Ga direct naar de content

Jrg. 16, editie 802

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 13 1931

13 MEI 1931

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDE11.

Econom” isbh-Stâtistische

Berïcht e
<
n

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

16E JAARGANG

WOENSDAG 13 MEI 1931

No. 802

INSTITUUT
VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
ECONOMISCII-STATISTISCIIE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; lIîr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. N. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. E. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rengers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis;
Mr. Q. J. Terpatra;
Prof.
Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: H. M. H. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de iloochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Po8trekening 8408.

ilbonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
ïnstituut ontvangen het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo-
ver daaromtrent niet anders wordt beslist.
Aan geteekende stukken: Bijkantoor Ruigeptaat weg.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaat8ing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh & van Ditmar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot.
terdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhage. Postchèque- en giro-
rekening No. 145192.

12 MEI 1931.

Aanvankelijk was -de geidmarkt deze week iets ge-

makkelijker. Particulier disconto was voor 1% pOt.

onder te brengen; de prolongatierente liep van

pOt. tot 1%. pOt. terug en callgel’d was voor 2 pOt.

verkrijgbaar. Daarna trad echter weder een vastere

stemming in, waarbij de meeste koersen wat opliepen.

Vooral cailgeld was meer gevraagd, zoodat herhaal-

delijk weder 2l4 ‘pOt. betaald moest worden en ook

wissels moeilijker te plaatsen waren. Daarentegen

bleef prolonga’tiegel’d vrij ruim en onderging weinig

verandering; meestal werd 1% of 2 pOt. genoteerd.
Gisteren kreeg tenslotte het aanbod van geld weder

de overhand. Callgel’d was voor 2 pOt. goed verkrijg-

‘baar en particulier disconto kon tot
1
9
/ts
pOt. en 114 iOt. teruglo-open.
* *
*

Op -de balans van De Nederlan’dsche Bank geeft de

post binnenlandsche wissels een dalin.g van ruim

f
500.000 te zien. Nu de maandwisseling achter ‘den

rug is, zijn ‘de beleeningen weder sterk teruggeloo-

pen; zij staan thans f32,9 millioeh lager dan ver-

leden week.

De goudvoorraaci der Bank bleef nagenoeg onver-

anderd. De zilves-voorraad klom met
f
600.000. De
post papier op het buitenland vertoont een vermeer-
dering van
f
400000, ferwijl de’ diverse rekeningen

op de actiefzijde van de balans èen teruggang van

f
3,1 millioen te aanschouwen geven.

De biljette.ucircula’t-ie daalde met f 36,5 millioen.

Het tegoed van het rijk bedraagt nog
f
1,9 millioen
meer dan verleden week, doch ‘de rekening-courant-

saldi van an’deren
blijken
mt
.f
1 millioen te zijn

teruggelooperL Het beschikbaar metaalsal’do klom

met
f
14,9 milli.oen. liet dekkingspercentagé bedraagt

nagenoeg 55.

De stemming op de wisselmarkt is ‘deze week vast

gebleven. Ponden verbeterden van 12.10% tot

12.10/16; Dollars noteerden 2.4334-2.4892-2.4881–.

‘2.4896. Dollar in Londen openden ‘de week op 4.8032,

stegen tot
4.
-,622
om
onder ‘den invloed van de -dis-

conto-verlaging in New-York tot 4.8650 teug te loo-
pen; slot 4.8639. Marken verbeterden van 59.241′ tot

59.29 (Dollars tegen Marken 4.1990). Fransche

Franes vast 9.72349.73/4. Dev’;ierzen in Parijs waren

flauw; Pon’den daalden er tot 124.3214. Belga’s iets
‘beter: 34.61-34.63. Zwitsersche Francs verbeterden

van 47.92X1 tot 479734. Lires 13.0214-13.04. Peseta’s

onzeker: 25.80-26.25-25.20. Finsche Marken 6.2614.

Braziliaansche M ireis aangeboden 1,714-16. Argen-

tijnsche Pesos daalden tot 7614; ‘slot 79. Uruguay Dol-

lars ‘blijven flauw: 1.57. Canada Dollars 2.48
7
/s.

De marges tussehen contant en termijn zijn lang-

zamerhand weder grooter geworden. Eén- en ‘drie-
maands Ponden noteerden tenslotte: % en 1
7
/s, Dol-
lam 6 en 15, Marken
514′
en 14 punten lager dan den
contanten koers.
LONDEN, 11 MEI 1931.

De toestand van de geidmarkt was verleden week

vrij gemakkelijk, ofschoon géld’ goed bruikbaar was.

Het voor de mark-t beschikbare saldo is, afgaande op

de cijfers van ‘de Bank i’an Engeland, nu weder op

een ‘meer normaal niveau na ‘de buitengewoon lage

cijfers van twee weken -geleden.

Disconto werd natuurlijk geheel heheerscht ‘door
de ‘verlaging van het disconto te New-York tot 114

pOt. Naar aanleiding daarvan werd tijdelijk althans

het minimum van 2°/is pOt. hier niet gehan’dhaafd,

zoodat -disconto tot 2% pOt. inzakte en verder ‘tot

2/o pOt., toen de nieuwe 3-maand-s schatkistp±omes-,

sen Vrij’dag tot even onder 2

>/ig pOt. werden toege-

wezen.

Een en ander gaf aanleiding tot -besprekingen van

de mogelijkheid eener discontoverlaging hier, maar
over het algemeen wordt aangenomen, dat de Bank

van Engeland niet ‘geneigd zal blijken te zijn daartoe

over te gaan, alvorens haar ‘gou’dvoorraad verder ver-

sterkt is. ,

Het is eenigszins bevreemdend, ‘dat ‘de Panische

koers tot 124.33 is teruggeloopen, terwijl de Dollar-

notering ‘tot nu ‘toe dog slechts tot 2.86% heeft ge-
reageerd op de verlaging van het ‘disconto te New-

York.

442

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

13 Mei 1931

MEDEDEELINOE.N VAN DE CENIIIALE COMMISSIE

VOOH :1E RJIJ’NVAAJIT.

•vE:RSLAG VAN DE APRIL-ZITTING 1931.

De Centrale Commissie voor de Rijnvaart heeft
hare
Aprilni.tting onder voorzitter8ehap van den heer Jean
Gout, buitengewoon gezant, van 16 tot 21 April 1931 te
Straatsburg gehouden.
De Commissie heeft als rechtbank voor hooger beroep
zitting gehouden en heeft 4 vonnissen in reehtzaken, de
Rijnvawrt betreffende, uitgesproken.
Bovendien zijn (Ie volgende besluiten genomen:

Organen voor cle medecleel’ing:en van de Ce…trale Commissie.

De ,,Lloyd Anversois” is aangenomen als Belgisch orgaan voor de mededeelingen der Centrale Commissie)

Brug ‘te Bazel.
10.
De Centrale Commissie stelt vast, dat tegen het ont-
werp van de te bouwen. brug voor gewoon verkeer over
den Rijn te Bazel van het standpunt (Ier scheepvaart en
vlotvaart geen bemvaar bestaat.
Zo. De door de stad Bazel te nemen maatregelen gedu-
rende de uitvoering der werkzaamheden worden ‘als af-
doende beschouwd.

Herziening van den,gelijkwaardigen
waterstand.
Een Comité, dat gepresideerd wordt door den heer
Schlingemann, commissaris voor Nederland en waarvan het Secretariaat zal worden waargenomen door den heer
•de l’Espina.sse, zal de herziening van den gelijkwaard’igen
w’aterstancl 1923 bestudeeren en dienaangaande een rap.
port. aan de Commissie uitbrengen.

Rijn v.a’ar.tp o liti er egi cme nt.

Vaart bij nacht.
De geldigheidsduur der laatste alinea, van cijfer 8 van

artikel 21 van het Rijnvaartpolitiereglement, in werking getreden den len Augustus 1929 voor ‘den tijd van twee jaren, is voorloopig voor een ‘periode van 5 jaren, gere-
kend vanaf 1 Augustus 1931, verlengd.
Den Commissarissen der Oeverstaten wordt verzocht aan
de Commissie de of ficiëe’le Akten mede te deden, waardoor
de publicatie van deze bepaling iii: hun respectieve landen
is geschied.

‘Dc Nos. T, IT[ en IV van het besluit van 19 April 1929
blijven gedurende de hierboven genoemde periode van 5 jaren
van kracht, terwijl de datum, genoemd in IV, wordt ver-
vangen door 1 Maart 1936.

De Commissie besluit het haar door de Nederlandsche
delegatie ‘toegezonden rapport
1),
betreffende de ‘in Neder-
land gedane proefvaarten bij nacht, in de Organen voor de
mcd edeel’i ngen der Commissie te publ’ieeeren.
1)
Noot van het Zecreta’riaet:

Dit rapport heeft den volgenden inhoud:
Om vast te stellen of bijzondere voorwaarden, en, zoo ja,
welke, aan de scheepvaart moeten worden opgelegd voor
het gebruik van schijnwerpers, vermeld in cijfer 8 van
artikel 21 van het reglenient van politie, werd op 30 No-
vember 1930 een proefreis op de Waal gemaakt door de dienetboot ,,Christiaan l3run.ings” voorzien van een elco-
trischen schij’nwerper.
Teneinde ‘het effect van het gebruik van den schijnwer.
per op andere vaartuigen te kunnen waarnemen, werd de
,,Christ’iaan Brunings” vergezeld door de dienstboot ,,In-
specteur Rose”. Bovendien werd op vier punten, waar de
dijk ‘op den rechter oever van de Waal dicht hij de rivier
komt, een automobiel geplaatst om waar ‘te kunnen nemen,
waar de scheepvaart en het landsverkeer elkaar hinderen.
De reis ‘begon bij Tiel om 19 uur bij helder weer en don-
kere nacht. Het was twee dagen voor nieuwe maan. De reis
eindigde ‘kort ‘boven Nijmegen om 23 uur. Er woei een sw’ak-
ke wind uit het Zu,id.Zuid-Westen.
Ged’urende de reis passeerde men een groot aantal in
den stroom geankerde aken en sleepbooten, benevens drie
zeilschepen, welke opwaartsch voeren.
De electrische schijnwer.per met een lichtsterkte van 9000
kaarsen was geplaatst bij den voorsteven van de ,,Chris-tiaan Brunings”. Door middel van een speciale reflector.
inrichting was het mogelijk het licht in twee bundels te
scheiden, die onafhankelijk van elkaar gericht konden wor-
den, zoodat het mogelijk was de twee oevers tegelijk te
verlichten.

INHOUD.

BIz.

Mededeelingen van de Centr. Commissie voor de Rijnvaart 442

HET INTERNATIONALE STIKSTOFKARTEL door
Dr. M. W.

Hottrop …………………………………..
443

Grepen uit de havenstatistieken van Rotterdam en

andere West-Europeesche havens in 1930 1 door
Mr.

Dr. K. F. 0. Jandes

………………………..
446

Nogmaals het werkloosheidsvraagstuk door 1.
C.

Looijaard

………………………………..
447

BUITENLANDSOHE MEDEWERKING:

Het bankwezen in Amerika en de betrekkingen tot
het buitenland door
Prof. H. Parker Will is
…. 449

AANTEEKENINOEN:

De sociale verzekeringswetgeving in Italië ……450

Indexeijfers van groothandeleprijzen…………………452

MAANDCIJFERS:

Einissies in April 1931
.. .. .. . .

…………….
453

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN ……. . …….. 454— 460

Qeldkoersen.

1
Bankstaten.

1
Verkeerswezen.

WIsselkoersen.

1
Goederenhandel.

])e schijnwerper. kon in vertikale en in horizontale rich-ting worden bewogen. Het licht kon elk oogenblik worden
gedoofd.
De reis heeft aangetoond, dat een schijnwerper aan de
opwaartsche scheepvaart ‘diensten kan bewijzen en wel om
de volgende redenen:
10.
om cle oevers te herkennen evenals de zich daar even-
tueel beviuidende werken;
20. om zich te oriënteeren door verliëhting van de kilo-
meterpalen of andere bekende voorwerpen;
30. om het vaarwater en de voor anker liggende vaar-
tuigen te herkennen;
te.
om
zich rekenschap te geven van de ligging of van
de beweging van een ander vaartuig of ‘van een pontveer.
Door een plaatselijke verlichting der ‘twee oevers of van
één oever kon men zich zeer goed oriënrteeren en zeker vol.
doende om de werken op de oevers te vermijden. Van tijd
tot tijd was Jiet noodig d’en schijniverper op het vaarwater
te richten om zich rekenschap te geven van de juiste lig-
ging der voor ‘anker liggende ‘sleeptreinen. Het bleek wenschelijk den schijuwerper zoo te plaatsen,
dat hij door den gezagvoerder van het vaartuig kan worden
bediend, ‘zonder dat deze door het licht wordt verblind.
Gedurende de reis heerschte ‘een vrijwel gelijkwaardige
waterstand. Het water was te laag om de mogelijkheid te
kunnen beoordeelen om gedurende hôog water op den Waal
te varen met een •schij’nwerper en met, behulp van de be-
bakening. Maar daar niet alleen de bakens op de kibben
maar ook die op de oevers goed konden norden onder-
scheiden, schijnt het, dat er eveneens geen moeilijkheid zal
bestaan om dc drijvende boeien te zien.
Aan boord van de ,,Inspecteur Rose” die de ,,Christiaan
Brunings” dan weer volgde, dan weer voorbijvoer, kon men
oplflerkeil, dat, alg de schijnwerper voortdurend gericht
wordt op een vaartuig, varende in tegenovergestelde riéh-.
Ling, dat ‘vaartuig zeer wordt gehinderd. Zelf8 als een vaar-
tuig van achteren wordt verlicht en de bestuurder zich in
een hut bevindt met den rug naar het licht toe, hindert
een sterke’ verlichting van het vaartuig de scheepvaart.
Eveneens wordt’de gezagvoerder gehinderd door een bundel
stralen naast het vaartuig, welke als een mist werkt, waar-door het uitzicht wordt belemmerd.
Of de bundel stralen in tweeën wordt gesplitst, of dat
hij op een der oevers werd gericht, de stralen hinderden nauwelijks de’ andere vaartuigen. Een tegemoetkomend
vaartuig passeert den lichtbundel in enkele seconden en ‘als
men er niet recht in kijkt, wat bovendien ‘niet noodig is,
wordt men niet verblind.
Als de stralenbundel dwars over ‘het water werd gericht,
was dat voor den gezagvoerder van de ,,Chr,is’tiaan Bru-
nings” zelf het minst hinderlijk.
De schijnwerper, welke voor de ‘proef heeft gediend, had een groots lichtaterkte. Dergelijke sterke schijnwerpers zijn
voor de opwaartsche scheepvaart ‘op de rivieren in Neder-
land niet noodig en men kan aannemen, dat men ze niet
zal gebruiken, Toch blijkt het niet ‘noodig, een ma.xinium-
sterkte voor te schrijven, omdat de proef heeft uitgemaakt,
dat een oordeelkundig gebruik van een schijawerper met
groots lichts’terkte de andere vaartuigen zeer weinig hin-
dert.”

13
Mei
1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

443

In zekere gevallen kunnen de lichteu van een automo-hiel evengoed hinderlijk zijn voor de scheepvaart en kan omgekeerd een schijnwerper aan boord van een vaartuig
de automobilisteii op den oever hinderen. Maar in ‘t alge-
meen hinderen de stralen van den schijnwerper, dwars
over de rivier gericht, het landverkeer niet zeer.
Eenige dagen vOör de reis was een bekendmaking ge-
publiceerd, waarbij de schippers en de automobilisten, die
door de proef waren gehinderd, werden verzocht dit aan
de autoriteiten te berichten. Geen enkele klacht is binnen-
gekomen.
Op het einde van de reis moest de ,,Chrisbiaan Brunings”
in de rivier zwaaien en gedurende deze manoeuvre werd
het nut van den schijuwerper duidelijk bewezen. De gezag-
voerder kon den oever, de kribben en de andere goed ver-
lichte voorwerpen zien en zonder gevaar naderen.
De proefreis heeft aangetoond, dat:

lo. een schijnwerper bij doelmatig gebruik belangrijke
diensten aan de scheepvaart kan bewijzen;
2o. een .schijnwerper bij doelmatig gebruik de andere
scheepvaart en het verkeer op de oevers zeer weinig
hindert;
3o. het wenschelijk is, dat het licht van den schijnwer-
per gescheiden kan worden in twee bundels, zooda.t men
de twee oevers tegelijk kan verlichteen, terwijl de rivier
vÔSr he.t vaartuig in duisternis blijft gehuld;
40: de schijnwerper niet langer vOOr het vaartuig of op
andere vaartuigen of pontveeren gericht mag worden dan
noodig is om hun ligging te bepalen;
50. het wenschelijk is, dat de schijnwerper door den
gezagvoerder van het vaartuig kan worden bediend;
6o. het niet nooclig is, speciale regels betreffende de vaart
met schijnwerpers op te stellen.

Rijn v a a r t p 1 i t ier e g le men t.

Vasgeloopén vaartuigen.

Cijfer 2 van artikel 23 van het Rijnvaar.tpolitiereglement
wordt door den volgenden tekst vervangen:
,,Is een schip of een vlot iu de rivier vastgeloopen of
gezonken, dan moet de gezagvoerder daarvan op een stroom-
opwaarts geschikt gelegen plaats aan den Rijn een waar-
schuwingspost opstellen op een zoodanigen afstand, dat
stroomafwaarts varende schepen of vlotten tijd hebben om de
uoodige maatregelen te nemen. Hij is bovendien verplicht tot
het nemen van alle maatregelen, die in zijn macht zijn, om
in het gedeelte van de rivier, gelegen tusschen de plaats
van het ongeluk en den waarschuwingspost, de vaartuigen, welke uit de zijrivieren, zijtakken, kanalen en havenarmen
komen evenals de havenautoriteiten en de vaartuigen,
welke buiten de havens voor anker liggen, van het ongeluk te •verwittigen. Bij gebreke van andere afdoende middelen
moet hij te dien einde waarschuwingsposten op ‘daartoe
geëigende plaatsen opstellen. De waarschuw!ingsposten moe-
ten den gezagvoerders van stroomafwaarts varende schepen
en vlotten de plaats van het ongeluk .toeroepen. Zij moeten
bij dag met een roode vlag en bij nacht met een lantaarn
met rood licht zwaaien.
])eze waarschuwingsposten moeten zoolang op hun plaats
blijven, totdat zij bericht hebben ontvangen, dat bedoeld
schip of vlot weder vlot is geworden of dat op de onder
cijfer 5 bedoelde kennisgeving eene openbare bekendmaking
is gevolgd.
Deze bepalingen treden 1 Ootober 1931 in werking.
Den Commissarissen der Oevers

taten wordt verzocht aan
de Commissie de of ficiëele Akten mede te deelen, waardoor
de publicatie van deze bepaling in hunne respeetievelijke
landen is geschied.

In den Duitschen tekst van het Rijnvaartpolitieregle-
ment wordt de laatste alinea van cijfer 4 van artikel 23 als
volgt gewijzigd:
,,Bei Tag treten an die Stelle der vorgeschriebenen La-
terne weisse Flaggen, mindestens 0,75 m hoch und 1,00 m
lang, statt welcher uatem-ha2b der ,Spijk’schen Fëhre
schwar-
ze Kugelu von mindestens 0,50 m Durchmesser zu ver-
wenden sind.”
Deze bepaling treedt 1 October 1931 in werking.
Den Commissarissen van het Rijk en de Duitsche Oever-
staten wordt verzocht aan de Commissie de officiëele Akten
mede te deden, waardoor de publicatie van deze -bepaling
in hunne respectievelijke landen is geschied.

atum van de volgende zitting. -.

I)e volgende zitting begint Dinsdag 17 November 1931
om 10 uur en eindigt den 5en December daaropvolgende.

HET INTERNAÏIONALE STIKSTOF-

KARTEL.

Nu -de onderhandelingen te Parijs over ‘de verlen-
ging van het internationale stikstofkartel weder zijn
aangevangen en waarschijnlijk ‘binnen korten ‘tijd in

een beslissend stadium zullen t-reden, lijkt het oogen-blik gekomen eenige beschouwingen te wijden aan de
positie van dit kartel, dat -ook voor ons land, met zijn
jonge synthetische stikstofindustrie eenerzij-ds en zijn

belangrijk verbruik aan stikstofmeststoffen ander-
zijds, van- zoo groote be’teekeni-s is.

De Nederlandsche stikstofbindingsindus-trie is nog
van zeer recenten datum.
In
het najaar van 1929 kwam
‘de eerste fabriek ‘van synthetischen zwavelzuren am-
moniak, gbouwd -bij ‘de Hoogovens te Ijmuiden, in
bedrijf. In -den zomer van het vorig jaar volgde daarop
de fabriek -der Sta’atsmijnen te Lu’tterajde, terwijl -ten-
slotte eenige maan-den geleden ‘de aan een Belgisch/
Italiaansche groep behoorende fabriek te Sluiskil in
‘bedrijf werd -gesteld. Reeds thans overschrijdt de capa-
ci’teit -dezer drie fabrieken verre ‘de Nederlandsche be-
hoefte, niet alleen aan zwavelzuren ammoniak, welk
artikel tot dusverre uitsluitend geproduceerd werd,
-doch ook ‘aan stikstof in het algemeen. Tegenover een
totaal normaal verbruik van stikstofhoudende kunst-
meststoff en ‘van ongeveer
65.000
ton zuivere stikstof,
‘staat namelijk een productiecapaciteit, ‘die vermoe-
delijk voor het komen-de seizoen ca. 90 k 100.000 ton
stikstof zal ‘bedragen.

Niet alleen in Nederland, maar ook in andere lan-
den, heef t de stikstofbi.n’dingsindustrie in de laatste
jaren een zeer ‘groote vlucht genomen.

Reeds sedert 1920 ‘beijverde men zich in ‘verschillen-
-de landen, in het
bijzonder
in Frankrijk en Italië, om
een eigen synthetische stikstofiu’dustrie op te ‘bou-
wen, welke niet alleen .i.n tijden van ‘vrede in de na-
tionale behoefte aan st’i-kstodmeststoffen, maar vooral
ook in tijden van ‘oorlog in de ‘behoefte aan ontplof-
fin’gsmid-delen zou kunnen voorzien. Verscheidene
nieuwe procédé”s werden ontwikkeld, -doch een belang-
rijke uitbreiding van ‘de productie kwam v’oorloopig
niet tot ‘stand. Tot 1927 werd ‘de positie dan- ook ge-
heel beheersch-t door de
1.0.
Farbeninciustrie, -die –
met een productiecipaciteit ‘van
600.000
‘ton syntheti-
sche ‘stikstof bij een wereidproductie, ‘die i•n 1927
563.000
-ton bedroeg – practisch een monopolie had.

Na 1927 ‘echter begonnen de in andere landen on-
dernomen pogingen ‘vruchten te ‘dragen. Van ‘bijzon-
dere beteekenis was -daar’bij vooral het feit, dat men
er in slaagde, de zeer omvangrijke, en ‘tevens goedkoo-
pe waterstof bron, welke gelegen is in het kooksoven-
gas, aan de ammoniaksynthese -dienstbaar te maken.
Allerwegen werd -daarop i-nde kooksproduceereiide
landen met ‘den ‘bouw van stikstof fhrieken begonnen
en ‘de productie van synthetischen ammoniak ging na
1927 met zulke groote sprongen ‘vooruit, ‘dat reeds in
2 jaar tijd een verdubbeling verkregen was, (1927:
563.000
ton – 1929: 1.122.000 ton) en het verbruik
‘die snelle ‘ontwikkeling niet meer kon bijhouden. Het
feitelijke monopolie van ‘de
I. G.
was ‘gebroken en ‘de
statistische positie van ‘de ‘stikstof werd van jaar tot
jaar ongunstiger, hetgeen uit de volgende cijfers
‘blijkt:

1927/’28

1928f’29

1929/’30
Wereldproductie:

In tonnen zuivere stikstof
Ch’ilisalpeter …………

387.000 – 490.000

455.000
Bijproduct-ammoniak …..

390.000

425.000

425.000
Kalkst’ikstof ………… ± 205.000

210.000

264.000
Synth. ammoniak ……. ± 670.000

986.000 1.034.000
Totaal

1.652.000 2.113.000 2.178.000
Wereldverbruik ……… 1.604.000 1.872.000 1.959.000-

OverprodueMe ………..48.000 241.000 219.000

Door ‘deze cijfers wordt ‘de toestand eigenlijk zelfs
nog te -gunstig voorgesteld, in zoo’ver namelijk ten-
gevolge van de toegepaste productibeperking bij de
grootste producenten; -de toename van de synthetische

444

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13
Mei 1931

productie ten achter bleef bij •de toename van de ca-
paciteit. Zoo werd bi, voor het seizoen
19291’30
de
synthetische capaciteit (zonder kalkstilcstof) reeds ge-
schat
01)
ca.’ 1.500.000 ton.

