22 JULI
1936
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Economisch~Stati*sti*sche’
Beri*chten
ALGEMEEN WEEKBLAD
VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART
UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT
21E JAARGANO
WOENSDAG 22 JULI 1936
No. 1073
ROTTERDAM, 20 JULI.
Het ‘gerucht, ‘dat Engeland bereid zou zijn aan
Duitschlan’d een’ige territoriale concessies te doen in
ruil voor Europeesdhe garanties,
zal
‘in Engeland wel
pro’test uitlokken, mede gezien de ‘herhaalde regee-
rin’g’sveiklarin’gen, ‘dat geen koloniale tra’nsa&ties zou-
den plaats vinden, al ‘gaan er ook andere stemmen op,
z’ooals van Lord Lo-t’hian, die in een’ rede te Londen
een bijdrage van alle koloniale mogen’dheden aan
Dixitschlan’d bepleitte en van Minister Pirow in Pre-
toria, die veel consideratie met de Dui’tsche eisdhen
toonde. Duitscihiand zal weer bemerken’ hoeveel prijs er ‘op ‘zijn medewerking wordt gesteld en zal zich du’s
‘oii’ge’tvijfe1id strak ‘houden. Het feit evenwel, dat daar
onlangs een Rij kshond voor Koloniën is opgericht om
de ‘gedachte aan ‘k’oloniën hij he’t Du’i’ts’che volk wak-
ker te houden, welk doel ook op andere vijzen wordt nagestreefd (wij’ wijzen om. op een serie plaatjes, in
‘sigaretten verpakt, betrekking ‘hebbende ‘op ‘de ,,Duit-
•sc)he kol’oniën”), dodt aan deze zijde toch principieele
waardeering •voor dergelijke tegemoetkomingen ‘ver-
wachten.
Nu Italië geen koloniale e’isdhen meer heeft, zal
het zich op verbetering ‘van ‘de economische betrek-kingen toeleggen, ‘want de ontwikkeling van den ex-
port wordt het eeiai’ge middel genoemd, waardoor het zidh weer financieel zal kunnen herstellen en hiervoor
is uiteraard ‘meerdere politieke rust noodzakelijk. In
dit liclht valt ook te “begrijpen, dat het zich, nu ‘de
sancties ten einde zijn, sans rancune aan herstel van
de ‘han’del’ebetrekkinigen wil wijden, en reeds eenige
orders in Engeland plaatste. Ook een Nederlim’dshe
vertegenwoordiging ‘is naar Italië vertrokken. Even-
als ‘de handelsmissie, welke naar Zuid-Amerika zal
vertrekken, een teeken. ‘dat ons land ‘zich krachtig op
veiigrooting van ‘d’en export toelegt.
De uitvoer van Java en Madoera blijkt over het
eerste halfjaar 1936 naar hoeveel’heird te zijn gedaald,
doch naar ‘waarde te zijn gestegen. Men kan ‘hierin
een ‘bewijs zien van ‘de tendes tot prijsstijging, welke
op ‘het oogen’bli’k op ‘de wereldmarkt zichtbaar is en
welke voor ‘sommige producten ‘d’oor de .groote ‘droogte
in de Vereenigde Staten wordt gestimuleerd. De ster-
ke daling van ‘de prijzen v’oor tuinibouwarti’kelen, ‘in
Nederland moet, volgens ideskundige verklaring, ge-
weten worden aan de onvoldoende betalingscon’tin-
genten voor on’ze ‘groenten naar Du’i’tschland. Ir. Louwes heeft de positie van ‘den Nederlan’dschen
landbouw geschilderd en er op gewezen, ‘dat ons land
er rekenin’g mee zal ‘hebben te houden, ‘dat ‘on’ze ruil-
gelegenheid voor agrarische producten naar onze
vroegere afnemers ‘zal ‘afnemen tengevolge van het
streven in ‘de meeste ‘landen ‘om den ibuitenlandschen
handel quan’titatief en financieel te controleeren. W’at
den vrij’han’del voor Nederland ‘beteekent, is ‘ook nog
een’s geschetst door Prof. Gerretson •in het tweede
‘deel van de ,,G-eschiedeni’s der
Koninklijke”,
als hij
erop wijst, dat wij allen aan den Nederlandschen wa-
Statistieken: ‘ terkant den vrijhan’de1sgeest in het bloed ‘hhben, al
Groothandeisprijzen
………………………….
….
546-547
‘heeft ‘,de jubileerende Sir Henry Deterding het
Geldkoersen-Wisselkoerscn-Baiikstaten
……………..
eenigsz’is gecorri’geerd en geordend.
COMMISSIE VAN REDACTiE:
P.
Lief tinck; N. J. Polak; J. Tinbergen; F. de Vries en
II. Al. El. A. van der Volk (Redacteur-Secretaris).
Assistent-Redacteur: L. R.
W.
Soutendijk.
Redactie-adres: Pieter de Uoochweg 122, Rctterdam.
A.angeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplartweq.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.
Advertenties voorpagina f 0,50 per regel. Andere pagi-
na’s f 0,40 per regel. Plaatsing bij abonnement volgens
tarief. Administratie van
abonnementen
en advertenties:
Nijgh 4 van Ditmar N.V., Uitgevers, Rôtteidam, Am-
sterdam, ‘s-Gravenhage. Postchë qua, en giro-rekening
No, 145192.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 16,—. A bonnements prijs Economisch-S tatis-
tisch Maandbericht f 5,— per jaar; Beide organen samen
f20,— per jaar. Buitenland en Koloniën resp. f 18,—,
f 6,— en f 23,— per jaar. Losse nummers 50 cent. Dona’
teurs en leden van het Nederlandsch’ E’cbnomisch Instituut
ontvangen
het weekblad en het Maandbericht gratis en
genieten een reductie op de verdere publicaties.
INHOUD.
HI?.
DE TOEKOMST VAN DE AROENT1JNSCH—NDERLANI)SCtiE
BETREKKINGEN
door
Dr. A. E. Bunge ……………534
Binnenscheepvaa.rtproblemen dooi-
J. P. B. Tissot ron
Patot
……………………………………
536
Een wet op de personeellondsen door
F. 0.; lAoogaard.. 538
De Rijksrniddelen over Juni
1936………………….539
BUITENLANDSGIIE MEDEWERKING:
De hervorming van de Bank van Frankrijk door
Dr. H. Weichrnann ………………………..40
AANTEEKENINGEN:
De coöperatieve beweging in Denmarken …….. 541
Schulden, goud en i ntei-nationale economische op-
leving………………………………….2
ONTVANGEN BOEKEN …………………………..
543
MAANDcIJFERS:
Overzicht van den stand der Rijksmiddelen ……..
544
534
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
22 Juli
1936
DE TOEKOMST VAN DE ARGENTIJNSCH-
NEDERLANDSCHE BETREKKINGEN.’)
De relaties met betrekking tot handel, financiën en
industrie tussehen Argentinië en Nederland zijn be-
langrijk, maar ongetwijfeld kunnen zij zich in de ‘toe-
kbms’t nog aanzienlijk ontwikkelen.
In
1934
heeft Nederland de tweede plaats ingeno-
men onder de koopers van Argentijusche producten.
Van den gdheelen Argentijnsohen uitvoer was in
1913 8.2
pOt. bestemd voor Nederland, in
1926 9.2
pOt. en in 1934 11.4 pOt. De volgende tabellen geven
de ‘absolute en relatieve waarde van den Aigentijn-
scihen uit- en ‘invoer ‘in deze jaren.
Uitvoer uit Argentinië.
Werkelijke waarde (in duizenden Pesos papier).
Landen van
1913
1926
1934
______________
bestemming
Waarde j %
Waarde
%
Waarde
j
Engelaind …. 293.807 24,9 452.345 25,1 553.476 38,5
Nederland
1)
108.730 9,2 147.488 8,2 163.794 11,4
België ……..79.896
6,8 135.632
7,5 141.209
9,8
.
Duitschland .
41.367 12,0 186.524 10,4 120.006 8,3
Ver. Staten
55.884 4,7 163.961 9,1
78.838 5,5
Frankrijk ….
92.068
7,8 104.382
5,8
77.949
5,4
Brazilië
59.336
5,0
67.834
3,8
61.173
4,3
Italië ……..48.913
4,1
77.057
4,3
60.678
4,2
Denemarken .
1.789 0,2
7.301 0,4
20.342 1,4
Noorwegen . . .
2.632 0,2
7.032 0,4
15.481
1,1
Alle landen •. .j
1
.
179.900
1
100,0
I
1.800
.
406
1
100,0
I
1
.
438
.
434
1
100,0
1)
Bij de cijfers over de jaren 1913 en 1926 van het Alg.
Dep. voor Statistiek is resp. 53.507.000 en 81.961.000 bij-gevoegd, zijnde 20 pCt. van de versohepingen ,,aan order”
gedurende die jaren en waarvan de statistiek geen defini-
tieve bestemming aangeeft. Dit percentage wordt afgeleid
uit de s.aar.neiningen, gedaan vanaf 1927 en die aantoo-
nen, dat, van alles wat ,,aan order” wordt verscheept, on-
geveer 20 pot. naar Nederiandsche havens gaat.
Invoer ‘in Argentinië.
Werkelijke waarde (in duizenden Pesos papier).
Landen van
1913
1926 1934
Waarde
%
______________
Waarde
%
Waarde
%
oorsprong
Engeland
. .
350.122
31,0
361.151
19,3
292.310
26,3
Ver. Staten
165.938
14,7
460.924
24,7
245.802
13,1
Duijtschland
. .
190.759
16,9
212.339
11,4
97.462
8,8
8,3
168.244
9,0
86.385
7,8
Brazilië
24.768
2,2
96.069
5,1
62.781
5,7
Italië
……..93.163
5,2
89.129
4,8
57.841
5,2
België
……..58.727
Frankrijk
.
..
.
101.853
14,2
137.710
7,4
53.148
4,8
Indië
1)
–
–
–
–
52.850
4,8
0,2
9,526
0,5
32.038
2,9
Spanje
33.142
5,1
43.618
2,3
26.561
2,4
Japan
……..2.323
Canada
4.419
0,4
18.673
1,0
15.823
1,4
Nederland
. . . 10.898
1,0
21.776
1,2
14.718
1,3
Alle landen ..
.
I
l.127.789
1
100,0
1
1.869.31 01
l
0
O
,0
j
1
.
109
.
932
1
100,0
) De getallen van 1913 en 1926 ‘betrettende
Indië
ver-
den in die jaren niet gespecificeerd.
Uit de percentages van Nederland
blijkt
‘de Argen-
tijnsche uitvoer naar Nederland den invoer uit Ne-
derlan’d sterk te ‘overtreffen. Bij ‘de Ibestujdeeririg van de handelsbalans van Ar
–
gentinië en Nederland moet men er rekening mede
houden, ‘dat ‘de Nederlan.dshe ‘havens invoer
1
havens
zijn voor ‘granen en vlas bestemd voor an’dere landen
van Europa. Hiervan een analyse te maken, zou voor
dezen arbeid te ver gaan; wij specificeeren dus voor
zoover de bel’angrijk’heid dit eiadh’t.
Bij
zulk een ana-
lyse is het van belang ‘de artikelen en producten
groepsgewijze te specificeeren, zooals men kan zien
‘in ‘de tabel, onderaan in ‘de volgende kolom.
Sinds
1910
is het saldo tussohen import en export
met de Nederlandsohe havens tea gunste van Argen-
tinië geweest, zooals men in •de volgende tabel ‘ziet.
1)
Het bezoek ‘van een Nederlandsche handelsmissie
aan Zuid-Amerika geeft dit artikel van de ‘hand van
Dr. A. E. Bunge, een van de meest bekwame economen
van Argentinië en leider van de ,,Revista de Economfa
Argentina”, een bijzondere actualiteit. Rad.
Argeutijnsehe handel met Nederland.
Werkelijke waarde (‘in duizenden Pesos papier).
Jaren Invoer
Uitvoer’)
Saldo ten voordeele van
Argentinië
1910
6.167
57.378
51.211
1911
7.471
31.954
24.483 1912
9.081
90.257
81.176
1913
10.898
108.730 97.832
1914
7.551
66.860
59.309
1915
6.061
109.701
103.640
1916
8.450
100.279
91.829
1917
5.152
26.080 20.928
1918
2.389 27.716 25.327
1919
4.838
183.624
178.786 1920
14.991
202.389
187.398
1921
16.551
134.130
117.579
1922
16.795
137.207
120.412
1923
28.146
155.627 127.481
1924
21.614
247.291
225.677
1925
27.491
176.822
149.331 1926
21.776
147.489 125.713
1927
23.552
253.374
229.822
1928
26.169 266.584
240.415
1929
31.239
209.064
177.825
1930
22.589
130.041
‘
107452
1931
14.406 154.125 139.719
1932
11.288 161.081
149.793
1933
11.504
107.975
96.471
1934
14.718
163.794 149.076
1)
Vanaf 1910-1926 worden aan de officieele cijfei
–
‘s
toegevoegd 20 pOt. van den totalen export ,,aan order”,
‘e1k bedrag men veronderstelt ‘in de Nederlandsche ‘havens
te zijn gelost. In genoemde jaren werd niet onderzocht
.,vat voor die havens was bestemd.
Argentijnsehe export naar Nederland (Pesos papier.)
Producten
1913 1926 1934
Levend vee
–
405 1.595
Bevroren
rundvleesoh.
311.059 3.082.882 354.757
Geconserveerd vleesch.
20.736
535.620
166.859
Vleesahmeel
–
147.382 207.114
356.332
4.215.525
739.009
Gezouten runderhuiden
128.491
2.345.891
1.367.091
129.716 2.530.059
1.812.359
858.264
1.531.839
1.833.516
Gewassehen wol
–
86
374.913
858.264 1.564.545 2.262.813
163.007
212.948 253.398
Vleesch
………………
163.007 314.773 254.576
4.873.966 9.113.152
2.257.691
lluiden
………………
Vuile
wol
…………….
Gezouten darmen
7.116
665.614 867.955
–
–
309.097
Talk en vet
………..
4.972.718
10.705.091 4.506.909
Kanen …………………
6.480.037 19.330.398
9.577.261
19.672.955 12.021.643
28.658.295
6.590.341 12.590.227
45.351.307
Wol
………………….
Caseïne
………………
8.080.007
12.692.730 54.948.600
211 elk product en ………..
8.646.784
1.170.636
2.450.520
379.614 2.348.561 12.198.728
Bij producten …………
Veehouderij
………….
614.525
1.630.116
2.029.116
Tarwe
……………..
Mais
………………
1.670
180.100
318.093
‘las
……………….
Eaver
……………..
43.994.121 42.634.013 146.133.249
erst
………………..
Rogge
……………….
818.914
523
Kanariezaad
……………
Granen
…………..
P’rod.
v. gemalen
tarwe.
178.405
1.083.498
131.679 Meel
……………..102.914
Zaad van zonne’bloemen
– –
703.950
Koeken v. olie’h. zeden
.
133.827
198.643
212.450
Oliehoudende zaden …
133.827
.
198.643 1.023.545
Andere landb.product.
.
11.445
301.446
723.390
Landbouwproducten
..
144.317.798
44.217.600 148.011.863
Quebracho-extract
32.353 1.720.477
4.820.775
16.273
159364
uebraaho-hou’t……..149.834
Boschproducten
200.636 1.754.150
5.017.091
Verscheidene
artikelen
419.195 225.150
1.187 991
Totaal
………….
.
51417666′,’)
65.527.298
‘)I
163.794.206
1)
Dit getal is uit het jaarboek 1913. Het cijfer is later
veranderd in 55.222.573.
‘) Deze •totaa.lcijfers, evenals de gedeeltelijke, sluiten
niet ‘in de versohepingen ,,aan order”, waarvan de defini-
tieve tastemm’i’ng niet is nagegaan. Wat hiertoe zou be-
hooren (20 pct. van het rtotaal der zendingen ,,aan order”
volgens het percentage van 1927 en 1934) ‘bedraagt onge-
veer 53.507.000 en 81.961.000 Pesos papier, welk bedrag
bijna geheel bij dat der
granen
moet worden gevoegd.
22 Juli 1936
.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
535
Argentijnshe export naar Nederland.
.
Jaar van vestiging
In Argentinië voor
(Hoeveelheden
in tonnen.)
.
Firma’s
productie of voor
Land van oor-
sprong
.
oprichting van
ett”e fabriek
Producten
1913 1926 1934
Rubberbaiuen
Bevroren rundvieesch
1.368
8.959
1.508
1934
Frankrijk
Geconserveerd vleesch
91
961
279
Good YeaT
1930
Ver. Staten
–
237
2.134
Michelin
………….
1930
Italië
Gezouten rundeihuiden
.
148
3.044
2.764
Pirelli
……………
Dunlop
…………..
1935
Engeland
1.002 1.333
1.590
Firestone
………….
1931
Ver. Staten
Vleesakmeel
………………..
Gew.asschen wol
–
_
331
ICunstzijde
Vuile
wol
………………
359 477
566
Du Pont (Duperial)
.
1935
Ver. Staten
Caseïne
………………..
Talk
en
vet
………….
13.612
–
21.442
9.486
Rhodiaseta
1933
Frankrijk
Gezouten darmen
63
1.277
966
Electr. Lampen
.Kanen
………………
–
–
2.900
1934
Nederland
Tarwe
………………
237.477 91.424
458.717
1934
Duitsohiand
125.832
214.170 813.358
Zeep en pa.rfnms
71.632
83.618
437.882
Florfrance
1935
Frankrijk
161.857
17.561
54.038 1927
Ver. Staten
Gerst.
……………….
6.897
32.378
242.602
1
9
34
Frankrijk
10.413
19.169
37.294
Elizabeth Arden
1935
Ver. Staten
Mais
………………..
15
…
1.193
2.786
Enoch Morgan’s
Sons
1932
Ver. Staten
Vlas
…………………
Haver
………………
810
4.234
6
1930
Frankrijk
Rogge
……………….
Zand van zonnebloemen
–
–
7.311
Colgate-P.almolive-Peet
1927
Ver. Staten
Kanariezaad
…………….
Meel
………………….
Koeken v. oliehoud. zac1ri
2.944
2.420
2.534
Dagget
y
Ra.msdell
1930
Ver. Staten
Quebraoho-extract
520
9.029
30.838
Philips
1)
………………
1930
Frankrijk
Quebracho-hout
……….
4.352
380
3.428
Osr.am
…………………
Perfumeria Gal
1928
Spanje
Chemische en phar-
–
.
Atkinson
……………..
Coty
…………………
macentisohe
prod.
Invoer vanuit Nederland
in
Argentinië.
Bourjois
………………
Millet
Roux
De Witt
y
Cia
1935
1929
Frankrijk
Engeland
(Tariefvaarde
in Pesos
papier.)
Guerlain
……………..
Carlos Erba
1934
Italië Fleisckman.n Aig. Inc
1934
Ver. Staten
Producten
1913
1
1926 1934
Schering (Kebbaun)
1930
1926
Duitschiand
Duitsehland
13.975
304.816
11.555
Merck
…………….
1928
Duitsehlanjd
Gepekelde of geperstevisch
70.286
292.818
195.564
Bayer
……………..
Johnson
&
Johnson
.
1931
Ver. Staten
Eetbare olie
…………….
351.361
373.816
4655 Lambart Pharmacal Co
1932
Ver. Staten
1.975.377
127.002
–
Parke Davii and Co
1926
Ver. Staeu
Voedingsprodiecten
2.729.375
1.326.591
414.222
Scott
&
Bowne Inc.
1934
Ver. Staten
243.802
320.414
39.809
Eno’s Fruit Salt
. . .
1932
Canada
280.911
324.139
39.927
WilIia.ms Ohemical Co
1925
Ver. Staten
513.755
286.736
118.125
Artikelen voor radio
Kaas
………………….
Gepelde
rijst
………….
573.320
333.864
en grammofoon
Sigaren
…………………
Spinsels (garens) v. kunst-
.
Brunswick
Radio
of
Tabak
…………………
Jenever
……………….
zijde voor weefgetouwen
–
938.859
7.121.541
Argentine Inc
1929
Ver. Staten
Dranken
……………….
Weefsels van wol
13.489
651.914
18.166
R. C. A. Viotor
1931
Ver. Staten
Weefsels van katoen
….
98.432
1.978.402 686.308
Fhe Argenbine Talkiug
1.351.205
377.682 999.966
Machine Works
1925
Nederland
Draad voor naaimachines
–
980.707 376.470
Spinnerijen en weve-
Katoenen
garens
………
Tecetiel producten
……….
1.794.302
5.719.961
9.476.155
verijen
608.066
147.382
–
Jantzen S.A. Textil .
1934
Ver. Staten
Chemische producten
.
