Ga direct naar de content

Jrg. 8, editie 398

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 15 1923

15 AUGUSTUS 192.

AtJTEURSR1CHT VOO1?BEHOUDEN.

Economisch~

Statistische

Beri
*chten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL. NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE

UITGAVE VAN HET INSTITUUT V

8E JAARGANG

WOENSDAG 15

INHOUD

Blz.

DERnE HIeRZIENINOSCONFERENTIE iN NAKE IDE INTER-
NATiONALE OVEREENKOMST OMTRENT lIET GOEDEREN- VERVOER OP SPOORWEGEN
1 door
Jhr. Mr.
P. Elias.. 710
Documentary Work door
D. Hudig
L.Jzn….. ……… 713
Wegenbelasting door
Mr. F. W. R. Wttewaal
.
……..
714
])e EcOnomische Ontwikkeling van Klein-Azië II (Slot)
door
H. Dunlop …………………………….
717
B
UITENLANDSOFTE MEDEWERK ENG:
De Strijd over het Bankdisconto i.[ (Slot) door
Dr. T.
E
. Gregory …………………………….
719
AANTEEKENINGEN:
Indexeijfers van groothaudelsprijzen …………..
720 Kosten van het levensonderhoud bij arbeidersgeziiinen
te Amsterdam …………………………..
721
J30ITKAANKOND [GING:
Statistiek van de Bevolking van Amsterdam tot
1921,
bespr. door
Prof. Dr. A. 0. flolwerda ………..
722
OVERZICHT VAN
TIJ DSCIIRIFTITN
…………………
723
MAANDCIJFERS:
Randelsbeweging over de maand Juni
1923
……..
724
STATISTIEKEN EN OVERZFOI-TTEN
…………….
725-731
Geidkoersen.

Effectenbeurzen. Wisselkoersen.

Goederenhandel.
Bankstaten.

Terkeersvezen

I7T5T [TUUT

VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J. Bruins.
Redacteur-Secrteris van het weekblad:
D. J.
Wansink.

Secretariaat: Pieter de Hoogh,weg 122, Rotterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telefoon Nr. 3000. Postchèque- en girorekening
Rotterdam No 408.

Abonnementsprjs vOOr het weekblad franco p. p.
in Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 25,-

per jaar. Losse nummers 50 cents.

Leden en donateurs van het Instituut ontvangen
het weekblad gratis.

De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, ieders en donateurs kosteioo., voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonne-
ment volgens tarief. Administratie van abonnementen
en advertenties: Nijgh & van Ditmar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhaqe.

CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

)OR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

AUGUSTUS 1923

No. 398

vsn omstreeks 8 ton; bij de bank is ook thans geen

sphatkistpapier rechtstreeks ondergebracht. De bel ee-

n.ingen stegen met ruim
f
2 millioen tot
f
141,5 mii-

ftoen; het cijfer van de Hoofdbank is lager dan de

iorige week; terwijl Bijbank en Agentschappen daar-

entegen hooger zijn. De toename van het beleeningen-
totaal komt grootendeels voor rekening der goed eren-

beleeningen. Het debetsaido van het Rijk maakte we-

der plaats voor een tegoed in rekening-courant ten

bedrage van
f
285 mille. De zilvervoorraad geeft een

kleine stijging te zien, waardoor de geheele metaal-

voorraad ruim 1 ton hooger is. Terwijl de buitenland-

sche wissels met slechts 4 ton afuamelli, bedraagt de

dal ing der diverse rekeningen onder het actief bijna

f
4 millioen; blijkbaar is dus deze week door de bank

weder een belangrijk bedrag aan Ponden gerealiseerd.

De bankbiljetten gingen van
f
951 millioen terug

tot circa f940 millioen.

De rekening-courant saldi

stegen van
f
21 millioen tot
f
29,4 millioen, terwijl het
beschikbaar metaalsaldo
f
398 millioen bedraagt tegen

f
396 mi.liioeri de vorige week.

* *
*

De wisselmarkt was wederom zeer flauw voor francs

en marken. Marken werden Woensdag in den ochtend

voor 38 cent per millioen verhandeld; daarna trad

een herstel in waarbij Viijdag een oogeublik tot 95

cent betaald werd. Het slot was echter weder ffau.wer.

Voor francs was het aanbod het sterkst in Belgische

francs. De marge tegen Parijs werd dan ook dagelijks

grooter. T en slotte trad Vrijdag een herstel in, dat

in de nieuwe week verder kon voortgaan, doordat

het aan de Belgische Regeering gelukt was een leenin

van f50 millioen in Parijs te plaatsen.

LONDEN, 11 AUGUSTUS
1923.

14
AUGUSTUS
1923.

De geidmarkt was de afgeloopen week weder zeer

ruim en daar het aanbod van wissels eerder nog

kleiner werd, liep de rente voor particulier disconto

nog iets verder tei-ug en werd Vrijdag voor 2% pOt.
afgedaan: Ook de prolongatierente was flauwer; aan

het einde der week werd zelfs 2Y2 püt. genoteerd.

* *
*

De wijzigingen in den weekstaat van De Neder-

landsche Bank zijn van weinig beteekenis. De bin-

neul.andsche wisselportefeuille vertoont een verlaging

De geldrnarkt is gedurende de afgeloopen week

ruim gebleven; daggeld noteerde niet hooger dan 23′

pOt. en saldo’s werden á 2 en zelfs â 1V4 püt. ge-
laten, doch dit wil geenszins zeggen, dat de markt

over een groot overschot beschikt.

De discontomarkt was kalm doch vast schatkist-

wisels werden toegewezen á £ 3.2.2,5 tegen £ 3.4.4,95

cle vorige week.

2-maands prima bankaccept 3_3
h
/8 pOt.

3-maands

idem

33
11
.
5
1
14 pOt.

4-maands

idem

3
5
16-
3
1
pOt.

6-maands

idem

33/4_718 pOt.

710

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 Augustus 1923

DERDE HERZIENINGSCONFERENTIE IN

ZAKE DE INTERNATIONALE OVER-
EENKOMST OMTRENT HET GOEDEREN-

VERVOER OP SPOORWEGEN.: q

Aaii cle bovengenoemde conferentie, clie van 1 Mei

tot S Juni ii. te Bern werkzaam is geweest, hebben

deelgenomen gedelegeerden

lo. van alle Staten, die reeds bij de Internationale

Overeeukomst omtrent het goedereuvervoer op Spoor-

wegen zijn aangesloten, te weten: Duitschland, Oos-

ten rijk, België, Bulgarije, Denemarken, Frankrijk,
Hongarije, Italië, Luxemburg, Noorwegen,
Neder’

land ),
Polen, Rumenië, Koninkrijk der Serven, Kroatiërs en Sloveniërs, Zweden, Zwitserland en

Tsjechoslowakije;

2o. van de volgende door den Zwitserschen Boncli-

raad uitgenoodigde; nog niet toegetreden Staten: Spanje, Estland, Finland, Griekenland, Letland n

Lituen, (Portugal, ook iiitgenoodigd, had geen ge-

clelegeerde gezonden);

3o. van de Regeeningscommissie van het Saarge-
bied (niet sterngerechtigd)

De Conferentie heeft zich niet ailén met het
goe-

derenve.rvoer,
maar tevens met het vervoer van
reizi-

gerz
en
bagage
bezig gehouden.

Hoewel over hetgeen in den boezem der Coiiferen-

tie is .voorgevailen, niet uit de school mag worden ge-
klapt, zij toch vermeld, dat, indien de besprekingen

tot een voor alle betrokken Staten aannemelijk resul-

taat hebben geleid en het internationale vj-achtrecht een helangnijken stap verder hebben gebracht, dit te

danken is aai:i het feit, dat
alle
gedelegeerden zich
beijverd hebben de ,,politiek” buiten beschouwing te
laten en conflicten te vermijden.
Geheel
zonder in-
vi oeci zijn de gewijzigde machtsverhoudi ngeni niet ge
bleven, maar van wilsoplegging door een bij voorbaat

verzekerde meërderheid is geen sprake geweest. Yee1
eer heeft de Conferentie gestaan in het teeken van
verzoening en wederzijdsche waardeering.

Het rsuitaat der Conferentie is helichaanrd in
twee.slotprotokolien en een ,,speciaal” protokol.

Het eerste slotprotokol bevat het ontwerp van ee
nieuwen tekst der Inte:rnationale Overeenkomst on-
trent het Goederenvervoer op Spoorwegen; het tweede

bevat het bntwerp van een Internationale Overeen:
komst omtrent het Reizigers- en Bagagevervoer op
Spoorwegen. Het ,,speciaie” protokol heeft betrekkin
op een door iie Conferentie ontw’orpen Overeenkomst
welke, in den vorm van overgangsbepalingen, zekere

door de gewijzigde economische toestanden noodig
geworden tijdelijke afwijkingen van de bestaande goe-
derenconventie sanctionneert.
Uit den aard der zaak heeft cle Conferentie gecu
zeggingskracht gehad ten aanzien van den datum,
waarop de door haar ontworpen Conventies in wer’-
king zullen treden. Evenals vorige malen het geval

is geweest, zal de gang van zaken deze moeten zijn,
dat (lo.) een zoogenaamde ,,diplomatieke” conferentie
wordt bijeengeroepen, waarop de ontwerpen door
daartoe aangewezen gevolmachtigden der betrokken
Regeeringen i.n definitieve overeenkomsten worden
ogezet en (2o) cle aldus vastgestelde overeenkom-

sten, eerst na ratificatie door de betrokken Staten in-
gevoerd zullen kunnen worden. Gelijk de ervaring
heeft geleerd, schuilt vooral in dit laatste een beden-
kelijk element van vertraging.
Bij
de vorige Con-

1)
Nederland was vertegenwoordigd door de heeren
Ir. J.
J.
Siielijcs,
lid van cliii Raad van Toezicht op cle Spoorweg-diensten en
Jhr.
Mr. P. Elias,
chel Van den Dienst van Han-
delszaken en Goederentarieven bij de Nederlaudsehe Spoor-
wegen. Eerstgenoemde werd benoemd tot voorzitter van de iste der vier commissies, welke commissie belast is geweest niet liet onderz
Q
ek van vraagstukken van a.lgemeenen aard,
die zoowel op goederen als op reizigers en bagage betrekking
had den.

venties omtrent het goederenvervoer is het verloop als
volt geweest:
iste Conventie: opgesteld Juli
1886;
ingevoerd Januari
1893
2e

Mei
1896;

October
1901
3e Juli
1905;
,,
Decemb.
1.908
– Intusschen heeft de
,
Conferentie getracht in dit o-

zicht althans eenigen invloed ten goede te doen gelclen
door in cle ontwerpen der door de ,,diplomatieke”
(Jonferentie te o:nderteekenen protokollen in zake de

Overeenkomst omtrent het Goederenvervoer e die

omtrent het vervoer van reizigers en bagage de be-
paling op te nemen, dat de ratificatie
in elk
geval
v66r
1
November
194
zal. moeten hebben plaats
gehad.

i)e door de Conferentie verrichte arbeid is zbb veel-
omvattend geweest, dat een eenigszins volledige uit-

eenzetting der genomen besluiten veel te ver zou voe-

ren. Uitgaande van de overweging, dat den lezers van
dit weekblad vooral het beslotene in zake de in cle

goederenuve:reenkornst aan te brengen wijzigingen be-
lang zal inboezemen, worde volstaan met een over-
zicht van de
hoofdpunten,
waarin cle nieuwe bepalin-
gen omtrent het goederenvervoer van de oude zullen
afwijken.

In.
Opzet der

euwe
Overeenkomst.
ni

Als
grondslag
voor cle beraadslagingen werd
met
algemeen goedvinden
aai:igen omen een voorontwërp,
ingediend door ?rankrijlc en ondersteu:nd door ver-
scheidene andere Staten. In den door de Conferentie

vastgesteiden tekst vindt ‘men deur algemeenen opzet
van dat voorontwerp terug. Er is echter op bijzondere
punten zooveel in gewijzigd, dat het niet alleen be-

scheidenheid is, die den eersten gedelegeerde van
Frankrijk op cle slotz.i tting dcccl zeggen, dat de Con-
ferentie het tot stand gebrachte als haar eigen werk
mocht beschouwen.

Vergelijkt men de door de Conferentie ontworpen
nieuwe Overeenkomst met de thans bestaande, ‘dan valt

het volgende te con stateeren: in de eerste plaats is er
een groot verschil wat den vorm betreft. Bevat de be-
staande Overeenkomst een cloorloopende reeks arti-
kelen, waarvan de volgorde vrij willekeurig is, de
nieuwe is systematisch ingedeeld in ,,titels”, waarvan
cle meeste
0
1) hun beurt i:u ,,hoofdstukkeri” zijn onder-
verdeeld. Ook is gebroken met het -oude stelsel (1), om een gedeelte der materie niet in de artikelen zel-
ve, maar in ,,u.itvoeringsbepaiingei” op te nemen.
Verder is de Overeenkomst aangevuld met tal van be-
palingen, die weliswaar reeds thans voor het interna-
tionaal goedererivervoer worden toegepast, doch tot
dusver haar geldigheid slechts outleenen aan, het feit,
dat zij, na
door de spoorwegen
in onderling, overleg
te zijn vastgesteld, in. de internationale goederenta-
ni even werden opgenomen (zoogenaamde algemeene adciitioneeie bepalingen van het internationale Trans-
portcomité).
‘)
Ten slotte – en dit is het voor-
naamte – ‘-bevat de ontworpen Overeenkomst me-
nige principieele wijziging, zijn talrijke bepalin-
gen, over welker uitiegging in den loop der tijden
strijd was ontstaan, verduidelijkt, is in bestaande
leemten voorzien en is de ,,Bijlage 1″ (bevattende de
voorschriften voor voorwaardelijk ten vervoer toege-
laten goederen) aan de ‘tejenwoordige behoeften aan-
gepast. – –

2o.
Taal
kwestie.

Zoowel de oorspronkelijke Overeenkomst als .de
twee later afgesloten addition ccle Overeenkomsten
hebben een Fi-anschen en een Duitschen tekst. Wat
de oorspronkelijke Overeenkomst betreft, zijn beide.
teksten volkonien gelijkwaardig verklaard.- Voor de
twee additioneele Overeenkomsten, geldt -het volgende:
de Duitsche tekst heeft dezelfde waarde als de Fran-
sche, voor zoover het om transporten gaat, waarbij een
Staat betrokken is, op welks gebied het Duitsch, het-

1)
In dit artikel zal, wegens de uitgebreidheid der stof,
op
aanvullingen uit clezen
laatsten
hoofde slechts bij uitzon
deriuug de aandacht worden gevéstigd. –

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

711

zij uitsluitend, hetzij nevens andere talen, als taal
van den handel in aanmerking komt. Door een en
ander is dus afgeweken van de diplomatieke usanee
om een Fransehen tekst aan te nemen, die, bij niet-

overeenstemming met andere teksten, onder alle om-

standigheden als beslissend heeft te gelden.
Het was te voorzien, dat onder de tegenwoordige
omstandigheden acn de Duitsche taal een meer be-
scheiden rol zou worden toebedeeld. In de ontworpen

nieuwe Overeenkomst leest men dan ook het volgende:

,,De onderhavige Overeenkomst is, overeenkomstig het
.,diplomatieke gebruik, in de Fransche taal afgesloten en
,,oiiderteekend.
A.au den Frmischen tekst zijn een Duitsche en een Ita-
.,liaansche tekst toegevoegd, clie de waarde hebben van een
,,officieele vertaling.
,,Bij niet-overeenstemming is de Fransche taal beslis-
,,sencl.”
t)

Deze, ten slotte met algemeen goedvinden aange-
romen, oplossing – waardoor tevens bevrediging is

gegeven aan de nationale aspiraties van Italië – heeft

het voordnei, dat zij een einde maakt aan de moeilijk-hedet:, die zich tot dusverre bij niet-overeenstemming

van den Franschen en den Duitsehen tekst voör-

eden.
In cle tweede plaats heeft de Conferentie te beslis-
sen gehad over de vraag, in welke talen de vrachtbrie-
vee zouden hebben te luiden.

Volgens de bestaande Overeenkomst moet de
vrachtbrief, zoowel wat het gedrukte als wat het ge-
schreven gedeelte betreft, in het Dutseh of in het
J?ransch gesteld zijn. Indien de officieele taal van het
land, waa:rin zich het station van afzending bevindt,
noch T’uitsch noch Frausch is, kan de vrachthrief op-
gemaaht worden in de officieele taal van dit land,
mits hij een nauwkeur:ige vertaling in het Duitseh of

in het Fransch bevat. (Uitvoeringsbepalingn § 2
sub 2 en 3).
Voor de toekomstige regeling is, niet zonder moeite,
een compromis tot stand gekomen. De n:ieuwe Over-eenkomst bepaalt te dezen aanzien:

,,De internationale tarieven of overeenkomsten tussehen
,,de spoorwegen bepalen in welke taal de viachtbriefformu-,,lieren gedrukt moeten worden. ]3ij ontstentenis van tarief-,,hepalingen of overeenkomsten moeten cle formulieren ge-drukt worden in een der officiee]e talen
van
den Staat van
,,vertrek ; zij moeten bovendien een Franschen, Duitschen of
,,italinanschen tekst bevatten en mogen tevens van verte-
.,lirigen iii elke andere venseheljk geachte taal worden
,,voorzien.
,,Het door den afzender in te vullen gedeelte moet steeds ii ccii der officieele talen van den Staat van vertrek vor-
,,dea opgemaakt. De benoodigde vertalingen zullen het
,,on(lerwerp uitmaken vari internationale tariefbepaliugemi ,,of van speciale overeenkomsten tussehen de spoorwegen.
,,Bij outstentenis van een en atuder moet de afzender voor
,,eon vertaling iii het Fr;tnseh, het Duntsch of het Ita-
,,liaansch zorgen.”

Zooais men ziet geven de nieuwe bepalingen groote vrijheid aan de spoorwegen om de zaak op zooclanige
wijze te regelen als met de behoeften van elk verkeer
overeenkomt en wordt geemi enkele Staat gedwongen,
voor de op zijn gebied ten vervoer aangeboden zen-
dingen van het gebruik van zijn eigen taal afstand
te doen.

Wat dit laatste betreft is het zelfs de vraag of de
nieuwe Overeenkomst niet wat ver gaat, waar zij
voorschrijft, dat het door den afzender in te vullen
gedeelte in elk geval :in een der officieele talen van
den Staat van vertrek moet worden opgemaakt. Bij
strikte toepassing van dit voorschrift zou een afzen-
der in Nederland, clie thans gewend is den vracht-
brief eener zending naar Duitsehland in het Duitseh
en naar Frankrijk in het Franseh op te maken, voort-
aan èn Nederlanclsch èn – want dat Duitschland en

1)

1:en houcie er rekening mede, dat, waar hier en elders
(le tekst der nieuwe Overeenkomst woorcielijk wordt veer-
gegeven, cle vertaling van steller clzes afkomstig is; de ver-
taling, die t.z.t. door de Nederlaucisehe Regeering zal wor-
den gegeven, zal allicht ietwat anders luiden.

Frankrijk van den eiseh eener vertaling zullen af-

zien, is niet denldbaar – een andere taal moeten be-
zigen. Practisch zal er evenwel geen bezwaar tegen
zijn, dat, gezien de bekendheid van het Nederlandschc

spoorwegpersoneel met de Fransehe en Duitsche ta-len, an hedoelden afzender worde toegestaan op den

ouden voet te blijven doorgaan. Het voorschrift in
kwestie is immers in ‘t leven geroepen
ten bate van
de spoorwegen van den Staat van vertrek,
welker per-
soneel niet voor het feit mag worden gesteld, dat het
een taal voor oogen
krijgt,
die het niet begrijpt. Een
vreemde
Staat zal op het niet hezigen der taal vân
het land van vertrek nooit aanmerking maken.

3o.
Verkeer tusschen, twee aan elkander grenzende
Staten.

Thant geldt de regel, dat cle Internationale Over-
eenkomst niet toepasselijk is op zendingen van het
grondgebied van een Staat niet bestemming, hetzij
naar het grensstation van een aangrenzenden Staat,
waar de dlouaneformaliteiten vervuld moeten worden,

hetzij naa:r een station, gelegen tussehen iaatsthedoeld
station en de grens zelve, tenzij de afzender de toe-

passing dezer Overeenkomst mocht verlangen. Het-
zelfde geldt voor de omgelceerde richting (zie sub 1
van het protokol, behoorende bij de oorspronkelijke
Overeenkomst).

Door de nieuwe Overeenkomst wordt deze regeling

eenerzijds uitgcl)reid, anderzijds daarentegen beperkt,
doordien bepaald is, dat van de toepassing der Over-
eenkomst uitgesloten zullen zijn cle zendingen
ties-
schen stations van twee aan elkander grenzende Sta-
ten
(dus niet alléén het verkeer met de
douanestations
van den aangrenzenden.Staat en met de tusschen dlat
station en de grens gelegen stations), voor zoover het

vervoer over het geheele parcours wordt bewerkstci
ligd door een spoorweg van
één
dezer Staten, even-wel slechts onder deze voorwaarden, dat de afzender
door de keuze van het vrachtbriefforrnu]jer de toe-
passlng van het hinnenreglement van dien spoorweg
ope.iseht
en geen dezer Staten er zich tegen verzet.

4o:
Deelneneing van andere ondernemingen dan
spoorwegen.

Tot dusver was de toepassing der Overeenkomst be-

perkt tot het vervoer over de door de eontraeteerende
Staten aangewezen en in een tot dit doel opgestelde
lijst vermelde
spoorwegen
(art. 1).
Volgens de nieuwe Overeenkomst zuilen in die
lijst bovendien kunnen worden opgenomen regelmatig
geëx
Pl
oiteerde automobiel-
en
scheepvaartdiensten,
die, in aansluiting aan een vervoer per spoorweg en onder de verantwoordelijkheid van een der eontrac-

teerende Staten of van een in de lijst ingeschreven
spoorweg, internationaal vervoer bewerkstelligen. Die
diensten zullen alle verplichtingen en alle rechten
hebben, die voor de spoorwegen ui.t de Overeenkomst
voo:rtvloeien, behoudens wijzigingen, geboden door den
rersehiilen.den aard van het bedrijf. Die wijzigingen zullen evenwel niets mogen veranderen aan de i.n de
Overeenkomst vervatte regels in zake de verarutwoor-
delijkheid.

5o. Bijlage 1 (Voorwaardelijk ten vervoer toe ge-
laten goederen).

Reeds in 1912 wrercl, ter vervanging van de lang-
zamerhand op menig punt ve:rouderde Bijlage 1, een u:uieuwe Bijlage uitgewerkt. Verder dan tot een ont-
werp is het echter niet gelcomen. De jongste Confe-
rentie heeft, dat ontwerp tot grondslag niemende, er
talrijke vijzigi.r gen in aangebracht. Tevens heeft de Conferentie zich uitgesproken voor
cle instelling van een technische commissie, welker
taalc het zal zijn voorstellen te doen om de Bijlage 1
gelijken tred te doen houden met de nieuwste resul-
taten van de wetenschap en de ervaringen der spoor-
wegen. Volgens het voorstel der Conferentie zullen in cle Commissie permanent vertegenwoordigd zijn
Duitschland, Frankrijk en Italië, terwijl alle andere
eontraeteeren•do Staten er zich in zullen kunnen laten

1712

ECONOMISCH-STAtISTISCHE BERICHTEN

15 Augustus 1923

vertegenwoordigen, wanneer ,zij dit wenschelijk ach-
ten. Uitgaande van de overweging, dat voor de Bij-

lage 1 de voor wijziging van de overige gedeelten der

Overeenkomst te volgen weg te lang en met te veel
formaliteiten gepaard is, stelt de Conferentie den

volgenden gang van zaken voor: de beslissingen der

Commissie zullen onverwijld door tusschenkomst vn
het Centraal Bu:reau te Bern aan de Regeeringen der
contracteerende Staten worden medegedeeld en als

aangenomen zijn te beschouwen, indien niet binnen

twee maanden ten minste twee Regeeringen er zich
tegen hebben verklaard. Zij zullen in werking treden

den eersten dag van cle derde maand, volgende op die,
waarin het Centraal Bureau cle contracteerencle Sta-

ten van de aanneming der voorstellen heeft verwit-

tigd.

Go. Aannenving van den goud franc.

In de Overeenkomst is hier en daar sprake van

,,francs”. Ten einde een zoo stabiel mogelijke munt-
soort te verkrijge.t:i, heeft de Conferentie in de nieuwe

Overeenkomst de bepaling Opgenomen, dat onder dd
uitdrukking ,,franc” moet worden verstaan de
goud-

franc, cii. een denkbeeldige munt ter waarde vdn
1
Amerikaarischen dollar.
5.18

lo. Vervoer
van kostbaarheden.

Volgens de bestaande Overeenkomst zijn zekere

goederen van hooge waarde tot het internationaal

vervoer slechts toegelaten, ‘hetzij op grond van tus-

scheti
de
Regeeringen
der betrokken Staten gesloten

bijzondere overeenkomsten, hetzij op grond van door

cle daartoe gemacht.igde
spoorwegen
opgestelde en
.

door alle bevoegcic autoriteiten goedgekecircie ta:rieve:n.
[§ 1 sub (2) 2o. van cle Uitvoer.ingshepalingeni.

Bij ontstentenis van een en ander is :rechtstreek-
sche verzending met .i.nternationalen vrachtbu:ief u.it-
gesloten, zoodat niets an•dèrs overblijft clan adressee-

ring aan een lusseheopersoon op liet grensstation,
die voor doorzencling met nieuwen vrachtbrief zorgt.
De vore.nbedoelde goederen van hooge waarde. zijn

als volgt omschreven:

,.Goud en zilver iii hereti, platina, genititit geld .ol gelde-
,,waii
nI
ig papier; documenten, ecle]gesteenten, echte paarleti,
,,kleinoodiëu
en andere kostbare voorwerpen,
kuustvoorwer-
,.pen als schilderijen, beelden, bronzen, oudheden. Tot de ,,kostbarc voorwerpen zijn
bijvoorbeeld
te rekenen zeer
.,waarclevolle kant cii zeer waardevol horduursel.”

