Ga direct naar de content

Jrg. 8, editie 366

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: januari 3 1923

S JANUARI 193

A UTEURSRECHT VOORBEHOUDEN

Economisch~Statistische

Beri
cchten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE RIJNVAARTCOMMISSIE

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

8E JAARGANG

WOENSDAG 3 JANUARI 1923

No. 366

INHOUD

BIz.

1919-1922 door
Prof. Mr.
G. W. J.
Bruins …………
2
De Ontwikkeling der Sociale Verzekering tot Sociale Voor-
zorg 1 door
Mr. W. E. M. Werker ………………3
Het Rubbervraagstuk door
J.
A. Ruys ………………
6

AANTEEKENINCEN:
Het aandeel van de suiker op Java in de spoor- en
tramwegen
………………………………
9
Enkele minimumloonen uit collectieve arbeidsovereen-
komsten
………………………………..
10
De Duitsche concurrentie in China ………………11
BOEKAANKONDICING:
M. G. de Boer: Geschiedenis der Amsterdamsche
Stoomvaart, bespr. door
Prof.
Dr.
E. Brugmans ….
12
OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN
……………………
13

MAANDCIJFERS:
Productie der Kolenmijnen
……………………
14

STATISTIEKEN
EN
OVERZICHTEN

………….
15-20

Geldkoersen

Effectenbeurzen.
Wisselkoersen

Goederenhandel.
Baukstaten

Verkeerswezen.

INSTITUUT

VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J.
Bruins.
Redacteur-Secretaris van het weekblad:
D. J.
Wansink.

Secretariaat: Pieter de Hooghweg 12, Rotterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telefoon Nr. 3000. Postchèque- en girorekening
Rotterdam No. 8408.

Abonin.ementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland f 20,—. Buitenland en Kolonrién f
25,-

per jaar. Losse nummers 50 cents.

BERICHT.

i)e Centrale Rijnvaartcommissie heeft besloten,

dat cle resultaten van haar werkzaamheid zooveel mo-

gelijk ter kennis van het publiek zullen worden ge-

bracht. Te dien einde heeft zij besloten met een

aantal periodieken een regeling te treffen. Wat Ne-

derland betreft is dit blad door de Commissie voor de

publicatie harer mededeelingen uitgekozen. –

Wij zijn gaarne in de voorstellen der Commissie

getreden.

3
JANUARI
1923.

De .iiaderi.ng van de jaarswisseling deed de geld-

vraag nog toenemen, zoodat direct na de feestdagen
de markt nog weder vaster was. Particulier disconto

was 3
7
/8
k
4 pCt. De prolongatierente noteerde
4%

pCt. De laatste beursdag deed echter r•eds eenige

ontspanning zien, zoodat de prolongatienoteering op

3% á
33%
pCt. terugliep; desniettegenstaande vas- op

de ultimo, vooral ook door den korten arbeidstijd, de

geldvraag zeer groot.
*

*
*

Blijkens den heden verschenen weekstaat. ‘i’an de

Nederlandsche Bank valt ook ditmaal weder een vrij

aanzienlijke
stijging
van het opereerend kapitaal der

centrale credietinstelling te hoeken. De post binnen-

landsche wissels geeft een vermeerdering van 27,2

millioen te zien, die ook thans weder voor het groot-

ste gedeelte voor rekening’ komt van den Staat het

bedrag der rechtstreeks bij de bank geplaatste schat-

kistpromessen nam in de afgeloopen week met 10 mii-

lioen toe. De beleeningen blijken in totaal met 7,2

millioen te
zijn
gestegen, een vermeerdering, die uit-

sluitend de effectenbeleeningen betreft (de goederen-

beleeningen liepen zelfs met bijna 3,3 millioen terug)
en voor het grootste gedeelte voor rekening komt van

de agen.tsehappen.

Het renteloos voorschot aan het Rijk nam met 91

millioen af. De zilvervoorraad verminderde met oit-

geveer 260.000 gulden. De post papier op het buiten-

land bleef nagenoeg op dezelfde hoogte. Diverse reke-

ningen onder het actief stegen met één millioen gul-

den. De biljettencirculatie liep i:n de afgeloopen week

met bijna
38 millioen op en overschreed zoodoende

weder het milliard. Rekening-courant saldi daalden

met 13,4 millioen, het beschikbaar metaalsaldo met

5,4 millioen. $

Op de wisselmarkt ging slechts zeer weinig om.

Londen was opnieuw aanzienlijk vaster en ook New

York was weder zeer gezocht. Met uitzondering van

Parijs en België was de stemming vast.

LONDEN, 30 DECEMBER 1922.

Toen na de Kerstvacantie des Woensdags de zaken

werden hervat beheerschten de komende maand- en

jaarwisseling de geldmaikt volkomen. Er was onmid-

dellijk een groote vraag naar Januari-credieten en op

alle dagen werden
belangrijke
bedragen bij de Bank

opgenomen, veelal voor window-dressing. Zoodoendo

bleef daggeld ruim en was k 114 pOt. verkrijgbaar,

saldi zelfs á 1 pCt. Voor Januari-geld werd in de

open markt 214-3 pCt. en meer betaald. De disconto-

markt was ietwat flauwer en wissels waren sterk ge-
vraagd op de verwachting van ruim geld in de eerste

dagen van de volgende maand. Ook Treasury Bilis

werden toegewezèn tegen een lager percentage, te we-

ten pCt.

Zevendaagsch geld …………..

214-3 p€Jt.

2
,
-mndá prima bank-accept …….. 2% pCt.
3-mnds. prima bank-accept ……..2%—°/ ])Ct.

4-mnds. prima bankaccept

2°/— pOt.

6-mnds. prima bankaecept

2%_
11
1
p(1.

3- en 4-mnds. handelswissels
-. ..
3-334 pCt.

6-mnds. hanclelswissels

……….
3%-14
‘pCt.

2

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

3 Januari 1923

1919-1922.

Ruim vier jaar ligt het geweld van den wereld-

oorlog achter ons. In de economische geschieaenis
zal deze na-oorlogsperiode voortleven als het, tijd-

perk van de meest heftige conjunctuurgolf, die de
wereld in de ruim honderd jaar, dat van een con-

junctuurversch)jnsel in den modernen zin gesproken

kan worden, heeft doorgemaakt. Na de Napoleon-

tsche oorlogen is het prijsverloop, dat in vele op-
zichten met hetgeen deze jaren te aanschouwen heb-

ben gegeven, een frappante gelijkenis vertoont, niet

minder abrupt en de val niet minder groot geweest.

De wereld, die thans door dien prijsval getroffen

werd, is echter oneindig meer geïndûstrialiseerd en
het is met name in den industrieelen en commer-

cieelen bovenbouw onzer economische organisatie,

dat de conjunctuuromslag zijn ver reikenden invloed

gevoelen doet. Bovendien, wat zich toenmaals in

hoofdzaak tot enkele West-Europeesche landen be-
perkte, heeft thans de geheele wereld getroffen.

Het is voor den tijdgenoot steeds een stout bestun
de geschiedenis van zijn eigen
tijd
in tijdperken. te
verdeelen. Toch heeft hij vermoedelijk recht, dit uit

economisch oogpunt voor de afgeloopen jaren te doen
en is mitsdien het opschrift van deze enkele beschou-
wingen gerechtvaardigd. Negatief blijkt dit uit de

verwachtingen, die over de toekomst worden uitge-
sproken.

Tusschen de stemmen, die zich in deze dagen doen

hooren omtrent hetgeen 1923 ons zal brengen, is als
steeds belangrijk verschil. In de Vereenigde. Staten

is het optimisme onmiskenbaar. En inderdaad blijven

voor het oogenblik de statistische gegevens de alge-

meene opleving, die men daar in het laatste hal:fjaar

meent te bespeuren, bevestigen. Niet alleen is in vrij-

wel alle richtingen de quantiteit van productie cci
omzet gestegen, doch zelfs is het niveau der groot-
handel’sprijzen weder eenigszins omhoog gegaan, een

stijging welke door de werking van het nieuwe tarief,

hoezeer dit
ongetwijfeld
voor tal van artikelen de
spanning tusschen de wereldprijzen en die i.n de V. S.

vergrooten. moet, slechts voor een deel verklaard
word t.

In Europa is de toon gereserveerder, maar toch ook
hier meenen velen, dat het diepste dal der depressie

gepasseerd is. Van verschillende neutrale landen na-
dert de valuta weder de goudwaarde, terwijl ook voor
Engeland 1922 een belangrijke stap naar een definitief
herstel der pariteit beteekent. De werkloosheidscij-
fers zijn nog steeds zeer ernstig, doch vertoonen met
dat al – in Nederland vergelijkenderwijs nog het

minst – een neiging tot dalen. Een rustpoos vaii en-
kele maanden in de daling der wisselkoersen van de landen met lage valuta heeft aan de concurrentie uit
die landen haar acuut karakter voor een deel ontno-
men en ook hier in Europa meent men in verschil-
lende richting een begin van een zekere verlevendi.-
ging to bespeuren. Met
dat
al realiseert men zich.

dat nog een moeilijk en ondankbaar tijdperk van aan-
passing voor de deur staat, in de eerste plaats wel
in de huishouding van den Staat.
Is er dus verschil en zelfs zeer sterk verschil in

graad van optimisme, in éôn opzicht is er overeen-
stemming, en wel hierin, dat, tenzij de politiek we-
derom met ruwe hand in het gebeuren ingrijpt en na-tuurlijk behoudens verdere onvoorziene gebeurtenis-
sen, cle komende tijden gekenmerkt zullen zijn door
een zeer g cl e i d e 1 ij k conjunctuurverloop, een
langzaam en moeizaam proces, doch een proces, waar-

in acute schokken voorshands niet te verwachten zijn.
1-lierin ligt het . verschil met de jaren, die achter
ons liggen en dit geeft het recht, die periode als een
afgesloten geheel – 1919 tot eind 1920 de na oorlog-
,,boom”, daarna de ineenstorting en eerst in den loop
van 1922 de ombuiging van de dalende lijn in een
nieuwe horizontale richting – te beschouwen.
Het is deze acute conjunctuuromslag, die tegelijk

de afgeloopen jaren maakt tot een periode, leerrijk als

geen andere. Zoowel uit wetenschappelijk oogpunt als

uit een oogpunt van economisch beleid ook voor rus-

tiger tijden – voor den staat zoo goed als voor iederen
koopman – is de afgeloopen periode van het aller-
grootste gewicht en het zal de taak der komende

jaren zijn om met het beter inzicht, waarove.r wij
l:hans achterna de beschikking erlangen, uit dit tijd

perk de juiste conclusies te ‘trekken en de opgedaie
ervaringen hun volle nut te doen hebben.

Een enkele zeer algemeene opmerking mag, zonder

dat men zich schuldig maakt aan voorbarigheid, ech-

ter reeds thans worden gemaakt. En dat is deze, dat

in dit tijdvak wel zeer duidelijk aan het licht is ge-
treden, over welk enorm weerstandsvermogen het

economisch organisme onzer samenleving beschikt en

hoezeer in dit organisme evenwichtzoekende krach-

ten naar voren treden, zoo spoedig een ruwe schok

dit evenwicht verbreekt. Niet door zich schrap te
zetten, met de kans op breuk en blijvende ontwrich-

ting, worden de schokken opgevangen, maar elastisch.
Het organisme geeft mede, maar juist hierdoor – wij
hebben dit in de afgeloopen jaren gezien in het
vCi-
loop van het prijsniveau, in dat der wisselkoersen en
in zoovele andere verschijnselen – worden de krach-

ten opgeroepen, die de beweging in haar tegendeel

doen verkeeren en het evenwicht herstellen. De slin-
ger slaat hierbij aanvankelijk misschien te ver in de

andere richting door en voor de individueele onder-

nemingen, die dit gebeurén in het beklemmend ge-
voel van algeheele eigen onmacht medemakan, maakt

dit de gevolgen des te ernstiger – voor de geheele

maatschappij is het een genezingsproces, een herstel
van het oude levensevenwicht.
En sterker nog
;
zelfs daar, waar het optreden van

den Staat oppervlakkig een volstrekte ontwrichting

van het genoemde proces ten gevolge zou moeten heb-
ben, toont het economisch organisme over krachten

te beschikken, die dit optreden, wat de meest vitale

belangen betreft, neutraliseeren. Niet natuurlijk

daar, waar de Staat aan liet organisme zelf de seheji-
nende hand slaat. Gaat, als in Rusland de Staat zoo

ver, dan is liet ook met het weerstandsvermogen ge-
daan nn kan slechts aan den dag treden, hoe lang aan

den eenen kant nog op het kapitaal uit een vroegere
periode kan worden geteerd en aan den anderen kant

hoe moeilijk de wederopbouw is.
Daar, waar de Staat evenwel het organisme intact
laat en zijn ontwrichtenden invloed beperkt tot liet ruilmiddel, is de zaak anders. In de centrale landen
en met name in Duitsehiand heeft de wereld thans
voor het eerst voor oogen, wat een vrijwel tot het

einde voortgezette inflatie voor een land met ve
doo:rgevoorde industrialisatie en een zeer talrijke niet-
agrarische bevolking beteekent. Wat de Staat in deze
jaren gedaan heeft, is geweest een voortdurende crea-
tie van nieuwe, geheel op consumtie gerichte koop-
kracht. De vitale belangen van het economische oi-
ganisme eisehen daarentegen, dat deze consumtie niet
verder wordt opgevoerd als met de handhaving van het kapitaalbezit en de vorming van nieuw kapitaal
is overeen te brengen. Inderdaad is dit het geval
geweest. Door de daling van de waarde van de eenheid

van liet ruilmiddel is toch de reactie van het econo-
misch leven op het ontwrrichtend overheidsingrij-
pen deze géweest, dat, wat als een toevoeging van
nieuwe koopkacht was bedoeld, in het wezen der
zaak niet anders heeft kunnen zijn dan een verplaat-
sing, waarbij ten koste van ontzaglijke ontberingen
van
belangrijke
en voor het cultuurleven van het volk
onmisbare groepen, ten slotte het productief orga-

nisme intact is gehouden en, voorzoover de koers in
het buitenland nog sneller viel, zich tijdelijk zelfs
een grooter deel van de totale koopkracht heeft zien
toevoeren dan voorheen. De eonjunctuuromslag van
1920 i5
dientengevolge aan deze landen voorbijgegaan.
De moeilijkheden, die
bij
stabilisatie deze landen zullen
treffen en practisch ten deele reeds treffen, zijn

1
3
Januari 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE ,BERICH-TEN-5

echter -in het wezen der zaak- van soortgelijken aard.

Zuivering en evenwichtsherstel heeft de genoemde

conjunctuuromsiag, als gezegd, aan de landen met

hooge valuta gebracht. En dat niet alleen op econo-

misch gebied, doch ook voor de. volkspsyche. Ook hier –

hebben de onmiskenbaar ontbindende krachten, die

gedurende de ,,boom”-periode aan den dag traden,
weder plaats gemaakt voor middelpuntzoekende en is,

hoezeer uiteraard spanningen in het maatschappelijk,

organisme nimmer ontbreken, toch, niettegenstaande
zeer velen, ook van de minder bedeelden, het thans

moeilijker hebben dan toenmaals, veel- van de oude

hechtheid teruggekeerd. Zooals Keynes het in een

zijner boeken juist uitdrukt: ,,It is the profiteer, not

privation, that inakes man shake his chains”.

Ook nog in ander opzicht heeft de conjunctuurom-
slag zuiverend en verhelderend gewerkt. Een’van de
meest fatale gevolgen van de aan de conjunotuurom-
slag voorafgegane periode – niet alleen in het be-

stuur van den Staat, doch ook in het bedrijfsleven.-
is geweest het gevoel dat ,,ailes kon”, dat, de natuurlijke

grenzen, aan de uitzetting der uitgaven gesteld, waren
weggevallen. Vraagt. men -zich af, wat hiervan de oor-

zaak is ge.weest, dan is het- antwoord in laatste in-
stantie dit, dat aan alle kanten vergeten is, datin een
tijdperk van prijsstijging niet de toeneming van de –
opbrengst in geld winst beteekent, doch dat onder,

dergelijke omstandigheden alleen dan van winst ge-
sproken kan worden, wanneer de
wezenlijke
koop-
kracht, gemeten naar. de in prijs gestegen goede-ren, is

toegenomen.

Ook hier heeft de -conjunctuuromslag zuiverend ge-

werkt. Hoeveel zgn. ,,00rlogswinst”. in het wezen der
zaak intering van kapitaal is geweest, is – in vele.

gevallen helaas te laat – bij den opvolgeuden prijs

val aan den. dag getreden. De prijsdaling .’beeft hier.,
den valschen
schijn
gebroken en beseft wordt weder,
dat het ten slotte gaat om een ruil van goederen en

diensten, waarbij geen maatschappelijke
groep zich, in ruil voor het doet haar
gebodene-een grooter aandeel verwer-
ven kan dan ten koste van andere groe–
pen’) of ten koste van het kapitaal-

bezit der maatschappij.

Ongetwijfeld is er, als in ieder tijdperk van ont-
wrichting,
mogelijkheid
van extra winst en..is er ook

thans nog tot zekere hoogte gelegenheid tot uitwisse-
ling van goederen en diensten met den vreemde op ah-

normaal gunstigen- voet. ken m.a.w.
tijdelijk
één uur

1)
Hoezeer (Ie verschuivingen in het – inkomen van, ver-
schillende groepen – op de .’beloöning van ambtenaren en
werklieden in overheidsdienst hebben doorgewerkt, blijkt uit
de volgende statistiek, opgemaakt door het Internationaal
Jrbeidsbureau en gepubliceerd in het 9e nummer der Re-
constructieserie van den Manchester Guardian-. Er is naar
gestreefd in de verschillende klassen telkens gelijksoortige
groepen op te nemen. Klasse
1
zijn de laagstbezoldigden.

Indexcijfers van het werkelijk inkomen (vi6r oorlog
= 100)
van verschillenrie klassen van personen in staatsdienst
eind 1921 of begin 1922.

1

Enge- Noor- Frank- Duitsch- Oost-en.
Bul-

K asse. land

wegen

rijk

land

rijk.- garjt –

.l’

121

101

128

86

127

103
2

104

88

81

67′

89

80

96

74 –

64

46,2

39

43

4
1
78

68

48

37

27

29
57,

66
1
1
7
57

36

31


17

19

Bijzondere aandacht verdient Oostenrijk. Immers zijn de cijfers juist. dan blijkt, hieruit dat de koopkracht van
de laagstbezoldigden – blijkens de toelichting ongeschool-
de werlçkrachten – vergeleken met 1914 zelfs is vooruitge-
gaiu en dat wel met een percentage, dat bij dat van
Frankrijk, het hoogste van (le lijst, nauwelijks nchterstaat.
En dat in een land, dat zonder oogenblikkelijke hulp van
elders zou zijn te gronde gegaan! Waarlijk, de taak van
hen, die voor de belangen der geldgevende mogendheden heb-
ben op te komen, van den nieuwen commissaris-generaal
in de eerste plaats, is niet gemakkelijkl

eigen arbeid, worden. ingewisseld tegen een grooter-

quantum vreemde arbeid. Dit voordeel, voorzoover het
een voordeel is, is evenwel-gering vergeleken bij het’ –

verlies aaii nuttig effect, dat van de -ontwrichting

van .het zoo gevoelige, en zuiver loopende ruilmecha-

nisme van v66r den oorlog het onvermijdelijk, gevolg
1
is. Het resultaat is dan, ook,,dat reeds om deze reden,.
waarbij zich nog verschillende andere voegQn, tegen-

over eenzelfde quantum arbeid als v66r.den-oorlog ge:
middeld slechts een geringer consamtie kan-staan dan
toenmaals.

Wanneer dan ook voor de groote massa dci arbei.-
dende bevolking in een groot deel van Europa – ook.

hier te lande – de mogelijkheid van consumtie per

quantum arbeid totdusver grooter is in plaats van

kleiner dan v66r den oorlog, dan is dit overeenkom-
stig het zooeven opgemerkte alleen mogelijk ‘door ecn
meer dan evenredige achteruitgang van andere groe-
pen der bevolking en in de meeste gevallen ten kost.e

van het maatschappelijk ‘kapitaal of althans van de
nieuwe kapitaalvorming, waarop de gestegen belastin-gen nog-verderen druk leggen’.

Slechts langs één weg is werkelijke verruiming van

consumtie bij gelijke arbeidsprestatie bereikbaar’ en
dat is langs den weg van vooruitgang der
,
techniek,
waardoor aan dien arbeid, gesteund door het betere-

technische hulpmiddel, grooter rendement wordt gege.- –

ven dan voorheen. Deze-weg blijft echter, hoezeer’ook.
in de’ laatste .decenniën versneld, een geleidelijke en
eene, die bovendien voldoende kapitaalvorming tot on-
misbare voorwaarde heeft.

Nieuw zijn beschouwingen als deze niet. Wel echter
is nieuw, dat wederom beseft wordt, dat zij niet met
een schouderophalen kunnen worden voorbijgegaan.

Vân – de plaats gehad hebbende-conjunctuuromslag is
dit mede eender -goede gevolgen.
B.

DE ONTWIKKELING DER

SOCIAT1E
,
VERZE
2

KERING TOT SOCIALE VOORZORG:

1.

