4 APT>JL 1917
Economi*sch~Statistische
B
er
i
c
ht
en
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID. FINANCIËN EN VERKEER
UITGAVE VAN HET INST-ITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
2E JAARGÂNG
WOENSDAG 4 APRIL 1917
No. 66
1
INHOUD
Blz.
DE TARWEVOORZIENING VAN EUROPA
………………
245
Staatsmonopolie van Levens- en Brandverzekering
……
247
Voedingszorgen
………………………………
249
De Rubberindustrie in Amerika
………………….
251
Financiëele plannen van Minister Treub
…………..
251
REGEERINGSMAATRECELEN OP HANDELSGEBIED
…………
252
MAANDCIJFERS:
Emissies
in
Maart
1917
……………………..
252
Inklaringen op Amsterdam
……………………
253
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
…….
..
………
253-262
Geidkoersen.
Effectenbeurzen.
WTisselkoersen.
Goederenhandel.
1
Bankstaten.
Verkeerswezen.
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE
GESCHRIFTEN
WEEKBLAD EGONOMISCII-BTATISTIBCHE BERICHTEN
Het secretariaat van het weekblad is gevestigd te
Rotterdam, Pieter de Hooghweg 12, telefoon no. 8000.
Bijdragen en mededeelingen, den inhoud betref-
fende, gelieve men te zenden aan het secretariaat.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland, f 10,—, buitenland en koloniën / 12,-
per jaar. Losse nummers 25 cents.
Leden en donateurs van het Instituut
ontvangen
het
weekblad gratis.
Advertentiën f 0,85 per regel. Plaatsing bij abonne-
ment volgens tarief. –
Medecfeelin gen betreffende abonnementen en adver-
tentiën richte men tot Nijgh & van Dit mar’s Uitgevers-
Maatschap
pij,
Rotterdam, Amsterdam, Den Haag.
3
APRIL
1917
De stilte in zaken begint steeds meer op de geld-
markt te drukken. De middelen blijven overvloedig en
zelfs de maandswisseling heêft geen verandering ge-
bracht in het algemeen aanbod. De rente van parti-
culier disconto liep verder terug en daalde van
18%
1X pOt. tot circa iYa pOt. Prolongatie noteerde
24 pOt.
De wisselmarkt was eveneens zeer stil. De stemming
was flauw en
bijna
alle koersen liepen tamelijk sterk
terug.
0
Middelerwiji trekken de internationale gebeurtenis-
sen weder in toenemende mate de aandacht. Bestond
aanvankelijk olptrent Amerika’s houding nog eenlige
onzekerheid, het voorstel thans door Wilson aan het
Congres gedaan heft deze onzekerheid op. Aan den
anderen kant blijkt uit de uitlatingen van v. Beth-
mann-Hollweg en de door graaf Czernin ontwikkelde
denkbeelden nopens een conferentie der oorlogvoeren-
den wederom van de geneigdheid der centrale mogend-
heden tot vredesonderhandelingen, in de eerste plaats
met Rusland.
De vermindering van het broodrantsoen, reeds
eenigen tijd gevreesd, is thans met ingang van j.l.
Maandag’ werkelijkheid geworden. De officiëele be-
kendmaking ging gepaard met een uiteenzetting van
den huidigen toestand, waaruit blijkt, dat deze voor
het oogenblik hoofdzakelijk, zoo niet uitsluitend gevölg
is van machtsmisbruik van Engelsche zijde. Het blijkt,
dat hetzij te Halifax worden vastgehouden, hetzij door
vrees hiervoor van uitvaren uit Amerika worden weer-
houden 9 schepen met 55.000 ton tarwe en 8.500 ton
bloem, terwijl nog in Engelsche havens liggen twee
schepen met 10.000 ton tarwe en 4000 ton rogge.
DE TARWEVOORZIENING VAN EUROPA.
In het nummer van dit blad van 29 November 1916,
schrijvende over de graanvoorziening van Europa,
wezen wij op het gebrek aan belangstelling
bij
een zeer
groot gedeelte van ons publiek voor de vele daarmede
in deze moeilijke tijden verband houdende kwesties.
– Sedert dien datum heeft ons volk aan den lijve onder-
vonden, wat een tekort aan graan beteekent. Welis-
waar is het woord .,tekort” voor den tegenwoordigen
toestand, wat tarwe betreft, gelukkig eigenlijk nog
niet van toepassing en hebben wij ons, dank zij ver-
schillende zuinigheidsmaatregelen, nog Vrij goed
weten te behelpen, doch de broodkaarten met hare
algemeeue rautsoeneeiing, alsmede de menging van
het tarwemeel met andere meelsoorten, hebben de
kwestie der graanvoorziening toch meer gemaakt tot
een onderwerp van algemeene belangstelling. Ook het ,,tekort”• (want hier is dit woord wel degelijk op Zijne
plaats) aan veevoeder heeft zich buiten de kringen
der eigenlijke veehouders duidelijk doen gevoelen. Al
wie voor zijn genoegen of in verband met hunne nut-
tgheid voor den mensch kippen, konijnen, paarden,
honden of andere huisdieren houdt, ondervindt moei-
lijkheden bij de aanschaffing van voldoende voedsel
voor zijne dieren en ontvangt in de meeste gevallen,
ondanks en uitgebreid stelsel van formaliteiten,
slechts een beperkt percentage van de hoeveelheden
graan of graanproducten, die hij anders steeds zonder moeite kon verkrijgen. Grootendeels is deze toestand
het directe gevolg van maatregelen, genomen door
de oorlogvoerende landen, in welker
nabijheid
Neder-
land ligt, en die den aanvoer naar onze havens be-
lemmeren, welke maatregelen meestal worden inge-
geven door militaire overwegingen, gericht tegen den
vijand van het land, dat ze uitvaardigt. Behalve door
deze belemmerende maatregelen echter blijft het gebrek
aan beschikbare scheepsruimte, welk gebrek nog voort-
durend ernstiger wordt, een groote hinderpaal bij de
voorziening ook van ons land. Reeds in ons artikel
van 29 November werd gewezen op den wedstrijd der Europeesche volken om zich een voldoend gedeelte te
verzekeren van de in de uitvoerlanden beschikbare
hoeveelheden graan. Meer en meer heeft zich daar-naast oitwikkeld’ de wedstrijd in het verkrijgen van
scheepsruimte en het vraagstuk der graanvoorziening
246
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
is in steeds meerdere mate een transportvraagstuk
geworden. Directe aanleiding tot onze beschouwing
waren indertijd de toenmalige geruchten omtrent een
te verwachten uitvoerverbod van tarwe en maïs uit
Argentinië. Gelukkig zijn die geruchten toen onge-
grond gebleken. In de vorige week echter berichtte
Reuter, dat nu werkelijk de uitvoer van graan uit
Noord-Amerika was verboden. Weliswaar bleek later,
dat dit verbod slechts betreft den uitvoer van tarwe
en meel, en nadere berichten omtrent den vorm van
het verbod dienen nog te worden afgewacht, doch ook
hierin ligt gereede aanleiding om na te gaan hoe de
toestand zi.ch
sedert November heeft ontwikkeld.
Toen voor het eerst sprake was van een Argen-
tijnsch uitvoerverbod en ook in Noord-Amerika aange-
drongen werd op een beperking van den tarweuitvoer,
verkeerde men ‘onder den indruk van zeer ongunstige
cogstvooruitzichten in Argentinië tengevolge van
droogte en sprinkhanenplaag en lage opbrengst-ramin-
gen in Noord-Amerika. Kort daarna verbeterde echter
het weder in Argentinië. Juist op tijd voor de te velde
staande maïs kwam een einde aan den langen tijd van
droogte en in de zuidelijker districten profiteerde ook
nog de tarwe van den regen. Spoedig waren de berich-
ten van meer optimistischen aard. Weliswaar was er
nog sprake van een uitvoerrecht, doch nu de prijs
van het graan eigenlijk eene bijkomstige zaak is en
slechts aandacht geschonken wordt aan de wijze, waar
op voldoende hoeveelheden kunnen worden aange-
voerd, zoude zulk een recht niet den uitvoer hebben
beperkt, doch slechts een fiscaal karakter hebben
gedragen. Het uitvoerrecht is echter evenmin als het
uitvoerverbod tot stand gekomen en gedurende de wintermaanden bleven de berichten uit Argentinië
weliswaar wijzen op eene beperkte opbrengst van
tarwe en maïs, doch het nu aangekondigde uitvoer-
verbod van tarwe komt zeer onverwachts. Eerder had
rnen van Noord-Amerika eene sterke vermindering
van den uitvoer verwacht. Wel is reeds lang gebleken,
dat de berekeningen van den bekenden Amerikaan-
schen expert Snow, die in September 1916 waren be-
kend gemaakt, veel te pessimistisch
zijn
geweest. Van
Engelsche zijde is zelfs beweerd, dat zijne meaning
was beïnvloed door Duitsch geld en hoewel wij natuur-
lijk aan zulke stoute beweringen geen geloof hechten,
is in den tegenwoordigen tijd van wederzijdsche ver-dachtmakingen de beschuldiging wel te verklaren uit
de sterke misrekening, waaraan de heer Snow zich dit
jaar heeft schuldig gemaakt.
Hij
voorspelde, dat in
het seizoen 191611917 uit de Vereenigde Staten slechts
2,1 millioen ton tarwe zou kunnen worden uitgevoerd (tegen 6,5 mil]ioen in 191511916) en 2,6 millioen ton
uit Canada (tegen 6,1. millioen in 191511916). Teza-men met de ongunstige Argentijnsche verwachtingen
lag in deze taxatie dus in het najaar van 1916 meer
dan voldoende grond tot groote ongerustheid, ofschoon
de zeer aanzienlijke in Australië voor export beschik-
bare hoeveelheid en de goede vooruitzichten in
Britsch-Indië reeds bekend waren, evenals trouwens
de groote bezwaren verbonden aan den aanvoer uit die
ver verwijderde landen. De regen in Argentinië en
de meer geruststellende rapporten omtrent de tarwe-
opbrengst in dat land bracht echter eenige ontspan-ning en toen later bleek, dat de door Snow gepubli-
ceerde cijfers te ongunstig waren, verminderde aflengs
de ongerustheid. De officiëele Noord-Amerikaansche
cijfers omtrent de tarweopbrengst in dat land bleken
aanzienlijk hooger te zijn dan de vroegere ramingen,
die den heer Snow tot basis zijner berekeningen hadden
gediend. Ook het Canadeesche resultaat bleek beter
te zijn dan gevreesd was. De verschepingen van tarwe
uit beid landen naar Europa waren dan ook in de
eerste 7 maanden van het seizoen, 1 Juli tot 1 Fe-
bruari, van grooten omvang. Voor de Vereenigde Sta-
ten bedroegen zij ii die periode 3,25 millioen ton,
(slechts een half millioen ton minder dan in het over-
eenkomstig tijdperk van het vorige jaar), voor Canada
3,5 millioen ton. Hieruit blijkt reeds, dat indertijd de
heer Snow de plank mis sloeg, toen hij den totalen uit-
voer voor beide landen tezamen in 191611917 schatte
op 4,7 millioen ton. Hoe groot de fout in zijne bereke-
ning wel is geweest, zal eerst in Juli met zekerheid
bekend zijn. Eene op Vrij betrouwbare gegevens geba-
seerde berekening kan echter ook- nu reeds worden
gemaakt. Gegrond op de zichtbare voorraden van
tarwe op 1 Februari in de Vereenigde Staten en
Canada wordt in de resteerende 5 maanden van het
seizoen, na reserveering van voldoende hoeveelheden
voor de eigen consumptie der uitvoerlanden, den
nieuwen uitzaai en het gewone transport naar het
nieuwe seizoen, een export verwacht in beide landen
van 1,7 en 2,6 millioen ton. Als deze berekening juist
is, zal de uitvoer uit de Noord-Amerikaansche landen
in het tegenwoordige seizoen dus circa 1,5 millioen
ton ten achter blijven
bij
het vorige jaar. Als over-
schot voor uitvoer van den nieuwen oogst van Argen-
tinië was in de laatste maanden ongeveer een millioen
ton opgegeven. In het seizoen 1 Juli 1916 tot 1 Juli
1917 mochten volgens die berekening verschepingen
worden verwacht van cira een half millioen ton
nieuwe Argentijnsche tarwe (de oogst komt in Argen-
tinië binnen in December/Januari). In het seizoen
1915/1916 was uit Argentinië 1,7 millioen ton tarwe
uitgevoerd en aannemende, dat de verschepingen in
dc eerste 6 maanden van 1916/1917 op denzeifden voet
zijn voortgezet, komt men dus op circa 1,3 millioen
ton voor het tegenwoordige seizoen. Het gezamenlijk
tekort van Noord- en Zuid-Amerika wordt daardoor
dus gebracht op 1,9 millioen toii Tegenover, dit tekort
stond echter de zeer groote in Australië beschikbare
hoeveelheid tarwe. Verder wordt gedurende het sei-
zoen 1916/1917 in alle tarweinvoerende Europeesche
landen van regeeringswege bezuinigd op het tarwe-
verbruik, welke bezuiniging, die in vele landen zeer
streng wordt toegepast, zonder overdrijving op 15 pCt.
mag worden geschat. In Engeland meent men voor
dat land alleen te mogen hopen op eene besparing in
den invoer van meer dan een millioen ton, bij een ge-
middelden. jaarlijkschen invoer gedurende de laatsle
jaren voor den oorlog van circa 5,5 millioen ton.
Gerekend naar den gezamenlijken Europeeschen in-
voer in 1915/1916 van circa 16,5 millioen ton betee-
kent eene besparing van 15 pCt. reeds eene vermin-
dering in de behoeften van ongeveer 2,4 millioen ton,
die het zooeven berekende tekort met een half millioen
ton overtreft en dus ook nog opweegt tegen de hoe-
veelheid van een half millioen ton, waarmede de tar-
we-opbrengst der Europeesche landen (de Centrale
Rijken, Rusland en Roemenië niet meegerekend) van
1916 achterbleef bij die van 1915. Wanneer dus slechts
de bezuinigingsmaatregelen met kracht blijven ge-
handhaafd en de aanvoer van Australië niet te be-
zwaarlijk zou blijken, scheen tot voor korten tijd de
toekomst niet zoo donker, dat voor ong’erustheid aan-
leiding was. Plotseling echter is ons nu het Argen-
tijnsch uitvoerverbod van tarwe komen opschrikken.
Een groote tarweleverancier, die vooral in de voor-
jaarsmaanden, wanneer de uitvoer der Noord-Amen-
kaansche landen pleegt af te nemen, voor Europa van
groote beteekenis is, gaat daarmede verloren. Waar met zooveel onbekenden moet worden gerekend, is
niet vast te stellen, in hoeverre dit uitvoerverbod voor
de Europeesche tarwe-invoerende landen, waaronder
Nederland, de tarwe-voorziening in gevaar zal bren-
gen. Veel zal afhangen van de resultaten der bezuini-.
ging in Engeland, waarvan men in dat land gouden
bergen verwacht, alsook van de hoeveelheid tarwe, die
uit Australië Europa bereikt. Gegevens hierover, als-
ook over den in Engeland beschikbaren tarwévoor-
raad, worden zorgvuldig geheim gehouden, doch ter-
dege zal ook iii ons land rekening dienen te worden
gehouden met het feit, dat althans een der grootste
tarwe-leveranciers Europa verder aan zijn lot over-
laat, zonder dat zijne plaats door een ander kan wor-
den ingenomen. Naar alle waarschijnlijkheid zal nu
4 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
247
van de uitvoer-capaciteit der Noord-Amerikaansche
landen nog meer worden gevergd, dan tot nog toe ree•s
het geval was en wie weet, hoe lang zij daartegen nog
bestand zal zijn. Zoo sterk mogelijke bezuiniging schijnt
in ieder geval geboden om het einde van het tegen-
woordige oogstjaar te bereiken, welke noodzakelijkheid
voor ons land nog bijzonder geldt door de moeilijk
heden, die onze aanvoer in de laatste weken weder
van Entente-zijde ondervindt. De tot nog toe vermelde
cijfers bereikten ons grootendee]s door Engelsche bla-
den, doch voorzoover te controleeren valt, zijn zij niet
te optimistisch aangenomen. Mocht dit echter wel tot
zekere hoogte het geval zijn, zeer zeker is het echter
ook mogelijk naar de andere
zijde
te overdrijven, zoo-
als het Duitsche Weltwirtschaftliche Archiv doet, dt
in zijn Maartnummer, natuurlijk zonder rekening te
houden met het Argentijnsehe uitvoerveibod en als
voor Europa beschikbaar rekenende de geheele in
Australië voor uitvoer overblijvende hoeveelheid, komt
tot een tarwe-tekort van 3,65 millioen ton. Als uit-
voer-overschot van de Vercenigde Staten van Noord-
Amerika en Canada tezamen neemt dit blad slechts
aan 1,9 millioen ton van den oogst van 1916. Voor
Argentinië werd voor 1917 zelfs in het geheel geen
overschot voor uitvoer aangenomen. Weliswaar wordt
6,75 rnill.ioen ton aangenomen als overschot van den
vorigen oogst in alle uitvoerlanden tezamen, doch
daar in deze hoeveelheid medegeteid is het groote van
den vorigen Australischen oogst onverscheept geble-
ven gedeelte, blijft’voor de Noord-Amerikaansche lan-
den zoo weinig over, dat uit het feit, dat deze laatste
tot 1 Februari reeds ‘6,75 millioen ton uitvoerden,
blijkt, dat de Duitsche berekening onjuist is. Eigenlijk
wekt het nog verbazing; dat bij geheele wegcijfering voor 1916/1917 van Argentinië en bij zulk eene lage
taxatie van den Noord-Amerikaanschen uitvoer, het
Weltwirtschaftliche Archiv slechts komt tot een tekort
van 3,65 millioen ton. De oorzaak daarvanligt in het
feit, dat de geheele in Austraiië beschikbare hoeveel-
heid tarwe wordt beschouwd als bruikbaar tot dekking
der Europeesche behoeften. Dat is omgekeerd wel zeer optimistisch omtrent de verschepingsmogelijkheden.
Intusschen; wat van dit alles zij, vooral sedert het
Argentijusche uitvoerverbod is uitgevaardigd, zal in
Europa waarlijk niet met een overvloed van tarwe
mogen worden gerekend, al is het omgekeerd, vooral wanneer de behoeften door sterke bezuiniging kunst-
matig met 15 pOt. worden verminderd, zeer de
vraag, of
werkelijk
van een tekort kan worden ge-
proken. De omvang der gevolgen van de moeilijk-
heden hij de voorziening van Europa hangt in
hooge mate af van de vervoersmogelijkheid der tarwe
uit de uitvoerlancien, vooral uit Australië en Britsch-
Indië. Eene sterke vermeerdering van de verlie-zen door den duikbootoorlog zou natuurlijk den
toestand kunnen verergeren. Aan den anderen kant
is aan de toegepaste bezuinigingsmaatregelen het
nadeel verbonden, dat zij in vele gevallen beteekenen het gebruik als menschelijk voedsel van artikelen, die
anders voor het vee worden gebruikt; zij verscherpen
dus den veevoedernood. Wanneer het percentage der
uit de tarwe vervaardigde bloem wordt verhoogd, dan
vermindert daardoor de hoeveelheid afvalproducten.
clie als veevoeder dienen. Menging van tarwebioern
met bloem van maïs, gerst of haver, zooals geschiedt
in Engeland en ook voor Nederland schijnt te worden
overwogen, vermindert de beschikbare hoeveelheid
voedergraan en verplaatst dus slechts den nood. Dit
bezwaar geldt echter in het bijzonder voor Nederland,
dat gelijk bekend in den aanvoer van veevoeder der-
mate door de maatregelen der oorlogvoerende Staten wordt belemmerd. In het algemeen toch zijn de voor-
raden voedergraan, vooral maïs, in de uitvoerlanden
niet van dien aard, dat reeds van een tekort kan wor-
den gesproken. Buiten ons land wordt dus de aanvoer
van voedergraan vrijwel geheel beheerscht döor het
transportvraagstuk.
2
April
1917.
–
J. S.
STAATSMONOPOLIE VAN LEVENS- EN
BRAND VERZEKERING.
