8 AUGUSTUS
1934
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
–
‘EconornischStâtistische
•
B
éric”ihten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL,NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEÊR
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN
VAN E
UITGAVE VAN HET NEDERLAJ
19E JAARGANG
WOENSDAG 8 A
NEDEi?tANOSCJJ ECONOMISCH INSTITUUT.
Caratoren: Mr. .0.
]
7
isseriiig, Voorzitter; fr. A. Plate,
Onder- Voorzit ter; Mr.K. P. van der Mandcle, Pening-
meester; AIr. P. hofstede dc Groot; Jhr. Mr. L. 11 van
Lennep; L. ii. Mansholt; Mr. R. Maas; E. B. van Walrec;
Ch. J. 1. Al. Walter; C. J. P. Zaalbcrg.
ECONOMI,S’CH-S’J’A.TlS’i’iSCIiE BERiChTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES.
Prof. jhr. D. van Blom; Jhr. Mr. L. 1-1. van Lennep;
Mr. K. P. van der Mwndele; Prof. Dr. N. J. Polak;
Mr. Dr. L. P. ii. Reont; Dr. E. Van Wetderen Baron
Ren qcrs; Jan Schitthuis; Prof. Mr. F. de Vries. –
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Venijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: Dr. 11. Al. H. A. van dr Volk.
Secretariaat: Pieter de Iiooc/i’weg 122,- Rotterdam. Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.
Advertenties
f
0,50 per reget. Ptaatsing bij abonnement
iolqens tarief. Adminis iratw van abonnementen en adver-
tenties.
I
Tijgib
.
& van Ditmar iV. V., Uitgevers, Rotterdam,
Amsterdam, ‘s-Grevenhage. Postchèque- en giro-rekening No.
145192.
A.bonncmentsprijs voor het weekblad franco
p.
p. in
jTcderind
f
20,—. Bmitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse 9vwni,mers 50 cents. Economisch-Statistisch
Kwartaalbericht
f
1.—. Leden en donateurs
ontvangen
het weekblad en het Kwartaalbericht gratis en
een
reductie
op dc verdere publicaties.
Aaigeteckende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatwcp.
INHOUD.
Blz-
DE NIEUW’E VERDEELING VAN
DE WERICLOOSHEIDSLASTEN
doorJ.
Hasper …………………………….714
Verbetering van denWaterweg van Dordrecht naar Zee
door
C.
Vermey…………………………….715
Verhoudingen in de Nederlandschie steaiiindustrie door
W
. T.
Kroese ………………………………717
Coiitingenteering van steenkolen ………………..
719
BU ITENLANDSCHE MEDEWERKING:
De wetgeving inzake de goudclatisule in Poleii door
Prof. Dr. Rschard Kerschagl ………………
720
AANTEEKENINGEN:
De deflatie-politiek in Frankrijk …………..
….
721.
De economische toestand van- Nederlandschi-Indië . –
721
De invloed van cle droogte op de tarweoogsten ….
723
De geografische verdeeling van den invoer van Necler-
landsch-Ïndië …………………………..
723
IDe handelsbetrekkingen tusschen Nederlandsch-Indië
ciiJapan ………………………………
724
De zichtbare suikervoorraden in de wereld ………
724
MAANDCIJFERS:
Indexcijfers van Nederlandscheaandeelen ……….
722
Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank …………
725
STATISTIEKEN
……………………………
725-728
Geidkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten.
E CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART
DSCH ‘ECONOMISCH INSTITUUT
–
tJÔIJSTUS
1934
No. 971
7 AUGUSTUS 1934.
»:
Hoewel men van meening was, -dat de gelcikoerseti
na -cle maaaclswisseling iets ‘terug zouden looperi, zijn
-de prijzen
0
1) -de gel-dmarkt tot nog toe onveranderd
gebleven. Prima Hollan’clsche bankacceiyten -doen nog
teeds 3 pOt. Cali blijft op pOt. aangeboden. Pro-
1’gatie onveranderd 1 pOt. Schatkistpapier noteert
een fractie lager: voor Sep’temberpapier %l pCt., Oc-
tober % -pOt., November
%—”jnu
pOt., December
“
,/io
pOt., Januari 78, jaars 1i’ pOt., 2%1 jaars 2V8
pOt., 3 jaars 2′[i6 pOt. en,5 jaars
2%.
pOt.
* *
•
*
Van de wisselmarkt valt maat- weinig te ‘melden.
Pon’den liepen van 7.45 op 7.44 terug, terwijl Dollars
van 1.48 op 1.47%i kwamen. De
£A$
koers, die de ge-
1 ccle week op ca. 5.033′ is vastgehouden, is gisteren,
ondat -de contrôle wegens ‘de ‘bank-hou-day niet kon
worden uitgeoefend, op 5.04’%l gekomen. Marken zijn
nog steeds -hoogst onzeker; aanvankelijk verbeterden
zij van 57.15 tot 57.45, doch -gisteren sloten zij weder
op .57.17%I.
ik Er zijn in Duitschland weder nieuwe voorschriften –
uitgevaardigd, op grond waarvan het thans niet meer
mogelijk is Marken:hedra-gen naar het buitenland ‘te
ibmitteeren, welke bedragen tot nu toe op grond van
eds verstrekte ,,Genehmi’gu:ngen” voor betaling van
goederen -of voor andere doeleinden, vrij konden wor-
-den overgemaakt.
Dergelijke bedragen worden thans voorioopi’g op een
z.g. •,,Hinterleguugskonto” ‘geboekt, op rekening, waar-
van men -dan -deviezen ‘zal remitteeren, al naar gelang –
deze beschikbaar zijn. Dat deze nieuwe hepalingert
onze exporteurs en -de beian-ghebhen-den ‘bi,j de Rijrt-
vaart in ernstige ongerustheid ‘hebben ‘gebracht, be-
hoeft vel niet te worden vermeld. Fransohe Francs
‘bleven rond ‘de 9.74% schommelen. Bel-ga’s ca. 34.70.
–
Van
‘cle -overige koersen valt niets bijzonders te ver-
nel’den.
De prijzen
OJ)
de termijnmarkt’ veranderden niet.
0
0p de ‘goudmarkt ‘ging niet veel om. De prijs voor
bhren b1eef-hoog: ca.
f
1.652%-.
Er was gisteren
weder een ‘groot kooper in de markt, terwijl de markt
in Londen -gesloten was. Dollars gezocht
2.48%,
So-
vereigns 12.10, ‘gouden tientjes 10.11. De laatste tijden
worden ook wel postjes gouden Marken verhandeld op
en prijs van ca. 60
(f
12 per 20 Mark). Marken
hankpapier aangeboden
0
1) 55.25.
714
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
8 Augustus 1934
DE NIEUWE VERDEELING VAN DE
WERKLOOSHEIDSLASTEN.
De Regeering heeft de gemeentebesturen in kennis
gesteld met het voornemen om een werkloosheids-
subsidieforuls in het leven te roepen, waaruit alle
gemeenten, die een bepaald minimum aan werkloo-
zensteun betalen, eene bedrage in de te haren laste
komende uitgaven zullen ontvangen.
De
ontvangsten
van dat fonds zullen bestaan uit
de
f
46.000.000.—, die het Rijk thans zelf onder de
gemeenten verdeelt, alsmede ongeveer 25 pOt. van
de opbrengst van ‘de voornaamste gemeentelijke he-
lastingen in 1935.
De
uitgaven
zullen kunnen worden onderscheiden
in:
a.
de gewone bijdragen aan de gemeenten, die
steunuitkeeringen moeten doen,
b.
de bijzondere bij-
dragen aan cle gemeenten, •die in 1934 een door dc
Regeering erkend tekort op de hegrooting hebben
gehad,
c.
•de extra-bijdragen aan de gemeenten, die in 1935 nog een tekort op den gewonen dienst zou-
den hebben.
Voor de vaststelling van ‘de normale fondsbijdra’ge
wordt eerst uitgerekend, hoeveel de opbrengst van
de voornaamste be1ast.ngen over 1932/1933 zou heb-
ben bedragen, indien zij tot het maximum zouden
zijn geheven (dit is •cle z.g. belastingcapaciteit); daar-
na wordt nagegaan hoeveel werkloozensteun in 1935
zal worden uitgekeerd; tenslotte kan ‘dan door ge-
bruikmaking van een tabel, berekend voor 900 ge-
vallen, worden vastgesteld, welke bijdrage uit het
fonds zal worden ontvangen.
De berekening is zoo gemaakt, dat gemeenten met
dezelfde belastingcapaciteit in 1932/1933, die in 1935
voor een bijdrage in aanmerking komen, ongeacht de
steunuitgaven, ongeveer dezelfde lasten zullen dra-
gen.
Het is zelfs sterker: alle gemeenten zullen in
maximum ongeveer hetzelfde percentage van hare be-
lastingcapaciteit aan verkloozensteun besteden. Som-
mige gemeenten kunnen misschien met minder toe,
doch in maximum zal niet meer dan 15i’I pOt. van
•de helastingcapaciteit voor rekening van de gemeen-
ten blijven. Wat meer aan steun wordt uitbetaald
wordt door het nieuwe fonds vergoed.
* *
*
Men zal nu geneigd zijn te meenen, dat de begroo-
bing van iedere gemeente zal kunnen sluiten. Maar
dat is een illusie. Daarom wil de Regeeri.ng bepalen,
dat, wanneer de hegrootingen toch nôg niet in even-
rjcht kunnen worden gebracht, een bijzondere hij-
drage kan worden verleend, die tezamen met de
normale uitkeering, in totaal in maximum kan he-
loopen 99 pOt. van de werkloozenuitgaven. Als dat
niet helpt, zou men meenen, •dan helpt niets.
Het helpt wel, maar niet voldoende en soms in de
verkeerde richting. Want tegelijk met het uitscha-
kelen van de verschillen van de werkloozenuitgaven
worden automatisch nieuwe verschillen ingeschakeld.
Want het Rijk neemt wel hetzelfde deel van de helas-
tingcapaciteit af, zij het ook ten behoeve van het
fonds; dit heeft eohter voor de begronting van cciie
gemeente, die .haar beiastingcapacite.it ten volle moest
benutten, reëele ‘heteekenis, terwijl de begrooting van
een gemeente met lage belastingen niet onherstelbaar
wordt ontwricht.
Dit kan worden
verduidelijkt
met enkele voorbeel-
‘den, die •betrekking hebben op een mi’ddelgroote ge-
meente. Deze voorbeelden zijn mm. voor andere ge-
meenten eveneens geldig, omdat hij •de berekening
van hetgeen ten laste van de gemeente blijft, gewerkt
wordt met percentages van de belastingcapaciteit. In
onderstaande gevallen wordt steeds dezelfde helas-
tFngcapaciteit aangenomen.
Geval A. Oude toestand
helastingcapaciteit ………………..
f
8.000.000
hiervan wordt voor 100 pOt. gebruik ge-
maakt …………………………,, 8.000.000
werkloozensteun …………….. . …. ,, 8.000.000
genoten wordt een Rijksbijdrage’) van . .,, 4.000.000
zoodat de gemeente betaalt …………
,f
4.000.000
waarvan 1 mil’lioen direct wordt gevonden en
millioen wordt uitgestooten.
Nieuwe toestand.
Van de helastingcapaciteit komt 25 pOt. of
f
2.000.000 ten bate van het fonds en 75 pCt. of
.f
6.000.000 ten bate van de gemeente. De belasting-
druk voor de ingezetenen blijft dus gelijk, doch de
gemeente ontvangt
f
2.000.000 minder.
Aan werkloozensteun wordt uitbetaald
. . f
8.000.000
Hierin zal het fonds een bijdrage geven van,, 6.760.000
zoodat ten laste va.n •de gemeente blijft .
f
1.240.000
waarvan (zie hoven)
f
1 millioen direct zou kunnen
worden gevonden en
f
240.000 uitgestooten. Zij ont-
vangt aan belastingen echter f 2.000.000 minder, zoo-
dat het nieuwe tekort bedraagt
f
2.240.000. Deze ge-
meente zal nu kunnen verzoeken om een extra-bijdrage
tot een maximum van 99 pOt. van de werkloozenuit-
gaven. Wordt dat verzoek toegestaan, ‘dan wordt de
uitkeering verhoogd met
f
1.160.000, welk bedrag in
mindering komt ‘an het tekort ad
f
2.240.000, zoo-
dat er toch nog een tekort van
f
1.080.000 zal zijn.
Dit is nog veel te gunstig voorgesteld. Want hier
is voor den nieuwen toestand nog aangenomen, dat
cle helastin.gcapaciteit in 1935dezelfde is als in 1932/
1933, hetgeen in een gemeente met zulk een werk-loosheid wel niet het geval zal zijn. Voorts is geen
rekening gehou’den met een vermindering van de uit-
keering uit ‘het gemeentefonds; noch met an’dere
tegenvallers. Bezuinigingen zullen wel niet veel meer
kunnen worden aangebracht, omdat de gemeente al
een uitgestooten bedrag had, hetwelk ‘door Ged. Sta-
ten en de departementen reeds is onderzocht.
Geval B. Oude toestan’d.
De helastingcapaciteit van
f
8.000.000 wordt weer
ten volle benut.
De werkloozensteun bedraagt ………..
f
4.000.000
genoten wordt een Rijksbijdrage van ….,, 1.500.000
zooclat voor rekening van cle gemeente blijft f2.500.000
welk bedrag uit de gewone middelen wordt gevon’den.
Nieuwe toestan’d.
Evenals in geval A ontvangt de gemeente
f
2 mil-
lioen minder.
De werk1oozensteui bedraagt ……….. f 4.000.000
1-lierin zal het fonds een bijdrage geven van,, 2.776.000
zooclat ten laste van •de gemeente blijft . . f 1.224.000
of
f
1.276.000 minder dan onder den ouden toestand.
Echter zijn de middelen [2.000.000 lager, zoodat
er thans een tekort ontstaat van f
724.000.
Deze ge-
meente, die een sluitende hegrooting had, is er dus
slechter
aan t’oe. Nu zal ook deze gemeente om de
extra-bijdrage moeten vragen. Deze behoeft niet ten
volle tot 99 pCt. van den werkloozensteun te worden
verleend, of misschien ook wel, wanneer b.v. ‘de helas-
tingcapaciteit is verminderd. Bovendien betreft het
hier een gemeente met topbelastingen, clie ‘dus reeds
veel zal ‘hebben bezuinigd, en wier budget nog zal
worden gedrukt ‘door de verminderde uitkeering uit
het gemeentefonds.
Geval C. Oude toestand.
Deze gemeente heeft een helastingcapaciteit, even-
eens van f 8.000.000, welke slechts voor 50 pOt.
wordt benut. Ontvangen wordt ‘dus
f
4.000.000.
‘) I)e Rijksbijdrage wordt gegeven in de z.g. crisiswerk-
loosheidslasten; de fondsuitkeering verleent een bijdrage
in
de werkloosheidsiasten, zonder onderscheid tusschen
crisis- en gewone werkloosheid.
8
Augustus 1934
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
715
Aan werkloozensteun wordt uitbetaald
. . f 2.000.000
genoten wordt een Rijksbijdrage van ….
500.000
zoodat de gemeente in den gewonen dienst
vindt …………………………
f 1.500.000
Nieuwe toestand.
Van de belastingcapaciteit, gesteld op
f
8 millioeu,
maakt ‘het fonds gebruik voor
25
pOt. of
f 2.000.000,
de gemeente voor
50
pCt. of
f 4.000.000.
De ‘belas-
tingdruk wordt dus wel ‘verzwaard, doch de gemeente
ontvangt hetzelfde bedrag.
Aan werkloozensteun wordt uitbetaald
. . f2.000.000
1-her zal het fonds een bijdrage geven van800.000
zoodat ten laste van •de gemeente blijft
. . f 1.200.000
of
f 300.000
minder dan eerst, zoodat de belasting
niet
3.75
pCt. van de capaciteit kan worden verlaagd,
tenzij de tegenwerkende factoren, welke hierboven
werden ‘genoemd, dit beletten. Vermoedelijk zal deze
gemeente nog kunnen bezuinigen, omdat de helasti:n-
gen nog niet tot ‘het maximum waren opgevoerd. Al-
leen in een ‘dergelijke gemeente zal het bestuur nog
geheel zelfstandig kunnen worden gevoerd. Onder
het centrale toezicht komt zij nog niet.
Zooals reeds werd opgemerkt zijn (leze voorbeelden
nog te gunstig ‘gekozen.
Want
niet alleen is de he-
lastingcapaciteit verminderd en zal cle fondsuitkee-
ring dalen, maar ook zullen geen reserves meer kun-
nen worden aangewend om den gewonen dienst te
doen sluiten. ‘Voorts zuilen gemeenten met een uit-
gestoote.n bedrag in
1934
slechts een
percentage
van
het
1110
deel van de
door het Rijk erkende
som in
1935
vergoed krijgen niet van ‘het Rijk, maar uit het
nieuwe fonds. De rest van dat 1/10 deel zullen zij
moeten ‘nemen op de begrooting van den gewouen.
‘dienst
1935,
waardoor
1
het nieuwe uit te stooten be-
drag zal worden vergroot. Het niet ‘door het Rijk
erkende uitgestooten bedrag zal ‘dan als het na’deelige
saldo van ‘den ‘dienst
1934
naar de be’grooting van
1936
moeten worden overgebracht. Dat is de ‘door de Regeering hij ‘de wet op ‘cle noodlijdende gemeenten
in uitzicht ‘gestelde oplossing, waardoor ,,in den nood
der gemeenten in belangrijke mate zou worden voor-
zien”! De op Regee.ringsvoorschrift afgesloten crisis-
dienst word t heropend, omdat niet tijdig maatregelen
tot financiering van de werklooshei’dsuitgaveti wer-
den getroffen.
Dc ‘bovenstaande voorbeelden toonen aan, dat wel
zal worden bereikt, dat cle gemeenten procentueel dezelfde lasten zullen te ‘dragen krijgen en dat ge-
ineenten, ‘d’ie eenige honderden percenten van de
helastingcapaciteit aan steun betaalden, er verhou-dingsgewijze het best aan toe zullen zijn, maar ‘dat
daar tegenover staat, dat de wijziging in de bevoegd-
heid tot heffing van belastingen alle schoonheid aan het ontwerp ontueemt. Een gemeente, ‘die ‘de helas-tinge.n hoog heeft ‘moeten opvoeren en nog net een
sluitende hegrooting had, zal een tekort krijgen, het-
welk eerst kan worden weggewerkt, indien een hooge.
re
bijdrage van het fonds wordt genoten. Hierop be-
staat pas uitzicht, wanneer ‘die gemeente ‘bij ‘het he-
zuinigingsexamen ‘van ‘de Regeering een voldoende
krijgt. Welken weg zij ‘daarvoor moet gaan, is lang-
zamerhaiid alom in den lande bekend.
Het niet onderscheiden tusshen draagkracht en
cl.raagvermogen en het ontkennen van ‘de aanspraken,
van ‘de gemeenten op een ‘deel van de nieuwe Rijks-
heffingen, waarover om. handelde mijn artikel in
E.-S. B. van
13
December
1933,
No.
937,
geeft aan.
‘dit ontwerp de strekking, ‘dat .het aantal noodlijdende
gemeenten aanzienlijk zal worden uitgebreid en ‘dat
in zeer vele gevallen zelfs het centrale, nivelleerende
toezicht niet bij machte zal zijn de têkôrten te over-
bruggen.
Moeten de gemeenten, als onderdeelen van den
staat, op bepaalde punten tot mindere uitgaven
komén, moeten zij een bepaalde verzorging staken,
dan is e.r toch een Koninklijker weg dan ‘die van de
geforceerde noodlij.dendhei’cI. ‘Evenals de Regeering de
moeilijkheden, verbonden aan de financiering van de
uit’gestooten bedragen van
1934
‘heeft onderschat, zoo worden de
mogelijkheden
thans overschat. Dit wets-
ontwerp toont ‘dat ten duideljkste aan.
• Een andere regeling is noodzakelijk, volgens welke
aan ‘de gemeenten, die wregens ‘de ‘beperkin’g van, het
belastinggehied reëel worden getroffen, in ieder geval een vergoeding ontvangen ten ‘heloope van het te der-
ven ‘bedrag. Die gemeenten zitten .dan toch reeds t.a.v.
de middelen aan ‘het plafond en t.a.v. het gemeente-
lijke leven’ aan den gron’d. Het afnemen van belastin-
gen zal blijken van ‘grootere heteekenis te zijn ‘dan
men zich tha’ns kan voorstellen.
