Ga direct naar de content

Jrg. 16, editie 824

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: oktober 14 1931

14 OCTOBER 1931

AUTEU1?SIIECR T VOORBEHOUDE.N.

Economisch-Statistische

Berihten
c

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

16E JAARGANU

WOENSDAG 14
O’OTOBËR 1931

No.
824

JjTSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE
VAN
ADVIES:

Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandela;
Prof.
Dr. N. J.
Pola.k; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rangers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis:
Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: B. M. H. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 20,—. Bnitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut ontvangen het weekblad gratis. De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor aoo-
ver daaromtrent niet anders wordt beslist.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh G van Ditmar, Uitgevers, Rotterdam, Am-
sterdam, ‘s-Grizoenhage. Postchè qua- en giro-rekening No.
145192.

13 OCTOBER 1931.

In den toestand van de geidmarkt kwam nog weinig ver-
andering. Het aanbod van geld bleef gering, maar ook de vraag was niet groot. Daar aan het terugtrekken van geld
voor buitenlandsche rekening uit vrees voor een daling
van den Gulden, een einde was gekomen werd de markt
langzamerhand rustiger. Toch was er in wissels nog zeer
weinig te ‘doen. Slechts af en toe konden enkele posten par-
ticulier disconto geplaatst worden; meestal nog schatkist-
papier. Daar echter het aanbod van wissels zeer gering
bleef, konden langzamerhand alle posten ondergebracht
worden tot terugloopende
rente.
Zaterdag en gisteren
begon er een vlucht in den Gulden merkbaar te worden,
waarbij vooral Dollars verkocht werden, zoodat ook daar-
door de geidmarkt verder verruimde. Particulier disconto
werd daarbij vopr 2
7
/
16
pet. afgedaan. De prolongatierente
noteerde de geheele week 3 pOt. Call-geld omstreeks 1 pCt.

*

Op den weekstaat van De Nederlandsche Bank geeft de
post binnenlancische wissels een daling te zien van
f
4 mil-
lioeri. Daarentegen namen de beleeningen toe met ruim

f
1,6 millioen. Zoowel de post buitenlandsche wissels als
de diverse rekeningen ‘onder de activa der Bank zijn terug-
geloopen en wel respectievelijk met
f
108.000 en
f
10,1
mjllioen.
Uit den post munt en muntmateriaal blijkt, idat de goud.
voorraad is toegenomen met
f
6 millioen, terwijl cle zilver-
voorraad gedaald is met
f
684.000. De toeneming bedraagt
dus per saldo
f
5,3 millioen’. Eet gedeelte van den metaal. voorraad, dat in het buitenland is gedeponeerd, is gestegen
roet bijna
f
3,5 millioen.
Terwijl het rekening-courant-saldo van het Rijk is terug-
geloopeia: met f3,7 millioen, geven de saldi in rekening-
courant van anderen een toeneming te zien van bijna
f
10

millioen. Per saldo vertoont deze post dus een stijging van

f
6,2 millioen. De biljettencireulatie blijkt met
f
13,8 mil-
lioen te zijn gedaald. Het beschikbaar metaalsaldo nam toe
met
f
8.3 millioen; het dekkingspercentage is ruim 68 pOt.

* *

l:Let is haast niet noodig nog eens te vermelden, dat de stemming op de wisselmarkt nog steeds beheerscht wordt
door een groote onzekerheid. Nu de gouden basis voor vele
valuta’s is verdwenen, heeft men nog altijd geen vasten
grond onder de voeten gekregen. Bovendien schijnt het cle
laatste tijden noodzakelijk, dat wanneer er in het eene
devies eenige rust gekomen is, er zich in een ander teeke-
uen van onrust gaan vertoouen. Ditmaal was de voor kort
nog zoo hoog geprezen Dollar aan de beurt. Op tal van on-
gunstige – en meest onjuiste – berichten is er een groot
aanbod losgekomeu: van 2.49 liep de koers op 2.46 terug.
De Dollar is alleen tegenover den Gulden flauw; ‘in Londen bleef cle noteering de geheele week ca. 3.87. Ponden waren
betrekkelijk kalm; de koers bewoog zich, met aan iedere
zijde afwijkingen van ca. 20 punten, rond de 9.50; slot 9.53.
Zooals welhaast vanzelf spreekt, kwamen ook de Marken
in cle verdrukking. Van 56.70 liep de koers terug tot 55.80,
om daarna vecIer tot 58.50 te stijgen, waarop gisteren een
scherpe reactie tot 56.80 volgde. Parijs, dat in de eerste
dagen der week boven het goudpunt van uitvoer stond
(9.81), is de laatste dagen tot op het goudpunt van invoer (9.70) teruggeloopen, omlaag getrokken door den Dollar, clie te Parijs op 25.39 schijnt te worden vastgehouden. In
IBelga’s gaat er de laatste dagen veel minder om 34.82Y
2

—34.60. Zwitsersehe Pranes lager: 48.60-48.30. Ook hier
ligt de schuld bij den Dollar, die in Zwitserland op 5.10
schijnt gehandhaafd te w’orden. Lires iets lager: 12.60. In
cle Skandinavische wissels komt wat meer handeL Kopen-
hagen 54.50, Oslo 54.50, Stockholm, eerder gezocht op 58.50.
Pesetas verlaten: ea. 22.10. Indië eerder hooger: 99.
Zuid-Afrikaansche Ponden worden op het oude niveau ge-
handhaafd; cle koersen variëerden tusschen de 11.70 en
12.—. Canada ca. 2.20. Argentijnsehe i’esos, waarin het de
‘laatste dagen der week niet mogelijk was zaken te doen, werden heden op ca.
53:
afgedaan. ])antziger Gulden
lager op 48.

Op cle termijnmarkt was groot aanbod van Dollars op
een- en driemaanden op 25 en 50 punten onder den kassa-koers. Termijn Ponden werden eenige punten ander cn bo-
ven pari gedaan.
Voor Dollarbiljetten bestaat uit den aard der zaak min-
der ‘belangstelling. Gouden Dollars en Poncien bleven nog
in het middelpunt van de belangstelling staan.

LONDEN, 12 OCTOBER 1931.
De geldmarkt was verleden week over het algemeen
ruim van middelen voorzien. Alleen Woensdag en Donder-
dag was cle vraag iets grooter, zonder van grooten invloed
op de koersen voor het ,,overnight” geld te zijn.
• Disconto handhaafde zich op ongeveer hetzelfde niveau
5
5
ys-X, terwijl er goede vraag bleek te zijn voor korte
wissels (November en December) tot zeer lage prijzen
(47/ en 5 pCt.). Als gevolg hiervan zijn November en eerste
helft December wissels vrijwel van de markt verdwenen
en naar de portefeuilles van cle banken verhuisd.
De deviezenniarkt was kalm verleden week en onderging
alleen de fluetuaties, die men onder deze omstandigheden
kan verwachten.
Dollars sluiten heden op 3.88. Guldens op 9.55 en Parijs
op
98%.
Guldens waren heden ‘de meest gezochte en’ rela-
tief ook de duurste valuta. –

906

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

14 October 1931

HET FINANCIEEL PERSPECTIEF DER

STAATSBEGROOTING 1932.

Het perspectief van ‘s Rijks financiën wordt ver-
kregen door een scheiding te maken •tusschen:

•de vaste uitgaven, steuuende op de wet of op
een jarenlange regeeringspraktijk (subsidiën, toesla-
gen, enz.) en

de ‘per jaar telkens opnieuw te beoordeelen uit-
gaven, in het bijzonder nog ‘clie betrekking hebbende
op den staat ‘van nood (oorlog, crisis, tijdelijke hulp-
verleenin’g aan organisaties, die het algemeen belang
he’oogen te dienen, nieuwe subsidies enz.).
De eerste groep rijksuitgaven valt ‘onder het ,,f i-
nancidel beheer”. Dit, beheer wordt gevoerd langs
vaste lijnen van bestuurspraktijk en kan niet beïnvloed
worden door politieke wenschen. Het terr
i
ein van deze
,,Finanzverwaltung” is in onze wetenschappelijke
literatuur verwaarloosd, omdat de ,,staathuishou:d-
icunde” in Nederland praktisch gesproken Diet meer
omvat de kuncie van het financiëele hui’shouden van den Staat. Op leerrooster en cxamen verschijnen wel

cle algemeene leer der economie (Volkswintscha!ts-
lehre) en ‘de economische politiek, maar niet het derde
deel ‘der economie: cle Finanzwissen,schaf.t, zooals deze
bijv. is samengevat in ‘het ha’o’dboek van Dr. Walther
Lota.
1)

Volgens het Randhuch der Fioanzwissensch.aft
(1926) van Wilhelm Gerloff en Franz Meizel omvat
dit laatste onderdeel, opgevat als ,,’cl’.ie Lehre von der
öffen

tlichen Finanzwirtschaft”, nog een algemeen
theoretisch en een bijzonder, ‘beschnijvend en vergelij-
kend, deel. Welke waardeering men nu. ook moet heb-
ben voor de geschriften van Pierson, Oort van der
Linden, Bordewijk en Van G:ijn, ik ‘geloof ‘toch vel te
mogen zeggen dat groote onderwerpen, der Firanz-
wissenschaft in de Nederlandsche staathuishoudkun-
dige literatuur niet voorkomen en dat ‘met name onze
,,Finan-zverwaltun’g” alleen beheerscht wordt ‘door de
ongeschreven regels van de departementale praictijk.
})e Oomptabili’teitswet 1927 heeft daaraan maar wei-
‘ ig veranderd. En zon kan het wel niet anders of,
mecl.e door gebrek aan theoretische voorlichting, heeft
onze Nederian’dsche ,,Finanz’verwaltung” iets .i’nciden-
teels. Waar, anders dan binnen de muren van het
Departement van Financiën, of in de hureaux van
provincie en gemeente, vindt men in Nederland ‘iets
over onderwerpen, o.a. ‘door .Lotz behandeld, als:
Der moderne Finanzminis•ter i.i’ad seine Unterge-
benen; Wezen, G’eschichte und politi sche Bedeutung
des Bud’gets; Moderne Grun’dsl.tze der Budgettechni’k?
En zoo schijnt het gebrek aan samenwerking tus-
schen theorie en praktijk aa’nleicl’in’g te zijn tot een
gebrek aan systeem in onze Finanzverwaltung, hetwelk
dan weer een neerslag vindt in de rijksbogrootin’g.

De Rijksbegrooting 1932 geeft daarvan treffende
voorbeelden.

*

Het tweede terrein ‘der rijksuitgaven, hierhôven

‘) in het groote ,,Ha.ndhuch des öffentlicheu Rechts iler
G’egenwart” (Marqtiardsen) verscheen in
1917
als negende
deel Dr. Waither Lotz’s: Finanawissenschaft met deze in-
deeling: Eiuleitung, Finanzliteratur und Finanzgeschichte,
Fi nan zverf’assung und Fina.ti zverwaltting, die öffentlichen
Ausgahcn ; die ordeiitlichen öffentlichen Einnahmen, die
auflerordentlichen öffentlichen Einnahmen, ins besondere
der Kredit.
In de achbtiencle eeuw werd de kunde van ‘het finan-
ciëel huishouden van den Staat beheerscht door de voor-
schriften aan de ambtenaren gegeven. Het is deze prak-
tijk, welke verwerkt ‘is in ‘dc Duitsche literatuur der ,,Ka-
meralwissenschaft”. Eerst wanneer Adam Smith ‘in zijn
,,Wealth of Nations”
(1776)
een hoofdstuk opneemt over
de inkomsten en de uitgaven van den Staat, wordt de
grondslag gelegd voor een theorie van het finaneiewezen
der openbare lichamen, waaraan o.a. Prof. A. C. Pigou iii
1928
zijn ,,Study in public fina.nce” (Macmillan—London–
1928)
wijdcle. Men zie bijv. de onderwerpen: finance by
borrowing; the .place of loans in public finance.

INHOUD.

Blz.
HET FINANCIEEL PERSPECTIEF DER STAATSBEcIROOTING
1932
door
Prof. Mr. G. W. de Vries …………….906
De Zuiderzee-politiek der Regeering door
Prof. Mr. D.
van Biom …………………………………908
De valutatermijnmarkt door
C. A.
Ktaasse ………… 909
Het wetsontwerp tegen kunstmatige concurrentie door
Jan ,Schiithuis …………………………….. 912
Firestone Plantations Ltd. in Liberia door
Th.Ligthart 912
INGEZONDEN STUEKEN:
De verwarring in het geidwezen door
Mr. W. Roose-
gaarde Bisschop .. . ………………………915
IdAANDOIJFERS:
Emissies in September
1931 ………………..916
Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank …………
916
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN …………….
916-920

Geldkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten. – Goederenhandel.

reeds af’gezon’derd, is te omschrijven als de fin’anciëele
politiek van den begrootingswet’gever. ‘Wanneer de
vaste uitgaven gedekt ‘worden door ‘de vaste inkomsten
en noodvoorzi’en’ingen niet behoeven ‘te worden ge-
troffen, wijkt ‘deze financiëele politiek terug. Zelfs in
‘tijden van, toenemende jaarlijksche vaste uitgaven bijv.
ten bate van ‘de financiering van ee,n sociale wetge-
ving, die ‘bijv. allerwege in Europa na 1890 lasten op-
legde, 66k op ‘den Staat, zorgde de wetgever in den
loop der jaren regelmatig voor een ‘accnes der midde-
len (in het Duitsche Rijk sedert 1880 o.a. ‘door een
tariefwetgeving, mede ter bescherming van de indus-
trie, die de lasten der sociale verzekering droeg; in
Engeland door een ‘verhoo.ging der tarieven ‘van de
income-Tax; in Nederland door een uitbouw en een
zoogenaamde uitbalanseening van directe en indirecte
middelen
1)
). Bij ‘de begrooting ‘des rijks behoeft clan
slechts ‘de stand der ‘wetgeving nauwkeurig te won-
den bestudeerd uit 1 inanciëe’l oogpunt.
Het terrein den financiëele begrootingspolitiek
trekt echter plotseling ‘sterk ‘de aandacht, wanneer de
vaste inkomsten cle vaste uitgaven niet dekken en
wanneer ‘tot overmaat van ramp ook de jaarlijksche
extra-uitgaven niet uit de in den loop van het dienst-
jaar aangewezen extra-inkomsten kunnen worden ge-
dekt. Immers wanneer de crisis-dienst – hoe abnor-
maal dan ook – een evenwicht vertoont tusschen de
inkomsten en de uitgaven, treedt ook daar de ,,Fi-
iianzverwaltung” in cle plaats van de financiëele poli-
ti.ek. In bijna alle staten is ‘het nu in. de’zen tijd juist
anders om. De f’ivaneiëele politiek beheerscht zelfs
alle ‘vragen van ‘praktisch staatzhelei’d.
En zon gaan dan nu alle beschouwingen in de pers
over ,,The prov.isi.ons of Dr. de Geen’s Budget”
(1032). Hiermede zij’n wij dadelijk in de praktijk clan
Engelsche ‘begrootingswetgeving, waar het juist zeer
gewoon is, ‘dat hij de ‘begrooting telken jare wordt be-
paald, welke middelen zullen worden aangewend om
cle uitgaven ‘te dekken. De middelen pasten zich altijd
aan bij de wisselende uitgaven …., totdat de Engel-
sche regeer.ing nu onlangs in April 1931 die oude
methode niet meer kon volhouden en met een niet-
sluitende begrooting in zee moest gaan. Het gat bleek
spoedig z66 groot, ‘dat afzonderlijke o’verhruggiiags-
maatregelen, binnen het begrootingsjaar Mei 1931-
Mei 1,932 in Engeland, noodig waren.
Bij ons zit het ‘dien.stjaan 1932 voor ‘de gewone in-
komsten en uitgaven i ri elkaar, zoodat tusschentijdsche
voorziening niet noodig schijnt anders dan voor den
crisisdienst, waarvan ‘de inkomsten veel ‘te laag zul-
len blijken.
Het perspectief van een ri,jksbegrootin’g voor dan
gewonen dienst der ‘middelen zonde zelfs op het eerste
gezicht niet zoo ongunstig schijnen, wanneer in aan-
merking wordt ‘genomen, dat de inkomsten van den
Staat bedragen:

i) Het schijnt zelfs, dat Nederland door de invoering
van de Rijksgemeentefondsbel’asting wel wat ‘te veel ‘is ,,door-
geslagen” naar den kant der directe belastingen.

14 October
1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

907

Rijksbegroo’ting (mi ddelenwet) ……..544.000.000
inkomsten Leeningfonds gewone dienst .. 58.000.000
inkomsten Wegenfonds …………….19.000.000
inkomsten Gemeentefonds …………..82.000.000

tezamen over 1932….703.000.000

T.inneer
de Nederlaridsehe Staat over 1932 dit
bedrag innen kan, kan de Staat ook nog heel wat
diensten bewijzen. Men denke nu nog aan de inkom-
sten van provinciale-, gemeente- en waterschapsbestu-
ren om tot, de conclusie te komen, dat de moeilijkheid
van ons staatsbestuur voorloopig niet zit in de inkom-
sten, maar in cle nog hoogere uitgaven. De zaak is zoo-

veel te moeilijker, omdat belangstellende leeken zoo gemakkelijk spreken van bezuinigingspolitiek” ; van
,,krachti’g aanpakken”, terwijl de werkelijke staatsbe-
stuuider weet, welke bescheiden ,,krachten” hij slechts
kan aanwen den. Ook dit jaar zijn ,,besparingen” weer over alle Hoofdstukken der rijksbegroot:ing verdeeld. l)e nooazakelijke beperking der uitgaven is echter ge-
bonden door politieke krachten en…. dat zijn wij
zelf. Daarom is het niet zon moeilijk •de overlading
van een dienst met woorden aan te tonnen. Niemand
gooi t echter zijn lading over boord.

* *

liet tekort over 1932 moet hier duidelijk worden
omschreven.

,,.De geheele midclelenraming blijft voor het aan-
staande jaar ruim 03 millioen achter bij die voor
ini:i.,
zooals deze luidde na cle verhooging van den ge-
distilleerdaccij.as” zegt de Minister in zijn Millioenen-
nota (pag. 13).

Dit moet nu echter in duidelijke cijfers vertaald
worden:

De middelenraming 1031 bedroeg 003 millioen
(waar tegenover de uitgaven op1 iepen tot 012 millioen,
zoodat toen een nadeelig slot overbleef, van 9 mii-
liocri). De verhooging echter van het gedistilleerd aceins (4 millioeti) voerde de middelen op tot 607
mii lioen. IDe in iciclelenrami ng bedraagt dus nu ‘voor
1932:

007 mi]lioeii
aftrekken 03

544

.1 let tekort over 1932 zal echter hooger worden dan
deze 63 millioen. Immers de ramirig voor 1931 sloot
met een geraamd tekort van. 5 millioeo. Bij gelijk-
blijvende uitgaven komt •dus de regeering voor een
tekort van 68 millioen, omdat het ‘tekort over 1931
ook over 1932 blijft bestaan.

liet tekort-1932 van 68 millioen moet echter nu
nogmaals worden verhoogd, omdat het Rijk aan de
gemeente een garantie-bedrag heeft gewaarborgd, dit

jaar 7 millioen méér eischende dan het vorige jaar.
in de hieronder volgende berekening behoeft slechts
een tekort van 75-7 rnillioeri = 68 millioen to wor-
den verantwoord, omdat, in de opgegeven besparing

op 1ioofdstuk VII A en B reeds de garantie ‘oor de
gemeentebestu ren is vervat.

11e vier wijzen, waarop in liet tekort wordt voorzien,
zijn:
.1.
over drie jaren beschikken over het overschot:
1929 + 58
enillioen
1930 + 22
1931-26

54.000.000
vaarvaii
IY
3
‘totaal
18.000.000

18.000.000 18.000.000
.11. nieuwe inkomsten uit:
a.
invoerrechten

…………….11.000.000
5. benzine

………………….
10.500.000

totaal….
21.500.000 21.500.000 ITT. vermindering van de uitgaven:

salarissen

…………………
7.000.000
Hoofdstuk

jij

……………..
23.314
Hoofdstuk

1
.
…………………
123
1.
Hoofdstuk
jT
481.655
e.

Hoofdstuk

V

……………..
542.992
1.

Hoofdstuk

VI

…………….
13.009
Hoofdstuk VII
A
en B tezamen
2.048.933
Hoofdstuk

VIII

…………..
3.000.000
Hoofdstuk

IX

……………
7.477.826 i[oofdstuk

X.

……………..
5.4:19.569
iloolcistuk

XI

…………….
.1

totaal ….
26.000.000 26.000.000
1V. oiigedekt ……….. totaal….

2.500.000 2.500.000
68.000.000

De vier wijzen waarop in het tekort is voorzien
behoeven niet uitvoerig te worden toegelicht.
1. Het overzicht der overschotten der reven vette
jaren – ze zijn goed geteld! -. bedraagt:

1924
.

………+ 2.674.000
1925 ……..+ 44.280.000
1.920 ……..+ 66.375.000 1.927 ……..+ 75.260.000
1928 ……..+ 57.196.000 1929 ……..+ 58.208.000 1930 ……..+ 22.739.000

De optelling dezer bedragen heeft geen nut. Ook
geheel afgezien van den formeelen grond – het in
werking der Oornptabiiiteitswet-1927, waarop. de Mi-
nister met voorliefde een beroep doet, staat vast,
dat de overschotten tot en met 1928 geheel zijn ver-
werkt.
Werd besloten over deze saldo’s te beschikken, dan
moest opnieuw worden geleend. De overschotten over
1.929 en 1930, verminderd met het tekort over 1931,
kunnen in een reserve-fonds worden bewaard – zij
het dan dat de vlottende schuld moet worden uitgezet
om aan deze saldi een bestemming te kunnen geven.
Over de drie jaren, 1.932, 1933 en 1934, is de in-
houd van dit fonds verdeeld.
In de pers zijn voorstellen gedaan om ôf over dit
reservefonds 5f mede over vroegere overschotten in
meerdere mate te beschikken. Maar hiertegen rijst het
onoverkomelijk bezwaar, dat dan zonde moeten wor-
den geleend om gewone uitgaven te dekken. Mr. van Gijn noemt dit ,,Ohurchillen”. 11. De. regeeri ng heeft slechts twee nieuwe bron-
nen van inkomst voorgedragen. Iii de pers werden
andere belasting-voorstellen gedaan, zon E.-S. B. 23
Sept. ji. de conjunctuur-belasting (Prof. Dr. N. J.
Polak) en de heffing van een
tijdelijk
extra-invoer-
recht op bepaalde goederen (Prof. Dr. G. Al. Verrijn Stuart). Van regeeringszijde is er reeds nu op geve-
zen, dat de extra-belastingen nog wel noodig zullen
zijn to:t ver.sterking van do inkomsten van den crisis-
dienst van het Leeningfonds. Tot nu toe is de pot van
deze.n crisis-dienst nog maar matig gevuld uit de
opbrengst van de cigaretten-helasting.
III. Over de objecten”, waarop alsnog en nog
veel méér kan worden ,,bezuinigd” is een storm los-
gebroken. De één wil op defensie”, de ander op
,,onderwijs”, weer eenderde op alles en nog wat be-
zuinigen. Veel te weinig i.s vernield, welke zorgen
zijn vereischt om deze beperkingen te verkrijgen.
Op twee punten. moet dan echter worden gewezen.
Is wat op ,,Waterstaat” en op . ,,Arbeid” is verkregen
wel als een bezuiniging aan te merken? Zeker niet,
wanneer ,,Waterstaat” op den kapitaaldienst mag boe-
ken wal noodig is ioor den aanleg. van werken als
afsluitdijk Zuiderzee en Julianakanaal, uit het resul-
taat van welke werken in later jaren evenredige voor-
deelen niet zullen zijn te halen.
En wanneer het Invaliditeitafonds de bate voor de
noodzakelijke algemeene reserve niet meer uit ge-
w’oon” zal ontvangen, zal die mëserve worden gestabili-
seerd, terwijl ‘zij moest oploopen. Dit is echter niet een
besparing in den staatadienst. Natuurlijk mag deze
reserve – stèl zelfs zij ware te hoog opgeloopen –
niet worden gebruikt voor dôeleinden, waarvoor zij

908

ECONOMISCH.STATISTISCHE BERICHTEN

14 October 1931

nooit is bestemd, bijv. om
over te gaan tot verlaging
van de wettelijke eischen voor het verkrijgen van
ouderdomsrente door de verplicht verzekerden. Wor-
den nog meer nieuwe rechten verkregen, bv. door een
uitbreiding toe te staan van den kring der verplicht
verzekerden, dan môeten nieuwe lasten worden opge-
legd. Voor dit laatste kan niet in de plaats treden een
aantasting van de oploopende reserve van het Inva-
liditeitsfonds.
Nu over de jaren 1932, 1933 en 1934 niet wordt
overgegaan tot het storten van 3 X 6.5 millioen =
19.5 millioen in het Invaliditeitsfortds, komt wel een

bedrag onder de normale uitgaven voor den gewond
dienst Vrij, maar daarom is dit nog niet een besparing.

IV. Bij de ongewisheid der berekening is een on-
gedekt bedrag van 2.5 millioen zeker niet overmatig.

Vermelden
wij
echter hier nog, dat in de pers het
voorstel is gedaan een minder formidabele schuiddel-
ging vol te houden en dat mede is voorgesteld de in-
komsten uit het Leeningsfonds voor drie jaren tot een
bedrag Van 18 millioen over te
schrijven
op den gewo-
nen dienst 1932, 1933 en 1934 en dan als compensa-
tie van de inkomsten van het Leeningfonds, na 1943
de inkomsten van dit fonds niet te doen vallen van
60 millioen ‘op 46 millioen, maar nog eenige jaren op 60 millioen te handhaven. Ook is nog voorgesteld het
•,Gemeentefonds” aan te tasten. Hierdoor zouden de

uitkeeringen ‘aan
alle
gemeenten worden verlaagd en zouden vele gemeenten opnieuw armlastig worden en
door het Rijk moeten worden gesteund. Ook is het
niet waarschijnlijk, dat men ‘door pogingen vn de
regeering tot verlaging van de inkomsten ‘der gemeen-
ten verkrjgt wat men beoogt: verlaging der uitgaven
‘der gemeenten. Zoolang dat niet is ‘bereikt, zal het

Rijk
altijd
moeten bijbetalen.
Alle deze voorstellen hebben tenslotte 66n doel: een
sluitende rijkshegrooting – 1932.
C. W. os
VRns

DE ZUIDERZEE- POLITIEK DER RECEERING.

Na 5 Aug. I.I. (nummer van dit weekblad, waarin
aandrang tot verduidelijking van eenige mededee-
lingen in het ,Driemaandelijksch Bericht betreffende
de Zuiderzeewerken” van J’uli ’31) is, zij ‘het wat hor-
tend’ en onvolledig, iets meer bekend geworden van
den koers, dien de Regeering uit wil met de Zuider-
zeewerken, en van de redenen, die haar drijven.
Eerst kwam, op vragen, ‘door het Kamerlid dr.
Van der Waerden op 13 Augustus ‘gesteld, den 14den
September een antwoord in van den Minister van
Financiën, mede namens ‘dien van Waterstaat. En
even’ later kwamen Millioenen-nota en Rijksbegroo-
ting, ‘met inbegrip der hegrooti’ng voor het Zuider-

zeef ouds.
De mededeelingen van J’uli, die evenveel te raden
als te weten gaven, zijn thans verduidelijkt. Slechts
ten deele en ongenoegzaam evenwel. Voorts weten wij
thans, dat na, voltooiing van afsluitdijk en Wieringer-
meerwerken de verdere inpolderingen naar het oor-
deel der Regeering moeten worden ,,opgeschort”.
Zulks in afwachting van wat nader onderzoek aan-
gaande den noord-oostelijken polder zal leeren. Ook
hier treft de onvolledigheid der toelichting.
De thans actueele Zuiderzee-vraagstukken vallen
uiteen in twee wèl te onderscheiden helften: de Wie-
ringermeer-politiek en de vraag der verdere inpol-
deringen. De vragen van den heer Van der Waerden
raakten’ uitsluitend de Wieringermeer; de kwestie
der verdere inpolderingen – practisch: al of niet,
na dichting der twee laatste sluitgateri in den af-
sluitdijk in 1932, onmiddellijk doorgaan met den pol-
der bezuiden de Lemmer? – is door de Millioenen-
nota aan de orde gesteld.
Deze twee heiften hebben wellicht slechts dit ge-
ineen, dat bij beid’e de. Regeering den pijnlijk aan-

doenden indruk vestigt, liefst zoo weinig mogelijk los
te laten, haar argumenten (indien aan’wezig) zooveel
mogelijk op te sparen vopr een slot-debat, in plaats
van aanstonds, ter voorlichting in de eerste plaats
van de Staten Generaal, met al haar materiaal in de
openbaarheid te treden.

De Wieringermeer-politiek:
De Regeering brengt in herinnering, dat de Oom-
missie-Vissering aandrong op een nieuw publiek-
rechtelijk lichaam ex art. 194 ‘der Grondwet; zij
deelt verder om, mede, dat ‘de Zuiderzeeraad iets
dergelijks heeft aangeraden; zij laat in het verbor-
geii, of, en zoo ja in hoeverre, de Zuiderzeeraa’d in

zijn advies afweek van het Verslag-Vissering en be-
moeilijkt hiermee den Staten-Generaal ernstig het
vestigen van een eigen oordeel ter zake; zij bemoei-lijkt dit nog meer door zich te bepalen tot mededee-
ling van hare meening, ‘dat zulk een lichaam over-
bodig is, en elke motiveering van deze meening ach-
terwege te laten; ‘het eenige wat naar motiveering
zweemt (,,bij de directie van de Wieringermeer is.
de leiding in goede handen”), heeft welbeschouwd van motiveering niets, want de vraag is juist, of de
bestaande, naar wel aller oordeel uitnemende, direc-
ti.e ‘niet beter haar taak zou kunnen vervullen als be-
stiiursorgaan van een lichaam met bevoegdheden, ver-
want aan die van provincies, gemeenten, waterschap-
pen, dan thans, nu zij als ambtelijk directorium zweef t
tu.sschen Waterstaat en Financiën. Dit is een begin-
seivraag, over welke het ieder, ook der Regeering,
vrij staat, anders te denken ‘dan Oommissie-Vissering
en Zuiderzeeraad, maar over welke, juist om haar principieel karakter, ‘het der’ Regeering
niet
vrij
staat, heen te loopen met de geheel ongestaafde over-
bodig-verklaring in haar toelichting op de fondsbe-
grootin’g, in een staatsstuk derhalve, bestemd als
grondslag voor parlementair debat.
Weinig minder onbevredigen’d laat wat de Regee-ring losliet over dat andere actueele Wieringermeer-
vraagstuk: de uitgifte der gronden. Het is waar, op-
komende onvoldaanheid heeft zij aanstonds willen
temperen door ‘de verzekering, in antwoord aan dr.
Van ‘der Waerden, dat ,,de tot nu genomen beslissin-
gen en getroffen maatregelen. . . . geen definitief
karakter (hebben).” Doch bezien we, om de draag-
kracht Van deze verzekering tot haar juiste verhou-
dingen te beperken, enkele dezer beslissingen! en
maatregelen korteljk even nader.
,,Besloten is. . . . tot uitgifte van landbouwcultuur-
gronden voor een gebruikelijken termijn en met uit-
zicht op verlenging, terwijl de niet uitgegeven’ ter-
reinen en gronden in exploitatie worden ‘gegeven aan
de Lan dbouw-Oultuurmaatschappij ,,De Wieringer-
meer”.” Deze verpachtingen geschieden door de direô-
tie ,,onder verantwoordelijkheid aan den Minister van
Financiën”, hij wien. deelt ‘de Regeering mede, inge-
volge de domeinwetgeving van de jaren 1840 v., het bestuur van de drooggevallen gronden, ,,welke auto-
matisch domeingron’d zijn geworden”, is komen te be-
rusten.
Formeel is dit inderdaad geheel in den haak. Geen
wet of besluit wordt geschonden, nu de Minister van
Financiën gebruik maakt van het recht, hem toeko-
mend krachtens de welhaast een eeuw oude domein-
wetgeing; noch zal eenige wet of besluit worden ge-
schonden, als straks de Minister van Financiën, ge-
heel in den geest van die domein-wetgeving, de gron-
den, zoodra hij er goede kans toe ziet, verkoopt aan
den meestbiedende.
Maar ook uitsluitend formeel. Reeds een zoo voor-
zichtig financier en economist als Pierson heeft in
zijn ,,Leerboek” over het beginsel onzer domeinwet-
geving om liefst zooveel
mogelijk
domein te verkoo-
pen den staf gebroken. Deze wetgeving van 1840 v. tot richtsnoer te kiezen’ voor ‘de Zuiderzeegronden-
politiek van 1930 v. is alleen dan verantwoord, als
de wetgever van 1930 v. aldus zal hebben beslist.

14 October 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

909

Men kan hiertegen inbrengen, dat voorshands niet verkoop, maar verpachting in de bedoeling van ,,Fi-
nanciën” ligt. Maar verpachting dan toch ,,met uit-
zicht
01)
verlenging” en blijkbaar van allen grond,
dien men op deze wijze voorloopig kan slijten. Ook
dit is een principieele beslissing, waarin de Staten-
Generaal te eer behooren te worden gekend, nu de
Oommissie-Vissering voor de Wieringermeer een
loyale proef (voor een vierde deel) met staatsexploi-tatie heeft aanbevolen. Dit denkbeeld, waarover ook
de Zuiderzeeraad moet hebben geadviseerd – niaar
de Regeering heeft tot nu niet meegedeeld, in welken
zin – wordt gesaboteerd, indien voor staatsexploita-
tie (in den vorm dan van exploitatie door de Cultuur-
maatschappij, die practisch samenvalt met de Wie-
ringermeerdirectie) slechts zal overblijven wat prac-
tisch onverpachtbaar blijkt. Wil de wetgever dien
kan-t uit, ook wie liever anders hadden gewild zullen
zich erbij hebben neer te leggen. Maar het is onbe-
tamelijk, dat ‘de Regeering, buiten ‘den wetgever om,
van een formeel haar toekomende bevoegdheid ge-
bruik maakt om de agrarische Zuiderzeepolitiek in een richting te sturen, die, eens ingeslagen, hoogst
moeilijk, zoo niet onmogelijk, weer zal kunnen wor-
den gewijzigd. Deze politiek is wetgevers-zaak en
-taak, niet die van een Minister van Financiën als
cl omein-dictator.

