Ga direct naar de content

Jrg. 17, editie 862

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juli 6 1932

6
JULI 1032

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch~Sta*
tistisché

Berichten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

17E JAARGANQ

WOENSDAG 6 JULI
1932

No. 862

INSTITUUT VOOR ECOIVOMISCIIE GESCHRIFTEN.
Algemeen SecretarisProf. Mr. Dr.
G.
M. Verrijn Stuart.
ECONOMISCH-,STAT!STISCHE BERICHTEN.
COMMISSiE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Ilasselt; Jhr. Mr. L. H. vat.
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele;
Prof.
Dr. N. J
Polak; Mr. Dr. L. F. 11. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rengers;
Prof.
Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis; Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. 0. M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: H. M. F1. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh & vGn Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,
Amsterdam, ‘s- Gravenhage. Postchèque- en giro-rekening No.
145192.

5 JULI
1932,

Zooals dat cle laatste weken geregeld het geval is,
kan het overzicht van ‘de geidmarkt ook ditmaal weder
kort zijn. Geld blijft onveranderd ruim; privaat-dis-
conto : pCt., prolongatie nog steeds 1 pOt.

*
De birinenla n’dsche u .itzettinge.0 der Nederlandsche
Bank zijn blijkens den weekstaat toegenomen met
f
5.2
milli’oen, tengevolge van een stijging der beleeningen
met
.f
4.6 millioen en van de disconto’s met
f
600.000.
De diverse rekeningen onder de activa bleven nage-,
noeg ongewijzigd, evenals cle post papier op het bui-
tenland.

De goudvoorraad is met
f
17 millioen vermeerderd,
terwijl de zilvervoorraad met
f
1.8 millioen afnam.’
Per saldo steeg ‘dus de metaalreserve met
.f
15.2 mil-
11 oen.
Onder de passiva der Bank blijkt de biljettencircu-
latie met
f
35.9 millioen te zijn uitgebreid, waar-
tegenover een vermi nclering der rekening-con ran t
saldi van
f
15.9 millioen staat, veroorzaaict ctoor een
stijging van het saldo van het Rijk met
f
5.7 millioen
en een daling van de saldi van anderen met
.f
1.6 mil-
lioen. 1-let beschikbaar metaalsaldo is
f
7.2 millioeri
grooter dan verleden week, het dekkingspercentage is
nagenoeg onveranderd en bedraagt bijna 81 pOt.
* *
*
Op de wisselmarkt is het de afgeloopen week kalm
gebleven. Het aantal zaken was van geringe beteekenis’
en het kostte moeite iets ‘tot stand te brengen. Aller
aandacht was weder geconcentreed op den Dollar/Pon-
denkoers. Van 3.61%’ is de Dollar in Londen allengs
opgeloopen, zoodat de slotnoteering 3.56 werd. Ook
hier zijn de Dollars aanvankelijk van 2.4755 tot 2.4780
gestegen; daarna kwam, er meer aanbod en liep de
koers tot 2.4750 terug, nadat Zaterdag nog voorbij-
gaand 2.4730 werd genoteerd. Uit het voorgaande
volgt, dat de Pondenkoers hier heel flauw geweest
moet ‘zijn. Van 8.94 daalde ‘de koers dan ook tot 8.80,
slot 8.81. Marken noteerden 58.55-58.95—58 .75.
Fransche Francs veranderden weinig en bewogen zich
rond de 9.73V4. Belga’s bleven 34.45. Zwitsersche
Francs, die de eerste dagen tnsschen ‘de 48.20’ en 48.25

schommelden, konden zich Zaterdag tot 48.32% ver-
bctercn, op welken koers zij zich handhaafden. Schil-
lingen wat hooger 34.87V4. Lires 12.62%’.. Peseta’s nog
20.40. 1-let Noorden lager: Kopenhagen 48.-, Oslo
43.40, Stockholm 45.15. Zeer aangdboden werden Fin-
sche Marken, die tot op 3.70 terugliepen. :De lage Fin-
sche koers moet te wijten zijn aan een tijdelijk gebrelc
aan vreemde deviezen. Men vermoedt, dat dit slechts
van voorhijgaanden aard zal zijn. Oan. Dollars 2.17.
Yen 69 en Rupees 66%.

Ponden op 1 en 3 maanden waren weder. vaster:
1/16
en
fie
c. onder contant. In termijn Dollars was
weinig verandering te constateer.en: 35 en 100 pnn’ten
disagi
0.

Op de goudmarkt blijft het stil. Marken bankpap:ier
not.eeren zeer onregelmatig, omdat de mogelijkheid
bestaat, ‘dat een der weinige kanalen, waardoor ‘tot nu
toe nog Maricenbiljetten konden worden geplaatst, ‘ook
weldra niet meer zal kunnen worden gebruikt. Van
58.70 liep de koers tot onder de 58.30 terug; slot
58.55. Oolc Schillingbiljetten waren wat meer gezocht;
cle koers liep op tot 30.

LONDEN, 4 JULI 1932.

De reeds jaren besproken en verwachte cohversie
van de groote 5 pOt. oorlogsleening is dan eindelijk
aangekondigd en cie regeering heeft den moedigen stap
gedaan om aan hen, die niet met de conversie won-
schen mede te gaan, afbetaling aan te bieden op 1 De-
ccmber a.s. Verwacht wordt, dat het meerendeel der
Engelsche houders zullen converteeren en dat ook
ccii
deel ‘der buitenlandsche houders, gezien het feit,
dat vrijstelling van ink’omsten
1
belasting voor hen blijft
bestaan, tot conversie zullen overgaan.

Vermoedelijk zal het grootste deel der buitenland-
sche houders tot verkoop overgaan. De prijs van 5 pOt.
War Loan is dan ook iets lager en sloot heden op
101116
pOt. :Dit heeft tevens het gevolg, dat Sterling
meer aangeboden is en daarom heden tegenover Dol-
lars en Guldens resp.: 3.57 en 8.81 sluit.

Disconto is iets vaster, eveneens onder den invloed
van ‘deze conversie, daar de per 1 December aflosbare
stukken van de 5 pOt. Oorlogsleeniu’g een aantrekke-
lijke korte belegging vormen, welke een belangrijk
beter rendement geeft dan een 3-maands wissel. De
rtoteeri ng voor 3-maands bankaccepte.n is
11/16
en voor
schatkistpromessen circa
7/
pOt.
De invloed van deze conversie is zeer beduidend en
kan zich tot de rentebasis voor beleggingsfondsen in
het ‘buitenland uitstrekken.
De verlaging van het
1
bankdi’sconto hier en nog wel
op den laatsten dag van het halve jaar was slechts
bedoeld om de stemming voor de conversie te verbe-
teren. De deposito interest van de banken bleef onge-
wijzigcl op 34 pOt.

Uit de verdere verlaging van het bankdisconto en

de conversie van War Loan wordt hier geconcludeerd,
dat de regeering een vrij gunstig verloop van de con-
ferenties te Genève en te Lausanne tegemoetziet.

528

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

6 Juli 1932

VERTRAGING ALS CONJUNCTUUR-

ELEMENT.

Wij kunnen ons een maatschappij indenken waarin
de prijzen en de gevraagde en aangboden lioeveelhe-
den van ieder artikel van ioment tot moment met
de overige marktfactoren correspondeere. In zoo’n
maatschappij ontbreekt de vertraging van het aan-
passingsproces. Er is steeds een marktevenwicht en
voor zoover er in zoo’n maatschappij dynamische krachten werken, kunnen de prijzen van bepaalde.
artikelen (grondstoffen, kapitaal.dispositi e en arbeid inbegrepen) stijgen of dalen, crisisverschijnselen zijn
er oibekend.
In de werkelijke maatschappij bestaat evenwel een
belangrijke vertraging in de aanpassing. Oorzaken
hiervoor zijn:
contracten, die voor langeren tijd gesloten zijn;
cie duur van cle technische productie in verband
met cle onoverzicitelijkhe.id van de markt;
het rekenen met prijzen uit een vorige periode.
In verreweg de meeste gevallen baseert men de

contractueele verhouding op de prijzen van het oogen-
blik, waarop het contract gesloten wordt, en gedxa-
gen cle contractanten zich ten opzichte van elkaar
,,aisof” in deze prijzen gedurende de contractperiode
geen wijziging komt. Deze veronderstelling kan te
meer met de werkelijkheid in
strijd
komen, naarmate

cle prijsverancieringen grooter en overwegend in ééne
richting zijn.
De kaus hiervoor is het grootst bij contracten, die
voor ccii betrekkelijk lange periode gesloten zijn. Bij contracten van zeer langen duur, tenzij in een hijzon-
der abnormalen tijd gesloten, bestaat kans op eenige
compensatie.
De voornaamste contracten in dit verband zijn:

I. Padhtcontracten;
11. Arbeidscontracten, indiv.idueele en collectieve;
JIJ.. Kapitaalcontracten:

1. Koop van grondstoffen op termijn;
91
Huur van gebouwen enz.;
3. Geldleen,i.ngen.

Voor zooverre de prijzen der productiemiddelen den
marktprijs van het finaalgoed beïnvloeden, werken
deze contracten in een conservatieve richting, terwijl
zij anderzijds bij prijsveranderingen relatieve ver-
schuivingen in de verdeeling van het maatschappe-
lijk product tengevolge •hebben.
In dezen tijd van belangrijke verschillen in de prijs-
daling vertragen deze contracten mede het herstel
van het evenwicht, terwijl zij tevens de reëele waarde
van het inkomen van de geldontvangende partij ver-
grooten. Wat dit laatste betreft, moet er •billijkheids-
halve op gewezen worden, dat de tbeïnvloeding van
het inkomen. zoowel Ibij prijsdaling als prijsstijging
optreedt, zoodat hier veelal compensatie van voor- en
nacleelen aangenomen moet worden, tenzij, zooals
thans, de prijsverandering van dien aard is, dat er
waarschijnlijk sprake is van over-compensatie.
De vertragende werking op de prijzen van de
finaalgoederen, die door de
pachtcontra.cfen
uitge-
oefend wordt, is waarschijnlijk zeer gering. Wel is
hier van heteekenis de invloed op de inkomens en zoo
indirect op de productie, want het mag wel aange-
nomen worden, dat de grondeigenaren andere artike-
le.n plegen te koopen dan de landbouwende bevolking.
Bij de
arbeidscontracten is
de vertragende werking
grooter. De loonbeweging iblijft bij de conjunctuur-
beweging achter. Op grond van uitvoerig cijfermate-
riaal kwam S. de Wolff tot de conclusie
1
), dat de
groote vermeerdering van het arbeidsloon meestal
plaats vindt in het laatste gedeelte van de hausse en
zich soms nog voortzet in het eerste jaar van de baisse;
(le groote vermindering van het loon in het baissege-
deelte van den cyclus zet zich door in het laatste ge-

1)
S.
cle Wolff. Liet Ecn. Getij,
bi. 150/151.

INHOUD.

Blz.
VERTRAGING ALS CONJUNOTUURELEMENT
door
W.J. van

de
Woestijne ………………………………
528

Zuid-Afrika en de gouden standaard door
Mr. Paul Caz
530

Grondstoffen-valuta door
Prof. Dr. Ir. J. Goudriaan Jr.
532

De Indische middelen over Maart
1932…………….
534

BUITENLANDSOHE MEDEWERKING:

De toestand op de kopermarkt door
Dr. A. Marcus..
536
AANTEEKEN1NGEN:

Waardeveranderingen van het geld en hare correcties
538

INGEZONDEN STUKKEN:
Planmatige regeling
van de
varkenshouderij door
J.
J
. van Riemsdik …………………………..
539

BOEKAANKONDIGINO:

Prae-adviezen van het vijfde Internationaal Congres
voor Wetenschappelijke Bedrijfsorganisatie ……
540

MAANDCIJFERS:

Indexcijfers van Nederlandsche aandeelen ……..
539

Overzicht van de Indische middelen ……………
540

Productie der Steenkolen-, Bruinkolen- en Zout-

mijnen
…………………………………
541

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
……………. 541-546

Geldkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten. – Goederenhandel.

cleelte van die baisse, ja dikwijls nog in de eerste jaren van de hausse.
Dit asyndhronisdh verloop van bonen en conjunc-
tuur, Dr. W. L. Valk weer er reeds eenige maanden
geleden in de N.R.C. op, heeft een conjunctuurver-
scherpende invloed. Hier vormen evenwel de bonen
geen uitzondering, maar in zeer veel andere gevallen werken zulke vertragingen in de aanpassing een ver-
scherping van de conjunctuur in de hand, zoowel in
de hausse als in de baisse. Twee omstandigheden be-
perken de vertraging. In de eerste plaats worden col-
lectieve contracten in den regel voor een periode van
één tot twee jaar gesloten en daarna kan een aanpas-
sing aan de gewijzigde marktverhoudingen tot stand
komen. Ten tweede dient er op gewezen te worden,
dat de arbeidskosten ook in hooge mate van de
arbeidsintensiteit afhangen. In depressieperioden zien
we een verhooging van de arbeidsproductiviteit.
i)

Jammer genoeg laat het gepubliceerde materiaal niet
toe na te gaan of dit hoofdzakelijk in het eerste dan
wel in het laatste deel der .baisse geschiedt, hetgeen
in verband met de boontbeweging van belang is; waar-
schijnlijk is het eerste niet, omdat het doorvoeren van de rationalisatiemaatregelen zelve ook weer tijd kost.
Wel kan worden aangenomen, dat juist de vertraag-
de aanpassing van de bonen bij het
prijsniveau
de
invoering van rationalisatieaatregelen bespoedi gt,
hetgeen in een depressieperiode denkelijk wel tot uit
stooten van arbeidskracht zal voeren. Het is dan ook
a priori niet uit te maken, of de voordeelen van een
zoo krachtig mogelijk afweren van aanvallen op het
loonpeil
voor de geheele arbeidersiclasse
grooter zijn
dan de nadeelen; wel komt (het mij voor, dat de las-
ten op die manier zeer ongelijk verdeeld worden
tusschen hen, die blijven werken en hen, die voor
langen tijd uit de productie gestooten zijn.
De
1capitaticosvtracten
hebben al naar hun aard een
grootere of kleinere vertraging tengevolge. In tegen-
stellin.g tot de arbeidscontracten wordt dit nog ge-
accentueerd, doordat naast de prijs meestal cle hoe-
veelheid
1
reeds van te voren vastgesteld is.
Bij
koop
van grondstoffen op termijn kan de vertraging van
enkele weken tot eenige jaren varieeren, verreweg de
meeste contracten boopen evenwel binnen het jaar af.
Huur van gebouwen enz. wordt, tenzij voor zeer tijde-
lijke doeleinden aangegaan, bij langdurige contrac-
ten geregeld. De belasting van de onkostenrekening

i) Cassel. Theor. Soz. 0k
1927
bi.
519
en S. de Wolff.
Econ. Getij
1929 bi. 1441149.

6
Juli 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

529

in depressieperioden is hier een du’hbele. Eenerzijds
is de geidsom op grond van de vroegere prijzen be-paald, anderzijds is cle gehuurde ruimte in verband
met de normale beclrijfbehoeften vastgesteld, dalen
deze, dan beteekent dit een evenredige verzwaring
van •de productiekosten.
Bij geldieeningen liggen de verhoudingen analoog.
Ook hun grootte is bepaald in verband met den
.normalen omzet. Daalt deze en zijn de leeningen voor
langen tijd aangegaan, dan duurt het geruimen tijd
voor de geidbehoeften weer in evenwidht met de lee-
ningen zijn. In den tusschentijd kan zich dan het ge-
val voordoen, dat tegenover een cred.it-leening van
hoog rentetype debet-leeningen aan banken staan, die
slechts een fractie van de kosten der eersten op-
brengen.
In bovenstaande gevallen zien wij, dat op grond
van contracten, gesloten op een vroegere prijsbasis,
p rocluctiefactoren aan een onderneming geleverd
worden. Voor zooverre de desbetreffende onderne-ming in deze geen uitzonderingspositie inneemt, zal
cie gezamenlijke wenseh der ondernemers tenminste
hun kosten in de berekende prijzen der finaalgoederen
vergoed te krijgen, ertoe leiden, dat deze
prijzen
de
ver triugende werking ondergaan. Bij een •baisse zullen
cle prijzen langer op hooger peil blijven, terwijl in
een hausse veelal tegen cle lagere prijzen dan met de
feitelijke marktpositie overeenkomt wordt gecalcu-leerd. De hoogere prijzen in de baissc verlengen de
depressie, terwijl cle lagere in cle hausse tot verdere
expansie voeren. In beide gevallen hebben wij een ver-
scherp ing van cle con] unctuur.
Naast deze vertrag.ingsmomcnten als gevolg van
contractucele verhoudingen bestaan er eveneens zulke
welke uit min of meer uit den aard der productie
voortvloeien. Bij het procluceere.0 riciht de onderne-
nier zich naar de uit de prijsverhoudingen volgende
winstkansen. De productie kost tijd. in verreweg cle
meeste gevallen bepalen (le prijren op een gegeven
de grootte van het aan’bod der finaalgoederen voor het tijdstip, cl at een productieperiocle verder ligt.
Omdat nu iedere ondernemer deze berekeningen
voor zich maakt en
01)
grond van cle bestaande prijzen
zijn scliikkingen treft voor uitbreiding of inkri.ni-
piog der productie, is de kans groot, dat we na af-
loop der productieperiocle 6f een accumulatie van de
aanbocisvermeerdering met prijsdaling, 6f een accu-
mulatie van dc aanibocisvermindering met prijsvcr-
hooging kunnen waarnemen.
Volgens onderzoekingen van Dr. i

iariau van liet
Ïnstitut für Konjunkturforschung blelcen de volgen-
de factoren van overwegencicn invloed te zijn
0
het aanibod van varicens cii daarmede op dien prijs van
het varkensvlecseh:
3)

de verhouding tusschen varkei:isprijs en voecler-prijs 1.3 maanden te voren;

cle absolute hoogte van voederprijzeu, ii maan-
den tevoren;
het aantal aanwezige voor de voortteling bestem-
cle zeugen van 1 jaar en ouder, 12 maanden tevoren.

Zijn deze verhoudingen gunstig, dan wordt tot uit-
breiding van cle varkensfokkerij overgegaan. Komen
de varkens aan de markt, dan is het aanbod relatief
te groot, de prijzen dalen, het fokken vermindert, na
15 tot
iS
maandnn treedt relatieve schaarsehte op,
wat weer tot uitbreiding voert. Zoo ontstaat een
cyclische beweging die in ongeveer 3 jaren verloopt.

In de studie van Dr.
J.
Tinbergen: Scheepsbouw-
en conjunctuurverloop
1)
komt cle schrijver in ver-
brnd met de relatief langen duir van liet productie-
lroces in dezen tak van nijverheid tot cle conclusie,
,,clat er een vrij belangrijice vertraging bestaat tusschen
het oogeniblik waarop tot den aanschaf van ee.n nieuw
schip wordt besloten en dat waarop dit schip voor de

3)
De Ned. Conjunctuur, Sept. 1930.
1)
De Neci. Conjunctuur, Maart 1931.

vaart gereed is gekomen. in deze vertraging ligt, in verband met de schommelingen in het economisch
leven, een ooinaak van belangrijke risico’s voor de scheepvaartmaatschappijen. Op een oogeublik, dat
– naar scieepsruimtc veel vraag is, zijn deze niet steeds
in staat van deze gunstige situatie liet grootst nio-
gelijke nut te trekken, terwijl op andere oogenbiik-
ken schepen gereed komen, waarvoor inmiddels geen
emplooi meer is.”
Bij een zuiver reageeren op dc
• bestaande prijzen
ontstaat door den duur der productie een vertraagde
aanpassing van vraag en aairhoci met als gevolg een
cyclische conjunctuurbeweging. Deze zou alleen ver-
meden icunnen worden mcl ien cle toekomstige vraag
geschat kon worden en de ondernemers van elkaars
plannen tot uitbreiding of inkrimping der produc-
tie op de hoogte varen. Of dlit hij een ondernemings-
gewijze prol uctie mogelijk is, moet betwijfeld worden.

Als derde groep oorzaken voor een vertraagde aan-
ussing van speciale prijzen hij het algemeen prijs-
niveau moet genoemd worden liet rekellen niet prijzen
dli
t een vorige proclucteperiocle, ook al wordt dit niet
in cie hand gewerkt door bestaande contractueele ver-
plichtingen of door den duur der productieperiocle.

Schakelen we vertragi ugsversc’hij nselen uit, dan
kunnen we zeggen, dat cie productie winstgevend is,
nden het waarcle-equivalent, dat men voor l
ie
t ge-
produceerde ontvangt, grooter is dan de opgeofferde
vaarclen der producti cmi dclele.n, of .in gelciswaarden
de
prijs
hooger is clan den kostprijs.

In d.i en vertragingsverscliijnselen op treden, deicken
cle begrippen ,,opgeoffercle waarden der procl uctI e-
middelen” en ,,kostprijs” elkaar niet meer. Blijft men
cle procluete dan toch nog naar de ,,prjs – kostprijs-verhouding” richten, clan voldoet dle productie niet
nieer aan cle maatschappelijice behoeften, zooals deze
in dle waarcleschattingen tot uitdrukking komen,
m.a.w. er treden storingen in het economische leven op.

Nemen wij aan, dat
Op
een gegeven oogen’blik cle
prijzen (Je equvalente uitdrukking voor de vaarclen
zijn. Berekent men clan volgens die prijzen de kost-
prijs van een product, dai, vormt clie
kostprijs
cle
equivalentie voor de opgeofferde waren. Nemen we
vervolgens aan, dat cle kostprijs voor een deel be-
taat uit afschrij ving volgens de aanschaffingswaarde
op machines en ut vooraf gelcoe’hte grondstoffen, clie
eveneens tegen den inkoopsprijs te boek staan en tegen
dien prijs in de kostprijsberekening worden opge-
nomen. De opofferingen bij de productie bestaan dan te dien opzichte:
materieel
uit slijtage van het vaste
kapitaal plus de gebruikte grondstoffen;
in waarden
uit de waarde van liet versleten kapitaal plus de
waarde van cle verbruikte grondstoffen;
in geldbe-
dragen
uit de afschrijvingssommen plus de inkoop van
de grondstoffen.

Indien nu w’aardeveranderingen optreden (en dit
is met liet eveuwichtsuitgangspunt n:iet in strijd),
dan zal dit waarschijnlijk blijken uit de prijzen op de
markt. Voor zooverre evenwel een ondernemer vol-
gens zijn aanselaffingswaarden calculeert, wordt zijn
kostprijs daardoor niet beïnvloed. Bij prijsstijging
berekent hij Yoo minder dan het equivalent der opge-
offerde waardei •en zal dus bij een hausse de pro-
cluctie opvoeren tot boven het peil, dat voor hem ren-
clahel schijnt. Zoo verscherpt hij niet alleen de hausse,
maar bereidt tevens de katastrofe voor. Bij prijs-
daling berelcent hij meer dan ‘het equivalent der op-
geofferde waarden bedraagt; het gevolg zal zijn, dat
in een depressie door deze te hooge eischen de omzet
nog sneller daalt dan noodzakelijk is. :De depressie
verergert er dus door.
Door nu volgens de vervangwaaide te caleuleeren
in plaats

van volgen-s de aansehaffingswaarde, selia-Icelt men de vertragende w’erlcing van het vaste kapi-

taal en de voorraden op den kostprijs uit. Hierdoor
wordt één van de oorzalcen voor de conjunctuur-be-
weging weggenomen.

