Ga direct naar de content

Jrg. 17, editie 868

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 17 1932

17 AUGUSTUS 1938

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch-;Statistische

B*erïchten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN
DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

17E
JAARGANO

. WOENSDAG
17 AUGUSTUS
1932

No. 868
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.

Algemeen Secretaris:
Prof.
Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.

ECONOMISCh -STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:

Prof. Mr. D. van Blom; J. van Ilasselt; Jhr. Mr. L. H. van

Lennep; Mr. K. P. van der ii[andele;
Prof.
Dr. N. J.

Polak; ‘Mr. Dr. L. F. R. Ee pont; ‘Dr. E. van Welderen

Baron Rengers; Prof.. Mr. Ii. R. Ribbius; Jan Schilthuis;

Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.

Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrjn Stuart.

Redacteur-Secretaris: Dr. H. M. H. A. van, der Valk.
Secretariaat: Pieter de Hooèhweg 122, Rotterdam.

Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement

volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver.

tenties: Nijgh d van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,

Amsterdam, ‘s- Grevenhage. Postchèque- en giro-rekening No.

145192.

Abonne?nantsprz’js voor het weekblad franco V. p. in

Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per

.

jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het

Instituat ontvangen het weekblad gratis.
L)e verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-

vangen de abonnd’s, leden en donateurs kosteloos, voor voo-

ver daaromtrent niet anders wordt beslist.

Aan geteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

16 AUGUSTUS 1932.

In clan toestand van de geidmarkt kwam geen ver-

andering. In het midden der week was er een oogen-

blik eenige terughouding te bespeuren op de disconto-

markt, maar later was cle vraag naar wissels weder

grooter, zoodat er geen verandering kwam in de no-

Leen ogen. Particulier disconto
/ie
pOt.; prolongatie

1 pOt. en cailgeld, voor zoover te piaatsen,
1%
pOt.

* *
*

De Minister van Financiën heeft een inschrijving

opengesteld op sciaticistpapier
01)
22 Augustus a.s.

Aangeboden worden drie- en zes-maands promessen

en
.
jaarbiljetten tot een totta1 bedrag van
f
75 mii-

lioen.
* *
*

Blijkens den weelcstaat van i)e Neclenlandsche Bank

is de post binnenlandsche wissels met
f
635.000 toe-

genomen; de beleeningen vermeerclerden met
f
1,1

millioen. Het voorschot aan het Rijk, dat de vorige

weelc f4,8 mi.11ioen beLiep,heeft phlats gemaakt voor

den tegoed in rekening-courtnt van
f
11,8 millioen.

De post munt en miJ utmateniaal vertoon t een, toe-

neming van bijna f2,5 millioen, welice ‘errneerd-

ring ongeveer gelijkelijic is verdeeld over den goud-

voorraad en den zilvervoorraaci-

Onder de passiva der Bank 1)lijkt cle biljettencircu-

latie met
,f
7,6 millioen te zijn ingekrompen; de reke-

‘ning-courant-saidi stegen daarentegen met
f
6,8 nijl-

Jioen. Het beshIcbaar metaalsaldo is met ruim f2,1

inilli oen vermeerderd; het delcicingspercentagè lie-

draagt nagenoeg 82 pOt. evenals de vorige week.

De flauwe stemm ng voor Dollars, waarmede cle

week opende, bleef ook verder aanhouden, zoodat cle

icoers langzaam terugliep van 24855 tot 2.4825 op

gisteren. Daarentegen kwam aan cie stijgipg van het

Pond’ in het midden der w’eek weder den einde.. Na
8.67 werd weder voor 8.2 afgddaan. Slot ca.

Scandinavië bleef zooals gewoonlijk de. beweging – ian

het Pond volgen. In cle andere. wissels lcw’am «ei.n ig

vei’anclening, met uitzondering van Spanje, dat tot

19.95 teruSliep.

Op de termijnmarkt was cle stemming gedraaid.

Het clisagio voor Poncien
01)
drie maanden liep weder

terug van ca. 1 c. tot ca. p ari en de drie-maands Dol-

lars van 70 es. tot 45 es. Daarentegen waren Belga’s

deze week weder meer aangeboden, zooclat ‘het clisagio

iets grooter werd.

LON.I)EN,. 15 AUGUSTUS 1932.

Gecluiencle cle laatste week ‘bleef cle gelclmarlct zeer

gemakkelijk en de noteering daalde tot 3′ pOt. Dis-

conto was daardoor eveneens zwaic. Drie-maands ‘banic-

accepten noteerden % ct. niet weinig wissels in de

markt. DrLe-maands Schatkistpromessen zijn
15/32
pOt.

tot 3′ pOt.

Gouvernementsfondsen waren in liet begin der week

iets zwak, maar zijn later vast geworden. ‘War Loan

101,”/lts en geconverteerde 3Y5 pOt. 99%—.

De buitenlan dsche wisselmarkt geeft teekanen van

meer activiteit, maar bleef onregelmatig; vooral

Pesetas ver toonden groo te schommelingen wegens be-

richten van revolutie: Guldens sluiten 8.63Y5 en Dol-

lars 3.48.

636

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1932

HAVENGEWEST EN HAVENSCHAP.

1

let in Januari 1929 door de gemeente Rotterdam
bij Gedeputeerde Staten ingediende groote annexatie-
plan vermocht de instemming van dit College niet te
verwerven. Het moet erkend worden, dat het plan wel
zeer omvangrijk was en ‘dat bij verwezenlijking ervan
hèt toekomstige Rotterdam meer een conglomeraat
van steden en dorpen dan een éénheidsgemeente zou
zijn geworden.
Het was dan ook voornamelijk ten behoeve van het
haenverkeer en om binnen Rotterdamsch gebied in
ruime mate ‘de beschikking te verkrijgen over. de vbor
dat verkeer noodige handels- en industrieterreinen,
dat de grenzen zoo ver uitgezet waren. Gedeputeerde Staten ontveinsden zich niet, dat, zoo
al zulk een wijde annexatie groote bezwaren oplever-
de, het havenhelang hij bestendigin’g van den admi-
nistiatief verbrokkelden toestand in het havengebied
langs de Maas zeer geschaad
ZOU
zijn. :De Regeeriog,
aan een wenk van het Provinciaal College ‘gehoor
gevende, benoemde in Mei 1929 een commissie ten
einde een onderzoek in te stellen inzake een – zoo
noodig met toepassing van artikel 194 der Grondwet – te scheppen organisatie, welke voor haar huishou-
ding zou kunnen heerschen over een gebied, niet be-
perkt door ‘gemeentegrenzen, doch welke ook de auto-
nomie der gemeenten niet zou aantasten, voor zoover
dit
niet noodzakelijk is om tot een harmonische ont-
wikkeling van het havenibedrijf te geraken.
– Deze Commissie, naar haar Voorzitter (den Rotter-

clamschen Burgemeester) wel eens genaamd de Com-
rnissie-Fortuyn, kwam in September 1931 met haar
rapport gereed; zij stelde voor om over te gaan tot
het in het leven roepen van een ,,haven’gewest”.
T-let behoeft wel
nauwelijks
betwijfeld te worden of
het was in April 1931 aan eenige belangstellenden
reeds ter oore gekomen, i.n welke richting de conclu-
sies der Commissie-Fortuyn zouden gaan. In deze
maand althans gevoelde het Hoofdbestuur der Necler-
landsche Maatschappij voor Nijverheid en Handel zich
geroepen om, zonder het lovenbedoelde rapport af te
wachten, ook bij te dragen tot de oplossing ,,van dat
actueele geheel van vraagstukken, dat voortspruit uit
cle economische verbrokkeling van het havencomplex
der Rijn- en Maasmonden” en daartoe concrete voor-stellen te doen. De Maatschappij benoemde eveneens
een commissie, onder presi.d.i.um
van den heer Plate,
welke Commissie voor het opstellen van een vooront-
werp van wet bijgestaan werd door Prof. Mr. F. J. A.
Hu art.

Het in April I.I. verschenen rapport w’erd door de
Maatschappij overgenomen en aan de Regeering aan-
geboden. Het concludeert tot ‘de stichting van een
,havenscha.p”.

Welke zijn nu het uitgangspunt, ‘de overwegingen
en de conclusies ‘der beide commissies, waarin stem-
men hun rapporten overeen, wat is het verschil tus-
schen beider voorstel?
Deze vragen in het kort hier de revue te doen pas-
seeren, is te meer van belang, omdat, gelijk wij zagen,
de data van verschijnen der rapporten niet te ver
uit elkaar liggen en zij ‘dus min of meer beschouwd
kunnen worden als twee praeadviezen, over dezelfde
zaak uitgebracht aan – zij het ook niet beide op ver-
zoek van – ‘de Regeering, hij welke •de mogelijkheid
tot verwezenlijking goeddeels berus.

_* *
*

Wat den vorm betreft: het verslag der Commissie-
Fortuyn is, gelijk het een ambtelijk rapport betaamt,
zeer uitvoerig en compleet, het mist uiteraard ook
polemisch karakter. Daarentegen keert de Commissie-
Plate zich reeds in haar inleiding tegen de conclusies van het inmiddels verschenen evenbedoeide verslag.
Zij stelt de overwegingen van gene Commissie telkens
tegenover de hare, maar kan zich anderzijds natuur-
lijk van een breedvoerige omschrijving van den be-

INHOUD:

Blz.

HAVENGEWEST EN HAVENSCHAP
door
Dr. K. F. 0.

Jan
ies ………………………………… . … 636

Kunstmatig gemeentecrediet en het rapport Welter door

J. J.
Kornctorffer …………………………..638

De crisis en de winsten uit de overbeidsbedrijven door
E.
J.
Abrcshams
met Naschrift ………………..
640

BUITENLANDSOHE MEDEWERKIlG:

Gesjacher te Ottawa door
Prof. P. Geyt ………..
641

AANTEEKENINGEN:

De ioop van het economisch herstel in de Vereenigde

Staten ………………………………..
643

De handelsbeweging van Engeland ……………
644

• Indexcijfers van scheepsvrachten ……………..
645

ONTVANGEN BOEKEN
……………………….
645/650

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
………..
645-650

Geldkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten. – Goederenhandel.

staanden toestand en zijn, feiten onthouden; het is
d aaic!oor veel bek nopter geworden.
De (beschouwingen van de twee Commissies gaan
daarin parallel, dat zij heide de bestaande adminis-
trati ef-recirteljke en organisatorische gespl i’tstheid
van cle economisch-geografische eenheid, die gevormd
wordt door de havens aan de. nionden van Rijn en
Maas, bezwaarlijk achten.
Beide Commissies zien ‘dit als een ernstig nadeel
voor een ‘goede ontwikkeling, een juisten uitbouw van
het havedgebi cd.
Afgezien daarvan echter acht ‘de Commissie uit de
Nederlandsche Maatschappij voor Nijverheid en Han-
dcl het grootste manco – van den bestaanden toestand
gelegen in het ontbreken ‘van eenheid in de exploi-
tatie van diut havencomplex.
hier openbaart zich het groote verschil in ziens-
wijze tusscheu ‘cle beide Commissies. Naar het oor-
deel töch ‘der Oon]Iiissie-Fortuyn worden •de nadee-
len, welke ‘verbonden zouden zijn aan de verbrokke-
ling der ëxploitatie – clie zij niet geheel ontkent –
opgewogen door ‘de daaraan verbonden voorcleelen. De
onderlinge concurrentie ‘toch dwingt lii. tot het laag-
ho uclon der tarieven, hetgeen zij een voordeel acht.
Op grond van niet ‘veel moer dan deze cciie, ietwat
poo”er geargu men teerde overweging acht de Commis-
sie het nut van unificatie twijfelachtig, is zij daarvan alt,hans niet overtuigd, zoodat deze eenheid van ex-
plo i’tatie achterwege kan blij ven.
Slechts zal ook volgens ‘de Rijlcscommissie ‘gestreefd
moeten worden naar een ,,centrum, waar de ver-
schillencie gemeentelijke en paiticuliere tarieven, met
eikander kunnen worden ‘vergeleken en van waaruit
getracht kan worden ongemo’tiveerde verschillen te
doen verdwijnen en schadelijke tegenstellingen op te
heffen”.
De Oommissie-Plate ha’d mi. geen moeilijke taak
om deze meening te weerleggen. i)e concurrentie van
bu itenlandsche en andere havencomplexen oefent
reeds een tarief-cirukicende werking uit. Onderlinge
verschillen binnen het gebied tea aanzien van de
tarieven werken echter slechts een economisch even-
wichtige ontwikkeling tegen, waarbij niet zelden de
kleine havens het groote centrum, aan ‘welks grenzen
zij zich hdbben gevestigd, unfaire concurrentie aan-doen. J)e groote voordeelen dezer vrije concurrentie
in te zien vermag ilc evenmin als geheel gerust te zijn
ten aanzien ‘van de beteugeling van de zelfs door de
Commissie erkende u i twassen ‘daarvan door middel van een centrum, dat deze tarieven slechts zal ‘verge-
lijken en wellicht zal trachten verschillen te doen
verdwijnen.

Al spreekt de Commissie-Fortuyn zelf reeds dade-
lijk tegen, dat de door haar voorgestelde oplossing
slechts als een compromis zou zijn te ‘beschouwèn, zoo
dringt de vraag zich toch juist ‘door ‘deze tegenspraak
bij voorbaat op, of zij zelve niet dit deel van haar

17 Augustus 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

637

botoog een zwakke stee heeft gevonden, doch terug-
geschrokken is voor cle consecluenties, welke éénheid.
van exploitatIe medebrengt.
In haar oogen is iritussehen, gelijk reeds aangestipt werd, eenheid in ontwikkeling van het havencomplex
het voornaamste object, dat nagestreefcl moet worden.
Zij ziet deze ontwikkeling los van het beheer en voor-
namelijk als een kwestie van uibbreicl ingsplannen.
De verbrokkelde havenaanleg langs de Nieuwe

Maas cii den Waterweg dreigt nog door grootere eco-

nomische ongereclitigheden te worden gevolgd, van-
neer de oevers der Oude Maas voor haven- en in-
cl ustr iedoelei n’den in gebruik genomen zullen worden.
Een cloelcorporatie met uitgebreide ‘bevoegdheden op
dit punt behoort bi. ingesteld te worden om zulks
te voorkomen, daar van samenwerking tussehen Ge-
meenten of van een streekplan geen afdoende hulp
wordt verwacht.
Heel veel verder behoeven ‘de bevoegdheden dezer
doeicorporatie echter ook niet te gaan; op het gebied
der havenexploitattie toch worden haar onder het
motto, dat slechts waar dit strikt noodzakelijk is, van
het bestaande worde afgeweken, enkele op zichzelf
staande, ad’v’ise,erende functies toegedacht. Het is
deze, in vroegre publicaties wel eens als ,,have.nsohap
net beperkte bevoegdheid” aangegeven corporatie,
“elke cl oor cle Commissie-Fortuyn gedoopt word t als
,,liaveugewest”.
Terugkeereude tot het rapport der Oommissie-Plate
zien wij aldaar, gelijk gezegd, veel minder sterk den
nadruk gelegd
01)
liet brengen van eenheid in de ont-
vikkehin’g van het havengebied als economisch-geo-
graphisch begrip. Ofschoon op andere gbieclen met
veel verder gaande bevoegdheden toegerust, kan het
havenschap dier Cammissie ‘ten opzichte van de
streekplaunen slechts adv.iseernd of appelleerend op-
treden, terwijl dc ministeriëele commissie haar schep-ping het rechi t toeclenkt om een ,,ontwiklcelingsplan”
te maken, dat weliswaar rechtstreeksche bindende
]’.rac.’ht zal missen, doch dat tot leidraad van ui tbrei-
clingspiannen zal {lienen. Daarnaast zal het haven-
gewest ook dezelfde rol moeten kunnen vervullen ten
aanzien van streekplannen als de commissie ex art. 45
van (le Woningwet.
liet havenschap der Nederlandsche Maatschappij
voor Nijverheid en 1-landel dient in de eerste plaats
tot het scheppen van een zoo groot mogelijke eenheid
in bestuur en in exploitatie van liet liavencomplex,
tenei ode cleszelfs belangen beter te waarborgen. Dit
is niet alleen een communaal of regionaal, maar een
nationaal helang. Daar dit niet afdoende kan gewaa.r-
borgct worden door liet houden van toezicht op en liet
leiding geven aan de tegenwoord ige havenbeheerders,
dat zij ii vooral cie gemeenten, moet het hiavenschap
volgens de Commissie het rechtstreeksche ‘beheer zelf
ter hand nenien.
L)
Voor deze uitima ratio dienen
historische rechten, plaatselijke belangen, heilige huis-
jes te vallen.
liet moCt •gezegd, dat •de argumentatie van deze
conclusie overtuigender is geworden dan het ‘betoog
van de min isteriëele commissie, dat ‘beheer en exploi-
tatie zonder ‘bezwaar in den bestaanden verbrokkelden
staat kunnen voortduren.
Toegegeven kan ook worden, dat als men beheer
en c:pioitatie der havenii i t handen van de gemeen-
ten ivil nenien en deze aan het havenschap opdragen,
de aanleg en liet onderhoud bezwaarlijk aan diezelfde
gemeenten gelaten kan worden.
Het is alles heel logisch en behartigenswaard, wat
het rapport in dit verband (p. 12) betoogt, en het
ware ook iii.i. te wensehen, dat dank zij de hier be-
doelde eenheid het geheele havengebied aan •de mon-
den van de Maas aldus ‘beheerd werd, dat het op de

‘) Het wekt in dit verband verwonderIng, dat zonder
mot.iveering aanbevolen wordt ‘de binnen het gebied gelegen
particuliere havens onaangetast te laten en hen slechts
onder eenig toezicht van het havenschap te stellen.

meest economische wijze aan zijn taak zou beantwoot-
den.
Niettemin niet ook de Commissie zelve in, dat zij
de totstandkoniiag van een, de belangen der verschil-
lende havenbeheer{ers overkoepelend lichaam niet ge-
makkelijker maakt, door deze corporatie reeds dadeljk met de meest ver gaande bevoegdheden te ‘bekleeden,
na deze onttrokken te hebben aan de gemeenten, die,
althans wat Rotterdam betreft, met hun havens geheel
‘zij ii samengegroeid.

1)ocli ook wanneer men zou toegeven, dat de haven er niet voor de ,,gemeente” is, doch voor de ‘bevolking
van stad, streek en land, zelfs ook, wanneer de ont-
worpen wijze van schadeloosstelling aan de gemeenten
voor de uitlevering harer havens aanvaardbaar wordt
geacht, dan nog zouden wij er de aan dacht voor willen
vragen, of ‘het ten doel gestelde ‘belang er het meest hij gebaat is, dat door een zoo radicale overheveling
van Ibevoegdheden, als hier voorgesteld wordt, het
havensehap zich ‘bij zijn ontstaan réeds voor een zoo
omvangrijke taak zou vinden gesteld, als hier wordt
voorgesteld.

Ook bij de stichting der Hambnrgiseh-Preusische
Hafengemeinschaft is aan deze overweging recht ge-
schied en is niet in één etappe een volledige samen-
smelting tot stand gekomen, doch vooralsnog voorzien
in een saniengaan van Ellamburg en Pruisen, dat welis-
waar beduidend omvangrijker is dan hetgeen door dc.
Conim i ssie-Fortu yn wordt voorgesteld, doch niettemin
plaats laat ‘voor verderen ui tgroei.