De verdere inpolderingen..
De Regeering wenscht ze te zien opgeschort, heeft
dienovereenkomstig •de begrooting van het Zuiderzee-
fonds voor 1932 igericht en dusdoende een acht
millioen weten uit te zuinigen, welkome bijdrage tot
wegwerkin’g van het dreigend begrootings-tekort. Wij kunnen ons hier tot deze hoofdzaak bepalen en nadere
bizooderheden achterwege laten.
Onder volmondige erkenning, dat niets in de ge-
geven omstandigheden dermate dringt als
ermijding
van dit tekort en dat derhalve een reeks van overi-
gens wenscheljke staatsuitgaven zal moe-ten worden
geofferd om erger kwaad te voorkomen, ontkomt toch
wie cle stukken leest niet aan den indruk, dat naar
dit middel van bezuiniging, zoo gemakkelijk grijp-
haar; wat al te spoedig de hand is uitgestoken. Er
wordt, een en ander medegedeeld wat ten gunste van
juist deze bezuiniging pleit, maar van wat ertegen
kan worden aangevoerd wordt met geen woord ge-
rept. Ook wordt verzwegen of, en zoo ja wat, de Zui-
derzeeraad ter zake heeft geadviseerd. Hebben ook hier de Staten-Generaal niet het recht, zoo volledig
mogelijk te worden voorgelicht?
De plannen voor den noord-oostelijken poldei hee-
ten nog niet rijp te zijn. ,,Aan den dienst der Zui-
derzeewerken (werd) opdracht •gegeven om een alge-
meen plan. . . . op te maken.” Dat aan dezé opdracht
tijdig gevolg is gegeven, wordt niet uitdrukkelijk ge-
zegd, maar mag worden aangenomen, ook op grond
der hierna in de toelichting op de fon’dsbegrooting
volgende mededeeling, dat ,,verder onderzoek (werd)
noodig geacht omtrent enkele punten”. Deze punten
worden ons niet verzwegen, maar wat wèl verzwegen
wordt is, of de Regeering hiertegennver aandacht
schonk aan wat, ook financiëel, voor onverwijide door-
zetting pleit. Zij moet hebben overwogen – of zij is
ernstig tekortgeschoten – dat de kosten der werk-
loosheidszorg bedenkelijk zullen stijgen als na vol-
tooiing van afsluitdijk en Wieringermeer ettelijke
duizenden werkloos worden op korten termijn; dat,
bij latere hervatting der werken, men het thans goed
in elkaar grjpend organisme van doode en lere’nde
productie-middelen, dat de opschorting uit elkaar zal
hebben doen vallen, opnieuw zal hebben te con-
strueeren ten koste van wie weet hoeveel; dat, mocht uit het nader onderzoek de sociaal-economische ver-
dedigbaarheid der verdere inpolderingen alsnog blij-
lcen, de hiermede te bereiken ‘voordeelen zooveel lan-
ger zullen uitblijven als de ,,opschorting” tijd zal
hebben gekost. Meer dan een summiere aanwijzing van

enkele argumenten ten gunste van ononderbroken
voortzetting is dit niet; over elk dezer ware meer
te zeggen en andere waren er aan toe te voegen. De
Regeering echter
wijdt
aan geen ervan ook maar een
enkel woord. Zij moet het v66r en het tegen nauw-
gezet -tegen elkaar hebben afgeogen, maar wat en
hoe zij woog blijft in het duister.
Komt er straks een Zuiderzeedebat – en dit kan
niet uitblijven het zal, blijft de voorlichting van
Waterstaat en Financiën zoo poover als zij is tot nu,
moeten worden gevoerd op den grondslag van mate-
riaal, dat anderen aandroegen, omdat ‘de Regeering
met de verschaffing in •gebreke bleef.
Dit is wat wrevel wekt, doch, in hoop op beter-
schap, in het licht moest worden gesteld.
D. VAN BLon.

DE VALUTATERMIJNMARKT.

Door ‘de beslissing van de Engelsche regeering om
het Pond den ‘vrijen loop te laten en ‘den koers van
dit ‘devies los te koppelen van het goud is op ‘de
deviezenmarkt een nieuwe periode ingeluid. Afge-
zien ‘van enkele valuta’s, waarvan de beteekenis voor
den wereld-goederen- en geidhandel niet zoo groot
was, waren sedert eenige jaren ‘de fluctuaties van den
koers der voornaamste muntsoorten weer aan de enge
grenzen gebonden, ‘die ‘de goudpunrten haar oplegden.
En nu. hebben het Pond Sterling en de ‘drie Scandi-
navische Kronen zich weer gevoegd in de rij der
zonder-grens-fluctueerende valuta’s, terwijl ook ‘de
Mark – ‘door het bijzondere karakter der wisselkoers-
vaststelling te Berlijn, waar geen vrije markt is, zoo-
dat arbitrage onmogelijk is – practisch weer op
losser schroeven staat ‘dan zulks bij onbeperkte hand-
having van den gou’den standaard het geval zou zijn.
Is dit verschijnsel ten aanzien van de andere der
genoem’de deviezen reeds allerminst van belang ont-
bloot, de fluctuatie van het Pond Sterling heeft on-
getwijfeld een zeer verstrekkende •beteekenis. Door
verschillende omstandigheden is het Pond langzamer-
hand tot een internationale rekening-eenheid gewor-
den, die wordt aangewend voor de noteering van tal
van prijzen en tarieven

in het handelsverkeer, niet
alleen mèt, maar ook geheel buiten Engeland om. Na-
tuurlijk zal de opheffing van den gouden standaard
in Engeland in vele gevallen ‘de tot nu toe geldende
han’debgebruiken ten aanzien der prijsnoteering wij-
zigen, maar de handel met Engeland zelve zal toch
zeker voorloopig in Ponden worden voortgezet. Het
feit, ‘dat ‘de koers van het Engelsche Pon’d onophoude-

lijk schommelt, is dus voor •den handel – ook voor
‘den onzen; men bedenke slechts, dat onze export naar
Engeland ron’d 400 millioen gulden per jaar beloopt
– een groot ongerief, omdat bij alle risico’s, die toch reeds aan het bedrijf inhaerent zijn, nog een nieuwe
onberekenbare factor wordt toegevoegd in de fluc-
luaties van de waarde,der mnunteenheid, waarin wordt
gecontracteerd. Bij de Enge].sche, Scandinavische en
‘tot
0]) zekere hoogte bij, de Duitsche munt zijn de
schommelingen aan ‘de orde van den ‘dag en is dus het
risico al zeer apert, maar daarbij komt nog, dat ook
voor andere munten de vrees – al of niet gemoti-
‘veerd, dat kan hier buiten beschouwing blijven —be-
”staat, ‘dat binnen afzienbaren tijd de goudpunten niet
meer de uiterste fluctuatiegrenzen zullen blijken.
Practisch gesproken, acht men ten aanzien van bijna
alle valuta’s kansen op abnormale schommeling aan-
‘wezigl
Nu’ was ook, toen allerwege de gouden standaard nog werd toegepast, een schommeling in de valuta-koersen waar te nemen; zij bewoog zich echter bin-
‘.nen ‘de grenzen der goudpunten, die gemeenlijk niet
meer dan
YLj
püt. boven en beneden de pariteit lagen,
:zoodat met één procënt het risico ophield. Toch waren
reeds die in vergelijking met’ nu zoo geringe fluc-tuaties ‘vöor handel en bedrijf vaak aanleiding dat
$iisico ,,af te dekken” door middel van een termijn-

910

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

14 October 1931

affaire. De termijnhan’del in deviezen, in de na-oor-
logsche periode van sterk schommelende i’isselkoersen
gegroeid, mede uit de behoefte om valuta-risico’s uit te schakelen, is ook na de stabilisatie der voornaam-
ste muntsoorten in het leven gebleven, en heeft den
handel goede diensten bewezen. Niets ligt dus meer
VOOi’
cle hand dan dat men in ‘deze richting ook weer
gaat zoeken om de soortgelijke vraagstukken, die zich
ook nu weer in verscherpte mate voordoen, tot oplos-
sing te brengen. Alen zou dus een plotselinge weder-
opleving van de valutatermij nmarkt verwachten. 1-Toe
grooter de schommelingen ‘der koersen – hetzij dat
die zich de facto reeds nu voordoen of voor straks
gevreesd worden – hoe grooter het valutarisico voor
hen, ciie in vreemde munt koopen en verkoopen, hoe
sterker dus de aandrang om dat risico af te wentelen
door aankoop of verkoop
01)
den termijn, dat men de

deviezen noodig heeft of zal ontvangen.

Dit zou iien verwachten. Maar…. het tegendeel
is waar. Terwijl kort geleden nog zeer omvangrijke be-
dragen Ponden op termijn te verhandelen waren, op
een moment dus, dat de behoefte om den koers, waar-
van men aannam, dat hij niet meer dan ongeveer een
procent uit de balans kon slaan, te fixeeren niet zoo
groot geweest kan zijn, ligt thans, nu de fixatie van
veel grooter beteekeni.s moet worden geacht, de ter-
inijnhandel in Pon’den practisch geheel dood. Hier
doet zich dus de vraag voor: hoe is deze paradox te
verklaren, en, heeft men eenmaal die verklaring, is
er geen aanleiding om ten gerieve van den handel ‘de
gelegenheid tot het sluiten van termijnaffaires te

creëeren.

Voorop zij gesteld, dat potentieel een valutater-
mijnmarkt in eik geval aanwezig is; men kent het in-
stituut der termijnaffaires, de coutractmodellen lig-
gen klaar, en wanneer er partijen zijn ‘die tegenge-
stelde affaires willen doen – de één koopen, ‘de ander
verkoopen – •dan is ‘de weg daar om ze tot elkaar
te brengen. Om nu op te sporen, waar de oorzaak ligt
van het feit, dat ‘bij voor sommige partijen gestegen

behoefte om van deze markt gebr)aik te maken, liet

apparant vrijwel geheel buiten werking wordt ge-
steld, zal het noo’dig rijn om na te gaan, hoe cle ter-
mijnmarkt functionneerde, en welke de betrokken par-
tijen waren. Wie waren ‘de contractanten op de valu-ta’termijnmarkt? In ria eerste plaats dezelfde, die zich
thans als aspirant aandienen: zij, die goederen in
Ponden ‘verkochten en zij, die in deze valuta kochten.

Daarnaast kwam een tweede categorie: de rente-arhi-
trageanten, die hun rentemarge secureerden ‘door een
swap-transactie, en tenslotte een groep, waarvan de
beteekenis zeker niet onderschat mag worden: ‘de spe-

culanten.
Hoe staat het nu op het oogenblik met het
,,marktpersoneel” voor deze affaires? Ik zeide het reeds: de eerste categorie, de goederenhandel, die
in vreemde valuta’s koopt en verkoopt is onveranderd
belanghebbende bij de termijnmarkt gebleven; meer
dan ‘dat, door ‘de sterkere fluctuaities is van deren kant
de aandrang om ‘de risico’s af te dekken zelfs veel
sterker geworden. Hetzelfde kan men echter niet zeg-
gen van ‘de ‘bei’de andere ‘groepen. Onder de huidige
rerwarde financiëele omstandigheden is de rente-arbi-

trage min of meer in ‘liet vergeetboek geraakt, en de

bankier, ‘die vlottende middelen over de grenzen uit-
zet is als tegenpartij voor termijnaffaires grootendeels
uitgeschakeld. Dit geldt voor ‘beide vormen van rente-
arbitrage, zoowel voor uitzetting in ‘de ”aluta van het
land, waarheen het ‘geld vloeit als voor de z.g. Leih-
devisen. Wanneer vroeger ‘de rente in Londen hooger
was dan hier, dan kochten onze ‘banken Pondenwis-
sels, en verkochten de Ponden op termijn. Tegelijker-tijd echter werden door Engelsche banken Pondenter-
miju’deposito’s aan Duïtsche banken verstrekt, die
door de gelduemers in hun eigen valuta werden ge-

converteerd met gelijktijdigen aankoop op termijn van
het opgenomen bedrag. De rente-arbitrage Amster-
dam—Londen en Londen—Berlijn – die wij in dit verband slechts als voorbeeld aanhalen – deed dus
up de Pon’dentermijnmarkt vraag en aanbod iii elkaar
sluiten.
De Pondenvoorschotten worden op het oogen-
blik ,,stillegehalten”, misschien zoeken wel de debi-
teuren ten deele thans een koers voor de te zijner
tijd te verrichten terugbetaling te fixeeren, maar cle
tegenpartij der gewone rente-arbitrage is toch op het
oogen’hl ik verclreveii door dien allesoverheerscheud en
drang naar zoo hoog mogelijke liquirliteit. Zoodat
daarmee de termijnmarkt een deel van haar ,,habi-
tué’s” mist. Hetzelfde kan men zeggen van de derde
groep: de speculanten. In ‘dit verband versta ik ondier
deze categorie hen, dlie transacties op de termijnmarkt aangaan om ‘daaruit winst te behalen. Terwijl de beide
andere categorieën: cie goederenhanciel, en de reute-
arbitrage zich van cle termijnmarkt bedienen om
risico’s uit te schakelen, om verliezen te vermijden,
zoeken de speculanten juist het risico om uit het
loopen daarvan winst te behalen. Zij, die zich op de
valutamarkt bewegen, weten uit ervaring, hoe ‘groot
de beteekenis van deze groep is, zelfs in
tijden
van

gestabiliseercle munten, met zon geringe koersfluc-
tua’ties dus, dat men zou vermoeden dat die specu-
lant de winstkansen te gering zou achten. Waar ech-
ter de verliesk-ans even gering werd aangeslagen, eu
de handel over zeer omvangrijke bedragen liep, vond
liet principe: groote omzet, kleine winst ‘hij deze par-
tij ‘gereeden ingang. Nu zou men denken, dat met
cle uitbreiding de’r schommelingen ook de speculatie
zou toenemen. Dit is echter, althans op het oogenblik,
nog niet het geval; integendeel deze tegenpartij is
sterk verminderd. Eeusdeels is ‘dit toe te schrijven
aan het feit, dat, nu de schommelingen grooter zijn,
ook het verlangde surplus is gestegen, aanmerkelijk
meer dan cle grootte der fluctuaties. Kon men onder
den gouden standaard volstaan niet een surplusmarge
tot aan liet goudpunt, nu moet men weer cingeveer
vasthouden aan liet trad itioneele 20 pOt.-surplus om
gevrij*aard te rijn. Daarbij komt, dat de ‘krachtige
vertegenwoordigers uit deze ‘groep, ciie wel bij mach-
te zouden zijn surplus voor hun affaires te fournee-
ren, clan toestand te gevaarlijk achten. Een groote
winstkans moge attractief zijn, zij gaat noodwendig
gepaard met een even groote veriieskaos en ‘de ,,voor-
zichtige” speculant geeft cie voorkeur aan transac-
ties, waarin beide extremen niet al te ver uiteen-

liggen.
Tenslotte rij in dit verband nog vermeld, dat de on-
verwachte val van het Pond in deze groep slacht-
offers heeft gemaaict, die voorloopig niet zullen terug-
keeren. Het is alleszins mogelijk, dat straks de spe-
culatie zich weer op de valutamarkten zal werpen,
maar er is heel vee] kans, dat ruiks pas zal geschie-
dien, wanneer er wat meer lijn in het koersverloop
zit, wanneer er motieven zijn, waarop men kan ope-
meren. Op het oogenblik is ‘de toestand nog
te
weinig
opgeklaard, heeft de speculatie nog te weinig ‘hoti-
vast voor hausse- of baisseverwachtingen.
* *
*
Ziehier dus liet resultaat van de analyse van den
termijnhandel: voorheen en thans, dat het marktper-
soneel zeer aanmeridelijk is ingekrompen. Van de
allergrootste beteekenis is daarbij ongetwijfeld het
wegvallen van de speculatie als tegenpartij, omdat
die juist diende om een surplus aan vraag of aanbod ,,op te nemen”. Als regel niocht men aannemen, dat
de ,,reëele” coutractanten voor een belangrijk deel tegengestelde affaires hadden af te sluiten, zoodat
deze in elkaar Icondea worden gesleten, een eventueel
overschot vraag of, aanbod moest dan de speculatie als
tegenpartij ontmoeten en het was allicht juist die
portie, welke besliste over a’gio of ‘disagio op termijn!
Wat intusschen niet wegneemt, dat er toch wel

14 October 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

911

degelijk gegadigden voor termijnaffaires overblijven.
Was dat niet het geval, dan zou er in deze geen pro-
bleem zijn; zijn rente-arbitrage en speculatie wegge-vallen, de goederenhan’del heeft, zooals gezegd, des te moer behoefte aan een termijnmarkt. En er zullen
uit die groep zoowel vragers als aanbieders van valu-
ta op termijn bestaan. Hoe nu deze tot elkaar te
brengen? Is er eigenlijk wel iets noo’dig te doen om
ze tot elkaar te brengen, gaat dat niet automatisch,
wanneer het instituut termijnmarkt bekend is? Onder
normale omstandigheden ongetwijfeld, dan komen de
transacties vanzelf tot stand. Maar op •het oogenblik
verkeeren wij in een toestand van financiëele crisis,
waarin een algemeen vrijwel niets ontziend wan’trou-
ven heerscht. En tenslotte is elke affaire, die pas
over eenigen tijcl afloopt, een crediettransactie en
vertrouwenscrisis en crecliet zijn twee •begrippen, die
moeilijk met elkaar te rijmen zijn. De kwestie van
het ,,aclres” is voor den valutatermijnhan’del op het

oogenbltk ongetwijfeld een der punten van groote

beteekeni.

Er blijken dus tenslotte twee factoren te zijn, clie
een d esorgan isa tie van ‘de valutatermijnmarkt juist

0
1
)
het moment, dat door sommige groepen meer dan
ooit cle behoefte aan zulk een markt werd gevoeld,

heeft teweeggebracht: een decimeeriug van ‘de aspi-
rant-contractanten en de vertrouwenscrisis, clie het
,,adres”-pro’bleem aan de orde stelde. Het belang van
den handel brengt intusscheri mede, dat ‘alles in het
werk gesteld worcie om, ondanks clie bezwaren, te
trachten weer een geregelden termijuhandel i.n het
leven te roepen. De belangen van onzen export, die
toch reeds om allerlei redenen bedreigd worden, bren-
gen dien eisch met zich, terwijl ook de importhanclel
er evenzeer bij gebaat is, dat een gelegenheid worde
geschapen voor een reëele basis zijner transacties,
‘clie tenslotte in de ei gen mii
11
tsoort uitein clelijic wor-

‘den afgewikkeld.

* *
*

Hier ligt een taak voor de banken om in het belang
harer gezamenlijke c]iëntèle de machine van den ter-
mijn’hanclel weer op gang te brengen. Wanneer een organisatie vastloopt, omdat hier en daar het rader-
werk stokt, clan doet men het best alle tusschenscha-
kels, als transm’issie-deelen ‘weg te nemen, om een

beter overzicht te
krijgen.
Op het oogenblik, nu bij
een groot aan tal intermediairs aanvragen voor ter-niijtitransaoti.es van ‘verschillenden aard liggen, is
het niet mogelijk om een overzicht te krijgen over de
verhouding van vraag en aanbo’d. Een eerste eisch
is het om, wanneer de normale uitwisseling tusscheu

de interrnediairs – banken en andere financiëele in-
stellingen – via ‘de makelaars tot op zekere hoogte
stop’staat een centrale organisatie in het leven te
roepen, opdat daar kan blijken, ‘hoeveel vraag en
aanbod
itt
elkaar gepast ‘kan worden, en hoeveel er per saldo onbevredi’gd blijft. De oprichting van iets
als een ,,Valutakas” met medewerking van de cen-trale bank zou hier wellicht klaarheid in de situatie

kunnen ‘brengen. Zulk een centraal punt van den
:termijnhandel heeft ook dit voordeel, dat het ,,adres”-
vraagstuk kan wegvallen, wanneer alle posten over
dit instituut loopen, en desverlangd van alle con-
tractan ten door deze Icas een nader overeen te komen
surplus Ican worden geëischt, waardoor elk risico
wordt uitgeschakeld en iedereen de centrale zon’der
gevaar voor niet-nakoming van verplichtingen als
wederpartij kan aanvaarden.
De vorming vaiv zulk
een centraal lichaam zou ‘in elk geval kunnen ver-
hinderen, dat transacties, waarvoor partij en weder-
partij aanwezig zijn, door technische wrijvin.gsweer-
standen niet worden afgesloten.
En bovendien zou
dan blijken, welk saldo vraag of aanbod onbevredigd
blijft, wlk saldo dus bij de vroegere marktconstella-
tie zou moeten zijn overgenomen door ‘de speculatie.

Is men zoover, dan ken overwogen worden, of wellicht

een oplossing gevonden lcan worden om bij gebreke
van een speculatieve tegenpartij toch ‘dit saldo af
te wikkelen. In dit verband moet de aandacht wor-
den gevestigd op de relatie, tusschen contante markt
en termijnmarkt. Stel, dat na in elkaar sluiting van
aanbod en vraag naar termijnvaluta tot eenzelfde be-
dra’g een zeker bedrag vraag overblijft, dan zou daar-
aan te voldoen
zijn
‘door contant te koopen. en aldus
den koers te fixeeren. De kooper zou dan voor den
koopprijs minus een marge van buy. 20 pQt. crediet kunnen krijgen, zoodat voor hem ‘de technische uit-
voering precies gelijk zou zijn als bij een termijn-
affaire, waarbij 20 pOt. surplus moet worden gestort.
Moeilijker wordt de oplossing natuurlijk, wanneer er
een saldo-aanbod ‘van termijnvaluta zou •bljken te re-
steeren, omdat omzetting van zulk een aanbod in. con-
tant aanbod noo’clig maakt, dat contante deviezen wor-
den ,,voorgelegd”. In zulk een geval zou de centrale
bank zich in dienst van de organisatie ‘kunnen stellen.
De Nederlandsche Bank heeft inderdaad meermalen
op dle termijnmarkt geopereerd, in dier voege, dat zij
termijndeviezen kocht, en daartegen contant afgaf.
1-Jaar deviezenvoorraad blijft op die wijze onveran-
derd, en hij wordt nuttig gemaakt, om een ldoers te
f i xeeren voor houders van term ij nv’aiutavorderingen,
clie op de markt geen. normale itegenpartij kunnen
v indien.

* *
*

Het spreekt wel vanzelf, dat lovenom’schreven rege-
ling vooronderstelt, dat vraag en aanbod grootendeels
in elkaar ‘gesloten worden, en datslechts een relatief
gering exees van een van bèide door overheveling naar
de contante markt wordt afgewikkeld. Zou daaren-
tegen bijv. blijken, dat algemeen daling van een valuta werd verwacht, en dat dientengevolge wèl alle expor-
teurs, welke ‘dat devies te ontvangen hebben, willen
verkoopen, maar geen importeurs zich in die munt
willen dekken, dan ware transmissie naar ‘de contante markt zinloos en zelfs schadelijk, omdat clan het aan-
bod van meerdere maanden tegelijk op de contante
markt zou komen, zonder dat zich op die markt de
vraag voor diezelfde periode reeds manifesteert,
waardoor ‘de contante koers dermate ‘buiten verhou-ding gedrukt zou worden, dat zelfs bij pari-noteering
voor termijn de exporteurs nog een onereus lagen
koers zouden ontvangen. Hertzelf’cle ‘geldt voor het om-
gekeerde geval, dat wel alle vraag voor op termijn be-
noodigde valuta zich aankondigt, doch de aan bieders
‘van op termijn beschikbaar komende bedragen van het
betrokken devies uit de markt blijven. Een reëele ter-
mijnmarkt, die geheel naar één richting georiënteerd
is, kan nu eenmaal zonder speculatie al’s tegenpartij
niet tot zaken leiden, en speculatie kan men niet uit
niets te voorschijn tooveren. In zulk een geval helpt
geen organisatie, geen kunstmatig ingrijpen. Maar de
kans op zulk een eenzijdige oriënteering lijkt niet
groot, er zijn op het oogeublik zoowel koopers als ver-
koopers; die tot elkaar te brengen, moet slechts een
kwestie van organisatie zijn.

Het is alleszins mogelijk, dat binnen zeer korten tijd
zonder bijzondere maatregelen de valutatermijnmarkt weer normaal hersteld wordt; aan plotselinge gebeur-
tenissen heeft men zich niet dadelijk aangepast, en
ten deele zal liet herstel van normale verhoudingen
ook samenhangen met het luwen van de vertrouwens-
crisis. Maar indien de huidige toestand, ‘dat practisch
geen termijnaffaires in valuta te doen zijn, gehand-
haafd blijft, dan eischt het groote belang van den han-
del met het buitenland, ‘dat getracht wordt een orga-
nisatie in het leven te roepen, die de taak van de vrije markt in deze: tot elkaar brengen van vragers en aan-
bieders en
prijsvorming
kan overnemen, een organi-
satie, waarvan ik de mogelijke grondsla’gen hierboven
bekriopt uiteenzette.
C. A. KLAASSE.

912

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

14 October 1931

HET WETSONTWERP TEGEN KUNSTMATIGE

CONCURRENTIE.

In het nummer van de E.-S. B. van 30 September

is een artikel verschenen van Mr. Dr. L. F. H. Re-
gout, hetwelk onder meer eenige opmerkingen bevat
over het bij de Tweede Kamer aanhangige wetsont-

werp tegen ,,kunstmatige concurrentie uit het bui-
tenland”. De Heer Regout meent, dat het ontwerp,
wanneer het wet zou zijn geworden, slechts bij hooge
uitzondering toepassing zou vinden, doch als voorbeeld
van een extreem geval, waartegen hij een invoerver-

bod (afweermiddel
b.
van art. 2 van het ontwerp) wel

mogelijk zou achten en blijkbaar ook zou hebben ge-

wenscht, noemt hij ‘den Russischen graaninvoer,
,,waardoor wij eenigen tijd geleden werden opge-
schrikt”. Deze meening van den Heer Regout bewijst,
welke gevaren het wetsontwerp met zich brengt.

In de eerste plaats is het niet de Russische gran-
invoer, waardoor ,,wij werden opgeschrikt”, doch de hevige daling der graanprijzen. Weliswaar is de zich
herstellende Russische uitvoer (die intusschen nog
lang niet •den vooroorlogschen omvang heeft bereikt)
een der oorzaken geweest van die daling, doch in
minstens even sterke mate is die het gevolg geweest
van onoordeelkundige uitbreiding van de tarwepro-ductie in de groote overzeesche productielanden en
van de manipulaties in 1929 en 1930 van den Federal
Farm Board in de Vereenigde Staten en de Tarwe-
Pool in Canada. Zeer zeker is het juist, dat de daling
der graanprijzen zeer groote nadeelen heeft berokkend
aan die Nederlandsche akkerbouwers, die hun graan
aan de on:beschermde Nederlandsche markt moesten
verkoopen. Dit laatste is vooral het geval met de
tarwe en de klachten, welke reeds lang alom over de
graanprijzen worden geuit, betreffen dan ook in de
eerste plaats ‘deze voor de werel’dhuishouding belang-
rijkste graansoèrt. De hoeveelheid, die daarvan in
Nederland wordt verbouwd, dekt echter niet meer dan

20
it
25 pOt. der behoefte. De Nederlandsche invoer
van tarwe is dus geregeld eenige malen ‘grooter dan
de eigen productie, welke, vSSr de ‘tarwewet bestond,
niet slechts voor brood, doch ook als veevoeder (voor-
al ook als kippenvoer) werd gebruikt. Dat uit Rus-
land en van elders het tekort tot zeer lage prijzen kan
worden geïmporteerd, vormt dus een zeer welkom ver-
schijnsel voor dn Nederlandschen verbruiker. Toen
‘gezocht werd naar middelen, om den Nederlaridsehen
tarwe-producent te helpen aan betere prijzen, heeft
men zich tot dit enkele ‘doel bepaald, zonder tevens
voor •de veel grootere hoeveelheid tarwe, die wij door
invoer hebben te verkrijgen, den prijs te doen stijgen,
hetgeen bijvoorbeeld van een invoerrecht het gevolg
zou zijn geweest. Met de Tarwewet en de wijze, waarop
zij wordt uitgevoerd, wordt dit ‘doel in’derdaa4 bereikt,
al kleven, aan die uitvoering wel fouten, die hier ech-
ter niet behoeven te worden behandeld. De tarwever-
bouwer namelijk krijgt een prijs, die ver boven liet
peil der internationale markt ligt .en voor de hoe-

veelheid, clie Nederland heeft in te voeren, blijft de
verbruiker profiteeren van de uitermate lage prijzen,
waartoe uit het’ buitenland tarwe wordt aangeboden.

Wanneer nu volgens de bepalingen van het aan-
hangige wetsontwerp de invoer van ‘tarwe verboden werd op grond van kunstmatige concurrentie, welke
de Heer Regout blijkbaar (inclusief den opzet om den

Nederlandschen akkerhouw zoodanige scha’de toe te
brengen, dat deze in zijn voortbestaan ernstig wordt

bedreigd) vooral van Russische zijde aanwezig acht,
dan zou, omdat Nederland lang niet genoeg tarwe pro-
duceert voor de behoefte zijner bevolking, dit verbod
voorwaardelijk moeten zijn volgens ‘de laatste zin-
snede van art. 2 eerste lid
b.
van het ontwerp. Vol-

gens art. 4 zouden dan bij algemeenen maatregel van
bestuur de voorwaarden moeten worden vastgesteld,
waarop de invoer van het .door het invoerverbod ge-
troffen artikel’wordt toegestaan. Hetzelfde art. 4 stelt
dat recht tot invoer afhankelijk van ‘de voorwaarde,
.dat de prijs, waartoe de goederen uit het buitenland
worden aangeboden ,,niet geacht ken worden te val-len onder de strekking van het invoerverbod”. Er zal
dus worden vastgesteld, welke ‘de laagste prijs is,
waartoe een buitenlandsche verkooper zijn product
mag aanbieden, indien hij dit product, waarvoor in
Nederland als afweermiddel tegen kunstmati’ge con-
currentie een invoerverbod g1dt, toch ten invoer wil
zien toegelaten. Deze minimum-prijs zal ongeveer de-
zelfde moeten zijn als ‘die, waartoe de Nederlandsche
producent het artikel kan leveren en bijgevoig aan-
merkelijk hooger dan de prijs, waartoe de buitenland-sche verkooper, die immers kunstmatige concurrentie
in zijn schild voerde, bereid was te leveren.
In het geval der tarwe zou dus op die wijze de in-
voer, dien wij nu eenmaal noo’dig hebben, plaats vin-

den tot een veel hoogeren prijs dan waartoe wij de
tarwe hadden kunnen verkrijgen, want de verbruiker

zou daarvoor meer betalen dan de buitenlandsche ver-
icooper eigenlijk had gevraagd. Inderdaad zou de Ne-
derlandsche producent beschermd zijn tegen de gevol-
gen der kunstmatige concurrentie (aangenomen, dat
die in den zin van het wetsontwerp aanwezig was).
Dit doet ook ‘de Tarwewet, ‘doch met dit verschil, dat
zij het dec Nederlandschen consumenten van tarwe
(broo’dver.bruikers, pluimveehoaderj, biscuitfabrieken
euz.) niet onmogelijk maakt om te profiteeren van
de ongekend lage prijzen, waartoe tarwe uit het bui-

tenland te ‘koop is.
1-let is duidelijk, ‘dat een invoerverbod, zooals dat in

het onderhavige wetsontwerp geregeld is, een uiter-
mate duur middel zou zijn geweest om den Nederland-
schen tarweproducent te beschermen tegen ,,kunstma-
tige concurrentie uit het buitenland” en evenzeer
geldt dat trouwens voor ‘de sterke verhooging van in-
voerrechten die afweermiddel a. van het wetsofltwerp
uitmaakt. Deze conclusie is van toepassing op vele
andere goederensoorten, waarvan in Nederland de
normale productie kleiner is dan het verbruik en
waarvan wij dus invoer noodig hebben. Naast tarwe
behooren daartoe ook ‘de andere graansoorten, al is

het veel moeilijker gebleken om daarvoor maatrege-
len ter bescherming tegen goedkoop buitenlandsch
aanbod te ontwerpen, omdat zij voor een ‘groot gedeel-
te slechts gebruikt kunnen worden als veevoeder door
cle Nederlandsche veehouders, die van prijsopdrijving
nadeel zouden ondervinden. Dit verandert echter niets
aan de’juistheid der stelling, ‘dat de bescherming der
producenten van goederensoorten, waarvan Nederland
invoer noodig heeft, tegen ,,kunstmatige concurrentie
uit het buitenland” er op gericht dient te zijn, dat
niet tevens de prijs der ingevoerde goederen stijgt ten
nadeele van ‘den verbruiker. De afweermiddelen, die
het hier behandelde wetsontwerp aan ‘de hand doet,
zijn voor dit doel ondeugdelijk en het voorwaardelijke
invoerverbod heeft daarbij het eigenaardige ‘gevolg,
dat de buitenlandsche verkooper een hoogeren prijs
betaald krijgt dan hij gevraagd heeft.
JAN SOHILTHUJS.

FIRESTONE PLANTATIONS LTD. IN LIBERIA.

