Ga direct naar de content

Jrg. 5, editie 250

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: oktober 13 1920

18 OCT6J3ER 190

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN..

Econom1*schP,Sta

t1
*
St1S
.
ch

Ben” cht on

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL NUVERHEID, FiNANCIËN EN VERKEER

UITGAVE VAN HET INStITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

5E JAARGANG

WOENSDAG 13 OCTOBER 1920

No. 250

INHOUD

BIz.
STAATEHULP
BIJ OwrcIsNnqc VAN WOESTE GRONDEN
door
J.
P.
van Lonkhuyzen ……………………….
883
Socialisatie van den Steenkolenmjjnbouw. (Nieuwe voor-
stellen) III door
Prof. Ir.
Is.
P.
de Vooys …………
885
De daling van den Suikerprijs
……………. . …….
887
Het Vraagstuk der Internationale Credietverleening……887
De Graan- en Broodregeling in Frankrijk doo’r
Dr.
J. J.
L. van Rijn ………………………………..
890
Londensche. Correspondentie
……………………..
891
AANTEEKENINGEN:
De Financieele en Economische toestand van Nederland 893
De Handel der Unie van Zuid-Afrika …………..894
OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN
………………….
896
MAANDCIJFERS:
Ontvangsten van Spoor- en Tramwegm

j
aatschappien
Juni1920
…………………………..896
Productie der
Kolenmijnen
……………………897
Rljkspostspaarbank …………………………897
Postchèque en Girodienst ……………………
897
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
………………
897-905
Geldkoersen.

Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.

Goederenhandel.
Bankstaten.

Verkeerswezen.

INSTITUUT

VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J. Bruins.

A.ssistent-Rectacteur voor het weekblad: D.
J.
Wansink.

Secretariaat: Pieter de Hoogh.weg 1, Rotterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkautooi Ritige Plaatweg 37.
Telef. Nr. 3000. Tele gr.adres: Economisch. In.stituut. Postcheque en girorekening Rotterdam No. 8408.

Abon.nementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland f0,—. Buitenland en Koloniën f 22,50
per jaar. Losse nummers 50 cents.
Advertentiën f 0,50 per regel. Plaatring bij aboivrie-
ment volgéns tarief. Administratie van abonnementen
en advertenties: Nijgh d van Ditmar’s Uitgevers

Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, ‘s- Grav enhage.

BERICHT.

Wegens de vertraging door de poststak’ing veroor-
zaakt in de publicatie van den weekstaat der Neder-
landsche Bank, verschijnt dit nummer eenigszins laat.

11 OCTOBER 1920.

Het aanbod van geld was ‘de afgeloop’en berichts-

week iets grooter. De rente van particulier disconto

bleef ongeveer op dezelfde hoogte, maar het aanbod

van wissels was aanzienlijk minder groot, ‘zoodat prima

papier herhaaldelijk
3
‘pOt. lager te plaatsen was. l)e

meerdere geidruimte kwam echter sterker tot uiting

in de noteering van de ‘prolongatierente. Deze kon

regelmatig teruigloopen en sloot op 3Y pOt.

De imeeste wisselkoersen waren ook deze week weder

vrij stationnair. Het meest opmerkelijke was de alge-
meene verbetering van den sterlingkoers over de ge-

heele wereld. Hier te lande kon de koers stijgen van

11.19 tot 11.32. Marken waren daarentegen flauw. De

daling van den koers bleef echter beperkt. Ook Wee-

nen was sterk aangeboden. Een bijzonder verschijnsel

is verder de teruggang van de koersen op Tava en

Afrika. T. T. Batavia noteerde heden ongeveer 100

. 100Y en is dus in enkele weken circa 4 pOt. terug-

geloopen. T. T. Kaapstad doet nu 1% 2 pOt.

discount, terwijl er nog niet lang geleden een agio

van ongeveer
7%
pOt. bestond. Wellicht dat de

Ouraçaoscho ‘koers, die nu reeds 16 â 18 pOt. agio

noteert, ook weldra weder op een meer normale basis

komt.

LONDEN, 9 OCTOBER 1920.

De wekelijksdhe ‘staat van de Bank of England

wees uit, dat het Gouvernement in de afgeloopen weok

meer dan £ 40.000.000,— van de Oentrale Instelling

geleend heeft, teneinde te kunnen vo]doen aan’de ibe

talingen van ‘schat’kist,wissels, wel:ke gedirende deze

week vervzielen.

De geldniar’kt was dientengevolge veel gemakkelij-

ker en in staat om aan de ,,Old Lady” op de resp.

vervaldata ‘de nog uitstaande schulden gemakkelijk te

voldoen.

Daggeld werd doôreeixgenomen op 5 pOt. gedaan;

voor ‘zeven-daaigsgeld was de prijs 5% pOt.

In sympathie met de gemakkelijke gelclprij’zen wa-

ren ‘disconto’s lager genoteerd ën wel voor 2-, 3-, 4- en

6-maands-papier, 5%-5%, 6%, 6
11
/ie
en 6% pOt. resp.

STAATSHULp BIJ ONTGINNING VAN

WOESTE GRONDEN.

In oorlogstijd ‘heeft ieder aan dan lijve gevoeld,
dat de behoefte van ons land aan voortbrengseleaa
van den bodem grooter is dan hetgeen hier wordt
voortgebracht. Het spreekt dus vanzelf, dat meer dan
ooit aandacht ‘geschonken werd aan middelen, die
kunnen dienen tot ver’liooging van ‘de productie. In-
derdaad zijn die middelen er; ‘door steun en aanmoe-
di’ging van het particulier initiatief of, waar dit te
kor,t schiet, door rechtstreeks imigrjpeu van ‘den Staat
kan in dezen nog veel bereikt worden. Ons land kan
veel meer dan thans voortbrengen door verbetering
der bebouwde gronden, vooral door betere droogleg-
ging. Het rapport, uitgebracht ‘d’oor de Directie van
‘den Lan’dbouw, geeft er wel een duidelijk beeld van,

hoe ruim het ar.beidsveld ten deze nog is. Voorts
door het aanw±nn.en van nieuw lad. Dedrooglegging
der Zuidervee en van verschillende plassen is een
voortzetting van hetgeen ons land door de eeuwen
heen met zooveel succes deed.

Wat wij ‘in ‘deze regelen nader willen beschouwen,

884

ECONOMISCH.STATISTISCIIE BERICHTEN

13 October 1920

is de verhooging van het voortbrengend vermogen
van onzen bodem door het ontginnen van woeste gron-

dan en wel meer in ‘t bijzonder door uitbreiding van
het aarita1 kleine la,ndbouwbedrijv’an op outginningen.
Ons ‘land bezit nog ‘bijna 4 millioen hectaren woesten

grond, dat is on.gever
‘6
gedeelte of ‘de oppervlakte

van twee provincies. Deze gronden leveren thans wei-
ing of niets op en toch zijn zij bijna geheel geschikt
voor de teelt van landbouwgewassen of van hout.

Zeer vele zijn n’ieit alleen g es c h i k t, maar zijn
zelfs ze e t v o o r d ee 1 daarvoor te gebruiken, ;d.w.z.

het in den grond gestoken kapitaal brengt bij oor-

deelkundiige aanwending een voldoende rente op.
Het is zender .twijîel voor o’n’ze onafbankeljk’heid

van het buitenland in vele opzichten van het ‘hoogste
belang, wanneer de oppervlakte bosch kan worden

verdnbbeld en wanneer de gronden, ingenomen door

bouw- en grasland, aan ‘bijna een millioen meer men-
schen dan thans een woon- en werkplaats kunnen bie-
den. Onafhankelijkheid van het buitenland wordt
daarmede wel ûiet verkregen, wat de behoefte aan

voedsel en zeker niet wat die aan hout betreft, maar
dit is ook niet noodig. In normalen tijd kan een en
ander veelal niet meer voordeel van elders betrokken
worden. Maar het is toch niet zonder beteekenis voor
onze mijnen, voor onze brandstoffenvooTsieniing, voor
het bouwbedrijf en voor verschillende iud’usrtrieën,

dat in geval van nood onze houtvoorraa4 dubbel zoo

groot ,is als ‘thans en dat ons eigen verbouwd voedsel.

langer toereikt.
Maar ‘het is dat tniet alleen. Voor de normale ont-

wikkeling van de eheef’ten der bevolking is het nood-
zakelijk, .dat ‘de hand aan den ploeg wordt geslagen
en krachtiger dan thans tot ontginning wordt over-
gegaan. Immers, wat het ‘bosch ‘betreft, valt den

laatsten tijd eer een afneming dan een toeneming der
oppervlakte waar te nemen. Vele bosachen, op goede

gronden gelegen, worden gerooid en omgezet
in
bonw

en .graslard, ‘dat op ‘dien bodem meer voordeel op-
levert. Op zichzelf is dat geen bezwaar, integendeel,
het kan sijn toe te juichen. Echter is het jammer,
dat ons land, dak ‘toch reeds arm aan bosch is, daar-
door meestal van . zijn schoonheid inboet en .dat de

plaatsen van verpoozing wonden ingekrompen. Wan-
neer men dan weet, dat in . ons land nog tenminste
150.000 hectaren woeste grond liggen, die, zullen ze
ooit ontgo’nnen worden, in elk geval voor ‘bosch be-
stemd – moeten worden en dat thans elk jaar niet veel
meer dan 1000 hectaren daarvan worden aangepakt,

dan gevoelt men, dat het noodig is naar middelen
uit ‘te zien om voor- ‘deze wijze van ontginniing tot een

snéller tempo te geraken.
Noig sterker ‘komt dit uit bij de ontginning tot

bouw- en grasilarid. Op het platteland, vooral ‘in onze
zaudstreken, ‘in het zuiden noowel als in het oosten
en het neorden, ‘bestaat onder de laio,dbouweikde be-
volking groote en dringende ‘behoefte aan uitbreiding
in grootte en in aantâl der bedrijven. De welvaart is
toegenomen en ‘het meerder ge’bruik van werktuigen
en van’kunstmest stelt den kleinen landbouwer in staat

meer land onder iden ploeg te nemen en daardoor een
beter bestaan te krijgen. De jonge landbouwers willen
zich op den duur zelf vestigen, een eigen bedrijf be-
ginnen. Het ‘is een feit, ‘dat thans zeer velen genood-
zaakt zijn te wacbten met het vormen van een eigen
bedrijf en een eigen gezin, omdat er niet genoeg
land ‘beschikbaar s. Of wel, zij zeggen het oude vader-
lijk bedrijf -viaarwel en ‘gaan op andere wijze den

kost verdienen. En di

t is, als het om genoemde reden

geschiedt,
te
betreuren, want het beteékent een ver-

l’ie.s voor cie gemeenschap. Wanneer men nu bedenkt,
dat ‘de nog aanwezige woeste gronden ons in staat kunnen stellen om tQnminste 30.000 nieuwe land-
bouwbedrijven te vestigen van voldoende opperilakte
om een gezin een zelfstandig bestaan te kunnen ver-
schaffen, dan zal men moeten erkennen, dat er wat

in o e t gebeuren.
‘Het is nu de vraag, welke weg moet. worden inge-

slagen. Er gaan wel stemmeifi op om .de woeste gron-

den om
te
zetten in staatsbedrijven; feitelijk dus

socialiseering, toegepast op boschbo’uw en landbouw.
De -bosch’bouw leent zich zeer goed. voor staatsbdrjf,

wellicht zelfs beter voor – staats- dan voor particulier

bedrijf. Met ‘den landbouw is het echter anders. Het
bedrijf, dat door den ondernemer volkomen wordt over-

zien en beheerscht en waarbij hij izelf alle vruchten
plukt van ide verkregen – voordeelen, zal het meest

productief zijn: Ieder, die zich een oordeel kan vormen
over het landbouwbedrijf en die het ‘karakter kent van onzen kleinen boer, zal geen oogenblik stilstaan bij de

mogelijkheid, van de kleine landbouwers -werktuigen

te ‘maken bij ‘de socialiseering vafl den landbouw.
Neen, de richting, waarin .de ontginning moet worden

gezocht, is vooral de vorming van eigen-bedrijven,
waarop de ondernemer zich heer en meester – gevoelt.

Men zeide nog onlangs op de Internationale conf e-

rentie van landarbeiders
te
Amsterdam, dat van werk-

gever.szijde a-augestuurd wordt op kleine brjfjes,
waarvan langen arbeidstijd en. uitbuiting van vrouwen
en kinderén het gevolg zouden zijn. Vermoedelijk had
men ‘hier het oog op de stichting van landarbeiders-
plaatsjes ingevolge ‘de Landarbeiderswet. Wat echter

bij de ontginning van woeste – gronden – beoogd moet

worden, is ‘het vestigen van bedrijven, die tenminste
zoo groot zijn, dat zij aan dch ondernemer een vrij
en zelfstandig bestaan waarborgen. Zeker, de arbeids-

tijd – van onzen kleinen boer is lang en vrouw en kin-

deren helpen hem in- het bedrijf. Maar is dit nu inder-
daad zoo afkeurenswaard? Zij -werken voor zichzelf
en gaan vooruit! Er zijn zonder twijfel ookhier uit-
wassen, die tegengegaan moeten – worden; door goed

algemeen en vakoniderwijs, door deugdelijke voorlich-
ting, -door coöperatie, door wederkeeriige hulp en geza-
menlijk optreden wordt hier reeds ‘veel bereikt, maar

hieraan kan nog meer gedaan worden.

Op de Staatsbegrooting voor 1920 is in verband

met voorstellen van de Commissie van advies inzake
de ontginning van woeste gronden een bedrag uitge-
trokken van, 300.000 gulden voor de ‘bevordering ‘van
de stichting van kleine landbouWbedrjven op ontgin-

ningen. Op de pas ingediende begrooting voor 1921

is voor dit doel 400.000 gulden uitgetrokken. Het
ligt in de bedoeling dit geld te besteden voor het

doen van voorschotten, teneinde het totstanidkomen

van ontginningen voor kleine l
an
dbouwbedrjven en

het stichten van dé ‘daarbij behoorende gebouwen te
steunen. Zonder denen steun zijn de – financieele moei-
ljidheden te groot en wordt in deze richting te weinig

gedaan. De kosten van de ontginning en vooral de
bouwkosten der boerderijen, hoe eenvoudig deze ook worden – gehouden, zijn tegenwoordig van dien aard,
dat de moeilijkheden der eerste jaren, ‘die voor den
ontginner toch reeds groot zijn, onoverkomelijk wor-
den. Daarbij komt nog; ‘dat, mede ‘door de hoogere

kosten, de kleine landbouwer, die zich op – een ontgi-n
ning wil vestigen, veel kapitaalknachtiger moet zijn

dan vroeger het geval was. Het ontbrekende kon ‘vroe-
ger veelal gemakkelijk worden opgenomen, tegen een
niet te ihooge – rente. T-hans is dit niet zoo goed meer mogelijk. EeÊ en ander heeft er dan ook toe geleid, de
bovengenoemde voorschotten van Staatswege te ver-
leenen aan daarvoor in aanmerking komende perso-

nen. Zij worden in ‘t algemeen verleend voor bedrijven
ter grootte van ongeveer 8-12 H.A., omdat dadraan
de grootste behoefte blijkt te bestaan, terwijl deze van

voidoenden omvang zijn om een normaal landbouwers-

gezin een zelfstandig – bestaan
te
verzukeren. De land-

botiwer wordt dadelijk eigenaar; voor zéker.heid van

de richtige terugbetaling en de rentabetaling der
voorgeschoten gelden, wordt dan een eerste hypotheek

gevestigd.
Wat de grootte ‘van het krediet betreft, deze hangt
af van de grootte van het bedrijf en van -het daarop
te stichten gébouw; . de geldschieter moet natuurlijk

véldoende zekerheid hebben door de – overwaaride van

13 October 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

885

het pand. Dit krediet nu wordt voor ten hoogste 8
jaren renteloos verleend.

Daarna vindt rentebetalin’g en aflossing . (in 30
jaren) plaats. De rentevoet is voorloopig bepaald op

4 pOt., evenals bij de Land.ar•beider•swet. Eveneens

overeenkomstig de bepalingen in deze wat, ‘is ook

de Gemeente ‘de schakel tussohen den eigenaar en den
Staat of wel tusschen een Vereeniging of Stichting

en ‘den Staat. De Gemeente sluit ‘dus een overeenkomst

met den Staat en met ‘den ontginner-landbouwer.
Het spreeikt vanzelf, ‘dat ‘in ‘het zuiden, waar de
Gemeenten in ‘t algemeen beschikken over uitge-

strekte heidevelden van meerendeels goede kwaliteit,
deze gemakkelijk in deze richting zullen kunnen
werkzaam zijn. Daar zullen ‘groote cOmplexen tegelijk

kunnen worden bestemd voor het beoogde doel; zelfs
zullen daar geleidelijk geheele nieuwe dorpen kunnen
ontstaan.

Anders is de toestand in ‘het midden en noorden

van ons land. Ook daar liggen nog vele geschikte
heidegronden en ook daar is de behoefte aan kleine
landbouwbedrijven zeer groot. liet
zal
in •d’ie gedeèl-
tea van ons land ec’hter meestal niet
mogelijk
zijn
groote aaneengesloten complexen voor dit ‘doel in han-
den te krijgen. Daar zal meet de weg moeten worden

ingeslagen, dat een kleine land’bouwer, die een perceel
heide bezit of kan aankoopen, voor de ontginning van
dit terrein en voor het daarop te stichten gebouw een
krediet ‘vraagt; hiervoor zal dan eveneens de tusschen-
komst der Gemeente zijn in te roepen. Overigens zijn
echter de omstandigheden gelijk. Hij zal tot het geven
van zeikerheid op
‘zijn
goeid eveneens een eerste hypo-
theek moeten geven ten behoeve van den geldschieter.

Het wil mij toeschijnen, dat van Rijkswege, door
het toekennen van kredieten ten ‘behoeve van den
kl’einen lan’dbouwer, die woeste gronden in cultuur wil
brengen, een weg is ingeslagen, die ‘zeer gunstige ge-
volgen ‘kan hebben op de ontsluiting van onze heide-streken. Het buitenland is ons in dozen reeds voorge-
gaan. Daarmede zij niet gezegd, dat wij hierin achter-aan komen. Tot voor korten’ tijd ontwikkelde zioh het
ontginningsbedrijf, ook voor zoover het betreft de
stichting van nieuwe landbou’wbedrijrven, hier te lande
op geheel natuurlijke wijze, zonder regeeringsstein en
in ‘tal van streiken is in dit opzich’t zeker reeds ‘meer
bereikt dan het buitenland ons kan laten zien. Het
getij is echter verloopen en de •bakens moeten tihans
verzet worden. Zonder rijkssteun is een ‘krachtige uit-
breiding in deze richtin’g voorloopig niet mogelijk.

VAN LONKHUYZEN.

SOCIALISATIE VAN DEN STEENKOLEN

MIJNBOUW.

NIEUWE VOORSTELLEN. III.

Het eligenaaTdige ‘vnu de voorstellen ‘der socialisa-
tie-‘conimissie, zoorwel dat voor de ,,vollsozialisierung”,
als dat voor de geleidelijke onteigening, is dat zij geen
rekening houden met •de ‘bestaande regeling sedert
Maart 1919. Wat toen wr.ei.d vastgesteld en met spoed
uitgewerkt, n.l. hininein een half jaar, was bedoeld als
socialisatie en ‘droeg ook dien naam. Het is te begrij-
pen, duit deze oogainisatie van de steeuko’lennijverheid
ten bate der gemeenschap niet onmiddellijk vlot
werkte en zoinidier gebreken llyleek ‘te zijn.. De overgang
van 1919 op 1920 was voor Duitsc,hlajnd gekenmerkt

door de enorme daling der geidwaarde met als gevolg
de turbul’e,nte loonstijgingen, prijsverhoogingen en
speculaties. De steenkolenmijnen hadden bovendien te
lijden van ernstige woelingen, aldoor geringere pro-
ductie, en d& bedreiging der kolenleveringen ‘volgens
het vredesverdrag van Vensailles. Ongunztiger kon-
den de omstandigheden voor dan opbouw van een rijkskolengemoenischap iniiet zijn. Het eerste jaar
bracht aldoor stijgende koleruprijzan, ‘dlie het groort,ere
1)ubliek ontstemden. De arbeiders zagen niet veel,
eigenlijk in ‘t geheel geen lotsverbetering ‘door de
socialisaliie ontstaan, met als gevolg dat zij
om een

andere, een verdergaande socia’lisatie vroegen. En in

Maart 1919, de maand van contra-revolutie en roode
legert, was dib vraeg ven politieke herteekenis. Ook
‘de r.egeering was ontevreden, met nasne de a.mbten’a

ren van het ,,Rejchswjrtschaftsinjn,jsterjuni”, die al
hun wederopbonw-plaininen gedwarsboomd zagen door

verhooging van ‘den ‘kolenprijs, die zij niet ‘konden en
wilden goedkenirein, en het toch slag op slag moesten
doen. De minister van arbeid was evenmin tevreden,

omdat billijke vragen tot loonisv’er’hooging dr inijn.
arbeiders en veribetering der positie van de mijrnbe
ambten op zooveel weerstand stuitten. Ondertusschen
had de Rijkskolernina,ad ‘het dia
zijn
eerste jeugd alles
behalve gemakkelijk Deze raad had de leiding dor
zoo hoog geprezen ,,sel’bstverwaltung” gekregen, maar

natuurlijk op papIer. Hij had iii de priactijk de lei-
ding te veroveren, ondanks het feit, dat de zestig
leden natuurlijk veel te vergaderen, te ‘discuteeren
en te praten hadden om zich als én college te kunnen
gevoelen.

De ,,wirtschafts”-‘minister vond de ,,sel’bstverwal-

tun’g” prachtig als de raad zijn zit deed, en anders

veto. De aa,beiidsmSnjstei- regelde ‘die loonien, itooal,s zijn
collega het den kolenprijs deed.

Geen wonder was ‘het, ‘dat ‘hot Rei’chskohlenveriba
i
nd,
dat ‘is het centrale syndikaat, te midden van velerlei
moeilijkheden zijn wettelijke bevoegdheden moest uit-

oefenen en niet op de -dralende leiding van den Rijks
kolenraad wachtte. Vandaar ook al weer spanning
tuaschen raad en bond, die volgens het plan hadden
samen te werken als rwetgevenide en uitvoerende macht.
Over ‘den kol’enraad heen had herhaaldelijk de bond
de levenskwesties over loon en ‘kolenprijs met de re-
geering uit te vechten. Is nu van deze ‘ervaring ge-
bru’i.k gemaakt om gebleken fouten te verbeteren, en

verdere m.isgrepeu en wanvorhondingen te voorko-
men? Het tegendeel is waar. De regeerin,gsambtena.
ren ‘van ‘het ,,wirtschafts-” en arheidsministerie von-
den in de ,,selibstverwalrtiunig” een ontoelaatbaar ver-
zet tegen ‘hun beleid. Buiten ‘den kolenTaad om maak-
ten zij een wetswijziging gereed die aan hun bezwa-
ren tegemoet kwam. De lais’tige koleniboind word a:Ege-
schaft, en iu den kolenraad werd een wiilliger meer-dorheid geschayen door er meer kolenverbruikers in
te zetten (meer neibeiders zou niet veel geholpen heb-
ben, ‘daar deze de werkgevers steunden bij de prijs-
verhooging iindiien daar’vain ‘de loonsverhooging af-
hing). Tegelijkertijd werd aan dan kolennaad een
groote bevoegdheid gegeven om in de leiding van
elke afzonderlijke mijn din te grijpen als een bedoi-
ging voor weerspanniige,n. Dit wetsvoorstel kreeg dein
naam
te
zijn opgemaa.k’t ter voldoening aan de eischen
der vakvereeniginigen, die in Maart 1919 het bekende
compromis met de regeering sloten aleer zij ‘hun ge-

wapend verzet tegen Kapp c.s. opgaven. In werkelijk,
huid was het een uiting van strijd ‘der politiek en der
bureaucratie tegen het gesocialiseerde bedrijf, die
stilletjas buiten ‘den rijkskolenraad zou zijn doorge-
zet indien niet de nationale vergadering plotseling
uit elkaar was gegaan zonder het wetsontwerp af te
‘Joen.

Ook de soeia’lisaitie-coniniissie volgde denzelfdon
weg. Zij deed of er geen socialisartie was, en ging
niet het bestaande verbeteren op grond van gebleken
fouten en op grond van door den rijkakolenraad vir-
zamelde feiten ‘en opgedane ervaring. Neen, zij bouwde
geheel nieuwe plannen, liet is begrijpelijk, want uij
de somal,isa’tie-com’m’issie zat een oude wrok. De re-
geering ‘van Februari 1919 iia t haar vroegeie voor-
stellen (van mL’cierheijd en meerderheid) niet alleen
naast zich neergelegd, ‘doch geheim gehouden tot na-
det de wet van.3 Maart 191f) in Wejrnar was aui-
genomen. En diewet week af van de ‘beide voorstellen.
Op die oude voorstellen zou zij thans weer voortbo-u-
ven. Het voorstaancie ‘moest in ‘t kort vermeld w’orden
om de discontinuïteit in de Duitsche mijnsocialisatie
begrijpelijk te maken. In ‘tij’dsvolgorde ‘hebben wij te maken met a. de voorstellen der social’isatje-eommis

866

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 October 1920

sie; meerderheid: directe onteigening en instelling
vaitt een geineensch.apbedrijfsvorm; nrinderheid: de
hooge winsten der differentiaal-rente als ibelasting aan
‘t rijk brengen, en de gemeenschapsorganiastie slechts

ter contrôle van een voorloopig vrij ‘bedrijf; b. de wet
van 23 Maart 1919 en het uitvoerings’bes’luit van 21

Aii. 1919, die het mij-nbedrijf centraal lorganiseeren

eh stellen onder toezicht van een gemeenschapsorgaan;
c
i
het wioigingqontwerp,, dat prineipi’eel -b bij-behoudt,

doch de invloed van de regeering versterkt door aan de

eigenlijke .bedrijfsorganisatie alle macht te ontnemen.
Ten slotte: d. de nieuwe voorstellen der gociajlisatie-

commissie, die over ‘b en c heen zich opnieuw bij a aan-
sluiten. Het is niet te verwonderen dat de rij.kskolen-
raad zich verset. In een waardig en degelijk T5pport

van zijn ,,gesohftsführer”, Gen:eral-director Kön-

geter, dat dezer dagen gep-uibliceerd werd is de erva-

ring en -het feitenmateriaal over de -wet van 23 Maart
1919, waarvan de sociialisatjieoemnii
,
ssie geen gebruik

maakte, gepehliceerd. (,,Berg’werkszeitung” 2 tot 7 Oct.

