Ga direct naar de content

Hdtv-standaardisatie als industriebeleid

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: april 3 1991

ECONOMIC

Hdtvstandaardisatie
als
industriebeleid
De Europese producenten van consumentenelektronica en de Europese aanbieders van satelliet-tv zijn
met elkaar in conflict geraakt over
de te volgen weg naar ‘high definition television’ (hdtv) in Europa.
Aanleiding is de EG-richtlijn die aan
omroepsatellieten het gebruik van
de D2MAC-standaard voorschrijft en
eind dit jaar afloopt. De consumentenelektronica-industrie wil dat de
D2MAC-standaard een tussenstap
op weg naar volwaardige hdtv
wordt uitgebreid zodat deze op alle
satelliet-tv-uitzendingen van toepassing wordt verklaard . De satellietzenders daarentegen zien geen heil
in de D2MAC-tussenstap, die hen
zelf en de consument met een eigen
schotelantenne dwingt tot extra investeringen in apparatuur, zonder
dat daar volgens hen een noemenswaardige kwaliteitsverbetering tegenover staat. De Europese Commissie beraadt zich over de vraag wat
het vervolg op de richtlijn moet worden: de situatie laten zoals zij is, dus
het gat in de wetgeving laten voortbestaan of de nieuwe richtlijn uitbreiden zodat alle satelliet-uitzendingen
eronder vallen. Het geval is interessant omdat het licht werpt op de rol
die de overheid, in dit geval de Europese Commissie, op industriepolitiek gebied vervult door het stellen
van technische standaarden.

Wat is hdtv?
High definition television (hdtv)
staat voor een verzameling verbeteringen in tv-technologie waardoor
de beeldkwaliteit vergelijkbaar
wordt met bioscoopfilm en geluid
van cd-kwaliteit met verscheidene
kanalen beschikbaar komt. Het aantal beeldlijnen wordt ongeveer verdubbeld en de hoogte/breedte-verhouding van het beeld wordt 16:9
in plaats van 4:3 nu, zodat ook de
afmetingen van het beeld met die
van bioscoopfilm overeenkomen.

De hoge beeldkwaliteit maakt hdtv
ook voor andere toepassingen dan
televisie geschikt. Hierbij kan gedacht worden aan toepassingen in
de computerindustrie, de filmindustrie, medische apparatuur, de grafische industrie en de defensie-industrie.
Voor hdtv moeten, net als voor de
huidige tv, standaarden worden gebruikt. De invoering van hdtv zou
een historische kans kunnen zijn om
tot een wereldwijde tv-standaard te
komen. Praktische belangen, zoals
compatibiliteit met huidige tv-standaarden zodat niet alle oude audiovisuele apparatuur in een keer overbodig wordt, en industrieel-politieke
belangen verhinderen dit.
De eerste hdtv-standaard was de
Japanse MUSE-standaard. De Europese consumentenelektronicaproducenten hebben daar inmiddels de HDMAC-standaard tegenovergesteld, die
via een tussenstap (D2MAC) hdtv in
Europa moet brengen. In de Verenigde Staten wordt nog aan verschillende hdtv-standaarden gewerkt en is
nog geen beslissing genomen over de
te gebruiken standaard.

In de Verenigde Staten zelf is er nog
maar een tv-producent (Zenith), die
in de wereld top-tien niet voorkomt
en op de thuismarkt een derde
plaats in de tv-markt bezel. De Amerikaanse elektronica-industrie bestaat voornamelijk uit halfgeleider(chips)- en computerproducenten.
Zij zien in hdtv een uitdaging omdat
voor hdtv zeer geavanceerde halfgeleiders nodig zijn. Met de introductie
van hdtv kan consumentenelektronica het belangrijkste toepassingsgebied voor halfgeleiders worden, een
rol die nu voor computers is weggelegd. De Amerikaanse elektronica-industrie, belichaamd in de American
Electronics Association, vreest dat Japanse en Europese consumentenelektronica-ondernemingen via geavanceerde halfgeleiders en
beeldschermen de pc-markt veroveren. Zij verwacht dat het aandeel
van Amerikaanse producenten op de
wereld-pc-markt zal dalen tot 35% in
2010 als de Amerikaanse industrie tegen die tijd minder dan 10% van de
hdtv-produktie voor haar rekening
neemt .

