7 SEPTEMBER 1987
AUTEURSBEÖHT
VOORBEHOUDEN.
Economisch-Statistische
Berichten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN
VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
12E
JAARGANG
.
WOENSDAG 7 SEPTEMBER 1927
No. 610.
INHOUD
BIS.
Dii PRACTIJTi IN ZAKE DUBBELE BELASTINCEN ……..
782
Amortisatie van Aandeelen in het Wetsontwerp op de
Naamlooze Vennootschappen door
G. Vlug
met Na.
schrift door
Mr. Aug. Philips …… . ……………
785
Comité Maritime International Conferentie van Amster-
dam
1927
door
Mr. A. van Kleffens
(Vervolg) …….
789
Het jongste Jaarverslag der Banque de France door
Mr. M. L. van Goucloever ……………………
791
Plaatsing van Buitenlandsche Leeningen in Nederland
door
Mej. Mr. E. C. van Dorp
met Naschrift door
Prof. Mr. Dr. C. M. Verrijn Stuart ……………..
793
AANTISEKENINCEN:
Indexcijfers van groothandeisprijzen …………..
796
BOEKAANKONDIGING:
M aritime Code of the Netherlands, transi. into English
by Dr. F. W. A. de Kock van Leeuwen, bespr. door
Mr. Jacq. Dutilh………………………….
797
OVERZICET VAN TIJDSOISRIFTEN …………………
797
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN…………….
798-804
G eidkoersen.
Bankstaten.
Goederenhandel.
Wisselkoersen.
Effecte nbeurzen.
Verkeerswezen
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algem.oen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstra.
ECONOMISCH-STATISTISCI1E BERICHTEN.
COMMiSSIE
VAN ADVIES.
Prof. Mr. D. van Blom; J. van’ Ilasselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandela; Prof. Dr. E. Moresco;
Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welde’ren Baron
Rengers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis; Mr.
Q. J. Terpstra, Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr.
G.
M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: S. Posthmna.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408.
Abonneinentsprijs voor het weekblad franco p. p. in Nederland f20,—. Buitenland en Kolon.iën f23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het weekblad gratis.
Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver
tenties: Nijgh
cl
van Ditmar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhage. Postchèque- en giro-
rekening No. 6729.
6
SEPTEMBER
1927.
Het aanbod ra’n geld rwas ‘deze week zeer gering.
Particulier disconto noteerde onveranderlijk gelijk aan
het baiiktarief en groote posten wiinsels weiden bij do
centra.le credietinstel.lirLg igherdisconteerd. CallgeI’d
liep tot
4
pOt. op; iterwijrl de prolongatierente tu’sscheu
3%
en
4
pOt. schommelde.
* *
*
Op de balans van De Nederi’audsche Bank komt de
in:vloed van do maandwisseling tot uiting in een vei–
meerdering van den post binnenlandsche wiseis -met
f 4,5
millioen. De beleeningen blijken met
f 2,4
mil-
lioen te zijn toegenomen. Het ‘tegoed van het Rijk, dat
verleden week reeds tot
f 1,5
millioen as terugge-
gaan, heeft plaaits gemaakt voor een debebsaldo ben
name van de schatkist ‘ten bedrage van
f 12,4
milhoen.
De goudvoorraad der. Bank biêef vrijwel ‘op dezelfde
hoogte. 1-let nilver daalde met
f
700.000. De post
papier op het buitenland en de diverse rekeningen
onder het actief stegen resp. met
f
100.000 en
f 600.000.
De biljet-te’ncirculatie vertoont een stijging, van
f 14,4
millioen. De rekening-courantsaidi van anderen
klommen met
f 6,2
.mill’i.oen. Hot beschikbaar ‘metaal-
sldo daalde met
f 4,5
millioen. Ëet dekkingspercen-
‘tage bedraagt
49.
* *
De wisselmarkt was deze week meer bewogen, ver-
schillende wissels, ook, die reed’s guimen tijd zeer
stabiel waren, ‘veranderden vrij ‘sterk van koers. Lon-
den liep van
12,13%
tot
12,13
terug en Marken daal-
‘den van
59,41
tot
59,36.
Ook België schommelde vrij
sterk, een ‘verschijnsel, dat in de laatste maanden bij
bij’na iedere ‘m’aands’wiisseling meer of minder viel op
te merken. Lires openden flauw op
13,53,
stegen daar-
na ‘tot
13,62%’â 13,65,
niaar ‘sloten weder op het lang-
ste punt. Spanje en Oslo waren ‘vast, waarschijnlijk op
speculatieve aankoopen en ibleven gezocht., vooral Oslo,
datop
65,50
de week verliet. Alleen Dollars onder;gin-
gen weder geen verbu’dering.
LOND.FM, 5 SEPTEBfil3ER 1927.
• In de afgel:oopen beriohtsperiode bleef de geidrui.m-
te, waar wijl in ons vorig o’verzicht melding van maak-
ten, aanvankelijk nog.v’oortbëstaan. Reeds vrij spoedig
veranderde de ‘toestand echter en liep’ de koers op,
voorbijgaanri zelfs tot
4%
pOt.’ Ofschoon met 1 Sep-
tember aanzienlijke ‘bedragen aan coupons vrij ‘kwa
men, bleef geld schaa’rsch. De dalende tendens ‘ian d’en
dollarkoers wijt erop, dat ‘de toevloed ‘van Amen-
kaansch geld een eie’de heeft genomen, hetgeen men
toechrjft aan een ‘vermeerderde vraag naar dollars
ter voldoening van de gewone najaarsverplichtingen.
Ook de verdere ‘onttrekking van goud voor rekening
van de bank v’an Argentinië maakt een ‘spoedige ver-
laging van het diisconto niet waarschijnlijk.
De noteening van het disconto bleef ‘onveranderd op
45fio
pOt.
De wisselmarkt was over het algemeen stil. In de
tweede helft van de ‘week vertoonden de koersen een’
neiging tot ‘daken.
Dollars en guldens sloten op het laagste punt, resp.
op
4,86’132
en
12,13%.
782
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1927
DE PRACTIJK IN ZAKE DUBBELE
BELASTINGEN.
Van Prof. Mr, G. W. J. Bruins, die de Nederlandsche
Organisatie voor •de In.ternationaie Kamer van Koophandel
‘ertegen woordigt in de Commissie van de Internationale
Kamer vail Koophandel voor Dubbele Belastingen, ontving
de Noderlandsche Organisatie onderstaanci rapport naar
aanleiding van de door haar verzamelde gegevens inzake
concrete voorbeelden van dubbele belasting.
in Maart 1926 heeft de Nederlan’dsche organisatie
voor cle internationale Kamer van Koophandel zich
gewend tot hare leden en ‘buitengewone leden met
verzoek haar mededeeling te willen doen van con
crete voorbeelden van fin’ancieele, handels- of ‘scheep-
va’artonderneniiugen, ‘die in meer dan één land wer-
ken en uit dien hoofde van ‘dubbele belasting tte lijden
hebben.
In antwoord op deze circulaire on.tvinig de Neder-
landsclre or’gan’iisaitîie direct en door .tusschenkomst van
de voornaamste Nederlandsc’he Kamers van Koop-
handel ruim 50 mijseives, waarin op verschillende ge.
vajien van dubbele belasting de aandacht werd go-
vestigd of wel met het vraagstuk ‘samenhangénde op-
merkingen werden gemaakt. Voorts zond het Ver-
bond van NedrIandsche Werkgevers een uitvoerig
schrijven, bevatteird een overzicht van bezwaren ‘door
leden van het Verbond ondervonden,
De oorzaak, dat ‘de Ned’ei’la.nd’sche organisatie zich
met ‘deze vraag ‘tot hare leden richtte, was gelegen in
het feit, dat de Commissie van Technische Experti
inzake Dubbele Belasting van den Volkenbond in
Mei dn.v. opnieuw zou bijeenkomen, ‘terwijl het niet
onwaarschijnlijk was, dat deze Commissie ook ditmaal
weder de medewerking van de internationale Kamer
van Koophandel zou vragen.
Ten einde de door de Nederlan’dsche organisatie
vericregen gegevens zooveel mogelijk
nut te doen soc’-
teeren, is het dossier, na gehouden overleg, in handen
gesteld van den heer Mr. J. H. R. Sin’ninghe Da.msté,
Directeur-Generaal der Bel astin gen aan het Ministe-rie van Financiën te “s-G’ravenhage, Nederlandsah lid
van ‘de genoemde Volkenbondscommissie ‘van Experts.
De Commissie van Experts ‘heeft sedert dien, aan-
gevuld met vertegenwoordigers van verschillende
cndere landen, haar werkzaamheden voortgezet en in
hare zitting va.n 12 April jl. een aari’ta.l ontwerp’trac-
taten tot voorkoming van dubbele belasting en’ tot
voorkoming van belastingontduiking en to’t regeling van den juridischen ‘bijstand in belastingzaken vast-
gesteld. Het desbetreffe’n’d rapport ‘is ‘dezer dagen
door den Voikenbond (publicatie 0 216 M 85 1027 II)
gepubliceerd.
De door de Internationale Kamer van Koophandel benoemde Commissie voor’ Dubbele Belasting heeft
aan ‘de Commissie van Experts ‘have inzichten inzake
cle in 1925 gepubliceerde Resoluties kenbaar gemaakt
en vertegenwoordiger’s van eerstgenoemde Commissie
hebben aan de vergaderingen van de Commissie van
Exp erts ‘deelgenomen.
* *
*
Wie van de ‘door de Nederlan’dsche Organisatie
voor de Internationale Kamer van Koophandel ver-
zamel’de gegevens kemiis neemt, ontkomt niet aan
den indruk, dat ook het Nederlandsche bedrijfsleven
met ‘zijn vele internationale verbindingen en bclan
•gen zich geplaatst ziet voor menigvuldige vormen van
dubbele belasting, die niet zouden voorkomen, indien
de ‘helastingwetgevingen ‘der verschillende landen
zich, ‘hetnij’ autonoom, hetzij op grond van interna-
tionale verdragen, geheel gedrongen naar de begin-
selen ‘door ‘het Comité van Experts van den Volken-
hond aanvaard.
Een ‘definitief oordeel is intusachen slechts uit te
spreken na een nauwkeurig onderzoek niet alleen van
de betrokken buitenlandselse belasrhi’ngwet doch ook
en met name van de algemeene beginselen, waarop
het belastingsysteem in zoodanig land is opgebouwd.
V’oor verschillende landen wordt dezerzijdls niet
over voldoende gegevens beschikt, zoodat, alvorens in zood’anig geval definitief zou kumien worden gezegd
dt een geval van ‘dubbele ‘belasting in ‘den zin der
Resoluties aanwezig is, nader onderzoek noodzakelijk
zou zijn.
In het bijzonder geldt dit voor een zeer veelvuldig
voorkomend ‘geval van internationale ‘superpositie van
‘belasting, dat in de ingekomen brieven herhaaldelijk
ter sprake komt en waaromtrent het goed is enkele
algemeene opmerkingen te doen voorafgaan, 1-let ho-
treft. het ‘geval, ‘dat een
‘bedrijf,
‘dat in verschillende
landen arbeidt, in ‘die landen ‘door een wiirst- of
uitkeeringisbel’as’ting getr’offen wordt, terwijl hij, din
‘dit bedrijf voert, of wel degenen, die daarvan de voor-
deelen genieten, daarnevens in het eigen land ‘ten
volle aan ‘de van de natuurlijke personen geheven in-
komstenbelasting ‘onderworpen zijn, Of ziek hier in-
derdaad een ‘geval voordoet ‘van ‘onjuiste dubbele be
las’ting, hangt geheel af van den ‘aard der belasting,
waaraan het bedrijf in het bnitenian’d ‘onderworpen
is. Is deze belasting een bijzondere last op het bedrijf,
die ‘ook voor de in:gezetenen van ‘dat land geenerlei
verlaging van de over ‘deze inkoms’tbron te betalen
inkomstenbelasting medebrengt, dan is geen ‘dubbele
belasting aanwezig. Ander’s is ‘het evenwel, wanneer
de in het buitenland van het
bedrijf
‘geheven bela.s-
ting in het wezen der zaak niet anders is ‘dan een om
technische red’enen aan de bron geheven deel der’
algemeene inkomstenbelasting.
Betreft ‘het een geval, waarin de betrokkene naar
algemeene beginselen van inkomstenbelasting terecht
i’n het ‘buitenland is aangeslagen – zoo in het geval
van een door een individueel persoon elders uitge-
oefend bedrijf – dan is in den regel vermindering
1
van den ‘aanslag in Nederland te verkrijgen. Sedert
d’e wet van 16 April 1920 Stbl, 192 en ‘de daarop ge-
bwseerde Resolutie van ‘den Minister van Financiën
van 1 Juli 1920 No. 85 is ‘toch voor zoodanige vei:-
mindering ‘het bestaan van een op den grondslag ‘van
i’eciprociteit berustend verdrag geen vereischte
meer.
1)
Dit ‘geldt zoowel voor -de Inkomstenbelasting als
– sedert icort – voor ‘de V’erdedi’gingsbelasting 11,
in het wezen ‘der zaak eene aanvulling der’ Inkom-
s:ten belasting. De gemeentelijke in komstenbeiasti.ngeu
kennen ‘daarentegen zoodani.ge
vi-ijstellin’g niet.
Heeft echter het feit, dat een ‘deel der vreemde
inkomstenbelasting aan d’e bron geheven wordt, ten
gevolge, ‘dat een Nederlander -belast wordt voor in-
‘komenedeelen, waarvoor hij, naar algemeene beginse-
len van inkomstenbelasting, anders niet in de ‘vreem-
‘de inkomstenbelasting aangeslagen zon zijn – zoo l)ij
bezit van aan’deelen of ‘obligaties in een in den vroom-
‘de gevestigde vennootschap – dan doet zich een ge-
‘val van dubbele belasting voor, waarin vermindering van den Nederian’dschen aanslag niet gevorderd kan
) In enkele der ontvangen brieven ‘wordt bezwaar ge-
‘maakt tegen de methode, waarnaar de ontheffing bere-
kend wordt. Het stelsel is, dat de Neclerlandsche aanslag
berekend wordt over het geheele inkomen, waarna van
dezen aanslag het bedrag, betwelk wegens de Nederiand-
sehe ‘w’et over het elders reeds belaste deel van het inko-
men naar het voor dit lagere bedrag geldend heffingsper-centage zou moeten -worden betaald, in mindering wordt
gebracht. Het lis natuurlijk mogelijk, dat door een hoogei’
belastingpercentage in het ‘buitenland de in totaal te
ba-
talen som overtreft het bedrag, dat ‘bij aauslag alleen
in Nederland verschuldigd izou zijn. Niettemin is, met het oog
op het overal aanvaarde beginsel van •progress’ie, de grond-
slag, ‘wa;arvan het stelsel uitgaat, niet onjuist. Het is dan
ook
door de Commissie van den Volkenbonci als een der
‘in haar oog juiste methoden van berekening aanbevolen.
Werd in beide landen tie aanslag uitsluitend naar het daar
belastbare ‘bedrag berekend, clan zou het daaruit ‘in beide
landen voortvloeiende lagere heffingspercentage een enge-
motiveerd voordeel voor den belastingplichtige beteekenen.
7
September 1927
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
783
worden. Wij7iging der vreemde wet of regeling bij
trac’taat is hier de weg.
Ook
in
hef, geval, ‘dat, cle vreernclo belasting
‘niet
ee.ct
onderdeel ‘vormt ‘van de algemeene ink’o’rnstenbelas-
ting, doch een speciale belasting is op hot bedrijf,
lan dubbele belasting ‘voorkomen, wa.nneo:r cle in ‘den
vreemde reeds belaste bedrijfswinsten ‘in ‘het eigen
lari:cI ten ‘tweeden male ‘door een soortgelijke spec:iaie
belasting fw’ordlen getroffen. In Nederland lbestaat
een deigelijke.beia’sti’ng – ‘wet ii 3’anuari 1913 S;tbl.
4 – welke onder den naam van Dividend- en rj,11
tièmebelasting van de uitkeeringen der ‘vennootschap
geh even wordt. Het ‘vaste heff’in gsper’centage bedraagt
met opcenten ten hoogste 9.05 pOt. Ter voorkoming
van dbbe]’e belasting is ‘in cle wet ‘bepaald, •cla.t uit-
‘keeringen over ‘het deel van, het bedrijf, dat elders
reeds belast is, in Nederland slechts ‘ten deoJ,e belast
zuilen worden, en wel met
ingevai ‘het bedrijf reeds
in een Nederian’daahe ioiorcie’bel’ast is, en niet
bij
voorafgaande belasting ‘in den ‘vreemde. Gelijke’ ver-
laging wordt itoogestairn, indien het Nederlandscho bedrijf ‘in hot ‘bezit is van ‘ten minste 9/1,0 der aan-
cleelen eener elders ‘gev’esti’gde’n’d.a’ar belaste ven-
i’io’otscha t).
Tegen deze ‘bepalingen, die inderdaad in vele ge-
vallen ‘de dubbele belasting ‘slechts ten ‘deele ophef-
fen, wordt in ‘ve.rse’hiliendo”der ‘ontvangen, brieven beL
zwaar gemaakt. Gemeend wo’rdit, ‘dat de billijkhe.i’d
hier volledige ‘vrijstelling eischt, terwijl het ‘voor-
sch ci f t, dnt, wanneer het. een vreemde ‘vennootschap
‘betreft, het aanjd’eelenbezit ten minste 9110 van het
totale aandeel’enkapitaai bedragen moet, onredelijk
wordt geacht. Bovendien ‘komt deze eisch in conflict
niet ‘enkele ‘vreemde ‘vennootschapswetgevingen. Een
‘tweetal jaren geleden is een ‘wetsontwerp ingediend
(1924-1,925 Bijlage 438), waarbij; hi, gelijktijdige ho-
las’tinig in den vreemde het krachtens de Dividend-
en Tantièrnebelasting te heffen bedrag tot
1
,
1
3
wordt
‘teruggehiaeht, iterwijl ‘tevens voorgesteld wordt, de
grens van het aan’doelenbezit ‘in een vreemde ven-
nootschap geheel te laten vervallen. Tot wet ‘ver-
lieven zal ‘het zekere ‘verdere verlichting geven. Vol-
led’ige ‘ontheffing wordt echter ook aldus niet bereikt.
Op ‘dit wetsontwerp is op 3 November 1,925 een Voor-
loopig Verslag der 2e Iame,r verschenen (1925-1,90
,l3ijlage 144), waarin o.a. op internationale regeling
op ‘den grond slag van wed erkeeri ghei’d wordt aan-
gecl con gen
1)
* *
*
De ‘ingekomen ‘opmerkingen, voorzoover niet reeds
in het bovenstaande ter sprake gekomen, naar cle
betï’oklcen landen ran’gschi kkende, kan ‘het volgende
sarnenva’bte n’cl e overnich t worden gegeven.
1. Enqe1and.
De bezvacen, ‘die in verschillende brieven tot uit-
(1 rukki ng worden gebracht, betreffen ‘in het bijzonder
‘de krac’itens Schodule D ‘der ,Ticome Tax geheven
bol’ast,i lig op wi tisten uit hezijtt’i nge.n in Engeland en
op a daar vi t’geo’efen cl bedrijf, ‘onafhankelijk ‘van na-
tiosiahi’teit of woonplaats van ‘den betrokkene. De be-
lasting; welke thans 4 s’hilting in het £, ‘d.i. 20 pOt’.
bedraagt, iis, zooa]s ‘in ‘het rapport der V’olke’n’hon’d’s
deskundigen iran 1,925 geconstateerd wordt, een aan de
bron geheven ‘onderdeel der algemeene inkomsten-
belasting, welke ‘voor degenen, ‘die hun domicilie in
Engeland hebben, boven zekere inkomensgrens ‘ver-
hoogd wordt door ‘de progressieve super. ‘tax, omge-
keerd beneden zekere gren progressieve restitutie
aanleiding geeft.
i)e bezwaren betreffen zoowel ‘d’e consequenties van
‘desen aanslag in ‘geval van particuliere personen als
van vennootschappen.
Zoo een geval, waarin Nederian’dsche exporteurs
1)
De Me.rnorde van Antwoord, waarbij tegenover cle be-
zwaren van de Kairier het wetsontwerp gehandhaatd en
verdedigd wordt, is 14 Juli 1927 verschenen:
als z’oodanig aangesloten zijn hij een in Engeland go-
‘vestigde coöperatieve vereeniging ‘tot. afrset, van be-
pa’aide producten daar te lande. De regelmatige uit-
Iceeringen, ‘die zij’ lc’rachtens hun lidmaatschap ge-
ci ioten, worden ‘in Engeland ten ‘volle ‘door de ge-
noemde belasting getroffen, terwijl in Nederland we-‘
‘dle,rOm ‘de ‘volle i’nkom’stenbelas’ting moet worden be-
t’a’ald. Elke verhouding, die verder gaat dan de ‘bloote
di
itbetal ing van provisie aan een ‘E’gel’schen, agent,
brengt ‘de kanis van ‘aanslag in de Engelsche income-
tax mede, ‘ook dan wanneer nog ‘beaw’aarlijk van een
,,permanent estahlishment” in den zin dien de Ex-
perts ‘hieraan hechten, gesproken ‘kan worden. Het
gevolg is •groote ‘onzekerheid en een neiging zich niet
niet ‘exportzaken naar Engeland in te laten, dan van-
neer voldoende marge, ook voor de eventueele be-
lasting, verzekerd is.
Is h’et ‘bedrijf niet in handen van een particulier
persoon doch van een vennootschap, ‘dan geeft do
i’ednctie ‘(er ‘di’v’:i’clon’d- en ‘tantièniehelast.ing zekere,
doch ‘hij ‘de ‘hoogte ‘der Engeische belasting slechts
neer gedeeltelijke verlichting. ‘Meer dan één geval van
opheffing ‘van in Engeland gevestigde filialen al’s
gevolg ‘van ‘de heff’ing dezer belasting zijn dan ook
aan de Necleilandscho ‘organisatie medegedeeld, ter-
wijl ‘hij lichamen ‘van moer internationaal karakter
‘de begrijpelijke neiging bestaat, de vestiging te
Londen en ‘de’over die plaats l’oopende inkomsten
tot een minimum te beierken. Voorts vallen ook alle
betalingen op idi’videnden van Engel’sche vennoot-
schappen, uit’keeringen wegens royalties, etc. onder
de normal ‘tax. Waar hiervan in Nederland eveneens
‘volle in komtst’enbel’asting moet worden betaald, ‘wordt
dit door ‘de betrokkenen al’s een ‘onjuistheid gevoeld.
In verschillende gevallen heeft ook de wijze, waar-
01)
‘de aan’s’lagreging ‘geschiedt, tot bezwaren, aan-
ieidi:ng gegeven. De vordeeling ‘der ‘winst van een in
m:oerdere landen wei1cend bedrijf is’ steeds moeilijk.
Het komt ‘dikwijls voor, ‘dat voor export arbi’dende
boclrijven in landen, ‘waar hun afzet zalcore grens ‘te
boven gaat, eigen ‘verkoopso’rganisat’ies in het laven
roepen. Mededeehin.g werd gedaan van ‘gevallen, waar-
in de Engoi’sche fiscus van oordeel was, dat de he-
ia’s’thare winst eener dergelijke vorkoopsorgani’satie
ii iet berekend moest worden op ‘basis ‘van het verschil
tussc’hen ‘de groot- en kleinhan’delsprijzen van den
afzet, maar ‘dat ook de winst op de productie van het
in Engel and ‘verkochte gedeelte .beh aal’d als in En ge-
1 an,d belastbaar i nlcomen, moest worden beschouwd.
Dit ‘had zelfs ‘geleid tot een onderzoek van Engelsche
rogeerings’accounta’n’ts in ‘hot N’ederi’andsche bedrijf.
Ook uit scheepvaartkringen ‘werden opmerkingen
gemaakt. Terwijl vaste lijnen, ‘die in Engeland een
eigen ‘kantoor hadden, a’anslagplic,htig waren, werd
hij Engeland ‘min of meer geregeld aandoende maat-
schappijen de vaststelling van den ‘belasting-plicht
tamelijk willekeurig ‘geacht, ‘terwijl bovendien hij do
vaststelling van ‘het ‘helastbare bedrag ongelijke op-
vatti ogen hij ‘de helastinga’uto’ritei’ten in ‘verschillende
haven’s te cons’taiteeren waren.
Met waardeerin’g kan intusscihen worden gecon-
stateerd, dat sedert dien aan ‘deze belasting van Ne-
derinndsche scheepvaartondernemingen in Engel’an’d
een eind is gekomen. Op 20 Mei. 1926 is te Londen
een overeenkomst ‘tus’sch’en ‘de N’ed’erl’and’sche en de
Baitscihe Regeerring gesloten (Stbi. 1926 No. 214e),
waarbij van Britseho zijde toegezegd wond de noocli’ge
stappen te ‘zullen ‘doen om ‘deze vrijstelling niet in-
gang ‘van het helastingjaar 1923-1924 to doen in-
gaan., De N’eder]’and’sc’he regeering kon, volstaan ‘met
de ‘verklaring, ‘dat ‘krachtens ‘de bestaande wet op de
inkomstenbelasting vreemde scheep’vaarton’dernemi ci-
gen ‘hier to ]ande vrij’ van belasting zijn.
. Dv,itschlai’n’d.
De voornaamste klachten wegen’s aanslag in de
Du’it’sche ‘inkomen’s- ‘en Körpersch’afts’teuer vloeien
voort uit ‘het feit, dat ook ‘dan, wanneer de belangen
754
S
ECONOMISCH-STATISTISCHE BER’CHTEN
7′ September 1927
van
den Nederlandei’ of de Noder1’a’nd’sche
v
ennoot
soh’ap in Duitsohiand
worden
waargenomen door een
ielstancl’ig en Duibsch agent ‘of vennootschap, die
zelf ten volle in de Dui’tjsche belastingen bijdraagt,
niettemin in verschillende gevallen o6k de N’edei-
lan’der of ‘de Nederlanclsohe vennootschap in de Duit-‘
‘sche belasting betrokken
worden.
Dezé klachten wor-
den geuit zoowel van ‘handel- en i’ndus’trieele zijd
al’s ‘door bij
‘de Rin’scheepvaa’rt hetrokken reederijeii.
Van belang
:j5
liet in ‘dit verband erop te wijzen,
‘dat in ‘artikel 5 van ‘liet o’n’tiverp-:tractaat der
Oom-
mi’ssi’é van Experts voor aanslag van vreemde hedrij-
‘ven in belastingen al’s ‘de Körperschafbsteuer de eisch
wordt gesteld, dat er j: een ,,p’ennanent estahlish-
ment” in het ‘vreemde land. Het ‘artikel vervolgt:
‘,,The fac’t that ‘an unidertaking .has business dealingu
w’.ith a forcign, country ‘thr’ough a bonafide agent of
in’ciependent ‘status (broker, oommiis’sion agent, etc.)
sh’ail not be held to
meau that
ithe underbaking in
quest’on has a
permanent
establishment in that
country.”
Ook wanneer een Nederlander ‘of Nederlan’d’sche
firma ‘in Duitschiand door
cmi
eigen G.m.b.H.
ver-
tegenwordigd is, en al’s 7ioodani’g aan verschillende
belastingen oniderworpen is, ‘virti±t voor ‘de Ned’er-
1 an.d’sche inkomstenbelasting geen aftrek plaats. Ge-
lijke klacht wordt geuit ten ‘opzichte van particuliere
personen, die in Duitschlan’d’ ‘gelden op ‘hrp’otheek
gegeven hebben. De Duitsche Kapiitaiertragsteuer is
evenals ‘de Engelsche noial ta.x een aan de bron ge-
lieven onderdeel
‘der
algemeene in’komtenbel’as’t’ing.
D:i.’enevereen’komstig nou naar algemeene beginselen
van
inkomstenbelasting de vreemdeling moeten zij’d
vrijgesteld. Inderdaad is voor verschillende der in
het buitenland uitgegeven Dui’tsche leenin gen aan
vreemde houders voer de ‘hun bokom’en’de rente vrij”
doni van deze belasting ‘verleend. Voor rente ‘op lee-
nin gen, niet onder ‘deze vrijstelling vallende, en in
het algemeen voor inkomsten uit andere in Dui’tsch-
land uitgezette kapitalen ‘geldt deze vrijstelling niet
en is ‘de toestand dus dezelfde als ton opzichte van
‘de Engel’sche n’ormai ‘tax. De Volkenbon’çlexperts be-
velen in deze en dergelijke
‘gevallen
bilaterale ver-
dragen naii,”teu eiftde dubbele belasting te voorkomen.
Omgekeerd klaagt ook een Duitische ‘expediteurs-
firma, ‘die in Nederland verschillende filialen heeft,
over ‘de dubbele belasting, die voor haar uit den aan-
slag’ in ‘de Nederland’sche ‘en Duitsche irikomsten’be-
last.in’g ioortvl,oeit. Zij geeft dringend in overweging.
‘dat t’uis’sch’en Nederland en Dui’tschlan’d een
gelijk-
soorti.ge
ovorenIkomst gesloten
wordt, als
door
Duitschi’arid ‘mOt
Oostenrijk en
met
Tsc’h’ec’h’oslowakije
zijn aangegaan,
waardoor ‘deze
en dergelijke gev’allen
van dubbele belasting vermeden, ‘kunnen worden.
Verschillende
klachten zijn
voorts
uit ‘de grenss’bre-
ken
ingekomen over
dubbele belasting van Nader-
lan’d’sche bedrijven en arbeiders, welke geheel of ‘ge-
cloeiiteli,j’k
over ‘de grens ‘arbei’den en omgekeerd.