1920). Dit kan echter thans terzijde gelaten worden,
waar de ‘voorstellen ter sprake komen d1ie maar al te
zeer ,,vom Fachkenntnisze ungatrü-bt” zijn. De beide

voorstellen zijn -toch te vergelijken met een tweede

edirtie van de oorspronkelijke plannen der socialisatie-
commissie van Ebr,uarti 1919. Echter geen verbeterde editie. Ore dit duidelijjk te maen rzij eerst aangegeven

waarin dlie voorstellen overeenkomnen.
Het wetsontwerp Leclerer (voorstel 1) komt voor een
groot deel overeen met het vroegere meer.d’eriieidsvoor-

stel. De hoofdtrek is ‘de onmiddellijke onteigening
van particuliere mijnen tegen schadevergoeding en
de samenvoeging met de bestaande staatsmijnen tot
één enkel groot gemeenschaps’bedrijf onder 11eiding van

een rijkskoienraad. Het beheerscheude element is het
doen verdwijnen -van dan particulieren ondernemer.
Het plan Rathenau (voorstel II) schijnt aanvankelijk

geheel -anders dan ‘het vroegere minderheidsvoorstel
(IFrancke-Vogelstein). Dit laatste ‘berustte op het feit

dat oude en geolôgisch gunstig gelegen
‘mijnen
een prijs

voor de kolen kunnen bedinjgen gelijk aan die, ‘welke

de slechtste onderneming juist rendeerend maakt.
In dien prijs zit voor de oude beter gesitueerd’e mijn
een extra-winst, die differentiaal-reute heet Deze

winst ‘zou volgens het voorstel Fra’ucke-Vo.gelstein

aan dan staat moeten komen. Daartoe is natuurlijk
een toasieht .noodi.g namens cie gemeenschap, dat door
een rij-kskol.en-raad wordt uitgeoefend. Rathenau wil
eveneens voor dan staat beslag leggen op de -differen-

tiaal-rerute, -doch bij heeft voor de heffing daarvan een
andere methode verzonnen, door nl. aan alle mijnen
niet meer te vergoeden dan den ‘kostprijs, ‘vermeerderd
mst een matige rente op ‘t kapitaal, en de kolen

te doen verkoopen tegen den gemiddeiden prijs van alle
ondernemingen, wo 4-ets dus als een centraal-verre-kenkautoor, gelijk wij dat -bezitten. Vanzelfsprekend
is -daarvoor ook een gemeenschapstoezicht door een
rijkskolenraad noodig, maar ibovenldien een centrale

verkoopsorganisatie, die nog niet -bestaat.
De o ereenkomst tusschen oude en nieuwe voor-
stellen is derhalve groot. Kenmerkend is dat de tege-
mootkoming aan d-e politieke beteekenis van sociali-
satie tc-t uiting komt in het volledig doen verdwijnen
van-de ondernemers winst. Dit is een negatief doel.
Icts wat aanstoot geeft moet weggenomen worden.
Toch -is ‘wel alitijd gevoeld dat de on-d-ernemerswinst
niet enkel kwaad, maar ook een prikkel ‘was voor pro-
ductie en bedrijfsontwikkeling, en Iet duidelijkst
komt dit besef tot uiting in de voorstellen Fraucke-
Vogelstein en Rathenau. Zij -zijn er op uit om door
premie-regelingen den ouden winstprikkel te ver-

vangen.
Geen v-eiibetede editie zij-n de nieuwe voorstellen.
Allereerst al niet om den vorm. Het oude rapport wm een betoog van wat wenschelijk was; het wees echter
ook met nadruk op de groote gevaren die aan de socia-
lisatis verbonden waren en gaf denkbeelden aan over
prachtische midd-1en, die daartegen -moesten worden

aangewend, zonder zich echter
-te
‘binden aan bepaalde

oplossingen. Met name werd in krasse bewoordingen de
bureaucratie veroordeeld en de vrije uiting van per-
soonlijk initiatief als noodzakelijk aangewezen. Rich-

ting werd aangewezen en in geestdriftig -vertrouwen
werd begrepen .dat een krachtig herstel en een breede
ontwikkeling van het kolenmijnbedrijf ‘voor Duitsch-

land een levensvoorwaarde was. De nieuwe voor-

stellen
zijn
daartegenover kortweg en nuchter gefor-
m-uledr-d in concrete organisatie-plannen, diie onver-

mijdelijk gekenmerkt moesten zijn door de centralisee-

rende gedachten.
De practische conflicten die in de oude betoogen verborgen waren, komen mi duidelijk aan het licht.

Het voilsozializierungs-plan toont het beste aan
wat daarvan de gevolgen zijn, want al

de fouten van

het vroeger zoo streng veroordeelde staatsbedrijf kee-

‘ren daarin volledig terug, en in een vorm, die naar

de bedoeling ‘beter moet zijn, maar die in de uitwer-
-king slechter is. Het geheele -mijnlbedrij’f komt daarbij

onder eene directie, die onder andere namen de gelijke
is ‘van wat het staatsbedrijf ‘kent, maar zonder ‘de oude
ervaring en eenheid. In plaats van -den Oberberg-haupt-

mann ‘komt een vijf’vou-dige directie, en in plaats van

den berghaupt-mann een -general-d-ircktor. –
Boven den chef van -dienst -komt weliswaar een rijks-
kolenraa-d, maar ‘of die beter is dan den minister van

-handel en -den landdag is nog de vraag. Vrije gestie
der -bedrijfsleiding wordt weliswaar uitdrukkelijk aan-

geweren, maar onmiddellijk teniet gedaan, omdat daar-
tegenover staat, dat die bedrijfsleiding geen zeggings-

kradht heeft over prijzen en over bonen, die wel niet reglementair, maar door een collectief -contract zijn
vastgelegd. Verder i-s -die bedrijfsleiding gebonden aan

een ‘bedrijfsplan, dat over diverse instantiën moet

loopen alvorens
te
‘kunnen worden goedgekeurd. Met

ideale functionarissen is ,d-it geen bezwaar, maar ook
de vroegere pruis-ische ambtenaren waren vol plichts-

betr’achting en alle instantiën ‘brengen onvermijdelijk
correspondentie, verantwoording -en ‘bureaucratie

-mede. – –
Het plan Rathenau is eveneens scherp geformu-

leerd, maar -heeft tegenover het voorstel Fr-ancke-
V-ogelstein dit -groote nadeel, dat -het belang van den
bedrijfsleider om den ‘kostprijs der -kelen om:laag te

drukken, verdwijnt. Hoe die -kostprijs ook wordt, het
-bedrag er ‘van wordt vergoed. Niet het bedrijf zelf,
-maar -de boekhouding gaat een eerste rol spelen -bij het
verkrijgen van -betere bedrijfsuitkomsten. Dit nadeel

‘kan niet worden opgewogen door de ingewikkelde
wijze waarop elk ‘bedrijf ‘zich ‘kapitaal voor uitbreiding
en verbetering moet verschaffen. De verantwoording
-naar ‘boven toe, -de voorstelling die van -den bedrijfs-
gang wordt gegeven, en -de in-druk die schriftelijke en
mondelinge toelichtingen moeten wak-ken, eischen van
-den ‘bedrijfsleider de aanwending -zijner energie meer naar -boven bij -directies en colleges dan naar beneden
ter ‘bezuiniging en verbetering -in de bedrijfsor-gani-

satie. –
Daarbij -komt n-og, -dat in het plan Rathenau de

geleidelijke onteigening is opgenomen, dat
wil
zeggen

een langzame overgang naar het plan Lederer. De

vrije bedrijfsleider zal in den loop der jaren %ich aan-
-wennen en aanpassen om een rad te zijn -in -het groote

mechanisme, dat van ‘bovenaf.
– langs eenige tusschen-

stations wordt beheersoht. – –
Rathenau ‘verwacht, dat -de contin-uïteit in het tegen-
woordige nationale kolenmijn’bedrjf ‘behouden zal

– -blijven en niet ‘geschokt -zal -worden door -de plotse-
linge afwikkeling der onteigening, -die van zoo’n om-
vang is, dat een groote organisatie en een enorme
‘höeveelheid arbeid alleen -daarvoor reeds noodig is en
vanzelfsprekend aan de eigenlijke ‘kolen-productie en

aan ‘de verbetering -daarv-an onttrokken wordt. Het
was -dan ook van een practisch man als Rath-enau te
verwachten, dat hij voor alles het geheele bedrijfsleven
in vellen gang wil houden, om de nieuwe ‘beginselen
geleidelijk te -doen -door-dringen, vooral ook in de

13 October. 1920

ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN

887

1aoofden en harten van de staf der ‘bedrijfsleiders, die thans het mijnbedrjjf in ‘gang houden. Maar Rathenau
heeft hij dergelijke gedachten geen rekening gehouden
met de bestaande regeling die bezig was ‘door te

werken, en met de eigenaardige wijze waarop in den
Tinijnbouw de ‘kostprijs ontstaat, die zoo geheel anders
is als in b.v. het electriciteitsbedrijf.
Dat ‘de uitwerking der denkbeelden v.an het eerste
socialisatierapport in deze nieuwe voorstellen een
teruggang te
zien
geeft voor wat betreft de kansen
om den ‘kolenmijn.bouw een ‘degelijke ontwikkeling te
verzekeren, ‘en ten behoeve van een onderdrukking

van de on’dernemerswjn’st – de gevaren van een door
goedJbed
oe
l
en
d
e
leeken uitgedachte, ‘boven een uit het
bestaande opgegroeide en ‘door deskundigen in elkaar,
gezette ‘bedrijfsorganisatje ‘verkiest en forQeeren wilJ
is alleen te verklaren door den politieken en fascinee-

zenden invloed die de populaire socialisatiepropa
ganda, en de ,,gemeinwjrtschafs”gedachten van

Rathenau in het tegenwoordige Duitschl’a.nd uitoe-
fenen.

Op de ‘beteekenis daarvan wordt in een slotartikel
teruggekomen.

Is. P.
DE
Vooys.
%

DE DALING VAN DEN SUIKE1?PRIJ,9.

Sedert einde Mei van dit jaar beweegt zich de prijs
op de voornaamste ‘Suikermarkt der wereld, nl. New

York, in ononderbroken dalende richting en velen
hier te lande, die bij sui’kerhan•del en vooral suiker-
cultuur geïnteresseerd zijn, vragen zich tegenwoordig

af hoevei deze daling nog zal gaan en waarom die
1

ingetreden is, terwijl de positie ‘van het artikel
Suiker toch steeds zon bijzonder ‘krachtig heette te
zijn.

Ter illustratie van de prijsbweging diene de offi-
cieele ‘noteering te New York voor Spot Cen’trifugals

per E. l’b., ‘die in Mei opgeloopen was tot 23.57 c.
en sedert dien gestadig terugliep en thans op 7.76 c.
staat. Gaat men nog iets verder terug, ‘dan vindt ‘men
in Fdb’ruari Spot Oentiifugals met 10 c. genoteerd,
welke prijs reed’s al’s ‘zeer hoog werd beschouwd.

Tengevolge van vermindering der oogstra’min,g op

Ouba hij stijgende consumptie konden de Cubaplanters

hunnen vraagprijs sedert Fchruari telkens met succes
verhoogen en ten slotte ‘besloten zij hunnen restant-
oogst niet beneden 24 c. c. & fr. ‘te ver’koopen, gelijk-
staande met ongeveer
f
90 per picol resp.
f
145 per
100 K.G., hetgeen het tienvoud,ige was van den prijs
vôôr den oorlog en dus een hongezsnoodprijs genoemd
kan worden. Niet a’Heen was de actie der planters op

Ouba om den prijs van een ‘groot ‘veribrui’ksartjkel ‘als
suiker op ‘dusdanige wijze op te schroeven zeer onsym-
l)athiok, maar zij ‘was ook ‘dom, want de Amen-

kaan’sche i’mporteu ns en raffinadeurs voorzagen uich
toen van ‘groote ‘kwantitejten tot lagere prijzen in

andere productielan’den – ‘vooral op Java. Nadat op
deze wijze de meest nijpende ‘heh’oef te gedekt was, had

men in Amerika Cu’ba niet ‘meer zoo noodig. Men
kocht verder alleen mondjesmaat bij tengevolge der
hooge prijzen, verminderde consumptie, zoo’dat ver-
koopers die suiker aan de ‘markt brachten, met
tol-
kens lagere prijzen genoegen moesten nemen.

Het doet onder deze omstandigheden eigenaandig
aan in H’ollan’dsche vaktijdschriften artikelen te lezen,
die d’e Ouhaplanters als ‘de verdru’kte onschuld ‘voor-
stellen, wien door ‘de verschrikkelijk slechte Amen-
kaansche raffina’de,ur’s nu eventjes het vel ‘over •de
ooren getrokken wordt.

De ‘vraag wordt onwillekeurig gesteld of ‘de ‘roote
daling gewettigd is, waarop men met de wedervrag

mag antwoorden of de enorme rj’zing i.’d’.t. gewettigd
was. Geen deskundige op het gebied van ‘den suiker-
handel zal ibij ‘het ‘begin van ‘het jaar ook ‘maar aan de
‘m’ogelijkhej.d” gedacht hebben, dat in den ioop van
het jaar voor Cubasuj’ker een prijs ‘van 22% c. c. & fr.
en op Java een prijs van over de
f
70 ‘per picol f”o.b.

betaald zonde worden. De eenige nieuwe factor, die
zich sedert ‘het ‘begin van het jaar heeft voorgedaan,
was ‘de verlaging der raming rvan den Ou’baoogst met

ongeveer 500.000 tons, zoodat die ca. 100.000 tons
minder ‘zoude opleveren ‘dan verleden jaar. Hierdoor
was zonder twijfel eene nijzing gerechtvaardigd, maar

deze zoude nooit zulke afmetingen ‘nan’genomen ‘heb-
ben, wanneer niet de Ou:baplauters hunne restant-
oogsten van ‘de markt teruggetrokken, resp. daarvoor
wookerpnijzen gevraagd hadden. Waar dus de plaats

gehad hebbende enorme rj’zing ongemotjveerd was, moet •de •th’ans .i’ngetreden daling gerechtvaaidigd

genoemd worden, mits “die niet te ver gaat en er zijn
reeds teekenen aanwezig, die er op wijzen, dat ‘de
daling gestuit is. Aangezien de ‘zichtibare voorraden

aanmerkelijk ‘kleiner zijn ‘dan die der laatste twee
jaren, ‘terwijl ‘de aanstaande wereldoogst – alhoewel
iets grooter geraamd dan ‘de laatste – toch niet meer
zal opleveren dan noodig is vooi eene redelijke con-
su’mptie, mag de positie van het artikel Suiker al’s
krachtig ‘beschouwd worden, ‘mits
te
hoo’ge prijzen de
consumptie niet tegenhouden. Dat dit gevaar niet

denkbeeldig is hebben de laatste maanden ‘bewezen,
toen zefs ‘in een ‘land als ‘de Ver. Staten, waar veel

geld verdiend werd, het suikerverbruik tengevolge ‘der hooge prijzen aanmerkelijk beneden de verwachtingen
gebleven is. Hoeveel sterker ‘zal dit tot uiting ‘komen
i’n ‘de economisch zwaar geteisterde landen van

Europa, die zich er aan zullen wennen om het gebruik
van suiker als eene weelde ‘te beschouwen.

Veel zal ‘daarom afhangen van het volgen eener
verstandige ‘verkooppolitiek in de verschillende pro-

ductielanden. Speculatie ‘dient zooveel mogelijk ‘ge-
weerd te worden, terwijl voor ‘zoover eenigszins ‘nioge-

lijk voldaan ‘moet worden aan elke reëele vraag ‘van de zijde den consumenten. Wat er ‘gebeurt wanneer.

men ‘het onderste uit de ‘kan hebben ‘wil, hebben de
‘gebeurtenissen op Ou’ba dit jaar bewezen. Ook het
openen van de ‘Java-campagne voor 1921 op ‘de hooge
basis van
f
50 per picol voor Superieur was een mis-
greep. Het was te voorzien, ‘dat deze prijs niet te

handhaven zou’de zijn en had eene groote combinatie
iwan producenten daarom
0
1)
eene dergelijke basis nooit
moeten beginnen, maar de li’mite zoodanig ‘moeten
vaststellen, dat er kans op gro’ote verkoopen aan
soliede ‘koopers ‘bestond. Voor eene ,,combinatje” van
verkoopers is het veel moeilijker om dan verkoopprijs
gaandeweg te moeten verlagen en ‘werkt dit deprimee-
‘ren’der op ‘de koopers, ‘dan wanneer de verschillende
ver’koopers onafhankelijk van elkaar optreden. Welke
ook de, gunstige resultaten van de vereeni’gjng ‘der

.sui’kerproducenten op Java tot dusver ‘mogen. zijn,
‘voor
.
1921 waren reeds vele mi’llioenen picols tot
omstreeks
f
40 aan soliede koopers verkocht, indien
ieder producent zelfstandig ha:d ‘kunnen verkoopen.

Er schuilt een groot gevaar ‘in ‘het gevoel van ‘macht,
‘dat onwillokeuri,g ieder groote combin’atie ‘bozielt; dit

hebben ‘de gecem’bineerdè Cu’baplantens nu ‘onlangs
er varen.

De pi’ijs van 7Y c. c. & fr., ‘waartoe Cu’basuiker
dezer ‘dagen verhandeld ‘ werd, staat gelijk met onge-
veer
f
50 per 100 K.G. resp.
f
30 per picol en ook op
deze basis zijn aan de Jaivasuikercultuur nog zeer
groote winsten verzekerd, zoodat er voor’loopig geen
onrust ‘in sui’kerkringen ‘behoeft te Ibes’taan. ‘ A.
V.

HET VRAAGSTUK DER INTERNATIONALE

CREDIETVERLEENING

Zooals ‘den lezer uit de dagbladen bokend zal zijn,
heeft ‘de vierde commissie der ‘Brusselsche Conferentie

en op ‘haan voorstel •d’e Conferentie ‘in pleno het in
het vorige nummer weergegeven voorsteL.Ter Meulen
ongewijzigd’ overgenomen.

Uit de door de Commissie opgestelde resoluties
blijkt, dat zij daarnevens nog andere denkbeelden over-
wogen heeft: het geven van een of anderen interna..
tionalen waan’borg aan de tot on’derpan’d dienende

888

‘ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 October 1920

obligaties, het in het leven roepen ‘van een internatio-
nale exportcredietverzekering, verbetering van het
pa-n-drecht voor veredelingscred-ieten, verschillende

verbeteringen op het gebied van het handolsreeht en

enkele meer.
Op
voorstel der Commissie is de Con-
ferentie evenwe’ van oordeel, dat deze denkbeelden
nader moeten worden onderzocht door eene door den

Raad van den Vol’kenbon’d te benoemen Commissie

van financiers en mannen van
aakeri.

In Nederl’andsche vertaling volgen hieronder de

resoluties met als Annex A het overgenomen voorstel-
Ter Meulen.

RESOLUTIES DER COMMISSIE VOOR DE

INTERNATIONALE CREDIETEN.
1)

De vierde Commissie stelt als ‘haar meening voorop,
dat de moeilijkheden, die inter-nationale credietoperaties
tegenwoordig op hun weg vinden, bijna uitsluitend voort-
vloeien uit de verwarring veroorzaakt door dan oorlog en .dat
de normale werking ider financieele markten niet volledig

hersteld kan worden,
tenzij
vreedzame ‘betrekkingen her-
steld worden tusschen alle volken en de hangende finan-
cieele kwesties, die voortv’Joeien uit don oorlog, ‘het voor-werp gemaakt worden van een definitieve regeling, die ten

uitvoer gebracht wordt
De Conimissie is bovendien van meeninig, dat ‘voor het.
herleven van het crediet als voorwaarden van primaire
beteekenis de eisOhen van herstel der orde in de openbare
fi,na.nciën ,ophouden van inflatie, m-unt.zuiv’erin-g en een vrij
hjn.delverkeer gesteld moeten worden. De conclusies van
deze Commissie zijn daarom gebaseerd op het ‘werk van de

andere Commissies.
De Commissie erkent echter, dat tdeze algemeene ver-
betering van den toestand een aanzien’lijken tijd zal ver-
ei-schen en .dat het voor zekere landen in de .tegenwoordig
omstandigheden niet n-ogelijk is, hun economisdhe activiteit
te .herstel:leu zonder hulp van buitenaf. Deze hulp wordt
gevraagd vdor periodes, die den norm-alen duur van corn-
mercieele operaties overschrijden. –
De Commissie is van ‘meening, dat in beginsel de
bronnen, waaruit deze hulp verleend zal worden, gevonden
behooren te worden in de besparingen .der uitleenande lan-
den, en dat izij niet een overmatige toeneming der fiduciaire
circulatie tengevolge moet -hebben, d.v.z. ‘de adheppiag of
vergrooting van een onevenredige verhouding tusschen de
betaalmiddelen en de bona Fide eischen, die ‘de zakenwereld

stelt.
De Commissie gelooft anderzijds, dat alleen effectieve
‘hulp verleend kan worden aan ‘landen, die bereid zijn, elkaar
te helpen bij ‘het herstel van .het economisch leven, al’le
pogingen in het werk te stellen om binnen hun eigen
grenzen een oprechte samenwerking te ‘doen ontstaan tus-
schen alle groepen staatsburgers en toestanden te scheppen, die aan ‘arbeid en spaai-zaamheid gelegenheid aullen geven
volledig ‘tot ‘hun recht .te komen.
De Commissie gelooft niet, dat hdhalve in bijzondere
gevallen, bepaald door nationale belangen of overwegingen van hurna’ni’teit, credieten direct dooi’de Regeeringen moe-

teil worden verleend.
liet wil de Commissie voorkomen, ‘dat een der voor-
naamste ‘hiaderpalen, die aan ‘het .verleenen van cred,ieten in idea weg staan, de afwezigheid van voldoende zekeri,cid
voor uiteindelijke ‘terugbetaliin’g in de -leenenide landen is.
De Commissie bestudeerde daarom met aan’dacht, in het
licht der ‘hierboven opgenoemde’ algemeene overwegingen,
alle voorstellen aan haar voorgelegd met het oogmerk
garanties te scheppen, die voldoende zekerheid voor expor

teurs zouden opleveren. De Commissie ‘heeft zich gedwongen gezien te erikeunen,.
.dat geen enkel systeem op zichzelf voldoende was, om te
voorzien in de vele uiteenloopende behoeften der verschil-
len’de landen en dat ‘het noodig ‘is, een serie maatregelen aan
te wijzen, voldoende elastisdh om naderhand aan iedere
combinatie van omstandigheden -te word-en aangepast.
Uit dezer hoofde besloot de Commissie ‘het volgende in

overweging ‘te geven:
Een internationale organisatie behoort gevormd te
worden en ter beschikking gestelcivan Staten, die ‘hun toe-

1)
liet -ligt in de ‘bedoeling achtereenvolgens •de verschil-
lende resoluties op de Brussel-sche Conferentie genomen, in
N-ederian’d-sdhe vertaling ‘af te drukken. Met ‘het oog op het
belang -der zaak wordt ‘hier ‘met -de vierde resolutie aange-
vangen. Bovendien vindt men -in eene A’an-teekenin’g in dit-
zelfde nummer ‘het -door Mr. R. J. H. Patijn uitgdbraelit
verslag over ‘der financieelen en economischen toestand van Nederland afgedrukt.

vlucht wensohen te nemen tot crediet, tea einde ‘hun
import van noodzakelijke goeder-en te ‘kunnen betalen.. Deze
staten zouden dan de activa, die zij bereid ‘zijn als zekerheid ter verIrijgin-g van crediet te verpacniden, -moeten opgeven
en -moeten ‘komen ‘tot een overeenkomst met de internatio-
nale organisatie wat ‘betreft de voorwe.ar’den, waaronder
deze activa zouden -worden beheerd.
De •obligaties, uitgegeven tegen deze garantie, zouden’
gebruikt -worden als on-derpand voor credieten, wier doel
is, de ‘kosten van geïmporteerde goederen -te dekken.
Een plan, gebaseerd op ‘deze beginselen, is ontvouwd in
Annex A. – liet is ontworpen om -Steten in staat te stel-
len het ver-krijgen van cominercieele credieten door hun
inwoners te vergemakkelijken, liet is gem-ak’keiijlk te zien, dat
‘het schema vatbaar -is voor ontwikkeling in verschillende
richtingen en dat somrnige zijner bepalingen zouden ‘kun-
nen worden aangepast aan ‘het vergemakkelijken -van de
cr,edietverleeni ng ‘direct aan openbare lichamen.
Een Commissie van financiers en mannen -van zaken zou
op ‘staanden voet door den Raad van ‘den Vol’kenbond be-
noemd moeten worden ten ei-nde ‘de maatregelen te omschrij-
ven, die noodzakelijk zijn om uitvoering aan ‘het voorstel
te ‘geven. –

De aandacht der Commissie is er op gevestigd, dat
meel

volledige resultaten verkregen zouden kunnen worden,
wanneer ‘de obligaties, die al-s on’derpand gebruikt voiden,
een of anderen in-ternation-alen waarborg zouden ‘dragen.
De Commissie ziet geen enkel bezwaar -tegen een nadere – beschouw-ing van di’t voorstel. De Commissie, genoemd in
§ 8 zou met nuttig resultaat de voorwaarden kunnen Over-
wegen, waaronder liet ‘zou ‘kunnen ‘worden toegepast.
De aandacht -der Commissie is er op gevestigd, dat
een -internationale uitbreiding van het ‘bestaande systeem
van exportcrediet-verzekeri-n-g in veel gevallen van groote
waarde zou zijn.voor ‘het ontwikkelen van den ‘handel met
landen, waar politieke en sociale toestanden aanleiding
geven tot ‘het ontstaan -van een vrees, die vaak door expor

teurs overdreven wordt. De Commissie is -van opinie, dat
een uitbreiding 7an dezen aard thdt overwegen waard is en
dat zij in ‘details door -experts moet worden onderzocht.
De aandacht der Commissie is gevestigd o.p het hui-
di-ge systeem van -veredelingscredieten,
d.w.-z.
van credieten

waarbij een pandrecht ten gunste van den exporteur of een
bankier gevestigd blijft op ‘het ruwe ‘materiaal in al zijn

verschillende sta

dia van bewei’king en op de opbrengst van
het eindproduct. D’it systeem ‘heeft veel -te lijden gehad van
het ontbreken in vele landen van voldoende wettelijke be- –
sdhermi-ng van den exporteur gedurende -de verschillende
stadia v-an ‘import, bewerking, ‘her-export -en verkoop. De Commissie zou in over-weging willen geven ‘den Raad aan
te bevelen, de aandacht der verschillende Regeeringen op
deze kwestie te ‘vestigen en een raadgevenci ‘lichaam van
j-ueidi-sche experts en zaken-lieden ‘bijeen te roepen om de
processueele ‘wijze van optreden vast -te stellen, die
vea-

shelijk zou ‘zijn ten eidrie ‘het gewenachte doel in -ieder der
betrokken landen te -bereiken.
– 12. Los va’n -de bov-envermelde ‘voorstellen, d-ie de Com-
missie -den Volkenbon-d raadt aan ‘te nemen en zoo mogelijk
in toepassing te ‘brengen,

gelooft de Commissie, dat de
werkzaam’heid v-a-n den Volkenbond nuttig aangewend zou
kunnen worden in de richting – van het bevorderen van
zekere hervormingen en het verzamelen van -de -betrekke-
lijke informatie, noo’di’g om credietoperaties -te v-ergemakke-
lijken. In -verband hiermede beschouwt ide Commissie -het al-s
juist ‘de aandacht te vestigen op de -voor’deelen gelegen in
liet bevorderen van het in de volgende punten genoemde: U.nificatiie van de wetgeving met betrekking tot den
wissel en ‘het cognossement.
liet -toepassen van het reciprociteitsbeginsel ten aan-zien van de filialen van huitenlan’dsche ‘banken in de ver-

schillende ‘landen.


