.000,- ,,109.930.000,-
17.822.924,50
17.597.799,-
47.929.818,55
,,
42.294.719,46
n op of na 1 April 1927.
862
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 28 September
1925.
Activa.
Binnenl.Wis-I Hfdbk.
f
42.231.685,46
sels,Prom., Bijbnk.
14.477.539,57
enz.in
disc.I Ag.sch. ,,
26.425.820,17
f
83.135.045,20
Papier o. h. Buitenl. in disconto
–
Idem eigen portef..
f
243.322.981,-
Af :Verkochtmaar voor
debk. nog niet af gel.
–
243.322.981,-
Beleeningen
md.
vrsch.
11f dbk.
f
47.706.547,83
in rek.-crt.
Bijbnk.
,
10.772.297,93
Ag.sch.
69.141.350 97
op onderp.
f
127.620.196,73
Op. Effecten
…….f
125.349.691,73
Op Goederen en Spec. ,,
2.270.505,-
127.620.196,73
Voorschotten a. h. Rijk ……………..,,
12.212.630,86
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud
……f
56.184.160,-
Muntmat., Goud
..
,, 362.170.816,-
f
418.354.976,- Munt, Zilver, enz.
•
23.432.114,09
Muntmat. Zilver..
Effecten
441.787.090,09
BeleggingRes.fonds.
f
6.481.514,29
id. van’
v. h. kapit.,,
3.998.950,69
10.480.464,98
Gebouwen en Meub. der Bank ……..,,
5.171.000,-
Diverse
rekeningen ………………,,
38.370.838,97
f
962.100.247,83
Passiva.
Kapitaal
……………………….f
20.000.000,-
Reservefonds ……………………,,
6.483.597,96
Bijzondere
reserve ………………..,,
12.000.000,-
Bankbiljetten in omloop …………..
,,
878.563.575,-
Bankassignatiën in omlQop………..
1.200.639,81
Rek.-Cour.
5
Het Rijk
f
–
saldo’s:
Anderen,,
33.601.640,88
33.601.640,88
Diverse rekeningen ……………….,,
10.250.794,18
f
962.100.247,83
Beschikbaar metaalsaldo
………….f
258.557.448,49
Op de basis van
2/
5
metaakiekking…. ,,
75.884.277,35
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigdis. ,,
1.292.787.240,-
Voornaamste posten in duizenden
guldens.
Data
(loud Zilver Circulatie 1 opeischb.I Metaal- Ikings
schulden’ saldo
perc.
28 Sept. ’25 418.355 23.432
878.564 34.802 258.557 48
21
’25 418.356 23.196
870.153 37.969 259.370 49
14 ,, ’25 418.354 22.923
881.906 36.544 257.031 48
7
’25 416.917 22.672
893.027 25.567 255.314 48′
1
’25 414.4Ï7 23.002
899.192 27.224 251.580 47
24 Aug. ’25 414.428 23.179
862.759 30.111 258.475 49
29 Sept.’24 529.090 11.290
971.711 23.706 340.712 54,
25 Juli ’14 162.114 8.228
310.437
6.198 43.521
1
) 54
1
Totaal
1
Hiervan
I
1
Papier
1
Diverse
Data
1
bedrag
1
Schatkist- Belee-
1
oo
het
essen ningen
1
buiten
disconto’s Ve
°
h7treeks
1
land
ningen
5)
28 Sept. 1925
83.135
–
127.620
243.323
38.371
21
,,
1925
85.120
–
122.247
243.187
39.599
14
,,
1925
90.027
–
124.302
243.026
39.866
7
1925
94.707
–
124.262
242.848
39.500
1
1925
90.486
1
–
148.198
243.104
39.212
24 Aug. 1925
90.088
–
116.228
242.972
37.645
29 Sept. 19241
135.868
–
194.041
40.297
98.815
25 Juli
19141
67.947
14.300
61.686
20.188
509
1)
Op de basis
van
11
metaaidekking.
2)
Sluitpost activa.
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste
posten in duizenden guldens.
Data
Metaal
/1″
Andere
opeischb.
schulden
Discont.
IDiv. reke-
ningen’)
22 Aug.
1925..,
1.004 1.545
803 986 300
15
1925…I
1.004 1.610
806 986 382
8
,,
1925-
1.013 1.605
544
997 297
1
1925..
1.014
1.692 477
1.015
300
25 Juli
1925-
1.024
1.448
737
1.012
298
23 Aug.
1924-
1.169
1.502 643
1.062
406
5 Juli
1914-
645 1.100
560
735 396
OIUILpUSUUCI dCLIVd.
JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
Data
Ooud
Zilver
Circulatie opeischb.metaal-
schulden saldo
19Sept.1925
1750
324.500
1
59.000 99.050
12
1925
176.250
325.000
61.500 98.950
5
1925
177.000
321.500
1
52.000 102.300
22Aug.1925 132.523
44.246′ 315.887
52.502 103.818
15 ,, 1925 132.315
44.270 319.326
44.351 104.607
8 ,, 1925 132.688
45.318 316.951
57.533 103.962
1 ,, 1925 132.714
45.171
311.267
61.186 104.112
20Sept.1924 157.846
62.018 265.580 114.313 144.479
22 ,, 1923 161.285
61.025 260.240 132.730 144.277
25 Juli1914 22.057
1
31.907 1 110.172 1 12.634
4.842e
Wissels, 1
1
Dek-
Data
Dis-
buiten
Belee-
1
Diverse
conto’s
N.-Ind.
1
ningen
reke-
kings-
percen-
______________
betaalb.
1
t
ningen’)
tage
19Sept.1925
179000
46
12
1925
178.500
”
46
5 ,, 1925
167.680
47
22Aug.1925 18.748 33.460
82.611
61.328
48
15
1925 18.248 34.174
78.970
57.145
49
8 ,, 1925 17.837 33.662
79.290
61.967
48
1
1925 17.906 31.499
78.693
60.527
48
20Sept.1924 37.923 21.508
80.032
29.258
58
22 ,, 1923 38.065 33.404
94.625
27.366
57
25 Juli1914
7.259
6.395
47.934
2.228
44 1)
Sluitpost activa.
8)
Basis
3
15 metaaldekking.
BANK VAN ENGELAND.
Vooroaamste posten, onder bij.voeging der Currency Notes,
in duizenden pon.den sterling.
Data
Metaal
Circulatie
Currency Notes
1
Bedrag
Bankbil). 1 Oov. Sec.
23 Sept. 1925
160.660
142.911
291.731 56.250
240.566
16
1925
161.064 143.527
293.773
56.250 242.661
9
1925
161.378 144.196
295.402
56.250
244.379
2
1925
162.532
144.979
295.796
56.250 244.711
26 Aug. 1925
163.194 144.267
295.086
56.250
244.096
19
,,
1925
164.033
144.184 297.272 56.250
246.370
24 Sept. 1924
128.425 123.909
285.592
27.000 241.185
22 Juli
1914
40.164
29.317
–
–
–
D ata
00v.
Other
Public
Other
R eserve
Dek-
ings
Sec.
Sec.
Depos.
Depos.
23Sept.’25
36.934
75.364
17.047
114.473
37.499
2834 16
’25
38.014
71.445 17.450 111.040
37.286
29
9
’25
37.911
72.431
13.232
115.771
36.932
28s/
2
’25
39.647 70.767
12.655
116.781,
37.303
28%
26Aug.
1
25
35.414
70.114
21.813
104.218
38.677
30
19
,,
’25
33.98.9
71.323
16.535
110.236 39.599
31%
24Sept.’24
41.698
76.607 13.537
110.764 24.266
19,52
22 Juli ’14
11.005
33.633
13.735
42.185
29.297
528/
5
YCIItUUUlIi5 tUOrn..LLCI1 flC.CJVC CII IJCpUCIID.
-, UIJUUUCKKI,Ig.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen francs.
1
Waarv.l
1
Te goediBuit.
gew.I
Schat-
1
Wis-
Data
Ooud un
het
Zilver1
in het 1
voorsch.
1
kistbil-
1
se
buitenl.I
buitenl.Ia/d.
Staat
jetten
‘)i
24Sept.’25
5.547
1.864
310
561
28.900
5.130 3.212
17
,,
’25
5.547 1.864
310 562
28.800
5.129
3.179
10
’25
5.547
1.864
309
579
28.650
5.122 3.355
3
,,
’25
5.547
1.864 310 579
28.800
5.115 4.427
27Aug.’25
5.547
1.864
311
579
27.750
5.099
3.494
25Sept.’24
5.544
1.864
301
568
23.000
4.797
3.985
23 Juli’14
4.104
–
640
–
–
1.541
Waarvan
1
Uitge-
Courant
Data
op het
buitenl.
stelde
Wisselsl
ningen
Circulatie
I
Parti-
1
culierenl
Staat
24Sept.’25
14
6
2.841
45.557
2.144
33
17
’25
19
6
2.864 45.613
2.117
12
10
’25
20
6
2.899
45.686
2.167
20
3
,,
1
25
17
6
2.815
45.445
2.573
12
27Aug.’25
12
6
2.862
44.702
2.387
42
25Sept.’24
17
9
2.759 40.339
1.727
15
23 Juli’14
8
–
769
5.912
943
401
1)
in disc, genomen
wegens voorsch.
v.
d.
