12 JUNI 199
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Economisch~Statistischie
Beri*chten
—
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
I4EJAARGANG
WOENSDAG 12
JUNI 1929
No. 702
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
ECNOMISC 11-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandela; Prof. Dr. N. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. Ii. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rengers;
Prof.
Mr. H. R. Ribbius; Jan Schiithui.s;
Mr. Q. J. 7’erpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. lIIr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
Assistent-Redacteur: ii. M. H. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
‘I’clefoon Nr. 3000. Postrekening 8408.
E
a—-
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het Instituat ontvangen liet weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo-
ver daaromtrent niet anders wordt beslist.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Rai geplaat weg.
Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en ‘adver-tenties: Nijgh t van Ditmar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘s-Oravenhage. Postchèque- en giro-
rekening No. 6729.
–
11 JUNI 1929.
De vraag naar en het aanbod van geld bleef
deze
week vrijwel tegen elkaar opwegen, zoodat er nog
geen verandering van beteekenis kwam in de geld-
koersen. Particulier disconto schommelde tusschen
5% en 5% pOt; in het midden der week vaster, later
weder gemakkelijker. Cailgeld bleef op 5 h 5% pOt.
verkrijgbaar en de prolongatierente noteerde meestal
5% pOt. Alleen Vrijdag kromp de vraag hiervoor
sterk in en werd 5% pOt. genoteerd.
* *
*
Op den weekstaat van De Nederlandsche Bank
geeft de post hinnenlandsche wissels een
ermjnde
ring van ƒ 18 millioen te zien. De beleeningen blij-
ken met
f
9.8 millioen te zijn afgenomen. Het rente-
loos voorschot aan het Rijk dat de vorige weekstaat
had aan te
wijzen
is inmiddels geheel afgelost, om
plaats te’maken voor een tegoed van de schatkist ten
l)edrage van
f 1.
millioen.
De goudvoorraad der Bank bleef vrijwel o.p dezelf-
de hoogte. De zilvervoorraad verminderde met een
goede
f
200000. De post papier op het buitenland
vertoont een stijging van
f 100.000,
terwijl de diverse
rekeningen op de actiefzijde der balans een daling
van
f
1.9 millioen te aanschouwen geven.
De biljettencirculatie daalde met
f
21.9 millioen
.Ue rekening-courant-saldi van anderen blijken met
f
4.5 millioen te zijn teruggegaan. Het beschikbaar
rnetaalaldo klom met
f
10.3 millioen. Het dekkings-
percentage bedraagt nagenoeg 56.
* *
*
Van de wisselmarkt valt weinig te melden. De keer-‘
sen waren aanvankelijk vast om daarna iets terug
te loopen. Zij konden zich echter toch nog handha-
ven oi het vrhoogde ieil, vaai-op de veek begon-
nen werd.
Slechts de.Peseta’s brachten eenige afwisseling. Zij
werden in het begin der week sterk aangeboden en
daar de markt beperkt en dikwijls eenijdig is, kwam
de koers al spoedig op 34.05; de noteering voor Pon-
den Spaansche usance steeg tot ca. 35.50. Het ge-
lukte echter spoedig het Pond te drukken, waar-
door de noteering hier te lande ten slotte weder op
3545 kwam. Termijn-Peseta’s (eenmaands), die eerst
een agio deden van 9-1.1 c., liepen door deze actie
terug op 4-6. Indië honger
99
18
1io;
daarentegen Yen
lager 109%, o geruchten, dat de Japansche regee-
ring den koers vrij gelaten heeft.
Ten slotte valt nog op te nierken, dat de Du.itscho
banken er weder toe zijn overgegaan disconto’s te
koopen, waarin zij door de restricties van de Reichs-
bank-tijdelijk belet verclen. De hier ontvangen notee-
ringen bedragen voor bankaccepten 7% h % pOt., voor
handelswissels 8 h 8% pO.
–
LONDEN, 10 JUNI 1929.
Nog onder den invloed van het zeer groote bedrag
aan coupongeld, dat op 1 Juni dooi- de regeering op
de 5 pOt. War Loan weid’ betaald, was de’ g-eldinarkt
hier verleden week over het algm.een zeer gemakke-
lijk. De invloed van dat coupongelci kon echter niet
van langen duur zijn.
Disconto was eenigszins aarzelerd, ni. zwak onder
den invloed van geld met vasten ondertoon, in reac-
tie op de zeer lage Dollar- en Reichsmarknoteerin-
gen. Na de toewijzing der schatkistproniessen op Vrij-
dag op een
prijs
van iets over 5Ii8, werd de noteering
van bankaccepten 5%-5Iio met zaken op 5
9
12.
Het
wekt eenigszins verwondering, dat Berlijn hij een rio-
teering van 20.33Ys, nog geen gou.d genomen heeft.
536
ECONOMISCH-STAfISTISCHE BERICHTEN
12 Juni 1929
EENIGE OPMERKINGEN OVER
WOEKERBESTRIJDING.
(Naar aanleiding van het wetsontwerp-Van den
Berg/s c.s. tot regeling van het geldschietersbedrijf).
De woeker is een moeilijk te verdelgen onkruid.
En een van vele variëteiten. Ieder, die er eenige
studie vn maakte, is dit bekend en zoo lijdt het niet
den geringsten
twijfel
of weten doen dit ook de vijf
Kamerleden Van dec Bergh, Drop, Sannes, Schaper
en Van der Sluis, die op 30′ April 11. een wetsontwerp
itidienden betreffende de regeling van het geldschie-
terSl)edrijf.
Geen hunner zal ontkennen, dat er naast de woe-
kerende geldschieters, wien zij den
strijd
op dood en
leven hebben aangezegd, nog – om twee afldere voor-
name woeker-vormen te noemen – woekerende wo-
ning-exploitanten en woekerende afbetalings-maga-
zijnen bestaan. En geen der vijf zal tegenspreken, dat
alle vormen van dit maatschappelijk euvel stevig en
tegelijk behooren te worden bestreden.
De woningwoeker is vooral bij krotwoningen te viii-
den. Deze woekersoort, die min of meer apart staat,
wordt zeker het best bestreden 400r krachtige uitvoe-
ring der Woningwet.
Hij komt echter niet uitsluitend bij het verhuren
van krotten voor, ook in woning-huurkoop-overeen-‘
komsten, die op betere woningen betrekking hebben,
en dan valt hij in een tweede rubriek.
Bij deze is de samenhang met den woeker door
geldschieters nauwer en ontmoeten
wij
den woeker
injle gedaante van eenerzijds slim bedachte, ander-
zijds lichtzinnig aangegane afbetalings-contracten ten’
aanzien van roerend goed.
Een jong gezin bijvoorbeeld richt zich in met be-hulp van een afbetalings-magazijn. Of reeds geves-
t:igde gezinnen koopen op afbetaling kleeren, bedde-
goed, fietsen, stofzuigers, naaimachines of radid’s.
Laten er nu moeilijkheden komen met degeregelde
afbetaling, stel hij ziekte of bij werkloosheid. Contant
geld is noodig, maar ontbreekt. Dan-wenkt vriende-‘
lijk de woekeraar.
Hij
is het, die tijdelijke uitkomst
brengt, maar tegelijk het gezin dieper in den put
brengt dan het tevoren was.
Nu denke men zich den woekeraar-geldschieter
weg, om hals gebracht door een wet-Van den Bergh c.s. Maar de afbetalings-magazijnen zijn blijven be-
staan en hun greep op hun onbedachtzame klanten is
nu sterker geworden dan hij was,
tenzij
– en het is
mij een vreugde, te kunnen vaststellen, dat het ont-
werp-Van den Bergh c.s. hieraan ter dege heeft ge-
dacht – de geldschietende woekeraars, behalve’ge-
1
dood, ook vervangen zijn, vervangen door niet-woe-
kerende credi etinstellingen, m.n. door ,,gemeentelijke
geidschietbanken” als het wetsontwerp zich denkt.
Een en ander wil zeggen: met streng reglementee-
rende bestrijding, van het woekerende particuliere
geldschieters-bedrijf komt men er niet, hoe nuttig, ja
hoe onmisbaar deze
bestrijding
ook zij en hoe knap
het ontwerp der vijf Kamerleden – weiks verdien-
sten mij niet gering lijken, maar dat door scherpere
juridische oogen dan waarover ik beschik nog nauw-
lettend moge worden bekeken – ook moge zijn samen-
gesteld. –
Hiernaast is méér noodig.
Koop op afbetaling is in beginsel volkomen ver-
dedigbaar in al die gevallen, waar het gekochte moet
1
strekken voor geruimen tijd, de behoefte reëel is en
cle afbetalings-voorwaarden redelijk zijn. 1-let ellen-
dige nu is, dat van deze drie voorwaarden zoo dik-
wijls alleen de eerste vervuld is, maar aan de ver-
vulling der twee overige alles ontbreekt. Al te vhk’
wordt niet gekocht uit dringende
l2ehoef
te, mnar doordat het uitstel vah betalings-verplichting tot den
aankoop verleidt. En al te vaak laat de qualiteit te
wenschen, is de prijs te hoog en blijken verdere bij-
INHOUD.
BIz.
EENJOE O1’MER KINGIdN OVER WOE}dERBESTRIJDING
door
Prof. Mr.
D. van Blom ……………………..536
De prijsvorming in het krüideniersbedrijf door W.
G.
R
. van der Zweep …………………………
537
De Dinta door
IIr. Dr.
A.
A. van Rhijn …………
540
BUITENLANDSOHE MEDEWERKING:
Deconcentratiebeweging in het Arnerikaansche bank-
wezen door
Dr: F. H.
Repelins …………….
542
AANTEEKENINOEN:
Het rapport van de Commissie van experts voor
de herstelbetalingen ………………………
545
Indexcijfers van groothandeisprijzen …………..
545
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
…………….
547-554
Geidkoersen.
Bankstaten.
Goederenhandel.
Wisselkoersen.
Effectenbeurzen.
Verkeerswezen.
komstige roorraarden, slecht begrepen door den koo-
l)er, op den duir voor hem fnuikend te zijn.
Dit kwaad vrordt door geen geldschieterswet be-
zworen. Een sterkere en wijder vertakte verbruiks-
coöperatie, missbhien ook gemeente-winkels van klee-
ren en huisraad, zouden hier niet onbelangrijke baat’
kunnen brengen. Toch nimmer afdoende baat, want
het kwaad van het lichtvaardig koopen worteit in
zwakheden der menschelijke natuur. Wie onzer zon-
digde nooit?
Benaoe:ie.nis, des wetgevers met het huurkoop- en
andere afhetalings-contracten kan hier een goed
strijdmiddel zijn. Men denke aan een den rechter
toe te kennen recht van matiging en wijziging ten
aanzien van overeenkomsten, waarin
hij
woeker ont-
waart, dus ook in afbetalings-contracten met den
kooper noodeloos bezwarende voorwaarden.
Het wetsontwerp hegeert ,,gemeentelijke geldschiet-
banken” ter’ voorziening in de behoefte aan kleine,
veelal cnsumptieve, ciedieten. Terecht. In meer dan
eene gemeente bestaat reeds iets van dezen aard. Zij
zijn uitermate geschikt als middel om den leen-woeker
dood te concurreeren. Doch ook deze instellingen
laten nog veelal een bedenkelijke leemte in de ere-
dietvoorziening open.
Reglementair pleegt haar immers verboden te zijn,
geld uit te leenen zonder persoonlijke of zakelijke
zekerheid. Een wijze beperking, maar die één bepaal-
de groep van hulpbehoevenden zonder hulp laat: die,
van hen, wien het geven van zoodani.ge zekerheid,
m.n. het aanwijzen van goede borgen, niet tnogelijk
is. Onder deze categorie vallen zeker velen, d.ie hulp
onwaardig zijn. Maar ook velen, die hulp verdienen
en, ongeholpen, tot’armoe dreigen te vervallen, al of
niet na aanraking met den woekeraar.
Deze kant van dit sociaal ziektegeval is gelukkig
evenwel niet hopeloos; de leemte kan worden ‘aange-
vuld. ‘In Leiden fungeert sedert het begin van dit
jaar op niet onbevredigende wijze een instelling, het
Leidsche Borgstellingsfonds (ontsproten aan het
brein van den directeur der Gemeentelijke Bank van Leening, den heer P. A. van Aggelen), dat op geluk-
kige wijze tracht, de genoemde moellljkheLd te onder-
vangen: het staat borg voor hen, die borgen niet kun-
nen vinden, maar waard zijn, te worden geholpen, in
elke gemdente van eenige beteekenis zou zulk een
fonds, gevormd uit giften van particulieren en uit
de openbare kas en waarvan alleen de renten en an-
dere inkomsten aan het horgstaan mogen worden ge-
waagd, kunnen worden opgericht. Dat aanvankelijk zulk een fonds zijn vleugels niet wijd kan uitslaan – het bëgint natuurlijk met een bescheiden kapi!;aal –
spreekt vanzelf, doch dit bezwaar zal bij een verstan-
dig beheer, dat op accres van vermogen en inkomsten
uit is, geleidelijk minderen.
Dit alles raakt het wetsontwerp-Van den Bergh ç.s.
enkel van ter Zijde. Doch zijdelings raakt het ‘t toch
vel degelijk. Het maakt er de kantteekening op: ‘Vat
gij beoogt; is half werk.
Echter wordt zulk een kantteekening licht misver-
12 Juni 1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
537
staau, opgevat als een verwijt van gebrekkigheid en
niets ligt verder van mijn bedoeling.
Hierom nog dit:
De helft, die te
(100fl
blijft bui ten het wetsontwerp
om, is maar ten dccie wetgeverswerk en voorzoover
zij dit is, zon zij in
dit
ontwerp niet passen, maar
thuis l:eliooren in een ontwerp tot aanvulling van
het derde boek van het Burgerlijk Wetboek niet he-
peil ngen betreffende ho urkoop.
De ei dere helft, clie liet wetsontwerp wèi voor zijn
reken ing nam, is even onmisbaar en het vijftal ver-
dient dank voor deze coneretisatie van zijn denkbec]-
den over de vraag, hoe den woeker-bij-gelcileening te
bestrijden.
Elet verdient dezen dank alvast, omdat het den
vorm koos van een oitwerp van . wet, hiermee uit-
sprekend, dat de rijkswetgever hier een taak vindt.
1:let ongunr bedrijf çler woekerencle geldschieters toch
krijgt men, zoo ooit, alleen goed dood met een wet.
Waan is het, te meenen, dat hier met gemeente-ver-
ordeningen iets van heteekenis kan worden uitge-
rieht. Reeds nu werken in vele gemeenten elders ge-
vestigde woekerbankjes door middel van reizigers of plaatselijke agenten. Wat zouden nu gemeente- eror-
deningen, die dit bedrijf den 1cop willen indrukken, anders bereiken dan een verplaatsing der roofnesten
naar andere gemeenten, waar zij nog veilig zijn en
vanwaar zij hun cliënteele in de gemeenten, die hen
verjoegen, voortaan door hun vertegenwoordigers doen
bedienen? Juist dit concurreerend denkbeeld van wee-
kerbestrijding alleen door middel van gemeentever-
ordeningen op de geldschieterij ware half, in den zin
van ongeneeslijk onvoikomen, werk.
Het wetsontwerp-Van den Bergh es. valle hierom
gezette en opbouwende critiek ten deel!
D. VAN BLOM.
DE PRIJSVORMING IN HET KRUIDENIERSBEDRIJF.
De Sub-Commissie uit de Commissie voor de Eco-
nomische Politiek . hechtte haar naam aan liet
verslag van een onderzoek naar de prijsvorming ir
het kruideniersbedrijf, omtrent welks gevolgtrekkin-
gen zij zich haar uitspraak voorbehoudt. Blijkens de
beschikking van den Minister van Arbeid van 29
April 1926, no. 5590, heeft deze Sub-Commissie tot
taak een onderzoek naar de omstandigheden, die ver-
schillende taicken van het Nederlandsche volksbestaan
ongunstig beïnvloeden en daarbij na te gaan, in welke
mate deze de bestaande werkgelegenheid aantasten,
of uitbreiding daarvan tegenhouden. Hetgeen, voor
zoover het thans ondernomen onderzoek betreft, door
den Minister in zijn rede van 4 Mei 1926 aldus werd toegelicht: ,,over één. punt bestaat wel geen verschil
van meening – ik bedoel, dat cle prijzen der voor-
naamste levensmiddelen en andere dagelijksche be-
noodigdheden den levensstandaard verhoogen en dus
van grooten invloed zijn op de productiekosten. :Iet
is de taak van de overheid, nauwkeurig na te gaan,
of het noodzalcelijk en mogelijk is, den invloed van
nadeelig werkende factoren te wijzigen en, zon het
kan, op te heffen.”
Als het doel van een onderzoek naar de prijsvor-
ming in dat deel van den handel in levensmicicleleji,
dat door het kruideniersbedrijf wordt omvat, ken al-
dus binnen het raam van de opdracht der Sub-Coni-
missie niet anders worden gezien, dan:
cc. het beschrijven van het verschil tnsscheu de in-en verkoopsprijzen van den kruidenier,
het vaststellen van de kosten der maatschappe-
lijk noodzakelijke bemoeienis van den kruidenier met
cle goedereuverdeeling, en
hij een verschil tusschen c en
b,
het opsporen
van middelen, dit op te hef
.f en, dan wel te vermin-
deren.
Hierdoor ware, op voor de gestelde taak dien-
stige wijze, de prijsvorming van een aantal le-
versmiddelen en dagelijksche henoodigdheden tijdens
liet laatste ceei van h nu weg van de voortbrenging
aar den verbruiker vastgesteld en had vervol-
gens kunnen worden gepoogd, deze uitkomsten bij de
te verkrijgen gegevens betreffende de andere deden
van dcii goederenloop aan te sluiten. Een en ander
zooals ongeveer in het oorspronkelijke werkplan voor-
zien, waarin werd beoogd, op gelijke wijze als hij den
handel in het klein, ook de winst van der tusscheu-
handelaar te beschouwen en ten slotte, steeds verder
terug gaande, tot den verkoopsprijs van den rodu.-
cent te naderen.
Uit het verslag blijkt niet, of naast dit oderzoeic
in aan den goederenloop tegengestelde richting, te-
vens het omgekeerde werd overwogen. Toch zou, daar
hier niet de theorie van cle
prijsvorming,
doch cie a-
menstelling van cie verkelijke prijzen van bepaalde
goederen aan de orde was, het onderzoek in de rich-
ting met den goederenloop rnéé reeds daarom ercistige
overweging hebben verdiend, omdat iedere stap op
den weg van de voortbrenging jaar het ei.ndverbruik,
een groote uitbreiding van het aantal deden, waarin
de prijs kan worden’ ontleed – en derhalve een toene-
ming van, de te overwinnen moeilijkheden – be-
teelcent.
Op de bezwaren van economischen en bedrijfshuis-
houdkundigen aard, die de onderzoekers op hun weg
vonden, wordt bijvoorbeeld reeds in hét begin van het
verslag de aandacht gevestigd door de mededeeli:ng, dat
de prijzen van koffie en thee, door de mengingen, die de tusschenhandël .tot stand brengt, niet kunnen wor-
den gevolgd en in de daarop volgende bladzijden
liggen deze moeilijkheden voor het grijpen. Ook het
verslag van het onderzoek naar het verband tusschen
de prijzen in den groothandel en die in den kleinhan
dcl, dat indertijd door het Bureau van Statistiek der
Gemeente Amsterdam werd ingesteld, geeft daarvan
een beeld.
Zullen de hier véér bedoelde bezwaren den omvang
van het onderzoek kunnen beperken, doch sluiten
zij het
verkrijgen
van zakelijke gegevens met betrelc-
king tot de prijsvorming van bepaalde goederen niet
hij voorbaat uit, geheel anders staat het met de he-
lemmeringen, die door liet ontbreken van het recht
van enquête in den weg zijn gelegd. Want daardoor
stond van te voren vast, dat een onderzoek naar
de prijsvorming langs den geheelen weg van dcii goe-
cierenloop was buiten gesloten. Wie zich herinnert,
hoe indertijd de zoogenaamde Staats-Socialisatie-commissie juist op de weigering van het recht van
enquête is géstrand en cle bedenkingen uit het be-
drijfsleven, als die tegen de ,,toegevoegde waarde”
der statistiek van de voortbrenging en tegen de econo-
mische statistieken van den Volkenhond kent, twijfelt
hieraan geen oogenblik: misschien slaagt de Sub-
Commissie er nog in, haar onderzoek naar de prijsvor-
ming tot den tusschenhandel uit te breiden – naar
verluidt zijn de vooruitzichten hiertoe niet gunstig
– maar daarmede is zij dan oolc aan het eind van
haar kracht gekomen.
Schijnt reeds om deze redenen het gekozen werk-
plan weinig uitzicht te bieden om tot, voor het gestel-
de doel, bruikbare uiticomsten te komen, bij de uitwer-
king hiervan is de Sub-Commissie,
0
1
)
uitnoochgi ng van
haar Oomn.uissie van Bijstand, geheel het stuur kwijt
geraakt. Deze laatste toch slaagde erin, haar meening
ingang te doen vinden, ,,dat het, om te vooricomen,
dat door buitenstaanders verkeerde conclusies zou-
den worden getrokken, noodzakelijk is, aan de publi-
catie der resultaten van een artikeisgewijs onder-zoek, in ieder geval eene analyse van de bedrijfs-
resultaten van de branche, welke zich met deze
artikelen bezig houdt, toe te voegen.” En zoo werd
het onderzoek naar het verschil tusschen de in-
en verkoopsprijzen va:u den kruidenier niet door zijn
noodwendige aanvulling – een beschrijving van de
bemoeienis van den kruidenier net de goederenver-
deeling en hetgeen daarvan maatschappelijk nood-
r
38
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Juni 1929
zakelijk is – voltooid; doch door een schets van zijn
nouden en de misstanden in zijn vak, die dit onder-
zoek juist langs zijn einddoel heen boog. Ke]lschet-
send is in dit verband de opmerking van het ver-
slag, ,,dat de bedrijfsresultaten van de onderzochte
kruidenierszaken, zij het slechts ook eenigermate, be-
vredigend mogen heeten, kan bezwaarlijk worden be-
weerd. Welke bezwaren ook tegen de huidige wijze
van distributie in deze branche mogen worden ge
opperd, zooveel is zeker, dat voor menige,n kruidenier
slechts een uiterst bescheiden bestaan is weggelegd..
Na het aanbrengen van de noodige correcties in de
exploitatierekeningen blijft immers zelfs bij zgn.
bloeiende zaken geen w’inst over, waarin een werke-
‘lijice bloei tot uitdrukking komt.” De verwarring van
de, voor de vercieeli..ng van de levensmiddelen, maat-
schappelijk noodzakelijke kosten, met de kosten van
het levensonderhoud van den kruidenier en zijn ge-
zin – om het zoo eens uit te drukken – had niet
duidelijker in het licht kunnen worden gesteld.