Maar liet leger van werkloozen kan op deze wijze
niet worden onderhouden. Zelfs al zou men het plaat-
selijk ‘bestuur ‘dooclen en zelf alles centraal willen
regelen – en in die richting ‘gaat het thans – dan
is men er nog niet. Indien de toestand zoo is, ‘dat
slechts een deel van de Nederlanders kan werken,
dan zal ‘dat ‘deel voor een minimum bestaan van ‘het
andere ‘deel moeten zorgen. Het gaat hier om men-
schen. Moeten ‘dus de belastingen worde.n verhoogd
en zal daartoe gebruik worden gemaakt van nog niet
benutte helastingcapaciteit, dan ware de regeling zoo
te treffen, ‘dat niet aan het normale bestuur van de
gemeenten een einde wordt gemaakt.
De Minister heeft no’g een liehtpu’nt aangewezen,
ni. de uitvoering van het
f 60.000.000
plan. Hoe vaak
is ‘hiermede al geen hulp beloofd? En zal clie uitvoe-
ring tot verbetering van ‘de ibudgetaire positie kun-
nen leiden? Het plan •heteekent ‘momenteel
werk-
vermindering,
omdat bv. werken, die anders well’iûht
in werkverschaffing zouden zijn uitgevoerd, nu heele-
niaal zijn blijven liggen. En voor ‘cle toekomst zul-
len de uitgaven van het werkfonds voor werken, die voor de gemeenten van belang zijn, ten laste van de
gemeenten moeten komen. Er zal op worden gelet,
‘dat zij zoo spoedig mogelijk met cle ‘betaling van rente
en aflossing zullen beginnen.
Het
werkfoncLs
van f 60.000.000
zal zijn financiëele
verplichtingen dus zooveel mogelijk op ‘de gemeenten
afwentelen, die er ‘nu slechter aan toe zijn ‘dan hij uit-voering van werken in werkverschaffing; ‘het
gemeen-
tefonds
zal zijn uitkeeringen verminderen, ten deele
omdat het Rijk zich ‘daarvan goeddeels los maakt, en
liet
werlcloosheidssubsidiefonds,
waarin het Rijk ‘de
totaal onvoldoende bijdrage van
f 40.000.000
stort,
zal aan vele gemeenten het normale bestuur ont-
nemen.
‘i Worden in het wetsontwerp geen ingrijpende wij-
zigingen aangebracht, dan zal de Regeerin’g, evenals
thans ten aanzien van de uitgestooten bedragen moe-
ten erkennen: wij ‘hebben ons vergist, want ‘de lang
verbe’ide uitkomst in ‘dcii genieentelijken nood heeft
cle wet niet gebracht. J. Hspaa.
VERBETERING VAN DEN WATERWEG VAN
DORDRECHT NAAR ZEE.
Enkele weken geleden pu’bl’iceerden de ‘dagbladen
het bericht, dat het College van Burgemeester en
Wethouders van Dordrecht, dat sinds ‘geru’imen tijd
bij de Regeering heeft geijverd vôor een verdere ver-
dieping van ‘den waterweg naar zee, van ‘den Minis-ter van ‘Waterstaat de mededeeling ‘heeft ontvangen,
dat hij bereid is ,,te bevorderen dat de verdieping
van den waterweg tot
9.50
M. onder gewoon hoog
water, ten laste van het Werkfon’d’s
1934
wordt ter
hand genomen”. Aan deze bereidverklaring van ‘den
Minister is de voorwaarde verbonden, dat de Ge-
meente Dordreht in de kosten van het werk, welke
op
f 350.000
worden geraamd,
30
pCt. bijdraagt. Hoe-
el ‘deze voorwaarde, vooral in ‘cle tegenwoord’i’ge om-
standi’ghe’den, wel hezwarend is, meenen B. & W.
toch, ‘dat ‘de in het ‘belang der Gemeente als zeehaven
716
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
8 Augustus 1934
te verkrijgen verbetering, dit offer waard moet zijn. Onwillekeurig wrijft men zich even de oogen uit, wanneer uien deze stelling van het Dagelijksch Be-
stuur der Gemeente Dordrecht leest en indien men zich rekenschap geeft van de feiten. Is het College
van B. & W. in de Merwestad zoozeer vreemdeling
in Jeruzalem, dat men onbekend is met de omstan-
digheid, .dat zelfs in Neêrland’s eerste havenstad het
aantal schepen dat ,,aan de grens komt” – wat diep-
gang aangaat – uitermate ‘gering is en in verhou-
‘ding tot het totaal een absoluut te verwaarloozen
percentage vormt? Heeft men de moeite genomen,
vooraleer men de wel heel boute stelling poneerde
,,dat de in het belang der gemeente als zeehaven te
verkrijgen verbetering een offer van ruim
f 100.000
waard moest zijn”, zich op de hoogte te stellen van de juiste cijfers, zoowel wat Dordrecht zelf betreft,
•dat niet zijn ,,zeehaven”-aspiraties blijkbaar Rotter-
dam naar de kroon wil steken, daarin onhegrijpelij-
kerwijze ‘gesteun’d door de Landsregeering, als wat
Rotterdam aangaat? Of laat men zich door plaatse-
lijk chauvinisme wellicht z66 zeer verleiden, dat men
•denkt een ‘groot aantal zéér diepgaande schepen –
zelfs voor Rotterdam iets onbeken’ds – naar Dord-
recht te kunnen ,,lokken”, indien de waterweg naar
zee, waarin reeds millioenen zijn gestoken, nog ver-
‘der verbetert? Beseft men waarlijk niet of – wel-
licht is ‘deze veronderstelling dichter ‘hij de waarheid
wil men niet ‘beseffen, dat hier gelden dreigen te
worden verspild in een even zin- als nutteloozen
strij’d om des keizers baard? Heeft de Minister, voor-
aleer hij zich bereid verklaarde de totstandkoming
dezer ,,verheterin’g” te bevorderen, de Rotterdamsche
autoriteiten die, wat havenkwesties aangaat, gevoe-
gelijk geacht kunnen worden op
rijper
ervaring te
bogen dan Dordrecht’s baby, ‘gevraagd welke erva-
ring zij over een reeks van jaren 66k normale,
dus v66r-crisisjarea – hebben opgedaan met schepen
van grooten diepgang?
Waarschijnlijk lijkt ‘dit niet, eenerzijds omdat als-
dan – en zulks op goede gronden – de bereidver-
klaring van ‘den Minister wel achterwege ware ge-
bleven, andèrzijds omdat de elkander opvolgende
Ministers van Waterstaat zich nimmer bijzonder aan
het lot der Rotterdamsche haven gelegen lieten lig-
gen en er zelfs, ‘getui’ge de ,,zeehaven” Dordrecht,
geen been in hebben gezien Neêrland’s eerste ‘haven
een dolkstoot in den rug te geven – ‘de lezer houde
ons deze beeldspraak ten goede – door met rijksgel-
den het tot standkomen te bevorderen eener volmaakt
onlevcnsvabare haven, ‘die zich slechts door het af-
tappen van Rotter.damsch verkeer een uiterst scha-
mcl bestaan kan verzekeren. Hierop komen wij trou-
wens nog terug. heeft ‘de Minister, zoo zouden wij
voorts willen vragen, het Dagelijksch Bestuur ‘der
Gemeente Dordrecht •verzocht hem cle gevallen te
noémen, waarin sedert dc ,,opening” van Dordrecht-zeehaven, schepen wegens te grooten diepgang naar
elders ‘gedirigeerd moesten worden? Het zou onge-
twijfel’cl interessant èn leerzaam zijn hieromtrent ge-
detailleerde, concrete gegevens te vernemen. Slechts
indien Dordrecht inderdaad schepen – en dan na-
tuurlijk in zoodani.g getal, dat een verdere uitgave
va:n
f 350.000
‘hierdoor alleen reeds gemotiveerd zou
zijn – ‘heeft moeten ,,weigeren” en indien voorts uit
de jarenlange ondervin’ding van Rotterdam onom-
stootelijk blijkt, dat het aantal schepen niet zeer groo-
ten diepgang niet onbelangrijk is, zou los van andere
overwegingen het standpunt van den Minister e.q.
van Dordrecht’s Gemeentebestuur begrijpelijk
zijn
en
een schijn van rechtvaardiging krijgen. Durft men
een ‘dergelijk onderzoek aan? Of wil men paraat zijn
voor een toekomstige ontwikkeling, waaromtrent
overigens, afgaande op de ervaring van het verleden èn heden, optimisme in het geheel niet gewettigd is?
Wellicht zullen belanghebbenden stellen: ziedaar een Rotterdanimer, die de zon niet in het water van
onze onvolprezen ,,zeehaven” kan zien schijnen! Een
onjuiste stelling, want indien inderdaad de voor-
îaarden aanwezig waren, die deze ,,verbetering” tot
een waarlijk nationaal belang zouden stempelen of,
om de zaak waarom het in eerste instantie ‘gaat, nog
scherper en enger omlijn.d te formuleeren, die het
waarschijnlijk maken, dat voortaan een ‘grooter aantal
schepen met grooten diepgang de Dordrechtsche zee-
haven zullen aanloopen, zouden wij de eersten zijn om het nut van een dergelijken maatregel te erken-
nen en de bereidwilligheid van den Minister toe te
juichen. Indien echter het aantal dergelijke schepen,
zelfs in een werel’dhaven als Rotterdam, normaliter
reeds uitermate ‘gering is, aarzelen wij niet den ge-
projecteerden maatregel te vergelijken met een ijdele
– èn afkaurenswaardi’ge – pogin’g ,,to flog a dead
horse”. Een uitdrukking, ‘clie trouwens evenzeer toe-
passelijk is op alle pogingen, welke geschied zijn en
nog gedaan worden
om cle icloic terug te zetten
‘door
Dordrecht als zeehaven tot nieuwen ‘bloei te brengen.
De klok terug te zetten! Inderdaad, want het getij
is vodr Dordrecht reeds lang èn voorgoed verloopen.
Rotterdam’s haven – een nationaal belang, al is dit
in Regeerin’gskringen in Den Haa’g nog niet door-
gedrongen – heeft zich een blijvende plaats ver-
overcl in de trits ‘der ‘drie groote nahuri’ge havens en
ieder pogen om Dordrecht tot nieuw leven als ‘haven-
stad te brengen is 6. priori tot mislukking veroor-
deeld. Dordrecht, ‘dat geen eigen groote industrieën
heeft, die alleen reeds de behoefte aan een haven
‘doen gevoelen, Dordrecht, dat is aangewezen op een-
zelfde achterland als Rotterdam, is voor laatstgenoein-
de haven hoo’gstens een lastig concurrentje, maar zal
op ‘deze gronden nimmer tot ‘gezonde ontwikkeling en
bloei kunnen komen!
En nochtans hebben Regeering en Gemeente in
onbegrijpelij ke kortzichtigheid en met royaal gebaar
ettelijke millioenen in deze hachelijke onderneming
geïnvesteerd.
Eet graven van ‘de Dor•drechtsche ,,zeehaven” kost-
‘te omstreeks
1910
aan deze Gemeente ongeveer een
millioen; de outillage kostte
f 2.300.000.
In ‘de kos-
ten voor ‘de verbetering van •de Oude Maas droeg
Dordrecht tot het najaar van
1926
rond een millioen
hij. Over gegevens in de periode na
1926
beschilcken
wij niet.
Moest Rotterdam met .ingang van
25
November
1919
in ‘de kosten van verdere uidiepin’g van den
Nieuwen Waterre.g
Y
3
tot een inaxirnuni van
f 1%
millioen bijdragen – waarvan particulieren weer
voor hunne relcening namen – van Dordrecht
werd voor cle uitdieping van zijn waterweg naar zee
tot 81; ‘meter onder ‘hoog water slechts 10 pOt. als
bijdrage gevraagd. Wonderlijice en onverklaarbare
houding der Rogeering tegenover Rotterdam, welks
haven normaliter toch een nationaal belang èn ivel-
vaa rtsfactor van dc eerste grootte vertegenwoordigt!
En hoe heef t zich nu de Dordtsche zeehaven ont-
wikkeld? Eet volgend, aan de jaarverslagen ‘der
Kamer van Koophandel voor Dordrecht ontleend ver-
gelijkend overzicht is, zelfs indien men met •de door
de crisis ‘geschapen ongunstige toestanden rekening
houdt, weinig opwekkend:
Aantal binnengekomen Schepen i3ruto
1
nhoucl SP’.
1930
205
015.868
1931
422
‘
892.439
1932
340
.
905.550
1933
347
695.186
N.V. tot exploitatie der haveni nrichtingen
Aantal behandelde 0 daden en/of Totaal
zeeschepen
gelost
verwerkt
1930 ………….132
77.879
318.885
1931 ………….270
165.909
51.9.653
1932 ………….1.80
98.541
411.700
1933 ………….195
149.960
404.600
En dan te bedenken, dat deze schamele cijfers –
haalt Rotterdam zelfs in crisistijd niet reeds in ‘het
8
Augustus 1934
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
717
na;jaar zijn 10.000 schepen – ten koste van miilioe-
nen geïnvesteerd kapitaal zijn verkregen en dat het
grootst mogelijke percentage der Dordrechtsche
,,winst” een even groot ,,verlies” voor Rotterdam 1e-
teeken t!
Wonderlijke versn ipperi1g van krachten!
Wonder-
lijk beleid, dat deze versnippering niet alleen mogelijk
maakte, maar zelfs in cle ‘hand heeft gewerkt en zulks
nog doet.
Maar is het dan geen loffelijk initiatief en geluk-
kig gevolg van het instellen van het Werkfoncls 1934?
Er komt toch werk aan den winkel voor de talrijke werkloozen! Is er dus niet veeleer reden tot erken-
telijkheid jegens de betreffende sub-commissie? Wel-
licht word t nog nader medeged eeld,
hoev eel
werkloo-
zen ‘door ‘dit project aan het werk kunnen gaan, maar
indien wij ‘hun aantal op circa vijftig stellen, zullen
wij wel ii iet heel.v er van ‘de waarheid zijn.
G. VERMEY.
VERHOUDINGEN IN DE NEDERLANDSCHE
STEENINDUSTRIE.
Reeds geruirnen tijd zijn de berichten uit de steen-
industrie in minèur gestemd. Uiterlijke kenteekenen
van heerschende spanningen zullen ook aan buiten-
staanders niet onopgemerkt ‘zijn ‘gebleven. ‘Wij noemen
slechts •de geruchtmakende quaestie van het Extra-
Rood-Contract met zijn in Nederland weinig gebrui-
kelij k strijdmiddel der Arbei tersperre.
Zooals overigens in menigen ‘bedrijfstak is men
thans tot cle conclusie gekomen, •dat ,,saneering” in
dezen het eenige redmiddel is. Dat deze meening na-
genoeg algemeen ingang blijkt te vinden, moge een
‘bewijs zijn voor de uiterst benarde positie, waarin
deze nijverheid nich bevindt.
Met de wetenschap, •dat een drastische reorganisa-
tie een alge’heele wijziging voor ‘de naaste toekomst
in het leven kan roepen, zullen wij een poging wagen
om een blik te werpen op den afgelegden weg. ‘Wel-
licht zal h’et ons gelukken uit deze ruwe schets van
het verleden eeni’ge oorzaken op te sporen, welke
verantwoordelijk zijn voor de ‘huidige vanverhou-
dingen.
Het begrip ,,Steenindustrie”, zooals ‘het onder een
eeni.gszins tè algemeene henwming in Nederland bur-
gerrecht ,heeft verkregen, omvat ‘de f.ahricage van
baksteen uit klei of leem. De eigenschappen van de
gron’dstof, gepaard aan een bijzon’dere regeling van het hakproces brengen in ‘dit product ‘de kwaliteits-
verschillen, welke leiden tot de scheiding in twee
groote groepen: de metselsteen en ‘de straatklinker.
Deze laatste verkrjgt de vereischte eigenschappen
van •duurzaamhei’d door een opvoeren van de tem-
peratuur (tot ca. 1100° 0.), terwijl de metselsteen, uiteenvallende in ‘de onderverdeeling van buiten-muur- (,,hard”) en binnenmuur-steen (,,iacht”), in
mindere mate aan ‘de hitte van het vuur wordt bloot-
gesteld.
Oorspronkelijk vond het stookproces plaats in ovens
van primitieven bouw, de z.’g. Vel’dovens. Met dit
productie-apparaat werd in ‘de geheele ‘binnenland-
sche ‘behoefte, zoowel aan straat- als metselsteen, voor-
zien. De gebrekkige constructie, welke groote nadee-
len opleverde, leidde echter tot een ernsti’g streven
naar perfectioneering, ‘ hetgeen ‘de toepassing van
andere oventypen ‘to’t resultaat had. Als voornaamste
dienen hier genoemd te worden: de Ringoven met den
daaraan verwante:n
Z
i.gza’goven (omstreeks 1908 van ‘meer algemeene ‘bekendheid) én ‘de Vlam’oven, welke
in 1914 zijn intrede ‘deed.
Behalve ‘de zbozeer ‘gewenschte verbeteringen in
het hakproces brachten deze ovens een volkomen wij-
ziging in het betrekkelijk eenvoudige aspect, dat de
‘Tel.dovennij.verhei.d voordien bood. Immers, was de
productie van straat- en metselsteen aanvankelijk in
één hand vèreen,igd, ‘door den geschetsten ombouw
ontston’d een differentiatie in het product, hetwelk
tot een toegespitste specialisatie leidde. De hieronder
weergegeven ‘gemiddelde resultatencijfers van het bak-
çroces in de verschillende ovens vormen ‘de beste ver-du ideljki og van dit verschijnsel.
Straatsteen Metselsteen waarvan ,,zach t”
Veldoven..,,..
ct. 35
pOt. ca
.
65
pCt.
25 i 30
pCt.
Ringoven
…..,.5,,
,, 95 .,,
10,, 15
Vlamoven ……
85 «
15
–
Indien men dus het stoken een normaal verloop
laat nemen, krijgt men uit ‘den Ringoven het groot-
re percentage harde metselsteen; de Vlamoven daar-
‘en tegen eigeiit zich meer voor de productie van het
materiaal voor wegbedekking.
Ofschoon het wei n i’g gecom
Pl
i ceerde routi ngschema
van ‘de fabricage van straat- en metselsteen betrek-
kelijk geringe verschillen toont, maakt het onder-
schei’d in afzetgebied het wenschelijk, dat wij de out-
tane specialisatie ook bij de verdere behandeling van
di’t onderwerp volgen. Zoo zullen wij achtereenvol-
‘gens een inzicht trachten te verkrijgen in de ontwik-
keling van ‘de metseisteenindustrie, om in een vol-
gend artikel ‘de straatsteenbranche te ‘behandelen.
De Met.selsteenindustrie.
De metselsteenfabri eken zijn over ‘geheel Neder-
land versprei’d. In ‘de onmiddellijke nabijheid van de
‘gron’dstofvindpl.aatsen geconcentreerd, vormen zij
‘verschillende groepen, welke van ou’dsher een gewes-
telijk karakter hebben. De aldus natuurlijk gegroei’de ‘districten laten een door de navolgende cijfers gelca-
rakteriseerd ‘beeld van ontwikkeling zien:
1)
1913
1920
1927
1934
Groningen . .
75.000.000 90.000.000 100.000.000 126.000.000
Friesland . .
34.000.000 26.000.000 25.000.000 14.000.000
Twente ‘Ach-
terhoek.
..
. 49.000.000 50.000.000 80.000.000 106.000.000
(Ir. Rivieren
699.000.000 775.000.000 825.000.000 865.000.000
Verspr. fabr.
109.000.000 00.000.000 80.000.000 70.000.000
(o.a.OudeRijn
en Holl.IJssel)
Brabant …
. 164.000.000 150.000.000
–
‘ 210.000.000
Limburg.
..
. 83.000.000 100.000.000
–
240.000.000
1-loewel deze
getallen
geen aanspraak mogen maken
op een volkomen exacte weergave van ‘de werkelijk
bestaande capaciteit, leeren zij ons onder meer de
belangrijke positie van ‘het district ‘der groote rivie-
,ren – hieronder te verstaan Rijn, ‘Waal en G’eldersche
Ijssel. Verder werpen deze schattingen een licht op den gelei’delijken groei van het ‘geheele productie-
apparaat. Aannemende, dat de ontwikkeling in Lim-
burg en Brabant omstreeks 1927 ge’lijken tred hield
met die van het geheele land, komen vij tot een
totaalcapaciteit van:
1.213.000.000
in 1913 (100)
1.281.000.000
1929 (105,6)
1.450.000.000 ,, 1927 (119,5) 1.631.000.000 ,, 1934 (134,4)
Wenden wij ons thans tot het afzetgebied van den metselsteen. Wij zullen in ‘de bedrijvigheid op deze
markt waarschijnlijk een stimulans kunnen zien voor
de ‘geschetste uitbreiding.