Industriele strategic
Economische uitdaging
Hdtv vormt niet alleen een technologische, maar ook een aanzienlijke
economische uitdaging. Verwacht
wordt dat de omvang van de wereldmarkt voor hdtv-apparatuur binnen
tien jaar na introductie van hdtv
ruim $ 100 miljard per jaar zal omvatten2. Hdtv vormt in eerste instantie
een uitdaging voor de consumentenelektronica-industrie. Deze bestaat
vrijwel geheel uit Japanse, Europese
en Zuidkoreaanse ondernemingen.
De Japanse ondernemingen, zoals
Matsushita, Sony en Hitachi, zijn
vooral sterk in relatief nieuwe en
technologisch complexe produkten,
zoals camcorders, cd-spelers en videorecorders, waarin zij wereldmarktaandelen van 75 tot 100% hebben3. Japanse ondernemingen zijn
het verst gevorderd met de produktie van hdtv-apparatuur. Zo levert
Sony al enige jaren hdtv-apparatuur
voor ‘special effects’ in de filmindustrie.
De Europese ondernemingen, zoals
Philips en Thomson, zijn vooral
sterk in de huidige generatie kleuren-tv’s, Philips is hierin zelfs nummer een in de wereld. In de Verenigde Staten hebben Europese
consumentenelektronica-producenten een marktaandeel van bijna
40% . Voor hen is hdtv dan o.ok een
belangrijke uitdaging.

In Japan staat de te gebruiken standaard vast. Deze standaard stuit
buiten Japan echter op grote bezwaren. Zo is de Japanse standaard
niet compatibel met de huidige tvstandaarden. Het grootste bezwaar
is natuurlijk de bedreiging die van
de Japanse industrie uitgaat voor
de eigen industrie. Japanse ondernemingen zoals Sony proberen dan
ook niet zozeer hun standaard aan
overheden te slijten, maar aan afne1. Momenteel heeft de richtlijn alleen betrekking op omroep satellieten, terwijl de
meeste (57%) en zeker de meest succesvolle Europese satellietkanalen uitzenden
via communicatie satellieten, die nu nog
buiten de richtlijn vallen.
2. Agence Europe, nr. 5443 (new series),
Luxemburg/Brussel, 2 maart 1991.
3. Japanse produktie-aandelen in relatief
nieuwe produkten: videorecorders: gedaald van circa 95% in 1984 tot circa 80%
in 1987; cd-spelers: schommelend tussen
circa 75% en circa 85% in de periode
1983 t/m 1987; camcorders: 100% vanaf
introductie (1983) t/m 1987. Hiertegenover staat het Japanse produktie-aandeel
van (relatief dude) kleuren-tv’s dat in de
jaren tachtig rond de circa 40% is gebleven. Zie: Philips International, The European electronics industry, mimeo, Eindhoven, 1989, biz. 16.
4. Hdtv-consortium streeft coordinate
van onderzoek na, NRC Handelsblad, 27
januari 1990.
5. America’s billion-dollar boob-tube battle, The Economist, 27 mei 1989.

mende industrieen zoals de filmindustrie. In dit verband zijn recente
overnames van Amerikaanse filmbedrijven door Japanse consumentenelektronicaondernemingen te interpreteren als een strategic om de
Japanse hdtv-standaard tot een de
facto produktie(studio-)standaard
te verheffen .
De Europese consumentenelektronica-ondernemingen hebben geprobeerd om in het Eureka-project dat
ontwikkeling van Europese hdtv tot
doel heeft zoveel mogelijk belang-

hebbenden te verenigen. Aan dit project nemen behalve de hoofddeelnemers (Philips, Thomson, Bosch en
Nokia) ook 35 kleinere deelnemers
deel, waaronder omroeporganisaties
zoals de BBC en de RAI en telecombedrijven zoals British Telecom. De
uitgestippelde weg naar hdtv omvat
een tussenstap-standaard, D2MAC,
die een voorbereiding is voor een
soepele overgang naar hdtv zonder
dat de tussenstap zelf grote voordelen biedt. Deze tussenstandaard, die
bedoeld is als wegbereider, blijkt nu
een struikelblok te zijn. Satelliet-tvaanbieders, voor wie de tussenstandaard in eerste instantie bedoeld is,
willen hem niet gebruiken. Dit betekent dat de invoering van hdtv wellicht enigszins vertraagd wordt, of
dat van de tussenstap wordt afgezien om in een keer naar hdtv over
te stappen. In de Verenigde Staten
ontwikkelen Philips en Thomson
hdtv-standaarden voor de Amerikaanse markt in de ATRC, Advanced
Television Research Corporation,
waarin naast Philips en Thomson
ook het David Sarnoff Research Centre en NEC deelnemen7. De strategic
van de Europese consumentenelektronica-ondernemingen is om met
breed opgezette consortia niet alleen hdtv-standaarden te ontwikkelen, maar daarbij ook veel gewicht
in de politieke schaal te leggen. Europese ondernemingen richten zich
daarmee ook in de Verenigde Staten
nadrukkelijk op de overheid.

Industriepolitiek
Overheden spelen in het tot stand
komen van een hdtv-markt een belangrijke rol. Zij stellen de te gebruiken standaarden voor tv-uitzendingen vast. Als standaarden — bij
voorbeeld met patenten – effectief te
beschermen zijn, komt dit in feite
overeen met protectionisme. Voor Japan is dit weinig relevant omdat de
distributiekanalen daar voor buitenlandse aanbieders al vrijwel ondoordringbaar zijn .

