Ga direct naar de content

Jrg. 13, editie 629

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: januari 18 1928

18
JANUARI 1988

4-7t
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN

1′

1

Economi
*
sch~Statistische

Beri*chtèn

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEEL!NCEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

13EJÂARGÂNG

WOENSDAG 18 JANUARI1928

No. 629

INHOUD.

Blz.

DE JAVASCHE BANK
1828-1928
door
Mr.
G.
Vissering.. 48

De nieuwe onzekerheid over het lot der ,,Poenale Sanctie”
in Indië, gewekt bij de behandeling in den Volksraad
van de jongste veranderingen in de ,,Koelie-ordon-
nantie-Sumatra’s Oostkust” door
Prof. Mr. F. J. R.

Cowan
……………………………………
50

Belasting van Nederlanders in den Vreemde door
Prof.
Mr.Dr.A.vanüijn …………………………..52
De Suikerhandel in
1927
door
A. W. Volz …………54
De Rijksmiddelen ……………….-…………………5
6

BUITENLANDSOHE MEDEWERKING: Duitschiand in het Derde Hersteljaar door Dr. F. H.

Repelic
ts

………………………………
57

De handel van Engeland in
1927
door
F. W. Forge 60

AANTEEKENINGEN:
De Buitenlandsche schuld van Duitscbland …….. 61
Indexeijfers van scheepsvrachten ……………..
62

kIAANDOIJFERS:
Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam ……….
63

Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank …………
63

Overzicht der Rijksmiddelen …………………
63

STATISTIEKEN EN OVERZIORTEN ………………
64-70

Geldkoersen.

1 Bankstaten.

Goederenhandel. –
Wisselkoersen.

1 Effectenbeurzen. i Verkeerswezen.

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstra.

ECONOMI$CH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES: –
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Ha.sselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr.
K.
P. van der Mandele; Prof. Dr. E. Mo-resco;
Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen. Baron
Rengers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Bohiltivuis; Mr.
Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.

Gedelegeerd lid:
Prof.
Mr. Dr.
G. M.
Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: S. Posth.uma.
Seoretariaat: Pieter de lloochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 3000. Postrekeniing 8408.

Aboivnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f20,—. Buitenland en Kolon.iën f23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut ontvangen het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande oer-
vangen de abonné’s, leden en donateurs, kosteloos, voor zoo-
ver daarom trant niet anders wordt beslist.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh
d
van Ditinar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terda’na, Amsterdam, ‘s-G’ravenhage. Postchèque- en giro-
rekening No. 6729.

17
JANUARI
1928.

De verruiming van ‘de geidmarlct bleef bijna de ge-

heele week aanhouden. Donderdag werden enkele pos-

ton wissels vo’dr
4
pOt. geplaatst. Toen echter bleek,

-da-t een verlaging van het ban’kdisconto nog niet te

verwachten was, werden geidgavers terughoudender,

zoodat gistern slechts moeilijk voor
4Y4
pOt. plaatsing

te vinden was. De prolongatierente, die tot
31%
pOt.

teruggeioopen was, werd eveneens vaster en sloot op

4Y4
pOt. Oall geld bleef de geh’eele week onveranderd

4
á 4X pOt. nceteeren.

De weekstaat van De N-ederlandsche Bank vertoont

in aansluiting met den vorigen weekstaat een verde-

ten tërug.gang in de discon-teeringen en beleeningen.

liet cijfer d-er.binnenlandsche wissels nam in de afge-

loopen week zelfs met een bedrag van
f 24 millioen

of en kwam daarmede beneden de
f 100
millioen,

hetgeen sedert
23
Mei
1927
niet was voorgekomen.

i)e beleeningen geven een dalin’g’van
f4
millioen te

– zien.

De buitenlandsohe wissels in portefeuille zijn nage-

noeg onveranderd gebleven; het- bedrag der diverse

rekeningen onder het actief is echter met
f
9 6
mii-

hioen verminderd. Op het hoofd munt en muntmate-

tiaal valt een toename waar te nemen van
f 113
mii-

ho-en, welke bijna uitsluitend haar oorzaak vindt in

eene versterking van den goudvoorraad.
Behal’e de genodmde wijigingen is nog te vermel-

clan, dat de rekening-c-oui-an’tsaldi, , zoovel van het

Rijk, als van anderen, afnamen, respectievelijk met

f 5
millioen en met
f 2
millioen. De biljettencircula-
tie bedraagt
f 788
millioen, dus
f 19
millioen min-der

dan vorige week. Het beschikbaar mebaalsaldo steeg

met
f 17
millioen. Het -dekkings-percentage bedraagt
591

**
*

In tegenstelling met de vorige week waren deze

week Dollars aangeboden en daarentegen Ponden en

‘Marken meer gevraagd. Onder den invloed van het

duurdere geld, liepen aan het einde ‘der week ook deze

wissels weder terug, noodat er per saldo in de meeste

wisselkoersen weinig verandering kwam. Alleen Peso-
tas war-en zeer flauw; de stijging van de vorige weken

ging weder
bijna
geheel verloren. Geopend ‘op
43,10,

werd Vrijdag weder voor
42,11
afgedaan.

LOiNIDEN,
16 JANUAIU 1928.

In de eerste helft van de vorige week werden “de

laatste terugbetalingen aan -de Bank van Engeland be-

werkstelligd en bleek uit dan Bankstaat vn Donder-

dag, -dat een vrij groot surplus ter beschikking van de

markt was overgebleven. Na de intrekking van het

kapitaal-exportverbod in Frankrijk kwam verder geld

‘in de markt, uoodat gedurende de laatste dagen van de

week geld wederom zeer overvloedig werd.

-De invordering van belastingen, waarvan de eerste,

cie motortax, een groot bedrag absorbeert, Zal echter

niet nalaten belan.grijken invloed op de geidpositie

uit te -oefen-en en men mag dan ook aannemen, ‘dat -de

gel’druimte van deze dagen van korten duur zal zijn.

Onder deze invloeden was dnteon’to eenigszins on-

regelmatig en varieerden prijien van
4Y
pOt. tot

4
1
/s pOt. Verwacht wordt, dat de Bank van Engeland

zal ingrijpen om disconto niet te ver beneden
4Y4
pOt.

te zien dalen.

48

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERIÖHTEN

18 Januari 1928

DE JAVASCHE BANK 1828-1928.

Bij publicatie van 11 Dêceni:ber 1827 (Sbb1. No.

111) werd De Javasc’he Bank in het leven geroepen.

De Commissaris-Generaal Du Bus de Gisignies (1826 —1828), ‘tijdelijk de macht uitoefenende van Gouver-

neur-Generaal, is ‘de grondlegger van De Ja-vasc’he
Bank. geweest. ,,De kooplieden schrèeuwe’n om eene

zoodanige inrichting” had Gouverneur-Generaal Van

der Capellen reeds in Augustus 1823 aan het Opper-
bestuur in Nederland geschreven..

De Bank opende haar kantoor te Batavia op 24
J’anuari 1828.

De Javasche Bank is in de eerste tientallen jaren

van haar bestaan onder groote»moeilijkheden gebi.ïkt
gegaan; het is eene ware lijrdensgeschiedenis geweest.
Men moet met verwondering, ‘doch met groote waar-

deering, erkennen, dat de Directiën der eerste decen-
niën met moed en overtuiging hebben gestreden. tegen
willekeur en groote fouten, waaraan ‘het Gouverne-
in’eu.’t zich schuldig heeft gemaakt.

De toestand van het muntwezen was in 1828 hope-
loos verward; het Gouvernement riep De Javasche’
‘Bank in het leven: om die verwarring meester te wor-
‘den; tegelijkertijd betrok het Gouvernement echter

De Javasch.e Bank in die verwarring ‘door ‘haar abso-
luut aan zijn wil ond’erivorpen te maken. Met alle

macht, welke haar gegeven was, verweerde ‘de Directie
zich daartegen; zij moest echter bukken voor ‘de over-

macht, ten slotte zelfs bedreigd zijnde met ontslag,

omdat het. volgens de meening ‘der Regeering ,,van
haar kant even on:kiesch als ongepast was om de

Regeering bij financieele moeilijkheden, waaraan zij
het hoofd had’ te ‘bieden, met de
rg
elijk
e
bezwaren te
komen lastig maken”.

De eerste groote fout, waardoor de Bank niet vol-
‘doende aan ‘haae bestemming ‘kon beantwoorden, was
dus ‘de vernietiging van de zelfsta.ndigh’eid der circu-
lat’iebank door een tyranniseerend Gouvernement.

Van den Bosch, bij Konin:klijk ‘Besluit van 16
October 1828 tot Gouverneur-Generaal benoemd, ‘trad

in den loop van 1829 op in ‘die functie. Hij stelde het
cultuur-stelsel in, hetgeen voor die jaren een goede
maatregel ‘had kunnen zijn, in’dien het op verstandige

en milde wijze was toegepast. Zijn tweede, groorte
maatregel was echter van den beginne a.f aan een on-
vergeeflij’ke fout, namelijk de ongebreidelde vermeer-
‘dering van ‘den geldsomloop van vrijel .waardelooze
koperen muntstuk’ken, de z.’g. duiten. Indië heeft
vreeselijk daaronder geleden en zelfs tot voor enkele jaren waren hier en ‘daar in de uithoeken der Buiten-
bezittingen nog steeds ‘duiten in omloop.

Dat kopergeld was natuurlijk uitermate onhandig
voor eeni.gszins belangrijke betalingen in h
e
t ‘dage-
lijksc’h verkeer. Daar’om beval Van ‘d’en Bosch aan De
,Tavasc’he Bank grooté hoeveelheden ‘koperen ‘duiten
in: ihare kluizen op ‘te slaan, en ‘daartegen door de
Bank 2elve geteaken’de z.’g. :kopercertificaten uit te

geven. Die certificaten zouden voor 100 pOt. door
koper gedekt zijn ,,tegen ‘honderd Duiten de Gulden”.
Zij luidden in rbed’r’agen van minstens
f 1,—
en hoog-
stens
f 1.000,—.

Men ha’d dus in circulatie bankbiljetten van De
Javasche Bank, in beginsel gedekt door edel metaal
en ‘door de uitzettingen ‘der Bank, en koper-biljetten,
geteeken’d evenzeer door de Bank, waartegen men,
alleen koper kon opvorderen. In naam was de in Ne-
derland’ gangbare rilveren gulden ‘de grondslag van
het munitwe’zen. Door het ‘opdringen van die koperen
duiten als wettig betaalmiddel tot ieder bedra’g, werd

het goede zilvergeld natuurlijk verdreven volgens de
wet van Gresham. Feitelijk kreeg men ‘dus in circu-
latie: de Nederland’se’he zilveren ‘gulden, ‘de Javasche

Bank-gulden in papier en de Indische koper-gulden
in duiten In het v’erkeer ging ieder dier waarden
haar eigen weg. De toestand werd echter schier hope-
lQos, toen de me’taalkas van de Bank in zilvergeld
nagenoeg geheel uitgeput was geworden, en de Regen.
ring zelfs de driesthei’d’ had het kopergeld,- dat tot

dekkin.g der koper-certificaten bij de Bank als ‘onder-

pand was gedeponeerd, voor ‘eigen gebruik ot te

erschen zonder andere togenwaarde te geven! Voor
zijne kop.er’cer.tificaten kon men dus niet eens meer
werkelijk koperen duiten verkrijgen!

De Javasche Bank was door de fouten der Regee-

ring dus feitelijk tot ondergang gdbrach.t. In Juli
1837 had zij nog slechts
f
18.678,— in Nederlandisch
zilver in hare ‘kas; ziji was niet meer in staat te vol

doen aan ‘den ‘eisch van eenen houder van eene

assignatie om ‘betaling in werkelijke guldens’ te doen.
Ziji moest de hulp ‘der Regeering inroepen; “deze
erkende de noodzakelijkheid van ingrijpen en stapelde
de eene willekeur op de andere. Zij verbood de Rech-

terlijke Collegiën in dien lande om kennis te nemen

van vorderingen tegen De. Javesc’he Bank ingesteld

om hare biljetten in goede lan’dsmunrt te betalen! De
Javaische Bank was openlijk in ‘gebreke; door de schuld
der Regeering; op hare beurt ibesch
,
ermde deze de
Bank tegen de rec’htmaitige vorderingen van derden.

Aan het munt- en circulatiewezen deugde dus let-
terlijk niets meer. Het publiek was overtuigd, ‘dat
slechts een wonder ‘den ‘toestand kon redden. Dat

wonder is gedaan, op zeer eenvoudige wijze, en door
een maatregel, welke thans nog onze grootste ‘belang-stelling dient te ‘wekken.

De GouverneurGeneraal ,Roc’hussen riep bij publi-
catie van 26 Maart 1846 een nieuw geldswaardig

papier in het leven, de z.g. recepissen, in bedragen
van
f 1,—, f
5,—,
f 10,—, f
25,—,
f 100,—
en
1
500,—. Het was dus een nieuw Staatsmunt-
papier, hetwelk in omloop gebracht werd. De
reden, dat dit papier het volle vertrouwen ver-

wierf en behield was evenwel te vinden in de ‘bepa-
ling, ook door Rochussen getroffen, ‘dat de Regeering
‘deze recepissen bij daarvoor aangewezen Gou’verne-
ments-kassen in betaling zou nemen voor de guldens-

waarde en dat zij daartegen zou afgeven wissels op
het Departement van Koloniën. in Holland, ‘bétaal-
baar in goed Hol’lan,dsch geld 10 maanden na datee-
ring in Indië. Die wissels werden afgegeven tegen

een nader te bepalen wisselkoers. Deze papieren gul-
dens in Indië werden dus in eene vaste verhouding
tot den zii»eren u1’den in Nederland gebracht. Wel
was die wisselkoers aanvankelijk nog ongunstig (de eerste afgiften ‘werden tegen 72 gedaan, ‘d.i. 100 iii
Indië gelijk 72 in Holland, welke prijs dus ueerkwam
op een disagi’o van ‘den Indisc’hen gulden tegenover
den Hollandschen ‘van pl.m. 28 pOt.), maar er was

ten minste een bodem voor d’e depreciatie ‘gevonden,
en men werkte nu vol’kens een vast ssrteem. Bij wijzi-
ging v.an Octrooi verd aan De Javasdhe Bank voor-
geschreven, ‘dat hare biljetten voortaan betaalbaar
zouden zijn in die recepirsen. De J’avascbe Bank kreeg
dus feitelijk – zij het langs een omweg – hare
metaaldekking in Nederland.

Hier vinden wij! dus de eerste sypm.tomen van het-
geen later zou ge
no
e
m
d worden een exchange.po.l.itiek.
In 1846 was het een silver-exchange politiek; in onzen
tijd iis ‘de meer’ en meer gebruikelijke vorm voor lan-
den, welke de luxe v&n •eene volle ‘goud-politiek niet
‘kunnen dragen, de z.’g. ‘gold-exehan’ge-p:olitiek. Ge-
ruimen tijd ‘hebben de Amerikanen aanspraak ge-
maakt op het ‘vaderschap van ‘dit systeem; in den lat e-
ren
t.ij:d
erkennen zij!, ‘dat deze eer feitelijk aan onze
Koloniën toekomt
(bijrv.
Pr’of. J. Jeiiks te New York en Prof. J. Laiirence Laughlin te Washington, The
Quarterly Journal of Econ. Vol. XLI August 1927).
De koper-certificaten werden ‘ook door Rochussen
ingetrokken op den voet van
f
1,20 in ‘koper ‘tegen
f 1,—
in recepis.

Als met een tooverslag was, ‘door deze maatregelen
de ‘geldelijke toestand in Indië verbeterd; de Muntwe’t
van 1854 zette ‘de kroon op het werk.

Deze strijd is wel de zwaarste ‘geweest, welke De
Javasche Bank to voeren ‘heeft gehad; ‘daarom moge
hier ‘sat meer ruimte aan deze belangwekkende
periode ‘geschonken zijn.

18 Januari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

49

Op twee andere punten had De Javasche Bank een
langdurig verschil van opvatting met ‘de Regeering.
Het eerste gold de zilver-zendingen door de Re-

goering, het andere de limiet, boven welke de Bank

geen biljetten meer zou mogen uitgeven.
liet Gouvernement ‘had een mooi stuk werk gele-
veid met de regeling van het mun.twezen na
1846,

voltooid door de Muntwet van 1854. In’gsvolge die
wet moest nu ook eene voldoende hoeveelheid zilveren

muntstakken naar Indië verzonden worden om te
voorzien in de behoeften der circulatie. Het Gouver-
nement zond echter meer zilver dan de circulati’e op-

eischte. Dit was een gevolg van het Cultuur-stelsel.

Onder dat stelsel miinkte het Gouvernement in Indië
zich meester van bijna alle producten, ‘hetzij bij wijze
van belasting, hetzij door opkoop tegen door het Gou-
vernement ‘zelf voorgeschreven prijzen. Die produc-
ten werden naar Holland ten verkoop gezonden.
Zij

werden dus in Holland betaald. Die gelden moesten

achter voor een belangrijk deel weder naar Indië over-
gemaakt worden om aldaar te dienen voor betaling
van verder ‘door ‘het Gouvernement gekochte produc-
ten. lIet Gouvernement kon die overmaking ‘bewerk-

stelligen op twee wijzen:
ôf door in Indië wissels af te geven op zijn tegoed
1 n Holland; maar dan moest aatuurliji het Gouver-

nement den wisselkoers volgen, wilde het koopers voor

zijne afgiften vinden;
ôf het kon contant geld in den vorm van zilveren
munten uit Holland naar Indië verschepen.

Bijna al’s regel verkoos het Gouvernement het
tweede middel. Het beging hierbij echter de fout van
niet in het oog t’e willen houden, ‘dat een zilveren
gulden in Indië meer waard was ‘dan in Holland. Zil-
ver toch was in dien tijd in omloop op zijne intria-
sieke waarde; ‘het was standaardmeta’al, ïooals ‘thans

het goud. Een gulden was dus niet alleen een munt-
stuk van eens wettelijk vastgestelde waarde in ons
gebied, maar bovendien een kl’ompje zilver, dat over

de ge’heelo wereld zijn eigen
prijs kon maken als edel

metaal. Het ‘metaal zilver was in ‘die dagen alleen te
betrekken uit Londen. In ‘het verre Oosten was dus
dat zilver uit Londen juist nooveel meer waard als
de kosten van verzending van zilver (inclusief tente-
verlies en andere onkosten) naar het Oosten bedroe-
gen. Het Gouvernement steldë zich echter op het
standpunt, dat een gulden in Indië hetzelfde was als
een gulden in Holland; het bracht toch zijn guldens
over met zijne eigen oorlogsschepen, voor eigen reke-
ning en risico en het assureerde in zichzelf. Met rente-
verlies gedurende de zending hield ‘het Gouverne-ment zich niet op. Het Gouvernement meende dus,
dat al ‘die bijkomsti’ge onkosten, waarmede een parti-
culier to rekenen had, in’dien hij’ zilver ont’bood uit
Holland, voor ‘haar niet bestonden. Het beging aldus
de fout den invloed van den wisselkoers op ‘de ‘waarde
van zilver-metaal weg ‘te cijferen. De zilveren munt-
stukken, uit Holland aangevoerd, werden dus onver-
wiji’d opgegaaud ‘door kooplieden van verschillen’den
landaard en als zilver verkocht naar alle ‘omliggende
Oostersche landen. Volgens eens kosten-berekening
uit dien tijd kostte een gulden uit Holland verscheept biji aankomst in Indië iets meer dan
f
1,08, ‘dus ruim

8 pCt. meer.
Het gevolg was, ‘dat er een groots schaarschte aan
omloopsgel’d kwam. De zeer bela.n’gwekkende gedach-

tenwisseling
destijds
‘tussc’hen dan ‘heer N. P. van ‘den
Berg, Secretaris ‘van de Factorij ‘der Nederlandsche
Handel-Maatschappij, en ‘den heer H. J. Lion, Hoofd-
Redacteu:r van ‘het Bataviaasc’h Handelsblad, geeft
een ‘goed beeld van ‘dit prohleem.
Intussehen leed De Java.sche Bank ook onder die
verkeoide toestanden. Men was in In’dië z66 bang
geweest -voor overmatige emissie van geld, dat men,
althans wat betreft De Javasc’he Bank, in een ander
uiterste overging; de Regeering wil’de de bevoed’heid
van de Bank om ‘biljetten uit te geven teveel knotten.
Bij’ het Octrooi en Reglement voor De Javasche

Bank van 22 November 1850 verden twee ‘berkende

regelen genaak: In het algemeen werd eene minimum
metaaldekking van drie tienden der ‘direct opeisc’h-

bars verbintenissen geëi’scht, maar tevens ‘werd door
den Gouverneur-Generaal op ‘s Konings machtiging

eene hoogste som ‘bepaald voor de uitgifte van de

biljetten (en de credit-saldi rekening-courant). De
Directie was echter bevoegd ‘ook ‘boven de vastgestelde
‘hoogste som biljetten uit ‘te geven, mits het volle

bedrag daarvôor in wettige ‘betaalmi’ddelen ‘bij de Bank beschikbaar was. Deze beginselen waren ten

deele ontleend aan ‘het systeem der Banque ‘de France,
ten deels der Bank of England. De toepassing dier
beperkende beginsalen deed echter zeer dbreuk aan

de elasticiteit in den geldsoml’oop, waaraan door ‘de
bijzondere omstandigheden destijds juist zoo ‘dringend

behoefte was.

Door al die oorzaken is ‘doorloopend eene schaarsch-
te aan omloopsgeld ontstaan; de Javasche Bank kon
niet voldoende hare ‘kracht ontplooien in ‘het belang

van het algemeen. Zij moest. ‘hare rente in die jaren
herhaaldelijk brengen op 9 tot 10 en 10 procent; en
in 1862 deed zich het feit voor, dat de Bank met

eens metaald’ekking van 60 pCt. en eens emissie van
nog geen
f
12 milli’oen nog slechts
f
50.000,— aan

biljetten mocht uitgeven, en zelfs de meest soliede

heleeningen ‘moest afwijzen.

Die schaarschte aan betaalmi’ddel’en en’ de ‘hooge ren’te bleven niet onopgemerkt ‘buiten Indië;
hij
ge-
brek aan juist inzicht in ‘de bijzondere oorzaken
meende men, dat er eene schaarschte aan kapitaal he-

stond in onze Kol’oniën. Dit miserstan.d was de
aanleiding tot de vestiging van een aantal banken,

terwijl daaraan
feitelijk
geen ibehoefte bestond. Ons
Indië ‘heeft van 1862 tot 1867 •ook eene Grün’der-
periode ‘doorgemaakt; die nieuwe banken kon’den ech-
ter geen voldoende emplooi voor ‘hare middelen vin-
den; zij gingen dus kunstmatig uitzettingen zoeken,
leenden gelden, welke liquid’e behoorden te blijven,
aan de cultures uit, waardoor di’s ‘gel’den zeer illiquide
werden; en aldus werd reeds in de zestiger jaren
de kiem gelegd voor de erns’tige crisis van 1884, ‘waar-
onder ons In’dië zoo geleden heeft, maar uit welke

tevens een nieuwe toestand geboren kon worden,
welke kon leiden tot de buitengewone ontwikkeling
en voorspoed d’er laatste decenniën.
Onder al deze omstandigheden bleef De Javasche
Bank in verdrukking; zi kon hare kracht niet ont-
plooien; zij werd niet ‘de belangrijke instelling, welke
zij had kunnen en behooren te zijn. Bekend is de
an’ecdote, ‘dat een nieuw benoemde President v66r zijn
‘vertrek naar Batavia bij Rothschild in Londen een
bezoek bracht om over zaken te spreken. De oude
heer Rothschild ontbood een beambte, die ‘hem over
kapitaal en omzet ‘der Javasche Bank moest inlich-
ten. Die inlichtingen waren van ‘dien aard, dat ie President geen stoel ‘kreeg; hij kon blijven staan
tijdens ‘het onderhoud! ,,Se non è vero”, zoo typeerde
het toch den toestand!
De Javasche Bank was niet ‘de eerste, gaf te weinig
leiding. Op de lbuitenbezittingen ‘had zij, behalve in
Makassar, nergens een eigen kantoor. De groote ont-
wikkeling ter ‘Oostkust van Sumatra ging geheel
buiten haar om. Zij liet aan ‘de Nederl’an’dsche Han-
‘dal-Maatschappij en aan ‘de Engels’che banken over
om hun eigen ‘baiikpapier aldaar in omloop te bren-
gen; luiden’de in vreemde munt. Ook financieel waren

de resultaten
dikwijls
verre ‘van fraai. In ‘de periode

1884-1891

konden slechts geringe ‘divi’denden, é&i
jaar ‘zelfs ‘beneden 3 pCt., worden uitgekeerd.
De achtereenvolgende Presidenten Wiggers van
Kerchem, Alting Mees en N. P. van den Berg hebben
in’tussc’hen in ‘de zestiger tot tachtiger jaren al hun
invloed en energie aangewend om het systeem
van de Bank te verbeteren, en eindelijk is hun dat gelukt ingevolge de Octroois-wijziging van 1875.
Vooral Mr. van den Berg heeft ‘door zijne persoordijke

prestatiën veel bijgedTagen om het systeem in goede

50

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18 Januari 1928

banen te leiden, ‘ej de Bank krachtiger en meer be-
kend- te maken.
1)
De -tijden waren ‘hem evenwel niet
gunstig. Hij meest veel tegen den str’oo oproeien.
in cle latere jaren ‘zijns levens heeft hij echter van

Zijne standplaats -als Prsi-dent van De NedeTlandschc

Bank nog veel kunnen ‘doen voor ‘de ontwikkeling -der
Javasche Bank, en terecht wordt ‘zijn naam met eer-
bied in de kringen der Tavasc’h Bank genoemd, en

straalt een aureool om zijn hoofd als de President,

clie het langst den presidenitieelen zetel heeft inge-
iiomen en het meest voor de ontwikkeling ‘ddr Bank
heeft gedaan.

-.

De Jav’as’che Bank heeft in de latere jaren veel
meer eene afspiegeling gegeven van de toestanden
in -onze Oos’tIndijsche Koloniën. Na 1906 is de groo’te

opleving, gekomen; de grootste ontplooiing der Bank
valt, in hetzelfde tijdperk. De gemeenschap en De J’a’vasc’he Bank zijn hier hard ih hand gegaan; de

circulatiebank heeft in later jaren de haar opgelegde
taak vollecIi kunnen vervullen.

Toen Indië door den oorlog tijdelijk – geïsoleerd
werd, -heeft cle Bank uitstekende diesten bewezen

door hare prompte en kra’chtige mtregelen om aan

alle r-echtmati’ge eischen voor ‘de ‘el’d-circulatie en
• – voor instandhouding van ‘het èrediet tegemoet te

komen. Dit zal stellig mede é&n ‘dèr redenen zijn ge-
weest, dat •de Indische maatichappij’ betrekkelijk zoo

weinig ongerief van den oorlogstoestand heeft order-
vonden. –

Om echter tot een -dergelijken graad van elajs-ticiteit

in ‘de uitbreiding der circulatiemi’d’del’en en der
credietverleening te kunnen kbm-e, heeft De Javasche

Bank toch nog één periodè iran strijd moeten dooi’-
maken. Dat was in 1907 en volge’de jaren.