Daar het ondenkbaar is, dat een meeningsverschil
over de beginselen van het onderzoek, waarmede zijn
doeltreffendheid staat of valt, niet in het verslag
ware weerspiegeld, moet worden aangenomen, dat het
gekozen beginsel 66k de instemming had van ,die
leden van de Sub-Commissie, wier meening :in 1921
in het Socialisatierapport van de S.D.A.P. werd is-
mengevat in de opmerking, dat in den handel in
het.klein niet alleen een groote verspilling van ar-
bedskracht plaats vond, doch ook voor tal van goe-
deren een hoogere winst werd gemaakt, dan als een
redelijke vergoeding voor bewezen economische dien-
ten kon worden beschouwd. Hier hadden zij nu de
gelegenheid om; door uitvoering van de Ministerieele
ojdracht z66, als zij werd verleend, deze zeer ernstige bezwaren, die nog telkens in de socialistische pers tot
uiting komen, oo nauwkeurig mogelijk en volgens
wetenschappelijk te billijken werkwijze, te onderzoe-
ken. En ook wanneer dit onderzoek, door gebrek aan,
of – al dan niet gerechtvaardigde – onthouding vab
gegevens, niet tot het gewenschte eind ware gekorncn,
dan zou toch cle strijdvraag als zoodanig in den kring
van het rustige economische onderzoek zijn getrok-
ken en de kiem voor nadere behandeling zijn gelegd.
Het is begrijpelijk, dat de behoefte om zich te
ti
iten hij de mannen van het vak z66 sterk is
geweest, dat de eischen van het economische be-
toog in het gedrang raakten. Gaven reeds de woor-
den, waarmede de Minister van Arbeid de werk-
zaamheden van de Sub-Commissie inleidde en het
Socialisatierapport van de S.D.A.P. hiertoe aan-
leid ing, blijkens het verslag van de Staats-Sociali.-
satiecommissie vormde eveneens cie bij ‘velen bestaan-
(le opvatting, dat de haudeldrijvende middenstand het
leven duurder maakte, een, onderwerp van bespre-
king, terwijl voorts onder meer in het boven aange-
haalde verslag van het Gemeentelijke Bureau van
Statistiek te Amsterdam was vermeld, dat hij alle
klachten van de laatste jaren over de duurte van het
leven, de bedeuking, (lat wellicht de producent of. de
winkelier te groote winsten neemt, zoo niet uitdruk-
kelijk, dkn toch onder bedekking werd geuit.
Maar wat begrijpelijk is, is daarom nog niet, juist.
* *,
*
Wat in het eene opzicht riet zonder bedenking is.
kan in een ander verband echter zeer wel tot voldoe niig strekken; en zoo iconcien cie onderzoekers-ver-
slaggevers, de heeren J. van Altena Cz. en 0. van
Bi.essum, juist doordat zij niet door de opdracht van
de Sub-Commissie werden. belemmerd, door hun vol-
ledige kennis van het onderwerp, groot doorzettings-
vermogen en goed beleid, een overzicht van den to
stand in het kruicleni.ersvak scheppen, dat tot het
1)0-
langrijlcste behoort, dat sinds jaren op middenstands-
gebied hier to le ede is verschenen.
Zij onderzochten daartoe niet minder dan 643 krui-
denierszaken, met te zamen 8’72 winkels, gevestigd te
‘s-O-ravenhage, Amsterdam, Oude Pekela, Tilburg,
Brunssum en Putten. Het onderzoek te ‘s-Graven-
hage diende mede tot toetsing van de werkwijze in de
andere gemeenten ; uit Amsterdam waren talrijke
klachten over den toestand in het bedrijf vernomen,
terwijl het overigens ondenkbaar wcre, de hoef cistad
buiten beschouwing te laten. .Op Putten viel de keus, omdat di.t een voorbeeld van een op zichzelf staande
plattelancisgemeente is, op Oude Pekela als afgelegen
fabrieksdorp met een
talrijke
arbeidersbevolking en
voorts voor het Zuiden op Tilburg, omdat daar, naast
een talrijke arbeidersbevoiking, ook de middenstand
behoorlijk vertegenwoordigd is en op Brunssum, om
cle mij nstj’eek van Zuid-Limburg tot haar recht to
doen komen.
Behalve uit hetgeen hierboven reeds op dit stuk
werd medegedeeld,
krijgt
men een indruk van cie
moeilijkheden, waarvoor de onderzoekers zich zagen
geplaatst, door hun opmerking, dat in geen van cle to
‘s-Gravenhage dnderzochte gevallen gegevens betreï-
fende de omzetten van de’ verschillende lcrui.demers-
waren af’onderljlc konden wordeu verstrekt, terwijl
navraag leerde, dat zulks ter plaatse algemeen tot de
onmogelijkheden werd gerekend eti ook in cle andere
gemeenten de kruidenier bijna nooit in staat was,
aan de hand van zijn boeken aan te toonen, hoeveel
hij van elk zijner artikelen omzette, zelfs niet van de
belangrijkste. De verkoopen van de kruideniers vijl.-
den echter hun tegenhanger in de :inkoopen van de
verbru i icers en daar deze uit de huishoudrekeningen
van cie Gementelijke Statistische Bureaux te Amster-
dam en te ‘s-Gravenhage in hun onderlinge verliou-ding kunnen worden afgeleid, kon, ondanks het ont
breken. van rechtstreeksche gegevens, toch bij benade-‘
ring worden vastgesteld, in welke verhouding de
waarde van den omzet der afzonderlijke artiicelen tot
den geheelen omzet moest hebben gestaan. Opgaven
van een winkelbedrijf te Amsterdam verleenden aan
deze schattingen steun.
Nadat de vragenlijst, waarvan de onderzoekers zich
bedienden, geheel was ingevuld, werd ter plaatse van
het onderzoek en op de lijst zelve, met gebruikmaking
van die verstrekte gegevens, ccii exploitatie-overzicht
samengesteld en een berekening van het in de zaak
gestoicen eigen kapitaal gemaakt-Herhaaldelijk kwam het ciaarhi.j voor, dat een kruidenier, die hij het schat-
ten van zijn bruto-winst, aarzelde, met zekerheid wist
te vertellen, of hij gedurende het laatste jaar voor-
uitging of inteercie, terwijl hij ook wel een vermoe-
clelijk bedrag Icon noemen. Bij ccii verschil tusschen
cle laatste mondelinge opgaven en de gegevens van
de vragenlijst, werd de ‘oorzaak daarvan opgespoord,
terwijl hij overeensternming de verstrekte inlichtin-
gen, en dus ooit de opgegeven bruto-winst, juist ver-
den geacht. Deze bruto-winst werd bovendien aan de
hand van cle, door den winkelier verstrekte en door
de onderzoekers getoetste, in- en verkoopsprijzen hd-
rekend, zoodat de gemiddelde bruto-winst, •die het
uitgangspunt voor de samenstellihg van het exploi-
tatie-overzicht en de beschouwingen daaromtrent
vormde, met veel grooteronauwkeurigheid werd “ge-
schat, clan men wellicht ‘op het eerste gezicht zou
vermoeden
Toen, op de vermelde wijze, de samenstelling van
iedere duizend gulden omzet bij benadering was
vastgesteld, werd langs twee wegen de bruto-wi,nst over
dit bedrag berekend. In de eerste plaats, door de ge-
middelde winst op groepen van artilcelen tot uitgangs-
punt te nemen, waarbij bleek, dat d.e bruto-winst van
dien kru:idenier te ‘s-Gravenhage cle 20 pOt. niet over-
schrijcit en als regel, daar beneden blijft. Deze uit-
komst strookt met die van de, door de onderzoekers
getoetste, exploitatie-overzichten van Haagsehe krui-clen.iersw.inkels, d.i.e in 41. van de 48 gevallen . een
lageré winst vermelden. :Dt.e tijdens het te Amster-
dam ingestelde onderzoek veel nauwkeuriger ge-.
12 Juni 1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
539
gevens werden verkregen, dan tot daaraan toe ter be-
schikking stonden, werd de herleiding verscherpt,
door de wi tist niet groepsgewijze, doch artikel voor
artikel te berekenen; op grond van deze werkwijze
werd de bruto-winst op kruidenierswaren, vermin-
derd met kortingen, te ‘s-Gravenhage op 18,44 pOt.
en te Amsterdam op 17,86 pOt. vastgesteld, hetgeen
opnieuw vrijwel met cle door de kruideniers zelf op
gegeven win sten o vereenkwam.
De bewerking van dc bruto-winsten voortzettend,
maakten de onderzoekers uitvoerige berekeningen van
het werkelijke overschot of tekort, om vervolgens liet
theoretisch overschot of tekort te leeren kennen, door
bovendien de door den kruidenier bespaarde kosten
– als looi:i van vrouw en kinderen, rente van eigen
kapitaal en niet of te weinig in aanmerking genomen
huur – in mindering te brengen. Deze uitkomsten
werden tot con staat van gemiddelde exploitatiecij-
fers in iedere gemeente samengevoegd.
liet zorgelijke beeld, dat deze verzamelstaat biedt,
wordt door het raadplegen van de daaraan ten
grondslag liggende getallenreeksen vele malen ver-
sterkt. Telkens en telkens wijzen tekorten erop, dat
de kruidenier meer opnam, dan liii in zijn zaak ver-
diende. Velen teerden dus iii en leefden, voor zoover
zij geen eigen kapitaal bezaten, van het crediet van
hun leveranciers. Dat zoo’n bedrijf tenslotte moet
spaak loopen is duidelijk; maar de ervaring leert,
(hit die toestand lang kan worden gerekt. Een ver-
schi;jnsei, dat zich ook in andere deelen van het klein-
bedrijf, l)ij voorbeeld den boekhandel, bij herhaling
voordoet. 1-let kleine winkeltje wordt in het leven ge-
houden, om het geld, dat er in steekt. Iedere maand
komen er hier te lande 450 kruidenierszaken en
-zaakjes hij en sterven er 400 af, iedere maand wordt
mitsdien door 400 mensche.n een zekere som geids aan
liet kruideniersbedrijf ten offqr gebracht!
In het overzicht, dat de winsten op verschillende
kruidenierswaren te ‘s-Gravenhage vermeldt, is vrij-
i’el alle regelmaat zoek; overeenstemming tussehen
de winsten op artikelen, clie op dezelfde wijze wor-
den verkocht, ontbreekt. 1-letzelf de geldt ten aanzien
van den staat, waarin. de winsten
01)
suiker in de
verschillende gemeenten voorkomen. De Sén verdient
hierop vijf maal zooveel als de ander! De mededin-ging oefent natuurlijk een verevenenden invloed op
de prijzen ii it; doch hoe ontstaan dan die verschil-
lan. 1-Toe is het mogelijk, dat – binnen zoo ruime
grenzen klaarblijkelijk wordt gemaakt, wat er te
m aken valt? Men voelt, hoe hier weder de vraag naar de in aatschappelijk nood zakelijke verdeelingskosten
oplcomt. –
Gelijk voor de hand ligt, bood het onderzoek ruim-
schoots gelegenheid, om het persoonlijk gevoelen van
dc winkeliers over de toestanden van hun bedrijf te
loeren. kennei. De daarbij mondeling en. schriftelijke
aan de onderzoekers gemaakte opmerkingen hebben
zij in een levendig hoofdstuk ,,De kruidenier zelf aan
het woord” samengevat. Deze mecleedeelingen zijn
uiteraard meer stemminigsu.itingen, dan den neerslag van .criti.sclie waarneming en om d:i.e reden bezitten
zij well:icht hun grootste waarde als bijdrage tot de
zielkunde van den middenstand; zoo bestaat de
overwegende invloed, die de kruideiaiers aan het
verminderen van de koopkracht van hun klanten
toekennen, g:rootencleels in hun verbeelding. Het
verslag zelf doet reeds zien, hoe de begrippen ,,koop-
kracht” en ,,bestedingswijze” nog al eens werden ver-
wisseld, terwijl anderzijds bi.jioorbeeld Ir. B. Bölger
in zijn, eveneens aan de Sub-Commissie uitgebracht,
verslag van een. onderzoek naar de bonen en de loo:ns-
verhoudingen in Nederland, de gevolgtrekking
maakt, dat het toenemen van den welstand der arbei-
ders het stijgen van dien der geheele bevolking met
ongeveer 10 pOt. overtreft en dat de arbeider met
zijn tegenwoordig loon ongeveer 25 pOt. meer dan
v6r den oorlog kan koopen. Doch, dank zij dc vak–
kunde van de onderzoekers, konden verschillende op-
merkingen over markten, venters, het aantal winkels,
het groote winkelbedrijf, het merkartikel en liet be-
palen van den verkoopsprjs tot hun recht komen, die
het overwegen voor den econoom en den hedrijfshu is-
houdkundige over waard zijn.
Het slot is een beschrijving van de beteekenis van
het kruideniersbedrijf in Nederland, waarbij in de
eerste plaats een schatting van het aantal winkels
wordt gemaakt. Zeer merkwaardig blijkt daaruit, dat
het aantal kruidenierszaken naar verhouding groo-
ter is, naar gelang de gemeenten kleiner zijn. 1)e
oorzaak van dit verschijnsel werd niet nader onder-
zocht; is deze wellicht in de hoogere eisehen in dc
groote, dan in dë kleine gemeenten gelegen, of in de mogelijkheid, meer klanten te bedienen, naarmate Je
bevolking dichter wordt?
Bij deze schatting sluit een berekening aan van den
gezamenlijken omzet van den kleinhandel in kruide-
,nterswaren, die op vier wijzen werd ondernomen. Als
uitkomst daarvan werd een omzet van onderschei-
denlijk 416, 381, 400 en 450 millioen gulden. gevon-
den. Men vergelijke nu. eens de veelzijdige belang-
stelling voor de bedreiging van onzen uitvoer naar
Nederlandsch-lndië, groot 175 millioen gulden, met
de bemoeienis van de openbare meening met het krui.-
cleniersbedrijf, dat met meer, dan het dubbele, nog
maar een deel van het winkelbedrijf vormt!
* *
*
Het is uiteraard niet doenlijk om, binnen het be-
steic van d.:i.t tijdschrift, meer dan een zwakken in-
druk te geven van dcii schat aan gegevens, die hier
in zinnen en getallen is neergelegd; te minder, daar lang niet alle bizonclerheden met zooveel woorden
in het verslag wrorden genoemd. Moge daarom het
medegedeelde tot nadere kennisneming opwekken.
Hoe het verbeteren van de werkwijze in het krui-
deniersbedrijf tot stand moet komen, daaromtrent
loopen de meeningen zeer uiteen. In het begin van
dit jaar kwam een overleg tnsschen de vertegenwoor-
cligers van de hedrijfsvereenigi.ngen in het kruide-
niersvak en die van de daartoe samenwerkende f abri.-
kanten en invoerhandelaren tot stand, waarbij maafl-
regelen tot het handhaven van vaste verkoopsprijzen
voor een groot aantal verbruiksgoederen, onder be-
dreiging van uitsluiting Iran levering- in geval van
het verlagen van cle prijzen anders dan hij overeen-
komst, onder het oog werdlen gezien. Wijst eeuei-zijds
het stichten van commissies
Iran
beraad over tal ‘jan
onderwerpen, de goedereoverdeeling betreffende, door
de vereenigingen van winkeliers en die van huisvrou-
wen in verschillende plaatsen op de neiging, aange-
legenheden van dezen aard buiten den kring van de
ovetheidsbemoeienis te bhandelen, daarnaast staan
pogingen, om met behulp van de overheid regelingen
te scheppen, als die op liet stuk van de prijszetting,
de uitverkoopen, het aantal winkels, den venthandel
en den waarborg van den inhoud en de hoeveelheid
bij verpakte goederen.
Voor al dit streven heeft liet ingestelde onderzoek
een hechten grondslag gelegd en indien daardoor
de te treffen voorzieningen, meer dan anders het ge-
val ware geweest, tot het opheffen, dan wel het ver-
minderen van een mogelijkerwijs bestaand- verschil
tusschen de bedrijfskosten van den Icruidenier en de
kosten van zijn maatschappelijk noodzakelijke be-
moeienis met den goederenruil zullen leiden, dan zal
tenslotte 66k de aan de Sub-Commissie voor de Eco-
nomische Politiek gestelde vraag, betreffende het
verhoogen van den levensstandaard door de prijzen
van de belangrijkste levensmiddelen, het begin van
haar oplossing hebben gevoneen.
– Zw.
540
ECONOMIsCH-STA’fSTISCHE
BERICHTEN
12 Juni 1929
DE DINTA.
Flat doet
• Het worc!
is
1
n Nederl.aiicl nog weinig of
iiet bekend.
.[u Duitschiand daarentegen weet ieder, die bekend
is met het industrieele leven, dat Dinta is een afkor-
ting voor ,,Deutsches Institut für technische Arbeits-
schulung” en dat dit instituut is een stichting vaii de
g:rooti
nd
ustrie in Westfalen, gevestigd te Dusseldorf.
Waar de Dinta pas eenige jaren oud is en in dien kor-
ten tijd al tot een fikschen knaap is opgegroeid, is het reflicht van belang er hier iets over mede te deden.’)
De stichters van de Diita gaan van de gedachte
uit, dat in dèo tegenwoordigen tijd veel te weinig
wordt gelet op de menschelijke persoonlijkheid van
den arbeider. Men geeft zich veel moeite om machines
en gereedschappen tot in de kleinste onderdeelen te
volmaken. Dat is ook noodig en goed. Maar het is nog
veel belangrijker, of de mensch, die dat doode materiaal
moet bedienen, behoorlijk is gevormd. Aan die vor-
niug wordt, aldus de stichters
ail
de Dinta, nog
veel te weinig gedaan. Zeker, het lichamelijk welzijn
van
den arbeider staat in het middelpunt der alge
meene belangstelling. De industriestaten hebben allen
hun sociale wetgeving, welke den arbeider tegen ge-
vaarlijken en te langdurigen arbeid, en de gevolgen
daaivan, beschermt. Maar daarmede is alleen het
lichaam
van den arbeider verzorgd. Wij moeten ver-
der gaan en onze aandacht geven aan den
persoon,
aan het
kara1t.er
vati den arbeidenden mensch. Er is
nog zoo wèinig arbeidsvreugde. De industrie onder-
vindt daarvan de nadeelen, want een arbeider, die
zijn werk met tegenzin verricht, kan onmogelijk de
prestaties leveren van hem, die met lust tot den arbeid
is hezield. Hoe kan de arbeidsvreugde worden ver-
hoogd? Door te begrijpen, dat wij hier staan voor
een zielkundig vraagstuk, dat alleen kan worden op-gelost, wanneer de lusteloosheid, waaronder menige
arbeider werkt, wordt weggenomen. –
Ziehier in het kort de gedachtengang van de stich-
ters der Dinta. Het doel, dat
zij
nastreven, is derhalve
voornamelijk de vermeerdering van de productiviteit
van den arbeid. De vorming van den meusch wordt
nagestreefd om de voortbrenging te verhoogen. Het
opvoedkundige vraagstuk, dat de Dinta wil oplossen, wordt gesteld niet in het belang van den mensch zelf,
maar in het belang van de productie. Het motief is
economisch, niet ethisch. Daarmede is de arbeid, die
hier wordt ondernomen, uiteraard niet gebrandmerkt.
De industrie is geen instituut voor zedeljke opvoe-
ding. Maar wel moet hierop worden gewezen, omdat,
zooals wij straks zullen zien, vele va.kvereenigingen met wantrouwen de Dirita gadeslaan en dit o.i. mede
zijn oôrsprong vindt in de vrees, dat alle andere be-
langen van den arbeider aan die van de productivi-
tei t ondergeschikt gemaakt zullen worden.
Tot nu toe strekt het arheidsveld der Dinta zich
voornamelijk uit over de industrie in Westfalen. In-tusschen heeft het instituut ook met ondernemingen
in het overige gedeelte van Duitschiand contact. In
het laatste jaaroverzicht wordt zelfs melding gemaakt
van een Oostenrijksche Dinta, die als filiaal der
Diitsche, haar arbeid in Oostenrijksche ondernemin
gen is begonnen. Onder de bedrijven in Duitschland,
welke bij de Dinta zijn aanges]oten, trekken vooral
de aandacht vele Westfaaische mijnondernemingen
en rn achi.n ef abri eken.
De opleiding.
De vraag doet zich tlians voor: langs welken weg
tracht de Dinta haar doel te bereiken?
Uit den naam ,,Deutsches Institut für technische
Arbeitsschulung” blijkt reeds, dat op de arbeidsscho-
ling veel nadruk w&dt gelegd. Dat beteekent in de
eerste plaats, dat men den arbeider technische kennis
wil bijbrengen. Men moet kostbare machines allêen
‘) Dr. Paul Osthold, een van de leiders van het instit:tut
was zoo vriendelijk mij in ruime mate cle noodige gegevens
te verschaffen.
toevertrouwen aan personen, die hebben geleerd met
machines om. te gaan. Alle arbeiders, ook de ,,onge-
schoolden” moeten. daarom een opleiding ontvangen.
De gewone gang van zaken is deze, dat jeugdige
arbeiders psychotechnisch worden gekeurd. .Heef t het
onderzoek een gunstig resultaat, dan wordt de leer-
ling in de ,,leerwerkplaats” opgenomen. :Dit is een
van dc eigenlijke onderneming afgezonderde ruimte,
waar de leerlingen gedurende de eerste jaren geza-
menlijk worden opgeleid, zonder met het overige per-
soneel in aanraking te komen. Naast de leerwerk-
plaats heeft de onderneming
zijn
,,leerschool”. Hier
wordt de stof, die • in de leerwerkplaats
practisch
wordt gegeven,
theoretisch
behandeld. Meestal duurt
de geheele ople:iding ongeveer vier jaren. De Dinta
heeft thans in ongeveer 70 groote ondernemingen de
opleiding aldus georganiseerd.
Intusschen is hiermede alleen een waarborg voor
technische kennis gegeven. De vorming van den
rnensch moet nog op andere wijze worden bevorderd.
Een van de heste,middelen om dit te beréiken is vol-
gens ‘de Dinta, dat de ingenieur, die de leerlingen
moet onderwijzen, ook in hun spel en in hun ont-
spanning met hen medeleeft. Op deze
wijze
ontstaat
een band van rnensch tot men.sch, welke den arbeid
in de fabriek ten goed komt. Zoo kan men de in-
genieurs van de Dinta op vrije middagen en avonde.
met hun leerlingen zien turnen, zwemmen, tochteic
maken, musi,ceeren en tooneelspelen. De ingenieu
moet dus, naast zijn technische kennis, ook ,,bedrijfs-
paedagoog” zijn. Niet iedere ingenieur zal deze taak
van nature even gemakkelijk afgaan. Ook hier geeft
de Dinta de noodige leiding. Reeds een kleine hon
derd ingenieurs zijn door de Dinta voor hun functie
van ,,menschenleiders” gevormd en in. de industrie
geplaatst.
De a,rbeidscourant.
Ook voor de oudere arbeiders moet worden ge-
streef cl naar meer contact tusschen den ondernemer
en zijn arbeiders.
Om dit te bereiken hebben enkele, ondernemers
.,Werkfeste” ingesteld, waarbij ook de ondernemer
zelf tegenwoordig is. Sommige Dinta-enthous.iasten
gaan nog verder en droomen van een ,,Arbeitskult”,
welke door ,,Spriic}ie und Zeremonien, durch gernei.n-
sarn.e Riten und Formen das innere Wesen der Arhei.t,
dem. groszen Gehalt der Werkti.tigkeit zur Erschei-
nung und dadurch zum hewuszten Erlehen” moeten
brengen.’) Dichter hij de practische rnogeliikheicl
blijft het uitgeven van.,, arbeidscouranten”. Gelijk men
weet, zijn dergelijke fabrieksboden ook bij enkele groo-
te ondernemingen in ons land niet onbekend.
Met de arheidscouranit wordt voornamelijk tweeëriei
beoogd.