530

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 Juli 1932

Wij kannen nu conciudeeren:
de vertragingsvershijnseien vormen mede oor-
zaken voor de conjunctuurbewcging;

zij kunnen een bestaande conjunctureele af wij-
k.i ng van den evenwichtsstand verscherpen;

vertrag i ngsverschij nselen kunnen voortvloeien
uit bestaande contracten, den duur der productie en
u:it het calculeeren volgens aanschaffingswaarde in
plaats van volgens vervangwaarde;

waar vertragingsversc’hijnselen zoowel in een
hausse als in een haisse optreden, kan compensatie
van voor- en nadeelen voor de betrokken economische

subjecten optreden;

de zeer belangrijke waardeverancieringen in de

laatste paar jaren verooinaken vaarshijnlijlc een
overcompensatie.
Op grond van het voorgaande kunnen we nu aan-
geven, hoe verzachting van de huidige depressie ‘te
verkrijgen is, en tevens hoe men tot vernïindering
van de gevaren in een volgende hausse kan (bij-
dragen.
Voor zooverre cle vertraging een gevolg is van den
duur der productie in verband met de onzekerheid
van het toekomstig aanbod en de toekomstige vraag,
zal voorloopig een ingrijpen weinig baten.
De vertragingen, die een gevolg zijn van contrac-tueele verhoudingen, kunnen door beperking van de geldigheidsduur van de contracten verminderd wor-
den. Waar niet te verwacitten is, dat dit overal met
goedvinden van betrokken partijen zal geschieden, is
hier wettelijk ingrijpen noodzakelijk, ten minste als
men overtuigd is, dat de bestaande verhoudingen een
gevaar voor de maatschappij opleveren.
Hierbij zal het gewenscht zijn de contracten naar
hun aard en hun duur te klassificeeren. Contracten
net korten looptijd oefenen uit den aard der zaak een
minder vertragende werking uit dan langdurige. Zoo
kan het misschien thans gewenscht zijn om in ver-
band met de prijsdaling en de daaruit voortvloeiende
verminderde behoefte aan geidmid delen langdurige
obligatieleeningen voor ‘hun vervaitijd aflosbaar te
stellen. Daardoor zou ook cie kapitaalmarkt een nor-
maler aanzien herkrijgen. De gelden op korten ter-
mijn, thans bij de banken, zouden door de aflossing
van de obligat.ieleeningen naar de beleggers vloeien
en de daar ontstane geldruinite zou het aanbod van
kapitaal op langen termijn doen toenemen, liet resul-taat zou zijn: vermindering van het overmatig groote
aanbod van geld
01)
korten termijn en vermeercieriiig
van het thans schaarsche aanbod van geld op langen
termijn.
Wij zijn niet blind voor de nadeeligenevenwerkingen
van dezen maatregel en denken hier o.a. aan de ge-
volgen voor het levensverzekeringsibedrijf, inclusief
de pensioenfondsen en aan de spaarbanken, maar
meenen dat de nadeelen van de vertraagde aanpas-
sing grooter zijn. Evenmin stellen wij dit voor om
bij iedere depressie toe te passen, maar alleen voor
die gevallen, waarin de gevolgen van de depressie een
overcompensate van de gevolgen der hausse betee-
kenen.
Een ‘belangrijke verkorting van de depressieperiode
en een vermindering van ‘de volgende hausse is te
verwachten van het calculeeren op basis van de ver-
vangwaarde in plaats van op basis van de aanschaf-
fingswitarde. Evenals in een hausse de prijsstijging
van grondstoffen en finaalgoederenvoorraad voor een
belangrijk deel slechts schijnwinsten oplevert, moeten
vele verliezen uit dien hoofde thans tot ‘de schijuver-
liezen gerekend worden. Dit neemt niet weg, dat
boekhoudkundig deze conj unctuurvershijnselen tot
winsten en verliezen aanleiding geven. Dit i’s van be-
lang in verband met art. 42e Wetboek v. Koophandel
luidende:
,,Ïndien blijkens •de vastgestelde winst- en verlies-
rekening over eenig jaar verlies geleden is, hetwelk
niet uit cciie reserve bestreden of op andere wijze

gedeigd wordt, ‘geschiedt in volgende jaren geen
winstuitkeering zoolang zoodanig verlies niet is aan-

gezuiverd.”

Deze bepaling, hoe goed voor normale tijden, is
thans voor de economische ontwikkeling een gevaar.
Bij een conservatieve ibalanspolitiek zou toepassing
ertoe kannen leiden, dat schijnverliezen winstuitkee-

ringen voor langen tijd tegen zouden kunnen houden.
De oplossing zal gevonden moeten worden door het
eventueel terugbrengen van de boekwaarde der kapi-
taalgoederen (‘vast en vlottend) tot een waarde, die
in verband met de gewijzigde prijsverhoudingen ,,no-
maal” genoemd kan worden. Dit zal met een reductie
zoowel van de reserven als van het aandeelenkapitaal
gepaard moeten gaan. Zoo zal eerder op dit geredu-
ceerde aandeelenkapitaal winst kunnen worden uitge-
keerd hetgeen een gunstige uitwerking op de koer-
sen zal hebben. Schijnbaar is dit afstempelen van de
aandeelen voor de aandeelhouders een onaangename
operatie, in werkelijkheid wordt hun ‘bezit er niet i.n
het minst door aangetast en is het zelfs in hun vel-

begrepen belang.

Het kan niet ontkend worden, dat door de ver-
gaande prijsdaling liet obligatiekapitaal een zeer
grooten druk op de rentahiliteit van vele onderne-
mingen uitoefent, terwijl anderzijds de obligatiahou-
ders door ‘de daling van het algemeene prijsniveau een extra-winst maken. Economisch en moreel zou
er ‘dus aanleiding kunnen zijn eveneens tot een reduc-

tie van dit kapitaal over te gaan. Er zijn hier even-
wel groote bezwaren en het zal wel in
strijd
met de

ganghare ‘begrippen omtrent den eigendom zijn, hier
in te grijpen, zoodat hiervan waarschijnlijk afgezien
moet worden, mede omdat niet is na te gaan hoe zulk
een maatregel op de toekomstige spaarcapaciteit in
zal werken. Mocht de deflatie verderen voortgang
hebben en daarmede deze vaste lasten voor het econo-
mische leven on’dragelijk worden, dan zullen ook ten
aanrzien van de o’hligatieleeningen ten laste van on-
dernemingen en overheid maatregelen getroffen moe-
ten worden, die voor de betroffen personen onaan-
genaam maar voor de gemeenschap noodzakelijk zijn.
W. J. VAN DE WOESTIJNE.

ZUID.AFRIKA EN DE GOUDEN STANDAARD.
(riet rapport der Goudconnmissie).

i)at liet in Zuid-Afrika noodig is, een officieel ver-
slag van meer dan 1000 pagina’s het licht te doen zien ten aanzien van de kwestie, of het land al dan niet den
gouden standaard trouw zal blijven, bewijst wel, hoe
ernstig deze kwestie door de regeering wordt opgevat,
hoe scherp aan den anderen kant •de aanvallen zijn,
die tegen de onverandercie handhaving der huidige
monetaire politiek worden gericht.
Bij Volksraadsbesluit van 24 Febr. 1032 was op
voorstel der regeering een commissie benoemd, wclker
taak het was, een onderzoek in te stellen naar de
vraag, of de handhaving van den gouden standaard
vereischt wordt door de belangen der Unie en in hoe-
verre deze belangen beïnvloed zouden worden door af-
stapping van dezen standaard. De leden der oppositie
w’eigerden evenwel i’n ‘deze commissie ‘zitting te
nemen, aangezien zij van oordeel waren, dat, hoe ook
het verslag zou mogen uitvallen, de regeering van den gouden standaard geen afstand zou doen. De commis-
sie werd dus uitsluitend samengesteld uit regeerings-
aanhangers en het lijdt natuurlijk geen twijfel, of deze
samenstelling heeft aan cie objectieve waarde van het
verslag afbreuk gedaaz.11et dient niet te worden weg-
gecijferd, dat van cle 23 getuigengroepen, door de com-
missie gehoord, zich niet minder dan 13 voor ophef-
fing van dien gouden standaard uitspraken, o.m. liet
Comité van Gouciproducenten, Barclays Bank, ‘de Stan-
dard Bank of South Af rica, de Gefedereerde Kamer
van Nijverheid en de Associatie van Kamers van
Koophandel. Bij bestadeerinig van het verslag is het
daarom niet voldoende, kennis te nemen van liet eind-

6
Juli
1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN-

531

rapport der commissie, doch zal men tevens de be-
langrijkste getuigenverhooren aan een grondig onder-
zoek moeten onderwerpen.
De meest waardevolle gotuigenissen vormen oa.

clie, afgelegd door Joh. Postmus, Gouverneur der
Zuicl-Afrikaansche Reservebank, Jac. Dommisse,
floofdagent der Nederlandsche Bank voor Ziud-Afrika
en het Comi tS van Gouclproducenten, voornamelijk
vertegenwoordigd door J. Martin, President ‘van de

Transvaalsche Kamer van Mijnwezen.
Terstond nadat Engeland den gouden standaard had
verlaten, ontstond in Zuid-Afrika een steeds aan-
groeiende ‘beweging, d.ie ten doel had, ‘de Zuid-Afri-
kaansche regeering ertoe te brengen, Engeland’s voor-
beeld te volgen. Men voerde aan, 1. dat de gouden
standaard de oorzaak was, dat elk .initiatief gaandeweg
werd ondermijnd en het land langzamerhand in een
stadium van economischen stilstand kwam; 2. dat men

den gouden standaard moest prijs geven als een mid-
dol, oni het evenwicht tusschen debiteuren en credi-
teuren, dat door de verandering van ‘de waarde van
liet geld was verstoord, te herstellen; 3. dat deprecia-
tie van het ruilmiddel het land een uitnemende ge-
legenheid zou bieden, om den levensduur der goud-
mijnen te verlengen, door de bewerking ‘van groote re-
serves erts met laag gehalte rendihel te maken.
Nu dient bij voorbaat te worden vastgesteld, dat alle
getuigen het er over eens waren, dat Zuid-Afrika als
gevolg van zijn unieke positie als grootste goudpro-
clucent der wereld, ongetwijfeld in staat is, zelfs onder de allerongunstigste omstandigheden formeel den gou-
den standaard te handhaven, liet was voornamelijk
cle heer Postmus, die er
01)
wees, dat Zuid-Afrika nooit

van den gouden standaard zou kunnen worden afge-
drongen, aangezien het land van een voortdurende
toestrooming van goud is verzekerd, de betalingsba-
lans in evenwicht blijft, de regeering een vastberaden
versoherings- en aanpassingspolitiek volgt, de liqui-
cliteitspositie der banken en der Reservebank zeer gunstig is en tenslotte in Zuid-Afrika geen buiten-
lancisch kort crediet van belang uitstaat. Is dus for-
meel de gouden standaard volkomen safe, de vraag
rijst: Zou liet land in zijn geheel er geen voordeel uit
trekken, indien men opzettelijk en ongedwongen dezen
standaard zou loslaten?

Beziet men deze kwestie van moreel standpunt, een
stanclpuu t overigens, dat bij geen der ,,goud-clefaitis-
sten” waardeer.ing vindt, dan concludeert de commis-
sie (o.i. zeer terecht), dat eenige officiëele verklaring
door Zuid-Afrika, dat het zijn verplichtingen slechts
ten dccle zal nakomen, terwijl het voor de geheele we-
reld duidelijk is, dat het land in werkelijkheid aan al
zijn verplichtingen kan voldoen, het Zuid-Afrikaansch
crediet zulk een geweldigen slag zal toebrengen, dat
het jaren zou duren, alvorens liet van dien schok her-
steld zou zijn. Het verslag wijst op de groote nadeelen,
die Zuid-Afrika reeds heeft ondervonden van de agi-
tatie tegen den gouden standaard, op zoo hef tige wijze
door Smuts c.s. gevoerd. Deze actie heeft geleid tot
een kapitaalonttrekking van £ 10-11 millioen, een
onttrekking, waaraan, volgens den heer Dommisse, de
Nederlandsche Bank voor Zuid-Afrika voor een be-
drag van £ 250.000 heeft deelgenomen.

Doch laten’ wij dit moreele argument bui ten be-
schouwing, dan geeft cle commissie toe, dat inderdaad
Zuid-Afrika op het oogenblik duurder produceert dan
landen, clie hun valuta hebben laten ‘deprecieeren. De
voorstanders van tlepreciatie bevelen dan ook aan, het
voorbeeld dier landen
te
volgen, overtuigd als zij zijn,
van liet feit, dat depreciatie van het ‘betaalmiddel
geen stijging der ‘binnenlandsche prijzen ten gevolge
zal hdbben. 1-let verloop van het binoenlandsch prijs-
niveau na depreciatie is ‘dus tenslotte volgens de com-
missie de kern van de zaak, een opvatting, die ook
door cle ‘voorstanders van depreciatie wordt gedeeld. Vrijwel alle door de commissie gehoorde getuigen,
die zich voor opheffing van den gouden standaard

uitspraken, wezen te dien aanzien op het prijspeil in
Engeland en Australië, dat ondanks depreciatie nau-
welijks is gestegen. De commissie gaat fel te keer
tegen dit argument, dat zij van ,,redelijk denkende
menschen” niet hadl verwacht.
Zij
is op grond van een

reeks bijgevoegde prjsstatistieken ‘van oordeel, ‘dat dit
argument een simplistische zelf-misleiding is, dat
men het prijspeil in die landen moet bezien in ver-
houdi’ng tot het peil in andere landlen, dat alle feiten
er op wijzen, dat de aanpassing vereffeni.rig van het
prijspeil als gevolg van depreciatie ook in Engeland
en AustraliS wel degelijid aan den gang is. De com-
missie meent derhalve, dat de voordeelen, die de lan-
den, welke van den gouden standaard zijn afgestapt,
thans genieten, slechts van tijdelijken aard zijn. In-
dien het Zuid-Afrikaansch pond opzettelijk van de
gou.dbasis zou worden losgemaakt, zal het verlies, dat
Zuid-Afrikaansche exporteurs thans bij hun exporten
naar landen met gedeprecieerde valuta lijden, niet in
winst worden omgezet; het verlies zal slechts op een
andere wijze. worden verdeeld: inplaats van dat liet door de exporteurs zal worden gedragen, zal het op
de geheele natie komen te rusten. Slechts in zeer ‘bij-
zondere gevallen mag een regeering de behulpzame
hand bieden aan zulld een overdracht en veralgemee-
ning van lasten. De Zui’d-Afrikaansche regeering is
van meenlng, dat een stelsel van speciale subsidies,
gelijkzij thans heeft doorgevoerd, ‘zedelijker, beter en
doeltreffender is.

Van huitengewoon groot belang is eindelijk de
vraag, of inderdaad door depreciatie van liet Zuid-
Afrikaansche pond (al dan niet gepaard met devalua-
tie) de gelegenheid wordt geschapen, om grooten rijk-
dom te verwerven uit de ontginning van erts van
laag goudgehalte. De comrnissie geeft toe, dat, indien
deze mogelijkheid bestond, alle klassen der Zuid-Afri-
kaansche gemeenschap er voordeel uit zouden trekken,
aangezien de goudmijnen werkgevers op zeer groote
schaal zijn en koopers van zeer groote voorraden, liet uitgebreide en diepgaande getuigenverhoor der goud-
producenten levert dan ook uiterst interessant mate-
riaal op. Wij distilleeren uit de verklaringen der pro-
ducenten het volgende:

Volgens de berekeningen van Dr. 1-1. Pirow, regee-
ringsmijningenieur, in 1030 gedaan, zullen de goud-
mijnen van den Witwatersra.ncl na 1932 een voortdu-
rend dalende productie vertoonen, totdat zij omstreelcs
1948 een jaarlijksche productie ‘van niet meer dan £ 10
milli.oen zullen •opleveren. Nu is door een speciale com-
missie, clie onlangs gedurende meer dan een jaar een
onderzoek heeft ingesteld, uitgemaakt, dat een ‘ver-
mindering der pro’ductiekosten met 2 sh. per ton erts
de ertsproductie met 33 pCt., een vermindering met
4 sh. per ton de ertsproductie met 72 pCt. zal doen
toenemen (den levensduur der mijnen in het laatste
geval met 50 pCt.). De productiekosten bedragen
thans gemiddeld 19 sh. 4 d. Zulk een vermindering
van kosten ‘zou ongetwijfeld teweeggebracht kunnen
worden door een grondige loonsvérlaging en een ver-
laging van spoorwegtarieven en invoerrechten, doch
zij kan volgens het oordeel der producenten onmiddel-
lijk worden bewerkstelligd door depreciatie ‘van
het ruilmiddel. Indien het Zuid-Afrikaansche pond
biji’. met 25 pCt. deprecieert, zal de opbrengst der
mijnen automatisch niet £ 15.400.000 stijgen. De pro-
dluct.iekostefl zullen als gevolg van de prijsstijging der
ingevoerde goederen met hoogstens £ 3.200.000 jaar-lijks toenemen. De waarde ‘der productie, zal dus een nettostijging van £ 12.200.000 vertoonen, waarvan de
regeering aan belasting enz. £ 4.000.000 zal innen, ter-
wijl den
mijnen
de rest ad f 8.000.000 ten goede zal
komen, di.e door haar gedeeltelijk in nieuw ont’,vikke-lingswerk zal worden belegd.

Deze redeneering wordt door de commissie reeds on-
mi’ddellijk aangevallen met het argument van het prijs

peil. Zij blijft erbij, dat een aanpassing van het prijs-
peil aan de waardeverandering van het ruilmiddel en-

532

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 Juli 1932

vermijclelijk moet volgen, waardoor alle voorcleelen
der deprecjatie teniet zullen worden gedaan. Doch de
commissie stelt tevens cle vraag:
Wie
zal de £15 mii-lioen, die de goudproduitie meer zal opbrengen, )na-
Een? Toch zeker niet hçt buitenland, dat zich one-
twijfelci niet door een simpele wijziging in het mone-
taire stelsel van Zuid-Afrika er toe zal laten bren-
gen, om voortaan £15 miiliuen meer voor het benno-
digde goud te hetalon. Neen, zoo zegt de comm:issi.
cie burgers der Unie z’iPen dit meerdere zelf moc.cn
opbrengen. De goudproducenten erkennen cl it, doch
zij antwoorden, dat zulks in het belang van ah be-
trokkenen is, aangezien cle i’e.rlengi ug van cl en
duur der mijnen, die er het gevolg van zal zijn, voor
het geheele land en cle gehe le natie onberekenbare
voordeelen zal meebrengen. De gouclinclustrie blijft
immers cle ,,kurk waarop Zuid-Afrika drijft”.

liet is speciaal bij de bestrijding van dit argument,
dat ons het gebrek aan objectiviteit aan de zijde der
commissie is opgevallen. 1-loewel ook schrijver clezes
de argumenten der goudproducente.n weinig steek-
houdend acht, althans meent, dat dc door hen aange-
voerde voordeelen niet opwegen tegen de nacleelen,
veibonclen aan cle depreciatie van het ruilmiddel, zoo
komt het hem toch voor, dat cle tegen-argumenten der
commissie verre van zakelijk zijn, althans een politie-
ken ondergrond hdbben, die uit dit rapport toch had
moeten worden geweerd.

De commissie immers voer t aao, dat het toch met
alle redelijke principes in strijd is, geld aan cle rest

der gemeenschap te oi:itnemen, om het te schenken aan
die klasse, ‘oor wie niet slechts de depressie geeneriei
nadeelen heeft meegebracht, doch integendeel onmis-
kenbare voordeelen in den schoot heeft geworpen. De
commissie acht geen rechts- of zedelijken grond voor
een dergelijke overdracht van rijkdom aanwezig. Zij
vergeet daarbij echter, dat het Zuid-Afrikaansch stel-
sel van subsidies aan den landbouw, gedekt door ver-
hoogcle invoerrechten, niets anders is dan ecu over-
dracht van rijlcdom. Zij gaat bovendien slechts vluch-

tig in op de vraag, of de goudindustrie niet nog steeds
zulk een belangrijic onderdeel van het Zuid-Afri-
kaansch economisch geheel vormt, dat een gemeen-
schappelijk offer ten behoeve dier industrie, d.i. ten
behoeve van het scheppen van algemeen grooter werk-
gelegenheid, niet gerechtvaardigd zou zijn. Naar onze
meening heeft de commissie dit belangrijke punt op
niet geheel verantwoordelijke wijze wel eenigszins cum
grano salis behandeld.
De commissie concludeert, dat afstand van den gou-
den standaard het economisch lichaam op ernstige
wijze zal verstoren. Zij erkent de gebreken van den

gouden standaard, doch stelt vast, dat deze tenminste
één deugd heeft, nl. dat zijn werking grootendeels on-
afhankelijk is van het beleid eener regeering. Vooral
in Zuid-Afrika, waar betreickelijic kleine belangen
machtig genoeg zijn, het politieke stelsel te beïnvloe-
den, zou een rnilmiddel los van het goud een ernstig
gevaar opleveren. Wanneer eenmaal het strategisch
punt, dat door den gouden standaard wordt gevormd, is prijsgegeven, zal het voor welke regeering ook on-
mogelijk zijn, den aandrang van invloedrijke groepen
ten behoeve van verdere en steeds verdere depreciatie
te weerstaan. De gouden standaard is een feit, geen
aanhangsel, dat zoo maar kan worden afgesneden Hij
vervult een noodzakelijke functie, clie door geen ander
orgaan kan worden uitgeoefend, zoolang een bevredi-
gend substituut niet is gevonden. In een tijd, waarin
herstel van vertrouwen op ‘den voorgrond moet staan,
dient men er toch vooral voor te waken, dit vertrou-
‘en niet nog meer te schokken. De afstappi.ug van
den gouden standaard, aldus de commissie, zal den na-
tionalen rijkdom der Unie met geen penny vermeer-
deren. Gelijk do heer Postmus het zoo icernachtig uit-
drukt: ,,Geknoei met de maat kan het laken niet lan-
ger, de tafel niet grooter maken. Slecht geld zal onze
zaken niet verbeteren, eer verslechteren.” En het ver-

slag eindigt: Zuid-Afrika is in staat, den gouden stan-
claard te handhaven en cle handhaving ervan, alsmede
cle aanpassing van zijn zaken aan de veranderde toe-
standen, zullen het land in zulk een sterke positie
brengen, dat liet zonder vrees de todkomst tegemoet
Ican gaan.
PAUL CATS.

GRONDSTOFFEN-VALUTA.

(Qualitatieve en quctntitatieve bezwaren.-; leidt de
grondstoffenvccl’uta tot chronische of int ernuil-
tecrende overproductie van grondstoffen en
lol onbeperlcte stijging van de voorradenV)

Prof. Dr. Ir. J. G-oudriaan Jr. schrijft ons;

De critiek van ir. Baars (E.-S. B.
3
Febr. jl.) be-
vatte twee technische bezwaren en één principieel
argument.

