Ga direct naar de content

Jrg. 21, editie 1092

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: december 2 1936

2 DECEMBER 1936

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch~staltistische

Béncht

en

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL; NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEEDEELINGEN VAN DE CNTRALE. COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART
UITGAVE VAN HET NEDERLÂNDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

21E
JAARQAO

WOENSDAG 2 DECEMBER 1936

No. 1092

COMMiSSIE VAN REDACTI:

1

ÜOTFERDAM, 30
November.
P. Lief tinck; N. J. Pclak; J. Tinbergen; F. de Vries en

1.1.’
.
M.
H.
A.
van der Valk (Redacteur-Secretaris).

Âssistent-Redaoteur: L. R.
W.
Soutendijk.

Redactie-adres: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.

.4angeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

Telefoon Nr.

35000. Postrekening 8408.

Advertenties voorpagina f 0,50 per regel. Andere pagi-

na’s f0,40 per regel. Plaatsing bij abonnement volgens

tariçf. Administratie van abonnementen en advertenties:

Nijgh & van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam, Am-

sterdam, ‘s-Gravenhage. Postchèque. en girorekening

No. 145192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in

lVedrlznd f 16,—. Abonnementoprjs Economisch-Statis-

tisch Maandb’ericht f5,— per jaar. Beide organen samen

f 20,— per jaar. Buitenland en Koloniën resp.

f 6;— en f23,— per jaar. Losse nummers 50 cent. Dona-

teurs en leden van het Nederlandsch. Economisch :Instituut

ontvangen het weekblad en het Maandbericht gratis en

genieten een rèductie op de verdere publicaties.

INHOUD
Blz.
DE R1JESLUCRTWEGEN IN INTERNATIONAAL VERBAND
door

A. Plesman

…………………………..
872

Javasuiker. naar Nederland door.A.
Vols ………….
874

De rubberinarkt door
J. F. Haccoû ……………..
.
875

De situatie der Amerikaansclie petro!eumindubtrie -door

Dr
.
W.

Mautner

…………………………..
876

De haring-contracten met Rusland door
Mr. J. H. Kie.
wietde.Jonge

…………………………….
879

BUITENLANDSOHE MEDEWERKING:

Het succes van de papieren ‘valuta in Zweden door

E
.
H. Regensburger

……………….
.
……….
880

AANTEEKENINOEN;

-.

– –

Wijzigingen in de Nederlandsche handelspolitiek ..
881

Wijziging in het Curatoriuni van het Nederlandsch
-:

Economisch

Instituut ……………………..
882

i1AANDOIJVER5;


Emissies

in-October

1936……………………..
882

Statistieken:

Groothandeisprijzen
……………….
……………….

‘884—
Geldkoersen-Wisselkoerse,i-Ban kslaten
………………….

883,
886

De Neclerlandsche Regeering heeft in de afgeloo-

pen week een maatregel aangekondigd, waarop zoowel

door de betrokken bedrijfstakken als door anderen
herhaaldelijk -was aangedrongen. De steun aan de

Javasuiker zal deze,industrie een afzet in het Moe-

derland van bijna 10 pOt. van hair komenden oogst

verzekeren. Bovendien is deze maatregel van veel

belang voor de goede verstandhouding tusschen Ne-

derladsch-Idib en Nederland, iets waarvoor ook

Z
.
E.
Minister Colijn onlangs hij de vertooning van
een film onder auspiciën van de stichting ,,Indië in

Nederland door de film” heeft gepleit. Minister Ge-

lissen heeft er in de Tweede Kamer, na verschillende

licl’itpunten te hebben geconstateerd, op gewezen, dat

er een, nog bescheiden begin van herstel is waar te
nemen, zoowel hier te lande als in onze relatie met

Indië.

Een tweede .maatregei, welke, zij -het nog niet door

de Regeering aangekondigd, dan toch op grond van

een uitlating van dn Minister van Financiën waar-

schijnlijk te achten, is verlaging van den accijns

0
1) gedistilleerd en bier, een maatregel, waarvan in

de btrokken kringen een vergrooting van den omzet

wordt verwacht en,daaihij geen vermindering van. de

totale accijns ontvangsten.

‘Nog een andere maatregel ivordt op het oogenbiik

sterk bepleit en is door een motie in de Tw’eede

Kaner- mogelijk iets nader gekomen. T

Jet betreft den

door de Regeering te geven steun aan het voornemen

om in 1940 in Amsterdam een wereldtentoonsteiling

te organiseere’n. Uitvoerig heeft de heer Van den

Tempel op de voordeelen, welke deze voor oiïs land

zou afwerpen, gewezen. ,,Gezien den algemeenen toe-

stand van depressie en de ontzaglijke werkloosheid

zou de Regeering mijns inziens met beide handen de

ogelijkheid moeten aangrijpen, welke hier geboden

wordt oni op korten termijn verbetering in den toe-

staiid te

krijgen.” – –

Hij roerde hiermede ongetwijfeld een gevoelige

snaar aan. Het is van belang in dit verband te ver-

melden, dat volgens een mededeeling van Leiden’s

burgeester door den bouw van het stadhiis aldaar

een bedrag, van
f
1
Y21
rnillioen verlodnd zal worden,

vaardoor f.1..millioen in steun zal ‘worden bespaard.

872

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

2 December 1936.

DE RIJKSLUCHTWEGEN IN INTER-

NATIONAAL VERBAND.
Inleiding.

Wat verstaat men onder Rijksiuchtwegen? Zoo kan
men ook vragen: wat zijn Rijksstraatwegen? Dit zijn

wegen, welke het Rijk aanlegt en waarover ieder

rijden kan.
Om goed te begrijpen wat Rijksiuchtwegen zijn,

diene men zich de definitie van een luchtweg te stel-
len: de, luchtweg is de kortste verbinding tussehen
twee punten. Op den luchtweg kan men rijden zooals
men wil en zoo snel als men wil. 1-let snelheidsrecord
ligt op het oogenblik ongeveer bij 100 km per uur.
Dit zou men niet bereikt hebben, als er aan den
luchtweg iets niet in orde zou zijn.
Op den straatweg speelt het gewicht van de auto
altijd een belangrijke rol, dergelijke beperkingen gel-
den in het luchtverkeer niet. De luchtweg is nooit
versperd, is altijd recht toe recht aan, is met iedere
snelheid en met ieder gewicht te bevliegen. De lucht-
weg is zoo breed als men zich maar wenschen wil en
er zijn zoowel wegen naast als boven elkaar.
In dit verband zijn Rijksiuchtwegen die lucht-

wegen, welke geëxploiteerd worden boven Neder-
landsch grondgebied en tusschen twee gebiedsdeelen.

Het binnenlandsch luchtnet in Nederland bestaat uit
Rijksluchtwegen. De lijn Aruha-Ouraçao is een Rijks-
luchtweg. De lijn Batavia-Amsterdam is eigenlijk cle
hoofd-Rijksluchtweg. Wij zouden hieraan twee wen-
schen toe te voegen: Willemstad-Paramaribo en

Paramaribo-Amsterdam.

Nationaal of int ernationaalV
Men kan deze stelling niet nationaal beschouwen.
Indien men de route Amsterdam-Batavia op Neder-

landsch vervoer zou willen instellen, hedenke men, dat de Rijksambtenaren niet tussehen Nederland en
Nederlandsch-Indië door de lucht mogen reizen doch
over water. Ook al zouden zij het verschil tusschen den passageprijs per boot en per vliegtuig zelf wil-
len betalen, dan wordt dit niet toegestaan, omdat het
Rijk een deshetreffend contract heeft met de scheep-
vaartmaatschappijen. Wij hopen echter, dat hierin

mettertijd verandering zal komen.

Sommige menschen verwonderen zich erover, dat
zooveel vreemdelingen op cle Indiëroute vliegen. Een
der redenen hiervan is, dat vreemde regeeringen wel
contracten met de K.L.M. hebben gesloten, waarbij
haar ambtenaren zelf hun. vervoermiddel mogen kiezen.
Indien het vervoer op de Amsterdam-Batavialijn
uitsluitend was ingesteld op onze eigen behoeften.
dan zouden wij ons in allerlei opzichten moeten he–
perken en dan zouden andere luchtvaartmaatschap-
pijen., die zich internationaal georiënteerd hadden, het
verkeer naar zich toe trekken. Uit dien hoofde reeds
waren en zijn wij gedwongen ons niet in dien zin te

beperken.

Over den Oceaan.
Amsterdam-Willemstad! Begrijpt men niet welk

belang wordt voorgestaan om op Willemstad te vlie
gen? Is dat zoo belangrijk, dat men daarvoor een dure
luchtlijn gaat oprichten? Neen, maar als wij eenmaal
in Willemstad zijn, kunnen wij vervoer krijgen voor
Columbia, Venezuela, de Kanaalzéne, Mexico en
andere gedeelten van Centraal Amerika. Wij zouden
dan kunnen vliegen van Amsterdam naar Lissabon,
vandaar naar Porto Praia en zoo door naar Para-
maribo, dat dan een groote luchthaven zou worden.
En wanneer één maatschappij ,,over de brug” is,
komen er spoedig meer. ,,Hoe meer zielen, hoe meer
vreugd”, in dit geval, want des te eerder kunnen de
kosten der luchthavens betaald worden.
Velen zullen vragen, hoe wij van Porto Praia naar
Paramaribo rendabel kunnen vliegen, want het is een
traject van 3600 km over den Oceaan, waar geen
benzine ingenomen kan worden. Men moet dus veel
benzine medenemen, waardoor het gewicht hoog

wordt. Maar er zullen tenslotte vliegtuigen komen,
die z66 gebouwd zijn, dat zij 25 pOt. van hun totale
gewicht aan nuttige lading zullen kunnen medevoe-
ren, exclusief bemanning, benzine, enz. en wel uitge-
rust met motoren, die per uur een benzine- en olie-
verbruik van niet meer dan 217 liter hebben. De
liftdriftverhouding zal van één op twintig moeten
zijn. De K.L.M. laat op het oogenblik een opdracht
uitwerken voor een vliegtuig met een liftdriftver-

houding van één op zeventien.
Thans wenscht men vliegtuigen met een actie-
radius van 5000 km, want die 5000 km worden juist

overal gezocht. Er zijn enkele belangrijke trajecten
op de wereld, die tusschen drie en vierduizend kni
liggen, zooals San Francisco-Honoloeloe, Newfound-

land-Ierland, Porto Praia-Paramaribo.
Hierbij doet zich het interessante vraagstuk voor:
moet het een boot of een vliegtuig zijn. Er zijn zeer
belangwekkende booten gebouwd: G-lenn Martins
4-motorige, die geregeld het traject Honoloeloe-San
Francisco vliegt, de 4-motrige Sikorsky, welke den
dienst op de andere trajecten van den Pacif ie onder-
houdt, terwijl de Pan American Airways 6 nieuwe
vliegbooten heeft opgedragen aan Boeing in Seattie.
van 36 ton met 6 motoren, eveneens bestemd voor den

Stillen Oceaan.
Ik hen echter van meening, dat de toekomst den
landvliegtuigen zal zijn en wel met een zoodanige
snelheid, dat men nauwelijks bemerkt over den

Oceaan te vliegen.
Zoodra men een zekere hoogte boven de zee heeft
bereikt, tusschen 1000 en 2000 m, komt men in een
luchtlaag, waarin het vliegtuig rustig en vast ligt.
Boven den Oceaan en wij denken hierbij aan den
Atlantischen, heerschen wiuden van 70-100 kin
snelheid. Zesmotorige vliegtuigen met een vermogen,
dat een kruissnelheid van 370-420 km kan waar-
borgen, zullen weinig hinder van dergelijke tegen-
winden ondervinden. Evenmin zullen mist en ijsaf

zetting onoverkomelijke bezwaren opleveren, daar het
hlindvliegen volkomen heheerscht wordt en de schei-
kunde afdoende tegenweer tegen ijsafzettirig gevonden

heef t.
Waarom zouden wij dan ook niet .in een toekomst

gelooven van zes dagelijksche diensten tusschen de
Oude- en de Nieuwe-Wereld?
Naar Zuid-Afrika.
Met het Oceaanverkeer is onze projectie van het
Rijksluchtwegennet nog geenszins volledig. Een alles-
zins belangwekkende lijn zon ongetwijfeld ook die naar Johannesburg (langs de Westkust) zijn, omdat
wij met de bevolking daar een zekere stamverwant-
schap hebben. Wij zouden daar dan ook zeker niet
groote sympathie ontvangen worden.
Na al onze ervaringen zou de Zuid-Afrika route
niet zoo moeilijk uit te voeren zijn. De afstand
Amsterdam-Johannesburg bedraagt ongeveer 10.000
km. Vergelijken wij deze route met de Indiëlijn, dlie
wij als standaardmaat beschouwen. Op deze laatste
route vliegen wij niet ‘s nachs want wij gaan ‘s mor-
gens pIm. 6 uur weg en zijn ‘s avonds voor donker
binnen, waarna de passagiers in een hotel kunnen logeeren. Wanneer men op dezelfde wijze de lijn
Amsterdam-Johannesburg exploiteerde, zou men deze
met de Douglassen in 4 dagen kunnen vliegen. Wat

een tijdsbesparing zou dat niet zijn!
De moeilijkheid is echter, dat wij over Fransch,
Spaansch, Engelsch en Portugeesch gebied zouden
moeten vliegen. In Zuid-Afrika zouden wij hij een
groot gedeelte van de bevolking welkom zijn, maar
er zullen allerlei administratieve bezwaren kunnen rijzen. Er zijn al zoo vaak internationale moeilijk-
heden in den weg gelegd. In dit verband zou i.k het
contract willen noemen, dat tussehen Engeland, Ame-
rika, Canada, Newfoundland en Ierland is gesloten
om het luchtverkeer over den Atlantischen Oceaan te
monopoliseeren, zoodat andere landen niet via Ier-

2
December
1936

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

873

land kunnen vliegen. Iets dergelijks heeft men ook
met de Azoren gehad en op Ijsland, maar er is riet
zoolang gewerkt tot deze contracten tenslotte onge-
daan gemaakt werden.

De onderhavige overeenkomst is op het oogenblik
onaangenaam en gevaarlijk, want juist over den
Atlantischen Oceaan leidt de machtigste stroom van
passagiersverkeer en daar moet luchtvaart het van
hebben, want tusschen Amerika en Europa heeft
voornamelijk uitwisseling van post en passagiers
plaats, van goederen zeer weinig.

De internationale gedachte.

Een eigenaardige factor in het Nederlandsch lucht
verkeer is, dat Nederlafid zelf maar zoo’n klein
oppervlak heeft, terwijl andere landen zooveel meer
territoriale rechten hebben of zich daarvan door mid-
del van geld kunnen verzekeren, h.v. door zich in
andere maatschappijen in te koopen en daardoor on-
zuivere verhoudingen te scheppen. Dit strijdt ge-
heel tegen de in 1919 te
Parijs
gesloten Luchtvaart-
conventie. Men was toen van goeden wille en ver-
klaarde, dat de lucht i’rij was. Juridisch werd later
echter vastgesteld, dat de luchtkolom boven een land
tot dat land behoorde.

Ons gebied buiten Nederland is 62 maal zon groot
als Nederland zelf. in Nederlandsch-liadië kunnen wij
te kust en te keur vliegen, maar er valt niet veel te
verdienen. De henzinehelasting is daar 13 cent per
liter. Wat de K.N.I.L.M. aan subsidie ontvangt, moet
zij bijna geheel aan benzinebelastirig uitgeven.
De cardinale kwestie is hier: wenscht men zich de Rijksiuchtwegen in internationaal verband?
Zoo
ja,
dan zal men zich moeten inspannen en eventueele
offers getroosten tot het doel bereikt is. En als het
bereikt is, moet men het vasthouden ook, zoodat men
niet slechts voor een oogenblik een belangrijk deel
in het wereldluchtverkeer heeft veroverd, om het dan
weer prijs te geven. Wij moeten een luchtverkeer
hebben, dat stand kan houden, dat een druk van
buiten kan tegengaan, zoodat wij kunnen zeggen ,,dat
heeft Nederland bereikt cii daar kan het blijven”.
Vier millioen is in de K.L.M. vastgelegd, dat moet
op zijn minst
f
20 millioen worden, dan is het niet
zoo moeilijk om een winstgevend bedrijf te maken.

In 1924
werd door het
Rijk
aan subsidie betaald per
tn/km

……………………………
fl.11
1925
……..
f
0.49

Iii 1931
……….
0.33 1926
………
, 0.34

.,

1932
……….
0.29
1927
……….
0.37

.,

1933
……….
0.14
1928
……….
. 0.35

1934
……….
0.08
1929
……….
0.46

.,

1935
……….
0.09 1930
……….
0.54

1936
………
. 0.08

Deze subsidie maakte van onze totale uitgaven per-
centsgewijze uit:
In
1929
……
34.8
pCt.

Iii 1933
……
3.3
pet.
1930
……
37.5

,. 1934
……
6.9
1,931
…….
21.8

..

.,

1935
……
8.1
1932
……
11.9

,.

.,

1936
……
7.6

Wij zijn eigenlijk niet zon ver meer van rentabili-
teit af, wanneer wij in aanmerking nemen, dat onze
vliegtuigen in drie jaren afgeschreven moeten wor-
den. Indien dit niet geschiedde, zouden wij met oud
materieel blijven zitten. Wij moeten vooral in dc
eerste jaren in de voorste gelederen mee opmarchee-
ren, om straks als de vliegtuigbouw op een nog
hooger peil gekomen is, het nieuwste materieel te
kunnen aanschaffen, zoodat het luchtverkeer zoo
veilig, goedkoop, gerieflijk en zoo snel mogelijk is.

In dit verband wilde ik enkele cijfers noemen be-
treffende de verliezen, welke de Posterijen hebben
geleden op de Amsterdam-Batavia route. Door som-
migen wordt het geld, dat wij van de Posterijen ont-
vangen, beschouwd als een subsidie. Ik doe dat niet;
het is een contract, dat de P.T;T. met ons heeft
gesloten voor het vervoer van post, en wij doen ons
best om de verliezen daarop zon klein mogelijk te
maken.

In
1930 f

50.822.12 (3 mcd.)

In
1934 f 1.048.514.47
1931

525.242.97

.

1935 ,, 909.758.95
1932

1.281.454.49

1936 ,, 725.840.59
1933

1.111.667.30

Aan het einde van 1936 zullen wij 400 uit- en
thuisvluchten naar indië gemaakt hebben, 6.400 pas-sagiers vervoerd of 30 millioen pass/km; 300.000 kg
Post of 27 millioen poststukken; 12.500 kg pakket-

post; 160.000 kg bagage en extra bagage; 15.000 kg
goederen, 55.000 uren gevlogen hebben over woes-tijnen, zeeën, door moessonweer; 11.250.000 km of
281 maal de aarde rond gevlogen hebben.
Het volgend jaar zullen wij ongeveer 9 of 10
millioen gulden uitgeven. Op 1 Juni 1937 zullen wij
naar schatting 1180 man personeel in onzen dienst
hebben. Daarbij zijn slechts 61 vliegtuighestuurders.
44 rad i otelegrafi sten, 27 boordwerktuigkundigen voor
de Indiëroate, 19 hoordmecaniciens voor het Euro-
peesche luchtnet en 324 man hangarpersoneel.

Het wereldluchtnet.

Tenslotte een enkel woord over het wereldlucht-

verkeer en de plannen der buitenlandsche luchtvaart-
maatschappijen. Zuid-Amerika wordt omspannen door
het luchtnet van de Pan Ansericari. Airways.
Zoowel
aan de Test
als aan de Oostkust heeft deze maat-
schappij haar luchtlijnen, die a.h.w. als een tang dit
land vastgrijpen. De invloed van }oord- op Zuid-
Amerika zal in ontzaglijk snel tempo toenemen. Troe
ger vormden de groote afstanden een bezwaar, doch
tegenwoordig zijn die teruggebracht tot enkele dagen.
Zoo kan men van Rio de Janeiro in twee dagen in New
York zijn. V66r den oorlog was Zuid-Amerika een markt voor den – Duitschen handel, maar nu begint
Noord-Amerika deze markt ‘oor zich op te eischen.
De Europeanen gaan per Air Franco en Deutsche
Lufthansa derwa.arts. Verder heeft Amerika een door
de P.A.A. uitgevoerde luchtljn via lIonoloeloe-
Midway-Wake en Guam naar Manilla. Deze maat-
schappij tracht ook het verkeer van Amerika naar
Europa te krijgen. Zij is met dc
Irn.perial Airways
nauw verbonden en dit machtig verbond wil over den
Oceaan, via Guam en Port Morreshy (op Nieuw-
Guinea) een verbinding tot stand brengen met Aus-
tralië, die dan aan Nederlandsch-Indië voorbij zou
gaan.