Het was deze toestand van reeds bestaande overpro-
ductie en ‘accumulatie van voorraden, gepaard met
nog steeds voortgaanden aanbouw van talrijke nieuwe
fabrieken, welke op 1 Augustus 1930 tot het tot stand
komen van het Internationale Stikstofkartel – Con-

vention de l’Indust’ri.e de l’Azo’te (C.I.A.) – leidde.

Bijeengeroepen op initiatief van de reeds eerder tot zeer nauwe samenwerking gekomen groep van
Dui’tsch-Engelsch-Noorsche producenten (I.G. Far-
benindustrie, Imperial Chemical In’dus’tries, Norsk
Hydro Kvaelstoff) namen alle Europeesche synthet:i-
sche stikstoffabrieken, met slechts een enkele uitzon-
dering, aan de tot stand koming van de C.I.A. deel.
Tevens traden toe de ‘producenten van bijproduct-am-
moniak (‘gasfabrieken en kooksovens) voorzoover deze
deel uitmaakten van ‘de reeds langer in bijna alle lan-
den bestaande nationale verkoopkartels, terwijl boven-
dien door de Chil.isalpe’terindustrie financiëele mede-
werking werd verlen.’d. Buiten het kartel bleven

slechts staan do niet-Europeesche producenten, waar-
van alleen de Vereenigde Staten en J’apan van betee-
kenis zijn.

Het doel van het kartel
1)
was de productie van stik-
stofmeststoffen aan het verbruik aan te p’assen en de prijzen ‘te s’tabiliseeren. Als basis voor deze prijssta-
bilisatie koos men het bestaande prijspeil, of wel, in
enkele landen en voor enkele producten een ietwat
lager niveau. Teneinde te bereiken ‘dat, op de gestelde
prijsba’sis het aanbod de vraag niet zou overtreffen
en verder in Jie’t algemeen elke verstoring van cle
markt zou worden vermeden, werden ‘cle volgende
maatregelen getroffen.

In de eerste plaats w’erd een algemeen fonds ge-
vormd, waarin d’oor elk der deelnemers naar rato van
zijn procluctiecapaciteit werd bijgedragen en waarin
bovendien door de Chilisalpeterirudustrie een bedrag werd gestort. Dit fonds werd ‘bestemd om naar even-redighei’d ‘te worden verdeeld tusschen de producen-
ten, die vrijwillig tot beperking van ‘de productie be-
neden de hun ‘toegekende maximale quote zouden over-
gaan. Daar intusschen niemand tot deze productihe-
perking werd ‘gedwongen en ‘dus de zekerheid, dat
een evenwicht tusschen voorthrenging en verbruik ge-
vonden zou worden, ontbraic, was het noodig aan hot
fonds tevens een ‘tweede bestemming te geven, name-
lijk om onder bepaalde ‘omstandigheden te ‘dienen voor
het uit de markt nemen, van onverkoopbare hoeveel-
heden product. Zou, d’oor zulke aankoopen, het fonds
gedeeltelijk in goederen worden omgezet, ‘clan zouden
de producenten, die hun productie beperkt hadden,
de hun toekomen’de vergoeding ‘deels in den’ vorm van
eld, deels in ‘dien van product ontvangen.

In de tweede plaats werd voor elk de ‘deelnemende
landen een maximale produotiequote vastgesteld, ter
grootte van ‘ongeveer 70 pCt. ‘der werkelijke capaci-
teit. Deze quotes bedroegen volgens cle destijds ver-
schenen persber 1 chten voor ‘de synthetische productie
(in tonnen zuivere stikstof):

Duitschiand

………….
)
Engeland

…………….
840.000
Noorwegen

…………..
)
Frankrijk

…………….
75.000
België

……………….
73.500
Italië

……………….
39.000
Nederland..

…………….
28.400
Sluiskil

……………..
17.500 Polen

……………….
23.200
Wyry

(:Polen)

…………
8.700
Tsjecho.Slowakije
8.000
1.113.300

1)
Uitivoerige bijzonderheden
over
de C.I.A. worden ver-
meld in: Paul Maquenne ,,:La Couven’tion de ‘l’Indus’trie de
l’Azote, Chimie ut Industrie, Oct.
’30, p. 987
e.v.

Is het genoemde
cijfer
van 70 pOt. juist, dan zou
dus ‘de capaciteit der Europeesche synthetische in
dustrie voor 1030/’31 1.590.000 ‘ton hebben bedragen,
hetgeen op een wereldcapaciteit van minstens
1.850.000 ton zou neerkomen, ‘dat is ‘dus ca. 80 pCt.
méér ‘dan ‘de werkelijke productie in het seizoen
1929/’30.

in de derde plaats werden verschillende regelingen
getroffen met betrekking tot ‘de wijze van verkoop van
het product.

Voor ‘don verkoop in de deelnemende landen zelf
werd het principe aanvaard, ‘dat ‘de nationale markt
zou worden gereserveerd voor ‘den nationalen produ-
cent, een beginsel, dat als een van de gron’dpeilers
dier C.I.A. ‘beschouwd kan’ worden. De verkoop in elk
‘cleelnemend land werd in handen gegeven van het

nationale verkoopkartel en invoer uit andere landen
zou slechts plaats vinden, voorzoover de nationale pro-
duc’tie niet in de behoefte zou kunnen voorzien. Voor
de Nederlandsche producenten, met ‘hun voor export
zoo gunstige geografische ligging beteeken’de ‘de aan-
vaardin’g van dit protectionis’tische beginsel een zeer
belangrijk offer.

Voor den vericoop op ‘de exportmarkten werd een
regeling van zeer ingrijpen’den aard getroffen. De ge-
heele export werd namelijk in één hand gelegd, en wel
in die van de Duitsch-Engelsch-Noorsche groep, die
reeds over de geheele wereld haar verkooporganisatie
bezat. Alle overi’ge ‘deelnemende landen, uitgezonderd
Nederland, waarmde een ietwat andere regeling werd
getroffen, zagen van zelfstandigen export af, in ruil
voor een bepaald aandeel ‘in den totalen export-afzet van de D.E.N.-groep. Aldus werd vermeden’, dat het product langs verschillende kanalen op de markt zou
worden gebracht, hetgeen ongetwijfeld tot onoverko-
melijke moeilijkheden hij de handhaving ‘der prijzen’
zou hebben geleid.
Tenslotte werden nog voor do geh ccle wereld voor
de voornaamste syn’thetische meststoffen, als ook
voor de chilisalpeter minimu’mprijzen vastgesteld,
waardoor ook een prijzenconcurrentie met de Chile-
nen werd uitgesloten. Deze vaststelling van de on-
derlinge prij’sverhoudiug tussehen de Chilisalpeter en
de synthetische meststoffen v’ormde’den eeni’gen scha-
kel waarmede ‘de Chilenen, andeis dan door hun bij-
drage in het algemeene fonds, aan de C.I.A. vebon-
(10fl
varen. Een beperking van productie of afzet werd ‘aan Chili niet opgelegd.
* *
*

IDe hierboven geschetste regeling heeft thans een
seizoen ‘gewerkt en de vraag kan ‘dus worden gesteld,
of zij voldaan heeft, en of uit ‘dien hoofde een ver-
lenging van het kartel is.te verwachten.
Een positief antwoord op deze vraag valt moeilijk
te geven en ‘de appreciatie zal ook ongetwijfeld, al
naar de ‘bijzondere omstandigheden der onderschei-
done deelnemers, verschillend zijn. in vele opzichten
is het afgeloopen seizoen voor de stikstofin’dustrie
zeer teleurstellend geweest. In plaats van ‘de ver-
wachte toename van het verbruik is, tengevolge van
den on’gunstigen toestand in ‘den landbouw, een ver-
mindering van het verbruik inge’treden, welke op

niet minder dan 25 A 30 pOt. wordt geschat. Dien-
tengevolge zijn de voorraden nog verder gestegen en worden deze op 900.000 á 1.000.000 ton stiks’tof ge-schat. Teleurstelling is ook gobracht, in het bijzonder
ini Nederland en België, door het feit, dat ‘de weinige
Europeesche du’tsiiders toch nog een zoo sterken
marktverstorenden invloed hebben kunnen uitoefe-
nen. Niet alleen ‘de Europeesche outsiders, ‘doch ook
de Amerikanen ‘hebben trouwens ‘de markten in de
C.I.A.-ianden verontrust, terwijl ook het feit, dat
met J’apan geen regeling getroffen was, zich heeft
gewrokeo, doordat ‘de 3apanners op de exportmark-
ten in het Verre Oosten, waaronder ool Neder-
landsch-Indië, ,verstorend optraden, ‘terwijl boven-dien in J’apan zelf, tot dusver nog steeds een van de

13 Mei 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

445

belangrijkste exportmarkten, een zoo felle prjsstrijd

is ontstaan tueschen de Duitsch-Engelsche impor-
teurs en de inheemsche producenten, dat de prijzen
er tot een ongekend laak niveau gedaald zijn.

Voor al deze kwesties zal, wil een verlenging tot
stand gebracht worden, een betere oplossing gevon-
den moeten worden dan. in het vorige seizoen, het-
geen zeker niet gemakkelijk zal vallen.

De grootste moeilijkheid voor een accoord ligt ech-
ter in de onderlinge Ibelangenrtegenstelling tusschen ‘de aan de C.I.A. deelnemende landen, welke aan een
gelijke verdeeli.ng
der ‘te brengen offers in den weg staat.

De statistische positie van het kartel is voor het
komende jaar n’og ongunstiger dan in het afgeloopen.
Eenerzij’ds staat men voor een vermindering van het
verbruik, waarvan geenszins voorspeld kan worden of zij in ‘het volgende •door een herstel gevolgd zal
worden. An’derzij’d staat men voor een verdere toe-
nwme van ‘de productiecapaciteit, niet alleen in

Europa, doch ook in ‘de Vereenigde Staten en Japan.
Werd voor het seizoen
19301’31
•de synthetische capa-
citeit der bij ‘de C.I.A. aangesloten fabrieken ,op
1.590.000 ton stikstof geraamd, dan moet deze voor
het seizoen 1931f’32 zeker op circa 1.800.000 ‘ton wor-
den gesteld. Voegt men daailbij een productie ‘van
minstens 200.000 ton bijproduct-amm’oniak, ‘dan wordt’ de totale capaciteit der C.I.A. leden minstens 2.000.000
ton stikstof. ]Eliertegenover staat, op ‘basis van het
verbruik in het af’gelo’opeu seizoen een afzetmoge-
lijkheid van ‘stikstof in de ‘geheele wereld ter grootte
van hoogstens 1.500.000 ton. Trekt men daarvan af
het deel, ‘dat geleverd zal worden door de Chilisal’pe-

terindustrie, :de kalkstikstofin’dustrie en door ‘de pro-
ducen’ten in Amerika en Japan, ‘dan blijft aan afzet-
mogelijkheid voor de O.I.A.-leden ‘niet veel meer over
‘dan ‘hoogstens 800.000
á
850.000 ton, dat is niet veel
meer ‘dan 40 pCt. van ‘de capaciteit. Dit ‘beteekent
dus, ‘dat gemiddeld ‘de C.I.A.-leden hun productie
met bijna 60 pCt. zouden moeten beperken, tenzij
men er in zou slagen ook de Vereenigde Staten en
Japan in ‘de overeenkomst te betrekken, teneinde al-
‘dus ook op de daar gevestigde ‘pröducenten een deel
van ‘de reductie te kunnen afwentelen. Nemen wij
echter voor een oogenblik aan, ‘da’t de reductie van
bijna 60 pCt. inderdaad noodig is. Welke producenten
zullen zich ‘dan bereid toonen hiertoe over te ‘gaan?
Het is juist ‘bij de beantwoording van ‘deze vraag, ‘dat

de belangentegenstel1ing tusschen ‘de verschillende
leden ‘der C.I.A. ‘duidelijk ‘te voorschijn treedt. Want
niet, of ‘althans niet in zulke mate, zullen in ‘deze
reductie willen ‘deelnemen de producenten van het bij-
product-ammoniak, ‘die alleen h’eperken kunnen ‘door
het ‘bij hèn nu eenmaal ‘beschikbaar komende ammo-
niakwater niet verder te verwerken. Evenmin zullen
daartoe geneigd zijn ‘de producenten,’ wier nationale markt, waarop zij ‘den voorrang genieten, in verhou-
ding tot hun productiecapaciteit groot genoeg is om

een veel aanzienlijker ‘gedeelte, of ‘mogelijk zelfs
bijna het ‘geheel van hun productie plaatsing te doen
vinden. Ook zullen zich daartegen verzetten ‘de vele
kleine producenten, die er zeker van kunnen zijn,
‘dat in geval van ‘strj’d ‘althans zij in staat zullen ijn’
het grootste ‘deel ‘hunner productie ‘onder te brengen.
Dit alles be’teekent echter, ‘da’t dus ‘d’e groote’ produ-
centen in hun pro’duc’tiebeperkin’g nog veel verder
dan tot 60 pOt. zullen moeten gaan. Het is ‘de vraag
of ‘daarbij niet spoedig een grens ‘bereikt zal worden, waar ook voor hen het belang ‘bij het in stand houden
van het kartel ‘te gering gaat worden.

In’tusschen kan niet ontvein’sd worden, ‘dat de sta-
tisti’sche positie van de stikstofin’dustrie dermate on-
gunstig is, ‘dat wel zeer sterke krachten tot een ac-
coord moeten dringen, vooral ‘daar nu toch in het vo-
rige j’aar een eerste grondslag ‘daarvoor tot stand is
gekomen. De gevolgen van een al’gemeenen prijsstrjd zouden, in het ‘bijzonder voor ‘de groote producenten,
en ‘ook, vooral niet te vergeten, voor de Ohilisalpe’ter-

industrie, ‘die juist zulke zware fin’anciëele lasten op
zich heeft genomen, z66 ernstig zijn, da’t zij zeker alles
in ‘het werk zullen stellen deze te verhinderen. Het is
duidelijk, dat bij een prijsoorlog ‘de statistische posi-
tie van •de stikstof, van welk product in het alge-

meen wordt ‘aangenomen, •da’t ‘de wereldvraag niet
zoo elastisch is en meer reageert op intensieve pro-
pagan’da dan op prijsverlaging, niet veel zou ver4bete-
ren. Er zou ook dan een bijna e’vén groote productie-
beperking moeten plaats vinden en het lijdt ‘geen twij-
fel, ‘dat ‘deze in da’t geval vooral zou worden afgewen-
teld op de groo’te producenten, ‘daar het voor ‘de klei-

neren ‘altijd veel minder moeilijk zal zijn hun pro-
ductie ‘te plaatsen.

De geschets’te situatie wordt nog in het ‘bijzonder
gecompliceerd d’oor het fei’t, dat verscheidene landen
zich bij ‘de onderhandelingen over ‘de verlenging van
het kartel waarschijn’lijk ‘gesterkt weten door poten-
tieelen steun op ‘han’delspoli’tiek ‘gebied. Landen als
Frankrijk en Italië, ‘die ‘de krach’tigste verdedigers
zijn van het beginsel van ,,’de nationale markt voor
den na’tionalen producent” en ‘die aan ‘dit beginsel
groote voordeelen ‘ontleenen, zou’den zich ‘daarop nooit
met zooveel kracht kunnen beroepen, indien zij er
niet van overtuigd waren, dat zij ‘deze nati’onale
markt, ook indien het tot een ‘breuk mocht komen,
in elk gva1 voor zich zullen behouden en, ‘door de
instelling van invoerrechten, gevrijwaard zullen blij-
ven van buitenlan’dsche concurrentie. Zonder twijfel
zullen in genoemde lan’den en ook ‘bijv. in Polen en

Japan de regeeringen verhinderen, ‘dat ‘de voor de
nationale verdediging noodzakelijk geachte stikstof-
fabrieken worden blootgesteld aan ongebreidelde bui-
tenlandsche concurrentie. Heeft niet reeds voor en-

kele dagen T’ardieu in een rede ‘te Bour’ges gezegd,
dat hij zou overgaan tot een ‘beschermen’d stelsel van
in’voervergun’ningen op salpe’termeststoffen, teneinde
‘den bouw van de noodige fabrieken in Frankrijk te
bevorderen?

Wat voor de bovengenoemde landen ‘als vrijwel
zeker m’ag worden aangenomen, ‘lijkt voor landen als
Duitschland en de Vereeni’gde Staten waarschijnlijk.
Het is bijna niet aan ‘te nemen, ‘dat de Duitsche re-
geering ‘den in’voer van •groote hoeveelheden stikstof-
mes’bstoff en in Du.i’tschlan’d vanuit België, Nederland
en Polen, en ‘de ‘daarmee gepaar’d gaande ‘belasting
van ‘de Dui’tsche betalingsbalans zou ‘dulden, wanneer
‘tegelijk andere landen hu’n grenzen voor ‘den Duitschen

export sloten en de Dui’tsche industrie ‘daardoor tot
beperking harer productie zou worden gedwongen.
‘En wat ‘de Vereenigde Staten ‘betreft, ‘dat juist in het
vorige jaar zijn invoerrecht ‘op zwavelzureni ammo-
nitk afschaf’te, ook ‘daar zou’den vermoedelijk wel
maatregelen genomen worden als ‘de toestand voor
den eigen producent eens al ‘te nijpend mocht worden.
Zoo ‘dreigt i’n’derdaad, bij een eventueel uiteenval-
len ‘der C.I.A., een zeer belangrijke groep producten,
welke tot ‘dusver zoo goed als geheel aan ‘den handels-
politieken
strijd
onttrokken ‘bleef, daarin te worden
betrokken, met ‘alle fatale ‘gevolgen van ‘dien. Want
‘de toch reeds in vele van ‘de genoemde landen zoo
zwaar ‘beschermde, en desondanks zoo zwak staande
landbouw, zou zeker niet nalaten compengaties te ver-
langen, indien een v’an haar belangrijke grondstoffen
met invoerrechten zou worden belast. Hoe ongunstig
onder zulke omstandigheden de positie van ‘de stik-
stofindustrie in ‘de vrijhandelslan’den, zooals Enge-
land, België en’ ‘Nederland zou worden, is ‘duidelijk.
Het resultaat van de Parjsche onderhandelingen
zal dan ook zeker ‘in ons land, waar, mede door den
Staat zulke belangrijke kapitalen in ‘de stikstof bin-
ding zijn geïnvesteerd, met belangstelling worden
tegemoet gezien.
1)
‘ M. W. H.

1)
Te dezer plaatse wijzen wij tevens op het boek van
Prof. Dr. H. Grossma.nn en ])r. P. Weicksel: Die Stick-
stoffindustrie der Welt
(Berlin, Sept. 1930, Aligemeiner
Industrie-Verlag Gm.b.H. Prijs R.M. 14.—). (Red.)

446

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Mei 1931

klm

GREPEN UIT DE HAVENSTATISTIEKEN VAN

ROTTERDAM EN ANDERE WEST-EUROPEESCHE

HAVENS IN 1930.

I.

liet neerschrijvén van eenige aanteekeningen be-
treffende de havenbeweging in het afgeloopen jaar
is geen opwekkende arbeid, want de crisis heeft ook op
dit gebied bijkans niets gespaard, en overal wijzen
do cijfers op neergang en depressie.
Dit geldt in de eerste plaats voor de totale scheep-
vaart- en goederenvervoercijfers, al doen zich hier en
daar eenige teekenen’de uitzonderingen voor.

Tonn.a.ge
der aangekomen zeeschepen

1913

1929

1930
Rotterdam

12.788.342

21.544.793

20.535.930 N. Waterweg

13.748.784

25.481.866

25.442.822
Amsterdam

2.626.579

5.685.923

5.630.498
Hamburg ..

14.185.496

21.965.410
1
)

22.438.257
1
)
Bremen… ….

4.508.579

8.670.719

8.660.659
Antwerpen

12.024.796

20.676.337

19.840.694
Gent

902.211

2.494.282

2.497.959

Is, gelijk geegd, de algemeene tendens ‘dezer cijfers
ongunstig, tevens wijzen zij echter uit; .dat Hamburg
nog een kleinen vooruitgang wist te boeken, terwijl
de Nieuwe Waterweg, Amsterdam, Bremen en Gent
niet al te veel onder het peil van 1929 zakten. De
laatste haven kwam ‘daar zelfs boven uit. Bepaald
van belang is slechts de teruggang van Rotterdam en

Antwerpen.
Van meer werkelijke waarde zijn intusschen de vol-
gende cijfers betreffende het kwantum ter zee aan-
en afgevoerde goederen (tonnen van 1000 KG.).

1913

1929

1930
Rotterdam ..

29.419.482

36.493.562

32.981.528
N. Waterweg

41.180.227

38.163.644
Amsterdam

6.393.269

5.892.134
Hamburg ……
25.457.910

26.976.154

25.847.102
Bremen……..
6.471.346

6.295.439


Antwerpen ….

18.871.934

26.211.562

22.105.081
Gent ……….
1.906.204

8.696.321

9.939.967

Het, beeld, dat ‘deze cijfers opleveren, is heel wat
ongunstiger dan dart der vorige tabel. Behalve voor
wat betreft Gent, dat ondanks alle ‘depressie voort-
durend vooruit gaat, was immers van handhaving der
cijfers van 1929 nergens sprake meer, en ook Ham-
burg heeft, evenals de Nieuwe Waterweg, een veer
moeten laten. Een en ander wijst erop, dat het goe-
derentransport zeer is afgenomen, doch ‘dat zooveel
mogelijk scheepstonnage in de vaart is gehouden,
zoodat de lading per schip verminderde.
Vn dit laatste verschijnsel zijn de vplgende cijfei-s
sprekende getuigen:

Ge?niddelde geloste lading der ingekomen schepen (in ton-
nen van 1000 EG. per ,n.r.t.):

1929

1930
Rotterdam

1,06

1,01
Hamburg

0,82

0,74
Antwerpen

0,61

0,53

Gemiddelde’ ingenomen ladin,g der uitgaande schepen (in
tonnen ‘,jan 1000 EG. per

1929

1930
Rotterdam

0,63

0,60
Hamburg

0,40

0,42
Antwerpen ……
0,66

Bij een nader,e beschouwing ‘der
cijfers
omtrent het
goederenverkeer zien wij, dat ook te ‘dozen a’anziei piet
ai1 havens ‘gelijkelijk ‘door de crisis ‘getriff en zijn.
Hamburg ging bijv. slechts 4,2 pOt. bij 1929 achteruit,
terwijl Rotterdam en Antwerpen .,6 pOt., respectie-
velijk 15,6 pOt. van het in 1929 vervoerde kwantum
in’boetten. Ook .doen zij ons zien, dat Rotterdam’s aan deel in het goederenverkeer ter zee langs den Nieuwen
Wateeg afnam. Ach’ten wij on’der het laatste ook
dat van Dordrecht begrepen, ‘dan daalde Rotterdam’s

1)
De ‘in dit artikel voor Hamburg vermelde cijfers heb-
ben voor wat de jaren
1929
en
1930
betreft, betrekking
op de geheele ,,Hamburgïsch-Preusische Hafengemeinschaft”.

aandeel in het af’geloopen jaar van 88 pOt. tot 85 pOt.
van het totaal, zulks voornamelijk door het zoowel in
absolu’ten, al’s rela’tieven zin zeer ‘gestegen aandeel
van Schiedam. Waar echter ook do satelliethavens
Vlaardingen, Vondelingenplaa’t, Maassluis, Poortozs-
haven en Dordrecht hun havenverkeer zagen toene-
men, duidt een en ander er wel op, dat met Rotter-
dam iets niet in ‘den haak is.

Ontleden wij het goederenverkeer naar
massagoed
en
stukgoed,
waaronder wij hier ook rangschikken

het massaal vervoerde stukgoed, dan zien wij ook weer
hij al deze 3 types van vervoer en in alle West-Euro-
peesche havens ‘de teekenen ‘der depressie. Het sterk-
ste doet zich uiteraard ‘de inkrimping van het massa-
goedverkoer te Rotterdam gevoelen, omdat het ‘daar
zulk een vooraanstaande plaats inneemt. Van 1929 tot
1930 daalde n.l. het totaalcijfor van 28.931.099 ton,
tot 26.422.076 ton. Intusschen is ‘bijna van meer be-
lang nog voor ‘de algemeene welvaart in het haven-
bedrijf, vooral met het oog op ‘den ‘terugslag, ‘die
zulks heeft op het lijnibootverkeer, de teruggang van
het ‘stukgoed. Hiervan daal’de te Rotterdam het kwan-tum van 1.565.416 tot 6.559.452 ton.