In de eerste plaats is zij voor den ondernemer het
middel om het contact met zijn arbeiders te onderhou.-
den. Volgens de Dinta heeft het ,,zwarte bord”, waar-
op de mededeelingen van den ondernemer, aan alle
arbeiders tegelijk en bovendien kort van inhoud,
worden bekend gemaakt zijn tijd gehad. Wanneer de
ondernemer aan alzijn arbeidrs iets heeft mede te
deelen, dan moet hij dit niet
massaal
doen, maar
individueel,
nu.
in de courant, die elken arbeider
wordt toegezonden. Daardoor zal de arbeider meer
het gevoel hebben, dat de ondernemer hem per-
soonlijk iets heeft te zeggen en het medegedeelde
beter in zich opnemen. Bovendien -geeft het zwarte
bord alleen de gelegenheid aan te kondigen, dat er
dit of dat moet gebeuren. De vraag naar het ,,waar-
om”, die ook de arbeider stelt, komt op die wijze
te weinig tot zijn iecht. In- de arbeidscourant daar-
entegen kan men den arbeider nader uitleggen, wat
de reden is van een nieuw ingevoerde werkwijze. Die
nadere uitleg is noodig, want als redelijk wezen heeft
i) Pof.
Dr. Ernst Etonme-ffer, Der Ingenieur als Erzieher
(T3’aedckerVerin.c. Essen), pag.
57.
Van denzelf-den schrijver
is
‘liet mooie l)oekie ,,Der Weg
‘illr
Arheiitsfreiide” (Beimar
Hobbi ug, Berlin).
12 Juni 1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
54
de arbeider er aanspraak op, dat van hem gee.n
kadaverdisci.pline wordt verlangd.
in liet algemeen – en hiermede komen wij aan
liet tweede doel van de arbeidscourant – wordt be-
oogd den arbeider met het bedrijf te doen medeleven.
Door de sterk doorgevoerde arbeidsverdeeling ziet
elke arhei]er maar een heel klein deelt3e van den
dage] ijkschen bedrijfsgang. De arbeidscourant moet
dit tekort ainvullen door eenvoudige artikelen, die
den belangstellenden arbeider eenigen kijk op het
technische cii commercieele terrein van het groote
l)edrijfsleven bijbrengen en hem den samenhang daar-van met zijn eigen arbeid, doen zien.
:Ret redigeeren van dergelijke bladen is een moei-
lijke taak. WTeinigen is het gegeven om hier den
juisten toon te treffen. Dit zal dan ook wel de reden
zijn, dat de meeste onder leiding van het bureau
van de Dinta zelve worden geredigeerd. Daardoor kan
gebruik gemaakt worden van de rijke ervaring, waar-
over men ten aanzien van dit onderwerp op dit eene centrale punt meer en meer gaat beschikken. TJiter-
aard heeft deze regeling het bezwaar, dat het mdlvi-dueele karakter, dat in verband met de eigenaardig-
lieden van iedere onderneming, aan iedere courant
moet worden gegeven, gemakkelijk verloren gaat. Mcii
hccf t getracht deze moeilijkheid te ondervangen, door
in elke onderneming, waar een courant verschijnt,
een correspondent aan te stellen, die voortdurend met
liet bureau van de Dinta in contact staat. Hij kan het
bureau doen weten, hoe op de verschillende artikelen
wordt gereageerd en in welke richting verder moet
worden gewerkt. Politieke onderwerpen worden
streng vermeden.
De vraag of de arbeidscourant aan haar doel heeft
beantwoord, is niet gemakkelijk te beantwoorden.
Prof. Horneffer, gelijk wij boven zagen misschien een
wat al te groote Dinta-enthousiast, merkt op, dat zij
,,mit regsten Eifer von der Arbeiterscha’ft begehrt
und gelesen werden”. Intusschen zegt het toch iets,
(lat, terwijl de Dinta nog pas eenige jaren bestaat,
thans reeds 76 couranten worden uitgegeven, met een
gezamenlijke oplage van een half millioen exem-
plaren!
Wij zouden te uitvoerig worden, wanneer wij ook
nog stilstonden bij de andere middelen, waarmede de
Dinta haar doel tracht te bereiken. Men
krijgt
den
indruk, dat de arbeidsscholing en de arbeidscourant
een zeer voorname rol spelen. Vermelden wij nog hoe
buy. de groote Gelsenkirchener Bergwerks A. G. de
arbeidsvreugde varr den arbeider, die nog in de
kracht van zijn leven is, tracht te bevorderen, o.a.
door den vrees voor gebrek op den ouden dag, weg
te nemen. Deze onderneming heeft ni. 130 arbeiders,
die lang bij haar in dienstbetrekkig zijn geweest en
den 65-jarigen leeftijd hebben bereikt, in een werk-
plaats vereenigd, waar zij met lichten, maar produc-
tieveii arbeid worden bezig gehouden. Zij kunnen daarmede nog een loon ferdienen, dat 75-80 pOt*
van het normale arbeidsinkomen bedraagt, zoodat
dezulken niet zijn aangewezen op de algemeene lief-
dadigheid of afhankelijk van ondersteuning hunner
kinderen.
De houding der valcvereeni gingen.
Het is te begrijpen, dat de leiders der Duitsche vak-
vereenigingen groote belangstelling aan den dag leg-
gen voor den nieuwen arbeid, die door de Dinta
wordt ondernomen. Velen staan er met antipathie
tegenover. Wanneer men de titels leest van de arti-
kelen, waarin de bezwaren worden ontwikkeld, dan
gevoelt men reeds ongeveer, uit welken hoek de wind
waait. Opschriften als ,,Bedrjfsfascisme, Militair ge-
dri], Hoe men ons wil vangen”, e.d. spreken ten dezen
voor zichzelf. In het bijzonder de socialistische vak-
vereenigingen doen een dergelijk geluid hooren. De
houding der christelijke vakvereenigingen getuigt
van meer waardeering, vooral in het laatste jaar. Dit
verschil is alleszins verklaarbaar. Het streven van
de Dinta is er op gericht den arbeider met het hui-
dige productieproces te verzoenen. 1-let is mede een
poging om den arbeider het huidigè productieproces
meer te doen waardeeren. Slaagt deze poging, dan
valt de grondslag van de sociaal-democratie, dat
al]een een gesocialiseerde maatschappij den arbeider
de rechtspositie kan geven, die hem toekomt,, weg. De
christelijke vakvereenigingen daarentegen willen het
huidige productieproces, zij het op enkele punten be-
langrijk gewijzigd, handhaven. Zij streven naar ver-
betering op den grondslag der tegenwoordige econo-
mische orde. Een pogen als dat van de Dinta vindt
daarom uiteraard bij hen eerder waardeering.
Overigens zijn er nog voldoende punten, die tot
een wrijving tusschen Dinta en vakvereeniging aan-
leiding kunnen geven.
Daar is bij de leiders der vakvereenigingen voor-
eerst de vrees, dat het doel van de Dinta is, de arbei-ders van de vakvereenigingen los te weeken. Bij hen
geldt de opvatting, dat weliswaar de fabriek op den
arbeider als
arbeider
beslag legt, maar dat daartegen-
over de arbeider als
mensch
aan de vakvereeniging
toebehoort. Het geheele program van de Dinta gaat
daar lijnrecht tegen in. De Dinta wil, evenzeer als
de vakvereeniging, de persoonlijkheid van den arbei-
der beïnvloeden. Zij eischt ook den mensch in den
arbeider voor den werkgever op. Vandaar dat de leer-
lingen in de ondernemingen in een afzonderlijke
werkplaats bij elkaar worden gebracht, een streven, dat door de vakvereeniging wordt uitgelegd als een
poging om de jongeren aan den invloed der ouderen, die hen van het nut der vakvereeniging doordringen,
te onttrekken. Het feit, dat de Dinta is doorgedron-
gen op een terrein, waarop de vakvereeniging tot
nu toe alleenheerscher was; leidt aldus tot moeilijk-
heden.
Wrijring wordt ook veroorzaakt, doordat de Dinta
zich zooveel met arbeidsscholing bezig houdt. Jaren-
lang hebben de vakvereenigingen hun taak beperkt
tot het streven naar verbetering der bonen en andere
arbeidsvoorwaarden voor hun leden. Tegenwoordig
willen zij een veel breeder terrein bestrijken. Zij zijn zich meer en meer o.a. ook op het gebied der vakop-
leiding gaan bewegen. Met name in Duitschland is
dat het geval. Zoowel de moderne als de christelijke
vakvereenigingen hebben hun programma’s voor vak-
opleiding, welke zij trachten door te voeren. Nu komt
ineens de Dinta met het beginsel, dat de opleiding
uitsluitend een zaak van den werkgever is en dat de
leiders der vakvereenigingen daar niets mede te ma-
ken hebben. Het is verklaarbaar, dat deze daartegen
opkomen en niet een terrein willen afstaan, waarop.
zij meenen nog een groote taak te hebben.
Wanneer de vakvereenigingen de Dinta verwijten, dat zij de arbeiders tot slaven van den werkgever wil maken, dan steekt daarin zeer veel overdrijving. Wij
hebben boven gezien, dat het streven er juist op is
gericht een geschoolden arbeider te vormen en zijn
persoonlijkheid te ontplooien. Een dergelijke methode
is weinig geschikt om slavenzielen te kweeken. Maar
wel steekt in den arbeid van de Dinta een ander ge-
vaar. Zooals wij reds hoven opmer]dten, heeft heel
dit streven een economisch doel, ni.. verhooging van
de productiviteit van den arbeid. Al die minutieuze
zorgen, welke aan de vorming van den arbeider wor-
den ten koste gelegd, zij zijn alle ondergeschikt aan
het industrieele doel, dat er mede wordt beoogd. Nu
is het gevaar niet denkbeeldig, dat op die wijze het
geheele leven van den mensch wordt dienstbaar ge-
maakt aan het eene oogmerk: hem af te richten voor
de industrie. Ook de ontspanning moet er immers op
gericht zijn den arbeider meer geschikt te maken voor
zijn taak in het produ.ctieproces. De vraag rijst of er
voor den arbeider niet iets onverdragelijks moet gaan
schuilen in de gedachte, dat ook zijn leven buiten
.de fabriek door het industrieele doel moet worden be-
heerscht. Wij kunnen ons indenken, dat er straks
arbeiders zullen zijn, die voor een prachtige excursie
onder leiding van de Dinta naar Berlijn bedanken
en er de voorkeur aan geven op een Yrjen middag met
elkaar een flinke wandeling te gaan maken. De zucht
542
.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Juni 1929
naar vrijheid is een machtige factor. Wanneer men
den mensch niet voldoende gelegenheid geeft, zich-
zelf te zijn, dan zal hij alles doen wat mogelijk is
om aan den band, dien men hem wil aanleggen, te
ontkomen. Indien dit het resultaat zou zijn, dan zou
de Dinta precies het tegenovergestelde bereiken van
hetgeen zij bedoelt.
Van de middelen, welke de Dinta voorstaat, zijn
sommige ook in ondernemingen hier te lande
n
i
e
t.t
onbekend. Het nieuwe in den rbeid van de Dinta
schuilt o.i. vooral hierin, dat de maatregelen, waar-
mede men de persoonlijkheid van den arbeider tracht
te beïnvloeden, een sluitend systematisch geheel vor-
men. Bovendien zit hier het streven voor, van uit één
centraal punt vormend op de psyche van alle indus-
trieele arbeiders in te werken. Intusschen
schijnt
ons
de tijd om over den arbeid der Dinta een behoorlijk
oordeel te vellen nog niet gekomen. Daarvoor is
alles nog te veel in het aanvangsstadium. Het doel
van ons artikel was slechts te wijzen op deze nieuwe
organisatie, welke, ook indien men met haar werk-
wijze niet geheel instemt, toch de volle aandacht yer-
dient.
Mr. Dr. A. A.
VAN RHIJN.
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
DE CONCENTRATIEBEWEGING IN HET
AMERIKAANSCHE BANKWEZEN.
De structuur van het Amerikaansche bankwezen
wordt gekenmerkt door een zeer sterke mate van ver-
splintering. Het is opgebouwd uit duizenden zelf-
standige banken, waarvan de meeste eeii zeer klein
kipitaa1 hebben; concentratie daar Europeesch model,
waarbij de vorming van een over het gansche land
verbreid filialennet op den voorgrond stond, ont-
breekt, al is ook een ontwikkeling te constateeren,
die, zooals uit het volgende zal blijken, een gedeelte
van het Amerikaansche bankwezen binnen een zeer
kort tijdsverloop geheel heeft gereconstrueerd.
De oorzaken der decentralisatie dienen voorname-
lijk te worden gezocht in de bestaande wettelijke be-
lemmeringen. Voor de grootste groep der Amerikaan-
sche banken, de state banks en trust companies, gel-
den de wetsbepalingen van den staat, waarin zij zijn
gevestigd, welke veelal de oprichting van filialen ver-
bieden. Voor de national banks geldt de National
l3a4: Act van 1864, die volgens de jurisprudentie evneens de oprichting van filialen verbiedt en als
eenige uitzondering aan state banks, die in national
banks worden omgezet, het behoud harer filialen toe-
staat. De Clayton Act (1914) bepaalde oorspronke-
lijk, dat niemand commissaris, directeur of beambte
van meer dan één national bank of van een dergelijke
bank en een of meer andere banken mocht zijn. In
1916 is dit voorschrift in zoover verzacht, dat, wan-neer geen ,,substantial competition” aanwezig is, de
Federal Reserve Board vergunning kan geven om
commissariaten, enz. van hoogstens drie banken in
één persoon te
ereenigen. Bovendien spelen andere
factoren een rol: de publieke opinie vreest de gevaren
cener ,,money trust”, de kleine banken verzetten zich
heftig tegen hunne uitroeiing, locale trots en conser
vatisme dragen het hunne bij. Als eenig steekhon-
dend argument voor het bestaande systeem kan wor-
den aangevoerd, dat in pas in ontginning gebrachte
streken de ,,unit bank” groote voordeelen boven het
filiaal eener groote bank bezit. –
Niettemin hebben de economische tendenzen, die
elders tot concentratie leidden en waarvan in de eer-
ste plaats de groeiende credietbehoeften der zich
sterk concentreerende industrie genoemd dienen te
worden, in, de Vereenigde Staten evengoed hun in-vloed doen gelden. Bovendien heeft reeds v66r den
oorlog cle decentralisatie van het Amerikaansche
bankwezen zelf reacties, gericht op vermindering der daaraan verbonden nadeelen, in het leven geroepen.
Het gevolg van de groote uitbreiding der verlangde
crediete.i’i was eenerzijds, dat verschillende banken, tot
uitbreiding van haar kapitaal overgi..ngen, teneinde
cle noodzakelijk geachte verhouding tusschen eigefl
middelen en verstrekte credieten niet geheel te verbre-
ken; anderzijds, dat belangengemeenschappen tusschen
verschillende banken onderling in de hoofdsteden en
met name te New York tot stand kwamen. De laatste
voltrokken zich voornamelijk op initiatief der groote
particuliere bankhuizen en namen meetal den vorm
aan van vaste emiss:ie-synclicaten onder leiding der
bankfirma’s. Zij gingen njet zelden gejiaard met de
verwerving door deze laatste van een, tegenover de
versnipperde majoriteit dikwijls zeer krachtige, min-
derheici der aandeelen van de bankinsteilingen.
De relaties tusschen de banken in de centra en die
in cle provincie, ontstaan door de destijds vigeerende
bepalingen, volgens welke een gedeelte van de wet-
telijke reserves der laatstbedoelde banken bij insti-
tuten in de centra moest berusten, en door liet zich
sterk ontwikkelend chèqueverkeer, zijn reeds van
ouden datum. Hierdoor hadden de banken in de groo-
te steden een kring van correspondenten verkregen,
die in sommige opzichten de fundties van eigen
filialen verrichtten. In .tegenstelling tot de verwach-
ting heeft de centralisatie, die door de Federal Re-
serve Adt in de reserves, van de Amerikaansche ban-
ken is tot stand gekomen, geen verandering van he-
teekenis in deze relaties gebracht.
De oprichting van filialen, voorzoover de wet zulks
toeliet, had een zekeren omvang aangenomen; het
aantal filialen, dat in 1900 nog slechts 60 bedroeg,
was in 1913 tot 462 gestegen. Wegens den vermelden
weerstand tegen dezen openlijken vorm van concen-
tratie beperkte zij zich echter tot enkele staten.
Fusies tussehen bankinstellingen had dèn reeds op
beperkte schaal plaats gevonden. Het samengaan van
twee national banks was echter slechts mogelijk door
liquidatie van een van beiden, terwijl aan een derge-
Lijke bank samensmelting met een state bank of trust company verboden was en ook de staatswetten veelal
belemmerende bepalingen bevatten.
1)e wettelijke begrenzing harer werkzaamheden, ten
slotte, bewerkstelligde, dat verschillende banken aan-
sluiting zochten bij instituten met ruimer bevoegd-
heden of zelf dergelijke instituten oprichtten. Natio-
nal banks bijv. breidden haar terrein uit met trustee-
werkzaamheden door de oprichting van in naam zelf-
standige ondernemingen, waarvan de aandeelen aan
cle aandeelhouders der hoofdbank werden uitgereikt,
een constructie, die gekozen moest worden, omdat aan
cational banks het in portefeuille hebben van aan-
deden verboden is.
Het blijkt dus, dat ook in het Amerikaansche bank-
wezen een zekere mate van concentratie – zij het ge-
deeltelijk onder de oppervlakte – was te constatee-
ren. De meest . voorkomende gevallen gaven echter
slechts een band, die de onafhankelijkheid der be-
trokken banken geheel intact liet, en beantwoorddei:i
dus slechts in geringe mate aan het gestelde doel,
terwijl de meer straffe vormen van concentrati.e zeer
zeldzaam waren en eerst na overwinning van talrijke
hindernissen hun beslag konden krijgen.
Ongeveer sedert het einde van den weeldoorlog
teekent zich een versterking der geschetste ‘co.ndn-
tratietendenzen af, die in de laatste jaren een ver-
meld tempo heeft aangenomen. –
Daar de Vereenigde Staten de eerste plaats in de
rij der kapitaalexporteerende landen wisten te be-
zetten, zagen de banken zich geplaatst voor tot dusver
ongekende emissiewerkzaamheden. De bij de finan-
ciering van den oorlog op dit gebied opgedane erva-
ring was hiervoor van groote waarde, doch plaatsing
van effecten op groote schaal bleek slechts doorvoer-
baar voor groote instituten, die over een goed geor-
ganiseerd net van. onderhoorige banken beschikten.
De sterk toegenomen concentratie in het Amen-
kaansche bedrijfsleven versterkte eveneens de gelijk-
12 Juni 1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
543
soo.rtigo bcw’egiug in het bankwezen; daarbij kwam
nog, dat cie financieringsmethoden zich zoodanig wij-
zigden, dat daardoor een nauwere relatie tusschen
banken. en industrie ontstaan is (meer en meer werd
voor cle verkrijging van lang kapitaal een beroep
0
1
)
(te tussehenkonist der banken gedaan; ook de door
het Fecleral Reserve System met succes gepropageerde
vervanging van de proniesse door het bankaccept
werkte in dezelfde richting).
De concurrentie tusschen de banken onderling ii
de steden had voortdurend scherpere vormen aange-
nomen en cle onkosten waren hierdoor zoo opgedreven,
dat ook uit deren hoofde van concentratie gunstige
resultaten werden verwacht.
De veelvuldig voorkomende failtissementen, ein-
delijk, van voornamelijk kleine of in kleine plaatsen gevestigde banken (in de afgeloopen 6 jaar kwamen
er niet minder dan 4148 voor) hebben niet slechts hij
voortduring de aandacht op de nadeelen van het be-
staande stelsel gevestigd, doch ook rechtstreeks het
concentratieproces versterkt, doordat in moeilijkheden
verkeerende banken tot gunstige condities door ster-
kere zusters konden worden overgenomen.
Ter verklaring der versnell:ing der concentratiebe-
weging in de laatste jaren kan bovendien nog gewezen
worden
0])
de ontwikkeling op de effectenbeurzen,
die de gelegenheid schiep om tegen gunstige voor-
waarden tot uitbreiding van kapitaal over te gaan,
en op het feit, dat toen eenmaal het proces bij enkele der grootste banken was begonnen, hare collega’s uit
prestigeoverwegingen wel moesten volgen.
De volgende cijfers bewijzen, dat in den laatsten tijd
(le versplintering van het Amerikaansche bankwezen
verminderd is. liet aantal banken was in de Ver-
cenigde Staten tot 1921 gestegen, doordat het aantal
oprichtingen dat der liquidaties en fusies overtrof
(op 30 Juni van dat jaar bedroeg het 30.468 tegen
26.714 op denzelfdeu datum in 1914). Daarna is het
voortdurend gedaald, tot 26.145 op 30 Juni 1928. i)e
gemiddelde hoogte der activa pèr bank steeg van
$ 1 millioen in 1914 op $ 1.600.000 in 1921 en op
$ 2.100.000 in 1928.
Het concentratieproces voltrekt zich in de vormen,
clie h:ierboveu Icort zijn aangestipt. Daarnaast is een
nieuwe nuance der commanditeering naar voren ge-komen, waarbij een speciale holding company wordt
opgericht, die de contrôle van een reeks van banken
in één hand vereenigt.
Ten aanzien van de. oprichting van bankfiliaien
zijn de wetsbepalingen voor de national bauks eenig-
zins verzacht. Reeds in 1.915 bepaalde de Oomptrol-
ier of the Ourrency, dat national hanks ,,additionai
offices” in hare vestigingsplaats mochten oprichten,
wanneer de aldaar gevstigde state banks eenzelfde
privilege hezaten. Zijn opvolger wist evenwel cle
werkzaamheden dier kantoren te beperken tot ont-
vangst van stortingen en uitbetaling van chèques. Da
Federal Reserve Board liet sedert 1 Februari 1924
geen state banks met filialen buiten haar vestigings-
plaats meer als lid van het Federal Reserve System
toe; waar het algemeen belang zulks eischte maakte
hij echter uitzondering. De McFadden Act van 25
Februari 1927 legde in de wet neer, dat state hanks
hij toetreding tot het stelsel hare filialen mogen be-
houden, terwijl national banks in kleine plaatsen één,
in grootere plaatsen twee, en in steden met meer dan
100.000 inwoners een door den Comptroller of the
Ourrency vast te stellen aantal filialen binnen haar
vestigingsplaats mogen oprichten. De wetgevingen der
staten zijn daarentegen, met name sedert de genoem-
de wijziging der Federal Reserve Act, meer en meer
overgegaan tot verbodsbepalingen, zoodat op 30 Juni
1928 de situatie voor state banks en trust companies
aldus was samen te vatten: in 22 staten was de op-
richting van filialen toegestaan (waarvan in 10 staten
ook buiten de vestigingsplaats), in 20 staten was de
oprichting van filialen verboden (in 8 staten was de
eofl ti ii in Lie van reeds bestaande filialen mogelijk)
en in 6 staten bestonden geen bepalingen, terwijl
daar evenmin filialen waren opgericht.
Het aantal filialen, dat in 1919 nog slechts 857
bedroeg, beliep op 30 Juni 1924 2293 en op 30 Juni
1928 3230. Van deze filialen waren meer dan de helft
in drie staten, ni. Oalifornië, New York en Micliigati,
gevstigci, en meer clan 1500 daarvan in de steden
San Francisco, Los Angeles, New York en Detroit,
847 waren ontstaan door omzetting van tevoren zelf-
standige banken :in filialen. Hoewel het aantal filialen
dus sterlc toeneemt en twee banken in Oalifornië res-
pectievelijk stelsels van 289 en 97 filialen hebben
opgebouwd, terwijl één bank in New York over 66
filialen beschikt, is, vergelelcen met andere landen,
(ie ontwikkeling op dit gebied nog zeer gering te
noemen: slechts 3 pOt. van de Arnerikaansehe ban-
lcen heeft één of meer filialen.