De publicatie -van fi’nancieele mededeel’i-ngen, die een
indruk geven van den toestand

in vei-sc’h’il-lende landen, in

ver’gelij’kbaren -vorm.

cl.
liet onderzoek van aansp-raken van ‘houders v-an
obligat-iën, waar-bij een achterstand iii (le rentebetaling

bestaat.
e;
Een internationale schikking ten aan-zien van verlo-
ren, gestolen of vernielde waardepapieren.
De oprichting van een internationaal clearin-g-li’ouse. Een internationale schikking, die ‘het betalen van zijn
volle aandeel in de belastingen door iedereen verzekerende,
liet opleggen ‘van dubbele belastingen zou vermij-den -het-
geen tegenwoordig een -hinderpaal is bij -liet plaatsen van
leenin-gen ‘buitenClands.


13. In den loop ‘der ‘beraadslagingen kwam -de Oommis-

13 October 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

sie onrwiltokeurig onder den indruk van ‘het feit, dat alle,
of bijna alle van de vele voorstellen aan ‘haar ter heoor
deeling voorgelegd, in eeh of ander stadium ‘de actieve
i’nter.ventie van den Volkenbon’cl vereisdhen. De Commissie
is eensgezind in haar sympabhie ten opzichte van deze
strooming en is van opinie dat het wenscheljk is ‘de inter-nationale samenwerking, die de Volkenbond is begonnen,
en die zij tracht •te bevorderen ten einde de algemeene
toestand te verbeteren en den wereldvrede te handhaven,
ook over het gebied der fi’nancieele vraagstukken uit te
strekken. ANNEX A.

INTERNATIONALE CREDIETEN.

Opdat verarmde landen, ‘die onder de tegenwoorclige
omstandigheden niet in staat i7iju credietaccommodatie op
redelijke voorevaarden in de open markt ‘te verkrijgen, in
staat zullen zijn aansprâak te ‘maken op het vertroawen,
dat noodig is om fondsen aan te trekken voor het finan-
cieren van den import van noodzakelijke goederen, nal een
Internationale Commissie onder de auspiciën van den
Volkenbon’d worden samengesteld.
De Commissie zal bestaan uit ‘bankiers en mannen
van zaken van internationale reputatie, benoemd door den
Raad van den Volkenbond.
De Commissie zal de bevoegdheid ‘hebben Sub-commis-
sies te benoemen en aan hen in de ‘deelnemende landen of groepen van deelnemende landen de uitoefening van ‘haar
bevoegdheid over ‘te dragen.
De Regeeringen van landen, die wenschen deel te
nemen, zullen eis Commissie mededeelen, ‘welke ‘bepaalde aotiva zij bereid zijn aan te wijzen als zekeilheid voor com-
mercieele credieten, door de inwoners van exporteerende
landen te verleeaen.
Na een onderzoek dezer activa zal de Commissie ôp
eigen gezag de gouclwaarde van de credieten bepalen, ‘welks
zij zou willen verleeneu op grond van ‘de zekerheid, welke
deze activa bieden.
De deelnemende Regeering zal dan gerechtigd worden
tot het ‘doen vervaardigen van obligaties tot een bedrag
ter hoogte van de door de Commissie goedgekeurde goud-
waarde, ieder in één ‘bepaalde muntsoort, vast te stellen ‘bij de uitgifte der obli’gatie.
Vervaldatum en interest, op deze obligaties te ver-
goeden, zullen worden vastgesteld door de deelnemende
Regeering in overleg met de Commissie.
Voor den dienst dezer obligaties ‘zal idienen de op-
brengst der daartoe aan”.vezen activa.
De verbonden acti’va zullen in eersten aanleg be-
heerd worden dooi- de ‘deelnemende Regeering of door de Internationale Commissie, naar gelang deze Commissie dit
voor ieder geval zal besluiten.
De Commissie zal ten allen tijde het recht hebben,
direct aan den Raad van den Volkenboud haar op’iniie ken-baar ‘te maken zoet ‘betrekking tot ide wenschelijkheid van
overdracht van het beheer der verbonden activa van den
deelnemenden staat aan de Commissie.
De beslissing van den Raad van den Vnlkenhond in
deze kwestie zal bindend zijn.
Wanneer de voorbereidende maatregelen ten aanzien van deze obligaties alle getroffen ‘zijn, zal de deelnemende
Regeering het recht hebben ze aan ‘haar eigen onderdanen
uit te leenen, ten einde ze door ‘hen als onderpand bij
import te laten gebruiken.
De obligaties zullen luiden in zoodanige muntsoorten
en in zoodanige coupures worden uitgegeven, dat zij zoo-
veel mogelijk zich aanpassen aan de bijzondere transactie,
in verband waarmede ze zijn uitgegeven.
De deelnemende Regeering zal vrij zijn al dan geen
zekerheid te eisohen voor het ui’tleeneu van deze obligaties
van de onderdanen, ‘waaraan ze zijn uitgeleend.
Vervaldatum van de leening en i’nterest wegens het
leenen idezer obligaties zuilen bij overeenkomst tussehen de
deelnemende ‘Regeer’ing en dengene, ‘die ide obligaties leent,
worden vastgesteld; zij behoeven niet dezelf cle te zijn als
vervaldatum en in’terest van •de obligaties zelve.
Wanneer hij zich tot zijn Regering wendt om ‘deze
obligaties van haar te leenen, moet de importeur het bewijs
leveren, dat hij te voren van cle Internationale Commissie
nadrukkelijk toestemming gekregen heeft •de transactie te
beginnen, waarvoor de obligaties als onclerpancl zullen
dienen.
Iedere o’bligatie moet worden geoontrasi’gneerd door de Commissie ten bewijze van registratie, alvorens de deel-
nemende Regeering ‘haar den importeur ter ‘hand stelt.
Wanneer ‘hij toestemming van de Commissie ‘heeft
verkregen en van ‘haar de gecontrasigneerde obligaties ‘heeft

ontvangen, zal ‘de importeur deze obligaties den exporteur in het vreemde land in onderpand geven voor den duur der
transaotie.

De exporteur zal hem op hun vervaldatum de coupons
der verpa.nde obligaties teruggeven en de obligaties zelf
als de transactie is afgewikkeld.

Bij ontvangst resp. van coupons en obligaties geeft
de importeur deze aan zijn Regeering teru’g.

Obligaties, die a’an ‘de ‘deelnemende Regeeri’ng weder
zijn ter hand gesteld zullen worden ingetrokken en kunnen
dientengevolge vervangen worden ‘door andere obligaties, 51
in dezelfde, 5f in een andere muntsoort, tot een gelijkiwaar-
dig bedrag.

De exporteur, of ‘wanneer ‘hij de obligaties ‘verpand
heeft, ‘het instituut waarbij hij hen heeft her-verpand
namens hem han’deiend, i7al vrij zijn, voor ‘het geval de importeur de voorwaarden van het contract niet nakomt,
cle obligaties, clie door den importeur als zdkerheid gegeven
zijn, tot hun vervaldatum te behouden of hen te verkoo-pen overeenkomstig het landsgebruik in geval van wan-
prestatie.

In het tweede geval moet aan ‘de Regeering, die hen uitgaf, eerst gedurende een korten termijn een optie gege-
ven worden om de obligaties terug te koopen.
Wanneer tot verkoop wordt overgegaan en de op-
brengst laat een surplus ‘boven hetgeen noodig is om de
aanspraken van den exporteur op dan importeur te voldoen,
zal de exporteur voor dat surplus verantwoordelijk zijn ten opzichte van de Regeering, die de obligaties uitgaf.

S

*
S

De inkomsten der verbonden activa nullen als volgt
voor den dienst der obligaties worden aan’gewencl:
Uit deze inkomsten zal de Commissie of de deel-
nemende Regeering, ‘naar gelang van den stand van zaken,
vreemde betaalmiddelen konpen, ‘voldoende om op hun ver-
valdag ‘de coupons van alle obligaties, ‘die op eenig tijdstip
in de verschillende vreemde mUntsoorten zijn uitgegeven, te
betalen.

Daarenboven zullen zij buitenslands in de daartoe ge-
schikte muntsoorten een sink.ingfund stichten, er op bere-
kencl Öm op hun v’erva.ldag 10 pCt. van de obligaties, wellce
in de verschillende landen uitstaan, af te lossen.
M.
Verder zullen ze, behalve de•’bedragen dienende voor
de verzi.lvering der coupons en voor ‘de dotatie van
het sinkingfund, uit de verbonden inkomsten een spe-
ciale reserve vormen in een of meer vreemde muntsoorten
voor de aflossing van obligaties, ‘verkocht in verband met
par. 22.

Het bedrag, dat ter zijde gelegd zal worden voor de
speciale reserve, zal voor ieder geval bepaald worden door
de Commissie.

Over alle surplus, dat aan het einde van ieder jaar,
nadat in deze diensten voorzien is, zal resteeren, zal de
deelnemende Regeering ‘de vrije beschikking hebben.
Een deelnemende Regeering zal ‘het recht ‘hebben ‘haar
eigen obligaties aan te bieden als zekerheid voor credielen,
verkregen met het ‘doel import voor rogeerings-rekening te
doen geschieden. De voorafgaande toestemming der Com-
missie zal in deze gevallen ook vereischt zijn voor de eigen
importen, die de deelnemende Regeering wenscht te doen
plaats vinden.

Indien een deelnemezate Regeering, ‘die haar verbon-
den inkomsten heeft gecontroleerd, te kort ‘zou schieten in
de, vervulling van ‘haar verplichtingen, ‘zal de ‘betrokken
exporteur de aandacht der Commissie hierop vestigen en de
Commissie zal zich wenden tot ‘den Raad van den Volken-
bond, om de overdracht van het beheer der verbonden in-
komsten aan de Commissie te verkrijgen.

*

*
*

De toestemming der Commissie is noodig, altijd ‘wan-
neer obligaties, verzekerd door de iverbonden activa, als
onderpand gegeven worden en zal in de» regel alleen wor-den toegestaan voor den import van grondstoffen en eerste
levensbehoeften.

De Commissie mag echter naar goedvinden •bij voor-
baat den import van bepaalde hoeveelheden van dergelijke
goederen goedkeuren.

Zelfs in het geval van iniporten onder een dergelijke
algemeene goedkeuring moet toch een kennisgeving van de
afzonderlijke transacties door de Commissie geregistreerd
worden.

De toestemming van ‘de Commissie moet ook in elk
geval verkregen worden ten aanzien van den Lduur van het
crediet, waarvan de opening wordt voorgesteld.

890

ECONÖMISCH-STATISTISCHE .BERICÏTEN

13 October 1920

DE. GRAAN- EN BROODREGELING IN

FRANKRIJK.

Er zijn weinige lahden waar het broo.d.gebruii.k zoo
op den voorgrond treedt en waar men zoo gewend is
aan voor matigen prijs, oed brood te
krijgen
als in
Frankrijk. Het ligt ‘data ook voor ‘de hand .dat ‘het
gedurende en na den oorlog ‘een van de grootste zor-
gen der F’ransche Regeeiring is geweest, de bevolking

op dit punt in ‘de eerste plaats tevreden te stellen.
Gebrek aan ‘brood of duur brood zoude revolutie in

de hand werken en k6ren op den molen zijn van enkele
drijv.ers der uiterste linkerzijde.
Gedurende den oorlog
is
die Regeenito,g als eenige
koopsiter en importrice van graan opgetreden. Aan de
E’rnnsche gr.aainveribo.uwers werd voor den oogst van

1919 een un’iformprijs van 73 fr.ancs per quinstal
(100 Eo.) betaald, terwijl de prijs van het buiten-

landsehe graan afhankelijk bleef van den werel.dprij.s
en
van
‘den wisselkoers. Vooral •de otngunstige koers
van ‘de Fransche valuta is oorzaak geweest, dat de
prijs van ‘het buite’n’lan’dsche graan zeer hoog is ge-

worden en soms tot 200 francs per quinitad opliep.
Toch stelde de F.ransohe Regeering al het .graan ter
beschikking van ‘cie mofenaars tegen een prijs van
43 frainos per quin’tal en het verschil moest uit de

schatkist worden bijgepast. Dit verschil heeft voor
het jaar 1919 mili]iiarden franos bedragen. Ten einde
deze enorme uitgaven te verniin’deren werd in ‘het be-

gin van dit jaar die graanprijs VOOr de m.olenaars

verhoogd en steeg daarmede de prijs van het gewone
hu’iishoud’biood van 50 centimes tot 105 centimes per

kilogram. Ten einde zoo min mogelijk in te voeren,
werden buitenidien behalve tairwe ook logge, maïs en
andere produkten bij de broodbereidiug voorgeschrê-

ven en werden zoo min mogelijk zemeden uit het meel
verwijderd. Wij beleven dus het eigenaardige ver-
schijnsel, .dat in Frankrijk ‘het brood’ pas slecht is gaan worden anderhalf jaar na het sluiten van den

vapans’titlstand.

Een van de grootste zorgen der Regeering ‘is, de
maatregelen die genomen worden, niet schadelijk te
doen zijn voor uitbreiding van den tarweverbouw.
De boer verboiawt alleen data zoo veel mogelijk tarwe

als ‘de prijzen goed sijn en als hij zoo min mogelijk in
zijn bedrijf ‘door wettelijke maatregelen gehinderd
wdedt. Hij wensch’t ‘de volkomen vrijheid en dus ook
partij te ‘trekken van de hoogere prijzen die voor
graan betaald worden. Volkomen vrijheid zoude echter
de prijzen van het .graa
,
a en dus ook van het brood
zoc opiclrjven, dat on’tevtredenih•eid onder de bevolking
zou ontstaan.

Aanvankelijk meende de ‘in Januari opgetreden

Regeerinig .dat men voor ‘den. oogst van 1920 den han-
del in b:innenlandsch broodkoren wel vrij kon geven
en de Minister van Landbouw legde dan ook in ‘begin
Februari eene verklaring in dien geest af. Al spoe-
dig bleek echter, .dat men toch ‘deze handeisvrrjheid

niet aandurfde en verscheen in April eene verklaring
van ‘dien onderstaatssecretar.iis voor de voedselvoorzie-
ning, dat een wetsontwerp ‘in voorbereiding was om
ook voer den binnenilainid,schen oogst van 1920 een
prijs voor broodgraan vast ‘te stellen. Deze prijs zou
worden vastgesteld ‘door een afzonderlijk ‘voor dat

doel’ ingestelde commissie, bestaande uit vertegen-
woordigers van den handel, van de verbruikers en van
den landbouw. Deze regeling zou gelden voor drie
jaar en de Re’eeninig zou de eenige iimpor’trice van
bu.istenlamnidsch graan ‘blijven. Het wetsontwerp werd
eindelijk 4 Juni bij de Kamer van afgevaardigden
ingediend. In de toelichting van het Ontwerp wijst
de Regeering erop, dat reeds kort nadat de Minister
van Landbouw vrijheid van den binnenlandschen

gr.aaiihandel had aangekondigd de speculatie reeds
begon en .dat daarom het beginsel van. den .vrijen
handel weder moest worden losgelaten. Er woedt te-
recht op gewezen, .dat de prijs van het biinnenlaindsche
graan ten slotto.’zou stijgen tot nabij, den prijs die

het buitenland.sche graan op ‘de Fratasche markt zou
kosten. Deze laatste prijs is échter niet alleen afhan-
kelij
i
k van den preduc-bieprijs ‘in het land van herkomst
maar veeleer van de vrachtprjzen en van den abnor-
malen koers van de Fransche valuta. Daar dit ge-

heel onnattuurdjke factoren zijn, die de prijzen ab’nor-
maal verhocygen, acht men ‘het onibiil’ljk, dat de F’ran-

sche graanverbouwer van deze abnormale factoren
ten volle partij nou trekken ten koste van het andere

gedeelte der bevoBcig en meent men ‘dus gerechtigd
te zijn, ‘den prijs vo.or ‘heit binnendain’dsch graan vast te

stellen. Trouwens .al
& deze max’iixnumprijs hoog genoeg

‘wordt gesteld zal de ‘boer voldoende ‘aangemoedigd

worden om igraan ‘te verbouwen. Door vrijheti’d van
handel zou men buitendii’en het groote gevaai loopen,
dat ‘de ‘boer of handelaar het graan
1OU
vasthouden in ‘de hoop later van ‘de hoogste prijzen te prof.irteeren.

Zoodoende zou ‘de regelimatige hroodvoo’rzienin’g ge-
vaar loopen.

Het wetsvoorstel, dat imumiiddels de goedkeuning
van de volksvertegenwoordiging reeds ‘heeft verkre-
gen beoogt vaststelling der, prijzen van ‘tarwe, rogge
en m’engsels. ‘daarvan zoowel als rvan het meel dezer
graansoorten. De Regeeriin,g
zal
optreden als koopster,
maar als ‘de ‘boer niet vrijwillig ‘zijn graan wil ver-
koopen ‘kan tot inbeslagname worden overgegaan, en

‘de vergoeding ‘diie zal worden ‘gegeven, zal nooit hoo-

ger mogen zijn dan den prijs, ‘die door de mde wet
bedoeldè ‘commissie ‘is vastgesteld.

•Er ‘is over dit wetsontwerp nog een levendi’ge strijd

gevoerd, zoowel in de Ohambre des Députés als in
den Senaat. De omstandigheid, dat het ontwerp

eerst begin Juni werd ingediend wijst er op, dat het
ook in den boezem van de Regeerin heel wat moeite
heeft gekost om tot overeenistemming te komen en de
belangen van ‘den landbouw anderzijds met ‘elkaai te
verzoenen.

In de Kamer zooivel als in den Senaat werd nog
krachtig gestreden voor volkomen vrijheid van den
handel in binnianlan’d.sch graan maar de meerderheid
is toch ten slotte gezwicht voor de argumenten der
Regeering.
Zooals ik hierboven zeide, zal ‘de prijs, die aan de
producenten voor het graad betaald moet worden, bij
Regeeriingsbeslu’it worden vastgesteld nadat ee’ne

daarvoor ‘ingestelde commissie zal zijn gehoord. Vele kamerleden wenschte.
n
omtrent deze prijzen vooraf
de noo’diige zekerheid te hebben en ter tegemoetkoming
aan de eischen dezer leden werd de ‘behandeling van
liet wetsontwerp ‘geschorst, teneinde bedoelde commis-
sie gefegenheid te geven, onmiddellijk te beraadslagen
en hare zienswijze te leeren kennen. De Regeermng
verklaarde zich te zullen ‘houden aan de ‘door de com-
missie voorgestelde prjien voor ‘den oogst van 1920
en eerst daarna werden de beraadslagingen hervat.
Dit was een compromis .tusschen het voorstel der
Regeering om die prijzen bij Regeermn,gsbesluit te
regelen en den weinsch van de meerderheid der ka-
merleden, die ‘de prijzen, die voor het graan zouden be-
taald worden vooraf wen’schten ‘te kennen en in de

wet vast ‘te leggen.
De prijzen ‘door de commissie vastgesteld zijn:

Tarwe ………………..100 frs. per 100 Ko.

Meteil (halfrogge en tarwe) 90
,,

,,
100

Rogge

.

……………….80

,,

,,. 100

‘Gedurende de behandeling van het wetsontwerp
in de Chaimbre des Dépu.tés werd nog een artikel in-
gelast, waarbij 200 fr•s. premie per hectare werd toe-

gekend voor den oogst van 1920 voor de taTwe, ver-
bouwd in de verwoeste streken.
T(“fl
islotte werd
‘door
den Senaat nog een artikel
aan de wet toegevoegd, waarbij bepaald wordt dat de
handel in b:innenlan’dsch graan van den ‘oogst 1921
Vrij zal zijn.

Bij Regeertingsbesluit zijn inmiddels de bovenge

noemde prijzen voor broodgiraain vastgesteld en daarbij
tevens ‘bepaald, dat diie prjeen zullen gelden voor,

13 October 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

[1

graan van goede ‘handelskwa.liteit met een gewicht

van 77 Ko. per H.L. en met ten hoogste 2 percent
onjzuiverheden. Komen er meer onzuiiverheden in
voor dan worden de prijzen volgens een vastgestelde
schaal verminderd.

Thans nog een en ander over de wijze van toepas-
sing der wet.

De bedoeling is, dat het graan vrijwillig door de

producenten zad worden verkocht en dat daaiibij geen
hoo’geae prijs mag worden bedongen dan dooi de wet
vastgesteld. In de praktijk zal wel als regel de maxi-

•mumprijs werden bedongen. Een voornaam punt is, ‘dat bij deze graan tranisactjie de .gebrruikelijke tus-

sohenper.sonen zullen optreden. De Regeerunig treedt
dus feitelijk niet direct als koopster van graan op.
Het koopen’ geschiedt ‘door motie’naars en graarshan-
deiareii of comniission.naiirs, juist alsof de handel vrij
was (natuurlijk mat inachtnem’ing der maximumprij-
zen). Deze tussohenpersonen ‘betalen ook het graan

direct aan de producenten. De boer of producent be-
hoeft dus nooit op geld te wachten. Aan iederen mole-

naar wordt eene bepaalde hoeveelheid ter v,ermailing
toegewezen. Bij deze ver.deeliing van het graan over de
verschillende meelniolenn wordt het advies van de
vereeniiging van molenaars gevolgd. Geen molenaar

mag meer -‘dan de liem toegewezen hoeveelheid graan
vernialen, ‘zelfs dan niet aus hij door aankoop van de
pr’oducenteh over meer zonde ‘beschikken. De handela
rerL,
die graan van de producente gekocht hebben,
leveren dit aan de daartoe %angewezen modenaars,
en ontvangen het geld van die mo]enaaas. De molenaar
levert het meel aan de bakkerijen en ontvangt het
geld van ‘deze. Wat de ‘hoofdtransaoties van den han-
del in biunenlandsc,h graan en meel betreft, gaat dus alles buiten de staatskas en buiten eenige regeerings-
comptabiliteit om. Toch blijft er natuurlijk nog veel
to verrekenen en is de zaak niet zoo eenvoudig als zij
hij dcii eersten oogo’pslag lijkt.

Zooals boven ;ge”zegd is de bedoeling der wet, dat alle tranisacijies vrijwillig gebeuren. De wet voôrziet echter ‘gevallen van onwil en dreigt dan met onteige-
ning. Deze geva’len zuiden ‘echter tot de uitzonderin-
gen beheoren.

Meer werk eischen echitat de regelingen van ‘de
vergoedingen van tu’sschenpersonen en rnoden.aars.
De tussehenpersonen, waartoe ook de hnjd’bouwsndi-
caten gerekend worden, kunnen eene commissie van
1,25 frs. per 100 kilo graan in reikeiiliing brengen, de niolenaars ecli,,ter, voor nooverre zij al,s koopers van
graan optreden kunnen uit dien ‘hoofde niet meer dan
50 cenitimes commissie irekenen.

De regeling met de molenaar.s is als volgt: De Staat
berekent ‘hen voor de tarwe, meteil, rogge, maïs en

boo’ive.n firainco molen of station, netto respectievelijk
100, 96,25, 92,70, 99 en 91,55 firs.

De molenaar moet uit de tarwe 80 pOt., uit de
meteil 75 pOt., uit de rogge 70 pøt. en uit de maïs
80 pOt. meel halen en ook niet meer. Hij moet dit
afleveren in mengseis bestaande ‘of
1 uit 80 pOt. tarwemeei en 20 pOt. rogge.
2 uit 90 pOt. ts’rwemeej
en
10 pOt. maïs.
3 uit 85 pOt. ta’rwe, 10 pOt. logge en 5 pOt. maïs.

Het aldus gemengde meel moet .door hem aan de
bakkers geleverd worden tegen 128 frs. af
molen.
Voor ‘iadiere 100 Kilo meel dat hij afgeleverd heeft’
moet hij 5 firs. aan de Regeeninig betalen tot dekking
van algemeene onkosten, zooals vracht, zakken, corn-
niiissiies enz.

Voor den verkoop van zamelen en andere afvalpro-dukben der ‘maalderijen zijn eveneens maxim’umprij-
zen bepaald.

Aangezien de producent 100 francs voor zijn tairwe
krijgt en ‘de molenaar niet meer dan 100 frs..behoeft
te betalen, komen ‘dus alle onkosten van vervoer en
commiissieloon voor rekening van den Staat, welke ter

dekking daarvan, zooals boven gezegd, van de mole-
naars 5 frs. voor iedere 100 Ko. afgeleverd meel ont-
vangt.

Buitendien draagt de Staat alle verliezen, diie voort-
spruiten ui.t den aankoop van bu.itenlanclsche tairwe. Deze immers kost veel meer dan .100 fis. per 100 Ko.

en wordt toch tegen 100 frs. aan de molenaaars over-
gedragen.

De boeren hebben recht op ede hoeveelheid van
het door hen geproduceerde graan, noodiig voor eigen

gebruik. Tevens is ‘bepaald, dat het graan, noodig
voor zaaijzaad, niet ‘behoeft geleverd te worden.

Tot naleving van deze bepalingen zijn in ieder De-
partement aan de Prefectuu’r bureaux ingesteld welke

den naam dragen: ,,Bu’reaux peirmaneu’ts des céré-
ales”.

In verbanid met de vaststelling der graan- ‘en meel-

prijzen is ‘natuurlijk ook de prijs van het cindiprodukt,

het brood, geregeld. De maxim’umprjs voor ‘het ge-
won,e huijshoudbrood, ,,paiin de consommation cou-
ra’nte”, is bij ‘de wet bepaald op 1,30 frs. per kilogram.

De burgemeester van iedere gemeente ‘stelt met in-

achtneming van dezen niaximamprjs, den maximum-
prijs voor zijne gemeente vast. In werkeili$klieid is
deze gemeentelijke maximumprijs ‘slechts bij hooge
uitzondering iets lager dan 1,30 frs. per kilo.

De prijs van het andere brood, nl. het brood, dat
in den ‘bekenden voim van lange ronde staven gebak-

ken wordt, is als maximum 1,30 frs. per ‘brood, dat
niet minder dan 700 gram mag wegen. Voor de kleine
broodjes van 70
a
80 gram is de prijs op 20 centinies
bepanld. Voor het aan huis bezorgen mag voor ieder
brood 5centiimes extra gerekend worden.

Deze graan- en ‘broodregeling, zal volgens de i’nge-

diende begrootinig een deficit van 1.304.250.000 frs.

niedebrengen. Hierbij is gerekendi op eene som van
2.898.000.000 firs. voor den aankoop van buitenlandsch
graan. De kosten van de bovengenoemde Bureaux
Permanents des céréades en van contrôle op voorraden
en op molenaars zijn geschat op 18.000.000 frs.

VAN RIJN.

LONDENSCHE CORRESPONDENTIE.

