Ga direct naar de content

Jrg. 16, editie 812

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juli 22 1931

22 JULI 1981

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

EconomischweStatistische

Berichten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

16E JAARGANG

WOENSDAG 22 JULI
1931

No. 812

21 JULI
1931

De opeenvolging van gebeurtenissen in Duitsch-
land en vooral de gedwongen sluiting van alle ban-
ken op Dinsdag door het afkondigen van beursvacan-
tiedagen, kon niet nalaten ook op de Neclerlandsche
geldmarkt een sterken invloed uit te oefenen. Veroor-
zaakte de slechte firianciëele toestand in Duitschland
aanvankelijk alleen een zekere terughouding, later kwam daarbij een werkelijk sterke vraag naar geld
van allen clie, hetzij uit eigen tegoed, hetzij door cre-
clietfacliteit, in Holland de middelen zochten, die
men in Duitschiarid door de sluiting der banken niet verkrijgen kon. Het aanbod van wissels tot nu toe in
het directe of indirecte bezit van Duitschers werd
cl aarcloor zeer groot, zood at particulier di scoito
sprongsgewijze opliep. Geopend op
1/ it
pOt. werd
Zaterdag reeds 1% pOt. betaalt en werd gisteren voor
1
15
/
io
pOt. afgedaan of nauwelijlcs onder het tarief
van De Nederlandsche Bank. Caligeld was eveneens

vaster en kon gisteren. 1%
a
1% pOt. besommen; ter-
wijl de prolongatierente, die aanvankelijk nog onge-
veer 1 pCt. bedroeg g,iteren tot 1% ‘ 2 pOt. opliep.

De Minister van Financiën heeft een inschrijving
opengesteld op schatkistpapier op Donderdag 23 .J uh
as. Aangeboden worden 3- en 6-maandsprornessen ei
:3
pOt.’s jaarbiljetten tot een totaal bedrag van tea
hoogste
f
35 millioen.

* *
*

Op den weelcstaat van I)e Nederiandsche Bank no-
teert de post BinDenlandsche Wissels rui.m
f
3 m/rn
hooger, terwijl de post Beleeningen met bijna
.f
15
m/m blijkt te
zijn
toegenomen. De post Papier op het
Buitenland nam toe met ruim
f10.000;
de Diverse
Rekeningen onder het actief met ruim 10% m/m. Het
Renteloos Voorschot aan het Rijk van ruim
f
2% m/m
heeft wederom plaats gemaakt voor een saldo in reke.-
ring-courant en wei van ruim
f 1
mlm. Do Metaal-
voorraad is met niet minder dan bijna
f
31. ni/m toe-
genomen als gevolg van een toename van den post
Muntmateriaal Goud met ruim
f
31% m/m tegenover
een afname van den voorraad zilveren munt van bijna

f
0,6 m/m.
1)e Bankbiljetten in omloop namen toe met ruim

f
35 m/m, de Rekening-Courantsaldi van Anderen
met ruim
f 19
m/m. Het Beschikbaar Metaalsaido nam met ruim
f S
m/m toe. Het dekkingspercentage
bedraagt ruim 56 pOt.
* *
*

Van een wisselmarkt was de afgeloopen week eigen-
lijk geen sprake. Het geheel bood een ontredderden aanblik. Men werkte met marges, die herinneringen
aan een 15 jaar geleden opriepen en die wei een groote
tegenstelling vormden met de overdreven scherpte,
waarmede in den laatsten tijd gehandeld werd. In
Marken-uitbetaling was natuurlijk in het geheel geen
handel, daar, door de voorgeschreveu sluitingsdagen en de noodvoorschriften het geheele bank-ve:rlceer i.n cle
war werd gestuurd. Tal van transacties konden niet
of slechts half worden afgewikkeld, terwijl nog niet

te voorzien is, wanneer ze geheel icunnen worden ge-
liquideerd. Alleen de z.g. nieuwe saldi, dat zijn
die, welke op of ria 16 Juli zijn gevormd, zijn geheel
vrij. Hierin gaat nog maar weinig om; de laatste
koersen waren 58.15-50,—. Ook het Pond heeft het hier hard te verantwoorden gehad; cle koers liep tot
ca. 12.— terug, d.i. dus onder het goudpunt. Op dezen
lagen koers, die in tegenstelling met hetgeen anders
liet geval is – meestal geeft een goudtransactie meer
moeite dan winst – een tamelijk ruime marge liet,
is er goud uit Londen hier heen gekomen. De koers
verbeterde dan oolc spoedig tot 12.04; slot 12.03%.
Dollars veranderden weinig en schommelden rond de
2.48/s. Dollars tegen Ponden 4.85_4.83%l.85.
Frarische Francs 9.74%-9.74. Ponden in
Parijs
zijn
een oogenhlik heel flauw gweest en tot 1.22%2 terugge-
loopen (paritei.t 124.2126) ;’slot 123.65. Belga’s 34.61-
34.58. Zwitsersche Francs natuurlijk heel gezocht:
48.16 %-48.31; Yen 1.22%:; Rupees 89%; Milreis lager
11%; Argentijnscho Pesos 16%; Uruguay Dollars 1.40.

De termijnmarkt was verlaten; 1- en 3-maands Pon
den noteerden % resp.
%,
Dollars ca. 11. en 25 pun-ten boven contant.
in ‘bankpapier ging veel om; het reizigers-verkeer
droeg het zijne daartoe ‘bij. Marken bankpapier waren
sterk aangeboden, doch het aanbod werd door de
Banken geregeld opgenomen. Dollar-noten waren
zeer gezocht; zij deden ca. 4 cent agio. Ook voor Zwit-
sersch bankpapier was veel vraag. Om tot nu toe
onbekende reden worden door enkele Zwitsersche
‘banken moeilijkheden gemaakt bankpapier voor ton-
risme uit te voeren. Ook gouden munten waren ge-
zocht; uit Engeland zijn verscheidene kleine zendin-
gen aangekomen.

LONDEN, 20 JULI 1931.

De nerveuse stemming, die zich verleden week in
enkele van de Europeesche centra deed gevoelen, deel-
cle zich gelukkig slechts ten dccle mccle aan de Lon-
densche markten en werd ook vlug weder overwonnen
door de Icalme houding ‘van de Bank van England en
de ‘groote deposito ‘banken.
De moeilijkheden in Duitschlan’cl leidden ‘tot een
paniekachtige noteering ,i n enkele dev.iezen, waaronder
ook Francs op Woensdag, toen cle markten daar weder
openden na den nationalen feestdag van 14 Juli

Groote posten sterling werden ‘daarom verkocht, welke
hier gedekt werden döor goudremisen. Aan de Bank
van Engeland werd daarom sedert midden ‘verleden week tot en met heden ongeveer £ 10 millioen goud
onttrokken.
Deze onttrekkingen hadden op haar beurt invloed
op de gelcimarkt waar geld eenigsains schaarscher
werd en op de discontoii’iarkt, waar cle noteeririg tot
2%-2’/iG aantrok.
De Bank van Engeland verhoogde echter haar mi-
nimum disconto niet. Indien noodig Ican een dis-
contostijgin’g nog plaats hebben op een anderen dag
clan ‘den gebruikeljken Donderdag, ofschoon de Bank
van dozen regel slechts uiterst zelden afwijkt.

652

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

HET ACCEPT-CREDIET EN ZIJN

CONSEQUENTIES.

Bank A verzoekt Bank B, om in haar plaats met
betrekking tot wissels, getrokken door haar cliënten,
als betrokkene te fungeeren en de wisselste acceptee-
ren; Bank B verklaart zich daartoe bereid op voor-
waarde, dat A op den vervaldag voor dekking zorgt.
Ziedaar in zijn eenvoudigsten vorm het accept-cre-
diet, veel voorkomend in ons land door het feit, dat wissels, geaccepteerd door enkele banken, door De
Nederlandsche Bank niet in disconto worden geno-
men.

Het accept-crediet staat de laatste weken in het
brandpunt van de belangstelling der Nederlandsche bankierswereld. De déconfiture van de Amstelbank
tengevolge van het ineenstorten van de Oesterreichi-
sche Kreditanstalt, schijnt deze belangstelling te
hebben gaande gemaakt.
Banken, die aan de Ams’belbank accept-crediet had-
den verleend, doch nu plotseling voor het feit kwa-
men to staan, dat de verplichting tot fon’dsbezorging
op den vervaldag door de Amstelbank niet werd nage-
komcn, zochten terstond naar middelen om elders
verhaal te zoeken. Sommige beroepen zich daarbij

0
1) een aansprakelijkheid van den trekker, en zoo
ziet men thans, dat tal van cliënten van de Amstel-

bank, die krachtens de accept-credietverhouding van
deze bank met andere banken, rustig op ‘deze laatste
hebben getrokken, plotseling uit hun rust worden
opgeschrikt door een actie tot terugbetaling van het
genotene.

Is dit juist? Bestaat er onder deze omstandigheden
een dergelijke aansprakelijkheid van den trekker
tegenover den ‘acceptant? Er schijnt te dezeh opzichte
eenige onrust en onzekerheid te ‘bestaan in de ban-
kierswereld. Men hoort zelfs spreken van een onder-
mijniug van het w:isselcrediet, enz. Wat is er van dit
alles? In het onderstaande zullen wij trachten op deze
vragen een antwoord te geven.
* *

Bestaat er in het algemeen een verplichting van
den trekker om den betrokkene, die zonder dat hem
fonds bezorgd is, heeft geaccepteerd en betaald, scha-deloos te stellen? Deze vraag moet stellig bevestigend
worden beantwoord.
Onze wet (Art. 140 W.
Y.
K.) zegt met zooveel
woorden, dat er tusschen den trekker en acceptant
een verhouding van lastgevirig ontstaat. De trekker
noodigt den betrokkene uit tot acceptatie en betaling
van den wissel; door te accepteeren neemt de be-
trokkene dè lastgeving aan. Trekt ‘de trekker krach-
tens een reeds ‘tusschen partijen bestaande rechtsver-
houding (bijv. eredietverhouding) dan ligt de aan-
vaarding van de opdracht reeds ‘besloten in die ver-
houd ing.

Krachtens Art. 1845 B. W. nu heeft de lasthebber,
die zijn last heeft vervuld, een vordering tegen zijn
ia’stgever tot vergoeding van zijn verschotten en on-kosten. Deze vordering, naar Romeinschrechtelijken
trant
wel
aclio mandati contraria
geheeten, kan de
acceptarit, ‘die krachtens opdracht van den trekker

betaald heeft, tegen dezen laatste instellen, wanneer
deze niet voor fonds heeft gezorgd. Deze actie is er
een van het gemeene recht en behoort niet tot de z.g.
wisseiacties.
i)
Waar men in het buitenland bij de
wisseiverhon’dingen de gelding ‘van het gewone recht
uitsluit, schijnt men deze vordering van den accep-
tant op ‘den trekker dan ook niet te kennen.
2
)
Art. 106 W. v. K., ‘bepalende, dat de trekker of de-

Cf.
Zevenbergen,
Order- en Toonderpapier, no. 206;
Ribbius,
Wisselrecht, no.
216.
Aldus ook de rechtspraak
;
cl. Rb. Groningen,
22
Oct.
1897, P. v. J. 1897, p. 92;
Rb. Breda,
28 Jan. 1902, W.
7763;
Rb. Zierikzee, 1 April
1919, N. J., p. 567.
Of.
Zevenbergen,
tap.

INHOUD.

Blz.
Har ACCEPT-CREDIEr EN ZIJN CONSEQUENTIES door
Mr.
M. J. C. Vry
.
………………………………652
Het Duitsche kunstzijde-syndicaat door
H. M. H. A. van
der Valk ………………………………….654
De Rijksmiddelen ………. ………………….
656
BUITENLANDSOHE MEDEWEIUUNG:
Moratorium in Duitschland door
Dr. Carl Krümer 657
De financiëele positie van Hongarije en de Successie-
staten door
Dr. K. von Bvday ……………. 659
AANTEEKENINGEN:
De electriciteitsvoorziening van Nederland ……
660
MAANDCIJFERS:
Overzicht der Rijkemiddelen ………- ……….
663
Overzicht der opbrengsten van het Staatsbedrijf
der P.T:T.

…. ………………………..
664
STATISTIEKEN EN OVBJRZIOHTEN …………….
664— 670
Geidkoersen.

I Bankstaten.

I Verkeerswezen.
Wisselkoersen.

I Goederenhandel.

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr. G. M. Verr’ijn Stuart.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. N. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Weld.eren
Baron Ren gers;
Prof.
Mr. H. R. Ribbiu8; Jan Schilthuis; Mr. Q. J. Terpstra;
Prof.
Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof.
Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretari8: H.
M. H. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut ontvangen het weekblad gratis.

gene voor wiens rekening is getrokken, zorgen moet,
dat de betrokkene op ‘den vervaldag het noodige fonds
in handen heeft, wijst in dezelfde richting.
Doordat deze
actio manda.ti contraria
geen wissel-
actie is, is het mogelijk, dat de verhouding trekker-
acceptant beïnvloed wordt door andere overeenkom-
sten. De wet zelf voorziet reeds een ‘dergelijk geval,
waar zij spreekt (Art. 141 W. v. K.) van de gëhou-
denheid van ‘dengene, voor wiens rekening wordt ge-
trokken, ten opzichte van ‘den acceptant. Bij een wis-
sel, ‘getrokken voor rekening van een derde toch, is

niet de trekker, doch de derde verplicht bij ‘den be-
trokkene fonds te bezorgen. Omgekeerd heeft de
acceptant, die ongedekt betaald heeft, geen vordering ex art. 1845 B. W. tegen den trekker, ‘doch tegen den derde. Immers in dit geval trekt de trekker voor reke-
ning en in opdracht van een derde en blijft zelf tus-
schenpersoon. Niet voor zichzelf geeft hij een op-
dracht tot accepteeren aan ‘den betrokkene, doch voor
een ander, en ‘de betrokkene, die dit weet, hetzij door
een aanteekening op den wissel zelf, hetzij door ‘ver-
melding in den adviesbrief,
1)
treedt als lasthebber
toe tot een rechtsverhouding met den derde, n jet
met den trekker.

De vraag rijst dus terstond: wordt ‘bij een eccept-
credietverhouding getrokken voor rekening van een
derde? Zoo neen, brengt •de accept-credietverhoud:ing
anderszins een wijziging in de normale rechtsbetrek-
king tusschen trekker en acceptant?
liet schijnt, dat men op het oogenblik hier en daar
cie eerste meening is toegedaan. Men zegt ‘dan, dat in
het onderhavige geval voor rekening van de Amstel-
‘bank is getrokken, en ‘dat dus, zooals hierboven werd
uiteengezet, niet de trekker, maar de Ams’telbank ex
Art. 1845 B. W. tegenover den acceptant verbonden is.
Deze meening komt mij niet juist voor. ,,Van een
wissel voor rekening van een deide is sprake,” zegt
Scheltema
in zijn bewerking van Polaks Handboek,
dl. III, p. 141, ,,wanneer iemand, ‘die naar het nor-
maal verloop trekker zou zijn, om •de een of andere
1)
Hetzij op andere wijze, indien men met
Scheltema
(p.
141)
en
Ribbius
(no.
94)
van meeniug is, dat de bepa-
ling van Art. 143 W. v. K. niet limitatief is.

22 Juli
1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

653

reden ‘buiten het wisselverband wenseht te blijven, en
nu aan een derde verzoekt, vooi zijn rekening een
wissel te trekken.” Ook
1?ibbius
(no. 94) geeft een

dergelijke omschrijving.
Zou in het onderhavige geval de Amstelbank als
trekker zijn opgetreden? In het algemeen, geeft Banid
A opdracht aan haar cliënt om voor hââr rekening en eigenlijk voor en namens haar te trekken op Bank B,
met wie zij in ee:u accept-creclietverhouding staat? is
de trekker hier alleen maar tusschenpersoon? Behar-

tigt hij niet veeleer zijn eigen belangen?
De vragen stellen is haar beantwoorden. Niet voor
de Amstelbank wordt getroidken, maar de treicker
trekt voor zichzelf; hijzelf geniet het voordeel van den
wissel. L-Iier is slechts in zooverre een afwijking van het
normale geval, dat de trekker op iemand anders trekt
dan op wien hij volgens den gewonen gang van zaken
getrokken zou hebben. Hier wordt niet getrokken voor
rekening van een derde in den juridischen zin van

liet woord; veeleer zou men. hier kunnen spreken van
een acceptatie voor rekening van een derde, i.c. de
Amstelhan k.
De actie van den acceptant, die ongedekt heeft ge-
accepteercl en betaald, kan dus in het onderhavige
geval door den trekker niet ontzenuwd worden door
liet verweer, dat voor rekening van een derde zou zijn

getrokken.
Daarmede is echter niet vanzelf uitgemaakt, da
de trekker geen enkel verweer zou kunnen ontleenen
aan de accept-crediet.verhouding tusschen Bank A en
B. Om deze quaestie te ‘beoordeelen, zal de accept-
credietverhouding nader ni oeten worden geanalyseerd.
Bank A, die in het normale geval betrokkene zou
zijn geweest, vraagt, om haar daartoe moveerende
redenen, aan Bank B om voor haar cliënten als be-
trokkene en acceptant te fungeeren. Bank B is daar-
toe bereid op voorwaarde, dat A fonds bezorgt. Een
eigenlijke credietverieenirig is ‘daarin niet te zien.
Wanneer dan een cliënt van A op B trekt, zal B, die

anders niet zoo grif geaccepteerd zou hebben, omdat
zij den trekker veelal niet kent en niet in eenige ver-
houding tot heni staat, den wissel accepteeren, d.w.z.
de opdracht tot betaling haar door den trekker ge-
daan, aanvaarden, op ‘grond van
de
over ivegilig, dat

Bank A krachtens de accept-credietovereenkomst voor

fonds zal zorgen. Voldoet B aan haar verplichtingen
ui.t den wissel, m.a.w. accepteert en. betaalt zij, en
blijft A in gebreke voor fonds te zorgen op den ver-

vaidag, dan heeft B zonder fonds geaccepteerd en be-taald, en heeft zij een acti.e uit Art. 1845 B. W. tegen
den trekker. Ook zal zij een acti.e kunnen instellen tegen Bank A, die in gebreke is gebleven haar ver-
pli chti ngen, voortvloeiende uit de accept-credietover-
ee.nkomst na ‘te komen, doch deze actie draagt juri-
cl isch een subsidjair idarakter. De verbintenis van Bank

A om voor fonds te zorgen is niet anders dan een
garantie, een zich sterk maken ten behoeve van haar
cliënt, op grond waarvan Bank B op zich genomen
heef t den wissel te accepteeren. De verbintenissen
van trekker en Bank A tegenover Bank B loopen pa-
rallel, spruiten voort uit’ verschillende overeenkomsten.

Opgemerkt moet worden, dat in de praktijk ‘de ‘ver-
bintenis van Bank A als primair wordt ieschonwd.
Immers zij is het,die voor fonds zorgt, tegenover den
trekker op grond van de tussëhen hen bestaande ver-
houding (bij’. crediet), tegenover Bank B krachtens
de accept-credietovereenkomst. Juridisch evenwel

ligt de actie tegen den trekker meer voor de hand, en
deze mogelijkheid den trekker aan te spreken
w
rordt
werkelijkheid hij een déconfi tute van Bank A. Ook
langs dezen weg wordt den trekker het recht ontzegd
zich te beroepen op de overeenkomst tusschen Bank A. en B.

In deze actie van den acceptant tegen den trekker
kan een onb.illijlcheid zijn ‘gelegen, wanneer de trek-
ker .zijnerzijds heeft voldaan aan zijn verplichtingen jegens Bank A. In dat geval toch moet hij dubbel be-

talen. Wel krijgt hij zonder twijfel een actie tegen
Bank A, die verzuimd heeft voor hem bij Bank B

fonds te bezorgen, maar bij een faillissement van A
komt dit praktisch neer op enkele percenten. Er ligt
dan ook een zeker gevaar in als cliënt van de eene
bank te trekken op een andere, waarmede de eigen

bank in een accept-credietverhou cl ing staat.
Ingewikkelder wordt deze verhouding, wanneer de
trekker geen cliënt was van Bank A, doch zonder (it
kenbaar te maken, trok voor rekening van een derde,
die wel in een verhouding tot Bank A stond. Dit kan
zich voordoen, wanneer een verkooper in opdracht
van den kooper, doch niet uitdrukkelijk voor diens

rekening
1),
trekt op Bank B, met wie de bank van
den kooper, Bank A, in een accept-credietverhouding
staat. In dat geval is onder de onderhavige omstan-
digheden de verkooper zijn goed kwijt en moet hij
achteraf nog eens den ontvangen koopprijs (het wis-
selbedrag) aan Bank B terugbetalen, zonder dat hij

zijnerzijds een actie heeft op Bank A. Wel zal hij den
kooper, zijn lastgever, kunnen aanspreken
3),
die

zijnerzijds weer verhaal kan zoeken op Bank A. In cbt
geval is dus een ,,circuit d’actions” noodig om den
waren schuldige, Bank A, die in gebreke is gebleven
fonds te bezorgen, tot vergoeding te nopen.

* *
*

Uit het bovenstaande blijkt, dat in het onderhavige
geval terecht de trekkers worden aangesproken tot
vergoeding van het w i sselhedrag.
Daarbij moet echter wel één ding goed in het oog
worden gehouden, nl. dat de actie van ‘de geaccep-

teerd en betaald hebbende Bank B tegen den trekker
alleen opgaat, zoolang de verbintenis van Bank A
jegens B krachtens de accept-credietverhouding nog

bestaat. Tanneer
bijv. ‘hij acceptatie of betaling van den wissel Bank B zonder van de zijde van Bank A
dekking te hebben ontvangen, deze laatste voor het
wisselbedrag in rekening-courant belast, is er groote
kans, dat aangenomen wordt, dat daarmede de actie
‘an Bank B tegen den trekker vervalt.
Wel wordt door de Nederlandsche jurisprudentie

niet in het algemeën aangenomen, dat boeking in re-
kening-con.ran t noveerende, schuiclverni euweu de wer-
king heeft
3),
doch er is alle reden in het onderhavige
geval aan te riemen, waarde re.kening-courantverhou-
ding gewoonlijk een uitvloeisel is van een credietver-
houding tusschen de beide banken, dat door deze boe-
king Bank B te kennen geeft, dat A voor fonds heeft

gezorgd.
In dat geval wordt Bank B niet geacht zonder fonds
te hebben geaccepteerd of betaald, en heeft zij geen
actie ex Art. 1845 B. W. tegen den trekker.
R.esnrneerende komen wij tot de conclusie, dat een
trekker door den acceptant ciie betaald heeft kan wor-
den aangesproken, wanneer cle bank met Nvelke Ii ij in
relatie staat, nalatig blijft voor hem fonds te bezorgen
hij cle bank, waarop hij heeft getrokkeii. :Dit is niet
het geval, wanneer de trekker heeft getrokken voor
rekening van een derde en dit op den wissel of in dcri
adviesbri ef heeft vermeld, of wanneer cle bank, die als
betrokkene fungeert, véér of op den vervaldag dc bank
van den trekker of den derde in rekeii:ing-courant voor
het wisselbedrag heeft gedehiteerd.
Vanzelfsprekend gaat de trekker ook vrijuit, van-
neer de bank waarop getrokken zal worden, aan. den
trekker lieef t geschreven, dat zij te zijnen. behoeve,
gezien. haar accep’t-credietverhoud ing met zijn bank,
een crecliet heeft geopend. immers in dat geval is de
foridsbezorgirig gelegen in de credietverleeniug door
de accepteerende bank aan den trekker.

Mr.
M. J. C. VaiJ.