De Ovo,.-eenkonist heeft weinig kwesties opgeleverd,
clie zooveel stof hebben opgejaagcl als cle ‘raag: wellçe
goederen, behalve de twee
als voorbeeld
genoemde, be-

hooren totde ,,andere kostbare voorwerpen”l Het zou te ver voeren de kostbaarheden-misère hier ter plaat-
se in extenso te behandelen. Vermeld zij slechts, dat
de talrijke pogingen der spoorwegen, om vorenbedoeld

begrip door tariefbepalingen nader te definieeren, tot
hoogst onbevredigende resultaten hebben geleid en
dat, bij vergelijlcing van de jurisprudentie in de on-
clerscheidcue Staten, van uniformiteit weinig te he-

speuren valt.

De Conferenti.e heeft begrepen, dat zij den knoop
moest doorhakken. Zij heeft eerst onderzocht of de zaak niet te regelen ware door als ,,kostbaarheden”
te beschouwen alle voorwerpen, waarvan de waarde
zeker bedrag per kilogram overschrijdt. Zij heeft hier-
van echter om verschillende redenen afgezien, o. a.
omdat deze oplossing tot moeilijkheden zou leiden in

die landen, waar cle waarde van het geld en de prijs
dci: goederen aan belangrijke schommelingen onder-
hevig zijn en belangrijk afwijiken van de in andere
landen verkregen stabiliteit.
:De Conferentie heeft daarom gemeend cle oplossing
in een andere richting te moeten zoeken. Uitgaande
van de overweging, •dat eenerzijds een juist criterium
ter onderscheiding van ,,kostbare” en ,,niet kostbare”

voorwerpen niet te vinden is, terwijl anderzijds de
be-

staande
bepalingen omtrent de door den spoorweg
in geval van verlies of beschadiging van goederen te

verleenen vergoeding (artikel 34 en 37)
i)
te streng

zijn, dan dkt den spoorweg de verpiichtiiig zou kunnen
worden opgelegd onder
die
voorwaarden ook voor-
werpen van zeer hooge waarde te vervoeren, heeft de
Conferentie besloten, vorenbedoelde bepalingen in

dien zin te wijzigen, dat cle spoorweg voor
alle
goede-
ren,
welke dan ook,
niet verder aansprakelijk zal zijn
dan tot een maximum-bedrag van 50 (goud-) francs

per kilogram bruto (waarbij nog, eve:nals vroeger,

komt iestitutie van liet betaalde wegens rechten,
vracht cii andere kosten). )

Door deze oplossing, die het mogelijlc heeft gemaalct

de verschillende behandeling van ,,kostbare” e:n ,,niet

kostbare” voorwerpen op te heffen, zijn de belangen
van het publiek voldoende gedekt. Immers, evenals

dlb afzenders tot .t:iu toe voor
gewone
goecle:ren het
,,heiang hij de levering” in den vrachtbrief hebben

kunnen aangeven – zulks om casu quo, boven en be-

halve de vergoeding, waarop de art. 34 en 37 recht

geven, de verder geleden schade (gederfde winst) ve:r-
goed te krijgen – zullen zij dat voortaan voor
alle
goederen (cl us ook voor zoogenaamcle kostbaarheden)
kunnen doen. 1 ii. dat geval zal casu
ciuo,
hoven en he-
l:iaive cle nori:naie” vergoeding, een verdere schade-

vergoeding w’orclen verleend tot ten hoogste het aan-

gegeven bedrag. Dc spoorweg vindt voor dit risico
cloleking in cle premie, clie hij hij aapgifte va:n liet
bedlrag hij cle levering in rekening brengt.

So.
Verplichiing’van den
spoorweg om te ver-
voeren.

Voigei.is cle bestaande Overeenkomst is één der
redenen, die den spoorweg van de verplichting tot
vervoer ontheft, het geval van
overmacht
(ait. 5 sub
(1) 3o). 1D plaats van ove;rmacht” wordt voortaan

gespioken van ,,omstaiidigheden, welke de spoorweg
niet, kon vermijden en die hij ook niet kan verhel-
pen.” (,,ci.i:eoi:istances que le chemin cle Ier ne pouvait
pas vitcr et auxquelles il ne clépend pas cle lui cle
remécl ie:r”)
– 3)
De bedoeling is, cle verplichting van den

i)eze artikelen luiden:
mdie.. ….. cle spoorweg tot schadevergoeding
leepens
ge/wel of gedeeltelijk verliës
van liet goed verplicht is, rvordt
cle vergoeding berekend volgens den marktprijs van goede-
ren van dezelfde soort en hoedanigheid, ter

plaatse waar cii
ten lijde waarop het goed ten vervoer is aangenomen en bij
gebreke van niarktprijs naar cle gewone waarde van soort-gelijk goed op die plaats en dien tijd. Daarbij komt de ver-
goeding van hetgeen vegeris rechten en andere onkosten
alsmede voor vracht reeds betaald mocht zijn.” (Art.
34).

,,J.n geval van
beschadiging
heeft de spoorweg het volle
bedrag (er waardevermindering van het goed te betalen.
(Art. 37).

De nieuwe bepalingen
1
tijden
,,Iiiclien de spoorweg op grond van bepalingen van de,.e
Overeenkomst tot schadevergoeding
wegens geheel of gedeel-
lelijk verlies
van het goed verplicht is, wordt de vergoeding
berekend:
volgens den beursprijs,
hij gebreke daarvan volgens dcii iiiarktprijs,
hij gebreke van heide volgens de gemeeiie waarde,
‘air goederen van dezelfde soort en hoedanigheid te
plaatse waar en ten tijde waarop het goed ten vervoer is
aangenomen. Evenwel mag ….de vergoeding 50 franes
voor elk ontbrekencl Kilogram bruto niet overschrijden.
l)aarbij komt de vergoeding van hetgeen ivegens rechte!i,
vracht en andere kosten is betaald ….

,,In geval van
beschadiging
heeft de spoorweg….het
volle bedrag der w’aardeverminderi ug te betalen.
De vergoeding mag echter niet hooger zijn dan;
‘wanneer (Ie geheele zending waardeloos is geworden,
het bedrag, dat bij verlies der geheele zending te betalen
ware;
wanneer alechts een gedeelte der zending waardeloos is
geworden, het bedrag, dat bij verlies van dit gedeelte der
zending te betalen ware.”

‘)
Dezelfde terminologie is gebezigd ter plaatse waar aan-
gegeven wordt, in welk geval de spoorweg ontheven is van
de aansprakelijkheid voor
overschrijding van den leverings-
tijd.
Daarentegen is, vooi wat de eventueele niet.aanspra-
kelijklid1 voor
verlies of
beschadiging
betreft, het begrip
,,overmacht” gehandhaafd.

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

713

spoorweg om te vervoeren niet eerst bij het intreden

van overmacht, maar reeds eerder te doen ophouden.
Een tweede punt is het volgende: thans moet de

verzending van goederen plaats hebben in de volgorde
waarin deze ten vervoer zijn aangenomen ,,voor zoover

de spoorweg niet een voldoende op de eischen der
exploitatie of op het algemeen belang gegronde reden

van afwijking kan doen gelden” (art. 5 sub (3)). In
de nieuwe Overeenkomst wordt laatstbedoelde uitzon-

dering als volgt geformuleerd:

,,Ïndien het algemeen belang of de eischen der exploitatie
,,het vereischen, kan cle bevoegde macht bepalen, dat
,,a. cle dienst geheel of ten dccle kan worden stopgezet;
J. zekere zendingen uitgesloten of slechts onder hopen!-
,,de voorwaarden toegelaten zullen worden; ,,e. zekere zendingen den voorrang zullen hebben.
,,Dergelijke maatregelen moeten ter kennis van het pu-
,hliek worden gebracht.”

9o. Vrachtbrieven.

Omtrent de voor de vrachtbrieven te bezigen talen
wordt verwezen naar hetgeen reeds vroeger onder het

hoofd ,,Tatlkwestie” (4o.) werd gezegd.
Overigens valt, op te merken, dat de bestaande
bepal ngen omtrent hetgeen de afzender in. de vracht-
brieven heeft te vermelden [art. S sub (1)], grondig
zijn herzien. In de eerste plaats heeft het geheel aan
(luidelijkheld gewonnen, doordien men bedoelde ver-
meldingen in twee categorieën heeft ingedeeld, al.

lo. vermeldingen, waartoe de afzender verplicht is;

2o. facultatieve vermeldingen. Verder is de bestaande
tekst
OP
menig punt
verduidelijkt
en aangevuld; hier
‘oôrai heeft men geput uit (le, reeds eerder verruel-

de,
door de spoorwegen
vastgestelde en in de tarieven

opgenomen algemeene additioneele bepalingen van

het internationale Transportcomit6. Nieuw is o.a.
de bepaling, dat de vermeldingen op de vracht-

brieven ,,op onuitwschbare wijze geschreven of ge-
d:ru.kt” moeten zijn ; hierbij is niet uitdrukkelijk van.
an.ilinepotlood gesproken, hoewel erkend werd, dat
het gebruik daarvan zeer verbreid is en geen be-zwaar schijnt op te leveren. Ten slotte zijn in het
vrachthriefformulier eenige wijzigingen aangebracht.

lOo.
Onderzoek van den inhoud der zendingen
door dn spooruieg.

Tot dusverre is de spoorweg, indien hij wil over-
gaan tot een onderzoek van den inhoud der colli en
dit onderzoek niet geschiedt op grond van politie-
maatregelen,
steeds
verplicht den rechthebbende
0
1)
te roepen bij dit onderzoek tegenwoordig te zijn [art.
7 (2)]. In vele gevallen, b.v. bij een onderzoek ergens
onderweg, heeft die oproeping geen zin, aangezien de
rechthebbende meestal niet zal verschijnen. De

nieuwe Overeenkomst bepaalt dan ook het volgende:
.1 adien het onderzoek op het station vaii
vertrek
plaats

hoeft, moet de afzender en indien het op het station

van
aankomst
plaats heeft, moet de geadresseerde

worden opgeroepen.
Verschijnt
de opgeroepene niet of
heeft het onderzoek op een onderwegstation plaats,
clan moet, voorzoover de wett6n of reglementen van
liet land van onderzoek niet iets anders voorschrij-
en, voor de tegenwoordigheid van twee niet tot het
personeel van den spoorweg behoorende getuigen
worden gezorgd.

Ho. Boete bij onjuiste inhouds- of gewichtsop-
gave, enz.

De tegenwoordige bepalingen [art.
1
sub (4) en (5)
en § 3 der Uitvoeringsbepalingen] zijn in een geheel
nieuw kleed gestoken; de tekst is veel vollediger en
nauwkeuriger geworden. Van principielen aard is de
volgende wijziging: volgens de oude Overeenkomst is,
indien goederen; die van het vervoer zijn uitgesloten of in de Bijlage 1 zijn opgenomen, met een onnauw-
kenrige of onvolledige verklaring ten vervoer worden
aangegeven of de door de Bijlage 1 voorgeschreven
veiligheidsmaatregelen bij de aanbieding ton vervoer
niet in acht zijn genomën, een
uniforme
boete ver-
schuldigd van
15 francs
per kilogram-bruto. De nieu-
we Overeenkomst heeft voor de hier bedoelde goederen

verschillende
boetebedragen aangenomen, afdalende

van 15 francs tot 1 franc per kilogram-bruto, naar-
mate de aard van het goed de overtreding minder
ernstig maakt. Bovendien werd bepaald, dat, indien

in do voorschriften, geldende voor het interne ver-
keer van de]] spoorweg die de overtreding vaststelt,

lagere boetebedragen zijn aangegeven dan de voren-

bedoelde, die lagere bedragen worden geheven. Met dit laatste is tegemoet gekomen aan een wensch van
Duitschland, welks gedelegeerden er op wezen, dat hij

de tegenwooi4ige koersschommelingen en de groote

verschillen in waarde tusschen de muntsoorten der
‘onderscheidene landen, het niet wôl doenlijk was voor’

alle landen dezelfde boetebedragen aan te nemen.

12o.
Tarief -moeilijkheid.

Het geval doet zich meermalen voor, ‘dat bij een

internationaal vervoer een spoorweg betrokken is, die

voor zekere goederen of trajecten slechts
één
sooit
tarief (6f iji- 6f vrachtgoed) ‘heeft. Om de daaruit
voortvloeiende moeilijkheden op te heffen – men

denkd bv. aan het geval, dat in Nederland met
vrachtgoeclvrachtbrief een zending naar Frankrijk

ten vervoer, wordt aangeboden, bestaande uit ‘goede-
ren clie .ip Frankrijk slechts eis ijlgood kunnen w’orclen
bovracht -, heeft de Conferentie een bepaling op-
genomen, welke den betrekkelijken spoorweg toestaat, zijn voor slechts Séne wijze van vervoer geldend tarief
op internationale zendingen toe te passen,
onverschil-
lig of deze van een ijigoed- dan wel van een vracht-
goedvrachtbrief vergezeld zijn,
zulks met dien verstan-
de, dat de leveringstijrl zich zal richten naar de ge-
bezigde soort vrachthrief. P. Ecas.

(Slot volgt.)

DOCUMENTA1?Y 1V01IK.

(Eenheid in bevrachiingsdocun’ienten.)

De nauwere internationale samenwerking, die
sinds geruimen tijd bestaat tea opzichte van het bo-
vengenoemde onderwerp, geeft mij aanleiding tot eenige opmerkingen. Het is merkwaardig, dat een
Engelsche naam gekozen moet worden, omdat een goede Nederlandsche uitdrukking niet bestaat voor
het belangrijke werlc, dat de ,,Documentary Commit-
toe of the Ohamber of Shipping” te zamen met de
,,Documentary Council of the Baltic and White Sea
Conference” in samenwerking met de ,,Nationale
Reedersorganisaties” verrichten.
De twee eerstgenoemde instituten hebben, veelal
in overleg met den handel, reeds jaren geleden een
aantal standaarddocumenten in het leven geroepen,
die, hoewel nog niet bindend voor alle reeders, toch
de leidende bevraehtingsdocumenten geworden zijn,
waarop de handel zich baseert. Deze documenten zijn
door de Chamber of Shipping en de Baltic and White
Sea Conference erkend als z.g. ,,approved documeflts”.
Ter verduidelijicing volgt aan het slot een overzicht
van deze thans bestaande z.g. ,,approved documents”.
Ons land, resp. onze reedersgemeenschap, heeft hij de samenstelling van deze documenten geen stem ge-
had, doch naarmate het werk van de Chamber of Shi1i
ping en de Baltic and White Sea ‘Conference op-
schoot, is men gaan voëlen, dat een samenwerking
van de belangrijke zeevarende natiën op dit gebied
onontbeerljk is en het is naar aanleiding daarvan ge-
weest, dat verleden jaar op de ,,International Ship-
ping Conference” te Londen van Engelsche zijde een
oproep gedaan werd om ton opzichte van ht Doen-
mentary Work meer samenwerking tusschen verschil-
lende landen te
krijgen.’
Deze oproep heeft tot resul-
taat gehad, dat door de ,,nationale” reedersorganisa-
ties in’ verschillende landen ,,Documentary Commit-tees” werden benoemd, die ten opzichte van het redi-
geeren van documenten onderling overleg plegen. Zoo
vormde ook de Nederlandsche Reedersvereeniging in
ons land een ,,Documentary Committee”.
Nadat deze eerste stap genomen was, bleek echter
meer en meer, dat slechts Engeland en eenige Scandi-
navische reedersorganisaties hunne leden kunnen

714

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 Augustus 1923

dwingen zich aan de voorgeschreven documenten te

houden.

Deze omstandigheid gaf Sir Ernest Glover, den
Voorzitter van de Chamber of Shipping te Londen, in
de laatste vergadering van de Baltic & White Sea

Conference, onlangs te Gothenburg gehouden
1)
d

volgende woorden in den mond: –

,,it is necessary that the dele gates on their returi
,,to their own countries should set on foot an active
,,propaganda with a view to inducing all owners

,,to come into son

te form of association, which
,,would have power to give the necessary assuran-
,,ces to the Documentary Committee 10 enable it to

,,go forward with confidence, and that as soon as
,,such propaganda had taken
effect
a further mee
;

,,ting should be held in order to co-ordinate the

,,necessary action.

,,In the meantime, the representatives of each
,,country should consider what sanction could, sub-

,,ject to their national laws, be introduced into the

,,Rules of their national, local or other association.
,4 draf t model clause is pro pared which associati
;

,,ons might sign for insertion in rules or articles

,,this for consideration – and further a memoran

,,durn of agreement to be signed by the a.ssociations.”

Sir Ernest Glover vestigde nogmaals de aandacht

op het besluit verleden jaar genomen in de ,,Inter-
national Conference” te Londen, luidende als volgt:

,,1.
It was agreed that it is desirable to devise
,,means whereby owners of all nationalities should ,,agree to abide strictly by the documents arranged

,by the Documentary Committee of the Chamber
,,of Shipping and the Documentary Council of the

,,Baltic and White ,Sea Conference.
,,.
It was further agreed that some system

,,should be arranged to make known and take into
,,conside-ration the views of foreign owners when
,,charters were to be revised in the Documentary

,,Cornmittee. Met hods by which this might be achie

,,ved were suggested.
It was recognised that the question of bin-
,,ding owners was one of great difficulty.”

Het lijdt geen twijfel, dat de Nederlandsche reeder
van het belangrijkë werk, reeds van Engelsche zijde
gedaan, wèl de voordeelen heeft genoten, doch nim-

nier aan dat werk
in opbouw enden zin
heeft deelge

nomen en ook niet zal kunnen deelnemen, zoolang nie€
in ons land een vorm gevonden is, waarbij de reeders,
onder volle erkenning van het nut en de noodzaak
van ,,Documentary Work”, bereid zijn zich onderling
te binden om uitsluitend gebruik ‘te maken van dé
z.g. ,,approved documents”.
Zonder twijfel is de oplossing van deze zaak in En-
geland en in sommige Scandinavische landen ge
makkelijker te vinden dan in Nederland en wel om-
dat het overgroote deel van Erigelsche en Scanclina-vische reeders aangesloten is bij de z.g. ,,Protection-
clubs”, die de uit het vervoer of een bevrachting
voortkomende moeilijkheden niet erkennen en ook niet wenschen ‘op te lossen of schadevergoeding te
betalen, indienhet vervoer geschied is op de z.g. ,,non
approved documents”. In Nederland daarentegen is slechts een zeer klein deel van de reeders aangeslo-

ten bij cle z.g. protectionclubs. Toch zal men in ons
land moeilijk kunnen voortgaan te profiteeren i’an
liet nuttige werk, dat in andere landen op Docu-
mentary gebied gedaan wordt en zal de Nederland-
sche reedersgerneenschap geen stem kunnen blijven
hebben in de internationale documentaire commissie, indien .u:iet de Nederlandsche reeders zich op de een
of andere wijze willen onderwerpen aan de ,,approved
documents”. Te minder bezwaar kan hiertegen be-
staan, waar het overgroote deel van de standaarddocu-
menten in overleg tusscheu reeder en handel zijn tot
‘) [Verg. het art, van Mr. F. W. A. de K.
v.
L. over
,,De Eiaagsche Conditiën en hare behandeling te Gothen-
burg” iii het nummer van
11 Juli
ji. – Red.]

stand gekomen. Evenmin zal men ten opzichte van

een trafiek, waarbij ons land bijzonder belang heeft,
o.a. de houtvaart, kunnen komen tot het vaststellen van
een behoorlijk bevrachtinsdocument, als niet ook in
ons land de oplossing gevonden wordt, waarop van
Engelsche zijde zoo sterk wordt aangedrongen, nl.:

,,to come into some form of association which

,,wou’td have power to give the necessary assuran-
,,ces to the Docuntentary Comn.ittee to enable it

,,to go forward with confidence.”

Het is te hopen, dat de stappen, die eerstdaags door

de Nederlandsche Reedersvereeniging in die richting
gedaan worden, voldoenden steun zullen vinden,’ ton
einde, . zoo mogelijk, deze ok voor de – Nederlandsche
reeders
belangrijke
zaak tot een oplossing te brengen.

D.
1IUJ)1G
L.J’zN.
Amsterdam, Juli 1923.

ÂPPROVED DOCUMENTS.

Goal.
(which inciudes Coke and Patent Fuel.)
1 Welsh Coal Charter 1896
2 Welsh Coal Charter Patent Fuel
3 Welsh Coal Charter
4 We]sh Coal Charter
5 East Coast Coal Charter 1922. –
6 East Coast Coal Charter 7 East Coast Coal Charter
8 Scotch Coal Charter
9 Scotch Coal Charter


10 Scotch Coal Charter
11 Coasting Coal Charter 1920
12. Coasting Coat Charter 1913
13 Coasting Charter-Party, 1921
14 The Baltic and White Sea Conference Coal Charter 1921 14a Chamber of Shipping Coasting C. P. 1922 (sailing ship)

Wood
(for all wooci exeepting sleepers pitwood and wood
pulp).

15 Scandinavia and Finland
.16 White Sea
17 Cronstadt, Riga ,iricl Meinel
18 Pitch Pine
19 British North American (Atlautic) Wood Charter-
Party 1914

Gram.

20 Azoff Berth Contract
21 Danube Berth Contract
22 Sulina and Kustendje Berth Contract
23 Bulgarian Berth Contract
24 Black Sea Berth Contract
25 Black Sea etc. Berth Contract Bill of Lading
26 The 1890 Azoff Charter-party
27 The 1890 Black Sea Charter-party
28 The 1890 Danube Charter-party . –
29 River Plate Charter-Party, 1914, homeward

Stone.

30 Stone Charter-Party, 1920

Ore.

31 Mecliterraneau Ore Charter, 1921
32 Mediterraneau Ore Charter, 1922

Time.

33 Time Charter.

14
1
E01i1’N13ELA8TING.

Op het congres der Vereeniging van Nederiandsche
Gemeenten te ‘s-Gr avenhage – werd Donderdag 23
Juni ii. behandeld de zeer urgente en belangrijke
vraag: ,,Is het mogelijk en wenschelijk door een alge-
mccie wegenbelasting cle vereischte bronnen van in-
komsten te vinden ter bestrijding van cie door het
autoverkeer en door de verhoogin-g van bonen en ma-
teriaal zee-t’ vermerdercle onderhoudskosten der
wegen?”

Deze vraag vercl iii uitnemende praeadviezen he-
hanclelcl dooi Jhr. Mr. J)r. L. H. N. Bosch Ridder
van Rosent’hal, Burgemeester van Brummen en Mr.
Dr. R. E. baron de Vos van Steenwijk, Griffier van
de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Beide stuk-ken zijn opgenomen in No. 5 van den 3den jaargang
van ,,Gerneentebestuur”, het maandschrift der ge-
noemde Vereeniging’ en zijn alleszins lezenswaard.

11
15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTiSCHE BERICHTEN

715

angTrijk is het onderwerp zonder twijfel. Mocht
ii cle tweede helft der vorige eeuw het spoorwegver-
keer steeds toenemen, vanaf den aanvang der twin-
tigste eeuw treedt de automobiel meer en meer als

concurrent op en dreigt reeds thans het spoorwegver-

keer bijna te overvleugelen.
Voor ons land is en blijft van groot belang het ver-keer te water. Doch laarnevens wordt hij den dag be-

langrijker het verkeer op de wegen.
Tevens is het zeer urgent een goede oplossing van
het wegenvraagstuk te vinden. De toestand der we-
gen laat in ons land zeer veel te wenschen over, niet-

tegenstaande ieder jaar aan het onderhoud meer ge].-

den worden besteed.
,,Zeer zeker is” – gelijk de heer Van Rosenthal op-
merkt – ,,de top der automobiel-toename bij lange na

niet bere:ikt. De cijfers toonen dit duidelijk aan. in
Nederland is er 1 automobiel op 100 inwoners; in
andere landen: België, 1 auto per 228 inwoners;
Frankrijk, 1 per 176; Groot-Brittannië, 1 per 91; Ga-

iiada, 1 per 18; Vereenigde Staten, 1 per 10.” Ja, in
een der landhouwstaten van laatstvermeld laad moet er
1 automobiel per 4 inwoners zijn, waaruit volgt, dat
ieder gezinshoofd aldaar een dergelijk verkeersrnid-

tlei bezit.
Reeds nu voldoen de harde wegen niet meer. Van het meerendeel is de onderlaag te zwak, van vrijwel
alle is de deklaag niet bestand tegen het steeds toe-

nemende verkeer. iDe wegen verkommeren en de stof-
plaag wordt all en gs ondraaglijk.
Beide praeaclviseurs zijn terecht van meening ,,dat
dc weg zich moet aanpassen bij en dienstbaar zijn
aan liet verkeer, niet omgekeerd. De normale ontwik-
keling van het verkeer mag jiiet worden tegenge-

houden.”
Een en ander zal groote kosten veroorzaken. Juiste

cijfers zijn hieromtrent niet te geven.
Het aantal E.M. verharde. openbare weg is vol-
gens den heer Van Rosenthal oiibekend, men schat ‘t
op 40.000 K.M. De heer Sandherg, een der sprekers
op het congres, nam aan, dat hiervan 20.000 K.M. ge-schikt moet zijn voor het automobielverkeer en schatte
cie onderhoudskosten daarvan – bij een cijfer van

f
600 per R.M. – per jaar op
f
12.000.000. Dit cijfer

zal in de toekomst eerder te laag,. clan te hoog blijken

te zijn.
Wie zullen deze hoogc kosten moeten dragen en

wien zuilen de baten ten goede moeten komen? Voorop stelt de heer Van Rosenthal •,,dat de door
het Bestuur gestelde vraag van het denkbeeld uitgaat,
dat cie onderhoudskosten der wegen zee.r zijn vermeer-

lerd door:
het autoverkeer;

(ie verhooging van bonen en materiaal.”
Z.i. ciii ,,kun nen cle onder h.
genoemde elementen

voor cle toekomst moeilijk veel gewicht in de schaal leggen Deze verhoogingeci kunnen heel wel tijdelijk
zijn. Doch al ware het anders, gelijk bij alle andere
staat-sui tgaven, behoort een verhoogde o nkosten-rekc-
nilig, clie niet zijn oorzaak vindt in een nieuw element,
bestreden te worden uit verhoogde – inkomstposten,
langs dezelfde lijn als de oorsproiikelijke dekking Pop-
gebouwd; immers al leen z66 kaii cle late:r -dalende re-keni ng ook weder een gelijkertijcl clale.uclen inkomst-

post tegenover zich vinden.”
Beide p:raeadvseurs zijn van meening, dat de kos-
ten onder a. vernield, door het autoverkeer mede moe-
tea worden geci lagen. Er moeten – schrijft de heer
Van
Rosenthal – ,,nieuwe bron iieii
ari i nicomsten
aangeboo ccl worden”, niet om ii ooci 1 ijdencie kassen te
stijveu, die misschien ‘uit anderen hoofde deze stijv.ing
behoeven, doch om het wegennet; eerst aan te passen
aan het moderne verkeer en vervolgens met de ont-
wikkeling van dat verkeer gelijken tred te doen

houd en. –
De heer De Vos van Steenivijk komt tot eenzelfde

conclusie.
Hij
merkt daarbij op, dat deze wegbelas-
ting slechts wordt-aanbevolen als noodzakelijk kwaad,

iaarbij de nadruk op het woord ,,uoodzakelijk” valt. De heer Van Rosenthal merkt nog terecht op, dat,
iaar ,,de door het autoverkeer zeer vermeerderde, en blijvend vermeerderde, onderhogdskosten” door een

iiieuwe belasting mogen, ja zelfs mqt het oog op de
belangen van den Nederlands,ehen belastingbetaler

moeten
worden gedekt, daarin geen reden mag wor-

den gezien om op -dien nieuwen belastingbetaler dé
oorspronkelijk bestaande uitgaven af te wentelen.

