column
J. Wemelsfelder
De auteur is hoogleraar economie aan de Technische
Hogeschool te Eindhoven. ESB 2 mei 1973
Economie en menselijk geluk
S
tudenten vragen nogal eens: ,,Waar komen
onze economische doelstellingen vandaan?â€
Het is zo iets als: ,,Waar komen de kinderen
vandaan?†We denken dat we het antwoord
weten, maar we weten het eigenlijk niet. Sommige
van onze doelstellingen lijken zo vanzelfsprekend,
dat we ons niet of nauwelijks realiseren dat het nog
doelstellingen zijn. Een van die vanzelfsprekendheden
is dat wie naar een hoger inkomen opklimt, er beter
aan toe is. Het is het uitgangspunt van alle politici en
ministers. Het is het uitgangspunt van alle leerboeken
in de economie waarin men de lezer moeizaam door
een systeem van curves naar steeds hogere welvaart
laat opklimmen. We zijn zo geïmpregneerd met deze
gedachte, dat we zelden overwegen of het een realistische gedachtegang is. Ook andere, minder ontwikkelde, landen worden door ons flink in dezelfde carboleum gezet. Door ontwikkelingshulp zullen deze landen
er – zo zeggen we – ook beter aan toe worden.
Dat dat alles nogal relatief en misschien wel ijdel
is, komt maar een enkele keer naar voren. Het komt
bijvoorbeeld naar buiten bij die enquêtes waarin
mensen gevraagd worden of ze er de laatste jaren in
welvaart op vooruit zijn gegaan. Terwijl economen
met de cijfers in de hand haarfijn voorrekenen dat dit
pertinent het geval is, wordt het even pertinent door de
geënquêteerde volksstammen ontkend. Ze voelen zich
er niet beter aan toe. Als dat zo is, wat zijn dan onze
doelstellingen en al onze leerboeken nog waard? Het
komt tot de uitdrukking in tabel 1, waarin geprobeerd
is menselijk geluk in verschillende landen te vergelijken
met het nationaal inkomen per hoofd over de periode
1960-19631 (Persoonlijk geluk is hier gemeten door
tabel 1
Land
Nigeria
India
Egypte
Philippijnen
Panama
Brazilië
Joegoslavië
Cuba
Japan
Polen
Israël
West-Duitsland
Verenigde Staten
Reëel inkomen
per hoofd in $
134
140
225
282
371
375
489
516
613
702
1027
1860
2790
Gemiddelde
waardering voor
persoonlijk geluk
(0-10)
4,8
3,7
5,5
4,9
4,8
4,6
5,0
6,4
5,2
4,4
5,5
5,3
6,6
personen in een steekproef zichzelf een cijfer lopend
van 0-10 te laten geven voor hun gevoel van geluk).
Men ziet dat een duidelijke correlatie ontbreekt. Het menselijk geluk – zoals dit door mensen zelf wordt gepercipieerd – stijgt niet met het inkomen per hoofd van de bevolking. De overigens op niets gebaseerde veronderstelling
van de economen, dat ,,welvaartâ€, dat wil in de leerboektaal zeggen onze subjectieve behoeftenbevrediging, stijgt
met het inkomen (maar in minder dan evenredige mate)
wordt door dit soort onderzoek-resultaten niet bevestigd.
Het zou eigenlijk aanleiding moeten geven om eens beter
na te gaan hoe diep we ingesneeuwd zijn in onze conventionele onbewezen wijsheden.
Ook wanneer we de ontwikkeling in de tijd waarnemen, blijkt – althans uit de volgende gegevens voor de
Verenigde Staten – niets van een samenhang tussen
stijging van nationaal inkomen en toeneming van menselijk geluk. Tabel 2 geeft een beeld.
Zowel wanneer men naar het aantal mensen kijkt dat
zich gelukkig voelt als naar het aantal mensen dat niet
gelukkig is, valt geen duidelijke samenhang met de
groei van de welvaart te ontdekken. Van 1952 tot 1970
nam de welvaart per hoofd van de bevolking in de
Verenigde Staten sterk toe met ongeveer 50%!
Samenhangen tussen inkomen en geluksgevoel blijken
daarentegen wel naar voren te komen als we voor elk
van de verschillende landen afzonderlijk het gepercipieerde geluk correleren met de inkomensverschillen in
die landen. Dat zou kunnen wijzen op het feit dat niet
de absolute hoogte van ons inkomen belangrijk is, maar
het inkomen in verhouding tot dat van anderen.
Onwillekeurig is men na het voorafgaande geneigd om
Boulding te citeren: ,,Should not the increase in gross
national product be a worry and not the increase in
consumption be a crime?â€
Noot
1 Deze en de volgende gegevens zijn ontleend aan: Richard A. Easterling,
Does economic growth improve the human lot, mim. paper, University of
Pennsylvania, USA.
tabel 2
Totale
bevolking
1952
1957
1963
1966
1970
Nationaal inkomen en verdeling van persoonlijk geluk in de Verenigde Staten 1947-1970
(aantal personen in % van de totale steekproef).
Zeer
gelukkig
47
53
47
49
43
ESB
Tamelijk
gelukkig
43
43
48
46
48
29 december 2006
Niet erg
gelukkig
9
3
5
4
6
47