Ga direct naar de content

Markt en overheid

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: april 12 2000

Markt en overheid
Aute ur(s ):
Walsem, J., van (auteur)
Tweede-Kamerlid voor D66
Ve rs che ne n in:
ESB, 85e jaargang, nr. 4251, pagina 306, 14 april 2000 (datum)
Rubrie k :
Tre fw oord(e n):

De rol van de overheid is voortdurend aan verandering onderhevig. De publieke sector heeft vele gezichten: regelgever,
toezichthouder, uitvoerder, producent. Het onderscheid tussen publiek en privaat is lang niet altijd even duidelijk.
Voor D66 is de belangrijkste vraag waar de burger in dit alles staat. Kernwoorden in onze samenleving zijn: welvaart en invloed. De
economische ordening bepaalt voor een groot deel de mogelijkheden voor consumenten en dus ook de welvaart. Invloed van de burger
is naast welvaart van groot belang. Effectieve invloed van de burger is hét uitgangspunt bij de vraag of de markt dan wel de overheid
iets moet doen en hoe markten geordend moeten worden. Van belang is hierbij dat de burger zijn eigen voorkeuren kenbaar kan maken.
Of hij dat nu doet als consument, via zijn democratische stem of via andere vormen van meningsuiting maakt niet uit.
Daar voor D66 de mens centraal staat, zal onze samenleving mensen de ruimte moeten geven om zelf keuzes te maken. Dit leidt tot meer
welvaart voor iedereen. Omdat de maatschappij gebaat is bij maximale mogelijkheden voor iedereen heeft de markt, onder voorwaarde
van een goede ordening en concurrentie, in principe de voorkeur boven de overheid. Hiervoor is zowel een democratische als een
economische reden: een markt met verschillende aanbieders komt beter tegemoet aan de pluriformiteit van voorkeuren van burgers en
marktpartijen hebben een groot belang bij het tegemoet komen van deze veelheid van wensen.
Als de markt als aanbieder onze voorkeur verdient, betekent dat tevens een belangrijke rol voor de overheid. De overheid moet erop
toezien dat de markt goed functioneert. Bij marktfalen moet de overheid ingrijpen en als een aanbod niet anders tot stand komt dan met te
hoge maatschappelijke kosten, dan moet de overheid zelf als aanbieder optreden. Het is essentieel dat de overheid het
transactiemechanisme niet aantast, zodat de markt zijn werk kan doen. Ook heeft de overheid de zorg dat externe effecten voldoende
worden meegenomen. Voorbeelden hiervan zijn onder andere milieuschade en sociale ongelijkheid. Hier moet de overheid grenzen aan
stellen.
Zie ook:
A.L. Bovenberg en C.N. Teulings, De economie van privatisering
W.C.G. Voûte-Droste, Liberaliseren en privatiseren in het belang van de consument
J.S.J. Hillen, Maatwerk in privatiseren
F.J.M. Crone, De maakbare markten – niet alles valt te privatiseren

Copyright © 2000 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteur