Ga direct naar de content

Jrg. 15, editie 737

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 12 1930

12 FEBRUARI 1930

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDE:V.

Economisch~Statistische

Beri
*chten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR
HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

15EJAARGANG

WOENSDAG 12 FEBRUARI 1930

No. 737

INSTiTUUT VOOR ECONOMISChE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr.
G.
11. Verrijn Staart.

ECONOMiSCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Pro f.Ir. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. vwa
Lennep; Mr. K. P. van der illandele; Prof.. Dr. N. J.
Polaic; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Weideren
Baron Rengers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis;
Mr. Q. J. Terpstra: Prof. Jir. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
Assistent-Redacteur: Ii. M. ii. A. van der Valk.
Secretariaat: ‘Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening
8408.

II FEBRUARI 1930.

Hoewel de vraag naar geld
01)
den ultimo en de

eerste dagen der nieuwe maand niet zoo groot was
als gewoonlijk en er van een sterk aantrekken der
koersen geen sprake was, kan toch niet gesproken
worden van een zeer gemakkelijke maandswisseling;
want de ontspanning, die anders gewoonlijk na eenige
dagen weder intreedt, bleef tot nu toe uit en de geld-
koersen zijn in den loop der week eerder iets vaster
geworden. De prolongat.ierente noteerde meestal we-
der 3 pCL; Zaterdag werd zelfs 3Y4 pOt. hij ge-
noteerd. Particulier disconto noteerde na een ope-

ning op 2
11
/la pOt. aan het einde der week weder
2l7, pOt en cailgeld bleef nog steeds gezocht en kon
voor omstreeks 336 pOt. gemakkelijk plaatsing vin-den in tegenstelling met de vorige maand, toen reeds
na enkele dagen voor 1 pOt. overvloedig aanbod be-

stond.

01) den weekstaat van De Nederlandsche Bank
geef t de post binnenlandsehe wissels een stijging van

een kleine
f
300.000 te zien. De beleeningen blijken

met
f
29.8 millioen te zijn afgenomen. Het renteloos

voorschot aan liet Rijk steeg met
f
2.3 millioen.

D& goudvoorraad der Bank bleef nagenoeg onver-
anderd. De zilvervoorraad bedraagt
f 100.000
min-

der dan verleden week. De post papier op het bui-
tenland geeft een vermeerdering van
f
200.000 te zien,

terwijl de diverse rekeningen op de actiefzijde der
balans met
.f
400.000 blijken te zijn teruggeloopen.

De biljettencirculatie daalde met
f
28.4 millioen.

De rekening-courant-saldi stegen met
f 400.000.
Het

beschikbaar metaalsaldo klom met
f
11.1 millioen.
Het dekkingspercentage bedraagt nagenoeg 51.

* *
*

Ondanks het feit, dat in de afgeloopen berichts-

week drie belangrijke disconto’s, nl. Berlijn, Londen
en New-York veranderd zijn, valt er toch betrekkelijk
weinig van de wisselmarkt te vermelden. Het Pond
veranderde hier slechts weinig. V66r de discontover-
laging was het Pond al tot 12.1236 opgeloopen, op
welk niveau de koers eenige dagen bleef hangen, om
op den laatsten dag nog tot 12.1236 te verbeteren. De
Dollar, die de week op 2.4917 inzette, sloot op 2.4935,
e.en koers, die het goudpunt van uitvoer (ca. 2.49
11
/16)

bedenkelijk begint te naderen. De Nederlandsche Bank

blijft in cle markt kleine posten Ponden en Dollars
op de verhoogde koersen afgeven. De Dollar in Lon-
den, die voor de verlaging aldaar 4.8638 noteerde, is
na liet bekend worden van de verlaging van de Engel-
sche bankrente tot 4.8632 opgeloopen. De disconto-
verlaging in New-York deed de noteering tot 4.86°/ia
teruggaan, die weder op 4.8030 sloot. De Franc liep

van 9.11 op 9.16 terug (Ponden in Parijs 124.17; voor
Londen is liet gevaar voor goudexporten naar Parijs
voorloopig weder verkeken). De Spaanschc Peseta
fluctueerde weinig, 32.85-32.50-32.90–32.45. Zeer

flauw was Buenos-Aires; de Peso liep tot ca. 93 terug
(tegen Ponden 42 d.); slot beter: 9536 (427/s cl.).
De hoogere koersen maakten, dat de marges op de
termijnmarkt wederom grooter werden: Ponclen

1-maan ds i /ia—1, 3-maands 2-2, Dollars 1-inaands
21-19, 3-maands, 41-39, Marken 1-maands 12-11,
3-in aands 28-27, alles di sagio.
LONDEN, 10 FEBRUARI 1930.

Verleden week nam de periode van minder gemak-

kelijk geld, overeeukomende met de voor dezen tijd
van het jaar gebruikelijke geldschaarschte, in ernst
een aanvang, zoodat op Woensdag zelfs een klein be-
clrag van de Centrale Bank geleend moest worden.
De reden, waarom de geidruimte langer aangehouden
heeft dan andere jaren, is. gedeeltelijk ook te zoeken
in het feit, dat het op de effectenmarkt zoo stil is in

vergelijking met de laatste jaren, zoodat de crediet-
eisehen van die zijde belangrijk lager zijn dan vooral
in 1929 en 1928 het geval was.
De wijziging in het bankdsconto tot 436 pOt. was
zoolang uitgebleven, dat zij nu Donderdag 1.1. nog gedeeltelijk onverwacht kwam en de effectenbeurs
voor goudgerande waarden vast stemde. De disconto-
markt maakte juist in die dagen eene moeilijke geld-
periode door, zooclat het effect op den discontokoers
nihil was; integendeel werd de noteering fractioneel

vaster op 3
7
/8
—’
116,
nadat in de eerste dagen der week
de noteering iets verflauwd w’as. Trouwens het is te
hopen, dat de markt zon verstandig zal zijn geen ver-
dere verwijdering van het officieel bankdisconto toe
te laten, ofschoon er. heden alweder teekenen van
een lichte verzwakking op te merken zijn.
De Fransche wisselkoers heef t nu in sterkere mate gereageerd op de verlaging van het disconto in Parijs
(124.16). De Duitsche koers (20.36-31) blijft niet-
tegenstaande de verlaging van het officieel disconto

in Berlijn tot 6 pOt., op een niveau, waarop goud-
onttrekkingen voor Duitschland hier mogelijk blij-
ven, zoodat verleden week dan ook nog een flink be-
drag (f 1 millioen) werd onttrokken.
Van Autralië zal echter in de eerstvolgende weken
een bedrag tot £ 7 millioen naar Londen verscheept
worden, teneinde de abnormale wisselkoersverhoudin-
gen tusschen Australiö en Engeland weder eenigszins
in het reine te brengen, zoodat de Bank in afzienbaren
tijd een niet onbelangrijke vermeerdering van den
goudvoorraad kan verwachten, waarop dan ook cle

‘jongste verlaging wel gebaseerd zal zijn.

140

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Februari 1930

RAT1ONALISATIE EN EXPANSIE
ONZER NIJVERHEID.

Bij mijn beschouwingen over dc toekomst der Ne-
derlandsche industrie in cle jaarvergadering van de
Vereeniging ,,Nederlandsch Fabrikaat”, te Dordrecht
op
28
Aug. ii., heb ik- er de aandacht op gevestigd,
dat onze industrie, als nationaal voortbrengingsappa-

raat, irrationeel produceert door verspilling, zoowel
van kapitaal, als van arbeid, energie en ervaring en
dat, willen wij rationalisatie in den ruimsten zin der
beteekenis toepassen, het nationale standpunt het
eeuig juiste is, met andere woorden: dat met rat:io-
naliseeren der bestaande bedrijven niet kan worden
volstaan, doch dat rationalisatie moet worden toe-
gepast op de industrie
als een geheel.
Voorts, dat er
behoefte is aan expansie, zoowel door uitbreidig van
sommige der bestaande bedrijven als door vestiging
van nieuwe, met welke laatste dan bedoeld worden
fabrieken van thans niet in Nederland voortgebrachte
artikelen, bijv. schrijfmachines en bepaalde automo-
hieltypen.

Het kan als vaststaand worden aangenomen, dat,
bij alle uiteenloopende belangen en verdere verschil-
punten, die onze individueele bedrijven aanwijzen, zij
steeds een gemeenschappelijk doel, namelijk het maken
van een zoo groot mogelijken winst, hebben nage-
streefd. Men behoeft er de statuten slechts
01)
na t.e
slaan om tot de conclusie te komen, dat bovenstaande omschrijving de definitie van elke industrieele onder-

neming is. Dit, oorspronkelijk uitsluitend, streven
moge in later jaren hand in hand zijn gegaan met
handelingen en werken aan gemeenschapszin ont-
sproten, het maken van winst bleéf, zoo niet langer het allcsbeheerschende, dan toch het primaire doel.
En de sommen, welke aan de winst werden onttro]c-
ken ter verbetering van de arbeidsvoorwaarden der
werknemers of ten behoeve van hun ontwikkeling,
ontspanning en ondersteuning, in tijden, toen de wet-
gever zich met deze zaken niet of nauwelijks be-
moeide, hadden hun bestemming niet steeds of niet
uitsluitend te danken aan ethische motieven, doch,
mede bedoeld als een belegging in den vorm van ver-
betering der productiemiddelen of stabilisatie van het
bedrijf, waren zakelijke overwegingen aan die bes tem-
ming niet vreemd.
* *
*

Met de ontwikkeling onzer industrie heeft geleide-
lijk echter. een groote verandering plaats gevonden
en naast het bewuste winstmaken is aan onze nijver-heid, met haar steeds stijgende beteekenis voor onze
samenleving, een ander, in den beginne onbewus,
doel, in wezen een economische bestemming, toebe-
cleeld, te weten het werk verschaffen aan een groot
percentage onzer met ca. 100.000 zielen per jaar toe-
nemende bevolking, d.w.z. het absorbeeren van arbeid,
die op geen andere
wijze
gebonden kan worden, waar-
tegen den arbeiders een bestaan, met een steeds stij-
getid welvaartspeil, wordt verzekerd.

Nu deze bestemming, die zeer zeker niet inteuti.o-
neel was, eenmaal op de schouders der industrie ge-
legd, onafwendbaar is gebleken, daar ons volkshe-
staan ermede is samengegroeid, doet zich dc vraag
voor, of van een nationaal standpunt, d.i. in dit geval
een standpunt van algemeen Nederlandsch econo-misch belang, de consequenties dezer bestemrniiig
reeds ten volle zijn aanvaard. De vraag moet in ont-
kennenden zin beantwoord worden, want aan de indu-
strie is nog niet die verbetering en ontplooiing te

beurt gevallen, welke het arbeids-nbsorptievercnogen
in overeenstemming brengt met onzen bevolkingana
t-
was. En zoolang dit niet gebeurt, zal .noodzake]ijker-
wijs de werkloosheid geleidelijk toenemen en van een
oorspronkelijk tijdelijk in een blijvend vers-hijnsel
overgaan, zooals in Engeland is geschied.

Een record passiefsaldo onzer handelsbalans over

INHOUD.

Blz.
RATIONALISATIE EN EXPANSIE ONzER NIJVERHEID
door
P
. Barencisen ……………………………… 140
Het Russische ,,vijfjarenplan” door
H. Buys ……..142
BUITNLANDsOuE MEDEWERKING:
De automobielindustr.ie, de credietcontractie en de
depressie in de Vereenigde Staten door
Dr.W. L.Vatk 144
De Engelsche bankpolitiek door
Gilbert C. Layton 145
AANTEEKENINGEN:
Discontoverlagingen ……………………….
146
Indexeijfers van groothandeisprijzen …………..
147
Indexcijfers van scheepsvrachten …………….
149
Indexcijfers van Nederlandsche aandeelen ……..
150
De geidmarkt in Januari ………………….
150
BOEKAANKONDIGINGEN:
Dr. Willielm Mautner: ,,Der Kampt um und gegen
das russische Erdöl”, bespr. door
Dr. Karl Hoffmann 150
ILIAANDOJJFERS:
Emissies in Januari
1930………………….151
Rijkspostspaarbank ……………………….
151
STATISTIEKEN EN OVERZIOUTEN
…………….
152-158
Geidkoersen.

Bankstaten.

Verkeerswezen. Wisselkoersen.

Goederenhandel.

1929
van ruim
f 762
millioen moge op zichzelf de
wenschelijkheid van een grooteren export van :iiidus-
triele producten niet demonstreeren, een nadere
studie doet niettemin, ook van dit standpunt, ge-
gronde twijfel opkomen aan voldoende ontwikkeling

onzer nijverheid. Uit deze balans blijict namelijk, dat
het bedrag van onzen uitvoer in het afgeloopen jaar
slechts
f
3 milli,oeá hooger was dan in het jaar daar-
v66r (deze verhooging ten opzichte van het vooraf-gaande jaar bedroeg in
1928
ruim
f86
millioen, in
1927
ruim
f 150
millioen!), terwijl de waarde van
den uitvoer van radio-artikelen ca.
f 81
millioen be-
droeg, tegen ca.
f 23
millioen in
1928.
Zonder deze
f 58
millioen toeneming van den radio-export zou dus
onze uitvoer niet met een luttele
f
3 millioen zijn toe-
genomen, doch ten opzichte van
1928
een
vermin,de-
ring
van
f 55
millioen hebben aangewezen. Overwe-
gende, dat de radio-industrie onbegrensde mogelijk-
heden paart aan een factor van onzekerheid, voort-

spruitende uit haar jeugd en de evoluties, die deze
tak van nijverheid onafgebroken ondergaat, kan men
zich niet onttrekken aan het onbehagelijke gevoel,
dat de uitvoer met eeû kleine quantita.tieve vooruit
gang er cualitatief niet sterker op is geworden en dat
er dus alle aanleiding is expansie onzer industrie te
propageeren.

Doch zelfs wanneer men de handelsbalans geheel
buiten beschouwing laat en pessimistische overwe-
gingen ten aanzien van het verloop van de conjunc-
tuur in de naaste toekomst ter zijde stelt, dan nog
zijn er onhetwistbare redenen van bljvenden aard,
zooals de zekerheid van een bevolkingsaanwas en die
van een toeneming der sociale lasten tot in lengte
van dagen, die een onderzoek van de persjectieven
onzer industrie en de middelen ter verbetering daar-
van actueel maken.
* *
*

Bij het zoeken naar een oplossing van de expansie-
en rationalisatie-problemen van nationaal standpunt

stuit men onveranderlijk steeds op de thans nog on-
overkomelijke moeilijkheid, dat in geen enkel opzicht
onze industrieele bedrijven een geheel vormen. Samen-

hoorigheid bij de samenstellende deelen onzer nijver-heid is in het algemeen niets meer dan een opportuni-
teitsgevoel, hetwelk zich slechts openbaart bij feeste-
lijke gelegenheden en in tijden van gemeenschappelijk
gevaar om dan nog beperkt te blijven tot eenige ge-lijksoortige bedrijven. Slechts het
begrip
nationale
nijverheid bestaat, waarmede dan bedoeld wordt de
gezamelijke industrieën.

Van welke zijde men deze zaak ook beschouwt, steeds
zal men tot de conclusie komen, dat alle pogingen,
naast een rationalisatie der bestaande, een mobilisa-tie van nieuwe industrieën te ondernemen, eerst dan met succes bekroond kunnen worden, indien het he

.12 Februari 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

141

grip nationale industrie tot werkelijkheid wordt ver-
heven.

in aanmerking nemende de heterogene belangen
onzer industrieën, zal de vereischte eenheid niet tot stand kunnen komen door haar vorming toe te ver-
trouwen aan een dezer bedrijven, althans niet zonder

afbreuk te doen aan het allesbeheerschend vertrou-
wen, hetwelk vari deze leiding ten aanzien van haar
onafhankelijkheid en onpartijdigheid moet uitgaan.
De overheid kan ih dezen evenmin een leidende rol
spelen; elke overheidsinmenging werkt remmend,
daar zij per se geheel aan banden is gelegd door wette-
lijke voorschriften, die de juist in dit geval zoo onont-
beerlijke bewegelijkheid beperken en oriënteering
naar de zich voortdurend wijzigeucie omstandigheden
en. behoeften der industrie onmogelijk maken, niet het
minst in ons land, waar cie confessioneele splijtzwam
een waarborg is, dat nationaal-zakelijke overheids-
leiding uitgesloten .is. Staatsbedrijven mogen, ook hij
ons, in enkele gevallen gunstige resultaten afwerpen,
een bezwaar van het standpunt van algemeen belang
blijft tenslotte, dat zij, door bevoorrechting van hun
personeel bijvoorbeeld, parasiteeren op de rest van de
bevolking. Hetzelfde geldt voor provinciale en ge-
meentelijke bedrijven. Doordat wij ermede zijn opge-
voed, zijn wij er weliswaar mee verzoend, dat o.a. de
electriciteitsvoorziening i.n ons land door de overheid
geschiedt, en deze toestand heeft ongetwijfeld voordee-
len in bedrijfstechnisch opzicht en uit een oo
,
punt
van eenheid, doch cle nadeelen zijn daarmede niet
goedgepraat. Dat langs anderen weg even goede resul-
taten bereikt worden, bewijst om. de eiectriciteits-levering in de Vereenigde Staten van N.-Amerika,
waar zich 95 pOt. dezer industrie in particuliere han-
den bevindt.

Wil de gezochte eenheid aan het gestelde doel be-
antwoorden, dan moet zij belichaamd worden door
een instelling, die – zich boven de industrieën ver-
heffend – voor haar steunpunten in deze industrieën
zelf een hechten grondslag vindt. Deze instelling moet
als grootste gemeene deeler der betreffende factoren
een gemeenschappelijk belang vertegenwoordigen,
waarvoor in dit geval in aanmerking komt de ge-
meenschappelijke nervus rerum: het kapitaal.

De voorziening in de voortdurende kapitaalhehoefte
der industrie geschiedt thans reeds voor het grootste
gedeelte direct of indirect door bankinsteilingen en
wanneer het mogelijk zou zijn, dat de banken daarbij

als

6i geheel en als zoodanig
regelend
optraden, zou
van, haar expansie en rationalisatie kunnen uitgaan.
Om daaraan practische uitvoering, onder neutrale
leiding, te waarborgen, is een cen traal lichaam noodig,
dus een centrale financieele instelling, hijv. de door
den heer F. Ei. Fentener van Vlissingen, Directeur
der N.V. Steenkolen Handeisvereeniging, voorgestelde
industriebank. Deze leidende rol is aan de Indi.istrie-

bank toebedacht en nader belicht door den heer Ir. J.
M. Steffelaar, die zijn beschouwingen steunt op cijfers
en
feiten, die de noodzakelijkheid tot rationalisatie
ten d uidelijkste demonstreeren.

Men behoeft het met den heer Steffelaar, wat be-
treft de details van zijn verhandeling, zooals versche-
nen in ,,Maatschappij-Belangen”, tijdschrift der Ne-
denlandsche Maatschappij voor Nijverheid en Elandèi,
van Sept. en Oct. ’29, niet in elk opzicht eens te zijn,

om toch deze verhandeling als een belangrijke bijdrage
tot de studie van het industrie-probleem in Neder-
land te waardeeren. Slechts wil het mij voorkomen,
dat de beoogde rationalisatie reeds in den kiem ver-

zwakt wordt door liet voorstel van den heer Steffelaar
om de oprichting der Irdustriebank te doen vooraf-
gaan door een technische outilleering der individueele
banken, die zich bij die bank zullen aansluiten.

Dit technisch outilieereu zou dan o.a. bestaan uit
het oprichten van inspectie-afcleelingen, bijgestaan door ingenieurs. Mijns inziens zou juist hier slechts
een
centrale
inspoctie-afdeeli ng tot het beoogde doel

kunnen leiden, want locale afdeelingen zullen het
uiteraard n.iet verder dan een subjectieve beoordeeling
brengen. Nu heeft de heer S. wel voorgesteld, dat hij
de centrale instelling de beslissing moet berusten,
doch de centrale inspeetie-afdeeling kan dit zonder
bezwaar volbrengen aan de hand der gegevens, haar
door de directie van de locale bank verstrekt. In ecu
klein land als het onze, waar afstanden in een derge-
lijk geval geen rol spelen, biedt een voorafgaand on-
clerzoeic door plaatselijke experts geen voordeel, dat opweegt tegen de nacleelen van uiteraard locaal-sub-
jectieve bedordeeling van aangevraagd kapitaal of
crediet, om te zwijgen van de extra kosten van aan
de plaatselijke bauidbesturen toegevoegde technische
commissies. Want het is duidelijk, dat hier niet met
één ingenieur kan worden volstaan.
Wanneer ergens, dan moet zeer zeker hier tegen
versnippering ené verspilling worden gewaakt. De be-
oordeeling van een aanvraag om financieelen bijstand
in dan een of anderen vorm, met als uitgangspunt
niet alleen de financiering, doch in eerste instantie
de rationalisatie onzer nijverheid, moet uit zooveel
gezichtshoeken geschieden, dat het samenstellen van
één commissie van onafhankelijke en competente verheid-technische adviseurs met economische inich-
ten op zichzelf reeds een probleem zal zijn.
* *
*

Dat bij een dergelijke heoordeeling een verschil van
opvatting kan heerschen niet betrekking tot rationa
lisatie, ook wanneer eensgezindheid bestaat inzake het cijfermateriaal en de conclusies, welke daaruit getrok-
ken ]cunnen worden, moge geïllustreerd worden aan
de hand van het artikel ,,De Rijw.ielvoorziening in
ons land” van ir. S. van Iioogstraten in No. 120
(16 Oct. 11.) van dit weekblad ..i:let betoog van den
heer v. H., hetwelk een. interessant beeld gpeft van
de rijwielvoorziening, geeft den schrijver aanleiding
te conciudeeren, dat de bestaande voorziening den
gebruiker geld kost en een gezonde ontwikkeling van deze in.dustrie in haar geheel tegenhoudt en wel door
het feit, dat de vervaardiging van rijwielen grooten-
deels in eenzame afzondering, zelfs veelal in éénmans-
bedrijven, plaats vindt. De gesignaleerde versnippe-
ring wordt met cijfermateriaal weliswaar onaanvecht-
baar aangetoond, doch het bewijs van versnippering
sluit in dit geval verspilhing ten koste van den con-
sument geenszins in. De ten onzent inderdaad ge-
clecentrali.seerde rijwielfabricage toch, werkt onder
bijzonder gunstige omstandigheden, waardoor massa-
productie van dit artikel geen voordeelen bi.edt tegen-
over de fabricage in het klein. Dat deze concurreereu
kan met massafabnicage vindt
zijn
oorzaak in het feit,
dat – behalve liet raam – alle onderdeelen, ook bij
geringe hoeveelheden, zeer goedkoop door speciale fabrieken geleverd worden. Hetzelfde geldt voor de
stalen buis, welke – althans in de kleine bedrijven –
de grondstof vormt voor het raam. Bij de vervaardi-
ging van het raam en/of de montage van het rijwiel
zullen derhalve de voordeelen der rnassafabricagè tot
uiting moeten komen. Zij doen dit echter niet en wei
doordat de genoemde operaties niet op zoodanige wijze machinaal geschieden, dat handwerk en geschoold toe-
zicht ontbeerd kunnen worden. Daar het tegenwoor-
dige rijwiel, wat constructie betreft, geheel genor-
maliseerd :is en slechts enkele weinige modellen om-
vat, komen laboratori a, beproevings-installatiës en
a:ndere inrichtingen, waardoor de fabricage in het.
klein gehandicapped zou kunnen worden, niet in aan-
merking. Geheel anders wordt de vergelijking, wan-neer volkomen machinaal vervaardigde ramen, bijv.
gegoten uit of uit staalplaat geperste, toepassing zullen
vinden. Daartegenover staat dan weer de mogelijk-
heid, dat hijv. geperste ramen, door speciale fabrie-
ken vervaardigd, tegen zoodanig lagen prijs aan de
markt Icomen, dat de massafabnicage van rijwielen op-
nieuw de kan.s op een voorsprong ten opzichte van de
kleine bedrijven inboet.