3. Fnvnkrjlc.
Over dubbele
‘belasting
in
Frankrijk hebben
‘de No-
d’erlaridsche Organisatie twee ‘klachten bereikt. In de
ccce
wordt mecledeehng
gedaan van een aan slag ‘in
cle inkomstenbelasting van ‘het Nederlan’dische bedrijf,
n,iettegen’s’taa’n’de al zijn ‘bel an’gen in Frankrijk worden
waargenomen ‘door een Fransch’ huis, dat in geener-
lei opzicht van ‘de Nederlandsch’e
firma aankelij’k
is. Het andere geval betreft een Nederlandsche ree-
‘clerij’, ‘die geen
erlei roerende af onroerende goederen
in
Frankrijk
‘bezit, doch ‘die vernam, dat zij’
belasting-
plichtiig zou nijn, nangezien ‘h’a’ar Fran’sche clientèlt
als ,,;des biens si’tués en France” te ‘beschouwen zou
zijn. Zo’oal,s ‘d’e ‘reederi mededeelt,
heeft
deze quaes’tie
‘de belangstelling van ‘de Nederlandsche, Engelsche
en Fransche reederijivereen’igin’gen en werd de wen-
schelijkhei’d van wettelijke voorziening op grond van
wederkeeriigheid
door ‘de Fransche regeerin’g erkend
i,. België.
Ook omtrent
België zijn
‘slechts eukel
gevallen aan•
de Nedorlan’dsche Orga’ni’satie voorgelegd.
Mededeeling werd gedaan
‘van
een Nderlan’dsche
firma, die
h’ou’diste’r
i’s ‘van ‘de aan’deelen eener Belgi-
sche Soc’ité Anonyme,
welker
winsten in de Bel-
.giscbe inkonistenbelasting hebben ‘bij’
te
dragen, ter-
wijl het aan ‘de
firm’an’ten toekomend dividend weder-
om ‘ten volle in de ,Nederl’an,dsche inkomstenbelasting
is aangeslagen.
De aandacht werd voorts ‘gevestigd ‘op een aanvul-
ling van artikel 27 ‘der Belgische inkomstenbelasting,
welke
begin 1924 werd aangenomen,
‘krachtens
well
‘artikel vertegenwoordigers van vreemde firma’s,
vreemde schippers en anderen, die in België een kr-
drjf uitoefenen, thans in de Belgische inkomstenbe-
lasting worden aangeslagen, oo’k wanneer zij ,,noch
woonplaats, noch verblijfplaats, noch vaste inricht
ting” in ‘het l’an’d hebben.,
Omgekeerd ‘vestigt ccii in Nederland werkende Bel-
gische Maatschappij’ er de ‘aandacht
’01),
‘dat zij in
Nederland :k
rac
h,t
efls
de in’koms’teh’bela’sting 10 pOt.
over ‘de geheele aldaar verkregen winsten heeft te
betalen,
‘tei-wij’l
de Nederianrische vennootschappen
krachtens de dividend- en .tantiè,mcbelastinig hoogstens
9,05 pOt, over ‘de ‘gedane uitkeeringen verschuldigd
zijn. Weliswaar staat hiertegenover een zekere ver-
laging ‘der Belgische oo’upon’belasting, doch het ge-
volg is, dat een Belgische maatschapp
~
iji
iii.
Nederland
werkende, evenals omgekeerd, zwaarder belpst is d’an
maatschappijen, ‘die uitsluitend in een van beide lan-
den ‘hun
‘bedrijf
uitoefenen. Dit blijft een feit, ook al
is de inkomstenbelasting van in Nederland werkende
vreemde vennootschappen sinds 1 Mei 1927 van 10
pOt. op 8 pOt. verlaagd.
Wat ‘de
overige Europeesche landen
betreft, valt
aan te teekenen, dat een Nedorlandsc’he vennootschap,
die hare hier en elders vervaardigde producten in ver-
schillende landen door ,eigen in die landen geves-
tigde verkoo’p’sorga’n’isaties afzet, zich beklaagt over
de wijze, waarop in sommige landen: het winstcij’fer
berekend wordt, waarnaar aanslag plaats
‘vindt.
In de
meeste landen wordt ‘hiervoor genomen de door dc
‘d’oc’hteermaatsth’appij behaalde verkoopwinist. Ïn som-
mige landen en met name in
Noorwegen,
wordt even-
wel verder gegaa’n en ‘ook de fabrithwinist, d’ie de
Noorsche fiscus terecht of
ben
onrechte ond’ers’tel,’t,
dat op de vervaardiging van de naar Noorwegen ge-
ex’p’orteerde goederen wdrdt”behaald, beschouwd als
helastbare winst van ‘de zelfstandige d’ochte’rven-
n’oot’sch’ap.
Van andere zij’den werden bezwaren geopperd over
de ‘belasting van ‘bijkantoren
‘
in
Polen
en in
Oosten-
rijk. Klachten over ‘belastifg van het ‘scheepvaartver-
keer zijac voorts vernomen ‘aangaande
Spanje, Portu-
gal
en
Griekenland.
5. Vereenigde Staten van Noord-Anterilca.
Vetschillende reederijen maakten melding van hot
feit, ‘dat,
‘terwijl
te voren Nederland’sc’he s’boomvaart-
maatschappijen
in,
Amerika
vrij
‘van income tax
waren, in Februari 1926 ‘de
Treasury
het besluit ge-
nomen heeft, Nederland voor de toepassing ‘der Ho-
ven’ue
Acte
1921 en. 1924
uit
‘klasse A, ‘oni’vatten’de de
landen, ‘die Amerikaan’sche schepen ‘vrijhtellen en wier
schepen hierom ‘wederkeerig in Amerika vrijgesteld zijn, over te brengen naar klasse B, welke ‘de landen
‘omvat, die zoodan’ige vrijstelling niet of niet in vol-
doende mate verleenen en .mitsdien hun’nerzij’ds even-
min op vrijstelling in de Vereeni’gde Staten aanspraak kunnen maken. Deze ‘maatregel, welke voor verschil-
ien’de reederij’en niet zonder beteekenig was, heeft de
Necleirl’andsche Regeeri’ng aanleiding gegeven, zich in
verbinding te stellen
met
‘de Amerikaansche Regee-
ring met ‘het resultaat, dat de maatregel ongedaan
is gemaakt, nadat’ ‘gelijke vrijstelling voor schepen onder Amerikaansche ‘vlag in N’edèrland”verleend
7 September
1927
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
785
is
bij
Kôn.
Besluit van 1 October 1926 (Stbl. 1926
No. 34′?).
Scheep vaar tnaaatschappij’en betalen in de Vereenig-
de Staten voorts nog Oapital Stock ‘tax en wel 1 pOt.
van het ,,tax’able capital employed in ‘the U.S.A.”
Een bron van ‘dubbele ‘belasting kan vOorts gele-
gen zijn in ide geheel afwijkende ‘*ijz, waarop in
Amerika ‘het aldaar ‘belastbare inkomen eener gedeel-
telij’k in dat land arbeidende niaatschappij
,
berkend
wordt.
Voor een reeks
andere overzeesche landen
aij’n
voorts klachten ingekdm’en van een aantal Nederland-
echo reederijen over belasting van het ‘scheepvaart-
bedrijf, ‘hetzij’ in de inkomstenbelasting, hetzij in spe-
ciale ‘bedrijfsbel’as’tingen. Deze belastingen, welke niet
alleen ‘het vaste lijnenverkeer treffen, maar in den
regel ook ‘van toevallig ‘aanloopende ‘booten geheven
worden, worden ‘in den regel op zeer discr&tionaire
wijze vastgesteld en beloop en in sommige gevallen ‘be-
langrijke bedragen. Dergelijke klachtn zijn gehoord
omtrent Av.stralië,
Zuid-Afrika,
Briisc-Indië, Bra-
zilië, Trin.idad, Barbados, Jam,csica.
In herinnering mag worden ‘gebracht, ‘dat ‘de Vol-
kenbondsexperbs reeds in hunne résoluties ‘van 1925
iad’den aanbevolen, dat met het oog op het bijzori-
der karakter ‘der zeescheepvaart en de zich bij belas-
tingheffing in verschillende landen voorcioen’de moei-
lijkheden aanslag van dit bedrijf onder voorwaarde
van reciproci’teit slechts’ geschieden zou in het land,
waar ‘het hoofdkantoor is ‘gevestigd.
Artikel S van het. ontwerp-‘tractaat neemt dit be-
ginsel lover. Nadat in dit ‘ai-‘bikel als”algemeen ho-
ginsêl is gesteld, dat
bij
lhethebben vn een ,,perma-
nent eatablishmeut” ‘in den vreemde de buitenland-
sche onderneming aldaar belastin’gplic’hti’g is, wor’dt
in de laatste alinea van dit artikel ‘bepaald:
,,N’everbheles’s, ‘incone from m’aritime shipping
concerns ahal’l be taxaible only in the State in nhic’h
‘the real centre ‘of management iis ‘si’tuated.”
Boven werd reeds médegedeel’d, dat ‘met Engeland
en de V’ereeni’gde ‘Staten thans v’ollecliige o’vereenstem-
ming op dit punt bestaat op ‘basis van ‘het door de
V’olkenbond’sexperts gehuldigde beginsel.
Voorts zij’ nog medegedeeld, dat ook uit assura-
•deurs- en verzekeringiskringen verschillende bozwa,-
reü over de in onderscheiden landen gevolgde afwij-
kende methoden van belasting van ‘dit internationale
bedrijf vernomen zijn. ‘De belasting van dit bedrijf
doet speciale technische qu’aesties rijzen, die nader
deskundig ‘onderzoek wensc’helij’k sintken.
* *
*
Het ligt voor ‘de ‘hand, ‘d.at het aan de ‘Nederland-
sche Organisatie ‘toegezonden materiaal in hoofdzaak
bezwaren bevat tegen belasting in den vreemde. In-
tus’schen ziji in boveus’taan’d ‘overzicht reeds enkele
‘hesciouwingen weergegeven, ‘die ‘zich ook tegen do
Nederlandsch,e
belastin’gwetgeving richten, terwijl in
den aanhef reeds melding is ‘gemaakt van ‘de in zeer
vele brieven gesignaleerde .n’billijkheid, dat voor
reeds te voren in het”buitenland bel’aiste winsten
slechts hoogstens % resp. vermindering van de
Nederlandsche Dividend- ‘en T’antièm’ebelasting w’ordt
toegestaan, ‘ook dan wanneer de in den vreemde be-
taalde belasting de hier toegestane vermindering ‘be-
langrijk overtreft. Naast ‘deze zijn nog enkele andere bezwaren tegen
de Neclerjandische bela’stin’gwetgeving kenbaar ge-
maakt.
Een ‘bui’tenia.nd’sch bedrijf, dat hier te lande eigen
s’toeu’kolenmij’nen exploiteert, acht zich in het bijzon-
der bezwaard door ‘het feit, ‘dat het voor zijn onroe-
rend bezit in Nederland aangeslagen wordt in de ter
aanvulling van de V’ermogen’sbela,stin’g ingevoerde
Verdedi’gin:gsbelasting Ib, welke belasting evenals de
Vermogensbelaisting wat het binnenland betreft,
slechts van particuliere personen ‘geheven wordt. De
belasting wordt geheven, alsof de geheele
mijnen
toe-
behoorden aan één persoon, wat in verband met dc
progressie buitengewoon ‘beuwaren’d is. Bovendien is
het niet veroorloofd bij. ‘de berekening van de wer-
kelij’ke vernso:genswaarde ‘tegenover deze bezittingen ‘de ‘daarmede ‘samenhangende schulden te stellen, wat
aan Ne’derlandsche ingezetenen, welke onder deze be-
lasting vallen, wel toegestaan is.
‘Voorts deelt de Nederlandsche ver’k’oopsor.ganisa-
tie – Nederla’n’dsche Naamloze Vennootschap
va een buitenlandsche automobielfabriek mede, ‘dat
het invoerrcht op de door haar ingevoerde automo-
bielen hier te lande niet geheven wordt n’aar den
groothau’delprijs, welke ‘haar door ‘de fabriek in reke-
ning wordt’ gebracht, maar naar den verkoopprijs aan
het publiek. Dienit’engevolge wordt ‘door het invoer-
recht ook belast ‘de door de verkooporganisatie ge-
maakte winst, welke ‘ daarna n’ogneia]is door de Di-
vidend- en Tantièrnobel’asting getroffen wordt.
* *
T’en slotte zi nog aan’geteekend, ‘d’at de Directeur-
Generaal der Belastingen te ‘s-Graven’hage, aan wien, zooal’s reeds in den ‘aanhef dezer ‘nota vermeld werd,
het ‘dossier ter ‘hand werd ‘gesteld, aan ‘de Nederland-
sche Organisatie bericht heeft, dat d’e lectuur van
de ‘geuite bezwaren ‘hem den indrpk heef’t gegeven,
dat, komen er regelingen op ‘den voet van het meer-
genoemde Rapport der V’olken’bondsexperts tot stand,
aan heel wat van de bezwaren zal zijn ‘tegemoetgeko-men. Hij beveelt ‘voorts aan, ‘dat ‘al ‘degenen, die zich
‘dubbel belas’t ‘achten, zich – zoo zij’ ‘dat al niet ge-
–
daan ‘hebben – wenden tot den Inspecteur der Di-
recte Belastingen, ‘ten ‘einde kunne worden nage-
gaan, of ‘hun met toepassing van de wet van 16 April
1920 (Stbl. No. 192) tot voorkoming van dubbele be-
lasting, of wel ‘op ‘den voet van Hoofdstuk VII ‘der
wet op ‘de Dividend- en Tantiè.mebelasting, verlich-ting van druk gegeven ‘kan worden.
AMORTISATIE VAN AANDEELEN IN HET WETS- ONTWERP OP DE NAAMLOOZE
VENNOOTSCHAPPEN.
De Economisch-Sita’t,is’tische Berichten van li en
20 Juli 1927 bevatten, onder bovenstaand opschrift,
eenige ‘belangrijke ‘beschouwingen van Mr. Aug.
Philips, gewijd aan art,. 41b van bedoeld Wetsontwerp.
Dit artikel luidt: Geheele of gedeeltelijke teruggave
van hetgeen op aan’deelen is ‘gestort is geoorloofd, in-
dien en voor zooverfe er zuivere winst is en ‘indien
tevens in de akte van oprichting is voorzien in welke
mate en op welke wijze zulks zal kunnen geschieden.”
Er zou voor mij ‘geen reden zijn om op ‘de zaak terug
te ‘komen, indien ik mij’ kon ‘vereenigen, met ‘de con-
clujsiën, waartoe Mr. Philips is ‘gekomen. Deze conclusiën zijn vernietigend.
Mr. Philips ziet in ‘de bepaling een rijk vloeiende bron ‘van processen en ‘meent ‘dat in ieder geval de
economische strekking van hot instituut verkeerd is,
omdat hot èf leidt tot het interen van ‘kapitaal zonder
dat dit duidelijk naar buiten blijkt, ôf wordt een
middel om ‘belasting te ontgaan, die in billijk’heid ver-
schul’digd is.
M’aar zijn die concl’usiën juist? Ik vaag het dit te
betwijfelen.
Ik wil niet beweren, dat ‘do bepaling voorziet in
een ‘behoefte en ‘dat met ‘d’e opneming ‘daarvan onze
wetgeving zal worden ,,verrijkt”: Veel minder wil ik
beweren, ‘dat de’ ‘bepaling tegemoet komt an de ver-
lange’nis’van”hen,,die amortisatie van’ aandeelén töege-
laten ‘wenschlien te zien, met liet oog op maatschap-
pijen tot exploitatie van bouwterreinen en maatschap-
pijen tot exploitatie van afloopende coiacessiën. En nog
veel minder wil i’k beweren, ‘d’at “vat
‘bij
de behandeling
in ‘de Tweede Kamer en bij’ de voorbereiding ‘daarvan
in het midden is gebracht het bewijs ‘heeft geleverd,
dat men ‘goed wist wat men wilde.
786
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 Sptember 1927
• Dit alles echter is de vraag niet.
Do vraag is of de bepaling, zooals zij’ ten slotte
uit den smeltkroes is gekomen, het daarover gastreken
vonnis verdient.
Naar mijne meening is dit niet zoo.
De bepaling ‘is voldoende duidelijk en kan gezonde
toepassing vinden. Ook behoeft zi niet ‘te leiden tot
het interen, van kapitaal (vermogen) en behoeft zij
niet een middel te worden om in ‘billijicheid verschul-
digde ‘belasting te ontgaan.
Al d’ad’elijk mag ik er op wijzen, dât door de aller-
laatste wijziginig, door de, Regeer’in,g in het ontwerp
gebracht, tea ‘gevolge waarvan het ‘voorschrift, dat, de
amortisatie moest geschieden uit zuivere winst, is’ ver-
vangen ‘door ‘het ‘voorschrift, dat amortisaitie alleen kan
geschieden indien en voor zooverre ex zuivere winst
is, ‘de ‘bepaling belangrijk is verbeterd.
Amortisatie uit winst is onzin.
Winst laat zich niet aanwenden tot amorti’sat’ie.
Winst wordt uitgedeeld of gereserveerd.
Indien ik hier
r
v
an ,,winst” spreek bedoel ilc netdo-
winst of – om de woorden van het bedoelde artikel
te gebruiken – zuivere winst.
Bruto-winst’ en netto-winst zijn in de practijik
voorkomende ‘termen, die, ‘omdat zij gebruikt worden,
getolereerd moeten worden, ‘maar men mag zich niet
door die termen ôp een dwaalspoor laten leiden.
Alleen netto-winst is winst. Brut6-wr’inst kan per saldo winst (net’to-wins’t) overlaten, indien hetgeen
van de bruto-winst moet worden afgetrokken, bij’.
ruoo’dzakelij!ke afschrijvingen, ‘minder ‘bedraagt dan het
beloop van de bruto-winst.
De netto-winst is ‘de winst, waarover door de aan-
deekhou,ders ken worden beschikt.
Die winst, die zuivere winst zou aan de aandeel-
houders bij wijze van dividend kunnen worden uit-
gekeerd.
Maar nu zegt art: 41’b, dat,’ indien en voor zoo’verre
e.i.’zuivere wirist is, anortisa’tie van aande1en kan
plaats “hehien, namelijk indien in cle statuten is voor-
zien in vol’ke mate en op welke wijze zulks zal kunnen
geschieden.
Nu staat ‘het als een paal hoven water, dat amorti-
‘satie van aandeelen de winst ‘niet vermindert. ingeval
van arnortisatie van aandoelen zullen aan de debet-zijde
van ‘de balans de fondsen waaruit ‘de ainortis’abie,
taa’icl wordt met een ge]ij’k ‘bedrag verminderen als
waarniode aan ‘de credit-zijde van ‘de balans het aan-
doelen-kapitaal verminderd wordt, terwijl het winst-
cijfer onaangetast zal blijven. Maar niettemi,n ‘heeft er iets plaats gevonden, waardoor verhinderd wordt,
d’a’t ‘de winst tot ‘het volle door het
vinst-cijier
aange-
duide’ bedrag aan aandeel’houders zal worden uitgi-
keerid’. Zou med dit ‘toch ‘doen, ‘dan non de be’teekenis
van ‘de wo’orrl’e!o, ,,i’ndien en ‘voor zooverre er zuivere
wint is” verkracht worden. Deze woojiden kano en ni.et
anders heteekenen, dan dat vôor het geamortiseerd
wordende kapitaal in ‘de plaats moet treden een daar-
aan gelijk bedrag hetwelk aan de winst moet worden
onttrokken, dat het ‘door de amortisatie, in het ver-
mogen. der vennootschap geslagen gat moet worden aangevuld uit ‘de’ winst, ‘terwijl van ‘de winst alleen
het ‘overschot voor ui’bdeeli’ii’g in aanmerking komt.
A:morrtisalAè volgens art. 411 brengt nodzaikelij’k
mede het, forineeren van eene reserve, die in ‘het door
Mr. Philips aangehaalde Engelsehe wetivooritel ‘go-
noemd wordt een ,,capital redemption reserve fun’d”.
Het is het noodzakelijk gevolg van het verband ‘d’at
gelegd is tusschen amortisatie van’, kapitaal en’ aan-
wezigheid van winst.
Eene andere opvatting zou leiden tot het ongrijmde
gevolg, ‘dat ‘hoewel ‘amortisatie allen mag plaats heb-
ben indien en voor zooverre er zuivere ‘winst is, èn cle
winst èn het geamortiseende ‘kapitaal uit hot, vermogen
der ‘vennootschap zouden verdwijnen. Het zou ‘zijn als
had arnortisatie plaats gehad, zonder dat er winst
was.
Mochten ‘belanghebbenden bij het dpstellen der sta-
–
tuten blijk geven eene andore opvatting -te hebben da
die, welilce ‘m.i. de eenig juiste ‘is; ‘dan zal ‘de Minister
van Justitie
wei
een zoodanig gebruik maken ‘van het
preventieve toezicht, ‘dat ‘de in de statuten op te
nemen ,,voorziening” in goede banen gèleid wordt.
– Zon het n’iet beter geweest zijn, in’dien de ‘vorming
van een reseve in de wet was voorgeschreven?
Ongetwijfeld; maar nu dit niet ‘is geschied moet
men roeien ‘met ‘de riemen, die men heeft.
Er is een poging gedaan om de reserve-vorming ‘in
de
web ‘voorgeschreven te krijgen. Bij de behandeling
in de Tweede Kamer heeft ‘de heer Kortenhorst voor-
gesteld odi art. 41b te lezen al’s volgt: –
,,Geheele of ‘gedeeltelijke teruggave ‘van hetgeen op
,,aandeeien is ‘gestort, ‘is geoorloofd, indien uit de
,,zuiveie winst eene reserve gevormd is, ‘ten minste
,,zoo ‘groot al’s ‘het bedrag ‘der ‘erugga’ve en tevens in
,,de ‘aktovan oprichting is voorzien in welke mate en
,,o’p welke wijze zulks zal kunnen geschieden.”
Dd redactie is niet feilloos. Maar in heb voorstel-
Korbenhorst is ‘de reserve-vorming toch ‘medr genoemd.
Het mag echter niet verheeld worden,’ dait de moiide-
Enige toelichting van den vobrsteller weinig geschikt
was om ‘te doen begrijpen wat hij ‘met’ zijn voorstel
beoog’de. Hij zeidé dat ‘zijn ‘voorstel oenigszins was ‘in-
gegeved d’oor de Vereen’igio’g van Accountants. Dat
eem •ilc gaarne aan, maar ik ‘vrees ‘dat de voorsteller
niet goed doorzien heeft wat ‘de Vereen’iging eigenlijk
wilde. De heer Kortenhoiwt is er niet in ‘geslaagd ‘ge-
noezaam ‘steun voor zijn voorstel te w’innen en heeft
hei dan ook ingetrokken.
Maar als gezegd, ofschoon art. 41h het vormen van
eene reserve niet voorschrijft, Ican aan dit artikel mi.
geen behoorlijke ‘toep;asiing gegeven worden, wanneer
niet een’reserve gevormd wordt; en ‘door
,
het preven-
tieve toezicht lcan ‘de Regeering er voor waken, dat ‘dit
ook i’ri’derdatd in ‘de statuten voorzien wordt.
r. Philips ziet mi. ‘de qu’aestie niet ju’is’t in, waar
hij’ vraagt, – onddat hM artikel daaromtrent geen
enicele aanwijzing geeft -, ‘hoe heeft men zich den
inhoud te denicen van ‘do ‘bepalingen, die ‘denk te van
dprichting zal ‘moeten bevatten, omtrent ‘de mate waar-
in en ‘de wijze waarop ‘de terugave der stor’tingen zal
kunnen kesch’ieden; of men nu steeds ‘de afgeloste
aandelen ‘ zal moeten vervangen door •act’ions’ de
jouisiance; en of het ook geoorloofd zal zijn te bepalen,
dat ‘in plaat’s van het wegvallende ‘bedrag aan aan-
deelen’kapi’taal een ‘reserve zal worden ‘gevormd.
Zcer iceker zal men mogen bepalen, ‘dat actions de
jouissance zuilen worden uitgegeven; maar ik wil ei’
‘dadelijk aan toevoegen, ‘dat het uitgeven van actio’ns
de jou’issanco niets afdoet aan de noodzaikeli.j’kheicl om
de dooi inij gedachte ‘reserve te’ vormen, omdat naar
mijne medning nooit een post op de balans gebracht
mag ‘worden voor ‘de actions de jouissance.
In Fran’lcrij’1 gebeurt ‘dit wèl.
De voor de afgeloste aandeelen uitgegeven actions
‘de j’ouissance worden daar op de creditzijde ‘van cle
balans’ gehokt en wel ‘tot het’ volle bedrag van de
a’ancleelen, in wel’ker plaats zij uitgegeven zijn.
Dit is zonidei meer een fout.
Bedoelde actions geven alleen recht op een aandeel
in ‘de winst, in ‘de zuivere winst, en vertegenwoordigen
geen kapitaal.
Het’ gaat ingeval ‘van am’ortisatie van aan,cleele’n
niet om de keuze òf actioris de jouiasance uitgeven
èf reserve vordion. Neeii, ‘de reserve moet gevormd
worden ‘onverschillig of er al ‘dan niet actions de
jouissance uitgegeven worden.
Het is ‘duidelijk, dat bij eene opvatting van het in-
sti’tuut amoitis’a’tio van aan’deelen als do mijne, van
het ‘in’teren van het vermogen der vennootschap geen
sprake kan zijn, al wordt het aandeelenkapi,taal ver-
minderd.
Een andere vraag is of de ‘vorming van een reserve
de crediteuren voldoende beschermen zal, wanneer latere verliezen op die reserve mogen worden afge-
1
7 September 1927
ECONOMISCH-STATITISCHE BERICHTEN
787
boekt. Mr. Philips ‘beanwoondt die vraag ontkennend.
Om de beteekenis van die vraag goed te beoor’deelen
is het noodig zich eene goede voorstelling te vormen
van wat het gevolg is der amortisatie van aandeelen,
gepaard gaande met het vormen van eene reserve.
En om tot die goede voorstelling te komen is het
nood’ig zich af te vragen hoe de positie is, wanneer
geen amortisatie plaats heeft en geen reserve gevormd
wordt.
In dit laatste geval wordt do winst geheel uitge-
keerd.
Het vermogen van de vennootschap wordt dan ver-
minderd met het geheele bedrag van de winst.
Bij amortisatie van aandeelen en vorming van een
reserve wordt aan het vermogen ‘der vennootschap in
de eerste plaats onttrokken het bedrag dor amortisatie
en iii cle itweede plaats het bedrag der winst, vermin-det’d evenwel met het bedrag der amorbisatie.
Dat is dus te vamen juist zooveol als ‘bij uitdeeling
der winst, iondor amortisatio en zonder reserve-
vorming.
In ‘beide gevallen is de positie der crediteuren. pro-
cie gelijk.
Is er nu reden om met Mr. Philips de bedoelde
vraag on!ticennend to’heanwoorden?
Tan
neer door latere verliezen het vermogen der
vennootschap wordt aangetast, dan kan dit voor alle
betrokken partijen zeer onaangenaam zijn, maar het is
voor cle crediteuren volmaakt onverschillig of vroeger
do winst is uitgekeerd of wel vroeger aandeelen zijn
gc,amortisee.rcl en daarnaast van de winst een gedeelte
ton heloopo van het bedrag der amortiisatie is gereser-
veerd.
Er is dan ook geen reden om het te betreuren, dat
arnortisa,’tie van aaii’deelen kan plaats hebben, zonder
dat verzet van de zijde der schuldeischers mogelijk is,
verzet dat do&r schuldeischers wel gedaan kan worden,
indien een besluit,, tot vermindering van icapitaal,
door de Algemeene Vergadering van aandeelhouders
genomen is.
Wel moet er natuurlijk in cle statuten ‘togen ge’.vaakt
worden, dat door de aandeelhouders over de reserve
beschikt wordt.
Een andere vraag is of de amortisatie van aandeelen
kan leiden tot het ontgaan van in billijkheid ver-
schuid’igde belasting. Mijn’antwoor.d is neen.
Di’vidend’belasting is verschuldigd over uitdeelinigen
van winst, niet over aflossingen van kapitaal.
T
anteer
er geamortiiseerd wordt en van de winst
wordt gereserveerd een bedrag gelijk aan dat van het
arnort,isee.pde kapitaal, dan wordt uiteraard van het
gereserveerde winstbedrag igeen dividendbelasting be-
taald; dat is duidelijk. Maar de fiscus kan daarover
niet lciage.n. Alleen wegens uitgedeeld wordende winst
is belasting verschuldigd.
Maar te eeniger tijd komt do gereserveerde winst
teeh tot uitcleeling; b.v. bij liquidatie. Wat de aandeel-
houders da:n meer ‘on’bangen ‘desi het op hunne aan-
deden gestorte, onaf,geloste bedrag wordt als winst
belast. Het kapitaal, dat dan blijkt reeds vroeger te
zijn afgelost zal niet opnieuw afgelost worden. De bij
de liquidatie tanwezigo reserve wordt dan ten volle
belast. :De fiscus komt niets rte kort.
Het kan vooricomen – ‘dit sprekt vanzelf .- dat
do reserve door verlies geslonken is, waardooi ten
slotte de fiscus toch minder beicomt, dan wanneer cle
winst, zou zijn uitgedeeld en geen tusschen’tijdsc.he
amortcsatie zou heblien plaats gehad. Ook is er mis-
selmion eenig nadeel voor ‘den fiscus, omdat eerst later,
bij do liquidatie, belasting ‘verschuldigd, wordt, ‘die
anders, indien niet zou zijn geamortiseerd en in ‘plaats
daarvan winst zou ‘zijn uitgedeeld, vroeger verschul-
d.igd zou zijn geworden. Maar dit doet zich immers voor ‘bij elke reserveering, om welke reden die ook
plaats heeft.
Dit is echter niet ‘het ontgaan van in billijk’heid
verischuldigde belasting. Dit is een uitvloeisel van het
stelsel der wet op de dividendbelasting, die alleen de
uitgedeeld wordende, niet de gemaakte winst belast.
En nu ‘de toepassing van art. 41b.