De totale vraag naar bouwnijverheidsm’aterialen
vertoonde in de na’oorlogsjaren een sterke opleving. Weliswaar tra’d in de periode van 1922 tot 1925 een
vermindering in, doch deze verslapping werd ‘gevolgd
‘d’oor een hernieuwde activiteit, welke’ vooral in de
jaren 1928 tot 1930 kenbaar werd.
Bepalen wij ons even tot de verschillende compo-
.nenten afzonderlijk, dan mochten wij verwachten, dat ‘cle vraag, voortkomende uit het bedrijfsleven in nauw
1)
De Vlamovens zijn in deze opgave uitgezonderd. De
cijfers werden ontleend aan het Verslag van de Commissie
van onderzoek naar de toestanden in het bouwbedrijf on-
der voorzitterschap van Prof. Chr. K. Visser
(1913,
1920)
en aan eenige circulaires van insiders, gepubliceerd
naar aanleiding van combinatie-
(1927)
en saneerings-
voorstellen
(1934).
718
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
8 Augustus 1934
verband stond met de algemeene ontwikkelingsgang
van handel en industrie. De reeds geconstateerde ver-
zwakking der behoefte omstreeks 1923 kan uit dit
oogpunt bezien dan ook geen bijzondere problemen opwerpen. Evenmin de toeneming in cle daaropvol-
gende periode van hoogconjunctuur.
De vraag naar woonhuizen bood echter een ge-
heel ander beeld. De betrekkelijk gelijkmatige aan-
bouw in het begin van •deze eeuw (ca. 20.000 per
jaar) vond in ‘de oorlogsjaren een plotselinge onder-
breking. Door de steeds stijgende materiaalprijzen,
onzekere toestanden en ander oorzaken, trad een wel-
haast volkomen stilstand in. Het woningoverschot was
onvoldoende om een dergelijken achteruitgang in den
aanwas op te vangen, zoodat de woningnood steeds
‘dreigender werd. De Staat za.g zich ‘genoodzaakt in te
grijpen. Door het verleenen van faciliteiten op finan-
ciëel gebied trachtte ‘de Overheid niet alleen het te-kort ‘te overwinnen, doch zij hoopte tevens het par-
ticulier initiatief, dat voordien ‘den woningbouw ver-zorgde, wederom te s’timuleeren. Inderdaad wist men
een opleving te bewerkstelligen. Vooral de jaren
191911921 kenmerkten zich door een geforceerde
o
verhei-dsbemoeiing. Deze werkzaamhei’d werd echter
beloond, ‘daar nien de voldoening mocht smaken den
bouw in ‘de volgende periode van stijgende conjunc-
tuur aan particulieren over te kunnen laten, terwijl
tevens tijdelijk voorzien werd in de heerschen’de hui-
zenschaarschte.
Zoo heeft ‘deze Overheidsbemoeiing er incidenteel
toe bijgedragen ‘den naoorlogschen teru’gsla.g in de
stijgende bedrijvigheid der bouwnijverheid eenigszins
af te vlakken.
Terugkomende op den metselsteen mogen wij in
het zoo juist ‘geschetste verloop een aanwijzing vin-
den voor de richting, waarin de onderhavige indus-
trie zich nâ 1918 zou ontplooien. Door ‘de construc-
tiewijze ‘der Ring- resp. Zigzagovens in staat gesteld,
wierpen ‘de fabrikanten zich op dat ‘deel ‘der boiiwnij-
verhei’d, dat voor hen het voordeeligst geacht mocht
worden; temeer waar •de reeds geconstateerde leven-
dige vraa’g der bouwnijverheid een dergelijk eenzijdige
oriënteering mogelijk maakte. De meerwaardige bui-
tenmuursteen had zoodoende de volle belangstelling
‘der Ringovenbedrijven.
Een verwaarloozing van ‘de ,,zacht”-markt was
hiervan het gevolg, hetwelk anderen ertoe bracht zich
steeds vaster in ‘dit onderdeel te nestelen – met name
de geïmporteerde Belgische binnenmuursteen en de
inheemsche kalkaandsteenin-dustrie. Steeg de totaal-
import van onvergiaasde n
–
ie’tselsteen van gemiddeld
140.000.000 v66r ‘den ‘oorlog tot ‘gemiddeld 335.000.000
per jaar in de periode 1924/1928 ), ook ‘de kalkzand-
steenproductie vertoonde een opgaande lijn. Aan
de hand van ‘de ree-ds vrmei•de publicaties komen wij tot een ‘geproduceerd aantal van 113.000.000 ,,wit
”
in
1913, 200.000.000 in 1920 en 675.000.000 in 1934.
2)
Totaalirnport bestaat normaliter voor
90
pct. uit
Belgischen steen. De jaren 1920/’22
buiten beschouwing
gelaten, daar valuta-invloeden een afwijkend beeld deden
ontstaan.
Mogen anderen (o.a. G C. Limborgh Meyer in E.-S.B.
15122
Juni
1932),
welke reeds op dit verschijnsel wezen, hun meening op eenigszins afwijkende getallen baseeren,
ook zij concludeeren tot een toenemende productie, hetzij door vergrootiug der capaciteit, hetzij door toepassing van
meerploegenstelsels.
Tenslotte werd de invloed van een derde mededin-
ger van den metselsteen in ‘deze periode meer en meer
voelbaar. De toepassing van beton, welke omstreeks
1920 een 150 millioen steenen ver-drong, verdubbelde
in een °tijdsverloop van ca. 10 jaren en werkte er
evenzeer toe mede het afzetgebied der gest-adig toe-
nemen’de metselsteenproductie te verkleinen. De gevolgen van -deze verschuiving bleven niet uit.
Bij een inelastische markt, als waarvan hier sprake
is, kwam dit tot uiting in een prijsdaling, welke voor-
al in de jaren 1925/1927 optrad. De steenindustrieëlen,
‘die het gevaar van de tot dusver gevolgde politiek
inzagen, beraani’den omstreeks 1927 plannen om al-
thans een gedeelte van het verloren gegane terrein terug te winnen. Het resultaat van •hun pogen was
de tot standkoming van het Extra-Rood-Contract, een
losse Productie-Kartelvorm, welke ten ‘doel had de
Roodfa’bricage ‘op te voeren. De daardoor veroorzaakte
daling in ‘de gemiddelde bedrijfsresultaten zou door
een prijsstijging op ‘de betrekkelijk beschutte gevel-
steenmark t gecompenseerd worden.
Aanvankelijk was de behaalde uitslag niet ongun-stig te noemen. In de eerste vier contractj aren ver-
kreeg men rond 510.000.000 Extra-Rood, hetgeen niet
zon’der invloed geweest zal zijn op den Belgischen im-
port, welke van ca. 312.000.000 in 1927 tot ce.
186.000.000 in 1929 terugliep. 1-loewel ‘ook de ver-
wachte compensatie in ‘den beginne niet uitbleef,
werd de Extra-Roodpolitiek niet door allen van gan-
scher harte gevolgd. De productie ,,h-ard” werd zoo-
veel mogelijk opgevoerd, hetgeen lijnrecht indruisch-te tegen ‘de voorgenomen ontlasting der klinkermarkt.
In 1931 traden nieuwe factoren op, -die een door-
voering van het E.R.C. bezwaarljker maakten. De
elders reeds in’getreden malaise wierp thans haar
schaduwen op ‘de bouwnijverheid. De cijfers ‘der aan-
bestedingen liepen terug van
f
183 mi’llioen (1930)
tot
f
150 en
f
86 millioen in resp. 1931
j
en 1932.
De prijsdaling van -den gevelsteen maakte een com-
pensatie voor ‘de Roodstoken’de fabrieken steeds pro-
blematischer. Een opvoering van het percentage Ex-
tra-Rood was aan een economische limiet gebonden,
zoodat ook van ‘die zijde geen heil meer te verwachten
was. Wel poogde het E.R.C. ‘door een geforceerde uit-
breiding van het aantal aangesloten fabrieken zijn
invloed te vergrooten, doch ook dit bleek geen tast-
baar voordeel voor de marktverhoudin’gen ‘op te
leveren.
Met een steeds ernstiger wordende voorraadscumu-
latie voor de oogen achtte men in een pro-ductiebe-
perking slechts een- uitweg te vinden. ) Deze regeling
kwam contractueel tot stan’d (Probeco) en was van
meer algemeene strekking dan het E.R.O., hetwelk
zich hoofdzakelijk tot de -groote rivieren bepaalde.
Men kwam overeen gedurende ‘drie maanden (1 Febr.
tot 1 Mei 1932) de ovens te d’ooven. Na dien termijn
leverden pogingen ‘om tot een verlenging te komen
weliswaar niets op, de georganiseerde inkrimping
von’d echter een aanvulling in een individueele be-
perking. Generalise’erend mag men zoodoen-de aan-
nemen, ‘dat in het jaar 1932 -door niet meer -dan 50
pCt. van ‘de totaalcapaciteit metselsteen geproduceerd
werd.
1)
De tot dusver bestaande ‘gewestelijke fabrikantenorga-
nisaties waren hoofdzakelijk werkzaam
0!)
commercieel ter-
rein en lieten de leden vrij -in de vaststelling de grootte
hunner productie.
35.-
30-
a5•-
20°’
55.-
10–
S.
——-
—
—
binitenmuursteen. ———binnenmuursteen.
Prijzen per 1000 st. franco scheepsboord.
8 Augustus 1934
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
719
Deze ingrijpende beperking had tengevolge, dat een
groot aantal arbeiders werkloos werd. Sommige be-
drijven, welke ook de naaste toekomst somber inzagen,
gaven er echter ‘de voorkeur aan hun persen in ver-
king te houden en trachtten het vroegere afzetgebied
‘geheel den rug toe te keeren door een verbouw/om-
bouw ‘der Ringovens tot straatsteenovens.
Het jaar 1933 bood eenigszins gunstiger perspec-
tieven. De aanbestedingcijfers liepen iets op (tot 106
mil’lioen Gl’d.); het aantal te bouwen woningen steeg
van 42.800 in 1932 (52.000 in 1931!) tot 47.500. 1-let Kwartaalbericht van de E.-S. B. (October 1933) sprak
van een onverwacht .groote ‘bedrijvigheid in de ‘bouw
–
nijverheid.
Ondanks •deze verschijnselen deed zich geen
merkbare wijziging in het prijsniveau voor. Was de
productiecapaciteit der Ringovens waarschijnlijk reeds
voldoende om de toenemende vraag geheel te bevre-
‘cligen, tot overniaat van ramp trad op dit critieke
moment een nieuwe mededinger in het strijdperk nl.
de Vktmovennietselklinker.
De oorzaak van dit feit
zullen vij in een volgend artikel behandelen.
Alvorens ‘de oorzaken te onderzoeken, welke tot
zulk een onverwachte liereenigin’g van beide gespecia-
liseerde takken leidden, moge hiernaast een grafische
voorstelling van den loop van het prijsniveau der
metselsteensoorten volgen; het meerendeel van het
hesprokene is hier ,,in a nutshell” terug te vinden.
CONTINCENTEERING VAN STEENKOLEN.
• Onze medewerker voor steenkolen schrijft ons:
Zoo is dan de prognose, die wij hier en daar wel
eens gehoord hebben, niet uitgekemen en leven wij
thans onder de zegenin’gen van een. Contingentee-.rings’hesluit 66k voor kolen. De Staatscourant van
27/28 Juli maakt ‘bekend, dat van 15 Juli tot 31 Dec.
1934 ‘de invoer uit ieder land veiboden is van steen-
kolen, cokes en steenkooibriketiten, voor zoover deze
meer bedraagt dan 60 pOt. van de hoeveelheid, ‘die
gemiddeld per 53’2 maand is ingevoerd. Komen ver-
der al de voorschriften, die in acht genomen moeten
worden ter verkrijgiug van een ‘invoervergunning.
En •dit terwijl 15 en 10 jaar geleden geen kolen ge-
noeg van buiten konden worden aangevoerd om in
onzeu nijpenden nood te voorzien.
Nader verluidt, •dat •de koleninyoer van landen,
tegenover welke uit handelsverdra’gen voortvloeiende
verplichtingen bestaan, zooals bijv. Duitschiand, niet
onder de nieuwe bepalingen valt. Aangezien het ver-
drag met Duitschiand 31 December a.s. afloopt, blij-
ven kolen van dien oorsprong tot dien tijd ongemoeid.
Men vraagt zich af, wat de Regeering bewogen
moge hebben dezen contingenteeringsmaatregel af te
kondigen. De naastliggende gedadhte is, dat de bedoe-
ling moet zijn de inheemsche kolenindustrie te steu-
new Indien niet, waartoe dan al ‘de rompslomp en
waarom al de verbittering, die in het buitenland
wordt gewekt? De Lloyd’s List & Shipping Gazette
schrijft, dat ‘de beslissing van •de Nederlandsche Re-
geering de laatste instantie is van den groei van het
,,economische nationalisme”, dat zulk een havoc heeft
veroorzaakt aan den export-kolenhandel van het Ver-eenigde Koninkrj’k. Het blad, dat een vooraanstaande
plaats in de scheepvaartwereid inneemt en ook in de
handelswereld een hoog aanzien geniet, merkt verder
op, dat tot dusver liet vervangen van kolen door
olie als de voornaamste oorzaak werd aangezien van
den achteruitgang in den Engelschen overzeeschen kolenhandel, doch ‘dat men langzamerhand tot ihet
inzicht gaat komen, dat het ‘de invoerbelemmeringeii
zijn, die de ergste veroorzaaksters er van zijn. Hier
zij opgemerkt, dat Engeland in den totalen import
van ongeveer 7 millioen ton kolen en cokes over 1933
slechts ten ‘beloope van 1.307.000 tons deelde. V66r den oorlog was zijn aandeel nog ruim 2 millioen ton.
De invoer van steenkolen en cokes in ons land is
van 1929 af geregeld teruggeloopen. In dat jaar be-
droeg hij nog rond 10 millioen ton, waartegen in 1933
slechts rond 7 millioen ton. Gedurende de 5 maand
•die liggen tusschen 15 Juli en 31 December mag der-
halve Engeland slechts invoeren 60′ pCt. van 11/24
van 1.307.045 = rond 360.000 ton. Het meergenoem-
de blad zegt dan ook, dat het niet behoeft te verwon-
‘deren, •dat de Nederlaiiders zelven reeds verwachten,
dat de Engelschen stappen zullen doen zich tegen den
maatregel te verdedigen.
. Moet onze Limburgsche kolenindustrie beschermd
worden? Wij zullen even de productiecijfers naast
elkaar stellen. De totale productie in de laatste jaren
was als volgt (kolen):
1929
……….
11.575.041
1930
……….
12.211.084
1931
……….
12.901.390
1932
……….
12.756.44k
1933
……….
12.573.925
5 mod.
1934 ……….
5.075.361
MT
anneer
de productie van de maanden Juni tot
en met December op •dit peil ‘blijft, zal ihet totaal voor
1934 bedragen 12.180.000 ton.
Hieruit blijkt, dat, ondanks ontslag aan mijnwer-
kers (die ‘dan nog in hoofdzaak buitenlanders zijn),
van een noemenswaarden achteruitgang geen sprake
is en dat uit dien hoofde de Nederlan’dsche Kolen-
industrie geen bescherming van, noode heeft.
Uit welken hoofde dan, misschien? Bedoelt de Re-
geerin’g de ‘geldelijke po’sitie der ondernemingen te versterken? Immers verbod van vrijen invoer, d.i. in
‘de mate als de vraag vereischt, moet tot prjsverstij-
ving leiden, waarvan het onmiddellijke of mi.ddellijke
gevolg is meer inkomsten voor de producenten. Maar
dat zou ‘dan toch wel lijnrecht ingaan tegen de poli-
ziek der Regeerin’g om ter instandhouding van den
gaven Gulden ‘de prijzen van de artikelen (vooral van
gron’dstoffen) ‘laag te willen ‘hou’den. Zooals gezegd,
moet een gevolg van het Contin’genteeringsbesluit
zijn, ‘dat de prijzen omhoog ‘gaan. Of ‘dat veel of wei-
nig zal zijn doet niet ter zake, wanneer het om het
‘beginsel gaat. Het ‘begint al ‘met 3 cents per ton, ‘die
bij ,wijze van moderatie geheven worden ,,ter bestrij-
din’g van kosten, aan ‘de invoering van dit besluit
verbonden”. Bij ‘den ongekend lagen prijs van kolen
bedragen ‘deze enkele centen al bijna 6 pOt. van de
waarde. Een duurder worden van het product gaat
z66 te eenenmale in tegen de groote lijn – Gulden
aan het ‘goud houden, prijzen omlaag – dat wij niet
kunnen begrijpen, hoe de Regeering tot dezen onzes
inziens op ‘dit oogeublik geheel overbodigen maatre-gel is kunnen komen.
Met een verwijzing naar ‘de dumpingspolitiek van
Polen is men er niet. In 1933 importeerde dat land
ongeveer 130.000 ton. Tot begin Juli a.c. bedroeg het
ingevoerde kwantum inderdaad ca. 150.000 ton. Aan-
genomen, ‘dat Polen er in ‘geslaagd ware zijn jaar-
kwantum op te voeren tot zegge 300.000 ton, ‘dan kan
dat slechts het ‘heilzaine gevolg ‘hebben, dat andere
buitenlandsche-, mitsgaders de Nederlandsche kolen
laaggeprijsd moeten blijven om afzet te vinden, m.a.w.
‘dat ,,de artikelen goedkoop worden”. De belangheb-
benden, die Nederlandsche- en andere ‘buitenlan’dsehe
‘dan Poolsche kolen in ons land pousseeren, zullen
wel zorgdragen, dat zij er niet uitgedrukt worden, i.e.
‘dat zij z66 goedkoop zijn, dat de Polen geen kans
maken.
Men kan echter niet van twee wallen eten: En het
,prijspeil hoog houden én den’ Gulden’ gaaf houden.
720
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
8 Augustus 1934
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
DE WETGEVING INZAKE DE GOUDCLAUSULE IN
POLEN.
Prof. Dr. Richard Kerschagi te Weenen schrijft ons: De Poolsche wetgeving inzake ‘de goudclausule, die
op 7 ,Tuli 1934 in het staatsbiaci is verschenen, is een
buitengewoon belangrijke wet, die van groote betee-
kenis is, niet alleen voor Polen, doch ook voor andere
landen, welke met Polen ‘bandels- en kapitaalbetrek-
kiiigen onderhouden. Polen bevindt zich dan ook o
het moment van het uitvaardigen van deze wet in een
eenigszius uitzonderlijke positie. Terwijl immers in
andere landen, welke een dergelijke wetgeving in ‘het
leven riepen, deze meestal het gevolg was van het
feit, .dat de eigen valuta tegenover cle buitenlandsche
valuta ‘gedepreciee.rd was en ‘dat men de nakoming
van goud- en valutaclausules op de een of andere
wijze wilde verzekeren, is zulks met Polen niet het
geval. De Zioty is stabiel gebleven, terwijl andere
valuta’s en daaronder vooral •de Dollar, welke in Polen
bijna een tweede valuta naast •de Zloty vormde, ge-
cl epreci eend zijn, hetgeen voor het betalingsverkeer in Polen ve rschi liencle consequenties met zich heeft
gebracht.
De belangrijkste van deze consequenties was deze, dat het moment gekomen scheeii, de Zioty weder een
domineerende positie te geven. Een groot aantal be-
palingen van ‘de wet heeft dan ook ten doel, het af-
sluiten van bepaalde overeenkomsten slechts in Zioty,
dus in cle binnenlandsche valuta, voor te schrijven. Bepaald wordt o.a., dat met enkele uitzonderingen,
zooals h.v. •de centrale bank en de gewone banken, in
het algemeen actieve en passieve crediettransacties
door credietinstellingen slechts in Poolsche valnta
mogen worden ‘doorgevoerd. Deposito’s moeten zon-der uitzondering – dus ook cle genoemde instellingen
zijn aan deze bepaling ‘onderworpen – uitsluitend in
Zloty worden geaccepteerd. Verzekeri ngscontracten
mogen in de toekomst uitsluitend in Zloty worden
afgesloten. Hierbij komt nog, dat even voor ‘de wet
op cle goudclausule tot stand kwam, het Poolsohe wet-
boek van Koophandel is gewijzigd in dien zin, dat
verschillende boeken voor handelsdoeleinden slechts
in Zloty mogen worden ‘gevoerd. In ‘het algemeen
mogen van nu af aan slechts hypotheken, die in Zioty
luiden, in het kadaster worden ingeschreven.