Het zal niet lang duren, of de P.A.A., die boven-
dien bij de China National Aviation Corporation ge-
interesseerd is (een half Amerikaansche, half Ohinee-
sche maatschappij), zal vitn Yunan Pu gaan naar
Calcutta. Dit is een zeer moeilijk traject over berg-
terrein, maar
zijn
zij eenmaal in Calcutta, dan is het
nog maar een stapje verder naar Europa om dan het

grootste aandeel in liet wereldluchtverkeer te hebben.
Voorloopig zullen w’ij daar nog niet intensief aan
kunnen medewerken. Wanneer wij een
lijn
over den
Oceaan kunnen krijgen naar West-Indië, mogen wij
voorloopig tevreden zijn.

De Deutsche Lufthansa is in een moeilijk parket,
wat betreft het huitenlandsch verkeer, omdat Duitsch-

land geen koloniën bezit. De D.L.11. vliegt nu regel-
nietig van Berlijn nitar Sevilla, den Oceaan over,
langs de kust van Zuid-Amerika. Met dezen dienst
heeft men in drie dagen een brief van Berlijn naar
Buenos Aires. J)ezen zomer zijn proefvluchten ge-
maakt via de Azoren naar Amerika met vliegtuigen, uitgerust met ruw-olie motoren, gebouwd hij Blohm
en Voss te 1-lamburg, vliegtuigen, waarmede men liet
lange afstandsverkeer hoopt te exploiteeren.
Door Duitschers en Russen samen is de ,,Deruluf t”
opgericht, die de
lijn
Berlijn-Moskou exploiteert met
Duitsch-Russisch personeel en materieel. ilet plan
was om door Rusland naar China te gaan. Door de
moeilijkheden niet Rusland is dit echter nu niet te
verwezenlijken.

Binnenkort gaan de Duitschers van Berlijn naar
Bagdad vliegen, waardoor w’j een gedeelte van onze
lading zullen moeten missen. Van Bagdad willen zij

874

ECONOMISCH-STATISTISCHE BEITCHTEN

2 ‘December. 1936

dan via Teheran en Kaboel langs den Noordkant van
de himalaya in China doordringen.

De
Air France
heeft eveneens een belangrijk lucht-
net met haar groote luchtlijn van Parijs naar Hanoi en van Parijs naar Zuid-Amerika met verschillende
vertakkingen.
* *

In dit licht gezien, wif ik conciudeeren, dat, in-

dien men de Nederlandsche luchtvaart in internatio-
naal verband een voorspoedig bestaan wil verzekeren,
het gewenscht is, dat men een krachtige, bekwame en
centrale leiding heeft en dat niet andere instanties
willen ingrijpen, want het is zeer moeilijk om inter-
nationaal een vasten koers te houden. In verband hier-
mede hoop ik, dat het de Regeering moge gelukken
de Nederlandsche luchtvaart de bewegingsvrijheid te
kunnen geven, die
zij
noodig heeft om zich in gezonde
verhoudingen te kunnen ontwikkelen.
A. PLESMAN

JAVASUIKER NAAR NEDERLAND.

,,Eindelijk”! Zoo zal men op 25 November in

kringen van de Javasuikercultuur uitgeroepen hebben
bij het vernemen van het besluit der Regeering, dat
een bedrag uit het Landbouwcrisisfonds ter beschik-
king gesteld zal worden om den invoer van suiker in Nederland in. het vervolg uit Java in plaats van
uit den vreemde te doen geschieden.
Voorloopig heeft de Regeering daarbij een kwan–

tum van 85.000 ton op het oog, bestaande uit ruw-suiker en uit witsuiker in een nader te bepalen ver-
houding, waarvoor men raamt ter overbrugging van
het verschil tusschen marktwaarde en
kostprijs’
een
bedrag van
f
800.000 noodig te hebben.
Intussehen is het kwantum suiker, dat gedurende
de laatste jaren hier geïmporteerd werd en gedeelte-
lijk voor de binnenlandsche consumptie en gedeelte-
lijk voor her-export gebezigd werd, grooter dan boven-
genoemd kwantum, al wordt daarbij ruimte gelaten
voor den import van een kwantum van ca. 12.000 tons Surinamesuiker.
Gedurende de laatste jaren werd volgens het Cen-
traal Bureau voor de Statistiek hier ingevoerd:

Invoer van suiker in tons.

Jan./Oct.
1934

1935

1936
Ruwe Bietsuiker
Uit diverse landen

…………..
8.948
93
195
Ruwe Rietsuiker:
Uit

Cu-ba

………………….
30.182
33.451
50.474
San

Dosningo

……………
10.575
36.807
26.464 Suriname

………………
8.280
12.004
10.859
Ned.-I[.ndië

……………..
15.532


Brazilië

………………..

7.364

Peru

…………………..


3.084
ITaiti

………………….


5.543
Andere landen

…………..
490
881
654

65.068
93.209 97.078

Witsuiker: Uit

I)uitsohland

…………….


19
België en Luxemburg
…….
6.255
6.470
6.883
Groot-Brittannië en Ierland
837.
261

Frankrijk

………………
6.958
5.753
13363
Sovjet-Rusland

…………..
1.823
182
486
Polen

en

Dantzig

……….
336
781
425
NecL-Jndië

……………..
4578
6.065
11.454
Andere

landen

………….
118
39
12

20.905
19.551
32.642

Baster’d:
Uit i3el-gië en Luxenibuig
231
187
317
Gi-oot-Brittan.nië en Ierland
108 139
102
Vcr. Staten
v.
Amerika
4.131
3.474 2.890
Ned.-Indië

……………..
55
– –

4.525

3.800

3.309
• ‘Kandij:

Uit •Du-itschland
…………….

313

157

Ilelgië en Luxemburg
……..

387

335
Andere- landen

…………
779

3

.

4

779

703,

. 496
Tol aal Generaal
….
100.225 114.654 133.720

terwijl

vercl uitgevoerd:

Uitvoer van suiker in
.toiis.

1934
1935

136

Ruwe Bietsuikei:

,

Naar Blgië en Luxemburg

……
10.106
2.021


Zwitserland

……………
.

6.064

2.859

Groot.Brittannië en ierland
1.521

Fransoh Marokko, Tanger
.
1.216

.


Andere

landen

………….
1.010
-,-

P
655


13.853
8.085
3.51.4

TitSu iker:

Naar Groot-Brittannië

………..
6.470
2.937 2.965

Ierland

…………………
23.039
4.613

Finland

………………
-,
1.835 1.086

Noorwegen

…………….

2.779
3.810
4.21.7

Grieken-land

…………..
1.536
450
-.

Frausch

Ecivat.

A.frik.a
.
….

855
3.105
Spaansoh

Marokko
………

402

Spaansoh West-Afrika
…..
181
592
225

Arabië,

eiw
.
.

……….
….
4.494
5.200
4.021

Irak

…………………
5.683 10.518 6.625

B3ritsh-Ïnd’ië,

eni.

………
1.427
2.705
.

979

Uruguay

……………….

1.850 2.725

Ver. Stateii
v:
Amerika
– ,

599

België en Luxemburg

……
5.440

517

Italië

………………..

650

Zwitserland

…………….
547

Perzië en Afghanistan
…..
1.209

A
n’çlere

landen

………….
512
1970
1.164

53.317 37.737 28.S78

Ilastcrd: Naar België en Luxemburg
460 725

559

Groot-Brittannië en Ierland
9.253 5.729 2.232

Andere

landeii

…………
11
40

44

9.724
.

6.494
2.835

Kandij:
Naar diverse landen

Totaal Generaal .

427

517 ,

.505

77.321 52.833 35.732

Onder de gegeven omstandigheden interesseeren in
de eerste plaats de invoercijfers. Trekt men nu van
bovenstaande cijfers den import van Suriname f, dan
blijft over in1934: 91.945 tons, 1935: 102.650 tons en

Jan./O’c’t. 1936:’ 122.861 tons, die Java had kunnen

leveren.
Er zal dus ook in de toekomst ruimte zijn voor een
grooteren import en al steunt de Regeering slechts
den invoei van 85.000 tons, ‘dan nlag aangenomen
worden, dat de Nivas genegen zal zijn dok het meer-
dere kwantun tot wereldmarktwaarde te leveren, al

is die beneden kostprijs, en zoodoende de geheele
Nederlandsche markt, voor zoover die niet door de

gesteunde birmenilandsche Bietsuikercnituur en im-
port van Surinamesuiker ingenomen wordt, tot zich

te trekken.
Veel zal er nu . van afhangn, hoe de in verband

met dit Regeeringsbesluit noodige maatregelen uit-
gewerkt en in- toepassing gebracht zullen worden. Het
is begrijpelijk, dat de Regeering daarbij pogingen doet

om den sedert d instelling van ht invoerreclït ,yan

f
2.40 per 100 kg op witsuiker gekortwiekten hde,l
in ‘witte suiker weder ruimte yan beweging teneven
en eveneens wenscht, dat de exporthandel in Java
voor de voorziening van de Nederlandsche markt met
ruw- en witsuiker ingeschapjd blijft. Verder, kan
er niet genoeg nadruk,. p. worden gelegd, dat zoo min
mogelijk beperkende bepalingen genomen moeten-wor-
den, opdat de handel: in hetalgemeed alch vrij kafi

ontwdkkelen. ., •. . .
Wat den termijnhaudel te Aii%sterdam.betreft. zoo
mag aangenomen worden, dat die zich spoedig’ .aa
den: nieu.wen toestand ‘zal weten aan te -passen..

Voor’ ‘de ovdrbrugging van den tijd,: t6td’at de uieuwe
maatregelen’ in werking zullen treden, heeft de’ Re-
geering den invodr van alle suiker ‘voor du tijd van

6′ maaden gbcotingenteerd ö’ basis van 80: – pCt.
van den halfjaarlijkschen ‘import gedurende 1935,::ten
einde overmatige invoeren van buitenlandsche suiker,

2»December rl’93ff

ECONOMISCH-STATISTISCHE

BERICHTEN

875

voordat (e binnenlandsche markt daarvoor gesloten

wordt, te vermijden.
Nu het Moederland de eerste daad verricht heeft
om het stiefkind Javasuiker te he1pen mag men
hopen, dat dit ook verder zijn belangstelling zal ge-

nieten. Er heerscht nog groote nood in de eenmaal
zoo bloiende Javasuikercultuur en een vergroot af-
zetgebied in Nederland voor Javasuiker kon gescha-
pen worden door het aanweflden van een gedeelte
der Nederland sche sui L-erbieten -voor andere doelein-
den dan de voor het Rijk zoo dure fabrikatie van
suiker, afgezien nog van het feit, dat er toch wel
gewassen gevonden zouden kunnen worden ter ver-
vanging van een gedeelte van den kostbaren beet-
S

wortelaanplant.
A. V.

DE RUBBERMARKT.

• Van hen, die steeds van oordeel zijn geweest – in
tegenstelling tot schr••v-er dezer regelen — dat van
de restrictie de victorie zou beginnen, zullen vermoe-
cleljk velen zich vlijen met de overtuiging, dat zij
het toch maar bij het goede e:inde hebben gehad.
En inderdaad, toegegeveii moet worden, niet al-
len, dat de statistische,positi.e is verbeterd, doch ook
dat de paijs zich nog maar steeds in stijgende richting
beweegt. Voor 1937 wordt thans reeds afgesloten op
basis van 9 d. per 1h., in Londen heeft de loco-prijs

8/16 d. bereikt.
T
oor
waar, prijzen,
welke in herinne-

ring brengen de jaren 1928 en 1929, toen rubber ge-
middeld boven de 10 d. noteerde.
London Standard ribbed smoked sheets noteerde in

Januari van dit jaar 6
13
/io d., thans
2
d. meer en er

zijn aanwijzingen, dat de prijs nog hooger zal komen.
• De in October door het internationale Rubber
Reguleeringscomité vastgestelde verlaging van het
beper1cidgsèrcettge met 5 pOt. : voor het eerste
halfjaar 1937 werd beantwoord met een verdere prijs-
stijgig, de aanvapkelijke vrees, dat het comité in zijn
December-vergadering tot een verdere verkleining
van de restrictie zal besluiten werd opnieuw door een
-vaste markt gevolgd. –

Ziedaai’ in e

nutshell wat op de rub,bermarkt
gaande is en ons ôogenschijnlijk in onze vorige arti-
keleii.. in dit weekblad, waarin wij meenden, dt. de
positie van het product op zichzelf met groote vopr-
zichtigheid moest worden beschouwd, volkomen in


het ongelijk stelt.

het geheele economische beeld is in de laatste
maanden -veel veranderd. Daar waar eenige maanden
geleden nog een volkomen gerdk aan – vertrouwen
heerschte; is thans een mate van o-ptimism ontstaan,
welke even, gevaarlijke kanten ,heeft als de vorige

houding.
• Ovéral.heerscht.hedrjvighid,.-de indices dèr indus-
trieele activiteit wijzen schier overal dp en verbete-
ring; gebaseerd op 1929 als 10.0, was die in de Ver-
eenigde’ Staten in Augustus jl. reeds weer 97.2, die
van het Vereenigd Koninkrijk 110.1, die van Canada
00.4, terwijl de cijfers voor Duitschiand en Japan

die van

1929 achter zich laten. En overaFheerscht
nog werkloosheid – een aanwijzing dat de cijfers
hiervoor niet meer als index kunnen dienen en dat

er. .dus wezenlijk iets veranderd is.
Wellicht vraagt men zich af, wat deze uitweiding
met’ de .rabbermarkt te maken heeft, doch het ver-
band is niet zoöver te zoeken als wellicht wordt
gedacht.- Immers, voor alle of nagenoeg alle produc-
ten valt en prijsstijging waar te nemen, – eïfs voor

die,’ welké en uitgesproken ongunstig. ‘economisch
héeid vertoonen; voorbeelden daarvkn zijn tIee, koffie
en peper:. En dan komt als vanzelf de vr,g of er
wellicht éen aigemeene ooraalc voor deze- prijs-

bevdging is.

-. –

– •’-

:
Inderdaad meënen wij, dat hietdb in eerstë instan-
tie s’terk de nadruk dient te worden gelegd; het zijn

i-lleseerst de algemeene pristendenzn,
welke thans het bijzondere
prijsverloop
van de rubber beheer-
schen, het is de algemeene toestand, die ook de rubbcr
heeft gegrepen. En dan is het wel vanzelfsprekend,
dat zich allereerst de aandacht concentreert op de
voornaamste rubberconsument, de Vereenigde Staten.
Zien wij den toestand juist, clan is wat daar
plaats heeft in de eerste plaats een gevolg van kunst-
matige middelen. Op tal van wijzen is daar in de
afgeloopen jaren gepoogd ,,koopkrachtscheppeud” te werken; de devaluatie van den dollar, de wijzigingen
in de hankwetgeving, de honus-uitkeering aan oud-
strijders, de accumulatie der goudvoorraden ten-
slotte zijn even zoovele middelen geweest, evenals de
budgetaire politiek der overheid, om via het geld het
economisch organisme te beïnvloeden. Het behoeft geen betoog, dat er tijd noodig was om den invloed
tot uiting te doen komen, doch het vereischt, naar
het ons voorkomt, evenmin toelichting, dat toen de

eerste injecties begonnen te werken de volgende dee
werking reeds spoedig aandikten en nog voortdurend
blijven accentueeren. Winsten op de effectenbeurzen
grootere bedrijvigheid in de industrie, terugkeerend
vertrouwen,’ mede omdat (en hier denken wij o.a.
aan de automobielindustrie) een geaccumuleerde
drang tot vervanging was – en moest – ontstaan,
dit alles nog versterkt door de krachtige opleving in
cle bewapeningsindustrie – een zeer reëele vraag –
moesten ertoe leiden, dat een bedrijfstak, zooals de
automobielindustrie, die zelf nog in sterke mate ge-
volg is van, doch eenmaal op dreef tevens gangma]cer
kan worden voor de conjunctuur, in korten tijd in-
haalde, wat in jaren verloren was gegaan. –
Ook elders waren terngkeerend vertrouwen en
daarnaast monetaire middelen en de herbewapening
de middelen om de activiteit te doen toenemen. –

Dat onder dergelijke omstandigheden, door ten
deele economische, ten deele psychische, doch vooral
niet te opderschatten door monetaire oorzaken ook,
de markten een geheel ander aanzien krijgen; behoeft
geei nadere toelichting; dat daarvan een iiroduct als
rubber,’ welks samenhang met dè algemeene conjunc-
tuur zoo nauw is, moest profiteeren al evenmin.
Doch men moge zich wel terdege realiseeren, dat
hierbij monetaire oorzaken eenS- zeer vooriame rôl
spelen en dat een dergelijke ontwikkeling zeer groote
gevaren in zich bergt, gevaren te grooter naarmate
men gelooft met een volkomen’ gerechtvaardigde ont-
wikkeling te doen te hebben.- AIl’engs, helaa, verflauwt
de herinnering aan een korte periode van schijnwel.
vaart, gevolgd door een- langen nacht van elkaar op-volgende teleurstellingen en misère.

Onge-vjfeld, het- is waar, dat de conjunctuur-
beweging nog altijd zoowel naar boven -als naar be-
neden werd bevorderd- door oorzaké’n bij het geld,
doch-hët komt ons voor, dat dit nog wel iets anders is
dan dat’ dit geld – -daaronder het crediet gerekend –
primaire oorzaak in plaats oorzaak als gevolg’S wordt.

Hebben wij ‘hiermede de algemeene- prjstendènen;
welke, naar onze -meening, het beeld, ook van de rub-
bermarkt, mede beheerschen, gèschetst
i
dan willen wij
thans aan die markt nader – aandacht schnken.
Vooraf echter moeten wij herhalen, dat wij deze al-
gemeene prjstendenzen, welke tot een andere visie
ook op’ de marktsituatie hebben geleid, in di.t stadium
veel belangrijker achten dan de speciale momenten,
welke de rubberpositie beheerschen. Behoudens in één
opzicht, nl. dat een te groot optimisme, zooals dat bij
enkele andere producten bestaat – wij denken aan
de’ cacao – juist door het bestaan der restrictie
slechts getemperd tot uiting komt. Het feit, dat een
klein comité het in de hand heeft wijziging te bren-
gen in den omvang van de productie, heeft aan de
markt veel van de attractie voor een hausse-speculatie
ontnomen en wij zien rubber dan ook bij andere pro-

876

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

2
December 1936

ducten ten achter blijven. De prijsstijging gaat meer
regelmatig.

De statistische positie van rubber is ook in het
jaar 1936 zeer aanzienlijk verbeterd; bedroegen cle voorraden per uit. 1935 nog rond 711.000 ton, door de ontwikkeling in 1936 vond een sterke verminde-
ring plaats en wij meenen, dat per uit. 1936 de
wereidvoorraad, omvattende zoowel de voorraden bui-
ten de restrictie-gebieden
mci.
de stoomende als die
in de restrictie-gebieden, tot ongeveer
580.000
ton

zal zijn gedaald.
Dit is allereerst te danken aan het verbruik; indien wij dit gedurende de laatste jaren overzien, dan krij-
gen wij het volgende beeld:

Werelclvei’bruik
1932 692.432
ton

1934 944.141
ton

1933 824.788
.,

1935 942.950
1936
(eerste
10 maanden) …….836.000
ton
1936 (heele
jaar, raming) ……
980.000

Hierbij, wij wezen daarop reeds h:ierboven, spelen de Vereenigde Staten de belangrijkste rol; gedurende
de eerste 10 maanden bedroeg het rubberverbruik in
dit land 474.000 ton tegen in dezelfde periode
van 1935 bijna 407.000 ton. Indien wij het we-
reidverbruik in 1936 vergelijken met dat over 1932,
dan constateeren wij een vermeerdering van ongeveer
288.000 ton; van deze toeneming komt niet minder
dan 237.000 ton voor rekening van de Vereenigde Staten. Een dergelijke eenzijdige ontwikkling, het
behoeft geen betoog, bergt groote gevaren in zich en
dit temeer, omdat daar een sterk ontwikkelde
regeneraat-industrie bestaat, die juist gedurende de
laatste maanden grootere bedrijvigheid aan den dag
legt. Houdt men er rekening mede, dat deze industrie
eerst na een zestal maanden op het prijsverloop gaat reageeren, dat haar capaciteit thans op ruim 200.000
ton kan worden geschat – bij een productie in 1935
van 117.500 ton – dan kan men de prijsontwikkeling
niet dan met gemengde gevoelens volgen.