Toen Minister Treub op het ‘einde van de Kamer-
zitting van Donderdag 29 Maart meedeelde, dat hij
plannen in zich omdroeg het levens- en het braudver-
zekeringsbedrijf tot een staatsmonopolie te maken, zet-
ten de weinige afgevaardigden die dit aanhoorden
groote oogen op.
En met recht! Monopolisatie van bedrijven als deze
zou namelijk een maatregel van zulk eene ingrijpende
beteekenis zijn, dat het niet te verwonderen valt, dat
men er van opkeek. Voor hen echter, die zich in ver-
zekeringskringen bewegen,- heeft deze gedachte niets
nieuws. In de buitenlandsche vakbladen is de Staafs-
monopolisatie van het verzekeringswezen niet van de
‘lucht. Zooals Professor Ehrenberg terecht opmerkte in
zijn rede, gehouden op 2 Februari j.l. in de Universi-
teit te Leipzig (mede ten aanhoore van den koning
van Saksen) was v66r den oorlog het staatsmonopolie
van verzekering meer een kwestie van verzekerings-
politiek, thans echter overwegend een van financiëele
politiek. Stelde men zich toen de vragen: wordt de
verzekering op ‘economische basis gedreven? is het
mogelijk, dat de Staat de burgers goedkooper verzeke-
ring verschaft? werken de maatschappijen niet met
te groote onkosten? – thans vragen de ministers van
financiën zich, met de handen in het haar af: hoe vin-
den wij de middelen om te voldoen aan de steeds toe-nemende schuldenlast door de elkaar opvolgende lee-
ningen? uit welke bronnen zullen wij de middelen
putten om in den ontzaglijk zwaren dienst dezer lee-
ningen te voldoen? En vanzelf valt dan het oog op de
verzekering. Hoe gereedeljk vindt men niet in de
volksvertegenwoordiging een meerderhei& die zich
• gaarne aansluit bij een wetsontwerp, dat beoogt de
immers zoo ruime winsten der levens-, brand- en
andere verzekeringsmaatschappijen in de schatkist
te doen vloeien, in stede van in de schoot der direc-
tiën en aandeelhouders dier instellingen. Men zie
slechts naar de monumentale gebouwen, welke in den
loop der tijden alom verrezen, (meestal zeer goede
‘geldbeleggingen voor de maatschappijen en tot op
zkere hoogte – behoudens den indruk van weelde die
zij vestigen – uitstekende reclame), naar de hooge
dividenden (veelal voor een aanzienlijk deel uit beleg-
gingen, niet uit het bedrijf, verdiend op een naar ver-
houding zeer gering maatschappelijk kapitaal), naar
de ruime provisiën, (vaak de belooning van zeer veel
moeite en eincjelooze overréding en besprekingen). Een
minister, die het levensverzekeringsbedrijf tot den
Staat wil trekken, zal dus het groote publiek wel v66r zich vinden. In Rusland gaf de minister van financiën
reeds in Januari 1916 zijn voornemen te kennen liet geheele verzekeringsbedrijf te monopoliseeren. Het
Russische geld moest in Rusland en ‘t liefst in de
Russische schatkist blijven. In Februari besloot de
ministerraad in principe tot het monopolie, doch dit
zou eerst na den oorlog in behandeling komen daar er
voorshands geen geld was om de thans daar werkende
• maatschappijen schadeloos te stellen. Intusschen wei-
den de bedrijven van de Duitsche maatschappijen al-
vast geannexeerd – omdat daar geen geld voor noodig
was. Het is aan te nemen, dat het nieuwe ministerie
wel eenzelfde zienswijze zal hebben en Rusland, dat
nu zoo langzamerhand een model-staat gaat worden
(zijn niet reeds vrouwen verkiesbaar voor het ambt
van minister?) zal dus ook binnen afzienharen tijd
voor hetzelfde probleem staan, hetgeen Minister Treub
volgens zijn mededeeling hier aan de orde zal stellen.
Trouwens, zooals bekend, heeft Italië dit probleem
al lang getracht op te lossen – doch hierover
straks.
Ook in Duitschland beginnen de particuliere maat-
schappijen ôngerust te worden[Een zorgwekkend voor-
teeken in hun oog was het verbinden in Januari van
dit jaar van een lid van het ,,Kaiserlich Aufsichts-
amt” als medewerker aan het Departement van Finan-
248
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
ciën. Dit gaf te denken; En reeds gingen er stemmen
op, die er voor pleitten, dat de in het begin van den
oorlog -door toedoen van het Duitsche Rijk in liet,
leven geroepen ,,Deutsche Seeversicherungs-Geseli-
schaft 1914. A.G.” te Hamburg, ook na den oorlog hare
werkzaamheid als mede- of herverzekeraarster zou
voortzetten.
In Japan kwam ook al de staatsverzekering ter
sprake, doch Japan is de eenige belligerente mogend-
heid, die florisseert en zich zelfs in staat ziet gesteld
zijne leeningen bij groote gedeelten in te koopen, in
afwijking van het leeningsplan, dat slechts spreekt van
aflossing door uitloting— en in Japan ging de zaak
in de doofpot. Om niet te spreken van Uiugay
waar ook al sedert ettelijke jaren een staatsverzeke-
ringsinstituut is opgericht.
We noemden daareven- Italië. Dat is een heel geval
geweest met die staatsverzekering in Italië. Daarom
zul]en we hierbij even uitvoeriger zijn. De geestelijke
vader van de staatsmonopoliseering aldaar is de vroe-
gere minister van Handel, Nitti, trouw
terzijde
ge-
staan door den toenmaligen premier Giolitti. Wat
Nitti wilde was zeer eenvoudig. In April 1911 kon-
digde
hij
aan, dat hij van plan was het levensverzeke-
ringsbedrijf te monopoliseeren. De winsten zou-
den komen ten bate van de ouderdoms- en invalidi-
teitsverzekering. Van een nader te bepalen tijdstip af
zou het de maatschappijen (er werkten in Italië 38
binnen- en 28′ buitenlandsche maatschappijen) niet
meer geoorloofd zijn nieuwe contracten te sluiten. De
maatschappijen konden bij den Staat geen. aanspraak
doen gelden op schadevergoeding. En de rechtban-
ken mochten eischen tot betaling uit dozen hoofde niet
ontvankelijk verklaren! Voorts zou het verboden zijn
aan Italianen zich buitenlands te verzekeren. Een
storm van protest ging op, natuurlijk niet het minst
van den kant der gedupeerde maatschappijeh. Want
men moet zich goed voorstellen wat het beteekent
wanneer een maatschappij opeens van hooger hand
gedwongen wordt hare zaken stop te zetten. De
mathematische grondslag kan daarbij in zooverre aan
het .wankelen gebracht worden, dat het aantal verze-
kerden, hetwelk dan voortdurend afneemt, te gering
wordt om daarop met eenige zekerheid de toekomstige
uitkeeringen te kunnen baseeren, nog afgezien van
1
het te loor gaan van een door de inspanning van vele,
jaren opgebouwde organisatie, waarvan de kosten dik-
wijls ook voor een deel eerst in de toekomst goedge-
maakt zouden worden. Ook de onkosten voor dc
instandhouding van de organisatie; benoodigd voor ‘het
afwikkelen van de loopende zaken, beginnen oneven-
redig zwaar te drukken. Van eenige vergoeding van
staatswege voor de onteigening werd in het’ wets-
ontwerp niet gesproken. Onder deze omstandigheden
waren de protesten te zér geargumenteerd, dan dat
zij onaangehoord konden blijven. Wel ging de linker-
zijde van de Kamer trouw met den minister mede,
doch de oppositie deed zich ook gelden en het ivets-
ontwerp – dat trouwens in hooge mate een politieke
kwestie was – bleef liggen tot Mei van liet volgend
jaar en onderging wijzigingen. Het zou – alhoewel
interessait – te ver voeren deze wijzigingen en nog
andere details hier nader te behandelen. De kern van
le zaak is, dat de concessies nog niet voldeden, voor-
namelijk niet aan de buitenlandsche maatschappijen.
En toen het er naar uit begon te zien, dat de wet er
toch door zou komen, kwamen de vertoogen eërst recht
los. De Fransche Maatschappijen wisten te bewerken,
dat de ,,Ohambre Syndicale des Agents” in Parijs voor-
loopig geen toestemming gaf voor de noteering van
Italiaansche fondsen oj de Parijsche beurs. De Itali-
aansche rente liep terug. Achter de Fransche Maat-
schappijen stonden de Fransche bankiers ën zonder
deze kon Italië het nog niet stellen. (De oorlog in
Tripoli moest ook bekostigd worden). Giolitti zond
zijn schoonzoon naar Parijs om de agitatie te bezwee-
ren. Het hielp niet. Het ,,Verband Deutscher Lebens-
versicherungs Geseilschaften” te zamen met de ,,Ver-
einigung der Deutschen Privatversicherer” reques-
treerde aan de regeering. De ,,Münchener Rück” als
oprichtster en herverzekerarster van de in verdruk-
king gekomen ,,Alleanza” te Genua
)
verzocht aan den
staatssecretaris van Buitenlandsche Zaken hare bezwa-
ren naar Rome over te brengen. De Engelsche, Oos-
tenrjksche en Amerikaansche regeeringen gaven ook
aan Italië lângs diplomatieken weg te kennen, dat zij
de eischen tot behoorlijke schadevergoeding, gesteld
door de buitenlandsche maatschappijen, rechtvaardig
achtten. De ,,Aeltesten der Kaufmannschaft” stelden
zich in ‘t gareel en verzochten den Rijkskanselier te
protesteeren. Het slot van de zaak was, dat de Itali-
ansc]ie regeering een weinig water in haai- wijn deed.
Het werd de maatschappijen toegestaan desgewenscht
nog tien jaar haar bedrijf voort te zetten, doch zij
moesten dan 40 pOt. bij de staatsinstelling ,,Instituto
Nazionale” herverzekeren, en de helft vande premiën
in Italiaansche Staatsfondsen beleggen. Ook konden zij
haar portefeuille overdoen. Dit weid door vele ge-
claan. In totaal werd er een bedrag van ca. 27.000.000
Lire voor betaald. De Staat kon hierdoor (in Januari
1913) zijn bedrijf aanvangen met een verzekerd be-
drag van 500 millioen lire, hetgeen
zij
spoedig door
meerdere overnamen op een milliard hoopte te kunneu
brengen. Neemt men in aanmerking, dat het totaal in
Italië veriekerd bedrag 2 milliard is, dan was dit een
mooi begin. In November 1913 verscheen een verslag
over de eerste elf inianden. De resultaten? Ze schijnen
pover te zijn. Winsten waren niet behaald: De toename
aan verzekerd kapitaal bij het Instituto bleek veel ge-
ringer. te zijn dan voordien bij de gezamenlijke maat-
schappijen. In November van het volgend jaar was
nog steeds geen balans gepubliceerd. Ook toen Italië nog niet in oorlog was waren er teekenen, dat
bij
het
publiek al reedshetvertrouwen in een instelling, die
zoo innig verbonden was met de politiek der regeering
begon te wankelen. Men vreesde, dat wanneer het land
in oorlog zou komen, er een groote kans zou bestaan, dat
de gelden van de verzekerden mede zouden moeten die-
non ter financiering van de oorlogskosten. Bij de op-
richting was de zaak op grooten voet opgezet. Niet
noodig werd liet geacht een uitgebreide agenten-orga-
nisatie te stichten, doch men volstond met den agen
‘ten een minimum-productie voor te schrijven, in de
meening, dat deze gemakkelijk bereikt zou worden bij
een staats-instituut met monopolie. Deze hoop werd
echter niet bevestigd. Door den oorlog stond
–
de staats-
verzekering trouwens bijna geheel stil, waarbij 25 pOt.
der ontvangen premiën aan bedrijfsonkosten weggin-gen. Van hatige saldi ten behoeve van de ouderdoms-
en invaliditeitsverzekering is dan ook geen sprake.
Integendeel, vroeger had de Staat inkomsten aan ze-
gelkosten en belastingen, thans wordt in vakkringen
het deficit der Staatsinstelling, inciusieve de nog be-
noodigde toevoeging aan de wiskundige resrve op 35
l 40 millioen geschat. Salandra en zijn groep waren
nimmer voor het staatsmonopolie te vinden en men
verwacht, dat hij bij het eindigen van den oorlog doel-
treffende maatregelen zal nemen om verbetering te
brengen in den slechten toestand waarin het levens-
verzekeringsbedrijf in Italië verkeert. Men spreekt
zelfs van opheffing van het monopolie.
Ongetwijfeld staan minister Treub de bedroevende
gevolgen van de staatsverzekering in Italië voor oogen.
Althans zei hij in December 1914 in de Kamer, spre-
kend over de belasting op het gebouwd, volgens zijn
voorstel te heffen naar het bedrag waarvoor de gebou-
wen tegen brandschade verzekerd zouden zijn: ,,Om de
1)articlJiere verzekeringen niet onmogelijk te maken – ik wi.l niet zoover gaan als men in Italië is gegaan ten
opzichte van de levensverzekering, d i t g a a t t e
r
e
i-
1)
– heb ik opdracht gegeven om zoodanig te
doen, dat het een verplichte herverzekering zal zijn van 50 pOt. bij een te stichten ‘Staatsinstelling.” In-
1)
Spatieering dezerzijds.
4 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
249
derdaad is het de vraag of het aan Italië ligt, dat
voorshands de monopolisatie daar een mislukking is
geweest en of niet veeleer de kern van de questie is, dat speciaal de levensverzekering – zonder verzeke-
ringsdwang – zich niet tot monopoliseering leent.
J.M.
In verband met bovenstaand artikel en om het
belang der zaak kan het zijn nut hebben hieronder aan
te halen wat, naar de officiëele Handelingen, minister
T r e u b terzake gezegd heeft.
Na gewezen te hebben op de belangrijke financiëele
offers, die gevergd zullen worden, en op de noodzake-
lijkheid niet voor ingrijpende maatregelen terug te
deinzen, vervolgde de Minister:.
,,En wanneer dan de nieuwe belastingen, die onvei-
mijdelijk zijn, zullen moeten strekken voor verschil-
lende sociale uitgaven, voor uitgaven op het gebied
van onderwijs, voor uitgaven op het gebied van de be-
vordering der industrie en voor andere uitgaven, wel-
ke ik hier niet met name behoef te noemen, dan moet
de versterking van de inkomsten voor een snellere af-
lossing van de leeningen, dan in 40 of 50 jaren uit
anderen hoofde komen.
,,Nu heb ik gezocht naar een middel, om die andere
uitgaven te
bestrijden
en daarbij heb ik gedacht aan
den aandrang, welke herhaalde malen van uit deze en
ook van uit de andere Kamer op de Regeering is uit-
geoefend, namelijk om om te zien naar de instelling
van rijksmonopolies.
,,In het algemeen ben ik van oordeel, dat monopolies,
gelijk men ze in andere landen heeft, voor Nederlands
niet dienstig zijn. Ik zou niet gaarne komên tot een
tabaksmonopolie, of tot een alcoholmonopolie. Ik ge-
loof, dat
dergelijke
voorstellen weinig instemming zou-
den vinden en te recht, omdat zij
bij
onze toestanden
niet passen.
,,Maar er is één ônderdeel van het bedrijfsleven, dat,
men – al deze dingen hebben natuurlijk bezwaren –
maar dan toch zonder bezwaar van te diep in te grijpen
in ons algemeen economisch leven, an den Staat kant
trekken, en dat is het verzekeringswezen.
,,Ik stel mij dus ook voor om binnen enkele dagen,
zelfs te benoemen een tweetal zeer kleine commissiën, niet staatseomniissiën, maar kleine ministerieele corn-:
nhissiön, om mij persoonlijk voor te lichten, ten einde
binnen den kortst mogelijken tijd bij de Tweede Kamer
te kunnen komen met een voorstel tot het brengen
van het geheele levensverzekerings- en het geheele
brandverzekeringsbedrijf aan den Staat.
,,Op dit oogenblik durf ik niet cijfers te noemen om-
bent hetgeen een
dergelijke
nationaliseeiing zal op-
brengen, maar . mijn bedoeling hiermede is om de op-
hrengst van dergelijk staatsbedrijf uitsluitend te be-
stemmen voor snellere aflossing van de ooriogsieenin-
gen. En ik maak mij sterk, dat, wanneer de Kamer
met dergelijk voorstel zal willen medegaan, clan de ter-
mijn van volledige aflossing heel wat vroeger zal zijn
aangebroken dan de geachte afgevaardigde uit Gorin-
chern zon aanstonds stelde.”
Na enkele woorden ter rechtvaardiging van het
mecledeelen van.zoo ingrijpende plannen op dat oogen-
blik, vervolgde de Minister:
,,Nu wijs ik er op, dat wat ik op dit oogenblik als
perspectief in het vooruitzicht stel, zooals aan de Ka-
mer natuurlijk bekend is, wat de levensverzekering be-
treft werkelijkheid is in Italië. Maar afgezien van wat
de werkelijkheid is, ik ben overtuigd, dat het geen
jaar na het eind van den oorlog zal duren, of er is geen
land in
Eurol?a,
ik zeg niet, dat niet dit voorbeeld zal
volgen, maar wel, niet verplicht zal zijn ongeveer het-
zelfde te doen als door mij wordt in uitzicht gesteld
en nog veel verder te gaan.
,,Het ligt zoo voor de hand – ik zou dit nog wel
nader kunnen demonstreeren, maar ik doe dit om ver-
schillende redenen niet -, waarohi men in oorlog-
voerende landen, waar men groote oorlogsleeningen
‘heeft, haast wel niet anders zal kunnen doen dan
dezen weg opgaan.”
VOEDINOSZORGEN.
Men
schrijft
ons:
De Minister ,,houdt er zich intusschen van verzekerd
onder alle omstandigheden
nijpend
gebrek aan levens-
middelen te kunnen voorkomen,
zij
het dan ook, dat
de bevolking zich in het gebruik van sommige voe-
dingsmiddelen zal moeten beperken en hare gewone
wijze van voeding
ingrijpende
veranderingen zal moe-
ten ondergaan.” Het is nauwelijks een maand geleden,
dat deze woorden in de Memorie van Antwoord op het –
Voorloopig Verslag nopens het 80-millioen-ontwerp
werden neergeschreven, en nog geen maand, dat in de
Tweede Kamer naar de draagwijdte der zinsnede werd
geïnformeerd, en op beide momenten heeft wel zoo
goed als niemand verwacht, dat de eisch van beperking
in het gebruik van sommige voedingsmiddelen en het
wijzigen van voedingsgewoonten reeds z66 spoedi.g in
de practijk zou worden gesteld, als thans noodig is ge-
bleken. Het is waar, ook bij de behandeling van het
SO-millioen-ontwerp in de Tweede Kamer kon men
reeds een
wijziging
in één der voedingsgewoonten
waarnemen, omdat de vorst den aanvoer van aardap-
pelen belette en men in breeden kring zich een voe-
ding met rijst had te getroosten. Maar deze wijziging
was er slechts eene vooi- enkele dagen, werd allerwegen
verwacht en gehoopt – en hoe moeizaam werd zelfs
deze verandering van korten duur gedragen! voedings-
gewoonten te veranderen, – de sinds enkele dagen in
werking zijnde Centrale Keukens weten er van mee
te praten, hoeveel voeten dat in de aarde heeft. De wit-
vleezige aardappelen, die gedistribueerd worden, zijn allerminst een ideaal voedsel en ver daarboven is een
goede rijstschotel te prefereeren – maar op dagen
dat er aardappelen zijn, hebben .de keukens geen han-
den genoeg om de aanvragers te helpen, terwijl wan-
neer er rijst is, men den voorraad niet lcwijt kan.
Zou het publiek, dat een korte wijziging uiterst
noode droeg, met meer gelijkmoedigheid in een duur-
zame beperking van voedingsmiddelen berusten? Wie,
die het verwachten durft? En toch zal het moeten.
Zooals de zaken er nu voorstaan, komt men er niet
meer als men de oude paden
blijft
volgen. De inper-
king van het broodgebruik, die deze week is aangevan-
gen, is slechts de eerste stap op een langen weg, waar-
van het verloop en het einde nog niet te voorzien zijn.
