Gert-Jan Koopman is plaatsvervangend directeur-generaal en verantwoordelijk voor staatssteun op het directoraat-generaal (DG) Concurrentie (COMP) van de Europese Commissie (EC). Koopman gaat in op de veelzijdigheid van het werken bij de EC en waarom het de moeite waard is om deel te nemen aan de selectieprocedure (het concours) voor senior-economen bij de Europese Unie.
“Het werk bij de EC is van veel invloed op de economische markten”, zegt de hoogste Nederlandse ambtenaar bij de EC voor economie, interne markt en concurrentie, Gert-Jan Koopman. “Mijn afdeling heeft bijvoorbeeld een buitengewone rol als mededingingsautoriteit. Onze beslissingen hebben dagelijks grote gevolgen en worden getoetst bij het Europese Hof.”
Analytisch en praktisch
Koopman vertelt enthousiast over het werken bij de EC. “We zijn actief op heel veel terreinen. Denk aan de strenge voorwaarden die we opleggen aan banken die staatsteun ontvangen in veel landen, gezonde mededinging in de energiesector of maatregelen tegen ongeoorloofde fiscale steun voor grote IT-bedrijven zoals Apple. Je gaat echt de diepte in. Dan ben je als econoom een kind in een snoepwinkel. Je moet heel hard nadenken over de economische werkelijkheid. Het is analytisch en praktisch werk. Alle facetten van het vak komen voorbij. Het gaat om de verwevenheid van onze economie met andere Europese economieën en je zit daarbij aan de knoppen. Je bekijkt zaken vanuit een ander perspectief. De EC is voor economen dan ook een ideale werkplek om hun potentieel en vaardigheden te ontwikkelen. Je kunt hier bijvoorbeeld ook gemakkelijk overstappen naar verschillende terreinen. Ik hoor vaak van mensen dat ze hier veel meer geleerd hebben in de eerste jaren bij de EC dan tijdens hun studie.”
Veel verantwoordelijkheid
Volgens Koopman zijn de uitdagingen voor Europese ambtenaren groot. “Dat komt doordat de EC een relatief klein ambtenarenapparaat heeft ten opzichte van de omvang van de EU. Je krijgt daarom snel veel verantwoordelijkheid, ook al wordt dat niet altijd geformaliseerd. Vanwege de 28 lidstaten zijn de dimensies anders dan bij nationale overheden. Je bedenkt oplossingen voor de hele EU en krijgt te maken met veel, tegengestelde belangen.”
Flexibiliteit
“Voor het werken bij de EC is flexibiliteit belangrijk”, beklemtoont Koopman. “Medewerkers moeten oplossingsgericht zijn en heel hard kunnen werken. De uitdagingen en belangen zijn groot. Denk aan de migratie of de economische crisis in Griekenland. Je moet bereid zijn om persoonlijk een grote investering te doen. Het gaat erom hoe je tegen problemen aankijkt en dat je je verplaatst in de verschillende landen en belangen. Je werkt daarbij samen met veel nationaliteiten. Dat vraagt wel wat aanpassingsvermogen.”
De flexibiliteit en inzet leveren wel wat op, want werken bij de EC is volgens Koopman voor economen altijd de moeite waard. “Je kunt een mooie carrière opbouwen bij de commissie zelf. Ik werk hier bijvoorbeeld al 25 jaar en heb bijzonder veel verschillende dingen kunnen doen. Zelfs als je op de lange termijn niet bij de EC wilt blijven werken, geeft het veel inzicht in het functioneren van de EU en de interne markt. De ontwikkeling van de markten in de meeste economische sectoren wordt grotendeels bepaald via Europese lijnen. Het werken hier heeft daarmee ook meerwaarde voor een eventuele baan daarna bij de Nederlandse overheid of een bedrijf.”
Nationaal perspectief
De politieke processen in de EU zijn veel gecompliceerder dan in Nederland. “Je hebt niet alleen te maken met politieke partijen, maar ook met de verschillende landen. Als ambtenaar heb je daarbij een rol die verder gaat dan die van een nationaal ambtenaar. We nemen zelf lang deel aan de onderhandelingen, overleggen bijvoorbeeld ook veel met parlementsleden. Het nationale belang streef je natuurlijk niet na, maar het wordt zeker wel gewaardeerd als je je nationale perspectief naar voren laat komen. Met begrip en kennis van de nationale cultuur kan je beter inschatten wat de kans van slagen van voorstellen is. Nederlanders zijn ondervertegenwoordigd bij de EC, dus het is belangrijk dat hier meer Nederlanders komen werken om het Nederlandse perspectief voldoende naar voren te laten komen. Dat begint natuurlijk met meer deelnemers aan de concoursen, de selectieronden voor een vaste baan bij de EC.”
Goede selectie
Senior-economen kunnen via het ‘EPSO-concours AD7 senior-economen’ een vast dienstverband krijgen bij de EC. “In Nederland zijn we een concours voor een baan niet gewend”, merkt Koopman op. “Het is een stevige, objectieve selectie. De commissie is klein met werk dat veel vraagt, dus zo’n goede selectie is nodig.”
Het concours is bedoeld voor financials en macro-economen, met een (studie-)achtergrond in de economie, wiskunde, statistiek, econometrie of finance. Koopman: “Financials hebben bij de EC toegang tot veel kennis van de financiële sector. Met uitzondering van centrale banken en toezichthouders zijn er weinig andere plekken waar je je zo kunt bezighouden met financiële instellingen als hier. Het DG Financiële stabiliteit, financiële diensten en kapitaalmarkten (FISMA) is zeer aantrekkelijk voor financials. Dit directoraat-generaal coördineert het beleid van de EC op het gebied van de stabiliteit en regelgeving van de financiële markten. Verder kan je bij de EC meewerken aan de financiële instrumenten die we inzetten op een groot aantal andere terreinen, zoals bijvoorbeeld ons regionale beleid.”
Ook op macro-economen liggen veel interessante vraagstukken te wachten. “Naast het DG Concurrentie is er bijvoorbeeld voor pure economen het DG Economische en financiële zaken (ECFIN). Dat is vergelijkbaar werk met het IMF of het Ministerie van Financiën. Wil je uit het academisch keurslijf stappen dan kan je bijvoorbeeld terecht bij het DG Handel (TRADE). Daar krijg je te maken met handelstheorie en internationale handelsverdragen. Het DG Interne markt, industrie, ondernemerschap en midden- en kleinbedrijf (GROW) is interessant omdat het bijvoorbeeld de economische groei stimuleert. Dat is enigszins vergelijkbaar met het Ministerie van Economische Zaken.”
Werkelijke interesse
Koopman vindt dat naast ervaring en kwaliteit in algemene zin, een flexibele instelling het allerbelangrijkst is voor deelname aan het concours. “Het gaat erom dat je een geïnteresseerde, open geest hebt en werkelijke interesse hebt in de vragen van het openbaar bestuur in Europa. Een intrinsieke motivatie is heel belangrijk.”
Het doen van het concours op zich is volgens Koopman al een goede oefening. “Het opent deuren naar een andere wereld. De kans op teleurstelling is klein. Je raakt beter bekend met de EC. Je voert interessante gesprekken die eyeopeners kunnen zijn.”
Auteur
Categorieën