‘Ware .dat wel liet geval, claci was ii jet cle trekker,
maar cle derde, voor wiei.is rekening is getrokken, geboitden
tegenover den ac’eel)tant.
Ribbius,
no,
95.
Cf. II. R. 3 Mei
1928, W. 1 1846, N. J. 1928 p, 1580.

654

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

HET DUITSCHE KUNSTZIJDE-SYNDICAAT.

Jveii als in zoovele andere md ustri eöia is ook in
dc kunstzijde-iiidustrie ‘den laatsten tijd de toestand
steeds ongunstiger geworden. De gevolgen van een
veel te snelle uitbreiding van het productie-apparaat
in de jaren 1927, 1928 en 1.929 doen zich thans gevoe-
len, waarbij natuurlijk ook de hevigheid van cle hui-
dige ‘depressie het hare bijdraagt.
Weliswaar is iii verschillende landen de productie vair kunstzijde beperkt, maar do depressie heeft een
nog grootere daling van het verbruik in liet leven ge-
roepen, hetgeen o.a. blijkt ui.t de verscherpingen van

de afzetverhoud.ingen. Deze omstandigheid is over-
rigens ook te wijten aan de verhooging van de in-
voerrechten van ku.n’stzij’de in verschillende landen
in de laatste jaren (Ver. Staten, Canada en Spanje),
waardoor do wereldmarkt steeds kleiner is geworden,
en de strijd op de vrije markten thans met groote
heftigheici wordt gevoerd. Daarvan heeft in de eerste
plaats de Du i tsche i ndu stri e de ii acleeli ge gevolge ii ondervonden. :Duii;schland is, ondanks zijn eigen groo-
te industrie, door het lage invoerrecht, een ‘van de
grootste invoerlaoden van kunstzijde van de wereld
en een dankbaar afzetgebied van de Europeesche in-
dnstric. Waren tot voor kort cle Ïtalinansche produ-
centen do grootste concurrenten
01)
‘de Duitsche
markt, sedert de laatste jaren is ook de invoer uit
Frankrijk sterk toegenomen, zooais de volgende tabel
zal verduidelijken.

In- en uitvoer van Duitschiand (in 1000 ton).

Jaar
Uit-
voer
In- voer
Invoer uit

Italië
I

Frankrijk

I
Zwitserlandi

Nederland

0
/0
0/
1

0
/0
1
/

0
/0
1927
4.30
9.37
3.94
42
0.25
3
1.181
13
11.80
19
1928
5.70
8.58 2.99
35
0.19
2
0.90
ii
12.03
24
1929
8.50
9.02 3.47
39
0.48
5
0.98
11
1
2.31 26
1930
6.96
11.78
4.84
41
1.14
10
1.30
11
2.44
1

21

De verschillende pogi:ngen om tusschen de groote
Duitsche producenten en cie verbrutkers van ku:nst-
zijde tot overeenstemming te komen, ‘zijn steeds mis-
lukt, omdat een praktische regeling van den afzet
niet kon worden. verkregen. Do steeds grooter wor-
dende concurrentid heeft in Mei tot nieuwe onder-
handelingen geleid, cli.o tenslotte resultaat hebben ge-
had, want op 2
Juli
ji. is te Berlijn definitief het
Duitsche knnstzijde-syndicaat tot stand gekomen. liet
was bekend, dat de Fransehe producenten niet aan
de beraadslagingen hebben deelgenomen; de Belgische
en enkele kleinere producenten evenmin.

Uit het volgende zal blijken, op welke wijze ge-
tracht wordt de ,,outsiders” buiten de Duitsche markt
te houden. Daartoe zullen wij het syndicaatscontract
aan een nadere beschouwing onderwerpen, waarbij wij tevens zullen zien, welke positie aan dc Neder-
landsche producenten is toegekend.

Het syn.dicaatscon.tract.

Do nieuwe overeenkomst, die voor een periode van
10 jaren is afgesloten en betrekking heeft op v:iseose-
zijde, heeft ten doel om den invoer van kunstzij’de in
Duitschiand voor de toegetreden partijen te beperken
op ‘basis van een daartoe opgestelde quote, dus een
contigenteering van ‘de markt. Als grondslag voor
deze contigenteoring is genomen de gemiddelde in-

i) De hieronder vermelde percentages hebben betrekking
op den invoer van het betreffende land ten opzichte
van
den totalen invoer van kunstzijde in Duitschiand voor liet
verschillende jaren. Opmerkelijk is, dat de Nederlandsche
invoer in
1930
in verhouding tot dcii totalen invoer in l)uitschland een vrij aanzienlijkea achteruitgang heeft
geboekt, waarschijnlijk ten gunste van Italië, maar vooral van Frankrijk. In absolute cijfers is daarentegen de invoer van Nederland nog gestegen. Met het oog op de Fra]lsche concurrentie is daarom het tots’tandkomen van het Syiidi.
caat voor (le Nederlandsche industrie van niet te onder-
schatten beteekenis.

voer in Duitsebland van de hier ek te noemen bui-
tenlandsche ondernemingen in do jaren 1029 en 1930;
voor de Duitsche ondernemingen de gemiddelde afzet
in Duitsdhlan’d in die jaren. De namen van de 12
toegetreden ondernemingen met de quoten, zooals
die in het contract zijn vastgesteld, laten wij hier-
onder ‘volgen:

Per.

J.Loevecl-

eentage

heid
Ver. C]anzstoff.ifabr. A. (3., JDlherïeld. )

(in

n
toiieii)
(llanzstoff.Courtauld G.m.’b.I.J.., Elber.

43

10.600
feld……………………….
J
1. G. Farben …………………..
15
Y,

3.800
E3itttcr

……………………..
6

1.500
Spinu. Zehlendorff.J3erlijn ……….
6 %

1.600
I[erininglians & Co., El/jerfeld

1

250
kku, Arnhem ………………….6

1.500
El.K.Ï.,

Breda

………………..
3

750
Siria Viscosa—Milaait …………..
Chiltillou—Milaari ………………

17 Y2

4.400
Cisa—Milaan

………………….
J
Stcckboru—Zwitscrlatid

………….
1.

250

In totaal heeft de overeenkomst dus betrekking op
ongeveer 25 millioen 1(0., dat is circa 90′ pOt.
van het gemiddelde verbruik van kunstzijde in
Duitschiand in de jaren 1029 en 1930. Neemt het ver-
bruik van kunstzijde in 1) ci tschlancl toe of af, dcn r
worden ‘dc hoeveelhedei:t, die cle genoemde onderne-
mi.ngen aan de verwerkers mogen leveten, overeen-
komstig de bovenstaande percentages vermeerderd of
verminderd. .Een interdssante bepaling is verder, dat de quoten verkoopbaar zijn; ton opzichte van de ver-
koopeondities’zijn de leden geheel vrij.

liet syndicaat beoogt niet op te treden als een cen-traal vertegenwoordigend lichaam, maar als centraal
verkoopbureau, dat dus zelfstandig koopt en ver-
koopt. De afzonderlijke verkooporganisaties vai’i dc
genoemde ondernemingen worden overgenomen en geceritraliseerd, waardoor een vermindering van ‘de
vorkoopkosti Nrordt verkregen. De geheele opzet
van het contact is er erder op gericht, dat door de
leden geen handelingen worden verricht, die tegen
de belangen van de andere:n indruische. Zoo heo:ft
men erin voorzien, ‘dat do leden niet via handelaren
of andere organisaties, niet in Duitschlaud geves-
tigd, lcunstzijde aan ‘de Duitsche vejbruikers ver-
koopen. Deze constructie is dus van vergaan’den aard
en is dus niet te vergelijken met de andere conven-
ties, ‘clie er voor •de Duitsehe kunstzijdemarkt hebben
bestaan en die meestal op prijsafspraken betrekking
hadden, liet centrale verkoophureau stelt voor be-
paalde perioden voor elke kwaliteit ‘de prijzen vast,
regelt verder de eredietgrenzen, enz.
Ondanks de strenge bepalingen wat den verkoop
betrof t, is ‘het contract anderzijds weder zeer soepel.
Het is namelijk mogelijk dat het syndicaat rekening
houdt met de wensehen van •de afnemers om van be-
paalde ondernemingen’ te blij ven betrekken, ieder
lid behoudt verder het recht om zelf het contact met
zijn cliënten te bewaren. Dit is vooral van belang bij het invoeren van nieuwe producten, bij het opheffen
van moeilijkheden, het geven van technische ad-
viezen, bij reclamaties, enz.
De afrekening van de leden met het Syndicaat zelf heeft men als volgt gedâcht. Van de prijzen
wordt een beaald percentage afgetrokken voor ad-
ministratiekosten, en verder nog een premie voor
skonti’s, ‘delcredere, reiskosten, provisies, enz. Elk
lid kan dus exact berekenen, wat hij voor zijn pro-duct krijgt, waardoor de eigen organisatie dus niet
de minste storing ondervindt.
Aan het hoofd van het, Verkoopbueau staat een
Directeur Generaal, waarvoor voorloopig de Heer
Cari Beni-ath zal optreden. Verder zijn er 12 af dce-
lingen, aan elk hoofd waarvan een vertegenwoor-
diger ‘van de 12 deelnemende ondernemingen staat.
De boekhouding, expediti.e en andere afdeelingen
van de afzonderlijke verkooporganisaties worden in
dit verkoopkantoor gecentraliseerd, hetgeen even-

22 Juli 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

655

eens een aanmerkelijke besparing van onkosten zal
opleveren.
F1:et Syndicaat, dat, de11 jur.i.dischen vorm heeft
gekozen van een G.ni.b.i’f., heeft een kapitaal van
R.M. 100.000.—, wraarin de leden
01)
grond van hun

quote hebben deelgenomen. Bovon den Directeur-
Generaal staat de vergadering van de leden, die een stemrecht overeenkomstig hu.n quoteri bezitten. in-
geval van moeilijkheden, die op cle
‘aitvoCri1q
van

hot contract betrekking hebben, treedt een scheids-
gerecht op.
Indien
T.M.
een order hij het centrale verkoophureau binnenkomt, wordt (leze toegewezen aan de onderne-
ming, die steeds aan den betreffenden cliënt heeft

geleverd, waarbij evenwel reken ing wordt gehouden
met dcii stand- van de quote, want het syndicaat moet iorgen, -dat de leden van hun quoten komen.
Hoewel de aangesloten ondernemingen ongeveer
00 püt. van het kunstzijcleverbruik -in Dui tschiancl
controleerer, is hiermede de concnrrentie van de aut-
siclers nog ii iet onderdrukt. De vraag r:ijst dan ook,
hoe men de outsiders van de markt tracht te houden
cii of hiervoor een effectief middel is gevonden.
Deze kwestie is geregeld door het z.g. ,,treiirabat”.
Dit rabat, cla.t progressief is op grond van de hoeveel-
heden, die worden betrokken, kan tot 10 pOt. stijgen
en word t aan de a:fnemers vergoed, onafhankelijk
van het feit, hij welk lid van het syndicaat zij gekocht
hebben. De groote heteekenis van dit rabat is dan ook,
dat liet alleen w’ordt toegekend, indien de afnemer
steeds van cle Sy ndicaatsieden ‘blijft betrekken. Koopt
dus een afnemer, die de verkoopsiepaliitgen van het

Syndicaat heeft oriclerteekerid, hij een outsider, dan
verliest hij voor dat jaar alle rechten op rabat.
liet is vrijwel zeker, dat ‘de kunstzijdeverwerkcrs
tot het Syndicaat zuilen toetreden, niet alleen om het rabat, maar vooral ook omdat zij voor

bepaalde kwa-
liteiten op een geregelden afzet moeten kunnen reke-
nen.. Dit is vooral van belang voor groote verbruikers;
kleine afnemers kun tien er liet nog ‘el op wagen
bui ten liet Syndicaat te koopen, en daarom voor het
loopende jaar het recht op rabat te verliezen. Doel-
treffender zou natuurlijk zijn, indien een. bepaling
was opgenomen, dat een verwerker voor het betref-
fende jaar van levering -door het Syndicaat zou wor-de1 uitgesloten, indien hij hu-ite.n het Syndicaat zou
koopen. Voor zooverre ons bekend, bestaat een der-gelijke ‘bepaling hij een cementsyridicaat in België,
waarbij men zeer goede resultaten t.o.v. de saneer.ing van cle markt heeft bereikt.
– In elk geval verzekert het ‘treu.rahat het bestaan van
liet Syndicaat en daardoor tot op zekere hoogte de
stabiliteit van de pi.izen in Duitschiand, welke zoo-
doende niet al te ernstig verstoor-d kunnen worden
door outsiders, wier kans zeer gering is om noemens-waardige kwarititeiten in Duitsch-Ian-d af te zetten.
Het spreekt natuurlijk vanzelf, dat het Syndicaat
hij haar prijspoliliek afhankelijk is van de situatie op de wereldmarkt, immers het Syndicaat zal zich nooit kunnen veroorloven -de prijzen onafhankelijk van de wereldmarkt- vast te stellen, maar zal altijd rekening
moeten houden met, de prijzen, die daar gelden. Bo-
vendien moet de textielindustrie in Duitschiand met liet oog op haar belangrijicen export, scherp kunnen
concurreeren met de textielindustrie in het buiten-
land. Dit op ziç’hzelf reeds maakt het noodzakelijk,
dat de Duitsche industrie geen verzwarende condities
worden opgelegd.

Vooruitzichten voor een iv,ternatiiorca1e overeen-
ÎG
Oflhst.

Het ilienwe Syndicaat, dat thans in. Duitschiand
tot stand is gekomen, opent zekere perspectieven voor
cen internationale of althans Europeesche overeen-
kom-st. Alle pogingen, die tot dusverre ondernomen
zijn om overeenstemming tusschen de verschillende
kunstzijde producenten te verkrijgen, hebben tot np
toe gefaald. Voor het eerst in de geschiedenis van de

lcunstzijdeindustrie hebben de voornaamste producen-
ten uit verschille:nde landen zich aaneengesloten, om,
zij liet welisw’aar op ccii bepaald ‘gebied, de onderlinge
concurrentie uit te -schakelen. Hiermede is dus een
goede basis voor verdere samenwerking gelegd. Inder-
daad doen reeds geruchten -de ronde om op dezelfde
grondslagen, waarop in Duitschiaud de afzet is gere-
geld, oolc in andere landen samen te werken. Er
schijnen nu reeds stappen te worden gedaan voor de
coiitige.ntcering van de markt in Tsjecho-Slowaki,je,
Oostenrijk, Hongarije en Zwitserland. lIet lijkt niet
twijfelachtig, dat dezelf cie ondernemingen ook wel in
(leze landen tot overeenstemming zullen kunnen
komen. Indien dit liet geval mocht zijn, ‘dan zou
hiermede op een belangrijk deel van de Europeesche
markt stabielere verhoudingen geschapen zijn. Bo-
vendie.n schijnen nu. reeds on.tsiders pogingen in het
werk te stellen, om eveneens tot het Syndicaat te m,o-
geu toetreden. Dit zijn voornamelijk de Belgische
fabrieken onder leiding van Tubize en de Fransche
fabrieken onder leiding van het Comptoir.
Mocht dan oolc op den duur een saneering van con
deel van de Europeesche markt worden verkregen,
(lan zou dit zeker leiden tot een prjsbasis, die loo-
nender is dan thans het geval is. In dit verband moge
er aan worden herinnerd, ‘dat reeds gedurende de on-
derhandcl ingen tweemaal een verhoogin’g,
zij
het wei-
iswaar een zeer kleine, heeft plaats -gevonden.
1)
In liet
nu gedachte systeem van liet Syndicaat, waashij geen
concurrentie meer kan optreden dan alleen van dc

outsiders is, zoodra -de algemeene toestand iets -gun-
stiger wordt, een aan trckkin’g van de prijzen te ver-
wachten. Dat -dit voor ‘cie lcnnstzijde-industrie van
-groot belang zou zijn, moge hieruit blijken, dat de
prijsdaling tegenover 1,028 ongeveer 40 pOt. bedraagt.
Zooal.s reeds opgemerkt, zijn zoowel de A.K.U. als
de liK….tot het Syndicaat toegetreden. Hiermede
hebben beide concerns ongetwijfeld hun internationale
positie versterkt, vooral indien men bedenkt, ‘dat de
Nederiandsche kunstzijde-industr.ie
voor 00 pOt. op
export is aangewezen cii in belangrijke mate hij de
Du.itsche markt is betrokken, zooals o.a. uit de onder-staande tabel blijkt:

Uitvoer van kunstzijde (enkelclraacis in streng) in tons.
in proc. v/d.

Totaal

Duitschiand tot, uitvoer
1925

……….
2.S47

90

3,2 1926

……….
5.325

831

15,6
1927

……….
6.952

2.101

30.2
1928

……….
7.601

2.551.

33,6
1029

……….
8.602

2.890

33,6
1930

……….
8.91.9

2.940

33.0
1931
lstc halfj..

4.804

1.466

30.5

De Nederlandsche kunstzi,jde-intdustrie heeft ‘dus in
de laatste jaren een derde van den totalen uitvoer in
Duitschland afgezet en. door liet nieuwe Syndicaat
zal zij haar positie op de Duitsche markt behouden.
Aan den anderen kant moet evenwel met een
oi’i-
gunstigen factor rekening worden gehouden. Indien
het aan het Syndicaat mocht gelukken de outsirlers
geheel of gedeeltelijk van de Duitschc markt te hou-
den, clan ‘zal daardoor ongetwijfeld de concurrentie op
de overige vrije marlcten worden verscherpt en zal het
Syndiaat ook ‘hij haa.r pr.ijspolitiek den terugsiag van
de toestanden op de wereldmarkt ondervinden, daar
immers -de prijzen, in Duitsehlan’d, zooals wij reeds gezien ‘hebhèn ten nauwste afhanicelijk zijn van ‘die

‘van de wereldmarkt.
Hieruit blijkt dus, dat -de heteekenis van deze over-
eenkomst eerst volicomen tot haar recht zal Icomen,
indien de poducenten ook op andere marlcten tot
samemverking bereid zullen zijn. In elk geval zijn
door het tot stand komen van het Duitsche Syndicaat
de kansen voor een internationale of althans Euro-peesche overeenkomst grooter dan zij ooit zijn ge-
weest.

H. M. H. A. VAN PER VALK.

i) In hoeverre deze pnijsverhoogingen met seizoensinvloe
den in verband hebbeu gestaan is natuurlijk niet te beoor-
deden.

656

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

DE RIJKSMIDDELEN.

In dit utunmer treft men aan het gebruikelijke
overzicht van de opbmngst der Rijksmicidele.n over de
maand Juni 1931, afzonderlijk en vereeuigcl met die
‘der’vorige maanden, .i n vergelijking gebracht met de
raming van dat jaar cii de opbrengst over dezelfde

tij’clvakken van 1.930.

De gewone middelen brachten in de afgeloopei:i
maand
f
34.842.100 op tegen
f
39.128.100 in Juni
1930 en vertooneu m.itsdien een achteruitgang van

f
4.885.400. De totale opbrengst bleef voorts een be-
drag van
f
4.315.300 bij de raming ten achter.
De nieuwe financiöele regeling .tusschen Rijk en
gemeenten maakt het noodig, dat de cijfers iets nauw-
keuriger worden geanalyseerd. Nu ni., te beginnen
met het ‘belastingjaar 1931., van de ‘gron’dbelasting

slechts een vierde aan liet Rijk ten goede komt en de
overige drie vierden aan de gemeenten worden uit-
gekeerd, terwijl de personeele belasting, te beginnen
niet hetzelfde dienstjaar, geheel ten ‘bate ‘van cle ge-
meenten komt, kan met een eenvoudige vergelijking
van het e.inrlcijfer van den maandelijksehen middelen-
staat met het evenredig deel der raming niet worden volstaan. Laat men daarom, teneinde een zui.verder
beeld te krijgen, de beide genoemde belastingen ter-rijde, dan blijkt, dat cle overige middelen in de afge-
loopen maand
f
5.490.800 niinder dan de gemiddelde
maaiidraming hebben opgeiracht, doch komt men
tevens tot het verrassend resultaat, dat nog
f
338.100
boven de inkomst van Juni. 1930 kon worden geboekt.
De teruggang is derhalve geheel aan de belastingen,
die thans geheel of grootendeels voor rekening van
het Qemeentefonds lo’Öpen, te wijten.
De totaal-opbrengst over, het eerste halfjaar’s’ an
1.031 ‘bedroeg
f
232.914.100, di.
f
26.827.800 minder
dan in hetrelfcie tijdvak van het vorige jaar. Ook de
raming werd niet bereikt (nadeelig verschi.1

f
2.033.400). Ook ‘deze cijfers behoeven intusschen
eenige rectificatie. Indien de grondhelasting en de
personeele belasting niet worden medegerekend, blijict,
dat de overige niidcieleia
.f
1.3.929.300. bij de opbrengst
‘van ‘de eerste zes maanden van 1.930 zijn ten achter
gebleven, terwijl, voor wat de raming betref t, een na-
deehg verschil van
,f
9.516.200 valt te constateeren.
Neemt men nu in aanmerking, ‘dat liet laatst bedoelde
cijfer over de eerste 3 maanden van dit . jaar

,f
8.381.200 bedroeg, dan ‘blijkt, dat het tekort ten op-zichte van ‘de ramin.g in het 2e kwartaal slechts wei-
:nig is toegenomen. Hiertegenover moet echter worden
opgemerkt, dat ‘cle middelen in het 2e kwartaal door-
gaa’n. ‘de ruimste opbrengsten geven.

In vergelijking met de overeenkomstige maand van
liet vorig jaar vertoonen de inkomstenbelasting, de
vermogetisbelasting, de zout-, de gedistilleerd- en de
suikeraccijns, de rechten en boeten van successie, van overgang hij overlijden en ‘van schenking, alsmede de
‘clomeinen een, hooger opbrengstcijfer. Daarentegen
brachten minder op cle grondbelasting, cle personeele
belasting, de dividend- en tantièmebelasting, de rech-
ten
01)
den invoer, liet statistiekrec’ht, de ‘geslacht-,
de wijn-, de bier- cmi de tahaksaccijns, de belasting
0])
gouden en zilveren werken, de rechten en ‘boeten van
zegel, ‘cie rechten en ‘boeten van registratie en ‘de loods-
gelden.
De grondbelasting gaf in de afgeloopen maand nog
een bate van
,f
1.063.900, of
f
2.869.500 minder clan
in Juni 1.930. Gerekend over zes maanden ‘beliep cle
teruggang
f
7.472.1.00. De oude dienstjaren brachten
in dien tijcl nog f86.000 meer op dan in ‘liet
le
half-
jaar 1.930. Daar ‘cie ontvangsten in de eerste niaanden
van het jaar bijna utslu iteiid hetrekk:i ng hadden, op
de oude dienstjaren, die nog geheel aan het Rijk ‘ten
goede komen, werd de raming in het tijdvak Januari t/in Juni met f4.014.200 overschreden.
Bij de personeele belasting valt iets dergelijks te
bespeuren. Hier ‘bedroeg de teruggang in de afgeioo-
pen maand
f
2.354.600 en in het eerste halfjaar

f
5426.300, terwijl ‘de raming, gerekend over zes
maanden, met
f
3.528.500 werd overtroffen. In de
totaal-opbrengst van liet
i.e
halfjaar is evenwel inge-
volge art. XI der wet ‘van 14 Juni 1930 (Staatsblad
No. 245) een bedrag van
f
641.800 begrepen wegens
aandeelen in de kwade posten over vorige belasting-
jaren van liet Leeningfonds 1,914, van de provinciën
en van de gemeenten.
De inkomstenbelasting vertoonde in cle afgeloopen
maand een belangrijke stijging (van
f
994.800). Ech-
ter werd ‘de raming niet gehaald (inkomst
f
1.171.400
minder), voor de maand Juni overigens een geheel
normaal verschijnsel. Gerekend over zes maanden
kivam f1.656.200 minder ‘binnen clan in het vorige jaar, d’och werd het evenredig ‘deel der raming met

f
8.960.300 overschreden. Bij vergelijking der ont-
vangsten over laatstgenoemde perioden van 1930 en
1.031 ‘blijkt, .dat de ontvangen bedragen als volgt over
de verschillende dienstjaren kunnen worden irerdeeld:
Jan. t/m. Juni 1930

Jan. t/m. Juni 1931

1927/28….

f

199.900

192829….