7.344.302
1.862.507
1.021.627
Los
Tejidos
(Godde
38.111
562.673
711.225
Badin Mondon)
. . .
1930
Frankrijk
184.982
604.339
243.562
1935
Ver. Staten
467.905
1.750.657
1084.399
Sudamtex
………….
Voedingsproducten
314.484
128.143 41.166
Nestle
……………
1930
Zwitserland
Stearinekaarsen
………….
356.300 541.802
Foddy Argentina
1930
Ver. Staten
Schrjfpapier en ……….
El outsoort en
………….
346.268 1.222.725
1.217.515
Crosse
y
Blakweil
1930
Engeland
Karton
……………….
Pap-iersoorten
………….
Ijzer
………………..
198.345
333.316 144.060
Cement fabrieken
iJ zeren staven
………..38.711
74.536
233.927
74.536
233.927
228.681 228.681
Intern. Cement Corp.
1928
Ver. Staten
Steen
en aarde
………
564.795
731.061
505.437
Olie fabrieken
Metalen
………………
–
2.241.222
1.565.734
Anderson Clayiton
1935
Ver. Staten
Machines
……………..
–
333.389
–
Vermouth en alcoho.
Brandstoffen 102 2.574.611
1.565.734
lische dranken
Steenkolen
……………
Cokes
……………….
247.593
601.309
447.136
Olnaano
Cia
1922
Italië
Gloeilampen
…………..
Diverse
artikelen.
…….
570.182
1.758.784
1.769771
Bliksemaf leiders
..
__________
Cierre
relmpago
.
. . .
1931
Ver. Staten
Totaal
……………..
9.259.327 18.300.286
17.643.051
Ijskasten
1934
Canada
De beperkingen, die in de landen gesteld worden
Verf en Vernis
Good lass Wall and Co
1931
Engeland
voor producten van vreemde herkomst en andere rege-
Frigidaire
………….
Machines
lingen van verschi1lenden aard, hebbengemaakt,
dat in
1934
Italië
Argentinië fabrieken gevestigd
zijn door groote ex-
Nebiolo
……………
Liften
port-firma’s uit Engeland, Vereenigde Staten, Frank-
Otis
Elevator
1927
Ver. Staten
rijk, België en andere landen. Deze vestiging
die
i-
$igaretten en sigaren
geveer 15 jaar geleden is
begonnen, wordt telkenjare
The turkishtobacco Co
1930
Ver. Staten
belangrijker en is zeer sterk geweest in de
laatste
Gegalvanis. platen
Partridge Jones
1927
Engeland
5 jaren. Wij achten het van belang de firma’s
op te
Radeerstoffen
geven (zonder aanspraak
op volledigheid te
maken),
National Carbon Comp
1927
Ver. Staten
die fabrieken heben gevestigd in Argentinië,
alle
Lood gieteri
.
i
met bevredigende resultaten. Deze lijst, die
voor het
National Laad Company
1935
Ver. Staten
eerst gepubliceerd wordt zal binnenkort door
ons wor-
Potloodhouders
en
den aangevuld, met toevoeging van het kapitaal en
vulpotloodan
het aantal arbeiders.
Artcraft Pen Company
1935
Ver. Staten
1)
Binnenkort ook inrichtingen
voor radio.
536
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
22 Juli 1936
De ‘ontwikkeling van de industrie in Argentinië is
zeer groot geweest in cle laatste 5 jaren. Men schat
het aantal arbeiders, dat arbeid heeft gevonden in
de nieuwe fabrieken en door uitbreiding van reeds
bestaande fabrieken op meer dan 150.000 in den loop
van deze laatste 5 jaren. Dit is én van de geheimen
voor het ontbreken van werkloosheid in Argentinië.
Al deze fabrieken hebben haar eigen hinnen’laudsdhe
markt moeten veroveren, odie vroeger voorzien werd
vanuit het luitenland. Het aanwezig zijn ‘van grond-
‘stoffen ‘tegen lagen prijs en de matige bonen heb-
ben die pogingen begunstiig’d.
Er zijn nog vele mogelijkheden op dit gebied en
ongetwijfeld
7&1
deze gang van zaken nog langen tijd
voortduren, waarbij Argentinië, als een land voorua-melijk voor ‘landbouw en veeteelt, wordt omgezet in
een land van geheel verschillende productie, t’net groo-
tere capaciteit voor voorthrcuging cii minder bloot-
gesteld aan de uitwerking ‘van de algemeene crisis
in ‘den internationalen handel.
Er ‘zijn verscheidene omstandigheden, welke Ar-gentinië aantrekkelijk maken voor kapitaal en tech-
niek van landen, ‘die vigh uit Icunnen breiden: Argen-
tinië ‘heeft geen gre.ns’probiemen, noch voor ras, noeb
voor godsdienst; zijn nationale en provinciale balan-
seri zijn in evenwidht; Argentinië ‘voldoet stipt aan
zijn verplichtingen tegenover ‘het buitenland; het
heeft geen verkbooeheidspro[blemen; het had geen
beurscri’ses, noch sluiting ‘van banken, noch inflatie
van zijn munt, niet gedurende den wereldoorlog, noch
gedurende ‘deze algemeene crisis; liet ‘heeft een opper-
vlakte gelijk aan de ‘helft van Europa, en bezit ,,ko-loniale” (su’btropisehe) gebieden ‘binnen zijn, eigen
grenzen. Zijn 12.300.000 inwoners van Europeesdh
ras zijn ‘gr’ootendeels volwassenen als ‘gevolg van de
immigratie, en wier productieverm’o’gen en verbruik
daarom ‘gelijk staat ‘aan die van een bevolking van
16.000.000 inwoners.
Som’s is de snelheid van de ontwikkeling van een
volk belangrijker .dan de behaalde graad van ont-
wikkeling. Vanuit Idit stan’dpunt is Argentinië bij-
zonder belangrijk. Tachtig jaren geleden was ‘het het
armste land, en, met uitzondering van Uruguay, het
minst bev’olkte lan’d van Zuid-Amerika. Thans is het
het tweede wat de [bevolking betreft, en het eerste
wat aangaat de ‘blanke [bevolking van. ‘zuiver ras. De
12.300.000 inwoners vormen bijna de helft van de
zuivere Kaukasische ‘bevolking van Zuid-Amerika. En
wat ‘zijn economische capaciteit betreft, ‘overtreft Ar-
gentinië de overige negen Zuid-Amerikaansc’he staten
tezamen. Dit volgt uit eenige gevallen, ‘de eerste be-
trekkin’g hebbende ‘op eenige jaren geleden en de
laatste vier aangaande 1934 en. 1935, welke ‘hierna
volgen: Uitvoer:
Argentinië 50.10 püt. van het totaal; ‘cle
andere landen. samen 49.90 pOt.
Vervoer reizigers per spoor:
Argentinië 57 pOt.
van ‘het totaal; overige landen samen 43 pOt.
Goederenvervoer:
Argentinië 60 pOt.; overige lan-
den samen 40 pOt.
Posterijen:
Argentinië 60 pOt.; overige landen
40 pOt.
Telegrammen:
Argentinië 61 pOt.; overige landen
39 pOt.
Papier om te bedrukken.:
Argentinië 55 pOt.; one-
ri’ge landen 45 pOt.
Onderwijs:
Van de bedragen ‘besteed aan ‘onderwijs
‘in geheel Zuid-Amerika behoort iets meer dan ‘de
helft aan Argentinië.
Verbruik van petroleum en bijproducteri.:
Argen-
tinië 50.4 pOt.; overige landen 49.6 pOt.
Radio-apparaten:
Argentinië 66 pOt.; ‘overirge lan-
den 34 pOt.
Tele foontoestellen.:
Argentinië 49.6 pOt.; overige
landen 50.4 pOt.
Automotoren:
Argentinië 55 pOt.; overige landen
45 pOt.
Dr.
A.
E. BUNGC.
BINNENSCHEEPVAARTPROBLEMEN.
De nood in de binnenscheepvaart is sinds enkele jaren een verschijnsel, dat niet alleen de betroklie-
nen, maar ook de Overheid veel moeite en zorg geeft.
De oorzaken van dien nood – te icenschetsen als een disharmonie tnsschen bestaande capaciteit en de be-
hoefte daaraan – zijn bekend: eenerzijds een vermin-
dering van het goederenvervoer, anderzijds een ruime
uitbreiding der capaciteit door nieuwen aanbouw,
inotorisatie, betere sleepgebegenheid en terugvboeiing
van in het buitenland werkzame tonnage.
Evenmin behoeven wij in te gaan op de werking
van de wet nopens de evenredige vrachtverdeeling, die de ellende op dit gebied zou stuiten, maar zulks
niet vermocht te doen, o.a. omdat de Rijuvaartacte
haar arheidsveid aanmerkelijk reduceerde.
Het falen van deze wet is echter aanleiding ge-
“eest om naar andere, betere cii doeltreffender maat-
regelen ter verbetering van de toestanden in de bin-
nenvaart te zoelcen .,I)eze voorstellen trachtten de spanning tusschen potenti.ëele capaciteit en reëele
behoefte te verminderen, hetzij door vergrooting van
het vervoersvobue, hetzij door vermindering van de
capacitelt der binnen vloot.
A.
Voorstellen tot vergrooting van het vervoers-
volume.
Opheffing van de evenredige vrachtverdeeling.
Men overweegt hierbij, dat de E.V. de vrachtprijzen
verhoogd heeft, dat zij bij haar opheffing zouden
dalen en dat de binnenvaart beter aan de concurren-
tie der andere verkeersmiddelen liet hoofd zou Icun-
nen bieden. Toch zou opheffing der E.V. den nood
ii de binnenvaart-als-geheel o.i. slechts nijpender
maken, zoodat het geen aanbeveling verdient het
oude. stelsel af te schaffen, voordat men een nieuw
en beter systeem weet te Icunnen invoeren.
Inperking van het eigen vervoer.
In 1935 advi-
seerde het Nederlandsch Binnenvaartbureau tot eén
bijna algeheel verbod van dit soort van vervoer, zoo-
wel te water als te land, betoogende, dat aan het be-roepsvervoer – wil het zijn funct.i.e in het algemeen
belang duurzaam kunnen verrichten – een voldoende
clichtheid moet worden gelaten. :Dit voorstel is druk
besprolcen en ook op het jongste Binnenscheepvaart-congres van alle
zijden
belicht.
Een der heroepsvervoerders, de heer F. Balhuizen,
verdedigde een ‘vrij eigen vervoer aldus: ,,Indien de
heroepsvervoerders hun apparaat onmatig hebben ver-
gioot, lijkt het mij logischer en billijker, dat dit ap-
paraat zich afstemt op de werkelijk bestaande be-
lioefte dan dat zij, die zelf in hun behoefte aan ver-
voersgelegenheid wensehen te voldoen, worden ge-
dwongen die behoefte elders te dekken”. De, andere
prae-adviseur, Mr. L. Bouma, bepleitte daarentegen inperking van het eigen vervoer e.n een straf stelsel
van bepalingen daaromtrent.
Der argumentatie van het Binnenvaartbureau ont-
breekt niet alle klem, al ontneemt de critiek-Balhui-
zen o.i. haar wei de zenuw. Het zal immers – ook al aanvaardt men, dat in het algemeen belang een sur-plus-capaciteit in het beroepsvervoerapparaat wen-
scheljk is bjv. voor massa- of militair-vervoer – moei-
lijk zijn in ieder concreet geval vast te stellen, waar
dat surplus aanwezig moet zijn en waar liet algemeen
belang geschaâd wordt. Daarbij komt nog, dat het
wellicht mogelijk is, dat een ander openbaar vervoer-
middel die spits-behoefte kan bevredigen.
Inmiddels heeft de binnenvaart het extreme stand-
punt van Juni 1935 verlaten en op haar laatste con-
gres uitgesproken, dat thans een verbod van vervoer
voor derden door het eigen vervoer gewenscht is en
dat – en nu wordt het vaag – in een algemeene
regeling van het vervoer een regeling van het eigen
vervoer moet worden opgenomen.
Vermindering der scheepvaartrechten.
Het doel
van dit voorstel blijkt het best uit een conclusie van
22 Juli 1938
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
537
het reeds genoemde congres: ,,Het congres, in aan-
merking nemende, dat de bestaande scheepvaart-,
haven-, kade- en andere heffingen de gebruiksmoge-
lijkheden van de vloot beperken en het teveel ver-
grooten…… Van opheffing der rechten verwacht
men dus een vergrooting van de werkingssfeer van de
binnenvaart en een vergrooting van de hoeveelheid
aangeboden goederen. Er rijzen echter eenige beden-
kingen:
a.
de maatregel zou wel de spanning tusschen capa-
citeit en behoefte in de binnenvaart verminderen,
maar die bij andere verkeersmiddelen vergrooten,
zoodat slechts een verschuiving plaats zou vinden;
b.
hij scheert alle heffingen over één kam, terwijl
hij – uitgaande van het beginsel van kostendekking
door het vervoer – behoorde te onderscheiden:, kos-
ten-vergoedende heffingen (welke de werkingssfeer
van ieder vervoermiddel bepalen en deihalve een
economisch vervoer bevorderen) en winst-afwerpende
heffingen (welke daartegenover een economisch ver-
voer belemneren en dus alleen •iu de termen vallen
voor verlaging of opheffing);
c.
zeer waarschijnlijk zullen niet de schiiipers, doch
de vervrachters de vermindering der lasten tou-
cheeren.
B. Voorstellen tot vermiiidering der capaciteit.
Verlenging van den vaartijd
– door maximum-
werktijden en verbod van vervoer bij nacht –
en ver-
mindering der vaarsnelheid.
Men zou een grooter
aantal schepen noodig hebben, de omloopsnelheid der
vloot zou verminderen, de wachttijden van het niet-
varend deel der vloot zouden ingekort worden. Een
dergelijke maatregel verdient o.i. geen aanbeveling,
daar ‘hij een improductief gebruik der vloot inhoudt,
de vrachten verhoogt, de verkregen versnelling van
het vervoer door motorisatie en anderszins te niet
doet en de meddingin-g der andere verv-oermiddelen
vergemakkelijkt.
Inperking der tonnage.
Bij de volgende wijzen
van inperking wordt een steunregeling als een con-
ditio sine qua non gesteld:
ci. men kan de oudste schepen sloopen. De leeftijd
is echter niet steeds een goede maatstaf voor de tech-
nische geschiktheid van het vaartuig, terwijl thans
de vraag naar oudere en goedkooper varende schepen
groot is, daar men deze in vele gevallen liever bezigt
dan nieuwere en duurder varende schepen. Slooping
ontneemt bovendien den schipper
zijn
onderdak;
5. men kan, de E.V. handhavende, de vloot aan een
technische keuring onderwerpen. Hiermede komt men
thans reeds tot een inperking, men kan objectieve
maatstaven hanteeren en het algemeen belang (bij een
veilig vervoer) bevorderen;
c.
men kan er van uit gaan, dat in de tegenwoor-dige omstandigheden – de mededinging der andere
vervoermiddelen – inperking der vloot ongewenscht
is en daarom maatregelen voorstellen, in te voeren
nadat een coördinatie-politiek bij de Overheid vaste
vormen aangenomen heeft. Sommige schippers zullen
vrijwillig afvloeien, aan de meest zwakke collegas
kan men een wachtgeld aanbieden en/of hun vaar-
tuigen opkoopen en onttakelen; dit alles te finan-
cieren uit een heffing op de tarieven.
Zulk een complex van maatregelen heeft het voor-deel, dat de inperking een interne quaestie der schip-
peru blijft, maar het ontmoet toch eenige bezwaren.
Zoo zal – wil men tot een inperking op groote schaal
komen – de heffing niet gering kunnen zijn, het-
geen de concurrentie-verhoudingen niet ten gunste
van de binnenvaart zal beïnvloeden. Daarbij komt
nog, dat vele oud-schippers een inkomen zullen ver-
krijgen als belooning voor het niet presteeren van
arbeid. Wel bespaart men liggel-den, doch men moet
dit weer aan wachtgelden uitgeven, zoo-dat het voor-
deel nihil is;
d.
men volgt voorloopig – gelijk de Bevrachtings-
commissie van Rotterdam voorstelt – een rouleérin-gs-
systeem en legt een gedeelte van de particuliere vloot
(113) gedurende een gedeelte van het jaar (vier maan-
den) stil. Hiermede worden wel liggelden, maar geen
onderhoudskosten gespaard, zoodat de maatregel wei-
nig doeltreffend schijnt. De B.O. dringt dan ook
0])
maategelen tot
definitieve
stillegging aan.
Uit dit overzicht der verschillende voorstellen
blijkt wel, dat de maatregelen -tot vergrooting der ver-
voershoeveelheid alle in min of meer ernstige mate
bezwaren ontmoeten, terwijl die tot vermindering der
capaciteit – en wel door inperking der tonnage,
daarbij inbegrepen een werkloozensteunregeling –
het meest doeltreffend schijnen, vooral die welke
onder
b
werd geciteerd.
Beschouwt men echter de tot inperking der ton-
.nage aanbevolen maatregelen, dan treft ‘het, dat men
zich weinig bezig gehouden heeft met de vraag tot
hoever de inperking moet gaan, m.a.w. met de vraag
naar de groot-te van die inperking.
De beantwoording van die vraag, welke van niet
gering belang is – ook om de keuze uit de middelen
tot inperking – is verre van
gemakkelijk,
omdat men
dan niet de binnenvaart op zichzelf, maar het geheele
vervoerswezen in zijn beschouwingen moet betrekken,
terwijl een ordening -daarvan veel invloed kan uit-
-oefenen •op de beantwoording van de vraag naar de mate van inperking.
Hieronder zullen eenige punten, die bij de behan-
deling van deze quaestie naar voren komen, opge-
somd worden, waarbij uitgegaan wordt van het stand-
punt, dat iedere ordening, welk systeem van maat-
regelen zij ook brengen zal, o.a. de volgende begin-
selen in het oog zal moeten houden:
zij zal de potentiëele capaciteit moeten aanpas-
sen aan de reëele behoefte daaraan;
zij zal een economisch – d.w.z. een kostendek-
kend – vervoer moeten- bewerken; zij zal aan onrendabel kapitaal geen reudabiliteit
mogen verschaffen, noch aan sommige ondernemingen
ten koste van andere bedr•en een gunstige positie
mogen verleenen;
zij zal zich moeten aanpassen bij den eigenaar-
digen toestand, w’elke de Rijnvaartacte voor een
groot gedeelte van ons land schept.
Met het stellen van deze beginselen zijn echter de
moeilijkheden in de practijk gegeven:
ad lum. Welke is de reëele behoefte-? is dat de
gemiddeld gevraagde tonnage 5f moet surplus-capaci-
teit in stand gehouden worden, ten einde ook spits-
belastingen te kunnen verwerken en moet hierbij
rekening gehouden worden met de mogelijkheid Van
overneming daarvan door andere vervoermiddelen
(beantwoording van deze vragen beïnvloedt de uit-
werking van beginsel 2).
ad 2um. Welke zijn de kosten? Moeten zij inhouden
een vergoeding van alle in het verleden aangelegde,
resp. gebouwde en nog niet afgeschreven werken?
Moet men een tarieven-niveau bevorderen, dat ook
terugbetaling van het in de vaartuigen gestoken en
rendabel zijnd kapitaal mogelijk maakt, en eventueele,
technisch mogelijke en economisch wenschelijke ver-
beteringen, resp. vernieuwingen toelaat? Veel zal
hierbij afhangen van de beantwoording van een ge-lijke vraag ten opzichte van andere verkeerswerken
en -middelen. Moeten die alle kosten dekken – wat
de eenige tot in haar consequenties principieel ver-
dedigbare politiek is – dan is er geen reden om de
scheepvaart een uitzonderingspositie te doen – genie-
ten. Ook zullen sommige beheerders van verkeers-
wegen gemakkelijker hun bezit als waardeloos afschrij-
ven dan anderen (buy, particuliere en publiek-rechte-
lijke lichamen), hetgeen de hoogte der te vergoeden
kosten en dit weer den actie-radius beïnvloedt (zie
ook hieronder).
ad 3um. Welk kapitaal is nog rendabel? Waar is
het tijdstip, dat als basis voor een eventueel rendabi-
liteitsonderzoek – indien dit mogelijk ware – kan
538
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
22 Juli 1936
dienen (de E.V. heeft immers ingrijpend de renda-
biliteit der scheepvaartondernemingen gewijzigd, zoo-
wel verhoogend als verlagend)? Waarbij nog komt,
dat – en nu zie men de ‘zaak in ruimer verband
veelal verkeersweg en -middel ‘gescheiden
zijn, ‘doch
soms ook in één hand vereenigd’ voorkomen, hetgeen
het rendabel maken van kapitaal beïnvloedt. In het
eerste geval ‘zal ‘dc ren’dabiliteit van den weg ‘bepaald
worden door de rendabele exploitatie van ‘het ver-
voersmi’ddel, in ihet tweede geval ‘zal er de neiging
zijn ‘het in de beide objecten gestoken kapitaal als
één geheel te beschouwen. De ren’da’biliteit van het
bijv. in een vaarweg belegd kapitaal wordt bepaald
door het winstgevende gebruik door en voor de
sdheepvaart. Wordt dit over een lange periode ge-
ring, dan ‘zal men goed doen het in dien vaarweg
belegd kapitaal af te schrijven en de vaargeiden dien-
overeenkomstig te verminderen. Bij een spoorwegoia-
deruemin’g zal ‘deze scheiding niet bestaan, zoodat
men daar niet licht tot •afsdhrijving zal overgaan,
maar veel meer het ook in ‘den weg gestoken kapitaal
voortdurend rendabel zal zoeken te maken.
