100 jaar Rerum Novarum
In 1891 verscheen de encycliek Rerum Novarum.
Daarmee sprak de rooms-katholieke kerk zich voor
het eerst uit over de inrichting van de economic.
Een opmerkelijk feit in die dagen, omdat voor velen
de kerk haar leidende rol in de samenleving had verloren en bij deze gelegenheid niettemin met een eigen sociaal plan voor de maatschappij kwam: een
derde weg ten opzichte van het Marxisme en het kapitalisme. Daarmee was Rerum Novarum een pleidooi voor een kerkelijk gei’nspireerde maatschappij.
Sedertdien heeft deze encycliek de gemoederen danig beziggehouden. Bij gelegenheid van de veertigste verjaardag publiceerde Paus Pius XI de grote sociale encycliek Quadragesima Anno (1931), waarin
deze gedachte wordt uitgewerkt in een pleidooi
voor solidarisme en corporatisme. Hieruit sprak een
zekere heimwee naar de middeleeuwen toen deze
nog een maatschappelijke functie hadden. Onbedoeld hebben de fascisten en nazi’s hiervan dankbaar gebruik gemaakt1. Opmerkelijk is dat het Tweede Vaticaans Concilie (1963) geen melding maakt
van een ‘sociale leer van de kerk’. In 1971 deed
Paus Paulus VI ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van Rerum Novarum de encycliek Octogesimo Adveniens verschijnen. Ook hij neemt duidelijk
afstand van een eigen keuze van de kerk in de scholenstrijd van economen.
Met enige spanning wordt nu uitgekeken naar de encycliek die in mei van dit jaar het licht zal zien, precies 100 jaar na Rerum Novarum. Deze spanning is
gewettigd omdat de huidige Paus 10 jaar geleden in
de encycliek Laborem Exercens de sociale leer van
de kerk weer introduceerde. Daarmee zou er sprake
zijn van ‘een beter weten’ van de zijde van de kerk,
zonder welk hoger inzicht het welvaren van deze
wereld niet verzekerd is . Als deze visie ook nu
weer wordt verwoord, zal de (Poolse) Paus zich met
name tot spreekbuis van de katholieken in Oost-Europa maken, die de op persoonlijk winstbejag uitzijnde kapitalisten evenzeer wantrouwen als de centrale planners die hun macht zien gedecimeerd . De
kerk heeft in het democratiseringsproces in deze landen een belangrijke politieke rol vervuld en zou
ook nu de zekerheid bieden waarnaar velen verlangen.
De aangekondigde encycliek komt ook in ander opzicht op een bijzonder moment. Stond Rerum Novarum op het beginpunt van de derde lange golf in de
economic (de derde Kondratieff), in deze jaren zijn
veel economen het eens over de start van de vijfde
Kondratieff die opnieuw grote maatschappelijke veranderingen met zich brengt . Op zichzelf is dit voldoende reden voor een nieuw debat over de economic. Veel begrippen zijn langzamerhand versleten
en ook over de gebrekkige betekenis van de klassieke scholen in de economic zijn velen het eens.
Het verbleken van het ideaal van de verzorgingsstaat zal ertoe hebben bijgedragen dat het aanstaande Christelijk Sociaal Congres (Nederland viert in november van dit jaar op eigen wijze 100 jaar ‘sociale
kwestie’) in het teken staat van de bedreigde verant-
ESB 3-4-1991
woordelijkheid van het individu.
De zinloosheid die velen ervaren,
kan volgens de organisatoren van
dit congres worden bestreden door
het toekennen van verantwoordelijkheid aan een ieder in deze samenleving. Niet alleen functionele
verantwoordelijkheid (op grond
van ieders rol) maar ook substantiele verantwoordelijkheid is aan de
orde, waarmee een ieder mede-verantwoordelijk is voor de zingeving
van het bestaan en daarmee ook
voor de gevolgen van het handelen
van de maatschappij. De Nederlandse kerken roepen daarmee op tot
bezinning op de verantwoordelijkW.J. de Rtdder
heid van mensen en organisaties5.
Uit de toegenomen belangstelling voor bedrijfsethiek mag eveneens worden opgemaakt dat steeds
meer over de doelstelling van organisaties wordt nagedacht. Daarbij wordt wel gesteld dat organisaties
zich bevinden in een spanningsveld van ethische en
economische doelstellingen. Dit is onjuist. Als in
een bedrijf de zingeving ontbreekt, zijn creatieve
processen niet of nauwelijks uitvoerbaar. Vernieuwing van produkten en produktieprocessen blijft uit
en de onderneming veroudert. Bezuiniging en sanering zijn vervolgens de noodgrepen die – zo heeft
de praktijk geleerd – alleen tot rendementsherstel
leiden als zij samengaan met een bezinning op de
‘shared values’ van de organisatie.
Onze samenleving heeft grote behoefte aan creativiteit. Deze taak moet worden opgenomen door mensen en organisaties op elke plaats in de samenleving. Het zijn de mensen zelf die zich bewust
moeten zijn van de eigen substantiele verantwoordelijkheid. Het kapitalisme heeft zichzelf overleefd,
het Marxisme heeft zich niet staande gehouden.
Ook aan de kerk mag dezer dagen geen sturend vermogen worden toegekend. Als Paus Johannes Paulus II ons dit in zijn binnenkort te publiceren encycliek wil laten weten, vervult hij een uitstekende
taak; als het streven naar actieve politieke macht
van de kerk de drijfveer is, zal de encycliek aan velen in onze samenleving voorbij gaan.
1. Th.A.G. van Eupen, Kerken spreken over arbeid, SMO,
1985, biz. 10.
2. Van Eupen, op. cit., 1985, biz. 13.
3. Zie ook J. Wyles, Vatican prepares attack on sins of capitalism, Financial Times, 9 maart 1991.
4. E. Keus en W.J. de Ridder, De vijfde Kondratieff, SMO,
1990.
5. Bedreigde verantwoordelijkheid, Stichting 1991.