,,

950.300

f

189.200

1929/30….

51.893.700

1.021.000

1930/31….

72.600

49.647.000

1931/32….

603.100

Totaal ..

f
53.116.500

f
51.460.300

Tot ‘dusver houdt de inkomstenbelasting zich vrij
goed op peil. De oude ‘dienstjaren ondervinden den
invloed ‘der economische depressie nog niet noemens-
waard. De ‘opbrengst van liet nieuwe belastingjaar
1931/32 schijnt hoog
(f
603.100), doch in dit bedrag
is
f
530.200 wegens aandeelen in kwa’de nosten van
Leenip’gfonds, provinciën en gemeenten begrepen.
De vermo’gensbelasting liet ‘ditmaal weer een stij-
ging in opbrengst zien (van
f
210.100), ivaardoor de
‘daling van de maand Mei weer grootendeels werd ge-compenseerd. Toc’hi werd ‘de opbrengst van de ee’rste
zes maanden van. 1,930 in ‘het afgeloopen halfjaar niet
geheel bereikt (ontvangst
f
242.500 minder). Dat de
raming met
f
1.386.100 w’erd overtroffen, ‘beteekent
niet veel, daar de eerste maanden van het jaar voor dit
middel voordeelig zijn. Ook voor ‘dit middel ‘geldt,
‘dat ‘de ontvangsten tot ‘dusver n:iet tegenvallen; de
terugslag der huidige conjunctuurwisseling is eerst
in cie ‘toekomst te verwachten.

De dividend- en tantièmcbelasting wees een lager
opbrengstcijfer van
f
162.200. Langzaam maar zeker
loopen de ontvangsten, van dit nii’d’del terug. Juist in
het midden van liet jaar begint de opbrengst ruimer
te vloeien, na liet verschijnen van ‘de Jaarverslagen
iran verschillende ondernemingen. Vandaar, dat de
maan drannng ditmaal met bijna
f
1.92.000 werd over-
‘troffen, hoewel ongeveer een kwart minder werd ont-
vangen dan in Juni 1930. De halfjaarstaat vertoont
ten opzichte van ‘de ontvangsten van het vorige jaar
een vermindering van
,f
1.699.900 en in vergelijking
niet de ram,ing een tekort van
•f
3.273.400. Hoeivel
een enkele maand voor deze belasting geen basis van
vergelijking kan vornien, voorspellen cle inkouisten
der laatste maanden niet veel goeds voor den verderen loop van ‘dit middel.
Liepen ‘de invoerrechten in Mei ‘ji. met bijna

f
1 niillioen teru’g, ditmaal viel een ‘daling van slechts

.f
41.500 te ‘bespeuren. Toch waren de ontvangsten
ditmaal ‘niet veel lager dan in Mei jl. Het groote ver-
schil is dan ook toe te ‘schrijven aan de omstandig-
heid, dat ‘de maand Mei 1,930 ruim ,f 1 millioen meer
opleverde dan ‘de maand Juni van ‘dat jaar. Duidelijk
]comnt de verminderde waarde van den invoer tot
uiting, indien nien de cijfers over de eerste zes maan-
‘den met elkander vergelijkt. Het l’oopen’de jaar ver-
schaf te tot ‘dusver
f
3.443.800 minder ‘dan het vorige
en
f
3.675.100 beneden liet evenredig deel der raming.
Sterker inzinicing nog valt intusschen bij het statis-
tiekrecht te constateeren, ‘dat in de afgeloopen maand

f
60.800 minder te hoeken gaf en gerekend over zes
maanden een daling van
f
466.900, ‘d.i. met ongeveer

22 Juli
1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

657.

een kwart, vertoonde. De vermindering van den ge-
heelen in- en uitvoer wordt hierdoor al zeer duidelijk

gedemonstreerd.
De accijnzen ver toonden een onderling verschillend
beeld. De zoutaccijns gaf een accres van
f
18.800, al

werd de maandram:ing niet gehaald (ontvangst

f
45.500 minder). De geslachtaccijns bleef zich in da-
lende lijn bewegen; ditmaal bedroeg het deficit

f
146.000. Vergeleken met de raming was het nadee-

lig verschil zelfs
f
274.400. De lage veeprijzeri, ge-
paard met den invoer van buit’enlandsch vleesch, oef e-
nen op den loop van dit middel een zeer ongunstigen
invloed. Gerekend over zes maanden leed de schatkist

een verlies van
,f
1.421.900. De wijnaccijns bracht

.f
58.800 mincler op; vermoedelijk wordt in den laat-
sten tijd vruchtenwijn gebruikt voor producten, waar-
voor vroeger wijn werd gebezigd. Het gedistilleerd

gaf een klein surplus (van
f
13.800). De verhooging

van het tarief van
f
180 tot
f
200 per H.L. bracht

dus weinig baat; de daling der inkomsten van velen
door de malaise doet het gebruik van dit genotmiddel
blijkbaar afnemen. Overigens was de loop van dit
middel in de afgeloopen maanden bevredigend. De
bieraccijns leverde f311.300 minder op; voor de da-
ling ‘der inkomsten uit dezen accijns mag wellicht
eenzelfde reden worden aangevoerd als hierboven ten
aanzien van den gedistilleerdaccijns werd te berde

gebracht. De suikeraccijns gaf een stijging in op-
brengst ‘te zien van
f
409.100, dat niet aan een ver-

schil in crediettermijnen is toe te schrijven. Bij dezen
accijns werken de lage prijzen van het artikel blijk-
baar stimuleerend op het gebruik. Tenslotte moge
nog worden gewezen op den .tabaksaccijns, die

f
211.300 minder in de schatkist bracht. Na de ie-
cord-opbrengst der vorige maand, toen een stijging in

opbrengst van
f
528.300 viel waar te nemen, mag aan
de daling van de afgeloopen maand niet te veel waar-
de worden gehecht. De tabaksaccijns is, afgezien van dc

opbrenst der Staatsloterij, het eenige middel, dat
in de eerste 6 maanden zoowel de ontvangst van het
vorige jaar als de raming heeft overtroffen. Eene ver-
gelijking ‘van de opbrengsten der accijnzen over de
eerste halfjaren van 1931 en 1930 en met de raming
leidt tot het volgende resultaat:

Opbrengst

Opbrengst

Raming

6m.1930

6m.1931

6m.1931

Zout ……..
f
1.150.400

f

1.082.700

f

1.150.000

Geslacht …….
, 5.864.400

4.442 500

,, 6.150.000

Wijn
………
,,

1.317.800

,,

1.210.700

,,

1.300.000

Gedistilleerd

,, 17.722.400

,, 18.459.600

,, 18.500.000

Bier ……….
,, 7.386.200

,, 6.402.300

,, 8.200.000

Suiker ……
,, 24.361.800

24.649.700

,, 26.700.000

Tabak ……..
,, 14.424.700

15.036.100

,, 14.500.000

Alleen de gedistillerd-, de suiker- en de tabaks-
accijns geven eeh hoogere ontvangst dan in het vorige
jaar, terwijl het evenredig deel der raming slechts
bij den tabaksaccijns werd overschreden.
De belasting op gouden en zilveren werken leverde

.f
11.300 minder op; over 6 maanden bedroeg de da-
ling f106.100; ongetwijfeld is ook hier de malaise de
aanwijsbare oorzaak voor het ongunstige resultaat.

De zegelrechten daalden met
f
267.400, waarvan

f
48.000 op rekening komt van de ‘beursbelasting. Ge-

relcenci over zes maanden werd
.f
368.800. minder ge-

md dan in het vorige jaar, terwijl in vergelijking met
de raming een nadeelig verschil van
f
589.600 valt

Cl)
te merken. De opbrengst van het effectenzegel
(op obligaties en pandbr.ieven) neutraliseert bij ‘dit
middel eenigszins dc vermindering der andere rech-
ten. De lage opbrengst der registratierechten is even-zeer als een symptoon van de economische depressie
te beschouwen. In de afgeloopen maand liepen de

ontvangsten terug met
f
412.100; gerekend over zes

maanden bedroeg de daling zelfs f 6.436.000. Een ver-
gelijking met de raming valt ook ongunstig uit; hier

bedraagt het nadeelig verschil
f
5.311.300.
De successierechten gaven ditmaal een accres van

f
971.400, waaruit de on’berekerïbaarheid van dit mid-
del weer eens duidelijk blijkt. :De loop van deze rech-
ten viel tot dusver niet tegen; een toeneming in op-
brengst over zes maanden ad f 1.635.600 is in den
tegenwoordigen tijd niet te versmaden. Waar de on’t-
‘vangsten echter 1)etrelcking hebben op circa 8 ii 9
maan den geleden opengevallen nalatenschappen, kan
de crisis al, haar invloed hier nog niet doen gelden.
De domeinen verschaften
.f
55.400 meer, door toe-
‘vallige omstandigheden. Daarentegen brachten de
loodsgelclen
f
41.000 minder op. Over 6 maanden
werd
J’
260.300 minder geboekt, waarin de slechte ton-
stand in het havenbedrijf tot uitdrukking komt.
De inkomsten van liet ,,Leeningfonds 1914″ daalden
van
f
5.545.800 tot f 4.596.100. Gerekend over zes
maanden liepen de ontvangsten in totaal terug met

f
11.584.800. De tabaksaccijns op sigaretten bracht tot
dusver f75.600 op.
Voor het ,,W’egenfonds” kwam in cie afgeloopen
maand f 671.500 binnen tegen
f
527.500 in Juni 1930. Van eerstgenoemd bedrag komt
,f
664.800 op rekening
van de wegenbelasting, terwijl de rest of f 6.100 door
de rijwieihelastin’g wordt ‘bijgedragen. in de eerste
zes maanden kwam aan het Wegenfonds ten goede
f 8.104.300, waarvan
f
1.975.600 wegenbelasting en

f
128.700 rijw.ielbelasting. In het vorige jaar bedroe-gen de beide laatstgenoemde opbrengstcijfers respec-
tievelijk f 7.432.400 en
f
112.900.
Voor het eerst komen op den middelenstaat inkom-
sten ten bate van het ,,Gemeentefonds” voor. iii Juni
werd ontvangen f 61.200 gemeentefondshelastiiig en
f
5.500 aan opcenten vermogensbelastin g.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

MORATORIUM IN DUITSCHLAND.

Dr. Carl Kriimer te Hamburg schrijft ons:

Eeni’ge weken geleden werd te dezer plaatse in een
uitvoerige beschouwing gewezen op den erustigen toe-
stand in Dui,tschland ) en tot slot ‘de overtuiging ti it-
gesproken, dat voor ‘cle ‘veiligheid van de Rijksmark
en de positie van ‘cle Rijksbank het er bijna geheel van
zou afhangen, of dedeviezenvoorraad van ‘cle parti-culiere banken, den handel, de industrie en particu-
lieren gemobiliseerd, ‘cl.w.z. in dienst gesteld zou
kunnen worden van een algemeene valuta-politiek.
De gebeurtenissen, die daarop ‘volgden, zullen beter
begrepen worden, indien wij vooraf vaststellen, ‘dat
deze mobiliseering nauwelijks gelukt is. Eerst in ‘de
laatste dagen is men iets na’der tot dit doel gekomen.
Toen wij op 20 Juni ons artikel beëindigden, had

de Rijksbank juist besloten op 22 Juni een vèrgaande
credietrestrictie in .te voeren; tegelijkertijd werd
echter het Hoover-plan bekend en zag de Rijksbank
van de ‘doorvoering van ‘dit ‘besluit af. Daarmede heeft
zij ongetwijfeld ‘den ‘directen invloed van het Hoover-
plan overschat. Op 25 Juni was cle vraag naar devie-
zen reeds weder in vollen gang en op 27 Juni bezat
‘de Rijks’bank nog R.M. 1.4 milliard aan goud en de-‘viezen tegen 2.8 milliard op 30 Mei jl. Met deze fci-,
ten ‘voor oogen, zou het voor de Rijks’bank wenschelijk
zijn geweest, haar credieteu niet verder uit te breiden
en alle bezitters ‘van deviezen te nopen ‘deze wegens
gebrek aan credietfaciliteiten aan de Rijksbank te

verkoopen.
De Rijksbank betrad intusscheu een anderen weg en
trachtte in het buitenland ,credieten op te iiemen.
Voor den ultimo van Juni ontving zij ‘van de Centrale,

Banken en van dle B. 1. S. een op 16 Juli vervallend
herclisconteeringscrediet, ten bedrage van $100 mii,-
lioen; voor den bankstaat ‘van 7 Juli werd een cre-
diet van de G’olddiskontbank (een bijzondere a:fdee-
ling van de Rijksbank) bij eenige Amerikaansche hui.-
zen, ten bedrage van $ 50 millioen, opgenomen. Deze
maatregel werd ‘daarom ‘voor juist gehouden, omdat
men op het spoed ge afsluiten van cie on’clerhandeltn-

i) ‘Zie E;S. B. van
24 Juni ji.

658

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

gen te Parijs over het Hoover-plan hoopte en hier-
van een terugkeer van het vertrouwen en een verbe-
tering van de deviezenpositie verwachtte. :Iat waren
i.ntusschen bedriegelijke verwachtingen.
Ook na afloop van de onderhandelingen te Parijs
duurden de credietopzeggingen van het buitenland en
de aankoop van deviezen in het binnenland voort;
Zet-
terciag 11 Juli werd bijv. voor een bedrag van meer
dan R.M. 100 millioen aan deviezen in Berlijn opge-vraagd. Daarop besloot de Rijksbank eindelijk op 13
Juli tot credietrestrictie over te gaan. Intusschen was
echter de goud- en deviezenvoorraad van de Rijks-
bank tot R.M. 860 millioen gedaald en hadden in het
binnenland gebeurtenissen plaatsgegrepen, die dezen
maatregel min of meer illusoir maakten. Ter verge-
makkelijking geven wij hieronder een overzicht van de
ontwikkeling van de voornaamste posten va.n de Rijks-
bank, waaruit de invloed van de verkeerde valuta-
en credietpolitiek is na te gaan. –

Goudi
Van de
1
Wis-
1
Belee-
1
Circu- kings-
Data

1
en de-
1
Bank’) sels’) ningen latie’) percen.
1
viezen1)

­
41

In millioenen Rijksmark.

31
Mei ………
2576.5 2576.5 1816.4 167.2 4721.8 59.9
7
Juni ……..
.
2412.9 2412.9 1764.0

69.9 4475.5 59.2
15

, ……….1869.9 1869.9 2032.7 154.9 4279.2 48.1
23

,………..1503.8 1503.8 2349.8 136.7 4704.7 40.4
30

, ……….1720.7 1402.1 2970.9 355.2 4721.0 40.1
7
Juli ………
1792.8 1162.8 3188.4 224.5 4.519.4 436
15

11
……..
1490.51 860.51 3383.4 386.0 4576.3 35.8

) Heeft betrekking op den stand
3
dagen vÔSr de publi-
ea-tie van dcii banks-taat. Hierin
zijn
niet begrepen de on-
zichtbare deviezea; einde Mei rond R.M.
250
milliocu, vanaf
einde Juni nihil.
) mcl.
Rijksschatkistwissels cii vanaf
30
Juni mci. cle
tegeti herdiscouteering en cle tegen credieten van de Gold-
cliskoiitbank afgegeven wissels.
) Biljetten van de :Rijksba:ik en van de Rentebank.
) Verhouding van goud en deviezen ‘tot cle biljet-ten vali iie Rijksbank. Dc wettelijke dekking bedraagt 40
pOt.

De belangrijkste post van dit overzicht is d.ie van
de.bank!biljettencirculatie, waaruit ‘blijkt, dat de her-
discon teeri ngen en ‘beleeningen zoo groot waren, dat niet alleen geen vermindering van ‘de nirculatie plaats
vond, maar dat zij zelfs op 15 Juli R.M. 300 millioen
grooter was dan een maand geleden, waarbij men moet
‘bedenken, dat ‘ook ‘de omloop van pasgeld meer dan
R.M. 100 millioemi. grooter was dart op 15 Juni.

* *
*

De .wensch van cle Rijksbank om, indien eenigszins
mogelijk, een cred’ietcontractie te vermijdei:i en haar
streven alle mogelijke credietbronnen in het buiten-
land te benutten – ‘de cred.ietrestrict,ie werd eerst
doorgevoerd, toen ‘de president van cle Rijkshank zich
‘door ee:n persoonl:ijk bezoek ervan overtuigd had, dat,
afgezien van een verlenging van het herdi.scontee-
ringscrediet tot midden October, zonder politieke con-
cessies, noch in Londen, noch in New-York, noch zelfs
in Parijs credieten te verkrijgen waren hadden na-
tuurlijk ook een zeer reëelen achtergrond. Deze lag in
de geringe liquiditeit eu niet minder in. de geringe
rentabiliteit van de Duitsche banken. Over de Orga-nisatie van het Duitsche credietwezen kan in rustige
tijden het noodige gezegd worden. Hier willen wij
slechts op de volgende punten wijzen.
1o. De Dui’tsche ‘banken ‘hebben tot einde Septem-
‘her 1930 voor een bedrag van R.M. 8.3 milliard aan
buitenlandsche credieten op korten termijn opgeno-
men, ‘d.w.z. meer ‘dan 50 pOt, van alle ‘door de Duit-
sche banken verleende credieten waren gebaseerd op
huitenlandsche credieten. Van ‘dit bedrag zijn tot
einde Mei 1931 reeds ongeveer R.M. 1.5 milliard
teruggetrokken. Daarentegen bezaten de Duitsche ban-
ken ein’de September 1930 ‘valutavorderingen, ten be-cirage ‘van R.M. 3 milliar’d, die einde Mei waarschijn-
lijk nog R.M. 2 milliard groot waren, waaronder het

z.g. nostro-tegoed en ‘buitenlandsche wissels voor een bedrag van R.M. 1.3 milliard.
2o. Bij de pogingen om de terugtrekkingen van cre-
‘dieten door liet ‘buitenland te compenseeren, konden
cie ‘banken ôf op ‘de genoemde reserves in valutavorm

terugvallen, ‘vooral op ‘de buitenlancische wissels en
het nos-tro-tegoed, (hiertegen i,s oppositie gevoerd,
waaraan ‘de Rijksbank niet steeds het hoofd kon bie-
den) èf zij konden haar valuta-debiteuren opzeggen.
Di t middel was echter buitengewoon moeilijk toe te passen, omdat haar cliënten zelf illiquide waren (alle
banken hebben reeds aanzienlijke afschrijvingen op
haar clebiteuren gedaan en zullen dat nog verder moe-
ten -doen). Maar indien het gelukt w’as, dan zou.’den de
cliënten een poging hebben gedaan om de vereischte
cieviezen van cle Rijks’bank te verkrijgen. Of men gaf
bnnenlandsche credieton’derpan’den (wissels) aan de
Rijks’bank en kocht ‘daarniecle deviezen.
Toen nu in Juni de opzegging van bu.itenlan’dsche
creclieten bij de banken aanhield, – zij hebben tot ‘heden
zeker nog R.M. 1.5 milliard aan buitenlan’dsche ere-
dieten en 0.5 milliard aan valutareserves verloren –
zouden de banken ongetwijfeld of althans enkele van
haar in groot gevaar hebben verkeerd, indien de Rijks-
bank niet bereid was geweest b.i,nnenlan’dsche wissels
van de ‘banken over te nemen in ruil voor ‘deviezeii.
:1)0
Rijks’bank heeft echter niet dit risico willen loopen
cii zoo is zij de ‘banken en daarmede natuurlijk ook het
overige particuliere bedrijfsleven, -dat voor dezelf de
problemen stond, op buitengewone wijze tegemoetge-
komen. Zij heef t ‘daarmede echter ook ‘de gelegenheid
voorbij laten gaan om een groot ‘deel ‘van -datgene,
wat aan ‘deviezen of in het al-gemeen aan buitenland-
sche vorderingen in Duitschiand aanwezig was (men
denke slechts aan de z.g. kapitaal- en belastiugviucht
naar het ‘buitenland) door een rigoureuze credietpoli-
t.iek eruit te persen. Deze politiek is in Duitschiand
sterk becritiseerci en wanneer ‘tenslotte steeds het re-
sultaat besl:issencl is, zoo kan men zeggen, dt -deze politiek terecht becritiseerd werd, want zij had geen
succes en kon ‘de inee.n.storti i.i’g van het Dii i.tsche 1)arilc-
credi.et ii let verh i.n derei:i.

* *
*

Want de cleviezericrisis duurde zooian-g, da-t zij het publiek op -don duur wel nerveus moest maken. In den
eersten tijd hadden de credietopzeggingen alle ban-ken ongeveer in gelijke mate getroffen; sedert einde
Mei concentreerde de aanval zich min of meer op cii-
hele instellingen, waartegen men langzamerhand een

bepaald wantrouwen

van de zijde van het binnenland
ging koesteren. Indien -de Rijlcsbank snel en energiek
ingegrepen had, -clan had men wel een bunnenlaidsche
pani
dc
kunnen vermijden, want het binnenland was
in het begin mi:iet al te nerveus.
Toen echter de onzekerhe.’d steeds -grooter wend en het binnenland

tot de overtuiging kwam, dat het bui-
tenlard geen vertrouwen meer had, vercl het w’an-
trodwen in het binnenland steeds sterker. Ongeveer
sedert midden, Juni, toen zware en ‘onverantwoorde-
1 kjke verliezen .ini de
mcl
ustrie -bekend iver-clen (Kar-
sta-dt, Nordwolle, en.z.), conceutreerde het op vragen
van ‘deposito’s in liet binnenland zich vooral op ‘de
:lutrnistëdtei and Nationalbaik, die ‘in Juni voor een
bedrag van R.M. 300 millioen en van 1-11 Juli alleen
voor een bedrag van R.M. 250 millioen aan crediteu-
ren verloor. (Einde Juni 1930: R.M. 2495 millioen,
einde Mei, 1931: R.M. 2170 millioen). De ontwikke-
ling bereilcte haar hoogtepunt
OP
11 en 12 Juli. Het
‘bleek, da-t het buitenland geen credieten meer zou ver-
strekicen, -dat ‘dientengevolge ‘de Rijlcsbank vanaf 13
Juli tot stopzetting van de credietverleeni.ng genood-
zaakt was en dat de Danatbank zonder hulp van de
Rijlcsbanlc aan het einde van haar icrachten was. Uit
-de eindelooze onderhandelingen ‘blèelc, dat -de Rijlcs-
bank niet verder kon helpen, -dat -dientengevolge de
,l)anatbank – -daar een samenwerking tusschen de

22 Juli 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

859

grootbanken onbereikbaar was – op 13 Juli haar lo-cietten zou sluiten. Het Rijk verklaarde zich hierop
bereid de deposito’s van deze bank te garandeeren., èen
maatregel, die geruststellend moest werken. Niemand
wist echter precJes, welkeu invloed de sluiti rig van cie
loketten der Danatbank ondanks de garantie van het
Rijk op de andere banken, spaarbanken en credietin-
stellingen zou hebben. Dit bleek evenwel zeer spoedig,
toen de sluiting ‘van de Danatbank een run op alle
andere credi etinstellingen veroorzaakte, waardoor zij
zelf tot een beperking van haar uitbetalingen werden
genoopt en de regeering aan de banken eerst een mo-
ratorium van twee dagen moest toestaan, dat daarna
– behalve voor kleine uitbetalin’gen – voor alle wer-
kelijke ‘bankschuiden tot het einde der week werd ver-
lengd. De effectenbeurs en cle wisselmarkt werden
voor onbepaalden tijd gesloten. Het publiek ging
steeds meer tot het oppotten van bankbiljetten over.
Op het oogenblik, dat dit artikel wordt afgesloten (19
J’uli), Ican slechts worden gezegd, dat het Duitsche be-
drijfsleven, met uitzondering van bonen, salarissen en
belastingen, voorloopig zijn betalingen heeft gestaakt.
Niemand kan voorspellen, wanneer en onder welke
omstandigheden
het
deze weder zal opnemen, temeer
daar alles afhangt van bepaalde politieke gebeurtenis-
sen, die zich te Parijs, Londen en – in Dnitschland
zuilen afspelen. Hierover nader in een volgend artikel.