Op 1 April 1906 kwam het opnieuw verlengde
en gewijzigde -octrooi in werking. Daarin stond nog
eehe vrij krasse heperking van ‘de ‘bevoegdheid om

eene buitenlndsche wisselportefeuille aan te houden.
i)ie përtefeûille zou ‘toch’ niet langer ‘dan ‘twee ‘maan-

den het bedrag van ‘het ‘beschikbare metaalsaldo mogen
overtreffen. Dit voors’chrit was vrijwel ‘gecopieerd

van ‘het Octrooi ‘van Dè Ned’erlandsche Bank. Men
‘had darbij uit ‘het -oog verloren, -dat de inheemsche
prdductie onzer Koloniën voor het grootste gedeelte
voor exjiort buiten Indië bestemd was; -suiker, koffie’,
rubber, cepra en nog zoovele meer waren allen bestemd

om naar het bu’ijtenlan-d ‘verscheept te worden; ‘deal’
hulp te’ verleenen bij’ -de financierig v-an die goederen
gaf men ‘dus niet een cr’ediet aan het buitenland, doch
hielp men wel -dégelij’k het eigen land. De betalings-

balans werd door die groots uitvoeren zeer gunstig.
Indië moest ecihrter -zelf de ‘maatregelen nemen om

van die gunstige ‘betalingsbalans te profiteern, -door
het edel metaal, noodi’g voor de uitbreiding v-an zijne
ciréu-lktie, zichzelf te verschaffen, en voor zoöver
gewensc’h:t naar Indië te -brengen, loo
1s1
van 1907 tot
1914 ruim
f
86 millioen aan zilver en ruim
f
24′ mii-
heen aan goud uit Europa naar In;dië ontboden. De

J’avasc’he Bank voerde die ‘meta-alzendingen voor een
deel zelve uit; voor een ‘ander ‘gedeelte, vooral het
zilver, ‘geschiedde ‘dit -door het Gou’evnement, dôch
niettemin fin-ancierde De J’avasche Bank och -die zen-
-dingen ingev’oige de -z.g. -pan–overeenkomst. De Java-
sc’he Bank kon dit natuurlijk slechts doen, indien zij
ruime middelen ter ‘beschikking ‘had’ in Europa, eiï
zij kon ‘die middelen, om -zoo te -zeg-gen, onbé-pevkt:v-er-
‘krijgen door hare buiten’lan’dscihe .se1portefbille
bel’an’g’rijk te versterken; ‘de -gelegenheid daaitoe was
maar voor het grijpen in Indië zelf. Het was dus
J
voor De avasche Bank slechts een staaltje an hare
plicht -o-ni in ‘die richting aëtief op te treden. De

tijd voor de vroeger ‘geh’ul’digde pas’siève circulatie-
bank-politiek was
vbor
Indië voorbij.
Dit werd echter lang niet -algemeen in-gezien. Er
waren er niet weinigen, die in’ het aanhouden van

1)
De verdiensten van deh iheer Van den Bérg werden bij
‘h
et 300.j-arig bestaan van cle Leids-che
Universiteit in
1875
erkend d&r de verleening van een ee-dôctoraat.

een-e buitenl-an’clsc’he w.i’ss-elpo-rtefeuille vele bezwaren
zagen: een -ongeoer’loofde speculatie voor De Ja

vasche
Bank, -eene concurrentie aan d&’particuliere banken
iii haar ‘bedrijf aan-gedaan, eene credietgeving aan

het ‘buitenland, waarvan ‘d-e in:heemsc’he circulatie-
bank zich ‘had te ont-houden; eene onttrekking van

gelden aan Indië, enz. Al ‘die argumenten waren -al
even dwaas als -ondeugdelijk; uit die oppositie kon

slechts blijken, ‘dat de -opposanten ‘zich nog heelemaal

niet hadden in-gedacht in -de nieuwere ‘theorieën der
-gold-exchange. Eén econoisehe voorlichter in Hol-
land, -die ‘de zaak zelfs ‘belangrijk genoeg vond om er

een-e brochure aan -te -wijden, maak-te het in zijne kri-

tiek zelfá z66 bont-, dat hij ‘der J’avaische Bank een ernstig verwijt ervan maakte, -dat .zij verzuimd had

eene groote portefeuille van binjienl-andsc’h disconto
aan te leggen, om -de -gelden, welke zij daai’door aan

cle Indische gemeenschap on-ttrok, te ‘beleggen in
speculatief buitenlan-dsc’h papier! Die schrijver had
zich nog nooit er kunnen in-denken, -dat ‘zuiver
,
in-
lan’clsc’h papier van -eene hoedanigheid, da-t ‘het voor -de
portefeuille -der circula-tiebank aanneem’baar zou zijn,

in Indië nauwelijks ‘te vinden was. De promessen van

de z.g. bweedehan’dsch importeurs, Ohineezen, Klm-gen, Arabieren, Maleische Toko’s, “vielen toch slechts
bij uitzondering in ‘de termen om to-t -de portefeuille

‘der Bank te worden toegelaten! Het échte Indische
-disconto was echter de z.g. bui-tenlandsche wissel, -ge-
trokken ingevoige export van zuiver Indische pro-
-ducten naar elders.

Wie in 1906 -en 1907 i’eed’s ‘de v-oorteekenen zagen
van -den grooten opbloei onzer Koloniëh, welke reeds
was begonnen, ‘begrepen dus, dat d-ê ‘pas uitgevoerde

Octi’oois-wijzigin-g ‘der J’avasche Bank -op -dat punt
onvoldoende was geweest, en alsnog aangevuld -diende
te worden. Over ‘die voorgestelde -oëtroois-wijziging
is nog heftig gevochten, ‘bepaaidelij’k in Nederland.
Zij is echter tot stand gekomen, en ‘hare nuttigheid,
– of liever noodzakelijkheid, is in -alle -op’zichten dooi’ -d-e feiten bevestigd, niet -alleen tijden-s den vorderen
opblo’ei in Indië, maar vooral ‘ook
tijdens
en na den
oorlog.

Op die wijze heeft De J’-avasche Bank eind-olijk hate
volle kracht kunnen -ontplooien; men laat haar’ nu
niet mee:r op -de ‘mat staan, noch in het -binnenland,
noch i

n ‘het biitenia’d. Zij’ heeft hare juiste plaats
‘gevonden, en ‘zij is zelfs z66 bekend gesvorden in het
buitenland, dat -zij met eere wordt genoemd als één
-der best- in-gerichte en één d-er krachtigste Koloniale
banken.

Moge
zij’
tic’h ‘deze ‘bijzondere positie bewus’t blijven,
en nog vele jaren, niet alleen voor ‘het belang van het
ei-gen land, maar ook in het inter’hati’ona.le circuiat’ie-
bankwezen -een -goederi roep ‘blij’veii genieten, en onder

cle Koloniale ‘banken eene vöoraanstaande plaats blij-
ven innemen. G.
VIssERING.
Januari 1928.

DE NIEUWE ONZEKERHEID OVER HET LOT DER

,,PÖENALE SANCTIE” IN INDIË, GEWEKT BIJ

D,E BEHANDELING IN DEN VOLKSRAAD-VAN DE

JONGSTE VERANDERINGEN IN DE

,,KOELIE-ORDONNANTIE.SUMATRA’S OOSTKUST”:

De Indische ,,Poenale Sanctie” is in- -de ‘]cern hot
stelsel, -de naleving yan arbeidscontract-en, ‘aan-gegaan
met ‘van elders, (vooral uit ‘Java -of ui’t Chiha) tegen
groots kosten geworven en aangevoerde werkki’ac’hten voor ‘de groots ondernemingen vku l-aid’bouw, hand-el
of
nijverheid
in -de Büiten-gesvest’en, ‘krachtiger ‘te ver
zekeren -dan mogelijk is dôor ‘d gewend louter civiele
sanctie – schadevergoeding – bij’ contractbreu-k,
namelijk ‘door eene s-trafbepaling en door de wettelijke
mogelijkheid van tërugbrengin-g van den conitractver-
brèker naar uijn arbeid’ met- ‘den sterken’ arm. Hei is
-dûs een dergelijk dtelsel. als ‘bij on ‘hier te lande -geldt ten aanzien -van ‘de bemanningen vé.h zeeschepen. Het
is-ook in -beide gevallen -gegrond ‘op -eljksoorti’ge ‘over-

18 Januari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

51

weging: die der erninente’
algemeene
belangen die er
(afgezien dus van het
particuliere
belang, dat er voor

den toevalligen medecontractant in de eerlijke naico-

ming
Cfl
èik contract altijd gelegen is en waarvoor

de civielrechtelijke sanctie dient) hi deetipte en gere-
gelde vervulling van cle eenmaal door de werknemers

op zich genomen taak in cle genoemde buitengewone

soorten werkeveroenkomsten betrokken
zi5n.
Het

eenige – maar .
oo’r de waardeering der poenale sanc-

tio fatale – verschil is dit: een ieder ziet aanstonds ‘het algemeen belang in, ‘dat er, naast het speciale
rcoders’helang, in ligt, dat niet aan jboord van een

schip plotseling, in volle zee en misschien op een
moeilijk oogenblik, een deel der bemanning haar con-

tractsver’plichtingen verbreekt; maar niet zoo aan-
atonds is ‘het algemeen belang in te zien, dat er, naast
‘het speciale piantersbelang, in ligt, dat niet op het plantage-‘terein plotseling, in het bav•oliingsleege
land misschien midden in dan critiek-en oogst’tij’d,

een deel van ‘het ‘koelie-personeel zijn contract ver-
breekt en zo&doende, als dit chronisch voorkomt, een
onzekerheid ‘schept, -die alle grootere landbouw- en
nijverheid aldaar onmogelijk maakt. Daartoe moct
men vrij grondig -bekend wezen met den financieeleP
en territorialen omvang ‘der betrokken cultures, met

het oeconomisch gewicht ervan voor het Land en
Zijne,

zoo Inlandsche als Europeesche, bevolkingsgroepen, met de fiscale waarde ervan als ,,beiasting-ohjec’ten”
voor den Staat en zijae inkomstercbegrooting, ‘met de
nnmerieke beteekenis ervan ter verschaffing van
ieveusonder’houd aan het ledigloopend en gebreklij-
dend surplus ‘der Javaansc’he’bevoUcing, met de hy-giënische functie ervan ter verheffing van den alge-
meenen staat der volksgezondheid en vermindering

der mortal-iteit, – aan den anderen kant ook met de
zeer bijzondere omstandigheden in de meeste Buiten-gewesten op b
evo
lki
ngsge
bi
e
d.

Doch deze kennis heedt voorzeker aan d@ groote
meerderheid dergenen, die over do p.s., met med’ebe-
slissende stem in het kapittel veelal, hebben geoor-
deeld, in bedenkelijke mate -ontbroken en daarom is
over heel dit complex algemeene belangen ‘door •de
tegenstanders gewoonlijk maar vl uchtig heengelo’op en.
En toch, de werkelijke omvang van de genoemde
algemeene belangen is voor Indië wo groet., .dat wie
zich ‘daarvan eenmaal goed heeft rekenschap gegeven,
zich over eeno overhaaste afschaffing ‘der pa. wel
dubbel en dwars ‘heeft loeren bezinnen, ook al begeert
hij: sdie overigens. Want éôn ‘ding is
duidelijk
en zeker

cci
moet voorop worden gesteld: dat de groote kos-

ten,
1)
gemoeid niet de aanwerving op hva resp.
China en de overtocht naar h’et werkterrein niet lan-
ger kunnen (en dus ook niet zullen) gedragen wor-
‘den, wanneer er niet meer met voldoende
zelcerh.eid
staat op ‘kan worden gemaakt, idat de ‘geëngageerde
werklieden hun arbeid ook daadwenkelij’k pre-steeren
zuilen. Zonder ‘deze voorwaarde zal ‘daarom menige
bestaande onderneming moeten ‘kwijnen, uitbrei’dings-
plannen zullen moeten worden opgegeven, (waar-
‘door dus vooral de kapitaliseering
in
Indië zelf van
een deel der winsten van de bestaande ondernemingen
wordt verijdeld), en van vex’dere ,,ontsluiting” van
nieuwe streken ‘der Buitengawesten zal nauwelijks
sprake meer kunnen zijn.
2)
Inzmers eene plaatselijk
au’tochth(>ne bevolking bezitten de in aanmerking ko-
mende streken òf in het geheel niet ôf ze is er zoo

i’er persoon ‘thans va.riëerende tusschen f105 (onge-
huwden) en
f
150 (gehuwden). De kosten voor de rbeidri-
voorziening kunnen voor den ondernemer in de Bu’itenge-
westen daardoor en door de hooge sociale eFirhen die de
K.O. stelt op pim. 70 pCt. hooger clan in Java worden ge-
stei,cl.
Zelfs op Java,
in enkele weinig bevolkte strekcn als
de West- en
Zuici-Preanger, zijn herhaaldelijk nieuwopge-
richte onclarnemingeii – ondanks toegestane faciliteiten,
als ruduchie op spoorwegtarieven ed., – al spoedig weder
gesloten moeten worden omdat het niet mogelijk bleek,
ook tegen hoog loon, een vdidoeude aantal (vrije) koelies
in dienst te behouden.

dun
3)
en ‘heeft een zee gemakkelijk ‘bestaan in haar
vruchtbare land zon-der winters en bij: hara uiterst

geringe behoeften, dat zij geen enkelen prikkel ge-
voelt om
bij
vreemden geregelden arbeid te ‘zoeken en

dit ‘dan ook ‘daadwerkelijk niet doet.
Deze situatie ‘is overigens geenszins specifiek Na-

.derlandisch-In:disch: in nieerdere ,,00stersohe” landen
vindt -men haar terug en telkens heeft men ook elders

daarom dezelfde gedachte zien verwezenlijken, oen

zelfde belang met ‘gelij’ksoortig middel zien verzeker’n.

Het stelsel eener poenale sanotie op werk’o’vereen-
komsten als’ de hi’erbedoelde (juridisch daarenboven

geijkt door groote criminalisten als wijlen Prof. Mr.

G. A. van Hamel) zou dus – mits -het vergezeld ga

van krachtige waarborgen voor een ‘deugdelijk toe-

zicht op de behandeling der zooveel vaster verbonden
werklieden en mits hij gewichtige gronden ten slotte
niet è]ike mogelijkheid onthreke om -den band ook
tussehen’t.ij:ds te slaken, – als stelsel nauwelijks eene

zeer nadrukkelijke verdediging noodig hebben, ware
het ‘niet, dat sommige politic’i hi’er een kostelijk ma-
teriaal to hunnen nut-te ‘hadden bespeurd en er, dank
zij krachttermen als ,,een schan-delijk stelsel”, ,,een

verkapte
slav’ernij”,
ed., te zaaien met een vlot g-
bru’ik van – ‘gebeurtenissen vooral uit de, inderdaad
lang niet vlelekelooze, oudere ‘ontwikkelingsperioderi
van ,,Deli” stammende (die toch het
stelsel
niet deren
‘kunnen), -in geslaagd zijn het stelsel al’s zoedanig voor
het tri’bunaal van veler menschelij-k gevoel in discre-
diet te brengen.

‘Onder deze ‘omstandigheden mag van anders erover
-denkende
zijde
eene gelegenheid om zich te doen hoo-
ren niet verwaarloosd worden. Zulk eene gelegenheid
biedt zich aan, nu -kor’t ‘geleden eene aanvulling der
keelie- ord-onnantie in den Volksraad -werd behandeld,
waarbij de Regeering ook de principieele zijde van het
stelsel opnieuw aan de orde ‘stel-de.

Herinneren wij daartoe eerst aan de
wetgeving.
Wie -de koelie-ord’onnantie (K. 0.) van 1915 ‘ter hand
neemt en zich niet blind s’taart op de speciale
sanctic
hij onrechtmatige niet-naleving van het contract
(waarvan de pl-ich-tgetrouwe, nijvere, ‘koelie niets
mei.’kt,
4)
zoo min als de ondernemer, die zelf immc-is
evengoed ‘door de K. 0. ‘met eene poonale sanotie aan
de naleving zijner contraetueele verplichtingen ver-
bonden is), -die vindt daarin niet anders dan eene, aan
de ,,o’ostersche” wereld -en de bijzondere betrekken be-
‘drijven aangepaste, formu-leering van volstrekt mo-
-cierne, overal aannemelijke arbeidsvoorwaarden: dc eisch van schriftelijke en van Overheidswege gecon-

troleerde overeenkomsten, waarin eene duidelijke om –
schrij-v’ing o.a. van den duur, het loon, den ‘aard van
den overeen-gekomen ar’beid moet- voorkomen, verder
-de plicht :der werlcgevers -tot verstrekking van behoor-
lijke voeding en ‘huisvesting, -tot passen-de verpleging
en behandeling -bij ziekten ‘of invalid’iteit, tot, koste-
boze terugzen-ding na afloop van ‘het contract met
het gezin naar het land van -herkomst, -en nog ettelijke
meer. Daarnevens behelst -cle K. 0. het recht van den
koelie op -tusschentijd-sche -ontbinding van het (-hoog-
stens 3-jarige, bij reëngagement hoogstens 13-maand-
sehe) contract in bijzondere gevallen: sedert -de jong-
s-te wijzigingen zijn die ‘gevallen dezelfde ,,gewichtige”
en,,-dringende” redenen, -die ‘ook in -de algemeene wet
op het arbeidscontract (in het B. W.) als redenen tot
ontbinding zijn gesteld. Di-t -alles staat, evenals ook
de werving, en-der ‘het jaar op jaar intensiever gewor-den toezicht van -den dienst -der Arbeidsinspectie.

De
feitelijke
toestand is, dat ‘onder de werking van het aldus- georganiseerd systeem, alleen ter Oostkust

De gezamenlijke oppervlakte- van alle Buitengewesten
is pim.
45
maal die van Nederland, die totale bevolking al-daar slechts pim. tweemaal die van Nederland en deze
leeft dan nog grootencleels in enkele beperkte streken samen-
gedrongen. Daartegenover behoort Java tot de dichtstbe-
voikte landen der aarde: gemiddeld 266 inwoners per K11
2
.
Ter Oostkust van Sumatra wisselt -het peroentaige ge-
straften tussohen de drie
a
vijf procent.

52

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18 Januari I928

van Sumatra (en een deel van Atjeh) gemiddeld npr-

maal steeds een ‘tweehonderdduizendtal nenschen (op

het geheele eiland Sumatra waren er begin 1927 ruim
286.000) die grootendeels op Java aan den zelfkant

hunner maatschappij gebrek leden (de echte Javaan-

sche
landbouwer
emigreert niet, tenzij hij eerlige bij-

zondere innerlijke reden heeft om liever uit zijne om-geving te verdwijnen) een behoorlijk bestaan vinden,

dat hen tot krachtige, weldoorvoede en gezonde werk-
lieden omvormt, die beter gehuisvest zijn ‘dan in hun

dessa’s en kampongs het geval was; die een medische en hygiënische verpleging genieten, welke eenig is in

de arbeidsstreken van ‘het geheele oosten; die ‘onder

die p.s. allerminst ,,gebukt” gaan en van wie dan ook

het groote meerendeel na ommekomst van het eerste
contract nog een of meer malen reëngageert. Over

het jaar 1925 werd aan ‘de werklieden ter Oostkust

van Sumatra aan loeren en werkprexnies
f
39 mii-

heen uitbetaald; in de moeilijkste oorlogsjaren, toen

overal in Indië ‘de grootste zwarigheden met ‘de voed-
selvoorziening werden ondervonden, legden de Deli-
sche maatschappijen tientallen millioenen extra ten

koste voor de geregelde verstrekking van buitenland-

sche rijst
1
) nan hun koeliepersoneel, doordat die
steeds tegen den ouden voor-oorlogschen prijs werd

verstrekt. Bij’ ‘de groote maatschappijen hebben de

koelies recht op pensioen na langdurige dienstpraes-
tatie en zijn er ondernemingsscholen voor de kinde-

ren, onderne’mingsbibliotheken voor het inlandsch per-

soneel, e.d.m.
Gold het voorgaande alleen de werklieden, voor

Indië
als geheel
was het resultaat van het systeem

van veel meer omvattend gewicht en is de verdere be-

lofte ervan voor de toekomst van nog onberekenbare

waarde. Het maakte ontginning van ontzaglijke ge-
bieden, totaal woesten, ‘tevoren waardeloozen, •grond
tot welvarend cultuurland mogelijk: ‘alleen in de Oost-
kust van Sumatra werden wildernissen van oerbosch
en moeras tot een omvang van rond 800.000 H.A. in
eenige tientallen jaren omgeschapen in vruchtclragend
land, in het centrum waarvan een hoofdstad verrees

met druk vertier, voorspoed voor alle groepen harer
bevolking, imposante bouwwerken, op dezelfde plek
waar een driekwart eeuw geleden nog de tijgers rond-
liepen in ‘de rimboe en niemand aan eenige ,,toekomst”

van het land dacht. Meer dan
f
438 millioen aan kapi-

talen werden ‘blijkens het ho]. Verslag van 1926 door
het arbeidssysteem daarheen en naar Atjeh gelokt en

aldaar in dan bodem gestoken.
2)
Toenemende ontlas-

ting van Java van ‘het minst gezeten deel zijner be-

volking in de al te dicht hevolkte streken, was een
ander gevolg; – een verder: de verandering van een
ouden ,,lastpost” voor den fiscus (hetgeen in de

tijden v66r ‘de groote cultures
bijna
alle
eilanden bui-

ten Java en Madoera waren) in een bron van belang-
rijke bela stin gsbiidragen (enkele jaren geleden werd
de iaarlijksehe bijdvaire der Oostkust aan ‘den fisi’us

reeds op ongeveer
f 10.000.000 benaderd, kort geleden

becijferde ‘de Delicourant alleen aan vennootschaps-
en inkomatenbelastingen het aandeel der Oostkust

zelfs op
f
23.000.000, o’ngerekend nog de aanslag der

zaken, die in ‘de Oostkust werken, doch elders, o.a.

•te Batavia of te Soerabaja, worden aangeslagen); nog
een ander gevolg: de beginnende ,,openlegging”, met
gelijksoortige perspectieven, van menige and ere land-
streek, ook ‘buiten Sumatra. En last not least: ver-
sterking van Nederland’s positie als competent be-
heerder ‘zijner koloniën tegenover het ‘buitenland, aan

Zie hieroultrent het
ook
in andere opzichten gewich-
tige en lezenswaardige rapport van Dr. N. IR. Pekelharing,
hoofd der Afdeeling Lan’dbouwoeeonomie bij het Dept. van
Landbouw, Nijverheid en iandel, over de ,.landbouwtoe-
standen en vooruitzichten
op
Sumatra”, gepubliceerd in het
tijdschrift Toysmannia, deel
30 (1910)
blz.
437
e.v. speciaal
blz.
500.
De beschouwingen daarin over de waarle der p.s.-
zelve zijn nog steeds actueel.
Buiten de Oostkust van Sumatra zit nog een verdere

f
100
millioen aan ontginningskapitaal in de Buitenge-
westen in den grond.

hetwell met wijs bestuursinzicht een belangrijk aan-

deel in het aldus aan de Buitengewesten ‘toevertrouw-
de kapitaal werd gegund (daaronder Engelsch, Ame-
rikaanech, Fransch, Belgisch, Japansch, Zwitsersch,

Duitsch en an’der kapitaal; ter Oostkust buy, is enkel

in ‘de tabakscultuur
bijna
alles Nederlandsch kapitaal;

in ‘de rubbercultuur is meer .dan de helft Engeisch,

A’merikaansch en Fransch-Belgisch kapitaal en slechts

36 pOt. Nederlandsch en Indisch, ook in de thee is
slechts de kleinste ‘helft Nederlandsch) hetgeen krach-

tig heeft bijgedragen om het in vroeger ‘tijden zoo

vaak tot Nederland gerichte, gevaarlijke – en toen
niet geheel ongegrond schijnende – verwijt te doen

verstommen, ‘dat het zich niet in staat toonde om de
natuurlijke rijkdommen 2ijner uitgestrekte gebieden

buiten Java, di.e ten bate ‘der gansche wereld behoor-

den te komen, tot ontginning ‘te brengen en ‘dat het

‘dus die landen niet waard was.
Een voorwaar veelvoudig en machtig resultaat van

voornamelijk Nederlandsche durf, geestkracht en in-

zicht.
Doch men moet er goed aan vasthouden, .dat dit
alles bereikt kon worden enkel en alleen dank zij den

,,sleutel” der poenale sanctie: –
zonder de ‘daardoor

verkregen arbei’dszekerheid geen ‘duren aanvoer van werklieden van buitenaf, zonder werklieden van bui-
tenaf in ‘het geheel geen werklieden, want plaatselijk zijn er geen, zoolang niet ‘door kolonisatie vol’doend
‘dichte plaatselijke bevolkingen geschapen zijn en dit gaat niet in een van to voren vastgestel’den, ,,korten”

‘tijd: ‘dwang is daarbij natuurlijk geheel uitgesloten.
Men zou dus verwachten, ‘dat het koloniaal landsbe-

stuur, zulks inziende, natuurlijk wel op alle wijzen,

door versterking van toezicht, verscherping van wetge-
ving, als anderszins, verbetering zou zijn blijven bren-

gen in
feitelijke toestanden, welke het on’behaerlijk

mocht achten, maar met alle kracht en met feiflooze

continuïteit zou hebben vastgehouden aan het
systeem

zelf, ten minste zbblang tot kolonisatie de ‘bevoikstoe-
standen zou hebben veranderd of tot een secure vervan-
ging zou zijn ontdekt. Maar aldus is het allerminst

gegaan. Integendeel kan men zonder veel overdrjving

zeggen, .dat,
terwijl
vroeger het redelijk inzicht over-
woog, ‘de latere geschiedenis ‘der p.s. eene lange wor-

steling was van de naast belanghebbenden (om wier
particulier ‘belang het voor den. Staat bij .de handha-
ving of intrekking ‘der publiekrechtehijke sanctie juist
nièt allereerst behoorde te gaan) met Overheden, die
zich ‘om gevoelsmotieven van dien .,sleutel” volgaarne

ontdaan zouden hebben.
En ook thans weder schijnt een ‘dergelijk tijdperk
aangebroken. Tot goed begrip van wat er thans s’taat

te geschieden, moet echter een korte terugblik op de

vroegere .perioden voorafgaan.
Mr.
F. J. H. COWAN,

(Wordt vervolgd).

Oud-Directeur van
!zet
Departement
van Justif ie in N.-!ndif.

BELASTING VAN NEDERLANDERS IN DEN VREEMDE.

Naar ‘aanleiding van het artikel van ‘den heer Roo. segaarde Bisschop in No. 628 van 11 Januari, waarin
deze mij eenige keeren betrekt, veroorloof ik mij de vol-

gende onmerkingen ‘te maken.
Mr. Bisschop stelt het een paar malen voor, alsof
ik voor de persoonlijke belastingen het beginsel, dat
de Staat van domicilie in de eerste plaats ‘heft, zou’de
willen vervangen door het nationaliteitsbegiusel. Hij

heeft voor die voorstelling van zaken geen enkele

reden. Geheel vereenigde ik
‘mij
met ‘de opvatting van

de Volkenbondcommissies, dat hij persoonlijke belas-
tingen het domicilie op den voorgrond moet staan.
Maar noch de wetenschap noch ‘de practijk, noch de
Volkenbondcommissies hebben de nationaliteit daar-

bij ooit geheel uitgeschakeld en er kunnen omstan-
‘digheden zijn voor een land om ‘die weer wat meer,
naast het domicilie, op ‘den voorgrond te brengen.
,,Gij ‘bemoeilijkt daarmede internationale overeenstem-
ming in zake belastingregelingen”, zegt Mr. Roose-

18 Januari ‘1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

53

gaardo Bisschop. Mijn antwoord is, dat dit nog door

niemand is aangetoond. Een afwijking van door de
Voikenbondc•ommissie ontworpen regels geeft het
wetsontwerp-de Geer niet. Behalve Engeland heeft

geen land reden onze regeling na te volgen; Engeland.
doet feitelijk reeds in hoofdzaak wat Mr. de Geen wil.
Ja, het belast in sommige gevallen En.gelschen, die

hier in hun arbeid hun hoofdmiddel van bestaan heb-
ben – en dus in onze regeling geheel vri5 zouden

vallen – wegens hun uit Engeland getrokken in-

komsten hooger, dan wanneer ze in Engeland geble-

ven waren.

