Ga direct naar de content

Moderne mythologie

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: maart 7 1984

ECONOMISCH STATISTISCHE BERICHTEN

Moderne mythologie
Volgens het orakel van Delphi moest de Griekse held Herakles twaalf bijna bovenmenselijke werken volbrengen,
waarna het onsterfelijke leven zijn deel zou zijn. Volgens de
Commissie Hoofdstructuur Rijksdienst (commissie-Vonhoff) in haar advies van enkele jaren geleden wachtte het
aantredende kabinet een vrijwel even heroi’sche taak in de
strijd tegen het gebrekkige functioneren van de rijksdienst.
Evenmin als Herakles deinsde het kabinet-Lubbers voor de
opgave terug. Maar terwijl de Griekse held de hem opgedragen werken een voor een met succes voltooide, begonnen
Lubbers en de zijnen vijf grote operaties tegelijkertijd en bereidden nog een zesde voor, zonder er een van af te maken.
Een strijd op zoveel fronten tegelijk zou vermoedelijk zelfs
Herakles te veel zijn geweest en het ziet er dan ook niet naar
uit dat het kabinet-Lubbers zich onsterfelijkheid zal verwerven met zijn hervorming van het openbaar bestuur.
Het eerste werk was de decentralisatie van het bestuur.
Want een bestuur dat dichter bij de burgers stond scheen
even aanlokkelijk als de gouden appelen der Hesperiden. Zoals bekend werden deze laatste echter door een honderdkoppige draak bewaakt. Het Decentralisatieplan van minister
Rietkerk was daar niet tegen opgewassen. Het school te kort
om de honderd argwanende, territorium verdedigende ambtelijke instanties te misleiden, met als gevolg dat de gouden
appelen bleven waar zij waren.
Het tweede werk, de heroverweging van de collectieve uitgaven, werd met meer voortvarendheid aangevat. Stuk voor
stuk en in verschillende ronden werden alle overheidstaken
doorgelicht om te bekijken of zij goedkoper en efficienter
zouden kunnen worden verricht. Als dat gebeurd was zou
een politieke evaluatie plaatsvinden om te beoordelen in hoeverre het eigenlijk nodig was dat de desbetreffende taak in
zijn specifieke vorm en omvang door de overheid werd verricht. Van dit laatste kwam evenwel niet veel terecht. Onder
invloed van de financiele nood ontaardde de heroverwegingsoperatie in een beleidsarme bezuinigingsronde, een manier om snel voor vele miljarden in de collectieve sector te
snoeien. Dit was niet geheel bevredigend. Echter, ook Herakles wist de hertekoe van Arcadie slechts te vangen door het
edele dier aan haar pool te verwonden.
Nog zwaarder was het derde werk, de deregulering. Want
de regelzucht in het land geleek op de monsterachtige Hydra
met zijn negen koppen; telkens als er een werd afgehakt ontstonden er op dezelfde plaats twee nieuwe. Het kabinetLubbers toog ten strijde met vijf dereguleringscommissies
die alle regels onderzochten. Maar zij wisten er slechts enkele
te verdelgen. Ook de commissie-Geelhoed moest na uitvoerig
onderzoek vaststellen dat de Hydra niet snel is te verslaan:
achter bijna elke regel gaat wel een of ander deelbelang
schuil, en voor elk wetje staat een pressiegroep klaar.
Het vierde werk was de privatisering. Elk departement
moest drie taken noemen die in beginsel naar de marktsector
zouden kunnen worden afgestoten. Dat was nodig omdat de
rijksdienst ongemerkt allerlei activiteiten had binnengehaald
die veel voordeliger door het particuliere bedrijfsleven zouden kunnen worden verricht. Maar hoe kwam men daar weer
van af? Want gelijk de roofzuchtige vogels die zich in het on-

ESB 14-3-1984

doordringbare bos bij het moerassige Stymphalos hadden teruggetrokken, lieten ook allerlei beheers- en ondersteunende
diensten binnen het overheidsapparaat zich niet gemakkelijk
uit de collectieve sector verdrijven. Slechts door een oorverdovend lawaai te produceren wist Herakles de dieren schrik
aan te jagen en ze naar elders te doen vluchten. Zoveel opschudding kon het kabinet-Lubbers nog niet teweegbrengen.
De vermindering van overheidstaken moest ook personele
consequenties hebben. Daar voor was de 2%-operatie bedoeld. Elk jaar zou het personeelsbestand van het rijk met
2% moeten worden verminderd. Volgens sommigen, zoals
de regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst, Tjeenk Willink, kon dat eenvoudig en zonder aantasting van overheidstaken geschieden, door de overbodige
,,overhead” weg te snijden. Maar dan moest de doorlichting
van de organisatie weel groots worden opgezet. Als de politick ja zei, zou het kunnen 1). Immers, slaagde ook Herakles
er niet in de Augiasstallen in een dag te reinigen door er de
onstuimige bergstroom Alphios doorheen te leiden?
Het zesde werk was het invoeren van zelfbeheer binnen de
rijksdienst. Hieraan was het kabinet nog niet begonnen,
maar het voorbereidende werk was verricht. Zelfbeheer hield
in het verbeteren van het management en de bedrijfsvoering
binnen het overheidsapparaat. Afzonderlijke afdelingen en
diensten zouden veel meer zelfstandige beslissingsbevoegdheid en financiele verantwoordelijkheid krijgen en de individuele ambtenaar zou niet meer voor elke beslissing de paraaf
van zijn superieur behoeven. Zo kon een minder bureaucratische werkwijze worden bereikt. In het bedrijfsleven was een
dergelijke managementopvatting reeds lang gemeengoed,
maar bij de overheid trof men haar nog zelden aan. Vanzelfsprekend zou het invoeren van zelfbeheer vergaande consequenties voor de gehele bureaucratie hebben en een heel andere stijl van werken vergen. Daarom zou het zeker heel wat
voeten in de aarde hebben voor een en ander zijn beslag zou
kunnen krijgen. Maar ook Herakles stond voor een vreselijke taak toen hij in de onderwereld moest afdalen om de monsterachtige hellehond Cerberus te overmeesteren. Hij bracht
het er echter ongedeerd vanaf en voltooide daarmee zijn laatste en zwaarste opdracht.
Terwijl volgens de klassieke mythologie de Griekse held
zonder dralen alle twaalf werken volbracht die hem waren
opgedragen, laat de moderne mythologie ons over de afloop
van het verhaal in het ongewisse. De toekomst zal nog moeten leren of het kabinet-Lubbers de Herakles van de hervorming van de rijksdienst zal zijn.
L. van der Geest

1) Zie het onlangs verschenen Jaarbericht 1984 van de regeringscommissaris voor de reorganisatie van de rijksdienst, ‘s-Gravenhage,
1984.

245

Auteur