ESB 4-3-1991

In Europa kan door de introductie
van een Europese standaard een hdtvmarkt met vrijwel uitsluitend Europese aanbieders ontstaan, vergelijkbaar
met de kleuren-tv-markt voordat de
PAL-patenten afliepen9. De concentratie in de hdtv-markt in Europa kan
daardoor aanmerkelijk hoger worden
dan de concentratie op de huidige Europese tv-markt is.
De Amerikaanse hdtv-markt zal
waarschijnlijk minder gesloten zijn,
enerzijds omdat er nauwelijks een
consumentenelektronica-industrie
is om te beschermen, anderzijds
vanwege de belangen van de halfgeleiderindustrie en vanwege het
anti-trustbeleid . De belangen van
de halfgeleider- en computerindustrie wegen in de VS zwaar. Aan de
belangen van deze industrieen kan
tegemoet worden gekomen als zij
de geavanceerde halfgeleiders die
nodig zijn voor hdtv, gaan produceren. Consumentenelektronica-producenten zouden deze dan van de
Amerikaanse halfgeleiderindustrie
afnemen. De belangrijke consumentenelektronica-ondernemingen
(Matsushita, Philips en Sony) produceren nu zelf een groot deel van
de belangrijkste halfgeleiders voor
hun produkten, maar als zij deze
componenten voor de Amerikaanse markt gaan betrekken van Amerikaanse halfgeleiderproducenten,
neemt de verticale integratie van
de consumentenelektronica-industrie binnen de Verenigde Staten af
en ontstaat daar een situatie die
vergelijkbaar is met de computerindustrie.

Slot
De EG-richtlijn die gebruik van de
tussenstandaard D2MAC voor omroepsatellieten voorschrijft was een
elegante manier om de overgang
naar hdtv soepel te laten verlopen.
Consumenten die voor ontvangst
toch een schotel en ‘down converter’ moesten aanschaffen, zouden
daarbij automatisch een in de ‘down
converter’ ingebouwde D2MAC-decoder kopen en daardoor ongemerkt
zijn voorbereid op hdtv-ontvangst.
De satelliet-tv-markt heeft zich echter anders ontwikkeld, doordat een
groot deel van de satelliet-tv-aanbieders via communicatiesatellieten
ging uitzenden en daarmee buiten
de richtlijn viel. De Europese Commissie ziet zich geplaatst voor een
verzoek van de Europese consumentenelektronica-industrie om het gat
te dichten door de richtlijn aan te
passen. Dat betekent gedwongen

aankopen van ‘decoders’ door schotelbezitters en extra investeringen
voor satelliet-tv-aanbieders. De soepele overgang naar hdtv wordt voor
die groepen daardoor ineens minder
soepel.
Dit incident op weg naar hdtv onderstreept het belang van het vaststellen van standaarden voor de ontwikkeling van bedrijfstakken. Het
vaststellen van standaarden voor
openbare (elektronische) infrastructuur is een taak die met de komst
van nieuwe vormen van telecommu-

nicatie steeds meer in belang toeneemt. Vaak berust deze taak min of
meer vanzelfsprekend bij overheden. Daardoor raken overheden
steeds nauwer betrokken bij industrieel-strategische keuzen. Tegelijkertijd kan het vaststellen van standaarden een krachtig wapen zijn voor
een (protectionistisch) industriebeleid.

Marc Berns
De auteur is werkzaam bij het Centrum
voor Wiskunde en Informatica (CWI) te
Amsterdam en is daar projectcoordinator
van een RACE-project.

6. Why Sony is plugging into Colombia,
Business Week, 16 oktober 1989.
7. Developments to watch — two top guns
in video team up for hdtv, Business Week,
5 februari 1990.
8. Zo kon de Zuidkoreaanse consumentenelektronica-industrie in 1986 twee miljoen tv-toestellen naar de VS, 800.000
naar West-Europa en slechts vierduizend
naar Japan exporteren terwijl het prijsniveau daar 12 tot 100% hoger is dan in Europa of de VS. Zie: F.N. Burton, Trade
friction between Europe and Japan – the
need for a European consensus, mimeo,
Institute of Science and Technology, University of Manchester, 1989, biz. 14, 19.
9. C. Freeman, The economics of industrial innovation, Frances Pinter, Londen,
1982, biz. 77.
10. Omdat hdtv-technologie zowel voor
de halfgeleider-, computer- alsook de defensie-industrie van belang is, zou monopolievorming in een dergelijke technologic vermoedelijk tot een anti-trustzaak
leiden. Een voorbeeld hiervan is de consent decree in 1956 die AT&T verplichte
transistortechnologie beschikbaar te stellen en zelf geen transistoren op de open
markt te verkopen. Zie R.C. Levin, The semiconductor industry, in: R.R. Nelson
(red.), Government and technical progress, Pergamon Press, New York, 1982,
biz. 75.

Auteur