Nederlandse kinderen staan bekend als de gelukkigste leerlingen ter wereld. Toch hebben schoolgaande leerlingen het de afgelopen jaren niet makkelijk gehad. Tijdens de pandemie kregen ze twee jaar lang te maken met wisselende coronamaatregelen en schoolsluitingen. Acht procent van de basisschoolleerlingen en twaalf procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs voelt zich meestal of altijd eenzaam (Boer et al., 2022). Op sommige scholen zijn leerlingen tijdelijk maar vier dagen per week welkom, vanwege de lerarentekorten. En dan neemt ook nog de kwaliteit van het basisonderwijs af, maak ik uit de artikelen in deze ESB op.
Kwaliteit onder druk
De coronapandemie heeft geleid tot leervertragingen die nog altijd niet zijn ingehaald, zo stelt Carla Haelermans in haar column. En de achterstand is groter voor leerlingen met een lagere sociaal-economische achtergrond.
De corona-achterstanden zijn zorgelijk, maar de trend dat de kwaliteit van het basisonderwijs al sinds de eeuwwisseling daalt, is misschien nog wel zorgelijker. Inge de Wolf laat zien dat leerlingen in Nederland in de loop der tijd slechter zijn gaan scoren op taalvaardigheid en een aantal andere vakken. En met de toenemende lerarentekorten zal de kwaliteit volgens De Wolf in de toekomst nog meer onder druk komen te staan.
Aanvullend onderwijs
Tegelijkertijd is het gebruik van aanvullend onderwijs toegenomen. De Onderwijsraad waarschuwde eerder voor de kansenongelijkheid door private bijles, die rijkere ouders makkelijker zouden kunnen betalen (Onderwijsraad, 2021). Maar uit het artikel van Ron Diris, Kim Fairley en Suzanne Pietersma blijkt dat basisschoolkinderen uit de verschillende sociale milieus evenveel gebruikmaken van aanvullend onderwijs. Wat de auteurs echter niet meenemen is de extra leerbehoefte in gezinnen met een lage sociaal-economische status (de onderste twintig procent). In 2015 was volgens de Wereldbank (2017) bijna de helft van de leerlingen in deze gezinnen laagpresteerder. In zo’n geval leidt een gelijk gebruik van aanvullend onderwijs, toch niet tot gelijke uitkomsten.
Laaghangend fruit
Er is ook goed nieuws, want als het gaat om het verbeteren van de onderwijskwaliteit is er nog laaghangend fruit te plukken, zo leert het artikel van Nicolas Duran, Piet Eichholtz, Nils Kok en Juan Palacios. Veel scholen zijn slecht geventileerd en dat heeft grote negatieve gevolgen voor de leerprestaties – zelfs sterker dan die van de schoolsluitingen tijdens corona. Zo is de kans op een havo/vwo-advies dertien procent lager als de CO2-blootstelling verdubbelt in het semester vóór de eindtoets als gevolg van slechte ventilatie. De effecten van betere ventilatie zijn vergelijkbaar met het verkleinen van de klassen van twintig naar dertien leerlingen, maar wel een stuk goedkoper te realiseren.
Ook laten we potentieel liggen door leerlingen al vanaf hun twaalfde in te delen op niveau. Leerlingen met een havo- en havo/vwo-advies hebben namelijk baat bij een latere selectie, laten Lex Borghans en Ron Diris zien. Om dit probleem aan te pakken is het volgens Lex Borghans en Ron Diris niet nodig dat álle leerlingen naar een brede brugklas gaan. Zij zien meer in het stimuleren van scholen om minimaal één brede brugklas aan te bieden voor de twijfelgevallen. Ook moet het makkelijker worden om, na een havo-diploma, door te gaan op het vwo.
Investeringen in de kwaliteit – of dat nu gaat zitten in betere ventilatie, kleinere klassen of een brede brugklas – maken het ook aantrekkelijker om in het onderwijs te gaan werken. Dat is nodig ook, want in 2022 werd het lerarentekort door Centerdata geraamd op 9.700 fte (primair en secundair onderwijs samen). Bij gelukkige leerlingen horen ook gelukkige docenten – en het is tijd om daar werk van te maken.
Literatuur
Boer, M., S. van Dorsselaer, M. de Looze et al. (2022) Gezondheid en welzijn van jongeren in Nederland. HBSC-rapport 2021. Te vinden op www.rijksoverheid.nl.
Onderwijsraad (2021) Publiek karakter voorop. Onderwijsraad Adviesrapport, 20210186-1196.
Wereldbank (2017) Growing united: Upgrading Europe’s convergence machine. Washington, D.C.: World Bank Group.
Auteur
Categorieën