De mijnwerlcerskwestie; conjunctuur-
dalin,g
;
bescherming van Key-industrzes;. handelsbewe ging; koersverloop van be-
legg’ingswanrden.

Onze Londensche Oorrespondent schrijft ons d.d. 9
Octcber 1920:

T h e m i n e r s still continue to occupy the leadiug
place in the internal politics of the country. There
was an ominons teudency cm the part of the leaders
of the local miners uniions to con’demn the proposals
on wb.ich the men will shortly decide, and tihings
looked very black to those who forgot the very large

opposition that had manifested itself from the very
start. The prospects of peaco ‘have been very mate-
rially ‘assisted by the issue yeste
r
d
ay
of a statement
by Mr. Smillie, in wihich ‘he ‘miged the men to accept
the proposals submjtted to them, at any iate as an

interim settle,ment of the quarrel. It remains to ‘be
seen whether the men are going to take his advice.
There is a great suspicion of any proposal that ‘bases
wages exclusively en output, or appears to do so, and

the bait of an immedja’te risc of 2/-, wh’ieli was the
strong card wihich the leaders played ‘in the last sta-
ges of the conference, may prove too ‘powerf’ul Lor

the ordinary man to resist. In that case there is stili
hope; it is almost certain that negotiations would bo reco’mjnenced even if the ballot revealed a majority
against the present terms. But it would prolong the
tension in industry, and the situation is now such as
to require every consideration from all partiès. It is
now quito dear that t 1h e t r a d e slu mp ‘is reaching
serious proportions: there were 1000 applicants for

six posts to be filled by ex-service men a day or two
ago and, the war theories of currency and its rela-
tions to national prosperity are being ra’pidly scrap-

ped. The powerful Federation of British Industries
issued to the Press yesterday an adnirable document

892

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 October 1920

to which men of every school of opinion can .subscribe.

Thegreat evilsof the day, says the Report, are in-

flation and •underproduction, and so long as these
root evils remain the d,emands for higiher wages, and
the policy of suibsidies cannot help ‘permaaently to
i•mpr•ove the lot of the worker. It might be a littie
easier to make the worker realize the necessity of in-

creased output were there not qu.ite so much in the

papers as to restriction of output by organized short
time and other devices initiated by the employers,

and the ,,T.imes” had some very sensible remarks on
the danger of trying to keep up priçes in face of a

fa’l.l.ing demand whih apply al.so
to. the. short time

movement. It ‘is in f act q’u’ite ‘impossible to istimulate
the worker to produce more at the very moment that

short time is being intro:cluced, for it is sufficiently
cbvious that the only result would :be that in the
immediate future there would ‘be greater unemp’loy-

ment, for the volume of goo.ds to be produced being
restricted, greater outpiit would aggra’vate the disease

wbich alrort time is intended to prevent. The ,,T±mes”

quite rigthtly says that the holding up of pr.ices

,,would tend to produce a precipitate fa’ll”..

It is unfortunate that with so much gOod sense

being shown on the question of prices, a littl’e mor
common sense is not being ‘displayed on the issue of

t r a d e w i t h R u s s i a. On the purely trade eide,

the negot’iations are being held up over the question
of the recognition of the Tsarist debt: but the poli-

tical cGmplications look again like wrecking the
whole future. The Russian r.eply to the Ourzon note

is regarded as unsatisfactory, and the least of the
inducements w’hich can be used is to hold up nego-
tiations. There may also come the recognition of
Wrangel, and the rein’forcement o’f the blockade. The
fact is that the Sovjet position is regarded as hope-
less; it ‘is held that a very littie more is required be-
fore the whole Sovjet regime will go under, iand then

these -trade difficulties will cclve themseives. So they
will en, paper, but there is stifl some way to go before
the Sovjet •has disappeared, and meanwhile the pri-

soners have not ret’u’rned, nor have the bond’holders
receiveci a penny of their money. It may ,ib
e
men-

tioned ‘here that the official

text of the proposed

treaty has now been published. It gives in detail sub-
stantial’ly the proposals airea’dy published ‘in the

,,Daily Herald”, wihich 1 sent you last week. It is not,
the case ‘that the ddbt question ‘has been ignored, it
is covered by the secti’on that ,,all unsettiod matters

are to be regulated by the treaty referred to in the
preamble to this oonvention itself”. The Association
of Ohambers of Oommerce has however passed a
strougly worded protest en the present con’vention,
so that even if the political difficu’lties are overoo’mo,
it is doubtfu’l if anytlring will happen. There is not,
however, unaniimity on these matter.s; the ,,Man-
çjhester Guard’ian Oommercial Weekly”, for instance,
has a strong leader, protesting against the delay,
which it declares due to political fanaticis’m. Mean-
wliile, it seems that there really is some surplus of
wiheat in Soiith Russia, to judge by an interview
whiah an officer of Wrangel’s army recently ariived

in Lon’don bas had with the Prees.

1 s’ho’uld like to ta’ke this opiportun’ity of correcting
a mistake in last week’s letter. The comp’laint from

the Berlin correspondent of the ,,T’imes” which 1
qu’oted turns out to be inaccurate: for the British
Government has already stated its willingness to ex-
clude postwa’r balances from sequestration. This is all
to the gojod: but the lesson wbicih the Soviet is
required to learn might with benefit ibe taug’ht to
other Governments. In a recent letter 1 mentioned the
quarrels of the Queensland Government, first with
the leaseholders of its ôrwn state, and then with cer-
ta,in financial interests in the City: the same Govern-
ment now threatens to eequestrate or coilect as a
forced ban the mon’eys of Engliish investors, shou’ld it
not be able to obtain the funds ‘in any other way.

The ,,Manchester Guardian”this week comments on

the position o’f the holders of the debt of IHaiti, inte-
rest of wh.ich, so it afledges, has ‘not been pai’d since

the United States Government assumed control of
the politics of the country. AH this is no dnuibt the
psychological effect of ‘the war: the attractiveness of
,,commandeering” other people’s property is super-

ficially so dbvious that it will take come time before
the world gets back to sanity and sound finance.
The Government, as is known, intends to introduce
a bill for the protection of the ,,key-

i nd u str i es. Public interest has recently been

concentrated en the dye-question, and some in’kling

of the problems whioh the bill will have to meet is iafforded by the memorandum which the Chemicaï
and Dyestuff Traders Associdtion recently presented
to the Board. The memorandum asserts that the Go-

vernment-supported institution had proved disappo’int-
ing and unsatisfactory: ‘that free imports had not met

the shortage, and that the proiposed prohi’bition of

imports except under liceuse would hardly help to
restore the p’osition. At the same time, the Association

.pressed for the stimulation of home production. 1f the
policy of licensing imports is ‘resorted to, the Asso-

ciation demands for itself the majority of the repre-
sentati’on of the interested partjes. ‘ –

T h e T r a d e Return s were issue’d last night,
and serive to show that the slump, insofar as it exists, concerns the future, for the changes in the September

figures are in the direction of ihig4her exp’orts, bhouh
t.here are also less satisfactory features:

September ’20, compared with August ’20.
Imports ……£ miii. 152.7

£

0.6 iess

0,3
0/

Exports …. ..,, ,,

117.5

,,

2.6 more 2,2
0
/0

Re.exports. . .

,, ,,

13.4

,,

0.02 less

0,1
0/

September ’20, compared with September ’19.
Imports …….C miii. 152.7

£

4.1
n
ore 2,7
0f

Exports ……

117.5

‘,,

51.0 moie76,6
0/o

Re-exports. . .

,,

13.4

,,

2.4 less 15,1
01

Nine months of 1920 as compared with nine months 1919.
Imports ……£ miii. 1501.2

£ 334.7 more 28,6
0/

Experts .. …. ,, ,,

1007.3

,,

465.9 more 86,0
0/

Reexports….., ,,

180.5

,,

82.2 more, 83,6
0j

1 have in previous letters given the approximate
weiight of imports: an interesting table in the Sep-

tember ,,Monthly Review” o’f thq Londen Joint Oity
and Midland Bank enables one to compare the weight

of imports and exports.

Weight
of (000
omitted).

Imports Experts Experts
(Total)

(British)

First ‘8 months ’20 …. 29.954

29.605

28.457
1
19 ….23.970

31.727

30.818

’13 ….36.534

61.677

60.448

Taking quantities, therefore, we exported less this year than we ‘did in the similar period last year, and
imder 50 percent of the amount exported in the last pre-war year. The rise in the recorded export figure
for September is thus proibably only duo to r.ising pri_
ces, which certainly staibilises the lbalance of indebtevl-.
ness, but does not inclicate that.the world is inereasing
its material well-baing by getting more ,stuff.”

T nv e s t m e n t v al u es show a slig’ht rise over
the month, according to the index n’umber of the
Britith, Forei’gn and Oolonial Corporation:

Dec. ’13 August.
’20
Sept.
’20

Gilt edgd …………..121.5

88.4

88.3
Investment (Fixed Int.). . 114.1

91.2

93.3

11

(Varying Int.) 117.4

87.4

87.1
Semi-Speculative ……..101.3

112.1

114.0
Speculative

…………
111.1

109.1

106.7
Total ……………….118.3

91.7

91.9

The interesting th’ing about this table is the ‘light
it throws on the preferences of the investing public.
The desire for a ‘high return is favou’ring the fixed
interest bearing stocks, and the semi-speculative stocks
are no doubt influenced by the desire for a high
return.

13 October 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

893

The Local Loans Cornm.issioner.s
who
borrow for
the smaller munic’ipal.ities who cannot raise money ma
favourable term.s themselves aunounce the forbh-
coming issue of £
15
millions of
3
percent
stook
at

50.
The investor will thus get
6
percent on his money,
whioh is the normal rate for housing bonds. Phe ,,T.i-
mes” igives an interesting historical record in con-

nection with this •issue, wih.ich well di’splays the rise
in interest rates, Thirty-one years ago, the stock was

sold by tender at £
103/7/10,
in
1904
the price was
£ 98/6/1,
and evert in
1915
the issue-price
to
the Na-
tional Dobt Commissioners was
78/16.
There is certain-

ly every :inducement for eople to save at present,
judging from the ter.ms whioh are bein.g offered for
capital. Among this week’s issues is an offer of 10
percent Short Term Notes, repaya.ble at
105
percent
on October
1, 1925;
a
9
percent cumulative prefe-
rence share, entitled to participate after
9
percent

has been pa.id
on the ordinary on equaJ terms with the

latter, whil.st
the great soap firm of Lever Bros. is
offeriug
8
percent cumulative preference shares at
par.
T h e B a n k R e t u r n this week makes rather bad
roading, for it shows the Government has been bor-
rowing heavily from the Bank:

Public Deposits …………£ 5.110.288 iocrease
Other Deposits ………….. ,, 23.735.076 iecrease
Government Seeurities ……,, 41.001.126 increase
Other Securities …………..13.293.771 decrease
Reserve ………………….0.232.301 decrease
Circulation ………………0.313.040 increase
Coin and Bullion………… ,, 0.080.739 increase

The proportion
Ïhas
declined by
2
percent to
8
7
/s
percent of the liabilities.
The position this week has therefore been as fol-
lows: the Government has orrowed
£41
millions and
the market ‘has repaid the Bank £
13
millions, the
excess of borrowing has been distrijbuted to the naarket
with the exception of £
5
millions about, so that the
Other Deposits are
up £ 23 millions,
and the Govern-
ment
is £ 5 millions
to the good.
Uiifortunately,theOu:rrencyNoteReturia
again shows an expanding circulation, the notes out-
standing having risen by no less than £
2.450.186, so
that the outstanding circulation at £
352.946.814
higher by £
13.460.578
than at the corresponcling
period of last year. Another £
50.000
bas added to the
Reserve out of the tili of the Bank of England, but
the reserve proportion has fallen by 0,08 percent corn-
pared with last week.

AANTEEKENINGEN.

De financieele en economische toe-
stand van Nederland. –
Zooals men weet,
zijn in de eerste dagen der Brusselsche Confe-
rentie rapporten uitgebracht over den financieelen
toestand der deelnemende landen. In deze reeks heeft
Mr. R. J. H. Patijn, gedelegeerde van ons land, over
den financieelen en economischen toestand 1.an Ne-derland een overzicht gegeven, waarvan de vertaling
hieronder volgt:

,,De Conferentie heeft gedtai1leerde statistische gegevens
ontvangen over dan financieelea en economisdhen toestand
van Nederland.
Uit deze gegevens valt af te leiden, idat de financieele
positie van Nederland, alhoewel naar verhouding ‘bevredi-
gend, wanneer men haar vergelijkt met die van de staten
van het Europeesche vasteland, die aan dan oorlog ‘hebben
deelgenornen, belangrijk mi.der rooskleurig is dan in het
algemeen odei’ste1d wordt.
Een overzioht van de voornaamste factoren van dan
financieelen toestand van NedrJand zal niet nalaten de
juistheid ‘hiervan te doen inzien.
De nationale schuld was in ronde cijfers aan het einde
van December 1913
f
1.162 niillioen, waarvan
f
13 mii-
lioen vlöttende søhuicl. Eind Juni 1920 was de Neder-
landsohe staatsehuld aangegroeid tot
f
2.679 millioen, waar-
van
f
70 miii. viottend. In het ‘bedrag van
f
2.679.000.000
is niet ‘begrepen een voorschot van
f
190.000.000 aan de

Nederlandsdhe Koloniën, hetwelk op het oogenblik nog een
Vlottende schuld van het moederland vormt. De Staats-
schuld ‘is dus toegenomen met 140 pCt. Zij is gestegen met

f 1
milliard of
f
220 per hoofd van bevolking. Boven-
dien hebben de groote gemeenten zich gedureisde den oorlog
buiten verhouding met niêuwe schulden moeten belasten.
Alhoewel het overdreven zou zijn deze enorme toeneming
der staatss0huld fataal te achten voor de fina,ncieele positie
van 1het land, zoobeteekent zij toch een zware last voor de
belastingscliuldïgen. De dienst van de staatsschuid vôr-
derde in 1913
f
38 millioen, waarvan
f
32 ruillioen ‘voor
rente en 6 millioen voor aflossing; volgens de begrootiug
van het loopenid jaar vordert die dienst
f
142 millioen,
waarvan
f 105
millioen voor rente en
f
39 millioen voor
aflossing.
Niettemin bevindt Nederland zich in deze ibeicle opzichten
in normale omstandigheden, dat het er in geslaagd is bijna
zijn geheele schuld te consoli.deeren en dat zelfs gedurende de oorlogsperiode het izijDe gewone uitgaven heeft kunnen
dekken door directe en indirecte belastingen en andere ge-
wone iakornstbronnen. Het is er zelfs in geslaagd ongeveer
een derde zijner buitengewone uitgaven, uit den oorlogs-
toestand voortvloeiende, te dekken uit buitengewone belas-tingen, waarvan de oorlogswinstbelasti.ng
de voornaamste
vormde. Ware dit niet het geval geweest, dan zou de staats-
schuld vebdriedubbeld zijn.
Naast te uitgaven, welke uit den oorlogstoestand voort-
vloeiclen, zijn ook de gewone staatsuitgaven sedert het begin
van 1913 verdriedubbeld, in hoofdzaak als gevolg van de
algemeene prijsstijging en de noodzakelijkheid de salarissen
der ambtenaren te verhoogan. In 1913 beliep het budgèt
der gewone uitgaven f218 millioen; het budget van 1918
bevat een ‘bedrag van f 648 millioen voor deze uitgaven.
Behalve de buitengèwone belastingen, waarvan .ik sprak,
zijn te gewone belastingen, directe en indirecte met inbegrip
van de zegel- en registratiereohten, van f 164 millioen in
1913 gestegen op
f
364 millioen volgens het budget van
1920. Volgens de resultaten van de eerste izes maanden van
het loopende jaar zal de werkelijke opbrengst vermoedelijk
de
f
430 millioen te boven gaan. Hier idus ook een verdrie-
dubhehng der lasten. Bovendien zal écln der buitengewone
belastingen nog gedurende jaren worden ‘voortgezet, zoorlat
zij feitelijk tot de gewone belastingen moet worden gere-
kend. Voegt men de opbrengst dezer belasting, ul. een belas-
ting op inkomen en vermogen, bekend onder den naam van
,,verdedigingsbeiasting” er Ibij, dan Ikoint men tot een totaal
bedrag van
f
470 millioen. De druk der belastingen is dus
gestegen van
f
27 per hoofd van bevolking in 1913 tot

f
68 in 1920. Het is van belang te constateeren, idat deze
vermeerdering in :de eerste plaats is toe te schrijven aan
de directe belastingen. Terwijl ‘toch de indirecte belastingen,
inclusief de zegel- en registratierechten, verdubbeld zijn,
zijn de directe belastingen igestegen van
f
67 millioen op

f
240 of 250 millioen. De ontvangsten uit dezen hoofde en
gelijkei-wijs de druk op de bevolking zijn dus bijna viermaal
zoo groot als vdSr den oorlog.
Ten einde tot dit resultaat te geraken zijn de directe
belastingen niet alleen belangrijk verhoogd, maar is tegelijk
aan het beginsel van progressie een uitgebreide ‘toepassing
gegeven zoowel in het tarief der inkomstenbelasting, als in dat der verdedigingsbelasting, die in hoofdzaak op ‘de
vermogens drukt.
Tegelijk met den Staat zijn ook verschillende gemeenten
door te omstandigheden gedwongen geworden het tarief
hunner inkomstenbelasti.gen tot ide grens der mogelijk-
heden te vei-hoogen. Zoo betalen de zeer vermogenden op
het oogenblik in de groote steden en in verschillende andere
gemeenten aan den Staat en de gemeente – uitsluitend in
belastingen op in’kcimen en vermogen – tot 50 en 55 pCt.
van hun inkomen. Houdt mto tevens rekening met de
andere directe belastingen, dan stijgt dit percentage in
verschillende gevallen tot 70 en 80 pCt. Bij deze lasten
moet men voegen die van ,dé indirecte belastingen.
Het resultaat van d’ezen stand van zaken is, dat de
particuliere kapitaalvorming teruggdbraoht is tot een
minimum, ver beneden hetgeen •het herstel van industrie,
landbouw en handel in deif staat van vOOr den oorlog eisht.
Het is dan ook voortdurend moeilijker geworden de leenin-gen van den Staat te plaatsen, ook al werden zij uitgegeven
onder ide voorwaarde, dat in geval van mislukking een ge-
dwongen leening zou worden uitgegeven. Deze moeilijkheden
namen zoodanigen omvang aan en de ‘bezwaren aan deze
sedert 1914 gevolgde ‘wijze van uitgifte verbonden traden
zoozeer aan den idag, dat de laatste maal, dat de Staat zich
verplicht zag een ‘beroep te doen op ‘het crediet zijner inwo-
ners, men heeft moeten grijpen naar Iliet weinig wenschelijke
middel der gedwongen leening.
Met dat al heeft de oorlog in zeker opzicht een gunstigen

894

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13
October
1920

invloed gehad op de Nederlandsche industrie. VÖOr 1914 gaven de vermogensbezitters in meerderh’ôid de voorkeur
aan belegging in allerlei soorten van vreemde waarden
boven den aankoop van obligaties of aandeelen in Neder-
landsche ondernemingen .Nu, nadat zij ongeveer
f
2 mil-hard verloren thelYben op’ Russische effecten en papieren
der Centrale landen, zijn zij tot zekere hoogte van die vroe-
gere voorkeur teruggekomen.

Zonder juiste cijfers ‘te kunnen geven, kan men consta-
teeren, dat – zonder dat ‘de staat zich hierin op eenigerlei
•wij.ze heeft gemengd – de nationale industrie en de Indische
cultures ‘van deze veranderin.g profiteeren. Niettemin zijn
zoowel cle Regeeri’ng ‘als particuliere banken en kooplieden door de omstandigheden verplicht ‘geworden gedurende den oorlog credieten ten beloope van ‘honderden ‘miljoenen gul-
dens aan vreemde regeeringen en kooplieden te verstrekken.
Een andere ‘betrekkelijk gunstige factor in de econo-
mische verh9udin.gen in Nederland is, dat ‘de inflatie van
het geld belangrijk minder groot is, dan in de meeste landen
van het vasteland. Niettemin is ‘de circula’tie van ‘bank-
biljetten van
f
317 mil’lioen aan ‘het eind van Juni ‘1914
gestegen tot
f
1.058 millioen of
f 1.100 millioen, daar-
onder begrepen de 42 millioen muntbiljetten. Tegelijkertijd
zijn evenwel de reserves aan goud en zilver in ‘handen van
Regeering en Centrale Bank, die op ‘het eerste tijdstip
f
172
m’ilhioen ‘beliepen (waarvan
f
162 millioen goud) gestegen
tot f 655 mil’lioen (waarvaiï
f
637 millicen goud) op het
tweede.

Deze betrekkelijk gunstige toestand weerspiegelt zidh op
de wisselmarkt. De koers van den gulden is beneden pariteit
ten opzidhte van den Zwitsersohen franc; omgekeerd echter
is ten opzichte van ‘de andere landen van het vasteland de
wisselkoers belangrijk in het voordeel van ‘den gulden;
zelfs het pond sterling is ongeveer 10 pCt. ‘beneden paiiteit,
de Franscihen en Belgische franc schommelen om 50 pCt.
beneden pariteit, de lire staat nog lager, ‘terwijl de valu’ta
‘der Centrale landen gevallen is op een tiende of een twin-
tigste van den koers van vdSr den oorlog. –
Evenwel volgt de Nederlandsche gulden thans de alge-
meene ‘daling van het Europeesche geld ten opzichte van de
Vereeni’gde Staten, Japan en Zuid-Amerika, ‘zulks met een
verontrustende snelheid. Terwijl ‘twee of drie maanden ge-
leden de gulden 10 of 12 pCt. ‘had verloren, noteert hij op
het oogeublik een dis-agio van 25 of 30 pCt. beneden ‘den
dollar.

Deze uiterst abnormale toestanden en in ‘het ‘bijzonder ‘de
weinige stabiliteit tder koersen, hebben een neer on.gunstigen
invioed gehad op den buitenlandschen handel. Al is de han-
del’ weldra na ‘den wapensti4stand weer opgenomen, hij is
belangrijk beneden zijn vroegeren omvang ‘gebleven.
Behalve ‘dit alles is de verhouding ‘tussehen invoer en
uitvoer volslagen abnormaal. De handel in gou’d en zilver buiten rekening gelaten, beliep ‘de invoer van goederen in
1919 f
2.826 ‘millioen en ‘de uitvoer
f 1.411
mil’lioen. De
waarde der ingevoerde goederen ‘was ‘dus, juist ‘het ‘dubbele
van die der uitgevoerde goederen. Een sterke malsise in
verschillende takken van landbouw, tuinbouw, visseherij, industrie en buitenlandschen ‘handel is er het gevolg van.
Het is neer onwaarschijnlijk, ‘dat in ‘dezen stand /van
za’ken verbetering zal komen zoolanig ‘de wisselmarkt ‘niet
– opnieuw zekere stabiliteit heeft gevön’den.
De politiek der Regeering tegenover dezen economischen
toestand is aangewezen. Gedurende den oorlog is de staat
gedwongen geweest allerlei soorten van beperkingen aan
den ‘buitenlandedhen ‘handel aan te leggen, in ‘het ‘bijzonder
aan den uitvoer van evensmiddelen en grondstoffen, opdat
de ‘bevolking geen gebrek zou hebben aan, voedsel en de
werkloosheid niet te gevaarlijke afmetingen zou aannemen.
Sedert den wapenstilstand konden deze beperkingen gelei.
(lelijk vervallen of ten minste verzacht worden.en ide Regee-
ring beijvert nich ‘binnen de grenzen van het mogelijke het
stelsel van het Vrije internationale handeisvei-keer te ‘her-
stellen.

Wat den handel in goud en zilver aangaat, ‘wenschen
Regeeri’ng en Centrale Bank niets liever dan zoo spoedig
mogelijk terug te ‘keeren tot het ‘regime van het vrije ver-
keer. Zoolang evenwel de toestanden op ‘de wisselmarkt
blijven zooals zij zijn, zien zij zich in ‘dit opzicht genoopt
tot groote voorzichtigheid.
Onze autoriteiten, gelijk de ‘Ned’ermaudsche delegatie, ‘hopen
dat de heiizame ar.beid der Conferentie er toe zal bijdragen
dat de internationale financieele verhoudingen zich zoo-
danig zullen herstellen, dat het mogelijk zal zijn de’ beper-
kingen, die de oor.logstoestand deed opleggen, te doen em-
dligen en dat een krachtige ‘hervatting van het verkeer tus-
sOhen de verschillende volkeren op commercieele, ‘intellec-
tueel en ‘humanitair gebied ‘hiervan het gevolg zal zijn.”

De handel der Unie van Zuid-Afrilca. –
In
1910
kwam de Unie van Zuid-Afrika tot stand en
dit jaar kan dus zeer geschikt worden aangenomen

als uitgangspunt voor een overzicht van de ontwik- –
keling van den handel van Zuid-Afrika.

Beginnen we een overzicht te geven van de scheeps-

beweging. Onderstaand staatje’geeft aan het aantal

en de tonnemaat dèr vreemde stoom- en zeilschepen,
die de havens der Unie zijn binnengeloopen gedu-

rende
1918
en
1919:

1919

1918

Aantal Tonnemaat Aantal Tonnemaat

Stoomschepen . . . –

998

3.558.729

924

2.861.364
Zeilschepen

77

88675

112

128077

1.075

3.647.404

1.036

2.989.440

lie hoeveelheid vreemde lading, gedurende dezelfde
perioden binnengekomen, bedroeg:

1919 (tons) 1918 (tons)

Van stoomschepen……1.047.293

939.059

Van zeilschepen ………146.681

180.803

1.193.974

1.119.862

Voornamelijk zijn het Britsche en Amerikaansche
schepen
(V. S.),
die het goederenvervoer van en naar

de Unie bewerkstelligen, zooals duidelijk blijkt uit,
de tabel der op de Unie handeidrijvende landen,

waarin zoowel de binnenkomende lading van, als de

uitgaande lading naar die landen, is aangegeven:

i.
Binnenkom. lading
Uitgaande lading

(1919 t)

(1918 t.)
(1919 t.)
(1918 t.)

Engeland

….
940.159
764.659
2.294.752
2.023.161
Vereen

Staten
74.123 64.222
60.145
33.207
Argentinië
.. .
422

1.442

Brazilië

7.529

8.275
Chili
2.968

Denemarken
10.674
14.707
5.171
2.891
Nederland

3.588
10.223
60.938
12.187
Finland


3.791

Frankrijk

..
4.315
2.242 , 2.737
6.726
Griekenland


343
7.965
Japan ……..
40.632
114.365
129.510 189.275
Noorwegen..
31.363 65.118 31.095 43.508
Portugal
2.782
5.840 20.941
28.856
Rusland
12.546

12.715 6.822 10.612
Spanje

421

1.386
82.884
Zweden
64.402
57.821
33551
84.243

1.193.974 1.119.862 2.652.624 -2.533.593

Aanzienlijk was in
1918
het aandeel van Japan,
van waaruit de invoer in
1914
nog nihil was, in
1918
het hoogtepunt bereikte, n.1.
114.365
ton, om
daarna in
1919
weder te dalen tot bijna
40.000
ton.
De uitvoer naar Japan bedroeg in
1914 5.713
ton,
in
1918 189.275
ton, doch liep in
1919
terug tot
129.510
ton.

