Ga direct naar de content

De grote uitdagingen in de zorg

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 6 2012

*** Dit is deel 6 van de serie over de verkiezingen ***

Wat is het probleem?

Alle welvarende landen hebben moeite om betaalbaarheid, kwaliteit en toegankelijkheid in de zorg te combineren. Verschillende landen kiezen verschillende oplossingen, maar in geen enkel land lukt dit goed. 

Nederland heeft gekozen voor een systeem waarin verzekeraars concurreren. Ons land zet ook zwaar in op toegankelijkheid.

Hoewel recente cijfers tot enig optimisme aanleiding geven, is het systeem van concurrentie tussen verzekeraars in de curatieve zorg er tot nu toe niet in geslaagd om de kostenstijging te beteugelen. Weliswaar worden verzekeraars en zorgaanbieders meer bedrijfsmatig gerund dan vroeger, maar in een wereld waarin de overheid op zwart zaad zit en we ook allerlei andere ambities hebben (zoals goed onderwijs), moet elke euro aan zorg goed besteed worden. Hier is nog een lange weg te gaan.

De langdurige zorg zit nog in de wereld van ‘verzorgingsstaat 1.0’, waarin kwetsbare burgers recht hebben op een vastgesteld aantal uren zorg, afhankelijk van een ‘objectieve’ indicatiestelling. De uitvoering is onnodig bureaucratisch opgetuigd. Tegelijk is de drempel om deel te nemen aan publiek betaalde langdurige zorg uitzonderlijk laag. Vrijwel alle landen doen een veel groter beroep op de eigen financiële mogelijkheden en hulp door familie dan ons land. 

Wat is er aan gedaan?

Het Nederlandse verzekeringssysteem lijkt in 2012 eindelijk op stoom te komen. Verzekeraars hebben nu zowel de prikkels als de vrijheid om hun inkooprol vorm te geven. Daarmee heeft het kabinet Rutte het zorgstelsel verder ruimte gegeven om zich te bewijzen in de curatieve zorg, maar is het nog te vroeg om te juichen.

In de geestelijke gezondheidszorg spitsten de discussies zich te veel toe op bijzaken, zoals de eigen bijdrage. Het akkoord dat de sector recentelijk met de demissionaire minister heeft gesloten, belooft veel, maar zal zich nog moeten bewijzen. Convenanten in de zorgsector zijn in het verleden boterzacht gebleken.

In de langdurige zorg hebben diverse kabinetten wel wat aan de randen geschaafd, maar is niets wezenlijk gedaan aan de zorgafhankelijkheid. De afgelopen jaren zijn verschillende plannen geopperd, zoals het risicodragend maken van de AWBZ voor de verzekeraars, het overhevelen van taken naar gemeenten en afschaffen van de indicatiestelling. Door de val van het kabinet zijn er geen besluiten genomen. 

Waarom is het dan nog steeds niet opgelost?

De discussie over de geestelijke gezondheidzorg en de langdurige zorg komt net op gang. Politiek worden de knelpunten in de langdurige zorg wel zichtbaar nu de VVD inziet dat ze zich hiermee van de SP, PvdA en PVV kan onderscheiden. 

Wat moet er gebeuren?

Hoe we het ook wenden of keren, de zorg kan niet meer in zijn huidige omvang collectief gefinancierd blijven. Er moeten manieren gevonden worden om onnodige verrichtingen te beperken, zoals recentelijk bepleit door voormalig minister Ab Klink. Ook moeten de onverklaarbaar grote verschillen tussen behandelwijzen van ziekenhuizen verkleind worden. Burgers zullen linksom of rechtsom zelf meer moeten bijdragen. Tegelijk kunnen compensatiemechanismen ingezet blijven worden om de scherpe kanten weg te halen voor kwetsbare groepen.

Het verzekeringsstelsel doet het niet slecht. Ook landen met systemen waarin de overheid direct stuurt (zoals Ierland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk) kennen vergelijkbare problemen als Nederland met stijgende volumes en kosten. In Ierland en Zweden wordt zelfs de invoering van het Nederlandse stelsel overwogen. Bestuurlijk zou het overigens voorbarig om de klok terug te zetten en weer te gaan budgetteren nu het erop lijkt dat de verzekeraars hun rol als inkoper oppakken.

Bij de langdurige zorg leidt de zorgafhankelijkheid (binnen of buiten een instelling) niet alleen tot hoge kosten. Met betere lokale ondersteuning vanuit het eigen netwerk, thuiszorg op maat en technische hulpmiddelen zouden minder mensen van zorg afhankelijk hoeven te zijn. Dit is goed voor de kwaliteit van leven van betrokkenen en scheelt handenvol geld. 

In de geestelijke gezondheidzorg wordt het tijd een rem te zetten op de uitbreiding van het aantal ziekten op basis van eenzijdige (veelal Amerikaanse) professionele criteria. Terecht wilde demissionair minister Schippers niet ingrijpen in professionele classificaties, maar dat wil nog niet zeggen dat alles wat psychiaters als aandoening bestempelen ook collectief gefinancierd moet worden. De effectiviteit van geneesmiddelen zou ook een prominentere plek in de discussie moeten krijgen. 

Hoe groot is de kans dat het ook gebeurt?

De politieke partijen, met uitzondering van PvdA, SP en PVV, willen verder met het nieuwe verzekeringsstelsel. Voor de SP is het stoppen met het zorgstelsel een principieel punt, waar ze al jaren voor strijden. Bij de PvdA zal het stelsel in eventuele coalitieonderhandelingen met partijen in het centrum vermoedelijk ‘weggegeven’ worden. Waarschijnlijk zal dit stelsel daarom een verdere kans krijgen om zich te bewijzen. 

Ingrijpen in de langdurige zorg vereist moed en volharding. Een stevige coalitie zal noodzakelijk zijn om hier door te pakken. De tijd lijkt er nu rijp voor. De ingrepen in de geestelijke gezondheidzorg lijken weinig controversieel, maar de lobbykracht van de instellingen moet niet onderschat worden. 

Auteur

Categorieën