Het artikel dankt zijn ontstaan aan den in het
Verslag ‘der Commissie van Voorbereiding uitgespro-
ken wen’sch, ‘dat amertiisatie ‘van aandeelen uit de winst
mogelijk gemaakt zou worden voor maatschappijen tot
exploitatie van ‘bouwterreinen en maatschappijen tot.
exploitatie van afloopende concessiën.
Het is evenwel niet duidelijk, wat ‘door degenen, clie
den wensch uitspraken, bedoeld werd. Zij zeiden nI.
dat zij wenschten toegelaten te zien amortisatio van
aandeelen uit ‘de winst, waardoor het maatschappelijk
kapitaal
niet
verminderd zou worden.
Di’t nu is onmogelijk; amortisatie van kapitaal,
zonder vermindering van kapitaal, is immers een en-
denkhaarhei’d. Zouden de bedoelde Kamerleden mis-
schien gedacht hebben aan eene amortisatie zon’der
aantasting van het vermogen der vennootschap, aan
amortisatie gepaard gaande met reserveening van
wint.
Indien dit het geval ‘is, ‘dan ‘hebben zij hun wensch
bevrodigd gezien. Maar ‘dan nijet de vraag: wat moet
dat beteekenen voor ‘de maatschappijen tot exploitatie
van bouwterreinen of die tot exploitatie van afloo-
pen’de concessiën.
Art. 41b is geschreven voor alle naamlooze vennoot-
schappen, dus ook voor de genoemde maatschappijen.
Maar het is niet ‘duidolijk wat nu juist die maatschap-
pijen ‘aan do bepaling zullen hebben.
Een goed beleid vordert, ‘dat ‘hij maatschappijen tot
exploitatie van afloopende con cessiën de afsch rij-
vingen zoodanig worden geregeld, dat, wanneer de
concessiën afgeloopen aijn, de balans geen waaede voor
de concessiën meer bevat.
Maar waarom zou men nu willen aflossen zonder
aantasting van het vermogen der vennootschap. Zulk eene aflossing ‘kan zin hebben om redenen die
met het afioepeni der concessiën niets te maken hebben;
maar zulk eene aflossing ter zake van dit afloopen
heeft geen zin.
Hetzelfde geldt mutatis mu’tandis voor de maat-
schappijen tot exploitatie van bouwterreinen, die deze
bouwterreinen uatslij’ten.
Waar het vermogen der bedoelde maatschappijen niet
aangetast mag worden, waar hij amortisabie van do
winst moet worden gereserveerd een belirag overeen-
komende met dat van het afgelost wordende kapitaal,
kan tot amortisatie geen aanleiding gevonden worden
in het afl’oopen der concessiën of in het verminderen
van het grond bezit.
Heeft mischien den bedoelden Kamerleden iets
anders voor den geest gestaan, iets d’at dan geen uit-
drïikking gevonden heeft in hetgeen door hen ge-
zegd is.
Bij maatschappijen tot exploitatie van afloopendo
concessiën zuilen, ‘door de afschrijvingen, welke uiter-
aard dikwijls hooge bedragen zuilen vormen, belang-
rijke kapitalen vrijkomen, waarvoor in de zaak geen
emplooi te vinden is.
In vooral niet mindere mato zal zich dat voordoen
biji maatschappijen tot enploitatie van bouwterreinen,
omdat in de plaats van de uitgesloten wordende ter-
rein en geld in ‘de ijdais Icomt.
Bij een goed beleid zullen dan uiteraard de schulden
worden afbetaald, maar ten slotte zuilen die maat-
schappijen toch blijven zitten met groote kapitalen,
wke niet in ‘de zaak gebruikt kunnen worden. Daar-
voor meet dan belegging gezocht worden buiten ‘de
zaak, met al denisico’s welke daaraan verbonden zijn.
Het is denkbaar dat in zulke gevallen aflossing van
aandeelen ten koste van het vermogen zou zijn toe-
gestaan. Schuldoisehers, die belang hebben hij het in
tact laten van het vermogen zullen er in zulke ge-
vallen niet zijn.
‘Het schijnt, ‘dat in Oostenrijk zulk eene aflossing
is toegestaan.
788
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1927
Artikel 411 laat evenwel zulk eene aflossing niet
toe. Er zou ziet naast -de aflossing uit de zuivere winst
een reserve gevormd worden. De aflossing zou gaan
ten koste van het vermogen, zonder reserveering.
Men zal, onder de nieuwe wetgeving, niet adders to-t
aflossing van aan-deelen zonder r-esevveering kunnen
komen dan door verm’indrin’g van ‘het maatschappelijk
kapitaal, ‘door ‘middel an statutenwijziging, met gele-
genheid ‘tot verzet door crediteuren.
Mocht men ‘daartegen- bezwaren -gevoelen, •dan kan
men een-igermate aan den weusch om de gelegenheid
te hebben overtollige kapitalen te doen afvloeien te-
gemoet komen door bij’ ‘het opzetten van ‘de zaak de
ben-oodi-gd’e -geldmiddelen voor een ‘deel te zoeken in
de plaatsing van. obligatiën.
Tot hiertoe heb ik nog geen geval besproken waarin
aan art. 41b eene gezonde toepassing kan worden
gegeven.
Toch zijn heel wel zulke gevallen te bedenken, maar
.dat zullen dan meest gevallen zijn, waarin vrsc’hil-
lende -soorten van aandeelen bestaan.
Gesteld, dat eené naamlooze vennootschap wordt op-
gericht, waarbij een bestaande zaak of ‘een reeds ver
kregen concessie wordt -ingebracht en waartegenover
aan -de inbrengers een zeker bedrag aan aan doelen
wordt uitgereikt,, niet om te aequivaleere’n met de we-
zenlijke, reeds aanwezige waarde van de in-gebracht
w-ord’ende zaken, maar om vèrgoeding ‘te geven véor
den afstand van •hetgeen uit. materiaal oogpunt ‘be-
sc’houwd, voorloopig modt worden gerekèn’d te ‘behoo-
ren ‘tot de ixiponderabilia, zooals godwill, winstver-
wacht-ing enz.
Het spreekt vanzelf dat die i-mond-era-bilia in -dén
aanvang oder ‘de baten -opgenomen worden koor het
bedrag -der daartegenover uitgereikte aan’d-delen. Maar
‘het spreekt evenzeer vanzelf -dat op •die impondera-
bili-a zal worden afgeschreven. Dan zl zich hetzelfde
véoiidoeri als bij ‘de bedoelde maatschappijen tot exploi-
tat’ie’ van concessiën en bouwterreinen, er zal doör •de
afschrijvingen kapitaal vrijkomen, maar cii’t
,
zal in
‘de gevallen, welke ons nu bezig houden, niet doed
ontstaan een veringen n’aa± am-o-rt-i’iatie van aan’dee-
leo. Iii deze gevallen heeft zien niet te do-en ‘met af-
loopen’de zaken, maar met zich oniwi-kkelende en uit:
-hrdidende zdk-en; aangenonien -dat ‘alles naar wensch
gaa’t.
Maar indien men gaat ‘afschrijven op de impoii’dera-
bilia’, dan zal men -ook w’illenafkomeh van de daar-
tegenover afgegeven aandeelen.
In zulk een geval zal -art. 41b ten voile toepasiing
kunnen vind-en. Amor’tisatie van de ‘tegenover ‘den. in-
breng afgegeven aandeelen, niet ten koste van het
vermogen der vennootschap, maar met reserv-eering
van winst, om ‘het doôr -de cmo’rti-satie geslagen. wor-
den-de gat te s-toppen.
Deze wijze van ‘doki biedt eenige aantrekkelijkheden.
Naar ‘gelang de goodwill ‘haar waarde-en beteekenis
toont, cle w-inisrtverwac’hting wordt verwezenlijkt, heeft
betaling daarvan plaats. –
De houders der voor amoritji-satie in aanmerking ko-
niencio aancieelen ‘dragen -mee in -de ‘betaling, want
-de reser’veer’ing geschiet ook te hunnen koste.
0-ok zullen zij’ idie de zaa.k of ‘de concessie van de in-
brengers als- ‘t ware overgenomén hebben ‘ten slotte de
inbrengers al’s ‘deelgenoot-en in ‘de ‘winst kunnen kwijt-
raken of – ik denk aan het geval dat er actions cle
j-ouissance word-en uitgereikt – ‘de wi-nstaandeelen
van de inbrengers kunnen beperken.
Natuurlijk ‘is er ook een ‘andere weg om nagenoeg
hezeifde doel te ‘bereiken. Tegenver den inbreng
kut:Laen obliigatiën worden uitgereikt, welke geleidelijk
wrerden afgelost. Maar daaraan zijn een-i’ge gewichtige
bèzwaren verbonden.
Bij den -aanvang -staat ‘d-an tegenover de als baten
geboekte
up
ond-erabiha een wezeul ijike schuld. Dit
kan zijn van na’deeligen in
–
vloed -op ‘de credieüwaardig-
-held ‘der onderneming.
Het is ook bezwarend voor de aand-èelhouder’s-, die
hunne atortingen in wezenlijke, ‘da’delij:k aanwezige
waarden voldoen. Indien de wins-tvérwachtinjen niet
-v-eiwezenlj-kt wonden, kunnen zij’ schade lijden, om-dat
bij’ liquidatie da obli’gart-iën betaald moeten worden, -oo]c
al
zou
er niets voor de -aandeelhouders overblijven.
Het behandelde -geval is -n-iet het eeni’ge, waarin art.
41b eene gezonde
–
toepas-sin-g kan vinden. Er zijn moer
gevallen te bedenken, maar er ‘bestaat voor het oogat-
blik geen reden -om ‘die ‘te bespreken: Alleen wil . ik
nog noemen ‘het geval, ‘dat om een of ander belang
te “dienen ‘speciale -aandeel-en, bij’v. preferente aan-de-
len zijn uitgegeven, preferente aaudeelen welke in ju-
ri’dischen zin inderdaad aandeelen zijn, maar in eco-
nomischen zin veeleer als obli-gatiën moeten worden
-beschouwd, al staan
zij,
‘wat hu-n ‘verh-aal’baarheid be-
treft, bij ‘gewone schulden achter. Er kan aanleiding
bestaan’ om ,ter am-ortisatie van ‘d’ie preferente aau’d-ee-
len aan ‘art. 41b toepassing te geven. –
Resumeeren’de kom ik tot de navolgende conclusiën:
Het is niet voor betwisting vatbaar .dat -art-. 41b
alleen amortii-satie van aandeelen toelaat indien en
,voor zooverre er zuivere win-st is- en een gelijk bedrag,
als wordt ‘afgelost., van ‘de zuivere winst in reserve
gebracht en aan-de beschikking van de aandeelhouders
onttrokken wordt, ofschoon moet worden erkend ‘dat
het beter geweest zou zijn indien zoowel ‘het een als
‘het an’der in duidelijke ‘bewoordingen -zou zij-n voorge-
schreven.
Het artilcel ‘kan ‘gezonde toepassing vinden, al zal
het weinig ‘baat kunnen geven in de gevallen, die den
weu’sch ‘hebben doen uit-spreken, dat amortisatie
–
van
aan’doelen mogelijk gemaakt- zou worden.
Het artikel zal niet leiden tot het int-eren van het
vermogen ‘der vennootschap, ‘al zal het kapitaal ver-
minderen. –
Evenmin zal het arti’kel leiden tot het ontgaan van
‘helaist’ing, ‘die in billj’kheid verschuldigd geacht moet
word-en. G.
VLuc.
Rotterdam, Augustus- 1927.
* *
N a -s c h r i f t. 0
–
ver verschillende puntei.i zijn de
geachte schrijver en i’k het v-oitsaakt eens. Beiden
vinden
wij,
-dat met de -opneming van art. 411) onze
Wetgeving niet ‘zal zijn verrijkt; dat Regeeririg noch
Kamer -goed wisten, wa’t -rqen met het artikel wilde;
dat -aan ‘het -amendement Korten-hors-t -een gezonde
gedachte ten grondslag lag, maar dat de redactie niet.
deugde en ‘de toelichting er naast was.
Doch Notaris Vlug ‘deelt niet mij-n vrees, dat hdt
a.rtilcel zal kunnen leiden tot inite’ren van kapitaal.
Hem -sc’hij’nt ‘het- uitgesloten, dat ‘het toepasselijk zal
worden -geacht
‘bij’
de conces-siem-aatischappijen en ‘de
bouwmaatisch’appijen, waar -oo’k hij’ ‘het bedenkelijk
zou ‘vind-en. I:lc acht dat gevaar ‘met betrekking tot
‘de co-ncessi-emaatsch-appijen wèl -aanwezig, omdat
men n-iet zonder grond zal kunnen aanvoeren, ‘dat
men de mogelijkheid van a’m’or-tisatie zonder statuten-
wijziging juist met het oog ‘op d-e genoemde maat-
schappijen heeft willen -openen, en omdat men tegen
het argument, ‘dat daarbij’ niet van winst of zuivere
win-s-t sprake is, een ‘beroep zal ‘kunnen -doen op de
analogie -met -buitenlan’d’sc’he wetten of inisteilin gen,
die -men blij-kbaai heeft willen -navolgen en waar dat
begrip ,,winjst” ‘odk niet streng wordt opgevat
(Duit’sch-lan-d, Oositenrij;k en Frankrijk). Men zal er
niets ‘tegen kunnen ‘d-oen, indien zuilce. maatschap-
pijen in ‘hun statuten ‘zetten, -dat -de amortiaatie uit
cle net-to-winst ‘mag geschieden, en dan als netto-
winst beschouwen het ‘s-al-do ider -exploitatierekening
zonder aftrèk van ‘afschrijving -op de concessie. Zoo
handelen oolc ‘de buitenlandsche maatschappijen, di-o
men te -Icwader uur tot voorbeeld nam. –
l3ij de -andere
maatschappijen,
waar ‘men werkelijke
winst voor- ‘amorti’satie
zal
kunnen – gebruiken, acht
hij ‘geen -gevaar voor inter-ing van kapitaal aanwezig,
–
v
7 September 1927
ECONOMISCH.STATISTISCHE BERICHTEN
789
omdat hij vertrouwt, ‘dat ‘de Minister wel zal doen
alsof het amend’ement-Kortenhorst niet ingetrokken
maar aangenomen was, en alsof het een juiste redac-
tie had gekregen, wiardoo’r de tegen de amortisatie
te scheppen reserve aan de beschikking van de aan-
dee1houders zou zijn onttrokken.
Mij komt het vooreerst nogal optimistisch voor om
zooveel inzicht in de zaak te verwachten van hot De-partement, ‘dat juist blijk heeft gegeven van een vol-
slagen gemis aan inzicht in het wezen van het in-
sti tuut. En voorts zou ik •die remedie zeer bedenke-
lijk vinden. Het Departernen:b heeft de wet toe te
passen zooals die is, en niet noals zij geluid zou
hebben, als men haar beter had opgesteld. Het stel-
len ian ‘allerlei niet op de wet’gegronde ei’schen aan
den inhoud van de goed to keuren statuten leidt tot
•departemen.tale willekeur, waartegen ..geeneriei be-roep op ‘den rechter opeustaat.
Notaris Vlug zipt ‘geen gevaar voor belastii’igont-
duiking, omdat bij liquidatie alles ‘terecht komt. ‘L,elf
geeft ‘hij echter toe, dat de fiscus ‘tekort zal ‘komen,
indien de gereserveerde winst véér de liquidatie weer
is vei1oren. Maar bovendien vergeet hij, dat, er be-
halve de dividen’dbelastin ook ‘nog ‘de wèl zoo ge-
wichtige inkomstenbelasting is, en dat ‘de ontdoken
inkomstenbelasting bij liquidatie niet terecht komt.
(H. R. 9 Mei 1923, B. B. 3244). Mijn vrees voor ho-
last’ingontduiking was geen grauwe theorie: er zijn
mij ‘gevallen ter oore ‘gekomen, waar men reeds onder
de bestaande wet de winst heeft gereserveerd en een golijk bedrag heeft uitgekeerd onder dein naam ‘van
terugbetaling op de aandeelen, zonder zelfs do mooi-
te te nemen de statuten te wijzigen, eenvoudig oni
dividend- en inkomstenbelasting te ontgaan, uvel’kc
poging volkomen succes had. Precies zooals in Frank-
rijk v66r 1925 ‘op groote schaal gebeurde. In plaats
nu van zulke practijken onmogelijk te maken, zooals
het Ontwerp Nelissen met art. 44 zou hebben ge-
daan (zie de toelichting ‘daarop), heeft men de deur
voor de misbruiken juint wijd open gezet.
In mijn vorig artikel schreef ik, dat er misschien
geen onderwerp van vennootsc’hapsrech’t is, dat meer
stroomen inkt heeft doen vloeien dan ‘de an’iortisatie
van aandeelen uit winst. Hier te lande stroomt do
inkt al nog voordat het instituut is ingevoerd; men
zie ook de nummers van het maandblad ,,De Naam-
boze Vennootschap” van Mei en Juli 1927. Wat zal
het straks worden? Art. 41b kan. een prettig arti-
kel worden voor candida’ten in. ‘de rechten om op te
worden geëxamineerd; ik ‘ben maar blij, dat ik mijn doctoraal achter den rug heb!
AUG. PiILIps.
COMITÉ MARITIME INTERNATIONAL CONFERENTIE
VAN AMSTERDAM
1927.
(Vervolg)
Nadat de heer Louis Franck, president van het
Comité, de vergadering geopend had, Z.Exc. Donner
de Conferentie namens de Regeering verwelkomd had,
Mr. B. C. J. Loder tot president der Conferentie was
verkozen en deze zijn functie onder het uitspreken
van een voortreffelijke rede aanvaard had, werd het
woord gegeven aan Sir Norman Hill om de bespre-kingen van het Ontwerp inzake de Verplichte Ver-
zekering van passagiers in te leiden.
Het zou te ver voeren en buiten het doel van dit
overzicht vallen om hem en de verdere sprekers op
den voet te volgen bij hunne beschouwingen over het
voor en tegen der ontworpen of voorgestelde rege-
lingen. Behalve op enkele punten, zijn trouwens niet zoo heel veel nieuwe argumenten v’5ér of tegen aan-
gevoerd, vergeleken bij hetgeen reeds eerder was ge-
schreven of gezegd, vooral dan in het rapport van
Sir Norman Hill en op de Conferentie van Genua
in 1925.
Al werden sommige argumenten herhaald, zoo ge-
beurde dit op een wijze waaruit bleek, dat de mee-
ningen zich iets meer gecondenseerd hadden. Het
bléek échter ook, dat velen zich nog niet bepaald voor
of tegen konden uitspreken, zelfs niet voor of tegen
het principe, omdat h.i. de uitwerking van het plan
onvoldoende was en zij zich, mede daardoor, nog niet
voldoende rekenschap konden geven van de gevolgen,
die het plan, ware het aangenomen, voor het ver-
keer mede zou brengen.
Behalve de overtuigde tegenstanders zooals de Ne-
derlandsche en Duitsche Delegaties, die, afgezien van
verdere overwegingen, meenen, dat een plan als voor-
gesteld a priori buiten de besprekingen van het
Comité Maritime valt omdat het niet zou behooren
tot het Zeerecht, doch hoogstens een onderwerp van
economie of van ,,Staatspolitik” zou kunnen vormen,
waren er verschillende leden, die den
tijd
nog niet ge-
komen achtten om zich uit te spreken.
Men moet ook niet vergeten, dat voor velen een
der redenen om het ontwerp in beraad te houden
gelegen was in de pogingen, die ingesteld waren om
een soortgelijke regeling, als socialen maatregel, in
te voeren voor bepaalde klassen van passagiers, ter-
wijl volgens, hunne meening een zoodanige, in motief
en in object beperkte, toepassing door den aard en
strekking van het plan qua talis in ieder geval ver-
werpelijk zou zijn.
Het is verder van belang op te merken, dat de
meening, die wel eens geuit is, dat het plan uitslui-
tend in het belang van de reeders zou werken, ont-
zenuwd wordt door de houding der reeders zelf, die
ten opzichte van het plan even verdeeld zijn als de
anderen, niet-reeders. Dit neemt niet weg, dat het als
een gemis gevoeld is, dat niemand der aanwezigen
kon spreken uit naam van groote groepen passagiers.
En inderdaad gaat het hier, zooals Sir Norman Hill
gezegd heeft, om een ,,bargain” tusschen de ,,ship-
ping industry” en de passagiers, die men dan ook als
een geheel moet beschouwen. Door deze belangentegen-
stelling, welke door de voorstellers zelf in het leven
is geroepen, wordt het zonder meer onvermijdelijk,
dat de passagiers ook gelegenheid krijgen hunne ziens-
wijze uiteen te zetten, en hierin zijn de voorstanders
geheel in gebreke gebleven. Daargelaten of deze
eisch vervuld kan worden of niet, zoo maakte het
gebrek aan uitingen van dezen kant het voor bij-
voorbeeld de Amerikaansche delegatie onmogelijk om
het ontwerp eenigen kans te geven ooit door het
,,Congress” te worden aangenomen, wat voor die
delegatie een reden was om, indien zij moest stemmen,
tegen dat ontwerp te stemmen.
Het is voornamelijk in drie opzichten geweest, dat
deze conferentie positief belangrijke momenten heeft
opgeleverd.
In de eerste plaats heerschte tot dusverre vrijwel al-
geheele onzekerheid over de uitwerking van de gevallen
waarin recht op uitkeering zou worden gegeven en even-
zeer ovér de hoegrootheid der uit te keeren sommen
en der te betalen- premies.. Dit alles waren ,,détails”
genoemd, die den inhoud moesten vormen van twee aan
het Ontwerp toegevoegde Annexen. Deze beide An-nexen waren echter alleen met name bekend, en hun
inhoud was ,,â élaborer ultérieurement”, en waar de
meeningen toch reeds zeer verdeeld zijn over de vraag
wat ongevallen zijn, die recht behooren te geven op
een uitkeering,resp. die ten grondslag kunnen worden
gelegd aan een vordering tot schadevergoeding, waren
gegevens over deze punten een eerste eisch en was
het ontbreken een groot beletsel voor de algemeene
besprekingen. Hetzelfde geldt voor de hoegrootheid
der uit te keeren sommen en der te betalen premies;
hoewel uit de verschillende uitlatingen wel bleek,
dat het de bedoeling was, dat deze laatste door den
passagier gedragen en door hem betaald zouden
moeten worden, tezamen met den passageprijs, was dit
nooit uitdrukkelijk gezegd en vormde dit alweer een
bron van onzekerheid, waar vooral dr. Sieveking en
mr. Asser ernstige critiek tegen deden hooren.
Deze punten hadden echter wel reeds het onderwerp
790
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 Septèmber 1927
uitgemaakt van onderzoekingen van enkeleleden der
Antwerpsche Commissie (zooals mr. van Slooten) en
van sommige reeders-organisaties, maar naar buiten was hier weinig van gebleken. Moet de regeling, die
hierover dient te worden getroffen, zich aansluiten
aan de in de verschillende landen reeds geldende
Sociale wetten over zeeongevallen? Ziedaar een be-
langrijke vraag, die nog nimmer aldus gesteld is, en
waarovér nog geenerlei beslissing, zelfs niet princi-
pieel, is genomen: Het Bureau International du
Travail te Genève heeft echter in dezen belangrijke
gegevens verstrekt, welke door Prof. Louis Varlez
ter conferentie werden toegelicht, gegevens welke
men besloten heeft tot basis van verdere onder-
zoekingen aan te nemen. –
Een tweede, vooral principieel belangrijk, moment
vormde een amendement der Engelsche delegatie, strek-
kende om art. 5 en art. 8 van het ontwerp in dier voege
te
wijzigen,
dat de passâgier geen vorderingsrechtbuiten
dat op de verzekerde som zou kunnen doen gelden tegen
den reeder, die hem vervoert of tegen eenigen derden
reeder, ook niet tegen eenigen schuldigen derden reeder.
Dit voorstel werd gemotiveerd door het aan te
wijzen
als
een noodzakelijk gevolg van den opzet van het plan, ge-
zien als eene transactie van de geheele ,,shipping
industry” met de passagiers en bloc. Het voorstel
vond echter al dadelijk onoverkomelijken tegenstand.
Eerst wees Mr. Asser en na hem wees de Heer
Léopold Dor erop, dat door het amendement terug
werd gekomen op een reeds eerder genomen beslissing,
en inderdaad had de commissie van Antwerpen, juist
ten gevolge van uitspraken te Genua in 1925 hier-
omtrent gedaan, het eerste, te Parijs opgestelde, ont-
werp gewijzigd, en was daarmede teruggekomen van
een overeenkomstige regeling als thans weder door
de Engelsche delegatie werd voorgesteld.
Doch bovendien, wat zouden de gevolgen
zijn?
Een
reeder van een vrachtschip, die dus zelf geen premies
ontvangt en dan ook buiten de geheele passagiers-
verzekering staat al behoort hij ook tot de ,,shipping
industry”, zou een passagierssehip kunnen aanaren
en door zijn schuld doen zinken, en
hij
zou dan niet
meer behoeven te betalen dan de verzekerde sommen,
die aan de passagiers wegens de schade, die voor
hen of hunne nabestaanden uit het ongeluk voort
mocht spruiten, zouden moeten worden uitgekeerd..
Hetzelfde zou gelden voor schepen, die de kustvaart
uitoefenen, daar deze uitgesloten worden van het ver-
drag. Trouwens worden, in de wetten over ongevallen-
verzekering van werklieden öf over zee-ongevallen,
steeds schuldige derden volledig aansprakelijk ge-
houden, en er is geen reden hier ten opzichte van
passagiers een andere regeling te treffen; de argu-
menten waarmede het amendement verdedigd werd,
waren onvoldoende om een dergelijke afwijking te
rechtvaardigen, zoodat het amendement niet werd
aangenomen.
Ten slotte is er een derde omstandigheid, die ver-
meldenswaard is. De Nederlandsche Vereeniging voor
Zeerecht had, behalve hare cirtiek op het ontwerp-verdrag, in een tweede rapport de grondbeginselen
neergelegd voor eeii regeling, die, van dezelfde grond-
gedachte uitgaande, aan hare bezwaren tegemoet
kwam. Deze regeling ging er van uit, dat een ver-
zekeringssysteem, ,,if any’, primo, niet alleen voor
het passagiersvervoer ter zee maar evenzeer voor dat
te land zou moeten worden ingevoerd, en, secundo,
dat het beperkt moest blijven tot passagiers derde
klasse, terwijl voorts de verantwoordelijkheid van
den vervoerder voor schade door ongevallen, die aan
zijn schuld te wijten zijn, niet enkel beperkt zou
moeten worden tot de verzekerde som doch buiten
het verzekeringssysteem om zou moeten blijven ge-
handhaafd.
Men kan het zeer betreuren, dat de tijd, die hier
wellicht de eenige schuldige is, ontbroken heeft voor
nadere besprekingen van deze voorstellen, die, komen-
de van de
zijde
van een der aangesloten vereenigingen,
welke het sterkst tegen het ontwerp gekant
zijn,
in
de eerste plaats in aanmerking
schijnen
te komen
om als uitgangspunt te dienen voor pogingen om de
kloof, die voor-, en tegenstanders scheidt, te over-
bruggen.
Als resultaat der besprekingen werd een resolutie
aangenomen, wier inhoud aldus samengevat kan
worden, dat men de bestaande speciale commissie
opdraagt haar werk voort te zetten, en daartoe als
grondslag te nemen de gegevens, die het internatio-naal Arbeidsbureau heeft verstrekt, benevens in, het
algemeen de’ ter conferentie gemaakte opmerkingen,
ten einde een nieuwe ontwerp-conventie ‘op te stellen
dat, daarmede rekening houdend, aanvaardbaar ge-
acht zou mogen worden zoowel voor reeders als voor
passagiers – indien men mocht besluiten, dat deze
materie door een verzekeringsstelsel zou kunnen
worden geregeld,, een besluit, dat deze conferentie
nog niet heeft kunnen nemen.
* *
De ,,Garantiebrieven”, zooals het onderwerp meestal
kortweg wordt aangegeven, vormden een tweede punt
van bespreking. De snelheid, waarmede bij het moderne
verkeer de inlading moet geschieden en die het
onmogelijk maakt tijd te verliezen wanneer er geschil
ontstaat tusschen de reederij en den inlader over
het aantal en den toestand der goederen, de nood-
zakelijkheid, die in den handel bestaat om in een
cognossement’ een verhandeib aar document te bezitten,
dat niet aan den eersten persoon, die het van de
oorspronkelijke contracteerende
.partijen
overneemt,
reden geeft zich onzeker te gevoelen over de intrinsieke
waarde ervan, hebben vooral gemaakt, dat de paotijk
om, bij dergelijke verschillen tusschen vervoerder en
inlader, schoone cognossementen af te geven tegen-
over een garantie van den. inlader tot terugbetaling
van al hetgeen de vervoerder aan derden mocht
hebben te betalen indien
hij
mocht
blijken
het
bij
het rechte eind te hebben gehad, tot een gevestigd
instituut is geworden.
Om het onderwerp ter conferentie in te leiden,
heeft de Heer Léopold Dor een voortreffelijk exposé
gegeven van de ontwikkeling, het gebruik en het
misbruik van het instituut, van het onderscheid,
dat men maken moet tusschen gezonde en frauduleuze
gevallen, en van de jurisprudentie in de verschillende
landen ten opzichte van de geldigheid van dergelijke
garantiebrieven, niet alleen tegenover derden maar
ook tusschen partijen. Ook de gevolgen van zop’n
,petit mensonge”, als het afgeven van cognosse-
menten, waaruit blijkt, dat de goederen, in goeden staat
verkeerden, feitelijk is, werden nagegaan, en aan den
anderen kant de verschillende pogingen, die gedaan
zijn om de moeilijkheid op te lossen.
Ook de werkzaamheid van het Comité Maritime
in dezen werd nagegaan, en er werd op gewezen, dat
aan dit onderwerp oorspronkelijk een artikel van het
ontwerp betreffende Zeevrachten gewijd was, waarin
de absolute ongeldigheid der garanties vastgesteld
was. Ten slotte bleek, dat zoowel de vakpers als sommige
vakorganisaties vooral in de laatste jaren het vraag-
stuk hebben ter hand genomen.