142

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Februari 1930

Neemt men nu nog in aafimerking, dat de bonen
in deze bedrijven als regel lager zijn, de algemeene
onkosten eveneens, daar de patroon in vele gevallen
zelf meewerkt, dan volgt daaruit, dat de voordeelen
der massafabricage slechts denkbeeldig zijn. In dit
ozicht is de toestand geheel als in Duitschiand, waar-
aan de heer 0. Steinitz, Berlijn, in Heft 16, jaargang
’20 van ,,Werkstattstechnik”, een uitvoerige beschou-
wing wijdt.

Dan wil de heer Van Hoogstrateil nog bezuinigen
door het uitschakelen van bijna alle schakels tusschen
producent en consument, hetwelk z.i. zal plaats vin-
den bij het verdwijnen van de kleine industrieën. Deze
verwachting schijnt mij ongegrond toe, want juist de
kleine bedrijven staan

nader tot den consument dan
de groote, terwijl de transportkosten bij massaproduc-
tie zullen stijgen.
* *

Ontegenzeggelijk is de ijwiel-voorziening een bij-
zonder geval, in onze industrie staat dit geval echter
niet op zichzelf. Ik meen door dit voorbeeld te heb-
beu aangetoond, dat het probleem der rationalisatid
niet volgens een algemeene formule kan worden op-
gelost. Hoeveel gecompliceerder zal de opgave zijn wanneer het gaat om scheepswerven, fabrieken van
spoorwcgmateri ed, constructie-werkplaatsen, enz., om
slechts een greep uit de metaalindustrie te doen. Deze
industrie telt overigens genoeg bedrijven, die onbe-
twistbaar een goedkooper en/of beter product zouden
kunnen leveren, wanneer samenwerking in den vorm
van concentratie van ervaring, centralisatie van f a-
bricage en specialisatie ten opzichte van de gefabri-
ceerde artikelen bestond. In tegenstelling met boven-
aangehaald voorbeeld van het doodgenormaliseerde
rijwiel is groote bespariiig mogelijk in gevallen, waar
abnormaal hooge algemeene onkosten ontstaan door
den one.yenredig lioogen druk tengevolge van acquisi-
tie, reclame, ontwerp, experiment, en onderzoek van
het voltooide product, zoowel ten opzichte van het
aantal gelijke artikelen, die voor
gelijktijdige
‘ervaar-
diging in aanmerking komen, als van de totale pro-
ductie. Hiertoe moeten o.a. gerekend worden: hijsch-
werktuigen, pompen, ventilatoren, electrische toestel-len (machines, motoren en apparaten) en gereedschap-
pen op velerlei gebied.

Dat de tijd rijp is onze nijverheid onder de rationa-
lisatie-loupe te riemen, teneinde haar door verbete-
ring der voorwaarden, waaronder zij werkt, nieuw
leven in te blazen en tevens door de dan mogelijk ge-
worden expansie de werkgelegenheid uit te breiden, kan niet aan twijfel onderhevig zijn. De opinies om-
trent de wijze, waarop dit zal moeten geschieden, zul-
len voorloopig nog wel divergeeren, doch de groote
algemeene belangen, die op het spel staan, vragen om
spoedig ingrijpen.
Indien aan het plan voor een centrale bank, vol-
gens het schema van den heer Van Vlissingen, door
banlcierskringen geen sympathie wordt geschonken
omdat, zooals Prof. Mr. Dr. G. M. Verrjn Stuart in
Nr. 111 (14 Aug. jl.) van dit weekblad heeft betoogd,
onze tot dusverre hevig concurreerende banken nog
niet
rijp
zijn voor permanente samenwerking op een
dergelijke schaal, dan zal getracht moeten worden op
andere wijze aan de primaire eisch van samenwer-king te voldoen. Prof. Verrjn Stuart ziet voorhands
betere waarborgen in individueele ontwikkeling der
bestaande grootê banken. Met betrekking tot de voor-
ziening in kapitaal is deze methode wel de eenvou-
digste, doch zij is onvereenigbaar met rationalisatie
van nationaal standpunt. In aanmerking nemende,
dat het hier niet een specifiek industrieel, doch na-
tionaal belang geldt, dringt zich de vraag op, of –
na al de tegen de Industriëbank geopperde bezwaren
uit financieele kringen – van deze zijde niet een op-
bouwend tegenvoorstel verwacht mag worden.
Het is beter reeds thans tot een oplossing te komen,
dan te wachten totdat Nederland in de Engelsche im-
passe is geraakt en de regeering tot steunverleening
aan een
noodlijdende
industrie moet overgaan. De
voorgestelde Industriebank, bijvoorbeeld, ter verdere
ontwikkeling eener thans nog gezonde, doch nood-
zakelijk op rationalisatie en expansie aangewezen,
nijverheid, is toch in elk geval, te verkiezen boven
een nationale crediethank, welke minister Thomas,
ten behoeve der noodlijdende Engelsche industrieën, met behulp der bestaande bankinstellingen, blijkbaar
wil oprichten.
P. BARENDSEN.
Dordrecht, 5 Febr. 1930.

HET RUSSISCHE ,,VIJFJARENPLAN”.
Utopie en werkelijkheid.
De Russische economische constitutie schakelt prin-
cipieel (en eigenzinnig, gelijk alleen fanatici het kun-
nen) de drie steunpilaren der kapitalistische, op het vrije verkeer berustende economische orde uit: den
particulieren eigendom, de zucht tot verdienen en de
vrije concurrentie. De beide eerstgenoemde vormen
de sterkste krachten van onze hedendaagsche econo-
mie; de vrije concurrentie is er de scherpste regulator
van, zij heeft de functie van een buitengewoon ge-
voelige stuurinrichting van alle economische gebeur-
tenissen.

De communistische economische leiding is er op aangewezen, deze door haar verbannen drijfveeren
door andere te vervangen. Zij doet dit o.a. door de
innerlijke stuwkracht te vervangen door dwang van
buiten af. Op de plaats der door haar geschonden en
op vele gebieden totaal uitgemergelde vrije markt met
haar zelfstandige regeling van alle economische ge-
beurtenissen, moet zij eveneens een willekeurige actie
zetten, van boven af het economisch verkeer leiden.
Zij noemt het procedé met behulp waarvan zij dit tot
stand wil brengen ,,systematisehe huishouding”. Deze
functionneert op de basis van statistieken, kartothe-
ken, enquêten, boekingen, tabellen; zij kamt tot uiting
in een woestijn van voorschriften, getallen, schemati-
sche voorstellingen, begrootingen en suppiementen,
verplichte programma’s, – kortom, in een buitenge-
woon moeizaam en traag bureaucratisch mechanisme.
Zij heeft nu zichzelf overtroffen, door voor een ter-
mijn van vijf jaren een economisch plan voor een rijk
van 150 millioen inwoners tot in de kleinste bijzon-
derheden vast te stellen. Het doet aan als een meester-
w’erk van luchtkasteelen-architectuur, en wanneer

men de van getallen, tabellen, berekeningen en be-
grootingen wemelende beide boekdeelen van het ,,vijf-
jarenplan” doorleest, schemert het je voor de oogen.
Daar staat alles hij voorbaat vast: productievermogen
van den landbouw en alle bedrijven, prjsvo1ming,
valutapolitiek en koopkracht van het geld, loonpeil,
arbeidsprestaties van alle industrieele bedrijven, aan-
leg van spoorlijnen en capaciteit der transportmidde-len, regeling van den afzet. De eene constructie grjpt daarbij nauwkeurig in de andere; de eene verdieping
van dit geweldige gebouw schijnt in de
fijnste harmo-
nie uit de vorige op te rijzen….Ongetwijfeld heeft

men te doen met een systemaiseering van zon gewel-
dige afmetingen, als de wereld nog nooit heeft aan-
schouwd! En men stelt zich voor: hier gaat het com-

munisme over tot den heslissenden slag tegen de tot
dusver bestaande economische orde; wil ten overstaan

van geheel de wereld zijn meesterwerk verrichten,
zijn examen voor de geschiedenis afleggen. Indien het
plan zou slagen, dan – zou onze op vrijheid berusten-
de economie zich gewonnen moeten geven en kunnen
inpakken. Al hetgeen tot dusver gebeurd is zou als
jammerlijke stumper igheid zijn ontmaskerd!
Om een denkbeeld te geven van den omvang van dit
geweldige experiment, moeten eenige fundarnenteele
getallen worden genoemd. in deel 1, tabel 13, zijn de
produetietoenemingen aangegeven. De progressie is
duizelingwekkend, doordat ieder jaar, wat geprodu-
ceerde industrieele artikelen betreft, het voorafgaande
met 15.6 tot tenslotte 21.4 pOt. overtreft. Dit heeft
tot resultaat, dat de industrieele productie van 18.312
naillioen roebel, die zij in 1927f’28 bij het begin van

12 Februari

1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

143

dezen stormloop bedroeg voor het jaar 1932J’33 tot
43.196 millioen roebel zal zijn toegenomen. Bij den
landbouw is de toeneming iets bescheidener: de jaar-
lijksche toeneming stijgt ,,maar” van 104.2 tot 112.7

pOt., wanneer het voorafgaande op 100 wordt aan-
genomen. De opbrengst, thans op 16.659 millioen roe-
bel begroot, zal aan het einde van de vijf jaren 25.805

millioen roebel bedragen. Dat in dergelijke omstan-
digheclen het nationale inkomen voor 1932 op netto
49.690 millioen roehel is berekend, nadat het bij het
uitgangspunt op 24.429 millioen roebel was begroot,

spreekt om zoo te zeggen vanzelf.

Deze getallen vormen als het ware den opstand,
het frontaanzicht van het enorme gebouw. Maar hoe staat het met de fundamenfen? Wel, men heeft dien-
overeenkomstige kapi taalinvesteer i ngen beraamd. Over
den omvang daarvan behoeft men zich in het geheel
niet meer te verwonderen. Gedurende de vijf jaren zal
het grondkapitaal van de Russische volkshuishouding
met 64.601 millioen, het circuleerende kapitaal met
13.803 millioen roebel, in totaal derhalve met 78.4
milliard roebel vermeerderd worden, hetgeen neer-
komt op een stijging van 257 pOt. Ter beantwoor-
ding van de vraag, waar deze fabelachtige rijkdom

vandaan moet komen, hebben de sovjets ook een zeer eenvoudige oplossing bij de hand. Daar zij zich er ten volle rekenschap van geven, dat op noemenswaardige
leeningen, in het bijzonder buitenlandsche, niet valt
te rekenen, moeten de noodige bedragen uit het volks-
inkomen gespaard worden: Maar hoe kan dat gebeu-
ren, wanneer de bevolking zoodanig is verarmd, dat zij toch al ternauwernood kan voorzien in het nood-
zakelijkstc levensonderhoud? Doch ook daar zijn de sovjetexperts niet verlegen mede. Daar in dergelijke
omstandigheden uit do individueele inkomens geen

bijdragen meer zijn te krijgen, worden de noodige be-
dragen de bevolking eenvoudig onthouden. Namelijk
– hetgeen in verband met de almacht der dictatoriale
economische leiding en dienovereenkomstige wille-keur geen verbazing kan wekken – door een geraffi-
neerde prijsbepaling van alle voortbrengselen. Ook in
dit opzicht is alles tot in bijzonderheden uitgerekend en bij voorbaat bepaald. Men luistere, hoe buitenge-
woon simpel dat allemaal gaat: dank zij de verbeterde

outillage en bedrijfsmethoden zullen de kostprijzen
van alle industrieele voortbrengselen ongeveer 35 pOt.
lager zijn dan thans. Daarvan worden 20 pOt. aange-
wend voor de algemeene prijsvermindering, de over-
blijvende 15 pOt. zullen de middelen verschaffen tot
het verkrijgen van nieuw kapitaal. De landbouw ech-

ter wordt door indirecten dwang, namelijk een prijs-
verlaging van 5 procent van zijn voortbrengselen, tot
bijdragen genoopt. Aldus moeten de verschillende tak-

ken van bedrijf zichzelf financieren! De middelen
echter worden in laatste instantie toch de bevolking
afgeperst. Evenwel in zeer verschillenden graad. De
industrie-arbeiders zullen in het genot worden gesteld
van een ongeveer 71 pOt. hooger werkelijk loon (de
regeering houdt ook de verdeeling ten volle in han-

den!); de overige bevolking wordt daarvoor evenre-
dig in haar levensomstandigheden beperkt.

Hiermede zijn wij doorgedrongen tot de fundamen-
teele idee van het programma. Die beoogt, dat de
staatsrijkdom geweldig toeneemt, de volksmassa ech-
ter in de armoedigste levensomstandigheden moet vol-
harden. Zegevierend wordt daarom ook betoogd, dat
een dergelijk heldhaftig optreden uitsluitend in een

zuiver socialistisch land mogelijk is.
Dat
is zonder

twijfel juist. Tevens zijn wij echter ook op het punt
aangekomen waar het grootste vraagteeken gezet moet
worden: is het mogelijk, een volk van 150 millioen
menschen te spannen voor een zoo geweldig plan en
tot deemoedigen arbeid te brengen, terwijl men het
tegelijkertijd de grootste ontberingen oplegt, zijn in-
komen tot de laatste cent wegpompt, terwijl de staat
onmetelijke rijkdommen verzamelt? Reeds zuiver psy-

chologisch schuilt hierin zulk een groote onwaar-
sehijnlijkheid, dat men moet vreezen, dat het plan

zal falen op de menschelijke natuur. Zelfs indien het
zou gelukken, de verwarrend gecompliceerde getallen-
schemata van dit economisch dwangbuis te vullen met
stoffelijk leven, – hier moet de fout van de trooste-
boze mechaniseering zich wreken, die alle materieelé
factoren heeft overwogen, maar den mensch buiten
beschouwing liet. Op dit punt bestaat ook, wat de be-
rekening betreft, een hiaat. Al is ook al het getallen-
werk nauwkeurig gemonteerd – contrôle is onmoge-
lijk, daar het geheel een stuk toekomstmuziek is –
toch is op deze plaats een kardinale fout zichtbaar.
Ter verwezenlijking van het vijfjarenplan moeten in

dit tijdperk
78.4
milliard nieuwe kapitaalsubstantie

uit het volksinkomen worden geaccumuleerd. Dus per
hoofd der bevolking jaarlijks meer dan 100 roebel.

Het gemiddelde
inkomen
van een gezin wordt echter
op 350 roebel geschat en prof. Auhagen taxeerde
dezer dagen het gemiddelde iflldO1efl per hoofd der
bevolking zelfs op minder dan 100 roebel. Hier sluiten
de gevolgtrekkingen van het vijfjarenplan dus niet in
elkaar; er heerscht niet alleen verschil, maar men kan
spreiden van tegenstrijdigheid.
Het groote gevaar van dit enorme schema, tot na-
leving waarvan het Russische volk met uitschakeling
van al zijn overige levensbelangen, gedurende vijf jaren wordt veroordeeld, schuilt hierin, dat, indien
het op één punt faalt of met geweld tot misluldking
wordt gebracht, het geheele enorme gebouw in elkaar
zakt. Blijft slechts één industrie achter, kan het
transportwezen ergens niet meekomen, breiden de om-
standigheden van de markt de gekunstelde prijsrela-ties, raakt de valuta aan het wauldelen of onttrekken
de boeren zich maar ten dccle aan hun verplichtingen,
dan is het programma reddeloos verloren. Want, ge-
lijk gezegd, alle reguleerende factoren van een onge-
hinderd verkeer zijn brutaal onderdrukt.
Men vraagt zich af, of de leiding van de sovjets
werkelijk aan de uitvoerbaarheid van dit plan gelooft.
De communistische fanatici, die om Stalin gegroepeerd
zijn, meenen het te kunnen forceeren; gelooven er dus
in dozen geest aan en zetten alles op deze kaart. Voor
het overige is het verboden, er aan te twijfelen. Dc
meest gerenommeerde partijleden, revolutionnai ren
van de oude garde geljld Boecharin, Tomski, TJglanoff,
zijn uit de partij gejaagd of verbannen, omdat zij het
waagden, hun twijfel te uiten. Voor de ,,specialisten”,
de niet-communistische deskundigen in overheids-
dienst heet het te eenenmale: vie bedenkingen ten
beste geeft – verdwijnt. Velen hunner
zijn
reeds uit
hun ambt verwijderd. Het ,,Pjatiletka” (vijfjarenplan)
is op instigatie van Stalin tot geloofsbeli,jdenis van
het boisjewisme verheven. Vele partijgangers althans
zien er een palladium in, waar niet aan mag worden
getornd, omdat het de groote massa een surrogaat
moet bieden voor de heilbelof te door de wèreidrevolu-
tie, die tot dusver opgeld moest doen. Het geloof
daaraan is ernstig geschokt en om de ontzaglijke ont-
beringen en het leed van het leven i.n het sovjetland te dragen, moet er één ster aan den hemel staan, die
toeldomstige gelukzaligheid veridondigt.
Met groote woorden wordt dit ook betoogd. Voor
degenen, die het niet gegeven is, de voorspellingen
door te werken, die binnen vijf jaren een vermeerde-
ring der thans zoo schamele voorziening met in-
dustrieele producten tot 236 pOt., van het volksin-
komen tot 203.4 pOt., van de verschaffing van land-
bouwproducten tot 155 pOt. in uitzicht stellen, voor
deze groepen wordt van het aanstaande ,,groote histo-
rische wonder” overal in de pers verteld. De wereld
der vooze hourgeoisie zal met verwondering beleven,
wat de ,,door het socialisme bevrjde arbeidskracht van
het werkende proletariaat” vermag te bereiken. De
hourgeoisie in het buitenland, aldus wordt het Rus-
sische volk verkondigd, zal het ongekende schouwspel
.,met van verbazing opengespaikten mond in machte-
boze woede” gadeslaan. Zolder is, dat de wereld veel
met oprechte verbazing te beleven wacht; de Mos-
kovische regisseurs mogen terecht het beginnende

ma

144

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Februari 1930

schouwspel aanprijzen als iets ongekends. ,,Reusach-
tig” wordt het in ieder geval. De vraag blijft alleen
maar: een reusacht.ige herbouw van de liussische
volkshuishouding, of een reusachtig faillissement.

H. BuvS.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE AUTOMOBIELINDUSTRIE, DE CREDIET-

CONTRACTIE EN DE DEPRESSIE IN DE

VEREENIGDE STATEN.

Dr. W. L. Valk te New-York schrijft ons:
Zooals ik reeds in een vorig artikel schreef
1),
moet

de moeilijke toestand der automobielindustrie als een
der belangrijke, doch stellig niet als de eenige oorzaak
der Amerikaansche depressie beschouwd worden. in
het voorjaar van 1929 wees ik in een analyse, welke

gepubliceerd werd in het ,,Journal of Commerce”, op
drie factoren, welke i.n de lcomende depressie een rol
zouden spelen: de ontw:ikkeling der auto-industrie,
het consumenteucrediet en cle speculatie. Ook deze
drie factoren zijn niet de een ige gebleken, de toestand
is nog gecompliceerder geworden dan toen te vermoe-
den was, maar het valt niet te ontkennen, dat dit
complex van oorzaken van buitengewoon groote be-
teekenis geweest is en dat di.e oorzaken op merkwaar-
cl.ige wijze hebben samengewerkt, om het handelsleven

ten val te brengen.

7
Tt
de automohelmdustrie zelve betreft, valt het
volgende op te merken. liet zijn vooral drie factoren
geweest, die voor de speciale omstandigheden in deze industrie verantwoordelijk te stellen -zijn. In de eerste
plaats het feit, dat de uitbreiding van de industrie
haar tempo reeds lang had moeten verminderen. Een
crisisoorzaak kan dit feit op zichzelf niet zijn, wan t
de vermindering van den vooruitgang was zeer gelei-
cielijk en het verzacligingspunt was, zooals men nu wel
veilig kan zeggen, nog niet bereikt. En zelfs indien
het bereikt was, zou men toch nog kunnen rekenen
met een gestadige bevolkingsuitbreid.i og, waarmede
cleverkoop van automobielen voorloopig wel een sterke
correlatie zal vertoonen. Toch is het ‘belangrijk, dit feit onder de oogen te z:ieu, want een industrie, die
een phenomenalen groei vertoont, is minder kwets-
baar dan een industrie, die langzamerhand op weg is
de grenzen van haar uitbreiding te benaderen. Hier
in Amerika wijst men altijd op de onbegrensde moge-
lijkhecien van export, doch daarover is niets met zekem-
licid te zeggeu en er is reden om aan te nemen, dat
dit optimisme niet zonder meer gerechtvaardigd is.
Daarbij komt nu het feit, dat het karakteristiek is
voor deze industrie, dat zij geregeld nieuwe modellen
moet produceeren, waardoor zij de markt voor het
artikel, hoewel :i.n steeds verminderende mate, telkens
cenigszins verwijden kan, zoodoende het verzadigirigs-
punt uitsteliend. Maar liet gevolg daarvan is, dat zij
de markt voor haar oudere modellen daardoor bederft,
en cle voorraden dezer oudere modellen bij handelaars
een ernstig probleem veroorzaken. Daarbij komt de
gewoonte, om, wanneer men een nieuwe auto koopt,
(le wagen, clie men bezit, daartegen in te ruilen, zoo-
dat de handelaars geforceerd worden, een groote hoe-
veelheid oude wagens in voorraad te hebben. Dit
proces had nu zulk een omvang bereikt, dat voor cie
oudere wagens, die door technische verbeteringen
steeds minder begeerlijk worden, geen voldoende markt
meer aanwezig was en de liquiditeit der automobiel-
handelaars ernstig in gevaar kwam.
Een derde factor, die onder hèt oog gezien moet
worden, is het feit, dat de ontwikkeling van de vraag
naar auto’s gedurende een
vrij
lange periode niet
gemakkelijk te overzien was. In de ]cringen der han-
delaars wordt aan deze factor groote beteekenis toe-
gekend, hoewel zij quantitatief moeilijk te beoordeele

n
is. Men wijst dan op het feit, dat Ford gedurende een
vrij lange periode uit de markt geweest is. Dit had

) Zie ik-S. R. van 25
Dec.
1920.

tvee gevolgen : eenerzijds kochten velen, die eigenlijk
een Ford hadden willen koopen, nu een Chevrolet of
iets anders. Anderzijds dit schijnt vooral niet de
boeren het geval geweest te zijn – hebben velen hun
i ikoop uitgesteld, totdat de Fords weer te krijgen

waren. Dit heeft nu twee gevolgen gehad nl. dat eerst
de vraag naar andere wagens overschat werd, en dat,
toen de lang uitgestelde vraag naar Fords weer he-
vredigd kon worden, zij overdreven verwachtingen
welcte. Zoo schijnt dan eenige overproductie in de
automobielindustrie niet te ontkennen te zijn, doch het komt mij voor, dat het verstandig is, deze factor
niet te overschatten, temeer, omdat naar men zegt,
cle financieele positie der automohielfabrieken zeer
gunstig is.