De technische bezwaren zijn:
De grondstofpaketten kunnen in cle practijk
niet worden samengesteld, omdat elke grondstof in
een zeer groot aaital u itee.nloopende qualiteiten wordt
ve ihandeld.
De gronclstofpaketten kunnen ook in quanti ta-
t i.ef opzicht niet worden samengesteld, omda t men
het o ver de onderlinge hoeveelheid sverhoud ingen niet
eens kan worden; deze hoeveelhe.i•dsverhoud ingen wis-
selen bovendien in hausse en baisse; het vastleggen van bepaaldle verhoudingen beteekent het dwingen
van cle produete in bepaalde eveuredigheden.

liet eerste bezwaaz ton aanzien van cle
qualilcstieve
samenstelling kan alleen bestaan bij hen, die geheel
onkundig zijn van cle wijze, waarop de techniek van den termijnhan•de’i in stapelgoederen deze moeilijk-
heici sinds lang heeft overwonnen. Alleen in zijn aller-
eerste begin, omstreeks dr.ie kwart eeuw geleden, was
deze handel gebaseerd op één bepaalde’cualiteit, welke
met uitsluiting van alle a:ndere op een bepaald ter-
mij neontract geleverd mocht worden. In elke moderne
termijnmarkt daarentegen is liet contract wel geba-
seerdl op één bepaalde soort en qualiteit, maar be-
halve deze eene basisqualiteit is ook levering toege-
staan van een zeer groot aantal andere conrante soor-
ten en qualiteiten (contract grades) onder verdicon-
teering van onderlinge prjsverschillen; vaak is ook
de levering toegestaan van partijen van verschillende
qualiteit tezamen op één contract. De wijze, waarop
deze prijsverschillen verrekend worden, loopt uiteen;
meestal verrekent men volgens vaste verschillen in
geld, welke al •dan niet periodiek worden herzien
(ru bbercon traet New-Yorlc, graaneon tracten Chicago,
koffiecontract Rotterdam). Daarnevens kent men
vaste verschillen als percentage van den prijs (tarwe-
contract Rotterdam), of ivel commercieele verschil-
len volgens de voor de verschillende grades geldende
marktnoteer ingen (deze laatste methode overheerseht
in de katoenmarkt: practisch wettelijk verpliehtend
gesteld in de Ver. Staten bij de Cotton Futïires Act
1915 section 6; sinds oudsher gebruikelijk in Liver-
pool.)
Er is thans geen enkele goed georganiseerde ter-
mijnmarkt meer, welke de levering nog ‘beperkt tot één enkele soort; dit zou immers een cornet in deze
soort al te zeer in de hand werken en door het ver-
wekken van extra fluctuaties juist het tegendeel be-
reiken van hetgeen de termijnmarkt beoogt.
1

let ligt dus voor de hand, dat een internationale
conventie tot stabilisatie van de goudwaarde in ,,terms
of goods” volgens de formule: 1 KG. goud = Z x
EG-. goederen, elk dezer goederen wel ‘zal definieeren
op één bepaalde bas.isqualiteit (en liet zal praetiseh
zijn, daarvoor de civaliteit te kiezen, die in de meest
representatieve markt van het artilcel -de basis vormt
van het contract) maar het ligt evenzeer i’oor de
hand, dat men levering zal toelaten van de talrijke
courante soorten en qualiteiten, die in de bestaande

t

Li

6 Juli 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

533

termij.nmarkten voor levering op contract thans reeds
zijn toegelaten. Bij levering van andere grades dan de
basisqualiteit zal men (lan cle in het pakket vereischte
hoeveelheid moeten vermeerderen of verminderen in
omgekeerde verhouding tot cle prijsverschi hen tus-
.schen geleverde qualiteit en basisqualiteit. Waar het
hier echter slechts gaat om afwijkingen van secun-
daire beteek&nis, is het ook zeer goed denkbaar, dat
rechtstreeksehe verrekening in geld uit practi ch
oogpunt de voorkeur verdient.

Dat de contractbasis in de vèrschillende nationale
markten niet dezelfde is, vormt volstrekt geen be-
zwaar. Ook thans reeds treedt de arbitrage in ‘er-
k ing tt.isschen cle graanmarkten van Chicago, Li ver-
pool en Rotterdam ofschoon de contracten in deze 3
markten niet een zelfde quali tei t als basis hebben. Men mag trouwens verwachten, (lat de voortschrij-
dencie normalisatie op dit gebied in cle toekomst deze
basis qualiteiten steeds meer aan elkaar gelijk zal
maken. Maar het is blijkens cle practijk volstrekt niet
noodzakelijk, op het tot stand komen van (leze in-
tern ati on ale normal.i sati e te wachten.
Men moet nooit fantaseeren daar, waar ervaring
beschikbaar is. Men behoeft op het gebied van de
qualiteitsverrekening niets uit te vinden en niets
te wijzigen. Men heeft alleen maar eenvoudigweg
zich aan te passen bij internationaal verbrei cle ban-
delsusauties, die in cle vrije ontwikkeling van het
ruilverkeer geleidelijk zijn tot stand gekomen.

liet tweede bezwaar, ni. (lat ten aanzien van (le
qua.nti.tatieve
samenstelling der grondstof- (ceelen)
pakketten, zal men minder zwaar tellen naarmate men
Ziel) scherper rekenschap geeft van (le beteekenis,
clie deze quanti tatieve samenstelling heeft – en njet
heeft.
Het vastleggen van bepaalde hoeveelhe idsverhou-
dingen tusschen cle grondstoffen, clie tezamen de
geldeenheid vormen, heeft volstrekt niet tot
doet.
noch tot
gevolg,
dat cle productie van deze grondstof-
fen in deze zelfde hoeveelheidsverlioudingen wordt
,,gedwongen”. De omvang, d.ie de producti.e van elke
grondstof aanneemt wordt, evenals thans, bepaald
door den marktprijs. Evenals thans zal een extra
ruime oogst den prijs der agrarische producten doen
dalen; is deze daling niet voldoende om voor het vol-
gend jaar een beperking van den uitzaai te veroor-
zaken zcld groot, dat het teveel verdwijnt, clan zal dit resteerencl teveel 0])nI euw prijsdaling te voorschij n
roepen – en dit proces gaat door totdat uiteindelijk
het evenwicht bereikt is.
Het verschil met den tegenwoordigen toestand be-
staat alleen hierin, dat een algemeene (synchronc)
prijsdaling van alle grondstoffen tegehijlcertijcl is voor-
komen en dat – wegens afwezigheid van algemeene
creclietontwrichti ng, van hoardi ng, van vermindering
van kooplcracht en van paniekstemming – de prijs-
daling van die grondstoffen, welke in overvloed aan-
vezig zijn, een veel milder en geleiclelijlcer karakter
zal aannemen dan thans.
Deze geleidelijke maar gestadig voortschrijdende
prijsdaling van een bepaald artikel is een oneindig
doelmatiger regulateur voor den omvang van de pro-
ductie en voor de selectie van de overblijvende onder-
msem ucg en dan de pani ekac htige, synchrone prijsclalin,g
van alle artikelen tegelijkertijd
– evenals een gevoe-lige, maar door olieweerstand gedempte regulateur
een stoommachine regelmatiger doet loopen dan die-
zelf de regulateur zônder d.ien weers tand.
De paniekachtige prijsdaling van thans, welke alle
o:f vrijwel alle ondernemingen in eenzelfden bedrijfs-
tak gedurende zeer langen tijd met verlies doet ver-
ken – deze volmaak t pathologi.sche prijsvorming,
welke door het tegenwoordige speculatieve geldstelsel
mogelijk wordt gemaakt; beteekent volstrekt niet, dat
de productie zich snel aanpast bij cie vraag (want zij ‘doet tevens de vraag dalen), noch dat de selectie der
overblijvende ondernemingen plaats vindt volgens

gezichtspunten van algemeen economische doelmatig-
heid.

Integendeel: de barbaarsche prjsval van thans
maalct protectie onvermijdelijk – maakt protectie tot
een (laad van noodzakelijk nationaal zelfbehoud; geen enkele overheid kan lijdzaam toezien, dat geheele tak-
Icen van volkbestaan plotseling worden uitgeroeid
door barbaarsche invasies van een teveel, dat elders
is geproduceerd en k tout prix wordt verkocht, liet
pathologisch karakter van cle prijsvorming ontneemt
ook aan het vrijhancielsargument der rationeele in-
ternationalearbeidsvercieeling elke moreele waarde:

voor een concurrent dlie tegen lager lcostprijs produ-
ceert, kan nico -zonder gewetensbezwaar de zwakkere
onderneming cle vlag zien strijken; het lijdzaam laten
vernietigen van ondernemingen door concurrenten,
ciie zelf met verlies werken, is even zinloos als van-
neer indertijd Joris G’oedbloed steden en landouwei
had laten verwoesten door cle horden van Attila en zich dan getroost had met cle gedachte: zij treklcen
toch ébns voorbij, dan bouwen wij liet wel weer op.
En daar waar protectie uitblijft en nationale of
internationale kartelleering geen uitkomst biedt – daar dus, waar cle strijd van ieder tegen allen liet
scherpst wordt gevoerd – ook daar ‘bestaat geen en-
Icele waarborg, dat de overlevenden van dezen strijd
in technisch-economisch opzich t ook inderdaad ,,the
f1 ttest” zijn. Als cle algemeene ,,Verlustwirtschaft”
eenmaal is onticetend, beslissen niet de (geringer
wordende) verschillen in kostprijs, maar vbbr alles de
grootte van cle strijdicassa, de liquiditeitspositie. Fi-
nanciëcle en commerciëeie momenten, vaak van aller-
hand betrekkelijk toevallige factoren afhankelijk (o’f
men in de verwachting van prijsdaling een groot deel
van de productie vooruit heeft verlcocht; of men dle
noodige liquide middelen tijdig heeft weten binnen
te houden of aan te trekken, enz.) treden in de plaats
van het cenig rationeele, want duurzame, criterium: of de onderneming in quaesti e een zoodan i g tech-
cusch-economische structuur heeft, dat zij op den

duur goedkooper ldan produceeren dan hare concur-
renten.

Een theoretiseerende economie mag zich in hare
verdediging van het vrije ruilverkeer beklagen over
cle ,,toenemende verstarring van het economisch leven” (zoo luidt de nieuwe phrase), over protec-
tioni sme, kartelleeri ng, collectieve contracten, enz. en
deze even zoovele beletselen noemen tegen een ,,soe-
pele aanpassing aan het nieuwe prijsniveau” (van de
vaste-rentedragende ‘schulden, die een van (le groot-
ste obstakels vormen, spreekt een rentcn i.crsmeutali – telt slechts zelden).

Alsof een soepel op en neer dansend prijsniveau het hoogste ideaal ware! Alsof dit op en neer dan-
seude prijsniveau vereen ig-baar ware met een van de
hoofdbestaansvoorwaarden van ons economisch leven:
een ‘wijdvertakte en soli ede crecli etverleening Alsof
een zoo massale en algemeene beweging ter ‘belenime-
ring van liet vrije ru ilverkeer te verlclaren ware uit
een geestelijke infectie, die plotseling over het
nienschdom zou zijn losgebroken.

,,Alles was wirkhich ist, ist redlich.” Mij is een ver-
klaring liever, clie liet tot stand komen van deze be-
lemmeringen doet zien als een volstrekt rationeele reactie op irratiorieele verhoudingen – irrationeele
verhoudingen, die hun oorsprong vinden in een irra-tioneel, speculatief en in steeds sterkere mate speca-
latief wordend geldstelsel.

De schrijver van deze artikelen is van de funciamen-
-teele beteekenis van het vrije railverkeer voor de out-wikkeling van de algemeene welvaart, voor het schep-
pen van een vreedzame atmosfeer tussehen naties en
maatschappelijke groepen, voor de vrije ontwikkeling
van ied ers persoonlijkheid volledig doordrongen. Daar-
om juist ziet hij het met groot leedwezen aan, dat
dit vrije ruilverkeer ad &bsurdum gevoerd wordt,
doordat het als basis heeft een alleen maar op traditie

534

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 Juli 1932

gebouwd geidstelsel, dat met de voortschrijdende

economische ontwikkeling in toenemende mate
011-

bruikbaar wordt.
En hij doet een beroep op allen, wien het herstel
en de handhaving van dit vrije ruilverkeer boven alles
ter harte gaat, om zich met de grootste ernst af te
vragen of het niet waar is, dat een geidstelsel, dat
een catastrofale prijsdaling als de tegenwoordige van
alle goederen tegelijkertijd mogelijk maakt, onbruik
baar geworden is om langer als grondslag voor het

ruilverkeer te kunnen dienen.

* *
*

lIet opnemen van de verschillende grondstoffen
in cle geldeenheid volgens een bepaald hoeveelheids-
verhouding beteekent dus volstrekt niet, dat ook de
productie in deze zelfde hoeveelhei dsverhoudi ng zou
worden gedwongen of gedrongen. Van een verkapte

,,Planwi rtschaft”
:111
vaste verh ou ci ing is geen schijn
of schaduw aanwezig.
lIet vastieggen van de hoeveelheidsverhouding in
evenredigheid met het ivereldverbruik geschiedt uit-
sluitend, omdat dit het logische middel is om de sta-
bi Ii tei t van het werelclprijsn i.veau te handhaven. Bovendien – een goed beginsel leidt tot goede con-
sequenties – heeft het evenredigheidsverband tot

gevolg, dat de hoeveelheden, die bij de arbitrage tus-
schen geld en goederen, van elke grondstof uit de
markt worden genomen of in de markt worden terug-
gebracht, in éénzelfde verhouding staan tot het we-
reidverbruik van die grondstoffen: de afvloeiende of
toevloeiende werking is op elke markt dus ongeveer
dezelfde en de totaalvoorraden grondstoffen voor
rekening van de circulatiebanken vormen voor alle
grondstoffen eenzelfde percentage van het wereld-
verbruik. Dat het mogelijk is dit percentage binnen
redelijke grenzen te houden, zal ik in een volgend

artikel uiteenzetten.
Thans ivil ik er allereerst op wijzen, dat het bij de
vaststelling van de verhoud.ingsgetallen volstrekt niet
aankomt op de uiterste nauwkeurigheid.
Voor den invloed op een bepaalde markt immers
is de algemeene stemming van veel grooter beteeke-
rus dan een enkel percent meer of minder zichtbare
voorraad. Voor clan invloed op het indexcijfer maakt
men slechts een fout van secundaire beteekenis, in-
dien één bepaalde grondstof, die slechts een fractie
van het geheel vormt, over een fractie van die frac-

tie •verkeerd is 9ierekend.
De veranderingen, die in den loop van den tijd op-
treden in het ver’bruik van verschillende grondstof-

fen
zijn
natuurlijk niet voor alle grondstoffen gelijk.
Zij zijn thans afhankelijk van de conjunctuur en van
de algemeene ontwikkeling (secular trend). De invloed
‘an cle conjunctuur is zonder twijfel zeer uiteenloo-
pend: op grondstoffen, die rechtstreeks naar de con-
sumptiesfeer gaan en voor noodzakelijk levensonder-
koud dienen (broodgraan> is zij anders dan voor die,
welke luxe behoeften bevredigen of voor die, welke
hoofdzakelijk in de productie van kapitaalgoederen
worden gebezigd. Maar de invloed van de conjunctuur
is een voorbijgaande schommeling, welker amplitude door een stabiel geidwezen sterk zal worden beperkt. De regelmatig voortschrijdende verandering (secu-
lar trend) is geleidelijk en neemt slechts ze&r zelden
plotseling groote afmetingen aan. Het verbruik van
grondstoffen is immers uiteindelijk een massaver-
schijnsel, dat – indien niet door externe oorzaken,
zooals de conjunctuur, verstoord – evenals alle an-
dere massaverschijnselen een volkomen continu be-
loop moet vertoonen.
Met deze geleidelijk voortschrijdende wijzigingen kan een periodieke herziening van de samenstelling,
eens per
5 of
eens per 10 jaar, ten volle rekening

houden.
Dat het vaststellen of het wijzigen van de hoeveel-
heid verhouding met groote moeilijkheden gepaard

zou gaan, kan alleen worden volgehouden door hen.
die meenen, dat daarbij economische belangencon-
flicten in het spel komen.
Het is natuurlijk waar, dat het besluit tot valori-
satie van een bepaald grondstoffenpakket of een
bepaald quantum goud een onmiddellijk voordeel be-teekent voor de betrokken producenten, maar in wer-
kelijkheid is dit onmiddellijk voordeel niet anders
dan de redding uit een pathologische toestand; van
deze redding profiteeren niet alleen zij, maar de
geheele maatschappij; ook alle producenten, wier
artikelen niet in de geldeenheid worden opgenomen.
Het is ook waar, dat het besluit nog een extra voor-
deel beteekent voor de producenten, wier artikelen
wèl worden opgenomen, omdat daarmede in zekeren
zin voor •hun artikel een nieuw toepassingsgebied wordt ontsloten. Dit is evenwel niet anders dan de
toevallige uitkomst van het algemeene producenten-risico: hun artikelen bezitten een combinatie van be-
paalde eigenschappen: duurzame en universeele
bruikbaarheid en verhandelhaarheid in standaard
qualiteiten, die deze artikelen voor opname in de
geldeenheid geschikt maken.
Het is mogelijk, dat door dit nieuwe toepassings-
gebied de ,,rent” van de best geoutilleerde onderne-
mingen stijgt; de ,,rent” evenwel is een verschijnsel,
dat ontstaat uit verschillen in productiemoeite en
zich dus aan elke reguleering van buitenaf onttrekt.
Het is evenwel niet waar, dat opneming van grond-
stoffen in de geld eenheid voor de prijsvorming van
deze grondstoffen duurzaam andere verhoudingen
schept dan bij alle overige artikelen. De bonen en
kapitaalrendementen van den greusproducent in de
grondstoffenproductie zullen gelijk vloeien met de
gelijknamige grootheden in andere productietakken.
Een duurzame bevoorrechting vindt niet plaats, zoo
min als thans bonen of winsten van grensproducen-
ten in de goudwinning onder andere voorwaarden tot
stand komen dan die van alle overige grensproducen-
ten.

DE INDISCHE MIDDELEN.

In de maand Maart bedroeg de opbrengst der lands-
middelen in totaal
f 32.3
millioen tegenover
f 36.9

millioen in dezelfde maand van het vorige jaar. Hier-
door is een totaal middelenopbrengst over de eerste
drie maanden van
1.932
ontstaan van
f 98.3
millioen,
terwijl in de eerste drie maanden van
1931 f 118.3
millioen werd ontvangen, een achteruitgang dus van

f
20.-
millioen.
De opbrengst der verschillende hoofdgroepen van
middelen, in vergelijking tot de ramingen bedroeg in
inilli oenen guldens, respectievelijk:

1/12

3112

Eerste drie
Groep

rarning

Maart

randng maanden van

1932 1932 1931 1930 1932 1932 1931 1930
l3elastingen
– 26.1 15.5 15.7 19.2

78.2 47.4 53.7 64.–
Monopolis . .
6.2

4.4 5.0

6.3

18.5 13.2 1.5.3 18.7
Producten
. . 5.4

2.9 4.7

5.3

16.2 6.4 12.4 15.6
Bedrijven …
10.3

7.0 8.8

9.5

31.- 23.- 27.5 30.7
1)1v. middelen
4. 2.4 2.7 3.2 12.2 8.3 9.3 10.3

Totaal..
511 321.3 369 43.5 156.1 98.3 118.2 1393

Het achterbl’en van de middelen in verslagmaand t.o.v. dezelfde maand van het vorige jaar werd ver-
oorzaakt door de groep belastingen niet
– f 0.2
mii-

lioen, monopolies met
– f 0.6
millioen, de producten
met
-f1.8
millioen ,de
bedrijven
met – j
1.8
mii-

lioen en cle groep diverse middelen met
-f 0.3
mii-

h oen.
Bij het achterblijven van het totaal der middelen
t.o.v. de fractioneele jaarraming in de verslagmaand

ten .bedrage van
. f 1.9.8
millioen en in de eerste dr.ie
maanden van
1.932
van in totaal f
57.8
millioen, moet
in aanmerking worden genomen, dat verschillende
middelen, in hoofdzaak de kohieibelastingen, produc’
ten, sommige bedrijven en eenige middelen van de

6 Juli 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

535

groep ,,D.iversen” zooals winstaandeelen, mijnconces-

sies, eur. niet regelmatig over een jaar binnenvloeien,

doch op onregelmatige wijze worden betaald.
Do verschillen in de opbrengst tussehen cle maanden
Maart 1932 en Maart 1931 en tusschen de eerste drie
maanden van 1932 en van 1.931 worden ‘bij de ver-

schillende middelengroepen, in hoofdzaak door de
n . v.-afwijk in gen veroorzaakt:

Belastingen.
De navolgeude heffingen vertoonen in de afgeioo-
pen drie maanden in totaal een adhteruitgang, t.o.v.

1931 van
f
4.5 millioen.

Eerste
3
maan-
Opbrengst in millioenen guldens den van
1932
Eerste drie meer of minder
Omschrijving

Maart maanden van

dan
1931

1932 1931 1032 1.9.31 1930

+ of –
Lnvoerrechten
. 4.9 5.1 11.2 14.6 20.9

– 3.4
Uitvoerrechten
0.35 0.44

0.8 1.3

2.4

– 0.5
Statistiekrecht
0.24 0.35

0.64 0.98 1.4

– 0.34
Accijnzen

3.4 3.4

9.8 9.7 10.8

+ 0.1
Zegelrecht

0.77 0.85

2.- 2.3

3.1

– 0.3
Overschr.recht

0.3 0.2

0.5 0.6

0.6

– 0.1
Slahtbe1astingen
0.5 0.4

1.5 1.4

1.6

+ 0.1

Totaal.
10.5 10.7

26.4 30.9 40.8

– 4.5

Bij vergelijking van de opbrengst 1932 met die van
1931 dient er rekening mede te worden gehouden, dat
ingaande 1 Januari 1932 de invoerrechten werden
verhoogd van 10 tot 20 opcenten.
De daling van de opbrengsten van
in-
en
uitvoer-

rechten is
niet alleen het gevolg van de prijsvermin-
dering voor de in- en uitvoerproducten, doch wordt
tevens veroorzaakt door een kwautiteitsverminderi ug,
gelijk kan blijken uit de hier volgende cijfers betref-

fende den in- en uitvoer van Indië:

Invoer

Uitvoer
gewicht in Waarde in Gewicht in Waarde in

Tijdvak

1000

millioenn

1000

millioenen

tonnen

guldens

tonnen

guldens

1
drie maanden
’30 931

252

2.567

356

Idem

’31 682

155

2.229

255

Idem

’32 502

118

2.168

176

Een nadere uitsplitsing van de opbrengst der ac-
cij nzeu leidt tot onderstaande groepeering..

Opbrengst in millioenen guldens
3/12
Omschrijving

Maart Eerste
3
maanden van raming

1932 1931

1932 1931 1930

1932

Petroleum

……
0.94 1.-

2.6 3.- 2.9
l3enzine

……..
1.9

1.6

5.3

4.4

4.8 Lucifers

……..
0.43

0.7

1.7

2.0

2.7

2.5
Gedistilleerd . . .
0.12 0.08

0.2

0.2

0.3

0.28
Tabak

……….
0.01 0.007

0.02 0.02

0.02

0.025

Totaal . . . .
3.4

3.4

9.8

9.7

10.8

12.5

Bij de
accijnzen
client er rekening mede te worden

gehouden, dat cle
accijnzen
voor benzine met ingang
van 1. Januari 1932 werd verhoogd net 20 opcenten.
De kohier’belastingen bleven in de eerste drie maan-
den van 1932, zooals uit de hieronder opgenomen ver

gelijkende specificatie blijkt, met uitzondering van
de perrsoneele belasting,
de
inkomstenbelasting
en de
landelijke inkomsten
‘bij de opbrengst van de eerste
drie maanden van 1931 ten achter.

Opbrengst in millioenen guldens
Omschrijving

Maart

Eerste
3
maanden v.
1932 1931 1930 1932 1931 1930

Personeele belasting
0.3

0.3

0.2

0.9

0.9

0.9
Inkomsten

2.9

2.6

2.7

9.8

10.5 11.-
Vennootschaps ,,

0.4

0.5

0.8

2.5

3.9

5.7
Verpondiog ……..
0.3

0.4

0.3

3.7

4.5

2.4
Landelijke inkomsten
1.1

0.8

0.9

3.-

2.- 2.2
Crisisheffing
op het inkomen .
0.008 –

– 0.008 – –

Totaal ….
5.0

4.6

4.9 19.9

21.8 22.2

De hooge opbrengst der
landelijke inkomsten is
een
gevolg iran belangrijke nabetalingen op den aanslag
1931.

De verhoogde opbrengst van de inkomstenbelasting
wordt naast versnelde aanslag veroorzaakt door de
gewijzigde betalingstermijnen.