1)
Het laatste ‘gedeelte van ‘het ‘derde beginsel hangt
weer samen met het tweede beginsel (‘dat der kas-
tenvergoedin’g). Moet ‘buy. de dichtheid van het aan
een heurtdienst toegewezen verkeer – ‘o.a. ‘door de
(bepaling van ‘het aantal concurrenten en ‘het aanta’l
vaarten – zoodani’g zijn, ‘dat een kostenvergoeding
in ‘den ‘zin van ‘beginsel 2 mogelijk wordt? En hoe
bepaalt men die ‘dichtheid bij ‘het wederzijdsdh ver-
band van tarievenhoo’gte en vervoersvolume, ten ge-
volge van ‘de verhouding tussehen constante en va-
riabele ‘kosten?
ad 4um. Is er een middel om niet ‘de
vrije
vaart,
‘gewaarborgd
‘bij
‘de Rijuvaartacte, te ‘belemmeren en
nochtans een saneering ‘der binnenvaart ‘te verkrij-gen? Moet men bij •de inperking der tonnage reke-
nin’g ‘houden met de in het buitenland werkzame of
werkzaam geweest zijnde, ‘doch teru’ggevloei’de tonnage?
Eerst wanneer men op al deze vragen het zeer
moeilijk te geven antwoord weet, zal men ‘de over-
maat aan capaciteit ‘kunnen ‘bepalen. Weliswaar is
men na de opsomming van moeilijkheden geneigd ‘de
beantwoording van deze ‘vragen ‘onmogelijk te ach-
ten, m’aar toch •zal men het vraagstuk niet kunnen
ontloopen. Want, al moge men ‘zich vleien met de
verwachting, ‘dat, wanneer •de internationale goede-
renruil weer toeneemt, een groot ‘gedeelte der vloot
weer elders emplooi ‘zal kunnen vinden – waardoor
het vraagstuk ‘dus gedeeltelijk opgelost zou ‘zijn – men spanne ‘zijn verwachtingen niet te ‘hoog: ook
elders is ‘d’oor autarchisch streven tonnage aange-
bouwd, die ook ‘bij toenemend ruilverkeer ‘de ou’de
relaties ‘zal
‘blijven
pogen te (bedienen.
Het ‘geeft weinig bevredi’ging na een criti’soh over-
zicht van verschillende voorstellen, slecht’s een op-
somming ‘der
moeilijkheden
en ‘geen positieve ‘opl’os-
sin’g te ‘geven. Maar ‘het ‘vraagstuk is zoo ingewik-
keld, de interdepen’dente factoren zijn zoo men’i’gvul-
dig – en ‘de noodige statistische gegevens zoo spaar-
zaam, dat thans geen verlossen’d woord gesproken
kan
worden. Het getuigt dan ook van een juist in-
zicht, ‘dat het jongste Binnensdheepvaartcongres geen
concreet middel tot ‘beperking, maar een bestu’dee-
ring van ‘het vraagstuk aanbevolen heeft.
Of echter ‘de binnenvaart ‘den ‘bestaanden nood ge-
duren’de den stu’dietij’d zal ‘kunnen ‘blijven verduren?
En •of ‘de studie niet te laat ‘zal komen?
J.
P. B. TISSOT VAN PATOT
1)
Zoo worden bij’. de Staatsspoorvaen in de nieuwe
N.V. Nederlandsche Spoorwegen op de balans gebracht voor een waarde van
f
100.000.000, overeenkomende met
de voor hen nog te delgen Staatsschuld, ofschoon zij als
exploitatie-object thans zoo goed als waardeloos zijn.
EEN WET OP DE PENSONEELFONDSEN.
Verscheidene bedrijven geven in Nederland ouder-
‘dom’s-uitkeeringen aan ‘hun arbeiders en kantoorper-
soneel. Dit
zijn
niet alleen de groote ‘bedrijven, ‘doch
ook een groot aantal kleine zaken geven ‘dergelijke
uitkeerir’gen, ‘die ‘dan een vermeerdering vormen van
de bedragen, die de betrokkenen ingevolge ‘de ver-
plichte In-vali’diteitswet ontvangen. Vooral ‘de kleine
patroons geven ‘dikwijls tot wederopzeggens toe een
wekeljksc’he vrijwillige u’itkeering uit ‘de exploitat1e-
rekening. Daarnaast zijn er een aantal pers’oneelfond-
sen aan verschillende grootere bedrijven verbonden.
Beziet ‘men het geheel, ‘dan valt het op, dat een
‘bonte versdhei’den!he’i’d van vormen wordt aangetrof-
fen, die alle ‘hun levensvatbaarheid in mindere of
meerdere mate ‘op dit gebied in ‘de practijk bewezen
hebben.
Sinds 1909 bestaat op ‘dit terrein een wettelijke
regeling als onderdeel van de wet op ‘het Arbeidscon-
tract ‘in ‘artikel 1637s van• het Burgerlijk Wetboek. Deze regeling heeft edhter alleen ‘betrekkin’g, voor
zoover hier van belang, op die gevallen, waarin de
arbeiders zelf voor hun pensioen bijdragen storten.
Is ‘dit namelijk ‘het geval, dan sdhrjjft artikel 1637s
voor, dat een afzonderlijk fonds moet worden gesticht,
waarvan ‘het vermogen ‘afgescheiden ‘moet worden ge-
ho’iiden van dat van ‘den werkgever of ‘de onderneming,
waaraan ‘het verbonden is en ‘dat minstens de meer-
deriheid van het ‘bestuur ‘door ‘de deelnemende arbei-
ders moet worden gekozen.
Deze regeling, hoewel prac-tisoh zonder sanctie,
‘heeft niettemin ‘in vele ‘gevallen ‘haar uitwerking niet
gemist.
Tot nu toe bestaat er echter geen wettelijke ‘zege-
lin’g voor ‘die gevallen, waarin de ‘ge’heele kosten door
de onderneming worden gedragen.
De Regeerin’g is nu van meaning, ‘dat ook, van-
neer de werkgever alleen de kosten voor ‘de pensioen-
verzekering ‘draagt, wettelijk ingrijpen noodzakelijk is.
Daartoe diende Zij hij ‘den Hoogen Raa’d van Arbei’d
ter fine van a’dvies een voorontwerp van wet op ‘de
personeelfon’dseu in. Het hoofdmotief van ‘het voor-ontwerp komt ‘hierop neer, dat de patroon tot weder-
opzeg’gens toe voortaan zijn jaarlijkscihe stort’ingen
vooi de ou’den’da’gsvoorziening van zijn personeel zal
moeten ‘doen bij een leven’sverzekerin’gmaatschappij of
‘bij ‘de Vrijwillige Ou’derd’oms Verzekering, of ‘dat hij,
al’s de (betrokkene een zekeren ‘leeftijd ‘heeft bereikt,
een storting ineens doet bij een levensverzekering-
maatsdha’ppij, tengevolge waarvan deze instelling den
begunstigde regelmatig uitkeerin’gen doet toekomen.
Verder schrijft lhet voorontwerp voor, dat een per-
soneelfonds zijn u’itkeerin’gen moet herverzekeren (bij
een levensverzekeringmaatschappij of een verzeke-
rin’gsovereenkomst moet sluiten ingevolge de Ouder-
domswet 1919, tenzij ‘bij Koninklijk Besluit dispensa-tie is verleend, ‘hetwelk alleen mogelijk zal zijn indien
de ‘belangen der betrokken arbeiders voldoende zijn
gewaarborgd.
Treedt ‘het personeelfonds uitsluitend als gelegen-
heid om te sparen op, dan moet het geld worden
belegd vol’gens ‘de Beleggingswet 1928. Deze wet ‘geldt
tot nu toe alleen voor ‘de Rijksfon’dsen, zooa’ls het
Invali’diteitsfonds, het Ongevallenfonds, het Burger-
lijk Pensioenfonds enz., en schrijft voornamelijk voor,
‘dat niet belegd mag worden in ‘buitenlan’dshe valuta,
noch in obligaties of ‘aan’deelen van zuiver particu-
liere ondernemingen.
Tenslotte zegt ‘het voorontwerp, dat ‘het verboden
is ou’derdomsui.tkeerin’gen ,,in uitzicht te stellen” als
dit niet geschiedt via een personeelfon’ds of gesecu-reerd ‘door een leven’sverzekeringm’aatschappij. Dit
laatste on’der voorwaarden d’oor den Minister te
stellen.
T’ot ‘dit alles ‘heeft ‘de Regeerin’g aanleiding gevon-
den tengevolge van een voorval bij ‘den Koninkljken
Hollan.’dschen Lloy’d. Deze maatsdhappij moest sur-
séance van betaling aanvragen, waarbij toen naar
22 Juli
1938
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
539
voren kwam dat de ‘gelden, die voor pensioen gere-
serveerd waren, één onverbrekelijk geheel uitmaakten
niet het kapitaal ‘der ‘onderneming en als zood’anig
aan ‘de ‘sdhu’l’deischers, waaronder ‘de pen’sioengereeh-
tiigden, moesten worden toegewezen. Een van de maat-
regelen, waartoe de surséance aanleiding gaf was
toen ‘het stopzetten van de pensioenen.
De eerste vraag die zich ‘hierbij nu voordoet is, of
dit geval voldoende aanleiding is om een wettelijke
regeling in het leven •te roepen.
De tweede, of indien de voorgaan’de vraag beves-
tigend. zou worden ibeantwo’or’d, een regeling zal zijn
te treffen waarbij ook ‘de ‘goede bedoelingen, die men
erniede ‘beoogt, wörden bereikt.
Klaarblijkelijk ‘heeft de Regeering de eerste vraag
bevestigend beantwoord. Voor een nadere besdhou-
wing van ‘de tweede i’s, nu ‘de ontworpen regeling
voor ons ligt, van groot belang wat de Plegeering
bedoelt met ‘de uitdrukking ,,in uitzicht stellen”,
voorkomende in artikel 9 van het voorontwerp. Ver-
moedelijk is ‘de gedachtengang van de Regeering de
volgende ‘geweest: Een verbod, als in artikel 9 neer-
gelegd, is noodzakelijk omdat bij ‘het ontbreken ‘daar-
van de wet geen enkel effect zou kunnen hch’ben. De
ondernemingen zouden dan kunnen ‘besluiten geen
pensioenfondsen meer op te richten •dodh ‘bijv. uit ‘de
vlotten’de middelen tot vederopze’ggens toe u’itkee-ringen te geven. Iedere sanctie zou ontbreken en het
gevolg zou ‘zijn, ‘dat slechts het bemoeilijken van per-
soneelf’on’d’sen zou plaats vinden zonder ‘dat daarvoor
iets in ‘de plaats zou worden gesteld. Intussc’hen is
de term ,,in uitzicht stellen” minder gelukkig ge-
kozen en i’nniet ‘overduidelijk; ook in’ de Memorie van
T’oelic’btin’g vindt men
vrijwel
niets hierover.
Z’o’oals ‘het voorontwerp nu luidt zal ‘buy. een kleine
patroon uit ‘zijn vlotten’de middelen geen wekelijksdhe
uitkeerin’gen aan enkele arbeiders mogen geven.
Deze consequentie is naar ‘het mij wil voorkomen onaannemelijk! Veel van wat sociaal wenschelijk is,
zou op die manier worden verboden. Een dergelijk
verbod ‘doet geweld aan de begrippen van ons rechts
bewu’stzijn.
Daarnaast rijst de vraag ‘of ook een toeslagfonds,
d’at ten ‘doel ‘heeft den ‘invloed van loon’sveran’derin-
gen op ouderdomsuitkeeringen •op te vangen, verbo-
den zou worden en of ook een vereeniging, die hulp
bij huissorg ‘geeft, ‘haar werking zal moeten eindigen.
Immers ‘het komt veel voor, dat men toeslagen uit
vlottende middelen geeft aan ‘het personeel, dat reeds
te oud was om in de pensioenregelin’g te worden op-
genomen.
De bedoelingen van ‘dit wetsontwerp zijn ‘heel goed,
doch men vraagt zich toch wel in ‘gemoede af of dit
wettelijk ingrijpen zijn doel niet voorbijsohie’t en veel
onmogelijk maakt, wat in de practijk levensvatbaar-
heid ‘heeft bewezen.
Tenslotte mag ‘de vraag ook worden ‘gesteld, of
het wel wenschelijk is om voor te ‘sdhrijven, ‘dat het aan de sp’aarfon’dsen verboden zal ‘zijn de middelen
in obligaties ‘of aandeelen van particuliere onderne-
m’in’gen te ‘beleggen. Het terrein van ‘de beleggingen
wordt ‘d’an wel heel beperkt, en ieder die wel eens
te kampen heeft ‘geha’d met ‘de vra’gen, wel’ke zich
voordoen, wanneer vrijkomende gelden weer moeten
worden ‘belegd, weet, dat de ‘oplossing n’iet altijd te
vin’den ‘is, wanneer men zich allerlei ‘beperkingen
gaat opleggen.
Alvorens ‘dit uiteraard zeer ‘beknopte overzicht te
beëindigen, nog ‘het volgende: Is het nu niet moge-
lijk ‘iets te d’oen teneinde een herhaling van gevallen,
zooa’ls zi’dh bij den Kon’inklijken Hollandschen Ll’oy’d
v’oordeden, te voorkomen. De pu’blieke opin’ie is op-
geschrikt en inderdaad is ‘het een zeer ‘groote tegen-
slag voor ‘degenen, die erop ‘gerekend ‘hadden een rus-
tigen ouden dag tegemoet te gaan en nu vermoede-
lijk om steun
bij
Maatschappelijk Huipbetoon zullen
moeten ‘aankloppen.
Het komt mij voor, ‘dat men ‘hier
een
zeer gev•oe-
lige materie
aansnijdt.
In ieder geval ‘is ‘het beter,’
dat iemand een pensioen krijgt voor zoover en zoo-
lang ‘de finaneleele toestand van het ‘bedrijf ‘dit mo-
gelijk maakt, •dan ‘dat hij ‘in het ‘geheel niets krijgt,
daar de vrees ‘gewe’ttigd is, dat ‘als men alleen ou’der-
‘domspeu’si’oeu via een pensioenfonds of leventverze-
kerin’gsmaatschappij toelaat, dat dan een groot aantal werknemers, ‘die tJhans wel uitkeering zullen krijgen,
zon’der ou’derdo’msv’oorziening zullen blijven. Z’ou men
niet eerst eens zien wat te bereiken valt met vrijw’il-
li’ge propaganda voor verbetering van pensioenrege-
lin’geii en zou ‘het daartoe niet mogelijk zijn om de
fondsen, clie dit verzoeken on’der de Verzekerings-
kamer ‘te ‘bren’gen, zoo’dat
zij
een soort officieele
erkenning krijgen en verder de Verzekeringskamer,
d’ie thans alleen toezicht uitoefent op
het
levensver-
zekeringsbedrjf, te machtigen op te treden al’s een
officieel adviesbureau voor pensioenaan’gele’genheden,
waartoe de ‘betrokken werkgevers zich desgewenscht
zouden kunnen wenden?
F. 0. BOOGAARD.
DE RIJKSMIDDELEN OVER JUNI 1936.
Het eerste halfjaar van 1936 is thans verstreken
en langzamerhand is ‘het
mogelijk
zic’h een oordeel
te vormen over ‘dan loop der middelen in dit jaar. Bijzonder gunstig kan d’it oordeel niet zijn. Er zat
‘in de verschillende ‘overzichten over ‘de afgel’oopen ‘maanden weinig variatie. Nog steeds is ‘de ‘daling in
‘de Rijk’s’inkomsten niet tot stilstand ‘gekomen, al
gaat zij ook in vertraagd tempo en al ‘is zij voor een
deel opgevangen “door ‘diverse ‘belastin’gver’hoogin’gen.
In ‘de eerste helft ‘van het jaar ‘brachten ‘de mid-
‘delen buiten de ko’h’ierbelastingen
f
175.980.500 in ‘de
schatkist tegen
f
180.714.700 in hetzelfde tijdvak van
1935, en ‘bij’ een ev’enredi’ge ra’miizg van
f 185.762.500.
Deze cijfers ‘spre:ken voor zichzelf. Slechts zes mid-
delen (‘de ‘dividend- en tantièmebelasting, ‘de ‘invoer-
rechten, het ‘statistiekrech’t, de geslacbtaccijns, de om-zetbelasting en ‘de coupontbe.lastin’g) leverden meer op
‘dan in 1935; de raming werd eveneens bij zes mid-
‘delen overschreden (‘de invoerrechten, de geslacht-
accijns,’de wijn’accijns, de ‘omzetbelasting, ‘de coupon-
belasting en ‘de loo’ds’gel’den).
Wat de maand Juni betreft ‘is 1936, in vergelijking
met het vorige jaar, iets ‘in het voordeel; ‘de op-
‘hrengst’hedroeg ditmaal
f
30.254.200 tegen f30.186.200
in Juni 1935 en vertoont derhalve een ‘kleinen voor-
uitgang (van
f
68.000). Daartegenover staa’t, ‘dat ‘de ‘gemi’d’del’de maan’draanig niet werd ‘gehaald (nadee-
lig verschil
f
706.200). Het aantal middelen, dat een stijging in ‘het ‘opbrengs’tcijfer te zien geeft, is even-groot als ‘het ‘aantal middelen, waarvan ‘de ontvangst
bij ‘d’ie van Juni 1935 ten achter ‘is gebleven.
Gaan
wij
nu de onderscheidene bronnen ‘van in-
komsten ‘in ‘het k’ort na, ‘dan blijkt ‘in ‘de eerste plaats,
‘d’at ‘de ‘dividend- en t’an’tièmebelastin’g ditmaal een
niet onbelangrijk accres te zien ‘gaf (van
f
362.200),
waardoor ‘het na’deelig saldo over ‘de reeds ‘verstreken
maanden ‘ werd omgezet in een voordeeli’g verschil
(van
f
133.400). Inturschen moet de gunstigste
maand voor dit ‘middel (Juli) nog komen en het
ware voorbarig ‘aan de’ze enkele m’aandop’bren’gst een ‘bepaalde conclusie te verbinden.
Evenals de ‘vorige ‘maand liepen de invoerrechten
in opbrengst terug (met
f
717.100). De ontvangsten waren ‘betrekkelijk gering, immers
f
600.900 minder
dan ‘de ‘gemiddelde ‘maan’draming. Het blijkt wel, d’at
de
stijging,
die in de ‘drie voorafgaande maan’den viel
te oonstateere’n, sledhts van tijdelijken aard is ge-
weest en aan een bijzondere ‘oorzaak (vermoedelijk
extra invoer van benzine met het oog op ‘de verh’oo-
ging van ‘het recht) moet worden toegeschreven: Door
‘de ‘gunstige ontvangsten van de maanden Maart t/m.
Mei kwam de opbrengst van het eerste ‘halfjaar toch
nog
f
901.600 uit boven ‘d’ie van de eerste zes maan-‘den van 1935,
terwijl
boven het evenredig ‘deel ‘der
raming een overschot van
f
996.800 kon worden ‘ge-
540
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
22 Juli 1936
boekt. Het statistikreoht gaf een surplus van
f 9.300,
waardoor de in de vorige maanden verkre-
gen voorsprong steeg tot
f 22.300.
De accijnzen gaven een onderling verschillend beeld
te zien. De routaccijus gaf
f 7.600
méér; toch was de
op’hrengst op zichzelf besohouw’d vrij gering
(f 146.200
bij een maandra’m’ing van
f 208.300).
Er wordt min-
der zout verbruikt voor den .ininaak van groenten. Met den ‘geslachtaccijn’s ‘gaat het den laatsten tijd
beter; ‘ditmaal bedroeg de vooruitgang
f 101.600,
ter-
wijl de ‘niaandraming met.
f 94.400
werd overshre-
den. liet toenemend verbruik van rundvleesch, als-
mede de prijsstijging daarvan hebben deze stijging
veroorzaakt. De wijnaccijns leverde
f 69.900
minder
op als gevolg van ‘de verlaging der opcenten. De ge-
d’ist,illeerdaccijns ‘beweegt zich nog steeds in dalende
richting; ditmaal wees hij een vermindering aan van
j’
200.000;
ook de raming werd niet bereikt (tekort
f 279.800).