Een factor w’aarop vele handelaars gaarne wijzen

is de credietcontractie. Wanneer een credietcontraet:ie
plaats vindt, is het voor den onderzoeker zeer lastig
uit te maken, of de oorzaak bij de banken of bij de
producenten ligt, en vooral in Amerika is dit op het
oogenhlik zeer moeilijk. Het is duidelijk, dat de han-
delaars op de credietcontraetie wijzen als- een der fac-
toren, die hen in moeilijkheden gebracht hebben. Doch

de bankiers schijnen dermate bevreesd te zijn voor de
publieke opinie, dat zij niet gaarne een credietcon-
tractie, ook al is dleze volkomen gerechtvaardigd, toe-

geven. Zij wijzen erop, dat zij slechts het crediet, dat
voor de speculatie gebruikt werd, geweigerd hebben
en dat zij voor de ,,legitieme” behoeften van handel

en nijverheid steeds ruim cred iet beschikbaar hadden.

I-iierbij moet men twee dingen in het oog houden.
Ten eerste, dat, toen de banken het speculatieve crediet
weigerden, de :interest voor deze soort van crecliet
sterk gestegen is en daardoor groote sommen, die
anders voor ,,legitieme” doeleinden beschikbaar waren
geweest, zich nu, of op de beurs localiseerden, of han-del en nijverheid eerst na eenige vertraging bereikten.
indien dus de banken handel en nijverheid van geld
hadden w’illen voorzien, zowiat deze geen nadeeligen
invloed van den toestand zouden ondervinden, dan
had een groote uitbreiding van ,,legitiem crediet”
moeten plaats vinden, om de leemte te vullen, die
ontstond doordat het beursspel, via het effect op de
interest, het geld in andere kanalen zoog. Deze
credietuitbreiding is uitgebleven en handel en nijver-
lieid hebben wel degelijk den druk van den toestand
gevoeld.

En deze houding der banken is voor een groot deel
te rechtvaardigen. Want per saldo was het met de
liquiditeit in sommige industrieën en takken van
handel slecht gesteld. De bekendste zwakke plek-leen
waren wel de film:industrie, die gelijk bekend i, door
de ,,sprekende film” gernïneerd is, en. de automobiel-industrie, om redenen, die hierboven uiteengezet zijn.

Toen nu bij dit alles het additioneele effect van de
ineenstorting der beurs kwam, moest het resultaat wei
zeer ernstig zijn. Want de verliezen op de beurs en het
merkwaardige psychologische effeet, dat deze nu eelT-
maal hebben, hebben grooten invloed gehad op de
kooplust van het volk. En omdat de artikelen, clie
hierdoor het incest getroffen worden, luxe goederen
zijn, voor een belangrijk deel goederen, die vrijwel
algemeen op afbetaling gekocht worden, is het lastig-
uit te maken, in hoever de verliezen in deze indus-
trieën het gevolg zijn van de veranderde houding der
]coopers, en in hoever het weigeren van consumenten-
crediet. hier van heteeken.is geweest is.
Het is duidelijk – en dit is een nieuwe factor in
het moderne depressieprobleem – dat het weigeren
van consumenteucrediet door de banken de vraag naar
afbetalingsartikelen onmiddellijk vernietigen kan. In
zoover is een. contractie va:n consumentencrediet nog
funester in haar gevolgen dan een contractie van
proclucentenered:iet. En, waar de zekerheid van een
eonsumentencred.iet ten zeerste afhankelijk is van de
positie van de handelaars, en deze, althans in het
automobelvak ongunstig vas, wordt het begrijpelijk,

12 Februari 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

145

dat de banken, de financieringsmaatschappijen, die
gewoonlijk den verkoop van automobielee financieren,
niet meer hebben willen steunen. i)aarbij komt, dat de bankiers natuurlijk reeds lang

gevoeld hebben, dat slechte tijden komende waren.
i)it moet mede een beslissende factor geweest zijn in
het bepalen der bankpolitiek. Dat is tenslotte niets
dan een nieuwe illustratie van het feit, dat de vrees
voor een depressie een van de voornaamste elementen
in het komen van een depressie is.
Intussehen kan niet ontkend worden, dat reeds
eenige verbetering in cle situatie is gekomen. De
verkoopen op de automobieltentoonstelling te New-
York zijn meegevallen en het consumentenerediet
sehijnt reeds weer gemakkelijker te krijgen te zijn,
al zal met eenige voorzichtigheid van den kant van
de credietgevers nog wel eenigen tijd gerekend moe-
ten worden.
Een prognose voor den naasten tijd is nog niet te
maken. Een goed ding is, dat men den ernst der
situatie niet meer onderschat. Maar sterke teekenen
van opleving ontbreken nog en, hoewel de buiten-
landsche handel voor Amerika betrekkelijk onbelang-
rijk is, vormen de koffieerisis in Zuid-Amerika en
de gevolgen van de daling van het zilver in Mexico
en China ongewensehte situaties, die niet zullen na-
laten, ook op de Vereenigde Staten hun effect te
hebben.

DE ENGELSCHE BANKPOLITIEK.

Haar invloed op handel en verkeer. Een barometer
voor de volkswelvaart.

De heer Gilbert 0. Layton te Londen
schrijft
ons:

Welke tekortkomingen men later ook aan de tweede
socialistische Regeering in Groot-Brittannië moge
verwijten, in ieder geval zullen er tal van boekdeelen
zijn verschenen, die de rapporten bevatten van de vele
eommiisies van onderzoek, welke door deze Regeering,
kort nadat zij aan het bewind kwam, zijn ingesteld.
Verscheidene van deze boekdeelen zullen een verslag
geven van cle Engelsehe bankpolitiek, als resultaat
van de werkzaamheden van een dier Commissies, om-
dat liet bankbedrijf tot die instellingen behoort, die
heden ten dage zon gaarne aan een nauwkeurig onder-
zoek worden onderworpen en zon vaak w’orden bekri-
tiseerd.
Het voornaamste punt, waarom de kritiek. op de
Engelsehe banken draait, is voorzeker de verhouding
tussehen banken en industrie. Telkens weer
rijst
de
vraag, of de Engeisehe industrie wel in voldoende
mate door de Engelsehe banken wordt ondersteund.
i)e critici beweren, dat de ba.nkpolitiek van Engeland
te conservatief is en dat de voorzichtige relaties tot
de industrie zeer vaak eer remmend dan onclersteu-
nend werken. Er zijn critici, die nog verder gaan en
beweren, dat het bankwezen zijn winsten in hoofdzaak
maakt op de internationale geldmarkt, en zulks ten
koste van den handel. Een bevoegd, doch vooringeno-
men, heoordeelaar van het bankwezen verkondigde
zelfs cle leus, dat in Groot-Brittannië de industrie
wordt afgeslaeht om aan den bankier een vrijen dag
te kunnen geven.
liet Engelsehe bankstelsel is, in tegenstelling tot
dat in andere landen, gebaseerd op een betrekkelijk
klein kapitaal en groote bedragen aan deposito’s. De
meeste bankzaken worden dan ook op grond dezer
deposito’s gedaan. Deze zijn

echter op korten termijn
verstrekt, zoodat de banken genoodzaaict zijn ook aan
de industrie op korten termijn te leenen. In verband
hiermede onthouden de banken zich dan ook van deel-
neming aan de leiding van handels- en industrieele ondernemingen. Het spreekt echter vanzelf, dat bij
de gecompliceerde economische verhoudingen, die wij
thans hebben, en gedurende de laatste jaren van
depressie en moeilijkheden niet steeds werd vastge-
houden aan de strenge beginselen der usantieele En-
gelsehe bankpolitiek, hoewel deze nog wel bij de

incestfinaticieele transacties het richtsnoer is.

di
t de critici van het hankstelsel ook mogen be-
weren, een vaststaand feit is het, dat de Engelsche
banken in staat zijn geweest om in moeilijke tijden
liet financieel evenwicht te bewaren, ook in dezen zin,
dat zij fi.naneieeie erises hebben voorkomen, hetgeen
tenslotte de soliditeit en den vooruitgang van de
Engelsche .i udustrie ten zeerste heeft bevorderd. Doch
zij hebben meer gedaan, zij hebben gedurende de laatste
twee of drie jaren de :industrie in toenemende mate
ondersteund. Reeds i.n 1928 hebben de banken het be-
drag van de aan haar cliënten verstrekte credieten
verhoogd, alhoewel de eigen kasmiddelen van de ban-
ken practisch gesproken niet v.eranderd waren. Deze
steun aan de industrie werd zelfs gedurende het moe:i-
ljke jaar 1929 voortgezet, toen de Bank of England
haar disconto eerst van 4Y2 pOt. tot 5% pOt. en later
tot 6Y2 pOt. had verhoogd en er een hevige druk werd
uitgeoefend op de goudreserve van de Bank van
Engeland door de aanhoudende onttrekking van goud.
Beschouwt men de cijfers van midden 1929, dan ziet
uien, dat de wisselportefeuilles van de grootbanken
£ 44.9 millioen grooter zijn dan een jaar tevoren (toen
(leze post £ 194.4 millioen beliep) en 8.9 pOt. bedragen
van alle verlichtingen tegen 4.3 pOt. twee jaren ge-
leden. Het effectenbezit van de banken nam eveneens
toe, hetgeen de industrie tevens steunde, doordat het
de koopkracht van het publiek deed toenemen en den
koers van de fondsen, vooial van de ,,gilt-edged”
effecten, erdoor op peil bleef. De toeneming van de
posten disconto’s, voorsehotte:ri in rekening-courant
en eall-gelden, is mede een gevolg van de steunver-
leen.ing aan de industrie, welke te meer moet worden
gewaardeerd, nu zij plaats had in een periode van
depressie.

Deze
cijfers
beteekenen een krachtig antwoord van
de banken tegenover de ldri.tiek, dat zij de industrie
niet voldoende steunen. De jongste gebeurtenissen
werpen evenwel een onrustwekkend licht op eenige
van de steunmaatregelen, indien men ze van meer
nabij bekijkt. De ilatry-zweudel, waarvan de schuld
voor een groot deel aan de banken lag, gaf een ongun-
stigen indruk van sommige werkzaamheden in het
bankbedrijf. De daarop volgende val van eenige andere
financiers, waarbij de grootbanken betrokken waren,

hebben deze angstige gevoelens nog doen toenemen.
De banken moeten v66r alles zorg dragen voor de goe-
de reputatie, dat zij geen fouten maken; nu hebben
zij aperte fouten gemaakt, die haar verscheidene mil-
lioeneu hebben geIost,• in sommige gevallen door het
leenen van geld tegen vcrvalschte certificaten, in een
ander geval door eredietverieening aan iemand, waar-
van beweerd wordt, dat hij verre boven
zijne
krachten
ging. Hieruit blijkt een verbluffend gebrek aan bank-technische nauwkeurigheid en voorzorg. Op gronden
vail algemeen belang wordt sterke eritiek geoefend op
het feit, dat de banken groote sommen geld hebben voorgeschoten voor speculatieve financieele trans-

acties, die zich zelfs, indien zij een ver verwijderd
verband hielden met het lofwaardig streven om de in-
dustrie te rationdliseere.ij., Icenmerkten door gewaagde
speculatie inpiaats van solide bevordering van handel
of industrie. Terwijl de moeilijkheden van enkele
speculatieve groepen gedurende den herfst en den
winter van 1929 weinig beteekenis hebben tegenover de
gcheele Engelsehe industrie of het geheele Engeisehe
bankwezen, doet het feit, dat zekere financieele icrin-

gen gemakkelijk geld kunnen krijgen, terwijl solide
industrieelen en handelaren groote moeilijkheden
hebbeii bij het verkrijgen van voorschotten tegen ge-
zonde onderpanden, veronderstellen, dat er een ern-
stig defect is in het bankapparaat.

ilet Engelsche bankwezen heeft de traditie van
onafhankelijkheid en natuurlijke antipathie tegen
staatsbemoeiing;. het is daardoor in staat een bank-
politiek op te bouwen, die aan de eischen van den
tegenwoordigen tijd kan voldoen. Indien het zulks

1

146

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Februari 1930

doet, zal dit der traditie getrouw geleidelijk moeten
geschieden, vrij van opsmuk en als resultaat van vele
proefnemingen. Indien men den toestand globaal be-
schouwt, begint Groot-Brittanni.ë zich opnieuw te

ontwikkelen, waardoor het bankwezen een nieuwen
achtergrond krijgt. Door de snelle toeneming van in-
dustrieele fusies, die plaats vonden en nog zullen
plaats vinden gedurende de komende jaren, zal de
vroeger zoo belangrijke taak van den directeur van
een bankfiliaal, belangrijk aan beteekenis inboeten.
Deze taak bestond hierin, dat de credietbehoeften
van plaatselijke, onderling concurreerende handelaren
en industrieelen moesten worden beoordeeld en bevre-
digd. De delicate en. vaak persoonlijke besprekingen
van den filiaaldirecteur met zijn cliënten zullen plaats
maken voor breed opgezette conferenties tusschen in-
dustrieelen en bankiers in de kamer van de hoofd-
directie, die zich daarbij door hare statistische afdee-
ling zal laten adviseeren. De rationalisatiebeweging
in Groot-Brittannië zal langzaam, maar toch zeer
grondig de Engelsche bankpolitiek veranderen, onver-
schillig, of degenen, die op traditie gesteld zijn, dit
aangenaam vinden of niet. Intusschen zet de desbe-
treffende Regeeringscommissie haar onderzoek naar
het bankwezen in de hoofdstad voort.

AANTEEKENINGEN.

Discontoverlagingen.

De vorige week is in een drietal belangrijke geld-centra het disconto van de centrale bank gewijzigd.
Op 5 Februari gaf de Duitsche Rijksbank het voor-beeld door met haar disconto een half procent naar
beneden te gaan en dit te brengen van 634 op 6 pOt.
Londen volgde op 6 Februari met een verlaging van
5 tot
434
pOt., spoedig gevolgd door New-York, dat
van
434
naar
4
pOt. ging.
1)

Deze discontoverlagingen zijn weinig verrassend.
De positie van cle Duitsche Rijksbank was na de
ultimospanning, die weinig moeilijkheden met zich
bracht, zoo ruim, dat een lagere rente alleszins ge-
motiveerd was. Zooals Dr. Schacht in zijne motivee-
ring van de discontoverlaging heeft medegedeeld,
heeft de Rijksbank haar disconto in Januari slechts
met
34
pOt, willen verlagen, teneinde eerst den alge-
meenen toestand nog eens te kunnen .aanzien. Hoewel
de factoren, welke de Duitsche geldmarkt beheer-
schen, ook nu nog niet in allen deele te overzien zijn,
is de toestand toch in belangrijke mate opgeklaard,
zoodat de centrale bank van meening was het Duitsche
bedrijfsleven, dat zwaar onder de depressie te lijden
heeft, met een verdere rentverlaging te moeten ge-
neven. De credietbehoeften van het bedrijfsleven
zullen in het huidig stadium der Conjunctuur voor-loopig niet groot zijn en Dr. Schacht verwacht, dat
de Overheid de saneering van haar financiën met
ernst ter hand zal nemen.
Daarbij komt, dat er ook nu nog een aanmerkelijke
marge blijft bestaan tnsschen den rentevoet in
Duitschland en dien in andere landen, zoodat terug-
trekicen van geld door het buitenland als gevolg van
dezen maatregel niet te vreezen is. Een vergelijking

‘)
Later werd nog het Oostenr. disconto van
7
tot
64
pCt.
eii dat
vuil
de Javascbe i3ank van
534
tot
5
pCt. verlaagd.

met den rentevoet in Frankrijk, Engeland.en Amerika
alsmede in Nederland bevestigt deze opvatting.
Reeds voor het einde van de Tweede Haagsche Con-
ferentie scheen de neiging van het buitenland – in-zonderheid van Frankrijk – om in Duitschland gel-

den uit te zetten, stijgende te zijn, hetgeen ook de
toeneming van den goudvoorraad van de Rijksbank
zou vericlaren. Daarbij komt, dat de uitvoering van
de besluiten der Conferentie, inzonderheid de inter-
nationale herstelleening, waarvan een deel aan
Duitschiand ten goede komt, de positie van dit land
tegenover het buitenland aanmerkelijk zal verbeteren.
De voornaamste cijfers van de weekstaten van de
Rijksbank sinds het einde van het vorige jaar volgen
hieronder. Voorts geven wij hier een overzicht van de
veranderingen van het disconto sinds einde 1923:

Disconto van de Duitsche Rijksbank.
29
Dec.

1923

. .
10

pCt.
10
Juni
1927

. .
6

pOt.
26
Febr.
1925

.
9

,,
5
Oct.
1927

. .
7
12
Jan.
1926

.
8

,,
12
Jan.

1929

. .
.634
27
Maart
1926
7
25
April
1929

.
734
7
juni

1926

.
634
2 Nov. 1929

. .
7
6 juli

1926

. . 6
13
Jan.

1930

. .
63′,
11

Jan.

1927

. .
5

,.
5
Febr.
1930

.
6

Duitschland werd gevolgd door Engeland. Nu
Frankrijk tot discontoverlaging is overgegaan, en
daarmede, zooals ,,The Economist” het uitdrukt, heeft
gegeven een ,,dëmonstration that France has all the
gold and money she needs, and that it was time to
stimulate French investment abroad”, en nu Duitsch-
land hetzelfde deed, daar was er vodr de Bank van
Engeland alle reden om hetzelfde te doen, te meer,
waar de positie van de Bank zeer ruim was en bij het
geldend disconto het contact met de markt verloren
was geraakt. Van de positie van de Bank van Enge-
land sinds de vorige discontoverlaging (12 December
1929) geven nevenstaande cijfers een beeld. De goud-
voorraad is geleidelijk gestegen en de reserve is bij-
zonder ruim.

Van den loop van het Engelsche bankdisconto sinds
het einde van den wereldoorlog geven wij hieronder
een staatje:

Disconto van (te Bank van Engeland.

5
April
1917

.
5

pOt.
5
Juli

1923

..
4

pCt.
6 Nov. 1919

.
6
5
Maart
1925
.
5
16
Apr.
1920

.
7
6
Aug.
1925

.
434
28
Apr.
1921

.
634.
1.

Oct.

1925

. .
4
23
Juni
1921

. . 6
3

Dec.

1925

. . 5
22 Juli 1921

. .
5/
21

Apr.

1927

. .
434
3 Nov.

1921

. . 5
7
Febr.
1929

.
534;
16
Febr.
1922

.
434 26
Sept.
1929

.
634
13
April
1922

.
4
31

Oct.

1929

6
15
Juni
1922
. .
334

,.
21

Nov.

1929

. .
534
13
Juli

1922

. . 3
12

Dec.

1929

. .
5
6
Febr. 1930

.
434

Tenslotte heeft ook de Federal Reserve Bank of
New-York na lange aarzeling besloten om met haar disconto naar beneden te gaan. Zij is daarin gevolgd.
door verschillende andere Federale Reserve Banken.
Een overzicht van het New-Yorksche disconto doen
wij hier eveneens volgen:

Disconto Federal Reserve Bank of New-York.
21
Febr.
1923 .
434
pOt.

4
Aug.
1927 . 334
pCt. 30
Apr.
1924 . 4.

2
Febr.
1928 . 4

Di.iitscbe Rijksbank.
(in millioenen Reichsmark.)

Goud
1
Deviezen als
gouddekking
geldende

Andere
wissels en
cheques
Beleeniugen
i
verse

Activa
1

Circulatie
1 1

Rekening
Crt.
1

Diverse

1
Passiva
1

Dekkings-
percent.
bankp.
1)

23
Dec.
’29
2.264,7
405,7
2.156,5
98,0 603,3
4.579,0
448,4
296,5
58
31

,,

,,
2.283,1
403,6
2.607,7
250,6
563,2
5.043,7
755,2
293,2
53
7
Jan.
’30
2.283,3
403,8 2.369,9
51,2
581,9 4.604,7 534,5 295,6
58
15

,,

,,
2.134,0
397,7
1.893,8
67,9
578,5
4.187,0
543,4
299,7
60
23

,,

,,
2.286,5
399,8
1.807.1 51,4
580,4
3.952,6
703,7
299,0
68
30

,,

,,
9.297,1
397,1
2.027,9
169,6
606,0 4.653,3
356,8 303,1
58
7
Febr. ,,
2.325,9
1

393,8 1.959,9 54,8
502,7
4.381,0
451,0
208,6
62
l)
Dekking van biljettencirculatie door goud en deviezen.

12 Februari 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

147

Bank van Engeland. (in 1000 £)

Metaal
Bankbilj.
in
circulatie

Gov.
Sec.

Other Sec.
Public

Depos.

Other Deposits
Bankbilj.
inBanking
‘Departm.

Reserve

/O
Disc. and ‘Seeurities
Bankers
Other

Advancesi Accounts

11
Dec.
’29
137.434
365.158
1

60.664 8.828 19.470
8.860
58.073 36.399
31.849
3171
32

18

,……
140.734 371 698
65.144
10.630
20.566
9.859
62.065
35.51.7
28.807
27

26
146.028
379.574
67.124
22.300
17.735 8.829 71.049 35.789
26.275
227,

1

Jan. ’30
.. . .
146.116
369.783
81.659
42.171 18.014
12.350
110.97
37.523
36.178
22
,9
1
.2

8
149.215
362.922
69.886
15.082
15.285
17 2] 1
75.701
35.574
41.139
36

150.654
351.943
61.251 9.672 14.034 24.b1
1
.
64.358
36419
58.523
46
23
1
32
151.289
346.400
57.666
1

5.780
14.879
29.151
59.948 36.012
64659
1

5113,
ie
15

,
……
22

,……
150.428 348.018
54.301
1

5.500
13.976
14.593
67.463 35.987
62.117
1

16
29

,,

,……
5

Febr.

,……
11.2l2
348.690
49.895
5.603
13915
23.294 54.250
30.227
62093
5420,

32

11
Juni
1924 . 3 Y2
pCt.

17
Mei
1928 . . 4 pCt.
8
Aug.
1924 . 3

,,

12
Juli
1028 . . 5
26
Febr.
1925 . 3

,,

9
Aug.
1929 . 6
7
Jan.
1926 . 4

,,

31
Oct.
1929

. 5
22
Apr.
1926 . 3>

.14 Nov. 1929 . 4i4
12
Aug.
1926 . 4

6
Febr.
1930 . 4

Al deze discontoveranderirigen veraangenamen ook
de Positie van onze eigen circulatiebank, aangezien
zij de kans op afvloeiing van geld naar het buiten-
kind verminderen. Of zij echter eerlang reeds effec-
tief zuilen blijken in dezen zin, dat zij de sterke ten-denz tot daling van het prijsniveau in de verschillen-de landen tot staan brengen en het economisch leven
tot nieuwe activiteit zullen prikkelen, zooals inzon-
derheid in Amerika door velen wordt gehoopt, lijkt
bij den geringen omvang der verlaging voorshands

dubieus.
v.
S.

Indexcijfers van groothandeisprijzen.