Daarnaast geeft de prijsstijging natuurlijk betere,
of minder slechte, kansen aan de synthetische mb-
ber. Het is merkwaardig, dat toen de rubberprijs laag
was, ellenlange beschouwingen verschenen over de
synthetische rubber en thans, nu hij oploopt, dit
onderwerp plotseling schijnt te hebben afgedaan; wel een bewijs overigens voor onze meening, dat de visie anders geworden is.

Bezien wij de verhouding zichtbaren voorraad tot
consumptie, dan bedraagt de eerste toch nog steeds meer dan een half jaar verbruik, hetgeen dus betee-
kent, dat er nog steeds een teveel is.

De wereldproductie kan, dank
zij
de scherpe restric-
tie, voor 1936 op ongeveer 850.000 ton worden ge-
schat. Voor 1937 zal zij, ook al handhaaft het comité
het restrictiepercentage op 30, boven de 900.000 ton
komen en in hoeverre de voorraadpositie dan zal ver-
beteren, hangt natuurlijk van het verbruik, dus van
het verloop der algemeene conjunctuur, af.

Niet alleen, omdat daarmee de
wemeldproductie
van

auto’s nauw samenhangt, doch ook omdat het
gebruik
der wagens (slijtage en vervanging der banden) hier-
door wordt beïnvloed evenals de graad van slijtage,
welke men voor de vervanging beslissend acht.

Uit bovenstaande globale cijfers volgt, dat o.i. cle
statistische positie van het product op zichzelf, mede
in aanmerking genomen de getaxeerde potentiëele
productie, zeker niet den graad van het optimisme
zou rechtvaardigen, die uit het tegenwoordige en door
ons verwachte verdere prijsverloop valt af te leiden,
omdat er van eeu saneering der rubbercultuur nog
geen sprake is; veeleer lijkt de vrees gerechtvaardigd,
dat wij op den duur een herhaling der geschiedenis
zullen krijgen; ook toen in 1925 en 1926 een sterke
prijsstijging, gevolgd door een voortgezette prijsdaling
in de jaren 1927 en volgende, ondanks toenemend
wereldverbruik.
In veel opzichten liggen de voorwaarden ongeveer

hetzelfde; toen een crediet-inflatie met schijnwelvaart
en ook thans weer nemen de monetaire invloeden –
vooral in de Vereenigde Staten – o.i. een groot aan-
deel in de daar thans heerschende bedrijvigheid. Thans
echter komt daarbij als een zeer reëeie factor de
vraag der hewapeningsindustrie.
lloever de prijsstijging zal gaan, hoelang zij 7a1 aanhouden, het valt niet te voorspellen, omdat wij
mi. eenmaal niet met kwantitatieve verhoudingen te
doen hebben, doch het valt zeker te hopen, dat het
bestaan van een ruhherrestrictie thans dit ten goede
voor de cultuur zal uitrichten, dat het de prijsstijging
– die stimulant zal zijn zoowel voor de reclaimed-
rubberproductie in de wereld als voor de synthetische
rubberindustrie en wellicht voor een uitbreiding van
of begin met cle cultuur elders – zooveel mogelijk zal
temperen. In verband hiermede staat natuurlijk ook de vraag in hoeverre verlagingen van het restrictie-
percentage tot vergrooten uitvoer zullen leiden.
Zij, die zoo gaarne het verbruik als uitsluitende
factor voor het prijsverloop en dus verklaringsmoment
voor wat thans geschiedt, aangeven, moeten zich niet
uitsluitend spiegelen aan de Vereenigde Staten en
het door hen toenemend wereldverbruik, doch ook
eens de teleurstellende cijfers voor Engeland (voort-
durende vermindering na 1934), en het prijsverloop
na 1926 bij toenemend wereidverbruik bekijken, op-
dat hun optimisme voor de verder afgelegen toekomst
ietwat getemperd worde!
Niet de restrictie-regeling heeft o.i. het resultaat
bereikt, doch, wil men het zuiver kwantitatief bezien, dan zou het nog het toenemend verbruik zijn, waarop
de restrictie zeker geen invloed heeft geoefend.
J. F. H.

DE SITUATIE DER AMERIKAANSCHE PETROLEUM-

INDUSTRIE.
De aankondiging, dat de
Shell Union Oil Corp.,
de

groote Amerikaansche dochtermaatschappij der Ko-

ninklijke-Shell groep, den geheelen, niet minder dan
26¼ per aandeel van $ 100 beloopenden achterstand

01) .
haar 388.166 preferente aandeelen door een be-
taling ineens zal inhalen en de sinds Juni 1930 ge-
staakte dividendbetaling op de 13.070.625 gewone
aandeelen z.n.w. (waarvan ruim 64 pOt. in het bezit
der Bataafsche) met een uitkeering van $ 0.25 zal
hervattèn, was balsem op de wond, die de opschor-
ting der beslissing betreffende het interim dividend op
de aandeelen Koninklijke en Shell Beurs en aandeel-
houders had geslagen. Weliswaar had de Beurs met
een inhaling van den achterstand gerekend, maar in
dit verband meer aan haar gedeeltelijke of geheele
,.fundeering” door nieuwe aandeelen gedacht dan
aan een zoo belangrijke uitkeering ,,in cash”.
De heteekenis van deren stap mag misschien voor
de Beurs in de eerste plaats de vrjmaking van den
weg voor hervatting der dividendbetalingen op dc
gewone aandeelen Shell Union zijn, terwijl zij ook
het (kleine) percentage kan berekenen, waarmede het dividend van Koninklijke en Shell door de verdeeling
van een dividend op de gewone aandeelen Shell Union
zou kunnen worden verhoogd. Voor de petroleumin-
dustrie en voor de groote schare der aandeelhouders Shell Union en Koninklijke Shell zal het voornaam-
ste aspect dezer beslissing echter wel het feit zijn, dat
tot zulk een royale uitkeering zeker niet ware beslo-
ten, indien het bestuur der groep de tegenwoordige
situatie der petroleumindustrie en haar vooruitzich-
ten minder optimistisch beoordeeldedan blijkbaar het
geval is.
Inderdaad is de toestand der Amerikaansche petro-

leumindustrie
sinds 1933 sterk verbeterd, en deze
verbetering is crescendo gegaan. In het loopende jaar
zijn de winsten van 14 bekende petmoleummaatschap-
pijen, die kwartaalei.jfers publiceeren, met drie vijf den
gestegen; geen een van deze ondernemingen heeft
met verlies gewerkt. Bijzonder sterk was de toe-
neming der winsten juist bij de Shell Union. Een en

2 December 1936

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

877

ander blijkt uit onderstaande tabel,
waaraan
zou
kunnen worden toegevoegd, dat de winst van de
Texas Corp., de grootste ,,onafhankelijke” maatschap-
pij, voor de eerste negen, maanden op $ 28 millioen
wordt geschat tegen een winst van $ 17.07 millioen
in het geheele jaar 1935.

Winsten ‘van Amerikaansehe petroleummaatschappijen
in
1935
en
1936.
Maatschappij
Januari-September
1936
1935

$
1000

per s’hare
$
1.000
per share

$ $
Aiirerada

Corp….
1.406
1.78
1.259 1.60
A’tlantic Refg. Co…
6.161
2.20
1.881
0.71
Barnsdall Oil

Co…
1.720
0.81
196
0.09
Continental 011 Co.
.
8.0841)
1.72
5.569
1.19
Mid Continent Petr.
.
4.199
2.28
1.451
0.78
P.hiIlips

:peti.

Co…
12.835 3.08
9.850
2.37
IPlmouth 011 Co.
..
.
1.266
1.21
537 0.51
Seaboard

011

Co…
1.837
1.48
1.223 0.98
Shell Union 011 Corp.
16.512
2
)
1.14
4.412
0.21
SkelIy

011

Go…..
3.511
3.19 1.575
1.26
Standard

Oil

Co. of
California

…….
16.665
1.28
15.759
1.21
Texas Pacific Goal
&
Üil

Co .

……….
467
3
)
0.53
-44

0.05
Tide Water Assoc-iated
8.505
0.99
5.829
0.53
Union 011 Co. of Calif.
4.400
1.00
4.000
0.91

Totaal
. . . .
87.567 53.496

‘)

Inclusief

$1.315.260
winst uit den verkoop
van be-
paalde bezittingen.

“)
inclusief
$2.909.807
winst
uit den
verkoop van een deelneming.
3)
VOOr federale belastingen.

Een zoo extreem conservatief beheerde onderne-
ming als de Gulf Oil Corp. (Mellon-groep), de op
één na grootste onafhankelijke maatschappij, keert
een stock dividend van 100 pCt. uit en betaalt naast het
gewone kwartaaldividend van $ 0.25 per aandeel van
$ 25 nog een extra-dividend van $ 0.50. Al zal hier
ongetwijfeld de vrees voor de belasting op onver-
deelde winsten een woordje hebben meegesproken

men kan er van overtuigd zijn, dat zonder een aan-
zienlijke verbetering der situatie der olie-industrie
het bestuur der Gulf Oil nooit tot een dergelijken

stap zou hebben besloten.
Vraagt men, hoe deze situatie op het oogenblik is,
en hoe zij door de tot oordeelen meest bevoegde in-
stanties der petroleumindustrie wordt beoordeeld, dan
kunnen wij als antwoord daarop de woorden van
Mr. Axtell J. Byles,
President van het Amerikaansche
Petroleum Instituut aanhalen, die twee weken geleden
bij de opening van de jaarvergadering van deze
grootste organisatie der Amerikaansche (en ook der internationale) aardolieindustrie werden gesproken:

,,The past year bas been marked by cooperation among
the I.nterstate Compact .authorjties and between them and
the ‘industry, a continuance of the useful statistical ser-
vice of the Bureau of Mines, and a minimum of inter-
ference by the federal government or atte’mpts by it to
control one departnlent or another of the business.
1.Jnder these conditions, aided by all unusually large in-
crease in consurnptive demand, crude oil inventories have
been liquidated to a satisfactory extent; discoveries of
new supplies of Petroleum have been sufficient to offset the depletion of the period; service to the public h.as been fully
inaintaiiied at low ‘but ‘stcady prices; inveutories of finish-
cd products, generally speaking, have attained a ‘better
balance; a high rate of employment and Ivages, reasonable
hours, and goed working conditions for labor have been
maintained; and the ‘business as a wiiole has made pro-
gress toward more reasonable profits.”

Het is het voorrecht, en soms het privilegium
odiosum, van den onafhankelijken criticus, het niet
steeds met de opvattingen van belanghebbenden eens
te zijn. En, gaarne erkennende, dat veel van hetgeen
Mr. Byles zeide, juist is, zullen wij toch ook eenige
andere punten naar voren willen brengen. Wij mee-
nen dit het best te doen, indien wij
zijn
schets van
den toestand volgen, maar daaraan eenige aanvullin-

gen toevoegen, vooral, waar het twee lacunes betreft. De eene, het moeilijke vraagstuk t.a.v. de verhouding
der benzine- tot cle stookolieproductie, heeft Mr.
Byles zelf in het verdere verloop van zijn rede-
voering besproken; de tweede echter, de radicale en.
waarschijnlijk ook zeer kostbare verandering in de
afzetorganisatie, raakte hij niet aan.
Terecht noemt Mr. Byles het
,,compact/’,
het in
Februari 1935 gesloten en in Augustus 1935 door
het Congres goedgekeurde verdrag van zes olie-pro-
dnceerende Staten der Unie (Texas, Oklahoma, Kan-
sas, New Mexico, Illinois en Colorado) ter beperking
van overproductie den voornaamsten factor bij de sta-
bilisatie der petroleuminciustrie; nauwelijks minder
belangrijk en zegenrijk was de z.g.
CormaUy Act,
het door het Congres uitgevaardigde verbod van transpor

ten – in het tusschenstaatsche verkeer

van
ruwe olie en daaruit gewonnen derivaten, indien deze
olie in strijd met de
wettelijke
bepalingen van den
betreffenden Staat werd gewonnen. Het is begrij-
pelijk, dat de petroleumindustrie niet slechts ver-lenging van het (met onbepaalden duur) gesloten
,,compact”, maar ook van de binnen betrekkelijk
korten tijd afloopende ,,Connally Act” wenscht.
Volgens het ,,compact” stellen de aangesloten
Staten in overleg met elkaar de hoeveelheid ruwe
olie vast, die door elken dezer Staten mag worden ge-
produceerd. Daarbij houden zij rekening met de
ramingen van het toekomstige verbruik en met de
daarop gebaseerde aanbeveling van bepaalde pro-
cluctie-eijfers, zooals deze door het Bui-eau of Mines
worden uitgewerkt. Natuurlijk weuscht soms de eene
Staat iets meer te mogen produceeren dan werd
aanbevolen, maar tot een werkelijk ernstig conflict
scheen het slechts één keer te komen, maar ook de toen
gerezen moeilijkheden konden worden over%vorinen. Een buitengewone hulp voor de petroleuminciustrie
is het
recordverbruilc
van benzine, maar ook van
stookolie. Om in deze behoefte te voorzien, was een
i-ecordvei-werking noodig, en dit maakte ook een
recordproductie van ruwe olie noodzakelijk. Gedu-
rende de laatste jaren waren binnenlandsche pro-
ductie en hinneniandsch verbruik van ruwe olie als
volgt:

1000 barrels
Jaar
Binnenlandscibe ,&innenlandsche
1′ reductie
vraag
1933

………
905.656 885.528
1934

………
908.065
919.465
1935

………
993.942 997.426
19361)

……
723.079 724.471
8
maanden.

Invoeren en uitvoeren bleven buiten beschouwing.
De voorraden van ruwe olie beliepen 31. October
291.040.000 barrels en waren de laagste sinds vijftien
jaren. Deze voorraden zijn sinds het begin van het
jaar ‘met pim. 25 inillioen barrels verminderd, en
kunnen niet als bovenmatig hoog worden beschouwd.
Verbruik en productie van ruwe olie op een zoo
hoog niveau zijn echter in zeker opzicht een twee-
snijdend zwaard: een verwerking van pl.m. 1 milliard
barrels ruwe olie per jaar beteekent immers ook
een vermindering van de
petroieumreserves
met een-
zelfde hoeveelheid. Indien men weet, dat de volgens de tegenwoordige productiemethoden te winnen pe-
troleumreserves der Vereenigde Staten op 13 á 15
milliard barrels worden geschat, is deze groote ver-
mindering een minder gunstig feit; de nadeelige
gevolgen daarvan zouden alleen kunnen worden ge-
compenseerd, indien het mogelijk ware, nieuwe velden
met een even hooge reserve aan ruwe olie te ontdek-
ken. Mr. Byles beweert, dat dit in het zich ten einde
spoedende jaar het geval was; niet iedereen zal het
dienaangaande met hem eens zijn, terwijl iii den
laatsten tijd herhaaldelijk de aandacht daarop werd
gevestigd, dat sinds de jaren 1926/30 – gedurende
welke de petroleumindustrie terreinen ontdekte met

878

ECONOMISCH-STATISTISCHE -BERICHTEN

2 December 1936

meer dan een derde van alle reserves, die zij ooit
vond – werkelijk groote velden niet werden ontdekt.
Terwijl in cle genoemde vijf jaren de beroemde velden
van Yates, Kettieman llills, Oldahoma City en Oost-
Texas werden ontdekt, brachten de daarop volgende jaren als grootste outdekkingén slechts het Conroe-
veld (uiteindelijke productie op 500 c 800 millioen
barrels geraamd) in 1931, en in 1935 het Rodessa- en
het Anahuac-veld (met resp. 200 á 400 en 250 â. 300
millioen barrels).

De
prijzen
van de petroleumproducten waren (be-
trekkelijk) laag, maar stabiel, zegt Mr. Byles, en dit is ongetwijfeld juist. Het is eigenlijk verrassend, dat
ondanks deze lage rijzen en de in het begin van het jaar verhoogde prijzen van ruwe olie de petroleum

industrie in staat was, met winsten voor den dag te
komen, zooals zij uit onze eerste tabel blijken. Van

beslissenden invloed, hierop is echter de stabiliteit der
prijzen, het voorkomen van grootere ,bénzine-oor-

logen” enz. geweest, terwijl de sterk stijgende con-
sumptie slechts een betrekkelijk kleine toeneming-der
onkosten zal hebben veroorzaakt, waarvan een groot

gedeelte ,,vaste” onkosten zijn.

Het verbruik van benzine in de Ver. Staten be-
reikte gedurende de eerste acht maanden van 1936
een hoeveelheid van 313.680.000 barrels of 10.6 pOt.
meer dan in 1935, in welk jaar een record werd ge-
vestigd, dat niet gemakkeiiik voor – verbetering va-
baar scheen. Nog sterker steeg het verbruik van gas-
en stookolie, dat in hetzelfde tijdvak 260.312:000
barrels bedroeg, of 11.8 pOt. meër dan gedurende de
eerste acht maanden van 1935. Slechts terloops zij

/drmeld, dat het verbruik van smeeroliëi -. een
voortreffelijke index voor de industrieele bedrijvig

heid
;
— met 14.3 pOt. tegenover 1935 is toegenomen
en 14.947.000 barrels beliep.

Ook het hooge stookôlie-verbruik is echter niet in
alle opzichten een groot voordeel voor de petroleum-
industrie, want het verleidt daartoe; de
stookolie –

vooral gedurende de wintermaanden —
als het hôofd-

product
te beschouwen, dus als compas voor de ‘ver-
werking van ruwe olie een prodct te gebruiken, dat
steeds slechts bijproduct mag zijn, althans wat betreft
de voortreffelijke Anierikaansche lichte ruwe olie. G’e
durende het vorige jaar was vooral door de slechte

weersomstandigheden in de wintermaanden een ge-
brek aan stookolie ontstaan en om dit in het loopende
jaar te voorkomen, schijnen vele producenten van plan
te zijn, groote hoeveelheden ruwe plie te verwer-
ken, hetgeen onvermijdelijk ook tot overgroote pro-
ductie van benzine, en daardoor tot overgroote voor-

raden van dit eigenlijke hoofdproduct der Amen-
kitansche petnôleum, zou moeten leiden. Het is boven-
dien opmerkelijk – waarop in de ,,Internationale

l’etroleurn-Korrespondenz” (Jg. III, Nr. 45) de aan-
dacht wérd gevestigd – dat het verschil tusschen

het verbruik van benzine in het
zomer- en het wint er-

halfjaar
vrij stabiel is gebleven (in 1929130 beliep het
verbruik in het zomer-halfjaar – April-September
– 213.792.000 en gedurende de wintermaanden
178.037.000 vaten, terwijl het in 1935 241.213.000 en
204.213.000 bereikte), maar dat het verbruik van gas-
en stookolie, dat vroegei gedurenda de: zorner en de
wintercampagne- ongeveer even hoog was (in 1929130
204.523.000 barrels in de zomer- en 204.080.000 in de
wintermaandén), nu in de wintermaanden
eel hoo’
gen, en in de zomermaanden veel- -lager is. (214.427:000
vaten in de’ winter- en 1.68.585.000 barrels -in de
zomermanden). Daardoor wordt bereikt, dat het
totalverbruik -van benzine plus gas- en stookolie in
het zomer- en winterhalfjaar niet meer zoo sterk
erschillên als vroeger het. :gevai was.
-.(1929130

418.315.000 barrels in den zomer en 382.117.000 bar-
reis in den winter, echter 409.798.000 barrels in den
zômer eü 418640.000 barrels in den winter van

1.935f36).
Het gevolg van een ea ander was dat de
benzine-

iïoôrraden – op
30 ‘Sèptemhei 1936 57:975.000

barrels

bedroegen- te

gen 51.334.000 barrels een jaar tevoren. Weliswaar dient •men daarmede rekening te houden,’ dat hooger verbruik ook het .aanhouden van grootere
voorraden -noodzakelijk- miaakt, maar toch ligt. -hQt
eerstgenoemde cijfer boven, het wenschelijke: peil.