De versterking der coneentratiebeweging kwam,
behalve in de vermeerdering v.n het aantal filialen,
het eerst tot uiting in den vorm van oprichting —
door vrijwel alle groote banken – van securities corn-
panies, doehterinstellingen, waaraan het emissi ebe-
drijf en alles wat daarmede samenhangt werd opge-
dragen, en die daarbij niet onderworpen zijn aan dc
voor de banken zelf geldende beperkende wetsbepa-
lingen. In het geval van natiotial banks werden de
aandeelen der dochterondernemingei aan de aandeel-
houders der hoofdbanlc uitgereikt of wel voor hen bij
een trustee gedeponeerd. Ook de oprichting van ver-
wante frust companies kwam herhaaldelijk voor; als
voorbeeld uit den laatsten tijd moge genoemd wor-
den de stichting van de J. Henry Schroeder Trust
Oompany door het bekende ernissiehius.
De verschillende bankfusiês, die in
–
den laatsten
tijd in de Vereenigde Staten plaats vonden, getui-
gen in nog sterker mate dan de in het bovenstaan-
•de l)esproken concentratievormen van het streven
naar clepartment banking, w’aarbij elke bank alle bank-
zaken, hetzij zelf, hetzij door tusschenkomst van een ciochterinstituut, kan verrichten. Hoewel de national
banks sedert de wetswijziging van 1918 onder dezelf-
de voorwaarden als tiustee mogen optreden als trust-
companies, blijkt toch amalgamatie met een reeds
bestaande trust company te verkiezen boven de op-
richting van een eigen trustafdeeling. Bij dergeljice
fusies wordt dikwijls de combinatie onder trust har-ter voortgezet. Het aantal national banks is dan ook
ird
den laatsten tijd niet onbelangrijk gedaald.
Omtrent het totaal der plaats gevonden bankfusies
ontbreken recente gegevens. De Federal Reserve
Board publiceerde in haar rapport over 1928 eenige
cijfers omtrent de amalgamaties, waarbij leden van het stelsel hetroklcen waren (hierbij zij opgemerkt,
dat het stelsel slechts een derde van het aantal der
Amerikaansche banken omvat, die evenwel drie vijfde
van het totaal der deposito’s bezitten). Het aantal
dezer fusies was gedurende de eerste zes jaren van
het bestaan van het stelsel gemiddeld 51, daarna over-
trof het steeds de 100, om in 1926 op 154, in 1.027
op 259 en in 1928 op 185 te stijgen. Samentelling van
het aantal fusies geeft echter nog slechts een onvol-
doende beeld van de heteekenis der con centratiebewe-
ging. Ter aanvulling mogen enkele van de voornaam..
ste samensmeltingen kortelings worden vermeld aan
de hand van het volgende lijstje, dat eenige gegevens
omtrent de negen grootste banken bevat.
Balauscijfers der
9
grootste banken,
31
December
1928
(in milijoenen $).
Totaal
Kapi-
Reser-
eigen
Depo-
taal
ves
middelen
sito’s
National City Bank,
New York ……..
100
77,0
177,0
1.349,0
Chase National Bank,
New York ……..
60 .
79,0
139,0
1.126,8
Guaranty Trust Corn-
pany, New York
40
65,1
105,1
842,4
r
544
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Juni 1929
55,0
95,0
734,4
55,8
105,8
698,4
48,3 73,3
67,9
77,4 102,4
584,1
55,6
90,6
536,6
27,1
57,1
530,8
De National City Bank absorbeerde in 1926 de
Peoples Trust Company (beschikkend over activa tot
een totaal bedrag van $ 250 millioen) en hare doch-
terinstelling, de international Banking Corporatioui,
waardoor
zij
de beschikking kreeg over een uitgebreid
net van filialen in het buitenland. Een overeenkomst
tot fusie met de Farmers Loan & Trust Company
(met
0])
31 December 1928 $ 33,1 millioen eigen mici-
delen en ongeveer $ 250 millioen deposito’s), werd
in April 1929 gepubliceerd; zij zal hiertoe haar kapi-..
taal met $ 10 millioen vergrooten, de in ruil vOor
aandeelen National City Bank ontvangen trustaan-
deelen worden bij een trustee gedeponeerd tea behoe-
ve van de aandeelhouders :lei’ City Bank. De bank-
verkzaamhede.ï der Trust Conipany gaan op de City
Bank over, zijn. emissiebedrijf op de National City
Company (wier $ 60 millioen aandeelen bij denzeil-
den trustee berusten). :De trustafcleeliig der City
Bank gaat over op cle Ti’ust Oompany, die den naam
van City Bank—Farnrers Trust Company krijgt. Het
bestuur van de drie instituten komt in dezelfde han.
den te berusten.
De Chase National Bank nam in 1921 het initiatief
tot de concentratiebeweging der groote banken door
absorptie van de Metropolitan National Bank. In
1925 volgde die van de American Foreign Bankingi
Corporation, die haar filialen in liet buitenland be-
zorgde, in 1926 die van de Mechanics & Metals Na
;
tional Bank, in 1927 die van de Mutual Bank of
New York en in Januari 1929 die van de Garfield
National Bank (waartoe haar kapitaal met $ 1 mil:
lioen werd verhoogd). Tegenover de laatste groote
fusie van de National City Bank stelde de Chase
Bank de hare met de American Express Oompany
in ongeveer denzelfden vorm ‘(de in ruil ontvangen
aandeelen der Express Company, die als zelfstandig
instituut blijft bestaan, wordefl uitgereikt aan de
aandeelhouders van de beide Chase concerns – Chase
National Bank en Chase Securities Corporation —
waarvan liet kapitaal met $ 38 millioen wordt ver
;
J
hoogd). De eigen middelen vitn cle combinatie be-
loopen meer dan $ 283 millioen.
De G’uaranty Trust Company heeft in Mei 1929 de
National Bank of Commerce, no. 6 van de lijst, op-
genomen; de laatste heeft haar kapitaal met $ 5 mii-
lioen verhoogd en werd, in verband met de wettelijke
bepalingen, omgezet in ccii state bank, die op haar
beurt door de trust compan.y is geabsorheerd. Op de basis van de cijfers van 31 December 1928 zou door
deze combinatie de grootste bank van de Vereenigde Staten ontstaan, volgens die van 27 Maart 1929 heeft
de National City Bank echter de leiding weten te
behouden.
De Irving Trust Company, oorspronkelijk een trust
company, werd in een nationsl bank omgezet, om in’
1923 door fusie met de Columbia Trust Company
weer onder trust charter terug te keeren. Na ver-
schillende sameusmeltingen vereenigde zij zich in 1926 met de Anierican Exchange Pacific National
Bank (met $ 277,5 millioen activa). ‘In de concentra-.
tiebeweging van den laatsten tijd heeft zij slechts
aandeel genomen door herhaalde verhoogingen vali,
haar kapitaal, de laatste hiervan vond plaats int
April 1929.
De oprichting der Bankers Trust Oompany of New
York, in 1903, is als een der eerste symptomen der
concentratiebewegi.ng in het Amerikaansche bank-
wezen te beschouwen. Zij werd toch in het leven ge-roepen door een aantal banken te zamen teneinde de
aan deze verboden werkzaamhecleiEi te verrichten. In
1.911 absorbeerde zij de Mercantile Trust Oompany,
t.n 1912 cle Manhattan ‘I’rust Oompany, in 1917 de
Astor Truist Oompan. in 1928 richtte zij een doch-
teronderneming op voor liet emissiebedrijf. (Bankers
Oorporation of N.ew York).
De Equitable Trust Company heeft in Mei 1929
cle Seaboard National Bank (die op 31 December 1928
over $ 26,9 millioen eigen middelen en $ 306 mi.11ioen
activa beschikte) door ruiliug van aandeelen geab-
sorbeerd.
De Continental National Bank and Trust Corn-
pany was in December 1927 ontstaan door de samen-
smelting van een tweetal groote banken te Chicago;
zij absorbeerde in Maart 1.929 de illinois Merchant
Trust. Company, die op 31 December 1928 $ 47,6 mii-
lioen eigen middelen en $ 374,5 millioen depoito’s
had en verhoogde hiertoe haar kapitaal op $75
millioen.
Als tiende bank niet een totaal aan deposito’s, dat
de $ 500 millioen overschrijdt, kan sedert Februari
1929 aan liet lijstje worden toegevoegd de First Na-
tional Bank of Chicago, ontstaan door fusie van de
First National Bank of Chicago, de First Trust &
Savings Bank en d’e Union Trust Company; de nieu-
we bank heeft een kapitaal van $ 24 millioen, $ 25,1_
millioen reserves en $ 509,7 millioen deposito’s.
Speciale vermelding verdient de ontwikkeling der
international Acceptarice Bank, oorspronkelijk opge-
richt tot uitoefening van liet acceptbedrijf, doch wier
algemeene bankwerkzaamheclen een zoodanige vlucht
namen, dat zij, na eerst een trust company als doch-
terinstituut te hebben opgericht, thans liet centrum
is van een soortgelijke drie-eenheid als de National
City Bank. Zij nará in Maart 1929 de Bank of the
Manhattan Oompany over, waaraan alle trustwerk-
zaamheden van het concern werden overgedragen en
richtte tegelijkertijd de International Manhattan
Oompany als emissie-afdeeling op.
Als laatste fusie tusschen groote banken is nog te
noemen die van de I-Ianover National Bank met de
Central Union Trust Oompany; ook hier zal de nieu-
we combinatie, welker eigen middelen ongeveer $ 100
millioen en welker activa ongeveer $ 400 millioen
zullen bedragen, onder trust charter verder werk-
zaam zijn.
:De ,verschillende concentratievormen worden in
den laatsten tijd niet zelden verwezenlijkt door chain-
hanking, waarbij de dochteronderneming eeuer bank
of een speciaal daartoe opgerichte vennootschap als
holding compatiy der aandeelen van een. aantal juri-
disch zelfstandig gebleven banken optreedt en zon
l.ietzij practi.sch filialenstelsels mogclijk
>
maakt buiten
de daarvoor bij de wet gestelde grenze.n, hetzij ver-
schillende banken in &in plaats onder letzelfde be
stuur vereenigt, hetzij – haar vleugels nog verder
uitslaand – keteiis .van nauw samenwerkende of cen-
traal geleide banken over een groot territoir doet
ontstaan.
Het ligt voor de hand, dat de autoriteiten dezen
gang van zaken, die zich, omdat de holding compa-
nies zelf geen bankzaken verrichten, aan haar con-
trôle onttrekt, met beorgdheid gadeslaan, daar zij
het, principe van, staatstoezicht op het bankwezen
onderraaft en, meer nog dan de andere co’ncentratie-
vormen, in strijd is met de Amerikaansche traditie. Nauwkeurige gegevens ontbreken door het onder-
hancische en voortdurend wisselend karakter dezer
ontwikkeling. Behalve in Californië schijnt de chain-
banking voornamelijk te bloeien in . staten, waar
filialen verboden zijn. Minuesota heeft de meeste
ketens, de Federal Reserve Board registreerde hier
één keten van 81, één van 35, één van 21 en meer clan
Irving Trust Com-
pany, New York ..
40
Bank of Italy, N. T. &
S. A., San F’rancisco
50 National Bank of Corn-
merce, New York..
25
7..
Bankers Trubt Corn-
pany, New York ..
25
8.
Continental National
Bank & Trust Corn-
paay, Chicago ….
35
9, Equitable Trust
Corn-
pany, New York ..
30
12 Juni 1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
545
30 kleinere ketens van 5 tot 14 banken. Een drietal
ketens heeft reeds nationale beteekenis erlangd; het
totaal der bij dozen vorm van concentratie betrokken
banken wordt op meer dan 2000 geschat.
Dc ontwikkeling van den grootsten keten, de Tran
America groep, vormt een afzonderlijk hoofdstuk in
de historie van de concentratiebeweging in de Ver-
eenigde Staten. Zijn leider, de Italiaan G-iannini,
richtte in 1904 te San Francisco de Bank of Italy
op met een kapitaal van $ 150.000, welke bank hij tot
grooten bloei wist te brengen, zoodat zij thans, als
gevolg van expansie in elke richting, zoowel door
absorptie van bestaande banken als door oprichting
van filialen, als no, 5 op de lijst der grootste banken
paraisseert.J.n 1924 stichtte Giannini de Bancitaly
Oorporation, met een kapitaal van $ 5 millioen, als
holding compariy van banken en andere financieele
instituten. Ook deze holding company heeft een
enorme vlucht genomen; het aantal der door haar ge•
controleerde banken en opgerichte dochtermaat-
schappijen is legio. Zij is thans opgegaan in de Trans America Oorporation, die op 31 December 1928 een
geplaatst kapitaal van $ 218,1 millioen (het statutaire
kapitaal werd in den loop van 1929 op $1250 mii-
lioen gebracht), reserves ten bedrage van $ 874,8 en
eeii effectenportefeuille van $ 1.091,5 millioen had.
Behalve de Baijk of Italy moet van de gecontroleerde ondernemingen worden genoemd de Bank of Amen-
ca, New York, die in 1928 werd verkregen en waar-
mede reeds spoedig de beide kleinere banken,
waar-
door Giannini het eerst te New York vasten voet had
verkregen (Bowery and East River Bank en Oom-
mercial Exchange Bank) werden. vereenigd. Haar
effecteninstituut, de Bancamerica Oorporation, werd
in Mei 1929 met het emissiehuis Blair & Co. Inc.
samengesmolten, het bankbedrijf van het laatste werd
ingebracht in de daarvoor opgerichte Blair National Bank, die op haar beurt weer door de Bank of Ame-
rica werd overgenomen. De Trans Amenica Corpora-
tion beperkt hare werkzaamheden niet tot de Ver-
eenigde Staten; een Engelsche dochtermaatschappij,
de Trans Europa Ltd., is in begin 1929 opgericht;
hieraan zullen de buitenlandsche belangen der aan-
gesloten banken worden toevertrouwd.
* *
*
Resumeerend kan gezegd worden, dat de concen-tratiebeweging in den laatsten tijd in de Vereenigde
Staten belangrijke vorderingen heeft gemaakt. Zij
heeft, daarbij gedeeltelijk reeds bestaande verhou-
dingen consolideerend, het aanzijn geschonken aan een
aantal instituten, die, wat omvang van eigen mid-
delen en verleende credieten betreft, wedijveren met
de grootste Europeesche banken. Een einde is aan
deze beweging nog niet te zien; het is te verwachten,
dat zij, vooral in de grootere steden in het binnen-
land, nog vcrderen voortgang zal vinden. Dat hier-
door evenwel een mate van concentratie zal worden
bereikt als in sommige Europeesche landen en in
Canada, waar een gering aantal instituten met een
alle deelen des lands omvattend filialennet in het
bankwezen een domineerende rol speelt, is, gezien de
economische ontwikkeling der Vereenigde Staten en
dc tradities van het Amerikaansche bankwezen, zeer
onwaarschijnlijk. Dr. F. H.
REPELIUS.
A..ANTEEKENINGEN.
Het Rapport van de Commissie van Experts
voor de Herstelbetalingen.
Na langdurige o nderh an cl ei i ugen, die ongeveer vier
maanden geduurd hebben, is de vorige week te Parijs
overeenstcmmmg bereikt over cie regeling van cle
herstelbetalingen.
Zonder op de verschillende bijzonderheden van het
eindrapport in te gaan, geven wij hieronder in hoc
kort de voornaamste punten weer.
In tegenstelling met het Dawesplan, volgens het-
welk de jaarlijksche annuïteiten sedert 1 September
van liet vorige jaar R.M. 2500 millioen zouden be-
dragen, zijn de nieuwe annuïteiten voor de eerstko-
menc]e 10 jaren als volgt vastgesteld:
in millioenen :R.M.
1 Sept. 1929 tot
31
Maart
1930
742.8
1
April
1930 ,. 31
Maart
1931
1.707.9
1931 ,. ,.
1932
1.685.0
1932 ,,
1933
1.738.2
1933 ,, ,.
1934
1.804.3
1934
1935
1.866.0
1935
.,
1936
1.892.9
1936 •.
1937
1.939.8
1937 ,,
1938
1.977.0
1938
1939
1.995.3
1939 ,,
.,
1940
2.042.8
Daarna zullen de annuïteiten tot het jaar 1965/’66
langzamerhand stijgen tot ongeveer R.M. 2400 mii-
lioen. De gemiddelde jaarlijksche betaling voor de
eerste 37/12 jaren zal met inbegrip van den dienst
der leening R.M. 2.050 millioen bedragen. Na deze
periode dalen de annuïteiten tot ongeveer R.M. 1.600
millioen om voor de laatste 3 jaren 1983/’84-1986/’87
respectievelijk R.M. 925, 931 en 898 millioen te be-
dragen.
Het plan heeft met het oog op het belastingjaar de
jaarpenioden daarmede in overeenstemming gebracht.
De eerste betaling, ten bedrage van R.M. 742.8 mii-
lioen voor de periode van 1 Sept. 1929 tot 1 April
1930, te zamen met de verplichtingen uit hoofde van
het Dawesplan tot 1 Sept. a.s., beteekent een belas-
ting van R.M. 1933 millioen voor het loopende be-
lastingjaar, wat dus in vergelijking niet het oorspron-
kelijke bedrag van R.M. 2.500 een verlichting geeft
van R.M. 567 millioen. Dit feit, hoewel geheel op
zichzelf staande, is van groote beteekenis voor den toestand der openbare financiën, die op het oogen-
blik de Duitsche regeering groote zorgen baart.
Voor de doorvoering van het plan wordt een Bank
voor lnternationale Betalingen opgericht. De voor-
naamste taak van deze Bank zal zijn voor de afwik-
keling der betalingen en de overmaking zorg te dra-
gen, doch zij zal eveneens het recht hebben wissels
van circulatiebanken in herdisconto te nemen. Het
kapitaal van deze Bank zal door Duitschland en de crediteurstaten bijeengebracht worden. Van groote
beteekenis is, dat de winsten, die deze Bank maakt,
in vermindering van de annuïteiten zullen worden
gebracht.
De Reichsbahnobligaties worden ingetrokken. [n
plaats van de rentebetalingen en aflossingen zal de
Reichsbahngesellschaft jaarlijks aan de Internationale
Bank een bedrag van R.M. 660 millioen betalen.
De industniebelasting vervalt als internationale be-
lasting.
Van belang is verder nog de regeling over de leve-
ranties in natura. Deze worden voor het belasting-
jaar 1930/’31 op R.M. 150 millioen vastgesteld, doch
zullen
jaarlijks
tot 1939/’40 met R.M. 50 millioen tot R.M. 300 millioen afnemen, om daarna te vervallen.
Het nieuwe plan zal met ingang van 1 September
in werking treden, terwijl het Dawesplan dan zal
vervallen.
Dit zijn in korte trekken de voornaamste bepalin-
gen uit het rapport, waarover wij in het volgende
nummer een nitvoeniger beschouwing zullen publi-
ceereu.
Indexeijfers van groothandeisprijzen.
The Economist” schrijft: De dalende tendenz van
de groothaudeispnijzen gedurende de maand April
werd nog geaccentueerd gedurende de afgeloopen
maand. 102
î
als basis genomen, bedraagt het index-
cijfer einde Mei 9:1,5, hetgeen een daling van 2,7 pOt.
ten
aanzien
van een maand geleden en van 10,4 pOt.
ten opzichte van Mei 1928 beteekent. De eerstvolgen-
de tabel toont de schommelingen van elke groep.
546
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Juni 1929
Gemiddelde
1927 = 100
Mei
1928
Feb.
1929
1
Mrt.
1929 April
1929
Mei
1929
Granen.en Vleesch ….
116.3 101.2
100.9 99.1
92.6
Andere voedings en ge-
88.5 87.3
86.5
84.3
Weefstoffen ……….
108.6
99.9
100.8 96.7
94.9
notinddelen
………94.7
92.5
96.4
99.7 96.7 95.7
Dtlfstoffen …………
Diversen …………..
97.4
91.4 91.4
90.0
89.5
Totaal …………….
102.1
1
95.6 96.1
94.0 91.5
ilieruit blijkt, dat elk der vijf groepen handels-
artikelen gedurende de afge]oopen maand daalde,
terwijl de daling van het totale indexcijfer voor het
grootste deel veroorzaakt werd door de lagere prijzen
voor voedingsmiddelen.
De derde tabel toont de wijzigingen van de in-
dexcijfers voor elke groep en cle prijsverschillen voor
elk artikel in vergelijking met een maand geleden en
cle overeenkomstige inaand van het vorige jaar.
De voornaamste kenteekenen van cle groep ,,Granen
en Vleesch” waren de daling van de aardappelprijzen,
in verband met het seizoen en cie belangrijke prijs-
verlagingen voor buiteilandsche tarwe, mais en meel.
Engeisch schapenvieesch steeg in prijs, doch Argen-
tij nsch rundvleesch en Deensch varkensvleesch daal-
den sterk. Met uitzondering van tabak waren ,,Ander
voedings- en genotmiddelen’ goedkooper. Van de
groep: ,,Weefstoff en” noteerden Egyptische ruwe ka-
-toen, garen, wol (tops), zijde en vlas iets lager, ter-
wijl Amerikaansche katoen evenals hennep iets duur-
der waren. Bij cle groep: ,,Delfstoffen” woog een.
Data
1913
100 100 100
100
100 100
Gemiddelde
1924..
168.5
215.8
214.7
149.3
122.6
166.2
1925..
168.4
204.2
194.6 139.8 128.2 160.9
1926..
151.7
195.3
152.6
149.8 120.7
149,4
1927..
147.6
202.2
157.0
125.1 116.1
143.7
1928..
152.9
189.7
165.0 115.2 111.2
140.9
Einde Mei
1928..
171.6
191.5 170.5
115.7
113.1 146.7
Jan.
1929..
142.7
180.8
159.0
118.6
105.9 136.1
Feb.
,,
..
149.3 179.0
156.8 120.6
106.1
137.3
Maart
..
148.9
176.5
158.2
124.7
106.1
138.1
April
,,
..
146.2 174.9 151.8 120.9 104.5
135.0
Mei
,,
..
136.6
170.5
149.0
119.7
103.9
131.5
]ioogere nbtcering voor Oleveland ruw-ijzer iiet op
tegen de lagere prijzen voor kolen (Weisch), lood en
koper. Van de groep ,,Diversen” steeg rubber en
daalden huiden en ieder in prijs. De groep: ,,Mine-
ralen” is de eenige die ten opzichte van Mei 1.928 niet
een aanzienlijke daling te zien geeft.
De tweede tabel toont Éns indexcijfer, herle.id
tot
het gemiddelde van 1913.
Voorts volgt hier nog een overzicht van het prijs-
verloop in een aantal
belangrijke
landen:
in
a
N
e
D
N
C
.15
Z
‘
CL
1913 1004
1006
100
100
100
100
lOO
100
Novemb.
1918
..
358 438
..
..
367
392
214
oogs
e
1
1
..
591
679
..
325
366
297
372
(Apr.)
(Apr.)
(Jan.)
(Juni)
(Juli)
(Mrt.)
Decemb.
1923
1015
458 577
..
183
160
154 211
Decemb.
1924
98
5
4139
553
137
5
–
162
156
206
Decemb.