Staat a. bulteni.
regeeringen.
30 September 1925
ECONOMISCH.STATISTISCHE BERICHTEN
863
DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reiohsmark.
Daarvan
Devlezen
Andere
a a
U
‘o d
bij bui-
als goud-
wissels
Belee-
teni. clrc.
dekking
en
ningen
banken
1)
geldende
cheques
15 Sept. 1925
1.144,5 98,6
332,6 1.601,6
11,3
7
,,
1925
1.144,0
98,6
351,8 1.700,5
14,1
31 Aug. 1925
1.138,4
93,0
357,5
1.765,0
33,0 22
1925
1.137,2 97,7
358,4
1.566,5
16,4
15
1925
1.114,6
97,7
357,7
1.617,9 20,3
7
1925
1.113,7
102,8 358,5 1.706,1 23,8
30 Juli
1914
1.356,9
–
–
750,9
50,2
Door
0
a
Effec-
Diverse
Circu- Rekg.- Diverse Rijksb.
ten
Act1va
2
)
latie
Crt.
Passlva geher-
________________
disc.
15 Sept. 1925
202,1 612,9
2.413,3
814,6
466,1
469,4
7
,,
1925
202,0
531,7
2.559,3
701,7
460,3
448,9
31 Aug. 1925
201,9 470,6
2.594,6
701,0
440,4
490,4
22
1925
201,9 683,2
2.292,3
976,8
490,4
489,3
15
1925
201,9
660,5
2.373,2
926,3
461,2
479,4
7
,,
1925
201,7
618,1
2.472,7 810,4
516
1
9
463,3
30 Juli
1914
330,8
200,41
1.890,9
–
944,-1
40,0
–
‘) unoelast ‘)w.o. Kentenoankscnelne l,,
–
I
bept.,
ji,
Z, I,
1Aug., resp.
276,1; 193,9; 121,6; 327,1; 264,7; 215,5 miii.
BANQUE NATIONALE’ DE BELGIQUE.
Voornaamste posten in miljoenen franca.
Data
0
24Sept.25
389
85
480 1.264 370 5.200 7.582 245
17
’25
388
85
480
1.243
375
5.200 7.602
196 10
’25
388
85
480
1.318
361
5.200
7.646
187
3
2
25
387
85
480
1.336
419 5.200
7.653
166
27Aug.’25
386
85
480
1.336
316
5.200
7.616
174
20
,,
’25
385
85
480
1.317
274
5.200
7.596
159
25Sept.
2
24
355
85
480
1
1.327
1
380
5.250
7.526
265
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.
Goudvoorraad
Wettig
Wissels
Data
betaal-
middel,
Zilver
Totaal
Dekking
F. R.
In her-
1
disc. v. d.
1
In de
open
bedrag
Notes
etc.
member 1
markt
banks
1
gekocht
9Sept.’25
2.770,7
1.495,5
110,2
639,2 214,1
2
,,
1
25
2.776,7
1.484,8
191,2
576,9 213,2
26Aug.’25
2.762,2
1.498,8
125,4 579,7
201,5
19
’25
2.775,2
1.502,4
130,2
559,5
195,3
12
’25
2.777,6
1.503,4
133,1
538,2 211,7
5
’25
2.778,0
1.494,2 136,3
543,8
212,0
10Sept.’24
3.084,9
2.072,5
86,9 261,2
92,5
Data
Belegd
In U. S.
Notes
1
Totaal
Gestort
ii-
Dek-
–
I
Algem.
1
Dek-
Gov.Sec.
in circu-I
latie
1
Kapitaal
kings-
perc.l)
kings-
perc.’)
9Sept.’25
327,1
1.680,1
2.244,5
116,4
70,5
73,4
2
,,
’25
326,2
1.637,7
2.235,7
116,4
71,6
74,8
26Aug.’25
332,2
1.615,9
2.236,5
116,3
71,6
75,0
19
’25
323,3 1.618,2
2.237,2
116,3
72,0 75,4
12
’25
328,6 1.617,7
2.236,2
115,8
72,0 75,5
5
’25
333,5 1.605,6
2.266,0
115,7
71,7 75,3
10Sept.’24
568,2
1
1.750,7
2.200,4
112,0
78,0
1
80,3
) v ernouaing totajen gouavourraaa tegenover opelscnoare scnulaen:
F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.
Dis-
Data
Aantal
conto’s
I
Beleg-
IReserve
b/de
Totaal
depo-
Waarvan
time
banken
en
beleen.
gingen
banks
sito’s
deposlts
2 Spt. ’25
727
13.475
5.443
1.635
18.098 5.199
26Aug.’25
728
13.375 5.471
1.638
18.010
5.204
19
,,
’25
728
13.373
5.478
1.636
18.057 5.195
12
’25
728
13.371
5.482
1.635
18.138
5.183
5
’25
728 13.309
5.483
1.665 18.083
5.178
3 Spt. ’24
747
12.437
5.134
1.604 17.130 4.565
Aan het ein1 van ieder irsvartaal woi
–
rlt een overzicht gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.
EFFECTENBEURZEN.
Amsterdam, 28 September 1925.
. Te B e i
–
1 ii
ik
5
gedurende (le afgeloopen berickteweek cle
111
h&t vorig overzicht vermelde rust in zaken blijven be-staan. De weigering van Krupp, deel uit te maken vaic de
ontworpen Rjusoli-Westfaal sehe ijzertrsist, alsmede cle on-
gti nstige cijfers der D ititsche handel sbal an s over Augustus,
ss’elke een passiefsaldo van 454 nbillioeii Mk. te nieti geven,
kwamen iii afbrokkelel.sde koersen tot uiting. ])e successen
van cle btiitensla.ncls g&imitteerde leeniiigeu va.i.s cle Reiiteit-
bank en de stacl Brenien konden hiertegen geen tegensvicht
vormen.
Te L o ‘n cl e
ii
heeft de aankondiging van cle uitgifte van
£ 40.000.000 3 pCt. Conversielee’niug tegen een minimum
koers van 76% pCt. op cle beleggiumgamarkt eeulige reactie
veroorzaakt.
,
Wat de aandeelenma.rkt betreft bleef de
grootste belangstelling gereserveerd voor de rubberaf-
cleeling, waar de vaste stemming van ‘het product en de
hoogte der uitgekeerde clividenden aanleiding tot zeer om-
vangrijke ko’oporders hebben gegeven. Vooral sommige be-
leggingstrusts hebben in ideze richting gedurende de achter
ons liggende berichtsperiode geopereerd.
Te P a r ij s stond de markt eenerzijds onder den invloed
van geruchten omtrent de gedeeltelijke mislukking der emis-
sie van de 4 pct. gou.dleening. Hiertegenover stonden ech-
ter goede berichten omtrent Caillaux’ onderhandelingen in
de V.-S. De koers van het betaalmiddel was in verband hier-
mede vast en de beurs per saldo goed gestemd.
Te N e v Y o r k is een daling van beteeken’is iugetrecleiu, mis gevolg van een meer sceptische benordeeling van berich-
ten uit iandbouiw en nijverheid, terwijl tevens de veawach-
tingen inzake de ontwikkeling der gelidmarkt iii de naaste
toekomst tot eenige voorzichtigheid aanleiding hebben ge-
geven. WeLiswaar hebben de bedragen, welke tot nu toe voor
Duitsche rekening zijn opgenomen, voor Amerikaansche be-
grippen nog geen gr.00te verhoudingen ‘aangenomen, doch
het vooruitzicht op verdere leeningen – sv&lich,t ook van
Fransche zijde – te za.meu met de naclering der herfst.
eischen, heeft hier en daar eenige aarzeling doen ontstaan,
svat betreft het beschikbaar stellen van gelden voor de fond-
senmarkt.
Te n
0
n z e n t is de
beleggiiilgsrrcarkt
voortdurend in
vaste stemming geweest. De uitgifte van de 7 pOt. obliga-
ties ten laste der Rentenbank-Kreclitanstalt heeft een zeer
groot succes gehad, ondanks het feit, dat de leening niet
in ‘cle officieele heursnoteering aal worden opgenomen. Op
den ‘dag van do eerste’ omzetten ‘in ‘het fonds werd, een
neteeriug bereikt, liggende ongeveer 3 pCt. ‘boven dan emis-
sieprijs. Sindsdien is een lichte reactie ingetreden, doch
van een ‘daling van eenige beteekenis is geen sprake ge-
seest. 6 pCt. Ned. Werk. Schuld 1922: 106, 106%; 4%
p,Ct. Ned. Werk. Schuld 1917: 98/, 98%
;
7 pCt. Ned.-
Indië: 102
5
Y8, 102
1)
/
je
; 4% pCt. Port. Tabak:
74%,
76, 77;
5.pCt. Mexico Goud 1899 £ 20-100: 41%,
423/.