,,The Economist” schrijft: In ons nummer van de
vorige week publiceerden wij een en ander uit de
onlangs gehouden rede van den heer J. M. Keynes
over de vraagstukken en problemen, door de dalende
prijzen veroorzaakt. De ernst van deze vraagstukken
wordt verhoogd door de verdere groote daling van
de waarde van vele artikelen gedurende de afgeloo-
pen maand. Zooals uit de volgende tabel blijkt, stond
ons indexcijfer voor groothandelsprijzen op 31 Januari
1930 op een niveau, dat 14 pOt. lager was dan het
gemiddelde van 1927, en 9.1 pOt. lager dan dat van
Januari 1929. De daling in de afgeloopen maand

bedroeg 2.5 pOt.
Gemiddelde
1927 = 100

Jan.
1929
Oct.
1929
Nov.
1929
Dec.
1929
Jan.
1930

Granen en Vleesch ….
96.7
94.4
90.6
92.3 89.2
Andere voedings en ge-
notmiddelen ……..
85.0
84.0
83.6
83.5
Weefstoffen ……….
101.3
85.2
83.6
82.6
76.7
Delfstoffen
………..94.8

.89.4

94.6
92.4
92.4
92.6
Diversen
………….91.2
90.7
89.8
89.2
88.0

Totaal …………….
94.7
90.2 88.3
88.3
86.1

Van de vijf groepen, waarin ons indexcijfer is ver-
deeld, namen de ,,Delfstoffen” bij de dalende beweging
gedurende de afgeloopen maand de leiding met een
daling van ruim 7 pOt., waardoor het cijfer voor
deze soort artikelen 44 pOt. benéden het gemiddelde
van 1924 kwam. ,,Granen en Vleesch” namen de
tweede plaats in met een daling van 3.3 pOt., terwijl
de groep ,,Diversen” 1.3 pOt. lager was. ,,Delfstof-
f en” en ,,Andere Voedings- en Genotmiddelen” toon-
den tenslotte weinig verandering. De prijsfluctuaties gedurende Januari voor elk der 58 artikelen, waaruit
ons
indexeijfer
is samengesteld, blijken uit de volgen-

de tabel.
Prijsstijgingen van zeven artikelen t.w. buiten-
laridsch schapenvieesch, varkensvleesch, thee, koffie
en koper – dit laatstgenoemde artikel steeg met
5.9 pOt. – werden gecompenseerd door prijsdalingen
van 29 artikelen, waarbij Oanadeesche tarwe, rijst,
maïs, rundvleesch, Amerikaansche katoen, wol, rubber
en amm. sulphaat op den voorgrond traden.

in verband met de groote overschotten van Augus-
tus, is de afbrokkeling van de noteering van buiten-
landsche tarwe met 7 sh. per quarter voor Januari, na
de betrekkelijke stabiliteit gedurende de laatste vier
maanden van 1929, kenteekenend. Deze daling doet
veronderstellen, dat de handhaving van het plan van de Noord-Amerikaansche producenten, om de voor-
raden van de markt terug te houden, moeilijkheden
zal veroorzaken, en dat de Canadeesche pools tegen-
over groote verliezen zullen komen te staan. De ge-schiedenis van de tarwe gedurende de laatste maan-
den illustreert inderdaad weder eens op overtuigende
wijze de onoverkomenlijice moeilijkheid bij de pogin-
gen om den aanvoer van een artikel te stabiliseeren,
dat van het weer afhankelijk is, en onder de meest
verschillende omstandigheden in alle wereiddeelen
wordt voortgebracht, en het tegengestelde effect op de
prijzen, die zulke pogingen gewoonlijk opleveren.
Zooals uit den volgenden staat blijkt, zijn de andere
granen, in vergelijking met een jaar geleden, meer
in prijs gedaald dan tarwe (aangekomen partijen Ar-
gentijnsche maïs noteerden einde Januari 27 sh. per
quarter tegen
4419
op den overeenkomstigen dag van 1929), terwijl tarwe, waarvan de prijs op 31 Jan. voor
Manitoba No. 2 4816 per quarter bedroeg (tegen 5019
een jaar geleden), in een eenigszins hachelijken toe-
stand verkeert, nu Europa nog steeds goed voorzien
is en de Indische oogstvooruitzichten gunstig schijnen.
Voor de producenten moeten de gevolgen van de
prijsdalingen, niet slechts van graan, maar ook van
katoen, wol, vlas en jute, zeer ongunstig zijn. De
baisse van de graanprijzen heeft, afgezien van de acute
depressie op de vrachtenmarkt, reeds moeilijkheden
veroorzaakt ten aanzien van den Argentijnsehen wis-
selkoers; de niet-loonende katoenprjzen drijven de
Zuidelijke Staten tot systematische inkrimping van

de te bebouwen oppervlakte.
De katastrophale vermindering van de opbreng-sten der wolveilingen zal ongetwijfeld haar terug-
slag hebben op de invoercapaciteit van de voornaam-
ste wolproduceerende staten. Wol (tops) 64’s noteer-
de einde Januari 27 d., tegen 31 d. een maand en
47 d. een jaar geleden. Zoowel in Australië als Zuid-
Afrika vergaderen de Vereenigingen van wolprodu-
centen, teneinde middelen te beramen om. aan den
toestand het hoofd te kunnen bieden, en deze produ-
centen schijnen geneigd zich, evenals de tarwe-,

koffie-, thee- en rubberplanters en de tin- en koper-
producenten aaneen te sluiten om de verkoopen in
een of anderen vorm te beperken. Als een duidelijk
bewijs van de gevolgen van een dergelj ken maatregel,
zelfs op korten termijn (de nadeelen zijn op den lan-
gen duur buiten kijf), kan de aandacht gevestigd wor-
den op de groep artikelen, wier
prijzen,
zooals boven
aangegeven, gedurende het geheele jaar het vastst ge-
stemd waren – kolen, ijzer en staal – artikelen, waar-
bij restriotie geen rol van beteekenis heeft gespeeld.
Wat Engeland betreft, wordt behalve door het feit,
dat de exportindustrieön het hoofd zullen heb-
ben te bieden aan de verminderde koopkracht van
de voornaamste overzeesche producenten, het vraag-
stuk van de dalende groothandelsprijzen nog gecom-
pliceerd door het feit, dat de kosten van levensonder-

0e- (+) ofafneming(—)

Toe- (+)ofafneming(—
in perc.

in perc.
vergeleken met

vergeleken met

+ 50,8
– 4,5
— 29,9

—17,2
—26,1

3,5

vor. maanc

_1,6.
+ 1,0
– 5,0
– 2,9
– 11

– 6,0

– 6,0 – 6,6

+ 7
+ 3,8

– 3,3

+ 3,8
+ 3,0
– 0,8
– 2,2
– 3,3

– 4,4
– 1,5

– 0,6

4,4

6,0
—14,7
r
gout
(Eng.) …….

0,7
Katoen (Am.) ……
,,

(Egypt.)..
.
+
0,7
—22,6
,,

(Zweedech)

+

4,1
Garen …………
..-
4,5

14,5
Cement

……….

17,9
Laken …………

1,9

7,3
Huiden………..
—26,5
Wol
(Eng.)

…….

19,6
—32,7
Leder …………

39,7
,,

(AuStr.)
—21,2

..


39,5
Benzine
No. 1
…..

9,6

12,9
—42,6
Petroleum ……..
—31,8

..


16,7
Stookolie ………
Vlas ………….

1,7
—36,7
Lijnolie

……….

+
15,8
1:lennep

……….

3,2

8,3
Talk ………….

+
10,6
Jute ………….

4,5

20,3
Rubber ………..

+
3,6
Weefstoffen ………
Soda ………….

7,1

243
+
19,8
Ruw.IJzer
________

Amin. Sulphaat
Creosoot

………
7,8
.

..

+

9,8

Stalen rails
.

.
.
Diversen……..

24,3 IJzeren staven
. .
..
.•
+
+

5,3

,,

(tops).
.
t’
…….
Zijde

…………..

Blik

..

+
4,2

+
1,6
1
Ko!en (WeIsch)….

..

+

3,9

9,4
(Dur. Gas.)..
.-)-

13,6
5,4
(huisbrand)
.
..
6,7

1,1

2,1

9,5
Tin

…………..
0,8

19,7

14,1
Koper …………
±

5,9

7,6

+

2,3

Lood ……………

Ongez. Zink ……

Delfstoffen

……..


0,6
..
—24,4


7,0
..+ 0,2

2,3

Tarwe (buiten!.)
(Eng.) ……
Mee! ………….
Gerst………….
Haver …………
Maïs ………….
Rijst ………….
Aardappelen ……
flundvieesch (Eng.).
(Arg.).
Schapenvi. (Eng.)

11

(N. Z.)..
Varkensvl.(Deensch)

(.iranen en Vleesch..

Thee ………….
Koffie …………
Cacao…………
Rietsuiker ……..
Bietsuiker ……..
Kaas (Can.) …….
Boter (Deensche)
Kokosolie ………
Tabak …………

Andere voedings. en
Genotmiddelen…

Toe-(+)of afneming(—) in perc.
vergeleken met
vor. maandi vorig jaar

— 10,6
+ 14,8
+ 14,3


– 0,7
— 5,4

—11,1

1,3

148

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Februari 1930

houd (nauw verbonden als deze zijn met de loo-
nen) niet naar evenredigheid zijn gedaald. Bij ver-
gelijking van den loop van ons indexeijfer met dat
van het Departement van Arbeid voor de kosten van
levensonderhoud, waarbij het jaar 1924 als basis werd aangenomen, is de toenemende afwijicing tusschen de beide curven merkwaardig. De twee grootste dalingen
van de groothandeisprijzen, in de periode van Januari
1025 tot Maart 1926, en in die van Juli 1928 tot
Januari 1930, werden in betrekkelijk onbeduidende
mate in de kosten van levensonderhoud weerspiegeld.
Gedurende de laatste zes jaren bedroegde totale da-
ling van de groothandelsprijzen bijna 24 pOt. tegen-
over een daling van slechts 6.2 pOt. voor de kosten
van levensonderhoud.
Tot op zekere hoogte wordt de afwijking veroor-
zaakt door het feit, dat materialen, die bij het groot-
iLandelsindex zwaarder wegen, sterker zijn gedaald
dan voedingsmiddelen, doch sinds begin 1925 daalden
de prijzen voor voedingsmiddelen in den groothandel
sterker dan in den kleinhandel. Hieronder geven wij
het jaarlijksche verloop van het indexcijfer voor voe-
dingsmiddelen in den kleinhandel van het Departe-
ment van Arbeid en van het gemiddelde (gewogen
in verhouding van 13 : 9) van de twee groepen van
voedingsmiddelen van de groothandelsindexcijfers

van de Economist:

Voedingsmiddelen Voedingsmidd1eu
Verloop in

Groothandel

Kleinhandel

pCt.

pCt.

1925
………….-
9.3

– 3.9
1926
…………
.

– 3.0

– 1.2

1927
………….
– 1.3

– 4.1

1928
………….-
3.6

— 1.9

1.929
…………..-
6.2

– 1.3

Totaal

— 24.6

— 11.8

Verschillen in de samenstelling van de twee index-
cijfers verhinderen een nauwkeurige vergelijking; de afwijkingen in de mate van de dalingen zijn evenwel
bijzonder groot.
De volgende tabel toont ons
indexcijfer,
herleid

tot het gemiddelde van 1913.
In 1925 zouden weinig economisten of handelaren
zich aan de voorsp6lling hebben gewaagd, dat de prij

zen vijf jaren later zouden.zijn gedaald tot nog geen
24 pOt. boven het niveau van 1913. Om dit verloop

als een wereldramp te beschrijven, zooals Prof.
Keynes doet, beteekent een lichte overdrijving van
den ernst van de gevolgen voor de totale koopkracht,
daar de verliezen van de producenten op den langen

Data
d
t…
1

1913
100
100
100
100
100
100
Gemiddelde

1925
168.4
204.2
194.6 139.8
126.2 160.9
1926
151.7
195.3
152.6
149.8 120.7
149,4
1927
147.6
202.2
157.0
125.1 116.1
1.43.7
1928.
152.9
189.7
165.0 115.2
111.2 140.9
1929.
143.0
173.5 144.7 119.6
105.0
132.8
Einde Jan.

1929 142.7
180.8 159.0
118.6
105.9
136.1
Feb.

.
149.3
179.0
156.8
120.6
106.1
137.3
Maart

.
148.9 176.5 158.2 124.7
106.1
138.1
April

.
146.2
174.9
151.8
120.9
104.5
135.0
Mei

.
136.6
170.5
149.0
119.7
103.9
131.5
Juni
140.3
170.1
145.5 120.4
103.6
131.7
Juli
152.7 171.3
143.8
120.2
106.6 134.6
Aug.

.
149.5 174.3
143.9
120.4
105.6
134.5
Sept.

.
141.4
175.1
137.7 120.3
106.2
131.0
Oct.

.
139.3 171.9
133.7

118.3 105.3
129.6
133.7
189.9 131.2
115.6
104.2
126.9
Nov
……
Dec.

.
136.2
16.1
129.6 115.6
103.5
126.9
Jan.

1930..
131.6
168.0
120.4
115.8
102.1
12.7
uuur
TOE
op zelcere noogte moeten worden opgeneven
door de toeneming van het verbruik van d:iegenen,
die, voor levensonderhoud van de industrie afhanke-
lijk zijn. hoewel te verwachten is,. dat een stabiele
toestand bereikt zal worden, (het is nog moeilijk te
voorspellen op welk niveau), is het duidelijk, dat de
fegenwoordige baisse, die een diepgewortelde ver-
keerde inrichting van vraag en aanbod reflecteert,
welke aan vele oorzaken moet worden toegeschreven en nog versterkt wordt door de tariefmuren en andere
beschermende kunstmiddelen, geen veelbelovend begin
voor de onmiddellijke vooruitzichten van den wereld-
handel is, terwijl verliezen op de voorraden van dQ
fabrikanten de bestaande moe:ilijkheden in vele in-
cliistrieën nog verhoogen.
Voorts volgt hier nog een overzicht van het prijs-
verloop i.n een aantal belangrijke landen.
De volgende opmerkingen zijn ontleend aan de des-
betreffende maandpublicatie van het Centraal bureau
voor de Statistiek en hebben betrekking op de Ne-
clerlandsche indeicijfers met basis 1913 = 100.
Bij beschouwing der indexcijfers over December
1,929 in vergelijking met die d.eryoorafgaand mand,
blijkt, daV het algemeen
indexcijfer
met 2 (1.46 p(Jt.),

dat der voedingsmiddelen met 4 punten (2.18 pOt.)
is gedaald.
Tegenover een prijsstijging va:o 11 artikelen (w.o.
7 voedingsmiddelen) met in totaal 33 punten (w.o.

12 Februari 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

149

4)
=


0

4)

4,

N

•0

..

1913
70
4

100
6

100
100
100
7

100
100
100
358 438
.

.
..
367
392
214

Hoogste

1920..
591
(Apr.)
679
(Apr.)
..
325
(Jan.)
366
(Juni)
297
(Juli)
322
(Mrt.)

November

1918
……..

Gemiddelde 1923
.015
458 577
..
183
160 154
2H
1924
1925
98
5

1035
.189
555 554
646
137
5

1425


162
161
156
155
206 202
1926
lOOS
703 654
134 145 149
145 179 1927
95
618
527
138 142 146
148 170
Decerber

1928
97
624
497
140
144 145
148
174
Januari

1929 97
630
496
139 143
144
146 172
Februari
97
638 498
139
143
145
146
171
Maart
98
640 499
140
142
144 147
171
April
97
627 493
137
140
141
144
170
Mei
96
624
485
136 139
140 142 169
Juni
96
611
480
135 139
139
141
168
Juli

,,
98
614
477
138 143 140
141
1
€6
Augustus
98
597
474
138 143
141
142 165
September
97
598
472
138
142
140
141
164
October
96
590
470
137
142 138
140 163
November
94
584
464
135 140 135
137
160
December

..
……
576
459
134 139 134
135
1)
Bureau of Labour. ) Stat. Reichsamt. ) Sedert 1922 gebaseerd op
48 artikelen.
4)
1926= 100.
5)
faargerniddelde.
6)
Sedert October 1923:
Juli 1914=100.
7)
Midden 1914 = 100.

kalfsvleesch met ii punten) staat een prijsdaling van
90 artikelen (14 voedingsmiddelen) met in totaal
1139 punten (w.o. hooi met 11, koffie met 15, thee met
24, peper met 38 en eieren met 10 punten).
In vergelijking met de prijzen van November ii.
zijn in December de stijgingen in procenten als volgt:
rogge 0.14, haver 0.12, macaroni 6.67, zemelen 5.15,
cacao 1.33, rundvleesch 0.94, kalfsvleesch 10.43, zwa-
velzure ammoniak 2.34,
T-ijzer
0.74, terpentijn 0.46
en lijnolie 0.23; de dalingen zijn voor: hoo.i. 4.92,
tarwe 1.42, maïs 3.58, groene erwten 8.85, aardappe-
len 4.02, suiker 1.14; koffie 11.34, thee 4.49, peper
2.58, alcohol 0.81, boter 5.96, eieren 4.22, kaas 2.83, varkeusvleeseh 1.08, ruwe katoen 0.86, hennep 0.56,
zilver
1.13,
tin 0.10, hout (Zweedsche vuren) 1.81 en
hars 1.14.
Beschouwt men de indexcijfers van het jaar 1929
in vergelijking met die over 1928, dan blijkt, dat het
algemeen indexcijfer met
1
(4.70 pOt.), dat der ‘oe-
dingsmiddelen met 8 punten (5.10 pOt.) is gedaald.
Tegenover een prijsstijging van 12 artikelen
(1
voe-
dingsmiddelen) met in totaal 183 punten (w.o. hooi
met 58, varkensvieesch met 23, schapenvieesch met
43 en lijnolie met 23 punten), staat een prijsdaling
van 32 artikelen (19 voedingsmiddelen) met in totaal
552 punten (w.o. rogge met 27, gerst met 36, maïs
met 15, haver met 36, zerncicn met 27, groene erwten
met 52, sago met 16, aardappelen met 83, koffie met
10, thee met 12, peper met 24, vlas met 20, paarde-
huiden met 58 en runderhuiden met 35 punten.
In vergelijking met de prijzen in 1928 zijn in 1929
dc stijgingen in procenten als volgt: hooi 36.91, alco-
hol 3.36, eieren 2.14, rundvieesch 3.00, kalfsvleesch
4.95, schapenvleesch 26.00, varkensvleesch 20.78, hen-
nep .3.73, lijnolie 17.27, petroleum 1.31, steenkolen
3.50 en cokes 6.38; de dalingen zijn voor: tarwe 3.70, rogge 18.51, gerst 27.98, haver 24.23, mais 8.15, rijst
2.93, macaroni 10.22, zemelen 13.11, groene erwten
29.94, sago 11.25, aardappelen 40.03, suiker 8.33, kof-
fie 6.15, thee 6.94, cacao 2.49, peper 6.44, boter 2.87,
kaas 5.00, melk 0.49, zwavelzure ammoniak 1.77, ruwe
katoen 4.55, vlas 10.21, zilver 8.50, T-ijzer 4.14, tin
8.48, hout (Zweedsche vuren) 2.45, paardehu.iden
34.02, runderhuiden 24.26, vetleder 3.68, couranten-
papier 5.34, terpentijn 1.46 en hars 4.91.

lndexcijfers van scheepsvrachten.

,,The Economist” schrijft: Tengevolge van een
verdere belangrijke daling van de scheepsvrachten in
de wilde vaart gedurende Januari bedraagt ons index-
cijfer, gebaseerd op de gemiddelde noteeringen van
de maand, 94.4, hetgeen in vergelijking niet een
maand geleden, 100.3, een daling van 5.8 pOt. betee-
kent. Voor Januari 1929 bedroeg ons indexcijfer
127.5. Uit de volgende tabel blijken de jongste wij-
zigingen van de verschillende groepen:

Datum

‘4

n

Basis
(Gerniddeldev.
1898-1913)
100 100
100
100
100 100 100
(Gemidd.v.1913)
110,0
113,1
123,4 106,3
117,4
127,9
116,3
Febr.

1920
814,3 529,9
757,5 744,8
587,0
712,2
691,0
Dec.

,,
268,9 277,2
244,1
256,8
286,7 347,2 280,1 Dec.

1921
160,1
164,1
163,7
144,4 141,3 166,5 156,7
Dec.

1922
137,1
135,2
129,2 122,6
,136,1
159,3 136,6 Dec.

1923 134,0
132,7
120,1
124,4
125,1
144,2
130,1
Dec.

1924
117,4
129,2
119,5
119,8
129,3
161,1
129,4
Dec.

1925
117,0 121,6 117,0
110,1
110,1
154,9
121,8
Dec.

1926 139,7
156,1
145,9
132,9 129,2 179,8
147,3
Dec.

1927
105,6 116,2 113,6
114,2
124,9
139,8 119,0
Dec.

1928
122,1
131,3 125,6
126,8 127,4
156,7
131,7
Januari1929
119,2
128,6
125,2
123,7
126,2
142,4 127,5
Februari
122,7
125,1
121,5
117,4
122,0 136,2
124,1
Maart
123,8
122,7
118,5
112,2
118,3 121,1
119,4
April
117.7 120,5
118,4
106,3
114,7
113,9 115,3
Mei
119,6
115,6
122,6 109,0
112,6
99,7
113,2
Juni
124,6 106,4 118,2
104,0
101,0
89,0
107,2
Juli
131,1
100,2 121,5 106,3
104,7
97,9
110,3
Aug.
125,5 99,6
115,6
117,0
104,7
108,6
111,8
Sept.
129,7
99,9
112,3
115,3
100,4
107,7
110,9
Oct.
130,4 98,3
103,1
117,4
95,1
106,8
108,5
Nov.
14,9
96,9
97,6
110,7
91,8 94,4
102,7
Dec.
117,3
95,5
94,6 109,0
93,4
91,7
1

100,3
Januari1930
104,2
94,2
95,1
99,8 85,2
88,1
1

94,4

De groote daling van het indexeijfer is ook verder
:in wezen toe te schrijven aan de beperkte vraag naar
graan, als ge.volg van d hernieuwde flauwe tarwe- en
rnaïsprijzen. Ondanks het opleggen van een groot aan-
tal schepen, die geen lading konden vinden, werd op
alle routes, tengevolge van de concurrentie, tonnage
aangeboden tegen dalende prijzen, waardoor op de reizen groote verliezen werden geleden. De notee-
ringen van Indië varen buitengewoon flauw, en met
uitzondering van bevrachting naar Zuid-Amerika (in
welk geval zelfs nog een pessirnistischer standpunt
werd ingenomen dan een maand geleden over de toe-
komsti ge vooruitzichten van cle thui svrachten), gaven
de uitgaande kolenvrachten, vooral voor korte reizen
naar liet Continent, eveneens een sterke daling te
zien. De volgende tabel toont de maandeljksche wijzi-
gingen in de indexeijfers van iedere groep en sub-
groep; het cijfer 100 stelt telkens het gemiddelde
niveau gedurende cle periode 1898-1913 voor:

+ of-

Golf van Biscaye; uitgaande vracht
110,1

29,3
thuisvracht
…….
130,6

9,7
100,0

8,8
..

105,8

1,5
Iliddeil. Zee; uitgaande vracht
……..
thuisvracht
…………

1,3
Zuid-Amerika; uitgaande vracht
.07,1
.(-

3,2
thuisvracht
……….

2,1

Noord-Amerika …………………94,2

..
115,8

2,1
.83,1

83,9

16,3
Indië; uitgaande vracht
……. …
..

11

thuisvracht

………… …….
lIet verre Oosten, enz
……………
85,2

8,2
Australië
………………………
.
88,1

3,6

De laatste tabel toont de verhouding
van
het index-
cijfer tot het gemiddelde van 1913:
t

(1913=100)

Maand
1927

1

1928
1

1929
1930

118,59 98,47
109,6
.

81,2
120,54 94,33
106,7
118,58 93,17
102,6
111,06 94,59
99,1
111,41
93,79
97,3

llaart
…………

106,54 91,29
92,1

Januari

……….

April
…………
Iei

………….

101,61
93,73
94,8

Februari
………

Juni

……… …

105,51
98,17
96,1
September
……
107,51
99,54
95,3

Juli

…………

105,78
103,93
93,3

Augustus
……..

106,27

..

110,94 88,3
October.