Bij het ‘bovenstaande is nog niet eens gedacht aan
de kansen van verwezenlijking van een en ander. Men
moet intusschen wel een vreemdeling in Jeruzalem
zijn om niet te voorzien de oppositie, welke rijzen
zal, ja, reeds gerezen is, tegen een aanslag op de
ge-
meentelijke werkzaamheden ten opzichte van den aan-
leg en het ‘beheer der haven. Een aanwijzing in die
richt in’g is gelegen in liet feit, dat het lid •der Corn-
missie-Fortuyn, ‘de Heer Brautigam, zich zelfs met de tenslotte weinig ver gaande conclusie dier Commissie
niet kon vereenigen en aan een uitgebreide annexatie
de voorkeur gaf.
1)

Het komt ons echter voor, dat ‘liet weinig zin zou hebben het havengewest te verwerpen, wanneer het
liavenschap
01)
te veel tegenstand zou stuiten. Het is
clan ook niet onwaarschijnlijk, dat nieerdere leden van
cle ministeriëele commissie zich door deze overweging
deden leiden, toen zij, i’oor liet huidige, een spoedige
instelling van een iavengewelt bepkiten.

Mocht dit hiaven’gewest dan uitgerust zijn met eeni-
ge meerdere bevoegdheid .00k ten aanzien van de
haven- en kaclegelden
2),
clan zal liet o.i. uitstekend
werk kunnen ‘doen voor cle ontwikkeling van het ha-
vengebied aan de Maas en een uitgangspunt vormen
“oor eventueelen verderen uitgroëi op het ‘gebied van
beheer en exploitatie.
K. F. 0. JAMES.

1-let ,,advies” der Rotterdamsche Kuner van Koop-
handel dcl. 14 Juni ji. aan Gedeputeerde Staten van
Zuidl-
i:l.ollancl over de hier besproken rapporten heeft cle tendenz
cle bedoelde oppositie tegen het haven schap nog te verster.
ken, daar de Kamer, in tegenstelling met de Commissie-
Piste, geen aanleiding zegt te vinden oni aan de gemeenten,
bij wijze van overgang, ter vergoeding van de éventneele
batige saldi uit de havenexploitatie een u’itkeering te geven
boven rente en aflossing (Ier in de haven belegde kapitalen.
Zoo ‘zal toch zeker zoo spoedig mogelijk een regeling
getroffen moeten worden, waardoor voorkomen wordt,
dat een sclrip, hetwelk twee, in verschillende gemeenten ge-
legen havens binnen het havencompiex aan (Ie Maasmonden
bezoekt, dubbel hmivengeld verschuldigd is.

638

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus
1932

KUNSTMATIG GEMEENTECREDIET EN HET

RAPPORT WELTER.

De Heer J. J. Korndorffer te Amsterdam schrijf t
ons:

In het rapport komt o.a. de volgende uitlating voor:
,,De gemakkelijke wijze, waarop de gemeenten in de
laatste jaren geld konden
krijgen
bij de Rijksfondsen,

heeft het kwaad nog vergroot. De
f 500
millioen, die
cle Rijksfondsen thans in de gemeenteleeningen heb-ben belegd, hdbben ongetwijfeld het vormen van een
kunstmatig gemeentecrediet in de hand gewerkt.” Daar men deze opvatting meer hoort verkondigen
zonder het aanvoeren van bewijs, bestaat er aanlei-ding eenige aandacht aan het onderwerp te wijden.
Hoe is de werkelijkheid?
Men kan gereedelijk aannemen, dat, in geval van
het bestaan van een kunstmatig gerneentecrediet, zich daarvan ook de symptomen zouden voordoen, dat een
dergelijke toestand zich hij’. zou uiten door een snel-
lere daling van de rente voor gemeentelijke obliga-
tiön dan voor andere eerste klasse Nederlandsche
o’bligatiën – Staats- en Spoorwegfondsen – en dat
dan die rentedaling zou moeten kunnen worden waar-
genomen door vergelijking van de ‘beursnoteeringen.
Een dergelijke daling is evenwel niet waarneembaar,
eerder zou vergelijking van de ‘beurskoersen tot
een tegengestelde veronderstelling kunnen leiden.
liet volgende staatje geeft voor
1926
en
1030
een
overzicht van het gemiddelde van de hoogste en de
laagste beursnoteering in elke maand der beide ge-
noemde jaren, zoomede van de koersstijging in de tas-
schenliggende periode voor de voornaamste
4Y5
pOt. en
4
pOt. dbligatiën met langen restant looptijd –
– Ned. Staatsschuld, Ned. Spoorwegen en de v.ier
groote gemeenten. Het jaar
1931
blijft buiten be-
schouwing in verband met de abnormale toestanden
t.d.t. en het stopzetten, in de tweede helft van het
jaar, van de belegging der Rijksfondsen. De gegeven
cijfers zijn alleen bedoeld een algemeene tendentie te
benaderen.

43.

pCt. obligatiën.

1926
1930
Koersstijging
Nederland

1917

………
99,6380
101,623
1,9843
Amsterdam
1917

……..
98,8697 100,1822
1,3125
‘s-Gravenhage
1925
……
99,3541 101,0182
1,6641
Rotterdam

1925

………
98,5442
99,7031
1,1589
Utrecht

1926

………..
98,6903
99,9713
1,2810
Hol!.
Spoor
1926

……..
99,5555
101,2187
1,6632
Staatsspoor 1926

……..
99,2656
100,8619
1,5963

4
pct. obligatiën.

1926 1930
Koersstijging
Nederland

1916
………
96,4817 98,8593
2,3776
Amsterdam
1916

……..
94,6041
96,3177
1
2
7136
‘s-Ora’venhage

1916

…..
95,6392
97,2556
1,6164
Rotterdam

1900/’13

…..
94,0885 96,0937 2,0052
Utrecht

1913

………..
95,7500 96,8812
1,1312
bIl.
Spoor

1
910r13

. . .
94,4114
96,3958
1,9844
Staatsspoor
1903f’07

. . .
.

94,4036
96,3828
1,9792

Er blijkt niets van een snellere stijging van cle
koersen van gemeentelijke obligatiën, vergeleken met
die van den Staat en van de Ned. Spoorwegen.
Intussohen is het feit, dat de Rijksfondsen voor een
zeer belangrijk bedrag gemeenteschuld bezitten, niet
weg te cijferen; over de beteekenis daaraan te hechten
is evenwel verschil van meening mogelijk. Hoe is de
toestand?
Het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds bezit van
de Rijksinstellingen het grootste bedrag gemeente-
schuld. Op den totaal bedrag beleggingen van
f 524,1
millioen nominaal op
31
December
1930,
bezat het
ca.
f 242
millioen gemeenteschuld, waaronder
f 10,8
millioen obligatiën, dat is dus ongeveer de helft van
het totaal der gemeenteschuld in het ‘bezit der Rijks-
fondsen. Op 1 J’uli
1922,
het tijdstip van oprichting
van het Fonds, bezat het
f 59,5
millioen gemeente-
schuld, – vooruitgang ca.
f182,5
millioeri in
8i
jaar.

Bedenkt men welke de herkomst is van cle door
den Pensioenraad belegde gelden, dan heeft vermeld
bedrag niets abnormaals. Afgezien van de Rijksan-
nuïteit tot dekking van het tekort, waarmede het
Fonds begon, en mede afgezien van de inkomsten uit
beleggingen, vloeien de inicomsten van het Fonds in hoofdzaalc voort uit de overheidkassen, hetzij recht-
streelcs, hetzij in den vorm van pensioenkorting op de
salarissen van het overheidspersoneel. Van clie gelden
is verreweg het grootste gedeelte, – stortingen voor
gezins- en ambtenaarspensioen, – van de gemeen-
ten aficomstig, – do bijdragen van de gemeenten be
dragen in totaal ,naar vernomen werd, zeer veel meer
clan het bedrag, te storten door het Rijk en andere
overheidslichamen. Hieruit zou weer volgen, dat het

in gemeenteschuld belegde bedrag zelfs geringer is
dan dat, hebwelk uit de gemeentelijke kassen aan het
Fonds toevloeide. Nu lijkt het mij, in economisehen
zin, in het algemeen een voordeel, dat gelden, die ten behoeve van dekking van pensi.oenlasten enz. aan de
verschillende deelen van het land onttrokken worden,
zoo mogelijk weer terugvloeien in de richting, van-
waar zij gelcomen zijn. Hiervan uitgaande, is het be-
leggen van een zeer aanzienlijk deel der gelden van
het Fonds in gemeentesehuld een natuujljke toestand,
die geacht kan worden verband te houden met de aan
de publiekrechtelijke lichamen opgelegden dwang tot
reserveering van gelden ter dekking van de pensioens-
verplichtingen. Zelfs indien •het Fonds een nog groo-ter bedrag in gemeenteschuld zou hebben belegd, zou
het, in het licht der gegeven cijfers, onjuist zijn ge-
weest daarin iets abnormaals te zien of daarin de oor-
zaak voor een lcunstmat:ig gemeentecrediet te zoeken.

De Rijkspostspaarbank, gezamenlijk met den Post-cheque- en Girodienst, volgt als tweede groote bezit-
ster van gemeenteschuld, ni.
f 167,2
millioen op
31
December
1030 op
een totaal van beleggingen van
f 517,6
millioen. De Bank heeft er
50
jaren over ge-
daan om haar deel in dat ‘bezit te verzamelen. Deze
f 167,2
millioen gemeenteschuld wordt tot eeu ‘bedrag
van
f 97,8
millioen gevormd door officiëel genoteerde
dbligatiën, verkregen door aankoop ter beurze, voor-
koop hij emissies en door
inschrijving,
m.a.w. voor het
grootste deel van de gemeenteschuld in het bezit van
de R.P.S.B. en den Postcheciue- en Girodienst von-
den geen leen i ngsaanbied i ugen aan gemeenten plaats,
heeft dus liet initiatief van het verleenen van crediet
bij bankiers gelegen. Nu Ican wel betoogd worden,dat
emitteerende banken hij het overnemen van gemeente-
leeningen zouden leunen op de Rijksfondsen, in de
veronderstelling, dat deze to t aanzienlijice bedragen
zullen inschrijven, maar het lijkt nogal zwaar gezocht
daarin de mogelijkheid van een kunstmatig gemeente-
crediet van. cle
zijde
der Rijksfondseu te zoeken. Overi-
gens ligt het niet voor de hand, ‘bezwaar te maken
tegen liet ‘beleggen van de gelden van den kleinen
spaarder in gemeen teschuld, vergelijken der wijze nog
steeds als een der beste beleggingen te beschouwen.

En de Rijksverzekeringshank? Op
31
December
1930
waren lnvalid.iteitsfonds, Ongevallenfonds en Ouder-
domsf ouds B. II in liet bezit van
f 78,4
millioen ge-
meentesehuld, waarvan voor
f 10,8
millioen genoteer-
de obligatiën, op een totaal belegd bedrag van
f 365,6
millioen, d.i. nog geen
22
pOt. Om deze
f 78,4
mil-
lioen in totaal te verzamelt ‘heef t liet Invaliditeits-
fonds 10 jaren en het Ongevalienfonds
28
jaar noodig
gehad.

Misschien zou nog de vrees voor een kunstmatig
gemeeuteered iet in verban cl kunnen worden gebracht
met de toenemende ‘belegging door de Indische Pen-
sioenfondsen, ook al vallen deze niet onder de Wet
van
29
December
1928.
Het door deze Fondsen in
schuld van Ned. gemeenten ‘belegde bedrag is vrij
aanzienlijk,
– f 74,6
millioen op
31
December
1930,
– waarvan een belangrijk deel in den vorm van offi-
ciëel genoteerde obligatiën,
– f 13,3
millioen, -.

Maar ook een dergelijke critiek zou weinig reëel zijn;

17 Augustus 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

639

trouwens het beioep, dat koor gemeenteschuld op de
Nederlandsche beleggingsmarkt wordt gedaan voor
het dekken der In cl ische pensi oensverpli chtingen is

nogal bescheiden vergeleken bij de Nederlandsche be-
leggingsvraag in de Koloniën.
Nu moge de vraag der Rijksfondsen naar gemeen-

teschuld iets zeer natuurlijks zijn, dat neemt niet
weg, dat die vraag z66 buitengewoon groot zou kun-
nen zijn in verhouding tot het totaal!bedrag, dat cle
gemeenten jaarlijks leenen, dat daarin toch een oor-
zaak voor een kunstmatig gernëeutecrediet zon kun-
nen schuilen. Hoe is de toestand in deze?
Gaat men de door het Centraal Bureau voor de
Statistiek gepubliceerde cijfers na, dau blijkt, dat de

gemeenten opnamen:

1
Mei
1925 – 1
Mei
1926
f
312,5
millioen
1 ..

1926— 1,, 1927 ,, 233,3
1

1927 – 1 ., 1928 ,, 225,3
1

1928-31
Dec.
1928 .,

92,2

,,

(8
maanden)

t
Jan.
1929 —31 ,, 1929 .. 153,0
1 ,,

1930-31 ,, 1930 ,, 261,4

in 5
jaren en S maanden
f
1277,7 miljoen, zonder Rijks-

voorschotten.

In de iets langere, 6 jarige periode, – 1 Januari
1925 tot 31 December 1930 – nam cle gemeenteschuld
in het bezit der Rijksfondsen toe met
f
214,5 millioen.

Dit bedrag van
f
274,5 millioen is, in verhouding tot
cie totale toeneming aan gemeenteschuld ad
f
1277,7

millioen in de overeenkomstige, echter iets kortere
periode, niet bepaald overweldigend, en evenmin als
men zou mederekenen de bedragen, dje de indische Pensioenfondsen in Nederlandsche gemeenteschuld
hebben belegd. En bovendien nog zijn de
f
274,5 mii-

lioen der Rijksfondsen voor een belangrijk gedeelte

uit pnblieke emissies verkregen.

Geheel zuiver is de hier gegeven vergelijking niet,

daar in de cijfers, ontleend aan de Statistiek, geen
rekening is gehouden met de aflossingen en bij de
cijfers, overgenomen uit de verslagen der Rijksfond-
sen, wèl. Voor het beoogde doel is dat echter niet van

overwegend belang.
Wèl
kan een zuivere vergelijking

gemaakt worden tusscheu de laatste jaren. Zoo ‘blijkt uit staat 1 van een in de Economisch-Statistische Be-
richten van 20 April 1932 voorkomend artikel over gemeenteleeningen, dat van de, in de jaren 1929 en

1930 in totaal door gemeenten opgenomen
f
414,4

millioen, een ‘bedrag van
f
120,5 millioen rechtstreeks
door de Rijksfondsen is verstrekt, m.a.w. dat ca. 70
pOt. van de door de gemeenten opgenomen gelden
voortkwamen uit andere bronnen dan de Rijksfondsen.

De veronderstelling is niet misplaatst, dat cle vlotte
wijze, waarop gemeenten, – echter niet uitsluitend
de gemeenten, de andere iap.itaaibehoevenden even-

eens, – zich in de laatste jaren geld konden verschaf-
f en, in de eerste plaats gevolg moet worden geacht
van de sterke ‘beleggingsvraag in het algemeen in ons
land, zoowel van cle zijde van het Nederlandsche publiek als van het buitenland (kapitaalviucht) en
van groote spaarders als levensverzekeriiigsmaatschap-
pijeu, spaarbanken, groote pensioenfondsen en de
Rijksfondsen. Mogelijk zal ook, in verband met de on-
zekere toestanden in het buitenland, de afvloeiing van
belegging zoekend kapitaal naar het buitenland niet
in die mate hebben plaats gevonden als in normale
tijden plaats vindt, waarvan weer grootere ‘beleggings-
vraag in het eigen land het gevolg moest zijn.

Naar het schijnt, zou ook de houding van de bank-
wereld er niet steeds vreemd aan geweest zijn, dat de
gementen gemakkelj’k leeningen sloten. Dienaan-
gaande gingen voorheen reeds stemmen op, o.a. tijdens
het bekende congres te Breda in Juli 1929 van de
Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten. Ook an-
clere ervaringen wezen somtijds op scherpe concur-
rentie der banken, waardoor het sluiten van leeningen voor de gemeenten zeer werd vergemakkelijkt.

Echter zijn tegenover deze veronderstelling andere
opvattingen te plaatsen. Zoo leest men bijv. op ‘blz. 21

van het verslag der Commissie Van Gijn (Januari
1928):

,,In kleinere gemeenten zal hier en daar wellicht
,,de neiging om publieke werken – in het •bijzonder
,,de stichting van raadhuizen, ‘burgemeesterwoningen,
,,enz. – te maken, worden bevorderd door de om-
,,standigheid, dat bij de fondsen gemakkelijic geheele
,,leeningen zijn te plaatsen. Bij de grootere gemeenten
,,mag men eerder aannemen, dat, afgezien van bui-
,,tengewone tijden, waarin ‘kapitaal in het algemeen
,,sleehts onder zeer bezwarende voorwaarden te krij-
,,gen is, de kapitaalvraag niet in belangrijke mate af-,,hangt van de meerdere of mindere gemakkelijkheid
,,om hare schuld’brieven te plaatsen. Grootere bereid-
,,willigheid van het publiek om haar schuldbrieven
,,te nemen, kunnen zij door een geringe verhooging
,,van het rendement harer leeningen in het leven roe-
,,pen. Hoeveel kapitaal zij van de beleggers vragen
,,hangt dus in de eerste plaats af van de economische
,,en financiëele politiek van het gemeentebestuur, en ,,sleehts secundair van de meerdere of mindere gele-
,,genheid om de o’bligatiën der gemeente te plaatsen,
,,waarbij nog komt, dat de leeningen der groote ge-
,,meenten veelal dienen tot consolidatie van. vlottende

,,sehuld.”

Het onderwerp nader bezien, blijkt dus:
dat de beursnoteeringen voor gemeentelijke obli-
gatiëii in de laatste jaren geeuerlei aanwijziging geven
voor een kunstmatig gemeentecrediet;
dat het ‘beleggen door de Rijksfondsen van aanzien-
lijke bedragen in gemeenteschuld als een volkomen
natuurlijken toestand moet beschouwd worden;
dat van het
f
500 millioen bedragende bezit aan
gemeenteschuld der Rijksfondsen ca. de helft verkre-
gen is uit gelden afkomstig uit de gemeentelijke
kassen zelf;
dat een belangrijk deel van vermeld bezit verkre-
gen is, niet door het rechtstreeks verstrekken van
leeningen aan gemeenten, doch door ‘het aanschaffen van o’bligatiën, via den weg van publieke emissies;
dat de, in de laatste jaren, op zichzelf niet onbe-
langrjke, vermeerdering van het bezit der Rijksfond-
sen aan gemeenteschuld bepaald bescheiden is in ver-
houding tot de totale vermeerdering van de gemeen-
teschuld;

dat een aanzienlijk aantal jaren noodig is geweest

om het ‘bedrag gemeenteschuld, in het bezit der Rijks-fondsen, ‘bijéén te krijgen;

dat, voor zoover grond mocht bestaan voor het oor-
deel, dat speciaal de gemeenten gemakkelijk leeningen
konden sluiten in de achter ons liggende periode,
daartoe meer voor de hand liggende oorzaken zouden
zijn aan te wijzen dan de beleggingsactie der Rijks-
fondsen;

dat ook, voor zoover men, in verband met een
kunstmatig gemeentecrediet, nadruk wil leggen op
de groote beleggingavraag en niet in de eerste plaats wenscht rekenin’g te houden met, meer voor de hand liggende, factoren, men vooralsnog beter doet de be-
leggingsactie der Rijksfondsen er buiten te laten.