1925 1035
555 646
1425
–
161
155
202
Decemb.
1926
1005
703 654
134 145
149
145
179
Decemb.
1927
97
604 483
140 146
148
151
168
April
1928
97
624 493
140
146
151
153
170
Mei
,,
99
632
496
141
145
152
152
171
Juni
,,
98
626 493
141
145
151
153
169
Juli
98
624 488
142
144′
150
148 169
Augustus
99
617
486
142
144
149
144 170
September,
100
620
488
140
144
146
145
174
October
,
98
617
492
140
145
145
146
174
November,
97
626
.495
140
145.
145
148 173
December,,
97
624 497
140
144 145
148
174
Januari
1929
97
631
496
139
143
144
146
172
Februari
»
97
639
,498
139
143
145
146
171
Maart
»
97
640 499
140
142
144 147
171
April
,
..
627
493
137
140
141
144 1
1
Bureau of
Labour.
2)
Stat.
Reichsamt.
) Sedert
1922
gebaseerd
op
48
artikelen.
4)
1926=100.
5)
Jaargemiddeldè.
6)
Sedert öctoberlg2a:
Juli 1914=100. )
Midden
1914 = 100.
De volgende opmerkingen zijn ontleend aan de
desbetreffende maandpublicatie van het Centraal
Bureau voor de Statistiek en hebben betrekking op
cle Nederlandsche indexcijfers met basis 1913-1.00.
Bij beschouwing’der cijfers over April 1929 in ver-
gelijking met die der vorige maand, blijkt, dat het al-gemeen indexcijfer met 3, dat der voedingsmiddelen
ed. met 4 punten is gedaald. Wat ‘het algemeen indexcijfer betreft, staat tegen-
over een prijsstijging van 11 artikelen met in totaal
72 punten, een prijsdaling van 22 artikelen met i.n
totaal 226 punten. Met 10 punten of meer stegen cie
artikelen hooi en schapenvieesch (resp. met 13 en 25
punten), daarentegen daalden de artikelen mals (10),
zemelen (10), aardappelen (38), peper (10), eieren
(56), melk (20) en kaas (19 punten).
t ndexcijfer
.
Indexciifer
t nd excijfer
Toe- (+) of atneming (—)
.
Toe-(+)otafneming(—)
–
.
in perc.
vergeleken met
*
‘
Toe- (+) ofafnemingj
aar
in perc.
vergeleken met
.
in perc.
vergeleken met
vor. maand
vorig iaar
-”
.
vor. maand
vorig
vor. maand vorig jaar
‘rarve (buiten!.)
…
—12,4
—25,4
Katoen (Am.)
.
.’.
. .
+
1,7
—11,1
Hout (Eng.) …….
(Eng.) ……
–
0,9
–
12,0
(Egypt.)
–
2,0
—21,1
(Zweedsch)
.
Meel
………….
-11,3
—25,0
Garen …………
—10,4
Cement …………
..
—13,0
+
5,8
–
0,8
Laken …………. ..
–
4,4
Huiden ………..
-11,5
—37,1
–
0,8
—26,1
Wol
(Eng.)
…….
..-3,2
–
10,7
Leder …………
–
4,8
—.32,2
Maïs
…………..
-11,1
–
18,6
,,
(Austr.)
..-.
3,8
..
–
14,6
Benzine No.
1
•.
+
14,8
Rijst
…………..
-)-
3,0
.
..
‘ –
4,6
(tops) ……..
_4,7
..
24,1
Petroleum
•.
+
14,3
Aardappelen ……
-33,3
..
—68,2
Zijde
-3,5
–
8,9
Stookolie
………..
..
‘_
6,9
Rundvleesch (Eng.)
+
1,4
—21,6
-6,0
..
—22,5
Lijnolie
……….
–
0,9
–
9,4
19
(Arg.)
—14,8
..
..
–
12,0
.
…………..
Vlas ………..
…..
Rennep ………..
+
0,7
..
..
‘
+
4,1
Schapenvl. (Eng.)
+
–
15,5
Jute ………….
..+
+
0,4
–
9,1
Rubber ………..
+
10,3
..
+
10,3
13
(N. Z.).;
Varkensvl.(Deensch)
..
—11,5
–
9,7
+
10,2
Talk ……………
Soda ………….
tmm. Sulphaat
..
-1 9
–
126
±
4,0′
..
+
8,0
Gerst ………… …
Haver …………..
&ranenenVleesch..
Ruw-IJzer ……..
Stalen rails
Creosoot
..
..
—35 5
–
b,6
—20,4
.
Thee
………….
IJzeren staven.
.
.
..
+
,9
Diversen………
–
0,6
– 8,1
–
3,7
–
0,8
Koffie
………….
–
3,2
..
–
7,0
Tin (platen)…….
…
–
2,3
..
—20,9
Weefstoffen……….
Kolen (Weisch)
–
5,9
..
+
»
9
–
-,-.
1,1
—
12,7
,,
(Dur. Gas.)
.
.
±
3,3
–
3,2
–
18,7
(huisbrand)
+
5,3
Cacao
…………..
Rietsuiker
……….
– 1,0
–
7,2
Lood
………….
-3,8
+
9,
Bietsuiker
……….
Boter (Deensche)
–
0,6
–
4,7.
Tin
…………..
–
0,9
–
13,8
–
7,2
—23,4
+
15,6
Kaas (Cao.)
………
Tabak
………’..
..
..
Ongez. Zink
. .
..
.. ..
4-
3,4
Kokosolie
………..
Andere voedings- en
Koper ……….
….
–
Genotmiddelen
–
2,5
—11,0
1
Delfstoffen
………
– 1,0
+
3,5
.
$
–
12 Juni 1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
547
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B. *** heteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
N d (Disc. Wissels. 5425
Mrt.
’29Zwits. Nat. Bk. 3422
Oct.’25
13k BeI.Binn.Eff. 6
25Mrt.’29
N.Bk.v.Denem. 5
23Juni’27
Vrsch. in R.C. 7
25 Mrt. ’29
ZweedscheRbk 4424
Aug.’28
Javasch. Bank…. 4425
Feb.’29
Bankv.Noorw. 5426
Mrt.’28 Bank van Engeland 54
7
Feb.’29
BIe. v. Tsjecho-
DuitscheRijksbank
7525Apr ’29
slowakije . . 5
8Mrt.’27
Bank v. Frankrijk.
3419 Jan.’28
N.Bk.v.O’rijk. 7424
Apr’29
Belgische Nat. Bok. 4
30Juni’28
N. Bk. v. Hong. 8
34
Apr’29
Fed.T(es.BankN.Y. 5
12Juli
’28 Bank v. Italië. 7
13Mrt.’29
Bank van Spanje..
5419
Dec.’28
Z.-Afr.Res.bnk 54
9Jan.’28
OPEN MARKT.
1929
11
1928
11
1927
1914
8 Juni
318
27Meil
20125
419
6/Il
20124
Juni
Juni
Mei
Juni Juni
Juli
Amsterdam
Partic.dlsc.
511
511_31
5/-116
511_31
4116-
5
116
3
1
12..5/
3
1
18.
3
/,,
Prolong.
–
5114_314
5136
514-6
4.11
331
4
_411
3
211
4
_3/
4
Londen
Daggeld..
341/
3411
311
3
.6
4114_5314
23
1
12
3-4
1
3
14-2
Partic. disc.
5
1
14_
5
11
5
11
4_
5
116
55116_711
311
4
_713
45j_31
2/4-14
Berlijn
Daggeld
. .
6’/-9
6’/,-
10112
61- 11
1
/
2
7-10
3
14
4l128/2
4.711
2
–
Partic.dlsc.
30-55 d..
.
7
1
12
7112
71/
7
1
12
612-51
471
5
.511
4
–
56-90 d..
. 711
3
711
3
7
1
/2
7117
617-515
4713.5114
2
1
/,-i/
Waren-
wechsel.
8
1
12
8
1
12
9
1
12
8
1
12_9
631
4
_7
5_7J
–
New Y0,k
Daggeld
1)
7
_
1
14
7.
1
14
6
1
14
6.711
4
5
1
12.7
1
14
4_31
4
I
3
14_2
1
12
Part.dlsc.
5
1
f,
5
3
j4
514
4
1
1
331
4
_715
–
‘1
Itoers van i juni en uaaraan vooraigaanne weken tm vrijaag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.
Da ta
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York’)
4
Juni 1929
2.4911,
12.07
T
1
9
59.38 9.734
34.58
99%
5
,,
929
2.49
12.0771,
59.371
9.734
34.57
99
6
,,
1929
2.49
1
18
12.08
59.404
9.74 34.594
994
7
,,
1929
2.498/
1
,
12.0811
9
59.41
9.744
34.61
99
8
,,
1929
2.4911
8
12.0771,
59.404
9.74
34.604
1)9
3
%
10
,,
1929
12.0711,
59.40
9.74
34.594
99
Laagsted.w.1)
2.4.87e,
12.07
59.35
9.72
34.57
99%
Hoogste (1Wl)
2.49’1
59.45
9.75
34.64
100
3 Juni 1929
2.49
12.07k
59.365
9.734 34.584
99%
27 Mei
19291
2.48i8,,
1
,
2.0621,
59.294
9.7241
34.564
99%
Muntpariteit
2.48%
12.10%
59.26
9.75
34.59
100
Data
serland
Weenen
Praae
Boeka-
Milaan
Madrid
)
1
rest
4
Juni 1929
47.94
34.97%
7.374
1.474 13.03
34.50
5
,,
929
47.93%
34.97%
7.374
1.474
13.03
34.20
6
,,
1929
47.95
35.-
7.38 1.48
13.034 34.70
7
,,
1929
47.96
35.01
7.38 1.48
13.034
35.15
8
,,
1929
47.95
35.-
7.374
1.48
–
—
10
,,
1929
47.95
35.-
7.374 1.474
13.03
35.49
Laagsted.w.l)
47.91
34.90
7.35
1.45
13.02
34.-
Hoogsted.wl)
47.99
35.05
7.41
1.51
13.07
35.40
3 Juni 1929
47.94
34.9715
7.374
1.48
13.034
34.824
27 Mei
1929
47.91% 34.95
7.374
1.474
13.014 35.20
Muntpariteit
48.-
35.-
2
)48.-
13.09
48.-
a a
D
t
Stock-
Kopen-
S
0 to
Hel-
Buenos-
Mon-
‘wlm’) hagen’)
forfl)
Aires’)
treal
1)
4 Juni 1929
66.574 66.324
6635
6.28
10481
8
2.47i
8
5
,,
1929
68.55
86.324
([6.35
6.27
10411,
2.4711
8
6
,,
1929
66.60
66.324
66.374
6.274
1048e,
2.4751,,
7
,,
1929
66.624
66.35
68.374 6.274
10481,
2.472/,
8
,,
1929
66.624 66.324
66.35
6.26
104
2.4711,
10
,,
1929
66.60 66.35
66.374
6.264
10431,
2.4721
8
Laagsted.w.1)
66.524
66.274 60.30
6.23
1043
2.4671,
Hoogste d.wl)
66.67
86.40 66.45
6.30
104%
2.47%
3 Juni 1929
66.574
66.324
66.35
6.25
10481
8
2.47′,,
27 Mei
1929
66.50 66.30
66.32.4
6.28
1043/,
2.4671,
i1luntpariteit
86.67
66.67
66.67 6.264
105%
2.48%
-; ,oteering te Amateroam.
) rSoteertng te Rotterdam.
2) Particuliere opgave.
2) Wettelijk gestabiliseerd tusschen
7.534/5
en 7.21
1
12.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK. iCable).
D
0
a
Londen
($
per
£)
Parijs
($ p.
lOOfr.)
Berlijn
($
p. 100 Mk.)
Amsterdam
(5
p. 100 gld.)
4 Juni
1929
4,84
7
12
3,91
23,84%
40,16
5
929
4,84151,,
3,91
23
9
84%
40,16
6
,,
1929
4,84i5/,,
3,91
23,84%
40,14
7
1929
4,84 /8
3,91
23,84%
40,14
8
,,
1929 4.8471,
3,91
23,8471,
.
40,15
10
.
,,
1929
4,8471,
3,91
23,84%
40,15
11
Juni
19281
4,8811,,
3,9381,
23,89%
40,35
Mtintpariteit
. –
4,8667
3,9108
23,81%
4081,
6
KOERSEN TE LONDEN.
Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
25Mei
1929
1
1
Juni
1929
1
1
‘8Juni’29
1
Laagste
l
Hoogstej
1
8Juni
1929
A1exarxriè.
.
Piast.
p.0
97
971f
9771,,
9791
Athene
….
Dr.
p. £
37471,
375
374g
375k
374%
Bangkok …
Sh.p.tical
1110%
1i1031,
1
1
10
T
‘
5
‘/’
°
T
Budapest .
._
Pen. p. £
27.83 27.83 27.80
27.84
27.82
B. Aires
. :.
d. p. $
4731,6
175
132
4718
4781•
4751
Calcutta
. .
Sh.
p. rup.
1/567154
115
27
)
3
,
ib
53
/,
l/5
5
5,
1,5
27
/,
Constantin..
Piast.p.
997%
1007)4
1.000
1.025 1.0074
Hongkong
..
8h.
p. $
1111
1/11%
1
1
10%
1/117/8
1/”T’S
Sh.p.yen
1110
5
1
7
1,97/,
1/9
5
/
8
1/927/
33
119511
Lissabon
. .
Escu.p.g
10811, 10811,
108
108%
108
1
1
8
Mexico’)
…
$
per £
10.124 10.124
10.00
10.25
10.15
Montevideo
d. per
£
48
y,
481,
47%
48% 47%
Kobe
……..
Montreal
..
$
per
£
4.8811
8
4.8851
8
4.88
4
4.89
4.8881
t
R.d.Janeiro
d. per Mil.
571,
511,
5271
5871
6
,
571,
Shanghai
.. .
Sh.
p.
tael
2;5vs
2/5
1
1
32
2132813
214*I,
6
214
5
1
Singapore. ..
id.
p. $
2/351/,,
213
51
1
64
21323132
21387133
213
51
1
82
Valparaiso
‘.
$
p.
39.53
39.60
39.54
39.58
39.54
Warschau …
ZI.
p. £
4351,
6
1
4351,6
432/,,
43
7
1
16
4321
16
Cl
VC
,v
I VOlg wuruen ue
,ex.
mei
meer in penc. doch in
£
genoteerd.
2) 90 dg.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS S)
Londen’)
N.York’) Londen
3 Juni 1929
.
2471,
6
5281
8
3
Juni 1929….
84111%
4
,,
1929..
24
5181, 4
,,
1929…..
84111
5
,,
1929..
24
52′,
5
,,
1929….
84/11%
6
,,
1929..
24
51s,
6
,,
1929….
8411134
7
,,
1929,.
24
5211,
7
,,
1929….
84111%
,,
1929..
248/,, 524
8
,,
1929….
84111%
9 Juni 1928
.
27h
601,
9 Juni 1928….
84/10%
20 Juli
1914..
24″!
59
20 Juli
1914….
84111
1)
in pence
p. oz.
stand.
2)
Forelgn sliver in
$c.
p.oz.flne.
8)
In sh.p.oz.flne
STAND VAN ‘s
RIJKS KAS.
Vorderingen.
1
31Mei1929
7Juni1929
Saldo bij de Ned. Bank….. ……..
f
3.502.650,90
f
1.499.389,12
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
63.332,44
49.063,30
Voorschot
op
ultimo April
’29
aan
de gem.
op
voor haar door de Rijks-
.
administratie te heffen gemeentelijke
lnkomstenbelastlng en opcenten
op
de Rijksinkomsten belasting
Voorschotten aan Ned.-lndië
37.096.225,32
,,
–
37.096.225,32
432163,25
………
,,
lO.l33.5l2,9l
,,
10.147.242,15
Id. aan
Surinanie
………………..
Id. aan Curaçao
……………………….
230.404,94 240.019,50
Kasvord. weg. credletverst.a/h. bultenl
,,
145.101.335,29
146.368.490,16
Daggeldleeningen tegen onderpand
,,
40.000.000,-
26.000.000,-
Saldo der postrekeningen van Rijks.
,,
20.713.803,48
,,
22.699.858,03
comptabelen
………………….
Vordering
op
het
Algemeen
Bur-
gerlijk Pensioenfonds 2)
,.
566.228,43
–
Vordering
op
andere Staatsbedrijven’)
.
3.522.578,72
,,
3.522.578,72
Verplichtingen.
Voorschot door de Nederl. Bank ingev.
art. 16 van haar octrooi verstrekt
–
–
Schatkistbiljetten In Omloop’) ……..
fl14.679.000,-
Schatklstpromessen In
f114.679.000,-
Waarvan direct
bij
de Ned. Bank
,,
34.620.000,-
– –
,,
11.547.789,-
.
–
om1oo………45.490.000,-
,Zilverbons in
omloop ……………….11.685.443,50
Id. aan het Alg. Burg. Pensioenfonds’)
–
,,
58.928,26
Schuld aan Ned.-lndit ……………….4.336.884,84
Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.
en
T
2)..
48.505.238.95
46.931.215,32
Id. aan andere Staatsbedrijven’) ……
1.915.000,-
,,
1.915.000,-
…..
Id. aan diverse Instellingen
2)
…12.120.849,03
,,
12.179.652,79
‘) Waarvan
f
12.056.000 vervallende
op 1
Juli 1929.
2)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCHINDISCHE VLOTTENDE
SCHULD.
–
1
Juni 1929
1
8Juni
1929
Vorderingen:
Saldo b4 ‘5 Rijks kas ……………..
f
3.731.000,-
,Saldo bij de Javasche Bank ………..,, 2.439.000,-
Verplichtingen:
Voorschot ‘s Rijks kas………………
–
Betaalmiddelen in ‘s Lands Kas
–
Waarvan Muntbiljetten …………..
…-
Muntbiljetten in omloop …………..47.148.000,-
Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.. • 2.826.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Poatspaarhank. ,, 691.000,-
Voorschot van de Javasche Bank…. –
1
1.801.000,-
755.000,-
46.597.000,-
2.306.000,-
811.000,-
548
–
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
. 12 Juni 1929
NEDEILANDSCHE, BANK.
Verkorte Balans op 11 Juni 1929.
‘Activa.
Binnenl.Wis-(Hfdbk.
f
57.430.066,05
se1s,Prom.,Bijbnk.
,,
4.539.530,72
enz.in disc.(
Ag.sch. ,,
13.153.561,78
f
75123.158.55
Papier o. h. Buiteni. in disconto….
Idem eigen portef. .
f
171.600.717,-
Af :Verkochtmaar voor
debk.nognietafgel.
,,
–
171.600.717,-
Beleeningen
Hfdbk.
f
46.126.008,33
nc1.
vrsch.in
rek.-crt.
Bijbnk.
8.396.229,38
–
op onderp.
Ag.sch.
48.540.3o1,64
/
103.062.589,35
Op Effecten …..
…
f
99.535.589,35 Op Goederen en
Spec.
3.527.000,-
103.062.589,35
Voorschotten a. h. Rijk
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud
…
.
..
f
66.089.750,-
Muntmat., Goud ..
370.803.102,09
f
436.892.852,09
Munt, Zilver, enz..
,,
21.188.757,21
Muntmat. Zilver..
–
458.081.609,30
1
Belegging
1
1
5
kapitaal, reserves en pen.
sioenfonds
…………- ……….,,
24.948.523,52
Gebouwen en Meub. der Bank ……..,,
5.000.000,-
Diverse rekeningen
………. .. –
,,
33.131.572,16
f
870.948:169,88
Passiva.
Kapitaal ………
,…… .
….
f
20.000.000,-
Reservefonds ……
………….. ..
,,
7.157.903,12
Bijzondere reserve ……… .
……….
8.000.00
0
,-
Pensioenfonds
………………….,,
5.886.146,91
Bankbiljetten in omloop………..
,,
803.814.790,-
Bankassignatiën in omloop… …
…..,,
198.028,53
Rek.-Cour.
f
Het Rijk
1,014.844,01
saldo’s:
k
Anderen,, 13.688.575,92
14.703.419,93
Diverse rekeningen . .
. .
.
..
…….
11.187.881,39
f
870.948.169,88
Beschikbaar metaalsaldo ……..
.
f
130.128.533,79.
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigdis
,,
325.321.330,-
1)
Waarvan in het buitenland
f
23.890.447,18
Voornaamste posten in duizenden guldens.
–
Goud
Andere
Beschlkb.
Dek-
Data
–
Munt
Muntmat.
]
Circulatie
opeischb.
schulden
Metaal-
saldo
1)
kings
perc.
10 Juni ’29
66.090
370.803
803.815
14.901
130.129
56
3
1
29
,,
66.098
370.803
825.677
19.228
119.875
54
27 Mei ’29
66.209
370.803 796.883
30.457 127.269
55
21
,,
’29 66.220
370.805
808.411
20.311
125.999
55
13
,,
’29
86.221
370.817 826.672
16.047
119.835
54
6
,,
’29
66.225
370.817
850.429
16.717
110.467
53
11 Juni ’28
67.563 367.469 790.555 46.753
290.097
55
25 Juli
’14
65.703
98.410
310.437 8.198 43.521
1
54
Totaal
Schatkist-
ee
B 1
–
Papier
Diverse
Data
bedrag
promessen
ni g
op
het
reke-
disconto’s
rechtstreeks
buttenl.
ningen’)
10 Juni 1929
75.123
–
103.063
171.601
33.132
3
,,
1929
96.011
–
98.428
160.715 35.166
27 Mei
1929
110.535
–
103.850
152 517
35.882
21
,,
1929
131.959
–
110.170
137.329 37.455
13
,,
1929
143.035
–
134.148
121.744
41.604
6
,,
1929
172.259
30.000
123.672
.89.382
45.682
11 Juni 1928
53.449
–
108.647
196.473 38.696
25 Juli
1914
87.947
14.300
61.686 20.188
. 509
1)
seaert een oanstaai van
t’,
jan.
ztƒ
weuer
op ue
uasi van •f
metaaidekking. 2) Sluitpost activa.
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
–
Data
Metaal Circu
.
–
latze
Andere
opeischb.
schulden
Discont.
l
Div. reke-
ningen’)
4 Mei
1929-
811
1.624
698
988
296
27 April 1929-
811
1.618
664
.
99!
302
–
20
1929..
810
1.495
746
1.006
282
13
1929.
810
1.510 735
1.008
399 .i
6
,,
1929..
821
1.614
764
1.015
343
5 Mei
1928-
1.090
1.612 508
805
444
5 Juli
1914…
645
1.100
560
735 396
‘) SluitpoSt aer activa.
JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
Data
Goud
1
Zilver
Circulatle
opeischb.
metaal-
schulden
saldo
8Juni1929
18i 800
306.700
34.700 48.240
1 ,, 1929
185.700
302.400
37.600 49.700
25 Mei 1929
184.100
300.400
34.100 50.300
11 Mei 1929 162.043
21.568, 307.847
31.093 48.035
4 ,, 1929 162.201
22.353
302.791
35.336 49.304
27Apr.1929 167.183
21.248 299.717
37.682 53.471
20 ,, 1929 167.507
19.136
301.855
37.863
50.756
9Juni1928 174.216
16.623 311.171
47.783 119.400
11Juni1927 185.198
27.520 318.424
48.525 140.024
25 Juli 19141 22.057
31.907 110.172
12.634
4.842
1)
Wissels,
Dek-
Dis-
buiten
Belee-
vee-0
rse
kings-
a
0
conto’s
N.-Ind.
ningen
e
r
percen-
______ betaalb.
n ng
lage
8Juni1929
14350
*8*
54
1 ,, 1929
141.400
.