Aangezien ‘de teruggang van het stukgoedverkeer
over Hamburg en Amsterdam, en waarschijnlijk ook
te Antwerpen (het cijfer v’an 1.929 is hiervoor niet
bekend, vel ‘dat van 1928 en 1930), veel geringer

was, moet het afgel’oopen jaar voor Rotterdam, spe-
ciaal voor wat het stukgoedverkeer ‘betreft, uiter-
mate ongunstig genoemd worden. Van al ‘het stuk-
goed, dat over de evengenoem’de 4 havehs werd ver-
scheept, ontving Rotterdam in 1930 slechts 18 pOt.,
terwijl het in 1921 tenminste nog 20 pOt. daarvan in
zijn havens zag.

In an’dere vergeljkingscijfers uitgedrukt: het stuk-
goedverkeer bedroeg te Rotterdam in 1.930 19,9 pOt.
van het totale ‘goederenvervoer aldaar, tegen 27,6
pOt, in 101.3 en 22,3 pOt. in 1928. Hoe .gerin’g naar
verhouding ‘dit aandeel i’s, ‘blijkt uit de omstandigheid,
dat te Hamburg, Antwerpen en Amsterdam in het
laatste jaar het stukgoedverkeer 56,5 pOt., 48,4 pOt.

en 52,1 pOt, van het totale goederenverkeer in ‘die
havens uitmaakte.

Om tenslotte weer door een andere ‘groepeeripg ‘den
ach’teruitgan.g van het Rotterdamsche stukgoedtran-
sport te,demonstreeren: dit bedroeg
in’
1930 81 pOt.
van dat in 1913, tegen’over 100 pOt. in Hamburg en
1,34 pOt. te Antwerpen.

Zooeve.n werd al één
zijde
eener w:isselwerki.n’g
aangestipt, n.l. dat een geringe aanvoer van stukgoed
het lijn’bootenverkeer bemoeilijkt; het is ‘duidelijk, dat
omgekeerd ook het uitschakelen onzer havei uit het vaarplan van lijnbooten het stukgoedverkeer verder
ongunstig zal ‘beïnvloeden.

Een merkwaar.digen kijk op het berekkeljk ‘geringe
kwantum goederen, dat ‘gemiddeld door een stukgoed-
boot (ljnboot) gelost en ‘geladen wordt, verkrijgt men,
indien men het geladen en geloste stukgoed ver-
gelijkt met de ‘tonnage ‘der ‘schepen, dië werden in-en uitgeklaard als voeren’de ‘stukgoed en gemengde
lading. De ‘gemiddelde alhier geloste lading stukgoed
dier ingekomen schepen ‘bedroeg n.l. in 1930 474 ‘ton,
de gemiddelde ingenomen lading stukgoed ‘der uit-
gaande stukgoedschepen 489 ton. Daarentegen was de
gemiddelde hier geloste lading massagod per tramp-
boot 4.734 ‘ton en ‘de ‘gemiddelde hier ingenomen la-
ding massagoed per ‘schip 3.491 ‘ton.
Al wordt erlden’d, ‘dat een ton stukgoed moer haven-
geld verdraagt ‘dan een ton massagoed, zoo is o.i. in
een en ander toch een duidelijke vingerwijzing ge-
legen, in welke richtin’g op het voetspoor van Arit-
werpen, Amsterdam en verschillende andere havens
een herziening van het Rotterdamsche haven’gel’d zal

moeten gaan.

Veel verschil in de
,,havenbalans”
‘bracht 1930 niet.
Als steeds was deze te Rotterdam ongunstig, evenals

13 Mei
1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

447

trouwens te Hamburg en Amsterdam, zooals ‘de onder-
staande cijfers getuigen:
Verhoudiing tusseheii de ter ree aan- en de ter zee uit ge-
voerde goederen:

1928

1929

1930

Rotterdam .. .
100 : 65

100 : 59

100 : 59
Hamburg….

100: 52

100: 49

100: 56
Antwerpen ..

100:129

100 : 108

100: 111
Amsterdam..

100 : 53

100 : 51

100: 46

Een splitsing van het .goederenvervoer naar
landen

van herkomst en bestemming
‘toont aan, dat Rotter-

dam zeer voornamelijk op Europa is ingesteld,
zoowel en met name voor wat betreft den uitvoer
(10.771.671 ‘ton op het totaal uitgevoerd kwantum
van 13.363.773 ton) al’s bij den invoer (13.045.545
ton op het totaal aangevoerd kwantum van 20.763.900
ton). Daarna volgen in belangrijkheid Amerika,
Afrika, Azië en Australië. In Hamburg is ‘de verhou-
ding ander’s, aangezien het vervoer op Europa aldaar

een minder overheerschen’de rol speelt en er naar
verhouding meer van en naar Amerika verscheept
wordt.

Een enkel woord en c•f er moge hier in.gevlochten
worden over het goedereuvervoer ter zee met
,Sow jet-
Rusland.
Uiteraard heeft men zich ‘te Rotterdam ver-
heugd, ‘dat het Russische ‘graan hier weer wat rijke-
lijicer aanekomen is, maar overdreven voorstellingen
moet men zich hiervan toch niet maken. Vergelijkt
men de ‘statistische gegevens van 1913 (waarbij even-
wel een zekere reserve past) met die van 1930, dan ‘bedroeg het in 1930 alhier aangevoer’de Bussische
graan, n.l. 485.484 ton, nog niet 3′ van dat van 1913.
Gunstiger is de verhouding ten aanzien van het Rus-
sische hout, daar hiervan in 1913 pl.m. 1.100.000 ton
wesci aangevoerd en in het afgeloopen jaar 607.977
ton, met het hout uit de Russische successiestaten te-
zamen zelfs 1.088.502 ton. Alles bij elkaar bedroeg
het verkeer ter zee met Rusland en ‘de Russische
successies-taten (Polen niet medegerekend) in ‘dit jaar
2.242.539 ton of niet meer dan 36 pOt. van dat in
1913. Neemt men het verkeer enkel met de Sowjets,
dan zakt’ dit cijfer tot 1.402.027 ton en het correspon-
cleerend percentage tot 22 pOt.

Naar ‘verhouding zijn ‘de resultaten van het verkeer
op Rusland voor Hamburg beter, aangezien hier be-
rei’ds het voor-oorlogsche peil ongeveer werd bereikt,
wanneer althans de successiestaten worden mede-
beschouwd. Zulks wordt wel in de eerste plaats ver-
oorzaakt door ‘den zeer opgevoerden aanvoer van Rus-
sische olie, waarvan Hamburg het distributiecentrum
voor Centraal-Europa is. Een overeenkomstige, zij
het ‘ook bescheicléner functie vervult, naar verluidt,
Antwerpen voor Noord-West Europa. Vandaar komt
ook de Russische olie per binnenschip in ons land.

Uit de veelheid der cijfers betreffende’ het goede-
renvervoer naar warensoorten kunnen slechts een paar
grepen betreffende de ‘belangrijkste gedaan worden.
Daaronder behooren in de eerste plaats de
steen-
kolen,
waarvan het vervoer nog steeds de ruggegraat van het Rotterdamsch havenverkeer vormt. Ook hier
echter vertoont wederom onze haven een teruggang.
De aanvoer van Engelsche kolen daalde nl. van
1.601.702 ton tot 1.314.967 ron. Daarentegen werd over
Hamburg een grooter kwantum Engelsche kolen dan
in 1929, n.l. 3.876.834 ton, aangevoerd, terwijl mede
de aanvoer van kolen over Antwerpen zeer aanzienlijk
was (1.211.611 ton) en ook Amsterdam zijn aanvoer
zag toenemen (788.458 ton in 1930).

De uitvoer van Nederlan’dsche kolen over Rotter-
‘dam was ongeveer stationnair (in 1930 1.253.247 ton),
d’och sterk bleef ten achter de export van Duitsche

steenkool (van 10.480.691 ton in 1929 viel deze ‘tot
9.360.403 ton in 1930), hetgeen wel voornamelijk te
wijten is aan ‘de wijziging in ‘de regeling der levering
van reparatiekolen aan Italië. Werd in 1928 en in
1929 telkens bijkans vier millioen ton kolen naar dit

land verscheept, in 1930 bedroeg het kwantum slechts
rond 2.700.000 ton.
De vermindering in het scheepvaartverkeer te ‘dezer
stede had uiteraard ook een teruggang in de
bunke-
ring van schepen tengevolge, hetgeen mede te Amster-
dam het ‘geval ‘was, terwijl te ‘Schiedam met zijn
stijgend scheepvaartcijfer, 100.000 ton meer bunker-
kool werd verladen. De recente herziening van het
Rotterdamsche havengel’d voor schepen, ‘die alleen
komen bunkeren, had vooralsnog ‘slechts het poovere
resultaat, dat 16 schepen daarvan ‘gebruik maakten
(in 1928 en 1929 geen enkel).
Een nog ongunstiger beeld vertoont ‘de erts-over-
slag, welke terugliep van 10.366.450 ton tot 8.697.772
ton tengevolge van de slapte in het Ruhrgebied en de
groote voorraden aldaar; daarentegen nam de aanvoer
van
granen,
dank zij ‘den hierboven gesignaleerden
overslag van Russisch graan dit jaar een hoogere
vlucht dan in 1929, al werden ‘de cijfers van 1913,

1927 en 1928 niet ingehaald. Wel was in het bijzonder
de aanvoer van maïs en gerst ‘gunstig.
Tenslotte mogen, om met een zeer gunstig stukgoed-
artikel te eindigen, eenige
cijfers
genoemd worden
ten a’anzien van den aanvoer van vruchten. Ondanks
‘de ‘depressie ‘schijnt ‘voor deze consumptieartikelen in
Europa een steeds toenemende vraag te ‘bestaan, het-
geen, zooals ‘de volgende tabel uiti,vijst, aan Rotterdam,
Hamburg en Bremen ‘ten ‘goede komt.

,,i,an’voer van zuidvruchten zonder bananen:

1913

1928

1929

1930
Rotterdam ……..
± 60.000

76.240

94.743 1.10.954
Hamburg ………
220.745

260.636 202.793 307.276
Antwerpen …….
± 33.500 ± 50.000


Amsterdam …….

48.340

55.415

63.472

Aanvoer van bananen:

Rotterdam


81.232
93.264
114.115
Hamburg

………
28.939
23.047
16.421 12.678
Bremen ………..
3.304
.
80.949
97.565
111.347

Aanvoer van andere vruchten:

Rotterdam

….. …

±
23.774 52.949 73.041 69.907 Hamburg

………
67.060
166.067 123.945
163.597 Antwerpen

…….±
13.935
21.219
– –
Amsterdam

…….-
9.994 8.117 7.256

(Blot volgt.)

K. F. 0. JAME5.

NOGMAALS HET WERKLOOSHEIDSVRAAGSTUK.

In ‘deze kolommen is reeds eenige malen de aan-
‘dacht gevraa’gd voor het werklooshei’dsvraagstuk, en
verschillende oplossingen o.a. loonsverlaging, werk-verruiming, plan Hoover, werden besproken.
1)

Ik meen niet te mogen nalaten een, tot nu toe in

de Nederlandsche pers en vaktijdschriften vrijwel on-
‘besproken gebleven poging tot oplossing – wélke ik,
om een ‘germanisme te vermijden, met het Duitsche
woord ,,Arbeitsstreckung” zal blijven aanduiden –
aan ‘de lezers voor ‘te leggen.
De opzet is zeer eenvoudig. Inkrimping van ‘den
arbeidstijd met evenredige vermindering van het
totaalloon, en tewerkstelling van een aantal werk-
loozen, zoodat ‘dezelfde hoeveelheid arbeid verricht
kan wor’den. Het komt ‘dus practisch n’eer op een
evenredige verdeeling van den voorhanden zijnden
arbeid over alle aanwezige arbeidskrachten. Theore-
tisch zou hiermede ‘dus ‘de werkloosheid uit de wereld
geholpen kunnen worden. Het schijnt niet van ‘be-
lang ontbloot ‘de gevolgen van de ,,Arbeitsstreckun’g”
even zeer in ‘het kort na ‘te gaan.
In de eerste plaats ‘beteekent het een vermindering
van ‘koopkracht voor ‘de thans werkende arbeidérs.
Deze koopkrachtvermin’dering zal zich vooral mani-

festeeren in de luxe-artikelen en in ‘de besparingen.
Daartegenover staat een k’oopkrachtvergrootin.g voor
de dan te werk stellen lieden, welke zich vooral zal
uiten in de eerste levensbehoeften.

1)
Cf. Mr. D. J. Hulshoff Pol in het nummer van
2914131,
die, evenals ondergeteekende, de werkloosheid voorname-
lijk’ wijt aan de rational.isatie.

448

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Mei 1931

Resultaat is dus een verschuiving ten gunste der
eerste levensbehoeften en een vergrootin.g van den
to’taalomzet van goederen door de verminderde be-
sparingen, wat bij. de huidige .gedruim’te niet anders
dan gunstig genoemd kan worden.

Daarbij komt de enorme besparing voor Staat, Ge-
meenten en werklooshei’dskassen door ‘do verminde-
ring der werkloosheid.

En last not least de groote moreele invloed, die
werkloosheid ten kwade en arbeid ten goede uit-
oefent

Ik zal de eerste zijn om toe te geven, .dat prac,tische uitvoering van ‘deze idee op groote ‘bezwaren zal stui-
ten; in sommige bedrijven en industrieën zelfs ‘on-
uitvoerbaar zal zijn.
In de ‘diamantnijverheid zou doorvoering van ‘dit
plan tengevolge hebben, dat de arbeiders zoo kort
zouden werken, dat ze allen vrijwel niets zouden ver-
dienen. In de meeste industrieën is ‘de werkloosheid
echter van dien aard, dat inkrimping met een ‘betrek-kelijk klein percentage van den arbeidstijd voldoende
is, om allen werkloozen arbeid te verschaffen.
De te werkstelling van een ‘grooter aantal arbeiders
zal over het geheel weinig bezwaarlijk zijn, daar de
meeste
bedrijven
met meer azibe.iders gewerkt hebben
en er dus ruimte en machinet zijn.
Is ‘dit niet mogelijk, dan kan als regel nog wel in
ploegen gewerkt worden. Een eerste vereischte is
echter ‘de goede wil, het ernstige streven van allen,
zoowel arbeiders als werkgevers, Overheid en volk, om
uit ‘dezen toestan’d te ‘geraken.
De arbeiders moeten zooveel solidariteit bezitten, dat zij een deel van hun inkomen af willen staan om
zoodoende hun werklooze kameraden weer een mensch-
waardi’g bestaan te verschaffen.
De werkgevers moeten ‘de extra administratieve
werkzaamheden en de daaruit voortvloeiende kosten
op zich willen nemen. Wanneer ‘de arbeiders geneigd
zijn dat groo’te offer te ‘brengen, mogen ‘de werkgevers
niet achter blijven, maar moeten alles doen wat moge-
lijk is, om gunstige resultaten te verkrijgen.
Ook de Overheid kan hier zeer veel goed werk ver-
richten ‘door drang uit te oefenen in die rihting,
door ‘de benoeming van bemid’delings- en onderzoe-
ki’ngscommissies, enz. Wettelijke bepalingen zullen
hier bezwaarlijk ‘dienst kunnen doen
5
daar ze uit den
aard der zaak te veel .generaliseeren. Maar even goed
als de ach’turige arbeidsdag practisch doorvoerbaar
bleek, zal in de toekomst een zeven- of zes-urige
arbeidsdag
mogelijk
‘blijken.
De loonsvermindering is ‘niet zoo’n zwaar offer als
het lijkt, daar het kleinhandels-indexcijfer belangrijk
gedaald is, en loonsverlaging reeds lang in de pen
is, zonder arbeidstijdverkorting.
Maar nogmaals: een eerste vereischte is ‘de samen-
werking van
alle
belanghebbenden.
Dat de ,,Arbeitsstreckun’g” practisch doorvoerbaar
is, hebben reeds eenige Duitsche fa’brieken bewezen.
De Harburger Oelwerke ‘te Harburg en de Ho-
waldtswerke A.G. te Kiel bebben ze toegepast en zeer
gunstige resultaten verkregen.
De directies der beide ondernemingen waren zoo vriendelijk mij alle gewenschte inlichtingen te ver-
schaffen.
De eerste ging 20 October 1930, na overleg met

haar ondernemingsraad (,,Betriebsrat”), over tot ver-
korting van den werktijd van 48 uur tot 36 uur per week. In dit continubedrjf werd ‘het drie-ploegen-
stelsel door een vier-ploegen-stelsel vervangen, waar-
door aan 350 man werk verschaft werd. Voor ‘de niet-continu-arbeiders eindigt ‘de werktijd
om 14%1 uur in plaats van om 16%1. Voor zoover we-
gens gebrek aan machines, aan ruimte of om andere
redenen tewerkstelli’ng van een grooter aantal ar-
beiders ‘tegelijk niet mogelijk was, werd het ploegen-
stelsel ingevoerd.
Eigenaardig is, da’t het plan heftige tegenkanting

ondervond van ‘de zijde der communisten en der onder-
nemers; van de eersten, omdat het stelsel, dat in hun
theorie een voorname plaats ‘inneemt, thans van on-
dernemerszij’de wer’d uitgevoerd; van ‘de laatsten uit
vrees voor sterk verhoogde kosten. De extra lasten
zijn echter van dien aard, dat ze geen ‘bezwaar op-
leveren, het stelsel ‘te blijven doorvoeren.
Verder werd in de pers herhaaldelijk melding ge-
maakt van ‘groote verbitterin’g ouder ‘de werklieden.
Deze verbitteri.n’g ‘bleef i.n werkelijkheid beperkt tot
enkele oproerige elementen.
De directie schreef ‘de ,,Reichsans’talt für Arbeits-
vermittlung und Arbeitsloseversiheri’ng” te Berlijn,
of er misschien een
mogelijkheid
bestond, den ‘dubbelen
druk op de oude arbeiders – loonsvermindering en
bijdrage ‘voor werkloosheidsverzekerin g – te vermin-
deren. Er schijnt echter geen middel gevonden te zijn.
Wel echter heeft de stad Harbur’g—Wilhelmsburg toegezegd, voor iederen werklooze, ‘die gedurende 8
weken aan ‘de weldadigheid onttrokken werd, éénmaal
een bedrag van M. 60.— te betalen, hoewel ‘de ‘direc-ie
wees op de on’billijkhei’d hierva’n tegen’over de werk-
lieden van andere fabrieken, ‘die reeds op korter ter-
mijn werken, zonder dat hiervoor aa’n werkloozen ar-
beid verschaft werd, wegens gebrek aan orders. De Howaidtswerke A.-G. ‘te Kiel ging, aan’gespoord
‘door het voorbeeld der Harburger Oelwerke, in
Februari 1931 over to’t ,,Arbeitsstreckun’g”.
Op deze werf werkte 1000 man personeel met een
werktijd van 48 uur per week. Dit aantal werd ver-
hoogd tot 1200 man met een
werk’tijd
va’n 40 uur per
week.
Om het offer der werklieden eenigermate te ver-
minderen verklaarde de stad Kiel zich bereid, de ‘door de werklieden te betalen premie voor werkloos’heids-
verzekering op zich te nemen, mits minstens 8 pOt.
der nieuw aan te nemen arbeiders genomen zou wor-
den ui’t de werkloozen, die ondersteuning genoten,
aan welke voorwaarden werd voldaan. De stad draagt
zoodoende geen extra kosten. De ex’tra kosten voor
toezicht en administratie worden ten volle door ‘de
onderneming gedragen.

Verder is ook de Berljnsche metaalindustrie met
haar lager kantoorpersoneel over ,,Arbeitsstreckun’g”
in overleg getreden en ook hier is ze doorgevoerd.
De Oommissie-Brauns (werkloosheid) heeft o.m.
tot taak, eventueele toepassing-in-het-groot van ar-
beidsverkorting te onderzoeken.
1)

De commissie, wier advies in hoofdzaken reeds ‘be-
kend is, verwacht door arbeidstijdverkorting aan
750.000 werkloozen arbeid ‘te kunnen verschaffen.
Het Rijksministerie van Arbeid ‘spreekt van 600.000
mafi, terwijl het Insti’tut für K’onjunkturforschung
het aantal op anderhalf rnillioen schat.
De offers door bovengenoemde werknemers ge-
bracht, getuigen van een sterk solidaritei’tsgevoel en den ernstigen wil uit deze inipasse te geraken.
Ik ben overtuigd, dat ‘de Nederlandsche arbeiders
hetzelfde willen en kunnen doen, ‘terwijl bovendien
een
dergelijke
samenwerking to sschen werkgevers en
werknemers niet zal nalaten een betere verstan’d’hou-
ding te scheppen.
Dat de oplossing in de richting •der arbeidstijdver-
korting gezocht moet worden, zal ieder moeten ‘toe-
geven.
Al heeft ‘de machine een – tijdens haar opkomst
ongedachite – hoeveelheid nieuwe behoeften gescha-
pen, de machine ‘heeft n’og meer ‘ arbeid uit handen
‘der menschen genomen. De leus, dat de menech te
goed is voor alle arbeid, ‘die door machines gedaan
kan worden, is heel mooi, maar dan moet ‘de mensch
ook minder behoeven ‘te arbeiden. Tot nu toe heeft
men ‘dit zoo verstaan: men late minder ‘menschen wer-
ken; ‘de oplossing is echter: men late
alle
menschen
een korter
‘tijd
werken.
De
arbeidstijdverkorting
zal als maatregel van con-

1)
Het aclves is 1014131 gepubliceerd.

13 Mei 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

449

j unctuurpoli’tiek thans uitstekend dienst kunnen
doen, maar zal door de steeds toenemende rationali-
satie een permanent karakter moeten dragen, wil
men de werkloosheid ‘blijvend met succes bestrijden.
De kern ligt in de verdeelin’g van den voorhanden
zijn’den arbeid over alle aanwezige arbeidskrachten.

N. C. L0OIJAARD.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

HET BANKWEZEN IN AMERIKA EN DE,

BETREKKINGEN TOT HET BUITENLAND.

(Bezwaren tegen een gemalcicelijice geldpolitielc. Overneming van buitenlandsche leeni’n. gen.)

Prof. II. Parker Willis te New-York ‘schrijft ons:
Opnieuw hebben de buitenian’dsche betrekkingen
van het Fede’ral Reserve Stelsel door het officiëele
bezoek van den President van de Bank of England de volle aandacht ‘gevraagd van het Amerikaansche pu-
bliek. Zooal’s gewoonlijk, wer.den er geen officiëele
mededeelingen: gedaan over het doel van zijn bezoek,
doch er deden verschillende geruchten do ronde, af-
kom’stig van klaarblijkelijk goed ingelichte zijde, zoo-
dat er in financiëele kringen stof genoeg was voor
ruime ‘discussie. De heerschende meening is, dat, naast
het gewone onderwerp, t.w. de discoptopolitiek, -ge-
durende de ‘besprekingen tusschen Mr. Normen, de
Amerikaan-sche bankiers en de ‘autoriteiten, zeer veel aandacht is geschonken aan de in’tergealliëerde schul-
den en aan een programma voor het financiëele her-
stel van Brazilië, .dat de samenwerking van de Federal
Reserve Banken met de Bank of Englan-d zou ver-
eischen.