Deel 1 van de wet ‘hou’dt zich bezig met de alge-
meene voorschriften over de nakoming van goud- en valutaclausules. Vier bepalingen zijn hier vooral van
groote heteekenis. In de eerste plaats deze, dat alle
op goud of ‘huitenlandsche valuta luiden de vorderin-
gen, welke in Polen moeten worden voldaan, slechts
in Poolsche valuta, ‘dus in Zloty, omgerekend op ‘basis van de dagelijksche koersen van de beurs te Warschau,
resp. van de of f iciëele ‘goudkoersen, kunnen worden
betaald. Deze bepaling vindt slechts dan geen toe-
passing, indien een dergelijke schuld buiten Po-
len moet worden voldaan. De ‘betaling in Zloty geldt
zonder uitzondering voor alle vorderingen, onverschil-
lig of zij z..g. effectieve vorderingen of gewone,
01)
buitenlandsche valuta luidende vorderingen betreffen,
of zij effectief op goud luiden, ‘of de goudclausule
‘dragen. Op ‘dit punt is een ‘duidelijlc verschil met de
Oostenrijksehe wetgeving inzake de goudclausule op
te merken. Deze sluit de z.g. effectiefschuld, cl,w.z.
iedere schuld, welke door toevoeging van het woordje
,,effectief” als onvoorwaardelijk in buitenlandsche
valuta te betalen schuld, is gekenmerkt, van de wet
op de goudclausule uit.
De tweede belangrijke bepaling is, dat de geldig-
heid. van de goudclausule bij een vordering, die boven-
dien in buitenlandsche valuta luidt, naar de recht-
spraak van ‘het ‘betreffende land zal worden beoor-,
deeld. Dit ‘heteekent practisoh, dat in verband met de
gelijkstelling van den papierdollar met den goud-.
‘dollar ‘door de Amerikaansche wetgeving, men ook in
Polen op ‘goud’dollar lui’den’de verplichtingen tot den
koers van den papieren Dollar in Zloty kan betalen.
Deze bepaling lcent echter twee belangrijke uitzonde-
ringen. In de eerste plaats deze, dat reeds bestaande
in het verleden afgesloten verzekeringscontracten, die
op ‘gou’ddollar luiden, onder alle omstandigheden tot
den goudkoers van den Dollar moeten worden nage-
komen, dus oolc in die gevallen, waarin de Amen-
kaansche wetgeving geen toepassing vindt. Verder
heeft men, met het oog op de credietwaardigheid en
de stabiliteit van cle markt van Poolsche effecten,
vastgesteld, dat bepaalde op goucidollar luidende
pand brieven, gemeente-obligaties eu schuldhekeu’te-
nissen eveneens in goud moeten wordeu nagekomen, dus ook, indien, zooals b.v. ‘in Amerika en Engeland,
de ‘goudclausule geheel of gedeeltelijk ‘buiten werking
is gesteld.
De derde helangrjke bepaling is, dat om de credi-
teun een compensatie voor een eventueel verlies uit
hoofde van waardedaling te ‘bieden, ‘die door het ver-
zuim van ‘den debiteur is ingetreden, de crediteur de
keus heeft, afrekening van de schuld tegen den koers
van ‘den hetalinigsdag of van den oorspronkelijken ver-
valda’g te eischen, waarbij zelfs hij ‘de betaling in
effectieve valuta, ‘dus hij de
werkelijke
betaling in
Dollars of Ponden, de debiteur, in geval van ver-
zuim, een eventueel intusschen plaats gevonden waar-
‘dedaling moet vergoeden.
In de vierde plaats moeten wisselvorderingen in
eik ‘geval tegen den koers van ‘den vervaldag ‘betaald worden. Deze bepaling ‘geldt niet voor reeds v&lr het
in werking treden van deze wet afgesloten overeen-
komsten, volgens welke reeds een andere regeling is
vastgesteld.
Op. de verplichting tot het afsluiten van bepaalde
vereeukomsten in Zloty is reeds ‘gewezen. Met goed-
keuring van de Ministers van Financiën en ,Justitie
kunnen echter in enkele ‘gevallen verzekeringscontrac-
ten of hypotheken in ‘huitenlandsche valuta gesloten
worden en mogen andere instellingen als de boven-
genoemde, credietitransacti es in bui tenlandsche valu-
ta ‘doen. Bijzondere voorschriften regelen de bepalin-
gen voor instellingen, ‘die credieten op langen termijn
verleenen. Indien ‘de vorderingen van ‘dergelijke in-
stituten – het geldt hier voornamelijk pandbriefin-
stellingen – op buitenlandsche valuta luiden, kan de
dehiteur de vordering in Poolsche valuta betalen; bij
te late voldoening moet hij echter volgens de al.ge-
meen.e regelen het eventueel ontstane verlies vergoe-
‘den. De eerstgenoemde bepaling geldt voor hypothe-
caire vorderingen, die op zijn minst 7 jaar loopen even-
als voor pan’dbrieven en obligaties met waarborgen.
De wet bevat verder een aantal bepalingen over een
verlichting van belastingen en rechten. Om misver-
stand uit te sluiten, zij nog in ‘liet bijzonder erop
gewezen, dat ‘de toepassing van de goudclausule in
verbinding met ‘de Zloty ook in de toekomst mogelijk
en toelaatbaar schijnt. Aan ‘het slot van ‘de wet zijn
bepalingen over ‘de berekening van den officiëeleu
goudkoers opgenomen.
Zooals uit het ‘bovenstaande
blijkt,
regelt de wet
een aantal niet onmiddellijk met elkaar samenhan-
gende vraagstukken en maakt zij van de depreciatie
van den Dollar en ‘het Pond ‘gebruik de buitenland-
sche valuta’s in Polen uit haar domineerende positie
te verdringen, die zij tot ‘dusverre, ook hij zuiver in
het ‘binnenland na te komen verplichtingen, innamen.
Deze pogingen worden met een zekere kans op succes,
vooral ‘daarom ondernomen, omdat het de centrale bank
gelukt is, ‘de Zloty tot ‘dusverre stabiel te houden.
Het is historisch niet oninteressant, dat reeds een-
maal, ni. hij ‘de eerste Poolsche valutasaneering in
1924, eveneens een poging is gedaan de Zioty alge-
meen in te burgeren en de vreemde valuta’s terug te
dringen, een poging, ‘die destijds wegens de betrekke-
lijk spoedig inge’treden ‘depreciatie, welke tot een
tweede Poolsche valutasaneering leidde, bijna geheel
opgegeven moest worden. Op ‘het oogenblik wordt een
8 Augustus 1934
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
721
dergelijke poging opnieuw eu met betere kahs op suc-
ces ondernomen, waartoe niet in de laatste plaats de
omstandigheid Jieef t bijgedragen, dat niet alleen ten-
gevolge van het afsluiten van een groot aantal con
tracteri in Dollars, maar ook tengevolge van den
grooten omloop van Dollarbiljetten in het gewone
verkeer in Polen, de verliezen uit hoofde van de Dol-
1 ardep reci atje in Polen betrekkelijk g rooter waren dan
in andere landen. De overgang naar een zuivere Zio-
tyvaluta beteekent ook een verdere stap naar een ver-
groote zelfstandigheid op financiëei gebied.
Nadruk verboden.
AANTEEKENINGEN.
De deflatie-politiek in Frankrijk.
Sedert het bewind van •het k-abinet-Doumergue zijn
in Frankrijk een aantal maatregelen getroffen, om
door middel van prijs- en kostenverlagingen de ver-
houding tusschen productiekosten en opbrengst, welke
gedurende de voorafgaande crisisjaren, mede door
cle gevolgde economische politiek, vrij ongunstig was
gewordn, te verbeteren. De weg om dit •doel •door
middel van devaluatie te bereiken werd door de Re-
geering. voor Frankrijk ongeschikt geacht. In een
tweetal artikelen in ,,Wirtschaft und Statistik” en
,,Der Deutsche Voikswirt” worden de aangewende
methoden en de tot voor kort bereikte resultaten, aan
een heschouwi lig onderworpen, waaraan wij het vol –
gende hebben ontleend.
De politiek der verschillende Fransehe regeeriligen
was er tot voor kort vooral op gericIt •het binnen-
iandsch prijsniveau tegen den invloed der steeds ver-
der dalende prijzen op de wereldmarkt te beschermen.
Door middel van scherpe contingenteeringen van den
invoer van industriëele producten en bescherming
van den LancFbouw bleef het hinnenlandsche prijs-
niveau gevrijwaard van •groote dalingen. Een onver-
‘mijdelijk gevolg dezer politiek was echter een relatief
hoog n ivetu der kosten van levensonderhoud, hetwelk
een eenigszins belangrijke loonsverlagiiig in den weg
stond. Vooral de export-industrieën ôndervonden
hiervan de nadeelen, daar hun concurrentiekracht
verzwakt werd. De ong.mstige gevolgen van khet star-
re binnenlandsche prijsniveau dwongen de regeering
tot nieuwe maatregelen.
Als eerste stoot om tot een verlaging van •het kos-
tenpeil te komen werden een sluitende begi’ooting,
verlaging der kapitaalrente en hervorming van het
belastingstelsel beschouwd.
Om het budget sluitend te maken werd ecu bezui-niging op de uitgaven van Frs. 4 milliarci vereischt.
Deze vermindering der uitgaven kan cleflation isti-sche gevolgen hebben, doch deze dienen niet over-
schat te worden. de bezuiniging salarisveria-
ging betreft, worden de kortingen van 5 â 10 pCt.
gedeeltelijk weer gecompenseerd door de belastingver
lagingen van 2
‘
4 pOt. De op zichzelf nog vrij onbe-
langrijke werkverschaffingsplannen, Waarvoor 1.6 mil-
hard Frs. per ,jaar is uitgetrokken, kunnen eveneens
een compensatie voor een eventueel verminderde con-
sumptie vormen. De salarisverlagingen zullen dus
hoogstens een geringe verschuiving in de consumptie
veroorzaken. Een belangrijk gevolg der sluitende he-
grooting is evenwel •haar ‘terugwerking op ‘de’ kapi-
taalmarkt.
De Staat zal voorloopig niet meer of wel in geringe
mate middelen op. de kapitaalmarkt behoeven op. te
nemen, waardoor deze weer in ruimere mate voor het
particuliere ‘bedrijfsleven beschikbaar is. Tevens zal
misschien door de verminderde vraag ‘de vrij hodge
kapitaalrente gaan dalen. De kapitaalrente bedroeg
in Maart nog 6 k 7 pOt. en daalde in Juni tot 5
514 pOt. Het particulier disconto onderging evenals
het ‘bankdisconto ook een daling.
Verder zullen •de ieiastinghervormingen het purti-culiere bedrijfsleven door vermindering der lasten te
hulp moeten komen.
Deze eerste maatregelen hebben reeds eeuig ver-trouwen in de verdere ontwikkeling doen terugkee-
ren. De saneering van de Staatshuishouding deed
eeni.ge conversies slagen. Een stijging der aandeelen-
en obligatiekoersen had een gunstige uitwerking op de ontwikkeling van de kapitaalrente. De inlaget bij
de spnarhankeii vertoonden na een langdurige daling
veer eenige verbetering. Een zelfde ontwikkeling ver-
toonden de deposito’s en rekening-courantsaldi
hij
de
banken. Deze daalden van 30.4 op 31 Dec. 1933 tot
28.1 milliard op 31 Maart, doch stegen nadien weer tot 28.4 mihliard
01)
30 April. Evenzoo daalde het
totaal der kassaldi, wissels en debiteuren in rekening-
courant van 31.5 mi’lliard op 31 Dec. tot 29.1 iii
Maart en herstelde zioh tot 29.4 op 30 April. Ook bij
de Banque de France is het terugvloeien der opgepot te gelden waar te nemen.
De gunstige uitwerkiiig in het bi iineniand is voor-
loopig over het algemeen duidelijk waar te nemen.
De concurrentiekracht der export-industrieën is tegen.-
over de landen met gedeprecieerde valuta echter nog
lang niet hersteld. Als verdere maatregel om het
kostenhiveau •te verlagen wordt nu verlaging van cle
agrarische prijzen genoemd, om zoodoeude de kosten
van levensonderhoud te doen dalen en daardoor ver-
dere loonsverlagingen te rechtvaardigen. In tegen-
spraak hiermede staan echter weer maatregelen, welke
een prijsverhoogende werking zullen ‘hebben, zooals
de graanvalorisatie en de contingenteering van kolen.
Over het algemeen hoopt men, dat de loonsverla-
gingen een verbeterde rentahiliteit en hierdoor stij-
gende omzetten tot gevolg zullen hebben. Dit kan des
te meerhet geval zijn, daar de meeste ondernemingen
zeer weinig schulden hebben en zoodoende de vrijge-
komeit middelen niet voor liet terugbetalen van cre-
dieten zullen noodig hebben.
De economische toestand van Nederlandsch-Indië
In onze co.njunctuuroverzichten, die in het Kwar-
taalbericht worden gepubliceerd, hebben wij er reeds
eenige maanden geleden op gewezen, dat er, wat de
economische situatie van Ned.-Indië betreft, van een
zekere stabiliteit op een laag niveau kan worden ge-
sproken. Hoewel dit zonder twijfel een gelukkig ver-
schijnsel is, moet men niet uit het oog verliezen, dat
Ned.-Indië, volgens het jongste bericht van het
Insti tut für Konjunkturforschung, het eenige grond.
stoffenproduceerende land is, dat zich nog steeds in
een ernstige depressie bevindt.
Het jaarverslag van de Javasche Bank, •dat steeds
uitvoerige gegevens over den. eco.nomischen en finan-
ciëelen toestand van Ned.-Indië bevat, constateert,
dat gedurende de door dit verslag bestreken periode
1933f’34 verschillende teekenen
duidelijk
wezen in
de richting eener zich verbeterende situatie, al moet
het begrip verbetering in dit verband nog niet al§ de
aanduiding van ëen reed.s beduidend herstel, doch
voorshands meer als die van eene eindelijk tot stand gekomen stabilisatie der economische verhoudingen
worden opgevat. Deze uitspraak komt dus geheel
overeen met de beschouwingen in onze Kwartaalbe-
richten.
De zooeven bedoelde teekenen, aldus het verslag, betroffen zoowel de sfeer der exportcultures – uiter-
aard met uitzonderingen – als die der’ inheemsche
huishouding en kunnen in kort bestek als volgt ivor-
den samengevat: verbetering van Nederlan’dseh-In-
dië’s ruilvoet ‘met het buitenland; handhaving van
een voor deze crisisjaren nog steeds belangrijk uit-
voersaldo, hetwelk gedurende het eerste kwartaal
1934 zelfs eene niet onbe,teekenende vermeerdering
aan toonde; geleidelijk toenemende, voorshands noch-
tans beperkte uitzichten biedende vervanging van
import door eigen productie, waar zulks economisch
gerechtvaardigd ‘en door de internationale ontwikke-
ling ‘geboden was; ‘het zioh in vele streken meer en
722
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
8 Augustus 1934
meer stabiliseeren van cle verhoudingen in de in-
heemsche huishouding, onder meer blijkende uit den
gang van zaken bij Pandhuisdieust en Volkscrediet-
wezen; in het algemeen het tot stilstand komen van
een in den loop van drie jaren zeer ver voortgeschre-
den afbouw van prijzen, bonen, salarissen en perso-
neel-formaties in het particuliere bedrijfsleven, met
hier en daar eene lichte verbetering.
Na deze uiteenzetting, maakt het verslag melding
van eene voor Nederlan’dsoh-In’dië practisdh nieuwe
en – het zij hier •dadelijk geconstateerd – door dan
gang van zaken in het buitenland uitgelokte ontwik-
keling, welke eene gedeeltelijke en voorloopige afwij-
king van de tot dusverre voor deze gewesten gevolgde
politiek van volkomen economische vrijheid noodza-
kelij’k heeft gemaakt.
Een der hetreuretaswaardige gevolgen van de jong-
ste crisis toch is geweest, dat tal van landen ‘hebben
getracht aan eigen moeilijkheden het hoofd te bieden
door die, waar het kon, naar ,,he’t buitenland” te
verplaatsen. Economische expansie, het veroveren
van nieuwe niarkten, ‘het afzetten tot elken ‘prijs van
produ.ctiesurplussen, dit alles hield principiëel nim-
mer rkening met cle belangen van het ontvangende
land, al kon het zonder twijfel naar gelang van om-
standigheden in meerdere gevallen die belangen die-
nen. De erkenning van deze situatie maakte het voor
Nederlan’dsch-Iudië noodzakelijk in den loop van de
door dit verslag hestreken periode een aantal maat-
regelen te treffen met ‘het ‘drieledige doel van be-
scherming van de prijsvorming van het hoofdproduct
der inheemsche huishouding voor een uit ‘het, buiten-
land ondervonden ahnormalen druk, afzetverzekering
aan het eigen Indische productiebe’drijf en hescher-
niing van het in deze landen van oudsher ‘bestaande
distributie-apparaat in zijn ruimste heteeke.nis.
1)
Met betrekking tot het eerste zij ‘hier vermeld, dat
1)
Zie hierover de volgende aanteekening.
de voortdurende ‘daling van de prijzen voor padi en
rijst, ‘ofschoon eenerzijds tot zelkere grens noodzakelijk
en .gewensch’t met het oog op de geboden verlaging
van ‘het kostenpeil hier te lande, anderzijds voor den
inheemschen landhouwer ‘steeds grootere moeilijk.he-
den met zich bracht voor zoover deze eene bepaalde
geldopbrengst van zijn oogst, behalve voor de bekos-
tiging van zijn levensonderhoud, ook voor de betaling
van schulden en belastingen noodig had. Toen nu in de heginmaan’den van 1933 bleel, ‘dat de reeds zeer
sterk gedaalde padiprijs groote kans liep eene nog
verdere verlaging te zullen ondergaan als ‘gevolg van
‘de groote uitbreiding van ‘den rijstbouw om. op uit
de suiker’cultuur vrijgekomen gronden en het voor-uitzicht op groote rijstsurplussen in het omliggende
buitenland, een en a.der juist op een tijdstip, dat
niede met het oog op het groote aantal voorheen in
loondienst werkzame, doch op ‘de dessahuishouding
teruggevallen inheemschen cmie ‘eind elijke stabilisa-
tie van den prijs van het hoofdproduct ‘dier huis-
‘houding alleszins gewenscht ‘scheen, besloot ‘de Re-
geering regelen’d iii ‘de hin’nenlaudsohe rijstsituatie
in te grijpen.
De met de rijstregeling opgedane – in algemeenen
zin als gunsti’g te qualificeeren – ervaringen waren
‘oorzaak, dat ook voor een tweetal andere inheemsake
voedingsgew’assen regelingen tot stand kwamen, welke
de bedoeling ‘hadden aan het in Nederlandsch-Indië
gekweekte pro’duct eene markt en een minimumprijs
te verzekeren. Ten aanzien van het product mais ver-
klaarde het Moe’derlan’d zich ‘berei’d een eventueel
Indisch productiesurplus door de Graancentrale voor een zoodanigen prijs te doen aankoopen, .dat aan In-
dië een bepaalde minimum-f.o.b. prijs ‘op bepaalde
havens gegarandeerd werd. Ofschoon de maïsversche-
pingen naar Nederland voorshands van geringen om-
van.g bleven, werd het ‘doel dezer regeling: beëindi-
ging van ‘de prijsdaling van dit voor de inheemsche
huishouding eveneens zoo belangrijke product, be-
Indexcijfers ‘van Nederlandsche aandeelen.
De Bank voor Handel en Scheepvaart te Rotterdam zendt ons onderstaand overzicht:
Indexeijfers van
12
aandeelengroepen der Amsterdamsche effectenbeurs.
1)
1 Electri- 1 Handels-
Kunst-
Banken
1
citeit
1
ondern.
Industrie
zijde
Mijnbouw
Olie
Rubber
Sclieep-
Suiker
Tabak
Thee vaart
Gemiddelde
1929
158.3
337.5
168.0
432.7
243.0
1930 149.4
257.7
125.6
264.9
87.4
1931 118.1
211.8
93.4
167.7
64.5
1932
76.4
178.3
67.1
115.6
37.6
1933
84.0 201.8
79.3
137.8
27.8
Januari
1933
84.9
199.3
79.8
124.2
31.4
Februari
82.8
194.2
76.4
118.8
28.5
Maart
82._
190.3 74.6 118.2
28.3
April
80.9
190.6
73.3
120.7
26…
Mei
88.9
210.2
78.-
138.3
24.4
Juni
,,
90.4
220.9 84._
149.1
27.9
Juli
,,
91.8
219.6
88.-
151._ 29.4
Augustus
89.4
212.2
84.9
150._
24.6
September
86.