Nederland zal er evenwel
niets en nog eens niets

tegen hebben,. als alle andere landen de regeling-do
Geer voor hun burgers overnemen, als ze dat noodig
hebben om niet langer te bevorderen, dat de genieters
van in het Vaderland gemaakte fortuinen verhuizen

naar landen met een onbillijker belastingstelsel of

een onsolieder financiewezen.
1)

Het ware de moeite waard om .de commissies van Savants en van Experts van den Volkenbond eens te

raadplegen over het ontwerp-de Geer (gelet op onze

omstandigheden). Ik houd
mij
ervanovertuigd, dat

•de ieen (met uitzondering wellicht, van. die uit lan-
den, die op onze rijke renteniers azen), allen zouden

zeggen: ,,De Nederlandsche Regeering heeft groot

gelijk”.
De heer Roosegaarde Bisschop komt natuurlijk
weer, evenals Mr. van Emmen Riedel in ‘zijn bro-
chures, evenals ook de Internationale Kamer van

Koophandel en vele schrijvers van particuliere brie-
ven, met het dreigement, dat de door de wet getrof-
fenen zich toch door naturalisatie zullen onttrekken

Het
spijt
mij telkens weer, dat juist Nederlanders in
‘het buitenland en hun vertegenwoordigers hier te
lande zulk een armzaligen .dunk hebben van het gros
der verhuisde Nederlanders, die onder de wet zullen
vallen. Mr. Riedel geeft zelfs te verstaan, dat de alge-
meene opvatting van die lieden, is, dat ons land hun
erg .dankbaar moet zijn, dat ‘ze ‘zich al niet lang aan
het. .on’derdaan schap van .dat. armzalige landje met
zijn slecht klimaat, zijn slechte Regeering, en zijn be-
krompen opvattingen hebben onttrokken. En dat Ne-derland ‘dus erg moet oppassen, .die warme vrienden
van ‘de Natie niet geheel te verliezen.
Gelukkig heb ik ook andere uitingen gehoord, die
meer beh’ooren bij ‘de Nederlanders in ‘het buitenland,
gelijk Minister de Geer zich die heeft ‘gedacht, toen
hij de zaak aanpakte. Een oude dame, bijv. weduwe
van een hoog staatsambtenaar, liet mij weten, dat het
haar weliswaar lang niet onaangenaam was geweest,
toen zij, naar het buitenland verhuisd, gemerkt had,
‘dat aldaar door haar een aaTdigen duit aan belasting
werd uitgespaard, maar dat zij ‘de Geer’s voorstel vol-
komen billijk achtte en het alleszins juist achtte, dat
niet langer het, anders ‘dan voor uitoefening van be-‘drijf of beroep, naar elders verhuizen zoude worden
bevorderd ‘door aan zoo’n verhuizing van staatswege
groote financieele voordeelen te verbinden. Zoo zijn
er gelukkig meer, ja, zoo denkt naar mijn overtuiging
de meerderheid der belanghebbenden, al vinden zij
geen aanleiding ‘de anderen in het publiek tegen te
spreken en den Minister openlijk te steunen. Laten,
wie van ‘zuiver materialistische gemoedsstemming zijn,
toch bedenken, dat Nederlan’dsche regeerders nergens
minder door worden beïnvloed dan door dreigementen.
Nog te minder, wanneer het’dreigernent daarin bestaat,
‘dat Nederland een paar onderdanen zal verliezen, die
over hun lan’d denken zooals Mr. Riedel van de mees-
ten veronderstelt.

1)
Een Zwitsersch blad heeft ons daarmede reeds
ge-
dreig.1.
Het
kan
onze regeering en
fiscus
ijskoud laten,
of uien in Zwitserland doelloos papier wil vuil maken;
en de Zwitsers, die hier hun’ domicilie hebben eveneens,
zelfs cle renteniers ‘als er ‘die onder zijn; ten minste wan-
neer Zwitserland
ook
aftrek van de Hollandsche belas-
tinen ‘toestaat, zooals het ontwerp-de Geer aftrek van de
Zwitsersehe toestaat
(ook
van de kantonnale).

Mr. Roosegaarde Bisschop is vooral ontstemd over
de verandering in zake ‘de Successie. En waarom?
Omdat Engeland en zijn Dominions zulke waanzin-

nige regelingen ‘hebben, ‘die tot dubbele en driedub-

bele belasting leiden, ‘dat zelfs de erven van Neder-
landers, ‘die gewoon thuis zijn gebleven, er soms erger-

lijk ‘de dupe van worden. Laat nu niet ook nog Ne-
derlanders, die naar Engeland verhuisden, in de

laatste ‘tien jaar dupe daarvan worden, wo redeneert

hij.
Mij
‘dunkt er was meer reden voor Mr. Bisschop

geweest om in een Engelsche courant ‘zijn mede-inge-

zetenen te
wijzen
op de alleronrechtvaardigste rege-

ling der zaak in Engeland en Dominions en

mid’delerwijl in een Nederlan’dsche courant zijn

lan’dgenooten te waarschuwen tegen ‘het bezit van

in Engeland geregistreerde obligatiën of aandee-
len, voorals als die Zuid-Afrikaansche onderne-
mingen betreffen, ‘dan dat hij de Nederlan’d.sche

regeering komt aansporen hare ontwerpen in te
richten, z66 dat de Engelsche fiscus alles en de Ne-

derlandsche – ook als ‘dit billjk is – niets ontvangt.
Waarom moet onze fiscus altijd het loodje leggen?
Juist die En.gelsche regeling leert, waartoe men komt,

als men ‘met alle onhillijke en verouderde regelingen
van andere landen rekening ‘houdt. Onze Successie-

belasting is, in wezen, een belasting van erfgenamen;

de progressieregeling ‘toont zulks ten duidelijkste aan.
Waar de érfgenamen wonen, moet dus het criterium
zijn voor ‘de vraag, wanneer er betaald moet worden.
Minister de Geer zal ons nog wel eens een regeling
brengen, die geheel daartoe leidt. Voorloopig betrekt
hij een aantal hier wonende erfgenamen in de belas-

ting, ‘die tot nu toe
vrij
‘zouden geweest zijn, omd:it

hun Nederlan’dsche erfla’ters
tijdens
hun dood in het

buitenland woonden, wellicht eerst een paar weken
tevoren daarheen verhuisden. Een halve stap doet Je
Geer in ‘deze, maaT ééne in hoofdzaak in de goede

richting.

Hierboven sprak ik over de Volkenbondcommissies.
Nog een enkel woord naar aanleiding daarvan.
De tegenstanders van de Geer’s wetsontwerp doen
hun uiterste best om aan te toonen, dat ‘dat voorstel

in
strijd
is met ‘de opvattingen van de Volkenbond-
deskundigen. Men heeft mat die critiek tegenwoordig
een aardige kans op succes. Want wie zoude iets, dat
van ‘den Volkenbon’d komt, niet als de laatste wijsheid

aanvaarden?
Het is intuaschen jammer, dat, al ‘halen deze critici
van het wetsontwerp ook de uitspraken van het Co-
mité ‘des Savaiits en die van het Comité ‘des Experts
op zichzelf juist aan, ‘die aanhalingen niets zeggen,
omdat zij geheal buiten de kwestie staan. Naar wat
streefden de beide Volkenbondcommissies? Naar voor-
koming van ‘dubbelbelasting en naar tegengaan van
de Evasion fiscale.
Nu kan men op twee gronden
persoonlijke
belas-
tingen heffen: op grond van ‘de nationaliteit en van
het ingezetenschap. Geschiedt het eene door het eene
land en het andere door ‘het andere lan’d, dan kan
men dubbelbelasting – tweemaal betalen van hetzelf-
de – krijgen. De landen moesten om dit te voorkomen
dus uitmaken, wie van beide in ‘dat geval ‘den voor-
rang heeft. En zoowel de Savants als ‘de Experts
maakten uit, dat het éérst voor oplegging van een
persoonlijke belasting naar het inkomen in aanmer-
king komt, het land waar ieman’d woont; ‘dit mag
daarin niet belemmerd worden. Maar ze maakten
niet
uit,
‘dat het land van nationaliteit van een on’derdaan
elders wonende, persoonlijk belastingen niet mocht
heffen.
Integendeel, in de conclusies van de Experts vindt
men uitdrukkelijk uitgesproken, dat de Staten vij
blijven lieden van hunne nationaliteit in persoonlijke
belastingen te ‘betrekken, indien en voorzoover zulks
elders niet geschiedt. Er is dus in de conclusies niets
anders uitgemaakt dan, dat indien en voorzoover twee
landen ieder krachtens een ander beginsel mochten
willen belasten, het land van ‘domicilie den voorrang

54

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18, Januari 1928

heeft en het land van nationaliteit op het nagras
komt.

Geheel duidelijk is het boveuvèrmeld.e deel der
i.eso’luties niet. Er staat, dat het land van nationaliteit

kan heffen, van het gedeelte, hetzij van het totaal-

inkomen, hetzij van het vermogen of kapitaal, dat niet

volgens de ‘voorafgaande regels ‘getroffen wordt. Er
is ‘dus in het ‘bijzonder gedacht aan de gevallen, dat
het land van domicilie heel-en-al ‘geen ‘ inkomstenbe-

lasting heft of ‘dat het zekere ‘deelen van het inko-
men van zijn inkomstenbelasting vrijlaat, ‘buy, pen-

sioenen of rente van nationale schuld. Bijzondere

aandacht is niet gegeven aan ‘het geval, ‘dat het land’

van domicilie een lage inkomstenbelasting ‘heft en
het andere land een hoogere. En dat is niet te ver-

wonderen. De meesten der vertegenwoordigde naties
hadden geen belang erbij – eerder het tegendeel soms
– dat daarover gesproken werd.
Het ligt echter in de reden, da’t ook in dat geval

het land van nationaliteit mag ‘heffen, mits het ook

dan het land ‘van domicilie laat voorgaan door het
eerst te laten nemen, wat het no’odig meent ‘te heb-
ben uit een inkomsten- of vermogendbelas’ti

ng, en dat
bedrag niet nog eens ‘te nemen. Heft land A., het land
van domicilie, van
f 10.000, f 200
en land B., kind
van nationaliteit, f 350,
dan is het doel ‘der regeling,
dat aan land A. zijn
f 200
voor ‘alles verzekerd ‘zijn, en
dat de belastingplichtige ‘dat bedrag niet nog eens
betaalt, maar ‘het heeft met du!b’be’lbelas;ting niets te

maken al’s land B. •oo’k nog zijn resteerende
f 150 ki’ijgt van zijn on;derdaan. Het kan toch zeker niet in de bedoeling liggen, ‘dat land A., ‘door tbijv. een half
per ‘mille van een belangrijk inkomen te vragen, zijn

ingezetenen van vreemde nationali’tei.t immuun zoude kunnen maken voor de ‘belastingen van hun vaderland
en ‘zic’h ‘dus tot een soort van asyl ‘van rijke burgers
van de geheele overige wereld zonde kunnen ‘maken.

Zulk een ‘dwa’asheid kan men den heeren Experts van
‘den Volken.bond, ‘die zooveel voor ‘het economisch her-

stel ‘doet, niet in de schoenen schuiven. Vandaar dat
ik hiei:hoveu mij geheel gerust ‘hetoonde ter zake van
hun oordeel over het ontwerp-rio Geer.

Dat er aan deze zijde ‘van de conclusie geen bijzon-
‘clero aandacht is gewijd, is geen wonder. Men tracht
naar internationale overeenstemming, waar beide —
of alle partijen belang hebben bij weder’keerighei’d van
behandeling, niet waar ‘de belangen van dort eenen
staat uitsluitend in de’ eene, ‘die van ‘den anderen uit-
sluitend in de andere richting zijn; in die gevallen
moet elk land zichzelf helpen, zoo ‘goed ‘het ‘kan. Ee:n
uitdrukkelijke constateering, dat ook in. geval het land

van ‘nationaliteit meer heft dan ‘het land van ‘domi-
cilie, ‘het eerste land zijn onderdanen voor dat meer-
deze ‘kan treffen, wordt ‘dus niet gevonden. Maar men
kan zeker zijn, ‘dat een Necieri’an’dsche expert zijn
medewerking aan ‘cle conclusie niet had verleend, ware
bed oelci, dat zulks u i’tgeslo ten is.

Men kan dus gerust zijn: van verloochenen door
den Minister van Financiën van ‘den Nede’rlan’dschen
expert – tnouiwens ‘den Directeur-Generaal van de
belastingen, die hem in dexen adviseert – is geen
sprake.

Wat ‘de évasion fiscale aangaat, waarover de Savants
en Experts van.’ ‘den Voi’kenbond overlegden, en con-
clusies vaststel’den, ‘hiermede is pract,iisc’h iets anders bedoeld ‘dan de ‘belas’tingvlu.chrt, ‘d.i. d’e verplaatsing
van domicilie om aan aanslagen in ‘de ‘belasting te
ontkomen. Zij’ betrof alleen de pogingen,’ door velen
aangewend om een deel van ‘hun inkomen of vermo-
gen aan de aanslagen, ‘die
zij:
terecht ‘krijgen, ‘te ont-
trekken en voorts ‘de ‘pogingen van velen om ‘h’uh roe-
rond goed door verplaatsing aan executies te onttrek-
ken en aldus ‘hun aanslagen onbetaald te laten. Geen

wonder, want in zake de belnstingvlucht .hbben de
ver’schi 11 code landen. veel te uiteenloopend’e belangen.
VAN GIJN.


DE SUJKERHANDEL IN 1927.

In het begin van het afgel’oopen jaaz- ‘vrkeerden
‘de suikermaricten in vaste stemmiiig. De bietoogs’ten
in Eu’ropa waren ten ‘gevolge van ongunstige weers-

gesteldheid tegengevallen en leverden ongeveer 600.000

tans minder suiker op dan in’ het ‘voorafgaande jaar,
terwijl de President van Ouba den, ‘toen binnen kômen-
den suiker:oogst tot maximum
4.500.000
‘tonnen beperkt
had, hetgeen ca.
400.000
bonnen minder was dan de
laatste oogst. Overal hee,csch’te vertrouwen in de ‘sui-

kermarkt en algemeen werden tegen ‘den iomer hoo-gere prijzen verwacht. Voor de zomermaanden werd zelfs eene suikerschaarsthte voorspeld, wanneer niet

flinkë aanvoeren u’it Java de positie ‘zouden ontspan-

nen. Onder deze omstandigheden was op de suiker-
markt bijna iedereen .h’aussier.

Dit was ‘de toestand thoen tegen ‘midden Maart groote
likwidaties op dc New York’sche termijnmarkt eene

gevoelige daling ‘der noteeringen veroorzaakten. Spoe-
dig bleek, dat ‘deze termijnver.koopen voor een groot

gedeelte ‘verband ‘hielden met financ’ieele moeilijkhe-

den, waarin de groote J’apansche firma Suzuki & Co.

– tevens de grootste ‘sui’kerkooper en exporteur op
Java – geraakt was. Het vermoeden, dat deze firma
nog groote posten Javasuiker on’vei”kocht zou ‘hebben

en de onzekerheid hoe .dit kwantum aan ‘de markt ge-bracht zonde worden, werkten deprleneerend. Dit viel

ongeveer samen met F. 0. Licht’s publicatie zijner
r.aming ‘van den bietui’tzaai in Europa, die eene toe-

neming van ruim 10 pOt. t.’o’.v. het voorafgaande jaar
aanwees, terwijl eene ‘verdere toeneming der ‘bietsuiker-

productie te veï’wachten was uit een ‘hooger rende-

ment, hetgeen’ immers in het vorig jaar beneden het
gemiddelde ‘gbleven was.
Deze feiten waren voldoende om het vertrouwen in
hoogore ‘suikerprijzen in ‘vele kringen te ‘schokken,
teiiwijl ‘ook andere, alhoewel reeds lang bekende fac-

toren, zooais ‘het vooruitzicht van een grooten Java-

oogst, in eens zwaar gingen wegen. K’oopers werden
‘dientengevolge hoe langer hoe ‘goreserveerder en spe-
culanten moesten bij’ gebrek aan onvoldoende baisse-
posities met de’kki.ngshehoeften vaak in eene onwil-

lige markt verkoopen forcee’ren. Zoo trad ná een
tijdelijk herstel einde Mei een nieuwe daling in c,n
bereikten su’ikerprijzen in Amerika ‘begin Augustus
hun laagsten stand met 4,40 dc. voor Sp.ot Centrifu-
gals en
2,11/16
‘d.c. c. & fr. New Yr’k voor spoe:dig
aankomende Centrifugals. Berichten over een her-
nieuwd en krachtiger ingrijpen ‘der Cubaansche Re-
gee.ring ten opzichte van toekomstige ‘o’ogstibeperking
gaven ‘dan vede:rom steun aan de markten en ‘de prijs
‘voor Spot Oentrif’uga]s te Nøw York steeg in Sep-
tember tot
4,86
d.c., ‘terwijl de c. & fr. prijs weer boven
3 ‘dc. ‘kwa’m om dan tot einde van het jaar tusschen
3 ‘d.c. en
2,13116
dc. te ‘blijven fluctueeren.
Een blijvend ‘herstel ‘trad ‘dus niet in, alhoewel ‘de
plannen ‘van den President van Ouba intusschen ‘vas-

ten vorm aangenomen ‘hadden en tot de bekende Ta-
rafa wet d.’do.
4
October geleid ‘hebben, waarvan de
origineele text opgenomen werd, in No.
619
der
E.-S. B. .d.’do
9
November. In ‘het kort zij’ hier alleen
‘vermeld, dat volgens ‘deze wet ‘den President van Ouba
de ‘bevoegdheid gegeven werd elk jaar den datum voor
het ‘begin der suikercampagne en den omvang van
den suikeroogst vast ‘te stellen, waaibij’ hij zich ‘zal
laten voorlichten door eene commissie van vij’f des-
‘kun’di’gen. Tegelijkertijd zal bepaald worden hoeveel

van ‘den oogst’ voo1 consumptie op ‘het eiland, hoe-
veel voor export naar d’e Vereeni’gde Staten en hoe-
v€el naar andere lan’den disponibel zal zijn. Terwijl
‘cle verkoop van het voor de Vereenigde Staten be-
stemde kwantum vrij blijft, zal d’e voor andere landen
bestemde suiker voor rekening van plan.ters verkocht
en ‘verscheept worden ‘door bemiddeling’ van eene op
te richten expor.’tvereeniging. In November kwam
Kolonel Tarafa, ontwerper der nieuwe wet en ‘tevens
eerste Voorzitter der Commissie van Advies, persoon-
lijk naar Europa
om
met belanghebbenden bij de sui-

18 Januari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

55

kercutuur in de groo tate Europeesche produetielan-
den alsmede met het, bestuur der Vereenigde Java
Suiker Producenten to onderhandelen over een ge-
meenschappelijk optreden ter .bote’ugehng van over-

productie. Over het algemeen werden in de te Parijs,

Amsterdam en Berlijn gehouden conferenties do voor-
stellen van. Kolonel Tarafa sympathiek ontvangen en
nu blijft af te wnchten wat daaruit geboren zal

worden.
liet schijnt zoo goed als zeker te zijn, dat de Ouba-

oogst dit jaar op 4 millioen tonnen gelimiteerd zal

worden tegen 4.500.000 en 4.885.000 tonnen in de

1)01(1e voorafgaande jaren.
liet mag verwondering baren, dat tegen veler
,
vel-

wachting in de suikermarkten nog niet krachtiger
gereageerd hebben op de Oubaansche restrictiepoli-
tiek, maar na de opgedane ervaringen en ruim vol-
doende voorraden blijven raffinadenre eene van de
hand in den mond politiek volgen en zijn speculanten

nog huiverig zich 1. la hausse te engageeren. Ook de

voor de deur staande aanvoeren uit den nieuwen Ouba-
oogst zijn van remmenden invloed.

De fiuctuaties in den
prijs
van Spot Oentrifugais
in New Yor]r waren gedurende de 12 maanden van

het jaar als volgt:
Laagste Hoogste
noteering noteering

Januari……….
4.90
5.21
Februari
4.83 4.99
Maart

……….
4.65 4.93
April …………
4.55 4.90
Mei

…………
4.74 4.90
Juni

…………
4.46 4.83
Juli

…………
4.46
4.58
Augustus
4.40
4.77
September
4.74 4.86
October ……….
4.55
4.74
November
4.52
4.71
December
4.52
4.65

liet suikerverbruik in do Vereenigde Staten viel tengevolge van den slechten somer niet mede. De
volledige cijfers over het kalenderjaar zijn nog niet
bekend, doch volgens F. 0. Licht bedroeg de con-
sumptie van September 1926 tot Augnstus 1921
3.110.313 tonnen tegen 3.141.254 tonnen in de vooraf-gaande periode.
Op J a v a – nâ Ouba het grootste productieland
van exportsuiker – waren in het begin van het jaar
reeds ca. 1.900.000 tons van den in Mei beginnenden
oogst door planters vooruit verkôcht tot prijzen op-
loopende van
f
16% tot
f
20 per 100 KG. basis witte
suiker N.o. 25 en honger. Nadat de V.J.S.P. in Januari nog eenige verkoopen konden afsluiten tot
f
20%, be-

paalde zich de Javamarkt maandenlang tot het ver-
handelen van tweedehandch partijen tot gestadig af-
brokkolende prijzen. In dit tijdvak bracht de val der
reeds genoemde firma Suzuki & Co. de gemoederen
vooral op Java in beroering, totdat bekend werd, dat
eeno combinatie van Japansche banken de door deze
firma met de V.J.S.P. en anderen afgesloten suiker-
contracten 17oude overnemen. De afwikkeling daarvan
had dan ook zonder stoornis plaats, al drukten de hier-
uit voortspruitende verkoopen vaak de versehillend.e
markten. Eerst in het begin van Augustus kwamen de
Javaproducenten weer aan de markt en verkochten
ruim 100.000 tonnen tot prijzen varieerende van
f
16
tot
f
16% basis No. 25 enhooger. Daarop volgden ver-
dore afdoeningen van jestant oogsten tot
f
16 en eene
fractie lager totdat in December do laatste verkoopen van •de V.J.S.P. plaats vonden tot
f
15% voor No. 25
en honger. Dank zij de groote en gunstige vooruitver-
knopen van de V.J.S.P. werd voor den oogst 1927 de
zeer bevredigende doorsneeprijs bedongen van
f
16,18
per 100 KG. basis kristal.
1)e Javaoogst leverde bij een 3,1 pOt. grooteren
aanplant dan in 1926 2.348.000 tonnen op tegen
1.083.000 tonnen in 1926, toen het rendement zeer tegen
viel, en 2.300.000 in 1925. Het rendement per bouw
bedroeg volgens het Archief van de Suikerindustrie

in Nederlandsch-Indië in 1927 145,6 picols, tegen
126,1
en 148,4 in de beide voorafgaande jaren. Voor

1928 is de aanplant met 4,4 pOt. uitgebreid en mag
bij gunstig weer, met het oog op eene bij’son’dere riet-

selectie, een 20cr groote oogst verwacht worden.
De verkoopen uit den Javaoogst 1928 waren reeds

in November en December 1926 begonnen op eeue
basis van f18 tot f 18% voor No. 25 en hooger, waar-
toe ce. 400.000 tonnen door de V.J.S.P. afgesloten kon-

den worden. Gedurende het geheele jaar 1927 kwamen zoo goed als geen verkoopen meer ‘tot stand. Wel wer-

den tegen het einde van het jaar herhaaldelijk biedin-
gen uitgebracht op basis van
f
15 tot
f
15% voor No.
25 en hooger, doch deze werden door de V.J.S.P. ge-

weigerd. Slechts enkele kleine partijtjes zijn tot
f
1.6

met ou’tsiders afgesloten.
De suikei’verschepingen van Java van Januari t.rn.
Novenber (de December cijfers zijn nog niet bekend)
waren in vergelijking met de beide voorafgaande jaren
als volgt:

1927

1926

1925
tonnen van
1016 KG.
Nederland & f.o. ……….

34.885

43

22.507

Engeland …………….
10.400

26.302

Frankrijk …………….
40.132

700

31.092

Duitschiand …………..
27.973

10

6.210

Dantzig ………………1.000

België ………………..
5.955

300

10.551

Noorwegen …………….

1.060

Denemarken …………..

800

Portugal………………

3.198

Italië ………………..
300

Griekenland …………..
7.018

20.005
Baltische havens
:

1.844
Zwarte zeehavens

23.542

Turkije ………………

3.850

Overige Levant…………

1.410
Port-Said, Suez & Alexandrië

&
f.o . ………………

46.413

5.400

106.132
Amerikaansche Oostkust

200

Totaal bewesten Suez.

174.276

6.453

258.503

Britsch Indië …………
713.976

676.322

680.551

Aden ………………..
9.211

2.969

3.325

Wladiwostock …………
5.905

2.860

1.502
Arabië

………………
399

531

80

Perzië ………………..
200

Penang ………………
21.957

18.513

17.124

Singapore …………….
75.117

75.402

86.896

Siam ………………..
26.237

29.557

36.342

Saigon………………..
4.488

1.749

752

Dairen………………..
159

2.090

11.045

China ………………..
160.574

156.823

195.765

Hongkong …………….
174.769

182.923

199.422
Japan & Formosa ……..
376.738 420.162 398.006

Philippijnen …………..
163

159

Zanzibar………………
1.202

100

350
Australië

…………….
255

51

15
Nieuw-Zeeland…… ……

18.396

Sandoken …………….
30

94

Totaal …………….
1.764.052 1.576.599 1.889.837

Er ging dus weer veel ‘meer Javasuiker naar het
Westen dan in 1926.
De Bietsuikeraanplant in Europa werd met 14 pOt.
uitgebreid. Volgens de laatste taxatie van F. 0. Licht
heeft de oogst opgebracht:
1927128 1926127 1925126
tonnen tonnen tonnen
Duitschland

…………..
1.665.000 1.657.088
1.595.161
Tjsecho-Slowakije ……….
1.265.000
1.031.489 1.487.920
Oostenrijk

…………….
110.000
79.686
78.145 Hongarije

…………….
190.000
175.086 166.286
Frankrijk

…………….
870.000 705.126
746.913
België

…………………
300.000
233.421
332.170
Nederland

…………….
260.000 286.125 306.970
Denemarken

…………..
145000
150.000 182.000
Zweden

………………
145.000 20.871
204.497
Polen

………………..
600.000
562.790 588.756
Italië

………………..
280.000
313.738
182.000
Spanje …………
.
……
220.000
245.000
250.000
Andere land5n

…………
578.000
481.860 300.000

Totaal Europa zonder Rusl
6.628.000 5.942.280 6.420.818
Rusland

………………
1.500.000
983.000
1.180.000

Europa mci. Rusland ……
8.128.000
6.9?5.280
7.600.818

56

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18 Januari .1928

De consumptie viel ‘ook in ‘de meeste Europeesche landen tegen totdat in October eene verblijdende toe-
neming te constateeren viel, die in November aanhield.

De Engelsche Board of Trade statistiek over het afgeloopen jaar vergeleken met het. voorafgaande
luidt:

Jan/Dec.

Jan/Dec.

1927

1926

tonnen

tonnen
Import Ruwsuiker ……….
1.175.423

1.066.128
11

Geraffineerd ……….
471.197

‘ 698.949

Totaal ……….
1.646.620

1i65.077
Opbrengst Raffinaderij …….. .

880.040

788.022
Totaal bi nnenlandsch verbruik

1.541.111

1.628.329
Totale Export…………….
90.781

81.448
Voorraad
31
December

361.950

Hierbij dient gevoegd te worden het verbruik van
binnenlandsche bietsuiker, waarvan de cijfers echter
nog niet bekend zijn.

De gebeurtenissen in de overige landen geven geen
aanleiding tot afzonderlijke bespreking, aangezien

hiervan geen bijzondere invloed op de wereldmarkt
uitging.

De gespecificeerde raming van Willett & Gray van
cle wereldoogsten in 1921/28 vergeleken met de pro-

ducties in de beide vorige jaren werd in het Nummer
624 der E.-S. B. van .14 Decmber jl. gepubliceerd.
Na
rectificatie van de voor den Europeeschen bietoogat
aangenomen cijfers komt men tot de volgede totalen:

1927128
……..
24.724.000,
tonnen

1926127
……..
23.590.867 ,,

en .
1925126
……..
24.583.909

De prbductie van 1921/28 zoude dus ongeveer gelijk
zijn aan ‘die van twee jaren geleden. Bij eene normale

toeneming der consumptie houden deze cijfers niets
verontrust,ends in, waar ook de zichtbare voorraden,
zooals uit de hier volgende statistiek van 0. Ozarni-
kow blijkt, niet veel van ‘de beide voorafgaande jaren

verschillen:

1927128 1926127

1925126

tonnen tonnen tonnen
Duitschiand
1
Dec . ……..

996.000

993.000 1.049.000
Tsjecho-Slowakije
1
Jan.
’28.

846.000 611.000 934.000
Frankrijk
1
Dec . ……….

450.000

399.000

379.000
Nederland
1
Dec . ……….

199.000

212.000

173.000
België
1
Dec . …………..

165.000

129.000

169.000
Polen
1
Dec . …………..

229.000

220.000

212.000
Engeland
1
Jan.
’28
Geïm-
porteerde suiker……….
224.000

353.000

432.000
Engeland
1
Jan. Binnenl. suiker
54.000

27.000

Europa ………………..
3.163.000 2.944.000 3.348.000
V. S.
Atl. havens
11
Jan.
’28 191.000 161.000

76.000
Cuba
7
Jan. ’28
………….
192.000

46.000

172.000

Totaal ……….
3.548.000 3.151.000 3.596.000

Bui-tencl’ien wordt het ietwat hoogere
cijfer
dezer
voorrad en waarschijnlijk ruimschoots gecompenseerd
d.00r kleinere onzichtbare voorraden.
De onberekenbare factor blijft echter do omvang
van het wereldverbruik. Ware de consumptie vooral in de eerste negen maanden van het afgeloopen jaar niet zoo tegengevallen, dan zouden de aan het begin
van ‘dit verslag vermelde ‘gebeurtenissen waarschijn-
lijk niet zulk een blijvend deprimeerenden invloed
op de suikermarkten uitgeoefend hebben.
Ook zullen alle bij suikercultuur en suikerhandel
geïnteresseerden met belangstelling afwachten, wat
het practisch resultaat zal zijn van de onderhandelin-
gen, die Kolonel Tarafa uit- Ouba met producenten
in Europa gevoerd heeft.
‘ A. V.