Toen in 1925 en 1926 de rubberprjzen onder de
werking van het Stevenson scheme omhoog werden
gedreven, groeide bij de rubberverbruikers een gevoel
tn onrust over de afhankelijkheid, waarin ze zich

bevonden van de Britsche en Nederlandsche produ-
centen. Weliswaar had de Nederlandsche Regeering
het voorbeeld van de Britsche niet ‘gevolgd en was in
Nederlandsch-Indië dus geen beperking toegepast –
men kon echter niet weten of op den duur de belang-hebbenden elkaar niet zouden vinden, wat op de ban-
clenfabricage van de Vereenigde Staten van Noord-

Amerika een onaangenamen invloed zou kunnen

hebben.
Men besloot dan strijd aan te binden tegen de en-
‘gemotiveerde prijsopdrijving en deed dit onder de
lëdzè:, ,,Amerika produceert, uw eigen rubber”.. De

14 October 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

913

leuze uitspreken was eenvoudiger dan het daarin uit-
gesproken principe in practijk brengen. Men heeft
zich
echter door geen moeilijkheden laten afschrik-
ken en verscheidene pogingen gedaan om zich de
gewenschtc onafhankelijkheid te vérzekeren. Eén van die pogingen werd geleid door den bekenden banden-
fabrikant Firestone en gaf aanleiding tot de oprich-
ting van de Firestone Plantations Ltd., een maat-
schappij, die zich ten doel stelde rubber te producee-
ren in Liberia en die in 1926 in dat land een concessie
verkreeg op zeer voordeelige condities.
De concessionaris heeft het recht om gedurende 99
jaren binnen het gebied van Liberia gronden uit te
zoeken en in cultuur te brengen tot een maximum
uitgestrektheid van 1.000.000 acres (450.000 H.A.).
Zoodra de Firestone Plantations Ltd. een terrein in
exploitatie brengen wil, wordt dit haar door de Re-
geering toegewezen en de Maatschappij heeft daar-
voor een jaarlijkschen canon te betalen van zes Amen-
kaansche centen per acre, d.i. in Hollandsch geld en
maat uitgedrukt
f
0,33 per H.A.
Verder is de maatschappij vrijgesteld van alle hui-
dige en toekomstige belastingen met inbegrip van in-
voerrechten op goederen, die ze ten behoeve van de
ontwikkeling van de onderneming zal invoeren. Ze
zal echter 1 pOt. uitvoerrecht betalen op alle gepro-

duceerde en geëxporteerde rubber op basis van den
marktprijs, die voor deze rubber in New-York geno-
teerd zal worden.
Deze voorwaarden zullen der Maatschappij door
onze Nederlandsch-Indische planters benijd worden,
en toch zijn alle gunstige condities nog niet genoemd.
De ‘concessionaris heeft bijv. ook nog het recht om
oz’der eenige vergoeding
alle hout, dat op door haar
in• beslag genomen terreinen groeit te kappen en te
verwerken, alleen zal hij bij uitvoer een recht van
twee Aiiierikaaniche centen per cubic foot moeten be-
talun. Deze bepaling is belangrijk, omdat Liberia
rijk moet zijn aan zeer waardevolle houtsoorten, o.a.
mahonie, ‘zoodat de maatschappij er bij eveitueele
gunstige marktverhoudingen toe kan overgaan de
kosten van haar onderneming omlaag te ‘brengen door
oede bosch-complexen te exploiteeren.

‘Toën de Firestone Plantations Ltd. werden opge-
richt bestond er in Liberia reeds een
vrij
ou’de rub-
beronderneming, de Mount Barclay Estate, gelegen
aan den weg van de hoofdstad Monrovia naar het binnenland op een afstand van ca. 15 KM. van de
kust. Deze oxiderneming dankt haar ontstaan aan den
arbeid van een Engelsche maatschappij, die in 1904
één concessie verkreeg en in 1910 met planten begon.
Ze slaagde erin 1100 acres te ontginnen, waarop ze
ca. 175.000 boomen plantte, doch ze werd door finan-
ciëele moeilijkheden gedwongen de concessie te aban-donneeren. De Firestone heeft deze concessie verwor-
ven, waarmede ze de beschikking kreeg over een niet
zeer fiaaie, en waarschijnlijk niet hoog produceerende
aanplant, die echter groot nut heeft, daar ze de ge-
legenheid ‘verschaft tot opleiding van tapkoelies, tt
het nemen van proeven met het product, en in het
algenieen tot het verkrijgen van ervaring, die te pas
kan komen, zoodra ‘de nieuw ontgonnen tuinen taprjp

zullén zijn.

11 1926 is de Maatschappij dadelijk met de ontgin-
ning van een tweetal ondernemingen aangevangen,
(n bij Cape Palmas nabij de grens van de Fransche
kolonie Côte d’Ivoire en één in de omgeving van de
Da-rivier in het achterland van Monrovia op een
afstand van ca. 60 KM. van deze hoofdstad. Tegen
het einde van 1931 zullen op deze beide ondernemin-
gen tezamen 48.000 acres (21.600 H.A.) zijn beplant
en vermoedélijk’ zal dan voorloopig de ontginning
worden gestaakt.

Ik heb gelegenheid gehad de grootste dezer onder-
nemingen, die bij de Du-rivier, te bezoeken en vele
uren heb ik per auto langs de mooie wegen, die de
aanplantingen
doorsnijden,
gereden om oude en uien-.

we aanplahtingen, kweekbedden, outginningen etc. te
bezichtigen. Het werk, dat hier in 5 jaren tot stand
is gebracht wekt groote bewondering voor de energie
van de leiders van dit bedrijf.
Liberia is een zeer achterlijk land,
vrijwel
zonder
wegen, want de weg, die van Monrovia over Mount
Barclay en de Firestone naar Kakata leidt, mag f ei-
telijk op den titel ,,weg” geen aanspraak maken. Men
kan dit breede, ongeplaveide pad berijden, maar tel-
kens zakt de auto door hdar veeren en herhaaldelijk
moet men manoeuvreeren om onbegaanbare modderige
stukken te
overschrijden.
Bruggen bestaan uit boom-
stammen en planken, zoodat men telkens als men een
rivier gepasseerd is, zich erover verheugen mag, dat
waagstuk volbracht te hebben. Het is een ware ver-
ademing als men den hoofdweg verlaten kan om langs
goed aangelegde wegen de Firestone-onderneming
binnen te gaan. Hier kannen auto’s zich geruischloos
voortbewegen en hier vindt men stevige bruggen van
gewapend beton.

De aanplant is begonnen met zaad uit de tuinen
van Mount Barclay en men heeft aanvankelijk de bon-
men nogal dicht opeen geplant. Later is men over-
gegaan tot oculeeren en heeft goed materiaal van
Sumatra laten komen. Er is ‘daardoor een groot ver-
schil tusschen de oude en de nieuwe aanplantingen
en zeer waarschijnlijk zal later het verschil in pro-
ductie niet onbelangrijk blijken. Vermoedelijk zal men
‘de oude tuinen moeten dunnen, daar de dichtheid van
de beplanting de gezonde ontwikkeling van de boo-
men tegenhoudt en men zal dan wel tot een egale be-
planting van 130 6 135 boomen per acre voor de ge-
heele onderneming komen.
De ontginning is eenigszin’s grof gedaan, omdat
men er meer voordeel in zag snel en goedkoop te wer-
ken dan intensief en duurder. Hierbij profiteerde men
van de omstandigheid, dat het in Indië zoo zeer ge-
vreesde alang alang hier niet voorkomt. Het onkruid,
dat tussehen de aanplantingen opschiet, is van een
goedaardig soort en men behoeft dit niet te ‘bestrij-
den. Bovendien zal het geleidelijk verdwijnen nu men
den grond gaat bedekken met groenbemesters.

Het terrein van de onderneming i’s zachtglooiend,
de grond is zeer geschikt voor rubber, en over het al-
gemeen ontwikkelen de boomen zich bevredigend.
De Du-rivier, waaraan de onderneming ligt, is een
zijtak van de Dukwa-nivier, die bij Marshall in zee
stroomt. Bij onderzoek is gebleken, dat deze waterweg
met geringe kosten bevaarbaar gemaakt kon worden
en de Firestone ‘heeft dit gedaan, zoodat ze thans
met eigen lichters de rubber van de onderneming naar
de schepen zal kunnen brengen, die op de Reede van
Marshall de lading zullen komen innemen.
De fabriek zal waarschijnlijk bij het haventje in ‘de
Da-rivier worden gebouwd en daardoor zullen de
transportkosten zeer laag worden gehouden, temeer
‘omdat het transport van de latex uit de tuinen naar
de fabriek langs ‘de ondernemingswegen per vracht-
auto zal kunnen geschieden.

De onderneming is in elk opzicht flink opgezet.
Men vindt er ruime employé’s woningen, een goed
kantoor, een eigen winkelzaak, ‘die voor den import
van verschillende artikelen voor het bedrijf en voor
het verbruik van de bewoners van de terreinen zorgt,
een hospitaal onder leidink van een Amerikaanschen
dokter, werkplaatsen etc., etc. Een radio-station staat
in .dagelijksche verbinding met de Directie in Akron
(U.S.A.), zoodat – een benijdenswaardig iets voor een administrateur – correspondentie overbodig is
en dus niet voorkomt.

Men mist er echter nog goed-ingerichte dorpen,
waar de koelies een onderdak kunnen vinden en de
indruk is, dat binnen de grenzen van de onderne-
ming thans nog een ‘gevestigde arbeidersbevolking
ontbreekt. Wel vindt men buiten de grenzen een dorp-
je, waar zoowel arbeiders als neringdoenden zijn neer-
gestreken, maar dat is te onbelangrijk om het voor de

914

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

14
October 1931

levering van geregelden arbeid in aanmerking te doen
komen.

Thans heeft de onderneming slechts weinig koelies
noodig, want de ontginningen zijn voibracht en de
productie is nog niet begonnen. De oudste tuinen
zijn taprijp, maar het schijnt, dat nog geen maatrege-
len voor het oogsten worden genomen, waaruit men
kan afleiden, dat het bij de tegenwoordige prijzen
voor de bandenfabrieken van Firestone voordeeliger
is in de open markt rubber te koopen dan zelf in een
betrekkelijk klein bedrijf te gaan produceeren. Dit
zou verklaren, waarom een fabriek nog ontbreekt en
waarom van de stichting van koeliedorpen geen werk
wordt gemaakt. Over eenige jaren zullen echter de
volle 48.000 acres, die thans in den grond zijn ge-
bracht, taprijp zijn en dan zal de productie in het
groot kunnen geschieden. Het zal wel van de dan
heerschende omstandigheden afhangen, wat Firestone
zal doen. Deze onderneming kan in ieder geval tegen
dien tijd 9 â 10.000 tons rubber voortbrengen en dit
kan voor de bandenfabriek van groot belang zijn, als
de prijzen weder eens omhoog gaan tengevolge van de
vernietigende werking van de huidige crisis of van
de uitvoering van een of ander beperkingsplan.
Een vraag, die men gaarne zou beantwoorden is
die naar den kostprijs van de Liberiaansche rubber –
maar waarschijnlijk zal een buitenstaander daarin
niet kunnen slagen. Er is een groot kapitaal in de
onderneming gestoken, dat echter in de boeken van Firestone geheel is afgeschreven uit de winsten van
de bandenfabrieken. Zooals de positie dus thans is,
zal Firestone alleen rekening behoeven te houden met de oogst- en verwerkingskosten van het product, zon-
der zich te bekommeren om rente en ‘afschrijving. Op
deze
wijze
berekend, zal de rubber niet duur worden,
ten minste als de bonen niet belangrijk zullen stij-
gen. Thans verdient een koelie ongeveer een shilling per dag, maar dit kan veranderen.
Aanvankelijk is er – volgens hetgeen me van vele
zijden werd verteld – nogal royaal met geld omge-
sprongen. Dit is begrijpelijk, omdat men toen haast
had, vreezende voor stijgende
prijzen
van het ruwe
product tengevolge van de restrictie. Men is bijv. be-
gonnen met 120 blanke employé’s, thans echter is •dit
aantal tot 15 teruggebracht – en vermoedelijk is op
elk gebied de eerste opzet te groot geweest. Het is
daarom waarschijnlijk, dat de totale kapitaalsuitga-
ven belangrijk zijn en een taxatie van $ 10.000.000 lijkt
me niet overdreven. Voor dit bedrag, waarin waar-
schijnlijk geen rente berekend is, heeft Firestone een
onderneming van 48.000 acres, die over ca. 5 jaren
geheel in productie kan zijn, zonder fabriek en zon-
der arbeiderswoningen.
Moge de onderneming door de omstandigheden, die
tot haar oprichting en tot den haastigen opzet dwon-
gen, wat duur geworden zijn, zoo kan men toch de
leiders van dit bedrijf de eer niet onthouden, dat ze
de moeilijke taak om een groot cultuurbedrjf in een
nieuw gebied op te zetten prachtig hebben voibracht.
Men moet over dergelijk pionierswerk niet licht
denken!
Een andere kwestie is of van economisch standpunt
gezien de vestiging van deze onderneming toejuiching
verdient. Komt men tot de conclusie, dat het erin
gestoken kapitaal een nuttiger functie had kunnen verrichten, dan mag men dit niet aanvoeren tegen
de energieke oprichters, want deze werden door de
ongelukkige restrictie tot deze verdedigingsdaad ge-
dwongen. * * *
Het geeft te denken, dat in Aequatoriaal en West-
Afrika geen groote landbouwbedrijven voorkomen en
men moet aannemen, dat daarvoor een gegronde ‘reden
bestaat. Bij de bestudeering van de verhoudin.gen, die
in deze landen heerschen, komt men spoedig tot de
conclusie, dat het arbeidersvraagstuk er zeer moeilijk
is en dat de ontwikkeling van land en volk allerminst
aanleiding geeft tot de stichting van intensief ge-
dreven bedrijven.

Over de dichtheid van de bevolking van Liberia
loopen de meeningen uiteen. Bij onderzoek komt men
echter spoedig tot de conclusie, dat de betrekkelijk
hooge
cijfers,
die men in sommige handboeken vindt
onjuist moeten zijn. De levensvoorwaarden zijn er
slechter dan in de omliggende landen, die profiteeren
van Westersch koloniaal beheer, de gezondheidstoe-
stand is er niet gunstig, men moet dus aannemen,
dat de bevolkingsdichtheid stellig niet die van over-
eenkomstige buurlanden overschrijdt. Uitgaande van
dit axioma en me verder baseerend op inlichtingen,
ingewonnen bij kenners van de binnenlanden van
Liberia, acht ik een schatting van 1.000.000 zielen

aan den hoogen kant. In West-Afrika is in den regel
het aantal vrouwen grooter dan dat •der mannen,
neem ik dus een mannelijke bevolking van 500.000
aan, dan is deze taxatie stellig niet te laag. Hiervan
zullen dan ca. 40 püt. geschikt zijn voor plantage-
arbeid, zoodat het alleszins aannemelijk is, dat men
de arbeidskrachten voor een onderneming moet zoe-
ken onder 200.000 mannen over het geheele land ver-
spreid.

Maar – er zijn verschillende stammen, die nog niet
voor arbeid in een eenigszins beschaafde omgeving
in aanmerking ‘komen, daar ze het bestaan van wilden,
levende van de jacht, leiden en bij wie kannibaalsche
gebruiken nog in zwang zijn, er zijn stammen, die aan
en ‘op zee leven en die voor den landbouw volkomen
ongeschikt zijn, verder is er overvloedig land ter be-
schikking van de bevolking, zoodat het grootste ge-
deelte van de stammen, die het land plegen te bewer-
ken, een ‘bestaan vinden in het kleine plantage-bedrijf,
dart! door hun leden wordt uitgeoefend, en tenslotte

houdt de Afrikaansche neger evenmin als de Azikti-
sche tropen’bewoner van regelmatigen, dagelijkschen
arbeid, zoodat hij alleen als de nood of de hoogere
machten in het land hem ‘dwingen zich voor het wer-
ken op een onderneming zal doen vinden.

Neemt men dit alles in aanmerking dan wordt het
duidelijk, dat het geringe aantal beschikbare werk-
krachten het land voor het grootlandbouwbedrijf on-
geschikt maakt en men begrijpt, waarom men in West-
Afrika geen landbouw-ondernemingen kent, zooals
men •die in Nederlandsch-Indië vindt. Het is dan
ook waarschijnlijk, dat Firestone de ontginning van verdere terreinen niet uitsluitend heeft gestaakt met
het oog op de lage rubberprjzen, maar dat op deze
beslissing ook het arbeidersvraagstuk van invloed is
geweest. Men zal eerst willen trachten een bevolking
te trekken en op te leiden voor de thans bestaande
ondernemingen om daarna te bepalen of ‘het mogelijk
zal zijn tot verdere uitbreiding over te gaan.
Daar in Liberia de gesloten dorpshuishouding ge-
lei’delijk voor het geldverkeer geopend wordt, d.w.z.
dat de negers gedwongen worden geld te verdienen
om belastingen te betalen, zullen in ‘de toekomst waar-
schijnlijk wel sommige arbeiders voor een tijdje
voor
loon willen werken, maar waar in dit land geen wegen
bestaan, is de afstand van de meeste dorpen tot de
plantages vele dagreizen, zoodat het niet zoo eenvou-
dig zal zijn de menschen naar de onderneming te
lokken, en als men hierin slaagt, zal het ‘de vraag
zijn of men ze vast zal kunnen houden, ook nadat ze
voldoende ‘hebben verdiend om aan hun verplichtin-
gen tegenover den fiscus na te komen.

Er is één gunstige factor! Men streeft naar de
afschaffing van •de slavernij en het is niet onmoge-
lijk, dat
vrijgelaten
slaven bereid gevonden zullen
worden zich op de terreinen van Firestone te vestigen
om daar op den duur een vaste bevolking te vormen.
Maar afschaffen van de slavernij is in theorie een
heel eenvoudige zaak, in ‘de practijk beteekent het
echter een ware ‘omwenteling, de overgang tot een
nieuw economisch systeem.
1)
Het zal dan ook niet zoo
9 Zie in dit verband het artikel van den heer Iiigthart
,,Slavernij en Pandelingsehap” in E.-S. B. van 23 Sept. jI.
(Red.).

14 October 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

915

vlug kunnen gaan, als men in Europa en Amerika
gaarne zou zien.

De Firestone-ondernemii:i.g zal zonder twijfel met
ernstige arbeidersmoeilijkheden te kampen krijgen en
als ze erin slaagt de noodige arbeiders aan te trek-
ken blijf t het een vraag of dit .gunstig is voor de
ontwikkeling van Liberia. De werkkrachten zullen onttrokken worden aan de kleine, zelfstandige be-
drijven, die gedeeltelijk te gronde zullen gaan en
daardoor zal de ontwikkeling van de plantages désor-
ganiseerend op de inlandsche maatschappij werken.
Een land, waar de grond zéS overvloedig is, dat
ieder bewoner zooveel kan bebouwen, als hij wenscht,
voor het intensieve groot landbouwbedrijf onge-
schikt en het moet zich eerst omhoog werken door
den opbloei van vele, kleine inlandsche bedrijven. Z66
ontleenen alle omliggende landen hun bloei aan de
productie van den zelfstandigen neger, die een over-
schot boven zijn eigen consumptie teelt in een exten-
sief gedreven bedrijfje.

Men kan dan ook niet verwachten, dat Liberia in
de toekomst een rol zal spelen in de plantage-cultuur
en in de productie van plantage-rubber. Het komt
me voor, dat Firestone niet verder zal kunnen gaan
dan tot het thans volbraehte.
Rubber als bevolkingscultaur is een mogelijkheid,
maar geen waarschijnlijkheid, want de neger prefe-
reert de loonende teelt van de hem vanouds bekende
gewassen: oliepalm, cocospalm, koffie, cacao, etc.
TH.
L.

INGEZONDEN STUKKEN.

DE VERWARRING IN HET GELDWEZEN.

Mr.
W.
Roosegaarde Bisschop te Londen schrijft
ons:

Met groote belangstelling heb ik gelezen, wat Prof.
Mr. Dr. G. M. Verriju Stuart schrijf t in het nummer
van 30 September 1931 over het verlaten van den gou-
den standaard door Engeland. Zijn oordeel verdient
groot respect. Toch meen ik, dat er op zijn conclusies
nog wel het een en ander valt af te dingen en dat – al
zijn de tijden zorgwekkend – de pessimistische op-
vattingen, waaronder ook hij gebukt gaat, niet ten
volle gerechtvaardigd zijn.
Prof. Verrijn Stuart laat buiten beschouwing, dat Engeland ‘geruiinen tijd den gouden standaard had
vaarwel gezegd, voordat met eenigen tegenzin in 1925
die standaard weer werd aangenomen. Het ‘is niet te verwachten, dat dit spoedig andermaal het geval zal
zijn en ik zie daarom niet goed in, hoe er in ide naaste
toekomst sprake kan zijn van een stabilisatie-proces.
Onder stabilisatie versta ik vaststelling van de inter-
nationale ruilwaarde van het Pond Sterling. Welke
ruilvoet dient daarbij te worden aangenomen? Zoolang
geen zekerheid is verkregen tegen een ongelijkmatige verdeeling van dien goudvoorraad, zal er in Engeland
groote tegen kanting bestaan tegen ‘de hernieuwing van
een goudbasis. Welk ander ru’ilmiddel zou de plaats
van het vaarwel gezegde goud kunnen innemen?
De denkbeelden van de Engelsche Regeering blijken
vrijwel uit de meermaler verkondigde meening, dat bij een sluitend budget de deflatie of devaluatie van
het Pond Sterling niet te vreezeu is. Aan de voorwaar-
de, d.w.z. het sluitend budget, wordt door Prof. Ver-
rijn Stuart en anderen getwijfeld, vooral wanneer zoo straks invoerrechterr de kosten van bestaan gaan ver-
hoogen. Omstandigheden kunnen natuurlijk onover-
komelijke moeilijkheden in den weg stellen, doch het
Engelsche karakter pleit er niet voor, dat de poging
voor een sluitend budget anders dan na harden strijd
zal worden ‘opgegeven, al is de politieke hemel daar-
“oor niet zonder zware wolken.
Indien Engeland erin slaagt om zijn interne fin’an-
ciëele aangelegenheden te regelen, waarom zou dan
voor de stabilisrstie van het Pond Sterling een terug-
keer tot den gouden standaard noodig zijn?
Prof. Verrjn Stuart erkent zelf geen ‘aanbidder

van het goud te zijn, vooral niet omdat het tot inter-
nationale wanverhoadingen kan leiden en heeft geleid door het ontbreken van een gelijkmatige en gemakke-
lijke verplaatsing van het goud, waardoor de roeping
van diat metaal om ter vereffening ‘van internationale
handelsbalansen dienst te doen ten eenenmale verlo-
ren ging en die vereffening zelfs in gevaar bracht.

Daarom en daarom alleen is in Engeland de gou-den standaard opgegeven. Weliswaar is dat gedaan
van Regeeringswege, doch het is gedaan op aandrin-
gen en op raad van de Bank of England. Daaraan
bestaat geen ‘bwijfel. Dat Engeland daarmede op het

oog zou hebben gehad zijn economische moeilijkheden
op zijn buitenlandsche crediteuren af te wentelen, is
een beschuldiging, die het karakter van den genomen
maatregel volkomen miskent. De gouden standaard
was reeds lang in di’scrediet en het opgeven ervan veel
langer in de pen dan juist September 1931. Had
Snowden de arbeiderspartij ertoe kunnen krijgen in

Januari 1931 ‘dien gevaarlijken, financiëelen toestand
in te zien, dan had men toen reeds een maatregel ge-
nomen, die de Bank of Engl’and geraden achtte in
het belang van ‘gezonde, internat:ionale handelsver-
houdingen.

Dat de maatregel op 21 September 1931 een gewel-
dige koersdaling tengevolge heeft gehad, kan nie-

mand ontkennen. Was die koersdaling gerechtvaar-
digdi en niet voornamelijk toe te schrijven aan de
schok van het plotselinge feit en het sterk heerschen-
cie wantrouwen, ‘dan ‘blijkt daaruit alléén reech, hoe
ongunstig ‘de handelsbalans van Engeland stond en

hoe deze moest leiden tot een verder verlies van goud-
voorraad. Dat verlies htd door buitenlandsche lee-

ningen misschien kunflen worden goedgemaakt, doch
deze waren uitgesloten, omdat Frankrijk feitelijk ver-
dere leenin’gen onmogelijk maakte. Daarmede was toch ook de handelsbalans n’iet verbeterd, ‘daar die
leeningen nieuwe schulden in het leven zouden roe-

pen, die Engeland’s buitenlandsche ‘verplichtingen
nog zouden hebben vermeerderd.

Het is gebleken, dat aan de functie van den gouden
stan’d’aard als vereffenaar van handelsbalansen groote

fouten kleven en dat die functie geenszins ideaal
kan worden genoemd. Heeft in deze het goud zijn tijd
gehad, ‘d’an is het de vraag, wat daarvoor in de plaats
kan worden gesteld. 1-let ligt m.i. in den aard van de
ontwikkeling van het credietwezen en van de inter-
nationale samenleving, dat zulks langs internationa-
len weg kan worden gevonden, hetzij door middel van
credietbiljetten en giroverkeer, hetzij langs den weg

van een internationale credietinstellin’g me’t een
clearing-systeem, zooals in Londen bestaat, waar geen
der depositobanken eenig goud hou’dt en de onder-

linge balansen tweemaal per dag in de boeken van
de centrale circulatiebanken worden vereffend. Het

aanbevelenswaard ige van een dergelijken internationa-
len maatregel en opheffing van een zwaarwich’tig en

nationaal egoï’stisch gou dverschepingssysteem is, dat
zij tot stand kun komen, zonder dat het opgeven van den goudstandaard door alle landen noodzakelijk is.

Het verei scht groote, internationale samenwerking,
(iie vrijwillig moeilijk ‘tot stand zou worden gebracht,
doch uit noodzaak mogelijk wordt.

Zoo een dergelijke vereenvoudiging van het inter-
nationale ‘geldverkeer en oplossing en voorkoming van
financiëele moeilijkheden zich uit den bestaanden
chaos zou ontwikkelen, clan zouden ‘de tegenwoor’dige
schokken en tegenspoeden ruimschoots zijn vergoed en zelf’s reden van bestaan hebben gehad.
1)

9 Met belangstelling hebban wij van de uiteenzettingen van
Mr. W. Roosegaarcie Bisschop kennis genomen, zonder dat
wij ons evenw’el in alle opzichten met zijn betoog kunnen ver-eenigen. Wij kunnen ouzen lezers mecledeelen, dat Prof. Ver-
rijn Stuart in een van de eerstvolgende nummers van ons
weekblad nader op dit onderwerp zal terugkomen. (Rad.)

916

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

14 October 1931

MAANDCIJFERS.

EMISSIES IN SEPTEMBER 1931.

Prov. en Gemeentelijke Leeningen
..
f
1.970.000,-

zijnde:

Nederla.nd
Gem. Almelo
f
2.000.000
i)

4
%
obi. a
986
%
….
f
1.970.000

Diversen

……………………
,,

600.000,
zijnde:
Nederland
Obligatiën
Haagsche Ha.ndel Mij. t.
Ex1. v. onr. goederen
f500.000 5
%
le hyp.
obi. a 100
% ……….
f
500.000
Onderling Bezit v. our, goe-
deren
f
100.000 5
%
obi.
1. 100
%

…………….
100
.
000

Kerkelijke Leeningeri ………….
,,

925.900,-
zijnde:
Nederland …………….
f
478.275
Amerika ……………….
250.625
België

…………………
197.000

Totaal .

f

3.495.900,–

Totaal der emissies in Januari ….
f
10.677.012,50

Februari

,,
13.120.117,50

Maart …..
,,
32.326.887,50
April ….. 22.246.295,51
Mei ……. ..107.262.528,15

Juni …….
,,
8.316.010,-

Juli …….
,,
26.048.738,75

Augus±us
.. .
,,
19.334.150,-

September
.
,,
3.495.900,-

Algemeen totaal.
.
f
243.428.300,51

t)
Waarvan f75O.000 op inschrijvingsvoorsvaarden ge.
plaatst.

Bovendien
f21.710.000,-
3fn3.
Schatkistpromessen 0.
f
993,56
12.220.000,- 6.

,,

,,,,
985,10
13.093.000,- 3
%
Sehil.tkistbiljetten

,, ,,
1.000,25
Voorts werd
in de
afgeloopen maand hier te lande de in-schrijving opengesteld op een beperkt bedrag:
4
%
obi. Zwitserland 0. 100
%
ter aflossing 5
%
leening
1923 (Introductie).
De Kerkelijke Leeningen zijn als volgt onderverdeeld:

Rente- Emissie-
Guldens voet koers
pCt.

pCt.

RK.
Kerkbest.
cl
.
P.
v.
cl.
II. Agnes,
A’dam, (waarvan
f
300.000 voor
conversie)

……………….
350.000

4

97%
Het Aartsbisclom

Utrecht

(conv.) 350.000

4

99
Ver. cle Visscherschool voor Christ.
M.IJ.L.O., Sassenheim (waarvan

f
18.000 voor conversie)

……
100.000

5

100
St. Joseph School, Goes (conv.)

.
100.000

4

97%
Ver. t.Bev. Y. h. Gest. v. •h. Arme
Kind Jezus (Ned. Prov.), Maas-
tricht

…………………..
300.000

434

100
RK.

iierkbest.

d.

Par.

v.

cl.

R.
Jeroen, Noordwijk (conv.)
325.000

4

98
1-1.11.

Martelaren

van

Gorcum,
A’clam (waarvan
f
752.000 voor
conversie)

……………….
800.000

4

98%
Congreg.

cl.

E. E. Z.
Z.

Francisca-
nessen

StalIn

Niagara,

New-
York

………………….$100.000
5

100%
Abdij der Benedictinessen, Wépion
200.000

5%

98%

G 1 RO-OM ZET BIJ DE NEDERLAN DSOHE BANK.

Juni 1931

II

Juni 1930

Posten I

Bedrag

II
Posten I

Bedrag

Rek.houders

52.513
f2.89O.201.000
49.334 f2.471.157.000
Door 11.-bank

plaatselijk

38.871
11
2.520.746.000 37.096 ,,2.159.755.000
Voldoening

Rijkehelast.

1.010 1
,,

10.357.000 1.239 1
,,

10.536.000

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN..
N.B.

beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

BANKDISCONTO’S.

Ned
J
B.1
1inn.Eff.
DisWissels. 3
29Sept.’31
Lissabon
….
7
8Aug.’31
4 29Sept.’31
Londen ……
6 21Sept.’31
Vrsch.inR.C.
4 29Sept.’31
Madrid ……
ilj 8Juli’31
Athene ……….
12262ept.’31
N.-YorkF.R.B.21
80ct.’31
Batavia ……….
qio
Mrt.’30
Oslo ……..
7 7 Oct.’31
Belgrado
……..
7120
Juli’31
Parijs ……..
21 9
Oct.’31
Berlijn ………..
8
2Sept.’31
Praag……
622Sept.’31
Boekarest
……..
8
31 Mrt.
1
31
Pretoria
..
..5
12Mrt.’31
Brussel ……….
2131 Juli’30
Rome ………
.
7 28Sept.’30
Budapest ……..
8
10Sept.
1
31
Stockholm
..
7
7 Oct. ’31
Calcutta ……..
8
22Sept.
1
31
Tokio …….5.8
5 Oct. ’31
Dantzig ……..
6 1Sept.
1
31
Weenen ……
10.22Juli’31
Helsingfors ……
I
1 Oct.
1
31
Warschau…
.
7j
3 Oct. ’30
Kopenhagen
….
6 26Sept.’31
Zwits.Nat.Bk.2
22Jan.’31

GELDKOERSEN.
OPEN MARKT.

1931

I28Sept./I

21)26
10 Oct. 5
11
OOct.1 3Oct.

Sept.

1930

j

6!
,
0C.
Ç,,
20C

1929

~2

0
.
12
4

914

li

Amsterdam

115116

1

Partic.dlsc.
251s
2116-
3
/4
2
1
14’3
2
14
2114
1
5
18-
7
/8
5
1
18″h
3
1
I8-116
Prolong.
3 3
3-412
33/
4

1114-3/
4

4
1
/25
211
4
_S!,
Londen
Daggeld…
31
12

5

3-5
3-55
3/4-5
1
S
1-2
4-7
121
4
2
Partic,dlsc.
53/_718
5
9
I16-Is
5
911e-7
/8
5
1
12-/4
2
3132-
5
132
63116_1/4

2
1
14-‘!.
Berlijn
Daggeld…
9-10
8112_I1
8112_1115
8_10112
3-6
611210

Partic.disc.
30-55
d…
8
8
8
8
37145
7
1
14-I8

56-90 d…
8
3-8
3-8
3-8
318
-5

7114/8
.21/8_11,
Waren-
wechgel.
811
2

8
1
I2
8’11
8
4ij85
1
/81I
7I8-I4

Nea,
York
Daggeld
1)
2

1
/4
112214
112-
3
/4
I11214
21/4
5

6’14

Ih14_21
2
Partic.disc.
2
1
18
1 2
1
18-
5
18
1
5
1
1118314
2

II
511
4


t)
Koers
van
9 Oct. en daaraan voorafgaande weken t/m Vrijdag.

WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAND.

flafa
New
Londen

1

Berlijn
Parijs
Brussel
Butat’Iu
York)
0
)
0)

•) •)
t

6 Oct.

1931
2.47
8

9.55
56.75
9.76 34.75
7

1931
2.48 9.65
56.80
9.77J
34.75

8

,,

1931
2.48k
9.51
57.65
9.78
34.70

9,

,,

1931
2.477
9.59
58.30
9.77
34.70

997/
16

10

,,

1931 2.4634
9.53 57.75
9.73k
34.65
9934 12

1931
2.46% 9.60
57.-
9.72
/ 34.65
99
Laagsted.w.l)
2.46
9.42%
55.80
9.69 34.50
1
.
91
Hoogste
d.w
1
)
2.49
9.75
58.50
9.80 34.95
99
3/
4

5 Oct.

1931
2.49 9.45 57.15
9.82
34.85
99
28 Sept. 1931
2.49
1
/8
9.80
59.-
9.84
34.85

Muntpariteit
2.48%
12.10%
59.26
9.75
34.56
100

Data
Zwit-
serland
Weenen
Praat
Boeka-
Milaan
Madrid
ij
rest’)
*0)
0*)

6 Oct.

1931
48.75
31.-
7.38
– –

7

1931
48.67)4
31.-
7.38



8

1931
48.6731
30.50
7.38



9

1931
48.65
31.-
7.38

12.74

10

,,

1931
48.65
30.50
7.40

12

1931
48.50
31.-
7.37J

– –
Laagsted.w.l)
48.25 30.50
7.30

12.40
22.-.
Hoogsted.wl)
48.75 31.50 7.421

12.85
22.75
5 Oct.

1931
48.67% 31.50
7.38

1
2.721
22.15
28 Sept. 1931
49.-
34.85



22.75

1
48.52
Muntpariteit
48.-_
35.10
7.371
1.4881
13.09

Data
Oslo
)
sing-
te’)
holm

6 Oct.

1931
57.75
55._
55._



7

1931
57.75 55.50
55.50


8

1931
58.-
55.- 55.-
– –

9

1931
58.-
55.-
55.-



10

1931
57.50
54.50 54.50
-.


12

1931
58.75
55.-
55._

53%
2.25
Laagsted.w.
1
)
55.50
54.- 54.-

53
2.15 oogste d.w’)
60.-
56.-
56.-

5434
2.30
5 Oct.

1931
58.50
55.- 55.-



8 Sept. 1931






lduntpariteit
66.67
66.55
68.67
6.26JI
954
2.48%
,
roteering te Amateraam. )
1’lot.
te I(otternam.
t)
van.
opgave.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht
v’tor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

14 October 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

917

KOERSEN TE NEW YORK.
(Cable).

0

l

Londen
(8 pers)
Parijs
($
P.
IOOfr.)

Berlijn
($
p. 100 Mk.)
Amsierdan.
($ p. 100 gld

6 October 1931
3,93
3,937/
s

23,-
40,27
7

1931
3,858%
3,9318 23,10
40,31
8

1931
3,8634
3,94k
23,60
40,31
9

,,

1931
3,87
3,90i
23,50
40,60
10

1931
3,9034
3,94
1
/8
23,40
40,65
12

1931



13 October1930

– – –
Miintpariteit..
4,8667
3,901/
s

1

23,818%
40’1,

KOERSEN TE LONDEN.

8-loo
fsen en
Landen
Noteerings.
een lieden
26Sept.
1931
3
Oct.
1931
5
Oct.110 Oct.
’31
LaagsteHoogstç
10
Oct.
1931

Alexandrië. .
Piast. p.Y,
971,
9731
977/
I6
979i
1

97
p.X,
300
300
280
320
400
Athene ……Dr.
Bangkok….
Sh.p.tical
-.




Budapest …
Pen.
p
£

32
2
)
32 32 32
Buenos Aires
d. p.$
35
3134
285/
8

32
3
%
295j
Calcutta
..
. .
Sh p. rup.
115
25
1
32

1/5
25
,
52

1/5
25
/
1/5
18
/
16

15 lu
Constantin..
Piast. p.
£
800
805
780
820
790
hongkong ..
Sh. p.
$

1/2
3
/
1/2
1/4
1/3l/
Sh. p. yen
2/834
2/6
2)5
217
2/6
obe

…….
Lissabon
…,
Escu. p.
£
110
109%
1098,
8

110
109%
Mexico

. .
..
$
per
£

11.25
10.24
11.75 10.24
Montevideo
.
d.perL
24
2134
20
22
21
Montreal

$
per
£
4.10
4.47%
4.20
4.55 4.27%
Rio d. Janeiro d. per Mii.
3 3
3;
9
1

3
3-i
Shanghai …
Sh. p. tael

1/6%
116%
1/8/

Singapore ..
id. p.
$
2/3k
2/3
3
%
2/384
2/4
1
/
8

2/4
1
/
82

Valparaiso’).
$
per X
31.50 32.50
31.20
32.50
32.-
Warschau ..
ZI. p. £

3434
32 37
3
lki

‘1 90 dg.

ZILVERPRIJS

GOUDPRIJS
5)

Londen’) N.York’)

Lou,de,,
5 Oct.

1931..

1734

287/
8

5 Oct.

1931….

108/6
6

1931..

161i

28%

6

193L…

108/3
7

1931..

16
7
/8

29′

7

,,

1931….

1058 1931..

175j

29
3
j

8

1931….

107/8
9

,,

1931..

17z/

29%

9

1931….

107/.
10

,,

1931..

177,,

29
7
/
s

10

1931….

107/-
11

Oct.

1930..

161/
5

35%

11 Oct.

1930

..

84/11%
z7

Juli

1914..

2416,,

59

27 Juli

1914-
.

84111
‘Ii

pence p.oz. stand.
1)
Forelgn silver in Sc. p.oz. tine.

li’i ‘h.
p.
oz.
fin

STAND VAN ‘s RIJKS
KAS.
Vorderingen.
1

30Sept. 1931
1

7 Oct. 1931

Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
derlandsche

Bank ………………
./

11.825.845,61
/

3.622.(,89 88
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,

294.505.82
,

652.339,91
,, 105.89.122,65
107.617.325,84
Id.

aan

Surinan,e …………………
12.454.771,35 ,

12.558.213,31
,.

7.125.401,25
,.

7.179.1 17,90

Voorschotten aan Ned.-lndlg……….

Kasvord. weg. credietverst. a/h. hiiitenl.

117.121.255,70

»
117.577.807,43
Id.

aan

Curaçao…………………..

Saldo der postrek. v. Rijkscomptabelen
20.911 .P53,68
24.574.530,85
Vordering ojh. Alg. Burg. Pensioenf.1)
,

268379,37

Id. op andere Staatsbedrijven
1)
……..
,,

11.660.629,75
,,I1.905.629,75
Verplichtingen.
__

Voorschot van De Nederi. Bank ing.j
art.

16 van

haar octrooi …………
– –
Daggeldleeningen ………………..


Schatkistbiljetten in omloop ……..
t
165.615.000,-
Schatklstpromessen in omloop
151.890.000,-.
186.900.000,-
Waarvan rechtstreeks bij

De Neder

landsche Bank geplaatst


,,

2.260.954,-
2.248.016,50 Schuld op uIt. Aug.’31 aan de gem. ver-

…..
…..

strekt wegens voor haar door de

1
l78.
.560.000,-

Rijksadm. geheven

gem.

ink.

be-

Zilverbons in

omloop ..

… ……..

last, en opcenten op de Rijksink. bel.
,,

9.731.374,90
,

9.731.374,90
Schuld op uIt. Aug. ’31

aan

de gem.
wegens aan

haar

uit

te

keeren
hoofdsom der person. bel., aand. in de hoofds. der grondbel. endergem.
fondsbel., alsmede opc. op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting
,,

835.859,30
835.859,30
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)

1.555.462,04
Id. a. h. Staatsbedrijf d. P., T. en T.’)..
Id. aan andere Staatsbedrijven’) …….
,,

24.164.380,19
1.201.836,91
,,

32.249.457,26
1.226.836,91
Id. aan diverse InstellIngen’) ……….
4.661.086,72
,,

4.659.467,99
1)
In rekg.-crt. met ‘8 Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH.INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
3 Oct. 1931

1

10
Oct. 1931
Vorderingen:
Betaalmiddelen in
‘8
Lands Kas

– –

w.o.
muntbiljetten

………… ………..

Verplichtingen:
Voor8chot
‘s
Rijks kas e. a. Rijksinsteil.
flO6.987.I700,-
j
107.954.000.-
Schatkistpromessen
………………..
20.5fl0.000,-
21.350.000,-
,.

15.570.000.-
15.570.000,-
Muntbiljetten in omloop
………….
5.403.000,-
,

5.414.000,-
Schatkistbiljetten

……………….

Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.
,

606.000.-

606.000.-
Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.,,
…666.000,-
925.000,-
Voorschot van de javasche Bank……
10.900.000,-
9.967.000,-

NEDÉRLANDSCHE BANK Verkorte Balans op 12 October 1931
4otiva.
Binneni. Wia-g’Ufdbk.
f
124.881.083,36
se1s,Prom.,Bijbnk. ,,

6.291.584,43
enz.in disc.Ag.sch. ,, 10.984.1145,32 f

142.157.616,11
Papier o. h. Buiten!, in disconto ……
Idem eigen portef. .
f
101.952.569,-
Af :Verkocht maar voor
debk.nognietafgel.

101.952.569,-
lieleeningen

Hfdbk.f

51.300.501,55
mcl.
vrach.
Bijbnk.

7.693.224,81
i
n

rek.-crt.
Ag.sch.
,,

57.181.166,85
op
onderp.

f
116.174.893,21

Op Effecten

……fll4.824.O3O,86
OpGoedereuenSpec.
,,

1.350.862,35

,,
116.174.893,21
Voorschotten a. h. Rijk
…………….

..

Munten Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f

93.691.925,-
Muntmat., Goud
..

704.565.373,12

f
798.257.298,12
Munt, Zilver, enz..

29.988.565,05
Muntmat.

Zilver..
it


,,
828.245.8d3,17′
Belegging
1/5
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

……………………

..
27.010.138,15
Gebouwen en Meub. der Bank
……..

..
5.000.000,_
Diverse

rekeningen
……………….,
41.244.536,70

Passiva.
f
1.261.785.616,34

Kapi taal ……………………….
f

20.000.000,-
Reservefonds …………………… ..7.563.205,59
Bijzondere reserve ………………. ..8.000.000,-
Pensioenfonds ………………….,, 7.462.200,07
Bankbiljetten in omloop ………….. ,, 1.056.608.625,.-
.Bankassignatiön in omloop …………
58.700,87
Rek.-Cour.5 Liet Rijk
f
2.294.052,66
saldo’s:
‘1.,
Anderen,, 154.935.832,25

157.229.884,91

Diverse rekeningen ………………«

4.862.999,90

f
1.261.785.616,34

Beschikbaar metaalsaldo ………….
f
342.402.403,11
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is. ,, 856.006.010,-
1) Waarvan In het buitenland
f
148.664.044,35.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Goud
Andere
Beschikb.
Dek-
Data
Munt
1
Muntmat.
Circa
laile
opeischb.

I
schulden
Metaal-
saldo
1)

ktng
perc

12 Oct.

’31
93.692
704.565
1056.609 157.289
342.402
68
5

,,
’31 93.692
698.507
1070.195
151.059
334.057
67
28 Sept.
’31
93.692
608.788
1034.641
186.955
245.828
60
21
’31
88.692
614.439
988.755
208.156
257.042
62
14
1
31
88.692 575.977
944.234
173.350
250.659
62
7
’31
88.689
569.114 957.064
146.649
249.512
62

13 Oct.
1
30
64.732 350.802
826.136
43.243 90.977
50

25
Juli
’14
65.703
96.410
310.437
6.198 43.521
54

Totaal
Schatkist-
B
1
ee-
Papier
Diverse
Data
bedrag
promessen
,,

g
n
op
het
reke-
disconto’s

142.158

rechtstreeks
buiten!.
ningen
5)

12 Oct.

1931

116.175 101.953
41.245
5

,,
1931
146.160

114.526
102.061
51.392
28 Sept.
1931
109.852

110.903
218.833 62.554
21

,,
1931
64.842

112.053
231.206
67.783
14
1931
47.063

89.658
228.168
69.558
7
1931
48.155

87.883 229.661 61.422

13 Oct.
1930
47.391

81.173
250.276
54.469

25
Juli
19141
67.947

61.686 20.188
509
‘i eaert aen DanKstaat van s Jan.

zq weaer op cle nasis van 9
metaaldekking. ‘) Sluitpost activa.

CURAÇAOSCHE BANK.
Voornaamste oosten in duizenden guldens.

Data
Metaal
Circu-
latte
Dis-
conto’s
Vor-
sotten

I

ch
aan de
kolonie

Diverse
reke-
ningenl1ninge

1
Diverse
reke-
nl

1
September1931
4.671
5.214
228
13
1.248 350
1
Augustus 1931
4.678
5.236
227
76
1.125
276
1 Juli

1931
4.674
5.145
132
11
8

1.293
372
1
Juni

1931
4.641
5.188
133
1233
1.403
521
1Mei

1931
4.834
5.398

134
111
1.421
508
1
April

1931
4.836
5.546
135 167
1.329 327

1
September1930
4.616 5.989
155

1

321
2.048

1

587
1) blunp. der activa. 9Slultp. der passiva.
3)
Schuld aan de Kolonie.

918

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

14 October 1931

JAVASCHE BANK
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
Andere
IBeschjk6.
Data
Goud

I

Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal-
schulden
saldo

10 Oct. 19311
17200
248.400
21.300 65.120

3

,,

1931
167.900
239.500
27.500
61.100

26 Spt. 1931
166.400
237.700
31.500
58.720

12 Spt. 1931
‘110.010

40.012
245.589
29.899
39.827

5

,,

1931
100.289

42.583
245.770
31.496
41.966

29Aug.1931
110.272

39.383
240.044
27.009 42.834

22

,,

1931
110.252

39.957
241.928
27.737 42.343
11 Oct. 1930 138.783

31.599
264.898
30.903 52.062
12 Oct. 1929
146.393

23.046 314.477
58.604
22.167

25 Juli1914
22.057

31.907
110.172
1

12.634 4.842

Dis-
Wissels,
buiten
Belee-
verse
Dek-
Fclngs-
Data
conto’s
N.-Ind.
ningen
g
percen-
beiaalb. lage

10Oct.1931
64

3

,,

1931
88.700
*s*
63
26Spt.1931
92.800

62

12 Spt. 1931
30.982
54
9.888
24.938

42.672
3

,,

1931
9.966
21.971

44.948
31.196
52
29Aug.1931
9.815
21.003

44.134
30.872
56
22

,,

1931
9.555 17.420

42.469
41.133
56

11
Oct. 1930
9.463 31.412

47.699 39.959
58
12 Oct. 1929
10.176
39.853

128.283
29.671
46

26 Juli1914
7.259
6.395

75.541
2.228
44

‘) Stuitpost
activa.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.

Data
Metaal
Bankbilf.
in
circulatle

Bankbilf.
in Banking
Deparim.

I
Other Securities
Disc.and
Advances
ecur t e

7 Oct.

1931
136.565
359.324
50.915
16.898
25.715
30 Sept. 1931
136.160
357.209 52.609
14.774
25.876
23

,,

1931
134.974
352.676 55.952
13.579 26.141
16

,,

1931
136.880
351.618
58.956
8.321
25.788
9

1931
137.206 353.931 56.964
8.291
27.743
2

1931
135.668 354.976
54.361
7.262
26.678

8 Oct.

1930
158.683
359.560
57.917
4.879
22.530

22 Juli

1914
40.164 29.317 33.633

Data
00v.
Sec.
1

Public
Depos.

Other Depostis
1

Other
Bankers IAccountsl

1

1
1
Reservet
1

Dek-
kings-
perc.
1)

7 Oct.. ’31
64.126 10.594 78.859
51.879 52.240
36
29
1
82

30Sept.’31
68.976
30.089
62.642
52.565
53.951
1/8
23

’31 60.176
23.018 64.915
50.963
57.298
41l
182
16

’31
49.391
16.574
58.437
50.459
60.263
48
9

’31
51.146
21.808
54.845
50.533 58.276
4518/1e

2

’31
53.736
12.925
60.352
51.838
55.692
44

8Oct. ’30
44.666
12.861
66.447 34.251
59.123
52

22 Juli
1
14
11.005 13.736
42.185
29.297
52
1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen francs.

IZiiver
goedl
Wis-
1

Waarv.

Belee-
Renteloos
Data
Goud
I

Te
in het
1

sels

1
op het
I
.

I
ningen
voorschot
buitenl.
Ibuifenl.
a.d. Slaat

2Oct. ’31
59.814
923
13.830
19.420
12.808
2.916 3.200
25 Spt. ’31
59.346
916 12.364
18.711
12.830
2.754
3.200
18

’31
58.575
900 14.617 17.359
12.921
2.768
3.200
11

’31 58.578
898
15.803
17.477 12.981
2.791 3.200

3 Oct ’30
49.101
455
6.562
24.081
19.033
2.946
3.200

23 Juli’14
4.104
840

1.541
8
769

Boos v. d.I
Diver-
Rekg. Courant

Slaat
I

_
Zelfst.
t Part!-
Data
zelfst.
sen
1)
Circulatie
amorf. k.
Iamort.k.Iculieren

2Oct.’31
5.065
2.458 81.514
1.006
6.600
17.992
25Spt. ’31
5.065
2.136
78.173
832
6.524
18.542
18

,,

’31
5.065
2.148
.
77.575
1.417
6.760
18.426
11

,,

’31 5.065
2.132
78.198 1.072 6.919
19.608

3 Oct. ’30
5.304 2.076
74.516 3.910
6.081 7.449

23 Juli’14


5.912
401

943
1)
Sluitpost activa.

DLJITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichsmark.

Daarvan
Deviezen
Andere
-_______

a a
,,
U
bij bui-
als goud-
wissels
Belee-
tenl. circ.
dekking
en
ningen banken
1)

geldende
che4ues

7 Oct.

1931
1.219,3
62,8
141,5
3.688,1
167,6
30 Sept. 1931
1.300,8
100,5
138,8
3.545,4
300,5
23

1931
1.374,4 99,6
297,8
2.994,7
141,2
15

1931
1.372,1
99,6
356,2
2.868,8
163,7
7

1931
1.370,5 99,6
400,4
3.021,4
151,4

7 Oct.

1930
2.443,0
149,8
136,2
2.038,7
60,1

30 Juli

1914
1.356,9
– –
750,9
50,2

D
0
a
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.- Diverse
ten
Activa
1
)
latie
Crt.
Passiva

7 Oct.

1931
103,0
855,4
4.522,9
500,5

790,5
30 Sept. 1931
103,1
944,3
4.609,2 613,4
818,6
23

1931
103,1
933,1
4.173,9
540,3
788,2
15

,,

1931
103,0
919,5
4.249,6
393,4
775,8
1931
102,9
830,1
4.292,1
434,1
755,4

7 Oct.

1930
102,5
639,5
4.501,4
347,4
239,5

30 Juli

1914 330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
1)
Onbelast.
ij
W.o.
i7
OCt.,
30, 23,
l,
1
sept. ii,
7 Oct.
30, resp. 13;
5; 19; 15;
17; 42 miii.

NATIONALE BANK VAN BELGIE.
Voornaamste posten in millioenen Belgas.

Data

Goud
In.
0

e
.,

.1..-
0

Rekg. Cr1.

1931

1
0,
iz

8 Oct.
2535

875
50
290
1.581
13
199
1

,,
2497

1

18431
50
290
3.556
42
124
24Sept.
2492


18601
35
290
3.457
22
239
17
1626
831

833
t

36
290 3.335
42
277
10

,,
1624
821

18411
33
290
3.363
9
278
9Oct.’
1292
864

7451
32
311
3.142
16
103

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

‘Data
betaal-
middel,
Zilver
Totaal
Dekking
F.
R.

In her-
disc.
v.
d.
In de
open
bedrag
Notes
etc.
member
banks
markt
gekocht

23 Spt. ’31
3.327,4
2.188,4
164,1
309,8
243,2
16

’31
3.485,7
2.225,8
162,1
263,0
217,8
9

’31
3.470,0 2.220,4
158,7
260,2
197,8
2

’31
3.465,0
2.194,5
168,0
257,3
197,9
26Aug.’31
3.485,5
2.181,9
172,2
241,7
180,5
19

,,’31
3.472,9
2.154,1
169,7
230,6
154,6

24 Spt. ’30
2.989,9
1.579,8
151,9 167,2
197,7

Belegd
F.R.
Notes
1


1
Totaal

Gestort
aiia-
Dek-
Ai
em.
Lfek-
Data
in
u. s.
Oov.Sec.
in circu-I
f&°;
Kapiiaal
kings- kings- latie
1
perc.’)
perc.’)

23 Spt.’31
738,0
2.045,0
2.487,0
166,8
73,4
77,0
16

’31 742,5
2.005,9 2.645,5
166,9
74,9
78,4
9

’31 728,1
2.010,3
2.553,7
167,1
76,0
79,5
2

’31
728,1
1.958,2
2.616,8
167,1
75,7
79,4
26Aug.’31
728,0
1.945,5
2.634,3
167,2 76,1
79,9
19

,,

’31
727,9
1.901,8 2.606,2
167,2 77,0
80,8

24 Spt.’301
601,8
1.347,7
2.483,5
1

170,6
79,9
82,0
.1) verhouding totalen goudvoorraad tegenover OpeisCobare
schulden: F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
voorraad muntmateriaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
Aantal
banken
conto’s
DI
en
beleen.

Beleg-

.

gingen
de
F.
R.
banks

Totaal

I

depo-
sito’s

Waarvan
time deposits

16 Spt. ’31
113
14.263
7.869
1.858
20.449
6.895
9

’31
113
14.333 7.683
1.739
20.145
6.950
2

,,

’31
107
14.398
7.665
1.807
20.289
7.003
28Aug.’31
94 14.335
7.695
11.787
20.254
7.017
19

,

’31
90
14.338 7.663
11.814
20.299
7.058

17 Spt.’30
28 16.881
6.369
1.836
21.248
7.448
Aan net erna van ieaer Kwartaal worat een overzicn;
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

14 October 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

919

GOEDERENHANDEL.

GRANEN
13 October 1931

Terwijl ii.i het begin der afgeloopen week de omzetten
iii t a r we beperkt en koopers terughoudend waren, ver-levendigde later de vraag en kvarnen omvangrijke zaken
tot stand. Engeland kocht hoofdzakelijk Manitoba en Rus-
sische ta-rwe, in Frankrijk NverAen flinke zaken, hoofdza-
kelijk in Manitoba’s en Durunis, gedaan en ‘in Nederland in Russische tarwe. In Engeland speelde de koers van het
Pond weder een belangrijke rol. liet Pond was in die dagen
lager en de vraag werd daardoor gestimuleerd. De ver-
schepingen uit Rusland waren weder van hinken omvang,
iiiettegenstaande op verschillende dagen berichten de ronde
deden, welke vermindering cliër versehepingen deden ver-
wachten, terwijl ook bij voortduring geklaagd wordt over
onvoldoende resultaten bij de inzanieling. De Russen heb-
ben flinke voorraden tarwe onverkocht in West-Europa op-
geslagen en zijn bovendien ook met stoomende partijen aan
dc markt. net
is zeer de vraag, of cle Russische financiëele
positie vermindering van den uitvoer toelaat en het zou wel eens kunnen zijn, dat Rusland voort moet gaan mct
uitvoeren om daardoor in het bezit van buitenlandsch geld te komen, niettegenstaande de opbrengst, zooals wel alge-meen wordt aangenomen, kleiner is dan in het vorige jaar.
De Vereenigcle Staten ondervinden moeite bij het plaatsen
hunner offertes, omdat tengevolge van den gedeprecieerden
wisselkoers in Canada de ilanitoba in verhouding goedkoo-
ier wordt aangeboden. De omzetten
iii
Amerikaansche
Harciwititer ‘tarwe zijn dan ook beperkt. De laatste schat-
ting van het Landbouwbureau te Washington geeft een
opbrengst van voorjaarstarwe van 109 niillioe,n bushels
tegen in cle vorige maand een geschatte opbrengst van
111 millioen. Deze laatste schatting is lager clan verwacht
werd. Het gemiddelde cijfer, waarop particuliere oogst-
experts kwamen, bedroeg 113 m’illioen. Dc termijnmarkt te
Chicago is in den loop der week aanmerkelijk gestegen en
sloot op 10 October 5 elollarcents per 60 Bis. h’ooger dan
een week geleden. Te Winnipeg sloot de markt op 10 Octo-
ber 3 clollarceuts hooger clan cle vorige week. Gisteren wa-
ren de termijnmarkten in Noord-Amerika gesloten. Ook in
Argentinië waren de koersen algemeen aanmerkelijk hooger.
De December-termijn steeg te ]3uenos Aires 47 centavos,
te Rosario 49 centavos per 100 KG. Ook in Argentinië
waren de markten gisteren gesloten. Deze verhooging is ge-deeltelijk een gevolg van cle door het Ministerie van Land-
bouw bekend gemaakte eerste schatting van cle bebouwde
oppervlakte. Deze wordt geschat op 17.228.000 acres tegen
de eerste schatting in het vorige jaar van 21.306.000 acres.
In het vorige jaar werd per slot van rekening van 19.690.000 anres geoogst, wat voor Argentinië ten groote bebouwde op-
pervlakte was. De vooruitzichten in Argentinië zijn gun-
stig en de grootte van cle opbrengst zal meer van ‘het weer
dan van de bebouwde oppervlakte afhangen. liet Ministerie
heeft een nieuwe schatting gepubliceerd van de voor uit-
voer nog aanwezige voorraden. Deze worden nu geschat op
4.784.000 quarters tegen 5.129.000 quarters op 29 Septem-
ber. Uit cle Vereeuigde Staten zijn weinig nieuwe berich-
ten over wintertarwe. In verschillciide streken wordt ge-
klaagd over gebrek aan regen, waardooi- de uitzaai ver-
traagd wordt. Uit Australië komen gunstige beriehten en
de vooruitzichten van den nieuwen oogst zijn over het al-
gemeen veelbelovend.
J)e prijzen aan de
1′
o g g e-markt hebbeu slechts weinig
veraiccleri lig ondergaan. liet aanbod van Russische en
Noord-Amerikaansehe rogge vindt slechts malige belang-
stelling en
01)
sommige dagen werden de prijzen eenigs-
zins verlaagd De verschepingen van Russisehe rogge zijn
belangrijk toegenonuen, doch de Russen zijn met hun stoo-
‘inenden voorraad niet dringend aan cle markt. Canadeesche
rogge is op verschillende dagen in prijs gedaald tengevolge

van den wisselkoers, doch later weer gestegen, tengevolge
van prijsverhooging aan de ‘termijnmarkt te Winnipeg,
welke op 10 October 3 dollarcents per 56 lbs. hooger sloot
dan een week tevoren. Te Chicago steeg de roggekoers in
clenzelfden tijd 24 dollarcents per 56 ibs. Iii het bégin der afgeloopen week was de stemming voor
in als nog zeer flauw en konden ‘binnenkomende partijen
slechts verkocht worden op het lage niveau van het einde
der voorafgaande week. Sedert is een verbetering ingetre-dien, daar het aanbod van aangekomen ma.ïs verminderde,
cle prijzen in Argentinië sterk opliepen en afladers hun
prijzen verhoogden. Aan de termijnmarkt te Buenos Aires
sloot mais 35 centavos, te Rosario 37 centavos per 100 KG.
hooger. De verdere daling van den pesokoers had op de
prijzen geen invloed, ‘omdat Argentijnsehe afladers met de
banken overeengekomen zijn hun pesos te koopen tot een
koers, welke vrij aanmerkelijk hooger is dan die op de in-
ternationale wisselmarkten. De verschepingen van mais uit
Argentinië waren in de vorige w’eek buitengewoon groot
en grooter dan zij tot nog toe ooit in een week geweest ivaren.
Van den voor uitvoer nog aanwezigen voorraad mais is een
nieuwe schatting door de Argentijiische regeering bekend ge-
maakt van 11.454.000 quarters tegen 14.113.000 quarters
op 29 September. Afladers aan den Donau zijn begonnen met het doen van aanbiedingen van mais tot lage prijzen,
doch daarvan is nog geen gebruik gemaakt. De vooruitzich-
ten van den oogst in Roemenië blijven gunstig en men is
begonnen met het binnenhalen van den oogst. Het laatste
verslag van Washington schat de opbrengst van mais in
cle Vereenigde Staten op 2.703 millioen bushels, de vorige
schatting bedroeg 2.715 millioen, de opbrengst in het vorige
jaar 2.081 niillioen ‘bushels.
De stemming voor g e r s t is in de afgeloopen week vas-
ter geworden en men betaalde ccii matige verhoogin’g voor
stoomende en ladend/geladen partijen. Het aanbod van
Donaugerst was beperkt en de Russen waren ook niet drin.
geiid aan cle markt. De consumptievraag was iets levendiger,
doch van grooten omvang waren de zaken niet. Gisteren
was de stemming weder iets kalmer met beperkte omzet-
ten. liet Landbouwburean te Washington schat cle opbrengst
van gerst in de Vereenigde Staten op 216 millioen bushels
tegen 212 millioen op 1 September en con opbrengst in
het vorige jaar van 326 millioen.
Il)e markt voor Ii a v c r onderging weinig verandering,
prijzen bleven ongeveer
01)
gelijke hoogte niet matige vraag,
vooral voor de Russische soorten. In Argentinië stegen de
prijzen aan de termijnmarkt 40 centavos.

SUIKER.
De steinriuing op de verschillende Suikermarkten was
gedurende de a.fgeloopen week nogal prijshoudend. De
markten werden beïnvloed door de gebeurtenissen in Ame-
rika, alwaar de steunactie val! President Hoover de alge-
mcciie nervositeit eenigszins tot bedaren heeft gebracht.
Het is een merkwaardig verschijnsel van dezen •tijd, dat de
cijfers van Dicht, in liet vorige weekbericht opgenomen, welke
in normale omstandigheden een haussefactor zonden zijn
geweest, hoegenaamd geen indruk hebben gemaakt.
In A m e r ik a zijn eenige partijen riiwsuiker van
eigenaar verwisseld tot ca. 1.45 d.c. c. & Ir. voor Cuba-
suiker.
De N e w-Y o r k s c h e termijnmarkt fluctueerde slechts
weinig. De noteeringen luidden aan het slot als volgt:
Oct. 1.41; Dec. 1.40; Jan. 1.37; Mrt. 1.36 en Mei 1.38,
terwijl de laatste noteerin’g voor Spot Ceutr. 3.45 bedroeg.
De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver. Sta-
ten bedroegen deze week 40.000 tons, de versineltingen
49.000 tegen 55.450 tons verleden jaar en de voorraden
218.000 tons tegen 269.000 tons.
De laatste C u b a-statistiek is als volgt:

AANVOEREN
in tonB van 1000 KO.

Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
4-10
Oct.

I
Sedert
Overeenk.
4-10
Oct.
Sedert
Overeenk.
1931
1930
1931
1
Jan.
1931
tijdvak
1930
1931
1Jan.
1931
tijdvak
1930

Tarwe

…………….
45.887 1.206.642
1.295.502
416
22.455
78.141
1.229.097
1.373.643
Rogge

…………. ….
16.451
274.815 359.188

1.007
26.354 275.822
385.542
548
21.305
13.729
52
247
1.785
21.552
15.514
Male ………………
38. 779.
997.706
799.063
3.677
221.472
147.429
1.219.178
946.492
12.411
481.697 471.305
3.833 39.499
39.234 521.196 510.539

Boekweit ………………..

215.026
151.806

2.826
3.040
217.852
154.846
Gerst

……………….

Lijnzaad

…………..
5.986

158.950
67.920
7.351
372.066 211.633
1

531.016
279.553
Haver

……………….909

1.901
91.830
106.912

204

.
100
92.034
107.012
Lijnkoek

……………..
69.571
1
107.553 862
21.014
33.259 90.585 140.812
Tarwemeel

…………..417
Andere meelsoorten
..
1.193
31.318
16.856
294 9.919
3.972
41.237
20.828

920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

14 October 1931

.1931

1930

1929
tons

tons

tons
Productie …………….3.122.000 4.671.260 5.156.315
Voorr. overgebracht per 1/1 1.390.000

321.000

193.000
Consumptie …………..115.000

116.000

120.315
Weekontv. afscheephavens 48.833 27.720 20.229
Totaal sedert 1/1 ……..1.872.984 3.304.701 4.540.790
Weekexport …………..69.936 50.990 57.820
Totaal sedert 1/1 ……..’ 2.042.13 2.476.953 4.075.254
Voorraad afscheephavens

1.091.875 1.138.949

465.628
11

binnenland …..1.262.942 1.250.559

495.210
In E n g el a n cl bestond nog steeds weinig belangstel-
ling voor ruwsuiker. De fluctuaties op de Engelsche mark.
ten hielden verband met de schommeling van het Pond
Sterling. Het slot van de L o n d e n s c h e termijnmarkt
gaf het volgende beeld te zien: Dec. Sh. 6/10; Mrt. Sh. 7/-;
Mei Sh.
711i/4;
Aug. Sh. 7/3 en Dec. Sh. 7/5%. Rietsu.ïker
basis 96
0
cif.
Op J a v a heeft de V.I.S.P. nog 2500 tojis bruine suiker
afgedaan. Het rendement van 153 fabrieken per 1 October
bedroeg ruim 6% pCt. minder dan verleden jaar. H i er te 1 a n d e schommelden de noteeringen, hoewel
slechts fractioneel, nogal heen en weer. Het einde der week
kwam met dezelfde noteeringen als het begin, als volgt:
Dec.
f
7%; Mrt.
f
8; Mei
f
8% en Aug.
f
8%, alles
aangeboden. De omzet bedroeg 3400 tons.