205.1
81.5
147.2
24._
October
79.2
197.3
77.8
138.8 23.2
November
75.6
191.2 73.2
144.6
31._
December
76.4
191.1
.79.6
153.2
35.2
Januari
1934
79.2 190.1
85.1
159….
49.9′
Februari
80.6
187.4
88.5 158.7
50.9
Maart
80.2
187.4
87.3
156.9
60.2
April
,,
77._
190.5
85.1
157.9
59.1.
Mei
75.4
190.7
80.8
155.9
55.1
Juni
,,
71.1
192._
72.5
154._
53.8
Juli
..
72.4
195.8
69.-
156.7
50.8
268.7
402.0
233.5
125.0
398.4
487.3
443.2
177.2 371.1
110.7
82.6
292.9
361.3 357.2
144.5
209.8
51.8
49.6
181.9
241.6
251.4
106.4 137.5
27.0
24.9
107.2 137.9
175.9
143.4
164.5
42.8
23.1
112.9 135.9
211.3
120.6
155.3 33.8
26.3
108.2 147.2 196.3
121.6
146.8
30.1
23.7
103.1
141.9 199.6 124.5 142.6
28.4
22.1 110.3 138.6
187.1 125.9
144.7
31.9
21.7
111.5
127.6
185.1 141.7
158.4
39…
25.3
124.5 137.9
201._
155.1
174.2
47.8
28.6
140.7
154.6
229.5
150.4 179.1
53.2
28.3
137.4 154.5
241.2
151.9 172.4
54.6
25.6
128.3 145.1
233.7
155.5 178.4
50.2
22.1
109.2 132.4
212.5
156.2
170.7 48.1
18.7
97.4
119.9
219.9
158.-
175.5
47.7 16.2
87.4
107.9
214.8
159.1
176.1
49.-
18.4 96.7
122.9
214.5
157.7
176.6
52.4
18.6
99.9
130.3
229.6
165.7
178.1
53.3
19.
106.6
136.2
240.4
176.1
170.2
54.8
20.1
104._
135.9
243.4
172.9
158.1
56.4
18.5
98.-
137.5
246.8
178.8 155.5
68.1
17.4
98.9 144.8
252.8
181.4
157.5
65.8
14.8
96.1 154.1
250.9
182.4
152.7
68.1
14.7
92._
157.8
254.7
Schommelingen in het aandeelen.indexcijfer.
2
Januari
1934 f 2.291.210.500 = 100.
2
Januari
100._
7
Maart 100.3
2
Mej
97.2
4
Juli
95.-
10
,,
99.3
14
101.4
9
,,
98.1
12
95.3
17
99.3
21
99…
16
96.7
18
95.2
24
100.8
28
97.8 23
96.5
25
94._
31
100.8
4
April 98.3
30
96.1
7
Februari
102.3
11
,,
98.5
6
Juni
94.4
14
101.3
18
97.5
13
95.7
21
101.3
25
,,
94.7
20 96.1 28
,,
99.9
1
27
95.4
‘)
Men zie voor de toelichting op dit overzicht het nummer van E.-S. B. van
15
Januari
1930,
blz.
64.
Nadrak verboden.
8 Augustus 1934
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
723
reikt. Waar voorts ‘de ontwikkeling der laatste jaren,
zooals reeds in mijn vorige verslag vermeld, geleid
had tot eene belangrijke uitbreiding van ‘den ver-
bouw van kedelee, welke zich ook gedurende 1933
door het vrijkomen van verdere 70.000 ‘ha sui’kergron-
dan nog voortzette, terwijl anderzijds nog steeds be-
langrijke hoeveelheden sojahoonen uit Mancisjoerije
in Nederlandsch-Indië plaatsing vonden, werd in de
met ingang van 25 Februari in werking getreden
,,Ordonnantie tot verzekering van de marktpositie
van rijst en kedelee”, in overeenstemming met de
voor rijst getroffen regeling, ook de invoer van kede-
lee, taotjo en soja anders dan op eene door de. Regee-
ring te verstrekken licentie verboden, zoodat daar-
mede aan de Indische kedelee-productie eene markt
verzekerd werd.
De invloed van de droogte op de tarweoogsten.
De aanhoudende droogte in het voorjaar en dezen
zomer, die ‘in enkele landen, ‘zooals b.v. de Vereenigde
Staten, buitengewoon hevig is geweest, heeft natuur-lijk de opbrengsten van de graanoogs’ten zeer ongun-
stig beïnvloed. Hoewel exacte gegevens over den om-
vang van de verwoestingen, welkele droogte heeft
aangericht, nog niet bekend zijn, wordt in het laatste
inaandhericht van ‘het Internationaal Landbouw In-
stituut te Rome een voorloopige berekening ‘gemaakt
van de opbrengsten van •de tarwe-oogs’ten.
De te exporteeren voorraden, die zich op 1 Augus-
tus jl. in de vier .groote exportlanden bevonden en de
zeilende voorraden worden geschat op’ 160 millioen
uintalen tegen 186 ‘miHioen. op 1 Augustus 1933.
Het exportsurplus van ‘den tarwe-oogst 1934 he-
‘draagt voor Noord-Amerika 20 millioen qnintalen
(waarbij rekening gehouden is niet het tekort van
den oogst van de Tereenigde Staten met betrekking
tot het verbruik), Argeutinië-Australië: 60 millioen
(op cle basis van een getni’ddelden oogst), Rusland,
Donaulanden, Noord-Afrika enz.: 15 inillioen. Dit
‘geeft in totaal een hoeveelheid van 95 millioen quin-
talen.
De .invoerhehoefte, in het ‘oogstjaar 1934/’35 wordt
voor Europa geschat op 120 millioen qui’ntalen en
voor de landen buiten Europa op 35 millioen. In
totaal ‘dus op 155 millioen quintalen •tegen 145 mii-
heen in het loopende jaar. Hieruit ‘blijkt dus, .dat
de behoefte aan tarve 60 millioen qui’ntalen grooter
is dan de hoeveelheid, ‘die van den oogst 1934 ge-
exporteerd kan worden en welke 95 millioen bedraagt.
Dit moet ‘dus ‘leiden tot een vermindering van de we-
reldvoorraden, die voor 1 Augustus. 1935 geschat
worden op ongeveer 100 millioen ciuintalen. Verge-
leken niet ‘de voorraden van ‘de laatste jaren, is ‘dit
resultaat niet ongunstig.
Taiwevoorracien in de wereld
0
1
)
1 Aug. in miii. quintaien.
1.927 ……..68
1932 ……..160
1928 ……..86
1933 ……..186 1929 ……..140
1934
1
)160
1930 ……..136
19352)
100
1931………154
J.)
Schatting.
2)
Zeci’ voorloopige schatting.’
De verbetering ‘van ‘de tarwepositie ‘heeft reeds tot
een aanzienlijke prijsstijging geleid. Wij verwijzen
voor een overzicht van de recente ontwikkeling van
‘de prijzen naar onze prijsstatistiek.
De geografische verdeeling van den invoer van
Nederlandsch-Indjë.
De volgende tabel, ontleend aan het jaarverslag
van de 3’avasche Banic, laat duidelijk zien, in welke
mate cle Nederlan’dsche export in Indië in het afge-
loopen jaar weder terrein heeft verloren.
Totale invoer, inclusief Gouvcruemeutsgoederen.
(cxci. goud en zilver, postptkkettcn en passagiersgoederen).
Waarde van den invoer Percent.vjd totaal-
in film gld.
invoer in Ned.-lndië
1928
1932
1933
1928 1932
1933
Nederland ……….
196.95 58.13 39.33 20.06 15.70 12.37
Gr.-Britt. en Ierland.
119.93′ 35.46 30.66 12.22 9.61 9.65
Duitschiand ……..
104.72 28.39 24.23 10.66 7.70 7.62
België en Luxemburg
18.97 5.74 5.52 1.93 1.56 1.74
Frankrijk ……….
‘11.01
3.68
3.28
1.12
0.99
1.03
Italië …………..
20.49
3.93
2.51
2.09
1.07
0.79
Zweden …………
8.43 3.72 2.34 0.86 1.01 0.74
Zwitserland ……..
12.42 3.19 2.28 1.26 0.86 0.72
Noorwegen ……….
1.01 0.68 0.62 0.10 0.18 0.19
Oostenr., Hongarije,
Czecho-Siowakije .
0.72 0.76 0.87 0.07 0.21 0.27
Denemarken ……..
0.82 0.38 0.29 0.08 0.10 0.09
Finland …………-
0.46 0.32 – 0.12 0.11
Spanje…………..
0.15 009 0.10 0.02 0.02 0.03
Overig Europa ……
0.18 0.24 0.30 0.02 0.07 0.08
Totaal Europa.
. 495.80 144.85 112.65 50.49 39.26 35.43
U. S. A………….
9685 24.59 15.58 986 6.67 4.90
Canada …………
3.20 0.94
1.45 0.32 0.26 0.46
Rest Anmerik
……
0.46 0.07 0.33 0.05 0.02 0.10
Totaal Amerika .
100.51 25.60 17.36 :10.24 6.94 5.46
Japan …………..
93.68 78.44 98.43 9.54 21.20 30.95
Singapore en Penang
.128.29 53.43 39.23 1.3.07 14.48 12.34
]3ritscli-lnclië…….
. 47.83 17.37 11.12 4.87 4.71 3.49
China …………..
18.87
6.02
6.62
1.92
1.63
2.08
Siam …………..
16.168.05 3.11 =1.65 2.18 0.98
Fransch Judo-China .
23.50 5.67 3.69 2.39 1.54 1.16
Hongkong ……….
6.28 7.77 0.05 0.64 2.11 1.90
t
Dalny,’ Korea, Wiadi-
wostok
……….
9.93
4.16
3.53
1.01
1.13
1.11
Rest Azië ……….
5.65 2.01
3.02 0.57 054 0.95
Totaal Azië ……
350.19 182.92 174.80 35.66 49.58 54.97 Totaal Australië. .
26.10 12.15 10.15 2.66 3.29 3.19
Britsch Oost-Afrika.
.
1.98
1.08 1.30 0.20 0.29 0.41
Egypte ………….
2.02
0.89 0.60 0.21 0.24 0.19
Unie van Zuid-Afrika
1
0.28 0.31
1
0.08 0.10
Rest Afrika ……..j
0.03 0.01
f
0.01
–
Totaal Afrika
. .
5.02 2.28 2.22 0.51 0.62 0.70
Elders (P. ‘Samboe en
onbekend)
4.25 1.13 0.78 0.43 0.31 0.25
Totaal Generaal
981.87 368.92 317.95 100 100 100
De zeer belangrijke ‘daling van ‘het aandeel van
Nederland moet zoowel worden toegeschreven aan
het wegvallen van een deel ‘der in ‘het bijzonder voor
Nederland zoo belangrijke vraag naar duurdere luxe-
artikelen, alsook aan het feit, .dat verschillende voor-
heen speciaal uit Nederland geïmporteerde artikelen in toenemende mate hier te lande worden geproclu-
A.AN
VOEREN’
in toon
van 1000 KG.
Artikelen
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
29 Juli-
.
Sedert
Overeenk.
2
9Juli-
Sedert
Overeenk.
1934 1933
4Aug. 1934
1Jan. 1934
tijdvak 1933
4Aug. 1934
1Jan. 1934
tijdvak 1933
21.789
826.144′
827.269
–
21.318
17.176
847.462
844.445
5.042
264.067 248.258
‘
–
15.257
4.819
279.324 253.077
Tarwe
……………….
Rogge
……………….
519
13.775
13.152
–
–
25
13.775
13.177
Boekweit ……………….
MaIs ………………..
25. 109
‘538.663
668.210
6.395 125.762
128.531
664.425
96.741
‘
7.199
229.230
208.738
2.751 33.076
19.418
262.306 228.156
2.143
77.690 94.280
–
2.206
2.771 79.896
97.051
824
139.759 144.633
5.763
145.667
184.080
285.426 328.713
Gerst
……………..
Haver
……………..
140
54.094
54.797
–
25
‘
–
54.119 54.797
Lijnzaad
……………
Lijnkoek
…………….
787
.
12.147
11.937
12
1.664
4.591
13.811
16.528
Tarwemeel
………….
Andere meelsoorten
307
35.414 33.014
‘
206 3.679
6.082 39.093
39.096
724
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
8 Augustus 1934
ceerd. Nochtans schijnt de Nederlandsche industrie,
aldus het verslag, er zich in ‘het algemeen nog on-
voldoende rekenschap van te geven, dat voor het he-
houd van een afzet in deze gewesten prijsverlaging
en het nauwkeurig volgen van wat de markt vraagt,
noodzakelijk zijn. Op dit punt is onlangs in deze
kolommen uitvoerig gewezen.
Groot-Brittannië wist zijn aandeel in het bijzon-
der ten koste van de Vereenigde Staten (gekorven
tabak, auto’s en autobanden) ongeveer te handhaven,
terwijl ook het aandeel van Duitschiand practisch
stationnair bleef.
i) Zie 1E-S. 113. van
6 en
20
3
.ini jL
De handelsbetrekkingen tusschen Nederlandsch-
Indië en Japan.
Uit de bovenstaande aanteelening is reeds voldoen-
de gebleken, welke belangrijke vorderingen Japan in
de verovering van de Nederlan-dsch-Indische markt
heeft gemaakt. Met het oog op de onderhandelingen,
die op het oogenblik in Batavia worden gevoerd om
tot het afsluiten van een handelsverdrag te komen,
zijn de volgende beschouwingen uit het jaarverslag
van de Javasche Bank van groot belang.
Ofschoon de steeds verder voortschrijdende ver-
dringirig van de vroegere Indische leveranciers door
Japan tot op groote -hoogte een natuurlijk verschijn-
sel vormt en ‘de daarmede gepaard gaande sterke
prijsdaling van •de
,
in het ‘bijzonder voor de groote
massa ‘der bevolking van belang zijnde invoer-goederen
voor Nederiandsch-Indië zonder twijfel een belang
van hooge orde vertegenwoordigt, valt toch niet te
ontkennen, dat zich hij ‘den thans bereikten staat van
zaken en gelet op het huidige stadium der handels-
politieke wereldverhoudingen een drietal factoren
voordoet, welke ‘het voor de naaste toekomst voors-
hands onmogelijk maakt -deze ontwikkeling verder
op haai- ielôop te laten. Wees ik ten vorigen jare
reeds op -de toegenomen eenzijdigheid van -de handels-
beweging tu sschen Nederlan-dsch-Indië en Japan,
welke eene grootere reciprociteit in -deze hetrekkin-
-gen dringend nood’ig maakte, in ‘het afgeloopen jaar
is even-gememoreerde eenzijdigheid blijkens onder-
staande cijfers instede van verbeterd nog ver-der toe-
genomen.
ilandelsbeweging
van
Ned.-Ïndië met Japan.
Jaar
ii voet.
Uitvoer
iii % van den
-in %
van den
in mfm totaal invoe
1′
in
m/m totaaluitvoel.
gid.
in
Ned.-llIn-dië
gid.
van Ned.-.11nclië
Gem.
1909/13 4.372
1.25
20.897
4.26
1914/’18 43.220
10.04
32.416
4.38
1919/’23 80.899
9.77
130.996
8.1.3
1928
93.682
9.54
57.178
3.63
1929 114.835
10.55
47.973
3.32
1.930 100.125
11.61
46.232
3.98
1931
92.551
16.38
33.051
4.42
1932
78.437
21.26
23.658
4.37
1933 98.428
30.96
22.759
4.82
Hoezeer ook de belangen van -dit land -me-t een zoo
laag mogelijk geprijsden import zijn gediend, zoo
blijft niettamin steeds de-oude economische waarheid
van kracht, dat import slechts met export kan woi–
den betaald, zoodat in -het -huidige stadium van aller-
wege toegepaste ruilpolitiek •de voor Nederlandsch-
Indië klemmende noodzaak tot handhaving van zijn
bestaande en op -den export georiënteerde productie-
apparaat met zich .medebrengen
moet,
dat de import
in Nedrlandsch-Indië voorshands aan de bevordering
van . den export wordt dienstbaar gemaakt. Neder-
iandsch-Indië zal -derhalve niet kunnen voortgaan met
op .de bestaande schaal uit één enkel land goederen
te importeeren, in-dien -het daartegenover niet in zeer
veel grootere mate dan thans het -geval is yoor zijne
expo-rtproducten in -datzelfde land eene markt kan
vinden en eene n
–
iiskenniug van ‘deze oorzakelijke ver-
houding zou zich noodzakelijk -door eene verminde-
ring van handelsomzet moeten wreken. Gedurende
ve rsiagperi-ode kwam
–
het reciprociteitsbeginsel ten
aanzien van -den im- en export reeds eenigermate tot
uiting in de in Februari jl. met Nederland tot stand
gekomen zoogenaam-de ,,Maïs-Camhrics”-regel ing,
waarvan reeds eerder sprake was en waarbij tegen-
over -de bereidheid van Nederlan.d tot afueming van
het Indische maïs-surplus Indië -den invoer van ge-
bieekte katoenen goederen zoodani-g coningenteer-de,
dat aan Nederland een bepaald aandeel in den invoer
-dier goederen verzekerd werd.
Een tweede punt, waarop -de ontwikkeling van de
h andelshewegi lig met Japan gedurende 1933 weinig
bevrediging kon schenken, was het feit, dat de nog
jonge en voorshands tot enkele bedrijstakken beperk-
te Indische industrie ernstig in haar bestaan werd
bedreigd -door de in vele gevallen onbegrijpelijk lage
prijzen, waartoe het concurreeren-de Japansche ro-
-duet hier te lande werd aangeboden. Nadat eene vrij-
willige regeling niet Japansche producenten een on-
bevredigend resultaat
–
had op-geleverd, kond-i-gde de
Regeering in Juni 1933 eene contingeuteering van
-den invoer van cement af, waar-dooi- aan de eenige
cemeutfabriek in Nederlandsch-In-dië een redelijke
afzet verzekerd werd. Eeni-ge maan-den later, in De-
cember 1933, moest -ook de nog zeer jeugdige uit twee
fabrieken bestaande bierindustrie op soortgelijke
wijze worden beschermd, terwijl tenslotte in Februari
jl. met het -doel van bescherming der inheemsche
weefin-dustrie tegen -de steeds lagere prijzen, waar-
voor concurreeren-de goederen uit Japan werden aan-
gevoerd, eene coutin-genteerin-g van -den
–
invoer ‘an
hontgeweven stoffen (sarongs, kains-pandjang, enz.)
tot stand -kwam. De uitwerking van laatstgenoemden
maatregel was tot dusverre gunstig te noemen en
heeft in de inheemsche weefnijverhei-d eene ‘belangrijk
vermeer-derde activiteit teweeg gebracht.
De derde factor, waarop -hierboven gedoeld werd
en. die – blijft hij ongewijzigd tot uitin-g komen –
in cie toekomst zeker evenzeer hijzon-dere -behandeling
zal moeten vinden, lag tenslotte in het streven van
Japausche zijde om niet slechts de door Nederlandsch-Indië benood-igde goederen te leveren, doch -deze bo-
vendien geheel -door eigen organen te doen vervoe-
ren en distrihueeren -niet verdringing van het daar-
toe van oudsher in Nederlan-dsch-In-dië gevestigde en
– het moge hier aanston-ds worden aangeteeken-d –
noodzakelijk te handhaven scheepvaart-, import- en
tusschenihandel-apparaat. Ook met volledige erken-
ning van Nederlandsoh-Indië’s belang bij eene naar
rato van reciprociteit zon groot mogelijke leverantie
van goederen door liet land, -hetwelk deze
–
het -goed-
koopst leveren kan, is liet duidelijk, -dat aan het voort-
sohrijden van eene ontwikkeling als hierboven aan-
gegeven noodzakelijk een einde zal moeten worden
bereid.
De zichtbare suikervoorraden in de wereld.
De zichtbare voorraden per
1
Juni zijn volgens Carnikov:
1934
1933
1932
Duitschiand ……………
578.000
–
661.000
1.082.000
Tsjecho-Slowakije
……..
200.000 263.000 375.000
F rankrijk …………….
334.000
363.000
363.000
Nederland
…………..
257.000
177.000 179.000
]3elgië
………………
98.000
117.000
85.000
Hongarije
(1
i
6)…………
66.000
69.000 59.000
Polen ………………..
181.000
257.000
252.000
U.K.
Geimp. suiker
……
297.000
314.000
207.000
Binnen!.
,…….
84.000
53.000 3.000
Europa……..