Deze heffing ondervindt •in zeer sterke
mate den invloed van de huidige crisis. Ook de ‘bier-
accijns leverde minder op ‘dan in Juni
1935
(terug-
gang
f 91.200).
Hieibij ‘moet in’tusschen worden be-
dacht, dat de ontvangst van Juni
1935
aan den ‘hoo-
gen kant was; op zihzelf beschouwd was de opbrengst
der afgeloopen maand
(f 721.900)
volstrekt niet laag
(de ,inaaiLdraming bedraagt f 583.300).
De suikerac-
cijus heeft zich in ‘de laatste maanden iets ‘hersteld;
ditmaal werd
f 566.200
boven de opbrengst van het
vorige jaar ontvangen en
f 198.100
meer dan de ge-
iniddel’de maand’raming. Toch kan het eiudoordeel
over den loop van dit middel niet gunstig luiden;
in het eerste halfjaar kwam
f 527.400
minder binnen
dan in het tijdvak Januari t/m. Juni
1935.
De op-
breugst der af’geloopen maanden is ongunstig be-
invloed tengevolge van inslag van suiker met krediet
voor ‘den
accijns
door fabrikanten van suikerbouden-
de ‘goederen, hetgeen eenige verschuiving in ‘den ter-
mijn voor de accijn’s’betal’ing •heef t teweeggebracht.
De
tahaksaccijns
gaf opnieuw een daling te zien (van
f 99.500). Toch was de on,vangst ‘beduidend ‘honger
dan in de voorafgaande maanden en
f 105.300
néér
‘dan de raming.
Blijkens de cijfers over het eerste halfjaar, maakt
de hier besproken groep van middelen over het al-
gemeen een slecht figuur. Met uitzondering van den
geslachtaccijns helYben alle accijnzen belangrijk min-
der opgeleverd ‘dan in de eerste zes maanden van
1935.
De belasting op gouden en zilveren werken gaf
j
3.100
‘minder; toch kwam nog
f 100
meer binnen
clan waarop blijkens de ramin’g was gerekend. De
omzetbelasting leverde f 229.100
meer op dan in Juni
1935
en
f 187.600
‘boven de maandraming, ‘hoewel de
laatste ‘maand van ‘het kwartaal voor dit middel door-
gaans niet ‘de gunstigste is. Gerekend over zes maan-
Ien kwam in
1936 f 692.100
‘méér binnen. Ook de
con’ponhelasting vertoonde een accres (van
f 325.700).
Deze heffing stelt tot dusver niet teleur; in het eer-ste halfjaar werd Leed’s
f 459.600
meer ontvangen
dan waarop ‘blijkens de raming was gerekend.
De ze’geirec’hteu verschaften ‘ditmaal
f 63.200
‘méér,
dat bijna geheel (voor
f 62.500)
aan een ruimer
vloeien van ‘cle ‘beursbelasting is toe te schrijven.
Toch val’t over den loop van ‘dit middel niet te roe-
men; de raming werd niet gehaald (tekort
f 235.900)
en het eerste halfjaar ‘bracht
f 816.900
‘minder in
de schatkist ‘dan in
1935. Er is
weinig ‘bedrijvigheid
in’ ‘de gel’dwereid. Ook de registratierechten loopen
nog steeds terug, door het ‘gestagneerd zijn van den
handel in vast goed; ditmaal werd
f 75.200
minder
ontvangen, waardoor de achterstand over de reeds
vers’treken maanden steeg tot
f 1.078.600.
In tegenstelling met ‘de vorige maand, toen de op-
brenigst plotseling ver ‘boven ‘het normale steeg, ver-
toonden de successiereh’ten thans een inzinking. De
opbrengst ‘bedroeg niet meer dan
f 2.381.100
bij een
rainin’g van
f 2.541.700.
Doordat ‘ook ‘de eerste maan-
den van het jaar vrij’ ongunstig waren, is ‘de daling
over het eerste halfjaar nogal belangrijk
(f 1.075.900).
De loodsgelden leverden
f 180.200
minder wegens de
sterke verlaging ‘van ‘het tarief. Over zes maanden be-
‘draagt de teruggang
f 1.229.200;
‘de raming werd in
dien ‘tijd echter met
f 26.900
overtroffen.
Wat de Directe Belastingen, on’der Afdeeling Is
verantwoord, ‘betreft moet worden opgemerkt, dat de
stand per ultimo Juni niet veel verschilt van ‘dien
per
31
Mei
1936.
Het nieuwe belastingjaar
1936/1937
doet zijn invloed nog maar zecr ten deele ‘gevoelen.
Het zuiver kchierbedrag ‘der gron’dhelasting is thans
opgeloopen tot
f 10.200.700,
di.
f 282.100
meer ‘dan
de overeenkomstige ‘dienst op
30
Juni
1935
aanwees.
Hierin moet vermoedelijk een normaal accres wor-
‘den ‘gezien. Aan inkomstenbelasting is thans
f 29.341.900 op
kohier gebracht, of
f 3.514.700
meer
dan op
30
Juni
1935,
welk voordeeli’g verschil is te
danken aan de verhooging der opcenten. Hetzelfde
geldt ‘voor de vermogensbelastin’g, waarbij’ een ‘toe-
neming van het ‘bedrag der opgelegde aanslagen ‘is
te cons’tateeren van
f 249.200.
Daarentegen is de
stand van ‘de Verdedigings’helasting 1, evenals in de
vorige maanden, lager dan op
hetzeif’de
tijdstip van
1935
(vermindering
f 307.200).
De belasting van de
doo’de hand staat 6hans te ‘boek voor
f 1.119.700
(‘het
vorige jaar op
30
Juni nog slechts voor
f 642.400).
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
DE HERVORMING VAN DE BANK VAN FRANKRIJK
Dr. H. Weichmann te Parijs schrijft ons:
De Franscihe Kamer heeft met ‘de buitengewone
‘meerderheid van
444
tegen
’77
stemmen •de door de
Regeering voorgestelde ‘hervorming van de Bank
van Frankrijk aangenomen en het lijdt ‘geen twijfel,
‘dat de Senaat ‘het voorbeeld van de Kamer zal vol-
gen. In
24
uur werd zoo een van de oudste economi-sChe instellingen van
Frankrijk,
welke ‘in staat was
zich meer ‘dan 100 jaren ‘tegen elken invloed van ‘bui-
tenaf te verzetten, aan een fun’damenteele reorgan,’i-
‘satie onderworpen. Men kan noch de draagwijdte van
deze reorganisatie, noch de ongewone parlementaire eensgezindheid’ ‘begrijpen, indien men niet eerst den
tot dusver ‘bestaanden toestand beschouwt.
De Bank van Frankrijk bewaarde tot op dit mo-
ment ‘het haar nog door Bonaparte, in zijn ‘hocdan’ig-
hei’d van eersten Consul, op
13
Februari
1800
ver-
leende statuut. Vol’ens ‘deze constitutie ‘bezat zij
eeiierzijds het ‘priv’ilege van gelduitgifte, doch ‘bleef
anderzijds een particuliere instelling.
Dit drukte
vooral een stempel ‘op ‘de samenstelling van haar ‘be-
stuur, ‘den z.g. Regentschapsraad. Deze ‘bestond uit
18
leden. Van ‘deze
18
leden werden ‘behalve de gou-
veineur en de ‘beide onder-gouverneurs, slechts 3 re-genten door ‘den Staat ‘benoemd, ‘de ‘z.’g. algemeene
thesauriers. De overige
12
leden van den rand, de
eigenlijke leden, welke ‘de economische ‘belangen van
het ‘land vertegemvoordig’den, werden ‘door ‘de alge-
meene vergadering van de Bank van Frankrj’k ge-
kozen. Al mag deze samenstelling en vorm van ‘de
constitueerin’g van den regentschapsraad op het eer-
ste gezicht nog niet zoo eigenaardig lijken, d’an wordt zij dit toch ‘door ‘de eigenaard.ige ‘bepalingen ‘betref-
fende het kiesrecht van ‘de aandeelhouders.
De Bank van Frankrijk behoort formeel aan onge-
veer
40.000
aandeelhouders, die samen
182.500
aan-
deelen bezitten. Het aantal kleine aandeelhouders
‘heeft hierbij de overwegende meerderheid. Ongeveer
18.000
bezitten slechts één aandeel en on’geveer
9.000
slechts twee’ aan’deelen, terwijl ongeveer
3.000
aan-
‘deelhou’ders drie tot vijf aandeelen ‘bezitten. Deze
meerderheid is echter volkomen van invloed op de
Bank van Frankrijk uitgesloten. Volgens het Napo-
leontisch statuut ‘hebben namelijk alleen de
200
groot-
ste aandeelhouders toegang tot de z.g. al’gemeene ver-
gadering. Deze toestand’ heeft ertoe geleid, ‘dat ‘de
Fransohe centrale bank feitelijk door een ‘groep ‘bui-
22 Juli 1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
541
tengewoon krachtige kapitalisten werd beheerd,, ter-
wijl het reh’t op de waardigheid lid van den regent-
schapsraad te zijn, in deze families gewoonlijk erfe-
lijk was. Met de accumulatie van kapitaal en onder-
ne’lnin’gen in de hand van enkele concerns waren het
tenslotte de vertegenwoordigers van tde voornaamste
Fransche ondernemingen in de bankwereld en de in-
dustrie, die de cred’iet- en discontopolitiek van het
land ‘be’heerschten. Uit deze personeele banden oct-stond noodzakelijk een bevoorrechte positie van be-
paalde economische kringen met betrekking tot de
economisdhe politiek van cle Bank van Frankrijk,
als ook een ‘met de democratische politieke beginse-
len van het land niet in overeensteming zijnde mo-
gelijkheid tot ‘beïnrvloeding ‘van het crediet en van
de economische politiek van den Staat. Tenslotte
werd door een bepaling van het oude statuut de door
den Staat ‘benoemde gouverneur van de ba
n
k nog spe-
ciaal afhankelijk van de kapitalistische kringen, door-
dat voor hem het bezit van 50 aandeelen van de
Bank ‘van Frankrijk was voorgeschreven.
De ‘d’oor de Kamer aangenomen wet voorziet nu,
onmiddellijk aanknoopende bij de vroegere regeling,
in de
afschaffing van al deze privileges,
welke juist
in ‘de laatste jaren ‘van ecouomisdhe crisis de afhan-
kelijkheid van den Staat van de plutoerati’sdhe krach-
ten in ihet land versterkten, krachten, welke n’iet
steeds de noodzakelijke grenzen kenden. In ‘de toe-
komst zal de leiding van de Bank van Frankrijk bij
een al’gemeeuen raad ‘berusten, welke zal Ibestaan uit
den ‘gouverneur, twee onder-gouveimeurs, drie comp-
taJbele leden en 20 regenten. De gouverneur wordt,
zooals tot ‘dusverre, door den Staat benoemd, doch
wordt van het ‘verplichte ‘bezit van 50 aandeelen
vrijgesteld en bovendien materieel onaf’haukelijker gemaakt. Van de 20 leden van den raad moeten vijf
tot ‘de kringen van de producenten ‘behoo’ren, vijf tot
de groep van den handel en de consumenten en de overige 10 tot andere bedrijfstakken, welke in hun
samenstelling een spiegelbeeld van het geheele bedrijfs-
leven van het land moeten zijn. Z’oo worden ‘vier leden
door den Minister van Financiën ‘gekozen uit een
voordracht van 3 voor iedere plaats, welke 4 leden
‘de ‘hoofd’organisatie van de Fransche productie, het
veiibond van verlbruiksvereeni’gingen, den algemeenen
bond van vakvereeni’gingen en den tbond van werk-
‘lieden moeten representeeren. Twee vertegenwoor-
digers worden in geheime verkiezing, door ‘het per-
soneel van ‘de Bank van Frankrijk aangewezen. Het Ministerie van Financiën, ‘het Ministerie voor Eco-
nomishe Zaken en ‘het Ministerie van Koloniën
benoemen elk een vertegenwoordiger. Ambtshalve zijn
lid ‘de algemeene secretaris van den nationalen eo-
n’oinischen raad, ‘de president van ‘de financieele sec-
tie van ‘den staatsraad, de directeur van de fondsen-
afdeelin’g, de ‘directeur van de afdeel’ing voor han-
delsverdra’gen in het Ministerie van Buitenlan’dshe
Zaken, de algemeene ‘directeur van ‘cle organisaties
der spaarbanken (de Caisse de Dépots et Oonsigna-
tions), de gouverneur van ‘de voornaamste grond-
credietbanrk (het Orédit Foncier) en d’e algemeene
directeur van ‘de Cadsse Nationale ‘du Orédit A’gricole.
Op ‘deze wijze is ‘dus een fundamenteele verschuiving
‘in de invloedssfeer ‘tot stand ‘gebracht. Bovendien
wordt door ‘de nieuwe w’et het stemrechtprivilege van
cle 200 ‘sterkste aandeelhouders afgeschaft. In de toe-
komst ihebben de aandeelhouders in ‘de algemeene
vergadering allen dezelfde rechten.
Het is zonder meer ‘duidelijk, ‘dat ‘deze wijziging
in de personeele samenstelling van de leidende in-
stanties van de’ centrale bank reeds van ‘bijzondere
beteekeni’s voor haar toekomstige credietpolitiek en
inzonderheid ook voor haar i’ouding t.o.v. ‘den Staat
kan zijn. De gedwongen afhankelijkheid’ van tbepaalde economische ‘krachten in ‘het land heeft opgeJhouiden.
Het
blijft
natuurlijk nog de vraag, in hoeverre ‘hier-
voor een bedenkelijke afhankeljiloheid van ‘den Staat
in de plaats is gekomen. D’it is thans nog niet te
zeggen. De huidige hervorming is nog slechts een
gedeeltelijke. Zij verandert de personeele verhoudin-
gen, zegt evenwel nog niets omtrent de richtlijnen
van de toekomstige credietpolitiek. Deze richtlijnen
zullen ook eerst in den vorm van verdere wetten of
verordeningen in October worden ingediend. Samen-
vattend kan men sledh’ts zeggen, ‘dat het organisme van ‘de Fransche circulatiebank van een verouderde
‘hypotheek uit ‘het verleden werd ‘bevrijd, ‘doch dat tde
toekomstige credie’bpolitiek eerst later ‘beoordeeld zal
kunnen worden, als ‘de in het Parlement ‘gewenscht
geachte democratiseerin’g van het crediet nader ge-
formuleerd zal zijn.
A
ANTEEKENINGEN.
De coöperatieve beweging in Denemarken.
Denemarken is ongetwijfeld het land van de coöpe-
ratieve beweging. Het bevindt zich in dit opzicht in
een veel betere positie dan andere landen, daar de
organisaties van consumenten en producenten, of
liever gezegd stad en land, hier nauw met elkaar
samenwerken.
Volgens het verslag over 1934 telde de Deensehe
coöperatieve beweging rond 1.7 miii. leden. Daar eer ieder in doorsnee echter lid van verschillende coöpe-
ratieve vereenigingen is, is het aantal individueele
leden op 370.000 aan te nemen. De meerderheid van
de ,individueele leden vertegenwoordigt echter een
huisgezin. En dus raamt men het aantal Denen, dat
tot de coöperatieve beweging behoort, op ongeveer
1.3 millioen, d.i. 45 pOt. van de gehecle Deensche be-
rolking.
In totaal bestaan er, volgens het verslag over 1934,
in Denemarken 7.009 plaatselijke coöperatieve ver-
eenigingen en gemeenschappen, voorzoover zij in den
centralen bond van Deensche coöperatieve vereenigin-
gen zijn sameugenomen. Bovendien ‘bestaan er nog
vele andere, ten ‘deele coöperatief ‘samengestelde, land-
bouwvereenigingen, zooals de credietvereenigingen,
de teeltvereenigingen en contrôlevereenigingen. De
bovengenoemde 1.009 locale vereenigingen zijn weder
in 46 hoofdorganisaties ondergebracht, welke in 19
speciale groepen verdeeld kunnen worden en ten-
slotte in de centrale vereeniging haar toporganisatie
hebben. Daarbij is elke afzonderlijke plaatselijke or-ganisatie geheel zelfstandig en onafhankelijk. Iedere
aparte tak van de beweging verricht zijn dagelijksch
werk ghecl ‘onder zeifbestuur.
De centrale bond van de Deensche coöperatieve
vereenigingen draagt den naam van: De samvirken-
de danske Andelsselskaber. Daartoe behooren:
De centrale organisatie van de Deensche zuivel-
bonden. Deze omvat alle zuivelfabrieken in Denemar-
ken, welke in 1934 1411 in aantal varen.
De centrale bood van Deensche boteruitvoer-
vereen’igingen, in totaal 11 stuks.
De centrale bond van Deensche veeuitvoecoö-
peraties, in totaal 16 stuks.
De centrale bond van Deensche coöperatieve
s’ladhterjen, in totaal 61 in aantal.
De Deensche eie,renuitvoercoöperatie ‘met 800
plaatselijke vereenigingen.
De’zaadinkoop- en -verkoopvereeniging.
De groothandelsinkoopvereeniging van de Deen-
sche verbruiksvereenigingen met 1853 plaatselijlcè ver-
eenigingen.
De inkoopvereeniging van het Ambt Ringkö-
bing met 67 plaatselijke vereenigingen.
De inkoopvereeniging van Jutland voor voeder-
artikelen met rond 900 plaatselijke vereenigingen.
De inkoopvereenigirig van de Deensche eilan-
den voor voederartikelen.
De inkoopvereeniging van ‘de Fünen voor vee-
derartikelen.
De Deensche inkoopvereeniging voor meststof-
f en met 1468 plaatselijke vereenigingen.
542
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
22 Juli 1936
De Deensche koleninkoopcoöperatie.
De Deensche coöperatieve cementfabriek. De bond van de samenwerkende Deensche agra-
rische verzekeringsmaatschappijen.
Coöperatieve banken.
Coöperatieve ziekenfondsen.
De koleninkoopoopera’tie van Fünen.
De coöperatieve sanatoriumvereeniging.
De beteekenis van de afzonderlijke coöperatieve
vereenigingen in het ecpnomisch leven van Denemar-
ken blijkt uit de volgende tabel:
De coöperatieve zuivelfabrieken behandelden 90 pOt: van de hij alle zuivelfabrieken ingeleverde
melk.
Door de coöperatieve hoteruitvoervereenigingen
werd 48,9 pOt. van den totalen Deensdhen boter-
uitvoer
,
verzorgd.
Voor rekening van de coöperatieve varkeussiach-
terijen komt rond 83 pOt. van de totale door de ex-
portslachterijen verrichte slachtingen. De eierenuitvoercoöperaties en de eierenuitvoe-
rende slachterijen leverden 24,4 pOt. van den Deen-
schen eierenuitvoer.
Via de vee-exportcoöperaties ging 33,3 pOt. van
den totalen Deenschen uitvoer van runderen en rund-
vleesch.
De coöperatieve inkoopvereenigingen voor voe-
derartikelen hadden een omzet van 82,9 pOt. van den
totalen netto-invoer van voederartikelen.
Door de coöperatieve mestinkoopvereeni’ging
werd 39,3 pOt. van het totale verbruik aan kunst-
mest gedekt.
Deze gegevens berusten op de onlangs gepubli-
ceerde statistiek over 1934. Hierbij moet men in aan-
merking nemen, dat de agrarische uitvoer van Done-
marken 75 pOt. van den totalen uitvoer uitmaakt en
de totale uitvoerwaarde in 1935 Deensche Kronen
1266 millioen bedroeg. De totale omzet van de coöpe-
ratieve beweging bedroeg in 1934 Kr. 1652,2 mill.
tegen een totalen. omzet van Kr. 1.614,9 mill. in 1933
en Kr. 1.531,6 mill. in 1932. Hierbij moet men ech-
ter rékening houden met de veranderlijke prijzen op
de wereldmarkt.