Deze gebeurtenissen hebben opnieuw bij bankiers en
financiers het vraagstuk van ‘de buitenlandsche betrek-
kingen van de Federal Reserve Banken, in verband met de jongste ontwikkelingen op de internationale
geidmarkt op ‘den voorgrond geplaatst. Het belang-
rijkste onderwerp van discussie tussehen de New-
Yorksche bankiers was misschien wel ‘de gou’d’politiek
van- het Federal Reserve Stelsel, een politiek, welke
in ‘den laatsten tijd bijzonder werd geaccentueerd door
‘den gestadigen ‘groei van den, Amerikaanschen goud-
voorraad, welke een niveau heeft bereikt, dat ‘hooger
is ‘dan ooit tevoren
1)
De algemeene meenin-g is, dat
de Federal Reserve autoriteiten niet geneigd zijn een
herhaling toe te laten vaij de gemakkelijke geldpoli-
tiek van 1927 en ‘de daarop volgende jaren. Algemeen
is men het er over eens, ‘dat -de herverdeeling van het
gou’d, waarnaar ‘toen ‘gestreefd is, niet kan worden
verkregen ‘door ‘de ‘destij’ds toegepaste maatregelen. De

heer A. 0. Miller, lid van ‘den Federal Reserve Board,
motiveerde -di-t dezen winter als volgt:

,,Er wordt van tijd tot tijd veel ‘gesproken over ‘de
noodzakelijkheid van ‘de herver-deeling van het ‘goud
in de wereld. Bij ‘die ,getegenhei’d wordt dan vaak
gezinspeel’d ‘op de enorme voorraden, -die de Ver. Sta-
ten bezitten, in dien zin, ‘dat zij moeten worden her-
verdeeld, alvorens het economisch leven in de wereld zich weder kan herstellen. Nu is het een economische waarheid, dat in de landen, ‘die den gouden standaard
hbben en een vrije -goud-markt handhaven, er op groo-
te schaal of op langen termijn geen, verkeerde ver-
deeling van ‘het gou’d kan zijn, en ‘dat het ‘goud even-
min kan wor’den verdeeld ‘door middel van een beheer-

1)
Van deze -toeiLeming geven ‘de volgende cijfer’s van den
goudvoorraad van
de Federal Reserve banken een beeld
(in miii. $).
30 Dec.

1925 ……
2.704,3
4
Juni

1930……
3.060,6
29 Dec.

1926……
2.814,8
3

Sept.

1930……
2.934,6
28 Dec.

1927 ……
2.739,1
31

Dec.

1930 … …
2.941,2
2 Jan. 1929……
2.587,6
28 Jan.

1931 ……
3.091,7
31

Dec.

1929…….
2.857,1
25

Febr.

1931 …..
.
3.081,3
8 Jan. 1930… …
2.929,3
1

Apr.

1931 ……
3.115,2
3,0 Apr. 1930 ……
3.072,7
22 Apr.

1931 ……
3.162,8
(Red.)

schin-g van ‘de ‘geld-rente door de centrale -bank. Men
kan evengoed spreken over het graven van een kuil
in ‘het water als over een nieuwe ver’deeling van den
bestaanden goudvoorraad over -de verschillende gebie-
-den ‘door middel van kun’stmati’ge maatregelen.”
Dit stan’dpunt, dat -bij het Federal Reserve Stelsel
zeer veel ingang heeft gevonden, zal ongetwijfeld zijn
invloed ‘op ‘de gou’d- en -disc-ontopoli-tiek van ‘de Fede-
ral Reserve Banken ‘doen- gelden. in invloedrijke -krin-gen word’t reeds op een verh’oogi-ng van ‘de gel-dren-te
aangedrongen. Men mag wel aannemen, ‘dat er op ‘den
‘duur geen herha-ling zal komen van de ‘gemakkelijke
‘gel’dpoli’tiek van- de jaren 1927f’28, met het -doel om
het goud uit de Ver. Sta-ten te ‘drijven, want het voe-
ren van een -dergelijke politiek zou onvermijdelijk tot
een overdreven speculatie en inflatie leiden. )

Naas’t ‘d-e kwestie van ‘de gou-d- en discontopolitiek
was het vraagstuk van de buitenlan-d-sche credietver-
leening en de ‘deelneming van ‘de Reserve banken hier-
in van belang. In het verleden is ‘deze kwestie vaak
als volgt opgelost: indien ‘het buitenland de Amen-

kaan’sche bankier-s om leeningen verzocht, hielden- zij
ruggespraak met een Federal Reserve bank, vooral
ingeval van een on-stabiel -geldwezen, of wanneer de

uitvoer van gou-d in ‘den -ddbi-teurenstaat verboden
was, of wan-neer zich -daar moeilijkheden in’ het bank-

wezen voordeden. Op ‘deze wijze heeft het Federal Re-
serve stelsel in een aantal gevallen deel-genomen in
plannen ‘tot stabilisatie – van het geldwezen, bij v. in
België, Italië, Polen, Roemenië en andere landen. Na-
-da-t zoo’n overeen-komst was gesloten, was het de ge-
woon-te van ‘de Fed. Reserve banken om te ‘doen, wat
haar taak was ‘bij het handhaven van- een stabielen wis-
selkoers. De Amerikaansche bankiers gaven het voor-
beeld bij zulke leeningen ‘of credieten en baseer-den hun aanbiedingen op het feit, -dat ‘de stabilisatie zou
volgen. Kan men- van het Federal Reserve Stelsel ver–
wachten, ‘dat het een ‘dergelijke aansprakelijkheid ten
opzichte van Brazilië of eenig ander land op zich zal
nemen? Velen zijn van meening dat het ‘Federal Re-
serve Stelsel ‘op deze
wijze
moet tewerkgaan en ‘dat
een dergelijke actie een noodzakelijk antecedent is
voor -de hervatting van ‘de ‘buiten’l’an’dsche credietver-
strekking door particulieren.
Sedert Juli 1930 zijn ‘de buitenlandsche leeningen
zeer aanzienlijk gedaald
2)
Deze achteruitgang heeft
een zeer noodlottigen invloed uitgeoefend op ‘den Ame-
rikaanschen -goeder-enexport. V’oor Februari, -de laat-
ste maand’, waarvoor cijfers er

beschikking staan, is

9 Deze uitlating van Prof. Parker Willis heeft onge-
twijfeld bétrekk-ing op de toekomst. De jongs-te -heftige
koersdaling op de New-Yorksche -beurs heef-t bewezen, dat er van een opieving in het Amerikaansche bedrijfsleven’ nog
geen sprake is, zoodat een disconto-verlaging thans -gerecht-
vaardigcl schijn-t en ‘in de ‘tegenwoordige omstandigheden
geen aanieidiig zal geven, ‘tot een over-dreven speculatie.
Sedert de beursenisis in -het naja-‘ar van 1929 is het dis-
conto al-s volgt gewijzigd:

31 Oct. 1929 ……6 —5

1Mei 1930

33-,-3

14 Nov. 1929 ……5 —44

19Juni 1930

3 —2
1
/2
6 Febr. 1930 …… 4-4

23Dec. 1930

2-2

13 Mrt. 1930……4 —334

7Mei 1931 ….2 —134

(Red.)

2)
In welke mate ‘dit heeft plaats gevonden, blijkt uit de
volgende cijfers, die ontleend zijn aan ,,The Commercial en
Financial Chronicle” (maandgemid-clelden in miii.

Emissies.

Totaal

Binneni.

Buitenl.

1925

………..- 518

391

127

1926 …………528

433

95

– 1927 …………649

519

130

1928 …………676

566

110

1929 …………850

731

119

1930 …………587

503

84

Jan. ’31 ………466

334

132

Febr. ’31 ……..206

202

4

Mr’t. ’31 ………566

550

16
(Red.)

450

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Mei 1931

een vermindering van 35 pOt. in vergelijking met
Februari 1030 te constateeren.
1).

Ondanks zijn grooten goadvoorraad, is het Federal

Reserve Stelsel niet in een positie leening aan het buitenland uit te breiden. Onder de
uitstaande accepten is een groot ‘bedrag, ‘dat als ,,be-
vroren” moet worden beschouwd. In totaal staat on-
geveer $ 1.500 millioe’n uit. Daarvan ‘betreft $ 543
millioen opgeslagen ‘of zeilende goederen. Het is niet mogelijk te zeggen, hoeveel van deze accepten op het
oogenblik werkelijk in handen van het Federal Re-
serve Stelsel is, want het heeft zijn totale wisselpor-
tefenille gedurende de laatste maanden aanzienlijk
verminderd. Het Federal Reserve Stelsel is in het
algemeen aansprakelijk voor de liquiditeit van de
Amerikaansche credieten. Enkele van ‘de Reserve ban-
ken hebben echter zeer weinig ,,free gold” en indien
zij verplicht zouden worden om grootere voorschotten
aan ‘de ,,memïber” banken te verstrekken, kunnen zij
gemakkelijk in een toestand ‘geraken, dat zij bij andere
Federal Reserve banken moeten herdiscon’teeren, zoo-
als ‘dat ook gedurende de depressie, ‘die op ‘de cr.isis van
1020 volgde, is»gebeurd. Deze situatie is van buitenge-
wone beteekenis voor de buitenlandsche leeningspoli-
tiek van het Federal Reserve Stelsel en stelt grenzen
aan zijn wbrkzaamheden. Deze feiten verklaren, waar-
‘om het Federal Reserve Stelsel waarschijnlijk een meer
gereserveerde houding aan den dag zal leggen dan
vroeger, ‘toen de stabilisatiepoli•tiek, waarover zooveel
werd gesproken, werd toegepast. Het lijdt geen twij-fel, ‘dat tegenover Brazilië of andere landen, een ge-
heel andere politiek zal worden gevolgd, ‘dan vroeger
gebruikelijk was.
Het vraagstuk van de Duitsche herstelschulden en
alles wat hiermede samenhangt, blijft nog altijd even
gecompliceerd. Gedurende ‘den afgeloopen winter heb-
ben verschillende invloedrijke leden van de regeering
uitdrukkelijk verklaard, idat de Ver. Staten niets wil-
den weten van kwijtschelding of van een nieuwe rege-
ling van ‘de intergealliëerde schulden. Deze meening
werd ‘geuit, ‘ondanks het feit, .dat er een onmiskenbare
neiging bestaat onder ‘de meer vooruitstrevende ban-
kiers en financiers ten ‘gunste van een ruimere poli-
tiek, dan tot ‘dusverre werd gevolgd.

AANTEEKENINGEN.

De sociale verzekeringswetgeving in Italië.

Italië, een der weinige landen, die overgingen tot
codificatie van hun arbeidsrecht, heeft’ in het vierde
boek van zijn Oodice del Lavoro een ruime plaats ge-geven aan ‘de sociale verzekeringswetten. Achtereen-
volgens worden in dat ‘boek, getiteld Previdenza e as-
sicurazione sociali, behandeld de ongevallenverzeke-
ring, de ziekteverzekering, cle invaliditeits- en ouder-
domsverzekering, de moederschap’sverzekering, de
werkloosheidsverzekering en de vereenigingen tot on-
derlinge hulp. Boendien wordt in het negende boek
nog behandeld de ,,giurisdizione per le assicurazioni
sociali”.
Dat het de Italiaansche regeering ernst is met de
taak, welke voor de overheid weggelegd is op het ge-
bied van de sociale verzekering, wordt bovendien nog
bewezen door de bepalingen van artikel 21 van de

i) Het volgende overzicht
geeft een beeld van de oiitvik-
keling van den buitenhindschen handel van de Ver. Sta-
ten sedert
1925,
(maandgem’iddelden in miii.
Invoer

Uitvoer
1925

…………..
352

402
1926

…………..
369

393
1927

…………..
349

397
1928

…………..
341

419
1929

……………
367

430 1930

…………..
255

315
Jan.

’31.

…….
….
183

250
Febr.

’31

……….
175

224
Maart

’31

………
211

237
(Red.)

Carta del Lavoro (de grondwet van den arbeid), waar-
in de fascistische staat zich als doel stelt:

le. Verbetering van de ongevallenverzekering.
2e. Verbetering en uitbreiding van de moeder-
schapsverzekering.

3o. Instelling van ‘de verzekering tegen ‘beroeps-
ziekten en tuberculose als eerste stap in de richting
van algemeene verzekering tegen alle ziekten.
4e. Verbetering van de, verzekering tegen onvrij-
willige werkloosheid.
5o. Aanvaarding van bijzondere verzekeringsvor-
men ten bate van jeugdige arbeiders.
Bij bovenstaande opsomming valt vooral op, het
koppelen van een beroepsziektenverzekering aan een
algemeene ziekteverzekering, dus een losmaken van
den vrijwel overal elders voorkomenden band tus-
schen de ongevallenverzekering en de beroepsziekten-
verzekering en het losmaken der moederschapsverze-
kering van de ziekteverzekering. Bovendien ziet men,
dat de grootste taak zal bestaan in het verbeteren van
reeds bestaande verzekeringen en dat als nieuwe taak alleen gesteld wordt de schepping van een algemeene verzekering tegen alle ziekten.
Volge nu een overzicht van de bepalingen der ver-
schillende verzekeringswetten.

Ongevallen.verzekerir&g.

Evenals in de meeste andere landen is dit de oudst
bestaande verzekering in Italië. Zij dateert reeds van
1904, toen bij wet van 31 Januari (later herhaalde
lijk gewijzigd) een wettelijk verplichte ongevallenver-
zekering werd ingevoerd. Onderworpen aan de ver-
zekering zijn alle arbeiders werkzaam in industrieele-
en handelsondernemingen, die meer dan 5 arbeiders
te werkstellen, alle arbeiders in mijnen en ‘bijzonder
gevaarlijke industrieën, alle arbeiders in transporton-
dernemirigen, waarin meer dan 5 personen wer-
ken, landbouwarbeiders (sedert 1911) en visschers
(sedert 1921). De loongrens voor de verzekering be-
draagt 6.000 lires per jaar voor industrie en landbouw
en 3.600 lires voor visschers; boven deze bedragen
wordt het loon bij de berekening van de uitkeering en
van de premie niet meegeteld. Het basisloon voor de
verzekering is het inkomen over een jaar; loon in
natura wordt meegerekend. Het minimum basisloon,
waarover uitkeering gegeven wordt, bedraagt 1.000
lires per jaar.
De kosten van de verzekering
zijn
voor rekening
van den werkgever. Deze is verplicht de risico te ver-zekeren bij een toegelaten verzekeringsinstelling. Het is den werkgever streng verboden deze kosten op den
arbeider te verhalen.
De schadeloosstellingen worden gegeven bij over-
lijden van den arbeider en bij onbekwaamheid tot ar-
beiden wegens een ongeval, indien deze onbekwaam-
heid langer dan 5 dagen duurt. Duurt de dngeschikt-
heid tot werken 6 dagen of meer, dan is de schadeloos-
stelling van den eersten dag af verschuldigd.
De schadeloosstelling bedraagt:
bij overlijden van den arbeider: een uitkeering
ineens van 5 maal het jaarloon, met een minimum van

5000 lires;
bij algeheele blijvende ongeschiktheid: een uit-keering ineens van 6 maal het jaarloon, met een mi-

nimum van 6000 lires;
bij partiëele blijvende ongeschiktheid: een uit-
keering ineens van 6 maal de vermindering van loon,
met een minimum van 1000 lires;
cl.
bij
tijdelijke
ongeschiktheid een rente van 50 pOt.
van het dagloon, gedurende den tijd van de onbe-
kwaamheid. Dit bedrag ‘wordt iedere week uitgekeerd.
Duurt de onbekwaamheid langer dan 3 maanden, dan
wordt de rente beschouwd als een voorschot op de
onder
b.
genoemde uitkeering.
Bij een ongeval zijn de werkgevers verplicht de
eerste kosten van medische hulp en geneesmiddelen
voor hun rekening te nemen; de overige kosten komen
ten laste van de verzekeringsinstelling.

13 Mei 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

451

Zie1cileverze1cering.

Een wettelijk verplichte ziekteverzekering in den
zin van een ziekengeld- of ziekteverzorgingsverzeke-
ring bestaat in Italië niet. Wel zijn na den wereld-
oorlog in de veroverde provincies de •oude Oosten-rij ksc’he en Hongaarsche ziekteverzekeringswetten
blijven gelden. Door decreet-wet van t Maart 196
werd verklaard, dat de oude Hongaarsche wet No. 14
van 9 April 1891 in Fiume van kracht bleef, terwijl
voor de overige nieuwe provincies de oude Oostenrijk-
sche wet No. 33 van 30 Maart 1888 volgens decreet-
wet van 29 November 1925 bleef gelden.
In de nieuwe provincies zijn verplicht verzekerd
tegen ziekte, alle arbeiders en bedienden, werkzaam in
industriëele ondernemingen, welke machines gdbrui-
ken of minstens 20 personen in dienst Jeb’ben. De mid-
delen voor de verzekering worden opgebracht door
werkgevers en werknemers samen en wel voor % door

de werknemers en voor
Y
3
door de werkgevers. In

geval van ziekte ontvangen de verzekerden een scha-
deloosstelling van 50 pOt. van het loon gedurende ten
hoogste 26 weken. Voorts ontvangen de verzekerde
en zijn gezinsleden gedurende ten hoogste 52 weken
achtereen een tegemoetkoming voor dokters- en
apothekershulp. De uitkeering van ziekengeld neemt
een aanvang op den 5den ziektedag. Bij overlijden
van den verzekerde wordt een uitkeering gegeven van
20 maal het dagloon.

De uitvoering der ziekteverzekering in de nieuwe
provincies berust bij territoriale kassen,
bij
onderne-
mingsziekenkassen en bij maatschappijen van onder-
lingen bijstand. De kassen staan onder toezicht van

de regeering.

Voerde men dus in het oude Italië nog geen wet-
telijk verplichte ziekteverzekering in, wel wordt ge-
streefd in die richting. Een staatscommissie is reeds
lang ‘bezig met het bestudeeren van het probleem van
de ziekteverzekering en artikel 28 van de Oarta del
Lavoro gebiedt aan de vakvereenigingen van werk-
gevers en werknemers om bij collectieve arbeidsover-
eenkomsten ziekenkassen in te stellen, waarbij de
premies voor de helft door de werkgevers en voor de
helft door de werknemers gedragen moeten worden.
Bij het opstellen van modelstatuten en reglementen
voor deze bedrjfsziekenkassen heeft de regeering ook
invloed geoefend. Of echter in alle collectieve ar’beids-
overeenkomsten ook in feite een ziekteverzekering ge-
schapen is, blijft twijfelachtig.

Tuberculoseverzekeri’n.g.

Mist Italië das een algemeene ziekteverzekering,
ter bestrijding van de gevolgen van een der ergste
volksziekten, de tuberculose, is reeds een wettelijk ver-
plichte verzekering tot stand gekomen. Deze verzeke-
ring werd ingesteld bij decreet-wet van 27 October
1927. Verplicht verzekerd
zijn
alle loontrekkenden van
15-65 jaar, die per maand 800 lires of minder ver-
dienen. De verzekering heeft ten doel, aan de verze-
kerden en hun gezinsleden opneming mogelijk te
maken in hospitalen, sanatoria, etc.; is er in deze in-
stellingen geen plaats, dan wordt een financiëele ver-
goeding voor huisverpleging gegeven. Bovendien ont-
vangen gezinshoofden voor iederen dag, dat zij ver-
pleegd worden, een schadeloosstelling van 4 lires, in-
dien hun loon gemiddeld 8 lires of minder per dag
bedroeg en van 6 lires, indien hun loon meer. dan
8 l.ires per dag bedroeg.

De middelen om de kosten voor deze verzekering te
dekken, worden opgebracht voor de helft door de
werkgevers en voor de helft door de werknemers. De totale bijdrage bedraagt voor verzekerden, die 8 lires
of minder per dag verdienen, 1 lire en voor de ver-
zekerden, die meer dan 8 lires per dag verdienen,
2 lires per 2 weken.

Het recht op de voordeelen van de tu’berëulosever-
zekering wordt verkregen door in den loop van de
2 jaren, welke de aanvraag tot opname in een sanato-

rium ete. vorafgaan, tenminste 12 tweewekelijksche
bijdragen betaald te hebben.
De uitvoering van deze verzekering berust bij de Cassa nazionale per le assicurazioni sociali, die üit
haar midden een comité heeft benoemd voor de zaken
van dezen verzekeringstak.
De technische uitvoering van deze wet is nader ge-
regeld in het Koninklijk Besluit van 7 Juni 1928.

Invaliditeis- en, oud erd omsverzelcering.

Deze verzekering is geregeld in het Koninklijk De-
creet van 30 December 1923, dat in de plaats trad
van de decreet-wet van 21 April 1919.
Aan de verplichte invaliditeits- en ouderdomsver-zekering zijn onderworpen, alle loontrekkenden van
15-65 jaar, die 800 lires of minder per maand ver-
dienen. Het doel der verzekering is de uitkeering van
een pensioen, ingeval van ouderdom en invaliditeit,
bovendien het tijdelijk geven van een uitkeering bij
overlijden van een verzekerde en het nemen van maat-
regelen teneinde invaliditeit te voorkomen.
De bijdragen voor deze verzekering worden voor de helft door de werkgevers en voor de helft dopr de ver-
zekerden betaald. Voorts geeft de Staat een subsi’die,
waarvan het bedrag iedere 5 jaar wordt vastgesteld
(tot nu toe bedroeg deze subsidie 50 millioen lires
per jaar).
De totaal
bijdragen
van werkgever en verzekerden
bedragen 1, 2, 3, 4, 5 en 6 lires per 2 weken, al naar
gelang de verzekerden tot 2 lires van 2-4 lires, van 4-
6 lires, van 6-8 lires, van 8-10 lires en meer dan
10 lires per dag verdienen.
De verzekerden hebben recht op ouderdomspen-
sioen, indien op hun 65ste jaar tenminste 240 twee-
wekelijksche premies voor hen gestort djn en op inva-
liditeitspensioen, indien hun inkomen tot op V of
minder van het gebruikelijke is gedaald en er tenmin-
ste 120 tweewekelijksche premies voor hen gestort
zijn.
Het pensioen bestaat uit twee deelen; het eerste
deel overeenkomende met de bijdragen van werkge-
vers en verzekerden bedraagt per jaar 66 pOt. van het
totaalbedrag der eerste 120 tweewekelijksche premies, benevens 50 pOt. van het totaal bedrag der tweede 120
tweewekeljksche premies, •benevens 25 pOt. van de
ovërige premies het tweede deel, de staatssubsidie ‘be-
draagt 100 lires per jaar. Overlijdt de verzekerde zon-
der
zijn
pensioen genoten te hebben, dan ontvangen
zijn vrouw of kinderen gedurende 6 maanden een uit-
keering van 50 lires per maand.
Het ouderdomspension kan ook eerder gegeven wor-
den, indien de verzekerde minstens 60 jaar is en er
240 tweewekelijksche bijdragen voor hem betaald zijn.
Het pensioen wordt dan met een zeker percentage
verminderd.
De uitvoering van de verzekering is opgedragen aan
de Oassa nazionale per le assicurazioni sociali.
Het is ook mogelijk, dat personen, die niet verplicht
verzekerd zijn, zich vrijwillig verzekeren.

Mo ederscha.psverzeltering.

Aan de moederschapsverzekering, die geregeld is
bij de wet van 17 Juni 1910, o.a. gewijzigd bij de wet
van 24 September 1923, zijn verplicht onderworpen,
alle vrouwen, die onder de wet op den vrouwen- en
kinderarbeid (wet van tO November 1907) vallen. Het
doel van deze verzekering is, om deze vrouwen bij te
staan bij bevalling of miskraam.
De verzekeringskosten worden betaald door de
werkgevers, die verplicht zijn een bedrag van 7 lires
per jaar te betalen voor iedere bij ‘hen in dienst zijnde
arbeidster van 15-50 jaar; de werkgever mag hier-
van een bedrag van 3 li.res per jaar op de werkneem-
ster verhalen.
Bij bevalling of miskraam betaalt de Cassa di ma-
ternita, die deze verzekering uitvoert, aan de arbeid-
ster een bedrag van 100 lires-waarvan de kas 18 lires van den Staat terugontvangt. Een deel van dit bedrag
moat betaald worden in den loop van de eerste week

452

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Mei 1931

na de bevalling; de werkgever kan verplicht worden
deze som voor te schieten.

Wericloosheidsverzekering.

De verplichte verzekering tegen werkloosheid is ge-
regeld bij Koninklijk Decreet van 30 December
1923.

De verzekering is verplicht voor alle arbeiders van 15
—65 jaar, die 800 lires of minder per maand ver-
dienen. Losse arbeiders vallen buiten deze verzekering.

De premies voor deze verzekering worden voor de
helft door de werkgevers en voor de helft door de
werknemers opgbracht. . De totaalpremie voor werk-
gever en werknemer samen ‘bedraagt per 2 weken 0,70 l:ires, 1,40 lires of 2,10 lires voor verzekerden met een
dagloon tot 4 lires, van 4 tot en met 8 lires, of van
meer dan 8 lires.