De omsiachtigheid en de dure administratie onzer-
sociale verzekering wekken veler ergernis.- Daarom
spreekt het vanzelf, dat de dagbiadartikelen en de
brochure van Mr. 0-roeneveld, chef der afd. .rbei- –

dersverzekering aan het departement van Arbeid, be-
vattende een ,,Plan tot’ bezuiniging en vereenvoudi-
ging onzer sociale verzekeringswetgeving” in breede
kringen aandacht trokken. Mr. Groeneveids plan stemt
voorts voor een belangrijk deel overeen met het in de
dagbladen gepubliceerde schema,, dat de Regeering
hij den Hoogen Raad van Arbeid aanhangig maakte
als grondslag van behandeling voor het sociale verze-
keringsvraagstuk. De inhoud van het plan is dus in
hooge mate actueel.
Nu sta op den voorgrond, dat Mr. Groeneveld hoofd-
lijnen aangaf. Men kan het eens zijn met
zijn
criti-
sche beschouwingen, terwijl men zijn plan van opbouw
verwerpt: Wat. dit laatste aangaat, is het wederom mo-
gelijk, dat men accoord gaat, geheel of gedeeltelijk, met zijn ideeën omtrent de
materie
der verzekering,
terwijlmen
zijn
organisatie-stelsel
afkeurt.
– Schrijver tracht dan in groote -lijnen het geheel te
omvatten.- Zijn.critiek op de bestaande wetgeving is
o.i. scherp en juist. Immers de Ongevallenwet brengt
inderdaad nog de geheele machinerie der Rijksverzeke-
ringsbank in beweging voor ieder letsel, hoe ldein het
ook zij. Die ongevailenverzekering verzekert voorts
collectief de arbeiders van een verzekeringsplichtigen werkgever met premiebetaling aan .de hand van loon-
lijsten,,
terwijl
de invaliditeits- en ziekteverzekering
individueele verzekeringen der arbeiders kennen; voor
de invaliditeitsverzekering met premiebetaling door
het plakken van zegels op rentekaarten, voor de ziekte-
verzekering doon premiebetaling in geld.
Ook zijn de categorieën der werkgevers en der ar-beiders voor eiken tak van verzekering verschillend.

4′

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

3 Januari 1923

Eindelijk is er bonte verscheidenheid in het organi

satiestelsel. Bij de industrieele ongevallenverzekering,
thans nog centrale uitvoering door de Rijksverzeke-

ringsbank, behoudens mogelijkheid tot risico-over-

dracht. Bij de invaliditeitsverzekering uitvoering

deels door de Rijksverzekeringsbank, deels door de

Raden van Arbeid. Bij de Landbouw-Ongevallenvcrze-

kering – ten slotte – uitvoering naar keuze van den

werkgever, hetzij door een bedrijfsvereenigiiig, hetzij

door de Rijksverzekeringsbank.

Schrijvers critiek op de verwarring stichtende ver-

selteidenheid in de bestaande wetgeving deden wij

dus geheel.,

Thans zijn ideeën met betrekking tot den nieuw-

bouw van de
materie
der verzekering.

Allereerst
onderschrijven
wij zijn gevoelen, dat er

een einde moet komen aan de confusie die ontstaat,

wanneer de verschillende takken van verzekering niet

geheel op dezelfde arbeiders, reap. werkgevers, toe-

passelijk zijn.

Het komt ons eveneens juist voor, dat schrijver aan
de sociale verzekering een ziekteverzekering ten grond-

slag legt, die aan den arbeider
bij
ziekte gedurende

tenminste 6 maanden 80 pOt. van zijn loon waarborgt,
met premiebetaling door den werkgever. Evenzoo gaan

wij accoord met schrijver nu
hij
de premie niet meer

individueel per arbeider wil doen betalen, doch col-

lectief voor alle arbeiders in loondienst
bij
een bepaal-

den werkgever. De premie wordt dan eenvoudig ge-

heven in den vorm van een bepaald percentage vali

het verloonde bedrag. Wijl, zooals later blijken zal,
ook voor ongevallenverzekering en invaliditeitsver-
zekerin g collectieve verzekeringen aller arbeiders bij

én werkgever zouden
zijn
in te voeren – met heffing

van zekere percentages van het loonbedrag – zou
de eenvoud zeer bevorderd worden. Eén opgave, ôén
premie, één contrôle voor alle verzekeringen. Het

stelsel is dus gemakkelijk voor den werkgever, en

eenvoudig voor de administratie, vooral wijl de mdi-
vidueele registreering en premie-vereffening voor

iederen arbeider bij de ziekte- en invaliditeitsverzeke-ring zouden kunnen vervallen, indien schrijver geheel

aan
zijn
stelsel vasthield. –

mde ziekteverzekering betrekt Mr. Groeneveld ni.et
de zielcteverzorging, wijl hij de ziekenfondsen popu-
lair acht. De arbeider behoeft z.i. niet rechtstreeks tot
toetreding bij die laatste verplicht te worden. Echter

wil
schrijver
tot verbetering vooral van de èhirurgi-
sche behandeling en tot bijdrage in de administratie-
kosten een Rijkssubsidie beschikbaar stellen van voor-

Joopig 2 millioen guldens jaars, die te vinden ware
uit de bezuiniging op de administratiekosten der in-
validiteitsverzekering. Schrijver meent toch, dat die

laatste een aanmerkelijke besparing zal leveren. Dc
afschaffing der individueele verzekering met haar
stelsel van rentekaarten en de invoering der zooeverl
vermelde premiën als vaste percentages van het ai-

beidsloon, eindelijk de toekenning van eenheidsrenten

van
f 3,—
per week als ouderdomsrente en
f 4,—
per

week als invaliditeits-, weduwen- en weezen rente, zul-
len naar schrijver meent, zeker op de huidige kosten

ad
5
millioen gulden ‘s jaars een besparing van 3 mii-lioen gulden ‘s jaars brengen. Zoo worden dus ziekte-

en invaliditeitsverzeke.ring vereenvoudigd door den ombouw tot collectieve verzekering, met toekenning
van enheidsrenten bij ouderdom, invaliditeit en over-

lijden.
WTij koesteren voor deze plannen groote sympathie,

evenals voor schrijvers denkbeeld om de zorg voor de
kleine letsels uit bedrijfsongeval – in 1920 bedroegen
deze 05 püt. der 100.000 ongevallen, die in dat jaar
voorvielen – over te brengen naar de ziekteverzeke-
ring. De arbeider zal dan recht krijgen op ziekengeld,
en de administratie van het verzekeringsorgaan wordt niet voor ieder klein letsel in volleri omvang iii hewe-
ging gebracht.
In Mi. Groeneveids stelsel zal echter ook de heel-

en geneeskuridige behandeling der kleine bedrijfsiet-

sels door den ziekenfondsdokter geschieden en de he-

moeiing van het ongevallenverzekeringsorgaan zal zich

gaan beperken tot rentetoek-enningen en tot medisch

ingrijpen bij
belangrijke
letsels.

1-her echter scheiden zich onze wegen van dien van

Mr. Groen eveld.
Hij
deelt mede, dat vooral in de krin-

gen der medische Rijksverzekeringsbankambtenaren

de vrees bestaat, dat door zijn stelsel de behoorlijke

geneeskundige verzorging der ongevalspatiënten in

het gedrang zal komen, en Mr. Groeneveld wijt deze

vrees aan overschatting van de voortreffelijkheden van

eigen dienst, en onderschatting van hetgeen langs an-
deren weg kan worden verkregen. Wij gelooven echter

niet aan die oversehatting, en voor ons is het medi-

sche vraagstuk in de geheele sociale verzekering van

eminent belang. Indien er bestaat een
behoorlijke
spe-

cialistische, van overheidswege geoefende medische

voorzorgs- en contrôledienst, dan oordeelt deze over de

noodige prophylaxis;
hij
waakt tegen bedrog, maar

behoedt ook tegen te schriele behandeling;
hij
toetst

onpartijdig of invaliditeit al dan niet geweken is; maar

bovenal,
hij
zoekt wegen tot herstel en pleegt het in

de medische wereld gebruikelijke overleg met den be-

handelenden arts. Men kan zich denken, dat deze

dienst deel uitmaakt van dien der volksgezondheid, of
dat die dienst staat onder een onafhankelijke eigen

directie, maar ook, dat hij verbonden is aan de gede-

centraliseerde uitvoeringinstituten der verzekering

met medezeggende leiding vanwege de centrale orga-
nen. Het staat niet aan ons, een keuze in deze te doen:
maar dat er een groot volksbelang geschaad zal wor-
den, als men de onpartijdige specialistische medische

ongevallenervaring, gelijk die zich
bij
de Rijksverzeke-

ringsbank ontwikkeld heeft, zou opofferen, staat voor
ons vast. Kleine oorzaken kunnen groote gevolgen hebben, en. zal de busdokter van een groot zieken

fonds, zonder contrôle, de wellicht belangrijke betee-
kenis van een schijnbaar klein letsel moeten onder-

kennen? Wij weten, dat Mr. Groeneveld op bezuini-

ging zint; maar
deze
zuinigheid zou o.i. duur zijn.

Wellicht ook voor de risicodragers; want de verilap-
ping der medische voorzorgscontrôle moet haar weer-

slag vinden in toeneming der blijvende rentebedragen.

Wij spraken zooeven over den behandelenden zie-

kenfondsarts, en hiermede raken
wij
het tweede onder-

deel van Mr. Groeneveld’s stelsel, dat ons wel gewaagd
voorkomt. In afwijking van de ontworpen-Ziektewet-
Kuyper en -Veegens, ként de Ziektewet-Talma alleen

ziekengeld toe, doch verleent
zij
niet heel- en genees-

kundige behandeling, wijl Minister Talma moeilijk-
heden met de niet-ambtelijke medici vreesde. O.i. ten
onrechte, want bij de uitvoering der Ongevalleriwèt

leverde deze medewerking geen moeilijkheid. Nu zou

men ook in Mr. Groenevelds stelsel de ziekteverzor-
ging kunnen invoegen. Doch wijl de werkgever cle
volle premie voor het als ziekteverzekering to ver-
leenen ziekengeld betaalt, heeft – waarschijnlijk

om deze reden – Mr. G-roeneveld bezwaar tegen
opneming van de heel- en geneeskundige behandeling
in de Ziektewet. Waarom echter? Men kan toch
afwenteling der premie (geheel of gedeeltelijk)

tot het bedrag van de waarde van het risico d.r

ziekteverzorging op den arbeider mogelijk maken.

Juist nu de ongevallenletsels onder de Ziektewet zul-
len gèbraeht worden, is het nobdig, borg te drâgen, dat
de mediseh-chiiiurgische behandeling en ziekenhuis-

verpleging na overleg met den ambteljken medischen

voorzorgs- en ontrôledient evengoed blijven als dit
bij cle Rijksverzekeringshank het geval was. Maai-ho-
venal: mede om de afweneling dQr ongevalienletsels

op de ziektcvcrzekering, moet de verzekering in zake
ziekteverzorging
verplichtend
zijn, en mag men niet

afhan]ceijk
zijn
van de vraag, of de arbeider wellicht
ti,jciige hulp derft, wijl hij om geldelijke redenen zich
niet (leed inschrijven hij een ziekenfonds.

Wil Mr. Groeiieveid den weg uit van liet zieken-

3
Januari
1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

fondswezen te verbeteren, door de ziekenfondsen, die redelijke premiën heffen, van Rijkswege te subsidiee-
ren – mits zij contrôle aanvaarden van den overheids-
medischen voorzorgs- en contrôledienst – dan bestaat
daartegen bij ons allerminst bezwaar; ook niet tegen

het bedrag van 2 millioen gulden ‘s jaars. Wijl ixe-
mer deze
goede
ziekenfondsen ook voor chirurgische
behandeling der ongevalspatiënten veelal zullen zor-

gen, behoort rekening te worden gehouden met het
feit, dat het bedrag van
f 1.850.000,
dat de Rijksver-
zekeringsbank thans blijkens haar verslag over 1020
aan heel- en gcneeskundige behandeling ten koste leg-

de, dan goeddeels aan deze subsidie kan worden be-

steed. Goede chirurigsehe behandeling wordt aldus

verkregen, zonder dat de premiën te drukkend wor-

den. Wij meenen echter, dat deze subsidie niet –
zooals Mr. Groeneveld wee scht – mag worden gevon-
den uit de besparing op de administratiekosten der
invaliditeitsverzekering. Hierop komen wij aanstonds
terug.

Thans zij er dus nadruk opgelegd, dat o.i. de medi-

sche voorzorgs- en contrôledienst, èn de verplichte
verzekering, die ook ziekteverzorging omvat, in ccii

stelsel van sociale verzekering, dat compleet is, niet
kunnen ontbeerd woiden. Besparing, die hierop ge-

vonden zou worden, mag o.i. niet worden aanvaard.
Evenals bij de ongevallen- en ziekteverzekeringen,

wil Mr. G-roeneveld dus ook voor de invaliditeitsver-
zekering collectieve premieheffing tot een bepaald
percentage van het arbeidsloon der arbeiders bij een
bepaalden werkgever, en wenscht hij eenheidsrenten toe
te kennen, ad
f 3,—
per week als ouderdomsrente, en
ad
f 4,—
per week als invaliditeits-, weduwen- en wee-
zenrente. De werkgever raakt dan bevrijd van het zegel..
plakken; en de ingewikkelde Overheids-administra-

tie, die uit de vereffening der rentekaarten voortspruit,
met haar eveneens ingewikkelde cartografie, wordt be-
langrjlc vereenvoudigd. Mr. Groeneveld meent, dat de
besparing
01)
de huidige administratiekosten, die thans

f 5
millioen beloopen, wel
3
millioen ‘s jaars zal be-
dragen en hij wil hiervan 2 millioen besteden voor
Rijkssubsidie aan de ziekenfondsen. Hiertegen hebben
wij bedenking, om de navolgende reden. Mr. Groene-
veld is er niet bliiicl voor, dat, hoezeer de door hem
toe te kennen reritebedragen gedurende de eerste 15
jaren
gelijk
blijven aan liet bed Lag, dat een verzekerde
volgens de bestaande
WTet
als maximum kan verkrij-
gen, daarna krachtens die huidige wet hoogere maxi-
ma kunnen worden bereikt, zelfs tot pLm.
.f
6,— toe.
Kuhr. wijst er echter op, dat dit hoogere maximum
eerst na een verzekering van
40
jaar zal worden ver-
worven ce dan nog slechts indien gedurende die 40
jaar elke week een zegel van 60 cents is geplakt. Maar
Mr. Groeneveid erkent nochtans, dat reeds na 15 jaar
de bestaande wet gelegenheid geeft om hooger mad-
mum te verwerven, clan schrijver zich denkt. En. in-
dien nu een verzekerde wegens niet plakken door
zielcte of wcrlcloosheicl het al niet brengt tot een rente
van
f
6,—, dan is toch elke gulden, dien hij haalt
hoven de door, schrijver gedachte eenh.eidsrente, voor hem van het grootste belang. Die
15
jaren, waarna na-
deden kunnen intreden, zijn spoedig voorbij, en het is
voor hem die nadeelen ondergaat, een schrale troost,
dat een ander, die jong invalide wordt en die onder
de invaliditeitswet-Talma nog slechts een onbetee-

kenenide rente zou hebben gehad, 66k een eenheids-
rente van
f4,—
erlangt. Hadden wij voorkeur voor
het individueele plaksystcem, dan zouden wij erop
wijzen, dat een stelsel van eenheidsrenten, dat geen
rekening houdt met den duur van den loondienst.
rooeiljkheid geeft, indien tijden.s werkloosheid of
ziekte, intreedt.invalichiteif of leeftijd van 65 jaar, dan

wl overlijden plaats vindt. Maar wijl wij het stelsel dcx collectieve verzekering met eenheidsrenten op

zichielf zeer aannemelijk achten, meenen wij, dat vooi
(leze moeilijkheid een oplossing gezocht en ook ge
vonden moet worden. Wij hopen zelfs, dat niet teveel
consequenties mogen worden verbonden aan een op-
merking, die Mr. Groeneveld maakte bij het debat na

een door hem gehouden rede voor de Vereeniging voor
Levensverzekering, toen hij volgens de eourantenver-

slagen antwoordde: ,,dat een eenheidsrete niet be-
paald noodzakelijk is”. Inderdaad laat collectieve ver-

zekering met vast percentage van het loonbedrag als

premie, dc mogelijkheid open voor gradueel verschil
lexide uitkeeringen. Doch zullen dan factoren als

ouderdom, loonbedrag en duur van de dienstbetrek-
king weder in aanmerking worden genomen? Dâu ver-

dwijut echter mede de eenvoud van het stelsel en de

eenvoud der wiskunstige administratie. Mr. Groene-
veld erkent terecht, dat de door hem gedachte rente-
bedragen zeer bescheiden zijn en in ongunstige ver-

houding staan tot het verdiende loon. Het door hem

beoogie correetief, dat de arbeider voor zich en zijn
betrekkingen vrijwillige verzekeringen zou sluiten, ten
einde hoogere uitkeeringen te verwerven, zal in ar-

beidersgezinnen, die voor zware lasten staan, i:n ver-

band met de op te brengen premie allicht moeilijkheid
leveren. Vooral indien voortaan bij de vrijwillige

ouderdomsverzekering, gelijk voorgenomen is, niet meer de Slaat, doch de verzekerden zelf de admini-
strati ekosten zullen betalen.

Ten einde de erkende bescheiden rentebedragen al-

thans iets te verhoogen, zouden wij allereerst willen
aanwenden de door Mr. Groeneveld op
f 3
millioen
‘s jaars geschatte besparing op de administratiekosten
der invaliditei.tsverzekering in verband met de af-
schaffing van het individueele zegelplakstelsel.
Maar voorts meenen wij erop te moeten wijzen, dat
schrijver zegt:

Naar alle waarschijnlijkheid zullen echter ook cle lasten,
welke thans voor den Staat en het bedrijfsleven uit dc in-
veliditeitswet voortvloeien, in een stelsel als hiervoren door
mij ontwikkeld, geringer worden. Bij den wiskuudigen op.
zet der Invalicliteitswet is immers gerekend op een hoo-
gere rente in de toekomst, zoodat waarschijnlijk zoowel op
de staatsbijdrage als op cle premiën een zeker bedrag zou
komen Vrij te vallên.”

Om de zaken zuiver te zien, moet men natuurlijk
den wiskundigen opzet van beide sooiten van verze-
kering en de feitelijke uitkomsten der huidige invali-
diteitsverzekering voor zich hebben. Doch, waar Schr.

erkent, dat de door hem gedachte rentebedragen zeer
bescheiden zijn, daar wra
r
e liet o.i. min gëoorioofd,
om wdt er Vrij komt, door gew’ijzigden wiskuxdigen

opzet en door besparing op de administratiekosten,
niet ten goede te doen komen aan de zeer bescheiden

rentebedragen. Op die rentebedragen valt toch o.i.
niets te .,besparen”.

Uit deze beschouwingen zal – naar wij meenen
gebleken zijn, dat de besparing op de invaliditeitsvcr-

zekering, aanstonds weder een noodzakelijke aanwen.-
ding vindt, en-dat die welke voort zou vloeien uit de
inperking van. den medischen voorzorgsdicnst bij dc
‘ongevallenverzekering, niet toelaatbaar zou zijn. Het-
geen werkelijk bezuinigd zal worden, wordt gevonden
‘uit liet achterwege laten van administratic:f onderzoek
bij kleine ongevallenletsels en door den nieuwen op-

zet der ziekteverzekering (die intusschen thans nog
niet ingevoerdnis) en waardoor deze behoed blijft voor
het individueele systeem. Gelijk de afschaffing daar-
van bij de invaliditeitsverzekering inderdaad geeft de

reeds vermelde besparing. Hoezeer wij dus toejuichen
de nuttige vermindering van administratiekosten, die
voortspruit uit de aanvaarding van de collectieve pre-
miebepaling bij invaliditeits- en ziekteverzekering, en
hoezeer wij ook toejuichen de afschaffing van admini-

stratief onderzoek bij ‘kleine bedrijfsietsels – dit laat-
ste zal’ ook bij de huidige wetgeving door aanhangig

wetsontwerp verdwijnen – meenen wij evenwel, dat
men zich moet’ hoeden voor misverstand, als
Schr. van het nieuwe plan zegt, dat het grootste deel
van de administratiekostên voor de uitvoering der on-

gevalleerzekering, welke thans rond 3X
,
millioen
gulden bedragen, komt te vervallen.
Evenzoo zij menvooizichtig met de besparing ad
3

3. januari,, 1923.1

‘millioen gulden op de thans
f
5 millioen beloopende
administratiekosten de ‘invalidititsverzekëring.
.
Dii’

mindere’omslag voor het’publiek deinperking der ad-

ministratie en’ denuttiger aanwendig van geld ziji
1
echterzakén;diéwij -bijzonder’ op ..prijstellën; enhét

collëbtieve prémiestelsel;alsmede het achterwege lateii

van-onnoodig administratiefôndeizoek’bij kleine let-

sels’ kinnen- dat voorzeker-bengen:-

Men-ziet’dus;;dat-wij,wat’ de materie der sociale

verzekéring bètreft-

al prijzèn wij ‘de groote lijn in

MrT G1oenevelds’stels’el

betreuren,, dat hij aan haai.

mediichè zijdè geen-recht deed wedervaren, en dat hij

voor de’ toekenning der oudei-doms- en invaliditeits-

renten kleinere ‘maat bezig4e; da’n noodig schijn’t,-‘ter-
wijl to.i. de gedaiihte béspairing opde administratie-

kosten tot, misverstançl.zou kunnen leiden.- Boven dit
alles uit gaat echtei- een ander bezwaar, dat wij hebbéja.

tegen’Mr Groeneveids systeem in zake’de
materie
dei’

sociale verzekering.

Hét,gaat hier,, om de zeer principieele vraag, of het-t

wenschelijk” is; d sociale’ verzekering als vorm van
sociale voorzorg (verzorging) te beperkén tot perso-

nen,.di als’arbéider. iii ,lo’ondienst.
zijn.
Men kan uit

hofdé van béginsel ‘de’ meenirig zijn.toegedaan, .dat.
hetgeen de arbeider ontvangt,behoort samen te han-

gen .met-‘dobr-hem,yerrichten loonarbeid, terwijl,nin
dièn-hij los van zijiarbêid’iets”ontvangtuit hoofde-‘

van ‘verzekering -hiervoor door hem premie moet’zij,rf»

betaald; hètgeen de- overhèid hem»uit
.
andeienhoofde

zou verstrekken;- zou-
hij
ontvangen- als’ armenzorg.

