18 SEP TEMflER 1918
Economi”schowSta
“tistische
Berichten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL. N!JVERHEID,,.FINANCIËN EN VERKEER
3E JAARGANG
WOENSDAG 18 SEPTEMBER 1918
No. 142
Stooinvaart-lYlaatschappij N.V. Furness’ Scheepvaart-
R 0 T T E R D A Pl S C H E
NEDERLAND
en Agentuur lYlaatschappij
BANKVEREENIGING
A M STER DAM.
ROTTERDAM—AMSTERDAM
Rotterdam ‘s-Gravenhage
Telegram-Adres: ,,FURNESS”
Boompjes
Mauritskade
Stooinvaart-Naatschappij
Telefoon Nos. ROTTERDAM
7744/47
Delfshaven
Bezuidenhout
ROTTERDAMSCHE LLOYD
AMSTERDAM N
5866,
N
1267
Feijenoord
Kneuterdijk
Reedrs, Carg;doors, Expediteurs, Kolen-
Glashaven
Naaidwijk
ROTTERDAM.
handelaren, Stuwadoors, Assuradeurs etc.
Schiedam
Rijswijk
Vlaardingen
Scheveningen
TIJDELIJKE MAILDIENST
Speciale afdeeling voor het bevrachten
Amsterdam
JAVA—SAN FRANCISCO
vice versa
van scheepslaclingen per stoornende en
Rokin
Zaandam
via
Singapore, Hongkong, Manilla, Nagasaki
zeilende ruimte.
KAPITAAL
EN
RESERVEN
en Honolulu.
AAN- EN VEIKOOP VAN SCHEPEN
/
66.000.000
9
–
VRACHTBOOTENDIENST
GEREGELDE LIJNEN VAN EN NAAR:
van
Jne.,a
naar
San
Francisco
vice versa, in
met de Java-China-Japan Lijn.
vereeniging
BALTIMORE (Hou. Amer.
Lijn)
elke 10114 dage
*CARD1FF (en Birmingham District) wekelijks
NAT 10 NA LE
MIDDLESBR000H
…..
eiken Zaterdag
‘STOCKTON
OH
TEES
.
.
.
–
eiken Zaterdag
tSU NDERLAND
…….
eiken Zaterdag
BANKVERE EN! &IN
&
JAVA—NEW YORK LIJN.
ALEXANDRIE
……..
elke
2/3 weken
GeregeldevrachtbootendienstvanNetuYork
CANADA (via Londen)
–
.
–
elke 10 dagen
Hoofddirectie en’ Centrale
naar
Nederlandscl,-Indië
vice versa, via
AUSTRALIE (via Londen)
.
elke 14 dagen
t
ZUiD-AMERIKA (via Antwerpen) elke2/3weken
Administratie te Utrecht
het
Panama-Kanaal,
in
samenwerking
met andere Maatschappijen.
SMAROKKO (via Antwerpen)
.
elke 14 dagen
CUBA (via Livèrpool).
.
.
.
elke 10 dagen
Alkmaar, Almelo, Alphen a. dR., Amers-
Doororachten naar en van alle doelen der wereld.
Levering van Engelsche Stoomkolen en
Gaskolen.
foort, Apeldoorn, Arnhem, Assen, Barne-
veld, Bodegraven, Borculo, Boskoop, Den
JAVA—BENGALEN LIJN.
Geregelde dienst van
Neder!andsch-Indië
•
Diensten tijdens den oorlog gestaakt.
Burg(Texel), Coevorden, Culemborg, Delft,
Deventer, Doetinchem, Dokkum, Dordrecht,
naar
Rangoon
en Calcutta
vice versa.
Drachten, Ede, Emmen, Franeker, Gelder-
________________________________________
malsen, Goes, Gorinchem, Gouda, Groenlo,
Groningen, Haarlem, Harlingen, Fleeren-
De NV. Hypothecaire Credietbank
veen, Den Helder, Hengelo (0.), Hooge-
veen, Hoogezand, Hulst, Katwijk, Leeuwar-
Anna Paulownastraat 113.
den, Leiden, Lochem, Meppel, Middelburg,
‘s-GRAVENHAGE
Nijmegen, Oostburg, Purmerend, Schagen,
Schoonhoven,
Sliedrecht,
Sneek,
Stads-
verstrekt credieten onder hypothecair ver-
band.
Geeft uit 5
0/o
voor hoofdsom
en
kanaal, Terneuzen, Tholen, Tiel, Uithoorn,
Utrecht, Veendam, Veenendaal, Vlissingen,
rente verzekerde schuldbrieven in coupuree
Nationale
Wildervank,
Woerden,
Ijmuiden,
Zeist,
van fl000,—, f500,— en fl00,—.
Zierikzee, Zutfen, Zwijndrecht.
De Directie,
KAPITAAL
EN
RESERVEN
Mr. J. J. BERCSMA.
C. PLOKHOOY.
Levensverzekering-Bank
/
7.200.000,-
De aandacht wordt gevestigd op de afgifte
van
F.
&
IV. VAN DA.IYI
OPGERICHT 1863
waardoor in ruim 80 plaatsen in Nederland
Makelaars in Assurantiën
gelden franco kunnen worden opgenomen.
Wijnhaven 63
–
Rotterdam
TE
ZUID-NEDERLANDSCHE
belasten zich met het
.
HANDELSBANK
plaatsen van
R 0 T T E R D A M
Kapitaal f3.000.000,-
alle Assurantiën,
EINDHOVEN – TILBURG – ‘s-HERTOGENBOSCH
onverschillig van wel-
BREDA – MAASTRICHT – SITTARD – VENLO
ken aard, geene uit-
Belast zich met
de behandeling van alle bankzaken
gezonderd.
SAFE
DEPOSIT
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
NEDERLANDSCH INDISCHE HANDELSBANK
AMSTERDAM
BATA VIA
‘s-GRAVENHAGE
AMPENAN, BANDOENG, CHERIBON, HONGKONG, INDRAMAJOE,
MEDAN, MENADO, PEKALONGAN, PROBOLINGCO, ‘SEMARANG,
SINGAPORE, SOERABAYA, TEGAL, TJILATJAP, WELTEVREDEN.
Kâpitaal 135.000.000,-
NV. W. van Opiel’s
Stoomboot- en Tpanspoptondepnomingen
ROTTERDAM
Reeders, Cargadoors, Expediteurs, Zeebevraohtillgsageuteu
Telegramadres: FIAT,
Telefoonnummers: 1958, 1977, 1997.
GEBROEDERS
.
SCHEUER
.
.
I
Assuradeurs en Assurantiebezorers
Expediteurs
erf
Cargadoors
AMSTERDAM EN ROTTERDAM
Verzekering van Koopmansgoederen tegen
transport, molest, brand en diefstal tegen
concurreerende premiën.
Reserven
f
17.400.000,-
FRANSOR-HOLLANDSORE
OLIEFABRIEKEN
,,CALVE-DELFT”
TE DELFT
ARTIKELEN:
Delftscjie Slaolie
Arachide-olie
Sesam-olie
Soya.olie
Bakkers-olie
Plantenvet Delfia
Cocos-olie N. 0. F.
Grondnotenkoeken en -meel
Sesamkoeken en -meel
Cocosmeel
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP
Wilton’s MachinefabriekenScheepswerf
ROTTERDAM
Scheepsbouw en Machinefabriek
Speciale inrichting, voor reparatiën van eiken omvang
Drie droogdokken met lichtvermogen tot
14000
ton
Dwarsheiiing
Drijvende kranen met lichtvermogen tot
120
ton
Telefoon: 7303 en 7304
Telegramadres: ,,WILTON” Rotterdam
WERKSPOOR, AMSTERDAM
Land- en Scheeps-Machines – Dieselmotoren
•
Installatiên voor Suikerfabrieken – Polderbemalingen
Rollend Spoorwegmateriëel – Ijzerconstructiën
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
HAARLEMSCHE BANKVEREENIGING
KAPITAAL / 5.050.000
7
–
waarvan geplaatst en volgestort / 3.050.000,-
reserve / 721.500,-
UITGIFTE van
f 1.000.000,- Nieuwe Gewoue A
voor een vierde deelende in de winst over 1918
tot den koers van 120 pCt.
De Inschrijvin
g
op deze uitgifte zal zijn opengesteld op
VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1918
–
van des morgens 10 uur tot des namiddags 4 uur
te AMSTERDAM, ROTTERDAM,
‘s-GRAVENHAGE en UTRECHT
te HAARLEM, AALSMEER, BEVER-
WIJK, BLOEMENDAAL, EDAM,
HILLEGOM, HOOFDDORP,
LEIDEN, LISSE, PURMEREND,
IJMUIDEN, ZANDVOORT
Haarlem, 14 September 1918.
I
bij DE TWENTSCHE BANK
bij de HAARLEMSCHE
BANK VEREENIGING
HAARLEMSCHE BANKVEREENIGING
HOLLANDSCHE BANK VOOR ZUID-AMERIKA
AMSTERDAM
BUENOS AIRES
RIO DE JANEIRO
SANTOS
KAPITAAL
f 14.000.000,-
RESERVE
f 2.100.000,-
ALLE BANKZAKEN OP ZUID
–
AMERIKA
VERLEENT BEMIDDELING TOT HET AANKNOOPEN VAN HANDELSRELATIES IN
ARGENTINIË
EN
BRAZILIÊ
KONINKLIJKE STEARINE KAARSENFABRIEK GOUDA
GOUDA
GOUDA KAARSEN – NACHT-, THEE- EN SCHEMERLICHT
STEARINE – KAARSENPIT – . OLEINE
CHEMISCH ZUIVERE EN ALLE ANDERE SOORTEN GLYCERINE
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
ROTTERDAMSCHE
SCHEEPSHYPOTHEEKBANK
Wijnhaven 94a
Tel. No.
7646
De Bank geeft uit
5
pCt. PANDBRIEVEN
in stukken van
f
5000,—,
f
1000,—,
f 500,—
en
f 100,-
De
Directeur.
Mr.
W. C. MEES
NEDERLANDSCHE HANDEL- MAATSCHAPPIJ
GESTORT KAPITAAL
f
70.000.000,—
STATUTAIRE RESERVE
f12.760.286,-
ilooffikantoor: AMSTERDAM
–
Agdlltsohappeu te ROTTERDAM
011
‘S-GRAVENHAGEI
Vestigingen in de Voornaamste plaatsen’ van
NEDERLANDSCH-INDIÉ,
in de
STRAITS-SETTLEMENTS,
in URITSCH-INDIF,
en in
CHINA.
In- en Verkoop van Wissels en Telegrafische Transferten,
Incasseeringen en Financieeringen, Schriftelijke of Telegrafische Credieten,
Reiscredietbrieven, Deposito’ s, Rekeningen-Courant,
Administratie van Effecten en alle andere Bankzaken.
9
ner/ /S34
en
‘9rcc/cIperce,utn,
/8.
BANKVEREENIGING
HAARLEM, AALSMEER, BEVERWIJK, BLOEMENDAAL, EDAM, B.ILLEGOM,
HOOFDDORP, LEIDEN, LISSE, PTJRMEREND, IJMUIDEN, ZANDVOORT.
E
o
ARLEMSCHE
tort Kapitaal f3.050.000,—
Reserve /721.500,-
R. MEES
&
ZOONEN
ANNO 1720
BANKIERS
ASSURANTIE-MAKELAARS
SCHIEDAM
–
ROTTERDAM
–
VLAARDINGEN
ROTTERDAM
–
AMSTERDAM
Behandeling van alle Bankzaken
Bezorging van alle Asurantiën
18 SEPTEMBER 1918
AUTEURSRECHT
VOORBEHOUDEN
Economischp,Statistische
Benchten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVRHEID, FINANCIËN EN VERKEER
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
3E JAARGANG
WOENSDAG 18 SEPTEMBER 1918
No. 142
1
INHOUD
Blz.
DE MELKVOORZIENING IN NIEUWE BANEN ……………..
821
De Economische Voorlichting in Duitschiand …………
823
Bestrijding van Kettiughandel etc. h.. t. 1. en in Frankrijk
door Mr.
J.
S.
Jioel…
………………………..
825
AANTEEKENINCEN:
Beroepskeuze der afgestudeerden van de Handels-Hoo-
geschool………………………………..
828
Suikerproductie der.wereld ……………………
829
Wijziging in de bevoorradingsroutes der V. S…….
829
Bezit van staatsleening door Engelsche verzekeringsmij’s
829
Ontwikkeling der lanbouwhypotheken in de V. S…..
830
De alkoholhandel op Afrika
………………….
830
Duurte van het levensonderhoud in Noorwegen ……
830
OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN
………………….
830
RECEERINCSMAATRECELEN 01′ HANDELSCEBIED
…………
831
MAANDCIJFERS:
Rijkspostspaarbank
…………………………
832
Productie der Kolenmijnen ……………………
832
Ontvangsten van Spoor- en Tramwegmaatschappijen.
.
832
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
………………
833-840
Geldkoersen. Effectenbeurzen. Wisselkoersen.
Goederenhandel.
Bankstaten.
Verkeerswezen.
INSTITUUT
VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J. Bruins.
WEEKBLAD ECONOMISCH-STATISTI,SCHE BERICHTEN
– $ecretaris-Redacteur: 0. E. Huffnagel.
Secretariaat: Pieter de Hooghweg 1, Rotterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 87.
Telef. Nr. 3000. Telegr.adres: Economisch Instituut.
Postcheque en girorekening Rotterdam No. 8408.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in Nederland f 1e,—. Buitenland en Koloniën f 14,-
per jaar. Losse nummers 30 cents. Leden en donateurs van het Instituut ontvangen hei
weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos,
voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.
Advertentiën f 0,35 per regel. Plaatsing bij abonne.
ment volgens tarief. Administratie van abonnementen
en advertenties: Nijgh & van Ditmar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhage.
16 SEPTEMBER 1918.
Ook deze week kwam er weinig of geen verande-
ring in den toestand van de geidmarkt. De notee-
ringen bleven dan ook onveranderd; prolongatie 3 pOt.;
particulier disconto 234 pOt.
*
In overeenstemming met den onveranderden toe-
stand van de geidmarkt vertoont ook de weekstaat
van de Nederlandsche Bank slechts geringe afwij-
kingen tegen de cijfers van de vorige week. De
grootste verandering onderging het hoofd Binnen-
landsche Wissels, dat met circa 10 millioen ver-
meerderde, ddor disconteeriug van schatkistpapier.
De rekening coirant-saldo’s van anderen lieten een
verdere stijging van circa 7 millioen zien, zoodat de
groote onttrekking van de laatste
daken
van Augustus
weder geheel teruggevloeid is.
*
•*
*
De Minister van Financiën doet weder het gewone,
iedere maand wederkeerende, beroep op de geidmarkt.
Aangeboden worden schatkistpromessén en biljetten
met de bekende looptijden lot een totaalbedrag van
60 millioen gulden. De inschrijving is opengesteld
op
Vrijdag
a.s. *
De reeds in het vorige bericht vermelde sterke
P.
eactie van de wisselkoersen maakte ook Dinsdag
nog verderen voortgang, zoodat tot 9.60, 36.90, 2.03,
31.35 en 17.— werd verhandeld. Daarna bleven de
koersen meer stationnajr of konden, zooals vooral
voor de entente-landen, niet onbelangrijk verbeteren.
De markt bleef echter zeer kalm. Heden daaren-
tegen was de stemming weder geheel anders en ver-
keerde de markt in een buitengewoon koortsigen
toestand. De gisteien bekend geworden uitnoodiging
van Oostenrijk aan alle oorlogvoerenden om tot een
vertrouwelijke bespreking in het neutrale buitenland
bijeen te komen, deed bij velen vredesverwachtingen
ontstaan en maakte verkoopers zeer terughoudend.
Aanvankelijk waren er.dan ook alleen kdopers, zoodat
‘oor Londen tot 10.15, voor Berlijn tot 34 en voor
Weenen zelfs tot 20 geboden werd. Al spoedig echter
verkregen pessimistische opvattingen omtrent de ge-
volgen van deze uitnoodiging de overhand en liepen
alle koersen wede
bijna
even snel terug. Slot ca.
9.98, 32.75 en 18.50.
DË MELKVOORZIENING IN NIEUWE
BANEN.
Een medewerker chrijft:
Wie een jaar geleden had durven voorspellen, dat
den komenden winter er ten onzent gebrek zou be-
staan zoowel aan melk als aan boter en kaas, zou niet
anders dan êen ongeloovig schouderophalen hebben
ontmoet. Nederland heeft zoo lang gegolden als het
klassieke voorbeeld van een land, overvloeiende van
melk en zuivel, dat men zich eenvoudig niet kon
voorstellen, dat ook die overvloed in zijn tegendeel
zou kunnen verkeeren. Boteroverschotten van om en
de bij 40 millioen kilo, kaasuitvoeren van ruim 90 millioen kilo, gelijk de jaren 1915 en 1916 te zien•
gaven, laten zich maar niet zoo ineens wegwerken.
Zelfs in 1917 kon er aan boter nog 25.000 ton en
aan kaas zelfs 56.000 ton worden geëxporteerd, niet-
822
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18 September 1918
tegenstaande de vorming van sterke reserven voor
binnenlandsch gebruik.
Stel i u hiertegenover, dat de boterproductie in het
meikjaar 1918 slechts 5000 ton hooger geraamd wordt
dan de uitvoer in 1917 en de kaasproductie zelfs
10.000 ton lager dan de uitvoer in het vorige jaar –
en het is u duidelijk, dat ieder buitenstaander over
deze feiten verbijsterd moet zijn. En inderdaad, ge.
heel verklaren kan. men ze niet.
Het is waar: de slachtingen in 1917 deden onzen
veestapel met een 300.000 â 350.000 stuks inkrimpen,
maar die inkrimping betrof toch meest alleen wrak
meikvee en jong vee; ontkend kan ook niet, dat door
het ontbreken van krachtvoeder in den’ afgeloopen
winter men dit voorjaar een slecht gevoeden en dus
tot productie niet bijster geschikten veestapel aan-
trof, doch daar staat tegenover, dat een zeer gunstige’
Aprilmaan’d in ettelijke weken weer goedmaakte,
wat een heele winter bedorven had; toegegevén moet
ook, dat de schaarschte aan tal van voedingsmiddelen
leidde tot een vérhoogd melkgebruik, alhoewel deze
toeneming zeer is overschat – maar alles en ‘alles bij
mekaar biedt toch’ nog geen bevredigende verklaring
voor een zoo buitengewone productievermindering als
dit jaar te aanschouwen heeft gegeven.
De
cijfers
van den burgerlijken stand van den vee-
stapel
zijn
nog niet bekend, maar zeer vermoedelijk
zouden die eenig nader uitsluitsel kunnen geven. Er
is dit voorjaar een z66 6ntzaglijke roep geweest over
afslachting van vee in 1917, dat ieder veehouder de
schrik om het hart moet geslagen zijn en hij hals over
kop aan het aanfokken noet zijn gegaan, iets, waar-
toe het verbod om kuiskalveren te slachten niet wei-
nig zal Lchben bi,gediagen. Aan dien opfo, alsn’ede
aan het mesten van slachtkalveren – dat véél te loo-
nend was – zal wel veel melk zijn vermorst, tot
schade van boter- en kaasproductie. Daarnaast is ook
de aanfok van varkens met kracht ter hand genomen,
wat vele boeren de ondermelk terug deed eischen, die
anders tot magere kaas werd verwerkt. Hoe groot de
invloed van deze factoren is geweest, kaii men bij
gebrek aan officieele gegevens over den stând van
den veestapel wel vermoeden, doch niet in
cijfers
vast-
leggen.
Hoe de verklaring nu ôok zij – het is en blijft een
feit, dat de overvloed van melk, boter en kaas der
vorige jaren in eens is omgeslagen in armoe en we
dezen winter op groote ontbering ook in dit opzicht
zullen hebben te rekenen. Angstwekkend is daarbij
vooral de botervoorziening, omdat die een onderdeel
is geworden van de vetvoorzening als zoodanig. In
begin Juli heeft minister Posthuma een overzicht
gegqven van de toenmalige vetpositie; neemt men de
toen gegev2u cijfers als grondslag, dan zullen er nu
nog een groote 10.000 ton grondstoffen voor de mar-
garine-fabricage zijn, terwijl daarnaast nog zal kun-
nen beschikt worden over, een reserve van een 5000
6000 ton boter. Rekent men tot 1 Mei op een boter-
productie van verdere 10.000 ton, dan zullen we vali nu aan tot aan Mei over een goede 25.000 ton vetten
kunnen beschikken, waaruit resulteert een vetrantsoen
van circa een ons per week; hierbij is er rekening
mee gehouden, dat er ook nog een paar dûizend ton
slachtvetten zullen ingeleverd worden.
Dit vetrantsoen nu is zoo wanhopig klei, dat ieder zal probeeren het in den een of anderen vorm aan te
vullen. De eenige wettige wijze daartoe is tot dusver
gelegen in een verhooging van het melkgebruik.Wordt
dit verbruik niet gelimiteerd, dan is daarvan een
nieuwe daling der boterproductie het gevolg, wat we-
derom zou nopen het vetrantsoen nogmaals te ver-
lagen.
Het ligt v4r de hand, dat de Regeering alles zal
beproeven, wat in haar vermogen is om dit te voor-S
kQmen – en de eenige weg daartoe is wel de invoe-
ring van een uiterst. scherpen vorm van melkrant-
soeneering.- Te eer zal
zij
hiertoe overgaan, omdat die
rantsoeneering ook de eenige mogelijkheid biedt het
vetrantsoen boven 1 ons te houden; immers door zoo-
veel mogelijk melk voor boterfabricage te bestemmen,
zal de boterproductie in het melkjaar 1918 tot b.v.
35.000 ton kunnen
stijgen,
wat wellicht een vetrant.
soen van 125 gram mogelijk zou maken.
Scherpe meikrantsoeneering – ziedaar de overheid
in eens geplaatst voor een nieuwe zee van nimmer ver-
moede moeilijkheden, die onoplosbaar schijnen, tenzij
de melkvoorziening in, voor ons land• althans, geheel
nieuwe banen wordt geleid.
‘I’ot nu toe was de gang van zken bij de melkvoor-
ziening zoo, dat iedei handelaar zelfstandig bij den
boer melk koopt en daarmee zoo goed of kwaad als
het gaat zijn klanten voorziet. Wie genoeg gekocht
heeft, is goed af; wie te weinig heeft, klopt aan om
z.g. regeeringsmelk. Op deze wijze scharrelt men rond.
Den afgeloopen winter had men in enkele groote
steden een schijnbare meikrantsoeneering: tot een
bepaald uur kon het publiek een beperkte hoeveelheid
melk bekomen; ni dat uur was er vrije melk beschik-
baar, waarvoor de rantsoeneeringsbepalingen niet
golden.
Het vermoeden, dat het den komen den winter op
dezelfde wijze zal toegaan, heeft op dit oogenblik al
bij den handel een ware jacht op melk doen ontstaan;
een ieder probeert zich voldoende melk te verzekeren
en thans reeds biedt men den boeren 6 i. 7 ct. per L.
meer dan den maximu.mprijs, dien ‘de minister
,,zal
gelieven vast te stellen.” De gevolgtrekkiug is duide-
lijk: de handelaar, die zich aan den maximumprjs
houdt, krijgt -geen melk. ‘Maar evenzeer ligt een
andere gevolgtrekking voor de hand, dat de hande-
laar, die boven maximumprijs kocht, 66k weer boven
maximumprjs verkoopen zal en dus ook het publiek
géén melk zal krjgén, tenzij het meer dan den maxi-
mûmprijs wil betalen. Op deze wijze zal het een ieder,
die zich aan de overheidsbepalingen niet stoort, mo-
gelijk zijn – indien althans zijn beurs het toelaat –
voldoende melk en dus botervet te bekomen, tot schade
der uiterst kritieke vetpositie in het algemeen.