……….
November

…….
December
…….
102,31
113,17 86,2
Jaarl. getn.iddeld
..
109,64
98,8
96,8

150

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Februari 1930

Indexcijfers van Nederlandsche aandeelen.

De Bank voor Handel en Scheepvaart te Rotterdam zendt ons onderstaand overzicht:

Iudexcijfers van
12
aandeelengroepen der Amsterdamsche effectn beurs.
1)

Banken
EIectri-
Industrie
Kunst-
‘Mijnbouw!
Olie
Rubber
Schp

vaart Suiker Tabak Thee

Januari

1029
158.8
308.5
180.0
420.9 309.3 300.4 399.0
256.1 142.0

411.7
570.4
408.1

Februari

1929
165.0
316.9
182.0
427.3
286.9 297.6
386.3
273.9
139.9

412.8
576.6
458.3

Maart

1929
166.0
310.5
183.3
421.8
280.3
291.6
394.8 270.3
140.6

41 ?.0
559.1
442.3

April

1929
162.7
328.0
178.2
418.2 274.8
275.8
394.9 238.6
135 4

400.8
514.4
458.5
Mei

1929
.161.8
3111.5
170.4
435.6
281.4
269.2
393.4
242.2
128.5

401.8
485.5 472.9

Juni

1929
155.3
375.2
167.4
455.3
292.5
273.5
404.2
234.2
126.6

407.2
459.9 445.7

Juli

1929
157.8
366.2
166.0
.462.2
258.3 272.2 392.0
244.4
122.9

402.3 451.6
447.6

Augustus

1929 154.4
375.2
165.9
480.4
259.0 276.9
396.8
248.8
121.2

400.8
462.4
443.4

September
1929
159.4
378.4
169.9
482.0
219.5 280,9
431.7
247.2
120.1

414.7
470.3
433.2

October

1929 156.5
335.3
158.0
427.3
185.4
254.0
435.4
225.4
113.0

397.5 453.3
423.8

November
1929 151.4
301.1
150.2
.
384.1
144.3
218.9
398.3
174.6
106.2

366.9
426.7
406.4

D’cernber

1929
150.4
292.8
144.6
368.7
124.4
213.9
396.7
145.7
1034

356.1 408.3 418.2

Januari

1930
155.8
289.6
1

143.8
311.7 107.6
211.2
398.2
142.5
102.1

354.4
413.8
396.1

1)
Men zie voor
de toelichting
op
dit overzicht
het
nummer
van
E.-S. B. van
15
Januari
1930, blz.
64.
Nadruk
verboden.

Schommelingen iu het aandeelen.indexcijfer.

2
Januari
1930
f
5.114.480.000 = 100.

2
Januari
1930
……..
100

8

1930: …….100.1
15

1930
……..
102.4 22

1930
……..
102.4
29

,,

1930
……..
102.2

De geidmarkt in Januari.

In het overzicht van de geidmarkt in 3anuari, op-
genomen in het nummer van 5 Febr. ji., komt een
mededeeling voor, dat De Nederlandsche Bank haar
goudvoorraad beschermd heeft door afgifte van ver-
sleten francstukken. lntusschen vestigt men er onze
aandacht op, dat deze meening op een misverstand
moet berusten, aangezien de N. B. geen versicten
francstukken voor uitvoer ter beschikking heeft ge-
stcld.
Het middel om door afgifte van versleten munten
den gouduitvoer te belemmeren is niet nieuw en werd
elders ook v66r den oorlog wel toegepast. Het is
dan ook alleszins begrijpelijk, dat toen een, door een
A msterdamsch bankiershuis, beraamde goudzending
niet doorging, de idee van eenige tegenwerking door
De Nederlandsche Bank gemakkelijk ingang kon vin-
den. Bovenstaande opmerking spreekt alleen van ver-
sleten munten. Naar wij hooren zoti zich de tegen-
werking der Nederlandsche Bank meer geuit hebben, doordat zij den verzoeker oude, sedert Juli 1928. niet
meer gangbare, Napoleons heeft aangeboden, waar-
door dus essayeerloon, kosten van omsmelten, enz.
ten laste van den verzender kwamen. Voor den goud-
verzender was zulks natuurlijk niet aangenaam. Men
vergete echter niet, dat De Nederlandsche Bank zelve
de dupe is geworden, van het besluit der Banque de
France om de oude Napoleons niet meer als gang-
bare munt, te accepteeren, terwijl zij (De Nederland-
sche Bank) deze indertijd als geheel volwaardig en
geschikt voor weder-afgifte heeft ontvangen.

V. D.
Be.

BOEKAANKONDIGING.

Dr. Wilhelm. Mautner: ,,Dei Kanspf
uns ‘and ge gen das russische Erdöl”.
Wien und Leipzig 1929; Manzsche Ver-lags- und Universitiitsbuchhandlung.

De groote strijd om de wereldmacht over de petro-
leumrijkdommen tusschen de Koninklijke Shell en de
Amerikaanshe Standardgroep, welke kort na den
oorlog eenige beroering heef t teweeggebracht, behoort
sedert eenige jaren reeds weder tot het verleden.
Sedertdien waren de handelspolitieke pogingen van
de Sowjetunie tot uitbreiding van de door haar gecon-fisceer’de petroleumi ndustrie, welbeschouwd, de ver-
ontrustende factor en derhalve voor’ de buitenwereld

het interessantst en belangrijkst. De inwendige struc-
tuur van de machtsgroepeering ontwikkelde zich als
volgt: de beide genoemde wereldgroepen, die over het
geheel met elkaar verzoend leken, moesten beslissen,
of zij dezen nieuwen factor tot ontplooiing zouden laten komen, dan wel van tevoren zouden trachten
hem uit te schakelen en te bestrijden. Bijgevoig steunde
haar niet uitsluitend commercieele concurrentie en rivaliteit, die inmiddels weder waren opgeleefd, in
hoofdzaak op meeningsverschillen en tegenstellingen
uit boofde van haar gedrag ten opzichte van het
Naplitasyndicaat van de Sowjetunie. De petroleum-
oorlog van de laatste jaren was voornamelijk een strijd
om en tegen de Russische petroleum. Het is derhalve
in hooge mate toe te juichen, dat Dr. Wilhelm Maut-
oer te Amsterdam zijn deskundigheid op dit gebied,
clie hij in talrijke verhandelingen, alsmede door zijn
geregelde maandberichten over het petroleumbedrijf en
de petroicumpolitiek in de te 1-lamburg verschijnende
,,Wirtschaftsdieust” en in het leidende Duitsche va1-
tijdschrift. ,,Petroleum” heeft bewezen, eindelijk aan-
wendde om het Russisch petroleumvraagstuk in een
boek tot een samenhangend geheel te verwericen.
1-let boek bestaat uit 8 hoofdstukken. De in-
houd’ is in twee deelen gesplitst; nl. in een inlei-
ding of systematisch fundeerend gedeelte, dat uit de
eerste twee hoofdstuklceu bestaat en de bedrijfs-tech-
ni sche, in d ustrieele, financieel-technische en commer-
cieele verhoudingen van de Russische petroleumin-
dustrie v66r en na den oorlog nauwkeurig schetst met
het noodige
cijfer-
en feiteumateriaal, dat, zooals
schrijver dezes belcend is, de Russische vakkringeu als
betrouwbaar en navolgensvaard erkennen, en in een
als het ware historisch hoofddeel, dat in de volgende
6 hoofdstuklcen het verloop van het Russische petro-
leumvraagstulc, zooals dit boven werd gekaraicteri-
seerd, als een in ieder geval vrij essentieel stuk van
de moderne geschiedenis toont. De eerste jaren van
den strijd (1922-1926) met de conferenties van
Gcnua en Den Haag en het begin van de politiek van
Sir Henry Deterding om den buitenlandschen afzet
van het Russisch Naphtasyndicaat te boycotten, wor-
den ten deele niet zeer uitvoerig behandeld, omdat
di.t vroegere tijdj)erk reeds grondig werd beschreven
in de oudere literatuur op petroleumgebied, meer in
het
bijzonder
in ,,Oil Imperialism” (1926) van den
Amerikaan Louis Fischer. Toch is Dr. Mautner in
staat ook hier nieuw materiaal aan te voeren en bij te
dragen tot nieuwe inzichten, waarvan Louis Fischer
nog niets afwist, noch af kon weten. Inzonderheid
heeft dit betrelcicing op de kwestie van de vervalschte
tsjerwonetsen, weilce in Januari van dit jaar in Duitsch-

land tot een sensationeel proces heeft geleid. ‘Uit de
mededeelingen van Dr. Mautner, die op vericlaringen
berusten van de weduwe van den vroegeren Duitschen Generaal Hoffmann (geen familie van schrijver dezes)
en van den Georgiër Karumidze, blijkt duidelijk, dat

12 Februari 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

151

er in het voorjaar en in den zomer van
1926
wel eenige
voeling zou hebben bestaan tusschen de Koninklijke
Shell eenerzijds en de politieke groep der Georgiërs
en Generaal Hoffman anderzijds, doch dat deze onder-
handelingen door de Koninklijke Shell reeds in Juli
1926
werden afgebroken, zoodat de Georgiërs eerst
na hun fiasco in de petroleumpolitiek uit wanhoop
het middel van de tsjerwonetsenvervalsching te baat

namen. Derhalve was het niet juist de tsj?rwonetsen-
vervalsching met de politiek van Sir Henry Deterding
in onmiddellijk verband te brengen. Men kan niet eens
bewijzen, dat de leiding van de Koninklijke Shell-
groep daarvan ook maar iets af wist. Het zwaartepunt van het boek van Dr. Mautner ligt intusschen in de beschrijving van den nieuwen petro-
leumoorlog, welke in den zomer van
1927
ontstond,
toen de boycotpolitiek van Sir Henry juist op het
beslissende moment na het afbreken van de diploma-
tieke letrekkingen tussehen Groot-Brittannië en de
Sowjetunie (Arcos-affaire van
12
Mei
1927),
werd

tegengewerkt door de bekendmaking van het totstand-
komen van een leveringscontract tussehen het Russi-
sche Naphtasyndicait en twee groote maatschappijen
van de Standard-groep. Pas in Februari
1929
eindigde
deze nieuwste phase in de crisis van de ontwikkeling
der petroleumpolitiek, waarvan de heteekenis en de
details in Mkutner’s boek zijn te vinden, door het slui-
ten van vrede (of wapenstilstand?) met de Russen.
Zooals do benoeming van Sokolnikow, tot dusverre
voorzitter van het Naphtasyndicaat, tot gezant te Lon-

den bewijst,
zijn
de daarmede gepaard gaande vraag-
stukken naar alle waarschijnlijkheid nog niet defini-
tief geregeld. Mautner’s boek behandelt tevens de
voorwaarden voor een goed legrip van de aanstaande,
reS]). zwevende, onderhandelingen.
Ongetwijfeld is dit werk, naast het oudere boek van
Louis
Fischer, liet belangrijkste over Rusland in de
wereldliteratuur op het gebied van de petrMeumpoli-
tiek. Beide boeken hebken hun eigenaardigheden en
goede hoedanigheden. Tegenover het politieke tempe-
rament en combinatievermogen van
Louis
Fischer,
die door omstandigheden van persoonlijken aard, rela-
ties en sympathieën wellicht, niet steeds vrij is van
Russischen invloed, heeft Dr. Mautrier een bijna niet
te evenaren kennis van en beheerscht hij nuchter het autheutieke materiaal. Al is het boek van Fischer in-
nerlijk actiever en politieker, toch steunt het nieu-
were boek van Dr. Mautner meer op wetenschappelijke
basis. Waar het evenwel uit het verband van de steeds gestaafde feiten, welke speciaal voor de jaren na
1925
bijna zonder leemten worden vermeld, politieke ge-
volgtrekkingen maakt en een oordeel velt is het vol-
komen onpartijdig, waardoor het in politiek opzicht

nog aan waarde wint.
Dr. KARL UOFFMANN.

Berlijn.

MAANDCIJFERS.

EMISSIES IN JANUARI 1930

Prov. en Gemeentelijke Leeningen.
. f
51.467.203,75

zijnde

Nederland

Prov. Gelder!.
f
2000.000
434 o, obl. R 99′.o/…..f1.990.000
Prov.N.-Uoll.f 10.025.000
434
01,
obi.
a
9834
0/
…..
f
9.899.687,50
Prov.
Z..IIoll.
fl.500.000
434
0
/0
obi. t 100
0
/0
…. f1.500.000
Gem.
Amsterd.
f
9.000.000
434
0
10
obl.
S
9834
0
/…..
f
8.842.500
Gem.Rotterd.f2 1.110.000
1
)
434
oi,
obi.
S
97’1,o/ ..
f
20.582.250
Gem. Utrecht
f
5.273.0002)

434 o/
obl.
a
9711,
O/

. .
f
5.147.766,25
Gh,li
Stad Santiago de Chile
Zv. frs. 8.000.000 60/o
obl. S 87’/
8
0/. ……..
f
3.505.000

Hypotheekbanken …………….
f

1.250.000,-
zijnde:

Nederland

Aandeelen

‘s-Graven haagsche HYPo-
theekbank v. Nederland

f
500.000
3
) S 250
fl/4) .. f
1
.
250
.
000

Industrieele Ondernemingen ……,,
8.235.600,-
zijnde:

Nederland

Aandeelen
Ver. Kon. Papierfabr. der
firma Van Gelder Zonen

f
1.350.000) 6
0l
cum.
pr
. winst,!. aanil. S 110o, /1.485.000
Ver. Kon. Papierfahi. der
firma Van Gelder Zonen
/3.150.000
6
) aaudS 1500/,
f
4.725.000

Obligatiën

Nederl. Linoleumfabriek

f
2.110.000 5
0
/0
obi. S
96 o ……………../ 2.025.600

Diversen ——- – ———–
—-,,

100.000,-

zijnde:

Nederland

Obligaiiën

Ver. ,,Ilendrick de Keyser’
/ 100.000 434
0/
obl.
Ik
100
0/
……………..
f
100.000

Totaal….
f
61.052.803,75

Waarvan voor conversie /14.040.000.

Deze leening diende voor conversie.

Waarop 10
°/o
te storten.

Koers voor bevoorrechte en 280 0/ voor vrije inschr.

Uitsluitend voor aandeelhouders.

Bovendien:

f
6.560.000,— 3 m. Schatkistpromessen S / 992,92
1 570 000,— 6/m.

,,

,, ,,

982,55

14.351.000,— 4 ol, Schatkistbiljetten

,, ,, 1.000,24

Voorts werd in de afgeloopen maand hier te lande de
inschrijving opengesteld op een beperkt bedrag:

0
0
/0 oh!. Stad Luik S ca. 9934
0
/0;
Aaud. Proeter & Gambie Coinpany S $61 p. aand. (introd.);
6
0
/0 obl. Soc. G,inéral d’Assurances et de Crédit Fncier
Ik 10U0/;
en op de volgende obligatieleeningen:
Rente- Emissie-
Guldens voet

koers
E.E. Zusters Augustinessen, Keulen 1.100.000 8
0
/0 ggi °,’o

Abdij der Benedictinessen, Wepion-
Namen ……………………245.000. 7 O/

99 o/
R.K. Kerkbestuur der Par. v. d. H.H.
Martel. v. Gorcum te Amsterdam 125.000 5 0/, ggi o
o

RIJKSPOSTSPAA1BANK.

DECEMBER
1

1927
1

1928
1

1929

f

9.2O6.2llOf
10.020.344

f

10.339.291
Inlagen
………….
Terugbetalingen
. …
,,

9.904.095
,,

9.884.433,,
10.220.804
Tegoed der inleggers
,,321.331.627,,
332.286.169
,,342.628.221
Nom. bedr. der uitst. staatoschuldboekjes
,,

42.511.700,,
42.214.550,,
43.135.400
Spaarbankboekj es:

op
ultimo
… … …

op
ultiino
. …. ….

gegeven
8.807
9.833
10.023
Aantal nieuw uit-

betaald
6.565
6.399 6.768
Aantal

geheel

af-

Aantal in omloop
op
ultimo
.
2.046.440
2.077.3821
2.109.697

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B. ” beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

BANKDISCONTO’S.
Ned (Disc. Wissels.4 16Jan.’30Zwits.Nat.Bk.
322 Oct.’25
Bk Be1.Binn.Eff.
16 Jan.’30 N.Bk.v.Denem. 5
24 Dec.’29

tVrsch. inR.C.
416 Jan.’30
ZweedscheRbk 4,
1J(tn.’30
Javasche Bank….. 5
10 Feb.’30
Bank v.Noorw.5 28
Dec. ’29
Bank van Engeland
4 6 Feb. ’30
Bk. v. Tsjecho-
Duitsche Rijksbank 6
4Feb.
’30
slowakije .. 5
8 M’rt. ’27
Bank v. Frankrijk. 3
30Jan.’30
N.Bk.v.O’rijk. 7 25Jan.’30
Belgische Nat.Bnk.
331 Dec.’29
N.Bk.v.Hong. 7
25Jan.’30
F’ed.Res.BankN.Y. 4
6Feb.
’30
Bank v. Italië. 7
14Mrt.’29
Bank van Spanje.. 519
Dec.’28
Z.-Afr.Res.bnk 6
17 Aug.’29

1930 1929 1928
1914

8Feb r.
318
27Jan.1
20125
419
6111
20124
Febr.
1 Febr.
Jan. Febr. Febr.
Juli

Amsterdam
Partic.disc.
3.114

2
3
143l/4
211I1i
2
5
J8-3
4
1
116_
1

314-4116
31I
8_31
16

Prolong.
2
3
I4-
1
I16
2
11
116-
23(
4
.31(
4

211
4
.3
4-5
3
1
12-4
2
1
1
4
.31
4

Londen
l:l/it
Daggeld…
2
3
14.3
1
12
2
3
1
4
-5
2l
1
‘_4
2-4
2
1
141
2
3
1
4
-5
1
3
14-2
Partic.disc.
3I8-I16
371_4
3
18
-4

318-4
411
4
.511
4

431_11
211e111
Berlijn
Daggeld…
5.6
1
1
2

5-8
1
J2
4-8
1
1
4
1
12-6
4-8
411-811

Partic.disc.
30-55 d…
5518
5
5
18-6
6
611
4

5
5
18
611
4


56-90 d…
551
5
5
14-6
6
6-14
5
3
14
6-
1
14
2
1
1
1
1
1

Waren-
wechsel.
6
6_91
618-
1
12
614-12
6-14
61(
4
7(
5


Nea, York
Daggeld
5)
411
4

4_31
4

4.31
4

4.11
4

6.911
4

4_31
4

1
3
14.2
1
1,
Partic.disc.
37(q
371_4
371..4I1
4
1
1
5
1
18.
1
14
318-14
1

WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Balos’la
York’)

.)
1)

4 Febr. 1930
2.495/
5

12.11
9

59.49
9.77k
34.7%
997
5

,,

1930
2.49s
12.117/
8

59.51
9.771
34.72
6

,,

1930
2.49%
12.1211
4

59.521
9.77
34.731
99i
7

,,

1930
2.498/14
1211T5

59.54
9.77
34.73
99t
51,
8

,,

1930
2.4981
12•12T95
59.531
9.77
34.771
99i
10

,,

1930
2.4951
18

12.12k
59.53
9.761
34.73
Laagsted.w.’)
2.4911
12.113
59.47
9.76
34.69k
993%
Hoogste d.w
1
)
2.49s/
I2.12
9

59.55
9.771 34.77k
99s5
3 Febr. 1930
2.49
1
/8
12.113%
59.501
9.771
34.70
9913/
27 Jan. 1930
2.48151
18

12.10+
59.47
9.77k
34.661
9971
s

Muntpariteit
2.483%
12.103%
59.26
9.75 134.59
1100

Data
Zwit-
srid
Weenen
Praaf
Boeka-
Milaan
Madrid

4 Febr.1930
48.073%
35.073%
.
7.3%
1.491 13.04
32.95
5

,,

1930
48.10
35.07e
7.371
1.48
13.0
32.92
6

,,

1930
48.10
35.10
7.371
1.48
13.04k
33.65
7

1930
48.11
35.10 7.37k
1.49
13.04
32.65
8

1930
48.123%
35.10
7.37e
1.49


10

,,

1930
48.11
35.10
7.37ft
1.49
13.041
32.50
Laagsted.w.1)
48.06
35.023%
7.361
1.47
13.021
32.40
Hoogste d.wl)
48.123%
35.10
7.38
1.50
13.06
33.15
3 Febr. 1930
48.06
35.073%
7.361
1.48
13.04
33.-
27 Jan. 1930
48.083%
35.05
7.361
1.48
13.03
32.27k
Muntpariteit
48.-
35.-
2
)48._
13.09
48.52k

D to
Stork-
1

holm
‘)
Kopen-
hagen)
Oslo’
)
torf
Buenos-
Aires’)
Mon-
ireal’)
1

4 Febr. 1930
66.871
66.62l
66.55
6.26k
97
y,
2.46′
i/,
5

,,

1930
66.874
66.6%
86.55
6.2%
97
2.46%
6

,,

1930
66.90 66.65
66.571
6.27
93
2.46%
7

,,

1930
66.871
66.65 66.55
6.27
923%
2.4671 8

,,

1930
66.90
66.65 66.55
6.2%
.94y
v

2.487/
8

10

,,

1930
66.871
86.70
66.571
6.27
963%
2.47%
Laagsted.w.1)
66.80
66.571
66.50
6.25k
92
2.463%
Hoogste d.wl)
66.92k
66.72k
68.621
6.28
973%
2.479,
3 Febr. 1930
66.87
66.62k 66.55
6.26
983%
2.4611
s

27Jan. 1930
66.821
66.60
66.50
6.251
100
2.46
Muntpariteit
66.67
66.67
66.67
6.261
105%
2.48%

U.00U5L. .-.Lerumm. ‘) i’soeering ce scocceraam.
Particuliere opgave.
Wettelijk gestabiliseerd tusechen
7.53!,
en 7.2111
2
.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

Data
t

Londen
1

($
per
2)
1

Parijs
I($p.
IOOfr.)I($
1

Berlijn
p. 100 Mk.)Ii’$p.
1
Amsterdam
100 gld…)

4 Febr.

1930
4,86
11
/
3,92%
23,88
40,139„
5

,,

1930
4,86
11
/
32

3.92k
23,88
40,1234
6

,,

1930
4,861i,
3,925/,
23,883%
40,133%
7

,,

1930
4,86%
3,92s1
23,8981
s

40,133%
8

1930
4,867/,
3,927/
8

23,893.
40,133%
10

1930
4,86%
3,915/
23,88
40,1034
11
Febr.

19291
4,857/
3,9034′
23,723%
40,05
untpariteit..
1

4,8667
3,9051
8

1

23,81%
40′
1
,

Plaatsen en
Londen
Noteerings-
eenheden
25
Jan.
1930
1
Febr.
1930
_
LaogsteHoogste1

318
Febr.’30
8
Febr.
1930

Alexandrië.. Piast.
p.0
97IJ

973%

9771,

9791

973%
Athene ……Dr.
p.

k
375

375

3743%

375%

37
Bangkok…. Sh.p.tical
1/10%

l/lO/s
1/10%

111031
s
1110%
Budapest

Pen.
p £

27.83

27.831 27.80

27.86

27.834
Buenos Aires

d.
p.$

451139

44%

42

4451

42
9
1,
Calcutta
. .. . 5h.
p.
rup. 115
29
1
2
1j5
29
1
32

1(5
2 9

1,515/

1j5
59
1
Constautin.. Piast.p.0 1.035

1.035

1.025

1.030

1.04(1
Hongkong
. .

Sh.
p. $

11751,

116%

11791

1/6
19
1
82

Lissabon…. Escu.
p. £

108%

10 8 3,
4
>

1081/
s

108s1
8

108%
Mexico’)….