Beide p.raeadviseurs zijn van meening, dat men voor

liet houden van motorrijtuigen een bijdrage in de on-
derhoudskosten van den weg kan vorderen, en dat er
geen rden is het rijwielvericeer in de belasting te be-
tiekken. De heer De Vos van Steenwijk wil – in te-

genstelling met
zijnen
medepraeadviseur – de paar-

dentractie ook belasten.

1e heffingen behooren, volgens heiden plaats te
Hebben èn door het Rijk, èn door de Provincie. De
heer Van Rosenthal geeft de voorkeur aan een Rijlcs-
handenbelasting, de heer De Vos van Steen’wijlc aan

eën Rijksmotorbrandstofbelasting. Volgens beiden zal
voor de heffing van weggeld door de Provincie ge-
iirnik moeten worden gemaakt van het stelsel van

rijkaarten.

Eensgezind zijn -beiden in hunne verooi’deeling van
het systeem van gemeentelijke heffingen. ,,Voorzeker
moet het moderne verkeer niet meer dan noodzakebijic
i.s, worden belemmerd. Naast provinciale rijkaa:rten
moeten niet nog bovendien gemeentelijke rijkaarten
kunnen worden geëischt. Het aantal der gemeenten is
daartoe te groot en haar gebied te bepe;rkt.”
Wijders is de heer De Vos van Steenwijk van mee-
ning, ,,dat de storting van de opbrengst dezer hef-
fingen in een bepaald fonds of uitdrukkelijke toeken-
ning aan deze heffingen van het karakter van be-
stemrningsheffingen, geen aanbeveling ver-dient. Dit
wil niet zeggen, dat de opbrengst voor andere doel-
einden behoort te worden aangewend. Bij de invoe-
ring behoort wel degelijk op den voorgrond te staan,
dat de opbrengst van dle Rijksheffing moet worden
aangewend ter verbetering van de Rijkswegen, terwijl
de opbrengst van de provincaie heffing voor -de ver-
betering van de provinciahe en andere wegen behoort
te worden gebruikt, zooais b.v. met de opbrengst.van
de provinciale heffing in Groningen ook geschiedt.
In beginsel moeten deze heffingen echter blijven: be-
lastingen, die onder de gewone Rijks- en provinciale
inkomsten worden opgenomen.”
De heer Van Rosenthal ivil ,,dc opb:rengst der ban-
denbelasting aan ‘s Rijks wegendienst ten goede doen komen. Over de ver-deeliiig der andere belasting he-hooren hij de wet eenige algemeene regehs te worden
gesteld; de i’erdeeiing zelve en de daarmede gepaard
gaande contrôle op het gebruik der gelden, behoort in handen van Gedeputeerde Staten te blijven. Par-
tijen hij deze ve.rdeeiing zijn : de provincie, zoo zij
wegen onder hare zorg heeft, de gemeenten, iii som-
mige provinciën de waterschappen.”
Uitgesloten wil hij hebben de toepassing der – den
gemeentebesturen thans maar al te bekendle – for-
mule ,,incl ien en voorzoover de fi nancieele omstandig-
heden der gemeente zulks :nooctzakeiijk maken.”
Hij stelt zich ,,den maatstaf van verdeeling twee-
ledig voor: –
lo. naar het aantal K.M. voor automobiehverkeer
geschikter openbaren weg, waarvoor de overheid heeft
te zorgen;
2o. naar het aantal in het territoir van de over-

hei cl – aangeslagen motorrjtuigen.
Dë eerste maatstaf geeft een redelijke basis wat
aangaat de kosten van liet wegennet, zooals het voo.r
cle auto beschikbaar moet liggen; de tweede basis
wijst naar het meerder of minder gebruik, dat van
den weg wordt gemaakt, want in doorsnede maakt toch
de auto het meest gebruik van den weg, het dichtst bij
haar garage.”
IDe laatste maatstaf komt ons onjuist voor. Toege-
geven kan worden, ‘dat in
doorsnede
‘de auto het meest

716

ECONOMISCH-STA4ISTISCHE BERICHTEN

15 Augustus Ii

gebruik maakt van den weg, het dichtst bij haar gar-

ge; dit wijst evenwel niet naar het meerder of miii-
der gebruik, dat, van den weg wordt gemaakt. Im-

mers in een plattelandsgemeente kan door auto’s een
zeer intens gebruik van den weg worden gemaakt,

zonder dat er maar zelfs één motorrijtuig aangeslagen

kan worden. De fout in de redeneering zit hierin, dat

het (in ‘doorsnede) minder ‘gebruik van de auto in en
andere gemeente
geheel
verwaarloosd wordt. Een ge-
volg hiervan zou zijn, dat een dergelijke maatstaf, hoe

men dien ook hanteert, tot zeer groote onbillijkheden
aanleiding zou geven.

Ten slotte verwerpen beide praeadviseurs het denk-
beeld, dat ,,overdracht van wegen moet plaats vinden

zoodanig, dat in grove trekken een eerste klasse we-
gennet, de groote verkeerswegen, aan het Rijk, een

tweede klasse net, de intercommunalo wégen, aan de

provincie en een derde klasse net, de locale wegen,
aan gemeenten en waterschappen zou worden toevor
;

trouwcl.”

,,Het stelsel zou misschien” – gelijk de heer De

Vos van Steenwijk liet uitdrukt – ,,aanbeveiing ver
7

dienen, wanneer het geheele wegennet in een streek

nog van den aanvang zou moeten worden aangelegd,
bv. over een aantal jaren in één van de drooggemaak-te Zuiderzeopolders. Men heeft nu eenmaal te maken
met een bestaand wegennet, waarvau het onderhoud

allesbehalve naar dit stelsel tusschen Rijk, provincie,

gemeënte en waterschap is verdeeld. Herclassificat:ie
van dit wegennet zou veel omslag rneebrehgen, die
geenszins gerechtvaardigd zou zijn door het doel, dat

er mede wordt beoogd. Immers overbrenging. van het
onderhoud van een lagere naar een hoogere corporatie
zou grootendeels geschieden met de bedoeling daar-

door een beter onderhoud te waarborgen of om te ver-
zekeren, ‘dat een gewenschte verbetering eerder tot
stand komt. Geen van beide doeleinden zou echter
hierdoor worden verwezenlijkt. Het o:nderhoud van de

Rijkswegen steekt niet steeds gunstig af hij het on-
clerhoud van de lagere corporaties, gelet op de Rijks-
wegen Delft—.Overschie, Amsterdam—Haarlem enz.
Aan de bestaande Rijkswegen zijn nog zooveel verbe-
teringen aan te brengen, dat het Rijk aan nog meer
vegen, die verbetering vereischen, geen behoefte heeft.
Ook tn aanzien van de7 verhouding tusschen de pro-.

vincie eenerzijds en de gemeente en waterschap an-derzijds, kunnen gedeeltelijk dezelfde opmerkingen
worden gemaakt.”

Wij zouden er nog hij willen voegen, dat blijkens
de practijk de lagere corporaties niet meer ,,efficien-
cy” de wegen plegen te onderhouden en verbeteren.
Over het algemeen konden ‘de verschillende spre-
kers op het congres zich wel in hoofdzaak met de
door de praeadviseurs naar voren gebrachte denk-
beelden vereenigen.

Twee prineipieele aanvallen hadden zij eigenlijk
slechts t’e verduren.

De heer Van Niftrik, wethouder van V1issingen
bestreed – zonder op het congres van eenige zijde steun te verkrijgen – het denkheeld, dat de onder-
houdskosten der wegen mede moet worden gevonden
uit de opbrengst van de door de praeadviseurs aan-
gegeven belastingen.

Het Rijk moet de kosten van hare wegen dekken
uit de opbrengst’ der algemeene Rijksmiddelen.
Voor de provincie zou spreker een egalisatiestel-
sel, als door hem ontwikkeld in de zomerz’itting van
1.921
van de Staten van Zeeland, ingevoerd willen
zien.

Als wij den spreker goed begrepen hebben, is de
(‘luintessence van ‘dit stelsel, dat die bewuste kosten
door ‘do provincies gezamenlijk gedragen en uit de op-
brengst der opcenten gedekt moeten worden.
Spreker heeft er bezwaren tegen, dat de overheid

voor elk onderdeel van hare bemoeiingeiii speciale be-
lastingen heft. Voorts is’ hij bevreesd, dat de eigenaren
der vrachtauto’s de kosten zullen afwentelen en dat
een gevolg hiervan zal zijn verhooging der prijzen van
levensmiddelen.

Spreker vergat evenwel, dat niet alleen dé’viaht-
maar ook ‘de personenauto’s belast zouden worden
(volgens ‘de heer Van Rosenthal werd in
1922
het aan-tal automobielen in Nederland geschat op pl.m. 10.000,
waarvan het aantal vrachtauto’s op
3000).
Voorts be-
taalt men voor vervoer over de spoorwegen niet alleen
voor het gebruik der w’agens, maar ook voor het ge-

bruik van ,,weg en werken”, waartegen spreker wel
geen bezw’aar zal hebben.

Ook komt ‘t ons voor, dat de heer Niftrik te weinig
oog heeft voor de .groote, nog ,te wachten, uitbreiding
van het autoverkeer en ‘den invloed daarvan op het
onkostencijfer der wegen.

Wil men een wegbelasting met den heer De Vos van
Steenwijk noemen een noodzakelijk kwaad, waarbij de
nadruk op het vooi

d ,,noodzakelijk” valt, aangenomen
moet zeker wel worden, dat zonder invoering van een

dergelijke belasting onze wegen niet in goeden toe-

stand zullen worden gebracht en gehouden.

Ons wil ‘t evenwel billijk toeschijnen, dat zij, clie de
groote en blijvende vermeerdering van onderhouds-

kosten der wegen veroorzaken, ook die kosten, voor
zoover deze door hun toedoen hooger zijn, geheel,
althans voor een aanmerkelijk deel dragen.

Jhr. Sandberg, Griffier der Staten van Zuid-I-Iol-
land wil van een provinciale regeling der auto-belas-
ting niet weten en geeft de voorkeur aan een Rijks-
regeling.

Tegen liet stelsel van den heer Van Rosenthal, dat
de houders van vra’chtautomobieleji, boven zeker eigen

gewicht en van bijzonder soort auto’s enz. in
elke
pro-
vincie, waar zij rijden willen, laat betalen, voert spre-

ker aan, dat dit, vooral hij te verwachten toeneming
van verkeer, voor hen te duur en omslachtig, mits-
dien te belemmerend zou zijn. Het systeem van den
heer De Vos van Steenwijk – voor gewone en vracht-
auto’s slechts heffin’g van belasting in één provin
.

cie, welk systeem de heer Van Rosenthal ook voor

gewone auto’s huldigt – bestrijdt Jhr, Sandberg,
voornamelijk door verwijzing naar de provincie
Utrecht, waar in tegenstelling met de door praead-
viseurs naar voren gebrachte provincie Groningen,
zeer veel transitoverkeer is.

Als grootste bezwaar voerde de heer Van Rosenthal
tegen een Rijkshelasting aan, dat geenszins zekerheid
wordt verschaft, dat de opbrehgst voor een billijk deel ook werlcelijk aan de lagere corporaties ten goede zal
komen. Hij vreest, ‘dat van de door het Rijk ontvan-
gen gelden aan cle lagere corporaties, speciaal aan
de gemeenten zal worden uitgekeerd ,,ind jeu en voor
zoover de financieele omstandigheden dier corpora-
.ties zulks noodzakelijk maken”.
Deze vrees is in deze
tijden
zeker. niet ongegrond.
Doch zal met oog op het steeds toenemend autover-
keer en mitsdien ook van het transitoverkeer, een op-
lossing in den geest van den heer Sandherg wel ge-
wenscht blijken te zijn.
Noodzakelijk komt ‘t voor
bij
wet èen zoodapige
regeling te treffen, dat de lagere corporaties de haar
naar b.iiljkheid toekomende gelden ook ontvangen. Bij de verdeeling der baten over de overheden, met
cle ‘zorg der openbare wegen belast, zou dan op ruime schaal gebruik moeten worden gemaakt van de mede-
werking van Gedeputeerde Staten der onderscheidene
gewesten, die door hunne groote kennis van plaat-
selijke toestanden daartoe bij uitnemendheid geschikt
zijn.

Beknopt, wellicht te beknopt werd hier een en
ander omtrent het wegeuvraagstuk medegedeeld; aan-
bevelenswaardig is de lezing der beide praeadviezen,
waarin te vinden is – gelijk de ,,Nieuwe Rotterdam-sche Courant” het uitdrukte in het Hoofdartikel van
25
Juni
1923
– een rijke bron van feitelijke gegevens
en, belangrijke beschouwingen.
Het. onderwerp is belangrijk en urgent; moge in
deze door de Autoriteiten ,,rnet bekwamen spoed” ge-
handeld worden. Er is ,,periculum in mora”.

Lochem.

F. W. R.
WTTzWAALL.

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

uivi

DE ECONOMISCHE ONTWIKKELING VAN

KLEIN-A ZIE.

II.
(&lot).

De concessie, die, zooals in het vorige nummer

werd uiteengezet, een perspectief opent van rijkdom-

men ,,beyond the dreams of avarice”, bevat echter
allerlei bepalingen, die voor de concessionarisse tame-
lijk bezwaarlijk zijn, zoodat het, ook uit dien hoofde,

de vraag is, of het noodige kapitaal gefourneerd zal
worden.

Volgens art. 3 toch zal zij binnen 30 dagen na

definitieve verleening der concessie 10.000 Turksche
ponden bij de Italiaansche Handelsbank moeten de-
poneeren (of bij eene andere bank, behalve bij de Imp.
Ottoman Bank). De Ambassade, waaronder de bank
ressorteert, zal echter aan de maatschappij een schrij-
ven moeten doen toekomen, waarin zij verklaart, dat
alle geschillen aangaande deze transactie zullen ge-
bracht worden voor de tribunalen der Nationale Ver-gadering te Angora.
Volgens art. 4 moet de Maatschappij binnen zes
maanden na ratificatie (in casu dus reeds voor het
einde van 1923) een Turksche Naaml. Venn. oprich-
ten, onderworpen aan de tegenwoordige en toekom-
stige Turksche wetten, en gedurende een maand na
de oprichting zal zij de helft van haar aandeelenkapi-
taal ter beschikking van Turksche beleggers stellen.
Volgens art. 1 zal zij aan het Turksche Ministerie
van Openbare Werken, die experten zal benoemen,
belast met de contrôle der spoorwegen, een jaarlijksche
uitkeering van 210 gouden piasters per kilometer-
concessie betalen. Dit komt neer op net minder dan
ongeveer een millioen gulden per jaar, v66r er nog
iets gedaan is.
Volgens art. 9 zullen de
lijnen
uit een enkel spoor
bestaan, maar zoodra de exploitatie voldoende winst
oplevert, is de Maatschappij gehouden, dubbel spoor
aan te leggen.
Art. 10 bepaalt, dat alle materialen, machines,
kolen enz. benoodigd voor de werken der Mij., vrij
zullen zijn van alle rechten. Voor kolen geldt dit
echter slechts voor de eerste 20 jaren. Gedurende den
loop der concessie (99 jaren) zullen alle bezittingen
en kapitalen der Mij. eveneens van alle belastingen
zijn vrijgesteld. De in den aanhef vermelde overeen-
komst der Turksche reg. met de Nationale Turksche
Compagnie kan met dit artikel in conflict komen.
Volgens art. 14 zal de Maatschappij zich moeten
gedragen naar alle tegenwoordige en toekomstige
vetten betreffende onderhoud en politietoezicht op
mijnen.
Volgens art. 17 zal zij in vredestijd zoowel als in
oorlogstijd troepen, mails en regeeringsambtenaren
moeten transporteeren.
Volgens art. 19 heeft
zij
het recht, waterkracht te
benutten (echter geen monopolie) voor het opwek-
ken van electrische kracht en die voor de exploitatie
der spoorwegen te gebruiken en aan derden te
leveren.
Volgens art. 22 zal de groote Nationale Vergadering
na verloop van 30 jaren het recht hebben de Spoor-wegen tenaasten en wel door aan de Mij. te betalen
een jaar]ijksche som ten bedrage van de gemiddelde
jaarljksche netto opbrengst der laatste 5 jaren, en zij
zal die betalingen doen tot het einde der concessie.
Bij de berekening der netto-opbrengst zullen interest
en amortisatie niet worden afgetrokken.
Volgens art. 23 zal de Turksche reg. na
afloop der concessie alle bezittingen (spoorwegen, mijnen, ste-
den, havens enz.) en de opbrengsten daarvan zonder
meer in eigendom verkrijgen.
Volgens art. 24
zal
de Maatschappij hare ambte-
naren, employés en arbeiders recruteeren uit Turk-
sche onderdanen en scholen voor hun opleiding stich-
ten. Zij mag echter in de hoogere ambten vreemde-
lingen aanstellen, en volgens art. 25 zal de Turksche
reg. aan spoorwegen en havens forten mogen aan-
leggen.

De verdere artikelen bevatten allerlei zeer bez.waar-

ljke bêpalingen betreffende het verlies der geheele
côncessie ingeval de bouw der spoorwegen gestaakt
wordt; de verplichting der Mij. tot het stichten van
gebouwen langs de sporen voor Turksche ambtenaren;
den bouw van telefoon- en telegraaflijnen die gratis
door de regeering gebruikt mogen worden.

Artikel 33 verleent aan de Mij. het reeds eerder
genoemde recht, binnen een strook van 20 KM. ter weerszijde van den spoorweg mijnen te ontginnen. Maar, en dit is van gewicht, de Turksehe regeering
reserveert
de rechten, die door derden zijn verkregen.
Hier doet zich natuurlijk de mogelijkheid voor van
eindelooze verwikkelingen en van de toepassing der
oude, beproefde Turksche methode, de vreemdelingen
zöoveel mogelijk met elkander in conflict te brengen.
Zooals uit het kaartje te zien is, ligt Mosoul binnen

de strook, doch Mosoul behoort tot aan Engeland ge-
andateerd gebied en reeds is de Britsche regeering
met de Turksehe overeengekomen, dat wanneer men het
binnen 9 maanden niet eens wordt, de Mosoul-quaestie

door den Volkenhond zal worden beslecht. Mocht riu
Mosoul definitief aan Engeland worden toegewezen,
dan heeft Angora concessie verleend voor gebied,
waarover zij geen zeggenschap heeft, met al de ver-wikkelingen •die daaruit kunnen voortvloeien.
De winstverdeeling is voor de Maatschappij niet
ongunstig: na aftrek van alle onkosten, interest, af-
schrjving en reserve (de percentages zijn niet ge-
noemd) en 12 pCt. aan aandeelhouders zal van het
saldo 30 pCt. aan den Turkschen Staat en de overige
70 pOt. aan aandeelhouders ten goede komen.
Binnen 2 jaren na den datum der ratificatie wordt
de overeenkomst van kracht.
Ten slotte zullen alle geschillen tussehen de Maat-
schappij en de Turksehe regeering worden berecht
door den Turkschen Raad van State, terwijl geschil-len tussehen de
Mij.
en particulieren door de Turk-
sche gerechtshoven zullen worden berecht. De corres-pondentie met de regeering alsmede de dienst der Mij. zal in de Turksche taal geschieden.
Nadat het bovenstaande geschreven was kwam
ons de
N. R. Ci.
van 16 dezer onder de oogen, waar-
in de correspondent van dat blad te Lausanne het een en ander mededeelt aangaande de moeilijkheden, die
reeds t.o.v. de Ohester-eoncessie gerezen zijn. liii
schrijft o.a. (d.d. Lausanne, 14 Juli):

Men was Zondag overeengekomen, dat de Turken erken-
neti zouden cle geldigheid van alle oude concessies van vr
1914, voor zooverre deze toen reeds volkomen rechtsgeldig
waren tot stand gekomen en ook reeds een legin van uit-
voering hadden gekregen. Over dit algemeene beginsel out-
stond Donderdag geen strijd meer. De moeilijkheid betreft
slechts een drietal concessies (Vickers-Armstrong, Turk-
cclie Petroleum en Algemeene Regie der Spoorwegen), clie
bij het uitbreken van den oorlog nog niet volledig ver-
leencl waren. De Turken hadden toegestemd, dat voor deze
drie maatschappijen bijzondere bepalingen in een protokol
zouden worden opgenomen, waarbij haar bepaalde rechten
zouden worden verleend. De geallieerden beweren nu, dat
men Zondag ook reeds omtrent den omvang dier rechten
tot bindende overeenstemming is gekomen; de Turken
houden vol, dat men omtrent de bijzonderheden nog niet
tot algeheele overeenstemming was gekomen. De waarheid
zal vermoedelijk wel zijn, dat de geallieerden in het mid-
dernachtelijke uur eenige bijzonderheden hebben opge-
somd, als moetende worden opgenomen in het protokol, en
dat de Turken, door noch tegen te spreken noch toe te
stemmen, een eenigszins onzuiveren toestand hebben ge-
schapen, zonder dat echter bepaald thans van woordbreuk
aan Turksche zijde kan worden gesproken. Het schijnt
trouwens, alsof ook de geallieerden vandaag wel vonden,
.dat men in de beschuldigingen tegen Ismet Pasja van
terugkomen op de beslissingen van Zondag wel wat al te
heftig is geweest.
Al is er dan geen woordbreuk geweest, de omstandig-
heid is niet weg te cijferen, dat omtrent dit punt, waa.rbij
zoo groote economische belangen betrokken zijn, een ern-
stig meeningsverschil tusschen Turken en geallieerden is
ontstaan. Hier is nu eindelijk de ,,Chester”-concessie op het
tooneel gekomen, waarvan men vddr den aanvang der
tveede conferentie zeide, dat die een zoo groote rol zou

718

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 Augustus 1923

S
••(

ADRIAKOPL
_—_
f1-_
EI?
flPLI
0
‘-
_
/
•’.r

__________________

cor,
HA’Z
.6no
AøJ

PAI1D PM A
MAStA
S’f4
BRU
ERIVAr

/
ANGOSA

OGURL

MUSA K~

ESios

5

CLRCIIL

R1ER
S
UM

1.

HADJI 5HAIA1T
NALTI
.,

MYRNA
APIUM RARAWISSAR

1
1,4

CAC(REA
‘)

ITLI
IR£
S
RGUAIIA

(
OE.
T
eR,Z
‘S.