Blijft aanvoer van graan achterwege, dan zal ook het
nu ingevoerde broodrantsoen nog verlaagd moeten
worden, zoo men den nieuwen oogst wil halen. Het tot
dusverre geldende rantsoen vereischte, naar hier ter
plaatse voor eenigen tijd is becijferd
1),
per week
14.300.000 K.G. tarwe en rogge tegen 18.000.000 K.G.
in normale tijden. Het nieuwe rantsoen op 2 April j.l.
ingegaan, bepaalt, dat de 14.300.000 K.G. zullen strek
–
ken voor 9 dagen, en beperkt liet wekelijksch verbruik bijgevolg tot 11.100.000 K.G. of per maand tot 45.000
ton. In het gunstigste geval is er met -ingang van Sep-tember tarwe en rogge van den nieuven eigen oogst te
verwachten; tot dien datum is dus 225.000 ton tarwe
en rogge noodig. Op 1 Februri was er, volgens de
mnededeelingen van den minister in de Tweede Kamer,
van genoemde artikelen en aan meel ca. 150.000 ton
aanwezig. Van 27 3anuari tot 24 Maart dezes jaars is
er (volgens de statistiek van de Ee. Stat. Ber.) aan
tarwe en rogge 48.019 ton en aan tarvemeel 785 ton
ingevoerd, dus ten naasten hij 50.000 ton. Dat maakt met de bovenvermelde 150.000 ton in totaal 200.000
ton. Maar van 1 Februari tot 1 April zijn ruim 110.000
ton verbruikt, zoodat thans niet meer dan 90.000 ton
ter beschikking staan. Opdat deze voorraad langer zal
strekken, wordt in het meel 30 pOt. aardappelmeel- ge-
bakken. Er zijn voor de nieuwe campagne 8.200.000
H.L. aardappelen vermalen en in de nacampagne ver-
‘) Econ. Stat. Ber.,
Nr, 61.
–
11
250
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
11
moedelijk nog 1.000.000 H.L., zoodat er een groote
900.000 balen meel geproduceerd zullen zijn. Het
vorige jaar zijn er 400.000 balen voor binnenlandsch
verbruik gereserveerd, die dus als-het normale ge-
bruik kunnen aangemerkt worden. Momenteel ont-
vangen de aardappelmeel verwerkende industrieën
(textiel- en wolnijverheid,. glucosefabrieken, ,sago- en
pakjesmeelfabrieken) 50 pOt. van het normale kwan-
tum, en een verdere rantsoeneering zal wel zeer be-
z)vaarlijk zijn zoo men grootewerkloosheid wil voor-
komen. Uit een en ander is de gevolgtrekking te ma-
ken, dat voor de broodbereiding in geen geval meer
dan 600.000 balen of 60.000 ton ter beschikking zullen
staan. Als grondstof voor brood zullen we in totaal dus
momenteel een 150.000 ton tarwe, rogge of aardappel-
meel hebben, di: voor nog geen drie en een halve
maand. Er is bijgevolg geen sprake van, dat we
bij
be-houd van het ingekrompen rantsoen den nieuwen oogst
zullen halen, indien aanvoeren van graan achterwege
blijven.
Bij de vorenstaande berekening is niet in aanmer-
king genomen, dat in het bruinbrood 7Y2 pOt. tarwe-
zemelen’ of tarwegrind worden verwerkt en dat des-
noods ook het meelgebruik in de biscuits- en koekfa-
brieken nog zou kunnen verminderd worden. Echter bleef daartegenover eveneens buiten bespreking, dat
cle arbeiders, die zwaar werk verrichten, aanvullings-
broodkaarten kunnen bekomen – de mijnwerkers zelfs
3 kaarten – en dat uit dezen hoofde het verbruik
weer stijgt. De beide factoren laten we nu tegen elkaar
opwegefl, waardoor onze conclusie, ongewijzigd kan
blijven.
Maar met het vooruitzicht van een tekort aan
broodkoren tot den nieuwen oogst zijn demoeilijkhe-
den inzake de voedselvoorziening allerminst uitgeput.
De arbeidende bevolking ten onzent gaat zich ook in
normale
tijden niet zoo zeer aan overvoeding te buiten,
dat
zij
zonder bezwaar met een zooveel kleinere brood-
voeding kan volstaan. Zij zal het tekort aan brood-voeding moeten aanvullen, en dat te meer, wijl het
huidige brood minder voedzaam is dan het vroe-
gele.
De voedingswaarde toch voor den mensch van tarwe-
zemelen en tarwegrind, die in het tegenwoordige
bruinbrood verbakken worden, is zeer problematiek en
de 30 pOt. aardappelmeel, die 30 pOt. tarwemeel en
tarwëbloem vervangen, geven wel een verhooging van
het zetmeelgehalte, doch tevens een verlaging van het
eiwit- en vetpercentage. .
Doch door welke voedingsmiddelen zal de arbeidende
klasse de broodvoeding vervangenl Peulvruchten, gort,
havermout en rijst zijn gerantsoeneerd en al waren zij
dat niet, ook de voorraden dezer goederen zijn niet on-
uitputtelijk. Met de aardappeivoorziening staat het er
evenmin rooskleurig bij, en op een verhooging van het
hiervoor vastgestelde ranfsoen zal wel niemand reke-
nen. Als aanvullings-levensmiddelen resten nog visch,
vleesch en groenten. De laatste worden in overvloed
hier te lande geproduceerd, en al is haar voedings-
waarde betrekkelijk gering, zoo is een ruim gebruik
toch alleszins aanbevelenswaardig, 66k om aan de
maag het gevoel van verzadiging te geven, dat altijd
bij het stillen van den honger behoort. Het bezwaar is evenwel, dat de eigenlijke volksgroenten slechts voor
een zeer klein deel voorjaarsgroente, en hoofdzakelijk
najaarsgroente zijn, zoodat allicht tal van groenten
buiten het geldelijk bereik der volksklasse liggen. Dat-
zelfde geldt ook voor visch en vleesch. Zelfs de regee-
ringsvisch, hoe uitnemend en goedkoop op zich zelf,
wordt door den grooten hoop nog duur gevonden, en
daarbij is het niet te verwachten, dat zij in zoo ruime
mate als het vorige jaar beschikbaar zijn zal, nu een
deel der vloot niet kan uitvaren. Bovendien is die
goedkoppte ook nog maar alleen te behouden, zoolan’g
er uitvoer van visch is, omdat uit den export debedra-
gen gevonden worden om beneden kostprijs te leveren.
Het is waar, haring is er in overvloed, en zij ‘is betrek-
kelijk goedkoop, maar haring is te onzent nimmer een
volksvoedsel geweest en zij zal het thans alleen in ge-
bakken toestand kunnen worden, maar een schier on-
overkomelijk beletsel ligt hier weer in de duurte en
schaarschte van cle bakolie. Verwachten we dus niet,
dat het volk in visch terug zal kunnen vinden, wat
het aan brood moet missen, ten aanzien van vleesch
itaat de zaak juist zoo. Van vleesch is alleen het var-
kensvleesch, doordien daarop toeslag gegeven wordt,
voor smalle beurzen ‘te bekostigen, maar eene vermeer-
dering van gebruik zou al gauw eene uitputting van
den voorraad bewerken. Trduwens, de stelling is ver-
dedigbaar, dat we des te beter doen naarmate we in de
tegenwoordige omstandigheden minder varkens mes-
ten. Voor de productie van 1 K.G. varkensvleesch zijn
5 á 6 K.G. graan noodig en de voedingswaarde daarvan
in zijn geheel is Vrij wat meer dan van het kilogram
vleesch. Men doet dus wijzer het graan als zoodanig als
voedsel te bezigen dan via den weg der vleeschvor.ming.
Voor zoover dat graan alleen als veevoeder geschikt is,
reserveere men het bovendien niet voor de varkens,
maar voor de runderen; omdat er alles aan gelegen is
den rundveestapel intact te houden. Eer een geslon-
ken rundveelstapel weer op peil is,’ duurt jaren en
jaren. Een normale, varkensstapel heeft men in 1 ‘. 2
jaar terug, zoo men de zeugen zoo veel
mogelijk
be-
houdt. Voortgaan met op ruime schaal varkens te mes-
ten – gesteld, dat de fokkers daartoe geneigd en in
staat waren – zou in zekeren zin
zijn
het paard achter
den wagen spannen. Voor vleeschvoeding zal men bij
een rationeele politiek derhalve op rundvieesch en
schapenvleesch zijn aangewezen, maar het laatste is
er weinig en het eerste is te duur. Tenzij er op nieuwe
artikelen volgens het stelsel der Distributiewet nieuwe
en hooge toeslagen worden gegeven, heeft de inperking
van het broodrantsoen voor de smalle gemeente een
inkrimping der voeding ten gevolge.
Die toeslagen – gesteld, dat de schatkist het geven
er van toeliet – zouden zich beperken moeten tot
visch en zuivelproducten; immers strekte men ze ook
uit tot vleesch, dan zou men weer ons toekomstig eco-
nomisch werkkapitaal: den rundveestapel, te gronde
richten en die vernietiging zou weer langs anderen
weg tot voedselbeperking leiden, doordien het halvee-
ren van den rundveestapel tevens zou beduiden het
halveeren van de productie van melk, boter en kaas.
Hoe men de zaak ook keert, beperking van gebruik
blijft altoos het eindresultaat.
Of en in hoeverre onze bodem in staat is onze ge-
heele bevolking te voeden, is een vraag, die alleen hij
zou kunnen beantwoorden, die over de ,gegevens be-
schikt, welke slechts de Regeering ten dienste staan.
De Regeering zelf heeft gemeend daarover niets los
te moeten laten, en zij zal ongetwijfeld daartoe hare
redenen hebben. Dat zij ook zelve over de voedselvoor-
ziening niet rooskleurig denkt, blijkt uit de verschil-
lende officieuze communiqué’s der laatste dagen en is
ook gebleken uit den nadruk, dien minister Posthuma
bij de debatten over het tachtig-millioen-ontwerp legde
op het woord ,,nijpend”,. toen hij de verzekering gaf
,,onder alle omstandigheden nijpend gebrek aan levens-
middelen te kunnen voorkomen”. De waarschijnlijk-
heid van optredën van gebrek als. zoodanig is daar-
door toegegeven, en in zekeren zin is dat gebrek er al
voor
,
de volksklasse, die haar broodgebruik beperkt ziet
en de middelen mist het ontbeerde brood door andere
goederen aan te vullen. In deze omstandigheden rijst
de vraag, of er geen aanleiding bestaat ook de meer-
gegoeden te nopen zich te beperken in hunne voeding
door een meer rationeel stelsel van rantsoeneering dan
het thans bestaande, hetwelk (gelijk te dezer plaatse
reeds voor eenige weken is opgemerkt) feitelijk alleen
hen treft, die de beperking het slebhtst kunnen dragen.
Een aanwijzing van hoogerhand, voor de beter gesitu-
eerde om geen beslâg te leggen op voedsel, waarop de
minderggoede allereerst is aangewezen, zou stellig
niet te onpas komen.
4 April 1917
‘
ECONOMISCH-STtTISTISCHE BERICHTEN
251
DE RUBBERINDUSTRIE INAMEPJKA.
1
De berichten uit de Vereenigde Siiten laten geen
twijfel, of het afgeloopen jaar is voor de iubberindus-
trie aan de overzijde van den Oceaan er één geweest
van ongekenden bloei. Van bijna alle rubber-artikelen
is de productie ontzaglijk toegenomen, fabrieksuit-
breidingen behoorden tot het gewone dagelijksehe
nieuws, doch het meest kenmerkende is wel de onge-
looflijke groei van de Amerikaansche bandenfabri-
katie, die alleen reeds ongeveer de helft van de wereld-
productie van ruwe rubber in 1915 verbruikte. Het
duidelijket blijkt dit wel uit de uitvoercijfers, die voor
de acht maanden, eindigend Augustus 1916, dubbel zoo
groot waren als over dit tijdperk 1915. Alleen aan
auto-banden werd in bovengenoemd tijdvak 1916 uit-
gevoerd voor een waarde van $ 11.772.908, welke
hoofdzakelijk naar Engeland, Australië en Rusland
gingen. De waarde van den
uitvoer
van alle
rubber-
artikelen
bedroeg vor het tijdvak van 1 Ianuari tot
en met October 1916 $ 28.685.814, tegen 1914
$ 9.587.180. De
invoer
van
ruwe rubber
bedroeg in
1916 117.400 tons tegen 57.000 tons in 1914.
Ook de noteering der aandeelen bewijst, dat de
rubberfabrieken zich in grooten voorspoed verheu-
gen: aandeelen van bandenfabrieken, die jaren lang
onder pari stonden, noteeren thans 257 pOt., 328 pOt.
en één zelfs 1650 pOt.
Het centrum der Amerikaansche rubberindustrie
is Akron, waar ongeveer 70 pOt. van de wereldpro-
ductie van autobanden wordt vervaardigd. De groot-
ste fabrieken zijn hier gevestigd, o.a.: the B.F. Good-
rich Co., the Goodyear Tire Rubber Co., the Firestone
en de Keiley Springfield Tire Co. In 1910 telde de
bevolking er slechts 69.000 zielen, terwijl thans alleen
in de rubberfabnieken reeds 51.000 menschen werken.
In het afgeloopen jaar werden hier 11.522.650 banden
afgeleverd; alle fabrieken werken voortdurend onder
hoogen druk en uitbreidingen vinden nog onophou-
delijk plaats, ten einde aan de toenemende vraag te
kunnen b1ven voldoen. Dit in aanmerkig nemend
mag de productie voor 1917 gerust op 20.000.000 ban-
den worden geschat.
De heerschende voorspoed is in meer dan één op-
zicht ook voor de arbeiders voordeelig. Niet alleen
worden thans buitensporige arbeidsloonen betaald,
ten einde in ieder geval werkstakîngen te voorkomen,
doch ook de sanitaire inrichting van de fabrieken
werd veel verbeterd. Daar de industrie zich zoo snel
heeft uitgebreid, zijn de werkplaatsen ruim en luchtig
en van de meest moderne constructie, die de veilig-
heid en gezondheid der arbeiders warbogt. Ook voor hunne ontspanning wordt zooveel mogelijk gezorgd;
sportvelden en studiezalen behooren bij welhaast
iedere fabriek. Het is dan ook niet te verwonderen,
dat geschillen in den laatsten tijd steeds zonder groote
moeilijkheden konden worden opgelost en werkstakin-
gen van eenige beteekenis inderdaad in lang niet zijn
voorgekomen.
Sedert het afbreken der diplomatieke betrekkingen
met Duitschland en de daardoor ontstane kans op
oorlog, vraagt de voorziening van
ruwe rubber
meer
clan ooit de aandacht in Amerika. Immers het over-
groote deel van de rubber ontvangen de Vereenigde
Staten via Engeland, zoodat het gevaar niet denk-
beeldig is, dat in dezen aanvoer wel eens stagnatie zou
kunnen komen. Nog onlangs op de jaarvergadering
van de ,,Rubber Olub of Amenica” zette de oud-presi-
dent Taft de noodzakelijicheid uiteen, te bestudeeren
op welke wijze Amerika zich steeds van de benoodig-
de rubber zou kunnen voorzien en wees daarbij op
den heerschenden rubbernood in Duitschiand.
Al zou Amerika de hand kunnen leggen op de ge-
heele productie van Zuid-Amèrika en van Ned.-Indië
en kunnen bewerken, dat deze hoeveelheid naar de Vereenigde Staten direct werd verscheept, dan nog blijft er een aanmerkelijk tekort bestaan. Van ver-
schillende zijden wordt nu âangedrongen op aanplan-
ting van Guayule-struiken (een rubber leverende
plant. inheemsch in Mexico) in de Zuiderstaten, ten
einde zich zooveel als mogelijk is onahanke]jk te ma-
ken. Tevens zijn verschillende groote fabrieken over-
gegaan tot het uitbreiden en aanleggen van rubber-
plantages op Sumatra, o.a. de United States Rubber
Co, the Goodrich Co. en de Goodyear Tire Co., waar-
mede zij zich althans van een deel van hun behoefte
willen verzekeren.
Of het evenwel mogelijk ial blijken zich eveneens
van Engeland zoo noodig onafhankelijk te maken,
wordt ook, met het oog op de eigen scheepsruimte,. in
Amerika sterk betwijfeld. Als gevolg daarvan wordt
thans even sterk aangedroiigen op een verbod van
schepenuitvoer, hetgeen in bijna alle Europeesche Sta-
ten reeds is afgekondigd.
FINANCIEELE PLANNEN VAN MINISTER
TREUB.
In dezelfde vergadering, warin Minister Treub
zijn elders in dit nummer besproken plannen tot het
in het leven roepen van een staatsmonopolie op ver-
zekeringsgebied heeft uiteengezet, heeft Z .Exe. -tevens
stilgestaan bij de vraag, welke politiek ten opzichte
van verdere oorlogsieeningen zal moeten worden ge-
volgd en of daarbij niet tegelijk zekere rentebespaning
ware te verkrijgen. De Minister zeide dienaangaande:
,,Een van de dingen, die dunkt mij noodig en moge-
lijk zijn, zal wezen een conversie van de oorlogsleening
van 1914. Zoôals de Kamer zich zal herinneren, is de
conversie van die leening uitgesloten tot 1918, maar
van 1 Januari 1918 af is men vrij. Er is dus alle aan-
leidig om, wanneer weer een leening moet worden
gesloten van, laat ik nu zeggen, ongeveer
f
250.000.000
de beide leeningen in één leening samen te smelten en
dus te maken één groote leening van ongeveer
f 500.000.000,
met deze bepaling, dat de bestaande
leening van 1914 afgelostzal worden, maar dat dege-
nen, die deelnemen in de nieuwe leening, kunnen be-
talen met een obligatie in de bestaande en dan een
zekere bonus zullen krijgen op den koop toe. Hoe groot
die bonus zijii zal, daaromtrent wil ik mij op dit oogen-
blik niet uitlaten, maar ik geloof wel, dat de Kamer
zil erkennen, dat op deze wijze men een besparing
krijgt in de rente en dan is er zeker alle mogelijke aan-
leiding om dan den aflossingstermijn van die leening
voel langer te stellen en zelfs op een normalen termijn
van ongeveer 40 jaren. Wanneer men dit doet, dan zal
het gevolg zijn, dat men met de bestaande opcenten
voor een leening, zooals ik die nu zoo ongeveer in mijn
hoofd heb, zal kunnen volstaan. Intusschen zou het
ook zijn een weinig aanbevelenswaardige politiek om
een leening te sluiten, waarbij men had een zebr lan-
gen aflossingstermijn en zonder de bevoegdheid om
meer af te lossen.
,,Mijnheer de Voorzitter! De 5 pOt. leening doet agio.
Bij die leening hebben de houders er natuurlijk belang
bij, dat zij niet in de uitloting vallen. Of dit bij een
4,5 pOt. leening evenzeer het geval zal zijn, wie zal
het zeggen, maar dat dit na enkele jaren niet alleen
mogelijk, maar ook zeer waarschijnlijk zal zijn, dat
durf ik hier wel volhouden. Welnu, ik zou meenen, dat
men een grootere vrijheid moet hebben wat betreft de
aflossiiig, dan men in den regel, en vooral ook in den
laatsten tijd weer, zich heeft voorbehouden. Men moet
aan den eenen kant zijn aflossingsplan zoodanig maken
dat, indien men niet hoogere inkomsten krijgt, men niet meer behoeft af te lossen dan in het annuïteits-
plan is bepaald voor 40 jaren, en aan den anderen kant moet men zich de bevoegdheid voorbehouden, zonder
nog tot een algemeene conversie te komen, om jaar-
lijks ook grootere aflossingen te doen, bijv. van 5 pOt.
of 10 pOt. van de geheeleleening.”
Ten slotte deed de Minister in zijn rede nog een
mededeeling omtrent de vermoedelijke opbrengst van
de oorlogswiustbelasting. Tegenover de buitengewone
252
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
voorstellingen van 200 en 300 millioen, die men ‘zich
meer dan eens gemaakt heeft, meende de Minister ook
zijnerzijds ernstig te moeten waarschuwen. Zelfs, het
door Minister Van Gun genoemd cijfer van 120 mii-
lioen durfde Minister Treub niet voor zijn rekening te
nemen. ,,Het moge misschien iets hooger zijn. dan 100
millioen, maar ik acht het waarschijnlijker, dat het
lager zal wezen.”