$per

10.22.1 10.171 10.05

10.35

10.25
Montevideo
.

d.per

453%

443%

423%

45

433%

Kobe

…….Sh.
p.
yen

210%

210114

2
/
0
s11s 210
5
1

210
8
1

Montreal
..
.

$per

4.91U 4.91+* 4.903%

4.915%

4.901.
1

Riod. Janeiro d. per
Mii.

5391,

519/33

53%

5
,
1
B

586
144

Shanghai

Sh.
p.
tael

2101

1/11%

21031,

1111
Singapore

. .

id.
p. $

2/3
47
1
44
2134
7
1
44

2/3+

2/3t8/

2/3
47
/
64

Valparaiso
2).

$
per
£

39.80

39.80

39.77

39.80

39.80
Warschau
..

ZI. P. £

43.37

43.37

43.35

43.41

43.381
1)
In het vervolg worden de Mex.
$
niet meer in penc. doch in
£
genoteerd.

2) 90 dg.

ZILVERPR1JS

GOUDPRIJS
9)

Londen’) N.York’)

Londen
3 Febr. 1930..

2081
1
,4351,

3 Febr. 1930….

84/113%
4

,,

1930..

1915/,

43l1

4

1930…..

8
4
1
107
1s
5

,,

1930..

20

4331
8

5

1930….

84/11
6

,,

1930..

20
,
1
8

4
3
8
1

6

1930…..
.

84/103%
7

,,

1930. .

20t1
1
,433%

7

,,

1930….

8411134
8

,,

1930—
20%

44

8

1930….

841113%
9 Febr. 1929.. 25.71,

563%

9 Febr. 1929…
.

84/11%
27
Juli

1914…

2411/,,

59

27

Juli

1914… .

84111
1)
in pence p.oz.stand.
1)
Forelgn silver in
$c. p.oz.
line.
8)
In 8h.
p. oz.
line

STAND VAN ‘.RIJKS KAS.

Vorderingen.
1

31

Jan. 1930
1

7Febr.1930

Saldo bij de Ned. Bank…………….-


f
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten

240.221,88
/

28.359,39
Voorschot op ultimo Dec. 1929 aan
de gem. op voor haar door de Rijks-
administratie te heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting en opcenten op
de Rijksinkomstenbelasting ……….34.125.027,01

,, 34.125.027,01
Voorschotten aan Ned.-lndit ………
….17.415.354,70

19.615.398,81
Id. aan Suriname …………………
..,, 13.046.671,14

13.167.312,10
Id. aan Curaçao ………………….
.,, 1.284.088,57

1.289.933,23
Kasvord. weg. credietverst.ajh. buiteni

124.254.479,78

126.406.660,38
Daggeldleeningen te8en onderp

3.600.000,-


Saldo der postrekeningen van Rijks-
comptabelen …………………..
..20.275.057,31

,, 23.316.777,07
Vordering op het Algemeen Burgerlijk
Pensioenfonds 1) …………………..-

.


Vordering op andere Staatsbedrijven 1) ,, 9.990.309,18 ,, 10.170.309,18

V er
Pl
i c Is t l n ge n.

Voorschot door de Nederl. Bank ingev.
art. 16 van haar octrooi verstrekt.,
t
4.495.740,58

1
8.949.781,26
Voorschot door de Ned. Bank inrek.
courant verstrekt ……………………….-


Schatkistbiljetten in Omloop ………. 117.459.000,- ,, 131 810.000,-
Schatkistpromessen in omloop ……..,, 79.230.000,- ,, 58.720.000,-
Waarvan direct bij de Ned. Bank – –
Daggeldleeningen …………………2.000.000,-


Zilverbons in omloop ……………..,, 9.148.591,50

,, 9.952.774,-
Schuld aan het Alg. Burg..Pensioenf.1) .,

218.978,91

1.945.446,90
Id. a. h. Staatsbedrijf d. P.,T. en T.’)…..38.330.156,85

40.227.400,30
Id. aan andere Staatsbedrijven’) ………..250.000,- ,,

270.000.–
Id. aan diverse instellingen’) …………7.382.943,3l

,, 8.160.042,29
5) In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH.INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.

1 Febr. 1930 1 8 Febr. 1930

Vorderingen:
Saldo bij ‘s Rijks kas ……………
Saldo bij de Javasche Bank………
Verplichtingen:
Voorschot ‘s Rijks kas …………..
Schatkistpromessen ……………
Betaalmiddelen in ‘s Lands Kas
Waarvan Muntbiljetten ………….
Muntbiljetten in Omloop …………
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarban
Voorschot van de Javasche Bank…

12 Februari 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

153

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 10 Februari
1930.
4ctiva.
Binnenl.Wis
.
Ififdbk.
f

39.725.964,02
sels, Prom.,

Bijbnk. ,,

365.778,29
enz.indisc.(Ag.sch. ,,

12.364.610,53

f
52.456.352,84
Papier o. h. Buiten!. ï”disconto

Idem eigen portef.
.
f
211528.060,-
Af :Verkochtmaar voor
de bk.nogniet afgel.


211.528.060,.-…
BeleeningenHfdbk.
f

32.958.523,88
mcl. vrsch.
Bmjbnk. ,,

5.840.023,-
in rek.-crt.
Ag.sch. ,,

43.791.258,14
op onderp.

f

82.589.805,02

Op Effecten

…..-.

f

80.134.25502
Op Goederen en Spec. ,,

2.455.550,-
82.589.805,02
Voorschotten a.h. Rijk …………….

..
11.350.152,69
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud
……f

64.999.070,-
Muntmat., Goud
.. ,,
372.023.602,42

f
437.022.672,42
Munt, Zilver, enz..

,,

27.190.741,40
Muntmat., Zilver..
,,


464.213.413,82
1
)
Belegging
11,
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

……………………

..
25.383.954,52
Gebouwen en Meub. der Bank …….. ..
5.200.000,-
Diverse rekeningen ………………

..
22.385.394,79

Passiva.

f
875.107.133,68

Kapitaal
……………………….f
20.000.000,-
Reservefonds ……………………,,
7.106.550,55
Bijzondere

reserve

………………,,
8.000.000,-
Pensioenfonds

………………….,,
6.294.872,78
Bankbiljetten in omloop …………..

..
795.381.440,-
Bankassignatiën in omloop ……….,,
345.586,29
Rek.-Cour.Ç Eet Rijk
f


saldo’s:

Anderen
,,

20.593.424,28 20.593.424,28

Diverse rekeningen ………………
,,
17.385.259,78

f
875.107.133,68

Beschikbaar metaalsaldo
………….f
137.250.508,02
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigdis
,,
343.126.270,-
1)
Waarvan in het buitenland
f
23.890.447,18.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Goud
Andere
Beschtkb.
Dek-
Data
Munt
1
Muntmat. Circulatie
opeischb.
schulden
Metaal-
1

saldo
1)

kin ga
perc.

10 Febr. ’30
64.999
372.024
795.381
20.939
137.251
57
3

,,

’30
64.995
372.024 823.734
29.482
126.196
55
27 Jan. ’30
65.009
374.523
786.632 33.800
137.330
57
20

’30
65.010 381.038
797.698 36.090
137.830
56
13

,,

’30
65.014 382.444
819.073
34.924
130.754
55
6

’29
65.011
382.444
845.623
23.865 123.312
54

11 Febr.’29
67.056
367.495
784.541
42.742
125.630
55

25 Juli ’14
65.703
96.410
1310.4371 6.1981
43.521
1

54

Totaal

1
Schatkist-
B
1
Papier
Diverse
Data
bedrag
I
disconto’sirechtstreeks
promessen
n g
ophef
reeks

buit enl.
ningen
)

30 Febr. 1930
52.456

82.590
211.528
17.385
3

,,

1930
52.204

112.414
211.308
22.809
27 Jan. 1930
59.313

81.513 217.117
24.091
20

,,

1930
63.093

82.712
219.143
24.330
13

,,

1929
71.832

83.334
219.430
33.212

6

,,

1929
72.648

94.175 219.271 37.565

11 Febr, 1929
66.828

93.361 198.269
15.042

25 Juli

1914
67.947

61.686
20.188
509
1)
Sedert den bankstaat van
14
Jan.
29
weuer op ne oasis van’ls
rnetaaldekking.
2)
Sluitpost activa.

SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data

Metaal

Circa
latie
Andere
t
opetschb.1
schulden
Discont.
Div.
rek-
n(ngen’)

4 Jan.

1930-
600
2

1.702
656 1.068
515
31 Dec.

1929_
6312

1.726
644
1.077
602
28

,,

1929..
630
2

1.727
646 1.090 577
21

1929-
630
2

1.552
657
1.060 536

5 Jan.

1929-
786
1.649
721
1.058 349

5 Juli

1914-
645
1.100 560
735
396
niulip.
uer activa.
‘)J
luu.uuu
DIJ
ur
1’4eu. DaLIK
geuep.
en)
v.uuu
guuu
gekocht.

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. be samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Data
Goud
____________

Zilver
Circulatie
Andere
opeischb.
schuldenJ

IBeschikb.
1
metaal-
saldo

8Feb.1930
168.900
283.100
32.100
42.820
1

,,

1930
169.800
277.200
39.900 42.960
25 Jan.1930
169.900
279.300
39.000 42.580

11
Jan.1930
139.384

28.685
292.071
37.715
36.155
4

,,

1929
139.469

29.225 291.028
38.579
36.853
28Dec.1929
139.555

29.251
288.769
39.481
37.507
21

,,

1929
139.785

26.991
291.646
42.768 33.011

9 Feb. 1929
168.794

21.382
303.516 57.105
45.728
11
Feb. 1928
173.755

18.452
317.445
40.375 121.061e

25 Juli
19141
22.057
1

31.907
1

110.172
1

12.634
1

4.842

Data
1

Dis-
Wissels,
buiten
1

1
Belee-
Diverse

1
reke-

1
bek-
kings-
conto’s
N.-Ind.
1
ningen
1
ningen’)

1
percen-
betaaib.
1

1
lage

8Feb.1930

140.100

*55

54
1

,,

1930

140.100

•••

54
25 .Jan.1930

143.100

••*

53

11 Jan 1930

9.352

3E’1

98.496

28.356

51
4

,,

1929

8.429

28.526

102.418

27.728

51
28 Dec. 1929

8.559

23.338

103.186

30.076

51
21

,,

1929

8.163

25.252

105.181

34.788

50

9Feb. 1929

8.163

39.348

79.999

49.188

53
11 Feb. 1928

12.775

29.530

94.141

35.112

54

25juli1914

7.259 1

6.395 1

47.934

2.228

44
1) Sluitpost activa.

.2) Basis 1f

metaaldekking.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamateposten in duizenden ponden sterlmg.

Bankbilf.

Bankbtlf.

Other Securitles
Data

Metaal

in

in Banking Disc, and seCUrI le
circuiatie

Depart,n.

Advances

5 Febr. 1930

151.212

348.690

62.093

5.603

13.915
29 Jan.

1930

150.428

348.018

62.117

5.300

13.976
22

1930

151.289

346.400

64.659

5.780

14.879
15

1930

150.654

351.943

58.523

9.672

14.034
8

1930

149.215

362.922

41.139

15.082

15.285
1

,,

1930

146.116

369.783

36.178

42.171

18.014

6 Febr. 1929

149.917

357.519

52.107

8.714

15.528

22 Juli

1914

40.164

29.317

33.833

1

Other Deposits

Dek-
00v.

Public

1

1

Other

1
Reserve’ kings-
Data

Sec.

Depos.

Bankers IAccountsl

t
perc.’)

5 Feb. ’30

49.895

23.294 1 54.250

36.227

62.522 5425/3,
29 Jan.’30

54.301

14.593

67.463

35.987

62.410 52111/
22

’30

57.666

29.151 1 59.948

36.012

64.889 51
12
/16
15

’30

61.251

24.811

64.358

36.419

58.711 4623112
8

’30

69.886

17.211

75.701

35.574

46.293 36
1

,,

’30

81.659

12.350

110.297

37.523

36.333 22
19
/

6 Feb. ’29

55.387

8.351

68.501

37.004

52.398 46

22 Juli ’14

11.005

13.736

42.185

29.297 52

1) Verhouding tuaschen Reserve en Deposits.

BÂNK VAN FRANKRUK.
Voornaamste posten in millioenen francs.

1

goedl

Wis-1
Waarv.

&iee-
1
Renteloos
Data

Goud’) Zilver in het

sels

op hef 1

.

1
voorschot
buitenl.l

buiteni.

ningen
a.d.Staat

31 Jan.’30 42.921

236

6.984 24.6711 18.732

2.578 1

3.200
24

’30 42.831

234

6.996
26.2371
18.721

2.467 1

3.200
17

1
30 42.737

231

7.046 25.2981 25.227

2.539

3.200
10

1
30 42.458

228

7.202
25.4281
18.702

2.586 1

3.200

1 Feb.’29 34.004

732 12.436 22.3491 18.177

2.339

3.200

23Juli’14

4.104

640

1.541

8

769

Bons v. d

1Rekg. Courant
Data

zelfst.

Diver-
1
Circulatle
1

ifst.

Parti-
amort. k.

sen’)

1

Staat lamorf.k.jculieren

31 Jan.
1
30′

5.453

3.2861

70.339

1 6.770

3.402

7.512
24

‘301

5.453

1.546 1

68.375

1 7.115

3.433

8.819
17

,,

1301

5.612

1.694 1

88.688

1

7.424

3.490

7.355
10

‘301

5.612

3.936 1

89.347

1

7.548

3.756

6.719

1 Feb.’29

5.930

2.162 1

63.887

1 6.238

6.161

6.016

23 Juli’
14
1

5.912

1

401

943

1) Bij de stabilisatie is de goudvoorraad

gewaardeerd volgens de
nieuwe waarde van den franc.
2)
Sluitpost activa.

154

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTN

12 Februari 1930

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

11 Februari 1930.

De stemming aan de t a r w e-xnarkt waS in de afgeloo-
pen week weder verre van vast, en de wnzetten varen op de meeste dagen slechts beperkt. De vraag bepaalt
zich in hoofdzaak tot stoomende partijen, welke spoedig
in de destinatiehavens worden verwacht en welker houders
geiieigcl zijn tot lage prijzen af te geven. De prijzen voor
Plata-tarve zijn in den loop der week gedaald, niettegen-
stiande cle koersen in Argentinië vrijwel onveranderd
bleven, tengevolge van de daling van den pesokoers. Deze
daling is sedert tot staan gekomen en de koers is zelfs
eenigszins verbeterd, waardoor gistéren weder betere prijzen
waren te maken. Tot nog toe is de vermeercierde vraag
in Europa, welke in Januari werd verwacht, uitgebleven.
Koopers dekken slechts hetgeen zij voor dagelijksche be-
hoefte noodig hebben en op verwijderde aflacling worden
veinig contracten afgesloten. Gebruikers van tarwe be-
trachten cle grootste voorzichtigheid en verwachten blijk-
baar niet, dat de )rijze11 in de naaste toekomst verhoogd
zullen kunnen worden. De groote voorraden, vooral in
Canada, oefenen een drukkeuden invloed
01)
de markt, als
ook de voorraden in Engelsche havens. Hoewel deze niet
meer van denzelfden omvang zijn als eenige maanden ge
leden,
zijn
ze toch aanmerkelijic grooter dan in den regel
het geval is. Ook het aanbod van Rnssische tarwe was een
factor om koopers voorzichtig te doen zijn. Wel worden
geen groote kwantums Russische tarwe in West-Europa
aangeboden, doch bij de beperkte vraag deed dat aanbod
toch zijn cirukkenden invloed gevoelen. Het aanbod van
Argentijosche tarwe is op het oogenblik niet dringend en
afladers schijnen niet veel haast te hebben om andere par-
tijen te verkoopen dan die, welke spoedig aankomen. Do
Canadeesche tarwepool, welke gedurende het najaar steeds
geweigerd heeft tarwe naar Europa te verkoopen, in de
verwachting, dat in begin 1930 cle vraag zou toenemen en
de prijzen zouden stijgen, is op liet oogenblik meer geneigd
te verkoopen. De prijzen, waarvoor cle Pool met tarwe aan
de markt is, zijn lager dan in October en liet verschil
tusschen Manitoba-tarwe en Plata-tarwe is kleiner ge-
worden. Er doen allerlei geruchten de ronde over moei-
lijkheden, welke de Canadeesche tarwepool zou ondervin-
den. Er werd gesproken over het overnemen door dc
Canadeesche regeering van den tarwe-voorraad, over het
opzeggen door banken van gegeven voorschotten en over het garandeeren door provinciale regeeringen aan de ban-
ken van 15 pCt. der voorschotten, omdat de waarde der
heleende tarwe niet meer voldoende delcking tegen de
geleende sommen zou geven. Behalve het laatste worden
deze geruchten ten stelligste tegengesproken, zoowel door
Canadeesche regeeringspersonen als door de Pool zelf.
Nieuwe berichten over besprekingen van de pooldirectie
in Engeland zijn niet bekend geworden en men zou daar-
uit de gevolgtrekking moeten maken, dat deze besprekin-
gen tot nog toe tot niets hebben geleid. Voor den prijs-
loop in de volgende maanden zullen de vooruitzichten van
de nieuwe oogsten spoedig een belangrijke rol gaan spelen.
Wanneer deze vooruitzichten gunstig blijven, zullen koo-
pers zich minder haasten om zich van tarwe te voorzien.
Bovendien bemoeilijken de vele regeeringsmaatregelen in
Europa den invoer en is de vraag verminderd tengevolge
van groote eigen oogsten. Onderhandelingen, welke de
Duitsche regeering heeft gevoerd over het handelsverdrag
met Zweden, zijn ten einde gebracht en daardoor werd het

mogelijk het invoerrecht op tarwe uit andere landen dan
uit Canada en Australië, waarvoor reeds een verhoogd in-
voerrecht moest worden betaald, ook te verhoogen. Dit
verhoogde invoerrecht gaat in in den nacht van 10 op
ii Februari. Het is mogelijk, dat dientengevolge in Duitseh-
land meer vraag zal ontstaan voor Manitoba-tarwe, om-
dat daarvoor nu weder eenzelfde invoerrecht moet worden
betaald als voor Plata-tarwe. De berichten over winter-
tarwe in de Vereenigde Staten blijven gunstig, hoewel
tengevolge van zacht weer in verschillende streken het
stieeuwdek is gesmolten. Het valt
01)
liet oogeublik niet te
beoordeelen, of er in niet door sneeuw beschermde streken
eenige schade is veroorzaakt, doch er schijnt te dien op-
zichte weinig vrees te bestaan, want de koersen voor tarwe
van den nieuwen oogst te Chicago zijn in de afgeloopen
week slechts matig ver,hoogd. De Farm Board stelt verder pogingen in het werk om de boeren ertoe te brengen in het
aanstaande voorjaar minder zomertarwe uit te iaaien,
doch het zal zeer te betwijfelen zijn, of deze aan den
wensch van den Farm Boarci gevolg zullen geven. De
prijzen aan de termijnmarkt te Chicago zijn in den loop
der week eenigszins gestegen, welke stijging gedeeltelijk haar oorzaak vond in het koopen dooi

de door den Farm
)loard gesteunde organisatie. Het slot voor Maart was,
vergeleken bij een week geleden, 4y
4
dollarcents per 60 lhs.
hooger. Te Winriipeg kwamen kleinere fluctuaties voor en
het slot voor Mei was 2 dollarceats per 60 lhs. hooger.
Aan de termijnrnarkten in Zuid-Amerika stegen de prijzen,
toen cle peso in koers daalde. i)aarna trad weder ccii kleine
verlaging in en te Buenos Aires was het slot voor Maart
5 cents per 100 KG. hooger. Te Rosario was de Maart-
termijn 10 cents per 100 KG. lager. De temperatuur in
‘Europat is vrij plotseling gedaald en vooral uit Noorcie-
lijke en Oostelijke landen wordt matige tot lichte vorst
gemeld. Ook in Spanje is het plotseling kouder geworden.
In Roemenië is het weder nog steeds zacht. Bijna overal
in Europa ontbreekt een sneeuwlacg. Zelfs indien eenigs-
zins strenge vorst nog zou intreden, vreest men daarvan
geen nadeelige gevolgen, omdat over het algemeen de wor-
tels zich goed ontwikkeld hebben en de planten een periode
van vorst zullen kunnen doorstaan.

Op de r o g ge-markt is in de afgeloopen week weinig
verandering ingetreden. te vraag voor deze graansoort
blijft uiterst beperkt en het aanbod van Europeesche rogge-
soorten driikkend. Geregeld komen kleinere zaken tot
sta nci in Duitsche, Poolsche en Hougaarsche roggo. Vooral
voor de laatste zijn de prijzen in de afgeloopen week vrij
aanmerkelijk gelaald. De vooruitzichten van den nieuwen
rogge-oogst in Europa blijven gunstig. Een periode van
kour
1
er weder wordt wenschelijk geacht, omdat cle planten
anders te snel tot ontwikkeling zouden komen en nadee-
lige gevolgen’ zouden kunnen ontstaan, wanneer nog stren-
ge koude intrad. De prijzen voor Plata-ni a ï s zijn in de afgeloopen week
gedaald, niet tengevolge van prijsschommelingen in Argen-
tinië. want die ouclergingen kleine verhoogingen, doch ten-
gevolge van het dalen van den pesolcoers, en van, gebrek
aan vraag in Europa. Aangekomen en spoedig verwachte partijen weren op de meeste dagen tot lagere prijzen ver-
kocht, terwijl het moeilijk was koopers te vinden. Ook
voor Februari en Maart aflading daalden de prijzen en
werden op sommige dagen flinke contracten afgesloten. Op Maandag trad weder een vei
1
betcring van eenige gul-dens per last in, toen cle pesokoers weder opliep en kwa-
men niet onbelangrijke zaken tot stand, vooral in spoedig

N. V.

INDUSTRIEELE DISCONTO MAATSCHAPPIJ

AMSTERDA%1

LONDEN

BERLIJN

PARIJS

KOPENHAGEN

Maatschappelijk Kapitaal
f
25.000.000.—

Volgestort geplaatst en reserves / 13.400.000-

De Maatschappij financiert de aanschaf fing op termijnbetaling

van Industrie-machines, ‘Landbouwmachines, Zuivel-

installaties, Kantoor- en Winkelmachines,

Bedrij fsautomobielen, enz. enz.

12 Februari 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

155

AANVOEREN in tona var 1000 KO.

Rotterdam

1
Amsterdam

II
Totaal
11

Artikelen
218 Febr.
Sedert
Overeenk.
218 Febr.
Sedert

1
Overeenk.
tijdvak 1929

1930 1929
1930
1 Jan. 1930
tijdvak 1929
1930
1 Jan. 1930

14.591
161.964
159.987
250
4.330
22.049 166.294
1

182.036
850
21.004
16.028
405
862
_
21.866
16.028

1.253
3.394

307

1.560
3394
Boekweit ………………..
25.268
138.725 102.823 1.400
33.553
23.456
172.278
126.279

Rogge

………………..

4.715
79.662
68.658
1.005
2.236
98
81.898 68.756

Tarwe

………………

466
18.288 19.104
192 1.289 911
19.577
20.015

Maïs ……………….

2.501
10.585
19.446 11.222
28.054
47.816
38.639 67.262

Gerst

………………
Haver

……………….

