Ga direct naar de content

Zonder volumebeheersing onvoldoende kostenbeheersing bij dure medische technologie

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: april 26 2022

Recentelijk verscheen de kamerbrief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) over de hoofdlijnenbrief, welke de voornemens uit het coalitieakkoord op het gebied van VWS beschrijft (Tweede Kamer, 2022). In deze kamerbrief wordt meer duiding gegeven aan de VWS thema’s uit het coalitieakkoord. Op het gebied van kostenbeheersing bij dure geneesmiddelen en dure medische technologie zet de minister in op (centrale) prijsonderhandelingen. Bij dure medische technologie zet de minister tevens in op gecoördineerde inkoop, al blijft de concrete uitwerking hiervan onduidelijk. In de kamerbrief ligt de nadruk vooral op verlaging van de (inkoop)prijs, terwijl een belangrijk deel van de kostenstijging wordt veroorzaakt door hogere behandelvolumes.

Efficiëntiewinst niet haalbaar door toename in volume

We zagen al eerder dat een aanzienlijke prijsverlaging bij dure geneesmiddelen leidt tot een toename in volume en niet tot de geanticipeerde kostenbesparing (Adang et al., 2021). Ook bij dure medische technologie is het risico aanwezig dat beoogde efficiëntie winsten teniet worden gedaan door toenemende volumes. Op het moment dat dure medische technologie op basis van wetenschappelijk bewijs voor een of enkele indicaties effectief en kosteneffectief wordt bevonden, wordt deze technologie regelmatig breed door zorgaanbieders aangeschaft. Dit kan leiden tot overcapaciteit en prikkels tot overbehandeling.

Een voorbeeld is de robot-geassisteerde chirurgie. Voor een klein aantal indicaties zijn dergelijke operatierobots (kosten)effectief bevonden, terwijl voor het grootste deel van de behandelingen die ermee worden uitgevoerd, een robuuste bewijsbasis voor zowel effectiviteit als kosteneffectiviteit ontbreekt. Deze dure robots kunnen slechts een deel van de tijd worden ingezet voor de initieel passende indicaties. Als geselecteerde indicaties in een beperkt aantal ziekenhuizen zou worden geconcentreerd, kan de robot zowel maatschappelijk als lokaal kosteneffectief worden gebruikt. Veel ziekenhuizen hebben echter een operatierobot aangeschaft om uiteenlopende redenen, bijvoorbeeld, vanwege strategische concurrentieredenen (patiënten verliezen aan ziekenhuizen met een operatierobot) of om prestige-redenen (Mot e.a., 2017).

Het landelijk aantal operatierobots is inmiddels veel groter dan de benodigde capaciteit van de initieel passende zorgindicaties. Hierdoor ontstaat een conflict tussen het maatschappelijke doel van kostenbeheersing, passende zorg en het lokale doel van een efficiënte bedrijfsvoering. Immers, na aanschaf van de robot kunnen ziekenhuizen de prikkel ondervinden om schaalvoordelen te optimaliseren en om robot-geassisteerde chirurgie te gebruiken voor indicaties waarvan niet is aangetoond dat ze (kosten)effectief zijn.

Toename in volume leidt tot onderbenutting

Brede aanschaf van dure medische technologie leidt initieel tot onderbenutting van de capaciteit, waardoor een risico ontstaat op zogenaamde indication creep. Indication creep treedt op wanneer een medische technologie ten behoeve van patiënten met een specifieke gezondheidstoestand ofwel wordt uitgebreid naar een bredere patiëntenpopulatie, ofwel wordt uitgebreid naar een andere gezondheidstoestand (Riggs and Ubel, 2015). Indication creep leidt tot inefficiënte zorg en stijgende zorgvolumes, waardoor kostenbeheersing niet wordt gerealiseerd. Bovendien kan de brede aanschaf van dure technologie duurzame innovatie naar passende zorgvormen hinderen.

Er is veel medische technologie waarvoor onderbenutting op de loer ligt. Alle medische apparatuur met hoge aanschafkosten en lage (marginale) gebruikskosten bezitten het risico op inefficiënt gebruik en indication creep. Naast operatierobots vallen bijvoorbeeld ook diagnostische apparatuur zoals CT- en MRI-scanners, ooglaserapparatuur, radiochirurgische apparaten en infrastructuur voor protonentherapie in deze categorie.

Inzet van landelijke of regionale netwerken nodig bij capaciteitsplanning

De minister denkt bij kostenbeheersing van geneesmiddelen en medische technologie vooral aan (centrale) prijsonderhandelingen en centralisatie van de inkoop om de inkoopkracht te maximaliseren. De kosten kunnen echter nog steeds hoog uitvallen als er niet aan volumebeheersing wordt gedacht. Meer centrale sturing en monitoring als het gaat om aanbod van dure medische technologie biedt verbetering. Een meer geconcentreerd aanbod van operatierobots op basis van een landelijke capaciteitsplanning zou hoogstwaarschijnlijk geleid hebben tot meer passende zorg tegen lagere kosten.

Een goed alternatief voor een landelijke capaciteitsplanning is inzetten op voldoende grote regionale netwerken van zorgaanbieders die in hun regio nagaan aan welke capaciteit voor dure medische technologie volgens passende zorgindicaties behoefte is. Hierdoor ligt de nadruk dus meer op de lokale verantwoordelijkheid van de sector zelf. Bij eventuele zinnige verbreding van de indicaties (bij wetenschappelijk bewijs van effectiviteit en kosteneffectiviteit) kan men geleidelijk de technologie uitbreiden, passend binnen de regionale capaciteitsplanning. De ontwikkeling naar regionale zorgnetwerken is ingeslagen maar kan op het punt van capaciteitsplanning verder verbeterd worden. Samen met een centrale inkoop en prijsonderhandelingen leidt dit tot meer kostenbeheersing bij dure medische technologie en meer passende zorg.

Literatuur

Adang, E., W. Muskens, S. Rongen-van Dartel en P. van Riel (2021) Forse daling medicijnprijs leidt niet direct tot kostenbesparingen in de zorg. ESB, 106(4794), 90-91.

Mot, E., R. Aalbers, K. Stuut en R. Douven (2017) De introductie van dure technologie in de zorg. CPB Policy Brief, mei.

Riggs, K.R. en P.A. Ubel (2015) The role of professional societies in limiting indication creep. Journal of General Internal Medicine, 30(2), 249-252.

Tweede Kamer (2022) Kamerbrief over hoofdlijnenbrief VWS, 4 maart 2022.

Auteurs

Categorieën