REGEERINGSMAATREGELEN OP
HANDELSGEBIED.
Verbouw van grove tuinbouwgewas-
s e n. Aangezien blijkbaar voor . den verbouw van
tuinbouvgewassen, welke hier te lande meer worden
voortgebracht dan verbruikt, zooals kool, peen, kool-
rapen, spinazie, pronkboonen, enz., geheel abnormale
landprijzen worden betaald, wordt nog eens de aan-
dacht van belanghebbenden er op gevestigd, dat bij het
bepalen van de wijze waarop de eventueele uitvoer
dezer artikelen dienstbaar zal worden gemaakt aan de
volksvoeding met dergelijke prijzen geen rekening kan
worden gehouden.
u n s t m e s t. Aan de bestellers van zwavelzuren ammoniak in de provinciën Groningen, Drente, Over-
‘ijssel, Gelderland, Utrecht, Limburg en Noord-Brabant
(Oostelijk deel) zal, in verband met den onvoldoenden
voorraad niet van dit artikel – kunnen worden toege-
wezen. Voor deze bestellers zal evenwel eene distri-
butie van Ohilisalpeter plaats hebben, ter grootte van
10 pOt. der thans goedgekeurde bestellingen; in deze
distributie zullen dus geheel begrepen zijn de na
reclame aangenomen of verhoogde hoeveelheden. De
prijs van de salpeter is bepaald op
f
25 per 100 K.G.
bruto voor netto, in origineele zakken, vrij uit schaal
aan de opslagplaatsen der Kunstmest-commissie.
Malen mag slechts geschieden op uitdrukkelijk verzoek
van de bestellers; hiervoor mag maalloon in rekening.
worden gebracht.
Distributie van veevoeder. Volgens
mededeeling van de Toewijzingscommissie voor Vee-
voeder zal over de maand April noch maïs, noch
haver worden gedistribueerd; alleen zal voor paarden
maïs en boonen beschikbaar gesteld worden. Ook zul-
len Amerikaansche lijnkoeken verkrijgbaar zijn. De
distributie van zemelen, enz. zal over Maart langzamer
moeten verloopen dan verwacht werd en daarom is de
afleveringstermijn voor Maart verlengd tot ultimo
April, terwijl de April-distributie van zemelen geheel
komt te vervallen.
Beperking van het menu in hotels en
r e s t a u r a n t s. Met het oog op de beperkte hoe-
veelheden beschikbare levensmiddelen zal met ingang
van 1 dezer ook het menu in hotels en restaurants be-
perkt worden. Meer dan een beperkt aantal gangen
mag niet worden verstrekt. Ook zullen des avonds na
9 uur noch in hotels, noch in restaurants, met hetoog
op de bezuiniging van stookmateriaal, warme spijzen
verstrekt mogen worden.
Distributie van brandstoffen. Naar de
Minister van Landbouw bij circulaire aan de burge-
meesters mededeelt, dienen, ter verkrjging van een behoorlijke verdeeling der zeer beperkte voorraden
huisbrandkolen, welke naar alle waarschijnlijkheid
voor het seizoen 1917118 beschikbaar zullen zijn, reeds
thans maatregelen te worden getroffen, welke een
streng doorgevoerde rantsoeneering van brandstoffen voor particulieren mogelijk maken. Deze regeling zal
ich, waar dit mogelijk blijkt, aansluiten aan hetgeen
reeds thans in tal van gemeenten in overleg met en
onder toezicht van de Rijkskolendistributie is ge-
schied. Tevens moet, de regeling omvatten de voor-ziening van de kleinindustrie (industrieelen met een
jaarbehoefte van minder dan 240 ton); de overige in-
dustrieën zullen, evenals tot dusverre, rechtstreeks
door de Rijkskolendistributie worden voorzien.
Op grond van de opgedane ervaring zal de regeling
zich behalve over de thans reedsonder de kolendistri-
butie ressorteerende brandstoffen, als steenkolen, bri-
ketten en mijncokes, dienen uit te strekken over gas-
cokes – zoowel van de gasfabrieken afkomstig als ge-
importeerd -, bruinkoolbriketten en turf.
Plaatselijk of ,districtsgewijze zullen daartoe brand-
stoffencommissies moeten worden in het leven geroe-pen. Uit een oogpunt van practische regeling en ten-
einde de bestaande verhoudingen in den brandstoffen-handel zoo min mogelijk te storen, zal het noodig zijn,
dat kleine gemeenten, welke gewoonlijk van uit eene
grootere gemeente van brandstoffen worden voorzien,
zich
bij
deze aansluiten en kleine gemeenten, die niet
in de
nabijheid van een grootere zijn gelegen, zich zoo-
veel
mogelijk
vereenigen.
Den burgemeesters wordt verzocht v66r 1 April a.s.
aan den Directeur der Rijkskolendistributie mededee-
ling te doen van instelling en samenstelling der brand-
stoffencommissies. Tevens moeten zij v66r 13 April a.s. aan dien Directeur opgave doen van de in hunne
gemeente ‘volgens’ de personeele belasting aanwezige
haardsteden, gesplitst naar verschillende klassen. Is
een gasfabriek aanwezig, dan moet opgegeven worden,
hoeveel M
3
.
gas in normale tijden per jaar door deze
aan kook- en verwarmingsgas ongeveer wordt afge-
leverd.
Aan de hand van deze gegevens zal dan door de Rijks-‘
kolendistributie aan de brandstoffencommissies in den
ioop der maand April opgave worden verstrekt van de
hoeveelheden brandstoffen voor huisbrand, welke voor
het gebied waarover deze commissies haar werkkring
uitstrekken, vanaf 1 Mei a.s. ter beschikking kunnen
worden gesteld. Tegelijkertijd zal den commissies wor-
den medegedeeld, welke regelen
bij
de distributie in
acht
zijn
te nemen, wil op toezending der brandstoffen
kunnen worden gerekend. Van deze hoeveelheden zuL
len uit den aard der zaak in minderingworden ge-
bracht de hoeveelheden, welke gedurende de maand
April ter beschikking van’ de brandstoffencommissie
worden gesteld.
Wat de kleinindustrie betreft, zal maandelijks door de Rijkskolendistributie aan de brandstoffencommis-
sies opgave worden verstrekt van de hoeveelheid, welke
geleverd kan worden.
Petroleum en gasolie. Tengevolge van de
groote verliezen, die de tankbooten dezer dagen heb-
ben geleden is een plotselinge petroleumnood ont-
staan, terwijl ook op verderen aanvoer voorloopig
niet is te rekenen. Ons land staat er dan ook ten op-zichte van petroleum en gasolie zeer slecht voor. 1n
verband hiermede is door den Minister van Landbouw,
enz. op 29 Maart j.l. verboden petroleum of gasolie te
vervoeren, te verkoopen of af te leveren, tenzij daartoe uitdrukkelijk vergunning is verleend. De voorwaarden,
onder welke dergelijke vergunningen zullen worden
verleend, zi1len nader worden vastgesteld.
Uit den aard der zaak zal in de allereerste plaats
zooveel mogelijk in de behoeften van leger, spoorwegen”
en publieke diensten zijn te voorzien en verder in die
der industrie, zoodat het hoogst twijfelachtig is, of er voor verlichtingsdoeleinden, ten minste voor particu-
lieren, wel iets over zal blijven.
–
MAANDCIJFERS.
EMISSIES IN MAART 1917.
Provine. en Gemeentelijke leeningen
f
3.819.820,-
zijnde:
Leiden
f
800.000,— 4’I2
0
/0
oblig.
ii
99/8
0
/0.
1-leerlen
(L.) f 1.500.000,—
4
1
1 oblig.
ft
98/g.
Delft
f1.500.000,— 4’I2
0
/0
oblig.
a
99
3
14
Olo.
Transporteeren…
f
.3.819.620,-
4 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
253
Transport
. .
f
3.81.9.620,-
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
Ettei
•
en Leur
f 28.000,-4’12
O’
ohi.
.
a
98
0
1
0
(minimum koers)
.
:Etteii eu Leur
f
16.000,- 5
O/
oblig.
N.B.
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
98
O/
(minimum koers).
–
Bank- en Oredietinsteilingen
.
,,
8.010.200,-
•
GELDKOERSEN.
zijnde:
Nederl.-Indische Escompto, Maatsch.
.
I.
BANKDISCONTO’S.
f3.000.000,– -aand.
9
122
1
1
°/o.
81
Maart 1917
20 Juli 1914
HoIlandBank, Anosterd.,
f
205.200,-
aand. 9 100
O!o.
Kasvereeniging f1.000.000,-
aand
4/,sedert
1Juli’15
3’/,sedert23 Mrt. ’14
tt
118
0/
o•
{Disc.Wissels.
Ned.
Bel.Binn.Eff. 4’/,
,,
1
,,
’15
4
,;
23
,,
’14
Crédit Foncier de France,
Bank
Vrsch.inR.C. 5
1
1,
,,
19Aug.’14
5
23
,,
’14
Ir. 2.000.000,-
5
1
I
°/o oW. 995
%
t Bank van Engeland S’/o
18Jan.’17
3
29Jan.
1
14
,,
,,
f
950.000,.
Duitsche Rijksbank
:
,,
23 Dec.
’14
4
5 Febr.’14
Industriëele Ondernemingen ……….,
61,5.000,-
,
Bankvan Frankrijk
S
,,
20Aug.
1
14
3
1
1
,,
29 Jan. ’14
zijnde:
Oosteur. Hong. Bk. 5
,,
10Apr.
1
15
4
,,
12Mrt. ’14
Kon. Stoomsehoenenfabriek A. R. V.
Russische Staatsbk. 6
,,.
27 Juli ’14
5
,,
1 Apr.’14
Sehijntlel
f500.000,-
6
0/
cum.
Nat. Bank v.Denem. 5
,,
10
,,
’15
5
,,
6 Febr.’14
spref.
winstd.
aaiid.
‘
zl 100
Olo.
Zsveedsche Rijksbk. 5
0
12
9Nov.’16
4
1
12
6
,,
14
Rotterdamsche IJzer- en Metaalgie
ZwitserscheNat.Bk. 4
0
12
2Jan.’15
3’/,
,,
19
,,
14
terj f100.000,- 9 115
Olo.
Bank van Italië.. 5
,,
1Juni’16
5
,,
9 Mei
1
14
Feder.Res.Bk.N.Y. 3-412
–
–
–
Oultuurondernemingen,Handelsver-
Javasche Bank….
3
1
I2
1Aug.’09
3
1
12
,,
1Aug.’09
eenigingen en Handelsvenn.
……
,,
4.810.000,-
zijnde:
–
Ned.-Iudische Mij. tot voortzetting der
zaken van der Linde en Teves en
R.
S.
Stokvis en Zonen Ltd. te
–
II.
OPEN MARKT.
–
Semarang
f
2.000.000,- aand.9
160
0/
•
–
–
Nederlandsche Gutta-Percha Maatsch.
.
Amsterdam
Londen
Berlijn
P
–
N. Yok
Part.
disconto
Prolon-
gatie
f 300.000,- pref. annd.
It
120 0/
.
–
—
!
Data
Part.
disconto
Part.
disconto
a
disc
Cali
–
ouoney
Javasche Cult.-Maatsch. f1.250.000,-
31 I’d:rt.
’17
1
/4-1
‘/1
221
2
401
4
4.51s
–
2 ’14’12
1
)
aand.
af ioo,-.
Totaal
……
f
15254.820,-
26-31
M.
’17
1 ‘/a-l./s
2
1
14.2
1
12
44i1
41111
–
22
1
12
119-24
’17
1
8
14-2
l
/
2
0/4.20/4
4/./t,
4
21
–
2-2
1
12
24
,,
’17
2-2
‘/
201
2
4 l7/
4.218
–
2-2
l/
Bovendien:
f15.000.000,- promessen niet een looptijd van 3 maanden.
27M./1A. ’16
1
‘/-2
2 ‘/,-4
40/8
3214.421
4
–
1
2/
4
.2
f25.000.000,- schatkistbiljetten, rentende 4
0/,
tot den
29M.13A.’15
411.11
4.4014
2
1
18-‘/,
–
–
1214.2112
koers van f1.002,50 met een looptijd
van 6 maanden.
f
8.590.000,- promessen
11
f
995,21.
2024JUl.’14
3 I/_8/
2
‘I’I
2
‘/ç.
2
/4
2 ‘/8-‘!2
221
4
1’142
12
f13.400.000,- pronoessen
9
f 986,02.
f
8.010.000,- 4’1
schatkistbiljetten
1
f1.008,90.
-.
0
Noteering van 30 Maart.
Totaal der emissies
in
Januari
…
f
149.213.120,-
Februari
. -.
,,
5.316.600,-
Maart
-. . -.
15.254.820,-
1
WISSELKOERSEN.
Algemeen totaa’
f
169.784.540,-
–
I. KOERSEN IN NEDERLAND.
INKLARINGEN
OP
AMSTERDAM.
Voor Londen, Berlijn en Parijs worden voorloopig ook de
dagelijksehe noteeringen te Amsterdam opgenomen. De dage-
Maart 1917.
Maaot 1916.
lijksche
koersen
op
New
York,
alsmede de laagste en
Landen
Aantal
Tonnen
Aantal
Tonnen
hoogste der week zijn aan particuliere opgaven ontleend.
o’a,o herkomst.
schepen.
netto.
schepen.
netto.
–
Engeland…………..18
11.985
41
27.724
Data
Londen
Be,lijn
Parijs
New York
Zweden
.. . ………..
–
–
6
2.892
Noorwegen …………5
4.400
11
6.344
Denemarken
……….-
–
3
1.588
26Maart1917
..
11.781
39.10 42.40
2.4711
Frankrijk
…………-
–
1
674
27
,,
1917
..
11.78
.39.05
42.35′
2.47
1
18
Portugal
…………..-
–
1
1.112
28
,
1917
..
11.77
1
1
39.05 42.35
2.47
Spanje …………….
-.
–
1
830
29
,,
1917
..
11.77
1
12
38.90
42.35
2.47
Italië
…………….-
–
1
1.086
30
,,
1917
..
11.7731
38.9711
42.3711
2.47
Ned.-Iudië
…………-
–
6
24.747.
31
,,
1917
..
11.76
1
1
38.92
1
1
42.35
2.47
Noord-Amerika ……..2
4.540
–
Zuid-Amerika (Oostkust)
1
1.280
3
.19.908: Laagste der week
11.76114
38.8211
,
42.25
2.4681
4
West-Indische eilanden..
–
—
1
1.428
Hoogste
,,
,,
11.7912 39.15 42.42
1
I2
2.47
1
1
Nederlandsche havens ..
3
133
8
11.101
24Maart1917 ..
11.79/,
39.10 42.45
2.47
1
/
Uit de Noordzee
……- –
–
–
–
17
,,
1917
..
‘11.81
5
1
39.50
42.50
2.4801
4
Muntpariteit
..
12.10’/
59.26
48.-
2.48 8/4
Totaal hnndelsschepen
29
22.338
83
99.434
Visschersvaartuigen
.. ..
19
2.210
2
255
–
Totaal ……48
24.557
85
99.689
Zwitser-
Kopen-
Stad-
Batavia
Onderscheiding der loandelsschepen naar de nationaliteit:
Data land
Weenen
hagen
holm
telegrafisch
Percentage Maart 1017
Aantal
Tonnen
vandetotale
31 Mrt. 1917
40.05 24.52
1
12
71.35
74.42
1
1
992
1
-100k
schepen.
netto.
tonnenmaat.
Laagste d. w.
49.-
24.50
71.-
73.50
–
Nedeilandsche
26
20.696
92,65
……
Hoogste ,,
,,
49.10
24.7711
71.50
74.52112
–
Britsche
2
1.176
5,26
24 Mrt. 1917
49.15 24.75
71.20 73.60
99*-1001
…………
Noorsche
1
466
.
2,09
17
1917
49.25,
25.07’/
70.52012
73.55
99*-1001
Muntpariteit
48.-.-
50.41
66.67 66.67
100
Totaal
29
–
22.338
100 –
254
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
OVERZICHT.
De stemming op cle wisselmarkt is flauw. Met uitzondering
van de Skandinavische liepen alle koersen terug. Londen
daalde van 11,79 tot 11,76V2. Parijs liep van 42,40 tot 42,30
terug, was daarna echter meer gezocht op 42,35. New York
daalde van 2,47
2
18
tot 2,47 en bleef ook deze week onder
pariteit van Londen. J)e sterke vraag voor dit devies heeft geheel opgehouden. Berlijn en Weenen varen weder sterk
aangeboden. Berlijn daalde van 39,10 tot
38,92
1
12,
Weenen
van 24,75 tot 24,52
1
11. Argentinië liep verder terug (108
1
12
tot 105/4). Rusland daalde 7021
8
_7011
4
. Zwitserland met
zeer weinig handel
49,12’12-49,05.
Alleen Skandinavië
wederom vaster, vooral voor Zweden. Stockholm 73,55_74,22
1
/2.
Kopenhagen 71,20-71,35, Kristiania 73,50.
II. KOERSEN TE NEW YORK.
Cable
Zicht Zicht
Z icht
D a
Londen
Parijs
Berlijn
Aonsterd.
(in
$
(in
frs.
(in cents
(in cents
per £)
P. $)
P. Ron. 4)
per gid.)
31 Maart
1917
4.76.45
5.8481
4
71
40/s
Laagste d. week..
4.76.45
5.84
1
14
69
40
1
14
Hoogste,,
,,
..
4.76.45
5.842I
4
71 40
2
/8
24 Maart
1917
4.76.45
5.84
2
18
69
1
18
40’12
17
,,
1917
4.76.50
5.8421
4
69
4011
4
Muntpariteit ….
4.86.67
5.18’14
95V4
-..
408/26
III. KOERSEN VAN DEVOLGENDE PLAATSEN OP
LONDEN.
Plaatsen en
Landen
–
Nateerings-
eenheden
28 Febr.
1917
15 Mrt.
1917
Tijdperk.
16-20 Maart
Laagste’ Hoogste
20Mrt.
1917
Alexandrië.
.
Piast. p.
£
97
1
11
97
Iio
97
7
Iia
97 ‘ho
97
Iio
B. Aires
. .
..
d.p.gd.pes.
50e18
50e18
50
8
/ja
50
1
/1c
50
2
18
Calcutta
. . . .
sh/d.p.rup.
1
1
4
7
1i0
114
9
132
114122
114180
114
0
1O2
Hongkong ..
id. p.
$
214
2131
2131 2131
21321
4
Lissabon….
d.p.escudo
3111
311/
4
30
8
14
31/2
3])18
Madrid
….
Peset. p.
£
22.46k 22.32k
22.30 22.40
22.34′
Montevideo..
cl.
p. peso
542/
54/io
54/io
543/1e
54’liG
Montreal….
$
per
£
4.78/i
4770/4
4.77’12
4.7892
4.78V
Petrograd
.
R. p.
£
10
168e18
16811
2
16611
4
16811
4
16621
4
R.d.Janeiro
1)
d. p. milr.
11
22
120
11
28
/82
11
7
18
11
28
182
11
20
/21
Rome
……
Lires p.
£
35.92
37.37k
37.10 37.35
37.22k
Shanghai
..
sh/dp.tael
3
1
6
315
314
3!412
3/4113
Singapore
. .
id. p.
$
..
214
2
112
2/4
8
s
214’18
214°/
214
2
/je
Valparaiso
2)
d.p.pap.p.
11’/22
10
20
122
10
20
/31
10
20
132
10
28
102
Yokohama ..
sh/d.p. yen
211
5
18
211
5
18
211
1
1
8
211
2/
211518
1)
Noteeringen op 90 dagen.
GOUD EN ZILVER.
GOTJDBEWEGING BIJ DE BANK VAN ENGELAND.
Sedert begin Augustus 1916 worden de dagelijksche ont-
vangsten en onttrekkingen van goud door de Bank van
Engeland tijdelijk niet bekend gemaakt.
ZILVER.
Na
de
daling,
clie
de»
zi!verprijs
gedurende de laatste
weken kenmerkte, is eene reactie ingetreden. Hij kon in
de afgeloopen week van
35214
d. tot 36
212
d. verbeteren.