5.317
25.457
14.739


25.457
14.739
Lijnzaad

……………
Lijnkoek

……………
800 9.298
11.521 772
3.502
5.010
12.800
16.531
Tarwemeel

………….
Andere meelsoorten
. . .
308
1

2.695
1.607



2.695
1.607

verwachte posities. Ook de koersen aan cle Argentijnsehe
en Oct. 2.10, terwijl de laatste noteering voor Spot Cen-
markten stegen dien dag. Aan de termijnmarkt te Buenos
trifugals 3.83 was.
Aires sloot Februari 25 cents per 100 KG. hooger, Mei 15
De ontvangsten in de Atlantische havens der V. S. be-
cents hooger dan de vorige week. Te Rosario was het slot voor
droegen

deze week 32.000

tons,

de versmeltingen

58.000
Februari 30 cents, voor Mei 15 cents per 100 KG. hooger.
tons tegen 45.000 tons in 1929 en de voorraden 538.000
De

vooruitzichten van den nieuwen

oogst in Argentiuiii
tons tegen 144.000 tons.
blijven zeer gunstig en het schijnt, dat gerekend mag wor-
De laatste 0 u b a-statistiek is als volgt:
den

op een groote

opbrengst.

De kooplust voor nieuwe
1930

1929

1928
i’lata-maïs is gering, omdat daarvoor hoogere prijzen

vor-
Ton

Ton

Ton
den gevraagd dan voor oude mais. Het aanbod van Donau-
Cubaproductie …………..600.000 1.215.000

625.600
mais is klein, daar afladers niet tot de in West-Europa
Consumptie …………….4.905

10.619

2.043
maakbare prijzen aan de markt zijn.

Ook

zijn

afladers Wvekontv. afscheephavens.
.

152.752

188 144

195.638
bang om maïs te verschepen, daar deze veelal bij aankomst
Totaal sedert 111

……….293.376

687.û71

332.777
in West-Europeesche

havens beschadigd blijkt te

zijn en
Wekexpnrt …………….

17.667

72 139

52.801
daarvoor groote vergoedingen moeten worden betaald. Ook
Totale export sedert 111

. . .

159.523

229.914

82.798
koopers zijn beangst voor cle kwaliteit, vooral nu in den
Voorraad afscheephavens.. . . .

312.187

476.911

321.235
laatsten

tijd

weder

belangrijke

hoeveelheden

in

slechten
Voorraad

binnn1and

……123.385

517.110

290.780
toestand

zijn

aangekomen.

In

den

regel

is

de

kwaliteit
Aantal werkende fabrieken
.

149

160

166
van Donau-mais beter na den

winter,

doch

het

zachte
weder in Roemenië zal dit jaar geen groote

verbetering
In E n g e 1 a n d was de termijnmarkt eveneens onregel-

hebben gebracht. Het zal daarom nog wel geruimen tijd
matig gestemd
;
op één dag daalden de noteeringen tusscben

duren, voor de Roemeensche maIs gerust kan worden ge-
d. en 6 d., waarna echter tenslotte een herstel van 1
%
d.

kocht, zonder dat men groote bezorgdheid voor de kwaliteit
beneden het laagste punt genoteerd werd. De slotnoteerin-

behoeft te hebben. In de afgeloopen week zijn weder zaken
.
gen op de Ruwsuikermarkt waren:

gedaan

in

stoomende

Russische

mais,

welke

van

droge
Mrt.

Sh.

61434;

Mei

Sh.

7/3;

Aug.

Sh.

7/9;

Dec.

kwaliteit pleegt te zijn. Hierin komen echter geen geregelde 5h. 8/0%.

zaken tot stand, omdat de meeste koopers andere mais-
De Zichtbare voorraden waren volgens Czarnikow:

soorten prefereeren
1929

1928

1927

Ook met ge r s t zijn de Russen geregeld aan de markt
Ton

Ton

Ton

en in de afgeloopen week werd weder veel afgeladen, hoewel
Duitschiand 31112

………1.565.000 1.471.000 1.213.000

de

verseheepte hoeveelheid kleiner was dan in cle vorige week.
Tsjeeho-Slowakije 31112 …….717.000

690 000

840.000

De verschepingen van den Donau waren gel-ing, daar de
Frankrijk 31/12 .
………….669.000

630.000

587 000

boeren

in

Roemenië

tot

de

tegenwoordige

prijzen

niet
Nederland 31112 …………203.
0
00

261.000

193 000

wenschen af te geven. Ook zijn de zeebooten den Donau
België 31112 ……………..197.000

221.000

183.000

niet opgevaren wegens gevaar voor invriezen. Dat gevaar
Polen

31112 ……………..531 000

420.000

293.000

zal nu spoedig zijn verdwenen en grootere verschepingen
Engeland 31112Geimp. Suiker

288.000

209.000

223.000

kunnen dan weder worden verwacht. De vraag voor spoe-
,,

31112 Binnenl.,,

112.000

74.000

54.000

dige gerst blijft gering en dientengevolge zijn

de prijzen
Europa……..4.342.000 3.976.000 3.591.000
in

de

afgeloopen

week nog verder

gedaald.

Duitsehland
V.S. AtI. havens 2q112 ……769.000

213.000

220.000
onthoudt zich nog van het koopen van spoedige partijen,
Cuhaansche

.,

29112 ……182.000

‘125.000

218.000
doch interesseert zich wel voor aflading in

de late voor-
Cuba binnenland 28112 ……180.000

35.000

90.000
jaars- en vroege zomermaanden. Argentijnsche gerst wordt
geregeld

aangebodsn

tot

sterk

concurreerende

prijzen,
Totaal

…………..5.473.000 4.340.000 4.120.000

welke

de

stemming

aan

de gerstmarkt

nog

gecirukter
Op J a v a was de markt voor tweedehands suiker de af-

maakten.
geloopen week stil. Aanvankelijk brokkelden de nominale

Duitsche

li a v e rsoorten

blijven

dringend

aangeboden
noteeringen verder af, waarna zij echter aan het eind weder

aanmerkel
tot in den loop dezer week weder vrij

ijk ver-
iets aantrokken. Het laatst werd genoteerd: Sup. Ready en

laagde

prijzen.

Evenals

voor

andere

voedergranen

is

de
Febr.
f
10.94; Mrt.
.f
11.03; April
f
11.18 en Hoofdsuiker

vraag voor haver beperkt en blijft het aanbod steeds groo-
ready
f
10.75 bij prijshoudende stemming.

ter dan de vraag. Koopers hebben den moed verloren hij

II
i
e r te 1 a u d e

opende cle markt in flauwe stemming

de dagelijks dalende prijzen nieuwe inkoopen te doen en
tot: Mrt.
f
11%; Mei
f
11
5
/8;
Aug.
,f
12.- en Dec.f 12%,

de

afgesloten

zaken

dienden

in

de

meeste

gevallen

tot
alles aanbod. De fluctuaties waren bij afwisselende stem

dekking van vroeger gedane verkoopen.
ming zeer gering. Het slot was prjshoudend op de volgende
noteeringen:

Mrt. en Mei

11%;

Aug.
f
12.- en Dec.
.f
f
12%. De omzet bedroeg 3500 tons.

SUIKER.
KATOEN.
De

verschillende

suikermarkten

waren

de

afgeloopen
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Bebrens
&
Sons.
week onregelmatig gestemd.
Nadat de markt in A me r ik a een ietwat vaster aan-
Manchester, d.d. 5 Februari 1930.

zien had gekregen op de verzekering van het Cubaansche
Prijzen

van Amerikaansche katoen hebben

sedert ons
Verkoop Agentschap,

dat

de

prijs voor

Cubasuiker

niet laatste

rapport

nogal

gefluctueerd.

Ook

noteeringen

in
beneden 2 dc. verlaagd zou worden, verflauwde de stem-
New-York zijn iets flauwer en verkoopen namen toe ten-
ming echter weder toen Portorico en de Philippijnen, hier-
gevolge van gebrek aan vertrouwen in de politiek van de
van gebruik makende, hunne suikers tot lageren prijs te-
Federal Farm Board. In Liverpool daalden prijzen van Mid-
vergeefs aanboden, hetgeen tot verdere prijsdaling aanlei-
American verlelen Donderdag 16 punten en 22 op Vrijdag.
ding gaf.

Zelfs tot

1.13116

dc.

was de interesse

zeer be-
Op Zaterdag en Maandag hadden stijgingen van 2 en 4
perkt. Intusschen had de Vcrkoopcentrale een 10.000 tons
punten plaats, doch gedurende de namiddagzitting van jl.
tot 2 dc. c.
&
fr. verkocht aan Raffinadeurs.
Maandag was er een verdere daling van 14 punten.

Dit
Op de termijnmarkt te New-York waren de fluctuaties
bracht den prijs gisteren op 8.67, een cijfer, dat wij sedert
gering en de slotnoteeringen waren nagenoeg gelijk aan die
Mei 1927 niet hebben gezien; Inter in den namiddag stegen
bij opening, ul. Mrt. 1.81; Mei 1.91; Juli 2.-; Sept. 2.08
prijzen echter, zoodat loopende uiannclfutures 8 punten Loo-

II
156

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTËN

12 Februari 1930

Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In dulzendtallen balen).

1
Aug.
’29
Overeen konistige periode
tot
31
Jan.’30

1
9
2
81
2
9

1
1927128

Ontvangsten Gulf-Havens. 7388

7904

0749
11

Atlant.Havens )

Uitvoer naar Gr.Brittannië 1 1000

1360

745
‘t Vasteland etc

3010

3241

3246
Japan

871

1059

741

Voorraden. (In dulzendtallen balen).

Overeenkomstig tijdstip
31 Jan.’30
1
1

1928

Amerik. havens ……….
.2423

2223

2292

Binnenland ………….1403

1073

1134

New York ……………95

78

192

New Orleans ………….514

329

512

Liverpool ……………424

702

549

ger sloten (lan in den middag. Ook New-York sloot :12 tot
17 punten hooger, terwijl Liverpool 2 tot 4 punten hooger
opent. Egyptische katoen bleef tot gisteren vrij vest, toen
T. 0. T.
.Sakel daalde Lot 13.9011. L000-verkoopen in Liver-
pooi waren de vorige week ook gering en bedroegen totaal
slechts 26.000 balen.
Iii de dmerikaansclie garerimai-kt is niet veel verauclering
gekomen, terwijl de fluetunties in prijzen van het ruwe ma-
ter aal zaken tege uhouden. Spin iers rapporteeren, dat er
over het algemeen slechts weinig verkocht is en blijkt wel
uit de offieieele cijfcrs,.dat in de week voorafgaande aan de
vorige week, verkoopen van Amerikaansche garens kleiner
waren als de productie. Transacties beperken zich voor-
namelijk tot alle soorten Mule en ringtwist. Gisteren
hoorden iwij echter van enkele flinke verkoopen van ring

beams, doch prijzen waren onregelmatig; enkele Posten in
38cr werden verkocht tegen
34
d. beneden de prijzen, waar-
tegen anderen geboekt hadden. Gotwijnde garens worden
nog weinig verkocht, hoewel er eenlige vraag viii

Ind,ië be-
staat. Naar Egyptische garens bestaat weinig a’raag. De
meeste verkoopers hadden slechts weinig goeds te rappor-
toeren, hoewel hier en daar enkele incl’ividueelc spinners

wat meer vraag, aoowel naar twist garens als doubl.ing veït
vermeldden. Dit was echter niet algemeen en men zon wel
zeggen, dat men niomenteel geneigd is de productie te re-
duceeren.
In overeenstemming met dcii loop van katoen is de doek-
markt flauw geweest. Dit heeft een flinke vraag veroor-
zaakt en enkele fabrikanten hebben vele nioteeringen uit-
gegeven. Wij weten van enkele gevallen, waar cle daling
koopers in staat lieef t gesteld enkele orders te boeken, waar-
over zij eenigen tijd onderhandeld hebben. Over het alge-
meen zijn biedingen voor indeuts echter in verhouding meel’
verlaagd dan de daling van katoenprijzen zou rechtvaardi-
gen. Het rapport van deze week kan dan ook slechts ccii
echo zijn van wat wij de vorige week schreven. Over 7?eesehe
koopers hebben over liet algemeen geen vertrouwen en aclienken moer hun aandacht aan het ruimen der stoeks dan aan cle kwestie van verdere aanvoeren. Indië en de kleinere Oostersche markten sturen meer aanvragen in,
doch China is nog uit de markt.

Liverpoolnoteeringen

Oost.
koersen 28Jan. 4Feb.
29Jan. 5Feb. T.T.’opBr.-Indië 11571
8

11571
s

F.G.F.Sakellaridisl4,40 13,95 T.T.opHongkong1/6i
8
l/63i
G.F.
No. 1 Oomra 5,50 5,00 T.T. op Shanghai 2/0

1/11k

KOFFIE.
Na de vaste steisiiniiig, waarin liet artikel in cle laatste
week van ,J nuiiari en in de eerste dagen van Februari had verkeerd, valt voor de afgeloopen week wederom van een kalmere steniiiiiug te gewagen. De wisselkoers in Brazilië
liep nog ruim 2 pCt. terug, waardoor de Milreis op 5
0
1
1(j
d.
kw’iun te staan en liet is waarschijnlijk hieraan te wijten,
dat de kost- en vracht-aanbiedingen van Santos dooreen
16 t 31- per cwt. maakten. Het gevolg van de houding
der Santos-verschepers was weder, dat de loop der notee-
ringen aan cle verschillende terinij ninarkteii een langzaam
in dalende richting gaande lijn toonde (aan cle Rotter-
dainsche termijnmarkt bedroeg liet verschil met een week
geleden 1 t
134
ct. per
34
KG.).
lii dc kost- cii vrachtpiijzeni van
Rio
kwam slechts zeer
weinig verandering; enkele afhaders zijn -16 per cwt.
lager en enkele andere zijie onveranderd. I)e limiet der clagelijksche aanvoeren uit het binnenland
naar de haven van Santos is op 4 Februari gebracht van
40.000 balen op 44.000 balen. i)eze vermeerdering is in

STATISTISCH OVERZÏCHI

TARWE
Hard

nter
No.

loco
Rotterdam!

pe’0TK’.

R000E
AmericanNo,2
5
)
loco
Rotterdam
per 100 K.G.

MAIS
La Plata
loco
R’dam(A’dano
per 2000 K.O.

GERST
mer.

0.

,’
loco
Rotterdam

2000
e0

LIJNZAAD
La Plata
loco
R’damjA’dam
per 1960 K.G.

STEENKOLEN
Westfaalsche/ Hollandsche bunkerkolen,
ongezeefd f.o.b.
R’dam/A’darn

PETROLEUM
Mid. Contin.
Crude
33 t/m 33.90

per

b
5
ar’el

IJZER
evelan Oundry No.3

M

f.o.li.

er

KOPER
Standaard
Locoprijzen
Londen
per Eng. ton

f1.
01
f1.
01
0.
°
/o
f1.
t!
f1
O/
f1.
01
$
01
Sh.
010
0,0 Jaargemidd. 1925
17.20
100,0
13,07
5

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
10,80
100,0
1.68
100,0
.

731-
100,0 62.116
100,0
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4 360,50
77,9
17,90
165,7
1.89 112,5
8616
118,5
58.11-
93,5
1927
14,75
85,8
12,47
5

95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50 78,4
11,25
104,2
1.30
77,4 731-
100,0
55.141-
89,7
lanuari

1927
15,225
88,5
12,50
95,6
165,00
71,3
222,25
94,2 362,50 78,4
13,35
123,7
1.75
104,2
8516
117,3 55.716
89,2
Iebruari

,,
15,225
88,5
13,05
99,8
167,00
72,1
230,00 97,5
373,75
80,8
12,10
112,0
1.70
101,2
8316
114,4
54.161-
88,3
Maart

,
15,05
87,5
12,70
97,1
164,50
71,1
219,25
92,9
354,75
76,7
11,25
104,2
1.26
75,0
81/-
111,0
55.171-
89,9
April
14,80
86,0
12,825
98,1
173,00
74,8
237,50
100,6
351,50 76,0
11,00
101,9
1.22
72,6
80/-
109,6 55.216
88,8
Ifei

,,
15,75
91,6
13,57
5

103,8
172.75
74,6
258,25
109,4
373,75
80,8
10,95
101,4
1.22
72,6
741-
101,4
54.14/-
EB,!
luni


15,60
90,7
13,20
101,0
175,25
75,8
245,00
104,2
372,75 80,6
11,00
101,9
1.22
72,6
701-
95,9
54.216
87,2
juli

,,
15,10
87,8
12,05
92,2
171,50
74,1
235,75
99,9
367,75 79,5
11,10
102,8
1.22
72,6
7
0!-
95,9
53.19j-
86,9
Augustus

,,
14,878
86,5
11,45
87,6
178,50
77,1
252,50
107,0
368,25
79,6
11,05
102,3
1.22
72,6
691-
94,5
55.516
89,0
September ,,
14,70
85,5
12,15
92,9
179,50
77,5
233,25 98,8
369,50
79,9
10,90 100,9
1.22
72,6
651-
89,0
54.131-
88,0
October

,,
13,725
79,8
11,45
87,6
178,75
77,2 230,50
97,7 359,00
77,6
10,90
100,9
1.22
72,6
651-
89,0
55.5)-
89,0
November ,,
13,45
78,2
12,125
92,7
184,75
79,8
233,25
98,8
349,75
75,6
10,65
98,6
1.22
72,6
651-
89,0
59.11-
95,1
December
13,40
77,9
12,57
5

96,2 201,00
86,8
246,25
104,3
348,25 75.3
10,60
98,1
1.22
72,6
65/-
89,0
60.2/-
96,8
lanuari

1928 13,50
78,5
12,70
97,1
207,50
89,6
247,75
105,0
361,00 78,0
10,30
95,4
1.22
72,6
651-
89,0
62.-!-
99,9
?ebruari

,,
13,80
80.2
12,875
98,5 226,50
97,8
243,75
103,3
361,00 78,0
10,00
92,6
1.21
72,0 651-
89,0
61.121-
99,2
Maart

,,
14,60
84,9
14,00
107,1
240,75
104,0
255,75
108,4
350,75 75,8
9,95
92,1 1.19
70,8
6516
89,7
61.316
98,6
April

»
15,30
88,9
14,975
114,5
239,50
103,5
261,00
110,6
358,25
77,5
10,05
93,1
1.19
70,8
661-
90,4
61.1416
:09,4
Mei

,,
15,30
88,9
15,47
5

118,4
238,50
103,0
260,75
110,5
372,00
80,4
10,60
98,1 1.19
70,8
661-
90,4
62.151-
101,1
Juni

,,
14,37
5

83,6
14,27
5

109,2
234,00
101,0
252,50
107,0
365,25 79,0
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4 63.171-
102,9
juli

,,
14,25
62,8
13,07
8

100,0
246,75
106,6
241,00
102,1
359,75
77,8
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
62.181-
101,3
Augustus
12,00
69,8
12,625
96,6
214,75 92,8
226,75
96,1
350,75 75,8
10,05
93,1
1.21
72,0
661-
90,4
62.1016
100,7
September ,,
11,65
67,7
11,575
88,5
198,75
85,9
198,25
84,0
350,75
75,8
10,00
92,6
1.21
72,0
661-
90,4
63.81-
102,1
October

,,
12,27
5

71,4
12,27
93,8
218,50
94,4
189,50
80,3
366,00
79,1
9,95
92,1
1:19
70,8
661-
90,4
65.121-
105,7
November ,,
12,32
5

71,7
12,07
5

92,4
227,25 98,2
185,50
78,6
386,25 83,5
10,20
94,4
1.18
70,2
661-
90,4
67.181-
109,4
December

,,
12,30
71,5
11,90
91,0
220,25
95,1
180,50
76,5
373,75
80,8
10,10
93,5
1.18
70,2
661-
90,4
70.3/-
113,0
Januari

1929
12,35
71,8
12,20
93,3
231,50
100,0
194,25
82,3
365,00
78,9
10,10
93,5
1.16
69,0
661-


90,4
75.1016
121,7
Pebruari
12,72
5

74,0
12,65
96,7
236,00
101,9
194,75
82,5 357,25
77,2
12,90
119,4
1.11
66,1
66/6
91,1
78-16
125,7
Maart

,,
12,65
73,5
12,62
5

96,6
233,00
100,6
191,75
81,3
359,00
77,6
12,00
111,1
1.11
66,1
671-
91,8
89.81-
144,0
April

,
12,12
5

70,5
11,625
88,9
218,00
94,1
185,25
78,5
373,25
80,7
11,05
102,3
1.11
66,1
681-
93,2
82.1716
133,5
Mei

,,
11,125
64,1 10,575
80,9
198,25
85,6
177,50
75,2
363,50
78,6
11,15
103,3
1.16
69,0
6916
95,2
75.416
121,2
Juni
10,875
63,2
10,20
78,0
193,50
83,6
171,25
72,6
355,25
76,8
11,25
104,2
1.30
77,4
711-
97,3
74.111-
120,1
juli

»
12,80
74,3
11,20
85,6
218,50
94,4
191.25
81,0
415,50
89,8
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3
72.1216
117,0
Augustus
13,125
76,3
10,75
82,2 202,50
87,5
182,75
77,4 452,50
97,8
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3
73.171-
119,0
September
12,625
73,4
10,20
78,0
191,00
82,5
172,00
72,9 506,75
109,6 11,40
105,6
1.30
77,4
7216
99,3
74.191-
120,7
October
November
12,10
11,775
70,4
68,5
9,87
5
1
9,20
75,6
185,00
79,9
168,00
71,2
516,50
111,7
11,25 104,2
1.30
-77,4
72/6
99,3
72.161-
117,3
70,4
174,00
75,2
164,75
69,8
483,25
104,5
11,35
105,1
1.30
77,4
7216
99,3
70.51-
113,2
December,,
12,625
73,4
9,35
71,5
166,00 71,7
163,75
69,4
482,00
104,4
11,75 108,8
1.30
77,4
7216
99,3
68.616
110,1
Januari

1930
12,675
73,7
9,35
71,5
149,25
64,5
151,25
64,1
433,75
93,8
11,75
108,8
1.21
72,0
72/6 99,3
71.916
115,1
3 Februari
12,15
70,6
8,70
66,5
140,00
60,5
140,00
59,3
402,00
86,9
11,75
108,8
1.11
66,1
7216
99,3
72.716
116,6
10

,,

,,
11,90
69,2
8,40
64,2
139,00
60,0
136,00
54,7
398,00
86,1
11,75
108,8
1.11
66,1

1
7216
99,3
74.1716
120,6
1)
Men zie voor de toelichting op dezen staat de nummers van 8 en IS Augustus 1928 (No. 658 en 659) pag.
6
89J90 en 709.
2)
Western vÔôr de invoering vat
* Manitoba No. 3.
t
Zuid-Russische.

.

‘8

12 Februari 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

157

hooge mate gewenscht, want de voorraad in deze haven
bedraagt op het oogenblik niet meer dan ongeveer 1 mii-
lioen balen, waarvan nog een gedeelte uit zeer ordinaire
kwaliteiten bestaat. De keus in cle goede en fijne kwalitei-
ten is er dan ook altijd nog zeer beperkt en voor een iets
vlotteren gang van zaken is vÔÔr alles noodzakelijk, dat
de aanbiedingen van de middel- en van de fijne soorten
ruimer worden.