Tweeërlei eisch: billijke verdeeling der beschikbare
vetvoorraden en sparen dier voorraden moet er
de overheid toe brengen op dit punt in te grij-
pen. En nu schijnt het niet mogelijk deze zaak
te regelen tenzij door een algeheele verbreking van dan- gewonen gang van zaken. Evenals bij
zoovele andere artikelen reeds het geval is, zal ook
bij de melk de overheid als koopster moeten optreden
en wel in dier voege, dat de voor de consumtie be-
stemde melk aan de. stedelijke overheid geleverd wordt,
die de melk dan weer aan den handel verdeelt al naar
gelang ieders klantenaantal. Uitvoerbaar zal zooda-nige regeling slechts zijn, indien de overheid nauw
–
keurig weet, hoeveel melk wordt aangevoerd en daar-
toe is weer noodig, dat de melkaanvoer gecentrali-
seerd wordt op een of meer plaatsen der stad. De
boer brengt de melk dan niet meer rechtstreeks bij
den sljter, maar op de centrale leveringplaats (Sam-
melsteli, distributiekantoor, melkinrichting), waar
de verdeeling onder de handelaren plaats vindt. Het surplus der melk kan verboterd worden, en de boter
aan de algemeene vetreserve worden toegevoegd, ter-
wel de vervaardigde karnemelk weer gelijkmatig vr-
deeld kan worden.
Het is niet te ontkennen, dat zoodanige regeling
tal van bezwaren bij de uitvoering zal ontmoeten,
maar desniettemin schijnt zij onafwijsbaar. Zij wordt
geëischt zoowel door de noodzakelijkheid de maxi-
mumprjzen te doen naleven als uit een oogpunt van
billijke verdeeling van het voedsel. Zij zal in den wa-
ren zin des woords tot vetbesparing bijdragen: tot
nog toe hield de handel steeds eenig overschot -van
melk, dat op -gebrekkige wijze verkarnd werd; thans
zijn alle overschotten
bij
vöorbaat verzameld en de
verbotering daarvan kan op de meest economische
wijze geschieden. Deze boter komt
bij
de algemeene
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
823
vetreserve; tot nu toe ging de door de honderden
slijters in een groote stad gekarnde boter voor die
reserve verloren: zij diende voor eigen gebruik van
den slijter of werd tot woekerprijzen verkôcht.
Ook uit anderen hoofde biedt de centralisatie van
aanvoer voordeelen. Met het stijgen der melkprijzen
toch ging gepaard een hand over hand toenemende
meikvervalsching. De handel stond, voor zoover het
kwaad bij den leverancier school, daartegen machte-
loos; elke klacht toch over de kwaliteit bracht het
gevaar met zich, dat de boer naar een anderen afne-
mer ging; de overheid stond machteloos, omdat het
een onbegonnen werk was dagelijks bij de honderden
slijters monsters te nemen. Bij invoering van centra-
lisatie behoeven slechts monsters op de aanvoerplaat-
sen genomen te worden om gemakkelijk alle veehou-
ders te controleeren; het gevaar voor vervalsching
door den handel wordt veel geringer, omdat de ver-
bruiker weet, dat elke levering boven het rantsoen
slechts verkregen kan worden door de melk te ver-
valschen.
Een wellicht nog giooter voordeel biedt de omstan-
digheid, dat de gemeente thans de gelegenheid krijgt
de melk hygiënisch te doen behandelen – reinigen,
koelen, pasteuriseeren – terwijl tevens door middel
van de bekende biochemische reactie heel wat zieke
melk aap het verkeer zal kunnen onttrokken worden.
Zoodoende zou de nood der tijden eene hygiënische
melkcontrôle mogelijk maken, die in de tijden voor
den oorlog een onbereikbaar ideaal was.
DE ECONOMISCHE VOORLICHTING IN
DUITSCHLAND.
1)
Men schrijft ons:
Ook in Diiitschland is veel gedacht en gesproken
over den
tijd
na dezen oorlog met betrekking tot de
herleving van den handel met het buitenland. Tot
dusverre is nog weinig bekend over de maatregelen,
die men voor dit doel denkt te nemen, deze immers
hangen geheel af van den vrede, waaromtrent op het
oogenblik nog niets met zekerheid kan worden ge-
zegd. Inderdaad kunnen weinig meer dan theoretische
principes worden opgesteld, gebaseerd op de algemeen
bekende feiten. Zoolang de oorlog duurt zal Duitsch-
land wel geïsoleerd blijven, met zijn boudgenooten tezamen, de productie vindt haar bestemming in de
oorlogsconsumptie van leger, vloot en mensch. Afge-
zien van het beperkte verkeer met de aangrenzende
neutrale landen, staat dc uitvoer stil en wordt niets
geïmporteerd.
Er zal een tijd komen, dat de Duitsche handel het
verloren terrein zal moeten trachten te heroveren,
doch eerst komt een tijdperk van ,,Uehergangswirt
schaft”, een overgang van den oorlogstoestand in
dien van het vreedzame leven.
Wegens den ontbrekenden aanvoer van buitenland-
sche grondstoffen zijn tijdens den oorlog uitgebreide
maatregelen genomen in het belang van een ratio-
neele verzorging uit eigen bronnen, die in bevredi-
gende mate aanwezig waren of met vernuft werden
aangeboord (Ersatzwaren). De verdeeling der grond-
stoffen her tist in handen der ,,Kriegsrohstoffbehör
(ten”. Vqor het overgangstijdperk is een ,,Reichskom-
missariat für Uebergangswirtschaft” ingesteld, dat
onder toezicht van den Rijkskanselier staat en waar-aan meer in het bijzonder is opgedragen door § 1 der
betrokken ,,Verordnung” van 3 Augustus 1916
(RGB1. 1916, bi. 885/6) den invoer van waren te
regelen en voor de verdeeling daarvan volgens nog
te geven instructies te zorgen.
Ten behoeve van den handel met het buitenland is
liet ,,Reihswirtschaftsamt” ingesteld. Aan dit lichaam
is een groote bevoegdheidssfeer toegekend, die nader
1)
[Zie
ook pag. 398,
voorts voor dit onderwerp in Enge-
land
pg. 132,
Zwitserland
395,
Zweden en Noorwegen
515
en
543. –
Redj
omschreven staat in den ,,Deutschen Reichsanzeîger”
van 5 November 1917, No. 263. Het heeft een deel
van het werk overgenomen van het Duitsche minis-
terie van binnenlandsche zaken. Ziet men het lijstje
eens door, dan vindt men vrijwel onderaan: handels-
politiek en de andere commercieele zaken, meer in
het bijzonder de handelsverdragen, de economische
vraagstukken van landbouw en nijverheid, de econo-mische oorlogsmaatregelen met inbegrip van repres-
saille-maatregelen, de economische kant van het tol-
en belastingwezen, tentoonstellingen en zaken, die
de productieomstandigheden van het binnen- en bui-
tenland betreffen. Dientengevolge ressorteeren onder
liet ,,Reichswirtschaftgamt” o.a. het ,,Reichsschiedsge
richt für Kriegswirtschaft”, de ,,Reichskommissar
für Aus- und Einfuhrbewilligung” en de ,,Reichs-
ausschuss für den Wiederaufbau der Handelsfiotte”.
1
)
de ,,Zentralstellen für Kriegswirtschaft”, en de
,,Kriegsgesellschaften”, voor zooverre deze laatste niet
onder het ministerie van oorlog of het ,,Kriegs-
crnhrungsamt” (voor de menschelijke voeding)
vallen.
Ten aanzien van de economische voorlichting wor-
den veranderingen overwogen, omdat groote verbete-
ring hard noodig is. Op dit punt staat Duitschlaud
beslist verre ten achter bij Engeland, Amerika en
Frankrijk. Overweegt men, dat de taak der handels-
politiek van een staat zich niet alleen beperkt tot de
economische betrekkingen met het buitenland met
behulp van verdragen en toezien op de nakoming
daarvan, doch ook het standpunt der natie ten aan-
zien van den strijd om en het veroveren van buiten-
landsche markten, benevens het behoud der binnen-
landsche markt voor de eigen productie omvat, dan
moet er een nauw verband bestaan tusschen de diplo-
matie en het zakenleven. Dit nu ontbrak tot dus-
verre voor een groet deel. Hetgeen Duitschland op
(lit gebied tusschen 1871 en 1914 bereikt heeft, heeft
liet voor het overgrootste deel te danken aan het parti-
culier initiatief. De voorwaarden voor het ruilver-
keer van goederen waren gegeven, t.w. de economi-
sche ontwikkeling van Duitschland, zijn natuurlijke hulpbronnen, zijn politieke en financieele zelfstan-
digheid, de kwaliteit van het werk en de ontwikke-
ling van het volk. Een ieder werkte op eigen houtje
hij gebrek aan een goede voorlichting van regeerings
wege. Hierdoor konden wantoestanden niet worden
vermeden. De industrieel verdrong op den duur den
exporteur. Kooplieden en fabrikanten onderboden
elkander wederzijds, waardoor het buitenland des te
goedkooper hun goederen kon betrekken. Bij de ont-wikkeling der techniek was het mogelijk door enkele
groote organisaties en de daarmede verkregen pres-
taties diep in het buitenland door te dringen, maar
ieder werkte voor zichzelf en niet voor het algemeen.
zooals een samenwerking tusschen het practische
leven en de ambtelijke organen in andere staten heeft
bewezen mogelijk te zijn. Op die manier werd veel
dubbel werk verricht, dat vermeden kon worden,
werd veel materiaal het algemeen belang onthouden
en zonk dé belangstelling in maatregelen van over-
lieidswege. Men ging er bovendien toe over liever
op eigen krachten te on.derzoeken en exploreeren dan
van de diensten van den consulairen dienst gebruik
Ie maken.
Deze is
0
1)
zichzelf ook niet, wat hij zou kunnen
zijn. De opleiding der beroepsambtenaren was tot dus-
verre niet geschikt hen op economisch gebied de pio-
niers te doenzijn, die zij behoorden te zijn. Weinigen
hebben zich zelf verder gevormd en door zich in te
werken in het waarnemen en beoordcelen van gebeur-
tenissen op economisch gebied zich uit eigen kracht
ontwikkeld. Een verbetering zou bovendien alleen
kunnen worden verwacht, indien de consulaire amb-
tenaren algemeen over den stand in ontwikkeling
1)
[Zie pag.
545,
jaarg.
1917.
– Bed.]
824
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18 September 1918
‘an ‘het economische leven in het vaderland werden
onderricht, verder over de pogingen en resultaten
daarvan, over verschuivingen van belangen op tech-
nisch en economisch gebied, indien hun gelden ter
beschikking stonden om literaire hulpmiddelen aan
te schaffen, handboeken te koopen, belangrijke Duit-
sche en buitenlandsche dag- en vakbladen te houden.
Het ontbrak hun aan leiding, om te kunnen beoor-deden, of en welke waarnemingen van belang zijn
en voor wie. Duitschiand had in 1914: 219 beroeps-
ambtenaren, waarvan 39 consuls-generaal, 103 con-
suls, 13 vice-consuls, 18 handelsdeskundigen en 5
handeisraden. Hiernaast werkten 652 honoraire amb-
tenaren, van wie 310 consuls, 233 vice-consuls en
109 consulaire agenten waren. Voor beide groepen
gold, dat zij geen tijd vonden, om zich in de ge-
wenschte mate met economische vraagstukken bezig
te houden, eenerzijds wegens de overstelping met
allerlei ander werk, aan den anderen kant mag men
van honoraire ambtenaren, die hun eigen zaken heb-
ben, niet te veel eischen. En waar hiervan nog een
aanzienlijk deel vreemdelingen was, waren hun pres-
taties al zeer gering. Algemeen wordt de E.ngelsche
of Amerikaansche hezoldigde consul zijn Duitscheu
collega als voorbeeld gesteld. Deze toch genieten een
opleiding als ambtenaar in overeenstemming met hun
economische taak, zij worden door hun regeering op
de hoogte gehouden van het zakenleven en de poli-
tiek, en werken zonder hureaucratische omsiachtig-
heid. In het systeem der onbezoldigde consulaire amb-
tenaren zal na den oorlog zeker een wijziging wor-
den gebracht, vreemdelingen zullen wel minder in
aanmerking komen dan vroeger, vrij zeker zullen ook
meer middelen voor dezen belangrijken tak van dienst
beschikbaar worden gesteld en de opleiding worden
verbeterd, althans meer vakopleiding worden. De
handelsattachô’s of -deskundigen hebben te veel kan-
toorwerk om
tijd
te vinden de toestanden ter plaatse
te bestudeeren en daarvoor groote reizen te onder-
nemen.
Men heeft bij een economischen voorlichtingsdienst
te maken met een uitgaande en een inkomende be-
richtgeving, de verzameling dus der gegevens, de
verzending, de bewerking en de publicatie. De inko-
mende dienst uit het buitenland is de ruggegraat
van den algemeenen dienst, d.i. de organisatie ter
bevordering van den nationalen handel met het bui-
tenland, het vraagstuk der actualiteit treedt dus in
de eerste plaats op den voorgrond, waarmede het ge-
bruik van de telegraaf in direct verband staat.
Prof. Dr. Apt heeft ter verbetering het plan ont-
worpen een ,,Aussenhandelsamt” te scheppen, ressor-
teerende onder het ,,Reichswirtschaftsamt”, dus een
afdeeling of instituut voor den handel met het bui-
tenland, dat het middelpunt zou worden om alle po-
gingen tbt ontwikkeling van den nationalen handel
te steunen en dat den economischen en inlichtingen-
dienst zal omvatten. Dit instituut zou op gemengd
economischen grondslag worden opgebouwd, d.w.z.
de kosten moeten voor de helft door de regeering,
voor de rest door de belanghebbenden bij den handel
worden gedragen. Prof. Apt stelt zich de zaak zoo
voor, dat op handels- en technisch gebied geschoolde
krachten onder leiding van een toezicht uitoefenend
orgaan, waarin vertegenwoordigers van handel, indus-
trie en regeering zitting hebben, buiten zullen werk-
zaam zijn, dus handelsdeskundigen en berielitgevers,
die ook rechtstreeks relaties aanknoopen in het bui-
tenland en nauwe voeling houden met de vertegen-
woordigers der regeering in het buitenland.
Dr. Th. Schuchart doet in zijn lezenswaardig werk
Die deutsche Aussenhandclsförderung unter. beson-
Krer Berücksichtigung des Wirtschaftsnachrichten-
wesenS” (Verlag Leonh. Simion Nf. Berlijn) een
ander voorstel, omdat hij meer heil verwacht van een verdeeling van het werk. Het politieke gebied wil Dr.
Schuchart bij de regeering laten, doch aan een orga-
nisatie, die over de nauwste relaties met alle takken
van den nationalen handel beschikt en in staat is met
kennis van zaken alle economische vraagstukken te
behandelen, het economische gedeelte opdragen. Bij
handigheid en elasticiteit zou deze veel op een staats-
instelling voor hebben, zij zal zich echter moeten ont-
houden van politiek voor bepaalde belangen. Schu-
chart w.enscht dus gebruik ‘te maken van de bestaande
organisaties van particulieren aard, waarvan er ge-
noeg zijn, tracht centralisatie voor vermijding van
dubbel werk te verkrijgen en een ruime decentrali-
satie bij de verspreiding van het materiaal.
De pers heeft een inlichtingendienst, evenals het
telegrafische nieuwsbureau Wolff, de oprichting van
meerdere kamers van koophandel in den vreemde,
waarvan Duitschiand’ er nog maar 4 bezit tegen En-
geland en Frankrijk ieder ongeveer 40, Amerika 12,
Italië 26, Nederland en Spanje ieder 6, Oostenrijk-
Hongarije en België ieder 5, moet worden aangemoe-
digd. Verder bestaan op politiek gebied reeds dc
,,Deutsch-Georgische”, ,,Deutsch-Finnlndische”,
,,Deutsch-Armenische”, ,,Deutsch-Irische”, ,,Deutseh-
‘Vlëmische” en ,,Deutsch-Baltische Gesellschaft” en,
benevens de ,,Bund zur Befreiung der Ukrainer”, op
economisch gebied een vijftigtal belangrijke en nog
veel meer minder belangrijke bonden en vereenigin-
gen, die relaties tusschen Duitschland en zijn bond-
genooten en onzijdige staten onderhouden. Hoewel
een gedeelte niet in aanmerking komt, kunnen de
andere belangrijke diensten
bewijzen
in den tijd na
den oorlog, als langzamerhand door persoonlijke rela-
ties de betrekkingen met het thans vijandelijke bui-
tenland weder moeten worden aangehaald. De bedoc-
ling is met hun hulp materiaal te verzamelen, dit te
ziften en te verspreiden, om de vakwereld een juist beeld te geven van de haar interesseerende toestan-
den. De particuliere beweging moet worden gesteund
door een groote, sterke organisatie, die uit alle in
aanmerking komende bronnen moet kunnen putten,
den economischen dienst, die de Mgemeene economi-
sche ontwikkeling in het buitenland goed en geheel
vervolgt.
Voor de verwezenlijking van zijn plan komen ver-
•
der in aanmerking: a. het ,,Kgl. Institut für Seeverkehr und Weltwirt-
schaft” te Kiel, een meer wetenschappelijke inrich-
ting, evenals
5. het ,,Kolonial Institut” te Hamburg, dat in het
bijzonder de belangen van den Hamburgschen handel
wil dienen.
Beide instituten onderhouden enge relaties met het
practische zakenleven, Kiel o.a. door uitgifte der
,,Kriegswirtschaftliche Nachrichten”, Hamburg door
zijn weekblad ,,Wirtschaftsdienst”.
C.
de ,,Deutsch-Vorderasiengesellschaft” te Leipzig.
i)eze 3 instituten werken weinig samen, wel heb-
ben zij een punt van overeenstemming. Zij verzame-
len wereld-economisch belangrijk materiaal en be-
werken dit op een wetenschappelijk en praetisch za-
kelijke manier. Het ,,Kolonial Institut” beperkt zijn
werkgebied niet meer tot de koloniën, maar heeft dit
uitgebreid tot dc geheele wereld.
het ,,Deutsch-Südamerikanische Institut” te
Keulen. Dit onderhoudt relaties op het gebied van
wetenschap en kunst met de Spaansch en Portu-
geesch sprekende landen in Midden- en Zuid-Ame-
rika en verstrekt economische inlichtingen over
1)uitschland, terwijl het genoemde instituut te Ham-
burg dit werk ten aanzien van Amerika heeft overge-
nomen. Het geeft de volgende tijdschriften uit:
,,Deutscher Dienst”, per kwartaal ,,Mitteilungen”,
‘zendt overzee ,,O Transatlantico” en ,,Mensajero de
Ultramar”.
het ,,Amerika Institut” te Berlijn, dat eigenlijk
gedacht is als de studeerkamer der ,,Kaiser Wil.helm
Austausch-Professur”.
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
825
het ,,Deutsche Auslandsmuseum” te Stuttgart,
nog weinig bekend. Het behartigt de belangen van
Duitschers in het buitenland en behandélt vraagstuk-
ken op economisch. gebied.
1)
,,Hamburgischer Ibero-Amerikanischer Verein
E. V.”, opgericht in 1916. Deze onderhoudt econo-
mische relaties tusschen Duitschiand en Spanje, be-
nevens de neutrale staten in Middn- en Zuid-
Amerika.
,, Deutsche Weltwirtschaftljche Geselischaft”.
Berlijn.
Z.
,,Studiengesellschaft für Weitpolitik”, München.
Verder wenscht Dr. Schuchart gebruik te maken
van de diensten der ambtelijke organen, zooals de
,,Auslandsstelle” van het ,,Kriegspresseamt”, dat 2-
maal per week de ,,Wirtschaftliche Nachrichteu” uit-
geeft. Bij gebrek aan samenwerking met andere orga-
nen is de hoofdbron de buitenlandsche pers.
Omdat zakenmenschen al die bladen niet kunnen
lezen en er ook geen tijd voor hebben den weg in dat
vele en op verschillende plaatsen verzamelde materiaal
te zoeken, heeft de Rijnsch-Westfaalsche kolen-, ijzer-
• en staalindustrie de ,,Ausland G.m.b.H.” te Essen in
het leven geroepen, die tot taak heeft geregeld voe-
ling te houden met deze groepen en de bovenge-
noemde inrichtingen, ten behoeve van een practische
ontwikkeling van het Duitsche aanzien in het buiten-
land. Dit lichaam zal later wegens zijn financieele
draagkracht Seen groote beteekenis krijgen hij de be-
handeling van economische vraagstukken.
Al deze instituten en inrichtingen zouden best
voor den inkomenden en uitgaanden inlichtingen
dienst in een Organisatie kunnen worden opgenomen.
Het centrum zou dan alle materiaal ontvangen, ver-
werken en verdeelen. In twee schema’s geeft Schu-
chart op overzichtelijke wijze zijn bedoeling aan.
Tot heden zijn de mededeelingen gewoonlijk te ge-
ring in aantal en te oud van datum; zij zien het licht
in de door het ministerie van Binnenlandsche Zaken
uitgegeven ,,Nachrichten für Handel, Industrie und
Landwirtschaft”, ,,Deutsches Handelsarchiv” en het
maandblad ,,Berichte über Handel und Industrie”,
voorts de
;
,Mitteillungen zur Verwertung in Deut-
schen Intcressenkreisen”, organen, die veel te zelden
verschijnen en waaruit veelal niet door de pers mag
worden overgenomen.
Voor de verspreiding wil Dr. Schuchart 3 groepen
vormen:
Overzichten van economische toestanden en den
handel der verschillende landen of groepen daarvan.
Overzichten van wijzigingen binnen bepaalde
economische bedrijfsgroepen (verband tusschen pro-
ductie, expeditie, markt, bewerking en verkoop der
belangrijkste artikelen).
111. Verslagen over punten van algemeen econo-
misch belang, niet betrekking hebbende op bepaalde landen of handelsartikelen, hijv. verkeers-, verzeke-
ringswezen, internationale financiën, etc.
Voor de inrichting der archieven denkt de schrij-
ver aan dat van Kiel, doch een strenge indeeling, om
dubbel werk te vérmijden.
De opzet is in het kort zoodanig gedacht, dat het
particuliere initiatief ontwikkeld worde, tot een har-
monisch geheel vereenigd en samengebracht met de
regeeringsorganen (nadat deze verbetering hebben
ondergaan), die de ontwikkeling van den handel met
het buitenland bevorderen, zoo, dat ieder zijn zelf-
standigheid in het uitvoeren van het gemeenschap-
pelijke programma behoudt.
Zooals uit het bovenstaande blijkt, bestaan dus nog geen vaste plannen, die voor publicatie en bespreking in aanmerking- komen, zeer waarschijnlijk, omdat re-
geering en volksvertegenwoordiging eerst den tijd
willen afwachten, waarin iets naders omtrent den
vermoedelijken loop van zaken kan worden gezegd.
1)
[Zie de aanteekening op pag.
398 1. j. –
lied.]
BESTRIJDING VAN KETTINGHANDEL ÈTC.
HIER TE LANDE EN IN FRANKRIJK.
Waar sinds het uitbreken ‘an den wereldoorlog van
regeeringswege de vrije stroom van den handel moest
gekanaliseerd, zijn vele moeilijkheden op te lossen
geweest; een dier moeilijkheden was de beantwoor-
ding der vraag in hoeverre door verbods- en gebods-
bepalingen met strafrechterlijke sanctie in handel en
industrie rnocht ingegrepen worden en
welke
sanctie
op overtreding dier bepalingen mocht worden ge-
steld; geheel afgezien van het practische nut en de
practische bezwaren kan o.i. een gebod of een verbod
met als sanctie de éen of andere straf eerst dân ge-
rechtvaardigd zijn (en dat is wel het minimum, dat
men stellen moet), als hetgeen geboden of verboden
wordt voor de staatshuishouding noodzakelijk moet
of noodwendig niet mag geschieden. De grens nu tus-
schen het maatschappelijk-geoorloofde en -ongeoor-
loofde is in sterke mate verplaatst en het is de moei-
lijke. taak der regeering geweest, die grens nauwkeu-
rig af te bakenen.
Dat qnze regeering deze taak goed heeft vervuld,
kan niet beweerd worden;. de goed geargumenteerde
critiek, die op het ontwerp tot wijziging der Distri-
butiewet is uitgeoefend, toont dit wel aan; zoo is
er o.a. van vele zijden op gewezen, dat – wat het
ontwerp doet – door alles strafbaar te stellen, wat
op een of andere wijze niet strookt met de strekking
an eenige wettelijke of ambtelijke bepaling of do won-
sehen van eenigen minister, zeer veel als misdaad
wordt bestempeld en behandeld, wat naar het alge-
meen gevoelen geen misdaad is.