De totale waarde van den invoer van de Unie van
Zuid-Afrika gedurende
1919,
bedroeg £
50.791.205,
voor
1918 £ 49.487.168,
een vermeerdering dus van
meer dan £
1.3
millioen, welke vnl. toe te schrijven
is aan groote invoeren door de Regeering van loco-
motieven, rollend materieel, ijzer- en staalfabrikaten
en – het is zeker de moeite waard het te vermelden –

van vliegmachines en onderdeelen daarvan. Daarte-
genover staat echter een verminderde invoer van
katoen- en wolfabrikaten, doordat er enorme voor-
raden van deze artikelen zich in de Unie bevonden.

Het hooge waardecijfer van den invoer voor
1919
is echter hoofdzakelijk toe te schrijven aan de ont-
zettend hooge prijzen van levensmiddelén in de lan-
den van oorsprong, vooral in de oorlogvoerende
landen. De gemiddelde waarde per ton ingevoerde
lading steeg van
£15.54
in
1913
tot £
41.73
in
1918,
liep daarna in
1919
iets terug tot £
39.66.
Onderstaand staatje geeft de voornaamste stijgingen
en dalingen van den invoer aan gedurende
1919,
de
invoer van levensmiddelen is hieronder echter niet
begrepen.

3
October
1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

895

Vermeerd. Vermind.
Artikel

£

£
Landbouwwerktuigen en machinerieën.
. 185.921


Levend vee:
Stieren en ossen ……………….

222.236


Schapen en lammeren ……………
.133.881 –
Katoen-fabrikaten ……………….-
6.784.836
Electrische machines en werktuigen
461.987 –
IJzer en staal:
Pijpen en monteerbenoodigdheden

302.926


Gegalvaniseerd en gegoifd ……..
217.899


Machinerieën:


Voor de industrie …………….
322.738


Voor den mijnbouw…………….
190.668


M
otoren…….
…………………
853.865


Oliën en mineralen……………….
471.801


Wol-fabrikaten …………………. .

474975

Opvallend is de groote invoer van motoren, in
1918 werden meer dan 4000 ingevoerd. Als bewijs
van het steeds toenemende streven de meest moderne

methoden van bebouwing toe te passen diene wel
het hooge cijfer van den invoer van ,,farm-tractors”
iû 1919:

Land van oorsprong

Aantal

‘Waarde

Engeland …………….
4

£ 1.096

Canada………………..
21

4.239
Vereenigde Staten van N.-A,

269

47.977

294 , £53.312

Zeer groot was de invoer van machines voor in-
dustrieele doeleinden; de voornaamste plaats onder
de industrieën van Zuid-Afrika bekleeden wel de
suiker-, rubber- en lederindustrje. De gezamenlijke
opbrengst van alle industrieën bedroeg voor 1917-1918

meer dan £ 60 millioen, waaronder dïe van levens-middelen alleen £ 16 millioen.

De belangrijkheid van de verschillende havens van
de Unie van Zuid-Afrika voor den handel komt tot
uiting in onderstaand staatje, waarin’ zoowel het
cijfer van den invoer via die haven, als het per-

centueele aandeel in den totalen invoer van de Unie
staat vermeld.
1919

1918
£

Percent.

£

Percent.
Kaapstad ……..
12.514.761

26,79

6.147.253

18,08
Port Elizabeth
.

9.054.608

19,38

7.643.239

22,47
East London ..

3.606.957

7,72

3.673.278

10,80
Durban ……….
17.442.208

37,34 10.148.031 – 29,84
Delagoa Baai ..

, 2.709.880

5,80

5.831.222

17,15
Mossel Baai ……

, 213.161

0,46

427.230

1,26
Overige havens

1.171.220

2,51

136.925

0,40
46.712.795 100,- 34.007.178 100,-

Onder de landen, die in de Unie importeeren,

staat Engeland bovenaan, de invoer bedroeg in 1918
£ 21.000.000, verminderde echter gedurende 1919

met meer dan £ 4 millioen, voornamelijk veroor-
zaakt door den verminderden invoer van katoen-
fabrikaten. Een overzicht van de verschillende in de
Unie importeej-ende landen vind.t men in het vol-
gende staatje:
1919

1918

1913

1910
0
/0

0/0


0
/

0
/0
Groot-Brittannië ….

45,5

54,1

54,4

59,0
ritsche Bezittingen:
Canada ……….
3,9

2,0

2,2

1,9
Australië ……..

3,5

2,5

5,2

4,7
Indië …………
5,5

7,1

2,8

2,3
Overige bezittingen

3,7

2,8

1,7′

1,8
Vereenigde Staten
.

24,1

13,9

9,5

7,8
Nederland ……….
0,4

0,8

2,2

1,6
Zweden …………
1,8

2,0

1,8

1,9
Japan…………..
3,8

5,6

0,3

0,2
Duitschland ……..
0,1

0,0

8,8

10,3

Totale waarde ……46,.71795 47.39389 38.56,381 34.07.178

Gaan we den uitvoer na, dan zien we, dat, althans
voor het jaar 1919, de handelsbalans van de Unie van
Zuid-Afrika ten gunste van dit land overslaat. Be-
droeg de totale invoer over 1919 ruim £ 46 millioen,
de totale uitvoer overtrof dit bedrag met ongeveer

£ 6niillioen, bedroeg nI. £52.098.752, hetgeen, ver-
geleken met 1919, een vermeerdering van meer dan

£ 19 millioen beteekënt, welke voornamelijk te zoe-
ken valt bij den enormen uitvoer van wol, die ge-
durende 1919 met meer dan £ 6 millioen toenam,

en bij den verhoogden uitvoer, van diamanten van
ongeveer £ 44 millioen. Ook struisveeren en scha-
penhuiden werden op groote- schaal uitgevoerd.

Onderstaande cijfers geven een overzicht van den
totalen uitvoer, dien van ruw goud inbegrepen, over
de navolgende jaren:

1919

1918

1913

1910
£ 83.522.732

£ 64.671.739

£ 64.015.645

£ 53.753.520
Schakelt men den uitvoer van goud uit, dan ver-
krijgt men de volgende cijfers:

‘1919

1918

1913

1910
£ 48:132.123

£ 28.912.736

£ 26.426.246

£ 19.508.590

Hoewel natuurlijk tot deze enorme stijging gedu-
rende de periode 1918-1919 ook de verhoogde prij-

zen hebben bijgedragen, vormt de hoofdoorzaak
toch de sterk vermeerderde uitvoer van verschillende

producten, waaronder van wol wel in de eerste

plaats, deze sprong van 116 niillioen pond in 1918

op 185 milioen in 1919. Daarnaast ook verhoogde
uitvoer van huiden, struisveeren, suiker, kaas, ge-
droogde vruchten enz.

‘Zeer sterk was de stijging in de groep landbouw-
en veeteeltproducten, de uitvoer hiervan bedrbeg in

1919 £ 32.820.388, in 1910 slechts ruim £ 9 millioen.
Welk een bron van inkomen de wolteelt voor de
Unie vormt, bewijst naast den ongekend hoogen uit-

voer van bijna 185 millloen pond in 1919 (in 1898
slechts 30 millioen), de meer dan 200 pOt. gestegen
prijs per pond wol. 1919 was in de geschiedenis van

de schapenteelt van de Unie van Zuid-Afrika wel
een recordjaar. Onderstaand staatje geeft aan de

hoeveelheid uitgevoerde wol gedurende elk jaar van
het laatste decennium, alsmede de gemiddelde waarde
per pond wol:

Gemiddelde waarde
Hoeveelheid

per pond
lb.

s. d.

.

1919….

184.927.986

1 111/
1918….

115.634.498

1 8
1917….

117.657.142

1 6
1916….

136.395.191

11
1
/2
1915 . . . .

170.003.173

7
/1

1914….

133.981.317

7
1
/2
1913..:.

176.971.865

7/
1912….

161.974,684

7
1911….

132.207.029

7
1910,….

121.868.028

71/
2

Verder is van groot belang voor de Unie de uit-
voer van diamanten; hierop is van niet weinig in-

vloed een soort van trustvorming onder de vier
grootste diamanthandelaren in de Unie, waardoor
ten bate der
bij
de delving betrokkenen de prijs wordt
op peil gehouden.

Hoe langer hoe meer verdringen de inlandsche
boter en kaas het buitenlandsche product van de
markten der Unie en ook op de buitenlandsche markt
hebben zij zich reeds een goede positie veroverd.

Invoer

Uitvoer

1915-1919 1910-1914 1915-1919 1910-1914
lb:

Ib.

Ib.

lb.
Boter ……
5.102.449 20.465.024

6.369.786 194.612
Kaas ……
6.782.325 25.575.582

2.053.715

2.084

De ]evensmiddelenindustrie over het algemeen heeft
groote vorderingen gemaakt sinds de oprichting van

de Unie. Was in 1910 de handelsbalans bijna in elk opziht ten gunste van den invoer, in 1919 was deze

toestand, zooals we hebben gezien, geheel omgeslagen.
Van groote beteekenis in de toekomst kan de uit-
voer van ruwe katoen worden. Reeds sedert lang is
de katoencultuur in de Unie’ beoefend geworden,
eerst in de laatste jaren zijn ‘er echter werkelijk
ernstige pogingen gedaan deze meer intensief en

productief te doen zijn, welke pogingen met goeden-

uitslag zijn beloond; vele landstreken der Unie blij-

896

ECONO.MISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13
October
1920

ken geschikt voor deze cultuur. De hoeveelheid uit-

gevoerde katoen bedroeg in:

1919 ……….289.890 ib.
1918 ……….183.228
1913 ……….32.471

1910 ……….

17.635

Gedurende den oorlog hebben de Zuid-Afrikaan-

sche kolen
1)
zich een naam in het buitenland verwor-

ven; bedroeg de uitvoer in
1910
slechts
138.694
ton,

in
1919
was deze tot
1.092.010
gestegen, een aan-
merkelijke vooruitgang dus.
Als overzicht van de landen, waarheen de uitvoer

van de Unie van Zuid-Afrika voornamelijk is gericht,

diene onderstaande tabel:
1919,

1918

Bedrag Percen- Bedrag Percen-

£

tage

£

tage

Engeland ……..29.357.730

61,0 15.574.505

79.8

BritscheBezittingefl 3.896.797

8,1

100.864

0,5

Vereen. Staten . .

7.830.379

16,3

401.820

2,1

Japan …………3.752.213

7,8

45

België …………

1.219,8982,5 .

668,020

3,4

Frankrijk ……..975.538

2,0

167.946

0,9

Duitschland

– –

1.813.963

9,3

Overige landen..

1.099.568

2,3

781.427

4,0

48.132.123 100,– 19.508.590 100,-

1)
Zie pgns.816 en 841 van dezen jaarg.

ONTVANGEN:

Annuare International de Statistique,
Volume VII,

publié par l’Office Permanent de l’Institut In-

ternational de Statistiqne, la Haye
1920.

Het WetsontWerp tot Herziening van het Zeerecht,

publicatie van de Vereeniging ,,Handelsrec’ht.”
In lit gesch’riftje wordt een overzicht gegeven van de
verbeteringen, ‘die het Ontwerp Molenraa i
g
if
n ons Zee-

recht zal brengen.

OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN.

The American Journal of Interna-

t i o n al L a w. – New York, Juli
1920.

B. Mathieu,
The neutrality of Chile diiring the

European war;
J. B. Moore,
The-Pan-American finan-

cial cosiferences and the In.ter-Ainerican High
Oom-

missio’n;
Ch. H. Stockton.,
The Declar-ation of Paris;

A.
K. Kuhn,
Initernatiotnal aerial navigation and the

Peace Conference.

Z.eitsciir.ift für Völkerrecht. – Bres-

lan,
XI
Band, 4 Heft

‘J’osef Kohier
1′; Dr. W. Mettgenberg,
luxemburg;

Dr. F. Giese,
Staatsrecht nnd .S.taatsgehiet;
Dr. F.

Schots,
Liquidation deutschen Gesellschaftverrnögens

nach dom V.ersailler Friedensviertrage
(1919); W.

Schücicing,
Die Eutschiidigun
4
g dier deutschen Reich.s-

angehörigen ,hinsichtlieh der Liquidation oder
Zu-

rückbehalituin
i
g ilires Eigeutunvs, i.hrer -Rechte oder

Interessen in ‘den fein’dlichen L.ndern;
Kisker,
Zur

Fr.a-ge der. mehrercn Staaten gemeinsamen Gews’ser;

w’
Dr. C. Koehne,
Der Ererb der S’taatsaiugehörigkeit

durch Ehesoh]iessung;
Dr. F. von’ Martitz,
Ueber

Fr,iedensbl.ockaden.

Rechtsg-elee.rd Magazijn. – Haarlem,

jaarg.
39,
dfl.
3/4.

Mr. L. van Praag,
Inkrimping en uitbr-eidiing van

juriacliktie -en competeinJtie der rechterlijke .ma.c.ht

door partijen;
Mr. F. G. Scheltema,
De openbare weg
en de beperking van -den eigendom;
Mr. W. H. Druc-

ker,
Overzicht ‘der Engelsche wetgeving gedurende
het jaar
1918; Mr. E. H. von Ba’umhauer,
De arbeids-

reehtsr.aak in het typograf-enbedr-ijf;
Mr. C.
A.
Wie-

n ecke,
Zakelijke ‘rechten op
n
eifbeetuurs
i
gronden?

The geographical Journal. – Londen,

September
1920.’

J. Tilho,
The exploration of Tibesti, Erdi, Borkon,

and En.ed-i in
1912-1917; F. K. Ward,
The valloys

of Kham;
B. G. Corne,
The isies ‘of San Felix and

San Nabor;
S. F. Newcombe,
The practical li’mits of

aero-plane’ photography for ‘mapping;
A.
Voysey,

Notes on the Lajâ;
H. R.
Mill;Aiitarct’ic meteorology.

Tech-nik und Wirtschaft. – Berlijn,

Augustus
1920.
H. Schumacher,
Gegenwartfragen ‘des Sozialismus;

Th. Schuchart,
Verhittuing und Beseitigung gewerb-
lieher Streitigkeiten in -den Vereiiniigten Staateri;
J.

Kollmann,
Der Eisenwirtschaftsbuiud;
E. Jenny,
Der

Bolschewismus als Arbeitsher-r.

MAANDCIJFERS..

ONTVANGSTEN VAN SPOOR- EN TRAMWEGMAATSCHAPPIJEN JUNI
1920.

Namen der Maatschappijen.

PersonenvervOer.

Goederenvervoer.
Totale ontvangsten,

Juni 1920.

Juni 1919.

Maatsch. tot ExpI. van S.S., N. C.-S., Noord-

Brab.

Duitiche

Spoorwegmaatschappij

en
Roll. Ijzeren SpoorwegniaatschapPij

f
6.929.801,—

f
8.775.879,—

f
16.462.882,—

f

Tramwegmaatschappij ,,De Meijerj”

32.236,49

,,

29.305,83′!,

Nederlandsche TramwegmaatschaPPii

………,,

56 166,04

,,

69.479,75

,,

129.928,85

,,

136.998,04

Westlandsche Stoomtramwegmaatschappij

,,

28.213,651/2

,,

16.724,79’h

,,

48.382,06

,,

37.902,74
1
/3

Dedenisvaartsche

St
oom
t
ram
wegmaatschapPij

,,

11.490,44

,,

31.767,65’/i

,,

44.841,20

,,

40.086,81
495.069,43’h

,,

356.858,34’/i
Rotterdamsche Electrische Tramwegmij…….,,

495.069,43/3

Nederlandsch-Indische SpoorwegmaatschaPPij

Rotterdamsche T
r
amwegmaatschapPij ………- ,,

85.121,02

,,

76.020,31′!2

,,

161.141,33’12

,,

189.651,07

lijn S
am
arang__Vorsten1andenwiflem 1..

773.000,

,, –

613.867,-

Oost-Java stoomtramwegmaatschappij

Zuider St
oom
t
r
amwegmaatschappij ………..,,

10.199,74

,,

7.016,29

,,

17.095,14 ‘1,

,,

17.613,94

Semarang—Cheribon Stoomtramwegmaatsch…

,,

529.500,—

,,

368.700,-

Saznar.—Joana St
oom
tramwegmaatschapPij ..

,,

396.300,—

,,

306.000,-

Serajoedal Stoomtramwegmaatschappij

lijn Modjokerto—NgOro

……………………-

,

,,

25.7O0

,,

21.800,

lijn Soerabaja—Krian ……………………..

83.300,

,,

65.200,

lijn Maos—Bandjarnegara ……………..

……-

– –

,,

100.800,

,,

83.400,

lijn Bandjarnegara—WOnOBObO……………..

,,

14.500,

,,

9.800,

D
e
liSpoorwegmaatBchaPPij

……………….
.., –

,,

658.000,—

,,

529.461,

Madoera’ St
oom
trammaatschappij ………………

128.000,—

,,

83.000,-

?,fc,rlinkert.o
st
oom
t
ram
wegmaatschappij …….,,

20.646,—

,,

24.908,—

,,

45.554

3534
k

Nagekomen over Mei.

Dedemsvaartsche St
oom
t
r
amwegmaatschappij..
1 f

15.190,39

1 f

28.743,98

1 f

45.862 ,08’I,l
f

45.966,75

Do ontvangsten der groote maatschappijen, die in de Ingenieur” ontbreken, zijn aan het ,,Maandschrift Centr. Bureau Statistiek” ontleend.

1)
Deftuitieve opgave.

.

13
October 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

897

PRODtJOTIE DER KOLENMIJNEN.

(Ontleend aan ,,Maandschrift Centraal Bureau Statistiek”)

Naam van de
Juli
Augustus

Mijn
1920 1919 1920
1

1919

,Staatsmijnen.

Wilhelmina …….
48501
48.662 48.920 42.414
73.727
54.136
70.053
51.179
Emma …………
34.233
28.246
38.138
25656
Hendrik ……….

Totaal ….
156.461 131.224
155.111
119.249

Particul. mijnen.
Domaniale mijn.

47.476
43.664
50.021
41.660
Mijn Laura en Ver

..

48.099
47.752 48.123
43.449
Oranje-Nassau
mijnen ……..
75.982
67.779
72.784
62.513
Mijn Willem So-

eeniging ……..

20.810 14.900 20.745 14.930
phie …………

Totaal
.. ..

..

192.167
174.095 191.673
162.553

Totaal generaal
.
348.628 305.319
346.784
281.802

) In- tonnen.

Het ,,Maandschrift” teekent bij de cijfers aan:
waar de voor
1919
opgenomen cijfers verschillen met
die in vorige afleveringen, vindt dit zijn- oorzaak in

het feit, dat van den Hoofdingenieur der Mijnen
thans een rectificatie werd ontvangen ter verkrijgiog
van overeenstemming met de cijfers in diens jongste
jaarverslag, welke de juiste zijn. In enkele gevallen
(zie de mijn Laura en Vereeniging en de Domaniale

mijn) verkrjgt men bij optelling der maandcijfers
niet het voor het geheele jaar opgegeven getal. In

de maandopgaven dezer mijnen waren nA. fouten ge-
slopen, terwijl het niet. mogelijk is deze alsnog te
herstellen.

Evenals in vorige afleveringen zijn in de cijfers
niet
begrepen de hoeveelheden geproduceerd kolen-slik. Deze bedroegen voor alle mijnen te zamen in het
jaar
1919
blijkens thans verkregen opgave
138.518
ton en in de eerste
8
maanden van
1920 107.950
ton.
Zooals uit deze cijfers valt af te leiden, werd in
de maanden Januari tot en met Augustus in dit jaar
rond
250.000
ton meer geproduceerd dan in dezelfde periode van
1919,
d. i. een toeneming van ongeveer
11 pOt.

RIJKSPOSTSPAARBANK.

AUGUSTUS
1918
1

1919
1

1920

f

9.271.967f
11.318.100f
11.337.934
Terugbetalingen

..
,,

6.748.418
,,

9.807.121
,,

9.317.723
Tegoed der inleggers
,
228.310.541
,, 280.482.007 ,, 267.785.489
Nom. bedr. der uitst.
staatsschuldboekjes
op ultimo ………
,,

31.016.850
,,

36.212.650
,,

40.489.200

Inlagen

………..

Spaarbankboekjes:

op ultimo ……….

Aantal nieuw uit-

gegeven
10.123
11.776
10.338
Aantal

geheel

af-
betaald
5.468
6.775 7.828
Aantal

uitstaande
op ultimo
1.797.144
1.871.876
1.905.655

:EQUE
EN GIRODIENST.

Aug. 1919

Aug. 1920
-11

Aantal
I
Bedrag
I
Aantal
I
Bedrag

Aantal rekening-
houders op u°
17.453

27.945

Aantal rekenin-
gen op u°…..18.056

28.722

85.728
42.039.213
144.195
64.602.581
Overschrijvingen
.
43.719
108.871.790
78.490 155M77.287

Stortingen …….

Afschrijvingen

..
51.016
24.139.506
66.639
70.723.324 Totaal tegoed reke-
ninghouders opu’.
143.821.716

68.772.799

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B. • beteekent: Cijfers nog niet ontvangen,

GELDKOERSEN.

BANKDISCONTO’S.
N d (Disc. Wissels. 43
1Juli ’15
Zweeds.R.ksbk 73
l6Spt. ’20 Bk Bel.Binn.Eff. 4 1Juli ’15
Bk.v.Noorw.6-63
18Dec. ’19
• – IVrsch.inI-LC. 53
19Aug.’14
Zwits. Nat. Bk. 5
21Aug.’19
Bk. van Engeland 7
16Apr.’20
Belg. Nat. Bk. 53
28Apr.’20
Duitsche Rijksbk. – 5
23 Dec. ’14
Bank v. Spanje 5
12Nov.’19
Bk. van Frankrijk 8
8Apr.’20
Bank v. Italië .6 20Mei ’20
.

Oostenr. Hong. Bk. 5
12Apr.’15
F. Res. Bk. N.Y. 6-74
Juni’20
Nat. Bk. v. Denem. 7
19Apr.’20
Javasche Bank 33
1 Aug.’09

OPEN MARKT.

Data
Amsterdam
Londen
Part. Berlijn ParL
Prijs
art.
N. Yorh
CalI-
Part.
Prolon-
disconto
gatie
disconto disconto
disc.
moneu

9

Oct. ’20
41/s
32/2
6
1
I
4-
1
/

71/
3
_8 1)

‘o.-‘i
3
1
/24
6i
4-‘!,

6-8
27S.-20.’20
4_1/
38/_48/
61/4
48/8

6-9
20-25 S. ’20
3
1
/-4
3
1
14_4
1
/2
62/
4

4_I/

6-7
6-11 0. ’19
3
8
/-4
4
1
/2
4118

.

6-12
7-12 0. ’18
3’/,-4
3
3
/44
8’1
4_
5
/8

52/
4
_6

20-24Juli’14
3’/s.
1
/j.
2’/-‘/ 2’/-‘/
2’/,-‘/,
2
2
1
1’/-2
1
/2
t) Noteering van 8 Oct. 1920.

WISSELKOERSEN.

WISSELMARKT.

Londen was deze week zeer gezocht, een verschijnsel, dat
zioh over de ‘gtiheele wereld openbaarde. De koers liep dan
ook overal flink omhoog. Geopend op circa 11.19 werd al
spoedig 11.27 bereikt, waarna Zaterdag een verdere stijging
tot 1L32 plaatsvond. Parijs, Brussel, ‘New York, Zwitser-
land en Spanje bleven de geheele week vrijwel onveranderd.
Berlijn was aangeboden. Geopend op circa 5.25 -daalde de
koers Woensdag tot iets onder 5-, waarna verder meestal
omstreeks 5.05 verhandeld ‘werd. Heden zeer flauw en ‘voor
4.85 verkrijgbaar. Weeneu eveneens sterk aangeboden en
verschillende dagen bijna onverkoophaar. Skaisdinavië
weder zeer onregelmatig voor Ohristiania. Stockholm en
Kopenhagen daarentegen vrij stationnair. Lndië flauwer ca.
100%. Buenos Adres onveranderd. Canada vaster; 293, op-
loopend tot 2.98 5. 2.99.

KOERSEN IN NEDERLAND.

D aia
Londen
S)
Parij,
Berlijn

)
Weenen
‘)
Brussel
•’)
New
York”)

4 Oct.

1920..
11.213
21.57.3
525
1.30


5

,,

1920..
11.23
T
R
21.45 5.123
1.273
22.65
3.21
1
,
6

,,

1920..
11.23 21.473
5.05
1d73
22.673
3.21
7

1920..
.11.27
21.50
5.20 1.173
22.85
3.21
1
/
8

1920.
11.283 21.50 5.05 1.123
22.65
3.22
1
/,
9

,,

1920..
11.32
21.50
505
1.15


Laagste d.w.’)
11.19 21.40
4.973
1.10
22523
3.202/
4

Hoogste
,,

,, ‘)
11.323 21.85
525
1.35
22.80
322
1
/,
2 Oct. 1920..
11.203
2L60
5.25
L3.5
22.60
2

3.213′
25Sept. 1920..
11.24
21.60
5.023
1.35
22823
8

&2131
1untpariteit
– –
12.103
48.-
59.26
50.41
48.-
248
8
i
S) Noteering
te Amsterdam. “) Noteert,,5
te
Rotterdam.
Particuliere ooave.
2)
Noteering van
1
Oct. 1920.
Idem van 24 September 1920.

Data
Stock-
*
holm
)
Kopen-
hagen’)
Chria-
.
tiania
)
Zwli,er.
*
land
)
Spanje
t)
Batauia
IJ
telegrafisch

4 Oct. 1920
8515
4490
44.90
51.50 47.25
100-
1
1,
5

,,

1920
6425
45.30 45.30
51.55
47.25 100_
1
/2
6

1920
6430
45.45
45.45
51.75
47.25
100-
1
/
7

1920
64.60
45.-
44.70
51.60 47.25
•100

‘/
,,

1920
64.25
45.10
44.80
51.60 47.45
100_t/,
9

,,

1920
64.10
45.20
44.90
51.65 47.25
100-
1
),
L’ste d.
w.t)
64.-
44.90
44.60 51.40

100
H’,te
,,

,,

‘)
64.30
45.30
45.30 51.70
47.50
loo’!,
2 Oct. 1920
63.80
45.-
45.50
51.55
47.25
102-
1
!,
25 Sept. 1920
64.50
4 3.80
43.-
51.90 47.30
102 1/4.8/4
Muntpariteit
66.67
66.67
66.67
48.-

100
Noteering
te Amsterdam. t) Particuliere
opgave.

898 .

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13
October
1920

KOERSEN TE NEW YORK.

.
CableLond.
(in I per £)
Zicht Parijs
(in
di.
per

)
Zicht Berlijn
(in ci. p. 4 Rm.)
Zich! Amie,d.
(in
ds.
p. gld.)