Dit laatste is het ,,leitmotiv” der verdere bespre-
kingen geworden. Men gaf er zich rekenschap van,
dat misbtuiken in de practijk al zooveel mogelijk
tegengegaan werd, en ook het normale gebruik be-
perkt, zoodat het de vraag mocht heeten of hier.
plaats was voor legisiatieve maatregelen van inter-
‘nationalen aard.
Ten slotte is in overeenstemming hiermede een
resolutie aangenomen, waarin geen bepaald standpunt
werd ingenomen, doch aan het Bestuur opdracht
gegeven werd te volgen, wat gedaan ivordt om tot
een oplossing te komen, en om een studie-commissie
in te stellen ten einde aan een volgende conferentie
verslag uit te brengen en voorstellen te doen, indien
7 September 1927
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
791
mochtblijken, dat die pogingenhet gewenschte resultaat
niet hebben gehad.
Belangrijk was de mededeeling van den heer Mac-
kinnon, president van Lloyd’s, dat aan de Lloyds
experts opdracht is gegeven in elk schadegeval te
onderzoeken of garantiebrieven zijn afgegeven, en
om den uitslag van dit onderzoek mede te deelen in
de door hen op te maken rapporten. Nu mag het
twijfelachtig heeten of een deskundige, die benoemd
is om den omvang van een gegeven schade vast te
stellen, te omschrijven en op geld te waardeeren,
bevoegd is om dergelijke onderzoekingen te doen, het
valt niet te ontkennen, dat het in vele gevallen moei-
lijk zal zijn voor een reederij om dergelijke inlich-
tingen te weigeren, waartoe hij overigens zeer gel-
dige redenen kan hebben, omdat men, indien garan-
ties blijken te zijn afgegeven, bij uitlading moeilijk
precies kan vaststellen, welk deel van de schade bij
inlading reeds bestond en welk deel gedurende de
reis is ontstaan bijvoorbeeld ten gevolge van oorzaken
waarvoor de reeder geen verwijt of verantwoorde-
lijkheid treft.
En daar de reeder tegenover den ontvanger ver-
antwoordelijk is voor de uitlevering der vervoerde goederen, is het gevaar zeker niet denkbeeldig, dat
zijn risico op onbillijke wijze verzwaard zal worden
door dergelijke mededeelingen te publiceeren. De
enornen maatregel is dan ook een lapmiddel en be-
vat geenszins een principieele oplossing.
‘Anders staat het in dit opzicht met een voorstel
van den heer Paine, directeur van Lloyd’s Bank, om
garantiebrieven te doen afgeven niet aan den ver-
voerder, doch aan de Bank, om met de cognosse-
menten zelf door te worden gegeven aan den uit-
eindeljken ontvanger der goederen.
Volgens dezen bankier, zou hiertegen door niemand
bezwaar kunnen worden gemaakt, en in ieder geval
komt op deze wijze de zaak in het rechte spoor, doch
ook hier kunnen vele bezwaren worden geopperd,
omdat ook bij deze handelwijze de moeilijkheid be-
staat om ,,naehtraglich” precies vast te stellen, wat
de juiste omvang van de bij inlading reeds bestaande
schade is geweest, immers kan de omschrijving hier-
van in de garantie niet zoo duidelijk worden ge-
maakt, dat twijfel uitgesloten zou zijn en maakt de
eisch van snel verkeer een nauwkeurig onderzoek
onmogelijk. Trouwens, door wie zou een dergelijk
onderzoek contradictoir moeten worden ingesteld?
Een onderzoek eenzijdig gelast door den inlader zou
toch nie.t veelzeggend zijn?
Het voorstel is een nieuwe oplossing, maar het
bergt vele moeilijkheden in zich, die nog onbesproken
zijn; des te meer werd dan ook de afwezigheid van
den heer Paine in het bijzonder, en van andere ban-
kiers in het algemeen, betreurd; men heeft thans af
moeten zien van nadere onderzoekingen over dit voorstel.
Zoo was de Conferentie genaderd tot het eind
harer besprekingen.
Tot slot werd nagegaan, hoever de ratificatie’s
van de Brusselsche zeerechtelijke verdragen in de
verschillende landen gevorderd zijn, en werd den
delegatie’s uit die landen, waarin die ratificatie’s
nog niet ver gevorderd zijn, aanbevolen hun in-
vloed aan te wenden, opdat deze verdragen zoo
spoedig mogelijk van kracht worden.
Mr. G. van Slooten hield een rede, waarin hij de
q uaestie’s, welke samenhangen met inbeslagneming
van, schepen, in de aandacht van het Comité
rnaritirne aanbeval, daar deze zoo veelzijdig en zoo
belangrijk zijn, dat een internationale regeling op
dit stuk uiterst gewenscht is; de vergadering besloot
dan ook dit onderwerp tot studie-object te nemen en
het ‘te zullen plaatsen op den ,,ordre du jour” van
de volgende Conferentie.
De voorzitter deelde, alvorens de Conferentie te
sluiten, mede, dat hem klachten bereikt hadden over
de moeilijke verkrijgbaarhejd der publicaties van het
Comité maritime, waaruit men van diens werkzaam-
heden kennis kan nemen. Hij stelde, met het oog op
de gegrondheid dier klachten, welke hem gebleken
was, voor om het Bestuur te machtigen een commen-
taar te doen samenstellen, waarin een samenvatting
wordt gegeven van het werk van het Comité, welk
voorstel gaarne door de Conferentie aanvaard werd.
Zoo is deze Conferentie uiteengegaan met het
uitzicht op nieuw werk in de toekomst, met het besef,
dat hetgeen verricht werd op de beste wijze bewaard
zal worden om te dienen bij hetgeen volgen zal, en, niet het minst, met de satisfactie belangrijk, hoewel
misschien
•
nog niet naar buiten als zoodanig uit-
schijnend,,’ werk te hebben verricht.
Mr.
A. VAN KLEFFENS.
HET JONGSTE JAARVERSLAG DER BANQUE
DE FRANCE.
Eeno bespreking van ‘het jongste jaarverslag ‘der
Banque ‘de Franco een half jaar na zijne verschijning,
kan geen aanspraak op frisc’hheid maken. Toch meen-
de ‘ik, dat zij nog bij ‘deren of genen belangstelling
zou wekken, omdat hot jaarverslag niet in don handel
is en de meeste onzer lezers liet bijgevoig niet onder
de oogeil hebben gehad.
Het verslag houdt ‘een jammerkreet en tegelijk een
jutichtoon in. Een jammorkpee wat betreft do eerste
helft van het boek- en kalenderjaar, toen de schuld van den Staat bj de Bank voortdurend met milliar-
den naar boven aprong en hoe langer hoe sneller het
wettelijk maximum naderde. De Bank deed den 21
Juli 1926 ‘den Staat aa’nzeggen, dat zij over de ge-
heole l:inie h’are betalingen voor ‘den Staat zou staken,
indien ‘deze niet ‘de noodi’ge onmiddellijk to roalizoc-
ren middelen te ‘harer beschikking ‘stelde.
Voor dozen noodkreet., ‘die natuurlijk wel van (le
nood ige dreigementen van Bankdirectie aan Thesaurie
v’ooraf aal zijn gegaan, kon ‘de Regeering het oor niet
sluiten. Zij moest raad scheffen en wel onmiddellijk. Den 24 Juli d.’a.v. ‘droeg uij aan de Bank het resten-
rende bui’tenlandscjie saldo dce Morganleening over,
waardoor althans :voor het oogeublik het gevaar voor
een staa
–
tshankroet
ras
‘afgewend. Daarmede was men
echter niet klaar. Het debebsald’o van den Staat be-
‘droeg in Juli 1926 nog ongeveer 38 milliai’d francs, ‘het
tota’alcijfer
dor
bankbiljetten-circulatje 55 milliard;
38/55e
van ‘de circulatie kwam dus voor rekening van
den Staat. De daling van den franc, zoowel in als bui-
ten Fra’nicrij’k, meest in ieder geval ‘bot ‘staan kernen.
Golden in Januari 1926 nog 130 francs één pond str-
ling, in Mei waren 172, in Juli zelfs geen 240 fraiics
meer in staat één pond sterling te koopen. Een ‘paniek
zonder weerga outstond op do wiisselmarkt. De regee-ring heeft toen krach’t,i g ingegrepen.
Van dat oogenbhk aan begint de juiclito’on in het
verslag.
Hervormingen, bezuinigingen, uitgifte van bons de
la cléfense en stichting van een zeifstiandige kas daar-
voor met eigen ‘middelen,verbetering in het innen
der belastingen, alles gaf blijk van don ernstigen wil
der regeoring om verbetering in den toestand te
brengen.
1-let ‘gevolg was dan ‘ook, dat het ‘debets’al’do van
den Staat ‘op 31 December 1926 van 38 milliarci tol
34 mii Ii ard was teruggel oopen.
Deze ernatige poging van den Staat werkte krach-
tig mo:lo om een algemeene verbetering in den finan-
cieelon toestand te brengen. De ‘daling van uien franc kwam tot staan, en op ‘hot eind van het jaar was’ voor
122,50 frs. weer één pond ‘sterling te verkrijgen.
De Bank werkte aan ‘dat herstel krachtig mede.
Zond er een i ge verbintenis voor ‘de toekomst stelde
zij liare buiteniandsche deviezen, die zij op voordeeligc
wijze had ‘gekocht, ter beschikking van den handel.
Tegelijkertijd kocht zij goud en zilver, zoewel gemunt
als ‘ongemunt aan en deed niet ‘te vergeefs een beroep
792
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 Septerber, 1927
op de offerva.ard’igheid van het Fransche volk om haar
zijn gouden en zilveren munten en voorwerpen tegen
den koers van den dag te-verkoopen.
• Volgens de wet ‘van 7 Augustus’ 1926 werd de Bank
tot het aankoopen van deviezen en edel metaal bevoegd
verklaard, ook al zou ‘daardoor het wettelijk maximum
der biljetten-emissie worden overschreden. Volgens het
verslag vond door ‘die aankoopen geen overschrij’ding
van het maximum plaats. De Bank vond de noodge
gelden ruimschoots in cle biljetten, die het publiek
haar iii voortdurend stijgende mate weer kwam toe-
vertrouwen.
Niettegenstaan’de deze gunstige teekenôn vindt de
Directie ‘den finiancieelen toestand van Frankrijk nog
verre van gunstig. Op het’ eind van het jai waren
er nog voor 53 miliiaid B.B. in omloop, waarvan
meer ‘clan % aan ‘den Staat als voorschot werden uit-
gegeven. Deze % ontsnappen totaal aan de contrôle
der Bank en zoolahg.deqe niet hebben plaats gemnaak t
voor een door goud gedekten en uitsluitend voor han-
deisdoeleinden bestem’den biljetten-omloop, zal vol-
gens ‘de Directie de waarde van dan franc blijven
rijzen en ‘dalen al naar ‘de grillen en do specul:aties
‘van ‘het publiek.
De Fransche Bank is bij haar biijerbtenuitgifte,
aooals men weet, tot geen evenredige metaai’dekking
gehouden.. Zij heeft ‘bij’ de uitgifte alleen te zorgen,
‘dat zij het maximum niet overschrijdt, dat de wat
haar stelt. Toch zorgde ccij v66r den oorlog altijd
voor een ‘zeker evenwicht t’ussc’hen haar biljetten-uit-
gifte en. haar encaijsse métal’lique. Door den oorlog
is dat evenwichit verbrolan. Thans . staat naast een
b:iljertten uitgifte van 53 milliard een enoai,sse n
–
eitafli-
que van nog geen 6 milliajd aan goud Van dat goud
bevindt zich zelfs nog Y
3
‘deel in het ‘buitenland tot
on’clerpand van de schuld van Frankrijk aan Enge-
land. Daarnaast staat echter een buitenlandsche por-
tefeuille van ongeveer 84 .miuioen. Op de vorige
balans was die een half m’i’ll’i’ard hooger. Het verschil
zit ‘m hierin, dat toen nog ‘de vordering op de Rus-
sische Staatsbank ‘ten bedrage van een hâlf nmillia’rcl
daaronder voorkwam, ‘doch deze nu als waardeloos is
geschrapt. De het vorige jaar aan de creditzij’de der
balans voorkomende speciale reserve is diarm’ede te-
gelijk verdwenen.
Voorts staan op ‘de tegenwoordige balans anderhalf.
milliard onder het hoöfd ,,achats d’or, ‘d’argent e’t’de
‘devises” als door de Bank krachtenis ‘de vet van 7
Augustus 1926 aangekocht, en tea slotte onder de
rubriek compites ‘divem’s” het dollar-tegoed voort-
sprui’t’ende uit ‘de hierboven reed’s genoemde Morgan-
leening.
Deze activa ‘zullen dus bij’ de berekening der dek-
king van de uitgegeven bankbiljetten mede in aan-
merking komen.
De disconto-rente werd ‘tweemaal in het afgeloo-
pen jaar gewijzigd, ‘de eerste maal eind Juli, toen zij
van 6 tot
1
pOt. werd verhoôgd, met ‘d’e bedoeling,
het publiek duidelijk te maken, dat de financieele
toestand précaire was en de meest mogelijke zuinig-
hei’d hij ‘de credietverleening in achjt genomen moest
worden;’de tweede maal in December, toen zij met
1 pOt. werd verlaagd. De toestand was toen minder
zorgelijk geworden en de Bank hoopte door deze ver-
laging nede ‘te werken tot verlichting der lasten van
handel en nijverheid.
– Het totaal ged’isconteerd was aanzienlijk hooger
dan het vorige jaar. Toen was ‘het fr. 58 milliard, nu
was het fr. 14 ‘milliard. Het gemiddelde disconto-
cijf er bedroeg fr. 4,5 milliard. Het aantal wissels, dat
‘door de Hoofdbank in ‘disconto werd genoman, be-
‘stond voor 17 pOt. uit wissels beneden d’e 100 francs.
Uit ‘de ‘gedetailleerde opgave in het. verslag blijkt,
dat ‘zelfs wissels van 5 tot 10 francs en van 10 tot 50
francs geen zeldzaamheden zijn.
Al deze wissels en wisseltjes ‘zijn. zuiver handels-
papier en nagenoeg alle van ‘drie handteekenuingen
voorzien. De statuten -verbieden ‘de Bank ander als
zuiver h-aii’delspapier in ‘disconto te nemen. Wat wij
onder credie’tpapier verstaan; komt in de portefeuille
der Bank niet voor.
Uitgesteld werd voor 196 millioen franos.
De in 1914 door hot mor-atorium uitges’t’el’de schuld,
waarvan de Bank destijds meer ‘dan 4 milliard franca
in portefeuille ‘had, is volgens het verslag nageimoeg
geheel ‘afbetaald. Wat niet ‘werd betaald, is in het
-af geloop en jaar op het amortisatiefonds afgesëhre-
ven. De Bank ‘brengt hulde aan desi Franschen ‘han-
-del, die ‘door ‘die ‘afbetaling ‘getoond ‘heeft -volkomen
het vertrouwen waardig – te zijn, dat ide wetgever. van
1914 in hem gesteld heeft.
De disconto-rente was weer ‘de grootste bron van
inkomsten. Van veel minder beteekenis was de be-
leaning-rente. Het middelcijfer ‘der’ beleeningen ‘be-
chioeg ruim 2 milliard franos.-
Oorspronkelijk was bij de Bankwet alleen Fransche
Staatzschuld beleenbaar ‘verklaard. In den loop der
tijden is ‘de ‘beleeningsbev-oegdheid ‘der Ban’k uitge-
–
brei’d en worden ‘ook aandeelen en obligatiën van
Fi’ansche spoorwegen, obl-igatiën -van Fransche ste-
-den en ‘dop artemetten en nog enkele and-ere fondsen
als onder-pand van beleening toegelaten. Het beleen-
baar onderpand blijft echtem- eok ‘dan nog heel wat
minder uitgebreid -dan bij’ -onze circulaitiebank en kan
o&k niet, zooaJis bij ons, door ‘de Directie naar eigeiD
goedvinden worden vastgesteld. Een ‘decreet van ‘den
President der Republiek is daarvoor noodig. Ook -cie
aard ‘der beleeningen verschilt van dien der onne,
doordat ‘de duur ‘der Fr:ansohe beleeningen ten hoog-
ste ‘drie -maan-den is, en prolongatie niet is toegestaan.
De rentevoet -voor beleeningen en voorschotten in
rekening-courant werd in het afgel-oopen jaar twee-
maal gewijzigd, eenmaal verhoogd van 8-‘—9
Y2
pOt. en
eenmaal verlaagd van 9Y2-8Y2 pOt.
Het rekening-couranitverkeer. en ‘het deponeeren
van fondsen, waarteganover, in rekening-courant -kon
worden beschikt, namen in het afgeloopen jaar be-
–
langrjk toe. Gestort werd frs. 1.118, gedispo’neerd
fin. 1.115 milliard, te zamen een om’ze-t van fin. 2.353
milliard. Verleden jaar werd de fre. 2000 milliard op
verre na niet ‘bereikt,. De -d’ebotsal’di scdi-om-mel-den
•
,tusschen ‘de 5, 6 en 2,5 milliard. Het aan-tal rekening-.
-houders bedroeg meer dan 371.600. Van den debet-
omzet in rekening-courant werd voor ongeveer 89
pOt. gegireerd.
Alle bankkantoren hebben eene postrekening bij
het postkaratoor ‘hunner vestiging. De beweging. in
deze rekeningen bedroeg fin. 13 milliard in 1926,
tegen 52 milliard in 1925. –
• He aantal -kan-toren met gelegenheid tot clearing
(cha-mbres ‘de compensation) steeg van 165 hij’ het ‘be-
gin tot 190 bij ‘het einde van het jaar. De door hunne tusachenkomst verrekende bedragen bereikten de 82
milliard tegen 56 milliaa’d in het vorige jaar.
Het aantal bewaargeveius bedroeg ulbim’o December
11: 85034 -bij’ de Hoofd’bank, 29811 ‘bij’ ‘de -Agentsclli’ap-
pen (Succursales). De op dien -dag in bewaring zijnde
fondsen hadden een waarde respectievelijk van
frs. 8.445.869 en fin. 1.192.822, te zamen fr’s. 10.238.691.
De bewaringen ten behoeve van den. Staat en de
Staatsinstellingen zijn onder -die cijfers niet’ begre-
pen. De Bank belastte ‘zich wederom met den aan-
en vet-koop van effecten voor hare bewaargevers, iets wat zooals men -weet, onze circulatiebanik niet doet.
Het a.mortisa’Üiefo’n’dit in 1914 opgericht ter ‘verre-
koning van al hetgeen -de Staat aan ‘de Ban’k- en om-
-gekeerd verschuldigd is, werd in het a.fgel-oopen jaar
voor ongeveer 1.3 ,mil-liard aan dividend en belastingen –
-gecrediiteei’d. Dit fonds stelde mede -de regeerin in d
geiegnhei”d- ‘de 2 miliiard aflessinug, hierboven -ge-
–
noemd, aan ‘de Bank tô doen. Voorts werd er op ‘af-
geschi-even ‘de dooi ‘den Staat aan de Bank verschul-
digde rente en ‘wat er hij de Bank nog aan de in
1914 door het m-orato’kium -getroffen wissels &pen-
7 September 1927
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
793
stond. V’oôr de in 1926 onbetau]ici gebleven wissels
(effets en souffiance) ten bedrage van 196 millioen
werd 10 millioen uit de winst gereserveerd. De Bank
maakt zich echter ‘sterk, dat zoo niet het geheele be-
drag, dan toch het grootste gedeelte daarvan in den
loop van 1927 zal binnenkomen. Groote stroppen wei-
‘den dus blijkbaar in het afgeloopea jaar niet geleden.
Het dividend, dat de Bank in twee termijnen moet
uitkeeren, ‘bedroeg over 1926 fris. 320.
Het aandeelenkapitaal, bestaande uit 182.500 aan-
deolen ‘van 1000 frs., is verdeeld over 30900 aandeel-
houders’, van wie er 11240 slechts éôn aandeel bezitten.
Het personeel bedroeg op ulitimo December 11. 5546
vaste ‘ambtenaren, hoog en laag ‘inbegrepen, van wie
1,963 werkzaam ‘waren aan de Hoofdbank en iS bij-
banken te Parijs en omstreken, en 3583 aan de suc-
cursales en hureaux auxiliaires in de provincie. Daar-
naast waren nog 8202 tijdelijke ambtenaren aan
Hoof’dba’nk en succu’rsales werkzaam. De pensioen-
fondsen voor het personeel werden wederom op de
gewone wijze gedoteerd, terwijl aan het personeel een
extra 4oelage voor buitengewone werkzaamheden werd
toegekend.
Zoowel Gouverneur als Censeurs (wij zouden zeg-
gen Commissarissen) zien de toekomst ‘met vei’trou-
wen tegemoet. Toch za] volgen’s ‘hen ‘de uiterste
voorzichtigheid geboden blijven, zoolang niet een
wettelijke stabilisatie van den franc tot stand is ge-
komen. M. L.
VAN
Gounouvza.
Utrecht, 27 Aug. 1927.
PLAATSING VAN BUITENLANDSCHE LEENINGEN
IN NEDERLAND.
In het artikel van Prof. G. M. V. S. ‘over dit on-
derwerp in ‘het Nr. van 10 Augustus van dit tijd-
schrift, (Nr. 606), met wiens ‘betoog als ‘geheel ik mij
kan vereenigen, komen een paar passages voor, ‘die
mij minder juist voorkomen. Aan de strekking van
het betoog doen zij niets toe of ‘âf. Toch ‘schijnt mij
het onderwerp, waarop zij betrekking ‘hebben, ‘theore-
t.isch belangwek’kend genoeg, om even op de zaak
terug te komen.
Ik doel op die passages, waarin ‘de gevolgen ge-
schetst worden, die een inperking van buitenlandsche
credieten zou hebben. Het buitenland zou minder
geld
beschikbaar hebben om ‘de uitvoergoedeten van
het eigen l’an’d
(d.w.z.
het land, dat de credietbepe’r-
king toepaste), te koopen. De zfzet dezer goederen
zou derhalve moeilijkheden ondervinden. Het aanbod
zou een geforceerd ‘karakter krijgen. De wisselkoersen
zullen dalen en goud zal het land binnen vloeien,
met alle gevolgen van dien: stijging van het prijs-
niveau, lagere rente en moeilijkheden in de bedrijfs-
takken, die op uitvoer zijn aangewezen. Dit laatste
zou een logisch gevolg zijn van het feit, dat kapitaal-
export niet, andeiMs is dan
goederen.export
mat beta-
ling niet in het heden maar in de toekomst.
Deze gedachténgang lijkt mij’ onjuist. Al dadelj’k
treft ‘het, dat de moeilijkheden in den export eerst
als
ooi-zdak
van daling van wisselkoersen worden ge-noemd, en daarna weer al’s
gevolg
daarvan. Wqre dit
juist, ‘dan zouden, wanneer’ men eenmaal moeilijk-
hed’en bij den export heeft, dergelijke moeilijkheden
zich tot iii het oneindige moeten herhalen.
Maar laat ik beginnen met de viaag: waarom moei-
lijkheden in den export? De export behoeft toch niet
te worden ingekrompen, wanneer…. alles bij het
oude blijft. Laten wijl veronderstellen, dat de export
zich zou uitzetten onder ‘den invloed van een buiten-
landsche leening: (gezegd is’ d’at nog volstrekt niet:
de import kan ook inkrimpen), mar in ieder geval
kan men niet conclu’deereii tot moeilijkheden bij ‘den
export, eenvoudig ‘omdat men vergelijkt met een toe-
stand, waarin
saeer
zou worden uitgevoerd.
In het onderhavige geval ‘ligt de zaak precies om-
gekeerd. Een belangrijke kapi’baaiverstrekking aan het
–
buitenland door een leening noodzaakt tot een
bui-
ten gewone uitzetting van exporten of inkrimping
van ipoi’ten, en kan dus oorzaak zijn van moeilijk-
heden
bij
den import uit het buitenland, anders ge-
zegd: den export van het ‘buitenland. De buitenland-
sche koopkracht ‘toch wordt plotseling vergroot
in
verhouding ‘
tot de binnenlandsche. Dat is een invloed,
die werkt in de richting van een zoogenaamd ,,gun-
stige” handelsbalans. Immem, gelijk de schr. terecht
opmerkt, de leeningen worden uitbetaald in
goederen,
niet in
geld.
Toch is er een zekede tendentie, dat zij
goudverplaat,sing ten gevolge zullen hebben. Goud-
verplaatsing voorzoover niet het uitvloeisel van goud-
productie is altijd een gevolg van een verbroken even-
wicht in het geidwezen. Dat kan dan ook inderdaad
het gevolg van een groote leening zijn. Emmers,’ ‘eei
dergelijke belangrijke ‘kapitaalverplaatsing veroor-
zaak t een tijdelijke verarming aan goederen van het
uitleerieucle volk. Wanneer het geldwezen zich ‘daar-
aan niet onmiddellijk aanpast is er een tendentie tot
geld
– dat wil zeggen gouduitivoer geschapen. Dat is
de theoretische visie der zaak; practisch veltrch’t zij
zich door middel ‘der wisselkoersen.
Waaram nu echter in geval er
niet
uitgeleend
wordt., goud zou binnen vloeien, gelijk dle schr. vOr-
‘onderstelt, ‘verma
g
ik niet te vien. Lou er
altijd
goud
binnenvloeiei, wanneer er ergens ter wereld vom
een Nederlandschen belegger een kans is zijn geld
voordeel’iger te beleggen dan in Holland, maar hij
dat niet ‘doet, bij’v. alleen omdat hij ‘het niet weet of
niet inziet? D’at geval is ‘toch theoretisch ten aanzien
van wat er werkelijk gebeurt volkomen gelijk te stel-
len met het geval, ‘dat de Nederland’sche belegger het
wel graag zou doen, maar ‘de regeering er hem in ‘ver-
hindert. Te ‘wonderlijker is het, dat de schr. dit niet
ziet, waar hij zelf, terecht, ‘opmerkt: ,,d’a’t het er niet
zoozeer ‘op aankomt, wat werkelijk is, als wel op dat-gene, wat de beleggers ervan denken”.
De ‘uitbetaling geschiedt in ‘goederen, heeft de schr.
gezegd en heb ik ‘hem nagezegd. Dit moet cum’ grano
saUs opgevat worden. Nauwkeuriger is het ‘te ..eggen,
dat er de eene of andere post op de betalingsbalans
moet voorkomen tegenover ‘het bedrag der leening.
Die post kan in diens’ten bestaan, in een vern’iinde-
ring van ‘den import, in goud. en zelfs in een in’Uere
leening. Bepalen wij ons tot het geval dat zij in goe-
deren bestaat. Dan worden, zoo is de gedachtengang van den schr.,
de
export-indüstrieën buiten moeilijk-
heden gehoud’en. Hier zou ik verschillende kauttec’-
ningen willen ‘maken. Hoe gaat het ‘dan met ‘die
export-industrieën al de jaren, dat er
geen
‘buiten-
land’sche leeuin’gen worden ‘verstrekt? En hoe gaat
het ermede, wanneer di kapita’alvei’istrekking afgeloo-
pen is, en dus de
bijzondere
export, ‘die daarvoor noo-
dig was, weer stop is gezet en er zelfs een tegenover-
gestelde ten’dentie ontstaat, door de verplichting tot
renitebetaling? En wat zijn in ‘dit geval
de
export-
industrieën? De industrieën, die tot nu toe exporteer-den; misschien de industrieën, die expor’teerden naar
het land, dat de leening opgenomen heeft? Dan ge-
loof ik toch, dat de ‘sc’hr. zich van de wijze waarop een
leening uitbetaald wordt een te eenvoudige voorstel-
ling maakt. Aan Duitschland zooveel millioen ge-
leend, ‘dus zooveel millioen aan kaas enz. geleverd. En
de eerste plaats: waar komen die zoov cel nsilli’oen
opeens vandaan? Zij. moeten bespaard worden in het
‘binnenland; besparingen ‘zijn het die door de banken
;
‘al!s opgezogen worden uit tal ‘van ‘kanalen in één
groot reservoir. Werden zij niet uitgeleend, d’an zou-
den zij in het ‘binnenland belegd zijn. Binne’nlandsche
of buitenlan’dsche belegging, ‘dat is het eenige alter-
natief. Dus, zoo zal men zeggen: exporti’ndustrieën
‘of industrieën voor het ‘binenland werkend9 Neen,
zoo staat ‘het niet. Want, wanneer de besparingen in
het binnenland belegd worden, ‘dan kan dat gebeuren
in kapitaal’goederen, die in het binnenland vervaar-
digd zijn, maar ook in zoodanige, die in het buitenland
794
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1927
voortgebracht zijn, en die gekocht worden me-t export’
goederen. In dat geval komt- het verschil tussçheu het
al of niet, plaatsen der leening niet neer op een meer
•of minder exporteere-n, maar op een minder •of meei’
importeeren; gelijk wij straks reeds in een ander ver-
band opmerkten, dat mogelijk was.
Gaat -het dus niet om exportin’dusrtrieën, het, gaat
nog minder om
cle
export_industrieën. Het is
.
toch
niet gezegd, waarin de .exporbgoedereri casu quo zou-
den bestaan. De econoniische toestand van een land
is nu eenmaal niet iets statisch. Hij- wijti:gt zich ieder
‘oogeablik. Nieuwe exportndustrieën ontstaan, oude
gaan te gronde. En het spreekt ook vanzelf, da
–
t men
in de verste verte niet kan zeggen, waarheen ide goe-
-deren geëxporteerd zullen worden, waarmede de ‘lae
ning al’s het ware uitbetaald wordt. De internationale
-ruil
toch is niet tweezij’dig -aus koop en verkoop maar
veelzijdig, en wat aan Dui’tschlan-d geleend is, wordt.
misschien aan Engeland betaald, al is er bij groote
staten wel een neiging om leveranties op te dringen
voor leeningen. Het eenige wat vaststaat, is dat er
een verhov4ingsversch,viving zal plaats vinden t-us
schen im.porten, en exporten of daarrn.ede te vergelij
–
icen posten op de betalingsbalans.