Daartegenover kan men-

alv.edr om- dei- willé’ van

.béginsel
.
d&’opvatting ‘hûldien, dat voor’bepaalde

ijcategorieën van personen in bepaalde omstandigheden,’
los van loondienst;zorg moet worden gedragen;- zonder
zorg het .karakter verkrijgt’vancaritas:Men
t

I
m
~
sociale’verzorging-gaat

n die’ laatste meening zijii-toegedaan;’omdat’het bij
,

n om hét, individu èn

!geIneeiiSCbap, ,èn
4
,om .behôud, ,
va
,p
ro
dictieermogeri,

.;diëloshvan loondienst ook.betrokken zijnbijde’inyali-

diteit der huisvrouw; bij de zorg voorde.moeder bij..
de medische prophylaxis.ende,opleiding tot.ander,be-

roep ,van,het. door,,invaliditeit, bedreigde of’getro’ffen7
kind,;,bij de zorg yoor.oudenyan dagen uit vrjeberoe-

peien uit’. kleinen middenstançL..,


‘Mr. ,Groenevelds,brochwe spreekt,niet overeen uit-
breiding,deT yerzekering buiten den arbeidel-,
.
noch

over. de, ontwikkeling ,tot sociale voorzorg. Maar ‘ter

zake ,vande, rede yoor de Vei-eenigixgyoor Lëvensver-

1
zekering,waarvan wij bovcn,gewagrnaakten, héefthij

volgens.,verslag in., de, dagbla’denop door Piöf. ‘Hol-‘
Iwerda gemaakte opmerkingen geantwoord, ‘dat wij ‘ga. ‘,feite1ijk al een verzorgingssysteem hebben, ,wat echter

gernaskeerd

.wordt
.
door het verzekeririgs’ezen”.”De

huidige Regeering,zal dit o.i.willeh toegeven, want»

1
.

blijkens haar schrijven aan den Hbogen Rad.van Ar,

beid ‘wenscht
zij
te komen tot een overzichtelijkafge-

rond.geheel van wettelijke, regelen n.opens de verzeke-

‘ring ran’
in’, het bijzonde-
,de’,loonarbéiders; ,waaruit’

‘blijkt dat
zij
eenszins hét oog sluit’ voor de”niogehjk”
‘héid, dat de voorzorg in
het algemeen
ook tot anderen

‘wordt’uitgbreid. Dit kwam trouwens reeds’eerder ,int,
gezien hét feit, dat in de’ ivaiiditeits- en ongevallert’

verzekeringreeds’aan weduwen en weezen van
;
.arbea-‘

t
ders wordt’ gedaôht; het blijkt ook ‘uit’ sommige,,ca-

‘.tegorieön, di&
c
iii
de’ ouderdomswet 1919 ‘betrokkin
ijj.
enook ,wel uit regeeringsuitingen omtrent bijzon-
«dere kindeizorg. Dë bovenaangehaalde passus’ in, het

j
Rd’geeringsschi-ijen aan

den Hoogen

Raad ‘van Ar-

4beid .wordtdus duidelijlçindien men in het oog houdt;
,dat r Régeeringswege, in deze .geen gebondenheid

aaneenige doctrine .bestaat. Wij
Z?fl
niet héen,over.

I
de diepere vragen van levensbeschouwing, ,die,erJ’n,
jdeze rijzén en.wij meenen zelfs.dat de,strjd daarover,
sineiraet studiô gestreden zou ku,iinen worden; wij
t

weten ook,’ dat d& hüidige aera in vele, opzichten wei

licht dwin’gt,.tot beperking., Maar men.zij toch
j
zeer,

voorzichtig met een al .te strak bi’çie’n,van.d&,sociale, verzekering aan het lo’ondiênstbegrip, want eenerzijds’

beperkt men, erdoor de uitwikkeling tot groepen, die

d& verzorging van nooçle’ hebben, en anderzijds,moet
vel ‘de, vraag rijien,’ waarom juist .de werkgever belast
wor
dtL
me
t d& ko’sten, eener sociale’ verzekering, —.wij

zouden – die daarom zeker geenszins- op deh arbeider
willéii,leggen

welke kosten den productieprj’s ver-.

hoogen, terwijl’zij in tijde’n, van crisis’,niet kunnen
‘worden afgewenteld op,dd’ verbi’uikers. ,Diïs de’ pro-.

diicti.& bélemmeren.

Een,,evohïtie’ der sociale verzekêring,tot ,socialen
volk’swaarborg

waarbij ‘hatuulijkde, vraag rj’st, of,

men,dezen bèreiken wil langs ,wegen als dié der v.rj-‘

willige ouderdomsverzekering,of vel ‘dat ,men ,de’ cate-,

gorieën de’r verplichte verzorging
-.
id’s -van loon-,,
dié’nst

wil uitbeideh, met aanwijzingvan.de
mid-‘
delén tot dekkiiig,

een zoodanige evolutie mag niet

uit het oog worden verloi-en, indienmen,eeu.systeem.,

b’ouwt,-dat wellicht voor lange jaen onze .soéiale yer-‘

zekering zal.beheerschen.

Mr: Gi’oeneveld bespreekt dit’ vraagstuk ‘in zij bio:,

chure niet,, maar juist de negatie is ,,van :het aller-
grootste belang, en ,zij “sleept, zoo aanstonds,hâre ge
volgen na, zich,
bij
de inrichtig ,van ,de’ organisatie,
der,verzekeri,ng.
WJH.

M.
WERKER:Ç

HET RUBBER VAASTUK

Tôèn ‘iri”hét’ najaar van 1920 de-prji van i-ubberga-

weldig’viel-is’ ‘door ‘de”belanghebbénden ‘in-Eiiropa de

%raag-overwogen ‘of’maatregelen’ ddorgevoerd zoud&n

künnen- worde- om-den»marktprijs van -plantageniib-
ber’ op» een»-béter •peilterug’ te bengen- Dé’ over–

groote meerdei-Iièid van-dein Ei’i’i-opa’ gevestigde mb-‘

berproducenten isintwee’lichamen vereenigd, ‘ni: in’
d&’Rübbér
;
Gi’owers’Associition -te Lônden- en ‘in -de»
Internationale Vé’reeniginig voor d&’Riibbércultuur in
Nd’deHandsèhliidië’ te -‘s-Hâ’ge,’- Waar nu-de Biitsche
Koloniëii- en’- Pïotectoraten- en’- de

Né’derlandsche
Kôlo’niën’te’zamen -in»de’ld’atste

jaren -circa 88″p0t’

van:’ de ‘-gehëe1e’-‘were1d6pbrengst’aan- rubber -voort-
brachten-leék het-niet’ onmogelijk doèr samenwerking

tot prijsverbetering- te ‘geraken?’

Dè’ in Oôtobr 1920 gehoudeh ledenvergadering van
de Internationale’ Vei’eeniging verklaarde zich

met
bijna algemeene stemmen in béginsel v66r het voorstel

van de Rubber Gro’wers’. Ass. om de productie met 25
pOt.’te beperken. Hdt ‘gevolg is dan ook geweest een vrij’
algemeene
vrijwillige
productiebeperking van de’leden
dci- béide Ve’reenigingen met
25
pOt. van den geschatten’
normalen oogst over de laatste drie maanden van 1920,
en met 20 pOt. van. den geschatten normalen oogst

over 1921’rde groote meerderhéid van de in béide ver-
eenigingexi, gecombineerde’ producenten, waaronder,
meer dah 70’pCt. yan hét in productie zijnde,met
rubber beplante areaal van de leden der Internatio-.
nale Vereeniging, gingen de’ verbiiitenis tot produid-
ti
ebeperking aan
– –

Dé wereid-roductie aan plantage-rubber, die

in
1.920 304.000 ton beliep, verminderde over 1921 dan
ook ‘tot 271:000 ton; doch de”vermindej-ing van de ge-

heele wereldo’pbrengst aan rubber, over 1921 met i-uim
14′, pOt, tegenover 1920 was ,blijkbaar niet voldoende,

om de productie eenigszins,op
gelijke
hoogte met de’

consumptie te brengen; althans heeftde prjs voor
plantagerubber, dié in Decembe1920 tot
.
-/10 per.
Eng. lb’ gevallen ,was, ,het
iii
,192î gemiddéld niet.

verder dan tot -/10 ‘kunnen brengen.
De ,,vrjsillige’ prodtictie-bepei’king ,was in zich’

zelve veroordeeld, ,in
:
hoofdzaak wel daarom, omdat het,,
op,den- duur immers onhoudbaar was, dat, een ,groot,
.aantal producenten

de .bézware,daaraan verbonden,

op ,zich bleven nemen, terwijl„van
c
de eventueel gun-

stige

gevolgen_daarvan.zij, die zich

buiten.’ de, beper-

king hielden?,ende, lasten niet mede ,droegen, in ,ge
lijke mate d& vruchten pIukten Na ,de’ze. periode van ,yrjwiilige, beperking is. men
dan ook,’ yooral,aan Hôllandsche zijde, over een ande-,
ren ,bôeg gap werken..en heeft men getracht doorop-,,

1
IJaarj9

vocring ‘van’de productieenveider bezuiniging een
“zod laag moiélijken kostpïijs’tevêrkrijgen; het ge/olg

was natuur
De p±ijzenvoorplantage:iubber’ c1iezich in de jarôn

1914/1919, giddeldsteedstuscher 2/:eri 3/ peF ib. bewogen ni1921: gemiddeld nog-/1O/2 béliepeu,

verder
,
‘gev’âilenen’ warenin de
,
maaden Augustus

en Septeihbei 1922’reedstot ‘-/6w daaid.
*

*
S

•.Niemand:za1 ontkennen’ dattde-poriode wan uiterst

lage
-prijzen;
Cdie, meerdan’twee taarheeftgeduurd,

.nietrhaaigoedtzijde heeft-gehad. i D
e
*
o
r
i
dn
rn
emers

twerdemgen oodzaakt hunné
bedrijven
te versoberen en

4e vereenvoudigen ;’hetpersoneel, Jnlatdgelilzoowél. als
Eurppeeschç’moest ‘zich met-,v.eelminder:dan
,
in de

.voorafgeanejareni1eerentevredenstclleri’en;âlie be-

trokkenen hebben: de les
;
.dierdeze tijden. zoo .-rijkel i,ji

geft; ontvangen.
..lMet -dat al:was ‘de. .rubber-eultuur tophet helleiid

vlak
c
gekomeu, ‘dat naar geheele ontwrichting leidt.

.Ongotwijfeld hadieen aantal’ ondernemingen,die’ oeder

zeer, gunstige omstandigheden’ werken, .het;rog gerui-
.meu $ijd.kunnen volhouden, -dôch met.prijzem van
16-%vkan;de. cultuur .zich op den. duur.. niOt- staande
houden. .,Wati;dit..voor -Nederland. enNederlandsch-

..J.ndië ,betekeutkan’smen; zicbeenigszins voorstellen
wanneer men ,weet,. dat in
,
onze Oost f450.000.000,—

-in de ..rubbcr-cultuur . is gestoken (waarvan

f
1,15.OØO.00O,_..Nederlandschkapitaal) en. dat fde . z.g.

Europeesche.aanplantingeneen oppervlakte -van meer
.dan.350.000 IIA. beslaan.
..Het ..belang var(Engeland bij – de : rubbercu1tuur..is
echter nog veel grooter In de laatste .jaren..toch .heb-
ben de Britsche koloniën en protectoraten ca. 67,9
pOt. van de wereldproductie geleverd (Nederlandsch
Oost-Indië 2O,6-pOt.)en blijkbaar, zijn .de oogenider
Britsche’regeering .tenslotte..opengegaan voorde

.ruïneuzegevolgen
ç
.welke de -oïitwrichting.van de rub-

berc’ultuur .voor,ihareJanden.-moest hebben…Zij.be-
inoemde ‘daarom een .Oommissie, -‘welke- om. .tot ..taak
h
a
d:.
om
t
ren
tmaatr,egelen..tot’.verbeteringvafl den.:he-

,staandenLtoestand van’advies 4edieuen. ..’Deze (lom-
.missie, .de •ommissie Stevenson,..heeft..in,.haar..rap-

•pôrproductiebeperking -naar .eenidoor_haar’ontwor-
.peni stelsel als middel..tot- verbetering, aanbevolen.
t.in ,hetbezit van bedoeld:rapport heft ‘de. Britche

,’.Regeering, alvorens -verdere stnppen te i doen, – zich tot

.de onzegeweiid.met-de.vraag of…Zij hereid;.was-,ertoe
.mede’.te werken;om.door..middel vâii.productiebeper-
.1ingstot .prjsverbetering.te.geraken.
De vraag of productie-beperking .imhetalgemeen,
en – door ..dc:…Regeering opgelegde .in_het..hijzonder,
moest worden voorgestaan: of..niet.-heeft.-ten onzent.
ttot,.uitvoerige.debatten,,00k..in.zdit bl&l,.-aanleiding
gegeven. iHet isallerminst jnebedoeiing-.’daar- nog-

.maals -op. in . te. gaan, doch .dk voel,dat eik .fniet
,over:.het r.rubber.vraagstuk. behoor .te. schrijven zon-
der ..mijn vlag -te 4toonen, hetgeen ik..doe’door -de
-volgende opmerking $emaken :.’ik.meen,’ dat .ergee-
.nerlei.,bezwaar- tegen.is door.samenworking.eenrprijs

vanreenig
i
product4op-.te voeren.tot…een…zoodanige

hoogte, dat de producent in stand gehouden. .wordt,

,mitsdit..binnenrzu1kergrenzen gezchiedt,- dat dege-
,meensc’hap alle product,dat’zemoodig.heeft,-.tot rede-
Jijke,prjzeu .vorkrijgt ;-egeerings-inmenging zoude ik
zoolang.rncgelijk..willen vermijden,; doch,-wannecr..ik
te.kiezen theb. tusschen-een itijdelijke .regeeringsinmeu-
ging .en.. geheele ontwrichting rvan.deproductie,.rnet
enorme kapitaalvernietigingals.gevolgda’ar.van,;dan

kies ik-het eerste.

‘S

‘Om’ nu niijnroveizicht’ vooPtezètten,hriiiner’-ik

‘er
aan
d
a
t
o
n
z
é Regeering;in hetUbeiitgekonen ‘van
het’ aanzoékande Eelicheornsamenwkingzich
teriake4daarvantomad’vie&t’ot’

eeiging’heft ‘geweûd’In ‘eene’4&Ienvergadering
dezeereeniing-i devraag öf’het iii h’etalgetieen

wench’elijk wordt geacht,’dat-wetiélijkeomaatreielenil

zullen worden,. getroffen ter tegemoetkoming aan de moeilijkhëden, waarin de r’ubber-cultutir . zich , voor
het oogenblik bevindt” bevéstigend beantwoord ‘door
122maatschappijen met een met rubber. beplante op-

pervlakte van”20’4.’3?4 bouws en otitkennend door 39
jnaatchap’pijen nfet100.801′ bouws. ‘Hoewel’ niet alle
plm’340’000 bij de Vereeniging ‘nangesloten met rub-
ber beplahte’bouws meegésted hebben, kan men toch

zeggen,eYdat’ circatwèderde’van
1,
dèl beplante ‘opper-

vlaktezich’i66rbedoelde”wettelijke’ atregelenMrez-

klaaide.
Van de totaal305.115’bouws,’ wélke”meéstemden,
behooren er, 104.038-.’aaniHollandsch, de ‘overige aan
rvreemd kapitaal;.en nw.is.het-opmerkelijk dat met’,

uitzondering .van -26000 bouws :Amerikaanschbelang,

die Seen uitzonderingspositie innemen,.d’ewijl.zij .’be-
hooren :aan,.fabrikanten. .van’.rubberartikeleii,-voor.’ Wie i
een lageprjs-eerder dan een.hoogo gewenscht-is
j
-na-ll

geheele. vreemde -kapitaalv66rn wettWke
maatregelen stemde, .terwijl van . het –Hollandsche

slechts’ eenderde er .voor was. –
Dit’ laatstemark ik geenszins op om :te betoogen

dat waar-het

,
itoliandsch .kapitaal – in meederheid

zich tegen ‘de wettelijke beperking . verklaarde, ‘onze
“Regering zich bij haro blisingen daai’doori zoide

mogenlaten leiden. Integendeel, de Regeringmagde
.meening van naanlöoze ‘vennootschappen, welker kapitaal in vreemde ‘.hajiden is,- niét aüders’ laten:
.w,egen’dan de stem van naamlöoze venndotschappen,
die .met Hollaidsch ‘.kapital wrken; beiden zijn

Nedrlandsche.ondeidanen en beiden’ hébben’.elijke”
verplicitingen, ddch ook. gèlijke rechten. De vraag – ddet zich nu voor, waaraan het te wijten
is,’ dat’ h’etHoladch kapitaal,’ dat in1’920 niet de
prdiictie-beprking meeging,.zich’in’1922 inmeer-

derheid – daartegen heft .verklaaid.
‘!’De voornaamste rdeu daarvoö] ligt mi; in’ de om-
stadïgheid dat bij het ‘Hollandkh kaitaal ‘d”mee-.
ningost”gevat-had,da Ndr1axds’ch’-In,’dië”als’±’ub-
berpr5dudtie:land .economich st3Trker’
staat.L
dan
1
de

“Britche pr6duotie4an’den;in”het bijzonder sterker
::d.’

het ehirilaid Malakka,dat’ougeveer’eveuve’e1

rubber’ vodrtbrengt”alsde
tezamenMen’meende ‘dat’eenlaffge priode valage

– prijzen in deierste
trhffen,:omdat, naar merimeeide; dit:gebied’door’ de
gev’blgen an’ovcrtapping .enrofbouw in’ h”et’ alge-

iroeten opövcnMer hoode
t
danbk elde’sf7elling
vkoiiçligen, dat prödictiebcperking’voor’Mala’kka

gcen bijzoidere ‘opdffering
te

iider’oiden

;gaanpr6duceeren dan in’de ‘voörafgegane jaren’h’et
gev’al ‘was geweest.
Bôlangliebbenden opJva’ ‘lebben liet’intuschen
wensch’e1ijk,gevonden’zichömtrent den’ ‘toestaid’op
Malkkkaakrheid’teverschffen”en ‘de Riibber9?o-
ducenten Vereeniging aldaar heeft
.
denhee±-G.”G.:
Schriek? Dircteur vaiP het’ Adviésbureau voor Land-
– bouw’akenbereid gcvodeneenreis”oveihet’ s’chier-
iland temkenôminzodrheid’devolgende”onder-
werpen intudie’ ‘te’-nemön:
” t
estand,,
‘onderneiiugscultuur;
‘toestad bev’lkingsciiltuur;
– ‘c. ‘k&stijzen1vanI’beide’ci1ltiïres;
d. klie.vraagstuk.


°Hetdoor den-heer’Schrieke’ ‘naar ‘aah1éiding’ van

het £ Arôhi’ef’voor’detRubbercültuur, ‘Jaargaïig VI,
no:’ 9
van!September’
1922;is “ëchter’géhëel’ anders
uitgevallen dan velen vetwchtullen ebbn.
) Iki ‘laat
Jhiersl&chtst
de” coric1uie ‘van” den heer
Séhriekevôlen:
)Conclusie:

Het ibbrbdrjf’i
lS9ijdternstig
nider’ de
nialaisernaar bzién uit” hètogpuiitanoncutren-
tiestrijd staat hei vérjelijkenderivijzestrk,
want: ‘

8

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

3 Januari 1923

het tuinonderhoud is goedkoop en onder de om-
stand igheden voldoende;

er is overvloedig en deugdelijk werkvolk;
de bonen zijn niet bezwaarlijk; er is voldoende bast;

de f.o.b. prijs is laag en nog meer te drukken;

de oogsten zijn nog belangrijk te verhoogen;

fabrieken en gebouwen zij ii in redelijken staat;
de gezondheidstoestand is bevredigend.

Schrijver is overtuigd dat een strijd tusschen iia-

lakka Schiereiland en Neder]andseh-Indië voor the
survival of the fittest geheel hopeloos is en slechts
zal leiden tot wederzijdsche uitputting.”

Het is te betreuren dat de reis van den heer Schrie-

ke niet eenige maanden eerder werd gemaakt, want ik

kan mij niet voorstellen dat het resultaat daarvan op
de vertegenwoordigers van het Hollandsch kapituti

niet van grooten invloed zou geweest zijn bij het in-

nemen van hun standpunt ten opzichte van dc door

de Britsche Regeering gevraagde medewerking tot
wettelijke productie-beperking.

Intusschen echter had onze Regeering reeds afwij-

zend op de vraag der Britsche geantwoord en daar-

mede was het produetie-beperkings-vraagstuic voor de
Nederlandsclie belanghebbenden voor het oogenbli.k
van dé baan.

Doch de Britsche Regeering heeft de handen niet

in den schoot gelegd. Zij heeft den maatregel, dien zij,
samen met onze Regeering had willen nemen voor
haar eigen productie-landen doorgezet, zoodat op het

Schiereiland Malakka en op Ceylon op 1 November 1.1.
wettelijke maatregelen in werking zijn getreden, die

in hoofdzaak op het volgende neerkomen:

Als ,,standaard” jaarproductie van eene onderne-
ming wordt aangenomen de productie dier onderne-

ming gedurende hte tijdvak 1 Nov. 1919-31 Oct. 1920.
Van deze standaard productie kan de producent,
zoolang de
prijs
van plantage-rubber tenminste
1/-
beloopt, 60 pOt. uitvoeren zonder over zijn geheelen

uitvoer in dat jaar in een zeer veel hooger uitvoer-
recht dan het normale te vervallen; is de
prijs
van
plantage-rubber gedurende drie opeenvolgende maan-
den gemiddel.d tenminste 113 geweest, dan mag hij
daarna tot 65 pOt., en is de
prijs
gedu±ende drie op-
eenvolgende maanden gemiddeld minstens 1/6 geweest,
dan mag hij in het volgende kwartaal 5 pOt. van zijn’
standaard-productie meer uitvoeren dan in het voor-
afgegane kwartaal; en indien de prijs gedurende eenig kwartaal gemiddeld minstens 1/6 geweest is, dan mag

hij in het volgende 10 pCt. van zijn standaard-pro-ductie meer uitvoeren dan in de voorafgegane drie
maanden. Gaat de prijs van plantage-rubber achter-

uit, dan wordt de exportvrijheid weder beperkt; en
wanneer de
prijs
beneden 1/- mocht vallen dan zal de
exportvrijheid zelfs tot minder dan 60 pOt. van de
normale productie ingekrompen worden. Ter tege-
moetkoming in bijzondere gevallen wordt een groote
vrijheid gelaten.