IS
‘ARTA

A5•_

(omA
ZIJ
1IAR3EK

5
.pMARDA

DALIA

ALEX NE
SSIO

MOS6L

/
ANIVA

S

Y
i

1

A

/

.sst,ng Raiways
/<


40 1Olor’e?er Zonea of
‘-
l
Chester Ccnces&in
Cl Propects
LS
/

DAMASCUS
AGDD

Het schuin gearceerde gedeelte om Mosoul vormt het gebied, lietwelk door Engeland als een deel van l:esopotamië
wordt aangemerkt en waaromtrent de beslissing van den Volkenbond kan worden ingeroepen. Het afzonderlijke kaartje
links onder geeft vergroot de situatie weer van het havengebied van Yumurtalik aan de Middellandsche Zee.

spelen, doch clie zon merkwaardig op den achtergrond geble-
s’eii was. ])at thans plotseling de ,,Chester”-concessie op
liet strijdperk is getreden, is beangstigend en opent voor-
uitzichten van maandenlange nieuwe besprekingen over de
economische exploitatie van Turkije, indien het niët gauw
gelukt deze laatste moeilijkheid op te lossen.
Het feit is, dat de Chester-concessies in botsing komen
niet die andere, onvolledige concessies van vÔör den oor-
log, en dat de deskundigen der geallieerden zoowel als Van
de Turken nu hadden voorgesteld, dat de oude concessiona-
ns, indien een gedeelte zijner concessie niet kon worden
uitgeoefend zonder botsing met Chester, dan zou krijgen
een geljkwaardige andere concessie of financieele schade-
vergoeding, met het recht van prioriteit, indien de Chester-
concessie achteraf zou blijken niet te worden uitgevoerd.
Tegen dit recht van prioriteit verzette zich nu plotseling
Donderdagavond ismet Pasja en hierover loopt nu het
laatste geschil. Bovendien ontkennen de Turken de alge-
liede wettigheid der concessie der Turksehe Petroleummaat-
schappij en stelden zij voor hieromtrent een beslissing van
het Haagsche Ïnternationale Gerechtshof uit te lokken.
Van goed idgelichte zijde vernam ik nu gisteravond, dat achter dit plotselinge verzet van Ismet tegen een door zijn
eigen deskundigen uitgewerkt en goedgekeurd voorstel, nie-
mand minder staat dan de Arnerikaansche ,,waarnemer”, de heer Grew. Amerika vindt, dat door deze concessie te
veel aan de mogelijkheid van Amerikaansche mededinging
wordt onttrokken en protesteerde nu, natuurlijk onder het
voorwendsel der Petroleum-concessie en tegen het recht van
voorrang, dat de Régie générale des Chemins de fer zou
hebben bij een niet in werking treden der Chester-conces-
sies. Daardoor is het conflict thans in hoofdzaak gewor-
den een Engelsch-Amerikaansch geschil. De mogelijkheid
is dan niet
uitgesloten,
dat Amerika, dat zoo herhaaldelijk
tot Europa het verwijt richt, dat het den chaos veel te lang laat voortbestaan, thans de eigenlijke oorzaak zou worden
voor een voortbestaan van de verwikkelingen in het Nabije
Oosten, die zonder Grew’s inmenging te elfder ure reeds
een oplossing zouden gevonden hebben. Dit ingrijpen van
Amerika wordt hier natuurlijk druk besproken en ver-
hoogt de onzekerheid, waarin de conferentie thans weder
verkeert.

De Britsche claims, zoo wordt van Amerikaansche
zijde te berde gebracht, berusten feitelijk alleen op een
geheime overeenkomst, die den 15en Juni 1914 geslo-
ten was tusschen Prins Lichuovsky, den Duitschen
ambassadeur en Sir Edward Grey, toenmaals Bnitsch
Minister van Buiteril. Zaken. Volgens deze conventie
zou Engeland in dan bouw van den Baghdad-spoor-
weg deelnemen en Duitschland zou aandeel
krijgen
in

het Britsche monopolie voor de navigatie van den

Shat-el-Arab (de dienst van Bassorah naar Baghdad

werd, en wordt nog, onderhouden door (Ie Euphrates
and Tignis Stearn Nav. Co) en in andere Bnitsche
ondernemtugen iii Turkije. De conventie werd door Lichnovsky en Grey geparafeerd en zou binnen drie

maanden geratifieerd woi-den, doch intusschen brak
de oorlog uit. Wei had de Porte aan de T)uitsche en Bnitsche Ambassadeurs te Constantinopel van hare
goedkeuring mededeeling gedaan, maar van ratificatie

eener driezijdige overeenkomst (die toch noodig was)
was geen spiake, evenmin van goedkeuring door – het
Turksche parlement. Toch werden de aandeelen van
de door den corn, der N. R. Ot. genoenide inmiddels
reeds te Londen opgerichte Turkish Petroleum Oom-
paay reeds bij anticipatie verdeeld en verkreeg de
Anglo-Persian Oii Co. die door de Br. regeening
gecontroleerd wordt, 50 pOt., de Shell Groep ver-
kreeg 25 pOt. en de Duitschers 25 pOt. Deze laatste
25 pOt. werden in April 1920 te San Remo aan de
Franschen overgedaan. Volgens de Amerikanen is dit
alles een belachlijke vertooning, want de aandeelen

zijn waardeloos.

De Bnitsche regeering heeft weliswaar niet tegen
de Ohester-concessie geprotesteerd ), maar er bestaat
natuurlijk concurrentie nopens Mosoul van de zijde
van de Anglo-Persian en de Shell-groep.
En wat het vilayet Mosoul betreft, het zal vermoe-
delijk van de beslissing van den Volkenbond afhan-
gen of dit ressorteert onder Turkije, dan wel onder

Mesopotamië, dat een Bnitsc:h mandaat is.

Misschien geraken de Mogendhedén onder elkan-
der tot eene overeenkomst, in dier voege dat de Ches-
ter concessie wordt aanvaard en alle belangen daarin
worden samengesmolten, waarbij dan de Ottoman-
Amenican Development Co. hare aandeelen hetzij

direct, hetzij wat 50 pOt. betreft (die volgens de
concessie aan Turksche onderdanen worden aangebo-
den) door bemiddeling van Turlçsche onderdanen ou-
der de verschillende belanghebbenden verdeelt. De

groote vooi

deelen van zulk een ,,business-agreement”

springen zoozeer in het oog, dat pogingen in die
richting – die vooral voor Engeland en Amerika is
aangewezen – zeker wel gedaan zullen worden. Tur-
kije komt dan vanzelf te staan onder, een soort van
internationaal regime en in dat geval behoeven de

1)
Zie echter het Naschrift.

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

719

concessionarissen zich niet overmatig ongerust te

maken over de vele bezwarende voorwaarden. Er zijn
vredelievende middelen genoeg, waarmede men de
heeren te Angora tot allerlei dingen zal kunnen krij-
gen wanneer hun dat persoonlijk voordeel oplevert en

zij dat, zooa]s natuurlijk het geval zal zijn, met de
ontwikkeling van hun land, die zij toch zelven niet

kunnen ten uitvoer leggen, kunben combineeren.

Den Haag, 17 Juli 1923.

II. DUNLOP.

N a s c h r i f t. Sedert het bovenstaande geschreven
werd, is cle vrede te Lausanne gesloten. De Turken

gevoelen zich gevleid over hun overwinning, de mo-
gendheden hebben zeer veel toegegeven omdat er vrede
moest zijn, bijna tot elken prijs. Dat neemt niet weg,
dat het nieuwe Turkije met al zijn hoogxnoed over den

triomf, slechts een schaduw is van het oude, en dat
thans zal moeten blijken of de Turken op den duur
bij machte zullen zijn, een modernen westerschen staat

tot ontwikkeling en welvaart te brengen.

De concessies van Vickers-Armstrong en van de

Régie Générale des Ohemins de Eer zullen niet in
het Vredestractaat worden vermeld. Tot ieder dezer
concerns wordt door de Turksche regeering een brief
gericht, waarin wordt bevestigd, dat zij gedurende 5

jaren
gelijke
rechten zullen hebben met anderen
t.o.v. die deelen der Ohester-concessie, die niet ten
uitvoer gelegd worden, behoudens de rechten der ge-

noemde twee concerns op
geldelijke
schadevergoeding.

J)e Turkish Petroleum Oompany wordt noch in het
tractaat, noch in een aparten brief besproken. De Engelsche gedelegeerde, Sir Horace Rumbold,
heeft echter op een van de laatste dagen der conferen-
tie hierover een verklaring afgelegd. Hoewel Ismet
Pasha geweigerd had, in het protocol iets erover te
vermelden, en zeker niet de rechten der Mij. te erken-
nen, verklaarde Sir Horace, namens de Britsche reg.
dat al de verplichtingen die in 1914 aangegaan waren,
voor de Turksche regeering bindend waren voor alle
gebied dat na den vrede tot Turkije zou behooren. De Britsche regeering, verklaarde hij, erkent geene rech-
tea van derden (in casu bijv. Amerika) in deze mate-rie. Hierop antwoordde Ismet, dat de zaak door arbi-
trage moest worden opgelost. Mr. Grew verklaarde
hierop, dat wat de beide bovefigenoemde concessies
aangaat, hij niet inzag, dat deze Amerikaansche be-
langen zouden kunnen schaden. Maar wat de Turkish
Petroleum Co. betreft, moest hij zich houden aan de
correspondentie daarover. Sir Horace antwoordde hier-
op, dat het feit, dat de Turksche regeering twee tegen-gestelde handelingen had uitgevoerd, de zaak niet vat-
baar maakte voor een gerechtelijke uitspraak. De
tweede handeling (de Chester concessie, althans voor
zoover olie aangaat) was eenvoudig onwettig.
Hij
be-
greep niet waarom de V. S. zich mengden in een, zaak tusschen Engeland en Turkije. Hiermede eindigden de
besprekingen en de quaestie is derhalve hangende ge-

bleven. D.
Den Haag, 25 Juli 1923.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE STRIJD OVER HET BANKDISCONTO.

II
(Slot).

Dr. T. E. Gregory te Londen schrijft ons:

Het eerste, wat met betrekking tot den toestand
te Londen onder de oogen gezien moet worden,
wanneer men de recente gebeurtenissen beschouwt,
zijn de geidkoersen op de open markt. Voor het
oogenblik kan toegegeven worden, dat de stijging
van het bankdisconto de positie van de groote massa
der geldleeners niet beinvloed heeft. Daar de minimum-
rente voor commercieele en industrieele voorschotten
,,1 pOt. boven bankdisconto met een minimum van
4 pOt.” of ,,1 pOt. boven bankdisconto met een
minimum van 5 pOt.” is, zou het disconto minstens
nog met 1 pOt. moeten stijgen, vôôr de situatie voor

de zakenwereld in ongunstigen zin beinvioed werd.

Een deel van de heerschende onrust is natuurlijk een gevolg van het feit, dat men, vreest, dat zulk

een
stijging
zal plaats vinden en in ieder geval moet

men met de psychologische uitwerking in afschrik-

kenden zin rekenen, welke iedere
stijging
met zich

brengt, of zij een
onmiddellijke
verhooging van

lasten voor het
bedrijfsleven
beteekent of niet. Een
feit is, dat er in de jongste maanden geen defiatie

heeft plaats gevonden. Wat de post voorschotten in
rekening-courant betreft, deze is voor de 9 clearing
banks van £ 752 millioen in Januari 1922 tot

£ 726 millioen in Januari 1923 gevallen, doch

daarna tot eind Juni weder met £ 21 millioen

opgeloopen. De daling der deposito’s heeft geenerlei
ofter van den kant van het
bedrijfsleven
met zich
gebracht, aangezien de vermindering der activa plaats

vond onder disconto’s, met name Treasury Bills.
Ondanks de daling der deposito’s van £ 1826
millioen in Januari 1922 tot £ 1693 millioen in

Januari 1923 en verder tot £ 1606 millioen in Mei,

zijn de geldkoersen in de opei markt gedurende de eerste 6 maanden van dit jaar laag geweest, terwijl
van een
duidelijke
neiging tot
stijging
geen sprake
was. Het disconto van 3-maands-wissels, dat in
Januari 1923 gemiddeld 2,28 pOt. bedroeg, beliep in
Juni slechts 2,05 pOt. Overigens is het een feit, dat
de
prijs
van daggeld van 1,2 pOt. tot
bijna
2 pOt.
in April steeg, doch slechts om in Mei en Juni

weder te vallen. Deze koersen hadden in de eerste
plaats als uitwerking het bevorderen van finance bill
operaties tusschen Londen en New York en in de
tweede plaats het opdrijven van de effectenkoersen
met als gevolg Amerikaansche verkoopen te Londen

en Britsche aankoopen te New York; waar de hoog-
conjunctuur de
prijzen
van vaste-rente-dragende
fondsen deed dalen. De practische vraag is nu, of deze fondsenbewegingen een verhooging van het
bankdisconto rechtvaardigden.

Mr. Keynes antwoordt, dat zij het niet deden. Hij
is uitgesproken sceptisch op het punt der finance

bill operaties, aangezien het verschil der geldkoersen
in de beide centra niet voldoende groot was om
hiertoe over te gaan, wanneer men de mogelijkheid
van koersfluctuaties in aanmerking neemt, die de
geheele winst op de onderhavige transacties zouden

kunnen doen verdwijnen. Voor zoover het de effecten-
koersen betreft
schijnt
Mr. Keynes te betoogen, dat
deze reeds een dalende richting hadden ingeslagen,
voordat
het hankdisconto omhoog ging, doch dit
argument is slechts ten deele juist. Alle
prijzen
zijn
sinds begin Juli gedaald, doch vôérdien zetten de goud-
gerande fondsen hun stijging voort, ofschoon enkele
industrieele soorten daalden, tengevolge van den

invloed, uitgeoefend door de Ruhrbezetting. Iedere
invloed, die door de Amerikaansche verkoopen van
vaste-rente- dragende fondsen is uitgeoefend, moet
dientengevolge afzonderlijk beschouwd worden, of-
schoon
ongetwijfeld
de totale druk, die op deze
wijze op de wisselkoersen wordt uitgeoefend, gemak-
kelijk overdreven wordt.

Wanneer
wij
thans de
prijzen
in het oog vatten
is de toestand, bij beschouwing van het algemeen
indexcijfer, allesbehalve duidelijk, hoewel uit de
volgende tabel met
vrij
groote zekerheid
blijkt,
dat
de snelheid van
stijging
en daling in de V. S. grooter
is dan hier.

Vereen. Staten.

Ver. Koninkrijk
(Pederal

(Board
of

Wisselkoers

Reserve Index)

Trade Index)

$ per
1 £

Jan.
’23 100

Jan.
’23 100

Jan.
100
100
4,65
Febr.
102,5
100,6
4,69
Maart
103,1 101,9
4,69
April
104,9
102,5
4,653
Mei
103,7 102,9
4,623
Juni
101,8
101,2
4,61

720

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 Augustus 1923

Het Pond begon in April te dalen, terwijl de Ame-

rikaansche prijzen nog sneller omhoog bleven gaan

dan onze eigen. Is het echter niets dan een toevallige

samenloo.p, dat in April de richtingswijziging der
geldkromme hier te lande scherper tot uiting gaat
komen? Het totaal der bankbiljetten en currency

notes heeft het volgende beloop vertoond:
Jan.

383

Mei

387

Febr.

378

Juni

388

Maart 380

Juli

393
April 387

Het is van belang op te merken, dat Mr. Keynes

zelf wijst op een niet onaanzienlijke
stijging
der bil-

jettencirculatie in het tweede kwartaal van 1923. In

de Nation van 28 Juli
wijst
hij op deze laatste, wan-
neer
hij
poogt te bewijzen, dat sinds Januari 1922

een deflatie van 10 pOt. heeft plaats gevonden. Indien

wij het eerste kwartaal van 1922
gelijk
100 stellen,

krijgen wij het volgende resultaat:

1922: iste kwartaal 100

1923: iste kwartaal 93

2e

99

2e

95

98

4e

,,

96

Dus een
stijging
van wat meer dan 2 pOt. in de

tweede periode. Het is verleidelijk om de
stijging
der

biljettencirculatie en de daling der wisselkoersen met
elkaar in verband te brengen, maar hoe dan een

plaats te geven aan de
prijsdaling?
Men kan niet

aldus redeneeren, dat de
prijsdaling
grooter zou zijn
geweest dan
zij
is, had de circulatie haar jongste

uitzetting niet vertoond. De politieke toestand is vol-

doende somber om er de
prijsdaling
geheel op te

kunnen terugleiden, zelfs wanneer die daling tot op
zekere hoogte wordt tegengewerkt door een uitzet-

ting van den geldsomloop.

Indien wij aannemen, dat er in den jongsten tijd
een wellicht ietwat te groote toeneming der circula-tie geweest is, is dan het bankdisconto het geeigende

middel deze te remmen, indien men het er althans

over eens is, dat een
dergelijke
reni wenschelijk is.

Voor de effectiviteit van een verhooging van het.
bankdisconto tot dat doel is samenwerking noodig

tusschen de Treasury en de Bank of Engeland. Indien

nu, ondanks de verhooging van het disconto, de re-
geering voortgaat de currency note circulatie uit te

breiden, dan wil dit zeggen, dat er gebrek aan samen-

werking bestaat. Indien de
prijzen dalen
zijn
biljetten

van 1 £ en 10 sh. waarschijnlijk gemakkelijker be-
taalmiddel dan 5 £ biljetten. Derhalve zou als teeken
van samenwerking kunnen worden opgevat een daling
in de bankbiljetteucirculatie, gepaard gaand met een

stijging der currency note circulatie, met als resul-
taat een kleineren totaalomloop. Dit laatste is het

wezenlijke punt, waarop gelet moet worden.

Doch dit laat nog de vraag onbeslist, of op het
huidige
tijdstip
het disconto verhoogd moest worden.
Mr. Keynes’ laatste advies (Times, 7 Aug. 1923)
houdt in, dat Bank en Regeering al wat in hun macht
ligt behooren te doen om het vertrouwen in het be-
staande niveau vaû sterlingprijzen te bevorderen en
te handhaven, waarbij de dollar zoo noodig aan zijn
lot moet worden overgelaten. In dit
werkelijk
de ver-
standigste raad, welke gegeven kan worden?
Het is natuurlijk zeer gemakkelijk om de prestige-
politiek aan te vallen, welke voortvloeit uit de be-
zorgdheid, het pond sterling in Dollars uitgedrukt niet
in waarde te doen dalen. Maar dit lijkt mij allerminst
de juiste houding. In de eerste plaats, dient er reke-ning mede gehouden te worden, dat hoewel het den
handel onverschillig kan laten hoe de wisselkoers is,
indien hij slechts stabiel is,
het hem geenszins on-

verschillig laat, dat de dollarkoers zo’u
blijven
fluc-
tueeren. Indien de fluctuatie uitsluitend seizoenver –
schijnsel is, dan is er geen reden tot ongerustheid,
doch indien in die schommeling een verdere ont-

wrichting, der verschillende prijsniveaus niet betrek-

king tot el’Ic and er
tot uiting komt, is zij bepaald

schadelijk. In de tweede plaats, hoewel het geen ver-

schil maakt met betrekking tot den last van de Amen-
kaansche schuld, welke
stabiele
koers tot stand komt,
is het zeker niet wenscheljk, dat de sterlingkoers in
dollars uitgedrukt zou dalen, omdat ons prijsniveau

naar verhouding hooger is dan het Amerikaansche –

tenzij met grond b&toogd kan worden, niet slechts,
dat een dalende wisselkoers de export bevordert, doch

ook, dat deze de aflossing van een
in dollars l’uidende
schuld vergemakkelijkt, twee stellingen, die ongeluk-
kigerwijs zeer gemakkelijk dooreengehaspeld worden.
Hiertegenover moet men zoo noodig de kosten der
deflatie, uitgedrukt in het werkloosheidspercentage,

stellen. Het kan zijn, dat men alle overweging ter

zijde stelt, teneinde het werkloosheidscijfer te druk-
ken, ofschoon een politiek, welke uitsluitend in sta-
bilisatie der sterlingprijzen bestaat en welke te

onderscheiden is van een, waarbij deze laatste dalen,

waarschijnlijk niet het effect zal hebben, dat Mr.

Keynes ervan verwacht. Doch zelfs aannemende, dat

wij op het huidig oogenblik een stabilisatiepolitiek
nroeten volgen, moeten Mr. Keynes en
zijn
medestan-
ders de fundamenteele vraag onder het oô.g zien, of

zoodanige stabilisatie
mogelijk
is door één land, zelfs
indien dat land een ,,onafhankelijke papieren stan-

dnard” heeft. Ik voor mij ben van oordeel, dat deze
mogelijkheid bestaat, hoewel de vraag of zij raad-

zaam is een andere kwestie is, aangezien hiermede
verdere ontwrichting der ‘wisselkoersen gepaard gaat.

Gelukkig voor Mr. Keynes bepleit hij stabilisatie op

een oogenblik, dat de
prijzen
dalen: af te wachten

blijft,,
of
hij
het
bedrijfsleven
aan zijn
zijde
zal
vinden, wanneer
hij
de volgende hausse zal trachten
te remmen.

De kwestie, die wellicht voor alles een antwoord
vraagt is – dit ten slotte – welke beteekenis de
verhooging van het bankdisconto als uiting van de
politiek van de Bank of England heeft. Beteekent

deze, dat de Bank het pond niet veel verder beneden
zijn huidig dollar -niveau wil laten dalen? Ik

meen, dat het antwoord hierop bevestigend kan luiden.
Er kunnen natuurlijk allerlei beperkende voorwaar-
den zijn, waarvan
wij
niets weten. Zoo is het zeer
goed mogelijk, dat eenigermate rekening gehouden
zal worden met seizoeninvloeden, doch afgezien hier-

van geloof ik, dat wanneer de wisselkoersen zich

scherp ten ongunste van dit land wenden, verwacht
mag worden, dat de bank de discontoschroef zal
aanzetten.
Kan het zijn dat de bank den terugkeer tot den
oude sterling-dollar-pariteit wil forceeren? Ik geloof
niet, dat er iets is, dat hierop zou
wijzen.
De poli-
tiek is er eerder op gericht het
wijder
worden van
de kloof te voorkomen; zij is meer negatief dan
positief.

Is de
handelwijze
van de bank juist? Op deze
vraag is geen beslist antwoord
mogelijk.
Ofschoon
alles ons nieuw toeschijnt, wonen wij ‘in werkelijkheid

niets anders
bij
dan een herleving van de oude
• kracht,’ dat de bankiers het bedrijfsleven aan de
belangen der financiers opofferen. Ik zelf ga met
de
handelwijze
van de Bank mee, doch de aanspraken
van handel en bedrijf eenerzijds en de bankiers an-
derzijds tegen elkaar af te wegen – voor zoover hier

van tegengestelde belangen sprake is, hetgeen op
zichzelf nog bewezen moet worden – valt gelukkig
• buiten het kader van dit artikel. T. E. Giuioonx.

AANTEEKENINGEN.

Indescijfers van groothandeisprij-
z e n.
De daling ‘der groothandelsprijzen in Juli
heeft het algemeen indexcijfer thans op het laagste
punt sedert. ‘den wapenstilstaud gebracht. Het totaal
bedraagt 4182, of wel 7 punten beneden het cijfer
voor eind September 1922, het’,velktot op heden het
laagste was sedert begin 1916 bereikt. De daling in

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

721

Juli bedroeg
119
punten, gevolgd op een daling in
Juni van 111 punten. De algemeene stagnatie in den
handel weerspiegelt zich in een bijna onafgebroken
lijst van prijsdalingen; practisch vormen alleen die
artikelen een uitzondering, waarvan de prijzen be-
invloed werden door de staking der havenarbeiders.

hieronder laten wij de gebruikelijke – aan ,,The

Economist” ontleende – tabel volgen.

Data
Granen
en
vlee.w/t

Andere
vee-
dings- en ge-
nolm.
Wee!-
sloffen
De!!-
stoffen

Diver

3m:
o!ln,
hout,
rubiser,
enz.

Totaal

Alge.
meen Index-
c,jfer

Biis (gemidd.
190 1-5) …
500 300
500 400
500
2200
100,0
EindeJuli1914
579 352
616f
4641
553 2505
116,6
Nov.1918
1289
7821
1848
903
13891

6212 282
1
6
Dec. 1920
1344
805
1284
1216
1275
5924
269,3
Dec.1921
92lf
636
1106
762
931f
4357 198,0
Ju1fl922
9941
669
1120
7121
900 4396
199,8
Aug.

,,
SSOf
674 11231
691f
8871
4257
193,5
Sept.

,,
8731
6821
1116
699 818 4189 190,4 Oct.
885
700
1150
712
813
4260
193,6
Nov.
864
703 12001 7041
811
4283
194,7
Dec.
861
706
1184f
705
8071
4264
193,8
Jan.1923
860
71-lf
12051
739
808
4324
196,5
Febr.

,,
8471
746
1201
7971 810
4402
200,1
Mrt.

,,
824
752
1178f
840 7971
4392
199,6
Apr.

,,
858
752
1199
834
797
4440 201,8
Mei

,,
8691
7721
iloof
8181
785
4412 200,5
Juni

,,
8151
7731 11771
7731
761
4301
195,5
Juli

,,
819f
756
11151
741
I
7461
41821
190,1

IDe stijging in de eerste groep der voedingsmidde-
len is het gevolg van een seizoenstijging der aard-
appeiprijzen en van een verhooging van varkens-
vleesch, gevolgd op de sterke daling van de vorige
maand. Een
stijging
van den prijs voor binnenland-
sche tarwe werd geneutraliseerd door een daling der
prijzen voor het buitenlandscli product, terwijl de
overige granen en vleesch eeuigszi.ns hooger noteeren.
Do daling der katoenprijzen was voor een groot deel
het gevolg van de betere vooruitzichten voor den
Amerikaanschen oogst.

In de delfstoffengroep zijn ruw-ijzer en stalen rails
beide verlaagd, in de hoop zoodoende den handel wat
te stimuleeren; ijzeren staven zijn onveranderd. Steen-
kolen en lood zijn ook weder iets gedaald, maar tin
en koper zijn wat omhoog gegaan. In de diversengroep
zijn slechts enkele veranderingen, waarvan de vooi-
naamste is een daling van petroleumprijzen.

ii icronder geven wij een overzicht van de verande-
ringen gedurende de laatste maand in ieder artikel
afzoucltrljL. Hierbij is de gemiddelde prijs gedurende
de periode 1901-05 gelijk 50 gesteld.

Tarwe (btl.)
756

55
Katoen(Am.)
1366
-13
Koper
545
+
(Eng.)
4eel
Gerst
Haver
ardapp.
Rijst
Rundvl.
Schapenvl.
T
ar
k
erssv
l
Granen en vi.