Wat echter èl algemeen als strafwaardig wordt be-
schouwd is: prijsopdrijving, vasthouding van goederen
en de z.g. kettinghandel; hot is voor den handel wel
van belang om te zien, hoe nu onze wetgever de ge-
noemde onmaatschappeljke handelingen definieert
en omgrenst en hoe hij deze in zijn systeem van
strafbepalingen plaatst en behandelt. Wij willen dit
doen, aan de hand eener vergelijking met de in
Frankrijk op dit punt getroffen maatregelen en met
de toepassing daarvan door de rechterlijke collegos
Frankrijk heeft immers het geluk reeds op een juris-
prudentie over dit onderwerp te kunnen bogen, een
geluk, dat Nederland nog niet deelachtig is; in
Frankrijk zijn immers de genoemde feiten bepaalde-
lijk tot strafbare feiten gemaakt en zijn dus ook direct
ter berechting aan den rechter opgedragen, terwijl
naar onze wet en ook naar het ontwerp al deze feiten
op zich zelf
niet
tot strafbare feiten worden bestem-
peld. Volgens het thans nog geldende stelsel kan out-
digend worden, wat vastgehouden of in prijs opge-
dreven wordt volgens artikel 76a en volgende der
Onteigeningswot en daarnaast kan de minister in
liet algemeen belang in bezit nemen
krachtens
artikel
9 der Distributiewet. De Onteigeningswet wordt
echter vrijwql niet meer toegepast, bijna alles werd
en wordt in bezit genomen krachtens de Distributie-
wet op grond dus van het algemeen belang, doch
practisch,
tevens als een
strafmaatregel
ter zake van
vasthouding, prijsopdrjving of kettinghandel; vol-
gens het genoemde ontwerp worden echter alle prijs-
odrijvers, vasthouders en kettinghandelaars met zoo-
veel wrden niet alleen bedreigd met inbezitneming,
doch met een bepaalde van den minister afhankelijké
wijze van inbezitneming hunner waren, wat dus
hierop neerkomt, dat het aan den minister te beoor-deden zal blijven staan, welke feiten onder ketting-
handel etc. zullen vallen en 66k – grootendeels – in
welke mate de delinquenten getroffen zullen worden;
wel zal een beroep op den cjsisrechter ten gevolge
kunnen hebben, dat de inbeslagneming, de moderne
administratieve straf (niet in technischen zin, want
de administratie mag volgens ons staatsrecht niet
straffen!), opgeheven of verzacht wordt, doch het is
nog onzeker, in hoeverre de crisisrechter bevoegd en
826
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18 September 1918
ook in st1tt zal zijn door den minister reeds toege-
paste strafmaatregelen te beoordeelen en te herstellen.
Als vaststaand kan dus worden aangenomen, dat
bedoelde feiten, als onmaatschappelijk, behooren te
worden géstraft; echter in de eerste plaats: wanneer
doen deze feiten zich voor, wanneer
is
er ,,prijsopdrij-
ving, vasthouding of kettinghandel”? De definitie
der begrippen is
moeilijk
en nog moeilijker is het
als men het begrip juist omgrensd heeft, dit op de
feiten in toepassing te brengen. Onze wet geeft dan
ook – opzettelijk – geen definitie en laat dus al
degenen, die de begrippen in toepassing hebben te
brengen, geheel Vrij in definieering en toepassing; en
ziet men nu, dat volgens het nog geldende stelsel en
eveneens volgens het ontwerp een en ander – althans
in eerste instantie en hoofdzakelijk
– niet
ter beoor-
deeling van den rechter, maar van de administratie,
van ambtenaren komt, dan vreezen wij, dat niet spoe-
dig door een bevoegde, onpartijdige autoriteit in
hoogste instantie beslist zal worden, wt prijsopdrij-
ving enz.
is,
hôe deze begrippen op de feiten juist en
rechtvaardig toegepast moeten worden, en: dat deze
te geven beslissingen tevens ook steeds als vaste nor-
men
ÔMC
door de administratie zullen erkend en ge
,
handhaafd worden, opdat zoowel in definieering als
in toepassing een zekerheid en continuiteit ontsta,
die voor de geheele maatschappij in den nood der
tijden te midden van tallooze wetten en bepalingen
en ambtelijke willekeur hoogst gewenscht is. –
Bij ons thans dus nog groote onzekerheidn,
wat ook van de wijziging der Distributiewet
moge komen, groote onzekerheid voorloopig ook nog
in de toekomst. In Frankrijk daarentegen is door de
strafbaarstelling van de hier besproken feiten spoedig
meer teekening gekomen in definieering en toepas-
sing, al is, ofschoon de desbetreffende wet (van
20 April 1916), reeds pim. 2
3
/2
jaar oud is, nog onze’
kerheid overgebleven. In Frankrijk dan heft men de
wet op de ,,spéculation illicite”, die dus dit feit straf-
baar stelt, maar die daarnaast die ,,spéculation
illicite” ook bestrijdt met inbezitnemingen enz.
Deze wet heëft een voor de Fransche rechtspraak
belangrijke voorgeschiedenis, doch voor ons is het niet
van direct belang deze tot in finesses na te gaan. Ja
‘t kort kan men dit constateeren: men had artikel 419
der Code Pénal, welk artikel in ‘t algemeen strafte al
degenen, die verhoogingen of verlagingen van prijzefl
of koersen veroorzaakten boven of beneden Ide prijzen;
die de vrije concurrentie zou bepaald hebben; dit arti-kel nu werd in verschillend opzicht 1door de jurispru-
dentie eng geïnterpreteerd; over ‘t algemeen was
men van meening, dat dit artikel alleen het opkoopen
en vasthouden van waren (,,l’accaparement”) bestreed
en dat deze daden alléén strafbaar waren, als zij ge-
paard waren aan bedrieglijke middelen, vandaar het
artikel 10 der nieuwe wet, dat dus een verbetering en uitbreiding van artikel 419 C. P. bedoelt en dat
straft: ,,ceux qui même sans emploi de rnoyens frau-
duleux, mais dans un but de spécuiation illicite, c’eit
dire non justifié par les besoins de leurs approvi-
sionnements ou des légitimes prévi.sions industrielles
ou commerciales, auront operé ou tenté d’opérer la
hausse des prix des denreés ou marchan’dises au-des-
sus des cours, qu’aurait déterminés la concurrence
naturelle da commerce.” De clausule ,,rnême sans
emploi do moyens frauduleux” gaf inderdaad een uit-
breiding en een verduidelijking, maar verder is er
sinds het in werking treden der wet een strijd ont-
staan hoofdzakelijk over de vraag, of artikel 10 alleen
wilde treffen ,,l’accaparemeut” (de woorden ,,c’est
ciiie” en vig. wijzen inderdaad kennelijk daarop) en
dku ontdaan van het vereischte van ,,moyens frau-
duleux”,
6f,
dat •de in deze woorden gegeven verdui-
delijking niet als een besliste omgrenaing der ,,spécu-lation illicite” moest beschouwd worden, maar slechts
als een voorbeeld van wat een vorm van ,,spéculation
illicite”
kon
zijn, terwijl dan strafbaar zouden zijn
alle
handelingen, diq kunstmatige prijsstijging ten
doel hadden, 66k andere, dan die bedrieglijke, die arti-
kel 419 C. P. noemde; dn zou natuurlijk de vet een
zeer ruim terrein bestrijken en strafbaar maken
alles
wat ten doel had de ,,spéculation illicite”, die men het
best kan definieeren door haar resultaat:- de kunst-
matige prijsstijging. De verschillende argumenten
willen wij niet bespreken; belangrijker is het te zien,
welke houding de Fransche rechtspraak in dezen strijd
heeft aangenomen. Gezegd kan worden, dat de Frari-
sche rechter in ‘t algemeen zich
duidelijk
heeft uitge-
sprolcen voor de ruime interpretatie en toepassing der
wet (terloops zij hier medegedeeld, dat een half jaar
na het tot stand komen der wet La Oour de 0assatio
heeft beslist, dat ,,l’accaparement” volgens artikel 419
0. P. strafbaar is èôk zônder een ,,agissement frau’du-
leux”! Ware deze beslissing 6 maanden v66r 20 April
1916 gegeven, dan zou wellicht het nieuwe strafarti-
kel 10 onnoodig zijn geworden en daardoor veel strijd
zijn voorkomen.) Nemen wij nu cie ruime interpretatie
als de juiste aan, dan geeft artikel 10 der wet wel
meer een aanduiding, dan een definitie van ,,spécu-
lation illicite”, maar – in aanmerking genomen de
voorgeschiedenis – toch een andui.dinig, die een
duidelijk richtsnoer aan den rechter geeft.
Onze
wetten en wetsontwerpen
noômen
alleen deze
onmaatschappelijke handelingen, maar geven niet do
minste definitie of zelfs ook aanduiding; wèl heeft de
minister in zijn memorie van toelichting over den
kettinghandel verklaard: ,,in het algemeen gesproken,
valt daaronder iedere invoeging op den weg van het
goed van fabrikant naar consument van onnoodige
schakels, die den
prijs
.teeds doen oploopen
zonder
eenig oecônomisch nut; derhalve: verkoopen van
fabrikant aan fabrikant, van grossier aan grossier,
van detaillist aan detaillist en 66k: van grossier of
detaillist aan fabrikant of grossier en van consument
aan detaillist, grossier of fabrikant
gepaard gaande
met een op den prijs gelegde winst marge”;
vooral uit
de cursief-gedrukte woorden
blijkt,
‘dat volgens deze
definitie het begrip ,,kettinghandel” zeer wel onder-
gebracht kan worden onder het ruimere ,,spéculation
illicite” (volgens de ruime opvatting), dat eveneens
onze ,vasthouding” en ,,prijsopdrijving” omvat; ,,vast-
houding” en ,,prijsopdrijvi.ng” worden niet door de
wet en zelfs niet door den minister omschreven en dit zou toch evenzeer of nog méér gewenscht zijn,
daar deze handelingen – in tegenstelling met ,,ket-
tinghandel’ – in den reëelen handel, •die toch ook
steeds speculatie is en winst beoogt, altijd ook
normale
handelingen
zijn
geweest
1);
drbij was dus de grens
van het al of niet geoorloofde veel moeilijker te bepa-
len. Onze 1niuistel- heeft verder nog onder ketting-
handel gerangschikt: ,,de handel van de soort, als in
een aantal café’s onzer groote steden gedreven wordt
door lieden, die nimmer tot den bonafide-handel
hdbben behoord.” Het is niet wel in te zien, waarom
handel z.g. ,,kettinghandel” wordt alleen door de
plaats wéér en door het verlden van degenen door
wiè de overeenkomsten worden gesloten. Gelukkig,
dat de niuistor zelf dan ook verklaart weinig waarde
aan zijn definitie te hechten.
Als echter de minister het laatste gedeelte van zijn
omschrijving hadde achterwege gelaten en verder. do
ongeoorloofde
prijsopdrijving en vasthouding hadde
omschreven en dn van alle drie de begrippen de
definitie ook in de wet hadde opgenomen, dan zou
althans in het ontwerp een op dit punt duidelijke lijn
zijn gekomen, die wel noodig, nèôdiger dan in Frank-
iijk, was, nu in eerste instantie toepassing der begrip-
pen steeds aan de administratie en eerst in de tweede
plaats, bij wijze van beroep – als de onbillijkheid reeds
is begaan en de soms onherstelbare schade reeds
is
aangebracht – aan de rechtspraak zal zijn overgelaten.
Hoe is dan nu de pntctijk in Frankrijk? Zooals wij
1)
[Men vergelijke het artikel ,,Kettinghandel” op pag.
244 1.
j. –
Red.]
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
827
reeds opmerkten: de strooming is voor ruime toepas-
sing der meergenoemde wet; slechts enkele hoven
geven aan de wet de enge interpretatie en achten dus
artikel 10 slechts toepasselijk op ,,l’accaparernent.”
Het treft, dat nu terstond een scherp onderscheid
gemaakt woclt tusschen kooplieden en tussehenperso-
non. Aangenomen wordt, dat kooplieden, die be.-
drijfsonkostcn en risico’s hebben, die in hun ‘zaken
hun kapitalen beleggen, ook belangrijke winsten mo-
gen maken, mits er maar niet een
te aanmerkelijk
groot verschil besta tusschen hun winsten van vôôr
den oor]og en die nt het intreden van den oorlogs-
toestand; de tusschenpersouen echter maken ‘zich
schuldig oau ..spécuiation illicite”, als’ zij voor hun
eenvoudige bemiddelingsdaden een hoogere provisie
genieten, dan zij véér dan oorlog genoten en als
tevens die lioogere provisie ook den prijs boven het
normale
keef
•ioen stijgen. Het maken van groote
winsten zônder ‘dat deze den prijs ‘hebben doen stijgen,
heeft men immers tot nu toe niet gestraft; dtt op
zich zelf is immers ook niet strafbaar gesteld en kan
ook bezwaarlijk als iets onmaatschappelijks onder de
werking der strafwet gebracht worden. Echter is wèl
eenige malen vo]geni de letter der vet voldoende ge-
acht, dat een koopman meer waren in zijn bezit heeft,
dan zijn normale behoeften vereischen; het gevreesde,
voor de maatschappij schadelijke gevolg: schaarschte of prijsstijging behoeft dus nog niet aanwezig te zijn;
zoo hebben dan ook eeriige lagere gerechten kooplie-
den veroordeeld, van wie alleen bewezen was, dat zij
levensmiddelen in voorraad-hadden boven hun normale
provisies en kooplieden, clie goederen in hun magazij-
nen hadden opgestapeld, ofscJioon zij geen vaste afne-
mers voor die goederen hadden, daar bij deze lieden
de bedoeling werd verondersteld., dat zij die warert
hadden gekocht om ze te verkoopen, als door import-
moeilijkheden ete. de prijzen gestegen zouden, zijn.
Zooals gezegd, hebben enkele hoven getracht de
toepassing der wet in het algemeen te beperken; zij
achten dan, dat de wet van 20 April 1916 slechts wil
voor]comen en dus
alléén wil
straffen: ,,l’accapare-
ment”. Het Hof van Poitiers overweegt, dat dc
wetgever niet heeft verhinderd en niet heeft kun-
nen verhinderen: de speculatie, die het wezen
van allen handel is, dat de wet de speculatie
alleen straft, als zij ,,illicite” is, dat de wet zelf be-
paald heeft, dat zij dit karakter zou hebben, als zij niet gerechtvaardigd ‘zou zijn ,,par les besoins des
approvisionnements ou par de légitimes prévisions
industrielles ou commerciales”, dat de minister van justitie dit punt nog heeft gepreciseerd door te zeg-
gen, dat liet voor een koopman-beklaagde steeds ge-
makkelijk zou zijn zich te bevrijden door aan te toonen,
dat ‘zijn aankooen met zijn behoeften overeenstemden
etc., al hetgeen duidelijk en alléén slaat op ,,accapa-
rement”. Het Hof van Orléans komt tot hetzelfde
resultaat en eindigt met te verklaren, dat uit de
stukken en debatten volgt, dat men blijkbaar alléén
heeft willen treffen: ,,l’accaparement”.
In het hart van Frankrijk huldigt men echter de
algemeene, ruimere opvatting. La Cour d’Appel de
Paris acht het misdrijf aanwezig, zoodra er zich een
prijsstijging voordoet boven de prijzen, die de ‘vrije en
natuurlijke concurrentie zou bepaald hebben; het mis-
drijf kan door
alle
middelen, die tot de prijsstijging
medewerken, geschieden; niet alleen de koopman, dc
tussc.henpersoon, maar ook de producent en de fabri-
kant kunnen het misdrijf plegen.
Le Tribun’al de Is Seine heeft in het begin van dit
jaar déze kettinghandelszaak berecht: firma A. had
steenkolen verkocht aan B. tegen fr. 270 per ton;
0., bediende van A., had in die hoedanigheid
dezen koop met B. gesloten, doch had – en dit
privé – met B. afgesproken om terstond voor diens
rekening cle steenkolen weer te verkoopen; B. gaf ze
aan C. in handen voor fr. 278 de ton, waarop 0. buiten
weten van zijn patroon voor fr. 310 verkocht aan
mevrouw D, die klant
ws
van zijn patroon A. (!);
dit was C. nog niet voldoende en hij bood – reeds
v66r den verkoop aan mevr. D. – aan deze zijn bemid-deling aan en het gelukte hem ook voor haar de steen-
kool wéér te verkoopen aan een bank voor fr. 360, op
wrelke overeenkomst C. weer fr. 20 per ton verdiende.
Zoowel B. als C. als mevr. D. werden veroor-
deld op grond, dat alle drie klaarblijkelijk in
onderling overleg successievelijk sch ijnovereenkom-
sten hadden gesloten om aan ieder van hen tel-
kens een absoluut onnoodige en ongerechtvaardigde
winst te verschaffen, die tot resultaat had gehad, dat
de prijs der steehkool, die hij de eerste transactie
fr. 270 was, tot fr. 360 was opgeloopen. Het vonnis
besluit met een straffe tirade tegen de parasieten der
maatschappij, als hoedanig de rechtbank deze beklaag-
den beschouwt. Wat deze beklaagden deden – hetgeen
waarschijnlijk Poitiers en Orléans
niet
strafbaar zou-
den hebben geacht! – vormt
bijkans
het misdrijf van
artikel 419 C. P., zelfs volgens de vroegere enge inter-pretatie.
Hetzelfde principe is toegepast op melksiijters, die
afspraken – zonder dat er eenige reden voor was –
den melkprijs te verhoogen, op steenkolenhandelaars,
die voor fr. 18 verkochten, wat zij juist voor fr. ‘9,50
hadden ingekocht en die als reden daarvoor opgaven,
dat hun klanten elders geen stenkool konden bekomen
en tegen èlken prijs wenschten te koopen; op meelhan-
delaars, die tegen fr. 280 van de hand deden, wat zij
tegen fi’. 140 hadden ingeslagen en de commission-
nairs, die daarbij 30 pOt. provisie in plaats van 3 pOt.
(de volgens de rechtbank normale provisie) hadden
genoten, enz.; vrijgesproken werd echter een koopman,
die 15 per 100 had verdiend op waren, die niet eens
zijn pakhuizen hadden gepasseerd, omdat – zie boven
– een koopman zijn algemeene onkosten en zijn
risico’s heeft. Bij een van deze procedures had een
beklaagde, een tusschenpersoon, de vrijmoedigheid
te beweren, dat hij, een normale winst – makende, nog een dienst had bewezen aan de maatschappij,
doordat hij immers de beschikbare hoeveelheid
had vergroot; dit excuus zou in Poitiers en
Orléans waarschijnlijk succes hebben gehad,, doch
in Parijs antwoordde men hem, dat door op dergeljico
wijze tegen onverschillig welken prijs steenkolen op
te koopen om die met een zekere winst te verkoopen
aan mevr. A., die op ‘haar beurt ze weer aan haar
klanten tegen nog sterker verhoogde prijzen van dc
hand had gedaan, de beklaagde mede veroorzaakt had,
dat de prijs ver boven het normale was gestegen, welke
wijze van handeldrjyen ten gevolge hajd, dat het voor
minder-welgestelde koopers onmogelijk werd zich van
deze goederen, die voor hen onontbeerlijk waren, te
voorzien.
Nog een teekenend geval van kettiughandel is voor
le Tribunal de la Seine behandeld. Een partij geïm-
porteerde steenkolen had verschillende handeishuizen
in dezelfde plaats gepasseerd; geen dier firma’s had
een abnormaal hooge winst gemaakt, maar de succes-
sievelijke winsten tezamen hadden de steenkool op
een veel hoogeren, dan den normalen, prijs gebracht;
om deze beklaagden te straffen heeft de rechtbank
hen beschouwd
niet
als kooplieden, maar als tusschen-
personen, die een bovenmatige provisie hadden geno-
ten en zij heeft hen als zoodanig als medeplichtig
aan het misdrijf van ,,spéenlation illicite” gestraft.
Men ziet dus: de Fran.sche rechtspraak heeft in
bovenomschreven strijd vrij duidelijk partij gekozen:
de wet wordt ruim geïnterpreteerd en zoo gaat men in
Frankrijk eenige rechtszekerheid verkrijgen. Te be-
treuren is het daarom, dat La Oour de Oassation, dat –
voor zoover wij weten – slechts éénmaal is geroepen
om haar oordeel over dit punt uit te spreken, van deze
gelegenheid geen gebruik heeft gemaakt om alle onze-
kerheid weg te’ nemen; dit college overweegt immers,
dat, als de wet van 20 April 1916 ook op den produ-
cent toegepast kan worden, dit alleen kan onder de
voorwaarde, dat de’ hem ten laste gelegde ,,spéculation
828
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18 September 1918
il]icite” de elementen, in artikel 10 dier wet omschre-
ven, omvat en dat dus het Hof (van weiks vonnis
cassatie was aangeteekend) om den beklaagde te vei-
oordeelen, had moeten preciseeren, dat de ,,spécula-
tion”, waarover het ging; gerechtvaardigd was ,,ni
par le besoin de leurs approvisionnements, ni par de
légitimes prévisions industrielles ou commerciales”;
waar het Hof dit niet had gedaan, was zijn arrest
onvoldoende gemotiveerd. De zin van deze uitspraak
is niet duidelijk; immers: èf het arrest zegt slechts,
dat in casu het arrest van het Hof niet gemotiveerd
was, omdat het, gegeven de omstandigheden van dit
geval, had moeten stellen, dat de beklaagden voorraden
hadden opgeslagen grooter dan zij voor lun handel be-
hoefden, ôf La Oour de Oassation heeft willen zeggen
– en alleen dtn is de uitspraak van principiele betee-
kenis – dat de wet in ‘t algemeen alleen, toepasselijk
is, als men stelt, dat de overtreder der wet zich schul-
dig heeft gemaakt aan een daad van ,,accaparement”;
• din zou dus het hoogste rechtscollege het Hof van
Poitiers en van Orléans in liet
gelijk
stellen; wij voor
‘ons gelooven echter, dat dit laatste
niet
het geval is,
dat La Oour de Cassation niet heeft uitgemaakt,
dat artikel 10 z66 eng geïnterpreteerd moet worden
(terwijl het kort te voren art. 419 C. P. zoo ruim uit-
legde!) en dat dit ]ichaam dus géén principieele be
slissing heeft bedoelen te geven, waarvan het gevolg
zou zijn, dat in strijd met het
algemeen
gevoelen de
wet moest geacht worden alleen toepasselijk te zijn
op een betrekkelijk klein gedeelte van al die onmaat-
schappelijke handelingen, die algemeen als strafwaar-.
dig worden erkend en bestreden.
Al blijft er ‘dus inderdaad eenige onzekerheid be-
staan, in Frankrijk hebben wetgever en rechter zich
ten slotte vrij duidelijk uitgesproken en is althans
te
zien,
wr de
grenzen
van het geoorloof de en onge-
oorloofde liggen, waarmede niet alleen, naar aange-,
nomen kan worden, aan de ééne zijde paal en perk
gesteld wordt aan abteljke willekeur, maar ook aan
de andere zijde aan de
willekeur
van die kooplieden,
die van’ den ontwrichten handel misbruik maakten.
Bij ons aldus
niet,
daar de wetgever tot op heden
slechts bij den aanvahg van den oorlog een enkele
korte bepaling gaf (de Onteigeningswet), die thans
practisch bijna niet meer wordt toegepast, sindsdien
alleen aan den minister de bevoegdheid verleende hij
wijze van administratieven maatregel straffen uit te
.deeien (de Distributiewet), welke bevoegdheid het
nieuwe ontwerp weder wil uitbreiden, terwijl rech-
terlijke tusschenkomst, eerst bij wijze van beroep te-
gen de administratieve maatregelen van den minister,
dus secundair kan worden ingeroepen, waarbij het
dan nog onzeker is hoever deze tusschenkomst zal
strekken. Ook in Frankrijk grijpt de administratië
op verschillende wijzen in, ook krachtens de wet van 20 April 1916, maar in dat land is de administratieve
rechtspraak – waarvan de crisisrechtspraak bij ons
nog slechts een zwak begin is – veel verder ontwik-
keld en bestrijkt deze een veel breeder terrein
èn.:
waar een wet tot op zekere hoogte Vrij scherp aan:.
geeft wièn en wt zij wil treffen en waar groeten-
deels aan den rechter
direct en in eerste instantie de
uitlegging en de toepassing dier wet wordt overge-
laten, zal natuurlijk vrij spoedig door die rechtspraak
duidelijk worden langs welke lijnen volgens die wet
ghan
mogen,
maar ook
moeten
al degenen, die onder
de wet leven en daarmede in aanraking komen, in
casu: aan de ééne zijde de kooplieden, die de wet niet
mogen overtreden, maar aan de andere zijde ook de administratie, de distributie-ambtenaren, die de wet
zuiver en billijk in toepassing moeten brengen. Daar-
om achten wij het Fransche systeem vooralsnog beter
en meer waarborggevend
dan
het systeem van onze wetgeving; wellicht zal echter inderdaad de crisis-
rechtspraak op den langen, duur ons rechtszekerheid
geven,
‘terwijl
ook de regeering in haar memorie van
antwoord op dit wetsontwerp ons een maatregel in
het vooruitzicht heeft gesteld, die ongetwijfeld op
zich zelf reeds veel verbetering zal brengen; de minis-
ter heeft immers op een desbetreffende opmerking ge-
antwoord: ,,er bestaat geen bezwaar in den algemee-
nen maatregel van betuur voor te schrijven, dat de
uitvoerende macht tot motiveeripg van haar weigerin-
gen is verplicht”; waarom alleen ,,weigeringen” be-
hooren te worden gemotiveerd, is niet duidelijk, maar
als het beginsel van motiveering wordt déôrgetrokken
tot
alle
te nemen beslissingen, dan zal dit aan de bil-
lijke toepassing der wet ten goede komen, daar deze
motiveering zelf-controleering en verhooging van het
verantwoordelijkheidsgevoel ten gevolge moet hebben.