De tegenwoordige toestand van de Deensche coö-peratieve beweging wordt, zooals ‘vanzelf spreekt, in
sterke mate beïnvloed door den algemeenen a’bnor-
malen economischen toestand in de wereld. Oorspron-
kelijk op een omvangrijken en vrijen goederenruil
met ‘de andere landen ingesteld, hebben de vele res-
tricties ten aanxien van in- en uitvoer natuurlijk
ook hier een rol gespeeld. Juist bij de hierdoor vaak
noodzakelijke centralisatie en de meer of minder
doorgevoerde planhuishouding in den buitenlandschen
handel hebben de coöperatieve vereenigingen een rol
van. beteekenis gespeeld. In elk geval heeft de Deen-
sche coöperatieve beweging, welke in 1882 met de
eerste coöperatieve zuivelfabriek in het Westjutland-
sche Dorp Hjedding begon, en sedertdien gestadig is gegroeid, thans opnieuw de waarde van het coöpera-
tieve principe bevestigd, zoowel voor slechte tijden als voor tijden van opbloei, den doorslag geven. De
ook op andere gebieden steeds meer aan den dag
komende coöperatieve beweging, zoosis bijvoorbeeld
in den vorm van coöperatieve electriciteitsbedrjven,
coöperatieve bakkerijen, motor- en dorschvereenigin-
gen, is het beste bewijs voor de waarde van den coö-
peratieven arbeid. . R. A.
Schulden, goud en internationale economische
opleving.
De Midland Bank wijdt in het maando’verzieht van
Juni—Juli 1936 een beschouwing aan de Vereenigd’e
Staten, Rusland en Zuid-Afrika. Hoewel er op het
eerste gezicht weinig overeenkomstigs in de econo-
misdhe structuur van deze landen en in hun ‘buiten-
lanzische verhoudingen valt te constateeren is dit
toch aanwezig. Begonnen wordt met eenige typische
verschilpunten naar voren te brengen. De grondsla-
gen voor ‘de welvaart van Zuid-Afrika (2 millioen
Europeanen en 6 m’illioen nlet-Europeanen) zijn in
ongewoon groote mate in een enkele industrie, de
goudmijnen, geconcentreerd. De 130 miljoen inwo-
ners van de Vereenigde Staten
zijn
onderworpen aan
een zeer gevarierd economisch systeem, nonder een
speciaal domineeren’de branche, terwijl meer dan 75
püt. van de 170 millioen Russen, niettegenstaande de inidustrieele ontwikkeling van ‘de laatste jaren,
direct van ‘den landbouw afhankelijk is.
Een volgend ‘versh’il vormt de verhouding tussoheri
Regeering en econ’omishe activiteit in de idr.ie lan-
den. In Rusland een ver doorgevoerd experiment van
gecentraliseerde contrôle over productie en distribu-
tie, in ‘de Vereenigde Staten een sterke beweging om
de vroeger zeer groote iudivi’dueele vrijheid in het
economisch leven te ‘beperken; in Zuid-Afrika de
poging om de heele bevolking van de welvaart in de
voornaamste industrie te doen profiteeren.
Ook de internationale economische betrekkingen
toonen een markant onderscheid. In Zuid-Afrika is
de exporthan’del het middelpunt van ‘de economische
activiteit. Het behoud van open markten is zoowel voor zijn ‘gou’d, als ook voor de wol-, maïs-, fruit-
en andere agrarisdhe producten van veel belang. In
de Vereenigde Staten is de exporthandel naar ver-
houding veel minder belangrijk en voor Rusland ho-
teekent deze ‘slechts een gering ‘deel van zijn econo-
mishe activiteit.
Monetair on’dertaheiden ‘de Vereenig’de Staten •zich
door een gewijzigden vorm van ‘den ‘gouden standaard,
Ruslan’d ‘door een stelsel dat veel van een ,,pure
managed currency” weg heeft en Zui’d-Afrika door
een ,,man.aged currency” op sterling basis, terwijl
tenslotte de Vereen’igde Staten een crediteurlan’d zijn,
Zuid-Afrika een •debiteurnatie en Rusland, tussdhen
‘deze twee uitersten ‘in en zijn voorooriagscihe schulden
niet erkennende, noch het een noch het an’der is.
Een punt van overeenkomst ligt in het feit, •dat
alle ‘drie ‘de landen een actieve betalingsbalans ‘heb-
hen en het is de bedoeling van het ‘artikel van de
Mi’dland’bank om ilüervan de gevolgen, d.w.z. het ge-
bruik van ‘deze aangroeien’de surplussen, na te gaan.
Een land met een actieve betalingsbalans kan de
hierdoor ter beschikking komende saldi op ‘drie ma-
nieren aanwenden; het kan huitenlandsche schulden afhetalen, in ‘het ‘buitenland beleggen, of monetaire
reserves in binnen- of buitenland aanleggen. In gern
van de drie landen is evenwel een vermeerdering van huitenlandsche u.itettin:gen het gevolg geweest.
De betalingsbalans van de Vereenigde Staten
‘sloot
in 1934 met een actiefsaicFo van $466 miljoen, iu
1935 ‘van $ 147 m’illioen. De vreemde investeerin’gen
op langen termijn in Amerika zijn veel meer toege nomen dan ‘die van Amerika ‘in het buitenland, ter-
vij’l,
als ‘gevolg van de monetaire en politieke onze-
kerheden ook de uitzettingen op korten termijn in
Amerika belangrijk zijn toegenomen.
De gevolgen van ,,de vlucht in den Dollar” waren
zoo veel belangrijker dan ‘het sal’do ‘van de ‘betalings-
balans. Voor meer dan $ 300 millioen werd in 1935
zilver ‘in ihet ‘buitenland aangekodht, terwijl ruim
$ 1700 millioen in ‘goud (bijna tweemaal ‘de jaarlijk-
she wereldproductie) werd ingevoerd. Volgens het
laatste onderzoek betreffende ‘de 1buitenlandsche in-
vesteerinigen en fondsen in de Vereenigde Staten
waren ein;d 1935 meer dan $ 5000 millioen op langen termijn geïnvesteerd
1)
en $1200 mi’l’lioen op korten
trijn.
Het Russische saldo
van de betalingsbalans was in
1935 circa • 45 millioen. Over vorige jaren ‘bestaan
1)
$ 1700
m’illioen in de industrie, $800 millioen in de
spoorwegen, $ 600 milliocn in •de public. utilities en $600
millioen in de mijnbouw- en petroleummaatschappijen. Op
Engeland vallen
27
pCt. Op Canada
20
pCt. Overige Euro-
peesche landen
42 pCt.
22 Juli 1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
543
geen gegevens, maar 1935 zou het eerste jaar zijn, dat
een surplus opleverde, vooral dank zij den vooruitgang
van de Russische industrie. Het saldo werd bijna ge-
heel ‘dienstbaar ‘gemaakt aan de vermindering van
na ‘de revolutie ontstane ‘buiten’landsdhe schulden
(waardoor het bedrag ‘van deze schulden tot een klein
bddrag verminderde) en voor de rest ter versterking
van de positie van de centrale bank aangewend.
De officieele gegeven’s van
Zuid-Afrika
over 1935
zijn nog niet geheel ‘bekend, doch zonder twijfel was
er een aanzienlijk surplus op de betalingsbalans aan
te wijzen, waardoor ‘de buitenlan’clsche schulden (voor-
namelijk Engelsche) vermin!derd konden worden.
Alle drie de genoemde landen zijn gou’dpro’ducen-
ten, ‘gezamenlijk ‘produceeren zij twee derden van de
totale wereldproductie. Zuid-Afrika beschouwt ‘zijn
‘goud geheel als uitvoerproduct en voegt slechts zeer
weinig aan ‘de reserves van zijn centrale ‘bank toe;
Rusland daarentegen versterkt
zijn
monetaire reser-
ves, evenals ‘de Vereen’igde Staten, waardoor bij dit
laatste land de reserves ver ‘boven het noodzakelijke
(o.a. als dekking van kort-loopende buitenlandsc’he
verplichtingen) zijn gestegen.
Welke beteekenis hebben deze ten’denzen betreffen-
de internationale schulden en goud nu t.a.v. ‘het we-
reld’herstel?
De mogelijkheid voor debiteuren om ‘hun schulden
te betalen ‘bevordert een herstel, terwijl ‘dit versterkt
kan worden ‘door de bereidheid van crediteuren om
nieuwe investeeringen voor ‘buitenlan’dsche ontwik-
keling te ‘bestemmen. Het eerste heeft in’derdaad
plaats gevonden, doch het valt op te merken, dat ‘de
landen, ‘die hun schulden hch’ben kunnen verminde-
ren uit saldi van de betalingsbalans, niet ‘de landen
zijn met de grootste schulden, doch juist de ‘landen met een 1buitenlandsche schuld, welke in overeen-
stemming was met ‘hun, capaciteit. Nieuwe interna-
tionale investeerin’gen ‘hebben ‘daarentegen weinig
plaats gevonden en ‘dit zal ook niet h
e
t geval kunnen zijn voordat de ondragelij ke schuldenlasten vermin-
•derd zullen zijn. Dit zou het ‘beste kunnen ‘geschie-den d’oor een stijging van de ‘grondstoffenprijzen en
theoretisch bestaat er een verband tusschen ‘deze prij-
zen en de goudhoeveelheden. Ruw ‘gezegd is ‘de waar-
de van ‘de werel’d’gou’dvoorraden ‘sin’ds 1929 verdu’b-
held (‘groote productie, ‘devaluaties), maar om ‘het
prijsniveau te verhoogen is noodig, ‘dat ‘deze voorraden
goud over een ‘groot aantal centrale ‘banken worden
verdeeld. En dit ‘heeft juist niet plaats ‘gehad. Het
goud wordt ‘daar verzameld, waar het het minst noo-
dig is en ‘daardoor zal het theoretische verban’d tus-
schen goudhoeveelhei’d en prijsniveau’ niet in een
prjsstijgin’g tot uitdrukking kunnen komen en de
groote ‘hoeveelheid ‘goud het werel’dhers-tel niet kun-
nen ‘bevorderen. Hiervoor noemt het artikel van de
M’i’dlan’d Bank een tweetal voorwaarden: de valuta-
verhoudingen moeten weer normaal worden en de
grondslag moet ‘gelegd worden ‘voor een herstel van
het economisch vertrouwen, waarvoor voornamelijk
politieke pacificatie nood zakelijk is.
ONTVANGEN BOEKEN.
Morkta.nalpse und Absa.tzorga.nisa.tion
door Dr. Hans
Fischer.
(Berlijn
1935; Deutscher Betriebswirte
Verlag Gm.’b.H. Prijs R.M. 9.60).
Dit boek wijdt in hot eerste deel een uitvoerige be-
sohouwing aan de structuur van de Duitsche markt voor
papier, •schrijfwaran en kantoorbehoeften.
De verbruikers ‘worden in vijf groepen verdeeld, de be-
hoefte’bepalende factoren worden vastgesteld aan de hand
van omvangrijk statistisch materiaal, de plaatselijke ver-
deeling ‘van deze gegroepeerde behoeften op het gebied van
de markt worden door middel van grafische voorstellingen duidelijk en aanschouwelijk weergegeven. De van produc-
tie tot behoefte leidende disti’ibutiewcgen worden beschre-
ven en de beteekenis van •groothaiidel en specialen handel
in het kader van de distribuatie-organisatie van de markt
wordt onderzocht. In het hoofdstuk over ‘het marktonder-zoek worden de resultaten van beide analyses ter contrôle van haar juistheid tegenover elkaar gesteld.
Tn het tweede deel wordt ‘de organisatie van een indus-
trieele verkooporganisatie geschetst; de meest doelmatige
wegen voor de ‘distributie worden vastgesteld, de overeen-
komstige typen ‘van verkoopers gekozen en de plaatselijke
verdeelin.g van het gebied van de markt in verkoopsdis-
trioten voltrokken.
De studie is als concreet marktonderzoek voor alle bij
de papier-, sc’hrijfwaren- en kantoorbehoeftenmarkt ‘betrok-
ken kringen van groote practische beteekenis, welke door
het overvloedige cijfermateriaal nog wordt vergroot.
Zur Kritik moderner Krisentheorien
door N. Mosz-
kowska. (Praa’g 1935; Verlag Neue Weltbühne.
Prijs Tsj. Kr. 12.-).
Critiek op eenige nieuwe socialistische crisistheorieën;
de ontwikkeling van een eigen onduidelijk uiteengezette
theorie van de overaccumulatie.
La Déva.ination du Franc Beige
door Prof. Dr. F.
Baudhuin. (Brussel 1936; L’Edition Universelle
S.A.).
Een aanvulling op het boek over de Belgische devaluatie,
die als een ,,opdrsition délicate, ‘parfaitement réussie” werd
betiteld. De ‘schrijver bespreekt de resultaten na een jaar,
die alleszins aan de verwachtingen hebben voldaan.
Economic Conditions in the Netheriartds East Indies
1933-1935 ‘door L. B. S. Larkins, Puilicatie
No. 637 van het Department of Overseas Trade.
(Londen 1936; 1-1. M. Stationery Office. Prijs
2 sh.).
Onder het hoofd .,United Kingdom Trade Ontlook and
the Quota Systein” wijst de heer Larkins op ‘het voort-
durend slinkende aandeel van Groot-Brittannië in den
Ned.-Indischen invoer van de voornaamste artikelen en
spoort het Engelsche ‘bedrijfsleven aan tot een krachtige
poging om deze ontwikkeling te stuiten. Voorwaarde daar.
voor is een zoo zuiver mogelijke kennis van de markt.
Bezoeken aan Indië door Britsche zakenlieden of hunne, in andere landen van het Verre Oosten gevestigde, ,,area
representatives” zijn srhanrsch en dan nog in de meeste
gevallen van ‘voo korten duur, dat die met het oog op de
uitgestrektheid ‘van dat eilandenrijk nauwelijks toereikend
kunnen zijn voor een behoorlijk marktonderzoek.
Het rapport geeft ettelijke nuttige wenken voor lan-
gere zakenreizon.
Toegevoegd is ‘het consulair verslag betreffende Suma-
tra’s Oostkust over dezelfde periode.
AANVOER VAN GRANEN.
(In tons van 1000 kg.)
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
12118 Juli
Sedert
Overeenk. 12/18 Juli
Sedert
Overeenk.
1936 1935
1936
1jan. 1936
tijdvak 1935
1936
1Jan. 1936
tijdvak 1935
Tarwe
……………..
12.214
581.992 493.947
–
8.311
8.837
590.303 502.784
3.253
135.098
123.670
–
1.976
281 137.074
123.951
Rogge
……………..
665
14.618
12.361
–
350
‘-
14.968 12.361
l3oekweit ……………..
5.2
4
0
406 283 441.986
1.821
89.461
75.984
495.744 517.970
3.685
171.123
164,662
300
12.140 19.604
183.263
184.266
52.616 81.692
–
680
1.660
53.296
83.352
Mais ……………….
Lijuzaad
…………..
104.183 109.907
2.818
121.098
243.532
225.281
353.439
Gerst
……………..
Haver
……………..1.95
2
100
32.441
28.643
175
–
32.616 28.643
Lijnkoek …………….
m
2
..465
799
20.123
10.877
60
5.446
3.767
25.569
14.644
Tarweeel
………….
Andere meelsoorten
613
19.224 15.575
213
966
1.761
20.190
17.336
544
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
22 Juli 1936
Beknopte economie
door Mr. M.
V.
Polak. (Leiden
1936; N.V.
Leidsche Uitgevers-Maatschappij.
Prijs ing.
f1.95,
geb. f 2.40).
In dit boekje is getracht de economie naar den tegen-woordigen stand der wetenschap ‘in heknopten vorm te
behandelen, zonder aan de volledigheid en duidelijkheid
afbreuk te doen. De systematiek is de gebruikelijke, ter-
wijl er in het bijzonder naar gestreefd is, de overzichte-
lijkheid te bevorderen.
Is
de Volkenbored nog een vredesinstrument?
door
Jhr. Mr.
0.
van Nispen tot Sevenaer. (‘s-Gra-
venhage
1936; W. P.
van Stockum & Zoon N.V.
Prijs
f 0.50).
Nadat in deze brochure eerst in het kort de toestand
van onrust en verwarring wordt ‘beschreven, waarin een
groot gedeelte van de wereld verkeert en de stemming,
die in verschillende landen, welke hij den Volkenbond zijn
aangesloten en elders, 710h ontwikkelt tegen deze instel-
ling in haar tegenwoordigen vorm, worden de oorzaken
nagegaan, welke het geringe succes daarvan en de stijgen-
de onts’temming daartegen verklaren. Op een herziening
van het grondverdrag van den Volkenbond en een losma-
ken van het Pact van de vredesverdragen wordt aange-
drongen.
MAANDCIJFERS.
OVERZICHT VAN DEN STAND DER RIJKSMIDDELEN
UIt. Juni 1936 (in Guldens)
]IEEL1NG la
Kohieren voor
den dienst
1936
1
)
Dir. belastingen.
Bedragen,
–
welke zijn
terugge-
Benaming der
Totaal
geven of
Zuiver
‘0
=
middelen
bedrag
an ders dan
bedrag
o
.’A
.0
0
wegens
betaling
opdekoh.
atgeschr.
Grondbelast. a)
10.200.669
–
10.200.669
9.918.580
Inkomst.bel. b)
30.261.208
919.352
29.341.856 25.827.162
Vermogensbel. c)
1
7.818.300
81.287 7.737.013
7.487.827
Verdedig.bel. T
3.660.544
38.429
3.622.1151
3.929.272
Bel.v.d.doodehd.
1.119.726
–
1.119.726j
642.405
Totalen..
53.060.447
1.039.068
52.021.379j47.805.246
V4 hooidsom + 20 opcenten op ,de hoofdeom der ge-
couwde eigendommen.
Hoofdsoin + 60-78 opcen’ten. c) Hoofdsom + 75
opcenten.
Voor de belastingen naar inkomen en vermogen be-staan de vermelde bedragen uit % gedeelte van het belas
tin’gdiienstjaar 1936/1937 en ‘% gedeelte van het belasting-
jaar 1935/1936.
Voor de belastingen naar inkomen en vermogen be-
staan de vermelde bedragen uit ‘4 gedeelte van het be-
las’tingdienstjaar 1935/1936 en
1%
gedeelte van het be-
lastingdienatjaar 1934/1935.
AFDEELING Ib
1
Juni
1
.Neaefl
1Jan.
Overige,middelen.
1936 1936
Divid.- en tantièmebel. . 1.847.793
Rechten op den invoer . 6.399.076
Statistiekrecht ………..137.312
Accijns op zout ………..146.152
Accijns op geslacht – . . – 511.033
Accijns op wijn ……….423.450
Accijns op gedistill . . 2.074.354
Accijns op bier ………721.913
Accijns op suiker ….. ..
.4.614.757
Accijns op tabak …….3.021.950
Bel. op gouden en zilverw. 39.721
Omzetbelasting ………5.187.578
Coupoobelasting ……..648.351
Recht. en boeten v. zegel
1
1.314.105
Recht. en boet. v. registr. 731.962
Recht. en boet. v. succes- sie, v. overgang bij over-
lijden en v. schenking 2.381.103
Opbrengst d. loodsgelden
53.568
Totalen.. . .130.254.1781 175.980.5061 180.714.692
1;
Hieronder begrepen wegens zegelrecht van nota’s van
makelaars en commissionnairs in effecten, enz.
f
290.620
(BeurS1el.).
2)
Id.
f
2.014.484.
AFDEELING II. DIENSTJAAR 1935.
Zuivere op-
brengstoverhet
Bedrag van de
tijdvak van
1
raming
Jan. 1935 tot en
met de maand
Juni 1936
Grondbelasting.
(
hoofdsom
+
20 opcenten
op de hoofdsom der gebouw-
de eigendommen.)
9.870.000 9.959.178
Inkomstenbelasting
(hoofdsom
+
opcenten)
1)
.
74.200.000
8)
68.298.783
Vermogensbelasting
ihoofdso’m
+
opcenten)
2)
.
19.015.000
3)
18.194.943
8.738.059
Belasting v. d. doode hand
– . –
3.000.000
1.094.323
Divid.- en tantièmebelasting
12.000.000 10.483.410 97.500.000 89.239.047
1.639.545
Accijns
op
zout
…………
2.000.000 2.057.986 5.946.428
Statistiekrecht
………….1.800.000
4)
2.114.216
Accijns op geslacht
………6.500.000
Accijns op ‘t gedistilleerd
– –
31.000.000 28.387.355
10.000.000
‘
8.446.236
Veidedigingsbel.
1
……….9.200.000
50.000.000 53.826.172
Accijns op
tabak
………….
34.000.000
33.963.299
Rechten op den invoer …….
Belast, op gouden en zilverw.
550.000
497.041
81.500.000 60.943.781
Accijns op wijn
…………2.400.000
.
6.000.000
5.705.425
Accijns
op
bier
………….
Accijns op
suiker
………..
Omzetbelasting
………….
Rechten en boeten van zegel
16.109.663
Rechten en boeten v. registr.
11.500.000
10.531.054
Couponbelasting
…………5.000.000
Rechten en boeten v. succes- sie, v. overgang bij overlij-
33.000.000
34.707.931
den
en v.
schenking ……
Opbrengst der loodsgelden
– –
2.600.000
6)
2.612.053
Totalen …. 512.635.000
1474.395.928
‘) Ten behoeve van het belastingdienstjaar 1934/1935
werden 20, ten behoeve van het belastiugdienstjaar 19351
1936 worden 60-78 opeenten geheven.
