Ga direct naar de content

Statistiek: Vervangingsinkomen bij arbeidsongeschiktheid

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: december 6 2017

■ Ernest Berkhout (CPB)

Werknemers hebben, dankzij hun collectieve arbeidsongeschiktheidsverzekering, gemiddeld meer mogelijkheden om de financiële klap op te vangen als zij arbeidsongeschikt worden dan zelfstandigen. Maar zelfstandigen beschikken wel over alternatieve bronnen, zoals een private verzekering tegen arbeidsongeschiktheid, bijverdiensten uit loondienst, een werkende partner en/of vermogen. De laatste jaren kiezen echter steeds minder zelfstandigen ervoor om zich op de private markt tegen arbeidsongeschiktheid te verzekeren. In 2006 was 28 procent privaat verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid, in 2013 nog maar 24 procent van alle 1,1 miljoen personen. Dit betreft alle personen tussen de 20 en 59 jaar oud die hun belangrijkste inkomen verdienen als zelfstandig ondernemer, directeur-grootaandeelhouder of freelancer. De vraag is of de onverzekerde zelfstandigen voldoende alternatieven hebben.

Dankzij de bovengenoemde alternatieve inkomensbronnen kunnen de meeste onverzekerde zelfstandigen, wanneer zij arbeidsongeschikt worden, terugvallen op een doorsnee-vervangingsinkomen van netto 22.000 euro (figuur). Dat is minder dan werknemers, die zouden terugvallen op een doorsnee-inkomen van 33.000 euro netto. Het verschil bestaat omdat het winstinkomen niet verzekerd is door de WW en WIA, en het looninkomen van werknemers wel. Bij werknemers zou het mediane vervangingsinkomen zonder WW/WIA-uitkering 15.000 euro zijn.

De onderlinge verschillen tussen zelfstandigen zijn veel groter dan die tussen werknemers. Een kwart van de onverzekerde ib-ondernemers komt niet verder dan een vervangingsinkomen van 7.000 euro per jaar, terwijl het meest voorziene kwart genoeg alternatieven heeft om jaarlijks met zijn of haar huishouden van minimaal 42.000 euro netto te leven. Voor de meeste zelfstandigen ligt het vervangingsinkomen dus boven het sociaal minimum. Wanneer we ook de zelfstandigen meetellen die wel privaat verzekerd zijn, blijkt voor een kwart van die zelfstandigen het vervangingsinkomen onvoldoende te zijn om – zonder bijstand – in een minimuminkomen te voorzien.

Auteur

Categorieën