Of echter ‘de algemeene maatregel van bestuur een
bepaling, als bovenbedoeld, zal bevatten, is nog onzeker
en over uitbreiding van het beginsel is van de zijde
der regeering nog niet gesproken. Wij leven thans dus
nog in hoopvolle verwachtingen, doch in alle opzich-
ten is het onzeker, wat ‘de toekomst ons brengen
zal; wij hebben althans
dit op
Frankrijk nog voor, dat
het ontwerp tot wijziging der distributiewet met zijn
systeem van tallooze strafbaarstellingen en zijn mini-
mumstraffen nog niet is aangenomen,
terwijl,
in
Frankrijk een wet met een dergelijke strekking kort
geleden wèl’ is uitgevaardigd, welke wet, strafbaar
stellende (ook met niinimumstraffen) alle overtredin-gen van groote groepen bepalingen en besluiten, naar
wij vreezen, voor een groot deel de wet ,,sur la spécu-
lation illicite” zal verdringen.
Wij hopen, dat spoedig de tijd daar is, dat onrze
regeering al haar plannen verwezenlijkt zal hebben en
dat’ alsdan die maatregelen in hun toepassing toch
zullen blijken te geven – nog meer dan in Frankrijk
Frankrijk’s maatregelen – een duidelijke grens van
het al-dan-niet in den handel geoorloofde, daardoor
rechtszekerheid en een rechtvaardige, bestrijding en
bestraffing van allen kettinghan.del en alle hancielin-
gen, die werkelijk strafwaar.dig zijn.
Mr. J.
S. HOEK.
AANTEEKENINGEN.
Beroepskeuze der afgestudeerden van
de Handels-Hoogeschool. –
In den afdruk
van de rede, die jongstleden Dinsdagmiddag dooi’
den aftredenden rector-magnificus der Nederlandsche
Handels-Hoogeschool te Rotterdam bij gelegenheid
van de overdracht van het rectoraat werd uitgesproken,
is als bijlage geplaatst het navolgende staatje naar
den toestand op 1 September 1918 van degenen die het’ diploma, in de handelseconomie verwierven en
in de practijk een werkzaamheid gezocht hebben.
Nederi.
N.-Ind.
Buiten!. Totaal
Bankwezen
……
14
8
1
23
Handelsondernern
9
1 3
13
a. Graanhandel
(3)
‘
(3)
b.
Theehandel
(1)
c.
Ijzerhan de!
..
(1)
d.
Papierhandel
(1)
e.
Verdere handels-
–
•
–
ondernemingen
(3)
(1)
III.. Industrie ……..
10
‘
–
14
a.
Olie-
en Marga-
rinêfabrieken
(3)
(1)
b.
Chem.
fabrieken
(2)
c.
Suikerfabrieken
.
(2)
d.
Machinefabriek
.
(1)
e.
Gloeilampenfabr.
(1)
f.
Wollengoed. fabr.
(1)
g.
Touwfabriek
(1)
–
h.
Sigarenfabriek.
(1)
i.
Distilleerderij
.
(1) IV. Petroleumbedrijf.
–
6
–
6
V. Scheepvaartbedr..
4
–
1
5
VI. Assurantie
2
–
–
2
VII. Veembedrjf ……
1
–
–
1
VIII. Accountancy
2
–
–
2
IX. Publicistische werkz
3
• –
–
3
X.
Onderwijs ……..
3
– –
3
Transporteeren.
.
48
19
.
5
72
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
829
Nederi.
N.-Iud. Buitenl. Totaal
Transport….
48 19
5
72
XI. Overheidsdienst
..
10
–
1
ii.
a.
Consulaire dienst
(1) (1)
b. Belastingen
(2)
c.
Centr. Bur. v. cl
.
Statistiek
……
(3)
d. Crisisorganisaties
(4)
XII. Div. instellingen.
3
– –
3
(Oeuvre
lui, des
Pris. de
(luerre, Scet. Rasse)
61
19
6*)
86
) Waarvan
1
in Italië,
1
in Spanje,
2
in Zuid-Amerika
en
2
in China.
Deze cijfers, die ook zonder verdere commentaren een
belangrijk beeld vormen, mogen ook in dit orgaan
plaatsing vinden.
k9uilcerproduc,t’ie der wereld. –
Willett &
Gray publiceerden op 30 Juni de volgende raming
van de suikerproductie der wereld:
1917/18 1916/17
Noord-Amerika:
tons
tons
Louisiana
…………
217.499
271.339
Texas
…………….
2.000
6.250
Portorico
…………
475.000 448.567
ilawaf-ejlaacleji ……..
525.000 575.510
West-Indië:
St. Croix
…………
7.500
7.787
Cuba
………………..
3.200.000 3.023.720
Britscli West-Indië:
Trinidad.
…………
70.000 70.891
Barbados (uitvoer)
. . .
55.000 55.000
Jamaica
,,
..
30.000 28.331
Andere eilanden 35.000 30.000
Fransch West-Indië:
Martinique
(uitvoer)
35.000
34.443
Guadeloupe…………
35.000 36.160
San
Domingo …………
145.000
130.171
Mexico
………………
35.000 50.000 Centraal-Amerika
……..
25.000
25.000
Zuid-Amerika:
Demerara (uitvoer)
120.000
101.650
Suriname
…………
15.000 15.000
Venezuela (uitvoer)
.. .
15.000
.18.428
Ecuador
……………
8.000 7.000
Peru
…………….
265.000 276.000
Argentinie …………
150.000
87.966
Brazilië
…………..
375.000
300.000
Totaal Amerika ……..
5.839.999 5.599.213
Azië:
Britsch-Indië ……….
3.229.000 2.728.000
Java
…………….
1.791.064 1.596.174
Formosa en Japan ..
400.000 436.026 Philippijnen (uitv.oer)
273.250 202.655
Totaal Azië
…………
5.693.314
4.962.855
Australië
…………….
340.887
192.831
Fidsji-eilanden (uitvoer)
100.000 100.000
Totaal Australië en Po-
lynesië
…………..
440.887 292.831
Afrika:
Egypte
…………..
100.000 101.832
Mauritius
…………
224.000
209.169
Réun-iojj (uitvoer)
50.000
42.152
Natal
…………….
115.000
114.494
Mozambique
……….
50.000
55.000
Totaal Afrika ……….
539.000 522.647 Europa:
Spanje…………….
6.000 4.533
Totaal
Rieiuilcer
……..
12.519.200
11.382.079
Europeesche Bietsuiker….
3.448.295
4.853.083
Noord-Amerika
.. ..
682.867
734.577
Canada
..
11.250 12.500
Totaal
Bietsuiker
……..
4.142.402 5.600.160
Totaal Wereldp’roductie
16.661.612 16.982.239
Volgens de raming doet zich dus een afnane van
320.627 tons in het cijfer der oogstperiode 1917/18
voor, vergeleken met de daaraan voorafgaande.
Wij
ziging in d.e bevoorradings-
r o u t e s d e r V.S.
– Een medewerker te New York
zendt de volgende
cijfers
die voorkwamen in de New
York Times van 29 juni j.l. en die nogmaals duide-
lijk in het licht stellen de bekende omstandigheid hoe
door de oorlogstoestanden Europa in aanzienlijke mate
uitgeschakeld werd bij den toevoer van producten, be-
stemd voor de V.S. en daarentegen de verbinding
tusschen de overzeesche productielanden en de Ame. rikaansche republiek
bijzonder
verlevendigde, de ge.
beurtenis die, ook wat onze koloniën betreft, zoo zeer
de aandaht getrokken heeft.
Allereerst wordt tin genoemd, waarvan in 1912 de
invoer uit Nederland bedroeg ruim 4.000.000 , in
liet jaar daarop 3.500.000 U, uit Ned. 0.-Indië niets.
Sedert het begin van den wereldoorlog daalde het
cijfer van Nederland in 1914 tot 750.000 U, in 1915
tot 500.000
%,
voor 1916 is het
cijfer
nihil; daaren-
tegen was de invoer in de V.S. van tin direct uit
onze Oost-in 1915 reeds 3.500.000
,
in 1916 zelfs
14.000.000
, het jaar daarop 31.000.000 ‘. Voor
Engeland (Ver. Koninkrijk) daalde de hoeveelheid
van 66.000.000 U in 1912 tot 40.000.000
IR
in 1917,
terwijl van de Strait Settlements in 1912 totaal
33.000.000
V
kwam tegenover 82.000.000 V en
53.000.000 resp. in 1916 en 1917.
Vat rubber betreft is de verschuiving nog opvallen-
der, al nemt het blad aan, dat hier ook nog andere
invloeden in het spel zijn. Uit Engeland werd aan Indische rubber in de V.S. ingevoerd in 1915 een
totaal van 87.000.000 t, tegenover 58.000.000
V
in
191.6 en 71.000.000 % in 1917, waarnaast Br.-Indië
in 1915 rechtstreeks leverde 53.000.000
,
in 1916
reeds 124.000.000 R en in 1917 zelfs 195.000.000 .
Uit Nederland zijn de cijfers van 1914: ruim
2.000.000 U plantage-rubber, product van de eigen
koloniën, in 1916 gedaald tot 500.000 ‘ en in 1917
tot 165.000 t. Hiertegenover was de invoer uit Nod.
0.-Indi6 in de V.S. in 1914 totaal 500.000
,
in 1915
gestegen tot 4.000.000
%,
in 1916 tot 20.000.000 ‘ en
in 1917 tot 60.000.000 ‘0.
Ook voor peper worden ten aanzien van het Neder-
landsche moederland en hare koloniën sprekende
cijfers gegeven. –
Ten slotte wat thee betreft werd uit Engeland in
1915 ontvangen totaal 14.000.000
¶,
het product van
zijne koloniën Indië en Ceylon; in 1916 was dit to-
taal nog 21.000.000
,
maar in 1917 slechts
5.000.000
. Anderzijds valt weer te wijzen op een
directe invoer uit Britsch-Indië in 1915 van
14.000.000 en in 1917 van 31.000.000
1
.
De verschuiving in de route, die het product naar de
plaats van consumptie volgt, spreekt wel heel duide-
lijk uit deze getallen, waarin men overigens ook wel
zal kunnen zien, dat het verbruik der onderwerpeljke
goederen in de V.S. zeer aanzienlijk is gestegen. De
uistheid der gegevens blijft geheel voor rekening van
het Amerikaansche blad, voor zoover doenlijk aan
Nederlandsche gegevens getoetst deden zich daarmede wel eenige afwijkingen voor.
Bezit van staatsleening door Engel-
s c h e v er z c Ic erin g s
–
mij’s.
– In aanvulling van
het artikel in No. 135, waarin iets omtrent het
bezit aan oorlogsleening van de Duitsche levens-
verzekering-instellingen vermeld wordt, treffen wij
in The Insurance Record van 26 juli (die ons
eerst nu bereikt) een opmerking aan omtrent het
bezit der Engelsche instellingen van Government
securities. V66r den oorlog bezaten
alle
Britsche
verzekerings-instellingen in totaal 5 millioen £ aan
Engelsche staatspapieren, overeenkomende met onge-
veer 1 pOt. van haar bezit, thans echter reeds 150
millioen
£,
of wel ongeveer 20 pCt. van haar bezit.
Het vertrouwen van den Brit in zijn eigen staats-
fondsen is dus wel groot. Zeer veel propaganda voor
deze beleggingen wordt trouwens door de levensver-
830
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18 September 1918
zekering-instellingen gemaakt. De groote volksver-
zekeraar ,,de Prudential”, gebruikt daarbij zelfs den
bioscoop, door op groote schaal in de bioscopen een
film te laten vertoonen, die het nut van de verbin-
ding van oorlogsieening en levensverzekering ook aan
den kleinen man duidelijk moet maken.
Toch is dit groote bezit aan oorlogsieening der
Engelsche instellingen niet zonder, bezwaren. Een
der bezwaren, die men thans reeds voelt, is de geringe
rentabiliteit. Een groot deel der oorlogsleeningen
bestaat toch uit de nieuwe 5 pOt. leening, die niet
belastingvrij is. Door de nu geheven income-tax van
6 sh. in het £ is het netto-rendement van deze
5 pOt. leening slechts 3Y2 pOt.! A. II.
On.twikkeling d e r landbouwhypo-
thekeii in de Vereenigde Staten.
– Het Federal Farm Loan stelsel, voor weiks bijzon-
derheden verwezen wordt naar artikelen in den eer-
sten jaargang van dit blad – no. 1.4, 1916,.blz. 197 en
34, 1916, blz. 521 heeft na een geruimen tijd van
voorbereiding in Mei 1917 zijn werkzaamheden aan-
gevangen. Omtrent deze werkzaamheden wordt gere,
gold door den Federal Farm Loan Boaid bericht
gedaan. Een aan het einde van Juli verschenen mede-deeling bevat thans cijfers nopens de ct’eclieten, wel-
ke door de verschillende Fecleral Land Banks van het
begin hunner werkzaamheid af tot aan liet eind van
het eerste halfjaar 19:16 verleend zijn.
Het totaal dezer. hypotheekcredieten beloopt
$ 109.517.308, als volgt over de verschillende Eed.
Land Banks verdeeld.
Land Bnks
bedragen
Land Bauks
bedragen
Spokane……
$ 17.000.555
I3erkeley ….
$
6.698.400
St.
Paul ……16.205.000
St. Louk
….
,,
7.172.172
Omaha
……..
13.264.140
Colunibia
…..
,
4.746.513
Wichita
……..
12.202.700
Baltiniore .. ,,
4.140.500
houston
……
,, 9.807.741
Springfielcl .. ,,
3.851.595
New Orleanis. . ,,
7.646.540
Louisvil1
….
,,
6.704.106
Totaal ..
$ 109.517.308
Dat deze bedragen, tegen de aanvankelijke verwach-
ting, vooralsnog niet hooger zijn, wordt tdegeschreven
aan den tijd van voorspoed, dien de laudbouwende
bevolking in de Vereenigde Staten, dank zij den
hoogen prijs hunner producten, in deze jaren beleeft.
De alkoholhandel op Afrika. –
In de Engelsche pers wordt in den laatsten tijd her-
haaldelijk stemming gemaakt voor een transportver-
bod op Hollandsche jenever naar Afrikaansche havens.
De ,,Times” van 9 September bevat een tweetal stuk-
ken over dit onderwerp. Het eene is een bespreking
van een brochure van het ,,Native Races & Liquor
Traffic United Oommittee”, waarin wordt aange-
drongen op een verbod van draukhandel op de (voor-
malige) Duitsche koloniën in Afrika. Daarin wordt
gezegd, dat de geallieerden het in de hand hebben
voor goed aan dezen handel een einde te maken.
Frankrijk en België hebben zich voor hun koloniën
tegen den drankhandel verklaard. Italië, Portugal en
Spanje zullen ook bereid worden gevonden om mede
te werken. Het is dus alleen de vraag of Engeland de
Duitsche en Hollandsche dranken (die dus, naar
blijkbaar als vaststaand wordt aangenomen, van zelf
voortaan verboden zullen zijn) door eigen goedkoop’e
alkohol zal vervangen.
Het tweede artikel stamt van den predikant Jebb,
die wijst
op’ de moeilijkheden, die Engeland onder-
vindt om allerlei waren, waaraan dringend behoefte
bestaat te vervoeren. Niettemin, zegt hij, gaan er
groote ladingen ,,trade spirits” naar de Westkust
van Afrika. Dit product, dat in Engeland niet ver-
kocht zou mogen worden, komt uit Holland en gaat
over Huil, Londen en Liverpool naar Nigeria. In
April j.l. nog twee complete scheepsladingen naar
Lagos alleen, aldus de schrijver om te vervolgen:
daartoe worden onze arbeiders, onze spoorwegen, onze
scheepsruimte benut, moeten Britsch’e matrozen der
koopvaardij hun leven wagen, moet de marine be-
schermend optreden. De handel met deze dranksoort
is wel sedert 1913 van 1.880.000 op 120.203 gallons
in 1917 teruggeloopen, doch is toch belangrijk genoeg
om er, ook in het belang van de inboorlingen, thans
een compleet einde aan te maken. J. l. A.
Duurte van het levensonderhoud in
N o o r w e g e
n.. – Door het Bureau Statistiek in
Noorwegen is onlangs een aantal tabellen gepubli-
ceerd, dat een beeld geeft van de wijzigingen, die in
de kosten van het levensonderhoud hebben plaats ge-
vonden sedert Juli 1914. Men vindt daarin om. de
volgende vergelijking: stellen wij, dat voor een be-
paalde hoeveelheid levensbehoeften 100 kronen werd
betaald, dan waren deze artikelen in November 1915
tot Kr. 124 in prijs gestegen, in Augustus 1916 tot
Kr. 151, in Maart 1917 tot Kr. 168, in November
1917 tot Kr. 228. Terwijl het bureau als koopprijs van
dezelfde hoeveelheid en soort levensbehoeften voor
Maart 1918 het cijfer 237 berekent. Tot op dieu datum
bedraagt de prijsvermeerdering van het levensonder-
houd sedert het begin van den oorlog dus reeds 137
pOt. Iii de publicatie wordt ook nog de volgende te-
genstelling gemaakt: Een gezin, dat in 1914 in staat
vas van een inkomen van Kr. 1528 te leven, zal, om
zich dezelfde goederen te verschaffen, welke het vroe-
gei voor het levensonderhoud verbruikte, in Maart
1918 naar rato van een jaarlijksch inkomen van
Kr. 3621 hebben moeten bezitten. In werkelijkheid
hebben de verbruikers hun behoefte moeten inperken, of is men overgegaan tot het consumeeren van andere
soorten vah levensmiddelen. De publicatie vermeldt,
dat Noorwegen met de voornoemde stijging van 137
püt. vooraan staat. Voor Zweden komt zij tot 92
pOt. en voor Denemarken tot een stijging in de be-
kostiging van het levensonderhoud van 60 pOt.
OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN.
De Ee o n om is t. – ‘s-Gravenhage, September 1918.
Mr. J. A. Levy,
Wettelijk minimumloon;
S. J.
Robitsch,
Gedwongen winkelnering.
The Journal of Political Economy. –
Ohicago, Juni 1918.
C. N. Hitchcock,
The War Industries Board;
W.
Notz,
The World’s coal situation during the war, 1;
W. H. Harnilton,
The requisites of a national food
policy;
H. G. Moulton,
Oommercial banking and ca-
pital formation, II.
T d. – Juli 1918.
W. Notz,
The world’s eoal situation during the
war, II;
H. G. Moulton,
Oommercial banking and
capital formation, III.
Journal des économistes. – Parijs, 15 Au-
gustus 1918.
Yves- Guyot,
L’indu strie maritime britannique;
A.
Raffalovich,
Le quatrième rapport de la commission
parlementaire sur les dépenses publiques et le gaspil-
lage des ressources en Angleterre;
E. Duplessix,
Les
sociétés anonymes ii participation ouvrière;
A. Raf-
falovich,
Un grief des producteurs de l’or pendant
la guerre;
Ferrnand-Jacq,
Les modifications ii apporter
au régime de guerre des monopoles industriels;
Yves-
Guyot,
Le renouvellement du privi}ège de la Banque
de France;
G. de Nouvion,
Les consortiums. Sociali-
sation commerciale;
G. Schelle,
Une entreprise muni-
cipale. La carrière des maréchaux;
A. Raffalovich,
La question monétaire en Australie;
C. S. Orwin,
Rendement net de l’agriculture et sa répartition
dans la Grande-Bretagne;
C. Champon,
Décentrahi-
sation.
De I n d i s c h e Gids. – Amsterdam, 1 September
1918.
E. A. A. van Heelceren,
De a. s. directeur van Land-
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
831
bouw, Nijverheid en Handel in N.-I.;
Ir. E. C.
Aben-
danon,
Geologische arbeidsmethoden voor de opsporing
van delfstofafzettingen;
J.
van Roon,
Een nieuw
Departement van Algemeen Bestuur;
J.
M. Plante
Fébure,
Groot-industrie in tropisch Amerika;
S. Kalf,
f,
Een biografisch Woordenboek voor Ned.-Inclië.
Het artikel van den heer Abendanon behandelt in het
bijzonder het vraagstuk der ijzer-, nikkel- en chroomertsen
op Miciden-Celehes. De schrijver, die o.a. verwijst naar zijn
artikel in dit blad – 19 Juni j.l. blz. 539 -, blijkt de
meening te zijn toegedaan, dat behalve op Celebes nog op
4,
wellicht 5, door hem aangewezen plaatsen in den Oostelijken
Archipel de mogelijkheiil van het bestaan van zeer belang-
rijke ertsafzettingen groot is. Ook in den Westeljken Ar-.
chipel achb de schrijvei de kans op het vinden van verschil-
lende ertsen allerminst uitgesloten. In zijn conclusie is de
schrijver zeer optimistisch.
REGEERINGSMAATREGELEN OP
HANDELSGEBIED.
B r o o d v o o r z 1 o n i n g. De Minister van Land-
bouw, enz. Leeft een beroep op verschillende kerkge-
nootsehappen gedaan, opdat de voorgangers bij de
bevolking het besef verlevendigen, dat spoedige en
volledige inlevering van de graanproducten dringend
noodig is.
Volgens den inhoud van het schrijven, wordt voor
liet oogstjaar 1918-19 gerekend op een totale beschik-
bare hoeveelheid grondstoffen voor de broodberei-
ding van 385.000 ton, waarvan 250.000 ton broodko-
ren, 35.000 ton strekmiddelen (aardappelmeel, enz.)
en 100.000 ton buitenlandsche broodgrondstoffen, door
Amerika toegezegd. De maaudelijksche behoefte be-
draagt ruim 37.000 ton, zoodat tot circa begin Juli
1910 het huidige rant.soen van 200 gram verzekerd
I
.
G r a a n i
ii
z a m e Ii n g. In verband met de
moeilijkheden, welke zich bij de inzameling van deze
en vorige graansoorten hebben voorgedaan, heeft de
Minister een commissie samengesteld voor het ont-
werpen van een graaninzamelingswet, die een vlot-
tete inzameling van volgende graanoogsten moet
mogelijk maken. –
13
o t e r p rij z en. De maximumprijs in den klein-
handel is eenigszins verhoogd:
f
3,40 per K.G.
B o t e r. Aan producenten, ingeschreven bij een
llijksboteiinzamelingskantoor, mag van hun eigen
productie worden gelaten een. hoeveelheid boter van
Y2
K.G. per gezin per week hoven het gewone rant-
soen.
Goedkoop rundvieesch.. De aanvang dem
distributie van goedkoop
fl1 fl
dv]eesch is voorloopig
uitgesteld.
Oude hennen en hanen. Het tijdvak, ge-
durende hetwelk het vervoer en de aflevering voor hinnenlandsch verbruik van oude hennen en hanen
is toegestaan, is verlengd van 15 September tot 1
October a.s.
Slachting voor eigen gebruik. Zij, die
vergunning tot slachting verkrijgen, worden uitge-
sloten van dc vleeschdistributie op den grondslag van
0,5 K.G. per persoon per week, Al het van deze slach-
tingen afkomstige vet moet overeenkomstig de be-
staande voorschriften worden ingeleverd. –
Vries- en koelruimte. De Minister van
Landbouw, enz. heeft ingesteld een
Rijkskantoor
voor
Vries- en Koelruimte (R.V.K.)