895
78
65 86
56
96
87 94
91
17

+
55


2

-t-
6

4
2

3
+
9
:rï

,, (Egypt.)
Garen Laken
Wol
(Eng)
,, (Austr
Zijde
Vlas
(-lennep
Jute
Weefstoffen

107
130
127
133
122
5

120 120
435 76


-18

75
+10
+
2
-Ii


35
-15

Delfstoffen
[-lout
(llaltisch)
Flout
(Amerik.)
Leder
Petroleum
Oliën
Oliezaden
Talk

1035

88
60
92
755 775 625



8


3

1
5
Thee
133

Ruw.TJzer
Indigo
87
Koffie
91

S
Stalen rails
83

4
Soda
85
Rietsuiker
215

75
IJzer.staven
92
Rubber
15
Bietsuiker
Boter
Tabak

119 81 116

-13
6

+13
Kolen

(St.)
,, (huisbr.)
Lood

140″
88
loos


95

IS

2

Diversen
Totaal
-146
71

Andere oord.
nu
726
+
1
engenolm.
756
-17
5

De veranderingen gedurende Juli hebben cle prijzen thans 63,1
pOt.
boven den stand van Juli
1914
ge-
bracht, hetgeen ook blijkt uit de hinr volgende tabel,

waarbij Juli
1914 = 100
is gesteld.
Terwijl de Britsche prijzen een maand geleden

67,7
püt. boven Juli
1914
stonden, waren de Amen-
kaansche
prijzen
volgens Bradstreet’s Index Number
50,2
pOt. hooger dan v66r clan oorlog, tegenover 60

Data
Granen
en
vieesch

Andere
Doe-
dings-
en ge-
notm

Werf-
stoffen
Deif-
stoffen

Dwer-
3m:
allen, hout,
rubber, enz.

Totaal

Juli

1914
100 100 100
100 100 100
December

1918
226 222 293
186
241
236
December

1920
233 229
209 261
230
231
December

1921 159 180 180
164
168 170
Juli

1922
172 190
181
153
163 171
Augustus

,.

….
153 192
183 149
160 166
Septenber

,.

….
151
..
194
181
150 148
163,5
October

,…..
153
..
199 188
154
147
166,2
November

,…..
150
200
195 152 148
167,0
December

,…..
149
200
193
152 146
166,2
Januari

1923
149

..

201
196 159
146
168,6
Februari
146

211
195
172 146
171,6
Maart
143
214
191 181
144
171,2
April

,…..
148
214
195
180
144
173,1
150
220
189 176
142
172,0
Mei

,……
Juni

.

141
220
191
167
137
167,7
Juli

,…..

.
141
215
181
160 135
163,1

püt. aan het eind van Februari.
Gelijk
blijkt uit cle
tabel, waren de prijzen in Engeland aan het eind van
April het hoogst, maar terwijl begin Juli de Amen

kaansche prijzen waren gedaald tot den stand Octo-
ber/November
1922,
hadden de prijzen in Engeland
dozen stand een maand geleden eveneens bereikt en zij
zijn nu beneden den stand van September
1922
ge-
claald.

Algemeen
Gem. pon-
Flerleid
o
a tum
index-cijfer
denkoers
algemeen
van ,,the
‘ver de
index-
Economist”
afg. maand
cijfer
Januari
1914 ……
119,2
12,11%
119,6
December
1918 ……
277,0
11,19
256,6
December
1920 ……
269,3
11,31
252,1
December
1921 …….
198,0 11,42
187,2
Juli
1922 ……
199,8
11,47
189,7
Augustus
,.

……
193,5 11,49
184,_
September

…..
.190,4
11,44ç
180,4
October
,…….
193,6
11,39
182,5
November
,…….
194,7
11,40y
2
183,8
December
,…….
193,8
1l,55i.
185,3
Januari
1923 ……
196,5
11,75%
191,2
Februari
,
…….
200,1
11,85
196,3
Maart
199,6 11,89 196,5
April


,…….
201,8
11,88
198,4
Mei
,…….
200,5
11,83
196,3
Juni
,
…….
195,5
11,70
190,8
Juli
,
…….
190,1
11,68 183,8

Kosten van het levensonderhoudder
a.rbeidersgezinnen te Amsterdam.
1
)

Het onlangs door het Bureau van Statistiek der Ge-
meente Amsterdam gepubliceerde Juni-indexcijfer
van cle kosten van het levensonderhoud bij arbeiders-
gezinnen aldaar vertoont met
81,2
pOt. een geringe
stijging tegen dat van Maart ji., toen het
80,1
pOt. be-
liep. Uitgangspunt is, zooals bekend, het cijfer van
Maart
1920.
Een overzicht vanaf deze maand volgt hierna.
1-Jet Bureau geeft hij het laatste cijfer de volgende
toelichting:

Over de maand Juni 1923 werd het it:tdexcijfer van cle
kosten van het levensonderhoud wederom berekend
01)
grousclslag van het verbruik, geconstateerd bij het onder-
zoek van Maart 1920, en van cle prijzen, welke geclt rende
diezelfde maand gegolden hebben.
Vuut
Maart 1920 tot Juni 1923 heeft zich voor de totale
kosten van levensonderhoud een daling voorgedaan van
18,8 pCt. Op cle basis van Maart 1920
=
100, bedraagt het
inclexcijfer voor Juni 1923 dus 81,2 (tegen 80,7
itt
Maart
1923). Waar itt Maart 1923 een daling sedert Maart 1920
was ingetredeit vaut 19,3 pCt., is cltus voor (Ie pas verstreken
drieinïuauiclelijkscbe periode een, lichte stijging te coustate-
ren, en ivel van 0,6 pCt. Daar, zooals tuten weet, cle duurte
ijs September 1920 haar hoogtepunt bereikt had met een
stijging van 6,8 pCt. boven liet peil van Maart 1.920, i
er thans een daling van 23,7 pCt. beneden het peil van Sep-
tember 1920.
Voor de voeding’ afzonderlijk bedraagt de daling sedert

1) Verg. p. 485 Van dezen jaargang.

722 –

ECONOMISCH-STATISTIS,CHE BERICHTEN

15 Augustûs 1923

1
Stijgingen
1
1
dalingin perc.
1
Voe-

Rest

Totaal Isedert Mrt. ‘201 Index-
ding

fer
1

oe-

Rest
d
T
ing

Gemiddelde weke.
1

1
lijkscheuitg. perge-
1

1
zinseenheid ‘) in
1

t
guldens in Mrt. ’20
If
556
4lf
5
,
70
41
f
11,27

Bediagen, welke p. gezinseenheid zou-
den zijn uitgegeven,
indien besteed aan
hetzelfdealsin Mrt.
1920, in: –
Juni’

1920.. . . 5,754 5,784 ,,1i,54

3,4

1,4

102,4

Sept.

1920… .

6,20 ,,5,83 ,, 12,03

11,4

2,2

106,8

Dec.

1920. . . 1 6,15

5,54

11,69

10,5 – 2,9

103,7
Maart
1921….1,, 5,83 ,, 5,234

11,06

4,8 – 8,2

98,2

Juni

1921. . . . 5,88 ,,5,084

10,964

5,7 _10,9

97,3

Sept.

1921. . . . ,, 5,43 ,, 5,07

10,50 – 2,4 _ii,1

93,2
Dec.

1921 …… 5,154,, 4,884 ,, 10,04

7,3 _1.4,4

89,1
Maart
1922.:. . ,,5,214,, 4,91

10,124 – 6,3 _13,9

89,8

Juni

1.922 ……,,4,93 ,,4,924

9,854 -11,4 _13,7

87,4
Sept.

1922 . . . . ,,4,33 ,,4,884 – 9,21k 224 _14,4

81,8

Dec.

1922. . .. ,, 4,384,, 4,9.14

9,30 _21,2 -14,-

82,5
Maart
1923… . ,, 4,264,, 4,83

9,094 _23,4 L16,1

80,7

Juni

1923. . . . ,, 4,37 ,, 4,78

9,15 _21,5

16,2

81,2

1)
De herleiding tot gezinseenheden geschiedt aldus, dat
de man geldt voor 1, de vrouw voor
0,9,
een kind in het
eerste levensjaar voor 0,15,
in het tweede voor
0,2,
in het
derde voor
0;3 volwassene en zoo geleidelijk opklimmende
met
0,05
voor elk leeÎtijdsjaar.

Maart
1920
in Juni
1923 21,5
pCt. in Maart
1.923
was het
betreffende cijfer
23,4
pCt.
Verscheidene belangrijke posten, zooals melk, kaas cii
vetten hebben in het laatste kwartaal ccii belangrijke ver
mindering ondergaan, welke vermindering liet gevolg is van
groote prijsverlaging van natuurboter. Ook eieren zijn sterk
in prijs gedaald, terwijl de groep grutterswaren een lichte
daling vertoont door de verlaging van enkele soorten. un-

kele posten zijn osigewijzigcl gebleven (in de eerste plaats
de belangrijke groep brood, beschuit en koek). Verscheidene
andere daarentegen vertoonen een stijging. De stijging van
cle groep vleesch is te wijten aais de met ingang van
23

April ingetreden prijsverhooging van bevroren runcivleesch,
waarvan nochtans de werking op het eindcijfer gedeeltelijk
werd geneutraliseerd door vermindering van varkensvleesch
en kalfsvleesch. Sterker is de verhooging van den suiker-
prijs. De posten, die echter het meest tot de alge-
gemeene verhooging van den index bijdragen, zijn
groenten en anrdappelen, beide artikelen waarvan de prij-
zen sterk aan seizoensinvloeden onderhevig zijn. Van beide
voedingsmiddelen, en vooral van aardappelen, ivaren cle
prijzen
zdO
hoog en was dns het berekende bedrag zoodanig
vermeerderd sedert cle vorige driemaandelijksche publicatie,
wat groenten betreft zelfs sedert Maart
1920, dat daardoor
de vermindering van een aantal itnclere posten volkomen
ongedaan werd gemaakt cii zelfs in een algemeene verhoo-
ging omgezet. Zonder deze stijging, m.a.w. in de veronder

stelling, dat de groenten- en aarclappelenprijzen sedert
Maart
1923
ongewijzigd waren gebleven, zou een algemeene
daling zijn ingetreclen van
21,1
pCt. sedert Maart
1920 (in
plaats van
18,8
thans), of een voortgezette vermindering
van
2,2
pCt sedert Maart
1923. Omgekeerd client erop te worden gewezen, dat een tweetal andere artikelen vaarvn.n
de prijzen seizoensschommelingen vertoonen, nl. eieren en
boter, wel met een daling, en met een niet onbelangrijke,
invloed oefenen op het eindeijfer.
1)e overige posten van het budget zijn meestal ongewij-
zigd gebleven; slechts enkele vertoonen een daling, o.a. klee-
ding en schoeisel. De post huishuur is lichtelijk gestegen
en ook de groep brandstof (deze laatste door prijsverhon-
ging van petroleum), doch van beide posten is deze stijging
zÔÔ gering, dat ze bij cle berekening van cle uitgave per
eenheid per w’eek niet tot uiting komt.
Evenals de vorige pui.len werd bovengenoemd inclexcijfer
81,2
voor Juni
1923
ook ditmaal omgerekend op de basis
van de cijfers
213,7
voor Maart
1920
en 100 voor
1911
volgens de oude methode.
Als
resultaat dezer omrekenin
krijgt men voor Juni
1923 een cijfer van
173,5,
of een stij-
ging van
73,5
pCt. boven het peil van vOOr den oorlog
(tegen
72,5
in Maart
1923)..
Aan het voorbehoud, dat in
vorige publicaties werd gemaakt Wegens het ongelijksoor-
tige der cijfers volgens cle nieuwe en volgens de oude
methode, tussehen welke door deze wijze van berekening
verband gelegd wordt, dient ook.hier te worden herinnerd.

BOEKAANKONDIGING.

Statistiek van de Bevolking van Ain-
sterdam tot 191 (No. 67 van de Mede-
deelin gen van het Bureau van Statistiek

der Qgmeente Amsterdam, Amsterdam

1923, Johannes Muller).
Uitwendig een boek om van te schrikken, inwendig

een boekvolnuten met de meest waardevolle gegevens.

Het Gemeentelijk Bureau van Amsterdam onder de

kundige leiding van Mr. van Zanten verstaat ,,l’art
de grouper les chifïres”, in den goeden zin van het

woord, tot in de perfectie de overzichtelijke indee-

ling van het materiaal, de typografisch keurig ver-

zorgde tabellen, alles toont ons een arbeid om respect

af te dwingen. Waarom nu echter deze wetenschap-
pelijk nuchtere cijferarbeid in een omslag moet worden

gebonden, die er uit ziet als een opschrift van een

straatjongen op een schurftige schutting, ismij niet

duidelijk. Als dat is ,,’l’art de grouper le titre”, dan

heeft dit woord voorloopig een slechten klank!

Vt5ér ons ligt thans een volledige demographische

beschrijving van de stad Amsterdam: Sommige cijfers,
zooals die van het aantal geborenen en overledenen,

gaan zelfs terug tot het jaar 1700.
Korte
en duide-

]ijke
vergelijking,
in enkele der meest sprekende ge-
vallen Qran de Amsterdamsche cijfers, met de cijfers

van andere gemeenten van Nederland of wel met

die van geheel Nederland, soms ook met enkele voor-
name buitenlandsche steden, geven aan het Amster-
damsche beeld het gewenschte relief. Terecht merkt

de inleiding op dat verschillende gegevens veel meei dan een lokale beteekenis hebben,
zij
verrijken onze

demograpische kennis in het algemeen.

Als, een der
belangrijkste
punten waarop dit laatste

inderdaad het geval is, noem ik de steeds weer terug-
keerende groepeering der cijfers naar den welstand
der bevolking. Amsterdam leent zich, beter dan welke
andere, stad ook, tot een indeeling in
wijken
met

verschillenden welstand. Daai- de bevolkingsadmini-
stratie ook inderdaad wijksgewijze georganiseerd is,
ontstaan de meest waardevolle vergelijkingen. Als

maat voor den welstand is steeds genomen het per-

centage der aanslagen in de inkomstenbelasting bove.n

f
2200.- Het komt
mij
voor dat dit een gelukkige

greep is, al zal men
bij
de toepassing er ter dege

op moeten letten, dat klaarblijkelijk de leeftijdsop-
bouw der bevolking, in de diverse
wijken
zeer uit
één loopt. Het zééi- lage geboortecijfer van 13.5 in
het Grachtenkvartier bijvoorbeeld, tegenover het zeer
hooge van 33.0 in de buurt benoorden het IJ, wordt

mede vei-klaarcl als een gevolg van het groot aantal
oudere menschen die het Grachtenkwartier bevdlken
tegenover een overwegende bewoning van de’ nieuwe

IJ buurten door jonge gezinnen (blz. 121).

Het is niet doenlijk het overweldigende
cijfer
mate-

riaal tabel voor tabel op den voet te volgen. Veel
waardevols zal ook eerst bij herhaald gebruik geheel
in het volle licht kunnen komen. Als ik
mij
hieronder

dan thans toch reeds een enkele opmerking veroor-
loof, dan is dit niet om de waarde van dit werk te
verkleinen. De criticus is nu eenmaal een nurks!

Voor het brandende vraagstuk van den tegen-
voordigen tijd, het bevolkingsprobleem, is het hoofd-

stuk over de Geboorten wel van het allermeeste be-lang, vooral ook door de zeer
talrijke
geheel nieuwe

gegevens die men hier medegedeeld vindt. Ik noem.
o.a. het feit dat thans vastgelegd is voor Amsterdam,
dat de daling der geboorten vooral uit het geringer

aantal
later
geboren voort vloeit en niet in de

eerste plaats uit het geringer aantal eerstgeborenen.
Het zwakke punt van dit, en trouwens alle andere
hoofdstukken, ‘is de groepeering naar den Godsdienst.
Het pleit in hooge mate voor de objectieve wijze van
bewerking, ‘dat in den tekst hierop’ telkens weer ge-

wezen wordt. ‘
– Het aantal personen dat een zekeren godsdienst

100

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

723

belijdt, verkri.jgt men bij de volkstelling, het aantal

geborenen, bijvoorbeeld, gerangschikt naar den gods-

dienst van de moeder uit de opgaven der bevolkings-
administratie. Bekend is dat bij een voikstelling het

aantal ,,onverschilligen” steeds veel en veel grooter is
dan uit de opgaven bij huwelijk, sterfte of geboorte zou

volgen. Velen schijnen zich eerst bij
dergelijke
bij-

zondere gebeurtenissen hun godsdienst te herinneren.

Voor de geboorten komt men aldus tot de navolgende,

volkomen onmogelijke
cijfers,
in de periode 1909-1910.

(leboortecijfer voor protestant

26,03

katholiek

28,51

israëliet

19,88
geen godsdienst 8,38
M.
a. w. de eerstgenoemde
cijfers
zijn te hoog, ten
koste van het laatste, dat te laag is. Nu zegt echter

de tekst op
blz.
127: Er mag evenwel worden aan-

genomen, dat de fout op de drie groepen gelijkelijk;
drukt en dus op de onderlinge verhouding daarvan
geen invloed heeft.
Ik meen dat de bewerker hier
even het objectieve terrein verlaten heeft, er had m.i.
moeten staan: Als mag worden aangenomen,
dat de
•fout op de drie groepen
gelijkelijk
drukt,
dan heeft
dit op
de onderlinge verhouding geen invloed. Doch
dan
blijkt
ook
duidelijk
dat dit postulaat door directe
gegevens niet gestaafd wordt. Wetende dat de ,,on-
verschilligen” voornamelijk hun toename boeken ten

koste van de groep ,,protestant” zou eerder voor de

hand liggen, dat de fout in het geboortecijfer voor
protestant grooter is dan voor de anderen.
Het komt mij voor dat het meest voor critiek vat-
baar zullen
zijn
de paragrafen waarin een af zonder-lijk onderzoek wordt ingesteld naar de ontwikkeling

van de sterfte naar enkele voorname doodsoorzaken,
te weten: Tuberculose, kanker, griep en zelfmoord.
Men stuit hier op de zeer principieele vraag: worden
de doodsoorzaken met voldoende nauwkeurigheid opge-
geven en is eventueel de onnauwkeurigheid steeds even
groot? Vooral de rubriek ,,zelfmoord” lijkt mij een
zeer bedenkelijke en de hieruit getrokken conclusies
zou ik niet dan onder het grootste voorbehoud willen
aanvaardeo.

Ik herhaal echter nog eens, dat deze opmerkingen niets af doen aan de algemeene en
bijzondere
waarde
van dezen uitnemenden statistischen arbeid.
i)e algemeene, uiterst merkwaaidige en belangrijke
conclusie, waarop ook reeds Mr. van Zanten in zijn
voorwoord wijst, is deze, dat
bijna
alle
verschijnselen
zich vervlakken. Verschillen tusschen de geslachten,
godsdienst, welstand, maanden van het jaar (ge-
boortetop in het voorjaar, top der zuigelingensterfte
in den zomer) vertoonen
alle
een afuemende tendens.
Dr.
A. 0. HOLWERDA.

ONTVANGEN:

Lord .Robert Cecil’s weg naar Internationale Vrede
en Ontwapening.
(Oproep omtrent het waarborg-
verdrag met geschiedkundig overzicht). ‘s-Gra-
venhage, 1923; N. V. Boekhandel v/h. W. P. van Stockum en Zoon.

Scheepshypotheek
door Mr. A. P. Muller; Amsterdam,
1923; H. J. Paris v/h. Firma A. H. Kruyt.

Overzicht der werkzaamheden van den Nederland-
schen Boerenbond over 1922;
Uitgave van het
Secretariaat van den Nederlandschen Boeren-
bond, ‘s- Gravenbage.

Die Verschuldung Euro pas,
Das Problem der inter-
alliierten Schulden und die Versuche zu seiner
Lösung von Dr.- sc. pol. Wilhelm Mautner; Frank-
furt am Main, 1923; Frankfurter Societiits-
i)ruckerei G.m.b.H.

Sozialversicherung
(Arbeiterversicherun g und Ange-stelltenversicherung) von Prof. Dr. Alfred Manes.
Sammlung G-öschen No. 267; Berlin, 1923.

Conférence internationale sur les Formalités douaniô-
res,
Genève, le 15 octobre 1923. Documents pré-

paratoires; Société des Nations, Comité Econo-
mique. Genève, le 31 mai 1923.

Autriche;
Progrès réalisés dans la Reconstitution

financière. Emission de l’Emprunt a long terme.

Décisions du conseil de la société des Natiors

(vingt-quatriènae session) et du comité de con-

trôle. Genève, le 25 avril 1923; Société des
Nations.

OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN.

D e E c o n o m i s t. – ‘s Gravenhage, 1 Augustus
1923.

Prof.- Mr. H. W. Methorst,
Het jongens-ove];schot
onder de geborenen;
Prof. Dr. E. van Beckerath, De
groote havens aan de Noord-Westkust van Europa;
Prof. Mr. Dr. A. van Gijn, 45, 48? Mr. Dr. J. H. van
Zanten,
Gemeentelijke en iritercommuriale statistiek;
Dr. J. G. van Dillen,
Amsterdam als wereldmarkt der
edele metalen in de llde en lSde eeuw. T.

The American Economi c Rview. – New
1-1’aven, Cotin., Juni 1923.

C. J. Forenta.n,
Economics and profits of good-wilI;
D. D. Kittredge,
Suggestion for determining a livirig
Wage;
H. B. Hastings,
The circuit velocity of money;
A. Fetter, C. E. Persons, H. T. Collings,
and
E. E.
Day,
,,The course in eleme.ntary Economics”; Corn-
ment;
M. N. Nelson,
Effect of open price associatioii
activities on competition and prices;
0. Snyder,
The
stabilization of gold: a plan.

Journal des Econornistes.
—Parijs,
15
Juli 1923.

Yves-Guyot,
Le budget de 1923 au Sénat et son
équilibre;
P. Godin,
Les loyers dits ,,modérés” devant
ie (Jonseil municipal de Paris;
Â. J3arrioi
ei
1. Bro-
chu,
Deuxième emprunt 1923 du Crédit riational;
cle Nouvion,
Le rapport sur les assurances sociales;
X.,
Chronique de l’inflation;
M. Kresic
– La Yougo-
slavie;
B. L. L. E.,
La Ligue do. libre-écharige (juUlet
1923).

Jaliibücher für Nalionalökonomie
u n d S t a t i s t i k. – Jena, Mei 1923.

K. Muhs,
Wertbestii.ndige Kapitalanlagen;
if.
Schack,
Die Pacht nach gleitender Skala.

F i n a n z-A r oh i v. – Stuttgart, Berlijn, Jaarg.
40,
Bud. 1. – – –

Dr. E. Günther,
Die Stabilisieiung der Einkom-
men steuer durch einen gleitenden Steuertarif;
Dr. A.
Breitenstein,
Die Wegebau-Vorausleistungen der
Rheinprovinz unter besonderer Berücksichti gurig der
praktischen Auswirkung des Gesetzes vom
18.
August
1902;
Dr. A. Hariwig,
Kapitalf 1 uchtgesetzgcbui:ig
und ,,Neugründungen aus Kleinaktienbanken”.

Revue d’Economie Politique. – Parijs,
Maart—April 1923.

La France économique en 1922.

D i e B a uk. – Berlijn, Juli 1923.

A. Lansburgh,
Von der Zahlungsbiianz;
W. Boës
und
Dr. E. Harten fels,
Der Reclitscharakter der Ak-
kredi tiv-Bestii.tigung.

De Indische Gids. – Amsterdam, Juli 1923.

J. Hulshoff Pol,
Het Indisch bezoldigingsvraag-
stuk; C.
H. Hazevoet,
Djoelo
2
of Hwe;
J. van Roön, Tegenstellingen;
P. C. van der Wolk,
Over het
animisme.

724

.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

.

15
Augustus
1923

.

.

MAANDCIJFERS.

HANDELSBEWEGING OVER DE MAAND JUNi
1923

(
volgens de groepen der naamlijst van goederen, opgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek.)

Invoer

11
Uitvoer

11
Saldo invoer
Saldo Uitvoer
Groepen
Gewicht
1

Waarde
Gewicht
1

Waarde

11
Gewicht
Waarde
Gewicht

Waarde

X.G.
Gulden
K.G.
Gulden
K.G.
Gulden
K.G.
Gulden
1 Dieren en dierlijke
6.833.367 37.919.438
23.988.895


25.336.914
17J55.528
II Plantaard.. voort-
250.733.983
40.531.177 53.046.223 9.005.527 197.687.760
31.525.650

Illa Mineralen,metalen
en niet in andere
groepen

opgeno-
men fabrik. daarv.

952.400.215
28.843.435
366163.637′
9.519.282′
586.236.578
1.9.324.153


IlIb Goud3n en zilveren

producten ……….12.582.524

brengselen ……….

munt ën muntmat
5.454 248.283
14.418
660.650
– –
8.964
412.367
IV Meel en meelf abri.
17.796.178
2.956.333
22.596.469
3.089.284
– –
4.800.291
132.951
T
Chemische produc-
katen …………..

ten,

geneesmidde-
lén, verfvaren en
kleurstoffen
29.576.079
4.238.088
8.291.112
3.618.363 21.284.967
619.725

VI Olie,hars,was,pek,
t.
teer en distillatie-
productenvan teer;
fabrikatenvandeze
stoffen, na. g
74.241.349 10.068.937
30,581.613
2

10.574,618
2

43.659.736


505.681
VII Hout en fabrikaten
van hout en derge-
.
lijke stoffen; meu-
belen v.a.s.

……
140.984.693 11.314.449 3.890.572
664.032 137.094.121
10.650.417


ÎJJJHuiden, vellen, ie-
der, lederwerk en
schoenwerk
2.559.536
4.740.803 2.406.933 3.161.250
152.603 1.579.553


IX Garens,

touw en
touwwerk,weefsels
en stoffen, kleede-

ren en modewaren
5.756.221
16.562.757
4.850.070 11.132.814
906.151
5.429.943
– –
X Aardewerk, porse-
lein,

pottenbak-

..

kerswerk,

gebak-
ken steenen andere
kunststeen …….
49.446.961
1.596.868
19.354.591 1.000.391
30.092.370
596.477
-.

