Ga direct naar de content

Rondkomen

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 11 2022

Zelden pakten zich in de aanloop naar Prinsjesdag zulke economisch donkere wolken samen als nu het geval is. Door de torenhoge energieprijzen dreigt een maatschappelijk infarct. Samen met hoge voedselprijzen en nog steeds verstoorde toeleveringsketens is het voor de overheid alle hens aan dek om te voorkomen dat de laagste inkomens onder het bestaansminimum zakken en de middeninkomens nare keuzes moeten maken.

Dit ESB-themathemanummer over rondkomen sluit aan bij deze actualiteit. Hendrik Noten, Tijmen de Vos, Vera Vrijmoeth en Jacob-Jan Koopmans laten zien dat door de hoge inflatie er een herverdeling van arbeid naar kapitaal plaatsvindt – winsten blijven namelijk vooralsnog in reële termen op peil, terwijl lonen en uitkeringen dalen.

Wel zijn de verschillen groot, zowel tussen bedrijven als tussen huishoudens. Wie bijvoorbeeld nog een doorlopend energiecontract heeft met vaste prijzen is voorlopig spekkoper. Nora Neuteboom, Sandra ­Phlippen, Jan-Paul van de Kerke en Jeannine van ­Reeken maken aannemelijk dat voor deze huishoudens het Centraal Bureau voor de Statistiek de daadwerkelijke inflatie waarschijnlijk sterk overschat.

Structurele achterstandspositie

De vrije val die de koopkracht momenteel maakt, komt bovenop een voor lage inkomens structureel slechte uitgangspositie. Het minimuminkomen mag dan de afgelopen 25 jaar sneller zijn toegenomen dan de consumentenprijsindex, maar omdat het steeds verder achterblijft bij wat de samenleving ‘normaal’ vindt, is er toch sprake van een relatieve achteruitgang, aldus Gerben Fennema, Marcel Warnaar, Dirk Bezemer en Kees Hörchner.

Daar komt bij dat er door het huidige woud van regelingen geen sprake meer is van één sociaal minimum – in de praktijk zijn het er drie en die verschillen aanzienlijk, zo laten Jan Donders en Flip de Kam zien. En zoals ze in een vervolgartikel stellen: het sociale minimum voor ouderen ligt door hun sterke politieke organisatie aanmerkelijk hoger dan dat voor bijstandsgerechtigden en werkenden.

Daar komt nog bij dat het laagste ­sociale minimum onvoldoende toegankelijk blijkt. Een ­micro-economische analyse van Iris van Beukering, William Luiten, Hubert Zuurbier en Josette van der Pauw laat zien dat een derde van de bijstandsgerechtigden in Nederland geen aanspraak maakt op dat recht, en dus onder het bestaansminimum leeft. Dat gaat dan om ruim 100.000 mensen, die veelal goede redenen hebben om van bijstand af te zien. En vrij naar de column van Ernst-Jan de Bruijn: zij zijn niet dom, maar gewoon arm.

Steunpakket

De komende dagen zullen de details van het steunpakket van zestien miljard bekend worden. Duidelijk is al dat het zal gaan om een mix van maatregelen.

Er zijn tijdelijke ingrepen: de verlaging van de energiebelasting en brandstofaccijnzen zullen langer worden doorgezet (daar profiteert iedereen van), en er komt iets van een tegemoetkoming per persoon voor de lage en middeninkomens, waarschijnlijk ook via de energierekening. En er zijn structurele ingrepen, zoals de verhoging van het minimumloon. Aart Gerritsen is daar in deze ESB op basis van de welvaartstheoretische argumenten heel kritisch over.

Wat ontbreekt in het steunpakket is een structurele aanpak van de armoede. Marion Collewet, Kim Fairley, Roselinde Kessels, Marike Knoef en Olaf van Vliet laten zien dat er maatschappelijke steun is voor een activerende en relatief genereuze aanpak. Het zou goed zijn wanneer dit ook, als de energieprijzen weer wat gezakt zijn, op de agenda blijft.

Auteur

Categorieën