Ga direct naar de content

Vluchten kan niet meer

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 15 1982

Vluchten kan niet meer
Wanneer een kabinet met demissionaire status als afscheidsgeschenk een Miljoenennota presenteert, waarin
wordt voorgesteld in eenjaar tijd f. 13 mrd. omtebuigen 1)
en alle sociale uitkeringen en salarissen van ambtenaren
en trendvolgers te bevriezen, zonder dat dat tot enige vermindering van het financieringstekort leidt, zonder dat de
werkloosheid wordt afgeremd (die loppt alleen maar verder op) of zonder dat enig ander positief effect zichtbaar
wordt, dan moet de financiele nood bij de overheid wel
bijzonder hoog gestegen zijn. Inderdaad maken de Miljoenennota 1983 en de Macro Economische Verkenning
1983 duidelijk dat’s rijks financien in ronduit deplorabele
toestand verkeren. Het jarenlange verzuim om in de cpllectieve sector orde op zaken te stellen, heeft tot zodanige
problemen geleid dat nu zeer diep ingrijpende maatregelen nodig zijn om verdere aberraties te voorkomen; van
herstel van verstoorde verhoudingen is dan nog geen
sprake.
Uit een oogpunt van financieel beheer van de collectieve
sector kan 1982 gerust een rampjaar worden genoemd.
Van het voornemen dat in de Miljoenennota 1982 werd
uitgesproken om het financieringstekort dit jaar van 73/4
naar 6’/2% terug te brengen is niets terechtgekomen. In
plaats daarvan is het tot 10 ‘/4% opgelopen. Zelfs begin
dit jaar werd nog gedacht dat met een bedrag van f. 8,5
mrd. aan ombuigingen in 1983 het financieringstekort tot
5 ‘/2 a 6% zpu kunnen worden beperkt, nu blijken f. 13 mrd.
aan ombuigingen nodig om het onder de 11% te houden.
Voor een deel zijn de pngewenste ontwikkelingen in de
overheidsfinancien het uitvloeisel van teleurstellende binnen- en buitenlandse economische ontwikkelingen. De
telkens weer tegenvallende groeicijfers hebben tot navenante tegenvallers op de overheidsbegroting geleid: aan de
inkomstenkant blijven de belastingopbrengsten en aardgasbaten bij de verwachtingen achter (alleen het laatste
zorgde in 1982 al voor een tegenvaller van ca. f. 5 mrd.);
aan de uitgavenkant leggen hogere werkloosheids- en andere uitkeringen en stijgende rentelasten een extra beslag
op de schaarse middelen. Een ontwikkeling die de problemen aan de uitgavenkant nog vergroot is dat de jaarlijkse trendmatige groei van het arbeidsaanbod veel hoger
uitvalt dan voorzien: de komende jaren bedraagt de aanwas meer dan 70.000 arbeidsjaren in plaats van de verwachte 50.000. In combinatie met het record-verlies van
werkgelegenheid in de bedrijvensector (90.000 in 1982)
doet zich dan ook een explosieve stijging van de werkloosheid voor, en een dito beroep op uitkeringen.
Toch kunnen de problemen in de collectieve sector
maar gedeeltelijk op het conto van deze onvoorziene
ontwikkelingen worden geschreven. Uit de Miljoenennota 1983 wordt ook duidelijk dat achtereenvolgende
kabinetten er volledig in hebben gefaald de collectieve uitgaven in overeenstemming te brengen met de geringere
economische mogelijkheden. Uit een interim-rapport van
de Studiegroep Begrotingsruimte, dat als bijlage is opgenomen, blijkt dat van het ombuigen tot nu toe niets is terechtgebracht. Hoewel sinds 1976 ombuigingsprogramma’s ten belope van f. 17,3 mrd. zijn opgesteld, is per saldo
zelfs nog een lichte uitgavenstijging gerealiseerd, De Studiegroep Begrotingsruimte kraakt harde noten over de bestuurlijke, procedurele en financieel-technische gebreken
die het begrotingsbeleid de laatste jaren hebben gekenmerkt. Het gebrek aan normen en begrotingsdiscipline,
het korte-termijndenken, het uitstel van beslissingen en
het zoeken van vluchtwegen, het gebrek aan afweging en
flexibiliteit, het systematisch overschatten van de beschikbare ruimte en het gemak waarmee spelregels werden
overtreden hebben in hoge mate tot het volledig uit de
hand lopen van de overheidsfinancien bijgedragen.
Daarvoor wordt nu de rekening gepresenteerd. Van
enige speelruimte op de begroting is geen sprake meer.