Het systeem is er dus in de eerste plaats op gericht
de productie aan te passen aan de consumptie en
daardoor een redeljken prijs voor den rubber te kun-
nen verwachten; de bedoeling zit niet voor den prijs
onredelijk op te zetten, hetgeen ook daaruit blijkt dat

de export-vrijheid voortdurend wordt verruimd, niet
alleen wanneer do
prijs
boven
Y
3
stijgt, doch ook ivan-
neer deze zich slechts op gemiddeld 4 handhaaft,

eene noteering, die voor plantage-rubber laag genoemd
moet worden; wanneer do prijs slechts lang genoeg
op gemiddeld V
3 blijft
wordt de export

vrijheid prae-
tisch weder onbeperkt en blijft zij dit zoolang rubber niet beneden dat
cijfer
valt.

Waar nu de Britsche productie-landen ruim 75 pOt.
van alle plantage-rubber leveren en de meeste Engel-
sche producenten in onze Koloniën zich bij de voor
Malakka en Ceylon afgekondigde beperking aanslui-
ten, zal deze zich stellig over 80 pOt. van de geheele
plantage-rubber-cultuur doen gelden.

Toen dan ook bekend werd dat de Britsche Regee-
ring hare heperkingsplannen ging doorzetten, is de

prijs van plantagerubber, die in September tot -/6%

was gevallen, in korten tijd boven het dubbele opge-loopen, zoodat hij zich in de laatste weken tegen 1/3

beweegt. Intusschen heeft de Amerikaansche indus-

trie van rubberartikelen, die circa tweederde van de geheele wereldopbrengst nan rubber afneemt en die
na den aanvang van de crisis in het najaar van 1920
werd gedesorganiseerd, als gevolg van sterk vermin-

derde vraag naar rubberartjkelen en den geweldigen

val in de prijzen der grondstoffen, zich weder her-
steld, zoodat de consumptie in Amerika weer een nor-

maal verloop neemt. Het lijkt dus waarschijnlijk, dat
de door de Britsehe Regeering genomen maatregel de

producenten zal heenhelpen over de periode, die ons
sehidt van het tijdstip, waarop de wereld alle rubber,
die geproduceerd kan worden, noodig heeft.

Door een en ander is ook de bestaansmogelijkkeid

voor een redelijke onderneming verzekerd; ik bedoel
niet dat slechte ondernemingen, plantages wier be-

staan uit economisch oôgpunt niet gerechtvaardigd is,

.kunstmatig in liet leven zullen worden gehouden; als

op ander gebied zullen dergelijke zwakken op den
duur toch teniet gaan. Doch ,,survival of the fittest”

in dien zin, dat ook de goede en redelijk goede onder-
nemingen elkander onderling zoo lang zullen beoorlo-

gen tot een aantal hunner in den loop der jaren het

zal moeten opgeven om voor de overblijvenden vol-

doende ruimte te laten, deze strijd zal niet gestreden
behoeven te worden. Ik juich dat toe, want de kapi-

taal-vernietiging, die er het gevolg van zoudo geweest

zijn, kan m.i. niet dan een groot nadeel voor de ge-
meenschap beteekeneri.

Het is thans niet mijne bedoeling de vraag onder
het oog te zien of onze Regoering al dan niet er vl

aan deed. de door de Engelsehe voorgestelde samen-
werking op een terrein, dat toch ook voor onze Kolo-

niën zoo uiterst belangrijk is, te weigeren. En ook al
zijn er, na hetgeen in de laatste niaanden in zake het
productie-beperking-vraagstuk is geschied, stellig

nieuwe opmerkingen te maken, ik wil het v66r en te-gen onbesproken laten en kan zulks te gemakkelijker
dewijl do vroeger gemaakte tegenstelling: ,,productie-

beperking èf survival of the fittest” niet meer actueel
is. Immers de door de Britsche regeel-ing genomen
maatregel heeft reeds zôôzeer zijn invloed doen gel-
den, dat van een survival of the fittest á outrance
geen sprake meer is; iedere redelijke goede onderne-ming kan weder bestaan.

De productie-beperking brengt echter voor de
ondernemingen op Malakka en Ceylon mede, dat hun
kostprijs wordt verhoogd en
zij
de eventueele winst
moeten derven op dat deel van hunne productie het-
welk zij wel zouden kunnen oogsten maar practisch
niet kunnen exporteeren; weliswaar zijn de behaalde
voordeelen veel grooter en heeft de Britsche regee-
ring, naar het zich laat aanzien, het pleit voor hare
productie-landen gewonnen, doch de ondernemers in
die landen moeten zich aanmerkelijke opofferingen
getroosten.

‘De voor Malakka en Ceylon behaalde voordeelen
gelden evenzeer voor de Nederlandsche Koloniën; ook
wij profiteeren van den invloed, die door hunne
productie-beperking op den
prijs
van rubber is ver-
kregen, doch tegelijkertijd zijn wij vrij; wij behoeven geen productie-beperking toe te passen en onze kost-
prijs wordt niet verhoogd.

Hierin nu ligt een groote onbillijkheid. Men moet
deze opmerking niet op een zijspoor trachten te bren-
gen door mij. tegen te voeren, dat het aan ieder van
ons Hollandsche ondernemers vrij staat eveneens tot productie-beperking over te gaan, wanneer de onbil-
lijkheid ons hindert; neen, eerst wanneer de onder-
nemers in de Nederlandsche koloniën inzake. 4e pro-
ductie allen op denzelfden voet behandeld worden als

3
Januari 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

die iii. de Engeisehe productie-landen zal de onhil-

lijkheid zijn weggenomen. Men kan tegenstander van

productie-beperkjng zijn z6oveel men wil, doch de uit

den tegeuwoordigen toestand voortvloeiende onbil-
lijkheid blijft bestaan, zoolang wij ons niet bij de

Britsche maatregelen aansluiten.
Vooral waar thans de tegenstelling ,,productie-

beperking ôf survival of the fittest” is opgeheven en wij de voorstelling niet kunnen handhaven als

zoude Nederland ach-Indië als rubberproductie-land
zooveel sterker zijn dan Malakka, zou het mi. alle

aanbeveling verdienen met de Engelsche productie-
landen, wier belangen met de onze gelijk loopen, één

lijn te trekken. Doch afgezien daarvan maakt de uit

den tegenwoordigen toestand voortvloeiende groote
onbillijkheid samengaan m.i. noodzakelijk. Bovendien,

laat men onbilljke toestanden lang bestaan, dan loopt

men het gevaar van slechte gevolgen.
Mijne rneening is dan ook, dat het voor alle belang-
hebbenden, en niet het minst voor onze Regeering,

aanbeveling verdient, deze zoo belangrijke aangelegerL-
heid in haar nieuwe phase nogmaals ernstig onder

het oog te zien. J. A.
RuY.

Rotterdam, December 1922.

AANTEEKENINGEN.

Het aandeel van de suiker op Java in

d e s p o o r- e n t r a m w e g e
n.
– De Suiker-En-

(1uêtecommissie, weiker rapport einde 1921 verscheen,
heeft blijkens door haar gedane berekeningen gecon-

stateerd, dat de opbrengst van vrachtgoederen, langs

de spoor- en tramwegen op Java vervoerd speciaal in
verband met de suikerindustrie, achtereenvolgens be-

droeg in 1916
f
5.551.934; in 1911
f
5.316.006; in

1918
f
6.411.364; in 1919
f
6.385.354; in 1920

f
1.621.163 of wel resp. 28, 25, 30, 264 en 28, 8 pOt.
van de totale opbrengst van het vrachtgoederenver-
voer in deze jaren. Het rapport vermeldt voor 1920
een cijfer van 12 pOt., hetwelk echter, blijkens het
in dit rapport vermelde cijfer van suikervervoer, op

een rekenfout moet berusten.
In een der nummers van den jaargang-1918 van het
tijdschrift Vragen des Tijds heeft Mr. H.J. Boeien
er de aandacht op gevestigd, dat over 191ë door de
verschillende spoor- en tramwegen – uitgezonderd
N. I. S. – op Java aan goederen totaal werd vervoerd
1.148.000 ton, waarvan 2.298.000 of 32 pOt. op
directe rekening van de suikerindustrie kon worden
geschreven. Over 1916 werd totaal 8.101.000 ton ver-

voerd, waarvan 2.620.800 of 32,3 pOt. op directe
rekening van de suiker kon worden gebracht.
1
) Ten

einde nu aan deze cijfers een meer actueel karakter
te geven, is, aan de hand van de betreffende Jaarver-
slagen, nagecijferd wat dienaangaande over 1918 en
1919 valt te concludeeren, ten opzichte waarvan aan
het tijdschrift ,,Indië” (6e jaargang Afl. 32) kan wor-
den ontleend, dat van het vervoer langs de verschil-
lende spoor- en tramwegen van Java valt vast te stel-

len:
Vervoer in tonnen van 1000 KG.
Suiker, bibit,

Goederen

suikerriet,

totaal.

melasse.
Staatsspoorwegen (nor-

maal spoor) ……..
1918

6.129.000

1.511.000

Idem

……..
1919

6.329.000

1.359.000

N. I. S.

1918

1.538.000

481.000

Idem

……..
1919

1.600.000

458.000

Semarang Joana tram

1918

563.000

96.000

Idem

1919

586.000

107.000

Semar. Cheribon tram

1918

947.000

364.000

Idem

1919

907.000

353.000

Transporteeren ……..
1918

9.177.000

2.452.000

Idem

1919

9.422.000

2.277.000

1)
To beide berekeningen werd voor het totaal goederen-
vervoer de
N. IE. S.
buiten beschouwing gelaten, omdat deze
niet over de afzonderlijke cijfers van bibit, suikerriet en
me] asse beschikte.

Transport

…………
1918
9.177.000 2.452.000

Idem
1919
9.422.000 2.277.000
Serajoedal tram

……
1918
132.000
43.000

Idem
1919
188.000
80.600

Oost-Java tram……..
1918
108.000
69.800

Idem

……..
1919
133.000
85.000

Kediri tram

……….
1918
297.000
168.000

Idem

……….
1919
306.000
168.000

Malang tram……….
1918
242.000
107.000

Idem

……..
1919
294.000
100.000

Modjokerto tram ……
1918
150.000
70.000

Idem

……….
1919
165.000
80.000

Proholinggo tram……
1918
140.000
100.000

Idem 1919
150.000
110.000

Pasoeroean tram ……
1918
144.000
83.000

Idem
1919
178.000
89.000

Te zamen……
1918
10.390.000
3.092.800

Idem

……
1919
10.836.000
2.989.600

Deze
cijfers
geven aan, dat
de percentsgewijze ver-

houding van het vervoer, in tonnen, aan
suiker, bibit,

suikerriet en melasse
tegenover het totaal goederen-

vervoer op de verschillende
spoor- en tramlijnen staat

als volgt:

1918

1919

S.S…………………..
24,7
22,1
N.I.S .

………………..
31,2
28,6
Sem. Joana-tram ……….
17,1
18,3
Sem. Cher.-tram

……….
38,4 38,9
Serajoedal-tram…………
32,6 42,6
Oost-Java-tram …………
63,9
63,9
Kediri-tram

…………..
56,6
54,9
Malang-tram …………..
44,2
34,-
Modjok-tram …………..
46,7
48,5
P
rob.-tram …………….
71,4 73,3 Pasoer.-tram

…………..
57,6
50,-

Gemiddeld totaal ……
29,8

28,-

Wat aangaat de opbrengst van het vervoer, in
guldens, echter uitsluitend van suiker tegenover die
van het totaal goederenvervoer, voorzoover dat uit de
betreffende verslagen valt na te gaan – de N. 1. S.
b.v. voert splitsingen niet zoover door – blijkt dien-

aangaande:

Opbrengst in guldens.

Goederen-
vervoer.
Suiker-
Totaal,
vervoer.
Staatsspoorwegen

(nor-
maal spoor)

……..
1918
21.876.000 5.234.000
Idem

……..
1919
24.010.000
4.629.000
N. 1. S
1918
7.469.000

Idem

……..
1919
8.593.000

Semarang-Joana tram
1918
1.608.000
291.000
Idem
1919
1.717.000
351.000
Semar.-Cheribon tram
1918
2.251.000 609.000
Idem
1919
2.240.000 475.000
Serajoedal tram

……
1918
413.000
161.000
Idem
1919
568.000
296.000
Oost-Java tram……..
1918
120.000
62.000
Idem

……..
1919
133.000
57.000
Kediri tram

……….
1918
390.000

Idem

……….
1919
435.000

Malang tram ……….
1918
377.000

Idem

……….
1919
458.000

Modjokerto tram ……
1918
195.000
102.000
Idem 1919
227.000
117.000
Probolinggo tram…

..
1918
181.000

Idem
1919
184.000

Pasoeroean tram ……
1918
126.000

Idem
1919
136.000

Te zamen ……
1918 35.006.000

Idem ……
1919 38.701.000

Het percentage van de verhouding tussehen totaal
goederenvervoer en uitsluitend suiker, naar de op-
brengst in guldens, is dus het hoogst bij de Modjoker-
to-tram met 52,3 voor 1918 en 51,5 voor 1919; waarna
volgen de Oost-Java-tram met 51,1 en 42,9; de Sera-
joedal-tram met 39 en 52,1; de Sem.-Oher.-tram met
21,1 en 21,2; de S.S. met 23,9 en 19,3; en de Sem.-
Joana-tram met 18,1 en 20,4 pOt.
Uit de verdere cijfers valt af te leiden, dat het per-
centage vervoer suiker tegenover totaal goederen-
vervoer, in tonnen, het hoogst was bij de Probolinggo-

Alk
m€ar

……………..
,-, …….
Âstevdam …………….
-.
Arnlien
…………………………
Delft………………………..
Enschede ……………………….
‘s-Gravenhage …………..
-……….
Gto’ningen

……………………….
Haarlem

………………………
Heerenveen
..
.
….. .. ……
..- …….
Leiden

………………………..

Nijmegen
……….
‘ ………………
Roermond
……….
– …………….
‘RÔttedam

…………………..
Veeidam ……………………..

Velp……………………….
……………………..

……… ………….
..
‘ …..

1911
1922l’i9li
122
191111922

-‘
.77


–‘34,65
21

,
87
22
85J
-13,20
38,25
30
94

77


:34,65
“23
’87

80


36,-
’23
’87’
.77
-.
34,65

~
t 2 11
Y791


83
._
37,35
r27
1941

-80
-.36,-
24
87

80

36,-

94
471,
_
…31,95
118
57 20
77
.11,-
34,65

187
17
..-77..
.10,20
34,65
-‘
.79
13
74
‘4
7,80
33,30

79

83

31,35
-.
94

t7
Ii

3,95
1U 9
‘ 79
“74
~
W74
.-

33,30
”-
“87 33,30
“-
.79
7,
80 1
-•-
-r

36.-
I26
1
94

9221 1911

81

89
81
81
75
89
81
89 54
81
75 75
89
75
81
75 89 75

14,58°
*

11,21
7

11,97

*

11,22°

0

ËCONISCHTIS’1’jSCflEJBEiICHTEN
3
januari
1923,

tmmet 58,6en 52,

esp. voor 1918 en 119 ;’ver
Enuêtecömmjsjezijn ‘oijt1ee±d.

Maar

boveniien
o1genskomen d&: Oost4ava-tram met 5,7 en 31,6
;
de Kedui tram met 42 1 en 38 9

de Mod)okerto tiam
bIijktwaeei. men ovei. 1915 ‘oteir met1919spèci-
r ficeert het
met37,3 en 37;de Sem.-Ohérib.-tram.met.
33,6
.enl

veivoe

peS S

aaw tonnen’suiker

siu
‘kerrietbibit; ieIasse;dathet percentagewi sseltvan
2,6;de Serajoeda1-tramimet 28 en 41;.de Pasoe
71totl22Ot?Detota1en;op

ekeningvan desiiiker-
roefitram

et.25 en 213; de N.I.S. met 23,2tien
218 ;de S.S.tme0»18,1 en 14,9; .de Sem.:ffoana-tram
1

industrie

ie+12,4 en 126;”en de’Maliing-tram met12,4’e’9,9
Echter’belangi’jjktblijkt
vier artikelen!

dok ‘het’tians-,
“pört’der
OtI{et totdalgemiddelde’is 21,9 voor 1918′ en 19,2
(233.000 “toh), ‘cemOnt 2(39.000 ton),’goe’nie “akken
vooi’ 1919.

,

.
.-Door het Suiker-yndioaat i
s
.
bij zijn leden een on-
“(28000 ton);ijzerwrk

(58:000 toa),kalk

(124.000.
“ton)kalksteen’ (34:000 “ton),’

mchinerieën
‘ (22.0001
derzoek ingesteldnaar de.betalde vraclÇtkosten in
anipAgne-1921vvo’or afvoer van suiker, tmelase e.d.
tôn)dat’totde aangegeveii’

hoeve’Mhden plaatsgreep
en.’voor aanvÖe.van bibit;Pateriaal en andere zaken,
in ‘1919 he

latst ‘jaa
r

v
arove
i:’dj

det’iiéijfer

tot
1ke ‘vooi het’siiikerbedrjf noodig..zijn. Van de to
tal1168: fabrieken;i die det desbetreffende vragen be-
‘oi. h’edenijn.gep’iibliceeid’Van
1
deze a iiIeleii’ komen’

.antwoordden,

blijkt, daL
t.
betaald…s.
f
17’302.198,06.
zeker zo’daige. aazien1ijke’hoeveé1hêden voor ‘ieke-

iing van’ dê123 fab.rieken,’dat’daarin’de veklaririg
Neemt men aan, dat het gemiddelde daarvan

per fa
is te vinden van’ de maige die’ de 22 tot
1
27 pOt rover
.briek.ad fi-i3.000; -ook voor, deroverige12.fabrie
1

dejaren’1915 tot”191.9

,

-ken,.diegeenigegevens .zoden;geldt, dan.komt.men

nu

céidt.

.

voor

11e (180)

fabrieken, op

een

totaal .van rond;
f
18.540.000.-. De omstandigheden, waarin verschil-

.

.

t’Blijkens beiekeiingen,, gedaan om voor’ fabrieken

lende.fabrieken verkeeren, wat de afstanden betreft,
van ‘erchullehdfliging” de’ spoorvrachten per pido1

waarovej zij ver’roeren; en dok ‘het verchilin, groottej
suiker resp. in 1916 en 1920 vast te s1len,’ blijkt’
dat deze bedroegen
per pidol:
onderling, zijn uiteraaidafijkend maar’war de ge-1
gevens
ij
over een zoo groot aana1′.fa1rieke.loopen,id
voor een fabriek iSidoardjo
.
.1916

0,12

:

g

0,16

de raing dezerroverschietende 42- n]et.te.gevaarlijk
te achten.

.
.

,,.
Kediri ……
1916

0,383- -1920

0,65

Mkdiocn1916 ‘0,42

2
-1920 ‘0,821
…..
Van-dë totaal423 fabrieken,.die vervoeren per S.S.,
verd’bij 102 beehikt over

de. ncodigets’pificatie.
Hieruitzietmen, -:dat de last -van. den. afvoer van

Deze

b’etaa1den

in

‘1921

totaal “aan ‘
de

S.S.
.«het
t’
product

op “deverder .afgelegen-.suikeronder-,

f
7.650:951,13, een gdiiddëldë dus vauf’75:000,- per
trnemingen4hafl.zwaargaat,drukken,zoo ‘zwaar
,
zelfs,

‘fabriek
-zoodat-voor’de’ totaal ‘123 fabrjeken,’ die per ‘datdemogeiijkhezd,dat deze-factor -voorenisele onder
;

S.S.

vervoeren”een ‘cijfer -‘van’r

d’ f’

200.000

1
emingen..bij .een-‘ zekere:prijzenconstellatie; -een.be-

’11


‘slissidewordt;-niet»buitengesloten is.’:Daarbijdient

anuthetbeg

f5b84 ,e
na1poor

f
69.’18470; -del te’taal’iopbrengstitaHeen
‘n oms en- e ee en

van

vari ‘het”goederenvervoer f30105579YLDe 123 fabrie-.

ken bovenvermeld zouden dus, is het metert9enke1e
.

E 1″lC e
1

‘rn’. n
t.
9fl
i’m,lo o
ne
n

uit r c o lie c-
benadering vastgestelde cijfer geheel juist, 29,9 pOt.
‘t ze
v

‘tt
er
bi dr o
ver e
ë
n’lc Ö’ms t en.-‘-
Uitt de
in de totaalopbsengstvan het vrachtverkeer S
.
S. bij
discussie over ,,edelijke:1ooen’ ;:onlahgsnt.ditblad

dagenaDit cijfer.ikan reeds daarom als juist aanvaard
-gevoeidtisieogieehs duidehjkgeblekenan’welke be-‘
wOi-den?
wijl
hetovereenstemt met de
cijfers
van voor
jaren, die

de
gaande

aan
tekenis een .’goed

lomistatistiek,e d.ir eene,7:waaruit-
he”werke]ijkiinkomen,iblijkt;is, daart.’anders
gedach-

GE.1ËE’TEN.

Typografisch ‘bedrijf
Handzetter (24 jaar).

Tjurlooii 1Week1oon

t)
lnThrmèrman

:

Utir1oor ‘-Wéek1oon’

oMetse1aar


Opperman

Uurloon

Wek1oon lUuirloon
1
Weekloc

1911’1’92
,

J19l19.22’19h1
‘i’92″I1911:

13,23
39,15

.87,

‘39,15


16120′
‘4130
“30
’94
1620′
‘42,30
“27

‘39,15
25
“87

*

.
‘39115
22
‘I5°)39;
“25
87 1
14,754t3915

19
1,23
7
3555
’22 <
79’T
13;86
J35
;
55
U9
14.31’4,30

ff94
‘-
-42130
14,40
39,15

87
‘ –
39,15

t.’
1
42,30
•-
94

42,30

11,34
25,65

57

25,65

3915

87

39,15

-i.t35,55

79

35,55


35,55

79
.
-,
35,55
-1
4230
—:
94

42,30
– –
1197.
35155
.