S pCt.
Sao Paul: 102%, 102%, 102
1
/1.
– Van de verschillende afdeelingen op de aandeelenmarkt
heeft cle
rubbera.fdeeling
opnieuw de meeste aandacht ge-trokken. Wel viel er op sommige dagen een lichte achter-
uitgang van het keerspeil op te merken, -in verband met
en reactie in den rubberprijs te Londen, doch deze was
van geringen omvang en tijdsduur. Voora’l tegen het einde
der ‘herichisperiode ontwikkelde zich groote belangstelling
voor vrijwel alle soorten uit de desbetreffende afdeeling.
Ook hier, evenals te Londen, vielen omvangrijke beleggings-
aankoopen op te merken. De vraag naar prolongatiegeld
tegen onderpand van rubberfoncisen blijft gering. Ook is
‘het opvallend, dat bij eenige reactie van de rubbe’rprijzen
het aanbod voornamelijk op te merken valt dl iii fondsen met een zeer ruime markt, zooals Amsterd:un Rubber, dl in kleinere waarden, welke in hoofdzaak ‘door de specu-
latie worden opgenomen. Deli Batavia R’ubber: 224, 228,
230%; Amsterdam Rubber: 3297/
s
, 324, 332%; Hessa Rub-her: 413, 419, 409, 422; Indische Rubber: 324, 340, 352%;
Ned.-I•nd. Rubber en Koffie: 284%, 287,
296%;
R’dam
Tapanoe’li: 75, 77%, 77; Serbadjadi: 305%, 313%, 315
1
/2;
Sumatra Caoutchouc: 278, 289,
275%;
Tjihoeni Tjipong.
pok: 176, 180%, 187%.
– Bij r’ubberaaudeelen hebben zich in de ‘achter ons lig-
génde dagen ook
theeaendeelen
aangesloten. Gedurende zeer
langen tijd is deze afdeeling ter beurze vrijwel verwaar-
loosd gebleven. De hoogere prijzen in de theeveilingen te
Londen besteed, te zameri met het vooruitzicht op een
oogst, welke nidt grooter zal zijn dan clie van verleden
j’aar – getuige het besluit van de Indian Tea Associatio’n
– hebben aanleiding tot eenigen kooplust gegeven, waar-
in moest worden voorzien door een zeer nauwe markt,
1
864
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
ij
vrijwel geheel ontbloot van limites. Aan de vraag kon dan
ook slechts vokliaan worden door het peil sterk omhoog te schroeven. Toch viel er een bonn 1 ide ondergrond te
erkennen; de reactie na de eerste aankoopeu toch is be-
trekkelijk gering gebleven, terwijl daarna ook weder een
herstel is ingetreden. Anieterdam Thee: 86%, 88, 81%;
i3-alapoelaug:
285%,
299, 298; Melangbong: 168, 185, 182;
Rongga Landbouw Mij.: 260, 275%, 281%; Seclep: 429,
430, 434. Tabakseancieelen
waren eveneens vast gestemd, hoewel
niet alle soorten hierin gelijkelijk hebben gedeeld. Het
meest op dcii voorgrond stonden aandeelen Dcli Batavia
Tabak Mij., Senembajh en certificaten ,,De Oostkust”, media
in verband met de rubberbelangen dezer ondernemingen.
Arehdsburg: 491, 485, 489; ]3esoeki Tabak: 299, 292; Dcii
Batavia: 387, 398, 405% ; Dell Mij.:
416%,
413,
409%,
417; Senembah: 503,.495
i/2,
505.
De
suikerrn.arkt
is over het algemeen vrij ongeanimeerd
geweest, met uitzondering van een enkelen dag, toen de
Cubauotnerin.gen te New York een plotselinge en
Vrij
groote verbetering aantoonden. Daarna is de lusteloosheid
echter teruggekeerd. Ook het feit, dat de V.J.S.P. suiker
uit oogst 1926 tot
f
10 per picol heeft verkocht, heeft
slechts voorbijgaanci. eenigen Invloed uitgeoefend. Aanclee-
len Handeisvereeniging ,,Amsterdam” echter hebben Vrij
veel weerstatidgeboden. Wel viel ook hi&r een koersterug-
gang op te merken, doch het laagste punt werd tegen het slot op tamelijk verren af stand gelaten. Cultuur Mij. der
Vorstenlauden: 151, 154% ; 153; Handeisverg.,, Amster-
dani”: 552, 568, 560% ; Java Cultuur Mij.:
314%,
322%,
320%; Necl.-Ind. Suiker-Unie: 209%, 216%, 212% ; Peer
–
worecijo: 106%, 109%, 106% ; Tjeippar: 595, 603, 573;
Tjew’eng Lestari: 201, 211, 207.
Petroleumaancleelen
zijn zeer stil geweest en vrijwel zon-
der koersvariaties. De berichten uit de Vei-eenigde Staten
hebben nog steeds gewag gemaakt van overproductie en
van prijsverlagingen, zoowel vail ruwe olie als van ben-
zine. Toch is aan
onze
beurs geen daling van grooten con-
vang ingetreclen. A arideelen Koninklijke Petroleum heb-
ben, als internationaal fonds, den steun van de overige
buiteniandsche beurzen ondervonden, hoewel ook in de
internationale beurscentra cle omzetten slechts gering zijn geweest. Dordtscbe Petr. Lid. Mij.: 353, 356, 347; Gecon-
solideerde Hoil. Petr. Cy: 161%, 158%, 160%; Kon. Ned.
Petr. Mij.: 378%, 373%, 370
3
/8. De
scheepvasrtafcleeling
bleef vrijwel verwaarloosd, met
uitzondering van een enkel fonds, zooals aandeelen Ko-
ninklijke Necleriandsche Stoomboot Mij., waarvoor eenige
belangstelling bestond. Holland Amerika Lijn: 63%, 62%; Java China-Japan Lijn:
102%;
Kon. Ned. Stoomboot Mij.:
667/8,
69%,
70%;
Ned. Scheepv. Unie:
147%,
148; Stooimv.
Mij. ,,Nederlancl”: 153%, 157%, 156.
Binnenlanclsohe industrieele aandeelen
werden over het
algemeen in geringe mate verhandeld. Alleen werd cle aan-
dacht weder sterk op J
.
…rgenssoorten gevestigd door de
verdere mededeelingen, weike omtrent de gestie der maat-
schappij werden gepubliceerd. Na een aanvankelijke vrij
scherpe daling viel opnieuw een opgaande beweging te con-
stateeren. Ook kunstzijde aandeelen hebben omzetten van eenige beteakenis aangetoond, ho4wei de koerssehomme.
lingen niet veel beteekenis hebben gehad. Centrale Su.iker Mij.: 114%, 1137/
s
,
116%,
114%; Hoilandsche Kunstzijde
Tncl.: 166, 157%, 162%, .159%; Jurgens: 106/, 116, 112,
1.15%; Maekubee: 135, 131%, 130; Wed. Ku.nst7ijdefitbriek:
375, 368, 361%; Philips Gloeilampenfabriek: 413%, 407/
e
;
Vereenigcle Blikfabrieken: 105, 111, 115.
Baavkaarcdl3elen
waren vast, zonder bijzondere gebeur-
tenissen. Amsterdamsche Bank: 150,152%,
153%;
Java-
sehe Bank: 310, 308; Koloniale Bank: 174%,
177%,
176;
Ned.-Ind. Handels Bank:
142%,
141%, 142; Ned. Handel Mij.: 136%, 139%, 1377/
s
; R’clasche Bankvereeniging:
71%, 71. –
De ecfdeeling voor
mijwwaarden
ontwikkelde tegen het slot eenige levendigheid, doordat toen groote aankoopei
voor Indische rekening zich in aandeelen Hedjang Lebong
concentrchrden. Alg. Exploradie Mij.: 129,
128%,
130;
Redjang Lebonig: 291%, 304%, 315%; Singkep Tin Mij.:
210, 208, 211.
De Anierikaanseha merkt
was kalm en de
–
koersen
reageerden eenigszins, in aansluiting aan Walistreet.
Anaoonda Copper: 89%, 87%, 88%; Studebaker: 1460,
1435, 1420; United States Steel Corp.: 123, 122%, 121%;
]Drie: 82, 82%; Union Pacific Railr.: 14574, 146%, 146%
Wabash Ew.: 45%, 4315f.
Proongetie
was vast, met een geringe neiging tot stijging
en noteerde 274 na 23
1
2
pCt.