KOFFiE.
Ook in de afgeloopen week bleef de stemming onverari-derd kalm. Waar in de financieele crisis nog in geen enkel
opzicht eenig uitzicht op verbetering valt te ontdekken en
cle algemeene onzekerheid in de laatste dagen ezr toegeno-
men is dan afgenomen, voelt de handel zich nog steeds in
hooge mate bemoeilijkt in zijn bewegingen en bleef dienten-
gevolge de kooplust nog zeer beperkt.
De wisselkoers in Brazilië zakte in den loop van de
week een fractie in, doch op de kost- en vrachtaanbiedingen
had dit zoo goed als geen invloed; de offertes van Rio
‘aren zelfs in vele gevallen ongeveer
lf-
è. 1/6 per cwt.
hooger.
Uit berichten in de dagbladen is thans gebleken, dat Bra-
zilië na den ruil van koffie tegen tarwe uit Amerika, ook
met Duitschland een ruil heeft afgesloten van koffie tegen
500.000 tons Roer-kolen. Hoewel bijzonderheden hierover
nog niet bekend zijn, moet worden aangenomen, dat tegen
cle genoemde hoeveelheid kolen ongeveer 150 è. 160.000 balen
koffie zullen kunnen worden geleverd. Het is duidelijk, dat
dergelijke transacties voor Brazilië in zooverre van belang
zijn, dat zij dit land de gelegenheid schenken om zich in.
het buitenland grondstoffen of producten, die het noodig
heeft, te verschaffen zonder in de noodzakelijkheid te ko-
men om daarvoor deviezen te koopen, wat bij den preca.iren
toestand van de financiën van dat land van groote betee-
kenis is. Voor den koffiehandel levert de ruil natuurlijk in
geen enkel opzicht eenig voordeel. Er wordt geen zak koffie
meer dan anders door verbruikt. Dat voor de bepaalde hoe-
veelheid de importhandel in elk geval uitgeschakeld wordt,
is daarentegen een niet te onderschatten nadeel.
Een telegram uit Rio meldde, dat het Braziliaansche
Gouvernement het moratorium voor alle buitenlandsche
schulden voor den duur van tw’ee maanden verlengd heeft.
Ook dit bericht wijst wederom op verscherping van den
uiterst kritieken toestand in het groote productieland.
• Uit de in het vorig Overzicht opgenomen statistiek blijkt,
dat de zichtbare wereldvoorraacl op 1 dezer bedroeg 6.572.000
balen. In dit cijfer is niet begrepen de hoeveelheid, welke door het Braziliaansche Gouvernement ingevolge de con-
ditiën van de laatste groote leening, is opgekocht en toen
dadelijk uit de officieele statistiek is afgevoerd. Deze hoe-
veelheid wordt aangenomen op 2.700.000 balen. De omvang
van de in het binnenland van Brazilië teruggehouden voor-
raden op 1 October is thans nog niet bekend, doch op
1 September bedroeg deze reeds 23.051.000 balen. In den
loop van September is bedoelde voorraad ongetwijfeld nog
belangrijk toegenomen, doch, voor het oogenblik alleen
rekenende met wat aanwezig was op t September, vormen
de hierboven genoemde cijfers tezamen reeds een wereld-
voorraad van 32.323.000 balen.
Volgens mededeeling van den Koffie-Raad zijn in de
vorige week vernietigd 104.000 balen Santos en 30.000 ba-
len Rio.
De aanbiedingen uit Brazilië worden nog altijd voor een
deel ontvangen in dollars, doch het aanbod in shillings is iets toegenomen. Aangezien de waarde van het Engelsch
Pond nog wisselvallig is en de Dollar trouwens
01)
het
oogenblik ook niet meer vast op de waarde staat, welke nog kort geleden daarvoor werd genoteerd, is een juiste
omrekening der offertes nog altijd bezwaarlijk. Omgerekend

in Engelsch geld tegen den goudkoers van vSôr 21 Septem-
her, komen de meeste aanbiedingen op het oogenblik uit:
voor gewoon goed beschreven Superior Santos op prompte
verscheping op ongeveer 36/6 h. 38/- per cwt., voor dito
Prime op ongeveer 37(6 & 38/6 en voor Rio type New-York
7 met beschrijving, prompte verscheping op ongeveer 29/3
29/6.
Het Amerikaansche Ministerie van Handel •eeft bekend
gemaakt, dat de vooruitzichten voor den volgenden Salvador.
oogst niet zeer goed zijn en dat op grond daarvan een op-
brengst verwacht wordt van ongeveer 30 % minder dan
liet jaar tevoren. Voor den volgenden Guatemala-oogst zijn
de verwachtingen zeer bevredigend; alleen in de laagge-
legen districten zijn zij iets ongunstiger. De Nicaragua-oogst
wordt voor het volgende seizoen geschat op ongeveer 30 %
minder dan normaal.
Nederlandseh-Indië was in de laatste dagen met de
verschillende Robusta-aanbiedingen zeer terughoudend. De
prijzen, welke geseind werden voor Palembang Robusta,
waren ongeveer 1 ct. en die voor de betere ongewassehen
Simatra-soorten ongeveer
34
it % et. hooger dan een week
geleden, terwijl gewasschen Robusta
34
ct. hooger uitkomt.
De noteeringen in de eerste hand zijn op het oogenblik:
Palembang Robusta, October-verscheping, 14 ct.; Benkoe-
len Robusta, October- verschepi ng, 15 ct.; Mandheling Ro-
busta, October-verscheping.
1634
ct.; W.I.B. f.a.q. Robusta,
October-verscheping, 20 ct., alles per
34
K.G., cif, uitge-
leverd gewicht, netto contant.
De noteeringen aan de Rotterdamsche termijnmarkt zijn
in de afgeloopen week % f
34
ct. gestegen.
De officieele loco-noteeringen bleven alhier onveranderd
25 et. per
34
K.G. voor Superior Santos en 23 ct. voor
Robusta.
De slot-noteeringen te New-York van het aldaar gelden. cle gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:

Dec.

Mrt.

Mei

Sept.
9 October ……….
$
4.90

$
5.10

$ 5.20

$
5.46
5 October

………. ..4.51

., 4.71

114.81

,, 5.05
28 September

……. ..4.38

,, 4.60

,, 4.72

,, 4.83
21 September

………4.97

,, 5.22

,, 5.32
Rotterdam, 13 October 1931.
(Mededeeling van de Vereeniging voor den Goederenbandel te Rotterdam.)
Noteeringen en voorraden in Brazilië.

te Rio

1

te Santos

Wisselkoers
Data

te Rio Voorraad
I
Prijs Voorraad Prijs
I
op Londen
(in Balen) No.71) (in Balen)
I
No.4′)

12 Oct. 1931 225.000 112.400 1.101.000 14.900 3
8
2
,
pence
5 ,, 1931 196.000 12.000 1.177.000 14.900 4, penee
28 Sept. 1931 257.000 12.000 1.211.000 15.100
4.- penee
12 Oct. 1930 263.000 13.950 982.000 23.000 Niet gen.
1
1 in Reis.
Ontvangsten_uit het binnenland van Brazilië

Balefl.

te Rio

te Santos
Data

Afgeloopen

Sedert

Sedert
week

17u1i

week

1Juli

10 Oct. 1931….

83.000

1.036.000 287.000

3.408.000
10 Oct. 1930. …

31.000

882.000

143.000

3.310.000

THEE.
De stemming in de Amsterdamsche veiling van den Ssten
dezer was ongeveer prijshoudend. De prijzen w

aren bijna
evenveel hooger als lager dan vorige veiling, terwijl de mid-
denprijs met 3834, ets.
34
et. hooger was dan die van den
24steu September.
Volgens mededeelingen van de Vereeniging voor de Thee-cultuur in Nederlandsch-Incl.ië bedroeg de uitvoer van Japan
gedurende Augustus 1931 1.470.000 KG. (vorig jaar
1.615.000 KG.). Gedurende Januari fAugustu.s bedroeg de
uitvoer 6.908.000 KG. (v.j. 5.451.000 KG.).
China exporteerde gedurende het tweede kwartaal van
1931 11.483.000 KG. tegenover 7.059.000 KG. in 1930. Voor
het tijdvak Januari/Juni bedroeg de uitvoer van China
19.445.000 KG., tegenover 16.763.000 KG. in het eerste
halfjaar van 1930.
De uitvoer van Java gedurende de vorige maand bedroeg
4.354.000 KG. tegenover 3.764.000 KG. in September 1930.
Van Januari af bedroeg de uitvoer 48.772.000 tegen
44.762.000 KG. in 1930.
i)e uitvoer van Zuidelijk Britsch-Indië beliep gedurende
de maand Augustus van dit jaar een hoeveelheid van
3.703.000 lbs. (v.j. 4.070.000 lbs.), terwijl gedurende de
periode Januari/Augustus 1931 31.824.000 lbs. werd uitge-
voerd, tegenover 31.473.000 lbs. in 1930.
Amsterdam, 12 October 1931.

Economisch-Statistische Berichten

B IJVO EG S EL

WOENSDAG 14 OCTOBER 1931

No. III

STATISTISCHE GEGEVENS BETREFFENDE DEN ECONOMISCHEN TOESTAND.

Prijzen.
.I)e prijsstijging van verschillende groo thandelsarti-
kelen aan het einde van het tweede kwartaal van dit
jaar, een ge’olg van het .lioover-mora’toriuni, is van
voorbijgaanden aard geweest. Spoedig is vrijwel over ‘de 1geheele linie een hernieuwde prijsdaling ingetre-
den, zoowel ‘voor grondstoffen als voor fabrikaten.
flet indexcijfer van ,,The Economist”, een der beste
ncl.icaties voor ‘dan loop der prijzen op de grondstof-
fenmarkt, daalde van 63,6, einde Juni, tot 60,4 op 18
Sept. (laatste dag van den gouden standaard). Op
basis 1913 = 100 bedroeg het indexcijfer op 18 Sept.
83,1. Typeerend voor de gest’adige prijsdaling, die in-tusschen een enormen omvang heeft aangenomen, is
eveneens het feit, dat het Nederlandsche indexcijfer
van groothandelsartikelen (basis 191.3 = 100) eind
Sept. tot 91 is gedaald (eind 1929 nog 142). lotus-
schen heeft de inflatie in Engeland reeds een prijs-
stijging van groothandelsartikelen in het leven ge-
roepen, waarbij zich het bekende verschijnsel voor-
doet, dat de prijsstijging in het binnenland •bij de
‘daling van het Pond Sterling ten achter blijft.
Ook al moge eerlang de dalende prijstendens op de
wereldmarkten, op goudbasis berekend en afgezien van
een waardedaling van het geld als gevolg van moge-lijke veranderingen in de geldpolitiek een tegenover-
gestelde richting inslaan, dan zal ‘deze waarschijnlijk toch voor de eerstvolgende jaren binnen enge gren-
zen beperkt blijven.

Voorra4en en producfie.
En wel voornamelijk om twee redenen. In de eer-
ste’ plaats heeft de allerwegen doorgevoerde produc-
tiebeperking de prijsdaling niet kunnen tegenhouden,
hetgeen gepaard is gegaan met een verdere toeneming
van de voorraden. Dere hebben, zooals men elders in
dit bijv oegsel zal kunnen nagaan, een buitengewoon
grooten omvang bereikt. Wat koffie betreft, zijn ‘de
voorraden thans grooter dan het wereldverbruik van één jaar, terwijl de rubbervoorraden er niet ver meer
van verwijderd zijn. Ook de verhoudingscijfers van
voorraad en verbruik van de metalen als koper en tin
zijn zeer hoog (resp. 47 en 36).
De prijsontwikkeling hangt echter niet alleen van
het aanbod af. Het is in ‘de ‘depressie een bekend ver-schijnsel, ‘dat na eenigen
tijd
de vraag relatief stijgt,
omdat in verband met ‘de uitgestelde behoeftebevredi-ging de tendens om te ‘koopen toeneemt, waartoe ook
de lagere prijzen stimuleeren. In de jongste afleve-
ring van het Institut für Konjunkturforschung, wordt
er op gewezen, ‘dat de herleving van de vraag een ver-
andering van de prjsten’dens kan teweegbrengen,
zon’der dat reeds een daling van de voorraden heeft
plaatsgevonden. Het is uit vroegere crises bekend, dat
ook bij een zeer ongun’stige, nog niet verbeterde posi-
tie van de voorraden een prijsstabilisatie of -stijging,
die uit ‘de verandering van de vraag voortvloeit, kan
intreden. Bij een omslag in de conjunctuur zal name-
lijk de vraag toenemen, omdat de ‘verwerkers van
grondstoffen hun voorraden, ‘die zij tot een minimum
hebben beperktq weder zullen aanvullen. Doch op een
belangrijke opleving van de vraag valt voorloopig niet
te rekenen.
Van beteekenis voor de graanmarkt is, ‘dat volgens
•de jongste publicatie van het Internationaal Land-

bouw Instituut te Rome voor het Noordelijk halfrond
op een lagere oogstopbrengs’t wordt gerekend. De
oogsteijfers voor het Noordelijk halfrond, met uitzon-
dering van China en Sovjet-Rusland, zijn voor de
jaren 1025-1931 de volgende (in 100 millioenen
KG.)
1
):

1931 1930 1929 1928 1927 1926 1925
tarwe
(29
landen) . .
735 780 718 812 754 716 698
rogge
(20 ) . . 189 234 234 227 207 191 234
gerst

(27

,, ) . . 229 284 286′ 289 241. 225 234
haver
(23′

) . . 394 434 430 470 412 419 445

Terwijl het te verwachten is, dat de werelcigraan-
productie dit jaar een vermindering zal ondergaan,
tchat het Arnerikaansche Landboui’clepartement per 1 Oct. de katoenoogst op 16.28 millioen balen tegen
een oogst van 13.93; 14.82 en 14.48 mil]ïoen balen in
1930, 1929 en 1928.
Van ‘den omvang van de daling van ‘de i.nclustriëeie
productie in de vier grootste industrielanden geven
de volgende productie-indices een beeld:

Duitschiand Engeland Frankrijk Ver. Staten
1928 = 100.
1929
……….
101,4

107,9

109,4

107,2
1930
……….
83,6 v

96,1

110.2

86,5
Jan.
’31
…….

67,8

104.7

73,9
Febr. ………

69,2

83,0

104.7

78,4
Maart ………
73,5

J

103.9

80,2
April

………
76,3)

103,1

81.1
Mei ………..
73,9

78,5

101,6

78,4
Juni ……….
74,3 v )

99,2

74,8
Juli
………..

73,2 v

72.1v
v =
voorloopig cijfer.

Geld- en kapitao.lma.r1tt.
Een zeer belangrijke rol in de huidige depressie
spelen de gebeurtenissen op de internationale geld-
en kapitaalmarkten. Was er aan het ein’de van het
vorige kwartaal sprake ‘van een vertrouwenscrisis in
Duitschiand, ‘drie maanden later had deze een inter-
nationaal karakter aangenomen. Het opheffen van
den gou’den standaard in Engeland, gevolgd door
denzelfden maatregel in Denemarken en Zweden heeft allerwegen een toestand van groote onzekerheid in het
leven geroepen. De stijging van den rentestand op de
internationale geidmarkten is niet een gevolg van een
opleving van ‘de conjunctuur, maar is alleen aan cre-
dietpolitieke factoren toe te schrijven.
In het licht van den onzekeren toestand, is het niet
te verwonderen, dat de emissiebedrijvigheid op ‘de ka-
pitaalmarkten uiterst gering is.

Hctndelsbeweg’ing.
Het Institut für Konjunkturforschung heeft in
zijn laatste aflevering berekend, dat de omzetwaarde
van den wereldhandel in het 2de kwartaal, vergele-
ken met ‘de eerste ‘drie maanden van dit jaar, met
3,1 pOt. is gedaald; naar het gewicht berekend is er
echter een stijging van 2 pOt. ingetreden, hetgeen
vooral is toe te schrijven aan een vermeerderden uit-
voer van de grondstofleveren’de landen, terwijl ook
de uitvoer van enkele Europeesche landen is toegeno-
men. Dit verschijnsel is daarom zoo belangwekken’d,
omdat anders in dezen tijd van het jaar het gewicht
van den wereldhandel afneemt, terwijl het tevens de
eerste maal in deze crisis is, ‘dat er een stijging plaats-

1)
Zie De Maasbode van
8
Oct.
jI.

(Vervolg op pa.g. XL).

XXVI

BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 14 October 1931

HET PRIJSVERLOOP VAN GROOT

HANDELSARTIKELEN GEDURENDE HET

DERDE KWARTAAL VAN 1931.

TARWE.

Gedurende de laatste drie maanden, vooral in Juli
en Augustus en het begin van September, zijn de prij-
zen van tarwe en de stemming aan de tarwemarkt
sterk beïnvloed geworden •door ‘de vooruitzichten van
de nieuwe oogsten op het Noordelijk halfrond. De
berichten uit de Vereenigde Staten waren vooral in
het begin van groot belang, omdat de oogst van Ame-
rikaansche win.tertarwe het eerst binnenkomt. l)e
vooruitzichten van dien oogst waren bij voortduring
gunstig. De vermoedelijke opbrengst werd bij elke
volgende gepubliceerde raming hooger geschat en per
slot van rekening hebben de resultaten de hoogste
verwachtingen overtroffen. Geen wonder was het,
dat dientengevolge de termijnmarkt te. Chicago ge-
drukt was en dat de prijzen bijna voortdurend achter-
uitgingen. Bovendien waren in de Vereenigde Staten
nog zeer groote voorraden oude tarwe aanwezig, welke
zich in handen bevonden van den Amerikaanschen
Farm Board en welke reeds lang prjsverbetering
tegenhiel’den, terwijl men in ‘de onzekerheid verkeer-
de, wat de Farm Board met die voorraden zou doen.

De oogstvooruitzichten van zomertarwe en van tarwe
in Canada ‘gaven geen aanleiding tot groot optimis-
me. Langdurige ‘droogte verhinderde de ontwikke-
ling der tarweplanten. Algemeen was men van mee-
ning, dat noch in de Vereeni’gde Staten noch in Ca-
nada groote opbrengsten zouden worden verkregen.
Deze berichten oefenden voorloopig geen invloed uit
op de stemming aan ‘de tarwemarkten in Noord-Ame-
rika, welke tot begin Augustus bijna geregeld daal-
den, omdat de oogstberichten uit West-Europa en ait
Rusland gunstig waren en met zekerheid kon worden
aangenomen, dat aan de behoefte aan tarwe i.n in-

voerende Europeesche en Aziatische landen gemak-
kelijk voldaan zou kunnen worden. In ‘den loop van

‘de maand Augustus zijn ‘de berichten over de te velde
staande zomertarwe in •de Vereenigde Staten en in
Canada ongu.nsti’ger geworden. Door droogte werd
ernstige schade aan de planten berokkend. Ook in
Europa werden dè vooruitzichten minder gunstig, ten-
gevolge van de zeer natte maand Augustus. In dien
tij’d zijn de prijzen aan de termijnmarkten in Noord-
Amerika weder eenigszins gestegen, vooral toen de
officiëele oogstraming ‘van zomertarwe in de Ver-
eeni’gde Staten een zeer kleine opbrengst deed ver-

————


JAN. FEBR. MPT. APR MEI JU?II JUU AUS. SEPT. Oct NOV. DEC.

wachten, terwijl ook de ramingen in Canada op een
middelmatige opbrengst wezen. Intusschen was Rus-land begonnen met het verschepen van tarwe van den
nieuwen oogst en hoewel niet het systeem van het
vorige jaar, om zeer groote hoeveelheden onverkochte
tarwe naar West-Europa af te laden, in dezelfde mate
werd gevolgd, kwam uit dat land toch een belang-

rijk aanbod en werden groote hoeveelheden ver-
scheept. Ook van den Donau kwamen belangrijke hoe-
veelheden, waarvan de export mogelijk werd gemaakt
door een exportpremie ‘van 25 shilling per ton, welke
de Roemeensche regeering aan exporteurs betaalde.

STATISTISCH OVERZICH1

GRANEN EN ZADEN
ZUIVEL EN EIEREN
MINERALEN

TARWE
HardWlnter
R000E
MAIS
OERST
Amer.No.2
L!JNZAAD
BOTER
KAAS
Edammer

E1ERET
STEENKOLEN
Weatfaalsche!
PETROLEUM
Mid. Contin.
o.

loco
AmerkanNo.2)
loco
La Piata
loco
oco
La Plata
loco
perK.G. Leeuwar- Alkmaar
Gem. not.
Eiermijn
1-lollandsche
bunkerkolen,
Crude
rçotter am1
Rotterdam
R’dam(A’dam
0
er am
per
R’dam(A’dam
der Comm.
k

S
Roermond
ongezeefdf.o.b.
33 t!m 3390
pe
T?
r
K
1
.

‘per 100 K.O.
per 2000 K.O.
per 1960 K.O.
Noteeriiig’
kl. mjerk
p. 100 st.
‘RdamjA’darn

11
01
f1.
0
10
f1.
0/
A.
0(
f1.
0f
II.
°lo
f1.
0j
f1.
01
f1.
0(
$
°Io
1925
17,20
100,0
13,07
5

100,0′
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
2,31
100,0
56,-
100,0
9,18
100,0
10,80 100,0
1.68
100,0
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9
1,98
85,7 43,15
77,1
8,15
88,8
17,90
165,7
1.89
112,5
1927
14,75
85,8
12,47
5

95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
2,03
‘87,9
43,30
77,3 7,96 86,7
11,25
104,2
1.30
77,4
1928
13,47
5
78,3
13.15
100.6
226,00
97,7
228.50
96,8
363,00
78,5
2,11

91,3
48,05
85,8
7,99
87,0
10,10
93,5
1.20
71,4
1929
12,25
71,2
10,875
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25 90,6 2.05
88,7
45,40
81,1 8,11
88,3
11,40′
105,6
1.23
73,2
1930
9,67
5
56,3
6,22
5

47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
1,66
71,9
35,45
68,7
6,72 73,2
.

11,35
105,1
1.12
66,7
Jan.

1929
12,35
71,8
12,20
‘93,3
231,50
100,0
194,25
82,3 365,00
78,9 2,25
97,4 45,95
82,1
9,03 98,4
10,10
93,5
1.16
69,0
1’ebr.

,,
12,72
5

74,0
12,65
96,7
236,00
101,9
194,75
82,5
357,25
77,2 2,29
‘99,1
45,40
81,1
9,19
100,1
12,90 119,4
1.11
66,1
Maart
April
12,65 12,12
5

73,5
70,5
12,625
11,62
5

96,6 88,9
233,00
218,00
100,6
94,1
191,75
185,25
81,3 78,5 359,00 373,25
77,6
80,7
1,95
1,81
84,4
44,60 79,6
8,E6
93,2
12,00
111,1
1.11
66,1

Mei

,,
11,12
5

64,1
10,57
5

80,9
198,25
85,6
177,50
75,2
363,50
78,6
1,86
78,4
80,5 40,25
39,90
71,9
71,3
5,90
6,16
64,3
67,1
11,05 11,15 102,3 103,3
1.11
1.16
66,1
69,0
Juni
10,875
63,2
10,20
78,0
193,50
83,6
171,25
72,6
355,25
76,8
1,87
81,0

78,6
6,41
69,8
11,25
104,2
1.30
77,4
juli

,,
12,80
74,3
11,20
85,6
218,50
94,4
191.25
81,0
415,50
89,8
1,88
81,4

80,4 6,88 74,9
11,25
104,2
1.30
77,4
Aug.
13,125
76,3
10,75
82,2
202,50 87,5
182,75
77,4
452,50
97,8
1,93
83,5 46;15
82,4 7,13
77,7
7

11,25 104,2
1.30
77,4
Sept.
12,625
73,4
10,20
78,0
191,00
82,5
172,00
72,9′
506,75
109,6
2,22
96,1
45,25 80,8
8,01
87,3
11,40 105,6
1.30
77,4
Oct.
12,10 70,4
9,87
5

75,6
185,00
79,9
168,00
71,2
516,50
111,7
2,28 98,7 50,25
89,7
9,53
103,8
11,25 104,2
1.30
77,4
Nov.
11,775
68,5 9,20
70,4
174,00
75,2
164,75
69,8 483,25
104,5
2,20 95,2
50,70
90,5
10,60 115,5 11,35
‘105,1
1.30
77,4
Dec.

,,
12,62
5

73,4 9,35
71,5
166,00 71,7
163,75
69,4
482,00
104,4
2,06 89.2 47,50
84,8 9,97
108,6
11,75 108,8
1.30
77,4
Jan.

1930
12,675
73,7
9,35
71,5
149,25
64,5
151,25
64.1
433,75
93,8
2,00
86,6
43,95
78,5
7,55
82,2
11,75
108,8
1.21
72,0
Pebr.
11,725
68,2
8,175
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5
398,50
86,2
2.03.
87,9
41,15
73,5
6,90
75
1
2
11,75 108,8
1.11
66,1
Maart


10,90
63,4 7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0
390,00
84,3
1,71
74,0 41,25
73,7
5,18
56,4
11,55 106,9
1.11
66,1
April

,,
11,17
65.0 7,62
5

58,3
180,25
77,8
129,75
55,0
431,00
93,2
1,50
64,9
36,50 65,2 5,16 56,2
11,35
105,1
1.165
69,3
‘Mei
,,
10,45
60,8 6,55
50,1
.

148,50
64,1
114,50
48,5
405,00
87,6
‘1,44
62,3
37,20
66,4 5,30
57,7
11,35
105,1
1.18
5
70,5
Juni
10,05
58,4
5,175
39,6
145,50
62,9
103,75
44,0
385,50
83,4
1,54
66,7
37,-
66,1
5,09 55,4
11,35
105,1
1.18
5
70,5
juli
9,55
55,5 5,82
5

44,6
157,75
68,1
108,00
45,8
345,75
74,8
1,72
74,5
39,90
71,3 5,99
65,3
11,35
105,1
1.18
5
70,5
Aug.
9,45
54,9 6,30
48,2
146,00
63,1
116,25
49,3
365,00
78,9
1,58
68.4 40,20
71,8
6,03
65,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Sept.
8,40
48,8 5,25
40,2
127,50
55,1
99,00
41,9
318,75
68,9
1,64
71,0
31,55

67.1
7,23 78,8
11,35
105,1
1.185
70,5
Oct.
7,40
43,0
4,62
5

35,4
112,25
48,5
86,00
36,4
281,25 60,8
1,63
70,6 36,90
65,9
8,60
93,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Nov.

,,
7,25 42,2
4,25
32,5 94,50
40,8
82,25
34,9
270,75 58,5
1,58
68,4
36,50
65,2
9,63
104,9
10,90
100,9. 0.85
50,6
Dec.
7,07
5

41,1
4,30
32,9
96,00
41,5
91,00
38,6 247,75
53,6
1,55
67,1
33,50 59,8
7,97
86,8
10,85
100,5
0.85
50,6
Jan.

1931
6,52
5

37,9
4,-
30,6
84,50
36,5
86,25 36,5
207,50
44,9
1,61
69,7
32,25 57,6
6,63
72,2
10,30
95,4 0.85
50,6
Pebr.
5,775
33,6
390
29,8
87,50
37,8
85,75 36,3
206,25
44,6
1,66
71,9
33,80
60,4
6,21
67,6
10,30
95,4
0.85
50,6
Maart

,,
5,625
32,7
4,20
32.1
103,00
44,5
104,75
44,4 214,00
46,3
1,47
63,6
35,00
62,5
4,94
53.8
10,30
95,4
0.66
39,3
April
5,90
34,3
4,425
33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75 42,8
1,35
58
1
4
31,60
56,4
4,20
45,8
10,15
94,0
0.53
31,5
Mei
6,15 35,8
4,975
38,0 95,75
41,4
124,00
52,5
189.00
40,9
1,26

54,5
30,85
55,1
4,07
5

44,4
10,00
92,6
0.53
31,5
Juni
5,75
33,4
5,05
38,6
86,75
37,5
116,50
4,4
191,50
41 4
1,29
55,8
33,50
59,8
4,30 46,8
10,00
92,6
0.34
5

20,5
Juli
5,42
5
31,5 4,70
35,9
84,25
36,4
115,75
49,0 211,00 45.6
1,32 57,1
37,75
67,4
4,40
47,9
10,00
92,6
0.24
14,3
Aug.

.,
4,97
5
28,9 4,02
5

30,8 74,50
32,2
119,50
50,6
185,50
40,1
1.30
56.3
36,00
64,3
4,96
54,2
10,00
92,6 0.43
5

25.9
Sept.

.
4,775
27,8
4,27
5

32,7
68,00
29,4
97,00
41.1
164.25
35,5
1,27
55,0
32,25
57,6
5,775

62,9
10,00
92,6 0.56
33,2
5 Oct.
4,55 26,5
4,35
33,3
64,00
27,6
92.00
38,9
155.00
33,5
1,207
51,9
27,50
7

49,1
1
5,55
60,5 9,90 91,7
0.56
33,2
12
5,15 29,9
4,40
33,7
67,00
28,9
94,00
39,8
156,50
33,8
1,20
8

51,9
6,-
65,4
9,90
91,7


5)
Men zie voor de toelicnting op dezen staat de nummers van 8 en 15 Augustus 1928 (No. 658 en 659) pag. 689190 en 709.
2)79
Kg. La Plata. ) = Western vôÔr
ring van de huidige offic. not.wijze (Jan. 1928); Barley vanaf 2(2(31; vanaf 912 6415 Z.-Russ.

14 October 1931
BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

XXVII

Niettegenstaande berichten over moeilijkheden in
Rusland bij de inzameling van graan bleven de ver-schepingen aanhouden. De Farm Board in Amerika
besloot zijn voorraden te likwideeren en is gedurende
de laatste weken geregeld met tarwe aan de markt
geweest Belangrijke hoeveelheden zijn verkocht naar

Duitschland en naar China op crediet, terwijl naar
Brazilië een ruilzaak van tarwe tegen koffie is tot
stand gekomen. In de Vereenigde Staten hebben deze
verkoopen tijdelijk eenige verbetering teweeggebracht,
omdat door die verkoopen de voorraad van den Farm
Board verminderde. Daarmee is echter cle tarwe nog
niet verdwenen en is een gedeelte der Europeesche be-
hoefte gedekt ten koste van latere zaken. De Euro-

peesche regeeringen zijn er nog steeds op uit den in-
voer van tarwe zooveel mogelijk te beperken en in
vele der belangrijkste landen wordt de meelindustrie gedwongen een groot percentage inlandsche tarwe te
gebruiken. Gedurende de laatste veertien dagen zijn de
prijzen aan de termijnmarkt te Chicago weder vrij ge-
voelig gedaald als een gevolg van de En’gelsche finan-
ciëele crisis en de daling van het Pond. De Cana’dee-
sche wisselkoers is mede ‘gedaald en in Canada zijn de
prijzen voor tarwe niet in dezelfde mate verhoogd als
de wisselkoers er is gedaald. Dientengevolge is in
verhouding tot ‘andere tarwesoorten Canadeesche tar-
we goedkooper geworden en ondervindt men in de
Vereenigde Staten moeite om tarwe in concurrentie
met de Canadeesche te verkoopen. Aan de termijn-
markt te Chicago zijn de prijzen voor dan September-
termijn sedert 1 Juli bijna 13 dollarcents per 60 lbs.
gedaald, te Winnipeg voor den October-termijn 1.1
dollarcents per 60 lba. In Argentinië waren de fluctu.-
aties voor tarwe lang niet zoo groot als in Noord-
Amerika. Zij zijn daar geduren’de de laatste ‘drie maan-
den gestegen, nadat zij eerst in Juli waren gedaald
en einde Augustus nog op ongeveer hetzelfde niveau
sloten als einde Juli. De verhooging tot boven het

peil van 1 Juli heeft in September plaats gevonden
en is grootendeels en gevolg van ‘de sterke daling,
welke de pesokoers in die maand onderging. Terwijl
einde Augustus de prijs aan de termijnmarkt te
Buenos Aires ongeveer 35 centavos per 100 K.G. lager
was ‘dan op 1 Juli, ‘was deze ein’d September 54 ceri-
tavos hooger dan in het einde van Augustus.

ROGGE.