XI Glas …………..
3.301.052
882.231
.3.021.221
757.364
279.831 124.867

XII Papier …………
7.684.730 2.602.46
19.274.665
3.203.577


11.589.935
601.11.6

XIII Voedings-

en ge-

..

notmiddelen,

niet
genoemd in degroe-
pen 1,11,1V en VI
31.453.432
12.283.136
27.859.216
11.534.920
3.594.216
748.216

XIV
Rijtuigen, voertui-
gen, vaartuigen en
luchtvaartuigen
.
4.215.354 4.425.473
1.087.069
458.228 3.128.285 3.967 245


XV Andere

goederen
. .
dan gebracht onder
de groepen

1 tot
en met XIV
14.655.398
1.597.393.159

11.653.929

159.78L727

7,909,021

608.266.268
6.151.710
98,520,905
6.746.377 5.502.219
– –

-.
989.1
2
6.8911
61.
2
60.8
22
1

Total ……..

llandelsbev,. zond. goud.

en zilv. munten munt-
mat.(opgen.ingr.IIIb)
L597387.705
159.533.444
608.251.850
97.860.255
989.135.855
61
,
673189
i

OVERZICHT van de
waarde van
den In-
en Uitvoer
voor elke
maand van
het loopende
jaar en de drie

daaraan voorafgaande
jaren, met
uitzondering
van gouden
en zilveren
munt
en muntmateriaal,
in gu’dens.

Invoer

11
Uitvoer
Maanden
1920
1921
1922 1923 1920
1921
1922
1923

1) 2)
1) 2)
1)

2)
1)

2)
256.207.615 214.136.278
12.495.668
173.045.849
135932.785
115.835.310 86.106.447
91.487.819
Januari

…….
233.591.043
170.369.270
152.353.594
16218.535
113.309.645 120.956.498
84.204.248 94.601.855
:l?ebruari ——-
Maart ———
187.9i6.13
213.830.220
180.328.7631
165440.620
68.210-466
107.204.662
1,12.879.875
106977347
Apri. ……….
203.592.812
195.772.602
167.451.7021
169,639.0641

99.448.337
108.819.697 92.729.841
97.005.415
298.514.162
168.114.951
194.080.257
160.129.701 170.393.137
93.818.710
.
108.423.679
104i 28.702
345.402.373
188.559.719 150.899.735 159.533.444 179.478.445 120.815.908 100.680.880
97.860.255

Tot. Jaii—Juni
1.525.224.143 1.150,783.040
997.609.719
989.978.1
766.772.815
667.450.785 585.024.970
592.061.393
314.861.366
170,674.007
163.863.700

177.114.162 105.420.129 104.572.575

Mei

…………

Augustus
267.956.122

..

186.640.179 178.807.927

130018.883
142.544.083
99.442.892

juni

………..

September
317.368.670 197.271.439
164:616506

105965.569
135749765
115.612.131

juli

…………

October
…….
337.338.332
179.043.171
186.643.442

148.140.438
114.694.641
112.003-008

270.811.334
175.806.364
172.295.111

156.557.011
106.623.879 104.350.396

November
——

December

302.154.125
180.000.903 163.762.355

.
156.922.833 197.115.318
100.225.239

Totaal
-.. –

3.335.714.092 2T40.219.103 2.027.598.760

1.701.491.71] 1.369.598.600 1.221.23111

1) Hieronder zijn niet begrepen de bunkerkolen veor Ned’ schepen.

2) Flieronder is niet begrepen de bunkerolie voor Ned. schepen.

t.

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

725

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B. ***
beteekent:. Cijfers nog niet ontvaugen.

GELDKOERSEN.
BA NKDISCONTO’S.
Ned Disc. Wissels. 4 18Juli ’22 Zwits.
Nat. Bk.
4 16 Juli ’23
Bk tBel.Binn.Eff. 4
18Juli ’22
Nk.v.Denem. 6
1Mei ’23
l

.B
Vrsch.inR.C. 5
18Juli’22
ZweedscheRbk44
1Juli ’22
Javasche J3ank
..
34
1Aug.’09
Bank v.Noorw. 6
1Mei ’23
Bank van Engeland 4
5Juli’23
Bk. v. Tsjecho-
Duitsche Rijksbk. 30
2Aug.’23
slowakijë…
44283ƒei ’23
Bank v. Frankrijk 5
11 Mrt. ’22
N. Bk. v. O’rijk 9
2Sept.’22
Belgische Nat. Bnk.
5.22 Jan. ’23
Hong. Bank.. 12
25Apr. ’23
Fed.Res.BankN.Y.
442iFeb. ’23
Bank v. Italië.
54llJuli ’22
Bank van Spanje.. 5
23Mrt.’23
Z.-Afr.Res.bnk 6

OPEN MARKT.

Data
1

.4msterdam
Londen
Part.
disconto

Berlijn
Part.
1
ParUs
Part.
N. York
Cal!-
1

Part.

1

Prolon-
disconto

t

gatie
(3 mnd.)
disconto
disc.
moneij

11Aug.

’23
2s_3
2% 1)
3sj-
– –
434.42)

6-11 A. ’23
271_3I1
212-334
3
r’s

rg


4y_5% 30J.-4A.
1
23
3_%
2%.3%
3I1
5
219



4-6%
23-28 Jli’23
3118-X

3_%
3
/b’X

7-12 A. ’22
23,

/s

2;
2_%


38′ _534
8-13 A. ’21

3-4%
‘/s-/l


534-6

20_24Jli’14
118/IO

2%3%
2%.%
211_34 2%
134.2%
‘)
Noteering van
10 Augustus.
‘)
idem van 9
Augustus.

WISSELKOERSEN.

WISSELMARKT.
Londen was afwisselend flauw en vast, de schonmielin-
gen
varen echter niet groot, zoodat de koers vrijwel op
hetzelfde peil bleef. i’arijs was weder flauw, 14,85-14,42;
het aai:ibocl was echter niet zoo groot als voor België. Het
sehijut, dat onze Zuidelijke buren zich ernstig ongerust
gaan maken over het verdere verloop van hun munt. Dien-
tengevolge gingen verschillende bezitters er toe over, om
een gedeelte van hun vermogen in meer stabiele munten om te zetten, met als gevolg een verdere depreciatie van
eigen munt. Ook heeft cle Ruhrbezetting voor België veel
nadeeliger gevolgen clan voor Frankrijk. Het gelukte aan
de Belgische Regeeriug tea slotte een flinke leening in
Frankrijk te sluiten, waardoor voorloopig een flinke steun
verleend kan worden. Marken waren eveneens weder zeer
flauw. Na een koers van 0.000038 trad echter een herstel in.
Dollars vrijwel onveranderd. Skandinavië vaster hooi ciza.
kelijk, voor Denemarken. Ook Zwitserland kon verder her-
stellen, 45,30-46,30. Spanje weder zer flauw, 34,60 aan-
geboden. Ook Buenos Aires weder lager, ca. 8234 á
34.
Indië iets beter, 96-9634.
14 Augustus 1923.

KOERSEN IN NEDERLAND.

D
t
a
a
Londen

Berlijn
1
Weanen

Parijs
°)

Brussel

New

“)

York”)

6 Aug. 1923
11.604 0.0001%
!
0.00357
14.70
11.70
2,5434
7

,,

1923
11.5840.000066
0.0035e
0.00004&0.0035
14.544
11.504
2.53%
8

,,

1923
11.57*

14,50
11.374
2.535
9

,,

1923
11.571
r

0.000051
0.0035*

14.524
11.08
2.5334
10

,,

1923
11.60
*
0.000065

0.0035*
14.45 11.18
2.53+.’
11

,,

1923
– –

– –
– –
Laagsted.w.’
11.56*

0.000030 0.0035
14.35
10.80
2.5334
Hoogste,,,,
1

0.0037
14.85
11.874
2.5434
3 Aug. 1923
11.624
0.0002i/

0.00354
14.65 11.69
2.54s
1
8

27 Juli 1923
11.65

11.624
~
0,0002y
4

0.000231
9
0.0036
15.01
12.35
2.53
Muntpariteit
12.10
59.26

50.41
48.-
48.-
2.48%
) Noteering
te Amsterdam.
‘)
Noteering
te
Rotterdam.
2)
Particuliere opgave.

D a
1
Stock.
holm
°)
Kopen.

Chris.
hagen)

lianla)
Zwitser-
1
Spanje
land)

1)
B
a
t
ao
t
a
l)
telegrafisch

6 Aug. 1923
67.65
46.-
41.05 45.65 35.75
9634
7

,,

1923
67.60 46.50 41.35
45.90
35.50
9634
8

,,

1923
67.50
46.45
41.10
46.

.
35.40
9634
9

1923
67.50 46.50
41.-
46.30
35.10
9634
10

1923
67.50
46.50
41.25
46.20
34.65
9634
11

1923
– –


34.60
96
L’ste cJ. w.
1)

67.35 45.95
40.85 45.30 34.40
96
H’ste

,,

,,

1)
67.80
46.75
41.40
46.45 35.85
9634
3 Aug. 1923
67.65 46.35 40.75 45.45
35.902
96…%

2

27 Juli

1923
67.85 45.15 41.30
45.45
36.25
8

9621_97
Muntpariteit.
66.67
66.67
66.67
48.- 48.-
100
S)
Noteering te
Amsterdam.
1)
Particuliere
opgave.
2)
Noteering van
4
Aug.
8)
Idem
van
28 Juli.

KOERSEN TE NEW YORK.

D
a a
t
Cable Lond.
(In $per..€)
Zicht Parijs

(in
cls.p.frs.)
1
Zicht Berlijn

(in
ct.
P.
Mrk.)
lZichl
Amsterd
(in ets. p. gld.

11 Aug.

1923
4.57.124
5.67
0.000030
39.37
Laagste d. week
4.56.25
5.66
0.000024
39.33
Roogste

,,
4.57.124
5.78
0.000045
39.43
4 Aug.

1923
4.57.12
5.84
0.000089
39.33
28 Juli

1923
4.58.62
5.89
0.000105
39.41
4untpariteit.
.
4.86.67
19.30
23.8134
402/
16

KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN

Plaatsen en
Landen
Noteerings.
eenheden
28Juli
1923
4Aug.
1923
6111 Aug.’23
Laagste 1 Hoogste
11Aug.
1923

Alexandt,ë.
.
Piast. P. £
97151
33

97251
53

97161
97181 97151
33

Bangkok…
Sh.p.tical
1110
1110 1110
1110
1110
B. Aires’)
. .
d. p.
$
4031
40
,
1
8

37718 1/8
39119
Calcutta
. . . .
Sh. p. rup.
114
1
/8
11411
114
1
1
32

1
14
3
1
32

11411
Constantin.
.
Piast. p. £
740 780 780
810
795
Hongkong
. .
id. p.
$
2/271
8

212
29
1
33

21251
2137I
2
13
5
1
32

Lissabon
1)
. .
Madrid

. . ..
d. per Mil.
Peset:p.
2
3
1
33

32.124
23
1
32

32.404 23
1
32

32.50
2
t/8
33.45
23132
33.324
Mexico

…..

d. per
$
24.26
24.26
24.26
24.26 24.26
Montevideo
1)
id.
4034
3934
37
40
38%
Montreal

$ per
4.70 4.67+4
4.50%
4.68% 4.67%
Praag
……
..Kr. p. £
15434
15534
155%
156% 155%
R.d.Janeiro
1)

d. per Mil.

..

51
1
9

57
1
9

.5%
513
1
32
I32
Rome
…….
Lires p. £
105
1052/
9

105
1/,
108
10734
Shanghai

Sh. p. tael
31021
8

31034

3/0%
3/1%
3
1
0
18
Singapore .
..
id p.
$

.

213l51
213
31
1
52

213
29
1
32

2/4
5
/
33

214
1
1
9

Valparaisol).
peso p. £
37.00
37.00 36.80
37.00
36.50
Yokohama
. –
Sh. p. yen
21191 21151
21151
8

211%
211211
33

Koersen der voorafgaande
dagen.
)
Telegrafisch
transfert.
2)
90
d5.

NOTEERING VAN ZILVER.
le
Londen N. York

te Londen N.York

11Aug. 1923.. 3111

63

12Aug. 1922.. 3451
8

6851
8

4
.,

1923.. 30719

6218
13Aug. 1921.. 37
s
1
8

61

28 Juli 1923.. 3013/

622,
8
20Juli 1914.
.
24I51

541/

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 13 Aug. 1923.
Activa
Binnenl. Wis.1 H.-bk.
f
46.397.37ij,79
sels, Prom.,’ B.-bk.
,,
34.332.066,55
enz.in disc.’ Ag.sch.
,,
61.394.777,13
f
142.124.214,47
Papier o. h. Buitenl. in disconto ……..


Idem eigen portef.
.
f
34.084.237,-
Af: Verkochtmaar voor
debk.nognietafgel.
»

,
34.084.237,

BeleeningenEL-bk.
f
30.240.436,51
mcl. vrsch. B..bk.
,,
11.639.772,30
in rek.-crt. Ag.sch.
,,
99.606.470,03
op onderp.

f
141.486.678,84

Op Effecten…….
f
129.830.505,7

ûnÇin1orpremSnp,’..

11fi5017l 9.7
– ——————————-

,,
141.486.678,84
Voorschotten a. h. Rijk …………….


Munten Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
56.240.250,-
Muntmat., Goud
..,,
525.553.107,95

f
581.793.357,95
Munt, Zilver, enz..
10.870.278,-
Muntmat., Zilver
..

Effecten
592.663 .635. 95

Bel.v.h.Res.fonds
.
f
5.973.480,24
id.van
l/
v.h. kapit.
,,
3.969.006,62
9.942.486,86
Geb. en Meub. der B ank …………….
,,
5.000.000,-
Diverse

rekeningen ………………
,,
85.302.997,55

f
1.010.604.250,67
Passiva.
Kapitaal ……………………….
f

20.000.000,-
Reservefonds ……………………
,,

5.999.469,43
Bijzondere

reserve ……………….
,,

9.000.000,-
Bankbiljetten in omloop …………..

..

939.467.905,-

Bankassignatiën in omloop ….. . …..

,,

980.013,41
Rek.-Cour.

Het Rijk
f

235.319,51
saldo’s:

Anderen
,,

29.141.789,43
29.773.088,94
Diverse

rekeningen ……………….

5.779.773,89

f
1.010.604.250,67

Beschikbaar metaalsaldo ………….
f
398.005.113,-
Op
de basis von
51
metaaldekking.
..
. ,,
204.040.111,53
Minder bedrag aan bankbiljetten in om
ioop dan waartoe de Bank gerechtigd is.
,,
1.990.025.565,-

726

ECONOMISCH-STATI

NED. BANK 13 Aug. 1923
(vervolg).
Vo&rnamste _posten in duizenden
guldens.

1

Data
Goud
Zilver
flank
6
Ijet
ten

Andere

j
opetschbare
schulden

581.793
10.870
939.468
30.357

6

,,

1923 …….
581.793
10.748
951.022
g8.133
30

Juli

1923 ……

581.794
10.934
947.432
36.759
•,
13 Aug.

1923 …….

581.794
10.821
932.540
31.210
581.792
10.491
946.350
28.547
23

,,

1923 …….

605.955 8.529
970.672
45.634

16

1923 …….

14 Aug.1922 …….
605.969
11.007
1.004.597 58.938

1
15

Aug. 1921 …….

25

Juli

1914 ……
162.114
8.228 310.437
6.198

Totaal

1
Hiervan
1
1

Beschik

1
Dek-

Data
1

bedrag
1
Schatkist.
promessen
Belee.
1

ningen
1

baar
Metaal-
1

kings-

1
percen-
rechtstreeks
1
saldo
i

lage

13 Aug. 1923

142.124′

141.487

398.005

61

6

,,

1923 142.916

139.317

‘396.016

31

30 Juli

1923, 140.607

149.313

395.195

61

231923, 140.370

,

152.940

399.171

61
,,
16

,,

1923 141.599

158.271

396.607

61

14 Aug. 1922, 190.510

35.000

104.983

410.482

60
..

15 Aug. 1921
,
2,21.915

68.700

168.306

403.528

58

25 Juli

1914

67.947
1

14.300

61.686

43.521
1
)

54
1)
Op
de basis vn
2
1
I
metaaldekking.

Uit de’bekendimakingvan den Minister van Finan-

c i
ë
n

blijkt, dat uitstonden
op:

1

6
Aug.
1923

13Aug.
1923

Aan schatkistpromessen.

fZl 1.380.000,-

f2l
3.380.000,-‘

waarv. direct bij Ned. Bk


Aan schatkistbilj etten..

,,220.97 1.000,-‘

,220.97 1.000,-‘
Aan zilverbons ………

.

27.741.8551-

,,
27.721.425,-

Onder de vlottende schuld is begrepen:
Voorsch. aan de Koloniën

148.395.000,-

,,l 39.710.000,-

Voorschot aanGemeenten)

31
Mei
1923

30
Juni
1923
voor door Rijk voor hen ‘

57.208.892,95

,,
42.427.860,97

te heffen Ink. belastingj
6
Aug.
1923

13
Aug.
1923
Tegoedv. d. Postc. &G. dst

,,106.053.949,37I ,,106.442.031,87
1)
Waarvan f37.056.000 vervallen op of na
1
April 1927.

,

JAVASCHE BANK.
Voonnaaim.ste posten in duizenden guldens. De aamengetrok-
ken cijfers der laatste
weken zijn
telegrafisch_ontvangen~

B

k-
Andere
Beschikb.
Data
Goud
Zilver
i jetten
opeischb.
metaal-
schulden
saldo

4Aug.1923
222.250
262.500
103.500
149.050

28
Juli1923
213.750


261.000
107.000
140.150

21

,,

1923
209.250
263.500
.99.500
136.650

30juni1923
149.102

61.456
264.495
84.137
141.452

23

,,

1923
156071

61.372
264.468
80.852
149.009

16

1923
153.546

61.377
265.579
78.433
146.719

5Aug.1922
146.830

52.623
268.506
91.329
128.160′

6Aug.1921
207.930

19.363
305.628
140.470
138.541

25 Juli 1914
22.057

31.907
110.172
12.634
4.842
2′

Wissels,
Voor-.
.
Diverse
Dek-

ala
Dis-
buiten
Belee-
schollen
re
kings- conto’s
N.-lnd.
ningen
aan het
,uuigi

)
percen-
betaalbaar
Gouv.nem.
lage

4Aug.1923

158.430

.

1.700,

***

61

28 Juli 1923

165.480

10.100

***

58
21

,,

1923

169.990

13.800

*

58
30
juni1923 35.355

28.735

68.147

12.985

19.782

60
23

1923 35.700

28.33865.795

5.424

19.813

63
16

1923 36.043

27.102

64.345

8.211

20.127

62

5Aug.1922
33.566

29.046 105.728

18.065

55

6Aug.1921
37.257,

25.081
,
98.581

32.748

32.885

50

25 Juli 1914

7.259

6.395

47.934

6.446

2.228

44

‘)
Sluitpost activa.

2)
Basts
2
/s
inetaaldekking.

DE SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste
posten
in duizenden guldens.

Data Metaal
Circulatie
Andere
opeischb.
Disconta’s
Div.
reke-
ningen
1

schulden

7 Juli

1923.
.
1.187
1.754
956
1.194
486
30 Juni

1923..
1.201
1.764
1.032
1.207
557
23

,,

1923..
1.202 1.580 1.185 1.183 522

8 Juli

1922..
,
1.407
2.156
764
1.144
1.111

25 Juli

1914..
645 1.100 560
735

396

‘)
Sluitpost der activa.

;TIscHE BERICHTEN

15

Augustus
1923

BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.’

BANK VAN ENGELAND.

Voornaamste posten, onder bijvoegiing der Currency Notes,

in duizendenpond sterling.

Notes.
Data

Metaal

Circulatie

Currenct,

Bedrag
J
Goudd. Gov
. Sec.

S Aug. 1923 127.646 126.091 294.101 27.000 249.926
2
,,

1923 127.641 126.622 291.745 27.000 .247.728
25 Juli 1923 127.640 125.717 289.049 27.000 244.810
18
,,

1923 127.637 125.786 289.310 27.000 245.057

9 Aug. 1922 127.400 125.542 302.095 27.000 259.903

22 Juli 1914 40.164 1 29.317

Gov.

Other

Public

Other

Dek-
Data

.)

Reserve kings-
eC.

Jec.

L’epos.

sjepos.

pere.
t)

8Aug.’23 46.784 68.724 10.428 108.318 21.305′ 17,94
2
,,
’23 45.899

69.921 12.784 105.759 20.769 17,52
25 Juli ’23 45.634 70.556 10.463 109.384 21.673 18,08
18
,,
’23 47.529

71.582 11.094 111.639 21.601 17,60

9 Aug.’22 43.033 76.450 16.239 104.500 20.308 16,82

22 Juli’ ’14 11.005

33.633 13.735
1
42.185 29.297 523,
t)
Verhouding tusschen Reserve en Doposits.
DUITSCHE RIJKSBANK

Voornrj.asnste ‘posten, onder hijvoegiag der Darleheas-
kassenscheiiie, in millioenen Mark.

Waarv.

Dek-

Daarvan
.

.

Kassen-
Data

Metaal

bij Buit!.

.

C,rculat,e

kings-
uoua

scneine

circ.bkn
1

1
Perc.
2)

31 Juli
‘23124.412

596

90 3.987.474 43.594.738

9
23

’23 24.531

616

110 3.444.804 31.824.821 11
15

’23 22.071

657,

110 3.160.983 25.491.739 12
7

’23 20.949

707

130 3.284.092 20.241.783 16

31 Juli ’22 1.025 1.005

50

13.083

189.795 7

23
Juli
’14 1.691 1.357

651

1.8911 93

Darlehens-
Wissels

kassenscheine

Handels- Schatkist-

Rek. Crt.F

uT
I,~
oelao’
..
In kas bij
de
pt

Totaal

wissels

papier

RiJksbank
os
,
72066.322 18314.292 53752.030 27857.077 3999.500 3987.500

53027.175 13930.412 39096.763 20402.161 3456.800 3444.800

40971.288 11061.138 29910.150 16927.077 3173.100 3161.000
30447.068 8600.861 21846.207 12092.054
3296.000 3284.100
CD

215.980

8.122 207.858

39.976

25.423
,
13.068

751

751

.

944


1

‘)
Onbelast. Bovendien verpand op
7 Juli 1923 1849
mill
,
op 15Juli
1923
204.9 milI.,
op
23Juli1923
245.5 milI., op3l Juli 1923 245,5 mijl.
2)
Dekking der circulatie door metaal en Kassenscheine.

BANK VAN FRANKRIJK,

Voornaamste posten in duizenden
lrancs.

Waarvan

Te goed

Buit.gew.
Data

Goud

in het

Zilver

in het

voorsch.
Buitenland

Buitenland a/d. Staat

9Aug.’23 5.537.893 1.804.345 294.074 564.846 23.400.000
2
,,
’23 5.537.882 1.864.345 293.918

565.049 23.700.000
26 Juli ’23 5.537.374 1.864.345 293.742
565.279 23.000.000

9Aug.’22 5.530.590 1.948.367 285.409 577.892
29.500.000

23 Juli ’14 4.104.390

639.620


Uilge.
Rek. Cr1.

Rek. Wissels

stelde

Belee-

Bankbtl.

Part!.

Cr1.
Wissels

ntngen

Jellen

culieren

Staat

o’
2.470.255

18.315 2.151.165 37.426.071 2.011.125 16.971

3.035.555

18.919 2.087.839 36.929.324 2.262.507 16.556
2.471.741

19.338 2.101.135 37.233.697 2.039.428 32.277

1.994.057

34926 2.174.583 36.449.878 2.210.643 73.665

1.541.980

769.400 5.9
11
.9
10
1 942.570 400.590

BANQUE NATIONALE DEBELGIQUE.

Voornaamste
posten in duizenden 1 rancs.

iflela
ind”

Leg

.
1

en
aciccr..
oan
,

£Jifli.
t

wissels
Ctreu-
Rek.
Data
buiten!.
t
buiten!,
prom. d.
1

en
latie
Cr1.
parttc.
saldi
1
vorder.
provtnc.
1

heleen.

9Aug.’23
350.897
1
84.653
480.000
1082.752
7.034.935′
114.894
2

,,

1
23
350.926184.653
480.000
1044.094
7.016.947
168.477
26 Juli’23
350.060184.653
480.000 989.790 6.888.836
223.294

10Aug.’22
333.246184.653

480.000

561.51616.420.837

270.621

II

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

727

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.

FEDERAL RESERVE BANKS.

Voornaamste posten in duizeirden dollars.

Goudvoorraac!
FR.
Zilver
Notes in
______________

Data

Totaal

Dekking

in hei
dc.
circu
bedrag

F. R. Notes

buiten1.

latie

25 Juli

’23
3.1113.551
2.1.18.785

86.454
2.194.871
18

’23 3.099.720
2.104.132

83.702
2.216.994
11

’23 3.100.379
2.101.270

76.769
2.265.149

26 Juli

’22
3.054.531
2.238.763

126
.
967
1
2
.
126
.
809

Totaal

1 Gestort 1 Dek.

IYek
Data

Wissels

Deposito’s
1
Kapitaal
1
kings
1
kings-

25 Juli ’23

937.403
1
1.896.567

109.629

76,10
1
78,2
18

’23

988.950 1.942.521

109.714

74,5

76,5
ii

’23 1.032.653 1.949.722

109.621

73,6

75,4

26 Juli ’22

536.119 1.888.114

105.198

76,08

79,2

‘) Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opelschbare
schulden:
F. R.
Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
voorraad muntmateriaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.