Het komt
mij
voor, overwegende o.a. de beperktheid
van het beleggingsveld der Rijksfondsen, dat de col-
leges, die in de periode, waarin een ‘kunstmatig ge-
meentecrediet zou zijn ontstaan, op de Iheleggingsactie
der Rijksfondsen toezccgen en daaraan leiding gaven,
met voldoening het resultaat van hun bemoeiingen
kunnen gadeslaan, ook in het licht der tegenwoordige
tijdsomstandigheden. Moge ook in de toekomst een-
zijdige ‘belegging kunnen worden vermeden en daar-
toe het ‘beleggingsvelci der Rij ksfondsen ‘tijdig de ver-
eisëhte uitbreiding ondergaan.

Intussehen is bij het beoordeelen van de aanzien-
lijke vermeerdering van Je totale gemeenteschuld
Dok
eenige voorzichtigheid rioodig als men den finan-
ciëelen toestand der gemeenten wil ‘beoordeelen, zoa-
lang men niet cent de cloeh-.inden, waarvoor gekend
is en hoe looptijd en wijze van aflossen der leeningen

640

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1932

zijn geregeld in verbad met clie doeleinden. ‘) Er
nog van afgezien, dat een belangrijk deel van de ge-meeuteschuld gevolg is van regeeringshandeli ogen,
vormt een ander aanzienlijk deel, nl. die voor

rechtstreeks geldelijk producti.eve cl oelei nclen, – een
belaugrijken finariciëelen steun voor cle gemeenten;
trouwens, in andere landen vormen openbare nuts-
bedrijven juist een gezochte belegging voor het pu-
bEek. Weer een ander, zee:r aanzienlijk deel der ge-
meenteschuld, – volkshuisvesting, inclusief Rijks-
voorschotten, – legt
01)
de gemeenten slechts een
matigen last in verband met de bijdragen van het
Rijk in exploitatiete]corten, terwijl ook de getallen,
die in de publicaties van het Centraal Bureau voor
andere leeningsrubrieken dan gemeentebedrijven w’oi-
den opgegeven, aanzienlijke bedragen kunnen bevat-
ten, clie voor rechtstreeks geldelijic productieve doel-
einden zijn besteed. Een oordeel aangaande het ver-
band tusschen het snelle toenemen van de gemeente-
schuld en een kunstmatig gemeentecrediet is dus niet
goed mogelijk, zoolang men niet vrij nauwkeurig weet:
de tegernvaarde der geleende gelden;
het verband tusschen cle objecten, waarvoor ge-
leenci is en den leeningscluur en de wijze van aflossen
der leeui:ngen;
in weilce mate aflossing en rente der leeningen
gedekt zijn door de opbrengste.n van cle, voor cle op-genomen gelden aangeschafte, objecten.

Het ware gewenscht, dat uit de pctblicaties van het
Centraal Bureau voor de Statistidic, eenigszins nauw-
keurige gevolgtrelckingen zou den kun tien worden ge-
maalct, aangaande cle leen ingspoliti ek der gemeenten,
ter beoordeelin’g van de vraag, in hoeverre die lee-
ningspolitiek al clan niet ten goede Icomt aan de
draagkracht van de gemeenschap dan wel ten nadeele
daarvan streict. De publicaties nu van het Centraal
]3ureau geven verschillende overzichten met betrek-
king tot de gemeenteleeningen, zooals een verdeeling
der leeningsbedragen naar cle doeleinden, naar het
rentepercentage, naar de grootte (Ier gemëenten, enz.
Die publicaties zouden nog in waarde stijgen, als zij ook een vercieeling zouden bevatten naar de tegen-
waarde van de leeningsgelden, een verdeeling dus in
hoofdzaak tusschen leeniugen, waarvan rente en af-
lossing gedekt worde:n uit de exploitatie van (Ie voos
de leeningsgelden aangeschafte bezittingen,— recht-
streelcs geldelijk productieve leeningen – en leenin-gen, waarbij dat niet het geval is. De bestaande ver-
deeling naar de begrootingshoofdstukken geeft niet
in alle opzichten voldoende licht. Krijgt men de be-
schikking over de ontbrekende gegevens, dan zal men
het f.inanciëei ‘beheer der gemeenten beter kunnen
beoordeelen dan tot nu toe en daardoor ook een ‘beter
inzicht krijgen in den fin.anciëelen toestand van, het
geheele land. Immers slechts het totaal der gemeente-
schuld, verminderd met het totaal der rechtstreeks
geidelijk productieve leen ingen, – onverschillig of

1)
De Coimaissie vermeldt op
hlz. 47
van haar verslag
een toeneming van dc getneenteschuld sedert 1919
van
f850
millioen tot
f2,1
ritilliard’. Hier schuilt een vergissing,
naar ik vernam. In het eerste bedrag zijn ni. cle Rijksvoor-
schotten niet niedegerekenci en in •het tweede vÖl. Staat T van cle ,,Statistiek der Genieentefinanciën
1930″
geeft het
totaal weer der gexneenteschuld sedcrt
1924, inclusief de
Rij’ksvoorschotten, terwijl de voorschotten zelf in staat 6
voorkometi. De toestand is, volgens die staten, als volgt:

Genieentesc’huld
Gemeenteschuld
inclusief Rijks-
Rijks- zonder Rijks-
voorschotten
voorsChotten
voorschotten
utillioen
en illioen
millioen
1/1/30

………
f2.179,2
—f604,9

=
f
1.574,3 1/1124

………
..
1.531,3

437,9
=

1.093,4

Toeneming
. . . .

f

647,9

f
167,0
=
f

480,9
De statistiek der gemeentelijke en provi:nciale fivauciën
1919
geeft in tabel Ii, als totale gemeenteschuld,. – zonder
de Rijksvoorschntten, – op
31112119
een bedrag van
f
856,6
ntillioen. :Dit bedrag is dus vergelijkbaar met de’

f
1574,3
millioen op
111130
hie’iboven vermeld.

deze gboekt zijn ten laste van bedrijven of van dien-
sten, – kan geacht worden rechtstreelcs ten laste te
komen, van de algemeene geldmiddelen der gemeen-
ten. En de ontwikkeling van dit deel der schulden
komt in de eerste plaats in aanmerking bij het beoor-
deden van de ontwikkeling van den financiëelen toe
stand der gemeenten, dus oolc van ‘het geheele land.
Het is genoeglijk te lezen wat de Commissie aan-
gaande het fi.nanciëel beleid dier gemeenten hier en
daar opmerict, al is bi.11jlcheidshalve niet uit het oog
te verliezen, dat voorheen het Rijk herhaaldelijk een
slecht voorbeeld gaf. (Men denke slechts aan

de on-
gelulcicige annuïteitsaflossing van de, in totaal een

geweldig bedrag beloope.ncle, Rij Icswoningbouwvoor-
schotten, welke ‘wijze van aflossen onvermijclelïj k het
naar de toekomst verschuiven van een zwaren last
meebrengt). Dit artilceltje werd clan oolc niet bedoeld als cri.tiek op het Rapport, doch is als een welwillende
aanvulling van de daarin voorkomende gegevens to
beschouwen.

DE CRISIS EN DE WINSTEN UIT DE OVERHEIDS-

BEDRIJ VEN.

De Heer E. J. Abrahams, Wethouder voor de Ge-
mee ntebecl rij ven en de Etan dl els inrichtingen te A m-
sterdam, schrijft ons:
Onder ‘bovenstaanden titel ‘bespreekt de redactie in
liet nummer van 29 Juni 1932 ook de door mij gepu-

bliceercle cijfers omtrent de winsten uit de Amster-
damsche overhei ddbeclrij ven. Het wil mij voorkomen,

dat de opvattikgen, die in deze heerschen, ‘vooral in
deze tijden, de bespreking waard zijn en het is daar-

om, dat ik nog éénmaal op deze zaaic teruglcom, voor-
al, omdat de redactie op biz. 516 meent te kunnen
vaststellen, dat uit cle polemiek tusschen Mr. Knibbe
en mij is geblelcen, dat oolc in Amsterclani de tarieven
zeer hoog zijn.

Deze conclusie noopt mij tot verweer; ik heb uit cle
stukken van den heer Knibbe deze overtuiging niet
geput en mijn stilzwijgen op zijn laatste publicatie
moet oolc niet als een erkenning ‘van zijn gelijk wor-
den opgevat.

Zijn beschouwingen over de telefoon, met vermel-
ding van een stukje uit liet Jahrbueh van Siemens
en i:lalske, dat handelt over centrales, die 9-22 aan-
sluitingen per dag hebben, centrales, waarvan men er
niet vele zal vinden, deden voor mij de deur dicht.
ieder, die met het telefoonbedrijf bekend is, ‘begrijpt,
dat ‘men dezen theoretisohen opzet niet kan toepassen

op centrales met een veel kleiner aantal aansluitingen
per abonné.

Tussehen de redactie en mij is geen verschil van
meening omtrent de wenschelijkheid ‘van lage tarieven
en dit niet alleen ten bate van de verbruikers, doch
ook ten ‘gunste van den bloei ‘van het bedrijf. Ik be-toogde dit trouwens reeds in mijn eerste artikel.
Bezwaar moet ik maken tegen de uitspraak van de
redactie, als zouden cle tarieven ‘van de Amsterdam-sche bedrijven te hoog zijn. ik moet de basis, waarop deze uitspraalc berust, als niet deugdelijk aanmerkeu
en liet wil
s
mij voorkomen, dat ook cle redactie dat
heef t gevoeld. Immers, terwijl zij mededeelt, dat de
wi nstperceutages voor electrieiteitswerken, gasf a-
brieken, waterleidingen en telefoon resp. bedragen 18,
18, 8 en 12 pOt., deelt zij in een noot mede, dat deze

percentages lager worden indien de boekwaarde lager
mocht zijn, dan de werkelijke waarde van de bedrij-
ven. Dat dit van de Amsterdamsohe i)edrijven inder-
daad het geval is, mag als bekend worden veronIer-
steld en om een beeld te geven, hoe de toestand wer-
Icelijk is, moge hier worden medegedeeld, dat het door
toevallige omstandigheden dezer dagen noodzakelijk is
geworden, een taxatie te maken omtrent de werkelijke waarde der gasfabrielcen, waarbij bleek, dat deze ver-
kelijice waarde, de boekwaarde van rond
f
15 millioen
met niet minder dan
f
8 millioen overtreft.

17 Augustus 1932

ECONOMISCH-STATISflSCHE, BERICHTEN

641

De redactie plaatste dus terecht de door mij aan-
gehaalde noot, maar maakte daardoor tegelijk duide-lijk, dat het vermelden van het winstpercentage op de
boelcwacrde
niet veroorlooft de gevolgtrekking te ma-

ken, dat de tarieven te hoog zijn.
De veronderstelling, dat deze winstcijfers bij het
particuliere ‘bedrijf aanleiding zouden geven tot ver-
laging der tarieven, worden door de practijk niet be
vesti’gcl. Gewoonlijk wendt men de winsten aan tot het
maken van reserves en vooral tot het uitkeeren van
dividend. Bij liet overheids’bedrijf komt dit in ieder
geval cle gemeenschap ten goede.

Uit het oogpunt van tariefstelling bij het overheids-
bedrijf is ‘liet artikel van de redactie de bespreking
waard, omdat juist uit dit artikel blijkt, hoe inge-
wikkelci deze zaak is en hoe moeilijk liet is te bepalen,
wat nu eigenlijk wel een redelijk tarief
kan word en
genoemd.

Het merkwaardige is, dat hier het winstcijfer, ook
als liet percentsgewijs wordt ‘berekend over de werke-
lijke waarde der in het bedrijf aanwezige objecten,
geen zekeren maatstaf kan bieden. Immers, indien
waar is, en hierover zijn wij het eens, dat tariefsve:r-
lagirigen – dit niet alleen bij electriciteit, doch ook
tot d zekerë hoogte bij gas en telefoon – kunnen
medewerken tot verhoogin.g van de winsten, clan ‘blijkt
reeds hieruit, dat men uit een hoog winstpercentage
niet kan conciucleeren tot het ‘bestaan van te .hooge
tarieven. Het is mijns inziens ook zoo, gelijk ik in
mijn eerste opstel reeds betoogde, dat van werkelijke
mono pol isti sche bed rij ven eigenlijk niet kan worden
gesproken. Incjieu de tarieven waarlijk te hoog zijn
voor liet geboclene, wendt het publiek zich ôf tot sur-
rogaten, waarmede het zich clan behelpt, ôf het ont-
zegt zich liet gebruik van het artikel.

In Amsterdam is hiervan nog niet gebleken en dit
is mijns inziens liet eenige bruikbare criterium ten
deze. Men moet natuurlijk liet tarief als voorwerp

van voortdurende aauclaoht beschouwen en ‘hier en
daar, waar verbeteringen mogelijk zijn, die aanbren-
gen. Dat ‘geschiedt dan ook, eu vooral iii den laatsten:
tijd. Voor hen, die
01)
het standpunt staan, dat het
overheidsbedrijf geen winst mag opleveren, is dit na-
tuurlijk niet voldoende. Voor hen, clie een redelijke
onci er n emerswi.nst geoorloofd achten, geloof i’k deze
zaak nu voldoende te hebben toègelicht.

ik heb uit den aard der zaak alleen over de Amster-clamsche bedrijven gesproken. Ik wil niet ontkennen,
dat er ook gevaren kleven aan het overheids”bedrijf;
men kan zelfs hier en daar waarnemen, dat men de
tarieven uit fiscale overwegingen verhoogt, een ver-
hooging, clie dan zeer sterk moet zijn, omdat men
bovenci ien het verlies, door cle inzinking van hct be-
cirijf veroorzaakt, nog moet inhalen. Ik ben overtuigd,
dat een dergelijke politiek op den duur zichzelve
straft en dat men, waar men clie verhoogingen heeft
aangebracht, daarvan terug zal moeten komen, gelijk
dat in Amsterdam ten opzichte van het gasbedrijf in
1921 moest geschieden, zooals ik dat in mijn eerste
artikel meclecleelcle.

N a s c h r i f t. Uit het bovenstaande betoog van
den Heer A’brahams bi ijkt, dat cle wericelijke waarde
van cle A msterdamsche bedrijven hooger is clan de
boekvaarde door hem in een vroeger artikel opge-
geven. Laten wij aannemen, dat cle waarde van alle
bedrijven 50 pOt, honger is clan de boelcwaarde, dan
bed raagt de extra-winst van de eiectrici.teitsbedrijv en
1.2 pOt., van de gasbedrijven 12 pOt., van de water-
leiding 5 pOt. en van de telefoonbedrijven 8 pOt.
Toor cle beide eerstgenoemde bedrijven is dat nog
steeds abnormaal hoog. Bovendien is van deze percen-
tages reeds
de rente en ‘de ccfschrjsring
afgetrokken.
Wij
zouden daarom den Heer A’brahanis de vraag wil-
len stellen, of deze percentages niet de meening wet-
tigen, dat de tarieven in Amsterdam nog verder kun-
nen worden verlaagd. Dit achten wij in dezen tijd van
algemeene prijsdaling een absolute noodzakelijkheid,
ook al zou de gemeente Amsterdam hierdoor van
de aanzienlijke inkomsten, die zij uit de gemeentebe-
drij ven ontvangt, verstoken blij ven.
Wij handhaven dus onze meening, dat de tarieven
van clè gemeente’bedrijven in Amsterdam te hoog zijn.
Vehisivitar heeft de gemeente Amsterdam reed’s ver-
schillende malen haar tarieven verlaagd, maar het is
nog met voldoende. Verdere verlaging is bij een goed
commerciëel en technisch beheer mogelijk. Laten wij
dit met een voorbeeld aantoonen.
Het telefoonbecirijf te A’dam leverde in 1930 een
extra-winst
0]),
na aftrék van rente en afschrijvii’ig,
van ‘bijna ƒ 2 millioen. Indien van dit bedrag eens
f
1.5 millioen werd ‘besteed voor tarief verlaging, dan
zijn wij er van overtuigd, dat het aantal itansluitingen
zeer ‘sterk zou toenemen, hoewel het verhoogde aan-
tal aboriné’s zeer waarschijnlijk een mindere totaal-
winst zon opleveren. Dit is ook niet noodig, zoolang
het bedrijf, indien liet commerciëel wordt beheerd,
een winst maakt, clie voldoende is voor afschrijvingen
en de vergoeding van een normale zente. Wij zouden
het zeer toejuichen, indien de heer A. ons voorstel in
ernstige overweging zou willen nemen.
Wij
twijfelen
r niet aan, dat bij een flinke verlaging van de tele-
foontarieven en een goede propaganda, het aantal
abonné’s sterk zou toenemen. Dan ook zou het bewijs
geleverd kunnen worden, ‘of cie heer Abrahams of
wij gelijk he’bbep. Boveudie’hehoeft het telefoonbe-
cirijf van dit experiment geen schade te ondervinden, omdat zij hoogstens de extra-winst zou opofferen.
Hetgeeii wij over het telefoonbecl’rijf he’bben opge-
merkt is ook, zij liet in mindere mate, voor het gas-
en eiectriciteitsbedrijf van toepassing. Zonder schade
aan •het bedrijf te veroorzaken, kan’ een deel van de
ex tra-wusten gbrui kt worden voor verdere tari efL
verlaging. Want wij zijn er van overtuigd, dat de
tarieven van de gemeente’hecirijven in Amsterdam hun
uiterste grens naar beneden nog niet hebben bereikt.
Met genoegen namen wij kennis van de critiek, die
cle heer Abrahams op die genieentebedrijven uitoefent,
welke
01fl
fiscale redenen hun tarieven verhoogen. De
gemeente Haarlem ‘biedt hiervan een voorbeeld. De
actieve Kamer van Koophandel en Fabrieken voor
i.iaarlem en Omstreken heeft clan ook onlangs zeer
terecht in een kort, ‘naar lezeiiswaardig rapport de-
ttriefpolitiek van het Flaarlemshe Electriciteitsb&
cl rijf ldrach tig bestreden. (Red.).

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

GESJACHER TE OTTAWA.