De
lo.rcdelijke inkomsten,
nader uitgesplitst, geven

het volgende beeld:

Opbrengst -in millioenen guldens
Omschrijving Maart Eerste
3
niaanden v.
1932 1931 1930 1932 1931 1930
Lancli’ente Java

en Macloera
1.- 0.7 0.8

2.23

1.5

1.6
Alle overige ……….
0.1

0.1

0.1

0.73

0.5

0.6

Tota. ….
1.1 0.8 0.9

3.-

2.- 12

De overige belastingen brachten in verslagmaand
f168.000 op tegen f454.000 in dezelfde maand van
1931.

Monopolies.
De monopolies brachten in verslagmaand ruim

f
0.6 millioen minder op dan in Maart 1931, terwijl
de totaalopbreiigst in dc eerste drie maanden van 1932

.f
2.1 milli.oen achterhieef bij die over dezelfde periode
van 1931.
Deze
f
2.1 millioen werden gevormd door achter-
uitgang van de opbrengst van •den
opiumverkoop,

welke opbrengst in de eerste drie maanden van 1932

f
4.8 millioen bedroeg tegenover
f
7 millioen in de

eerste drie maandeu van 1931.
De opbrengst der
pa.ndhuizen
bedroeg in verslag-
maand
f
0.1 inillicien meer dan in Maart 1931, doch
bleef gedurende de eerste drie maanden van dit jaar
nog
f
0.041 millioen ten achter bij die over de eerste
drie maanden van 1931.
Het
zout
bleef in verslagmaand
f
0.055 millioen
achter bij de opbrengst van Maart 1031; in de eerste
drie maanden van dit jaar werd f 0.033 millioen
meer ontvangen dan in cle eerste drie maanden van

1931.

Producten.
De opbrengst van de
producten
bedroeg in Maart
1032
f
2.9 millioen tegen
f
4.7 millioen over dezelfde
maand in 1931 of
f
1.8 millioen minder, in hoofdzaak
veroorzaakt door de mindere opbrengsten van
tin,
steenkolen
en
rubber
ad resp.
f
0.92 millioen,
f
0.43

millioen en
f
0.24 millioen.
Het
boschwezen
bracht in verslagmaand ruim
f
0.13
millioen minder op dan in Maart 1031, waardoor de
achteruitgang in de eerste drie maanden van 1932
t.o.v. 1931 steeg tot
f
0.92 millioen.
De totaal-achteruitgang van de op’brengst der pro-
ducten der eerste drie maanden van 1932 t.o.v. 1931.
is hierdoor gestegen tot
f
6.- millioen, hetwelk als
volgt kan worden gespeci f:iceerd.

In millioenen guldens
Opbrengst le drie maan-
Omschrijving

eerste
3
maanden van dcii
1932
min-
1932 1931 1030
der dati
1931

Kina en theê ………..
0.05

0.06

0.1

0.01
Landscaoutchouobedrijf
.. 0.2

0.5

1.1

0.3
Il3oschwezen

…………
1.8

2.7

3.4

0.9
Goud en zilver ……….

0.2

0.3

0.2
]3auka-tin …………..
3.

6.6

8.2

3.6
Steenkolen ………….
1.3

2.3

2.5

1.-

Totaal ……
6.4

12.4

15.6

6.0
Bedrijven.
De opbrengst van deze groep bedroeg over Maart
1932 f1.7 millioen minder dan in dezelfde maand
van 1931. De oorzaalc hiervan is in hoofdzaak gelegen
in de mindere opbrengst van het havenwezen, de
P.T.T. en de S.S. ad resp.
f
0.32,
f
0.27 en
f
0.16 mil-
lioen. De achteruitgang van deze groep gedurende d
eerste drie maanden van het jaar 1932 t.o.v. 1.931 steeg
tot
f
4.5 millioen.
De totaal-opbrengsten van de S.S. bleven in de
eerste drie maandeû van dit jaar
f
3.15 millioen bij
die over de eerste drie maanden van het vorige jaar
ten achter. Verdeeld naar de verschillende lijnen was
dit verschil:

536

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 Juli 1932

Java

……………..
j 2.8
miliioeu

Sum.

Testinjst

……..
,,
0.2

Zuid-Sumatra

………..
0.17

de

Atjeh-tram

………
,,
0.08

De opbrengsten voortvloeiende uit die van den
Bccggerdienst
en den Dienst voor
lVccterlcrcccht en

Electriciteit
bedroegen in verslagmaanci resp.
f 0.23

millioen en
f 0.00
millioen minder clan in Maart.

1.931.
Een relatieve vermindering in de maand Maart
had, zooals’ uit onclerstaand overzicht moge blijken,
plaats over cie geheele lijn.
Opbrengst iii niillioeneii guldens
Bedrijven

Ii aa it

Eerste 3 maanden
1932 1931 1930 1932 1931 1930
]Tavenwezert ……0.9

1.2

0.9

4.2,

4.7

4.9
Baggerdienst …..0.2

0.5

0.4

0.6

0.7

1.0
Waterkracht en

Eleetriciteit 0.2

0.3

0.1

0.5

0.4

0.3
.Laudsdrukkcrij … 0.004 0.066
0.008 0.020
0.083 0.027
Post-, Telegraaf- en

Telefoondienst 2.2

2.527

6.8

7.6

8.1

Staatsspoor- en

Tranivegeit_3.5

4.2

5.4

10.9

14.0

16.3

Totaal…. 7.0

8.8

9….
.3.0

27.5

30.6

Diverse middelen.
Deze groep bracht in verslagmaanci
f
2.4
niillioen

op tegenover j
2.1
millioen in Maart
1931.
De op-

brengst in de eerste drie maanden van
1932
was
f 1.-

millioen minder dan die in de overeenkomstige

periode van
1931.
liet achterblijven van de opbrengst over cle eerste drie maanden bij de fractioneele jaar-

raming met een bedrag van
f
3.9
millioen en bij de-

zelfde periode van
1931
met
f1.-
millioen vindt zijn

oorzaak in het achterblijven van bijna alle middelen,
welke tot deze groep behooren.
Slechts de opbrengst der weeskamers gaf ten op-
zichte van de fractioneele jaarraming een gunstig

verschil te rzien van
f 0.082
millioen.

Schoolgelden brachten in verslagmaand
f 0.404
mil-

lioen op tegen
f 0.334
millioen in Maart
1.931.;
in de

ee.rste cirie maanden van
1.932
werd hierop ontvangen

f
1.413
millioen tegenover
f
1.352
millioen in de-

zelfde periode van
1.931.
Mijnconcessies brachten in verslagmaand
f
0.079

mi.11ioeu op tegen
f 0.035
millioen in Maart
lf)31.;’

in de eerste drie maanden van
1.932
werd hierop ont-

vangen
f 0.160
niillioen tegenover
f 0.125
millioen

in dezelfde periode van
1931.
De ontvangsten van het gevangeniswezen beciroe-
gen in Maart
1.932
f
0.339
millioen tegen
f
0.31.2
mii-

lioen in Maart
1931;
de totaal-ontvangsten hiervan

bedroegen in de eerste drie maanden van
1932 f 0.678

tegen
f
1.091
millioen in dezelfde periode van
1931.

De opbrengsten van de andere tot deze groep be-
hoorende middelen geven geen aanleiding tot bijzon-
ciere vermelding, met uitzondering van de haken- en

loocisgelden, welke in verslagmaand
f 0.044
millioen

achteiibleven bij Maart
1.931
en in de eerste drie maan-

den van
1932
totaal
f 0.136
m.i.11ioen minder
opi:rach-

ten dan in dezelfde periode van
1931.

Het algemeen verloop der lncismiciclelen in het
loopende jaar in vergeljicing met de drie voorafgaan-cie jaren moge blijken uit het volgende overzicht:
Opbrengst in millioenen guldens
Maand

per maand

t/m. de maand

1929 1930 1931 1932 1929 1930 1931 1932
Januari . . . 51.9 53.5 45.5 34.9 51.9 53.5 45.5 34.9 Februari … 48.9 42.2 35.9 31.1 100.8 95.7 81.4 66.-
Maart …..50.4 43.7 36.9 32.3 151.2 139.4 118.3 98.3
April …….51.3 45.1 38.3

202.4 184.5 156.6
Mei ……..53.8 52.3 39.1

256.2 236.8 195.7
Juni …….61.2 50.4 45.3

317.4 287.2 241.-
Juli …….67.0 65.3 49.5

384.4 352.5 290.5
Augustus . . . 62.2 52.5 46.3

446.5 405.0 336.8
Septembei’ . . 62.4 59.3 46.2

508.9 464.3 383.-
October . . . . 71.6 57.2 41.4

580.4 521.5 424.4
November .. 56.1 46.9 45.6

636.6 568.4 470.0
December . . . 72.2 63.1 49.2

708.7 631.5 519.2

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE TOESTAND OP DE KOPERMARKT.

Dr. A. Marcus te Berlijn schrijft ons:

Tot dusverre werd de ontwikkeling van de inter-
nationale kopermarkt slechts in geringe mate be-
lemmerd door invoerrechten enz. De groote produc-
tielanden, cfle behalve enkele (Chili, Rhodesia, Cana-
cle) tevens groote consumptielancien zijn, achtten het
niet juist op deze belangrijke grondstof, welke voor
vele industrieën onontbeerlijk is en waarvan het onhe-
lemmerd gebruik in de eerste plaats voor de electro-
technische industrie van alle landen, een noodzakelijic
vereischte voor haar bloei scheen, invoerrechten te
heffen. Slechts in enkele landen is cli t anders. Zwit-serlanci heft bij’. een fiscaal in..oerrccIt van Frs.
0,30

er 100 EG. koper, Italië heft een invoerrecht
van
4
goudlires per . 100 EG., ‘dat echter voor
koper, bestemd voor de fa’bricatie van geelicoper, tot
2
goudlires wordt verlaagd, terwijl een prohibitief
i nvoerrecht tot nu toe feitelijic slechts in Spanje he-
stond, dat als conventioneel tarief
2.1,5
gondpesos per

1.00 EG. icoper als invoerrecht heft. Voor de w’ereld-markt was dit van geen betcekenis. De drie genoemde
landen hebben tezamen slechts een zeer geringe con-
sumptie, vergeleken met den omvang van het wereld-
verbruik.

In dezen toestand is thans een fundamenteele wij-
ziging gekomen. De Ver. Staten, wier consumptie in
1,931
rond
42
pCt. van het werelclverbruik aan koper
bedroeg en in cie laatste vijf jaren gemiddeld zelfs
ruim
48 pCI.,
heffen sedert
21
Juni een iovoerrech.t

op koper, ten bedrage van
4
$ cents per lb., dat abso-
luut prohibitief is. Het bedraagt op het oogenbli]c
rond
75
pCt. van cie waarde, doch ook ‘zelfs, indien
cie koperprijs aanzienlijk zou stijgen, zou dit tarief
ii staat zijn, om eiken invoer van koper in de Ver.

Staten onmogelijk te maicen.

De Ver. Staten hebben in den 1oop van cle laatste
vijf jaren i.n totaal
3.033.000
ton koper verbruikt.
Hun eigen productie bedroeg in het genoemde tijdvak
3.607.000
ton, zoodat men tenslotte ken berekenen,
dat gedurende vijf jaren slechts
266.000
ton ‘buiten-

lanclsch icoper in de Ver. Staten werden verbruikt,
of gemiddeld ongeveer
53.000
ton per jaar. Wan-
neer men aan den anderen lcant ziet, dat i.n dezelfde
periode door cie
Ter.
‘Staten gemiciciel’cl per jaar
12.000
ton koperfabrikaten werden uitgevoerd (het
hiervoor gebruikte materiaal geldt natuurlijk in de
Amerikaansche statistiek voor oiThewerkt koper als
in het binnenland verbruikt, omdat het eerst na ver

werking werd uitgevoerd), clan blijkt heel duidelijk,

dat ‘de invoer van on’bewerkt koper niet alleen geheel
en al in veredelingsverkeer weder werd uitgevoerd,
doch dat bovendien gedurende de laatste vijf jaren
ook nog ongeveer
20.000
ton koper van Amerikaan-
schen oorsprong in bewerkte’n toestand gemiddeld per
jaar werden uitgevoerd en zulks zonder rekening te
houden met den uitvoer van koper in legeeringen en
fabrikaten daaruit, – maar ook zonder rekening te
houden met den uitvoer van oud koper, d.ie geduren-

cie cle jaren
1.927
tot
1931
gemiddeld
20.000
ton per

jaar heeft bedragen. De Ver. Staten hadden dus een
absoluut actieve kopeiibalans.

De plotselinge af.slui.ting van een markt, die
een groot belang bij dien internationalen koperhandel
heeft, is nog minder te begrijpen, indien men ‘bedenkt,
dat door dezen maatregel ooic het koper getroffen
vorclt, dat door Amerikaansch kapitaal op het Zuide-
lijk cieel van het vasteland wordt gewonnen. Er zij

hier gewezen
01)
de groote Chileensehe deelnemingen
van cie Anaconda en van de Gnggenhe.im-groep, ‘op
die van’ cle Phelps Docige-groep in’ Mexico, enz. enz.
Het w’as clan ook niet te verwonderen, dat juist de
Anaconcia zelf, ondanks haar groote rnijnbonwbelan-
gen in de Ver. Staten tot de grootste tegenstanders
van het invoerrecht op icoper heeft behoord.

6 Juli 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

537

Dat het invoerrecht desondanks werd doorgedreven, moet in cle eerste plaats aan een door cle ook in Ame-
rika heerschende crisis veroorzaakte paniekstemming
worden geweten, waarin juist cle kleine koperprodu-
centen in cle ,,mining-states”, in Texas, Nevada, Ari.-
zona, Montana, enz. verkeerden, een stemming, welke
zij des te gemakkelijker
01)
den Senaat, het congres
en ten slotte op President ioover zelf konden over-
dragen, daar zij met sociaal-politieke argumenten

kwamen, liet ontslag van nog meer mijnwerkers in cle
betreffende districten zou voor de Amerikaansche
autoriteiten en wetgevende lichamen buitengewoon
onaangenaam geweest zijn. De voorstanders van in-
voerrechten wezen er in de eerste plaats op, dat door
cle vervuiling van hun wenschen dergelijke maatrege-
len vermeden konden worden. in werkelijkhei cl moet
dit nog worden bewezen.

Volgens raming is er op hét oogenbiik in de Ver.
Staten nog ongeveer 600.000 ton geraffineerci koper
en ruwkoper, d.w.z. ongeveer 10 pOt. meer dan het
land in het geheele jaar 1931 heeft verbruikt en zeker
20-25 pOt. meer dan het in 1.932 zal verbruiken, den
uitvoer inbegrepen. Er is dus vrijwel geen sprake van,
dat de prijzen in de Ver. Staten bij dergelijke voor-
raden na cle invoering van het invoerrecht snel en
aanzienlijk zullen stijgen. De sociaal-politieke gevol-
gen van de invoering van het invoerrecht zijn dus op
zijn minst gnoinen zeer twijfelachtig; daarentegen
zal dit recht zonder twijfel een zeer ongunstigen in-
vloed op de wereld kopermarkt uitoefenen.

Eenige dagen v(iôr het van kracht worden van het

Amerikaansche invoerrecht hehben bij’. de Engel-
schen reeds het bewijs geleverd, dat zij tot tegenmaat-
regelen absoluut bereid en in staat zijn. De oprichting
van cle British Oopper Refiners Ltd. met een capaci-
teit van 50.000 ton geraffineerd koper per jaar is liet

eerste bewijs hiervoor.
.11et was niet toevallig, dat zij

plaats vond onder leiding van een der belangrijkste
Bri tsche koperverwerkers, de British Insulated Oabies
Ltd. De Engelsche koperindustri e bewandelt hier
blijkbaar clenzelfden weg als cle Franschen ongeveer

twee jaar
geleden,
toen de Société Générale d’Electi-
cité tezamen met de Dives-groep en in aansluiting
bij de koperbelangen van Kreuger in Zweden (Skel-
leftea, Boliden) do Société Electro Ouivre opricht-
ten. De resultaten van deze maatschappij ivaren tot
dusverre zeer gering, hetgeen echter in de eerste
plaats aan technische oorzaken moet worden toege-
schreven; daarnaast aan financiëele oorzaken, welke
cle saneering van Dives, bijna met hulp van ‘Amen-
kaansche zijde, noodzakelijk maakten.

Bij de Engelschen liggen de verhoudingen anders.
Zij bezitten in cle Rhodesische ertsen een breede en,
vat de kwaliteit betreft, uitstekende eigen koper-
basis, waarvan cle zelfstandige exploitatie hun nood-
zakelijk voorkwam op het tijdstip, dat cle Amerikanen voor het Rhodesisch koper hun grenzen sloten. Voorts
bestaat in Engeland reeds lang het plan tot oprich-
ting van een kopereleetrolyse, d.ie met gebruik van
dezelfde ‘basismaterialen als de bovengenoemde raf-
finaderij, doch op veel grootere schaal, zal werken. De
verwezenlijking van dit plan werd tot dusverre tel-
kens weder opgeschort, omdat hiertoe een kapitaal van ten minste 1 millioen werd vereisclit en omdat

anderzijds de electrolytische raffinage van het ruwe
koper voor cle Engelschen in de Ver. Staten ook dan
nog mogelijk is, wanneer het invoerrecht daar de
grenzen sluit; deze kan dan zonder bezwaren plaats
vinden, zooals zulks in de Ver. Staten sedert jaren
ook vaak met lood en zink geschiedt. Men kan zelfs
van meening zijn, dat deze handelswijze voor de En-
gelschen veel goedkooper zou zijn dan het bouwen van

een nieuwe electrolyse, die toch eerst haar afschrij-
vingen moet verdienen. ilet is zonder twijfel ee.n
feit, dat deze, in tegenstelling tot de oprichting van
de ,,Feuerraffinenie” door de British Oopper Refiners
Ltd., vmin economisch standpunt beschouwd, een kapi-

taalverspilling op zeer groote schaal zou beteekenen.
Maar evenmin als de Amerikanen van het invoerrecht
af te brengen waren, dat door een zekere paniekstem-
ming als gevolg van de crisis is ingevoerd, evenmin
schijnen thans cle Engelschen voor economische fou-
ten terug te deinzen, wanneer •het erom gaat, de idee
van de metaalautarkie, die zij sedert de oprichting
van de British Metal Oorporation in 1918 nastreven,
thans met behulp van de gedeprecieerde valuta ook
op cle kopermarkt in een daad om te zetten.
Dit wil dus zeggen, dat ook Engeland vermoede-lijk tot het heffen van een invoerrecht op koper zal
overgaan. Deze ontwikkeling schijnt noodzakelijk te
zijn. Want wanneer men thans, nadat men het in
Engeland tien tillen jaren zonder noemenswaardige
eigen koperverwerkende industrie heef t kunnen stel-
len, ertoe besluit deze in het leven te roepen, dan
zal men dit :in overeenstemming met de geheele En-
geisclie economische politiek zeer zeker onder de be-
scherming van een invoerrecht trachten te doen, dat
weliswaar eerst clan van Icracht zou mogen worden,
wanneer cle betreffende fabrieken in bedrijf komen,
dus vermoeclelijic pas het volgend jaar, of wellicht nog later. Een ige maanden spelen hierbij geen rol.
De gevolgen van liet Amenikaansche invoerrecht op
de Engelsche koperindustrie blijven bestaan. Ook deze
za.l zi cli van de verelcl markt afsluiten.

* *

Wij hebben er in den aanvang van dit artikel op
gewezen, dat het Amnerilcaansehe invoerreclit de af-
sluiting van ongeveer 48 pOt. van de vrije wereld-markt beteekent. Een Engelsch invoerrecht zou dit
percentage verder met 9 pOt. verhoogen, wanneer men’ weder d:e gemiddielde cijfers voor de laatste vijf jaren
als basis voor cle berekening neemt; zulks in cle veroti-
derstelli ng, dat liet in voerrecht alleen voor Groot-Brit-
tannië en Noord-ierland zelf zou gelden. Dan blijft
er dus, indien rekening gehouden wordt met de reeds
thans door invoerrechten beschermde kleine ver-
bruilcscentra, rond 40 pOt. van de wereldmarlct ove:r,
welke niet door invoerrechten wordt beschermd. Op •dit deel van de vrije markt zal zich dan, zooals van-
,zelf spreekt, de export van de Ver. Staten en Enge-
land werpen, clie door de tariefmuren natuurlijk nog
wordt gestimuleerd . Daar de vrije wereldmarkt
zeer klein wordt, zal cle strijd om den afzet op deze
marict niet alleen relatief, doch ook absoluut eveneens
een buitengewone verscherping moeten ondergaan.
Wij behoeven er niet nader op in te gaan, wat dit
voor de prijsvorming beteekent. Bovendien dient men er rekening mede te houden, dat eventueel ook andere
landen met geringe producties, doch relatief groot
verbruild, ertoe icuninen overgaan in het belang van de
handhaving van deze industrie naar wensehen tot
instelling van invoerrechten te hooren. Dè algeheele
ineenstorting van de werelclkopermarkt nadert met rassche schreden. Dat zij niet in staat is een hausse
te veroorzaken, ten minste niet voor clie landen, die
buiten de tariefmuren vallen, doch, op den langen
duur beschouwd, ook niet voor die binnen de tarief-
muren, behoeft geen nader betoog. De capaciteit van
dle koperindustri e was, internation aal beschouwd, zelfs
in het beste koperjaar, dat de wereld ooit heeft ge-
kend (1929) niet een wereldproduct.ie van 1.891.000
ton, veel te groot voor de gebruiksmogelijkheden; zij wordt thans door de invoerrechten, zooals liet Engel-

sche voorbeeld aantoont, nog kunstmatig vergroot.
Anderzijds worden juist hierdoor, cle prijzen binnen de

door tar.ieven beschermde gebieden, dus binnen rond
60 pOt. van cle wereldmarkt, kunstmatig verhoogd,
d.w.z. het verbruik zal ten gunste van andere metalen
– eventueel aluminium – afnemen. De wanverhou-

ding tusschen verbruiksmogelijkheden en productie-
capaciteit wordt dus van beide Icanten lcunstmatig

vergroot.

538

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 Juli 1932

AANTEEKENINGEN.
Waardeveranderingen van het geld en hare
Correcties.

In het nummer van
18
Mei ii. van dit weekblad
heeft Prof. Mr. W. 0. Mees R.A.zn. in een kort be-
toog uiteengezet, dat het
z.i.
wenschelijk zou zijn om te
breken met het in onze wetgeving neergelegde beginsel,
dat een gulden steeds gelijk zou zijn aan een gulden
en dat de waardeverauderingen van het ruilmEddel
clan wetgever niet aangaan. Een nader uitgewerkt
betoog leverde dezelfde schrijver in een praeadvies
over deze aangelegenheid voor de Vereeniging ,,Han-
deisrecht”. Het stelsel, zoocis hij zich dat heeft voor-
gesteld, komt hierop neer, dat men alle gelcischulden,
die over een min of meer langdurigen termijn loo-
pen, corrigeert aan de hand van een daartoe gë-
ëigend indexcijfer. Daalt de geidwaarde en stijgt
rnitsdien de bedoelde index, zoo moet de debiteur van
geldschulden meer rente en aflossing betalen; stijgt
daarentegen de geidwaarde, heerscht er deflatie, dan
moeten de geldchulden dienovereenkomstig worden
verminderd. Als dit stelsel op ruime schaal wordt
toegepast, zoo zal een groot deel van de moeilijk-
heden, waarmede het economisch leven te kampen heeft, ondervangen kunnen wQrclen. In de huidige
phase van het economisch leven zou volgens dit stel-
sel de onevenredig zware druk, dien alle vaste geld-
schulden op de clebiteuren uitoefenen, op rationeele
wijze verlicht kunnen worden.