Het komt mij voor, dat twee zaken den sc’hr. par-
ten gespeeld hebben, en aanleiding zijn geweest tot
-de conclusies, die mij niet geheel juist v-o6rkomen. Er
is, zoo is blijkbaar zijn gedachten-gang -geweest, iets
gebeurd, dat den eeonon’iischen toestand uit het even-
wicht heeft gebracht. Nu volgt vnzeif het herstel
-van den ev’enwicht’stoestand. Hij vergeet echter, dat
dit alleen het geval is
3
wanneer handelingen in het
vrie verkeer cle verstoring van het evenwicht teweeg
hebben gebracht; niet ‘wanneer -dit -door dwingend in-
grijpen van hoogerhand gebeurd is. Evengoed als
helaas de protectie de wereld voortdurend af kan
-houden, heel ver af zelfs waarschijnlijk, van het op-
timum der productie, -dat mogelijk ‘zou zijn, evengoed
zou de regeering door verhindering van kapitaaluiit-
-voer (aangenomen, dat dit
mogelijk is, waaraan ik
niet den schrijver twijfel), het kapitaal a.f kunnen
houden van de voordeeligste belegging. Juist zooals
bijv. Amerika door zijn immigratiepolitiek weet -te verhinderen, dat het evenwicht in bevoikingsdie-ht-
held bereikt wordt,
–
terwijl er ‘geen enkele kracht is, die het evenwicht kan herstellen.
De eenige kracht die
op den duur
een onevenredig
ruim kapitaalbezit zou kunnen tegenwerken, zou de
i-mmigra-tie
zijn,
maar deze is -natuurlijk, eveneens van
regeeringswege tegen te houden, wij gaven daar juist
een voorbeeld van.
De -tweede ‘zaak, die in.i. oorzaak -van eenige -be-
-g.ripsverwarrinig is geweest, is de vergelijking met de
bin.n.enlandisc-he lcorte-credietverstrek-king. De schr.
heeft gemeend ‘deze beide zaken gelijk te kunnen stel-
len. Ten oiirec-he mi. Daarom spreekt hij ook van ,,op
te ruime schaal” aan het ‘buitenland crediet verschaf-
fen. Alsof dat
mogelijk
was. Het zou -beteekenen, -dat
men aan het -buitenland ging leenen, terwijl men
daarmede een .lagere rente maakte, dan bij binnen-
lan-dsehe belegging. Wie ‘zal zoo dom zijn?
Het- geval echter, da-t de schr. zich ‘denkt, waarin ,,e.r oogen-blikkeij’k te weinig van hei buitenland ‘te
vorderen is”, doet zich niet voor wanneer en omdat
– er geleend ‘is aan ‘het -buiten-land (‘het geval nu eens
als mogelijk veronderstellende), terwijl men daarmede
een lagere rente maakt. ‘dan ‘tehuis, ‘maar wanneer
er gebeurtenissen zijn, waardoor een plotselinge groo..
te wijziging in de betalingsbalans wordt gebracht,
buy. door het mislukken van een oogst, het verschul-
-digd zijn van oo’rlogsschattiii-g, -en dergelijke.
Kort en lang crediet zijn nimmer in -hun weikn
gelijk te stellen, en zeker is
biwn-enlandsch kort
cre-.
• die-t niet,
‘gelijk ‘te stellen met
buit en-landsch kapitaal-
crediot. Uitzetting -van kort crediet toch -beteekent uit-
zetting -van het ruilmi-ddel. Uitzetting ‘van lang ere-
-d:iet beteeken-t over-kapitalisatie. Maar, in geen geval
-kan een ,,te ruime” Verschaffing -aan het buitenland
gelj’kgesteld worden met een uitzettih’g van het ruil-
middel
in het binnenland.
‘ Een verschaffing van ka-
pit’aal aan Duitschiand bij’v. kan toch ‘nimmer de ge-
volgen hebben van een inflatie van den gulden! Toch
zegt -de schrijver: ,,Wann’eer op te ruime schaal aan
het- buitenland crediet wordt verstrekt. . . . kan het
tot wrijvin’gsversc-hijnselen aanleiding geven, die zich
in nieta overigens ‘onderscheiden van -datgene, wat men
bij’ ‘een overdreven crodietverleening in het binnen-
land kan waarnemen.” Bedoelt ‘de ‘schriver misschien
-çlat deze ‘dingen, -bij’ credietveiteeiiiisg aan Duitisch-
land
bijv.,
ook in Duit,schl’and zullen voorvallen? Niets
in het betoog van den schrijver doet- het, vermoeden,
waar hij immers ‘de gevolgen v-oor ons eigen land i ri
oogenischouw neemt. Overigens zou ‘het betoog ook in
dat geval m.i. onjuist zijn.
In verband hiermede -meen ik -dan ‘ook, dat een
verhooging der bankrente als ‘geneesmiddel tegen de
vermeende kwaal, niet in aanmerking zou kunnen
komen. De invloed -der circul’atiebank -door middel
van dit wapen strekt zich uitsluitend uit ‘tot het ruil-
middel, tot ‘bi
–
nn.enla
–
ndsch kort orediet, welk’s uitzet-
ting zij’ kan verhinderen; -maar ‘zij ken niet het bedrag
der kapitaal-emissie-s daarmede beperken. Het komt
mij ‘dan ook voor, dat- -de schrijver het te -ver gezocht –
-heeft, en ‘dat -de beteeke-nis -van ‘cie beperking van de
vrijheid tot kapitaal-uitvoer geheel ligt in de verhin-
‘de-ring van het optimu-m van lcapi’baal-a’anwanding;
gelijk ‘de ‘schr. ‘dan ook zelf zeer- juist opmerkt
,,Wie
overtuigd is, dat een zoo ruim mogelijke ontwikkeling
van ‘de productie in de geheele wereld het beste m.i-d-
del i’s om ‘de welvaart
vak
het eigen land ‘te bevorde-
ren, ‘die kan in ‘belemmering van de internationale
kapitaal-verplaatsing kwalijk eenig heil zien.
Het is
vooral op dit punt dat de nadruk moet worden go-
legd.”
Zoo is ‘het inderdaad.,
Intusschen -kan ik
mij
niet vereenigen, en dit is
mijn laatste kritische opmerking, met de
wijze,
waar
–
op cle schr. de even’tueele voordeelen beschouwt, die
het gevolg zou-den zijn van een ‘beperking -van de
credietverschaffi-n,g aan ‘het ‘buitenland. Men moet
daaruit opmaken, -dat hei voor hem uitsluitend gaat
om de vraag, ,,of hot ‘geld ‘hier ‘gehouden moet worden
in het -belang van het nationale
bedrijfsleven”;
in
-dezen zin, dat in ‘het algemeen de ondernemingen er-
-door gebaat- zullen worden.
Hierom gaat het m.i. in het geheel niet. Welvaart
van nationale ondernemingen eenerzij ds; groots pro-
‘ductie, volkswelva’art, lage rentestand anderzijds zijn
twee geheel verschillende zaken. Men denke maar
eens even aan den -oorlogstijd. Een gouden tijd voor
‘de ondernemingen, maar voor het volk, voor cle pro’-
-ductie? Ondernemingen ‘kan -het sch.itteren d vergaan,
wanneer het volk in armoede verkeert. Wanneer ‘alla
prijzen dalen en de ondernemers in zak en asch zit-
ten, is juist -de algemeene welvaart het grootste. Ter
voorkoming van misverstand ‘zij’ ‘hieraan da’deljk toe-
gevoegd, dat ik hiermede allerminst bedoel te bewe-ren, dat do welvaart groet zou ‘kunnen zijn, wanneer
alle hedrijven -te gronde gingen. (Een practisch ‘en-denkbare toestand, ‘theoretisch ‘alleen dan mogelijk,
wanneer de arbeiders in alle bedrijven -tot het liter-
sto ‘te hooige bonen vorderen). De algemeene welvaart
is echter dan het grootste, ‘wanneer alle bedrijven juist
‘genoeg ‘verdienen om het hoofd ‘boven water te hou-
‘den; wanneer de ondernemetswinst tot -het minimiini
is ‘gereduceerd.
Wanneer -dit -argument wordt aangevoerd om maat-
regelen -tot beperking van ‘kapitaaluitvoer te beplei-
ten, is het m.i. ‘dan ‘ook geheel onjuist, daar bedrijven
bij je-deren kapitaals’tan-d en je-deren rente-stand kun-
nen leven, ja, moeten leven. Immers de vraag of be-
drijven in -het algemeen leven ‘kunnen, lost zich op
in ‘die -andere vraag. . . . of wij zonder te werken kurt-
non -bestaan!
Waar gaat het dan ‘wèl om? Om de ‘vercleeling ‘tus-
7 September1927
ECONÔMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
795
schen kapitaal, grond en arbeid, van ‘de vruchten van
de maatschappelijke productie. Practisch gpro1cen,
om pogingen om het arbeidsloon te rverhoogen in ver-
houding tot cle ‘kapitaalrente. Een geenszins afkeu-
reuswaardig doel :dus. flat middel moet dan ook m.i.
alleen verworpen worden: in de eerste plaats omdat, gelijk ‘do schr. terecht ‘heeft opgemerkt, kapitaalex-
port er niet mede verhinderd zal worden; en in de
tweede plaats, omdat, aangenomen, dat dit wèl ge-
lukte, de belemmering ‘van een zoo ruim mogelijke
ontwikkeling ‘der w’erel’dproductie waarschijnlijk de
voordoelen ‘galieel teniet zou doen. Men zou èn de
wereld ‘benaidoelen met het doel om alleen het eigen
volk to bevoordeelen; maar men zou zelfs het eigen
volk niet bevoordeelen, omdat de relatieve verhooging
‘der bonen teniet zou worden gedaan door do absolute
verlaging ook bi.nnenlands. Met andere woorden: het
helpt niet ‘of men al een grooter aandeel in een pro-
duct krijgt, wanneer ‘het product zelf zoo .’soer ver-
kleind wordt, dat het slotresultaat een def’icit, is.
Mijne conclusie is derhalve, in de eerste plaats:
dat rogingen om ‘kapitaalexport te verhinderen steeds
tot mislukking gedoemd zullen zijn; dat overigens de
verschillende nadeelen eener belemmering van de ka-
pitaalverplaatsing nich laten ‘sa,menvatten als ecn ver-
ideining der weroidpj.oductie; ‘dat dus de verschil-
lende andere nadeelen, ‘die de schr. te vreezen acht, icli niet zouden voordoen en hem ‘dus ook niet kan
worden toegegeven, dat zulk een beperking , ,z.ichzelf
weder zou genezen” door ,,het Vrije spel ‘der economi-sche krachten”.
Een slotvraaig: meent ‘de schr. in ernst, dat tot dat
,,’vrije spel” ook behoort: eene vorhoogidg der bank-
:reuto? Ik ‘heb nitij’cl ‘gemeend, dat zulk een ver’ho’o-
ging ‘voort,Icwnm uit het juiste inzicht der cirenlatie-
bank van de haar opgedragen taak, voor cle instan’d-
houding van het ruilm,iddel te zorgen.
E. C. v. DoRp.
* *
*
N a s e h r i f t. Bij de beantwoord ing van de bezwa-
ren, door Mej. van ‘Dorp ‘aangevoerd tegen enkele pas-
sages van mijn artikel in het nummer van 1& Aug. ji.
over ‘de plaatsing van ‘buitenlandsche leeningen in Nederland, moet allereerst een misverstand uit dan
weg worden geruimd. De strekking van ,mijn artikel was niet anders dan ‘deze: leenen ‘aan het buitenland
betoekent in laatste instantie levering van goederen
aan het buitenland, waarvoor eerst in de toekomst be-
hoeft to worden betaald. Ingrijpen ‘van de overheid
door verhi ridering van crediatvei’s;trekk-ing aan het bui-
tenlan:cl beteekent dus ver-minderde ‘afzetm:ogelijkheid
van goederen in hot buitenland, resp. (wat in beginsel
op hetzelfde neerkomt) het missen ‘van afzetm’ogelijk-
lieden, die de uitvoer anders zou hebben gehad. Daar-om is een dusdanig ingrijpen van de. ‘overheid te out-
raden,.indien niet tegenover de na’deelen, aan den uit-
voer toogebraoEt, ‘grootere voor’deeieiï in andere be-
drijfstakken kunnen worden gesteld, welk laatste als
regel meer dan, twijfelachtig zal zijn. De overheid
hoede zich er dus voor kunstmatig ‘in te igrijpen in
de crediotverleenin’g aan het buitenland. Zelfs al
konden ‘haar maatregelen effectief zijn – hetgeen
Mej. v. D. met niij niet aannemelijk acht – dan nog
zou overheidsingrijpen op dit gebied uit eco’nomi’sclb
oogpunt naar alle waarschijnlijkheid meer kwaad dan
goed doen. Ergo: ook hier onthouding en wel ‘op in
w’ezen soortgelijke gronden als in het algemeen in de
handelspoli’tiek ten gunste van ‘vrijlating van’het
verkeer ‘kunnen worden aangevoerd. 1-lot boven-
staande is tenslotte niet ‘dan een variant op het in-
en uitvoer argument.
En nu het hierboven bedoelde miverstand. Mej.
van Dorp en ik zijn het erover eens, ‘dat leen’in gen aan
‘het buitenland tenslotte in goederen worden verstrekt en niet in geld. Maar, ‘zegt Mej. van Dorp, als
wij
aan
1)u.itschland leenen, dan is ‘het hoele’maal niet gezegd,
dat Duitschland, dat ‘door ‘deze leening aijn invoer ziet
toenemen, juist uit Nederland goederen zal betrekken.
Inderdaad, Duitschiand, resp. de Duitsche onderne-
•rning, d’ie in Nederland crediet krijgt, ‘ican de in ‘ons
land geleende guldens bv. in dollars omzetterl en in
Amerika koopen, terwijl ‘dan aan, den AmerikaanLschen
koope’r der ‘gulden’s wordt overgelaten er verder een
of andere bestemming voor te vinden; uiteindelijk zal
‘dat, eventueel na verdere verhandeling van het gul-
‘donsbedrag, een ‘koop van goeder-en of diensten in
Nederland moeten zijn.
Dat alles ‘is zoo vanzelfsprekend, ‘dat ik het niet
n’ood’iig ‘heb geacht er op ‘andere wijze melding ‘van te
maken dan d’o’or ‘op blz. 701, le ‘kolom bovenaan, te
schrijven: ,,Daarbij ‘doet het er niets toe, of men
de zaak compliceert met een reeks van ingewikkelde
wisseltransacties. Dat verandert slechts het beeld,
maar ni’et het wezen ‘dor ‘gebeurtenissen.”
Ben ‘ik wat kont en in ‘het ‘oog van Mej. van 1)o’rp
wellicht wat simpel geweest, zoo betreur ik dat. Maar
ik geloof nu wel te hebben duidelijk gemaakt, dat er
ook op dit pudt niets is, dat ons verdeeld ‘behoeft
te houden.
Anders is het gesteld met de ‘verdere punten, welke
Mej. van Dorp aanroert. Vooreerst: waarom heb ik
gesproken van
de
ui’tvoerbedrijven? Welke zijn dat?
lic had ze moeten aanwijzen en’ moeten bodenlcen,
dat het economisch leven van een land steeds in, be-
weging is en dat de uitvuerbedrjven ‘het dan toch
‘ook,’maar ‘doen, wanneer er eens niet ‘door het buiten-
land bij ons geleend wordt.
Ik kan ‘deze argumenten niet beter ‘beantwoorden
dan niet cciie verwijzing naar ‘het :in en uitvoerar-
gumen’t uit ‘de vrijhandel’sleer, een argument, iva’at*an
Mej. ‘van Dorp zich ook wel eens bed i’en’d zal hebben.
Ook hier kan ‘men – aannemende het ‘verband
tussc’hen in- en uitvoer – ‘al’s regel niet a priori
aanwijzen, welke uitvoerondernemingen het slacht-
offer zuilen worden van een kuiiis’tma’tige helemme-
ring van ‘den invoer. De zwakste pl’eklcen zullen vaii-
zelf wel aan ‘het licht komen. Vervalt ‘daarmede het
argument als noodanig? Ik behoef Mej. van i)orp ‘deze
vraag niet te stellen, al zal zij het met mij betreuren,
‘dat onze kennis van het economisch leven gewoonlijk
te gering is om a priori meer dan algemeen geformu-
leerde voorspellingen te doen.
Welnu, met betrekking ‘tot de credietverstrekking
aan ‘het buitenland – wel te verstaan (zulks om
nieuw misverstand te voorkomen) voorzoover ons land
daarbij’ als credietgever ‘optreedt en niet, zooals voor
niet onbelangrijke ‘bedragen het geval moet zijn ge-
weest hij ‘de in den laatsten tijd hier geplaatste bui-
tenlandsc’he leeningen, enkel als clearinghouse voor
cle ‘inschrijvingen op de emissies fungeert – geldt
precies hetzelfde. Kunstmatig oerhei’dsingrjpcn bo-
toekent – altijd weer, wanneer het effectief is -.
verstoring ‘van de ‘verhouding tueschen in- en uit-
voer ‘en zal dus ‘als regel verwerpelijk zijn, ook al zijn
de ‘slachtoffers, die er
moeten
zijn, niet a priori aan-
wifsba’ar.
Op dezelfde igron
,
den ‘is het verklaarbaar, waarom
i’lc niet over vermindering van invoer behoefde te
spreken. Op de verstoring ‘door de overheid van ooit
zich in het ‘vrije verkeer ‘vormend evenwicht der be-
talingsbafans komt het aan. En ‘dat was met do n
mijn artikel naarvoren gebrachte argumenten d. ni.
genoeg’zaam belicht.
Ook over de vraag, waarom als gevolg van eff cc-
tief ‘overheidsingrijpen in de buiteniandsche cred jet-
verstrekking goud wu ‘toevloeien en de prijzen van
goederen en diensten een nieuw even’wic’htispunt zou-
‘den moeten zoeken, kan ik kort zijn. Dit’ zal ‘om ‘de-zelfde reden ‘het geval zijn als waarom bij lcunstma-
tige verstoring ‘van ‘de be’balingsbalan door belent-
mering van ‘den invoer aanvankelijk een tendens tot
‘goudtoniioeiiiig tot uiting aal komen.
Voorts vraagt Mej. van Dorp mij, wat de circula-
796
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 Septerhber 1927
tiebanik eigenlijk met het geval te maken heeft. Te-
veel credietvers’trekken aan het buitenland acnt zij
niet mogelijk en in elk geval staat de centvale ‘bank
daarbuiten,
daar
deze slechts den omvang van het bin-
n’enlandsche korte crediet beheerseht en niet dien van
de kapritaalemissies. Binnen- en buiten]and’sch cred’iat
zouden bovendien onvoldoende door mij zijn uiteen-
gehouden.
M.i. is de opvatting van Mej. v. D. niet wel houd-
baar. Kort en lang crediet, .hebzi binnensland’s,
hetzij aan het buitenland verleend, houden wel deige-
lijk verband met elkaar, en wel door verschillende
overgan’gsvormen, ‘waarvan hier te lande het effec-
tenerediet ‘de voornaamste is.
Te veel leerren aan het buitenland beteekeut niet
anders dan credietverstrekking op langen termijn tot
dusdanige bedragen, ‘dat een relatief te groot décl
van het lange crediet naar ‘de markt voor kort crediet
moet worden overgebracht, ‘de prol’on’gatieren’te op-
loopt, en de uitzet’tingen van ‘de centrale bank toene-
men of althans dreigen dat te doen, zoodat verhoo-
ging van ban’kren’te gewen.scht. wordt. De practij’k
heeft ‘daarvan – ook nog niet lang geleden hier te
lande – tal van voorbeelden te zien .geeven.
De circu’iatieban’k wordt derhalve door, het ‘over-
voeren’ van d’e markt voor lang crediet met buiten-
lan’dsche ’emiasies, hetgeen een gevolg kan zijn, van
hooge buiten] an’d’sche rente, ceteri s i ari’bus ged won –
‘gen te zorgen, dat hatr eigen iiitzetti’n gen niet te
‘groot worden. Een der middelen, en wel in normale
gevallen
het
middel, daartoe is renteverhoóging,
waardoor niet slechts de eigen ui’teet’tingen, der bank
binnen ‘de perken worden gehouden, ‘doch ook nieuwe
emissies worden afgeschrikt.
Ik geloof dns, ‘dat het niet ‘teveel gezegd is, dat de
circulatieban’k een ‘belangrijke rol speelt ‘bij de bui-
tenlancische cred’ietverstrekking, en ik ben’ er, éerlijk
gezegd, wel wat verbaasd over, dat Mej. van Dorp
over deze bekende zaken blijkbaar ‘anders denkt. Dat
de circulatiebank de zorg voor het riïilmid’del heeft
en’ als middel daartoe haar renrtepolitiek ‘bezigt, is
eene ‘stelling, die in niets afwijit van het hierboven
betoogde, omdat door teveel cred’iet op langen en via ‘d’en overgangsivorm , ook op korten termijn het ruil-
middel in gevaar ‘komt. ‘
Dat gevaar ‘kan uiteraard ook ‘komen van te groole binnenlan’dsche credietverleening. De’ reactie hierop ‘van ‘de zijde der circulatiebank zal in’ weeii dezelfde
‘zijn als bij ‘te groote buitenlan’dsc’he credietver’lee-
ning. Ook in ‘dit geval zal renteverho’oging op den
duur ‘aangewezen zijn.
Ten ‘slotte ‘de laatste kritische opeierking van Mej.
van Dorp. ik heb betoogd, dat ‘hij éffectievè verhin-
dering ‘van bu’itenlan’d’sche ‘belegging wellicht sein
mige ‘beidrjven, ‘wkarin ‘dé factor rente een groote rol
speelt, voordeel zullen genieten van “het goedkoope’r
worden van hef ‘voOr ‘hinn’en’landsche belegging be-
schikbare kait’aal. Het voordeel is ‘nog problematiek
ook, a1i’t het
is
– zooals gezegd – niet zeker, dat
‘cle beleggers, al’s het ‘buitenland voor ‘hen wordt’ ge-
sloten, hun áeld ‘geheel ‘in’ het’ ‘binneni’andsche be-
‘drijf’s’le’veû zullen &teken en ‘met de n’oodige prompt-
held op ‘het ingrijpen van ‘de ‘overheid zullen rcagee-
ren. Doch’ voor een ‘deel mogen wij’ aanned’ien, dat
zij liet wel zullen doen, en ‘dan’ uiteraard tot afne-
mend rendement. Dat ‘- én niet anders dan «dat —
heb ik willen zeggen. –
‘Hoe het mi mogelijk is dit eveni’tueele voordeel voor
bepaalde bedrijven te ontkenii’en, i”s ‘mij een raadsel.
De bewering van Mej. van Dorp zou vergelijkbaar zijn
met de stelling, dat ook bij protectie ‘bepaalde ‘bedrij’-ven niet gebaAt zouden zijn. Hetgeen zij toch wel niet
zal willen volhouden.
iet de strékking van het betoog ‘van ‘Mej. van
Dorp, ‘dat belemmering ‘der
,
vrije kapiitaal.be’weging
bedenkelijk iis voor de vol’k’swelvaavt in hht algemeen,
ben ik ‘het; natuurlijk in principe eens. Ik ‘kan hier al-
weer een beroep doen op de algemeene ‘beginselen
eener m.i. jui’ste ‘handel’spolitiek, waarover ik ook in dit
weekblad mijne opvattingen nimmer ‘onder stoelen
of ban’ken heb gestoken. Voor een ,,management” van
de beleggingen is de overheid al
‘bijzonder
weinig
geëigend. Maar ‘de hieraan in het betoog ‘van Mej. van
D. ‘voorafgaande stelling, ‘da’t het Nederlaud’sch be-
drijftievea bij elken rentestand gaande kan blijven,,
geeft mi.’ aanleiding tot zooveel misverstand, dat zij
waarlijk ‘betei’ in de pen ware gebleven.
ik ben’
ij
ervan ‘bewust niet op alle punten van
het betoog van Mej. van Dorp’ ‘te zijn ingegaan. Het
geheele conjunctuurvraagstu’k haalt zij erbij en ‘dat
schijnt ‘mij’ te ‘belangrijk ‘om’het in een paar zinnen
af te ‘dben. Het was mij erom ‘te doen de mi. essen-
t.ieele ‘punten van ‘de bestrijding te weerleggen, resp.
misverstand recht te zetten. Voor een dieperaande
‘discussie der internationale kapita’albewegingen is het
hier uiteraard niet de plaats’. G. M. V. S.
AANTEEKENINGEN.
Indexcijfers van groothandeisprijzen.
,,The Econorni’st” schrijft:
Ons in’dexcij’fer toont, ‘dat goederenprijaen in
Au’gustu’s gestegen zijn met 69 ‘punten tot 4071 pun-
ten, wat het hoogst bereikte cijfei sinds November ji.
is. Zooa]’s uit de ‘onderstaande tabel ‘blijkt,
was
‘deze
stij
g
ing voor een groot gedeelte te danken aan een
vooruitgang in de ‘groep weefs’toffen:
Data
”
:
42,
‘8
Basis (gemidd.
1901-5)
..
500 300 500 400 500
2200
100,0
EindeJuli1914
579 352
6161
4641
553
2565
116,6
Nov.1918
1289
7821
1848 903 13891
6212
282,6
Dec.1923
‘853
815
13821
774 755
4580 208,2
Dec.1924
992
789’1452
815 806
4855
220,7
Dec1925
9361
679
1120 733
7821
4251 193,2
Aug.1926
914
695
954
849 744
4156
188,9
Sept.
,,
893
708
9421
963
7391
4246
193,0
Oct.
,,
920 7211
8801
9761
7381
4237
192,6
Nov.
,,
8951
728
‘867
959
7351
4185
190,2
Dec.
,,
875
.
7361
859
7731
731
3975
180,7
,,
Jan.1927
8671
731
8731
7341 7181
3928
1,78,6
Feb.
,,
897k
7401 904
742 728
4012
182,4
Mrt.
,,
8801
704
9091
725 725
3944
179,3
Apr.
,,
886 697
917k
7041
716
3921
178,2
I’1ei
,,
911
724
964
6731
716
3986 181,2
Juni
,,
914
716 1007
664
705
4004
182,0
Juli
,,
872
707
1068
6501
7041
4002
181,9
‘Aug.
,,
883
731
1111
640
706 4071
185,0
Er was ‘aanzienlijke stijging in ‘gevat ‘en een daling
in run’dvleesch, maar verdr’ waren er geen belang-
rijke veranderingen in de v’oornnaomte rvoedingsmid-
delen. Bij ‘de andere voedingsmiddelen waren theó en
b6ter cle ‘oorzaak van de algemeene stijging, t.erwij’l
eed geringe ‘s’tij:ging in koffie weer wrd te niet ge-
ciaan ‘door een ‘daling in suiker. In de groep eef-
stoffen was een ‘verdere sterke stijging in Amen-
lisnn’sch’ katoen ôp grond van een á la hauss gestemd
oogalvors’iag, terwijl ‘katoenen gareds en stoffen ‘ook
op eet ‘hooger niïeau stonden, doch er was’ een ge
ringe achteniiitgan in Egyptisch lcato’en. I-Iome-
g’rovn wol vrton’de een stijging van 8 punten, vol-
geuid op een toen’a±e’van 15′ punten in Juli, ‘doch do
Aiistralische wol ‘bleef ‘onveranderd. In de groep deif-
stoffên was bet rurv-ij!zer iets verlaagd, terwijl er een
achteruitgang van ruw lood heeft plaats gehad.
– De ‘eer’sivolgende tabel toont de wijzigingen in ‘het
indexeijfer ‘der verschillende artikelen, vergeleken met
einde Juli, waarbij het cijfer 50 telkens het geinid-
del’de ‘oor de periode 1901»-05,voorêtel’t.
De stijging van het totale i’ddekcijfer tegenover
‘dat van vSSr den oorlog, is 58,1 pOt., tegen 56,1 pOt.
‘voor een maand ‘geleden.
De volgende ‘tabel geeft den toestand weer van de
7 September 1927
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
797
0:
0
t t
1
0
0:5
0
+1
I.!uI_±
Tarwe(btl.)
105
+
Katoen(Am.)
1065
+14
5
Koper
456
–
1
(Eng.>
95
5
–
16
,,
(Egypt.)
1346
–
1
Delfstoff.
Meel
90
+
2
Garen
1075
+
9
Hout
Gerst
Haver
105
79
+14
–
3
Laken
Wol
(Eng.)
1 136
135
+
7
+
8
(Baltisch)
93
Aardapp.
626
..
,,
(Austr.)
1046
..
Hout
(Amerik.)
776
Rijst
Rundvi.
113
6
635
..
–
96
Zijde Vlas
69
154°
–
1
Leder
63
+
1°
Schapenvi.
Varkensvl.
826
86
5
+
2
6
5
Hennep
62
123
65
+
Petroleum
Oliën
100
69
+
jute
Oliezaden
696
–
2
88
3
F77
Gran.
en
vi.
Wee/stoffen
Talk
556
+
2
îi
–
jTs
Thee
Ruw-Ijzer
Indigo
76
6
Koffie
129.
+
36
Stalen rails
71
.
.
Soda
85
5
Rietsuiker
112
5
–
25 ljz.
staven
86
5
..
Rubber
16°
Bietsuiker
115
–
2
Kolen (st.)
95°
Diversen
TT
Boter
Tabak
81
116°
+
76
..
»
(huisbr.)
Lood
61°
95
—6
Totaal +69
And. voed.
Tin
1126
–
—
en genotm.