Het reeds vroeger te dezer plaatse genoemde bericht
van (Ten vertegenwoordiger te Parijs van het Instituut
tot Perivaiiente Verdediging van de Koffie van Sao
Paulo betreffende plannen tot vernietiging van de ordi-
naire kwaliteiten, werd dezer dagen nog aangevuld met de
mededeeling, dat het Instituut het besluit. genomen heeft
om belanghebbenden, die daartoe den wensch zouden te
kennen geven, te machtigen om ordinaire te Santos opge-
slagen partijen te doen vervangen door koffie’s van betere
kwaliteit, die in de binnenlandsche pakhiizen aanwezig
zijn, op voorwaarde, dat de ordinaire koffie dan wordt
overgelaten aan het Instituut, dat deze als ongeschikt voor de consumptie zal vernietigen. Uit de bijvoeging, dat deze
koffie als ongeschikt wordt beschouwd voor de consumptie
volgens cle nieuwe bepalingen van dc ,,Cocle Sanitaire’,
moet waarlchijnlijk worden afgeleid, dat cle hierboven be-
doelde vernietiging alleen bedoeld is bij koffie, bestemd
voor het verbruik in Brazilië zelf. Indien dit juist is, zal
er altijd nog gelegenheid zijn de ordinaire kwaliteit uit te
voeren inplaats van ze te vernietigen en clan heeft het be-
sluit natuurlijk voor de wereldmarkt niet de minste be-
teekenis. Bovendien is te verwachten, dat iedereen er’ de voorkeur aan geven zal, dat zijn buurman tot vervanging
van ordinaire partijen door betere zal overgaan om zelf
zijil ordinaire soorten te bewaren en uit te voeren, zoodat
in de praktijk van de geheele ruiling hoogstwaarschijnlijk
wel zeer weinig zal terecht komen.
Volgens particuliere berichten uit Brazilië blijft het
weder in Sao Paulo gunstig voor den volgenden oogst.
Tegenover officieele ramingen van
7.500.000
en
8.500.000
balen, welke eenigen tijd geleden zijn verspreid, moet vol-
gens deze berichten de oogst, indieii het gunstige weder
aanhoudt, op meer dan 10 millioen balen worden geschat.
Nederlandsch-Indië blijft voor Robusta nog altijd vast
gestemd. De prijs van enkele ongewasschen soorten, zoo-als Benkoelen en Mandheling, liep een fractie terug, doch
die van Palembang bleef onveranderd
28
ct. per
36
KG.
cif. G-ewasschen Robusta f.a.q. bleef op
38
ct. per
36
KG.
cif. genoteerd. Tegenover de prijzen in Europa is dit alles
nog steeds veel te hoog.
De afzet in loco was in de afgeloopen week minder clan
in de voorafgaande. De officieele noteeringen bleven on-
veranderd
42
ct. per
36
KG. voor Superior Santos en
35
ct.
voor Robusta.
Aan cle Rotterdamsche termijnmarkt varen de notee-
ringen op 11 dezer des voormiddags Februari 25%,
Maart
24
5
/8,
Mei
24i,,
September
23,
December
2236
et.
De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos
op prompte verscheping zijn thans ongeveer
6016 ft 631-
per
cwt. en van dito Prime ongeveer
6316 á 6616,
terwijl zij
van Rio type New-York
7
met beschrijving, prompte ver-
scheping, bedragen
441- á 461-.
Van Robusta op aflading van Nederlandsch-Indië zijn
de prijzen in de eerste hand op het oogenblik:
Palembang Robusta, Februari-verscheping,
28
ct.; -Ben-
koelen Robusta, Februari-verscheping,
2836
ct.; Mandheling Robusta, Februari-vèrscheping,
29
ct.; .W.I.B. f.a.q. Ro-
busta, Februari-verscheping,
38
et., alles per
36
KG. cif.,
uitgeleverd gewicht, netto contant. De slot-noteeringen te New-York van het aldaar gelden-
de gemengd contract (basis Rio No.
7)
waren:

Maart
1

Mei
1

Sept.
1

Dec.

10 Febr
.

……
$

8,47
$

7,94
$

7,55
$

7.34
,.
,,

8,49
7,85
7.70
7.58
3

…….
27

Jan.

……
,,

8,95

.

8.41
3,12
7.99
20

,
……….
.8,25
..

7,97
7,77 7.65
Rotterdam, 11 Februari
1930.

THEE.
De stemming op de theemarkt was in de afgeloopen week
onregelmatig en eenigszins verdeeld.
Hadden in Londen de goede gruissorteeringen de beste
markt tegen ongeveer vorige prijzen, terwijl de overige soorten het vorige niveau niet konden handhaven, in de
Amsterdamsche veiling van
6
dezer daarentegen waren
middenkwaliteiten P. en O.P. goed gevraagd tegen prijzen
die meermalen
2 8. 5
ets. hooger waren dan die in vorige
veiling.

AN GROOTHANDELSPRIJZEN
1)

TIN
locoprijzeii
Londen per
Eng. ton

KATOEN
for Middling locoprijzen
New York
per Ib.

WOL
Australische,

Merino, 64’s Av.
loco Bradford
per Ib.

WOL
gekamde
Australische,

CrossbredColo-
nial Carded,
Av. loco
Bradford per Ib.

RUBBER4)
Standaard
Ribbed Smoked
Sheets loco Londen
per lb.

SUIKER
Witte kristal-
suiker loco
R’dam/A’dam.
per 100 K.G.

KOFFIE
Robusta
Locoprijzen
Rotterdam
per
1
/2
K.G.

,

THEE AfI. N.-I. theev.
Adam gem. pr.
Java- en Suma-
trathee
p.
1(,
KG.

Indexctifer
vlb. Centr. B.
v. d. Stat.,
herleld
van 1913= 100
tot 1925
=

Indexcijfer
van The
Economist,
herleld
1927
=
100
tot 1925=100

£
Olo
$
cts.
0
(0
pence
°Io
pence
0
10
Sh.
01
II.
0
(0
cts.
0
10
cts.
Olo
261.171-
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0 2111,625 100,0 18,75
100,0
61,375
100,0
84,5
100,0
100,0 100.0
290.1716
111,1
17.55
75,5 47,25
85,9
24,75
9.9
21-
67,4
17,50
93,3
55.375
90,2
9425
111,5
93,2
92.9 290.41-
110,8 17,50
75,3
48,50
89,2
26,50 19,3
116,375
51,6
19,125
10,0
46,875 76,4
82.75 97,9 95.4
89,5
299.13J6
114,4
13,45
57,5 45,00 81,8
25,25
8a,ö l!7,375
54,4
22,00
117,3
50 81,5
71
84,0
93,5
88,9
309.816
118,2 14,15
60,6
46,25
84,1
26,00
88,1
117,125
53,7
21,12
5

112,7
48,75
79,4
71,25
84.3 94,2
89.9
312.15!-
119,4
14,25
61,3
47,75
86,8
26,50
89,8
118,25
56,8
20,62′
110,0
48
78,2
70
82,8 92,9
89,2 304.11-
116,1
14,75
63,4
47,50
86,4
26,25
89,0
117,875
55,8
20,25
108,0
48
78,2
72,25
85,5
92,3
88,7
295.12/-
112,9
16,15
69,5
47,00 85,5
26,00
88,1
117,75
55,4
20,25
108,0
47
76,6 86,5
102,4
93,5 90.4
296.9(6
113,2
16,85
72,7
47,25
85,9
260
88,1
116
50,5
18,37′ 98,0
47
76,6
81,25
96,2
96,1
89,6
289.1516
110,7
17,90.
77,0
48,50
88,2
26,50
89$
114,75
47,0
18,62′ 99,3
47
76,6
84
99,4 97,4
92,2
292.-16
111,5 19,70 84,7
48,50
88,2
26,50 89,8
1(5,25
40,8
18,50
98,7
45,375 73,9
-.

96,1
902
287.1216
109,8
22,05 94,4
50,00 90,9
.26,50
89,8
114,25
45,6
17,87′ 95,3
44,25
72,1
94,5
111,8
96,8
89,1
264.216
100,9
20,65
88,8
50,25
91,4
26,75
90,7
114,375
46,0
16,87′
90,0
45,25
73.7
93
110,1
96,8
88,6
264.416
100,9
20,25
87,1
52,25
95,0
28,50 96,6
116,5
51,9
17,25
92,0
46
74,9 96
113,6
97,4
88,9
266.1316
101,8 19.70
84,7
51,50
93,6
28.75
97,3
1/7,75
55,4
17,87′
95,3
46
74,9
89,25
105.6
97.4
88,2
255.11-
97,4
19,25
82,8
53,00
96,4
29,75
100,8
117,25
54,0
17,37′
92,7
46
74,9
84,5
100,0
98,7
87,9
2331016
89,2
18,35
78,9
54,75
99,5
31,75
107,6
113,75
44,2
16,75
89,3
46
74,9
79,5
94,1
96,8
87,9
233.1716
89,3
19,35
83,2
55,00
100,0
33.25
112,5 1(0,75
35,8
16,87
5

90,0
47
76,6 79 93,5
98,1
89,2 234.61-
89,5 20,65
88.8
54,50
99,1
33,00
111,9
-19,375
26,3
16,87′
90,0
47
76,6
74,25
87,9 98,7 90,5
230.131-
88,1
21,55
92,7
54,25 98,6
32.25
109,3 -19
25,3
16,62
5

88,7
48,25
78,6
78,25
92,6
98,1
91,2
218.816
83,4 21,35
91,8
55,50
100,9
31,75
107,6
-19,25
26,0
15,75
84,0 49
79,8
73,25
86,7 98,7
89,8 211.191-
80,9
21,75
93,5
53,00
96,4
31,25
105,9
-(9,25
26,0
15,50 82,7
49,875
81,3
71,25
84,3 95,5
88,2
211.181-
80,9
19,30
83,0 51,75
94,1
30,00
101,7
-/9,25
26,0

16,00
85.3 51,875 84,5
67,75
80,1
92,9 86.6
214.716
81,9
18,55
79,8
47,00
85,5
29,00 98,3
-18,5
23,9
15,87
5

84,7
52,75
86,0
70,25
83,1
93,5
85,4
221.191-
84,8
19,45
83,7 46,25
84,1
27,25
92,4
-18,8 24,7
14,625
78,0
53
86,4
73 86,4
94,2
83,1
232.1016
88,8
19,90
85,6
47,25
85.9 27,50
93,2
-18,625
24,2
14,00
74,7
53
86,4
75,75
89,6
95.5
85,1
228.81- 87,2
20,45
88,0 46,25
84,1
28,00
94,9
-j8,5
23.9
13,925
74,3
51,75
84,3 76.5 90,5
95,5
84,8
222.716
84,9
20,20
86,9 46,75
85,0
28,75 97,3
-19,875
27.9
1377
5

73,5 53,125 86,6
77,25
91,4 94,2
84,5
222.111-
85.0
20,10
86,5
44,25
80,5
27,75
94,1
11-
33,7
13:37
5

71,3 54 88,0
74,25
87,9 94,2 85,4
221 016
84,4
21.25
91,4
44,00
80,0
27,50 93,2
1/0,125
34,0
13,50
72,0
54
88,0
72.75
86.1
94.8
85,8
207.516
79,2 20,45
88,0 43,25 78,6
27,25
92,4.
-(10,5
29,5
13,375
71,3
54
88,0
74,25
87,9
92,9
83,9
197.516
75,3
19,40
83,4
41,50
75.5
26,25
89,0
-/10,875
30,5
12,25
65,3
54
88,0
73,50
87,0
91,6
81,7
200.51-
76,5
18,75
80,6 40,00
72,7
25,75 87,3
-110,625
29.8
12,00
64,0
54
88,0
69.50
82,2
91,0
81,9
209.516
79,9
18,65
80,2
38,75
70,5
24,75 83,9
-(II
30,9
13,425
71,6
54
88,0
68,50
81,1
91,0
83,7
210.111-
80,4
18,60
80,0
37,00
67,3
24,00
81,4
-110,5
29,5
13,00
69,3
53,50
87,2
64
75,6
91.6
83.6
205.516
78,4
18,90
81,3
34,25
62,3
23,75
80,5
-110 125
28,4
13,475
71,9
51,75
84,3
64
75,6
91,0
82,0
188.916
72,0
18,45
79,4
32,50
59,1
22,50
76,3
-19,625
27,0
13,30
70,9
48,50
79,0 66
78,1
90,3
80,5
182-16
69,5
17,50
75,3
34,25 62,3
23,00 78,0
-18,125
22,8
12.50
66,7
41,75
68,0
66,50
78,7
88,4
78,8
178.1816
68,3
17,25
74.2
31,25 56,8
21,25
72,0
-18
22,5
12,075
64,4
36,75
59,9
60,75
71,8
87,1
78,8
174.131-
60,7
17,15
73,8
2Q,0
53,6
1

19,25
65,3
1

-17,375
20,7
11,675
62,3 35 57,0
60,50
71,6
174.1716
66,8
15,20
5

65,4
5

29,00
6

52,7
6

17,50
6

59,3
6
-/7.5625
21,7
11,50
61,3
35
57,0
57,50
5

68,06
175.716
68,3
-(8
22,5
11,62
5

62,0

35
57,0
huidige officieele noteeringswijze (Jan. 1928); vanaf 16Dec.1929 7415 K.G. Hongaarsche.S) = Malting vôÔr de invoering van de huidige offic. noteeringswijze (jan. 1928.)
Jaar- en maandgemiddelden afgerond op
11
pence.
5)
7 Febr. 6) 6 Febr.

158

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Februari 1930

P.S. en bladthee van ordinaire kwaliteit hadden hier
echter evenals de gruissorteeringen een zwakke markt• en
liepen cle prijzen eenige centen lager dan in vorige veiling.
De gemiddelde Amsterdamsche veilingprijs komt uit op 57% ets. tegenover 60 cts. in de vorige veiling.
De volgende veiling met een aanbod van ongeveer 18.000
kisten is vastgesteld op 20 Februari as.

COPRA.
De markt was in dp afgeloopen week flauwer gestemd.
Consumenten hebben het een en ander gekocht tot circa

f
26%, en verlaagden daarna hun prijzen tot
f
26%, tot
welken prijs eveneens enkele zaken plaats vonden. Marseille
was zeer flauw. De slechte vraag voor koeken in het alge-
meen heeft een nadeeligen invloed op de prijzen voor
Copra, terwijl Copra in verhouding tot Grondnoten en
Palmpitten ook tamelijk hoog genoteerd is.
De slotnoteeringen zijn:
Nederl.-Indische f.m.s. voor alle tel-mijnen
f
26%,; Ne-
derl.-Indische Mixed voor alle termijnen
f
25Y4.

STEENKOLEN.
De in ons vorig verslag gesignaleerde toestand van slapte
door het uitblijven van elk spoor van ,,winter” houdt aan.
Vaic alle markten, vooral in Engeland, wordt increased
weakness gemeld. Ook worden moeilijkheden bekend ten-
gevolge van weigering of onmogelijkheid van afnemers ont
gecontracteerde huisbraudkolen tijdig af ‘te nemen, zoodat
de mijnen tot opslag moeten overgaan. Toch houden over
het algemeen de prijzen zich op peil, behalve dan dat
cokes overal zwak in de markt ligt.
De prijzen zijn:
Northumberland Ongezeefdc …………
f
11.50
Dnrham Ongezeefde ………………….11.50
Cardiff 213 large 113 smalls …………..13.50
Schotsche Gezeef de (Primê Lothians) ……11.60
Yorkshire gewassehen Singles ………. ., 11.50
Westfaalsche Vetförder ……………….13.35
Vlamstukken 1 …………, 14.50
Smeenootjes

…………….
Gasvlamförder

…………..13.25
,

Gieteokes …………….. ..17-
iollandsche Eierbriketten …………….16.50
alles per ton ve.n 1000 KG. franco station Rotterdam/Am-
sterdam.
Ongezeef de bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterdam

f
11.75. Markt onzeker.

IJZER.
De coutinentale exportmarkt voor ruw ijzer is kalm ge-
steind; de prijs voor Lux 3 is onveranderd gebleven. De
toestand van de Fransehe markt blijft in alle opzichten bc-
vredigend. Daarentegen vormt Cleveland ijzer nog steeds
een teleurstellend moment op de ruvijzermarkt. lIet West-
europeesche gietcrij-ijzerkartel heeft w’ederom eçnige notee-
ringen verlaagd en wel voor overzeeselie landen, uitgezon-
derd Engeland, en voor Oostenrijk met 31- per metrieke
ton. Behalve dus voor Engeland en Nederland heeft het al
zijn noteeringen verlaagd.
De stemming van de staalmarkt is onveranderd; de han-
del is miniem en prijswijzigingen kw’amen niet voor. Mel-
ding verdient de afspraak tusschen dc Fransche, Luxem-
burgsche en Duitsche producenten, zich ten gi.inste van de
Belgen van de exportmarkt têrug te trekken, voorloopig
tot 15 Februari.

VR ACHTENMARKT.
Graan van Noord-Amerika.
Alhoewel een weinig meer
levendigheid viel te constateeren, kwamen toch slechts wei-
nig afsluitingen tot stand tegen lage vrachteil. New-York
nam een prompte boot op van middelmatige grootte naar
Antwerpen en/of Rotterdam tegen $ 0.08 naar 66n en
$ 0.08% naar beide havens. 01) dezelfde condities worden
ladingen per Februari van cle Northern Range in uitzicht
gesteld. Van St. John (N.B.) werden twee prompte ladin-
gen gesloten naar de Middellanclsche Zee (niet ten Oosten
van West-Italië, exclusief Spanje en Noord-Afrika) op
basis van $ 0.12 dn loshaven; verdere seheepsruimte kan
op dezelfde voorwaardeii wordeu geplaatst.
Van de
Noord.Pacifie
hebben bevraehters nog steeds veel
moeite om tot zaken te komen, niettegenstaande scheeps-
ruimte tegen goedkoope vrachtcijfers verkrijgbaar is.
La Plata.
Wanneer we mecledeelen, dat verdere scheeps-
ruimte in ballast terug is gezonden, toont dit wel duidelijk
aan hoe buitengewoon flauw deze markt is. De vraehten zijn niet verbeterd en de zeer ge
.
ringe vraag beperkt zich
in hoofdzaak tot vroege posities. Van de Bovenrivier naar
IJ.K./Continent is herhaaldelijk 121. betaald voor booten van verschillende grootte, terwijl van Buenos Aires 101-

naar Havre/Hamburg en van Bahiw Blanca 1016 naar IJ.K./
Continent, alles voor Februari, geaccepteerd is. Voor af-
lading April/Mei werden drie booten van de l3ovenrivi?r
gesloten, twee naar U.K./Continent tegen 151- en 1516 en
een naar Canada tegen 171-, basis 66n loshaven. Aan het
einde der afgeloopen week was de markt zeei lusteloos. Suiker vav West-Indië.
De matige vraag beperkte zich
hoofdzakelijk tot handige booten van San Domingo naar
U.K./Continent. De reeder van een 3000 tons boot per
10128 Februari was zeer fortuinlijk door 161. te kunnen
bedingen met de optie Marseille tegen 171-, gezien de kort
daarna gedane afsluiting per 14128 Februari naar
Continent tegen 151- en de verdere afsluiting van een ge-
deeltelijke lading van 3000 ton naar U.K./Continent per
2e helft Maart tegen slechts 141-. Verdere orders per Fe-
bruari en Maart/April voor booten van gelijke grootte zijn
aan de markt op basis van 151- U.IÇ./Continent. Salpeter van Chili. Ook deze markt bleef lusteloos. Zelfs
voor prompte lijnruimte kan op het oogenbhik geen emplooi
gevonden worden en het vooruitzicht op versehepingen tot
en met Juni naar Europa schijnt zeer slecht. Voor tranip-
hooten schijnt in het geheel geen mogelijkheid te bestaan
lading naar Europa te verkrijgen, niettegenstaande deze,
tengevolge van de slechte La Plata-markt, goedkoop te krij-
gen zouden zijn.
Rijst van Bul-Inch.
De vraag naar scheepsruimte bleef
gering. Na cle afsluiting van een 7000 tonner per 25 Fe. brnari/15 Maart naar Antwerpen/Hamburg Rauge tegen
181
;
, hebben bevrachters tot dusver geen succes gehad tegen
hetzelfde cijfer eerste klasse tonnage te krijgen voor Maart.
Naar Holland direct blijven bevrachters, eveneens voor
Maart, 1716 noteeren, ook zonder succes tot dusver.
Donau en Zwarte Zee. Van den
Donau is
in de afgeloo-
pen week niets gedaan, alhoewel bevrachters belangstelling
blijven toonen voor seheepsruimte per einde Maart en later tegen ca. 1616 naar Antwerpen/Hamburg Range voor boo-
ten van middelmatige grootte en 9 d. meer voor handige
booten.
Zwas

te
Zee.vraehten zijn iets vaster; 1117
1
/.-,
is
betaald voor een prompte 6000 tonner, basis Continent,
1211
1
/
2
U.K. met de optie Middellandsehe Zee en Adriati-
sche Zee tegen 1017%.
Micidellandsehe Zee.
Geenerlei verbetering valt te rap-
porteeren, en tengevolge van den overvloed van tonnage,
ondervonden bevrachters geen moeite tegen lage cijfers te
bevraehteu.
Betrekkelijk weinig zaken zijn gedaan; afgesloten ver-
den de volgende ertsladingen: Almeria Pier/Barrow 6110%,
HuelvalRotterdarn 516, Antwerpen 716, Limharnn 916 Lon-
donderry 1019, Melilla/Baltimore 916, Bona/Glasgow 619,
La Calera/Middlesbrough 7/-, en Pomaron/Garston 8/6,
terwijl slechts één phosphaatlading gedaan werd, ni. Bona/
Dublin tegen 716.
Van
Noord-Spanje
was nagenoeg geen vraag. De aange-
boden vrachten zijn laag. Betaald werd: Bilbao/Rotterdam
of Vlaardingen 4110% en Bilbao/Cardiff 516. Kolen van Engeland.
Zuid-Amerika is de eenige richting
waarheen de vrachtenmarkt vast blijft. Tengevolge van de
afwachtende houding, ingenomen door de reeders, speciaal
door hen, die geregeld een voorkeur toonen voor kolen.
ladingen in die richting, gingen de vrachten omhoog. Rio
en Buenos Aires gingen 1/. omhoog, doch zelfs die verbe-tering bracht niet veel aanbod van tonnage en betrekkelijk
weinig afsluitingen zijn gedaan. Waar alle regelmatigq ver-
schepers aan de markt zijn, -verwachten wij nog hoogere
vrachten, tenzij een spoedige verbetering intreedt van Ar-
gentinië. Naar alle andere richtingen zijn de vrachten ge-
decideerd flauw. O.m. kwamen de volgende afsluitingen
tot stand: Van Wales: Rouaan 319, Gibraltar 61-, Genua
614%, Salonica 716, Piraeus 81., Port-Said 717%, Alexan
drië 719, Saigon 201-, Las Palmas 716, Rio 151- en Buenos
Aires 1616. Van de Oostkust: Stavanger 41-, Hamburg
3/4%, Rotterdam 316, Antwerpen
2/7%,
Rouaan 319, Gi-
braltar 61., Genua 71-, Piraeus 8/-, Port-Said 7/6, Adelaide
of Melbourne 261- en Buenos Aires 1616.

RIJNVAART.
Week van
2 tlm. 8 Februari 1930.
De aanvoeren van zeezijde ondergingen geen wijziging.
De scheepsruimte bleef bij matige vraag voldoende beschik-
baar. De stemming bleef lusteloos. De ertsvraeht bedroeg

f
0.35-0.45 p. last met resp. 4 en 8 losdagen. Naar den
Bovenrijn betaalde men 2 ad 2% et. per ton daghuur; op de losplaats vrij. Ook werd in lastvraeht aangenomen op
basis van
f
1.30 ad
.f
1.40 per last met verkorten lostijd.
Het sleeploon varieerde tussehen het 27% en 30 ets. tarief.
De waterstand werd iets gunstiger. Naar den Bovenciju
werd in het laatst der week op 2 M. en naar den Beneden-
rijn op vollen diepgang afgeladen.

Auteur