DE FINANCIËELE POSITIE VAN HONGARIJE

EN DE SUCCESSËE-STATEN.

I)r. K. von Buday te Budapest schrijft ons:
T-let voorstel van Hoover kan als een logisch ge-
volg van de ontwikkeling van de internationale finan-
ciëeie positie worden beschouwd. De steeds grooter wordende moeilijkheden, waaronder de met buiten-
landsche leeningen belaste landen ten gevolge van cle
door cie gestegen geldwaarde verhoogde rentelasten
hadden te lijden, in aanmerking genomen, schijiit het
vanzelfsprekend, dat een met herstel- en oorlog-
schulden overbelast Europa nauwlijks in staat is zijn
groote verplichtingen tegenover de Ver. Staten’ na
te komen. De ontwikkeling van de Amerikaansche en
Europeesche betal.ingsbalansen bevestigt ook d.it feit.
Europa heeft aan cie Ver. Staten $11,3 milliard oor-
logs- en $ 4,5 milliard na-oorlogsschnlden te betalen.
Minister Meilon heeft nog in Sept. j.l. medegedeeld,
dat de Ver. Staten aan aflossing en rente van de oor-iogsscliulden.in totaal n.iet minder dati $22 milliarci
zullen ontvangen. Het voorstel van Hoover bewijst,
dat ook nu de Amerikanen inzien, dat Europa derge-
iijke enorme bedragen onder de, tegenwoordige eco-
nomische en politieke omstandigheden niet kan be-
talen.

Met behulp van gegevens van de Centrale Banken
cii Ministeries van Financiën van de Successie-staten
hebben wij over de bttitenlandsche schulden op la:ngeii
termijn te volgende tabel opgesteld:

Buitenlandache schulden op langen termijn van de
Successie-staten eind
1930.

(In millioenen Dollar).

Honga- Oosten- Tslecho-
Roe- Joego

rije

rijk

Slowakije
menjë Slavië

Binnenl.Staatsschuld..
24.6

36.8 843.1

77.-

97.5
Buitenl. Staataschuld..
244.4 341.9 379.- 1.025.5 759.6
Andere, niet door den
Staat opgenomen, bui.
teni. leeningen ……
246.—
102.2 40.7 79.2
22.3
Totale schuld aan, het
buitenland

……..
491.—
444.1
319.7 1.104.7 781.9
Buiten!.

staatsschuld
per hoofd in Dollars..
27.9
50.7
26.5
59.6
57.3
Totale

buitenl. schuld
per hoofd ……….
56.3 67.3 29.5
64.1
59.-

in den post ,,Andere, niet door den Staat opgeno-men, buitenlandsche leeningen” zijn de buitenland-
sche leeningeu van gemeenten en privaatrechteljke
inst.eili ngen vervat; in dezen post zijn voor Honga-

rije ook de bnitenlandsche credieten met een looptijd
van 1Ys-3 jaren met Pengö 240 of $ 41,9 millioen
opgenomen.

ludien wij bedenken, dat per einde 1928 bijv. De-
nemarken alleen in de Ver. Staten $ 220 millioen, of
$ 62 per hoofd en Noorwegen zelfs $ 234 millioen, of
$ 83 per hoofd, heeft opgenomen, terwijl Hongarije op
dat tijdstip slechts in totaal per hoofd voor $ 29 bui-
tenlandsche leeningen heeft afgesloten, dan is het
duidelijk, dat de buitenlandsche schuld op zichzelf
geen overdreven afmetingen heeft aangenomen.
Eveneens blijkt uit de tabel, dat Hongarije relatief
cle laagste buiteulandsche staatsschuld heeft en dat
cle credietwaardigheid van het Hongaarsche bedrijfs-
leven grooter is dan die van J’oego-Slavië of Roe-
menië.
In liet totaal-bedrag van de buitenlandsche schul-
den van den 1-lorigaarschen staat zijn ook de £ 3 mil-
lioen begrepen, die in den herfst van 1930 als voor-
schot op een af te sluiten staatsleening op langen
termijn werden opgenomen. In dit bedrag is overigens ook het Hou gaarsche gedeelte van de vooroorlogsche
schulden van de Oostenrjk-Hongaarsche monarchie
met 100 pOt. berekend, want de protocollen van Inns-
brück en Praag hebben slechts den rentedienst tot
27 pCt. resp. 32 pOt. verlaagd. Daarentegen hebben
de begrootingen van Oostenrijk, Tsjecho-Slowakije en
J’oego-Slavië de hoofdsom van de aan hen belaste
vôôroorlogsche schulden op 21 pOt. resp. 32 pOt. vast-
gesteld, rede:n waarom, ten einde een juiste vergelij-
kingsbasis te scheppen, deze bedragen op 100 pOt.
nioesten worden aangenomen. Een andere correctie
moest bij de schulden van Tsjecho-Slowakije aan de
Ver. Staten plaats vinden. Deze schuld wordt name-
lijk in de begrooting van Tsjecbo-Slowakije met $ 115
millioen opgegeven, terwijl de Amerikaansche Minis-
ter van Financiën in zijn verslag over het begroo-
tingsjaar 1930 het bedrag van de zich in handen van
de Amerikaansche schatkist bevindende obligaties van
Tsjecho-Slowakije met
$
110 millioen vermeldt.
lndien wij de verpl:ichtingen en vorder;ingen, die
uit het protocol van Den Haag en de overeenkomst
van Parijs voor cie Successie-staten voortvloeien, nader
beschouwen, vinden wij de verplichtingen van ‘i’sje
cho-Slowakije in de hegrooting onder den titel ,,’.I’ax
de liberation” met 1.178 millioen Kronen of $ 34,8
miilioeu aangegeven, wat met de tegen 6 pOt. geka-
pitaliseerde Iioofdsom van deze betalingen overeen-
komt. Voor Hongarije beteekenen de overeenkomsten
van Parijs en Den Haag eenerzijds verplichtingen,
anderzijds vorderingen. De verplichtingen betreffen
de door de Hongaarsche regeering te verrichten be-
tal:i.ngen van 13i millioen Goudkronen in de periode
van 1044 tot 1966, die op 31 Dec. 1.930 tot 4 pOt. (ren-
tebasis van het landbouwfonds) verdisconteerd $ 23,4
milli oe.n. beclrage.u, waarbij nog de gekap i taliseerde
hoofdsom van (ie tot 1944 te betalen hersteischuicle.n
niet $ 23,6 mi.iiioeu en $ 2,1 mi.11ioen voor beta-
lingen uit anderen hoofde komen, d.w.z. een totale
verplichting van
$49,1
millioen. Daartegenover staat
de vordering van Hongarije uit de optantetiproces-
seri, tot een totaal bedrag van $ 64,5 millioen (219,4
millioen G’ou.dkronen van fonds ,,A”, 100 millioen van
fonds ,,B”). Hieruit volgt voor Hongarije een debet-
saldo van $ 14,8 millioen, waardoor het totale bedrag
van de huiteularidsche verplichtingen van Hongarije
tot $ 416,2 millioen daalt.
In hoeverre het Hoover-moratorium op deze bedra-
geu, die volgens liet Haagsche protocol moeten worden
betaald, invloed zal uitoefenen, zal op de deskundi-
genconferenti.e te Londen worden beslist. Daar deze
betalingen echter tot vorming van de ,,A”- en

fondsen moeten worden aangewend, is het niet waar-
schijnlijk, dat eenige wijziging in deze betalingen
zal plaats vinden.

Een nadere beschouwr.ing van de buitenlancische
schulden van Oostenrijk, waarop de déconfiture van dc
Oreditanstalt een nieuw licht heeft geworpen, doet

600

ECONOMISCH-STATISTiSCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

vermoeden, dat de andere, niet door den Staat in het
buitenland opgenomen, lceni.ngen veel hooger zijn dan
(le statistieken, waaraan wij onze gegevens ontieenen,
aantoonen. Oostenrijk beschikt over talrijke oude re-
laties met het buitenland, cl:ie buiten cle openbare in-schrij vingen om waarschijnlijk aanzienlijke bedragen
aan Oostenrijk hebben geleend en waaruit te verkla-
ren is, dat de deviezenportefeuille van de Oostenrik-
sche Nationale Bank, ondanks de passiviteit der be-
talingsbalans, gedurende de laatste jaren steeds groo-
ter werd. Door de overneming van de garantie voor
binnen- en buiteniandsche credieten van de Credit-
anstalt, doon de uitgifte van 150 millioen schatkist-
h:iljetten en door de vanwege de B.I.S. aan de Oosten-
rijksche Nationale Bank verstrekte 100 millioen
Schilling stijgen cle totale verplichtingen van Oosten-
rijk met ongeveer &mn milli.ard Schilling, welke echter
slechts een virtueele verlichting voorstellen, omdat
zij slechts gedeeltelijk in werkelijke schulden mogen
worden veranderd.
De buiteniandsche verplichtingen op korten ter-
mijn van de Successie-staten zijn niet nauwkeurig
vast te stellen. Voor Roemenië en Joego-Slavië be-
staan er om zoo te zeggen in het geheel geen gege-
vens. De statistieken van het Oostenrijksche Ministe-
rie van Financiën geven de buitenlandsche vorderin-
gen op korten termijn met ongeveer 650-700 mii-
lioen Schilling aan, die volgens dezelfde bron met
de vorderingen van Oostenrijk op het buitenland in evenwicht zijn. Het schijnt echter, dat dit bedrag te
klein is; liet genoemde evenwicht werd in elk geval
door de onttrekking van buitenlandsche gelden
als gevolg van cie déconfiture van de Creditanstalt
verstoord. 1

let is de vraag, wanneer Weeneii weder de
rol van bemiddelaar tusschen Oost en West zal kun-
nen opnemen.

Voor Tsjecho-Slowakije wordt op gelijke wijze een
eveuwichtstoestand vermeld, die echter in den. laat-
sten tijd eenigszins verbroken schijnt. Het actief van
de z.g.n. loopende bedragen van de betalingsbalans
van Tsjecho-Slowakije is overigens van 2 milliard
Kc. in 1928 tot 800 millioen in 1929 gedaald, en liet
is waarschijnlijk dat deze tendens zich in 1.930 en
1.931. heeft voortgezet.

Voor Hongarije worden de buitenlandsche verplich-
tingen van cie banken op korten termijn met Peiigö
350-380 millioen aangegeven, waarbij ongeveer Pen-
gö 100-120 millioen kortloopende schulden van de
industrie komen, d.w.z. in totaal Pengö 450-500, of
£ 4 millioen schaticistbiljetten in het buitenland en
huitenlandsche gelden, welke in Centraal- en in Oost-
Europa in den laatsten tijd heeft plaats gevonden,
heef t ook in Hongarije een st.orenden invloed uitge-
oefend. In verband hiermede staat de uitgifte van
£ 4 milli.oen schaticistbiljetten in het buitenland en
1. millioen in liet binnenland. Voorts heeft de
B.I.S.
aan de Hongaarsche Nationale Bank een overeenicom-
stig garanticcrediet verleend; de posten goud, dcvie-
zeii en munten zijn overigens van Pengö 164,5 mii-
lioen op 31 Maart 1.931 tot 1.38,7 millioen
01)
1 run
gedaald, hetgeen onder de huidige omstandigheden
een betrekkelijk klein verlies beteekent.

AANTEEKENINGEN.

De electriciteitsvoorziening van Nederland.

1.11.
liet jongste kwartaalsbericht van de Amsterdam-
sche Bank, kom.t een zeer interessante beschouwing voor over de eiectriciteitsvoorziening van Nederland
van de hand van Dr.
W.
Lulofs, Directeur der Ge-
meente-Electr i ci tei tswerken te Amsterdam. Deze be-
schouwing, die wegens plaatsgebrek op enkele pun-
ten moest worden bekort, volgt hieronder.

Kolenpositie.

Zooals bekend, is Nederland voor haar electrici-
teitsproductie geheel op kolen als grondstof aange-
wezen, zooclat wij in dit opzicht achterstaan bij de

talrijke ons omringende landen, als Duitsehland,
Zwitserland, Frankrijk, Zweden en Noorwegen, welke
groote hoeveelheden electric:iteit door niiddel van
waterkrachteentrales voortbrengen.
Verwacht mag worden, dat dit nadeel zich op den
duur steeds sterker zal doen gevoelen, naarmate dc
installaties der waterkrachtcentrales in meerdere
mate zullen zijn afgeschreven. Immers zullen de hier-
door afnemen’cle kapitaallasten van den kostbaren
aanleg der waterkrachtwrerken, welke de hoofdkosten
der productie vormen, zich steeds in mindere mate
doen gevoelen, aangezien het grootste gedeelte dezer
werken op de eeuwigheid is gebouwd. Hoe dit ook
rij, onder de tegenwoordige omstandigheden is deze
factor nog niet van principiëele beteekenis en staan, in het algemeen gesproken, de kosten van productie
hier te lande niet al te zeer achter bij die met water-
krachteentrales verkregen. Deze omstandigheid wordt ook wel zeer in de hand
gewerkt door de bij uitstek gunstige situatie, welke
ons land ten opzichte van het betrekken van steen-
kool inneemt, en de omstandigheid, dat in ons land
op zoo ruime schaal goede gelegenheid tot het stich-
ten van electrische centrales bestaat door de talrijke.
rivieren en waterwegen, waaruit liet noodige koel-
water kan worden verkregen en die een goedkoope
transportmogelijkhaid voor de benoodigde steenkool
geven.

Afgezien van de gunstige ligging van ons land
ten opzichte van de ons omringende kolen-producee-
rende landen, als Engeland, Duitschland en België, waarvan de eerste twee elkaar hier scherp met prij-
zen beconcurreeren, heeft ook de eigen kolenproduc-
tie in de laatste jaren vooral belangrijke proporties
aangenomen.

Hieruit blijkt, dat de kolenbehoefte van ons land
in de jaren 1927 t/m 1929 was:

1927 …………..12,9 millioen ton,
1928

…………..1.3,6
1929

…………..15,5

terwijl de eigen kolenproductie hierbij gemiddeld
rond 4 millioen ton achter blijft.

Voor welke doeleinden deze kolen worden gebruikt,
toont onderstaande tabel, waarin de kolencousumen-
ten i.n hoofdgroepen zijn onderverdeeld:

Verbruik van steenkolen en eokcs in Nederland.

1927

1928

1929

Tonnen

Tonnen

Tonnen
in % v/h in % v/h in % v/h
mjllj- totaal
mdli.
totaal milli. totaal
oenen oeuen oenen
Industrie (mcl. bin-
nenscheepvaart,
visscherij, ei.iz.)

7,4

52.7

7.7

52,3

9,6

56.3

Huishouding …….
2,4

17,0

2
1
6

17,7

2,8

16,5

Electrische Centrales
0,9

6,5

1,0

7,0

1,2

6,9

Gasfa:bniekeu ……
1,3

9,2

1,3

8,9

1,4

8,3
Buukeriiig van Ne.

clerlandsche schepen
1,2

8,5

1,2

8,0

1,1

6,4

Spoor. en Tramwegen
0,9

6,1

0,9

6,1

1,0

5,6

Hieruit zien wij, dat voor het electriciteitsverbruik
slechts rond 7 pOt. van de totaal benoodigde hoeveel-
heid wordt gebezigd, terwijl onze concurrenten, de
gasfabrieken, in de jaren 1927, 1928 en 1929, resp. 9,2, 8,9 en 8,3 pOt. noodig hadden. Uit deze cijfers
is ook te zien, hoe belangrijk het kolenverbruik voor
de huishouding is; immers zijn voor huishoudelijke
doeleinden rond 2,5 maal zooveel kolen noodig als
voor de totale electriciteitsproductie wordt gebruikt.
Hier ligt dus een belangrijk arbeidsveld braak voor den electriciteitsleveraneier om in deze groote be-hoefte aan warmte in de woning langs electrischen
weg t& voorzien.
C’onceiziratie ven de productie,

a. Productie in h
e
t algemeen.

De eleetr.ieiteitsproduetie geschiedt i.n een 23-tal

centrales van elk meer dan één half millioen kWh.

22 Juli 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

661

jaarproductie (kWh. is de afkorting voor kilowatt-
uur), terwijl daarnaast nog een 26-tal kleinere cen-
trales in werking zijn, welke laatste voor de alge-
meene productie van geen belang kunnen worden ge-
acht, gezien dat deze tezamen nog geen procent van de totaalproductie hebben. liet aantal kleine centra-
les is in de laatste 1.0 jaren, waarover cle statistische gegevens bekend zijn, zeer belangrijk teruggeloopen,
en wel van 76 in 1919 tot 26 in 1928, terwijl ook het
aantal grootere centrales nog werd gereduceerd; dit
aantal namelijk liep van 28 in 1919 terug tot 23 in
1929, terwijl •de gemiddelde jaarproductie van de
grootere centrales aan een gestadige sterke stijging
onderhevig is. Immers deze liep van rond 12 millioen
kWh. in 1919 op tot 61,2 millioen kWh. in 1929. On-
derstaande tabel geeft hiervan een overzicht:
Totale
kWh
in enilli-

jaarpro-

Aantal

centrales

oenen per jaar
ductie van

met jaar-

met jaar-

per centrale
Jaar

alle cen-

productie

productie met jaarpro-

trales in

grooter

kleiner

ductie
grooter
millioenen dan
500.010
dan
500.000
dan
51i0.000
kWh

kWh

kWh

kWh
1019

354

28

76

12
1920

449

25

73

17,3 1921

492

.

24

65

19,8
1922

580

22

50

25,6 1923

22

44


1924

755

24

38

31
1925

848

24

31

35
1926

949

23

28

40,9
1927

1086

23

27

46,8 1928

1240

23

26

53,7
1929

1414

23

26

61,2

Al deze cijfers geven duidelijk aan de ook in Ne-
derland gevoelde behoefte tot het conceutreerea van
de productie in grootere centrales onder stopzetting van de kleinere electriciteitsfabrieken.
Tervacht zou mogen worden, dat de gunstige
resultaten, met het streven naar productieconcentra-
tie bereikt, aanleiding zouden zijn tot het doen van
verdere stappen in deze richting, nl. het doorvoe-
ren van het conceutrat:ie-.idee, waar het betreft het
combineeren van de productie voor verschillende af-
zetgebieden.

Technisch wordt de mogelijkheid hiertoe bevor-
derci door het zich steeds uitbreidende net van zeer
hooge spanning van 50.000 Volt en hooger, waardoor
groote electrische vermogens kunnen worden ver-

Dle Elektrlzlt5tsversorgung der
Niederlande

voerd (zie grafiek). Deze netgedeelten zijn, op een
enkele uitzondering na, uitsluitend voor distributie-

doeleindén tot stand gekomen, doch de afzonderlijke
netten naderen elkaar steèds meer en zouden hier en
daar met niet al te groote kosten onderling verbon-
den kunnen worden, waardoor zij dan tevens zouden
kunnen worden benut tot koppellijnen van centrales
onderling.

Als tweede omstandigheid, welke de concentra-tie van productie gunstig beïnvloedt, is te noemen
het ‘besluit van de Nederlan’dsche Spoorwegen om
ten behoeve van de electrificittie van hun
lijnen
geen
eigen centrales te stichten, doch den voor de electri-
fi’catie benoodigden stroom geheel te betrekken van de
grootere reeds bestaande centrales. Deze omstandig-
heicl werkt de concentratie van productie in twee
richtingen in de hand: Niet alleen wordt hierdoor,
onder vermijding van het ‘stichten van nieuwe cen-
trales speciaal voor ‘de spoorweglevering, ‘de belas-
ting der bestaande centrales vergroot, doch ook wor-
den belangrijke transportlijn’en voor den spoorweg-
stroom noodig, welke weer onder omstandigheden
kunnen worden uitgebouwd tot koppellijnen van cen-trales onderling.
Toch zien wij een terughoudende rbendenz bij het
tot stand brengen van dergelijke productiecombina-
ties met het gevolg, dat wij ‘hier in Nederland in dit opzicht in min of meer belangrijke mate achter zijn
geraakt ‘bij wat in andere ons omringende landen
reeds tot ‘stand is gebracht.

Het ver doorgedreven overheidsbeheer, waaronder
de
bedrijven
hier te lande staan, is hierop van in-
vloed geweest en heeft ten gevolge gehad, dat plaat-selijk belang van meestal politieken aard en de zucht naar baas zijn in eigen huis veelal domineeren boven
bedrijfseconomische overwegingen.

b. Vorm van bedrijfsvoering.

De electriciteitsvoorziening is in hoofdzaak pro-
vinciaal geregeld; ‘slechts 2 van de 11 provincies ma-
ken hierop een ui’tzondering, te weten Zuid-Holland
en Drente.

De meeste provinciale bedrijven werken onder een
Rijksconcessie, welke niet op een wettelijke regeling
is gebaseerd, doch waarmede het Rijk zich het recht
heeft verschaft, invloed op ‘de electrificatie van die
districten te kunnen uitoefenen zonder dat het par-
lement zijn sanctie hiertoe heeft verleend.
Naast deze provinciale

electriciteitsbedrijv en,
waarvan een zestal den vorm van een N.V. hebben ge-
kozen met geheelen of gedeeltelijken overheidsinvloed,
en drie zuiver overheidsbedrijven zijn, terwijl ‘slechts
één een zuiver particulièr karakter draagt, staat een 12-tal gemeentelijke productie-distributiebedrijven,
welke ‘door de gemeenten in eigen beheer zijn geno-
men, zulks geheel wat ‘betreft het distributiegedeel-
te, terwijl wat de productie aangaat, wel eenige jaren
geleden een neiging was waar te nemen om deze in

een of anderen vorm met die der provinciale bedrij-
ven te combineeren met het doel de productieconcen-
tratie te bevorderen, welk ‘streven echter in de laatste
jaren niet tot verdere ontwikkeling is gekomen, ja
zelfs hier en ‘daar een ‘terugslag ‘heeft’ ondervonden.
De resultaten van gebrek aan concentratie doen zich
dan ook gevoelen. Afgezien van het feit, dat de exploi-
tatiekosten van met elkaar gekoppelde centrales niet
onbelangrijk zouden dalen, zou ook aan geïnstalleerd
vermogen belangrijk kunnen worden gespaard.
Dit laatste toont de volgende tabel:

Opgesteld generatorvermogen en som der maximale
belastingen in Nederland in cle jaren
1919-1929.
Som

der

maxi-
Totaal opgesteld
Som

der

niaxi-
male belastingen,
vermogen aan ge-
male belastingen
gedeeld door to-
Jaar
neratoren indui-
in

cluizendtallen
taal

opgesteld
zendtallen kW
kW
vermogen
1
II
III
IV
1919
256
167
0,65
1920
300
193
0,64
1921

360
215
0,60
1922
404
238
0,59

662

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931


1924

508

300

0.59
1925

570

329

0,58
1926

632

360

0,57
1927

691

412

0,60
1928

735.