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
29 September 1925.
Weder is een week voorbijgegaan met flauwe graanmark-
ten en voor sommige gruiansoorten was de prijsverlaging
ook ditmaal ii’cçier zeer aanzienlijk. Voor tarwe is de omzet
aan de meeste Europeesche piarkten in vergelijking met
voorafgaande weken, toen voor Canadeesche soorten hier
en dlaar nog vrij goede vraag- bestond, verminderd. Aanvaii-
kelijk vormden de kleine verschepingen van de. vorige week
nog een tegenwicht tegen de wat flauwere stemming in
Noord-Amerika en de prijsdalingen in Argentinië, doch later
trad zocovel te Winnipeg als te Chicago eene aanzienlijke
prijsdaling in, die dan on:der-nemingslust ook in Engeland
sterk deed verminderen. Wel was de Eugelsehe markt den
laatsten tijd niet bepaald levendig geweest, doch voor Cana-
deesahe tarwe bestond toch bij vbortduriug belangstelling,
speciaal op spoedige posities. De laatste dagen is echter
ook daarvoor cle kooplust sterk afgenomen, ondanks de be-
perkte voorraden aan buitenlandsche tarwe, waarover dle
Engelsehe molens beschikken. Het aanbod van Europeesche
tarwesoorten overtreft nog steeds de vraag. Uit Ruslandi
werd in ruime mate tarwe verscheept, doch het is moeilijk
om daarvoor in eenigszius voldoende mate koopers te viii-
den. Tot onderbandeliilgen komt het dan ook slechts in
enke’e gevallen en prijsverlagingen van beteekenis bleven
uit. De kwaliteit der in West-Eurlipa aankomende Russisehe
tarwe loopt nogal uiteen en terwijl zij in sommige havens
lang niet bevredigend was, wordt bij voorbeeld uit Antwer-
pen bericht, dat eenige daar aangekomen partijen van vol-
doende kwaliteit waren. Hierbij dient echter in aanmerking
te worden genomen, dat waarschijnlijk ten gevolge van den
regen latere versehepingen van minder goede kwaliteit zul-len zijn en het is dan ook gedeeltelijk in verband hiermede;
dat Russisahe tarave slechts schoorvoetend wordt gekocht.
Iets beter ging het met den verkoop van de goedkoope Pool-
sche en Duitsohe tarsve, welke in Engeland vrij geregeld
werd gekocht en waarin deze’ week ook zaken iverden ge-
daan via de havens Antwerpen en Duinkerken met bestem-
ming naar den Eizas en Noord-Frankrijk. Daarbij komen
dan nog verkoopen naar de Noordsehe landen en naar België
en Nederland, doch deze zijn slechts van beperkten omvang
In Duitsehland klaagt men bij voortduring over de onbe-
vredigende hoeveelheden, welke voor export kunnen worden
geplaatst Dat ondanks den groeten Franschen tarweoogst,
die theoretisch te samen met het Noord-Afrikaansahe over-
schot voldoende is voor de gekeele behoefte van het land,
tooh invoer van Dnitsahe en Poolsche tarwe mogelijk is,
hangt samen met het beperkte aanbod van de nieuiwe Fran-
sche tar’,s’e. De kans bestaat echter, dlat door den invoer dlit
aanbod zal toenemen. Canacleesohe ta.rwe zal men bovendien
in Frankrijk steeds noodig hebben en daarin konyen dan ook
van tijdl tot tijd zaken tot stand. Duitsahlaiid, dat onlangs
nog geregeld Canadeesehe tarwe koah.t, henk dat deze week
in veel geringere mate gedaan, toen de Noord-Amerikaan-
sche markten eindelijk in sterkere mate den invloed der
Europeesche marktpositie ondervonden. De tarwemarkt in
Duitschiand
was
spoedig ook voor buiteniandsche soorten
zeer flauw en uit de Duitsehe tveedehand werd voortdurend nanzienljk beneden het Canadeesche prijsniveau. Canadee-
sche tarwe afgegeven. Nog steeds wordt in de Europeesche
invoerlanden hoofdzakelijk tarive gekocht ter dekking van
directe behoefte en daar diie ten gevolge van de eigen groote
oogsten beperkt is, maken de kleine versehep.ingen en de
kleine zeilende voorraad slechts weinig indruk, vooral toeu
in Argentinië en Noord-Amerika de markten deze week
1 lauv waren en bovendien de wereldverschepingen het kleine
cijfer der vorige week overtroffen door grootere verlaidingen
van Noord-Amerika en Rusland. Van dèn Donau wordt nog steeds weinig tarwe verscheept ondanks de aanzienlijke uit
:
voeroverschotten in Zuid-Slavië, Hongarije en Roemenië. In
Roemenië wacht men op de verlaging van het uitvoerreclit
en in de andere landen kunnen de honders er nog niet toe
besluiten tot de tegenwoordige prijzen, die zij te laag achten,
hun tarwe aan de markt te brengen. De markt is daardoor
in Hongarije en Zuid-Slavië zeer stil en het ziet er naar
uit, dat binnenkort ook daar de prijzen op exportpariteit
zullen komen. Tot de flauwe markt en de geringe vraag in
Engeland hebben de groote aanvoeren aan de markten vali
Canada en de Vereenigde Staten medegewerkt. Vooral in
Canada is het aanbod van tarwe zeer groot, maar ook in de
Vereenigde Staten komt nu veel zoinertarwe ter markt. Men is dan ook in de Vereenigde – Staten bljkar toit de
conclusie gekomen, dat de Amerikaansche tarivemarkt ook
dit jaar niet zoo onafhankelijk van dec uitvoer
zal
zijn als
onlangs irel werd beweerd. Op 22 September zette zoowel
te Chicago als te Winn.ipeg een prijsverlaging in die verder
t
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
865
de geheele week voortduurde en ten slotte werd de markt
zoo flauw, dat het slot op 28 September te Chicago 16 1. 17
en te Winn,ipeg 10
ii.
12 dollarcent per 60 lbs lager
was
clan
een week tevoren. Wel een sterke ommekeer dus in de stem-
milig vcn cle Noord-Anierikaansche markten, waar tot nog
toe de prijzen zich zoo goed haclden weten te handhaven.
In de Vereenigde. Staten is de verlaging nog in de hand
gewerkt door het voor den uitzaai der nieuwe wintertarwe
zeer gunstige weder. Nadat onlangs zeer over de droogte
werd geklaagd is nu zelfs sprake van een grooteren uitzaai
dan in het vorige jaar. Ook in Argentinië staat cle oogst
er zeer goed voor, en slechts uit Britseh-Indië wordt, ge-
klaagd over onvoldoenden regenval. Het ziet er daar zelfs
naar uit, dat van een uitvoeroversehot van beteekenis gcen sprake zal zijn. Aan de Argeutijnsche termijnmarkt zijn de
prijzen in den loop dezer week weder sterk gedaald. Op 26 September was de markt daar wat vaster, doch op.den vol-
genden marktclag trad een verdere prijsdaling in, zoodat
het slot op 28 September 50 t 60 centavos per 100 KG. lager
was dan op den 21sten.
Zeer flauw was ook nu weder cle markt voor r o g ge,
waarvan het aanbod uit Rusland, Duitschlaüd en Polen
dringend blijft zonder vraag van eenige beteelcenis te ont-
moeten. De prijzen hebben verdere verlaging ondergaan en
ook de markt- te Chicago deed daaraan sterk mede. Men
schijnt nu vrijwel overal van meeniing te zijn, dat het zeer
bezwaarlijk zal zijn, om voor de groots hoeveelheden rogge,
die dit jaar beschikbaar zijn, plaatsing te vinden. De ter-
mijnmarkt te Chicago is in den loop der week ongeveer
9 dollarcent per 56 lbs. in prijs gedaald.
Op 25 September was eenig. herstel ingetreclen, doch
reeds den volgenden dag ging de geheele verhooging weder
verloren. Rogge blijkt, ondanks de voortdurende prijsver-
lagingen, nog niet te zijn aangekomen ‘op het niveau, waar-
op zij als voedergraau een concurrent zou kunnen zijn van
mais en gerst. Enkele inkoopen van buitenianidsch’e. rogge
worden uit Frankrijk gemeld, doch de Fransche Regeering
schijnt -het plan te hebben haar nog steeds geldend voor-
schrift om rogge te verwerken in broocl, op te heffen en
dan zal de invoer van rogge in Frankrijk verder wel uit-
blijven. ‘
Voor m a 1 s is in den loop dezer week cle prijsdaling in
de Vereenigde Staten sterk voortgegaan, speciaal wat maIs
van den ouden oogst betreft. De nieuwe Amerikaansche
maïs ontwikkelt zich nog steeds naar wensch en vorst-
schade heeft niet plaats gevonden. Het gewas heeft nu een
stadium bereikt, waarin daarvoor geen gevaar meer bestaat
en daar de opbrengst zeer bevredigend belooft te worden, komt veel onde mais ter markt, waarvoor geen voldoende
vraag bestaat. Aanbiedingen van oude Noord-Amerikaan-sche mais naar Europa werden dan ook dagelijks tot lage-ren prijs geda.au en naar Engeland en Nederland kwamen
geleidelijk meer zaken tot stand, ook van den nieuwen
oogst ter af lading in December en Januari. De premie van
Noteeringen.
Chicago
‘
Buenos Aires
Data
Tarwe
,
,
Mars
Haver
Tarwe
Mars
L(jnzaad
Sept.
Sept.