–
Noteering te Londen.
te New York.
31 Maart1917 ……..361/m
7321s
24
1917 ……..352/s
71718
17-,,
1917 …
. ….
35′
5
/ia
73
10
,,
1917 ……..37’/s
75
2
12
1 April 1916 ……..29
60’18
1 April 1915 ……..23°/im
50
20 Juli
1914 ……..24’/is
54
1
/
NEDERLANDSCHE BANK.
VERKORTE BALANS OP 31 MAART 1917.
Activa.
Binnenl.Wis-(H.-bk.
/
.927.113,11’/2
sels, Prom.,
B.-bk.
40.274,93
enz. in disc.
I
Ag.sch.
13.570.078,35
1
/2
f
77.537.466,40
Papier o. h. Buiten!, in
disconto
……………………..
–
Idem eigen portef..
f
8.208.560,-
Af: Verkocht maar voor
de bk. nog niet afgel.
,,
Beleeningen
8.208,560,—
1
H.-bk.
f
41.406.739,21’/
mcl. vrsch.,
B.-bk.
3.412.715,95
in
rek.-crt.1
Ag.sch. ,, 42.028.920,78
1
12
op
onderp..
f
86.848.375,95.
Op Effecten
……
f
81.705.675,95
OpGoederenenSpec
5.142.700-
86.848.375,95
Voorschotten a.h. Rijk ……………..
..
–
Munten Muntmateria1
Munt, Goud
……f
61.450.560,-
Muntmat. Goud.. .. ,,529.064.243,28
1
13
/590.514.803,2811,
Munt, Zilver, enz.
•
6.916.767,20
Muntmat. Zilver
597.431.570,48
1
12
Effecten
Be!.v.h..Res.fonds.
.
f
5.118.870,12’1
id. van
‘/5v.
h. kapit.
3.959.898,25 9.078.768,37
1
12
Geb.en Meub.der Bank …………….
rekeningen
………………,,
78.625.736,23
2
/2
f
859.130.447,44
1
1,
Pauiva.
Kapitaal
……………………….
f
20.000.000,-
Iteservefonds
……………………
,,
5.155.090,93’12
Bankbiljetten in omloop …………..
,,
745.649.175,-
Bankassignatiën in omloop…………
,,
2.903.575,68 /2
Rekening-Courant saldo’s:
—Van het Rijk.
… ..
f
525.675,54
–
Van anderen ……
76.106.034,28
76.631.709,82
Diverse rekeningen
………………
,,
8.790.928,00
1
1
f
859.130.477,44
8
/2
Beschikbaar metaalsaldo
………….. f
431.494.534,64
Op de basis van
2
1
inetaaldekking
……
,,
266.457.642,54
Minder bedragaan bankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is .. ,, 2.157.472.673,20
Bij vergelijking met den vorigen weekstaat blijken de volgende
verschillen:
Meer
–
Minder
Disconto’s
….
514.782,21
1
/2.
–
Buitenlandsche wissels..
226.380,-
Beleeningen
……….
1.895.459,161
–
Goud
499.990,-
Zilver
94.193,3712
Bankbiljetten…………
16.538.605,-
Part. Rek.-Crt. saldo’s
..
–
1.065.668,79’12
N.B. Uit de bekendmaking van den Minister van Financiën
blijkt, dat uitstonden op:
31
Maart 1917
1
24 Maart 1917.
Aan schatkistpromessen
/138.810.000,—
/138.810.000,-
waarvan rechtstreeks bij
de Ned. Bank geplaatst
,,
60.000.000,—
,,
60.000000,-
Aan schatkistbiljetten ..
,,
86.629.000,—
,,
86.629.000,-
Aanzilverbons
………
,,
17.713.320,—
,,
1-7.433.713,-
4 April 1917
ECONOMISÇH-STATISTISCHE BERICHTEN
255
OVERZICHT VAN. DE VOORNAAMSTE POSTEN.
(In duizenden guldens.)
Data
Goud
Zilver
bltt
je en
Andere
opcischbare
schulden
31 Maart1917
.. ..
590.515
6.917
745.649 79.535
24
1917
… .
591.015
7.011
729.111
94.210
17
1917
» . . .
592.024
6.876
731.798 90.624
10
1917
… .
592.024
6.586 739.349
98.414
3
,,
1917
. . . .
591.580
6.481
744.585 89.986
24
Febr. 1917
. .
..
591.555
6.577
732.694
80.771
17
,,
1917
.. . .
590.555
6.481
737.606
71.794
10
,,
1917
. .
..
589.552
6.673
743.322 62.770
3
,,
1917
.. ..
589.558
6.646
745.750 94.543
27
Jan.
1917
….
589.561 6.814 732.759 84.183
20
1917
.. ..
589.578
6.805
736.433
78.021
13
,,
1917
….
589.576
6.748
745.543
71.495
6
,,
1917
….
590589
6.694 751.767
88.526
1 April 1916
..
517.104
3.768
647.174 84.058
3 April 1915
….
286.941.
1.453
470.483 66.165
1
)
25
Juli
1914
……
162.114 8.228 310.437 6.198
1)
Waarvan Rek. Ort. saldo van het Rijk
f
25.265.000,-.
D t
a a
Disconto’s
Belee
;
Bosch, k-
baar
Dek»
kings.
Hiervan
T
1
0
aa
Schatkist»
ningen
Metaal»
percen-
promessen
saldo
‘
tage
rechtstreeks
31 Mrt. 1917
77.537
60.000 86.848 431.495
72 24.
1917
78.052
60.000
84.953 432.162
79
17
,,
1917
79.044
80.000 86.300
433.516
73
10
,,
1917
79.421 60.000
87.407
430.158
71
3
,,
1917
78.218 58.000
91.014 430.226
72
24Febr.1917
58.721
37.000 86.208
434.538
74
17
1917
59.420 37.000 85.970
434.255
74
10
,,
1917
51.710
29.000
91,257
434.106
74
3
,,
1917
97.049
77.000 78.137
427.245
71
27 Jan.1917
78.223 53.000
88.517
432.090
73
20
,,
1917
76.670
48.000
69.301
432.591
73 13
,,
1917
79.029 47.000 72.282
432.014
73
6
1917
71.482 37.000
79.604 432.324
73
1 Apr. 1916
92.601
71.000 72.458 373.931
71
3Apr. 1915
71.445
–
191.434
180.701
54
25 Juli 1914
67.947 14.300
61.686
43.521′)
54
‘) Op de basis van ‘/, metaaldekking»
JAVASCHE BANK.
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN:
ï.
(In duizendn Guldns.)
Data
Goud
Zilver
B
k
bjlÎe’t;n
Andere
o
es,l,.
72.819 23.800
156.293
39.087 73.499
23.347
158.463
37.431
27
Jan.
1917 …….
20
1917 …….
73.085
23.463 159.288
35.747 73.143
24.947
158.750
44.550
13
1917 …….
6
1917
……
47.833
31.882 138.823 30.781
29 Jan.
1916 …….
25.267 26.800 115.207
18.229
30
Jan.
1915 …….
25
Juli
1914 …….
22.057 31.907 110.172
12.634
Dato
Dis»
conto’s
Wssels,
uiten
.»Ind.
Belee»
ningen
Div
:
rse
ningen’)
percen»
Beschik»
baar
metaal»
.
saldo
Dek»
»
kings»
tage
27Jan.1917
6.543
36.069 56.802
9.031
58.634
50
20
1917
8.632 35.921
57.033
‘
8.807
56.817
49
13
1917
6.439
35.565 57.428
7.993 56.747
49
6
,,
1917
6.382 34.814 66.188
8.711
56.262
48
29Jan.1916
5.898
10.913
43.862
24.887
45.594
47
30Jan.1915
5.188 8.457
34.566
6.057
26.379
39
25 Juli 1914
7.259 8.395
47.934
2.228 4.842
2
)
44
Sluitpost der activa.
‘) Opde basis van
1
/i
metaaldekking.
SURINAAMSCHE BANK,
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.
»
(in duizenden guldeils.)
Dato
Metaal
Circulatie
Andere
opeischb.
schulden
Disconto’s
Div. reke»
fin gen ‘)
13 Jan. 1917
».
709
1.030
959.
1
977
315
6
,,
1917
..
678
1.085 898
1
988 304
30 Dec.
1916
..
682
1.081 911
1
998 344
23
,,
1916
..
646
1.035
769
869 814
15 Jan.
1915
..
745
934 1.015
929 830
16 Jan.
1914
..
.1.410
978
1.060
787
217
25 Juli
1914
..
645
1.100
560
735
396
1)
Sluitpost der activa
BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht gegeven
van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.
1, BANK VAN ENGELAND.
WEEKSTAAT VAN 14 MAART 1917.
ISSOE DEPARTMENT.
Notes issued.. £ 70.437.455
Governm.Debt £ 11.015.100
Other securities,,
7.434.900
Gold coin and
bullion ……51.987.455
£ 70.437.455
1
£ 70.437.455
BANKING DEPARTMENT.
Capital……£ 14.553.000
Government
Rest ……..,,
3.597.714
securities .. £ 24.081.221
Public deposits,, 86.377.187
Othersecurities165.424.569
Other deposits,, 119.113.886
Notes ……..
32.363.985
Seven-day and
Gold and silver
other bills..
25.358
coin ……
.1.797.390
£223.687.145
£223.667.145
Door het uitblijven der Engelsche bladen zijn de cijfers
van de twee laatste weekstaten hierboven niet kunnen ‘orden
opgenomen. »
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
Onderstaand overzicht bevat tevens de cijfers der door de
Regeering uitgegeven currency notes van 1 £ en 10 sh. met
het bedrag der gouddekking en der tot dekking aangewezen
Government securities. De publicatie dezer cijfers geschiedt
sedert 26 Augustus 1914.
(In duizenden p. st.)
Currency Notes.
Data
Metaal Circulatie
Bedrag
1
Goudd. Gov
. Sec.
28Maart1917 54.009
38.289
21
1917
53.962
37.824
***
*** »
14
,,
1917
53.785
38.073
143.958 28.500
110.776
7
1917 .54.010
38.237
144.351 28.500
112.573
-,
29Maart1916 56.681
33.577
108.891 28.500
71.121
31Maart1915 53.868
35.173
39.802 27.500
8.623
22 Juli 1914 40.164
29.317
Data
Gov.
Sec.
Other
Sec.
Public
Depos.
Other
Depos.
Re-
serve
Dek»
kings.
percen»
tage
1)
28 Mrt. ’17
24.003 139.610 49.945 129.647
34.170
19,02
21
,,
’17 24.051
151.821
87.911 124.335
34.588
18,-
14
,,
’17
24.081 165.425 86.377
119.114
34.161
16,82
7
’17
31.986
196.029
120.889
123.165
34.223
14,02
29 Mrt. ’16
32.839
88.350
57.064 87.362 41.534
28
8
/
31 Mrt. ’15
44.606 140.004
113.690
89.714
37.145
18’14
22 Juli’14
11.005
33.633
13.735
42.185 29.297
52
8
/8
1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.
.4.
1]
256
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
II. DUITSCHE RIJKSBANK.
STAAT VAN 23 MAART 1917.
De biljetten zijn sedert den. oorlog niet inwisselbaar.
Metalibestand ……………………Mk. 2.545.750.000
davon Goldbestand ………………..2.529.838.000
Reichs- und Darlehenskassenscheine ……
347.793.000
Noten ancierer Banken ……………..,,
7.608.000
Weehsel …………………………..9.258.114.000
Lombardforderungen ……. ………..
11.076.000
Effekten …………………………
108.768.000
SonstigeAktiva ……………………1.273.067.000
Grundkapital ……………………..
.,
180.000.000
Reservefonds ……………………..,, 85.471.000
Notenumlauf ……………………….8.224.825.000
Sonstige t.glich fiiiligeVerbi nd.lichkeiten.. ,, 4.503.535.000
Sonstige Passiva ……………………558.345.000
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
Onderstaand overzicht bevat tevens het cijfer der uitgegeven
Darlehenskassenscheine. De Scheine, welke niet in kas zijn
bij de Reichsbank, eirculeeren grootendeels onder het publiek.
De Darlehenskassea zijn ingesteld op 11 Augustus 1914.
(In duizenden Mark)
Data
Metaal
Daarvan
Goud
Kas ren-
scheine
Circu-
(atje
Dek-
kin gs
Percew
tage
23 Mrt. 1917
2.545.750
2.529.838
347.793 8.224.825
35
15
,,
1917
2.544.784
2.528.718
334.724
8.164.354
35
7
,,
1917
2.544.571
2.528978
289.501
8.163.970
35
28 Feb. 1917
2.542.919
2.527.315 342.576 8.107.162
36
23 Mrt. 1916
2.506.124
2.459.582 772.795
6.373.713
51
22 Mrt. 1915
2.374.996 2.329.888
175.425
4.944.087
52
23 Juli 1914
1.691.669
1.356.857 65.479
1.890.895
93
1)
Dekking der circulatie door metaal en Kassenseheine.
II
Darleheuskassenschejne
Data
Wissels
Rek. Crt.
Totaal
In kas bij
uitge-
de Rcichs.
geven
bank
23 Mrt.1917
9.258.114 4.503.535
***
15
,,
1917
9.342.912 4.436.793 3.915.000 321.000
7
,,
1917
9.016.536
4.040.570
3.822.100
276.900
28 Febr. 1917
8.984.825 4.076.591 3.825.800 330.900
23 1[rt. 1916 5.897.876
2.703.459
1.949.900
724.700 .
22 Mrt. 1915 4.875.432
2.380.330
753.000 164.000
23 Juli 1914
750.892
943.964
III. BANK VAN FRANKRIJK.
OVERZICHT VAN DE VOORNAiMSTE POSTEN.
Van 6 Aug. 1914 tot 28 Jan. 1915 werden geen staten
gepubliceerd. De met
*
geteekende posteu komen eerst sedert
28 Jan. 1915 in den weekstaat voor. De biljetten zijn sedert
den oorlog niet inwisselbaar.
(In duizenden franes
Data
Goud
Waarvan
in het
Buitenland
Zilve;
*
Tegoc
in het
Buitenland
Buit.gew.
voorsch.
old. Staat
29 Mrt.’17
5.200.096
1.947.672
263.383
796.963
9.500.000
22
,,
’17
5.184.476
1.946.638 285.177 746.160
9.500.000
15
,,
’17
5.168.042
1.946.638 268.623
716.773
9.300.000
8
,,
17
5.156.875
1.946.638
268.339 808.640 9.100.000
30 Mrt.’16
5.006.299
– .
361.416
–
6.700.000
1 Apr.’15
4.248.732
–
377.373 623.688
4.800.000
23Juli’14
4.104.390
–
639.620
–
–
Wissels
Uitge-
stelde
Wissels
Bèlee-
ning
Bnkbil-
jCttCfl
Rek. Crt.
Parti-
culieren.
Rek.
1
Crt.
Staat
522.546
1.270.769
1.197.449
18.459.831
2.540.637
173.699 415.673
1.274.623 1.214.474 18.450.780
2.484.665
59.846
483.540
1.281.787
1.28.131
18.361.549 2.443.917
22.517
616.71
1.287.428
1.246.193
18.281.277
2.484.491 38.731
cr
0
394.787 1.673.149 1.244.724
14.952.116
2.043.242 79.186
228.831 2.771.748
685.188
11.176.507
2.414.570
101.106
1.541.080
769.400
5.911.910
942.570 400.560
IV. RUSSISCHE STAATSBANK.
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.
De post ,,Schatkistbiljetten” komt eerst sedert 14 November
1914 n. st. in den weekstaat voor. ])e biljetten zijn niet in-
wisselbaar.
(In millioenen Roebel).
D;ta n. st.
Goud
Tegoedl
s/h bu,-
tenland
Zij-
ver
Schat,
kistbil-
letten
con to’s
en belee.
Circu.
C
on.
(atje
Rek.
raft
21 Mrt. ’17
1.477
2.141
118
7.738
722
9.997 2.120
16
,,
’17
1.476 2.141
121
7.882
702
9.950
1.993
8
,,
’17
1.478 2.141
121
7.843
720
9.794
2.021
1
,,
’17
1.476 2.141
120
7.642
747
9.673
2.022
21 Mrt. ’16
1.623
941 55
3.894
960.
5930
1.805
21 Mrt. ’15
1.567
140
53
1.150
1.117
3.181 1.222
21
Juli ’14
1.601
144
74
.
.
.
.
757
1.634 1.099
V.
BELGIË.
Van de Nationale Bank van België, ciie haar goudvoorraad naar Londen heeft overgebracht, zijn sedert 6 Augustus 1914
geen weekstateu openbaar gemaakt. De Socité Génrale de Belgique is einde 1914 met de functie
van circulatiebank belast. Het Notendepartement dezer bank
publiceert wekelijks verkorte balansen. De biljetten zijn niet
inwisselbaar.
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
(In duizenden francs.)
Metaal
l3eleen.
t
Bcicen.
Binn.
1
Rek.
Dato
mcl.
bu itciil.
van
buitenl.
van
prom. d.
wissels en
1
Circu-
1
(atje.
1
Cr1
.
saldi
vorder.
provinc.
belecu.
1
saldi.
31 Maart1917
374.821 86.298 480.000
66.191
887.022
110.472
22
1917
356.878
86.162
480.000 65.499 874.535
104.422
15
1917
342.968 86.086
480.000
61.848
861.545
99.815
8
1917
339.928
85.999 480.000 61.342
855.860
101.884
28 April 1916
200.997
59.052
480.000 62.396
641.232
158.088
VI. VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
In werking getreden op 16 November 1914.
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.
(In duizenden dollars.)
Dato
Goud
Zilver
W
is
sels
Deposito’s
C,cu.
l.,t’e
Dekkings.
Percen
tage’)
9 Feb. 17
488.889
10.633
128.292
693.695
13.093
73
2
,,
’17
521.780
12.185
107.819
713.211
11.471
76
26Jan.’17
517.925
17.579
113.408 713.448
13.509
73,8
18
,,
’17
500.343
10.338
125.666
698.284
13.890
73,4
12
,,
’17
501.152
16.769
140.334
708.345
13.558
71,5
11Feb.’16
328.317
–
18.274
52.814 445.438 9.089
76
11Feb.’15
259.256
22.117
1
17.0901
284.996
1
4.1851
91,1
‘) Gouddekking van deposito’s en circulatie na aftrek van
cle posten tussehen de banken onderling.
VEREENIGDE NEW YORKSCHE BANKEN EN TRIJST
MAATSCHAPPIJEN.
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.
(Gemiddelden in duizenden dollars.)
Data
Reserve
Deposito’s Circulatie
Beleenin gen
en
disconto’s
s
t
Resr
31Mrt. ’17
754.730
3.832.330
28.250
3.596.370
124.750
24
-’17
781.380
3.826.800
28.700
3.565.670
151.840
17
’17
769.650
3.801.880
28.660
3.558.610
144.840
10
,,
’17
788.620
3.773.280
28.650
3.545.950
141.920
1Apr.’16
705.040
3.551.600
31.500
3.363.670
121.47Ö
3 Apr.’15
544.950 2.396,720
38.120
2.387.280
150.000
25Juli’14
467.880′
1.958.320
41.730
2.057.570
26.170
1
)
‘)
Op
basis van
25
u/0
van alle cleposito’s.
4 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
257
EFFECTENBEURZEN.
Amsterdam,
t
2pril 1917.
Evenals gedurende de vorige berichtsperiode heeft in de
thans achter ons liggende week de vraag van oorlog of
vrede tusschen de Vereenigde Staten en Duitschiand de
,,question brulante” aan de effectenbeurzen gevormd.
Toch was men, al werd vooral in den aanvang der ver-
streken week cle oorlogsverklaring slechts als een quaestie
van tijd beschouwd, niet meer eenstemmig in de meening,
dat deze de eerste regeeringsdaad zou zijn van het 65ste
congres der Verecnigde Staten. Grootendeels heeft men zich
tot deze meer gereserveerde opvattingen laten leiden door
de houding der New Yorksche beurs, welke een scherpe tegenstelling heeft getoond met de nog zoo kort geleden
aan den dag gelegde willigte.