460

0,63
1929

821

508

0,62
gemiddeld
0,607

In kolom II van bovenstaande tabel zijn ook opge-
nomen alle productiemiddelen, welke gedeeltelijk aan
de algemeene electriciteitsvoorzi eni.ng deelnemen, zooals o.a. die der Staatsmijnen en der Hoogovens.
De totale productie voor iderden is voor 1929 op
150.000 kW. te stellen.
Uit de tabel is te zien, dat het geïnstalleerde ver-
mogen gemiddeld slechts voor
60,1
pOt. maximaal
wordt belast.
Daar dit cijfer met gekoppelde centrales minstens
tot 15 pOt, ware op te voeren, zou voor de 508.000
kW maximale belasting, welke in 1929 optrad, dus
hoogstens 679.000 kW geïnstalleerd vermogen noodig
zijn geweest, gevende een besparing van 1.51.000 kW,
hetgeen beteekent een besparing van aanlegkapitaal
van 20 25 millioen gulden.
Daar de Overheid, welke in het algemeen de elec-
triciteitsbedrijven hier te lande exploiteert, zich het noodige bedrijfskapitaal gemakkelijk kan verschaf-
fen, wordt de noodzaak om dergelijke kapitaalsbespa-
ring te realiseeren, in mindere mate gevoeld, terwijl
cle technisch-economische ontwikkeling van elk der
bedrijven af’zon’derlijk nog voldoende ruimte biedt om
hierop de volle aandacht van den eigen exploitant
geconcentreerd te houden.

De Electriciteitslever’i’n,g.

De nevenstaande tabel
,,Centra.les en Opwekking”
toont het stroomverbruik gedurende de laatste jaren
per provincie sepsi-aat opgegeven.
Uit deze tabel blijkt o.a. dat een geregelde jaar-
iijksche toeneming van rond 14 pOt. valt te consta-
teeren, waaruit verdere continuïteit ook voor ‘de toe-
komst mag worden geconcludeerd.
Verder geeft het verbruik per inwoner per jaar
een kijk op het specifieke verbruik in de verschillen-
de districten. Dit cijfer is in de tabel
,,Specifiek ver-
bruik in
iogo”
tot uiting gebracht.
Ejouclen wij daarbij in het oog, dat Nederland geen
specifiek industriëel land is en geen belangrijke
grootindustri.e bezit, dan mogen deze
cijfers
niet on-
bevredigend worden genoemd.

Specifiek verbruik in
1929.
Aantal inwoners Opwekking in
1929
Provincie

op het einde kWh in mii- kWh per in-
van
1929

lioenen

woner
Noord-Holland . . .

1.483.739

4191)

282
1
)
Zuid-Holland

1.929.940

450

233
Noord.’Brabant …

881.467

146

166
Utrecht ………
399.139

66

165
Overijsel mcl. een
deel van Dr&iite

513.191

80

156
Gelderland

818.759

114

139
Groningen mcl. een
deel va.,., Drente

391.546

52

133
Limburg

543.368

53

98
2
)
Frièsla.,2d

402.175

26

65
Zeeland ………
247.963

S

32
Drente (zie onder
Over.ijsel en Gro-
ningen ……..
221.624

Totaal

7.832.911

1.414

181
Zonder eigen verbruik van de Hoogovens.
Zonder eigen verbruik van de Staatamijnen.

Een zeer uitgebreid distributie- en verdeelnet
dekt geheel Nederland. Reeds in het jaar 1919 waren
van de 1118 ‘gemeenten hier te lande met rond 6,449

millioen inwoners, 405 gemeenten met 5,3 millioen
inwoners, of rond 80 pOt. van de geheele bevolking,
onder het bereik van de electriciteitslevering. In den
ioop der jaren is deze verhouding nog aanmerkelijk
gunstiger geworden, zooda’t in 1928 van de 1019 ge-

Centrales en opwekking.

Opwekking in
Toenem.
Pro
Centralen
millioenen KWH
in
o/
inhet jaar

192011926119271192811929
1920/
119281
vincie
1929
1
)
19291 1929

A.
1
Amsterdam
N..Holl.
II Haarlem
IlllJmuiden
1602

286
2

326
2
373
2

419
2

162
12,5
(Hoogoven-
bedrijf)

B.
1 Rotterdam
Z.-Holl.
II Den Haag III Dordrecht
IV Leiden
147
303
348
395
440
206
13,9

V
Delft
VI Gouda

C.
Utrecht
lUtrecht
21
52 57
60
66
214
10

D. Ge!-
derland
1 Arnhem


IlNijmegen
20
66
80 95
114
470
20

E. Over.
ijsel
1Hengelo
II Zwolle

J
25
55
61
69
80
220
15,9

(mcl.
een
deel v.F.)

F.Drente

der EenG
(zie on-

G. Gro.
IGroningen
18
36
41
47 52
189 13,1
ningen
(mcl.
een
deel v. F)

H. Fries-
1 Leeuwarden
6
20
22
24,8 26,3 339
6,1
land

1 Westdorpe’
2
5 6
7
8
300
14,3
Zeeland
II Vlissingeaf

1 Geertrui-
N.-Brab.
denberg

I

24
88
101
121
146
508
20,6
II
Tilburg

Centrales der
26
3

38
3

443

48
3

533

104
10,3
Limburg
kolenmijnen:
Emma (1),
Wilhelmina(II)
enMaurits(III)
_l

Totaal
………….

110861
t240114141
215
114,C

De hoof(iietters en de Romeinsclie cijfers hebben be-
trekking op •de kaart.
Zonder eigen verbruik van de Hoogovens.
2) Zonder eigen verbruik van de Staatsinijnen.

meenten met 7,731 millioen inwoners reeds 935 met
1,465 millioen inwoners aan, het electriciteitsverbruik
deelnamen, waardoor het percentage van 80 ui.t 1919
tc 96,6 pOt, is gestegen, en dus, ook met het oog op
de ‘talrijke voor eiectrificatie onbereikbare eilanden,
gezegd kan worden, dat praktisch het ‘geheele vaste
land onder bereik van de electrische stroomleveri:ng
is gekomen.

Taxievenpolifielc.

De omgekeerd evenredige verhouding tusschen
totaal gemaakte winst cii winst per geleverde een-
heid is hoôfdzakelijk te verklaren uit de omstandig-
heid, dat minder wi’ns’tname per eenheid verhoogd
specifiek verbruik in de hand werkt. De juistheid
van d.eze stelling wordt bekrachtigd door de cijfers
van de volgende tabel over 1929:
Aantal in-

Winst in
Aan de

woners van

Ver-

centen verbruikers

het ver-

kochte

per ver-
Plaats

afgeleverde

zorgings- kWh per

kochte
kWh

gebied

inwoner

kWh
Amsterdam
1
)

241.036.1.61

793.000

305

3,638
Den Haag . .

12.893.018

460.000

265

3,999
Rotterdam . .

166.241.036

730.000

228

4,337
) Anosterdarn levert en gros
96.689.126
kWh aan de
P.E.G.E.M. voor verdere distributie buiten bemoeiïng van
Amsterdam.

ilieruit mag dus de conclusie worden getrokken,
dat waar uit de bedrijfagegevens blijkt, dat zoowel

/

IIIiOuiilIIIiIO.0
11
!ll

22
Juli 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

863

totale winst als ook intensief specifiek gebruik ge-
baat wordt met lagere winsten op •de verkochte
kWh genomen, het vooral voor overheidsbedrijven zaak is, het in deze richting te sturen, daar voor be-drijven, die een algemeen belang hebben te dienen,
een zoo hoog mogelijk opgevoerd intensief verbruik minstens even belangrijk is als het maken van winst.
Nu kan men maar niet willekeurig winstmarges gaan
verlagen, doch men moet met beleid en kennis van
zaken daar prijzen verlagen, waar dit tot vergrooten
omzet kan leiden. Hoe dit te doen, behoort tot de
taak van bedrijfsleider en bestuur.

i)e bovenvermelde gegevens toonen wel aan, dat
ook voor oerheidsbedrijven met monopolistiseh ka-
rakter
bedrijfsbeleid
een groote en
belangrijke
fac-

toi is.

Veelal wordt het inzicht gehuldigd, dat een ver-
heidsbedrijf, in welkeri vorm ook gegoten, door zijn
monopolistisch karakter geen moeite behoeft te
doen om een fînanciëel sterke positie te scheppen en
te handhaven, onder de overweging, dat door het
monopolie concurrentie is uitgeschakeld en daardoor de inkomsten zoodanig geregeld kunnen worden, dat
deze steeds een sluitende exploitatie met een wille-
keu.r ig vastgestelde wins tmarge waarborgen.

De voorgaande beschouwingen hebben reeds doen
zien, dat ook bij dergelijke bedrijven de vinstmarge
door factoren van bedrijfsinzicht en beleid sterk be-
invloed worden, zoodat de vermelde opvatting in haar
algemeenhei.d onjuist is. Het monopolie geeft slechts
een betrekkelijken waarborg tegen concurrentie, ge-
tuige de scherpe concurrentiestrijd, welke juist de
eiectricitei tsbedrij ven hebben moeten voeren, zoowel
onderling als tegen het particuliere in.i tiatief.

Geven de behaalde bedrijfsresultaten reeds een
bewijs uit de praktijk van de onjuistheid van .hét be-
grip, dat door overheidsbedrijven, welke in zekere
mate een monopolistisch karakter dragen, door ver-
hooging van prijzen •steeds meer winst kan vorcIen
gemaakt, zoo is ook het bewijs te leveren, dat steeds
slechts één bepaalde prijs voor een bepaalde toepas-
sing de beste financiëele resultaten geeft, terwijl prj ren daarboven zoowel als daarbenede.n gelegen een
winstdaiing, resp. een verlies opleveren. Dit is dui-
delijk te demonsl;reeren door de volgende overweging:

Zetten wij de inkomsten en uitgaven in krommen
uit, afhan kelijk van den
kTh_prijs,
dan zullen wij bij
een strooniprijs van nul de hoogste uitgaven hebben,
aangezien het verbruik zeer hoog zal zijn. Nu nemen
de uitgaven bij stijgenden kWh-prijs af door af ne-
niend gebruik als gevolg van den •verhoogden prijs, totdat, wanneer door een absurd hoogen stroomprijs
niemand meer stroom zal nemen (zi.e kromme 1, gra-
fiek 2), een min mum bereikt wordt gelijk aan de
vaste kosten van hot bedrijf, dus die kosten, welke
onafhankelijk van het s tioomverbruik zijn.
De inkomsten hebben ccii ander verloop; zijn deze,
nul hij een stroomprijs nul, dan stijgen zij bij toene-
nienden stroomprijs; deze stijging gaat niet steeds
door, gezien dat bij den. bovengenoemden absurd lioo-
gen stroompr.ijs niemand meer stroom neemt en daar-
bij andermaal de inkomsten tot nul terugvallen. De
nkomstenlijn moet dus na een zekere stijging weer
bij wed eropgevoerde strooniprijzen afbuigen en door
daling weder op nul terugkomen (zie kromme II,
grafiek 2).

Waar het verschil van inkomsten en uitgaven het
vinstcijfer geeft, is liet duidelijk, dat bij een zekeren
stroomprijs a ‘de maximitniwinst b vorclt gemaakt en
dat bij prijzen ouder e en boven d een verlies te
hoeken valt.
Belangrijk is in dit verband te noemen de erva-
ring, in Amsterdam opgedaan, welke toont, dat Bij
een steeds dalenden gemiddelcien verkoopprijs een ge-
regeld stijgende winst kon worden geboekt (zie gra-
fiek 3), waaruit men zou mogen eoncludeeren, dat
n.iettegenstaancle den relatief lagen gemiddelden prijs

EINNAH MEN
A

,GABEN

RK AL) PS PR EIS.

OER. KWh

men hier toch nog is op dât gedeelte van de winst-kromme, waar bij verlaging van den prijs de winst
nog hooger w’ordt, dus dat de prijzen hier gemiddeld
zijn gelegen tussehen de grenzen a en d.

Gern. verkoopsprijs van het G. E. B. te Amsterdam.

MAANDCIJFERS.

OVERZICHT DER RIJKSMIDDELEN.

SPLITSING VAN DE OPBRENGST DER GROND-, PERSO-
NEELE-, INKOMSTEN- EN VERMOGENSBELASTING
SEDERT 1 JANUARI 1930.

DienstJaren
Grond-
belasting
Personeele
belasting
inkomsten-
belasting
Vermogens-
belasting
1928/29


189.179
31.367
1929/30 13.491
200.342
1.021.019 167.990
1930/31
4.247.597 4.616.162 49.647.021
8.358.896
1931/32*)
a 2.653.147
b 812021
c

603.109
d

77.843

Totalen
6.914.235
1

5.628.525
51.460.328
8.636.096

5)
Ingevolge art. XI der wet van
14
Juni 1930 (Stbl. No
245)
zijn hieronder begrepen de aandeelen in de kwade pos-
ten over vorige belastingjaren van hetLeeningfonds
1914,
van de
provinciën en van de gemeenten, wegens:
Grondbelasting ………….
f
41.323
Personeelebelasting ……,,
641.815
Inkomstenbelasting ……..,,
539.230
Vermogensbelasting……..,,
66.401

664

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

1)
Verdedigingsbelast.
1 + 11.

HEFFINGEN VOOR HET WEGENFONDS.

Wegenbelasting
. . .. – –
6;64.7751
7.975.5521
7.432.417

Rijwielbelasting
6.707
128.707
172.932

Totaal

………..
6.71.482 8.104.259 7.605.349

INKOMSTEN
TEN
BATE VAN HET
,,GEMEENTEFONDS”

Gemeeuteïondsbelasting.
61.1801
61.180

Opcenten Vermogensbel
5.5031
5.503

Totaal

………..
66.683
66.683

(In Guldens)

Ju9n
1

1

Sederf
lJanuari
1931

Overeen
komstige
periode
1930

Directe belastingen.
Grondbelasting .. …*
1.063.911 6.941.235
14.386.376
Personeele belasting
*
944.875 5.628.525 11.054.796
Inkomstenbelasting
*
5.311.963 51.460.328 53.116.495
Vermogensbelasting
*
947.294
8.686.096 8.878.558
Dividend- en tantième-
belasting

.

_.

1.816.930 6.476.568
8.176.450

Invoerrechten.
. . –

. .
4.960.843
31.324.276 34.768.045

Statistiekrecht
268.791
1.629.940 2.096.387

accijnzen.
Zout

.. ._ .. ._ …
146.211 1.082.676
1.150.418

Geslacht
..
.
750.637
4.442.509
5.864.442

Wijn
.
505.918 1.210.690
1.317.818

Gedistilleerd.

.
2.633.335 18.459.601 17.722.396

Bier
1.175.686 6.420.311
7.386.250

Suiker
4.550.733
24.649.647 24.361.815

Tabak.

.
2.311.778
15.036.051 14.424.697

Belasting op gouden en
425.524
532.211

Indirecte belastingen.

zilveren werken
…….69.213

Zegelrechten
. –
.-. …
1
1.995.407
12.910.419e
13.279.240

Registratierechten

.
1.265.063 7.982.685 14.418.651

Successierechten

_.
3.378.781
23.219.677
21.584.036

Domeinen, wegen en
vaarten
.


242.286
2.456.927
2.398.540

Staat8lOter4
.

….
168.4521
404.1051
402.128

Loodsgelden
. –

..
334.5781
2.161.9131
2.422.213
34.842.685
232.914.703
259.742.462
Totaal-Generaal
.

5)
Zie voor deze noot E..S. B. van 18 Maart
1931,
blz.
2I0.
1)
Hieronder begrepen
f 320.439
wegens zegelrecht van
nota’s van makelaars en commissionnairs in effecten, enz.
(Beursbel.).
2)
Id.
f2.3O’?.’?lO.
3)
Id.
f 2.498.735.

HEFFINGEN VOOR HET LEENINGFONDS
1914.

juni
1931
Sdert
Januari
1931

1

Overeen-
komstige
periode
1930

Verdedigingsbelasting ..
1.036.581
10.393.743
1
28.417.417

Opcenten:
Grondbelasting
.-.
.


802.310 2.952.467
2.891.765
Personeele belasting …
80.509
1.049.445
2.074.742
Inkomstenbelasting
1.037.715
10.151.237
25.178

Vermogensbelasting
515.809
4.840.096
5.005.465
Dividend- en tantièmc-
belasting
.

._
.

.-.
.
599.587
2.137.267
2.698.228

Accijns op Suiker


2.008.800
Wijn .. .. …
101.183
242.138
263.564
Gedistilleerd
263.334
1.845.960 1.772.240
Tabaksacc. op sigaretten
74.246 75.551

Zegelrechtvan buit!. eff.
84.820 603.611
718.900

4.596.087
34.291.515
45.876.299
Totaal….

OVERZICHT DER OPBRENGSTEN VAN HET
STAATSBEDRIJF DER P.T.T.
MEI
1931.

Werkelijke

Meer of minder dan
Omschrijving

opbrengst i
Mei
1931 i

1930

1
Begrooting

f
3.040.116
+
f
132.208
+
f
90.416

Telegrafie

…..
,,

471.690
– ,,

25.845
61.310
Posterijen

…….

,,

1.964.296
+
,,225.071
+
43.296
Telefonie
………
Postchèque- en
Girodienst

._ …..
,

274.300
+ ,,

36.900
-f-
38.000

Totalen
………
f
5.750.402
1+
f’
368
.
334

1+
[110.402

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B. ” beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.
BANKDIS CONTO’S.

Ned tBeli
linn.Eff.
DiscWissels.
2 16 Mei ’31
Lissabon ….
7) 2Juni’30

Bk

2416 Mei ’31
Londen ……
2415 Mei ’31 Vrsch. in R.C.
2516 Mei ’31
Madrid ……
64 8 Juh ’31
Athene ……….
9 2Dec.’28
N.-YorkF.R.B. 15 7
Mei ’31
Batavia ………..
4410 Mrt.’$O Oslo ……..4 8Nov.’30
Belgrado ……..
6427 Juni’31
Parijs ……
2 2Jan.’31
Berlijn ……….10
15Juli’31
Praag ……
4 24Juni’30
Boekarest……..
8 1Apr.’31
Pretoria ..
..5 12Mrt.’31
Brussel ……….
2431 Juli’30
Rome ……..
5419 Mei ’30
Budapest ……..
7 15Juni’31
Stockholm .. 3 6 Feb.’31

Calcutta ……..
6 28Mei ’31
Tokio …….5.1
6 Oct. ’30.
Dantzig ……..
6 13 Juli’31
Weenen ……
7415 Juni’31
Helsingfors ……
6 26Aug.’30
Warschau ….
75 3 Oct. ’30
Kopenhagen ….
3412 Nov.’30
Zwits. Nat. 13k. 2
23Jan.’31

OPEN MARKT.

1931

18

I

13118

6111

29Juni!1

Ju

Juli

Juli

4Juli

1930

14119
Juli

1929

15120
Juli

1914

20/24
JulI

Amsterdam
15 /16
Partic.dlsc.
I18
13161518
/4’816
7
1-1
211
5_
1
14
3
1
18.
3
116
Prolong.

1.
3
/4
1
1
.1

1
1
/4
21/
4

411
5
.5/
4

211
4
31
4

Lande,,
DageId…
I
1
12-2
1
1
122
1112.2
1-4
1.211
4

4_5114
1314.2
Partic.dlsc.
21
2
1
1018
1
U/
16

161
36
.
2
11
135_
7
116
5
!16/52
2
1
1014
Bert//n
21116
21
116
Daggeld…


8-11
7314-11
3814.5112
711_911

Partic.disc.
30-55 d…
– –
7
7
3/o
7I8

56-90 d…
– –
7
7
3
7I8
2
1
/8_
1
1,
Waren-
wechsel.
– –
7
18)
711-8
331
4

8

New York
Daggeld
1)

1
1
/5
3
/4
1
1
/2.
3
/4
11/2.3/4
l/2-/4
2.1/
4

7-1214
1142
1
1,
Partic.disc.
1 1
1
1
11

2.
1
/8 511
4


.1 v.oers van t, juii en uaaraan vooraigaanue wenen iju. v.,inag.
2) Koers van 9-11 Juli.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

11a(a
New
Londen
Berl(/n
Par
(j
s

1

Brussel
Batavia
York)
‘) ‘)
•)
0)
1)

14
Juli

1931
2.48t/
12.04k
58.85
9.735
34.67

100
15

.,,

1931
2.47111
16

12.02%
58.85
9.735
34.60

100
16

1931
2.48%
12.03
58.85
9.744
34.58

100
17

1031
2.481/
12.04%
58.85
9.734
34.584
100
18

1931
2.4881
18

12.03%
58.85 9.74
34.60

100
20

,,

1931
2.483/
12.03%
58.85
9.744
34.60

991
Laagsted.w.’)
9.477/
4

12.02
58.85
9.724
34.55

99

3
j
Hoogste d.wi)
2.48% 12.05
58.85
9.76
34.68

100
13
Juli

19311
2.48%
12.061/
58.58
9.744
34.69
6

,,

19311
2.48%
12.08
7
18
58.93 9.73
34.674
9915i
1
34.59
Muntpariteit
1
2.48%
12.10%
59.26
9.75
1100

Data
serland
Weenen
Praat
Boeka-
Milaan
Madrid

________________

)
)

14
Juli

1931
48.16 34.90 7.34
1.474 12.95
23.675
15

,,

1931
48.17
34.90
7.34 1.475 12.95
23.60
16

,,

1931
48.20
34.87%
7.32 1.474 12.94
23.50
17

1931
48.25 34.90 7.335
1.471
12.98
23.20
18

1931
48.35 34.85
7.324
1.474


20

,,

1931
48.35
34.90
7.34
1.475
12.974
22.90
Laagsted.w.
1
)
48.12 34.85
7.31
1.464
12.925
22.85
ffoogsted.w’)
48.35
34.90
7.36 1.48k
13.-
23.80
13 Juli

1931
48.18
34.95
7.35
1.48
12.95
23.40
6

,,

1931
48.16
34.97% 7.361 1.484
13.01
23.50
Muntpariteit
48.-
35.10
7.371
1.488 13.09
48.524

Data
Slock-
I

Kopen-
Oslo’)
Hel-
Buenos-
Mon-
holm ‘)
hagen’
)
for
f1)
Aires’)
t
real
1)

14
Juli

1931
66.50
66.474 66.471
6.24
76
2.478/
8

15

1931
66.45
66.374 66.374
6.23
76
2,47
‘,
16

,,

1931
66.35
66.30 66.30
6.22
75%
2.477j,
17

,,

1931
66.40
68.60
66.30
6.23
767/
8

2.477,
18

1931
66.40 66.35 66.35
6.23


20

,,

1931
66.40 86.30
66,30
8.23
768/
4

2.475/
80

Laagsted.v.
1
)
66.224
66.15 66.15
1

6.214
7434

2.4634
Hoogste d.w’)
66.50
86.60 86.475
6.25
77
2.47
/8
13
Juli

1931
66.55
66.474 66.474 6.244


6

,,

1931
66.65 66.55
66.574
6.26
80
1
/8
2.47%
Muntpariteit
66.67 68.55
66.67
8.264
95%
2.48%
•) INoteering te Amsteroam. ) INOT. te tçotteraam. ‘) rari. opgave.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht
v’or van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

22 Ju1i 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

665

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

D
0
a
Londen
Parijs
Berlijn
Amsiërdam
($
per)

($
p. lOOfr.)
($
p. 100 MR)
($
p. 100 gld.)