*8*
55
25 Mei 1929
134.000
8*8
55
11 Mei 1929
8.300 25.854
77.746
44.306
54
4 ,, 1929
8.029 26.941
76.457
42.297
55
27Apr. 1929
7.873 26.915
72.162
41.717
56
20 ,, 1929
7.760 27.708
71.375
47.042
55
9Juni1928
15.353 19.636
73.130
64.042
55
11Juni1927 14.234 20.673
64.070
56.182
58
25 Juli1914
7.259
6.395
47.934
2.228
44
‘) Sluitpoet activa. 1) Basis
2/
metaaldekklng.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.’)
Bankbilj. Bankbilf.
Other Securities
Data
Metaal
in
in Banking Disc.and s
circulatie
Departm. Advances ecur, tes
5 Juni 1929 163.851 361.577
61.392
6.215 21.000
29 Mei 1929 163.270 360.107
82.361
8.151 22.423
22
1929 162.747 362:364
59.627
6.916 20.119
15
. 1929 161.861 362.811
58.329
9.586
17.747
8 ,,
1929 160.880 362.794
57.419
11.607
15.706
1
.1929 158.766 361.371
56.845
9.286
15.784
6 Juni 1928 164.074
13662
52.579
22 Juli 1914 40.164
29.317
33.633
Data
Gov.
Sec.
Public
Depos.
Other Deposits
Other
Bankers Accountsl
1
Reserve
Dek-
1
kin
ga-
1
perc.
I>
5Juni’29
.43.107
8.511 70.347
35.946
62.274
5471
29 Mei ’29
40.032 24.341
. 56.349
35.269 63.163
54131
22
’29
38.487
15.300
57.507
35.315
60.384
55uij,,
15
’29
37.817
9.291
61.071
36079
59.050
55181
8
’29
39.782 8.680
63.223
35.532 58.086
54
1
’29
45.352
10.939
60.689
38.474
57.395
52
8
1,
6Juni’28
36 187 8.853
11073
48.168
4081,
22 Juli
’14
11.005
13.736
42.185
29.297
52
1) Zie voor wijzigingen in ee DaneStaat ee ioeiicnting op oiz. junu
en 1081.
5)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen t ranos.
1
Te
goed
Wis
Waarv.
Belee-
Renteloos
Data Goudi)
IZllverI
in h
t
buite
e
nl.
–
sels
op
het
.
ningen
voorschot
buitenl
a.d.Staat
31 Mei ’29
35.596
732
7.805124.2291
18.407
2.444
3.200
24
,,
’29
35.590
732 7.893 25.241
18.406
2.322
3.200
17
’29
36.534
732
7.942
24.513
18.400
2.368
3.200
10
’29 36.525
732
7.988
24.225
18.387
2.415
3.200
31 Mei ’28
5.543
343
62
2.822
13
1.810
–
23Juli’14
4.104
640
–
_1.541
8
769
–
Bons
v.
d
i
Diver-
Rekg.
Courant
Data
zelfst
.
sen’)
Circulatie
Staat
elfst.
Part
1-
amort.
k. amort.k.Iculieren
31 Mei’29
5.769
t
3.322
64.316
5.037
6.394
7.178
24
’29
5.769
1.525
62.654
5.821
.6.167
7.521
17
,,
’29
5.769
1.468
62.864
5.635
6.252 6.744
10
’29
5.798
1
1.825
63.420
5.362
6.166 6.816
31 Mei ’28
–
30.743
59.195
149
–
8882
23 Juli’14
– –
5.912
1
401
–
943
1) Bij de stabilisatie is de gouavoorraaci gewaaraeera volgens ee
nieuwe waarde van den franc,
t)
Sluitpost activa.
12 Juni 1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
549
DUITSCHE RLJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichsmark.
Data
1
Goud
1
1
Daarvan
bij bui-
tenl. circ.
banken
1)
1
Deviezen
1
als goud-
1 dekking
geldende
Andere
wissels
en
cheques
Belee-
fin gen
–
7 Juni 1929
1.764,4
59,1
308,5
2.758,6
113,4
31
1ei
1929
1.764,5
59,1
299,1
2.860,0
254,8
23
,,
1929
1.764,6
59,1
146,5
2.403,4
97,2
15
,,
1929
1.784,8
59,3
56,1
2.568,5
216,5
7
,,
1929
1.765,6
59,9
53,6
2.783,5
208,7
7 Juni 1928
1
2.040,8
85,6
266,9
2.238,1 21,6
30 Juli
1914
1.356,9
–
–
750,9
50,2
Data
Effec-
1
Diverse
Circu-
Rekg.- Diverse
ten
Activa
2
)
latle
Cr1.
Passiva
7 Juni 1929
92,9 491,7
4.372,5
632,1 310,3
31 Mei
1929
92,9 458,7
4.606,4
628,2
307,6
23
,,
1929
92,9
589,5
4.006,2.
642,3
300,5
15
,,
1929
92,9 588,8
4.167,3
648,5
297,7
7
,,
1929
92,9
514,0
4.442,4
584,8
294,8
7 Juni 1928
94,0
602,4 4.218,0
532,7
204,8
30 Juli
1914 1
330,8
1
200,4
1
1.890,9
944,-
40,0
t)
Onbelast.
2)
W.o. Rentenbankschelne
7
Juni
31, 23,
15,
7
Mei,
’29,
7
Juni ’28,
resp.
41; 7; 63; 49; 43; 47
miii.
NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Voornaamste posten in millioenen
Belgas.
Data
Goud
Rekg. Crt.
1929
.2
.
•°
2
6 Juni
981
477 44
737
46
342
2.476
33
74
30 Mei
963
491
44
744
55
345
2.498
12
90 23
963
462
44
743
46
343
2.452
27
81
15
,,
962
480
44
731
45
342
2.477
6
61
8
,,
962
455
44
733
41
342
2.470
10
58
7Juni
1
787
429
44 541
56
387
2.122
20
65
1)
1928.
VEREENIGDE
STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste
posten in millioenen dollars.
Goudvoorraad
Wettig
Wissels
Data
bet aa l-
middel,
Totaal
Dekking
In her-
disc. v. d.
In de
open
bedrag
F R
N.
Zilver
etc.
member
markt
banks
gekocht
15 Mei’29
2.838,1
1.394,2 173,4
914,6
146,1
8
»
1
29
2.840,9
1.372,0
171,3
962,0
157,2
1
,,
1
29
2.812,0
1.378,6
173,7
985,8 170,4
24Apr.’29
2.798,6
1.348,4 174,8
974,5
141,2
17
,,
1
29
2.779,5
1.358,6
176,5
994,3
141,0
10
,,
’29
2.774,8
1.340,5
175,8
963,5
157,3
16 Mei’281
2.640,8
1.225,6
J
160,8
807,4
347,3
Data
Belegd
1
in U. S.
in circui
Totaal
Gestort
Ôoud-
I
Dek
Algem.
I
Dek-
Gov.Sec.
latie
St
Kapitaal
kings-
kings-
perc.
2)
15 Mei ‘291 155,8
11.646,71
2.365,5
156,3
70,7
75,1
8
,,
’29i
149,5
11.663,7
12.389,2
156,2
70,0
74,3
1
,,
‘291
150,7
11.663,6
12.410,4
156,0
69,0
73,3
24 Apr.’Z9I
149,8
11.652,6
1
2.350,1
155,9
69,9
74,3
17
,,
‘291
161,4
11.653,2
2.379,8
155,1
68,9
73,3
10
,,
’29
166,1
1.657,7
12.339,8
154,9
69,4
73,8
18 Mei
‘281
262,3
1
1.583,1
1
2.434,2
139,2
65,7 89,7
1)
Verhouding
totalen
goudvoorraad tegenover
opel8chbare
schulden:
F. R. Notes en netto
deposito.
»
Verhouding totalen voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.
PARTICULIERE
BANKEN AANGESLOTEN BIJ
HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen
dollars.
Dis-
,iïrve
Totaal
Waarvan
Data
Aantal
banken
conto’s
en
Beleg-
gingen
bil de
l
R.
I
depo-
time
beleen.
banks
sito’s
deposits
8 Mei’29
684 16.256 5.841 11,682
19.874
6.771
1
,,
’29
703
16.451
5.875
11.702
20.137
6.760
24Apr.’29
698
16.388
5.871 1.658
19.900 6.775
17
,,
’29
729
16.431
5.909
1.671
20.062
6.779
10
,,
’29
706
16.454 5.939
1.672
20.099
6.789
9 Mei ’28
643
15.897
6.647
-1.804
20.862 6.948
Aan
het eind
VUIl
ieder kwartaal
wordt eau overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankataten.
EFFECTENBEURZEN.
‘Amsterdam, 10 Juni 1929.
De overeenkomst tussehen Duitschiand en de voormalige
geallieerden inzake de door eerstgenoemd land te betalen
schadeloosstelling heeft, onmiddellijk nadat zij tot stand
was gekomen, een guustigen invloed op de internationale
foudsenmarkten uitgeoefend. Zooals in den laatsteti tijd
Stee(IS het geval is geweest, was cle uitverking uit genoem-
den hoofde het zwakst in de Vereenigde Staten. Te N e w
Y
0 1
k heeft echter eveneens een vrij opgewekte stemming
gebeci
–
acht, eensdeels wel als gevolg van de aanvaarding
vatt het
PIILIL
Owen Voung, anderdeels in verband met de
rustiger houding van de geldmarkt. Weliswaar staat de
politiek van den Federal Reserve Board nog niet duidelijk
vast, doch het schijnt, dat de taktiek van een stijve geld-
markt niet meer zoo rigoureus zal worden gehandhaafd.
Zelfs spreekt men van het voornemen der financieele lei-
ding weer over te gaan tot aankoop van wissels in de open
markt. .lién en ander heeft tot een vrij goede stemming
bijgedragen, welke bovendien tot dekking van coutramine-
posities heeft geleid. Dit was ook te coacludeeren uit het
feit, dat, ondanks de tamelijk groote aankoopen ter beurze,
de makelaarsleeningen vrijwel onveranderd zijn gebleven.
Te L o n d e
11
heeft men den uitslag van de Engelsche
verkiezingen rustig opgevat. De periode van kalmen han-
del, welke de weken, aan de verkiezingen voorafgaande,
hebben gekenmerkt, hebben de markt weinig geschikt ge-
maakt voor excessen, naar cle ééne of naar de andere zijde.
Dientengevolge zijn de koersverschillen dan ook zeer be-
scheiden gebleven, al viel in de afdeeliug voor ,,gilt-edged”
fondsen wel eenig aanbod waar te nemen.
De beurs te B e r 1 ij n daarentegen heeft blijk gegeven
van vrij groot optimisme, nu de bedreiging van een uiteen-
gaan der conferentie te Parijs, zonder dat een resultaat
zou zijn bereikt, was uitgeschakeld. Naast inheemsche
kooporders, concentreerden zich opdrachten voor buiten-
lanclsche rekening, welke het algemeene koerspeil niet on-
belangrijk hebben opgedreven. De grootste aandacht is ge.
vallen op aandeelen in industrieele ondernemingen en op
steenkoolaandeelen. Daartegenovc’r hebben aandeelen in
electriciteitsmaatschappijen een lichte reactie te zien ge.
geven. Aandeelen Rijksbank bleken te zijn gevraagd.
De beurs te P a rij s heeft eveneens den invloed onder
–
vonden van dc overeenkomst inzake de l)uitsche schade-
loosstelling. Bovendien heeft zij gereageerd op de kalme
honding, welke Londen na de vrkiezingen aan den dag
heeft gelegd. Vooral voor aandeelen Banque de France heeft
goede vraag bestaan, in verband met de veronderstelling,
dat deze circulatie-instelling, door haar samenwerking met
de nieuw op te richten internationale bank voor cle her-
stelbetalingen, goede vruchten zou kunnen trekken.
T e n
0 Ii
z
e ii t is cle beurs weliswaar kalm gebleven,
doch over het algemeen bestond een vaste stemming. Ook
voor
beleggingsfondsen
is
dit het geval geworden, hoewel
de verschillen hier meestal niet boven fracties van pro-
centen zijn gestegen. 6 pCt. Ned. Werk. Schuld 1922:
103151, 103%
;
4% pCt. Ned. Werk. Schuld 1917:
99
1
1c6; 4% pCt. Ned.-Indië 1926: 97,
97311e;
5 pCt. Bra-
zilië 1903 £ 100: 81%, 82; 5 pCt. Brazilië 1913 £ 20-100:
69, 70%
;
S pCt. Sao Paulo 1921:
1
05%.
1-let sterkst hebben weer
aandeelen in inciustrieele onder-
nemingen de aandacht getrokken. Voor aancleelen Philips
Gloeilampenfabriek is weer ruime vraag ontstaan; naar-
mate de week vorderde, bleek, dat het aangeboden materiaal
voortdurend geringer werd, hetgeen een krachtige stijging
tot resultaat heeft gehad. De vraag is gepaard gegaan met
geruchten omtrent een op handen zijnde emissie van nieu-
we aandeelen, waarbij dan weer recht van voorkeur aan
oude aandeelhouders zou worden verstrekt. Ook kunstzijde
soorten zijn naar voren getreden, hoewel dc grootste vraag
eerst tegen liet einde van de berichtsperiode is ontstaan.
Certificaten M.agarine Unie hebben weinig variaties aan-
getoond. Daarentegen trokken aandeelen Calvé-Delft goede
belangstelling, hoewel tegen het slot de aandacht eenigs-
zins is verslapt. Aancieelen Küchenmeister’s Accoustiek heb-
ben een scherpe daling ondergaan; na eenige dagen van nerveuzen handel is het in dit fonds wel iets kalmer ge-
worden. Calvé-Delft (C. v. A.) : 214, 225%; Centrale Sui-
ker Mij.: 65%, 60%; Roll. Kunstzijde md.:
200%,
200;
Int. Viscose: 933/8, 9/8; Maekubee: 138, 141%; Kücheu-
meister’s Int. Mij. v. Accoustiek: 235%, 225%
;
Margarine
Unie: 470%, 472; Ned. Kunstzijdefabr.: 387
3
/s, 402; Phi-
lips Gloeilampeufabr. (Geni. i3ez. v. Aand.)
:
795%, 847;
Ougrée Marihaye: 385, 388; Separator:
150%,
1507/
s
;
Zweeclschc Lucifer Mij.: 384, 381%.
Van di: overige afdeelingen hebben oendeelen in mijn-
550
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Juni 1929
bouwondernerningen_een
levendige markt gehad, voorna’
melijk door de groote vralg, welke voor aandeelcu i3oeton
is ontstaan. Bepaalcle gegevens omtrent dit fonds zijn niet
bekend gewoiden, dôch van verschillende kanten zijn koop-
orders ter burze geplaatst. Ook van aandeelen Algemeene
Exploratie Maa,tschappij is het koerspeil verhoogd. Alg.
Exploratie Mij.: 219
5
/S,
227% ; :l3oeton Mijnbouw Mij.: 352,
378; Müller & Co.’s Mijnbouw Mij.: 96%, 95; Redjarig Le-
hong: 167, 161; Singkep Tin Mij.: 286, 279. 1?ctroleurnsoorten hebben zich eenigermate op dcii ach-
tergrond bcw’ogen, met uitzondering van aandeelen Ko.
ninklijke Petroleum Maatschappij. De omzetten in dit fonds
zijn weliswaar niet groot geweest, doch tegenover de vraag
is het aanbod. bijna i’oortdurencl in de minderheid geble-
ve», zooclat een geleidelijke stijging het gevolg is gewprdeo.
i)ordtsche Petr. md. Mij.:
386%,
390; Kon. wed. Petr. Mij.:
403,
iOS7/
g
; Perlak Petroleum: 219, 215; Peudawa: 39,
38%; Marlai:id Oil:
37%,
36%.
In de taliaksafdeeling hebben de toonaangevende fondsen
zich eenigermate kunnen herstellen van de voortdurende
daling van den laatsten tijd. Een uitzondering moet wor-
den gemaakt voor certificaten ,,De Oostkust”, welke ta.me-T
lijk sterk werden aangeboden.inverband met liet feit, dat
over het achter ons liggende jaar geen dividend zal worden
uitgekeerd. A…endsburg: 515, 529; Deli Batavia: 399%,!
414; Dcli Mij.: 409%, 41.3%; Oostkust: 168, 154; Senem-‘
bali: 453%, 464; Temoeloes Landbouw: 450, 451.
De
suikermarkt
is bijna voortdurehd kalm geweest, doch
met een afbrokkelencle tendenz. Deze is tegen het slot van
de berichtsweek sterker gemarkeerd geworden, doordat
toen bekend was, dat de V.J.S.P. afdoeningen tot lageren’
prijs dan dc vorige tot stand had gebracht. Dit heeft niet
nagelaten sterken druk uit te oefenen, hetgeen in liet bij”
zonder in aandeelen 7F.V.A. tot uitdrukking is gekomen,
wijl dit fonds juist tevoren een niet onbelangrijke koers-
verbetering had ondergaan. Cultuur Mij. der Vorstenlan-
dcii: 161%. 160% ;R.V…..669%, 647%:; Javasche Cul-
tiwr Mij.: 357
2
348%; Moorma,nn: 271; Ma.ron: 230, 228;:
Ned.-Tnd. Suiker Unie: 242%;
217%;
(ex div. ad
19
1
/2
pCt.)
Sindanglaoet: 398, 390; Tjcpper: 750; Watoetoelis P
o
p!
poh 760.
i)e
rnbberinarkt
i’as bijzonder stil en over liet algemeen
niet zeer gea.nimeerd. Wel viel op sommige dagen een lich
te verbetering van den rubberprijs waar te nemen, (lOeh
deze was niet omvangrijk genoeg, om als stimulans bij
aaiikoopen van rubberfondsen te dienen. Bovendien heeft
de voortdurende toeneming van de voorraden te Londen
geen gunstigen invloed uitgeoefend. Amsterdam Rubber:
264%, 259% ; Dcli Batavia:
168%,
165% ; Hessa Rubber:’
340, ‘339; Indische Rubber: 255, 256; Java Caoutchouc:
144, 140% ; iali Telepak:
279%,
270; Majanglanden: 243,’
240; Ned.-Jnd. Riibher & Koffie: 225; R’dam Tapanoeli
102%. 101 ; Serhadjadi 191. 188; Sumatra Caoutchoiic:
156%. 155; Stiniatra. iltibber 203. 1.97; Ver.
mcl.
Cultuur
Oud.: 153,
139%’
(ex div. ad 9 pCt.),; Intercontincntal
11 ubber :
915
1i.
97
/ir,. ,’c1tce)ioaartaancice1e.n
waren stil, doch eenigszins vet’
–
deeld. Tegenover een lichte verbetering van aandeelen Ne-
clerlandscheScheepva art Unie viel een achteruitgang ve ii
liet koerspeil van aaiideelen Java-China-Japanli,jn
01)
mei’keu, in verband met de aan de orde gestelde elilissie
van’ aandeeleit (lezer onderiteiiiiug. Holland.Amerika Lijn
05. 67; Jai’a’Chita-Japau Lijn :
145%’.
133 (ex claim cd
[22.75); Kon. Ned. Stoomboot Mil.: 89%, 88% ; Ned.
Scheepvaart Unie: 219, 221; Solleveld: 41 %, 44; Stoomv.
Mij. Nederland : 190, 1.94.
De markt voor aandeelen in bankinstellingen
was weinig’
bewogen. Amsterdamsehe Bank: 186%, 185; Roll. Bank
v. Zuid-Amerikic: 84%,
83%;
Incasso Bank: 119, 119%;
Javasche Bank: 312, 312%; Koloniale Bank: 238,
2351I
1
,
Nçcl..,lnd. Handelsbank: 171%, 1.69%; Ned. Handel Mij.
(C. v. A.) : 171%, 171; R’damsche I3ankverg.: 1.1.0, 1.09%
Twentsche• i3ank: 139.
De
‘Ant,erikaensche markt
bleef kalm, doch over liet al-
gemeen vast. Ana,eonda Copper : 205%, 209; Studebaker
78%:, 78
3
/s (ex div.) ; U. S. Leather:
24%,
22%; 1W S.
Steel Corp.: 169%, 170%; Atchison: 222, 214; :Baltimoi’e
& Ohio: 121, 1.22 (ex div.) ; Ene: 78, 79% ; New York Ont.
& Western: 26, 26% ; St. Louis & San Francisco: 121,
117%; Union .Pacifïc Cy.: 226, 225%; Wahash. Railivay:
66, 03%.
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
11 Juni 1929.
in liet einde der vorige herichtsweek ondergingen de prij-
zen voor tar’e akn de termijnmarkt te Chicago cciie lie-
langrijke verhooging ten gevolge van het bericht, dat de
regeering der Vereenigde Staten een ‘bedrag vaic 100 mii-lioen dollars beschikbaar zon. stellen voor liet koopen van
tarwe van den vorigen oogst, w’aarvan de groote nog aan-
wezige voorraden dc prijzen drukten. Nog verschillende berichten zijn sedertover den regeeringssteun iii de Ver-
eenigde Staten bekend gemaakt, doch het is niet duidelijk
geworden, welke maatregelen cle regeering denkt te nemen. De in liet einde der vôrige herichtsweek begonnnen verhoo-
ging der prijzen aan de termijnmarkt te Chicago is ook iii
de afgeloopen week verder doorgezet. De Juliterniijn onder-
ging eene verdere verlioogii:tg vail 5% dc. per 60 lb., dc
September van 5%, dc. Gisterbn is cene reactie ingetreden
en daalden de prijzen weder bijna 4 dc.
De termijnmarkt te Winnipeg was gesloten op den dag,
dat de stijging der prijzen begon en toen die markt w’eder
werd heropend, moest eerst liet verschil vail den vorigen
dag worden ingehaald. Daardoor lijkt cle verhooging te
Winnipeg, welke voor Juli 9 dc. bedroeg; veel grooter dan
te Chicago. Ook Winnipeg sloot gisteren lager en wel
3% dc. voor Juli.
Jioopers iii Europa verwachtten niet in die mate eene
prjsverhooging ten gevolge van de voorgenomen uitvoering
der wet tot hulp aan de Amerikaansche boeren, als aan
gene zijde van den Oceaan. Zij stelden zich op liet stand-
punt dat, al koopt de regeeniag der Vereenigde Staten een
groot gedeelte van den ouden voorraad, daarmede die ‘oor-
i’aad nog niet is geëxporteerd of ruimte in de elevators
is verkregen, om cle aanvoeren van den nieuwen oogst op te slaan. Ook in Amerika zijn er, die er zoo over •dcnkcii,
hetgeen blijkt uit de soms groote fluctuatics, welke op dcii-zelfcleri dag aan cle terrnijnma.rkten plaats vonden. In ver-
band niet de stijging aan dc termijnmarkten hebben afla-
ders van Amerikaansche en Cariadeesche tarwe hunne piij-
zen aanmerkelijk verhoogd. Koopers in Engeland. clie de
door bovenonischreven redenen veroorzaakte verhooging niet vertrouwden, waren over liet algemeen terughoudend
011
hebben hunne inkoopen bepaald tot hetgeeti zij ter dek-t
king hunner dadelijke behoeften noodig hadden. Op liët con-
tinent zijil op sommige dagen groote contracten in Man ito-
ba-tarwe afgesloten. Ook in Argentinië zijn de prijzen voor
IN I);USTRI EELE DiSCONTO ‘MA ATSCHiAPPIJ
AMSTERDAM
LONDEN
BERLIJN
PARIJS.