Wild en schadelijk gedierte. Aan-
gezien in verband met de bestaande buitengewone
omstandigheden doeltreffende maatregelen behooren
te worden genomen tot voorkoming van schade aan
gewassen door wild of schadelijk gedierte, geeft de Minister kennis, dat door hem voor bepaald aange-
wezen terreinen buitengewone machtigingen tot het
schieten of op andere wijze bemachtigen van wild of schadelijk gedierte zullen worden verleend.
Beukenoten en beukolie. Een regeling is
getroffen voor de verzameling van beukenoten, waar-
bij de algemeene leiding is opgedragen aan het
Rijkskantoor voor Vleesch en Vetten. Vergoed zal
worden 25 ets. per K.G. gave, rijpe noten, desge-
weuscht nog met 5 ets, verhoogd ton behoeve van par-
ticuliere bezitters van terreinen, terwijl die bezitters
recht verkrijgen op den aankoop tegen kostprijs van
ten hoogste 50 pOt. van de uit hun noten vei’vaar-
digde voederkoeken.
In verband hiermede is het voorts verboden beuke-
noten af te leveren en te verwerken of te gebruiken.
De geheele oogst van beukenoten wordt geschat
01
)
2 a 2mi1lioen K.G., overeenstemmend met een olie-
opbrengst van 300.000 â 400.000 ton spijsolie.
Z o n n e b 1 o e m z a a d. Het is verboden zonne-
bloemzaaci af te leveren, te vervoeren, te verwerken
of te doen verwerken en als voedermiddel voor die-
ren to gebruiken.
B e e n d e i m e e 1. Onder intrekking van de be-
schikking van 1.6 Februari j.l., waarbij maximum-
prijzen zijn vastgesteld voor beeudermeel, en met wij-
ziging der beschikking van 20 Aug. j.l. is bepaald,
dat het verbod tot vervoer en aflevering van beender.
meel slechts van toepassing zal zijn op het vervoer
en de aflevering van dit artikel door beendermeel
produceerende bedrijven. Onder beendermeel wordt in
deze verstaan in stukken gebroken en/of gemalen
beenderen, hetzij al of niet geheel of gedeeltelijk
ontvet.
Kun stm es ts to ff en. Slechts een zeer klein
gedeelte van de bestellingen op kunstmeststoffen
VOOr
den oogst 1919 kan worden geleverd. De kunst-
mest zal verdeeld worden onder die bestellers, die in
191.8 rogge verbouwd hebben. Voor elke opgegeven
H.A. rogge zal op niet meer mogen worden gerekend dan 50 K.G. stikstofrnest en 100 K.G. phosphorzuur-
mest.
F o s f o
t
jet m cel. Verboden is de aflevering
en het vervoer van fosforietmeel, daaronder te ver-
staan tot joeder vermalen, in Nederlard gevonden
fosforzuurhoudende knollen.
T u r f. Blijkens antwoord van den Minister van
Landbouw op vragen van het Kamerlid Mr. van
Doorn is de normale turfprodiictie hier te lande ge-
lijk te stellen met circa 400.000 i 500.000 ton kolen,
hetgeen overeenkomt met de productie van de Lim-bui’gsche mijnen van circa 1 maand. Naar schatting
is de productie van dit seizoen in de geregelde veen-
derjen 50 pOt. meer dan normaal en gelijk te stel-
len met ongeveer 650.000 ton kolen. De productie
van turf en het geregeld vervoer worden zoovedl mo-
gelijk bevorderd.
B r a n d s t o f f e n. Op de aanvullingsrantsoenen
van groep A mag nog niets worden afgeleverd. Voor
centrale verwarming mag v66r 1 October niet meer
dan 25 pOt. worden verstrekt; hetzelfde geldt voor de
groepen B, 0 en D. Groep 0 heeft dén voorrang en
krijgt 75 pOt. der normale behoefte, de beide andere
zullen waarschijnlijk niet meer dan 60
?t
65 pOt.
van het oorspronkelijk vastgestelde rantsoen kun-
nen krijgen, dus 50 pOt. van de normale behoefte.
Bladeren van suiker- en voederbje-
t e n. Verboden is het vervoeren en het drogen van
bladeren van suikerbieten en voederbieten.
Ooftboombladeren. Het bij beschikking van
20 Juni j.l. uitgevaardigde verbod van vervoer en
verwerking van ooftboombladeren is niet van toepas-
sing op het vervoer en de verwerking van noteboom-
bladeren.
S t r o o. ‘Bij beschikking van 4 September is ver-
boden het vervoer van stroo en zijn opnieuw maxi-
mumprjzen voor de verschillende. sttoosoorten vast-
gesteld.
Bevordering aanleg van volks-
t u i n t j e s. De Minister heeft de gemeentebesturen
nogmaals gewezen op de wenschelijkheid om den aan-
832
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18 September
1918
leg van volkstuintjes zooveel mogelijk te bevorderen.
PRODUCTIE DER KOLENMIJNEN
)
De regeering is nu bereid om voor den aanleg van
(Ontleend aan
Centraal Bureau Statistiek”)
,,Maandsclirift
dergelijke tuintjes
op
nog te sche4ren grasland, al of
jwil
Juli
niet belast met scheurplicht, voor het jaar 1919 een
subsidie te verleenen van
f
250 per H.A., onder be-
Naam van cle
1918
1917
1918 1917
ding, dat het gemeentebestuur voor hetzelfde doel
Mijn
minstens
f
100 per H.A. beschikbaar stelt.
B o u w m a t e r
i
a 1 e n.
De Rijkscommissic inzake
Staatsnijnen.
den aanvoer en de distributie van bouwmaterialen,
,,Wilhelmina”
45692
29.011
41.056
36.702
met uitzondering van ijzer, staal en hout
(1?ijkscom-
,,Enma ……….
58.847
33.498
50.844
42.828
missie
voor
Bouwmaterialen.)
is opgeheven en in
,,llendrik ……..
14.568
–
13.995
–
plaats daarvan ingesteld een Rijkskantoor voor Bouw-
Totaal ..
119.107
62.509
105.895
79.530
..
..
materialen, gevestigd te Amsterdam, aan weiks di-
rectie is toegevoegd eene Commissie van Advies.
Particul.
mijnen.
T
a b a k.
Het
tabaksgewas
van
den. oogst 1918
Domaniale mijn.
37.956
29.215
38.172
42.051
wordt door de Regeering in bezit genomen.
Mijn Lauraen Ver
Oranje-Nassa u
MAANDCIJFERS.
eeniging
……..39.100
28.900
31.600
38.800
mijnen ……..
71.325
43.298
66.354
55.3284
RIJKSPOSTSPAARBANK.
phie
20.163
16.863
19.500
14.500
Totaal ..
168.544
118.276
155.626
1
150.6794
Totaal generaal
287.651
180.785
1
)1
261.521
230.2094
..
JULI
1918
1917
1916
Inlagen
………..
f
8.755.996f
8.565.541
f
8.057.672
Terugbetalingen
..
,,
7.582.168
,,
0.966.882
,,
5.458.246
Tegoed der inleggers
*) In tonnen.
225786.992
,, 212.892.954 ,, 194.747.523
Het
teekeat
bij
de
cijfers
aan:
,,Maandschrift”
op ultimo ………..
Nom. bedr. der uitst. ztaatsschuldboekjes
uit bovenstaande
cijfers
blijkt,
dat
in
Juli
1918
0
P ultimo …………
30.821.650
27.623.250 26.072.150
geproduceerd werd 261.521 ton, tegen 287.651 ton in
Spaarbankboekjes:
Juni, of 26.130 ton minder (oorzaak: het heerschen
v’an de z.g.
griep” onder de mijnwerkers).
,,Spaansche
Aa:ve
lni:euw
•.
11.893
893
10300
10404
Laat men de productie der staatsmijn ,,Hendrik”
Aantal
geheel
.
buiten beschouwing, dan werd in Juli 17.316
ton
betaald
5.987
6.288 6.198
méér geproduceerd dan in de overeenkomstige maand
Aantal
uitstaande
op ultimo
1.792.487
1.748.816
1.713.641
van het vorige jaar.
ONTVANGSTEN VAN SPOOR: EN TRAMWEGMAATSCHAPPIJEN JUNI 1918.
(Ontleend aan de ,,Ingenieur”.)
Totale ontvangsten.
Goederenvervoer.
Namen der Maatschappijen.
Personenvervoer.
Juni
1918.
Juni
1917.
Maatsch. tot Exploitatie van Staatssioorwegen
f2.256.296,-
f 2.903.704,-
f5.225.370,-
f4.607.259,-‘)
Roll.
IJzeren Spoorwegmaatschappij
……..
,,2.362.090,-
,, 1.509.465,-
,, 3.934.004,-
,,3.569.292,-‘)
Ned. Centr. Spoorwegmij.
……… . ……..
,,
224.012,-
,,
201.338,-
,,
432.890,-
,,
383.411,’)
Noord-Br..Duitsche Spoorwegmij ………….
,,
26.443,-
,,
35.145,-
,,
68.759,-
,,
118.436,-‘)
Hollandsche Buurtspoorwegefl
…………..
9.152,03′!,
,,
10.428,35′!
,,
21.486,12
17.318,201!2
..
Dedemsvaartsche St
oom
tramwegmaatschappij
,,
12.851,23
,,
22.716,60
,,
.36.629,50
,,
27.394,68’I
..
Tramw.mij. ,,de Meijerj”
–
,,
32.059,38
Vs
,,
19.976,77
Zuid-Nederl. Stoomtramweg-maatschappij
..
,,
18.446,65
1
!1
19.081,41′!,
,,
38.519,83
,,
25.958,69
..
…….
Rotterdamsche Tramwegmaatschappij
– –
144.047,55
,,
115.065,03′!2
Nederlandsche Tramwegmaatschappij ……….,,
49.060,44!t
,,
42.126,70
,,
101.648,11’I
84.403,42’1
Westiandsche Stoomtramwegmaatschappij
,,
24.210,33
,,
1.5.635,62
,,
43.514,59’I2
,,
32.820,41
Rotterdamsche Electr. Tramwegmaatschappij…
,,
271.980,79
–
,,
271.980,79
,,
228.729,18’I2
Nederlandsch-Inclische Spoorwegmaatschappij
lijn Samarang-Vorstenlanden—-Willem 1..
–
–
600.000,-
,,
650.649,-
Oost-Java Stoomtramwegmaatschappij
Gemeentetram te Amsterdam……………..,,
585.812,89
–
,,
585.812,89
,,
465.927,47
–
,,
20.000,
,,
27.400,
llaagsche Tramwegmaatschappij
………….,,
324.977,69′!2
–
,,
326.198,33’h
,,
279.287,59
5.500,-
,,
53.200,-
Semarang-Cheribon Stoomtramwegmaatsch…
–
–
,,
389.800,-
,,
372.200,-
Sainar.-Joana Stoomtramwegmaatschappij
..
– –
,,
275.800,-
,,
264.400,-
lijn Modjokerto-Ngoro ………………..- lijn Soerabaija-Krian ……… ………….-
Serajoedal Stoomtramwegmaatschappii
lijn Maos-Bandjarnegara ……………..
–
88.700,-
,,
102.000,-
–
–
,,
9.900,-
,,
7.600,-
lijn Bandjarne
m
gara-WonosObo …………
Kediri Stoomtrawegmaatschappij ……….
.-
.
..
–
,,
59.200,-
Malang Stoomtramwegmaatschappij ……….
–
–
,,
80.500,-
. –
Deli.Spoorwegmaatschappij
…………….
–
–
,,
488.000,-
,,
411.018,-
Nagekomen over Mei
1918.
Staatsspoorwegefl in Ned. Indië
Staatsspoor- en Tramwegen op Java
f 1.472.072,- f 1.921.756,-
f3.575.518,-
f 3.470.851,-
Spoorweg ter Sumatra’s Westkust
.
,,
62.659,-
,,
52.645,-
,,
124.259,-
,,
106.568,-
Tramwegen in Zuid-Sumatra
……..
a.
Palembanglijn ………………
14.109,-
,,
19.710,-
,,
34.589,-
,,
15.534,-
…
5. Lampongliju
……………….,,
7.598,-
,,
4.157,
,,
12.626,-
,,
9.517,-
Atjeh Stoomtram…………………,,
64.734,-
,,
44.766,-
,,
113.292,
,,
94.426,-
1
)
DeSnitieve opgave.
De
ontvangsten der groote maatschappijen,
die in de
,,Ingenieur”
ontbreken, zijn aan het
,,Maandschrift Centr. Bureau Statistiek” ontleend.
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
833
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B.
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKO ERSEN.
BANKDISCONTO’S.
14 September 1916
–
20 Juli 1914
Disc.Wissels.
4’/ sedert 1Juli ’15
3’/zsedert23 Mrt. ’14
Ned.Be1Bjflfl
Elf
an
IVrsch.in
4’j,
1
,,
’15
4
23
,,
’14
RC
51/3
19Aug.’14
5
23
,,
’14
Bank van Engeland
5
7 Apr.’17
3
29 Jan. ’14 Duitsche Rijksbank
5
,,
23 Dec.’14
4
5 Febr.’14
Bank van Frankrijk
5
21Aug.’14
3
1
1,
29 Jan.’14
Oostenr. Hong. Bk.
5
12 Apr.’15
4
12 Mrt. ’14
Nat. Bank v.Denem.
5
,,
9
,,
’15
5
6Febr.’14
Zweedsche Rijksbk.
7
,,
201v1rt.’18
4
1
/2
6
’14
Bank v. Noorwegen
6
14 Dec. ’17 4I/
11
,,
’14
ZwitserscheNat.Bk.
4’/,
31
,,
’14
3
1
!2
,,
19
’14
Bank van Spanje..
4
22Mrt.’17
4
1
!3
–
Bank van Italij ..
5
10 Jan.’18
5
9 Mei ’14
Feder. Res. Bk. N.Y.
3-44
–
Javasche Bank….
3
1
!2
1Aug.’09
3
1
/3
1Aug.’09
OPEN MARKT.
Data
Amsterdam
Londen
1
Port.
Berlijn
P0rt.
Partj,
t Poel.
1
N. York
1
Cal!
–
Part.
1
Prolon- di,conto
1
gatie
disconto
disconto
disc.
mone
14 Sept. ’18
2′!, ‘)
3 1)
327/
82
4_2/
..__
58/-6
1)
9-14 S. ’18
2’/,-3
3 3
17
18
4_1/,
–
53/4-6
2-7
S. ’18
22/
4
_S
2’/4-3
327/82
4-
1
/&
–
5’12-6
26-31 A. ’18
2-‘!4
2’I2-‘/4
317/,,
4_1/a
–
5
3
I-6
10-15 S. ’17
1
1
/2-/8
21!2
4 26
I I
4_I/
–
4_5
1
/2
11-16 S.’16
1
1′!,
5/32
4-‘I,
–
1’3
/,
20-24Jul.’14
3/8/16
,2’/,’14
2
1
/4-‘/,
2’/8’/2
2
1
/g
1’/-2V
1)
Noteering van 13 September.
WISSELKOERSEN.
WISSELMARKT.
De reeds op den laatsten dag der vorige berichtsveek
ingezette daling van de wisselkoersen maakte de eerste
twee dagen dezer week snel verderen voortgang. Deze daling
bleek echter voor de entente-wissels weder even overdreven,
als de vorige week de stijging geweest was, zoodat een niet
onbelangrijke verbetering kon intreden en voor Londen
b.v. 9,81 genoteerd werd, nadat voor 9,60 was afgedaan. Marken en Kronen waren eveneens later iets beter, maar
de stijging bleef hierbij van veel bescheidener afmeting.
Voor (le neutrale wissels was geen bepaalde richting te
bemerken. Dan eens iets vaster en dan weder wat flauwer,
bleven de koersen tamelijk wei op dezelfde hoogte.
KOERSEN IN NEDERLAND.
ata
Londen
*)
Parijs
S)
Berlijn
S)
Weenen
•
St.Pe-
ter,.
burg’)
New
York
2)
9 Sept.1918..
9.92
38.25
31.47
1
1
17.20
–
2.07
‘1,
10
,,
1918..
9.65
36.90
31.35
17.10
–
2.03
11
,,
1918..
9.70
37.15
31.45 17.15
–
2.04
12
1918..
9.81
37.40 31.55 17.30
–
2.05
1
!,
13
1918..
9.79
37.50
31.57
1
17.30
.-
2.05
1
!,
14
1918..
9.81
37.55 31.55
17.25
–
2.05
3
!,
Laagste d. w.’)
9.60 36.80 31.25
17.-
–
2.03
Hoogste
,,
,, ‘)
9.97
38.50
31.85
17.60
–
2.09
1
!1
7 Sept.1918..
9.95 38.25 31.95 17.60
–
2.09’1,
30 Aug.1918. .
9.33 35.95 31.224 17.50
-.
1.952/
4
Muntpariteit..
12.10k
48.-
59.26 50.41
1.28
2.48
3
/
–
j
[‘loteenng te Ameterdam. 1) t’articuliere opgave.
D
00
Stock-
holm’)
Kopen-
hagen’)
ChrL,.
liania’)
Zwitser.
land’)
Spanje
1)
Batavia
1)
telegrafisch
9 Sept. 1918
70.25
63.35 64.80
46.50
48.-
99-100
10
,,
1918
.69.70
62.75 64.20
46.-
47.75
99-100
11
,,
1918
69.50 62.50 64.20
46.55
47.50
99-100
12
,,
1918
69.70 62.80
64.10 46.75
47.75
99-100
13
,,
1918
69.90 62.90 64.15
46.60
48.-
99-100
14
1918
69.80 62.70 63.90
46.60
48.25
99-10Ø
L’ste d. w.’)
69.20
62.15
63.80 45.90
46.-
99
ll’ste
,,
,,
‘)
70.50 63.40
64.85
46.85 48.50
100+
7 Sept. 1918
69.40
63.25
64.25
46.75
49.25
99-100
30 Aug. 1918
68.60 60.70
61.60 45.80
47.-
99I-100+
Muntpariteit
66.67
1
66.67
166.67
48.-
48.-
100
-loteering te /msteraam. if ramcuuere opgave.
KOERSEN TE NEW YORK.
CoMe
Zicht
Zicht
Ztcht
D ota
Londen
Parijs
Berlijn
Amsterd.
(in
$
(in frs.
(in cent,
(in cent,
per
£)
P. $)
p. 4 Rm.)
per gld.)
14 Sept…..1918
4.76.50
5.48
.
noni.
48’/4
Laagste d. week..
4.76.50
5.47
oom.
479
Hoogste,,
,,
..
4.76.60
5.49
nom.
48V
7 Sept.. . .. 1918
4.76.60 5.49
nom.
47
31 Augustus 1918
4.76.60
5.48
nom.
50V4
Muntpariteit….
4.86.67
5.18′!,
952/4
40′!,,
KOERSEN VAN DE VOLOENDE PLAATSEN ÛP T,ûN1Y’w
Plaatien en
Landen
Noleeringi.
eenheden
21
Aug.
1918
30
Aug.
1918
Tijdperk
31
Aug-S Sept.
1918
Laagste
Hoogite
5
Sept.
1918
Alexandri..
Piast. p. £
977/,,
977/
977/,
97″/,2
97″/82
B. Aires….
d.p.gd.pes,
50/,
50/4
50’/4
51′!2
51
Calcutta . . ..
sh/d.p.rup.
116
1
42
1/614
2
1/6 1/6
1
!,,
1/61/
32
Hongkong ..
id. p. $
3/5
3
/4
316
1
!4
316’/4
316
3
/4
3/6
5
/4
Lissabon….
d.p.escudo
-30
29/8
29
30’/4
29′!2
Madrid
….
Peset. p. £
19.34
20.29 20.24 20.38
20.33
Montevideo..
d.p.peso
62
1
!3
.
63
62
3
!8
63
1
!2
62
7
/
Montreal.. ..
$ per. £
4.86
1
/8
4.85
3
!4
4.85’12
4.86′!8
4.85
3
/
R.d.Janeiro’)
d.p.milr.
12
10
!,,
12
1
!,
12
1
ha
12
1
!,,
12′!,6
Lires p. £
35.94 30.31k
30.25
30.37k
30.311
Shanghai
..
sh/d.p.tael
4110
5
•
5 5 5
Rome
……..
Singapore . .
id. p. $
2/3
29
/,2
2/3
29
132
2/3”!,
2
2/331/
82
2/3
30
/,,
Valparaiso 1)
d.p.pap.p.
16″!,,
16,
/,
16/,
6
16″!82
16′!8
Yokohama ..
sh/d.p.yen
2/311,,
nom.
212
7
/8
2/3V2
2/3
1
14
.2 Ioteeringen op
SU dagen.
GOUD EN ZILVER.
Sedert 29 Juli 1916 worden de dagelijksche ontvangsten
en onttrekkingen van goud
door de Bank
van
Engeland
tijdelijk niet bekend gemaakt.
NOTEERING
VAN ZILVER.
Noteering te Londen.
te New York
14
Sept.
1918 ……..
49′!,
1012/
8
7
,,
1918 ……..
491/t
1011!8
31 Aug.
1918 ……..
49′!,
101
1
/8
24
1918 ……..
49′!,
101
1
/8
17
1918 ……..
48″!,,
.
99
1
!8
15
Sept.
1917 ……..
51′)
100
1
/2
16 Sept.
1916 ……..
32′!, 68’/
20 Juli
1914 ……..
24″!,,
54’/s
1)
Noteering van 14Sept.
N.U.M.
Weekstaat der Nederlandsche Uitvoermaatschappij.
Voornaamste oosten in diiizendpn m,1,layio
Buiten!.
Debet
5 pCi.
Credit
Data
Bankiers
Schat- Diverse
Schuld-
Diverse
ki,ililj,
reken.
1)
brieven
reken.
1)
12 Sept.1918..
1.680
43.100
60.300
14.447
85.864
5
,,
1918..
1.599
43.100
60.300
14.405
85.750
29 Aug. 1918..
1.300
43.100
60.300
14.342
82.449
22
1918..
1.075
43.100
60.300 14.313 82.263
15
,,
1918..
1.002
43.100
60.300
14.308
82.145
1) belde rekeningen omvatten, behalve garantiewj,,el, in portefeuille
tot het bedrag der buiteni. schatkistbiljetten, in hoofdzaak
garantiewissela
in dep8t bil de Ned. Bank.
834
ÈCONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18
September
1918
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op14 September 1918.
Activa.
Binnenl.Wis-(H.-bk.
f 85.435.668,761I
sels, Prom., B.-bk.
,,
93.482,63
enz.in
disc.I.Ag.sch.
13.728.608,65113
99.257.760,05
Papier o. h. Buitenl. in
disconto……………………..
Idem eigen portef..
f
7.758.162,-
Af: Verkocht maar voor
debk.nognietafgel.
–
7.75.162,-
Beleenin
g
en
H.-bk.
f
56.279.729,2011s
mci.
vrsch.
B.-bk. ,, 4.854.000,94
in rek.-crt. Ag.sch. ,, 40.914.925,66
op onderp.
f102.048.655,20
1
/2
Op Effecten ……f100.284.155,20
1
/2
Op Goederen en Spec.
,,
1.764.500,-
Voorschotten a. h. Rijk …………….
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
83.489.755,- Muntmat., Goud .. ,,624.204.805,70
f707.694.560,70
Munt, Zilver, enz..
7.988.135,70/2
Muntmat., Zilver
Effecten
Bel.v.h.Resfonds..
f
5.041.969,32
id. van ‘/5v.h.kapit. ,,
3.894.261,18
8.936.230,50
Geb.enMeub. der Bank …………….
..
1.770.000,-
Diverse rekeningen
………………
,,
102.762.595,01’/
f1.051.579.574,82
Passiva.
Kapitaal
……………………..
T
20.000.000,-
Reservefonds
………………….
,,
5.079.402,66
Bankbiljetten in omloop …………
,,
954.057.315,-
Bankassignatiën in omloop ……….
,,
Rekening-Courant saldo’s:
Van het Rijk ……
T
-.
Van anderen ……
,,96.047.725,54
1
/2
11
66.04 7. 7 25,54
1
/2
Diverse rekeningen
………………
..
4.882.293,37
f1.051.579.574,82
Beschikbaar metaalsaldo …………..
T
510.660.602,14
Op
de ba8i8 van
9/
metaaldeicking
.. ..
,,
306.337.026,36
Minder bedrag aan bankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is
..
,,
2.553.303.01.0,-
Verschillen met den vorigen weekstand:
Meer
Minder
Disconto’s …………….10.048.442,45
Buitenlandsche wissels
1.027.941,-
Beleeningen
2.662.100,71
Goud ………………… 257.575,83 Vs
Zilver ………………..29.307,94
1
/1
Bankbiljetten …………260.180,-
Part. Rek.Crt. saldo’s .. 6.437.744,50’/,
Voornaamste nosten in duizenden guldens.