2)
Ten behoeve
van het belastin.gdienstjaar 1934/1935 werden 55, ten be-
hoeve van het belasitiingjaar 1935/1936 worden 75 opeenten
geheven. ‘) Nader gewijzigd ingevolge de wet van 4 Maar’t
1935. (Stbl. No. 70). •) Id. 13 September 1935 (StbL No. 548). °) Id. 10 October 1935 (Stbl. No. 601).
OVERZICHT VAN DE INKOMSTEN TEN BATE VAN
HET WERKLOOSHEIDSSIJBSIDIEFONDS.
Dienst 193611937
Bedrag van
raming
Zuiver bedrag
kohieren tot en
met de maand
Juni_1936
Groodbelasting (veertig ten hon-
10.120.000
10.120.657
Personeele belasting (tachtig ten
honderd van de hoofdsom naar
den eersten, tweeden en derden
,
21.750.000
19.280.236
Gemeentefoudsbelasting
(vijf
en
derd van de hoofdsom)
……..
twintig opcenten op de hoofd-
14.250.000
1.363.460
grondslag)
………………
Vermogensbelasting (twintig op-
centen op de hoofdsom)
2.100.000
257.614
som)
…………………….
[nkomstenbelasting
(tien opcen-
ten op de hoofdsom)
… …..
..4,600.000
457.883
Totaal …….
52.820.0i)
31.479.850
INKOMSTEN TEN BATE VAN HET GEMEENTEFONDS
l
Dienst 193511936 ‘ Zuiver bedrag der
ko-
Zuiver bedrag der hieren voor den dienst
kohieren tot en met 1934/35 tot en met de-
de maand Juni 1936 1 zelfde maand van 1935
Gemeente.f.belast.. . 61.328.169 55.708.779
Tijd.opc.o.d.gem.f.b.1)
–
20.976.313
Opc. verm. t. get. v. 50
1
5.316.749
5.460.382
Tijd.opc.o.d.verm.b.
6)
–
,
3.276.229
1)
Nader gewijzigd ingevolge de wet van 2 Aug. 1935
(Stbl. No. 451).,
2)
Alléén voor het dienstjaar 193411935.
INKOMSTEN TEN BATE VAN HET VERKEERSFONDS.
Juni1936
1
1936
1
1935
Motorrijtuigenbelasting
Rijwielbelasting
Totaal
……….
1
1.252.1521
3.430
12.508.8111
119.375 12.526.124
120.968
1.255.582
12.628,186
12.647,092
5.181.931
42.996.774
797.578
932.327 2.934.117
1.008.112
13.370.142
3.414.128 24.797.439
16.857.378 228.289
30.243.638 2.959.590
4.849.3
komstige eriode
1935
5.048.494
42.095.129
775.315
1.132.847
2.680.207
1.314.458
13.957.504
3.864.980
25.324.850
17.572.297
243.679
29.551.502
2.693.693
8.897.757
5.928.020
17.051.9281 18.127.826
276.8911
1.506.134
Benaming der middelen
22 Juli 1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
545
STATISTIEKEN.
BANKDISCONTO’S.
isc.Wissels. 3
7 Juli ’36
Ned
Lissabon
….
q 5Mei’36
Bk ‘el.Binn.Eff.3
7
Juli
’36
Orsch.inR.C.3i
Londen ……2 St!
Juni’32
7
Juli ’36
Madrid ……5
9Juli ’35
Athene ……….
7
14Oct.’33
N.-YorkiF.R.]3.
4
1Feb.’34
Batavia……….
4
1 Juli’35
Oslo
…….. .
22Mei’33
Belgrado
……..
5
lFebr.
’35
Parijs
……3
9
Juli’36
Berlijn
……….
4
22 8ept.’32
Praag
……3.
1 Jnn.’36
Boekarest ……..
4
15Dec.’34
Pretoria
. .
.. 3
15Mei’33
Brussel ……….
2
16Mei’35
Rome ……..
q 18Mei’36
Boedapest
……
4
28Aug.’35
Stockholm
. .
21
7Dec.’33
Calcutta
……..
3 28Nov.’35
Tokio….
3.285
7Apr.’36
Dantzig……….
5
21 Oct.’35
Weenen …… 3
10Juli’35
Helsingfors ……
4
3Dec.’34
Warschau…. 5
260ct.’33
Kopenhagen
….
3
22Aug.’35
Zwits. Nat. Bk.
21
3 Mei’35
OPEN MABKT.
1936
18
13(18
6111
29 Junil
Juli
Juli
Juli
4Juli
1935
15(20
Juli
1934
16/21
Juli
1914
20(24
Juli
Amsterdam
Partic. disc.
ltls
1
13
!i6.2
1
1
2
1
js_9116
2
1
12-
7
1s
1142
1
j8
118
3118_3J
Prolong.
–
1’1
I
1
12-2
2
1
12-3
11(4-3(4
1
2
1
1
4
-14
(,onden
Daggd…
‘j,-1
‘(t
–
1
‘,-1
1
112
1
13
1121
“j,l
1
3
14-2
Partic. disc.
9(,5(,
9
116-
5
18
9
I16-I8
°Ii”t
5is
11167I8
4114_314
Seri/in
Daggeld…
2
7
18-3
271s-3114
3_11
4
2
1
13
1
14
2
7
8 311
4
4’5
1
14
–
t%aandeld
2
1
12-
7
18
2
1
12.
7
8
2
1
12-1
211
2
7/
2
3
/43h(4
37(_5
–
Part, disc.
2
7
18
27
18
2
7
(8
2718
3
3514
2118112
Warenw.
. .
411
411
4
411
4
4..1(
4-
1
14
4112
–
Niew York
Daggeld’)
1
1
l
1
‘(
1
Partic.disc.
3h
!,e
/16
1I6
31
–
t)
Koere van 17 Juli en daaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN iN NEDERLAND.
D ata
New
Londen
Berlij
)
n
Parijs
Brussel Batavia
1
York*,l
*)
)
8)
1)
14 Juli
1936
1.46%
7.37%
59.22
9.71%
24.821
100%
15
,,
1936
1.46’j.
7.37%
59.20
9.72%
24.84
100%
16
,,
1936
1.46% 7.37%
59.22
9.73%
24.82
100%
17
,,
1936
1.46%
7.37%
59.22
9.73
.
24.84
100%
18
,,
1936
1.46%
7.38%
59.24
9.73
24.82
100%
20
,,
1936
1.461%,
7.38%
59.22
9.72%
24.82
100%
Laagste d.w’)
1.46%
7.36
59.18
9.71
24.80
100
Hoogste d.w’)
1.46%
7.38%
59.25
9.73%
24.85
100%
Muutpariteit
1
1.469
12.1071
59.263
9.747
24.906
100
Data
snd
Weenen
Praag
Bok
Miaar
Madrid
1.4 Juli
1936
48.04
–
6.09
1.10
–
20.13
15
,,
1936
48.02%
–
6.10
1.10
–
20.141
16
,,
1936
43.07%
6.10
1.10
–
20.16
17
1936
48.07
–
6.10
1.10
–
20.16
18
,,
1936
48.06%
–
6.10
1.10
–
–
20
1936
48.05%
–
6.10
1.10
–
20.121
Laagste d.w’)
48.-
–
8.08
1.05
–
20.10
Hoogste d.sv
1
)
48.08 27.85
6.12
1.15
11.60
20.20
lvluntpariteit
48.003
35.007
7.371
1.488
13.094 48.52
Data
Stock-
Kopen-
Oslo
Hel-
Buenos-
Mon-
holm
)
hagen)
Aires])
treal
1)
14 Juli
1936
38.04
32.95
37.04
3.25
40
1746%
15
,,
1936
38.021 32.924
37.05
3.25
40
1.46%
16
,,
1936
38.-
32.95
37.04
3.25
40
1.46%
17
,,
1936
38.05
32.921
37.04
3.25
40
1.46
18
,,
1936
38.10
32.94
37.121
3.25
40%
1.46%
20
,,
1936
38.12
33.-
37.15
3.25 40%
1.46%
Laagste d.w’)
37.95
32.90
37.-
3.221 39%
1.46%
Hoogste d.tv’)
38.121
33.05 37.15
327
40%
4.47
Muntpariteit
1
66.671
66.671
66.671
6.26ó1
95%
2.1878
8)
Noteering te Amsterdam.
8*)
Not, te Rotterdam.
1)
Part, opgave.
In ‘t Iste of Zde No. van ieder maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
D a
Londen
($
per
£)
Parijs
($
P.
IOOfr.)
Berlijn
(3
p. 100
Mk.)
Amsterdam
(S
p. 100 gid.)
14 Juli
1936
5,02%
6,63% 40,36
68,27
15
,,
1936
5,02
25
1
6,63% 40,39
68,20
16
,,
1936
0,02
25
I
a
6,63K
6
40,39 68,20
17
,,
1936
5,03
6,63
40,36
68,15
18
,;
1936
5,03
8
/
6,62
7
.1
40.37 68,16
20
1936
5,02
27
/
6,62%.
40,35 68,15
22 Juli
19351
4,96%
6,62%
40,32
67.25
Muntpariteit..
1
4,86
3,90% 23.81%
40%,
KOERSEN TE LONDEN.
Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
4Juli
1936
11Juli
1936
1
131I8Juli
1936
1LaagstelHoogstei,
18Juli
.
1936
Alexandrië..
Piast.
p.0
97%
97%
97%
97% 97%
Athene
. .. .
Dr.
p. £
527 528 527
528 528
Bangkok….
Sh.p.tical
1110
1
1110
1110T8S
1110TT
1/103,
Budapestl).;
Pen.
p. £
16%
27
26
28 27
BuenosAires’
p.pesop.
18.721
18.40 18.30
18.50
18.34
Calcutta
. . . .
Sh.
p.
rup.
116%
1/6%
1168182
1165112
1/6%
Constantin.
.
Piast.
p. £
624 624 623 624 624
Hongkong
. .
Sh.
p. $
1/3151
33
113%
6
113%
6
1j3%
113
15
1
Sh.
p.
yen
1,21 132
112
1
1
32
1/2 1
1
23
132
121
132
Kobe
…….
Lissabon….
Escu.p.
,C
110% 110%
109%
110%
110%
Mexico
. .. .
$
per
£
17.90
17.90
17.40
18.40 17.90
Montevideo
8)
d. per
£
24% 24%
24
24%
24%
Montreal
..
$
per
£
5.03
5.03
5.02%
5.03%
5.03%
Riod.Ja aeir04 d. per
Mil.
/82
2
25
1
2%
2′,
22518
Shanghai
..
5h.
p. $
1
11
2%
112% 112%
1/2%
0
112%,
Singapore
..
id.
p. $
214
8
1
2/4
5
1
2/4%
6
2/4%
2
1
45
1
Valparaiso 5).
$
per
£
130 130 130 130 130
Warschau
..
Zl. p. £
26% 26%
26%
26%
26%
1) Offic. not. 6 Juli 16314.
2)
Offic. not. 15 laten, gem. not., welke imp.
hebben te betalen, 2 Juli 17.08.
3)
Offic. not. 4 Juli 39
1
(; to Juli 39;
11Juli
3815116;
13 Juli 39; 15 Juli
391!,;
18 luni 39. 4) Id. II Mrt. 1935 41/4,
5) 90 dg. Vanaf 28 Aug. laatste .export” noteering.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS )
Londen’)
N.Yorkl)
Londen
14 Juli
1936..
19%
44%
14 Juli
1936….
138,
1
l0
15
,,
1936.. 19%
44%
15
,,
1936..,.
1391_
16
,,
1936..
19 ly,
44%
16
,,
1936….
138,11
17
,,
1936..
19%
44%
17
,,
1936….
138/10
18
,,
1936..
19%
44%
18
,,
1936….
1389
20
,,
1936..
19%
44% 20
,,
1936….
13817
22 Juli
1935.. 30%,
67%
.
22 Juli
1935….
140181
27 Juli
1914..
24
1
%,
6
1
59
27 Juli
1914….
84110%
1)
in pence
p. oz.
stand.
5)
Foreign
silver in
$c. p. oz.
fine.
3)
in sh.
p.oz.
fine
STAND VAN
‘
8 RIJKS KAS.
Vorderingen
I
7Juli1936
1
15juli1936
Saldo van
‘s
Rijks Schatkist bij De Ne
1
20.176.935,67
t
33.419.078,-
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
65.367,03
•
523.061,90
Voorsch.
op
uit. Juni (resp. Mei) 1936
derlandsche Bank
……………….
a(d. gemeent. verstr.
op
a. haar uit te
keeren hoofds. der pers. bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der geir..
fondsbel., alsmede
opc. op
die belas-
tingenen
op
de vermogensbelasting
,,
4.558.347,14
,,
5.887.202,10
,116 505.921,54
,,
114.257.455,78
Voorschatten aan Ned.-lndië
……….
Idem
aa,,
.
Suriname ………………
12.317.12377
,,
12341.631,83
Kasvord weg. credietverst.a(h. buitenl
….
,,
118.413 728,77
,,
117.371.634,29
Daggeldieeningen tegen onderpand
Saldo der postrek.
v.
Rijkscomptabelen
20.000.000,-
28.447.9W,86
,,
18.750.000,- ,
29.289 992,50 7.997.281,39
5.718.491,85
Vord.
op
andere Staatsbedrijven’)
…….
Verstr. ten laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan gemeenten (saldo)
,,
38.151.219,09 •
38.144.500,40
Verplichtingen
Voorschot door De Ned. Bank ingev.
art.
16 van haar octrooi verstrekt
– –
Schuld a. d. Bankvoor Ned. Gemeenten
–
–
Schatkistbiljetten in Omloop ………
/431.179000.-
f431.174.000,-
Schatkisipromessen in omloop
…….
96.090.000.-
–
96.090.000.-
Zilverbons in omloop ……..
…….
,,
1.172.817,-
1.171.644,50
Schuld
op
uit.Juni (resp. Mei) ’36 aan de
.
gem. weg. a. h. uitte keeren hoofdsd.
pers,
bel.,
aand.
i.
d. hoofd,. d. grondb.
e.
d. gem. fondsb. alsm.
opc. op die
bel, en
op
de vermogensbelasting
–
–
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.
1)
878.145,44
,,
762.881,56
,,
1.670.866,93
,
919.344,18
Schuld aan Curaçao’)
……………..
Id. a. h. Staatsbedr. der
P.T.
en
T.’)
,
79.550.675,81
,,
78.204.094,18
,,
690.166,56
770.518,32
Id, aan andere Staatsbedrijven
1)
…..
103.192.402,11
,
104.401.455,12
Id. aan diverse instellingen’)
………..
1)
In rekg.-crt. met’s Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
1
Data
Metaal Circa-
1
cti
1 ,,.
o’el’cb
1
. Discont. Div. reke-
h,,M
1 ningen’)
/
1.979.000,-
/
1.929.000,-
Saldo b.
d.
Postchèque- en Girodienst
752.000,-
1.817.000,-
Saldo Jaasche
Bank
……………..
Verplichtingen:
Voorschot’s Rijks kas e.a. Rijksinstell
• II
1.981.000,-
,,
108.961.000,-
,,
1.250.000-
Schatkistbiljetten in omloop ………
2.000.000,-
,,
2.000.000,-
Schuld aan het Ned.-lnd, Muntfonds.
,,
1.264.000,-
1.264.000,-
Schatkisipromessen in omloop………1.250.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank.
997.000,-
..
931.000,-
Belegde kasmiddelen Zelfbesturen…
,
830.000,-
,,
830.000,-
Voorschot van de Javasche Bank
5)
Betaalmiddelen in
‘s
Lands Kas
op
18 Juli 1936
f
50.287.000,-.
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
20 Juni
1936..
759
996 473
604
1.387
13
,,
1936..
759 1.072 524
605
1.394
6
,,
1936..
757
1.175 540
597
1.404
30 Mei
1936,.
753
1.228
492
596 1.408
23
,,
1936,.
756
1.002
505 594
1.401
1
Juli
1914..
645
1.100
560
735 396
‘)
Slultp.
der
activa.
546
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
22 Juli 1936
STATISTISCH OVERZI
GRANEN
EN ZADEN
TUINBOUWARTIKELEN
VLEESCH
TARWE
R000E
MAIS
GERST
LIJNZAAD
KOM-
KOMMERS
TOMATEN
VROEGE
AARD-
RUND-
VARKEN
Manitoba
loco
74 kg Bahia
La Plata
64165 kg
La Plata
La Plata
le soort
A
APPELEN
VLEESCI-1
VLEESC
Rotterdam/
Amsterdam
Blanca loco
R’dam/A’dam
loco
R’dam/A’dam
loco Rotter-
damfA’dam
loco
R’dam/A’dam
per 100
St.
per 100 K.G.
per lOO K.G.
(versch)
per 100 kg
(versch
per 100 k
per 100 kg.
per 100 kg.
per 2000 kg.
per 2000 kg.
per 1960 kg.
Berkel/
Rodenrijs
Westland
Groote-
broek
Rotterdam
Rotterda
2)
3)
.
4)
f1.
1
01
f1.
f
1
.
0
10
f1.
%
n.
0
10
f]
01
0
i
n
1E
n.
1925
17.20 100,0
13,07
5
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
1
–
1
–
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25 75, 196,75
834
50050
77,9
1927
14,75
85,8
12,47
5
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
1
–
1
–
1928 13,47
5
78,3
13,15 100,6
226,00
97,7
228,50
96,8
363,00
78,5 7,49
100,0
1
20,-
100,0
4,93
100,0
93,-
1
100,-
77,50
1929
12,25
71,2
10,87
6
1
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
7,79
104.0
16,-
80,0
3,15
63,9
96,401
103,7
93,126
1930
9,676 56,3 6,226
1
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0 5,24
70,01
20,-
100,0
4,12 83,6
108,-
1
116,1
72,90
1931
5,55 32,3 4,55
1
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
3,62
48,3
1
14,50
72,5
4,95
100,4
88,-
1
94,6
48,-
1932
5,226 30,4
4,62
5
1
35,4 77,25
33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
5,71
76,2
11,50
57,5
————-
1,69
34,3
61,-
65,6 37,50
1933
5,026 29,2
3,55
1
27,2
68,50
29,6
70,00
29,7
148,00
32,0
5,57 74,4
/
8,21
41,1
0,85
17,2
52,-
55,9 49,50
1934
3,67
5
21,4
3,325
25,4 70,75
30,6
75,75
32,1
142,50
30,8 5,43
72.6
553
27,7
3,23 65,5
61,50
66,1
46,65
1935
4,125
24,0
3075
23,5
61,25
26,5
68,00
28,8
131,75
28,5
2,30
30,7
6,64 33,2
3,14 63,7
48,12
5
51,7
51,62
5
Juli
1934
3,80
22,1
3,30
25,3 71,50
30,9
78,75
33,4
151,25
32,7
5,43
72,6
8,28
41,4
3,52
71,3
63,-
67,7
44,62
5
Aug.
4,37
25,4
4,27e
32,7
83,25 36,0 93,50 39,6
159,25
34,4
5,89
29,5
2,93
59,4
63,95
68,8
43,30
Sept.
4,-
23,3
4,15
31,7
77,25
33,4
93,25
39,5
145,50
31,5
2,02
10,1
63,55
68,3 42,626
Oct.
3,50 20,3
3,70
28,3
69,50 30,0
93,50
39,6
135,25
29,2 5,92
————–
29,6
60,70
65,3
42,12
5
Nov.
3,50 20,3 3,45 26,4
71,25 30,8
89,25
37,8
127,75
27,6
————-
53,75
57,8
44,50
Dec.
3,45
20,1
3,55 27,2
76,25 32,9
91,00
38,6
134,00
29,0
53,15
57,2
44,65
lan.
1935
3,30
19,2
3,526 27,0
74,25
32,1
89,25
37,8
137,25
29,7
53,625
57,7
45,62
5
ebr.
3,20
18,6
3,375
25,8
68,00 29,4 71,25
30,2
124,25
26,9
51,90
55,8
47,55
Maart
3,20
18,6
3,075
23,5
67,75 29,3 64,00
27,1
120,50
26,1
51,40
55,3
51,20
April
4,07
5
23,7
2,95
22,6
70,75
30,6
66,75
280
125,00
27,0
-‘
51,925
55,8
50,25
Mei
4,05 23,5
2,90
22,2
59,90
25,9
67,25
28,5
125,50
27,1
50,80
54,6
48,50
Juni
4,02
23,4
2,90
22,2
57,50
24,8
75,00
31,8
124,25
26,9
48,-
51,6
46,12
5
Juli
3,92b
22,8
2,55
19,5
54,50
23,5
66,75
28,3
124,50
26,9 2,30
30,7
10,19
50,9 4,24
86,0
48,-
51,6 47,375
Aug.