Reeds lang is het bekend, – hoe gaarne de pers der
Gealliëerden ook het tegendeel zou willen doen gelooven, –
dat er in de Vereenigcle Staten een zeer sterke Duitsch ge-
zinde partij is, welke partij, grootendeels gerecruteerd uit
Duitschers en uit z.g. Duitsch-Amerikanen waarvan velen,
vooral in de Oostelijke staten, pro-eminente plaatsen op
allerlei ‘gebied innemen, menigmaal bewezen heeft grooteh invloed te kunnen doen gelden. En al zijn nu ook de betrek-
kingen tusschen de Vereenigde Staten en het Duitsche Rijk
sinds eenigen tijd officieel verbroken, met het vertrek van
den Duitschen gezant Bernstorff is da kracht der Duitsch-
gezinde groepen in de Vereenigde Staten niet plotseling
teloor gegaan. Reeds meerdere malen sinds het begin van
clezen oorlog heeft cle verhouding van Duitschiand tot de
Vereenigde Staten kritiek gestaan, en er zijn tijdstippen
aan te wijzen waarop, door het volk althans, met meerderen
drang om oorlog werd geroepen dan thans. Men herinnere
zich slechts de eerste dagen na de Lusitania-episode en den
storm van verontwaardiging die daarop in de Vereenigde
Staten losbarstte; toch leidde deze niet tot de openlijke
breuk, evenmin als de herhaalde sabotage van Amerikaansche
eigendommen, waarbij, zooals tijdens cle behandeling dezer
zaken voor de rechtbank bleek, Duitsche invloed, zij het dan
dYficieuse, was aan te toonen. Ongetwijfeld hebben bij al die
gebeurtenissen,- die elk op zichzelf genomen het vrije
Amerika al voldoende reden tot het afbreken der betrekkin-
gen met Duitschland hadden kuunen verschaffen, hun invloed
ten bate van het voortduren der goede verstandhouding
aangewend, en hoe ook het resultaat der heden gehouden
Congreszitting moge zijn uitgevallen, Duitschiand’s talrijke
vrienden in de Vereenigde Staten zullen zekerlijk hun ge-
wicht tot het-behoud van den vrede in de schaal gelegd
hebben. Hoe het obk zij, er schijnt in de afgeloopen week t e r
b en r z e te New Y o r k twijfel te zijn ontstaan aan de in
de voorafgaande week algemeen uitgesproken verwachtingen –
De belangstelling in ,,00rlogsfondsen” was daardoor gerin-
gel’, en men bleef slechts gunstig gestemd voor spoorweg-
waarden, in verband met den stimulans, dien men van de
verhooging der vrachttarieven verwachtte, alhoewel ook in
deze waardeii de omzetten kleiner waren dan te voren.
Verder werd Wallstreet ook door ongunstige oogstbe-
richten beïnvloed, terwijl aan het einde der week weder
vredesgeruchten opdoken, die, zooals begrijpelijk is, na de
opgewonden stemming der voorgaande week, zeer verkoelend
werkten. Door verkoopen van beroepsspeculanten werd het
koersileil ook gedrukt, zoodat de meeste waarden, zoowel
van nij verheids- als spoorwegmaatschappijen, de week niet
koersverliezen verlieten.
Voor de Gealliëerden is de verhooging der graanprijzen
in de linie als gevolg van den slechten stand vanhet winter-
gewas, een tegenslag, temeer waar Argentinië, ook al in
verband met den slechten graanoogst, deze wèek den uitvoer
van graan en meel verboden heeft. –
Men weet, dat de gealliëerde landen bij lange na niet in
staat zijn hunne l)ehoef te aan broodgraan uit de eigen
productie te dekken. Inderdaad is deze omstandigeid wel
de cardinale moeilijkheid bij de voedselvoorziening. De
productie van graan is in Frankrijk gedurende de oorlogs-
jaren in ernstige mate gedaald. De eerste oogst, die van
19.14, heeft slechts 77 millioen quintalen bedragen, die van
1915 bracht slechts 61 millioen quintalen op, terwijl de oogst
in het jaar 1916 op 58 millioen quintalen daalde. Bij deze
196 millioen quintalen voerde Frankrijk blijkens de douane.
statistiek sedert Augustus 1914, rond 63 millioen quintalen
in, dat is dus bijna een derde deel van den eigen oogst. Per
jaar benoodigt Frankrijk thans, rekening houdende met de
bezette gebieden in het noorden des lands, gemiddeld 85
ft
86 millioen quintalen graan. En indien men nu weet, dat
de oogst dit jaar nog kleiner zal zijn, vermoedelijk niet meer
dan 48
ft
50 millioen quintalen zal opbrengen, dan wordt
het nadeel, dat in Argentinië’s uitvoerverbod en in den
waarschij nlijken , gedeeltelijken misoogst in Amerika voor
Frankrijk ligt “opgesloten, duidelijk, zoodat de Banque de
Franco binnenkort wel weer zal moeten inspringen om het
land, zij het dan ook tot al weder hoogere prijzen, van
buitenlandsch graan te doen voorz’en, en wij binnen niet al
te langen tijd wel eeno vermindering in de hoeveelheid goud-
materiaal der Bank, die op 29 dezer rond Ir. 3250 millioen
bedroeg, zullen kunnen waarnemen.
De stemming te r b en r ze te P a r ij s is de geheele
week door kalm geweest. De omzetten varen er doorgaans
van weinig beteekenis. De gele iclelijke afbrokkeling van de
3 pCt. Fransche rente was ook ditmaal te constateeren; zij
verliet de week op 61.35, tegen eene noteering van 61.50 in
den aanvang. De Fransche leening van $ 100 millioen in de
Vereenigde Staten, waaromtrent reeds eenigen tijd werd
onderhandeld, is in de afgeloopen week perfect geworden. De
leening draagt 5Y2 pCt. rente en vindt plaats in den vorm
van twee-jarige notes.
T e L o n d e n mocht in de afgeloopen week voor het eerst de uieuwe oorlogsleening worden verhandeld. Groote omzet-
ten in het fonds vonden niet plaats, en de verwachting, al
weken geleden door eenige Engelsche bhden uitgesproken,
dat het fonds vermoedelijk agio zou weten te behalen, in
verband met den gunstigen militairen toestand, is niet uit-
gekomen. Na op 26 Maart 95Y8 te hebben genoteerd, daalde
de koers in den loop der week fractioneel tot 94%. Gedeel-
telijk zal dit w’el het gevolg zijn geweest van de opvatting,
dat de regeering wel spoedig opnieuw zal moeten leenen.
Wanneer men overweegt, dat de Britsche regeering zich
door (le jongste oorlogsleeningen iets meer dan een milliard
pond sterling nieuw geld wist te verschaffen, doet deze
onderstell.ing vreemd aan. Doch de zaak wordt eenvoudiger,
wanneer men in aanmerking neemt, dat dit geld tot weinig
meer dan tot het-clelgen van oude schuld kon dienen. In dit
bedrag van ruim £ 1 milliard waren in de eerste plaats
voor een som van £ 131 mïllioen aan geconverteerde schat-
kistbiljetten begrepen; voorts zijn, sinds het prospectus der
nieuwe oorlogsleeningen verscheen, nog rond £ 600 millioen
uitstaande ,,Treasury Bills” afgelost en zijn groote bedragen
aan de bankiers van het gouvernement terugbetaald. De
oorlogskosten worden met den dag hooger, en om tot het
einde van het loopende fiskale jaar in de aan bondgenooten
van Engeland toegezegde voorschotten te voorzien, is een
verder crediet van £ 60 millioen aangevraagd. Door het bovenstaande wordt voldoende aangetoond, dat
de oorlog werkelijk niet eens vele maanden meer behoeft te
duren, om het Britsche Rijk tot het uitschrijven- van nieuwe
leeningen te noodzaken. Welken schuldenlast men na den
oorlog zal hebben mede te sleepen, een last, die zonder
twijfel nog op het nageslacht zal drukken, daarover schijut
men zich wel in geen der oorlogvoerende landen te bekom-
meren.
Ook in het Duitsche Rijk is de toestand op het gebied der
voedselvoorziening nijpender dan ooit. Van 15 April af tot
het binnenhalen van den nieuwen oogst zal men er zich met
een broodrantsoen van- 1450 gram per week, inplaats van 1900 gram, zooals thans nog, moeten tevreden stellen. De
Regeering neemt nu ook het ongedorschte graan in beslag.
Men vleit zich met de hoop, dat het rantsoen wellicht toch
nog zal kunnen worden verhoogd, indien n.l. de in Rumenië
veroverde voorraden, die nog niet geheel in Duitschiand zijn
aangekomen, mochten medeva llen.
Belangrijke koersschommelingen aan de B e r 1 ij n s c h e
b e u r s zijn niet te vermelden.
T e n o n t z e n t heeft in de afgeloopen week doorgaans een
pessimistische stemming do boventoon gevoerd. Begrijpelij-
kervijs is dit een gevolg van de groote moeilijkheden, waar-
mede wij, niet oorlogvoerende natie, evenzeer te kampen
hebben als de belligerenten. Onze scheepvaart wordt bedreigd
door de Duitsche onderzeeërs; van de door Duitschland
aangewezen veilige routes kunnen wij geen gebruik maken,
daar Engeland’ ons hierin verhindert. Zoowel onze verbin-
ding met Amerika-, dat ons de ons ontbrekende granen moet
leveren, als met onze koloniën, waar groote voorraden
producten op verscheping wachten, is verbroken.
In schrille tegenstelling met de gunstige resultaten, die
vele onzer Nederlandsche ondernemingen op scheepvaart- en
ander gebied in het afgeloopen jaar konden behalen, staan
de berichten, die ons thans uit al deze bedrijven bereiken.
tWerd niet in de hedenmorgen gehouden algemeene vergade-
ring van aandeelhouders der Koninklijke Nederlandsche
Stoomboot-Maatschappij medegedeeld, dat de ontvangsten
iii het thans verstreken deel van 1917
f
2.000.000, zegge twee
niillioen gulden, lager zijn geweest dan in de overeenkom-
stige periode van 1918?
Onze Nederlandsche Staatsschuld heeft deze week een onge-
animeerd verloop gehad. De 5 pCt. leening 1914 daalde 14
1
258
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917.
• procent, op grond van de mededeeling van den Minister van
Financiën aangaande een te wachten zijnde conversie dezer leening. Voorts waren ook de overige soorten eerder aange-
boden in verband met verwachtingen op eene nieuwe oorlogs-
leening voor Nederland.
27 Mrt. 30 Mrt.
2 Apr.
Rjz1of
5
0/
Wed. Werk. Schuld
.
10101
4
10])12
100112
–
111
4
4
0
10
,,
,,
,,
’16
93 92
/js
92214
–
11
4
3
ijs
,,
,,
,,
.
71 /8
71
2
18
71 7/je
–
/io
211
2
01
Cert. N.W.
,,
..
6011
8
60
60
11
+
818
5
01
Oost-Indië 1915
…..
100
100
100
1
12
+
112
4 °/o Oostenr. Kronenrente
39
1
12
391/
2
38718
– 518
50/s Rusland 1906 ……..
74
1
/s
7471a
7371
8
1
4
1
12
0/
Iwangor. Dombrowa
70
7
18
67 67
1
12
–
3218
4
0/
Rusland Cons. 1880..
57
57e/is
57
/is
+
12/la
4
Olo
Rusland bij Hope
&
Co 58
I8
1
57
1
12
57ij2
– 171,6
5 °/o
Brazilië
1895 ……..
59
12
59
1
12
58112
–
1
5
0/
Brazilië
1913 ……..
58
2
/s
58e19
5818
+
114
Op de locale markt hebben de koersen der
&heepvaart-
aandeelen
alle eene dalende richting ingeslagen.
Van
Gultnnrwaarden
werden
Tabakken
tot lagere koersen
aangeboden, in weerwil van de hooge prijzen, die men voot
liet product in de eerste Sumatratabakinschrijving, welke op
5 dezer zal plaats hebben, verwacht. De flauwe houding werd
toegeschreven aan de berichten, dat Duitschland zich bij-de
inschrijving niet zal laten vertegenwoordigen.
Rnhberaandeelen
zakten bij geringen handel iets verder in. Van de overige cultuurwaarden lagen de aandeelen Handels-
vereeniging Amsterdam zeer vast bij goede vraag, die zich
op gunstige dividendgeruchten baseerde. Ook waren aan-
deelen Nederlandsch-Indische Handelsbank gezocht.
Petroleumaandeelen
waren doorgaans lusteloos.
27 Mrt. 30 Mrt.
2 Apr.
Rngof
Wed. md. Handelsbank
..
. .
230
234
234
+
4
Nederi. Handel Mij ……..183’/4
182V8
18312
+
94
Amsterd.
Superfosfaatfabr. 143
1
14
142
7
18
14211
4
—1
Insulinde Oliefabriek……248
24011
2
240
—8
Ant. Jurgens’ Ver. Fabrieken 26594
265
114
265 l/2
+
I
/
Philips’ Gloeilampenfabriek 320
313 304
—.16
R. S. Stokvis
&
Zonen …. 390
392 392
+
2
Cult. Mij. der Vorstenlanden 248
2
18
248
248 ‘/2
+
118
Handelsver. Amsterdam
. .
347
361
355
+
8
Javasche Cultuur Mij…..370
370 369
—1
Kon. Petroleum Mij …….
510
506
8
14
503
_7
Amsterdam Rubber Mij. .. 226
224
22312
–
2
1
12
Holland Amerika Lijn
. . . .
422
1
12
418
411
–
1112
Kon. Hollandsche Lloyd
.. 1951
195
19321
4
—2 Kon. Ned. Stoomboot Mij…
230214
229’12
22714
_21/,
Bothnia Vrachtvaart Mij…
P
355
35011
4
344214
—10 114
Deli Maatschappij
……..501
500
490
—11
De Amerïkaansche afdeeling sloot zich vrijwel geheel bij
de houding van Wallstreet aan. Vooral voor preferente
Marine’s bestond hier veel aanbod en de koersen zijn dan
ook in overeenstemming hiermede ingezakt.
27Mrt. 30Mrt. 2Apr.
Rjzingoî
Anaconda Copper
……..
174
173/,o
1711/
4
_2h/
4
Un. States Steel Corp…..
111
1101i6
109
1
18
–
1718
Atchison Topeka……….
103 101
1
12
101
1
/4
—1/4
Southern Pacific ……….
96’/is
94
1
12
96
7
18
–
1
1i0
Union
Pacific
………….
142
0
/4
14294
14118
– 71
9
Int.Merc. Marine afgest…..
3312/is 33
1
12
31 I2/10
2
,,
,,
,,
,,
prefs
9011/i6
90
1
18
8514
–
4
15
1,9
• Prolonga.tiegçlcl was & 2
1
/
4
(na 2Y2 pOt.) gemakkelijk ver-
krjgbaa.r.
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
2 April 1917.
Van zeer groote beteekenis voor de tarwe.importeerende
Europeesche landen zal zeer waarschijnlijk blijken te zijn
het in den Loop dezer iveek in Argentinië uitgevaardigde
uitvoerverbod van tarwe en meel. De toch reeds weinig over-
vloedige hoeveelheid tarwe, die in de uitvoerlanden in dit
seizoen voor uitvoer beschikbaar is, wordt door deze uitscha-
keling van Argentinië, dat vooral in de voorjaarsmaanden
zich als tarive-exporteur laat gelden, nog verder verminderd.
Na de onrustbarende berichten omtrent den Argentijnschen
fariie-oogst, die ons bereikten in het ajaar van 1916, was
de toestand door het intreden van gunstiger weder allengs
verbeterd. De klachten verstomden wel niet geheel en steeds is gerekend op eene kleine tarwe-opbrengst, doch herhaalde-
lijk heette het, dat een overschot van een millioen ton
tarwe voor uitvoer beschikbaar was. Sedert het einde van
Januari is de tarwe-uitvoer van Argentinië van bevredi-
. genden omvang geweest en aan een uitvoerverbod werd
eigenlijk niet meer gedacht. . Zonder protest van Europeescli
zijde en pogingen om het uitvoerverbod ingetrokken te
krijgen, schijnt men zich niet bij den maatregel te zullen
neerleggen. Volgens door ons uit Buenos-Aires ontvangen
kabelbericht, hebben de groote in Argentinië gevestigde
export-firma’s in opdracht der Europeesche hoofdkantoren besloten, als represaille-maatregel tegen het uitvoerverbod
allen aankoop van graan te staken. Het staat te bezien, of
dit besluit, (lat bij strenge uitvoering zeer zeker van groot
nadeel zou zijn voor -Argentinië, de Begeering van dat land
kan bewegen den tarwe-uitvoer weder toe te staan, al is het
clan met de noodige beperkingen, teneinde de behoeften der
eigen bevolking te dekken. Natuurlijk gevolg van het uit-
voerverbod was eene scherpe prijsdaling van tarwe aan de
Argentijnsche beurzen. Van 14,70 pesos per 100 K.G. op
20 Maart is de
prijs
van den April-termijn te Buenos-Aires
gevallen op 12,90 op den 31sten. De Noord-Amerikaansche
markten waren weder
zeer
vast en Mei-tarwe te Chicago
sloot op 31 Maart op $ 1,95V4, 4% boven de noteering van
den 26sten. Uit de -telegrafische berichten, die ons uit
Amerika bereiken, blijkt niet voldoende, waardoor deze ver-
hooging eigenlijk is veroorzaakt. Het schijnt, dat voortdu-
rende exportvraag en minder gunstige oogstbei:ichten uit
sommige staten der Unie tot de pi-ijsverhooging hebben
medegewerkt. Die oogstberichten hebben echter in dezen tijd
van het jaar, wanneer tenminste niet van ivare algemeene schade sprake is, niet veel beteekenis. De oogsttijd is nog
zoo ver verwijderd, dat de vooruitzichten zich nog herhaal-delijk kunnen wijzigen en voor eenige ongerustheid bestaat
geen grond. Over het Krgentijnsclie uitvoerverbod werd in
de dagelijksche berichten omtrent de Nôord-Amerikaansehe
markten tot nog toe niet gerept, hetgeen bevreemding wekt, daar toch het uitschakelen van dezen tarsve-leverancier zou
dienen te leiden tot nog sterkere exportvraag uit Noord-
Amerika en dus tot verdère prjsverhooging in dat land.
De cijfers omtrent de wereldverschepingen van tarwe, die
ons anders geregeld uit Engeland bereiken, worden nog
slechts voor Noord-Amerika verstrekt en soms voor Canada.
De interessante gegevens, die ons zouden kunnen ivorden
verstrekt omtrent cle verschepingen van Australië, wordeii
niet gepubliceerd; zoodat niet is na te gaan, in hoevei-re
Eui-opa’s tarwe-hehoefte door den aanvoer wordt gedekt. Wel
heet het steeds in de Engelsche berichten, dat de versclme-
pingen zeer bevredigend zijn.
M al s. De Amerikaansche maïsprjzen zijn in den loop
dezer week weder verder gestegen, onder den invloed van
sterke vraag voor de binnenlandsche consumptie en den
geringen omvang van den zichtbaren voorraad. Van 26 tot
31 Maart bedroeg de prijsstijging voor Mei-mais te Chicago
2% cent per bushel. De.Argentijnsche noteeringen zijn welis-
waar gedaald, ofschoon later het verlies gedeeltelijk is inge-haald, doch deze schijnen geheel nominaal te zijn, daar door
bovengenoemd onthoudingsbesluit der exporteurs de zaken
in mais in Argentinië van zeer geringen omvang zijn.
L ij n zaad. De lijnzaadmarkten in Noord- en Zuid-
Amerika toonen weinig leven. Vooral in Argentinië veran-deren de prijzen zeer weinig. Eindelijk echter bereiken ons
berichten omtrent meerdere kans op verschepingen van
Zuid- naar Noord-Amerika. Zaken schijnen echter nog niet
te zijn gedaan, daar deze zeker prijsstijging in Argentinië
zouden dienen te veroorzaken.
Buitenlandsche granen in Nederland.