Alen mag veronderstellen, dat – zelfs indien de raf

finaderijen niet bovenmatige hoeveelheden stookolie
gaan produceeren – de benzinevoorraden eind Maart

1937 70.000.000- barrels zullen bereiken, hetgeen ook
aan het begin van een zeer groote eischen stellende
zomercampagne wel ruim voldoende zal zijn. Grootere
voorraden zouden op de prijzen kunnen drukken.
Men zal de vraag kunnen stellen, waarom de petro-
leumindustnie in de groeiende behoefte aai’stookolie

niet door
vernmeerderden import
van zware Vene-
zolaansche of Mexicaansche ruwe olie voorziet, en niet
lieve:r de kostbare en betere Amerikaansche olie. voor
deze verwerking bestemt. Het antwoord op deze vraag
is gemakkelijk genoeg: onidat in de petroleumindus-
tnie een zeer sterke groep, die van de kleine ,,omaf-hankeljken”, niet alleen een invoerrecht op ruwe olie
heeft doorgedreven, maar ook met het schijn-argu-
ment werkt, dat, zoo lang de Amerikaansche produc-
tie . van ruwe olie moet worden -beperkt, geen. (of
zoo weinig mogelijk) buitenlandsche olie mag worden
geïmporteerd. Wij noemen dit een ,,schijnargumerit” want de productie wordt beperkt, om pen al te vroege
uitputting der petroleumreserves te voorkomen, maar
niet, om een in -onbeperkte hoeveelheid heschikbaa
goed kunstmatig schaarsch te maken. –

Over de
structuur-veranderingen
in de organisatie

van de
distributie had de President van het American
Petroleum Institute het niet, en toch zijn ze van het
grootste belang. Wat – toch is het geal?. Door de
invoering der lcettingwinkel-belasting in sommige
van de afzonderl-ijk Staten der Unie, -in de eerste
plaats in lowa, werden ook de pompstations der

groote petrbleumondernemningen getroffen, – al – was
deze belasting oorsprohkelijk niet tegen haar bedoeld,
maar tegen de kettingwinkels in levensmiddelen, dro-

gisterijen, enz. – — –

-Om ddze zwaar drukkende belasting te ontgaan,
beslotefl verschillende groote ‘maatschappijen, en voor-
al de Stahdard Oil Co. of Indiana (Stanolind) de
tankstations aan zelfstandige handelaren’ te verkoo-
pen of te verpachten. De koopers of pachters waren
meestal de vroegere employés der maatschappij. Dit
z.g. ,,Ibwa-plan” vond spoedig veel navolgers, en-
de

betreffende maatschappijen leveren nu haar benzine

aan

dè takstationhoud’ers tegen’ den, groothandels-
jnijs; en bekommeren zich niet meer om de hand-
•having van een vaste marge tusschen groot- en klein-
handelsprjs. Die stelt de hezitter (pachter) van het

station vast. – – –

– Men beweert, dat daardoor de petroleummaatschap-
pijen bij eventueele prijzen-oorlogen gedes.interesseerd
zijn, en niets met den rompslomp te maken hebben,
clie het beheer en de administratie van een uitgebreid
net van tankstations meebrengt. Waarschijnlijk be-
gaat echter, wie. aldus redeneert, een vergissing.
Want, zoodra een ernstige prijzenoonlog ‘uitbreekt,
zuilen de houders der tankstations zeker pogen, de prijzen der maatschappijen, van wie zij de benzine
ko.open, te drukken, om aldus een wi.nstmarge te kun-
nen handhaven. Bovendien zullen zij, waarschijnlijk
aan hun clientèle niet die soort benzine aanbevelen,
die hun oude werkgever ten koste van groote reclame-
campagnes bij het publiek heeft geïntroduceerd, maar
die soort; vaarmede zij het meeste verdienen – en dit ztl niet steds’:de. beste soort zijn. –

Sinds – het einde van den oorlog hebben de petro-
leummaatschappjeu – geweldige -sommen, waarschijn-
lijk rnilliarden, in – de haar toebehoorende pompsta-

tions geïnvesteeid-
;
hébben alles gedaan, om een.vaste
clientè1e’odr haar producten te winnén. Dit âlies.wérd
en wordt door velen in de weegschaal gelegd, om aan

2 December 1936,

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

879

de – zeker drukkende. – belastingen te ontkomen.
Misschien is men in dit opzicht M te voortvarend
geweest, vooral indien het bericht juist is, .dat de

U.S. Supreme Court de kettingwinkel-belasting van
lowa als in strijd met de grondwet zijnde heeft ver-
klaard.

De algemeene prosperiteit, de verwachting betref-
fende een verdere sterke. toeneming van het automo-
bielverkeer e.n van de automobielproductie – het is op-
merkelijk, dat het benzineverbruik per auto ondanks
de perfectioneering van de motoren niet af- maar toe-
neemt -, de stijgende consumptie van gas- en stook-
olie, het hoogere verbruik van petroleum voor een-
rale verwarmingen, zijn ongetwijfeld factoren die
voor de petroleumindustrie verdere gunstige perspec-
tieven openen. Maar, opdat deze vooruitzichten zich
verwezenlijken, zal het aan samenwerking en reke-
ning houden met de algemeene en gemeenschappelijke belangen van de olie-industrie minder da.n ooit mogen
ontbreken.

Dr. W.
MAI’TNER.

DE HARING-CONTRACTEN MET RUSLAND

lIet in de afgeloopen week gesloten derde haring-
contract met Rusland heeft de uitvoer naar dit
nieuwe afzetgebied voor het seizoen 1936 doen stij-
gen tot een kwantum van .18.800 Schotsche tonnen
(115-120 kg netto-vischgewicht), gelijkstaande met
ruim 105.000 op zee gepakte tonnen (90-95 kg netto-
gewicht). Wanneer men weet, dat de totale aanvoer
van haring onzer Nederlandsche vloot per jaar •is
te schatten op 600.000 Nederlandsche’ tonnen, waar
van ongeveer 450.000 t. voor export worden gebezigd,
vertegenwoordigen de dit jaar met Rusland afgeslo-ten 3 contracten naar hoeveelheid bijna 25 pOt. van
onzen totalen uitvoer. Dit percentage stelt op zich
zelf de groote beteekenis van de 3 verkoopen duide-
lijk in het licht. V66r den wereldoorlog behoorde
Rusland tot de vaste klanten op de Nederlandsche
haringmarkt. Eerst in 1933 werd weder contact ge-
legd. In de jaren 1933-1935 bedroeg de export naar
Rusland gemiddeld 69.100 Schotsche tonnen.

Afgezien van het verschil in kwanta bracht 1936
de noviteit der concentratie van den uitvoer. De 3
contraeten-1936 zijn door tussehenkomst der Reeders-
vereeniging voor de iNederlandsche Uaringvisscherij
met de ,,Rasno-import” (het Staats-importorgaan)
afgesloten ten behoeve der gezamenlijke 60 Necler-
landsche haring-reederijen en betrokken- export-
firma’s. De slechte ervaringen door de individueele
exporteurs ;i.n de jaren 1933-1935 opgedaan t.a.z. van den prijs als gevolg van het feit, dat tegenovér
het Russische monopolie in den handel geen overeen-
komstig Nederlandsch stond, heeft de concentratie
van 1936 sterk in de hand gewerkt. Zonder te dezer
plaatse preciese
cijfers
te noemen, kan met voldoe-
ning worden vastgesteld, dat de gemiddelde verkoops-
prijs van 1936 een belangrijken vooruitgang toont op
dien van de jarèn 1933-1935. Naast andere factoren
heeft hier het element der concentratie zonder twij-
fel haar nuttigen invloed doen gelden. In deze be-
moedigende ervaring ligt niet alleen voor de haring
een
duidelijke
vingervijzing opgesloten, wanneer het
gaat om de verdere ontwikkeling van de handelsbe-
trekkingen tusschen ons land en de U.d.S.S.R.

Een andere gewichtigè overweging voor de concen-
tratie lag in de afbrokkeling van het afzetgebied in
het buitenland, in ‘t
bijzonder
in Duitschiand. Onze
oostelijke naburen waren i.n het verleden de voor-
haaiste afnemers van, Nederlandsche haring. 1h het
jaar 1931 vertegenwoordigde de uitvoer narDuitscli-
land naar hoeveelheid gemiddeld 65.95 pOt. van onzen
totalen export, in 1935 was dit percentage 17.09 pOt.
Tegenover dezen verliespst stonden -geen winistpos-
ten iii de richting van andere landen, integendeel.
lIet gevolg is dan ook geweest, dat de Nederlandsche

Regeering zich verplicht zag de haringvisscherij de
1atste jaren belangrijk te beperken. Eet groote ge-
vaar van deze beperking lag in de omstandigheid, dat

zij in een internationaal bedrijf, gelijk de haring-
visscherij is, eenzijdig nationaal werd toegepast. Haar

werking was te zeer een negatieve om bevredigirig
onder de bedrijfsgenooten te kunnen wekken.

Vandaar dat het bedrijf in zijn geheel in 1936 zelf
de hand aan den ploeg heeft geslagen om langs den
positieven weg van het zoeken van een groot nieuw afzetgebied uit de moeilijkheden te geraken. Op het
succes van den beteren prijs, tegenover de Russen
behaald, werd reeds gewezen. Daarnaast is te ver-
melden, dat dit jaar 34 schepen meer aan de haring-
visscherj deelnamen dan in 1935 en dat van beper-
kende Regeeringsmaatregelen in het tijdvak, waarin
de export-haring werd gevangen, geen sprake was.
Bovendien hebben de 3 contracten met Rusland een
belangrijken, voortdurenden steun gegeven aan de
marktpositie in haar geheel, zoodat reeds thans kan

worden voorspeld, dat de gemiddelde prijs dit jaar
niet onbelangrijk hooger zal liggen dan de vorige
jaren. Terecht kan dus worden gezegd, dat de haring-visscherij met haar poging van dit jaar op den goeden weg is. Voor den verderen gang van zaken zal de spil
echter blijven draaien om het moment der concen-
tratie, der samenwerking van het bedrijf in zijn ge-
heel, ook daarom, wijl zonder deze samenwerking voor
çle Russen de afdoende zekerheid ontbreekt, dat der-
gelijke zoo groote kwanta inderdaad op tijd zullen
worden afgeleverd.

Een zaak van groot gewicht in deze is, dat de
Russen zich in de nakoming van hun verplichtingen
prompte betalers toonden. Onder de Nederlandsche
producten, welke in de richting van Rusland oogen-
blikkelijk in aanmerking komen, neemt de haring een
bij uitstek gunstige positie in, omdat de haring een duurzaam en goedkoop product en daardoor in dat land met zijn ruim 160 millioen inwoners een zeer
belangrijk volksvoedsel is. Men kan gerust zeggen,
dat de haring in de handelsbetrekkingen tussehen de
beide landen de natuurlijke tegenhanger is van het

hout, het voornaamste uitvoerartikel van Rusland
naar Nederland.

Een enkel woord tenslotte nog met betrekking tot
de wijze, waarop wordt samengewerkt. De reeders zijn
in eontractueele verhouding tot cle Reedersvereeni-
ging verplicht gezamenlijk de voor de Russische con-
tracten benoodigde hoeveelheden op te leveren, een
ieder op de basis van den omvang van zijn vloot. De
pakking van de haring in den Schotschen ton ge
schiedt door den handel; een aanzienlijk gedeelte van
de exporteurs is tevens reeder. Terwijl de Vereeni-
ging formeel de contractpartij ter andere
zijde
der
Russen is, heeft iedere reeder-handelaar en zuiver-
handelaar het recht om op de door hem gepakte
tonnen zijn eigen firmastempel te plaatsen. Materieel
komt het dus hierop neer, dat de betrokken expor-
teurs zelf via hun eigen firmastempel op de Rus-
sische markt worden geïntroduceerd. Naast de voor-deelen .yoor hen daarin gelegen, biedt deze gedrags-
lijn de best mogelijke garantie voor goede kwaliteit.
Op deze wijze immers is een natuurlijke wedloop ont-
staan om het beste te leveren. Volgens de inlichtingen
van den Russischeti kant ontvangen, heeft dit sys-
teem inderdaad tot volle bevrediging van den kooper
aanleiding gegeven.

De- omstandigheden – zijn derhalve gunstig en het

goede begin is er. Aan het bedrijf zelf om ook in de
toekomst de vruchten verder te plukken en daarmede de tevoren bestaande moeilijkheden althans voor een behmgrijk deel op te lossen!

– Mr.
J. H.
Rinwiiaq’
DE JONGE.

880

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

2 December 1936

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

HET SUCCES VAN DE PAPIEREN-VALUTA &N ZWEDEN.

De Heer E. H. Regensburger te Stockholm schrijft
Ons:
Vijf jaren na het onvrijwillig prijsgeven van den
gouden standaard op 28 September 1931 heerscht in
Zweden onveranderd een hoogconjunctuur en de des-
kundigen voorspellen, dat zij het geheele jaar 1937
of ten minste in de eerste helft daarvan zal voort-
duren. De index van de industrieele productie was

in Augustus 8 pCt. hooger dan het jaar tevoren en
50 pCt. hooger dan het laagtepunt van het jaar 1932.
In vergelijking met de hoogeonjunctuur van 1929
bedraagt de toeneming van de productie 36 pCt.,
d.w.z. dat zij grooter is dan in alle overige landen
met uitzondering van Rusland en Japan. De bruto-
waarde van de Zweedsche productie is weliswaar
evenmin als in de andere landen overeenkomstig ge-stegen, doch zij is ook in 1935 tot Kr. 6.5 (vorig jaar
5.9) milliard toegenomen, tegen 4.8 milliard in
1932. In tegenstelling met het eerste jaar van de
opleving staat thans de binneniandsche conjunctuur
meer op den voorgrond, tegelijk gesteund door een
levendige vraag voor export. De metaal- en machine-
industrie, de ijzer- en staalindustrie, de cellulose- en
papierindustrie en, zooals vanzelf spreekt, alle met
de bewapenirigsbehoeften van het buitenland verband
houdende ondernemingen werken op volle capaciteit.
Eveneens zijn de scheepswerven en de houtindustrie
reeds voor ongeveer 12 maanden en langer van orders
voorzien. De bouwbedrijvigheid is, gesteund door de
ruime geldmarkt, zelfs zeer levendig. De landbouw
heeft, dank zij de steunmaatregelen van den Staat en
de subsidieering van den uitvoer, dank zij ook de goe-

de oogsten en de
stijging
van de wereldmarktprijzen,

de verliezen uit de crisisjaren weer eenigszins
goedgemaakt. Op het oogeublik is de graanpositie
zelfs zoo gewijzigd, dat ter vermij ding van ver-
dere prijsstijgingen als gevolg van den met ongeveer
11 pOt. gedaalden oogst voor de eerste maal weder
het bestaande invoerverbod moest worden verzacht
en de invoer van buiteuiandsch broodgraan moest
worden toegestaan.
De conjunctuurverhetering in Zweden is in hoofd-
zaak te dankeu aan de opleving van den buitenland-
schen handel, waarvan de omvang voor 1936 op on-
geveer Kr. 3 milliard (vorig jaar 2.77) . wordt ge-
raamd, tegen slechts Kr. 2.10 milliard in het crisis-
jaar 1932. Dit komt overeen met een stijging van
ongeveer 50 pOt., in een met rond 57 pOt. gedepre-
cieerde valuta echter. De eerste 9 maanden van
1936 gaven een invoeroverschot van Kr. 91.5 mill.
(vorig jaar 117.2) te zien, hetwelk echter door de
overschotten uit hoofde van vracht en rente op de
betalingsbalans ruim werd gecompenseerd. De ach-
teruitgang van het traditioneele invoeroverschot in
dit jaar berust voor een groot deel daarop, dat de
prijzen van de uitvoerartikelen in September tot 128
(115) stegen (1913 = 100), terwijl de prjsindex van
de invoergoederen slechts tot 104 (98) opliep. De
gunstige ontwikkeling van den uitvoer, welke in de
eerste negen maanden van dit jaar met Kr. 1065
(918) mili. 63 pOt. grooter is dan in 1932, terwijl
de invoer slechts met 38 pOt. tot Kr. 1156 (1035)
mili. is gestegen, berust in de eerste plaats op de
gunstige structureele samenstelling van den uitvoer.
Voor rekening van houtproducten en producten van
de houtveredeling (ceistof, papier) enz. komt 41 pOt.
van den uitvoer, van ijzer en metalen 17 pOt., van
ijzererts enz. 11 pOt. en van de groep machines en
gereedschappen ruim 9 pOt. Deze laatste groep om-
vat de over de heele wereld bekende speciale produc-
ten zooals generatoren, motoren, separatoren, koel-
kasten, enz. Niet onbelangrijk voor de gunstige ont-
wikkeling van den uitvoer was het feit, dat Zweden
steeds voorstander van de meestbegunstiging is geweest
en slechts in enkele gevallen, o.a. ter bescherming

van zijn landbouw, invoerbeperkingen en beschermen-
de invoerrechten heeft ingevoerd.

De betalingsbalans geeft elk jaar een groot over-
schot te zien; in 1935 Kr. 63 mili. (in 1934 202)
tegen Kr. 89 mill. in 1932, terwijl dit voor het loo-
pende jaar zelfs op ongeveer Kr. 100 mili. wordt
geraamd. Het passief-saldo van de handelsbalans in 1935 van Kr. 183 mill. werd door Kr. 246 mili. aan
onzichtbare inkomsten, in hoofdzaak uit vrachten en
kapitaalinvesteeringen in het buitenland, meer dan
gecompenseerd.

Zweden, dat vroeger groote leeningen in het bui-
tenland opnam, heeft in de laatste jaren kapitaal ge-
exporteerd. In 1934 bedroeg de netto-uitvoer van ka-
pitaal Kr. 294 miii.; met het oog op de onzekerheid
van buitenlandsche beleggingen in 1935 evenwel nog
slechts Kr. 23 mill., terwijl het derde kwartaal 1936
zelfs een netto-kapitaalinvoer te zien geeft. In ver-
band met deze ontwikkeling is de monetaire positie
van de Zweedsche Rijksbank buitengewoon krachtig
geworden. Einde September 1936 bedroegen haar
goudvoorraad en wisselportefeuille Kr. 1082 (1020)
mili. tegen slechts Kr. 231 mill. direct na het los-
laten van den gouden standaard in September 1931.

Daarbij werden de huidige activa voor het grootste
deel op de oude goudpariteit gewaardeerd, zoodat er
nog een stille valutareserve is van Kr. 180 mill. De
bankbiljettencirculatie, waarvan de uitzetting die van
Engeland en de andere Noordelijke landen in sterke
mate overtreft, bedroeg Kr. 853 (771) mill. tegen Kr. 594 mill. einde September 1931. Zij is op het
oogeublik met 127 pOt. tegen 39 pOt. in 1931 door
goud en deviezen gedekt. Gezien de sterke crediet-expansie, de geringe credietverleening aan het bui-
tenland en de beperkte behoefte voor nieuwe inves-
teeringen in de industrie, is de geld- en kapitaal-
markt buitengewoon ruim. De rentetarieven zijn met
een disconto van de Rijkshank van 234 pOt. sedert
einde 1933 en 2 pOt. voor gelden op korten termijn
bij de banken lager dan ooit sedert de jaren vôôr den
oorlog. Het gemiddelde rendement van de staats-
leeningen is tot 3.04 pOt, gedaald tegen 4.32 pOt.
in 1932. De Staat kan thans Kr. 126 mili. van de 336 pOt. leening converteeren in 3 pOt., daar de
emissiebedrijvigbeid buitengewoon gering is. In de
eerste 9 maanden van 1936 bechoegen de emissies
netto Kr. 35 mill., terwijl alleen het jaarlijksche
rentebedrag van de in omloop zijnde leeningen ad

Kr.
5343
milliard ongeveer Kr. 225 mill. is.