731
+24
vijf verschillende groepen, waarbij de cijfers van eind
Juli 1914 op 100 zijn gesteld:
Data
el
:
e
.,
Juli
1914
100
100
100 100
100
100
December
1918
226 222 293
186
241
237,5
December
1923
148
231
225
167
136
178,6
December
1924
171
224
235
175
146
189,3
December
1925
162
193 182
158
141
165,8
Augustus
1926
158
197
155
183
134
162,0
154
201
153
207
134
165,5
159
205
143
210
134
165,2
155
207
141
206
133
163,2
151
209
139
167
132
155,0
Januari
1927
150
209
142
158
130
153,1
155
210
146
160
132
156,4
September
,
…
October
,……
152
200
147
156
131
153,8
November
,
…
December
,
…
153 198
149
152
130
152,9
Februari
,
..
157
206
156
145
130
155,4
Maart
,
..
April
,
..
158
204
163
143
127
156,1
Mei
,
..
Juni
,
…….
151-
201
173
140
127
156,1
Juli
,
…….
Augustus
,
.
.
152
208
180
138
128
158,7
Granen en vleesch ‘stonden verleden jaar om dezen
tijd op 158, ‘andere voedingsmiddelen op 197, weef-
stoffen op 155, mineralen op 183, diversen op 134 en
het totaal op 162,0.
Onderstaande tabél geeft voorts nog een overzicht
van het prijsverloop in cen aantal belangrijke landen:
•
0
U)
1.
»6
•0
–
u
66
0
N
0
66 66
1913
100
1005
100
100
100
6
)
100
100
100
Novemb.
1918
206
358 438
…
…
367
392
214
oogs e
f
272
591
679
…
325
366
297
322
Mei)
(Apr.) (Apr.)
(jan.)
(juni)
(juli)
(Mrt.)
Decemb.
1923
151
458
577
…
183 160
154
211
Decemb.
1924
157
507 640
1373
171
168
160
214
Decemb. 1925
156
632
715
1423
156 156 155
194
Juli
1926
151
837
677
133
145
148
141
179 Augustus
,,
149
770
691
134 145
147
139
177
September
»
150
788 683
135
146
146 140
175
October
,,
150
753 655
136 145 148 143
174
November ,, 148
684
641 137 147
148
147
171
December,,
147
627
619
137
148 150
147
170
januari
1927
147
623 603
136
146 146 145
170
Februari
145
632
601
136 145 146 146
171
Maart
,,
145
642 593
135
147
145
144
171
April
,,
144
637
565
135 146 143 143 170
Mei
144
629 536
137
147 145 145
171
,,
144
623 509
138
147 146
149 173
j
uni
uli ,,
..’
621
491
138
147 146
151
1)
Bureau ot Labour.
1)
Stat. Reichsanst, nieuwe methode.
3)
Jaar-
gemiddelde.
4)
Sedert
1922
gebaseerd op
48 artikelen in plaats van op
53. °)
Sedert October
1923:
Juli
1914 = 100.
6)
Midden
1914.
De onderstaande, aan liet ‘bericht van ‘het Centraal
Bureau voor do Statistiek ontleende, opmerkingen
hebben betrekking op de Nederl’andsche indexcijfers
over ‘de maand Juli 1927 met basis 1913.
In vergelijking met Juni 1927 steeg zoowel hot
algemeen in’dexcijfer, als ‘dat der voedingsmiddelen
alleen met 2 punten. Tegenover een prijsdaling van
16 artikelen met in totaal 64 punten, staat een prijs-
stijging van 14 artikelen met in totaal 143 punten.
Met 10 of neer punten stegen de artikelen: haver
(11), peper (46), eieren (11), paardehui.den (14) en
hars (met 12 punten); de dalingen bleven alle bene-
‘den ‘de 10 punten.
BOEKAANKONDIGING.
Maritime Code of the Netherlands (Second Book of the
Netlierlands Commercial Code, as receutly revised and
oL)erative from the ist of February
1927)
translited into
1f uglish by Dr. F. W. A. cle Koek van Leeuwen, formerly
Assistant-Secretary to the Nederlandsche Reedeisvereeni-
ging; uitgave Zuid-Hollandsche Boek- en Handelsdrukkerij,
den Haag.
Dr. de Koek van Leeuwen heeft aan hen, die hun
hLiiten’lan’dsche relaties op de hoogte wi]len brengen
van ‘de ingrijpende wijzigingen, welke het. Neder-
landsch zeerecht heeft ondergaan, een ‘goeden dienst
bewezen met het maken dezer vertaling. Elkeen, ‘die
wel eens geroepen is om ‘de Nederlandsche wetstaal
in een vreemde taal weer te geven, zal des vertnlezs
verzuchting in de eerste alinea ‘van ‘het Voorwoord
begrijpen ‘en onderschrijven. Dr. de Kook van Leen-
uren Istrekke tot troost en ‘beloonin’g zijner moeiteii
de verzekering, ‘dat
hij
erin geslaagd is om te geven
een
vrijwel
letterlijke vertaling in goed Engelseh,
al moge cle waarde misschien niet groot zijn ‘dezer
hetuiging, afkomstig van een man van de practijk,
die noch Hollandsch wetgever, noch Engelsch litera-
tor is. Twijfelt men, ‘dan kan ik slechts aanbevelen
te vergelijken ‘de vertaling van dv. ‘de K. van L.’s
hand ‘der in het Tweede Boek gehandhaaf’de Titels
met, ‘de vertaling van het Wetboek ‘van Koophandel in
1880 bezorgd tdoor het Departement van Buitonland-
sche Zaken; dan voelt ‘men onmiddellijk, hoeveel
meer Engelisch het E’ngelsch van eerstgenoemde is,
zonder dat der beteekenis van de Hollandsche tekst
‘tekort is gedaan.
De V’oorrede en een enkele noot hier en daar wijzen
den gebruiker den weg, waar hij niet duidelijk ‘afge-
bakend
‘schijnt,
zoo
bij
de onderscheiding van dwin-
gend en aanvullend recht, bij het ‘begrip ,,reeder”
en’s. Niettemin zal ‘het lezen, ‘doorgronden en toepas-
sen van ‘deze wet ook voor dèn En’ge]sc’hman nog een
oven moeilijke zaak blijven, ‘als voor den man van de
practijk in wiens inoedertaal ‘zij is geschreven.
M. JACQ. DuTILH.
Rotterdam, 29 Augustus 1927.
OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN.
J’ahi-bücher für Nationalö’konomie
u n’d Statis tik. – Jen’a, Mei 1927.
if. Kröger,
Das magische Erlebnis in den Anfiingen
‘der wirtschaftliahen Arbit.
The J’ournal of Political .Eeonomy.-
Chicago, Juni 1927.
G. R. Morrow,
Adam Smith: xnopa!isl, rn’d philo-
sopher; B. Ohlin, Tendencies in. Swedlish economies;
W. H. Wywn,e,
The British coal s’tr’i’ke an’d after;
H.
G.
Brown,
Specul’ation and land-value taxation;
A.
P. Usher,
The now rea.lism and economie history;
C.
0. Fisher,
Fedora.l control ‘of co’rnmerci’al banking;
S.
H. Nerlove,
A ‘new d’e’velopment iii government
pensions.
D o S ee i al i s’t is c h e Gids. – Amsterdam,
Juni 1927.
bevat o.a.:
Dr.
G.
Flatow,
1-let k’ollekti’eve arbeidsrecht in
Duitschland, 1;
Mr. S. Mo15,
De Engelsche werkloos-
heid’sverzekoring;
Mr. H. J. van Meurs,
De ekonomi-
sche konferen’tio van ‘den V’olkenhond.
De 1 nd is c ho Gids. – Amsterdam, 1 Juli 1927.
Jhr. Dr. F. C. van Heurn, Het land Bolang en zijn
natuurlijke rijkdommen;
J. van, Boon,
Generaal F. de
Bas en de N. I. kartografie;
Mr. W. J. L. van Es,
Het Chung Hwa Congres;
J. M. H. T’immermans,
798
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1927
Een verkeersbureau;
L. H. 0. Horsting,
Viermaal
dwars door. Sumntra;
M. Nittel-de Wolf f van Wes-
terrode,
Kijkjes in helt leven onzer Inlandsche be-
dienden.
Ide m. – Amsterdam,
1 Auguntus 1927.
Jhr. Mr. B. C. de ,Savornin Lohma’n.,
Nogmaals:
ITet hoeren van den Volksraad over wetsontwerpen
– Koninklijke Bevelen of ministerieele aanschrij-
vingen?
Jhr. Dr. F. C. vwn. Heurn,
Het. land Bolang
en zijn natuurlijke rijkdommen;
J.
H. M. Ti’msner-
mans, Ecu
pro’baiat middel
tegen
inlandsche ‘opsta.n-
den;
Mr. J. J. van Bolli,uis,
Indid en de Ned. Volks-
vertegenwoordiging.
Rechtsgeleerd Magazijn. – Haarlem,
Jaarg. 46, afl. 314.
Mr. M. N. 8. Troelstra, Het
vrijblijvend contract
(slot);
Prof. Mr. F. G. Scheltema,
Het grensterr’ein
van publiek en privaat recht;
Mr. K. A. Rombach,
De voorstellen van wet tot regeling imia de arbeids-
overeenkomsten van kapitein en schepelingen in het
zoevaartbedrijf.
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B. *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKOERSEN.
–
OPEN MARKT.
1927 1926
11
1925
11
1914
ep
.
3S
t
29 Aug.11
22127
15/20
30 Aug.!
31 Aug.!
20/24
3Sept.
Aug.
Aug.
4 Sept.
5Sept.
Juli
Amsterdam
Partic.disc.
3/2
3116
-1
12
3l8-!2
31(91(3
2
13
/-
7
1
4_1/
3’18-116
Prolong.
4
2)
331
4
_4
311
4
.4
3
1
14_
1
12
231
4
-3
31124114
2114.314
Londen
Daggeld ..
3-11
3411
4
2311
2
2-5
311
5
.411
3
2
1
14
11-2
PArtic. disc.
45(
4
1
11
45
116
-8
18
4116-18
411_91
31I4I16
211
4
31
4
Berlijn
Dageld ..
6-8
413
4
.9
4114_6
4
1
12_6
1
12
5
1
12-7
8-I0
1
1
–
Partic.disc.
30.55 d…
57
18
518-6
531
4
71
9
531
4
471
7
18
–
18
–
56-90 41..
.
5718
571
53(
4
_71
9
531
4
431
4
711
4
31
9
2
1
1-
11
Waren-
wechsel.
6114
61195318
6-
3
18
518-614
53
18
-1
18
811_9
–
New York’) Cail money
3113.214
3
1
12
3
14
3112.314
3’12-4
411
5
511
4
4.31
4
13142
1
(
5
Partic. disc.
311
4
3114
1
3114.314
314
4
1
18
3114-
1
‘116
–
1)
Cali money-koers van 2 Sept. en daaraan voorafgaande weken t/m
Vrijdag.
2)
Noteering van Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDÉRLAND.
Data New
York)
Londen
)
Berlijn
) Parijs )
Brussel
)
Batavia 1)
30 Aug. 1927
2.49
9
1
12.13+
5
59.38
9.584
34.764
100
31
,,
1927
– –
–
–
–
–
1 Sept. 1927
2.4991
1
,
12.13
59.354 9.784
34.74
100
2
,,
1927
2.49*11,
1213r
59.374
9.784 34.744
100
3
,,
1927
–
12.131/
59.38
9.784
34.744
100
5
,,
1927
2.4991
1
,
12.13
59.354
9.784
34.744
100
Laagsted.w.
1
)
2.49%
12.122/
t
59.35 9.77 34.72
99%
Hoogste d.wl)
2.49
2
18
12.13% 59.41
9.794
34.77
10021
8
29 Aug. 1927
2.491/
8
12.137
ir
59.41
9.784
34.75
100
22
,,
1927
2.4991
j5
12.13%
59.39 9.784
34.74
100
Muntpariteit
2.48%
12.10%
59.26
48.-
134.59
100
9)
Noteering te Amsterdam.
*6)
Noteerlug te Rotterdam.
2) Particuliere opgave.
Data
Zwit-
serland
Weenen
Praao
IBoeka-
Milaan
Madrid
_
30 Aug. 1927
48.14
35.274
7.404
1.50
13.564
42.05
31
,,
1927
–
– –
–
–
–
1
Sept. 1927
48.13
35.174
7.40
1.50
13.584
42.18
2
,,
1927
48.12
35.174
7.404
1.50
13.53
42.20
3
,,
1927
48.12
35.174
7.40
1.524
–
–
5
,,
1927
48.12%
35.20 7.40
1.55 13.53
42.10
Laagsted.w.
1
)
48.20
35.10
7.39
1.45
13.50
41.95
Hoogste d.wi)
48.15
35.25
7.41
1.57
13.624 42.30
29 Aug. 1927
48.14
35.174
7.40 1.50
13.504
42.014
22
,,
1927
48.12
35.15 7.40
1.50
13.594
42.17
Muntpariteit
48.-
J
35.-
‘)
48.- 48.-
48.-
‘) Noteering te Amsterdam.
) Npteering te Rotterdam.
‘) Particuliere opgave.
2) Wettelijk gestabiliseerd tusschen
7.534j5
en 7.21
1
1.
D a a
Stock-
holm
)
hagen9)
1
S 0
)
Hel-
fj
Buenos-
Aires’)
Mon-
treall)
30 Aug. 1927
67.-
–
64.95
6.30
1065/
2.49%
31
,,
1927
–
–
–
– –
–
1
Sept. 1927
67.-
66.85
65.30
6.30
10651
9
2.49%
2
,,
1927
67.-
66.80
65.35
6.30
10651
8
2.49%
3
,,
1927
67.05
66.85
65.474 6.30
106%
2.49%
5
,,
1927
67.024 66.824 65.40
6.29
106%
2.4961
8
Laagsted.w.
1
)
66.95
66.774
64.85 6.28
106%
2.4981
s
Hoogste d.wl)
67.05 66.874
65.50
6.31
106%
2.4911
t
29 Aug. 1927
67.024
66.834
64.85
6.30
10651
9
2.49%
22
,,
1927
67._
66.874 64.974
6.30
10651
9
2.49%
Muntpariteit
*1
M,.+..2..,. a
66.67
A*..A….
66.67
•t
64.67
WT..S
4.
6.26k
1
n…..ra.._
10531
s
,
2.48%
n nulo.cnuanI. -; nut. Ic flu1IcIudIJI. -,
rolt.
UpgdVC.
Laatstbekende noteeringen te Amsterdam en Rotterdam op
1 September 1927 voor
telegrafische
uitbetaling op:
Gulden per
Pari
1
Koers
dconto
Enropa.
010
Londen
9)
£
12.104 1213TT
Berlijn
9)
100
Mark
…
59.26
59.354
6
48.-
9.784
5
100
Belga
34.59
34.74
5
..100
Franc
100
Franc
48.-
6.94
Luxemburg
………
100
,,
.
48._
48.13
34
100
Kronen
50.41
1
)
7.394
5
Parijs
)………….
Brussel
)
§)
……..
Weenen
*) ………
100
Schilling
35._
35.174
64
100
Pengö
50.41
1)
43.65
6
Zürich
9) ………….
100 Lei
48.-
1.55
6
Boedapest
……….
Boekarest
……….
100
Leva
..
48.-
1.804
10
Sofia
………….
100
Dinar
48.-
4.394
7
Belgrado
…………
Stamboel
………
Turksch
£
10.93
1.254
100
Drachme
48.-
3.294
10
Milaan
9*)
100
Lira
48.-
13.584
7
100
Peseta
48.-
42.18
5
Escudo
2.684
0.124
8
Kopenhagen
9)
100
Kronen
66.67
66.85
5
Oslo) …………
100
,,
66.67
65.30
44
Stockholm
9)
100
,,
66.67
67.-
4
100
IJsl.Kr.
66.67
54.80
100
Zloty
..
48.-
274
8
Kovno (Litauen)
..
100
Lita
24.88
24.75
7
Praag
…………..
Riga (Letland)
…
100
Lat
48.- 48.-
7
Reval (Estland).
..
100
Estl.Mk.
0.66
2
1
s
0.664
8
100
Finnmrk.
6.264 6.284
64
Athene
…………
Tjerwonets
12.80 12.85
Madrid
*9) ……….
Helsingfors
……..
(10
Roebel)
..
Lissabon
………..
Moskou
………..
100
Gulden
48.40
484
6
Amerika.
Reickjavik
……….
Warschau
……….
New-York
9)
$
2.4876
2.494
34
Canad.
$
2.4876
2.49+
Mex. Dollar
1.174
Buenos Aires ……
Peso (papier)
1.0568′
1.064
Danzig
…………
La Paz (Bolivia)
.
Boliviano
0.97
0.884
Montreal
………
Rio
de Janeiro…
Milreis (pap.)
0.8075
3
0.29+
74
8
84
Mexico
………..
Peso (papier)
.
0.9080′
0.304
Bogota (Columbia)
Peso
2.42
2.444
Valparaiso
………
Quito (Ecuador)
Sucre
1.21
0.49
Lima (Peru)
…….
Per.
£
12.104
9.75
Montevideo (Urug.)
Peso
2.5725
2.494
Caracas (Venezuela)
Bolivar
0.4795
0.4830
Gulden
1.-
0.9763
Willemstad (Curaç.)
Gulden
1.-
1.014
San José
(0.
Rica)
Colon
0.6220
0.62
Peso
0.0415
–
Managua (Nicarag.)
Cordoba
2.484
2.474
San Salvador (Salv.)
Colon
1.2440 1.234
Azië.
Rupee
0.807
0.904
4
Gulden
I.C.
1._
0.994
4
Paramaribo
…….
Yen
1.24 1.18
5.84
Dollar
1.194
Taël
1.51
Straits
DolI.
1.4125
1.41
Guatemala
………
Calcutta
………..
Batavia
………..
Manilla
……. …
Phil. Peso
1.214
1.23
Bangkok
……….
Tical
0.914
1.13
Kobe
….. …. ….
Teheran (Perzië)
Kran
0.254
Hong Kong
…….
Afrska.
.
Shanghai
………
Singapore
………
Kaapstad
£
12.104
12.10 54
Alexandrië ……..
Egypt.
£
.
12.42
12.414
Australië,
Melbourne, Sidney
.
en Brisbane
£
12.104 12.114
Nieuw Zeeland
£
112.101
12.114
4) rarijeit oer voorm. uostenr. itroon. ) (Jouapeso. )Milreis (Joun.
) Not, te Atdam.
*8)
Id. te R’dam. 0v. not, part. opg, §) iBelga = 5 frank.
7 September 1927
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
79
KOERSEN TE NEW YORK.
(Cable).
Data
Londen
Parijs
Berlijn
Amsterdam
($
per £)
(3 P. IOOfr.) (3 p. 100 Mk.)
(3 p. 100 gld.)
30 Aug.
1927
4,8631
3,9211
8
23,78
40,06%
31
,,
1927
4,86′,
3,9211,
23,79k
40,06%
1 Sept.
1927
4,86
1
1
32
3,92
23,79
40,06%
2
,,
1927
4,86
1
1
16
3,92
23
9
79%
40,06w
3
,,
1927
4,86
3
1
32
3,92
23,79
40,07
5
,,
1927
–
–
–
–
6Sept.
1926
–
–
–
–
Muntpariteit..
1
4,8667
19,30
23,81%
4091
16
KOERSEN TE LONDEN.
Plaatsen en
Landen
INoteer/ngs-I20
eenheden
Aug.
J
1927 1927 27
AugJ29Aug.!3Spt.192713
iLaagstelHoogsteI
Sept.
1927
Alexandrië. .
Plast. p.
97
1
<
9731
97
,
1,
9791
9734
Athene
. .
..
Dr.p.
371%
371k
364
373
36634
Bangkok …
Sh. p. tical
111081
5
1110%
111081
5
1110%
111051
8
Budapest . ..
Pen. p. £
27.84
27.79
27.76
27.82 27.79
B. Aires’). ..
d. p. $
4771
8
477/s
478713
47
81
1
32
47
15
1
Calcutta
. .
..
Sh. p. rup.
11571
s
1j57/8
1555
1
64
1
l
5
‘
T3
‘
1
1
I
50
s
Constantin..
Piast. p. £
967% 967% 955
975
960
Hongkong .
.
Sh. p. $
1111s1
11111,
1
‘
1/1131
8
210
1111”
Kobe
……
Sh.p.yen
1’i1
1
111′
1
3’3
11118
–
1
1111”
1
1
11
2
e
I
Lissabon
1)
. .
d. per Esc.
215′
39
2ij
1
211’92
1
2
7
116
2
9
18
Mexico . ….
d.per$
24
24
23
25
24
Montevideo’)
..
d. per $
49
1
4
49%
49
,
1
8
4951.
493
16
Montreal’) ..
..
per £
.$
4.8631
8
4.85
1
4.85%
4.854
R.d.Janeiro
1)
. per Mii.
527182
527i
’82
5271
’39 57/
5
555′
l6g
Shanghai …
Sh. p. tael
2/5%
21571
8
25%
2(6%
2,5 7/
Singapore. ..
id. p. $
213°
0
2/3%
2/3
2
8/,
2/3
18
/,
2(3
49
/
54
Vaiparaiso
9).
$ p.0
39.81 39.81
39.80
39.82
39.80
Warschau
..
Zl. p. £
43% 43%
43
44
43%
1) Telegrafisch transfert. 2)90 dg.
ZILVERPRIJS GOUDPRIJS
8)
Londen’)
N.Yorkl)
Londen
29 Aug. 1927.. 25%
54%
29 Aug. 1927
84111%
30
,,
1927.. 25%
54
7
,,
30
,,
1927….
8411014
31
,,
1927..
2531,
54y< 31
,,
1927
84/10%
1 Sept. 1927..
251/
5451
1
Sept. 1927….
84110%
2
,,
1927..
25’1,
541
2
,,
1927…
84/10%
3
,,
1927..
2511
3
,,
1927
84110%
4 Sept. 1926..
289/
6
–
4 Sept. 1926
84111%
20 Juli
1914..
241s/,
54’1
20 Juli
1914…
84111
1)
In pence p.oz.stand.
2)
Forelgn silver
In
$c.
p.oz.flne.
8)
in sh.
p.oz.fine
STAND VAN ‘. RIJKS KAS.
De Min ister van Finan den maakt bekend:
Vorderingen.
1
23Aug. 1927 30Aug. 1927
/
19.301.172,98
–
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
635.927,11
/
38.327,64
Voorschotten
op
ultimo
Juli
1927 aan
Saldo bij de Nederlandsche Bank…..
de gem.
op
voor haar door de Rijks-
administratlete heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting en opcenten
op
de Rijksinkomsten belasting ……..
..18.366.718,29
•
18.366.718,29
,,
13.293.736,49
Kasvord. weg. credietverst. a/h. buttenl.
,,119.30.083,82
,,122.456.342,-
Daggeldieeningen
tegen onderpand
van Staalsschuldbrieven
–
6.900.000,-.
Voorschotten aan de kolonitn……….10.559.786,56
Saldo der postrekeningen van Rijks-
comptabelen
………………….
13.337.645,81
,,
18.683.819,57
Vordering
op
het Staatsbedrijf der
P.,
..
T.
en
T.’)…………………………..
–
–
Id.
op
andere Staatsbedrijven
2)
3.125.348,03
,,
3.125.348,03
Verplichtingen.
Voorschot door de Nederl. Bank….
–
f
10.735.616,82
,,
58.720.000,-
Schatklstpromessen in omloop
……
,,
17.270.000,-
Waarvan direct bij de Ned. Bank..
–
–
,,
11.969.078,-
Schatklstbiljetten in omloop’)………
f
58.720.000,-
Schuld a.d.Bank v. Ned.Gemeenten
9)
.
.
–
–
Zilverbons In omloop ………………11.827.814,50
..19.870.000,-
Id. a. h. Alg. Burg. Pensioenfonds
2) ..,,
2.532.186,45
,,
2.574.021,08
Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.
en
T.
2)..,,
42.802.816,84
,,
39.595.388,41
Id. aan andere Staatsbedrijven’)……..1.080.000,-
,,
1.080.000,-
Id. aan diverse InstellIngen
2)
………..5.292.023,59
,,
5.294.773,86
Waarvan
f
12.056.000 vevallende
op 1
Juli 1929.
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH.INDISCHE VLOTTENDE
SCHULD.
1 27 Aug. 1927
1
3 Sept.1927
Vorderingen:
Saldo bij ‘s Rijks kas …………….
…-
Saldo bij de Javasche Bank ……….
…-
Verplichtingen: Voorschot uit ‘s Rijks kas aan N.-lndië
f
2.562.000,-
Voorschot Javasche Bank aan N.-lndit
1.717.000,-
Schatkistpromessen in omloop…….
29
…400.000.-
Muntbiljetten in omloop …………..661.000,-
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.. 2.223.000,–
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank. ., 1.421.000,-
Belegging 11 kapitaal, reserves en pen-
sloentoncls …………………… ,,
23.644.238,52
Gebouwen en Meub. der Bank.. …… ,,
5.000.000,-
Diverse rekeningen .. .-.. .. . – …….•
31.855.521,41
Passiva
t 891.326.601;1
Kapitaal ……….
_ … ….
f
20.000.000,.-
Reservefonds ……… . .-.. .
.-.. . ..
7.027.840,39
Bijzondere reserve ………
….. ..
8.000.000,-
Pensioenfonds .. , ………..
……..
4.697.194,52
Bankbiljetten in omloop ……… ..
817.360.560,-_.
Bankassignatiën in omloop………..,,
317.550,26
Rek..Cour.
j’
Het Rijk
f
–
saldo’s:
Anderen _,, 26.539.240,07 ,,
26.539.240,07
Diverse rekeningen …………… ,,
7.384215,91
f
891.326.601,15
Beschikbaar metaalsaldo …… .. .•.
f
244.650.324,36
Op de basis van
11
metaalcfekkjng..
._ ,,
751806.854,29
Minder bedrag aan bankbiljetten in om loop dan waartoe de Bank gerechtigdis. ,, 1.223251.620,-
Voornaa.mste posten in duizenden guldens.
•
Goud
Andere
Beschikt,.
Dek-
Data
Circulatie
opeischb.
Metaal-
1
kings
___________
Munt
1
Muntmat.
schulden
saldo
perc.
5 Sept. ’27
67.990
318276
817.361
26.857
244.650
49
29 Aug. ’27
68.006
318.276
802.977
22.358 249.146
50
22
,,
’27
68.057
318.276
788.180
47.970 247.182
50
15
,,
’27
68.061
318.276
794.696
44.237 246.428
50
8
,,
’27 68.053
318.276
804.356
40.625
245.011
48
1
,,
’27
68.111
318.276
829.193
34632
241.653
49
6 Sept. ’26
63.438
356.290
841.558
33.775
271.106
51
25 Juli
’14
85.703
96.41Ô
310.437 8.198
43.521
1)
54
Totaal
Schaticist-
B
ee-
•
e
Papier
Diverse
Data
bedrag
discon to’s
promessen
rechtstreeks
mogen
op het
buitenl.
reke
1
ningen
2)
5 Sept. 1927
138.585
–
134.180
131.728
31.856
29 Aug. 1927
134.119
–
131.812
131.651
31.275
22
,,
1927
148.252
–
128.075 131.576
31.407
15
,,
1927
153.323
–
128.657
128.974
33.201
8
,,
1927
161.165
–
128.790 126.726
31.436
1
,,
1927
175.506
–
131.380 127.040
32.394
6 Sept. 1926
52.451
–
132.851
215.733
47.156
25
Juli
19141
67.947
14.300
61.686
20.188
509
1) Op de basis van
2/
metaaldekking. 2) Sluitpost activa.
CURAÇAOSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Data
Metaal
Circu-
latie
Dis-
conto’s
1
Voor-
Isdzotten
aan
de
kolonie
Diverse reke-
ningen’
Dlverss reke-
ningen’
1 Juli
1927 1.947
2.671
152
14
1.854
881
1 Jui
1927
1.857
2.406
140
43
1.658
867
1
Mei
1927
1.769
2.473
150
48
1.825 856
1
April
1927
1.657
2.495
148
32
1.775 648
1
Maart
1927
1.586
2.194
148
58
1.550
691
1
Februari 1927
1.534 1.988
146
36
1.534
807
1 Juli
1926 1.243
2.061
1
70
1
19
1.2751 158
1) Sluitp. der activa.
2)
Sluitp. der passiva.
3)
Te gsed van het Gouvern.
f
3558.000,-
3.914.000,-
400.000,-
29.717.000,- 2.432.000,- 1.393.000,-
NEDERLANDSCHE BANK.
• Verktrte Balans op 5 September 1927.
Activa.
Binnen!. Wis.f Hfdbk.
f
106.639.742,25
se1s,Prorn., Bijbnk.
16.853.436,44
enz.indisc.(Ag.sch. ,, 15.092.218,84
f
138.585.397,53
Papier o. h. Buitenl. in disconto. .. . …..
–
Idem eigen portef. .
f
131.728.132,-
Af :Verkochtmaar voor
de bk. nog niet afgel. «
.
131.728.132,-
Beleeninge11 1
mci. vrsch.J Hfdbk.
f
53.572.911,29
in rek..crt. Bijbnk. ,,
8.011.107,75
op onderp. Ag.sch. ,, 72.595 552,35
/ 134.179.571,39
Op Effecten……..f 126.716.271,39
Op Goederen en Spec. ,, 7.463.300,- 134.179.571,39
Voorschotten a.h. Rijk .. .. .. .. .. ……,,
12.382.459,87
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud … …..
f
67.990.055,__.
Muntmat., Goud
318.276.131,14
f
386.266.186,14
Munt, Zilver, enz. •
27.685.094,29
Muntmat., Zilver.,
413.95 1. 280,43
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1927
JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok.
ken cijfers der laatste wek,en zijn telegrafisch ontvangen.
Andere
Beschikb.
Data
Goud
Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal-
–
schulden
saldo
3Sept.1927
20600
325.300
74.800
123.580
27Aug.1927
204.000 325.300
69.300
125.080
20
,,
1927
203.200 327.400 65.200
124.680
23Juli1927
184.731
.