Prof. P. Geyl te Londen schrijft ons:

Na een aFwezigheid van drie weken, gedurende welke ik maar te hooi en te gras in Duitshe of Ne-
derlancische bladen, iets over het verloop van de zich u ist over di enzeifden tijd u itstrekkende conferentie
te Ottawa lezen kon, heb ik thans stapels Engelsche
lcratiten doorgewerkt en met deze en gene gepraat om
mij op cle hoogte te stellen. De gang van de onder-
handelingen is niet moeilijk te volgen en te begrij-
pen, maar één factor, en ivel een van het grootste ge-
vicht, bleef mij eerst nog duister: wat wil cle Brit-
sche regeering? Is zij bereid, om tegen ‘behoorlijke tegenprestatie ‘voorkeur op vleesch en graan toe te
staan, hetgeen natuurlijk heteekent, dat zij zou moe-
ten beginnen met op die artikelen, die vooralsnog vrij
binnenkomen, tegen de rest van de wereld tarieven te
leggen? Het schijnt wel, alsof zij daar inderdaad toe
geneigd zou zijn; de dominioos rekenen er althans
vast op en een -groot deel van de onderhandelingen
zou zinledig worden, als Engeland van tevoren ‘beslo-
ten had dien stap onder geen beding te nemen. Maar
hoe zou zulk een politiek te rijmen zijn met de ope-
ningsrede van Baldwin, waarin hij tot voldoening ‘van
cle Engelsche vrijhandelaars, tot ergernis van de En-
gelsche protectionisten en tot opluchting van de we-

642

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1932

reld verklaarde, dat het doel van de conferentie zijn
moest den handel van slagboornen binnen liet Rijk te
bevrijden, niet hem niet nieuwe slag’boomen naar bui.-ten te belemmeren?
Die rede van Baidwin heeft dacleljk groot opzien
verwekt – veel meer dan zij verdiende, als tenslotte
cle Britsche politiek zich toch in het protectionistische
spoor zou laten dringen.
Zij
heeft Lord Beaverbrook
tot razende uitvallen tegen den Britschen leider ge-
prikkelcl en hem doen dreigen, dat het Engelsche volk
rekenschap zou verlangen, als de delegatie onverrich
ter zake terugkeerde. Intusschen verkoos liet Engel-
sche volk in twee tusschentijdsche verkiezingen vrij-
handelaars; liet vooruitzicht van ,,’belastingen op
levensmiddelen” trekt niet iedereen hier aan! De do-
minions hebben zich aan Baldwin’s inzet weinig ge-stoord en hebben eischen geformuleerd, zooals ik al
zei, die alle tot het instellen van Engelsche tarieven
op vleesch, graan, vruchten strekten, waarop hun dan
voorkeur kon worden toegestaan.
Zij
sloegen daarbij
soms een ietwat hoogen toon aan, alsof de voorkeur-
politiek
;
die zij al zoo lang ten opzichte van het moe-
derland gevolgd hadden, hun het recht gaf gelijke be-
handeling te verwachten. Hierop is de Britsche dele-
gatie met een algemeene uiteenzetting gekomen, die
cle bedoeling had de overmoedige dominions op hun
nummer te zetten.
Zij
werden eraan herinnerd, dat
alle preferentie liet feit niet veranderde, dat de domi-
nions de Britsche invoeren met hooge tarieven trof-
fen, dat bovendien de door de dominions toegestane
preferentie veel minder uitgestrekt was dan die welke
sedert verleden jaar door Engeland aan hen toege-
staan wordt, dat de handelsbalans tusschen Engeland
en de dominions voor de laatste dan ook gunstiger
was. Een verklaring, die klonk als een klok. Maar wat
bedoelde zij? Den eisch, dat Engeland een nieuwe
tariefpolitiek zou invoeren, afwijzen? Ik geloof het
niet. Zij bedoelde slechts te kennen te geven, dat de
dominions van hun kant, als zij Engeland daar wer-
kelijk toe wilden krijgen, grooter concessies zouden
moeten doen.

* *

Al de moeilijkheden, die te voorzien waren, en die
ik in deze artikelen van tevoren heb aangeduid, heb-
ben zich te Ottawa werkelijk voorgedaan. De donii-
nions verlangen van Engeland een tariefpolitiek, waar
de nationale regeering zich in weerwil van Baidwin’s
mooie woorden misschien toe zal laten drijven, maar
die hier toch wei op veel verzet en veel bezwaren zal
stuiten, en van hun kant toonen zij weinig neiging om hun eigen tariefpolitiek in den zin, dien Enge-
land wenscht, te wijzigen. Men zegt nu, dat desalniet
temin de onderhandelingen niet Australië en Zuid-
Afrika reeds zoo goed als tot een resultaat geleid
hebben. Australiö zou terug willen gaan tot het tarief.. van 1928, van v66r de waanzinnige verhoogingen on-
der de Labour-regeering; maar dat tarief was toch
nog hoog genoeg, en zou Engeland hierin werkelijk
voordeel genoeg zien om vleeschtarieven in te voeren?
liet lot van de conferentie draait intusschen vooral
oni de verhouding tot Canada, en die verkeert juist
op dit oogenblik in volle crisis.
Bennett, de eerste-minister van Canada, door
Beaverbrook tegenover Baldwin tot den waarachtigen
leider des Rijks geproclameerd, bevindt zich in wer-
kelijkheid in een uiterst moeilijke positie. Dat het
voor hem van belang :is de met zooveel ophef aange-
kondigde economische Rijkspolitiek niet te laten mis-
lukken, is zeker; maar wat kan hij doen om aan de
Engelsche eischen tegemoet te komen? Het gekste is,
dat hij zelfs hij zijn vragen om Engelsche gunsten zijn
eigen meuschen niet onverdeeld achter zich heeft. De
graanibouwers uit de westelijke provin ciën willen niets
weten van Engelsche voorkeurrechten of Engelsche
contingenteering ten gunste van hun graan. Hun
redeneering is, dat de Engelsche markt toch heel hun

productie niet aan kan, en dat, als het buitenlandsch
graan van de Engelsche markt gedrongen wordt, de
concurrentie voor de Canadeezen in de rest van de
wereldl zooveel te moeilijker zal zijn. Die vrijhande-
laarsredeneering van lieden, die door protectie be-
gunst.igd moesten worden, bracht Bennett in geen ge-
ringe verlegenheid, maar na eenige aarzeling besloot
hij zijn eigenzinnige graanboeren tegen hun zin ge-
lukicig te maken en graanrcchten komen voor op de
Oanadeesche verlanglijst. Maar moeilijker nog i.s het
‘oor Bennett – en hierover heb ik van tevoren reeds
herhaalcielijic kunnen schrijven , dat zijn eigenlijke
politieke aanhangers, de i n.d u.s tr i ëelen uit liet Oosten,
zich met hand en tand tegen de tariefverlagingen, die
alleen aan eenige transactie waarde voor Engeland
zouden kunnen geven, verzetten. Dit verklaart hét
lange getreuzel van Beaverbrook’s held, v66r hij met
uitgewerkte aanbiedingen voor den dag kon komen.
En toen die aanbiedingen eindelijk kwamen, werden
zij van Canadeesche zijde weliswaar als van onverge-
lijkelijk belang voor de Engelsche industrieën voor-gesteld, maar weldra rafelden de Engelsche deskun-digen ze uiteen en verklaarden, dat dit belang hoogst
problematisch was. Er werd daarbij met cijfers ge-
schermd op een manier, die elk wetenschappelijk sta-
tisticus moet doen rillen. Veel verinniging der inter-
imperiale betrekkingen of verwarming der inter-im-
periale gevoelens kan zeker van zulld gesjacher het
gevolg niet zijn – nog een waarschuwing van de vrij-
handelaars (de ,,Cobdenieten”), die door de practijk
bevestigd wordt.

Intussclieu heeft Bennett zijn eerste aanbod, dat
ook door de Engelsche conservatieven onvoldoende ge-
acht werd, verbeterd. Dit werd verwacht. Bijzonder-
lieden ontbreken nog, maar men beweert, dat zelfs
texti elproducteu ietwat ruimer zullen worden toegel a-
ten. Daarvan hadden de Engelschen een volstrekte
voorwaardie gemaakt. Zijn de Canadeezen nu dus wer-
kelijk afgeweken van hun methode, die niemand min-
der dan Thomas in 1930 als ,,humbug” bestempelde,
om de Engelsche industrie slechts door verhooging
van de tarieven tegen het overige buitenland – in
liet bijzonder tegen de Ver. Staten – te willen be-
voordeelen. Dit werd nog kort geleden ontkend en men
beweerde, dat Bennett wezenlijke tariefverlaging niet
zou kunnen doorvoeren zonder een scheuring in zijn
kabinet teweeg te brengen. De
Tinses
spoorde hem
vrij openlijk aan er dat op te wagen, maar nu heet een overeenkomst bereikt en de ,,Canada First” -ijveraars
denken ei niet aan af te treden.

Beteekent het alles niet, dat de overeenkomst groo-
tendeels schijn zal blijken? Men zegt hier nu, dat Sir
Herbert Samuel zich oold, als het tot tarieven op
levensmiddelen mocht komen, zich tot een protest
onder het ,,agreemeut to disagree” zal vergenoegen,
dat hij m.a.w. niet zal aftreden. Runciman’s positie
is moeilijker, wordt van liberale zijde niet zonder
leedvermaak opgemerkt, omdat hij weliswaar verder
dan Samuel tot het protectionisme is overgekomen,
niaar tevens nog in Februari verklaard heeft van be-
lasting op levensmiddelen niet te willen weten. Maar
het maakt alles den indruk van een spiegelgevecht
hier zoo goed als in Canada. De Canada First-minis-
ters treden niet af, vermoedelijk omdat Bennett’s con-
cessies zoo heel ver niet gaan. En tegenover die niet
vergaande concessies zullen Baldwin c.s. ook wel geen
heel ernstige leveusmi ddelentariefpolitiek beginnen. Zij houden in elk geval, wordt verzekerd, een deurtje
open voor Argentinië, Denemarken, en andere goedie
klanten (zooals ‘bijv. Nederlandi). hoe dat alles te rij-
men valt, zal pas te zeggen zijn, als de resultaten vô6r
ons liggen.

17 Augustus 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

643

AANTEEKENINGEN.

De loop van het economisch herstel in de
Vereenigde Staten.

De vaste stemming op cle effectenbeurs te New-
York in de afgeloopen weken heeft de hoop op een
ommekeer in do depressie verlevendigd. Vanzelf is
hierbij cle vraag ter sprake gekomen, welke bedrijfs-
tak de eerste teekenen van een tendens naar een al-
gemeen herstel zal geven. T-Jet is aan geen twijfel on-
derhevig, dat een juiste beoordeeling van de volg-
orde, waarin de verschillende economische krachten
zich zullen herstellen, – indien dit mogelijk ware –
van groote waarde zou blijken te zijn en zeer waar-
schijnlijk het herstelproces zou versnellen, indien de
eerste teekenen van een verbetering zichtbaar waren.
Dit vraagstuk wordt in ,,The Guaranty Survey”
van 25 Juli ji. besproken. De schrijver wijst erop,
dat een dergelijk onderzoek zeer wordt bemoeilijkt
door het gemis aan statistische gegevens en de ge-breken van het statistisch materiaal, waarover men
‘beschikt. Mede met het oog hierop beperkt de schrj-
ver zich tot cle na-oorlogsche periode. Het voordeel
hiervan is, dat men dan over meer statistieken kan
beschikken. Bovendien heeft het economisch leven
zich, wat bepaalde industrieën ‘betreft, sedert den oor-
log zoo ingrijpend gewijzigd, dat een vergelijking met
de vôôroorlogsche gegevens misleidend zou zijn.
De schrijver van dit maandbericht heeft daarom een
tabel samengesteld, die gebaseerd is op de productie-
index van de Guaranty Trust Company, met uitzonde-
ring ‘van de werkgelegenheid in de fabrieken en de
banksa1d.

Volgorde van opleving van cle indicators van het
bedrijfsleven.
1919

1921

1924

1928
Buitenl. handel

Katoen

Buitenl. handel

Kolen
Automobielen

Automobielen (1) Constructie (1) Staal

(1)
Kolen

(1) Wagonlading. (3) Automobielen (3) Constructie (2)
Constructie (2) Constructie (4) Katoen (3) Automobielen (3)
Wagonladingen(2) Buitenl.handel(5) Wagonlading. (3) Buitenl.handel(3
Katoen ‘ (2) Staal (6) Kolen (3) Wagonlading. (4
Staal

(4) Ruwijzer

(7) Staal

(4) Ruwijzer

(4
Ruwijzer

(4) Kolen

(19) Ruwijzer

(4) Katoen

(9

De cijfers tusschen haakjes betreffen het aantal
maanden, dat verloopt tusschen het herstel van de
,,leader” en dat van de overige bedrijfstakken, waarop
cle cijfers betrekking hebben. De vaarcle van deze tabel
mag op het eerste gezicht problematisch lijken met
het oog op het gemis aan unifo.rmiteit in de volgorde,
waarin verschillende deden van het economisch leven
herstellen. Bij nadere ‘eschouwiug kan men echter
eenige conclusies trekken, die ongetwijfeld van be-
teekenis zijn.
De meest belangrijke is misschien het feit, dat de
staal- en de ruwijzerproductie een tendens vertoonen
om achteraan te komen; dit feit is dientengevolge in
strijd met de opvatting in sommige kringen, dat een
stijging van de ijzer- en staalproductie tot de eerste
teekenen van een industrieele opleving bhoort. IJzer
en staal zijn echter basisproclucten en worden in zoo-
‘eel andere bedrijfstakken gebruikt, dat een verbete-
ring in de verschillende industrieën niet meer dan
als een tijdelijke fluctuatie kan worden beschouwd,
tenzij zij dien omvang aanneemt, dat zij zich weer-
sp.iegelt in een
stijging
van d’e vraag naar ijzer- en
staalproducten. Het feit, dat de staalproductie voor
1928 als tweede op de lijst voorkomt, wijzigt de boven-
staande conclusie slechts weinig; db depressie van
1928 was betrekkelijk klein, de constructie-bedrijvig-heid bereikte omstreeks dien tijd een recordhoogte en
de vraag uit het ‘buitenland was vrij aanzienlijk.
De tweede belangrijke conclûsie is, dat de automo-
bielproductie bijna steeds de eerste teekenen van op-leving vertoonde. .In geen ei±kel geval kwam de op-
leving in deze industrie later dan drie maanden na cle
eerste teekenen van een herstel. Ook cle constructie-
nijverheid behoorde eveneens tot de eerste bedrijfstak-
keo, clie zich herstelden. Alvorens uit het feit, dat de
au tomobielproductie en de con’st.ructienijverhei cl in cle

afgeloopen jaren tot de eerste voorloopers van het
herstel hebben behoord, de gevolgtrekking mag worden
gemaakt, dat bij een nieuw herstel deze twee indus-
trieën weder een leidende positie zullen innemen,
moet eerst een ander belangrijk feit naar voren wor-
den gebracht. Er is namelijk geen reden voor de mee-
ning, dat de opeenvolgende ‘verbeteringen in de in-
dlustrie en in andere deden van het economisch leven
waarschijnlijk in dezelfde ‘volgorde zullen plaats ‘vin-
den als in het verleden.

Goed beschouwd geeft de huidige situatie echter
volcioenden grond voor de verwachting, dat de auto-mobielindustrie opnieuw tot de eerste industrieën, die
een opleving vertoonen, zal behooren, indien het al-

gemeen ‘herstel intreedt. Automobielen zijn consump-
tiegoederen, terwijl de producti.e kan worden uitge-
breid bij de eerste teekenen van een toenemende
koopkracht. De aankoopen van nieuwe wagens in de
laatste jaren zijn beneden de ‘verwachtingen geble-
ven en het gemak, waarmede auto’s op afbetaling kun-
nen worden gelcocht, ondersteunen de meening, dat
deze industrie spoedig zal reageeren op het toenemend
vertrouwen van de consumenten.

Wat de constructienijverheid betreft, op dit gebied
doen zich allerlei tegenstrjdige elementen voor. On-
middellijk na den oorlog vond in het ‘bouwbedrijf een sterke ,uitbreiding plaats, welke ongeveer tot het mid-
den van 1928 duurde. De verminderde ‘bedrijvigheid
in 1929 werd toegeschreven aan een aanpassing, welke dloor eente grooten aanbouw noodzakelijk bleek, maar
dlie men slechts van korten duur ‘beschouwde. Kort
daarop begon, cle hevige depressie, welke de bouwbe-
drijvigheid tot een minimum reduceerde. Iedere mee-
ning over den ioop van het herstel in deze industrie, moet rekening houden met den bijna niet te bepalen
factor betreffende den omvang, waarin de te groote
uitbreiding zal worden opgevangen door de normale
behoefte.

De vôôroorlogsche theorieën verklaarden den over-
gang van de depressie naar een herstel uit cle goed-
koope ‘braakliggende geldmiddelen, die door de bouw-
nijverheid w’erden aangetrokicen, gestimuleerd door cip
afgenomen bouwkosten. Het is aan twijfel onderhe-
vig, of dieze verklaring ooic voor de huidige situatie
zal opgaan. Gedurende de laatste maanden heeft de
Overheid op groote schaal bouwwerken ondernomen
teneinde de werkloosheid te verzachten. :De talrijice
faillissementen en de verminderde bedrijvigheid
rechtvaardigen niet de meening, dat de vraag naar
in dii strieele bon ‘werken onmidldellijk zal toenemen,
tenzij het herstel een eind op weg is. Het mag
worden betwijfeld, of op het ge’bied van den particu-
lieren woningbouw de potentiëele vraag, dTe op het
oogenblik bestaat zich in voidoenden omvang zal uiten,
totdat het vertrouwen is teruggekeerd en hypothëken
gemakkelijker kunnen worden verkregen; beide fac-
toren zullen waarschijnlijk weer afhangen van een
verbetering in andere cleelen ‘van het bedrijfsleven.

Een factor, die het ‘herstel in sommige deelen van
het bouwbedrijf zal vertragen, is de moeilijke positie,
w’aarin de onroerende goederenmarkt zich in vele
streken be”indt.

De bovengenoemde voorbeelden zijn min of meer
typeerend voor de proeven, die op verschillende dce-
len van het bedrijfsleven kunnen worden genomen.

De buitenlandsche verhoudingen en de vooruitzichten
van den export, clie met het oog op cle toeneming van
het protectionisme niet zeer gunstig zijn, moeten in
vele gevallen een belangrijke rol spelen bij iedere
voorspelling. De afzet van goederen voor noodlzakeli,jk
leven so ii cl erhou d is slechts gen ng gedaald. Daarom
kan men niet verwachten, dat het herstel hier even
snel zal plaats vinden als op andere gebieden.

* *
*

Het beste bewijs, dat de algemeene gang van zaken
is .’crbeterd, zal gevondlen worden in een stijging van

INDICES OF BVSINESS ACTIVITY AND
Per
Cent

COMMODITY AND STOCK PRICES

Per Cent
of 1926

of
Normal
210

120

150

PMIiiiiZXiIU

II!!UIIIUII


5

1019 1920 1921 1922 1992 1924 1925 1926
7927
1920 1929 1930 1931 1932 20

644

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1932

de productie-indices. Deze indices zijn echter eerst na
eenie maanden ‘beschikbaar. Degenen, die vlug op
de hoogte willen zijn van de meer uitgesproken tee-
kenen van een verbetering, zullen misschien weinig
betere indices vinden dan de ontwikkeling van de
effectenbeurs en van de groothandeisprijzen. Bijgaan-
de grafiek geeft een vergelijking van de productie-
.indices van cle Guaranty Trust Co. met het indexcijfer
van groothandeisprijzen van het Bureau of Labor
Statistics en cle index van industrieeleaandeelen van
de Standard Statisti.cs Co.
Zooals (leze grafiek aangeeft, wordt een duurzame
opleving in het bedrijfsleven gewoonlijk voorafge-
gaan door een stijging van de groothartdelsprijzen en
aandeelen of zij gaat gepaard met een tendens naar
stabilisatie. Deze ontwikkeling kan theoretisch wor-
den verklaard. Een stabilisatie of aanzienlijke stijging
van aandeelen in tijden van depressie weerspiegelt
mcestal ecu toenemeud vertrouwen van de zijde van
de beleggers, terwijl een stabilisatie of stijging van de
groothandeisprijzen nauwelijks denkbaar is, tenzij een
sterke vraag in cle plaats treedt van een afwachtende
houcIng in het doen van aankoopen. Men moet ech-
ter in het oog houden, dat, waar deze iudices zeer
gevoelig zijn voor veranderingen in de ‘werkelijke en te verwach ten bedrijvigheid, een stijgende beweging
gedurende een korte periode niets anders kan betee-
keuen dan een weerspiegeling van ongemotveerde
vcrwachti ngen en van een verkeerd uitgangspunt.

De handelsbeweging van Engeland.

