Ga direct naar de content

Ruim een half miljoen werknemers heeft een neveninkomen

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 27 2019

■ Jasper Menger (CBS)

Een groot deel van de mensen met een eigen inkomen ontvangt meerdere inkomens tegelijk; in 2017 ging het om 3,1 miljoen personen. Van de 13,4 miljoen mensen van vijftien jaar en ouder die in 2017 een eigen inkomen verdiende, had ruim driekwart alleen een hoofdinkomen, terwijl 23 procent van hen ook een neveninkomen had.

Het zijn vooral de scholieren en studenten die veelvuldig bijverdienen; 89 procent van deze groep, oftewel 1,2 miljoen personen (figuur). Zij hebben in 2017 naast hun eventuele studielening gemiddeld 3.100 euro aan bruto­loon voor een bijbaantje ontvangen. Hierna volgen op ruime afstand werknemers met een uitkering, werknemers die ook als zelfstandige werkzaam zijn, gepensioneerden met een baan, en omgekeerd werknemers die al pensioen ontvangen. Zelfstandigen hebben het minst vaak een tweede inkomen.

In 2017 was het bruto-inkomen van personen met neveninkomen gemiddeld 28.200 euro. Dat is 28 procent lager dan de 39.000 euro voor ­personen met alleen hoofdinkomen. Het verschil verdwijnt wanneer niet naar het persoonlijke bruto-inkomen wordt gekeken, maar naar het gestandaardiseerde besteedbare inkomen van de huishoudens waarvan deze personen deel uitmaken. Dat komt omdat beide typen inkomensontvangers – mensen met en zonder neveninkomen – vaak met elkaar samenleven; als partner, als kind of ouder, of als overig lid van het huishouden. Bovendien blijven in het persoonlijke bruto-inkomen de ­betaalde inkomstenbelasting en de betaalde sociale premies geheel buiten beschouwing, terwijl die wel in het netto (gestandaardiseerd) besteedbaar inkomen zijn verdisconteerd.

De gepresenteerde inkomensgegevens zijn gebaseerd op integrale registraties op zowel maand- als jaarbasis. Hiermee is het voornaamste neven­inkomen bepaald voor alle inkomensontvangers; mensen in de leeftijd van vijftien jaar en ouder met waargenomen persoonlijk inkomen, woonachtig in particuliere huishoudens. Voor deze doelpopulatie is het bruto-jaarinkomen per persoon opgesplitst in hoofdinkomen, het voornaamste neveninkomen, en incidenteel een restinkomen.

Auteur

Categorieën