79

3555

-1′
:39,15
920.
87
*
39,15
17
-(.
:35,55
;22
79
14,52′
35,551
17
15,73
11
1
42,30
«–
94
•—.
-42,30

‘.’Zwo41e
‘-• ……….
••
. ……………….

137
—.’34.65
V22
179

14,52 :35,55
.._

79

3555


Ii

‘t’

1 Ndv.

1
Martvan’
1LMab,rt
1 1Nov f.16,80.

1:Ari1– 1 ‘Sept. ‘
14115.


,8)

,.

,

11
N’ov:-1 Maart;


t’ Maart-1 ‘Nov.-t’.
15
;
66
.
4)


1.Sepl,-1. April;
,,,, .
1.Apri1′-.1 Sept.
,,
15,38.

.’)-.’Berekend ‘naar een max.-a.rbeidsdag .v. 11′.uurip. dag ,rbïidsduui’ iii den svinter niet nader, geree1d, dôch inin’stens 8 uur p. dag.

2)
Week1oon.-van’ 1″Növ.
– lMaart; Van’ t Maa,it

1 INov. f’1I2.
‘117)

1 Sept.!11’April;

,,
1 Aii1″-1 ‘Sept.

11,69.

3
Jamiri” 1923

over ‘1oöi agtkikkeu
‘Ôpen

de

al fiddiu

i4’baai’nagr*flc

vkdn. ‘Ui ‘h

iti4ei. wnei[Îsin
•No.i8I!

rkiijen’ien
]
let mig(dan
‘io1

eMtiopdi.t’ge1iedrrogoo
‘tot I3aqi& is1irnven.

°hft
°iieki 1

eeii g ee1d’-

eiz5’dht Van “t1e

vkijkeoorenirtde
‘1a1ti1’iiD poribden;wrdn dit

0f
&aa’ oi b’ehftebstat.

é1itr’bp densegder irdi1str’ie”te ‘1i’ggenhi’er’hoil
‘rnock{teveMo1ïlen.
V81opig dititrnerf du’ te rrieir met”derie’roon

diien heft.tn
4
t1an: ‘ve1dienon

riiiding”o’iit1br4

SgegeVens

r

1lfliffltihï1’olytreiV’iii t

“tIe tY 1 ffanuri”1’9’2

deirde ort1ronlstr-

• e1keire d

dJtiee coottc’tti1
.
015
i

1Sub1iiCi’dtItor 1it Certt’raaf ‘Brneaua oordeSta-

t
t
ste
1
c
‘)

“*IVaar
4
g’ejijk..thans piet nadbr’

hôe’von

toe1.ichll,. het ë11’ijk iakbffiei1
‘.!oon vdelal aanieh)ijk oftieft; rndetjndzci
• ijfrrs iiliee:n dci beprkte ltdek’exiis 1dekeurren,
diq

:.ijhbber inzoover zij

ingen iii het grod1oon

br’ht’nn”eeri,
aviji’ng

zijn voor, het verloop, dat de lijn van hotwrkiij1
4

,loonifidsg!L1hedftverond.

*
,
D
eD.0
it
so
h ec.o n
C u
rr en .t•i e’i.n
0
h i
na.
•ueeds,in i92O’as .in..Gihina,.eeil- weder,®p1èvig.te .be!
lspeuon• éwaiij het. Duitsohe lement. Deze bewegitg,
s’c1ijft.Mr’
Roxjde
d3ri,tsehe. Oommercial Oonusellor

•’te Re1 gIinijî

pporlver Jii1i .1922, heeftrsinds-

1)9
Ovêrzichtnden.Qmvang. e119 den voesnamsten.In
Ooliectieve Arbeidsovereenkomsten’.op’
1
Januari
f922.

,•.

.Boëkbilf
der

L
Groudwerker

Loqdgieter

(24laar)

i000 •We1löon

WeskIebtt i’Iti1oon
iW4kloon
__________________

4

•,

9

119221
191 1 :&dgj2
11
1 j1.922
1
‘1.911
I’1g22 9191’1’li1922I +1911 .r1992

11’OiVdd en eer’

nhr®otsnssaïijiu

de

otakhet
.oiie1

k’ij

oegeixiniris
“rite

ijt1rijvenit’h’un

kentog
‘db±eJia heheden
tijze, ewáák i
ked

h’in’j

r1Ib1ae mam
,
n;tFeisi
”c1’i’mi!g

etid1 en he

1’ilnihiriit hic’hel ow
n
eètieg
if
d
ó

eiu gealaa
ffi$ttn
de#iden’woog ‘in’de

drnet-

Biitche’en
rèn
ora

ikbaar;isibij den
Enkele welbekende Duittche

vs
‘9ties’eo-r
riidilstie,

3alr
.ii;

etttie&1ct

scher&wai

wbencsi’ctdudoen9in
vdtn
vovnpi1ijre
‘d’ttcIes’

mndiede: Iuns
acties van twij±elachig

rien.
1n
Duitschers4udom-iineene,de poeitipractisch her
wonnen, aazin
‘zij
al
htin on’curtenten kunner
‘ôok’ zij.
Terwijl
Duit
khia’s áé iglo
:I~

gebn-
It
wken
e
in katoenen goe

aan hot her
leven ;’ziji

tefen’Ökgrôdte h’o’eveelheden papie:
‘n”‘haghai met goed

koope galanterieën,

optisch

pot
“lobennaldenj’schneen; measen’.enz:*frerijlrde Diit

§thhr9s?ten’7 vn>getreesrnisldeleinkireh
‘tiige
iuita.hetefeitda
‘hsnsrtike1en ‘thans incibijiiaelle Oh’iaieeschei spohe

isej

ldenswsard exfts1ea*aleterisiek,wo’or
keisbe!lri
j
f
[
VBm
iV-
rij
z
WIS9We,

8itrikfnan

II

‘On1’s


(211Ja’r)

lôon lWktoon1’Utir1crori

IV1
1″ti`922111911111922119111.11922101

1111
0
2211911

‘1 922

81

—I865.–
.

._

_34,65I._
._L

89 15,12.e 40,05 .28

94 .14;’84 420 .21
12
4851
1,60l2
3825 .18
’80
13,L’36,LL
20
—’81’-
81-3645–

-.

BI 12,39.36,5
– –
.

.
— —
80


’36,
4

-•

76*—L34,–
•-
’82
7′
•_.’1_

._.L
.. –

-.

89
12,12
10

4005

9

4230
202

84
12,
60
37 80

80

36

81
•- -_
3645–

p
86
-3 8
f7
0
V80
.

36,–
77
-34,50
89
‘,
~b

5
L
f9
4
—4330—.80
—’36,–‘—
80,.12,L1s36,

5
4
—)
2
4t
3
‘”—‘—

«—:”–.—-‘—
—I—-

81
-r35–
•._
.••-.
,•—)

;’771
..—,.345–
76
—”34,1

75
75



33,75

74


33:o
—.


89
—ri40;Ç5
.
94

.420
-‘
84

37,80
‘IO
80
l4-36,—
121

———-
———-

75–;33’775-









—-





81

-‘3d5-

‘••,
75

t)335.

._
–•

-.9-

4 ‘.-tI3330.–
—-


‘1


89


40,b5—



—S
-4
U80

—36;’4-‘— 80

.36,–

7
75

‘-
.•– ..-.;
‘—-
•t77
–34,65.—
– —

– –

8)
WêeIloon;:v1Lnl 1Nov:1Lrtvkn
181laa’rt’4-1
Nov.
fra15,68.
9)

,,

,,
&
1.Sept.-l(
April;
, ,,
1
Apr-i1-.– 1.-Sept.
10)

,,
1
Nov.-1 Maart;


1.Maart—I-Nov. ,,,13,92.
St)

•.,,

• ,,
laatsten Zat. .in. Sept.

eersten Maanag in.April; oveigeh”tijd
f
1624.

“)
Loon
.,
vo1vasen
gzl”.
18)
Wèk1’öon


14)

WëklCibiiL 23 rigb’t

erija’i1iëidei f 3450.

•87

’14;—”39;tL
.9___)

_i•

’37;50
w_


.
37,50

12,–‘P
3g,_

-39;—x 322


rr


39
Ȕ

bs


-t

65. 125(


t

29.33t

12

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

3
Januari 1923

methoden van zalccn doen, dat cle Duitschers zich niet

beperken tot den verkoop van Duitsche goederen en
er ook niet afkeerig van zijn, handel te drijven met

Britsche en andere vreemde firma’s. Zij beginnen
eerstgenoemden Engelsche circulaires te zenden, c.i.f.

Shanghai en financiering door Engelsche banken aan

te bieden. In den ex.porthandel doen de Duitschers
wat mogelijk is onder de huidige moeilijke omstandig-

heden. In het bijzonder interesseeren zij zich voor den

export van huiden, geitevellen en etherische oliën

naar het Europeesch continent en hopen blijkbaar
hun overheerschende positie van v66r den oorlog in

dén Chineeschen productenhandel te herwinnen.
Wat de scheepvaart betreft, nadat aanvankelijk de

Duitsche vlag met ongeregeide tusscheuruimten weder

was beginnen te verschijnen, hebben onlangs de Ham-burg-Amerika-Lijn en de Norddeutsche Lioyd een ge-

regelden passagiers- en vrachtclienst op het verre

Oosten heropend.
Terwijl de Duitsche handel, aldus besluit Mr. Fox,

in Ohina door den oorlog evenzeer geleden heeft

als elders en hij dus eenige jaren noodig zal hebben
om zijn vroegere positie daar te herstellen, maken

de lage
prijzen,
waartegen hij aan kan bieden, gepaard

aan de groote werkkracht van de Duitschers en hun

grondige kennis van de bevolking en haar leefwijze, hen, reeds thans tot geduchte concurrenten van Brit-

sche en Amerikaansche firma’s.

BOEKAANKONDIGING.

M. G. de Boer, Geschiedenis der .4in-

sterdanische iS’toornvaart.
Tweede deil.

Uitgegeven in opdracht der Amsterdam-
sche Stoomvaart-Maatschappijen, door

Scheltema & Holkcma’s Boekhandel.

Amsterdam 1922.

Met dit tweede deel, dat om den grooten omvang

der stof in twee stukken moest worden gesplitst, is
het grpote werk van dr. de Boer voltooid. Daarmede

‘is een belangiijke arbeid, waaraan de schrijver gedu-

rende zes jaren zijn beste krachten heeft gegeven, met
goed gevolg ten einde gebracht. Dat is op zich zei f
reeds een gelukwensch waard, een wensch, waarin dr.

de Boer eerlijk heeft te deelen met den heer K.

Groesbeek van de firma Scheltema & E[olkema, die de
uiterlijke verzorging van dit monumentale werk voor

zijn rekening nam, en niet minder met de zeven groote
Amsterdamsche stoomvaartmaatschappijen, di.e het initiatief tot dit boek hebben genomen en de uitgave

hebben bekostigd.
De voltooiing van dit boek valt in een periode van
heel wat minder opgewekt zakenleven dan het ontwer-
pen ervan. Men kan gerust zeggen, dat dit groote
werk, indien het nog moest tot stand komen, nu niet
meer, althans voorloopig niet zou worden geschreven.
Want de tijden zijn voor het wetenschappelijk onder-
zoek of liever voor de wetenschappelijke productie
niet gunstig. Intusschen mogen wij ons thans verheii-
gen in het bezit van dit merkwaardige boek, dat niet
alleen op zich zelf reeds zooveel n:ieuws bevat, maar
dat ook den grondslag kan vormen voor zeer uitge-

breide verdere studie.
Dit tweede deel van het boek van, dr. De Boer
geeft in twee stuldcen de geschiedenis der Amster-
damsche stoomvaart van ongeveer 1880 tot 1918, het

einde van den wereldoorlog. Verder wilde de schrijver
niet gaan; de periode, waarin wij thans leven, is nog te
weinig overzichtelijk om daarvan reeds nu de geschie-

denis to schrijven. Men zou kunnen vragen, of dat-
zelfde eigenlijk ook niet geldt van de geschiedenis der

Amserdamsche stoomvaart tijdens den oorlog; ook
menig stuk geschiedenis, bijv. van de talrijke torpe-
ceeriilgen van onze beste schepen door Duitsche en-
derzeebooten, heeft zijn afsluiting nog altijd niet ge-
vonden. Maar toch is het gelukkig, dat dr. de Boer
zijn boek niet met 1914 heeft afgesloten; wij zouden
dan een belangrijk en aantrekkelijk, soms zelfs aan-

doenlijk tijdvak in deze geschiedenis hebben gemist.

In verschillende hoofdstukken heeft dr. de Boer de

geschiedenis der zeven groote Amsterdamsche stoom-

vaartmaatschappijeu beschreven. Het zijn de Konink-

hjke Nederlandsche Stoomboot-Maatschappij, dc

Stoomvaartmaatschappij ,,Nederland”, de Koninklijke

Maildienst, de Koninklijke Paketvaart-

Maatschappij, de Hollandsche Stoomboot-Maatschap-

pij, de Java-Ohina-Japan-Lijn en de Koninklijke Hol-

landsche Lloyd. Let men op de wegen, die door deze lii-

ne:n worden bevaren, en de landen, die zij omspannen,

dan
krijgt
men den indruk, dat ongeveer de geheele

wereld door de Amsterdamsche stoomvaart wordt be-

varen. De geschiedenis van deze maatschappijen hangt

dan ook zeer nauw met elkander samen; sommige, zoo-

als de Koninklijke Nederiandsche .Stoomvaart-Maat-

schappij en de
Koninklijke
West-Indische Maildienst

hebben reeds een fusie met elkander aangegaan. En

dat contact wordt nog duidelijker, wanneer men

slechts opmeikt, dat dikwijls dezelfde personen tot

verschillende maatschappijen in diverse betrekking

staan. Overziet men dat alles, dan
‘blijkt
het ten slotte,

dat het slechts een klein getal koene, oiidernemende

mannen zijn geweest, die de stoomyaart van Amster-
dam hebben gegrondvest en tot bloei gebracht. Ook uit
het boek van dr. de Boer blijkt het opnieuw, dat het

van een kleine groep van energieke mannen afhangt,

of er vooruitgang in handel en bedrijf zal zijn of niet.

Gelukkig hangt het welzijn van stad en staat in zulke

gevallen meer af van het intellect dan van het getal;

het is in dezen democratischen tijd
misschien wel goed,

dat men daaraan nog eens door aperte feiten wordt

herinnerd.

Dr. de Boer noemt zijn boek de geschiedenis der

Amsterdamsche stoomvaart. Die titel slaat eigenlijk
niet volkomen op het boek. Wat hier wordt gegeven, is
niet een geschiedenis der Amsterdamsche stoomvaart,
maar van de Amsterdamsche stoomvaartmaatschappijen.

Dat dekt elkander natuurlijk voor een belangrijk deel,
maar even natuurlijk niet geheel. Ook is de behandeling
van beide onderwerpen uiteraard verschillend. Dr. de

Boer heeft een middenweg gekozen, die in dit geval

waarschijnlijk wel de meest rationeele was.
Hij
heeft

de geschiedenis der sto,omvaart niet onder zakelijke
rubrieken ondergebracht, maar evenmin de geschiede-

nis der stoomvaartmaatschappijen steeds afzonderlijk

gehouden. Hij heeft zoowel het synchronistische als
het chronologische beginsel toegepast door de historie
van de verschillende maatschappijen in verschillende
hoofdstukken te verdeelen en zoo het gelijktijdige ge-
beuren van iedere maatschappij naast elkander te

plaatsen. Tot toelichting geven wij hier den inhoud
van het eerste stuk van het tweede deel weer; daarin
worden achtereenvolgens behandeld de geschiedenis
van de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot-Maat-
schappij tot het einde der negentiende eeuw, die van

de Stoomvaart-Maatschappij ,,Nederland” na de ver-
plaatsing van haar zetel naar Amsterdam tot aan het

herstel van den veer tiendaagschen dienst, de oprich-
ting en de eerste jaren van den Koninkl. West-Indi-

schen Maildienst, de stichting der Koninklijke Paket-
vaart-Maatschappij, de geschiedenis van de Stoom-
vaart-Maatschappij ,,Nederland” na het herstel van
den veertiendaagschen dienst, ten slotte de eerste
jaren der Koninklijke Paketvaart-Maatschappij. Dit
lijkt wat bont, maar de schijn is hier meer dan het

wezen.
Bij
de lezing valt de bonte afwisseling minder
op en feitelijk sluiten de verschillende hoofdstukken
Vrij goed bij elkander aan. Al is de oplossing van het

vraagstuk der indeeling van dit boek dus niet geheel
zonder bezwaar, zij is waarschijnlijk de beste, die in

dit geval was te
verkrijgen.
Ons althans staat geen

betere voor den geest.

Het ligt voor de hand, dat het niet
mogelijk
is den
inhoud van dit aan nauw samenhangende feiten zoo

rijke boek in een kort bestek te refereeren. Een dor,
geraamte kan onmogelijk den inhoud van dit levens-

3 Januari 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13

volle boek weergeven. Levensvol niet in dezen zin, dat
het levendig en in forsche sprekende lijnen den gang

der ontwikkeling zou schetsen, maar wel in deze
beteekenis, dat het met ingehouden kracht overal het

rijke spannende leven van de groote haven doet ge-

voelen. Dr. de Boer bezit niet sterk de gave der tref-
fende uitbeelding; maar zijn boek is in hooge mate een
eerlijk stuk werk, dat eenvoudig en onopgesmukt geeft

wat men ervan vraagt en wat men ervan mocht ver-
wachten.

Op dat laatste mag nog wel eens de nadruk worden
gelegd, omdat men bij boeken als dit altijd geneigd is

meer te vragen, dan de schrijver bedoelde te geven. Iedere uitbeelding van een stuk historisch leven on-

derstelt een achtergrond of, wil men, een ondergrond.
waarop de geschiedkundige ontwikkeling is opge-

bouwd. Van dien ondergrond, waarop het geheele
gebouw steunt, wil men dan ook allicht meer weten en men is dan teleurgesteld, als de schrijver zich dan con-

scientieus en zorgvuldig houdt aan zijn onderwerp.

Die ook hier verzwegen ondergrond vah de geschiede-

nis der Amsterdamsche stoomvaart is natuurlijk de
economische ontwikkeling van Amsterdam en in ver-

band daarmede van geheel Nederland in de laatste

halve eeuw. Inderdaad verluidt daarvan niet al te veel
in het boek van Dr. de Boer, al schemert er telkens

allerlei van door. Wij gelooven, dat dat juist is gezien
en gehandeld en dat men den verdienstelijken schrij-
er er geen
verwijt
van mag maken, dat hij niet meer
geeft. Had hij het gedaan, zijn werk zou van omvang
stellig zijn verdubbeld en het eigenlijke doel zou ten
slotte zijn gemist. Want
bij
alle geschiedkundig onder-

zoek is scherpe omljning van de stof vôôr alle dingen
geboden; doet men dat niet, dan loopt men gevaar

zich in de veelheid der onderwerpen te verliezen; want
ten slotte is er
altijd
samenhang tusschen de verschil-
lende historische factoren en waar men ook in de ge-
schiedenis grijpt, is het interessant..

Dr. de Boer heeft zoo van de algemeene economische
factoren, die de Amsterdamsche stoomvaart in de laat-ste halve eeuw hebben beheerscht, slechts melding ge-
maakt, wanneer zij onmiddellijk ingrepen in het leven

van het stoomvaartbedrijf. Evenmin heeft hij allerlei
onderdeelen aangeroerd van dat havenbedrijf zelf, die
met het hoofddoel van
zijn
onderzoek, de ontwikke-
ling der stoomvaart, wel in verband staan, maar toch
niet de
hoofdlijnen
daarvan bepalen. Dr. de Boer zegt
in de inleiding van het tweede deel er zich van bewust

te zijn, dat sommige belangrijke onderwerpen, nauw
samenhangend met onze stoomvaart, een uitvoerige be-

handeling hadden verdiend. Hij noemt als zoodanige
onderwerpen: de veranderingen, in het scheepstype
en in de machines aangebracht, het assurantiewezen,

het cargadoorsbedrjf, de haveninrichting en -outil-
leering, de vrachtenpolitiek, het poolwezen en het ont-
staan der conferencies, de verbinding met den Rijn, de
aansluiting
bij
de spoorwegen, de verhouding tot an-
dere havens, de toestand der havenarbeiders. De lijst
is voor uitbreiding nog vatbaar. Welnu, dr. de Boer
verklaart, dat hij liever deze onderwerpen wat meer in den breede en meer opzettelijk zou hebben besproken,
ware het niet, dat de omvang van dit toch al niet be-knopto boek dan bovenmatig zou zijn uitgedïjd. Dat kan men natuurlijk laten gelden en dr. de Boer heeft
stellig volkomen gelijk. Maar wij willen er wel aan toe-

voegen, dat zoodanige uitbreiding niet alleen den om-
vang van zijn boek onmatig had moeten uitzetten,

maar ook de structuur van het werk geheel zou hebben
ontwricht.

De inhoud is ook zonder die uitdijing stellig nog
rijk genoeg. Want in dit opzicht voldoet het werk van Dr. de Boer geheel aan zijn plan en dus ook aan onze
verwachting: het geeft de in- en uitwendige geschie-

denis der stoomvaartmaatschappijen in de groote lij-
nen zonder dat in het algemeen te veel in bijzonder-
heden wordt afgedaald. Een enkele keer slechts gaat
de
schrijver
in het refereeren van details wat te ver,

vooral als hij over de betrekkingen der maatschappijen

tot do regeering komt te spreken. her is vooral de
rieiding om mede te deelen wat hij vond, hem te
sterk geworden, zoodra de debatten in de volksver-

tegenwoordiging wat in den breede gingen loopen. Dat

zijn niet de beste en ook niet de aantrekkeljkste ge-
deelten van de geschiedenis der maatschappijen. Na-

tuurlijk kon men in velerlei omstandigheden de

staatsorganen niet missen, zoo bijv. bij de kwestie van
het vervoer der mail, waarbij trouwens ht belang van

den staat in niet mindere mate betrokkéi is dan dat
van de stoombootmaatschappijen. Maar heveei schade

de nauwe verbintenis met den staat de maatschappijen

kan doén, blijkt wel uit het feit, dat bijv. de Java-
China-Japan-ljn tot haar nadeel gedwongen. werd

Shanghai aan te loopen, hoewel de haven daar nauwe-
lijks toegankelijk was. Een ander feit is dit: dezelfde
maatschappij wil haar lijn splitsen in een op China en

een op Japan, omdat dat economischer uitkomt. Zij

moet evenwel haar oude gecombineerde lijn behouden,
omdat het contract met den staat bij de wet is vast-
gelegd en dus niet gemakkelijk kan worden veranderd.