DE RIJKSMIDDELEN.

In dit nummer treft men aan ‘het gebruikelijke
overzicht van de opbrengst der Rijksmiddelen over
de ‘maand December 1927, vergeleken met ‘de overeen-

komstige
cijfers
van December 1926.
De gewone -middelen brachten in de afgeloopen
maand
f
30.811.800 op tegen
f
39.229.200 in Decern-
ber 1926 en ‘vertoonden mits-dien een vooruitgang van

f
582.600. De totale opbrengst overtrof de raming
met een bedrag van
f
436.100.
De totale opbrengst ‘an 1927 ‘bedroeg
f
503.209.600,
‘zijnde
f
14.026.500 -méér dan de opbrengst an het
daaraan voorafgaande jaar,
terwijl
de raming in het
tijdvak Januari t.m. December 1927 met een bedrag
van
f
30.701.000 werd overschreden. Ook bij eene

nadere analyseering der verschillende opbrengstcijfers blijkt, -dat de loop der middelen in 1927 alleszins -be-
vredigend kan ‘worden geacht. De opbrengst van verre-

weg -de meeste middelen steeg zoowel ‘boven die van
het jaar 1926 -als -boven het geraamde op’brengstcijfer,

dikwijls met aanzienlijke bedragén. Alleen -de wijn-
en de gedistilleerdaccijns de successierechten, de do-

meinen, de opbi-engst der Staatsloterij en de jacht- en

visscherij-akten maakten -hierop eene uitzondering;
de beide laatste middelen bleven zoowel
bij
-de op-
brengst van het vorige jaar als
bij
de raming ten ach-
ter; de drie eerstgenoemde middelen -konden alleen de
opbrengst van het vorige jaar niet bereiken, doch

saven wel meer -dan het voor 1927 geraamde bedrag,
terwijl eindelijk de ‘domeinen wèl eene hoogere in-
komst dan -het vorige jaar te boeken gaven, doch bij
-de raming ten achter bleven.

in vergelijking met cle overeen-komstige maand van
het ‘vorige jaar vei’toonden -de personeele belasting, cle
‘inkomstenbelasting, ‘de rechten op den invoer, het

statisti-ekrecht, de zout- en de ‘gedistilleerdaccijne, de
‘belasting -op gouden en zilveren. werken, de belasting
op
rijwielen,
de registratierechten, de domeinen en de
• jacht- en visscherjakten in December 1927 een hoo-
ger op’brengstcijfer. Daarentegen brac’hten

minder op
de vermogensbelasting, de dividend- en tantièmebe-
lasting, ‘de geslacht-, -de
wijn-,
de bier-, -de suiker- en de tabakaccijns, de zegelrechten, de rechten van suc-
cessie, van overgang bij -overlijden en van schenking
en -de loodagelden. Hoewel dus ‘de onderscheidene

middelen een verschillend beeld vertoon’den, week de
totale opbrengst slechts wëinig ‘van die van December
1926 af.

Wat de giondbel-asting betrof t, valt hieiibi.j op te
merken, -dat -in ‘de maand December de eiiduitkeering
pleegt -plaats te -hebben van de bemalingsbelasting en

van -de provinciale- en gemeenteopcenten betreffende
-den loopen-den dienst (thans ten bedrage van respec-
tievelj’k
f
112.1.00,
f
5.194:000 en
f
11.890.300), wel-
ke uitkeerin.g de opbrengst -over December met
.f
339.700 ovoi-trof. De totaalopbrengst der grondbe-lasting bedroeg in 1927
f
144.700 -meer dan in 1926;
de raming werd met-
f
1700 overschreden.
De personeele bols-sting bleef zich in stijgende lijn
bewegen en gaf d-itmal
f
459.800 méér te boeken dan
in December 1926, welk surplus te danken i§ aan snel-lere inv-ordering van den loopen-den dienst. Gerekend
over twaalf maanden vertoonde 1927 een accres- van

f
1.386.900

beven het vorige jaar en een van
f
911.500 –
boven -het voor 1927 geraamde opbrengstcijfer.. De inkomsten-belasting leverde, in tegenstelling met
cle vorige maand, ditmaal weer m&r voor, de schat-
kist op. De voorüi-tgang bedroeg
f
1.362.300, een niet
onaanzienlijk bedrag. Door dit gunstig resultaat -steeg
de totale opbrengst van 1927
f
4.039.000

boven -d-ie
van het voorafgaande jaar,
terwijl
de raming met

f
4.860.900 werd overtroffen. Bij
vergelijking
van
de ontvangsten over de twaalf maanden van 1926 en
1927 blijkt, dat de bedragen als volgt over de verschil-
lende dienstjaren kunnen worden onderverdeeld:
Jan. t/m. Dec.
1926

Jan. t/m. Dec:
1927

1923124….

f 7.559.100,-

1924/25….

7.484.100,-

f
2.821.200,-

1925/26….

48.093.300.-

,, 4.7 10.800,-

1926/27….

35.685.500,-

,, 59.825.500,-..

1927128….

,,

– –

.

35.503.400,-.

Totaal.
– –
f
98.822.000,-

f102.860.900,_

Nauwkeurige vergelijking van beide staatjes doet –
zien, dat ook in liet afgeloopen jaar de snellere invor-
dering haar invloed heeft doen gevoelen. Op liet
dienstjaa’r 192011927 werd ruim
f 11.700.000
m.6r

18 Januari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

57

ontvangen dan op ‘het overeenkoinstigé dienstjaar

(1925/1926) in het vorige jaar, welk voordeelig ver-
schil wel niet geheel als een gevolg van verhooging der aanslagen zal kunnen worden beschouwd. Toch

krijgt men den indruk, dat. de factor der snellere in

vordering aan beteekenis begint te verliezen; de
oudere dienstjaren brachten in het afgeloopen jaar
minder op, terwijl het loopende dien’stjaar (192711928)

vrijwel evenveel opleverde als het dienstiaar 19261

1927 in 1926.
De vermogensbela’sting liep in opbrengst terug (met

f
683.100). 1-let negatieve verschil houdt echter onge-

twijfeld verband met de positieve verschillen, die in

vorige maanden konden worden geconstateerd. Ten
gevolge van dé gewijzigde betalingsregeling viel in
‘het afgeloopen jaar op dit middel weinig peil te trek-
ken. Vergelijkt, men eo.hter de jaarcijfers over 1026
en 1927, dan blijkt het afgeloopen jaar een surplus

van
f
804.000 boven ‘het daaraan voorafgaande te heb-

ben opgeleverd. Ook de raming werd in 1927 over-

schreden (met
f
751.100.).

De dividend- ‘en ‘tantièmehelasting liep ditmaal, in

opbrengst terug. Het nadeelig verschil ad
f
319.100

is evenwel van toevalligen aard en wordt ruimschoots
gecompenseerd door de hoogere ontvangsten, die in

verscheidene voorafgaande maanden van 1927 konden

worden geboekt. Gaat men dan ook de jaarcijfers na,
dan blijkt de opbrengst van 1927
f
561.500 te zijn uit-
gekomen boven die van ‘het jaar 1926, terwijl het voor

1027 geraamde bedrag met
f
4.443.100 werd over-
schreden. De veronderstelling is niet gewaagd, dat de
verbetering in de bedrijfsresultaten van vele onderne-
mingen, die in de jaaroverzichten der beide vorige
jaren ‘kon worden geconstateerd, ook in 1927 nog niet

tot stilstand is gekomen.

De invoerrechten brachten ditmaal méér voor de

schatkist op
(f
184.600 meer), terwijl ook het statis-
tiekrecht eene, zij het niet belangrijke stijging in op-

brengst te zien gaf (van
f
9700). Gerekend over

twaalf maanden was de opbrengst van beide middelen eveneens zeer bevredigend. De opbrengst van het vo-
rige jaar werd met zeep.
f
1.474.800 en
f
218.700 over-

schreden en de voor 1921 geraamde bedragen met on-

clerscheidenljk
f
1.218.900 en
f
359.100.

De accijnzen maakten in de afgeloopen maand een
minder goed figuur. Alleen ‘de zoutaccijns en de ge-‘distilleerdacci,jns maakten hierop eene uitzondering.
Eerstgenoemd middel gaf een meerdere inkomst van

1
4100, waarvoor een bepaalde oorzaak niet aanwijs-
baar is; laatstgenoemde belasting bracht f240.300

méér in de schatkist, welk verschil eveneens aan toe-
vallige omstandigheden is toe te schrijven. De overige
accijnzen gaven eene daling in opbrengst te zien. De
geslachtaccijns decresseerde ‘met f 50.600, gevolg van
de verlaging ‘der veeprijzen, hetgeen evenwel compen-
satie vindt in de hoogere opbrengst van vrijwel alle
voorafgaande maanden van 1927. De wijnaccijns gaf

f
15.200 minder te boeken, waarin de lagere wijn in-voeren ‘van den laatsten tijd zich weerspiegelen. Het
bier leverde
f
69.700 minder op dan in December
1926; daarentegen werd de raming overtroffen. Ook
‘de suikeraccijns liep in opbrengst achteruit,
zij
het

met een luttel bedrag
(f
3900). Eindelijk moge wor-
den gewezen op den ‘tahakaccijns, die een teruggang

van
f
113.000 to zien gaf, waardoor de
stijging
van

de voorafgaande maand weer geheel te niet werd ge-
daan. Vergelijkt men de totale opbrengst der accijnzen
in 1927 met die van het voorafgaande jaar en met de
raming, d.an komt men tot het volgende resultaat:

Opbrengst
1926
Opbrengst
1927
Raming
1927

Zout ……..
f
2.078.600
f
2.130.900
f
1.900.000

Geslacht

,,
9.685.400

,, 10.335.600

,, 9.000.000

Wijn
……..
,, 2.841.900

,, 2.709.200

,, 2.000.000

Gedistilleerd

,, 46.374.700

46.065.800

45.000.000
Bier ……..,,
12.646.300

11454.800

,, 11.000.000
Suiker ……,,
43.798.400

44.378.400

42.000,000

Tabak ……,,
22.516.100

22.767.100

,, 22.000.000

De belasting ‘op gouden en zilveren werken liep in

de afgeloopen maand op met
f
14.400, een voor dit

middel niet onbelangrijk bedrag, waarschijnlijk te dan-

ken
b
aan de toenemende fabricage van tafelzilver. Ge-

rekend over twaalf maanden ‘steeg 1921
1
83.600 boven

1926 en
f
41.400 ‘boven 12/12 ‘der raming.

De belasting op rijwielen bracht in Decem’ber 1927

nog
f
162,— op. De totale opbrengst van 1027 bedroeg

f
6.796.400 (vorig jaar
f
6.635.600). De door de Post-

administratie t.m. November jl. verstrekte opgaven

zijn achteraf gebleken
f
456,— te hoog te zijn, zoodat

de opbrengst van de twaalf maanden’van 1927 f 204,-
minder bedraagt dan voor dit middel over de eerste

elf maanden werd opgegeven. De raming werd in 1927

met
f
546.400 overschreden.
De zegelrechten gaven eene lagere inkomst ‘van

f 205.400. Dit nadeelig verschil was evenwel niet aan

een trager vloeien dor beursbelasting te wijten, daar
‘deze juist een accres van
f
57.100 te zien gaf als ge-

volg van iets meerdere levendigheid ter beuj-ze. in
‘totaal leverden de zegelrechten in 1927
f
1.177.000

mé.ér op dan in 1926 en f 2.983.200 boven de raming,

hetgeen verband houdt met het hoogere totaal der
in 1927 uitgegeven obligatie-leeningen. De registra-
tierechten stegen in ‘cle .afgeloopen ‘maand met,

f
114.400. Gerekend over twaalf maanden bedroeg de

stijging
f
1.813.600,
terwijl
de raming met
f
2.608.400

werd overtroffen. Een en ander vindt zijn grond in

de uitbreiding van het kapitaal van bestaande en de
oprichting van nieuwe Naamlooze Vennootschappen.
De successierechten liepen terug met
f
294.000, ge-

volg van de verlaging van het recht. De opbrengst
over 1927 is echter medegevallen. Weliswaar werd de

opbrengst van 1926 niet bereikt
(f
379.900 minder),

doch de raming werd toch. nog met niet minder dan

f
2.334.900 overtroffen.
De domeinen gaven in de afgeloopen maand
f
48.500

méér, de jacht- en de visscherjakten
vrijwel
evenveel
te boeken. Daarentegen ‘daalden de loodsgelden met

1
40.300. Gerekend over twaalf maanden maakte
laatstgenoemd middel echter een goed figuur; de op-

brengst van 1926 werd met
f
10.600 en de ramiog

voor 1927 met niet minder dan
f
1.053.000 overschre-
den, een voor dit middel zeer belangrijk bedrag.
De inkomsten van het ,,Leeningfonds 1914″ belie-

pen in de afgeloopeh maand
f
7.970.400. waarvan

ruim
f
4.800.000 aan de Verdedigingsbelastingen was te danken. De middelenstaat van December 1926 wees
een ontvangst aan van 1 12.702.600. Over het geheele

jaar 1927 kwam voor het Leeningfonds
f
100.305.600
binnen (in het ‘voorafgaande jaar 1 107.968.900).
De inkomsten van het ,,Wegenfonds” bedroegen in

de afgeloopen maand
1
90.600; over de maanden April
t.m. December 1927 in totaal
f
6.545.000.
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DUITSCHLAND IN HET DERDE HERSTELJAAR.

Dr. F. H. Repelius te Berlijn schrijft ons:
Werd reeds in No. 626 van dit tijdschrift een en
ander medegedeeld uit de algemeene beschouwingen,
die de Generaal-Agent voor Herstelbetalingen in zijn
laatste rapport aan de Commissie van Herstel wijdde

aan het herstelvraagstuk, thans moge een overzicht

volgen uit wat
hij
ten aanzien van de ontwikkeling
van het economisch leven in Duitschland en van de
details der sch adevergoedingsbetalingen mededeelt.

De Duitsche handel en industrie vertoonden in de
afgeloopen maanden een grootere mate van activiteit
dan wanneer ook sedert de stabilisatie. Deze activi-

teit was niet beperkt tot bepaalde takken van het
economisch leven, doch was algemeen verbreid en de
gevolgen deden zich zoowel op het gebied der pro-
ductie, als op dat der distributie, dat der arbeids-

verhoudingen en dat der consumptie gevoelen. Deze ontwikkeling beperkte zich evenwel tot het binnen-
landsche bedrijfsleven.
Het langdurige en moeilijke aanpassings- en ratio-
nalisatieproces was gedeeltelijk gericht op herstel

58

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

18 Januari 1928

van de Duitsche industrie en handel op een zoodanige

basis, dat zij weder zouden kunnen concurreeren met

de rest van de wereld. Een uitgebreide binnenlandsche
markt, die een groote productie tegen lagen kostprijs

mogelijk maakt, is voor hereiking van dat doel van

zeer groote beteekenis. De prijs echter blijft beslissend
voor de toekomst van den exporthandel en de Duitsche

prijzen hebben den laatsten tijd en bedenkelijke

neiging tot gtijging vertoond. Gelukkig is deze prijs-

stijging nog in haar aanvangsstadium en heeft zij,

afgezien van het gebied der consumptie-artikelen,

nog geen belangrijken voortgang gemaakt. Wil het

Duitsche bedrijfsleven de reeds bereikte positie hand,

haven, dan is het van het grootste gewicht, dat deze

tendens en hare oorzaken doeltreffend worden tegen-
gegaan.

De wijzigingen, die zich in het bedrijfsleven hebben

voltrokken, komen tot uiting in de volgende cijfers:

De indexcijfers voor het
stroomverbruik
komen
overp.en met die van de reeds genoemde takken van

industrie. Dit verbruik nam van het midden 1926

tot’ het begin 1927 met ongeveer 30 pCt. toe en
heeft zich sindsdien op een niveau, dat zich 6 tot

S pOt. boven het gemiddelde van 1925 bevindt,
gehandhaafd.

Ook voor den binnenlandschen handel
geven de
cijfers eenzelfde beeld als de productiecijfers te zien,
zoowel die betreffende het spoorwegverkeer, als die

van de clearings, de opbrengst der omzetbelasting

en de omzetcijfers der verbruikscoöperaties vertoonen
een belangrijké stijging.
De werkloosheid,
een van de ernstigste en hard-
nekkigste moeilijkheden, waarmede Duitschland sedert

-de stabilisatie te kampen had, is thans tot normale

proporties teruggebracht. Van Februari 1927 tot

October 1927 nam het aantal werkloozen met onge-


P r o d u c t 1 e
Buiteni. Handel
Leveranties
Prijzen
lndexcijfers
1924-26=
‘)
100
Steen-

Ijzer

Staal
Uitvoer

Invoer
1927

in natura
kool

1
overschot
Grooth.JKIeinJi.
Grond- stotten Fabri-
laten
c)
(1000
tonnen)
(rnilIioenen RM)
(millioenen
RM)
1
co

indexcijfers

464 969
191.8
122.9
127.8
12.297
1.130
1.378
835
1.173
338 45,0
137.1
146.5
427 806 165.9
121.6
119.6
11.820
1.068
1.328
747
1.197
450
.
37,7
137.9
147.7
Juni

………
Juli

……..
428 674 179.6 119.9 123.6
12.635
1.109 1.362 847
1.278
431
44,3
137.6 150.0

Mei

……….

Augustus
.
407
576
179.9
121.1
124.0
12.997
1.116
1.432 869 1.161
292
49,3
137.9
146.6
September

.
360

..

518
169.9 125.7
130.2
12.711 1.105 1.376 933 1.175
242


55,1
139.7
147.1
October ……

.
445
442 162.8 124.6
126.8
13.094
1.139 1.414
961 1.245
284
59,9
139.8 150.2
November.
. .
579

1
519
144.61
1.119
1.401
914
1.291
377
50,9
140.1
150.6
1)
Uij
Iers van het Institut für Konjunkturforschung, afgedrukt in het Rapport van den Commissaris van de Rijksbank, waarvoor overigens naar de aanteekening in
No. 625
van dit blad moge worden verwezen.

Het aantal
faillissementen
was het laagst in
September, met een bedrag, dat minder bedroeg dan

de helft van het gemiddelde van 1913. De toeneming
in October en November moet worden toegeschreven

aan de vervanging van de bestaande surséance-
procedure door een regeling, die, doordat het accoord

een uitkeering van minstens 30 pOt. moet waar-

borgen en dooi’ alle belangrijke schuldeischers dient

te worden geaccepteerd, tot een uitbreiding van het
aântal faillissementen voert.

Het verhoogde weerstandsvermogen der onder-
nemingen
blijkt
ook uit het aantal der
geprotesteerde
wissels.
Hoewel de cijfers, gepubliceerd door het

Institut für Konjunkturforschung niet alle wissel:
protesten in het geheele land omvatten, geven zij’
toch een
belangrijke
aanwijzing voor de op dit gebied
ingetreden verbetering;
zij
daalden van meer dan
40 millioen in December. 1926 op ongeveer 5 millioen
R.M. per maand in den laatsten tijd.
De
steenicolenproductie
blijft op een voldoende
peil, hoewel
zij
niet zoo groot meer is als een jaar
geleden, toen de export tengevolge van de moeilijk-
heden in de Engelsche mijnindustrie een hoogtepunt
bereikte. De opbrengst per arbeider, die tot het einde
van 1926 voortdurend toenam, beweegt zich thans
weder in dalende richting.
Reeds gedurende meer dan een half jaar handhaaft
zich de ijzer- en staal-productie
op een peil, dat
aanmerkelijk hooger is dan het slechts gedurende
korten
tijd
behaalde maximum van 1925. De export
nam echtei’ zeer weinig toe. De invloed van het
rationalisatieproces is hier zeer
duidelijk,
de ge-.
middelde opbrengst per’ arbeider per dag is 40 tot
50 pOt. hooger dan in 1925. De productie bedraagt
meer, dan het aan Duitschland door het ]uternationale
Staalsyndicaat toegewezen quotum, in den loop van
1927 werd de storting per ton voor overschrijding

van het quotum, dat op de buitenlandsche markt
door Duitschiand mag worden afgezet, dan ook
tweemaal gereduceerd.
De
textielindustrie
heeft een periode van buiten-
gewonen bloei meegemaakt. Volgens de cijfers van

het Institut fiir Konjunkturforschung was ‘de pro-
ductie-index in October 1927 117,6 tegen 76
;
6 in
Juli 1926.

veer 1,5 millioen af, seizoensinvloeden hebben na-

tuurlijk hun invloed doen gelden, doch zijn on-
voldoende om deze zoo belangrijke daling geheel te verklaren. Deze daling ‘ moet voor het grootste

gedeelte worden toegeschreven aan de in het voor-

jaar van 1926 aangevangen herleving der industrie;

‘aanvankelijk had deze door de rationalisatie van het productieproces sleèhts een geringen teruggang van

het werkloosheidscijfer ten gevolge, doch in het
voorjaar van 1927 was het tempo zoodanig toege-
nomen, da.t op groote schaal nieuwe werkkrachten
in dienst konden worden gesteld.

De regeeringsmaatregelen tot bestrijding der werk-
loosheid hebben in dezelfde richting gewerkt. Reeds
‘in den winter van 1925-1926 nam de regeering
verschillende maatregelen tot bevordering der pro-
ductie, in den .zomer van 1926 werden de plannen
om de werkloosheid meer direct te
bestrijden
ver-
wezenlijkt, credieten werden aan de spoorwegmaat-
schappij verleend om nieuwe werken te doen uitvoeren,
de
posterijen
brachten een uitgebreid bouwprogramma
tot uitvoering, credieten voor kanalenaanleg en
woningbouw werden op ruime schaal verstrekt, ook
de’ garantie voor exportcredieten dient in dit, ver-

band vermeld te worden evenals de,’ in samenwerking

met de verschillende staten ondernomen, productieve
werkverschaffing, waarbij 177.000 arbeiders werk vonden. Het aantal arbeiders is niet slechts toege-
nomen door vermindering der werkloosheid, het is
bovendien gestegen als gevolg van economische toe-standen en politieke factoren (vermogensverlies door
1
de inflatie, toeneming van, het aantal vrouwelijke

:arbeiders, reductie van de legersterkte), zoodat op
grond van de beroepstelling van 1925. volgens de
schatting van het Statistische Reichsamt het aantal

der in bedrijven en beroepen werkzame personen in
Duitschland volgens de nieuwe greus.regeling 5′ mil-
lioen meer bedraagt dan in hetzelfde gebied voor
den oorlog. Vermeld mag worden, dat de werkloos-
heidsverzekering sedert October 1927 voor vrijwel
alle bedrijfstakken verplicht is gesteld,. .werkgevers
en -nemers zijn
gelijkelijk
belast met een bijdrage,
die 3 pOt. van het loon niet ‘overschrijdt; De uit-
,keeringen zijn hooger dan volgens de vro’egere rege-
ling, de duur der uitkeering bedraagt thans 26 weken

t
18 Januari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

59
11

en kan in buitengewone gevallen tot 39 weken wor-

den verhoogd. Uit eigen middelen van het door de

bijdragen gevormde fonds zal na schatting voor
ongeveer 700.000 werkloozen gezorgd kunnen worden;

zijn de middelen van het fonds uitgeput, dan ver-

strekt het Rijk een leening. Bovendien bestaat voor
degenen, die nietvoor een uitkeering in aanmerking

komen, de mogelijkheid een nooduitkeering te ver-
krijgen, waarvan het Rijk 415 en de gemeenten 1/5

der kosten dragen. De sedert de stabilisatie waar-

neembare
stijging
der bonen kwam tot stilstand door

de crisis van den winter van 1925. Eerst in het be-

gin van 1927 is weder een
stijging
van 7
t
10 pOt.
te constateeren. In de laatste maanden werden wederom

eischen tot loonsverhooging gesteld, waarvan een
aantal stakingen en uitsluitingen het gevolg was. In tal van gevallen werd, dikwijls als gevolg van
arbitrage, loonsverhooging ingevoerd; de invloed

hiervan op het algemeen loonniveau is echter nog

nauwelijks te bemerken. De looneischen staan eener-
zijde in verband met de grootere bedrijvigheid, die het
economische leven kenmerkt, baseeren zich anderzijds

op de hoogere kosten van levensonderhoud; niettemin

was de koopkracht der bonen in November 1927
ongeveer 7 pOt. hooger dan in 1925. Het aantal
door staking verloren werkdagen, dat in 1926 ten

hoogste ruim 275.000 bedroeg, was. in het tweede
kwartaal van 1927: 812.500.

De
indexcifers
der groothandelsprijzen’zijn
sedert
Juni1926 vrijwel ononderbroken gestegen, doch hebben
nog niet de hoogte van de direct aan de crisis van
1925 voorafgaande hausse periode bereikt. De index.
van de kosten van het levensonderhoud daarentegen
heeft dezen stand reeds belangrijk overschreden,
zulks is in de eerste plaats toe te schrijven aan de

verhooging der
wettelijk
toegestane
huurprijzen.
De
algemeene
prijsstijging
weerspiegelt in de eerste
plaats de uitbreiding, die de consumptie in Duitschiand
heeft ondergaan: de prijzen der verbruiksgoederen
stegen in den loop van het jaar van 150 op 170,
terwijl die der productiegoederen nagenoeg onver-
anderd bleven.

De
handelsbalans
blijft
nog steeds opmerkelijke

wijzigingen vertoonen; was er in het op 31 Octo-
ber 1925 geëindigde jaar een invoersurplus van
4396 millioen RM., het daarop volgende jaar ver-
toonde een export surplus van 179 millioen RM.,
terwijl het op 31 October 1927 geëindigde jaar weder
een invoeroverschot van 3627 millioen RM. heeft
opgeleverd. De oorzaak van deze schommelingen is

minder in de
exportcijfers
te zoeken, dan wel in de
groote fluctuaties der importen, waarin de belangrijke
veranderingen tot uiting komen, die in het econo-
mische leven van Duitschiand hebben plaats gevonden.
In het eerste jaar moesten de voorraden grond-
stoffen en andere goederen, die
tijdens
de inflatie
uitgeput waren geraakt, worden aangevuld. In het
begin van het tweede jaar heerschte een ernstige
crisis, productie en koopkracht namen af, waardoor
de import beperkt, de export bevorderd werd. De
moeilijkheden in de Engelsche mijnindustrie stelden
niet alleen Duitschland in staat om
zijn
groote be-
schikbaar staande kolenvoorraden van de hand te
doen, doch werkten bovendien stimuleerend op de
geheele industrie; de conjunctuurstijging van het
laatste jaar bracht den import op een hoog niveau.
De vraag naar alle soorten van goederen nam door
de tewerkstelling van 1,5 millioen arbeiders en door
de hooge bonen sterk toe. In den laatsten tijd is
deze vraag eenigszins dalend, zoodat ter handhaving
van het huidige productiepeil grootere afzet in het
buitenland noodzakelijk is. De export is weliswaar eenigszins toegenomen (in de drie genoemde jaren
was het maandgemiddelde resp. 716, 809 en 837 millioen

R.M.), hij
blijft
echter afhankelijk van de mate,
waarin Duitschiand, in de eerste plaats een land
van veredelingsindustrieën, door nieuwe artikelen te

vervaardigen en door goedkooper te produceeren ‘den

invloed der tariefbelemmeringen zal kunnen -over-

winnen. In dit verband verdient het vermelding, dat
22 pOt. van den Duitschen export wordt geabsorbeerd
door de beide vrijhandeisnaties Engeland en Nederland.

Belangrijke handelsverdragen werden in het berichts-

3aar afgesloten (met Frankrijk, Japan en Joego-

Slavië); hiertegenover staat echter, dat, sedert den
oorlog, de duur der verdragen veel korter is geworden,

dat de overheden in steeds sterker mate aan nationale

producten den voorkeur geven, dat opvoedende

rechten meer en moer worden geheven, en dat nieuwe
grenslijnen zijn getrokken.

De invoer steeg ten sterkste onder den invloed

van de door Duitschiand opgenomen credieten, niet

alleen door rechtstreeksche vergrooting van den

invoer, doch ook door de tendens tot verhooging van
het binnenlandsche prijsniveau, die van deze credieten
uitgaat.