I(OPEN 1
–
JAGEN
MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL / 25.000,000,-‘
VOLGESTORT GEPLAATST EN ‘RESERVES
f
I,400,000.-
Financiering van, den afzet van industrieele producten.
…,
t
12 Juni 1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
551
AANVOEREN
in
tons van
1000
KG.
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
218 Juni Sedert
Overeenk.
218 Juni Sedert
Overeenk.
1929
1928
1929
1 Jan. 1929
tijdvak 1928
1929
1Jan. 1929
tijdvak 1928
27.104
700.132 925.758
4.377
56.886 34.738 757.018
960.496
86.289
88.431
–
–
–
86.289
88.431
11.748
10.026
–
.
–
11.748
10.026
3.
.628
.
0.079
300.196
418.311
1.446
96.130
96.059
396.326 514.370
Gerst
…………….
180.261
153.947
–
1.521
3.540
181.782 157.487
Tarwe
………………
Rogge
……………..7.319
1.941
91.314
76.843
–
2.418 210 93.732
77.053
Boekweit ……………380
MaÏB ………………..
8.844
73.405
99.272
1.360
166.375
173.318
239780
272.590
Haver
………………
34.00
..
104.474 92.114
–
250
1.184
104.724
93.298
Lijozaad
…………….
Lijnkoek
…………….
2.966
41.181
52.896
1.167
14.515
20.267
55.676
73.163
Tarwemeel
…………..
Andere meelsoorten
178
8.535 5.590
–
–
–
8.535
5.590
tarwe verder gestegei.t; te Buenos Aires 40 cents voor Juli
cii, zugustus, te Bo.sario 30 cents voor dezelfde termijnen.
De Argentijnsche afladers hebben hunne prijzen niet zoo
sterk verhoogd als die iii Noord-Amerika en vooral naar
liet vasteland van Europa werden in Platatarwe vrij groote
zaken afgesloten. De verhoogiiig aan cle Argentijnsche
markten was niet alleen iii navolging van Noord-Amerika,
doch vond ook haar oorzaak in cle weersomstandigheden
in Argentinië. Ililet is daar gedurende geruimen tijd droog
geweest, waardoor het ititzaaien van tarwe werd ver-
traagd. Volgens een bericht van het Argentijnselie Minis-terie van Landbouw moet ccii vermindering van 10 tot 20
pOt. in de met tarwe bebouwde oppervlakte worden ver-
wacht ten gevolge van de droogte. Sedert heeft het in de
provincie Buenos Aires geregend en later werd ook in
Eiitre Rios, Pampa, Santa Fd en Cordoba regen gemeld.
De prijzen aan de Argentijiische termijninarkten sloten
gisteren weder 25 cents lager. Ook in Australië werd over
te groote droogte geklaagd, (toch in de vorige week is er
iii het geheele land veel regen gevallen, waardoor de voor-
uitzichten zijn verbeterd. in Europa zijn de vooruitzichten
van den nieuwen tarweoogst over het algemeen gunstig.
Afwisselend regen en warm weder doen de planten in de
meeste landen snel tot ontwikkeling komen en van ach-
terstand ten gevolge van liet koude en late voorjaar hoort
men eigenlijk nergens meer. En Italië wordt naar meer
regen verlisngd en in het Noorden van Frankrijk acht men
regen en warmte gewenscht, doch ernstige klachten worden
vandaar ook niet gehoord. Uit Noord-Amerika komen over het algemeen gunstige berichten, wel worden klachten ge-
boord uit sommige streken ten gevolge van locale over-
strooniiugen en te veel regen, doch deze zijn niet van em-
stigen aard. In het Zuiden der Vereenigde Staten is een
begin gemaakt met het oogsten, in Kansas en lowa begint
ile tarwe te rijpen en een periode van warm droog weder
is gewei.seltt. Het landhouwbureau heeft de offieïeele schat-
ting op 1 Juni van wintertarwe bekend gemaakt. De op-
hreigst
Vn ii
w i ntertarwe zal volgens deze schatting
822.000.000 bushels bedragen. Op T Mei werd de opbrengst
officieel geschat
01)
595.335.000 hushels; in 1928 werden
volgens dc officieele gegevens 579.000.000 bushels geoogst.
liet gemiddelde van de oogstseha.ttingen van vier bekende
particuliere experts bedroeg op t Juni voor wintertarwe
632.000.000 bushels; op 1. Mei was dit cijfer 619.000.000
bushels. Dezelfde vier bekende experts schatten de op-
brengst van zomertarwe op 252.000.000 bushels. in 1928
was hun schatting op 1 Juni even groot als nu. cle op-
brengst in 1028 was 323.785.000 bushels. Officieele eijfer
o’er zomertarwe zijn door het landhouwbureau te Washing-
ton per 1 Juni nog niet bekend gemaakt. De berichten
over denin Canada te velde staanden oogst luiden tegen-
strijdig. Volgens sommige berichten zijim de vooruitzichten
in dat land gunstig ten gevolge van onlangs overvloedig
gevallenr’ regen. .Andre berichten spreken over een tekort aan vocht. Sedert heeft het goed geregend.
Wat de vooruitzehteu vau r o g ge betreft, linden de
berichteii over het algemeen gunstig. in Frankrijk en
l)tiitschluid is voldoende regen gevallen, in de Donaulan-
den is het weder gunstig, doch wordt naar meer regen ver-
langd. De prijzen voor rogge zijn aan cle termijnmarkt te
Chicago in sympathie met die voor tarwé aanmerkelijk
gestegen cii verkoopers, zoowel van Amerikaansehe als
van Duitsche logge, hebben in den loop der vorige week
hunne prijzen aanzienlijk verhoogd. Daarna is in Chicago
weder eene verlaging ingetreden. Volgens de offieieele
il.merik
–
aansehe raming wordt de opbrengst van rogge in
de Vereeiiigde Staten op 1 Juni geschat op 44.000.000
luutsluels tegen een opbrengst van 42.000.000 bnshels in
1928.
De ma ï s-versehepingeu van Argentiuië waren weder
aanmerkelijk grooter dan iii de voorafgaande week, waar-
door de stoomendc voorraad weder toenam. i)e stenimiug
,
,
00r mals was op de meeste dagen der vorige week vast
cii tot stijgende prijzen werden belangrijke contracten af-
gesloten. Aan de temnsijiumnarkt te Buenos Aires stegen de
prijzen voor Juli en Augustus 35 cents per 100 KG., te
Rosario voor denzelfden termijn 25 cents per 100 KG. i)e
stijging vond voor een gedeelte haar oorzaak
iii
eene
levendige vraag in Europa. Deze vraag outstond hoofdza-
kelijk door den wensch om vroeger verkochte contracten
te dekken. Koopers lieten zich daarbij leiden door de
ol’erwegiiig, dat Platnniaïs de eeiiige maïssoort is, waar-
uniede in de behoefte in Europa in de eerstkomende maaul-
den kan worden voorzien. Verder werd gevreesd, dat het
export-surplus van Argentinië wel eens zou kunnen tegeii-
vallen, wanneer ten gevolge der aanhoudende droogte ge-
brek aan gras het verbruik van maIs in Argentinië zelf
zou doen toenemen. Ook de vaste stemming voor tarwe
werkte ertoe mede, die voor maïs te verbeteren. De con-sumptievraag in importeerencle landen is echter klein en
consumenten hebben schoorvoetend en slechts ten dccle de
op de wereldmarkt geldende verhoogde prijzen betaald.
Toen het hooge cijfer der versehepingen in de vorige week
bekend werd, kwam de tweede hand weder in de markt
tot prijzen, welke iets lager varen dan cle hoogste waar-
voor in den ioop der week contracten waren afgesloten.
De vraag tot deze eenigszimus lagere prijzen was echter ook
gering. Gisteren was te Buenos Aires het slot voor mais
15 cents lager, te Rosario 20 en 15 cents lager.
Berichten over maïs in cle Balkanlanden luiden tot dus-
verre gunstig en men hoopt op een beter resultaat dan in
het vorige jaar, toen geen surplus voor uitvoer beschik-
baar was. Reeds zijn a.fladers aan den Donau aal) de markt
met maïs van dcii nieuwen oogst ter versehepiug gedurende
de volgende wintermannden, maar de door hen gedane aan-
biedingen zijn nog te hoog om het tot stand komen van
zaken mogelijk te maken. Uit de.. Vereenigde Staten wordt
op liet oogenblik geen maIs nnar Europa verscheept. Mcii
is bezig met liet planten van dcii nieuwe.n oogst, welke
verwacht wordt te geschieden
01)
een 2 pOt. kleinere opper
vlakte dan in het vorige jaar.
De omzetten in ge r
5
t waren in de nfgeloopen week
slechts van kleineum omvang ten gevolge val) eene sterke
prijsverhooging in Amerika, welke verhooging men in
Europa, over het algemeen niet geneigd was te betalen. De
prijzen aan de termijnmai-kt te Winnipeg stegen eerst
sterk en daarna vonden dagelijks kleinere verhoogingen
plaats. Aflade.u-s waren geregeld aan de markt tot over-
e.nkoinstig dc koersen aan de termijnmarkt stijgende prij-
zen. De tweede hand was echter meestal afgever tot iets
onder de eerstehands prijzen en kon gemakkelijk voldoen
aan de Ideine vraag. Alleen in het begin der afgeloopen
week kwamen zaken in de eerste hand tot stand. Ook voor
erst trad gisteren weder eene verlaging ii aan cle teu
—
mijnmark-t te Winrripeg.
In Donaugerst werden verschillende partijen naar West-
Europa verkocht, doch het aanbod is sedert weder vermin-
clerd en de vraagprijzen zijn verhoogd. De vooruitzichten
van den nieuweui gerstoogst in Roemenië zijn gunstig cmi
reeds wordt nieuwe gerst ter verlading in den zomer aan-
geboden. Daarin, zijn nog slechts enkele zaken tot stand
gekomen. In Noord-Afrikaansche gerst komen geregeld
zaken tot stand, liet grootste gedeelte van clie gerstsoort
wordt naar Frankrijk en België verkocht.
Ook de prijzen voor h ii v e r werden in de vorige week
sterk verhoogd. Te Winnipeg steeg de Julitermijn bijna
2Y2 d.c. per 32 lbs. en aflaclers verhoogden hunne prijzen
dienovereenkomstig. Nadat vrij geregelde zaken in Cana-
deesehe haver tot stand waren gekomen, hebben koopers
zich na de imigetredeu verhooging teruggetrokken en be-
552
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Juni 1929
paalden de on eitn zich tot eenigc
edehan.
Gisteren sloot cle terniij
Wiunip.
haver wedr. 1 dc. lager.
–
SUIKER.
De stemming op cle verschillende suikermarkten bleef
ook de afgeloopen week onveranderd zwak.
[ii •A iii e r i k a brokkelden de prijzen voor rnwsniker
weder ietwat af en was de waarde ten slotte 11.1116 de.
c. & fr. New York op hais van Cubasuiker. De ver verwij-
derde termijn, waarop de ,,Tariff” aangelegenheid zal wor-
den beslist, is voor het oogcnhlik mede aanleiding van deze
zwakke stemming in Amerika.
(Toor
90
0
suiker zouden
door (le nieuw’e Tariff
Bill
cle rechteic verhoogd worden
tot 3.00 dollareeiits, terwijl deze thans 2.200 dc. bedragen).
Op
de termijnmarkt in New York daalden de noteerin-
gen eveneans eenige punten en sloten als volgt: Juli 1.63;
Sept. 1.72; Dec. 1.80; Mrt. 1.88 cii Mei 1.95, terwijl de
laatste noteering voor
Sp. C.
3.40 was.
De ontvangsten in cle Atlantische havens der V.
S.
be-
droegen deze week 77.000 tons, de versmcltingen 61.000
tons tegen 46.000 tons in 1928 cii de voorraden 703.000
tons tegen 559.000 tons.
De laatste
C
u b a.-statistiek is als volgt:
1929
1928
1927
Ton
Ton
Ton
Cubansche prod. tot 1 Juni
5.134.000 4.027.000 4.499.000
Consumptie …………….32.157
59.732
56.000
Weekontv. afscheephavens.
54.842
39.512
34.429
Totaal sedert
1
Jan………3.934.293 2.899.088 3.217.165
Weekexport …………….103.179
60.048
84.649
Totale export sedert 1 Jan. 2.502.790 1.641.180 1.91.0.140
Voorraad afscheephavens.. . . . 1.419.05,0 1.263.287 1.320.091
Voorraad Binnenland ……1.160.003 1.068.180 1.225.835
Werkende fabrieken 3 2 .. 5
In E n g e
1
a n
cl
ivaren houders van suiker terughouden-
der gestemd dan in Amerika, en volgden slechts zeer on-
willig de daling. Amerikaansehe Ruwsuiker werd naar
Engeland verkocht tot Sh. 813 en 8/- cif. op basis van
Cubasuiker.
Op
de termijnmarkt liepen cle noteeringen
verder terug an sloten voor Aug. op 43.._, d. cii de latere maanden 2’% d. lager dan bij opening. De laatste riotee-
ringen voor ruwsuiker waren:
Juni
Sb.
714k
Dec.
8h.
81_
Aug.
,,
716
Maart
,,
813
Sept.
,,
7/63,(
Mei
816
Raffinadeurs verlaagden deze week hunne prijzen met 3 d.
Op
J a v a. verkochten de
V.I.S.P.
de afgeloopen w’eek
Superieur uit oogst 1929 tot
f
12 en Roof dsuiker Nr. 16
ch.
verlaging der verkoopi i nnte
Veur tveec1e
, ei ,va
..
.
kt lusteloos. Voor-
al de laatste dagen der week liepen de prijzen sterk terug.
De laatste noteeringen ‘aren
Superieur ready ……….
f
13.252
Juni
…. . ……. ..12,50
Juli/Aug. …….. ..12.-
:Roofclscuker readv ………, 4 1.37
EI
i e r te 1 a n d e brokkelden prijzen 01) de teriuijriniarkt
eveneens verder af, vooral toen liet aanbod dringender
werd. Tegen het slot trad echter eenig herstel iii op dek-
kiiigsvraag uit liet buitenland. Het slot was kalm op (le
volgende noteeriiigen: Aug.
f 111% ;
Dec.
f 1.1%
en Mrt.
fl2 alles geboden.
De omzet bedroeg de afgeloopen week 4150 tons.
KATOEN.
–
Marktbericht van de ileeren Sir Jacob Bahrene & Sons.
Manchester, d.d. 5 Juni 1929.
Momenteel maken wij een critieketi tijd door in de ka-
toen districten en weersomstandigheden spelen een voor-
name rol iii de Arnerikaa.nsche katoenmarkt. Gedurende
dc
afgeloopen w’eek hebben er dagelijks fluctuaties plaats,
terwijl Liverpool spotnoteeringen gefluetueerd hebben
tussehen 1 en 20 punten; later echter tengevolge van ou-
gunstige weersomstandigheden en speeulatieve aa.nkoopen
stegen prijzen, zoodat tenslotte de markt 28 tot 36 punten hooger sloot. Liverpool opende vanmorgen duurder. daar futures vast waren met prijsstijgingen van 14 tot 17 pun..
ten. Ook Egyptische katoen is vaster, doch de locovraag
namlr alle soorten was de vorige week slechts gering. Sinds
Vrijdag had er echter een aanzienlijke verbetering plaats,
terwijl er 34.000 balen verkocht werden, w’aarva.n
30.000
merikaansehe.
De Amcrikaansche garenmarkt is bepaald flauw. De
vraag naar grove nummers is gering en voor medio nuni-
mers, zoowel ring- als mulegarens bestaat slechts w’einig
belangstelling. Er was gisteren een bescheiden vraag naar
fijnere tw’ists en slechts enkele spinmiers rapporteerden
goede verkoopen tegen slechte prijzen. Een groot gedeelte
der vraag w’as uitsluitend voor prijstesten, zooclat in alle
soorten de omzet zich beperkt tot kleine hoeveelheden voor
binnenlandsch gebruik. In Egyptisehe soorten was de om-
zet gedurende de laatste dagen der vorige week iets beter
in enkele van de fijnere nummers, doch gisteren hadden
slechts weinig spinners iets goeds te zeggen en verkoopen
hadden alleen tegen onmiddellijke behoefte plaats, hetzij
in tw’ist of wef t voor fabricatiedoeleinden of in getwijode
garens.
STATISTISCH OVERZIC
TARWE
Hard Winter
No. 2 loco
Rotterdam!
Amsterdam
per 100 K.G.
R000E
American No.2
0
)
loco
Rotterdam
per 100 K.O.
MAIS
La Plata
loco
R’damlA’dam
per 2000 K.G.
GERST
Amer.No.23)
loco
Rotterdam
per
2000 K.G.
LIJNZAAD
La Plata
loco
R’damlA’dam
per 1960 K.G.
STEENKOLEN
Westfaalschej
Hollandsche
bunkerkolen
ongezeefd f.o.h.
R’dam/A’dam
per 1000 K.G.
PETROLEUM
Mid. Conhin.
Crude
33 tlm 33.9
0
Bé s. g.
per barrel
IJZER
Cleveland
Foundry No.3
f.o.b.
Middlesbrough
per Eng, ton
KOPER
Standaard
Locoprijzen
Londen
per Eng. ton
f1.
°/s
f1.
°/o
f1.
0
10
f1.
1
01
fl
°/o
f1.
0
10
$
01
Sh.
0
10
£
0/
Jaargemidd. 1925
17.20
100,0
13,075
100,0
231,50
100,0
236,001100,0
462,50
100,0
10,80
100,0
1.68 100,0
731- 100.0
62.116
lOf
1926
15,911
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
104,75
83,4 360,50 77,9
17,90 165,74
1.89
112,5
8616
118,5
58.11-
91
Ianuarj
1927
15,225
88,5
12,50
95,6
165,00
71,3
222,25
94,2 362,50
78,4
13,35
123,7
1.75
104,2
8516
117,3
55.716
85
lebruari
,,
15,22
5
88,5
13,05
99,8
167,00
72,1
230,00
97,5 373,75 80.8
12,10
112,0
1.70
101,2
8316
114,4 54.161-
81
Maart
,,
15,05
87,5
12,70
97,1
164,50
71,1
219,25
92,9 354,75
76,7
11,25
104,2
1.26
75,0
811-
111,0
55.171.
85
April
,,
14,80
86,0
12,825
98,1
173,00
74,8
237,50
100,6
351,50
76,0
11,00 101,9 1.22
72,6
801-
109,6
55.216
8E
Mei
,,
15,75
91,6
13,57
5
103,8
172.75
74,6 258,25
109,4
373,75 80,8
10,95
101,4
1.22
72,6
741- 101,4
54.141-
11
luni
,,
15,60
90,7
13,20
101,0
175,25
75,8
245,00
104,2
372,75 80,6
11,00 101,9
122
72,6
701-
95,9
54.216
8
juli
»
15,10
87,8
12,05
92,2
171,50
74,1
235.75
99,9 367,75 79,5
1110
102,8 1.22
72,6
701-
95,9
53.19j-
8f Augustus
14,87
5
86,5
11,45
87,6
178,50
77,1
252,50
107,0
368.25 79,6
1105
102,3
1.22
72,6
691-
94,5
55.518
85
September ,,
14,70
85,5
12,15
92,9
179,50
77,5 233,25
98,8
369,50 79,9
10,90 100,9
1.22
72,6 651-
89,0
54.131-
8f
October
,,
.
13,72
5
79,8
11,45
87,6
178,75
77,2
230,50
97,7
359,00 77,6
10,90 100,9 1.22
72,6
651- 89,0
55.51-
85
November
13,45
78,2
12,125
92,7
184,75
79,8
233,25
98,8
349,75 75,6
10,65
98,6
1.22
72.6 651- 89,0
59.11-
91
December
,,
13,40
77,9
12,57
5
96.2
201,00 86,8
246,25 104,3
348,25
75.3
10,60
98.1 1.22
72,6
651- 89,0
60.21-
9(
lanuari
1928
13,50
78,5
12,70
97,1
207,50
89,6
247,75
105,0
361,00 78,0
10,30
95,4
1.22
72,6
651-
89,0
62.-!-
95
ebruari
,,
13,80
802
12,875
98,5
226,50
97,8
243,75
103,3
361,00 78.0
10,00
92,6
1.21
72,0
651- 89,0 61.121-
95
Maart
,,
14,60
84,9
14,00
107,1
240,75
104,0
255,75
108,4
350,75 75.8 9,95
92,1
1.19
70,8
6516
89,7
61.316
91
April
15,30
88,9
14,97
5
114,5
239,50
103,5
261,00
110,6
358,25
77,5
10,05
93,1
1.19
70,8
661-
90,4
61.1416
91
Mei
,,
15,30
88,9
15,47
5
118,4
238,50
103,0
260,75
110,5
372,00
80,4
10,60
98,1
1.19
70,8
661-
90,4
62.151-
101
uni
,,
14,37
5
83,6
14,275
109,2
234,00
101,0
252,50
107,0
365,25
79,0
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
63.171-
10
1
uli
14,25
82,8
13,07
5
100,0
246,75
106,6
241,00
102,1
359,75 77,8
10,10
93,5
1.19
70,8
.
66/-
90,4
62.181-
10:
Augustus
12,00
69,8
12,62
5
96,6
214,75
92,8
226,75
96,1
350,75 75,8
10,05
93,1
1.21
72,0
661-
90,4
62.1016
104
September ,,
11,65
67,7
11,57
5
88,5
198,75
85,9
198.25
84;0
350,75 75,8
10,00
92,6
1.21
72,0 661-
90,4
63.81-
101
October
12,27
5
71,4
12,27
93,8
218,50
94,4
189,50
80,3 366,00
79,1
9,95
92,1
1.19
70,8 661- 90,4 65.121-
101
November
12,325
71,7
12,07
5
92,4
227,25
98,2
185,50
78,6
386,25 83,5
10,20
94,4,
1.18
70,2
661-
90,4
67.181-
1(X.
December
,
12,30
71,5
11,90
91.0
220,25
95,1
180,50
76,5 373.75
80,8
10,10′
93,5
1.18
70,2 661-
90,4
70.31-
111
lanuari
1929
12,35
71,8
12,20
93,3
231,50
100,0
194,25
82,3
365,00
78,9
10,10
93,5
1.16
69,0
661- 90,4
75.1016
12
Februari
,,
12,72
5
74,0
12,65
96,7
236,00
101,9 194,75
82,5 357,25 77,2
12,90
119,4
1.11
66,1
66/6
91,1
78.-16
121
Maart
,,
12,65
73,5
12,625
96,6
233,00
100,6
191,75.
81,3
359,00 77,6
12,00
111,1
1.11
66,1
671-
91,8
89.81-
14
April
,,
12,12
5
70,5
11,625
88,9
218,00
941
185,25
78,5
373,25
80.7
11,05
102.3 1.11
66,1
681-
93,2
82.1716
13:
Mei
11,12
5
1
64,1
10,57
5
80,9
198.25
85,6
1177,50
75,2
1
363,50 78,6
11,15
103,3
1.16 69,0
6916
95,2
.
75.416
12
3 Juni
10,20
59,3
5,75
74,6
194,03
83,8
1166,00
70,3
350,00
75,7
11,25
104,2
1.30
77,4
701-
959
73.51-
114
10
10,90
63,4
10,30
78,8
192,00
82,9
1174,00
73,7
1
354,00 76,5
11,25
104,2
1.30 77,4
70/-
95,9
75.1716
121
1) Men zie voor de toelichting op dezen stâat de nummers van 8 en IS Augustus 1928 (No. 658 en 659) pag. 689/90 en 709.
