■ Lianne Hans en Paul de Vries (Kadaster)
Er is veel aandacht voor het groeiende aandeel van particuliere investeerders op de woningmarkt en de vraag of zij eigenaren-bewoners van de markt drukken door koopwoningen op te kopen. Investeerders verkopen echter ook woningen aan eigenaren-bewoners, waardoor de koopwoningvoorraad toeneemt, en aan elkaar.
In de registraties van het Kadaster worden gekochte en verkochte woningen getypeerd op basis van de eigenaar en de bewoning van de woning. Particuliere investeerders kopen woningen om te verhuren; zij kunnen natuurlijke personen zijn, maar ook juridische entiteiten (uitgezonderd woningcorporaties, want dat zijn geen investeerders).
De figuur geeft informatie over de aan- en verkopen van bestaande woningen door particuliere investeerders over de periode januari 2009 tot en met juni 2020. We maken onderscheid naar grootte van de woningportefeuille.
Niet echt opzienbarend is dat particuliere investeerders in de crisisjaren 2009–2014 minder woningen kochten en verkochten dan in de vijf jaren erna toen de economie aantrok. We zien wel verschillen naar grootte van de verhuurportefeuille. Kleine investeerders kopen de laatste vijf jaar meer dan dat ze verkopen. Zo kochten de investeerders met een verhuurportefeuille van twee tot en met vijf woningen in de laatste vijf jaar 17.000 woningen meer dan dat ze verkochten.
De grotere particuliere investeerders verkopen meer bestaande woningen dan dat ze aankopen. Dat komt vooral omdat zij zelf woningen bouwen die ze na een aantal jaar verkopen, waardoor het saldo voor deze groep negatief is. Een andere verklaring is dat ze in eerdere jaren woningen hebben aangekocht die ze de laatste jaren verkopen.
Particuliere investeerders handelen vooral onderling. Slechts twintig procent van al hun aankopen zijn woningen van eigenaren-bewoners. Het zijn vooral de kleinere particuliere investeerders tot en met vijf woningen die koopwoningen opkopen.
Auteurs
Categorieën