Zoo blijft men de oude route bevaren tot schade der

reederj en daardoor ten slotte ook van den staat.
Maar als wij op deze wijze verder ons in de bijzon-

derheden gingen verdiepen, zouden wij ruimte te kort

komen. In deze dure tijden is evenwel soberheid gebo-
den, ook in onze aankondiging. Wij eindigen dus met
de verzekering, dat het boek van Dr. de Boer een
uit-
nemende bijdrage is tot de kennis van het scheepvaart-
bedrijf in Nederland in de laatste halve eeuw.

H. BRUGMANI.

ONTVANGEN:

Critisch antwoord op de belastingnota van Mr. M. W.
F. Treub, Voorzitter van den, Ondernemersraad
voor Nederlandsch-Indië
door J. L. Vleming Jr.,
Javasche Boekhandel en Drukkerij, Batavia, 1922.

Continuatie der p’roductenbelast’in gen en uitvoerrech-
ten voor de zoogen. Bergcultures voor 1923?;
aangeboden door het Comité van Actie in zake
de belastingen; November 1922, Drukkerijen
Ruygrok & Co., Batavia;
verkrijgbaar
hij J. H. de
Bussy, Amsterdam.

P. L. Dubourcq, Het praeadvies van Conin’sissie Xli

over vraagpunten betreffende Bedrijfsorganisa-
tie,
enz., December 1922.

Het eene Noodige, Rede uitgesproken door Simon
A. Maas, Voorzitter van het Verbond van Ne-
derlandsche Eabrikanten-Vereenigingen, in de
algemeene vergadering van dat Verbond op Don-
derdag 21 December 1922; Rotterdam, Nijgh &
van Ditmar’s Uitg.-Mij.

OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN.

D e E
0
0fl 0
m is t. – ‘s-Gravenhage, 15 Novem-
ber 1922.

Mr. Dr. A. ,Spanjer,
De invloed van de toepassing van arbeidsparende uitvindingen op het arbeidsloon;
R. P. J. Tutein Noithenius,
De Zwitsersche boeren-
hond;
Dr. R. Claeys,
De methode, toegepast door het
gemeentelijk bureau van statistiek te Amsterdam, bij
het berekenen van het indexcijfer der kosten van het
levensonderhoud.

1 d e m. – ‘s-Gravenhage, 15 December 1922.
Prof. Dr. J. 0. Kielstra,
De ondernemersraad voor
Nederlandsch-Indië en het belastingstelsel daar, te
lande; Dr. H. Kleine-ITcrtrop,
De autonomie vrin de
Duitsche Rijksbank;
Dr. H. Goldschmidt,
De crisi.s

in de Engelsche kleurstoffenindustrie.

Zeitschrift für Vol kswirtscha ft und
S o z i al p
0
1 i t i k. – Weenen en Leipzig, Band II,
Heft 4-6.
Dr.
0. ,S’pann,
Der Streit um die Miglichkeit der

‘II
14

ECONOMISCWSTATISTISCHE BERICHTEN

3 .Januarj ‘1923.

Gesellchaftslehre;
Dr. H. Wittek,
Die kriegswirt-

schaftliehen Organisationen und Zentralen in Oester-

reich;
Dr. J. Baxa,
Die Adam Smith-Kritik A1exa

des von der Maiwitz;
Dr. A. Amorr,,,
Emanuel HUgO

Vogels ;,Ziel der Whrungspo1iti.k”. Einige Pe.ststel-

lungen.

1 d e m.

Weenen en Leipzig, Bud. II, Heft 7–9.

Dr. C. A. Verrij’,i ,Stuart,
Die Grundlagen der

Lohnbestirnmung;
Dr. P. Grü’nwald-Ehren,
Grundzüge

der Pinanzpoliik der. Naehfolgestaaten der öester-

reichisch-ungarischen Monarchie;
Dr. ‘Fr. Hönig,

Sehröders. Bankprojekt. Em Kapitel zu einer Ge-

schichte desBankprojektes in der sozialen Utopie;

Dr. L. Olscha,
Ausverkauf und Aktieuabwanderung

als Polgen des (3eldstiirzes.

American Economie Review. – New

Haven, Oonn., December 1922.

E. G. Nourse,
Economie philosophy of’ eo-opera.

tion;
0. F. Boucke,
Unique situation in economie

theory S.
D. Southworth,
Some Tecent’ problems in

publie iitility valuation. and regulation; .
J. Ise,
The

enorse in elernentfu’y economies.

Weltwirtschaft, Berlijn, November 1922.

Hup felci,
Wirtschaftliches über Kolumbien; .1″

•.Runkel;
Zusammenschlusz voir deutschen Wirtschafts-

naehrichtendiensten;
Wernekice,
Die Eisenbahn von

Beira zum Sambesi.

Revue d’Economie Politique. -Parijs,

Sept.-Oct. 1922.
G. Pirou,
Le contrôle ouvrier sur la production;
E.

Somniarin,
Les bauques d’ômission scandinaves pen-

dant la guerre; C.
J. Gignoux,’
Le problème monétaire

mondialet la théorie du professeur Oassel;
J. De-

leisky,
Le boichevisme la lumiere des précédents

historiques.

B a ii k’-A r c h i v,’ Berlijn, 15 November 1922.

.E.”Brandi,
Die .Kohlenwirtschaft’ als Faktor der

deutsehen ‘Zahiungsbilanz;
Eggebrecht,
Die unsicht-

bn
re K
riegs
entsch’digung aus der . Schadenersatz-

pflicht nach art. 291, 298 des Versailler Vertrages;

Dr. ‘H. A: Simon,
Valutazinsschulden nach demReichs-

ausgleichsgesetz; Dr. G. Eberstadt;
Die Valutaschuld-
scheine. der Kaligeselischaften;
Zitzlaff,
Abknderung

der Kapitalertragsteuer;
Dr. E. Jacobson,
Noch em

Wort
zum
BankgeJaeimnis.

1 d e m. – Berlijn, 1 December 1922.

Prof. Dr. Riesser,
Schaffung einer einheimischen

Ersparnis-Kontrolstelle;
0. Ber’nstein,
Die Reichs-

tagsvorlagen betreffend Reichseutlastungsgesetz, Li –
quidationsschidengese1Z und Ausgleichsnovelie;
Dr.

W. Koep pel,
Der Entwurf der ‘Novelle zum Kapital-

fiuclitgesetz.

D i e B an k. – Berlijn, November 1922.

A. La’n,sburgh,
Zusammenbruch ;
‘Dr.
B.
Buxbauni,

Pr’aventiver Kreditschutz.

1 d e m. – Berlijn, December 1922.

A. Lansburgh,
,,Wohuungsnot”; A. L.,
Goldmark-

Schulden.

Journal of the Institute of Bankers.

– Londen, December 1922.

bevat o.i.:
J. M. l,cyite,
Ourrent monelary problems;
H.

Ranil’li’ng,
Current rates of exchaige and their te-

lation to pre-war gold parities ;
E. Chubb,
Recent de-

velc:ntents in the ,.eust.ruction o tron rooms
aUJ

safes.

Tijdschrift voor Economische Geo-
g r a p h ie. – s-Gravenhage, 15 December 1922.

C.
Wiskerke,
Het eiland Walcheren, economisch’

geographisch beschouwd;
J. van Hinte,
‘Werkloos-

heid en emigratie;’J.’H.
Sebus,
Nogmaals: The per-
manent committee on geographical names for ‘british

risc.

Geographical Journal. – Londen, De-

cember 1922.

c. a.
Bruce,’The
Mount Everest expèdition of

1 922: Darjeeling to ‘thd Rongbuk glacier base camp;

E. L. Strkt&,
‘The east Rongbuk glacier;
G.’ L.’ Malio-

ry,
The first high c1ib;
G. 1. Finch,
The second

high elimb;
N.’E.’ Odeil,
Geological notes from the

Oxford expedition to Spitsbergen;
D.’ 0.
,
11.,
The

heart of Arabia.

R é f o r m e S o c i al e. Parijs, . September-

October 1922.

‘A. Chérel,
Quel est l’esprit des’revendications’fa-

miliales actuelies;
‘A»Mascarel,
La fanlilie et lafis-

calité!
Th. Naizdy,
Une conception nouvelle de l’orgn-

nisation administrative de l’enseignement primaire;

T. Rothe,Pourquoi
eteomment réduire les dépenses

de i’état français;
1
M. Vanlaer,Nécrologie:
Auguste

Béchaux.

1 d e m. – Parijs, November 1922.

A. Ley,
Le sursalairefamilial et ]e5.caisses decom-

pensation;
G. Tessier,
Oommeut utiliser. les loisirs

dein familie ouvrière;’
M. Vanlaer;
Oomment’ oonci-

her les devoirs de la mère de familie avec ‘les exigen-

ces actuelles.de.la
vie;
N. Zvorikine,’
Laileçon du

‘boichevisme.

Koloniale Studiën. — ‘iGravenhage,

Augustus 1922.

L. .0. Westenenk,
De Ohetti;
Boerhanoeddin,
. Ru-

welijksgebruiken ‘in Mandailing (Tapanoeli);
W.

Freundlich,
Indië en de wereldcrisis;
Dr. G. J. Nieu-

wenhuis,
De onafhankelijkheidskwestie in de Philip-

pijnen.

IDe T n d i s c h e G i d s. – – Amsterdam, Decem-

ber 1922.

C.
J. Snijders,’
Het luchtverkeer in Nederlandsch-

Indië;’
Mr. H. D. Rubenkoning,’
Toepassing van e’nkele

bepalingen der grodhuur-oi’donnantie;
H. R.’ Roelf-

sema, Grepen uit den Indischen Atehipel (Ternate en

Hainiaheira).

t
a g e n des Tij ds. – .Raarlem, November 1922.

bevat’ o.a.:

Dr. J H.
Boeke,”Tweeërlei stelsel van koloniaal

olkscrediet.

MAANDCIJFERS.

PRODUOTIE flER.KOLENMfl1EN.
i
)

(In tonnen–van 1000 KG.)
(Gegevens ver8trekt doorhet’,,Centr. Burvoor de’Stati8tiek”).

%.Naami van de
September

October

1922
‘1921
-‘1922
“1921
OMijn

L$iaa8mijflen.

Wilhelmina
……
‘55977
4148932
z
57.087
i
49029

Emma
…………
Hendrik
………..
.75.626
.

.52.011
76.125
37.251
78.972
.
57.567
76.855
41.911

‘Totaal
….

183.614 162.308 193.626
167.795

Particul. mijnen.

Doenania1eüijn..

47.038
‘48.638
51.319
.44463

Mijn Laura en ier-
.41.890
42.536
42.61
42.223

Oranje-Nassau
mijnen
……..
97.856
74.392
103.452
92.221

eeuigilg
………..

Mijn Wi1lezn

So

phie
……….
`27.838

21.990
‘129555
.
24.840

214.622

..

..

187556
226.587
203.747
Totaal

Totaalgeneraal
‘398.236
347.935
‘420213
”371.542

1) Kotnslik ,ist inbegrepen (in -1921 voor, alle mijnen te,zamcn 321.875
ton, in demaanden Januari tot en met Septemben1922 227.581 ton en in
de maand ûctober1922: 22.903ton.)

3
‘Januari.]
923

ECONOMISCHSTATISTISCHEBERICHTEN’

15
j[

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B.
*S’
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN!

BANKDISCONTO’S.

N
d
(Disc. Wissels. 4
18Juli ’22
Zwseds.R.ksbk5
-10Mrt.’22

Bk Bel.Binn.Ef.

1. 4
18Juli
’22 Bk. v. Noorw;. 5
17Aug. ’22.

!.Vrsch.inR.C. 5
18Juli ’22
Zwit.Nat.Bk3
•2Mrt. 22,

Bk.ivaii Engeland 3 13Juli
’22 Be1g.Nat.Bk.5-r5i9Mei
’21
Duitsehe Rijksbk.. 1014 Nov.’22 Bank v.Spanje 5
1831ei ’22
Bk.,van Frankrijk 5
11.Mrt. 22
Bank
v.
Italië 6
20Mei ’20.

Oostenr. Hong. Bk.8
2$ept.’22
F.Res.Bk.N.Y. 4
21Juni’22
Nat. Bk. v. Denem.’ 5
25Apr.’21
Javuche
Bank 3
1Aug.’09

OPEN MARKT

Data
Amsterdam
Londen
Part.
Berlijn,
Part.
Parijs
Part.
N. York..
Cail.
a,i
p,
0
j
01
,
disconto

galie
disconto
disconto
disc.
monet,

30 Dec.

’22
4

3%
1)
2%
4-
11
– –
6-6%
1)

25-30 D. ’22
318
-4

3% -434
234-718
.4-Pia
.
534-6%

18-23 D. 22
3%-4

3%_.4
2
5
18
4-118

4-5%

11-16 D. ’22
35/a%,

334-4
1
2
5
1s
4_01

3% _534

26-30 D:.’21
41
18-34

434-%
3
1
18
418

434-6.
26-31 D.
‘204%
434-5
6%
4-°/

6-7

20-24Ju1i’14 3’/o-°/jo

234-34
234-34
2
1
134
2%
534-7%
1)
Noteering
van-,29 December.

WISSELKOERSEN.
t.

WISSELMARKT.

Lônden was zeer vast en de rijzing zette, niettegenstaande’
de stemming in New tYork omgeslagen was,. verder voort.’
Dientengevolge was ook New AYork ‘hier1.beduidendt hooger
en werd weder 2,53 betaald. Marken stationnair. Daaren-
,tegen Parijs en België niet onbelangrijk lager. Van de
Skandinavische wissels was Stockholm weder veel vaster, daarentegen Christiania en vooral Kopenhagen, sterk aan-
geboden. Zwitserland gezocht en ongeveer weer op goud-
pariteit. Buenos Aires hooger, evenals Java. Spanje on-
veranderd.

KOERSEN IN NEDERLAND.

1
1 Londen Parijs 1 Berlijn Wienen 1 Brussel
1
New
Data
5)
5) 5)
*5)
York’)

25 Dec. 1922:: –

– –
26

1922.. –

– –

– –
27

.. 1922.. 11.68

18.30 0.0341 0.00375 1685 2.51W
28.,,

1922

11.68

18.120.0335′ 0.00375 16.67

2.51
29,., ,,

1922.. 11.69e 18.30 0.0338. 0.00375 16.85

2
.
527

30.,, 1922… –

– –
Laagsted.w. ‘) 11.661 17.95 3.-

0.003516.45
2.507/
Hoogste ,, ,, ) 11.7218 67 3.55

0.0038 17.071 2.53%
22 Dec. 1922.. 11.66 18.70 0.0365 0.00375 17.11

2.51W
16 ,,

1022.. 11.61

18.820.0390.0036516.72
Muntpariteit.. 12.10 48.- 59.26 50.41 48.- 2.48t

S)
Noteering’ te’ Amsterdam. “) Noteering te Rotterdam.
t)
Particuliere Opgave.
t)
Noteering van 15 December.

D

Stad., Kopen- Chris. Zwitser. Spanje Bafavia
II
a

holm) hagen’) tianta) land°)

1)
telegrafisch

25 Dec. 1922 – – –

– –


26

1922. – – –

– –


27

15
1
22′ 67.65 52.10 47:95 47.65 39.60 97-98
28 . 1922
1
67.65 52 20′ 47.85′ 47.671 39.55 971-98
29

1922 67.95 51.80 47.75 47.721 3955 97-98
30 1922 – – – — 39.60 97-98
L’ste:d w.
1)
67.50 51.80 47.50 47.55 3950 97
1
1
H’ste,, ,, °) 6825. 52.25 4790 47.80 ‘ 39.70 98
1
1
22 Dec.. 1922 67.75 51.95 4780. 47.55. 39.50 97%
16 ,,, 1922. 67 35 52.35 47.70 47.40 39.25 97%
Muutpariteit 66;671 66.67 66.67%. 48.- 48.- 100

?) -Noteering.te tAmsterdam.,
1)
Pafllculiere opgaye’,

KOERSEN TE .NEW YORK.’

1
1 Cable Lond.
1
Zicht Parijs 1 Zicht Berlijn 1 Zicht Amsterd.
Data (in , per) IOn ci..p.fra.)I(in ci.
P.
dtlrk.)I(in ets. p. gld.)

0 Decemb. 1922

4.64′.-
7.34
0.0181

39.61
Laagste d. week

4.63.75

7.19
.

39.61
Hoogste
-,,

,,

4.65
7.38′
39.86 23 Decemb.
1922

‘4.65
7.42

.

3988
16
1

,,

1922

– 4.6525
1

7.57 ‘
0.01
5
/

40.04
Muntpariteit

1

4.86.67

19.30′
23.81%

40/

KOERSEN VAN DE.VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN

Plèaisen en
,
Notierings.
16Dec.
23 Dec.
25130December’22
30 Dec.
Landen
eenheden
1922 1922
JLaagatelHoogstel

1922

Alexaudrië . . Piast. p.0 9771
9771

197
1
1,.97
7
/
9771

‘B. Aires
1
)..

d. p. $

44/
44%
44%
44%
4434
Calcutta –
..
. Sh. p. rup.

114 t
1/4
1
j
114
1
1
82
114
5
/
11411.
Hongkong

..

id. p. $

2/3
5
/16
213
2/2%
2j31
212
1
1
Lissabon – . .. d.’per Mil.
234
2
11
1
32

2°s
2
3
I


Madrid

…. Peset. p.0 29.49′
29.46
29.45
29.55
29.50′
‘Montevideo
1

d. per $

44
1
Is
44
1
18
44
4451s

44
8
1s
Montreal….

$ per £

4.66%
4.68
5
I
4.67%
4.70% 4.69%
‘R.d.Janeiro. d. per Mil.

69132

6
5
/t
e

6
6/32
6
1
/
Rome ..

.. Lires p. £ 91%
90%
90%
9234-
9134
Shanghai…. Sh p. tael 3/1%
31IK
310
311%
3
5
16′
Singapore

..

id. p. $.

2/4/.
2/4J
33

214
1
/
2/4°i.
214
5
1
‘Valparaiso.. pesop. £

37.20.
35.80
35.20.
35.30.
35.20 ,
Yokohama .. Sh. p.yen

211% 211%
211
1
1
t

211
3
1
2/1
1
1/33

Koérsen dervoorafgaande dagen.

t)
Telegrafisch transfert.-

NOTEERING VAN ZILVER.
Noteering te
Noteering
te


Lon’len- N.Yôrk
Londen
N.York
30 Dec.

1922.. 31
0
1

6434
30 Dec.
1921″
34%
64%
22

,,

1922

30°/t

621
31 Dec.
1920Y.
40
7
4
64%
16,,

192Z

301

62’/-
20 Juli
1914..
24
11
1
54
1
/s

NEDERLANDSCHE BANK.

Verkorte Balansop 2 Januari 1923..
Activa.
Binneni. Wis

t H.-bk.

f141.318.752,27
sels, Prom.,

B.-bk.,, 37.647.4 17,62
enz. in disci, Ag.sch. ,, 65.443.194,68
f

244.409.364,57
Papier .0. h.Buitenl. in disconto ……..

Idemt eigen porteh’.
f
75423.376.–
Af: Verkocht maar voor
de bk. nog niet afgel.


75.423.376._
Beleeningen ncl.’ vrsch
H.-bk..
f
30.981.859.70

in rek.-crt.
‘B;-bk.

,

8.966.622,9r

op-‘ onderp. Ag.sch..

94.034,2:s0,26

fl33 982.712,87

Op -Effecten.s…….f122.800.997,81
OpGoederenenSpec.,,
11.181:715,06
1
133.982.712,87
Voorschotten.a. h. Rijk …………….
..

5.819.594.88
Munt en Muntmateriaal’
‘Munt, Goud. ……

f.56.239.410,-
Muntmat., Goud ..

..525.550.137,91

f581.789.547,91
Munt, Zilver, enz..

8.730.594,73
Muntmat.,’ Zilver ..

Efecteu
,,

590.520142,64

Bel.v. h. Res.fonds..

f

5.625.434,43
id. van
1
15 v. h. kapit. ,,

3.949.449,37
,

9.574.883,80.
GebenMijub. der Bank …………….
-,, .

4.522.000.-
Diverse rekeningen ……………….
,,26.043.463,75′

– f1.090.295.538,51

Passiva. i
Kapitaal

……………………….
f

20.000.000,-
Reservefonds

…………………..
,,

5.660.599,75
Bijzondere

reserve ……………….
,,

1.675.581,33
Bankbiljetten in omloop ……………
1.012 086 590.-
Bankassignatiën in omloop ………..

1.858.248,89
Rek.-Cour.

Het Rijk f


,
saldo’s:

5
Anderen ,,

35.586.832,65 35.586.832,65
Diverse

rekeningen

………………
..

13.427.685,89

fl.090.295.538,51

Beschikbaar metaalsaldo …………..
(

379.918.221,04 Op del basis van-
1
15 inetaalde1king …. ..170.011.886,73
Minder bedrag aan bankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is.. ,, I.899.591.105-

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

3 Januari 1923

NED. BANK 2 Januari 1923
(vervolg)
Voornaamste posten in duizenden 2aIdeI

Data
Goud
Zilver
B

k-
al

olijetlen Andere
opeischborc
schulden

2 Jan.

1923 ……
581.790
8.731
1.012.087
37.445
27

Dec.