14 Juli

1931
4,8517/32
3
,
929
/32
21,50
40,30%
15

1931
4,83s,
3,941,
20,75
40,29
16

1931
4,858/
5

3,925I,
22,75 40,29
17

1931
4,85
1
/
16

3,92
11
/
22

23,10
40,30%
18

1931
4,8411j, 3,925/
16

23,30
40,2834
20

1931
4,85
3,927/,
25,-
40,29
21 Juli

1930 4,86
21
/
32

,
35
/8
23,89
40,247/
8

1untpariteit..
4,8667
3,90s/
g

23,81%
1

40i,

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Noteerings-
4Juli
11Ju1i
I

13
1I
8
Juli’3
1
18Juli
Landen
eenheden
1931
1931
ILaagstelHoog
stç
1931
Aiexandrië..
Piast.
p.
X,
9731
97%
977/
19

978/
1

97
Athene ……Dr.
p.4
375 375
374%
375k
375
Bangkok…. Sh.p.tical
1/95/
8

1/9oj
1/95/
t

19%
1/9%
Budapest …
Pen. p £
27.871
27.881
27.50
28.-
97.75
Buenos Aires
d. p.$
36
8
/
32

351/
1

34
1
/8
35
349/
1

Calcutta …. Sh.
p. rup.
1/5
51
/
64

1
1
1
5
3
/
I1
,
5
11
j10
115
27
/
32

115
55
1
Constantin.. Piast.p.g
1.025
1.025
1.025
1.025
1.025
Hongkong ..
Sh. p. $
1/015/
1

1/07/
1

117/
5

1/03,
l/07/
1

Kobe

…….Sh.
p. yen
2j08/
s

2/0
25
/
84

210
11
/
52

2/07/,
2/0
25
/
64

Lissabon.,…
Escu.p.g
110
110
109%
1103f
110
Mexico

….
$
per £
9.95 9.95 9.80
10.10
9.95
Montevideo .
d.per
29
28 27 28
271,
Montreal …
$
per £
4.88
4.87{+

4.85 4.88 4.86%
Rio d. Janeiro d. per Mii.
3
25
/
32

321/32
37/
1

3″/
1

3%
Shanghai … Sh.
p. taei
114%
1j39/
1

1/27i
11311/
1/31/
1

Singapore ..
id. p. $
2/3%
2/3%
2/311/
j9

2/3
18
/
16

2/3%
Valparaiso
1).
$
per £
39.95 39.98
39.84 40.02 39.84
Warschau ..
Zi. p. £
437/
1
437/
1

43%
43% 43%
1)
90 dg.
ZILVERPRIJS

GOUDPRIJS
5)
Londen’) N.York’)

Londen
13 Juli

1931..

13

277/
5

13 Juli

1931….

84/11%
14

1931..

13i/,

28

14

1931….

84/11J.(
15

1931..

13%

281

15

1931….

84/11%
16

1931..

l3y
4

28%

16

,,

1931….

84/11%
‘•
17

1931..

13

277/
s

17

,,

1931….

84/11%
18

,,

1931..

131/
9

28

18

1931….

84/1h
19 Juli

1930..

157/
t

34%

19 Juli

1930….

8511%
27 Juli

1914..

241I/
1

59

27 Juli

1914….

84111
I)l,i
pence p.oz. stand. ‘) Forelgn silver In
Sc.
p.oz. line.
7)
In 5h.
P.
oz. line

STAND VAN’. RIJKS KAS.
Vorderingen.

1
7Juli

1931

1
15Juli1931
Saldo van
‘s
Rijks Schatkist bij De Ne-
deriandsche

Bank ………………
/
11.767.493,47
/

1.776.406,73
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

743.200,26
,,

1.649.991,89
Voorsch.
op
uit. Juni (resp. Mei) ’31 ald.
gemeenten verstrekt
op
voor haar

.

door de Rijksadministratle te heffen
gemeentelijke

ink.bel. en

opc.

op
de

Rijksink.bel…………………..
9.230.638,30

Voorsch.
op
uit. Juni (resp. Mei) ’31 afd.
gemeenten

verstrekt
op
aan haar
tilt te keeren hoofdsom der perso-
neele belasting, aandeel in de hoofd-
som der grondbelasting, alsmede van
opcenten
op
die belastingen …….
,

8.639.819,14
,,

20.226.343.33
Voorschotten aan Ned.-lndlg ………
89.1(0.193,75
,,

92.592.543,78
Id. aan

Suriname ….
. …………….
11.944.500,45
,,

12.051.017.45
6.779.274,90
6.817.126,67
Kasvord:weg. credietverst.a(h. buiteni
110.092.790,34


.

116.852.946,69
Id. aan

Curaçao …………………
…..

Daggeldleeningen tegenonderpand

4.000.000,-
Saldo der postrekeningen van Rijks-
comptabelen ………………….

24.442.223,07
,

25.050.416,33
Vordering
op
andere Staatsbedrijven’)
,.

17.214.547,14
17.156.116,63
V
er
pil c
h t
1
n ge n.

Schatkistproinessen In omloop ……

49.040.000,-

49.040.000,-
Zilverbons in omloop
……………

2.589.326,-

2.558.092,-

Schatkistbiljetten in omloop
……….
t
178.814.000,-

/178.814.000,-

Schuld
op
alt. Juni’31 ald. gemeenten
verstrekt wegens voor haar door de

..

Rijksadno. geheven gem. ink. belast. en opcenten
op
de Rijksink. belasting

472.997,53

Schuld aan het
Alg.
Burg. PensioenL’)

624.335,90

,,

390.331,34
Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.

T.’)..,

32.874.112,47

33.246.719,89
en

»
Id. aan andere Staatsbedrijven’) ……..1.170.360,11

,,

1.210.755,11
Til,
aan diverse instellingen
1)

………,,

3.847.867,15

,,

4.875.991,89
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks SchatkIst.

NEDERLANDSCH.INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.

11Juli

1931
1

IS
Juli 1931
Vorderingen:
Saldo bij de Javssche Bank


Betaalmiddelen in
‘s
Lands Kas

1
39.944.010,-

1.556.000,-
Verplichtingen:
Voorschot’s Rijks kas e. a. Rijksinstell.
f
91.156.000,-
,,

93.729.000,-
Schatkistpromessen
………………
24.500.000,-
24.500.000,-
wo.
muntbiljetten

……………….

7.060.000,-
7.060.000,-
9.991.000,-

..

9.556.000,-
Schatkislbiij etten

………………….
Muntbiljetten in omloop
…………….
Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.
,,

712.000,-

.

848.000,-
m
Ide

aan de Ned.-lnd. Postspaarbank. ,

928.000,-

1.094.000,-
Voorschot van de Javasche Bank….
,,

9.148.000,-
16.091.000,-

NEDERLANDSCHE BANK.
Verk3rte Balans op 20 Juli 1931.
Aotiva.
Binneni. Wis.f Hfdbk.
f
44.234.397,69

sels,Prom., Bijbnk.

371.026,85

enz.indisc.(Ag.sch.

8.408.338,80
f

53.013.763,34
Papier o. h. Buiteni. in disconto ……

Idem eigen portef. .
f
228.684.469,-
Af :Verkocht maar voor

de bk. nog niet af gel.

,, 228.684.409,_
Beleensngen

mcl. vrsch. Hfdbk.
f
42.561.527,54

Bsjbnk.

9.268.548 30

op onderp.

in rek..crt. Ag.sch.

55.771.489 62

p
107.601.565,46

Op Effecten ……
f
103.461.602,36
Op Goederen en Spec. ,, 4.139.963,10 107.601.565,46

Voorschotten a. h. Rijk …………….,,


Munten Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
88.687.930,-.

Muntmat., Goud ..

440.231.192,24

t
528.919.322,24

Munt, Zilver, enz..

35.332.292,87

Muntmat., Zilver..


11 564.251.415,112)
Belegging s/ kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds …………… .. ……. ,,

26.922.577,67
(;’,ebouwen en Meub. der Bank ……..,,

5.000.000,_
Diverse rekeningen ………………,,

64.179.430,66

Passiva
f
1.049.653.221,24

Kapitaal ……………….. . …….
f

20.000.000,-
Reservefonds ……………. …….,

7.563.205,59
Bijzondere reserve ………………,,

8.000.000,-
Pensioenfonds …………. .. ……. ,,

7.430.579,89
Bankbiljetten in omloop ………….. ,,

920.670.265,-
Bankassignatiën in omloop ………. ..1.298.893,58
Rek.-Cour.5 Het Rijk
p
1.365.894,79

saldo’s: ‘I Anderen

80.822.029,73

82.187.924,52

Diverse rekeningen ………………,,

2.502.352,66

f
1.049.653.221,24

Beschikbaar metaalsaldo ….. . …….
f
162.143.064,78
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is. ,, 405.357.660,-
1) Waarvan in het buitenland
/
28.846.779,33.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Goud

Andere Beschikb. Dek-
Data

Circulatie opetschb. Metaal- ktngs
Munt
1
Muntmat.
_______
schulden saldo
‘)
pete,

20 Juli ’31

88.688 440.231 920.670 83.487 162.143 56
13

’31 88.688 408.729 885.564 61.734 153.968 56
6

’31 88.688 408.729 895.585 43.902 157.022 57 29 .Juni ’31 88.688 408.729 879.330 68.857 156.047 564
22

’31 88.687 408.494 842.202 101.983 159.773 57
15

’31 88.487 389.994 849.489 75.597 148.488 56

21 Juli ’30 64.844 325.820 806.996 17.933 86.703 504

25 Juli ’14 65.703 96.410 1 310.437 1 6.1981 43.521

54

Totaal Schat ,cist-

Papier

Diverse
Data

bedrag promessen ni ee-

op het

reke-
I

rechtstreeks

g

buitenl. ningen’)

20 Juli 1931 53.014

107.602 228.684 64.179
13

1931 49.830

92.709 228.612 53.607
6

1931 43.426

97.291 228.522 50.728
29 Juni 1931 42.756

101.705 228.484 52.854
22

1931 44.051

95.798 228.434 59.208
15

1931 44.919

95.043 225.641 61.586
21 Juli 1930 49.972

85.993 238.059 48.487

25 Juli 1914 67.947 – 61.686 20.188 509
1) Sedert den bankstaal van 14 Jan. ’29 weder op de basis van
2
19
metaaldekking.
2)
Sluitpost activa.

CURAÇAOSCHE BANK.
Vnnrnnsm»te nnct»n in çI,,i»pn’Ipn ,mld.n.

Data
_____________
Metaal
Circa-
lat le
Dis-
conto’s

Voor-
so’,otten
aan de
kolonie

Diverse
reke-
nlngen’ningen2

Diverse reke-

1
Juni

1931
4.641
5.188
133
1235
1.403 521
1
Mei

1931
4.834
5.398
134
111
8

1.421
508
1 April

1931
4.836 5.546
135
167
1.329 327
1 Maart

1931
4.840
5.439
139
55
1.365
366
1
Februari 1931
4.842
5.551
132
16
8

1.428
304
1
Januari

1931
4.786
5.495
125
628 1.573
484
1
Juni

1930
4.596
6.473
145
635
2.366
703
‘j iuup. uer acuva. ‘.1 olulip. oer passiva.’) SCOulQ aan 0e Kolonie.

666

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

/

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Andere
lBeschikb.
Data

.
Goud
Zilver
C.rculatie
opelschb.
metaal-
schulden
saldo

18Juli1931
15.700
243.800
24.500
51.380
11

1931
160.000
248.300
29.000 49.080
4

1931
160.900
243.800
32.300 50.460

20 Juni1931
45.633
243.602
35.997
49.158
115.364
13

1931
115.000
46.068
248.331
33.263
48.430

6

,,

1931
114.969
46.824
249.600
32.391
48.996
30 Mei 1931
114.934 47.053
243.933
41.819 47.686

19Juli1930
138.783
22.465 273.105
53.016
30.800
20Juli 1929
148.139
20.869
305.066 49.224 27.292

25Juli
1914
22.057
1

31.907
1

110.172
1

12.634
1

4.842

1
Wissels,
t”
Diverse

1
Dek-
Data
Dis-
buiten
fielee-

1
reke-

1
kings-

1
conto’s
N-lnd.
ningen
1
1
percen
betaaib.
tage

18 Juli 1931
11

,,

1931
4

,,

1931

20 Juni1931

9700

106.700
107.600

***

***

31.389

59 58
58

58
9.379
20.556
38.218
13

1931
9.416
24.545
39.379
29.801
57
6

1931
9.163
24.129 37.492
29.562
57
30Mei1931
9.088
25.178
36.498
26.916
57

19Juli1930
10.683
34.578
44.224
51.128
49
20 Juli 1929
10.643
27.120
117.395 32.025
48

25 Juli1914
7.259
8.395
75.541
2
.228
44
‘)
Sluitpost activa.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden pondeu sterling.

Data
Metaal
Bankbilf.
in
circulaile

Bankbilf.
in Bankin
Deparim.

I
Other Securities
Disc.and
Advances
s

ii
ecur

es

15 Juli

1931
165.200
358.913
65.078
7.407
30.164
8

,,

1931
165.811
359.258 65.362
7.102
27.837
1

1931
164.421
357.429
65842
34.319 28.746
24 Juni 1931
164.014
352.832
70.063
9.633
27.129
17

1931
161.987
352.266
68.661
9.395
28.044
10

,,

1931
156.288 354.251 61.005
6.597
28.526

16 Juli

1930
156.371 365.121
50.359
6.218
20.392

22 Juli

1914
40.164
29.317 33.633

Data
00v.
Sec.
Public

I

Depos.

Other Deposits
1
1
Reservel
1

Dek-
kings-
Bankers
1

Other
,

IAccountsl
1
perc.
1)

15 Juli ’31
30.021
15.676
66.429
33.705
66
.
287
1

5771
8

’31 31.826
15.734
64.543
34.986
1
66.553
5723/
1

’31 32.931 11.490
99.402
34.091
1
66.992
463/
24Juni’31
30.401
25.249
61.644
33.520 71.182
593/ 17

’31
30.846
15.017
71.446
33.681 69.721
58
10

,,

’31 33.121 9 627
69.561 33.267
62.037
553/

16 Juli ’30
55.696
10.397
69.588
35.506
51.251
44/,

22 Juli ’14
11.005
13.738
42.185 29.297
52
1)
VerhoudIng tusschen Reserve en Deposlts.


BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen francs.

Data
Goud
Ztiver
I
Te goedi
in het
1
Wis-
sets
I
Waarv.
I
op het
ningen
Ia
.

Renteloos
voorschot
buitenl.1
bit iteni.
d Staat

10Juli ’31
56.227
855
8.030 21.909
17.603
2.822
3.200
3

,,

’31
56.229
851
6.946
23.119
18.687
2.892
3.200
26Juni’31
56.426
851
6.419
25.365
19.790
2.779 3.200
19

,,

’31
56.525
850
5.737
25.078
20.424
2.793
3.200

11Juli ’30
44.457
357
8.744
24.068
18.988
2.765
3.200
23 Juli’141
4.104 640
. –
1.541
81
769

Bone v. d.I
Dive,.

1


Rekg. Courant
Data
zelfst.
sen
1)
Circulatie
1 Zelfst. 1 Parti-
amort. k.
Staat

amort.k.lcuiieren

10Juli’31
5.082
2.208
78.186
1.528
1
8.028
11.977
3

,,

’31
5.082
2.244
78.610
1.524 7.579
11.868
26Juni’31
5.082
1.984
76.927
888
7.625
15.187
19

,,

’31
5.082
2.258
76.475
1.048
8.264
14.128

11Juli’30
5.395
1.605
72.859
3.113
4.459 6.769
23Juli’14
– –
5.912
401

943
‘)Sluitpost
activa.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

21 Juli 1931.

Iii JILt begin der afgeloopen week was de stctiiitiiiig asn
dc t a r
v
emarkt flauw, mede tengevolge van cle 1 iiiauc’iëcic
moeilijkheden in :DiitschhiitI. ;l)cze la

a.tstc zijn echter ver-
der niet van grooteii invloed geweest en dc kocrsschoiiinie
liiLgen aan de termij itularkten itt cxporteercn(Ie lttttIei
waren van betrekkelijk kleineii oJitva.ng.
[ik het begin der
week daalden de prijzen eti tocii later geruststellertder
]lietuvs uit Duitschlaijd kw’aiu, w’auru t nice de cojieltisic
maakte, dat er groitdige reden bestond out te verwitchten, dat een regeling ten gunste vaii de ])uitselie financiën zcu
vorden getroffen, zijn de koersen weder matig gestegen.

j•u Noord-Amerika vooral is de stetiiining aan cle effecten-
markt van invloed geweest 01) tien prijsloop. Ook werd
Om-
streeks het midden der vorige week in Noord-Anierikacen verhooging in de hand gewerkt door berichten over gionte
hitte in Rusland. in hoeverre (leze geruchten uit Rusland
. juist zijn, valt niet na te gaan. Door de :Rtssische regee-
ring verspreide berichten blijven optimistisch cii de i.itssen
zijn sterk aan cle etiarkt niet tarwe ter verladitig vuil de
Zwarte Zee in de eerstvolgende maatiden. 1 l nt feit, dat gure-
geld Russische ttirwe wordt geoffreerd en (lat scheepsruimte wordt gecharterd ter belading aan cle Russische havens wijst er niet op, (lat de oogstvooruitzichteti ongunstig zouden zijn.
De berichten van den Balkan luiden gunstig. lilti Itoeineniji,
waar de bebouwde oppervlakte kleiner is dan iii liet vorige
jaar, wordt een tarwe-ophrengst verwacht van 14.076.000
quartcrs tegen 16.371.000 qitarters in het vorige jaar, in
Bulgarije van 7.144.000 qua.rters tegen 7.296.000 qnarteis in
1930. In beide landen is een periode van koel weer met veel
regen gevolgd door warmte en de weersomstandigheden wer-
ken gunstig op de ontwikkeling vait dc tarwcplaiiten. In
llongar.ije is men in verschillende stieken bezig met het bin-
nenhalen van dcii oogst. Ook daar is de opbrengst van
tarwe kleiner dan in het vorige jaar en wordt zij geschat op
8.188.000 quarters tegen 10.442.000 quarters in het vorige
jaar. Tegenover deze verminderde opbrengsten staat, dat
die in .Duitschland geschat wordt op 21.022.000 quarters
tegen 17.434.000 quarters in het vorige jaar. Zware regells
zijn in Duitschland gevallen, welke vnu ougunstigen in-
vloed waren op gerst en rogge, doch waarvan de tarwe heeft
geprofiteerd. Uit Prankrijk blijven de berichten over tarwe
gunstig luiden en een goede opbrengst wordt verwacht, i’el-
ko van particuliere zijde op 34.500.000 qitarters wordt ge-
schat of ongeveer 6 millioen quartcrs meer dan in liet
vorige jaar. Bovendien belooft de kwaliteit in Fritnkrijk
dit jaar goed te zullen worden. Ook in Italië, waar men
ijverig bezig is met het snijden en dorschen van de tarwe,
zijn de resultaten over liet algemeen gunstig en verwacht
men een grooteren oogst dan in het vorige jaar. Wat ge-
heel Europa betreft, beloof t dus de opbrengst van tarwe vrij
aanmerkelijk grooter te worden dan in het vorige jaar. Deze
vooruitzichten hebben er toe nieegewerkt, dat koopers van
tarwe zich niet haasten en zich er toe bepalen hun voor-
raden aan te vullen met hetgeen. zij noodig hebben. Ook de
berichten uit de Vereenigde Staten geven geen aanleiding
tot een vaste stemming. liet laatste oogstbericht van het
Laudbouwbureau te Washington, dat dc opbrengst van
wii.ttertarwe boven verwachting hoog schatte, en de weers-
omstandigheden in liet voorjaarstarwegebied in den laatsten
tijd werken ook al in dezelfde richting. Koeler weer in verschillende streken van het voorjaarstarwegebied en
regen waren van gnnstigen invloed, alleen in Noord-Dakota
blijft men naar meer regen verlangen. Dan is er nog de
groote voorraad tarwe van tien Farm Bdard, waarvan men
nog steeds niet met zekerheid weet, wat er mee zal ge-
beuren, zoodat iie markt steeds bedreigd blijft met de Tno-
gelijkheid, dat groote hoeveelheden op de markt kunnen
worden gebracht, wanneer de Farm Board de daarvoor
maakbarc prijzen hoog genoeg acht. Af eii toe duiken er
berichten op van ta.rweverkoopen, welke aan den Fanni
Board worden toegeschreven, welke berichten meestal een
drukkenden invloed op de markt uitoefenen. In landbouw-
kringen wordt er op aangedrongen, dat de Farm i3oard
zich zal verplichten de zich in zijn handen bevindende tar-
wevoorraden nog gedurende een jaar niet op de markt ‘te
brengen, omdat de tegenwoordige prijzen toch al zoo laag
zijn, doch deze ‘belofte heeft men van den Farm Boarcl niet
kunnen krijgen. Alleen uit Canada zijn de berichten niet
gunstig. Wel is er een einde gekomen aan de lange periode
van droogte en is bijna overal flink regen gevallen, terwijl
de temperatuur is gedaald, maar in verschillende streken
is de regen te laat gekomen om de door droogte aangerichte schade w’eder goed te maken. Vooral in verschillende stre-ken van Saskatchewan is
dit
ht geval. In het Noorden van

22 Juli 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

667

AANVOEREN in ton8 van 1000 KG.

Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
12J18 Juli
Sedert
Overeenk.
12118 Juli
Sedert
Overeenk.
1931
1 Jan. 1931
tijdvak 1930
1931
1Jan. 1931
tijdvak 1930
1931
1930

28.144
713.161 723.267

9.515
26.554
722.676
749.821
Tarwe

……………..
Rogge

……………..
1.258
178.353
244.283

308
24.650
178.661
268.933
Boekweit ……………1.033
14.408
9.376

145
1.512
14.553
10.888
MaIs ………………
15.352
584.073
523.273
1.530
137.074
90.063
721.147
613.336
14.626
354.349
258.328
300
21.915
20.408
376.264
278.736
169.636
112.212

1.410
2.812 171.046
115.024
118.057
46.015
6.381
279.088
164.486
397.145 210.501

Gerst

……………..
Haver

……………..5.620

Lijnkoek …………..
53.840 90.699

204
-.
54.044
90.699

Lijuzaad

……………3.234
2
..630
586
63.554
69.763
215 18.536
21.326
82.090
91.089
Tarwenieel

………….
Andere meelsoorten
685

24.666
10.904
35
8.006

32.672
10.904

AJberta is de toestand veel beter en zijn de voruitzicliten
gunstig. i)e
vraag
naar buitenlandsche tarwe was in de af-
geloopen week slechts matig. De Vereenigde Staten zijn ge-regelci met tarwe aait dc markt, doch de meeste zaken kwa-
uien tot stand in Mauitoba en l’lata tarwe, terwijl ook
Australiselie en Russische werd verkocht. Naar aanleiding
van de goede vooruitzichten van den Duitschen tarweoogst
heeft cle Duitsche regeerilig de mogelijkheid weder geopend
out tarwe uit te voeren tegen drawbacks, welke het moge-
lijk maken om later dezelfde hoeveelheid buiteulandsche
tarwe weder in te voeren, zonder dat daarvoor invoerreeht
belioef t te w’orc!en betaald. Reeds w’orden aanbiedingen van
Duitsche tarwe gedaan in Engeland. De prijzen aan de ter-
mijumarkt te Chicago zijn in het begin der week eerst verder
gedaald, doch daarna is ecn verbetering iugetreden, welke
zich echter niet geheel heeft kunnen handhaven. Het slot
voor den Julitermijn was vergeleken bij de vorige week
% dollarceuts per 60 lbs. hooger. Te Winnipeg trad onmid-
dellijk ita cle verlaging aan het einde van dc voorafgaande week een verbetering in, welke echter ook weder door een
verlaging is gevolgd. De Juli-termijn te Winnipeg was 2
dollarcents, de October-terniijn ook 2 dollarcents per GO lbs.
itooger. Aan de Zuid-Amerikaansche tcrmijnmarkteri waren
de fluctuaties niet groot. Het slot te Buenos Aires was
1 centavos hooger en te Rosario onveranderd. Van meer in-
vloed dan cle koersen waren voor Argemitijitsche tarve de stemming aan de vrachtenmarkt, welke over het algemeen
flauw was en de pesokoers, clie vooral in het begin dr af ge-
loopen week vrij aannierkalijk daalde.