])e April-distributie van voedergraan zal van zeer kleinen
omvang zijn. Slechts is levering van mais en boonen voor
paardenvoeder aangekondigd, terwijl alle verdere distributie
achterwege blijft, behalve van lijnkoeken. Weliswaar is de•
Maart-distributie nog nauwelijks bij de verbruikers aange-komen, zoodat dezen niet dadelijk geheel zonder voorraad
zijn, doch een feit blijft toch, dat vrijwel eene geheele maand-
distributie is uitgeschakeld. Zooals bekend is, ligt de oorzaak
der schaarschte hierin, dat Engeland de Nederlandsche
schepen, die zich onderweg naar ons land te Halifax bevimi-
den of geladen liggen in Noord- en Zuid-Amerikansclie
havens, verhindert hunne reis voort te zetten. Een ander
gedeelte der Nederlandsche •handelsvloot, dat geladen in
Britsche havens ligt, schijnt weliswaar na langen tijd aan-
gehouden te zijn geweest verlof te hebben ontvangen de reis
voort te zetten, doch intusschen was wegens den verscherp-
ten duikbootoorlog de reis over de Noordzee te gevaarlijk
geworden. Ook die ladingen worden ons dus nog onthouden.
Met Duitschland zoowel als Engeland wordt onderhandeld
over de wegruiming der vele bezwaren, die onze scheepvaart
4 April 1917
EÇONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
259
ondervindt, doch het schijnt groote moeite te kosten eenig
voorzien, doch zachter weder laat voorloopig nog op zich
resultaat te bereiken. Het zal voor ons land zaak zijn, de
wachten. Al het voorgaande geldt evengoed voor tarwe als
voorraden zoo lang mogelijk te doen strekken en verder
voor veevoeder. Als nieuwe bezuinigingsmaatregel voor
te hopen op een spoedig intreden van het voorjaar, wanneer
tarwe is het dagelijksch broodrantsoen verminderd van 400
de weiden in een groot deel der voeder’nehoefte beginnen te
op 311 gram.
Noteeringen.
Chicago
1
Buenos Ayrcs )
Dato Tarwo
Mci
Mais
Mei
Haver
Mei Tarwe
April
Mais Mei
Lijnzaad
April
2 Apr.’17 199
5
18
122
1
14
6318
12,90 10,10
21,50
26 Mrt.’17 190/8
116 60’18
14,70 10,35
21,50
3Apr.’16 120
1
/
76
1
14
45
8
18
8,00 4,95
11,40
2 Apr.’15 152
8
18
73 57
1
1,
12,40
8)
.5,52
9,85
2 Apr.14
9111
4
68
1
/s
38
7
18
8,88
1
)
4,88)
12,838)
20 Juli’14
82
‘)
5618
‘)
36
1
12
l
)
9,40
8)
5,38 ‘)
13,70
2)
1)
per Dec.
2)
per Sept.
8)
per Mei.
4)
per Juni.
*)
De noteeringen
van Buenos .Ayres
zijn van 24en 31 Mrt.
Loco-prijzen te Rotterdam/Amsterdam.
Soorten.
2 April
1 26 Maart 1 3 April
1
1917
t
1917
1916
472,
–
‘)
472,-‘)
368,-‘)
Rogge (No. 2 Western)
nom. nom.
nom.
Mals
(La Plata)
……..
345,_
l
)
345,-‘)
255,-‘)
Tarwe
……………..
…
Gerst
(46
Ib.
feeding) ….
345,_t) 345,_t)
347,
Haver (38 ib. white clipped)
20,-‘)
20,-‘)
16,-
Lijnkoeken (Noord-Ame-
.
rika van La Plata-zaad)
.
200,-
1
)
200,-
1
)
159,50
Lijnzaad (La Plata) …….
740,-
740,-
457,50
‘) Regeeringsprijs.
AANVOEREN in tous van 1000 K.G. voor verbruik in Nederland.
Rotterdam
.
Amsterdam Totaal
At tikelcu.
25-31 Maart
Sedert
Overeenk.
25-31 Maart
Sedert
Overec,,k.
1917
1916
1917
1 Jan. 1917
tijdvak 1916
1917
1 Jan. 1917
tijdvak 1916
Tarwe ……………..
84.463
130.789
–
4.553
–
89.016 130.789
.-
4465
7.007
– – –
4.465 7.007
Rogge
……………..-
654
4.844
– –
500 654
5.344
Mais
…………….
55.907
64.675
–
39.309
.24.930
95.216 89.605
Ge.rst
……………
–
2.608
32.372
–
5.492
2.640
8.100
.
35.012
Boekweit
………….-
–
–
17.710
–
6.790
4.218
6.790
21.928
Lijnzaad
…………..
4
..514
8.322
18.637
–
7.560
25.788
15.882
44.425
Haver
……………..
Lijnkoek…
…………
–
9.150 52.995
–
14.132 4.165
23.282
57.160
Tarwemeel …………
3.815
–
–
–
–
–
3.815
AANVOEREN in tons va a 1000 K.G. voor België
Tarve ……………..7.099
1
75.329
1
163.599
Maïs
…….. . …….
.-
7.479
46.662
STEENKOLEN.
Tengevolge van de zeer ongeregelde postverbindiug met
Engeland, blijven de marktberichten vandaar uit, of wel
komen met zooveel vertraging binnen, dat zij bij aankomst
weinig actueel zijn.
De laatste berichten wijzen op een aanhoudende flauwe
stemming.
De aanvoer naar Nederland staat nog altijd zoo goed als
geheel stil.
Van Dnitschland daarentegen loopt de aanvoer bevredigend;
hetzelfde geldt van de productie in Limburg.
De vraag naar huisbrandkolen is door het aanhoudend
koude weer nog steeds boven normaal.
De Api-il prijzen voor Hollandsche cii Duitsche kolen
bleven nagenoeg onveranderd.
METALEN.
-.
IJZER EN STAAL.
E n g e 1 a n d. Er is niet de minste ontspanning gekomen
in de bedrijvigheid, die in de ijzer-, staal- en aanverwante
industriën heerscht. De druk schijnt inderdaad te zullen
toenemen en elke poging wordt aangewend om de productie
in de fabrieken te bespoedigen, ofschoon in veel gevallen
de machines op haar volle kracht worden geschat.
Het gebrek aan werklieden is een onoverkomehjke hinder-
iaal geworden, terwijl cle fabrieken tevens ernstig klagen
over het gebrekkige spoorwegverkeer, veroorzaakt door het
tekort aan wagons.
Eenige hoogovens konden het noodige rollend materiaal
niet verkrijgen om hun ruw-ijzer naar de staalfabrieken te
vervoeren, zoodat stilstand onvermijdelijk was.
D u i t s cli 1 a n d. Ingekomen berichten melden, dat er
geen verandering van belang is gekomen in den toestand
vau de ijzer- en staalmarkten. Het Uitvoerend Comit6 voor
toezicht.op de nationale industrie wendt alls pogingen aan
om de hinderpalen, welke door het ongunstige weder te
voorschijn geroepen zijn, uit den weg te ruimen, waardoor
de fabrieken in staat worden gesteld met hoogdruk te
werken.
Het onvoldoende aantal arbeiders en de storing in het
spoorwegverkeer zijn nog steeds een bron van groote zorgen
voor de autoriteiten. –
75.329
1
163.599
–
–
. 7.479
46.662
A m e r i k a. De neiging van de markt is nog steeds
dezelfde en uit de weinige berichten, die inkomen, blijkt,
dat de prijzen voor alle ijzer- en staalproclucten onophoude-
lijk stijgen.
-. Loco-Noteerimigen te Londen:
Heer
Koper
Data
J:”
Stard
Tin
Lood
Zink
30 Maart 1917..
nom.
136.-I-
214.1716 30.101-
–
23
,,
1917..
noni.
136.-!- 216.101- 30.101-
–
31 Maart 1916..
9216
116.-!- 199.101- 35.-!-
96.-t-
2 April 1915..
6816
69.101-
168.-I-
23.-t-
213.-!-
20 Juli
1914..
5114
61.-!-
145.151- 19.-!-
21.101-
KATOEN.
Noteeringen voor Loco-Katoen.
(Middling Uplands.)
130 Mrt.’17123 Mrt. ‘17116 Mrt.’
17
1
30
Mrt.’16130 Met. ’15
New York …. 19,10e 19,20e 17,80e 12,10e
9,65e
Liverpool …. 12,77d 12,47d
12,08d
7,83d
5,62d
Ontvangsten in, en uitvoeren van Amerikaansche havens.
–
(In duizendtallen balen.)
1 Aug. ’16 Overeenkoinstige perioden
tot
–
16Mrt.’17
1915’16
1
1914’15
Ontvangsten Gulf-Havens.. 4326
3797
5788
11
Atlant. Havens
1707
2027
2943
Uitvoer naar Gr. Brittannië 2087
1842
2712
‘t Vasteland.
1673
1616
3073
Japan etc…
431
299
366
Voorraden in duizendtallen
16Maart’17 16Maart’16 16Maart ’15
Amerik. havens ………..1250
1426
1496
Binnenland …………..
.1083
1004
941
New York …………….146
301
128
New Orleaus ………… .
.421 .
374
381
Liverpool ……………785
932
1426
260
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
WOL.
De weinig talrijke berichten die ons over de Engelsche
markt toekomen, vermelden geen verandering in den alge-meenen toestand. De veilingen te Londen worden in opge-
wekte stemming voortgezet zonder prijsverandering.
In La Plat a mag men het seizoen vrijwel als gesloten
beschouwen. De nog ter markt aanwezige voorraden bestaan
slechts uit mindere soorten. De aanvoer uit het, binnenland
is afgeloopen.
Noteeringen te Bradford:
Colonial carded
Data
a6
56
1
50
1
46
1
40
23 Maart1917 ………70
54
42
1
12
35’/
31
16
,,
1917 ………
68’/
53
42
35’/
31
25 Maart 1916 ………43
37
33
29
27
KAPOK.
(Opgave van de Makelaars Gebrs. vnu der Vies, Amsterdam.)
Kapokstatistiek op 31 Maart 1917.
Voorr.
Aanv.
Verk.
N.O.T.
Importeurs:
1 Jan.
tot
tot
Voore.
1917.
31 Mrt. 31 Mrt.
31 Mrt.
Amsterdam-BaL Hs’.g
–
187
187
–
H. G. Th. Crone ……..
–
535 535
–
Edgar
&
Co………….
617
1832
2449
–
Landbouw.Mij. Geboegan.
–
90
90
–
Mirandolle Voute
&
Co.
.
133
205 338
–
Weise
&
Co………….
–
86
86
–
750
2935
3685
–
Prijs van prima N. O.T. Kapok op 31 Maart
85
k 90
ets. in 1917
55
ets, in 1916
4253 4275 8101
427 36
á 37
ets. in 1915
6579
28986
29639 5926
37
1
/2
9, 38
ets. in
1914
6733
32825 32828
6730
46
1
/
ft 47
ets.
in 1913
3053 21838
19939 8219
46
1
/
ft
47’1
ets.
in 1912
4178
33204
29163
8219
45
ets. in 1911
798
16178 16645
329
35
1
/2
a
36/2
ets. in 1910
13274 16206
21708
7772
35
1
/2 á
3612
ets. in 1909
14729
24179
12173
26735
2
34
1
12
a
35
1
/
ets. in 1908
15560 17776
15088
18243
PETROLEUM.
(Ontleend aan den ,,Petroleuu, ltevieov”)
van 24 Februari, 2, 9 en 16 Maart.
L o ii den. Petroleum. De prijzen zijn gedurende de afge-loopen vier weken onveranderd gebleven als volgt:
Second Grade ……1 s. 1
1
12
(1.
Standard White ..
1 s. 2 d.
Water White ……1 s. 3 d.
Over hetalgemeen heersehte er een vaste stemming.
Smeeroliën. De prijzen van smeeroliën waren:
23Feb. 2Mrt. 9 Maart
16 Maart,
Amer. pale
vanaf £26 £28 £ 24.10 s./ 33 £ 24.10 s./ 33
American red
,,
£ 26 £ 28 £ 26/t 33
£ 26/t 33
Amer. filt. cl’l.
,,
£ 23 £25 £ 26
£ 26
Amer.darkcyl.
,,
£19 £21 £19
£19
Over het algemeen was de markt vast, zelfs zeer vast.
Prijzen varen sterk oploopend. Toch was de markt niet
levendig in verband met de schaarschte der voorraden.
Benzine. De prijzen zijn onveranderd gebleven:
No. 1 …………2s. lOd.
No.2 …………2s.
9d.
•
No. 3 ………… 2s.
8d.
Over het algemeen heerschte er een vaste stemming.
Alle merken zijn in Schotland en Ierland 1 d. per gallon
duurder.
Bij bovenstaande prijzen moeten 6 d. per gallon verbruiks-
belasting worden gevoegd.
Terpentijn. De prijzen zijn als vblgt:
23 Febr. 2 Maart 9 Maart 16 Maart
Loco ………..54 s. 9 d.
54 s. 9 cl.
54 s.
53 s.
Maart/April…. 55 s. 3 cl.
55 s.
54 s. 3
cl.
53 s. 3 d.
Mei/Augustus .. 56 s. 3 d. 56
5.
6
cl.
. 55 s. 6 d. 54 s. 6 d. Sept./Decemher – 56 s. 6 d. 56 s. 9 d. 56
5.
3 d. 55 s. 6 d.
Zooals uit bovenstaande tabel blijkt zijn de prijzen terug-
geloopen en de markt heeft met het goedkooper worden van
de terpentijn zijn vast,- rustig karakter verloren.
Paraffine. De prijzen van paraffine waren als volg:
23 Febr. 2-9 Maart 16 Maart
Smeitpuut
1400 ……….5 1s-6 d.
6-6
’14
d.
130-132
0
……….5
2
/4
cl.
5
3
1
cl.
125-127° ……….5 12 d.
512 cl.
118-120
0
……….5°/s d.
5
2
18 d.
Van Stookolie en vethoudende oliën zijn geen officieele
noteeringen.
Liverpool. In de afgeloopen vier weken is de toestand
op de markt te Liverpool onveranderd gebleven. Petroleum-
producten vinden vasten ‘verkoop en Amerikaanseh wordt
1 s. 1 d.-1 s. 2 d. per gallon genoteerd. Er is geen Russische
olie aan de markt.
aku. Gedurende een maand is de markt voor ruwe olie
vast gebleven en staat de ruwe olie 61 kopeken per poed
genoteerd.
New Y o r k. De noteeringen te New York waren als volgt:
/ 22 Febr. 1 Mrt. 8 Mrt. 15 Mrt.
Geraffineerd in kisten – . . 12,25 c’. 12,25e. 12,50e. 12,50 c.
Standard White in vaten. – 0,75e. 9,75e. 10,00e. 10,00 c.
Credit Balances ……….3,05 c. 3,05 c. 3,05 c. 3,05 c.
PennsylvanianCrucleper vat $3,5
$3,5
$3,5
$3,5
Plo ii adel p h in. Standard White stond als volgt ge-
iioteei’d:
22 Februari ……
9,70e. per gallon.
1 Maart ………9,70 c.,,,,
& Maart. ……. .10,00 c.,, 15 Maart ……..10,00 c.
SUIKER.
De omzet aan onze B ie s u i.k er no ai’ k t was deze week
van meer beteekenis clan gedurende de voorafgaande weken.
Dispooibele suiker werd verhandeld tot prijzen oploopeude
van
f
22
1
16 tot
f
22
1
14,
doh sloot cle markt lusteloos met
koopers niet boven
f
22
1
1
4
,
terwijl verkoopers
op
f
2215/ie
houden.
De zichtbare voorraden bedragen volgens F. 0. Licht:
1917116
1916115
1915114
1)uitschl.’ 1 Sept.
250.000*
545.000*
536.607 tons Hamburg
j
Oostenrijk 1
,,
305.000*
478.0000′
244.741
Frankrijk 1
,,
39.012
58.525
141:454
Nederland 1 Maart 155.254
84.396
154.348
België
1 Febr.
106.251
71.358
181.452
Engeland
1
,,
137.913
109.170
486.838
Totaal Europa 993.430
1.346.449
1.745.440 tons
Ver.St.v.N.A. 8 Mrt.
251.000
114.023
133.036
Cubahavens 14 ,,
322.000
535.350
384.000 ,,
Totaal ……1.566.430
1.995.822
2.262.476 tons
Raming.
In Duitse h land werden – intussehen de . maximum-
prijzen voor verschillende bietsoorten, welke voornamelijk
voor veevoeder gebiuikt worden, van regeeringswege ver-
laagd, waardoor het voor vele landbouwers voordeeliger
wordt om suikerbieten aan te planten en
–
bestaat er nn meer kans, dat de uitgestrektheid van den aanplant van
verleden jaar bereikt wordt.
Uit Oost en rijk wordt gemeld, dat de contracten voor
suikerbieten slechts langzaam vorderen, aangezien de fabrieken
zekerheid van de regeering verlangen ten opzichte van vol’
doende verstrekking van kolen voor hun bedrijf.
In Frankrijk geeft men zich veel moeite om den
uitzaai van bieten te bevorderen. Wat N ede r 1 and
betreft, zoo is het reeds eenigen tijd bekend, dat, in ver-
band met de bizondere regeeringsbesluiten, de
–
aanplant
van suikerbieten ongeveer 25 Olo kleiner zal zijn dan ver-
leden jaar.
In Engel nu d werd eene verordening uitgevaardigd,
waardoor alle fabrikanten, die voor hun bedrijf suiker ge-
bruiken – met uitzondering van de jam-, marmelade- en
gecondenseerde-melkfabrieken – gedurende 1917 slechts
40
0/
mogen gebruiken van de hoeveelheid suiker, welke
door hen in 1915 is verwerkt.
Op Java is de oude voorraad suiker aan het slinken.
Niet onbelangrijke hoeveelheden werden naar Britseh-Indië
geconsigiieerd, terwijl een gedeelte van den voorraad zijn
weg naar Engeland zal vinden. In nieuwen oogst vond
weder eens eene transactie plaats en wel tot
f
13
1
14 voor
Superieur; -de kooper is een exporteur. Groot is de koop-
lust echter nog niet.
4 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICEÏTEN
1j
Wij laten hier volgen eene specificatie der Java-afschepingen
uit de laatste oogsten t/m. einde December:
])est.inaties
Oogst 1916
1915 1914
Nederlad en Ned. f.o
31.673
413
11 totis
Engeland …………
537.819
219.802
551.114
Frankrijk ………….
64.709 i72.863
14.430
België
…………..
-.-
-.-
851
Noorwegen
……….
11.836
Italië
…………..
20.697
-.-
-.-
Suez
…………….
11.904
19.871
Port Said
f.o ………
18.164 40.272 61.157
Amerika (AtI. havens)
-.-
Tancouver
……….
6.000
Singapore
……….
43.597
36.049 51.846
China
…………..
5.120
15.525 16.492
Hongkong
……….
104.622
143.891
93.812
Japan
…………..
49.312
47.595
99.787
Britsch-Indië
………
314.134
369.973
256.084
Australië …………
4.512
44.504
5.457
,,
Siam …………….
10.404
8.441
2.493
Diverse havens
12
Totaal ……….1.234.503
1.019.199
1.153.546 tons
A in er ik a
vertoonde
eene
sterk
fluctueerende
markt.
Aanvankelijk liepen Spot-Centrifugals van
5,52
t
5,64 e.
tot
5,95
t
6,02
c.
op,
doch
vielen
daarna
veer
01)
5,77
t 5,89 c. terug.
N OTEERINGEN.
Londen .lonsterdan,
New York
—
Dato
per
Totes
White
95%
April
Cubes
Jaros
j
Cent rif
i’.
No. 1
fob.
30 Maart 1917..
f
22
1
12
47/112
2113
3016
5,95 t6,02
23
,,
‘1917..
22
47/P/2
–
5,52
30 Maart 1916..
27
1
1
42/6
1.819
27/10k
5,88 t 6,02
30 Maart 1915..
,,
18’1
311-
–
–
4,89
21Juli
1914..
11
18
132
181-
–
–
3,26
JAVA KINABAST.
(Opgave van het Kina-Bureau).
De voorraad te Amsterdani in de eerste hand van Fabrieks-
en Pharmacentische Kinabast bedraagt na aftrek vau de
toewijzing van 28 Maart 1917 (niet 2 suppiementen) en de
veiling van 29 Maart 1917
(mci.
arrivement per as. Antenor).
2 April 1917
tegenover op
28 Februari I.I.
24719 Colli Eerste hand ………33259 Colli
11322
,,
Ueberstock ……..11322
999 ,, in bewerking zijnde
999
B. S. gedeelte ex. s.s.
Riouw.