Data
Goud
.
Zilver
B
k.
61I
a
7,
0
Andere
opeischbare
schulden
14
Sept.
1918
..
707.695
7.988
954.057
67.501
7
,,
1918
….
707.437 7.959
953.797
61.104
31
Aug.
1918
.
709.316
7.953
946.392 46.733
24
,,
1918
….
707.424
7.953
922.122
69.883
17
,,
1918
.
706.089
7.861
922.377
60.996
10
1918
..
706.419
7.867
919.104
56.560
3
,,
1918
..
713.251 7.860
927.020
53.851
27
Juli
1918
..
715.123
7.793
909.750
78.846
20
1918
715.258
7.729
910.655
77.111
13
,,
1918
.
717.388
7.741
920.180
65.569
6
,
1918
.
717.518
7.690
926.054
60.354
29
Juni
1918
..
717.559
7.692
927.335
50.546
22
,,
1918
..
717.645
7.638
902.474
69.158
15
Sept.
1917
676.780
7.310 787.108 82.835
16
Sept.
1916
.
587.373
7.000
678.243
146.374
25
Juli
1914
..
162.114
8.228
310.437 6,198
D
0 0
–
Disconto’s
Belce.
Beschik.
baar
Dek.
kings-
Hiervan
Tolaal
Schatkist.
ningen
Metaal.
percen-
promessen
saldo
lage
rechtstreeks
14Sept.1918
99.258
80.000
102.049 510.661
70
7
,,
1918
89.209
70.000 104.711
511.685
70
31 Aug.1918
75.116
57.000 104.715
517.884
72
24
,,
1918
72.204
55.000 100.660 516.194
72
17
,,
1918
64.448
47.000
101.787
516.473
73
10
1918
61.395
43.000
101.508
518.330
73
3
1918
51.430
32000
110.082
524.086
74
27 Juli1918
52.139 32.000
112.300
524.319
73
20-
1918
44.854
23.000
114.844
524.526
73
13
1918
34.101
11.000 115.627
527.036
74
6
,,
1918
41.994
–
17.000
119.042
526.981
74
29Juni 1918
43.817
18.000
122.089 528.725
74
22
,,
1918
43.960
18.000 119.558
530.001
75
15Sept.1917
52.451
42.000
71.095
509.039
79
16Sept.1916
106.348 89.500 62.736
428.547
72
25 Juli 1914
67.947
14.300
6i.686
43.521
1
)
54
1)
Op de basis van
9f
metaaldekking.
Uit de bekendmaking van den Minister van Finan-
ci ë n blijkt, dat uitstonden op:
14Sept.1916
Aan schatkistpromessen
f
207.460.000,-
f
217.460.000,-
waarvan rechtstreeks bij
de Ned. Bank geplaatst
,,
70.000.000,-
,,
80.000.000,-
Aan schatkistbiljetten
.
,,
78.695.000,-
,,
78.695.000,-
Aan zilverbons
……..
…62.727.836,-
,.
63.530.922,50
JAVASCHE DANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
–
Naast de per mail ontvangen gegevens worden de telegrafisch
bekend geworden totaalcijfers der oblio’s en uitzettingen en
het beschikbaar metaalsaldo van latere data opgenomen.
Data
.
Goud
Zilver
Bank
6tljetten
Andere
opeischb.
schulden
7 Sept. 1918
258.300
31 Aug. 1918
55*
257.700
15 Juni 1918 ……
10.310
13.939
‘
18748
67.541
8
,,
1918 ……
101.357 15.292 190.304
64.362
1
1918 ……100.863
–
15.735
185.897-
68.287
8
Sept. 1917 …….82.039
17.841
176.502
47.135
1
Sept. 1916 ……
69.085 24.716
149.637
56.224
25
Juli
1914 ……22.057
31.907 110.172
12.634
Data
Dis.
contos
1.
iVissels,
1
buiten
1
N..lnd.
t
Bdce.
ningen
1
D
,
i
e
v
k
e
;
se
ningen
1)
Be,chlk.
baar
metaal.
saldo
DeS-
kings.
percen.
lage
7Sept.1918
133.900
*
64.800
31Aug. 1918
133.500
–
– **
64.800
8.260
23.159
73.271
15Juni1918
24.391 64.911 45
8
,,
1918
8.041
23.028
70.267
23.844
65.887 46
1
1.918
7.737
26.324
69.586 24.956
65.925
46
8Sept1917
7.748
31.683
60.195
26.967 55.497
45
9Sept.1916
6.749 35.485
65.460
7.486
52.629
46
25 Juli 1914
7.259 6.395
47.934
2.228
4.842
2
)
44
3) Sluitpost der activa.
9) Op
de basi, van
1/
5
metaaldekking.
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Data
Metaal
Circulatie
Andere
opeischb.
schuldèn
Discontds
Dlv. reke-
ningenl)
29 Juni 1918
..
6912) 1.474 842
1.168
671
22
,,
1918
..
680
5
)
1.405 811
1.163
611
15
1918
..
674)
1.363
853
1.134
606
8
1918
..
664
)
1.408
–
802
1.124
598
30 Juni 1917
..
766
1.201
1.015
886
668
1Juli
1916
..
797
1.012
730
957
561
25 Juli
1914
..
645
1.100
560 735
396
1) Sluitpost der activa. 5) Hiervan zilverbons 39 de. gI,J.
5)
Idem 51 de. gid.
4) Idem 58 dz. gid.
5) idem 60 de. gid.
102.048.655,20
1
/,
13.363.475,64
1
/2
715.682.696,401/
2
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
BUITENLANDSCHE BANKSTATENL
, BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in duizenden francs.
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht gegeven
van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
in duizenden p. et.
Data
Meiaal
Circulalie Cunoncy Notes.
Bedrag Goudd.
Gi,i,. Sec.
11 Sept. 1918
70.703
59.056
***
*4*
***
1918
69.933
58.597
***
***
***
28Aug. 1918
69.545
57.813
267.844 28.500 245.822
21
,,
1918
68.665.
56.749
267.005 28.500
244.359
12 Sept. 1917
54.235
40.534 176.090
28.500
149.032
13 Sept. 1916
54.696
36.121 130.961 28.500
98.915
22 juli 1914 40.164
29.317
Data
Gui,.
Sec.
____________
Other
Sec.
Public
Depos.
Other
Depos.
Re.
serve
Dek.
kings-
percen-
tage t)
11 Sept.’18
64.644
98.393
36.127 138.924 30.098 17,20
4
,,
’18
58.166
98.886
37.012 131.725 29.785
17,65
28Aug.’18
59.454
99.253
34.918
136.110
30.382 17,76
21
,,
’18
58.422
98.951 33.698
135.996 30.366
17,90
12 Sept.’17
57.767
92.150
42.950
121.346
32.151
19,61
13Sept.’16
42,188
94.460 59.147 96.383
37.025
238/
4
22Juli ’14
11.005
33.633 13.735
42.185
29.297
52
8
/8
1)
Verhouding
tuaschen
Reserve
en
Deposite.
DUITSCHE RIJKSBANK.
Vooruaaniste posten, onder bijvoeging der Darlehens-
kassenscheine, in duizenden Mark.
Data
Metaal
Daarvan
Goud
Kassen.
scheine
Ct,cu.
latie
Dek.
kings.
percen. lage
)
7
Sept. 1918
2.466.9062.348.268
2.228.594 14.104.684
33
31 Aug. 1918
2.467.144 2.348.099 2.172.466
13.639.098
35
23
1918
2.467.833 2.348.046
1.990.788
13.111.329
34 15
,,
1918
2.467.833
2.347.761 1.928.371 12.929.725
34
7 Sept.. 1917
2.504.109
2.403.578
707.062
9.433.242
34
7 Sept. 1916
2.493.482 2.469.699
373.872 7.175.105
40
23 Juli
1914
1.691.398 1.356.857 65.479 1.890.895
93
1)
Dekking
der circulatie door metaal en Kessenscheine.
Data
Wts,,lo
Rek. Cr1.
Darlehcnskas,enscheine
Totaal
in kas bij
uit ge’
de Retchs.
geven
bank
7 Sept. 1918
16.999.374
8.702.566
10.615.800 2.215.000
31 Aug. 1918
17.674.154 9.432.051
10.534.600 2.158.800
23
,,
1918
15.958.496
8.154.768
10.028.400 1.974.300
15
,,
1918
15.967.678 8.123.942
9.885.000
1.911.800
7 Sept. 1917
10.999.964 5.514.475
5.945.500
693.000
7 Sept. 1916
7.142.220 2.877.896 2.138.600
339.000
23 Juli
1914
750.892
943.964
.
…………….
RUSSISCHE STAATSBANK.
Sedert 5 November 1917 is geen baukstaat verschenen
835
Data
Goud
Waarvan
in het
Buitenland
Ztloer
.
Te goed
in het
Buitenland
Buii.gew.
voorsch.
I
ad. Staat
12Sept.’18
5.436.899
2.037.108
319.740
1.648.461
18.000.000
5
,,
’18
5.436.150
2.037.108 320.175
1.656.453
3.277.166
29 Aug.’18
5.435.382
2.037.108
320.498
1.576.683
19.150.000
22
,,
2
18
5.434.831 2.037.108
319.173
1.572.721
19.150.000
13Sept.’17
5.315.715
2.037.108 259.516
714.940
11.300.000
14Sept.
2
16
4.821.600
–
338.278
703.920
8.500.000
23 Juli
2
14
4.104.390
—
639,620
–
–
l.Jitge-
Wissels
I
2dec.
ig
Bankbil.
jtttdu,
Rek.
1
Rek. Crt.
Parti.
culieren.
Cr1.
Staat
.
812.269
1.061.895
818.856
29.763.683
3.089.989 354.318 892.479 1.063.569
823.256 29.727.389
328.503
181.140
E.
903.937 1.064.845
816.288
29.433.966
3.777.306
298.569
8.871.123 1.066.088
829.814
29.423.826 3,715.699
162.078
0
546.973
1.165.469 1.106.468
20.837.170
2.629.378
14.869 381.305 1.393.858 1.171.957
16.602.659
2.146.358
206.938
1.541.080
–
769.400
5.911.910 942.570 400.560
SOCITÉ GÉNÉRALE DE BELGIQUE.
t)
Voornaamste nosten in duizenden francs.
Dai
Metaal
mcl.
buiten,.
saldi
Belccn.
van
butteni.
vorder.
‘i.n.
van
prom. d.
provinc.
Btnn.
wissels
en
heleen.
Circu.
lalie
Rek.
Cr1.
saldi
–
12Sept.’18
1.130.276
99.963
480.000
102.329 1.446.174 357.283
5
,,
’18
1.067.209 99.936
480.000
97.835
1.405.292
330.591
2
,,
’18
1.068.487
99.818
480.000
100.402 1.405.289
334.415
22 Aug.’18
1.070.113
99.764
480.000
95.270 1.408.223
328.012
13Sept.’17
433.983
90.180
80.000
101.758 1.011.364
84.454
14Sept.’16
336.769
71.524
480.000 47.690
787.297 141.035
‘) Sedert einde 1914
met de functie van circulatiebank belast.
VEREENIGDE STATÉN VAN NOORD-AMERiKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste posten in duizenden dollars.
Waarvan
1
Waar.
FR.
Da!,,
Goud
voor dekking
1
van in
1
het bui-
Zilver
etc.
Noiesin
I
circa-
F. R.
Notes
1
tenland
luik
26Juli
’18
1.974.200 945.783
11.628
55.129 1.870.835
19
,,
’18
1.975.448
974.945
15.496
55.647 1.829.045
12
’18
1.960.052 997.560
15.529
55.932 1.813.425
5
,,
’18
1.959.110
996.608
16.272
56.053
1.791.569
27 Juli
’17
1.362.263
443.260
52.500 51.789 534.015
Data
Wissels
Totaal
n
.
dPos
03
Waar.
,
van
Kapitaal
Dek.
king,.
percen-
lage t)
Goud.
dekking
circu.
latie
26Juli
’18 1.507.425
2.181.262
76.441
63,4
50,6
19
’18 1.409.278
2.225.268
76.383
63,9
53,3
12
’18 1.378.346
2.194.074
76.324
61,9 55,0
5
’18 1.288.729
2.143.184
76.163 65,3
55,6
27 Juli
’17
333.556
1.425.850
57.825
74,6 83,0
1)
Verhouding
tusochen:
den totalen goudvoorraad,
zilver cie., en de
opeischbare schulden:
F. R. Notes en netto depositos met
inbegrip
van
het kapitaal.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ
HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in duizenden dollars.
Data
1
Aantal
Totaal
uitgezette
Reserve
bij de
1
1
Totaal
1
Waarvan
1
time
1
banken
gelden en
F. R. bank,
1
deposito’s
1
deposits beleggingen
19 Juli ’18
717
12.399.398
1.162.111
10.935.252
1.408.734
12
’18
713
12.561.057 1.142.726
11.258.595
1.410.345
5
,,
’18
696
12.459.708
1.079.196
11.048.921
1.383.546
28 Juni ’18
681
12.322.121
1.243.68d
11.337.485
1.360.152
21
,,
’18
695
12.422.617
1.147.421
11.203.532
1.369.869
836
.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
.18 September 1918
EFFECTENBEURZEN.
Amsterdam, 16 September 1918.
Op het oogenblik, waarop dit overzicht der effecten-
beurzen geschreven wordt, is uit den aard der zaak nog
geen enkele invloed op de internationale beurzen, uit-
gaande van de Oostenrjksehe vredes-nota, te releveeren.
Wel was het in de voorafgaande weken, alsof men aller-
wegen wel een ,,Ahnung” had van bijzondere maatregelen,
die spoediger tot den vrede zouden moeten leiden, dan
langs den militairen weg mogelijk scheen, doch, indien
men al reeds stappen verwachtte, die van de zijde der
Centrale Mogendheden zouden uitgaan, zoo zag men deze
over het algemeen thans nog niet tegemoet. November of
December schenen de aangewezen maanden hiervoor te
zijn, in welke periode de krijgsverrichtingen aan het West-
front vermoedelijk toch reeds sterke belemmeringen zouçlen
hebben te ondergaan uithoofde van de weersgesteldheid en
waarbij derhalve een beter overzicht over den voorloopigen
stand der beide oorlogvoerende groepen verkregen zou kun-
nen worden.
Thans zal afgewacht moeten worden, welke gevolgen
dc nieuwe stappen van Oostenrijk met zich zullen voeren.
Volgens de voorlooige persuitingen van Duitsche zijde
schijnt het, alsof hier een poging om tot den vrede te ko-
men, door Oostenrijk
«lleex
ondernomen is; latere publi-
caties zullen echter de juistheid van een dergelijke opvat-
ting eerst kunnen bewijzen.
Voorloopig gaat inmiddels de geweldige worsteling aan
het Westfront ononderbroken voort. De Amerikaansche
legers zijn thans met volle kracht in het ‘geding gekomen
en hebben, zelfstandig optredende, reeds âanmerkelijke
vorderingen gemaakt. De weerslag van dit optreden is op
de beurs te N e w
Y
o r k dan ook wel te herkennen ge-
weest, in dien zin, dat de koersreacties, die anders onge-
twijfeld Vrij groote verhoudingen aangenomen zouden heb-
ben, th.ns 6f tot een minimum beperkt blevën, 6f de plaats
ruimden voor eenige verbetering. Voor •de koersteruggangen bestond alleszins aanle,iding.
Het oogstrapport per 1 September heeft een, ongunstigen
indruk gemaakt. Het standcijfer voor mais is sinds den
eersten Augustus met 9 punten verminderd, hetgeen een
geringere opbrengst van 317 millioen bushels beteekent.
Thans wordt een totaal-oogst van 2672 millioen bushels
getaxeerd, derhalve ongeveer 500 millioen bushels minder
dan het vorig jaar. De taxaties voor tarwe luiden welis-
waar iets gunstiger, (een geschatte opbrengst van 893 mil.
lioen bushels zou aanmerkelijk boven de beide vooi’gaande
jaren uitgaan), doch zij blijven in ieder geval Verre achter
de jaren 1914 en 1915. In het gunstigste geval kan hier
du slechts van een middelmatigen oogst worden gesproken.
Naast deze beschouwingen traden de vooruitzichten op
hooge belastingen voor de naamlooze vennootschappen en
op credietbeperking voor beurs-transacties sterk op den voorgrond met een neerdrukkende tendens. Bij den ver-
deren voortduur van den oorlog heeft ook de Unie der
Vereenigde Staten in steeds sterker mate rekening te hou-
den met de voorziening in de fiaancieele behoeften, ook
voor zoover deze betrokken is bij de internationale politiek.
Dit laatste is wel sterk uitgekomen dooi’ de stijging van
den wisselkoers op Frankrijk, welk ldnd thans groote vooi-
zieningen moet .treffen voor de approviandeering van de Amev ikaansche legers e.d., waardoor laugzamerhand de
betalingsbalans Amerika-Frankrijk ten gunste van laatst-
genoemd land is gekeerd.
Toch, als gezegd, was de houding van de beurs te Wall-street als geheel niet ongunstig. De maandstaat van onuit-
gevoerde orders der United States Steel Corpoation wek-
te, ondanks den teruggang van het aantal bestellingen,
geen onrust, terwijl ook het jaarverslag der Marinetrust,
iikdtegenstande de Vrij geringe afschrijvingen en reserves,
geen verkoopen van de betrokken aandeelen naar voreu
riepen. Het nieuws uit Europa moet dan ook hier als over-
wegend worden beschouwd.
Te P a r ij s hebben de voorvallen van de laatste weken
een veel hoopvoller stemming geschapen, dan in een reeks
van maanden het geval is geweest. Zelfs heeft de Minister
van Financiën in den verbeterden militairen toestand aan-
leiding gevonden een zinspeling te maken op de eventueele
doorvoering van een vierde Fransche oorlogsleening. In
verband hiermede is het interessant op te merken, hoe ver-
schillende financieele organen op dit vooruitzicht reagee-
ren, vooral met betrekking tot de houders van Russische
obligaties en coupons. Naar men weet, zijn de credieten tot
betaling door den Franschen Staat van de vervallen con-
pons steeds door het Parlement goedgekeurd; de verzilve-
ring zelve echter is sinds den aanvang van het loopeade
jaar practisch achterwege gebleven. Men brengt thans in
sommige financieele kringen het plan naar voren’ bij de
doorvoering van een vierde Fi’ansche oorlogsleening hou-
ders van Russische stukken zekere voordeelen te verschaf-
fen, door bv. hun bezit tot een nader vast te stellen koers
in betaling te nemen. Dit zou ongetwijfeld neerkomen op
een koopen door den Franschen Staat van de betrokken
waarden en deze maatregel zal dan ook vermoedelijk niet
zonder meer worden. toegepast.
De omzetten aan de beurs zijn iets levendiger geworden,
hoewel de handel in zijn vollen omvang nog steeds belem-
merd wordt door de ‘uitstedigheid van tal van beursbe-
‘zoekers en vermogende particulieren. De koersen dci-
meeste fondsen zijn echter desondanks aanmerkelijk geste-
gen; vooral voor
.
Fransche rente bestond groote vraag,
waartegenover bijna geen materiaal werd gesteld.
Te Le n d e n hebben, behalve de militaire voorvallen
aan het Westfront, de aankondigingen van groote emissies
op bankgebied levendige discussies naar voren geroepen.
De grootste dezer uitgifte is tot dusverre wel die der Lon-
don, Joint City and Midland Bank, welke instelling 400.000
aandeelen ad £ 2.10./— nominaal aanbiedt, tot den prijs
van £ 5.— per aandeel. Zij gaat hiertoe over, alleen tot
versterking van haai’ bedrijfskapitaal. Ioe noodig dit is
geworden, bewijst wel een beschouwing van de verhouding,
waarin de bedrijfskapitalen der groote Engelsche Banken
staan tot het totaal der haar toevertrouwde depoito-gelden.
Bij Lloyd’s Bank is deze verhouding nog de beste en zelfs
hier bedragen de kapitalen plus reserves slechts 7,4 pCt.
van het totaal aan deposito’s. Na de hier bedoelde emissie
van Sir Edward Holden’s instelling zal dit percentage bij
de Londen Joint City and Midland Bank slechts 5,5 pCt.
beloopen.
Ongetwijfeld zullen verdere emissies thans volgen, niet
slechts omdat de aandacht thans gevallen is op de hier ge-
noemde ongunstige verhoudingen, doch meer nog, wijl het
karakter van hèt Engelsche bankwezen gedurende den
oorlog principieele wijzigingen ‘heeft ondergaan. In plaats
van de vroeger verleende credieten op korten termijn, wor-
den thans faciliteiten voor zeer langdurige perioden ge-
vraagd, voornamelijk door de intensief werkende industrie, en waar deze credieten voor een goed deel uit de deposito’s
gevonden moeten worden, spreekt het van zelf, dat men naar middelen moet omzien, om de liquiditeit der bank-
in stellingen te behouden en uit te breiden. Men rekent er dan ook op,’ dat de gezamenlijke te verwachten’ emissies
een hoog cijfer zullen bereiken; men taxeert het benoodig-
de bedrag op ten minste 150 millioen Pond Sterling.
De beurs is zeer vast van toon geworden, speciaal voor
scheepvaartwaarden. In deze laatste rubriek is een zeer
opvallende koersbeweging gaande geweest, te opvallendet’,
omdat de inkomsten der reederijen vermoedelijk sterk bij het voorgaande jaar ten achter zullen blijven, ondanks het
feit, dat de z.g. ,,Blauwboek-vrachttarieven”, d.z. de of f i-
cieel vastgestelde maximum vrachtprijzen, onlangs niet on-
aanzienlijk zijn verhoogd. In b,eurskringen schrijft men de
interesse voor scheepvaartwaarden dan ook tpe aan fusie-
plannen tusschen de groote Engelsche rcederjen, onder
leiding van de Peninsular & Qriental Steamship Company.
Voor deze samensmelting zouden dan in aanmerking komen
dc Cunarci Line, de Furness Withy, de Royal Mail en de
P. & 0. Hoewel de president der laatstgenoemde Mij. thans
categorisch heeft doen verklaren, dat bij zijn Vennootschap
geen plannen bestaan tot fusie met de Cunard en de Fur-ness Whity over te gaan, blijven de geruchten circuleern
en worden thans weder andere ondernemingen genoemd,
die voor samensmelting in aanmerking zouden kunnen
komen.
Te B e r 1 j n heeft, ondanks de ongunstige vendig voor
cle Duitsche oorlogvoering, een geanimeerde stemming ter
hcui ze de overhand gehouden. Voor petroleumwaarden
echter bestond eenig aanbod, eenscieels in verband met juist
ontdekte misleidende praktijken op het gebied van emissies
van petroleumwaarden, ancierdeels als gevolg van de in
Roemenië voorgesfelde oorlogswinstbelasting. Als oorlogs-
winsten gelden de inkomsten sedert 1 ‘Januari 1915, die
uic’dr bedragen dan het gemiddelde per jaar’over de drie
voorafgaande jaren. Het te heffen percentage loopt van
1 tot 50 pCt. In de eerste plaats woi
–
den hierdoor natuurlijk de petro-
leum-maatschappijen getroffen en dit heeft het aanbod der
bctrokkea aandeelen in de hand gewerkt. Daarenboven
deden zich ook enkele onverkwikkelijke bijzonderheden voor met betrekking tot misleiding op het gebied van pe-
troleumontginning, die weliswaar in geen enkel verband
stonden .tot de groote en bekende maatschappijen, doch die
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
837
toch niet nalieten, een zekeren drukkenden invloed uit te
oefenen. Eenige firma’s in Hamburg nl. hadden onders-
hands aandeelen in petroleum-maatschappijen geplaatst,
waarvan later bleek, dat het sïechts waardelooze terreinen
betrof. Weliswaar was het recht tot exploratie dezer ter-
reinen verkregen, doch er bestond niet de allerminste kans,
dat ooit petrQleum zou worden gevonden. De directie en
commissarissen dezer gefingeerde ondernemingen zijn thans
afgetreden en ongeacht de gevolgen, die bij rechterlijke be-
sliniing nog kunnen komen, is een groot deel van het pu-
bliek weder eens de dupe van minder serupuleuze personen
geworden.