In den loop van •de maand Juli waren de vooruit-
zichten van den rogge-oogst in Rusland gunstig en
waren de Russen aan de markt met rogge ter ver-
F1. PEP 100KG

Dorrr

—–
—-
—–
l—-

– JAM. FEB. MET 421E MEI JUNI JEU AUC, SEP. OCT NOV DEC

scheping in de eerstvolgende maanden tot lagere prij-
zen dan die, welke ‘golden voor disponibele partijen.
Houders van Russische rogge wilden •daarom hun roggebezit likwideeren en kwamen dringender aan
de markt, terwijl zij ‘geneigd waren prjconcessies te
doen. De prijzen zijn dientengevolge in den loop van
de maan’d Juli ‘gedaald. Ook kwam Amerika met rogge
aan de markt in concurrentie met de Russische en
werden geregeld zaken in deze roggesoorten ‘gedaan.
Toen in den loop van Augustus bleek, dat de Russi-
sche rogge-oogst niet zoo overvloe’dig zou worden als

VAN GROOTHANDELSPRIJZEN’)

METALEN
1

TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN

ZILVER
IJZER
Cleveland
KOPER
TIN
LOOD
KATOEN WOL
gekamde
WOL
gekamde
KOE-
KALK-
cash Londen
per Foundry No. 3
Standaard
Locoprljzen locoprijzen
Locoprijzen
Middling
locoprijzen Australische, Australische,
CrossbredColo-
1-lUIDEN
Gaaf, open
SALPETER
Gid. per
Standard
f.o.b.
Mlddlesbrougti
Londen
Londen per
Eng. ton
Londen
per Eng. ton
New-York
Merino,

AV.
loco Bradford nial Carded,
kop
100 EG.
(,unce
per Eng. ton
per Eng. tol
per Ib.
per
50’s Av. loco
57-61 pnd.
netto
I3radford per Ib.

pence
0/
0

Sh.
0/
1
11
01
0
/0
£
0
/0
$ cts.
0/
pence
°Io
pence
0/
p

f1.
Plo
f1.
P/o
32
1
/
100,0
731-
100,0
62.116
100,0
261.171-
100,0
36.816 100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70 00,0
12,-
100,0
28U116
89,3
8616
118,5
58.1!-
93,5
290.1716
111,1
31.116
85,3
17,55
75,5
47,25
85,9
24,75 83,9
28.46
82,0
11,61
96,8
2614 83,3
731- 100,0
55.14-
89,7
290.41-
110,8
24.4!-
66,4
17,50
75,3
48,50
88,2
26,50 89,8 40,43
116,5 11,48
95,7
2611
1
6
81,1
661-
90,4
63.16j-
102,8
227.51-
86,8
21.11-
57,8 20,00 86,0
51,50 93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
24
7
/16
76,2
70/6
96,6
75.141-
121,9
203.1516

77,8
23.51-
63,8
19,15
82,4
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
17
13
/16
55,4
671-
91,8
54.13!-
88,0
142.51- 54,3
18.116
49,6
13,55
58,3 26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82.0
26
1
14
81,8
661-
90,4
75.1016
121,7
222.7/6
84,9
22.2!-
60,7 20,20
86,9 46,75
85,0 28,75 97,3
37,50
108,1
11,70
97,5
25719
80,7
6616 91,1
78.-/6
125,7
222.111-
85,0
23.216
63,5 20,10
86,5
44,25
80,5
27.75
94,1
34,50
99,4
11,70
97,5
26 81,0
671-
91,8
89.81-
144,0
221.016 84,4
25.816
69,7
21,25
91,4
44,00 80,0
27,50
93,2 36,
103,7
11,70
97,5
25°14
80,2
681-
93,2
82.1716
133,5 207.516
79,2
24.161- 68,0
20,45 88,0 43,25
78,6
27,25 92,4
33,50
96,5
11,70
97,5
25
1
1
78,1
6916
95,2
75.416
121,2
197.516
75.3
23.191-
65,8
19,40
83,4 41,50 75,5 26,25
89,0
30,50
87,9
11,70
97,5
2414
75,6
711-
97,3 74.11J-
120,1
200.5j-
76,5
23.141-
65,1
18,75
80,6 40,00
72,7
25,75
87,3
34,50
99,4
11,70
97,5
24
1
116
75,7
7216
99,3
72.1216 117,0
209.516
79,9
22.16!-
62,6
18,65
80,2 38,75
70,5
24,75
83,9
32,25 92,9
9,18
76,5
24l16
75,7
7216
99,3
73.171-
119,0
210.111-
80,4
23.3/-
63,6
18,60
80,0 37,00 67,3 24,00
81,4
29,75
85,7
9,28
77,3
23″!JB
73,9
7216
99,3
74.191-
120,7
205.516
78,4
23.111-
64,7
18,90
81,3 34,25 62,3 23,75
80,5
31,25
90,1
9,39
78,3 23
1
/16
71,8
7216
99,3
72.161-
117,3
188.916
72,0
23.416
63,8
18,45
79,4
32,50
59,1
22,50
76,3
– –
9,49
79,1
22
11
/p
70,7
7216
99,3 70.51-
113,2
I82.-/6
69,5
21.131-
59,4
17,50
75,3
34,25 62,3
23,00
78,0
27,25 78,5
9,70
80,8
22114
69,3
7216
99,3
68.616
110,1
178.1816
68,3
21.916
59,0
17,25
74,2 31,25 56,8 21,25
72
1
0
27,75
80,0
9,90 82,6
20
1
/16
65,3
7216
99,3
71.916
115,1
174.131-
66,7
21.111-
59,4
17,15
73,8 29,50
53,6
19,25
65,3
26,63
76,7
10,11
84,3
20
1
/8
62,6
7216
99,3
71.1216
115,4
174.41- 66,5
21.41-
58,2
15,45
66,4
28,50 51,8
17,75
60,2 24,50 70,6
10,21
85,1
19
1
18
59,5
701-
95,9
68.19/6
111,1
165.181
63,4
18.161-
51,6
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9

69,2
10,21
85,1
199/6 61,0
6716
92,5
61.31-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50.3
16,45
70,8
27,25 49,5
17,25
58,5
24,13
69,5
10,21
85,1
18
15
;16
59,0
6716
92,5
53.91-
86,1
145.-j-
55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0
28,75 52,3
18,00
61,0 26,25 75,6
1021
85,1
Iöilio
50,0
6716
92,5
50.116
80,7
136.416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4
27,75
50,5
17,50
59,3
26,63
76,7
10,21
85,1
16
49,9
6716
92,5
48.21-
77,5
134.1716
51,5
18.3/-
49,8
13,10
56,3
27,00
49,1
16,75
56,8 24,25
69,9 9,18
76,5
16
318
51,0
651-
89,0
47.151-
76,9
135.516
51.7
18.6/-
50,2
11,95
51,4 27,25 49,5
16,50
55,9
24,88
71,7
9,28
77,3
16U/16
52,0
6316 87,1
46.6!-
74,6
132.61-
50.5
17.18/-
49,1
II,-
47,3
27,00
49,1
15,75
53,4
2P,0
76,4
9,39
78,3
16
1
!2
51,5 63161
87,1
43.-1-
69,3
117.131-
44,9
15.151-
43,2
10,55
45,4
24,50
44.5
14,50
49,2 26,25
75,6
949
79,1
16
5
18
51,9 63168
87,1
46.816
74,8 113.161- 43,5
15.1816
43,7
10,85
46,7
24,00
43,6
13,00 44,1
25,25
72,8
9,70 80.8
16
5
/8
51,9
63166
,87,1
47.616
76,2
115.31-
44,0
15.516
41,9
9,95 42,8 22,50
40,9
12,50
42,4

72,0
9,90 82,6
13
7
/
43,2
6016
87,9
45.7/6
73,1
116.81-
44,4 14.-16
38,5
10,30
44,3
21,25
38,6
12,00
40,7
24,63 71,0
10,11
81,3
12
1
/2
38,9
5816
80,3
45.1/6 72,6
117./6
44,7
13.516
36,4
10,95
47,1
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
13116
41,8
5816
80,3
45.116
72,6
122.11- 46,6
13.3/6 35,2
10,90
46,9
25,25
45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85.1
13
1
/
40,9
5816
803
42.1516
68,9
113,41-
43,2
12.101-
34,3
10,25
44,1
24,50
44,5
14.50
49,2
22.25
64,1
10,21
85,1
12
15
/6
403
58/6
80,3
39.6/6
63,4
104.17/-
40,0
11.1016
31,6
9,40
40,4
23,50
42,7 13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1 12
7
/
40,1
58/6
80,3
36.6/6
58,5
106.2/6
40,5
11.1116
31,8
9,10
39,1
22,00
40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
13114
41,2
58/6
80.3
34.14/-
55.9
112.516
42,9
12.1516
35,1
9,25
39,8 22,25
40,5
12,50
42,4
2025
,
58,4
8,26 68,8
12
13
/so
39,9
58/6
F0,3
32.15! 52,8
114.1916
43,9
11.1916
32.9 7,20
31,0
22.25
40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,-
58,3
1311
4

41,2
54/-
74,-
29.9/-
47,4
109.3/-
41,7
10.1916
30,1
6,55
28,2 20,00 3//,4
11,00
37,3
18,-
51,9
6,50
54,2
13
3
/4
42.8
47
!-
64,4
27.16/-
44.8
100.14/-
38.5
10.12/-
29,1
5,707
24.5
20,009
36,4
11,1109
37,3
18,-”
51,9
665
55.4
14
43,6
47
!-
64,4
27.18/-
45,9
105.81- 40,2
10.121-
29,1
5,808
25,0
18,75’°
32,3
10,75
10

36,1
6,65 55,4
de Invoering van de huidige officiaele noteeringswilze (lan. 1928:vanaf 16 Dec.1929 74/5 EG. Hongaarsche; vanaf 26Mei1930 Z.-Russische.
4)r
Mail/ng v66r de ,nvoe-
5)
Noteering Schotland 5916. 6)581_. 7) 2,8) 9, 9)1,
19)
8,
II)
6 Oct.

N.B.
Alle Pondennoteeringen vanaf 21 September zijn op goudbasis omgerekend.

XX VIII

BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 October 1031

men aanvankelijk meende en de Russen niet dringend
aan de markt kwamen met groote onverkochte stoo-
mende partijen, verbeterde de stemming en werden
wederom hoogere prijzen betaald. Vrij belangrijke om-
zetten kwamen tot stand. De Russische verschepingen
waren niet van drukkenden omvang, doch toen in
September de prijzen voor voergranen aanmerkelijk
daalden, trad ook voor rogge weder eenige verlaging
in.
MAIS.

Gedurende de maanden Juli, Augustus cii Septem-
her zijn de verschepingen van mais uit Argentinië
van ongekenden ovang geweest en op enkele weken
na werden steeds hoeveelheden mais naar Europa ver-
.cheept zoo groot als nog nooit te voren was geschied.
liet verbruik in West-Europa is dit jaar wel bijzon-
der groot en steeds vonden de aankomende partijen

r, oo
I

MAIS

— JAM. FEBO. MPT API?. MEI JUNI JULI AUG. SEPT. OCT
10V. UL

haar weg naar ‘cie consumptie, zij het dan ook tot
steeds dalende prijzen, welke slechts bij uitzondering
en tijdelijk konden verbeteren. Voorraden van betee-
keiiis w’erdeu iiiet gevormd en zijn ook nu nog niet in
de Europeesche clestinatiehavens aanwezig. In Augas-

tus zijn de versche’pingen gedurende eenige weken
kleiner geweest dan aan vele daaraan voorafgaande en
veelal werd het vermoeden geuit, dat nu een ‘tijd van
kleinere verschepingen was aa’gebroken. De prijzen
zijn dientengevolge verheterd toen echter einde
Augustus en begin September de verschepingen weder
toenamen en het aanbod van Argentijnsche ‘afladers
dringend bleef, waarbij de premie voor latere aflading werd verkleind, verdween het vertrouwen in een prijs-
verbetering weer. Van groot belang bij de vorming
der
prijzen
van Platamaïs was de pesokoers, welke
reeds lang laag stond en in September sterk daalde. De
prijzen aan de termijnmarkten in Argentinië zijn wel
‘in doorsnee gedaald, doch deze daling alleen was niet
groot genoeg om de groote verlaging van ruim

f
20 per last aan de Europeesche markten te ver-
klaren. Het grootste gedeelte daarvan komt op reke-
ning van den pesokoers. De maïsoogst in Roemenië
belooft zeer groot te worden, doch voorloopig gaat
daarvtn nog geen druk uit, omdat Roemeensche af-
laders nog niet aan de markt zijn.

GERST.

Het aanbod van gerst was in Juli en gedurende
bijna de geheele maand Augustus klein, daar de oogst-
vooruitzichten in Rusland en aan den Donau kleinere
opbrengsten deden verwachten en het aanbod van
gers’t van den ouden oogst ‘gering was. Rusland en de
Donau verscheepten slechts zeer kleine partijen en
vooral in Juli en het begin van Augustus werd groo-
tendeels in de gerstbehoefte voorzien door Canada,
vanwaar geregeld uitvoeren naar Europa plaats von-

den. Aan het einde van Augustus begonnen de ver-
schepingen. uit Rusland en van den Donau grooter te
worden en werd het aanbod ruimer, terwijl de prijzen
voor die posities een belangrijke verlaging ondergin-
gen. Voor spoedig verwachte gerst bleven echter
hooge prijzen te maken en werd geregeld een belang-

Vervolg STATISTISCH OVERZICHT VAN GROOTHANDELSPRIJZEN.

DIVERSEN KOLONIALE PRODUCTEN
INDEXCIJ FERS

Bruto-

VURENHOUT
RUBBER

)
Standaard SUIKER
Witte kristal-
KOFFIE
Robusta
THEE
Afi. N.-I. theev.
COPRA
gewichtv.d.
buit, handel
.–
III
°


II
basis 7″ t.o.b.
Zweden! Ribbed Smoked
Sheets
suiker loco
Locoprijzen
A’dam gem. pr.
Ned.-lnd. f.m.s.
per 100 K.G.
Nederland
II

Finland
loco Londen
R’damlA’dam.
per lOO K.G. Rotterdam
per
I/o
K.G.
Java- en Suma-
tratheep.’/,KG.
Amsterdam
1925=100
____________
__________

In
Uit-
per Ib.
o
voer
voer

f
O(
Sh.
0
10
ii.
0f
cts.
Ole CtS.
010
t
°lo
1925
159,75
100 2111,625
100,0
18,75
100,0
61,375
100,0
84,5
100,0
35,87
5

100,0
100
lOO
100,0
00,0
1926
153,50
96,1
21-
67,4
17,50
93,3
55,375
90,2
94,25
111,5
34,-
94,8
112 128
P’3,2
92,9
1927
160,50
100,5
116,375
51,6
19,12
5

102,0
46,875
76,4 82,75 97,9
32,62
5

90,9
113
116
95,4 89,5
1928
151.50
94,8
-110,75
30,2
15,85
84,5
49,625
80,9 75,25
814,1
31,87
88,9
118 128
96,4
“7,6
1929
146,00
91,4 -110,25
28,8
13,-

1
69,3
50,75
82,7
69.25
82,0
27,370
76,3
122 132
91,6 82,6
19.20
141,50
88,6
-15,875
16,5
9,60

I
51,2
32

.
52,1
60,75
71,8
22,62
4

63,1
124
135
75,5 09,4
lan.

1929
152,50
95,5
-.9.875
27,9
13,77
5

73,5
53,125
86,6 77,25 91.4
29,-
80,8
111
119
94,2
84,8
lebr.

,
150,00
93,9
1-
33,7
13,37
6

1
70
54
88,0
74,25 87,9
28,62k
79,8
75
83
94,2
85,4
Maart


14I.0
923
10,125
34,0 13,50

1
72,0
54
88,0 72,75
86,1
27,62
5

77.0
82
III
94,8
85,8
April
147,50
92,3
-110,5
29,5
13,370
71,3
54
88,0
74.25
87,9 26,75
74,6
lID
142
92,9
83,9
Mei
145,00
90,8
-,10,875
305
12,25
05,3
54
88,0
73,50 81,0
25,1’7
0

72,1 135
144
91,6
81,7
,,
141,50
92,3
-110,625
29,8
2,00′
64,0
54
88,0
ti’j.O’O
82,2 24,87
0

69,3
137 134
91,0 81,9
j
uni
uli ,,
145,00
90,8
-ill
30,9
13,42
71,6
54
88,0 68.50
81,1
27,50
76,1
144 147
91,0
83,7
Aug.

,
14′,00
00.8
-110,5
29,5
13,00
69,3
53,50 87,2
64
75,6
27,25
7,0
151
149
91,6
83,6
Sept.
145,00
L0,14
-110.125
28,4
13,476
71,9 51,75 84,3
64
75,6
28,25
78,7
135
144
91.0 82,0
Oct.

,,
142,50
89,2
-19,625
27,0
13,30
70,9
48,50
79,0
66
78,1
27,50
76,7
137
146
90,3
811.5
Nov.
142,50
89,2
-18,125
22,8
12.50
66,7 41,75 68,0
66,50
78,7
27,25
76,0
128
143
88,4
78,8
Dec.

,,
142,50
80.2
-18
22,5
12,07
6

64,4 36,75
59,9
60,75
71,8
27,125
75,6
123
125
87,1
78,8
lan.

1930
147,50
923
-17,3
7
5
20,7
11,67
0

62,3
35
57,0
60,50
71,6 26.87
6

74,9
128
136
84,5
76,9
l’ebr.
147,50
92.3
-I8
22,5
11,40
60,8
35
57,0
58,25 68,9
26,37
6

73,5
112
126
81,3 75,2
Maart
147,50
92,3
-17,6
2
5
21,4
10,70
57,1
35
57,0
62,25
73,7
25,25
70,4
125
131
78,7
74,2
April

,,
147,50
92,3
-17,375
20,7
10,55
56,3
35
57,0
“J,50
70,4
26,120
72,8
115 127
78,7 72,8
Mei

,,
145,00
90,8
-16,875
19,3
9,80
52,3 34,75 56,6
5
68,6
25,0
71,1
132
132
76,1
72,0
Juni

,
14500
90,8
-16,125
17,2
9,770
52,1
33
53,8
58
68,6
22,87
6

63,8
131
133
76,1
70,4
Juli

,,
142.50
89,2
-15,625
15,8
9,27
6

49,5 31,50
51,3.
55,50
65,7
21,75
60,6
138
141
74,2 69,3
Aug.

,
14250
89,2
-14,875
13,8
8.50 45,3
23,l)
48,1
55,25
65,4
20,-
55,7
129
145
1
3,5
67,9
Sept.
1411,00
87,6
-14,
1
25
11,6
7.I’7′
42,5
28,25
411,0
50.50
70,4
19,25
53,7
122
126
72,3
65.4
Oct.

,,
132,511
82,9
-1
4

11,2
8,62
5

4″,”
29
47,3
66,50
78,7
18.75
52,3
128
152
71,6
64,1
Nov.

,,
30.00
81,4
-.4,375
12,3
8,75
‘46,7
29
47.3
68,25
80,8
19,3.5
54,0
121
139
71,0
63,3
Dec.
130,C0
81,4
-14,375
12,3
8,20
43,7
29
47,3
66,75
79,0
19,-
53,0
105
129
60,0 61,3
Jan.

1931
25.00 78,2
-1
4
,
25
11,9
8,20
43,7
28
45.6
66,25
78,4
18,25
50,9
121
132
67,7 59,2
Febr.
125.00
78,2
-13,875
10,9
8,20
43,7 26.25 42,8
53 62,7
18,12
5

50.7
96
121
67,1
59,4
Maart

,,
25,00
714.2
-13,75
10,5
8,30
44.3 25,00
41
,
5
45 53,3
18,625
519
107
140
66,5
f9,1
April

,,
125,00
78,2 -13,125
8,8
8,576
45,7
24,75
40,3
43 50,9
17,50
48,8
110
138
65,14
58,4
Mei
125,00
78,2

3,125
8,8
8,50
45,3
25
40,7
40,25
47,6
15,370

42,9
114
141
65,8 56,8
Juni

,,
110,00
68,9
-/3,125
14,8
8,57
5

45,7
25,75 42,0 39.50
46,7
14,125
39.4
127
133
64,5
56,8
Juli

,
110,00
68,9
-/3
84
8.77
5

46,8
27
41,0
38,25
45,3
IS,-
41,8
138
153
62,6
55,8
Aug.

.
100,00
62,6
-/2,5
7.0
7,
00
42,1
25,50 41,5
3,50

1

45.6
14,125
39,4
122
142
60,6
55,6
Sept.

,,
100,00
62,6
-/2,375
6,7
7,525
40,1
23,75
35,7
37,50
44,4
13,37
5

37,3
58,7
5 Oct.
100,00
62,6
-12375
6.7
7,75 41,3
23
37,5
38,50
2

45,6
12,625
35,2
12

,

_
100,00
62,6
-/2,375
6,7
7,75 41,3
23
37,5
13,62
5

38,0
1)
Jaar- en waandgem. atger. op
6I
pence.
2)
8 Oct.

14 October 1931 BIJ VOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

XXIX

rijke premie betaald, welke eerst verdween, toen Donau-
gerst en Russische-gerst in grootere hoeveelheden in
West-Europa binnenkwamen. Gedurende de laatste

weken van September hebben de prijzen niet sterk
meer gefluctueerd. Over het algemeen was de stem-

‘ER 2000KG

GERS1

1

Elm

EM
wmqmm

1
M

JAN C
EBQ

‘1Dm
ARD

‘I

J
UN
,
I
UI.

AUG

SED

OCT

NOV

DEC

m.ing niet vast en liet ‘de vraag
‘te
werischen, daar de
consumptie kleiner geworden is, tengevolge van de
lage maïsprijzen. In het laatst van September is Ca-
nada, dat den uitvoer
‘van
gerat geheel gestaakt had,
nadat ‘de prijzen tengevolge van de concurrentie van
Itussische en Donau-gerst waren gedaald, weder aan de
markt ‘gekomen toen :de Canadeesche wisselkoers
daalde. Groote verschepingen
‘vnu
‘d’aar worden niet
verwacht, omdat de opbrengst van den gerstoogst in
Canada klein is in vergelijking met andere jaren.

LIJNZAAD.

Moest reeds in het vorig overzicht melding gemaakt
worden
van
de steeds dalende prijzen, de afgeloopen drie maanden,
van
Juli tot October,
zijn
voor den
geheelen handel rampspoedig geweest. Na de ople-
ving, tengevolge ‘van het Eloover-voorstel in begin
Juli, welke opleving tot ongeveer half Juli geduurd
heeft, is de financieele crisis in Duitschiand geko-
men, die zich langzamerhand over bijna alle landen
van Europa ‘heeft uitgebreid, en die de vraag naar

verschillende producten tenslotte verder bemoeilijkt
heeft. Die crisis is de oorzaak geworden van verdere
complicaties op fiiianciëel gebied, met het resultaat,
dat sinds begin Juli, toen de prijzen,
nog
op circa

f
206 per last stonden, een ongekende daling heeft
ingezet en de prijzen vrijwel zonder ophouden omlaag gegaan zijn tot
f
155 ‘per last. Het is opmerkelijk, dat
deze daling plaats ‘gevonden heeft, n iettegenstaande
cie vraag voor Lijnzaa’d toch vrij behoorlijk is geble-

ven en de consumptie gedurende de eerste negen
maanden van het jaar zeer beduidend grooter is ge-weest dan het vorige jaar. Terwijl Europa het vorig
jaar van 1 Januari tot 25 September 909.000 tons
ingevoerd heeft, is die invoer over dezelfde periode
van, dit jaar niet minder dan’ 1.401.000 tons.

575
FI PER
1960 KO

540
505

470

435

aco

365

330

295

260
225

190

55
JAN, FEBR MRT. APR, MEI JUNI. JULI AUG. 5CPT. OCT NOV
DEC.

Argentinië is verreweg ‘de grootste leverancier ge-
weest, terwijl de aanvoeren uit Indië zeer teruggeloo-

pen zijn en Rusland en de Oostzee ‘geen quantiteiten
van eenige beteekenis ‘hebben geleverd. Dat Argenti-
nië in staat is geweest, n’iettegenstaande de finan-

ciëele moeilijkheden over de geheele wereld, vrijwel
zijn geheelen oogst, die toch circa 2.000.000 tot’s be-
droeg, te verschepen, is uitsluitend daaraan te dan-ken geweest, dat ‘door het niet vasthouden aan den

Goudstandaard de Peso scherp gedaald is, waarvan
het indirecte voordeel was, dat Argentinië in staat

was om niettegenstaande de geweldige concurrentie
van andere landen toch zijn voorraden af te zetten.
Dat ‘deze politiek juist was, blijkt wel daaruit, ‘dat
nu tenslotte Argentinië in de wereldbehoeften ‘voor-
zien heeft, de andere landen met nog lagere prijzen
genoegen zUllen’ moeten nemen.
Het nog aanwezige export-surplus
in
Argentinië is
ongeveer (190.000) tons, hetwe’l’k waarschijnlijk, onder
cle tegenwoordige omstandigheden, wel voldoende zal
zijn’
voor den tijd, ‘die ons nog scheidt van de nieuwe
oogsten, die in
normale omstandigheden in December
en Januari ter beschikking komen. De berichten om-
trent •dien nieuwen oogst
iii
Argentinië luiden uiter-
mate gunstig en met de zeer vergroote bezaai’de opper-vlakte en cle tot hiertoe gnnsti’ge weersberichten, is het
dus aan te nemen, dat ook ‘de a.s. oogst groot zal zijn.
Evenwel zullen de veesot’stan’dighede.1
. .in ‘de eerst-
volgende weken beslissend zijn en
een
betrouwbaar
oordeel is dan ook nog
niet te
‘vormen.
De berichten uit Noord-Amerika en Canada zijn,
wat
de binnenkomende oogsten betreft, zeer ongunstig
en
men zou
van
een misoogst in deze twee landen
kunnen
spreken. De geschatte opbrengst is voor
Noord-Amerika 250/300.000 tons en voor Canada
60162.000 tot’s. Noord-Amerika zal dus genoodzaakt
zijn, zijn behoeften meer dan anders in Argentinië te
dekken.

BOTER.

i:l.et ‘derde
kwartaal
opende voor ‘de bo’termarkt on-
der vrij gunstige vooruitzichten. De toestan’d
was
in-
gesteld, zoo al niet op een noemenswaardig prijaher-
stel
na
het laagste punt van dit jaar, in Mei 1.1., dan
toch op een stabieler marktverloop. Op
het
in den
voorzomer aanmerkelijk verlaagde prijspeil toonde het
binnenland een flinke activiteit. Ruw schat men thans
het boterverbruik hier te lande reeds op 213 van ‘de
aanvoeren, terwijl gedurende ‘de voorafgaande jaren
‘door de b’innenla’ndsche
vraag
ongeveer 50 pOt. uit de
markt werd. genomen. Begin Juli openbaarde zich, als
gevolg van deze meervraag en wel vnl. in het Oostelijk
proclnctiegeb:ied een ‘dusdanige boterkrapte, dat zeer
veel fabrieken boter moesten bijkoopen. De boterprijs
reageerde hierop echter
in
uiterst ‘geringe mate en van
eenig tempo in dit prjsherstel ‘was er heelemaal geen
sprake. Dit wordt toegeschreven aan de omstandig-
heid, dat tot het allerlaatste toe gewacht wordt om
‘van
het Noorden bij te koopen en op die manier ‘de markten in Friesland te ontlasten. De steun, ‘die het
binnenland thans in vergroote üate zou kunnen bie-
den, komt op ‘die manier niet tot haar recht.

Twee ‘gebeurtenissen hebben, met een ‘tusschenpooze
van een matig herstel, in het verder verloop van dit
kwartaal de zuivelmarkt in onrust gebracht en wel
zeer sterk .op ‘de bote’i-markt haar ‘stempel gedrukt,
waarbij
naast de binnenlandsche
vraag
‘de seizoenop-
leving tengevolge van de achtern.itgaan.de
productie
in Augus’tuifSeptember volkomen op den achtergrond
verdween.

Half Juli werd het betalingsverkeer in Duitsch-
land stop gezet, om daarna gedurende enkele weken
aan banden gelegd te blijven. De botermarkt hier te
lande reageerde ‘daarop niet onmiddellijk. De vaste
IDuitsche klanten bleef men bedienen. Maar ‘de onze-

kerheid t.o.v. cle regelmatige afwikkeling van de be-
talingen maakte het raadzaam buiten de gewone pos-
ten geen extra verkoopen te doen; het ‘daarvoor be-
stemde kwantum verdween ‘veelal i.n het koelhuis. De
prijsval kwam eerst ‘wat later en verdeelde zich over
twee weken. Naar gelang in ‘de daaropvolgende week
de aanvullende bepalingen inzake de deviezenafg’ifte

L IJ
NZAAD

I
mmmommo
l
ld

a
PF
Mm
I

m

Nommo

F
,
~

Wmmm

“A

XXX

BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
14 October 1931

45

voor boter in Duitschiand gunstiger luidden, helderde
cle toestand op. Het is aan te nemen, dat in den voor-
zomer niet veel boter in koelhuis geplaatst werd, zoo-
dat de statistische positie in het midden van Augus-
tus gezond genoemd kon worden en er een zekere rust
terugkeerde. Van een haussebeweging, welke in de
tweede helft van Au.gustus van Denemarken uitging
en na eenige dagen een scherpe reactie uitlokte, was
hier te lande echter weinig te bespeuren, hoewel onze
markt zich aan ‘den ongunstigen invloed daarvan op
het algemeén vertrouwen in de markt niet kon ont-
trekken. Begin September zocht men klaarblijkelijk
naar een nieuw uitgangspunt en een betere stemming

FL.PEP K.G.

SOTEQ
240
2.50 2.20
MEMM
210 200
1,00
l.80
1.70
1.60
1:50
1.40 1,30
1.20
1.10
lOL JAN FEBR NOT. 420. l’SEI JUNI JULI AUG. 5EPT OCT NOV. OEC

werd in het leven geroepen, m.n. door een grootere
vraag uit de kleinere afzetgebieden, vooral uit België.
De afzet vlotte beter, hoewel het prijsniveau zich
moeilijk boven f1,32 kon verheffen; de omstandighe-
den, waaronder men in Duitschlaud bij aanhoudend
flinke eigen productie en onder den druk der Balti-
sche prijzen zaken moest doen, waren hieraan debet.
In de vierde week van September werd, tengevolge
van de valutadepreciatie in Engeland, onze botermarkt
geheel gedesorganiseerd. Deze storing is intusschen
ten onzent van veel grooter en sneller werkenden in-
vloed .geweest ‘dan de storingen in het toch voor Ne-
derland belangrijker boterafzetgebied Duitschland.
Dit komt wel in hoof’dzaak door de belangrijke bij-
komstigheid, .dat de valuta’s der Scandinavische boter-
exportianden het Pond Sterling in zijn val en zijn
daarop volgende schommelingen in mindere of meer-
dere mate volgden, zoodat m.n. in de Duitsche, de
Fransche en de Belgische afzetgebieden het concur-
rentievermogen van de Nederlandsche boter niet dan
ten koste van radicale prijsverminderingen min of

meer gehandhaafd kon blijven. Het laagterecord van
Mei 1.1. behoefde de Leeuwarder-noteering, ook in de
tweede week ‘der Engelsche geldmoeilijkheden naar
beneden, weliswaar niet te overschrijden, maar ‘de ver-

koopen zijn niet voldoende en de markt blijft nog ge-
heel onbestemd, in welken toestand nog geen verbete-
ring te zien is, zoolang de wisselkoersen der genoem-
de landen niet tot rust komen.
De Fransche maatregel van invoercontingenten
voor boter, welke met ingang van 1 October in wer-
king is getreden, vermocht zijn onheilzamen invloed
op de botermarkt nog niet uit te oefenen, maar is
allerminst in staat om de na:bije ontwikkeling daar-

van niet somber in te zien.



KAAS.

Begin Juli hadden ‘de kaasmarkten onder een be-
vredigenden afzet een voor dit jaar hoog niveau be-
reikt. Terwijl de handel in Noord-Holland echter tot
ver in Augustus bij vrijwel onveran’derde prijzen nog
levendig bleef, ondervond de markt in Friesland zeer
spoedig na de afkondiging der Duitsche Deviezenver-ordening de verlammende werking van den goeddeels
gestaakten kaasuitvoer naar dat land. Ook in Zuid-
Holland ondergingen de markten, ondanks kleinere
aanvoeren, in hooge mate den druk van de omstandig-

heden in het Duitsche afzetgebied.
In ‘de daaropvolgende twee weken van de Deviezen-
contingenteering nam de .ophooping van voorraden
voor de Friesche verhoudingen ‘gevaarlijke afmetingen
aan, waardoor daar aan een prjsbaisse niet bleek te
kunnen worden ontkomen. Snel, hoewel kortstondig,

IL

P
929

1
‘i0J.
_J_

..,19311
.’

•’.–‘-.
1
,’.

– – IAI’l,
FEliR NUT. CPU, liEt

JUNI JULI AUG

2EPI. 0(1, NOV. Un

hou’dende terugzettirig der prijzen, geen ‘verbetering
kon brengen, al vertoonde de prjslijn half ,Septem-

her, tengevolge van de kleinere aanvoeren, een oogen-
blik een stijgende tendens. Voor Noord-Holland zal
hieraan ‘tevens een betere vraag uit België niet vreemd

zijn geweest.
De Engelsche valutamoeiljkheden waren in het al-
gemeen niet van directen invloed op onze kaasmark-
ten, met uitzondering dan wellicht van die in Zuid-
Holland, welke zich den laatsten tijd wat meer op het
Engelsch afzetgebied hebben ingesteld. In het Noord-
Oostelijk ‘gedeelte van ons land, waar de zuivelindus-
trie zich binnen betrekkelijk korten tijd kan omzet-ten, vreest men nu evenwel bij de lage prijzen voor
boter en gecon’denseerde melk een vermeerdering van
de kaasproducti e.

EIEREN.

MMMM

JAN. FEBR. MRT. API. MEI JUNI JUU AUC. LPI. OCT.NOV, on..

STEENKOLEN.

Het feit van allesoverheerschende beteekenis is het
afstappen ‘door Engeland van den gouden standaard,
waardoor dat land met één slag 20 A 30 pOt. meer
concurreerend op de omliggende markten geworden
is dan voorheen. Duitschiand tracht dezen toestand,
clie voor hem weinig minder dan een ramp beteekent,
gezien den gevoeligen Absatzman’gel, waaronder het
reeds sinds langen tijd lijdt, op te vangen door een
loonsverlaging, waartoe het Scheidsgerecht dezer da-
gen besloten heeft, welke verlaging tot 31 Januari
as. 1 pOt. bedraagt. Partiëele stakingen om de invoe-
ring van de loonsverlaging onmogelijk te maken heb-

ÇTEÇNIW’flI FI.J

was daar de reactie, toen half Augustus wederom een
vergemakkelijkt betalingsverkeer met Duitschland tot
stand kwam. Tot de opleving in Friesland droeg
naast de groote vraag van Duitsche
zijde
naar loco
waar, de grootere kooplust uit België en Frankrijk bij. Begin September werd door een afnemende export-
vraag, zoowel in Friesland, als op de Noord-Holland-
sche markten, de handel zeer stug, waarin een aan-
F1
tIC

FL NIFOFFJ OFQ 00 STUKS
12

14 October 1931
BIJ VOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

XXXI
ben tot niets geleid. De Mijnbesturen zijn van mee-
ning, dat nog veel drastischer verlagingen in afzien-
baren tijd behooren te worden toegepast; tenzij de
prijzen in Engeland door het algemeen verwachte
stijgen van de ,,cost of living” naar boven zullen gaan

en de grootere concurrentiemogelijkheid van Engel-
sche kolen op die
wijze
afbreuk wordt gedaan. Frank-
rijk en België hebben den invoer van uitheemsche
kolen ‘gerantsoeneerd, zeer ten ongerieve ook van de
Nederlandsche mijnen.