9 Oct. .. 1920
3.50.62
6.64
nom.
Laagste d. week
3.49.-
6.64
nom.
Hoogste,,

,,
3.51.75 6.69
nom.
2 Oct.

.. 1920
3.49.50
6.70
nom.
25 Sept… 1920
3.48.75
6.64
nom.
Muntpariteit..
4.86.67
5.18’/
951/4

KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN

Plaatsen en
Landen
Noicerings.
eenheden
25Sep1.
1920
2Oct.
1920
4-90. 1920
Laagste 1 Hoogste
9Oct.
1920

Alexandri..
Piast. P. £
97’he
97I10
977/

977/
je

977/
1e

•B. Airest)..
I

d. p.
$
58
1
Is
568/4

58’/
57/4
57
Calcutta . . . .
£ p. rup.
1/10/,
1/9/io
117
1
is
1/9
2
/s
117
1
/2
Hongkong ..
id. p. $
413
1
/i
4/3
1
/2
410
4/3
1
/t
410
1
/t
Lissabon….
d. per Mii.
11
101/8
101/
4

11’/4
10’/2
Madrid

….
Peset. p.0
23.75 23.75
23.70 23.95 24.10
5Moutevideo’
d. per $
581/t
578/
4

6
1
/8
58
571
1
/t
Montreal..
..
$ per £
3.87
385
3.79 3.86
3.82
5
R.d.Janeiro.
d. per Mii.
12e/s
12
8
/8
128/
s

12°/82
12’/4
Lires p. £
84:00
83.75
84.00
9150
86.50
Shanghai

..
.
£ p. tael
51118/
4

5/111/
4

5/5
1
/2
5/101/
3

5161/
4

Rome

…….

Singapore

. .
id. p. $
2/3271
82

21387/
82

213
11
/io
214
213
17
/82
°Valparaiso..
d. p. peso
11
1
/
11
8
/it
10
1
/2
10
11
/88
10v/t
Yokohama
..
£ per yen
2111+
2/10/8
2/10814

2/11
1
/
2/11
Koeraen
der voora}ar.nde dagen.
1)
TelegraGech
transfert.

NOTEERING VAN ZILVER.
Noteering te Londen
te
New
York
9 Oct.
1920 . …….

56v/s
1)

2

,,
1920 ……..59
1
)
91
25 Sept.
1920 ……..

69
1
/
3

93
18

,,
1920 ……..59Vi
938/

11 Oct.
1919 ……..

62/
117’/s
11 Oct.
1918 ……..

498/,
1011/8
20 Juli
1914 ……..24’/t
541/5

1)
Noteering
van
8 October.

2)
Idem van 1 Oct.

NEDERLANDSCHE BANK.

Verkorte Balans op 11 October 1920.

Activa.
Binnenl.Wis-(H.-bk.
f 59.400.718,87
gele, Prom.,B.-bk.
4.575.194,49
enz.In
disc.!,
Ag.sch.

69.447.028,07

133.422.941,43
Papier o. h. Buitenl. in disconto
-.
Idem eigen portef..
f
26.001.681,-
Af:Verkochtmaar voor
debknognietafge1.

26.001.681.-
Beleeningen
ncl. vrsch.
IH.-bk.

(128.426.989,76
B.-bk.

,, 25.700.354,78
Ag.scb. ,,167.522.355,94h/
3

f321.649.700,48
1
/*

Op Effecten

……f315.621.200,48ij,
Op Goedéren en Spec.

6.028.500,-
321.649.700,481/3
Voorschotten a. h. Rijk …

…………
..10.535.796,7
Vi,
Munten Muntniateriaai
Munt, Goud ……
f
56.426.860,-
Muntmat., Goud .. ,,579.921.066,39

(636.347.726,39
Munt, Zilver, ene..,, 18.269.148,158/
2

Muntmat.,
Zilver
….-

Effecten
,,

654.616.874 54l/

Bel.v. h. Res.fonds..

f

4.121.033,62
1
/2

id.
van
1
/5v.h.kapit.

3.843.227,37818
7.964.261,-
Geb.enMeub. der Bank …………….
..

.

3.594.000,-
Diverse
rekeningen ……………….
,,

27.546.383,14


(1.185.331.638,371/,

Pas.iva.
Kapitaal

……………………..
f

20.000.000,-
Reservefonds

…………………..
,,

5.000.000,-
Bankbiljetten in omloop ………….
,,1.061.807.465,-
Bankassignatin in omloop ……….
..2.340.561,52
Rek.-Cour.

Het Rijk
f



saldo’s:

5
Anderen ,,

83.983.531,50
,,

88.983.531,50
Diverse rekeningen

………………
,,

12.200.080,358/
2

.

.
f1.185.331.638,37
1
!,

NED. BANK 11 October 1920
(vervolg).

Beschikbaar metaalsaldo…………..
f
424.194.99756
Op
de
basi8 van
2
/2
snetaaldekking
……
194.568.685,96
Minder bedragaan bankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is .. 2120.974.985,-

Verschillen met den vorigen weekstaat:
Meer

tø’inde,
Disconto’s

2.549.009,84
Buitenlandsche wissels

3.621.874,-
Beleeningen ……. …….
694.397,03
Goud…………….. …-
Zilver ………………..25l.288,l2’/z
Bankbiljetten …………
4.267.555,-
Part. Rek.-Crt. saldo’g …. 8.570.052,63’/

Voornaamste posten in duizenden guldens.

Dato

Goud

Zilver

DanS-
Andere

,,

opci,chbare

e en

schulden

11 Oct. 1920 .. .. 636.348

18.269 1.061.807

86.324
4

,,

1920 ..,. 636.348

18.018 1.066.075

76.382
27 Sept. 1920 …. 636.348

17.732 1.030.310

69.473
20

1920 . . .. 636.348

17.382 1.028.027

72.124
13

,,

1920 …. 636.339

17.096 1.026.215

75.112

11 Oct. 1919 …. 632.173

4.662 1.015.774

66.600
12 Oct. 1918 .. .. 707.517

8.065

982.137

73.964

25 Juli

1914 …. 162.114

8.229

310.437

6.198

Hiervan

Beschik.

jj:
lotaal

Schatkist.

Belee-

baar

king,-
ata

oearag

promessen

ningen

Metaal-

percen-
dIsconto

rehiatreeia

aaldo

(age

11 Oct.1920 133.423

28.000 321.650 424.195

57
4 ,, 1920 135.972

322.344 425.079

57
27Sept.1920 101.917

313.942 433.327

59
20

1920

93.677

314.962 432.904

59
13

1920 .91.100 .

317.576 432.347

59

11 Oct.1919 127.119

76.000 229.635 419.592

59
12 Oct. 1918 118.290

91.000 117.106 503.772

68

25 Juli 1914

67.947

14.300

61.688

,48.621
1
)

75
t)
Op
de basis van
t/
metaaldekl,ing.

Uit de bekendmaking van den M in ie ter van Fin a n•
cin blijkt, dat uitstonden op:

4 Oct. 1920

1 .11
Oct. 1920

Aan schatkistproutessen..
f
365.270,000,-
f
363.470.000,-
waarvan rechtstreeks bij

de Ned. Bank geplaatst ,;

28.000.000,-
Aan schatkistbiljetten .. ., 18.838.000,-

18.838.000,-
Aan zilverbons ………..52.630.527,75 .,, 53.000.786,75

JAVASCHE .BANI(.
Voornaamste posten in duizenden gulden’s. De samengetrokken
cijfers der laatste weken zijn telegraphisch ontvangen.

Data

.
Goud
Zilver
t
Bank.
bilje(ten

Andere
opetschb
schulden

2

Oct.

1920

.
57000
25 Sept. 1920….
star

569.000
18

,,

1920
572.000

21

Aug. 1920

……
210.038
6.439
6.291

211.702
14

1920 ……
206.660
6.445 344.491

209.969
7

,,’

1920 ……
206.696
6.259
338.922

207.206
31 -Juli

1920.-…..204.722
6.139
334.549

192.162

4

Oct.

1919 ……
161.046
2.872
289.025

108.415
5

Oct.

1918.
….
98.687
14.824
186.350

77.109

25 Juli

1914 ……22.057
1

31.907
1

110.172

1

12.634
Wissels.
,
verse
Dek.
Data Dis.
buiten
I
..c.ee.
1

eke1

1
&achikI
baar
king,.
1
contos
1
N..lnd.
n ngen
t)
ningen
1
metaal.
Percen-
1
betaalbaar
i

saldo
toga

2 Oct. 1920

339.500

116.000
00

25 Spt. 1920

335.500

0•
114.500
18 ,, 1920

. 339.000

.

113.000

‘-

21Aug.1920 8.221 27.872 168.531 19.297 105.216

39
14 ,, 1920 28.385 24.114 183.082 17.232 102.351

38
7 ,, 1920 27.888 24.098 185.312 14.721 103.869

39
31 Juli 1920 27.902 22.878 165.154 24.020 105.665

40

4 Oct. 1919 11.872 14.224 185.001 31.960 84.609

41
5 Oct. 1918 8.429 27.524 75.761 16.136 61.692

43

25Juli1914 7.259

6.3951 47.934

2.228

4.842
2
44
t
)
Sluitpoat der activa.

t) Op de basis van
t/
metaaldekking.

13
October
1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

DE SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste nosten in duizenden ‘uldeng.

Data
Metaal
Circulatie
Andere
opeischb.
schulden
Disconto’s
o•

k

e

4 Sept. 1920 ..
1.081
2.229
971
1.775
921
28 Aug. 1920 ..
1.081
2.146
1.039
1.787
706
21

1920. ..
1.081
2.053
.
1.005 1.800
709
14

,,

1920

..
1.079
2.267
954
1.759
641

6 Sept. 1919

..
953
1.511
1.1i5
1.506
438
7 Sept. 1918

..
816 1.621
960
1.129
168

25 Juli

1914


645
1.100 560
785
396
‘)
Nuitpost,
der
activa.

BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.

BANK VAN ENGELAND.

Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
in duizenden pond sterling.

Data
Metaal
Cti’culaltc
Currency Notes.

Bedrag
I

Goudd.
I
Ccv. Sec.

6 Oct.

1920
123.195 127.804
356.176 28.500 325.655
29 Sept. 1920
123.115 127.491
353.7,95
28.500
322.425
22

1920
123.065
125.486
353.038
28.500 321.925
15

,,

1920
.123.093
125.165
354.416
28.500 323.975
8 Oct.

1919
88.127
84.406 339.486
28.606
321.603
9 Oct.

1918
73.109
62.796 282.225
28.500
261.160
22 Juli

1914
40.164 29.317


ota
oo.
(.s
Sec.
ttner
Sec.
ruogic
Depo,.
ijine,
Dcpo,.
sçc-
s:rve
Dek.

6 Oct. ’20
63.789 96.019
21.250
134.762
13.841
8,87
29Sept.’20
21.888 109.313 16.139 111.027
14.073 11,10
22

’20
35.518
88.723 16.708
105.448 16.029
13,12
15

,,

’20
56.103
83.391
15.202
122.575
16.379 11,90
8 Oct. ’19
57.231 81.707
23.151
120.332
22.171
15,45
9 Oct. ’18
59.243
95.511 28.328
137.586
28.768 17,33
22 Juli ’14
11.005
33.633 18.735
42.185
29.297
52e4
‘)
Verhouding tueechen
Reserve en Deposit,.

DUITSCHE RIJKSBANK.

Voornaamste posten, onder bijvoeging der Darlehens-
kassenscheine, in duizenden Mark.

Data
Metaal
Daaraan.
G
oud
Kassen.
scheine

.
Ci,cu.
latie
king
pe,c,
‘)

30 Sept. ’20
1.098.551 1.091.660
19.861.855
61.735.489
34. 23

’20
1.098.629
1.091.665
18.980.197
59.263.661
34
15

,,

’20
1.098.211 1.091.664
18.840.145 58.927.894
34
8

,.

’20
1.098.326 1.091.666
18.649.921 58.752.267
34
30 Sept. ’19
1.115.881
1.096.571
9.045.020
29.784.100
34
30 Sept’18
2.583.033
2.447.215
2.646.896 15,334.358
34,
28 Juli

’14
1.691.898
1.356.857
.

65.479 1.890.895
93
1)
Dekking
der circulatje
door meteo1
en Ka8ecnschejese.

Data
Wissel.
Rek. Cii.
Darlehenakassenscheine
l’,,taal
In kas hij ds
uitgegeven
Reichsbank
30 Sept. 1920
54.995.623 20.053.596
33.283.400
19.815.300
23

,,

1920
46.933.499
14.217.367 32.045.500
18.933.600
15

,,

1920
49.919.815
17.206.870
32.046.800
18.803.300
8

,,

1920
44.860.201 12.074.488
32.028.200
18.604.600
80 Sept. 1919
33.859.042 13.019.450 20.954.300
9.019.200
30 Sept. 1918
23.830.058
14.538.078 11.502.200
2.636.000
23 Juli

1914
750.892 943.964
.-

OOSTENRIJKSCH-HONGAARSCHE BANK.
Voornaamste Oosten
in rliiizpn,lpn rnnon.

Data
71l’etaal.en
1
buitenl.
goudwtssds

1
1

Disc, en
beleeningen
Oostenrijk
I

BlJz. schuld

an Hongarije

1

flank-

1

biljetten
1
Rek. C,t.
saldi

7Feb.’20
)290.428
19.251.400132.954.000
56.994.022
6.057.646
31Jan.’20
291.083
19.162.543132.954.000
56.772.802
6.220.536
31Dec.’19
287.640 19.196.063132.954.000
54.481.264
7.906.378
23

,,

’19
297.363 17.856.786132.954.000
53.109.418
7.641.778
23Juli’1411.589,267
954.3561

2.159.759 291.270
•) waarvan Z22.&,2
goud.
10.818
buitenlandsche
goudwissela en 56948
munt en
muntmaterjaal
Zilver.

BANK VAN FRANKRIJK.

Voornaamste posten in duizenden irancs.

Dato
Goud
Waaraan
in het
Buitenland
Zilver
Te goed
in het.
Buitenland

Buit .gew.
vooroch.
a/d. Staat

7 Oct.’20
5.481.108
1.948.367
256.453 1.202.113
26.600.000
30Sept.’20
5.479.550
1.948.367
256.306
1.079.786
26.600.000
23

’20
5.489.579
1.956.895 261.057 613.311
26.800.000
16

,,

’20
5.520.567 1.978.278
.
255.005
634.156
26.600.000

9 Oct.’19
5.574.475
1.978.278
290.603
790.257
25.050.000
10 Oct.’18
5.439.271 2.037.108
320.054
1.574.028
18.400.000

23Juli’14
4.104.390

639.620

Uitge-
Belce.
nng
Bonk
li1.
Jetten
I

Rek.
Cr
Wissels

I.

culie,en
Staat

2.330.453 481.088
2.077.849
39.567.316
3.156.484 45.601
2.293.167
482.337
1.987.872
39.207.943
3.251.403
55.918
1.964,64f
483.219
1.982.900
38.689.733
3.825.114
59.385
Cr
0
1.859.724
484.104
1.991.282
38.665.735 3.026.086
34.842

(
928.667
684.587 1.305.185
36.726.249
2.762.461 56.712
867.983
1.056.136 841.265 30.539.744
2.899.423
97.403

1.541.080

769.400
5.911.9101
942.570
400.590

BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.

Voornaainst,t posten in duizenden francs.

1
Metaal
t Bv/een.
Beleen.
Binn.
Data
mcl.
1
buttenl.
1

van
buitenl.
ron
prom. d.
wissels
en
I
Ci,cu.
lviie
Rek.
c,.
1

saldi
t

vorder.
provinc.
heleen.
pa,ritc.

7 Oct. ‘201358.324
84.6531480.000
681.221
5.743.863
1.149.423
30 Sept.’20J358.188
84.6531480.000
713.459
5.736.056
1.149.006
23

’20J358.155
84.6531480.000
687.976
5.637.866
1.254.030
16

‘201358.158
84.658480,000
671.552 5.645.721
1.369.358
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA

FEDERAL RESERVE BANKS.

Voornaamste posten in duizenden dollars.

D0t0
Coudocorroad
Zilver
dc

F.R.
Notes in
ctrcu-
I

Totaal
Dekking
In het
_____________
bedrag
F. R. Notes
I

buiten!.
latte

10 Sept. ’20
1.978.226 1.285.013
111.455 155.021
3.295.175
3

,,

’20
1.962.310
1.275.278 111.455 155.647
3.243.27.0
27 Aug. ’20
1.971.825
1.300.959 111.455
156.002 3.203.637
20

’20
1.966.351
1.304.879 111.455
155.486
3.174.725

12 Sept. ’19
2.068.867 1.299.535

69.632
2.621.228
13

Sept. . ‘181
2.023.558 1.190.072
-5.8291
52.481
2.295.031

Data
Wi,sels
Totaal
Deposito’s
Gestort
Kapitaal

Algem.
Dek-
kings.

Percent.
Goud-
dekking
ctrcul.
0)

10 Sept. ’20
2.992.181
2.516.477
97.191
42,8
46,8
3

,,

’20
3.058.428 2.490.035
97.133
42,5 48,6
27 Aug. ’20
2.989.092
2.447.756
97.055
43,2
47,7
20

’20
2.940.026 2.484.556
96.759
43,5
48,1

12 Sept. ’19
2.116.843
2.649.514
85.140
49,.
60,0
13 Sept. ‘181
1.910.178 2.284.107
78.689
51,9 67,2
t)
Verhouding tusochen: den totalen goudvoorread, Zilver etc., en de
opeiochbare schulden, F R.
Notes en netto deposito’s.
0)
Na aftrek
van 35 pCt. der totale
dekkingsmidclelen
als
dekking
voor
de
netto
deposito’s.

PARTICTJL1ERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ BET

FED
BES.
STELSEL.

Voornaamste posten in duizenden dollars.

D
Aantal
Totaal
1

uitgezette
1
Reserve
1

bij de Totuöl
Waaraan
time
banken
1

gelden en
beleggingen
t F. R. bank.
depo,ito’a
deposits

3Sept.’20
819
16.927.978
1.394.957
1
14.081.871
2.767.782
27 Aug.’20
820
16.930.987
1.372.075114.130.071
2.745.231
20

’20

818
16.882.540
1.362.501J14.125024
2.723.828
13

,,

’20
815
16.820.434,
1.392.064114.160.949
2.724.090

5Sept.’19
774
15.233.886
1
.
342
.05
8
113.510.339
1.921.549
6Sept.’181
735 12.999.2081
1.192.072J11.368.823
1.461.373

Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven
van enkele niet wekelijks opgenomen bankataten.

900

ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN

13 October 1920

EFFEcTENEURZEN.

Amsterdam, 11 October 1920.

De Internationale Financieele Conferentie te Brussel is
deze week uiteengegaan, na de resultaten harer verschil-
lende zittinigen te hebben neer.gehegch in een aaiital resolu-
ties,die thans aan de openbaarheid zijn prijsgegeven. Naar-
mate men Zijne verwachtingen aangaande deze resultaten
hooger of minder hoog gespannen had, kunnen de resoluties
minder, of meer tevredenheid vekken; heeft men in het
oog gehouden (lat de conferentie ndet was bijeengeroepen om
een universeel geneesmiddel tegen onze moderne, economi-
sche wereidkwaleu samen te stellen, maar slechts bedoeld
was als een raadgeefster op financieel gebied voor den Vol-
kcnbonjd, dan moet men erkennen, dat de besluiten zooals
zij in de eindresoluties sijn neergelegd eenigé tevredenheid vermqgen te wekken. Natuurlijk zijn ‘het meer wensehhik-
heden als mogelijkheden, die de Conferentie uitspreekt”en ‘een deel der adviezen draagt ‘niët de attractie van het ii’iu-
we, doch zelfs voor izooiverre de raadgevingen hier en daar
als gemeeuiplaatsen mogen worden gekenschetst, hebben zij
toch ht nut, dat ‘zij, zij het oude, (lan toch juiste maxilma,
waarvan in de laatste jaren maar al te gaarne werd afge-
weken, opnieu,’ belichten. Wij achten het hier niet de plaats om op den inhoud van de resoluties afzonderlijk in ‘te gaan;
dit staat wel vast, dat de conferentie geenszins nutteldos
geweest is, zelfs al zou zij, buiten de mogelijkheid van het
verleenen van internationale credieten en de kans op het

instellen van een
Permanent
financieel raadgevead lichaam
bij den Volkenboncl, dat de w’erk’zaamheden ter Conferentie
aangevan.gen moet voortzetten, slechts de wensehelj kheiil
gepreconiseerd hebben van internationaal’oa’erleg, ook bij
de financieele kwesties diie thans van alle landen zijn.
Zonder tastbare resultaten te bieden, sijn toch de reso-
lutis dooi’ de verschillende effecteubeu.rzen niet zonder een
zekere voldoeniiig ontvangen, te meer daar baar inkomst
s’amenviel met de ontvangst van’ gunstige berichten uit het
Oosten van Europa, ‘waar het Sovjet-regime, zonder twijfel als gevolg van met zijn gebdorte meegekregen gebreken, in
een voor zijn voortbestaan zeer critiek stadium is aange-
land. InderdaAd schijnt de overhaaste toenadering ‘ijan de
ovj’ets ‘tot Polen aan innerlijke
zN%
,
akt6 te moeten worden
toegeschreven, en niet als een maioeuvre te worden bes’houwd
om ,,adem te schepp’ën”. Voor de propaganda van het Bol-
sjewisme, dat het, wellicht nog minder dan welke propa-
ganda ook, niet zonder succes kan stellen, beteekent dit een
gevoeligen’ slag en een overeenkomstÂge opluchting voor’ de
regeeringen der. Westersche Staten, clie thans alle, de een meer de ander minder, aan een ,,arbeidersvraagstuk” labo-
reeren.
J

Ioewel nog geon zekerheid bestond, wanneer de vrede zou
worden geteekend, hebben’ de internationale beurzen toch
niet langer getwijfeld aan zijn tot ‘stand komen en alle heb-
ben in de af’geloopen week van deze gunstige opvattingen
blijk gegeven, hetzij op actievb wijze, door een stijging van
ht koerspeil, hetzij op passieve v’ijze, t.w. door aan andere,
minder gunstige, factoren beter het hoofd te bieden. B e r 1 ij n, dat uit een industrieel oogpunt bekeken reeds
lang vulcanisch mag worden genoemd, had ,in de aîgelooen
week zijn zooveelste staking, thans die van de electrici’teit,s-
bedrijven, door te maken. Vroeger had men deze zeker aan
cle voortwoekerin’g van het bolsjewisme toegeschreven, thans
beschouwde men het geval in de juiste proporties en rea-
geerde de ‘beurs, de ongemakken ten spijt, er niet nöemens-
waard op. De effectenmark’t is
er,
zooals ook el’ders in
Duithland, doorgaans flink vast, zelfs af en toe levendig
geweest, en de koersrijzing ‘bepaalde zich niet alleen tot
de z.g. valutaiwa,arden, die in verband met de verdere in-
zakkin’g van ‘de mark stegen, doch ook tot een aantal
andere papieren, vooral m’outaaujwaar’den, onder leiding van
Phoenix en Laura, die flink werden gekocht na de publicatie
der buiten verwachting ‘gunstige bedrijfsresultaten. Een liie-
tor van minder ‘opwekkenden aard was de aankondiging
van nieuwe effectenbelastiugen, doch ook hierdooi- werd de
stemming slechts in geringe mate aangetast. Deze werd,
integendeel gesteund door ‘de besprekingen in de pers be-
treffende ‘de bereidverklaring van Frankrijk tot liet doen
plaatsvinden van een afzonderlijke conferentie van Fransche en’Duitsehe ‘gedelegeerden, als uitvloeisel van de Conferen-
tie te Brussel. Men beschouwt dit als een verbetering in
de verhouding tusschen beide landen en was, bij dit licht-
puntje, geneigd, pessimistische beschouwingen, die naar ‘aan-
leiding van de derde kwar.taalsnfsl’uiting van de-‘-Reichs’bank
alleszins op Paar plaats waren geweest, voor ditmaal’achter-
wege te laten. Inderdaad zijn de afsluiti’ngscijfers ‘van de
Reichsbank zeer teek’enend ‘voor de allerongunstigste positie
‘van Duitsehland’s financiën en illustreeren zij .f cl de tot
barstens ‘toe gezwollen baukpapieromloop. ‘

