Op 23 mei is Alberto Alesina, hoogleraar politieke economie aan de universiteit van Harvard, tijdens een bergwandeling overleden. Zijn werk van Alesina was altijd beleidsrelevant en creatief, maar ook vaak controversieel.
De digitale transformatie gaat razendsnel. Aanpassingen in wetgeving zijn nodig om publieke belangen te blijven borgen. Er is daarbij tegenwoordig veel aandacht voor toekomstbestendige wetgeving, maar dat is geen panacee: de wetgever zal alert moeten blijven op disruptie en daar creatief op in moeten spelen.
Nederland is de afgelopen decennia afhankelijker geworden van het buitenland. Tegelijkertijd is ook de rest van de wereld meer verweven geraakt. De statistieken over handel en buitenlandse investeringen geven daardoor niet altijd goed weer welke landen echt belangrijk zijn voor Nederland, laat dit themanummer met bijdragen van o.a. Eva Hagendoorn, Wimar Bolhuis en Harry Garretsen zien.
Er is een nieuw type economie aan het ontstaan, waarin data en het vermogen die te analyseren de basis vormen van economisch succes en politieke macht. Deze nieuwe economie vraagt om de ontwikkeling van een institutioneel kader waarin de eigendomsrechten van data helder gedefinieerd worden.
Het aantal werkenden is in maart met ongeveer 17.000 gedaald en het aantal WW-uitkeringen is met ongeveer 10.000 toegenomen. Het werkloosheidspercentage geeft deze daling nog niet weer, en bleef in maart historisch laag.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen stemmen Nederlanders steeds vaker op lokale partijen. Gradus et al. analyseren de uitkomsten van de vierjaarlijkse verkiezingen tussen 1998 en 2018 en concluderen dat behalve een sterkere lokale voorkeur ook politieke fragmentatie vaker voorkomt.
Lejour en Massenz vergeleken de belastinggegevens van 24 Europese landen tussen 2000 en 2016 en schatten dat een toename van het verschil tussen de persoonlijke inkomsten- en de vennootschapsbelasting van 1 procent leidt tot een toename van 0,3 à 0,8 procent van het aandeel dat vennootschappen hebben in de totale economie.
De uitbraak van het virus in Europa leidde logischerwijs tot verminderde economische activiteit met als gevolg minder vraag naar emissierechten en een lagere ETS-prijs. Schommelingen in de prijs kunnen zorgen voor meer onzekerheid bij investeerders en minder prikkels om te verduurzamen.
Plattelandskinderen zijn minder geneigd om te gaan studeren dan stadskinderen, dat concludeert Van Maarseveen. Van Maarseveen toont aan dat kinderen met een vergelijkbare familieachtergrond en Cito-score vaker kiezen voor een hogere vervolgopleiding wanneer zij opgroeien in een stedelijke omgeving.