De afneming der landbouwproductie, gepaard aan
toeneming der bevolking, is een
belangrijke
factor
voor de handelsbalans. De export van voedingsmid-

delen is gedaald, de import is sterk gestegen (maand-

gemiddelde 1908-1913 145 millioen M., Novem-
ber 1926—October 1927 319 millioen RM.). Gedee-
telijk is zulks een gevolg van de
prijsstijging,
doch een
belangrijk, door den Generaal-Agent op 100 millioen
RM. per maand geschat bedrag, moet aan de toe-
neming der ingevoerde, hoeveelheden worden toege-
schreven.
Alleen de
beursnoteerin gen
vertoonen zooals uit

de cijfers blijkt,
een
afwijkende
ontwikkeling. Zij
geven sedert Mei een belangrijke, ofschoon af en toe
onderbroken, daling te zien. Deze beweging dient

echter volgens den Commissaris van de Rijksbank
minder als een conjunctuursymptoom dan wel als
een terugkeer tot de waardeering der effecten op
rendementsbasis en als een weerspiegeling van de
positie der geldmarkt te worden beschouwd.

De hoogte en samenstelling der herstelbetalingen bedraagt in millioenen goudmarken:

3de

4de
annuïteit annuïteit

Normale bijdrage uit het budget ……..
..
110,0

500,0
Additioneele bijdrage uit het budget

300,0


..

Transportbelasting ……… …………
290,0

290,0
Interest en aflossing spoorwegobligaties

550,0

660,0
industrie-obligaties..

250,0

300,0

Totaal …………
.1.500,0 1.750,0
De vierde annuïteit bevat voor de eerste maal ook

aflossing (1 pOt. van de hoofdsom) van spoorweg- en industrie-obligaties, waardoor de betalingen op grond

van deze obligaties evenals die uit de transportbelasting
in het loopende hersteljaar hun normale hoogte be-
reiken, de
bijdrage
uit het budget evenwel is het
volgende jaar nog hooger en zal dan 1.250 millioen
RM. bedragen. Voor deze
bijdrage stelt de Oommissaris
voor de verpande belastingen iedere maand het ver-
schuldigde bedrag uit de opbrengst van deze inkomsten
ter beschikking van den Generaal-Agent. Ook de met
de spoorwegen in verband staande betalingen zijn
krachtens overeenkomsten
gelijkelijk
over het jaar ver-
deeld. Alleen
bij
de betalingen uit de industrie- obligaties
is een
dergelijke
verdeeling onmogelijk gebleken, in
verband met het feit, dat het uit dezen hoofde ver-
schuldigde bedrag door de Bank voor Industrie-
obligaties
bij
een zoo groot aantal ondernemingen
moet worden geïncasseerd.

De verdeeling der herstelbetalingen onder de ver-
schillende crediteurstaten volgt uit de onderstaande
tabel.
Het totaalbedrag bevat 6,5 millioen RM. rentever-
goeding aan de Spoorweg-Maatschappij wegens door
haar vooruit betaalde bedragen, voor de rest is het
in zijn geheel aan de buitenlandsche rechthebbenden
overgemaakt. Werd in het tweede hersteljaar 35,35
pOt. in valuta getransfereerd, ditmaal bedroeg dit

60

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18 Januari 1928

Verdeeling der herstelbetalingen
1
Sept.
1926-31
Aug.
1927
(in millioenen G. M.).

t
h
is

Leveranties in
natura

………
412,4 40,2
76,4
52,6
75,6
657,2
Reparation

Reco
59,5
30,6




290,1
Dienst der leening






91,3
very Acts ……..

Bezettingskosten ..
49,2 20,6


3,6

73,5
Rechtstreeks

over-
gemaakt

……..
116,3
51,2 58,6
16,3
12,4
3,7
255,1
Intergeallieerde
CommissieS2) ….

10,0
Diversen

……..
1,0

————



0,2
7,8
..

638,3
98,8
9
68,6
79,5
1.388,1
302,5
AXwIJIclngen in de optellingen zijn te verklaren uit
afrondiugen en, wat het aIemeen totaal betreft, uit het
feit, dat dit cijfer
ook
de niet aan bepaalde crediteurstaten
ten goede komende uitgaven van den Generaal-Agent (dienst
der leening, onkosten en rentevergoeding) bevat.
2)
Commissie van Herstel, Bureau van den Generaal-
Agent, Rijnland-Commissie en Militaire Contrôle Commissie.

percentage 49,45. In dezen vorm werden overgemaakt

de voor den dienst der Buitenlandsche Leening 1924

benoodigde bedragen, de betalingen ingevolge de Reparation Recovery Acts en de overmakingen in

valuta rechtstreeks aan de crediteurstaten. De be-

talingen binn.en Duitschiand geschiedden weer hoofd-

zakelijk in verband met de leveranties in natura en

tot dekking van de kosten der bezettingsiegers. Voorts

werd 213 van de kosten der Intergeallieerde Com-
missies in RM. betaald.

De Vereenigde Staten ontvingen ditmaal in ver-
band met de bekende overeenkomst der Ministers van
Financiën 55. millioen OM. uit hoofde van achter-
stallige legerkosten, daarnaast ontvingen zij wegens
hun aandeel in de annuïteit
3,6
millioen GM. in
valuta en 40,2 millioen OM. volgens een speciale
overeenkomst met de Duitsche regeering op een basis
analoog met de leveranties in natura aan de andere
crediteurstaten.

Deleveranties in natura bleven zich ontwikkelen,
Frankrijk en België bleven de voornaamste afnemers,

het eerste land voor steenkolen, het tweede voor
kunstmest en andere chemische producten; ook Italië,
Servië, Roemenië, Portugal, Japan en Griekeland
sloten contracten op deze basis af. Gedurende het
afgeloopen jaar is het bedrag der overeenkomsten
tot aanleg van werken op herstelrekening, dat in het
vorige jaar nog slechts 8,5 millioen OM. bedroeg,
tot 40,4 millioen OM. gestegen. De voornaamste con-
tracten betreffen den aanleg van een ‘telephoonkabel
tusschen Parijs en Bordeaux en dien van een brug
over den Donau bij Belgrado.

De Commissaris voor de Duitsche Spoorwegen,
maakt o.a. melding van het feit, dat voorgesteld is
om in de kapitaalbehoeften der maatschappij te
voorzien door de uitgifte van preferente ‘aandeelen
in het buitenland; hiertegen heeft echter de Gene-
raal-Agent bezwaar gemaakt in verband met den
voorrang, die de herstelobligaties van deze maat-
schappij bezitten.

De Commissaris, voor de. Verpande Belastingen
deelt mede, dat de totale opbrengst in het derde
hersteljaar 2.724 millioen EM. bedroeg, terwijl hij

voor het volgende fiscale jaar de opbrengst op ruim
2.700 millioen RM. taxeert. Hij kon regelmatig de stor-
tingen aan den Generaal-Agent verrichten en boven-

dien de in het Protocol voorziene reserve versterken,
zoodat deze thans 22,7 millioen RM. bedraagt.
De Trustee voor de Spoorwegobligaties heeft
ditmaal geen rapport uitgebracht, die van de Indu-
strie-obligaties brengt uitvoerig verslag uit van zijn

werkzaamheden, welke een normaal verloop hadden;
verkoop van obligaties aan particuliere beleggers
heeft nog niet plaats gevonden.

DE HANDEL VAN ENGELAND IN 1927.

De heer F. W. Forge te Londen schrijft, ons:

Bij het begin van het afgeloope’n jaar schenen de
vooi-uitzichten voor den Britschen handel, hoewel niet
schitterend, toch vrij goed, en heersehte er in verschil-
lende kringen een tamelijk optimisme. Men geloofde,

dat na afloop van de kolenstaking.r in den eersten

tijd weinig reden ‘bestond voor verdere arbeidsgeschil-
len, terwijl men voor de naaste ‘toekomst verwachtte,

‘dat de opeenhooping van onafgowerkte orders voi-
doende zou
zijn
om de zware ‘industrie over den moei-
lijken tijd heen te helpen, totdat de geringe hoeveel-

heid loopende orders toegenomen zou zijn. Verder
werd de toenemende verbetering van den financieelen
toestand, zoowel in Europa als in Zuid-Afrika, te-

zamen met de vooruitzichten van goedkooper geld in

Engeland, beschouwd als een belangrij’ken factor. Het
feit, ‘dat kolen’mijnen, hoogovens, scheepswei-ven, enz.,
die gedurende de kolenstaking gesloten .waren, in som-
mige gevallen niet heropend zouden worden, was even-

eens een gunstige factor voor ‘die, ‘welke in hedrjf
bleven, en voor het land als geheel, daar het zeer wen-
schelijk was, ‘dat sommige van ‘de minder productieve
‘ondernemingen uitgeschakeld werden. Vele van deze

verwachtingen waren niet volkomen gerechtvaardigd,
maar nu ‘het jaar voorbij is, ‘kan men nagaan in hoe-
verre deze verwachtingen vervuld ‘zijn.

Het totale handeisvolume toonde slechts een ver-

meerdering van ongeveer 1% pCt., vergeleken met
1926
tot een bedrag van £
2.051,5
millioen. Dit betee-
kent cen ‘vermindering van ongeveer 83/4 pCt.. vergele-‘
‘ken met
1925,
maar daar het algemeen niveau van ‘de
groothan’delsprijzen gedurende ‘deze twee jaar met
hetzelfde getal daalde, blijkt, ‘dat het handelsvolu’me,
gemeten in hoeveelheden, practiscii onveranderd bleef.
Dit is op zichzelf •geen groet succes en rechtvaardigt

nauwelijks ‘optimisme. De import van Britsche pro-ducten daalde gedurende ‘de laatste ‘twee jaren veel
minder ‘dan ‘dit percentage, ma&r de wederu’itvoeren
toonden een ‘daling van ongeveer
20
pCt., die het zeer
aanzienlijke verlies in ‘den entrepôthandel gedurende
deze periode weerspiegelt. Dit is atuurlj’k voor een
deel toe te schrijven aan de prijsdaling, hoewel moge-
lijkerwijs een grooter ‘deel beschouw’d moet worden als

een ‘definitief ‘verlies naar ‘de Europeesche ‘havens, met
name naar Hamburg. De onderstaande tabel ‘geeft de
globale cijfers van ‘de laatste 3 jaren:

1927

1926

1925
£

£

£
Invoer . …….
1.219.387.424 1.241.361.277 1.320.715.190
Uitvoer van Brit-
sche goederen..

709.105.402

653.046.909

773.380.702
Wederuitvoer ..

123.062.727

125.494.968

154.036.799
Totale uitvoer
. .

832.168.129

778.541.877

927.417.501
Passief saldo ..

387.219.295

462.819.400

393.297.689
Het blijkt, dat het pa’ssiefsal’do, waarover later meer
gezegd zal worden, ‘slechts iets minder is dan in
1925,
terwijl het met
1926
vergeleken natuurlijk een zeer
aanzienlijke verbetering vertoont. Wij’ zullen nu in
‘bijzonderheden de voornaamste exp er ten, vergeleken
met de resultaten over
1925,
behandelen.

De totale daling in ‘den Britschen uitvoer van de
laatste twee jaren is voor ongeveer Vs toe te schrijven aan de mindere ontvangsten voor grondstoffen en wel
voornamelijk aan ‘de lagere prijzen van steenkolen.
Ondanks een geringe toeneming van de uitgevoerde hoe-
veelheden daalden de ontvangsten met bijna £
5
mii-
lioen, ‘terwijl die van ruwe wol, olie, harsen en ‘vetten
ieder met ongeveer £ 1 millioen daalden. De export
van wollen artikelen was £
2
millioen lager, maar de
werkelijke oorzaak van het exportverlies was ‘katoen,
die e’en daling van £
5%
milli’oen vergeleken met
1926
en £
50%
millioen vergeleken niet
1925,
te zien
geeft. Dit komt ten deele door mindere verkoopen,
maar hoofdzakelijk door de zeer sterke prijsdalingen.
De tegenwoor’dige toestand’ van de ‘katoenindu,strie in
Lancashire en de maatregelen, die genomen worden,
om haar te verbeteren, beïnvloeden den prijs van dit

18 Januari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

artikel niet, maar de tijd is nu gekomen, waarop men
drastische maatregelen dient te nemen en zelfs dan
is het nog twijfelachtig of zij ooit haar vooroorlogscho

positie op de wereldmarkt zal kunnen herwinnen. De
uitvoer van kleeren en van Olie toonde een daling in

de waarde, vergeleken met zoowel 1926 als 1925, ter-
wijl de verkoop van transportmiddelen, inclusief sche-

pen, ofschoon beter dan in 1926, niet de hoogte van

dien van 1925 bereikt heeft. De bruto tonnage van verkochte schepen verbeterde het afgeloopen jaar,
maar deze toeneming werd meer dan gecompenseerd

door de prijsdaling. Afgescheiden van deze bijzonder-

heid is er een algemeene verbetering in de waarde

van overzeesche verkoopen door de zware industrieën
in deze twee jaren te bespeuren. De fabrikaten van

niot-ijzerhoudende metalen
zijn
met £ 3 millioen ge-

stegen en van ijzer en staal de helft meer, terwijl de
export van machinerieën een geringe verbetering ver-

toont. Andere verbeteringen van belang hadden plaats
in leer- en kunstzijde-artikelen. De resultaten van de
zware industrieën zijn bevredigend, aangezien sedert
kort eenige van de grootste concerns haar zaken ge-
reorganiseerd hebben, en het is bemoedigend, dat de

staalproductie voor 1927 een na-oorlogsrecord toont.

Een onderzoek leert, dat Engeland een aanzienlijke

verbetering van
zijn
positie te danken heeft aan een

opleving in de oude stapelindustrieën en niet ‘in de

nieuwe.
Wat den invoer betreft is de daling van £ 22 mil-
lioen, vergeleken met 1926, bijna geheel toe te schrij-
ven aan de heropening van de kolenmijnen en aan de
lagere prijzen voor katoen en rubber. De verminde-
ring in deze drie groepen bedraagt respectievelijk £ 36
millioen, £ 16% millioen •en £ 8 millioen. De invoer
van olie daalde eveneens £ 5% millioen, maar terwijl
de hoeveelheid hiervan steeg, daalde die van katoen
aanaienljk en bleef die van rubber onveranderd. De jaarljksche invoer van fabrikaten steeg .bijfia £ 7%
millioen, hoofdzakelijk toe te schrijven aan de ijzer-en staalproducten, machinerieën en leer. Vergeleken
met twee jaar geleden is de prijsfactor belangrijk en
is de waarde van ingevoerde levensmiddelen sterk
gedaald. De invoer van ruwe katoen daalde met £ 58
millioen, die van ruwe wol met £ 12 millioen en die
van ongeraffineerde olie en ruwe vetten met £ 10 mii-
lioen. De invoer van textielgoederen, behalve die van
wol en katoen, nam sterk af, evenals die van• trans-
portmiddelen, ijzerwaren en niet-ijzerhoudende pro-
ducten. Deze daling werd echter meer dan gecompen-
seerd door den stijgenden invoer van ijzer- en staal-
producten, machinerieën en enkele andere producten.

Het blj’kt, dat,
terwijl
de buitenlandsche verkoopen
van de zware industrieën en misschien eveneens hun
binnenlandsche zijn toegenomen, de Engelsche vraag
naar buitenlandsche artikelen van dezelfde construc-
tie een aanzienlijke vermeerdering vertoont. Dit feit
zou erop kunnen wijzen, dat sommige van deze con-
cerns meer het oog hebben op de buitenlandsche dan op de binnenlandsche markt, ofschoon het niet zeker

is, dat deze bewering waarheid bevat.
De algemeene conclusie is, dat er eenige verbete
ring is in de vraag naar Britsche grondstoffen, maar de momenteele opleving in zaken is tamelijk teleur-stellend. Slechts in één maand, nl. November, over-
trof de waarde van den export van Britsche goederen

die van de overeenkomstige periode van 1925. Toen
de resultaten van die maand gepubliceerd werden
hoopte men, dat het keerpunt ten slotte gekomen was,
doch de cijfers over December toonden, dat de voor-
uitgan.g in November slechts een
tijdelijk
verschijnsel

geweest was. In vele van de voornaamste bedrijven in
Engeland is de interne reorganisatie nog niet geheel
doorgevoerd en sommigen zijn er nauwelijks mee
begonnen. Voordat men hiermede meerderen voortgang

gemaakt heeft, is het
twijfelachtig
of de toestand van

den handel veel zal verbeteren.
De z.g. betalingsbalans toontdit jaar een saldo van
£ 391% millioen met inbegrip van de goudbewegin-

gen. Hierbij moet men nog voegen het kapitaal, dat
aan het buitenland uitgeleend is en hetwelk door de

Midland Bank op £ 13814 millioen geschat wordt. Op
het oogenblik bestaat er nog geen schatting van den
z.g. onzichtbaren uitvoer over 1927, maar het cijfer

van het vorige jaar, opgesteld door den Board of.Trade
bedraagt £ 465 millioen, waaruit dus een debetsaldo

van £ 65 millioen zou volgen. De schatting van den

Board of Trade bevat echter niet een aanzienlijk aan-
tal posten, zooals de terugbetaling van bedragen, die
vroeger door het buitenland geleend zijn, overzeesche

verkoopen van Britsche effecten, enz., noch de lee-

ningen op korten termijn. De amortisatie der buiten-
landsche leeningen zou alleen reeds een groot deel

van deze £ 65 millioen verklaren, terwijl er zeker een
verkèop van effecten heeft plaats gevonden, hoewel

dit bedrag waarschijnlijk meer dan gecompenseerd
wordt door deelneming in buitenlandsche leeningen.
Naar alle waarschijnlijkheid zijn er aanzienlijke be-
dragen op korten termijn geleend, om op langen ter-

mijn uitgezet te worden, maar niet in die mate, dat
de •opzegging ervan groot ongerief zou veroorzaken.

AANTEEKENINGEN.

De Buitenlandsche Schuld van Duitschland.
De laatste aflevering van ,,Wirtschaft und Statis-
tik” van 1927 wijdt een artikel met zeer overzichte-

lijke statistieken aan dit onderwerp.
In de p.eriode van 1924 tot einde 1927 werd door
Duitschland, met uitzondering van de Dawesleening
en de voor conversie van leeningen op langen termijn
bestemde bedragen, een nominaal bedrag van R.M.
4,55 milliard aan buitenlandsche leeningen opgenö-
men, waarvan R.M. 4,25 milliard in den vorm van
leeningen op langen termijn (leeningen met een loop-
tijd van 3 en van meer dan 3 jaren) en R.M. 0,294
milliard in den vorm van leeningen op korten ter-
mijn, zooals uit het overzicht op pag. 62 blijkt.
Van de leeningen op langen termijn is 28 pOt. door
•publiekrechteljke lichamen met •inbegrip van de
kerken en ongeveer 16 pCt. door publiekrechtelijke

ondernemingen opgenomen. Het aandeel van de pu-
bliekrechtelijke lichamen aan leenin gen op korten termijn ‘bedraagt 83 pOt. Het laatste jaar toont een
achteruitgang in de opneming van leeningen op lan-

gen
termijn
door de publiekrechteljke instellingen
en wel van ongeyeer 54 pOt. in de jaren 1925 en 1926

tot 25 pOt. in 1927. De onderstaande tabel geeft een overzicht van ge-
plaatste leeningen op l.angen termijn in de verschil-
lende landen. De leeningen op korten termijn zijn
bijna uitsluitend door de Vereenigde Staten verleend.

Overzicht van de buitenlandsche leeningen op langen
termijn (Nominale bedragen in millioenen R.M.).

Uitgegeven in
1924 1925
1926
1

1927

Vereenigde Staten
42.00
922.95
1.107.90
885.03
Nederland ……..

126.43
140.47
152.79
Engeland

……..
Zwitserland

122.22
67.
18636
66.24
240.76
51.52
Zweden

……….

10.31
43.35
51.50
Overige landen (met

..-
..

inbegrip van on-

..

deelbare posten)
-_-

31.05 2.26

42.00′)
1.249 76
1.575i7
1.383.86
Totaal …….
1)
Exclusief de Dawes-leening (Nominaalbedrag
R.M. 960
millioen).

Nederland neemt in deze credietverleening de
tweede plaats in en heeft de laatste jaren in steeds
toenemende mate aan de Duitsche leeningen deelge-
nomen. In de jaren 1925, 1926 en 1927 bedroeg dit aandeel respectievelijk 10, 12 en 17 pOt. Engeland heeft in de credietverleening aan Duitschiand nooit
een groote rol gespeeld, onder invloed van de door de Bank of England gevoerde politiek ten opzichte
van Duitsche leeningen. Zwitserland’s aandeel toont

éen achteruitgang, terwijl .dat van Zweden belangrijk
is toegenomen.

62

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18
Januari
1928

Buitenlandsche leeningen. (Nominaalbedragen in Millioenen R.M.)

1924
1

1925
1

1926
1

1927
1

Totaal
Leeningen op langen termijn:
Publiekrechtelijke

Lichamen …………………………….
394.59 455.18
253.64
1.103.41
259.50 333.70
78.12
671.32
Kerken

………………………………………….

. 2,00
16.49
63.92
13.86
94.27
Privaatrechtelijke Ondernemingen

……………………….
579.18
722.57 1.038.24
2.381.98

gen op korten ter mijn:

1)42.00
1.249.76
1.575.37
1.383.86
4.250.99

Ondernemingen

…………………………

Leenin

Totaal ………………..

.
-_


21.00
79.80 126.00
226.80
Ondernemingen

……………………….

..


16.80

16.80

Publiekrechtelijke Lichamen ………………………………

..

29,40
21.00

50.40
Privaatrechtelijke Ondernemingen

…………………………..

1)42.00
1.300.16 1.692.97
1.509.86
4.544.99
Totaal ……………….

Leeningen op langen termijn van het Saargebied

…. ………….
12,60
16.80

21.00
50.40
/
£),nlwve (te
Jiawes-1e,ens’ng (No]mnaa1(1eclrag R.M.
960
milLioen).

Do voorwaarden, waaronder de Duitsohe Ieenin.gen
uitgegeven worden,
zijn
sedert 1925 steeds verbeterd.
In verband hiermede is het rendement van deze
leeningen sedert 1925 gedaald. Wanneer
de looptijd
en de aflossin gsvoorwaa.rden buiten beschouwing go-
laten worden, bedraagt
het
gemiddelde rendement
voor degenen, die in ‘de jaren 1924125, 1926 en 1021

(Jan.-N.ov.) op Duitsche leeningen ingeschreven ‘heb-
bern,
.
respectievelijk 1,33, 7,07 en. 6,28 pOt. Dat
Duitschiand slechts
onder
zware voorwaarden van
liet buitenland heeft kunnen leenen, blijkt uit het
feit, dat van de totaal utgegeven leenin gen op langen
tei’rnijn tot een bedrag van R.M. 4,25 milliard, slechts

een bedrag van R.M. 3,83 milliard werkelijk aan
Diii’tschlan’d tn goede gekomen is.
.,
Om een juisten kijk’ op de totale verplichtingen
van ,Dui’tschia’n’d te krijgen, moet ook de credietver-
ioeni
ng, voortvloeiende uit.
.
goedere’n’transacties, i.n
aanmerking genomen ‘worden. Dit
zijn hoofduakelijk
credieten op
korten termijn.
Uit ontvangen
irilich-
tingen., meOst van ‘îertrouwelijken aard, schat de over-
zichtschrijver
deze credieten op R.M. 4,6 tot 5,1 mil-
hard. In ‘totaal ‘zdu Duitse.hland’s schuld ‘dus, zondei’
d.e Dawesleenin’g, R.M. 8,8 tot 9,3 milliard bedragen.
Om de schuld van het ‘buitenland aan Duitschiand
‘te leeren ‘kennen, is men, evenals ‘bij de Duitsche
schuld uit goedorentransacties, op onvolledige ge-
gevens aangewezen. Men neemt echter aan, dat de
Duitsche vorderingen uit goederen- en ‘bankcredieten
op ‘het oogen’bli.k ongeveer R.M. 2,7
tot
3;2 milliard bedragen (met inbegrip van de aan Rusland verleende goederencredieten op langen termijn).
Onderstaan’d overziqh’t geeft een vergelijking van

Duitschland’s schulden en vorderingen met eren saldo
van R.M. 5,6 tot 6,6 milhiard ‘ton loste van Dujtmh-
land, benevens een opstelling van de jaarlijksche
i’entebetalingen en -vorderingen.

De buiten.1an4sohe schulden en
vorcieningen
van
Duitseh’land
en de ‘daaruit voor’tvJoaiende jaarljksehe rentebetali.ngen
cii -vorderingen aan
ht
eind
van 1927 (i’n mi’llioenen R.M.)
Credietvorni
~
o
r
d
e-
ringen

Schulden Saldo

Leeningen op langen
4.085

4.085
Leeningen op korten
termijn …………..


120

120
termijn
…………
..
Industriecredieten op
langen termijn
, –
80

80
Andere credieten

. . ..
2.700-3.200
4.500-5.000

1.300-2.300

Totaal

…….. .
2.700-3.200
8.800-9.300
5.600-6.600

Rente.
vorder. betal.
Rente-

Saldo


)
Uit andere credieten op

‘.

280

280

Uit

leeningen

…………..

langen termijn ……….


J
Uit andere credieten
75
..
200

125

Totaal

………….
75
480 405

De rentesehuld, voortvloeiende uit de leeningen en
de industrieele credierten op langen termijn, bedraagt
per jaar R.M. 280 milliard. Van de andere credieten

komen de normale ‘ha.n’delseredieten niet in aanmer-king, daar de Handeisstatistiek de bedragen opneemt,

die de rente al bevatten Bij voorzichtige schatting
blijft
‘dan
hoogstens 3% milliard ‘buitenlandsche
credieten ‘op ‘korten termijn over, die, tegen een ge-
mi’ddel’de’n rentevoet van 5% pOt., een renteschulici
van rond R.M. 200 m’illioen geven.

Op dezelfde manier wordt de buitenlandsche rente-

schuld san Duitschland berekend tegen een gemid-
delde rente van 3%
pCt.
Naar schatting blijkt Duitseh-
land uit ‘dien hoofde een ibedrag van R.M. 75 millioen
per jaar te ontvangen. T-Jet totale saldo aan rente-

betalingen ten laste van Duitsohlan’d ‘bedraagt ddr-
halve ruim R.M. 400 milhioen per
jaar.

Indexcijfers van scheepsvrachten.

Ten gevolge van een
scherpe
reactie
in
een aantal
dor voornaamste noteeringen voor volle ladingen,
schrijft ,,The Economist”, ‘daalde het indexcijfer voor sc’heepsvrachten over. December 1927 met 3,73
pot.
Het ‘bedraagt thans 119,03 en staat ongeveer- 2 pOt.
lager dan ‘het cijfer voor December 1925 en 8 pOt.

beneden dat voor de overeenko’mstige maand
van
1924.
De beweging van het indexeijfer der verschillende
groepen
toont de volgende tabel:

Datum

1.1

,.
m

Basis
(Gerniddeldev.
1898-1913)
100
100
100 100 100 100
100
(Gemidd.v.1913)
110,0 113,1
123,4
106,3 117,4
127,9
116,3
Febr.

1920
814,3 529,9 757,5
744,8
587,0
712,2
691,0
Dec.

,,
268,9 277,2
244,1
256,8
286,7 347,2 280,1
Dec.

1921
160,1 164,1 163,7
144,4 141,3 166,5
156,7
Dec.

1922
137,1
135,2
129,2 122,6
136,1
159,3
136,6
Dec.

1923 134,0 132,7
120,1
124,4
125,1 144,2
130,2
Dec.

1924
117,4
129,2 119,5
119,8
129,3
161,1
129,4
Dec.

1925
117,0
121,6
117,0
110,1
110,1
154,9 121,8
Dec.

1926 139,7
156,1
145,9
132,9
129,2
179,8
147,3
Januari 1927
126,4 136,5
139,1
122,7 136,7
166,5
138,0
Februari
125.0 132,6
140,1
130,4 145,2
168,2
140,2
rv.taart

123,8
131,1
136,2
132,1
143,5
16,1
138,0
April
118,9 133,0 133,0
124,4,
128,9
137,1
129,2
1ei
118,3 131,4 134,3
130,9
122,3 140,7 129,6
Juni

114,0
118,1
121,6
126,2 121,4
142,4
124,0
Juli
110,5 113,2
111,9
115,8 119,9 138,0
118,2
Aug.

108,8
122,2
118,2
121,4
121,8
144,2 122,8
3ept.
111,7 130,8 115,3
119,3 123,7
150,0
125,1
)ct.

109,8
128,1
116,4 116,4
123,6
144,2
123,1
ov.
108,8 128,9
120,1
117,6
125,8
140,7
123,6
)ecember,,
105,6
116,2
113,6 114,2 124,9 139,8
119,0

Onderstoande tabel geeft de veranderingen weer,
clie gedurende de afgeloopen maand in het ‘indexcij’fer
van elke groep en sub-groep hebben plaats gevonden;
het cijfer 100 stelt, telkens het
gemiddeld niveau
van de periode 1898-1913 voor.

