Trendbreuk
De politieke economic van het hezuinigen is in het
verleden verkeerd uitgepakt. In plaats van cle groei
in de overdrachten en andere eonsumptieve uitgaven een halt toe te roepen is er in het verleden bezuinigd op hroodnodige investeringen in onderwijs,
kennis. technologie. infrastructuur en milieu. Dit getuigt van politieke slapte, want je verliest minder
populariteit bij het stemmersvolk en gevestigde belangengroepen wanneer je de aanleg van een spoorweg of de sanering van vervuilde grond enkele jaren opschort dan wanneer je in het moeras van
subsidies en overdrachten snoeit. Lubbers en Ruding blijken niet cle krachtpatsers te zijn die men
dacht \’oor ogen te hebben, want de staatsschuld is
veel sterker gestegen dan het procluktieve kapitaal
van de overheid.
De tweede Miljoenennota van Kok wordt in financiele kringen geprezen omdat er eindelijk een serieuze poging wordt gedaan orde op zaken te stellen.
Ondanks een clrastische verlaging van het groeitempo en heftige discussies met zijn achterban over de
WAO-plannen weet Kok de gewenste reductie in
het financieringstekort te behalen. Dit bereikt hij
enerzijds door de draconische maatregelen van de
Tussenbalans en anderzijds door een pakket van
maatregelen dat oploopt van/ 10 mrd. in 1992 tot
/’ 22 mrd. in 1994. Met name de aanpak van het ziekteverzuim en de sociale zekerheicl, de beknotting
\-an de subsidies in cle volkshuisvesting en het niet
verlagen van cie btw-tarieven springen in het oog.
Kok gaat wellicht uit van een te optimistische schatting van de stijging van cle marktlonen. maar hopelijk gaat hiervan een clisciplinerencle werking uit
naar de vakbonclen.
Kok toont zich een’betrouwbare schatkistbewaarcler. Is er center nog \vel ruimte voor sociaal-democratisch beleid? Kok toont moed door in deze Miljoenennota vier harde keuzes te maken: investeren
boven consumeren, participatie boven inkomen,
marktconform milieubeleid en tucht van cle markt.
Hoewel cle PvdA-achterban zich clit nog niet schijnt
te realiseren, definieren deze keuzes een trendbreuk met de CDA-WD-kabinetten.
Het kabinet kiest voor meer investeringen in menselijk kapitaal. kennis, technologic, infrastructuur
(denk aan het Structuurschema uerkeer en vervoer)
en milieu, en tegelijkertijd voor minder subsidies
aan de midden- en hogere inkomens. Investeringen
krijgen weer een kans door elementen van een kapitaaldienst en de gulden financieringsregel in te voeren. Subsidies en overdrachten moeten gedekt worden door belastingen en als men clat niet kan
opbrengen moet men snoeien. Voor investeringen
met een marktrendement mag de overheid lenen.
Dit moet cle verjubeling van het netto vermogen van
cle overheid tegengaan. In het kacler van deze nieuwe visie is het beter als het volgende kabinet zich
laat vastbinden op een norm voor het netto vermogen in plaats van het financieringstekort van de
overheid. Dit vermijdt een pro-cyclisch keurslijf en
zou kunnen betekenen dat we in deze periode van
ESB 2-10-1991
recessie een wat ruimer begrotingsbeleid hadden kunnen voeren.
De bomen groeien (letterlijk en
figuurlijk) niet meer tot in de hemel. De sterke stijging van het aantal inactieven ten opzichte van het
aantal actieven maakt onze welvaartsstaat onbetaalbaar en gaat uiteindelijk ten koste van toekomstige
generaties. Wil men de uitkeringen
van de mensen die het echt nodig
hebben kunnen handhaven dan
moet men het oneigenlijke gebruik
van de WAO terugdringen. De verruiming van het begrip passende arbeid. cle bonus malus en subsidies
voor werkgevers en ingrepen in de
F. van der Ploeg
duur en hoogte van de WAO doorbreken de tirannie van gevestigde deelbelangen.
Kok staat dus duiclelijk voor participatie boven inkomen. Men had eigenlijk ook de verzekeringsgeneeskundigen moeten aanpakken en herscholingsprogramma’s moeten aankondigen om inhoud te geven
aan de verruiming van het begrip passende arbeid.
Toch heeft Kok, gegeven de smalle marges van het
beleid, er voor sociaal-democraten veel uitgehaald.
De ontkoppeling is immers gecompenseerd door de
hogere inkomens meer belasting te laten betalen.
Heffingen op vervuilende activiteiten werden ten tijcle van de CDA-WD-kabinetten geblokkeerd, omdat dit een lastenverzwaring voor burgers en bedrijven zou betekenen. Deze patstelling tussen VROM
en EZ is doorbroken door cle inkomsten van heffingen te bestemmen voor verlaging van de belasting
op arbeid. Dit slaat zonder de koopkracht aan te tasten twee vliegen in een klap: een schoner milieu en
(via een lagere wig) hogere werkgelegenheid. Aan
het einde van deze eeuw moeten we durven kiezen
tussen hogere groei in vervuilende industrietakken
en iets lagere groei in schonere industrietakken. Nederland is een dichtbevolkt land en moet zich daarom in de toekomst meer richten op kennisintensieve industrieen en minder op zware industrie en
landbouw.
Nederland stikt van kartels en prijsafspraken. De
consument en dus veelal de lagere inkomens zijn de
pineut. want ze moeten veel te hoge prijzen betalen. Links en de tucht van de markt gaan dus, gek
genoeg, goed samen. Het kabinet wil de tucht van
de markt meer over Madurodam laten waaien en wil
dit bereiken door grotere loondifferentiatie, modernisering van het vestigings- en mededingingsbeleid
en vrijere openingsuren van winkels. Hoewel de rol
van de overheid nog steeds belangrijk is, kunnen
veel taken uitgevoerd worden in de marktsector. Dit
komt de efficientie en de dienstverlening aan de burger ten goecle.
De Miljoenennota straalt een sterk links-liberale visie uit waar Kok mee voor de dag kan komen, zelfs
bij zijn eigen achterban. Het is jammer dat die visie
door de WAO-perikelen enigszins is verdrongen.
975