In de laatste week van September is deze ci. met niet
minder dan It. . 2.471.8 mi’lli’oen op M. 61.735.5 mil’lioen
gestegen. Voor de eerste drie kwartalen van dit jaar be-
draagt de stijging M. 26.037 millioen, di. bijna. tweemaal
zooveel als in het geheele jaar 1919. De ,,p’apierwinkel”
wordt thans ongeveer bepaald door het bedrag van 75 mil-
hard mark, zijnde dit het totaal aan bankbiljetten en Dar-
lehenska,ssenscheine in omloop.
Te W e e n e n was de , stemming eveneens gunstig en.
werden verscheidene fondsen ook belangrijk omhoog gedre-
ven ; hier wat

en ‘het echter vrijwel uitsluitend de valuta-
waarden, al bestond ook voor Staatssporen flinke belang-
stelling.
Te L o n
ii
e n kon mcii ook wel niet anders dan zich ver-
heugen ‘in ‘de jongste ontwikkeling der dingen in het Oosten.
Iedere vereenvoudiging in Engeland’s buiten uandsc,he betrek-
kingen komt liet land bij zijn meer dan’ ingewikkeiden bin-
nenlandschen toestand van thet oogenhli’k ten zeerste gelegen.
Voor een oogenblik, afgezien van de lersche kwestie, dlie de
Britsche regeering zonder ophouden erustige zorg baart,
stond zij de afgeloopen week voor de ‘dregi’ng van een alge-
nieene mijnwerkersstaking en in het licht van het succes
der Polen was men ter beurze beter dan anders in staat, om
deze hoogst crnstige kwestie onddr ‘de oogen te zien. Im-
niets, of de mijnwerkers niet in staking zullen gaan staat zelfs thans nog niet vast. Tot op heden kan nog niemand
zeggen hoe de uitslag der stemming onder de mijnwerkers
over het ivoorstel der ei’genarèn, in het-kort.,,,betere bets.-
ling voor meerdere’ productie” zal uitvallen; eerst bij het
verschijnen van dit nummer kan liet resultaat bekend ‘zijn,
en zelfs dat kan nog niet ‘volkomen zekerheid geven, daar
de leideTs ‘zich niet hebben willen ‘binden aan’een uitspraak, bij welk percentage van ‘véér-stemmers men niet tot een sta-
king zou overgaan. Verirnoedelijk zal dit worden beslist op de 14 dezer ‘té houden conferentie van mijnarbeiders, maar een fac€or van onzekerheid zal deze kwestie zeker nog wel
tot in de tweede helft der loopende week blijven. Ter beu’rze
achtte men evenwel het feit, dat er gestemd zou worden,
01) zich zelf al bev’redigend en ‘vleide men zich er mede, dat
liet Uitvoerend Comité der Mijuwerkers-unions althans niet
tot tegenstemmen adviseerde, doch zich van het geven van
een advies onthield. Toch ‘zijn door plaatselijke vereen,i’gin-
gen raaclgevingen aan de leden gedaan, en ‘deze zijn in ver-
schillende gevallen togen het voorstel dr eigenren geweest.
De aangeua.ier e tendens ter beurze werd versterkt door de
ontspanning op de geldmarkt, naar geld vooral in cle laat-
e dagen vlot te krijgen was, tot 5
‘4,
later zelfs 4 pCt.
Russen viiren gezocht in verband niet de boivenvermelde
berichten, ook Mexicaansche spoorwegw’aarden op het voor
de zooveelste maal gelanceerde ‘gerucht van ecu reorgani-
satie. Voorts waren geruchten in omloop ‘betreffende een
uit te geven nieuwe staatsleenin’g tot zeer aantrekkelijke
voorwaarden en ingeenerlei verband staande imet de nieuwe
FranscJ,ie leening, die volgens vroegere berichten ten dccle
in Engeland zou ‘worden ondergebracht. Als ,,val’utapapier”
ontstond ‘de afgolooipen week flinke handel in anadeelen Ca-
nadian Pacif ie, die, na eenige naan’den stil te hebben gele-
gen, van 168 tot 180 konden opkomen. Rubberwaarden wa-
ren flauw
’01)
de ‘verdere ditling van den prijs van het pro-
duct tot 115’4.
De beurs te P a ‘r i,j s was in de verstreken week onregel-
matig en dikwijls gedrukt. De vele ui’tgiften van den laat-
sten, tijd, vooral van obl’igaitiën, hebben een groot ‘deel der
beschikbare middelen tot zich getrokken en daardoor be-
staat voor den handel tei- beurze udinder algemeene belang-
stelling dan ‘voorheen. Dezelfde groepen, die ongeveer een
half jaar geleden nu het eene, dan het andere fonds, dikwérf
zonder eenige intrijnsieke reden, opdreven, zijn er thans op
uit die papieren te drukken, die om allerlei redenen weinig
weerstand ‘kunnen bieden en wadoende noteert in sommige
gevallen thans overdreven laag wat nog maar kort geledeu
overdreven hoog was. Daarbij heeft ‘de scherpe prijsdaling,
die voor verschillende grondstoffen en producten is inge-treden wel is waar hier en dlaar voldoening gewekt, doch
zeker niet bij diegenen, die geïnteresseerd zijn bij ,,du’re”
voorraden en ‘de stemming is dan ‘ook nerveus. De berichten
uit Rusland, die gunstig werden opgevat en in zekeren zin
als een succesje ‘voor de Fransche politiek mogen gelden,
konden slechts ten dccle tegenwicht bieden. Rubberwaarden
waren lager in sympathie niet Londen, dat te Parijs ook
verschillende mijnwaar’den tot lagere prijzen aanbood (De
Beers); ook’petroleuim- en suikeraandeelpn in dalende rich-
ting. Voorts is men in afwachting van ‘de nieuwe 6 pCt.
staatsleening, ‘die op 20 dezer ter inschrijving zal worden
aangeboden en waarop, volgens een in den kabi.netsnasid
gedane mededieehing, reeds voor belangrijke bedragen bij
de’banken zou zijn ingesch’reien. Definitieve bijzonderheden
zijn wel is waar nog niet officieel ‘bekend gemaakt; wel

13 October 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

ME

kwam een bericht van het Reuter-bureau in, volgens het-
welk de obligatiën der nieuwe leening in den vorm van.
bankbiljetten couden worden uitgegeven, voorzien van de
vijf eerste coupons. Dit zou worden gedaan om het fonds
gemakkelijk ingang te doen vinden bij het publiek en er
door de rentevergoeding een attractie boven het gewone
bankpapier aan te verbinden, clie het zeer populair zou
maken. Het zal wel het beste zijn, dit bericht als een ,,ca-
narid” te beschouwen, want de ‘nadeelige gevolgen van een
dergelijk systeem zouden zonder eenigen twijfel weldra blij-ken geenszins op te wegen tegen de aldus verkregen popula-
riteit. Mexicaansche waarden waren te Parijs tot betere prij-
•zen gezocht op een bericht uit Londen, meldende dat door
Engeland, Frankrijk en de V. S. gezamenlijk stappen zou-
den worden gedaan bij bet Mexicaansche Gouvernement, om
dit te dwingen tot spoedige betaling van een bedrag van 20
millioen dollar; de Mexicaansche legatie te Parijs liet het
bericht echter in de bladen loochenen.
Te N e w Y o r k is de stennning ter beurze ook in de
afgeloopen week nog weinig gunsti’g geweest. Al is de meer-
dere ruimte op cle geicimarkt ook een verrassing geweest,
die men gemeend had in verband met de belangrijke eischen,
die de dit jaar overvloedige oogst stelt niet te mogen ver-
wachten, toch blijft de toestand in handel en nijverheid zoo
onregelmatig, dat men er voorshands zeer gereserveerd
blijft. De spoorwegen kunnen thans geleidelijk de opstop-
pingen van goederen wegwerken en uit dien hoofde is de
toestand wel iets verbeterd, doordien namelijk groote par-
tijen, die langen tijd op verscheping hadden gewacht, thans
uitgevoerd en te gelde kunnen gemaakt worden, doch de
geforceerde prijsdalingen van allerlei grondstoffen en fabri-
caton hebben daarentegen de stemming weder ongunstig
beïnvloed. Voor bonds bleef goede vraag bestaan. Verschil-
lend e specialiteiteii verden door d ekkingsaankoopen. ge-
steund.
Te o n z c n t heeft de afgeloopen week ook een staking, die
van een deel der i’osterijen- en Telegrafieperso.neel, zien uit-
breken en weer zien opheffen. Door den korten duur der
episocle is het ongemak niet te groot geworden, dank zij ook
de hulpmaatregelen, o.a. door de Vereeniging voor den El-fectenhandel te Asusterdam getroffen, waardoor ter beurze
de handel vrij geregeld voortgang kon hebben, ook al was
het coatact met de provincie bezwaarlijker dan gewoonlijk.
De belangrijke bedragen van de jongste uitgiften van
nieuwe aancleelen en obligatihn ten spijt, is de geidmarkt
weinig van aanzien veranderd. Een aantal verdere emissies is aangekondigd, o.a.
f
6000.000,— 7 pCt. obi. Gemeente
Arnhem,
f
1.400.000,— 7 pCt. obligatiën Gemeente Delft,

f
500.000,— gewone en
f
500.000,— 8 .pCt. cum. pref. winst-
deelencle aandeelen van de bekende Fabriek van Rijtuigen
en Spoorwegwagons J. J. Beynes te Haarlem en
f
600.000,-
(waarvan
f
200.000,— geplaatst) 8 pOt. cum. preI. winstd.
aandeelen. Internationale Kapok Maatschappij •te Nijmegen.
Het type der 8 pot. cum, preI. winstd. aandeelen begint der-
halve talrijker te worden; gezien het 7
pot.
rentetype der jongste gemeente-obligatiën kon dit ook wel niet uitblijven.
De cialiiig in
Cuftuurwaardea,
vooral ,,suikjers” heeft zich
in ongewijzigd tempo ‘voortgezet, ook op den eersten dag der
nieuwe week, toen nadere mededeelingen uit Indië inkwa-
men betreffende de moeilijkheden waarin ceuige suiker-
firma’s gezegd worden zich te bevinden. H.V.A.’s gingen
verder tot 684 terug, Vorstenlancien tot 279, Java Cultuur-aandeelen tot 547, Koloniale Banken daalden tot 240, mdi-
sdhe Banken tot 236, Nederia’a’dsdhe Handel-Maatschappij
tot 20234.
Voorts waren ook
s-vbberwaarden
flauw gestemd, ook al
in verband niet de daling van den prijs van het .product, en
ten slotte trokken de berichten omtrent een verlaging der
benzine-prijzen ook de
oliewaarden
mede.
De houding der
rubbermarict
vooral is wel voor velen een
deceptie geweest, na de gunstige vooruitzichten die men
meende ten aanzien ‘van dit product in het einde van 1919
te mogen koesteren. Toentertijd was er werkelijk wel eeni.ge
aanleiding tot optimisme, gezien de vlotte wijze, waarop
niet alleen de geheele oogst 1919 en het restant van 1918
werd geaibsorbeerd, maar waarop ook contracten voor lange termijnen met de voornaamste maatschappijen werden afge-
sloten. Thans is de toestand deze, dat men met groote be-
‘zorgdlheid de stijging ‘van de productie ende inkrimping van
de aankoopen van Amerika, dat feitelijk als belangrijkste kooper de regulateur van clan prijs van het ru,we product
is, aanschouiwt. Wordt de productie niet ingekrompen, dan
zal men tegen het einde van dit jaar ‘in Oost-Indië met
een voorraad van 35.000 t 40.000 ton zitten, afgezien nog
van de gewone stocks in de productie- en consumptielandeu.
Vandaar liet plan van den.heer Miller, fia-mant van de be-
kende firma Harrisons & Crosfield te Londen, pla.n dat door
do Rubber Growers Association werd overgenomen, om de

productie van de rubbermaatschcuppijen in te krimpen met
25 pCt. Wilde dit plan effect sorteeren, dan zou het noodig zijn, dat niet alleen de Brirtsohe, maar ook de Hollandsche producenten zich erbij aansloten en vandaar, dat op Zater-
dag j.l. de Internationale Vereeni.ging voor de Rubbercul-
tuur in Ned.erl.-Indië ‘het vraagstuk voor hare leden aan de
orde stelde. In de vergadering werd besloten van de zijde
van het Bestuur der Vereeniging de leden in overweging
te geven met de maatregel mede te gaan, uitgaande van
de onbillijkheid, die er in gelegen zou zijn, dat maatscintp-
pijen, die zich niet beperken, zouden profiteeren van de
resultaten van de izelfbaperking der andere. Zonder twijfel
beteekent een inkrimping van 25 pCt. een belangrijke ver-
hooging van den kostprijs per
34
.G., maar overwegende
dat ‘bij een bruto verkoopprijs van 2 sh., een prijs, die bij
uitvoei

ing van de inkrimping niet onwaarshijnlijk is, goed
geleide maatschappijen toch nog behoorlijke winst kunnen
maken, is de maatregel ter wille van de toekomst van het
product toch niet zonder meer ‘verwerpelijk. Doch

op de dlvi-
denden moet de invloed natuurlijk minder gunstig zijn en
vandaar ook de gedrukte stemming van de aa.ndeelenmarkt.

5 Oct.
8Oct.
11 Oct.
Riizingof

Amsterdamsche Bank

-…
186 186 186
Ned.Handel-Mij. cert.v.aand.
209
1
/,
212
1
/2
210
+
‘1
Rotterd. Bankvereeniging..
140 140
140
Amst. Superfosfaatfabriek..
148
2
12
154
145

32/2
Van Berkel’s Patent ……
120 120
119

1
Insulinde Oliefabriek

– . . .
147
1
/9
139
1
/2
135v2

12
Jurgens’ Ver. Fabr. pr.aand.
938/4
92/4
92/

1
Ned. Scheepsbouw-Mij

….
120
120 120
Philips’ Gloeilampenfabriek
952 956
924’/,

27’/i
Vereenigde Blikfa.brieken.
.
134
8
/
139
1
/
135
+
‘/
Compania MercantilArgent.
241
239
236′!,

41!3
Cultuur-Mij. d. Vorstenland.
295
291′!3
285

10
Handeisver. Amsterdam
– –
743
718’i
6991/3

43/2
fioll. Transatl. Handeisver.
101
101

Linda Teves & Stokvis ….
186 186 186
VanNierop&Co’sHandel-Mij.
157
1
!2
156 150

7′!,
Tels & Co’s Handel-Mij –
..
.
125
125
125
Gecons. Holt. Petroleum-Mij.
310
1
1,
300′!,
272

28
1
/
2

Kon. Petroleum-Mij. ……
809′!,
795
744

651!,
Orion Petroleum-Mij …….
80’/s
78′;2
77

3’/
Steaua Romana Petr.-Mij…
175/4
185
185
+
98/4
Amsterdam-Rubber-Mij…..
208
1964
2061/

1’/2
Nederl.-Rubber-Mij.

…….
105′!,
110
112
+
6′!,
Oost-Java-Rubber-Mij…..
315’/
i

307
1
1,
311

0!2
Deli.Maatsehappij

………
544
520
499′!,
—40/2
Medan-Taba.k-Maatschappij.
330 330 330
Senembah-Maatschappij ….
665
650
635

30

De algemeene flauwe tendens strekte zich ook tot de
sccheepvaartaandeelen
uit.

5 Oct.
8Oct.
11 Oct.
Rglf

Holland-Amerika-Lijn

….
3621/,
368
357
– 5
1
13
,,gem.eig.
344
348’/3 343

1
Holland-Gulf-Stoomv.-Mij.

.
230
220
220

10
Roll. Alg. Atl. Stoomv.-Mij.
60 63
62′!1
+
2′!2
Hollandsche Stoomboot-Mij.
159
144
144

15
Java-China-Japan-Lijn ….
2338/
4

224
2198/4

14
Kon. Hollandsche Lloyd –
.
125
8
/
129
129’/4
+
3
1
1
Kon. Ned. Stoomb.-Mij.

..
176
180’/a
176
Koninkl.-Paketvaart Mij.. –
191
1
/2
191′!,
186
1
/3

Maatschappij Zeevaart

..

205
208/2
209
+
4
Nederl.

Scheepvaart-Unie..
208
210’/
200

8
Nievelt

Goadriaan

……
444
455 455
+
11
-Rotterdamsche Lloyd ……
206v,
210’/2
203

3
1
!2
Stoomv.-Mij.,,Hillegersberg”
246
1
!,
246
1
!,
246/
,,Nederland”

. –
246’/2
2478/4

236!2

10
,,Noordzee”

– –
88
91/4 82’/

58/
4

,,Oostzee”

. . . .
235 235
235

Onze
staatsfondsen
zijn verder atgebrokkeld.
l)e niet genoemde aldeelingen der beurs trokken de afge-
loopen week weinig belangstelling.

5 Oct. 8Oct. 11 Oct.
Rijzing ol
dating.
5

0
/0
Ned. W. Sch.
1918
84 84
1
!9
84′!,
+
‘1
434
0/

,,

,,

,,
1916
4

0/
1916
334
0
/0

,,

3

0/

,,

,,

,,
.
234
0/ Cert. N. W. S…..

5

0

C’ost-Indië 1915
.
4

°/
o
Hongarje Goud
4

0/
Oostenr. Kronenrente
5

“/o
Rusland 1906
……

84’/
841/,
84’/
77
75’/
75
61/,
61/,
61’/8
51
51
51’/d
441/16
437/
s

437/
s

91
90’/
89′)
7
7
7
4
1
/2
4
1
/2
5
12
1
12
13
1
/
13

1/
10

7/
16

—2

+

4

– 1’/4

+’/,
+’/

434
0
/0
Iwangorod Dornbr…
4
0J
Rusland Cons. 1880
4
0/
RusI. bij Hope & Go.
4 0/
Servië 1895 ……
434 °/
o
China Goud 1898
4

°/
o
Japan 1899 ……….
4
0/
Argentinië Buiteni…
5

0/
Brazilië 1895 ……
5

0/

,,

1913 ……

Acnerikaansche waarden:

5 Oct.
8 Oct.
11 Oct.
Rijzing of
daling.

10’/
904
98/4
Ii
12
12/
12
25
/1e
+
Iio
13
1
I
14/4
140/4
+
1
1•
17’/3
171/

th
50
50h/
51’Iio
+.1l/10
59v/8
59/
59/8
56’/2
561/
4

571/4
+/4
54
8
10
54e/8
54/2
+
‘/s
518/
4

518/
4

902

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 October 1920

S Oct. 8 Oct. 11 Oct.
Mizing
Of
d8R

American Car & Foundry. . 1690/
4
17018 1861/2* – 38/
4

Aiiaconda Copper ……..132

132

130

– 2
Un. States Steel Corp. . . .. 1120/
8
111Ije
1111/4 – 1
1
/8
Atohison Topeka ……..111

110

110’/ – 1/8
Southern Pacific …….. 129
3
/a 130

128

– 178
Union Pacific …………164’/

161

160
1
/2 –
Int. Merc. Marine orig. Corn. 278

26/

26

– 1’/8
prefs. 93112

93
1
is

93
1
1t
* ex dividend.

De ge 1 d ma r k t is – de afgeloopen week iets Tuirner
geworden; Prolongatie liep regelmatig terug en sloot op
334
pCt. .

GOEDERENHANDEL

GRANEN.

12 October 1920.
Er is in de afgeloopen week weinig nieuws •betreffende
verschillende graanoogsten, hetgeen niet anders dan gunstig
genoemd kan worden. Uit geen enkel der over.zeesohe graan-
uitvoerende landen komen ongunstige berichten ;meu ver-
wacht, dat het uitivoersalclo van den Austradisohen oogst
zeer belangrijk zal worden. Ook in Argentinië heeft men hu
alle hoop op een goeden oogst.

In Noord-Amerika is de prjsschommeling weer zeer
groot geweest. Over het algehieen was de stemming nog zeer
flauw onder invloed van den grooten Canadeesehen oogst.
Er schijnt zich nu te Chicago een groote ,,’baisse”-positie in
December-tar.ve ontwikkeld te hebben. De verkoopers schij-
nen voornamelijk ,,Wa’llstreet” geweest te zijn, terwijl de koopers meest exporteurs zijn die daartegen naar het bui-
tenland verkocht ‘hbben. De uitvoer van Noord.Amerjkaan-
sdhe tar’we naar Europa ‘blijft op groote schaal voortgaan
en de zioht-bare voorraad is de’ laatste week niet toegeno-
men, ja zelfs iets afgenomen, hetgeen -in dezen tijd van het jaar tamelijk ongewoon is. Velen vragen zich dan ook af ôf
•de val der prijzen in Amerika niet ‘wat te scherp is ge.
veest. Ongetwijfeld had de daling der tar’wemarkt zeer veel
Noteeriigen.

te doen met de algemeene beweging in de Staten om lagere
prijzen te krijgen, doch het is de vraag of de -boeren zollen
voortgaan te verkoopen, indien de prijs b.v. niet meer be-
draagt dan -tweemaal den prijs van voor den oorlog.
De laatste dagen vond er een tamelijk ‘scherpe reactie
(Ier prijzen plaats, zoodat de Decem:ber.termijn tenslotte op

denzelfclen prijs sluit als een week geleden na intussijhen
aanmerkelijk lager gehandeld te zijn. –
Er was’ i-n de afgeloopen week een gerucht betreffende
uitvoerverl3od ‘van Canadeesche tarwe naar de Unie. Dit is
later indet bevestigd en -het zal hoogstwaarschijnlijk wel on-
juist blijken te ‘zijn. Het zou, dunkt ons, op den duur ook
weinig invloed hebben op de prijzen -der tar-we in de Ver-
eenigde Staten, aangezien dit land toch een expostsaddo
heeft en •het feit, ‘dat de Min-neapo’li-smolens geen Cana-
deesche -tarwe meer zouden kunnen koopen, zon alleen het
gevolg hebben, dat er nog meer van deze tarwe op de Euro-
peesche markt kwam, ftengevolge waarvan de prijzen zou-
den dalen ook voor tarwesoorten. die niet uit Canada af-
komstig zijn.
Ook de maïsmwr’kt ‘was over -het algemeen kalm gestemd
en ‘bijna alle mark-ten zijn gedaald. Er ‘blijft evenwel goede
handel in Piata Mais tot lagere prijzen, aangezien -in de
meeste landcn van Europa de vraag van de consumptie zeer
voldoende is. Ook Noord-Amerjkaa’nscjhe mais wordt nu
vrij geregeld in Europa. gehandeld, terwijl bovendien ook –
I)on-au-maïs ruim blijft aangeboden. Ook gerst wordt in
zeer belangrijke ‘hoeveelheden van ‘den Donau aangeboden en
zoowel naar Engeland als naar ‘het Continent voortdurend
gehandeld. De stemming voor ‘haver was ‘tamelijk flauw
met weinig ‘handel. Voor lijn’zaad zijn de prijzen, na zieb
aanvankelijk eenigszins hersteld te ‘hbben, -wederom ge-
claald. De vraag op het oogenblik zoowel van Noord-Ame-rika, als van Europa ‘is gering en zooals te begrijpen, bewe-
gen de olieprijzen zich in overeenstemming met zaad.
N e d e r] a ii d In onze markt werd tarwe rgelmati-g
tot dalende prijzen gehandeld. Vooral Manitoba-tarwe trekt zeer de aandacht. In rogge ‘kwamen minder zaken tot stand
aangezien de prijzen in Noord-Amerika -in verhouding te
hoog zijn. Donau-rogge wordt daarentegen goedkooper aan-
geboden, ‘doch de kwaliteit is -in enkele gevallen ‘niet’ zeer
bevredigend gebleken. Voor gerst bljft goede vraag tot iets
lagere prijzen.
De vraag naar directe maïs -blijft zeer voldoende, zooda-t
niettegen-staande lagere noteerinigen voor latere level-ing,
de prijs fvoor ‘directe level-ing om-hoog ging. Voorraad be-
staat er hier feitelijk niet en tengevolge daarvan is er ook
meer aa-ndaht voor maIs onderweg. In Noord-Amerikaan-
sehe mixed maïs ‘werd een en ander gehandeld, doch over
het algemeen is er voor maïs op aflading tweinig vraag.
Tot de verlaagde lij.nzaadprijzen kwamen regelmatig
eeni-ge zaken tot stand. De meeste koopers nemen evenwel-
een afwachtende -houding. aan.
Locoprijzen te Rotterdam/Arneterdam.

Chicago

I

BUCnOJ At,,ej
Data
Tarwe
Dec.
I

M0r0
Oct.
I

Haver
.

Dec.
I

Tarwe
Febr.
Maf.
Oct.
I
Ltjnzaad
Oct.

‘9 Oct. ’20
199
88
55Iv
20,15 9,10 23,95
2

,,

’20
207
1
/2
96
56
1
/
21,00 9,80 26,05
9 Oct.’19
226
137
71
14.50
8
)
7,808)

25,20
3
)
9 Oct. ’18
226
118
668/
o
4)
11,851)
5,752)
21,008)
9 Oct. ’17
220
1181/8
8)

59
11.202)
8,10
8
)
20,50
20 Juli’14
82

‘)
56’/a”)
36/

8)
9,40 i)
5,38
0
)
13,70

)

1)
per Dec.
1)
per Sept.
8)
per Nov.
4)
ler Oct.
‘2)
per Jan:

Soorten.

10 Oct.
1

Oct.

1

10
Oct.
1920

1

1920

1919.

Tarwe*

…………..
2)
32,-
32,75

Rogge (No. 2 West’ern)
1)
29,-
30,-

Mais (La Plata)

……
0
)
373,
375,- 348,-
Gerst (48
lb.
feeding)

. .0)
425,- 430,-
440,-
Haver (38 lbwhite
cl.). .1)
21,-
22,-
21,-
Lijnkoeken (Noord-Ameri-
ka
van
La Platazaad)
8
)
237,50
242,50
270,-
Lijnzaad (La Plata) ….
4)
720,- 780,-
810,-
1)
p. 100
K.G.

8) p.
2000
K.G.

8)

p. 1000
K.G.
4)

per 1960 K.G.

*)
Hard/Red Winter
Wheat nr. 2.

AANVOEREN in tons van 1000 K.G

A,tikden.
Rotterdam
..4m.terdam
Totaal

4/9
Oct.
Sedert
Oecreenk.
4/9
Oct.
Sedert
Ove,eenk.
920
t
Jan.
1920
tijdvak
1919 1920


t
Jan.
1920
tijdvak
1919 1920
1919

5296
414.718
334.339

105.721
91.070
520.439 425.409
952
85.511, 67.844

515
19.953 86.026
87.297
Boekweit

…………

2.825.
4.221

– –
2.825
4.221
.
280.996
127.399

53.161
5.908
334.157
133.307

Tarwe
……………..

Gerst

…………….
1.799
32.706


134.021)

918
62.315
33.624
196.386

Rogge

……………….

715

.

22.326
160.893


7.333
22.326
168.226

Mais

……………..821

Lijnzaad
…………..

.

32.823
55.494

17.517 19.403
60.340
74.897

Haver

………………

100
..
31.698
49.456

1.406
200.
33.104
49.655
Lijukoek
………………
Tarwemeel
…………
1.6
.93
24.659

192.243


37.435
24.659
229.678
Andere meelsoorten….
21-7
22.395
151.885

100
10.708
22.495 162.693

13 October 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

Ow
l

SUIKER.

NOTEERINGEN.

Am,ter.
dam

,

Londen

New York
1

96pCt.
Whlte Java Amer. Gra-
Data
Ioopende
Tate,
f.o.i,. per
nu!atedc.Lf.
1

Centri’.

Oct.! Nov.
-I
Oct./Nov.
maana
ube3
No.!
fugali

Sh.
8h.
Sh.

1

$cts.
6 Oct.
’20
f

1161-
6216

1
8,78
29Sept.’20
,,


116/-
67/-

1
9,75 ‘)
18 Oct. ’19

64/9 56/6
00/6

1
7,28
16 Oct. ’18
,,


64/9
– –

1
7,28
11 Juli
1
14
1l
18
/,
18/-

1
3,26

‘) Laten

Het mooie drooge herfstweder •bevordert in de E u r o-
p e e s c h e ‘bietsui’kerlanden de veidwerkzaamiheden en is
men thans algemeen meî het rooien der bieten begonnen.
Door thet gunstige weder is de kwaliteit der bieten, die in
Duitsdhiand volgens de laatste proefneming een ‘hooger
suikergehalte aantoonen ‘dan in de laatste jaren, nog ver-
beterd. In Duits cli land werd door de nieuwe suiker-
verordening de aan de suikerfabrieken te ‘betalen prijs
voor ruwe suiker vastgesteld op M. 210 per 50 K.G. voor
levering tot 31 December.
De opbrengst van den as. oogst in de voornaamste Euro-
peesche ‘bietsui’kerlanden wordt door F. 0. Licht als volgt
geraamd: –

Duitsohland …. 1.100.000 tons tegen 740.000 in 1910/20.
Tsj. Slowakije

738.000

490.000
Frankrijk

300.000

175.000
Nederland

300.000 ,,

,,

239.000
België ……….225.000

147.000

hetgeen dus overal eene ‘belangrijke verbetering beteekent,
die echter wat Duitsehland en Frankrijk betreft geheel
voor ‘de, eigen consumptie benoodigd is.
De zichtbare voorraden zijn volgens dezelfde bron als
volgt:

1920

1919

1918
Duitschland 1 Aug.

137.649

424.046

419.329 tons
Oostenrijk 1 Sept.
1)

45.000* 230.000* 200.000*
Frankrijk 1 Aug.

71.215

8.550

9.000*
Nederland 1 Sept.