De prijzen hebben een neiging terug te loopen en
alles wijst er op, dat er nog maar enkele sprongetjes
naar beneden noodig zijn om te komen tot het peil,
waarop de kolen v66r den oorlog stonden.

PETROLEUM.

De overheerschende gebeurtenis op het gebied der
internationale petroleumindustrie was ongetwijfeld
de stap, die door de gouverneurs der groote olie-pro-
duceerende staten
Oklahorna
en
Texas
werd onder-
nomen, ni. de krijgswet af te kondigen, de staats-naili-tie te mobiliseeren, de petroleum-velden te bezetten en
de bronnen te sluiten.

Deze beslissingen werden genomen onder den in-
vloed van de outzaglijke overproductie in het tegen
het einde van 1930 ontdekte veld ‘van Oost-Texas,
waar de productie tot midden Augustus op •driekwart
tot een millioen barrels per dag – het eerstgenoemde
is het officiëele, het tweede het waarschijnlijk reëele
cijfer – steeg, hetgeen een algeheele ineeustorting
der prijzen van ruwe olie niet slechts in dit gebied,
maar alom tengevolge had, alsmede de laagste, ooit

gekende prijzen voor de door raffinage verkregen pro-
ducten. Terwijl de gouverneur van Oklahoma ver-klaarde, de bronnen pas to doen openen, zoodra de
ruwolie-prijs aldaar $ 1,— per barrel weer had be-
reikt, heeft de gouverneur van Texas de heropening
niet van het bereiken van een bepaald prijsniveau af-
hankelijk gesteld, en heeft ook inderdaad, toen de
waarschijnlijkheid bestond, dat de productie binnen
redelijke en door de autoriteiten voorgeschreven gren-
zen zou worden gehouden, in een heropening toege-
stemd. Het verdient zeker vermelding, dat hij het
door zijn ambtgenoot in Oklahoma gegeven voorbeeld
pas volgde, nadat een groote vergadering van belang-
hebbenden in Oost-Texas, daarop nadrukkelijk had
aangedrongen, en, na al wat was voorafgegaan, de
niet ongegronde vrees bestond, dat deze producenten
enz. die door het zelfzuchtige en. onverstandige op-
treden van enkele hunner collega’s met den onder-
gang werden bedreigd, dit zaakje wel eens zelf en
hardhandig zouden opknappen.

7.00
—PEÎPOL
E’
JM

1.5C

………….
__

,•-•

‘ – ‘-

1

1.0
.

1911

00

per dag te beperken (op het oogeublik is zij zelfs
lager dan dit cijfer, ni. pl.m. 2.200.000 barrels), waar-
van Texas 900.000, Oklahoma 546.000, Oalifornië
500.000, Kansas 110.000, Arkansas en Louisiana even-
eens 110.000, de Oostkust-staten 108.000 en New-
Mexico en de andere Rocky Mountain Staten samen
102.000 barrels moeten produceeren.
Slechts weinige dagen later werd bericht, dat ver-
tegenwoordigers der voornaamste olie-staten aan den
staatssecretaris van den handel, Mr. Lamont, een
plan ter beperking der wereldproductie
gedurende de
jaren 1932-1934 hebben voorgelegd, terwijl het in
de bedoeling ligt, President hoover te verzoeken, een
internationale petroleum-conferentie bijeen te roepen,
die dit vraagstuk zal behandelen.

Dit ,,Driejareuplan” rekent met een productie van
1.518.9 millioen barrels in 1932, van 1.595.78 millioen
barrels in 1933 en 1.642.5 millioen barrels in 1934.

Daartegenover staat een wereldproductie van 1.407.88
•millioen barrels in 1930, terwijl gedurende de eerste
zeven maanden van 1931 797.15 millioen barrels wer-
den geproduceerd.
1)

Zonder op een bericht, waarvan de bijzonderheden
nog niet bekend zijn, commentaar te willen leveren, dient toch de aandacht ‘daarop te worden gevestigd;
ook in
dit
geval, zal de door President Eloover aan te nemen houding van beslissenden invloed op den gang
van zaken in een wereldindustrie kunnen zijn.
Onder invloed van ‘de ‘gedwongen beperking der
productie zijn ‘de
prijzen
van ruwe olie, alsmede die
van raffinage-producten belangrijk gestegen’; na de heropening van het Oost-Texas-veld waren er weer
kleine prijsdalingen te constateeren.
De
przen
van een aantal voorname producten
laten zich als volgt vergeljkèn:

1930
le helft
1931
Einde

Medio
Ruwe olie (barrel)

gemiddeld

Juni September
Oklahoma
36
0
……..
1.23

$ 0.67

$0.33

$0.62
Pennsylvania ………
2.55

,, 1.77

,, 1.50

,, 1.95
Geraff
in.
producten (gall.) (Okla.)
58-60 U.S.
Motor
Gasoline ……..d.c
6.34

3.35

3%
72-72.9
Aardgas-ben-
zine …………..
5.36

3.14

1
15
/10

315
f1e
4 1-43
water white
kerosene ………..
3.58

2.62

1
1.5
1
.,

27i&
24-26
stookolie (bar.
rel) ……………
70.43

25.4

42
Y21

35.0
32-36
gasolie …….
2.27

1.43

018

13/i
64-66
benzine, ex-
portprijs, Gulf …..-

3%

5%
Op de
Europeesche markten
bleef de situatie voor
producenten en handelaren in hooge mate onbevre-
digend. De
Russische
petroleumindustrie wordt ge-
reorganiseerd; de ,,Sojusneft” wordt opgeheven en
de geheele petroleumindustrie als speciale af deeling
aan een nieuwe Oentrale voor brandstoffenvoorziening
aangesloten.
Voor
Nederland is
van belang het voorstel der Re-
geering, om een
benzine-belasting
van 3 cts. per L.
(4 cts. per lIG.) in te voeren, een in dezen tijd, – en
misschien niet slechts in dezen tijd – alleszins te ver-dedigen voorstel, vooral, wanneer later de Regeering
zou kunnen besluiten, de wegenbelasting met de nieu-
we heffing te vereenigen.
1)
1 •ton = 7
barrels.

ZILVER.

Nadat de bronnen heropend waren, bleek al ras,
dat de toegestane productie van 225 barrels per bron
te hoog was, en dus werd, ter voorkoming van een
nieuwe overproductie, dit maximum verlaagd tot 185
barrels, en later nog eens tot 150 barrels.
Dit stond tevens in verband met de beslissing van
een conferentie van, vertegenwoordigers der olie-
produceerende
staten met
leidende figuren
der aldaar
werkende petroleum-ondernemingen,
om, gedurende
de ‘drie laatste maanden van het loopende jaar de pro-
ductie der Ver. Staten op hoogstens 2.376.000 barrels

– –
——-

———-

old

0,2
JAM FEEQ hOT AGE MEI
juni
JULI AUG SEPT OCT NOV DEC

XXXII

BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 14
October 1931

IJZER.

Het derde kwartaal was voor de exportmarkt van
ruw-ijzer wel het ongunstigste van het geheele crisis-
tijdvak. Wel liep de markt voor Lux 3 in Juli nog op
tot 48-49 sh. fob. Antwerpen, doch aliengs daalde
zij weer tot liet niveau, dat zij aan het einde van het voorgaande kw’artaal bereikt had, nl. 46/6-47/-. Dit
was v66r 21 September, op welken datum de gouden
standaard in Engeland werd opgeheven. De voor-
aanstaande positie, welke Lux 3 tijdens de crisis, zij het ook door middel van belangrijke concessies – op
cie Schotsche markt werd ‘het tegen 5116 fot. Grange-
mou.th
aangeboden – veroverd had, moest het, ten-
‘gevolge van de deprec.iatie van het Pond, opgeven.
Daartegenover maken de Oleveian’d-producenten
een goede kans om het verloren terrein te herwinnen.
i[un posltie was intusschen gaandeweg slechter ge-
‘worden.. Zij handhaafden weliswaar den officiëelen prijs van 5816 fot. hoogoven voor ‘de verbruikers in
het Tees-district, doch naar elders boden zij – zonder ‘succes – tegen ettelijke sh. onder deren
prijs
aan. Om
hun voorraden n

iet tot een ,,onhandelharen” omvang
te doen aangroeien, zagen zij zich bovendien ge000pt
in Augustus de toch reeds sterk g’ekrornpen produ.iie
nog verder te beperken.

SU DFD FNC TON

IJZER

NOMMEMMEMEME

MW
OM
MEMEWHEMWEEM
OMMUMM

NEMEMEMEMENE

I

SEEMEEMENE

MEMEMEMMEME

JAN FEDE. lIET AGE MEI
JIJIII JULI
AUG qEPT. OCT.. NOV. DEC

In tegenstelling met ‘de En’gelsche .goederenmarkt
.i.n het algemeen is de prijs van het Oleveland-product
na ‘cle ‘gebeurtenis ‘van 21 September niet gestegen.
Op goucibasis omgerekend, komt de . of ficiëele prijs
van Clevelanci No. 3 op 47/- fob., zoodat men wei kan
nagaan, dat de Sc’hotsche markt in elk geval voor
Lux 3 verloren i’s. Doch ook op het vasteland begint
liet de concurrentie van Cleveland gieterij-ijzer danig
te voelen.
Een andere factor heeft nog tot de verdere ont-
wrichting van de ruwijzermarkt’bijgedra’gen. De voor-
naamste producent van gieterij-ijzer in Frankrijk is
uit het
z.g.
Comptoir Beige, dat den afzet van Lux 3
op ‘de Belgische markt regelt, getreden. De daaruit
voortvloeiende concurrentie van ‘dezen producent met
cle overige leden van genoemd kartel heeft den prijs
met ongeveer 50 B. fr.s. doen ‘dalen tot 390 B. frs.
t ob. grens. Ook op de Fransche markt konden de pro-
ducenten van Lux 3 den
prijs
niet handhaven. Mede
als ‘gevolg van ,de verminderde vraag op ‘de binnen-
landsche markt daalde de noteering met 10 â 15 Fr.
frs. tot 210-275 Fr. fin. fot. Longwy. Sinds de op-
heffing van het O.S.P.M. in November 1930 i’s de
prjs van Lux 3 hier met niet minder dan 220 Fr. frs.

gedaald.

KOPER.

Het verlaten van den gouden standaard door En-
geland w’as van groote beteekenis voor ‘de metaalmarkt.
Door ‘de Pondenfiuctuatie kreeg men plotseling ver-
schillende noteeringen in Londen. De noteeringen
voor Standard koper en Electrolytisch wisselden da-

gelijks.
Terwijl op 18 September de hoogste noteering voor
beide nog resp. £ 28.10 en £ 33.10 was, bedroegen deze
noteeringen op 21 September ji. resp. £ 33.10.- en
£ 37.-.-.
Een typisch verschijnsel is, ‘dat nu de Pondenkoers

cle laatste dagen iets vaster is, de spanning tusschen Electr. en Standard koper betrekkelijk .groote afme-
tingen heeft aangenomen. Wij zouden hieruit kunnen
concludeeren, dat de unarlctpositie van koper nog zeer
ongunstig is en dat men waarschijnlijk met een ver-laging van den kartelprijs van $ 7.50 rekening moet
houden.

De statistische positie van het metaal is zeer on-
gunstig; dit blijkt wel duidelijk uit de Augustus-
cijfers, welke wij hieronder naast die van Juli en Juni
laten volgen

Juni

Juli

Aug.

IProd.
Gerail. koper ………..
98.275

96.408

90.190

‘Uitvoer ………………….
33.251

26.321

29.016
Binneni.
1ev. ……………..

50.217

43.144

45.816
Voorr. geraff. koper ……….
413.474 440.417 455.775
11
ongeraff.. ……….
187.353 178.761 176.105

Totaal voorraad …………..
500.827 619.177 f531.880

De productiebeperking schijnt nog steeds niet zulke
afmetingen te hebben aangenomen, dat zij de ongun-
stige
cijfers
van de vraag kunnen wegwerken. Binnen-
kort heeft weer een nieuwe conferentie van de ver-
schillen cle producenten plaats, waarop de behandeling
van de productiebeperking natuurlijk een voornaam
punt zal uitmaken.
De Katanga-groep zal al het mogelijke doen om een
te groote productiebeperking tegen te gaan; haar
kostprijs is gebaat bij een zoo groot mogelijke voort-
brenging. In Amerika zal men al het mogelijke doen om te trachten den prijs op te voeren ‘door een dras-
tische productiebeperking.

In’ hoeverre ‘de belangen van beide groepen elkaar
zullen raken, dient te worden afgewacht. Zooals ook
hierboven reeds gezegd, verwachten
wij
een verdere
daling van den koperprijs, aangezie.0 er nog steeds
geen uitzicht bestaat, dat de positie van dit artikel
zal verbeteren. Misschien ontstaat er in Engeland
door de depreciatie van het Pond een tijdelijke vraag; ons lijkt dit echter meer een verplaatsing dan een toe-
name van de vraag, want voor datgene, waarvoor men
zich in verband met de daling ‘van het Pond in Enge-

land dekt, ontstaat op het Continent minder werkge-
legenheid.
Aan het pas verschenen overzicht van ‘de Metallge-sellschaf t ontleenen wij, dat, waar Europa ‘gemiddeld
in de jaren 1909/13 ongeveer 60 pOt, van ‘de wereld-
productie opnam, ‘dit percentage in de laatste vijf jaar
aanzienlijk is gedaald en nu ongeveer 47 pOt, be-
draagt. In dezelfde periode is het koperverbruik van
Amerika van 36 pOt. tot 47 pOt. en ‘dat van Azië van
3 pOt. tot 5 pOt. gestegen. In 1.930 zijn deze cijfers
weer eenigszins ten gunste van Europa veranderd.

TIN.

Het verloop van den tinprijs kenmerkte zich in het
a,fgeloopen kwartaal wederom ‘door groote wisselval-
ligheid, hetgeen echter «geen direct verband hield met
de meer of minder gunstige statistische positie van
het metaal.
Juli opende voor prompt tin op £ 113%, terwijl
reeds op 6 Juli ‘de oash-prijs tot £ 119 was opgeloopen.
Hierop trad echter weder een reactie in, zoodat op
15 Juli ‘de noteering ‘gedaald was tot £ 107
1
/4.
Een

—-_al—__
JAN. FEBP. MPT aPP. MEI, JUNI. JULI. AUG. SEPT OCT NOV DEC.


1

1
1

14 October 1931
BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

XXXIII

langzaam herstel ha’d hierna plaats, waardoor medio
Augustus cash-tin £ 116% noteerde en op 31 Aug.
zelfs £ 121, na het bekend maken van de totstandko-

ming van de Internationale tin-pool. Dit niveau bleek
echter niet te handhaven, en een nieuwe daling tot

£ 111 trad in op 18 Sept. Dit was de laatste dag,
waarop te Londen Pondennoteeringen op goudbasis
tot stand kwamen.

Het loslaten door Engeland van den gouden sten-
claard veroorzaakte een snel omhooggaan der goede-renprijzen, doch wat tin betreft, was deze stijging der
Londensche noteeringen niet evenredig aan de depre-
ciatie van het Pond, zoodat een omrekening tegen de
goudwaarde uitwees, dat deze prijs vrij belangrijk on-
der het £ 100 niveau was gedaald.

Het geval deed zich dan ook voor, dat tijdens de
(schijnbaar) willige houding der Londen’sche tin-
markt, de noteeringen te New-York voortdurend
daalden.

£PEUENG tOa

TIN

______–_–_

MMMMMMMMMMMM
MMMMMMMMMMMM
MMMMMMMMMMMM

MMM

MMMEM

ME

0

MEME

ME
JAN. FEBR 1IR1T APR MEI JUNI JULI AUG SEPT OCT. NOV. DEC

in de statistische posit.ie van het metaal kwam
geen groote verandering. De zichtbare voorraad, welke
op ult. Juni 51.566 tons bedroeg, daalde tot 50.265
tons per ult. September (zonder de carry-over i.n de
St.raits).

i)at de restrictie tot heden nog steeds naliet een
bevredigende afneming der voorraden tot stand te
brengen, moet eencrzijds worden toegeschreven aan
verminderd verbruik, en anderzijds aan de overschrij-
ding door Malaya met niet minder dan 4.164 tons
van de haar toegestane quota.
inmiddels bevatte het communiqué, gepubliceerd
door het internationaal Tin Comité na de vergadering
te Parijs op 22 September, de volgende zinsnede:

,.IE[et Comité eonstateerdc met voldoening, dat het Gou-
.,vernement van de Federated Malay States den toestand
,,geheel meester
vaS;
dat de productie vanaf
1
September
,,beperkt was tot 40 pCt. van (le geschatte potentiëele pro-
,,ductie; dat het thans gevolgde systeem voor het treffen
,,vau een regeling met het zeer groote aantal mijnen in
,,Malakka thans bevredigend werkt en dat er geen grond
,,bestaat voor het vermoeden, dat in sommige bladen tot
,,uitclrukking is gebracht, als zou Mala.kka niet te goeder
,,trouw alle pogingen in het werk stellen om haar verplich-
,.tingeu krachtens het quota scheme uit te voeren.”

LOOD.

in tegenstelling niet cle betrekkelijk ongelijke be-
langen, welke in het Koperkartel heerschen, vinden
wij bij de Loodpool een veel consequenter doorgevoer-de prijs- en ‘verkooppolitiek.

De voortbrenging van lood is in sterkere handen
en het
prijsverloop
ondervindt dus niet zulke scherpe
:fiuctuaties als bij koper.

Vanzelfsprekend zag men, direct, na 21 September
jl. een aanzienlijke stijging van lood in Londen in

verband met de depreciatie van het Pond. De moge-
lijkheid van controleering van den loodprijs, zooals
zulks met de kopernoteeringen het geval is, welke in Amerika den Dollar tot grondslag hebben, is bij lood
uitgesloten, aangezien er in Amerika wel een lood-
prijs genoteerd wordt, ‘die echter geen marktprijs is,
doch vastgesteld wordt in verband met de invoerrech-
ten, welke Amerika van het artikel lood heft.
Op het oogenblik noteert lood in Londen in verband
met de langzame stijging van het Pond de laatste da-
gen ca. £ 13.-.-. Indien men in aanmerking neemt, dat
een clepreciatie van het Pond van ca. 20 pOt. heeft
plaats gevonden, dan komt de prijs vac £ 13.-.-, bere-
ken’d op goudbasis tit op ongeveer £ 10.8.-, welke rio-
teering iets lager is clan die van 18 September ji.,
de laatste noteering véSr de depreciatie van het Pond.

KATOEN.

Prijzen van rawe katoen zijn in het afgeloopen
kwartaal geregeld gedaald. Begin Juli bedroeg de
prijs nog 10 Am.cts., ‘doch na cle eerste week in Juli
brokkelden deze prijzen geregeld af, toen wel bleek,
dat de weercondities in de Ver. Staten buitengewoon
gunstig waren en men e.r waarschijnlijk een grooten
oogst mocht verwachten. Dit werd bevestigd door de
schatting van het Land bon wbureau in Washington,
dat op 8 Augustus een oogstsehatting van 15.584.000
balen publiceerde, welk cijfer belangrijk hooger was,
dan de toch reeds pessimistische markt verwachtte. Prijzen zijn daarop scherp gedaald en de noteering,
die begin Augustus nog 8 ets. bedroeg, daalde na cle
publiceering van dit rapport tot beneden 7 ets. Ook
in Augustus en September was het weer voor den
nieuwen aanplant buitengewoon gunstig en de oogst-schatting van het Lancibouwburean
0
1) 8 September
was zelfs nog iets hooger dan een maand tevoren.
Deze tweede schatting had geen onmiddellijk effect
op de markt, ‘daar men deze reeds geclisconteerd had,
doch in de laatste helft van September zijn prijzen op-
mii euw gedaald, hoofdzakelijk wegens de onbevred i gen-
de berichten uit de industrie en cie financiëe]e moei-
lijkheden in vele landen.

JAN. FEBR MRT, APR, MEI. JUNL JUU. AUG. SEPT, OCT NOV, DEC.

Door den grooten oogst in de Ver. Staten is er een
zeer groot overschot, terwijl het niet waarschijnlijk
lijkt, ‘dat de consumptie in cle komende maanden sterk
zal yerbeteren. De berichten u.it ‘de industrie in de
meeste landen zijn verre van gunstig, terwijl ook het gebrek aan koopkracht in vele overzeesehe gebieden een belemmering voor den export van manufaeturen vormt. Eind September bedroeg de prijs van Amen-
kaansehe katoen 6 ets, per lb., een noteer.ing, die men
sinds mensehenheugenis niet heeft gezien.

in de Ver. Staten heeft men verschillende midde-
len gepropageerd om ‘den volgenden aanplant sterk te
verminderen en zal men trachten hiervoor een wette-
lijke basis te vinden. Tot nu toe hebben alle midde-len om katoenpnijzen op peil te houden, gefaald en
de lage prijs, die thans voor het product betaald wondt,

is waarschijnlijk de lbeste prikicel, om in het volgend
seizoen zoo weinig mogelijk aan te planten.

FL.57-61 POND

KOEHLHDEN
JAN

4C

3′

ac

FEBR MRT APR MEI JUNI JUU AUG 5EPf OCT [10V L)CL

XXXIV

BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 14 October 1931

WOL.

De stemming op de markt was in het derde kwar-
taal door de overal verscherpte financiëele crisis over
het algemeen gedrukt. Eerst in de laatste weken en
vooral na het opheffen van den gouden standaard in
Engeland ontstond eenige bedrijvigheid, waarbij spe-
ciaal Engeland in het vooruitzicht van betere export-
mogelijkheden zoo sterk als kooper op de markt op-
trad, dat de wolveiling te Londen verlengd moest wor-
den en een niet onbelangrijk grooter aantal balen ten
verkoop kon worden gebracht, dan verwacht mocht

worden.

1
p_._—
Yvs_J
_
2,

5C

AC
199

30

..

……….
-. .

– —: – – –

20

10
JAM
FEb12.
FIPT

MEL JUIM
JUU
AUG SEPT. OCT. 110V DEC.

De
prijzen
brokkelden tot aan de opheffing van den
gouden standaard in Engeland langzaam af, bleven daarna, in goudgeid omgerekend, ongeveer op het-
zelfde peil, terwijl in Pond Sterling genoteerd, in
overeenstemming met de depreciatie daarvan, een stij-
ging van 20-25 pOt. werd geregistreerd. De laatste-
lijk betaalde prijzen, zijn – in goudgeld uitgedrukt
– voor alle qualiteiten de laagste, welke sedert tien-
tallen van jaren werden waargenomen en blijven zelfs
beneden het laatste record-laagtepunt van Januari

van dit jaar.

1110

wijl de Finsche producties, waaronder ook van eerste-
klas afladers, aan de markt zijn k
f
90,—. De z.g.

clearance-partijen zijn den laatsten tijd afgesloten

f
85,— en zelfs â
f
82,50, vooral van de Noordelijke
districten, die niet te lang meer met verscheping
kunnen wachten.

IL.

.

HOUT
160

15C

14c

1 3C

12C

t 1( ) —-

– – –
JAN
FEBQ
MP1 AØQ MEI JUNI.
JULI. AUG SEPT OCT NOV DEC

De Russische prijzen zijn voor het najaar definitief

vastgesteld
f
112,50 c.i.f., tot welken prijs verschil-

lende vrij groote contracten zijn afgesloten. De be-
doeling was ca. 40.000 stds. in Nederland te plaatseu,
hetgeen vrijwel is gelukt, met het gevolg, dat er weer
beduidend meer hout wordt aangevoerd, dan absoluut
noodzakelijk is. De gevolgen hiervan blijven natuur-
lijk niet uit en er zullen in den loop van October en
November vrij belangrijke verschepingen plaats vin-
den, waarvan evenwel slechts een gedeelte direct aan de consumenten kan worden afgeleverd.
Op het eerste gezicht zou men meenen, dat de Fin-
sche afladers goedkooper willen afgeven dan de Rus-
sen, doch men mag niet uit het oog verliezen, dat
er bij de contracten voor Russisch hout rekening
moet worden gehouden met ,,rebates”, in den vorm

van vergoedingen op vroeger afgesloten
partijen,
e.d.

Sedert het terugloopen van den Zweedschen kroon,
is de toestand er over het algemeen niet beter op ge-
worden, daar men van meening is, dat de Zweed-

sche houtexporteurs nu hun
prijzen
zonder feitelijk

nadeel zullen kunnen verlagen en het meerendeel van
de importeurs voelt er dan ook betrekkelijk weinig
voor, op het oogenblik nieuwe contracten af te sluiten.

KALKSALPETER.

1930

1931

– JAN. J-ER. MMI AIK. flb.I JUII JULI AU(,..5L111 OCT NOV. L)EL.
De omzet was in de eerste twee maanden van het
kwartaal betrekkelijk gering, omdat overal de uiter-ste voorzichtigheid in acht werd genomen en tevens niet altijd de vereischte financieringsmogelijkheden

– in hoofdzaak Iin de continentale landen— ter be-
schikking stonden. Later werd de omzet, vooral in
Engeland, aanmerkelijk grooter.

KOEHUIDN.

HOUT.

De prijzen voor vurenhout zijn zoowel in Zweden,
als in Finland, voortdurend gedaald. Goede Zweed-
sche producties worden aangeboden
i f
95,— f.o.b.

voor 7″, zonder op dezen prijs koopers te vinden, ter-

————

RUBBER.

In den toestand der rubbermarkt is gedurende de

verslag-periode geen verbetering gekomen, al konden

de
prijzen
tijdelijk iets aantrekken. De hoogere Lon-
den-sche noteering tegen einde September weerspiegelt
– zooals uit het feit, dat op 30 September te Am-
sterdam met een noteering van 13 cts. voor loco
Hevea crêpe en 12 cts. voor loco Hevea sheets een nieuw laagte-record werd bereikt, duidelijk blijkt –
natuurlijk niet een opleving in -zaken, maar slechts de
daling der waarde van het Pond, een factor, die bo-
vendien den rubberhandel en de rubber-cultuur voor
heel wat onzekerheid plaatst. ‘Of inderdaad, zooals in
sommige kringen gemeend wordt, het loslaten van den
gouden standaard door Groot-Brittannië de talrijke

Nederlandsche producenten, die nog steeds tegenstan-
•ders van een productie-regeling zijn, zal beïnvloeden,
ook hun houding te herzien, dient te worden afge-

wacht.

14 October 1931
BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

XXXV

Die Nederlandsche kringen, die aanhangers van
een regeerings-interveivtie ter redding van de rubber-
cultuur (of althans van een groot gedeelte daarvan)
zijn, hebben, nadat, zooals bekend, in den boezem der
door de Regeering benoemde studiecommissie de stem-
men betreffende de al dan niet wenschelijkheid van
een ingrijpen der regeering hadden gestaakt, het niet daarbij gelaten, maar een
,rubber-quoia-plan”
uitge-
werkt en gepubliceerd. Dit zeer gedetailleerde l,lan
gaat van de volgende overwegingen uit:
De – controleerbare – productie der ondernemin-
gen en de – niet-controleerbare – productie van
bevolkingsrubber dienen door productiebeperkin’g en/ of uitvoerbeperking te worden verminderd.

.5H.PEP11

RuBeE




1929

1951
i930

•-

.
,..
.

JAN FEBS MQT APP ME JUN JULI AUG 5EP ) OCT NOV DEC

Als basis voor de regeling moeten de productiecij-fers van 1929 dienen, echter zal om billijkheidsrede-
nen de grondslag der productie van de bevolkings-
rubber met 11.000 tot 119.000 ton verhoogd worden. De zoo verkregen cijfers worden uniform met25 pOt.
verlaagd, hetgeen beteekent, dat Malakka 331.950 ton,
Nederlandsch-Indië 202.500 ton (waarvan 112.500 ton
ondernemings- en 90.000 ton bevolkingsrubber) en
Ceylon 56.250 ton zal mogen produceeren (uitvoeren).
Waar de productie der overige landen op 59.300 ton
kan worden geschat, zou de wereldproductie totaal
650.000 ton beloopen, terwijl de wereldconsumptie op
680.000 ton wordt aangenomen. Daardoor zou een
onttrekking van 30.000 ton aan de al te groote voor-
raden mogelijk zijn. Het is niet bekend, hoe de nieuwe
Gouverneur-Generaal over dit (of eenig ander plan
ter productie-beperking) denkt. Een ander project
werd door plan’terskringen op Ceylon uitgewerkt; zij
stellen voor, dat de Regeering een uitvoerbelasting op
rubber gaat heffen, echter niet in geld, maar in na-
tura, en de zoo verkregen hoeveelheden rubber voor
doeleinden gebruike, die geen concurrentie voor het
in den handel gebrachte product beteekenen, d.w.z.
voor bestratingsdoeleinden.

De op sterling-basis door Nederlandsche onderne-
mingen gesloten termijn-contracten (vorverkoopen)
brengen, voor zoover de prijs te Londen niet evenredig
met de daling van het Pond
stijgt,
voor deze onder-
nemingen een belangrijke daling van de opbrengst in
guldens; misschien
nTet
het oog hierop, misschien
echter nog met verder strekkende bedoelingen heb-
ben in het laatst van September besprekingen tus-
schen Nederlandsche en Britsche belanghebbenden
plaats gehad, zonder dat tot nu toe eenig resultaat
daarvan bekend werd.

De
verschepirt.gen.
van Ned.-Indië gedurende de
eerste acht maanden van 1931 beliepen 168.531 ton
(1930: 165.227), waarvan 106.421 (100.362) ton
011-

dernemingsrubber en 62.110 (64.865) ton (drooge) be-volkingsrubber. De eerste hebben dus met pl.m. 6 pOt.
toegenomen, de laatste met pl.m. 4 pOt. afgenomen.
Gedurende hetzelfde tijdvak beliep de export van
Malakka 275.462 ton tegenover 285.511 ton in 1930,
hetgeen een vermindering van nagenoeg 4 pOt. be’tee-
kent; in September moet volgens de voorloopige cij-
fers, een verdere vermindering zijn ingetreden.

Symington & Siuclair, ramen de
wereldproductie
gedurende de eerste helft van 1931 op 393.411 ton
(1930: 410.544 ton) en het verbruik op 345.578 ton
(1930: 369.797 ton), zoodat ook in 1931 een belang-
rijk productie-overschot is te verwachten; tot einde

Augustus wordt de wereldconsumptie (voorloopig) op
465.000 ton (1930: 483.000 ton) en ‘de wereldexport op 537.000 ton (544.000 ton) geschat, zoodat de we-
reidvoorraad een toeneming van 72.000 ton aantoont.
De firma P. Carel Wijnand heeft de volgende cijfers
der productie van 672 Europeesche maatschappijen
gecompileerd:

Productie ton Maandgemiddelde ton

306.432

38.0

300.115

40.6

172.637

36.7

Dus een teruggang van 3.1 pOt. ten opzichte van
1929 en van 9.7 pOt. ten opzichte van 1930.
Voor de volgende maanden verwacht zij een nog
grooteren teruggang. Indien deze prognose blijkt jui.st te
zijn,
zal zij toch
op een vrij langdurig selectie-proces in de rubber-cultuur duiden, een proces, waarvan het geenszins vaststaat, of het beteekent een ,,survival of the fit-
test”, of een ,,survival of the richest”. Er zijn, zooals
meii weet, tal van Nederlandsche ondernemingen, •die
het laatste beweren.

Hoewel de statistische positie van het artikel Sui-
ker gedurende het afgeloopen kwartaal belangrijk
verbeterd is door de verwachting van kleinere biet-
oogsten in Europa, terwijl belangrijke inkrimpingen
in Java en andere landen nog te wachten staan, heb-
ben de prijzen geen verbetering kunnen boeken. In-
tegendeel, beheerscht door de depressie op econo-
misch en financiëel gebied, volgen alle koopers eene
uiterst voorzichtige politiek.
Nadat de suikerprijzen mede geprofiteerd hadden
van de ,,Hoover hausse”, verviel men in Augustus
reeds in de apatische stemming van voorheen. De fi-
nanciëele crisis in Duitschland kwam kracht ‘bijzetten
aan het opnieuw ontwaakte pessimisme. De Ham-
burgsche termijnmarkt werd – in dezen crisistijd als
oneconomisch zijnde – gesloten. Als hoogtepunt van
de spanning volgden tenslotten Engelands financi-
eele moeilijkheden en de opheffing van ‘den gouden
standaard in da-t land. Het gevolg van deze laatste
onverwachte gebeurtenis was een stijging van in Ster-
ling genoteerde suikerprjzen in evenredigheid tot de
daling van het £ Sterling. De wnarde van het artikel
op de ‘wereldmarkt onderging hierdoor echter geen
verandering.

De New-Yorksche noteerin’gen luidden op 1 Juli
voor Spot Oentr. 3.48, voor de loopende maand 1.35, voor 3 maanden 1.39 en voor 6 maanden 1.47. Op 30
September waren deze termijnen als volgt genoteerd
3.40, 1.32, 1.37 en 1.30.
Nadat Dr. Mikusch begin September een raming
van den aanstaanden bietoogst van 6.447.000 ton voor
Europa zon’der Rusland gepubliceerd had, maakte
F.O. Licht dezer dagen zijn eerste raming met
6.171.000 ton bekend. De officiëele ramin’g voor Rus-
land, door Mikusch opgenomen, luidde 2.100.000 tons.
Dit cijfer werd door bevoegden in Rusland te hoog
geacht; Licht heeft ‘de raming voor ‘dit land terugge-
bracht op 2.150.000 tons. In vergelijking met een op-
brengst ‘van het vorig jaar van 8.631.000 tons voor
Europa zonder Rusland en van 2.010.000 tons voor
Rusland, geven de nieuwe cijfers dus een gunstig
beeld te zien.
/

XXXVI

BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1.4
October 1931

Ook de zichtbare voorraden zijn belangrijk vermin-derd. Terwijl deze op 1 Juli nog es 1.000.000 tons be-
droegen, zijn de voorraden teruggeloopen op ca.
6.000.000 tens op 1 Augustus, in welke cijfers nog be-
grepen zijn de volgens •de Ohadbourne overeenkomst
geblokkeerde hoeveelheden in Cuba en Europa.
Op Java vonden belangrijke afdoeningen aan expor-
teurs tot geheime prijzen plaats.