De uitkeering bij werkloosheid bedraagt per dag
1,25 lires, 2,50 lires, of 3,75 lires voor de verzeker-
den met een dagloon tot 4 lires, van 4 tot en met
8 lires, of van meer dan 8 lires. De uitkeering begint
pp den achtsten dag na het eindigen van het werk.
Bovendien moet de werklooze enminste 5 dagen in-
sdhreven staan bij de arbeidsbeurs. Ten aanzien van de hoogte van de uitkeering wordt de verzekerde tot
die klasse gerekend, waarvoor hij, gedurende de
6 maanden, die het oogenb1ik van werkloos worden
voorafgaan, de meeste premies heeft betaald. Om recht
te hebben op uitkeering moetèn gedurende de 2 jaren,
die. het oogenblik van werkloos worden voorafgaan,
tenminste 24 tweewekelijksche bijdragen betaald zijn.
De uitkeering wordt genoten gedurende 90 of 120
dagen per jaar, al naardat in de voorafgaande 2 jaren
24 of 36 tweewekelijksche bijdragen betaald zijn.
De werkloos’heidsverzekering wordt uitgevoerd door
de meer genoemde nationale kas der sociale verzeke-
ringen en de provincinle kassen voor de werkloos-
hei dsverzekering. F. B.

Indexeijfers van groothandeisprijzen

,,The Economist” schrijft: Ons in:dexcijfer was in
April, na de onbelangrijke ‘opwaartsche beweging in
Februari en de daling in Maart, weder uitgesproken
lager. Einde April vertoonde ons i’ndexcijfer een
‘daling van 1.2 pOt., in vergelijking met een daling
van 34 pOt. ‘gedurende Maart. Ons in.dexcijfer is
thans 19.9 pOt. lager dan een jaar geleden. De vol-
gende tabel ‘toont de verschillende bewegingen:

Gemiddelde
1927 = 100

April
1930
Jan.
1931
Febr. 1931,
Maart
1931
April
1931

Granen en Vleesch
84.9 67.4
66.4
66.9
70.0
Andere voedings en ge-
notmiddelen ……..
80.8
69.5 68.0 67.0
66.6
72.1)
49.2 50.6
53.7
50.8
Weefstoffen …………
Delfstoffen ……….
..
85.6

.

75.3
76.9
74.5 72.0
68.6
Diversen ……….. ..
.83.2
72.6
72.7
69.9

Totaal …………….
1

81.6 66.3 66.5 66.2
65.4

Gedurende April was een opwaartsche beweging
waar te nemen in ‘de prijzen van graan met uit-
zonderin.g van rij.t, en ofschoon koffie, cacao en boter
goedkooper waren, stegen ‘de prijzen van geïmporteerd
vleesch en varken’svleesch. ‘in tegenstelling echtei
met de prijsstijging van ‘de voedingsmiddelen, ‘daalden
‘de prijzen ‘van grondstoffen, met uitzondering van

jute en (enkel als gevolg ‘van ‘de accijnsverhooging)
petroleum.
De volgende tabel toont ons indexcijfer, herlei’d tot
een percentage van’ ‘het ‘gemiddelde voor 1913:

Gemiddelde
1913 = 100.

Data
,.’
.
.
i2

Gemiddelde

1924..
159.9
169.9
210.6
145.2 131.5
159.3
1928..
145.0
149.4
161.7
111.9
119.3
135.1
1929..
135.6 136.8
141.9
116.2 112.7
127.2
1930..
113.4
122.9
99.1
101.6 101.5 106.8
Einde Jan.

1931..
94.3
110.8
75.8
91.5 90.4
91.3 Febr.

..
92.9 108.4 78.0
93.5
90.5
91.6
Maart

..
93.6
106.8
82.7 90.6
87.1
91.1
April

..
98.0
106.1
78.2
87.5
1

85.4
90.0

Indien men 1924 op 100 stelt, dan ‘bedraagt ons
in’dexcijfer 56.5 tegen 51.2 einde Maart en 70.5 een
jaar ‘geleden.

Voorts volgt hier .nog een overzicht van ‘het prijs-
verloop in een aan-tal ‘belangrijke landen
(pag.
453).
De volgende opmerkingen zijn ontleend aan ‘de ‘des-
betreffende maan’dpublicatie van het Oen’traal Bureau voor ‘de Statistiek en hebben betrekking op ‘de Nader-
landsche indexcijfers 1,913 = 100. Bij beschouwing
der
in’dexcijfers
over Maart 1931 in vergelijking met
die der voorgaande man’d blijkt, dat zoowel het alge-
meen in’dexcijfer als dat der voedingsmiddelen met
1 punt of resp. 1. Oen 0.9 pOt. is ‘gedaald.

Prijzen
Toe- (+) of atneming(—)
Prijzen
Toe- (+)
ofafneming(—)
Prijzen
Toe-(+)ofafneming(—)
in perc. vergeleken met
in perc.
vergeleken met
in perc. vergeleken met
een maand
geleden
een iaar
geleden
een maand
geleden
een jaar
geleden
een maand
geleden
een jaar
geleden

Tarwe (buiten!.)

+
7,8

35,7
Katoen (Am.) …..

7,2

37,2
Hout (Eng.)
..

7,1

,,

(Eng.) ……’
+

1,5
—41,7
,,

(Egypt.)

13,8
..
—43,0
,,

(Zweedscb)
..

2,8
Meel

…….. …..
+
7,1
—32,8
Garen …………
..-
4,0
—26,3
Cement ……….
Gerst ……………
..

6,5
Laken …………

4,8
—17,5
Huiden ………..

7,3
—14,7
Haver …………

10,0

7,1

18,7
..
+ 10,0
Maïs

………….
+
7,3
—30,2
,,

(Austr.)

4,3
..-
7,7
—10,2
Benzine No.
1
…..
+
14,8
—11,4
Rijst

………….
-10,7
—39,6

Wol
(Eng.) ………

,,

(tops) ……..
—11,1
Petroleum
..

12,5
Aardappelen ……
+
21,4
+
142,9

6,8
—42,3
..

3,7
Rundvleesch (Eng.)

..

..+
2,9

..

15,5

2,8
—41,7
Lijnolie

……….

2,7
—55,1
(Arg.).
+
8,3

+
4,0
Rennep ……….

6,4

38,1
Talk ………….

6,8
—44,2
Schapenvi. (Eng.)
..

9,3
Jute ………….
+
8,3

35,6
Rubber’. ……….
-20,1

..


60,7
(N Z.)..
Varkensvl.(Deensch)
+
2,7
+14,3

..
..

—20,0 —41,3

Vlas ……………

Weefstoffen

Leder ……………

Stookolie ………..

boda ………….
&mm. Sulphaat

..

5,4

..
..

—30 3

(rranenenVleesch..

Thee

………….

Ruw-IJzer
Stalen rails…….
IJzeren staven

..
..


13,3


2,3

Creosoot
..

..

+
7,7

+
4,6

..

—17,5

+
9,3
—21,7

1,9
—17,5

.. ..

Koffie …………

7,0
—31,0

Zijde

…………..

Blik ………….
3,3

..


19,5

Diversen ……….

Cacao

………….

2,2

..


26,7
Kolen (Welschexp.)
Rietsuiker
..

7,0
,,

(Dur. Gas.)

3,3

7,8
Bietsuiker
..

6,8
,,

(hûisbrand)
..
+ 9,5
Kaas (Can.)

..
..

..

22,7
Lood
………….

3,7

32,5
Boter (Deensche) …

3,2

10,9
Tin …………..

12,4
—31,7
Kokosolie
………

1,8
—20,6
Koper
…………

4,1
—25,7
..

6,7
Ongez. Zink
……

9,4

..
..


36,5
Tabak
…………..

Andere voedings- en

..
..
..

Genotmiddelen…

0,6

17,6
Delfstoffen
……..

3,4

15,9

1.

13
Mei
1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

453

U)

-W

N
o

Z

1913
70
4

100
6

lOO
lOO
100
7

100 100
100
358 438
367
392
214
November

1918………
oogs
e
5
591
(Apr.)
679
(Apr.)
..
325
Uafl)
366
Uuni)
297
(Juli)’
322 (M.rt.)
Gemiddelde 1925
104
5

547 646
142
5


161
155
202
1926
lOOS
703
654
134
145
149 145
179
1927
95
618
527
138
142 146 148 170
1928
98
621 491 140 145
148 149
171
1929
96
611
481
137
141
140 142 166
1930
86
533
411 125 126 122 117
137
Maart

1930
91
553
436
126
131
125
122
148
April

91
548 429
127
129
124
122
146
Mei

89
541
420
126 128 123 118 143
luni
87
533 412
125 126
123 118
137
Juli

84
538 402
125
126
121
115
133
Augustus
84
.532
403
125
126
121
114
133
September
84
525 398
123
123
119
.112
130
October
83
509
387
120
122
118
III
124
November
80
494
379
120 120
117
110
123
December

78
488 359
118 117 117 107
121
1931
77
484 362
115 115 115
105 120
p
nuari
482 358
114
115
114
104
ebruari

……
Maart
1)
Bureau of Labour. ‘) Stat. Reichoamt.
S)
Sedert
1922
gebaseerd op 48 artIkelen. 4)1926
=
100.
8)
Jaargemiddelde.
6)
Sedert October 1923:
Juli 1914=100.
7)
Midden 1914
=
100.
In vergelijking met Maart 1930 daalde het alge-
meen indexeijfei 19 punten (15.6 pOt.). Tegenover
een prijsstijging van 19 artikelen (11 voedingsmidde-
len) met in totaal 123 punten (w.o. aardappelen met terpen’tijnolie met 17, lamsvleesch met 14, hars
met 13 en maïs en runderjauiden elk met 11 punten),
staat een prijsdaling van 14 artikelen (10 voedings-
middelen) met in totaal 135 punten (w.o. eieren met
thee met 21, courantenpapier met 16, hooi en boter
elk met 13 en petroleum met 11 punten).
De
stijging
van Februari tot Maart is, in procenten
uitgedrukt, als volgt: maïs 17.5, têrpentijnolie 16.0,
hars 14.8, aardappelen 14.4, runderhuiden 13.6, zilver
9.6, tarwe 8.5, groene erwten 8.0, eerst 7.0, lams-
vieesch 6.4, kaas 4.3, rogge en tin elk 2.6, varkens-
vleesch 2.1, rdwe katoen 1.3, zwavelzure ammoniak
1.0; suiker 0.4 enlijnolie en haver elk 0.2; de
daling
in procenten voor eieren 22.2, thee 16.2, hooi 14.0,
courantenpapier 11.9, boter 11.5, petroleum 8.7, melk
7.2,
alcohol 4.2, koffie 3.6, timmerhoat en zemelen
elk 3.3, cacao 2.7, kalfsvleesch 2.0 en hennep 1.2.

MAANDCIJFERS.,

EMISSIES IN APRIL 1931.

Staatsleeningen………………
f

9.397.558,01
zijnde:
Noorwegen
Distr. Akershus Noorsche
Kr. 5.000.000 5
0
/0
obi.
8. 9651
.
0/0
.
..
f
3.220.833,01 Stad Stavanger Noorsche
Kr. 1.200.000 5
Of
obi.
8.
965/0/. …………..

f

697.600

Zweden
Koninkrijk Zweden
Zw. Kr. 6.300.000 50-j.
4
01
obi. 8. 9718
0/. ….
f
4.089.750

Wsortemberg
Vrijstaat Wurtemberg
Zw. Frs.
3.000.000 6
0/,,
obi. &
925/
8
0/. ……..
f1.389.375

Prov. en Gemeentelijke Leeningen
1)
,,
2.205.000,-
zijnde:
Nederland
Gem. Hengelo
/ 2.250.000
4
0/,
obi. 8.
98
0/……
.
f
2.205.000

Hypotheekbanken …………….
,,

3.142.000,-
zijnde:
Nederland Friesch-Groningsche Hyp.-
Bank
f
500.000 aand. 8.
250
‘,,
waarop
20
°io
te
storten …………..
f
250.000
Overijselsche Hyp..Bank

f
700.000 aand. 8.140
018),

?’waarop 10
ol
,
te storten.
f
98-.000

Residentie Hyp.-Bank v.
Nederi.
f
200.000 aand.
8.
110
0
/0,
waarop
10
0
1
0

te storten …………
f
22.000
Luxembnrg
Staatshyp.bank v. Luxem-
burg Lux. Fr. 40.000.000
comm. ob!. 8. 99 o/
. …
f
2.772.000

Hypotheekbanken, tevens Bank- en

Oredietinstellingen …………
f

947.500,

.
zijnde:
Nederland
Alg.
Mij.
v. Grondcrediet
A’dam Fr.Frs. 10.000.000
534
0,
obi. 8.
94′
4
0/0
.
f
947.500

Industrieele Ondernemingen ……..

5.103.000,-
• zijnde:
Nederland
Amsterd. Droogdok Mij.
/300.000 aand. 8.100 of,,3)
f
300.000
Amerika
National Steel Corporat.

$.
1.000.000 5
0/
Sink
Fund goud.obl. 8. 99
0/
f
2.475.000
Chili
Compania de Salitre de
Chile (Cosach) £ 200.000
7
01
verz. Prioriteits
Sten. obi. 8. 97
0/,,
.. ,,.
f
2.328.000

Diversen …………………….

670.000,-
zijnde:
Nederland
N.V.
Mij.
totexpi. v. Jaar-
beunsgebouwen Utrecht
/670.0005
/0
obl. 8.100
o
/
f
670.000

Kerkelijke leeningen

781.237,50
zijnde:
Nederland ……….
f
374.687,50
België …………..
,,
406.550,-

Totaal.
.

f
22.246.295,51

Totaal der emiesies in Januari….
f
10.677.072,50
Februari
. . ,,
13.720.717,50
Maart
. . . . ,,
32.326.887,50
April …. .. 22.246.295,51

Algemeen Totaal…….
f
78.970.973,01

Bovendien Conversieleening:
Gem. Amsterdam

f
11.250.000 4
01
obi.
8.
98 o
l,.
Rotterdam

1 6.230.000 4
o/
obl. 8. 971
0
/0.
Rotterdam

f
28.300.000 4,o,, obi. 8. 97k
0
/0.
‘s-Gravenhage
f
10.000.000 4 01
0
obi. 8. 991 o/.
Koers voor aandeelh.; voor Vrije inschrijvers 165
0/.
8)
Koers voor aandeelh.; voor
vrije
inschrijvers 110 o
lo.

Bovendien:

f
16.020.000,- 3/m. Schatkistpromessen 8.
/
995,50
7.800.000,- 6/m.

,,

,, ,,
989,75
29.889.000,- 3 ol
o
Schatkistbiljetten

,, ,,
1.002,75

Voorts werd in de afgeloopen maand hier te lande de
inschrijving opengesteld op een beperkt bedrag:

Crddit Fonçien de France Fr. Frs. 2.500.000.000 4
0
1
0
obl.
8. 101
0/;
Low Priced .Shares certificaten 8.
$’
8 per share;
American Composite Trust Shares certificaten &
$
7814
per share;
Sté. des Periodiques Luxemburg
f
300.000 7
0/
pref. winstd.
aand. B 8. 100
0
/0.

De Kerkelijke Leeningen zijn als volgt onderverdeeld:

Rente- Emissie-
Guldens voet koers
Congr. der Priesters v. h. H. Hart,
Princenhage ………………250.000 41
0
/0
100 oj,,
R.K. Kerkbesiuur v. d. Par. v. d. H.H. Engelbew., Lisse ……….125.000 4
0/,,

gg
~
o
l
o

R.K. Kerkbest. Par. H. Jôannes den
Dooper, Laren (conversie) ……260.000 41
0
10
100
01
Congr. der E.E. P.P. Redemptoris-
tea, Brussel………………..230.000 5
1
o/

98o1
Congr. der E.E. Broeders Alexianen,
Henri Chapelle …………….180.000 6

100
0/0

454

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Mei 1931

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B. ‘” beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
(Disc. Wissels. 2424
Jan.’31
Lissabon

….
74
2Juni’30
Ned
3
24Jan.’31
Londen ……
3

1Mei’30
Vrsch. in R.C.
3
24 Jan.’31
Madrid ……
6
19 Juh ’30

Athene ……….
9

2
Dec.’28
N.-York.F.R.B.
15 7
Mei ’30
Batavia ……….
4410 Mrt.
1
30
Oslo

……..
4

8Nov.’30

Belgrado

……..
5428 Mei ’30
Parijs

……
2

2Jan.’31
Berlijn

……….
5

9
Oct.
1
30
Praag

……
4
24Juni’30

Boekarest……..
8

1 Apr.’31
Pretoria

….
5
12Mrt.’31

Brussel ……….
2431 Juli’30
Rome ……..
5419
Mei
’30
Budapest ……..
5428Mei
’30
Stockholm

..3
6
Feb.’31

Calcutta

……..
7
15Jan.’81
Tokio

…….
.l 6
Oct.
1
30

Dantzig

……..
5
10 Oct. ’30
Weenen ……
.i

9Sept.’30

Helsingfors ……
6
26Aug.’30
Warschau ….
74
3 Oct. ’30

Kopenhagen

….
3412 Nov.’30
Zwit.Nat.Bk.2
23Jan.
1
31

OPEN MARKT.

1931
1930
1929
1914

9 Mei
27April!
200
1

5110
6111
20124
Mei
2 Mei
April
Mei
Mei
Juli

Amsterdam
1

/
8
j
16

2511c-9116
511
4
.31
5

3
1
19_
3
/16
Partic.dlsc.
Prolong.
1
5
18
1314
1
9
116-2
3
!,
I
3
14-2ij2
1
1
12.2
1
12
1
1
!2_
1
l!16
1114.2
2
3
j4-319
5
3
14-6
21/
4
31
4

Londen
DageId…
1
3
1-2
1
i/_1j3

1.3
1
12
11/
2
.2
1
1
142
4.5
1
12
1
3
14-2
Partic.disc.
2
5
116
2
5
136-
9
1’16
2
9
116
2
9
116
2
3
139-
5
133
5
1
116.
3
116
211,_11,

Berlijn
Dageld…
4.551
9

4.1
451
3
.731
4

3
3
14-6
26
119
8-10112

Partic.disc.
30-55 d…
4
/8
4
18
418
451
s

4_11
1
1
18

56-90 d…
459
45/8
4518
45111
4-118
7
1
12
2
1
jg_
1
11
Waren-
wechsel.
47/
8

471
8

4714
47/..51/
4

411
4
.11
9

7314-8
3
14

Nea, York
Daggeld
1)
1.114
1.
3
14
1
1
11-14
1113_314
3.114

6.14
1
14
1
8
/
4
2
1
/,
Partic.disc.
1114
1114.319
13181/
3

11814

214-314
551
4
_31
4


1) Koers van S Mei en aaaraan vooratgaanae wesen im vrijuag.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

D
ata
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York’)
)
)
•)
0)
1)

5 Mei

1931
2.4871
8

12.101/,
59.254
9.73
34.614
99t9/

6

,,

1931
2.49L
12.1071
5

59.29
9.734
34.624
99l1/

7

1931 2.487/
8

12.10
3
18
59.274
9.724
34.614
99,51,6
8

1931
2.4871
8

12.10
59.284
9.724
34.614
9915/

9

1931 2.487/s

59.274
9.73
34.614
9911/
94

11

1931
2.49
12.10%
59.29
9.734
34.63
99
11
116
Laagsted.w.’)
Hoogste d.w1)
2.48%
2.49I1,
12.09
7
18
12.1111
4

59.23
59.31
9.72
9.74
34584
34.64
99,8
1,6
99181

4 Mei

1931
2.48
18
/
12.10,
1
,
59.244
9.724
34.614
99i81

27 April 1931
2.48i81
12.09%
59.25
9.724 34.62
99’/10
Muntpariteit
2.48%
12.10%
59.26
9.75
34.59
100

Data
serland
Weenen
Praat
Boeka-
Milaan
Madrid

S
Mei

1931
47.95 35.05
7.374 1.484
13.034
26.124

6

,,

1931
47.96%
3505
7.375
1.484 13.034
26.-

7

,,

1931
47.95% 35.05 7.375
1.485
13.04
25.824

8

,,

1931
47.96
35.05
7.375
1.485
13-.03
25.45

9

,,

1931
47.9534
35.05 7.374
1.484
– –

11

,,

1931
47.97
35.05
7.37k
1.485
13.034
25.224

Laagsted.w.’)
47.91 34.97%
7.364
1.475
13.02
24.80

floogsted.w’)
47.98 35.05
7.38
1.495
13.05
26.30

4 Mei

1931
47.92%
35.05
7.37
1.485
13.03
25.70

27 April 1931
47.94%
35.02%
7.374
1.485 13.04
24.70

Muntpariteit
48.-
35.10
7.371
1.488_13.09
48.524

Data
Siock-
liolin’)
Kopen-
hagen’)

Hl
Buenos-
Aires’)
Mon-
treal
1)

5 Mei

1931
66.724
88.624 66.624 8.264
7834
2.48%

6

,,

1931
66.75
66.674
68.674
6.264
78%
2.49

7

,,

1931
66.75
66.65 66.674
6.27
77
2.49

8

,,

1931
66.75
66.65 66.675
6.261
77%
2.49

9

1931
66.75 66.65
66.65
6.26k
78%
2.49

ii

1931
66.774
66.674
66.675
6.264
79
2.48i5/

Laagste d.w.1)
66.65
66.574
66.574
6.25
78
2.4881
8

Hoogste d.w’)
68.774
66.70 66.70
6.28
80
2.49%
4 Mei

1931
66.70 66.624
66.624
6.264
80
2.489/
27 April 1931
66.70
66.60 66.60
6.274
8311
4

2.49il
jo

Muntpariteit
66.87 68.55 68.87
6.285
953%
2.48%
0) Noteering te Amsterdam. ) INOt. te Kortercam. ‘8 rart. opgave.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

Da a
t
Londen
(8
pers)

Parijs
($
P.
JOOfr.)
Berlijn
($
p. 100
Mk.)
Amstrifâm
($
p. 100 gld.)

5 Mei

1931
4,8681
8

3,90151
18

23,81%
40,18%
6

,,

1931
4,86
17,
82

3,90i8/,
23,82
40,18
7

,,

1931
4,867/
t
,
3,90111
96

23,8211,
40,29%
8

,,

1931
4,8671
3,90t5,
23,8134
40,19
9

,,

1931
4,86
71
3,91
23,815/
40,19
11

1931
4,868/
8

3,91%
23,815/
8

40,16%

12 Mei

1930
4,857/
4

3,92%
23,86k
40,25%
Muntpariteil
.
4,8667
1

3,90
1
1
4

23,81%
14081
4

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen
en
Landen
Nofeerings-
eenheden
25Apr.
1

1931
2Mei
1931

1
Laagste
l
Hoogstt
419
Mei
1
31

1
i

9Mei
1931

Alexandrië..
Piaat.
p.
97%
97%
9771
9791
t
,
9734
p.£
375
375
374%
375%
375
Bangkok….
Sh.p.tical
119I/
119%
1/911
8

1,93/4
119%
Budapest

Pen.
p. £
27.884
27.884
27.85
27.92
27.894

Athene ……Dr.

Buenos Aires
d.
p.$
36t,
35
15
1i6
34%
36
35
/
Calcutta
….
Sh.
p.
rup.
1/5
27
1
32

11595164
1/527
1
1
33

11529132

1/585/
54

Constantin..
Piast.p.c
1.025
1.025
1.025 1.026
1.025
Hongkong
..
Sh.
p. $
110i1
110
11%
11081
8

1/-
Sh.
p.
yen
2/018/
39

2/018/
39

21031
8

2)0
7
/
210181
39

Lissabon
….
Escu.
p. £
108%
108%
108′
8

10881
s

108%
Mexico

.. ..
$
per
£
10.25
10.274
10.17
10.35 10.26

Kobe

…….

Montevideo
.
d.per.
32% 32
31%
3281,
31
Montreal

$
per
£
4.8681
t

4.86
816

4.8681
8

4.86+

4.865,
Rio d. Janeiro
d. per Mii.
347/
3171
311
3s1
3,18

Shanghai
.. .
8h.
P.
tael
113
16
1
32

11351
113
1j3i81
1/3
7
1
Singapore
..
id.
p. $
2133%
213%
2131I/,
2/3isj,
213%
Valparaiso
1).
$
per
£
39.94
40.01
39.96
40.01
39.96
Warschau
..
Zl. p. £
43’1
43
8
/s
4381
431I6
4391,
1)
90 dg.

ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
8)

Londen
1
)
N.York’)
Londen
4 Mei
1931..
13’1
2881,
4 Mei
1931


84/9
3
%
5

,,
1931..
138
2834
5

,,
1931….
8411091,
6

,,
1931..
2881
8

6

,,
1931….
84/11%
7

,,
1931..
13%
28
8
18
7

,,
1931-…
84/1134
8

,,
1931..
13
8
1
2834
8

,,
1931….
8419%
9

,,
1931..
13l1
2811
9

,,
1931

. ..
84110%

10
Mei
1930..
1981
41%
10
Mei
1930….
8411151
8

27 Juli
1914..
24’êj,,
59
27 Juli
1914….
.
84111
9)
In pence
p.oz.
stand.
8)
Forelgn silver In
$c. p. oz.
line.
9)
In 8h.
p.oz. line

STAND VAN ‘. RIJKS KAS.
Vorderingen.

/

30 April 1931

1

7 Mei 1931

Saldo van’sRijks Schatkist bij De Ne-

Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten

630.172,93

30.206,75
Voorschotten
op uIt. Maart 1931 a/d.

derlandsche

Bank……………….1

4.578.780,29

1

5.562.327,94

gemeenten verstrekt
op
voor haar
door de Rijksadministratle te heffen
gemeentelijke

ink.bel.

en

opc.

op

Voorschotten
op
uIt. Maart 1931 a/d.
de

Rijksink.bel ……… …….. … ..,

35.154.052,09

,,

35.154.052,09

gemeenten verstrekt
op
aan haar
uit te keeren hoofdsom der pe/so-
neele belasting, aandeel in de hoofd- som der grondbelasting, alsmedevan
opcenten op die belastingen …….
.

10.989.493,23

10.989.493,23
Voorsch. a/d. gem. verstr.
op
aan haar
toek. ultk. uit het Gemeentefonds .

,,

23.821.683,31

Id. aan

Suriname …………………

…ll.380.093,66

,,

11.392.059,30
Id. aan

Curaçao ………………….

…6.297.888,54

,,

6.362.327,54

Voorschotten aan Ncd.-lndlt ………
..124.495.722.39

, 124.844.125,35

Kasvord.weg. credlelverst.a/h.buitenl

, 104.031.014,25

, 100.811.598,67
Daggeldleeningen tegen onderpand

22.500.000,-

,, 28.500.000,-
Saldo der postrekeningen van Rijks
comptabelen ……………………18.997.714,36

32.914.900,73
Vordering op andere Staatsbedrijven 1)

18.412.961.19

,,

18.376.443,87
V er Pl 1 Ch t n ge n.

Schatkistbiljetten in Omloop ………/180.686.000,-

t 178.822.000,-

Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)

,,

27.168.201,08

,,

27.463.717,16

Schatkistpromessen in omloop …….,,

68.210.000,-

,, 74.040.000,-
Zilverbons in omloqp ….
………….2.908.951,-

2.876.552,-

Id. a. h. Staatsbedrijf d. P., T. en T.’)

»

27.982.716/8

32.037.284,12
Id. aan andere Staatsbedrijven 1) … …,

1.060.773,51

,,

1.085.773,51
Id. aan diverse Instellingen 1) ……..
..35.478.348,41

38.958.993,41
1) In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH.INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
2 Mei 1931

/

9 Mei 1931
Vorderingen:

Saldo bij de Javasche Bank


Saldo bI) ‘s Rijks kas …………….
…-

Betaalmlddelen In ‘s Lands Kas


Verplichtingen
Voorschot ‘s Rijks kas es. Rijksinstell.

t 28.571.000,-
Schatkistpromessen ……………….,,

16500.000,-
Schatkis,biljetten

……………….
.,,

8.275.000,-

Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.

,

4.487.000,-
Muntbiljetten In omloop ………….
..11.707.000,-

Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.

1.389.000,-
Voor,chot van de Javasche Bank……26.362.000,-

1126.394.000,-
16.500.090,-
8.275.000,-
11.702.000,-
4.487.000,-
» 1.478.000,-
30.415.000,-

13 Mei 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

455

NEDERLANDSCHE BANK..
Verkorte Balans op 11 Mei
1931.

4otiva.
Binnenl.Wis-fHfdbk.
f

35.693.388,48
sels, Prom., Bij bnk.
,,

180.030,-
enz.in
disc4Ag.sch.
,,

9.138.036,33 45.011.454,81
Papier o. h. Buiten!. i1isconto

……

• Idem eigen portef..
!
223.648.012,-
Af :Verkocht maar voor
de bk. nog niet afgel.


223.648.012,-
Beleeningen
mci. vrsch.
(Hfdbk.
f

37.120.632 41

in rek.-crt.1
Bijbnk.

6.813.184 99

op onderp.
Ag.sch. __55.103.696,99

99.037.514,39

Op Effecten …… f

97.500.778,27
OpGoederenenSpec.
,,
1.536.736,12
9903751439
Voorschotten a. h. Rijk’…………
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f

88.482.575,-
Muntmat., Goud
..
,,
361.493.947,03

f
449.976.522,03
Munt, Zilver, enz.

,,

36.300.071,77
Muntmat. Zilver..


486.276.593,80
1
)
Belegging
11
5
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

……………………
,,
25.935.084,12
Gebouwen en Meub. der Bank ……..
,,
5.000.000,-
Diverse

rekeningen ………………

,,
54.701.745,99

Passiva.

f
939.610.405,11

Kapitaal ……………………….
f
20.000.000,-
R
eservefonds ……………………
,,
7.199.946,44
Bijzondere

reserve

, ………………,,
8.000.000,-
Pensioenfonds

………………….
,,
7.084.841,98
Bankbiljetten in omloop …………..

,,
861.619.305,-
Bankassignatiën in omloop

…………

197.263,55
Rek.-Cour.
5
Het Rijk

f

4.445.594,34
saldo’s:

‘I, Anderen

18.546.876,79
22.992.471,13

Diverse

rekeningen ………………

,,
12.516.577,01

f
939.610.405,11

Beschikbaar metaalsaldo ………….
f
131.965.809,85
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is
,,
329.914.520,-
1)
Waarvan in het buitenland
f
28.846.779,33.
Voornaamste posten in duizenden,
guldens.

Goud
Andere
Beschikb.’
Dek:
Data
Munt
1
Muntmat.

Cir’ulatie
opeischb.
schulden
Metaal-
saldo
1
)
kings
perc

11 Mei
’31
88.483 361.494
861.619 23.190
131.966
55
4

,,
’31
88.482
361.494
898.105 22.449 117.064
54
27 Apr.
’31
88.482
361.494 838.150
33.211 136.480
55 20

,,
’31
84.484 361.495
825.888
34.217 137.109
56
13

,,
’31
84.484
361.495
837.143
17.095
139.029
56
7

’31
84.484 361.495 852.402 24.812
128.833
55

12 Mei
’30
64.896
367.023
835.180
33.296
109.629
53

25 Juli
’14
65.703
96.410
310.437 6.198 43.521
54

Totaal
Schatkist-
e ee –
Papier
Diverse
Data bedrag
Idi.~conto
‘s

promessen
Irechtstreekj

n ngen op het
reke-

45.011

buitenl.
ningen
)

11Mei

1931

99.038
223.648
54.702
4

,,
1931
45.543

131.966
223.260
57.815
27 Apr.
1931
45.001

88.142
220.893
55.370
20′

1931
45.019

88.241
214.486
54.150
13

,,
1931
45.922

87.059
212.173
50.492
7

,,
1931
44.385

120.166
212.019
43.266

12 Mei
1930
53.429

97.026
236.622
44.166

25 Juli
1914
67.947

61.686 20.188
509
‘1 z>
caert aen oanestaa( van
i’i
Jan.

weaer op ue
uasis
van
metaaldekking.
2)
Sluitpost activa.

CURAÇAOSCHE BANK.
Vnnrnamsfe nç,sten in duizenden euldens.

Data
Metaal
Circu- lafie.
Dis-
conto’s

Voor-
sdiotten
aan de
kolonie

D

reke-
ningen1ningen2

Diverse
,reke-

1 April

1931
4.836
5.546
135 167
1.329
327
1 Maart

1931
4.840
5.439
139
55
1.365
366
1 Februari 1931
4.842
5.551
132
16
8

1.428
304
1 Januari

1931
4.786 5.495
125
62
8

1.573
484
1 November 1930
4.677
5.567
176 193

1.939
855
1 October

1930
4.643
5.823
167
128
1.816
367

1 April

1930
4.402
6.161 *1
133
461
1.875
143

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Data

Goud

Zilver

Circulatie opeischb. metaal-
schulden saldo

9 Mei
1931

i00′

250.600

38.700 46.280
2
,,
1931

161.900

243.600

42.600 47.420
25Apr.1931

162.300

242.100

40.900 49.100

11Apr.1931 ‘118.730

47.360 247.247

36.989 .52.397
4
,,
1931 118.689

47.604 242.079

40.605 53.220
28Mrt.1931 118.664

47.429 238.651

56.816 47.906
21
,,
1931 118.626

46.587 240.389

53.778

47.547

10 Mei 1930 138.958

29.182 278.423

48.181 37.499
11 Mei 1929 162.043

21.568 307.847
,
31.093 48.035

25 Juli 1914 22.057 J 31.907 110.172

12.634

4.842

Wissels,

Dek-
D

Dis-

buiten

Belee-

v:rse

kings
a

conto’s

N.-ind.

ningen
n
[
n
e

percen-
______________

betaalb.

g

tage

9Mei 1931

llÖöö

•es

56. 2
,,
1931

119.700

••

57
25Apr.1931

115.700

*8*

57

11Apr.1931

9.136
21•
37.564

28.546

58
4
,,
1931

8.987 29.376

35.088

31.094

58
28Mrt.1931

8.942 29.191

37.297

32.933

57
21
,,
1931

8.872 29.892

38.615

32.448

56

10 Mei 1930

9.198 37.681

53.548

32.528

51
11 Mei 1929

8.300 25.854

77.746′ 44.306

54

25juli1914

7.259

6.395

75.541

2.228

44

‘)
Sluitpost activa.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.

Data
Metaal
Bankbilf.
in
B
in Banking
OtherSecurities
Dfsc.and
ecur

s
circulatie
Deparim.
Advances

5
Mei

1931
148.483
356.217
51.289
5.835
25.524
29 Apr.
1931
147.227
349.815
56.465
7.198
25.647
22

,,

1931
146.740
348.444
-57.420,
5.982
26.500
15

1931
146.202
354.364
50.949
8.376
27.852
8

1931
147.023
358.885 47.237
10.890
28.609
1

1931
145.387
357.057 47.409
24.629
25.685

7
Mei

1930
164.502
358.491
65.082
6.555
9.609

22 Juli

1914
40.164 29.317 33.633

Data
Gov.
Sec.
Public
Depos.

OtherDeposits
1

Other
.
Bankers IAccountsi

1

1
Reservel
1
Dek-
kings-
1
perc.l)

5Mei ’31
34.415
5.999
58.572
35.512 52.265
52
7
/
38

29 Apr.
’31
31.090
17.678
48.924
37.029 57.413
5521

22

,,

’31
30.950
13.865
54.785
35.403 58.295
56
15

’31
34.335
8.372
61.230
35.131 51.839
49
18
/
32

8

’31
33.400
9.863
59.507 34.000
48.138
46
1

’31
30.350
17.243
58.788 34.693 48.330
43191

7 Mei ’30
56.363
16.211
68.534 36.034
66.0121
5419
1

22 Juli
1
14
11.005
13.736
42.185
29.
2
971
52
1)
Verhouding tusschen
Reserve
en Deposits.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen 1 rancs.

Te goed
1
Wis-
Waarv.
1
Belee-
1
Ren teloos
Data
Goud

Zilver in het
1.
sets

1
op het
1
n_ngen
1
voorschot
buitenl.1
______
buitenl.I
ad. Staat

1 Mei ’31
55.618
798
6.845 24.442
19.403
2.910
3.200
24Apr.’31
55.616
789
6.906
25.902
19.400 2.795
3.200
17

’31
56.098
774
6.905
24.932
19.399
2.885
3.200
10

,,

’31
56.107
756
6.912
24.932
19.398
2.927
3.200
2 Mei
1
30
42.350
287 6.886
23.732
18.743
2.750 3.200

23Juli’141
4.1041
640

1.541
8
769

v. d.
1
Diver-

1

Rekg.Courant

Staat
1
Zelfèt.
Parti-
Data
1
Bons
zelf
51.
sen’)
1

Circulatie
m
aort. k.
Iamort.k.Iculieren

1 Mei ’31
5.082
<‘3.247
78.970
1.751
8.778 11.068
24Apr.’31
5.082
2.313
77.231 2.366 9.313 12.062
17

’31
5.082 2.519 77.791
2.346
9.006 11.493
10

,,

’31
5.082
2.584
78.708
2.357
8.717
11.154

2 Mei ’30
5.395
1.887
72.373 3.553
2.041
6.776

23 Juli’14


5.912
401

943

1)
Sluitp. der activa.
1)
SluItp. der passiva.
‘) S
chuló aan ce Kolonie.

1)
Slultpost activa.

458

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

13 Mei 1931

DUITSCHE RLJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichemark.

Daarvan
Deviezen
Andere

a a
OU
d
bij bui-
als goud-
wissels
Belee
teni. clrc. dekking
e,i
ningen
banken
1)

geldende
cheques

7 Mei

1931
2.369,9
207,6
169,3
1.686,3 146,5
30 April 1931
2.368,4
207,6
157,3
1.815,6 287,3
22

,,

1931
2.347,5
207,6
132,1
1.456,3
136,8
15

,,

1931
2.344,8
207,6
114,2
1.550,9
148,5
7

,,

1931
2.343,6
207,6
165,6
1.975,4
155,2

7 Mei

1930
2.565,4
149,8
330,2
1.853,5
53,6
30 Juli

1914
1.356,9


750,9
0,2

Da
ti
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.-
Diverse
ten
Acliva’)
lat ie
Cr1.
Passiva

7 Mei

1931
102,7
461,8
4.076,7 332,7

249,7
30 April 1931
102,6
496,2
4.340,2
355,5 261,2
22

,,

1931
102,6
490,0
3.684,8 453,1
261,8
15

,,

1931
102,8
473,0
3.872,8 312,9
261,5
,,

1931
102,7
519,8
4.377,9
332,8
258,6
7 Mei

1930
93,1
606,0
4.403,7
801,4
163,1
30 Juli

1914
1

336,8
200,4
1

1.890,9
1

944,-
40,0
1)
Onbela8t.
‘) W.o.
Rentenbankschelne
7
Mei,
30, 22,
15,7 April
’31,
7Mei 30, resp.40;9;60;44;34;50m1l1. NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Voornaamste posten in millioenen Belgas.

Dato

Goud

12

,9

Rekg. Cr1.

n
°

1931
,
n
.
0
9

1.

7 Mei
1146
856

728 34
292 3.239 24
105
30 Apr.
1445 891

748
38
292
3.279
44
103
23
1445 900

735
31
292
3.201
21.
194
16
1444
910

731 33
292
3.226
21
172
9

,,
1440
912

730
37
292
3.256
25
1
, 43
8 Mei’
1195
646
45
802
31
315
2.907
4
88
1
)
1930.

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data betaal-
middel,
Zilver
Totaal
Dekking
F. R.

In her-
disc. v.d.
1
In de
open
bedrag
Notes
etc.
member
1
banks

1
markt
gekocht

22Apr.’31
3.162,
1.815,1
183,5
135,3
151,8
15

,,

’31
3.141,9
1.792,6 176,0 132,0
131,5
8

,,

’31
3.131,0
1.766,0
178,0
142,6
171,7
1

,,

’31
3.115,2
1.757,8
180,0 163,6 166,6
25 Mrt.’31
3.126,4
1.762,3
183,9 165,4
83,3
18

,,

’31
3.115,9
1.743,4
178,3
161,9 122,6

23 Apr.’301 3.048,4
1.695.3
178,4
211,5
256,9
Data
Belegd
in
u. s.
Notes

1

jojaal

Gestort
houd-
Dek-
i
Al

en:.
1

Efek-
1
Gov.Sec.
in clrcu-I latie
si
Kapitaal

kings-
perc.’)
kings-
1

perc. 1)

22 Apr.’31
598,5
1.526,5
2.435,8
168,7
79,8 84,5
15

’31
598,6
1.515,7
2.406,2
188,7 80,1 84,6
8

’31 598,7
1.505,1
2.442,5
168,7
80,2
838
1

’31
598,4
1.497,8
2.446,2 168,8
79,1
83,5
25 Mrt.’31
598,6
1.441,7
2.432,8
188,9
80,6 85,4
18,,

’31
817,7
1.441,8
2.465,3
169,0
79,7
84,3

23 Apr.’30
527,4
1.518,3
2.422,2
174,2 77,6 81,8
1)
Verbouding totalen goudvoorraad tegenover opeischbare
schulden:
F. R.
Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
voorraad muntmaterlaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
Aantal
banken

Dis-
conto’s
en
beleen.

Beleg-
gingen
,

rg

de
R.
anks

Totaal
depo-
sito’s

Waarvan
time
deposits

15 Apr.’31
19
15.258 7.793
1.768
21.510
7.304
8

’31
20
15.212 7.633
1.797
21.254
7.273
1

,,

31
29
15.419
7.554
1.810
21.401
7.308
25 Mrt.’31
35
15.470
7.576
1.779
21.376 7.278
18

,,

’31
27
15.518
1

7.593
1.846
21.553
7.249

16Apr.’30
65
18.845 5.747
1.746
20.592′ 7.068
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten

GOEDERENHANDEL.

12 Mei 1931..

Ook in de afgeloopen veek zijn flinke zaken in t a. r V
e
tot ztancl gekomen, dank zij vermeerderde vraag in Europa
en aa.nhouclende vraag in het Verre Oozten. De behoefte
aan tarwe in het Oosten is gedurende de laatste maanden
een groote steun voor cle markt geweest en vooral Au.stra-
1,ië heeft va:i die vraag geprofiteerd door het doen van
groote verschepingen, terwijl nog acer belangrijke hoeyeel-
heden ter verlading moeten worden gebracht, welke reeds
zijn verkocht ter verscheping iii de eerstvolgende maanden..
Ook in Europa blijft (te vernseerderde vraag voor tarwe
aanhouden en het is dar vooral op het continent, waar
in den laatsten tijd de vraag is toegenomen. In Duitsch-
land ‘is door de regeeriu-g een regeling getroffen met de
molens en de bakkers over den broodprijs, waarbij de in-
voer van tarwe w’ordrt mogelijk gemaakt tegen een van
25 Mark op 20 Mark rverlaagd invoerrecht over een maan-
clelijks vast te – stellen hoeveelheid. Reeds vÔdr deze maat-
regel was aangenomen, was in Duitsebland vermeerderde
vraag voor buitenlandsche tarwe ontstaan. Na het aanne-
men van den nieuwen maatregel is de vraag in ])uitschland
niet verder vermeerderd, doch de markt heeft daarvan wel de
gevolgen ondervonden, omdat de invoer inDuitschiand in
omvang zal -toenemen tot dc nieuwe tarwc-oogst gereed
zal zijn. Ook voor Frankrijk verwacht men grootere vraag,
daar de voorraden binnenlandsche tarwe opruimen en de
regeering er vermoedelijk wel -toe over zal gaan het voor
de nieelfabricage toegelaten percentage bu-itenlandsche -tar-
we, dat nu 25 pOt. bedraagt, verder te. verhoogen. Niet-
tegenstaande de levendiige vraag in invoerende landen in
Europa en -het Verre Oosten zijn de prijzen aan de ter-
mijnmarkten te Chicago en Winnipeg in het begin der
afgeloopen week langzaam begonnen te dalen. De oorzaak
-daarvan moet gezocht worden in de vooruitzichten van den
wintcrtarveoogsL in de Vereenigde Staten en in de om-
-standigheden, waaronder de uitzaai van zomertarwe iii de
Vereenigde Staten en Canada plaats vindt. Het dezer dagen gepubliceerde rapport ‘van het Departement van Landbouw
te Washington schat de met wintertarwe bezaa.ide opper-
vlakte in de Vcreenigde Staten op 40.432.000 acres of
3,7 pOt. lager clan de oppervlakte, waarop -dc uitzaai in het
vorige jaar plaats vond. Dc conditie, waarin zich de win-tertarwe bevindt, wordt geschat op 90,3, hetgeen een op-
brengst zou beteekenen van 652.902.000 husheis. In het
vorige jaar bedroeg de laatste schatting voor vintertarwe
604.337.000 hushels. Deze hoogc schatting van de opbrengst
heeft op de -ma.rktsteniming gceIl invloed meer gehad, daar
de kor-t tevoren door -particuliere oogstexperts gepubliceer-
de schattingen reeds hoog waren en eene prijsverlaging
hadden veroorzaakt. In het zomertarwegebied van de Ver-
eeriigde Staten zijn de vooruitzichten -niet zoo gunstig. De
planten komen slechts langzaam tot ontwikkeling en in
vele streken bestaat groote behoefte aan regen. In Canada
is de toestand beter, doch ook daar wordt in -vele gebieden
naar -meer regen verlangd. Met den uitzaai is men in Ma-
nitoba practisch gereed gekomen onder gunstige omstan-
digheden met voldoende ‘vocht om het graan tot ontkieming
te brengen. Regen is daar echter wel gewcnschrt. In Sas-
katchewan is 65-70 pOt, van de tarwe gezaaid, de grond
is er -droog, behalve in het Noorden, en regen -dringend ge-
wenscht. In Albérta is 65 pOt. gezaaid. In den loop dezer
week in Canada -gemelde regens in de Prairie-Provincies
droegen mede bij tot de verlaging der prijzen aan de ter-
mijnmarkt. Naar men verwacht, zal de met zomertarwe te
bebouwen oppervlakte in Canada circa 15 pOt. en in de
Vereenigde Staten circa 1.1 pCt. kleiner zijn dan in het
vorige jaar. Verbetering der prijzen -aan de termijnmark-ten tengevolge van deze vermoedelijke vermindering der
bebouwde oppervlakte is uitgebleven door de hooge raming
van de opbrengst van wintertarwe. De laatste dagen van
de vorige week zijn de koersen in Chicago en Win-nipeg
weder opgeloopen tengevolge van goede vraag en middel-
matige oogstvooruitzichten in Europa. Het officiëele rap-
-port in Duitschlan-d vermeldt, dat koud weder in de maan-d
April de ontwikkeling der planten tegenhield en dat de
uitzaaii van zomertarwe vertraagd was. De conditie van
den win-tertarwe-oogst werd per 1 Mei -aangegeven met 2,9 tegen 3,0
op
1 April en 2,9
op
1. Mei van het vorige jaar.
In Duitschiand beteekent 2 goed, 3 gemiddeld. Ook het
Fransche rapport is n

iet zeer -gunstig. De conditie van
wintertarwe wordt geschat op 66 pOt. per 1 Mei tegen
73 pot. op 1 Mi van het vorige jaar. In het Oosten van
Europa heeft de verbetering in de weersomstandigheden
aangehouden, terwijl ook in Bulgarije een verbetering is
ingetredelh. Over het algemeen is men op -de Balkan wel

13 Mei 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

457

AANVOEREN in tons van 1000 KG.

Artt kelen

Rotterdam

319
Mei

Sedert

Overeenk.
1931

1
Jan.
1931

tijdvak
1930

Amsterdam

319
Mei

Sedert

Overeenk.
1931

1
Jan.
1931

tijdvak
1930

Totaal

1930

10.573
386.846
475.061

9.515
11.930 396.361
486.991
2.825 134.843
153.458

105
18.827
134.948
172.285
Boekweit ……………….
554
8.346
5.463

145
1.149
8.491
6.612
20.026
384.654
375.457
1.501
87.594 66.200
472.248 441.657
350
221.842
187.328
1.162
19.002
16.494
240.844
203.822

Tarwe

………………
Rogge

………………

3.071 111.511
80.008

1.073
2.602
112.584 82.610

MaIs ……………….

13.296
91.594
24.310
6.583
216.928
108.116
308.522
132.426

Gerst

…………………
Haver

………………..