)
= Western voör de invoering
* Manitoba No. 3.
f
Zuid-Russische.
12Juni1929
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
553
Doekprjen ziju onveraiiclerd. Het is een teleurstellende
week geweest en er gaat slechts weinig om. Dit behoeft
geen verwondering te wekken in aanmerking genomen de
verschillende storende factoren, die den toestand bcïuv]oed
hebhen: ten eerste de algemeene verkiezingen, da.0 de
daling in tarsveprijzen in ,,dc States”, die ook op andere
artikelen zooals katoen teitigsiaat; verder de daling in
zilverprijzen, die een cteprinieerenden invloed op de China-
koersen heeft gehad. Dit alles werkt zeer deprimeerencl en
niet voordat de vooruitzichten wat gunstiger worden, kan
ltieii hierin een verbetering verwachten. Op het oogenblik
zijn er echter nog versciullende factoren, die koopers be-letten zich een goed idee over toekomstige prijzente vor-
mcmi en op normale wijze zaken te doen.
Liverpoolnoteeringen
Oost. koersen 28 Mei 4Juni
29Mei 5, Juni T.T.opBr.-Indië 11571 115
F.G.F. Sakellaridis 17,05 17,25 T.T.opfiongkong 1/11 111 0
G-.F. No. 1 Oomra 6,40 6
9
45 T.T. op Shanghai
2I4
2/4
3
%
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In duizendtallen balen).
Aug.’28
Overeenkomstigeperiode
tot
F
Mei ’29
1927 128
1926127
Ontvangsten Gulf-Havens.
)
9199
8233
12731
Atlant.Havens
Uitvoernaar Gr.Brittannië
1822 1335
2477
,,
,, ‘t Vasteland etc.
4362 4732
6240
Japan ……
.1428
937 –
1699
Voorraden.
(In dulzendtallen balen).
–
Overeenkomstig tijdstip
31 Mei ’29
1928
1927
Amerik. havens ……….
.1088
1214
1569
Binnenland ………….419
595
614
New York ……………173
– 97
225
New Orleans ………….206
306
405
Liverpool ……………582
1
576
1
1015
KOFFIE.
De kalnie stemming, welkç reeds sedert (ten aauvang van
de vôrige maand aan de koffiemarkt heersehte, hield ook
in de afgeloopen week aan. Brazilië toonde zich – dit-
maal niet alleen voor Santos doch ook voor Rio – ge-
neigd om de consumptie tegemoet te komen door het doeu
van concessies in den prijs. De aanbiedingen van Santos
namelijk liepen wederom 1/- per cwt. terug en die van Rio
waren zelfs doorn 116 iager. Ook Nederlandsch-Indië was
met Palembang Robusta weder een fractie (ongeveer % et.) gemakkelijker, terwijl ook de andere ongewasschen
Robusta-soorten iets lager waren dan een week geleden.
Van de verschillende Centraal-Amerikaansche soorten is
in den laatsten tijd geen overwegend aanbod meer bemerk-
baar en niet grond kan worden aangenomen, dat druk van
deze zijde voor dit oogstjaar niet meer is te verwachten.
Aan de termijnmarkt dobberden de noteeringen met
kleine verschillen van den eenen dag op den anderen heen
èn weder. Alleen op den dag van het afsluiten van dit be-
richt liepen zij plotseling
Y
2
cent op naar aanleiding van een belangrijke verhooging aan de markt te New-York
alwaar groote inkoopen, die beschouwd werden afkomstig
te zijn van het Instituut tot Permanente Verdediging van.
de- Koffie in Sao Paulo, steun verleenden. De slotsom is,
dat de noteeringen alhier doorddn
Y
4
% ct. hooger zijn
dan een week tevoren.
Aan cle loco-markt was ook ditmaal de afzet niet van
groote beteekenis. De officieele loco-noteeringén bleven onveranderd 63 et. per
4
KG. voor Superior Santos en
54 ct. voor Robusta.
Volgens telegrafisch bericht uit Brazilië zijn de dage-
lijksehe aanvoeren in de haven van Santos voor de maand
Juni gelimiteerd op 35.000 balen, w’elk cijfer gelijk is aan de
limiet, welke áegolden heeft voor de maand Mei. Dit neemt
echter niet weg, dat in de tweede helft van Mei en tot nu
toe ook in Juni de aanvoeren op verschillende dagen onge.
veer 10 tot 20 duizend balen onder de limiet zijn ge-
bleven, hetgeen klaarblijkelijk te wijten is aan de omstan-
digheid, dat de voorraad te Santos het indertijd vastge-
stelde maximum van 1.200.000 balen bedenkelijk begon te
naderen en men een overschrijding van dat cijfer wenschtc
te voorkomen. De dagelijksehe aanvoeren te Rio, die voor
de eerste helft van Juni waren vastgesteld op 6515 balen,
zijn voor de tweede helft gelimiteerd op 11.019 balen.
De dezer dagen verschenen Statistiek van de Pirma G.
During & Zoon te Rotterdam geeft aan, dat in Mei de’
aanvoer geweest is als volgt:
-‘
1929
1928
1927
bn.
bn.
bn.
in Europc …………..1.044.000 1.005.000
970.000
Ver. Staten v. Amerika 736.000
855.000
755.000
Totaal. . . . 1.780.000 1.860.000 1.725.000
De Aanvoeren in Europa en in Amerika tezamen gedu-
rende de eerste vijf maanden van het jaar bedroegen
9.664.000 balen tegen 10.233.000 balen in 1928 en 9.024.000
,balen in 1927.
– ])e Afleveringen in Mei waren:
N GROOTHANDELSPRIJZEN
1
)
TIN
locoprijzen
Londen per
Eng, ton
KATOEN
for Middling
loCOprilzen
New ork
per Ib.
–
WOL
gekamde
Australische,
Merino,
64’s
Av.
loco Bradford
per Ib.
WOL
gekamde
Australische,
CrossbredColo-
nial Carded,
SO’s Av. loco
Bradford per Ib.
–
RUBBER4)
Standaard
Ribbed Smoked
Ioc Londen
Ib.
suikER
Witte kristal-
suiker loco
R’dam(A’dam.
per 100 K.G.
–
KOFFIE
Robusta
Locoprijzen
Rotterdam per
1h
K.G.
THEE
Afi. N..I. theev.
A’dam gem. pr
.
Java- en Suma-
tratheep.i(3KG.
Indexcijfer
vjh. Centr. B.
v. d. Stat.,
herleid
van
1913=
100
tot
1925=
100
Indexcijfer
van The
Economlst,
herleid
1927
=
100
tot
1925=100
£
Olo
$
ets.
eb
pence
0
10
pence
0
10
Sh.
–
Oh
II.
0
(0
ets.
1
0
)0
ets.
0J
161.17!-
100,0
23,25
–
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
2(11,625
100,0
18,75′
100,0 61,375
1100,0 84,5
100,0
100,0
–
100,0
190.17)6
111,1
17.55
75,5
47,25
85,9
24,75 83,9
21-
67,4 17,50
93,3
55,375 90,2 94,25
111,5
93,2
92,9
199.13)6
114,4 13,45
57,5
45,00
81,8
25,25
85,6
117,375
54,4 22,00
117,3
50
81,5
71
84,0
93,5
88,9
309.816
118,2
14,15
60,6
46,25
84,1
26,00
88,1
117,125
53,7
21,12
5
112,7
48,75 79,4
71,25 84,3
94,2
89,9
312.15)-
119,4
14,25
61,3 47,75
86,8
26,50
89,8
118,25
56,8
20,620
110,0
48
78,2
70
82,8
92,9 89,2
304.11-
116,1
14,75
63,4
47,50
86,4
26,25
89,0
1)7,875
55,8
20,25′.
108,0
48
78,2 72,25
85,5
92,3
88,7
195.121-
112,9
1615
69,5 47,00
85,5
26,00
88,1
117,75
55,4
20,25
108,0
47
76,6
86,5
102,4
93,5
90,4
196.9(6
113,2
16′,SS
72,7
47,25
85,9
26,00
88,1
1(6
50,5
18,37
5
98,0
47
76,6
81,25 96,2
96,1
89,6
189.1516
110,7 17,90
77,0
48,50
88,2
26,50
89,8
114,75
47,0
18,62
5
99,3
47
18,6
84 99,4
97,4
92,2
192 -(6
111,5
19,70
84,7 48,50
88,2
26,50
89$
115,25
40,8 18,50′ 98,7 45,375
73,9
–
–
96,1
.
902
187.1216
109,8
22,05
94,4
50,00
90,9
26,50
89,8
114,25
45,6
17,87
5
95,3
44,25
72,1
94,5
111,8
96,8
89,1
164.216
100,9
20,65
88,8
50,25
91,4
26,75
90,7
1(4,375
46,0
16,87
90,0
45,25
73,7
93
110,1
96,8
88,6
164.416
100,9
20,25
87,1
52,25
95,0
28,50
96,6
116,5
51,9
17,25′
92,0 46
74,9
96
113,6
97,4
,
88,9
166.1316
101,8
19,70
84,7 51,50
93,6
28,75
97,3
117,75
55,4
17,87
95,3
46
74,9
89,25
105,6
97,4
–
88,2
?55J1-
97,4
19,25
82,8
53,00
96,4
29,75
100,8 1)7,25
54,0
17,370
92,7
46
74,9
84,5
100,0
98,1
87,9
133.10(6
89,2
18,35
78,9
54,75
99,5
31,75
107,6
113,75
44,2
16,75;
89,3
46
74,9
79,5
94,1
96,8
87,9
133.1716
89,3
19,35
83,2 55,00
100,0
33,25
112,5
‘1(0,75
35,8
16,87
5
90,0
47
76,6
79
93,5
98,1
89,2
?3&6!- 89,5
20,65
88,8 54,50
99,1
33,00
111,9
-j9,375
26,3
16,875
90,0
47
76,6
74,25
87,9 98,7
90,5
130.131-
88,1
21,55 92,7
54,25
98,6
32,25
109,3 -19
25,3
16,62
3
88,7
48,25
78,6
78,25 92,6
98,1
91,2
118.816
83,4
21,35
91,8
55,50
100,9
31,75
107,6
-19,25
26,0
15,75
84,0 49
79,8 73,25
86,7
98,7
.
89,8 111.19)-
80,9
21,75 93,5
–
53,00
96,4
31,25
105,9
-j9,25
26,0
15,50
82,7
49,875
81,3
71,25 84,3
95,5
88,2
111.181-
80,9
19,30
83,0 51,75
941
30,00
101,7
.19,25
26,0
16,00
85,3 51,875
84,5
67,75
80,1
92,9
86,6
114.7(6
81,9
18,55
79,8
47,00
85:5
29,00
98,3
-18,5
23,9
15,87
5
84,7′
52,75 86,0 70,25
83,1
93,5
85,4
121.191-
84,8
19,45
83,7
46,25
84,1
–
27,25
92,4
-(8,8
24,7
14,62
5
78,0
53
86,4
73
86,4
94,2
8a,1
132.1016
88,8
19,90
85,6 47,25 85,9
27,50
93,2
-J8,625
24,2
14,00.
74,7
53
86,4
75,75 89,6
95.5
85,1
128.81-
87,2 20,45 88,0 46,25
84,1
28,00
94,9
-(8,5
23,9
13,925
74,3
51,75 84,3
76.5
90,5
95,5 84,8
122.716
84,9 20,20 86,9 46,75 85,0
28,75
97,3
-19,875
27,9
13,77
5
73,5 53,125
86,6 77,25 91,4
94,2
84,6
122.11!-
85,0 20,10 86,5
44,25
80,5 27,75
94,1
11-
33,7
13,37
5
71,3
54
88,0 74,25 87,9
94,2 85,4
121.0(6
84,4
21,25
91,4
44,00 80,0 27,50
93,2
110,125
34,0
13,50”
72,0.
54
88,0 72,75
86,1
94,8 85,8
107.516
79,2
20,45 88,0 43,25
78,6 27,25
92,4
-1
10,5
29,5
13,375
71,3
54
88,0 74,25 87,9
92,9.
83,9
197.516
75,3
1
19,40
83,4
1
41,50
75,5
1
26,25
89,0
-110,875
30,5
12,25
65,3
54
88,0
73,50
87,0
91,6 81,7
197.151-
75,5
18,95
5
81,55 40,50
6
73,6
6
25,75
6
87,3
0
-(109375
30,7
11,75;
62,7
54
88,0 100.10)-
76,6
–
-110,5625 29,6
11,5t-
61,3
’54
88,0
huidige offitleele noteeringswijze (jan.
1928).
3
) = Malting vôôr de Invoering van de huidige 0111e. noteeringswijze (Jân.
1928).
4) Jaar- en maandgemiddelden afgerond
op
,
119
pence.
0)
7
Juni
6)
6
Juni
554
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
12 Juni 1929
1929 1928 1927
bn.
bu.
bn. in
Europa
……………927.000
945.000
869.000
Ver. Stateu v. Amerika
842.000 972.000 819.000
Totaal . . . . 1.769.000 1.917.000 1.688.000
De Afleveringen in Europa en in Amerika tezamen ge-
durende de eerste vijf maanden van het jaar waren
9.47.000 balen tegen 9.800.000 balen in 1928 cii 8.923.000
balen in 1927.
Vanaf 1 Juli tot 1 Juni varen de Aanvoeren in Europa
en in Amerika tezamen 19.467.000 balen tegen 21.100.000
balen in 1927/28 en 19.287.000 balen in 1926/’27, terwijl
dc’Afleveringen bedroegen 1.9.680.000 balen tegen 20.801.000
balen in 1927/’28 en 18.932.000 balen in 1926127.
De zichtbare voorraad was op 1 Juni in Europa 2.153.000
balen tegen 2.036.000 balen
01)
1 Mei. In Amerika bedroeg
hij 683.000 balen tegen 789.000 balen op 1 Mei. in Europa
en in Amerika tezamen was de zichtbare voorraad dus 01)
1 dezer 2.836.000 balen, tegen 2.825.000 halen op 1 Mei.
Hij bedroeg op 1 Juni 1928 – 2.849.000 balen cii op J. Juni
1927 – 2.576.000 balen.
De zichtbare wereldvoorraad was op 1 Juni 5.346,000
balen tegen 5.217.000 balen op 1 Mei en 5.438.000 balen
verleden jaar (in deze cijfers zijil niet begrepen de voor-
raden in het binnenland van Sao Paulo, waarvan liet cijfer
van 1 Juni nog niet bekend is, doch die op 1. Mei bedroe-
gen 9.772.000 balen en op 1 Juni 1928 – :11.714.000 balen).
De prijzen van gewoon goed beschreven Superior San-
tos op prompte verscheping zijn thans ongeveer 981- It 1001-
per cwt. en van dito Prime ongeveer 101/. It 1031-, terwijl
zij van Rio type New-York 7 met beschrijving, pronipte
verscheping, bedragen 72/9 It 7319.
Van Robusta op aflading van Nederlanclsch- Indië zij ii
de prijzen in de eerste hand op het oogenblik:
Palembang Robusta, Juni-verseheping, 37 ct.; I’aleai-
bang Robusta., Aug/Sept. verscheping, 36 et.; Benkoelen
Robusta, Juni-verseheping, 38 cl.; Mandheling Robusta,
Juni-versebeping, 40 It 42 cl., alles per
1/
KG., cif, uit..
geleverd gewicht, netto contant. De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:
Sept.
1
Dec.
1
Maart
1
Mei
10 Juni
$
14,39
$
13,81
$
13,43
$
13,15
3
,.
……
,,
14,48
,,
13,95
,,
13,81
,,
13,30
27 Mei
,,
14,66
.
,,
14,10
,,
13,75
,,
13,44
21
,.
……
.,,
14,23
,,
13,86
,,
13,55
,, -,-
Rotterdam, 11 Juni 1929.
THEE.
De theemarkt was in de afgeloopeu week onregelmatig
en eenigszins flauw gestemd. Voor Ncderlandsch-indische
thee meldde Londen nog den minsten achteruitgang (ce.
Y
2
d.), doch toen de gemaakte prijzen hier bekend werden,
vielen zij – gezien de aarzelende stemming nogal mccle.
Groot aanbod vail mindere Ceylon-soorten, waarvoor
geringe belangstelling bestond, drukte cle markt.
Volgns de opgaven van de voornaamste Lonclensche
veemen, die geacht worden circa 90 pCt. der totale hoeveel.
heden thee te verwerken, bedroegen de aanvoeren in Mei
25 millioen lbs. tegen 18 millioen verleden jaar, de alle-
veringen 49 millioen (vorig jaar 44 millioen) er waren de
voorraden op den laatsten der maand 197 millioen (vorig
jaar 177 millioen).
De ,,Vereeniging voor de Thee-cultuur in Ned.-Indië”
publiceerde een statistiek van den uitvoer van alle pro.
duetielanden (uitgezonderd China) gedurende het eerste
kwartaal. Het totaal-cijfer beliep 68.173.000 KG. tegenover
66.528.000 KG. verleden jaar. i)e uitvoer van Zwarte thee
uit Ceylon steeg volgens de Tea Brokers’ Association te
Londen, -in de maanden Januari—April van 77.488.000 lbs.
verleden jaar tot 81.029.000 lbs. in het thans loopende.
Noordelijk Britsch-Indië voerde in April 3.608.000 lbs.
uit (v. j. 2.420.000 lbs.).
In de Amsterdamsche veiling op 13 Juni e.k. worden aali-
geboden ce. 13.000 kisten Necl.-Indische thee.
Amsterdam, 10 Juni 1.929.
COPRA.
De markt was aanvankelijk flauw gestemd, doch reeds
spoedig kwam er meer vraag voor dekking, en trok het
Oosten zich als verkooper terug. Marseille fluctueerde sterk,’
doch ook daar was meer dekkingsvraag.
De slotnoteeringen zijn voor Nederl.-Inclische f.m.s. Co;
pra aflad.ing, Mei-Juni-Juli-Augustus-September
‘f
24%, en
voor Ned.-Ind. Mixed
f
23%.
VERKEERS WEZEN.
VRACHTENMARKT.
(Jraan van Noord-Amerika.
Ei- is nog steeds geen teekeu
van opleving te con stateei-en. :De vraag is zeer gering ge-weest gedurende de laatste week cii waren recders genood-
zaakt voor Junii-booten lagere vrachten te aceepteereu,
daar geen uitzicht op verbetering was te bespeuren. 1)6
hoeveelheid graan is groot, maar er ivoi
–
dt op het oogen-
blik zeer iveinig gekocht. Van Montreal (haalden de vrach-
ten 1-14 cent, terwijl verscheidene af slnitingeu gedaan
zijn tegen 11 cent. naar Antwerpen of Rotterdam voor
Juni laden, cii tegen 1i3Ç cent naar Antwerpen of Rot-
terdam, 12% cent Bremeu of Hamburg, voor ,jnli. Naar
Fransch-Atlaiitisehe havens is afgesloten tegen
12%;
cent
voor prompt laden, tea-wijl naar de Micidellandsehe Zee
een klein bootje van 23.000 qtrs. is gesloten tegen de lage
vracht van 13% cent naar Napels direct, met cancelling
20 Juni, alsmede tegen 15% cent naaa
–
Marseilles of Genuan
cii 16 cent voor beide havens voor dezelfde posities. Naar
Griekenland is een 3200 tonner afgesloten voor Juni laden
tegen 319 per qtr. met é6n, en
3110
niet twee loshavens.
De Non
–
thern liange blijft nog steeds lusteloos.
Van de Nooa
–
d-Pa.cific. Op
liet oogenblik is er in deie
markt vrijwel niets te doen. Er is in ‘t geheel geen vraag,
cii terwijl onlangs 291. genoteerd werd voor het nieuwe
seizoen is liet idee van bevraehters thans niet meer dan
2716, tegen welk cijfer de rceders geen belangstelling toonen.
Grauw van La Plata.
in deze afdeeling zijn de vrachten
wederom gedaald, vooral voor Juni laden. Booten, waar-
voor moeilijk lading te krijgen was accepteerden belangrijk
lagere cijfers dan’ onlangs betaald w’eiden en de bevrachters
namen deze gelegenheid te baat om zich ‘aii zeer veel
tonnage te verzekeren., .l)e markt toont thans eveiwel een
vaster aanzien.
Suikca- van West-Indië.
De markt was minder levendig,
daar er in ‘t geheel geen vraag i’as naar Juni-lading, ter-
wijl de vraag voor Juli slechts matig was. De vracliten
zijn iets teruggeloopen en voor de laatste positie is afge-sloten tegen 18/- voor een 6000 tonner en 17/6 voor een
grootere boot. Dit laatste cijfer kan herhaald worden.
Selpeter van de Westkust Zuid-Annem-ika..
De bevrachters
blijven nog steeds ‘uit de markt, alleen voor goedkoope ton-
nage, die aangeboden wordt, toonen zij eenige belangstel.
ling. De eenjge afsluiting, die gedurende deze week tot
stand kwam, betreft 2000 ton lijnruimte tegen 1716 naar
Havre/Hamburg Ranige voor tweede helft Juni laden.
Donau en Zwarte Zee.’
Van den Donau is nog niets te
doen. Van de Zwarte Zee kunnen graanbooten per Juni/Juli
geplaatst worden tegen 131- Continent, 1316 U.K., 14/6
Scandinavië.
Middellandsche Zee.
Over het algemeen is de markt kalm
geweest, terwijl cle vraehteii onveranderd bleven. Ertsia.
dingen zijn als volgt gesloten: Piraeus/Rotterdanii 61-, Elor-
nillo/Rotterdam 6/1%’, Almeria/Barrow 7f6 en Hne1va/Rot-
terdam 614%. Van Noord-Spanje is niet veel vraag, maar
de vrachten blijven gehandhaafd. Van Bilbao naar Rotter-
dam is afgesloten tegen 5/9, hetgeen liem-haald kan worden.
Kolen van U.E.
Er is tamelijk veel vraag geweest naar
tonnage, doch door liet vrij groote aanbod van schepen zijn
de vrachten iets gemakkelijker geworden, vooral in de
richting Middellandsehe Zee, waarheen een groote boot
11/9 naar Port-Said accepteerde. Naar Zuid-Amerika zijn
de vrachten echter vast en toonen een neiging om iets
op te loopen.
Amsterdam, 10 Juni 1929.
RUN VAART.
Week van
2 t/m. 8 Juni 1929.
De aanvoeren van zeezijcic, hoofdzakelijk erts, bleven
de geheele week zeer levendig. Scheepsruimtc bleef bij tame-
lijk veel vraag voortdurend schaarsch. De stemming bleef
vooral in het laatst der week vast. Voor erts naar de
Rnhrhavens betaalde men
f
0.75 It
f
0.85 met 4 en
f
0.85
It
f
0.95 met .8 losdagn. Naar Idanubeim bedroeg de vracht
voor ruwe producten ce.
f
1.50 It
f
1.60 per last. Iloofdza-kelijk werd in daghuur bevracht op basis van 3 ets, per ton.
Het sleeploon bedroeg gemiddeld het 32% ets. tarief. De wa-
terstand bleef wassend; naar den Bovenrijn werd op 2.40
It 2.50 M. en naar den Benedenrijn op vollen diepgang af-
geladen.
In de Ruhrliavens w’erd de scheepsruimte schaarsch, ter-
wijl de vraag beduidend toenam. De vracht voor export-
kolen steeg in het laatst der week tot Mk. 1.20 per ton
inclusief sleepen.