21.391
324.377 58.953
129.870
16
,,
1927
181.824
21.998 322.130
62.796
127.284
9
1927
148.846
23.974
321.494 63.753
132.294
9
1927
184.878
24.219
316.975
59.637
134.316
4Sept.1926
199.322
31.029
330.808
55.888
153.472
5Sept.1925
132.373 44.107
321.652 51.853
102.443
25Juli1914
22.057
31.907 110.172 12.634 4.842
2
)
Dis-
Wissels,
buiten
Belee-
.
ui’se
Dek-
kings-
a a
conto’s
N.-Ind.
ningen
n
[
n
e
g
percen-
_____________
betaalb.
tage
3Sept.1927
Too ‘es
si
27Aug.1927
169.800
***
52
ZO
,,
1927
167.200
•’*
52
23 Juli1927
14.265
30.468
83.805
46.086
54
16
»
1927 14.521
27.941 82.461 47.767
54
9
,,
1927
14.345
26.840 81.073 48.250
56 2
1927 14;123
26.033′
75823
54.198
56
4Sept.1926
12.113
24.344
82.704
42.204
80
5Sept.1925
17.895
30.963
92.904
55.385
47
25Juli1914
7.259
6.395
1
47.934
2.228
44
‘) Sluitpost
activa.
)
Basis
2
15
metaaldekking.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten,
onder bijvoeging der Currency Notes,
iis duizenden ponden sterling.
Data
Metaal
Czrculat,e
Currency Notes
Bedrag
1
Bankbil1.1
Gov. Sec.
31 Aug. 1927
151.240 137.449
295.900
56.250
246.273
24
,,
1927
151.492
136.430 295.490
56.250
245.881
17
1927
151.949 136.887
297.017 56.250
247.438
10
1927
152.700
137.492
299.253
56.250 249.797
3
,,
1927
152:269
138.342
300.885
56.250
252.169
27 Juli
1927
151.805
137.958
298.469 56.250 248.817
1 Sept. 1926
155.499 141.289
291.076
56.250
240.229
22 Juli 1914
40.164 29.317
–
–
–
Data
00v.
Other
Public Other
eserve
Dek-
k ings.. Sec. Sec.
Depos. Depos.
31Aug.’27
58.447
41.639
22.149 93.200
33.541
29
24
,,
’27
55.422
48.140
17.424 102.737
34.812
29
17
,,
’27 49.957
51.588
17.794 100.458
34.862
29
10
,,
’27 47.442 49.160
11.790
101.641
34.958
3071
3
,,
’27 52.077 44.741
9.522
102.840 33.677
30
27 Juli ’27
49.992
47.858 9.878
103.483
33.597
295/
8
1Sept.’26
38.057
70.568
15.732
108.581
33.960
2751,
6
22 Juli ’14
11.005
33.633
13.736
42.185
29.297
’52
1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen france.
Waarvan
Tegoe
e
d
Wis
Waarv.
Belee-
Data
Goud
in het
Zilver
in h t
–
op het
Ibultenl.
ningen
buitenl.’)
buitenl.
sels
1Sept.’27
5.546 1.884
343
57
1.968
6
1.618
25Aug.’27
5.546
1.864
343
53
1.727
5
1.631
18
,,
’27
5.546
1.864
343
53
1.476
8
1.663
11
,,
’27
5.546
1.864
343
52
1.382
7
1.693
4
’27
5.546
1.864
343
57
2.384
7
1.653
2Sept.’26
5.549
1.864
339 577
8.329
18
2.157
23Juli’14
4.104
1
–
640
–
1.541
1
8
1
769
Buit.gew.
Schat-
1
Diver-
Rekg. Courant
Data
voorsch.
kistbil-
‘)J
sen
3)
Circulatie
Parti-
Staat a/d. Staat
Jetten
culieren
1Sept.’27
24.650
5.777
23.565
53.266
10.698
93
25Aug.’27
25.050
5.775
23.965 52.672
12.445
79
18
’27
25.350
5.774 23.677
52.925
11.976
147
11
’27
25.550
5.768
23.960 53.282
12.068
185
4
’27
25.800
5.754
23.853 53.694
12.094
2
2Sept.’26
37.350
5.431
3.787
55.346
3.268
9
23 Juli’14
– – –
5.912
943
401
‘)Waarvan beschikbaar 463 millioen.
2)
in disconto genomen wegens
voorsch.
v.
d. Staat aan buiteni. regeeringen.
3)
Sluitpost activa.
EFFECTENBEURZEN.
Ajtisterdan,, 5 S 1leiuber 1927.
])e auhter ons liggende erichtsperiode heeft op de inter-
iationale beurzen eerder liet kenmerk van de vacantie aan-
genomen, dan gedurende het grootste deel van (le werke-
lijke vacantie het geval is geweest. Bijzonder teekenend is
dit ter beurze van B e r 1 ij
ii
naar voren getreden. Op vele
dagen kon voor ongeveer cle helft van het aantal fondsen
geen noteering worden va.stgésteld, omdat orders i..oø goed
als geheel hebben ontbroken. Iii verband hierniede vercl
voor de meeste aaideelen eenige achteruitgang opgemerkt.
Te P a r-ij
S
sla daarentegen de levendigheid iets grooter
geworden. Een ibepa:lde tendens kou niet worden gecon-
stateerd
;
veelal is het asl)ect een.igszins verdeeld geble
ven. Tegenover aanbod van bankaandeelen kon vraag voor
verschillende industrieele soorten worden gelsteldj ook van
buitenlandsche zijde heeft men voor Jaatstgenoemde aan-
deelen w’eer grootere belangstelling getoond.
De markt te Lo n d e ii werd nog grootendeels beheersoht
door de nituartie van Ce geldmarkt. Deze is nog steeds niet
ruim geworden en de verdere onttrekking van goud voor
rekening van Argentinië heeft opnieuw de aandacht ge-
vestigd op het labiele evenwicht, waarin de gelcimarkt te
]’,onien zich bevindt. in verband ‘hiermede wordt niet aan
een verlaging van den discontovoet, gedacht en is de stem-
Ining in de alcleeling voor beleggingsfondsen – met uit-
zondering van 5 ‘pCt. War Loa.n – ongedecideerd gebleven.
iliertegenover bestond voldoende belangstelling voor ver-
schillende aandeelen.soorten, .zooais l3ritish Celanese, seheep-
vaartfondsen, thee-aandeelen, enz.
De markt ‘te Now Y o rk is opgewekt gebleven, waarbij
ook de geidmarkt een rol heeft espee1d. Ondanks de
groote eischen, aan ‘deze markt gesteld in verband met de
maandwisseling – een bedrag van 250 inillioen dollars was
benoodigcl voor betaling van interest en diviclenden – zijti
•de geidkoersen laag gebleven, hetgeen een stimulans heeft
gevormd voor de fondsenmarkt. Ook de afdeeling voor be-
leggingspapieren heeft een opgewekt voorkomen behouden,
hoewel toch eenige aarzeling op te meken is geweest als
gevolg van •de onzekerheid, welke houding de regeering zal aannemen met betrekking tot de aanstaande aflossing, real).
eon.versie van de binnenkort vervallende Libertyleening.
T e n o
11
ze n t is de handel ter beurze gedurende de aeli-
ter ons liggende berichtsveek vrij levendig geweest, zij het
niet voor alle afdeelingen. De
beleggingsmarkt
heeft weinig
veranderingen te nieti gegeven, hoewel de stemming over
‘het algemeen vast is gebleven, ‘zelfs ondanks de hoogere
geidko.ersen, welke ook na de ma.andrwisseling werden ge-
liandhaafd. 6 pCt. Neci. Werk. Schuld 1922 105
9
1
i4
, 105
3
%;
4% pCt. Necl. Werk. Schuld 1917: 10011, 1003%, 1003%;
4% pCt. Necl.-Iudië 1926: 98%,
98fia,
98%; 5 pCt. Mexico
£ 100-4000 (Alg.)
: 9116,
8%, 9; 5 ‘pOt. Brazilië 1903 £ 100:
82fie, 83
3
/s, 82
9
/
15
, 83; 8 pCt. ‘Sao Paulo:
1051-3/,
105%,
1057%.
De meeste aandacht heel t do afcleeling voor
suikeraandee-
leur
getrokken. Bijna plotseling is bier groote kooplust op
te merken geweest, welke zich aanvankelijk uitsluitend
voor aa.n’deelen Handeisvereeniging ,,Amsterdam” manifes-
teerLlc en welke in verband, werd gebraoht met de groote
belangen, welke deze maatschappij ‘bij de theecultuur ‘bezit.
Gaandeweg echter uvei’den ook andere suiikerfondsen in den
kring der belangstelling getrokken en toen bleek het, dat
naast thee ook de houding van de suikermarkt invloed bij de beoordeeling uitoefende. De opgewekte houding werd
gemotiveerd door ‘dc verwachting van een Verdere •inkrim-
piug van en aanplant op Cuba, van afcloeningen tegen een
hoogeu prijs door cle V.J’.S.P., enz. Het slot kwam nage-noeg op het hoogste peil. Cultuur Mij. der Verstenlanden:
1853%, 187, 190¼, 192; Handelsvereeniging Amsterdam:
778, 806, 800, 812; Javasche Cultuur Mij.: 420, 428, 432,
429%, 434%; Kalibagor: 452, 454, 457,
459%;
Moormanu: 443%, 452, 456, 460; Ned.-Ind. Suiker Unie: 292%, 294%,
304, 3143%; Pagottan: 322, 328 3%, 331,
‘334%’;
Poerwo’redjo:
134, 136
3
/8,
138
1
/2;.
Sindanglaoet: 477,’ 478, 479
1
/
2
;
Tjepper:
807, 810, 815.
in
thee-aandeelen’ is
cle stemming iets uvedfelender ge-
worden, hoewel de meeste fondsen ‘de beriohtswcek
01)
een
verbeterd niveau hebben verlaten. De prijsver’beteri.ng is
echter voor verschillende fondsen tamelijk schielijk gegaan,
zoodat een kalme houding, eventueel een reactie, tot cle
natuurlijke verschijnselen kon worden gerekend. Amster-
dam ‘lliee: 126
1
/, 129%, 127, 1297%; Goalpara: 624%, 630,
635, 640; Pasir Kananga: 275, 280, 289, 285; Rongga
Landbouw: 385, 389, 384; Sedep: 658,
660%,
655; Sla-
dangaarie: 262, 276, 277%,.
De
rubbern’rarkt
heeft weinig aandacht getrokken. De
7 September 1927
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
grondtoon is echter voorf4urend vast gebleven, waarop het
hoofdfouds, Amste rdarn Rubber, een iiitzoudering heeFt
geiiiaakt. Dit fonds bhort tot cle couraute papiereu en
uit dien hoofde concentreeren zich bier vaak •de af f alras van den beroepsliaadel. Het vooruitzicht nu op een toene-riting van de voorraden te Londen – hetgeen inderdaad het
geval is geweest en wel met ongeveer 000 tons – had clezen
handel tot enkele blanco afgiftea gebracht. Het publiek
{aarentegen, dat belang heeft bij de minder oourante soor-
ten, heeft den optimistisehen kijk op de ‘toekomst behou-
ten, zooda’t hier slechts in enkele papieren aanbod is voor-
gekomen. Amsterdam Rubber: 299%, 3054,
301, 300%;
Dcli Batavia Rubber:245, 246%, 241, 244%; Ressa B.ub-
her: 443%, 450%, 459%, 455%; Intische Rubber: 346, 350
338; Ka.li Telepak: 304, 311, 305%, 300%; Kendeng hem-
boe: 396%, 400, 395; Necl.-Ïnd. Rubber & Koffie: 365, 350 (ex div.), 349%, 348%; Oost Java Rubber: 344, 347, 328%,
336; R’dam Tapanoeli: 156%, 157, 158, 157; Serb.a:lja:li:
301, 307, 304, 300, 3021,
;
Sumatra Caoutohoitc: 302, 279%
(ex div.), 276, 277; Sumatra Rubber: 209, 302, 295, 296;
Ver. indische Cultuur Ondernemingen: 105, 201%, 196%,
196% ; :[nteroontiaental Rubber: 12
1
y10,
12
9
1,
12%.
‘J’abaksaandcelen
waren stil en over het algemeen iets
lager, zonder dat de verschillen van groote beteekenis zijn
geworden. Van den nieuwen oogst ‘zijn geen berichten bin-
nengekomen, zoolat aan,leiding tot het ondernemen vau
nieuwe zaken feitelijk niet heeft hestaa.n. A.rendsburg:
681%, 680, 678; Besoeki Tabak: 529%, 529; Del.i Batavia:
538%, 541, 539, 538%; Deli Mij.: 469%, 475%, 473%, 477;
Oostkust: 258%, 264%, 265%1 262; Sei:iembah: 479, 483/,
480.
De
‘petroicwnernarkt
heeft in geringe inate de aandacht
getrokken. De steniming was weliswaar .iets beter, doch
toch niet zoodaaig, dat van een krachtige verbetering
ge-
wag kan worden gemaakt. Het publiek is voortgegaan een
afwachtende houding aan te nemen. Dor•dtsche Petroleum
Itid. Mij.: 320%, 317%, 319%; Gen Roll. Petr. Mij.: 21.5,
214%; Kon. Petr. Mij.: 343%, 341%, 344%, 3431/4; Perlak
Petroleum: 76, 73, 72%, 73%; Peudawa: 13%; Marland
011: 35%, 36%.
Scheepvaartaundcel en i
zijn gedurende het grootste gedeel-
te van de berichtaweek nagenoeg verwaarloosd gebleven,
behoudens een enkele uitzondering, z000als van Nievelt
Goudriaan. Tegen het slot echter ontwikkelde zich goede
belangstelling, waardoor cle meeste aandeeleu een hooger
hieil konden bereiken. Holland-Amerika Lijn: 88, 86%,
88%; Java-China-Japan Lijn: 131%, 130%, 130; Ned.
Stoomboot Mij.: 1001, 101%, 103; Net!. Scheepvaart Uniie:
189%, 188%, 100%, 191%; Nievelt Goudriaan: 130, 132%,
133, 134%; Stoomvaart Mij. Nederland:
190%,
191.
is4ustrieele aandeelen zijn stil geweest, waarbij cle ten-
dens uiteenloo,pend is geworden. Kunstzijde was over ht
algemeen Vrij opgewekt, met uitzondering van aandeelen
]iolhaiiclsche Kunstzijde Industrie, hoewel ook hier do
reactie slechts minimaal is geworden. Groote belangstelling bestond voor aandeelen Zweeclsche Lucifers Maatschappij,
welke dientengevolge een flinke verbetering konden beha-len. Centrale Suiker Mij.: 119%, 121%, 125; Holhandsche
Kttnstzijde Jnd.: 117, 118%, 117%; Jurgens: 182%, 183%,
1847/8, 186%; Naakubee: 106%, 109%, 110
7
/8,
110%; Ned.
Kuustzijclefabriek: 345%, 343%, 352%, 350; Philips Gloei-
lampenfabriek: 475, 477, 473, 468; Zweedsehe Lucifers Mij.:
309%, 319%, 317%, 324.
IDe afcleeling voor
in.ijnaandeelen
bleef veronaohtzaamcl
met een lichte neiging tot herstel. Alg. Exploratie Mij.:
62; Billiton le Ru.briek: 955, 949, 950; Boeton Mijnbouw
Mij.:
143%,
139%, 141%,
141%:;
Muller & Co.’s Mijnbouw
Mij.: 77, 75, 77%; Recljang Lebong: 146, 153, 154, 151;
&ingkep Tin Mij.: 480, 481,
476%,
479, 476%.
13snkaancicci en
.wareu stil, doch vast. Amsterdamsche
Bank:
178%,
179
5
/8,
179
1
/
4
; Incasso Bank: 129%, 129%;
Koloniale Bank:
285%,
288%, 292
3
/8,
2,93%; Ned.-Ind.
Handelsbank: 185%, 187%, 188%, 190; Ned. Handel Mij.
C. v. A.: 179, 181
3
/8,
183; R’damsche Bankvereeniging:
91%, 02, 92
3
/8;
Twen’tsehe Bank: 144%, 1
4
5%, 146.
])e
Amerikaansche markt heeft op sommige dagen groote
levendigheid te zien gegeven, in het bijzonder voor aan-
deelcim. Wabash, ‘terwijl de algemeene stemming, in overeen-
stemming met Wallstreet, vast is gebleven. Anaconda Cop-
per: 94
3
/8,
93%, 94
5
/8;
Studebaker: 53%’, 153, 537/8; United
States Steel Corp.: 145%, 144%, 147%, 148%; Atehison
Topeca: 193, 194%, 196% Baltimore & Ohio: 121, 123,
124%; Ene: 59, 60%, 61%; Missouri Kansas & Texas:
45%, 47, 47; Southern Pacific: 1197%, 122%; Union Pa-
cific:
188%,
187%, 190, 1897/
s
; Wabash Railway: 65,
637
!io,
65%,
68/i,
67
15
11..
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
6 September 1927.
T cc r iv e. De berichten van Canada, die in dezen tijd van
het jaar buitengewoon belangrijk zijn, ‘zijn in cle afgalo’opeii
week gunstig geweest. De zoo gevreesde vorst is ‘tot nog toe
uitgebleven en als gevolg daarvan geven de particuliere
ramingen van de opbrengst gioote cijfers anti. Indien liet weer nog circa een week goed blijft, dan is het vrij zeker
dat Canada ongeveer 450 millioen bu. tarwe zal oogsten en
daar de Vereenigde Staten bovendien een zeer ruim export-
surplus hebben, zal de totale hoeveelheïct ‘tarwe, die Noord-
Amerika voor uitvoer beschikbaar heeft, groot, ja waar-
sehijnljk zeer groot zijn. Ofschoon ook het Noord-Westen
van de Vereenigde Staten gunstig weer lheeft gehad, zijn
toch cle ramingen over de opbrengst vat verminderd, even-
wel niet zooveel dat dit den geheelcn ‘toestand zou wijzigen.
In ons volgend ovenzicht ‘zullen ‘wij het ofticieele regeerings-
rapport kunnen bespreken en indien niet het weer dezer
dagen geheel verandert, zal dat rapport wel als •de eind-
raming voor den oogst kunnen gelden.
In Noord-West Europa is het weer over het algemeen
zeer 1 m-aal geweest en dit heeft de stemming op de
tarwe-
markten niet doen verbeteren. Feitelijk hebben de markten
zich beter gehouden dan men in verband met de goede be-
richten
ZOU
verwacht hebben. De Canadeesohe tarwepool
heeft zich van de fluctuaties te Winnipeg weinig aange-
tm-okken en bijna voortdurend tot onveranderde prijzen ge-offreerd. Dit ‘hield op 1 en 2 September een verbetering der
markt tegen, ofschoon toen Winnipeg hooger afkwam. Op
3 September is Winnipeg dan ook ‘wederom gedaald en in
vergelijking met een ‘week geleden zijn de prijzen 3% en 4 de. per bu. lager of ongeveer 3 pCt. In Chicago was cle
prijsbeweging ongeveer gelijk aan die te Winnipeg. De ver-
schepingen waren groot, wat natuurlijk de stemming ook
wederom beïnvloedde en het is niet verwonderlijk, dat de
vraag over ‘het algemeen sterk verminderd is.
Toch wordt het meer en meer duidelijk, dat het gun-
stige weer, dat wij hier sedert circa 10 dagen hebben, over
het algemeen te laat is gekomen, want algemeen hoort men
klagen over de kwaliteit van de aanvoeren van de nieuwe
tarwe. Slechts kleine partijtjes zijn van goede kwaliteit;
de meeste zijn te vochtig en een belangrijk gedeelte is niet
geschikt voor cle meelfabricage. Dientengevolge zal Europa tooh ook dit jaar ‘wederom aan4ienlijke hoeveelheden tarwe moeten importeeren, waarschijnlijk niet zooveel minder (lan
een jaar geleden. Het verschil izal in hoofdzaak zijn cle
groo’tere opbiengst van rogge in vergelijking met verleden
jaar, ofschoon ook de rogge meer geleden heeft dan mcmi
verleden week over het algemeen vermoeckie. Van Ruslanch
nog steeds geen berichten di ons veel verder brengen, maan
liet feit, dat er geen offertes van Russische tarwe aan de
markt zijn, geeft ‘voldoende aan, dat men niet niet een be
langrijken uitvoer van dat land kan rekening houden. Hoe-
nlenië heeft reeds een en ander van cle tarwe van den nieu-
ii’en oogst verkocht, doch het aanbod is mm wederom wat
verminderd. Hoogstwaarschijnlijk zal Roemenië voortgaan
met het versobopen van tarwe, maar zeer groote k.wantitei-
ten moet men van dat land niet verwachten.
Terwijl Australië vaarsohijnlijk een aanzienlijk kleineren
oogst ‘zal hebben ‘clan het vorige jaar, zijn de berichten van
dat land den laatsten tijd wat veabeterd, zoodat het tekort
minder zal zijn dan aanvankelijk moest ‘worden aangeno-
amen. Argentinië heeft in dan laatsten tijd zeer gunstig weer gehad en de vooruit,sichten zijn op liet oogenblik zSÔ goed,
dat algemeen verwacht wordt dat de oogst van verleden
jaar nog belangrijk overtroffen zal worden.
Het ‘is onder al deze omstandigheden begrijpelijk, (lat de tarwehandelaren en meelfabrikanten voorzichtig opereeren
en het is dan ook zeer waarschijnlijk, dat zij deze houding
niet spoedig ‘zullen prijsgeven. Alleen een belangrijke daling
van prijzen ‘aou wederom een goede vraag kunnen •doen
ontstaan.
Rogge. Zooals wij ‘hierboven reeds vermeldden, valt
toch de kwaliteit van de rogge van den nieuwen oogst in
Duitschland niet mee. Nadat aanvankelijk cle prijzen te
Berlijn aanzienlijk wnren teruggeloopen, werd de stem-
umiug veel vaster en de prijzen stegen ‘wederom tot niet
zeer ver van het hoogste punt. Het bleek evenwel niet mo-
gelijk onder invloed van de flauwe stemming voor vrijwel
alle graansoorten, een verhooging van de roggeprijzen te
handhaven. Noord-Amerika reageert regelmatig op de stem
t
ming in Europa. Het exportsurplus van de Vereeniigde Sta-
ten en Canada gezamenlijk zal aanzlenhijk grooter zijn
dan verlenen jaar, zoodat men daar zeer afhankelijk is van de vraag van Europa. De Sovjet-regeering offreer.t rogge,
doch zij ‘houdt deze goed op prijs Het is evenwel waarschijn-
Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.
Soorten
1
5 Sept. 1
29
Aug.
1
6Sept.
1
1927
1
1927
1
1926
Tarwe (Hardwinter II)
1
14,90
Rogge (No. 2 Western) …’
11,80
Mais
(La
Plata)
…….
2
181,-
Gerst (48 lbs. malting)
•
2
236,-
Haver (Canada 3)………
1
13,25
Lijnkoeken (Noord.Ameri-
kavan LaPlata.zaad)…
1
12,60
Lijnzaad (La Plata)
.
..
.
.8
365,-
1)
per 100 KG.
2)
per 2000 KG
14,90
14,40
12,20
11,70
186,-
170,-
246,-
195,-
13,23
10,30
12,65
11,90
370,_
353,-
8)
pe r 1960 KG.
802
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1927
Noteeringen.
Chicago
Buenos Aires
Data
Tarwe Maïs
Haver
Tarwe Maïs
Lijazaad
Sept. Sept.
Sept.
Sept.
Sept.
Sept.
3 Spt.
1
27
133%’
1041/
8
44
11,
12,20
7,20
15,30
27Aug.’27 137
7
/
s
11111
8
46%’
12,20
7,30
15,65
3 Spt.’26 130%
7534
3634
12,55′)
6.65
16,30
1
)
3Spt.’25 154%
99%’
39′,
13,351) 9,151)
20,45
1
)
3 Spt. ’24 12434
119l/
14,90
1
)
10,35
1
)
22,85
1
)
20Juli’14
82
5681
8
3634
9,40 5,38 13,70
1)
per 1 October.
AANVOEREN in tons van 1000 IÇG.
Rotterdam
Amsterdam
II
Totaal
Artikelen
28Aug.13 Sept.
1927
Sedert
1
Overeenk.
128Aug.(3Sept)
Sedert
t
Overeenk.
II
1 Jan.
1927
1
tijdvak
1926
Ii
1927
1
1Jan.
1927
1
tijdvak
1926
1927
1926
Tarsve ……………… .47.677
1.366.107
1.085.667
Rogge ……………..523
259.697
185.817
Boekweit ……………….87
13.497
15.115 24.5
Maïs ……………….08
980.025
604.137
Gerst ……………….6.480
282.831
246.307
Haver ……………..
3.064
149.749
151.558
Lijnzaad ……………5.058
168.739
174.135
Lijnkoek …………..2.383
129.567
172.984
Tarwemeel …………1.714
73.117
58.510
Andere meelsoorten .
53
.
7.717
9.890
lijk, (hit (tien vanaf October regelmatig verschepiugen vat’
Ilussisclje rogge
jal
kunnen verwachten.
31. al s. Dit artikel is bijna de geheele week flauw gestemd
geweest. De versohepiugen van La Plata waren wederom
grooter en er be
g
innen zich in enkele 1nvens voorraden te
vormeu, (heer ja liet bijzonder teit onzent, waar de aanvoe-
ren in Augustus wederom zeer groot waren. Argentinië h.a,.l
voor vcrt ere verscheping niet zooveel verkocht en toonde
tin wederom meer neiging tot afgeven, wat onmiddellijk de prij/en beïnvloed heeft. De Engelschè markten blijven over
het algemeen vrij goed, maal de vraag was ook daar niet
voldoende om den drang tot verkoopen van Argentinië te
i:oflhpenseeren. Van Oost-Europa is er nog steeds geen aan-
bol van maïs, terwijl de toestand van Zuid-Afrika onge-
‘eer onveranderd is. Voor enkele soorten Zuici-Afrikaanscho
inaïs zijn de prijzen cve! wat teruggeloepen, maar over het
algemeen w’orctt deze soort nog te hoog gehouden om aan-
leiding ‘te kunnen geven tot groote saken.
De stemming voor ge rat ,,’as flauw. In het grootste
importland, Duitschlancl, was de vraag gering en dienten-
gevolge moesten de verkoo.pers voor alle soorten toegeven.
De verschepirigen waren
wel
wat geringer dan de vorige
week, maar zij zijn over het algemeen toch nog zeer ruim,
zoodat er ook voor de kooper.s niet veel aanleiding bestaat
zioh met het doen van inkoepen te haasteni Onder invloed van goele oogstberichten was de ateninming te Winniipeg tamelijk flauw en de offertes werden regelmatig verlaagd.
Dit geldt ook voor gerst van de Vereenigde Staten en hoe-wel de Donau Iveinig gerst aanbood, ,v.aren er toch nog te
veel onverkochte partijen Donaugerst aan de narkt, oodat
ook daarvoor belangrijk lagere prijzen moesten worden aan-
genomen. Voor latere verscheping wilden de Donsitihuizen
niet of f reeren en er waren zelfs orders van Donau-ex.por-
teurs om in do West-Europeesche mari.ten Donaugerst op
November/December af.lading te koopen. Het bleek niet
moeilijk daarvoor afgevers te vinden.
Na de goede vraag v’oor h a ve r gedurende de laatste
weken, wilde men over het algemeen met koopen afwachten
nu het gunstige weer ‘de vooruitzichten van een tamelijk
goeden oogst zooveel verbeterd had. Dientengevolge liepen
ook voor dit artikel de prijzen terug, vooral voor La Piata-
haver. Veel zaken konden evenwel niet tot stand gebracht
worden. Behalve La Pl atahaver en Noord-Amerikaansolre
haver was ook Noord-Rusland met haver aan de markt.
SUIKER.
De verschillende .su.ikorma.rkten waren deafgeloopen
week prijshouclend gestemd.
In verband met de verwachte restr,ictie op Cubs stegen
de rioteeringen in A m er ik a vrij aansienljk, doch trad
aan het einde der week een kleine reactie in, veroorzaakt
door winstuemingen.
De noteeringen gaven het volgende beeld te zien:
–
39.252
10.341
1.405.419
1.096.008
–
493
1.211
260.170
187.028
–
67
950
13.564
16.065
130
152.325 75.323 1.132.350
679.460
–
6.829 7.165
289.660
253.472
–
2.728
2.165
152.477 153.723
–
163.847
159.482 332.586 333.617
–
–
–
129.567
172.984
651
25.289
12. 204
98.406 70.714
–
–
–
7.717
9.890
Sp.C. Sept. Oct. Dec. Jan. Mrt.
slot voorafgaande week 4.65 2.78 2.80 2.91 2.92 2,84
opening verslag week 4.65. 2.76 2.78 2.88 2.89 2.83 slot verslag week ……4.77 P92.92 2.93 3.03 3.- 2.91
De ontvangsten in de All, havens der V. S. bedroegen
deze week 82.000 tous, de versmeltingeir 70.000 ‘bus tegen
03.009 tons in 1926 en de voorraden 225.000 bus tegen
234.800.
Pi’onipte Cubasuiker ‘werd verhandeld tot ongeveer 3.-
dc. c. & fr. New York.
De C u b a-stabistiek is als volgt:
1927
1920
1925
boos
lens
‘lens
Cubaansche prod. tot 30/8 4.508.620 4.884.658 6.106.703
Weekontv. afscheepimavens
39.813
34.223
36.407
Totaal sedert 111 ‘tot 27/8
3.727.751 4.110.352 4.582.969
Weekexport ………….
79.769
128.344
80.213
rl
o
t export
val,
111 tot 2718 2.923.584 3.164.938 3.759.990
Toor
ri
a:1 afsolieephavemis .