1922
……
581.790
8.990
974.101
49.827
581.790
9.074
968.081
32.284
581.789
8.851
974.803
30.476
581.789 8.663 988.610
28.063

18

,,

1922

……
11

,,

1922

……

2 Jan.

1922 ……
605 .969
7.896
1.057.251
38.288

4

»f

1922 …….

636.141
21.457
1.116.021
95.245
3 Jan.

1921 …….

25 Juli

1914
162.114
8.228
310.437
6.198

Data
r

/
b:
rs,eruan
Schatkist.
Ee/ee,
nejcfllg-
baar
hing,.
disconto’,
promessen rechtstreeks
ningen
Metaal-
saldo
percen- lage

2 Jan.

1923244.409
81.000
133.983
379.918
56
27 Dec.

1922 217.192
62.000
126.777
385.298
58
18

1922

196.781
36.000
121.257
390.095
59
11

1922 204.439
40.000
116.443
388.889
59
4

1922 200.207
38.000
130.009
386.422
58
2 Jan.

1922 295.823
94.000
151.551
394.029
56
3 Jan.

1921

211.977
55.000
285.870
414.549
54
25 Juli

1914

67.947
1

14.300
61.686
43.521
1
)
54
1)
Op de basis van
l/
&
metaaldekking.

Uit de bekendmaking van den M 1 n
i
st e r
v a n F iii a n-
c
i
ë
ii
blijkt, dat uitstonden
op:

27
Dec. 1922 ZJan. 1923

Aan schatkistpromessen.. f475.020.000,-
f503.800 000,-
waarv. direct bij Ned. Bk.
,, 62.000.000,-.
,. 81.000.000,-
Aan schatkistbiljetten ..
,.207.162.000,-
,,212.140.000,-
Aan zilverbons

……..
…31.866.629.-
,, 31.833.385,-

Onder de vlotten de schuld is begrepen: Voorsch. aan d’ Koloniën
,,335.9 16.000,-
,,337.487.000,-
Voorschot aan Gemeenten)
31 October
30 November
voordoorRijkvoorben’
93.799.513,-
92427.290,_
te heffen Ink. belasting)
27 Dec.
2 Jan.
Tegoed v.d. Postch.
&
G.dst

85.792.075,-
85.792.075,-

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch
ontvangen.

Data
Goud
Zilver
B

k-
bIlj
a
.
7
len

Andere
opel,chb. Beschikt,.
metaal.
OClU(UCrI

,a,ao

23 Dec. 1922

208.500

262 000 108.000 134.500
16 ,, 1922

210.000

264.500 110.500 135.000
9 ,, 1922212.250

267.500 112.500 136.250

25Nov.1922 153.778

55.9

263.215 125.535 132.720
18 ,, 1922 154.791

55.964

266.397 119.470 134.279
11 ,, 1922 155.477

55.803

269.962 123.004 133.382
24Dec.1921 150.978

28.955

281.808 114.955 101.108
25Dec.1920 219.439

9.314 369057 113.812 132.350
25 Juli 1914

22.057
1
31.907

110.172
1
12.634 1 4.8422
1
Wissel,. 1

1

V00,.

fl.1.
Data
Di,.
conto’s
buiten
N..!nd.
lsetaall,oar

.elee.
ningen
schollen
1

aan het
Gou.nem.

L)ioeroe
reke.
,
n ngen
percen.
affe

23Dec. 1922
175.500
22.000e
***
56
16

,,

1922
177.000
25.500e
***
56
9

,,

1922
179.900
25.500e
***
56

25Nov.1922 35.559
24.373 107.964
6.233
30065
54
18

,,

1922 35.531
22.600 110.364

32.168
54
11

,,

1922 36.660
23.734

114.632

32.226
54
24Dec 1921 35.460
14972

100.701
73.227
6.581 45
25 Dec. 1920 30.991
26.644 130.546
21.149
58.294
47
25Juli1914

7.259 6.395

47.934
6.446 2.228
j

44
1)
Sluitpost activa.
‘)Basls 21
metaaldekking.
‘)
Crealtealdo.

DE SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden
£ruidens.

Data
________________

Metaal
Circu!alle
Adere
opeischb.
schu!den
1 Dtsconto’s
Dlv. reke-
ningen’)

25Nov.1922….
1.227
1.666
727
1.241
1

502
18

,,

1922 ….
1.226
1.720
722
1

1.240
1

485
11

,,

1922
1.220 1.796
692
1

1.231
1

555
26Nov. 1921

..
1.485
2.037
1.121
1.924
1

278
25Juli

1914


645
1.100
560
735

1
396

BU1TENLANDSCHE BANKSTATEN.

BANK VAN ENGELAND.

Voornaamste posten, onder hijvoeging der Curency Notes,

in duizenden pond sterling.

Data
Metaal
Circulatte
Currency Nole,.

Bedrag
1

Goudd.
1
Gov. Sec.

27 Dec.

1922
127.443
124.878
301.337 27.000
258.922
20

,,

1922
127.444 124.890
298.630 27.000
255.782
13

,,

1922
124.446
123.161
292.468
27.000
249.602
6 Nov. 1922
127.447
123.064
290.578
27.000
247.759
28 Dec.

1921
128.434
126.520
325.584
28.500
289.131
22 Juli

1914
40.164
29.317
1

– –

Data
1

Go0.
Sec.
1

Other
Sec.
Publtc
Depos.
Other
Depos.
Reserve
Dek-
king,.
perc.
1)

27Dec. ’22
51.968 78.158
13.324 119.903
21.015
15,77
20

,,

’22
51.522 68.798
17.014
106.382
21.004
17,02
13

,,

1
22
53.927 66.123
10.113
114.773
22.735
18,20
6Nov.’22
66.892
65.831
11.142
126.554
22.833
16,58
28Dec. ’21
36.962
83.165
16.057
106.532 20.364
16,61
22Juli
1
14
11.005
33.633
13.735
42.185
29.297
52
3
/

DUITSCHE RIJKSBANK.

Voornaamste posten, onder bijvoegi.ng der Darlehens-

kassenscheine, in millioenen Mark.

Data
Metaal
Daarvan Goud
Kassen.
scheine
Circulatte
king,.
lperc.

D

1)

23 Dec.

’22
1.073 1.005
241.076
1.136.910
21
14

’22
1.071
1.005
177.607
970.202
18
7

..

’22
1.070
1.005
139.298
846.894
17
30
Nov.
’22
1.070
1.005
77.787
754.086
14
23 Dec.

’21
1.004
994 6.209
108.996
6
23 Juli

’14
1.691

1
1.357
65
1.891
93
‘)J.)elcking der clrculatle door metaal en Kassenscheine.

T
Wissels

Drle,.
kassenschelne

o
d

T 1 –
Handels. Schatkist. Rek. Crt.

Totaal

In kas bij de
otaa

wissels

papier

uitgegeven Rijks bonk
p

1.364.719 393.148 971.571 435.122 254.700

241.100

1.180.629 351.887 828.742 334.981 191.400

177.600
cr
o 1.007 886 281.200 726.686 257.329 153.200 139.400
919.171 246.948 672.222 240.969

91.700

77.800
118.445

1.408 117.037

21789

14.213 6,110.800
7511

751

944 1 –

BANK. VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in duizenden
1
rancs.

Waarvan
Tegoedl

Data
Goud
in het
Zilver
in het

1
Buitenland
1
Buitenland

28 Dec.’221 5.534.8291
1.864.345
289.464
600.821 2
21

‘2215.534.6631 1.864.367
288.984
572.698 2
14

1
2215.534.5311 1.864.367
288.837
573.072 2

29 Dee.’211 5.524.228
1.948.367
279.765
623.733 2

23Juli ‘141 4.104.390

1
639.620

Wissel,
1

Uitge-
1

stelde
Belee.
1

Bankbil.
1

Rek.
Cel.
t

Parti-
ning
1

jetten
culieren

28.706 2.069.202 36.359.286

2.288.9
28.921 2.137.669 36049.515 2.130.1
28.998 2.165.191 36.070.029 2.124.2
57.239 2.228.044 36.487.456 2.717.1

769.400 5.911.910 942.5

BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.

Voornaamste posten in duizenden 1 rancs.

Data

1
mcl.

van

van

wissels
1
Circu.

1ek.
1
buiten!.
1
buiten!.
1
prom.
i.
1

en

t

lalie

1

Crt.
1 saldi

oorder.
1
oroeinc.
1
beleen.

partic,

28 Dec. ’22 341.972
21
11 ’22 341.651
14 ,, ’22 340.691

29 Dec.’21 327.758

3 Januari 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.

FEDERAL RESERVE BANKS.

Voornaamate posten in duizenden dollars.

Goudvoorraad
t

1
F.R.

Data
Zilver
Notea in
____
Totaal
1

Dekking
In het
ete.
circu-
_______________
bedrag
1
F. R. Note,
l,uitenl.
1
1
latie

13 Dec.

’22
3.061.223 2.159.562

123.665 2.379.185
6

.,

’22
3.045.792
1
2.131.124

127.189 2.361.222
29 Nov.
’22
3.072.858
1
2.124.680

129.952 2.329.814

14 Dec.

’21
2.869.173
1.933.869

132.413 2.393.777

1
1
Algem.
Data
Wtuela
Totaal
Ge,tort
Dek-
1

Dek-
Depoatto’s
Kaitaal
ing,
1

ktngs-
c.

1)

Ipc,c.

)

13 Dec.’22
922.330′
1.861.110 107.244

‘ 72,1
75,1
6

,,

’22
971.772
1.910.104
107.265
71,7
74,3
29 Nov. ’22
909.322
1.860.223
107.207
73,3 76,4

14 Dec.

’21
1.252.568
1.742.760
103.130 69,3
72,6
1)

Verhouding

totalen
goudvoorraad

tegenover
opeischbare
schulden: F. R. Notes en
netto deposito.

!)
Verhouding
totalen
voorraad muntmaterlaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.

Voornaamste posten in
duizenden dollars.

Data
Aantal
Totaal
tgezette
gui
Reserve
Totaal
Waarvan
time banken
elden en
beleggingen
F. R. bank.,
depo,ito’a
depo,it,

6 Dec. ’22
784
11.246.796 1.392.010
14.867.499
3.694.727
29Nov.22
784
11.218.731
1.356.129
14.912.650
3.647.977
22

,,

’22
784 11.179.994 1.375.572
14.881.977
3.671.559

7Dec.
’21!

808

11.312.7441
1
.
241
.
604
1
13
.
313
.
698

2.989.967

Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen barikstaten.

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 29 ])ecember 1922.

liet Oude Jaar is voor de meeste beurzen in een
stemming van opgewektheicl geëindigd, die niet steeds
in overeenstemming was met het nog zeer duister perspec-
tief, waarin de toekomst van de wereld in het algemeen en
van Europa in het bijzonder verscholen is. Aan den voor-
avond van zeer ernstige besprekingen omtrent de betaling
van schulden tusschen de Vereenigde Staten en Engeland,
van nieuwe cl’.vangmaatregelen door Frankrijk ten opzichte
van Duitschland te nemen, nu laatstgenoemd land ter zake
van houtleveringen in gebreke is gesteld, met het gevaar
voor oogen de thans nog steeds niet geëindigde conferentie
van Lausanne te zien afbreken, zonder dat het tot een be-
vredigend resultaat is gekomen, hebben de beurzen niet
alleen in een zeer opgewekte stemming volhard, doch zijn
zelfs de omzetten veelal omvangrijker geweest, dan als
regel tegen het einde van het jaar het geval is. Een bijzon-
dere reden hiervoor valt moeilijk te uoémeu; behalve in
D,iitschland, waar geheel andere motieven aan de beurs-
stemming ten grondslag liggen, is het vermoedelijk een al-
gemeen gevoel van hoop, de innerlijke overtuiging, dat de
climax van economische ellende in het jaar 1922 is bereikt, welke stimuleerend heeft gewerkt.
Het komende jaar zal moeten aintoonen, in welke mate
(leze vage gevoelens op een bepaalde basis zijn gesteld. Voor
onze Oosterburen ziet het er b.v. voorloopig nog niet naar
uit, dat ietwat normale verhoudingen binnenkort hun in-
trede zullen doen. Ondanks de belofte aan de Entente, dat
de bankbiljettencirculatie zou worden ingeperkt, wijst de weekstaat van de Duitsche Rijksbank bij bijna iedere pu-
blicatie een record-toename van cle uitgezette middelen aan.
De depreciatie van het betaalmiddel heèft dan ook ongestoord
verderen voortgang gemaakt; tijdelijk iets gestuit in den rit naar den afgrond, heeft de waardevermindering in de
laatste week van het oude jaar weder grooter verhoudingen
aangenomen. Bovendien ondervindt Duitschland moeilijk-
heden met de leveringen in natura (hierboven werd reeds
in herinnering gebracht de achterstand in de houtleveran-
ties aan Frankrijk) waardoor ook de politieke vervikkelin-
gen zich uitbreiden. Eén en ander heeft een stimulans op de
effectenbeurs uitgeoefend, zoodat ook gedurende de achter
ons liggende berichtsperiode de effectenkoersen aan de beurs
te B c r 1 ij ii nieuwe verhoogingen te aanschouwen hebben
gegeven. Het bekende indexcijfer van de ,,Frankf. Zeitung’
verlaat het jaar op 3666 tegen 3545 een week geleden. Welk

een ,,Umwertung aller Werte” in het afgeloopen jaar aan
de Duitsche beurzen plaats heeft gevonden, wordt het best
naar voren gebracht door eenige koersen van toonaange-
vende fondsen voor het w’gin en het einde van 1922 te ver-
gelijken. Wij vinden dan :
Koers op

Koers’op
3 Jan. 1922

29 Dec. 1922
Baltiinore & Ohio ……….620 pOt.

41000 pCt.
Deutsch-Luxemburg ………940 ,,

23500
Phoenix ……………….1080

,,

21700
Siemens & Halske ……….815 ,,

20500
Berliner Handels Geseilschaft

460
,,

16500
3 pCt. Rijksieening ……..102 ,,

1400
Deze geweldige verschillen stellen duidelijker dan voor-den de gevolgen van de waardevermindering van het Duit-
sche betaalmiddel in het licht. Een ongekende speculatie
hebben de dagelijks zich wijzigende verhoudingen op de geld. en effectenmarkten in het leven geroepen, een spe-
culatie, die geen perken kende. Karakteristiek hiervoor wa-
ren cle opdrijvingen der obligatiekoersei, die, mede onder
den invloed van buitenlandsche aankoopeu, vaak tot meer-
dere duizenden procenten werden opgevoerd. Kwam dan
plotseling een aflossing á pari of iets daarboven, dan kwam
men wel even tot bezinning, doch spoedig was in den tui-
mei van de biljetten-waarde iedere ervaring weer vergeten.
Deze voor het gansche economisch leven van Duitschland
zoo funeste toestand heeft zich tegen liet einde van het
jaar eerder nog verscherpt. De beurs te P a r ij s heeft bij de jaarswisseling ook van
een vaste houding blijk gegeven. De Fransche valuta heeft
in de afgeloopen week een vrij groote stabiliteit te aan-
schouwen gegeven, zoodat men zich uit dien hoofde niet
Ilieer ongerust maakt. Bovendien schijnt het, alsof de
Fransche politiek van bedreiging ten aanzien van het Roer-
gebied ten slotte toch nog werkelijke vruchten zal gaan
dragen, indien men er ten minste in slaagt Engeland te
brengen tot een gedeeltelijke afsclirijving van de inter-
geallieerde schulden. In dat geval toch zal Frankrijk ivelis-
waar geen directe baten ontvangen, doch het zal ook geen
directe uitgaven voor een militaire bezetting van het Roer-
gebied hebben te doen (terwijl de reeds bestaande bezetting
van een deel vaji Duitsehland door vele kringen als vol-
doende wordt geacht). Bovendien zal de l?ransche betalings-
balans geen rekening meer hebben te houden met toekom-
stige betalingen van rente en hoofdsom op geleende gelden.
Zoo dit al niet zooveel gewicht in de schaal legt voor de
binnenlandsche financieele politiek, liet buitenland zal bij een beordeeling van den financieelen toestand van Frank-
rijk hiermede wel rekening houden, waardoor een gun-
stige invloed op dcii Franschen wisselkoers kan worden uit-
geoefend. Het behoeft geen verwondering te wekken, dat deze hoopvolle verwachtingen liet koerspeil aan de beurs
van Parijs hebben gesteund.
Te L o n d e n heeft men het jaar in een kalme, doch op-
gewekte stemming beëindigd. Ook hier was de hoop op een
betere toekomst de ]eidende factor; een betere toekomst
zoowel op het gebied van de buitenlandsche politiek als op
dat van financiën. Wat het eerste betreft, verwacht men,
dat men te Lausanne overeenstemming zal verkrijgen, voor-
al ten aanzien van Mosoel, terwijl niet betrekking tot liet
financieele terrein men groote verwachtingen koestert van
de aanstaande reis van den Gouverneur van de Bank of
England en den Minister van Financiën naar de Vereonigde
Staten, ten einde te onderhandelen omtrent een voor En-
geland gemakkelijker regeling der betalingen van hoofdsoin
en rente van de van Amerika geleende gelden, ivier totaal
bedrag thans circa 1000 millioen pond beloopt.
N e
w
Y o r k heeft een eenigszins iveifelende houding aan
den dag gelegd, welke geheel kan worden verklaard door
cle onzekerheid, die nog bestaat ten aanzien van het in-
grijpen in de Europeesche verhoudingen. Tot op zekere hoog

te is dit toch al reeds geschied, getuige de inmenging, hoe-
wel niet-officieel, in de bespreking te Lausanne. Het is
thans echter de vraag, of de landbouwpartij in de Unie
het niet zoo ver zal weten te krijgen, dat ook een officieel
en daadwerkelijk aandeel wordt genomen in den wederop-
bouw van Europa. Het is het streven dier partij een zon
groot mogelijk af zetgebied te vormen voor de Amerikaan-
selie landbouwproducten en zonder het veroveren van
Europa als débouch6 moet dit streven schipbreuk lijden. Er
bestaat echter in verschillende kringen der bevolking een
geheel andere opvatting ten aanzien van een inmenging in
Europeesche zaken; deze divergentie geeft voldoende verkla-
ring voor de onzekere stemming van Wallstreet.
Te o ii z e ii t is de tendens over het algemeen vast ge-weest. Staatsfondsen varieerden slechts in geringe mate.
Voor buitenlandsche soorten bestond niet veel belangstel-
ling.

8′

. .

ECONOMISCH-STATISTISCHE:BERICH,TEN-i

3
Januari
.1923

22’1)ec27»1)êo 29i1)ec;g0f

6
»
ol, Nederland 1922′:…..981

98K

99% +
116
5 ”

1918» ……88%,

89

89
3
/, +
»
ii

’12 010

,,

1916
.
…..88

88
1
t16
88%» +
4

0
10 .

,,

1916 ……81 Y
4

81K

81%. +
j3112o10

,

72%

72%

72%
3 »’
0
/0

62

62

62h/
ic
+
0/16
1.211, o/
0
Crt;»N. W. S…………

52
7

53′

’53’

+ ;’i
17

0/
Qo»St
;
Indië 1921 ….. 10111
8
101%

101
8
18 + %’
6

0
/0 .

,,

1919 ……95%

96

95
15
/i
.

P5

°/o .

,,

1915 …… .93′

93%’

93/8
4 o
o
Qostenr. Kronenrente
181
16


0
/0
Rusland 1906.»
………… 5V. ,

4

4

— 1
4 o/
0
,Rusl. bij »Hôpe & Co

3
3
1,

351

4l/

+
‘/io

1
4

0
/8
Japan 1899:………..67%,

6718 , ± ,’/.
‘5

o/
0
Brazilië.1895’»»
.

………… 49

48%, »

48%’ —
118 – o/
0
San Paulo 1921 …… .92′, .92%

92% +
6 o/
0
Amsfrdi920

100,V/..
1


.7

oj Rötterdarn. 1920.»;…….103.

103
1
1

103’I

+
18
De,,,petrotczinoarkt.,,heeft,
zieh,,ge,lee1teijk,.kunnen ,,her-,
‘stellen van. de koersda1iug,.diehet,hoofdfouds,»heefti mede,,
gernaakt. ,Toch was,,hier
0
ide .grpndtoou ,aUerminst. gunstig
1

te
»
noemen. »Men JeesLniet groote.bezorgdheid de,,berichten
!omtrent het
1
,verzouteii.,der..,Mexicaauscbe ,.bronnen, en, men
jvraagtfzich.ter, beurze,.Avaak,.af,,,oL,de,».Koninklijke, ,indien.,
hetr.,tot,eenizeer aannierkelijk .kapita.n1sverlies uit.
»
»hoof de».
van die verzouting zou komen, c1it.metevenvee1»gemak,zou
ku.nnentdragen,.als,,.zij.,b.v. hetvverliesi in
»
Rusland ,,heeft
getorst. »IniMexico» toch zijn de,,in..dengrondgestoken..be.
dragen onevenredig., veeLgro’oter en,. zij ,.Jiebben, ,,tot,,nu toe
ook,,niet ktotj de
»
.,winst van. de,,Kouink]ijke..in ,,eenigszins..
runne.mate bijgedragen. Hiertegenover»staat echter. (le op-
t

1
timieehe ,houding»yan, de .directie,,die,voorzeer velen ,door
slaggeyend is.,Ten. ..ge’o1ge.i.van ,én en . ander».hebben.,de».,
koerswijzigingen.zich beperkt ,tot,enkele
»
procenten.
Deiveroordee1ingyan den ,heer.-Deen tot betaling. yan,.een.
schadevergoeding
»
jvan bijnai..f 5 millioen ., aan .,de,,Perlak,.
heeft..op,.de betrokken.’aandeelen..,nog,, geen …inv1oe&..uitg..
»oefendr, het is hoyendien. twijfelaehtig,
0
o1 »de Mij. wel ooit
»
het ,haar.»»,toegewezen geld, zal kunnen toucheeren, daar .de,,
lieer,Deen zich»,inmiddels »,in,jhet,.buiteuland heeft gevestigd..».
De
..cultuur,rnarkt
,,.
is ,grooteudeels,»zeer yast, gebleven ;,. ten» lotte thebben1, de’.. voortdurend» ,gi nstige. berichten ,.uit, » de..
uikerindustrie,, hun» ,,invloed uitge
»
oefend, waarbij, als,, steu»
nendejactor..,voor,, de, betrokken aandeelen kwam het,:ont:,,.
brelcen..vnn,.materiaal».
Tn,,aansluiting» hiermede .wa»ren ook..de
tabaks-
en
ro.zbber,-
markten
»opge
»
yekt.van toon. Voor..laatstgenoemde.,markt’
is
»
thanst.een nieuwe, » emissie ..aangekondigd, ,.hetgeen. jwel
bewijst,. hoe.optimistiscb’,men in rubberkringen iniet alleen
over de toekomst:.van,.het artikel..00rdeelt, maar..,00k,,tea
anzien van de houding van het publiek….