De vooruitzichten van den r o g ge-oogst zijn noch in. de
Vereenigde Staten noch in Europa zeer gunstig en in de
muteeste landen wordt de opbrengst lager geschat. In de Ver-
eetugdo Staten 12 millioen bushels kleiner dan in het vorige
jaar. in Dnitschla-nd wordt cle opbrengst geschat op
33.672.000 quar.ters tegen 35328.000 quartcrs, in Hongarije op 2.668000 quartcrs tegen 3.312.000 quarters, in Roemenië
op 1.776000 quarters tegen 2.116.000 quarters, in Bulgarije op 1.510.000 quarters tegen 1.57S.000 quarters. Wat de op-
brengst in Rusland betref t, daarover zijn weinig berichten
bekend gemaakt. De Russen nijn wel met rogge aan de
markt, doch niet dringend en vragen daarvoor nog hooge
prijzen. Het weer van dc laatste 14 dagen was niet gunstig
voor de te velde staande rogge en er heeft zich w’eder
een ige vraag voor clisponibele partijen ontwikkeld tot on-
geveer onverauderde prijzen.
Platamn als, welke nog in cle maand Juli kan binnen-
komen, was vooral in het begin der afgeloopen week vast
en daarvoor werd eelt premie betaald van verscheiden gul-
dens per last boven later binnenkomende posities. Sedert
zijn de prijzen gedaald, vooral toen een lading naar Rotter-
dam werd gedestineerd, waardoor het gevaar geweken was,
dat in de maand Juli een tekort aan mais zou ontstaan.
Nog wordt voor de eerste hooten meer betaald dan voor
latere, doch een groot gedeelte van de premie is verloren
gegaan. De algemeene stemming voor mais is in den loop
der week minder vast geworden en afladers hebben allengs
hun prijzen verlaagd; vooral toen de pesokoers daalde en
ook de vrachten flauw waren. De koersen aan de termijn-
markten in Zuid-Amerika hebben slechts matige verande-
ringen ondergaan en het slot te Buenos Aires was 3 centa-
vos en te Rosario 5 centavos per 100 KG. lager. De con-
sumptievraag voor spoedig verwachte maIs liet te wen-
schen. Koopers dekken niet meer dan hun onmiddellijke be-
hoefte en wachten voor het overige af, wat de markt zal
doemt, wanneer in het begin van Augustus belangrijke hoe-
veelheden de destinatiehavens zullen bereiken. Op het lagere
niveau bestond voor latere levering weder flinke vraag.
De vooruitzichten van den nieuwen maïsoogst in het Zuid-
Oosten van Europa blijven gunstig. In Roemenië is in vol-
doende mate vocht in den grond aanwezig. Later zal nog
meer regen gewenscht zijn. In Bulgarije wordt de opbrengst

geschat op 3.675.000 quarters tegen 3.978.000 quarters iii
het vorige jaar, welke laatste de grootste opbrengst sedert
den oorlog was.
G e r s t wordt schaa.rsch aangeboden. Versohepingen van
den Donau zijn uiterst klein. Ook die van Argentinië zijn niet groot en in hoofdzaak moet iii cle behoefte aan gerst
worden voorzien door Canada. in het einde der afgeloopen
week was cle stemming voor Canadeesclic gerst gedrukt, om. dat vrij belangrijke hoeveelheden tegelijk aankwamen en op-
geruimd werden, wat tengevolge had, dat de prijzen moesten
worden verlaagd. Dadelijk daarna konden zij w’edcr ver-
betereit en kwamen niet goede vraag flinke zaken tegen dc
hoogcrc prijzen tot stand. Afgezien van liet einde vorige week tijdelijk bestaande groote aanbod van aangekomen
gei

st, w’ordt deze graansoort niet overvloedig aangeboden
en de verschepingen van Canada zijn van matigen omvang.
Naar verluidt, zijn de vooruitzichten in Roemenië en in
Rusland gunstig en op latere leveriuig worden deze soor-
ten geregeld aangeboden, zonder dat zaken van belang ivor-
den afgesloten. Aan de termijnmarkt te Winnipeg sloot de
prijs voor gerst 1 dollarcent per 48 lbs. hooger dan een
week geleden.
Het aanbod van h a v e r blijft beperkt, doch de vraag is
ook slechts matig en de prijzen kunnen zich met moeite
handhaven.

SUIKER.
De verschillende suikermarkten waren gedurende de af-
.geloopen week zeer vast gestemd. Tengevolge van de recente
financiëele en economische onrust in Europa volgden de
markten aan dezen kant van den Oceaan echter slechts
schoorvoetend de leiding van de Ver. Staten.
In A m er ik a was de stemming zeer geanimeerd. Een
levendige vraag naar gera.ffineerd bracht mede, dat Raffina-deurs op de ruwsuikermarkt groote hoeveelheden absorbeer-
dcii. Prijzen, oploopend tot 1.50 de. c. & fr., werden be-
taald.
Ook cle N e v-Y o r k s c h e termijnmarkt was zeer vast en
de noteeriutgen stegen gedurende de week met 12 h 15 pim-
ten. Het slot gaf het volgende beeld te zien: Juli 1.46;
Sept. 1.44; Oct. 1.47; Dec. 1.51 en Jan. 1.53, terwijl de
laatste noteering voor Spot Centr. 3.55 was.
De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver.
Staten bedroegen deze w’eek 22.000 tons, de versmeltingen 62.000 tons tegen 70.800 bas verleden jaar en de voorraden
243.000 tons tegen 381.700 tons.
De laatste C u b a-statistiek is als volgt:
1931

1930

1929
tons

lotus

fons
Productie …………….3.118.000

4.671.260 5.156.315
Voorr. overgebracht per 1/1 1.390.000

321.000

193.000
Consumptie …………..71.000

62.000

77.315
Weekontv. afscheephavens 21.095 19.594 24.763
Totaal sedert 1/1 N. Oogst 1.495.367 3.044.853 4.154.664
Weekexpor …………..33.464 45.780 95011
Totaal sedert 1/1 ……..1.060.796 1.334.832 2.976.062
Voorraad afscheephavens 1.592.105 1.554.619 1.179.331
binnenland

1.784.099 1.71.9.809

924.336
De Zichtbare Voorraden zij ii volgens Czarnikow:
1931.

1930

1929
fons

bas

tons
Duitschland 1/6 ……….1.375.000

938.000

824.000
Tsjecho-Slowakije 1/7 …

469.000

284.000

247.000
Frankrijk 1/6 …………….000

450.000

349.000
Nederland 1/6 …………250.000

203.000

205.000
België 1/6 …………….120.000

131.000

146.000
hongarije 1/6 …………$9.000

57.000

55.000
Polen 1/6 ……………..356.000

297.000

218.000
Engeland 1/7 Geïmp. suiker 229.000

231.000

205.000
1/7 Binnenl.,,

21.000 .

17.000

17.000

Europa …………3.493.00b 2.608.000 2.266.000

668

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

Ver. Staten alle havens 27/6 543.000

666.000

912.000
Cubaansche havens 27/6 . 1.625.00 1.632.000 1.299.000
Cuba binnenland 27/6 …. 1.795.000 1.775.000 1.000.000

Totaal

…………7.456.000

6.681.000

5.477.000
J3ij beschouwing van het totaalcijfe’r van dit jaar moet men
ermede rekening houden, dat in deze 7.456.000 loos zijn in-
begrepen cle volgens het Chadbournepla.n geblokkeerde
1.040.000 tons in Cuba, de hoeveelheden, welke in Duitsch-
land, Tsjecho-Slowakije, Polen, Hongarije en België uit de
markt gehouden worden, alsmede de 170.000 tons, welke in
Frankrijk teruggehouden zullen worden.
Betreffende de consumptie in E u r op a publiceert C.
Ozarnikow de – volgende cijfers over het tijdvak October/ April, welke dit jaar eene verbljdende vermeerdering aan-bonen. De vermeerdering in Engeland komt weliswaar ten
dccle door de grootere aankoopen vôôr de bekendmaking
van het Budget:

1930/31

1929130

1928/29

tons

tons

tons

Duitschland …………..941.000

881.000

912.000

Tsjecho-Slowakije ……….220.000

223.000

228.000

Frankrijk …………….651.000

634.000

602.000

België …………………128.000

109.000

112.000

Nederland …………….148.000

147.000

147.000

Hongarije …………….68.000

64.000

68.000

Polen ………………..264.000

380.000

246.000

U.K. Britech Geraif …….
.902.000

803.000

950.000
Buiten!. Ruw en Geraff.)

Bietsuiker …………426.000

279.000

184.000

Totaal ……..3.748M00 3.520.000 3.449000 in Engel a n d was slechts geringe belangstelling voor
ruwsuiker te bespeuren.
Ook de stemming op de L on de n s c h e termijnmarkt was
kalm. De noteeringen w’aren aan •het einde der week 1/2 d.
•tot 1
Y
2
1 d. hooger dan aan het begin der week.
De Board of Trade statistiek over Juni wordt met de
volgende cijfers bekend gemaakt:
Juni

Jan /Juni
1931

1930

1931

1930
tons

tons

tons

tons
Import Ruwsuiker …. 179.574 165.192 852.529 807.585

YP

Geraffineerd ..

5.681

7.325

27.460

27.534

Totaal ……185.255 172.517 879.989 835.119

Voorr. binnenl. suilcer

19.450

15.500


Voorraad in entrepôt 228.750 230.350


Totaal ,,Duty Paid” .. 181.728 181.525 926.810 952.309
Totale export ……..6.944 13.099 52.331 104.904
Consumptie (Gecalcul.) 174.784 171.426 874.479 817.405

Op J a v a was •de stemming iets, beter dan de vooraf-
gaande weken. De V.I.S.P. heeft ca. 11.000 tons Superieur
oogst 1930 lot
f
8.25 verkocht, ‘terwijl de eerste verkoopen
(totaal ruim 5000 tons) van No. 16 &/hooger tot de verhoog-
de Fimite van
f
7.50 tot stand kwam.

Aangezien de markt te
II
a
rn
b u r g gesloten was tenge-
volge van de financiëcle crisis in Duitschland, richtte men
zich h ie r te 1 a n d e geheel naar London. De markt was
zeer rustig met een vasten ondertoon en de slotnoteeriugen
toonden een verbetering van
f
1/8 iie vergelijking met de
opening. De omzet bedroeg 5000 ton s.

KATOEN.
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Belirens & Sons.
Manchester, d.d. 15 Juli 1931.

De katoenmarkt is flauw. De voornaamste reden van deze
stemming is ongetwijfeld de algemeene toestand volgende
p ‘de crisis in Duitschland, speciaal na de optimistische stemming, die na de Hoover’s voorstellen inDuitschland
heerscht. Het kan wel zijn, dat aan deze voorstellen groote
voordeelen verbonden zijn, doch hun toepassing is te lang
uitgesteld om de moeilijke situatie, die ontstaan is, te voor-
komen. Er zijn andere redenen voor goedkoopere katoenprij-
zen; het acrea.ge-rapport schat de vermindering op 10 pCt.,
hetgeen minder was dan in vele gevallen verwacht werd en
de berichten over den groeienden oogst in Amerika, Egypte
en Indië luiden alle gunstig. Prijzen van ruwe katoen waren
op Maandag het laagst sedert de laatste drie weken en
hedenmorgen hebben wij weer het grootste gedeelte van cle
winst van gisteren verloren. Daar staat tegenover, dat ver-
koopen in Liverpoo’l niet aanzienlijk zijn gedaald.
Spinners van alle soorteie .garens beklagen zich over een
slechte week en er valt weinig nieuws te vermelden. Men
hoort van zaken, die in getwijiide Eyptische ga.rens voor
Indië en het Verre Oosten zijn afgesloten, doch met uitzon-
dering hiervan, schijnt er slechts weinig gedaan te zijie en
draagt de handel een geniengd karakter. Noteeringen voor
Amerikaan sche garens zijn nominaal ongeveel- Y4 d. ‘tot %

STATISTISCH OVERZICH

GRANEN EN ZADEN
ZUIVEL
EN
EIEREN
MINERALEN

{.
TARWE OERST
KAAS
STEENKOLEN
PETROLEUM
Har

nter
R000E
AmericanNo.2J)
MAIS
La Plata
mer.

0.
LIJNZAAD
La Plata
BOTER
perK.G.
ammer
EIEREN
0cm. not.
Westfaalschel
Hollandsche
Mid. Contn.
No. 2 loco
Rotterdam!
loco
Rotterdam
loco R’dam(A’dam
OCO
otterdam
loco R’dam(A’dam
Leeuwar-
der Comm.
1

siaar
Farieks-

Elermijn
Roermond
bunkerkolen, ongezeefd f.01,.
Crude
33 tlm 33.90


pe”,K.
per 100 K.G.
per 2000 K.G.
2000e0
per 1960 K.G.
Noteering
ki.
m
1
l
S
erk

P. 100 st.
R’dam/A’darn
per
é
brel

f1.
0
(o
II.
01
II. 0(
f1.
0(
f1.
0(
o

f1.
°lo
f1.
0
10
f1.
0
10
11.
5(
$
01
1925
17.20
100,0
13,07
5

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
2,31
100,0
56,-
100,0
9,18
100,0 10,80 100,0 1.68 100,0
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50 77,9
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15 88,8
17,90
165,7
1.89
112,5
1927
14,75
85,8
12,47
5

95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50 78,4
2,03 87,9
43,30
77,3 7,96
86,7
11,25
104,2 1.30
77,4
1928
13,475
78,3
13,15 100.6
226,00
97,7
228,50
96,8
363,00 78,5
2,11
91,3
48,05 85,8
7,99
87,0
10,10
93,5
1.20 71,4 1929 12,25
71,2
10,87
5

83,2
204,00 88
1
1
179,75
76,2
419,25 90,6
2,05 88,7
45,40
81,1
8,11
88,3
11,40
105,6 1.23
73,2
1930
9,67
6

56,3
6,225
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77.0
1,66
71,9 38,45
68,7
6,72 73,2
11,35
105,1
1.12
66,7

P
n. 1929
ebr.

12,35
71,8
12,20
93,3
231,50
100,0 194,25
82,3
365,00
78,9
2,25
97,4
45,95
82,1
9,03 93,4
10,10
93,5
1.16
69,0
12,72
5

74,0
12,65
96,7
236,00
101,9
194,75
82,5
357,25
77,2
2,29
99,1
45,40
81,1
9,19
100,1
12,90 119,4
1.11
66,1
Maart

,,
12,65
73,5
12,62
5

96,6 233,00
100,6
191,75
81,3 359,00
77,6
1,95
84,4
44,60
79,6
8,56 93,2
12,00
111,1
1.11
66,1
April
12,125
70,5.
11,62
5

88,9 218,00
94,1
185,25
78,5 373,25
80,7
1,81
78,4
40,25
71,9
5,90 64,3
11,05 102,3
1.11
66,1
Mei
11,125
64,1
10,575
80,9
198,25
85,6
177,50
75,2
363,50
78,6
1,86
80,5
39,90
71,3
6,16
67,1 11,15 103,3
1.16
69,0

j
uni

,
10,875
63,2
10,20
78,0
193,50
83,6
171,25
72,6
355,25
76,8
1,87
81,0

78,6
6,41
69,8
11,25 104,2
1.30 77,4
uli
12,80
74,3
11,20
85,6
218,50
94,4
191.25
81,0
415,50
89,8
1,88
81,4

80,4
6,88
74,9
11,25 104,2
1.30 77,4
Aug.
13,125
76,3
10,75
82
1
2
202,50 87,5
182,75
77,4
452,50
97,8..
1,93
83,5
45,15 82,4
7,13
77,7
11,25
104,2 1.30
77,4
Sept.,,
12,62
5

73,4
10,20

.
78,0
191,00
82,5
172,00
72,9
506,75
109,6
2,22
96,1
45,25 80,8
8,01
87,3
11,40
105,6
1.30
77,4
Oct.
12,10
70,4
9,875
75,6
185,00
79,9
168,00
71,2
516,50
111,7
2,28
98,7
50,25 89,7
9,53
103,8
11,25
104,2
1.30
77,4
Nov.
11,776
68,5
9,20 70,4
174,00
75,2
164,75
69,8
483,25
104,5
2,20
95,2
50,70 90,5
10,60 115,5 11,35
105,1
1.30
77,4
Dec.

,,
12,62
5

73,4
9.35 71,5
166,00
71,7
163,75
69,4
482,00
104,4
2,06 89,2
47,50
84,8
9,97
108,6
11,75
108,8
1.30
77,4

P
n.

130
12,67
5

73,7
9,35 71,5

149,25
64,5
151,25
64.1
433,75
93,8 2,00
.86,6
43,95
78,5
7,55
82,2
11,75
108,8
1.21
72,0
br.,
Maart
11,725
10,90
68,2
63,4
8,175
7,15
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5 398,50
86,2
2.03
87,9
41,15
73,5
6,90 75,2
11,75
108,8
1.11
66,1
,,
April

,,
11,17
65,0 7,62
5
.
54,7
58,3
143,50 180,25
62,0 77,8
125,00
129,75
53,0
55,0
390,00 431,00
84,3
93,2
1,71
1,50
74,0
64,9
41,25 36,50
73,7
65,2
5,18 5,16
56,4
56,2
11,55
11,35 106,9
105,1
1.11
1.15
5

66,1
69,3
Mei
10,45
60,8
6,55
50,1
148,50
64,1
114,50
48,5
405,00 87,6
1,44
62,3
37,20 66,4
5,30
57,7
11,35
105,1
1.18
5

70,5
JulTi


10,05
58,4
5,175
39,6
145,50
62,9
103,75
44,0
385,50
83,4
1,54
65,7
37,-
66,1
5,09
55,4
11,35
105,1
1.18
5

70,5
Juli
9,55
55,5
5,82
5

44,6
157,75
68,1
108,00
45,8
345,75
74,8
1,72
74,5
39,90 71,3
5,99 65,3
11,35
105,1
1.18
5

70,5
Aug.

,,
9,45
54,9
6,30
48,2
146,00
63,1
116,25
49,3
365,00
78,9
1,58
68,4
40,20 71,8
6,03
65,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Sept.
8,40
48,8 5,25
40,2
127,50
55,1
99,00
41,9
318,75
68,9
1,64
71,0
37,55
67.1
7,23 78,8
11,35
105,1
1.18
5

70,5
Oct.


7,40
43,0
4,625
35,4
112,25
48,5 86,00
36,4′
281,25 60,8
1,63
70,5
36,90 65,9
8,60
93,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Nov.

,,
7,25 42,2
4
1
25


32,5
‘94,50
40,8 82,25 34,9 270,75 58,5
1,58
58,4
36,50
65,2
9,63
104,9 10.90
100,9
0.85 50,6
Dec.

,,
7,07
5

41,1
4,30
32,9
96,00 41,5
91,00
38,6
247,75
53,6
1,55
67,1
33,50 59,8
7,97
86,8
10,85 100,5
0.85 50,6
Jan.

1931
6,52
5

37,9

30,6 84,50 36,5
86,25
36,5 207,50 44,9
1,61
69,7
32,25
57,6
6,63 72,2
10,30
95,4
0.85
50,6
Febr.
5,775
33,6 3,90
29,8
87,50
37,8
85,75
36,3
20625
44,6
1,66
71,9
33,80
60,4
6,21
67,6
10,30
95,4
0.85
50,6
Maart

,,
5,62
5

32,7
4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4 214,00
46,3
1,47
63,6
3500
62,5
4,94
53,8
10,30
95,4
0.66
39,3
April
5,90
34,3
4,42
5

33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8
1,35
58,4
31,60
56,4
4,20
45,8
10,15
94,0
0.53
31,5
Mei
6,15
35,8
4,975
38,0
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
1,26
54,5 130,85
55,1
4,075
44,4
1

10,00
92,6
0.53
31,5
Juni
5,75
33,4
5,05
38,6
86,75
37,5
116,50
49,4
191,50
41.4-
1,29
55,8
33,50
59
1
8
4
1
30
46
1
8
10,00
92
1
6
0.34
5

20,5
6 Juli
5,80
33,7

38,2
85,00
36,7
116,00
49,2
220,00
47,6
1,32
7

57,1
37,757

67,4
4,40 47,9
10,00
92,6
0.30
17,9
13

»
5,50 32,0
4,65
35,6
88,00
38,0
114,00
48,3
216,00 46,7
1,40
8

60,6 37,25
8

66,5
1
4,10
44,7
1
10,00
92,6
0.15
8,9
20

,,

»
5,15
29,9
1

4,60
35,2
83,00
35,9
115,00,
‘48,7
207,00
44,8
1,38
5

59,7
4,50
49,0
10,00
92,6
0.15
8.9
1)
Men zie voor de toelichting op dezen staat de nummere van 8 en 15 Augustus 1928 (No. 658 -en
659)
pag. 689190 en
709.
2)
79
Kg. La Plata.
3)
=
Western v66
ring van de huidige offic. not.wijze (Jan.1928); Barley vanaf 212131; vanaf 912
6415
Z.-Russ.

22 Juli
1931

ECONOMISCH-STATISTiSCHE BERICHTEN

669

d. per pond lager en voor Egyptische garens
Y4
cl. tot
Y
d.
Over dc doekmarkt valt weinig nieuws te melden. Dit
behoeft geen verwondering te wekken, gezien het gebrek
aan vastheid in katoenprjzen en het erastige gevaar van
cle financiëelc situatie in Midden-Europa. Het vertrouwen,
dat in zeker opzicht door het voorstel van den Heer 1-loover
weer hersteld was, is weer minder geworden en men vreest, dat er een goede gelegenheid om den handel in de wereld te
verbeteren, voorbij is gegaan. Er komt een geringe vTaag
door van Indië, doch tegen prijzen, die slechts weinig kans
laten om geaccepteerd te worden. Hongkong is eveneens met
biedingen aan de markt, doch ook hier zijn prijzen veel •te
laag, hetgeen ongetwijfeld tot moeilijkheden aanleiding zal
geven. Rangoon en De Straits dragen voor een klein deel
in den wekelijkschen omzet bij, doch over het algemeen is
(le totaalsoni teleurstellend.

Liverpoolnoteeringen

Oost. koersen 7Juli14 Juli
8Juli 15Juli T.T.opBr.-Indië ‘/
5
H ‘/
5
H
F’.G.F. Sakellaridis 8,25 7,50 T.T.op Hongkong ]/O/ 117%

G.F. No. 1 Oomra. 3,42 3,24 T.T.op Shanghai
1/3j
1/3

Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In dulzendtallen balen).

1 Aug.
’30
Overeenkomstige periode
tot
10Juli’31

1929130

1

1928129

Ontvangsten Gulf-Havens.