ESB 22-9-1982

Hoezeer de overheid klem zit blijkt wanneer de belangrijkste feiten betreffende de begroting 1983 op een rij
worden gezet:
— ondanks de f. 13 mrd. ombuigingen loopt het financieringstekort nog op;
— als gevolg van de hoge financieringstekorten van de
laatste jaren zijn de rentelasten zo sterk gestegen dat er
nu al jaarlijkse bezuinigingsoperaties nodig zijn alleen
om geld vrij te maken ten behoeve van de renteverplichtingen. Dit wordt steeds erger. Als het tekort van
het rijk op het huidige hoge peil gehandhaafd blijft,
dan verdrievoudigt de rentelast zich tussen nuen 1990,
rnet als gevolg dat tegen die tijd meer dan 20% van alle
rijksuitgaven aan renteverplichtingen opgaat, uiteraard ten koste van andere bestedingsmogelijkheden;
— nog steeds lukt het het rijk om op de kapitaalmarkt in
zijn financieringsbehoeften te voorzien, maar op een
gegeven moment zal de markt verzadigd raken van
overheidspapier; dan kunnen alleen tegen steeds hogere renten nog middelen worden aangetrokken;
— om de f. 13 mrd. bezuinigingen in 1983 te bereiken
moeten de salarissen van ambtenaren en trendvolgers
worden bevroren zonder dat er nog tijd of ruimte is
voor een behoorlijk overleg met de ambtenarenbonden;
— ook de sociale uitkeringen moeten worden bevroren;
de koopkracht van de minima (mogelijk met uitzondering van de ,,echte” minima) daalt als gevolg daarvan
met 5%;
— het financieel-economische beleid van het kabinet legt
eveneens een enorme druk op het overleg met de
sociale partners over de loonvorming in de particuliere
sector: onder dreiging van een Iponingreep zullen zij
tot een vergelijkbare loonmatiging moeten komen.
Maar wanneer in het bedrijfsleven deze loonmatiging
wordt bereikt vallen de belastingopbrengsten weer
tegen waardoor het financiele beeld weer verslechtert;
— de rijksbijdragen aan de sociale fondsen worden teruggetrokken (ad f. 6 mrd.); als gevolg daarvan moeten
de sociale premies fors worden verhoogd; dit leidt tot
een verdere stijging van de collectieve-lastendruk in
1983;
— er blijkt geen ruimte te zijn om op korte termijn nog
iets aan de zeer snel stijgende werkloosheid te doen; in
feite wordt elke doelstelling op dit punt nu opgegeven;
pas wanneer de financiele verhoudingen weer wat zijn
rechtgetrokken mogen we hopen dat aan de afbraak
van de werkgelegenheid een einde komt;
— het kabinet erkent het gevaar van vraaguitval, maar
ziet geen andere weg om het aanpassingsproces te volbrengen dan via een drastische vermindering van de
overheidsuitgaven. Indien er een reflatiemarge is in de
economic kan die niet via de collectieve sector worden
benut; wel wordt het bedrijfsleven zoveel mogelijk
ontzien; de arbeidsinkomensquote zou iets kunnen
dalen.
Dit zijn de resultaten van het jarenlange falen van het
kabinetsbeleid in de financieel-economische sfeer. Uit de
Miljoenennota 1983 blijkt dat nu draconische ingrepen
nodig zijn om verder afglijden te voorkomen. Misschien
is de pijn iets anders te verdelen, maar het wordt duidelijk
dat vluchten niet meer kan. Het is de trieste consequentie
van een falend beleid, dat de crisis in de besluitvorming
nu wordt afgewenteld op de ruggen van werklozen en
uitkeringstrekkers.
L. van der Geest
1) Bedenk dat de hele Bestek-operatie om f. 10 mrd. in vier

jaar ging.

1009

Auteur