Kent u neoliberale economen? Ik niet, althans niet in Nederland. Van die types die een blind vertrouwen hebben in de markt, de overheid zo klein mogelijk willen en geen oog hebben voor de schaduwkanten van de vrije markt.
Hennipman
Nederlandse economen zijn opgegroeid in de geest van Pieter Hennipman, de grondlegger van het brede welvaartsbegrip. Met het hoofd rechts, het hart links en de benen in de polder voldoen economen zelden of nooit aan de karikaturale kwalificatie die doorgaans aan elke discussie een snel einde maakt. U bent neoliberaal, derhalve deugt u niet en hoeven we het verder nergens meer over te hebben.
Verbazing
Met enige verbazing nam ik daarom kennis van het IMF-artikel ‘Neoliberalism: Oversold?’ Anders dan triomfantelijke geluiden ter linkerzijde van het politiek spectrum suggereren, is het artikel nogal genuanceerd. Toegenomen concurrentie heeft veel welvaart opgeleverd en de mondiale armoede verkleind. Privatisering heeft veel publieke taken efficiënter gemaakt en de staatsschuld verlicht. Als schaduwzijde van de neoliberale agenda noemt het IMF de open grenzen voor kapitaalstromen en doorgeslagen bezuinigingen. Beide hebben vervelende consequenties voor ongelijkheid en de bijdrage aan economische groei is nogal dubieus. Goed dat dat nog eens opgetekend wordt, maar ik schrik er niet van.
Ideologie
Wetenschappelijke discussies over neoliberalisme worden meestal door sociologen gevoerd en gaan vaak over excessen in de Verenigde Staten en over ideologie. Economisch-politieke systemen in continentaal Europa zijn al decennia lang een combinatie van markten en een sterke welvaartstaat. Het discours van het IMF en de discussie erna hebben mij gesterkt in het mijden van een woord met zoveel ideologische lading dat het leeg wordt.
Beperkingen
Dat wil niet zeggen dat we blind moeten zijn voor de beperkingen van de economische wetenschap. Weliswaar is men door de opmars van gedragseconomie en experimentele economie allang niet meer gepreoccupeerd door de homo economicus of de zegeningen van de markt. De nieuwe inzichten hebben evenwel nog te weinig geleid tot een modernisering van het modellenapparaat.
Modellen
Het CPB, de Nederlandsche Bank, de ECB en ook het IMF zelf gebruiken modellen die de facto normatief zijn. Dat is niet erg (omdat er niets beters is), maar dat betekent wel dat bij iedere modeluitkomst de econoom kritisch moet reflecteren. In welk opzicht zijn de uitkomsten gekleurd?
Aanpassen
Als de context er aanleiding voor geeft, moeten de uitkomsten aangepast en aangevuld worden met kwalitatieve informatie die de bias corrigeert. Als de critici ergens een punt hebben, is het dat dit tot op heden nog onvoldoende gebeurt. Laten we met de miljoenennota maar eens beginnen. Met de neoliberale groeten van het IMF.
fd column 6-6-2016
Auteur
Categorieën