De beschouwingen van Prof. Mees zijn thans in een
tweede praeadvies voor de Ver. ,,llandel.srecht” be-
streden door Mr. II. A. van Nierop, Directeur van
de. Amsterdamsche Bank. De 1

leer van Nierop er-
•kent, dat in de overwegende meerderheid der geval-
len schommelingen van het algemeene prijsniveau
te
wijten
zijn aan oorzaken, bij het geld gelegen, en
als zoodanig ongewenscht zijn. Ook acht hij het on-
betwistbaar, dat cle regel ,,gulden is gulden” den
schulcleischer niet geeft vat hem toekomt: ,,Hij geeft
hem teveel ten koste van den schuldenaar bij stij

ging van de koopkracht van het geld, te weinig in
geval van depreciatie van het ruilmiddel”. De schrij-
ver noemt dit uitdrukkelijk ,,onrecht”, doch meent,
dat -de remedie van vele economisten, waaioncler hij
ook het voorstel van Prof. Mees begrijpt, nog erger
is dan de kwaal.

In ‘de eerste plaats merkt de schr. op, dat men cle
waarde van het geld niet kan meten. Waarde is een
subjectief begrip. Men kan derhalve niet tot objec-
tieve meting geraken. –

Dit argument wordt in een naschrift door Prof.
Mees beantwoord met de opmerking, dat toch ook
Mr. van Nierop den gulden als waardemeter wil
handhaven, hetgeen met zijn afwijzende houding
tegenover het meten der geldwaarde niet in overeen-
stemming is.

Het wil ook ons voorkomen, dat dit argument
van Mr. van Nierop niet sterk is. De schr. erkent,
dat waardeschommelingen van het geld uit den booze
zijn, en geef

t toe dat deze zich hebben voorgedaan
en blijkbaar nog voordoen. Dit uitgangspunt im-
pliceert, dat men – zij het wellicht op niet in allen

dccle feillooze wijze – deze waardeschommelingen
kan constateeren en -dus kan meten. Ware het anders, wij zouden thans in volkomen onzekerheid verkeeren,
of er met de geldwaarde eigenlijk wel iets aan de
hand is, een conclusie, clie Mr. van Nierop blijkens
het eerste deel van zijn betoog volstrekt niet aan-
vaardt 1

Het tweede bezwaar van Mr. vnu Nierop betreft
de basis van het voor de correctie van geldschulden
te bezigen indexcijf er, waaromtrent, mede in verband
met het vraagstuk der ,,weging” van de verschillen-
-de prijzen, oneenigheid kan bestaan. • -Prof.
Mees7
antwoordt, dat het -bezwaar te onder-
vangen is door het gebruilc van een algemeen index-

cijfer, waarvoor z.i. de
prijzen
van consumptiegoe-

deren en van diensten als bas.is
zouden kunnen die-
nen; o.i. zon een nog ruimere grondslag aanbeveling verdienen, maar wij zijn het met Prof Mees eens, dat
deze zijde van het vraagstuk volkomen oplosbaar
moet worden geacht.
Voorts wijst Mr. van Nierop er op, dat moeilijk
zal zijn uit te maken, welke schulden ,,gevaloriseerd”
zullen moeten worden. Internationaal zal het vraag-
stuk moeilijkheden opleveren en ook in het be-
drijf van banken en spaarbanken zullen bij het uit-
betalen van deposito’s en tegoeden bezwaren kunnen
ontstaan. Bovendien acht hij het inconsequent om
contante schulden uit te sluiten en de valorisatie al-
leen tot termijnschulden te beperken, zooals Prof.
Mees heeft gedaan.

De laatste antwoordt in zijn naschrift, dat ook in-
ternationale schulden ‘onder zijn stelsel zouden kun-
nen vallen, voorzoover zij door de Nederlandsche wet
worden beheerscht. Contante schulden kunneu er
buiten worden gelaten, omdat daarbij een correctie op
grond van gewijzigde gelciwaarde niet noodig is. Het
gaat immers juist om -de onbillijke verschuivingen,
die zich bij schulden met langen
looptijd
kunnen
voordoen. Overal, waar terstond aanpassing – aan cle
gewijzigde geldwaarde kan plaatsvinden – zooals
bv. -bij winkelprijzen – kan correctie van geldschul-
den op basis van een indexcijfer achteivege blijven.
De banken zouden inderdaad haar bedrijf wat an-
(Iers moeten inrichten, doch voordeel van het stelsel
hebben, -daar de positie van cle -debiteuren en cle waar-
de der onderpanden veel minder onderhevig zouden
zijn aan conjunctuurgolven dan thans.

Tenslotte merkt Mr. Van Nierop op, dat men met
het stelsel-Maas steeds achter de feiten aan loopt.
Prof. Mees erkent dit, -doch voegt eraan toe, dat het
huidige systeem om heelemaal niets te doen, in elk
geval veel grootere bezwaren met zich brengt clan het
zijne, dat hij juist als middel to-t bestrijding van con-
junctuurgolven – een punt, dat Mr. Van Nierop
verwaarloost – aanbevelenswaard acht.
Wat Mr. Van Nierop na -zijn verwerping van het stelsel van Prof. Mees wèl zou willen, blijkt uit het
slot van zijn stuk:

,,Het bestaande stelsel, dat wijziging van de koop-
kracht van het geld niet in aanmerking neemt, is on-
bevredigend. Valor i sati e van geldchu1-c1en evenwel
brengt geen verbetering. Integendeel consequent
doorgevoerd moet het leiden tot ontwrichting van
het betalingsvericeer, tot hopeloos geharrewar en tot
eindelooze processen. Willekeurig als het is, moet
het den chaos nog vergrooten.

De gevolgen van de kwaal kunnen niet verholpen
worden. Maar cle kwaal kan worden voorkomen! Be-
hoorlijk beheer van het geldwezen, geen inkrimping
of uitbreiding van het ruilmid-del beneden of boven
cle behoefte, en het geld zal waardevast blijven. ,,Gul-
den is gulden” is dan een onschuldige leus.”
Het denkbeeld van Prof Mees is reeds van ouden
datum. De Engelschen plegen ‘het aan te duiden met den naam

van ,,tabular standard”. Reeds in de 18e
eeuw heeft men getracht om het in praktijk te bren-gen. Op zich zelf is het denkbeeld om geldschulden
op langen termijn te corrigeeren aan de hand van
een indexcijfer niet onjuist; de principiëele bezwa-
ren van Mr. Van Nierop zijn dan ook o.i. niet krach-
tig. Wèl echter vree-zen wij met Mr. Van Nierop
voor de groote praktische moeilijkheden. Met name in het credietverkeer is het stelsel, dat immers tech-
nisch niet moeilijk te verwezenlijken zou zijn, weinig
gewild gebleken, en wel omdat een crediteur, zoowel
als een debi.teur nu eenmaal veel prijs stelt -op be-
kendheid van de hoegroothei.d van hun vorderingen
of schulden. Wilde men een algemeene valorisatie
van schulden -doorvoeren, zoo ‘zou de kans groot zijn,
dat het credietverkeer -daarvan den zeer .bedenkelijken
terugslag zou ondervinden, doordat het daarvoor

6 Juli 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

539

noodige vertrouwen als gevolg van voortdurende wij-
rationeele voeding maakt, dat de resultaten zoo sterk uit-

ziging van het aantal geldeenheden van vorderingen
een loopen. Nu is voeclingsieer zeker wel een van de moet-

en schuldeii zou worden ondermijnd.
Als
duurzaam
ltjkste zaken, waarmede de boer dagelijks te maken heeft
. .
toe te

passen

systeem

scnt

zulks

dan

ook

niet
lrij
en

zijn gebrekkige schoolkennis is

een bektsel,

om

zich

aan te bevelen.
deze moeilijke materie voldoende eigen te maken.

Boven-
dien dient de boer zich feitelijk voortdurend op

le hoogte
Met zooveel te meer aandrang stelt zich daarom de
te houden van de prijzen der verschillende voederiniddelen.
eisch, dat de kwaal, die Prof. Mees evenals zoovele-
Het is o.a. zeer goed mogelijk, dat de 1KG. aetineelwaarde
anderen

wil bestrijden,

ook

inderdaad

worde voor-
in rogge den eenen tijd goedkooper is dan die van gerst,

komen. i)at kan bij behoorlijk beheer van het geld-
terwijl bij veranderde prijzen het omgekeerde het geval zal

wezen. Langs preveutieven weg moet de uiteindelijke
zijn.
.

.
O1)losslng gezocht worden; represstekan hier slechts
Een groot deel der boeren ontbreekt echter de noodioe

incidenteel helpen

en roept harerzijds weer

nieuwe
kennis, om, rekening houdende iiiet het prijsverloop,

zelf

storingsverschijnselen in het leven.

V. S.
het

juiste

voederrantsoen

samen

te

stellen.

Gedeeltelijk
w’ordt

hier

weliswaar

aan

tegemoet

gekomen

door

het
samenstellen van nieelmengsels, maar het is het bezwaar
.

INGEZONDEN STUKKEN
.
‘aji deze mengsels, dat niet voldoende rekening wordt ge- houden met prijsveranderingen der samenstellende deden.
PLANMATIGE REGELING VAN DE VARKENS-
Het gebrek aan de noodige keinis op dit gebied is even-
HOUDERIJ.
eens oorzaak, dat verschillende overigens wel goede voeder-
De i.[eer
J.
J. van Ï{ieinsdijk schrijft ons
:
middelen te duur worden gekocht. En wat veel erger is,
Onder

hovenstaanden

titel

werd

in

het

nummer

van
dat ook tal van voedermiddelen van twijfelachtige waarde
29
Juni jI. de steun aan de varkenshouderij van algemeen
toch aan den man kunnen worden gebracht.
economische zijde bekeken. Tn de tweede alinea lees ik o.a.
:
Hoe vreemd het ook moge klinken, er wordt nog weinig
,,lToewel

de

varkenshouderij

niet

te

vergelijken

is

met
rekening gehouden met de

productievoorwaarden, die

01)
een

iiiiliistriie1

bedrijf,

zullen

echter

ook hier producentn
de

verschillende

bedrijven

uiteenloopen

naar

gelang veel
niet

zeer

verschillende

prodiuctiekosten

voorkomen.

Met
gebruik kaii worden gemaakt van eigen verbouwd

voer, of
het

verschil

in

prodcictiei’oorvaarden

wordt

althans

tot
waar zooals in de weidebedrijven alle voer moet worden
een zeker punt geen rekening gehouden”,
aangekocht. Het varkensmesten is vaak nog ,,traditie”. Zoo
en verder: mesten de boeren in het kaasdistrict algemeen aware var-
,,De productie past zich dus niet aan bij de voorwaarden,
keus. Een boer uit den omtrek van Gouda

zoo drukte
waaronder zij anders geschiedt, maar wordt van bovenaf
zich onlangs nog iemand uit

scbaaaiit zich blijkbaar, om toegew’ezen, waarbij waarschijnlijk geen nauwkeurige selec-
met

een

varken

beneden

de

driehonderd

pond

aan

de
tie naar de bedrijven zal kunnen plaats vinden”,
markt te komen. Het is verder ook een feit, dat de eene
Deze opmerkingen zijn volkomen waar, maar de oorzaak
boer regelmatig zes

varkens mest,

omdat zijn hok juist
i’au

een

en

ander

ligt

ergens

anders

dan .waarsclujnlijk
geschikt is er •zoo’n aantal tot een negentig KG. te mesten,
wordt vermoed.

.
terwijl de buurman, niet omdat bij hem de produetievoor

[nderdaad

zijn

er

producenten

met

zeer

verschillende
waarden gunstiger zijn, er tien mest, overeenkomstig de
productiekosten. liet is echter de vraag, of zij dit zelf wel
ruimte in den stal.
steeds weten. Voor het mesten van varkens heeft men niet Met de productiekosten

wordt bij

den verkoop vrijwel
i’cel meer noodig dati een stal, wat materiaal om het voe-
geen rekening gehouden. Hoewel het veel goedkooper per
der te berejden. ivat .strooisel, een

puur eenvoudige gereed-
KG. is een varken tot 90 dan tot 180 KG. te mesten

de
schappen out den stal schoon te houden

en voedsel. Het laatste tien I(G. kosten in het eerste geval zeker niet meer
verschil iii procluctiekosten kan alleen van belang zijn voor
dan de helft van het bedrag, waarvoor een varken van 170
roover het liet voer betreft. En hierin beboede ook geen
tot 180 KG. kan worden gebracht -, wordt daarmede door
groot verschil te zijn, indien alle boeren voldoende op de
de boeren geen rekening gehouden.
hoogte waen niet de begrippen der moderne voedingsleer.
Het is er nog ver van af, dat daar wordt gemest, waar
Dit geldt natuurlijk

alleen

voor

streken,

waar

de bedri,j-
de voorwaarden,er het gunstigst voor zijn. Evenmin wordt
ven hetzelfde tijpe vertoonen.
er

rekening gehouden

met de

productiekoten.

Daarom
Juist edhter het gemis aan de noodige kennis omtrent
zal de beperking, die den boeren van boven af wordt op-

MAANDCIJFERS.

Indeicijfers van Nederlandsche aandeelen.

De
Bank voor Handel en Scheepvaart te Rotterdam zendt ons onderstaand overzicht:
Indexcijfers van 12 aandeelengroepen der Amsterdamsche effectenbeurs.
1)

Banken
1

Electri-

Kunst-

1
Industrie
Mijnbouw
Olie
Rubber
SCheeF-

Suiker
1
Tabak Thee

Gemiddelde
114214

158.3

337.5

168.0

432.7

243.0

268.7

402.0

233.5

125.0

398.4

487.3

443.2
11

1930

149.4

257.7

125.6

264.9

87.4

177.2

371.1

110.7

82.6

292.9

361.3

357.2
1911

118.1

211.8

93.4

167.7

64.5

144.5

209.8

51.8

49.6

181.9

241.6

251.4
Januari

.
1931

137.2

220.4

110.9

199.-

57.4

149.1

290.7

75.8

63.5

223.8

274.-

280.5
Februari

,,

140.7

239.9

117.5

217.5

69.7

167.5

307.3

80.2

65.6

238.4

307.8

292.1
Maart

,,

143.-

248.6

124.3

223.2

78.9

176.7

288.3

81.4

63.9

243.3

306.2

290.7
April

,,

139.4

238.4

113.5

207.3

84.4

172.4

253.9

58.5

57.5

219.5

299.8

283.4
Mei

132.7

222.5

95.1

178.8

76.2

159.6

220.-

50.5

54.3

190.9

275.9

251.-
Juni

127.5

217.5

89.-

165.1

88.7

150.8

208.6

48.4

53.1

191.3

262.4

249.7
Juli

,,

126.4

228.8

100.2

168.8

70.8

163.6

218.2

58.5

55.8

208.9

254.2

282.9
Augustus

113.2

210:9

88.2

151.2

85._

147.6

194.7

44.4

48.-.

178.4

218.4

247.
September

95.3

190.1

73.6

126.1

60.9

118.9

147.9

31.7

37.3

134..

168.7

220.1
October

,,

89.1

181.3

71.7

125.3

49.2

107.8

140.7

32.6

34.7

122.1

174.7

222.2
November

,,

93.2

184.2

75.4

135.4

48.9

120.1

133.6

32.9

34.9

125.9

196.3

237.2
December

,,

79._

158.4

61.5

114.2

44.2

99.5

113.1

26.3

26.7

106.5

161.3

179:7
Januari

1932

80.5

174.4

63.5

124._

43.5

107.4

118.9

28.2

27.4

108.-

173.7

181.4
Februari

,,

82.8

173.-

65.8

123.2

42.4

110.1

139.2

28.2

27.7

108.7

179.6

178.1
Maart

81.3

184.7

69._

122.9

41.7

110.9

149.3

24.2

27._

112.7

176.3

182.2
April

69.8

166.7

58.8

102.1

34.3

92.4

118.3

13.7

20.1

96.6

11 1._

154..
Mei

65._

163.9

52.5

93.5

33.5

86.8

117.8

14.2

19.1

84.5

101.9

157.3
Juni

59.4

156.1

51.2

88.5

32.3

83.9

118.1

14.1

17.3

87.6

94.7

154.3
Schommelingen in het aandeelen-indexcijfer.

4 Januari 1932 /1.942.518.500
=
100.
4 Januari

100._

3 Febr.

109.7

2 Maart

113.7

6 April

98.3

4 Mei

92.9

1 Juni

86.4
13

106.9

10

105.7

9

118.6

13

95.9

11

934

8

,,

83.9
20

107.4

17

110.9

16

,,

113.5

20

95.1

18

92.4

15

8.1
27

105.9

24

111.

23

105.8

27

90.-

25

;,

90.1

22

90.5
30

103.9

29

89.6
1)
Men
zie voor de toelichting op dit overzicht het nummer van E.-S. B. van 15 Januari 1930, blz. 64.

Nadruk verboden.

540

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

0 Juli 1932

gelegd weinig verandering brengen iii den toestand, zooals
wij die tot heden hebben gekend.
,,Een rationeele productie zal dus onder dit stelsel niet geheel kunnen worden doorgevoerd”, zegt de laatste zin
van de tweede alinea. Maar wel zal dit stelsel ons dichter
bij een rationeele productie kunnen brengen. In het arti-
kel ,,Steun aan de varkensbouderij’ maakte ik ook mel-ding van de opvatting van Ir. Louwes, dat het mogelijk
zou worden het mesten van zeer zware varkens te beper-
ken. Ik meende echter, dat dit aan cle hand van de wet
niet mogelijk zou zijn. Achteraf blijkt mij evenwel, dat dit
kan door van deze varkens een extra hoog keurloon te
heffen. Nu is het nierkwnardig, dat cle Bond ‘vals Kaaspro-
ducenten en de Hollandsche Maatschappij van Landbouw,
die beide mede de belangen vertegenwoordigen vali de loes-
ters vals (leze zware varkens, bezwaren tegen deze wet
hebben, omdat niet voldoende rekening wordt gehouden
niet de belangen van deze groep personen. Niemand denkt
er blijkbaar aan, dat die menschen door niernalidi worden
of werden verplicht om varkens van minstens drie á vier
honderd pond te mesten. Voor hen
Coil
het zeer waarschijn-
lijk voorcieeliger zijn, om met de van vorige geslachten
overgeërfde gewoonte, wn alleen heel zware varkens aan
cle markt te brengen, te breken. Wanneei

de wet inderdaa:l
in staat is hun een cluwtje in de goede richting te geven,
dan zouden wij daardoor nader komen bij
ccli
ratioiseel(„

Productie.

BOEKAANKONDIGING.

Prae-adviezen van het vijfde int erna-
tionaal Congres
VOO?
Wetenschccppelijlce

Bedrijfsorganisatie.
(Amstercians, 1032.

Prijs f15).
De prae-aclviezen voor dit Congres, cla.t van 18 tot

23
Juli
in Amsterdiam zal worden gehouden, zijn in

twee lijvige deden bijeengebracht. Deze prae-adve-zen, waarvan verschillende reeds in deze kolommen
zijn besproken, hebben betrekking op cle volgende on-

derwerpen.
Bestaan er in industrie, landbouw en handel stan-
daard-methoden ‘voor de bepaling vals den kostprijs? Welke
zijn deze, en welke zijn (Ie resultaten vais de toepassing?
De begrooting beschouwd als basis voor de vaststel-
liiig eis de contrôle op de credieten door de banken ver-
strekt.
Marktanalyse voor con raiste produeteii, welker afzet
met behulp van de reclame tot stand wordt gebracht.
Hoe moet in een bedrijf de technische en geestelijke
opleiding van het toezichthoudend persoiieel georganiseerd
worden met het oog 01) de toepassing (Ier rationalisatic?
‘Welke zijn (Ie materiecle en psychologische factoren,
waarmee men rekening moet houden bij het ontwerpen van
een rationeel systeem voor de bevordering val:l het perso-
neel, en tot op welke hoogte heeft men daar reeds rekening mee gehoudleis in particulier bedrijf en openbare diensten?
01) welke w’ijze moeten de programmas van het on-
derwijs worden ingericht, opdat de beginselen der rationa-
lisatie door het onderwijs worden verbreid ; hoe zal in ver-
haisd daarmede cle opleiding van het onderwijzend perso-
neel moeten worden?
Welke zijn, vergelijkenderwijze beschouwd, de voor-
deelen, verbonden aan (Ie verschillende methoden, welke toegepast worden, teneinde den werknemer te interessee-ren voor de vergrootiisg vals zijn werkprestatie?
De bepaling van standaards ten behoeve van (Ie vast-
stelling der begrooting van kosten in geld, in tijd en in
energie voor de gezinshuishouding.
Het vraagstuk van de distributiekosten in den tus-
schenhandel en de waarde van den goederenvoorraail, in
Iset bijzonder beschouwd tegenover de omzetsn eI heid van
dell voorraad.
Voorbereiding, verdeehing en contrôle van den ar-
beid in den landbouw.
ii) De vormen, die (Ie rationalisatie-methoden moeten
aannemen in industrieën, die contiisu een enkel product
vervaardigen, die een gestandaardiseerd product its groote
series maken, die in kleine series werken, of die zich op
afwisselend fabrikaat toeleggen.
12) Hoe kunnen wetensclsappelilce normaalprestaties
voor kantoorwerkzaamheden worden vastgesteld eis hoe
kan daar een rechtmatige vaststelling vnn de belooning
mee verbonden worden?
Wij behoeven er feitelijk niet meer op te wijzen,
‘dat met een dergelijk actueel en gevarieerd program-
ma, de besprekingen zeer interessant beloven te worden.

MAANDCIJFERS.

OVERZICHT
VAN
DE INDISCHE MIDDELEN.
(In
Guldens).

_____________

o
rnsC

rijving
h
Maart

Ie drie

Ie drie
1932

mnd. 1932

1

rnnd. 1931

Belastingen.
15
26 32
Invoerr.
mci.
Lan dsgoed
4.859
11.236
14.578
Uitvoerr.
mci.
Landsgoed
350
841
1.269
Accijns op gedistilleerd
.
120 231 211
bier ……….



petroleum
.
..
2.813 7.891
7.441
lucifers
433
1.655
2.017

Pachten ………………

tabak
10
23
17
Aiidere outv. I. U. en A
17
50
61
Statistiekrecht
239 636 977
Personeele belasting
313 921 875
Inkomstenbelasting
2.895
9.808
10.531
Vennootschapsbelasting
352 2.540 3.865
Vermogensbelasting



3.663
4.543
Recht van openb. verkoop
86
679 767
2.004
2.348
Overschr. van
vaste
goed
259
542
575
Recht v. succ. en overgang
17
130
60
Vergunning spe.itafehs
13
40
29
Siachtbelastingen
479
1.451
1.376
Bijzondere bel. buitengew.

7
26
36
11.
13

Zegeirecht ……………773

Landelijke inkomsten
1.10
.9
2.961 1.997
Belasting op loterijen.
1

..

3
5
Motorbehastingi.d.B.Gew.

Opgeheven belastingen
9
38
113
Crisisheffing o. h. inkomen
8
8

Verponding

………….323

.Totaal
1.5.503
47.414
53.736
Monopolie8.
Opium
exel.
opiumfabriek
1.539
4.850
6.980 1.553
4.814
4.855

Hoofdgeld ……………3

1.326
3.493 3.460

Totaal
4.418
13.157
15.295
!’roducten.
44
48 59
Landscaoutchoucbedrijf
70
248 535
1.775
2.696
Goud
en
zilver

.

215

Kina en Thee …………

Boschwezen ………….797

Banka-tin …………..
1.307
3.014
6.572
672
1.326
2.330
Steenkolen ……………

Totaal
Ti95
6.411 12.407
Bedrijven.
Havenwezen ………….890
4.200
4.678
Baggerdienst …………224
597 647

Pandhuizen

…………..
Zout …………………

Waterkracht
en
Eiectricit
237
472 416
Landsdrukkerij
4 20
86
Post-,Telegr.-en Tei.dienst
2
.:201
6.776
7.622
Spoor.
en
Tramwegen
3.480

..