Als gevolg van de hoogconjuuctuur wordt het
volksinkomen over 1935 weder op rond Kr. 7.8 mil-
hard geschat, waarmede het weder den stand van het recordjaar 1929 heeft bereikt, nadat het in het crisis-
jaar 1932 tot Kr. 6.4 milliard was gedaald. Het ge-
iniddelde inkomen per hoofd der bevolking wordt
met rond Kr. 1.250 slechts door dat in Engeland, de
Vereenigde Staten en Zwitserland overtroffen. Het gemiddelde uarloon van een industrieelen arbeider
boven de 18 jaar bedroeg in 1935 Kr. 1.24 tegen
Kr. 1.29 in het aan de devaluatie voorafgaande jaar
1930, d.w.z. in papieren Kronen tegenover gouden
Kronen. Terwijl de gemiddelde nominale uurloonen
echter met 4 pOt. zijn gedaald, zijn de reëele bonen
met 1 pOt. gestegen en, indien men rekening houdt
met den langeren werktijd, het dagloon met ruim
3 pOt. Het gemiddelde reëele loon per dag was in
1935 11 pOt. hooger dan in het jaar van hoogconjunc-
tuur,
1:929,
en 52 pOt. hooger dan in 1913. De mdi-
vidueele inkomens
zijn
echter aanzienlijk hooger en
het behoort niet tot de uitzonderingen, dat menig
metselaar te Stockholm, dank zij zijn krachtige vak-
organisatie, een jaarlijksch inkomen van Kr. 11.000
en zelfs nog meer kan declareeren.
De kosten van levensonderhoud hebben zich on-
danks de depreciatie van de Zweedsche Kroon tot
rond 57 pOt. volgens de officieele gegevens tot Sep-
tember 1936 practisch onveranderd op het niveau van

2 December 1936

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

881

September 1931 kunnen handhaven. Het indexcijfer
van groothandeisprijzen is sedert den laagsten stand
in 1933 met ongeveer 14 pOt. gestegen, waarmede
weder het niveau van 1930 werd bereikt. Deze gedif-
ferentieerde prijsontwikkeling moet worden beschouwd
als een resultaat van de regeeringspolitiek, welke in
1931 het principe heeft opgesteld, dat de gemiddelde
kosten van levensonderhoud of de ,,koopkracht van
het geld in de hand van den verbruiker” stabiel
moesten worden gehouden, terwijl de te sterk gedaal-
de groothandelsprijzen gelijktijdig weer verhoogd zou-
den worden. Dat dit doel kon worden bereikt, is voor-
al te danken aan het feit, dat de kleinhandelsprjzen
niet in overeenstemming met den val van de groot-
handelsprijzen varen gedaald, en dat de machtige
verhruikscoöperaties door haar politiek druk wisten uit te oefenen op de kleinhandeisprijzen.

De groote vlucht, welke het Zweedsche bedrijfs-
leven in den loop van de laatste jaren heeft genomen,
is aan het samengaan van een reeks gunstige factoren
te danken. Daarvan moeten als belangrijkste worden genoemd de depreciatie van de Kroon en de aanslui-
ting aan het Sterlingblok, de hiervan een gevolg
zijnde politiek van goedkoop geld, de buitengewone
opleving van den uitvoer, de uitgaven van ongeveer
Kr. 300 mili. voor de werkverschaffing (welke reeds
vrijwel alle weder werden terugbetaald), de maat-
regelen tot steun van den Landbouw en zeker niet
in de laatste plaats. . . . veel geluk. Deze factoren
zijn ook thans nog van invloed. Hierbij komt, dat de
industrie niet alleen op volle capaciteit werkt, doch
ook nog voor langen tijd van orders is voorzien. De
werkloosheid is met 7.9 pOt. voor de leden van de
vakvereenigingen tegen 19.4 pCt. vier jaren geleden
buitengewoon gering. De wereldvraag naar Zweed-
sche uitvoerartikelen blijft onverminderd voortduren met name dank zij de bewapeningsconjunctuur in de
geheele wereld. Een van de belangrijkste voorwaarden
voor een voortduren van de huidige hoogconjunctuur
is echter een rustige ontwikkeling van den politieken
wereldtoestand, waarvan Zweden met zijn 6.2 mill. in-
woners in sterke mate afhankelijk is. Daarnaast ver-
dient de ontwikkeling van de prijzen in het binnen-
land voortdurend de aandacht. Reeds in den loop van
de laatste maanden zijn de kleinhandelsprijzen voor
levensmiddelen in sterkere mate gaan stijgen, het-
geen een toenemende ongerustheid onder de werk-
nemers heeft veroorzaakt. Dit had reeds eischen tot
loonsverhooging tengevolge, terwijl men er nog meer
verwacht. Hierdoor wordt de concurrentiekracht van
de Zweedsche industrie, welke thans reeds met zeer
hooge bonen werkt, indien de prijzen in het buiten-
land niet overeenkomstig stijgen, verder verzwaard.

In elk geval moet met een toeneming van den in-
voer en een verderen achteruitgang van den uitvoer
rekening worden gehouden. Dit zal des te meer voel-
baar zijn, daar ongeveer
‘4
van de arbeiders voor uit-
voer werkt. De tendens tot prijsstijging wordt nog
gesteund door de algeheele benutting van de indus-trieele capaciteit. Indien de industrie, zich eindelijk genoodzaakt zou zien, haar terughoudendheid t.a.v. nieuwe investeeriugen op te geven, dan zal ook van
deze zijde op een grooter beroep op dé geldmarkt en
overeenkomstig hoogere rentetarieven moeten wor-
den gerekend.

Dit zijn alle factoren, welke een voorzichtige be-
oordeeling van de Zweedsche. conjunctuur, die nu
reeds ongeveer vier jaren duurt, noodzakelijk maken.
In de naaste toekomst behoeft men stellig nog geen
vermindering te verwachten en wanneer Zweden ver-
der zooveel geluk heeft als in de eerste vijf jaren van
zijn papieren valuta, kan het tijdstip van den eens
onvermijdelijken conjunctuuromslag ook nog langer
worden uitgesteld.

AANTEEKENINGEN.

Wijzigingen in de Nederlandsche handelspolitiek.

Tijdens de behandeling van de begrooting van het
Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart
in de Tweede Kamer heeft Z.E. Minister Gelissen
uitvoerig gesproken over de handelspolitiek van ons
land en daarbij medegedeeld, dat binnenkort een wets-
ontwerp zal worden ingediend, dat een verdere ver-
sterking van ons handelspolitieke arsenaal beoogt. Om het belang van dit vraagstuk – dat onlangs ook
door Mr. Steenberghe uitvoerig is behandeld – laten
wij de betreffende passage hieronder volgen (Han-

delingen van de Tweede Kamer, blz. 613 en 614).

,,Zooals terecht door verschillende leden naar voren is
gebracht, heeft onze handelspolitiek een tweeledig doel, een
doel naar binnen, en een doel naar buiten. Het doel naar
binnen van de ‘handelspolitiek beoogt om, bescherming
van den landbouw, de nijverheid en den tuinbouw. Het
doel naar buiten beoogt bescherming en bevordering van
‘den export. Onze ha.ndelspolitiek moet ‘dus kunnen beschik-
ken over besoherinings- en verdedigiugsm’iddelen. Tot
1931
en eigenlijk, ik mag wel zeggen tot
1933,
pasten wij
het meestbegunstigi ngspri noi’pe in onze handels.ve rd raigen
volledig toe. Immers, de Crisisi.nvoerwet, die in
1931
tot
stand kwam, bedoelde alleen een bescherming van de pro-
ductie en daarnaast bestond een fiscaal tarief, dat geen
enkele handelspolitieke beteekenis had. Nederland kon dus
tot
1933
niet actief optreden ‘ter besoherming van zijn
industrie en ter bevordering van zijn export. Tot
1933
gold
dus ‘voor ons de onvoorwaardelijke meestbegunstiging. In
1933
is eigenlijk ‘het eerste element van het voeren van
een actieve handelspolitiek in onze wetgeving gebracht, ul.
bij de wijziging van de Crisisinvoerwet en wel door invoe-
ring. van art. 2, tweede lid, waardoor het mogelijk werd,
bijzondere contingenten ‘vast te stellen. Hierdoor was dus
discriminatie ten aanzien van ‘het eene en ‘het andere land
mogelijk, en hoefde het meestbegunstigingsprinoipe niet
meer te worden toegepast, zoo werd deze wet con vech’twet.
Er deed zich al direct een moeilijkheid voor, die hoe
langer hoe grooter is geworden en wel de dualistische op-vatting, ‘die men nu ten aanzien van ‘de Crisîi’sinvoer,wet
ging huldigen, ‘eenerzijds bescherming vali ‘de industrie,
anderzijds, door de coutingenteering als onderhandelings-object fte gebruiken, bevordering van onzen export. Hier-
op is terecht door de geachte afgevaardigden de iheeren
Sch’il’tihuis, Korteuhorst en Ebels gewezen.
Ik zal aan ‘het einde van mijn rede terugkomen op de
verbeteringen, die hiervoor al in voorbereiding zijn.
De Clearingweit is niet a’nders dan een wet, die onzen
export sbéschermt via een bescherming der betaling. Met
deze wet kunnen wij niet vechten. De Tariefmachtigi’ngs-
vet ‘is daarentegen wel een ‘veohtwet, immers door deze
wet kunnen wij bepaalde ‘invoerrechten instellen, ‘verhoo-
gen en e’entueeI verlagen.
Verder hebben wij nog de Retorsiewet, waaraan wij
practiselo niets ‘hebben, omdat ‘w’ij haar alleen kunnen toe-
passen tegenover die landen, waarmede wij geen handels-
verkeer hebben. Mijn conclusie is, dat Nederland eigenlijk
‘weinig handelspolitieke wapens en weinig onderhande-
lingsobjeoten heeft.
Nu zeggen de hoeren Van den Tempel en Wendelaar:
wij hebben liever invoerrechten dan contingenteering. Het
onderwerp contingenteering – ‘invoerechten is in deze
Kamer al herhaaldelijk ter sprake gebracht. Mijn opvat-
ting is deze: invoerrechten zijn vooral noodi’g ter be-
scherm ing van de industrie. Als onderhandeli.n’gsobject
hebben ‘de invoerrechten (‘ik spreek niet van de heffingen
01)
grond van de Landbou’w-Crisiswet), omdat wij ten
aanzien daarvan de meestbegunstiging toepassen, weinig
beteeke’nis.
De contingenteering kan vooral dienen als ondei’hande-
lingsobject, maar ook ter bescherming van de nijverheid
ten opzichte van die landen, waar het sociale niveau laag
is of waar men praktijken ‘toepast, clie leiden tot lage ver-
koopprijzen van ‘hun producten.
Dan is voor wat de contingenteering betreft gevraagd:
wilt gij dan niet contingenteeren – ten einde uw vecht-
arsenaal te ‘versterken – wat niet in ons land gefabri-
ceerd wordt. Vooralsnog ligt dit ‘niet ‘in de bedoeling. Op
de differen’tieele rechten, waarover door ‘dan geachten af-
gevaardigde den heer Van den Tempel ‘gesproken is, hoef
ik naar ik aanneem niet ‘verder in te gaan, omdat wij tot
nu toe geen ‘differentieele rechten gehad hebben. Overi-gen’s meen ‘ik, dat het toepassen van differentieele rech-

882

ECONOMISCHLSTATISTISCHE BERICHTEN

2
December’
1936

ten, althans indien ik de koloniëji uitichakel, in strijd
zou
zijn. met de meestbegunstigingselausule.
Door vetsohillende heeren is geyriiad : hoe
delikt
c
over de rede van oud-Mini.sterStecnbèrghe van 17 Novem-
ber. ik zal ook hierop aiin het eind van mijn rede even terugkomen, maar ik wil than resds dit zeggen, dtt. de
Regeering reeds geruimeil tijd geleden, en .wel ‘in,de maand
September, aan de subcommissie Van desi Joonomisehen Raad ‘de vraag heeft voorgelegd eens na te ‘gaan, hoé ons
ha’ndelspol.itieke arsenaal om, door eventueele wijaigi’ig
van de Retorsiew

et in het bezit kan gesteld worden ‘vail
meer onderhan’delingsobjecten Naar niutleiding ‘van die
vraag Ss’ door de genoemde subcommissie een advies aan
mij uitgebracht.
Verder is deze aangelegenheid op 19 October itr’ de
economische cotnniissie van ‘dec Ministerraad uitvoerig
besproken. Deze bespreking heeft geleid tot het- ontwer-
pen van een wetsontwerp, waarin de leemten, die al onze
cri.siswetten hebben, -worden’ aangevuld. Dit wetsontwerp
zal een dezer dagen mijn. Departement verlaten en zal,
mooht het wet worden, ons in dan ha.ndelspolitieken strijd,
die mi. ook in de toekomst gevoerd moet blijven, zeer
kunnen versterken. in dit wetsontwerp zijn de verschil-
len:de des’ider’aita, door den geachtesi afgevaardigde dr.
Kortenhorst als door mijn geachte’u ambtsvoorganger in
zijn hier genoemde i’ede naar voren gebracht, reeds
‘voorhand vervuld. In dit opzicht zijn dus de gedachten
van den huid’igen en dcii vroegeren bewindsman volkomen
parallel geloopen. Alleen, de Regeering kon daarover niet eerder spreken dan nu haar daaromtrent is gevraagd, hoe-
wel ik dit nog liever had uitgesteld t0t bij de aanstaande
verdediging van het genoemde wetsontwerp.
Het uudries der subcommissie van den Economischeis
Raad geeft ten naaste ‘bij aan wat ook door Minister
Steenberghe in zijn rede is gezegd. Wat in dit advies
staat, is ook weer ten naaste bij ‘in het wetsontwerp be-
lichaamd.”
Aan het einde van zijn rede, heeft
Z.E.
Minister

Gelissen het doel van het binnenkort te verwachten
wetsontwerp in het kort aangegeven. Wij latefl dit
gedeelte hieronder volgen (blz. 620 en: 621).
,,Ik zou’ dus willen besluiten, dat wij in onze handels-
politiek er naar moeten streven, de htid’ige struotiinr vati onzC nationale economie te behouden, al aullen, in veel-
heid en In aard van onzen uitvoer, verschuivingen, ja
‘g’ote verschuivingen kunnen optreden. Wat is nu nou
dig?’ Eenerzijdls naar het buitelnla.nd georiënteerde maalt-
regelen; ‘die heb ik in het ‘begin van mijn redeibesproken,
en maiutregelen ter bevordering van de industrialisatie.
Darvoo is ‘in dit jaar het apparaat klaargemaakt: het
centrale i’iustituut e5 grooteiideels

de regionale instituten,
dls’med’e de daarbij behoorerde finaneieiingsrnaatiehap’pij.
‘Ik heb verder Ingediend – de Kamer heeft het reeds
bang’enomen – een wetsontwerp tot verkrijgi’ng van juiste
economische statistieken, van belang voor ‘den eeonomni-
‘scheis ‘voom-lichtingsdienst, om betere inlichtingen met het
,pog op een juiste cletailleering van d& betalingsbalans te
kunnen geven.’ Ik heb nog een ‘wetsontwerp gereedgeniaakt
‘voor een Vestigisigswet, voor de nijverheid, uitgaande van
de gedachte, dat, waar men om-denen wil, men niet alleen
moet zaaien, maar ook maaien en snoeieh. J)aarvoor is
Tdse maatregel noodig. Anderzijds is beslist noodik, ook ah
‘is er opleving in de internationale conjunctuur, een uit-
biiiding van ons iardelspo]iti’ek lna.gazijs, al zou het
slephts daarom ‘wezen, dat, als wij straks achter de gioeuie
tafel zitten, ons te komen tot een ‘vrijer verkeer, ‘wij dan
ook iets hebben aan te bieden, (lat wij in dé toekomst aeh ‘terwege kunnen laten. Er is zelfs wel eens gezegd, ‘dat ‘rij
niet, veel ‘hebben aan te bieden, als wij met anderen on-
derhandelen om tot ees vrijer
.
verkeer ‘te komen, ‘j)at

kont,’ ,omc,liut. wij in ons’ politiek ondr’hcndel’ingsansenaâl
weinig objecten ‘hebben.
Nu ‘heb ik al ‘in den
aanvang,
gezegd en ik wil er nu
eens op ‘terugkomen naar aanleiding van een vi-aag van
den heer Smeenk,’ wat nu éigenlijk op het oogen’blik ter
uitbreiding van ons hande’lspolitieke arsenaal’ bij ‘de Re-geering in overweging is.
01)
IS September is een begin
gemaakt met oog eens al omree crisiswetten te hc’rz’ien.
Tou hebben wij VOOr dle vraag gestaan: wat is min het
beste; elke ivet opnieuw
0
1
)
de helljng’ ‘zetten of een ii’ets-
ontwerp indienen, dat de leeniten, die iii deze erisiswetten
aanwezi.g zijn, opvult,? Nu ‘meen ik, .dat ‘het beste is jèn
te’r bescherming van onze nijverheid Cru ‘te onzer verster-
king ‘in dan handel4politieken strijd, dat er een Wet komt
– het wetsontwerp is inmiddels gereedgemaakt; waarin
al die ‘leemten zij
;
n aangevuld ‘-, ‘die ons in de toekomst
bij ‘de onderhandelingen belangrijk kan vet

sterken bij het ‘voeren van een actieve h,andelspdlitiek; die ik ook thans
meer nog dan oOit noodig acht. Een actieve, economische,
nationaal georganiseerde handeispolttie’k moeten wij blij-
ven voeren, echter met erkenning vak het historisch ge-
groeide en met het doel de tagetiwoordige ‘strûctuur van
onze betalingsbalans te behouden.”

Wijziging in het Curatorium van het Nederlandsçh
Economisch Instituut.

In de een dezer dagen gehouden vergadering van
Curatoren van het Nederlandsch Economisch Isti-
tuut zijn de Ileeren Jhr. Mr. L.
IT.
van’ Lenep On
Ch. J.
I. M.
Walter afgetreden, welke Heeren niet
herkiesbakr ‘waren.

Als
nieuwe Curatoren zijn tot het Instituut toegë-
treden de Heeren Dr. F.
II.
Fentenér van Vlissingen,
Dr. E. Eleldring,
Mr.
W. M.
van Lanschot, Mr.
K.
P.
van der Mandele en
Mr. M. P.
L. Steenbeighe.

MAANDCIJFERS.

EMISSÏES
IN
OCTOBER
1936.

Prov. en Gemeente!, Leenirugen …….
f 2.190.500,-
zijnde:
A
T
ederlancf
Prov. Z.-Holland
f
2.000.000
3,V % obl. t 99% % – . . . f1.995.000
Gein. Enschede
f
1.800.000
t)

4% obl. t 98%% ……..
1
95.50
0

Bank- en Credietinsteilingen
2
),,
1.990.000,’,-
zijnde:

Nederland.

Obligatiën
‘J3ank v. N’ed. Gem. fe.000.000
4 % obl t 99% % ……..
1.
990
.
000

Totaal ….
f 4.180.500,-

Van het netto-provenu dezer d’eening werd een bedrag
van
f
1.577.500 voor convei’sie afgetrokken.
Bovendien c’on’versie: f3.500.000 5 % obl. ‘i3ank voor
Onroerende zaken N.V. t ‘100 %.
Voorts:


disc:

Sohatkistprom’esseft:

Rendem.

basis

f
14.880.000 3’ni.

tf
996,25 -_ ‘

, V/u %
1.000.000 6’m.

,,
, 991,21

Schatkistbiljetten:

‘ ‘

f
9.616.000 1-j.

isf
1.005,- ‘ 2

,


115116
.%
13.192.000 5-j.

,, ,,
1.000,-

3

‘«

2%

%

AANVOER VAN GRANEN.
(In tons van 1000
kg.)

Rotterdam

Amsterdam

‘,
,

Tozaôl

Artikelen
22128 Nov.
Sedert

‘Overeenk.
22128 Nov.
Sedert
Overeenk.
1935
1936
1jan. 1936
tijdvak 1935
1936
1 Jan. 1936
‘fi/dedk 1935
•,

1936

15.765
885.690

907.280
-,..