221)ec: 27
1
1)ec. 29Dec.
Rijzingof
aIng
»

Amsterdamsche.Bank ………119’/ .118% ! 119% — Incasso Bank………………….90%.

— »

90%
Kolonial.e1 Bank ……………132%», 133/

135,». + 2%
Ned.Uandel-Mij.cert.v.aand .l33

133’/, 1301

+,l’/o
Rotterd. Bankvereeniging…, 91,.

»mst. Superfosfaatfabriek. » 31% .
Van Ber.kel’s Patent………..34 ,.

•323

32%., — 1%
G
,
ouda.,aarsen………………83%., »83%,
Ho1I.Draad-enKabelfabriek

.. 72,»

723.

+
Jurgens’Yer.Fabr.gew.aand. ..» 58k». 61 .

56%.. — 2 ,.

1

.

,,.

,, ,
pr. aand….70′.j

69 ,

67%» —2%,
Leerdam Glasfabrieken .’ …..384′ 38%

38%
Philips’»Gloeilampenfabriek. 248(.,, 250 . 253% +5 .
Vereenigde,Blikfabrieken…..94i . — ».

92% . — 2
8
18
fVereen.ChemischeEabrjeken .2734 . —

29’/ + .1
CompaniaMercanti1,.’Argent. ;» 25%»
1
27

233/
2
—2
CultuurMi}. d..Yorstenland..,,1 58!/.,, 157)’11160 »
Handelsver. Amsterdam. ….. 372%. 377% 390., +17%
;Ha,n»delsverg. 1Reis,& Co………25,

257/s,, 25% +»%.

i

Int. Crediet» en Randelsver.g.

Rotterdam, ………………. 162′.
)

— »

163,

4-1
LindeTeves&.$tokvis …….. 6934

694

70,, +»K»’
Tels,&1Co’s.Uandel-Mij………6..

5%

5%., —.%,,
Redjang,,Lebong.Mijnb.-Mij.8.l023.» 101%, 103.,


Gecons;.Hoil.»,Petroleum-Mi}.i»J26’j, . 1271 ” 126/,
.+
%’
Kon.
0
Petroleum-Mij.. ………. 397%.
,
407%».s 401 ‘/o + 3’h
Orion
»
,Petroleum-Mij ………. .

AfgestsAawI.6. 371
,
j

373Y
4
i 37i
Steaua Roman,a»
)
‘PetrQleum,
Mij. .. …Afge
»
st» Aand,,
0
28,ii,

Awsterdam-RubberMi.j:…. 1
155/,ç.
116’/,,»,1 l7%i,

‘ PJ’»,
‘Neder»L-Bubber..Mij»u, ………
..63

63

64%, ‘-j-».i1 Y
4
,
Oost.Java-Rubber-Mij. …… 166

1709 175% + 9%.»

22 Dec.27., Dec. 29,

lli-Batavia Tabak.I1ij. … 272% 274% 280 » + 7
1
/
2

li-Maatschappij …………234% 237

246.

+ 11%
nembah-Maatschappij … 324

323=

333.. ± 9

De’scheepvaartmarkt
werd goed»gesteund; hoewel de fluc-
aties,t.niet groot waren, bleef ide.’ grondtoon buitenge»

J
22 Dei:27iDêë: .29

flö1landAmerika»Lijn ……120 »»

120%. , 120%.» + %, »
,,gem.eig. .105

106% 1069» + 1%
LHôllandsche .Stoomboot»Mij.’ » 30%» 31′

31% + %
‘Java-China-Japan-Lijn
.
……77

79% + 2%
Kôn.JIo1landsche Lloyd … 17/. 17
7
1,

17
3
18 —
EonNed.
,
Stoomb.-Mij ……. 68
7
1i

69%

70

+ l’/
Konink;Paketvaart-Mij. … 95

96%

97
1
/8 + 21
Maatschappij Zeêvaar.t.»…….60

60%, 62

+ 2 ,»
NederL Scheepvaart-Unie… » 96
ti,
– 976»

98
7
1, + 2%»
Nievelt Goudriaan ………….. ,1053.

104/8
»
105%
Rotterdamsche Lloyd ……… 123%,.. 124% 124% + 1%
Stoomv»-Mij. ,,Nederland”,,, 135% 136% 137 ‘

+ 1%
öordzee’ ….
35
K

34%, . — »

—4

De
«Airieri
kaanselie af deeling’
was stil;’ alleenvoor Stude-».
baker. bestond goede »belangstelling…

22 Dec.’ 27Dee» 29 Dec.
Rij:ingof

Americ. Smelting&Refiniug» 57
1
1». 56%

55
1
18 —2 Anaconda Copper …………100′!. 100%

98

— 2
7
1
8

Studebaker Corp. …………135% , 141,.

140,
1
1
8
. + 4
5
18
Un. States Steel..Corp. …… 108

107% 107% —%
Atchison Topeka …………… 1O3!s’ 105%

103% —
8
/8
Ene
…………………………10%

10%

10%

-%
SduthernPacific’. ………….. 92%»

92»

92% —%
Union Pacific.: …………….. 142%” 143»»’

1431. . + i/
Int: »Merc: Marineorig. gew. 12%’

101′
2
10’1′ , — 1
,
18
,, I

,, , pref. 1
4
8%, 45/

44% — 3%’ »

De
.geldmarkt
is.»weer.iets .ruimer…geworden; prolongatie
3
1
12ii.4 pCt..

»

GOEERFNFFANDEL,

GRANEN.
T a r
w
e. Niettegenstaande de,,,feestdagen ‘is ,de omzet
in
8
deafgeloopen»i.week.;niet..onaanzienljk,geweest; , voora1.
in Engeland»1was, er,» tamelijk veelkooplust,voor,,tarwe,
1
aan»,
kezien
,
de..verschepingen.na,ar dat-ladnietruim waren.,De,.
zoorradenin
»
de.’havens.zijn ,zeer onbeteekenend.,en.,de,fabri- »
kanten ,,blijven •.dientengevolge
1
»voortdurend kooper»., voor»1
spoedig.leverbare, partijen.,
»
De».» erschepingen ,van..’Arge.nti- »
nië. ,vielen» zeer tegen; ,.nog,,steedsiwordt..ierreweg de
»
groot-..
ste, ,hoeveelheid, geleverd».. door . het Noord-Amerikaansche
Continent.,. Yan.,den » oord»AmerikaanschenExport .’komen
wederomde,belangrjkste boevee1heden»vanCana»da en merk-t»
waardig.is;dat.in den laatsten .tijd,zeer veel van,de,.Canada-,
tarwe via

de ,.Westkust. haar .weg,naar Europa8vindt.
De. oogstberichtenvan»Argentinië»blijven eenigszins tegen-
strijdig, ,maar, ofschoon., sommigeberichten van pteleurstellen-..
Oe. opbrengsp gewagen, ,neemt,meu. toch yrijalgemeen,aan,.,
dat.de…00gst zeerr:ruim .za1zijn.»» Het zal,nog, we1.eenigeR
weken,.duren ,alvorens de oogsten. van, Australië en Argen-.
tinië op»ruime schaal., verscheept».worden en de. vraag. is het.».
f ,,dan de.»prijzen »zullen .terugloopen,», wat».men,,reeds,.zoo.
lang
:
verwacht’ heeft» ‘.Gedurende»,de afgeloopen.-,week, bleven.
de markten aanvankelijk zeei-.».vast, ‘;doch ,de.,laatste dagen»,
tra(L er .een»niet onbelangrijke reactie. in. , Dit. .geldt voor
Noord»Amerika;rin Zuid»Amerika zijn »de
0
prjzenongeveer.
dezelfde igebleven:,.
Ma 1. », Dit,artikel was»in.,de)afgeloopenS week.vastige
stemd, .,vooral’,La P]ata maïs. .De»verschepingenzijn’iete .af»»,
genomen, ,hetgeen .,men evenwel voor6,een -groot.gedeelte, toe».»
schnijft,
1
aan de,’. feestdagen.i Ongunstige,,berichten over, den,»,
nieuwent.,00gstvan1»Argentinië;»bereiktenp. ons,.,via Noord-
Amerika,doch ,uit Argentinië ,zelf.wordt weinig..daarover».i
ber»icht.WeJliep de:noteer.ing te Buenos Aires ivoor Meiop..
van, 7,35tot.,7,75 ;en.00k,de .pnijzen,van . dennoudeni.00gst
stegen. vnn,.7,90.vtot1»8,15» ‘De Noord-.Aerikaansche ,markt
toonde. af1en’,foe neiging lagerte gaan?zoodat op het oogen-.
blik,6le prijzen »voor deNoord,en Zuid-Amerikaansche ma!s
vrijwel-aan, elkaar. ‘gelijk,.zijn..,Dit» maakt; »0dat, de,meeste,
Europeesche.markten ,nog. vrijwel .uitsluitend La.Plata mais,
koopen. Onze»,ederlandsche ».markt maakt » daarop .een uit-ondering.’..enn.hetgeyolg,,is, ,’dat,00k bijna,de
:s
helft.van de
verschepingenva.nrNoordAmerika: voor,.Nederland,besteznd,
zijn; eEuropeescheeyraagis,over1’hetr algepeen
;
zeer
t
goed
geblevenizoodatixich ,nog. nergê,ns voorraden»,van igrootebe-.,.
teekenis » opgeboopt.hebben.t»

3
Januari
1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BÉRICHTEN

Noteeringen.

Chicago
Buenos Ayrcs

Data
Torwe
Maïs
Haver
Tarwe
MaTs
Lijnzaad
Dec.
Dec.
Dec. Fel,,.
Feb,.
1

Feb,

30Dec.’22
125’•
75fi’
42
11,45
8,15
1)

17,05 ‘)
23

,,

’22
125h
723f
43
1
18
11,55
7,95
16,85
30Dec.’21
110$
47
1
/,
/
33′
11,50
7,45
17,50
30Dec.20
171

73
47
17,75
9,75
17,20
30Dec.19
246
142
3
j
84Y
2

13,40
1)

6,60
21,-

)
20Juli’14
82 56
3
1
,

36
1
1
3

9,40 5,38
13,70

1)
per Januari.

Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.

s
oo, en
2Jan.
1923
27Dec.

1922
1

2Jan.
1922

Tarwe*

……………
1
)
13,75
13,40
13,50
Rogge (No. 2 Western)
1)
11,70 11,90
11,75
Mais (La Plata)

……
8
)
200,-
192,-
185,-
Gerst (48 Ib. malting)

.)
196,-
194,-
205,-
Haver (38 lb, whitecl.)
.
.1)
10,60
10,60
11,75
Lijnkoeken (Noord-Ameri-
ka van La Platazaadi’)

1

14,50
14,50
15,75
Lijnzaad (La Plata)..
.
.)
434.-
433,-
381,-
1)
p. 100 K.G.
1)
p. 2000 K.G.
3
1 per 1960 K.G.
•) Nr. 2 Hard/Red Winter Wheat.

AANVOEREN in tons van 1000 K.G.

Artikelen.

Rotterdam
Amsterdam
Totaal

26130
Dec.
Sedert
Overeenk.
26/30
Dec.
Sedert
Overeenk.

22
1922
1921
1922
1
Jan. 1922
tijdvak
1921
1922
1
Jan.
1922
tijdvak
1921

Tarwe ……………..
10.398
1.115.223 1.461.938
5.111
39.620 46.482
1.154.843
1.508.420
11.662
373.849
145.614


1.831
373.849
147.445
Bekweit …………..


13.797
9.776

.


576
13.797
10.352
8.202
955.193
1.010.101
2.103
99.600
112.861
1.054.793
1.122.962

Rogge

………………
….

8.395
160.469
241.987

8.871
9.360
169.340

251.347
1.961
113.074
74.285

292
4.285
113.366
78.570

Mais

………………

3.772
180.762
157.237
1.608
79.663
115.919
260.425
273.156

Gerst

………………
Haver

………………

1.750
131.266
124.211

4.187
32.339
135.453
156.550
Lijnzaad …………….
Lijokoek …………….
Tarwemeel
54
74.516
54478

8.069 4.955
82.585
59.433
Andere meelsoorten

9.768
37.886
1


2.665
2.047 12.433
39.933

De prijzen van ge r s t blijven vrijwel gehandhaafd. Donau-
gerst is in iets grootere hoeveelheid aangeboden.
Noorcl-Amerikaansche gerstsoorten zijn regelmatig op de
markt, doch over het algemeen acht men cle prijzen te hoog.
De handel in h u v e r was kalm, hetgeen in dezen tijd vnu
het jaar niets ongewoons is.
Voor 1
ij
n z a a tE bestond meer belangstelling. De verselie-
pingen
wederom niet groot en waar van dan nieuwen
La Plata-oogst nog slechts weinig met Europa gecotitrac-
teerci is, blijkt er nu vooral voor Januariverscheping meer
belangstelling te bestaan, waarschijnlijk mag men dus spoe-
0 ig grootere verschepingen verwachten.
M a
1
k t en in N e d e
t
1 a ji d. Gedurende de laatste da-
gen van het jaar was er hier in tartvc slechts geringe hauu-
de!; althans (Ie fabrikanten toonden weinig neiging hun
ongageinentea te vergi’ooten, daarentegen kocht een imp
~
o
r-
tenr vrij belangrijke hoeveelheden.
De vraag voor mais nam aanzienlijk toe en dientenge-
volge werden cle prijzen goed gehandhaafd. Verschepers van
La Plata mais vragen prijzen, die ten onzent te hoog ge-
vonden worden.
itt
Mixecl mais was de hauiclel levendiger, doch 05 afdoe-
niugee bepaalden zich hoofdzakelijk tot disponibele-, stoo-
inende-
of zeer spoedig af te laden partijen. i)e handel in gerst en haver is tamelijk langzaam, doch in
lijuuzaad ging ook hier aanzienlijk meer om, voornamelijk
voor Januari-n.flading.
Rotterdam, 2 Januari 1923.

SUIKER.
[Eet resultaat der rondvraag aan de D u i t
S
c Ii e suiker-
fabrikanten is, dat cle oogst aldaar geraamd wordt op
1.483.000 tons suiker. Over het algemeen w’erd een oogst
van 1.600.000 tons verwacht.
De verschillende suikermarkten waren (leze week vast
gestemd, in navolging van A m e r ik a, waar de noteerin-
gen gestadig opliepen en bij sluiting de volgende cijfers
lieten zien: Spot Centrifugals 5,65; Januari 3,82; Maart
3,51; Mei 3,62 en 3,73 voor Juli. Belangrijke afdoeningen
werden echter niet gemeld.
De laatste Cubastatistiek
luidt als volgt:

1922

1921.

190

tons

tons

tons

Weekoutv.
ii.
oogst 23 i)ec. …… 29.676

5.403

Tot. ontv. 1. Jan.

23 Dec . …….. 47.878

13.049

Werkende fabrieken …………..46

18

17

Weekexport 23 Dce. ………….. .14.388

Tot. exp. 1 Jan.-23 Dec. ………. 18.959

Tot. voorr. op 23 Dec. ………… 28.919

13.049
Export Oude Oogst …………..2.602
Voorr.

.,

..
…………..
10.235
Oqk van J a v a werden geen groote transacties gerap-
porteerd. De Trust verlaagde hare limites tot
f
13,- voor
witte suiker en
f
12,- voor No. 16 en hooger, voor nieu-

ven oogst. De prijzen van suiker van dit jaar uit de tweede
hand trokken iets aan. De markt bleef echter stil.
Iii e r te 1 a n de was eveneens de invloed van New
York merkbaar, ofschoon slechts eenige onbelangrijke af-
doeningen tot stand kwamen. Op de termijnmarkt sloot
December op ongeveer
f
23%
;
Maart op
f
24,12% en April
op f24,-. De omzet bedroeg ongeveer 500 tons, terwijl de
totale omzet op de termijnmarkt gedurende 1922 ongeveer
80.000 tons beliep.
NOTEERINGEN.

Londen
Amsier.
Vew York
96pCi
White Java
Amer. Gro-
Data
dam per
Tates
Job. per
nulatedc.i.f.
Centri-
Dec.
Cubes
No.
/
Febr/Maart
fuga/s
Januari Maart

Sh.
Sh.
$ct.
28 Dec. ’22
f2334
5616
1916
2313
5,65
19

,

’22
,,231i
556
1913 231.
5,75
28 Dec. ’21
,,19
1
116
51/6
1719
1716
3,48
28 Dec. ’20,,

761-
301-

5,26
4Juli

’14,,1118/53

181-


326
KATOEN.
Noteering voor
Loco.Katoen.
(Middling Upiands).

129
Dec.
‘22123
Dec.
‘22116

Dec.
’22!30
Dec.
’21
30Dec.
‘2f

New York voor
Middling

..
26,50e
26,20e’
25,70c
I9,45c
14,60c
New Orleans
voor Middliog
26,50e
26,-c’
25,50c
17,75e
13,50c
Liverpool voor
Fy Middling1
15,21 d 15,01 d
14,61 d’
11,71 d 10,27 d
1)
22 Dec. ’21. ‘) 15 Dec. ’22.

Ontvangsten in- en uitvoeren v&n Amerik
aa~e havens.
(In dulzendtallen balen)

1Aug.
’22
Overeenkamstige perioden
tot
28Dec. ’22
1921
1920

Ontvangsten Gulf-Havens..
3311
2539 2719
,,

Atlant.Havens
712
952
718
Uitvoer naar Gr. Brittannië
870
765
935
‘t Vasteland.
1864
.

2103
1422
Japan ete…


Voorraden in duizendtallen
22
Dec. ’22
30
Dec.’21
31
Dec. ’20

Amerik. havens ……….

1050
1359.
1454
Binnenland …………..

1374
1600
1612

.

87
25
New York

……………

.

369
475
New Orleans …………..
Liverpool

……………

991
1012

20

. ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

3 Januari 1923

KOFFIE.

(Mededeeling van de Makelaar2 G. Duuring & Zoon, Kolf 1
& Witkainp, Leonard Jacobson & Zonen
en G.
Bijdendijk).

Noteeringen en voorraden.

Dato
Rio
Santos
Wisselkoers
v oorraaa
Prijs
No.
7
V
oorraaa
.
s
Prij
No.
4

30 Dec.

1922
1.463.000 17.900
2.271.000
22.800
23

1922
1.555.000
17850
2.345.000
22.700
6 16

1922
1.521.000
17.625
2.318.000
22.500
6
11/
a

30 Dec.

1921
1.840.000
13.775
3.049.000
17.300
7
13
132

Oiitvatigaten.
Rio

1
Santos
Data
Afgdoopen

Sedert

Afgdoopen

Sedert
week

1 Juli

week

1 Juli

30 Dec. 1922….

49.000 1.794.000

157.000 3.919.000
30 Dec. 1921….

85.000 2.306.000 183.000 4.520.000

COPRA.
De markt bleef deze week zeer vast gestemd, en er ging
vrij veel om.
Java f.m.s. ………………..
f
30,374
Ned.-Ind. f.m.s . ……………. .. 30,129

2 Januari 1923.

VERKEERS WEZEN.
SCHEEPVAART..
GRAAN.

Data

Petro-
L
o
0
J
n

Rdam

Odessa
Rotte,.
dam

Au.
Kust
Ver. Staten
San Lorenzo

Rottcr.
Brisiol
Rotte,-

Enge.
dom
Kanaal
dam
land

25-30 Dc.

1922


164
1
313
2713
2713
18-23

,,

1922


14

1
313
281-
281-
26-31 Dec.

1921


41-
41-
341- 341-
27 D.-1 Jan. 1921


713 713
3716
376 Juli 1914
11 d.
713
1/111/
4

1/111/
4

121.
121

The An 9Flo-South American Bank, L.

Kapitaal en Reserves meer dan £ 13.000.000,—.

Argentinië – Chili – Uruguay – Peru

Mexico – New York – Parijs –

Barcelona – Bilbao – Madrid – Vigo

Sevilla – Valencia.

Bank- en Wisselzaken,

Handelscredieten

Incasseeren van documentaire

wissels.

Aan- en verkoop van Effecten.

Hoofdkantoor: 62 Old Broad Street, London E.C.

NEDERLANDSCHE HANDEL-MAATSCHAPPIJ,

Gestort Kapitaal
……f 80.000.000,—.
Statutaire Reserve
….
f
19.445.211,—.

Buitengewone Reserve
f
22.660.000,—.

Hoofdkantoor: AMSTERDAM.

Agentschappen te ROTTERDAM en ‘s-GRAVEN HAGE.

R

Direct
opvorderbaar
…..

……..
15/2
%
ILIN 1
11
1

maand vast of opzegging

………….
2
%
3 maanden vast of opzegging

………..
3
%
voor
9

,,

,,

,,

..
….
…..
..
33/2
%

DEPOSITO’S:
12
4
5/
2

%
Voor andere termnen en groote bedragen
ij
nader overeen te komen.

NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP

Wilton’s MachinefabriekenScheepswerf

• ROTTERDAM

Scheepsbouw en Machinefabriek
Speciale inrichting voor reparatiën van eiken omvang

Vier droogdokken met lichtvermogen tot 46000 ton

Dwarsheliing

Drijvende kranen met lichtvermogen tot 120 ton

Telefoon: 7303 en 7304

Telegramadres WILTON” Rotterdam

Auteur