10.895
14.047

Totaal
7.03
22.960 27.496

Diverse middelen.
Winstaandeel ,,Biihiton”



WinstaandeeiJav.Bank



Afstand van grond
132
1.392 1.514
160 125

Boeten en verbeurdverkt
184
370 358
Mijuconcessies ………..79

Leges
en salarissen
34
108
104

Heffing terzake van gesi.
werkovereenkomsten
8

29 76

Opbrengst d. Weeskamers
64
232
275
26
88
101

Ontv. Gevangeniswezen
339 678
1.091

Afkoop heerendienst.
B.G.
247
848
1.278
404
1.413 1.352

Ontv. groote ziekeninricht.
en
krankz.-gestichten
87
219
273

IJk van maten
en
gew
58
119
130

Schoolgelden

………….

Verk.
en verh. van huizen
166

,
482
574

Ontv. waterleidingen
36
99
114
180 586
669

Kadaster

…………….

247 698 751
134
813
536

Bakengeiden

………….
Loodsgelden …………..
Allerlei ………………

Totaal
2.4 8.334
9.321

Recapitulatie.
Totaal belastingen
15.503
47.414
53.736

monopolies
4.418
13 157
15.295 2.890
6.411
12.407
7.036 22.960 27.496
producten ……….
bedrijven ……….
dierse middelen
2.425
8.334
9.321

32.272

1

98.276 118.255
Totaal generaal.
.

6 Juli 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

541

PRODUCTIE DER STEENKOLEN-, BRUI N –
KOLEN- EN ZOU [‘MIJNEN.
(Gegevens verstrekt door den llo(fdingenieur der mijuen.)

1. Gezamenlijke Steenkolenmijnen.

Mei

Jan./Mei Jan/Mei
1932

1

1932

1

1931

Prod. Steenkolen in tonnen . 997
.
4771) 5.164.793 5.130.706
Aantal normalewerkdagen . 24
2
) 120 124

II. Bruinkolenmijn ,,Carisborg”.

Netto-productie in tonnen..

12.588
8
)

82.013
1
111.716
Aantal normale werkdagen

24

124

124

1H. Zoutmijnen. (Kon. Ned. Zoutindustrie te Boekelo.)

Afgeleverd:
Geraif.

zout ……..(ton)
Industriezout

……(
,,
)

4.232
21.179

}

} 19.721
Afvalzout ……….
Aantal normale werkdagen
24
126
126

Gezanienl.
Bruin-

Aantal arbeiders.
Steenkolen-
1

kolenmijn
1
Zoutnijnen
mijnen
,,Carisborg”

f
11.3014)5)

85
203
k
254706
)
1

Juni

1932 ……………

J
11.2434)7)

119
196
1

Juni

1931 …………….
‘l,27.296’)
1)
150.892 ton cokes en .104.461 ton steenkool-briketten. 2)
Staats-
mijnen, 23 Domaniale Mijn en Oranje. Nassauniijn II, 22 Oranje-Nassau-
mijn
1, III
en IV en Willem Sophia en 20 dagen mijnen Laura en Julia.
3) ruwe bruinkool.
4)
bovengronds.
5)
mcl.
2.060 arbeiders der nevenbe-
drijven.
6)
ondergronds.
7)
mcl.
1.836 arbeiders der nevenbedrijven.

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

GELDKOERSEN.

OPEN MARKT.

1932

1931

II

1930
1914

2 ‘uh
27Juni!
20(25
13(18
i2gJunifi3OJuni/i
20.24

2Juli
Juni Juni
4Juli 5Juli
Juli

Amsterdam
Partic.disc.
1
,2
3
1
1
12
18-1I2
3,
1
8

711
13
116
3
1
1_31
Prohong.

1 1
1
111
4

1
‘(,2
2
1
(4-(4
Londen
Daggeld.. .
‘h-I
1(511(2
11
2
_ll1
2

i(4.11(
2

1-4
1
1
14-4
1314-2
Part,c.disc.
1
1
18
7(_11(
11
11
1-
1
18
15116-
23(16-5(16
41)4.3(4

Berl)jn
21116
Daggeld…
571_7
5-7
471_6
5-6
1
14
7314-11
4-6ij2

Maandgeld
5.6112
5_611
2

5-6
1
1
5611
2

– –

Part, disc.
431
4

4)1(
4

43′
4

4:114
7
3
1
12
2I(8_
1
(2
Waren-
wechsel.
5
1
11
5-
1
12
5-
1
12
5-‘),
7′(,-8
3!4-Is

New
York
Daggeld 1)
21(53(4
2
1
1,-1
2
1
(1.
3
(4
2′,-
3
(,
1ij1j4
2-3114

1
3
142
1
13
Partic.disc.
7(
7
1-1
1
1
1
2

1) Koers van 1 Juli en daaraan voorafgaande weken t(m. Vr jdag.

WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavio
Y
or
k*
.
)
*,(
*)
•)
*)
1)

28 Juni 1932
2.4791
1

8.933%
58.771 9.73k
34.45 99sf,
29

,,

1932
2.47k
8.93 58.80
9.7 31
34.431
991,
30

,,

1932
2.471a,,
8.923,

58.921 9.731
34.45
9’18
1 Juli

1932
2.47
11
1,,
8.85
58.871
9.73
2

,,

1932
2.47′
16

8.843%
58.80 9.731 34.45
99
1
18
4

,,

1932
2.473%
8.82 58.75
9.731
34.46
991,,
Laagste d.wl)
2.4730
8.80
58.55
9.72*

34.40
99
Hoogste d.wl)
2.4798
8.94 58.95 9.74 34.50
9981,
27 Juni 1932
2.473%
8.943%
58.55
9.731
34.46
998,
20 Juni 1932
2.473%
8.97w
58.721

9.731 34.47
9951
8

Muntpariteit
2.4878
12.1071
59.263
9.747 34.592
100

t
a a
ZWIt_J
serlan
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan Madrid
)
1)
rest’)
**)
**)

28 Juni 1932
48.273%
35.25 7.33
1.48
12.59
20.45
29

1932
48.25 35.25
7.33
1.48
12.59
20.43
30

1932
48.25 35.25
7.33
1.474
12.61
20.45
3 Juli

1932
48.273.4
35.25
7.33
1.50
12.61
20.45
2

,,

1932
48.35 35.25
7.33
1.50
– –
4

,,

1932
48.31
35.25
7.33

12.631
20.42
Laagste d.wl)
48.20
34.80
7.30
1.471
12.571

20.30
Hoogste d.w’)
48.35 35.25
7.35
1.50
12.671

20.55
27 Juni 1932
48.223%
35.25
7.33
1.48
12.611

20.45
20 Juni 1932
48.25
35.25
7.32
1.48
12.68
20.41
Muntpariteit
48.13% 35.007
7.371
1.488
13.094 48.52

Data
1
Stock-
holm *,h.hagen*J
J
Kope
Oslo*.)
hrel- Buenos-
Aires’)
Mon-
treal’.)

18 Juni 19321
46.-
48.75
1
4.14

2.16
19

1932
46.-
48.65
44.-
4.14

2.163%
30

1932
45.80 48.60
44.-
4.021

2.173%
1 Juli

1932
45.50 48.40 43.50
3.95

2.16
2

1932
45.50 48.50 43.70
3.80

2.36
4

1932
45.20

43.50 3.65

2.163%
Laagste d.wl)
44.88 47.75
43.-
3.55

2.14
hoogste d.w’)
46.10

44.30
4.16

2.19
17 Juni 1932
46.-
49.-
44.25
4.14

10 Juni 1932
46.20
49.10
44.30
4.15

2.133%
kluntpariteit
66.671
66.671
66.671
6.266
953%
2.4878

*) Noteering te Amsterdam.
*8)
Not, te Rotterdam. 1) Part. opgave.

Laatstbekende noteeringen te Amsterdam en Rotterdam op
1 Juli 1932 voor
telegrafische
uitbetaling op:

Gulden per
Pasi
Koers
Bank-
disc
onto

Enropa.
8
/,
Londen *)
£
12.108
8.85
2
100 Mark
59.26
58.871
100 Franc
9.747
9.73ï
2
Brussel *)
100 Belga
34.59
34.45
3
100 Franc

6.89

Berlijn *)

Parijs *)
.

100
48.-
48.27)
2
Luxemburg ………

100 Kronen

..


7.32
5
Weenen *)
100 Schilling
35.-
35.25
7
100 Pengö
43.51
43.20
5
100 Lei
1.4880
1.50
7
100 Leva
1.79 1.80
8
100 Dinar
4.379
4.25
7
Turksch £
10.93
1.16k
100 Drachme
3.23
1.621
11
100 Lira
13.09 12.61
5

100 Peseta
48.-
20.45
61
Escudo
2.68
0.081
6
Kopenhagen

)
– .
100 Kronen
66.67
48.40
4
100
66.67
43.50
1

Zürich

)…………
Praag

…………..
….

lOO
66.67
45.50
4

Boedapest

……….

100 IJsl.Kr.
66.67
40.
100 Zloty
27.91
27.70
7

Istanbul …………

Stockholm

)
……..

Kovno (Litauen)
100 Lita
24.88
0.24
7

Athene

………..
Milaan

…………

Riga (Letland)

.. –
100 Lat
48.-
0.471
6-7

Madrid

…………

Reval (Estland).
100 EstI. Kr.
66.67
0.64
5
100 Finnmrk.
6.261
3.65
61

Boekarest

……….

Reickjavick ………
Warschau

……….

Tjerwonets
12.80 12.70

Sofia

…………..
Belgrado …………

(10 Roebel)
Danzig

………
100 Gulden
48.42
48.40
5
Amerika.

Lissabon …………

New-York )
$
2.4878
2.47).4
2

Oalo *)

….

Montreal

……..
Canad. $
2.4878
2.17
Mex. Dollar
1.24
0.66
Peso (papier)
1.0568′

llelsingtors

……..

La Paz (Bolivia)
8)

Boliviano
0.9080
0.861

Moskou

……..
..

Ru, de Janeiro
Milreis (pap.)
0.80752

0.19
Peso (papier)
0.30

6-7

Mexico

………..
Buenos Aires ………

Bogota (Columbia)
3)

Peso

..

2.42 2.36
Quito (Ecuador)

.
Sucre
0.49
8

0.361

Valparaiso ………

Lima (Peru) ..
Sol
0.69
7

0.51
Montevideo (Urug.)
Peso
2.5725
1.10
Caracas (Venezuela)
Bolivar
0.4795
0.36
Gulden
1.-

0.991
San

José (C. Rica)
Colon


Guatemala .
Quetzal
2.48
8

2.48

Paramaribo

…….

Willemstad (Curaç.)
Gulden
3.-
1.01*
Managua (Nicar.)
8)

Cordoba
2.48* 2.48
San Salvador 8)
.
..
Colon
1.2440 0.90
Azië.
Calcutta . . .-

…….
Rupee
0.91
0.6
6
1
5
Gulden I.G.
1.-
0.99*
4
Batavia………..
Kobe

………….
Yen
1.24
0.69
5.11
Dollar
0.56*
Taël
0.73
Singapore

.

… …
Straits DolI.
1.4125
1.021

Hongkong ………
Shanghai

………

Manilla

……
Phil. Peso
1.24
1.261
Teheran
4)
(Perzië).

.

Pahiavi

9.–
Bangkok ………..

.

Baht

0.81
Afrika.
Kaapstad
£
12.10*
12.-.
6
Egypt. £
12.42
9.08
A.ustralië.
Alexandrië………

Melbourne, Sidney
en Brisbane .
£
12.10*
7.08
Nieuw Zeeland .
£
12.10*
8.07
‘)Goudpeso.
2)
Mihreis Goud.

‘9 Not, te Ajdam. 0v. not, part. opg.
3) Zichtkoers.
4)
Munteenheid = Rial
(=
een Kran.)

542

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

8
Juli 1932

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

Data
Londen
Parijs
Berlijn

Amsterdam
($ per £)
($
P.
lOOfr.)
($
p. 100 Mk.) ( p. 100 gld.)

28 Juni

1932
3,6019/
19

3,9311,
23,72k

1
40,40
29

,,

1932
3,60
7
116
3,92i5/
96

23,75
40,37
30

,,

1932
3,59
3,921s/,
23,78
40,36
1 Juli

1932
3,57% 3,93
6
1
16

2378h
40,41%
2

,,

1932
3,5718
3,9371
23,78

4

1932



6
Juli

1931
4,8891
16

3;9111/82
23,72k
40,25
Muntpariteit ..
4,86
3,905/
s

i
23.81%
408/

KOERSEN
TE LONDEN.

Plaatsen en

Noteerings-
1
8Juni
2
5Juni
27Juni/2Juli
1932
2Juli
Landen
eenheden
1932 1932
1LaagstelHoo,

1932

Alexandrië.. Piast.
p.0

973J 97 97
8
18
9718
97%
Athene
..
.
..
Dr. p.
552%
557%
540
575
560
Bangkok…. Sh.p.tical
1110%
1110
1/10%
1110%
1/10%
Budapest …
Pen.
p £
20%
2034
20
21
20%
Buenos Aires
d. p.
$


– – –
Calcutte
. . . .
Sh.
p. rup. 1
1
5951
56

115
61
1
115i5
1

1/611
1.0
1
1
32

Constautin..
Piast.p.g
750 740
740
740 740
Hongkong ..
Sh. p. $
113%
11311
59

113
1/361
8

1/381
9

Kobe

.
.
… Sh.
p. yen
1/851,
11691
8

1/534
1/7%
11618/
16

Lissabon….
Escu.p.c
110
110
109%
110%
110
Mexico

….
$
per
£
13.89
13.25
13.-
13.60
13.35
Montevideo
.
d.per
30 30 29
31
30
Montreal

$
per £
4.21
4.16 4.08 4.15
4.09%
Rio d. Janeiro d. per Mii.
5l1,
5
411
9

5
8
196
5
1
1
32

Shanghai
..
.
Sh.
p. tael
118%
117
27
1
32

117
1189/
16

1/7%
Singapore
. .
id. p.
$

213I81
2/318/
5

2j3iii
21371
9

2/3251
33

Valparaiso
2).
$
per
£





Warschau ..
ZI. p.
£

1

32%
1
32%
31%
32%

31’1
1)
90 dg.

ZILVERPRIJS

GOUDPRIJS
8)

Londenl)IN.Yorkl)

Londen
28 Juni 1932,.

1611
8

26%

28 Juni 1932….

11417
29

,,

1932..

16
11
/16

26%

29

,,

1932….

114,8
30

,,

1932..

16
51
8

2691
9

30

,,

1932….

114j8
1

Juli

1932..

1616/
16

268/
8

1

Juli

1932….

115
1
_
2

,,

1932..

16/

2

,,

1932….

115110
4

,,

1932..

16518

4

,,

1932….

1161-
6 Juli

1931..

13v1
1
,

298/
9

6 Juli

1931….

84110%
27 Juli

1914..

24*
5
11
6

59

27 Juli

1914….

84110
1)
in pence p. oz.stand.
2)
Foreign silver in $c. p. oz. line.
3)
in sh. p.oz.fine
STAND_VAN_’s_RIJKS_KAS.

Vorderingen.
1

23 Juni 1932
I

30 Juni 1932

Saldo van ‘s Rijks Schatkist bij De Ne-
derlandsche

Bank……………….
t
27.065.624,65
1

2.280.154,41
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
2.832.935,66
,,

51.026,12
Voorschotten

op

uit.

Mei

1932 aan
de gem. verst, op v. haard. de Rijks-
adm. te heffen gem. ink. bel, en
opc.
op
de Rijksink. bel ………………
4.330.955,03
,,

4.330.955,03
Voorschotten

op

uit. Mei

1932 aan
de gem. verstr.
op
aan haar uit te
keeren hoofds. der pers. bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der gem.
fondsbel., alsmede
opc. op
die belas-
tingen en
op
de vermogensbelasting


Voorschotten aan Ned.-Indie ………
206.890.962,43
,,210.286.l13,44
Id.

aan

Suriname …………………

12.206.943,65
,,

12.228.850,65
Id.

aan

Curaçao ………………….
7.846.485,39
,,

7.858.381,52
Kasvord. weg. credietverst. alh. buitenl
,,
110.193.975,31
109.914.499,22
Daggeldleeningen tegen onderpand
..,,
Saldo der

Rijkscomptabelen
postrek.v.

…..
….

8.800.000,-
30.978.483,33

..

,,

8.800.000,-
17.924.193,34
Vord.
op
het Alg. Burg. Pensioenfonds’)
,,
10.957.065,97
,,
,,

4.420.343,64
Id.

1)

op
andere Staatsbedrijven

…….
Kasgeldleeningen aan gemeenten
…23.598.342,63
62.659.069,86
,,

23.598.342,63
,,

63.947.979,79
Verplichtingen

Schatkistbiljetten in omloop ………

f230.593.000,- f230.593.000,-
Schatkistpromessen in omloop …….

215.250.000,-
1
,,215.250.000,-
Zilverbons in Omloop …………….

1.798.086,-
,,

1.793.407,50
Schuld

op
ultimo Mei

1932 aan de
gem.weg. v.h.d. de Rijksadni.geh.gem.


ink. bel, en
opc. op
de Rijksink.bel



Schuld

op
ultimo Mei

1932 aan de
gemeenten

enz… ………………

1.235.571,41
,,

1.235.571,41
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.5)

– –
….

Id. aan hetStaatsbedrijfd.P.,T.enT.l)

,,

81.017.312,-
,,

71.568.074,26
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)
…..
.. ..
,,

458.156,27
…458.156,27
Id. aan diverse instellingen
1)

……073.301,-
44.
,,

44.407.954,30
1)
In rekg.-crt. met
‘a
Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE
SCHULD.
25Juni1932
1

2 Juli 1932
Vorderingen: Betaalmiddelen in
‘s
Lands Kas
– – – –
Verplichtingen:
Voorschot
‘s
Rijks kas e. a. Rijksinstell
f207.311.000,-
/218.867.000,-
Schatkistpromessen
………………
16.895.000,-

wo.
muntbiljetten
………………..

Schatkistbiljetten

……

………….
25.520.000,-
,,
30.975.000,-
Muntbiljetten in omloop
………….

…18.895.000,-

2.496.000,-
Schuld aan het Ned.-lnd Muntfonds.

7.994.000,-
…2.993.000,-
7.994.000,-
.-I
Idem aan de Nednd Postspaarbank.,,
1.185.000,-

.

3.549.000,-
,,

1.077.000,-
Voorschot van de Javasche Bank…….
14.130.000,-

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 4 Juli 1932.
Activa.
Binnenl.Wis.g Hfdbk.
f
35.969.073,15
se!s,Prom., Bijbuk. ,,

2.243.337,24
enz.in disc.Ag.sch. ,,

8.836.331,22
f

47.048.741,61
Papier o. h. Buiten!, in dito ……

Idem eigen portef. .
f
68.653.335,-
Af :Verkocht maar voor
de bk.nog niet afgel.

68.653.335,-
Beleeningen

mcl. vrsch Hfdbk.

33.440.599,89
.
.
nk.

7.506.207,13
in rek..crt..
Bijb
Ag.sch.

60.772.526,34
op onderp.
f 101.728.333,36

Op Effecten ……! 100.928.559,13
Op Goederen en Spec.

799.774,23

101.728.333,36
Voorschotten a. h. Rijk …………….
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
100.792.3 15,-
Muutmat., Goud ..,,896.561.660,71

Munt, Zilver, enz. • ,, 19.656.429,42
Muntinat. Zilver..


1.017.010.405,13
1
)
Belegging
1/
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds …………………… ..

20.150.276,13
Gebouwen en Meub. der Bank ………..5.000.( 00,-
Diverse rekeningen ……………….,

16.976.175,23
Staatd. Nederi. (Wetv.27/5,’32,S. No.221),,19.331.195,17

f
1.295.Sbb.461,63
Passiva.
Kapitaal ……………………….
f

20.000.000,-
Reservefonds ……………………,,

3.000.000,-
Bijzondere reserve ………………,,

5.000.000,-
Pensioenfonds ………………….,,

8.166.161,06
Bankbiljetten in omloop ………….. ., 1.017.006.405,-
Bankassignatiën in omloop …. ……..295.102,42
Rek..Cour.
fi
Het Rijk f 15.75o.631,54
saldo’s:
1.
Anderen

225.464.292,91

241.220.924,45

Diverse rekeningen ……………….
1
.
209
.
868,70

f
1.295.898.461,63

Beschikbaar metaalsaldo ………….
f
513.081.332,92
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gereèhtigd is ,, 1.282.703.330,-
) Waarvan In het buitenland
f
5.520.302,58.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Goud

Andere Beschikb. Dek-
Data

– Circulatie apeischb. Metaal- kings
Munt _Muntmat._
_schulden

saldo perc.

4 Juli ’32 100792 896.562 1017.0061241.516 513.081

81
27 Juni ’32 100992 879.366 981.154 257.207 505.911 .81
20

’32 100992 876.603 977.616 261.283 503.653 81
13

’32 101192 871.196 989.560 241.839 501.689 81
6 ,, ’32 101192 865.676 1005.293 221.899 498.144 81
30 Mei ’32 101191 853.668 1005.655 216.422 489.750 bO

6 Juli ’31 88.688 408.729 895.585 43.909 157.022 57

25 Juli ’14 65.703 96.410 1 310.437 6.198 43.521 54

Data
*’J

Belce-
nin gen
h
v
et
op

disconto’s
rechtstreeks
buitenl. ningen
1
)

4 Juli

19321

47.049

101.728

68.653

16.976
27 Juni 1932

46.449

97.101

68.653

17.006
20

1932

48.017

98.624

88.572

32.106
13

,,

1932

48.420

95.851

88.572

31.890
6

1932

49.096

98.308

88.572

31.669
30 Mei

1932

50.461

100.129

88.572

31.878

6 Juli

1931

43.426

97.291

228.522

50.728

25 Juli

1914

67.947

61.686

20.188

509
i)
Sedert den bankstaat van 4 Jan. 1929
op
den basis van
21
metaal-
dekking.

S

Sluitpost activs.

SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamsteposteninduizendenguldens.

Data
Metaal
ia’Ife

Andere
opeischb.
Disconi.
D

k

4

Juni

1932..
898
1.272 676
1

890
816
28

Mei

1932..
907
1.225
561 898
815
21

1932..
895 1.047 649
901
806
14

1932..
893
1.110
646 903
813
6
Juni

1931…
896 1.240
534
829 544

5 Juli

1914..
645
1.100
560 735
396
1)
Slultp. der activa.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.