De ontwikkeling van den in- en uitvoer van Enge-
land dient thans met ‘bijzondere ‘belangstelling te wor-
den gevolgd. Immers vergeleken met vorige jaren
doen thans twee zeer belangrijke factoren hun invloed
op de handelsbeweging gelden, t.w. cle depreciatie van
het Pond en de nieuwe
j
rotectionistische maatregelen.
Met het oog hierop is het bovendien van belang den
uitvoer van

.Engeland naar de waarde te vergelijken
met cflen van andere landen, teneinde na te gaan, of
dit land door het verlaten van den gouden standaard,
wat cle opbrengst van zijn uitvoer betreft, in een
betere positie is komen te verkeeren dan andere be-
la

ngrijke exportlanclen.
Dit laatstgenoemde punt hebben wij reeds onder-
zocht in ons ,,Economisch-Stati’stisch Kwartaalbe-
richt” ‘), waar wij tot de conclusie ‘kwamen, dat ver-
geleken met 1030 de daling van de uitvoerwaarde van
Engeland zeer aanzienlijk is en die van vele andere
Europeesche landen overtreft.
in het maandberi.cht van de Midlaud Bank wordt
cle invloed van de twee genoemde factoren nagegaan.
De schrijver van (it overzicht wijst erop, dat men met
het trekken van conclusies zeer voorzichtig moet zijn,
omdat thans nog geen définitief oordeel gegeven kan
w’ordn met het oog op den korten tijd, die sedert het
opgeven vaii den gouden standaard en het invoeren
van een nieuw tarief is verloopen. Onder dit ‘oor-

1) Zie Ecotioin.isch-Statistisohe ilerichten van 20
Juli
ji

behoud is het niettemin van ‘belang de in- en uitvoer-
cijfers iets nader te beschouwen.
De volgende tabel toont de ontwikkeling van de
handels’beweging met 1924 als basisjaar. Men moet in
het oog honden, dat de gouden standaard op 21 Sept.
1931 werd losgelaten, dat voorloopige invoerrechten
in Noveniber werden ingevoerd en dat het nieuwe
tarief op i Maart in werking is getreden.

Volum,en van de hrnndelsbewe ging vms Engeland.
(1924 = 100.

Netto Invoer

Uitvoer

Levens- Grond- Fabri-
To-
Fabri-
To-

Her-
middelen stoffen caten

taal

caten

taal

uitvoer

1929: Jaar.. 111.6 11
9
13 130.3 116.3 106.9 105.1

80.2

1930: Jaar. . 113.0 100.4 130.5 113.6 85.7

86.1

76.6
36e kw. . . 108.1

90.7 126.2 107.6 81.9

82.6

67.2
4d

,, . . 132.2 101.5 131.8 123.3 78.0

81.1

74.8

1931: Jaar.. 122.3

94.3 132.7 116.9 63.5

65.6

73.2
lstc kw… 110.4

95.8 119.0 108.1 65.3

66.9

72.9
2de ,, . . 112.9

89.2 126.7 109.8 61.7

63.7

82.4
3de ,, . . 122.2

84.0 134.3 114.6 63.5

64.0

61.9

4de ,, . . 143.6 108.1 160.9 135.2 63.8

67.9

75.7
1932:

iste kw. . . 116.2 109.7 92.0 107.3 66.1

66.2

77.2
2(1e

. . 110.8

92.3 77.7 96.7 68.4

67.7

69.7

Beschouwt men deze
cijfers,
dan blijkt, dat in het
laatste kwartaal van 1931 meer werd ingevoerd dan
in dat van 1930, ondanks de depreciatie van het
Pond; vooral de invoer van fabricaten nam sterk toe.
Deze ontwikkeling, die tegen de verwachtingen plaats
vond; is waatschijniijk toe te schrijven, aan de ver-
vroegcle importen. in de eerste helft van dit jaar is
het verloop gekeel anders geweest. De invoer van
levensmiddelen bleef gelijk, die van grondstoffen nam
iets toe, terwijl die van fabricaten steric daalde, voor-
al in het tweede kwartaal na do invoering van het
nieuwe tarief. Duidelijic blijkt, dat het tarief en het
loslaten van dien gouden standaard – cie eerste maat-
regel waarschijnlijlc meer clan de tweede – bijna on-
middellijic een vermindering van den invoer heeft
teweeggebracht.

De uitvoer van fa’bricaten en alle a:ndere artikelen
is in 1.931 zeer steric gedactici, maar toonde in het laat-
ste kwartaal een klein herstel. Dit herstel heeft zich
dit jaar gehandhaafd, waardoor de uitvoer grooter is
clan een jaar geleden. Aan de geringe stijging te oor-
doelen, zou men kunnen afleiden, dat ‘het loslaten van
den gouden standaard weinig resultaat heeft opge-
leverd. Daarbij moet men echter niet uit’ het oog ver-
liezen, dat de internationale’ handelsbeweging sterk
is ingekrompen. Deze handhaving van den uitvoer
acht de schrijver dan ook een zeer gunstig resultaat.
Daar het tarief voornamelijlc werd ingevoerd om

het toenemende invoersaldo te verminderen, is het van
beteekenis de veraûderingen in de waarde te beschou-
wen. De volgende tabel vergelijkt de
cijfers
van de
eerste helft van dit jaar met de overeenkornstige
cijfers ‘van 1929 en 1931..

lVanrcle Vnu, tie handelsbewegin.g van Engeland
in nu. llioenn £

Eerste 6 maanden
Daling in proc.
1lavoer:
1929
1931
1932
1929-31
1931-32
Levensmiddelen, en.z
2578
197.6
184.5
23.4
6.6
Grondstoffen

…..
179.3
90.4
89.5
49.6
1.0
Fabricatea

…….
162.8 124.4
81.7
23.6
34.3
Totaal ….
604.7 417.8
360.0
30.9
13.9
Uitvoer:
Lovensnmidclelen, euz
25.6
17.7
16.0
30.6 9.6
Grondstoffen

…..
39.4
23.7
21.8
39.8
8.0
Fabricateti

…….
284.1
150.4 143.0
47.1
4.9
Totaal
358.7 199.2 187.0
44.5
6.1
Hei’uitvoeren

…..
60.6
35.7
29.3
41.1
17.9

In een periode van dalende prijzen Ican men ver

wachten, dat de waarde van den in- en uitvoer van
fnbricaten minder snel zal dalen dan die van grond-
stoffen. Dit was dan oolc in de periode van 1929 tot
1.931. voor den invoer, maar niet voor den uitvoer het
geval. iliermni komt de kwetsbare positie van Enge-

Basis
(GernIddeldv.
1898-1913)
100 100
100
100
100
100
100
(Gemidd.v.1913)
110,0
113,1
123,4
106,3 117,4
127,9′
116,3
Juli

1931
81,2 85,5 86,3
87;6
87,8
95,2
:
87,3
Aug.

,,
80,6
82,3 88,3 88,4
8,3
92,6 86,6
Sept.

,,
82,5
83,1
80,3
86,1
85,2
97,9 88,9 Oct.

,,
90,8 91,5
89,6
97,6
94,0
106,8
95,0
Nov.

,,
91,1
92,01
85,0
99,1
98,8
108,6
95,8
Dec.

,,
91,0
90,4
85,0
98,1
03,0
105,0
95,4
Jn.

1932
88,8 85,2
88.2
90,9
198,3
101,5
92,2
Febr.

,,
88,7
85,5 89,0 87,4
95,8 99,7
91,0
Mrt.

,,
87,3
86,3
87,0
87,7
95,9
103,3
91,2
April

,,
86,1
91,7
86,0
90,8 99,3
96,1
91,7
Mei

,,
86,3
89,6
81,6 93,5
88,8
88,1
88,0
Juni

,,
83,3
87,4
77,1 93,1
82,3
76,6
83,3
Juli

,,
82,6 80,9
75,7
90,8 79,5 71,2
80,1

De vrachtenniarkt verkeerde over het algemeen in
een
deprimeerencien toestand; de zaken svaren be-
perkt, terwijl er over-aanbod van tonnage was, on-
danks het groote
aantal
opgelegde schepen.
De volgend6 tabel geeft ons indexcijfer te zien, her-
leid
tot 1913=100:

17 Augustus
1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

645

land tot uiting. Het omgekeerde vond in de periode
van 1931/32 plaats.

Wat de gevolgen op den langen duur
van
de ge-noemde maatregelen ook mogen
zijn,
het staat vast,
zoo
merkt
de schrijver
van
deze beschouwing op, dat
zij de handelsbalans meer
in
evenwicht
hebben
ge-
bracht.

Indexcijfers van scheepsvrachten.
,,The Ecouornist” schrijft: Het algemeen indexcijfer
van
s
c
h
ee
p
svrac
l
l
t
en
daalde
in
Juli
ongeveer 3,8 pOt.
Het huidige cijfer van 80,1 is 8,2 pOt. lnger dan in
Juli 1931.

.c
.
LOt
0)
0.
•..,_
0)
E
0)

Datum
.
:’

a

.2
N

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

GELDKOERSEN
N.B.

beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
BANKDISCONTO’S.

Ned
Pis Wissels.
219
Apr.’32
Lissaboir
….
6
-1
4Apr.’32
BkP.el.Binfl.E
ff
.
3
19Apr.’32
Londen ……2
30Juni’32
jVrsch. inR.C. 3
19Apr.’32
Madrid …… ..8
Juh’Sl
Athene …….
…..
10
8Aug.’32
N.

YorkF,R.B.223Junj’32
Batavia ……..
.
..
410
Mrt.’SO
Oslo ……..
4
20 Mei’32
Belgradp …….
7.120 Juli’31
Parijs ……2
9
Oct.
1
31
Berlijn ………….5
27Apr.’32
Praag ……
5
11Apr.’32
Boekarest……
.
.
7
3 Mrt.’32
Pretoria
….
6 181’/ov.’S1
Brussel ……….
313 Jan.’32
Rome……..5
2 Mei ’32
Budapest ……..5
1 Juli’32 Stockholm ..4
3Juni’32
Calcutta ……..
4
7Juli’32
Tokio
….
5.11
7Juni
1
32
Dautzig
.
…….4
12Juli’32
Weenen……7 17
Mrt.
1
32
Helsingfors ……
6p9Apr.’32
Warschau…. 71
3Oct.
1
30
Kopenhagen
….
4 30Mei ’32
Zwits. Nat.Bk. 2
22Jan.’31

OPEN
MARKT.

1932

II
1931
II
1930
II
1914

Maand
1929


1
1930
1

1931-
1932

109,6
81,2 81,2 79,2
78,5
81,9
78,2
Januari

………

102,6
75,5 81,3
78,4
Februari ………106,7
Maart ………..
99,1 77,1
80,8
78,8
April …………
Mei

… ………

.97,3
76,1
81,8
75,6
92,1
75,7
78,
1

71,6
..
94,8
78,1
75,0
68,9
Augustus
96,1
82,6
74,4

Juni

…………..

September
95,3
83,6
74,7

Juli

…………

October……….
93,3
81,7
81,7
November
88,3
79,3
8?,3
December …….’86,2
81,5
62,0
Jaari.
gemiddelde
l
96,8
79,1
79,6

Rectificatie.

‘Dr.
ir.
W. H. O.Kn
app
vestigt onze aandacht er
op,
dat
de
prijs van
zijn boek ,,Wereldontwrichting
en TereidhersteP

gdboriden
f
4.50 bedraagt;
dit
boel.:
is eveneens bij
den
bo,ekhaiicielaar te bestellen, zulks
in
afwijking
van, onze medecleeling
in
het
nummer
.

van 27 Juli
ji.
(zie de noot
OJ)
hlz. 582).

ONTVANGEN BOEKEN.
Voorlezingen over zee-a.ssurwriJie
door
Mr. A. A. W.
van
Wulffteu Paithe, tweede verbeterde ‘en ver-
meerderde druk. (Rotterdam 1932; N.V. Druk-
kerij
M.
Wijt
&
Zonen. Prijs
f
1.20). In dit boek worden beha.ndelcl
het
I’isico,
de omvang u’
de verplichtingen van den assuradeur; Art. 251 en (le
:

renuutiatie-clausulc, aba-ndounement, cle persoon van den,
verzekerde,
de
.subrogatie; de beide cascopolissen en de goe.
dcie n
polis
en
cle schacleregeli
ng.
(‘Ve’rvolq zie pa.g. 650.)

13
113
Aug.
ug.
Aug.
,
1
1
6
Aug.
25/30
Juli

10
1
15
Aug.
11
1
16
Aug.
20
1
24
Juli
Amsterdam
I
3
11r.
1
Partic.disc.
/4-12
114.113
,
‘I4-‘2
1149155
13
116
1
3
1
13
1
3I8’/16
Prolong.

.

1 1
.

1
1

12
1
1
142 2
5
14-31
4

f.oncle,,
DageId.
. .
‘js

1
1
‘/j

I
I2

1
‘Is

1
2
1
1

4
11
122112
1
3
14

2
Partic.disc.
11
166.
3
14
51
5
.31
4

h1/35314
.

1
1
I
1
6_718
4
1
14.
3
/8
2
1
14.5116
411
4
_31
4

Berljjn
.
Daggeld…
5’/s-6
5
1
18-6
5ij86112

5
1
17
8

10
1
1
/1
4
/2

MaandeId
-5-6
1
1

“,
5-61
5’6
1
1
56
1
12
8-9
311
4


Part,
disc.
:4
1
12
4
1
J
‘4
1
12
4
1
1
8-9
3
1
/
2
1
18
1
12
Waren- wechsel.
5-
1
/
5_11
3

‘5.
1
12
5-13

3.0/
4



Ne,a York
DageId
1)
21(
4

211
4

2.11
4

2-
1
!4
11
/214
2/1-
3
/4
l
3
/4_2
1
/2
Partic.djsc.
7/
ii
.

/s
7
1

1
2

1)
Koers van 12 Aug. -en daaraan voorafgaande weken tjm. Vrijdag.

WISSELKOERSEN;
EO’ERSEN. ‘IN NEDERLAND

Data
1

New.
L,iden
Berlijn
Parijs
Brussel
Bataria
,
,York
8
.
,

9 ‘Aug. 193’2
2.486/,
’86


59.11
9.731 34.461
99;
10

,,

192
~.48s,
8.65%.
9.10
9.731 34.461
11

,,

192
2.487,
1

8.67
59.12
9.73k
34.47
12

,,

1932
2.48s1
8.62i/,
59.121
9.73

34.46
99
8
18
13

,,

1932
2.4871,

8.64%
59.17
9.73k 34.46
998/
s

15

,,

1932
2.481/
16

8.64%
59.121
9.73k
34.46
99i,
Laagste d.wl)
2.4805
8.59
59.05
9.72I34.43
99
Hoogste d.w1)
2.4855
8.69l4
59.17
9.731
34.47
99,%
8 Aug. 1932
2.4881,
5

8.58
1
%’
59.11
9731
34.48
9
9
s
1
8

1 Aug. 1932
2.48% 8.74
59.121
9.731′ 34.50
99
8
/8
Muntpariteit
2.4878
12.1071

Weenen

59.263

Praag

9.747 34.592

Boeka- Milaan

100

Madrid
Data
zwit-
‘serland

8*)

9 Aug. 1932
48.42
1
1
8



7.36

‘1.0
12.68
20.25
10

,,

‘.

1932
48.38

.

7,35.
1.50
.
12.70
20.10
11

,,

.

1932
48
.
39



.
7.34
1.5’O
12.70
20.-
12

,,

1932
48.36

7.34
1.50
12.71
20.05
13

,,

1932
48.36

7.35
1.50

15

.

1932
48.40.


7.35
1.50 12.71
20.021
Laagste d.wl)
48.3-4


7.3

12.67
19.85
Hoogste d.w’)
:
48.42
35.

7.39
1.50
12.74
20.30
8
Aug. 1932

48.37%

7.35 1.50
12.67
1

20.25
1
Aug.1932
.48.36

7.36 1.50 12.65
20.07k
Mun’tpariteit
-48.1. )4
35.007
7.371
1.488
13.094
48.52

Data

1
Stock-
1
holm *)hagen*)1
Kope
1
Oslo
8)
.

Hel- sin
1

fôr1)

1
Buenos-
1

1

Aires’)

1
Mon-
treal’)

9
Aug. 1932 44.45

46.5ti
1
43.40

3.80
.–.
2.17
10

1932 44.60

46.25

43.40

3.80

2.16
11

1932 44.50

46.30

43.45

3.75

2.1534
12

1932 44.50

46.10

43.35




2.113
13

1932 44.45

46.25

43.35



2.16
15

,.

1932 44.50

46.25

43.25

3.70


2.16
Laagste dw
1
) 44.15

45.90

43.05

3.60

2.14
Hoogste d.w’) 44.60

46.40

43.50

3.85

2.18
8
Aug. 1932 44.20

46.30

43.30

3.75

2.17%
1 Aug. 1932 45.-

47.10

44.-

3.75

2.16
Muntpariteit 66.671

66.671 66.871

6.266
95%
2.4878
S)
Noteering te Amsterdam.
8*)
Not, te Rotterdam.
1)
Part.
opgave.
In het eerste nummer van iedere maand komt
een
overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen
wisselkoersen.

646

ECONOMISCH-STATISTISCH.E BERICHTEN

17 Augustus 1932

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

D a a
Londen
Parijs
Berlijn

1
Amsterdam ($
per)

($
p. lOOfr.)
($
p. 100 Mk.)($
P.
100 gld.

9 Aug.

1932
3,
4
718
3,911
1/
23,79
y
2

40,25

10

,,

19321
3,495,
3,92
23,80
40,27

11

1932
3,41y
4

3,911′,,
23,79 40,25

12

,,

1932
3,47’18
3,91
18
/
23,79
40,25

13

»

1932
3,48
7
118
3,9171
5

23,79
40,26

15

,,

1932
3,48k
3,9211
8

23,82
40,27

17 Aug.

1931
4,8571
8

3,92
23,75
40,32%

Muntpariteit ..
4,86
3,9051
23.813(
40s1.
KOERSEN
TE LONDEN.

Plaatsen en Landen
Not eerings-
een/zeden
30Juli
1932
6Aug.
1932
1

8113
Aug.
1932
1
Laagste
l
Hoogstel
1
13Aug.
1932

Alexandrië..
Piast. p.. 974
97
971
975
1
97

p.0
540
535 520
550
540

Bangkok….
Sh.p.tical
11
10
T
6
e
I1
105
1
1
1
10
r
a
W
1
1
10
7
5
11
1
1
10
T
I
V
Budapest …
Pen.
p £
203f
201<
20
21
20%

Athene……Dr.

Buenos Aires
d. p.
$
40y,
40y
2

40y
4

40%
40
K
Calcutte
. . . .
Sh. p. rup.
16
8
1
32

11661
s

11611
18

11611
8

1
,6
7
164
Constantin..
Piast.p.E
730 720 720 725 720
Hongkong ..
Sh. p.
$
11351
1/3%
1/3k
11531
i6

11471

Kobe

. . .

. .
Sh. p. yen
11671
8

1/611
16

1151/
8

116
3
/8
11591,
Lissabon….
Escu.p.0
110
110
109%
110%
110
Mexico

….
$
per £
12.45
12.-
11.75 12.25
12.-
Montevideo
.
d. per
£
293<
29
1
1
28
32
30
Montreal …
$
per £
4.04h
3.95%
3.94%
4.02%
3.99
Rio d. Janeiro
d. per Mii.
5
1
1s
z/
1,
581
4
51
8

Shanghai
. . .
Sh. p. taei
11871,
6

118631,
0

1/891,
1110%
1/9
11
/
31

Singapore ..
id. p.
$
2/3
27
/
82

213
27
1
82

213%
2131
3
1
16

23
21
/
81

Valparaiso
).
$
per
£
58
58 58 58
58
Warschau ..
Zl. p.
£
314
308/
4

30%
314
31
1)
90 dg.

ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
3)

Londen’)
N.York2)

Londen
9 Aug. 1932..

17’31,
2881
8

9 Aug. 1932…

11817
10

,,

1932..

1771
8

28%

10

,,

1932….

11812
11

,,

1932..

18151,
6

30

11

,,

19.12….

118_
12

,,

1932..

18%
28%

12

,,

1932….

11813
13

1932..

17681,
9

2771
8

13

1932.
. . .

11814
15

1932..

1811
8

28%

15

1932….

11815

17 Aug. 1931..

12
5
1
27
1
1

17 Aug. 1931….

84,10

27 Juli

1914..

24381,
6

59

27 Juli

1914….

84110%
1)
in pence p.oz.stand.
2)
Foreign
silver in$c.
p.oz.
fine.
3)
in
sh.
p.oz.fine

STAND
VAN
‘s
RIJKS
KAS

Vorderingen.
1

30Juli 1932

1
6Aug. 1932

Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
f

8.739.425,98

Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

539.864,38

derlandsche

Bank……………….

Voorschotten

op

uit. Juni

1932 aan
de gem. verst,
op v.
haard. de Rijks-
adm. te heffen gem. ink. bel, en
opc.
op
de Rijksink. bel ………………
f

4.140.138,28
Voorschotten
op

uit. Juni

1932 aan
de gem. verstr.
op
aan haar uit te
keeren hoofds. der pers. bel., aand. in

….4.140.138,28

de hoofds. der grondbel. en der gem.
fondsbel., alsmede
opc. op
die belas-
tingen en
op
de vermogensbelasting
– –
Voorschotten aan Ned.-indië ………
227.756.988,82
,,229.000.440,34
Id.

aan

Suriname …………………

…12.548.995,29
,,

12.552.990,29
Id.

aan

Curaçao ………………….
…..7.936.055,50
,,

7.937.660,50
Kasvord. weg. credietverst. alh. buitenl
,,
109.038.328,16
,,
109.133.827,64
Daggeldieeningen tegen onderpand
Saldo der

v.
Rijkscomptabelen
postrek.

23.106.433,17

25.815.945,87
Vord.
op
het Alg. Burg. Pensioenfonds’)
,

,,

16.150.247,32
,,

16.294.303,60
Id.
op
andere Staatsbedrijven
1)
………..
Vertr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan gemeenten (saldo)……
66.972.529,79
,,

66.281.222,90
Verplichtingen.

Voorschot door de Ned. Bank ing. art.
16 van haar octrooi verstrekt

f

2.414.315,15
Schuld a/d Bank
v.
Ned. Gemeenten

.
,,

387.784,42
Schatkistbiljetten in omloop ………
f230.593.000,-.
,,265.352.000,-
Schatkistpromessen in omloop …….
169.010.000,- 142.660.000,-
1.768.140,-
1.760.086,50
Schuld

op
uitimo Juni 1932 aan de Zilverbons in omloop ……
. …….. ….

gem.weg. v.h.d. de Rijksadm.geh.gem.
ink. bel, en
opc. op
de Rijksink.bel

.
..


Schuld
op
ultimo Juni

1932 aan de
gemeenten

enz……….

………..
2.049.674,92
2.049.674,92
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)
,,

25.381.954,35
,,

25.677.461,07
Id. aan het Staatsbedrijfd.P.,T.enT.’)
80.124.451,35

,,

85.403.301,34
282.110,17
282.110,17
Id. aan andere Staatsbedrijven’)
………..
Id. aan diverse instellingen’)
………..
10.590.014,63
,,

10.605.621,50
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.

1

6 Aug. 1932
1

13Aug. 1932
Verplichtingen:
Voorschot’s Rijks kase. a. Rijksinsteli
f229.000.000,-
f234.178.000,-
Schatkistpromessen ………………
12.895.000,-
,,

11.695.000,-
Schatkistbiljetten
………………..
30.915.000,-
,,

28.415.000,-
Muntbiljetten in omloop
.

………..
2.485.000,-

….

,,

2.497.000.-
Schuld aan het Ned.-ind Muntfonds.,,
…9.183.000,-
,,

9.183.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank

…..

,,

751.000,-
,,

960.000,-
Voorschot van de Javasche Bank…….
14.002.000,-
,,

13.120.000,-

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 15 Augustus 1932.
Activa.
Binnenl.Wis. Hfdbk.
f
36.224.696,72
sels,Prom., Bijbnk.

1.199.564,27
enz.in disc.Ag.scb.
,,

7.692.1I2,0

f
45.116.433,04
Papier
o.
h. Buiten!. in disconto

Idem eigen portef.
.
f

7 1.335.835,-
Af :Verkochtmaar voor

de bk.nog niet afgel.


71.335.835,-
Beleeningen

Hfdbk.
f

27.126.053,17
mcl.
vrsch. Bijbnk.
,,

5.394.086,06
n rek..crt.

Ag.sch.
,,

53.859.822,81
op
onderp.
f

86.379.962,04

Op
Effecten
…… f

85.450.270,29
OpGoederenenSpec.,,

929.691,75
86.379.962,04
Voorschotten a. h. Rijk
……………..
,,

Munten Muntmateriaal
Munt, Goud
……
f
100.692.340,- Muntmat., Goud ..
,,
922.983.066,99

1.023.675.406,99
Munt, Zilver, enz..
,,

18.498.635,04
Muntmat., Zilver..


,,
1.042.174.042,03
1
)
Belegging
1
1
6
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

…………………….
,,
20.173.609,94
Gebouwen en Meub. der Bank
………
,,
5.000.000,-
Diverse rekeningen
………………
,,
14.743.453,63
Staat d. Nederl. (Wetv.27/5/’32,
S.
No. 221)
,,
19.331.195,17

f
1.304.254.530,85
Passiva.
Kapitaal
…………………. …..
f
20.000.000,-
Reservefonds
……………………
,,
3000.000,-
Bijzondere reserve

………….

,,
5.000.000,-
Pensioenfonds

………………….
,,
8.176.334,27
Bankbiljetten in omloop …………..

,,
988.043.515,-
Bankassignatiën in omloop

………..
,,
341.607,98
Rek..Cour.
5
Het Rijk
f

11.879.335,74
saldo’s:

Anderen
,,
265.851.084,92
277.730.420,66

Diverse rekeningen
…………….
.
,,
1.962.652,94

f
1.304.254.530,85

Beschikbaar metaalsaldo ……
……..
f
535.208.781,59
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is

,,
1.338.021.950,-
1
)
Waarvan In het hullenland f

5.520.302,58.
Voornaamste posten in duizenden
guldens.

Goud Andere
Beschikb.
Dek-
Data

Munt
1
Muntmat.
Circulatie
opeischb.
schulden
Metaal-
saldo’)
klngs
perc.

15
Aug.
321006921

922.983
988.044278.072
535.209
82
8

’32’
1006921

921.711
995.654
271.119 532.458
82
1

’32
100692
919.957
1015.306
259.518 527.514
81
25
Juli

’32
100692
915.108
983.086
280.852
528.097
82
18

’32
100693
909.785
988.754 272.073
524.081
82
11

’32
100793
908.471
999.198
264.309
521.864
81

17 Aug. ’31
88.689
551.991
935.024
170.742
233.293
61

25
Juli

’14
65.703
96.410
310.437
6.198
43.521
54

Totaal
1 Schatkist-
B
1
ee-
Papier
Diverse
Data
bedrag
promessen
nien
op het
reke-
discon to’s
rechtstreeks
6
buitenl.
ningen
2)

15 Aug. 1932
45.116

86.380 71.336
14.743
8

1932
44.480

85.228
71.336
14.774
1

1932
45.604

97.048
71.336
16.440
25
Juli

1932
44.783

92.971
69.023 16.434
18

1932
45.494

94.404
71.845
13.404
11

1932
45.867

98.550 68.653
15.685

17 Aug. 1931
54.477

87.985
229.986
65.162

’25
Juli

1914
67.947

61.686
20.188
509
1)
Sedert den bankstaat van 4 Jan.
1929
op
de basis van
21
metaal-
dekking.

2)
Sluitpost activa.

CURAÇAOSCHE BANK.
Voornaamste oosten
ii’
duizenden auldens.

Dala
Metaal
Circu-
latie
Dis-
conto’s

Voor-
sdzotten
aan de
kolonie

Diverse
reke-
ningen’

Diverse
reke
ningeni

1
Juli

1932
4.857
5.272
1

194
87
865
143
1
Juni

1932
4.839
5.246
199
27
893 122
1
Mei

1932
4.827
5.309
i

185
25
1.059
198
1
April

1932
4.839
5.489
192 134
1.045
131
1
Maart

1932
4.842 5.338
1

211
75
920
121
1
Februari 1932
4.524
5.000
1
192
141
847
450

1 Juli

1931
4.674
5.145
132
11
3
1
1.2931
372
11
Siulto.
der
activa.
21 Siulto.
der
nassiva.
3
1
Schuld aan de Kolonie.

17 Augustus
1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

647

JAVASCHE BANK.
Voornaamste Posten in duizenden guldens. i)e samengetrok-
ken cijfers (ter laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Data

Goud

Zilver
1
Circulatie
J
opeischb. metaal-
schulden

saldo

13Aug.1932

1880

222.090
1
33.960 46.460
6 ,, 1932

149.360

223.230

33.810 46.544 30Juli1932

150.500

218.800

37.100 48.140

16Juli1932 104.850

44.816 222.272

32.672 47.648
9

1932 104.849

45.509 226.33

32.381 46.851
2

1932 104.847

45.377 221.128

35.719 47.485
25Juni1932 104.827

45.215 219.816

34.870 48.167

15Aug.1931 109.853

41.921 247.092

22.182 44.064
16Aug.1930 138.442

26.648 269.342

40.951 40.973

25 Juli 1914! 22.057

31.907

110.172

12.634

4.842

Wissels.t
1
Data

1
Dis-

buiten
1
Belee-
Diverse reke-
1
kings-

conto’s

N.-Ind. 1 flingen
ningen’)

percen-
betaalb.
1
tape

13Aug.1932
6 ,, 1932
30 Juli 1932
16 Juli 1932

950
93.920
93.600

•’
•*s

22.289

58 58 59

59
9.963
20.435
.41.33.1
9

1932
10.128
21.208
40.212
23.235
58
2

,,

1932
10.267
21.835
40.232 29.145
58
25Juni1932
9.936
22.638
39.698
27.648
59

15Aug.1931
9.161
16.251
45.357
38.581
56
16Aug.1930
10.135
31.366
46.494
51.077
53

25Juli1914
1

7.259
6.395 75.541
2.228
44
1)
Sluitpost activa.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.

Data
Metaal
Bankbilf.
in
circulatie

Bankbilj. in Banking
Depart,iz.Advances
Disc.and
Other Securities

1

ecurl
U

10 Aug.
1932
139.419
370.819
42.744
15.236 19.338
3

,,

1932
139.400
374.728
35.835
14.314
20.917
27 Juli

1932
138.576
369.286
43.440
15.280
23.768
20

1932 137.422
365.759
45.825
14.307
26.008
13

1932
137.205 366.271 45.124
14.771
24.948
6

1932
136.965
360.679
44.465
14.991
26.247

12 Aug. 1931
133.304
360.051 46.947
7.051
.22.097

22 Juli

19141
40.164
29.317
33.633

Data
1

Gov.

i

Sec.

Public

1
Depos.

OthïDposits
Of/ier
Bankers Accountsl

1 1
Reservei
Dek-
kings-
t perc.
1)

10 Aug.’32
70.554
10.668
85.323
34.579
43.600
33
1,
3

,,

’32
75.979
11.491
84.952 36.300
39.672
2918,
27 Juli ’32
68.771
Ii 242
88.186 34.561
44.291
33
9
0

’32
66.231 13.379
88.024
33.727 46.663
34
13

’32
65.786
17.048
82.759
33.567
45.934
3413/

6

’32 67.627
20.947
80.923
34.241
45.286
3321,

12 Aug.’31
53.226
19.434
58.163
34.879
48.2531
42
20
1
82

22 Juli ’14
11.005 14.736
42.185
2
9.
297

52
1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posteu in ,milliocnen francs.

Te goed
Wis
Waarv.I
Belee-

Renteloos
Data
1
Goud
Zilver
in het

sets
op hef
.

iv.

ningea

voorschot
buitenl.
buiteal.I
d. Staat

5Aug.’32
1
82.179 11.235
1

3.365
5.3011
2.098
2.823
3.200
29 Juli 3282.168
1
.
233

1384
6.0021
2.097
2.747
3.20u
22

‘32182.310
11.228
4.473
5.0231
1.843
2.753 3.200
15

,,

’32
82.408
1.221
4.458
4.6741
1.844
2.794
3.200

7Aug.3I58.557
1
880
12.210
19.674
14.488
2.827
3.200

23Juli’141
4.104
640

1.5411
8
769

1
Bons v. d.1
1 Diver-

Rekg. Courant
Data
zelfst.
k.
amort.
Circulatie
1

sen’)
Stt,,O,.f/<
1
zijs”p’.7i-
t
culieren.

5Aug.’32
6.621
2.332
1

81.598
1.589
2.619 21.240
29Juli’32
6.621
2.294
82.118
1.107
2.633
22.033
22

’32
6.626 2.301
80.802
1.496
2.666
23.217
15

,,

’32
6.626 2.406
81.547
772
2.687
22.990

7Aug.’31
5.065
2.140
79.007
1.765
7.919
15.306

23 Juli’14


5.912
401

913
1)
Slûitpost activa.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

16 Augustus 1932.

. Bij ‘het begin de, week ‘as t
5.
r w e iiog vast en hooger. il)e ougunstige Canadeesche oogstberichtcn werkten nog na
en, ook verder ging de vaste stemming uit. ‘a,i Noord-
Amerika in verband met cle vaste markt voor effecten en
de meeste goederensoorten aldaar. IE[et Amerikaansdhe pu-
1)Iiek trad weer op als koopei aan de graantermij.nmarktsii.
In Europa bestond goede vraag ‘slcnhts in Eige1and, waar
mcii vooral Australische tarwe, waarvan aanbod en ver-schepingen sterk zijil afgenomen, gaarne kocht. Nieuwe
verkoopen van .Australische tarwe naar het Verre Oosten
steunden die zaken. Ook Canadeesche tarwe vond in Enge-
land steeds koo.pers, maar op het Eurwpeesche vasteland bleef cle vraag slecht, nu de Fransche oogst groot genoeg
schijnt te zijii voor de geheele tarw6behoefte van het land,
I)uitschland een grooten oogst heeft en Nederland even-
eens veel meer tarwe zal iin,ienhalen dan verleden jaar.
I)c kleine omvang der wereldverschepingen en van de naar
Europa onderweg zijnde hoeveelhede,i alsmede het karige
aanbod van het Zuidelijk halfrond en het weinig dringen-de karakter van het Russische aanbod steunden de markt.
Intussehen profiteerde Rnsland van de prijsstijging door
in ruimere mate tarwe naar Engeland te verkoopen .Dat
het Russische aanbod niet dringender is, is waarschijnlijk
niet slechts het gevolg van de wijziging in de Russische
verkoop- en verschepingsmethodes, doch ook van den tragen
voortgang der oogstwerkzaarmheden. In de tîweecle helft der
week is de vaste rnarktstemm.ing verloren gegaan. Eerste
aanleiding daartoe vormden de op ii Augustus gepubli-
ceercle oogstra.pporten in ‘Canada en de Ver. Staten, die
voor stand en opbrengst der zornertarwe minder-achter-
uitgang aangaven dan de recente klachten over hitte en
droogte hadden doen vermoeden. i)aar’bij kw’amen de flau-
‘ere stemming aan de effectenmarkt en cle voortdurend
slechte vraa.g op ‘het Europeesche vasteland. Ook Engeland
kocht minder en evenals de prijsstijging was uitgegaan van
Noord-Amerika, was dat nu ook met de reactie ‘het geval.
Op 15 Augustus trad te Chicago en W.innipeg veer een
herstel in, waarna Chicago nog ongeveer 3, Winni-peg 2% dollarcent per 60 lbs. lager sloten dan een week te-
voren.
Voor r o g ge is de vraag slecht wegens den zeer grooten
voorraad in Duitsc’hland, dat evenals Polen dringend rogge
offreerde tot tenslotte flink dalende prijken in de naburige
landen weinig koopers vindt, omdat ook daar de nieuwe
rogge ‘beschikbaar is of spoedig komt. In Noord-Amerika
heeft rogge eerst nog de prijsstijging van tarwe gevolgd en
daarna weder de verlaging, doch zaken haar Europa kwa.-
men zeer weinig tot stand. flet aanbod uit Rusland is
ook van rogge niet dringend en zaken in Russische rogge
komen dan ook ‘zeer w’einig voor.
Ook m a ï s heeft in het begin der afgeloopen week cenige
vaste (lagen gekend. Behalve de vaste markt voor tarwe
‘as ook cle vermindering der Argentijn sche verschep-ingen
daarvan de oor’znak. Weliswaar was in Nederlcnd de vraag
niet zoo groot als eenigen tijd geleden, doch ook cle aan-
voeren waren kleiner en bleken de behoefte niet meer te
overtreffen. Voor maIs op aflacling in de eerstvolgende
maanden bestond aanvankelijk goede vraag. Naar Neder-
land worden daarin geregeld zaken gedaan en Argentijtische
verschepers konden tevens tot iets gestegen prijzen ook
hun spoedig in Nederlaadsche havens verwacite partijen
01
ruimen. Levendig was cle markt nu en clan in Engeland
en ook naar J3elgië vond een flinke oni.zet plaats. Oo-k voor
maïs is echter in de tweede helft der week de markt flat,-
ver geloopen. De opnieuw stei

k vermeerdercle Rotterdam-
sche aanvoeren -overtroffen weder cle vraag, die wegens
het beschikbaar komen van de nieuwe rogge eenigszins af-
nam, en op 15 Augustus werd aangekomen Platamals hier
ongeveer
f
3.- per 2000 E.G. lager verkocht dan eenige
dagen tevoren. In Argentinië waren cle prijzen 5 Ii 10 een-
ta’os per 100 KG. gedaald en ook Platamaïs op aflacling
kwam wat lager te koop. Van dringend aanbod door -ver-
schepers is echter geen sprake. Eenigen steun ondervond
de markt te Rotterdam door verkoopen van aangekomen
Platamafs naar Engeland. Roemenië is sterker aan cle
markt gekomen met mal-s, doch cle verschepin.geu blijven
nog klein en, in cle Ver. Staten en Zuicl-Afrik-a aijn de prij-
zen nog te hoog om ernstig met Argentinië te concurrecren.
0 e r s t op aflading was uit Roemenië dese week flauw met stei’k aanbod en, nu Duitsehlmtnd niet koopt, weinig
zaken. Slechts in de eerste dagen der week, toe,) de laatste
prijsverlaging nog niet was ingetreden, kocht men in Ne-
derland vrij wat Donaugerst zoowel in spoedig ladende boo-
ten als op latere verscheping. Canada vraagt nog steeds

648

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1932

AANVOEREN in tons van 100 KG.

Rotterdam
Amsierdam
Totaal

Artikelen
7J13
Aug.
Sedert.
Overeenk.
7j13
Aug.
Sedert
Overeenk.
1932
1931
1932
1
Jan.
1Y32
tijdvak
11i31
1932
1Jan.
1912
tijdvak
1931

12.099
895.087 807.124

7.650
10.015
92.737
817.139
19.566
329.067 193.757

1.543 324
330.610
194.081
Tarwe

……………..
Rogge

………………
271
16.399
16.975


145
16.399
17.120
Boekweit ………………
20.369
840.766
715.212
12.843
220.902
160.082 1.061.668
875.294
8.994
244.696
381.665
550
8.535
21.915 253.231
403.580
410
119.343
176.278
219
3.241
1.410
122.584 177.688

Maïs ……………….