4,25
24,7
2,625
20.1
55,25 23,9
64,50
27,3
132,25
28,6
7,29
—–
–
–
—
–
–
—
–
–
–
36,5 2,03
41,2
44,80
48,2
52,55
Sept.
4,75
27,6
3,-
22,9 55,75
24,1
64,50
27,3
139,50
30,2
4,45
—
–
—
–
–
–
–
–
–
—
—
22,3
43,375
46,6
56,62
6
Oct.
4,95
28,8
3,35 25,6 57,75 24,9
64,75
27,4
142,75
30,9
4,61
—–
–
–
–
–
–
—
—
–
–
—
—-
–
–
—
—
—–
–
–
—
–
–
—
—
23,1
46,07
0
49,5 64,626
Nov.
•
4,65
27,0
3,20 24,5
55,00
23,8
59.75
25,3
137,75
29,8
42,75 46,0
56,85
Dec.
5,15
29,9
3,40
26,0
56,75
24,5
60,75
25,7 146,50
31,7
-.
44,75
48,1
52,25
Jan.
1936
5,45 31,7
3,526
27,0
56,00
24,2
63,50
27,0
153,50
33,1
—–
–
–
–
–
–
—
–
–
–
—–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
44,-
47,3
50,87
5
Febr.
,
5,225
30,4
3,40
26,0
55,25
23,9
64,50
27,3
152,50
33,0
43,775
47,1
48,25
Maart
5,22
6
30,4
3,50 26,8
59,50
25,7
69,75
29,6
150,00
32,4
45,75
49,2
46,575
April
•
5,17
5
30,1
3,45
26,4 64,00
27,6
70,00
29,7 147,25
31,8
—-
–
–
–
–
–
–
—
—
—
48,50
52,1
45,375
Mei
5,125
29,8
3,17
6
26,6 63,75
27,5
72,25
30,6
147,75
31,9
—-
–
–
–
—
—
—-
—
–
–
51,60
55,5
44,30
Juni
5,05
29,4
345
26,4 66,00
28,5
71,50
30,3
154,00
33,3
—-
–
–
–
—
—
—
–
—
—
–
–
—-
–
–
—
—
—
—
–
—
—
–
–
54,15
58,2
46,25
6
Juli
5,40
31,4
3,55
27,2 69,50
30,0
71,0
30,3
160,00
34,6
4,
53,4
12,
—-
–
–
–
—
—
—
–
—
—
–
–
—-
–
–
–
—
—
—
–
—
—
–
–
60,0
2,82
57,2
I56,-)
60,2 47,755)
3
,,
,,
5.60
32,6
..
3,65
27,9 70,00
30,2 74,001
31.4
167,00
36,1
3,05 40,7
10,32
—-
–
–
–
—
—
—
–
—
—
–
–
50,2
2,02
41,0
57,700)
62,0
47,756)
.0
,,
,,
5,70
33,1
–
–
73,00
31,5
75,00
31,8
161,00
34,8
57,70
7
)
62,0
47,757)
1) Men zie voor de toelichting op dezen staat de nos. van 8, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No. 2 van Jan. 19
tot 16Dec. 1929 American No. 2, van 16 Dec. 1929 tot 26 Mei 1930 7415 kg Hongaarsche; vanaf 26 Mei 1930 tot 23 Mei 1932 74kg Zuid-Russische; van 23Mei Van 23 Mei-19 Sept. 1932 No. 3. Van 19 Sept. ’32 tot 24 Juli ’33 62163 kg Z.-Russ. Van 24 Juli ’33-7 Oct. ’35 64165 kg La Plata. Van 7 Oct. ’35-18 Mei ’36 62/1
Vervolg STATISTISCH OVERZIC
MINERALEN TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN
STEENKOLEN
Westfaalsche/
PETROLEUM
BENZINE
KATOEN
______________ ___________ ___________
WOL WOL
gekamde
KOE-
KALK.
Hollandsche
Mid. Contin.
Crude
Gulf exp.
gekamde
Australische, Australische,
HUIDEN
SALPET
bunkerkolen,
ongezeefd f.o.b.
33
3390
64/66°
$cts.
per
Middllug locoprijzen
F.0.
F.
Sakella-
G. F. No.
1
Merino, 64’s Av.
CrossbredColo-
nial Carded,
Gaaf, open
kop
Old. pe
100
kg
R’damlA’dam
Bé
.
g.
per barrel
U.S.
New .York
rides
Oornra
Liverpool
loco
Bradford
per lb.
50’s Av.
loco
57-61 pnd.
netto
per 1000kg.
per lb.
Liverpool
Bradford per Ib.
f1, 8
ts.
110
cts.
Olo
pence
o/
pence
0
10
pence
0
10
pence
–
0
10
1
10
fl.1
1925 10.80
100.0
1.68
100,0
14,86
I
100,-
23,25
100,0
29,27
100,-
9,35
100,-
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
I IC
1926
17,90
165,7
1.89
112,5 13,65
1
91,9
17,55
75,5
16,24
55,5
6,30
67,4 47,25 85,9
24,75
83,9
28,46
82,0
11,61
t
1927
11,25
104,2 1.30
77,4
14,86
1
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3
7,27
77,8
48,50 88,2
26,50
89,8
40,43
116,5 11,48
1
1928
10,10
93,5
1.20
71,4
9,98
1
67,2 20,00
86,0
19,21
65,6
7,51
80,4
51,50
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
1
1929 11,40
105,6 1.23
73,2
10,-
1
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2 6,59 70,5
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
1930 11,35
105,1
1.12
66,7 8,77
1
59,0
13,55
58,3
12,-
41,0
3,92
41,9
26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
t
1931
10,05
93,1
0.58 34,5
5,04
1
33,9
8,60
37,0
7,33 25,0 3,08 33,0
21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
‘1
1932
8,00
74,1 0.81
48,2
4,50 30,3 6,45
27,7
5,21
17,8 3,11
33,3
16,00
29,1
8,50 28,8
11,15
32,1
6,15
1933
7,00
64,8
045
26,8
3,61
24,3 6,75
29,0
5,13
17,5
2,78
29,7
19,25
35,0 9,50 32,2
13,26
38,2
6,18
1934
6,20
57,4
0.63
37,5 2,88
19,4
7,35
31.6
5,32
18,2
2,68
28,7
19,25
35,0
10,25
34,7
12,07
34,8
6,11
1935
6,05
5,60
0.62
5
37,2 3,02
20,3
7,05
30,3
5,16
17,6
2,96
31,7
16,75
30,5
8,50
28,8
12,54
36,1
5,89
4
Juli
1934
6,15
56,9
0.62
36,9
2,68
18,0
7,55 32,5
5,22
17,8
2,83
30,3
17,00
30,9
9,00 30,5
11,50
33,1
6,30
Aug.
,,
6,15
56,9
0.62
36,9 2,68
18,0
7,85
33,8 5,32
18,2
2,85
30,5
16,00
29,1
8,50
28,8
11,75
33,9
5,80
4
Sept.
,,
6,00
55,6
0.62.
36,9
2,74
18,4
7,70
33,1
5,06
17,3
2,71
29,0
15,00
27,3 8,50
28,8
12,-
34,6
5,85
4
Oct.
,,
6,00
55,6
0.62 36,9
2,60
17,5
7,40
31,8 4,93
16,8
2,57 27,5
15,00
27,3
8,50
28,8
12.50
36,0
5,90
4
Nov.
–
6,10
56,5
0.62
36,9
253
17,0
7,40
31,8 5,42
18,5
2,67
28,6
15,00
27,3
8,75
29,7
12,-
34,6 5,95
4
Dec.
•
6,05 56,0
0.62 36,9
2,76
18,6
7,50
32,3. 5,43
18,6
2,77
29,6
14,50
26,4
8,50
28,8
11,25
32,4 6,05
j
,
an.
1935
6,05
56,0
0.620
37,2
2,97
6
20,0
7,55
32,5 5,38
18,4
2,99 32,0
14,75
26,8
8,25
28,0
10,75
31,0 6,15
rebr.
6,05
56,0 0.626
37,2 2,75
18,5
7,50
32,3
5,24
17,9
3,-
32,1 14,00
25,5 7,75 26,3
10,50
30,3 6,20
Maart
,
5,90 54,6
0.62
36,9 2,74
18,4
6,80
29,2
4,85
16,6
2,79
29,8
13,75
25,0 7,50
25,4
10,25
29,5 6,25
April
6,00
55,6
0.63 37,5 2,99
20,1
7,05
30,3 4,89
16,7
2,89 30,9
14,75
26,8 8,00
27,1
10,75
31,0 6,30
Mei
•
6,05
56.0
0.62 36,9
2,97
5
20,0
7,30
31,4
4,96
16,9
3,07
32,8
16,00
29,1
8,50 28,8
11,75
33,9
6,30
J
uni,
6,05
56,0
0.62
36,9
3,15
21,2
7,-
30,1
4,82
16,5
2,98
31,9
16,75
30,5
8,50 28,8
12,-
34,6
6,30
uh
6,05
56,0
0.62 36,9
3,116
21,0 7,25 31,2
4,82
16,5
3,08
32,9
18,25
33,2 9,00
30,5
11,75
33,9 5,40
4
Aug.
6,15
56,9
0.62
36,9
op
I/
pence.
3,08
20,7
6,80 29,2
4,91
16,8
2,83
303
18,25
33,2 9,25
314
34,6 5,40
4
Sept.
6,10
56,5
0.625
37,2
2,85
19,2
640
27,5
4,95
16,9
2,63
2
8:1
18,25
33,2
875
.
297
14,50
41,8 5,50
4
Oct.
6,05
56,0
0.62
5
37,2
3.-
20,2
6,70 28,8
5,30
18,1
2,96 31,7
18,50
33,6
8′,75
29,7
16,-
46,1
5,55
4
Nov.
6,05
56,0
0.62 36,9
3,17
21,3
7,05 30,3
5,90
20,2
3,16
33,8
18,75
34,1
9,00 30,5
16,-
46,1
5,60
4
Dec.
6,05
56,0
0.62 36,9
3,39
22,8 7,05
30,3
5,91
20,2
3,15
33,7
18,50
33,6
8,75
29,7
14,25 41,1
5,70
4
lan.
1936
6,15
56,9 0.615
36,6 3,39
22,8
7,05
30,3 5,82
19.9
2,91
311
1925
35,0 9,00
30,5
15,-
43,2
5,80
4
1
ebr.
,
6,15
56,9
0.61
36,3
3,45 23,2
6,80
29,2 5,49
18,8
2,74
293
l9′,25
35,0 9,25
31,4
15,-
43,2
5,85
4
Maart
»
6,15 56,9 0.615
36,6
3,47 23,4
6,75 29,0 5,57
19,0
2,79
29,8
19,75
35,9 9,50 32.2
14,25
41,1
5,90
4
April
6,20
57,4
0.61
5
36,6
3,43
23,1
6,90 29,7 5,47
18,7
2,73
29,2
19,75
35,9 9,50
32,2
14,-
40,3
5,95
4
6,25
57,9
0.616
36,6 3,43
23,1
6,90
29,7
5,42
18,5
2,67
28,6 20,00
36,4 9,50
32,2
13,75
39,6
6,-
Juni
,
6,30
58,3
0.615
36,6 3,36
22,6
7,10
30,5 5,43
18,6
3,34
35,7
19,25
35,0
9,25
31,4
37,5
6,-
6 Juli
,,
6,25
57,9
0.615
36,6
3,25
2
)
21,9
7,45
32,0 5,78
5
)
19,7
3,570)
38,2
19,00
0
)
34,5
9,00
8
)
30,5
13,-”
37,5
6,-
13
,,
,,
6,25
57,9 0.615
36,6
3,25
0
)
21,9
8,-
34,4
6,00e)
20,5 3,60
0
)
38,5
19,25
9)
35,0
9,00
9
)
30,5
6,-
20
,,
6,25
57,9
0,61
5
36,6
3,25
4
)
21,9
7,85
33,8
6,197)
21,2
3,64
7
)
38,9
19,25
10
)
35,0
9,25
10
)
31,4
6,-
1)
Jaar- en maandgemiddelden afgerond
2)
3
Juli.
3
)11 Juli:
4
) 18 Juli.
6)1 Juli.
0)
8Juli.
7)
15Juli.
8)
2Juli.
9)
9
Juli.
10)
16Juli.
21)
14Juli.
52)
7Juli.
22 Juli 1936
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
547
GROOTHANDELSPRIJZEN
1)
–
.
ZUIVEL EN EIEREN
.
METALEN
BOTER
BOTER
P.
g
Eaer
EIEREN
KOPER
LOOD
.
TIN
IJZER
Cleveland
GIETERIJ
•
ZINK
GOUD
ZILVER
per kg
Heffing
maar
em. rp
.
an
r
Locoprijzen Locoprijzen
Foundry
IIZED Locoprijzen
cash
cash
Leeuwar-
Crisis
Fabrieks-
Etermijn Locopriizen
Londen
Londen
No.3f.o.b.
(I’x III)
p.
Londen Londen
Londen për
derCornm.
Zuivel-
kaas
Roermond Londen
per Eng’. ton
perEn.ton
Middlesb
Eng. t. f.o.b.
per
per ounce
Standard
Noteering
Centr.
kI. mjmerk
p. 100 st
per Eng. ton
per Eng ton
Antwerpen
Eng. ton
fine
Ounce
per 50 kg.
f1.
O!o
fi.
ii.
°Io
f1.
°!o
Oj
£
°lo
£
0
1
0
5h.
Oj
sh.
°Jo
£
0(
sh.
°j
pie
Oo
25
2,31
100,0
–
56,-
100,0
9,18
100,0
62.116
100,0 36.816 100,0
261.171-
100,0
731- 100,0
671-
100,-
36.316 100,-
85(6
100,-
32
1
1s
100,0
926
1,98
85,7
–
43,15
77,1
8,15 88,8
58.11-
93,5
31.116
85,3
290.1716
111,1
86/6
118,5
6818
102,5 34.210
94,3
851-
99,5
28
11
(16
89,3
927
2,03 87,9
–
43,30
77,3
7,96
86,7
55.141-
89,7
24.41-
66,4 290.41-
110,8
731-
100,0
6416
96,3 28.101- 78,8
851-
99,5
26(4
83,3
928
2,11
91,3
–
48,05
85,8
7,99
87,0
63.161-
102,8
21.11-
57,8 227.51-
86,8
661-
90,4
6218
93,5
25.516
69,9
851-
99,5
26
1
116
81,1
29
2,05
88,7
–
45,40
81,1 8,11
88,3
75.14/-
121,9
23.51-
63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6
24.1716
68,8
851-
995
24Ii
76,2
30
1,66
71,9
–
38,45
68,7
6,72
73,2 54.131-
88,0
18.1j6
49,6
142.51-
54,3
671-
91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
851-
95
l7′
3
116
55,4
891
1,34
58,0
–
31,30 56,9
5,35
58,3
36.51-
58,4
12.11-
33,1
110.11-
42,0
55!-
75,3
4716
70,9
11.1016
31,9
9216
1108,2 13
1
j
8
41,6
932
0,94
40,7
–
22,70 40,5 4,14
45,1
22.171-
36,8
8.121- 23,6
97.21-
37,1
421-
57,5
371-
55,2 9.161-
27,1
1181-
1138,0
127J9
40,1
933
0,61
26,4
0,96 20,20
36,1 3,71
40,4
22.216
35.6
7.1716
21,6
131.181-
50,4
411-
56,2
351-
52,2
10.1216
29,4
12417
3
14 145,8
12
3
l
385
934
0,45
19,5
1,-
18,70
33,4
3,45
37,6
18.1416
30,2
6.1516
18,6
141.196
54,2
401-
54,8
337
50,1
8.9!-
23,4
13717
3
14 161,0
131116
40
1
7
935
0,49
21,2
0,99
14,85
26,5
3,20
34,9
19.116
30,7 8.1116
23,5
134.1616
51,5
3916 54,1
.
3318
50,2
8.101-
23,5
142f2
166,3
1711116
55,1
i’34
0,40
17,3
1,-
21,50
38,4
2,81
30,6
18.11j-
29,9
6.1416
18,5
142.91-
54,0
4016
55,5
3214
48,2
8.61-
22,9
137111
161,4
12
3
14
39,7
g. ,,
0,43
18,6
1,-
20,90 37,3
3,32
6
36,2
17.61-
27,9
6141-
18,4
139.716
53,2
401-
54,8
3216
48,5
8.716
23,2
13816
162,0
13
40,5
)t..
0,43
18,6
1,-
18,12
5
32,4
3,31 36,1
16.101- 26,6
6.516
17,2
137.171- 52,6
3916
54,1 3216
48,5
7.171-
21,7
1411-
164,9
13
1
18
‘
40,9
t.,,
0,43
18,6
1,-
17,37
31,0
3,95
43,0
16.31- 26,0
6.61-
17,3 137.1916
52,7
3916
54,1 3216
48,5
7.71-
20,3
141110
165,9
14
43,6
5.
0,47
20,3
1,-
17,-
30,4
4,526
49,3
16.1116
26,7
6.81-
17,6
139.81-
53,2
401-
54,8
3216
48,5
7.716
20,4 139164
163,2
14
7
18
46,3
c.
0,54 23,4 0,95
15,126
27,0 4,07 44,3
16.161-
27,1
6.61-
17,3
137.816
52,5
3916
54,1
3411
50,9
7.4/6
20,0
140164
164,4
14
11
1
45,7
t.’35
0,58
25,1
0,90
14,95
26,7 3,12 34,0 16.191- 27,3
6.5!-
17,2
138.111-
52,9
3916
54,1 3416
51,5
7.616 20,4
1411101 165,9
1414
45,9
).
,,
0,52 22,5
0,95
14,375
25,7
3,20
34,9
16.41-
26,1
6.41-
17,0
136.81-
52,1
3916
54,1 3416
51,5
7.316
19,8
14218
166,9
14
1
(1
46,1
t.
,,
0,37
16,0
1,025
13,30
23,8
2,74
29,8
16.81-
26,4
6.716
17,5
124.5J6
47,5
381-
52,1
3319
50,4
7.-J-
19,4
14715
172,4
15
3
14
49,0
r.
,
0,37
16,0
1,08
11,50
20,5
2,315
25,2
18.81-
29,6
7.516
20,0
131.-16
50,0
3816
52,7
3316
50,0
7.111
20,9
14415
168,9
1811
56,6
t
n
0,34
14,7
1,10
11,85
21,2 2,38
5
26,0
20.-!-
32,2
8.616
22,9
135.516
51,7
391-
53,4
3316
50,0
8.1516
24,3
142134
166,4
20
62,3
Ii
0,41
17,7 1,07
11,95
21,3 2,416 26,3
18.161-
30,3
8.1116
23,5
136.5(6
52,0
3916
54,1 3316
50,0
8.111-
23,6
14116
165,5
19(8
61,1
i
n
0,44
19,0
1,-
12,37
5
22,1
2,54 27,7 18.101- 29,8 8.131-
23,7
140.1116
53,7
39;6
54,1 3316
50,0
8.101-
23,5
140110
164,7
18116
57,0
g.
0,46
19,9
1,-
15,10
27,0 3,315
36,1
19.151-
31,8
9.11!-
26,2
135.126
51,8
401-
54,8
3316
50,0
8.1816 24,7
14014
164,1
17
7
J
55,6
t.,,
0,58
25,1
0,97
20,25
36,2
3,16
34,4
20.1016
33,1
9.14/6
26,7
135.4j6
51,6
3916
54,1 3316
50,0 9.81- 26,0
1411-
164,9
17
9
116
54,7
0,65
28.1
0,89
19,875
35,5
3,95
43,0
21.316
34,1
11.31-
30,6
136.1716
52,3
3916
54,1 3316
50,0
10-16
27,7
14118
165,7
17
5
1
54,9
v.
n
0,59
25,5
0,94
16,90
30,2
4,69
51,1
21.216
34,0 10.15/6
29,6
135.1316
51,8
4016
55,5
3316
50,0 9.161-
27,1
141134
165,3
17
9
1i
54,7
c.,
0,57 24,7
095
15,80
28,2 4,60
50,1
21.2(6
34,0 10.1-6
27,5
1
50,4
411-
56,2
3316
50,0
9.21-
25,2
141/1
165,0
I5(6
47,7
1.’36
0,57
24,7
0,95
16,80
30,0 4,04
44,b
20.1616
33,5
9.61-
25,5
125.616
48,0
411-
56,2
3316
50,0
8.1516
24,3
14Ô111
164,8
12
37,4
b.