Bankbilj.
1
Bankbilj.
1
_Other Securittes Data

Metaal

in
circa latie
rities

ow

:
,

Juli 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

543

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
Andere Beschikb.
Data

Goud

Zilver

Circulalie opeischb. metaal-
schulden
1
saldo

2 Juli 1932
156.200 221.100
35.700
47.480
25Juni1932
150.000
219.800
34.900 48.120
18

,,

1932
149.200
224.500
34.300
45.680

4Juni1932
104.829

45.744 225.219
33.877
46.935
28 Mei 1932
103.332

45.605
221.247
32.886
47.284
21

1932 103.331

45.035
222.578
29.985
47.341
14

1932
103.290

45.246
227.193
27.831
46.525

4 Juli 1931
115.105

45.777
243.829
32.238 50.456
5Juli1930
138.811

23.359 270.887
51.979 30.623

25Juli1914
22.057

31.907
110.172 12.634
1

4.842

1 Diverse


Data

1
Dis-
1
buiten
1
Belee-

reke-
conto’s

N.-Ind.
1
ningen
ninge,)
1 Percen-
betaalb.
1

1

lage

2Juli1932
25Juni1932
18 ,, 1932

4Juni1932

100.500 99.800
103.800


***

26.239

58 59
58
58
10.096
23.598
40.4′
28 Mei 1932
9.955 24.947
39.388
23.639
59
21

,,

1932
9.831
24.557
38.235
23.967
59
14

1932
9.886
24.622
39.221
23.328
58

4Juli 1931
9.764 19.099 42.738
30.441
58
5Juli1930
10.840
47.167 46.413 36.684
49

25Juli1914
7.259
6.395
75.541
2.228
44
1)
Sluitpost activa

29 Juni 1932
136.954
363.083
48.060
14.889
26.352

22

1932
136.476
358.548
52.173
14.142
26.565

15

1932
135.220 357.426 52.054
12.690 25.711

8

1932
132.482
357.238
49.483
12.612
25.622

1

1932
129.342
355.414
48.204
12.482
25.120

25 Mei

1932
125.761 354.221 45.811
12.172
23.788

1 Juli

1931
164.421
357.429 65.842
34.319 28.746

22 Juli

1914
40.164
29.317
33.633

Data
00v.
Sec.
1

Public
Depos.

0ïrbTposits
Other
Bunkers Accountsl
1
Reservel
1

Dek-
kings-
1
perc.’)

29 Juni’32
67.170
17.982
86.565
34.736 148.870
35
22

,,

’32
66.645
35.577 73.649
33.145
52.928
3781 82
15

,,

’32
68.775 20.568
87.546
33.988
i
52.794
3781 32
8

,,

’32
74.260 25.577
85846
33.472 50.223
34191
33

1

,,

’32
62.621 18.553
89.957 34.150 48.928
3471
33

25 Mei
1
32
73.915
23.606 77.544
32.948 46.540
34
1,
116

1 Juli ’31
32.931
11.490
99.402
34.091
66.992
46s1

22Juli ’14
11.005
14.736
42.185
29.297
52

1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen francs.

Te
goed
Wis_
Waarv.
elee-•

Renteloos
voorschot
Data
Goud

Zilver
in het
buitenl.
se
op het
buitenl.
ningen

v.d. Staat

24Juni’32
82.100
1.1921

4.290
5.972
2.043
2.714
3.200

17

,,

’32
81.643
1.178
4.547
5.534
2.284
2.757 3.200
f

10

’32
80.974
1.164
5.008 6.593 3.335
2.768
3.200
3

,,

’32
80.171
1.153
5.414
7.364
3.985
2.799 3.200

26Juni’31
56.426
851
6.419
25.365
19.790 2.779
3.200

23 Juli’14
4.104 640

1.541
8
769

Bonsv.d.ID.

Rekg.Courant Data
zelfst.

ÇJ
Circulatie
Slaat
amort. k.
amort.k. calieren

24 Juni’32
6.626 1.984
80.667
81.329 2.799 24.621
17

’32
6.881
2.084
81.018
483 2.816
23.553
10

’32
6.881 2.151
81.737
90
2.847
24.210
3

’32
6.881
2.214 82.408
125
2.870
23.723

26Juni’31
5.082
1.984
76.927
888
7.625
15.187

23 Juli’14


5.912
401

943

1)
Sluitpost activa.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

5 Juli 1912.

J)e vooruitziChteii vali zomer-t a r w e in de Ver. Staten en in Canada blijven gunstig. En cle Ver. Staten werden in
de afgeloopen week slechts weinig klachten gehoord en die
over door insecten veroorzaakte schade werden nu niet
meer vernomen. De stand van het ge’as is beter clan een
maand geleden en het gemiddelde der schattingen door pal-
ticuliere experts van ‘de opirengkt bedroeg op 1 Juli 274
millioen bushels tegen 253 millioen op 1 Juni. Ook in Ca-
nada zijn cle schattingen van de opbrengst hooger dan een
maand geleden. Het gemiddelde der particuliere schattingen
bedraagt nu voor Canada 470 millioen bushels tegen 405
jaillioen bushels een maand geleden. Van deze laatste schat-
tin.g werd al spoedig gezegd, dat zij aanmerkelijk te laag
zou blijken te zijn, dank aij het zeer gunstige weder. Het weder is in Canada tot nu toe gunstig geweest, doch nog
steeds ‘blijft behoefte bestaan aan geregelden regenval, ter-
wijl ook het gevaar voor sprinkhanen en andere insecten
niet geheel gew’ekeu schijnt te zijn. Met het dorschen van
wintertarwe is men in de Ver.. Staten ijverig bezig en de
uitkomsten schijnen in sommige districten mee te vallen.
01) 1 Juli was het gemidde]de van de door particuliere ex-
perts geschatte opbrengst 426 millioen hushels tegen de
officiëele raming op 1 Juni van 411 millioen. In verband
met ce goede vooruitzichten der oogsten van voorjaars-
tarwe was aan de termij.urnarkten in Noord-Amerika de
stemming voor tarwe over het algemeen flauw en brok-
kelden de prijzen verder af. Groote verlagingen hebben de
verhooging der geschatte opbrengsten niet meer veroor-
zaakt, omdat deze reeds waren verwacht en in de prijzen
verdisconteerd. Het slot te Chicago was op 1 Juli % dol-
Jarcent per 60 lbs. lager dan een week geleden. Op Zater-
dag en gisteren was de markt gesloten. Te Winnipeg was
het slot gisteren
l/
dollarcent lager dan een week geleden.
Verkoopers van tarwe in de Ver. Staten zijn niet drin-
getid aan de markt. Ook Argentinö was niet sterk ver-
kooper en cle verschepingén uit dat land vareu gedurende
dc laatste weken aanmerkelijk kleindr dan in de daaraan
voorafgaande maanden. Poen de koersen aan de Argentijn-
sehe tcrmijnmarkten echter in de tweede helft der week
daalden, hebben afladers hun prijzen verlaagd in concur

rentie met Canadcesche tarwe. Het slot te Buenos Mres
was 27 centavos an te Rosario 15 centavos per 100 KG.
lager dan een week geleden. In Canadeesche tarwe zijn ge-
regelcl zaken tot stand gekomen, het aanbod blijft echter
dringend, doordat de boeren hunne voorraden van den ouden
oogst snel ter markt brengen. Ook Australische tarwe blijft
dringend aangeboden tot in den loop dezer week nog iets
terugloopende prijzen. De oogstvooruitzichten in West-
Eiropa blijven gunstig. In Frankrijk is het toegestane per
eentage buitenlandsehe tarive verlaagd van 40 op 35. In
Duitschlancl wordt de bebouwde oppervlakte geschat op
5.616.000 acres tegen 5.532.000 acres in het vorige jaar. De
vooruitzichten zijn er veelbelovend en men rekent 01) een
grootere opbrengst dhn in het vorige jaar. Gregeld wordt
Duitsche tarwe aangeboden ter verlading in het najaar en
verschillende zaketi zijn tot stand gekomen. In Midden.
Enropa zijn de vooruitzichten verbeterd, hoewel in Hon-
garije en in Roemenië geen opbrengsten van denzelfden
omvang worden verwacht als in het vorige jaar. In Honga-
rije wordt de opbrengst geschat op. 8.332.000 qularters tegen
9.088.000 quarters in het vorige jaar. In Rus]iind luiden de
berichten over wintcrtarwe gunstig. De nzt zomertarwe
bebouwde oppervlakte is kleiner cjan in het
1
vorige jaar,
betrouwbare berichten over cle zontertarwe zijn schaarsch.
In cle Ukraine, waar het lang droog ivas, schijnt regen ge.
vallen te zijn. De stemming voor r o g g e was op de meeste dagen flauw
en de koersen aan de termijnmarkt te Winnipeg brokkelden
langzaam verder af. Geregeld zijn zaken, soms zelfs vrij
belangrijke, in Canacleesche rogge gedaan. Tegen het einde der week verbeterde de stemming ccii weinig en werden iets hoogere prijzen betaald. In andere roggesoorten gkat weinig
om. Het slot te Winnipeg was 1Y
2
dollarceuts per 56 lbs.
lager, te Chicago op 1 Juli 1Y
4
dollarcents lager dan een
week geleden. Dc met rogge bebouwde oppervlakte i’ordt
in Duitschland geschat op 10.986.000 acres tegen 10382.000
acres in het vorige jaar. Ook voor rogge zijfl de vooruit-
zichten gunstig en aanbiedingen van den oieuwen oogst
worden van Duitsehe rogge gedaan. I)e prijzen, welke wor-
den gevraagd, zijn echter nog te hoog, om zaken mogelijk te maken. In Polen zijn de vooruitzichten verbeterd. Daar.
door is meer aanbod aan de markt gekomen van Poolselie
rogge van den ouden oogst. In Hongarije wordt de op-

544

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 Ju1i 1932 II

AANVOEREN in tons van 100
KG.

Rotterdam
Amsierdam
To (aal

Artikelen
2
5Juni1
2
Juli Sedert
Overeenk.
2
6JuniJ
2
Juli
Sedert
Overeenk.
1932
1931
1932
1
Jan.
1932
tijdvak
1931
1932
1Jan. 1932
tijdvak
1931

32.774
761.456 657.966
-.
7.408
9.515 768.864
667.481
14.496
264.192
175.650

1.333
308
265.525
175.958
Tarwe

…………….
Rogge

…………….
321
14.855
12.80f

145
14.855
12.951
Boekweit ……………..
Maïs ……………….
12. 090
662.226
546.40

168.665
128.634
830.891
675.043
4.826
194.779 323.696

.

7.359
21.615
202.138
345.311
5.471
112.083 158.763

3.022
1.410
115.105
160.173
4.942
139.028 113.019
445
196.164
268.404
335.192 381.423

Gerst

………………
Haver

……………..

1.609
59.131
48.710

50
204
52.181
48.914
Lijnzaad

……………
Lijnkoek

……………
367
12.390
62.394
194
8.697 18.269
21.087 80.663
Tarwemeel

………….
Andere meelBoorten ….
384
22.604 23.760
211
7.527
7.933 30.131
31.693

brengst van rogge geschat
01)
3.130.000 cluarters, hetgeen
600.000 quarters lager is clan iii liet vorige jaar.
De vraag naar m a ï s bleef gedurende de geheele week
levendig en de aankomende partijen vonden geregeld haar
weg naar het binnenland. Voor aangekomen maïs vori1t
een premie betaald, daar het aanbod daarvan Hiet groot is
en loco voorraden niet aanwezig zijn. Ook voor StOO1fleiide
niaïs bestaat goede vraag; voor de het eerst verwachte pai.
tijen worden de beste prijzen betaald ei’ hoogere dan waar-
voor door aflaclers ladende booten en mais op afladii.ig
oorden aangeboden. Het verbruik van niïs is groot en de
groote verschepiiigen uit Argentinië hebben gean druk ten-
gevolge gehad. De vorige week waren de verscliepingen klei-
11cr clan zij gedurende. de laatste drie weken ,varen, doch
vermoedelijk was dat tengevolge van ccii feestdag. :De koer-
sen aan cle termijnmarkt te i3nenos Aires waren 6 centavos
hooger ei, te Rosario 5 centavos per 100 KG. hooger clan
een week geleden. Voor Donan-maïs bestond vraag in lDnitschland, doch daar is cle prijs voor maïs door het
niaïsmonopolie 40 mark per ton verhoogd. De voor Donau-
maIs in Dniitsehland betaalde prijzen waren voor de Necler.
landsche consumptie, welke aan Plata-niaïs cle voorkeur
geeft, te hoog.
Voor ge r s t is de vraag vc•rnnnderd, tengevolge van de
tegenwoordige lage prijzen voor rogge en Australisclie
tarwe. Voor disponibele en aangekomen gerst hebben de
prijzen zich iii cle laatste week bij matige omzetten kunnen

handhaven. Voor Canadeesche gerst in laclende en spoedig
haadklaar verwachte booten zijn cle prijzen gedaald in over-
eenstemnnng met de koersen aan cle termijnmarkt te Win-
mpeg, welke 2% dollarcents p’ 48 lbs. lager sloten clan
een week geleden. Amerikaanschie gerst wordt slechts wei-
nig aangeboden evenals Donau-gerst in stoornende en la-
demide posities. Dc vooruitzichten van den gerstoogst iii
Roemenië zijn gunstig cmi geregeld wordt deze gerstsoort
aangeboden ter verlading in het najaar tot in den loop dezer
weelc nog eenige guldens per last terugloopende prijzen.
.l.n Ii ii v e r kooien weinig zakemi tot stand, de omzetten
beperken zich in hoofdzaak tot kleine zaken in Plata-haver. Aan cle terinijnniarkt te Buenos Aires sloot haver 15 centa-
vos per 100
KO.
lager.

SUIKER.
De stemming iii cle afgeloopen week heeft zich geken-
mmmerkt door vrij aanzienlijke fluctuaties; tegen het einde
bewogen cle prijzen zich in opgaande lijn.
Op
cle N e
w-Y
o ik s c h e termijnmarkt waren cle zaken
zeer levendig en bedroegen de totale omzetten 164.30& tons,
terwijl de prijzen fluctueerden van 0.82 tot 0.78
voor
Juli,
van 0.89 tot 0.84 voor Septembdr, van 0.05 tot 0.90 vo6r December, van 0.96 tot 0.91 voor Januari 1933, van 1.02
tot 0.95 voor Itiaart en van 1.06 tot 1 voor Mei. Tegen het
slot wijzen cle prijzen een avans aan ,’ani 4 tot 7 ptmten.
De ontvangsten in (Ie Atlantische havens (Ier Ver. Sta-

STATISTISCH OVERZICH1

GRANEN EN ZADEN
ZUIVEL EN EIEREN
MINERALEN

TARWE
a
R000E
MAIS
GERST
LIJNZAAD
EOTER
E
KAAS

ammer
EIEREN
STEENKOLEN
Westfaalsche/
PETROLEUM

Plata loco1
No. 2 Canada
La Plata
No.3 Canada
La Plata
per K.G.
Alkn,aar

Gen,. not.
Hollandsche
Mm

.

ontin.

o er am
Amrai
loco
Rotterdam
loco
R’dam/A’dam
loco Rotter-
dam oer
loco
R’dam/A’dani
Leeuwar-
der Comni.
a

rie

S
Eiernlijn Roermond
bunkerkolen,
ongezeefd f.o.b.
Crude
33 tlfl
33.
per lOO K.G.
per 2000 K.G.
2000 ltG.
per 1960 K.G.
Noteering
kaas
kI. iiiierk
p. lOO st.
R’dani/A’dam
pbrel
3)
3)
4)
.

(1.
0
10
f1.
0,0
f1.
Ol,
11.
O/
f1.
0
s
f1.
01
f1.
0
10
f1.
0
10
f1.
01
$
0
10
1925
17,20
100,0
13,07′
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50.
100,0
2,31
100,0
56,-
100,0
9,18
100,0
10,80 100,0
1.68
100,0
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15 88,8
17,90 165,7
1.89
112,5
1927
14.75
85,8
12,475
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
2,03
87,9
43,30
77,3
7,96
86,7
11,25
104,2
1.30
77,4
1928
13,475
78,3
13,15
100.6
226,00
97,7
228,50 96,8
363,00
78,5
2,11
91,3
48,05
85,8 7,99
87,0
10,10
93,5
1.20
71,4
1929 12.25
71,2
10,87
5

83,2 204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
2,05
88,7
45,40
81,1 8,11
88,3
11,40 105,6
1.23
73,2
1930
9,67
5

56,3
6,225
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4 356,00
77,0
1,66
71,9
38,45
68,7 6,72
73,2
11,35
105,1
1.12
66,7
1931
5,55
32,3
4.55
34,8 84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
1,34
58,0
31,30
56,9 5,35
58,3
10,05
93,1
0.58 34,5
Jan.

1930 12.67
5

73,7
9,35
71,5
149,25
64,5
151,25
64,1
433,75
93,8
2,00 86,6
43,95
78,5 7,55 82,2
11,75
108,8
1.21
72,0
}’ebr.
11,72
68,2
8,175
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5
398,50
86,2
2,03 87,9
41.15
73,5 6,90 75,2
11,75
108,8
1.11
66,1
Maart

,,
10,90
63,4
7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0
390,00
84,3
1,71-
74,0
41,25
73,7 5,18 56,4
11,55
106,9
III
66,1
April

,,
11,175
65,0
7,625
58,3
180,25
77,8
129,75
55,0
431,00
93,2
1,50
64,9
36,50
65,2
5,16
56,2
11,35
105,1
1.165
69,3
Mei
10,45
60,8
6,55
50,1
148,50
64,1
114,50
48,5
405,00
87,6
1,44
62,3
37,20
66,4
5,30
57.7
11,35
105,1
1.185
70,5
Juni


10,05
58,4
5,175
39,6
145,50
62,9
103,75
44,0
385,50
83,4
1,54
66,7
37,-
66,1
5,09
55,4
11,35
105,1
1.185
70,5
juli’

,,
9,55
55,5 5,82
5

44,6
157,75
68,1
108,00
45,8
345,75
74,8
1,72
74,5
39,90
71,3 5,99 65,3
11,35
105,1
1.185
70,5
Aug.

,,
9,45
54,9 6,30
48,2
146,00
63,1
116,25
49,3 365,00
78,9
1,58
68,4
40,20
71,8 6,03
65,7
11,35
105,1
1.18.5
70,5
Sept.
8,40
48,8 5,25
40,2
127,50
55,1
99,00 41,9
318,75
68,9
1,64
71,0 37,55
67,1
7,23 78,8
11,35
105,1
1.185
70,5
Oct.


.7,40
43,0
4,62
5

35,4
112,25
48,5
86,00
36,4
281,25
60,8
1,63
70,6
36,90
65,9 8,60
93,7
11,35
105,1
1.18
6

70,5
Nov.

,,
7,25
42,2 4,25
32,5 94,50
40,8
82,25
34,9 270,75
58,5
1,58
68,4
36,50
65,2
9,63
104,9 10,90
100,9
0.85 50,6
Dec.

,,
7,076 41,1
4,30
32,9 96,00
41,5
91,00
38,6 247,75
53,6
1,55
67,1
33,50
59,8
7,97
86,8
10,85
100,5
0.85 50,6
Jan.

1931
6,525
37,9
4,-
30,6 84,50 36,5 86,25
36,5 207,50
44,9
1,61
69,7
32,25 57,6 6,63
72,2
10,30
95,4
0.85 50,6
hebr.

,,
5,775
33,6
3,90
29,8 87,50 37,8 85,75
36,3 206,25
44,6
1,66
71,9
33,80
60,4
6,21
67,6
10,30
95,4
0.85
50,6
Maart

,,
5,625
32,7 4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4 214,00
46,3
1,47
63,6
35,00
62,5 4,94
53,8
10,30
95,4
0.66
39,3
April

,,
5,90
34,3
4,42
5

33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8
1,35
58,4
31,60
56,4 4,20
45,8
10,15
94,0
0.53
31,5
Mei

,,
6,15
35,8
4,975
38,0 95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
1,26
54,5
30,85
55,1
4,075 44,4
10,00
92,6
0.53
31,5
Juni

,,
5,75
33,4
5,05
38,6 86,75
37,5
116,50
49,4
191,50
41,4
1,29
55,8
33,50
59,8 4,30
46,8
10,00
92,6 0.345
20,5
Juli
5,425
31,5
4,70 35,9
84,25 36,4
115,75
49,0
211,00
45,6
1,32
57,1
37,75
67,4
4,40 47,9
10,00
92,6
0.24
14,3
Aug.
4,975
28,9
4,025
30,8 74,50
32,2
119,50
50,6
185,50
40,1
1,30
56,3
36,00 64,3
4,98 54,2
10,00
92,6
0.435
25,9
Sept.
4,775
27,8
4,27
6

32,7
68,00 29,4
97,00
41,1
164,25
35,5
1.27
55,0
32,25 57,6
5,775

62,9
10,00
92,6
0.56
33,2
Oct.
5,-
29,1
4,475
34,2
68,50 29,6
94,75
40,1
160,25
34,6
1,24
53,7
26,25 46,9 6,275
68,4
9,90
91,7
0.56 33,2
Nov.
5,825
33,9
5,475
41,9
81,00
35,0
114,50
48,5
169,75
36,7
1,17
50,6
24,75 44,2
7,(Y7
77,0
9,90 91,7
0.68
40,4
Dec.

,,
4,925
28,6
4,95
37,9
69,25 29,9
111,25
47,1
145,75
31,5
1,18
51,1
21,40 38,2 5,325
58,0
9,90
91,7
0.71
.42,3
Jan.

1932
5,05
29,4
5,07
5

38,8 71,25 30,8
114,00
48,3
142,50
31,0
1,16
50,2
25,75 46,0
4,71
51,3
8,25
76,3
0.71
42,3
1ebr.
5,30
30,8
5,075
38,8
74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
1,34
58,0
27,75 49,6
3,79
41.3
8,25
76,3
0.71
42,3
Maart
5,525
32,1
5,80
44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
0,98 42,4
23,65
42,2 3,425
37,3
8,35
77,3
0.71
42,3
April
5,65
32,7
6,225
47,6
88,75
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2 0,99 42,9
19,60
35,0 2,775
30,2
8,65
80,1,
0.86
51,2
Mei
5,60
32,6 5,30
40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2 0,82
35,5
19,65
35,1
2,88 31,4 8,30
76,9
0.86
51,2
Juni
5,226
30,4
4,15
31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
1,11
48,1
24,25 43,3
3,08
33,5 8,25 76,3
0.86
51,2
4 Juli
4,85
28,2
4,-
30,6
t

80,00
34,6
106,00
44,9
127,00
27,5
1,157
49,8.
20,507
36,6
3,175
34,6 8,05 74,5
– –

J
Men zIe voor de toel. op dezen staat de nos. van 8 en 15 Aug. 192$ (No. 658 en 659) pag. 689190 en 709.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No. 2. ‘) Tot Jan. 1928
d-Russische.
4)
Tot Jan. 1928 Malting; van Jan. 1928 tot 9 Febr. 1931 American No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 1932 6415 K.G. Zuid-Russische.

Juli 1932

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

545

ten bedroegen deze week 33.000 tons, de versmeltingen 56.000 tons tegen 55.700 toits verleden jaar en de voor-
radeit 307.000 tous tegen 274.000 tons.

i)e laatste C u b a-statjstiek is als volgt
1932

1931

1930
tons

tous

tons
Productie (Raming) ……2.700.000 3.122.186 4.671.260
Ontvangsten ………….18.174

21.663

23.519
Totaal sedert
111 ………….
2.245

1.463.701 2.367.227
Verschepiugeti ………..22.312

28.263

40.727
Voorraad afschcephavens

1.172.907 1.624.837 1.631.951
In E n ge 1 a n d maakte de vooruitgang verdere vorde-
riligal) en vonden verkoopen aan raffinadeurs plaats tot
5h. 5/9 en 5h. 5
11
03 cif basis 96 pCt., terwijl later prijzen
betaald werden van 5h. 61- cif voor juli
en
5h. 61. % voor
Augustus afshep.