2.095.000 2.274.000 2.605.000
V.S.
Alle havens
……..
660.000 553.000 564.000
Cubaanselie havens
861.000-
842.000 1.162.000
Cuba binnenland
……..
1.550.000 1.660.000 1.768.000
Java
(16) …………….
2.360.000
2.393.000
1.608.000
Totaal……
6.526.000
7.722.000
7.707.000
waarvan geblokkeerd
….
351.000
2.100.000 3.247.000
8 Augustus 1934
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
725
Laatstbekeude noteeringen te Ainsterda.m en Rotterdam op
6 Aug. 1934 voor
telegrafische
uitbetaling 01):
Gulden per
Pari
Koers
disconto
Europa.
Londen *)
£
12.10
8
7.44
2
100
Mark
59.26
57.25
4
100 Franc
9.747
9.75
24
Brussel *)
100 Belga
34.59
34.71
3
100 Franc
–
6.94
Zürich *)
100
,,
48.
48.26
2
Berlijn
*)…..
100 Kronen
–
6.14
34
100 Schilling
35.-
27.75
44
100 Pengö
43.51
43.-
6
Parijs
)………….
……….
Praag …………..
Weenen
)
………..
100 Lei
1.4880
1.475
Luxemburg
………
……..
Boedapest
……….
100 Leva
1.797
1.85
7
Dinar
4.379
3.374
64
Turksch £
10.93
1.174
Sofia
………….
Belgrado………..100
Drachme
3.23
1.40
7
Istanbul ………..
Athene………..100
Lira
13.09
12.69
3
Peseta
48.-
20.224
6
Lissabon ……….
2.684
0.064
54
Kopenhagen *)
100 Kronen
66.67
33.25
24
Boekarest
……….
100
,,
66.67
37.40
24
Stockholm *)
100
,,
66.67
38.40 24
Milaan
………..100
100 IJsl. Kr.
66.67
33.60
100 Zloty
27.91
27.95
5
Madrid
………..100
………
Reickjavick
………
Kovno (Litauen) •
E
.scudo
100 Lita
.
24.88 24.75
6
Oslo
)…………..
Warschau
………
iliga (Letland)
100 Lat
48.-
48.-.
54-6
Tallinn (Estland) •
100 Estl. Kr.
66.67
43.-
54
Finnm rk.
6.2 64
6.28
44
Tjerwonets
12.80 12.80
I[elsingfors
…….100
Moskou …………
(10 Roebel)
Danzig
………..
100 Gulden
.
48.42 48.25
3
.A
rnerika.
New-York )
$
146.944
1.4791,
14
Montreal
……….
Canad. $
2.4878
1.50
Mex. Dollar
1.24
0.42
.Peso (papier)
1.0568′
384
La Paz (Bolivia)
3)
Boliviano
0.9080
0.37
Rio de Janeiro
Milreis (pap.)
0.8075
2
10
Mexico
………..
Valparaiso ………
Peso (Papier)
0.30
15
Buenos Aires…….
Bogota (Columbia)
8)
Peso
2.42 0.80
Quito (Ecuador)
Sucre
0.49
8
0.14
Sol
0.69
7
0.34.
6-7
Lima (Peru)
…….
Montevideo (Urug.)
Peso
2.5725
0.62
Caracas (Venezuela)
]3olivar
0.4795
0.49
Gulden
1.-
0.994
San
José (C. Rica)
Colon
– –
Guatemala ……..
Quetzal
2.484
1.45
Paramaribo
…….
Willemstad (Curaç.)
Gulden
1.-
1.01
Managua (Nicar.)
8)
Cordoba
2.484
–
San Salvador
8)
Colon
1.2440
0.58 Azië.
Calcutta ………..
Rupee
0.91
56
34
Batavia
…………
Gulden I.G.
100
1.009,,
4
Yen
1.24
44.25
3.65
Dollar
0.564
Dollar
0.504
Hongkong ………
Shanghai
………
Straits Doil.
..
1.4125
0.874
Singapore
………
Manilla
………..
Phil. Peso
1.24
0.84
Teheran
4)
(Perziii).
PahI avi
–
0.09
Baht
–
0.68
Kobe
………….
Afrika.
Bangkok ………..
Kaapstad
£
12.104
7.44
34
Alexandrië ……..
Egypt. £
12.42
7.63
Australië.
Melbourne, Siducy
.
en Brisbane
£
12.104
5.95
Nieuw Zeeland
£
12.104
6.-
1)
Goudpeso.
2
)Miirejs Goud.
5)
Not, te A’dam. 0v. not, part. opg.
3)
Zichtkoers.
4)
Munteenheid
=
Rial
(=
een Kran.)
STATISTIEKEN.
BANIÇDISCONTO’S.
iscWissels.
2419Sept.’33
1ed
Lissabon
•…
54
8Dec.’33
Bk ‘Bel.Binn.Eff.3
19Sept.’33
ID
Londen ……
2
30Juni’32
-Vrsch. in R.C.3
19Sept.’33
Madrid ……
6
26 Oct.’32
Athene ………..7
14Oct.’33
N.-YorkF.R.B.
151
Feb.’34
Batavia……….4
1 Juli’34
Oslo
……..
3522
Mei’33
Belgrado
……..64
16J12li ’34
Parijs
……
2431
Mei’34
Berlijn ……….4
22Sept.’32
Praag
……
.
3525 Jan.’33
Boekarest……..6
5Apr.’33
Pretoria
….
3415 Mei’33
Brussel ……….3
26Apr.’34
Rome……..
3
11Dec.’33
Budapest ……..44
17Oct. ’32
Stockholm
.. 24
1
Dec.’33
Calcutta
……..
3516
Feb.’33
Tokio
….
3.65
2Juli’33
Dantzig
……..3
6Mei
’33
Weène4 ……
4427Juni’34
Helsingfors ……45
20Dec.’33
Warschau….
5
26 Oct. ’33
Kopenhagen
…. 24
1
Dec.’33
Zwits. Nat.
Bk. 2
22 Jan.’31
OPEN MXRKT.
1934
1933 1932 1914
4A,u g.
30 Juli!
23(28
16/21
31Juli!
1/6
20124
Aug.
Juli
Juli
5
Aug.
Aug.
Juli
Amsterdam
Partic.disc.
14
/-ijs
I8I4
515
1518.214
I14_113
3118-1I8
Prolong.
–
1
1
1 1
‘/-‘h
1
2
1
14-j4
Londen
DageId. . –
/-i
‘J,-1
3
14-1
‘4-1
‘/-1
‘j3’I
1
3
1-2
Part,c.disc.
14″116
:314.13118
!16I8
13115.718
31
8
.d1
2
111
39
.31
4
411
4
.8)
4
Berlijn
Daggeld…
41153′
4hl-51
4-5
5
1i6
4.5
1
14
4
3
1-6
5
3
18-6
1
12
–
Maandgeld
37i
5
371_5 371_5
315
4
1
1-6
5-6
1
12
–
Part, disc.
33
4
3
3
14
3.4I
4
33)
4
371
s
4
1
Ia
2
1
/-
1
12
Warenw. ..
4_411
4,41/
4
4-4′!,
4.11
3
4..1/
5112
–
Neo,
York
Dageld
1)
1
1
1
1
1
2-4
1
3
(-2
1
),
Part,c.disc.
:
3
/16
/I6
3/
35
3/ /8
18
–
‘)
Koers van
3
Aug. en aaaraan vooratgaanae weken
tlm.
vrijaag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.
D
a a
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York)
•)
5)
5)
5)
1)
31 Juli
1934
1.48
7.45
57.10
9.744
34.66
100h
1 Aug. 1934
1.48
7.44i.(
57.20
9.744 34.704
.100w
2
,,
1934 1.48
7.44k
57.11
9.744
34.70
100
3
,,
1934
1.4771
s
7.4481
9
57.275
9.744
34.68
10031
8
4
,,
1934
1.47h
7.44
57.40
9.75
34.694
1
100%.
6
,,
1934
1.4791
34
7.44
57.20
9.75
34.70
1009/,
Laagste d.w’)
1.47k
7.43 1/
57.00
9.74
34.65
100
Hoogste d.w
1
)
1.48k
7.45w
57.55
9.754
34.724
10051
8
Muntpariteit
2.4878
12.1071
59.263
9.747
34.592
100
Data
Zwit-
serland
Weenen
Praat
Boeka-
Miladn
Madrid
‘T,j
rest’)
*5
,
)
a)
31 Juli
1934
48.21
–
6.15
1.48
12.674
20.17
1 Aug. 1934
48.2231
2
–
.
6.15
1.48
12.684
20.184
2
1934
48.21
–
6.15
1.48 12.68
20.18
3
1934
48.22
–
6.14
1.474 12.68
20.20
4
1934
48.26
–
6.13
1.48
– –
(1
1934
48.24/.
–
6.14
1.474
12.68
20.20
Laagste d.w’)
48.15
–
6.10
1.424
12.65
20.10
Hoogste d.w’)
48.26
28.-
6.20
1.50
12.724
20.30
Muntpariteit
48.003
1
35.007
1
7.3711.488
13.094
48.52
o
u a
Stock- Kopen-
1
S
l
Hel-
Buenos- Mon
holm
S)
hagen5)
Aires’)
t
real’)
31 Juli
1934
38.45
33.30
37.50
3.29
-‘
38
1.50
1 Aug. 1934
38.424
33.30 37.45
3.29
38W
1.50w
2
,,
1934
38.40
33.30
37.424
3.29
37g
1.50%
3
,,
1934
38.40 33.30
37.424
3.28
3 8y
4
1.5034
4
,,
1934
38.40 33.25
37.425
3.28
38
1
/
1.50k
6
,,
1934
38.40 33.25 37.40
3.28
38w
4
1.50k
Laagste d.wl)
38.115
33.-
37.15
.3.25
37
1.498%
Hoogste d.w
1)1
38.65 33.50 37.65 3.32
383%
1.51
Muntpariteit
1 66.671
66.671
66.671
6.266
953/
2.4878
*
1 Nnteerinr te
Amsterdam.
**1
Not, te
Rotterdam.
1)
Part.
oosave.
In ‘t Iste of 2(1e No. van iedere maand komt een over’z,ctlt
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK (Cable).
D
a a
Londen
(5
per
£)
Parijs
(9 p.
IOOfr.)
Berlijn
(8 p. 100 Mk.)
Amsterdam
(5 p. 100
gld.)
31 Juli
1934
5,03X
6,5911,
38,76
67,61
T Aug.
1934
5.03’1
6,59
38,76
67,61
2
,,
1934
5,033% 6,593%
38,76 67,64
3
1934
5,04′,
6,613%
39,-
67,85
4
1934
5,00,’
6,613%
39,10 67,84
6
,,
1934
5,04s/
6,613%
38,83
67,85
7 Aug.
1933
4,48k
5,313%
32,45 54,70
Muntpariteit..
4,86
3,9051
23.813%
40911
MAANDCIJFERS.
O [110-OMZET BIJ DE I’1EDERLANDSCIIE BANK.
Mei 1934
11
Mei 1933
Posten
1
J3edrag
11
Posten
1
Bedrag
Rek.houders
65.033
fl.5l.5.l5O.000
53.669
f
1.562.357.000
Door 11.-bank
plaatselijk
49.980 1.300.682.000
40.406
,, 1.315.887.000
Voldoening
Rijksbelast.
892
,,
11.400.000
1.011
,,
10.256.000
GRANEN EN ZADEN
TUINBOIJWARTIKELEN VLEESCH
TARWE
80 K.G. La
ROGGE
MAIS
GERST
K.G.
LIJNZAAD
KOMKOM-
MERS
TOMATEN
VROEGE
AARD-
RUND-
VLEESCH
VARKENS-
Plata loco
74 K.G. Bahia
Blanca loco
La Plata
loco
La Plata
La Plata
loco
le soort
A per K.G.
APPELEN
(versch)
VLEESCH
(versch)
Rotterdam! Amsterdam
R’dam!A’dam
R’damlA’dam
loco Rotter-
R’m’dam
per 100 St.
P. 100 K.G.
Gam.v.3kw.
per 100 1<0.
per 1001(0.
per 100 K.G.
per 2000 K.G.
Berkel- Rodenrijs
Westiand
Groote-
per
loo
1<0.
Rotterdam
broek Rotterdam
fi.
°!o
f
1
.
0
10
f1.
0
10
f1.
1
10
–
Y
110
T
110
–
Y
010
–
T
–
010
/
1925
17,20
100,0 13,07
6
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
–
–
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4 360,50
77,9
–
–
1927
14,75
85,8
12,47
6
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
–
–
1928
13,47
6
78,3
13,15
100.6
226,00
97,7
228,50 96,8
363,00
78,5
7,49
100,0
20,-
100,0
4,93
100,0
93,-
100,-
77,50
100,-
1929
12,25
71,2
10,875
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
7,79
104,0
16,
80,0 3,15 63,9 96,40
103,7
93,12
5
120,2
1930
9,67
5
56,3
6,22
6
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
5,24
70,0
20,-
100,0
4,12 83,6
108,-
116,1
72,90
94,1
1931
5,55
32,3
4.55
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
3,62 48,3
14,50
72,5 4,95
100,4
88,
94,6
48,-
61,9
1932
5,22
30,4 4,62
5
35,4
77,25
33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
5,71
76,2
11,50
57,5
1,69
34,3
61,
65,6
37,50
48,4
1933
5,015
29,2
3,54
27,1
68,50
29,6
70,00
30,0
148,00
32,0
5,57
74,4
8,21 41,1
0,85
–
17,2
52,
55,9
49,50
63,9
i
an.
1932
5,05
29,4′
5,07
5
38,8 71,25
30,8
114,00
48,3
142,50
30,8
70,
75,3
40,-
51,6
ebr.
•
5,30 30,8
5,076 38,8
74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
68,
73,1
34,-
43,9
Maart
»
5,526
32,1
5,80
44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
67,
72,0
32,-
41,3
prsI
5,65
32,7
6,22
5
47,6 88,75
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2
63,
67,7
28,-
36,1
ei
5,60
32,6
5,30
40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2
67,7
26,-
33,5
j
lini
5,226
30,4
4,15
31,7
80,75 34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
67,
72,0
34,-
43,9
til:
4,90
28,5
4,-
30,6 78,75 34,0
100,25
42,5
129,75
28,1 5,71
76,2
15,50
77,5
———————
2,07
42,0
68,8
35,50
45,8
Aug.,,
5,20
30,2
4,076 31,2 77,50 33,5 98,25
41,6
133,00
28,8
8,
40,0
———————
1,31
26,6
62,
66,7
40,50
52,2
Sept.,,
5,475
31,8 4,20
32,1
78,50 33,9
88,50
37,5
150,75
32,6
5,50
27,5
———————
55,
59,1
42,50
54,8
Oct.,,
525
30,5 3,92
5
30,0 74,50
32,2 79,50
33,7
138,25
29,9
17,
85,0
51, 54,8
44,-
56,8
Nov.
4′,PO
28,5 3,90
29,8 71,25 30,8
79,00
33,5
135,25
29,2
53,
57,0
46,-
59,4
Dec.
4,72
5
27,5 3,80
29,1
66,25 28,6
75,25
31,9
135,00
29,2
—
—
–
–
–
—
–
—
–
—
–
53,
57,0
46,-
59,4
an.
1933
4,95
28,8
3,75
28,7
73,00
31,5
75,25
31,9
136,50
29,5
—
—
–
–
–
–
–
–
–
–
–
—
—
50,50
54,3
44,75
57,7
ebr.
4,776
27,8
3,70
28,3
71,00
30,7
74,75
31,7
130,25
28,2
—
—
—
—
–
–
–
–
–
—
—
–
—
—
—
–
–
–
–
—
49,25
53,0
45,-
58,1
Maart
5,05
29,4
3,82
5
29,3
73,50
31,7
76,25
32,3
130,50
–
28,2
—
46,50 50,0
46,
–
59,4
April
5,15
29,9 3,75 28,7
72,75
31,4
71,25
30,2
129,50
28,0
—
–
–
—
49,50
53,2
48,25
62,3
Mei
5,40
31,4
3,775 28,9
70,50
30,5
73,25
31,0
146,75
31,7
—
—
–
—
—
–
–
–
—
–
52,25
56,2
49,-
63,2
Juni
5,25 30,5
3,55
27,2
66,00
28,5
75,75
32,1
163,25
35,3
—
51,25
55,1
48,-
61,9
Juli
•
5,8V
33,9
3,85
29,4
64,25
27,8
78,00
33,1
176,25
38,1
5,57 74,4
13,55
—
—
–
—
—
–
–
–
–
–
—
–
67,8
0,83
16,8
—
49,25
53,0
48,50
62,6
Aug.
5,30
30,8
3,55
27,2
6125
265
67,75 28,7
161,50
34,9
8,
40,0 0,86
17,4
49,-
52,7
49,25
63,5
Sept.
4,95
28,8 3,475
26,6
61:00
263
65,25
27,6
159,00
34,4 2,70
13,5
50,25
54,0
54,-
69,7
Oct.
4,40
25,6
3,-
22,9
60,25
26,0
63,50
27,0
141,25
30,5 8,60
43,0
56,25
60,5
54,25
70,0
Nov.
4,55
26,5
2,95
22,6
74,50 32,2
60,00
25,4
147,25
31,8
59,50
64,0 54,375
70,2
Dec.
4,57
26,6
3,30
25,3
73,50
31,7
59,25
25,1
154,50
33,4
—
–
—
—
—
–
–
–
–
–
–
–
—–
–
—
–
–
–
—-
–
60,75
65,3
53,50
69,0
an.
1934
4,75
27,6 3,10
23,7
65,25
28,2
58,00
24,6
31,2
—–
–
—
–
–
–
–
–
–
—
—–
–
—
–
–
–
–
–
—
62,50
67,2
53,75
69,4
ebr.
3,40
19,8
2,775
21,2
65,25
28,2
58,50
24,8
133,00
28,8
63,-
67,7
53,50
69,0
Maart
3,25
18,9
2,72
5
20,8
70,75
30,6
58,75
24,9
132,00
28,5
—
–
–
–
—-
—
—
—
—
61,75
66,4
50,50
65,2
April
3,20
18,6
2,705
20,7
70,50
30,5
56,75
24,0
136,50
29,5
—-
–
—-
—
—
–
–
—
—
63,50
68,3 49,125 63,4
Mei
,
3,32
6
19,2
2,875
21,9
62,00
26,8
63,00
26,7
154,50
33,4
—-
–
—-
—
—-
—
—
65,75
70,7
47,50
61,3
Juni
3,676
21,4 3,17
1
24,3
65,00
28,1
74,75
31,7
156,50
33,8
—-
–
—-
—
—-
—
—
—-
–
—-
—
—-
—
—
63,25
68,0
‘43,75
56,5
Juli
,,
3,81 22,1
3,31
25,4
71,50
30,9
78,75
33,4
151,25
32,7 5,43
72,6 8,28
—-
–
—-
—
—-
—
–
–
–
–
—
–
—-
—
—-
—
—
41,4
3,52
71,3
63,-
67,7
44,62
5
57,6
30
,,
4,20
24,4
3,85
29,4
80,00
34,5
84,00 35,6
154,00
33,3
2,77
37,0 6,93
34,7 3,09
62,7
63,-
0
67,7
43,50
6
56,1
6 Aug.
5)
4,50 26,2 4,30
32,9 83,00
35,9
90,00
38,1
161,00
34,8
‘,, ivienzie voor ae toelicHting op (iezen staat 0e nos. van S, IS Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933. ) Tot Jan. 1931 Hard Winter No.2. van Jan. 1931 tol
16 Dec. 1929 tot 26 Mei 1930 74J5 K.G. Hongaarsche vanaf 26Mei1930 tot 23 Mei 1932 74 K.G. Zuid-Russische; van 23 Mei 1932 tot 2 Oct. 1933 No. 2 Canada.
4)
Tol
Canada.Van 19Sept.’32 tot 24 Juli ’33 62163 K.G. Z.-Russ.
5)
De jaargemiddelden zijn berekend uit de gemiddelde prijzen van April, Mei en Juni van het betreffendc
MINERALEN
‘
‘
TEXTIELGOEDEREN
– DIVERSEN
–
STEENKOLEN
Westjaalschel
PETROLEUM
Miti. Contin.
BENZINE
–
.
KATOEN
WOL
WOL
gekamde
KOE-
KALK-
Hollandsche
bunkerkolen,
ride
Gulf exp.
.
-________
gekain
us
ra
iS
Australische,
HUIDEN
SALPETER
onezeefd f.o.b.
33 tim
64/66°
$cts. per
Middling
locoprijzen
F.0. F.