822.211
935.416
822.799
Voorraad Binnenland
672.205
694.292
425.220
Volgens F. 0. L i cii t was het iver gedurende Augustus
in D ii i t schi an cl over het algemeen niet ongunstig voor
het te velde staande bietgewas, dat evenwel nog ‘ten achter
is bij normale jaren. Echter kan, indien het somerweer der
laatste Augustus- en eerste Septemberdagen nog wat aan-
h&udt, dit nog een grooten invloed ‘ben goede op den oogst
uitoefenen. Ongeveer hetzelfde is het, volgens dezen Statis-
heus, in vrijwel alle bietsuikerlanden van Europa gesteld.
Licht publiceert eene nietnve raming van het Europ. liet-
areaal, met een totaal van 25.500 HA. meer dan zijne vo-
rige raming en 87.000 BTA. meer dan het areaal 1926/27.
Veider publiceert Mdkusoh de volgende raming van dcii
te velde staanlen Burop. bietoogst:
Productie
1927/28
1926127
tons
fons
Raming Opbrengst
Duitschlancl ………………….1.750.000
1.665.000
Danzig
………………………2d.000
16.000
Tsjecbo S!ov.akije ……………..1.250.000
1.043.000
Oostenrijk …………………..96.000
80.000
Hongarije ……………………1.76.000
1.75.000
Frankrijk ……………………840.000
710.000
België
……………………….300.000
233.000
Holland …………………….280.000
278.000
Polen ……………………….6.20.000
556.000
1)eneinarken …………………150.000
155.000
Zweden ……………………..150.000
21.000
Italië
………………………310.000
311.000
Spanje ……………………..230.000
242.000
Joego Slavië …………………85.000
78.000
Roemenië ……………………150.000
164.000
Bulgarije
……………. ……..
.28.000′
35.000
Zwitserland ………………….9.000
9.000
7 September 1927
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
803
Engeland
……………………
270.000
171.060
Ierland
…………………….
22.000 13.000
Finland
…………………….
0.000
4.000
Letland
…………………….
1.000
1.000
Turkije
……………………..
0.000
1.000
Azoren
………………………
2.000 2.000
Exclusief ;RllsIlLld …………….0.756.000
5.903.000
]{usiarrd
…………………….1.375.000
970.000
Totaal lOurops ……8.131.000
6.933.000
Met hit oog
01)
het gunstige veer voor de bieten was (Ie
stemming
01)
cle markt in E ii ge 1 a ii ci kalm, terwijl daar-
entegeii iie vaste steiuniing in A.mrika een daling der pij-
len tegenhielci.
De slotnoteeri ogen cvaren als volgt:
Sept. …… Sh. 1511034 Maart 1928 . 5h. 16/11%
Oct. …….
,, 1516
Mei
.
l’7f2%
Dec… …..
,, 15j134
Aug..
17/6
De J a v a-niarkt was vast en stegen de noteeringeii met
f%
itf%.
Het rendement van 147 fabrieken bedroeg op 1 September
17 pCt. meer dan verleden jaar. iDe markt li i e r te 1 a ii d, e volgde hoofdzakelijk Enge-
land, terwijl aandieningen van Augustus terinijncontraeteu
de prijzen drukten. Tegen het einde der week hersteldeu zich
de noteeringen in verband met de berichten uit Amerika
omtrent •de eventueele as. restrictie op Cuba. Spoedig aan-
komende Javasuiker werd tot
f
18% cii. verhandeld. De tcrmijiinoteeringeu sloten als volgt:
Sept.
f
18%; Mrt.
f
18%; Dec.
f
18%; Mei
f
19.
De omzet aan cle termijnmarkt bedroeg 4550 tons.
KATOEN.
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Soos. –
Manchester, d.d. 31 Augustus 1927.
Nadat cle Amerikan.nscbe katoenmarkt op ji. Vrijdag
wat flauwer ‘was geweest, zijn prijzen zoowel hier als in
Amerika ‘belangrijk gestegen. Dit is voornamelijk het• ge.
volg van ongnnstige oogst- en veerberichten, terwijl ook
het speculatieve element thans grooten invloed op de
markt heeft. De stijging duurde tot gisteren, toen na een
eenigszins hoogere opening,
‘prijzen
in New York ten slotte
68 it 79 punten lager sloten, terwijl gedurende dezen hejirs-
(lag fluctuaties tussehen het hoogste en het laagste plint
van enkele maanden zelfs 113 punten bedroegen.
btid-Ameriean spot •i.ioteerde gisteren in Liver-pool 12.04,
hetgeen een stijging van 287 punten beteekent vergeleken
hij den laagsten prijs van deze maand nI. 9.17 d. op 8 Augns-
tus jI. een record, dat wij sedert October 1925 niet bereikt
‘hebben. J.let is ‘ivel vermeldenswaard, dat gisteren alle no-
teeringen voor futures, met uitzondering van die voor cie
loopende maand, meer dan ceen sh.ilLi.ng
per Ib. bedroegen.
Egy’pbische -soorten zijn ook ‘hooger. De markt ‘hai deze
gebeurtenissen over het algemeen niet voorzien en is nog
niet bereid de stijging te betalen; Liverpool opende van.
morgen 70 tot 85 punten lager.
De vraag naar grove nummers Anmrikaansche garens is
haast van geen -beteekenis. De levendiger handel in medio
en fijnere liunlaners, waar-van wij ‘in aus vorig bericht mel-
ding maakten, bleef ook deze week-voortduren en er werden
flinke ‘zaken gedaan. Verleden Maandag ging er eveneens
vrij veel oni, terwijl er gisteren een goede vraag bestond
naar stoeks in cle fijnere nummers weftgarens voor dhoo.
ties, alsmede naar mciie bun.clelgarens voor verfdoeleinden.
Ook bestaat er belangstelling voor getwijedebundelgarens
voor binnenlancisch gebrink. In Egyptische soorten schij-
nen goed aaken gedaan -te zijn in OOer en de fijnere twist-
iln.mnlers, doch koopers toonen weinig neiging om {e stij.
gil.lg van het ruwe materiaal te volgen. De kracht van de
markt iii .E’ptisehe garens is voornamelijk gelegen in de
geboekte -groote orders ‘in de fijne nummers voor voile g-
rens. In getwij ode bundelgarens heeft de stijging van het
ruwe materiaal zaken tegengehouden, hoewel hier en daar enkele kleine hoeveelheden voor het Continent schijnen te
zijn afgesloten.
IDoekprijzen zijn gedurende de afgeloopen week voortcln.
renci gestegen en er wordt meer vraag gerapporteerd, spe.
c:iaai van Indië, Calcutta en Karachi. Ofschoon overzeesche
koopers hun lim,ites wel eenigszins verhoogd hebben cii er
enkele posten in dhooties en andere stpels zijn afgesloten,
is cle afstand tusschen prijsideeëii van koopers en verkoo-
pers grooter dan ooit. Deze vermeer-derde vraag sohijnt er
op te wijzen, dat Indië ‘wel behoefte heeft en geneigd is
prijzen te betalen, clie in het begin van ‘cle maand gr.if ge.
accepteerd zouden zijn. Over het algemeen echter, gaat
er ten gevolge van de grooto fluetuaties in het ruwe ma-
teriaal weinig om.
24Aug. 31Aug.
Liverpoolnoteeringen.
F.G.F. Sakeliaridis 20,10 19,70
G.F. No. 1 Oomra. 8,65 9,05
Oost. koersen. 23Aug. 30Aug.
T.T. opBr.-Indië 115 1/571
8
T.T.opHongkong11111 ljll
T.T.opShanghai
2:5%
2;5y
2
KOFFIE.
‘
Na het ‘bekend vorden van het slagen der leening van
£ 5 millioeii, waarvan -in liet vorig bericht .werci melding ge-
-iiiaakt, -was aanvankelijk cciie iets vastere stemming voor
liet artikel -waar te nemen. Lang duurde cleize echter niet,
cii verviel de markt iwecleronr in de gewone kainie steuj-
nling, waarvan in -den laatsten tijd in ieder bericht moet
worden incilding -gemaakt. 1)e noteeriiigeii van de kost- en
vracht-aanbiedingen voor .prompte verscheping van Brazilië
o-ii-dergingeu weinig of geen verandering. Ïiet aanbod van
Indië echter was, vooral voor Robusta WEB. f.a.t1., in het
einde -der week nogal dringend cii de prijzen bewogen zich in dalende richting. -Sedert heeft dit aanbod opgehouden cii
hersteiclen zich de prijzen weer aenigslius.
Volgens ontvangen telegram uit Brazilië heeft het iii-
st-ituut
–
tot l’emnianente Verdediging van de Koffie van Sao
Paulo,
01)
cciie conferentie besloten om in de afscheeplia.
vens van Brazilië -de volgende voorraden te houden: te Rio
cle Janeiro 360.000 balen (bestaande uit -koffie afkomstig
voor 55% pCt. van Minas Geraes, 30 pCt. van Rio, 11%
pCt. van Espirito anto, 2% pCt. van Sao Pauio); te San.
los 1.200.000 balen (89 pCt. van Sao l’aulo-, 11 pCt. van
itiinas 0-er-aas) ; te Victorie. 150.000 -balen (73
1
1
pCt. viii
Jdspirito Santo,
262/
-pCt. van -Minas Oeraes) ; te Balna
60.000 balen; te Pennambuco- 50.000 balen en te Parana.gua
40.000 balen. Verder wordt er bij gemeld, dat voor de
koffie.propaganda eeae -belasting gelegd is van 200 reis op
iedere ‘baai koffie, welke verscheept ‘wordt. tien nog jiader
ontvangen telegram geeft bericht, dat zal ‘vo-rclen voort-
gegaan de aanvoeren te regelen op vroegere basis, doch ilal; men voornemens i.s out -de voorraden op het noodzakelijke
maximum te breitgeu . iedere Staat, ‘heeft het recht om,
in-dien gewen-scht, extra hoeveelheden te do-en aanvoeren,
totdat -cle voorraden volledig -zijn. Indien de average-prijlen
te New-York meer -dan tien punten dalen tegen (le vooraf-gaande week, -clan worden de extra hoeveelheden teruggr.
trokken, totdat New-York zich weder op cle vorige prijs.
basis heeft hersteld. De -da.geljksciie a-:uvoere-n
–
te Santos –
zijn iu -September gehimiteerd op 32.000 -balen.
De noteeringen aan -de termijamarkten sluiten, met wei-
Ilig schommelingen, ongeveer -onveranderd tegen de vorige
w
‘eek.
De dezer dagen verschenen Statistiek van cle :liirtna G.
Duuring & Zoon te Ïtotter-cl-atn -geeft aan, -dat in Angnstiis
de aanvoer geweest is als volgt:
1927
1926
1925
balen
balen
balen
inEuropa …………841.000
795.000
716.000
Ver. Staten v. Amerika 1.017.000
890.000
818.000
Totaal….
i .858.OuO
1 .685.iJuO 1.534.000
De aanvoeren in Europa en -in Amerika tezamen ge.
duren-de de eerste acht maanden van het jaar bedroegen
14.049.000 balen tegel) 13.293.000 balen in :1.92-6 en 1.2.160.000
balen in 1925.
De Afleveringen iii Augnstus waren:
–
1927
1926
1925
balen
balen
balen
in Europa …………836.000
847.000
762.000
,,Ver. Statenv. Amerika
826.000
748.000
783.000
Totaal…. 1.662-000
1.595.000 1.525.000
De Afleveringen in Europa en in Anierika tezamen ge-
durende de -eerste acht maanden van liet jaar ivurén
13.918.000 balen tegen 13.527.000 -balen in 1926 In 11.922.000
balen in 1925.
Vanaf 1 Juli tot 31 Augustus- waren cle Aanvoeren iii
Europa en in Amesika tezamen 3.386.000 balen tegen
3.198.000 balen in 1926 en 3.110.000- balen in 1925, ter-wijl
de Afleveringen -bedroegen 3.330.000 balen tegen 3.129.000
-balen in 1926 en 3.050.000 balen in 1925.
De ‘zichtbare voorraad was
–
op 1 dezer in Europa. 1.781.000
balen tegen 1.776.000 -balen op 1 Augustus. En Amerika
bedroeg hij 825.0-00 balen tegen 634.000balen -op 1 Augustus.
in Europa en -in Amerika tezamen -was de -zichtbare voor-
raad -dus op 1 dezer 2.606.000 balen tegen 2.410;000 balen
op 1 Augustus. Hij
–
bedroeg op- 1 September 1926 2.290.000
balen en op 1 September 1925 2.461.000 balen.
De -zichtbare werel-ilvoorraad was
01
1 September
5.064.000 balen tegen 4.842.000 -balen op 1 Augustus en 4.927.000 balen verleden jaar (in deze cijfers zijn niet be.
grepen de voorraden in het binnenland van Sao Paulo,
804
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1927
waarvan het cijfer van 1 September 1927 nog niet bekend
Is, doch die op 15 Augustus 1927 bedroegen 6.157.000 ‘balen,
op t Augstus 1927 5.289.000 balen en op 1 September 1926
4.011.000 balen.
De prijzen van, gewoon goed beschreven Superior Santos
op prompte verseheping
i7ijn
thans ongeveer 77/- á 781- per
cw.t. en vat ‘dito Prime ongeveer 79/- & 801-, terwijl sij van
Rio type New-York 7 met beschrijving, prompte verscheping,
bedragen 5919
2
1
60/6.
Van Rebusta op af lading van Nederlandsch-Indië zijn de
prijzen in de eerste hand op het oogenbldk: Palembang
Robusta, septeniher-verseheping, 2834 eL.; W.I.B. f.a.q.
Robusta, Septemberverscheiing
361/4
ct., alles per
1%
KG.,
cif, uitgeleverd gevidbt, netto contant.
De oH icieele Joeo-noteeiingen bleven onveranderd 49 ct. per
34
NO, voor Superior Santos en 45 et. voor Robusta.
De noteeringen aan te Rotterdamsche termijnmarkt waren aan de ochtend-eau als volgt:
Santos-contract
Gemengd contract
basis Good
basis Santos Good
1
Sept.] Dec.
1
Mrt.
1
Mei
11
Sept.1 Dec.
1
Mrt.
1
Mei
6 Sept.
3934 374 3634 3534 3734 35
318
3384′
30Aug.
39
3734 3634
3511,
3734
35
i
345/8
3334
23 ,,
3934 3734 3634 3534 38
35s1,
341,
33e,,
16 ,,
3934 3734 3634 3534 3834 36
3434
34
’18
De slot-noteeringcn te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:
Sept. –
Dec.
1
Maart
1
Mei
2 Sept………$ 12,30
$ 11,65
$ 11,38
$ 11,22
29 Aug. ……
.,, 12,48
,, 11,85
,, 11,64
,, 11,45
22
,, 12,42
,, 11,60
,, 11,22
,, 11,03 –
15
,,
…….,. 12,60
,, 11,75
,, 11,46
,, 11,22
Rotterdam, 6 September 1927.
THEE.
En de afgeloopen week vond op 1 September de eerste .najaarsveili.ng plaats, die een aanbod te z.iengaf van on-
geveer 21.000 kisten.
Zooals verwacht mocht worden, ‘had de veiling een wil-
lig verloop en waren de prijzen gemiddeld en. 13 ets. hoo-
ger clan die in de veiling van 28 Juli. Vooral gruisthee,
en ‘daaronder ‘in hoofdzaak ‘kleine gr.uisige thee, was zeer
gevraagd voor buitenland.sche rekening en gaf prijsverboo-
gingen te zien ‘van 10 tot 24 cts.
Blad-thee was minder’ gezocht en behaalde verioogi.ngen
van 2 tot 14 ets. De meeste belangstelling richtte zich
naar de ordinaire- en m’i,cl.clenk’wa,lieiten, die het meest van
de willigte konden proliteeren.
Er werd zeer weinig opgehouden, w’.aarvan cle nummers,
die in veiling ‘werden opgeho.cuclen, vrijwel ‘alles afdoening
vond, onmiddellijk na cle ‘veiling.
Londen ‘bleef ‘in de afgeloopen week vast en gaf meerma-
len verhoogingen te zien van
1
/4 tot
34
d. ‘boven de prijzen
van iele vo’rige .w’eek.
11e schijnt, dat de Britsah-Incliscbe oogstramingen een
verderen teruggang ‘doen nien ten opzichte van verleden
jaar.
Bhtav.ia seint eveneens vaste markten en vraag voor
oogsten of gedeelten v’an oogsten, o’ok voor 1928.
De volgende thee-veiling is vastgesteld op 22 September
en zal een aanbod te zien geven van ca. 1.4.000 kisen.
Amsterdam, 5 September 1.927.
VRACHTENMARKT.
Het is te betreuren, dat de groote activiteit van cle’
Noord-Amerikaansche graan’vraehten’markt slechts van zoo
korten duur is geweest; op het einde van ‘de week was er
een belangrijk kleinere vraag voor graan van de ‘zijde van
Continentale koo.pers. Hieronder had de ‘vraag naar ton-
liage te lij.den, de vrachten geven een daling aan van min-
stens t cent en de markt was bij het sluiten zeer onzeker.’
Van Montreal ‘werden ongeveer 25 ‘booten bevraoht, doch
terwijl i’n het begin van cle ‘week voor verseheping einde
September en October 16 ets. per 100 lhs. zwaar graan be taal,d werd naar Antwerpen/Rotterdam met de optie Ram-burg/Bremen ml 17 ets., werd 1 cents beneden deze cijfers
geaccepteerd voor dezelfde positie’s op het einde van de
week. 1)e vraag naar de Niidclel’la,ndsche Zee, clie gedurende
eenigen tij.d nogal verwaarloosd :’as, is momenteel vrij
belangrijk in vergelijking met die naar het Continent. Van
cle Golf van Mexico werd een boot afgesloten naar Ant-
.werpeu/Rottercla.m tegen 16 cents.
De West-Indische suiker’markt was ‘niet zeer levendig,
ofschoon de vrachten op peil bleven. Van ,Cuba naar
Goiiti’,ient ‘werd een 7000 tonnec -afgesloten voor Au:gust.us/
September tegen ‘de goede vracht van 18/-. Naar Marseille
werd een 6500 tonner afgesloten tegen 18/6 voor verlacling
ler , September.
..
.
.
. ,
1)e Nort’h P•ac’ific bleef nog steeds zeer vast en de vrach-
ten zijn een weinig .opgeloo.pen. Ongeveer een , twaalftal
booten zijn afgesloten, van Portlaud/Puget Sound, Van-
couver zij ii 7000 tonners afgesloten naar UK/Continent
tegen 341- voor October en 35/- voor November verscheping.
Over het geheel zijn de ‘.ra(1ten van de La Pl.ata’ rivier
van 6 d. tot 1/- opgeloopen en ‘alhoewel cle vraag voor het
oogenb’lik geringer is geworden, blijven de vrachten toch
vast. Voor proupte booten werd 2516 betaald van Boven
La .Plata-‘ha,vens naar ‘het Continent voor begin September
‘ersehep’ing en voor verscheping gedurende September
werden groote booten bevr’acht tegen 2416. Voor een boot van 5500 ‘tons werd voor verseheping eerste helft Septem-
ber 27/9 betaald naar Scandinavië, basis een haven. Van
Bal,ia Blanco werd een 6700 tonner’ afgesloten naar An’t-
w’r’pen/Rotterdam, laatste helft September verschepi.ng,
tegen 231-.
‘De vraag naar tonnage voor Cliilisalpeter bleef ‘niet ge-‘haadbaafd. Een handige boot werd per ‘begin October af-
gesloten inwar Bo’rdeaux/H.amburg Range op ‘haais van 291..
VOOr November is er overigens geen vraag meer naar ton-
nage ‘naar het Continent.
De Oostelijke markten .blven kalm maak vast. Van Wla-
.di,iostok ‘is er veel vraag ‘geweest naar tonnage voor de
volle Scandinavische optie’s. De afsluitingen van cle af-
geloopen week van boonenladingen zijn: DalnyfLondlen, Hall, Rotterdam ‘of Hamburg tegen 31/3 twee havens per
November eî eene lading per Februar.i -van Dalny naar
Londen, Ruil, Leitli, Aa
–
itwerpen, Rotterdam, Hamburg o4
Es’bjerg tegen 3113 60n’ haven. Van Austr.alië werd een
6000 toaner bevracht naar te M’idtlellan,dsche Zee/U.K./
Continent voor Augustus/September verscheping tegen 35/-.
De Bur.mah markt is zeer flauw. Bevrachters stellen voor
nieu,we oogst ladingen 30/. in u.itzioht naar het Continent,
maar er ‘zijn geene booten verkrijgbaar onder 3113.
De maïsbevrachters van Zuid-Af r,ika han.cih,aa,fden een
flinke ‘vraag naar tonnage en een handige boot van 515500
tons is van Kaapstad afgesloten naar UK/Continent tegen
251-, ‘October versoheping terwijl van Bei’ra 2716 betaald is
voor een Septemher/October boot.
Door de Doaaii.bevrachterS werden iets ‘hoogere cijfers
betaald, t.w. 1616 t. naar C,o’ntinentale havens en ofschoon de vraag niet groot lis, schijnt het, .dat er hoogere vr.nchteu
betaald zullen moeten worden om de.noodige tonnage te
oha.rteren, als de vraag stijgt.
De 7.iwarte Zee ‘was .iets lévendiger. Een boot van en.
5000 tom, 10 pCt., is ‘afgesloten tegen 13/- naar het Con-
tin ent voor versehepi.ng per SeptemberfOctober.
De Micldellandsche Zee ‘was over het geheel vrij kalm,
al’hoewel ‘cle vrachten op .hetzelf de peil gebleven zijn. Erts-
ladingen werden als volgt bevracht: La Gulette!’Rotter
–
dam
51.
rJyI,e Dock of Sunderlan’d 6(9, Algiers/Bremen
519, M.elillafl3oulogne 61-, Bo.nafBotterdam 4/434. De ‘vraag
voor phosphaat tonnage beperkt zich uitsluitend tot een
paar kleinere ‘bootjes. Vrachten zij.n ‘nog steeds op hetzelfde
niveau, t.v. 6/9 tot 71- naar Rotterdam en 916 tot 10/-
naar Oostkust U.K.
De vraag van de Golf van B’iscaje is vrij veel gedaald,
het schijnt momenteel, .dat er meer tonnage wo – rdt aange-
boden dan gevraagd. .
De uitga.aicle kolenvrachteu van Engeland waren vast,
speciaal voor boeten met bestemming naar Mi,ddellandsehe
Zee havens en in bijna alle gevallen is er stijging waarueem-
haar. Evenwel blijft cle ZuidA,merikaansche markt flauw.
De vooi’n’aamste bevraehk.ingen van Zuid.-Wales varen als
volgt: Dunkirk 3/734, Havra 3/434., Bordeaux 419, Lissa
bon 8/434, Sfax 9/6, Tunis 9/6, Marseille 819., West-Italië
8/6 tot 9/-, Venetië 111-, Por’t Said 1116, Las Palmas 9/.,
Buenos Aires 12/9 en Bahia Blanca 13/-.
RLJNVAART.
Week van
28 Augustus
tfin.
3 September 1927.
Do ertsaanvoeren, vooral in het begin der week, bleven
‘tamelijk levendig. De sohee,psr.u:i’mte was iii het begin
der week seer .schad’rsch, bij veel ‘vraag. In de tweede helft
nam cle scheepsruimte eenigsains toe, terwijl de vraag
een ‘weinig verminderde. Voor erts jwerd maximum 70180
cents met resp.
34
en 34 lostijd betaald en minimum
60170 cents.
Naar .den Bovenrj’n ‘betaalde men gemiddeld
f
1.40 per
last met vel-korten los’tijd. Het sleeploon liep geleidelijk
op van ‘4234 cent t
o
t maximum 60 cent tarief. De water-stand ‘bleef gunstig en avassend. In de Ru.hrbavens bleef
de algemeene toestand ougewijaigd.
7 September 1927
805
DE TWENTSCHE BANK
Amsterdam
–
Rotterdam
–
‘s-Gravellhage
–
Almolo
–
Dordrecht
–
Eilschede
–
ildilgelo
–
O1dellaa1- Utrecht
–
Zaalldam
–
Zo11e.
•
.
Maandstaat op 31 Augustus 1927
DEBET
Aandeelhouders
nog
te storten 90 pOt.
op
aandeelen B,
waarvoor waarborg gedeponeerd …………………..
f
1.180.800,- Deelneming in de firma
B. W. BLIJDENSTEIN
&
Co., te Londen
7.020.000,-
Deelneming in bevriende Bankinstellingen ….
f
9.401.225,33
waarvoor
in
geld
gestort
………………………..
7.076.525,33
waarvoor effecten gedeponeerd ……………………
f
2.324.700,-
Effecten van Aandeelhouders
gedeponeerd bij bevriende instellingen
……………..
,,
3.000.000,-
ten
eigen
gebruike
…………………………….
,, 32.316.700,-
37.641.400,—
Kassa,
Wissels
en
Coupons
……………… . ………..
.
,,
47.452.134,17
Saldo’s
bij
Bankiers
……………..
. ……………….
,,
25.006.591,33
Daggeldleeningen
………………………………..
Effecten
en
Syndicaten
……………………….
8.175.666,48
Saldo te leveren en te ontvangen fondsen
247.024,37
Prolongatiën
gegeven ………………………………
..
14.882.565,-
Credietvereeniging
………………………………..
f
43.298.029,83
A.f:
loopende
Promessen
…………………………..
,,
200.000,-
43.098.029,83
Voorschotten tegen Onderpand of Borgtocht en Saldi Rek.-Crt
t 67.360.226,10
Af:
loopende
Promessen
…………………………..
3.105.000,-
91
64.255.226,10
Voorschotten
op
Oonsignatiën ………………………..
.
,,
1.769.304,64
Gebouwen
…………
.
……………………………..
,,
5.829.123,70
Totaal……
f
265.434.390,95
CREDIT
Kapitaal
…………………………………………
f
36.000.000,-
Reservefonds ……………………………………..
9.265.825,78
Buitengewone
Reserve
…………………………….
Oredietvereeniging ………………………….
2.912.803,24
f
49.978.629,02
Waarborgfonds Oredietvereeniging ……………………
..
4.757.504,50
Aandeelhouders
voor
gedeponeerde
Effecten
als
waarborg
voor 90 pOt. storting
op
aandeelen
B
………………………..
f
1.180.800,-
in
Leen-Depot
. ……………………………….
36.460.600,-
37.641.400,—
Zieken-
en
Pensioenfonds …………………………..
2.996.145,43
Deposito’s
………………………………………..
•
48.362.154,22
Prolongatie-Deposito’s
……………………………..
Rekeningen-Courant
…………………………
f
82.714.088.42
,,
voor gelden in het Buitenland
. .
,,
5.869.760,07
Credietvereeniging …………..
,,
3.311.895,02
91.895.743,51
Daggeldieeningen……………………………. …….
5.250.000,-
De
Nederlandsche Bank ………………………………
849.612,60
Te
betalen
Wissels
………………………………..
•
,,
13.071.121,30
Geaccepteerd
door
derden …………………………….
1.865.661,27
Diverse
Rekeningen. ……… ……………. . …………
2.512.619,10
•
Totaal ……
f
265.434.390,95
7 SEPTEMBER 197
1E
JAAROANO No. 610
NEDERLANDSCH INDISCHE HANDELS,BANK
AMSTERDAM
‘s.GRAVENHAGE
ROTTERDAM
BATAVIA
AMOY,AMPENAN,BANDOENG,BOMBAY,CALCUTTA, CHERIBON, GORONTALO,
HONGKONG, KOBE, MAKASSAR, MEDAN, MENADO, PALEMBANG, PEKALON-
GAN, PROBOLINGGO, SEMARANG, SHANGHAI, SINGAPORE, SOERABAYA,
SWATOW, TEGAL, TJILATJAP, TOKIO, WELTEVREDEN, YOKOHAMA.
Een correcte
uitvoering
c
1.•
Waarom adverteeren in,
en ‘n exempi. kdopen van
1
Ter vereenv. van Administr. en
Practisch Effectenboek
ten gebruike v. d. vermogensbel.
fl.50
Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij Nijgh & van Ditmar’s Uitg.-Mij, Rotterdam
KELLY’.S
DIRECTORY!
Omdat deze uitgave jaarlijks wordt gekocht en geraadpleegd door tien,
duizende groote firma’s over de
geheele wereld, en U, wanneer Uw
naam daarin opvallend is gedrukt, voortdurend exportaanvragen zult
ontvangen.
Op Uw beurt vindt U er de adressen
in van alle handelslichamen, welke
in Uw artikel belang stellen, zoodat de gelegenheid om het aantal Uwer
relaties uit te breiden, voor het, grij. pen ligt.
Wanneer U
Exporteur, Importeur,
Fabrikant
of
Groot handelaar is,
moogt U niet nalaten zich ten minste
van de uitstekend bekend staande
Klly’s Directory op de hoogte te
stellen. Vraagt kosteloos prospectus
of bezoek van een vertegenwoordi. ger aan
NIJGH & VAN DITMAR’S
UITGEVERS-MAATSCHAPPIJ
WIJNHAVEN 113 – ROTTERDAM
TELEFOONNUMMER 7843
Wijnhaven 113
Rotterdam
Telefoon 7841
(vier lijnen)
van Uw reclame-
drukwerk is een
eerste vereischte
wil het zijn doel
bereiken .’Vraagt
NIJGH & VAN
DITMAR’S
Handels drukkerij
om modellen en
advies. ‘
Een verzoek per
briefkaart of tele-
foon brengfU een
vertegenwoordiger
Naamlooze Vennootschap
Wilton’s Machifiefabriek en Scheepswerf
Rotterdam
Scheepsbouw en Machiriefabricage Speciale inrichting
voor reparatiën van eiken omvang. Vijf, droogdokken
met lichtvermogen tot 46000 ton.
M
Dwarsheliing.
Drijvende kranen met een lichtvermogen tot 120 ton.
6707, 6708, 7303
Telefoon:
Telegramadres: ,,WILTON” Rotterdam
7304, 7305, 7325
NIJGH & VAN DITMAR’S BOEK- EN HANDELSDRIJKKERIJ, ROTTERDAM