Zooals men ziet, on’dergingen de uitgaande kolen-
viuc’hten, met uitzondering van die van de Oosticust
naar de Golf van Biscaye, een
verdere daling. Wat ‘de
th’uisvrac’hten ‘betreft waren de zaken van Noord-

IS
Januari
1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

63

OVERZICHT DER RIJKSMIDDELEN.
(In Guldens’

+ of –

Golf van Biscaye; uitgaande vracht

113,76

+ 1,83

thuisvracht ……..129,03 – 3,23
Middeil. Zee; uitgaande vracht ……116,76 – 6,35

pp

thuisvracht …………103,14

– 4,29

Noord-Amerika …………………116,16

– 12,75

Zuid-Amerika; uitgaande vracht

80,50

– 7,93

11

thuisvracht ……….
.146,67

– 5,09

Indië; uitgaande vracht ………….108,07

– 5,61

thuisvracht ………………120,25

1,25

Het verre Oosten, enz ……………
.124,93

– 0,89

Australië ………………………139,76

– 0,89

Amerika beperkt en daalden de noteeringen sterk.
Ook

de vrachten van La Plata hadden een nvakkeie ten-
dens, hoewel de gecharterde hoeveelheid aanzienlijk
bleef. Men :rappoi.toerde, dat groote hoeveelheden ton-

nage in ballast van Europa met bternrning nar deze
markt onderweg waren. . De noteeringen van Austra-
iië en het Oosten waren tamelijk vast, maar voor de

wilde vaart was cle aanwezige hoeveelheid lading he

trekkelijk gering. De volgende tabel ‘toont cle verhou-

ding van het in.dexcijfer tot het gemicldeldo voor 1913;
hot jaar 1926 is weggelaten in verband met de ‘kolen-

staking.
(1913=100)

Maand
1923

1
1924
1

1925

1
1927

114,05 117,11
114,49
118,59

Februari….. …
112,73
123,78
115,96
120,54 115,23 122,09
106,83
118,58

Januari

……….

115,45
117,22
104,24
111,06

Mei

…………
114,55
114,27
98,23
111,41
106,82 108,62
in,74
106,54

April …………

103,39 103,75
94,90
101,61

Maart ………..

100,16
104,43 95,87
105,51
103,04 110,50
98,19
107,51

Juni

…………
Juli

………….

October.

……
107,86 115,55
99,49
105,78

Augustus ……..
September …….

111,21

.

.

112,76
102,23
106,27
November

…….
..

111,21
104,67
102,31
December ……..111,81
Jaari. gemiddeld
106,69
113,1,4
702,22
109,64

liet niveau, waarop de vrachtenmarkt zich in hot
begin van don herfst bevoaci, kon aan hot einde van

liet jaar helaas niet gehandhaafd worden. Toch zijn
do vooruitnieliten voor het voorjaar van 1928 niet
en hnoedige.n d, daar de Arge.ntijnsche tarwe-oogst er
goed voor ataat en de Europeesche graanbehoefte in
(Ie volgende zes ‘maanden waarschijulijik groot zal zijn.

MAANDCIJFERS.

GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM.

November 1927
1
1

November 1926

Giro’s (eenzijdige ver-

millioeneni
Aantal
In
mnen
Aantal
melding)
Girobetalingen aan
gemeenteinstellingen
f
12.7
24.188
f
11.8
21.560
(lirobetalingen aan
particulieren
,, 16.6
69.802
,,21.9
78.727

Geldomzet.
,,

5.-
6.858
,,

5.1
7.125
,,

6.8
30.450
,,

6.8
28.828
Part.rekeninghouders
,,18.6′
31.420e
;, 18.4′
28.639
2

Ontvangsten

……..

Waarvan

rekeniugb.

Betalingen

……….

welke gelden voor 1
jaar

vast

hebben
gedeponeerd … ….
.,,

9.2
3.441
8

,,

8.5
3.047
1

1) Gemiddeld saldo
te
goed.
2)
Einde der maand.

GIRO-OMZET BIJ DE NEDERLANDSOHE BANK.

December
1927

“Sedert
Januari
1927

Overeen-
komstige
periode 1926

Directe belastingen.
Grondbelasting 4)
4
20.297.343
4
19.552.671

Peraoneele belasting …
2.132.732 29.211.473
27.824.604

Inkomstenbelasting ..
9.039.945
102.860.938
98.821.958

Vermogensbelaating ..
1.472.198
12.457.745
11.853.784

belasting ………

..
1.019.853
19.443.890
18.882.156

Invoerrechten
4.683.337
58.718.925
57.244.164
348
.
846

4.359.052
4.140.315

Accijnzen.

Dividend- en tantiëme-

175.785
2.130.869 2.078.641 842.698
10.335.582
9.685.438
532.327
2.709.203
2.841.858
5.288.644 46.065.804
46.374.664

Statistiekrecht ……………

1.040.797
13.454.775
12.646.339

3.584.764 44.378.427
43.798.450

Zout ……………………

Wijn …………………

Tabak. …………..
1.744.134
22.767.119
22.516.104

Geslacht

……………….

Gedistilleerd …………..
Bier

…………………..

Bela.sting op gouden en

Suiker

………………..

zilveren werken
90.273
991.387
907.764

Belasting op rijwielen
162e
6.796.440
6.635.634

Indirecte belastingen.
Zegelrechten …………
1
1.394.096
2

25.983.194
8

24.806.174
Regiatratierechten…….
2.300.004
23.108.387
21.294.767
Successierechten……..
3.097.743
47.334.896
47.714.801

Domeinen, wegen en
vaarten
………………
563.370 3.845.650 3.811.441
656.112 856.904

Jacht
en
visscherij
3.920
249.535
252.018
Staatsloterij ……………
24.337
.

32.034
5.053.034 5.042.427
Loodsgelden …………..


39.811.797 503.209.580 489.183.076

Mijnen ……………………

Totaal-Generaal..
1
1
Hieronder bearenen
f
297.717
weaens zegelrecht van

uot

a’s van rnakelars en commissionnairs in effecten, enz. (Beursbelasting). ) Idem f5.877.196.
8)
f4.949.844.
4)
In

de maand December pleegt de einduitkeering van de be-
malingsbelasting en van de provinciale en gemeente-opcenten
betreffende den loopenden dienst plaats te hebben, welke
uitkeering de opbrengst over de maand December overtrof.
5)
De door de Postadministratie t/m. November jI. ver-
strekte opgaven – totaal bedragende
f
6.796.734 – zijn
achteraf gebleken
f
456 te hoog te zijn, zoodat de opbrengst
over, de twaalf maanden van 1927, niettegenstaande in de
maand December
f
162 werd ontvangen,
f
294 minder
bedraagt dan voor dit middel over de eerste elf maanden
werd opgegeven.

HEFFINGEN VOOR HET LEENINGFONDS 1914.

ecern er
1927
Sedert
1Januari
1927

Overeen-
komst (ge
periode 1926

Verdedigingsbelast. la

462.170 3.781.625 3.494.306

Verdedigingsbelast. Ib
1.496.110
14.074.143 13.870.151

Verdedigingsbelast. II
2.848.134 27.403.538 27.557.659

Opcenten:
Grondbelasting 4)
4

4.082.773
4

3.946.129
Personeele belasting
521.585 6.107.542
5.933.550
Inkomstenbelasting
520.309
19.350.835
28.837.998
Vermogensbelasting
378.589 3.179.626 2.929.067

belasting .. … … —
336.551
6.416.418 6.231.112

Accijn8 op Suiker
716.953
8.875.685
8.759.690

Dividend- en tantième-

Wijn ……
106.465 541.841
568.372

Gedistilleerd

..
528.864
4.606.580 4.637.466

Zegelrechtvanbuitl.eff.

54.718
1.884.951
1.203.448

Totaal..
.
7.970.448
100.305.557 107.968.948

HEFFINGEN VOOR HET WEGENFONDS.

Wegenbelasting ……….90.6051

6.545.01
2
1


SPLITSING VAN DE OPBRENGST DER GROND-, PERSO.
NEELE-, INKOMSTEN- EN VERMOGENSBELASTING SEDERT 1 JANUARI 1927.

lens Jaren
D’
Grond-
Personeele
Inkomsten-
Vermogens-
belasting

belasting

1

belasting belasting

1923124

4.059
1924125


2.821.248
8.017
1925126
76.259
1.297.375
4.710.799
44.127
1926/27
3.828.876
2.403.659
59.825.514
7.150.418
1927128
16.392.208
25.510.439 35.508.377 5.251.124

Totalen
20.297.343 129.211.473
1102.860.9381
12.457.745

December 1927 December 1926

Posten
1
Bedrag
Posten
1
Bedrag

Voor reke-
ninghouders
54.099
f3.790.822.000
57.206
f
3.334.858.000

waarvan door
de H.-bank
plaatselijk
41.621
,,3.379.732.000 43.264
,, 2.931.880.000

Ter voldoe-
ning van
Rijksbelast.
2.045
11

13.770.000
1.959
,,

11.537.000

f20.571.000,- f18.967.000,-
13.285.000,-

,,
15.318.000,-
300.000,-
,,

300.000,-
30.949.000,-
,31.659.080,-
1.082000,-
1.082.000,– 1.109.000,-

1.202.000,-

64

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18
Januari-
1928

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B.
***
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

BANKDJSCONTOS.

Ned

{Vrsch.

Disc. Wissels.
4413 Oct.’27
Zwits. Nat. Bk.-3422
Oct.’25
Bel.Binn.Eff.
5
13 Oct.’27
N.Bk.v.Denem.5
23Juni’27
in R.C. 6
13
Oct.’27
ZweedscheRbk
3431 Dec.’27
Javasche Bank…. 4
14Juli’26
Bank v.Noorw. 5
1Nov.’27 Bank van Engeland
4421Apr.’27
Bk. v. Tsjecho.
DuitscheRijksbank7
5 Oci.’27
slowakije . . 5
8Mrt.’27
Bank v. Frankrijk. 4
29 Dec.’27
N.Bk.v.O’rijk.
6424Aug.’27
Belgische Nat. Bnk.
4416 Nov.’27
N. Bk. v. Hong. 6
25Aug.’26 Fed. Res.BankN.Y. 34
4Aug.’27 Bank v. Italië. 7
17Juni’25
Bank van Spanje… 5
23Mrt.’23
Z.-Afr.Res.bnk
54
9Jan.’28

OPEN MARKT.

1928
1927
26
1
31

1927

10
1
5
1926

11116

1914

20124
14
Jan.
9114
2
1
7
Jan
Jan. Dec. Jan. Jan.
Juli
Amsterdam
Partic. disc.
4
3
1,6
41116.114
41
I8-I16
4I16-I16
2
3
14-3
3
155
2715.3114
311s-11s
Prolong.
4114
3
1
12.4
1
14
4.314
5-14
2
1
12-3
21/531
4
211
4
81
4

Londen
Daggeld
..
2
1
1-3
1
1
21/3.3314
2
1
123I12
2
1
13_3
1
12
3-412
3.4314

114-2
Partic.
disc.
4
1
14.
5
116
4
1
14116
4114

116
4515_315
4
1I61l6
4
3
14_
15
116
2114_114
BerlIjn
Daggeld
..
3-6 2-6
3
1
12-8
4
1
12-10
2-4
531
4
.7

Partic.dlsc.
30.55 d…
5
18
5
7
1-6
6114_81
4

6
3
147
41/8_112
6
3
18

56-90 d..
.
57,
518-6I2
6114.314
6
3
14-7
4
1
I8-
1
I2
6318
2
1
18-
1
12
Waren-
wechsel.
631_51
6
3
1-7
6
3
14-73/9
71/
4
.731
4

41I71
9

7111-8

Nee,
Yo,k
1
)
Cali money
4.114
4.314
4-5
3
14
5
1
/2.3/4
4_31
4

4.814
1314-21h
Partic.dlsc.
312
331
8
.1/
3

331s

3318

1
3314.7/5

1

3
7
18

1)
Cail money-koers van 13 Jan. en daaraan voorafgaande weken
tjm
Vrijdag.

WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAND.

a a
New
Londen
Berlijn
~Pariis
Brussel
Batapia
York)
•)
•)
1)

•)
1)

10 Jan. 1928
2.48
6
1
8

12.09h
39.07
.9.754 34.64

100i,’
11

,,

1928
2.481/
66

12.09+
5
9.08+
9.75k
34.61+

LOOtj
12

,,

1928
2.48 ij
i
,
12.097
59.08
9.754 34.60

1001/
8

13

,,

1928
2.4715
2.09
8
/
8

59.074
9.754 34.58

1001/
8

14

,,

1928

12.09
59.054
9.754 34.58

100′
16

,,

1928
2
.
4
7
15
;,
12.09
59.064
9.75

34

57

100′
Laagsted.w.
1
)
2.47
16
/,
6

12.09
59.04
9.74

100
Hoogste d.wl)
2.483/
16

2.l0’t
59.10
9.76

34.65
1
i00%
9 Jan. 1928
2.488/
66

12.09
59.05
9.754 34.62+

10061
8

2

,,

1928
2.471,,
12.08
5
9.04+
9.744 34.61

100′
1
8

Muntpariteit
2.48%
12.10%
59.26
48.-
1
34.59

100

D a a
Zwit-
ser an
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid
8
,
)
1)
rest
1)

10 Jan. 1928
47.82 35.05
7.38
1.524 13.12
42.65
11

,,

1928
47.82%
35.05
7.36
1.524
13.124
42.68
12

,,

1928 47.81%
35.05
7.6
1.524
13.124
42.27
13

,,

1928
47.78%
35.-
7.35
1.521
13.114
42.33
14

,,

1928
47.78
35.-
7.36
1.54


16

,,

1928
47.77%
34.93
7.35 1.53
13.12
42.574
Laagsted.w.1)
47.75 34.90
7.33
1.50
13.09
42.10
Roogsted.wl)
47.86 35.10
7.38
1.56
13.15
42.85
9 Jan. 1928
47.82
35.05
7.35
1.524 13.124
42.81
2

,,

1928
47.79
34.97
7.34
1.524
13 08
42.28
Muntpariteit
48.-
35.-
1)48.-..
48.-
48.-

Data
Stock-
holm
)
Kopen-
hagen’)
Oslo’
Hel-
Buenos-
Aires’)
Mon-
treal
1)
for.’)

10 Jan. 1928
66.774
66.45
65.95
6.244
105;
2.475/
9

11

,,

1928
66.774
66.474
65.95
6.25
106
2.47%
12

,,

1928
66.75 66.47k
66.-
6.25
106
2.47’i
13

,,

1928
66.75 66.45
65.974
6.24
108
2.47%
14

,,

1928
66.70
66.45 65.974
6.24
106
2.47%
16

,,

1928
66.70
66.45
65.95
0.244
106
2.47%
Laagste
d.w.1)
86.65 66.40
6685
6.22
10551
2.473.
ifoogste d.w’)
66 824 66.50
66.05
6.27
10611
,
2.48
9 Jan. 1928
66.80
66.45 65.95 6.24
106
2.47%
2

,,

1928
66.75 66.374
65.90
6.234
105%
2.48
l’funtpariteit
66.67
66.67
66.67
6.264
10581
2.48%
•) Noteering
te Am,terdam.
*8)
Noteering te Rotterdam.
1)
Particuliere opgave.
3)
Wettelijk gestabiliseerd tusschen
7.534j
5
en
7.21
1
12.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

D ta
a
Londen
(3 per

)
Parijs
(
$ P.
IOOfr.)
Berlijn
(3
P.
100
Mk.)
Amsterdam
(3 p. 100 gid.)
10 Jan.

1928
4,87i1
3,93
23,81
40,30
11

,,

1928
4,879/,
3,9311
s

23,81
40,30
12

,,

1928
4,871sj,
3,933
23,82%
40,32%
13

,,

1928
4,87i5,
3,938/
s

23,83a1
,

40,34%
14

1928
4,87I8/
3,938
23,83
40,34%
18

1928
4,877/, 3,93
,
1
9

23,82
40,31
17 Jan.

1927
4,85’I,
3,98
23,71%
39,99%
Muntpariteit
.
.
4,8667
19,30 23,81%
402/
16

KOEPSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen
INoteerings_I
eenheden
31
Dec.

J

1927
7
Jan.
1928
9/14
Jan.
1928
ILaagsieHoogste
114
Jan.
1928
Alexandrië.
.
Piast.p.,
7’j
9771,
9791
16

9714
Athene

…..
Dr.
p.
£
366%
369 365
270
368
Bangkok

Sh.p.tical

‘/10

Tv
1/10
1110
1

13
1/101/
s

1/10I/
Budapest
. …
Pen.p.
27.914
27.90 27.86
97.93 27.81
B. Aires’).

d. p.
$ 47121
1

47
18
166
479/
4

471
8

Calcutta
.. ._
Sh. p. rup.
1
1
6 !
64
1;68
1
32
‘!
‘6
5
/
4

3
1
6
7
1
64

1
/6
8
1
35

Constantin….
Piast.p.
940
935 930 945 940
Hongkong
..
Sh. p.
$
2)0′
Tv


2/0′
38

2/0%
2
1
1
5
1
,
6

2/0I8
1
6

Kobe

……
.
Sh.p.yen
1
1
11
4
‘/î

v
1/1i’
1/11
38
111
1

33
Lissabon
1)
. .
d. per Esc.
271
10

27
1
16
2131
32
215
1
33

27
1
,
d.per$
24
24
23 25
24
Montevideo
1)
d. per
$
51
50%
508
1
8

51
50%

Mexico .. …
….

Montreal’)
..
$
per £
4.89

4.88
Tv
4.88 ”
8
4.887/
4.88
2

38
R.d.Janeirol)
d. per Mil.
529/
12
529/
32
/64
5’/
16
5a9
Shanghai

Sh. p. tael
21751
16

2711/
1

5$
2/7k
2
1
81/
8

2
1
1
7
15
1
3

Singapore.
..
id. p.
$
214
7

214
3
1
33

2/3
31
/
33
248/
214
3
1
$4

Valparaiso
8).
$
p.
39.36 39.36
39.34
39.37
39.37
Warschau

Zl. p. £
43.50
43%
43%
43%
43%
‘1 i’eiegranscn transtert.
2)
90
dg.

ZILVERPRIJS
GOUDPRLJS
8)
Londen’)
9 Jan. 1928.. 26%
N.Vorkl)
5751
9 Jan. 1928….
Londen
841119
10

,,

1928.. 26%
57s1
10

,,

1928…..
84110%
ii

,,

1928.. 264
57%
ii

,,

1928….
8411111
2

12

,,

1928.. 26%
5751
12

,,

1928….
84111%
13

,,

1928..

26
5
1„

5751
13

,,

1928….
84111%
14

,,

1928.. 28%
5781
14

,,

1928….
84111%
15 Jan. 1927.. 25%
55a1,
15 Jan.

1927….
84111%
20
Juli

1914.. 241.1,
54
,
1
8

20 Juli

1914….
84111
1)
In pence p. oz. stand.
2)
Forelgn silver In $c. p.oz. line.
5)
lfl sh. p. oz.
fine

STAND VAN
‘s
RIJKS KAS.

Vorderingen,

1
7Jan.
1928
14Jan.1927
Saldo
bij
de Nederlandsche Bank….
[
38.276.150,11
/
37.252.083,38
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
Voorschotten op ultimo Nov.
1927
aan
308.883,54
636.890,65

de gem. op voor haar door de Rijks-
administratie te heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting en opcenten op
36 826.174.96
de Rijksinkomsten bellsting……….39.225.843,06
Voorschotten aan Suriname
……….
.
,,

10.423208,95
10.429.443,95
Voorschotten aan Curaçao
……….


Kasvord. weg. credietverst. a/h. bulteni.
,,
1
31.503.649,83
,,128.841.953,31
Daggeldleenlngen

tegen onderpand
,,
39.274.140,-
49.274.360,-
Saldo der postrekeningen van
Rijks-

van Staatsschuldbrjeven

……….

16.419.165,07
21.369.482,55
comptabelen

…………………….
Vordering op het Staatsbedrijf der P.,
T
.

en

T.2)…………………………..
Id. op andere Staatsbedrijven
2) –
2.895.348,03

2.895.348,03
Ver p1 i
cl, t
1 n gen.

Voorschot door de Nederl. Bank



Schatklstblljetten in omloop’)………/103.526.000,-
Schatkistpromessen in
f
1
03.526.000,-

omlooR ……..
,

28.890.000,-
Waarvan direct bij de Ned. Bank

,,

,,
28.890.000,-

11.894.909,-
Schuld a. d. Bank v. Ned. Gemeenten
2)

– –
Id. aan Ned.-lndië

………………

,,

20.570.873.09 18.966.966,98

Zilverbons in Omloop ………………
,,

12.026.578,-

269.258,21
Id. a. h. Alg. 8urg. Pensioenfonds
2)

.,
22116.807,70
20.57
1
2.91
.06
Id. aan

Curaçao

……………………. 279.191,83

Id. a. h. Staatsbedrijf d. P., T. en T.
2)..

57.475 397,30

..

61.222 981,11
Id. aan andere Staatsbedrijven
2)…….
,,

1.315.000,-

I.315.0fl0,-
Id. aan diverse Instellingen
2)

……….
5.263.932,66
5.191.352,03
Waarvan
/
12.056.000 vervallende op 1 Juli 1929.
In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH

INDISCHE VLOTTENDE
SCHULD.

1

7Jan.
1927

1
14 lan.
1927

Vorderingen:
Saldo bij’s Rijks kas …………….
Saldo
bij
de Javasche Bank ……….

Verplichtingen:
Voorschot uit ‘s Rijks kas aan N.-Indië Voorschot Javasche Bank aan N.-lndif
Schatkistpromessen in omloop…….
Muntbiljetten in omloop …………
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonda..
Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.

18 Januari 1928

ECONOMISCHSTATISThiE BERICHTEN

65

NEDERLANDSCHE BANK.

JAVASCHE BANK.

Verkorte Balans op 16 Januari
1928.

Voornaamste poeten in duizenden guldens. De samengetrok-

Activa.

ken cijfers der laatste woken zijn telegrafisch ontvangen.

Binnen!. Wis-( 11f dbk.
r
82:540.388,54

Andere Beschlkb.

sels, Prom.
.!
Bijbnk. ,

3.089.179,78

Data

Goud

Zilver

Circulatle opeischb. metaal-

schulden

saldo

enz.indisc.Ag.sch. ,,

13.333.687,71

f

98.963.256,03

Papier o. h. Buiteni. in disconto… . ….


Idem eigen portef.
.
f
183.658,393,-

Af :Verkochtmaar voor
de bk. nognietafgel.

183.658.393,-
Beleeningen(11f dbk.
f

44.785.765,73
mcl. vrsch.
Bijbnk. ,

6.299.613,54
in rek..crt.

Ag.sch.

65.850.978,47
op
onderp.
f
116.938.357,74

Op Effecten……..

‘ 113.104.657,74

OpuoederenenSpec.
,,

3.831.700,-

»

116.936.357,74

Voorschotten a. h. Rijk … .. … ……-..-..-.

,,


Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud … . .

f

67.754.135,-

Muntmat., Goud … ,, 353.472.181,52

f
421.226.316,52

Munt, Zilver, enz. • ,,

27.957.104.24

Muntmat. Zilver..
,

11

449.183.420,76
Belegging 11
5
kapitaal, reserves en pen.
sioenfonds

…………………….,,

23.827.147,02

Gebouwen en Meub. der Bank ……… ,,

5.000.000,-

Diverse rekeningen

…. .. . ………-.

,,

42.146.057,27

f

919.714.6310
Passiva.
Kapitaal …………………..
f

20.000.000,-

Reserve! onds …… ._. . …. ……….. ..

,,

7.027.840,39

Bijzo
ndere reserve ………….. ………

,,

8.000.000.-

Pensioenfonds

………………….

,,

4.825.129,48

Bankbiljetten in omloop…………..

,,

788.186.360,-

Bankassignatiën in omloop………….31
1
.
753
,
28

Rek.-Cour.j Het Rijk
f
38.794.011,66

saldo’s:

Anderen,, 38.404.075,94

77.198.087,60

Diverse rekeningen …………… .. . ,,

14.165.461,07

f

919.714.631,82

Beschikbaar metaalsaldo ……
……..
f

275.586.371,78

Op
cle ba8i8 van
21

metaaldekking….
,,

102.447.131,60
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigdis. ,, 1.377.931.855,-
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data

Circulatie
opeischb.

Metaal-

kings
Goud

AndereBeschikb. Dek-

Munt t Muntmat.

schulden

saldo

perc.

16 Jan. ‘2867.7541 353.472 788.186 77.510 275 586 52
9 ’28 6L756 342.235 807.365 84.296 258.718 49
2 ,, ’28 67.764 332.326 840.032 102.154 238.862 45
26Dec. ’27 67.789 332.202 796.784 99.163 248.288 48

19
1
27 67.790 322.287 789.215 85.452 242.755 48
12 ,, ’27 67.804 322.287 802.511 75.397 249.045 48

17 Jan. ’27 160.
659
354.957 811.772 42 865 272.585 52

25 Juli ’14 85.703 96.410 310.437

6.198
1
43.521
1
) 1
54

Totaal
Schatkist-
B 1

Papier
DiveT
Data

bedrag promessen


e ee-

op
het

reke-
disconto’s rechtstreeks ttigetz

buiten!. nin gen
2)

18 Jan. 1928 98.963

116.936 183.658 42.146

9

1928 122.839

120.662 183.308 51.668

2 ,, 1928 138.866

137.681 180.748 81.140

26 Dec. 1927 115.144

132.091 168.225 76.042

19

1927 120.676

127.186 158.178 73.763

12 ,, 1927 136.991

121.118 155.599 69.184

17 Jan. 19271 75.443

128.644 195.834 43.976

25 Juli 19141 67.947

14.300

61.686 20.188

509

1)
Op de basis van li
s
metaaldekking.
1)
Sluitpost activa.

SURINAAMSCHE BANK.
Vn,,.rn.nmqf
,,net,en in
duizenden fuldens.

Data

Metaal

opeischb.

Discont.
1
i

Andere

D

k

10 Dec.

1927..

1.121

1.509

746

871

466

3

,,

1927-

1.120

1.596

694

868

460

26 Nov.

1927-

1.141

1.448

554

845

460

19

1927..

1.130

1.469

544

849

519

12

,,

1927-

1.120

1.530

686

845

525

11 Dec.

1926-

1.020

1.502

1.117

925

470

5 Juli

1914…
1

645

1.100

560

735

396

‘)
bIUICPOSI oer acuv.

_-

7 Jan. 1928

196.800

323.000

49.300 122.340

31Dec.1927

196.300

319800

55.400 121.260

24 ,, 1927

196.600

319.200

56.100 120.940

17Dec.1927 ï7.766

16.913 323 589

51.347 120.978

10

1927 178.597

17.78 323.889

53.399 121.218

3

1927 178.604

17.665 318.023

63.838 120.230

26Nov.1927 178.687

17.376 316.660

66.288 119.769

8Jan.1927 197.041

29.264 321.234

61.899 150.498

9Jan.1926 197.038

39.457 356.306

49.351 156.122

25 Juli 19141 22.057

31.907 110.172

12.634

4.842
2
)

Data

Dis-

buiten

Belee-
WI3CI5,

i

Diverse


percen-
conto’s

N.-Ind.

nin
gen

nin
betaalb.

gen’)
1

ta
g
e
1

reke-

7Jan.1928

i

170900

5..

53

31Dec.1927

169.00

.*.

52

24

,,

1927

170.900

s’s

52

17Dec. 1927

12.740

24.804

117.708

28.683

52

10

1927

13.024

23.275

118.05

30.743

52

3

,,

1927

12.462

24.309

121.310

31.819

51

26Nov.1927

12.597

24.291

118.796

35.395

51

8 Jan. 1927

12.404

19.559

88.562

43.148

59

9Jan.1926

11.779

19.712

58.777

80.598

58

25 Juli1914

7.259

6.395

47.934

2.228

44

‘)
Sluitpost activa.

2)
Basis
li
s
metaaidekking.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency
Notee,
in duizenden ponden sterling.

Data

Metaal

Circulatie

Currency
Notes

Bedrag
1
Bankbil/.
1
00v.
Sec.

11 Jan. 1928

155.002 1135.934

296.554

56.250

247.048

4

,,

1928

152.303

137.728

297.621

56.250

248.284

28 Dec.

1927

152.409

138.711

299.791

56.250

250.662

21

,,

1927

150.381

138.779

300.798

56.250

251.230

14

,,

1927

149.909

137.249

298.290

56.250

248.649

7

,,

1927

149.710

136.805

297.819

56.250

248.166

12 Jan.

1927

151.4891138.084

287.309

56.250

236.726

22 Juli 1914

40.184

29317

i

Gov.