Sakella-
–
F. No.
1
M
,
1erin
r
CrossbredColo- nial Carded,
Gaaf, open
kop
Old. per
100 1<0.
R damjA’dam
per
1000
K.G.
S.
g.
per barrel
U.S.
gallon
New-Y&rk
rides
–
omra
Liverpool
Ib
°
per
–
50’s Av.
loco
57-61 pnd.
netto per Ib.
Liverpool
fl
Bradford per Ib.
1925
10,80
%
100,0
$
1.68
Ol
o
100,0
$cts.
14,86
0/
100,-
$
cts.
23,25
0o
100,0
pence
29,27
0
10
100,-
pence
9,35
°/o
100,-
pence
55,00
%
100,0
pence
29,50
0
/0
100,0
6.
34,70
Olo
100,0
f1.
12,-
%
100,0
1926
17,90
165,7
1.89
112,5
13,65
91,9
17,55
75,5
16,24
55,5
6,30
67,4
47,25
85,9
24,75
83,9
28,46
82,0
11,61
96,8
1927
11,25
104,2
1.30
77,4
14,86
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3
7,27
77,8 48,50
88,2
26,50 89,8
40,43
116,5
11,48
95,7
1928
10,10
93,5
1.20
71,4
9,98
67,2
20,00 86,0
19,21
65,6
7,51
80,4
51,50
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48 95,7
1929
11,40
105,6
1.23
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2 6,59
70,5
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
1930 11,35
105,1
1.12
66,7 8,77
59,0
13,55
58,3
12,-
41,0
3,92
41,9
26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84 82,0
1931
10,05
93,1
0.58
34,5
5,04
33,9
8,60
37,0 7,33 25,0
3,08 33,0
21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
1932
8,00
74,1 0.81
48,2 4,50 30,3
6,45
27,7
5,21
17,8 3,11
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
11,15
32,1
6,15 51,3
1933
7,00
64,8
0.45 26,8
3,61
24,3
6,75
29,0 5,13
17,5
2,78
29,7
.19,25
35,0
9,50
32,2
13,26
38,2
6,18
51,5
O
n.
1932
8,25
76,3
0.71
42,3
5,25 35,3
6,65
28,6
5,09
17,4
3,38
36,2
16,50
30,0
9,00
30,5
11,63
33,5
7,10
59,2
ebr.,,
8,25
76,3
0.71
42,3
4,926
33,1
6,90
29,7
5,31
18,1
3,51
37,6
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9
7,25
60,4
Maart
,,
8,35
77,3
0.71
42,3 4,62
5
31,1
6,90
29,7
5,37
18,3
3,30
35,3
16,50
30,0
8,75 29,7
10,25
29,5
7,40
61,7
April
,,
8,65
80,1
0.86 51,2 4,34 29,2
6,25
26,9
5,08
17,4
3,08
33,0
16,50
30,0
9,00 30,5
9,25
26,7
7,40
61,7
Mei
8,30
76,9
0.86
51,2 4.25 28,6 5,80 24,9 4,57
15,6
2,76
29,5
15,75
28,6
8,25 28,0
8,88 25,6
7,40
61,7
Juni
8,25
76,3
0.86
51,2
4,25
28,6
5,25 22,6 4,44
15,2
2.55 27,3
15,25
27,7
7,75 26,3
9,-.
25,9 7,40
61,7
Juli
»
8,10
75,0
0.86 51,2
4,25
28,6
5,80 24,9 4,97
17,0
2,77
29,6
16,00
29,1
8,50
28,8
9,75
28,1
– –
Aug.,,
7,80
72,2
0.86
51,2
4,30
28,9
7,35 31,6
5,71
19,5
3,33 35,6
15,75
28,6
8,25
28,0
34,6 5,70
47,5
Sept.,,
7,75
71,8
0.86 51,2
4,376
29,4
7,75
33,3
6,37
21,8
3,64
38,9
16,75
30,5
8,75
29,7
13,75
39,6
5,90
49,2
Oct.,,
7,65
70,8
0.86
51,2
4,45
29,9
6,50
28,0
5,68
19,4
3,16 33,8
15,75
28,6 8,50
28,8
40,3
6,-
50,0
Nov.
7,40 68.5 0.86
51,2
4,60
31,0
6,15
-26,5
5,16
17,6
3,-
32,1
15,25
27,7
8,25
28,0
34,6
6,10
50,8
Dec.
7,25
67,1
0.745 44,3
4,435
29,8
5,95 25,6
4,73
16,2
2,80 30,0
15,25
27,7
8,00
27,1
11,50 33,1
6,20
51,7
Jan.
1933
7,05 65,3
0.53
31,5
4,16
28,0
6,15 26,5
5,13
17,5
2,95 31,6
15,75
28,6
8,25 28,0
11,50
33,1
6,30
52,6
Pebr.,,
7,20 66,7 0.38
22,6
3,97
26,7
6,10
26,2
4,98
17,0
2,78
29,7
15,50
28,2
8,25
28,0
10,38
29,9 6,40
53,3
Maart
,,
7,25
67,1
0.38 22,6
3,87
5
26,1
6,40
27,5
4,97
17,0
2,77 29,6
15,25
27,7
7,75 26,3
10,75
31,0 6,40
53,3
April
,,
7,25
67,1
0.37
22,0
3,67
24,7
6,65
28,6
5,18
17,7
2,68 28,7
15,75
28,6
7,75
26,3
11,25
32,4 6,40
53,3
Mei
,,
7,15
66,2
0.235
14,0
2,95
19,9
7,30
31,4
5,60
19,1
3,07 32,8
17,00
30,9
8,25
28,0
12,25
35,3
6,40
53,3
Juni
7,15 66,2
0.25
5
15,2
3,02
20,3
7,85
33,8
5,85
20,0
3,25
34,8
18,50
33,6
9,00
30,5
15,75
45,4
6,40
53,3
Juli
7,05
65,3
0.41
24.4 3,33
22,4
7,60
32,7
5,76
19,7
3,20 34,2
20,75
37,7
9,75
33,1
16,-
46,1
6,40
53,3
Aug.
6,95 64,4 0.37
22,0
3,37
22,7
6,90
29,7
5,39
18,4
2,91 31,1
20,75 37,7
9,75
33,1
14,75
42,5
5,80
48,3
Sept.
»
6,85
63,4
0.52 31,0
3,50
23,6
6,60
28,4
4,70
16,1
2,54 27,2
21,50
39,1
10,50
35,6
15,13
44,1
5,85
48,8
Oct.
•
6,60
61,1
0.66
39,3
4,04
27,2
6,40
27,5
4,55
15,5
2,48
26,5
20,75
37,7
10,75
36,4
14,50
41,8
5,90
49,2
Nov,
6,75
62,5
0.66
39,3
3,72
25,0
6,25
26,9
4,63
15,8
2,39 25,6
23,75
43,2
12,00
40,7
13,38
38,6 5,95
49,6
Dec.
»
6,95,
64,4
0.67
39,9
3,75
25,2
6,50
28,0
4,89
16,7
2,38
25,5
25,00
45,5
13,25
44,9
13,50
38,9
6,-
50,0
P
n.
1934
6,65
61,6
0.66 39,3 3,74 25,2
7,10
30,5
5,47
18,7
2,59
27,7 27,00
49,1
14,75
50,0
37,5 6,15
51,3
br.
6,30 58,3
0.64
38,1
3,25
21,9
‘
7,50
32,3 5,64
19,3
2,68
28,7 23,75
43,2
12,75
43,2
37,5
6,20
51,7
Maart
»
6,25
57,9
0.63
37,5 3,05
20,5
7,40 31,8
5,50
18,8
2,76
29,5 23,25
42,3
11,75
39,8
12,50
36,0
6,25
52,1
April
6,30
58,3
0.62
36,9
2,795
18,8
6,95
29,9
5,37
18,3
2,50 26,7 23,00
41,8
11,50
39,0
12,-
34,6
6,30 52,6
Mei
6,25
57,9
0.62 36,9 2,88
19,4
6,80
29,2
5,20
17,8
2,48
26,5
21,00
382
10,50
35,6
11,88
34,2 6,30
52,6
Juni
»
6.15
56,9
0.62
36,9
2,83
19,0
7,15
30,8
5,23
17,9
2,77
29,6
19,00
34,5 9,50
32,2
11,50 33,1
6,30
52,6
Juli
6,15
56,9
0.62
36,9
2,68
18,0
7,55
32,5
5,22
17,8
2,83
30,3
17,00
30,9 9,00
30,5
11,50 33,1
6,30
52.6
‘
0
»
»
6,15
56,9
0.62 36,9
2,692)
18,2
,
7,80
33,5 5,26
3
18,0
2,85
3
30,5
15,50
4
)
28,2
8,50
4
)
28,8
11,50
33,1
6,30
52,6
6Aug.
»
6,15
56,9
0,62
36,9
7,80
33,5
580
48,3
1)
Jaar- en maandgem. afger. op
1
19 pence.
1)
3 Aug.
3
)1 Aug.
4)
2 Aug.
5)
31Juli.
ZUIVEL
EN
EIEREN
METALEN
BOTER
BOTER
P•
•
•
KAAS
Eter
EIEREN
l’
KOPER
LOOD
TIN
IJZER
Cleveland
GIETERIJ-
I’ZER
ZINK
GOUD
ZILVER
cas
per KG
.
.
Leeuwar-
Heffin
A
maar
Fabrieks-
em. no .
Eiermijn
an aar
Locoprijzen
Loco rizen
loco rizen
Foundr
(Lux III)
p.
Locoprijzen Londen cash
Londen
Londen per
derComm.
Crisis
Zuivel-
kaas
Roermond
Londen
Londen
er En
ton
Londen oer
En
ton
No 3 f.o.b
Middlesb
Eng. t. Lo.b.
per
per ounce
Standard
Noteering
Centr.
kI. mlmerk
p. 100 at.
per Eng. ton
•
.
p er En
ton
Antwerpen
Eng.ton
line
Ounce
.
per5OK.G.
fi.
°is
f1.
fl.
ie
f1.
Of
9
°Io
0
10
°Io
Sh.
°Io
5h.
01
0
£
°Io
sh.
O/
pence
°jo
1925
2,31
100,0
–
56,-
100,0
9,18
100,0 62.116
100,0 36.816
100,0
261.171-
100,0 731-
100,0
671-
100-
36.316
100,-
8516
100,-
2Js
100,0
1926
1,98
85,7
–
43,15
77,1
8,15
88,8
58.11-
93,5
31.116
85,3
290.1716
111,1
8616
118,5
6818
102,5
34.216
94,3
851-
99,5
28
1
ji6
89,3
1927
203
87,9
–
43,30
77,3
7,96
86,7
55.141-
89,7 24.41-
66,4 290.41-
110,8
731-
100,0
6416
96,3
28.101-
78,8
851-
99,5
261′.
83,3
1928
2,11
91,3
–
48,05
85,8
7,99
87,0
63.161-
102,8
21.11-
57,8 227.51- 86,8
661-
90,4
6218
93,5
25.516
69,9
851-
99,5 26
1
11
81,1
1929
2,05
88,7
–
45,40
81,1 8,11
88,3
75.141-
121,9
23.51-
63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6 24.1716
68,8
851-
99,5
24116
76,2
1930
1,66
71,9
–
38,45
68,7
6,72
73,2
54.131-
88,0
18.116
49,6
142.51-
54,3
671-
91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
851-
99,5
17
13
1
55,4
1931
1,34
58,0
–
31,30
56,9
5,35
58,3
36.51-
58,4
12.11-
33,1
110.1!-
42,0
551-
75,3
4716
70,9
11.1016
31,9
9216
108,2
13
3
1
41,6
1932
0,94 40,7
–
22,70
40,5
4,14
45,1
22.171-
36,8 8.121-
23,6
97.2/-
37,1
421-
57,5
371-
55,2
9.16!-
27,1 1181-
138,0
1271
40,1
1933
0,61
26,4
0,96
20,20
36,1
3,71
40,4
22.216
35,6
7.1716
21,6
131.181-
50,1
411-
56,2
351-
52,2
10.1216
29,4
124/7
3
14
145,8
12
3
/
38,5
Jan.
’32
1,16
50,2
–
25,75
46,0
4,71
51,3
27.1416
44,7
10.141-
29,4
98.181-
37,8
4116
56,8
421-
62,7
10.616
28,5
12013
140,7
13
1
1
43,2
1
7
ebr.
1,34
58,0
–
27,75
49,6
3,79
41,3
26.41- 42,2
10.51-
28,1 99.216
37,9
4116
56,8
401
59.7
10.1
27,6
1.19/6
139,9
14
43,6
Mrt.
,,
0,98
42,4
–
23,65
42,2 3,42
5
37,3 24.181-
40,1
9.91-
25,9 96.61-
36,8
441-
60,3
401-
59,7
9.111-
26,4
114/ 133,5
131
4
42,8
Apr.
,,
0,99 42,9
–
19,60
35,0
277
5
30,2 23.81-
37,7
8.1616
24,2
84.1516
32,4
451-
61,6
3716
56,0
9.21
25,2
1 10/3
129.0
13
1
1
40,9
Mei
,,
0,82
35,5
–
19,65
35,1
2,88
31,4 21.61-
34,3
8.-(-
22,0
89.1316
34,2
441
60,3
3716
56,0
9.91
26,1
11219
132,0
12
5
(
39,3
Juni
.
1,11
48,1
–
24,25 43,3 3,08
33,5
20.1216
33,2
7.5!-
19,9
84.9!-
32,3
44!-
60,3
3716
56,0
8.13/-
23,9
113/6
132,7
l2
5
!
39,3
Juli
0,96
41,6 0.45
19,55
34,9
3,125
34,0
19.216
30,8
7.316
19,7
90.1716
34,7
42j6
58,2
371-
55,2
8.6/6 •
23,0
1161-
135,7
12
3
1
38,5
Aug.
0,76
32,9
0,58
17,90
32,0 3,72
40,6
22.416
35,8
7.1716
21,6
101.j
38,6
421
57,5
3616
54,5
9.1316
26,7
11816
138,6
12
1
116
39,9
Sept.
,,
0,84
36,4
0,65
19,70
35,2
4,64 50,5
25.81- 40,9
9.1016
26,1
109.916
41,8
421-
57,5
351
52,2
11.21
30,7
11819
138,8
13
40,5
Oct.
0,82 35,5 0,73
25,50
45,5 5,73
62,4
22.516
35,9
8.71-
22,9
105.1316
40,4
411-
56,2
3416
51,5
10.816
28,8
12116 142,1
12
1
1
38,9
Nov.
,, 0,81 35,1
0,78
26,50
47,3
6,65
72,4
21.191-
35,4
8.416
22,6
104.716
39,9 401- 54,8
3416
51,5
10.8-
28,7
12519
147,2
12
5
1is
38,3
Dec.
,,
0,73
31,6
0,85
22,55
40,3 5,12
5
55,7
19.1216
31,6
7.916
20,5
100.10/6
38,4
391-
53,4
34/6
51,5
1071-
28,6
12519
147,2
Ii’12
35,8
Jan.
’33
0,73 31,6
0,89 21,75
38,8
4,27
46,7
19171-
32,0
7.81-
20,3
100.116
38.1
4016
55,5
3416
51,5
9.191
27,5
12218
143,5
1IUj
1
36,4
Febr. •
0,65
28,1
0,91
20,60 36,8
435
47,4
20.3!-
32,5
7.7j
20,2
104.716
39,9 43/ 58.9
34j
50,7
9.151
27,0
12015
140,8
11
Lb/16
37,2
Mrt.
,
0,53 22,9
0,99
19,40
34,6
2,80
30,5
20-16
32,3
7.101-
20,6
104.1813
40,1
431
58,9
3417
51,6
10.71
28,6
12015
140,8
1211
38,7
Apr.
,,
0,54
23,4
1,-
18,55 33,1
2,07
5
22,6
20.1116
33,1
7.1216
20,9
109.171-
42,0
431-
58,9
3516
53,0
10.816
28,8
12011
140,4
12116
39,9
Mei
0,52 22,5
1,-
21,80 38,9
2,49
27,1
23.6/6
37,6
8.61-
22,9
128.1716
49,2
4116
56,8
3616
54,5
10.131-
29,4
12316
144,4
13
1
14
41,2
Juni
,,
0,52 22,5
1,-
23,50
42,0
2,50
27.2 25.71-
40,8
9.41-
25,3
151.101-
57,9
421-
57,5
371
55,2
11.126
32,1
122134
143,0
13
1
14
41,2
Juli
,,
0,55
23.8
1,-
18,50
33,0
2,60
28,3
25.161-
41,6
9.21-
25,0
148.116
56,5
4116
56,8
351-
52,2
12.11-
33,3
123110*
144,9
12
7
J1
38.7
Aug.
,,
0,63
27,3
1,-
18,90
33,8
3,575
38,9
24.51-
39,1
8.416
22,6
145.31
55,4
41j
56,2
351
52,2
11.7/
31,4
125/10
147,2
12
37,4
Sept.
.
0,66 28,6
0,95
18,40
32,9
3,91
42,6
22.16/6
36,8 7.161-
21,4
140.1716
53,8
3916 54,1
3416
51,5
10.1816
30,2
130111 153,1
11151
16
37,2
Oct.
,,
0,68
29,4
0,90
19,45
34,7
4,68
51,0
22.1j-
35,5
7.141-
21,1
145.51-
55,5
3916 54,1
3416
51,5
10.131-
29,4
13111
153,3
11118
37,0
Nov.
,,
0,65
28,1
0,90
20,80
37,1
5,80
63,2
20.616
32,7
7.1316
21,1
150.916
57,5
401-
54,8
3416
51,5
9.1916
27,6
128154
150,1
12
1
14
38,1
Dec.
,,
0,60
26,0
1,-
20,40
36,4
5,475
59,6
21.11-
33,9
7.121-
20,9
153.81-
58,6
4016
55,5
361-
53,7
9.191-
27,5
126/2 147,6
12
9
116
39,1
Jan.’34
0,50 21,6
1,-
20,40
36,4
5,05
55,0
21.71-
34,4
7.7/t.
20,2
140.31-
56,8
3916
54,1
36/-
53,7
9.121-
26,5
12916
151,5
12
3
14
39,7
Feb.
0,47
. 20,3
1,-
21,55
38,5
3,68
40,1
20.916
33,0
7.41-
19,8
140.131-
53,7
3916.
54,1
3615
54,4
9.-16
24,9
13711
160,3
12
1
12
38,9
Mrt.
0,44
19,0
1,
19,90
35,5
2,71
29,5 20.31-
32,5
7.316
19,7 144.1516
55,3
4016
55,5
3513
52,6
9.21-
25,2
13618
159,8
1218
39,3
Apr.,,
0,42
18,2
1,-
17,20
30,7 2,72
29,6
20.1416
33,4
7.416
19,8
150.1016
57,5
41/6
56,8
3412
51,0
9.716
25,9
135/1
158,0
12
7
116
38,7
Mei
,,
0,41
17,7
1,-
16,05
28,7 2,54
27,7
20.41-
32,5
6.1616
18,7
144.1916
55,4
4016
55,5
3219
48,9
9.21-
,2
13613
159,4
12
1
1,6
37,5
Juni,,
0,41
17,7
1,-
19,40
34,6
2,74
29,9
19.1816 32,1
6.141
18,4
140.1
53,5
4016
55,5
3119
47,4
8.161
,3
13718
161,1 12
1
14
38,1
Juli
,
0,40
17,3
1,-
21,50 38,4
2,81
30,6
18.111-
29,9
6.14/6
18,5
142.91-
54,0
4016
55,5
3214
48,2
8.6/-
,9
1,1
137111
161,4
12
3
/
39,7
30
,,
,
0,437)
18,6
1,-.
21,-
37,5
2,95
32,1
18.-J6
29,0
6.1516
18,5 143.716
54,8
4016
55,5
3216
48,5
8.616
,0
13814
161,4
1211
2
38,9
6Aug..
3.10 33,7
17.121-
28,4
6.1516
18,5 139.91-
53,2
4016
55,5
3216
48,5
8.71-
138114
161.6
12
1
1
38.9
26 Sept. 1932
79
K.G.
La Plata;
van
26 Sept.
1932
tot 5
Febr. 1934
Manitoba
No. 2
3)
Tot Jan.
1928
Western;
vanaf
Jan.
1928
tot 16
Dec. 1929
American
No.
2, van
Jan. 1928 Malting;
van
Jan. 1928
tot 9 Febr.
1931
American
No.
2, van
9 febr. 1931
tot 23
Mei 1932
6415
K.G.
Zuid-Russische.
Van
23
Mei-19
Sept
1932
No. 3 jaar.