3.120
32.299 64.549

107

32.406
64.549
Lijnzaad

……………
Lijnkoek

……………
2.907
34.209
35.406 1.130
14.482 10.735
48.691
46.141
T.arwemeel

………….
Andere meelsoorten
696
18.022
7.994
85
6.519
24.541
7.994

tevreden, doch in dè andere Europeesche landen is win-
tertarwe laat en heeft de uitzaai van zornertarwe vertra-
ging ondervonden. Ook in Rusland is men laat met den uit-
zaai en in verband daarmede heet het, dat de Russen niet
geneigd zijn op het oogenblik groote hoeveelheden te expor-
teeren. Wanneer de vooruitzichten van den .nieuwen oogst
goed zijn, is het mogelijk, dat tegen het einde van ht sei-
zoen weder grootere hoeveelheden Russische tarwe aan de
markt komen. In Argentinië is men onder gunstige om-
standiigheden met den uitzaai van ‘den nieuwen oogst bezig,
welke naar de verwachtingen op een kleinere oppervlakte
zal geschieden dan in het vorige jaar. De kersen aan de
termijnmarkt ‘te Chicago waren ‘voor Juli-tarwe aan het
einde dezer week 1 dollarcent per 60 lbs. lager dan een
week tevoren, ‘te Winn’ipeg vrijwel onveranderd. In Zuid.
Amerika steeg de prijs aan de termijnmark’ten in het be-
gin ‘der afgeloopen week, welke stijging samenv,iel met een
vrlaging van den pesokoers. Later bleef deze meer stabiel
en was op sommige dagen zelfs vaster. De tarweprijzen
onciergingen toen weder eenige verlaging. Te Buenos Aires
was het slot 10 cents en te Rosario 5 cents per 100 KG.
lager.
De stemming aan de r ogge-markt was in het begin der. week onveranderd en de disponibele Riissische vond ge-
regeld koopers tot langzaam stijgende prijzen. Geregeld
werd ook Amerikaansche rogge aangeboden, doch zaken
daarin kwamen niet tot stand, omdat Anlerikaansche
exporteurs, tengevolge van verhoogingen aan de termijn-
markt te Chicago, hun prijzen

verhoogden. Omstreeks het
midden der week ging het gerucht, dat ‘de Ru’ssen met
rogge aan de markt weren en koopers waren daarom min-
der geneigd iets te ondernemen. Wat de Rotterdamsche
markt betreft, in Russische rogge is daar niets gedaan. De
Russen hebben eenige ladingen, welke onderweg zijn, naar
Hamburg verkocht en zijn voorloopig ‘verder niet aan de
markt. De stemming voor rogge is in het laatste gedeelte
der week verbeterd en •de prijzen zijn met flinke vraag
verder gestegen. Eenige omzetten hebben toen plaats ge-vonden in Amerikaansche rogge, doch sedert is daarvoor
de prijs verder verhoogd, waardoor zaken onmogelijk wer-
den. Aan de termijnmarkt te Chicago sloot rogge 2 dollar-
cents per 56 lbs. hooger dan een week geleden.
Voor m a ï s was de vraag beperkt en slechts kleine
omzetten kwamen tot stand in stoomende en op aflad’ing.
De verschepingen waren deze week niet zoo groot als in
de vorige week, ‘doch het aanbod is ruim. Vooral op Juni
en latere maanden zijn afladers vrij dringend aan de
markt. Eerdere ‘posities worden minder dringend aange-
boden en daarvoor wordt nog een kleine premie gevraagd
boven latere verschep’ing. Voor spoedig verwachte maïs
wordt ook een premie gevraagd en betaald boven latere
posities, welke vrij belangrijk is en welke koopers niet
an.imeert de spoedige partijen op te nemen, zoo lang zij
nog geen dringende behoefte hebben. Tegen het einde der
wek moesten houders dan ook een concessie van eenige
guldens per last doen om de binnenkomende partijen te
verkoopen. De koersen aan de Zuid-Amerikaansche ter-
mijnmarkten hebben slechts kleine veranderingen onder.
gaan. In het begi’n der week was de pesokoers flauw, wat
ook op de prijzen van invloed was, doch later ‘heeft dèze
‘zich hersteld. Te Buenos Aires was het slot voor maïs 6 cents per 100 KG. hooger dan een week geleden, ‘te
Rosario 10 cents hooger. Plaitamaîs is op het oogenblik in
verhouding ‘tot andere graansoorten goedkoop, vooral in
vergelijking met gerst en ‘haver. Men ziet op tegen den
grooten maïsoogst in Argentinië, die een record-omvang
heeft bereikt, en verwacht doorloopend dringend aanbod.
Op het oogeablik is Platamals de eenige maïssoort, die
praotisch wordt aangeboden, daar de prijzen aan den
Donau te hoog zijn om uitvoer van daar mogelijk ‘te maken.
Het aanbod van g e r s t is schaarsch. Donaugerst wordt

slechts in enkele booten aangeboden en ook op aflading is
het offer’temateriaal ‘beperkt. In Roemenië zijn de boeren
bezig met den u’itzaai hunner zomergewassen en eerst
wanneer die is afgeloopen kun.nen grootere aanvoeren in
de havenplaatsen van Roemenië verwacht worden. De
prijzen zijn tengevolge van het beperkte aanbod hoog en
de omzetten klein. Ook in Canadeesche gerst komen ge-
regeld zaken tot stand, vooral •in stoomende en spoêdig
te vertrekken booten. De prijzen voor ‘deze gerstsoort zijn ,in de afgeloopen week weinig veranderd, in overeenstem-
ming met de koersen aan (le termijnmarkt te Winnipeg,
welke na den vorigen Dinsdag slechts kleine veranderin-
gen hebben ondergaan, nadat een vrij belangrijke verhoo-
ging op dien dag had plaats gevonden sedert den daaraan
voorafgaanden Zaterdag. Op den vierden Mei was Winni-
peg gesloten. Vergeleken hij 2 M..i was het slot 1% dollar-
cents per 48 lbs. hooger. –
Ook voor h a v e r nijn de prijzen te Winn.ipeg aan de
termijnmarkt gestegen en wel 4′ dollarcent per 32 lbs.
sedert 2 Mei. Geregeld wor’dt Canadeesche haver aange-
boden en er zijn ook verkoopen ‘tot ‘stand gekomen. Van
groote omzetten kan echter niet worden gesproken, daar
over het algemeen de Amerikaansche vraagprijzen nog als
te hoog worden beschouwd. De voorraden Russische haver
zijn sterk ‘verminderd en het aanbod ‘daarvan is nog
slechts gering. In Argentijnsche •haver kwamen geregeld omzetten tot stand ‘tot allengs stijgende prijzen.

SUIKER.
In de afgeloopen week was de stemming op de verschil-
lende suikermarkten over het algemeen zeerongeanimoerd.
Tegen het einde der week veroorzaakte de verwachtte rati-ficatie van het Chadboiirne-pian eene opleving. Deze heeft
in’tusschen ji. Zaterdag te Brussel plaats gehad.
De vraag voor ruwsuiker was in A m e r i k a uiterst
gering. Van verkoopdrang was daarentegen eveneens niet
veel te bespeuren. Enkele partijen gingen om tot ca. 1.20
dc. c. & fr. basis Cubasuiker.
Nadat de noteeringen op de New-Yorksche termijnmarkt
‘in ‘de eerste helft der week afgebrokkeld waren, trokken
deze weder aan tengevolge van den vasten ondertoon op de Europeesche markten, vooral te Hamburg. Het slot in
New-York kwam met de ‘volgende noteeringen af: Mçi 1.15;
Juli 1.22; Sept. 1.31; Oct. 1.34; Dec. 1.38, terwijl de laat-
ste noteering voor Spot Centr. 3.14 was. De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver. Staten
bedroegen deze week 48.000 tons, de versmeltingen 49.000
tons ‘tegen 57600 tons verleden jaar en de voorraden
312.000 rtons tegen 442.400 tons.
De laatste 0 u b astatistiek is als volgt:

1931

1930

1929
tons

tons

tons
Produotie ……………3.100.000 4.250.000 5.000.000
Voorr. overgebracht per 1/1 1.418.000

321.000

193.000
Consumptie …………..43.000

27.170

51.000
Weekontv. afscheephavens –

26.112

150.941

164.461
Totaal sedert 1/1 N. Oogst 1.286.367 2.362.396 3.545.671
Weekexport ………….28.519

157.210

135.927
Totale export sedert
1
1
1
. – 684.028

768.446 2.150.120 Voorraad afscheephavens

1.708.089 1.754.746 1.537.163
binnenland …..2.081.983 1.860.434 1.404.861
Aantal werkende fabrieken 20 91 40
In E n ge 1 and ging zoo goed als niets om op de ruw-
suikermarkt. De waarde bewoog zich om sh.
611W
cif voor
basis 96 pOt.
Op de Londensche termijnmarkt was de stemming flauw.
Den laatsten beursdag trad een klein herstel in en de no-
teeringen lusd,den als volgt:
Mei Sh. 5111Ç; Aug. 5h. 611 ; Dec. Sh. 6/5 en Mri.
Sh. 6/7W voor Ruwsuiker 96q cif.

458

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

k
‘ 13 Mei 1931

Ook op J a v a was een lusteledze stemming overheer-
schend, zoodat de
V.I.S.P.
zoo goed als niets van de hand
kon doen.
II i e r t e 1 a n d e richtte de markt zich hoofdzakelijk
naar Hamburg, alwaar in tegenstelling met New-York
goede kooplust zich ontwikkelde, al was dit op iets lagere
basis dah bij het begin der week. Tegen het einde der week,
toen van alle buitenlandsche markten vastere berichten
kwamén, konden ook de noteeringen op de Aiiisterclimsche termijnmarkt iets oploopen. Deze gaven het volgende beeld
te zien: Mei
f
8Y ; Aug.
f
8%; Dec.
f 9y
8
en Maart
f 9,
alles geboden. De omzet bedroeg
5100
tons.

KATOEN.
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons.
Manchester, d.d. 6 Mei
1931.

])e markt voor Amerikaansche katoen is gedurende de
afgeloopen week kalm geweest.
Op
Maandag jI. toonde
New-York een verhooging van
26-33
punten, waarop Liver-
pool Dinsdagmiddag antwoordde door haar noteeringen
13
punten te verhoogen; vÔOr sluiting liepen beide mark’tCn
gisterenavond echter weer terug. Over de geheele week
genomen zijn prijzen echter gedaald, en het is opmerkelijk, dat de noteering voor Mid. America.n Loco op Maandag te
Liverpool
5.30
d. bedroeg, een’ noteering, die wij sedert
December niet hebben aanschouwd. De uitvoeren gedurende
het drie-kwart gedeelte van het seizoen, dat thans voorbij
is, beliepen
6.042.000
‘balen, tegen
6.276.000
balen geduren.
de dezelfde periode een jaar geleden. Egyptische katoen
heeft weinig gefluetueerd bij een matige vraag. Loco-ver

koopen bedroegen de vorige week te Liverpool slechts
24.570
balen, waarvan circa de helft Amerikaansche
katoen.
De markt voor garen van Amerikaansche katoen toonde
gedurende de sluitingsdagen van de vorige week meer leven-
digheid. Spinners van grove- en ‘lagere medio-nummers
kebben flink verkocht, en ook gisteren werd een behoor-
lijk kwantum afgesloten, in hoofdzaak voor binnenlandsch
gebruik. Voor ringtwist in de goedkoopere kwaliteiten be-
stond eveneens meer vraag, doch cle geboden prijzen waren
in vele gevallen te laag om geaccepteerd te kunnen worden.
In andere soorten gaat over het algemeen weinig om. Voor
cops Egyptische katoen bestaat weinig belangstelling en
dan nog vrijwel uitsluitend’ ‘voor directe behoefte, hoewel
hier en daar ook nog wel iets voor export verkocht schijnt
te zijn. Fijne medio bundelgarens voor Calcutta worden wel

gevraagd, doch heel veel is er niet afgesloten. Voor twee-
voudig getwijnd garen bestaat weinig interesse; voor de
Oos’tersche markten zijn enkele verdere orders geplaatst, doch vele biedingen aijn te laag om geaccepteerd te kun-
nen worden en gaan daarom terug.
Wat
de doekmarkt aangaat, zijn er weinig orders ge-
plaatst. Ongelukkigerwijze schijnt de aaudacht van de ge-
bede wereld zich thans te concentreeren op de economi-
sche en politieke omstandigheden, die de Lancashirehandel
benadeelen. Een en ander schept niet heel veel vertrou-ven, terwijl evenmin het ruwe product weinig kracht in
zich schijnt te hebben: Niettegenstaande deze bezwaren
bestaat er van den kant van Engelsch-Indië een behoorlijke
belangstelling, terwijl veel erop w’ijst, dat andere Ooster-sche markten eveneens aanvragen inzenden. Direct resul-
taat levert een en ander echter nog niet op, daar er nog
te veel factoren zijn, die de opleving van een normalen
handel in den weg staan. De binnenlandsche markt is
beter.

Liverpoolnoteeringen

Oost. koersen 28Apr. 5Mei
29
Apr. 6Mei ET. op Br.-Indië 115H 115.
F.G.F. Sakellaridis 8,25 8,30 T.T.op Hongkong 117/
t
119
Q.F. No. 1
Oomra. 3,23 3,08 T.T.op Shanghai I/3$1 413
1
1

KOFFIE.
Nog altijd zijn het de berichten over het nieuwe uitvoer-
recht van Brazilië, dvelke aan de koffiemarkten dagelijks
het voornaamste punt van bespreking uitmaken, ofschoon het zelfs nu nog niet recht duidelijk is, hoe de Brazilianen
zich voorstellen de met het uitvoerrecht samenhangende
plannen tot vernietiging van gi

oote hoeveelheden koffie
te ‘verwezenlijken. Wel werd uit particuliere bron gemeld,
dat de Minister vail Financiën van Sao
Paulo
niet tevre-
den is met ‘het besluit, om het recht vast ‘te stellen op
101- per baai en dat een verhoogiug er van tot niet minder
dan
20/-
tegen 1 Juli as, in overweging ‘wordt genomen.
Andere berichtgevers, welke ook spraken van een moge.
lijke verhooging tot
201-,
legden er den nadruk op, dat een
eventueel besluit daartoe mal worden genomen zonder voor-
afgnknde waarschuwing. Hoe dit ook zij, in elk geval blijkt
uit al deze medecleelingen, dat de Regeeringen der ver-
sehillencie ilraziliaansche Staten nog niet tot een defini-tieve overeenkomst ten opzichte van dit belangrijke punt
zijn gekomen en dat de toestand op het oogenbhik dus nog
in hooge mate onzeker is.
Op
15 dezer zal een conferentie van afgevaardigden van

STATISTISCH OVERZICW

GRANEN EN ZADEN
ZUIVEL EN EIEREN
MINERALEN

TARWE
R000E
MAIS
OERST
LIJNZAAD
BOTER
A
K AS
EIEREN
STEENKOLEN
Wcstfaalsche/
PETROLEUM
HardWlnter
AmericanNo.2
0
)
La Plata
Amer.No.2
La Plata
perK.O. Edammer Gem. not.
1-lollandsche
Mid. Contin.
o.

loco
notter am,
loco
Rotterdam
loco
R’damlA’dam
OCO
0
er am
loco
R’damlA’dam
Leeuwar-
der Comm.
Alkmaar ak

S
Eiermijn
Roermond
bunkerkolen,
ongezeefdf.o.b.
Crude
33 tJflO 33.90
Arnrai
per 100 K.O.
per 2000 K.O.
2000e0
per 1960 K.G.
Noteering
kI. ml
S
erk

p. 100 st.
R’damlA’darn
per barel

f1
0
10
II.
OIo
11.
1
10
f1.
OIo
II.
01
f1.
Olo
f1.
°Io
f1.
°Io
f1.
Olo
$
0J
1925
17,20
100,0
13,07
6

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
2,31
100,0
56,-
100,0
9,18
100,0
10,80
100,0
1.68
100,0
1926 15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
195,75
83,4
360,50 77,9
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15
88,8
17,90
165,7
1.89
112,5
1927
14,75
85,8
12,476
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
2,03
87,9 43,30
77,3
7,96 86,7
11,25
104,2
1.30
77,4
1928
13,47
5

78,3
13.15
100,6
226,00
97,7
228.50 96,8 363,00 78,5
2,11
91,3 48,05
85,8
7,99
87,0
10,10
93,5
1.20
71,4 1929 12,25
71,2
10,87
5

83,2
204,00
88,1
179,75
76,2 419,25
90,6
2,05 88,7
45,40
81.1 8,11
88,3
11,40
105,6
1.23
73,2
1930
9,67
5

56,3
6,22
5

47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
1,66
71,9 38,45
68,7
6,72
73,2
11,35
105,1
1.12
66,7
Jan.

1929 12,35
71,8
12,20
93,3
231,50
100,0
194,25
82,3
365,00
78,9
2,25 97,4
45,95
82,1
9,03
98,4
10,10
93,5
1,16
69,0
)
ebr.
12,72
5

74,0
12,65
.
96,7 236,00
101,9
194,75
82,5 357,25 77,2 2,29
99,1
45,40
81,1
9,19
100,1
12,90 119,4
1.11
66,1
Maart
12,65
73,5
12,62
5

96,6
233,00
100,6
191,75
81,3
359,00
77,6
1,95
84,4 44,60
79,6
8,6
93,2
12,00
111,1
1.11
1.11
66,1
April
12,12
5

70,5
11,62
6

88,9 218,00
94,1
185,25
78,5
373,25 80,7
1,81
78,4
40,25 71,9
5,90 64,3
11,05 102,3
65,1
MeI

,,
11,126
64,1
10,57
6

80,9
198,25
85,6
177,50
75,2 363,50
78,6
1,86
80,5 39,90
71,3
6,16
67,1 11,15
103,3
1.16
69,0
JunI
10,875
63,2
10,20
78,0
193,50
83,6
171,25
72,6
355,25
76,8
1,87
81,0

78,6
6,41
69,8
11,25
104,2
1.30
77,4
JulI
12,80
74,3
11,20
85,6
218,50 94,4
191,25
81,0
415,50
89,8
1,88
81,4

80.4 6,88
74,9
11,25
104,2
1.30
77,4
Aug.
13,125
76,3
10,75
82,2
202,50
87,5
182,75
77,4 452,50
97,8
1,93
83,5
46,15
82,4
7,13
77,7
11,25
104,2
1.30
77,4
Sept.
12,625
73,4
10,20
78,0
191,00
82,5
172,00
72,9
506,75
109,6
2,22
96,1
45,25
80,8
8,01
87,3
11,40
105,6
1.30
77,4
Oct.

»
12,10
70,4
9,876
75,6
185,00
79,9
168,00
71,2 516,50
111,7
2,28
98,7 50,25
89,7
9,53
103,8 11,25
104,2
1.30
77,4
Nov.
11,775
68,5 9,20
70,4
174,00
75,2
164,75
69,8
483,25
104,5
2,20 95,2
50,70
90,5
10,60
115,5
11,35
105,1
1.30
77,4
Dec.

,,
12,62
5

73,4
9.35
71,5
‘166,00 71,7
163,75
69,4
482,00
104,4
2,06 89,2 47,50 84,8
9,97
108,6
11,75
108,8
1.30
77,4
Jan.

1930
12,675
73,7
9,35
71,5
149,25
64,5
151,25
64,1
433,75
93,8
2,00
86,6
43,95
78,5
7,55 82,2
11,75 108,8
1.21
72,0
Pebr.
11,725
68,2
8,175
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5 398,50
86,2
2.03
87,9
41,15
73,5
6,90
75,2
11,75
108,8
1.11
66,1
Maart
10,90
63,4 7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0
390,00
84,3
1,71
74,0
41,25
73.7
5,18 56,4
11,55
106,9
1.11
66,1
April
11,17
65.11
7,62
5

58,3
180,25
77,8
129,75
55,0
431,00
93,2
1,50
64,9
36,50 65,2
5,16 56,2
11,35
105,1
1.16
6

69,3
Mei

»
10,45
60,8 6,55
50,1
148.50
64,1
114,50
48,5
405,00
87,6
1,44
62,3 37,20 66,4
5,30 57,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Juni


10,05
58,4
5,17
39,6
145,50
62,9
103,75
44,0
.
385,50
83,4
1,54
66,7
37,-
66,1
5,09
55,4
11.35
105,1
1.18
6

70,5
Juli
9,55
55,5
5,826
44,6
157,75
68,1
108,00
45,8
345,75
74,8
1,72
74,5
39,90
71,3
5,99 65,3
11,35
105,1
1.18
6

70,5
Aug.
9,45
54,9
6,30
48,2
145,00
63,1
116,25
49,3
365,00
78,9
1,58
68,4
40,20
71,8
6,03
65,7
11,35
105,1
1.186
70,5
Sept.
8,40
48,8
5,25
40,2
127,50
55,1
99,00
41,9
318,75
68,9
1,64
71,0
37,55

67.1
7,23 78,8
11,35
105,1
1.18
6

70,5
Oct.


7,40
43,0
‘4,62
5

35,4
112,25
48,5 86,00 36,4 281,25
60,8
1,63
70,6
36,90
65,9
8,60
.
93,7
11,35
105,1
1.186
70,5
Nov.

,,
7,25 42,2 4,25
32,5 94,50
40,8
82,25 34,9 270,75
58,5
1,58
68,4
36,50
65,2
9,63
104,9 10.90
100,9

0.85
50,6
Dec.

,,
7,07
5

41,1
4,30
32,9
96,00 41,5
91,00
38,6
247,75
53,6
1,55 67,1
33,50
59,8
7,97 86,8
10,85
100,5
0.85
50,6
Jan.

1931
6,52
5

37,9

30,6 84,50 36,5 86,25
36,5 207,50
44,9
1,61
69,7
32,25 57,6
6,63


72,2
10,30
95,4
0.85
50,6
1ebr.
5,775
33,6 3,90
29,8
87.50
37.8 85,75
36,3 206,25
44,6
1,66
71.9
33,80
60.4
6,21
67.5
10,30


95,4
0.85 50,6
Maart
5,625
32,7
4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4
214,00
46,3
1,47
636
31,00
62,5,
4,94
538
10,30
95,4 0.66
39,3
April
5,90
34,3
4,425
33,8
112,00
48,4
117,00
49,6′
197,75
42,8
1.35
58,4
31,60
56,4
4,20
45,8
10,15
94,0
053
31,5
4 Mei
6,45
37,5 4,90
37,5
103,00
44,5
121,00
51,3
19250
41,6
1
1,27
7

55,0
3n,50
7
1
54,5
4,10
44,7

10,00
92,6
0.53 31,5
11

,,
6,40
37,2

38,2
101,00
43,6
127,00
53,8
192,00
41,5
1,24
8

53,7
30,75
8
1
54,9 4,05
44,1
10,00
92,6
0.53
36,5

11

1)
Men zie’ voor de toelicnting op dezen staat de nummers van 8 en 15 Augustus
1928
(No. 658 en
659)
pag.
689j90
en
709. ) 79
Kg. La Plata.
0)
=
Western vöôi
ring van de huidige offic. not.wljze
(Jan.
1928);
Barley vanaf
2
1
2
13
1
;
vanaf
9126415
Z.-Russ.

13 Mei 1931

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

459

verschillende koffie-produceerende landen op uitnoodigi.ng
van Brazilië te Sao Paulo worden gehouden. Het is moge-
lijk, dat bij clie gelegenheid meer bijzonderheden omtrent de bedoelingen der Brazilianen zullen worden bekend ge-
maakt en het is waarschijnlijk, dat aldaar ook me.dewer-
king op een of andere wijze van de overige productielan-
den zal worden gevraagd. Dat daarop dan dadelijk eenigs-
zins bevredigend antwoord zal kunnen worden gegeven, is
natuurlijk uitgesloten en daarom wordt buiten Brazilië
van de conferenhe dan ook voorloopig geen resultaat van
eenige beteekenis verwacht.
De wisselkoers in Brazilië zakte in den loop der week
weder in ‘van
3
1
1
tot
33/in
d. om daarna weder iets te
stijgen, namelijk tot
3
11
135.
In overeensteziming met cle
daling van den koers liepen ook de kost- en vrachtaanbie-
dingen van Sautos weder
1/. ii 116
en van
Rio zelfs
216
/- per civt. terug, doch tot zaken kwam het slechts in
enkele gevallen. In de laa’tstverloopen weken is zoowel door
Europa als door Amerika veel gekocht en op liet oogen-
blik neemt de handel bij de groote onzekerheid onitrent de
naaste toekomst weder een afwachtende houding aan.
Aan de Rotterdamsche termijnmarkt liepen de notee-
ringen in navolging van New-York ongeveer 11, á 1
8
/8 cl.
per
K.G.
op. I)at de termijnmarkten ditmaal stegen
terwijl Brazilië daalde, is het gevolg hiervan, dat bedoelde
narkten de rijzing van Brazilië in de laatste weken slechts
ten deele hebben gevolgd. Thans kan cle pariteit vrijwel
als hersteld worden beschouwd.
In loco w’as de afzet weder vrij slecht. De of ficieele no-
teeringen bleven onveranderd
28
nt per
K.G.
voor
Superior Santos en
25
cl. voor Robusta.
De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos
op prompte verscheping zijn thans
43/-
á
4416
per cwt.
en van dito Prime
45/- It 47/-,
‘terwijl zij van Rio type
New-York 7 niet beschrijving prompte verscheping, bedra-
gen
3016 It 3116.
Nederlandsch-Indië was ‘voor de ongewasschen Sumatra
Robusta-soorten onveranderd
It
34
ct. lager dan verleden
week, doch voor gewasschen Robusta bleven de prijzen on-
veranderd. De noteeringen in de eerste hand zijn op het
oogenblik:
Palemba.ng
Robusta, Mei-‘erscheping,
1634
ct.; Benkoe-
len Robusta, Mei-verscheping, 17
3
/
s
ct.; Mandheling Ro-
busta, Mei-verscheping,
18
ct.; W.LB. faq. Robuata,
Mei-verscheping,
25
cl., alles per
34
K.G.,
cif, uitgeleverd
gewicht, netto contant.
De slot-noteeringen te New-York van het aldaar gelden-

de gemengd contract (basis Rio No.
7)
waren:

Mei September Dec.