Van de overige fondsen dienen hier Montaanwaarden te
worden gereleveerd, die haar stijgende lijn blijven volgen
en nandeelen in electrieiteitsondernemingen, die eveneens
sterk gevraagd waren. Buitenlandsche, in Ponden Sterling
luidende staatsfondsen, waren iets aangeboden, met uitzon-
dering van Japanners en Argentijnen.
T e o n z e n t is de stemming gedurende de gansche achter
ons liggende berichtsperiode van een verrassend optimisme
geweest. Het was, alsof men aan onze beurs gevoelde, dat
er groote gebeurtenissen op til waren. Dit kwam niet zoo-
zeer tot uiting in de afcleelingen voor
staatsfondsen
en
beleggingswaarden, dan wel in de locale markten. Eerstge-
nceinde waren wel vast van toon, doch zonder bizondere
momenten, die releveering noodzakelijk maken. Integen-
deel was op sommige dagen zelfs nogal aanbod te bespeu-
ren, in verband met de elkander voortdurend opvolgende
belangrijke emissies van gemeenten en provincies.
Buitenlandsche soorten bleven bij voortduring gezocht,
zonder dat hierin nochtans omzetten van groote betee-
kenis tot stand kwamen.
Rijzing of
10Sept. 13Sept. 16 Sept.
daling.
4I/
0/
Ned. W. Sch
1916
92
2
/4
91/4
91/2
–
1/g
4
0
/0
,,
,,
,,
1916
85
84
0
/in
85
3I/
0/0
78
776/4 771/2
3
°Io
,,
. . .
68
5
/s
67
7
1s
68’/s
–
1
/2
2112
0/
Cert. N. W.
S.
……
577/s
57 6/
4
578/
8
–
1/2
5
0/
Oost-Indië 1915
96
1
/8
96
2
/8
96
1
/8
4
°/s Hongarije Goud
..
.
35
8
/8
358/
s
355/
8
4
°/o Oostenr. Kronen rente
27
1
/2
27
8
/8
29
1
/in
+
21/16
5
°/o
Rusland 1906 ……
30
30
0
/io
30
41/
O/
Iwangorod Dombr..
23’I4
23’/4
222/4
–
1
/2
4
0
/o Rusland Cons. 1880..
25
11
/to
24/g
24
8
/in
–
l/s
4
°/o Rusl. bij Hope &Co
252/
4
25 25
1
/
–
4
0/
Servië
1895 ……..
33
38 38
+
5 41/2
0/
China Goud 1898
.
57/
572/ 572/
4
4
0/
Argentinië Buiten!
56
56
1
/4
56
1
/2
+’/,
5
0/
Brazilië 1895
……
58/4
577/8
58
2
/s
+
Vs
5
0/
,,
1913
……
56v/s
57 57
+
1
/8
Geheel anders was het echter gesteld met de markten
voor de inheemsehe waarden. Ondanks de zeer pessimisti-
che persbeschouwingen en uitspraken van deskundigen
omtrent de naaste toekomst van de
rubberinarkt,
‘konden
dc betrokken fondsen alle, zelfs vSSr het bekend worden
van de Oostenrijksche vredes-nota, aanmerkelijk in prijs
nonteeren. Voor een zeer groot deel was echter hier de
technische positie van de markt de oorzaak van de gewij-
aigde tendens. Voortdurend werden in rubberwaarden
groote baisse-posities opgebouwd en iedere reactie in den
koers der aandeelcn was een aanleiding om deze posities
uit te breiden. Het gevolg hiervan was, dat de markt
uiterst gevoelig was geworden voor ieder bericht of ge-
rucht en het is dan ook begrijpelijk, dat de aanhoudend
vaste stemming voor de överige afdeelingen de gedachte
aan iets onnaspeurlijks deed geboren worden, waardoor
verschillende contramine-posities reeds langzamerhand tot
afwikkeling werden gebracht. Het geheele niveau van de
n ibberafdeeling kon hierdoor flink monteere. Heden
maakte deze stemming verderen voortgang; dat het voorts
vooral rubberwaarden waren, die voor aankoopen thans
geschikt werden geacht, kan hierin zijn verklaring vinden,
dat de vrede juist voor deze soorten veel betere tijden zal
kunnen brengen.
i)och ook de
scheepvaartinarkt
bewoog zich in stijgen-
cle lijn. Nadat de Indische soorten aanvankelijk het meest gefavoriseerd waren, werd de aandacht gevestigd op aan-
deden Holland-Amerika Lijn en Kon. Nederlandsche Stoom-
boot-Mij. in verband met de aandacht, die gevallen was op
de groote inkomsten, die deze reederjen uit de huurop-
bxengst der gerequireerde schepen betrekken. Dit had als
vaazelve weder een terugslag op de overige soorten, zoodat
de gansche afdeeling de berichtsperiode verlaat in een
uiterst geanimeerde tendens.
10Sept. 13Sept. 16 Sept.
Rizgof
Holland-Amerika-Lijn ….
416
1
I 422
1
I8
437
+ 20
1
12
gem.eig. 396’/I 405
412
1
/I
+16
Holland-Gulf-Stoomv.-Mij .. 292’/2 292
1
/2 290
– 2V,
Hol!. Alg. Atl. Stoomv.-Mij. 1796/
2
175
175
– 4V2
Hollandsche Stoomboot-Mij.. 231
1
/4
2291/2
233
+ 14
Java-China-Japan-Lijn …. 332
1
1
3321/2 3391/4 + 6/4
Kon. Hollandsche Lloyd .. 184
1
/2 183V2 188/4 + 32/4
Kon. Ned. Stoomb.-Mij …..
2532/4
256/4 266V4 + 12V2
Kon. Paketvaart-Mij ……. 281’/,
2426/4
282/1 + 1
Maatschappij Zeevaart …. 360
360
369V4 + 91/4 Nederl. Scheepvaart-Unie .. 272
1
/8 272
2752/4 + 3/8
Nievelt Goudriaan ……..570
561
561
– 9
Rotterdamsche Lloyd …… 286/a 289
3011 + 10/2
Stoomv.-Mij. ,,Hillegersberg” 399
398
395
– 4
,,Nederland” .. 285
1
/3 285V4 290
±
4
1
12
,,Noordzee” .. 224
230 l/
2368/8 + 12Vs
,,Oostzee” .. .. 402
388’/I 397 ‘/
– 4’/
De vredesverwachtingen hebben daarentegen niet veel uitwerking gehad op
cultuur- en petroleumwaarden.
Al-
thans tot dusverre; het is inmiddels zeer goed mogelijk,
dat het publiek, in herinnering aan de vredesvoorstellen
van Duitsche zijde in December 1916, wijselijk nog eenigs-
zins sceptisch blijft en zich niet wil overgeven aan een zoete
hoop op vrede, die later wellicht weder zal worden ver-
ijcield. En deze stemming is eenige terughouding zeer goed
te verklaren en hierdoor ook weder de aarzelende verbe-t-ring, die voor de hiergenoemde waarden ontstond. Wel
waren aandeelen Ilandelsvereeniging ,,Amsterdam” en
Cultuur-Maatschappij der Vorstenlanden hooger in prijs,
doch van grooten omvang kon de verbetering toch niet
worden genoemd. –
Voor
petroleuiwwaarden
was eenige vermoeidheid waar
te nemen, vooral met betrekking tot aandeelen Koninklijke
Petroleum-Maatschappij. Dit was echter zeer goed te ver-
klaren, na de zeei- opgewekte stemming van de laatste we-
ken; eenige winstnemingen waren dan ook in deze markt
wel te onderscheiden. Aandeelen Geconsolideerde en Orion
waren, in overeenstenming met de tendens van de andere
afdeelingen ter beurze iets beter in prijs, doch werden
eenigszins beïnvloed door de berichten omtrent de invoe-ring van een oorlogswinstbelasting in Roemenië.
De
tabaksmarkt
bewoog zich in dezelfde richting als de
rubberafdeeling; verbeteringen waren over de gansche
linie te aanschouwen, doch de handel was zeer beperkt.
Van de
handclsonderneiningen
dienen hier aandeelen
Compania Mercantil Argentina te worden gerele”eerd, die
het onlangs gedetacheerde interim-dividend zeer spoedig
inhaalden en zelfs nog aanmerkelijk boven dit niveau kon-
den stijgen. –
10 Sept. 13Sept.16 Sept.
Rizigof
Amsterdamsche Bank …. 182
1
/2 182/2 184
1
/2 + 2
Ned. Handel-Mij. cert.
v.
aand. 167
168’/ 169
1
/8 + 2
7
/8
Rotterd.Bankvereeniging .. 137/3 140
1
/2 140
+ 212 Amst. Superfosfaatfabriek.. 170 Vi 172
172
+ 1’/,
Van Berkel’s Patent … …149
2
/4 149/4 149
– 2/
4
Insulinde Oliefabriek……225
226
1
/8 228
+ 3
Jurgens’ Ver. Fabr. pr. aand. 103
1
/8 103
1
/4 103
8
/s + 1/
Ned. Scheepsbouw-Mij. …. 155
154
1
/, 154 1/. – l/z
Philips’ Gloeilampenfabriek
3418/4
343
6
/2 343
1
/ + 1/
R.
S.
Stokvis & Zonen …. 494
1
/2 510
515
+ 206/2
Vereenigde Blikfabrieken. . 131
7
/8 134
8/4
134/4 + 2
1
/s
Compania Mercantil Argent. 216
242
1
/
3
243
1
/2 + 271/1
Cultuur-Mij. d. Vorstenland. 116
1
/3 123’/2 12518 + 92/8
Handelsver. Amsterdam. … 309
319
323/4 + 14 8/4 Holi. Transatl. Handelsver. 134
135
140
+ 6
Linde Teves & Stokvis ……211Vz 207
211
–
1
/2
VanNierôp&Co’sHandel-Mij 205’/I 198
1951/2 – 10
Tels & Co’s Handel-Mij …. 158
1/1
159
1582/8 –
Gecons. Holl. Petroleum-Mij 208/s
2091/2
215
+ 6
8
18
Kon. Petroleum-Mij ……. 4981/
2
491’12 498’/I
Orion Petroleum-Mij……..79
2
/4
78/s
80
1
/s + /8
Steaua Romana Petr.-Mij – . 182
1/4
179
180
– 2’/4
Amsterdam-Rubber-Mij…..138’/, 14 V/2 155
+ 16
1
/2
Nederl.-Rubber-Mij . …… 80
84
90 I/
+ 10’/i
Oost-Java-Rubber-Mij. …. 154
163
171
+ 17
Deli-Maatschappij ………454/2 456
467/, ± 13
Medan-Tabak-Maatschappij.. 191/2 191
200
+ 81/2
Senembah-Maatschappij …. 397
390
4051/3 + 8V3
De
Ainerikaansche markt
moest veel van haar levendig-
heid inboeten, eensdeels doordat de belangstelling wederom meer tot de inheemsche soorten werd getrokken, anderdeels
doordat ook New York geen aanleiding tot een hausse-
beweging op groote schaal gaf. De meeste koersen bewogen
Chicago
Buenos .-4ure,
Data
Tarwe
MaT3
Haver
Tarwe
MaTa Lljnzaad
Sept.
I
Sept.
I
Sept.
Oct.
I
Oct.
I
Oct.
71’/8 11,15 5,90 26,25
70/8
11,25
1
)
5,85
2)
26,652)
60
16,-
8,45 22,15
44/8
10,30 5,20 13,50
36/8
11,802)
4,602)
11,- 2)
361/3
t)
9,402) 5,382)
13,702)
AANVOEREN in tons van 1000 1
Rotterdam
14Sept.’18 226
154’/t
7 ,, ’18 226
156’/8
14Sept.’17 220
1188/t ‘)
14Sept.’16 148/e
85
14Sept.’15 bP/s
71’/2
20 Juli ’14 82
‘) 561/s
t)
1)
per Dec.
2)
per Sept.
838
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18 September 1918
ziuh gedurende de gansche bericlitsperiode op vrijwel het-
zelfde peil.
10Sept. 13 Sept. 16 Sept. Rg2f
dalin
Un. States Steel Corp…..9413/in 9512/
98
+ 3
8
/it
Int.Merc.Marineafgest…..30
19
/82 31
1
/8
31
+
11
183
prefs.
102Ia 103h/ii
1041/4 + 18/8
De.gcldrnarkt
bleef kalm; prolongatie 3 pCt.; heden 2).
GOEDERENHANDEL
GRANEN.
17 September 1018.
Als gevolg van de nog steeds groote aanvoeren in de Ver-
eenigde Staten is de zichtbare voorraad aldaar deze week wederom gestegen en wel van 56 tot 67 millioen bushels. Het schijnt de bedoeling van den heer Hoover te zijn ecu
grootcn voorraad te maken en dezen te willen vasthouden
als een reserve voor eventueel slechte volgende jaren. De geallieerden mogen er dus niet op rekenen, dat zij het ge-heele exportsurplus van de Vereenigde Staten kunnen be-
machtigen. Wanneer men evenwel de totale hoeveelheid
tarwe, welke op het oogeablik in de wereld beschikbaar is
in de exportlanden beziet, bestaat er werkelijk geen vrees
voor gebrek zoolaug althans de scheepvaart in staat is de
tarwe te transporteeren naar die landen welke haar noodig
hebben. Volgens een Amerikaansche schatting bedxaagt het
exportsurplus ja de Vereenigde Staten, Canada, Indië, Ar-
gentinië en Australië gezamenlijk ca. 900 millioen bushels,
waarbij dan nog niet eens in rekening gebracht zijn de
,neuwe oogsten in Australië en Argentinië, welke in Decem-
ber van dit jaar geoogst zullen worden. Hiertegenover kan
men een ruwe schatting plaatsen van 250 & 350 millioen
bushels, wat de geallieerden gedurende het aanstaande jaar
noodig zullen hebben. Hierbij is natuurlijk zeer weinig
rekening gehouden met de neutralen en in het geheel niet
met de centralen, doch voor het geval de wereldoorlog
mocht eindigen geven bovengenoemde cijfers toch onmiddel-
lijk den indruk, dat er ook voor de totale importbehoefte
voldoende broodgraan beschikbaar zal zijn. Onder de om-
standigheden, waarin wij thans leven, nl. van een zeer
beperkte scheepsruimte, beperkt vooral voor het commer-
cieele verkeer, zullen de geallieerden deze 250
ft
350 mil-
lioen bushels in de eerste plaats moeten halen uit Noord-
Amerika en in de twëede plaats uit Argentinië. Toch zal
ook Indië, speciaal voor de voorziening van Italië, een be-
langrijke rol kunnen blijven spelen.
Noteeringen.
De oogstberichten in West-Europa blijven gunstig, of-
schoon ongetwijfeld het natte weer der laatste weken wel
afbreuk -zal gedaan hebben aan de nog te velde staande
gewassen. Uit Canada blijven de oogstberichteu vaag en
over het algemeen niet gunstig. Weliswaar wordt af en
toe bericht, dat de oogst meevalt en geeft ook het feit, dat
de zomertarwe in de Vereenigde Staten in de afgeloopen
maand vooruit was gegaan hoop, dat althans in de aangren-
zende districten van Canada hetzelfde het geval is geweest,
aan den anderen kant hebben sommige districten van
Canada van vroegtijdige vorst te lijden gehad, terwijl in
het algemeen de zomer te droog is geweest om een behoor
–
lijk beschot te kunnen verwachten. Cijfers worden nog
steeds niet gegeven, maar de wekelijksche cijfers van den
zichtbaren voorraad duiden wel aan, dat de oogstbeweging
nog maar van geringen omvang is. De zichtbare voorraad
is dan ook niet grooter dan ruim
23.
millioen bushels.
in Argentinië zijn in het begin van September regens
gevallen, die zeer zeker de vooruitzichten van alle oogsten
aldaar veel hebben verbeterd. In Australië wordt over het
algemeen een veel kleinere oogst verwacht.
e d e r 1 a u d. Wederom geen aanvoeren van buiten-
laudseh graan of meel voor ons land; de ,,Nieuw-Amstei
–
–
dam” wordt evenwel verwacht met ca. 11.000 tons. Onge-
tw
–
ijfeld is het natte weer schadelijk geweest voor de nog
te oogsten graansoorten, vooi-namelijk haver, en niet het
minst voor de aardappelen.
SUIKER.
De aanhoudende natte weersgesteldheid was ongunstig voor
_de te velde staande bieten en de wensch naar een tijdperk
van droogte wordt hoe langer hoe dringender. Volgens
het Licht-bericht van 8 September was in Diii tse h lan d
de voorsprong van gewicht en suikergehalte der bieten
tegenover verleden jaar reeds zoo goed als verdwenen en
zoude liet van de weersgesteldheid der eerstvolgende weken
afhangen of de opbrengst ongeveer gelijk zal zijn aan den
vorigen oogst. Intusschen brachten de laatste dagen reeds
eene gunstige verandering in het weer. Voor Oostenrijk-
Hong a rij e blij ven de vooruitzichten voor den oogst goed,
doch wordt daar alles beheerscht door de toekomstige kolen.-
levering aan de fabrieken.
Op J a v a loopt de campagne gaandeweg ten einde. Reeds
meer dan de helft der fabrieken heeft afgemalen en men is
met de maalresultaten over het algemeen zeer tevreden.
De oogst zal ongeveer even groot worden als verleden jaar.
Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.
Soorten.
1
16
Sept.
1
9
Sept.
16
Sept.
1
1918
1
1918
1
1917
Arttkdcn.
Tarwe (inlandsche)
……
25,-
1)
25,-”
Roggè (70 Kg. natura gew.)
28,50 ‘)
28,50
Mais
(La Plata)
.
……..
.-
–
Gerst (60 Kg. natura gew.)
20,-
1
)
.
20,-
1)
Haver
(inlandsche) ……
20,-
t)
20,-
Lijnkoeken
(Noord-Ame-
.
rika van La Plata-zaad)
–
.
–
Lijnzaad (inlandsch)
40,-
1)
40,-
1)
1)
Regeeringsprijs.
C.G. voor verbruik in Nederland.
Am3terdam
Totaal
1917
–
360,-‘)
–
9)
–
250,-‘)
–
8-14 Sept. 1
Sedert
1
Overeenk
II 8–14 Sept.
1
Sedert
Overeenk.
1918
1918
1
1
Jan.
1918
1
tijdvak
1917
II
1918
t
1
Jan.
1918
t tijdvak
1917
II
Tarwe……………..
Rogge……………..
Boekweit
…………
Mais
…………….
Gerst …………….
Haver …………….
Lijnzaad…………..
Lijnkoek……………
Tarwemeel …………
Andere meelsoorten.
Tarwe …………….
Mais…………….
Rogge…………….
Tarwemeel…………
Gerst …………….
Andere meelsoorten ….
–
1.944
253.376
–
2.920 38.227 4.864
291.603
–
–
8.465
–
–
–
–
8.465
– –
2.314
–
–
–
–
–
2.314
– –
114.637
–
4.590
67.438
4.590
182.075
–
–
30.600
.
–
–
11.886
–
42.486
–
–
12.399
–
–
27.269
–
39.668
–
–
8.322
–
–
7.560
–
15.882
–
–
34.078
–
–
27.985
–
62.063
–
756
19.988
–
6.068
3.051
–
6.824
23.039
–
15.104
–
–
4.286
–
–
19.390
–
AANVOEREN
in tons van
1000 K.G.
voor België.
6.711
152.494
313.662
–
1
–
–
152.494
313.662
90.191
12.335
– –
–
90.191
12.335
–
5.174
–
– –
–
5.174
–
–
68.916
–
–
8.807
–
77.723
–
–
24.172
667
–
– –
24.172
667
7.674
33.588
– –
9.510
–
43.098
–
18 September 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
839
Voor den opslag van het onverkochte gedeelte van den oogst,
dat nog aanmerkelijk meer dan de helft is, hebben de fabri-
kanten de noodige maatregelen genomen. Volgens een Nipa-
telegram werden de verkoopprijzen voor oogst 1919, waarvoor
reeds speculatieve vraag merkbaar was, als volgt vastgesteld:
f
93/ voor Superieur,
f
91/4 voor No. 16 en h. en
f
81/4
voor Muscovados. Tenzij hierbij eene seinfout in het spel is,
moet het groote prijsverschil tusschen No. 16 en h. en
Muscovados daardoor verklaard worden, dat laatstgenoemde
soort in manden, die op Java gefabriceerd worden, geleverd
kan worden, terwijl de andere kwaliteiten in geïmporteerde
zakken verpakt worden, die enorm in prijs gestegen zijn.
Dat de prijs voor oogst 1919 aanmerkelijk honger gesteld
wordt dan voor ditjarige suiker is begrijpelijk, aangezien
de verkoop van disponibele suikers anders benadeeld zoucle
worden.
De voorraden in de voornaamste drie Engel s clie havens
gedurende de week eindigende 24 Augustus bedroegen:
1918
1917
1916
London …………..105.355
38.766
40.484 tons
Liverpool …………81.559
52.488
3.649
Clyde…………….51.418
17.918
11.383
Totaal ……..238.332
109.172
55.516 tans
In Amerika werd de noteering voor Spot Centrifugals
aanmerkelijk verhoogd, n.l. tot 7,28 c. De consumptie
gedurende de eerste helft van dit jaar in de V.S. bedroeg 1.977.566 tons tegen 2.366,.542 tans in hetzelfde tijdvak
van 1917.
l)e volgende Amerikaansche bietoogst wordt door Willet &
Gray geraamd op 655.000 tons tegen eene opbrengst van
682.867 tans van den laatsten oogst.
Willett & Gray hebben hunne taxatie van den nu beëin-digden Cuba-oogst op 3.850.000 tans gebracht – dus heeft
de oogst ten slotte meer opgelnverd dan eenigen tijd geleden
•
werd verwacht. De voorafgaande oogsten :waren als volgt:
1911 ……..1.483.451 tans
1912 ……..1.895.984 1913 ……..2.428.537
1914 ……..2.597.732
1915 ……..2.592.667
1916
.
……..3.007.915
1917 ……..3.023.730
Voor den volgenden oogst vragen de Cubaplanters hoogere
prijzen n.l. 5,55 tot 5,60 c. f.o. b., aangezien verkloonen
enz. verhoogd zijn. Intusschen werd onder het crediet van
100 millioen dollars, dat door Amerikaansche bankiers ten
gunste van de Cubaplanters voor de financieering van den
laatsten oogst geopend was, slechts voor 16 millioen dollars
getrokken, waaruit wel de gevolgtrekking gemaakt mag
worden, dat de suikerindustrie op Cuba een zeer mooi jaar
gehad heeft. ])e Louisiana-oogst wordt geraamd op 246.000 tous tegen
217.500
1917/18
271.340
1916/17
122.770 ,, 1915/16
In Natal wordt een groote’ oogst verwacht, die in de
geheele Zuid-Afrikaansche consumptie zal kunnen voorzien,
zoodat invoer uit Mauritius en andere landen overbodig
wordt.
Voor Q.ueensland luidt de taxatie 245.000 tans, voor
Nieuw-Zuid-Wales 15.000 tans, die tezamen met de bestaande
voorraden voldoende zijn voor het verbruik in Australië
tot aan den volgenden oogst.
De Fidsji-oogst wordt op 100.000 tons getaxeerd.
Van de P h i 1 i p pij n en worden de uitvoeren gedurende
cle eerste helft der laatste drie jaren als volgt opgegeven:
1918
1917
1916
114.700
101.300
185.000 tans.
Men zie bij ,,Aanteekeningen” Willett & Gray’s laatste raming van de wereldoogsten. Daarbij zij opgemerkt, dat
de grootere oogst van Britsch-Indië van ongeveer 500.000 tans,
ongemerkt in de consumptie van dat land is opgegaan,
zonder dat de suikerinvoeren daardoor verminderd zijn.
NOTEERINGEN.
–
Data
Amsterdam
per
Londen
New York
Tatea
Whtte
AmIC.
October. Cube,
boos
lated
Centrifuga!,.
No. 1
Job.
12 Sept.1918
f.
–
64/9
–
6,05
, –
64/9
–
–
6,05
6
,j
1918……
12 Sept.1917..
–
53/9
18/6
34/6 7,02
,
25
1
/4
4711’l3
2119
24/6
–
12 Sept.1916……
21 Juli
1914.
. . .
,,
11
3
/is
181—
–
–
3,26
RUBBER.
De markt voor Plantage-soorten bleef onveranderd ge-
durende de afgeloopen week.
De prijs van Para, welke in zeer korten tijd van 3/1 tot
318 opgeloopen was, daalde plotseling weder tot 311
1
12, welke
prijs zich bleef handhaven. De tijdelijke prijsverhooging zal
wel het gevolg zijn geweest van verplichte indekking van
een tekort op September-levering.