6)
4 Aug.
7)
2 Aug.
8) Wegens
Bank 1-loliday
op 6 Aug.
zijn
de Londensche noteeringen
van
3 Aug.
genomen.
9)
3
Aug.
BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN
UREOU,T
STEENEN
CACAO
COPRA KOFFIE
SUIKER
THEE
INDEXCIJFER
Kolo-
ZwedeiiI
binnenmuur
buitenmuur
G.F. Accra
Nd.-Ind.
Len
Standaard
Ribbed Smoked
Finland
perstad
per
per
50 K
‘
Pc
f
Neerla’nd
per 100 K.G.
Amsterdam
Rotterdam
115 K.G.
per
Sheets
R’damlA’dam
b0
e
on
per 100 K.G.
Java- e
Suma
tratheep.’IKG.
Grond-
stoffen
nlale
d?en
per 1000 stuks per 1000 stuks
/
01
f
o/o
/
0
/0
sh.
0
10
f
01
cts.
Ol
o
Sh.
5
10
11.
01
cts.
01
1925
159,75
100
15,50
100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,87
5
100,0
61,375
100,0 2111,625
100,0
18;75
100,0
84,5
100,0
100.0
100.0
1926
153,50
96,1
15,75
101,6 19,50
102,6
491-
115,3
34,-
94,8
55,375
90,2
21-
67,4
17,50
93,3
94,25
111,5
86.0
102.6
1927
160,50
100,5 14,50
93,5
18,50
97,4
681-
160,0
32,62
6
90,9
46,875
76,4
116,375
51,6
19,12′
102,0
82,75
97,9 87.5
109.1
1928
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
5713
134,9
31,87
5
88,9 49,625
80,9
-110,75
30,2
15,85
84,5
75,25
89,1
84.6
91.4
1929
146,00
91,4
14,-
90,3 21,25
111,8
45110
107,9
27,370
76,3
50,75
82,7
-110,25
28,8
13,-
69,3
69,25 82,0
81.9
85.5
1930
141,50
88,6
12,50
80,6 20,75
109,2
34111
82,2
22,62
5
63,1
32
52,1
-/5,875
16,5
9,60
51,2
60,75 71,8
66.0 64.3
1931
110,75
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,37′
42,9
25
40,7
-13
8,4
8,-
42,7
42,50 50,3
46.8
46.8
1932
69,00
43,2 9,25
59,7
15,-
78,9
19/6
45.9
13,-
36,2
24
39,1
-11,75
4,9
6,32′
33,7
28,25 33,4
36.1
38.0
1933
73,50
46,0
10,-
64,5
12,75 67,1
1514
36,0 9,30 25,9 21,10
34,2
-12,25
6,3
5,526 29,5
32,75 38,7
35.2 34.7
Jan.
’32
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98.7
1719
41,8
13,12
5
36,6
23
37,5
-12,125
6,0 7,35
39,2
32
37,9
38.5
39.1
Febr.
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
1811
42,6
14,50
40,4
23
37,5
-12
5,6 7,05
37,6
30
35,5
38.3
38.3
Mrt.
,,
70,00
43,8
9,75 62,6
18.-
94,7
2119
51,2
14,75
41,1
23
37,5
-11,625
4,6 6,25
33,3
31
36,7
37.0
39.7
Apr.
,,
70,00
43,8 9,75 62,6
18,-
94,7
2016
48,2
14,-
39,0 23
37,5 -11,5 4,2
5,90
31,5
29,25
34,6
36.2
38.0
Mei
70,00
43,8
8,50 54,8
15,-
78,9
2016
48,2
13,25
36,9
23,50
38,3
-11,5
4,2
5,625
30,0
30,25
35,7
35.2
38.1
,,
Juni
,,
70,00
43,8
8,50 54,8
15,-
78,9
20
1
6 48,2
12,37
5
34,5
24
39,1
-1
1
,3
7
5
3,9
6,30
33,6 28,50
33,7
34.2 38.1
Juli
67,50
42,3 8,50 54,8
15,-
78,9
20
1
1
47,3
12,375
34,5
24
39,1
–
1
1,375
3,9
6,70
35,7
23,75
28,1
34.3 31.6
Aug.
,,
63,00
39,4 8,50 54,8
15,-
78,9 20/7
48,4
12,37
5
34,5
24
39,1
–
1
1,75
4,9
6,57
5
35,1
22,75
26,9
35.9
37.4
Sept.
»
60,00
37,6
8,75 56,5
15,-
78,9
21/2
49,8
12,75
35,5
25,25
41,1
–
/2,125
6,0
6,526
34,8
23,75
28,1
31.8 38.5
Oct.
63,50 39,7
58,1
14,50
76,3
18/8.
43,9
12,37
6
34,5
26,50
43,2
-/1,75
4,9 6,32
5
33,7
28,50
33,7
36.2
38.7
Nov.
63,50
39,7
9,50 61,3
14,25
75,0
17
1
6
41,2
12,125
33,8
24,50
39,9
-/1,75
4,9
5,87′
31,3
30,75
36,4
35.3
37.2
Dec.
,,
65,00
40,7
64,5
13,75
72,4 17/4
40,8
11,75
32,8
24
39,1
-11,75
4,9
5,50 29,3
28,25
33,4
34.0 35.7
Jan.
’33
70,00
43,8 9,25
59,7
13,50
71,1
1616
38,8
11,50
32,1
24
39,1
–
11,625
4,6
5,375
28,7
25
29,6
33.2
34.1
Febr.
,,
70,00
43,8
9,25
59,7
13,-
68,4
1519
37,1
10,62
5
29,6 23,75
38,7
-1
1
,5
4,2
5,60
29,9
26,75
31,7
32.1
34.4
Mrt.
»
70,00
43,8 9,50
61,3
12,25
64,5
16
1
3
38,2
10,37
5
28,9 23,50
38,3
–
1
1,5
4,2
6,-
32,0
26,25
31,1
32.4
34.9
Apr.
70,00
43,8 9,75 62,6
12,75
67,1
1515
36,3 9,50 26,5 23,50
‘38,3
–
11,625
4,6
6,07
5
32,4
27,50
32,5
32.8
34.9
Mei
70,00
43,8
9,50 61,3
12,50
65,8
1616
38,8 9,50 26,5
23
37,5
-12
5,6
6,02
6
32,1
26,50
31,4
34.2 35.0
Juni
»
72,50
45,4
10,-
64,5
13,-
68,4
18
1
1
42,6
10,-
27,9
22,50
36,6
–
1
2,375
6,7
6,35
33,9
31
36,7
37.2 37.5
juli
75,00
46,9
10,25 66,1
13,-
68,4
1718
41,6
9,475
26,4
22,50
.36,6
–
12,625
7,4
5,92
5
31,6
33,50 39,6
38.2
37.4
Aug.
,,
75,00
46,9
10,50
67,7
13,-
68,4
16/5
38,6
8,75 24,4
20,75
33,8
–
12,625
7,4 5,27
5
28,1
35,25
41,7
36.5
35.6
Sept.
,,
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
1415
33,9
8,25
23,0
19,75
32,2
-12,5
7.0
5,375
28,7
36,75
43,5
36.7
34.6
Oct.
,,
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
1217
29,6
7,62
5
21,3
17,75
28,8
–
12,625
7,4
4,90
26,1
42,25
50,0 36.5 33.4
Nov.
75,00
46,9
10,-
64,5
12,50
65,8
1216
29,4
8,-
‘22,3
16,25
26,5
-12,75
7,7
4,65
24,8
40,50
47,9
36.4
32.7
Dec.
»
75,00
46,9
10,75
69,4
12,50
65,8
1115
26,9
7,975
22,2
16 26,1
-12,875
8,1
4,75
25,3
41
48,5
37.1
31.3
Jan.’34
75,00
46,9
10,75
69,4
12,75
67,1
12110
30,2
7,45
20,8
16,50
26,9
–
1
2,875
8,1
4,95
26,4 45,50
53,8
36.9 33.8
Feb.
•
80,00
50,1
10,50 67,7 12,50
65,8
1415
33,9
7,25
20,2
17,25
28,1
–
1
3 8,4 4,975
26,5 46,75
55,3
35.9
35.9
Mrt.
»
80,00
50,1
9,75
62,6
12,-
63,2
14
1
1
33,1
7,
–
19,5
17,75
28,9
–
13,25
9,1
4,526
24,1
45,50
53,8
35.7
35.2
Apr..
80,00
50,1
9,75
62,6
12,-
63,2
1414
33,7
6,55
18,3
17,75
28,9
-/3,625
10,2
4,25
22,7
44,25
52,4
35.6 34.5
Mei
80,00
50,1
9,25
59,7 11,25
59,2
1512
35,7
6,72
5
18,7
17
27,7
-14
11,2
4,15
22,1
42,75
50,6
35.1
34.3
uni.
77,50
48,5
8,-
51,6
10,-
52,6
1514
36,1
7,-
19,5
17
27,7
‘
–
1
4
11,2
4,20
22,4
41,-
48,5 34.5
33.8
j uli
,,
77,50
48,5
13111
32,7
6,92
5
19,3
16,75
27,3
-14,375
12,3
3,975
21,2 40,50 47,9
34.1
32.2
30
,,
,,
77,50
48,5
121105
30,2 6,90
19,2
16,50
26,9 -14,4375
12,5
3,75 20,0
34.1
31.2
6Aug.,
7,–
19,5
16,50
26,9
–
14,375 12,3
3,87
5
20,7
34.0
31.4
N.B. Alle Pondennoteeringen vanaf 21 Sept.
1
31 zijn op goudbaals omgerekend; do Dollarnoteeringen vanat ZO
April
‘
33
zijn In
VOi6OUOlfl9
van no aopreoiaole
van den Dollar t.o.v. den Gulden verlaagd.
728
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
8
Augustus
1934
1OERSEN TE LONDEN.
Plaatsen en
Landen
Not eerings-
eenheden
21Juli
1934
28
Juli
1934
30Juli
4 Aug.’34
LaagsteHoogste
4
Aug.
1934
Alexandrië
•
.
Piast. p.
97
97
9781
97s
97
Athene
•…
Dr. p.
525 525 525 525 525
Bangkok….
Sh. p.tical
1/l01/
11101/
9
111011
8
111011
9
111011
8
Budapest
..
Pen. p. f, 17y
4
17y
4
17
17/
17
BuenosAires’
d. p.$
2671
9
27I51
27(
28
v
4
27i5
j
Calcutta
. . . .
Sh. p. rup.
11611
116i1
116
1
1
82
1/63132
116I1
Constantin..
Piast. p.
£
620
620 620 620
620
Hongkong ..
Sh. p.
$
1/571
115l
3
1
1/5
1/65/
1161/
16
Sh. p. yen
1/2k
112
1/Z8/
11251
1/2X
Lissabon.
E scu. p.
£
110’1
1101/
8
109v
110k
11011
8
Kobe
……..
Mexico
•…
$per
18
18
173<
18
K
18
Montevideo 2)
d.per.0
1 9ij
19K
19y
4
20
1934
Montreal
•..
$
per
£
4.97
4.9581
4.94k
4.953%
4.95j,
Riod.Janeir03
d. per Mii.
3
‘116
3
31
Shanghai
..
Sh. p. tael
1
1
411
8
11411
8
1/33%’
1/451
9
1/4j
Singapore •.
id. p.
$
2/45/32
21411
9
214
214k
214i1
Valparaiso
4).
$
per
£
–
– – – –
Warschau ..
Z1.p.
26
y
4
2621
9
2681
9
26
7
18
2691
-,
‘JLILLICCIC
IIuLccnhIg .)u’13 lalcil.
lu. Vahlal
6)
JUlI
3V 3098,
U JUli
38
11
/39, 10 Juli 38/4, vanaf 11Juli 38’1I6, 19 Juli 3818, 4Aug. 38
3
14.
3)
Id. 4114,
)90 dg.
ZILVERPRIJS
.
GOUDPRIJS
8)
Londenl) N.Yorki)
Londen
31 Juli
1934..
20i1
4611
8
31 Juli
1934….
138/
1 Aug. 1934..
2071
468/
5
t Aug. 1934….
13811
2
,,
1934..
2091
461
8
2
,,
1934….
13812
3
,,
1934..
20
46y,3
,,
1934 ….
1381
4
,,
1934..
20ti/
16
47
4
,,
1934….
13811
6
1934..
–
47
6
,,
1934….
–
7 Aug. 1933..
–
7 Aug. 1933….
–
27 Juli
1914..
24111
95
59
27
Juli
1914….
84110
1)
in pence p. oz.stand.
2)
Forelgn silver in $c. p.oz. line.
3)
in sh. p.oz. line
STAND VAN
‘a
RIJKS KAS
Vorderingen.
1
21Juli1934
131Juli1934
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
derlandsche
Bank ………………
f
87.242.230,62
f
66.986.794,16
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
221.303,45
,,
1.808.765,11
Voorschotten op ultimo Juni 1934 aan
de gem. verstrekt op aan haar uit te
..
keerenhoofds.derpers.bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. endergem.
fondsbel., alsmede opc. op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting
5.787.230,50
,,
5.787.230,50
273.486.129,91
,,272.422.504,65
Id. aan
Suriname …………………
12.616.949,20 ,,
12.772.382,83
Id. aan
Curaçao ………………….
2.460.418,56
,.
2.480.333,48
Voorschotten aan Ned.-lndië ………
…
Kasvord. weg. credietverst. alh. buitenl
….
., 111.179.672,68
,. 111.795.834,84
Daggeldleenlngen tegen onderpand
..,,
….
12.500.000,-
7.000.000,-
Saldoderpostrek.v, Rijkscomptabelen
,,
28.620.990,66
»
25.652.445,62
Vord. op hetAlg.Burg. Pensioenfonds
3
)
– –
Vord. op andere Staatsbedrijven
1)
….
,,
19.581.342,53
Verstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
…19.021.342,53
leeningen aan gemeenten (saldo)……
48.840.432,15
–
V e r p11 c h t Ing e n.
Voorschot door De Ned. Bank ingev.
art. 16 van haar
octrooi
verstrekt
–
–
Schatkistbiljetten In Omloop ………
/444.624.000,- f444.624.000,-
Schatkistpromessen In omloop …….
84.280.000,-
,, 84.280.000,-
Zilverbons in
Omloop …………….
1.330.919,50
,,
1.328.093,50
Schuld
op ultimo Juni
1934 aan
de
gem. weg. a. h. uit te keeren hoofds. d.
…
pers. bel., aand. i. d. hoofds. d. grondb.
..
e. d. gem. fondsb. alsm. opc. op die
–
–
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)
,,
318.906,43
,,
29.124.272,49
bel, en op de verm. bel………………..
1)
Id. a. h. Staatsbedr. der P.T. en T.
..,,
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)
105.705.061,73
,,
11.869,63
97.342.088.47
.
61.869,63
Id. aan diverse instellingen
2)
…34.565.091,56
..
36.214.662,18
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
1
28 Juli 1934
1
4 Aug. 1934
Vorderingen:
–
f
296.000,-
Betaalmiddelen in
‘s
Lands kas
– –
Saldo Javasche Bank
.
……………..
…….
waaronder Muntbiljetten ………..
–
–
Verplichtingen: Voorschot’s Rijks kase. a. Rijksinstelt
f274.542.000,-
273.541.000,-
Schatkistpromessen ………….
. ….
…….
1.750.000,-
1.750.000,-
Schatkistbiljetten ………………..
11.370.000,-
,,
11.370.000,-
–
–
Muntbiljetten in Omloop
……………..
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.
…
..
,,
1.746.000,-
1.746.000,-
Idem aan de Ned.-Ind. Poatspaarbank.
,,
1349.000,-
,,
1.496.000,-
Voorschot van de Javaache Bank……
842.000,-
–
SURINAAMSCHE
BANK.
Voornaamste posten in
duizenden guldens.
Data
Metaal
–
Circu
laffe
1
Andere
opeischb.
schulden
1 1
Discont.
1
IDfv,
reke-
ningen’)
14 Juli
1934..
715 1.090
414
572
1.692
7
,,
1934..
692 1.098 443
1
580
1.705
30 Juni
1934..
724 1.203
424
1
583
1.710
23
1934..
709
971
449
1
582
1.681
16
,,
1934..
706
996
436
1
585
1.671
5
Juli
1914..
645
1.100
560
735
396
‘ .iUltp.
UCJ acLiva.
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 6 Augustus 1934.
Activa.
Binnen!. Wis-t Hfdbk.
f
23.076.542,41
seis, Prom., Bijbnk.
328.597,63
enz.in
disc.Ag.sch. ,,
3.729.647,79
27.134.787,83
Papier o. h. Buiten!. in disconto
–
Idem eigen portef.
f
1.360
Af: Verkochtmaar voor
niet afgel. ,,
–
1.360.725,-
“”
Hfdbk.
f
100.832.025,551)
ncl. vrsch.
in rek..crt.
Bijbnk.
,,
4.867.518,74
Ag.sch.
,,
41.163.382,35
op
onderp.
f
146.862.926,64
Op
Effecten
……
f
141.019.957,87
2
)
OpGoederenenSpec.
,,
5.242.968,77
,,
146.862.926,64
1
)
Voorschotten a. h. Rijk
…………….
..
–
Munt, Goud
…
…
f
102.173.650,-
Muntmat., Goud
.. ,,
761.221.981,32
f
863.395.631,32
Munt, Zilver, enz.
,,
23.366.721,60
Muntmat., Zilver.
–
,,
Belegging
i/
kapitaal, reserves en pen-
886.762.352,922)
sioenfonds
……………………
21.217.742,4
Gebouwen en Meub. der Bank
……..,,
4.970.000,-
Diverse
rekeningen
………………,,
20.139.647,97
Staat d. Nederi. (Wetv. 27/5/’32, S. No. 221),,
16.996.491,37
f
1.125.444.674,20
Paseiva
–
Kapitaal ……………….
………
f
20.000.000,-
Reservefonds ……………
……… ,,
3.807.914,92
Bijzondere reserve ………
……… ,,
5.000.000,-
Pensioenfonds ………………….,,
9.262.132,91
Bankbiljetten in omloop ………….. ,, 906.446.875,_
Bankassignatiën in omloop ……….,, 57.802,21
Rek.-Cour.
j
Het Rijk
f
29.899.519,99
saldo’s:
, Anderen ,, 149.145.528,19 ,,
179.045.048,18
Diverse rekeningen ………………..,,
1.824.900,98
f
1.125.444.674,20
Beschikbaar metaalsaldo …………
f
452.356.120,16
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
ioop dan waartoe de Bank gerechtigd is ,, 1.130.890.300,-
Waarvan aan Nederlandach-Indit
(Wet van
15
Maart 1933, Staatsblad No. 99) ……../ 73.789.100,-
Waarvan in het buitenland ……… . …………… ..32.341.466,47
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Goud
Andere
1
Eeschikb. Dek-
Data
Circulatte
opelschb. Metaal- kin ga
Munt
1
Munt maf,
schulden
saldo
1
perc.
6 Aug.’34 102174 761.222 906.447 179.103 452.356 82
30 Juli ’34 102173 761.197
908.966 179.905 450.326
81
25 Juli ’14 65.703 96.410 310.437 6.198 43.521
54
Totaal Schatxist-
Bel
Papier Diverse
Data
bedrag promessen
ee-
het
reke-
disconto’s rechtstreeks n ngen
bultenl. nin gen
1)
6 Aug. 1934 27.135
–
146.863
1.361 20.140
30 juli 1934 26.951
–
152.155
1.361
18.858
25 Juli 1914 67.947
–
61.686 20.188
509
1) Onder de activa.
JAVASCHE BANK.
Data
Goud
Zilver
Circulatle
1
opeischb.
metaal-
schulden
saldo
4Aug.’34
8
)
1T.550
185.030
34.240
53.842
28Juli 1349)
141.200
183.610
33.890 54.200
30Juni1934
112.493
1
28.840′
184.868
27.720
56.298
23
,,
1934
111.993
1
28.903
184.175
28.542
55.809
25 Juli1914
22.057
31.907 110.172 12.634
4.842
Wissels.
Diverse
Dek-
Data
bulten
Dis-
Belee-
reke-
kings-
N.-Ind.
conto’s
ningen
ningen’)
percen-
_____________
bef aatb.
tage
4Aug.’34
9
)
1.280
7430
13.040
65
28Juli ‘342)
970
73.850
12.750
65
30Juni1934
610
10.630
66
9.570
1
52.036.
23
,,
1934
1.336
9.606
1
49.816
10.326
66
25 Juli1914
6.395
7.259
75.541
2.228
44
1)
Slultp6st activa.
2)
Cijfers
telegrafIsch ontvangen.