1.765
170.403 130.737 31.080 262.331 309.997
432.734 440.734

Gerst

……………..
Haver

……………….

Lijnkoek …..
850
66.517 67.607

50
204
66.567
67.811
Lijnzaad

……………

500
14.584
65.157
35
9.176
18.908
23.760
84.065
Tarwemeel

………….
Andere meelsoorten
8
23.530
25.627
51
8.292
8.165
31.822
33.792

hooge prijcen, die ver hoven de Roemeensche en Russische liggen, doch clesondan ks werd Canacleesche gerst aanvan-
kelijk nog geregeld in Nederland gekocht. T[et vooralsnog
uitblijven van Russische verschepingen steunde aanvanke-
lijk dc markt, doch zaken iii Russische gerst op aflading
kwamen vooral naar Engeland tot stand. Voor in Necler-laiicl beschikbare en spoedig verwachte gerst is de vraag
tot cle belangrijke preinie boven latere posities niet groot,
doch de pjzn ondergirigen slechts w’einig verlaging.

SUIKER.
De stemming was ged u rende de afgeloopen week op de
verschillende suikerinarkten nogal onregelmatig.
In het begin van de week bestoid in A m e r i k a flinke
kooplust voor ruwsuiker en w’crd 1.15 dc. grif betaald.
Naderhand trokken koopers zich echter weer wat terug.
De •N e iv-Y o r k s c h e termijnmarkt was aanvankelijk
vast. In het niidclen van de week trad een reactie iii. De
slotnotccringen luidden als volgt: Sept. 1.09, Oct. 1.10,
Dec. 1.13, Jan. 1.09 en Mrt. 1.09, terwijl (le laatste notce-
ring voor Spot Ccntr. 3.15 bedroeg.
1)e ontvangsten in de Atlantische havens der Ver. Sta-
ten bedroegen deze week 53.000 toris, dc versnieltingen 56.000 tons tegen 55.500 tous verleden jaar en cle voor-
raden 250.000 tons tegen. 249.850 toi.is.

De laatste C uh a-statistiek is als volgt:

1932
1931
1030

tons tons tons

Productie

……
(Haniing)

2.700.000 3.122.186
4.671.260

Ontvangsten

………….
33.089 35.897
53.277

Totaal sedert 111
……..1.323.459
1.622.925 3.087.431

Verschepingen

………..
64.283
110.970
1.1 4.863

Voorraad

afschenpliavcns
.

1.036.722 1.336.310
1.356.664

In E lig eI a. n d werden belangrijke transacties tot stand
gebracht in ru ive suikers.

1)e L o ii cl c ii s e Ii e terniijnniarkt w’as eveneens vast
hij hct begin out tegen liet slot ietwat iii tc zakken. De
slotnotecrii.igen waren als volgt: Aug. 8h. 616, Dec. Sh.
6/7%1 Mrt. 8h.
618%,
Mei 8h.. 6110% en Aug. 7/-V4, Riet-
suiker basis 96
1)Ct.
cif.

Op J
a
v
a verkocht (Ie V.1.S.1
1
‘. nog ca. 4000 totis Supe-rieur en 8000 tons bruine suiker.

lii c r t e 1 a n cl c was cic stemming zeer kalm. De no-
teeringen op de A nl s te r cl a m sc Iie termijnmarkt schom-
uneicleti slechts fractioncel en gaven aan het slot het vol-
gende beeld te zien: Aug.
f
6%. Dec.
f
6%, Sirt.
f7.-
ew Mei
f 7
1
,. De omzet bedroeg 4900 tons.

STATISTISCH OVERZICH’]

GRANEN EN ZADEN

ZUIVEL EN EIEREN
MINERALEN

TARWE .
7

.

.

a
ROGGE
MAIS
GERST
LIJNZAAD
BOTER
E
AS

ammer
EIEREN
STEENKOLEN
Westfaalschel.
PETROLEUM
Mid. Contin.
a a
OCO
No. 2 Canada
La Plata
No.3 Canada
La Plata
per K.G.
maar
Gem. not.
Hollandsche
rit

e
A
0ttm

loco
Rotterdam
loco
R’dam/A’dam
loco Rotter-
dam per
loco
R’d.am/A’dam
Leeuwar-
der Comm.
Farieks-
Eierniijn
Roermond
bunk-erkolen,
ongezeefd f.o.b.
33 tiin 33.9
0

per 100KG.
per lOO K.G.
per 2000 K.G. 2000 k.G.
per 1960 K.G.
Noteering
kI. mjmerk
P. 100 St.
R’datnjA’dam
per barel
2)
3)
4)
p

f1.
01
11.
Olo
f1.
Ol
o

f1.
%
(1:
°lo
f1.
°jo
f1.
0j
f1.
°Io
II.
%
8
1925
17,20
100,0
13,07
5

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
2,31
100,0
56,
100,0
9,18
100,0 10,80
100,0
1.68
100,0
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15
88,8
17,90
165,7
1.89
112,5
1927
14.75
85,8
12,47
5

95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50 78,4 2,03
87,9
43,30
77,3
7,96
86,7
11,25
104,2 1.30
77,4
1928
13,475
78,3
13,15
100.6
226,00
97,7
228,50
96,8 363,00 78,5
2,11
91,3
48,05
85,8
7,99 87,0
10,10
93,5
1.20
71,4
1929
12.25
71,2
10,875
83,2
204,00.
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6 2,05
88,7
45,40
81,1 8,11
88,3
11,40
105,6
1.23
73,2
1930
9,67
5

56,3
6,225
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00 77,0
1,66
71,9
38,45
68,7
6,72
73,2
11,35
105,1
1.12
66,7
1931
5,55
32,3 4,55 34,8
84,50 36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
1,34
58,0
31,30
56,9
5,35 58,3
10,05
93,1
0.58
34,5

P2
1930
12.675
73,7
9,35 71,5
149,25
64,5
151,25
64,1
433,75
93,8 2,00 86,6
43,95
78,5
7,55 82,2
11,75
108,8
1.21
72,0
r.
Maart
.11,72
5
1
10,90
68,2
63,4
8,17
5

62,5
139,00
60,0
135,75
57,5
398,50
86,2 2,03 87,9
41,15
73,5
6,90
75,2
11,75
108,8
1.11
66,1
,,
April

,,
11,17
65,0 7,15
7,62
5

54,7
58,3
143,50 180,25
62,0 77,8
125,00
129,75
53,0
55,0
390,00 431,00
84,3
93,2
1,71
1,50
74,0 64,9
41,25 36,50
73,7
65,2
5,18 5,16 56,4
56,2
11,55 11,35
106,9
105,1
1.11
1.165
66,1
69,3
Mei
10,45
60,8 6,55
50,1
148,50
64,1
114,50
48,5 405,00 87,6
1,44
62,3
37,20
66,4
5,30
57,7
11,35
105,1
1.18
5

70,5
Juni
10,05
58,4
5,175
39,6
145,50
62,9
103,75
44,0 385,50
83,4
1,54
66,7
37,-
66,1
5,09
55,4
11,35
105,1
1.18
5

70,5
juli

,,
9,55
55,5
5,82
5

44,6
157,75
68,1
108,00
45,8 345,75 74,8
1,72
74,5
39,90 71,3
5,99
65,3
11,35
105,1
1.185
70,5
Aug.

,,
9,45
54,9 6,30
48,2
146,00
63,1
116,25
49,3 365,00
78,9
1,58
68,4
40,20 71,8
6,03
65,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Sept.
8,40
48,8 5,25
40,2
127,50
55,1
99,00
41,9 318,75
68,9
1,64
71,0
37,55
67,1
7,23 78,8
11,35
105,1
1.185
70,5
Oct.


7,40
43,0
4,62
5

35,4
112,25
48,5
86,00
36,4
281,25
60,8
1,63
70,6
36,90
65,9
8,60 93,7
11,35
105,1
118
5

70,5
Nov.
7,25 42,2
4,25 32,5
94,50 40,8 82,25
34,9
270,75 58,5
1,58
68,4
36,50 65,2
9,63
104,9 10,90
100,9
0.85
50,6
Dec.

,,
7(775
41,1
4,30 32,9
96,00
41,5
91,00
38,6
247,75 53,6
1,55
67,1
33,50
59,8
7,97
86,8
10,85
100,5.
0.85
50,6
Jan.

1931
6,525
37,9
4,-
30,6
84,50 36,5 86,25
36,5
207,50 44,9
1,61
69,7
32,25
57,6
6,63
72,2
10,30
95,4
0.85 50,6
1
2
ebr.


5,775
33,6
3,90
29,8
87,50 37,8 85,75
36,3
206,25 44,6
1,66
71,9
33,80
60,4
6,21
67,6
10,30
95,4
0.85
50,6
Maart

,,
5,625
32,7 4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4
214,00 46,3
1,47
63,6
35,00
62,5
4,94
53,8
10,30
95,4
0.66
39,3
April
5,90
34,3
4,425
33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8
1,35
58,4
31,60 56,4
4,20
45,8
10,15
94,0
0.53
31,5
Mei
6,15 35,8
4,975
38,0
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
1,26
54,5
30,85
55,1
4,075
44,4
10,00
92,6
0.53
31,5
Juni
5,75 33,4
5,05
38,6
86,75
37,5
116,50
494
19150
41,4
1,29
55,8
33,50 59,8
4,30
46,8
10,00
92,6 0.345
20,5
juli
5,425
31,5
4,70
35,9
84,25
36,4
115,75
490
211,00
45,6
1,32
57,1
37,75
67,4
4,40
47,9
10,00
92,6
0.24
14,3
Aug.
4,975
28,9
4,02
5

30,8
74,50
32,2
119,50
50,6
185,50
40,1
1,30
56,3
36,00
64,3
4,98 54,2
10,00
92,6
0.43
5

25,9
Sept.
4,775
27,8
4,27
5

32,7
. 68,00
29,4
97,00
41,1
164,25
35,5
1,27
55,0
32,25
57,6
5,775

62,9
10,00
92,6
0.56
33,2
Oct.
5,-
29,1 4,475
34,2
68,50
29,6 94,75
40,1
160,25
34,6
1,24
53,7
26,25
46,9
6,275
68,4
9,90
91,7 0.56
33,2
Nov.
5,825
33,9
5475
41,9
81,00
35,0
114,50
4815
169,75
36,7
1,17
50,6
24,75 44,2
7.07
77,0
9,90
91,7 0.68
40,4
Dec.

,,
4,925
28,6
4,95
37,9
69,25
29,9
111,25
47,1
145,75
1
42,
50
31,5
1,18
51,1
21,40 38,2 5,325
58,0
9,90
91,7
0.71
42,3
Jan.

1932
5,05
29,4
5,075
38,8
71,25
30,8
114,00
48,3
31,0
1,16
50,2
25,75 46,0
4,71
51,3
8,25
76,3
0.71
42,3
Febr.


5,30
30,8
5,07
5

38,8
74,00
32,0
108,50
4610
142,25
30,8
1,34
58,0
27,75 49,6
3,79
41,3
8,25
76,3
0.71
42,3
Maart

,,
5,525 32,1
5,80 44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
0,98
42,4
23,65 42,2 3,425
37,3
8,35
77,3
0.71
42,3
April

,,
5,65
32,7
6,225
47,6
88,75
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2
0,99
42,9
19,60
35,0 2,775
30,2
8,65
80,1
0.86
51,2
Mei

,,
5,60
.32,6
5,30 –
40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2
0,82
35,5
19,65
35,1
2,88
31,4
8,30
76,9
0.86
51,2
Juni
5,226
30,4
4,15
31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
III
48,1
24,25
43,3 3,08
33,5
8,25
76,3
0.86
51,2
Juli
1 Aug.
4,90
4,95
28,5 28,8
4,-
30,6
78,75
34,0
100,25
42,5 129,75
28,1
0,88
38,1
19,55
34,9
3,125
34,0 8,10 75,0 0.86
51,2
4,15
31,7
79,00
34,1
99,00
419
129,50
28,0
0,753
32,5
117,50
31,3
3,75
40,8 7,95 73,6 0.86
51,2
8

,,

,,
5,40 31,4
4,15
31,7
80,00
34,6
101,00
42,8
132,00
28,5
0,78
t

33,8 3,30
35,9
7,75
71,8
0.86
51,2
15

,,
5,20 30,2 4,05
31,0 78,00
33,7
101,00
42,8
134,00
29,0 3,50
38,1
7,75
71,8
0.86
51,2
1)
Men zie voor de toel. op dezen Staat de nos. van 8 en 15 Aug. 1928 (No. 658 en 659) pag. 689190 en 709.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No, 2.
5)
Tot Jan. 1928
Zuid-Russische.
4)
Tot Jan. 1928 Malting; van Jan. 1928 tot 9 Febr. 1931 American No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 1932 6415 K.G. Zuid.Russische.

17
Augustus 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.

649

KOFFIE.
Het artikel was in de af.geloopen week edr iets vaster
gestemd. Omtrent den stand van cle revolutie in Brazilië
komen nog altijd slechts zeer spaarzaam berichten door en
cle enkele telegrammen, die daarover ontvangen werden,
waren nog grootencieels wet elkander in tegenspraak. In
elk geval staat vast, dat cle opstand nog niet gedempt is
en de daaruit voortspruitende onzekerheid aangaande cle
naaste toekomst is oorzaak, dat aan de termijnmarkten cle
noteeringen in cle laatste dagen iets zijn opgeloopen en
dat ook cle waarde van diaponibele Santos koffie hier, zoo-
wel als aan de andere niarkteu, iets gestegen is. Ook deze
week kwamen van enkelo afladers te Rio nog vrijblijvende
aanbiedingen van Santos cii van Stil de Minas koffie op
de van deze afladers bekende typen, pronipte versehepirig
van Rio de Janeiro of van een der andere in dien Staat
liggende havenplaatsen. De vraagprijzen waren ten slotte echter een flink stuk hooger dati een week geleden en tot
afladings-aaken van eenige beteekenis kwam het in deze
soort dan ook niet. Door den :Koffie.Ratcl werd bekend gemaakt, dat in de afgeloopen week te Rio vernietigd zijn 18.000 balen en te
Victoria 19.000 halen, tezamen 37.000 ‘balen. Van de andere
vernietigings’plaatsen werd geen opgave ontvangen. Sedert
1. Juli zijn thans, ‘voor zoover bekend, vernietigd 59.000
balen te Santos, 124.000 balen te Rio, 101.000 balen te
Victoria, 270.000 balen in Sao Paulo en 13.000 ‘balen op
andere plaatsen, tezamen 567.000 halen.
Ointrant liet weder in Brazilië is in den laatsten tijd, ten-
gevolge van cle stremming van liet telegrafische verkeer
slechts zeer weinig bericht ontvangen. Volstrekt onbekend
is het, of zich in een of meer koffiedistricten vorst heeft
voorgedaan en of hierdoor schade aan den bloei van den
volgenden oogst is toegebracht. Via New’.York wordt ech-
ter bericht, dat regen in den loop van de ‘vorige maand
tijdens den plu’k eenige schade gedaan heeft aan de kwali-
teit van den looppnden oogst, doch dat daardoor tevens dc
vooiuizichten voor den volgenden oogst nog verbeterd zijn
en dat, indien in de eerstvolgende w’e’ken alsnog geen vorst
mocht optrelen, voor 1033134 op een zeer grooten oogst
moet worden gerekend.
De kost- en vrachtaanbiedingen van Santos, voor zoover
deze op proni;pte verschepiag via een haven in den Staat

Rio de Janeiro alhier zijn ontvangen, komen thans omge-
rekend in Hollaudsch geld uit op ongeveer 29 t 2934 et.
per 3 1Ç.G. kost en ‘vracht voor gewoon ‘goed beschreven
Superior Sautos en op oi.Igeveer 30 t 3034 ct. voor dito
:Prinie.
‘Tan
Rio cle Janeiro komen de offertes nog regel.
matig af cii onigerekend in cents per 34 K.G. zijn deze voor type New-York 7 met ‘l)esehrijving, promptc ver-
selieping, op het oogenblik ongeveer 23 t
2334
ct.
Icderlauclsch-Inclië is niet cle verschillende Robusta.soor-
ten
34
t 34 et. hooger. De noteeringen in dö eerste hand
zijn op liet oogenblik:

Paleiibang Robusta, Augustus-verscheping, 1634 ct.; :13en-
koelen ,Robusta, Augustus-verscheping, 1734 et.; Mand-
‘heling Robusta, Augustui-verscheping, 1934 ct.; W.I.B.
f.a.q. Robusta, Augustns-verscheping, 23 ct., alles per
34
NO., cif, uitgeleverd gewicht, netto contant.
Aan dc Rotterdamsche termijnmarkt liep de noteering
voor September
134′
et. doch voor de verder verwijderde
maanden
i/8
t % et. op. Septe’niber noteert thans 24, De-
ceniber 22
1
,, Maart 21%- en Mei 2134 et. per
34
K.G.
IDe officieele loco-notecring voo1 Superior Santos w’erd
verhoogd van 30 op 3034 ct. per
34
NO., doch die van
Bobusta bleef onveranderd 24 et.
De slot-noteeririgen te New-York van het aldaar gel-
dende gemengd contract (‘basis Rio No. 7) ivaren:

Sept.
Dec.
Mrt.
Mei

15 Augustus
………

$
6.72
$
6.19
$
6.02
$
5.94

S Augustus
………

..6,42
,, 5.99
,, 5.87
,, 5.80

t Augustus
………

.. 6.50
,, 6.13
,, 6.-
,, 5.95
25

Jnli

…………….
6.3S
., 6.13
,, 6.03
,, 6.OS

Rotterdam, 16 Augustus 1932.

N.13. in ons overzicht van de vorige week is op ‘blz. 631
een fout geslopen. Voor (Ie Afleveringen in Europa en in
Anerika eijn dezelfde cijfers opgenomen als voor de Aan-
voeren, terwijl de juiste cijfers moeten zijn als volgt: ,;De Afleveringen in Europa en in Amerika tezamen ge.
dlurandle de eerste zeven maanden van het jaar waren
13.394.000 ‘balen tegen 14.633.000 balen in 1931 en
13.297.000 balen in 1930.”