37040 Colli
45580 Colli
Volgens bericht van den Vertegenwoordiger der Fabri-
kanten is de Unit voor de Toewijzing van 28 Maart 1917,
in verband met het gemaakte compromis, vastgesteld op:
11.83 Cts. per
‘to
K.G.
RUBBER.
De prijzen zijn in de afgeloopen ‘week wederom gedaald,
hoewel niet van beteekenis.
‘rot op. heden schijnt nog niet veel rubber verloren ge-
gaan te zijn tengevolge van de verscherpte duikbootporlog. i)e noteeringen luiden:
Prima Crêpe en smoked Sheets:
April/Juni ……….3/1
einde vorige week 312°14
Juli/Dec. ………… 2/11
21
,,
31-
1/
Hard cure line Para . 312
Vo
,,
,,
,,
312 /4
JAVA
THEE.
(Herleid tot 111 Kisten.)
Voorraad 27 Februari 19.. ………….. 34468
Sedert aangevoerd ………………….. 21282
55750
Sedert afgeleverd
………………….20470
Voorraad heden …………………….35280
Waarvan in de eerste hand…………..9945
KOFFIE.
(Uit het Mailbericht van de -Makelaars G. Duuring & Zoon, Kolff & Witkamp en Leonard Jacobson, & Zonen).
Ook deze week onderging de markt geene verandering.
1
–
let aanbod in eerste hand blijft klein en ondervond tot de
bestaande prijzen goede belangstelling.
In tweede hand blijft de omzet onbeteekenend.
Noteeringen en voorraden
Data
Rio
San los Wisselkoero
Voorraad
1
..
Voorraad
..
31Maart1917
254.000
6325
1.889.000
5700
1129/
52
24
,,
1917
299.000
6325
1.882.000
5900
11
81
/2
31Maart1916
325.000
8750
1.634.000
6650
1128/
24 Juli
1914
353.000
4900
889.000
5700
16
Ontvangsten.
Rio
Santos
Data
Afgeloope,i
Sedert
Afgeloo pen
Sedert
week
1 Juli
week
1
1 Juli
81 Maart 1917..
29.000
1.940.000 70.000
1
9.018.000
110.650.000
31 Maart 1916..
47.000
2.893,000
78.000
TABAK.
–
(Uit het Tolaandbericht van de Makelaars P. Meerkamp van Embden & Zoonen.)
Java
Sumatra Venezuela
Voorraad 1 Maart 1917 .. 49970 Pa. 5695 Pn. 819 Pn.
Aanv. sedert 1 lEaart 1917
802
,,
– ,,
–
– 1
50772 Pa, 5695 Pa. 819 Pn.
Afmancoaanv.S.S.,,Riouw” 1187 ,,
41
Voorraad 2 April 1917 .. 49585 Pn. 5654 Pn. 819 Pa.
Iii de afgeloopen maand vonden voor
Java Tabak
twee
-N.O.T. inschrijvingen plaats (1 Maart alhier voor 8704
pakken en 16 Maart te Amsterdam voor 12.555 pakken), terwijl op 30 Maart een inschrijving voor 25.736 pakken
– N. 0. T. Vrije tabak_gehouden werd.
Omtrent den uitval van dcii nieuwen oogst valt aan het-
geen wij in ons vorig bericht vermeldden, niet veel toe te
voegen; een verbetering toonde deze in het algemeen niet, integendeel kwam het oarijp-vale bij eenige districten nog
ivat meer op den voorgrond, terwijl het opvallend is hoc
weinig helderkleurig ken (wanneer men de Madoei-a uitzon-
dert) de oogst oplevert. Het Loemadjang blad viel beter dan
de eerste kleine partijtjes deden vermoeden; er kwam zelfs
n zeei- mooi partijtje rijp bruin zachtbladdig omblad hier-
bij voor.
De stemmidg in N. 0. T. inschrijvingen was eenigsziiis
vankelend: de fabrikanten welke thans zagen, dat in 2
maanden tijds 30.000 pakken tot hun beschikking kwamen,
toonden zich wat meer terughoudend; een deel der hande-
laars heeft zich ‘van het begin af door de in dit artikel tot
dusverre geheel onbekende tallooze formaliteiten en beper-
kingen laten afschrikken en daardoor wordt het aantal
koopers spoedig beperkt met als noodzakelijk gevolg zeer, uiteenloopende prijzen voor partijen waarin onderling niet
zoo heel veel verschil is. In de tweede inschrijving was de stemming over het geheel
weder iets vaster, vermoedelijk voor een deel het gevolg
daarvan, dat uit de bekendmaking der datums voor de vrije
inschrijvingen bleek, dat in de eerste wegen geen N. 0. T.-
inschrijvingen zouden plaats vinden.
Voor Duitschiand was een definitieve regeling (waartoe
importeurs en handelaars gemeenschappelijk hun medewer-
king willen verleenen) nog niet getroffen; aan de inschrij-
ving van 30 Maart namen Duitsche koopers dan ook geen
deel. Niettemin was de stemming zeer willig en de prijs-
basis was beduidend hooger dan in het najaar; dit behoeft
trouwens niet te verwoncieren, want sindsdien hebben zich
de transportmoeiljkheden nog enorm vergroot, zonder dat
voor het oogeublik veel uitzicht op verbetering schijnt te
bestaan.
De ontwrichting van den toestand heeft zich dan ook in
ons artikel nog niet zoo zwaar doen voelen als thans het
geval is; voor den hkndel door alle mogelijke moeilijkheden
bij defi afzet en gebrek aan materiaal voor nieuwe onderne-
262
EONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
mingen, doch in niet mindere mate voor de importeurs. Deze
mogen d an voor hun loco-voorraad vrije tabak ongekend
hooge prijzen bedingen, dit is echter slechts een klein ge-
deelte van den oogst (te meer omdat van de aanvoeren tot
dusverre een belangrijk percentage ter beschikking van de
binnenlandsche consumenten moest blijven) en het is zeer de
vraag of dit zal blijken op te wegen tegen de groote risico’s waaraan het onverscheepte deel van het product blootstaat. Wij doelen hier niet alleen op de enorme vrachten, assu-
rantie-premies en verdere onkosten, doch evenzeer op de
gevaren voor qualiteits-achteruitgang voor ons artikel aan
het te lang blijven liggen in Indië verbonden.
In het belang van alle daarbij betrokkenen is het dan ook
zeer te hopen; dat middelen zullen gevonden worden om
althans geleidelijk weder tot veriading van het onver-
scheepte deel van den oogst te komen.
Voor
Sumatra
is de eerste inschrijving (voor 20.448 pak-
ken) te Amsterdam thans vastgesteld op 5 April.
Van
Amerikaansche
soorten
werden te Amsterdam aange.
boden onder N.
0. T.-verband 2664 balen Braziel, 317 balen
Columbia en 250 balen Manila, van vrije tabak 499 balen
Braziel, 280 balen Havana, 950 balen Paraguay en 5 balen
Salta.
Voor deze soorten bestaat niet zooveel belangstelling als
voor de Java’s; een der redenen hiervan is wellicht, dat het
mèer en meer gebruikelijk geworden is een groot deel der
aangeboden partijen op te houden, hetgeen ook thans het
geval was.
VETTEN EN OLIËN.
Oleo – Margarine zonder zaken. Afgezien nog van de
hooge prijzen, weigeren koopers iets te ondernemen tenge-
volge der fabelachtig hooge molestpremies en de onzekerheid
of, bij koop, de goederen ook werkelijk verladen zullen
1
worden.
De offerten luidden.:
voor ,,Extra’s” f140,— tot
f
14214
»
2e soorten …………
,,
138,-
Mutton-Jus ………. ,,126’/2
alles exclusief oorlogsrisico, franco Rotterdam.
P r e m i e r
–
J u
s. Noord-Amerikaansche noteert
f
135,—.
Zuid-Amerikaansche. Nadat tevergeefs diverse biedingen
,,op conditie”, inclusief alle oorlogsrisico, gedaan waren,
werden aan het einde der week een paar honderd vaten:
,,Fac. A” gedaan tot f110,-
„:Fac. B”
,,
108,-
„Fac.
X”
,,
106,-
franco Rotterdam, doch exclusief alle oorlogsrisico gedaan.
Verkoopers behouden zich hierbij echter het recht voor,
de koopen te annuleeren, wanneer de goederen niet binnen
60 dagen kunnen worden verscheept, hetgeen de zaak zéér
onzeker maakt.
N e u
t
rai
1
ard. Men offreerde deze week eerst 0.
f
1
48
1
14
,
en naderhand 0. f151,— exclusief oorlogsrisico.
Katoenzaadolie zonder eenige offerte.
Geraffineerd Cocosvet. De noteering luidt f103,-
voor prompte levering.
COPRA.
Ook deze week ging er bij ,gebrek aan geschikte offerten
niets om. De markt te Londen blijft onveranderd kalm ge-
stemd.
Ceylon cif. Londen £ 42.15.- en cif. Marseille £ 49.-.-.
(kooperB).
NOTEERINGEN.
Java f.m.s.
31 Maart 1917..
f
4771
8
nom.)
24
,
1917.. ,,48
1
/8 nom.’-N.O.T.-condities.
31 Maart 1916..
,,
4Q8/4
J
–
31 Maart 1915..
,,
70
1
1
20-28 Juli1914..
,,28I4
VERKEERS WEZEN.
BEVRACHTINGEN.
31 Maart 1917. Alle
beschikbare Entente schepen werden
ôpgekommandeerd om lading tot de vastgestelde maximum
vrachten te vervoeren.
Onzijdige vaartuigen werden
ten be-
hoeve van den beheerder der kolenmijnen gezocht voor mijn-
stutten van Noorwegen naar de Oostkust van Engeland;
een aantal schepen werd bevracht tot ca,
3051
–
per vadem.
Overigens werden weinig neutrale booten
afgesloten.
GRAAN.
Data
–
Petra
–
grad
Londen/
R’dam
Odessa
Rotter.
I
da,n
All. Kust
Ver.
Staten
1
San Lorenzo
Rotter-
1
B,istol
Rotter-
Enge-
1
dam
Kanaal
dani
land
26131 Maart1917
–
1
–
– –
–
–
19124
,,
1917
–
–
1
–
3113
.-
–
27 M.11 Apr. 1916
–
1
–
1f
13,50
141-
f95,-
1351-
29M.13Apr. 1915
–
–
101-
81-
701-
671-
Juli
1914 11 d.
713
111
1
1
14
1111
‘/
121-
121-
HOUT.
Cronstadt
I
Golf
van
Mexico
1
Holland ‘Engeland
Data
Holland
I
(Pitch-
1
(Pitch.
(gezaagd)
1
(ijn.
J
f’ine)
pine)
26131 Maart
1917..
–
–
–
–
19
1
24
,,
1917..
–
–
–
–
27Maart’lApril1916..
–
–
–
5401-
29 Maart/3 April1915..
–
–
–
2201-
Juli 1914.
.
f12,—
2416
751-
7716
ERTS.
I
Bilbao
Cartha.
1
Grieken-
Poti
Data
Middles.
gena
Middies.
1
land
1
Middlet-.
Middles
bro
bro’
bro’
bro’
26131 Maart
1917..
–
– –
–
19124
,,
1917..
– –
–
–
27 Maart!1 April1916..
251-
231-
–
–
29Maart/3April1915..
1411
1
11
161-
–
–
Juli
1914..
413
514’/l
519
816
KOLEN.
Cardiff
1
Oostk. Engeland
Data
_______________
1
1
Bor-
1
deaux
Genua
Port
Soid
La
Plato
Rotte,-
dam
Cror,-
stadt
26131 Mrt. 1917
– – –
– –
–
–
19124
,,
1917
.
511-
10113
1001-
–
–
–
27 M.11 A. 1916
fr 69,50
901-
1051-
651-
f
6,—
–
29 M.13 A. 1915
15,—
1916
261-
2616
,,
6,—
–
Juli 1914
7,—
71-
713
1416
312
51-
DIVERSEN.
–
Bomboy
Birma
Vladivo-
Chili
D a a
West West stock West
~
(salpeter) Europa
Europa
Wcst
Europa
(d. w.)
(rijst)
Europa
26131 Maart
1917..
– –
–
–
19124
,,
1917..
2401-
–
–
1351-
27 Maart11 April1916.
.
1001
185!
–
–
1401-
29 Maart/3 April1915.
.
5613 75e
–
801- 951-
Juli
1914.
.
1416
1613
251
–
2213
Graan Petto grad per quartet van
496
lbs. zwaar, Odessa per Unit,
Ver. Staten per- quarter van
480
lbs. zwaar.
Hout gezaagd en pitchpine per St. Pet. Standard
van
165
kub. vt.,
luijnstutten per vadem van
216
kub.
VI.
Overige noteeringen per ton van
1015
K.G.
BINNEN VRACHTEN.
Eenige vrachtnoteeringen. Er is deze week onder meer
aangenomen:
110 Last zout naar Zwolle voor f2,60 p. Last
(-
2000 No’s.)
100
,,,,
Leiden
,, ,,
1,50
,,
50
,,
Utrecht
,, ,,
1,80
Bovendien waren eenige schepen, met Regeeringsgraau
binnen, een welkome gelegenheid voor enkele particuliere
schippers en enkele schepen van de
kantoorreederijen om
ook weer eens aan het werk te komen.
Overigens nog steeds een groote stilstand in zaken.
De vrachten van België
waren:
Ledig sleepen naar Brussel en met kolen terug naar Rot-
terdam f1,10 per ton met vrij sleepen tot en van Wiliebroek. Ledig sleepen naar Luik en omstreken en met kolen terug
naar Rotterdam
f
2,25 per ton met
vrij
sleepen naar en van
Maastricht.
–
Het sleeploon naar de benedenrjn was ongeveer 20 cents
boven hèt
f
0,50 tarief.
4 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
263
Nederlandsche Bank voor Russischen Handel
BANQUE NÉERLANDAISE POUR LE COMMERCE RUSSE
Kapitaal 5.000,000 Roebels.
Kantoor: 20 NEWSKY PROSPECT
Telegramadres: NEDRUSBANK
De Bank lieemt geldeil á deposito eu ill rekdlling-courallt
011
verricht alle soorteu wissel- eu ballkzaken.
Voor inlichtingen kan men zich wenden tot alle kantoren van
de NEDERLANDSCHE HANDEL-MAATSCHAPPIJ en de TWENTSCHE BANK,
zoomede tot de heeren HOPE
&
Co. en LIPPMANN, ROSENTHAL
&
Co. te Amsterdam
en R. MEES
&
ZOONEN te Rotterdam.
NEDERLANDSCHE GRÔNDBRIEFBANK
HEERENGRACHT
495,
AMSTERDAM
J.
&
J. M. VOORHOEVE
5
pCt. Obligatiën (Grondbrieven)
Beurkoera
Makelaars in Assurantin
Gecertificeerd door de Centrale Trust-Compagnie
Anno 1838
Verkrijgbaar in stukken van
f 2500,—, f1000,—, f.500,—
en
f100,—
ROTrERDAM
•
op elk goed effectenkantoor
.
GEBROEDERS CHABOT
1
.
ROTTERDAM
KASSIERS en MAKELAARS in ASSURANTIËN
•
HOOIr
1
Deposito’s.
–
Rekening-Courant.
–
Franco Chèque-Rekening.
Aan- en Verkoop van Wissels op het Buitenland.
–
Aan- en Ver-
jE
koop
van Fondsen.
–
Bewaarneming en Administratie van Effecten.
Oorlogs-, Transport-, Casco-, Brand-, Diefstal- e. a. verzekeringen
.
.
.
.,..
van eiken aard.
DIRKZWAGER’s SCHEEPSAGENTUUR
MAASSLUIS
EN HOEK VAN HOLLAND
Belasten
zich met
het
rapporteeren
van
schepen
en
het
behandelen van scheepszaken op den Nieuwen Waterweg
LAPI DOTH
&
7
IS
ASSURANTIËN
DeRuyterkadel24,Amsterdam
NIEUWE BERG! NG-MAATSCHAPPIJ
belasten zich met het plaatsen
.
MAASSLUIS
van alle assurantiën, speciaal
Contracteeren
voor het bergen van
gezonken schepen
en
TRANSPORT-, MOLES1′-
EN
BRAND-
ladingen, op
de rivieren en buitengaats; belasten zich met
VERZEKERINGEN
het instellen van duikeronderzoek, enz. enz.
GEO. H. MCFADDEN
&
BRO. COTTON MERCHANTS
PHILADELPHIA—NEW YORK
Vertegenwoordiger voor Nederland:
il
BREEKLAND, Oldenzaal—Enschede
DE SPAARNE-BANK
VAN RIJN
&
HAARLEM
UTRECHT
–
POSTBUS 40
Gestort Kapitaal en Reserves f1.184.000,—
EENIGE FABRIKANTEN
VAN DE UTRECHTSCHE
REKENING-COURANT, CREDIETEN, INCASSEERINGEN, ASSURANTIEN,
WISSELS,
EFFECTEN,
COUPONS, PROLONGATIËN,
DEPOSITO’S, ENZ.
FIJNE TAFELMOSTERD
264
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
4 April 1917
PIERSON & Co.
BOISSEVAIN & Co.
AMSTERDAM
NEW YORK
FINANCIEREN IN- EN EXPORT. – BEHANDELEN VERSCHEPINGS- EN ANDERE DOCUMENTEN.
BEZORGEN oPsLAG; VERSCHEPING EN ASSURANTIE VAN GOEDEREN.
FOURNEEREN EN INCASSEEREN WISSELS OP ALLE PLAATSEN IN DE VER. STATEN EN CANADA.
OPENEN REKENING-COURANT MET RENTE-VERGOEDING.
RUSSISCH-HOLLAND$CHE BANK
RUSSKO-COLLANDSKI BANK
PETROGRAD
NEWSKI PROSPEKT 21
BANQUE RUSSOHOLLANDAISE
Telegram-Adres: PETRODAM
Volgestort Kapitaal
Rs. 10.000.000
Reserven
Rs. 1.000.000
tot
Financiering van
irn-
en export. Rembours.credieten. Incasseering en aan- en verkoop van wissels. Handelsinformaties.
Inlichtingen verkrijgbaar bij de Hoofdvertegenwoordiging voor Nederland:
de Rotterdamsche Bankvereeniging te Amsterdam en Rotterdam
P H VAN OMMEREN
REEDER, CARGADOOR, EXPEDITEUR,
ROTTERDAM
.
ASSURANTIE
AGENT VAN STOOMVAARTLJJNEN NAAR: AUSTRALIË EN NIEUW-ZEELAND, CHINA EN JAPAN,
BRITSCH-INDIË, ZUID-AFRIKA, CHILI EN PERU, MEXICO, WEST-INDIË,
LONDON, LIVERPOOL, MANCHESTER, SOUTHAMPTON EN CORK.
PHs. VAN OMMEREN (LONDEN) LTD, LONDEN
VAN ES & VAN OMMEREN, AMSTERDAM
THE PH. VAN OMMEREN CORP’N OF NEW YORK, NEWYORK
COMPTOIR MARITIME ANVERSOIS, ANTWERPEN
Holland – Canada Hypothéekbank – ‘s-Cravenhage
Uitstaand bedrag Pandbrieven ruim / 12.500.000,-
5
pCt. Pandbrieven tegen den koers van
991/2
pCt.
WERKSPOOR, AMSTERDAM
Land- en Scheeps-Machines – Dieselmotoien
Installatiën voor Suikerfabieken – Polderbemalingen
Ijzerconstructiën
–
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP
Wilton’s
MachinefabriekenScheepswerf
ROTTERDAM
Scheepsbouw ei Machinefabriek
Speciale inrichting voor raratiën van eiken omvang
• Drié droogdokken met lichtvermogen tot
14000
ton
Dwarsheliing
–
t5ijveiTIde kranen met lichtvermogen tot
120
ton
TeIefoon: 7303 en 7304
Telegramadres: ,,WILTON” Rotterdam
Reeders en Cargadoors
GEBR.VAN
U
Bevrachtingsagenten
–
EX
*
Pediteurs
ROTTERDAM – AMSTERDAM – ZAANDAM
Telegram-Adres:
,,VANUDEN”