11

Atlant.Havens
}
8869
8698
9384

Uitvoer naar Gr.Brittannië
1

1073
1260 1840
‘t Vasteland etc.
3996
4250
4743
het Orient….
1636

,
1223
1500

Voorraden. (In dulzendtallen balen).

Overeenkomstig tijdstip
10Juli’31
11

1930
1929

2918
1610
674
854
620
253
.Amerik. havens………..

228 236
165
Binnenland

………….
New-York

……………
621
363
94
New Orleans ………….
Liverpool

……………
384
261 400

KOFFIE.
Ook ditmaal valt over de afgeloopen week niet veel
nieuws te vermelden. De wisselkoers in Brazilië zakte ‘er-
(er in en kwam thans van 3
9
/64
op 3-Ç d., hetgeen een
nieuwe daling beteekent van ongeveer 3 pot. In aanslui-
ting hierop liepen de kost- en vrachtaanbiedingen van Rio
en van Santos in de meeste gevallen nog 1/- 8. 1/6 per cwt.
terug. De stemming was tengevolge van een en ander ook
hier veclerom zeer kalm, temeer daar de onzekerheid, welke
op politiek en op economisch gebied door den toestand in
Europa plotseling te voorschijn is geroepen, den onderne-
mingslust bij den handel nog geringer maakte dan hij reeds
sedert geruimen tijd was.
Over een verdere verhooging van het uitvoerrecht in Bra-
zilië werd ditmaal niets meer vernomen. Waar in de vorige
weken bijna dagelijks telegrammen werden ontvangen,
waarin clie verhoogiug als zeer aanstaande werd voorgesteld,
vraagt men zich thans onwillekeurig af, wat de reden van
dit stilzwijgen kan zijn. Dat van het plan voorloopig zou
zijn afgezien, werd intusschen ook van geen enkele zijde
gemeld en met belangstelling blijft de handel allerwegen
verdere berichten aangaande deze aangelegenheid tegemoet-
zien.

Ook over cle in het laatst van Juni gerapporteerde schade
door vorst werd niets meer gehoord. Daar de minimum-
temperatuur sedert dien dag slechts drimaal, namelijk op
1 Juli, gesignaleerd is op + to Celsius in Agudos en overi-
gens in alle koffie-districten steeds minstens 6 of 7 graden
en in den laatsten tijd zelfs bijna altijd 10 8. 15 graden
heeft bedragen tegenover een maximum van ongeveer 25
graden of hooger, wordt het met den dag waarschijnlijker,
dat de eerste berichten over schade sterk overdreven zijn
geweest.
Bericht werd ontvangen, dat door den Koffie-Raad in cle
vorige week 64.000 balen Santos zijn vernietigd tegen 51.000 balen in cle week daarvôôr.
De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos
op prompte verseheping zijn thans 40/6 8. 42/- per cwt. en van dito Prime 42/6 8. 43/6, terwijl zi
j
van Rio type New-
York 7 met beschrijving, prompte verscheping, bedragen
30/3 8. 30/9.
Neclerlandsch-Indië is voor alle Robusta-soorten lager.
Palembang Robusta liep ongeveer 7/8 ct. per 1/2 K.G. terug,
cle andere ongewasschen Sumatra-soorteu % It 1 ct. en

AN GROOTHANDELSPRIJZEN’)

METALEN
TEXTIELGOEDEREN DIVERSEN

ZILVER
cash Londen
IJZER
Cleveland
Foundry No.3
KOPER
Standaard
TIN
locoprijzen
LOOD
Locoprijzen
KATOEN
Middling
WOL
gekamde
Australische,

WOL
gekamde
Australische,
KOE-
HUIDEN
KALK-
SALPETER
per
Standard
f.o.b. Locoprijzen
Londen
Londen per
Londen
locoprijzen
New-York
Merino, 64’s Av.
CrossbredColo-
nial Carded,
Gaaf, open kop
Old. per
lOO KG.
Cunce Middlesbrough
per Eng, ton
per Eng, ton
Eng. ton per Eng. ton loco Bradford
per Ib.
50’s Av. loco
57-61 pnd.
netto
Bradford per Ib.

pence
°Io
Sh,
0
/0
It
01
Z
0/
010′
$
cts.
°/o
pence
°Io
pence
0/0
11.
0
/0
f1.
0
/o
32
1
I
100,0
731- 100,0
62.116 100,0
261.171-
100,0 36.816
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
28u/16
89,3
8616
118,5
58.1/-
93,5
290.1716
111,1
31.1/6
85,3
17.55
75,5
47,25
85,9
24,75
83,9
28,46 82,0
11,61
96,8
26
3
14
83,3
731-
100,0
55.141-
89,7 290.41-
110,8
24.4/-
66,4
17,50
‘753
48,50
88,2
26,50 89,8 40,43
116,5
11,48
95,7
26′;
81,1
66!-
90,4
63.16j-
102,8
227.5/-
86,8
21j(-
57,8
20,00 86,0
51,50
93,6 30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
24
7
116
76,2
70/6 96,6
75.14/-
121,9
203.15/6
77,8
23.5/-
63,8
19.15
82,4
39,-
70,9 25,25
85,6 32,25
92,9
10,60
88,3
17
13
/16
55,4
671-
91,8
54.13/-
88,0
142.51-
54,3
18.116
49,6
13,55
58,3
26,75
48,6
16,25 55,1
25,36
73,1
9,84
82.0
21)”4
81,8
661-
90,4
75.1016
121,7
222.716
84,9
22.21- 60,7
20,20
86,9
45,75
85,0
28,75
97,3
37,50
I08,I
11,70
97,5
25
7
/9
80,7
66/6
91,1
7& -/6
125,7
222.11/-
85,0
23.2/6
63,5
20,10
86,5
44,25
80,5
27,75
94,1
34,50
99,4
11
,70
97,5
26
81,0
671-
91,8
89.81-
144,0
221.016
84,4
25.816
69,7
21,25 91,4
44,00
80,0
27,50
93,2
36,-
103,7
11,70
97,5
2514 80,2
681-
93,2
82.1716
133,5
207.5/6
79,2
24.161-
68,0
20,45
88,0
43,25
78,6 27,25 92,4
33,50
95,5
11,70
97,5
25
1
/16
78,1 6916
95,2
75.416 121,2
197.5/6
75,3
23.191-
65,8
19,40
83,4
41,50
75,5
26,25
89,0
30,50
87,9
11,70
97,5
2411
4

75,6
711-
97,3
74.111-
120,1
200.51-
76,5
23.141-
65,1
18,75
80,6
40,00
72,7
25,75
87,3
34,50 99,4
11,70
97,5
24
0
116
75,7
7216
99,3
72.1216
117,0
209.516
79,9
22.16/-
62,6
18,65
80,2 38,75
70,5
24,75
83,9
32,25 92,9 9,18 76,5
241o6
75,7
7216
99,3
73.171-
119,0
210.111-
80,4 23.3/;,
63,6
18,60
80,0
3700
67,3
24,00
81,4
29,75
85,7
9,28
77,3 23
11
(16
73,9
72/6
99,3
74.19/-
1207
205.5/6
78,4
23.11/-
64,7
18,90
81,3
34:25
62,3
23,75
805
31,25
90,1
9,39 78,3
23’/16
71,8 72/6 99,3
72.16/-
117:3
188.9/6
72,0
23.4/6
63,8
18,45
79,4 32,50
59,1
22,50
76:3
– –
9,49
79,1
22
11
/16
70,7
7216
99,3
70.51-
113,2
182.16
69,5
21.131-
59,4
17,50
75,3 34,25
62,3
23,00
78,0
27,25
78,5
9,70 80,8
2211
4

69,3
7216
99,3
68.616
110,1
178.1816
68,3 21.9/6
59,0
17,25
74,2 31,25
56,8
21,25
72,0
27,75
80,0
9,90
82,6
20
1
/16
65,3
7216
99,3
71.916
115,1
174.131-
66,7
21.111-
59,4
17,15
73,8 29,50
53,6
19,25
65,3
26,63 76,7
10,11
84,3
20
1
/8
62,6
7216
99,3
71.1216
115,4
174.4/-
66,5
21.41-
58,2
15,45
66,4
28,50
51,8
17,75
60,2
24,50
70,6
10,21
85,1
19
1
/8
59,5
701-
95,9
68.1916
111,1
165i8/-
63,4
18.161-
51,6
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9

69,2
10,21
85,1
19
9
116
61,0
6716
92,5
61.31-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50.3
16,45
70,8 27,25
49,5
17,25
58,5
24,13 69,5
10,21
85,1
1815116
59,0
6716
92,5
53.91-
86,1
145.-/-
55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0
28,75 52,3
18,00
61,0
26,25
75,6
10,21
85,1
161116
50,0
6716
92,5
50.1/6
80,7
136.416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4
27,75
50,5
17,50
59,3 26,63
76,7
10,21
85,1
16
49,9
6716
92,5
48.21-
77,5
134.1716
51,5
18.3/-
49,8
13,10
56,3
27,00
49,1
16,75
56,8
24,25
69,9
9,18
76,5
16
3
/
51,0
651-
89,0
47.151-
76,9
135.516
51.7
18.61-
50,2
11,95
51,4
27,25 49,5
16,50
55,9
24,88
71,7
9,28
77,3
1601116
52,0
63/6
87,1
46.61-
74,6
132.61-
50,5 17.18/-
49,1
II

47,3 27,00
49,1
15,75
53,4
26,50
76,4
9,39
78,3
1611
2

51,5 63165
87,1
43.-/-
69,3
117.13/-
44,9
15.151-
43,2
10
:
5
5
45,4
24,50 44.5
14,50
49,2 26,25
75,6
9.49
79,1
161
51,9
63166
87,1
46.816
74,8
113. 16/-
43,5
15.1816
43,7
10,85
46,7
24,00 43,6
13,00
44,1
25,25
72,8
9,70
80.8
16
5
/
51,9
83/66
87,1
47.6/6
76,2
115.3/-
44,0
15.5/6
41,9
9,95
42,8 22,50
40,9
12,50
42,4

72,0
9,90
82,6
13/
43,2
60/6
82,9
45.7/6
73,1
116.8/-
44,4
14.-/6
38,5
10,30
44,3
21,25 38,6
12,00
40,7
24,63
71,0
10,11
84,3
12/2
38,9
5816
80,3
45.116
72,6
117.-/6
44,7 13.5/6
36,4
10,95
471
2175
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
13
7
116
41,8
5816
80,3
45.116
72,6
122.11-
46.6
13.316
35,2
10,90
459
2525
45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85.1
13
1
/8
40,9
5816
80,3
42.1516
68,9
113.41-
43,2
12.10/-
34,3
10,25
44,1
24,50
44,5
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
12
15
/16
40,3
5816
80,3
39.616
63,4
104.171-
40,0
11.1016
31,6
9,40
40,4
23,50
42,7 13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1
127/ 40,1. 5816
80,3
36.616
58,5
106.216
40,5
11.1116
31,8 9,10
39,1
22,00 40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
130116
42,2
5816
80,3
37.216
59.8
119.216
45,5
13.51-
36,4
10,357
44,5
22,00
10

40,0
12,50
10

42,4
20,25
13

58,4
10,21
85,1
13
40,5
5816
80,3
33.1716
54,6
108.1216
41.5
12.1216
34,7
9,356
40,2
22,00
10

40,0
12,50
11

42,4
10,21
85,1
13
1
18
40,9
5816
80,3
34.151-
56,0
1
112.151-

1
43,1

1
12.151-
35,0
1
9,30
9

40,0
22,00
12

40,0
12,7512
43,2
10.21
85.1
e invoering van de huidige officieele noteeringswijze (Jan. 192S; vanaf 16 DecJ929 74/5 KG. Hongaarsche; vanaf 26Mei1930 Z.-Russische, 4) = Malting vôör de invoe– – 5) Noteering Schotland 5916. 6)5$1_.
7)
3Juli.
0
)10 Juli.
9
)17 Juli.
10)
2Juli.
11)
9Juli.
12)
16Juli.
13)
14Juli.

670

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

22 Juli 1931

gewasschen Robu sta ongeveer % et. De noteeringen in de
eerste band
zijn
op het oogenblik:
IPalembang Robusta, Juli-verscheping,
16
et. Benkoelen
Bobusta, Juli-verscheping
16%
ct.; Manciheling Robusta,
Juli-verseheping,
18%
ct.; W.L.B. faq. ]{obusta, Juli-ver-
scheping
24%I
et., alles per %, K.G., cif, uitgeleverd ge-
wicht, netto contant.
Aan de Rotterclanisehe terniijnmaikt zakten de notee-
ringen sedert verleden’week % t
/s
ct. per % .K.G.. in. De officieele loco-noteeringen bleven onveranderd
29 et.
per % K.G. voor Superior Sa.ntos en
27
ct. voor Robusta.
i)e slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No.
7)
waren:

Sept.

Dec.

Mrt.

Mei

20 Juli …………. $
5.52

$ 5.77

$ 5.95

$ 6.05

13 juli ……………6,01

,, 6.26

,, 6.33

116.42

0 Juli …………. ..
6,14

11
6.38

,,6.48

,, 6.55

29
Juni …………. ..
6,40

11
6.62

6.70

,, 6.77

Rotterdam,
2.1
Juli
1931.

(Mede’Jeeling van de Vereeniging voor den Goederenhandel te Rotterdam.)

Noteeringen en voorraden in Brazilië.

Data
te Rio
te Santos
o
Londen

d
WitseseR
lkoen

Voorraad
t Prijs
1
Voorraad
1
Prop
(In Balen)
1
No.
71)
1
(In
Balen)
1
No.

20 Juli

1931
513.000
111.92511.281.000
15.800
3

penes

13

1931
571.000
11.9251
1.237.000
16.100
31
1
9
pence
6

1931
564.000
122501
936.000
1
16.100
38%
pencE
20
Juli

1930
338.000
1
3.4
25
1
1.116.000
21.000
5,2
4
9
penc
1)
In Reis.
Ontvangsten uit het binnenland van Brazilië in Balen.

te Rio
te San tos
Data
Afgeloopen
Sedert
Afgeloopen
Sedert
week
1Juli
week
1Juli

18 Juli

1931 ….
46.000
165,000
1

203.000 446.000
18
Juli

1930 ….
36.000
114.000
203.000
593.000

THEE.
In de afgeloopen week vond te Amsterdam wederom een
veiling plaats.

Biedingen werden Vrij vlot uitgebracht tegen prijzen, die
enkele centen hooger of lager liepen clan in vorige veiling.

Bladthee en vooral O.P. werd meerendeels iets lager af-
gedaan door verminderde vraag uit Midden-Europa in ver-
band met de huidige finantiëele moeilijkheden aldaar.

Gruissorteeringen varen beter in de markt en speciaal
midden- en gewone kwaliteiten G.O.P. konden in vele ge.
vallen 1 t
3
ets. hoogere prijzen bedingen.

Volgens medecleelingen van de Vereeniging voor de Thee-
cultuur in Ned-Iudië bedroeg de netto uitvoer van China
naar het buitenland in het lste kwartaal
1931 7.962.000
KG. ‘tegenover
9.704.000
KG. in dezelfde periode van
1930.

De uitvoer van Sumatra beliep in Juni
1931 1.034.000
KG. (v.j.
768.000
KG.), terwijl gedurende de periode Ja-
nuari/Juni
1931
werd uitgevoerd
6.147.000
KG. (v.j.
5.722.000
KG.)

De aanvoeren van thee in Nederland, samengesteld vol-
gens gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek,
bedroegen in Juni
1931 1.886.000
KG. (v.j.
1.809.000
IDe invoer tot verbrtnk beliep
1.114.000
1KG.
(v.j. 834.000
1(G), terwijl in Juni
1931
werden uitgevoerd
669.000
KG.
(v.j.
810.000
KG.) voor het tijdvak Jan/Juni
1931
zijn deze
cijfers resp.:
11.310.000
1KG. (v.j.
11.066.,000
1(G), 6.702.000
KG. (v.j.
5.597.000
1KG.) en
3.631.000.
KG. (v.j.
3.914.000
KG.).

De Board of Trade publiceert de volgende cijfers omtrent
aanvoer en uitvoer van thee in Gr.-Brittannië en N.-ierland
gedurende het le Semester 1931:

aanvoeren :
209.2
millioen lhs. (v.j
209.1
millioen Bis.),
uitvoer:
42.7
milliocn lbs. (v.j.
44.1
millioeu lbs.).

Amsterdam,
20
Juli
1931.

Vervolg STATISTISCH OVERZICHT VAN GROOTHANDELSPRIJZEN.

DIVERSEN
KOLONIALE PRODUCTEN
INDEXCIJFERS

Bruto-

VURENHOUT
RUBBER’)
Standaard
SUIKER
Witte kristal-
KOFFIE
Robusta
THEE
All. N.-i. theev.
COPRA
Ned.-Ind. f.m.s.

gewicht.v.d.
buit. handel

liii
0

basis
7″
Lo.b.
Zweden)
Rlbbed Smoked
Sheets
suiker loco
Locoprijzen
A’dam gem. pr.
per 100 K.G.
Nederland
1925= 100
2 II

Finland
loco Londen
R’damjA’dam.
per 100 K.G.
Rotterdam
per
1
12 1(0.
Java- en Suma-
tratheep.’j1K0.
Amsterdam

1n
voer
Uit-
voer
per Ib.
.2
0-

f
O/
Sh.
III
if.
Of,
cts.
0
10
cts.
111
01
1925
159,75
100 2111,625 100,0 18,75
100,0
61,375
100,0
84,5
100,0
35,87
5

100,0
lOO lOO
100,0
100,0
1926
153,50
96,1 21-
67,4
17,50
93,3
55,375
90,2 94,25
111,5
34,-
94,8
112
128
93,2
92,9
1927
160,50
100,5
116,375
51,6
19,12
5

102,0
46,875
76,4
82,75
97,9
32,62
5

90,9
113
116
95,4
89,5
1928
151,50
94,8 -110,75
30,2
15,85
84,5 49,625 80,9 75,25
89,1
31,87
0

88,9
118
128
96,4
87,6
1929
146,00
91,4
-110,25
28,8
13,-
69,3
50,75
82,7
69,25
82,0
27,37
5

76,3
122
132
91,6 82,6
1980
141,50
88,6
-15,875
16,5
9,60 51,2
32
52,1
60,75
71,8
22,62
0

63,1
124
135
75,5 69,4
Jan.

1929 152,50
95,5
-0,875
27,9
13,775
73,5 53,125 86,6 77,25
91,4
29,-
80,8
III
119
94,2 84,6
Febr.

»
150,00
93,9
1)-
33,7
13,37
5

71,3
54
88,0 74,25
87,9
28,62′
79,8
75
83
94,2
85,4
Maart
147,50
92,3
110,125
34,0
13,50 72,0
54
88,0 72,75
86,1
27,62
5

77,0
82
III
94,8
85,8
April

,,
147,50
92,3
-110,5 29,5
13,375
71,3
54
88,0
74,25
87,9
26,75
74,6
110
142
92,9
83,9
Mei

,,
145,00
908
-110,875 30,5
12,25
65,3
54 88,0
73,50
87,0
25,876
72,1
135
144
91,6
81,7
luni

»
147,50
92:3

-/10,625
29,8
12,00
64,0
54
88,0
69,50
82,2
24,876
69,3
137
134
91,0
81,9
juli

,,
145,00
908
-111
30,9
13,42
5

71,6
54
88,0
68,50
81,1
27,50
76,7
144
147
91,0
83,7
Aug.
145,00
90:8
-)10,5
29,5
13,00
69,3
53,50
87,2
64
75,6
27,25
76,0
151
149
91,6
83,6
Sept.

,,
145,00
90,8
-110,125 28,4
13,475
71,9 51,75
84,3
64
75,6
28,25
78,7
135
144
91,0 82,0
Oct.

,,
142,50
89,2
-19,625
27,0
13,30
70,9
48,50
79,0 66
78,1
27,50
76,7
137
146
90,3
80,5
Nov.
142,50
89,2
-/8,125
22,8
12,50
66,7 41,75
68,0.
66,50
78,7
27,25
76,0
128
143
88,4
78,8
Dec.
142,50
89,2
-18
22,5
12,075
64,4 36,75
59,9
60,75
71,8
27,128
75,6
123
125 87,1
78,8
Jan.

1930
147,50
92,3
-/7,375
20,7
11,67
5

62,3
35
57,0
60,50
71,6
26,87
5

74,9
128
136
84,5 76,9
Febr.
147,50
92,3
-18
22,5
11,40
60,8
35
57,0
58,25
68,9
26,37
5

73,5
112
126

81,3
75,2
Maart

,
147,50
92,3 -17,625
21,4
10,70
57,1
35
57,0
62,25
73,7
25,25
70,4
125
131
78,7
74,2
April
147,50
92,3
-17,375
20,7
10,55
56,3
35
57,0 59,50 70,4
26,12
5
72,8
115
127
78,7
72,8
Mei
145,00
90,8
-16,875
19,3
9,80 52,3
34,75
56,6
58
68,6
25,50
71,1
132
132
76,1
72,0
Juni
145,00
908
-/6,125
17,2
9,775
52,1
33
53,8
58
68,6
22,87
5
63,8
131
133 76,1
70,4
Juli
142,50
89:
2

-(5,625
15,8
9,27
5

49,5
31,50
51,3 55,50
65,7
21,75
60,6
138
141
74,2
69,3 Aug.

,
142,50
89,2
-(4,875
13,8
8,50 45,3
29,50
48,1
55,25
65,4
20,-
55,7
129
145
73,5
67,9
Sept.
140,00
137,6
-14,125
11,6
.

7,97′
42,5
28,25
46,0 59,50
70,4
19,25
53,7
122
126
72,3
65,4
Oct.
132,50
82,9
-14
11,2
8,62
5

46,0
29
47,3 66,50
78,7 18,75
52,3
128
152
71,6
64,6
Nov.

,,
130,00
‘81,4
-14,375
12,3
8,75
46,7
29
47,3 68,25 80,8
19,37
5
54,0
121
139
71,0
63,3 Dec.

,,
130,00
81,4
-l4,375
12,3
8,20:
43,7
29
47,3 66,75
79,0
19,-
53,0
105
129
69,0
61,3
1931
1

125,00
78,2
-14,25
11,9
8,20
43,7
28
45,6 66,25 78,4
18,25
50,9
121
132
67,7
59,2
k
n.
b
r
.
/

125,00
78,2
-/3,875
10,9
8,20
43,7
26,25
42,8
53
62,7
18,125
50,7

96
121,
67,1
59,4
Maart

,,
1

125,00
78,2
-13,75
10,5
8,30
44,3
25,50
41,5 45 53,3
18,625
51,9
107 140
66,5
59,1
April
1

125,00
78,2
-13,125
8,8
8,575
.
45,7
24,75
40,3
43 50,9
17,50
48,8
110 138
65,8
58,4
Mei

,,
125,00
78,2
-/3,125
8,8
8,50 45,3
25
40,7
40,25
47,6
15,37
5

42,9
114
141
65,8
56,8
luni

,,
110,00
68,9
-13,125
8
1
8
8,57
5

45,7
25,75
42,0
39,50
46,7
14,125
39,4
127
133
64,5 56,8
6 Juli

,,
110,00
68,9
-13,25
9,1
8.87
5

47,3
27
40,0
372
43,8
16,12
5
44,9
13

,,

,,
110,00
68,9
-13,0625
8,6
8,75
46,7.
27
44,0
38,75
3

45,9
15,25
42,5
20

.

,,
110,00
68,9
-13
8,4 8,87
5

47,3
27
44,0
14,87
5

40,1
0)
Jaar- en maandgem. afger. op
lig
pence.
2)2
Juli.
3)
16
Juli.

Auteur