In 2022 moesten 335.000 huishoudens oftewel 4,4 procent van de huishoudens in Nederland rondkomen van een bedrag onder de lage-inkomensgrens, waarmee ze een risico liepen op armoede. Dat is fors minder dan de 6,3 procent in 2021.
De Eerste Kamer heeft besloten de salderingsregel nog niet af te schaffen, tot ongenoegen van een deel van de energiesector. Gevreesd wordt dat het sterk toegenomen aanbod zonne-energie het elektriciteitsnet verstopt. De oplossing is echter voor handen: de thuisbatterij, ingezet als buurtbatterij. Hier is de sector zelf aan zet.
Het afschaffen van fossiele subsidies voor het wegverkeer zal de prijs van benzine en diesel laten stijgen. Dat zou zonder verdere beleidsmaatregelen de mobiliteit van huishoudens met een laag inkomen en ‘gedwongen autobezit’ kunnen beperken. In dit artikel geven we een indicatie van de omvang en kenmerken van deze groep huishoudens.
Om op het pad richting netto-nul in 2050 te komen, moet het mondiale aandeel van duurzame energie in de elektriciteitsvoorziening omhoog van 40 procent nu naar 68 procent in 2030. De meeste landen met de grootste CO2-uitstoot hebben echter doelen die daarvoor ontoereikend zijn.
Voor een inclusieve energietransitie waarbij iedereen flexibel meebeweegt met de mate van het energie-aanbod, moeten we van vaste naar dynamische energiecontracten. Een meebewegend prijsplafond kan er dan voor zorgen dat niemand onnodig veel risico loopt als het tegenzit en de prijzen omhoogschieten.
Het mediane bedrijf in Nederland kan vijftien procent energie besparen met winstgevende maatregelen, maar voert deze niet uit. Vooral onzekerheid over toekomstig beleid houdt hen tegen.
In een korte ESB-statistiek concluderen ambtenaren van Financiën dat de Nederlandse energiesteun relatief beperkt zou zijn gebleven, vergeleken met de rest van de Europese Unie. We moeten echter voorzichtig zijn met het nu al trekken van conclusies.
In 2018 kondigde de Nederlandse overheid aan dat alle kantoorgebouwen groter dan honderd vierkante meter vanaf 1 januari 2023 een energielabel C zouden moeten hebben willen ze nog gebruikt mogen worden. Deze regelgeving lijkt navolging te krijgen in andere sectoren, en ook in de hele Europese Unie. Maar werken deze regels wel?
In reactie op de sterk gestegen energieprijzen hebben overheden massaal maatregelen getroffen om de effecten te verzachten. Vergeleken met de rest van de Europese Unie is de Nederlandse steun relatief beperkt gebleven, mede doordat de prijzen uiteindelijk meevielen.
Nadat Europese overheden in allerijl hun gasvoorraden hadden aangevuld, daalden de prijzen weer vlot naar een wat lager maar nog altijd historisch hoog niveau. Een geluk voor de Nederlandse overheid, want door de daling bleven de uitgaven aan het energieprijsplafond uiteindelijk beperkt.