9.341
18.101
895.031
925.381
3.591
239.713 209.267
– ,

1.976
.701
241.689

209.968
Tarwe
,………………
,Ro’gge

……………….
554
,

21.548 23.635
– –
‘350

,
21.898
23.635
floekweit ………………
?sla!s
……………….
24217
747.482
729.710
4.178
13 7. 119
111.935
884.601
,
841.645
3.564
301.674


324.554
‘ ‘

1.045


25.120
29.754


326.794
354.308′
6.267
101.596
141.000

1.675
,

1.660
103.271

142.660
Lijnzaad. ……………
4.15]
253.036
161.140
791
158.010
302.768
413.046 463.908

Gerst

………………
‘Haver

……………..

1.916


46.410,
43.890

375

46.785 43.890
.Lijnkoek ……………
1.545

.

34517
18.907 850
9.438
6.621
43.955 25.528 .Tarwemeeh

…………..
Andere meelsoorten ….
1.350 33.715
,,

30.302
,,


1.1363.371
34.851

33.673

2 Deceber 1T936

ECONOMISCH.S’TATISTISCHE. BERICHTEN

88

3

STATISTIEKEN.

BANKDISQONTO’S.

Disc.Wisse1s.
2120
Oct.’36
N
d
Lissabon
….
4

5Mei’36
~
Bel.13inn.Eff.
Ek

3

20Oct.’36
Londen ……2

Juni’32

Vrs
.
h.inR.C.
3

20
Oct.’36
Madrid
.

5

9
Juli ’35
Athene ……….
7

14
Oct.’33
..
N.-York F.R.B. 1

1Feb.’34
Batavia……….
4

1 Juli’35
-Oslo

……..322
Mei’33
Belgrado ………
5
lFebr. ’35
Parijs

……
215 Oct.’30
Bêrlijn
.
………
4
22Sept.’32
Praag . …… 3

1 Jan.’36
Boekares1 ……..

zij
15Dec.’34
Pretoria

….
315Mei’33
Brussel ……….
2

16Mei’35
Rome ……..4

18Mei’36
Boedapest

……
4
28
Aug.’35 Stockholm

..
21
1Dec.’33
Calcutta

……..
3
28Nov.’35
Tokio….

3.285 7
Apr.’36
Dantzig ……….

5

21 Oct.’35
Weenen ……
310Juli’35
Helsingfors ……..
3 Den’34
Warschau…. 5 260ct.’33
Kopenhagen …..

4
19Nov.’36
Zwits. Nat. Bk.4
25Nov.’36

OPEN MARKT.

1936

28

1

23(28

1

16j21

9114
Nov.

Nov.

Nov.

Nov.

1935

25130
Nov.

1934

26Nov.!
1 Dec.

1

1914

20(24
Juli

Amjterdam
Partic. disc.
1
“116-1
7/1
.44-1
3114
11
3118-3116
Prolong.
1
1
12
1
1
13
1
4
1
1
13
1112
3_14
1
21/
4
3/
4

Londen
Daggeld
1
12

1
‘/I

,l
1
11

1
11
2_1
‘j,

I 1
14

1
121
4
.2
Partic. disc.
91’_81
i71_81
‘ll,o
i7(33/9
(16/i6
4114.314
Berlijn

Daggeld…
211-31/
2
1
12

3
1

2
11
2
3
2
1
12-
7
/s
3-
1
12
3
1
18
4
11
2

Maandeld
2
3
14-3
231
4
-3
2
3
14-3
2
5
18-
7
1,
3-
1
(s
3
7
Is
-4


Part, disc.
3
3
3
3
3
3
1
j2
2
1
/s-‘j,
Warenw.
.
.
4_1( 4_11
4.11
3

4.1/,
411
4_11
4


New York
Daggeld
1)
I
1
1 1
31
4

1
1
3
1
4
_2
1
1
2

Partic.disc.
11
4

11
4

314

114
116

1
116

‘)
aoers van

Nov. en aaaraan voOratgaanae weken
t(m.
vrijaag.


-WISSELKOERSEN.
1
Data
New
Londen
Berlijn
i
Parijs-
1Brussel
Batavia
York*..l
9
9
9
*)
1)

24 Nov. 1936
1.84%
9.03%,
74.25
8.59%
31.18 100%
25

,,

1936
1.84%
9.03%
74.18
8.59
31.181
1005k
26

,,

.
7936
1.84k
9.02%.
.64.15
8.58%
31.16
100
27

1936
1.84%,
9.02%
74.12
8.58%
31.141
1009.
28

1936
1.84%,
9.02%
74.10
8.58 31.13
100%
6

30

1936 1.84%,
9.01%
74.00
8.57%
31.10
100%
6

Laagste d.wl)
1.83%
9.01%
73.90
8.57
31.06
100%
Hoogste d.wl)
1.85
9.04 74.35 8.59% 31.25

100%
Muutpariteit
1.469 12.1071
59.263
9.747
24.906
100

a
a

D t
Zvit
_
d
,
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Mad rid
9
1)
rest
i)
*9)
*9)

24 Nov, 1936
42.39


6.57k


2

,,

1936 42.44•

6.571



26

,,

1936
42.36

6.571


27

.1936
42.35

6.56



28

1936
42.33

.6.56

– –
30

1936
42.30
-.
6.50



Laagste d.w1)
42.25

6.45 1.55


Hoogste d.w’/
42.47%
34.90
6.65 1.60
9.90
Muntpariteit
,
1
48.003
35.007
7.371
1.488
13.094 48.52

a a


D


Stock-
holm
9
Kopen
hagen*)
o
1 •
$0

)
Hel

,’ifl4
Buenos-
Aires’)
Mon-
treal’

24
Nov.
103(j
46.571 4O35
45.4
0
3.99
51%
1.843g
25

,,

1936
46.571
40.35
45.40
-3.99 51%
1.84%
26

,,

1936
46.55 40.30

45.371
3.99
51%
1.84%
27

,,

1936

46.521
40.271 45.32k
4.-
51%
1.84%
28

,,

1936
46.50
40.25
45.32
4.-
51% 1.84%
30

,,

1936
46.50 40.271
45.321
3.99
51% 1.84%
Laagste d.wl)
46.421
40.20 45.25
3.96


51
1.84


Hoogste d.w’)
46.65
40.371
1

45.45
4.01
52
1.85%
Muntpariteit
166.671
66.671 66.671
6.266
95%.
2.1878
9 Noteerîng te Amsterdam. ) Not, te Notterdam.
J)
Part, opgave.
In ‘t Isteof 2de No. van
ieder maand komt
een overzicht
voor van een
aantal niet wekelijks
opgenomen wisselkoersen.

IÇOERSEN TE 1″1iW YORK.
(Cable).

D
° °
Londen
($ per
L)
Parijs
($
P.
lOOfr.)
Berlijn
(S
p. 100 Mk.)
Amsterdam
($
p.
100
gld.)

24
Nov.

1936
4
9
89
16
1
32

4,65%
40,24

,
54,22
25

1936
4,8921/,,
4,65%
40,24 54,23
26

1936



27

7936
4,8923/82

4,65% 40,24
54,30
28

1936
4,66 40,23
54,33
30

1936
4,903/,2

4,66%
40,24 54,44

2 Dec.

1935
4,92%
6.59%
40.23 67.78
Mu.ntpariteit..
4,86

3,90%
23.81%
40%

KOERSEN TE LONDEN.

Plaat sea en
Landen
Noteerings-
eenheden 1
14
Nov.
1936
21
Nov.
1

1936
23 28
Nov.
’36
LaagsteHoogste
28
Nov.
1936

Alexandrië..
Piast.
p..

979
97%
97%
97% 97%
Athene

….
Dr. p.
545
54734
540 560 550
Bangkok.

Sh.p.tical
11108

1I10.
3

1110
T
8

11103

1/10k
Budapest
1)..

Pen. p. £
27
27%
26
2834
27
BuenosAires’
p.pesop.
-17.55
17.55 17.50
17.60
17.55
Calcutta
. . . .
Sh. p. rup.
116%
1163t
116
3
1
12

1/6
5
1
32

1/6%
Instanbul

. .
Piast.p.0
612 610 611 611 611
Hongkong
. .
Sh. p.
$
1/3
112194.
1,2%
113%,
112%
Sh. p. yen
1
21132

1/21/,,
12
1/2%
1/2
1
,,
Lissabon….
Escu.p:
110%
6

110%,
110
110%
110%,
Mexico

….
$per
18
18
17% 18%
18

Kobe

…….

Montevideo’)
d.per
1
C
26%
26%
26%
26%
26%
Montreal

..
$
per £
4.87% 4.88% 4.88
4.89%
4.88%
Rio d.J
,
aneir.
4

d. per Mil.
229 32
2
29
1
32
.
234
21%,
2191
32

Shanghai

. .
Sh. p.
$
112171
32

1/217/,
2

112,
112%

112
17
1,,
Singapore
..
id. p.
$
214
5
/
32

21451s2
2/4KG
2/4%
2/4
5
/,,
Valparaiso
5).
$
per £
131% 131% 131%
131%
131%
Warschau
..
Z1.
p. £
ru…

1CL. •fl
26
1.1…..

1011.
26
‘II
fit..
25%
._.

,.,
26%
1 ——
26

welke imp. hebben te bilen 2 Septll.00.
3)
Offic. not. 6 ‘Oct. 3971
8

4)
Id. II Mrt. 19354
1
1
4
.
5
)90 dg. Vanaf 28Aug. laatste .export” noteering

ZILVERPRIJS
COUDPRIJS’)

Londen’)
N.York’)
Londen
24 Nov. 1936.. 20%
45%

24 Nov. 1936….

1411101
25

,,

1936..

21%
45%

25

,,

1936….

142/1
26

,,

1936.,-

21

26

,,

1936….

1411l]
27

,,

1936..

21
45%

27

,,

1936….

141/14
28

,,

1936..

21%,

28

,,

193(3….

1421. 30

,,

1936..

21
45%

30

,,

1936….

141111
2 Dec. 1935.
.
29%
65%

2 Dec.

1935….

1411_
27 Juli

1914.. 24%

1

59

27 Juli

1914….

84110%
1)
in pence p. oz. stand.
2)
Fo,reign
silver In $c. p.oz. line.
3)
in sh. p. oz. line
STAND
VAN ‘_RIJKS_KAS.

Vorderingen.
1

14Nov.1936
1

23Nov.1936
Saldo van ‘s Rijks Schatkist bij De Ne-

f
49.126.165,78
f
45.228.055,10
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

229.360,82
205.217,47
Voorschotten op ultimo October 1936
a(d. gemeent. verstr. op a. haar uit te

derlandsche Bank ……………….

keeren hoofds. der pers, bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der gen.
fondsbel., alsmede opc. op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting


,,

88.242.231,48
,,

85.504.962.64
Voorschotten aan Ned.-lndië ………
Idem aan

Suriname ………………
..12.768.790,24
,,

12.802.534,10
Kasvord.weg. credietverst. a(h. buitenl
,,
1
15.904.147,64
,
115.087.461,04
Daggeldleeningen tegen onderpand


Saldo der postrek.v.Rijkscomptabelen

37.804.632,61
28.445.935,60
Vord. op het Alg. Burg. Pensioenf.I)
,

9.700.171,70

Vord. op andere Staatsbedrijven’)
,,

8.845.643,20
12.120.643,20
Verstr ten laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan gemeenten (saldo)

.28.l20.000,-
,,

28.120.000,-
Verp1ichtingen

Voorschot door
De Ned.
Bank ingev.
art.

16 van haar octrooi verstrekt


Schatkisibiljetten in omloop ………

f458.871.000,

f458.866.000,-
Schatklstpromessen in Omloop ……

65.300.000,

,,

56.770.000.-
,,

1.158.819,-

.

,,

1.151.729,50
Schuld op ultimp October
1936
a(d.
gem. weg. a. h.ultte keeren hoofds.d.

Zilverbons in omloop ……………..

pers,
bel.,
aand.
1. d. hootds. d. grondb.

e. d. gem. fondsb. alsm. opc. op die
bel, en op de vermogensbelasting
4.325.088,12
»

1.713.575,18

Schuld aan het Alg. 8ur
.
g. Pensioenf.
1)
,,

1.034.514,70

,,

1.016.630,78
45.103,38
Schuld aan Curaçao’) ……………..

Id. a, h. Staatsbedr. der P.T. en T.’)
»
102.475.554,86
84 863.C21,39
1.500.000,-
,,

2000.000,-
Id. aan andere Staatsbedrijven’) ………
Id. aan diverse instelIinen
1)
………
105.117.200,44
..
105.126.496,
1
2
1)
In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.
*
NEDERLANDScH:INDIsCHE VLOTTENDE
SCHULD.
21 Nov. 1936
1

28Nov. 1936
Vorderingen:’)

Saldo b. d. Postchkque- en Girodienst
/

456.000,-
f

509.000,-
Saldo Javasche Bank …………………

Verplichtingen: Voorschot’s Rijks kas e.a. Rijksinstell.

,,

85.491.000,-
.
82.403.000,-
,,

4.250.000,-
Schatkisibiljetten in Omloop ………
,,

2.000.000,-
2.000.000.

Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds

1.489.000,-
,,

1.489.000,

Schatkistpromessen in omloop………4.250.000,-

Idem aan de
Ned.

Ind. Postspaarbank.

,

916.000,

,,

716.000,

Belegde kasm.iddelen Zelfbesturen…

,,

710.000,-
,,

690.000,

Voorschot van de. Javasche Bank-…

,,

617.000,-
,

714.000,-
3)
Betaalmiddelen in ‘s Lands Kas op 21 Nov.
1936
/
47.040.000,-.

SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Metaal
Circu.

latie
Andere
opeischb.
schulden
Discont.

31 Oct.

1936..
707
1.169
519
678
1.495
24

1936. .
712
969 519
671
1.482
17

,,

1936..
711
3.061
490
665 1.462
10

,,

1936..
712
1.097
500
654
1.464
3

,,

1936..
717
1.190 492 646
1.484

1 Juli

1914..
645
1.100
560
735
396

884

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

2 December 1936

STATISTISCH OVERZICH

GRANEN EN ZADEN
TOJINBOUWARTIKELEN
VLEESCH

TARWE
0
a
R000E
MAIS
GERST
g LIJNZAAD
WITTE
KOOL
UIEN
BLOEM-.
KOOL
RUND-

LOCO
74 kg Bahia Blanca loco
La Plata
loco
a

a
La Plata
loco
Ie kwal.
1-5 pond
gewoon
per 100 kg
Ie soort
(versch)
(versch)
,ottrd1mI
R’damlA’dam
R’damfA’dam
lOco Rter
R’dam!A’dam
per 100 kg
Broek op
. 100 St.
per 100kg
per 100 kg
plS1g
per 100 kg.
per 2000 kg.
p000
per 1960 kg.
Langendijk
Groote-
Rotterdam
Rotterdam
5)

t
ijo
f
0J
t
°/o
t
f
°Io
f
/s
t
°lo
t
°Io
f
Io
/
fo
1925
17,20
100,0
13,075
100,0
231,50
100,0
,00

L,OO

100,0
462,50
100,0


1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3 ,75
83,4
360,50
77,9


1927
14,75
85,8
12,47
5

95,4
176,00
76,0
100,4
362,50
78,4

.


1928
13,475
78,3
13,15
100,6
226,00
97,7
228,50
96,8
363,00
78,5
4,55
100,0 13,25 100,0
14,80
100,0
93,-
100,0
77,50
100,0
1929
12,25
71,2
10,87b
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6 7,38
162,4 11,78
88,9
17,23
116,4
96,40
103,7
93,12
5

120,2
1930
9,67
5

56,3 6,22
5

47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0 2,05
45,1
‘2,14
16,2
14,22 96,1
108,-
116,1
72,90
94,1
1931
5,55
32,3 4,55
34,8 84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
3,06
67,3
1,94
14,6
7,54 50,9
88,-
94,6
48,-
61,0
1932
5,225
30,4
4,62
5

35,4 77,25
33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
1,49
32,8
8,07
60,9
9,92
67,0
61,-
65,6 37,50
48,4
1933
5,025
29,2 3,55 27,2
68,50
29,6
70,00
29,7
148,00
32,0 0,82
18,0
2,30
17,4
6,69
45,2
52,-.
55,9
49,50
63,
1934
3,67
5

21,4
3,325
25,4 70,75
30,6
75,75
32,1
142,50
30,8
3,23 71,0
1,89 14,3
8,26 55,8
61,50
66,1
46,65
60,2
1935
4,12
5

24,0 3,07
5

23,5 61,00
26,3
68,00 28,8
131,75
28,5
2,21
48,6
2,58
19,5
885
59,8
48,12
5

51,7
51,62
5

66,t

Jan.

1935
3,30
19,2
3,525
27,0
74,25
32,1
89,25 37,8
137,25
29,7
1,13
24,8 2,59
19,5
53,62
5

57,7
45,62
1

58,0
Pebr.
3,20
18,6
3,375

25,8
68,00
29,4
71,25 30,2
124,25
26,9
0,91
20,0 2,14
16,2
51,90 55,8 47,55
61,4
Maart
3,20
18,6
3,07
5

23,5
67,75
29,3
64,00
27,1
120,50
26,1
0,88
19,3
2,92
22,0
51,40
55,3 51,20
66,1
April
4,07
5

23,7
2,95
22,6
70,75
30,6
66,75
28,0
125,00
27,0

—————————-
—————————

51,925
55,8
50,25
64,8
Mei
4,05
23,5
2,90
22,2
60,00
25,9
67,25
28,5
125,50
27,1
50,80
54,6 48,50
62,0
Juni
4,02
23,4 2,90
22,2 57,50
24,8
75,00 31,8
124,25
26,9
-,
48,-
51,6 46,12
5

59,5
Juli


3,92
5

22,8
2,55
19,5
54,50
23,5
66,75
28,3
124,50
26,9
48,-
51,6
47,375

61,1
Aug.
4,25
24,7
2,625
20,1
55,25
23,9
64,50 27,3
132,25
28,6
44,80
48,2
52,55
67,8
Sept.
4,75 27,6
3,-
22,9
55,75
24,1
64,50 27,3
139,50
30,2
– –


6,60
44,6
43,375

46,6
56,62
5

73,1
Oct.
4,95
28,8
3,35
25,6
57,75
24,9
64,75
27,4
142,75
30,9




10,94
73,9
46,07
5

49,5 64,625
83,4
Nov.
4,65
27,0
3,20
24,5
55,00
23,8
59,75
25,3
137,75
29,8
3,83 84,2
2,65
20,0
9,02 60,9
42,75 46,0
56,85
73,4
Dec.
5,15 29,9
3,40
26,0
56,75
24,5
60,75
25,7 146,50
31,7
4,32
94,9 2,59
19,5


44,75
48,1
52,25
67,4

Jan.

1936
5,45
31,7
3,525 27,0 56,00
24,2
63,50 27,0
153,50
33,1
4,47
98,2 2,26
17,1
44,-
47,3 50,87
5

65,E
Febr.

,,
5,225
30,4 3,40
26,0
55,25
23,9
64,50
27,3
152,50
33,0
4,50
98,9
2,59
19,5
43,775
47,1
48,25
62,3
Maart
5,22
5

30,4 3,50
26,8 59,50
25,7
69,75
29,6
150,00
32,4 6,60
145,1

—————–

3,05














23,0
-,
45,75
49,2 46,57
5

60,1
April
5,175
30,1
3,45 26,4
64,00
27,6
70,00
29,7 147,25
31,8
48,50
52,1
45,375

58,e
Mei
5,125
29,8 3,175
26,6 63,75
27,5
72,25
30,6
147,75
31,9



















—–






51,60
55,5
44,30
57,2
Juni
5,05 29,4 3,45 26,4
66,00
28,5
71,50
30,3
154,00
33,3 54,15
58,2 46,25
59,7
Juli
5,62
5

32,7 3,65 27,9
71,75
31,0
74,75
31,7
162,50
35,1
57,35
61,7
47,75
61,t
Aug.
6,35 36,9
4,025 30,8
84,00
36,3
88,00
37,3
170,00
36,8 60,40
64,9 50,20
64,8
Sept.

»
6,50
37,8
4,40
33,7
85,00
36,7
88,00
37,3
166,75
36,1



——-






5,81
39,3
61,05
65,6
51,875
66,9
Oct.

,,
8,80 51,2
6,02
5

46,1
97,50
42,1
120,50
51,1
199,75
43,2



——-


















9,84 66,5
58,85 63,3 52,30
67,5
2 Nov.