Sept.
Oct.
‘
Oct.
Oct.
26 Spt.’25
139 78
361/
8
12,20
8,75 20,30
19
,,
’25
1508/
t
881,
37yj,
12,70
8,90
20.40
26Spt.’24
134
110h
48M
.
14,95
10,55
22,30
26Spt.
1
23
1043,
S
90
1
/8
41
y
4
11,45
9,10
23,40
26Spt.’22
1061/
631,
41
1
–
1,65
8,05
19,15
20Juli’14
82
56a/
8
3634
9,40 5,38 13,70
oude Noord-Amerikaansche mais boven ‘nieuwe is bijna ge-
heel verdwenen. Alle andere maïssoorten ondergingen sterk den invloed van dit Nooad-Amerikaansche aanbod alsmede
van een aanzienlijke toename der verschepingen uit Argen-
tinië, welke echter nog werdén overtroffen door de om-
vangrijke hoeveelheden, welke uit Zuid.Afrika werden af ge-
laden. Zuiid-Afrikaansche mais wordt dan ook in spoedige
posities dringend aangeboden. Bovendien was de Donau
flauw en daar nog Vrij veel Donau-mais speciaal naar Ne-
derlan-ci en België onderweg was, en daarvoor bij de teleur-
stellende vraag voor spoedige mais onvoldoende koo.plust
bestond, werd ook deze telkens lager aangeboden. Het
grootste gedeelte der week bestond echter voor deze mais.
ook tot den clalenden prijs, weinig belangstelling, tot em-
‘delijk de allerlaatste dagen een flink gedeelte daarvan in
Nederland plaatsing vond, waar voorloopig geen groote
aanvoeren van Argentinië te wachten zijn. Bovendien hand-
haven de prijzen van Argentijnsche mais zich op een vrij
wat hooger niveau dan Donau-mais, ofschoon ook de Ar-
gentijnsche termijnmarkten niet vast waren. Wel kwam
in den loop der week de prjsdalig eerst tot staan, doch later was de markt weder flauwer en op 28 September
sloot zij 30 t 40 centavos per 100 KG. lager dan op den
21sten.
S
Ge r st geeft den laatsten tijd van een wat minder
flauwe stemming blijk en terwijl aanvankelijk ook deze
week zoowel Noord-A,merikaansche als Russische verder in
prijs daalden, kwam daaraan de laatste dagen een einde. De termijnmarkt voor gerst te ‘Winnipeg was wat vaster
en ook Rusland verlaagde zijn prijzen niet verder. Het
vertrouwen in de gerstprijzen’ is echter iiog slechts ten
deele teruggekeerd. In Engeland kocht men een aantal
ladingen Russische gerst en ook in Duitschiand en Neder-
land kwamen uit Rusland zaken tot stand en ofschoon
overigens ook Amerikaanshe gerst zelfs tot iets verhoogde
prijzen wel werd gekocht, ging het ‘hierbij voornamelijk cmi
dekking van vroegere verkoopen. Het aanbod van getst,
zoowel uit Rusland
als
uit Amerika blijft ôverigens ruim
en het is zeer de vraag, of de nu wat minder’flauwe stem-
ming zal kunnen blijven bestaan.
In h a ve r zijn de zaken nog steeds niet groot. België
en Duitsehianid blijven wel eenige vraag toonen en uit
Duitsohland hoort men, dat waarschijnlijk binnenkort wat
meer haver
zal
worden gekocht, doch aan cle Engelsche
markt toont men weinig koophist en de zichtbare voorraad
van haver in Noord-Amerika is zeer groot. De prijzen te
Chicago en Winnipeg ondergingen in het begin der week
een geleidelijke verlaging. Later trad eenige verbetering in,
doch een uitbreiding der zaken naar Europa kan daaraan
nauwelijks ten grondslag hebben_gelegen.
SUIKER.
Op de verschillende markten heerschte de afgeloopen week
esne flauwe stemming.
In A me r i k a brokkelden prijzen dan ook gestadig af
Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.
–
Soorten
28Sept.
1925
21Sept.
1925
29Sept.
1924
Tarwe’ ._ ……………
1
15,-
15,50
16,-
Rogge (No. 2 Western) ,.
1
10,30
10,90 14,90
Mais (La
Plata) … ……
2
211,- 214,-
234,-
Gerst (48 Ib. malting)
.
2
187,-
184,-
292,-
Haver
………………
1
10,50
4
)
‘10,40
6
)
13,25
4
)
Lijnkoeken (Noord-Amen-
–
kavan La Plata-zaad)
1
13,75
14,_
15,10
Lijnzaad (La Plata)
.
.8
444,
449,-
483,-
1)
per 100 KG.
2)
per 2000 KG.
8)
per 1960
KG.
‘No. 2 Hard/Red Winter Wheat.
4)
Canada No. 3.
AANVOEREN in
tons van 1000
KG.
Rotterdam
‘
Amsterdam
Totaal
Artikelen .
29125
Sept
‘
Sedert
Overeenk.
20(26
Sept.
Sedert
Overeenk.
1925 1924 1925
1
Jan.
1925
tijdvak
1924
1925′
1Jan.
1925
tijdvak
1924
Tarwe
7.782
879.817
,
800.105
200
17.224
20.618
879.041
820.723
Rogge
–
…..
908
‘
192.156 335:000
100
300
3.775
192.456
338.775
Boekweit
–
17.154
,
13.889
–
–
528
17.154
.
14.417
MaIs …………..
28.629 537.783 569.994
265
56.218
90.685 594.001
660.679
Gerst. ..
.. ..,. ..
4.304
155.761
218.053
–
6.604
30.060 162.365
248.113
Haver ..
–
….. .,. .,
–
6.805,
167.629 125.983
–
252
–
661
167.881
‘
126.644
Lijnzaad ……. .. ..
,
5.918
164.476,
179.929,
–
45.894
54.769
210.370 234.698
Lijnkoek
1.000
146.302 154.872
–
–
700 146.302
155.572′
Tarwemeel ..
… … ..
1.306.
93.401 .170.640
728
14.937
19.139
108.338 189.779
Andere meelsoorten
.
..
358
5.000 5.499
–
–
–
5.000
–
5.499
866
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
behoudens 66n dag van herstel in het midden der week,
tien Raffi’iadeurs hunne behoeften dekten met den aankoop
van flinke kwantiteiten ‘ru.wsuiker en anderzijds de l.iqui-
daties op de termijnmarkt een einde namen. De noteeringen
•te New York waren als volgt:
Sp. C. Sept. Dec. Jan. Mrt.
Slot voorafgaande week ………4.18 2.36 2.41 2.40 2.40
Opening verslagweek ………4.15 2.30 2.36 2.34 2.43
midden ,, …………4.15 2.40 2.34 2.38 2.47
Slot verslagweek ………….4.05 2.30 2.27 2.30 2.38
De ontvangsten in de Atl. havens der V. S. bedroegen
deze week 82.000 ton-s, de versmeltingen 67.000 tons (tegen
63.000 tons in 1924) en de voorraden 158.000 tons.
Pronipte Cubasuiker en October versoheping werd ver-
handeld tot prijzen van 2
3
/s d.c. dalende tot 2,31 d.c. c. & fr.
New York, terwijl ook Europa, ondanks de
voor
de deur
staande Biatoogst, eenige ladingen ‘kocht op basis van den
aantrekkeljken prijs van Sh. 11/3 dalende tot Sh. 111- voor
October/Deceniber verscheping cif U. K.
De C u b a-statistiek is als volgt:
1925
1924
1923
Tons
Tons
Tons
Weekontvangsten 19Sept…..22.340 36.144 18.113
Tot. 1 Dec.-19 Sept………..4.667.210 3.733.944 3.378.908
Aantal werkende fabrieken 2 – –
Weekexport 19 Sept. … …..82.726
71.208 , 63.315
Totaal exp. 1 Jan.-19 Sept……978.336 3.442.937 3.060.563
Totale voorraad op 19 Sept. . . 688.694 291.007 318.351
In E n ge 1 a n d was de markt deze week eveneens flauw
gestemd en verlaagden raffinadeurs den prijs voor hun pro-
duct in totaal met 9 d. voor alle soorten.
De Ziohtbare Voorraden zijn volgens Czarnikow:
1925
1924
1923
Tons
Tons
Tons
Duitschland 1 Aug.. . .. .. ..
102.000 277.000 395.000
Tsjechoslowakije 1 Sept…..76.000
18.000
31.000
Frankrijk 1 Sept . ……….
70.000
52.000
75.000
Nederland 1 Aug…………93.000
51.000
56.000
‘België 1 Sept ……….
35.000
14.000
24.000
Engeland 1 Sept. …………
.321.000 215.000 340.000
Europa.. 697.000 627.000 921.000
V.S. Atlant. havens 23 Sept… 158.000 76.000 110.000
Ciiba alle havens 19 Sept….688.000 291.000 318.000
Totaal .. 1.543.000 , 994.000 1.349.000
Berichten uit Japan vermelden, dat de aanstaande oogst
van F0 r m os a door de Suiker Producenten Vereeniging
aldaar wordt geraamd op 476.000 tons (Goavernementsra-
min.g 478.000 tons) bij eene opbrengst van 459.000 tons’van
den lawtsteii oogst.
Op J a v a werd na geruimen tijd weer eens een kleine
verkoop door de V.I.S.P. uit oogst 1926 tot stand gebracht
en wel tot
f 10
voor Superieur.
Herverkoopen uit den ditjarigen oogst vonden plaats tot
ongeveer
f
9
5
/s voor Superieur.
II
i e r t e 1 a n d e verkeerde de markt in synipaitihie met
Amerika en Londen de afgeloopen week in uiterst flauwe
stemming.
September noteerde ……………
f 17%
October werd gedaan tot ………. ..16%
December noteerde ……………….16%
Mei werd gedaan tot ……………
..
17,-
De berichten der afdoeningen in Amerika brachten op dit
lage niveau weer meer kooplust teweeg, zoodat prijzen zich
konden herstellen met
f
% tot
f
%. Op de verlaagde New
York noteeringen.. brokkelden de prijiteu hier- opnieuw af en
sloot de markt flauw
,
op:
f 17%
voor September,
167/8 ,, October,
16% ,, December en
17%
,,
Mei, alles geboden. De omzet ‘bedroeg deze week ongeveer 5000 tons.
—
–
Londen New York
Amster-
Whife Java s
Cuba s
öo
Data
dam per Totes f.o.b. per
96° c.Lf.
r #rj
–
Oct./Dec. Cube,
en -.
No. 1 Sept.!Oct.
September ,uga s
kristalsuiker
Sh.
Sh.
., Sh.
$ ets.
basis 990
28Sjt.25
f
1,613/,
33/3
l3/ll-
10/10w
4,08
21 ..’2’5
°/s. 341_
13/4
1
/2
11/.43,
4,15
28,;,;’. ‘4 ,,
24’j.
45/…
21/_
211….
6,03
281. ,;” ’23
271,
6013
24/6
32/_
7,43
–
ruwsuiker-
basis 88°’
– 4.Ju1i’14
T
11
18
/ – 181- –
3,26
basis 990
. 1)
Het verschil tusschen ruwsuiker 88
0
en
T
14
13
/
32
1
krist.suik. 99° is aan te nemen opf3 p. 100 KG.
KATOEN.
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,
Manchester, d.d. 16 September 1925.
–
Prijzen van Amerikaansche katoen zijn gedurende de af-
geloopen week dagelijks gestegen, zoodat Mid. American spot gisteren 13.53 noteerde tegen 12.10 op 1 dezer. Deze
stijging is voornamelijk een gevolg van de slechte weer-
berichten uit de katoendistricten en de operaties van het
professional element. Aan deze stijging schijnt thans ech-
ter een einde te zijn gekomen, daar New York futures
gisteren 53 tot 42 punten daalden en ook Liverpool van-
morgen 20 tot 23 punten lager open-de. De verzending van
den oogst vindt geregeld voortgang en de ontvangsten in de
havens alsook de verschepingen zijn grooter dan verleden
jaar.
Door de stijging van ruwe katoen zijn prijzen van Ame-
rikaansohe garens eveneens opgeloopen. Naar Mule en
Ringgarens in alle soorten bestaat een goede vraag, doch
zaken zijn nog van weinig beteekenis. Posten van flinke
hoeveelheden zijn nog zeldzaam en alleen met groote irjs-
concessies mogelijk. Naar enkele bun-delgarens bestaat wei-
nig belangstelling, terwijl voor getwijnde garens, zoowel
voor binnenlandsch gebruik als voor export, ‘-wat omgaat.
Naar Egyptische soorten bestond tegen het einde van de
vorige week een betere vraag en enkele flinke posten wer-
den tegen lage prijzen afgesloten. De cijfers van de ,,Board of Trade” betreffende den export van katoenen garens over
de maand’ Augustus, welke verleden Zaterdag gepubliceerd
werden, geven een vermeerdering aan van meer dan 3 mil-
lioen pond vergeleken met die van Augustus 1924 en van
bijna 2% m-illioen pond vergeleken bij die van Augustus
1923. Voor Duitschiand en Nederland waren 8.996.700 pond bestemd van het totaal van. 15.037.900 pond.
Onder den invloed van de reactie in ‘katoen-prijzen, was (ie doekmarkt vast gestemd. Zoowel spinners als fabrikan-ten trachten op een nieuw prijsniveau te komen. Deze vas-
tere stemming had als gevolg meer vraag, -hoewel de ge
boekte orders nog gering zijn. Volgens onze meening laten
de zaken, welke deze ‘week tot stand kwamen vergeleken
met katoenprijzen nog min-der marge dan tot nu toe het
geval was. Over het algemeen heeft men nog geen vertrou-
wen in deze hooge prijzen van het ruwe materiaal, welke
aan invloed van speculanten worden toegeschreven. Wij zijn
nog in een o-vergangsperiode waarin uitsluitend kleine post.-
jes voor direct gebruik gekocht worden, -hoewel wij wel
gelooven, dat er enkelen zijn die deze week hun behoeften
gedekt hebben. Alles wat wij kunnen zeggen is, dat de
markt nog niet voldoende kracht heeft om een nieuwe prijs-
basis te vestigen op dén hoogte met de verhoogde katoen-
prijzen. Een langere periode van vaste prijzen is thans
noodig om het vertrouwen van koopers te -herwinnen.
Manchester, d.d. 23 September 1925.
In de Amerikaansche katoenmar-kt is deze week weinig
verandering gekomen. Fluetuaties hebben zioh tusscihen
nauwere grenzen bewogen ondanks ongunstige pr.ivéberieh-
ten over -den oogst. Verkoopen in Liverpool hebben de vori-
ge week 48.000 balen bedragen, waaronder een fliisike hoe-
veelheid Peruvihansche, Brazi-liaansche en Af rikaansche
katoen. Operaties worden op het oogenbl-ik uitgesteld in
verband met het Bureaurapport, dat hedenmiddag na zaken-
tijd gepubliceerd wordt. Egyptische katoen is ook vast.
Verkoopen zijn wat van moer beteeken-is geweest en de
nieuwe oogst maakt goeden voortgang,
De vraag naar Amerikadnsche garens blijft voortduren, en het schijnt wel, dat er goede zaken gedaan zijn. Grove
nummers worden overv-loedig aangeboden, zoodat verkoo-
pen van eenige be.teeken.is
uitsluitend met concessies ge-paard gaan. In de medio nummers weft is de vraag beter
dan voor twist en enkele spinners rappor-teeren flinke ver-koopen. Het schijnt vel, dat verschillende koopers besloten
hebben hunne behoeften te dekken en daar de voorkeur
aan hebben gegeven boven het afwachten vxn de publicatie
van het Bureau-Rapport. Naar getwijnde garens bestaat
met uitzondering voor Rusland weinig belangstelling. De
Master’s Federation gaf in baar vergadering van gisteren
als haar meenilaig te kennen,
,
dat een vastere houding van
de zij-de van de .spiinners hun marges zou verbeteren. In
Egy’ptisehe soorten worden goede zaken in ri-ngboornen ge-
daain. Spinners rapporteeren over het algemeen een -goede
vraag naar cops, doch de- geacceptJeerde prijzen zijn geba-
seerd op het niveau van nieuwe oogstkatoen. Ook in fijne
doubliîig wef t voor Poplins worden flinke zaken gerappor-
teerd, terwijl in bundelgarens iets gedaan is in fijn medio
70ei tot 100. In getwijnde garens zijn slechts postjes van
weinig beteekenis geboekt, hoewel er hier .en daar enkele
30 September 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
867
flinke zaken voor export (merceriseeren) tot stand zijn ge-
komen.
Prijzen, in de doekinarkt zijn zeer vast en oppervlakkig
schijnt de toestand niet veel verbeterd te zijn. Hier en
daar rapporteert men meer belangstelling, doch de vraag
van ihet Oosten stelt over het algemeen. teleur. leIen begint
thans over orders voor het Continent te spreken in krin-
gen, die bot nu toe hiervoor geen belangstelling toonden. Er is beter nieuws over cle monssoou in india en houders van voorraden daar geven er de voorkeur aan, deze op te ruimen in verband met de flauwere stemming in Europa.
Dit heeft echter geen nieuwe indent-zakeii van beteekenis
ten gevolge gehad en de verbetering in den algenieenen
toestand blijkt alleen uit de betere positie van individueele
fabrikanten, unariiit wel blijkt, dat men kalm met koopen
doorgaat.
16 Sept. 23 Sept. Oost. koersen. 15Sept. 22Sept.
Liverpoolnoteeringen.
T.T. op Br. Indië 1/6
1/6
F.G.F. Sakellaridis 28,70 28,80 T.T. op Hongkong
2/471
s
2/5%
G.F. No. 1 Oomra 10,00 10,15 T.T.op Shanghai 3/234 3/28%
Noteering voor Loco-Katoen. (Middling Uplands.)