De Zichtbare Voorraden zijn vo]gens Czarnikow:
1932

1931

1930
tons

tons

tons
Duitschlanci 116 ………..1.206.000 1.375.000

938.000
Tsjeeho.Slowakije 116

447.000

565.000

356.000
Frankrijk 1/6 ………..439.000

583.000

450.000
Nederland 116 ………..200.000

250.000

203.000
i3elgië 1/6

…………..116.000

129.000

131.000
Itongarije 115 …………66.000

98.000

74.000
Polen 1/6 …………….283.000

386.000

291.000
U.K..1/6 Geïmp. Suiker

249.000

220.000

247.000
1/6 Binnenl.
,,

4.000

32.000

29.000

Europa ….3.010.000 3.633.000 2.719.000
Ver. St. Alle havens 28(5 . 636.000 603.000 784.000
Cubaansche havens 287 . 1.238.000 1.696.000 1.702.000
Cuba binncislancl 2815 1.950.000 2.120.000 2.065.000
Java 115

…………….1.480.000

613.000

148.000

Totaal ….8.314.000 8.670.000 7.418.000
01) Ja v a verkocht de V..L.S.P. 11.200 tons Superieur en
300 tons bruine Suiker.
Ï[ i e
1
te 1 a n de bleef het aanbod gering. De termijn-tioteeringen liepen parallel niet die in Anierika. Het slot
gaf de volgende prijzen te zien Aug.
f
6%, Dec.
f
678,
Mrt. f7 en Mei
f
Tenslotte zij hier gerefereerd aan dc in het nummer
V11n 29 Juni jl. opgenomen interessante cijfers van ])r.
1ikuseh i/z. de Wereldproduetie, het Wereldverbruik en
dcii in- en uitvoer van suiker.

KOFFIE.
De stemming was in de afgeloopen week kalm met zeer
weinig zaken in de eerste hand, zoowel van Brazilië als
van cle andere productielanden. De kost- en vrachtaanbie-
dingen van I3razilië liepen in doorsnede
i/
Ned. ct. per
3
K.G. terug, doch het is zeer waarschijnlijk, dat iets lagere
biedingen in de meeste gevallen wel zouden zijn aangeno-
men. Ook Nederlandsch-Indië was met Robusta wederom
gemakkelijker. De ongewasschen Sumatra Robusta-soorten
liepen
3-
ï % ct. per
1
1
2
K.G. terug en ook gewasschen
Robustaw as iets lager.
Volgens opgave van den Koffie-Raad zijn in Brazilië
vernietigd in de afgeloopen week (in balen) in:

Santos

Rio

Victoria Sao Paulo Diverse Totaal
30.000 21.000 6.000 267.000 3.000 327.000
of sedert 1 juli 1931: 3.768.000 1.023.000 332.000 3.091.000 91.000 8.305.000
Bovendien ivaren vÔOr 1 Juli 1931 reeds vernietigd 559.000
balen.
in een dezer dagen ontvangen telegram uit Brazilië wordt
medegedeeld, dat het ]3raziliaanschc Gouvernement geruch-
ten, volgens welke het uitvoerrecht op koffie zou worden
verminderd en de w’isselkoers niet zou kunnen worden ge-
haadhaaf d, ten stelligste tegenspreekt. Er wordt bijgevoegd,
dat het land over voldoende middelen beschikt om het
koffie-verdedigingsplan stipt uit te voeren.
Hoewel de cijfers van 30 Juni betreffende de binnenland-
sche voorraden in Brazilië eerst over enkele weken be-
keutd worden gemaakt, kan toch reeds hij benadering wor-den berekend, hoe groot de geheele were1dvoorraad op 30
Juni (het einde van het Braziliaansche oogstjaar) is ge-
i’eest. De tbinnenlandsche voorraad in de Staten Sao Paulo
en Minas Geraes was op 31 Mei 22.395.000 balen. Aanne.
mende dat ook in de maand Juni, evenals dit in Mei het
geval is geweest, geen koffie van de plantages naar het
binnenland is verzonden, zal (Ie voorraad in de maand
Juni verminderd zijn met ongeveer 1.125.000 balen, welke
volgens opgave van den Koffieraad in die maand zijn ver-
nietigd en met 715.000 balen, welke in die maand uit het binnenland naar de haven van Santos zijn doorgezonden,
dus tezamen met ongeveer 1.840.000 balen. Deze zelfde be-
rekening op den voorraad in het binnenland van Rio
toepassende, moet de binnenlandsche voorraad op 31 Mei
van 1.450.000 balen verillderd worden met ongeveer
65.000 balen, welke in Juni zijn vernietigd, en niet 411.000

VAN GROOTHANDELSPRIJZEN’)

METALEN
TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN

ZILVER IJZER
Cleveland
KOPER TIN
LOOD KATOEN
WOL
gekamde
WOL
gekaunde
KOE-
KALK-
cash Londen
Foindry No.3
Standaard
Locoprijzen
locoprijzen
Locoprijzen Middling
locoprijzen
Australische, Australische,
CrossbredColo-
HUIDEN
Gaat, open SALPETER
Old. per
per
Sta1urd
f.o.b.
Middlesbrough
Londen
Londen per
Eng. ton
Londen
per Eng. ton
New-York
Merino,

Av.
loco Bradtord
nial Carded,
kop
100 KG.
Ounce
per Eng. ton
per Eng. ton
per Ib.
per Ib.
SO’s Av. loco
57-61
pnd.
netto
Bradford per Ib.

pence
Oj
Sh.
h
o

£
0/
£
0
s
£
O
jo
$
cts.
0
o

pence
0
/o
pence
°iO
f1.
°Io
f1.
OI
o

32
1
/s
100,0
731-
100,0
62.116
100,0
261.171
100,0
36.816 100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,
100,0
28,16
89,3
8616
118,5
58.11-
93,5
290.1716
111,1
31.116
85,3
17,55
75,5 47,25
85,9 24,75
83,9
28,46 82,0
11,61
96,8 26
3
/4
83,3
731-
100,0
55.141-
89,7
290.41-
110,8
24.4!-
66,4
17,50
75,3 48,50
88,2
26,50
89,8
40,43
116,5 11,48
95,7
26/
1

81,1
661-
90,4
63.161-
102,8
227.51- 86,8
21.1/-
57,8
20,
7
30
86,0 51,50
93,6 30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
24
7
/i6
76,2
7016
96,6
75.141-
121,9
203.1516
77,8
23.51-
63,8
19,15
82,4
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25 92,9
10,60
88,3
17
1
/i
55,4
67/-
91,8
54.131
88,0
142.51
54,3
18.116
49,6
13,55
58,3
26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
13
3
/
41,6
551-
75,3
36.51-
58,4
110.11-
42,0
12.11- 33,1
8,60 37,0
21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
20
1
5/i
65,3
7216
99,3
71.9/6
155,1
174.131-
66,7
21.111-
59,4
17,15
73,8
29,50
53,6
19,25
65,3
26,63
76,7 10,11
84,3 20
1
/8
62,6
7216
99,3
71.1216
115,4
174.41-
66,5
21.41-
58,2
15,45
66,4
28,50
51,8
17,75
60,2
24,50
70,6
10,21
85,1
19l1
59,5
701-
95,9
68.1916
111,1
165.181-
63,4
18.161-
51,6
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9

69,2
10,21
85,1
19
9
/
61,0
6716
92,5
61.31-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50,3
16,45
70,8
27,25
49,5
17,25
58,5
24,13
69,5
10,21
85,1
180116
59,0
6716
92,5 53.91-
86,1
145.-!-
55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0
28,75
52,3
18,00
61,0
26,25
75,6
10,21
85,1
16
1
/16
50,0
67/6 92,5
50.1 6
80,7
136.416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4
27,75
50,5
17,50
59,3
26,63
76,7
10,21
85,1
16
49,9 67(6
92,5 48.21-
77,5
134.1716
51,5
18.31-
49,8
13,10
56,3
27,00
49,1
16,75
56,8
24,25
69,9 9,18 76,5
16/
51,0
(151-
89,0 47.151-
76,9 135.5(6 51,7
18.61-
50,2
11,95
51,4
27,25
49,5
16,50
55,9
24,88
71,7
9,28 77,3
16i’/i
52,0
6316
87,1
46.61- 74,6
132.61-
50,5
17.181-
49,1
II,-
47,3
27,00
49,1
15,75
53,4 26,50
76,4
9,39 78,3
1615
51,5
6316
5

87,1
43.-!-
69,3
117.131-
44,9
15.151-
43,2
10,55
45,4
24,50
44,5
14,50
49,2
26,25
75,6
9,49
79,1
165/8
51,9
63.66
87,1 46.816
74,8
113.161-
43,5
15.1816
43,7
10,85
46,7
24,00
43,6
13,00
44,1
25,25
72,8
9,70 80,8
16
5
18
51,9
63168
87,1
47.616
76,2
115.31-
44,0
15.516
41,9 9,95 42,8
22,50 40,9
12,50
42,4

72,0
9,90
82,6
137/
43,2
6016
82,9
45.7/6
73,1
116.81-
44,4
14.-16
38,5
10,30
44,3
21,25 38,6
12,00
40,7
24,63
71,0
10,11
84,3
12112
38,9
58:6
80,3
45.116
72,6
117-16
44,7
13.5.6 36,4
10,95
47,1
21,75 39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
13
1
116
41,8
5816
80,3
45.116
72,6
122.11-
46,6
13.316
36,2
10,90
46,9 25,25 45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
136/
40,9
58/6
80,3
42.1516
68,9
113.41-
43,2
12.101
34,3
10,25
44,1
24,50 44,5
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
12
15
/i
40,3
5816
80,3
39.66
63,4
104.171-
40,0
11.1016
31,6
9,40
40,4
23,50
42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1
12
7
/s
40,1 5816
80,3
36.616
58,5
106.216
40,5
11.1116
31,8
9,10
39,1
22,00
40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
13
1
/
41,2
58/6
80,3
34.141-
55,9
112.516
42,9
12.1516
35,1
9,25
39,8
22,25
40,5
12,50
42,4
20,25
58,4
8,26 68,8
12
12
116
39,9
5816
80,3
32.151-
52,8 114.19.6
43,9
11.1916
32,9
7,20
31,0 22,25
40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,-
58,3
13
5
116
41,4
5516
76,0
30.316
48,6
111.161- 42,7
11.41- 31,1
6,55
28,2
20,00
36,4
11,00
37,3
18,-
51,9
6,50 54,2
13
13
/
43,0 46
1

63,0
28.216
45,3
101.116
38,6
10.9.6
28,8 6,30
27,2
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3 6,65 55,4
14
1
/2
45,1
44.6
61,0
27.196
45,1
102.-!-
39,0
11.51-
30,9
6,40
27,5
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3 6,80
56,7
14
5
/1
44,6
41,6
56,8
27.616
44,2
98.1716
37,8
10.161-
29,6
6,30
27,2
16,25
29,5
9,00
30,5


6,95 57,9
13
7
18
43,2
41,6
56,8
27.1416
44,7 98.181-
37,8
10.141-
29,4
6,65
28,6
16,50
30,0
9,00 30,5
11,63
33,5
7,10
59,2
14
43,6
41/6
56,8
26.41-
42,2
99.216
37,9
10.51-
28,1
6,90
29,7
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9
7,25
60,4

13
3
/
42,8
441-
60,3
24.181-
40,1
96.61-
36,8 9.91-
25,9 6,90
29,7
16,50
30,0 8,75
297
10,25
29,5
7,40
61,7
131/
40,9
451-
61,6 23.81-
37,7 84.1516
32,4
8.1616
24,2 6,25 26,9
16,50
30,0 9,00
305
9,25
26,7
7,40
61,7
1251s
39,3
441-
60,3
21.61-
34,3
89.1316
34,2
8.!-
22,0
5,80 24,9
15,75
28,6
8,25
28,0
1
8,88 25,6
7,40
61,7
1251s
39,3
441-
60,3
20.1216
33,2
84.91-
32,3
7.51-
19,9
5,25 22,6
15,25
27,7
7,75
27,7
9,-
25,9
7,40
61,7
1211s
37,7
4216
58,2
19.71-
31,2
88.1516
33,9
7.61-
20,0


1
– –
Western; vanaf Jan.
1928
tot
16
Dec.
1929
American No.
2,
van
16
Dec.
1929
tot
26
Mei
1930 74/5
K.G. Hongaarsche, vanaf
26
Mei
1930
tot
23 Mei
1932 74
K.G.
5)
Noteering Schotland
5916.
6)
581-.
7)
1 Juli.

546

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

6
Juli 1932

balen, clie uit het binnenland in die maand naar de haven
van Rio zijn doorgezonden, dus tezamen niet ongeveer
476.000 balen.
De becijfering van den wereidvoorraad op 30 Juni I.I.
ziet er clan als volgt uit:
Voorraad binneni. van Sao Paulo op 31 Mci 22.395.000 ibii. Vernietigd in Jun1 ongeveer . . 1.125.000 bn.
Verzonden uit het binnenland
naar Santos in Juni ……715,000 ,,

1.840.000

blijft ongeveer …………..20.555.000 bn.
Voorraad bi n nenlanci van Rio
01) 31 Mei …………….1.450.000 bn.
Vernietigd in
Juni ongeveer 65.000 ho.
Verzonden uit
het binnenland
naar Rio in Juni 411.000

476.000

974.000

Voorraad van het Gouvernenient van Sao
Paulo op 30 juni ………………….2.400.000
Zichtbare werelcivoorraad volgens G. :Duuri ug
& Zoon op 30 Juni ………………..6.703.000
zooclat cle geheele werelclvoorraad 01) 30 Juni
kan worden aangenomen te hebben bedra-

gen ongeveer ……………………..30.632.000 bn.

Verleden jaar was de werelclvoorraad op denzelfclen
datum
Voorraad binnenland Sao Panlo ……….18.568.000 bn.
Voorraad binnenland van Rio …………572,000
Voorraad Gouvernement Sao Paulo ……..2.216.000
Ziehtbare wereld voorraad volgens G. Duuri ng
&

Zoon

…………………………6.397.000

totaal ……27.753.000 bn.

welk cijfer, trots de vernietiging van 7.882.000 balen San-
tos en Rio gedurende het nu afgeloopen oogstjaar, nog on-
geveer 2.879.000 balen kleiner is dan cle voorraad op het
oogenblik aanwijst.
De kost- en vrachtaanbieclingen van Santos, omgere-
kend in cents per % K.G., komen op het oogeublik uit:
voor gewoon goed beschreven Superior Santos
01)
prompte
verschping op ongeveer 28% 5. 29 ct., voor dito :Prine
Santos 01) ongeveer 29
5.
2934 et. en voor Rio type New-York 7 met beschrijving, prompte verscheping,
Op
onge-
veer 22%
5.
22
5
/8
et.

liii Nederlandscli-i.nclië zijn cle prijzen van cle ongewas-schen Sumatra Robusta-soorten %
5.
% et. en die van ge-
wasscheu J.{obusta ongeveer % ct. per
34
K.G. lager clan
verleden week. De noteeringen in cle eerste hand zijn op
het oogei.iblik:
Palenibang Robusta, J uli-verscliepiiig,
1634
ct. ; Ben.-koelen Robusta, Juli-verscheping, 17% et.; Mandheling
Robusta, J uli-verscheping,
is
% ct.; W.L.B. faq. Robusta,
Juli-verselieping, 22% et., alles per % liG., eif, uitgele-
vercl gewicht, netto contant.
Aan cle Rotterdamsche terinijnniarkt liepen de notee-
ringen
%
5.
34
ct. per 34 li.G terug. September staat thans
21% et., December en iaart staan 21% ct. en Mei staat
21% ct. per
34
K.G. genoteerd.
De officieele loco-noteeringen bleven onveranderd 24 et.
per
34
1KG. voor Robusta en 29 et. voor Superior Santos. De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
geniengcl contract (basis Rio No. 7) waren

Sept.

IDee.

Mrt.

Mei

t Juli

…………..6,08

$ 6.03

$6.03

$ 6.03

27 Juni

………… ..6,23

6.18

,,6.19

.. 6.19

20 Juni

…………., 6.34

.. 6.29

,. 6.29

.. 6.30

13 Juni

………… ..6,26

., 6.10

., 6.14

., 6.14
Rotterdam, 5 J
til i
1932.

THEE.
Gedurende cle afgeloopen week valt van de Londensche
thecniarkt een, zij het nog zeer lichte, verbeterii.ig te mcl-
den. De belangstelling gaat nog steeds uit naar behoorlijke en tevens goeclkoope thee, doek hiervoor bestond in de af-
geloopen week nieer kooplust clan tevoren. Tengevolge daar-
van waren deir ijzen tot 4 .5. 6 cl. ten volle prijshouclencl,
terwijl daarboven cle noteeringen onregelmatig waren. Voor
niicklensoort 0. 0. P. van den Java/Sumatra aanvoer be-
stoncl verhoogde belangstelling en feitelijk lagen in hoofd
zaak li’ann i ngs niet veel geel flauwer in (Ie markt.
ilritsch-Il ndische soorten svaren vast tot 6 d., niet uit-
zoncleriug van Zuicl-Britsch-indische soorten, clie in het
algemeen lager werden betaald.
Ceylon-thee liep onregelmatig; in het bijzonder voor
goede riiicldensoorten.
In Calcutta had
01)
27 dezer een veiling plaats, niet een aanbod van 18.000 kisten. Er heerschte goede algemeene
vraag, met een vasten ondertoon, voor ,,tea for price”.
Amsterdam, 4 J cdi 1932.

Vervolg STATISTISCH OVERZICHT VAN CROOTHADELSPRJJZEN.

DIVERSEN KOLONIALE PRODUCTEK
INDEXCIJFERS

VURENHOUT
basis
7″
f.o.b.
RUBBER’)
Standaard
SUIKER
Witte kristal-
KOFFIE
THEE
COPRA

Bruto-
gewichtv.d.
8

8
Zwedenl
Ribbed Smoked
Robusta
AfI. N.-l. theev.
Ned.-lnd. f.m.s.
buit, handel
Finland
per standaard Sheets
loco Londen
suiker loco
R’damlA’dam
Locoprijzen
Rotterdam
A’dam gem. pr
.
Java- en Suma-
per 100 K.G.
Nederland
1925=100
mc’,

van
4.672
M.
per 1h.
per 100 K.G.
per
1
12
K.G.
trathee
p.’/
1(0.
Amsterdam
o
In-
Uit-
voer
voer
d
o

E-

1925
f
159,75
!s
100
Sh.
2111,625
Ol
o

100,0
fI.

18,75
01
100,0
cts.
61,375
°Is
100,0
cts.
84,5
5
10
100,0
t
35,87
5

51
0

100,0
100
100
100,0 100,0
1926
1927
153,50 160,50
96,1
100,5
21-
116,375
67,4
51,6
17,50
19,125
93,3
102,0
55,375 46,875
90,2 76,4
94,25
82,75
111,5
97,9
34,-
32,625
94,8
909
112
113 128
116
93,2 92,9
192$
151,50
94,8
-110,75
30,2
15,85
84,5
49,625
80,9 75,25
89,1 31,875
88,
,
9
118
128
95,4
96,4
89,5 87,6
1929 1930 146,00 141,50
91,4 88,6
-/10,25
-15.875 28,8
16,5
13,-
9,60
69,3
51,2
50,75
32
82,7
52,1
69,25 60,75
82,0 71,8
27,375 22,625
76,3
63,1
122
124
132
135
91,6
82,6
1931
Jan.

1930
110,75 147,50
69,3 93,9
-3
-17,375
8,4
20,7
8,-
11,675
42,7
62,3
25
35
40,7
42,50
50,3
15,375
42,9
117
136
75,5 62,6
69,4
57,9
ebr.
147,50
92,3
-18
22,5
11,40
60,8
35
57,0 57,0
60,50 58,25
71,6
68,9
26,875 26,375
74,9 73,5
128 112
136 126
84,5 81,3
76,9 75,2
Maart
April
147,50 147,50
92,3 92,3
-17,625
-17,375 21,4
20,7
10,70 10,55
57,1
56,3
35
35
57,0
57,0
62,25 59,50
73,7
70,4
25,25 26,12
5

70,4
72,8
125
115
131
127
78,7
74,2
Mei
145,00
90,8
-/6,875
19,3
9,80
52,3
34,75
56,6
58
68,6
25,50
71,1 132
132
78,7
76,1
72,8 72,0
J
uni
uh
145,00 142,50
90,8 89,2
-16,125
-15,625
17,2
15,8
9,775
9,275
52,1
49,5
33
31,50
53,8
51,3
58
55,50
68,6
65,7
22,875
21,75
63,8
60,6
131
138 133
141
76,1
70,4
Aug.
Sept.
142,50
140,00
89,2 87,6
-14,875 -14,125
13,8 11,6
8,50
7975
45,3 42,5
29,50 28,25
48,1
46,0
55,25 59,50
65,4
70,4
20,-
19,25
55,7 53,7
129 122 145 126

74,2
73,5
69,3 67,9
ct.,,
Nov. 132,50 130,00
82,9
81,4
-14
-14,375
11,2 12,3
8:62
5

8,75
46,0
29 29
47,3 66,50
78,7
18,75
52,3
128
152
72,3 71,6
65,4 64,6
Dec.
130,00
81,4
-14,375
12,3
8,20
46,7
43,7
29

.
47,3
47,3
68,25 66,75 80,8 79,0
19,375
19,-
54,0 53,0
121
105
139
129
71,0
69,0
63,3 61,3
Jan.

1931
ebr.
125.00
12500
78,2 78,2
-14,25 -13,875
11,9
10,9
8,20 8,20
437
43,7
28 26,25 45,6 42,8
66,25
53
78,4
18,25
50,9
121
132
67,7
59,2
Maart
125,00
78,2
-13,75
10,5
8,30
44,3
25,50
41,5
45
62,7 53,3
18,125 18,625
50,7
51,9
96
107
121
140
67,1
66,5
59,4
59,1
April
Mei
125,00 125,00
78,2 78,2
-3,125
-13,125
8,8 8,8
8,575
8,50
45,7
45,3
24,75
25
40,3
40,7
43 40,25 50,9 47,6
17,50
48,8
110
138
65,8
58,4
Juni

,,
110,00
68,9
-13,125
8,8
8,575
45,7
25,75
42,0 39,50
46.7
15,37
5

14,125
42,9
39,4
114
127
141
133
65,8 64,5
56,8
56,8
uh,,
Aug.,,
110,00 100,00
68,9
62,6
-‘3
-12,5
8,4 7,0
8,775
7,90
48,6
42,1
27
25,50 44,0 41,5
38,25 38,50
45,3
45,6
15,-
14,125
41,8 39,4
138
122
153
142
62,6 55,8
Sept.,,
Oct.
100,00
100,00
62,6 62,6
-12,375 -12,375 6,7
6,7
7,525
7,55
40,1
40,3
23,75
23 38,7
37,50
44,4
13,375
37,3
125
146
60,6 58,7 55,6
58,1
NOV.
100.00
62,6

2,25

..
6,3
7,15
38,1
23
37,5 37,5
37,75
37
44,7 43,8
13,25 13,75
36,9 38,3
119 113
146
132
58,7 58,7
58,5 58,8
Dec.
Jan.

1932
82,50 82,50
51,6 51,6
-‘2,25
-/2,125
6,3 6,0
6,75
7,35
36,0 39,2
23 23
37,5 37,5
35 32
41,4 37,9
12,75
13,125
35,5 36,6
115
103
114 107
54,8 58,8
ebr.,,
Maart
82,50
70.00
51,6
43,8
-/2
-/1,625
5,6
4,6
7,05
6,25 37,6 33,3
23
23 37,5 37,5 30
31
35,5
14,50
40,4
86
III
54,2
53,5
58,4 59,8
April
70,00
43,8
-/1,5
4,2
5,90
31,5
23
37.5
29,25
36,7 34,6
14,75
14,-
41,1
39,0
87
89
116
110
52,9
51,6
58,3 56,0 Mei
Juni
70,00 70,00
43,8
43,8
-/1,5
-,l,375
4,2 3,9
5,625
6,30 30,0
33,6
23,50 24
38,3
30,25
35,7
13,25
36,9
89
107
51,0
54,0
4
Juli 70,00
43,8 -11,3125 3,7
6,75 36,0
24
39,1
39,1
28,50
337
12,375
12,375
34,5
34,5
52,5
t)
Jaar- en
maandgem.
afger.
op
i/g
pence.
N.B.
Alle Pondennoteeringen
vanaf 21 Sept. zijn
op
goudbasis
omgerekend

Auteur