Other

Public

Other

Dek-

I
Reserve
1
kin es- Data

Sec.

Sec.

Depos.

Depos.

nprc.1

11 Jan. ’28

39.629

64.504 1

14.854

110.061 1 38.8181 31

4

’28

48.294

91.7161

13.618

142.730
1
34.325j 21’/,,

28 Dec.’27

48 579

74.449

14.562

123.975
1
33.4472411
8

21

’27

42.984

64.955 j

18.445

102.902

31.3521 251/,,
14

’27

41.309

54.744

8.721

101.842 1 324101 29511,

7

,,

’27

47.386

55.069

7.434

109.828

32.655 27718
12 Jan. ’27

34.768

77
.
056
1

15
.
372
1
111.539
1
33.1551261/8

22 Juli ’14

11.005

33.633

13.736

42.185

29.297 52

1) Verhouding tusschen Reserve en Deposits.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen franoe.

Waarvan
1

l’e
goed

Wis

Waarv.
Data

Goud

in het

Zilver
1
in h t

p het

Belee-

buiten 1.1)

buite
e
nl.

sels

lbouiten!.ningen

12 Jan.
1
28

5.545

1.864

343

52

1.271

10

1.747

5

,,

’28

5.545

1.864

343

53

2.341

9

1.700

29Dec.’27

5.545

1.884

343

53

2.166

8

1.674

22

,,

1
27

5.545

1.864

343

51

1.241

8

1.719

15

,,

1
27

5.545

1.864

343

50

1.396

7

1.737

13 Jan.’27

5.549

1.864

341

86

3.581

16

2.136

23Juli’14

4.104

840

1.541

8

769

Buit.gew. Schat-

Dive

Rekg.
Courant

Data

vo0rsch.

kistbil-

se

Circulatie

Staat

12 Jan.’28

23.800

5.892

27.790

58.160

10.234

135

5

,,

’28

23.900

5.884

27.739

58.639

9.929

43

29Dec.’27

24.550

5.881

26.551

56.55110.481

26

22

1
27

24.550

5.880

25793

55806

10.460

32

15

,,

’27

24.650

5.874

25.320

55.811

110.710

12

13 Jan.’27

34.550

5.591

6.125

53.515

5.581

28

23Juli’14

5.912

943

401

1) Waarvan beschikbaar 463 millioen.
2)
In disconto genomen wegens
voorsch. v. d. Staat aan buiteni. regeeringen. 2) Sluitpost activa.

66

ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN

18, Januari 1928

DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in miljoenen
Reichmark
Daarvan
Deviezen
Andere
Data
Goud
bij bui-
ten!. cïrc.
als goud-
dekking
wissels
en
Belee-

banken
1)
geldende
cheques
ningen

7 Jan. 1928
1.864,5
81,4
285,6 2.635,5
23,1
31 Dec.

1927
1.864,6
81,4
282,0 3.128,7
78,3
23

,,

1927
1.860,6 77,2
279,4
2.416,9
44,1
15

,,

1927
1.860,7 77,2
288,2
2.270,5
58,6
7

,,

1927
1.881,0
77,2
278,5
2.392,2
42,3
7 Jan. 1927
1.831,2
159,8
513,3
1.694,4
23,8
30 Juli

1914
1.356,9


750,9 50,2

Data Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.-
Diverse
ten Activa
2
)
latie
Crt.
Passiva

7 Jan. 1928
93,4
519,3
4.170,9
675,0
275,1
31 Dec.

1927
93,4 499,2
4.564,0
779,1
284,9
23

,,

1927
93,4
474,9
4.046,4
567,4
254,2
15

,,

1927
93,4 477,3
3.931,4
525,1
296,7
7

,,

1927
93,4 502,5
4.043,7
500,1
325,5
7
Jan. 1927
90,9
574,7
3.436,8
842,8
204,8
30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
‘ unoeiast. ‘) w.o. Ientenbankschelne 7 Jan.
1
28, 31, 23, 15,7 Dec.’27,
7 Jan. ’27, resp. 50; 24; 30; 28; 30; 66 miii.
NATIONALE BANK VAN BELGIE.
Voornaamste posten in millioenen Beteas.

Data

Goud

L
u.

0.

“0

.
Rekg. Crt.

0

1927128

0
.

0

,..
0
‘O
0
t..-

12 Jan.
734
503
———
43
569
34
394
2.081
6
161
5

,,
733 514

585
40

2.076
19
170
29 Dec.
719
525

585
35

2.043
32
183
22

,,
718
468
43
545
30
394
1.994
4
158
15

,,
714
462
43 541 33
400
2.006
27
118
13 Jan.
2
i
620
454
38
505
32

1
400
1.827
1
195
1jan ae scnatklst gecedeerd.
2)
1927.

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data
betaal-
middel,
Zilver
Totaal

1
Dekking
J

F. R.
In
her-

1
disc.
P.
d.
1
In de
open
bedrag
Notes
etc.
member
1
markt
banks

1
gekocht
28Dec.’

27
2.739,1
1.523,9
123,1
609,2
385,5
21

27
2.742,3
J

1.559,0
115,2
578,2
365,8
14

,,

’27
2.792,2
1.633,0
125,8
495,0
381,1
7

,,

’27
2.826,7
1.576,9
126,5
443,9
380,0
30Nov.’27
2.805,0
1.525,5
134,’.)
477,0
354,7
23

,,

’27
2.859,9
1.610,8
132,7
418,3
326,7
29Dec.’26
2.814,8
1.434,8 129,4
710,9
378,8

Data
Belegd
1
in U. S.
It?5
in
circu]
Gestort
Goud-
1

Dek-
Algem.
Dek-
Gov.Sec.
1
latie
..°
t
Kapitaall
kings-
1

perc.’)
kings-
perc.
2)
28Dec.
1
27
603,1
1.813,2

2.473,3
132,5
63,9
66,8
21

,,

’27 588,0 1.821,3

2.434,0
132,4
64,4
67,2
14

,,

’27 597,9
1.766,7

2.448,0
132,3
66,2
69,2
7

,,

’27
604,2
1.749,8

2.427,3
131,7
67,7
70,7
30Nov.’27
547,8 1.716,6

2.413,2
131,7
67,9
71,2
13

’27 621,2
1.728,7

2.435,8
131,6 68,7 71,9
19Dec.’26
317,2
1.857,0

2.345,7
124,8
66,9
70,1
-, v c. uuuulng
lotalen gouavoorraaa tegenover opeischbare schulden:
F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
Aantal
banken

Dis-
1

conto’s
en
1

beleen.

Beleg-
i

gingen

Reserve
bij
de
F. R.
banks

1
1

Totaal
depo-
sito’s
1

Waarvan
time
deposits

21 Dec.’27
658 15.357
6.431
1.780
20.535 6.504
14

,,

’27
658
15.293
6.365
1.786
20.509
6.471
7

,,

’27
656 15.273
6.348
1.768
20.428
6.468
30Nov.’27
659 15.214
6.329
1.760
20.438
6.473
23

,,

’27
659
15.130
6.313
1.759
20.287 6.448
22 Dec.’26
688
14.439
5.514
1.657
18.885
5.775
Aan net eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen baukstaten.

EFFECTENBEURZEN

Amsterdam, 16 Januari 1928.

De ilitejnatjonale foii.dsenmrkten ‘zijn in de achter ons
liggende berichtsperiode over het algemeen kalm geweest.
Een eitzoiidering dient te worden gemaakt voor de b6urs
te .P a r ij 5, waar het intrekken van de wet op den uitwoer
van kapitaaJ uit FrankTijk een Vrij sterken .iudruk heeft
gemaakt. Men besehuwde dezen maatregel in de eerste
i1aats als een verdereii stal1) Op den weg naar de stabi]isa-
tie ‘van lst Franselie betaalmiddel cii hierdoor is uit den
iard der zaak hat vertrouwen in binnenland en buiten.
.ian:l toegenomen. Ten aanzien van het buitenland is deze
stemming tot uiting gekomcn in het verstrekken van be.
laiigrijke koopGrders, aoowel voor staatsfondsen als voer
aaiiileeleii in baukinstelliugen en spoorwegoadernenjjno.en,
welke papieren dan ook een niet onbelangrijke koers’ver-
heffing in het licht hebben gesteld. Hoe verheugend een
dergelijke gang ‘van zalcen ook wordt geacht, de taak van
de ]3aiik vaii Frankrijk wordt er geenszins ‘door verlicht.
De schoTsing – want van een deFiniieve inArekking is nog
niet gesproken – van cle wet op den iitvoer ‘van kapitaal
is in tie Jianel gatverkt door het feit, dat voortdurend bui-
tenla.n :lscthe beta.admildelen werden aangeboden, waarvan
de tegenvaarcle in Frausche franes niet onmiddellijk kon…
worden aangewend. De bankbi’ljettenomloop ‘verkreeg der-
halve een tendens tot onmatige uitzetting en man koesterde
de hoop, dat de intrekking van cle genoemde wet zou mede-
werken tot het doen •wegvloeien ‘van overtollige gelden. Tot
nu toe echter is dit door de groote buiten.landsehe aan-
koopen niet geschied.

Intusschen heeft ook de benrs te B e r 1 ij ii de gunstige
nitwerking van de voorvallen in Frankrijk ondervonden. Men verkeerde daar in de veronderstelling, dat Fransohe
belanghebbenden, nu dit zonder bijzondere bezwaren moge-
lijk is getvorden, zonden overgaan tot aankoopen op de buitenlandsehe, dus ook op de Duitsche, beurzen. in het
vooruitzicht

van deze mogelijkheid is de stemming in Ber-
lijn vrij vast geworden. Tegen het einde der berichtsweek is
echter een inzinking op te merken geweest, welke vooral
in de hand is gewerkt door het voorloopige uttblijven van
bicitenlandsehe kooporders en door de vage mededeeli.ngen.
welke op de laatste vergadering van de 1. G. Farbenindus-
trie zijn verstrekt.
r1e L o n d e ii is de markt vrij kalm gebleven, zonder
een bepaalde lichting in te slaan. De afdeeling voor Brit-
selie beteggingspapieren was rustig; daarentegen outston4l
grootere belangstelling voor )rrausohe obli
g
aties, in ver

band met de hierboven vermelde maatregelen op financieel
gebied in Frankrijk. Versohillencle van de incinstricele
foadsen. welke in dec laatsten tijd op den voorgrond wa-
ren getreden, ‘bleken in de achter ons liggende (lagen in
reactie te zijn. Sterk de aandacht hebben getrokken de
fluetuaties in de aandeeleti in verschillende telegraatonder-
ueni’h.igeu en Mareoni’s, in verband met de veriwachtiiij,
dat een toenadering tusschen deze ondernemingen zou plaats
v in den.

Te N e w Y o r k is de markt aarzeilen.cl gebleven. Er be-
stond een neiging tot reactie, voornamelijk in verband met de toeneming van de voorsohotten aan makelaars ter beur-
ze,
in verband w’aarmede men afwerende maatregelen van
de zijde ‘van den Fecl. Res. Boa.rd niet onmoeiijk ‘acht.
Te ii on z e n t is de markt over het algemeen kalm ge-
tt’eest, waarbij echter Vrij veel uitzonderingen zijn voorge-komen. Dc
Selcggisvgssfdeeii’,vg
heeft geen aanleiding tot
bijzondere bespreking gegeven, althans niet in zooverre het
i’nhceni actie papieren betreft. Wat buitenlandsohe soorten
aangaat, stonden Fransche obligaties in het centrum (1cr
belangstelling; de opge’%vekte houding aan de beurs te Parijs
heeft ook aan onze markt eenige uitwerking gehad. 6 pCt.
Ned. Werk, Schuld:
10
5
0
11(1, 105
5
1s, 105
9
/
is
; 4Y
2
pCt. NecI.
Werk. Schuld 1917: 100
21
1
10
,
1
00
5
/s, 100′
3
1
1e
; 47%’ Ned.-Inclië
1926: 97151,3, 98%, 9S
1
/,
2
; 5 pOt. Mexioo £ 100-1000 (af-
gest.) : 9i/, 9cR,. 5 pOt. Brazilië 1903 £100: 83
7
f
io
, 847%,
84; 8 pCt. Sao Paulo 1921: 107%, 1077%, 1077%.

Vat de verschillende aandeelensoorte.n hebben die in
indu.striccle ondernemi’n.ger&
wel cle meeste aandacht ge-
trokken. Hier waren de omzetten clan ook tamelijk belang-
rijk, zooals Philips, Marg. Unie, Jurgens, kunstzijdesoorten,
ad. In alle hiergenoemde aandeclen is een koersstijging
lot stand gekomen, waarbij echter opgemerkt dient te wor-
:len, dat het hoogst bereikte peil niet in alle gevallen be-
londen kon bljiven. Naast cle genoemde papieren traden ook
andere sterker dan anders op den voorgrond, oa. van Bar-
cel’s Patent, Asnst. Superfosfaat, Ver. Chemische Fabrieken,
mnz. Centrale Suiker Mij.: 997%, 102
1
/
8
, 102; Heil. Kun€t-
tijde lad.: 1537%, 1567%, 155; Jurgens: 2357%, 239%, 246;
lfaèkubee: 118%, 128, 1317%, 1287%; Ned. Ku’nstzijdefa-

18′
Januari
1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

67

ibriek: 416%,
423
1
/2,
431%, 422; Philips, G1’oeiiamipeu: 570,
564,
585, 576%,; Zweedsohe Lucifer Mij.: 372, 378%, 375.
Ook petroleumanncleelen
waren tijdelijk vast gestemd. De
opheffing van de wet op den iuitvoer van •kapitl schijnt
cenige uitwerking te hebben gehad op aandeeden Konink-lijke Petroleum Maatsdhappij, welke blijkbaar ‘voor Fran-
sché rekening werden gekookt. Later echter is ook hier
een reactie ingetreden. Voor Roemeensche soorten is de
aandacht iets geringer geworden, nu de stabilisatie van do
Leti nog niet – oum6ddelljk schijnt te worden toegepast.
l)ordtsohe Petr. Lid. Mij.: 323
1
/
2
, 328%, 324%; Gec, Roll.
Petr.. Cy.: 19936; Kon. Petroleum -Mij.: 344, 342
5
/8,
348%,

353% 348; Perlak Petroleum: 747/
g
, 76, 78%, 78%; Peuda-

we: 19, 18, 17%, 18% ;.Marl’au’d 011: 35
3
/8, 3611, 37, 3611110

De
tajjalGsm.arkt was
kalm. In de meeste aandeelen is
slechts weinig omgegaan en ook de fluctuaties zijn dienten-
gevolge tamelijk gering gebleven. Iets grooter waren de
omzetten in aandeelen Dek Bataivia. Ook de Jaw.a-aandeelen
hebben van goede belangstelling blijk gegeven. Areudsburg:
680, 684%, 681; Besoeki Tabak Mij.: 539, 538%, 540; Dell
.Batavi.a: 577, 580%,.584, 578; Dell Mij.: 474, 468
5
/8, 475%,
468;’Ngoepit: 430, 425, 417, 416; Oostkust: 278%, 276%,
276, 272%; Senem.baih Mij.: 517, 512%:, 517
1
/2,
514, 508%.
Rubberaiandeelcn
zijn vrijiwel op den achtergrond geble.
ven. De ruibberprijs heeft slechts weinig gevarieerd, doch
{e tendens was niet opgewekt. Dit weerspiegelde zich eenigs-
zins in een lichtelijk dalende richting van de desbetreff en-
de aandeelen ter beurze, waarbij nog het vooruitzicht kwam,
(lat de voorraden te Londen ‘in de achter oiis liggende be-
rich’tsweek souden toenemen. Deze veronderstelling is in-
middels hewaarhe.i’d. Amsterdam Rubber: 323
3
/s, 318%, 322%, 318%; Dell Batavia Rubber: 2-53%, 250%, 254,
250% ; Hessa. Rubber: 425, 420, 4-29, 431; Indische Rubber:
404, 399, 402%:, 399; Kaik Telepak 352, 345%, 354, 351;
Ken.deng Lemboc: 426%, 422%, 425, 422; Maj.augbanden: 364, 360%, 362, 360; Ned.-Ind. Rubber & Koffie: 348; 338,
344, 346, 345; Oost Jawa Rubber: 410, 406, 400/8, 408%,
405; R’dam Tapanoeli: 170, 166, 169%, 168; Serbadjadi:
331, 323, 328
5
/s, 325; Sumatra Rubber: 304
1
/2,
298, 306, 303;

Sumatra Caou,tchouc: 276%, 270, 273%;; Vereenigde mdi-
sche Cultuur Ondernemingen: 200%., 198%, 201, 200; In-
.teroon.tinental Rubber:
1915/je,
19%, 19.
Suilceraandeelen
hebben weinig handel tot zich getrokken
en van een ‘bepaa.l’de richting kon niet worden gesproken.
Cult. Mij. Vorstenlanden: 183,, 181, 180%, 180; Handels-ver’een’iging Amsterdam: 807, 805, 81036′, 802; Javasche
Cultuur Mij.:, 411, 409, 406, 403; Kalihagoe-: 448%, 450%,
446, 445; M’aron: 289, 288, 286, 285%; Moorman’n: 442,
444, 442, 439, 435; Ned.-Ind. Suiker Unie: 304%, 308%,
301, 300; Poerworedjo: 127%:, 126%, 125; Tjepper: 815,
812, 820, 807; Tjeweng Lestari: 241, 241%, 233 (ex dlv.);
Watoetoel.is Poppo’h:. 8:35, 831, 840, 850.
$oheepveairtaandeelen
waren Vrij vast, inizonderheid voor
aatideelen Holland-Amerika Lijn, welke in nogal groete
posten en to.t stijgende prijzen uit de markt werden geno.
men. Holland-Amerika Lijn: 85, 86
7
/8,
.87%, 89; Java-

China-Japan Lijn:
1.3136,
132, 134; Kon. Ned. Stoomboot
Mij.: 96%, 95%, 96%; Nederlandsche Seheepvaait Unie:
199%, 20036, 199%, 199% ; Ndeivel’t Goudriaan: 132Ys, 133,
135, 1.35% ; Stoomvaart Mij. ‘Nederland: 196%.
De af deeling voor mijnbouwonderneinhingen
heeft haar
levendigheid van korten tijd geleden ingeboet. De fliictuaties
waren gering, ook in pref.. aan’deelen Müller Mijnbouw;
men verwacht klaanibljkelijk, na de publiicaitiie van het rap-
port omtrent de C. V. Müller, geen onmiddellijke regeling
voor de mijnibouwmaatsdhappij. Alg. Ex’ploratie Mij.: 61%,
6336, 62; Biilliton le Rubriek: 920 937, 035; Boeten Mijn-
bouw Mij.:
140%,
14636, 150, 146%., 149; Muller & Co.’s
Mijnbouw Mij..: 78, 79, 80%; Redjang Lebong: 144, 149%,
14234, 144%; Si.iloenghang: 17, 20, 25, 28; Singkep Tin
Mij.: 444, 445, 435, 432.
Benkeaaideeleai
waren zeer vast voor de vooraanstaande
soorten. A,msterdamsdhe Bank: 185%, 188, 188% ; HoIl.
Bank.v. Zuid-Amerika: 69, 68v/s, 68; Incasso Bank: 128%,
128, 128%; Javasohe BanJk: 337; Koloniale Bank: 276, 272, 269; Ned.-In.d.. Handelsbank: 178, 176%, 177%’, 177; Necl. Handel Mij. C. v. A.: 1767/
8
, 175%, 175
5
/8;
R’.damsche Bank-

verg.: 97%,
98%,
98%.; T’wentsche Bank: .145.
De
Ainerika-a’iasche af deeliaig .
was kalm, zonder groote wij-
zigingen van het koerspeiil. American Smeltiing & Refin.in.g
Cy.: 1767%, 175%, 1777/
s
, 175%; American Water Works:
61, 59; Anaconda Copiper: 112%, 111%, 115%, 113; Gities
Service: 275% (ex dliv.); Studebaker: 58%’, 57%, 59, 58;
Uniiited States Steel Corp.: 148
3
/8, 147
34,
145%; Atchiso’n

Toipeca:
191%,
190%, 1.917%; Ene: 64%, 63%, 631;
St.Louis & San.Fran’sisoo: 114%, 113%, 116,. 113; South-
ern Pacific Cy.:
1207116,
121%; ‘Union Pacific Cy.: 190,
189%, 189; Wabash Railway: 84
5
/8,
64%,
66, 65.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

17 Januari 1928.
Na de herleving van het begin der maand waren in de
aFgeioo)en week de zaken weder weinig levendig. Als uit-
aoudeninig kwamen in Engeland enkele dagen voor met
betere vraag voor Canadeeche t a r in’ e ter versehepiug van
de Westkust op aflading in de eerstvolgende maanden,
waarvoor ook llu.eii dan in Duitschland en Nederland goede
belangstelling bestond. Ook kwam in het begin der week
‘te Antwerpen een enkele dag voor met goede zaken in
verschillende Noord-A merikaansche tairwesoorten , naar
Noord-Frankrijk, doch over het algemeen waren de omzet
;

ten niet groot en verkeerde de markt vrij sterk onder den
indruk van groote verschepingen uit Argentinië, sterke
toename van den .tarivevoorraad in de Argentijnsohe havens
en het daarmede verband houdende dringende aanbod van
tarwe uit Argentinië. Canada begint nu ten velle de con-curren.tie van ‘het Zuidelijk halfrond te ondervinden, ol-
schoon Australië deze week vrij wat minder tarwe dan in
de vorige heeft verscheept, doch de Canadeesche markt on-
dervond steun van de geregelde verkoopen via Vancouver
en prijsverlagingen vonden dan ook te Winnipeg niet
plaats. Zelfs vertoonde de markt daar, evenals te Chicago,
nu en dan nog al eens een neiging tot ‘stijging, zoodat kleine
prijsdalingen telkens weder door een herstel werden gevolgd.
Tot op zekere hoogte heeft dat samengehangen met de min-
der gunstige berichten, welke blijven binnenkomen omtrent
den stand der wiitertarwe in de’ Vereenigde SStaten. In
Kansas namelijk klaagt men nog steeds over te weinig
neerslag en in het Middenwesten is door het onlangs’ op-
getreden zachte weder de sneeuw van de velden verdwenen,
zooclat nu vrees bestaat voor schade wegens vorst. Op 16 Januari sloot tariwe – te Winnipeg in vergelijking met een
week tevoren onveranderd tot iets hooger en te Chicago
‘voor Maart
36
dollarcent per 60 .lbs ‘hooger en ‘voor cle
volgende termijnen ongeveer evenveel lager. Ook de Argen-
tijnsdhe termijnma.rkten bleven ten slotte onveranderd tot
een kleinigheid hooger.. –
In Noord-Duiitschland worden de zaken nog altijd be-
moeilijkt doom ijs op aommige der Duitsche rivieren en ka-
nalen en speciaal op de Elbe sdhijn’t deze belemmering van
het verkeer nog lang ‘niet te zijn opgeheven.. Voor alle
‘graan’soorten is dan ook aan de Hambu.rgsc.he markt dc
invloed daarvan in cle piijzen te bespeuren. De versohepin-
gen van Argentinië hebben dit jaar zeer snel een groo’ten
omvang ‘bereikt en daar ook van doord-Amerika iets meer
werd afgeleden waren cle verschepingen deze week voldoen-
de voor de behoefte der iinvoerlanden. Juist in ‘verband
met die. groots A.rgentijnsche verschepingen en de ruime
hoeveelheden, welke ook Canada nog ter beschikking heeft,
richt zich, behalve wat Maniitoba’s ter rierscheping over
Vancouver betreft, de Duropeesohe vraag speciaal op ta.rwe
in spoedige ‘posities en op af lading worden weinig zaken ge-
claa’n. Men houdt zich namelijk qvertuiid, dat er geru’imen
tijd zeer voldoende tarwe door de iritvoerlanden zal worden
aangeboden en meent, dat de kans op prijsverhooging n’iet
groot is. Zeer zeker valt voor die opvatting aer veel te
zeggen, doch eenige invloed valt to’dh misschien wel te
verwachten van de minder gunstige berichten, van de uien-
w’e op -het Noordelijk halfrond te velde staande oegsten,
indien de weersomstandigheden .daarvoor n’iet verbeteren.
‘i3ehalve cle ?iooeven reeds beschreven minder gunstige rap-
porten omtrent de wi’ntertarwe in Noord-Amerika schijnt
het wintergraan er namelijk in Ebropa ook niet overal
even goed voor te staan, waarbij vooral gedacht client te
worden aan cle omstand.iiglheid, dat de uitzaai in verschil-
lende West-Europeesche, landen kleiner is geweest dan in
het vorige jaar en dan in de bedoeling had gelegen.
Versohepingen van, r o g g e uit Noord-Amerika zijn deze
– week weder zeer klein geweest en zaken in deze graan-
soort blijven beperkt, terwijl in de meeste gevallen de prij-
zen Jager zijn dan dor de Amerikaansche nbteeringen zou
wordn gerechtvaardigd. De markt te Chicago handhaaft
zich echter gemalekelijk en in dan loop der week ‘is zelfs
een kleine verbohging te constateeren. geweest, welke echter
op 16 Januari grootendeels verloren ‘ging.
– Voor m a 1 s is’ in den
loep
r1zer week de stemming steeds
vasiter geworden. Aanvankelijk was cle vraag in Engeland
nieg
niet groot, ter-wijl voor spoeclige mais de markt in
Noord-Duitscihland gedrukt bleef met prijzen beneden de
l)arteit der uitvoerlanden. Ook in Argentinië was de stem-
,in’ïng eeriiigs’zins weifelen’d en ofschoon, voor nieuwe mais de
prijzen te Buenos Aires wat stegen, kwamen voor oude
maIs zelfs dagen met eenige prijsdaling voor. ‘Later is daar-
‘in echter een, belangrijke verandering ingetreden, omdat
vrij plotseling overal :de overtuiging doordrong, dat in de
eerstvolgende .rnadien ‘wel
eens,,
een gebrek aan mais kon

Noteeringen.

Chicago
Buenos
Aires
Data
Tarwe Maïs
Haver
Tarsve
Maïs
Lijr zaad
Mei
Mei
Mei
Febr.
Febr. Febr.

14Jan.’28
129

1)
88
181
)
54

1)

11,_
1)

8,20
1
)
15,151)
7

,,

’28
130
1
1
8
1
)
874
1)
53711)
10,90 7,95
14,75
14Jan.’27
13871
8

81y
4
4834
10,90
5,65
14,30
14Jan.’26
176
87
14,40 7,70
16,15
14Jan.’25
18451
8

132
61
15,80
11,05
23,50
20 Juli’14
82
56s1
9

36W
9,40
5,38
13,70
1)
per Mrt

Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.

Soorf en
1

16Jan.
1
9Jan.

1

17
Jan.

1

1928

1

1928

1927

Tarwe (Hardwinter II)
….1
13,65
Rogge (No. 2 Western) ..’
12,75
Maïs (La Plata)

… .. ..
.
209,-
Gerst (48 lbs. malting)

,2
24 8,-
Haver (Canada3)……….
1

13,-
Lijnkoeken (Noord-Amen.
ka van La Plata-zaad)…’
13,60
Lijnzaad (La Plata) …..
8

359,-
1)
per 100 KG.

3)
per 2000 KG.

13,50
15,10
12,70 12,35
200,-
162,-
246,- 220,-
13,-
11,40

13,65 11,60
350,-
358,-
3)
per 1960 KG.

Totaal

AANVOEREN in tona van 1000 KG.

Rotterdam

II

Amsterdam

68

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18 Januari 1928

Artikelen

‘8114
Jan.

Sedert

1
Overeenk.

8/14
Jan.
1

Sedert

Qpereenk.
1928

1
Jan.
1928

tijdvak
1927

1928

1Jan.
1928
1
tijdvak
1927 1928

1

1927

25.964
81.536 89.093
3.800 3.800 5.000 85.336 94.693
Tarwe………………
Rogge

……….
454
722
15.270



722
15.270 900
.
1.633
1.380
458



1.380
458
Mais ………………
32.101 73.717
1.991
8.243
9.500
40.344
83.217

Boekweit ………………..

7.536 12.619
15.641

420 602
13.039 16.243 1.763

.

3.708 3.812
– –

3.708
3.812

Gerst

………………..

Lijnzaad

………….
890 7.390 6.858
7.841
21:260 4.300 28.650
11.158

ifaver.

…………..

9.046
4.177,



9.046
4.177
Lijnkoek …
.

………1.686
Tarwemeel

………….
2.755 8.512 4.208 2.079 2.079
2.126
10.591
6.334
Andere meelsoorten

.