IIAN GROOTHANDELSPRIJZEN’)

METALEN
TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN

ZILVER IJZER
Cleveland
KOPER
TIN


LOOD
KATOEN
WOL
gekamde
WOL
gekanide
KOE-
KALK-
cash Londen,
per
Foundr No. 3
Standaard
Locoprijzen
locoprijzen
Locoprijzen
Middling
locoprijzen
Australische, Australisclie,
CrossbredColo-
HUIDEN
Gaaf, open
SALPETER
Old. per
Standard
MiddIebough
Londen
Londen per
Eng. ton
Londen
per Eng. ton
New-York
Merino. 64’s Av.
loco Bradford
nial Carded,
kop
100 KO.
Ounce
per Eng. ton
per Eng. ton per Ib.’ per Ib.
50’s Av. loco
Bradlord per Ib.
57-61 pnd.
netto

pence
01
Sh.
Oj
o

£
01
01
£
°/o
-$ ets.
°io
pence
0
/o
pence
010

f1.
Oj
f1.
0/
32
1
/s 100,0
731-
100,0 62.116
100,0
261.171-
100,0 36.816
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
1100,0

12,-
I00,0
28U/io
89,3
8616

,
118,5
58.1/-‘
93,5
290.1716
111,1
31.116
85,3
17,55
75,5
47,25
85,9
24,75 83,9 28,46
i

82,0
11,61
96,8
2634
83,3
731-
100,0
55.141- 89,7
290.4!-
110,8
24.41-
66,4
17,50
75,3
48,50
88,2
26,50 89,8 40,43 1116,5
11,48
95,7
26
1
/1
81,1.
661-
90,4
63.161-
102,8
227.51-
86,8
21.11-
57,8
20,00
86,0
51,50
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
24
7
1je
76,2
7016

.
96,6
75.141
121,9
203.1516
77,8
23.51
63,8
19,15
82,4 39,
70,9′
25,25 85,6 32,25
92,9
10,60
88,3
17
13
116
55,4
671-
91,8

54.131-
88,0
142.51-
54,3
18.116
49,6
13,55
58,3
26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84 82,0
13ï1
0

41,6′
55/-
,

75,3

36.51-
58,4
110.1/-
42,0
12.1/-
33,1
8,60
37,0
21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
20
15
/1
65,3
7216
99,3
71.916
155,1
174.131-
66,7
21.111-
59,4
17,15
73,8
29,50
53,6
19,25
65,3 26,63
76,7
10,11
84,3
20
1
/8
62,6..
7216

,
99,3
71.1216
115,4
174.41-
66,5
21.41-
58,2
15,45
66,4
28,50
51,8
17,75
60,2
24,50
70,6
10,21
85,1
19
1
/
59,5
701
95,9
68.1916
111,1
165.181-
63,4
18.16/
51,6
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9
24,
69,2
10,21
85,1
19116
61,0
6716
92,5
61.3/-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50,3
16,45
70,8
27,25
49,5
17,25
58,5
24,13 69,5
10,21
85,1
18
1
/16
59,0
67/6
92,5
53.91-
86,1
145.-!-
55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0
28,75
52,3
18,00
61,0 26,25
75,6
10,21
85,1
16
1
/1
50,0
6716
92,5
50.1/6.
80,7
136:416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4
27,75
50,5
17,50
59,3
26,63
76,7
10,21
85,1
16
49,9
6716
92,5
48.21- 77,5
134.1716
51,5
18.31-
49,8
13,10
56,3
27,00
49,1
16,75
56,8
24,25
69,9
9,18
76,5
16
3
/8
51,0
651-
,
89,0
47.151-
76,9
135.516
51,7
18.61-
50,2
11,95
51,4 27,25 49,5
16,50
55,9
24,88
71,7
9,28 77,3
16i.
1
/
i

52,0
63/6
87,1
.

46.61-
74,6
132.61-
50,5
17.181-
49,1
11,-
47,3 27,00
49,1
15,75
53,4
26,50
76,4 9,39
78,3
16
1
13
51,5
63/6
5
,

87,1
43.-!-
69,3
117.131-
44,9
15.151-
43,2
10,55


45,4 24,50 44,5
14,50
49,2
26,25
75,6 9,49
79,1
16
5
1s
51,9
6316
6

87,1
46.816
74,8
113.161-
43,5
15.1816
43,7
10,85
46,7
24,00 43,6
13,00
44,1
25,25
72,8 9,70 80,8
16
5
18
51,9
63166
87,1
47.616
76,2
115.31-
44,0
15.516
41,9
9,95
42,8
22,50
40,9
12,50
42,4
25,-
72,0
‘9,90
82,6
i37/
43,2
6016
82,9
45.716
73,1
116.81-
44,4
14-16
38,5
10,30
44,3 21,25
38,6
12,00
40,7
24,63
71,0
10,11
84,3
12
1
13
38,9
586
80,3
45.116
72,6
1174-16
44,7
1356
36,4
10,95
47,1
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
13
7
116
41,8
5816
80,3
45.116
72,6
122.11-
46,6
13.36
36,2
10,90
46,9 25,25 45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
13
1
/
40,9
58/6
80,3
42.1516
68,9
113.41-
43,2
12.10-
34,3
.

10,25
44,1
24,50
44,5
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
12
10
1i
40,3
58/6

,
80,3
39.6.’6
63,4
104.171
40,0
11.1016
31,6
9,40
40,4 23,50 42,7
13,00
44,1
21,75
62,7′
10,21
85,1
1211’8
40,1
5816
80,3 36.6/6
,

58,5
106.216
40,5
11.11/6
31,8
9,10
39,1
22,00
40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
131/
412
5816
80,3
34.141-
55,9
112.516
42,9
12.1516
35,1′
9,25
39,8
22,25
40,5
12,50
42,4
20,25
58,4
8,26 68,8
1203116
399′
5816
80,3
32.151-
52,8
114.19/6 43,9 11.19,6
32,9
7,20
31,0
22,25
40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,-
58,3
135/n
41,4
5516
76,0
30.316
48,6
111.16!
42,7
11.4! 31,1

6,55
28,2
20,00
36,4
11,00
37,3
18,-
51,9.
6,50 54,2
13
13
116
43,0
461-
63,0
28.216
45,3
101.116
38,6
10.9,6
28,8
.6,30
27,2
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3
.6,65
55,4
14
1
12
45,1
,
4416
61,0
27.1916
45,1
102.-/-
39,0
11.51-
30,9
6,40
27,5
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3
6,80
56,7
14
5
116
44,6
41/6
56,8

27.616
44,2
98.1716
37,8
10.161-
29,6
6,30
27,2
16,25
29,5
9,00
30,5


6,95
57,!)
131/8
43,2′
4116
56,8
27.1416
44,7
98.181-
37,8
10.141-
29,4
6,65
28,6
16,50
30,0
9,00
30,5
11,63
33,5 7,10
59,2
14
43,6.’
4116
56,8
26.41-
42,2
99.216
37,9
10.51-
28,1
6,90
29,7
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9
7,25 60,4
13314
42,8
441-
60,3
24.181-
40,1
96.61-
36,8 9.91-
25,9
6,90
29,7
16,50
30,0
8,75
29,7
10,25
29,5 7,40
61,7
1
3
1
18
40,9
4
51-
61,6
23.81-
37,7
84.1516
32,4
8.1616
24,2
6,25
26,9
16,50
30,0
9,00 30,5
9,25
26,7
7,40 61,7
1251
39,3
441-

.
60,3
21.61- 34,3
89.13/6
34,2
8.-/-
22,0
5,80
24,9
15,75
28,6
8,25 28,0
8,88
25,6
7,40
61,7
12
5
/s
39,3
44!-
60,3 20.1216
33,2
84.9/-
32,3
7.5/-
19,9
5,25
22,6
15,25
27,7
7,75 26,3
9,-
25,9
1′

7,40
61,7
12
3
/8
38,5:
426
58,2
19.2/6′
30,8
90.1716
34,7.
7.316
19,7
5,80
24,9
16,00
29,1
8,50 28,8
9,75
28,1
1



129/,

7
39,1
42/6
7
.
58,2
20.5/-
32,6 97.3/6
7

37,1
7.13/6
7

21,1:
6,05
26,0
15,50
10

28,1
8,00
15

27,1
11,25
7

32,4
/

– –
I2l/i
38,7
45/6

.
62,3
2l.I6
35,2
98.19/-
37,8
7.11/-
20,7
6,20
26,7
I5,SOIJ
28,1
8,25
15

28,0
/

– –
13
1
11
40,7
421-


57,5
21.I61
35,1
102.716
39,1
8.11-
22,1
7,50
32,3
.
/

– –
1 Western; vanaf Jan.
1928
tot 16 Dec.
1929
Anierican
No. 2. van 16 Dec.
1929
tot 26 Mei
1930
7415 K.G. Hongaarsche, vanaf 26 Mei
1930
tot 23 Mei’ 1932 74 K.G.
5)
Noteering Schôtland 59/6. 6)58/-.
7)
2 Aug.
8)
5 Aug.
9)
12 Aug.
10)
4 Aug.
11)
11 Aug.
‘ .

.

4

650

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17
Augustus 192

THEE.
Vaar .Anisterclaqti na cle veiling van 4 Augustus vacantie
houdt tot 1 September als wanneer de eerste najaarsvei-
ling zal plaats hebben, heeft Londen verleden week cle
veilinget hervat.
De stemming viel daar niet mede. De prijzen waren on-
regelmatig en over het algemeen genomen van
Y
4
tot
14
cl.
lager.
IDe lagere prijzen waren ook deels het gevolg van de
minder goede kwaliteit van het aanbod. Voor gruistheeifn
met veel geelpni.it was goede belangstelling tot volle
voor-
gaande prijzen.
liet aanbocl voor- cle veiliiig van 1 September bestaat
uit 1421211, 298312 kn. Java en 485711, 527/2 kn. directen
aanvoer.
De maanclstatistie’ken over Juli van cle Londensche pak-
hniaen geven aanvoeren te zien van 34 millioen lbs. tegen-
over 35.6 umillioen lbs. gedurende Juli 1931, w’aartegen af-
leveringen stonden van 32.3 inillioen lbs. (v.j. 40.5 rnillioen),
zoodat cle voorraden op ultinio dier maand een cijfer aan-
wezen van 1.84 inillioen His., welke hoeveelheid nog 14
millioen lager is clan clie -van verleden jaar
01)
hetzelfde
tijdstip.
Dc aanvoeren in Nederland gedurende Juli he:lroegeii
1.063.000 1KG. (v.j. 1.854.000 1KG.). IDe invoer tot verbrnik
bedroeg gedurende die maand 893.000 KG-. (v.j. 1.007.000
KG.), terwijl cle uitvoer in Juli 486.000 KG. (v.j. 683.000
liG.).
J
nisterdani, 1.5 Augustus 1.932.

ONTVANGEN BOEKEN.

Over economische verhoudingen en ideologieën iv., de historisch-economische mantschap pij.
Beschou-
wing van Karl Marx en Fri.edrich Engels ‘door
R. Kuyper. Tweede uitgave. (Amsterdam z.j.;
NV. De Arbeiderspers. Prijs
f 0.35).

lisaugurale rede van den ‘beer Kuyper bij de aanvaarding
van het ambt van ‘bijronder hoogleeraair in cle sociologie
aan cle Rijks-Universiteit te Utrecht, gehouden op 26 Oct.
1931.

Ontwerp ha.venschap van cie Rijn- en Maasnconders.
(Haarlem
1932;
Nederlanclsche Maatschappij
voor ii verheid en
1

landel) –
Bapport van cle commissie, ingesteld door cle NCd. Mij.
voor Nijverheid en handel.

Onze gemeentelijke gebiedsi’ndeel’ir&g H.
Uitgave van
de Centrale Commissie voor Bezuiniging der Ne-
derlandscho Maatschappij voor Nijverheid en
II
an dol.

Het Spaar1cassevbedrijf in Nederland
door J’ac. Wij-
nauds. (Rotterdam
1931.
Nijg.h & van Ditmar
N.V.).

1-loo fdza,ken uit de organisatie en techniek van den
handel ten dienste van het hcsndelsonderwijs
door
W. Speers

tra. (Groningen, 1)en Haag, Batavia
1932;
J.B. Wolters. Prijs
f
5.50, ‘geb.
f 5.90).

Leerhoek, dat zich tot de hoofdzaken van de organisatie
en techniek van den handel beperkt.

BeIcnopi leerboek van het handeisrek enen ‘door E.
L.
C. Kok. Tweede deel B. Termijngoederen-handel,
calcnlaties, expecli tie en assu rantie. (Groningen,
den Haag, Batavia
1932; J.
B. Wolters. Prijs
f 3.50,
geb.
f 3.90).

]3elcnopte uitweirkin gen der opgaven voorkomend in
beknopt leerboek van het handelsrekenen
door
1H. L.
0.
Kok. Tweede deel
A.
(Groningen, Den
T

laag, Batav’ia
1932;
J. B. Wolte’rs. Prijs
fl.90).

Nederlandsch Assurantierecht. Zeeverzekering
door
Mr.
J.
G. L. Noist Trenitb. (Tweede stuk, tweede
herziene druk. Haarlem
1930;
De Erven F.
Bohri).

Vervolg STATISTISCH OVERZICHT. VAN GROOTHANDELSPRIJZEN.

DIVERSEN
KOLONIALE PRODUCTEN

.
INDEXCIJFERS

VURENHOUT
RUBBER’)
SUIKER KOFFIE
THEE
Bruto-
gewichtv.d.

E
c

basis
7″
f.o.b.
Zweden!
Standaard
Ribbed Smoked
Witte kristal-
Robusta Afl. N.-l. theev.
COPRA
Ned.-Ind. f.ni
.s. buit, handel
2′-
.’l/
Finland
Sheets
suiker loco
Locoprijzen
A’dani gem. pr
.
per lOO K.G.
Nederland
1925=
ioo
n
per standaard
loco Londen
R’dam!A’clam
lOO K.G.
Rotterdam
Java- en Suma-
Amsterdam
.sS!

1n
van
4.672
M.
per lb.
per
‘, K.G.
per
tratheep.’/,KO.
it

voer
voer
i-.

t
5
1s.
Sh.
!s
f1.
51
ets.
Oj
ets.
0
10
1 0
10
1925
159,75 100

2111,625
100,0
18,75
100,0
61,375
100,0
84,5
100,0
35,87
5

100,0
100
100
100,0 100,0 1926 153,50
96,1
21-
67,4
17,50
93,3 55,375 90,2
94,25
111,5
34,-
94,8
112
128
93,2
92,9
1927
160,50
100,5
116,375
51,5
19,12′
102,0
46,875 76,4
82,75
97,9
32,625
90,9
113
116
95,4 89,5
1928
151,50
94,8

1
10,75
30,2
15,85
84,5 49,625
80,9 75,25
89,1
31,875
88,9
118
128
96,4
87,6
1929
146,00
91,4
-110,25 28,8
13,-
69,3

50,75
82,7 69,25
82,0
27.376
76,3
122
132
91,6
826
1930 141,50
88,6 -15.875
16,5
9,60
51,2
32
52,1
60,75
71,8
22,625
63,1 124
135
75,5
69,4
1931
110,75
69,3
-/3
8,4
8,-
42,7
25
40,7
42.50
50,3
15,375
42,9
117
136
62,6 57,9
lan.

1930
147,50
93,9
-/7,375
20,7
11,676
62,3
35
57,0 60,50
71,6
26,875
74,9
128
136
84,5
769
Ëebr.

,
147,50
9213
-18 22,5
11,40
60,8
35
57,0 58,25 68,9
26,37
6

73,5
112
126
81,3
75,2
Maart

,,
147,50
92,3
-17,625 21,4
10,70
57,1
35
57,0
62,25
73,7
25,25
70,4
125
131
78,7 74,2
April
147,50
92,3
-17,375
20,7
10,55
56,3
35
57,0
59,50
70,4
26,12′
72,8
115
127
78,7
728
Mei
145,00
90,8
-16,875
19,3
9.80
52,3 34,75
56,6
58
68,6
25,50
71,1 132
132
76,1
72,0
Juni

,
145.00
90,8
-16,125
17,2
9,775
52,1
33
53,8
58
68,6
22,876
63,8
131
133
76,1
704
juli

,
142,50
89,2
-15,625
15,8
9,27
5

49,5 31,50 51,3 55,50
65,7
21,75
60,6
138
141
74,2
693
Aug.

,
142,50
89,2
-14,875
13,8
8,50
45,3 29,50
48,1
55,25
65,4
20,-
55,7
129
145
73,5
67,9
Sept.,.
140,00
87,6
-14,125
11,6
7,975
42,5
28,25 46,0
59,50
70,4
19,25
53,7
122
126
,

72,3
654
Oct.,,
132,50
82,9 -14
11,2
8,62′
46,0
29
47,3 66,50
78,7
18,75
52,3
128
152
71,6
646
Nov.

,
130,00
81,4
-14,375
12,3
8.75
46,7
29
47,3
68,25
80,8
19,376
54,0
121
139
71,0
633
Dec.

,,
130,00
81,4
-/4,375
12,3
8,20
43,7
29
47,3
66,75 79,0
19,-
53,0
105
129
69,0 61,3
Jan.

1931
125.00
78,2
-14,25
11,9
8,20
437
28
45,6
66,25 78,4
18,25
50,9
121
132
67,7
592
lebr.,,
125,00
78,2
-13,875
10,9
8,20
43,7
26,25 42,8
53
62,7
18,125
50,7
96
121
67,1
594
Maart

,,
125,00
78,2 -13,75
10,5
8,30
44,3 25,50 41,5
45
53,3
18,625
51,9
107
140
66,5
591
April

,,
125,00
78,2
-13,125
8,8
8,576
45,7
24,75 40,3
43
50,9
17.50
48,8
110
138
658 584
Mei
125,00
78,2
-13,125
8,8
8,50
45,3
25
40,7
40,25
47,6
15,37
6

42,9
114

141
65,8
568
Juni

,,
110,00
68,9
-/3,125
8,8
8,576
45,7
25,75
42,0 39,50
46,7
14,125
39,4
127
133
64,5
568
juli
110,00
68,9
-/3
8,4
8,776
48,6
27
44,0 38,25 45,3
15,-
41,8
138
153
62,6 55,8
Aug.,,
100,00
62,6
-(2,5
7,0
7,90
42,1
25,50
41,5
38,50
45,6
14,125
39,4
122
142
60,6 55,6
Sept.,,
100,00
62,6
-12,375
6,7
7,525
40,1
23,75
38,7
37,50
44,4
13,375
37,3
125
146
58,7
58,1
Oct.
100,00
62,6
-12,375
6.7
7,55
40,3
23
37,5 37,75
44,7
13,25
36,9
119 146
58,7
58,5
Nov.
100.00
62,6
-i2,25
6,3
7,15
38,1
23
37,5
37
43,8
13,75
38,3
113
132
58,7
588
Dec.
82,50
51,6
-12,25
6,3
6,75
36,0
23
37,5
35
41,4
12,75
35,5
115 114
54,8
588
Jan.

1932
82,50
51,6
-/2,125
6,0
7,35
39,2
23
37,5
32
37,9
13,125
36,6
103
107
54,2
584
Febr.,,
82,50
51.6
-12
5,6
7,05
37,6
23
37,5
30
35,5
14,50
40,4
86
III
53,5 59,8
Maart

,,
70,00
43,8
-11,625
4,6
6,25
33,3
23
37,5
31
36,7
14,75
41,1
87
116
52,9
58,3-
April
70,00
43,8
-1,5
42
5,90
31,5
23
37,5
29,25
34,6
14,-
39,0
89
110
51,6
560
Mei
70,00
43,8

-11,5 4,2
5,625
30,0 23,50 38,3
30,25
35,7
13,25
36,9
89
107
51,0
540
Juni
70,00
43,8 -11,375 3,9 6,30 33,6
24
39,1
28,50
33,7
12,375
34,5
101
116
50,3
525
juli

,
70,00
43,8 -11,375 3,9 6,70 35,7
24
39,1
23,75
28,1
12,375
34,5
100
112
49,0
53,7
1
Aug.,,
70,00
43,8
/1,5625
2
) 4,4
6,50 34,7
24
39,1
22,753 26,9
12,375
34,5
8

,,

,,
70,00 43,8
-/1,625
4,6
6,87
5
36,7
24
39,1 12,37
5

34,5
15
70,00
43,8
-11,75 4,9
6,50
34,7
24
39,1
12,375
34,5
t)
Jaar- en
maandgem.
afger. op
1/

pence.
2)
2
Aug.
3)

4
Aug.
N.B.
Alle Pondennoteeringen
vanaf 21
Sept.
zijn op
goudbasis
omgerekend

Auteur