Ga direct naar de content

Lagere bestedingen huishoudens in 2020, ondanks hoger inkomen

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juni 9 2022

De bestedingen van huishoudens zijn in het eerste jaar van de coronacrisis substantieel achtergebleven bij hun inkomens. Terwijl het inkomen hoger lag dan in 2015, waren de bestedingen lager.

Rekening houdend met de prijsstijgingen, waren de gemiddelde bestedingen in 2020 bijna drie procent minder dan in 2015, terwijl het gemiddelde inkomen in 2020 bijna dertien procent hoger was (figuur). Gemiddeld besteedden huishoudens in 2020 35.300 euro, wat neerkomt op 75 procent van hun inkomen. In 2015 was dit nog 88 procent. De resulterende besparing van huishoudens was in 2020 ruim twee keer zo hoog als in 2015.

Na het uitbreken van de coronapandemie in 2020 hadden huishoudens minder mogelijkheden om hun inkomen uit te geven aan goederen en diensten, onder meer doordat cafés, theaters, bioscopen, attractieparken en musea gedurende langere perioden moesten sluiten, en omdat restaurants tijdelijk alleen open waren voor afhalen. Hierdoor besteedden huishoudens gemiddeld 28 procent minder in de horeca dan in 2015, en lagen de bestedingen aan recreatie en cultuur in 2020 veertien procent lager dan in 2015.

Ook de bestedingen aan vakanties en pakketreizen lagen in 2020 veel lager dan in 2015. Mede daardoor verschoven de bestedingen van huishoudens in de richting van goederen, zoals fotoapparatuur, hard- en software, maar ook spelartikelen, huisdieren en literatuur.

Tot slot besteedden huishoudens vijftien procent minder aan vervoer dan in 2015. Onder andere door het toegenomen thuiswerken daalden de gemiddelde bestedingen aan bijvoorbeeld brandstof en openbaar vervoer. Verder viel door de reisbeperkingen het internationale vliegverkeer tijdelijk praktisch stil.

Tegenover de gedaalde bestedingen buitenshuis werd er wel meer geld uitgegeven aan buiten recreëren en thuis leven. De bestedingen aan voeding thuis stegen met acht procent, en aan stoffering van de woning en huishoudelijke apparaten zelfs met twintig procent ten opzichte van 2015. Huiseigenaren investeerden ook meer in onderhoud en verbetering van de eigen woning. Deze investeringen – die formeel niet tot de bestedingen horen – waren in 2020 gemiddeld zeventien procent hoger dan in 2015. De bestedingen aan vaste lasten, zoals huisvesting, water en energie, waren na correctie voor prijsstijgingen in 2020 en 2015 gelijk.

Auteur