25 Sept.
1
18 Sekt.
I
II Sept.
1
26 Sept.
1
25Sept.
1925
1925
1925
1924
1923
New York voor
Middling . .. 23,90 c’ 24,54 c 23,95e 26,10c
29,10 c
New Orleans
voor Middling 23,20 c 23,86 c 23,22 c 24,80 c
28,50 c
Liverpool voor
Middling . .. 12,91 d 13,57 d 13,01 d 14,09 d 17,21d*)
S)
Voor fully middiing ouden Standaard.
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
–
(In duizendtallen balen).
1 Aug.
1
25 Overeen komstige periode
tot –
–
18Sept.’25
1924
1923
Ontvangsten Gulf-Havens.
k116
4
1
888,5
1
874
A tlant.Havens
1
1
Uitv
‘
r naar Gr.Brittannië
.o
170
1
210
184
,,
,, ‘t Vasteland etc.
1
506
369
1
394
,,
,,
Japan
38
31 18
Voorraden.
(In duizendtallen balen).
Overeenkomstig tijdstip
18Sept.’25
11
1924
1923
Amerik. havens
.
.. …
578 390
368
Binnenland
.
.._ ………
631
402 515
57
24
New York
…………….39
New Orleans …………
. 99
71
50
Liverpool
.
………….
134 99
49
KOFFIE.
In de afgeloopen week was de koffiemarkt kalm gestemd
en aan de termijninarkten liepen de prijzen iets terug. Aan
de Rotterdamsche termijnmarkt bedroeg de teruggang on-
geveer % ii 134 ct. De oorzaak hiervan was de houd.ing
van Brazilië, dat zijne vraagprijzen, zoowel voor Santos-
als voor Rio koffie, doch voor laatstgenoemde soort het
meest, verlaagde. Weliswaar is in de laatste acht dagen
de wisselkoers
01)
Londen aldaar nog gestegen van 6
29
/
32
op
73/
d. (sedert 18 November 1922 was de koers niet
meer boven 7 geweest), doch daartegenover zijn de binnen-
landsche koffieprijzen in Brazilië in diezelfde acht dagen
voor Saintos ongeveer
334
pCt. en voor Rio zelfs ongeveer
7 pCt. gedaald. De aanleiding tot de verlaging der kost-
en vrachtaan.biedingen moet dan ook hierin wor.den ge-
zocht.
Nog altijd zijn geen officieele berichten ontvangen over
den stand van dec bloei van den 1926/27er Rio- en Santos-
oogst, doch algemeen wordt aangenomen, dat de toestand
op het oogenblik voor de planters bijna overal zeer gun-
stig is en de bloei er goed voorstaat. Zoolang echter geen
nadere berichten zullen zijn ontvangen, blijft het bij ver-
moedens en niet controleerbare geruchten.
In kost en vracht op aflading van Brazilië ging ook
deze week alhier, evenals in overig Europa, slechts weinig om. Amerika echter heeft, naar bericht worclt, in den laat-
sten tijd belangrijk gekocht, hetgeen trouwens door de Bra-
ziliaansohe uitvoercijfers wordt bewezen. De prijzen van
goed beschreven Stiperior Santos op pronipte versc.heping zijn thans ongeveer 1051-
9.
106/- per cwt., en van dito
Prime ongeveer 108/- 9. 109/-, terwijl zij van Rio type New-
York 7 met beschrijving, prompte verseheping, bedragen
86/-
9.
86/6 en voor latere verscheping 83/- 9. 85/-, naar
gelang van den versehepingstermijn –
In Robusta op aflading gi.ng in de eerste dagen van de week het een en ander om, daarna werd de afzet belem-
nserd door het feit, dat Indië hoogere prijzen vroeg dan
hier in de tweede hand te koop was. Op het oogenblik zijn
de Indische noteeringen echter weder lager’, namelijk:
Palembang Robusta, October. verscheping 47% et.
,,
November
47%
Mandheling
,,
October
,,
53′,
alles ‘per
34
KG. cif, uitgeleverd gewicht, netto contant.
Van loco bleven de prijzen onveranderd, dooh de a.f zet
was gering. De officieele neteeringen zijn voor Superior
Santos 72 ct. en voer Robusta 63 ct.; per 34 KG.
De noteringen aan de Rotterdamsche termijnmarkt wa-
ren aan de , oelitend-call als volgt:
Santos-contract
Gemengd Contract
basis Good
basis Santos Good
Dec.
I
Mrt. Mei
1
Sept. Dec.
I
Mrt. Mei Sept.
29 Sept. 54i
49% 468/
4
44y,51% 47
445/
9
421/
6
22
558/
9
507/
s
48
53
48 V
4
46
43
15
55% 508/
8
474 44% 531, 48% 458% 426/
5
8
555/
505j
488/
9
458/9
1
53
4
485/
9
463/
6
438/
9
De slotnoteeringen te New York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:
Dec.
I
Mrt.
Mei
1
Sept.
28 Sept. …… .$ 17,95
$ 16,20
$ 15,20
$ 14,_
21
,……..,, 18,25
16,55
15,63
14
,………, 18,18
16,65 ‘
15,65
7
,……..,, 18,30
,. 16,84
15,95
Rotterdam, 29 Sept. 1925.
(Mededeeling van de Vereeniging voor den Goederenhandèl
te Rotterdam.)
Noteeringen en voorraden in Brazilië.
te Rio
te Santos
Wisselkoers
Data
Voorraad
1
Prijs
Voorraad
1
Prijs
te Rio
op Londen
(In Balen)
.Vo.7
1
)
(In Balen)
1
No.41)
28 Sept. 1925
290.000
1
26.225 1.374.000
29.000
73I
21
1925
233.000
1
28.250
1.285.000
30.000
(64
6
9
‘
(32
14
1925
257.000 129.625 1.252.000
2)
625
/36
29 Sept. 1924
324.006
33.975 1.852.600
38.500
5′
(32
Ontvangsten uit het binnenland van Brazilië in Balen.
te Rio
te Santos
Data
I
Afgeloofen
Sedert
Afgeloopen
1
Sedert
wee
1Juli
1
week
1
1Juli
26 Sept. 1925
138.000 1 1.307.000 1 244.000 1 2.279.000
27 Sept. 1924 ……104.000
1.288.000 299.000 2.292.000
1) In Reis.
2)
Niet
genoteerd.
THEE.
De theemarkt in Londen had in cle afgeloopen week een
vast verloop en de prijzen konden van
34
d. tot
134
d.
per 1h. verbeteren. Ojwalleud was, dat deze verbetering zich
ook uitstrekte tot dle ordinaire en mickiensoort kwaliteiten,
waarvoor dan ook goede belangstelling was. De gemiddelde
prijs van Britsch-Indische thee is dan ook ruim 1 d. per
Ib. vooruitgegaan en staat thans op 1 sh. 6,3 d. een prijs,
die toch nog bijna 5 d. lager is dan verleden jaar op het-
zelfde tijdstip. Merkwaardig is het, dat de gemiddelde prijs voor Javn-t.hee nog
34
cl. is achteruitgegaan. De gevolg-
trekking, die hierbij voor de hand ligt, is, dat niettegen-
staande het prijsniveau zooveel beter was, er veel ordinaire theeën in veiling werden aangeboden.
Waar in de toekomst een verbetering te wachten is van
de kwaliteiten van Britsch-Indische thee, zal dit met ons
koloniaal product voorloo’pig wel niet het geval zijn, aan
;
gezien zeer veel Java-ondernemingen een groot deel zoo
niet geheele oogsten tot vasten prijs vooruit verkocht heb-
ben, zodat voor die ondernemingen zeker geen aanleiding
bestaat om thans tot fijner p1uk over te gaan.
Hier in Amsterdam was de markt stil, alhoewel nog ver-
schillende partijen opgehouden in de veiling van 17. Sep-
tember, tot afdoening konden geraken.
Amsterdam, 28 September.
868
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
30 September 1925
RUBBER..
Evenals de voorafgaande week was de opening van de
rubbermarkt vast met hoogere noteeringen. Het verdere
verloop kenmerkte zich door vele, doch slechts kleine fluc-
tuaties met weinig kooplust.
De slotnoteeringen luiden:
Prima Sheets:
voorafgaande week: September
225
et. ………….. 2203f ct.
October
218
..
………….. .212
October/Dec.
210
,……………200k
Januari/Maart 1851/……………..184k
26 September 1925.
COPRA.
De markt opende in de afgeloopen beriehtsperiocle kalm
en onveranderd. Stoomende partijen worden nog steeds zeer
grif door de margarinefabrikanten uit de markt genomen.
Tegen het slot zakten de prijzen iets in, doch er bleef
toch goede vraag bestaan.
De slotnoteeringen zijn:
Nederl.-Ind. f.m.s. stoomend ……….fi. 36
t/S
,,
October afiading .. » 36,-
,,
November
,,
. . ,,357/
8
,,
,,
December
.. ,, 35
28 Sept. 1925.
STEENKOLEN.