Voornaamste posten in duiizeadcen dollars.

Totaal
Reserve

Waarvan
.ianla

uitgezette

otaa
Data

hij de

time
banken gelden en F. R. banks deposilo

deposits
e eggin gen

18 juli ’23

772 11.762.032 1.398.984 15.300.956 3.980.513
11 ,, ’23

773 11.852.865 1.423.879 15.427.897 3.967.571
3Juni’23

773 11.951.453 1.441.086 15.491.995 4.011.974

19 Juli
‘221
795
.1.0.807.5291
1.432.051 14.688.733 3.487.015

Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen hankztaten.

EFFECTENBEURZEN.

.Anisterdam, 13 Augustus 1.923.

Uedureiide het hiaat, dat in de buitenlanclsche politiek
is ontstaan, doordat de volgende stap van Engeland tea
aanzien van het Frausch-Duitsche conflict nog niet bekend
was— nu dit wel het geval is, ziet men er nog geen al te
strenge consequenties van tegemoet – zijn cle oogen van
de bu itenl;i nclsche beurzen bijna uitsluitend op het verloop
der cleviezen-koersen gericht geweest. En het was niet al-
leen de Mark, die de aandacht heeft getrokken, ook cle
lransche en, iii sterker mate nog, de Belgische Franc,
hebben in het centrum der belangstelling gestaan. Na ccli
geleidelijke sibrokkeling ‘aIl het Franc-devies, waarbij
e-hter het verschil tnsschea liet Fransche en het Belgische
betaalmiddel steeds grooter werd in het nadeel van het
lciatstgeiioenicle, is gedurende de achter ons liggende week
een scherper reactie voor Belgische Franes, ingetre:len,
die in cle eerste piciats hij onze Zuiderburen heel wat on-
rust teweeg heeft gebracht. Onmiddellijk zijn rigoureuze
maatregelen tegen de valuta-speculatie in het leven geroe-
wit en terzelfdertijd zijn onderhandelingen geopend om in
het buitenland (uien spreekt van Frankrijk en Engeland)
lecningeu op te nemen, ten einde niet het provenu daar-
van een stenriac:tie voor den Franc te kun nen uitvoeren.
hoewel dc toekomst zal moeten leeren, welk effect hieruit
zal voortkomen, heeft het verleden vel reeds zoo vele voor-heel den aan de Ii iii cl gecl aan, cl at men te cl ien aanzien
zelfs in Belgische beurskringen, muterst sceptisch gestemd
is. Afgewacht zal dienen te cvorclen, welk deel van de waar-
deverminderitig van den Belgischen Franc toegeschreven
t. eet worden na is overdrijvi iag vaim cle zijde des- specul atje
011
welk deel door den economischen toestand van België
en door cle voöruitzichten gerechtvaardigd moet worden ge-
:wlit. Indien dit laatste gedeelte het grootste percentage
:iaiigeefl. (en in verband met de jongste Mark-catastrophe
wordt dit gevreesd) zullen zelfs nog drastischer verbods-maatregelen geen enkel nut hebben. Want het buitenland,
waar toch ook truisacties in iielgische deviezen worden uit-
gevoerd, kan natuurlijk nooit tuin banden worden gelegd en iie daar wonende handelaren baseeren zich, in groote lijnen gezien, toch uitsluitend op cle economische feiten.
1 nmiddels is liet wei zeer sprekend, dat men zich om
hulp heeft gewend tot den Franschen nabuur en dat deze zich klaarblijkelijk hiertoe bereid heeft verklaard. Stam-
verwantschap en oorlogs-heriuueringen maken natniurlijk
dcii stap voor België verklaarbaar, doch hiermede is de toe-
zegging van hulp door Frankrijk niet gemotiveerd. Die

hulp brengt een druk op den kooi-s van het Frausehe be-
taalneiddel met zich en indien Frankrijk niet

aarzelt, haai
te verleenen, acht men daar te lande de financieele positie
cii dle economische vooruitzichten blijkbaar gunstiger, dan
uit de dlaling van den Franc zou zijn af te leiden. De steun-
verleeuirig kcu.i echter ook zeer wel een ondercieel van de
.Rnhrpolitiek zijn. Soms schijnt het, alsof dle reactie vaul
den Franschen Franc nié4r moet worden beschouwd als eeti verdisconteering der toekomst door pessimisten, dan als een
u’eerspiegeling van dan actueeleic toestand; althans helt
men in Frankrijk zelf zeer sterk tot deze redeiieering over.
i)e staatsschnld is inderdaad gestegen en cie biljetten-circu.
latie is aanmerkelijk giooter dan het vorig jaar, doch de
staatsontvaugsten bedroegen over liet eerste halfjaai- 1923
een milliarci Francs meer dan iii het eerste seinester 1922.
Er is dus geen sprake, zoo oordeelt men, van onproductievc uitgaven, noch van een krachtige inflatie. Er dlient evenwel
01) te wordlen gewezen, diat de steenkoletirn.ijnen iii liet Noor-
den en in deis Pas de Calais over Juni jI. 350.000 tosi meer
hebben gepi

oduceerd dan in Juni 1922.
Oncla.nks de moei-
lijkheden aan cle Ruhr was voorts de l)roductie van ijzer en staal iii Juni jI. 9000, resp. 130.000 ton grooter dan iii
Juni 1922. Op vrijwel ieder gebied is er vooruitgang te
bespeuren. Het valt niet te ontkennen, dat het budget zeer
zwaar
is belast door de uitgaven vom het herstel der vel-
woeste gebieden, doch zelfs, indien de hiervoor uitgegeven
bedragen niet van Unitschlandl teruggevorderd kun ii en wor-
den, dan nog acht men het geld op productieve wijze be-
legd. En vel

bandl niet deze opyattingeti heeft de beurs te
Parijs een zeer opgewekt beeld te aanschouwen gegeven,
niet alleen voor arbitrage-waarden (hetgeen niet meer dan
natuurlijk is in verband niet de reactie van den Franc),
doch ook voor Ifrarische schulclbrieven. Men houdt ter beur-
ze klaarblijkelijk in het geheel geen rekening niet liet feit,
dat Frankrijk goeie rente op cle buitenliuidlsche schuld be-
t:ialt en dat hieruit wel eens complicaties zouden kunnen
voortkomen, die cle thans plaats gehad hebbende daling
zondemi kunnen rechtvaardigen.
Ec-kencl moet echter worden, dat voor het oogenblik geen
bijzonder gevaar ten aanzien van dergelijke nioeilijkheden
dreigt. hidien men de stemmen, die in Engeland opgaan
i’ali de zijde van den heer Keynes en anderen beschouwt als
te zijn in overeenstemming niet een groot deel der bevol-
king, zou mcii zelfs het hier bedoelde gevaar geheel of
voor een groot deel kunnen uitschnkelen. De heer Keynes
toch bepleit de aunuleering van de intergeallieerde schul-
den en het afstand-doen van ierlereu eisch ten aanzien van
dle Duitsche schadeloosstelling ten bate der geallieerden. Dit
alles in. rtul voor de ontruiming van het Ruhrgebied en liet
vaststellen dIer Dtntsche schadeloosstelling op 50 milliard.
Men doet echter goed deze verlangens niet ds die van de
meerderheid der Engelsche natie te beschouwen; boven-dien kan er toch geen enkele conclusie aan worden vast-
geknoopt, zoolang niet bekend is hoe Frankrijk
01)
een
eventueel voorstel in die richting zon reageeren. De kuvestie toch van cle ,,beveiliging tegen een overval van de zijde van
Dnitschland”, het punt, dat door cle Fransche liegeering
stee:Is in het geding wordt gebracht, wordt hierin niet ge-
regelcl. De heuis heeft dati ook deze jongste proposities
van den bekenden econoom niet dezelfde welwillendheid,
doch ook niet hetzelfde scepticisme ontvatigen, als waar-
mede zij de pogingen der Regeering om uvet orde in den
Europeeschen chaos te brengen, beschouwt. liet feit echter,
tint men in. cle City aan een spoedige en bevredigende op-
lossing begint te twijfelen, heeft niet kunnen beletten, dat
de steniming ter beurze vrij vast is gebleven. J:iet schijnt,
dat men de toekomst reeds in de plaats gehad hebbende da-
ling van enkele weken geleden verdisconteerd acht. Aan
den anderen kant is de kooplust en derhalve de omvang der
zaken gering, wijl men in verband niet de reactie van dleu
Sterhingkoers een uieucve verhooging van het bank-disconto
vreest.
in Duitschlatid zijn cle geldverhouclingen the ns bijna
0
cle Spits gedreven. Practiscli is de Mark vrijuvel geheel
uitgeschakeld. Hoewel dit officieel en in theorie nog niet toegegeven wordt, is de cutgifte, op 15 Augustus as. van
(te gouclleening in dollars door het Duitsche Rijk, voldoen-
de bewijs. Bovendien kunnen betalingen in Marken, hij de
cluizelinguvekkende hediageu, die thans voor de kleinste iii-
koopen vereischt zouden zijn, toch niet meet- worden ge-
handlhaafd. Dit. zou alleen liet geval kunnen zijn
., indien
orde
01)
zaken zou worden gesteld, indien de uitgaven van liet itijk in overeenstemming met de inkomïisten gebracht zouden worden en aan de onbegrijpelijke crediet-pohitiek
van dë Rijksbank een einde zou worden gemaakt. In de
Duitsche bladen wordt er op gewezen, dat op het totaal-
bedrag aan wissel-disconto’s en goederen-beleening door de
Rijksbank, tea bedrage van 21 bilhioen Mark, toegestaan in

728

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 Augustus. 1923

de eerste tien (Ingco van Augustus, een totaal van 17 bil-
lioeti Mark 1oor ticuliereu ten koste van cle Itijks-
bank, ten koste chis van het algemeen belang, is verdiend.
II•iiimêrs, de dollar is in dat tijdsverloop niet 80 pOt. ge-
stegen en, met een gering onderscheid wellicht; ook de goe-
deren, die voor de wisseldisconto’s en goeclerenbeleeningen
(verkregen bovendien tegen een rentevoet van 18, resp. 30
pCt., terwijl in ct.e
OCR
markt zelfs 1.000 pCt. wordt be-taald), zijn gekocht. i:[oevel natuurlijk ook de leiding van
dè Rijksbank deze feiten duidelijk genoeg ïnziet, is ei tot
nu toe nog geen wijziging in haar crediet-politiek te ont-
dekken. Wellicht wacht zij 01) het invoeren van een ,,waar-
devast” beta.almiuel, in welk geval een rentevoet van 30
pCt. natuurlijk veel te hoog zon zijn. :Doch juist door deze
politiek van afwachten zijn de chaotische toestanden in
.Duitschlaod ontstaan, toestanden, clie iedere heoordeeling
van ondernemingen feitelijk onniogel ijk maken. Inmiddels
houdt men hiermede ter beurze van ]3erhijn niet al te veel
rekening. Zoolang de buitenl andsclie betaalmi ddelcn stij-
gen en men geen verandering ziet in de geidpolitiek vals
liet eigen land passen de koersen van effecten zich cwtoiva.
tisch aan de waardevermii.idering van cle Mark aan. Het
bekende iiidexcijfer van de Frkf. Ztg. geeft in d6ii week
een verhooging van 447.393 tot 1.234.076 te aanschouwen.
Ter illustratie is liet wellicht niet ondienstig in herinne-
ring te brengen, dat bij de berekenii.ig dier indexcijîers is
uitgegaan van dc basis 100 begin Januari 1922 en dat op
5 Januari 1923 nog slechts een staicl van 1918 was bereikt.
Van Wallstreet is deze week niet veel nieuws te vei

melden. De handel heeft Vrijdag jI. geheel stilgestaan in ver-
band met de begrafenis van President Harding en heeft o
de overige dagen sterk den invloed ondervonden van de
onzekerheid, waarin mcii zich bevindt ten aanzien èn vai de buitenlandsche politiek Pa van de binnenlandsche be-
drijvigheicl. Nochtans geeft deze laatste geen al te spreken-
de teekeneu van vermindering te aanschouwen, zoodat over.
het algemeen de beurs vast is gebleven.

T e u o n z e ii t heeft schijnbaar de inmiddels opgelosté
rai ii istercrisis een zekere onrust in beleggingskringen ge
wekt, getuige dc. vrij gevoelige reacties voor
iivheemsche
staatsfondsen
hij overigen s niet veel veranderde verhou dingen en hij een zeer ruime geldmarkt. iTier is het voor-
vooriiantelijk (le onzekerheid ten aanzien van de toekolList. Het hezuiuigiugsprogi-anuna van den heer Colijn, voor zoo-
verre dit in summiere persbeschouwingen naar voren is gebracht, levert, volgens het oordeel in sommige belegt
giiigskringeu, zoovele mogelijkheden tot wrijving niet de
groepen van arbeiders en beambten, zoovele kansen ook
op liet verlaten van het vrijhandels-stclsel, dat men zich met
betrekki ig tot liet rustig
toepassen van de zoo hoog-noodige
hezuinigings-pol itiek niet zeker gevoelt. Eenige- liquiclaties
zijn hiervan liet gevolg geweest, welke ‘oorloopig echter
geheel als stemmingsverkoopen beschouwd moeten worden.

6Aug. 10 Aug. 13 Aug.Rijzing
of
daling.
6

0
/0
Nederland 1922 .. . . 101 i,, 101% 101% –
31,6
5

o/

,,

1918 . . . .

94i51

03
ho

931.’

– 1
4%
0/

,,

1916 …..92

003%

89
1
.f — 2%
4

0/
.

1916 .. . .
86
,
1
8

84i1

83% _2
7
1
3%
0
/0

. . .

761

77

77

+ i/8
3

0/

.

6651

67

66°
116 —
1
110
2%
0
/0
Cert. N.W. S. …… 567/
s

568%

5671
8

7

0/,,
Oost-Indië 1921……10271
t6
102
1
1

102i1,,,
— 31
8

6

0
/0

1919 . . . .

99

99
1
1
io

99
16 +
5
0
/0

1915 …. 94%

93

l4

8%
5 o/ Rusland 1906 ……

3
y
4

33%

4

±
8%
4
0/
Rus!. bij Hope & Co

+ 1,6
4
o’o
Japan 1899 ……..694

68

67% —2
5
oj
Brazilië 1895 ……48%


8
o/
San Paulo 1921…. 97I5/,, –


6
0/,,
Anisterdam 1920…. 10


7

o
Rotterdam 1920…. 102

102% 102318
+ filli

De locale markt heeft slechts weinig belangwekkende punt
ten opgeleverd. De markt voor
binnenlandsche industrieele
waai’dcn
was zeer stil, met uitzondering van’ den handel
irs Jurgens- en Furness-Stokvis-waarden, welke beide ge-
voelige reacties te aanschouwen hebben gegeven. Een her-
stel is weliswaar gevolgd; doch het vertrouwen kon toch
niet geheel worden herwonnen, vooral ook, omdat het in-zicht in den gang van zaken, b.v. bij het Jurgens.concern,
uiterst gecompliceerd is. Men beschouwde echter tegen liet
einde der berichtsperiode de risico’s in Duitschlanci iets
verminderd, wijl daar uit Hollandsche prijzen voor marga-
ririeproducten zijn vastgesteld.
,S’uiker’waarden
konden zich goed handhaven, evenals
pe-
troleurnaandeelen.
De laatste ondervonden den stimul ee-
ronden invloed vaji hoogcre prijzen voor olieshares te New

York.,
Rubber.
en
tabakswaardcn
vast gestemd, in verband
niet den stabielen prijs van
mive rubber
te Londen.

6 Aug..
10Aug.
13Aug.°°

of
daling.
Amsterdamsche
Bank
117%
116y
2

115%
—2
Incasso Bank

…………
89%


Koloniale Bank ……….
140
138%
135%

4%
Ned.Handel.Mij.cert.v.aanil
120%
11811
1
,,
118%
—2
Rotterd. Bankvereeniging
9071
— —
Amst. Superfosfaatfabriek
33


Van Berkel’s Patent ……
33 32
32%
—8%
GoudaKaarsen

………..

.61%
.

61
12
Holl.Draad.enKabelfabriek
53%
53 53
—%
Jurgens’Ver.Fabr.gew.aatid
4151
38%
38%

pr. aand
50 48
498%

8%
Leerdam Glasfabrieken
32
v,
– –
Philips’ Gloeilampefifabriek
2317
4


224%

7
Vereenigde Blikfabrieken.
99
9971
8

98

1
Vereen.ChemjscheJj’abriekcn
33
33 33
+
8%
Compania,MercantilArgent
6
4%
4,18

.1.3/8
Cultuur-Mij. d. Vorstenland
144
14371
s

139
—5
Handelsver. Amsterdam ….
40694
404

»
397%
9
flandeisverg. Reiss
&
Co
24%
24%
24%
+
8%
Int. Crediet- en Handelsverg.
Rotterdam

………….
173
174
175
+
2
Linde Teves
&
Stokvis
57 55

—2
Tele
&
Co’s Uandel.Mij…..
4.’
-.

Redjung Lebong Mijnb.-Mij
103

.100
100
—3
Gecons. iloli. Petroleum-Mij
121%
118%
116

5%
Kon. Petroleum-Mij.

……
328
333%
327%

3%
Orion Petroleum-Mij…….
01

Afgest. Aand
24%
23
223%

13%
Amsterdam-Rubber-Mij ….
147
148%
147
Nederl.-Rubber-Mij.

……
.74%
74%

Oost-Java-Rubber.Mij…..
217
221
218%
+
1%
Deli.Batavia Tabak Mij.
292%
291
292
—%
Deli-Maatschappij

……..
277%
277
272

5%
Senembah-Maatschappi)
243
,18
242 242%

1
18
Alleen

sclsecpvaam

tfoudsen

waren
gedecideerd
lager

en
zonder

eeng animo.

])e hoofdfondsen

vooial

hadden

liet
zwaa.r te verantwoorden. Iii
beurskringen’ wordt cle vracli-
tenniarkt met zeer groot pessimisme
beschouwd, un
de al-
geniecne wereldtoestaudeu nog
geen
uitzicht belôveu
01)
een
spoedige verbetering.

6 Aug. 10 Aug. 13 Aug.”
of
daling.
Holland.Amerika.Lijn
80
76
72%

,,gem.eig
70%
67
64

6%
Hollandsche Stoomboot-Mij
20
1431
8

14%

5%
Java-China-Japan.Lijn
64

61

3
Kon. Hollandsehe Lloyd
8


Kon.
Ned.
Stoomb..Mij …..
52
459
43%

8%
Konink.Paketvaart-Mij.
109%
105%
104718

5318
Maatschappij Zeevaart
. .
..
54i


Nederl. Scheepvaart-Unie..
105%
97
94%

111/
7

Nievelt Goudriaan ……..
81
74%
69

12
Rotterdamsche Lloyd ……
ii 5%
103
101

1411
2

Stoomv..Mij. ,,Nederland” ..
132
125% 123

9
,,Noordzee”

. .
27%

De
Arnerikaanscl,e markt
was

stil,
doch in aansluiting
aan Vallstreet iets hooger.

6Aug. 10Aug. 13 Aug.Rijzing
of
daling.
Americ. Smelting
&
Refining
58i51,
58%
58%

Anaconda Copper

……..
83%
827
3

83151,,,
+
31t,,
Studebaker Corp.

……..
1021/
8

1048%
105
+
27f
Un. States Steel Corp.

….
90
89
89%

8%
Atchison Topeka ……….
iOl%
102 102%
+
1
Ene

………………..
118%
12%
1271s
+
1’1
Southern Pacific ……….
88% 88%
89
+
3%
Union Pacific

…………
1301/
8

131%
13171
+
1%
Int. Merc. Marine orig. gew.

691,,,
6i
16

6
8
1
8


31,6
pret
2411
8

21

21

— 3
‘/s
De
geidmarkt
bleef zeer ruim; prolongatie imoteemcle tegen
liet slot der beniclitsperiode 234 pCt.

GOEDERENHANDEL

GRANEN.

14 Augustus 1923.

Het weinig leveudige karakter der gi-aanmarktn onder.
ging deze week niet veel verandering. Voor tarwe bracht
wel Noord-Amerika vastere markten niet prijsverhoogingen
van ongeveer 4 cent per 60 lbs. te Chicago en ruim 3 cent
te Winiiipeg niet aan de Europeesche markten beperkt aan-
bod van Noord-Amerikaansche tarwe op af lading, doch
Britsch-Z[nclië en Argentinië waren tot dalende prijzen drin-

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.

729

genci aan de markt, hetgeen veroorzaakte, dat ook spoedige
Manitoba’s in Engeland eeuige prijsdaling ondergingen. De
prijsverlagi iIg voor
A
rgentijiasche tarsve, ondanks prijsver-
hooging van 20 k 30 centavos aan de termijnmnrkten te
Buenos Aires en Rosario, was vooral ook het gevolg van
den lagereri pesokoers cii leidde tot meerdere vraag, zoowel
iii Engeland als iii Nederland en België, naar welke laatste landei.i de zaken belangrijker waren dan de laatste weken.
Ook andere soorten werden daar meer gekocht. De laatste
dagen is trouwens de peso weder hooger, hetgeen, daar ver-
schepers hun prijzen weinig verhoogden, de iets betere
stemming aan de tarwemarkt deed voortduren. De goede
oogsten in .lfuropa en dc moeilijkheden, welke de dalende
en wisselende valuta van verschillende landen veroorzaken,
bonden echter nog steeds den ondernemiugsiust binnen be-
perkte grenzen, terwijl met Duitschiand als kooper van
buiteiilnndsch graan om voor de hand liggecle redenen niet
te rekenen valt. Eenigen steun ondervindt de niarkt van
kleine wereidversehepingen en van de vastere markten in
Noorcl.Auieriki, veroorzaakt door den achteruitgang der
vooruitzichten voor de zomertarwe, ook blijkeitde uit het
(leze week gepubliceerde iaiaaiidrepport per 1 Augustus van
liet Ministerie van Landbouw te Washington. Niet slechts bevestigt dit rapport de berichten over roestschade aan de
zomertarwe, waardoor de raniing der opbrengst 10 millioen
husliels lager is dan op t Juli en op 225 millioen 163.
2
pCt.
beneden dc opbrengst van 1922 blijft, doch bovendien brengt
het rapport een onverwachte verlaging der opbrengst aan
wiatertarwe met 18 millioeni bushels. De geheele tarveop-
hrengst der Vereenigde Staten wordt dus geramd op 793
niillioeu hushels, tegep 856 nn]lioen iii 1922. Dit is een
aanmerkelijke vermindering en cle prijsverhooging voor
tarwe in Chicago is dus wel eenigszins gemotiveerd, te
meer, daar ook uit Canada. klachten blijven komen over
roestsehade. We] is zij daar volgens verschillende berichten
minder ernstig dan in de Vereenigde Staten, doch de prijs.
verhooging te Winuipeg duidt er wel op, dat zi,j eenige
heteekenis heeft, liet ernstigst zijn de klachten uit Mani-
toba, doch deze provincie verbouwt slechts ongeveer 12
pOt. der Can;ideesche zoniertarwe en in de veel belangrijker
rovies Saskatchewan en AJberta treedt de roest minder
algemrieen op en zijn de vooruitzichten nog zeer goed, of-
sehoon de oogst daar cle laatste dagen eenigen hinder onder-
‘ond van regent. De Cai:iadeesche tarweopbreugst wordt nog
op een hoog cijfer geraamd en in Europa is de inv]oecl van
de vaste Ainerikaanschc steniniing nog itiet groot, niet
s’echts wegens de hierboven reeds vermelde redenen, doch
ook
01(1(1
at de her i li te ii over de iii cli we ta r we in A rge
1
tin iii en Australië bij voortduring gunstig blijven. Slechts
nit Mantsjoerije komen berichten over een kleinen oogst,
waar vut geen uitvoer-surplus ter hescli ikki ng zal zij ii. Oolc
Rnslancl klaagt over schade, die de graanoogst ondervon-
dcii heeft (
,
n nog ondervindt van ongui:istig weder, vooral sterken regenval. Dat (le regeeriiig echter toch ernst maakt
1
net h na r plannen tot gra anti itvoer blijkt uit berichten over

Noteeringen.

Chicago
Buenos .4yre3

Data
Tarwe
Mais
Haver
Taruie
Mais
LlJnzaoa’
Sept.
Sept.
Sept.
Sept.
Sept.
Sept.