Mrt.
ii Mei

…………. $
5.51

$ 5.83

$ 5.90

$ 5.95
4
Mei

…………. .,
5.10

,,5.33

,, 5.40

,,5.49
27
April

……………
.
5.33

115.67

,, 5.87
20
April

……….. …
4,61

,, 4.95

,, 5.01

,; 5.08
De dezer dagen verschenen Statistiek van de Firma
G.
Duurin.g & Zoon te Rotterdam geeft aan, dat in April de
aanvoer geweest is als volgt:
1931

1930

1929
bn.

bn.

bn.
in Europa ……………
1.134.000

1.189.000 1.124.000
Ver. Staten yan Amerika
1.104.000

978.000

926.000

Totaal ……
2.238.000
,
2.167.000 2.050.000

i)e Aanvoeren in Europa en in Amerika tezamen gedu-
rende de eerste vier maanden van het jaar bedroegen
9.440.000
balen tegen
8.466.000
balen in
1930
en
7.884.000
balen in
1929.
De Afleveringen in April waren:

1931

1930

1929
bn.

b,i.

bn.
in Europ’t ……………
963.000

999.000

901.000

Ver. Staten van Amerika
1.164.000 1.003.000

959.000

Totaal ……
2.127.000 2.002.000 1.860.000
De Afleveringen in Europa en in Azoerika tezamen ge-
durende •de eerste vier maanden van het jaar waren
8.605.000
balen tegen
8.050.000
balen in
1930
•en
7.710.000
balen in
1929.
Vanaf 1 Juli’ tot 1 Mei w’aren de Aanvoeren in Europa
en in Amerika tezamen
19.888.000
balen tegen
18.505.000
balen in
1929/30
en
17.687.000
balen in
1928129,
terwijl de
Afleveringen bedroegen
19.497.000
balen tegen
18.679.000
balen in
1929/30
en
17.911.000
balen in
1928129.
De zichtbare voorraad was op 1 Mei in Europa
2.266.000
balen tegen
2.095.000
balen op 1 April. In Amerika bedroeg
.hij
1.088.000
halen tegen
1.148.000
balen op 1 April. In
Europa en ii, Amerika tezamen was de zichtbare voorraad
dus op 1 Mei
3.354.000
balen tegen
3.243.000
balen op
t April. Hij bedroeg op t Mei
1930 – 2.711.000
balen en
op 1 Mei
1929 – 2.825.000
balen.
De zichtbare wereidvoorraaci was op 1 Mei
6.223.000
balen
tegen
5.969.000
balen op 1 April en
5.300.000
balen ver-
leden jaar (iu •deze cijfers zijn niet begrepen ‘de voorraden
in het binnenland van Brazilië, waarvan het cijfer van
1 Mei nog niet bekend is, doch die op 1 April bedroegen

VAN GROOTHANDELSPRLJZEN’)

METALEN
TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN

ZILVER
cash Londen
IJZER
Cleveland
KOPER
Standaard
TIN
LOOD
KATOEN
MiddIing
WOL
gekamde
WOL
gekamde
Australische,
KOE-
HUIDEN
KALK-
SALPETER
per
Sndard
Foundry No. Locoprijzen locoprijzen
Londen per
Locoprijzen
Londen
locoprijzen
Australische,
Merino, 64’s Av.
CroasbredColo-
Oaaf, open
GId. per

Ounce
Mlddlough
Eng, ton
per
Londen
per Eng. ton
Eng, ton
per Eng. ton
New York
per Ib.
loco Bradford
Ib.
nial Carded,
50’s Av. loco
kop 57-61 pnd.
100 KO.
netto per
Bradford per Ib.

pence
0/
Sh.
01
L
010
/o
Ok
$
cts.
0!
o

pence
0/
pence
0(
f1.

’18
100,0
731-
100,0 62.116
100,0
261.171-
100,0
36.816
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
28
11
1,6
89,3
8616
118,5
58.11-
93,5
290.1716
111,1
31.1)6
85,3
17,55
75,5
47,25
85,9
24,75
83,9
28,45
82,0
11,61
96,8
26
3
14
83,3
731-
100,0
55.141-
89,7
290.41-
110,8
24.4/-
66,4
17,50
75,3
48,50
88,2
26,50
89,8
40,43
116,5
11,48
95,7
26
1
),,
81,1
66!-
90,4
63.16j-
102,8
221.5)-
86,8
21.1)-
7,8 20,00 86,0
51,50
93,6 30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
247),,
76,2
7016
96,6
75.141-
121,9
203.1516
77.8
23.51-
63,8
19.15
82,4
39,-
70,9 25,25
85,6 32,25
92,9
10,60
88,3
1713/,,
55,4
671-
91,8 54.131-
88,0
142.51-
54,3
18.116
49,6
13,55
58,3
26,75 48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84 82.0
26
1
/4
81,8
66/-
904
75.10)6
121,7
222.716
84,9
22.2!-
60,7
20,20
86,9
46,75
85,0
28,75
97,3 37,50
108,1
11,70
97,5
257/,
80,7
6616
91,1
78.-/6
125,7
222.11/-
85,0
23.2/6 63,5
20,10
86,5
44,25 80,5 27,75
94,! 34,50
99,4
11,70
97,5
26
81,0
67)-
91,8
89.8/-
144,0
221.0/6
84,4
25.8/6 69,7
21,25
91,4
44,00
80,0 27,50
93,2
36,-
103,7
11,70
97,5
255/4
80,2
681-
93,2
82.1716

133,5
207.516
79,2
24.16/-
68,0
20,45
88,0
43,25 78,6 27,25 92,4
33,50
96,5
11,70
97,5 25
1
J
78,1
6916
95,2
75.4(6
121,2
197.516
75,3
23.191-
65,8
19,40
83,4
41,50 75,5 26,25
89,0
30,50
87,9
11,70
97,5
24/4
75,6
71/-
97,3
74.11/-
120,1
200.5!-
76,5
23.14/-
651
18,75
80,6
40,00
72,7
25,75
87,3
34,50
99,4
11,70
97,5
241/,,
75,7
7216
99,3 72.12)6
117,0
209.5)6
79,9
22.16/-
62:6
18,65
80,2
38,75
70,5
24,75
83,9 32,25
92,9 9,18
76,5
24
5
1,,
75,7
7216
99,3
73.171-
119,0
210.111-
80,4
23.3/-
63,6
18,60
80,0
37,00 67,3 24,00 81,4 29,75 85,7
9,28
77,3 23″!16
73,9
7216
99,3
74.191-
120,7
205.516
78,4
23.111-
64,7
18,90
81,3
34,25 62,3 23,75 80,5
31,25
90,1
9,39
78,3
23′),,
71,8 72/6
99,3
72.16/-
117,3
188.9/6
72,0
23.4/6
63,8
18,45
79,4
32,50
59,1
22,50
76,3


9,49
79,1 22″116
70,7 72/6
99,3
70.5/-
113,2
182.-/6
§9,5
21.131-
59,4
17,50
75,3
34,25 62,3
23,00
78,0 27,25
78,5 9,70 80,8
2211
4

69,3
7216
99,3
68.6/6
110,1
178.18(6 68,3
21.916
59,0
17,25
74,2
31,25 56,8 21,25
72,0
27,75
80,0
9,90
82,6
20
11
/,,
65,3 72/6
99,3
71.9/6
115,1
174.13/-
66,7
21.11/-
59,4
17,15
73,8
29,50 53,6
19,25
65,3
26,63
76,7
10,11
84,3
201/8
62,6
72/6
99,3 71.12(6
115,4
174.4)-
66,5
21.4/-
58,2
15,45
66,4
28,50 51,8
17,75
60,2
24,50
70,6
10,21
85,1
19118
59,5
701-
95,9
68.1916
111,1
165.181- 63,4
18.161-
51,6
15,20
65,4
26,25
47,7 16,50
55,9

69,2
10,21
85,1
199/1,
61,0
6716
92,5
61.31-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50,3
16,45
70,8
27,25 49,5
17,25
58,5
24,13
69,5
10,21
85,1 18
1
5/,,
59,0
6716
92,5 53.91-
86,1
145.-!-
55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0
28,15
52,3
18,00
61,0
26,25
75,6
10,21
85,1
16
1
116
50,0
6716
92,5
50.116
80,7
136.416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4
27,75 50,5
17,50
59,3
26,63
767
10,21
85,1
16
49,9
6716
92,5
48.2/-
77,5
134.1716
51,5
18.31-
49,8
13,10
56,3
27,00
49,1
16,75
56,8
24,25
69:9
9,18 76,5
16
3
/8
51,0
65/-
89,0
47.15!-
76,9
135.5/6
51,7
18.61-
50,2
11,95
51,4
27,25
49,5
16,50
55,9
24,88
71,7
9,28 77,3
16
11
),,
52,0
6316
87,1
46.61-
74,6
132.61-
50,5
17.181-
49,1
II,-
47,3
27,00
49,1
15,75
53,4
26,50
764
9,39
78,3
161),
51,5
63165
87,1
43.-!-
69,3
117.131-
44,9
15,151-
43,2
10,55
45,4
24,50
44,5
14,50
49,2
26,25
75
:
6

9
,49
79,1
16518
51,9
63166
87,1
46.816
74,8
113.161- 43,5
15.1816
43,7
10,85
46,7
24,00
43,6
13,00
44,1
25,25
72,8 9,70
80,8
16
5
19
51,9
63166
87,1
47.616
76,2
115.31-
44,0
15.516
41,9
9,95
42,8
22,50
40,9
12,50
42,4

72,0 9,90
82,6
13
7
/8
43,2
6016
82,9
45.716
73,1
116.81- 44,4
14.-16
38,5
10,30
44,3
21,25 38,6
12,00
40,7
24,63
71,0
10,11
84,3
12
1
1,
38,9
5816
80,3
45.116
72,6
117.-16
44,7
13.516
35,4
10,95
47,1
21,75
39,5
12,00
40,7 22,50
64,8
10,21
85,1
41,8
5816
80,3
45.116
72,6
122.11-
46,6
13.316
35,2
10,90
46,9
25,25 45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
1
1
/,
40,9
5816
80,3
42.15/6.
68,9
113.41-
43,2
12.101-
34,3
10,25
44,1
24,50
44,5
14,50
49,2 22,25
64,1 10,21
85,1
133/,,
41,1
58/6
80,3
39.17/6
64,2
102.17(6
39,3
11.10!-
31,6
9,50
7

40,9 24,009 43,6
13,50
9

45,8
10,21
85,1
13
1
1,,
40,7
5816
80,3
40.51- 64,8
104.101-
39,9
11.1216
31,9
10,_
8

43,0
10,21
85,1
de invoering van de huidige officieele noteeringswijze (Jan. 1928); vanaf 16Dec.1929
74
15 K.G. Hongaarsche; vanaf 26 Mei 1930 Z.-Russische. 4) = Malting vôôr de invoe-
6)
Noteering Schotland 59J6. 6) 581-. 7)1 Mei. 8)8 Mei.
9)
7 Mei.

460

ECON.O,MISCH-STATISTISCHE. BERICHTEN

13 Mèi 1931

22.323.000 balen en op 1_ Mei 1930 – 24.010.000 balen).
Rotterdam, 12 Mei1931.

,:1Iecti1icatie In het koffiabericht van cle vorige
weék staat op blz. 438 eerste kolom ,,dat op cle bijeenkomst
d?r Staten besloten was om de Federale Regeering voor te
stellen, af te zien van cle reeds vroeger’ ii ‘uitzicht gestelde
belasting van 20 % in natura en toe te staan aan de Sta-
ten, die nog geen 50 millioen leoffieboonen bezitten, den
aanplant tot deze hoeveelheid uit te breiden.” Zooals men al-
licht heeft begrepen, is hier geen sprake van
koffieboonen
maar wordt hier bedoeld
hof fieboomen.

THEE.

In de afgeloopen week werd te Amsterdam een thee-
veiling gehouden, w’elke een aanbod te zien gaf van bijna
16.000 kisten Nederla.n.dsch-Iud’ische thee, directen aauvoer.
Bij een vrij vlot verloop was cle stemming onregelmatig
en liepeh de prijzen van 1-4 cts. lager dan in vorige
veiling.
Sonehons en Pecco Souchons varen goed gevraagd en
werden ‘tot vorige prjten verkocht, terwijl voor theeën met
veel geel wederom goede belangstelling bestond, hetgeen
menigmaal in hoogere prijzen tot uitdrukking kwam.
Ruim 1500 kisten bleven onverkocht. De middenprijs
komt uit op 40 ets. tegenover 41. ets. in vorige veiling.
Londen maakt melding van een vast verloop voor de
Java- en Sumatra-veiling, terwijl de ]3ritsch-Ind’ische cr1
Ceylon-veilingen, behalve voor de beste kwaliteiten, lagere
noteeringen te zien gaven.
Volgens mededeelingen van de Vereeuiging voor de
Thee-cultuur in Nederlandsch-In’clië bedroeg cle thee-invoer
iii Amerika in Januari 1931 7.289.000 lbs. tegenover
6.537.000 lb. in 1930.
In Duitschland werden gedurende het eerste kwartaal
1931 1.595000 KG. ingevoerd tegenover 2.625.000 KG. in
1930.
Zuidelijk J3ri’tsch-Indië exporteerde in Maart 1931
3.049.000 lbs. (v.j. 3.286.000 lbs.). In het eerste kwartaal
1931 bedroeg de uitvoer 10.191.000 lbs. tegenover 9.294.000
lbs. in Januari-Maart 1930.
De uitvoer van Japan bedroeg in Maart 1931 124.000KG.
(v.j. 159.000 KG.). Januari-Maart 1931 geeft een uit-
voercijfer te zien van 1.342.000 KG. (v.j. 609.000 KG.).
Londen vermeldt de volgende cijfers voor aanvoeren en
afleveringen van thee over Apri.l 1931 (alleen Londen)
aanvoeren 21.500.000 lbs. (v.j. 22.750.000 lbs.), afleverin-
gen 51.500.000 lbs. (v.j. 37.000.000 lbs.)’; terwijl dd voor

racten terugliepen tot 212.000.000 lbs. tegenover 234.750.000
lbs. per ultimo Api-il 1930. Amsterdam, 11 Mei 1931.

VRACHTENMARKT.
Bij een vrij goede vraag naar scheepsruimte was de
vrachtenmarkt in het algemeen vast. De koersen bleven
vrijwel gehandhaafd en liepen in sommige gevallen iets op.
De Noord-Amerikaansche graanmarkten waren iets kal-mer. Van Montreal, vanwaar de meeste afsluitingen plaats vonden, werd $ 0,11 ‘naar Antwerpen of Rotterdam, $0,14
naar de IvÏiddellandsc-he Zee en 216 naar Engelsche havens
betaald, voor Mei en Juni laden. Van (le Northern Range
werd slechts ddn boot naar de Micidellandsche Zee opge-
nomen tegen $ 0,12 per eerste helft Mei, terwijl van de
Gulf voor orders die nog niet definitief waren $ 0,13
naar de Middellandsche Zee en 213 naar Antwerpen of
Rotterdam per Mei/Juni genoteerd werd. Van de North-
Pacific werden door het minder groote aanbod van schepen
iets betere vrachten betaald. Het hoogste cijfer was 261.
van Portiand naar UK/Continent, optie Midclellandsche
Zee 216 extra, voor Juni.
Op de La Platasna.rk.’t ging het weer meer levendig toe. In de afgeloopen week werden er minstens 45 schepen be-
vracht voor Mei, Juni en ook ddn voor Juli laden. Voor
Mei bleven de vrachten praotisoh ongew’ijzigd.
Van Chili kwamen in den loop der vorige week na een
lange periode van lusteloosheid eindelijk weer salpeter-
orders aan de markt voor Mei en Juni laden, op basis van
21/6 naar Bordeaux/Hamburg range Ofschoon dit cijfer,
gezien de vaste La Platama.rkt, natuurlijk niet voldoende is, schijnt er thans toch een opleving op til te zijn. In sui-
ker van West-Indië ging niet veel om. Voor kleine boeten
bestond nagenoeg geen belangstelling; voor grootere sche-
pen werd van ‘Cuba naar U.K./Continent per Mei 14/6
4
151- betaald. Van Birma was de vraag iets beter en het
aanbod van ruimte gering, waardoor, naar Nederland direct tegen het veel hoogere cijfer van 2416 ‘afgesloten werd.
De Donau- en Zwarte Zeemarkt was kalm. Van den
Donau werd een 5300 tonner naar Bor.deaux/Hamburg tegen
13/6 bevracht en van cle Zwarte Zee een 6600 tons stoom-
schip per einde Mei naar het Continent tegen 10144..
Op de Midclellandsche Zeeniarkt heerschte een betere
stemming. De beschikbare ruimte was beperkt en ofschoon
de vraag niet grooter was, werden soms iets hoogere. vrach-
ten betaald.

Vervolg STATISTISCH OVERZICHT VAN GROOTHANDELSPRIJZEN.

DIVERSEN
KOLONIALE PRODUCTEN
INDEXCIJ FËRS

Bruto-
,5

VURENHOUT
RUBBER’)
Standaard
SUIKER
Witte kristal-
KOFFIE
Robusta
THEE
All. N.-I. theev.
COPRA
Ned.-lnd. f.m.s.

gewichtv. d.
buit, handel
,

III
° –
basis 7″ f.o.b.
Zweden!
Rlbbed Smoked
Sheets
suIker loco
Locoprijzen
A’dam gem. pr:
per 100 K.G.
Nederland 1925=100
II

Finland
loco Londen
R’dam/A’dam.
per 100 K.O.
Rotterdam
per ‘, K.O.
Java- en Suma- tratheep.1/,I(Q.
Amsterdam
ln
voer
.
Uit-
per Ib.
mt
1-
1 voer

f
O/ç
Ski.
0
/0
%jj
°Io
cts.
O/
o

cis.
01
0

/
01
1925

159,75
100
2111,625 100,0 18,75
100,0
61,375
100,0
84,5
100,0
35,87
5

100,0
100
100 100,0
100,0
1926
:153,50
96,1
21-
67,4
17,50
93,3 55,375
90,2
94,25
111,5
34,-
94,8
112
128
93,2
92,9
1927
160,50
100,5
116,375
51,6
19,12
0

102,0
46,875 76,4
82,75 97,9
32,62
5

90,9
113 116
95,4
89,5 1928
151,50
94,8
-110,75 30,2
15,85
84,5
49,625
80,9
75,25
89,1
31,87′
88,9
118 128
96,4
87,6
1929
146,00
91,4 -110,25
28,8
13,-
69,3
50,75
82,7
69,25
82,0
27,37
5

76.3
122 132
91,6 82,6
1980
141,50
88,6
-15,875
16,5
9,60
51,2′
32
52,1
60,75
71,8
22,62′
63,1
124
135
75,5
69,4
1929
‘152,50
95,5
-19,875
27,9
13,77
0

73,5
53,125
86,6
77,25 91,4
29,-
80,8
III
119
94,2
84,6
O
n.
ebr.
:150,00′
93,9 1/-
33,7
13,37
0

71,3
54
88,0
74,25 87,9
28,62
5

79,8
75
83
94,2
,85,4
Maart
147,50
92,3
110,125
34,0
13,50
72,0 54
88,0
72,75
86,1
27,62
5

77,0
82
III
94,8
85,8
April
147,50
92,3
-110,5
29,5
13,375
71,3
54
88,0
74,25
87,9
26,75
“74,6
110 142
92,9
83,9
Mei’
,,
‘145,00
90,8
-1
10,875
30,5
12,25
65,3
54
88,0
73,50
87,0
25,87
5

72,1 135 144
91,6
81,7
luni’
‘147,50
92,3
-/10,625
29,8
12,00
64,0
54
88,0 69,50 82,2
24,87
5

69,3
137
134
91,0
81,9
1uii

,,
145,00
90,8
-111
30,9
13,425
71,6
54
88,0
68,50
81,1
27,50
76,7
144 147
91,0 83,7
Aug.

,,
145,00
90,8
-110,5
29,5
13,00
69,3
53,50
87,2
64
75,6
27,25 76,0
151
149
91,6
83,6
Sept.

,,
145,00
90,8
-110,125
28,4
13,475
71,9
51,75
84,3
64
75,6
28,25
78,7
135
144
91,0
82,0
Oct.
142,50
89,2
-19,625
27,0
13,30
70,9
48,50
79,0
66
78,1
27,50
76,7
137
146

90,3 80,5
Nov.
142,50
89,2
-18,125
22,8
12,50
66,7 41,75
68,0 66,50
78,7
27,25″.
76,0
128
143
88,4
78,8
Dec.
,,
142,50
89,2
-18
22,5
12,075
64,4
36,75 59,9
60,75
71,8
27,125
75,6
123
125 87,1
78,8
Jan.

1930
147,50
92,3
-17,375 20,7
11,675
62,3 35
57,0
60,50
71,6
26,875
74,9
128
136
84,5 76,9
147,50
92,3
-18
22,5
11,40
60,8
35
57,0
58,25
68,9
26,37
5′
73,5
112 126
81,3 75,2
Maatt

147,50
92,3
-17,625
21,4
10,70
57,1
35
57,0 62,25
73,7
25,25
70,4
125
131
78,7
74,2
April

,,
‘147,50
92,3
-17,375
20,7
10,55
56,3 35
57,0 59,50
70,4
26,1.2
5

72,8
115
127
78,7 72,8
Mei
»
145,00
90,8
-16,875
19,3
9,80 52,3
34,75 56,6
58 68,6
25,50
71,1 132
132
76,1
72,0
Juni

,,
145,00
90,8
-16,125
17,2
9,775
52,1
33
53,8
58
68,6
22,875
63,8
131
133
76,1
70,4
Juli

,,
142,50
89,2
-/5,625
15,8
9,27
5

49,5
31,50
51,3
55,50
65,7
21,75
60,6
138
141
74,2
69,3
Aug.’
142,50
89,2
-/4,875
13,8
8,50 45,3
29,50
48,1
55,25
65,4
20,-
55,7
129
145
73,5 67,9
Sept.
140,00
87,6
-14,125
11,6
7,975
42,5
28,25
4t5,0
59,50
70,4
19,25
53,7
122 126
72,3
65,4
Oct.
‘132,50
82,9
-/4
11,2
8,625
46,0
29 47,3
66,50
78,7
18,75
52,3
128 152
71,6
64,6
Nov.
‘130,00
81,4
-/4,375
12,3
8,75
46,7
29
47,3
68,25
80,8
19,37
5

54,0
121
139
71,0
63,3
Dec.

,,
130,00
81,4
-/4,375
12,3
8,20
43,7
29 47,3
66,75
79,0
19,-
53,0
105 129
69,0
61,3′
Jan.

1931
125,00
78,2
-/4,25
11,9
8,20
43,7
28
45,6

66,25
78,4
18,25
50,9
121
132
67,7
59,2
Febr
125,00
78,2
-/3,875
10,9
8,20
43,7
26,25
42,8 53
62,7
18,12
5

50,7′
96
121
67,1
59,4
Maart

,’
‘125,00
78,2
-/3,75
10,5
8,30
44,3
25,50
41,5 45
53,3
18625
51,9
107
140
66:5
59,1
April

,,
125,00
78,2
-13,125
8,8
1
8,57
5

45,7
24,75
40,3 43
50,9
17
:5
0

48,8
58,4
4 Mei
125,00
78,2
-12,8125
7,9
1
8,50
45,3 25
40,7
402 47,3
16,12
5

44,9
125,00
,
78,2
-13
8,4
/
8,625
46,0
25 40,7
15,62
5

43,6
0)
Jaar- en maandgem. atger. op
11
pence
2)
7 Mei.

Auteur