Gedurende de afgeloopen berichtsperiode is de markt vast
geweest bij opgewekten handel. De meerdere vraag is te
verklaren, deels door dekking van (le najaa.rsbehoeften, deels
door het dispuut in de interpretatie van een artikel van
de door de mijubesturen met de regeering gesloten overeen-
komst, waardoor de mogeljkIeid geopend zou zijn, de loo-
tien, ondanks de meening van het groote publiek toch te
verlagen. Indien de Engelsche Premier de hem aangebo-
den brug niet overgaat, zou om een kleiniglisid toch weder
een groote loonstrijd kunnen ontbranden, vÔÔr de. fatale
termijn van 1 Mei er is.
De prijzen zijn als volgt:
Northumberlanid Ongezeefde …….
f
10,50
Durham Oagezeefcle ……………..10,50
Cardiff Ongezeefde …………. …..15,75 Schotsche Gezeefde ………………10,25
Yorkshire Gewassen Doubles ……..12,75
Westfaalsche Vetförder …………..12,75
Vetstukken ……….
..15,–
Smeenootjes ………..14,50
Gasvlamförder ………12,75
Gietcokes …………..17,75
alles per ton van 1000 KG, franco station Rotterdam/dis’-
sterdam.
Westfaalsche bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterdam
f
10,35. Markt prijsiioudend.
29 September 1925.
VRACHTENMARKT.
De afgeloopen week werd een flink aantal ladingen aan-
geboden op de Noord-Amerikaansche graanvraehtenmarkt,
dooli daar het aanbod van tonnage geheel gelijk hieraan
was, was het moeilijk de vrachten te handhaven. Meeren-
deels werd bevracht van Montreal en de meest vaste positie
was September. Per dezen termijn werd bevracht naar Ant-
werpen/Hamburg range tegen 15 cents per 100 lbs. awaar
graan, October 14 cents en Novemher 14Y
4
cents. Naar Th. K.
werd gedaan per October tegen 31136 en 3/- per qtr.; tegen
het laatste cijfer werden verscheidene ladingen naar Huil
direct bevracht. Ook met bestemming naar dle Micidelland-
sche Zee was meer vraag en voor October belading werd
tot 18 cents betaald naar ,,pieked ports”. De vraag van de
Northern Range schijnt iets beter te willen worden, doch
tot nu toe werd weinig gedaan. Een handige boot per 1115
October werd geplaatst naar Griekenland direct tegen 18
cents per 100 lbs., alleen zwaar graan. De Gulf is zonder
zaken wat graan betreft.
Van West-Indië bleef voor suiker een betrekkelijk goede
vraag bestaan. Naar het Continent werd een 4000 tonner
gedaan tegen 16/6 per October/Noveniber, terwijl boeten
van 6/6500 tons werden geplaatst naar U. K./Continent tegen 16/- Sept./Oct. en 1616 U. K., 16/- Continent per
Octoberovember.
De North Pacific is nog steeds zeer flauw. Er wordt veel
tonnage voor hevrachting van hier aangeboden daar de
booten hieraan de voorkeur geven boven Australië, zulks
met het oog op de zeeliedeiistaking, doch afsluiten is mo-
menteel onmogelijk. Voor lumber wordt nog steeds tonnage
gezocht.
De River Plate vertoont nog geen verbetering. De be
vrachters zijn nog alleeu in dle markt voor prompt en begin
October belading en een klein aantal afsluitingen vond per
dezen termijn plaats tegen 15/. en 15/3 van Upriver voor
handige boeten. Te zeifder tijd bedong een 6200 tonner 16/6
,’an Upriver naar Hall en Lei.th. Dit zijn twee dure havens,
hetgeen wel de oorzaak zal zijn van de hooge vracht.
De salpetervrachtenmarkt van Chili bleef kalm. Naar
Europa was slechts weinig vraag naar ruimte voor partijen;
lijnruimte was beschikbaar tot December belading tegen be-
trekkelijk goedkoope vraohtea. Naar Antwerpen/Hamburg
werd ruimte geboekt per Oct./No.v. tegen 21/- netto, terwijl ook een afsluiting wordt gerapporteerd per Nov.fDee. tegen
22/6 netto. Naar Duinkerken/Hamburg range werd 23/6
n,inus commissie gedaan voor 2000 tons 15 Dec./15 Jan.
Volle ladingen zijn definitief in dle niarkt, doch het aanbod
van tonnage is even groot. Per December bedong een 7000
tonner 24/6 basis Bordeaux/Hamburg lange met de optie
Denemarken/Zweden (Gothenburg-Ystad range) of Danzig
tegen 26/6, doch sindsdien werd 23/- betaald voor een 7300
tonner naar Bordeaux/Hamburg range, met opties Noord.
Spanjd Middellandsohe Zee en Ita.liaansch-Adriatische Zee
of Alexaedrië togen resp. 241., 25/. en 25/9.
De meeste markten van het Oosten hebben wederom een
slappe week achter den rug en de vrachten vertoonen groo-
tendeels geen verandering. Voor boonen ontatond een tame-
lijk groote vraag naar volle-lading tonnage. Per November
wordt van Wladiwostock 35/- geïndiceerd basis Hull/Rot.
terdam/Hamburg met Scandinasche optie tegen 1/3. extra. Australië was levendiger dan gedurende de vorige week
en er werden vertoheidene booten gedaan van Zuid-Austra-
iië/Victoria/Sydney naar Middellandsehe Zee/U. K./Conti-
nent per Dec./Jn.n. tegen 43/6 en 43/9, terwijl van West-
Australië 39/- v,’erd gedaan per Jan/Febr. Jarrah hout werd van daar afgesloten naar Bombay tegen 32/6 per bad, Oct./
Nov.-Saigon heeft ruimte geboekt naar Franso.he havens op
basis van 26/3 rijst en naar continentale havens, mci. Lon-
den tegen 27/6, twee loshavens per October. Burmah is zon-
der zaken.
Britsch-Indië werd slechter en cle vrae.hten geven een da-
ling te zien. Op d.w. basis werd een October boot bevracht
van Bombay/Karachi/Marmagoa naar Middellandsche Zee/
tJ. K./Continent tegen 23/-, doch van Calcutta werd een
boot in dezelfde positie betaald met 29/6 op doodgewicht.
Ook de maïsmarkt van Zuid-Afrika was minder levendig,
doch bevrachters sloten af per October tegen 21/6 voor boo-
ten van 6000 tons. Een handige lading van 45/5000 tons
betaalde 22/- naar Amsterdam of Rotterdam.
De Donau is kalmer en de vra.chten nagenoeg onveran-
derd. Tegen 1616 werd per October bevracht naar U. K./
Continent. Bevracliters van de I&varte Zee hebben hun be-
hoefte voor October gedekt en toonen nu eenig interesse
voor November ruimte tegen 13/- tot 13/6 naar Continent.
Kolenladingen werden gedaan van Mariupol naar Italië
tegen 11/6 en naar Rouaan tegen 14/6.
De markt van de Micidellandsohe Zee is weinig veranderd.
De vraag is iets beter, doch de vrachten blijven onveran-
derd. Ertsbevrachtingen vonden plaats van Etornillo Bay
naar Nevport River tegen 613, Marbella/Boucau 5/9, Pror-
11an/Ar1rossan 6/6. Er is een flink aantal fosfaatladingen
in de markt tegen 913 naar Ruil, 8/9 Londen, 9/- Stettin.
])e betere vraag naar fruitbooten bleef bestaan en de vracht
staat op 21/- tot 25/- per 100 cbft. De vrachten van Alex-
andlrië bleven onveranderd. De Golf van Biscaye was deze
week ook kalm. Bilbao/Newport werd met 61136 betaald.
De kolenvraulstenmarkt was niet veel beter dan de vorige
week. Naar Zuid-Amerika is de eenige afsluiting Buenos-
Aires voor een groote lading tegen $4,25 per Sept./Oct.
Naar Europa is niets te doen, doch voor Italië wordt $ 2,90
per Sept./Oet. gemndiceerd.
Ook de Engeisehe kolenvrachtenma.rkt leefde niet op en
de uitgaande vrachten zijn onveranderd gebleven. Er
in-
staat slechts weinig vraag, uitgezonderd naar River Plate
havens, in welke laatste richting een flink aantal afslui-
tingen plaats vond tegen 17/- basis Buenos-Aires. Van Zuid-
Wales werd om. afgesloten: Bordeaux 41-, Lissabon 7/6,
Aden 12/-, Portlaiicl (Me) 1210, Montreal 6/3 en van de
Oostkust: Memel 5/3, Carlskrona 5/3, Antwerpen 3/., Genua S/-, Port Said 713, Chili (twee havens) 14/9.
RIJNVAART.
Week van 20 t/m. 26 September 1925.
De algemeene toestand zoowel te Rotterdam als Ruhr.
havens bleef ongewijzigd.
Het sleeploon varieerde tuaschen 30/35 ets, tarief.
De waterstand bleef gunstig.