0,61
26,4
0,925
17,37
5
31,0
3,375
36,8
21.316
34,1
9.131- 26,5
123.8(6
47,1
411-
56,2
33.6
50,0
9.316
25,4
140110
164,7
111116
37,2
t.
n
0,46
19,9 1,04
17,70
31,6
2,69 29,3
21.1216
34,8
9.1916
27,3
127.1216 48,7
411-
56,2
3316
50,0
9.131-
26,7
1411-
164,9
11
1
116
36,8
)r.,,
0,44
19,0
I,02
16,82
5
30,0
2,49
27,1
22.516
35,9
9.141- 26,6
125.171-
48,1
41
1
–
56,2
3316
50,0
9.31
25,3
140f94
164,7
12
1
18
37,7
ei
0,41
20,3
0,99
18,75
33,5
2,52
27,5
22.6(6
36,0
9.9(6
26,0
123.12!-
47,2
41J6
56,8
3316
50,0
8.1816 24,7
14011+
163,9
I2
3
j
38,5
ai
0,57
24,7
0,89
20,20
36,1
2,69 29,3
22.4!-
35,8
9.216
25,1
112.5J-
42,9
41(6
56,8
3316
50,0
8.1416
24,1
138j114
162,5
l2iji
37,5
Ii
0,55
5
)
23,8
0,90
18,50
6
)
33,0
2,75
30,0
22.91-
36,2
991-
25,9
109.161-
41,9
44/6
61
1
0
3316
50,0
8.6(6
23,0
1381114
162,5
ll
5
j16
37,2
0,59
9
)
25,5
0,80
18,50″
33,0
2,80
30,5
22.1016
36,3 9.91- 25,9
118-16
45,1
4416
61,0
316
50,0
8.416
22,7
13818
4
162,2
12
37,4 0,62
10
26,8
0,80
18,75
12
33,5 2,95
32,1
22.1816
36,9
9.1716
27,1
1
16.41-
44,4
4416
61,0
3316
50,0
8.816
2
13817
162,1 12
37.4
t. 193279
K.G.
La Plata;
van 26 Sept.
1932 tot
5 Febr.
1934
Manitoba
No.
2; van
5 Febr. 1934
tot
6Juli1936
80kg.
La
Plata.
3)
Totjan.
1928
Western;
vanaf
Jan.
1928
)ct.
1933
No.
2 Canada.
4)
Tot
Jan.
1928 Malting; van Jan.
1928
tot 9
Febr. 1931
Anierican
No. 2,
van 9
Febr. 1931
tot
23Mei1932
64165 K.G.
Zuid-Russische.
sische.
5)
3Juli.
6)11
Ju,i.
7
)
18 Juli.
8)
2Juli.
9)
9
Juli.
10)
16Juli.
11)
10Juli.
12)
17
Juli.
GROOTHANDELSPRIJZEN.
BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN
VU
ENH
T
‘
baas 7″ f3.
S T
E E N E N
CACAO
COPRA
.
KOFFIE
RUBBER
–
SUIKER
THEE
‘INDEXCIJFER
Kolo-
Zweden/
binnenmuur
buitenmuur
G.F. Accra
Ned.-Ind.
Robusta
Ribbed Smoked
–
Gr
nd
ma
e
er stand ard
per
per
50 kg c.i.f. per
100
kg
Rotterdam
10
R’damlA’dam
Java- en Suma-
stte
pro-
van 4.6l2aM3.
1000
stuks
1000
stuks
Nederland Amsterdam
per
1
1
kg.
Cer
n
per
100
kg.
trathee
p.
1
12
kg.
ducten
f
°Io
f
0/5
/
0
10
sli.
01
/
0
10
cts.
01
Sh.
.
9/
f1.
0
10
cts.
01
925 159,75
100
15,50
100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,875
100,0
61,375
100,0
211,625
100,0
18,75
100,0
84,5
100,0
100.0 100.0
926 153,50
96,1
15,75
101,6
19,50
102,6
49-
115,3
34,-
94,8
55,375
90,2
21-
67,4
17,50
93,3
94,25
111,5
96.0 102.6
927
160,50
100,5
14,50
93,5-
18,50
97,4
681-
160,0
32,625
90,9
46,875
76,4
116,375
51,6
19,125 102,0
82,75 97,9
.
87.5
109.1 928
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
5713
134,9
31,87
5
88,9
49,625 80,9 -110,75
30,2
15,85
84,5
75,25
89,1
84.6 97.4
929
146,00
91,4
14,-
90,3 21,25
111,8
45110 107,9
27,37e
76,3
50,75
82,7
-110,25 28,8
13,-
69,3
69,25 82,0 81.9
85.5
930
141,50
88,6
12,50
80,6
20,75
109,2
34111
82,2
22,621
63,1
32
52,1
-15,875
16,5
9,60
51,2
60,75 71,8
66.0 64.3
931
110,75
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,375
42,9
25
40,7 -13
8,4
8,-
42,7
42,50 50,3
46.8 46.6
932
69,00 43,2 9,25
59,7
15,-
78,9 19/6
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-11,75
4,9
6,325
33,7
28,25 33,4
36.1
38.0
933
73,50 46,0
10,-
64,5
12,75
67,1
15.4
36,0 9,30
25,9 21,10 34,2
-/2,25
6,3 5,52
1
29,5
32,75
38,7
35.2
34.7
934
76,50
47,9 8,50
54,8
10,50
55,3
1316
31,8
6,90
19,2
16,80
27,4
-13,875
10,9
4,07
5
21,7
40
47,3
34.4
32.1
935
59,50 37,2 7,25
46,8 8,75
46,1
1315
31,6
9,15 25,6
14,10
23,0
-13,625
10,2
3,85
20,5
34,50 40,8
33.6 29.0
’34
77,50 48,5
7,50 48,4
10,-
52,6
13111
32,7
8,92
5
19,3
16,75
27,3 -14,375
12,3
3,975
21,2
40,50 47,9
34.1
32.2
g.,,
75,50 47,3 7,25
46,8 9,50
50,0
12110
30,2
6,87
5
19,2
16,50
26,9 -14,5
12,6
3,971 21,2
39,75
47,0
33.9
31.4
)t.,
73,50 46,0
7,-
45,2
8,75
46,1
12(5
29,2 6,65
18,5
16,50
26,9
-14,5
12,6
3,725
19,9
33,50 39,6
33.1
29.5
73,00
45,7
7,-
45,2 8,75
46,1
1117
27,3 6,70
18,7
16,50
26,9 -14,125
11,6
3,52
5
18,8
32,75
38,8
32.7
27.8
v.,
73,00
45,7
7,-
45,2 8,75
46,1
1213
28,8 6,62
5
18,5
16
26,1
-13,875
10,9
3,15
16,8
33
39,1
32.7
27.6
c._
73,00
45,7
7,-
45,2
8,75
46,1
1218
29,8
7,17
8
20,0
16
26,1
-13,875
10,9
3,375
18,0
34,50
40,8 32.7
28.6
’35
66,00
41,3
7,25 46,8 8,50
44,7
1411
33,1
8,771 24,5
16
26,1
–
13,875
10,9
3,50
18,7
33,75
39,9
32.9 29.5
66,00
41,3
6,75 43,5 8,25
43,4
1412
33,3
9,371
26,1
15,62
5
25,5
–
13,75
10,5
3,45
18,4
32
37,9
32.4
28.9
t.
,
59,00
36,9
7,
–
45,2
8,25
43,4
1313
31,2
8,57
5
23,9
14,625
23,8
–
13,25
9,1
3,55
18,9
29
34,3
30.9
27.4
r.
•
60,00
37,6
7,-
45,2
8,25
43,4
1316
31,8
9,15 25,6
14,50
23,6 -13,375 9,5
4,15
22,1
31,25 37,0
32.1
28.5
57,50
36,0
7,-
45,2 8,25 43,4
13
1
4
31,4
9,50
26,5
14,125
23,0
-/3,5
9,8
4,20 22,4
32,75
38,8
33.3
28.6
ii
•
57,50
36,0
7,25 46,8
9,-
47,4
1313
31,2
9,07
6
25,3
13,87
1
22,6
–
13,625
–
10,2
3,876 20,7 30,25
35,8
33.2
27.8
57,50 36,0 7,25 46,8 8,75
46,1
1312
31,0
8,-
22,3
13,50
22,0
-13,5
9,8
3,571
19,1
30,75
36,4
33.4
27.1
g..
58,25 36,5
7,-
45,2
9,25
48,7
1311
.
30,8
8,07
5
22,5
13,50
22,0
-13,5
9,8 3,525
18,8
32,50
385
33.7
27.4
)t.
57,75
36,2
7,-
45,2
9,-
47,4
13
1
5
31,6
8,47
5
23,6
13,50
22,0
–
1
3,375
9,5
3,72
5
19,9
36
42,6
34.2
28.8
56,50 35,4
7,25
46,8 9,25
48,7
1315
31,6
9,975
27,8
13,50
22,0 -13,75
10,5
4,22
5
22,5 46,25 54,7
35.5 31.9
57,75
36,2 7,25
46,8
8,75
46,1
13j3
31,2
10,325
28,8
13,50
22,0
-/3,75
10,5
4,10 21,9
39,50
46,7
35.8
31.1
58,00
36,3 7,50
48,4 9,50 50,0
1316
31,8
10,45
29,1
13
21,2
–
/3,875
10,9
4,20
22,4
39,50
46,7
35.4
30.4
.36
63,00
39,4
8,25 53,2
10,-
52,6
141-
32,9
11,12
5
31,0
13
21,2
–
14,125 11,6
4,32
6
23,1
39,50
46,7
35.5
30.9
63,00
39,4
8,-
51,6 9,50 50,0
14
1
3
33,5
10,625
29,6
13
21,2
–
1
4,375
12,3
4,125 21,3
38,50
45,5
35.6
30.6
t.
,,
64,25
40,2
8,-
51,6
10,25
54,0
141-
32,9
9,775
27,2
13
21,2
-/4,5
12,6
3,92
1
20,9
37,25
44,1
35.8
29.9
r.
,,
65,00
40,7
8,-
51,6
10,25
54,0
14
1
4
33,7
9,725
27,1
13
21,2
-/4,5
12,6
3,975
21,2 36,50 43,2
35.6 29.8
65,00
40,7
8,-
51,6
10,25
54,0
1513
35,9
9,525 26,6
13
21,2
-14.5
12,6
3,65
19,5 37
43,8
35.2 29.9
ii
,
68,00
42,6 7,75
50,0
10,-
52,6
1711
40,2 9,90
27,6
13
21,2
–
1
4,5
12,6
3,85 20,5
36,50
43,2
35.3 31.0
Ii
68,50
42,9
17
1
3
12
40,6
10,37
1
28,9
13
21,2
-14,75
13,3
3,75 20,0
36
8)
42,6
354
31.2 72,00
45,1
10,50
29,3
13
21,2
-1475
13,3
3,75 20,0
36,25
10
)
42,9
36.1
31.1
72.00
45,1
10,50
29,3
13,50
22,0
-/4,75
13,3
3,625
19,3
38.0
31.2
Mle Pondennoteeringen vanaf 21 Sept.’81 zijn op goudbasis omgerekend; de Doliarnoteeringen vanaf 20 April’33 zIjn in verhouding van de depreciatle sn Dollar
t.o.v.
den Gulden verlaagd.
548
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
22 Juli 1936
BANK VAN ENGELAND.
1
Bankbilj.
1
Bankbilj.
Other Securities
Data
Metaal
1
in
un
Banking[Advances
Disc.and Securities
1
circulatie
Departm.
15 Juli
1936
1
231.954
1
443.259
47.736
5.864
1
18.407
8
,,
1936
1
226.567
1
443.106
42.494
5.983
17.436
22 Juli
1914
40.164
29.317 33.633
Other Deposits
1
Dek-
Data
Gov.
Sec.
Public
Depos.
Bankers
1
Other
1 Reservel
kings-
IAccountsl
1
oerc.
1)
15 Juli ’36
96.813
20.392
90.637
1
40.684
1
4
8.696l
32,1
8
,,
’36 96.758
10.521
96.704
38.366
43.4611
29,8
22Juli ’14
11.005 14.736
42.185
29.297
52
•)
verriuuuiiig IlibecIleIl rcbc1vc Cli
UCUiLb.
BANK VAN FRANKRIJK.
–
Te goed
–
Wis
Waarv.l
1
Belee-
1
1
Renteloos
voorschot
Data
Goud
Zilver
in h t
buite
e
n!.
sets
op het
buitenl.l
ningen
v.d. Staat
10 Juli ’36
54.607
629
43 118.3221
1.2711
6.0321
3.200
3
36
,,
‘
54.341 650
21 119.8141
1.2751
6.135
3.200
23Juli’14
4.104
640
–
j
1.541
8
7
69
1
–
Bons v. d.1
1 D
r-
Rekg. Courant
Staat Zelfst.
Parti-
Data
zelfSt.
ien
ve
1)
Circulatie
amort.
/
amort.k.l
culieren
10Juli ’36
5.7 08
2.522
86.090
219
1
1.208
1
6.123
3
,,
36
5.708
1
2.478
86.448
189
1
1.214 6.057
23 Juli’14
–
–
5.912
401
–
1
943
niuitposi activa.
DUITSCHE RIJKSBANK.
Daarvan
Deviezen
Andere
Data
Goud
bij bui-
als goud-
wissels
Belee-
tent. circ.
dekking
en
ningen
banken
1)
geldende
cheques
15 Juli
1936
1
72,0 24,5
5,1
4.341,1
42,0
7
,,
1936
1
71,9
24,5 4,9
4.375,3
37,8
30 Juli
1914
1.356,9
–
–
750,9
50,2
Data
1
Effec-
1
Diverse
Circu-
1
Rekg.-
Diverse
ten
Activa
2
)
latie
Crt.
Passiva
15 Juli
1936
1
219,8
1
543,0 4.129,9
804,7
203,6
7
,,
1936
1
219,7
1
547,7
4.213,0
763,6
194,3
30 Juli
1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
JlIuClast.
‘1
W.O. fleItCiioaUKSCIICure 1U,
o JULI FCSp.
£0, £0 Uilli.
NATIONALE BANK VAN BELGIE
(in Belga’s).
Data
Goud .l
2′
r
–
Rekg. Crt.
1936
o
u
c’
I
Q
ë
3
cQ
16 Juli k744
743
54
1
77
157
40
4.419
10
1
9
,,
54
1.410
81
157
40
4.425
19
1.034
FEDERAL RESERVE BANKS.
Goudvoorraad
Wissels
Data
,,Other
1
Goud-
In her-
1
In de
T:dtra
a
1
certifi-
cas h”
2)
disc.
v.
d.
1
open
cateni)
member
1
markt
banks
1
gekocht
1
Juli’361
8.119,5
1
8.106,5
266,2
4,2
1
3,1
24Juni’36
7.970,4
7.958,0
272,8
6,2
3,1
Belegd
1
in circu]
Totaal
Gestort
Goud-
1
Dek-
1
Algem.
1
Dek-
Data
in
t!. S.
Gov.Sec.
Kapitaall
kings-
1
kings-
latie
1
1
perc.0)
1
perc.4)
1
Juli 361
2.430,2
1
4.046,1
1
6.576,6
1
130,9
1
78,9
–
24 Juni’36l
2.430,2
3.980,0
6.489,0
130,9
1
78,7
–
-, IJCLC .CI IlIlLaicil WC1UCII UW.)! UC .3t1Id1P.IDt 4411 UC acac, VC UflhiISCii
gegeven voor de overname van het goud, toen de $ op 31Jan.’34 van
100 op 59.06 cents werd gedevalueerd.
,,Other Cash” does not inciude Federal Reserve Notes or a Bank’s
own Federal Reserve
bonk
notes.
Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opelschbare schulden: F. R. Notes en netto depoelto.
4)
Verhouding totalen
voorraad muntmaterlaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Dis-
1
1
rve
1
Totaal
1
Waarvan
Data
Aantal
conto’s
1
Beleg-
1
de
1
depo-
1
time
Iteening.
en
beleen.
1
gingen
.
banks
1
sito’s
1 1
deposits
24Juni’36’
–
1
8.396
14.124
1
4.282
1
26.372
5.059
17
,,
‘
36
1
12
8.538
11
4
.
121
1
3.937
26.132
1
5.021
pUOlI Wall
flUU. calls, UC UaWaaalU Cdli Dli 05 flank
land zijn in duizenden, alle overige posten in millioenan van de be-
treffende valuta.
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans
op
20
Juli
1936.
Activa.
Binnenl.Wis.(Hfdbk.
f
32.994.159,01
seIs,Prom..
Bijbnk.
1.001.640,03
enz.inclisc.Ag.sch.
3.274.643,32
f
37.270.442,36
Papier
o.
h. Buiten!, in disconto
……
..
–
Idem eigen pörtef.
f
2.184.500,
–
Af: Verkochtmaar voor
de bk. nog niet afgel.
–
2.184.500,.-
Beleeningen
mcl.
vrsch.Bbflk
f
84.248.590,561)
IHfdbk.
,,
6.570.145,30
in rek.crt.Agsch
oponderp.
,,
34.590.006,55
f
125.408.742,41
Op
Effecten
……
f
120.677.075,96
1
)
OpGoedereneuSpec.
,,
4.731.666,45
125.408.742,412)
Voorschotten a.
Ii.
Rijk
…………..
..
–
‘1unt, Goud
……
f
124.603.475,- Muntmat., Goud
.. ,,
504.631.008,71
f
629.234.483,71
Munt, Zilver, enz.
,,
21.175.619,35
Muntniat., Zilver
.
–
,
650.410.103,062)
Belegging van kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds
……………………,,
39.554.272,13
Gebouwen en Meub. der Bank
… …. …
4.600.000,-
Diverse rekeningen
………………
4.367.480,24
Staat d. Nederi. (Wetv. 27 5’32,
S. No.
221)
11.958.329,12
f
875.753.869,32
Pasaiva.
Kapitaal
……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds
……….
………….
..
3.105.769,04
Bijzondere
reserve
…
…………..
..
6.300000,-
Pensioenfonds
………………….
.. 10.238.203,99
Bankbiljetten
in
omloop …………..
..
747.379.410,-
Bankassignatiën in
omloop
……….
,,
24.658,84
Rek.-Cour.
f
Het Rijk
f
37.420.419,33
saldo’s:
Anderefl
,,
49.786.986,75
87.207.40608
Diverse
rekeningen
………………
..
1.4 98.421,37
f
875.753.869,32
Beschikbaar metaalsaldo
…………
f
317.01754,94
Minder bedrag aan bankbiljetten in
om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is
792.549.387,-
Schatkistpapier, rechtstreeks bij de Bank ondergebracht
………………….
Waarvan aan Nederlandsch-lndjë
(Wet van
iS Maart 1933, Staatsbiad
No.
99)……….
f
68.518.450,-
Waarvan in het buitenland ……………
………..
.,,
44.170.498,39
Voornaamste posten in duizenden
guldens.
Data
Goud
Circulatie
Andere
opeischb.
Beschikb.
Metaal-
Dek-
kings
Munt
1
Munt mat,
schulden saldo
perc.
20 Juli
’36 124603
504.631
747.379 87.232
317,020
78
13
,,
’36 124603
499.216
758.044
74.823
311.784
77
25 Juli
’14
65.703
96.410
310.437
6.198
43.521
54
Totaal
Schatkist-
B le
–
e
•
e
Papier
Diverse
Data
–
bedrag
disconto’s
promessen
rechtstreeks
ningen
op
het
buiten!.
reke-
ningen
1
)
20 Juli
1936
37.270
–
125.4
09
2.185
4.367
13
,,
1936
40.111
–
126.446 2.185 4.509
25 Juli
1914
.67.947
–
61.686
20.188
509
1)
Onder de activa,
JAVASCHE BANK.
Data
Goud
Zilver
1
Circulatie
opeischb.
metaal-
schulden
saldo
18 Juli
1
36
2
)
107.520
158.400
22.230 35.268
11
,,
1
36
2
).
107.740 160.870 23.690 33.916
20Juni1936
89.061
1
19.38
157.267
23.303 36.218
13
,,
1936
89.061
1
19.186
161.505
22.779 34.533
25 Juli1914
22.057
31.907
110.172 12.634
4.842
Data
1
Wissels,
1
buiten
Dis-
Belee-
1
–
Diverse
reke-
Dek-
king
s-
N.-Ind.
conto’s
ningen
1
ningeni)
percen-
1betaalb.
–
1
tage
18Juli
1
36
2
)
2.660
71T00
10.280 60
11
,,
1362)
1
2.580 75.150 10.730
58
20Juni1936
1
1.862 10.204
60
11.144
1
52.0
13
,,
1936
1
1.080
11.360
56.439
10.462
59
25 Juli1914
1
6.395
7.259 75.541
2.228
44
1)
Sluitpost activa.
2)
Cijfers
telegrafisch
ontvangen.