De noteeringen zijn:
einde voorafgaande week
Prima Hevea Crêpe loco 211
8/
2/1 8/4
Oct./Dee. 2/3
…………….2/3
Jan./Juni 214
……………. 2/4’/
smoked Sheets 1 d. minder.
1 d. minder.
flard cure fine Para ……3/1
8
/3
…………….3/8
KATOEN.’)
doktberieht van de Heeren Sir Jacob Behrens & sons,
Manchester, d.d. 11 Juli 1918.
Noteeringen van Aierikaansche katoen staan nu geheel
onder den invloed van de weerberichten. De droogte in
Texas heeft een verdere daling verhinderd, hoewel algemeen
de toestand nog gunstig is. Door de zeer beperkte pecu-
latieve vraag is de markt gevoelig en hoewel men verwacht,
dat de behoefte in Amerika vooral voor militaire doeleinden
zal toenemen, zal het verbruik in Europa zeker wel ver-
minderen. In deze omstandigheden verwacht men voorloopig
ook vel lagere prijzen. De nieuwe Egyptische oogst schijnt
goede vorderingen te maken en prijzen ziju onveranderd.
Zaken in Amerikaansche garens worden steeds moeilijker
door de kleine productie en de hooge prijzen, die de spinners
voor alle beschikbare partijen vragen. Het kast dikwijls
groote moeite om de noodige garens te vinden en de weve-
rijen kunnen soms zeer hooge prijzen bedingen voor kleine
partijen, die zij kunneoi missen. De vraag is hoofdzakelijk
voor het binnenland en voor Regeeringsorders, terwijl de
Zuid-Amerikaansche ep Afrikaansche markten geregeld
doorkoopen en dus de vraag naar de daarvoor benoodigde
garens ook zeer sterk is. De markten op het Vasteland kno-pen niet, daar zij toch geen verdere licences kunnen krijgen en hier nog groote voorraden tegen veel lagere prijzen heb-
ben. De vacantieweek in de weefdistricten heeft de drin-
gende vraag iets doen verminderen, hoewel het aanbod zoo
klein is, dat men dit bijna niet heeft kunnen bemerken.
Balton is Maandag weer beginnen te werken, doch de week
dat deze fabrieken hebben stilgestaan, heeft groote moeilijk-
heden bezorgd aan de gebruikers van Egyptische garens,
aan welke garens nog steeds gi
–
oote behoefte bestaat. Koopers
zoowel als verkoopers zijn zeer onverschillig ten opzichte
van nieuwe zaken, wat in de tegenwoordige omstandig-
heden zeker niet te verwonderen is.
De doekmarkt blijft vast zonder groote veranderingen,
daar er weinig gekocht wordt, omdat de groote Oostersche
markten de tegenwoordige vraagprjzen nog niet kunnen
betalen en exporteurs wel wat huiverig zijn op deze hooge prijzen lang vooruit te koopen. Hoewel er meer aanvragen
komen van het Verre Oosten, meent men toch, doit deze
veelal niet tot zaken zullen leiden, alvorens de voorraden
daar
–
verder verminderd zijn. De binnenlandsche vraag blijft
levendig en fabrikanten zijn goed van orders voorzien.
Manchester, d.d. 18 Juli 1918.
Prijzen van de Amerikaansche katoen blijven fluctueeren
in verband met de weerberichten, en daar de maand Juli
de meest kritieke maand voor den oogst is, wordt van elk ongunstig weerbericht een hausse-argument gemaakt. Bij
het zeer gunstige bericht van 2 dezer mag men wel ver-
wachten, dat er ook wel eens een tegenslag zal korien,
daar wij anders zeker een reuzenoagst zouden krijgen; men moet echter dergelijke berichten niet te ernstig nemen, daar
deze in den regel betrekking hebben op een gedeelte van
de beplante oppervlakte. Als men in aanmerking neemt,
dat de wintermaanden circa twee pence beneden de loopende
maand noteeren, is het wel duidelijk, dat men later alge-
meen lagere prijzen verwacht. Daar het schijnt dat de Juli-
posities nog niet geheel gedekt zijn, en ook groote verkoopen
in den October-termijn hebben plaats gevonden, is het wel
te verwachten, dat wij voor het einde der maand nog een stijging zullen zien. Neill Brothers schatten in hun circu-
laire van 16 dezer de beplante oppervlakte op 39 millioen
acres, of ± 4,7
O/o
meer dan verleden jaar en een mogelijken oogst van 17
1/
millioen balen. Zij meenen echter voorloopig
1)
[De toezending van het katoenbericht heeft in de af-
geloopen weken eenige vertraging ondervonden; om de oeeks
niet te onderbreken zijn ook de nagekomen overzichten hier
nog opgenomen. – Red.]
840
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
18 September
1918
op niet meer dan 14 h 16 millioen balen,
mci.
linters, te
mogen rekenen. Er is geen nieuws over den Egyptischen oogst;
de vraag blijft kalm, maar prijzen zijn hooger.
Er is zeer weinig nieuws over katoenen garens. De vraag
is veel minder, maar spinners zijn zoo goed bezet, dat zij
hun prijzen gemakkelijk kunnen handhaven. Deze stilte is
grootendeels het gevolg van de vacantieweken in de weef-
districten, hoewel de overzeesche markten de laatste ver-
hooging niet gevolgd hebben; er is inderdaad voor deze
markten weinig gedaan sedert prijzen ongeveer tien pence per pond lager waren.
De doekmarkt is lusteloos en er is weinig nieuws, daar
prijzen zeer vast blijven en de meeste biedingen van het
Verre Oosten te laag zijn. Fabrikanten zijn zeer voorzichtig
in het boeken van orders en verkoopen liefst slechts kleine
partijen, daar productiekosten nog steeds stijgende zijn en
daardoor op vele oude orders verliezen zijn geleden. Er zijn
wel zaken gedaan voor Java en de Stratts, en eveneens voor
de Zuid-Amerikaansche markten, die geregeld blijven koopen.
Er zijn weer Regeeriogsorders voor vroege levering aan de
markt, doch de meeste fabrikanten van deze soorten goe-
deren zijn geheel bezet.
Manchester, d.d. 25 Juli 1918.
De prijzen van Amerikaansche katoen ondervonden ver-
leden Dinsdag een geweldige daling op geruchten omtrent
het vaststellen van madmumprjzen. Inmiddels hebben groote
fluctuaties plaats gevonden, doch tenslotte is de markt toch
lager. Met uitzondering van Texas, waar nog steeds droogte
heerseht, zijn de berichten zeer gunstig, zoodat men algemeen
over den a.s. oogst zeer optimistisch is. De berichten uit
Egypte zijn ook gunstig, hoewel de oogst later is dan ver-
leden jaar.
Het is wel jammer, dat de daling in katoenprjzen geen invloed heeft op de voorraden in Liverpool, en zon lang
deze zoo klein blijven, nemen spinners van Amerikaansche
garens weinig notitie van deze groote Iluctuaties en hand-
haen zij hun oude prijzen. Zij doen dit ook wel uit een
oogmerk van voorzichtigheid, daar er toch geen vraag is, en
zelfs een verlaging van hun noteeringen hun geen nieuwe
orders zoude brengen. De meeste spiuners wenschen deze
echter ook niet; zij zijn thans nog goed bezet en loopen bij
de steeds ,eranderende omstandigheden te veel risico. Er zijii
nog wel zaken voor latere levering gedaan, waarvoor echter
geen reductie op de prijzen te krijgen was. De export-
handel blijft zeer lusteloos en beperkt zich uitsluitend tot
enkele Fransche zaken. Er is ook eenige vraag van Noor-
wegen in de hoop dat nieuwe licences verleend zullen wor-
den, doch. de overige neutrale markten zijn vrijwel gesloten.
Egyptische garens van alle soorten blijven zeer vast.
Wat manufacturen betreft, is er meer vraag van Indië
en het Oosten, maar biedingen zullen zeer belangrijk ver-
hoogd moeten worden, alvorens er eenige kans op zaken is,
daar fabrikanten zeer vasthoudend zijn en voorloopig wel kunnen wachten, doordat hun weefgetouwen geheel bezet
zijn voor het binnenland en de Westersche markten. De
Adviescommissie voor de bleekerijen heeft deze week bekend
gemaakt, dat de bleekloonen voor nieuwe contracten ver-
hoogd zijn met 25
0
/0,
waardoor de totale verhooging op
125
0
/0
is gebracht. Er zijn nog Regeeringsorders aan de
markt en de binnenlandsche vraag is zeer levendig.
Noteeringen voor Loco-Katoen.
(Middling Uplands).
116 Sept. 1819
Sept.
1812
Sept.
18 117
Sept. 17116
Sept.
16
New York voor
Middling
. –
35,10e
36,45e
36,500)
21,50e
15,55e
New Orleans
voor Middling
33,50e
33,50 c
33,25 co)
20,19e
15,13e
Liverp. v. Good
Midd.Texas..
25,04d
25,51d
25,66d
17,—
do)
,si
d
4)
1)
30 Aug. ’18. °) 31 Aug. ’18.
3)
Middliug American.
4)
15 Sept. ’16 Middling American.
Ontvangsten in, en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In duizendtallen balen.)
t
Aug. 18
tot
13 Sept.
18
Overeenkomstige perioden
1917
1)
1916
OntvangstenGulf-Havens..
412
299
‘
66
Atlant. Havens
251
J
Uitvoer naar Gr. Brittannië
335 266
‘t Vasteland.
423
146 266
Japan etc…
–
38
1)
tot 14 September ’17.
Voorraden in
duizendtallen
13 Sept.
I8
14Sept. ’17
14Sept.
.16
838 513 537
Binnenland …………..
710
258
398
Amerik. havens ………..
–
49
63
New York
……………
–
.
80 102
New Orleans ………….
Liverpool
……………
188
1)
267 604
‘) 14 September ’17.
WOL
De prijzen van de Zuid-Amerikaansche markten zijn in
den laatsten tijd niet veranderd. Men schat de verkochte
doch nog niet vervoerde partijen op 40.000 balen.
De invoeren uit het buitenland en de koloniën in de
periode Januari-Juli, bedragen voor Engeland:
1918 ……….
851.600 balen
1917 ………1.367.856
1916……….1.359.661
1915 ……….2.181.199
1914……….1.656.785 1913……….1.833.717
STEENKOLEN.
De gisteren aangekomen Engelsehe mail bevestigde de in
het laatste marktbericht uitgesproken verwachting van hoo-
gere kolenprijzen. Dit heeft vooral betrekking op de Schot-
sehe markt, alwaar eerste soorten Lothians tot 751- 0. 80/-
per ton worden afgedaan; Stoomkolen 601- per ton, gewas-
schen Nootjes 40/- tot 451- per ton.
Er heeft zich een groote vraag naar alle soorten kenbaar
gemaakt, waardoor de markt een vast aanzien behield
De Tyne-prijzen hebben zich op de hoogste punten vrijwel
kunnen handhaven:
Eerste soort Stoomkolen 701- tot 751- per ton.
Smalis …………….40/- ,, 45/-
Gaskolen blijven gevraagd op 4216 ,, 501-
10 September 1918.
VERKEERS WEZEN.
SCHEEPVAART.
14 September 1918. De vrachtenniarkt bleef in de afge-
loopen week onveranderd.
GRAAN.
Dato
Pet to
grad
Londen!
fl’dam
Odessa
Rotter-
dam
Au. Kust
Ver. Stoten
San Lorenzo
Rotter.
Bristol
Rotter.
Enge-
dam
i
Kanaal
dam
1
land
9114 Sept. 19181
– –
–
50′-
–
2251-
217
,,
1918
1
–
–
–
50/-
–
225-
10115 Sept.
1917
1
–
–
f
7,—
30/-
ca.f 50
1451-
11116 Sept.
1916
1
–
–
,, 15,—
1119
f
105,-
140/-
Juli
19141
lid.
713
1/11
1
/4
1/11
1
/
12/-
121_-
KOLEN.
Cardif
Oostk. Engdand
Data
1
t
La
1
1
1
Bar-
1
1
Port
Plata .1
Cran.
dam
Rotter-
1
stadt
deaux
Genun
S0d
Rivier
1
9114 Sept.1918
69/-
101/3
200/-
1201-
–
Kr.205
217
,,
1918
691-
10113
2001-
1201-
–
205
10/15 Sept. 1917
691-
10113
175,
1
–
1201′-
–
,,
200
11/16 Sept.1916
341-
631′-
601-
30/-
f6,50
,,
26
Juli 1914
fr
7,—
7/-
713
1416
312
51-
DIVERSEN.
Bombaj..
Birma
V!odieo-
Chili
D
ota
West
Europa
West
Europa
I
stock
Weit
West
Europa
(d. w.) (rijst)
Europa (salpeter)
275/- 500/-
–
1901-
217
,,
1918 ……
275/-
5001-
–
190/-
9114
Sept.
1918 …….
10115 Sept. 1917
–
480/-
–
190/-
11116
Sept.
1916 ……
130/-
.
165/-
–
1401-9
Juli
1914 ……
1416
.
1
1613
251-
2213
1)
Per zeilsehip.
Graan Petrograd per guarter van 496 li’s. zwaar. Odessa per Unit, Ver.
Staten per guarter aan 480 lbs. zwaar.
Overige
noteertngen
per ton aan 1015 K.G.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
De XV, Nederlandsche Ristelefoon-Madschappli
ROTTERDAM
‘S-GRAVENHAGE
GRONINGEN
Telefoon 3600
Telefoon H 280, 300
Telefoon 1555
levert uit voorraad
TELEFOON-, SCHEL-, ELECTR. KLOK-INSTALLATIES,
etc.,
in huur en koop.
Herstelt en onderhoudt
onder garantie ook alle niet door haar uitgevoerde installaties.
PROSPECTUS GRATIS.
GEBROEDERS CHABOT
ROTTERDAM
KASSIERS en
MAKELAARS in ASSURANTIÈN
Deposito’s. – Rekening-Courant. – Franco Chèque-Rekenin
g
.
Aan- en Verkoop van Wis8els op het Buitenland. -. Aan- en Ver-•
koop van Fondsen. – Bewaarneming en Administratie van Effecten.
Oorlogs-, Transport-, Casco-, Brand-, Diefstal- e. a. verzekeringen
van elken aard.
KONINKLIJKE
HOLLANDSCHE
LLOYD
AMSTERDAM
Geregelde
Passagiers- en Vrachtdienst
met nieuwe, moderne
post-stoomschepen
TUSSCH EN
Intern afionale
“-‘
voor
113ank
–
‘
)
jakelhcn waarborg
to Groninin.
0′
t0LR3 VAN
0710
TOT
DIN
AMSTERDAM
EN
ZUID-AMERIKA
VIA
NEW YORK
INSTITUUT VOOR
ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
WEEKBLAD ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
In de reeks afzonderlijke géschriften
zagen, het licht:
‘Mr. G. VISSERING:
Het vraagstuk van de geldruimte
in Nederland en de Goudpolitiek
van de Nederlancische Bank
Mr. G. J. FA8IUS:’
Het Bankwezen in Nederlandsch
West-Indië
–
VEREENIGDE CHEMISCHE FABRIEKEN
Telefoon: 2053, 2072 en 2073
Hoofdkantoor: Haringvliet No. 100
Telegram-Adres: ,,RODUMA”
ROTTERDAM
KUNSTMESTSTOFFEN
Fabrieken te: KRALINGSCHEVEER, ZWIJNDRECHT en GRONINGEN
Prijs per nummer f1,50
Verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij NIJGH &
VAN DITMARS UITG.-MIJ., Rotteidem
NIJGH & VAN DITMAR’S UIT-GEVERS
–
MAATSCHAPPIJ
WIJNHAVÊN 111-113 – ROTTERDAM
TELEFOON 7841- 7842 – 7843 – 7861
BIJKANTOREN te AMSTERDAM, s-GRAVENHAGE en HAARLEM
Belast zich met het verzorgen van uitgaven en tijdschriften op elk gebied
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
Reeders en Cargadoors
GEBR.VAN UDEN
Bevrachtingsagenten
–
Expediteurs
KOOP en VERKOOP VAN SCHEPEN
ROTTERDAM
–
AMSTERDAM
–
ZAANDAM
Telegram-Adres:
,,VANUDEN”
VAN DEN BERGHS,
UmITED
Margarine-Fabrikanten, Rotterdam
ONTVANG-
EN
BETAALKAS
MAATSCHAPPIJ
NIEUWE DOELENSTRAAT
20-22
AMSTERDAM
voor
Scheeps- eii Werktuigbouw
KAPITAAL EN RESERVEN
f
5.500.000,-
DEPOSITO’S VOOR 1 JAAR FIXE
â
4
PCT.
GELDEN OP DEZEN TERMIJN GESTORT ZIJN NA AFLOOP VAN HET
ROTTERDAM
JAAR ZONDER OPZEGGING BESCHIKBAAR.
NIET OPGEVORDERD ZIJNDE, WORDT DE POST STILZWIJGEND VOOR GELIJKEN TERMIJN VERLENGD.
Kruisers
–
Torpedobooten
DE RENTE
KAN
NAAR VERKIEZING PER KWARTAAL, PER HALF JAAR
Onderzeebooten
OF PER JAAR ONTVANGEN WORDEN.
Mailstoomschepen
Vrachtstoomschepen
HELDRING
&
PIERSON
Baggermateriaal
BANKIERS
Machine-installaties
tot 65000
P.K.
‘s-Gravenhage, Korte Vijverberg, hoek Doelenstraat.
Scheeps-Zoelly-Turbines
KLUISINRICHTING.
Bewaarplaats voor Koffers met waardevollen inhoud en
Machines en apparaten voor
Suikerfabrieken, enz.
EIGEN BRANDKASTEN.
Verzekering tegen alle gevaren aan bewaargeving verbonden.
IW A X
&
Co.’s BANK-
ROTTERDAM
‘s-GRAVENHAGE
MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL 1 12•000000
1
-“-
waarvan geplaatst en volgestort f8.000.000,-
RAAD VAN COMMISSARISSEN:
–
Mr. J. A. LOEFF, Ad,ocaat, Oud-Minister van Justitie, te ‘s-Graveuhage.
A. C. MEES, Directeur der Internationale Crediet- en Handeisvereeniging ,,Rot.terdam”, te Rotterdam.
J. RYPPERDA WIERDSMA, Directeurder 1-lofland-Amerika-Lijn, te Rotterdam.
Mr. A. X. MARX, Subst. Griffier bij de;Rechtbank te Amsterdam.
DIRECTIE:
P. J. VAN OMMEREN, Jhr. D. T. REUCHLIN, S. S. BOSMAN Jr.
UITGIFTE
VIll
2000 Aadeelen
a
f 1000,— ilomillaal
elk
De
ondergeteekenden berichten, dat zij op
DINSDAG 24SEPTEMBER a.s.
van des voormiddags
9 tot
des namiddags
4
uur
INSCHRIJVINGEN
zullen aannemen
op
de voorwaarden, als vermeld
in
het prospectus dato heden.
Statuten, Jaarverslagen, Prospectussen en Inschrijvingsbiljetten zijn
op
aanvrage verkrijgbaar.
Z
MARX
& Co’s
BANK
{
ROTTERDAM
SGRAVENHAGE
17
September
1918.
KERKHOVEN
& Co.,
AMSTERDAM
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
W
.,M
H. MULLER & Co.
REEDERS EN KOOPLIEDEN
HOOFDKANTOOR:
‘s-GRAVENHAGE
HOLLAND
–
AMERIKA
L
GEREGELDE AFVAARTEN TUSSCHEN
ROTTERDAM en NEW YORK, BOSTON, PHILADELPHIA,
BALTIMORE, NEWPORT NEWS, NORFOLK, SAVANNAH,
NEW ORLEANS, CUBA, MEXICO en NEW YORK—JAVA.
Voor inlichtingen wende men zich tot de
HOLLAND-AMERIKA LIJN, WILHELMINAKADE, ROTtERDAM
Scheepvaart- en Steenkolen-Maatschappij – Rotterdam
Filialen: AMSTERDAM – IJMUIDEN – LEEUWARDEN HARLINGEN
ENGELSCHE STEENKOLEN
GEREGELDE LIJNEN VICE-VERSA:
ROTTERDAM – LONDON; ROTTERDAM – HUI.L/GQOLE
;
ROTTERDAM – NEWCASTLE
;
ROTTERDAM—LEITH
UTRECHT _PqSBUS4O
R. S. STOKVIS & ZONEN Ltd – ROTTERDAM
EENIGE FABRIKANTEN
VAN DE UTRECHTSCHÈ
– –
. L
– –
-•
FIJNE TAFELMOSTERD
P. Cbs & Leeffibruggoil
LEIDEN
Opgericht
1
Mei
1766
Tel. Intercomm. 370
Telegr.-Adres: CLOS
Sajetten en Wollen
Garens voor Hand-
en Machinebrejen
Groote voorraden van artikelen op industriëel gebied
De Erven de Wed. J. van Nell
ROTTERDAM
– Tabaks- en Sigarenfabrieken
Koffiebranderij – Theehandel
18 SEPTEMBER 1918
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
Ai1O 1616
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP
BLAAUWHOEDENVEEM
•
VRIESSEVEEM
AMSTERDAM
ROTTERDAM
ANTWERPEN
EXPEDITEURS
—
MAATSCHAPPELIJK
RESERVE-
KAPITAAL:
.’.
.
1
FONDSEN:
r
—
f10.000.000,—
f 1.639.297,151
EXPEDITIE
*
RUBBER
IN-
EN
UITKLARING
ETABLISSEMENT
–
.-.
ASSURANTIE
–
…,
–
–
KINA- ETABLISSEMENT
______
:….
–
_-
i_._-_•-
PAKHUIS EN SILO-GEBOUW ,,ST. Jos”. ROTTERDAM
BEÊEDIGDE WEGERS EN METERS
BËWARING
VAN
KOOPMANSGOEDEREN
TEGEN UITGIFTE
VAN
,,CEDULLEN AAN
TOONDER”
WELKE LEVERBAAR EN BELEENBAAR ZIJN
MODERNE KOEL- EN VRIESINRICHTINGEN
TE AMSTERDAM EN ROTTERDAM VOOR HET OP LAGE
TEMPERATUREN BEWAREN VAN AAN SPOEDIG BEDERF ONDERHEVIGE LEVENSMIDDELEN EN HANDELSWAREN.
CORRESPONDENTEN:
TE LONDEN: BRITISH SLAAUWHOEDENVEEM, LTD., 1 MINCING LANE, E.C.
BIJKANTOOR TE LIVERPOOL.
IN NED. INDIË: ,,HET INDISCHE VEEM” EN :,,DE SCHEEPSAGENTUUR”, BATAV, ENZ.
1
DIRKZWAGER’s SCHEEP.SAGENTUUR
MAASSLUIS EN HOEK VAN HOLLAND
en
het
SIP
Belasten zkh met het rapporteeren
van
schepen
behandelen van schcepszaken op den Nieuwen Waterweg
•I..
,i
__
NIEUWE BERGINGMAATSCHAPPIJ
MAASSLUIS
I
Contracteeren voor het bergen van gezonken schepen
en
ladingen, op de rivieren en buitengaats; belasten zich met
MOTORLOCOMOTIEVEN
het instellen van duikeronderzoek, enz.
enz.
TRANSPORTWAGENS
VOOR
ALLE DOELEINDEN
J E S PA A R N E
–
BAN
K
AANLEG VAN
HAARLEM
FABRIEKSSPOOR
L
Gestort Kapitaal
en Reserves
f1.184.000,-
SPOORWEGMATERIEEL –
REKENING-COURANT, CREDIETEN, INCASSEERINOEN, ASSURANTIEN,
WISSELS, EFFECTEN, COUPONS, PROLONGATIEN, DEPOSITO’S, ENZ.
MAR
)(
1•’
ROTTERDAM. Zuidbiaak
56
&
‘8,GRAVENHAGE, Kneuterdijk
13
KAPITAAL
f
8.000.000,—
VOLGESTORT
Diréctie:
P. J.
VAN
OMMEREN,
Jhr. D. F. REUCHLIN,
S. S.
BOSMAN
JR.
Raad van
Commissarissen:
Mr.
J. A.
LOEFF,
J.
RU PPERDA WIERDSMA. A.
C.
MEES en Mr.
A. J. MARX
NIJGH & VAN DITMAR’S BOEK- EN RANDELSDRUKKERIJ, ROTTERDAM