,,
8,50 49,4
f’,50
42,1
89,50
38,7
119,50
50,6
192,00
41,5 0,96
21,1
1,73



——-

—-





——-






13,1
6,34
42,8
55,30
6
)
59,5
49,_6
63,2
9

‘,,

,,
8,55
49,7
5,60
42,8
90,50
39,1
120,50
51,1
190,00
41,1
0,85
18,7
1,68
12,7
7,75 52,4
54,70
7
)
58,8
50,50′
65,2
16

»
8,50 49,4
5,75
44,0
88,50
38,2
122,50
51,9
198,00
42,8
0,80
17,6 1,50
11,3
8,37
56,6
57,S)

61,3
50,8
64,5
23
8,50 49,4
5,825
44,6
88,50
38,2
121,50
51,5
193,00 41,7
57,_9)
61,3
50,-
9
)
64,5
30

»

,,
8,75 50,9
5,975
45,7
90,50
39,1
123,50
52,3
192,00
41,5
1)
Men zie voor de toelichting op dezen staat de nos. van 8, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No. 2 van Jan.
1:931
tc
tot 16Dec. 1929 American No. 2, van 16 Dec. 1929 tot 26 Mei 1930 7415 kg Hongaarsche; vanaf 26 Mei 1930 tot 23 Mei 1932 74kg Zuid-Russische; van 23Mei 193
Van 23 Mei-19 Sept. 1932 No. 3. Van 19 Sept. ’32 tot 24 Juli ’33 62/63 kg Z.-Russ. Van 24 Juli ’33-7 Oct. ’35 64165 kg La Plata. Van 7 Oct. ’35-18 Mei ’36 62/63 k

Vervolg STATISTISCH OVERZICW
MINERALEN
TEXTIELGOEDEREN DIVERSEN

STEENKOLEN
Westfaalschel
PETROLEUM
BENZINE
KATOEN _____________
__________
WOL
WOL
gekamde
KOE-
KALK-
Hollandsche
Mid. Contin.
Crude
Gulf exp.
gekamde
Australische, Australische,
HUIDEN
SALPETER

________
bunkerkolen,
33 tjm. 339°
64/66
0

Middling
. F. G. F.
G. F. No. 1
Merino, 64’s Av.
CrossbredColo-
Gaaf, open
Old. per
ongezeefd f.o.b.

S.
g.
cts. per
locoprijzen
Sakella-
Oomra
loco Bradford nial Carded,
kop
100 kg
R’dam/A’dam
per barrel
U.S. gallon
New-York
rides
Liverpool
per Ib.
50’s Av. loco
57-61 pnd.
netto
per 1000 kg.
per Ib.
Liverpool
Bradford per Ib.

/
7i
010
cts.•
01
cts.•
Ç
cts. •
01
0

cts.•
01
cts.s
0
10
cts.I
i 7
Ç

7
0
10

1925
10,80 100,0
4,16
5

100,0
36,85
100,0
57,7
100,0 147,5
100,0
47,1
100,0
277,2
100,0
148,7
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
1926
17,90
165,7
4,68
5

112,5
33,85
91,9 43,5
75,5
81,8 55,5
31,8 67,4
238,1
85,9
124,7
83,9
28,46
82,0
11,61
96,8
1927
11,25
104,2
3,22
5

77,4
36,85
100,0
43,4
75,3
84,6
57,3 36,6 77,8
244,4
88,2
133,6
89,8
40,43
116,5 11,48
95,7
1928
10,10
93,5
2,975
71,4
24,75
67,2
49,6
86,0
96,8 65,6
37,9 80,4
259,6 ,
93,6
153,7
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
1929 11,40 105,6
3,05
73,2
24,80
67,3
47,5
82,4
85,9
58,2 33,2
70,5
196,6
70,9
127,3
85,6
32,25 92,9
10,60
88,3
1930
11,35
105,1
2,78
66,7
21,75
59,0
33,6
58,3 60,5
41,0
19,8
41,9
134,8
48,6
81,9
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
1931
10,05 93,1
1,44
34,5
12,50
33,9
21,3
37,0 36,9 25,0
15,5
33,0
108,4
39,1
60,5
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
1932
8,00
74,1 2,01
48,2
11,16
30,3
16,0
27,7 26,3
17,8 15,7
33,3 80,6
29,1
42,8
28,8
11,15
32,1
6,15
51,3
1933
7,00
64,8
1,11
26,8 8,95 24,3
16,7
29,0 25,9
17,5
14,0
29,7
97,0 35,0
47,9 32,2
13,26
38,2
6,18
51,5
1934
6,20 57,4
1,56
37,5
7,14
19,4
18,2
31,6 26,8
18,2 13,5
28,7
97,0 35,0
51,7
34,7
12,07
34,8
6,11
50,9
1935
6,05
56,0
1,55
37,2
7,49
20,3
17,5
30,3 26,0
17,6 14,9
31,7
84,4 30,5
42,8
28,8
12,54
36,1
5,89
49,1

lan.

1935
6,05
56,0
1,55
37,2
7,38
20,0
18,7
32,5
27,1
184
15,1
32,0
74,3 26,8
41,6 28,0
10,75
31,0
6,15 51,3
lebr.
6,05
56,0
1,55
37,2
6,82
18,5
18,6
32,3
26,4
17:9

15,1
32,1
70,6 25,5
39,1
26,3
10.50
30,3
6,20
51,7
Maart
5,90
54,6
1,54
36,9 6,80
18,4 16,9
29,2
24,4
16,6
14,1
29,8
69,3 25,0
37,8
25,4
10,25
29,5
6,25
52,1
April

,,
6,00
55,6
1,56
37,5
742
20,1
17,5
30,3
24,6
16,7
14,6
30,9
74,3 26,8
40,3
27,1
10,75
31,0
6,30 52,6
Mei
6,05 56,0
1,54
36,9
738
20,0
18,1
31,4
25,0
16,9 15,5
32,8
80,6
29,1
42,8
28,8
11,75
33,9
6,30
52,6
luni
6,05
56,0
1,54
36,9
7,81
21,2
17,4
30,1
24,3
16,5
15,0
31,9
84,4
30,5
42,8 28,8
12,-
34,6
6,30
52,6
juli
6,05
56,0
1,54
36,9
7,73
21,0
180
31,2
24,3
16,5
15,5
32,9
92,0 33,2
45,4
30,5
11,75
33,9
5,40
45,0
Aug.

»
6,15 56,9
1,54
36,9
7,64
20,7
169
29,2 24,7
16,8 14,3
30,3
92,0 33,2
46,6
31,4
12,-
34,6
5,40
45,0
Sept.

»
6,10
56,5
1,55
37,2
7,07
19,2
15,9
27,5
24,9
16,9 13,3
28,1
92,0 33,2
44,1
29,7
14,50
41,8
5,50 45,8
Oct.

»
6,05 56,0
1,55
37,2 7,44
20,2 16,6
28,8 26,7
18,1
14,9
31,7
93,2 33,6
44,1
29,7
16,-
46,1
5,55
46,3
Nov.

»
6,05 56,0
1,54
36,9
7,86 21,3
17,5
30,3
29,7
20,2
15,9
33,8
94,5
34,1
45,4
30,5
16,-
46,1
5,60
46,7
Dec.
6,05
56,0
1,54
36,9
8,41
22,8
17,5
30,3 29,8 20,2
15,9
33,7
93,2
33,6
44,1
29,7
14,25 41,1
5,70
47,5

lan.

1936
6,15 55,9
1,525
36,6
8,41
22,8
17,5
30,3 29,3
19,9
14,7
311
970
35,0 45,4 30,5
15,-
43,2
5,80 48,3
lebr.

,,
6,15 56,9
1,51
36,3 8,56 23,2
16,9
29,2
27,7
18,8 13,8
29:3
970
35,0
46,6
31,4
15,-
43,2
5,85
48,8
Maart

»
6,15
56,9
1,525
36,6
8,61
23,4
16,7
29,0
28,1
19,0
14,1
29,8
99,5 35,9
47,9
322
14,25
41,1
5,90
49,2
April
6,20
57,4
1,522
36,6
8,51
23,1
17,1
29,7 27,6
18,7
13,8
29,2 99,5
35,9
47,9
32,2
14,-
40,3
5,95
49,6
Mei

»
6,25
57,9
1,52
5

36,6
8,51 23,1
17,1
29,7
27,3
18,5 13,5
28,6
100,8
36,4
47,9 32,2
13,75
39,6
6,-
50,0
6,30
58,3
1,52
36,6 8,33
22,6
17,6
30,5 27,4
18,6 16,8
35,7 97,0
35,0
46,6
31,4
13,-
37,5
6,-
50,0
J
uni
«
uh
6,25
57,9
1,525
36,6 8,06
21,9
19,3
33,5
31,4
21,3
18,1
38,5
97,0
35,0
46,6
31,4
13,-
37,5
6,-
50,0
Aug.
6,30 58,3
1,525
36,6
7,94
21,5
17,9
31,0
33,3
22,5
17,2
36,6
99,5
35,9
46,6
31,4
13,50
38,9
5,25
43,8
Sept.
.

»
6,35 58,8
1,54
36,9
7,81
21,2
18,0
31,2
32,3 21,9
17,8
37,8
99,5
35,9
49,1 33,1
14,50
41,8
5,35
44,6
Oct.

,,
7,80 72,2
1,95
46,8
10,27
27,9 23,0 39,9
42,0
28,5 21,9
46,5
121,0
43,7
61,1 41,1
19,25
.55,5
5,40
45,0
2 Nov.
7,70
71,3
1,93
46,3
10,25′)
27,8 22,4 38,8
42,9
5
)
29,2
21,45)
45,4
1

125,1

9)

45,1
66,3
0)

44,6
19,25
13

55,5
5,45
45,4
9

»

,,
7,70
71,3
1,94
46,6
10,212)
27,7
22,8 39,5 44,0
6
)
29,8
21,5
0
)
45,6
1

129,5
10
)
46,7
69,9
11
)
47,0
.
5,45 45,4
16

»

»
7,70
71,3
1,92
5

46,2
10,17
3
)
27,6
22,7
39,5
42,0
7
)
28,5 21,4
7
)
45,4
/

134,7″)
48,6

76,3″)
51,3
5,45
45,4
23

,,
7,70 71,3
1,92 46,1
10,13
4
)
27,5
22,4
38,8
44,6
8
)
30,2 21,3
8
)
45,2
1

136,312)
49,2
80,9
12
)
54,4
5,45
45,4
30

»

»
7,65 70,8
1,915
46,0
22,9 39,7
. .
5,45
45,4
1)7
Nov.
2)13
Nov.
3)
20Nov.
4
)28
Nov.
5)
4Nov.
6
)11 Nov.
2)18
Nov.
8)25 Nov.
0)5
Nov.
10)
12Nov.
51)
19Nov.
12)
26Nov.
13)
17 Nov.
14)
10Nov.
15)
lndexcijfers op
wdbasis resp. 37,9 en 34.1.
10)
Op goudbasis 38.8 en
34,1.
17)
Op goudbasis 39,1 en 34,5.
18)
Op goudbasis 39,8 en
34,8.
10)
Op goudbasis 40,0 en 34,7.

2
December 1936

ECONOMISCH-STATISTISCHEBERICHTEN

885

N
GROOTHANDELSPRIJZEN
1)

ZUIVEL EN EIEREN
METALEN

BOTER
SOTER

Eer
EIEREN
KOPER
LOOD
:

TI
iJZER
GIETERIJ-
ZINK
GOUD ZILVER
per kg
I-I•ffi
Alkmaar
Gem. not.
Standaard
Loco rizen Loco rizen
IJZER
Locoprijzen
cash
cash
Leeuwar-
Crisis

Fabrieks-
Elermijn Locoprijzen
Lodn

Londn
No 3 f o
(Lux III) p.
Londen
Londen
Londen per
derCornm.
Zuivel-
kaas
Roermond
Londen
per Eng ton
per Eng.ton
Middlesb.
Eng. t. f.o.b.
per
per ounce Standard Noteering
Centr.
p. 100 St.
per Eng. ton per Eng.ton
Antwerpen
Eng. ton
line
Ounce

f
Oj
f
f
0
1
f
Oj
f

Qj
f

0
1e
/
S
°Io
f

0
1
f

°Jo
f

%
f

%
f

Oj
1925
2,31
100,0

56,-
100,0
918
100,0
751,00
100,0
440,75
100,0
3168,50
100,0
44,25
100,0
40,50
100,0
437,75
100,0
51,75

100,0 162,00
100,0 1926
1,98
85,7

43,15
77,1
8,15 88,8
702,50
93,5 376,00
85,3
3519,50
111,1
52,25
118,5
41,50
102,5
413,00
94,3 51,75

100,0
144,50
89,3
1927
2,03
87,9

43,30 77,3
7,96
86,7
674,00
89,7 292,75
66,4 3511,50
110,8
44,25
100,0
39,00
96,3 344,75
78,8
51,75

100,0
134,75
83,3
1928
2,11
91,3

48,05 85,8
7,99 87,0
772,00
102,8
.
254,75 57,8
2749,75
86,8
40,00
90,4.
38,00
93,5 305,75
69,9 51,75

100,0
131,25
81,1
1929
2,05
88,7

45,40
81,1 8,11
88,3
916,00
121,9
281,25
63,8
2465,75
77,8
42,75
96,6
41,50
102,6
301,00
68,8
51,75

100,0
123,25
76,2
1930
1,66
71,9

38,45 68,7
6,72 73,2
661,25
88,0
218,75 49,6
1721,25
54,3
40,50
91,8
36,00
88,8
204,00 46,6 51,75

100,0
89,75
55,4
1931
1,34
58,0

31,30
569
5,35 58,3
438,75 58,4
145,75
33,1
1331,50
42,0
33,25
75,3
28,75
70,9
139,50
31,9
51,75

100,0
67,50
41,6
1932
0,94
40,7

22,70
40,5
4,14
45,1
276,50
36,8
104,00
23,6
1175,00
37,1
25,50
57,5
22,50
55,2
118,50
27,1
51,75

100,0
65,00
40,1
1933
0,61
26,4
0,96
20,20
36,1 3,71
40,4
267,75
35,6
95,25
21,6
1596,00 50,4
24,75
56,2
21,25
52,2
128,55
29,4
51,75

100,0
62,25
385
1934
0,45
19,5
1,-
18,70
33,4 3,45
37,6
226,50
30,2
82,00
18,6
1718,00
54,2
24,25
54,8
20,25
50,1
102,25
23,4
51,75

100,0
65,75
40,7
.,

1935
049
21,2
0,99
14,85
26,5
3,20 34,9
230,75
30,7
103,75
23,5
1631,50
51,5
24,00
54,1
20,25
50,2
102,75
23,5
51,75

100,0
89,25
55,1

Jan.’35
0,58
251
0,90
14,95
26,7
3,12
5

34,0
205,00 27,3
75,75
17,2
1676,50
52,9
24,00
54,1
20,75
51,5
88,75
20,4
51,75

100,0
74,25
45,9
1

Peb. ,,
0,52 22,5
0,95
14,375
25,7
3,20 34,9
196,00
26,1
75,00
17,0
1650,50
52,1
24,00
54,1
20,75
51,5
86,75
19,8
51,75

100,0
74,75
46,1
Mrt.
0.37
16.0
1
,02
5

1 3 30
23,8
2,74 29,8
198,50
26,4
77,25
175
1503,75
47,5
23,00
52,1
20,50
50,4
84,75
19,4
51,75

100,0
79,50
49,0
Apr.
,
0,37
16,0 1,08
11,50
20,5
2,31
6

25,2
222,75
29,6
88,00
20,0
1585,50
50,0
23,25
52,7
38,25
50,0
91,25
20,9 51,75

100,0
91,75
56,6
.
Mei
0,34
14,7 1,10 11,85
21,2 2,38
5

26,0
242,00
32,2
100,75
22,9
1636,75
51,7
23,50
53,4
20,25
50,0
106,25
24,3 51,75

100,0 100,75
62,3
0,41 17,7
1,-
11,95
21,3
2,415
26,3 227,50
30,3
103,75
23,5
1649,00
52,0
24,00
54,1
20,25
50,0
103,50
23,6
51,75

100,0
99,00
61,1
j
uni
uli
0,44
19.0
1,-
12,37
5

22,1
2,54
27,7
223,75
29,8
104,75
23,7
1701,00
53,7
24,00
54,1
20,25
50,0
102,75
23,5
51,75

100,0
92,25
57,0
Aug.
0,46
19,9
1,07
5

15,10
270
3,31
5

36,1
239,00 31,8
115,50
26,2
1641,00
51,8
24,25
54,8
20,25
50,0
108,00
24,7
51,75

100,0
90,00
55,6
Sept.,,
0,58
25,1
0,97
20,25
362
3,16
34,4 248,25
33,1
117,75
26,7
1636,25
51,6
24,00
54,1
20,25
50,0
113,75
26,0
51,75

100,0
88,50
54,7

Oct.
0,65
28,1
0,89
19,89
5

35,5
3,95
43,0
256,25
34,1
135,00
30,6
1656,25
52,3 24,00
54,1
20,25
50,0
121,25
27,7
51,75

100,0
88,75
54,9
Nov.
0,59
25,5
0,94
16,90
30,2
4,69
51,1
255,50
34,0
130,50
29,6
1641,75
51,8
24,50 55,5
20,25
50,0
118,50
27,1
51,75

100,0
88,50
54.7
Dec.

0,57 24,7
0,95
15,80
28,2
4,60
.
50,1
255,50
34,0
121,25
27,5
1597,50
50,4
24,75 56,2
20,25
50,0
110,00
25,2
51,75

100,0
77,25
47,7

Ian.’360,57
247
0,95
1680
300
4,04
44,0
252,00
33,5
112,50
25,5
1516,50
48,0 24,75
56,2
20,25
50,0
106,25
24,3
51,75

100,0
60,50
37,4
leb.
061
264
0,92
5

17376
31,0
3,375

36,8
256,25
34,1
116,75
26,5
1493,50
47,1
24,75
56,2
20,25
50,0
111,00
25,4
51,75

100,0
60,25
37,2
Mrt.
046
19,9
1,04
17,70
31,6
2,69 29,3
261,75
34,8
120,75
27,3
1544,25
48,7
24,75
56,2
20,25
50,0
116,75
26,7
51,75

100,0
59,50
36,8
Apr.
0,44
190
1,02
6
16,82
5

30,0
2,49
27,1
269,50
35,9
117,25
26,6
1522,75
48,1
24,75
56,2
20,25
50,0
110,75
25,3
51,75

100,0
61,00
37,7
Mei
0,47
20,3
0,99
18,75
33,5
2,52
27,5 270,25 36,0
114,75
26,0
1495,50
47,2
25,00
56,8
20,25
50,0
108,00 24,7
51,75

100,0
62,25
38,5
luni
0,57
24,7
0,89
20,20
36,1
2,69
29,3
268,50 35,8
110,50
25,1
1358,25
42.9
25,00
.56,8
20,25
50,0
105,50
24,1
51,75

100,0
60,75
37,5
)uIi
060
26,0
0,8U
19,35
1

34,6
2,91
31,7
275,25 36,6
117,75
26,7
1382,00
43,6
27,00
61,0
20,25
50,0
101,00
23,1
51,75

100,0
60,50
37,4
Aug.
062 268
0,80
17,8fl
31,9
3,31
5

36,1
282,50 37,6
123,75
28,1
1358,75
42,9
27,00
61,0 20,25
1

50,0
101,00
23,1
51,75

100,0
59,75
37,0
Sep.,
10,58
25,1
0,79
16,25
1

29,0
3,63
39,5 289,75
38,6
134,50
30,5
1459,00
46,0
27,25
61,6
20;25
1

50,0
104,25
23,8
51,75

100,0
60,75
37,5
:
Oct.
0 63
27
3

0,77
5

17,55
31 3
4,85
52,8 374,75
49,9
169,00
38,3
1847,75
58,3 33,50
75,7
26,00
64,2
135,00
30,8
65,25

126,0
75,75
46,8
2 Nov. 067
10

29,0
0,80
16,25
6
)
29,0
550
59,9
392,75
52,3
174,50
39,6
1883,50
59,4
33,00 74,6 25,50
63,0
145,25
33,2
64,50

124,6
75,50
46,6
9
0,73
11

31,6
0,80
16,25
14

29,0 5,50
59,9 402,75
53,6
194,75
44,2
2183,25
68,9 33,25
75,1
25,75
63,6
149,75
34,2
64,75

125,1
82,75
51,1
16
07112
367 075
I6,-
8
)
286
5-
54,5
393,25
52,4
187,50
42;5
2122,50
67,0 33,00 74,6 25,50
63,0
144,75
33,1
64,50

124,6
80,00
49,4
3
070
13

363
075
15,75′
28 1
4,75
51,7
402,25
53,6
213,50
48,4
2092,50
66,0 33,00
74,6
25,50
63,0
153,75
35,1
64,25

124,2
79,50
49,1
30

,,

,,
0,80
5,-

54,5
397,25
52,9
210,75
47,8
2116,50
66,8
33,00
74,6 25,50
63,0
151,50
34,6
64,- 1123,7
1
79,00
48,8
iSept. 193279
K.G.
La Piata;
van 26
Sept.
1932 tot
5 Febr.
1934
Manitoba
No.
2; van
5 Febr. 1934
tot 6Juli1936
80kg.
La
Plata.
3)

Tot Jan.
1928
Western;
vanaf
Jan.
1928
t 2 Oct.
1933
No.
2 Canada.
4)
Tot
lan.
1928 Malting;
van Jan.
1928
tot 9
Febr. 1931
American
No. 2,
van 9
Febr. 1931
tot
23Mei1932
64165
K.G.
Zuid-Russische.
.-Russische.
S)

De jaren
1928
en 1929
broek
op Langendijk.
6)
6
Nov.
7) 14 Nov.
5)
20Nov.
9)
28Nov.
10)
5Nov.
U)

12Nov.
22)
19Nov.
13)
26 Nov.
14)
13Nov.
11)
27
Nov.
‘AN GROOTHANDELSPRIJZEN.

BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN

VURENHOUT
S T E E N E
N

CACAO
COPRA
KOFFIE
SUIKER
THEE
INDEXCUFER

Kolo-
Zweden!
binnenmuur

buitenmuur
OF. Accra
Ned.-lnd.
Robusta
Standaard
Ribbed Smoked
Witte kristal-
Afi. N.-l. theev.
per
.
m. s.
Locoprijzen
heets
suiker loco
dam gem. .pr.
Grond-
niale per

d

d
per

per
50kg c.i.f.
per 100kg Rotterdam
L

d
R’damlA’dam
Java- en Suma-
stoffen
ro-
1000 stuks

1000 stuks
Nederland
Amsterdam
per
ij

kg.
°’er

en
per 100 kg.
trathee p. ‘( kg.
dicten

f
OJQ
f
‘lo
/
0
(0
f
0j
/
0/
cts.
01
f0
01
f
°!o
cts.
0
/0
1925
159,75

100,0
15,50

100,0
19,-
100,0
25,71
100,0
35,87
1

100,0
61,375
100,0
1,80
100,0
.18,75
100,0
84,5
100,0
100.0 100.0
1926
153,50
96,1
15,75

101,6 19,50
.
102,6
29,65
115,3
34,-
94,8
55,375
90,2
1,21
67,4
17,50
93,3
94,25
111,5
86.0
102.6
1921
160,50

100,5 14,50
93,5
18,50
97,4
41,14
160,0
32,62
5

90,9
46,875
76,4
0,93
51,6
19,12
5

102,0
82,75 97,9
87.5
109.1
1928
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
34,64
134,9
31,87
5

88,9
49,625
80,9
0,54
30,2
150
84,5
75,25
89,1
84.6 97.4
1929 146,00
91,4
14,-
90,3
21,25
111,8
27,73
107,9
27,375
76,3
50,75
82,7
0,52
28,8
13,-
69,3
69,25 82,0
81.9
85.5
1930
141,50
88,6
12,50
80,6
20,75
109,2
21,12
82,2
22,621
63,1
32
52,1
0,30
16,5
9,60 51,2
60,75 71,8
66.0
84.3
1931
110,75
69,3
10,25

:66,1
20,25
106,6
13,56
52,8
15,375
42,9
25
40,7
0,15
8,4
8,-
42,7
42,50 50,3
46.8
46.6
1932
69,00
43,2
9,25
59,7
15,-
78,9
11,80
45,9
13,-
36,2
24
39,1
0,09
4,9
6,32
5

33,7
28,25
33,4
36.1
38.0
1933
73,50
46,0
10,-
64,5
12,75
67,1
9,28 36,0
9,30
25,9
21,10
34,2
0,11
6,3
5,52
1

29,5
32,75
38,7
35.2
34.1
1934
76,50
47,9
8,50
54,8
10,50
55,3
8,17 31,8
6,90
19,2
16,80
27,4
0,20
10,9
4,070
21,7
40
47,3
34.4
32.1
1935
59,50
37,2
7,25 46,8
8,75
46,1
8,12
31,6
9,15
25,6
14,10
23,0 0,18
10,0
3,85 20,5
34,50 40,8
33.6
29.0

Jan.’35
66,00
41,3
7,25 46,8 8,50
44,7 8,52
33,1
8,775
24,5
16
26,1
0,20
10,9
350
18,7
33,75
39,9
329
29.5
Peb.
66,00
41,3
6,75 43,5 8,25 43,4
8,57
33,3
9,371

26,1
15,625
.25,5
0,19
10,5
3,45
18,4
32
37,9
32.4
28.9
Mrt.
59,00
36,9
7,-
45,2 8,25
43,4 8,02 31,2
8,57
5

23,9
14,625
23,8
0,16
9,1
3,55
18,9
29
34,3
30.9
27.4
‘Apr..
60,00
37,6
7,-
45,2 8,25 43,4
8,17 31,8
9,15
25,6
14,50
23,6
0,17
9,5
4,15
22,1
31,25 37,0
32.1
29.5
Mei
,,
57,50
36,0
7,-
45,2
8,25
43,4 8,07 31,4
9,50
26,5
14,125
23,0
0,18
10,0
4,20
22,4
32,75 38,8
33.3
28.6
Juni

57,50
36,0 7,25
46,8
9,-
47,4
8,02
31,2
9,07e’
25,3
13,875
22,6
0,18
10,0
3,87
5

20,7
30,25 35,8
33.2
21.8
juli
57,50
36,0
7,25. 46,8
8,75
46,1
7,97
.31,0
8,-
22,3
13,50
22,0
0,18.
10,0
3,575

19,1
30,75 36,4
33.4
27.1
Aug.,,
58,25
36,5
7,-
45,2
9,25
48,7
7,92
30,8
8,07
5

22,5
13,50
22,0
0,18
10,0
3,525
18,8
32,50
38,5
83.7
27.4
Sept.,,
57,75
36,2
7,-
45,2
9,-
47,4
8,12
31,6
8,47
5

23,6
13,50
22,0
0,17

.
9,5
3,72
5

19,9
36
42,6
34.2
28.8
1

Oct.
56,50
35,4 7,25 46,8 9,25
48,7
8,12
31,6
9,975

27,8
13,50
22,0
0,19
10,5
4,220
22,5
46,25
54,7
35.5
31.9
Nov.,,
57,75 36,2 7,25
46,8
8,75
46,1
8,02
31,2
10,325
28,8
13,50
22,0
0,19
10,5
4,10
21,9
39,50
46,7
35.8
31.1
Dec.,,
58,00
36,3
7,50 48,4
9,50 50,0
8,17
31,8
10,45 29,1
13
21,2
0,20
10,9
4,20
22,4
39,50
46,7
35.4
30.4

Jan.’36
63,00
39,4
8,25 53,2
10,-
52,6
8,47
32,9
11,12
1

31,0
13
21,2
0,21
.
11,6
4,320
23,1
39,50
46,7
35.5
30.8
Feb.
,
63,00 39,4
8,-
51,6 9,50 50,0
8,62
33,5
10.621
29,6
13
21,2
0,22
12,3
4,125
21,3
38,50
45,5
35.6
30.6
Mrt.
,,
64,25
40,2
8,-
51,6
10,25
54,0
8,47
32,9
9,175
27,2
13
21,2
0,23
12,6
3,92
5

20,9 31,25
44,1
35.8 29.9
Apr.
,,
65,00
40,7
8,-
51,8
10,25
54,0
8,67
33,1 9,721
27,1
.13
21,2
0,23
12,6
3,975
21,2
36,50
43,2
35.6 29.8
Mei
,,
65,00
40,7
8,-
51,6
10,25
54,0 9,23
35,9
9,525
26,6
13
21,2
0,23
12,6
3,65
19,5
37
43,8
35.2 29.9
,,
68,00
42,6
7,75
50,0
10,-
52,6
10,34
40,2
9,90
27,6
13
21,2
0,23
12,6
3,85
20,5
36,50
43,2
35.3
31.0
j
uni
uli

71,25
44,6
7,

.45,2
9,25
48,7
10,34
40,2
10,475
29,2
13,12
1

21,4
0,24
13,3
3,70
19,7
36,25
42,9
35.9
31.1
Aug.,,
73,25,
45,9
6,50
41,9
9,-
47,4
10,89
42,4
10,825
30,2
13
21,2
0,23
13,0
3,55
18,9
36,75
43,5
36.2
31.1
Sep.
,,
79,00
49,5
7,-
45,2
9,-
47,4
12,30
47,8
11,271
31,4
13
21,2
.

0,24
13,3
3,475
18,5
37,50
44,4
37.2 32.6
Oct.

107,00
67,0
7,25 46,8
9,

47,4
17,24
67,1
13,87
5

38,7
14,87
5

24,2
0,30
16,7
4,475

23,9
46,50
55,0
47.0 40.9
2Nov.,
106,00
66,4

17,45
14

67,8
14,50
40,4
15
24,4
0,31
17,2
4,625
24,7
48,50
10
)
57,4
41.6
16
)
43.1
15
)
9

,,

,,
106,00
66,4
15,25
42,5
15
24,4
0,32
17,8
475
25,3
49.316) 43.316)
16

,,

,,
106,00
66,4
16,25
45,3
15

.
24,4
0,33

.
18,3
4,50
24,0
49.317)
43.417)
106,00
66,4
.

.
.
16,876
47,0
15,50
25,3
.
0,33
18,3
4,62
5

24,7
50.0
1
9)
43.822)
30

,,

,,
106,00 1
66,4
17,75
49,5
15,50
25,3
.,

0,33
18,3
4,375

23,3
.
50.110)
43.519)

) De tegenovaarde in guldens, van de £ en
$
noteeringen, berekend tègen den wisselkoers van den dag. (Zie E.-S. B. van 7 Oct. 1936, bis. 733).

886

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

2 December 1936

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 30 November 1036.

Activa.
Binnenl.Wis-(Hfdbk.
f

20.134.304,19
sels,Prom..Bijbnk. ,,

279.371,66
enz.indisc.Ag.sch. ,,

2.085.471,31
22.499.147,16
Papier o. h. Buiten!, in disconto

……,,

Idem eigen portef.

f

2.268.000,-
Af:Verkochtmaar voor
.
debk.nognietafgel.


2.268.000,-
Beleeningen

IHfdbk

f
272.555.027,831)
mci. vrsch.,Bbflk
,,

7.412.542,95
in rek..crt.tAgsch
,,

34.184.639,17
op onderp.J

f
314.152.209,95

Op Effecten
…..f
309.217.062,35
1
)
Op Goederen en Spec. ,,

4.935.147,60
314.152.209,951)
Voorschotten a. h. Rijk

…………..,,

v1unt, Goud
……f
124.106.845,-
Muntmat., Goud ..

445.788.032,87

f
569.894.877,87
Munt, Zilver, enz.

,,

19.074.918,95
Muntmat., Zilver.
.
,,


588.969.796,822)
Belegging van kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

……………………
39.509.214,13
Gebouwen en Meub. der Bank

……..
4.600.000,-
Diverse rekeningen ………………,,
5.281.609,83
Staatd. Nederl. (Wetv.27/5
1
’32, S. No. 221) ,, 11.958.329,12

f
989.238.307,01
Pa8eiva.
Kapitaal
………………………f
.
20.000.00 0,-
Reservefonds ………………… ….,,
3.105.769,04
Bijzondere

reserve

………………,,
6.300.000,-
Pensioenfonds

………………….,,
10.282.544,89
Bankbiljetten in omloop …………..

,,
805.592.580,-
Bankassignatiën in omloop

……….,,
87.735,97
Rek.-Cour.
f
Het Rijk
f

31.386.130,03
saldo’s:

Anderen,,109.818.455,04
141.204.585,07
Diverse

rekeningen ………………

..
2.665.092,04

f
989.238.30T,01
Beschikbaar metaalsaldo

………….f

211.151.612,45
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is
Schatkistpapier, rechtstreeks bij de Bank
527.879.031,_

ondergebracht

………………..,,

1)
Waarvan aan Nederlandsch-lndjë
(Wet van 15Maart 1933, Staatsblad No. 99)………..
f
68.518.450,-
9 Waarvan in het buitenland ………………………
.10.500.000,-
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Goud
Circulatie
Andere
opeischb.
schulden

Beschikb.
Metaal-
saldo

1

Dek-
kings
oerc.
Munt
IMuntmat.

30 Nov.

3611241061
445.788
805.5931141.2921
211,152
160 23

,,

‘3611241071
445.788
1
773.9721154.622

219.325
63,5
25
Juli’
14
1
65
.7031
_96.410

_
31
0.4371
6.198
j
43.521
54

Data
1

Totaal
1

bedrag,
1 Schatkist-
1
promessen Belee-
Papier
op het
Diverse
reke-
Idisconto_slrechtstreeksl
buiten!.
ningen
1
)

30 Nov. 19361

2.499

1
314.152:

2.268

5.282
23

,,

19361

22.171
1

1
295.148

2.268

5.437
25 Juli

1914
1

67.947
1

61.686

20.188

509
9 Onder de activa.

JAVASCHEBANK.

Andere
Beschikb.
Data
Goud
Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal-
schulden
saldo

28Nov.
362
)1
106.250
159.890 25.840
31.958
21

,,

’36
2
)
106.580
158.850
25.610
32.796

31 Oct. 1936
88.565

1

19.572
158.227
24.275
35.136
24

,,

1936
88.565 1

19.705
156.847
27.347 34.593

25 Juli1914
22.057

31.907
110.172
1

12.634
4.842

Data
Wissels,
buiten
Dis-
Belee-
Diverse
reke-

Dek-
kings-
N.-Ind.
conto’s
ningen
ningen
1)
percen-
betaalb.
tage

28Nov. ’36
2
)
2.640
.
750
15.920
57
21

,,

1
36
2
)
2.800
72.910
14.580
58

31 Oct. 1936
2.170
11.210
59
10.438

1
53.822
24

,,

1936
2.234
10.272
1
55.768
10.853
59

25Juli1914
6.395
7.259

1
75.541
2.228
44
1)
Sluitpost activa.
2)
Cijfers
telegrafisch
ontvangen.

BANK VAN ENGELAND.

___
1
Bankbilj.

1
Bankbilj.
I

OtherSecurities Dato
Metaal
1

in

__
unBankingl
1
circulatie

1
Departm.

Disc.andisedurities
_
1
Advances

25 Nov. 1936
249.367
1
445.567

1

63.093
1

6.803
1

20.408
18

,,

1936
249.505

_______

1
444.905

63.755
7.395

21.685

22 Juli

1914
40.164
129.317
_33.633

1

00v.
1

Public
OtherDeposits
1 1
Dek-
Dato
Sec.
Depos.
Other
Bankers IAccoun
Reservel
kin
es-
ts
1
perc.’)

25’Nov.’36
1
78.160
12.055
1

97.60441.694

163.800142,1
18

,,.

’36
1
78.973
1

14.116
96.083

44.675
1
64.6001
41,7

22 Juli ’14
11.005
14.736
42.185
1
29
.
29
71
52
,v.iI,JUu,L,g tII3çlLclL fl.CaCIVC CII UCpubIIS.
BANK VAN FRANKRIJK.

Data
Goud
Zilverl
Te goed
in h t
buite
e
nl
i

Wis

1
Waarv.l

op
het
1
.

1
Belee-
IRenteloos
voorschot
sels

1
buitenl.I
ningen Iv.d. Staat

20Nov.’36
64.359
53
1
9.438
1.461
5.178 3.200
13

,,

’36
64.359
537
6
1
8.808
1.459
5.587
3.200

23 Juli’14
4.104
640

1
1.541
8
769

Bons
v.
d.I
Diver-

Rekg.Courant
Data
zelfst.
amort. P.
sen
1)
Circulatie
1
Zelfst.
1

Parti-
Staat
[amortkiculieren

2
ONov.’
3
61
5.640 2.580 85.759
1

322
1

1.894
112.562
13

,,

’36)
5.640
2.646
86.275
1

1.139
1

1.879
110.920

23 Juli ‘
14
1
– –
5.912
]

401

1

943
.IUILJOSL
DUITSCHE RIJKSBANK.
Daarvan
1

Deviezen
Andere
Data
Goud
bij bui-

1
als goud-
wissels
Belee-
tenl. drc.
1
dekking
en
ningen
banken
9
1
geldende
cheques

23
Nov.
1936
1
65,6 28,3 5,2
4,354,2
33,4
14

,,

1936
1
65,5
282
5,3
4.531,8
28,7

30 Juli

1914
1.358,9


750,9
50,2

Data Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.-
Diverse
ten
Activa’)
latie
Crt.
Passiva

23 Nov. 1936
219,1 875,6
4.247,7
712,6
278,7
14

,,

1936
219,1
610,0 4.411,3
622,3
274,2

30 Juli

1914
330,8
.

200,4
1.890,9
944,-
40,0
‘)
vJHuciast•
‘1 W.Q. ,çen,enoanKscneine si, i’4 1Nov. resp. ‘ii, jq mlii.
NATIONALEBANK
VANBELGIE(inBelga’a).

Goud

Rekg. Crt.

1
Data
..,,.,
.2
1936
.2
,
,
.

Is

0

28
Nov.
13.717
1

57
11.3671
66 157
40.
4.446
34
916
19

,,
1

56
1.3581
69
157
40
4.449
38
890

FWEKAL RESLRVE BANK.S.
Goudvoorraad
Wissels

Data
,,Other
1

Goud-
In hei’-
In de
i
t
r
a
:
.

certifi-
cash”
2)
disc.
v.
d.
1
open
caten’)
member
1
markt
banks
1
gekocht

18Nov.’36’
8.743,4
1

8.730,8
1

258,9
1

5,2

1
3,1
10
,,’361
8.738,2
1
8.726,3 243,8
6,9

_
3,1

Belegd
1
1
Totaal
1
Gestort
1
Goud-
1

Dek-
1
Afrem.
1

lYek-
Data
in
U. S.
1
Qov.Sec.
J
incircul
IKapitaal
1kings-
1kings-
_
1
perc.a)

1

perc.4)
___________
18Nov.’36’
2.430,2
1
4.134,3
1
7.097,7
1

130,2

1
80,1

10

,,


36
1
2.430,2
14.143,0
7.070,4
1

130,2
80,1

‘)
uczV
eertI,icateri wcrucii uuor UC OCL1ULKiSL ddll ue
neserve
DanKen
gegeven voor de overname van het goud, toen de $ op 31Jan.
1
34 van
100 op 59.06 cents werd gedevalueerd.
1) ,Other Cash” does not include Federal Reserve Notes or a Bank’s
own Federal Reserve
bank
notes.
3) VerhoudIng totalen goudvoorraad tegenover opelschbare
schulden: F. R. Notes en netto deposito.
4)
Verhouding
totalen
voorraad muntmaterlaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.
PARTiCULIERE bANKEN AANGESLOTEN BIJ HET FED. RES. STELSEL.

I
Aantal
Dis-
1

cont”s
1
I

Beleg-

Reserv
1

bil de
1 1

Totaal
Waarvan
Data
en
I
gingen
1

F’
R.
1

depo-
i

time
Ileening.I
heleen.
1
banks
sita’s
1
1
deposits

10Nov.’36’

1

8.764
113.724
15.462

1
27.687
1

5.022
4

,,

’36

8.725
13.721
5.324
27.514
1

5.042
00
IIUS0ll
VOI 00 WWOU. fl05Ifl II 000000iI•0 001fl Cli

0011fl Ul
land zijn In duizenden, alle overige polten in millioenen van de be.
treffende valuta.

. –

Auteur