Ga direct naar de content

Financiële markten

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: september 20 1995

Kapitaalmarktrente

Geldmarktrente

Wisselkoersen

Totale opbrengst

10-jaars overheid

3-maands

versus gulden

obligaties*

mut. (bp) tov
05/10/95
Nederland
Duitsland
VS
Japan
Frankrijk
VK
Canada
Italic
Belgie

05/04/95

6,63

mut. (bp) tov
05/10/95

3,93

05/04/95

-53
-45
-103
-86
-24
-34
-89
-147

2,66
7,52
8,03
7,65
11,89
7,08

6,81
6,50
10,69

-83
-61
-40
-122
-151
12
-169
-37

-77

6,58
6,07

4,20

-121

4,10
5,44
0,47
6,29

mut. (%) tov

(handelsgewogen koersen, 1985=100)

laatste 6 maanden

05/10/95 05/04/95

05/10/95

gulden

lokaal

nominaal
128,3
135,2
69,4
201,8
120,5
80,5
93,1
73,7

7,2

1,11975
1,60490
1,59645
0,32305
2,54050
1,20200
0,09955
5,44450

PDA Effectieve Wisselkoersen**

7,2

0,0
4,4
-10,8
0,9
2,4

6,6
10,8
8,9
5,4
6,3

6,6

9,0
11,0

10,0

15,7
-2,8
6,4
8,9
19,9

14,6
9,0

0,0

27,2

22,0

9,09

% mut. tov 05/04/95
reeel
109,4
117,8

73,0
163,5
108,2
91,6
92,4
89,0
112,0

nominaal reeel
-2,3
-3,2
0,8
-14,5
-2,7
-0,7

5,0
9,0
-2,3

-2,7
-4,6

1,3
-16,2
-3,4
0,3
4,9
11,5
-2,8

* De totale opbrengst van obligatie-beleggingen is de som van de koerswinst of -verlies (als gevolg van rentedaling cq -stijging) van een obligatie en de couponopbrengst, eventueel gecorrigeerd voor valutaschommelingen; ** De effectieve wisselkoers is de handelsgewogen wisselkoers, zoals door PDA geconstrueerd, Reeel betekent gecorrigeerd voor prijsontwikkeling, gemeten aan de consumptieprijzen, Deze maatstaf is een graadmeter voor de concurrentiepositie.

Duitse inflatie oude en nieuwe stijl

Inflatie West-Duitsland in de periode januari-juli 1995

Tot augustus van dit jaar was de daling van de (West-)Duitse inflatie beduidend geringer dan in veel andere EU-landen die tot de zogenaamde kern van het EMS worden gerekend. Dit tot groot ongenoegen van de Bundesbank, die een inflatie van maximaal
2% nastreeft. Dalen tot onder de 2% bleek een te grote opgave. Het Duitse bureau voor
de statistiek bracht een oplossing in de vorm van herijking van de consumentenprijsindex. De Westduitse inflatie kwam hierdoor beduidend lager uit. Een probleem voor
de Bundesbank werd zodoende weggedefinieerd.
Industriele produktle
%
12-maands
tempo*
Nederland
Duitsland
VS
Japan
Frankrijk
VK
Canada
Italie “
Belgie “

4,5
0,9
2,8
5,0
5,5

Inflatie
% 12-maands

3,0

1,5

7,2
1,1
-7,3
3,1
-0,5
-2,2

(06/95)
(07/95)
(08/95)
(08/95)
(06/95)
(08/95)
(06/95)
(06/95)
(03/95)

3,9
3,1
3,2
0,9

1,8
2,6
-0,2
1,9
3,6
2,3
5,8
1,2

**

-,

(09/95)
(09/95)
(08/95)
(08/95)
(08/95)
(08/95)
(08/95)
(09/95)
(09/95)

Werkloosheid ‘**
jaar eerder

tempo*
0,8
1,8
2,0
0,2
0,7
2,5
1,4
3,8
2,9

:»

6,7

6,8
5,6
3,2
11,4
8,7

9,5
11,5
9,9

(07/95)
(07/95)
(08/95)
(08/95)
(08/95)
(08/95)
(08/95)
(10/94)
(08/95)

7,0

6,9
6,0
3,0
12,2
9,5
10,3
10,7
9,8

Lopende rekening****
4 kwartalen (% bbp)
jaar eerder
24,4
-38,0
-1 67,1
122,6
69,5
-2,8
-19,2
21938
409,0

(4,0)
(-1,1)
(-2,4)
(3,5)
(0,9)
(-0,4)
(-2,5)
(1,3)
(5,4)

95 II
95 II
95 II

22,1
-24,1
-126,8
132,7

951
95 II

68,3
-6,6

95 II

-29,4
17985
418,7

951

94 IV
94 IV

* Tempo: procentuele mutatie in de drie meest recente maanden ten opzichte van de voorgaande drie maanden omgerekend op jaarbasis; ** Niet-seizoensgecorrigeerde gegevens, tempo niet relevant; *** % beroepsbevolking, OESO-gestandaardiseerd; *”* mrd lokale valuta, Japan $ mrd.


Overbeidssctmld vttn

van

de;;:schuld omlaslg. Toetomitige-generaties worden
Luxemburg
Frankrijk
V. Koninkrijk
Duitsland
EMU-norm
Spanje
Oostenrijk
Portugal
Finland
Denemarken
Nederland
lerland
Zweden
Griekenland
Italie
Belgie

Uit^h^^oideii^^er^tongen»l^sto«»tls«ehiem

‘h 7
_______ 153
154
I5S
IhV
IA7
I’M

ni

I’M

mw/Mmmmm’M’iv.
IK7

1X6
1114

im

,

1132
50

‘ 3£’i;-

e%a%a*fa^)ei%l
lf» «Neiferlakl ffet &une petis

‘•!>&’

:JV

150

100

‘IE.

%’

-.*?”

Sg

DEZE PAGINA WORDT SAMENGESTEID DOOR FINANCIELE DIENSTEN AMSTERDAM (FDA).

ESB 11-10-1995

z
n