11Aug.’23
99%
77
357/
10,85
8,35
20,45
4

,,

’23
96%
76%
35%
10,60
8,05
20,75
11Aug.’22
104%
58’1
31
10,95
7,65
19,70
11Aug.’21
124%
57
1
8
36%
18,351)
9,
23,-‘)
11Aug.’20
253%
1481/
8

725/
8

23,801) 9,40
23,301)
20Juli’14
82
56
8
1
8
36%
9,40

5,38 13,70

1)

Aug.

verzet hij cle boeren tegen het wegvoeren van graan naar
de uitvoerhavens alsmede nut het feit, dat deze week uit Russische havens aan de Zwarte Zee niet slechts rogge,
doch ook 8000 ton tarwe en 2000 ton gerst werden ver-
laden, terwijl telkens weder nieuwe scheepsruimte voor
graanvervoer wordt bevracht eu de laatste dagen weder
gerst uit Rusland wordt geoffreercl.
Voor rogge blijft in Europa de vraag slecht, waartoe de
ouistandigheid meewerkt, (lat de nieuwe eigen roggeoogbten,
clie algemeen een goede opbrengst geven, beschikbaar be-
ginnen te komen. In Frankrijk is de roggeoogst reeds groo-
teudeels afgeloopen, in Nederland is hij in rollen gang en is het aanbod van nieuwe rogge van uitstekende kwaliteit
reeds aangevangeu, terwijl in een groot gedeelte van
Duitschland eveneens de rogge reeds wordt binnengehaald.
Wel is de Duitsehe graanoogst den laatsten tijd vertraagd
door legen, doch de vooruitzichten zijn nog zeer goed en de
stand op 1 Augustus toonde nog eenige verbetering in ver-
gelijking niet een maand tevoren. De lage prijs, die in Ne-
derlanici voor nieuwe rogge te krijgen is, weerhoudt de boe-
ren er hier en daar van, ze ter markt te brengen, doch het
aanbod is voldoende om den verkoop van buitenlandsche
rogge, die ieeds lang zoo sleepend gaat, nog sterker te be-inoeilijken cmi cle verkoop van partijen van eenige betee.
kenis is slechts mogelijk met nieuwe prijsopoffering.
Voor La 1-,atamaïs was iii Nederland de markt deze
week aanvankelijk nog gedrukt wegens de concurrentie van
Antwerpen, waac- groote aanvoeren, slechte binnenlandsche
vraag en de daling van den frank het aanbod tot lage prij-
zeil dcccl voortduren, temeer, omdat verkoopen naar Enge-
tand onmogelijk werden, naarmate daar wegens grootere
aanvoeren de prijs voor spoedige mais sterk daalde. Oven-
gemis liet cle daling van den. Pesokoers zich ook voor La
t’latamaïs sterk gelden eis ondanks vaste termijnmarkten
in Argeutiuië niet prijsstijgingen van 10 ii 25 ceutavos ver-laagden ook verschepers geleidelijk hun prijzen. Het laagst
werd La Platamais, spoedig en op aflading, in Engeland
vej-handeld, vooral naar Londen, doch cle later wat vastere pesokoers bracht eenig herstel. Ook cle Antwerpsche markt
bekwam eenigszins van haar zeer gedrukte stemming en
‘le vraagprijzen zijn daar de laatste dagen vlij aanmnerke-
lijk veihoogd. Daardoor en wegens matige aanvoeren in cle
Ned(erlaedsche havens snel voortdurend vrij goede detail-
vraag is nu ook in Nederland de markt iets vaster niet
eenige prijsverhooging. ‘Jp aflading zijn echter cle prijzen,
clie trouwens liet lage Engelsche peil lang niet hadden be
reikt, nauwelijks beter. Verseliepingen van mais van Argen-
tinië waren kleiner dan de vorige w’eek, (toch nog van fIjn-
ken onnvang. Van cle direct voor het Europeesche vasteland
bestemde hoeveelheid gaat het grootste gedeelte naar Italië
en Frankrijk, terwijl naar België en Nederland slechts wei-
nig werd verscheept. Maïsversclsepingen naal- Europa uit
Noord-Amerika ontbraken deze week geheel en de markt te
Chicago, waar de 1rijs geleidelijk % cent per 56 lbs steeg,
wekt in Europa weinig belangstelling. De plaats van Noord-

Locoprijzen Le Rotterdam/Amsterdam.

Soorten

1 13 Augustus
1
6 Augustus 1 14 Augustus
1

1923

1
. 1923

1

1922

T
arwe
*

……
1)
11,80 11,80
13,-
Rogge (No. 2 Western)
1)
8,-
8,20
10,10
MaIs (La Plate) ……..
2
)
178,- 180,-
208,-
Gerst (48 1h. maILing) …
)
167,-
172,- 195,-
Haver (38 1h. White cl.).
.1)
9,50
9,-
9,65
Lijnkoeken (Noord-Amen-
kavan La Plata.zaad)
1)
10,60
10,70

.
13,70
Lijnzaad (La Plata)
.
.. .3)
387,-
405,- 435,-

1
)
p. 100 KG.

2)
p. 2000 1.G.

8)
per 1960 KG.
*)
Nr. 2 Hard/Eed Winter Wheat.

AANVOEREN in
tons van 1000 KG.

Rotterdam
Amsterdam
Totaal

Artikelen.
511 1Augustus
Sedert
Overeenk. 5111 Augustus
Sedert
Overeenk.
1923 1922 1923
1 Jan. 1923
tijdvak 1922
1923
1 Jan. 1923
tijdvak 1922

12.61.7
457.793
643.550

31.086
26.976
488.879 670.526
7.084
286.547
135.038

485

287.032
135.038

9.937
9.555



9.937
9.555 3.343
355.402
645.450
1.100
51.377 69.765
406.779-
715.215

Rogge

……………..
Boekweit

……………..

2.428
130.645
94.717
780
7.842
3.597
138.487
98.314

Tarw’e

……………..

190
50.259
81.170

533
50
50.792
81.220

Maïs

………………

3.154
88.834
99.186

48.156
59.992
136.990
159.178

Gerst ………………
Haver

………………..

3.892 137.406 77.242
– –
1.547
137.406
78.789
Lijnzaad ……………
Lijnkoek …………….
2.475
53.926
32.817
60
3.924 4.954 57.850
37.771
Tarwemeel ………….
Andere ineelsoorten
. . .

1.344
6.552
– –
2.615
1.344 9.167

730

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 Augustus 1923

Amerika wordt de iaatste weken ingenomen door Zuid
Afrika, waar ruime verschepingen
iii
vollen gang zijn. De
vraag voor Ztud-Afrikaansche maïs, speciaal Witte Platte,
was goed, zoowel iii Engeland als
iii
Nederland en de pnj-
zen konden zich goed handhaven met hier en daar
zelfs
eenige prijsverhooging, terwijl voor verwijderde posities
nauwelijks eenig deport bestaat. De Nederlandsche vraag
bepaalt zich echter voornamelijk tot spoedige posities. Roe-‘
menii.i
blijft geregeld maïs verschepen, doch cle hoeveelheden
zijn beperkt. Zeer goed zijn de vôoruitzichmten voor dcii
nieuwen lllioemeeoschen maïsoogst, waarvan een groot over-
schot voor uitvoer wordt verwacht. ‘Minder goed schijnt iii
sommige
gedeelten van Roemenië de gerstoogst te zijn uit-
gevallen, clodh het aanbod, dat eenigen tijd klein was, heeft
zich iie laatste dageti weer uitgebreid. Ook Noord.A.merika,
waar de nieuwe gerstoogst een zeer goede opbrengst op-
levert, is met ruim aanbod aan (Ie markt tot weinig fluc
tueerende prijzen, ofschoon te Wiunipeg de prijs eenige ver-
mooging onderging. Zaken in Amerikaansche gerst worden_
o
.
g
eregeld gedaan naar ]Dngelaiul en ook Nederland koopt
‘rijwel dagelijks, ofschoon hier hij de lagere maisprijzen cle
vraag voor gerst minder groot is clan eenigen tijd geleden het geval is geweest. Verbeterde kooplust ontwikkelt zich
voor Noord.A.frikaansche gerst, nu daarvan de kwaliteit
blijkt mee te vallen en door de, ook wegens den dalenclen
fraijkenkocrs, lage prijzen ontwikkelt zich den laatsten tijd
een vrij geregelde handel in gerst van Tunis en Algiers
naar Nederland. Ook in Engeland blijven deze soorten ge
rogelcl
koopers vinden, zoowel voedergerst als betere soor-
ten
01)
monster voor de mouterij. Zooals wij reeds hebben
vermeld, komt ook Rusland weder met gerst aan cle markt.
Haver ondervindt in Engeland den invloed van het
eerste aanbod van nieuwe haver en bij dalende prijzen bleef
dc omzet daar klein. Ook op het vasteland is cle belangstel-
ling voor haver over het algemeen gering.

Dato
Amsic,-
Jam
per

Londen
New York
96pCt.
Ceniri.
Ta k,
White Jaea
f.o.l,. per
1
Amer. Gra-
1
nulated
cdi.
Aug.
Cubes
No. 1
Aug.
Aug.
fugals

$Li
h.
9Aug.’23
f25j4
6019
1916
321_1)
6,15
2

,,

’23
,,24i/,,
6019
211
321_
1)
6,032)
9 Aug.’22
,,2515/,,
5919
2016
251_
5,36
9Aug.’21
,,3581
4

651_ 211_
311_
4,86
4 Juli

’14,,].113182

181_
– –
3,26
1)
Nom.
2)
Laten.

KATOEN.

Marktber.ieht van de ileeren Sir Jacob Behrens & Sons,
Manchester, d.d. S Augustus 1923.

lIet Anierikaansche Bureaurapport gaf niet een zoodanige
verbetering aan als verwacht was. De positie 67,2 was aan-merkelijk beneden verwachting en dientengevolge ging ka-toen belangrijk cle hoogte in. Vanwege de vacantie hadden

er deze week geen zaken plaats: New. York was Vrijdag
gesloten ten gevolge van den dood vanPresident Harding,
terwijl deze beurs geopend was op Zaterdag en Maandag toen
Liverpool gesloten was. De stijging deze’ week is ongeveer
1 d. pel

pond; New York was gisterenavond wat vaster.
Egyptische katoen toonde gisteren sinds Woensdag een
verhooging aan van t cl., hoewel groeïrapporten gunstig zijn.
Over haar geheel genomen is cle Amerikaansche garen-markt rustig. Enkele spinners van ringgaren hebben goede
zaken gedaan in bundelgarens, in cle nummers 20cr tot
24ev, maar deze verkoopen blijken uitzonderingen te zijn.
Er c’as gisteren een goede vraag naar mule-cops, doch
tegen prijzen van de vorige week, die nu niet te acceptee-
ren zijn, daar spinners
14
d. tot 1 d. per pond meer vragen.
In Amerikaansche getwijnde garens gaat nog niets om.
Egyptische garens zijn hooger in prijs in overeenstemming
met den prijs van het ruwe product. Cops worden over het
algemeen slecht verkocht, maar voor Zwitserland zijn goede
zaken gedaan in de fijnere nummers inslag voor doubleer-
doeleinden. Er zijn aanvragen van Indië voor 60cr tot 80cr
fijne Medio garens, doch tegen prijzen, die niet te accep’-teeren zijn. Naar getwijnde Egyptische garens is vat meel

vraag en hier en daar zijn enkele zaken tot stand gekomen,
omdat twijners genegen waren concessies te doen.
De doekmarkt verkeert in een vacantiestemming. Zoo-
als boven gezegd, zijn de katoenbeurzen, zoowel in Amerilca als te Livei-‘pool, wegens vacantie gesloten geweest, wat van
invloed was op de hoeveelheid zaken, die geclaat werd
De conclusies van het Bureau Rapport waren niet zooals
verwacht en deze week zijn cle prijzen’ te Manchestel

zeer
gestegen in overeenstemming met den prijs van het ruwe
product. Het is daardoor moeilijker zaken doen en een ver-
betering in den toestand kan dan ook niet gemeld worden.
11v is nog wel vraag, speciaal van Indië, maar zaken komen
niet tot stand. Men is algemeen van oordeel, dat vaste piij-
zeti, indien mogelijk op een eenigszios lagere basis da.n op het oogenbhik over het algemeen door Lancashire verlangd
wordt
3
zouden leiden tot een geregelde toename van zaken,
doch de grillen van de katoenmuarkt en het gebrek aan ver-
trouwen van de zijde van bijna alle koopende markten,
gevoegd bij den tegenwoordigen politiekeit toestand van
Europa, verschuiven deze verbetering van week tot week.

KOFFIE.

(Mededeehiag van de Makelaars G. Duuring & Zoon, Kolf t

& Witkasnp, Leonard Jacobson & Zonen en G. Bijdendijk).

Noteeringen en voorraden.

Data
Rio
Sonja,
1
Wisselkoers

1

No.4

Voorraad
Prijs
No.7
1
1

Voorraad
1

Prijs

11 Aug. 1923
848.000
1
19.125
1.310.000 121.000
57
112
4

,,

1923
828.000
119.475
1.305.000
19.500
5
13
1
32

28 Juli

1923

1
1)
1

‘)
1)
11 Aug. 1922
1.817.000 115.400 2.602.000
119.200
75

Ontvangsten.

Rio
Santo,
Data
Afgdoopen
Sedert
Afgeloopen
Sedert
week
1
Juli
w~

1

1
Juli

11

Aug. 1923….
1

82.000

1

470.000 205.000
1.051.000
11Aug. 1922….
76.000
366.000
162.000 709.000
1)
Feestdag.

COPRA.

De markt was deze week vast gestemd. liet aanbod was
zeer gering, doch de vraag is ook niet groot te noemen.
Fabrikanten koopen momenteel zeer weinig.
De markt sluit met de volgende noteeringen:
Ned. md. f.m.s. stoomend ……..
f
27,62k
Oct./Dec ………

28,-
13 Aug. 1923.

RUBBER.

1)e marktstemming is de. afgeloopen wdek tamelijk wel
onveranderd gebleven. Prijzen zijn aanvankelijk iets gestegen,
doch kwamen ten slotte weer op het oude niveau. Van de
aanvankelijke gunstige stemming profiteerden enkele pro-
ducenten om een hoeveelheid rubber oogst 1924 te verkoopen,
doch ook hiervoor verdween oj het einde der week de
belangtelling van koopers.

SUIKER.
Gedurende de afgeloopen week was de stemming op de
verschillende suikermarkten kalm, bij eenen eenigszins vas-. teron ondertoon.
In A m e r i k d, waar ook deze week slechts 4 beursdagen
bracht, kwam cle noteering voor Spot Centrifugals van
dc. 6,03 op dc. 6,15, terwijl cle termijnnoteeringen cle. 0,10
opliepen.
De laatste C u b a-statistiek luidt als volgt:

1923

1922

1921
– .

Tons

Tôns

Tons
Weekontvangsten 6 Aug. ’23

18.086

52.627

26.422
Tot. sedert 1Dec. ’22-6 Aug.’23 3.284.677 3.541.484 3.040.183
Aantal werkende fabrieken

1

10

4

Weekexport 6 Aug. ’23

42.435 103.011

64.703
Totale export 1 Jan.-6 Aug. ’23 2.785.345 2.980.552 11.666.958
Totale voorraad 6 Aug. ’23

499.338 590.080 1.372.605

In 11 n ge 1 a n d kochten Raffinadeurs eenige partijén
stoomencte Javasuiker, terwijl ook de Levant en Noord. Europeesche havens wat meer belangstelling voor Java-
suiker tot cle gereduceerde prijzen toonden.
Op Ja v a bleef de prijs voor witte suiker zich om en bij
f14 bewegen. Ook in No. 16 en .hooger kwamen afdoenirt-
gen tot
stand tot prijzen tussehen
f
13 en
f
13,25. Het ren
dement van 136 fabrieken was op 15 Juli jI. ongeveer 7
pCI.
lager dan
0
hetzelfde tijdstip verleden jaar.
II
mi
o n s 1 a
ii
cl was (le markt kalm, maar prijshoiidend

01) nagenoeg oiiveranclerde prijzen. De veekomzet op de
termijnmarkt -bedroeg ongeveer 3000 tons.

NOTEEJI1N GEN.

15 Augustus 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

731

])e slotnoteeringen
zijn:
einde voorafgaande week:
Prima Orêpe

Augustus 80

ct.

………… 79Xct.

Aug./Sept. 80

,………….
80

Oct./Dec.. 85

…………
82

Smoked Sheets Augustus 82

,………….
80
11

Aug./Sept. 82

,………….
S0
31

Oct./Dec.. 86

,……….
.
..
83

13 Aug. 1923.

METALEN.

Loco-Noteeringen te Londen:

Data
Koper
Slandaardj
1

Koper Electro-
lylisci, Tin
1
1

Lood
1

Zink

li
Aug. 1923..
64._/_ 69.151_
182.7/6
1

24.216
31.101_
3

,,

1923..
64.101-1
71.15/.I
181.101_
24._/_
31.51_
30 Juli 1923..
65
.
15
/_t
72.10/_I
185._/_
24.716..
31.1216
13

,,

1923..
65.1216!
72.15/_1
186.1216
24.101
‘30.51_
14 Aug. 1922..
64.216

1
70.10/_t
158.15/_
24.101_
31.216
10 Juli 1914.
.
61._/
j
145.151_
19._/_
21.101_

VERKEERS WEZEN.

VRACHTENMARKT.

1)e week na de bankholiday in Engeland heeft zich ge-kenmerkt door weinig bevrachtiugen De val van de mark
Old
de daling van den Franschen en Belgischèn franc hebben
het doen van zaken nog verder bemoeilijkt. Ieder is pessi-
mistisch’ en niemand durft iets te ondernemen, daar men
niet weet wat de naaste toekomst zal brengen.
Er is meer dan voldoende scheepsruimte aanwezig voor
de weinige vraag en cle vrachten brokkelen gestadig af. Ja
La Plata doet het aanbod van ruimte zich liet sterkst ge-
voelen en sinds ons vorig overzicht zijn de vrachtell daar dan ook het meest gedaald.
De vrachten, welke aan het eind val de vorige week zijn
betaald zijl:i als volgt: i3ueuos Aires naar Noord-Spanje,
2 havens, 18/- prompt, van niet bovèn San Lorenzo naar
11K11.erland 1816 één, 19/6 twee havens prompt, een zeer
handige boot van niet boven San Lorenzo naar ‘U.K.JCont.
19/6, 13/27 Augustus ligdagen. De bevracliters bieden op
het oogenblik 6d. tot 1/- minder, doch de reeders wenschen
niet op deze cijfers af te sluiten, en trachten door wachten
een betere vracht te krijgen. Voor Setember-aflading schij-
nen dok meerdere booten beschikbaar te wezen.
Vati Noord-Amerika zijn weer geen bevrachtingen afge-
sloten en van Montreal is alleen een boot bevracht naar
West-italië tegen 16 cent per 100 lbs voor drie loshavens
met 1/15 September ligdagen.
Er zijn eenige booten bevracht met kolen van Noord-
Amel-ika en wel naar Rotterdam tegen $ 2,10, naar Rio de.
Janeiro tegen $3,50 en naar
.
A.lgiers tegen $2,75. Voor cokes van Baltiniore naar Hamburg is $4,25 betaald.
Een ige booten zijn weer afgesloten met hout van Mira-
rnichi naar het ‘U.K., waarvan 63/9 werd betaald naar de
Vestknst van Engel and of Oost-Ierland.
Van de Zwarte Zee werden meerdere booten bevracht en

wel tegen 16/- voor zwaar graan en 17/6 voor lijnkoeken.
Aan het eind van de week werd echter niet meer dan 14/-‘
voor zwaar graan in uitzicht gesteld voor prompte versche-
pisig en een groote boot werd tegen dit cijfer van Novoros-
sisk naar Rotterdam/Hamburg range afgesloten. Deze uek
werd een boot zelfs tegen 13/- voor Augustus af lading be-
vracht van Zuid-Rusland naar Rotterdam/Ha.rnbui-g range..
Van de Donau naar Havre/Hamburg range werd 1516 be-
taald voor een groote boot.
De bevrachtingen van erts van de Midc[ellandsche Zee
zijn flauw.

Van Voor-Indië werden geen booten afgesloten. Van.
.Bombay on deadweight wordt 23/6 in uitzicht gesteld.
Van Zuid-Afrika werd 25/- betaald voor een boot, twee
havens laden, twee havens lossen met Septemberaf lading,
terwijl voor een boot met Octoberaflading 23/. is betaald
naar U.K./Continent.
De nitgaande vrachten van Wales bleven’ ongeveer het-
zelfde. De vraag naar ruinite is ook gering. Naar Bosario
werd 1416 betaald en naar Napels 101..
14 Augustus 1923.
GRAA.N.

Atl. Kust

Petro. Odessa

Ver. Staten

San Lorenzo
grad
Data

,

Londen Roller.

R’d

dom

Rotler- Brsstol Rotter- Enge-
om

dam Kanaal dam

land

6-11 Aug. 1923 –

1516
2
2,10
1

1916

1816

31 J.-4Aug. 1923 , –

161_
2
2,13
1 –

2013

.2013

7-12 Aug. 1922 –

119
3
219

241_

24/_

8-13 Aug. 1921 –

5110

5110 421_

42/_
Juli 1914 11 d.

713

l/llN 11113

121_

121_

KOLEN.

Cardifi

.

Ooslk. Engeland
Data

Port

La

Roller- Coihen.

Bordeaux Genua

.

Plato
°’

Rivier

Om

urg

6-11 Aug. ‘231

5110

913 101_

14
1
7

418

617
31 J.-4Aug.’23

5110

914l 1017

1416

511k

611
7-12 Aug. ’22

71_

1116 1316

1513

519

713
8-13 Aug. ’21

816

1716 .1616

1416

619

10/_
Juli
19141
fr 7,_

71_

713

14/6

3/2′

41_

DIVERSEN.


Bomba
Birma
Vlodivo.
Chili
Data
West
West
stoel
West
Europa
Europa
West
Europa
(d. w.)
(rijst)
Europa
(salpeter)

6-11 Aug.

1923..
2316
3613
351_
351_
31 Juhi-4 Aug.

1923..
2316
301_
351_
351_
7-12 Aug.

1922..
1913
261_
351_ 341_
8-13 Aug.

1921 ..
351


Juli

1914..
1416
.
1613
251_
2213

per ton kolen. ) Per ton d.w.
3)
Am. cents per 100 lbs.
Graan Pelrograd per quarier van 496 lOs. zwaar, Odessa per
unit, Ver. Staten per quarter van 480 lOs. zwaar.
Overige noteerin gen per ton van 1015 KG.

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

Het vraagstuk van de geidruimte in Nederland en de

goudpolitiek van de Nederlandsche Bank

met bijlage:

Nederla,ndsch-Oost-lndië en. de Gold-Exchange-Standaard

door Mr. G. VISSERING

Prijs
f
1,50

Het Bankwezen in Nederlandsch West-Indië

door Mr. G. J. FABIUS

Prijs
f
1,50

Verkrijgbaar bij den Boekhandel
en bij NIJGH & VAN DITMAR’S UITGEVERS-MAATSCHAPPIJ, Rotterdam.

Totaal. 1….
. f
266.998.039,92

f
35.500.000,-
8.388.581,85

1.700.000,-
5.765.287,50 2.593.606,20
t 53.947.475,55

f
1.680.100,-.–
15.500,-
11
34.726.000,-
1.638.750,—

72

15 Augustus 1923

DE TWENTSCHE BANK

AMSTERDAM ROTTERDAM ‘s-GRAVENHAGE- DORDRECHT – UTRECHT ZAANDAM

Maandstaat op 31 Juli 1923

DEBET

Aândeelhouders nog te storten 90 pOt: op aandeelen B,
waarvoor waarborg gedeponeerd ………………….

Deelneming in de firma’s:

B. W. BLIJDENSTEIN & Co., te Londen;
B. W. BLIJDENSTEIN Jr. te Enschede;

LEDEBOER & Co., te Almelo,
f
7.985.000,—, waarvoor in
geld gestort ………………………………….

waarvoor effecten gedeponeerd ……………………

Deelneming in bevriende Bankinstellingen ….
f
9.971.037,58
waarvoor in geld gestort ……………………….

waarvoor effecten gedeponeerd ……………………

Effecten van Aandeelhouders

gedeponeerd bij bevriende instellingen …………….
ten eigen gebruike …………………………….

Kassa, Wissels en Coupons …………………………

Nederlandsche Schatkistbiljetten en Schatkistprömessen Saldo’s bij Bankiers:

beschikbaar voor eigen gebruik ………………….
voor rekening van derden ……………………….

Prolongatiën gegeven ………………………………

Eigen Effecten en Syndicaten ……………………….
Credietvereeniging …………………………………

Af: loopende Promessen

f

1.695.600,-

51

f
1.550.000,-

6.435.000,-

7.353.837,58

25
2.617.200,-

3.000.000,—
,,- 29.238.900,-

36.406.100,-

23.797.788,99 43.643.033,25

f
4.646.836,31
12.203.825,02
16.850.661,33

11.712.590,-
10.869.318,97

f
62.666.646,5.1.

,, 10.685.300,-

51.981.346,51
49.223.661,87
2.797.43 7,27
4.431.664,15

Voorschotten tegen Onderpand of Borgtocht en Saldi Rek. Crt. t 50.Ö28.661,87

Af: loopende Promessen

…………………..
………

,,

805.000,-

Voorschotten op Consignatiën ……………………….

Gebouwen

………………………………………..

CREDiT

Kapitaal…………………………………………

Reservefonds ………………………………………

Buitengewone Reserve
Waarborgfonds Credietvereeniging ……………………
Reserve Credietveieeriiging

……………
…………..

Aandeelhouders voor gedeponeerd als waarborgvoor 90 pOt.
storting op aandeelen B:
Effecten …………………………
Contanten ……………………….
in Leen-Depot Effecten …………………………
Contanten ……………………….

Totaal Effecten ………………………….

…,,

36.406.100,-

Totaal Contanten ………….. . ……………

1.654.250,-
Zieken- en Pensioenfonds ………………..
.1

1.752
7
423;98
Deposito’s ………………………………………..

40.735.235,19
Prolongatie-Deposito’s

……………………………..
te öntvangen en te leveren Fondsen

1.269.911,01
Saldi Rekeningen Courant
…….. … …..
……… … …

t
85.973.907,89
,,

voor gelden in het Buitenland .

,, 12.203.825,02
Credietvereeniging ……………,, 4.403.853,54
102.581.586,45
Te betalen Wissels ………………………………..
,, 23.185.438,57
Diverse Rekeningen.. ………. . ………………………

2.374.319,17

Totaal……
f
266.998.039,92

Auteur