19.786

26.542

71.273
België

1 ……19.495

28.006

41.872
Engeland 1 ,…..400.849

403.507

436.031

Totaal in Europa 693.994 1.120.651 1.177.505 tons

V.
S. v. N. A. 1 Sept. .. 125.340

75.394

39.375
Cuba, alle hav. 29 Sept. 304.000

590.606

390.453

Totaal ……1.123.334 1.786.651 1.607.333 t’ons

‘) ’19/18117.
*
Raming

De suikermarkten verkeeren aldoor in flauwe stemming,
toch toonde men tot de verlaagde prijzen weer iets meer
belangstelling, ‘hetgeen echter de daling slechts tijdelijk kon
tegenihouden.
Voor ‘het eerst sedert geruimen tijd werd in de afgeloopen
week de daling ‘van de noteering voor disponihele suiker iii
A m e r ik a onderbroken door eene, al was het slechts korte,
reactie. De noteering voor spot centrifugale liep namelijk
van 8.51 op tot 8.78 cents, om daarna echter weer af te
brokkclen tot 7.76, •terwijl op de termijnmarkt genoteerd
wordt: Dec. 7.45, Jan. 7.40, Maart 7.35, Mei 7.47 cents.
Tot de tegenwoordige prijzen worden echter alleen spoedig
leverbare partijen, z.g. ,,parcels ‘in distress” verkocht, zoo
o.a. een ladiag,v’au 5000 tons Cubasiiiker, clie 7 ,ct. c. & f.
opbraoht; daarna werd 73% ct. betaald. De nog op Cuiba lig-
gende en aan planters behoorende voorraden worden voor-
loopig niet aan ‘de markt gebracht ‘r-esp. ‘wonden Ioor de
financieerende banken op hoogere prijzen gehouden. Eene
lading Perusu,iker werd tot den lagen prijs van eh. 38/- f-o.b.
verkocht.

De laatste C u -b a – statistiek

luidt:

1920

1919

1918
Weekontvangst tot 2 Oct

11.000

19.593

16.939 tons
Totaal sedert 1 Dec. 1919. 3.565.563 3.813.788 3.281.042
Werkende fabrieken ..

1

1

1
Weekexport tot 2 Oct..3.000

87.613

48.765
Totaal sedert 1 Jan. 1920 3.491.610 3.225.383 2.776.381
Tot, voorraad op 2 Oct. 311.000 522.686 358.627

Op J a v a trad verleden week de verwachte daling van
de prijzen voor ditjarigen oogst in, en was de stemming
tijdelijk zSS flauw, dat binnen én of twee dagen ‘de waarde
van prompte suiker met ongeveer
f
6 per picol daalde.
Transacties vond’en plaats ‘tot
f
37 e.k. De oorspronkelijk

door de Producenten T’rust voor de Ned.-In’d. Regeerin.g
gereserveerde 1.400.000 picols van den ditjarigen oogst zijn
nog onverkocht. Ver’der zal waarschijnlijk een niet onbe-
langrijk kwantum aan de markt komen door het faillisse-
ment eener Noorsche firma en is ‘het wel mogelijk, dat nog
verscheidene speculanten, die houders zijn van onverkochte
partijen, binnenkort tot realisatie gedwongen zullen wor-
den. I.ntusshen is de laatstbetaalde prijs op Java nog steeds
boven de Amerikaansche pari-teit.

KATOEN.

Noteeringen voor Loco-Katoen.

(Middling Uplands).

ii
Oct. ‘201
4Oct.’20
127 Sept._20llI
Oct. 19
II Oct.
.18

New ‘York voor
Middling

. .
23,- c
24,25e
26,- e
33,90
c
32,60 c
New Orleans voor Middling
21,50
t
22,50 c
24,- c
34,37
t
30,75 o
Liverpool voor
Middling ….
18,70d
19,96d
22,58d
21,34 d
23,97d

Ontvangsten in, en uitvoeren van Amerikaansche
havens
(In duizendtallen balen.)

1
Aug. 20
tot
8
Oct. ’20

Overeenkomattge pertoden

1919

1918

Ontvangsten Gulf-Havens..
640
361 668
Atlant.Havens
161
398
384
UitvoernaarGr.Brittannië
194
377
361
‘t Vasteland.
Japan eto…
j
444
364


Voorraden
in
duizendtallen
1

8
Oct.’20
10 Oct.’I9
1

II

Oct. ’18

Amerik. havens ……….
902
1

931
1034
Binnenland …………..
918
831
874
NewYork

78
…1

249
New Orleans …………….
Liverpool

……………
82 5
186

Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,

Manchester, d.d. 8 October 1920.

Het La’ndbouwbericht, dat op 4 ‘dezer gepubliceerd werd,
gaf een conditie aan van den Amerikaanscihen katoenoogst-
van 59.1 tegen 67.5 een maand geleden en 54.4 -zoowel in
1919 als in 1918. Dit rwijst op een oogst van 12.123.000 balen
en is de totale ‘hoeveelheid geginde katoen 2.243.000 balen tegen 1.835.000 ‘balen verleden jaar. Er hebben nog al ver-
koopen plaats gevonden voor rekening van de houders in
het Zuiden, d-ie meenden, ‘dat het Bureau.1beridht ‘
.
g’i-nstiger
is, dan men verwachtte, terwijl de semmin,g in Amerika
flauw is, omdat het groote moeite kost, den oogst te f,inan-
cieren. Na een ‘lange daling is de markt, ook al ‘door dek-
kingskoopen wat vaster, maar als ‘de vraag van de industrie
niet beter word-t, kan men voorloopig todh geen ihooger
prijzen verwachten, -tenzij een vroege vorst mocht inval-
len. De berichten van Alexandrië iziju minder gunstig en de
o6gstschattingen -zijn bepaald lager, maar prijzen van Egyp-
tische katoen zijn tooh ook ‘verder gedaald i-n ver-band met
,de zeer geringe vraag en den lageren prijs van Amerikaan–
sche katoen.
Behoudens enkele uitzonderingen ver-toont de markt in
Amerikaansche gar-ens geen verbetering en -de gedeeltelijke
stil’zetting van verschillende fabrieken i’n het Oldlham-
district heeft geen schaarshte aan garens veroorzaakt. De
meeste van deze fabrieken werken nu weer en onder de
leden der Federation of Mas-ter Cotton Spinners Associa-
tions heeft een stemming plaats gehad om de productie in
te krimpen door de fabrieken gedurende ‘een maand op
Zaterdag en Maandag te sluiten. Dit is -dc beste aanwijzing
voor den slechten toestand van de industrie en is het dan
ook wel zeker, dat prijzen ‘van verschillen

de nummers thans
beneden de productiekosten zijn gedaald.
Prijzen van -manufact-uren hebben thans een gezonde basis
bereikt en nu de groote marges van Spi’n.ners en Wevers
wat verdwijnen, is men langzamerhand op een beter peil
gekomen. Ook kan men thans weer voor redelijke levering
komen, zoodat er zeker voor nieuwe zaken wel redenen zou
zijn, doch er is nog geen vertrouwen in de markt. Wel eijn
er gedurende de laatste weken eenige zaken -gedaan in
goederen uit Blackburn, ‘hoofd-zakelijk dJiooties en gebleekte
goederen, maar door de algemeene geldschawrsclite en de

904

ECoNOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

.13 October 1920

moeilijkheden, die men steeds van Indische afnemers onder-
vindt bij een dalende markt, hebben ‘deze zaken zich beperkt
tot en,.kele firma’s die het tijdstip gunstig achtten om rbhans
in te koopen. Het zal hoofdzakelijk van de prijzen van ruwe
katoen afhangen of ‘dit vertrouwen ‘gerechtvaardigd is en
of wij langzamerhand wat meer vraag zullen ondervinden.
Indien dit het geval ‘is, zullen prijzen zeker vaster worden.

29Sept. 6Oct.

29Sept. 6Oct.

Liverpoolnoteeringen.

T.T. op Indië …. 1110 119
Ta

F.G.F.Sakellaridis 54,00 62,00 T.T.opllongkong 413

412
Y

G.F. No. 1 Oomra 11,00 11,00 T.T.opShanghai . 5/11k 519

HUIDEN.

Bericht van de firma Grisar & Co.

Ex.otisché huiden. In de afgeloopen week kwamen
talrijke groote zaken tot stand; de markt blijft bij voort-
during levendig ‘en de vraagprijzen blijven gehandhaafd.
Intussehen wordt de keus geringer en worden goede huiden
steeds zeldzamer; waarschijnlijk zal dit nog een tijdlang
voortduren, want door de koerssehommelingen en door den
algemeeoeu financieelen toestand blijft men gedwongen een
zekere afwachtende houding aan te nemen. De goede huiden
worden daardoor vlot uit de markt genomen; intussehen
is er voor mindere soorten en voor droge huiden eveneens
meer vraag geweest en kwamen hierin bevredigende af-
doeningen tot stand.
In Liverpool gingen de zaken minder vlot, waarschijnlijk
tengevolge van een eventueele aanstaande staking van de
Engelsche mijnwerkers. Intusschen werden nog o.a. 3000
droge Rio Grande huiden, loco Liverpool,. verkocht.
Inlandsche huiden. Hiervoor ‘blijft interesse bestaan
en zijn de prijzen voor goede waar thans 58/60 cent.
In Duitschland wordt tot zeer hooge prijzen verkocht,
zelfs werd te Stuttgart voor huiden 18 Mk. betaald en
voor kalfsvellen 24 Mk.
Wat de markt van Kalf s v,e 11e n hier te lande betreft,
bestaat alleen eenigé aankoop voor speculatieve doeleinden.
Amerika onthoudt zich geheel van het doen van inkoopen
en het tijdstip zal niet ver verwijderd zijn, dat Europa in
Amerika kalfsvelleu gaat knopen.
L o o is t of 1 en tijdelijk rustig. De eigenaars verlangen hier
veel te hooge prijzen, hoofdzakelijk voor quebracho-extract.
Rotterdam, 9 October 1920.

KOFFIE.

(Mededeeling van de Makelaars G. Duuring & Zoon, Kolf 1
& Witkamp en Leonard Jacobson & Zonen).

Noteeringen en voorraden.

Data
Rio
Saab,
Wisselkoers
oorraa
PrO,
No. 7
oorloG
Prijs
No.
4

9

Oct. 1920
434.000
7.700
2.190.000
9.500
121/
4

2

,,

1920
414.000
7.750
2.044.000
10.000
,

12
6
132
25 Sept. 1920
418.000
8.100
2.041.000
10.000
128/
8

9

Oct. 1919
460.000
11.450
2.014.000
16.800
14
11
/
16

Ontvangsten

Rio

,

Sonto,
Data
Afgdoo pen

Sedert

..4fgdoo pen

Sedert
week

1 Juli

week

1
Juli

9 Oct. 1920 ….

64.000

822.000′ 259.000 3.250.000
9 Oct. 1919 ….

45.000
1
688.000

158.000

1.848.000

RUBBER.

De prijzen voor rubber vertoonden in de afgeloopen week
een verdere scherpe daling, speciaal voor smoked sheets.
Deze laatste soort werd zelfs tot 1121/
2
verhandeld, waarna
een kleine rijzing intrad. Intusschen heeft zich de Neder-
landsche’Vereeniging voor den Rubberhandel eveneens vÔÔr
productie-beperking uitgesproken in overeenstemming met
het schema der Rubber Growers’ Association.
De noteeringen zijn:

vorige week

Prima Crêpe loco ……….1/6
1
/8

…………117
1
14

Smoked Sheets loco . . ‘ 113
1
/

………….
1/5’/
Crêpe Nov./December..

1181/
4
, …………
1/7
1
/2
Smoked Sheets Nov./Dec. 1/4

…. . ……… 1/5
3
/g
Crêpe Januari/Maart..

1/7
l
ig

…………1/8’i
Hard cure fine Para ……..1/6’/2 , ………..

12 October 1920.

coPRA.

De markt, welke gedurende de eerste dagen nog vast
gestemd was, is momenteel flauw met weinig koopers.

Ned.-Ind. f.m.s. stoomend …………..
f
66,-
Mixed ,.. … …………,, 64,-
f.m.s. October/December ……., 64,25
Mixed ,, ,, , ……,, 63,-

12 October 1920.

.

VERKEERS WEZEN.
INKLARINGEN.

DELFZIJL.

September 1920

September 1919
Landen van
herkomst

Aantal

N. R. T.

Aantal
N. 11. T.
schepen .

schepen

Binnenl. havens. ,

– .

.

1

, 57
Duitschland

21

2.301 ,

32

2.617

Zweden ………..14

1.462

21

4.736
Denemarken

7

719

1

94
Rusl.- Oostzeeh

1

69
Finland……..

9

2.730

24

4.000

Totaal … ,

51

7.212

80

1.1.573

Nations. 1 i t ei t.

Nederlandsche .. .

23

1.944

14

1.681
Duitsche ……

28

5.268

66

9.892

Totaal ….

51

7.212

80

11.573

(A. van Dijk.)

IJMUIDEN.

September 1920 September 1919
Landen van
herkomst
Aantal

N.R.T.
schepen
Aantal

N.R.T.
schepen

.

Binneni, havens
19

9.525
10
6.511
Groot-Brittannië
71
54.228
‘.

38
23.022
Duitsehland
36


25.750
19
13.412
Noorwegen

..
7

.
2.818
2

836
Zwedea
34
14.753
20
12.201
Denemarken
5
2.409
4
2.545
Finland ……..
65
33.589

16
9.741
België
5
3.676
2
490
Frankrijk
13
5.753
10
4.452

,

4
2.883
3
1.595
Spanje

………
Portugal

1
640
8
5.373


2

.
728
Oosten rijk-Hon-
garije,

Grie-

Italië………..

kenland ……


2

,
2036
.
2
3.108
2
1.129
Levant

………
Senegal, Dakar.
1

709


Ned. Oost-Indië.
3
9.292
6
23.387
And Aziat. hav.



1
6.522
Vereen. Staten..
1
2.286
6
15.506


1
2.558
Canada ………
Midden-Amerika
4
6.748


Ned. West-Indië-
Ned. Antillen..
1
/

4.385
3′
5.403
Argentinië, Uru-
guay ………
4
25.761
11
22.704,

266

208.313
166
160.131′
Totaal….

Nationaliteit.

Nederlandsche
125
135.090
101
102.085
Britsche
19
14.453
15
23.341
Duitsche
97
32.888
37
19.675
Noorsche

……,
6
3.985
6′
3.561
Belgische
7
10.593
– –
Fransche
1
121

Z%veedsche’
6

.
2.508
4
1.670
Vereenigde Stat
1
2.891

1

2.558
Andere
3
1.399
2
7.241

Totaal ….
266
208.313
166 160.131

(Vereenigde Scheepsagenturen van
Halverhout & Zwart en Zurmühlen & Co.)

13 October 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
VLISSINGE
,
N.

September 1920 September 1919
Landen van
herkomst
Aantal
BrutoM
2
.
schepen
Aantal
BrutoM
5
.
schepen

Binnenl.

havens
1
5.660


Groot-Brittannië
29
192.235
18
130.720
Duitschland
1
1.374


België
1
579
2
3.134
Portugal
1)

.. .
4
1.400


Levant
)
8
3.103
27
6.565
Eng. W.-Indië


1
1.185

Totaal ….
44
204.351
48
141.604

Nationaliteit.

Nederlandsche
31
198.887
25
136.531
Britsche
4
1.646
12
1.876
Duitsche
4
1.929


Belgische
1
566
9
2.622
Fransche
1
650
2
575
Zweedsche
2
.633

Deensche
1
40

Totaal
.. ..
44
204.351
48
141.604

(B. Stofkoper & Co.)
‘) Bijleggers
2)
Zeesleepbooten.

SCHEEPVAART.

GRAAN.

Data
Petra- grad
Londen/
Rdam

Ode,sa
Rotte,-
dam

All. Kust
Ver. Staten
San Lorenzo

Rotte,-
B,tstol
Rotte,-
Enge-
dom
Kanaal
dam
land

4/9

Oct.

1920


141-
141-
87/6
8716
27 S.12 Oct. 1920


1116
11/6
95/-
95/-
6/11 Oct.

1919


‘)f
80

‘) 816
1701-
2
)65/-
7112 Oct.

1918



50/-

2251.
Juli

1914
lid.
1/3
1/11
1
/
1111
1
/j
121-
12/-
KOLEN.
Cardtff

Oostk. Engeland

Data
Be,.
deaux
Genua

Port
Satd
La
Plata
Rotte,-
dam
IGolhen-
lwrg

4/9 Oct.

1920
30/-
45/-
401-
52/6 22/6

Kr. 25
27 S./2 Oct.1920
181-
301-

87
1
6


6/11 Oct. 1919
501-
50/6
52/- 45/- f 10,-
Kr. 60
7112 Oct. 1918
69/-
10113
2001′-
1201-

Kr.200
Juli 1914
fr. 7,—
71-
7/3
14/6
3/2

41-

DIVERSEN.

Bombaj,
Btnna
Vladtvo-
Chtlt
0 0
West West
stock
Wijt
Europa
Europa
West
Europa
(d. w.)
(rijst)
Europa
(salpeter)

4/9 October

1920….
901-
115/-

27 Sept./2 Oct. 1920.. ..
851-
115/-
-.
105/-
6/11 October 1919….
127/6
2151-

245/
7112 October 1918….
275/-
5001-
.

190/-
Juli

1914….
14/6 16/3
251-
22/8

1)
Per ton stukgoed. ‘)
Voor Britsche schepen.

Graan Petro.qrad per guarler van 495 i68. zwaar, Odeasa per unit, Ver. Staten per quorter
van 450 158. ewaar.
Overige noteeringen
per
ton van 1015
X.G.
Veer.tiendaagsch overzicht.

Alhoewel de kolen’vrachten van Noord-Amerika en de
maïzvrachten van La Plata lager zijn, heeft de vrachten-
markt in haar geheel een ietwat beter voorkomen, daar er
een meer algemeeac vraag ontstaat.
In het Oosten zijn de vrachten stijgende en de Donau
trekt steeds meer tonnage tegen hoogere cijfers. In Wales
is een aanzienlijke hoeveelheid steenkolen vrijgegeven voor
verscheping, na het ‘uitstellen ,der staking in de mijnen.
Groote getalen wagons stonden beladen en’ wanneer hier-in

geen ‘verandering was gekomen, zouden waarschijnlijk meer

dere mijnen tengevolge ‘van tekort aan wagons hun pro-
ductie hebben moeten verminderen. Doordat de reeders zoo-
veel mogelijk getracht hadden hun tonnage ‘verre van Enge-
laad te ‘houden met ‘het oog op ‘de te verwachten staking,
deed zich ‘plotseling in het Kantial van Bristol een tekort
aan toimnage ‘voor, met als gevolg een scherpe rjzing in
vrachten, zelfs ‘van
20/-
per ton. Veel tonnage, welke den
laatsten tijd stil lag, tengevolge ‘van het gebrek aan kolen-
ladingen, ‘is nu weer varende en zal waarschijnlijk in de
Middellandsehe Zee, waar vooral te Alexandrië en in de
ert,shavens, gebrek aan ruimte is voor verschepers zeer van
pas komen.

1

let vrijgeven ‘van steenkolen 4n Wales ‘cii ‘het beladen van
booten met steenkolen te Cardif,
1, lijkt weer meer op toe-
standen van voor den oorlog. Voor Engeland is terugkeer
t dezen toestand ‘van het uiterste belang en het is dan
ook te hopen, dat de mijnwerkers spoedig zullen trachten
de productie op te voeren.
De kolenvrachtenmarkt in Amerika is Vrij wat lager. Er
is een overvloed van tonnage, terwijl de vraag veel geringer
s. Vele ladingen, die onderweg zij’n, schijnen nog onver-
‘kocht. De vracht naar Rotterdiim/Antw.erpen daalde tot $ 10.75—$ 11.—, naar Fransch ‘ Atlantische h’avens tot $ 12.— en West-Italië $ 14.—. De vracht ‘naar La Plata
bleef meer op het oude peil, of wel naar lower ports $ 14.—.
Tegen deze ‘vracht worden ook booten van de Shippiing
Boand bevrucht.
De graanvrachten.markt van Noord-Amerika is iets vas-
ter; met vradhten ‘van 14/- per qr. h. g., van Montreal/IJ. K.-
Continent en van Northere Range/U. K. van 12/- tot 12/6.
Zooals reeds ‘gezegd, zijn de vrachten van La Plata aan-
merkelijk gezakt met de daling in den mass’prijs. De be-
laagstelliug is al zeer gering. Heden Maandag werd alhier een boot .bevracht voor 85/- van niet boven San Loren’zo
naar U. K./Continient. In Londen was de markt heden voor
latere posities veer gunstiger nl. 90/- tot 95/- van Up River.
De Donau trekt veel meer de aandacht. Vrachten ‘zijn hier
gestegen tot 65/- en 67/6. Deze vrachten hebben stellig iets
aantrekkelijks, doch vooral in deze mark-t doet men goed
zich tot eerste klasse charterers ‘te beperken. Het gevolg
van deze stijging is, dat er steeds meer tonnage uit de
Middellandsche Zee wordt aangetrokken en voor belading
met katoeiszaad in Alexandrië ‘weinig boeten -te krijgen zijn.
Hier werd reeds 35/- per 60 ft.
3
betaald tegen 22/6 einde
Augustus. –
In ‘de ‘volgende maand wordt de uitvoer rvan tarwe uit
Britsch-Indië werkelijkheid; er is 400.000 ton ‘vrijgegeven.
De laatste noteeningen voor Bonibay/U. K. on deadwei’ght
was 85/- voor édn, 90/- voor twee havens.
De taraveoogat in Australië schijnt ook buitengewoon
groot en ook daar zal in de komenden winter dus wel meer
vraag naar tonnage ontstaan. –
De vrachten in Carcli.ff waren, zooals ‘gezegd, voor spot-
tonnage aanmerkelijk hooger. Afgesloten werd 30/- naar
Rouaan, 34/- Bordeaux, 45/- West-Italië, 40/- St. Vincent,
55/7 La Plata lower porto.


RIJN VAART.

Week van 4 tot 11 October 1920.

-In de afgeloopen week was te Rotterdam zeer weinig
aanvoer. Het sleeploon Rotterdam-Ruhr werd tegen het
120-cents-tarief genoteerd. Erts van Rotterdam naar de
Ruhrhavens werd ‘aanvankelijk tegen 75 cents en aan het
einde der week tegen 60 cents per last bij
1
/4
lostijd
bevracht. Schepen voor reizen van Rotterdam naar den
Boven-Rijn werden in daghuur tegen 4 cents per ton
aangenomen.
Antwerpen. Voor reizen van Antwerpen naar de
Rijnstations werden schepen tegen 18 en 19 centimes per
ton per dag aangenomen.
Ruhrort. Het sleeploon van de Ruhr naar Mannheim
werd tegen Mk. 28,— tot Mk. 30;— per ton genoteerd;
van Mannheirn naar Straatsburg tegen M.k. 30,— per ton.
Voor kolen van de Ruhr naar den Boven-Rijn werden
schepen bevracht tegen 40 pf. per ton per dag e’n voor
exportkolevf Ruhrort-Rotterdam werd een vracht van 50
tot 55 cents per ton met vrij sleepen betaald.
Het Binger Loch is nog steeds, versperd en zal dit
waarschijnlijk nog een paar weken blijven. Het geheele
verkeer moet nu plaats vinden door het nieuwe vaarwater
en is een diepgang van hoogstens 20 c.M. boven Binger Pegel
toegelaten. Deze noteerde einde der week ongeveer Meter 1,95.
Het water is nog steeds”vallende.

906

13 October
1920

DE TWENTSCHE BANK

AMSTERDAM – ROTTERDAM – ‘S-GRAVENHAGE •- DORDRECHT – UTRECHT -• ZAANDAM

Maandstaat op 30 September 1920

DEBET

Aandeelhouders nog te storten …………… .. …………..
f
.1.784.700,-
Deelneming in de firma’s:

IL

B. W. BLIJDENSTEIN & Co., te Londen;

B. W. BLIJDENSTEIN Jr., te Enschede;

LEDEBOER & Co., te Almelo, f7.503.125,—, waarvan in
geld gestort ………………………………….. ..5.953.125,-

Deelneming in bevriende Bankinstellingen f6.439.012,74, waar-
van in• geld gestort ……………………………..,,

4.824.412,74

f
12.562.237,74

Fondsen van Aandeelhouders

te Amsterdam, Rotterdam, ‘s-Gravenhage en Utrecht
. . . . f
38.358.950,

Fondsen door ons gedeponeerd voor rekening van bevriende

instellingen …………………………………….. ,,

6.164.600,-
44.523.550,—

Kassa, Wissels en Coupons

…………………………
,, 61.684.684,9734

Nederlandsche Schatkistpromessen ……………………
..
,, 10.500.000,-

Saldo’8 bij Bankiers:
beschikbaar voor eigen gebruik ……………………
f
4.472.630,77
voor rekening van derden ……………………….,, 33.747.950,79
38.220.581,56

Prolongatiëngegeven ………………………………

14.221.360,13

Saldo te leveren en te ontvangen fondsen………………

248.209,6934
Eigen Fondsen en Syndicaten ………………………..

6.917.174,9134

Credietvereeniging

……………………………….
.
lf
72.306.338,4934

Af: loopende Proniessen …………………………….,, 10.500.000,-

10
61.806.338,4934

Voorschotten tegen Onderpand of Borgtocht en Saldo’s Rek. Ort. f 82.023.497,7934

Af.: . loopende Promessen ……………….. …………… ,, 8.863.000,-

73.160.497,7934

Voorschotten op Consignatiën ………………………..

3.791.747,92

Gebouwen en- Safe-Deposit …………………………..

3.653.209,48

Totaal ……
f
331.289.592,7034

CREDIT

Kapitaal

…. ………………………………
. ………
f
.35.500.000,

Reserve

…………….

.

……………………. . …….
,,

7.594.457,06

Buitengewone

Reserve ……………………………….
.
,,

1.000.000,

Waarborgfonds Credietvereeniging

……………………
,,

5.298.647,50

Reserve

Credietvèreeniging

…………………………..
,,

3.430.062,01

.
f

52.823.166,57

Aandeelhouders voor gedeponeerde fondsen
als waarborg voor 90 pOt. storting op aandeelen B
f

1.784.700,—

in

Leen-Depôt

………………………………..
,, 42.738.850,—

.

44.523:550,-

Zieken-

en

Pensioenfondsen

………………………….
f

294.837,0934
Reserve voor te verleenen Pensioenen ………………….
.,

928.227,57


,,

1.223.064,6634

Deposito

s

……………………………………….
,,

54.737.987,65

Prolongatie-Deposito’s ………………………………
,,

6.123.076,01

Saldo’s Rekeningen

Courant

…………………………
f
89.264.581,97

voor gelden in het Buitenland..
,, 33.747.950,79

Credietvereeniging

…………
,,

6.460.232,9334

129.472.765,6934

Beleeningen en Daggeld genomen……………………….
,,

3.860.000,-

De

Nederlandsche

Bank ……………………………….
,,

3.777.149,8334

Te

betalen

Wissels

………………………………..
,,

31.148.315,75

Diverse

Rekeningen ………………………………..
,,

3800.516,53
Totaal

……
f
331.289.592,7034

Auteur