70
497 1.614



497
1.614

blijken te bestaan, dat aanzienlijke prijsstijging mat zich
ou brengen. De versahepingen van Argentinië zijli reeds eenige weken veel kleiner clan wij iii December’ ‘bot nog
toe gewend zijn geweest, terwijl ‘bovendien de voorraden in de Argeutij’nsdhe havens telkens weder flinke vermindering
ondergaan en op 12 Januari slechts 200.000 ton bedroegen
tegen 320.000 ‘ton op den overeenïkomsbigen datum van het
vorige jaar.. Ook de houding der Argeutijnsohe exporteurs,
die zeer hooge prijzen gingen vragen voor oude mais op af-
lading in de eerstolgen’de maanden, wees erop,. dat niet
veel mais meer in Argentinië aanwezig is. Bovendien en-
dergingen de prijzen voor oude maïs aan de Argentij’nsehe
termijnmarkten een sterke verh’ooging en daar bovendien
van ‘den Don’ain in het geheel geen aanbod van maIs bestaat,
de veradhepingen van Zuid-Afrikt ‘klein zijn en cle andere
weinig belangrijke u’i’tvoerlanden niet in staat zijn, hoe-
‘seeliieden van beteekenis te leveren, nam, in verschillende
Eiro’peesohe landen de ‘vraag naar oude Platamaïs aanzie-
lijk toe, ‘waarbij telkens hoogere pnijaen werden betaald.
De omzet jin male aan de Engelsdhe markt ‘was groo’ter dan
in langen , tijd ‘het geval is geweest en in Nederland von-
den, ondanks de rprij’sstijging, de aankomende partijen zeei
gemakkelijk opname, evenals ok te Antwerpen. Door deze
vaste ‘houding der markt voor Plata-maïs konden ook de
weinige andere soorten, welke ‘worden .aangchoden, een
flinke prij’s’vezihcoging boeken. Nedeniandsch-Iud’isohe nraïs
trek in verband daarmede ruimere belangstelling en bch’al-
‘ve ijs ‘Nederland ‘werden daarin ook naar Noord-Duitsoh-
land en naar Denemarken en Scandinavië geregelder zaken
gedaan. De nieuwe is egentijnsehe makoogst blijft er uit-
stdkencl voorstaan, doch de algemeen vaste stemming aan
de nïaïsmar.kt heeft ook daarvoor de prijzen doen stijgen.
Zaken in nieuwe Platamals zijn echter niet groot, omdat
in ‘verband mei de zeer goede oogstvoorui’bzidhten de ver-
hoogde ‘prijzen, welke ‘daarvoor worden gevraagd, lang
niet algemeen vertrouwen wekken. Gestegen zijn ook de
maïaprijzen in Noord-Amerika, doch nu Plabam als zooveel duurder is geworden, is toch de ‘belangstelling voor Noord-
Amerikaasisehe togeiIomen. De versohepingen uit Noord-
Amerika zijn deze week nog steeds zeer klein geweest,
doch baar Nederland en ook naar. Engeland en Duitsdh-
land zijn vrij geregeld zaken gedaan, zco’dat in de eerSt-
volgende weken ‘wel eenige vermeerdering van den exiport
kan worden verwacht. Men
zal
nu dienen al te wachten,
of Noord-Amerika met verhoogde prijzen reageert op ver-meer:dening der zaken tnaar Euiipa en het niet er naar uit, ‘dat slechts wanneer dat niet het geval is, verdere ver;hoo-
ging der maïs’prijzen te voorkomen is. Re&de is mais te
Ckicago ‘in den loop der week 1 It 2 dollarcent per 56 lbs.
gestegen. Aan de Argentijnsehe .termijn’markten bedroeg
de prijsstijging voor o ud’e maIs ongeveer 50 ceutaivos en
voor nieuwe 25 cen;tavos per 100 EG.
In ge r s t wordt de omzet nog steeds belemmerd door
de hooge prijzen en geregelde zaken in Noord-Amerikaan-sche gerst ‘vonden deze week eigenlijk slechts naar Neder-
land ilaats, dat tot de eenigazins gedaalde prijzen vrij

geregeld in’koopen deed. In Duiitsdhland ‘blijft de vraag naar
gerst on’volcloende, terwijl ook in Engeland niet veel voer-
ger’s’t werd gekocht. De versehepingen ‘van nieuwe Argen-
tijn’sche gerst hebben eenaanvang, genomen en een groot
deel daarvan was voor Nederland bestemd, ‘doch van dcii
Donau vonden geen af’ladingen plaats. De prijzen van stoo-
mcmle Donaugerst en van Piatagenst hebben deze week geen
noemenswaardige verandering ondergaan, terwijl van
Noord-Amerika iets meer wordt gevraagd in oivereenstein-
nliisg met – de termijnmarkt te Winnipeg, waar gerst van
9 tot 16 Januari 1
Vs
tot 17/
s
. dollarcent per 48 ibs. is ge-
stegen. Het hoogste peil van den laatsten tijd, dat op 31
Docemiber was bereikt, is daarmede echter nog niet weder
hersteld.

Voor h av er werden in Engeland betere prijzen betaald
in vesibain’cl mat beperkt aanbod uit Argentinië. Wel is deze
sveok een flinke hoeveelheid Argen.tijnsche haver afgeladen,
doch zij was grootendeels naar het vasteland bestemd. In
verband daarmede werden ‘in Duiitsdhlan.d en Nederland w1 wat meer zaken gedaan in nieuwe Piatahaver, dccli de
vraag naar buitenllandso,he haver is daar nog altijd niet
levendig. Wat Nederland aangaat betreffen de zaken groo-
teadeel’s Noord-Duitsohe haver. Van Noord-Aüierika vin-
den nog steeds mc goed als geen zaken in haver naar
Europa plaats.

SUIKER.
De ‘verScbiil.lende sirilermarkten waren de afgeloopen week
zeer kalm gestemd, ‘terwijl de noteeningen zich in dalende
riahting bewogen.
in New York ,’brokkel’den prijzen ongeveer 13 punten
op elk der verschillende termijnen af.
De ontvangsten in le Atlantische havens der Vereenigde
Staten bedroegen deze week 50.000 tons, de versmeltingen
3.8.000 tons, tegen 37.000 tons in 1927 en de voorraden
191.000 ton’s tegen 161.000 toins.
In .prosnpte Cubasuiker kwamen eendige kleinere zaken tot
stand tot ongeveer 2,13/16 d’.c. e. & fr. New York.
De laatste C u ib a-ztatis’biek is als volgt:

1928

1927 1926
Tons

Tons Tons
Cubaansche prod. tot 1011

..


404.005
Weekontv. afscheephavens
. .
22.268

1.358

,,

Nieuwe oogst ..
. .


127.819
Tot. sedert 1/1/
1
27 tot 711/
1
28..
4.372465 4.732.287
1
265855
Weekexport …………….
48.329

24.848
14.582
,,

Nieuwe oogst. …’

71.322
Tot.exp. sedert 111/’27 tot 7/1/’28
4.118.732 4.684.984
1
122.979
Voorraad Afscheephavens …
186.254

46.251
172.489
Voorraad Binnenland
63.000


128.400
1
Nieuwe oogst.
• .ue teninhjn.no’tenringen in L.’onclen brokkelden een’igszins
af en toonden het volgende beeld:
Jan. Sh. I612

Aug. Sh. 16110
Mrt. ,, 1613k

,

Dec.

,, 1616
Mei ,, 16161

18 Januari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

Op J a v a liepen prjsen in de tweede hand ongeveer
fys
a
f %
terug.
Ook ‘Ii i e r te 1 a .n cl e konden noteeringen niet op het
vorige niveau staurci houden wegens voortdurend aanbod en
brokkeklen ongeveer
f
% af. Aan het slot trad eenlig her-
stel in en waren cle eind-noteeri.nigen a.v.

Maart
f
17.518

Mei
f
17.718
Aug.

18.—;—

Dec.

J)e oniLtet bedroeg deze week ongeveer 3600 tous.

NOTEERINGEN.

– –

Londen


Amsterdam

Whife Java’s

Cuba’s New York

Data

er

Tafes

f.o.b. per

96
0
ci.!.

Centri-

iviaarf

Cubes

No.1

Mei/Juni
1
Jan.f Feb.

juga
S

kristalsuiker
nn.

basis 990
,

16 Jan. ‘8
f
17
3213
1319
121
4,49
9 Jan. ’28
,,

17
151
3919
1319

4,61
16Jan. ’27
,,

2
llsfjo
38/3
16/3
15/7k

5,02
16 Jan. ’26
,,

173f
3119
13110
11/_
4,11

ruwsuiker
basis 88°
4 Juli 114
f 11181
18/—


3,26
basis 990.

1)
Het verschil tusschen ruwsuiker 88
0
en f
1415/1 krist.suik.
990
is aan te nemen
opf3p. 100KG.

KATOEN.

Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons.
Manchester, d.d. 11 Januari 1928.
De Amerikaansche katoen-markt is zeer onregelmat.ig
geweest en inet ‘het slot van gisteren waren prijzen iets
hoger dan een w’eek geleden. Egyptische katoen was vast
met beperkte vraag. Ondanks deze omstandigheden bestond er in L’iveripooi veel belangstelling, •zoodat locoverkoopen
(taal’ ter plaatse, gedurende de. vijf dagen, dat de markt
geopend was, totaal zelfs 54.000 balen bedroegen, waarvan 38.000 balen Amerikaansche. Men zegt echter,’ dat een’ ge-
deelte van deze transacties tussehen handelaren onderling
plaats vond, doch ook spinners hebben meer gekc.ht. In de Axioeri’kaansche garenniark-t is sedert onze laatste
publicatie weinig omgegaan. Hier en daar zijn enkele
flinke posten geboekt, doch sinds Maandag zijn er weinig
biedingen aan de markt. Er is echter -nog geen gebrek aan
vraag, ofschoon producenten van alle nummers gisteren
,,wein’ig zaken” rapporteerden, terwijl in vele gevallen in
het geheel ‘geen transacties werden afgesloten. De rappor.
ten van de Su-b-Cos missies ‘van de ,,Federatton of the Mas-
ter Cotton Spinnor-s’ Associations” en de ,,Cotton Spinners en Maisu’fanturers Asociat-ion” bebreffencie den stand van
zaken werden Maandag gepubliceerd’. De voorspellingen
zijn over het algemeen wel uitgekomen en de voornaamste
prôposi’ties waren wel een reductie van 25 per cent over
alle standaar-dlocuen en een verlenging van’ de werkweek
van 48 op 524 uur. Verder werden er voorstellen gedaan
om voor die zaken, wier financieele positie als hopeloos
beschouwd kan worden, onverwijid -te reorganiseeren, waar-
door hun positie zal -verbeteren. Ook wil men een ‘beroep
doen op de Regeering ten einde de lasten van Nationale
en Sociale ‘diensten te reduceeren, terwijl men eveneens invloed zal trachten uit te oefenen om de Gemeentelijke
onkosten te verlagen. Ook wil men trachten de beperkende
bepalingen betreffende het poetsen en oliën, ‘welke de pro-
ductie aanmerkelijk verminderen, op te heffen; men wijst er al. op, dat de effectieve werkuren in grootere mate ge-
reduceerd zijn dan de nor’iva.le uren. Op nauwere samen-
werking tusschen alle secties .in de industrie wordt aan-
gedrongen, hierbij inbegrepen het b:leeken, finishen en ver-pakken, alsook tusschen spin’ner-s, fabrikanten en handela-
ren. Dit is een uitgebreid programma en verschillende
voorstellen zijn niet nieuw meer; wij moeten nu maar eens
afwachten ‘wat het resultaat van deze pogingen om ver-lichting te brengen, zal zijn. In Egyp-tische ga.rens gaat
over het algemeen slechts weinig om en spinners rappor-
teeren een kalme markt.
Er bestaat nog steeds een goede vraag naar nianufac-
turen; prijzen blijven vast en de stemming is hoopvol.
Indië ‘toont nog steeds de meeste belangstelling, en de han-
del breidt zich over alle soorten uit. Wat stapelgoederen
voor Calcutta betreft, 4blijkt viugge levering een eerste ver-eischte te zijn, waardoor nogal zaken -afspri-ngen. De mark-
ten in het Verre Oosten, speciaal de Str’aijts en Java, zen-
den meer biedingen in en het ‘is duidelijk, dat ‘in bepaal-
de scor-ten flinke zaken gedaan zijn en dit meer steun aan
de markt gegeven ‘heeft. Fjuctuaties in katoenprijsen ver-
oorzaken nogal eens onrust bij koopers eii zijn tot nu toe
een beletsel geweest voor een nieuwe öf boeger prijsbasis.

Daar staat tegenover, dat producenten hun uiterste best
doen hun marges te behouden of te verletereu en cle toon
van de markt is gezonder
.
geworden.

Liverpoelnoteer-ingen

Oost. koersen 3 Jan. 10 Jan.
4 Jan. 11 Jan. T.T.opBr..Indië 116

116′
F.G.F. Sakellaridis 17,65 17,40 T.T.opHongkongz/Os/
5
2/0o1
G.F. No. 1 Oomra 7,90 7,95 T.T. op Shanghai Vac. 217X

KOFF1E.


Het artikel verkeerde ook in de nigeloopen week in vaste
stemming en de kost- en vrach.t.aanbiedingen sluiten voor
Santos ongeveer 31. en s

oor Rio ongeveer
21-
hooger dan
een ‘oveeik geleden, terwijl Nederlan’d,sch-Indië met Robusta
sledhts een fractie opliep. Aan de -termijnmarkt aFhoier zak-
ten de prijzen eerst iets in, doch zij herstelden zich daclelijk
weder en bij het afsluiten van dit bericht staan de note-
ringen ongeveer % t
4
et. hooger dan- ver-leden week.
Volgens dezer dagen ontvangen teiegrafisdh bericht be-
droegen de voorraden, deor het Inti.tuut tot Permanente
Verdediging van de Koffie van Sao P-aulo in de pakhuii’zen
en cle spo-onwegstat4ons in het binnenland van, Sao Paulo
en Mines Geraes terugigehouclen, op 31 December 13.120.000
balen-, hetgeen -tegen 30 November eene vermeerdering be-
teekent van 849.000′ balen’. In het telegram werd bijgevoegd,
dat verwacht wordt, dat het restant van den oogst tegen
liet einde van Januari van uit de pl-antages in de binnen-
landsehe pakhuizen zal zijn afgeleverd. Van de grootte van
dit restant zal het dus- afhangen, of deze ;binnenlandsche
wibtraden, waaruit dagelijks de door het Instituut vastge-
stelde aanvoeren airaar de afsdheeplia’ven worden verzonden,
aan liet einde van de loopende maand nog zulien blijken -te
zijn toegenomen.
De vaste stemming, waarvan hierboven wordt melding gemaakt en die feitelijk reeds sedert eenige maanden be-
staat, is uitsluitend het gevolg van de thans bestaande
zekerheid, d-at het VerdeciigioigsInstituut erin geslaagd is,
om zijn plannen ter ophou’ding van de prjizen ook ditmaal
met succes door te voeren, niettegenstaan-de de loopende
Brazi’l’iaan’sc’he oogst buitengewoon groot is.. Al mag wel-
licht de hoeveelheid, welke in het Brazi,liaansehe binnen-
land tijdelijk teruggeihouden wordt, -in deze maand nog
toenemen, toch is het een feit, dat de bereiding van dien oogst langzamerhand op haar einde. begint te loopen en
-dat de teruggehotiden hoeveelheden dan van af de volgende
maand tot ‘in het midden van het jaar (wanneer ‘de volgen.
(Ie oogst begint af te komen) weder zullen moeten gaan
afnemen. Voor het oogenblik heeft Brazilië liet pleit in-elk
geval wederom gewonnen, het.geenvoor dit land -van bui-
tengewoon veel belang is, daar, zooals bekend, de Brazi.
l’iaanshe koffie in normale omstandigheden ongeveer twee-
derden uitmaakt va-n de wereld-produktie en bij een zeer
groeten oogst, zoonl’s die van dit j’aar, ‘zelfs drie-vierden, terwijl meer dan 70 pCt. van de waarde van den geheelen Braailiaanschei uitvoer op rekening komt van het artike4.
Hoe ‘het verder in de toekomst zal gaan, dient echter te
worden âfgewadht, want velen zijn van meenoing, dat de
Branil-iaansdhe Koffie-Verdediging haar vuurproef eigenlijk
eerst in de volgende jaren zal moeten doorstaan. Deze mte-
noing is gegrond op de overweging, dat cle loopende oogst geen record is i-n dien zin, dat de koffiestrujiken overal het
manimum van wat zij voortbrengen kunnen, -hebben ge-leverd en dat hun kraeht voor den volgenden oogst daar-
door zeer belangrijk verminderd is, doch dat de groote op-
‘brengst in de eerste plaats te danken is aan de uitbreiding,
die -de met koffie bebouwde oppervlakte in de laatste jaren
heeft ondergaan. Waar nu de hooge -prijzen van de laatste
jaren de koffiie–kul-tuur niet alleen in Brazilië, doch ook
in vele de-r andere produktielanden (o.a. Columhia, Guate-
mala, Salvador, Afrika, en,z) in belangrijke mate hebben
aangemoedigd, vraagt men sich af of de vrees, dat binnen-
kort van een regelanatige overproduktie zal moeten worden
gesproken, niet gerechtigd is, -ten- minste wanneer het te-veel niet tijdelijk door misoogsten zal worden opgeheven.
Hoe

-het zij, eerst de toekomst aal leeren of Brazilië in
staat zal hlij’ven, de prijzen van het produkt voor te
sclhrij’ven.

De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos
– op prompte veradbeping zijn thans ongeveer 981- t 1001- per
owt. en van dito Pr-ione ongeveer 1021- t 1041-, terwijl zij
van Rio type New-York 7 met beschrijving, pro’zpte ver-
sdheping, bedragen 681- t 6916. Yan Rdbust’a op af ladong van Nederlan’dsoh-Indië ‘zijn de
prijzen in de eerste haard op ‘het oogenb’lïk:
P-alezebang Robusta, Januani-verscheping, 33% ct.; Pa-
leesbanig Rohusta:, Pdbriari-versdhepiug, 33% ct.; Palem-
bang Robusta, Jenn.fdiaart-verseheping, 33% ct., alles per
% KG:, cif., ûitgeleverd gerwicht, netto contant.
De offirieele loeo-noteering bleef onveranderd 60 ct. per

70

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

18 Januari 1928

fǕ
ooi Stip&rir Santos en 46 et.’ vèor Robut.
De noteeringen aan’ de Rottérdamsh’e termijnmarkt wa-
ren aan cle onhtend-cafl als volgt:’
Santos-contract

Gemengd contract
basis Good

basis Santos Good

Mrt.
1
Mei
1
Sept.
1
Dec. Mrt.
1
Mei
1
Sept.I
Dec.

17 Jan.
487/
8

47
46

42
7
18
42
407/
s

401/
8

10

.


487/
8

47.
46

42
414
4034
‘3
487/
47
46

4271
8

4134
•404
3934
27 Dec.
4871,
47 46

4251
8

4134
40518
-.

De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basi8 Rio No. 7) waren:

Maart
1

Mei

.

‘Sept.
Dec.

$
13,85
$13,68
$
13.35
$13,27
9

,,
,,

13,38
,,

13,32
13,13
,,

13,05
16Jan……..

30Dec.

……
,,

13,45
.13,35
,,

13,16
13,05
27

,,

.

.
..
.,,

13,55
13,40
‘13,25
,,-13,.13

Rotterdain, 17 Januari 1928.

IJZER.’

In heiL algemeen is de stemming op de ijzer- en staal-
markt vast. Een gebeurtenis van beteekenis is het tot stand
komen in Frankrijk van verkooporgânisaties voor (staal)
hallfabriikateh en balken als een aanloop tot de ver4ere
uitbreiding der bemoeiingen ‘van het Internationa1e Run-
1

stajailkartel. Op de Fransohe markt is dientengevolge de
vraag naar genoemde ‘producten toegenomen en zijn de prij-
zesi verhodgd. Met ingang van 1 J.anuari zijn de ‘Franshe
•prijaen van gieterij-ijz’er 5 frs. hooger geworden. ‘
rJ
Duitsohlan’d . verhode het Roheiseniverhanci o.’a. den
prijs van gie/terj-ijizer No. 3, in verband met het toetreden
tot het syndicaat van den lantsten ontsider, al. de Maxi-
mili-anshiitte met 4 Mk.

Noteering in de week van

117 Jan.8/14 Jan. 10116 Jan.
1928

1928

1927

Ruw ij ze r.

f.o. t. furnace
Sh.
8h.
*Cleveland Foundry no.!
6734
6734
3
651-
65
4
64/-
64
*Hematite East Coast
mixed numbers
7034
70

Wagon départLongwy
(Lot haringen)

Frs.
Frs.
Moulage P. L. no. 3 …
425,_
425,-
Semi-phosphoreuse ….
460,—
460,_

ab Werk Rheinl.-West falen
Mk.
Mk.
Giessereiroheiseij no. 1
86.50
86.50
3
82.—
82.—
Hamatit.
.
.._ ……._ ..
87.50
87.50

fo.b. Antwerpen
Sh;
Sh.
Gieterij ruwijzer no. 3
.
601-621- 601-621-

Walsproducten.
f. o. b. Antwerpen (vrijbl.)
Sh. Sh.

Stafijzer …………. 979734 9634-9734 104-105
Plaatijzer 5 mM.. . … .

119

118.119 123-124
3

,………124

124

13311333.

STEENKOLEN.
Er zijn ongetwijfeld teekenen, die er op se/hijnen te wij-
zen, dat, voorloopig althans, het dal in den prijzenloop
bereikt is en vooral in Duittoblaud is er door de groote.re
evencl’ig1seid’in de ijzer- en staaibed.rjven een zoo grote
vralag, ‘soornameijk naar cokes; dat stijvere prijzenniet
kunnen. uitblijven. Aan cokes is bepiaalci gebrek op het
oogeizbLik. Ook in Enige1and is men wat ‘hoopivo’l’ler gestemd,
alhoewel de prijzen daar, met uitzondering misschien van
cokeskolen, nog niet gestegen zij ii.
De’prjzen zijn als volgt:
Northumberland Onigezeef de ………
f
9,50
Durham Ongez’eefde ……………. ..10,75
Oardiiff 213 large 1/3 s’rnadls …….. .. 11,50
Sohortsohe Gezeelcie …………….. ..10,-

Yorkshire Geisvassehen’ Doulbies ……., 12,50

Westiaalscihe, Vetförder …………….

13,15


Vetstukken ………..,, 14,40
Smeenootjes

………..,,,13,90
‘Gasrvlamförder ………,,.13,15
Gietcokes …………. ,, 16,25

Ul&s per ti ‘an 1000 KG. ranc statidn RoLtèrdmfAm-
sterdaan.

.

On’geaeefde bunkerkolen f.ob. Rotterdani/Ainzterdaim

f
10,25.
Markt prjakoudend.


17 januari 1928.


.

METALEN.

Loco-Noteeringen te Londen:

‘Koper

Koper
Data

Stan- Electro-

Tin

Lood

Zink
daard

lytisch

16Jan. 1928- 61.716

d6.1 5/- 249.716 21.151_ 25.151-
9 – ,,

1928.

61.1716 67.
1
L.
.258.216- 21.1716

26.216
2

. 1928.. 61.216

66.15/ 266._1
7

22.101- 26.216
28Dec. 1927… 60.1716 66.151_ 266.216

22.716

26.716
17 Jan. 1927.. 55.151… 62.151- 301.1716 27.1716

31.1216
20 Juli 1914’… 61.-/-6

145.151- 19.-/-

21.101-

VERKEERS WEZEN.

VRACHTENMARKT.

De ‘Noord-Amerikaanse/he graan-vraohtensnair.lct. is zeer kalm
en er zijn ‘we.inig deiiniitieve orders aan de’ markt. De
eenige afsluitingen zijn van St. John N..B. naar de Mii-
deilFandsohe Zee per Jan&iari en begin Fehruari. In het
‘begin der week werden 2 boo-ten gedaan tegen 16 cents per
100 lrba 4wlaar graan, ‘basis é6n beven, terwijl aan het einde der iweek 1634 cents is ‘betaald.
De West-Incl.isdhe suikes

vraclitenmarkt bi eef, hoewel de
nlie’awe se’irzoerirbeladinrg nadert, levenloos. Van Domingo
werd een 2800 tonn’er gedaan
‘ per Januari naar UK.[Coii-
ti’n’enit tegen 181- en sindsdien werden versoheidene booten
van – die grootte aangeboden voor Jan.[F1 ebr. tegen- dezelfde
,ra,dht, doch zonder succes.
Ook de North Pacific was zeer ‘kalm. Blijkbaar hebben
bevrachters groo-te moei’hkheden met ‘verkoopen-. In het
begin der week werd 31/- betaald voor tonnage van mid.
cielmnt-ige grootte naar Antwerpen/Rotterdam, doek sinds-dien werd 3016 gedaan naar U.’Ki./Oontineut per Maart.
De La Pla’ta was levendig en er vond een flink aantal
be’v.radhtiuigen plaats speciaal voor Jah’uari en Februari be-
lading. Voor de eerste positie -werd 2416 betaald en
2
41

voor Februari basis van boven ‘La Platahavens naar
Continent Er zijn een aantal, orcbe

s aan de markt vool
April, Mei en Juni op haai’s van 24/-. T’egen het einde der
week wej-ci de vraag belangrijk minder en zijn derhalve de
vracihten 6 d. tot 1,!- per ton gezakt. Eren flink aantal be-
vr’achtingen iwerd tot stanTd
gebracht
naar de Middelland-
she Zee op basii van 2316 ‘naar Genius of Napels van Bahia
13lanca en 261- naar -Venetië of Triëst van boven Le; Plato-
hajvens.


De bhiliisal’peterrvraobitenrmarkt bleef levenloos. De vraag
naar Europa is miniem en de. cenige ‘bev.raah.ting is een
8000 touner per Fehr.fMaart tegen 281- naar Bordeaux/ flamhurg rang, optie Noord-Spanje
291-,
Middel’lan.dsabe
Zee 30/- of Alexand-rië 3113. Ruimte per lijnibooten werd
geboekt voor maandeijksche partijen per Juli/December
naar Antwer’pen/Ro’tterdam(Bremen/Hamburg tegen 2416.
De oostelijke afdeelingen waren vast en de vr’a.ehten ble-
ven gehandhaafd. Ve;n Austrarlië werd niet veel graan be-‘
vradht en het grootste gedeelte van de ‘afsluitingen was van West-Aus-t,ra,lië op basis van 301- naar de Middellandsche
Zee/UK/Continent pei- Jan/Febr. Van Saigon was een
vaste ‘vraag naar ruimte voor’ partijen rijst naar de ge-
br’uikeljke -ljnboothavens U.K./Oontinent op basis van
31/6 tot 321., Maart/April. Britsh-Iindië was levendig en
er werd een aantal booten bevracht op d.rw. basis van Bom-
b’ay/Karanhi/lMarimagoa naar de Midciellandsehe Zee of
Continent tegen 241- per
.
Jan’./Febr. Van de M’i’ddel-landsohe Zee werd flink bev-radht, doch
I)et aantal ertsbevraohti.ngen ivas niet zoo groot. De voor-
naaTnste vr’adh’ten zijn: Algiers/Jarrow 61-, Melil’la/Itotter-
(lam 419, Barce’lonaJRotter.dam 6/3, La C’arlernfGlasgow 716.
Voor fosf aaL werd om. betaald: iSfax/Birkeahead 8/3, Bon-
gie[Rotiterdmn
511034-,
Bona/Lisalhally
913.
Van de Golf van
Biscaye ging iets meer om. Kleine tonnage is ibevranht van
Bilha naar Rotterdam tegen 51- en boeten, van na. 4000
tons tegen 4/9. B’i]Jbao1
1
IJmuiden betaalde 513.
De uitgaande Engelsohe .kolenvrae/htenmarkt bleef nage-
noeg onveranderd. Prompte tonnage naar de Midcleliandsche
Zee
we.s
in •trek ten gevolge van ‘de FiLe aankomsten en de
i

adhten zijn dan ook iets gestegen. Van Weles werd om.
betaald: Rouaaiu 3(9, Algiers 79, P.ort-Saiid 101-, Daka-r
719, Buenos Aires 11/- en van de Oostkust: Aarhus 516,
Antwerpen 2110, Aigiers 81-, Genua’ 8/-, Port-.Se;id 8/-,’ Mon-
t Video 10/7 34.

Sb.
9034 8534
8411,

90

Frs.
‘540,—
580,_

Mk.
88.-
86.-
93.50

Sh.
77-80
8h.

Auteur