KOFFIE.

In den loop van het derde kwartaal liep loco Ro-
busta alhier terug van 27 ct. tot 23 ct. per %
terwijl loco Superior Santos in hetzelfde tijdsverloop
daalde van 29 ct. tot 25 ct. per % K.O. Deze prijs-
loop was nog steeds in hoofdzaak toe te schrijven aan
den ongunstigen toestand, waarin het artikel geraakt
is tengevolge van de kunstinatige prijsophoucling van
Brazilië in •de laatste jaren en van cle daardoor ver-
oorzaakte enorme overproducti e. Als extra ongi nstige
faclor voegde zich hierbij nog de omstandigheid, dat
de loopencie Brand-oogst, welke op 1. Juli is aange-
vangen, wederom buitengewoon groot beloof t te ror den, waardoor het resultaat van den sedert April door Braziii.ë genomen maatregel om een deel der gewel-
dige aldaar aanwezige voorraden geleidelijk te ver-
nietigen, hoogstwaarschijnlijk zal worden geneutrali-seerd, dat wil zeggen, dat cle gezamenlijke voorraden
aan liet eind van liet oogst,jaar hoogstwaarschijnlijk
minstens nog even groot zulleii zijn als in het begin

het geval was.

5

/2 K.Q.

‘0

45

/..0

3,

20

De aanbiedingen van Brazilië, welke voor volhe-
schreven Super’ior Santos
01)
1. Juli dooreen onge-
veer 4516 per c.wt. waren en voor beschreven Rio type
7 ongeveer 33/6, zakten in den loop van het kwartaal

in tot resp.
37/-
en 28f6 (in werkelijkheid zijn de aan-
biedingen aan het einde van.het kwartaal in Engelsch
geld door cle daling van het Pond sedert 21 Septem-
ber belangrijk hooger, doch ter vergelijking met (le
prijzen hij den aanvang van het kwartaal zijn zij :ch-
ter hierboven in goudwaarde omgerekend).
De noteeringen aan de Rotterdamsche termijn-
markt liepen, voor de loopende maand ongeveer 5 ct.

per
Y2
K.G. terug en voor cle andere maanden 4% â

4% ct.

THEE.

Gedurende het derde kwartaal is in het niveau der
middenprijzen van de Amsterdamsche thee-veilingen
weinig verandering gekomen.
Bedroeg cle middenprijs in ‘de veiling van 2 Juli
37 cts. per h.KG. in entrepôt, in de veiling van .16
Juli bedroeg •die 38% cts., om weer te dalen tot een
prijs van 38% cts. in de veilingen van 30 Juli en
27 Augustus. In de veiling van 10 September daalde

cle niidd.enprijs verder tot 36%
ds.,
terwijl de veiling
van 24 September een
stijging
te zien gaf tot 38 ets.

per h.KG. in e.trepôt.
Het aanbod in deze zes Amsterdamsche thee-veilin-
gen bedroeg resp. 14.123, 11.813, 20.415, 18.233, 12.359
en 9.165 kn. Ned.-Inclische thee, directen aanvoer.
Bij de hoogere opbrengstprijzen, die thans te Bata-
via worden gemaakt, is het te verwachten, dat de Ned.-

Indische producenten minder thee naar Europa zul-
len verschepen dan verleden jaar, teneinde de verlie-
zen zoo gering mogelijk te maken.
Wat de statistische positie van de theemark’t te
Londen betreft, deze geeft per ultimo September geen
ongunstige cijfers te zien. De aanvoeren zijn ongeveer
gelijk gebleven aan die van verleden jaar, terwijl de
afleveringen een sterke toeneming te zien geven.
Dientengevolge beliepen de voorraden per ultimo Sep-
tember niet minder dan 28 millioen Engelsche pon-
den minder dan verleden jaar. Zij bedroegen eind
September 195 millioen Engelsche ponden, tegenover
223 miflioen per eind September 1930.
11/EE

O7

O.7C

o.ö

mc

051

05C

Q4

0.4E

MET APR.
hEl. JUNI
JULI

AUG
SEPT. OCT. NOV DEC.
Aanvankelijk werden geringere aanvoeren verwacht,
tengevolge ‘van kleineren uitvoer van Noordelijk
Britsch-Inclië, doch deze zijn grootendeels teniet ge-
daan door de zooveel hoogere uitvoeren van Ceylon
en Ned.-Indië.
Per eind Augustus werd dit jaar •in het V. K.
aangevoerd aan Br.-Indische thee 11.7.300.000 Engel-
sche ponden (verleden jaar 127.802.000), Ceylon-thee
115.923.000 Engelsche ponden (v. j. 108.381.000) en
Ned.-Indische thee 59.650.000 Engelsche ponden (v.j.
61.462.000).
Blijkens de statistiek van het Thee-Etablissement te Amsterdam zijn de voorraden in entrepôt, die op
ultimo Juni ongeveer 99.000 kisten bedroegen, thans
gedaald tot ruim 88.000 kisten per eind September,
terwijl .de voorraden ultimo September 1930 bijna
97.000 kisten bedroegen.
:De aanvoeren bedroegen gedurende de maand Sep-
tember 19.856 kn., waartegenover afleveringen ston-
den van 33.120 kn. Gedurende Januari/September
werden aangevoerd 266.411 kisten Ned.-Indische thee
en afgeleverd 257.592 kn.

COPRA.

De copramarkt bleef ‘gedurende ‘het afgeloopen
kwartaal gedrulct. De prijzen liepen terug’ van ca.

f
16,— in het begin Juli, naar ca.
f
1.2% einde Sep-
tember.

– . –

MEMO MOME

EMP
M
R

mil

MENEEME

k”
ONEINIM

NE
01
ME N 0

De vraag was over het algemeen wel goed, vooral
voor rekening van het Noord-Continent, daar cocos-
olie goedkoop is in verhouding met andere vetten.
Het aanbod was echter te groot om’ op een stabiel-
blijvend niveau te worden opgenomen.
Van Amerika was er weinig steun in de markt en
kwam er dientengevolge meer aanbod van Zuidzee-
soorten voor, Europa disponibel.
Het slot was kalm, met regelmatig aanbod uit de
meeste productielanden.
Marseille bleef gedrukt tengevolge van het groote
aanbod van b.g. Zuidzeesoorten.

———–

__-__-__-_•

14 October 1.931.
BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

XXXVII

INDEXCIJFERS VAN GROOTHANDELSARTIKELEN.

,,The Economist” schrijft: In verband met de tegen-
woordige onzekere monetaire toestanden is de loop
van de prijzen der groothan’delsartikelen in Engeland
in verhouding tot de gou•dprijzen een factor van groo-
te beteekenis. Het ligt derhalve inonze bedoeling om
gedurende de eerstvolgende weken ons gebruikelijk
indexcijfer wekelijks in plaats van maandelijks te pa-
bliceeren. Het indexcijfer, berekend naar de prijzen
op 30 Sept. en 7 Oct., volgt hieronder. De overeen-
komstige cijfers voor Sept. 1930, einde Augustus en
1.8 September, den dag v66r de schorsing van den
gouden standaard, worden ter vergelijking bijgevoegd:

E ugelsche groothandeisprijzen.
1927=100.
Einde Einde
IS
Einde
7
Sept. Aug. Sept. Sept. Oct.
1930 1931 1931 1931 1931
C1ranen en Vleesch ………
79.5 69.7 64.5 68.0 67.6
Andere Voedings- en Genotmid.
74.5 63.5 62.2 68.1 68.3

Weefstoffen ……………
56.9

44.1

43.7

49.5 49.8

Delfstoffen ……………..
79.5

70.0

67.4

72.9 72.7

Diversen ……………….
76.7

66.2

65.8

68.9 67.8

Totkal ……………….
73.2

62.3

60.4

65.1. 64.8
1913 = 100

…………..
100.8

85.7

83.1

89.6 89.2

1924 = 100
…………..
63.3

53.8

52.2

56.3 56.0

Teneinde een iets beteren, hoewel niet geheel nauw-
keurigen leidraad voor den loop der ‘goudprijzen te
verkrijgen, hebben wij voorloopig een indexcijfer, ge-
baseerd op de goudprijzen van eenige artikelen
t)

samengesteld. De prijzen van deze artikelen zijn ge-
l)aseerd op Amerikaansche noteeringen, behalve voor
wol, waarvoor de noteering te Hâvre werd genomen.
Dit goudindexcijfer, gebaseerd op de prijzen van 16 September, geeft op 23 Sept. een daling van 2.5
pOt., op 30 Sept. één vap 5.3 pOt. en
01)
7 Oct. een
van 5.1 pOt. te zien. Het werkelijke verschil tusschen
de Ponden- en goudprijzen kan dus in het kort als
volgt worden uitgedrukt:

Sept. Sept. Oct.

18

30 7
1.931 1931 1931
Pondenprijzen (indexcijfer Econonsist) …..
100 107.8 107.3
Goudprijzen (ons speciaal indexcijfer) …..
100 94.7 94.9

Voorts volgt in nevenstaande tabel den loop der
prijzen ‘in een aantal belangrijke landen:
zijn gestegen, ‘terwijl ‘de depreci.atie van het Pond met
betrekking tot den Dollar ongeveer 18 pOt. bedraagt.
Men. moet ‘hierbij bedenken, ‘dat de goudprjzen ge-
durende dezelfde periode ‘aanmerkelijk zijn gedaald.
‘De bovenstaande cijfers ‘doen vermoeden, da-t het
evenwicht tusschen de Sterling- en de ‘gou’dprijzen
thans geheel verbroken is; want op basis van een
depreciatie van 18 pOt. van den wisselkoers voor Pon-
den, zou het indexcijfer van ‘de’ Pondenprijzen, met
betrekking tot een gou’dcijfer van 94.9, ‘theoretisch
ongeveer 114 moeten ‘bedragen.

Men zou hieruit kunnen afleiden, dat een alge’heele
nieuwe aanpassing van het bestaande ruilniveau, het-
ij een verdere stijging van ‘de Pon’denprijzen, hetzij
een verdere daling van de goudprijzen zou vereischen.

S *
*

Voorts volgt in nevenst’aan’de tabel de loop ‘der prij-
zen in een aantal belangrijke landen:
‘De volgende opmerkingen zijn ‘ontleend aan de des-
be’teffen’de maandpublicatie van het Oentraal Bureau
voor de Statistiek en hebben betrekking op de Neder-
lan’dsche ‘in’dexcijfers met basis 1913 = 100.
Bij beschouwing der
indexcijfers
over Augustus

1931 in vergelijking met die der maand Juli, blijkt,
dat zoowel het algemeen indexcijfer als ‘dat der ”oe-

1)
Deze artikelen zijn: tarwe, maIs, haver, lijnzaad, kof-
f ie, cacao, suiker, reuzel, spek, katoen, w’ol, katoenzaadolie,
koper, tin, rubber, lood, ruwijzer en petroleum.

2


c

n

4)
.5

1913..
70
4

100
6

100
100
100
100
100

——.–

100
November

1918
358 438
367
392
214
Hnngste
:
591
t79
..
325 366
297
322
(Apr.)
(Apr.)
(Jan.)
(Juni)
(Juli) (Mrt.)
Gemiddelde 1925
01
5

547 646
1425

161
155
202
1926
100
703 654
134
145 149 145
179
1927
95
618
527
138
142
146
148
170
1928
98
621
491
140
143 148
149
171
1929
96
611
481
137
141
110 142
166
1930
86
533
411
125 126
122
117
137
Juni

1930
87
533 412
125
126 123
118
137
Juli

81
538 4u2
125 126
121
115
133
Augustus


84
532 403
125 126
121
114
133
September


84
525
398
123
123 119
112
130
October
83
509
337
120 122
lid
‘Ii
124
November


80
494
379
120
120
117
110 123
December
78
488
369
118
117
1i7
107
121
Januari

1931
71
484
362
115
115 115
105
12)
Februari


76
482 358
114 115
114 104
119
Maart
75
42
356
114 114
113 103
120
April
73
484 353
114
112
112 102
119
Mei

,.

.
71
470 347
113
III
III
102
lIG
Juni

.
70
467
339
112
110 110 100
114
Juli
70
456
337
112
110
110
97
116
Augu8tus

……
446
331
110
.
109
1)
Bureau of Labour.
1)
Stat. Reichsamt.
3)
Sedert 1922gebaseerd op
48 artikelen.
4)
1926 = 100.
5)
Jaargemiddelde.
6)
Sedert October 1923:
Juli 1914= 100.
7)
Midden 1914 = 100.

dingsmid’delen met 3 punten (resp. 3,0 en 3,1 pOt.) is
gedaald.

Tegenover een prijsstijging van 9 artikelen (alle
voedingsmiddelen) met in totaal 44 punten (wo.
eieren met 11 punten), staat een prijsdaling van 22
artikelen (14 voedingsmiddelen) met in totaal 219
punten (w.o. aardappelen met 83, zwavelzure ammo-
niak met 39,. ruwe katoen met 17, lamsvleesch met
13 en tarwe en terpentijnolie met 10 punten).
De stijging van Juli tot Augustus, in procenten uit-
gedrukt, is als volgt: ‘hooi 15,1, eieren 12,2, varkens-
vleesch 10,6, thee
9,1,
zemelen 7,6, roggd 2,8, rund-
vleesch 1,1, melk en zout elk 0,6; de
dctlin.g
was “oor:
zwavelzure ammoniak 60,0, aardappelen 35,1, ruwe
katoen 20,3, tarwe 14,4, maïs 12,6, ljnolie 11,6, ter-
pentijnolie 8,7, kalfsvleesch 6,6, lamsvleesch 6,4, gerst 5,4, hennep 5,1, b.oter 4,5, hout (Z’weedsch vuren) 4,0,
zilver 3,2, m’acaroni. 3,0, haver 2,7, ‘suiker 2,1, koffie
1,7, cacao 1,4, peper 0,4, tin 0,4 en groene erwten 0,1.

.s’-‘
pul
i…l…l.UUll•l•RlllU•I••UU••U•Jl•l*U
1
lh4..ik.UUll.11uuUull••Pllll111•1•UUIhU 1
No
.ul.u..pIuuRulRuuRUu•u••uUuu•I•U•uU•u•
Non
1l11U
•u…U…ulURRiluNl.•UUlUl••llRlUl•Ul•
1
U
1

..l.UUU.UIR•lUUUlU•UIllUi••ll•1•UUUUUlP

am

an
•.ii.i.l.lIUi.I.Uiull.•.lUiiIiU•MIUul••lUUUU

iuuiI.uu..I…U.l.lUUuuIUlUUullk$UUIU•h!U*
1

..IU..Ul.l.UlUIUll•llUllU•UUlU•••IIU1IUU1P

•……….U..11U•U•l•••llU•UUUIU•PU•U•llUllUlll
..i..u.uu…U.U..URRl ……•l.N.l•.UMRUUMU.0
•u…….ui.i..l.l•UU.
•uuuuu….N. •iu••l…l

XXXVIII

BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 14
October
1931

INDEXCIJFERS VAN SCHEEPSVRACHTEN.

,,The Economist” schrijft: Ons indexcijfer voor
scheepsvrachten toonde gedurende September weinig
verandering ten opzichte van de voorafgaande maand.
Het laatste indexeijfer is
10.7
pOt. lager dan dat van
verleden jaar:

Datum

V

E

N

.
ov
ozz

Basis
(Gernlddeldev.
1898-1913)
100
100 100
100 100 100 100
(Oemidd.v.1913)
110,0
113,1
123,4
106,3
117,4
127,9
116,3
Febr.

1920
814,3 529,9
757,5 744,8
587,0
712,2
691,0
Dec.

,,
268,9
277,2
244,1
256,8
286,7 347,2
280,1
Dec.

1921
160,1 164,1
163,7 144,4 141,3 166,5 156,7
Dec.

1922
137,1
135,2 129,2 122,6
136,1
159,3
136,6
Dec.

1923
134,0
132,7 120,1
124,4
125,1
144,2
130,1
Dec.

1924
117,4
129,2
119,5
119,8 129,3
161,1
129,4
Dec.

1925
117,0 121,6 117,0
110,1
110,1
154,9
121,8
Dec.

1926 139,7
156,1
145,9 132,9
129,2
179,8
147,3
Dec.

1927
105,6 116,2
113,6 114,2 124,9 139,8
119,0
Dec.

1928
122,1
131,3
125,6 126,8 127,4
156,7
131,7
Dec.

1929
117,3 95,5 94,6 109,0
93,4
91,7
100,3
Sept.

1930
87,3
91,2 95,7 103,0
89,2
117,5
97,3
Oct.

,,
91,1
85,6
93,3
101,3 85,2
113,9
95,1
Nov.

,,
89,5 85,0 90,4 99,8 81,0
107,7
92,2
Dec.

,,
89,7 86,9 93,8 103.8 85,2
109,5
94,8
Januari1931
88,0
90,1 90,1
101,3
88,8
108,6
94,5
Februari
87,1
93,4
94,6 96,9
90,9
108,6
95,2
Maart
86,5 94,0
90,5
99,2 91,9 t105,0
94,5
April
86,0 95,0
94,4
94,0 91,4
103,3
94,0
Mei
85,0 96,6
94,7
94,8
96,0
104,1
95,2
Juni
82,4 89,6 89,8 91,8
93,0
98,8 90,9
Juli
81,2
85,5 86,3
87,6
87,8
95,2
87,3 Aug.

,,
80,6 82,3 88,3 88,4 87,3
92,6
86,6
Sept.

,,
82,5
83,1
86,3
86,1
85,2
97,9 86,9

Gedurende de eerste helft van de afgeloopen maand
waren de zaken over de geheele linie flauw. Na de

schorsing van den gouden standaard, waren Ide notee-
ringen in Ponden op de vrachtenmarkten onregelma-tig. Aan het einde van de maand was er eenige vraag
naar kolenschepen, dbch met uitzondering van een
goede vraag naar scheepsruimte voor graanveischepin-
gen van Argentinië, was de handel térughoudend voor
alle thuisvrachteii. De volgende tabel toont het
maarrdgemi’ddelde voor alle af deelingen:

Ïndex-
_______________________________ cijfer
I
+°-

Golf van Biscaye; uitgaande vracht..

99,1 + 5,5

thuisvracht ……..83,9

+ 1,6
Middel!. Zee; uitgaande vracht

77,1

5,5

thuisvracht ……….-

83,7

+ 2,1
Noord-Amerika …………………83,1

+ 0,8
Zuid-Amerika; uitgaande vracht

67,3

2,3

thuisvracht ……….

105,3

– 1,6
Indiö; uitgaande vracht

………..

82,1

– 2,1
11

thuisvracht …..- …………90,2

– 2,5
Het verre Oosten, enz …….
._

85,2 – 2,1
Australiö ………………………

97,9

+

5,3

Uit de volgende tabel blijkt ons indexcijfer op basis
van
1913 = 100:

(1913=100)

Maand
1928
1929

1930
1931

Januari
98,47
109,6
81,2 81,2 94,33
106,7
76,5 81,9
Maart ………
93,17
102,6 75,5 81,3
94,59
99,1 77,1
80,8 93,79
97,3
76,1
81,8
91,29
92,1
757
78,1

Februari………..

April …………..
Mei

……………

93,73
94,8
78,1
75,0
Juni

…………..

98,17
96,1 82,6 74,4
99,54
95,3
83,6


747

Juli

…………..

October ………
103,93 93,3 81,7

Augustus ……….. September ………

110,94
88,3 79,3
November

…….
113,17

.

86,2 81,5
December ………
Jaar!
gtnid4elde
98
1
8


96,8

79,1

DE HANDELSBEWEGING VAN NEDERLAND GEDU-
RENDE DE EERSTE ACHT MAANDEN VAN 1931.

Indien de ‘handelsbeweging van Nederland in de
periode an Jan.-Aug. met de overeenkomstige pe-
riodën in de voorafgaande zes jaren wordt vergeleken,
dan.kan het volgende worden opgemerkt.
Vanaf
1925
‘is het gewicht van den invoer voort-
durend ‘gestegen; eerst in ‘dit jaar is er een reactie
ingetreden en is het gewicht van den invoer gedaald tot beneden dat van
1929.
Daarentegen is de waarde
van den invoer dit jaar het laagste van de afgeloopen
zeven jaren.
Het gewicht van den uitvoer is eveneens vanaf
1925,
met een kleine onderbreking in
1927,
voortdu-
ren’d gestegen en ‘is ‘over de eerste acht maandèn van
‘dit jaar grooter dan het ooit ‘geweest is.
De waarde van ‘den uitvoer daarentegen is echter
enorm gedaald, waarin de ongunstige toestand op de
wereidmarkten wel sterk tot uiting ‘komt.
Een en ander blijkt zeer duidelijk uit de onder-
staande grafiek, waarin de zwarte lijnen op een
periode van acht maanden betrekking hebben.

14 October 1.931 BIJ VOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

XXXIX

INDEXCIJFERS VAN GROOT- EN KLEINHANDELS-
PRIJZEN IN NEDERLANDSCH-INDIE.

Aan de maandstatistiek 1931 No. 7 van het
Centraal Kantoor voor de Statistiek ontieenen wij de
volgende gegevens:

Het indexcijfer van den geheelen invoer bedroeg in
Juli 114 tegen 115 in Juni als een gevolg van de
daling van het in’dexcijfer van de groepen textiele
goederen, metalen en chemicaliën en verfstoffen. Het
indexcijfer van de groep diversen bleef onveranderd,
terwijl dat van de groep levensmiddelen steeg in
hoofdzaak tengevolge van ‘de prijsstijging van rijst.
Uitvoer.
De serie uitvoerprodueten omvat de prij-
zen van 20 producten.

Indexcijfers van kleinhandelsprijzen van verbruiksartikelen
van in- en uitheemschen oorsprong te Batavia.

1,Ih

,.,,1.

Totaal Voeding
2)

1913114
100
100
100
100
1924
.
182
158
170 170
1925
. .
169
152
160
159
1926 ..
169
148
159
156
1927
. .
166
147
157 155
1928 ..
160
148
154 153
1929 ..
162
145
153
151
1930 ..
156
143
150
148
Augustus 1930 ..
152
142
147
144
Januari

1931

.
148
139
144
141
Februari

•.
143
139
141
138
Maart

..
140
139
139
136
April

..
138
138
138
135
Mei

..
136 137 137
133
Juni

..
.

131
133 132 128
Juli

..
130
132 131
127
Augustus
131
131

1
131
127
1)
20 artikelen.
2)
35 artikelen.

De dalende tendens, welke reeds zoo vele maanden
valt te constateeren, bleef ook in Juli overheerschen.

Juni 1931 Juli 1931

suiker,

stip.

………..
per 100 KG
f

8.32

f

8.12
rubber

…………………….
0.15

,,

0.15
thee

………………
..
1/2
0.29

,,

0.26
5

koffie

……………..
.,

100
,, 42.25

., 38.50
copra

……………….
100
11.31

,, 11.19
tapioka

……………..
100
9.02

8.29

Het indexeijfer van den uitvoer daalde met 1 punt
tot 66. Het algemeen indexcijfer van den in- en uit-
voer tezamen bedroeg 103 in Juli tegen 104 in Juni.
(Zie ‘tabel volgende pag.).
In hoofdzaak door de hoogere prijzen voor rijst en
aardappelen liep het indexcijfer van de serie inheem-
sche artikelen op van 130 in Juli tot 131 in Augustus.
Door geringe prijsdalingen van eenige artikelen
daalde het indexcijfer van de uitheemsche artikelen
met 1 punt tot 131, terwijl het indexcijfer van den
geheelen kleinhandel (inheemsche en uitheemsche
artikelen tezamen) onveranderd 131 bleef.
Pasa.rprijzen.
De prijs van padi boeloe was in Juli iets honger, die van padi goendil daarentegen lager clan in de vorige maand. Voor beras waren de prij-
zen ondanks de hoogere buitenlandsche noteeringen
nog iets teruggeloopen. Ook de prijzen van mais, cas-
save, gaplek en bataten, aardnoten, kattjang kedelee
en klappers waren lager.
Van ‘de
seizoensstijging
der prijzen, welke in het al-
gemeen in Juli na het binnenhalen van ‘den hoofd-
oogst van padi begint, i.s dus nog bijna niets te
merken.

XL
BIJVOEGSEL ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

14
October 1931

tndexcijfers van
72
invoer-
en
20 uitvoerartikelen
in
den
(Vervolg van pag. XXV.)
groothandel
te Batavia,
Soerabaja
en
Semarang.
vindt. Het I.f.K. Lcht dit verschijiise1 ni.ct hét sein van
Invoerartikelen.
– –
een opleving en hierbij kunnen wij ons geheel aanslui-

_i_

.

.
ten. De onzekere toestand op monetair gebied, die welis-
: .
:
waar de uitvoer van bepaalde landen zal vergrooten,
.-)
de nieuwe protectionistische maatregelen in verschil-

f_
_!
.
lende landen, en de nog voorshands ongunstige voor-
ulitzichten,

zullen

iii

den

oerstvolgenden

tijd

zeker
1913.
100
100 100 100
100 100 100
100

1924.
213
164
167
160 188
178
155
173
niet tot een verlevendiging van den wereidhandel hij-
1925.
208
161
160 150
165
172
146
166
dragen.

Wat den economischen toestand van Nederland be-
treft, moge hier op de volgende uitspraak in de Sep-
;

Ii

1928.
1929.
172
172
149
149
141
142
141
142
1G2
163
155 155
125
123
149
148
temberaf lever i ng

van

,,.De Nederlandsche Oon3unc-

1930.
162 138
133 133
152
146 88
1:4
tuur”, uitgave van het Centraal Bureau voor de Sta-

Juli
1930.
161
139
133
136
155
146
82
132
tistiek worden gewezen:
Januari
1931.
143
121
117
124
148
132 73
119
,,Voor een land,

weiks

economische

betrekkingen
Februari
.
137
113
110
117
149
126
72
115
met het buitenland zoo
talrijk
zijn, is het nauweIijk
Maart
.
;;
mogelijk, dat een algemeene verbetering van den toe-

M

ei
::

:
sttnd onafhankelijk van het buitenland zou intrederi.

Juui
.
118
119 105
103
102
96
107
107
147
145
115
6
67
106
04
Zoolang daar nog zooveel verwarring heerscht, kan

Juli
.
117
1

105
1
93
105
145
114
66
1103
voor Nederland nog niet op verbetering van den toe-
1)
20

art.

2)

12 art.
8)

12 art. 4)

15 art.
)
3
art.
stand gerekend worden.”

VOORRAADSTATISTIEK VAN GROOTHANDELSARTIKELEN.’)

KOPER’)
TIN3)
RUBBER4)
SUIKER5)
KOFFIE’)
THEE
TARWE1O
KATOEN”)

Wereld
Wereld Wereld
jLonden
Wereld
Cuba’)
Wereld8
Londen,”
Wereld Wereld

3
inlO
in 1000
tons
in millioen balen
lnll.
t.°p
iat:il.
tons

1925
17.1
11
5.5
3.3
132

13

5.2

449

50

187.3

31,5

5.635

26
1926
15.8
11
48.4
3.2
70

12

4.9

6.0
9

53

191.3

57,4

40.5

8.225

35
1927 15.6
11
63.4
3.8
308

15

5.3

13.1
9

89

213.0

64,7

47.3

7.037

28
1928
292
16
24.9
15
19.7
4.4 388

16

5.2

13.6

83

220.5

88,2

50.0

7.024

28
1929
401
22 32.4
18
334.5

54.3

42
5.6
316

21

5.1

20.0

118

260.4

69,6

72.9

7.234

28
1930
535
42 46.6
30
479.9

77.3

69
7.0
1.419

26

5.2

24.1

131

261.6

68,5

72.9

9.396

42
Jan.
1
29
25.3
14
25.4
5.3
1.017

20

5:0

12.8

81,

233.4

97,5

69.1

6.640

25
Febr.
27.5
15
25.4
6.1
1.804

22

5.0

12.0

80

237.5

98,1

65.8

6.126

23
Maart
26.7
15
275.0

28.1

35
6.4
2.558

23

5.0
.

10.7

74

237.7

91,6

62.1

5.603

21
April
26.9
15
275.3

31.2

35 6.6
2.964

24

5.2

10.0

71

221.3

93,4

53.4

4.749

18
Mei 26.9
15
270.1

31.5

34
5.5
2.299

20

5.3

9.2

68

197.5

93,2

497

4.100

16
Juni
315
18
24.9
14
260.1

31.0

33
5.2
2.299

19

5.3

8.9

67

184.6

95,9

43.9

3.328

13
Juli
25.9
14
261.6

30.2

33 4.0
1.744

15

5.4

10.8

76

182.9

93,1

46.3

2.680

10
Aug.
27.6
15
266.9

34.7

34
3.2
1.369

12

5.3

13.2

87

191.6

100,3

54.4

2.600

10
Sept.
326
18
27.0
15
278.1

42.1

35
2.9 1.003

11

5.2

15.9

99

201.9

91,7

63.4

3.628

14
Oct.
319
18
30.1
17
291.4

48.1

37
3.1
1.003

11

5.1

18.6

111

221.4

78,5

70.4

6.119

23
Nov.
354
20
29.3
16
302.1

51.0

38
5.6
565

21

5.0

18.8

112

235.7

73,7

69.2

6.895

26
Dec.
401 22
32.4
18
334.5

54.3

42
5.6
316

21

5.1

20.0

118

260.4

69,6

72.9

7.234

28
Jan. ’30
435
34
33.3
21
362.2

60.5

52
5.7
672

21

5.1

21.1

117

266.6

91,1

72.1

7.421

29
Febr.
457
36
37.0
24
392.1

64.4

57
8.4 1.665

24

5.3

21.4

120

267.0

102,4

68.9

6.969

28
Maart
479
38
35.3
22
409.3

69.2

59
7.1
2.972

26

5.3

22.2

123

248.9

108,4

64.8

6.436

25
April
525
42
41.7 26
408.4

74.1

59 7.5
3.700

28

5.3

24.0

131

234.8

119,6

58.8

5.698

23
Mei
528
42
44.4
28
400.4

77.2

58
6.7
3.407

25

5.5

24.3

134

215.0

126,5

51.5

5.102

20
Juni
522
41
46.4 29 407.2

79.7

59 6.3
3.407

23

5.6

22.8

127

209.1

117,6

47.4

4.758

19
Juli
517
41
46.6
30
414.8

80.9

60
.

5.1
2.998

19

5.4

22.1

123

201.2

123,3

51.5

4.317

17
Aug.
532
42
47.4
30
431.8

80.6

62 4.3
2.704

16

5.5

23.7

131

214.9

119,6

58.7

4.525

20
Sept.
545
43
44.1 28 449.2

83.1

65
3.8
2.433

14

5.5

22.0

123

223.0

96,8

68.0

5.661

25
Oct.
554
44
44.8
28
448.5

77.5

65
4.1
2.433

15

5.0

24.3

131

234.6

89,0

66.1

8.050

36
Nov.
543
43 45.4
29 457.1

76.4

66 7.0
1.684

26

5.1

24.4

132

243.4

75,5

67.6

9.068

40 Dec.
535
42
46.6
30
479.9

77.3

69
7.0
1.419

26

5.2

24.1

131

261.6

68,5

72.9

9.396

42
Jan. ’31
525
42
48.7
31
498.7

81.0

72
7.3,
1.621

27

5.4

23.4

129

273.5

84,0

75.2

9.421

42
Febr.
519
41
51.8
33
513.4

82.2

74
7.7
2.215

28

6.0

22.6

128

270.4

91,4

78.8

9.327

41
Maart
510
40 51.6
33
519.0

83.9

75
8.5
3.485

31

6.2

22.3

128

242.3

86,5

75.0

9.039

40
April
523
41
54.6
35
524.0

85.9

76
8.3
3.714

31

6.2

21.3

123

212.0

94,2

67.1

8.356

37
Mei
551
44
58.0 37
536.9

85.3

78 7.5
3.420

28

6.4

20.0

118

205.3

96,9

60.0

7.784

35
Juni
563
45
58.8 37
539.6

82.4

78 7.0
3.420

26

64

19.1

114

203.0

99,1

55.4

7.222

32
Juli
582
46
58.1
37 551.3

81.1

80
6.1
3.025

23

7.0

20.8

125

198.1

102,0

57.8

6.592

29
Aug.
596
47
56.7
36
550.3

81.6

80 7.0

23.0

135

205.9

101,6

82.5

6.177

24
Sept.
56.8
1
36
80.1
1

1

6.6

195.1

88,3

De
cijfers
hebben betrekking op het einde van
de maand

Sedert Juni niet inbegrepen de gouvernementsvoorrsden
(jaar)of
het begin van de daarop volgende maand.
van Sao Paulo.
Met
uitzondering
van de
voorraden in Japan.
9) Alleen de binnenlandsche voorraad te Santos.
De
visible
supply volgens W. H.

Gartsen
(vroeger

10)
Statistiek van George Broomhall. Zichtbare voorraden
Ricard en
Freiwald).
in de tweede hand in de Ver. Staten en Canada, en in de
Wijuand
&
Keppier’s
Rubberbericlit.
voornaamste havens van Groot-Brittannië, in Europa, Ar-
Zichtbare
voorraden
volgens Czarnikow.
gentinië en Australië en stoomende partijen.
5)
Voorraden in
de havens
en in het binnenland.
11)
Liverpool Cotton Association. De cijfers hebben betrek-
7)
Statistiek der
firma
G. Duuring
&
Zoon.
king op de voorraden in Engeland, op het Continent, in de
5)
Niet

inbegrepen

de
binnenl. voorraden in
Brazilië.
Ver. Staten, te Alexandrië, te Bombay en in den Orient.

Auteur